Jaarverslag 2011
Inhoud Voorwoord 3 1
Uitgangspunten van de verslaglegging
4
2
Profiel van de organisatie
5
2.1 Algemene identificatiegegevens 2.2 Structuur van de organisatie 2.3 Kerngegevens 2.4 Samenwerkingsrelaties
5 5 5 7
3
9
Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap
3.1 Normen voor goed bestuur 3.2 Raad van bestuur 3.3 Raad van Toezicht 3.4 Bedrijfsvoering 3.5 Cliëntenraad 3.6 Jongerenraad 3.7 Ondernemingsraad
4
Beleid, inspanningen en prestaties
4.1 Meerjarenbeleid 4.2 Algemeen beleid 2011 4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid 4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van cliënten 4.5 Kwaliteit ten aanzien van medewerkers 4.6 Samenleving en maatschappelijk verantwoord ondernemen 4.7 Financieel beleid
5
Jaarrekening 2011
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10 5.11
Balans per 31 december 2011 Resultatenrekening over 2011 Kasstroomoverzicht over 2011 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans per 31 december 2011 Overzicht langlopende schulden aan kredietinstellingen ultimo 2011 Niet uit de balans blijkende activa en verplichtingen Toelichting op de resultatenrekening over 2011 Gesegmenteerde resultatenrekening over 2011 Panden in eigendom Bezoldiging Raad van Bestuur en Raad van Toezicht
9 9 10 11 13 14 14
16 16 17 24 25 29 30 30
32 32 33 34 35 38 47 48 50 54 58 59
Overige gegevens
60
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
61
2 - jaarverslag 2011
Voorwoord In vele opzichten is 2011 een succesvol jaar geweest voor Cardea. Als nieuwe bestuurder heb ik in het eerste half jaar dat ik in functie ben, op diverse terreinen mogen ervaren dat Cardea een gezonde en gewaardeerde organisatie is met zeer betrokken, gemotiveerde en kundige professionals. Hierin sta ik niet alleen: cliënten waarderen Cardea in hoge mate, gezien de rapportcijfers die we hebben gekregen (een 8 van ouders en een 7,9 van jeugdigen van 12 jaar en ouder). In 2011 zijn in totaal bijna 200 cliënten meer geholpen dan in 2010, bij een vrijwel gelijkblijvend budget. Dit is een resultaat van het feit dat Cardea doorlopend innoveert om bij gelijkblijvend budget meer cliënten adequaat te helpen. Dat Cardea hierin slaagt, laten ook de cijfers zien: meer dan 85 procent van de samen met cliënten geformuleerde hulpverleningsdoelen zijn in 2011 geheel of gedeeltelijk gerealiseerd. Van belang hierbij is de vermelding dat deze resultaten zijn ge baseerd op input van de cliënten. Een belangrijk uitgangspunt van Cardea is, dat hulp die onze professionals bieden aan cliënten, zoveel mogelijk wordt geboden in de normale – alledaagse – omgeving van de cliënten. In dit licht is de grote toename van het aantal jeugdigen dat wordt bereikt in het onderwijs teneinde schooluitval te voorkomen, een positief resultaat. De vernieuwingen van Cardea zijn er vooral ook op gericht om de draagkracht van cliënten te versterken
3 - jaarverslag 2011
in de eigen omgeving: zoals gezegd binnen het onderwijs, maar ook binnen de kinderopvang en in de woonwijk. Cardea is niet alleen in de meer traditionele hulpvormen succesvol: de toename van de vraag naar hulp na echtscheiding en de naar hulp die Cardea biedt op het snijvlak van somatische zorg en jeugdzorg is explosief. In 2011 kende Cardea een bestuurswissel. Na een dienstverband van 10 jaar is Marianne Harten afgetreden als bestuurder. Daarnaast zijn Martin van Rijn (voorzitter), Corry Langelaar en Henk van Heuven afgetreden als lid van de Raad van Toezicht. Vanaf deze plaats bedank ik hen voor alles wat zij voor Cardea hebben betekend. Cardea is klaar voor morgen. Wij willen wil een toonaangevende speler zijn en blijven in de zorg voor jeugd in Zuid-Holland Noord. Met deze ambitie bereidt Cardea zich actief voor de stelselherziening in de jeugdzorg en de overheveling van de financierings verantwoordelijkheid van de provincie naar de gemeenten. Ik ben trots op wat wij in 2011 hebben gerealiseerd en zie de toekomst met veel vertrouwen tegemoet. Gerrit Jan Hoogeland Bestuurder
1 Uitgangspunten van de verslaglegging Cardea doet in het jaardocument 2011 verslag van haar activiteiten in het jaar 2011. Het verslag geeft een weergave van de koers, de ontwikkelingen, de inspanningen en de gerealiseerde resultaten van Cardea. Dit verslag is opgesteld volgens het format 'jaardocument jeugdzorg', dat is afgeleid van het 'jaardocument zorg'. Het verslag is gekoppeld aan de informatie op Digimv. De standaard is opgesteld om transparantie en standaardisatie te bevorderen, bij te dragen aan de
vermindering van administratieve lasten en het creëren van een landelijk beeld van de sector. Het jaarverslag bevat zowel een verantwoording van de activiteiten in het kader van de provinciaal gefinancierde jeugd- en opvoedhulp, van de vanwege de AWBZ gefinancierde zorg en gemeentelijke gelden. Het jaarverslag 2011 is opgesteld onder verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur en goedgekeurd door de Raad van Toezicht.
"Het lukt ons gezin nu beter om met elkaar te praten en we pakken sommige situaties anders aan."
2 Profiel van de organisatie 2.1
Algemene identificatiegegevens
Cardea Jeugdzorg Haagse Schouwweg 8 E/F, Postbus 11109 2332 KG Leiden 071-579 5050
[email protected] www.cardea.nl
Cardea heeft een bijzonder actieve Jongerenraad die naast haar rol in de medezeggenschap ook jongeren stimuleert om andere talenten te ontwikkelen. De Jongerenraad heeft onder andere een training "bejegening" voor medewerkers van Cardea ont wikkeld, die zij aan alle nieuwe medewerkers geven bij de start van hun dienstverband met Cardea.
2.3 Kerngegevens Rechtsvorm: Stichting Kamer van Koophandel: 28084849
2.3.1
2.2
Jeugdzorg
Structuur van de organisatie
Juridische structuur Cardea Jeugdzorg is een stichting.
Besturingsmodel Cardea kent een eenhoofdige Raad van Bestuur. Samen met de Raad van Bestuur vormen de sectormanagers en stafmanagers het MT van Cardea. Binnen de sectoren wordt de aansturing door teamleiders en gedrags wetenschappers ingevuld. De ondersteunende diensten zijn: Behandelzaken (Onderzoek & Ontwikkeling, Cliëntenservice en Kwaliteit), Bedrijfsvoering (Informatisering, ICT, Financiën, Facilitaire dienst en Huisvesting), HRM (Salarisadministratie, P&O en Juridische zaken) en Strategie & Bestuur (Strategisch beleid, Beleidscyclus Cardea, Marketing, Communicatie en PR).
Kernactiviteiten en kerngegevens
Cardea Jeugdzorg is een zorgaanbieder in het kader van de Wet op de jeugdzorg. Cardea wordt voor het grootste deel gefinancierd door de provincie Zuid-Holland. De organisatie biedt ondersteuning aan kinderen, jeugdigen en ouders bij opvoedings- en opgroeivraagstukken en intensieve hulp bij opvoedings- en opgroeiproblemen. De organisatie biedt de functies 'Jeugdhulp', (deeltijd en 24-uurs) 'Verblijf' en 'Observatiediagnostiek' en Crisisopvang aan jeugdigen van 0 tot 18 jaar (met een uitloop naar 23) of combinaties van functies. Deze functies worden in verschillende programma's geboden: • Jeugdhulp in intensieve ambulante programma's, veelal met het predicaat 'evidence based'; • Verblijf in deeltijd in de Cardea campussen; • Verblijf in kleinschalige units en in of naast gezinnen (beide Cardea huizen); • Observatiediagnostiek, gekoppeld aan (deeltijd)verblijf; • Crisishulp in ambulante vorm of in 24-uur opvang.
Medezeggenschap Cardea heeft een actieve Ondernemingsraad die functioneert met alle advies- en instemmingbevoegdheden zoals zijn vastgelegd in de Wet op de Ondernemingsraden. De cliëntenraad van Cardea heeft een in de Wet op de Jeugdzorg en de Wet Medezeggenschap cliënten zorg instellingen verankerd informatie- en adviesrecht. De betrokkenheid en inbreng van cliënten wordt daarnaast ingevuld door andere vormen van cliëntparticipatie, zoals bewonersraden, ouderbijeenkomsten en groepsgesprekken met cliënten.
5 - jaarverslag 2011
AWBZ In het kader van de AWBZ is Cardea toegelaten tot de functies begeleiding, behandeling en verblijf gericht op licht verstandelijk beperkte jeugdigen en jeugdigen met psychiatrische problematiek. Met het Zorgkantoor Zuid-Holland Noord, Amstelland en Meerlanden zijn productieafspraken gemaakt voor de functies begeleiding, behandeling en verblijf (inclusief dagbesteding).
Gemeenten Cardea biedt in samenwerking met gemeenten en voorliggende gemeentelijke voorzieningen zorg die met gemeentelijke financiering wordt gerealiseerd. Het
belangrijkste voorbeeld hiervan is het Werkhotel. Deze voorziening voor oudere jeugd (dikwijls 18+) biedt een geïntegreerd aanbod gericht op wonen, leren en werken.
2.3.2
Contractzorg Cardea werkt in toenemende mate op contractbasis in zowel het basis- als het voortgezet onderwijs.
Cliënten, productie, personeel, opbrengsten en ratio's
Cliënten/productie
2011
2010
Ouders
8,0
8,1
Jongeren > 12 jaar
7,9
7,9
Cliënttevredenheid
Aantal cliënten* in zorg ultimo jaareinde Provinciaal
1.181
1.172
Ambulant
812
795
Daghulp
247
234
24-uurshulp
122
143
2.233
2.279
Ambulant
1517
1533
Daghulp
409
410
24-uurshulp
307
336
45
35
718
493
Aantal dagen verblijfszorg PZH (regulier)
40.472
40.773
Aantal uren verblijf deeltijd PZH (regulier)
227.093
211.434
30.653
28.688
5.641
6.221
38
25
3.364
2.423
106
250
442
424
Aantal cliënten* in zorg verslagjaar Provinciaal
Aantal cliënten in zorg verslagjaar AWBZ, WMO AWBZ WMO/overigen Productie
Aantal ambulante cliënt-contacturen individueel PZH (regulier) Aantal ambulante cliënt-contacturen groep PZH (regulier) Aantal trajecten Observatiediagnostiek PZH (regulier) Aantal uren gespecialiseerde begeleiding AWBZ Aantal dagdelen dagactiviteit VG zwaar AWBZ Personeel Aantal personeelsleden in loondienst ultimo jaareinde (exclusief stagiaire) Aantal FTE in loondienst ultimo jaareinde (excl. stagiaire) Ziekteverzuim %
295
328
5,2%
4,6%
* Cliënten worden eenmaal geteld op basis van de "zwaarste" uit voeren/uitgevoerde zorgaanspraak uit het indicatiebesluit, omvat zowel reguliere als incidentele subsidie.
6 - jaarverslag 2011
De hulp van Cardea wordt met name gefinancierd uit de doeluitkering Jeugdzorg, de AWBZ en Gemeente-
lijke gelden. In 2011 worden geen private activiteiten ontplooid.
Bedrijfsopbrengsten
2011
2010
24.403
24.346
22.766
22.890
330
260
WMO/overigen
1.307
1.195
Ratio's
2011
2010
Budgetratio (weerstandsvermoge/totaal baten)
9,3%
5,9%
23,3%
11,5%
1,44
1,03
1,1%
0,9%
Bedrijfsopbrengsten (x 1.000 euro) Provinciale Jeugd en Opvoedhulp AWBZ
Solvabiliteit (weerstandsvermogen/totaal vermogen) Liquiditeit - current ratio Resultaatratio (nettowinst/totaal baten)
2.3.3 Werkgebieden
Cardea heeft de regio Zuid-Holland Noord als haar werkgebied, voor zowel de provinciaal gefinancierde jeugdzorg als de zorg in het kader van de AWBZ. Voor het project Tienermoeders/jong ouderschap heeft Cardea ook een bovenregionale – provinciale - functie. De kerngemeenten van de regio Zuid-Holland Noord zijn Leiden, Alphen aan den Rijn, Katwijk en Lisse.
2.4 Samenwerkingsrelaties Cardea werkt nauw samen met een groot aantal ketenpartners omdat dit grote winst oplevert voor de kwaliteit van de zorg- en dienstverlening voor de cliënt. De keten van Cardea wordt gevormd door partners uit de jeugdzorg, zoals Bureau Jeugdzorg de provinciale collega-organisaties voor jeugd- en opvoedhulp en organisaties voor JeugdzorgPlus, organisaties uit aangrenzen zorgsectoren, zoals de LVB-zorg, kinder- en jeugdpsychiatrie, somatische geneeskunde en justitiële jeugdzorg. Daarnaast werkt Cardea nauw samen met het (speciaal) onderwijs (basis-, voortgezet, beroeps- en hoger onderwijs) en in toenemende mate met gemeentelijk gepositioneerde organisaties, zoals de GGD, organisaties voor maatschappelijke dienstverlening en de centra voor Kinderopvang. Ook heeft Cardea nauwe samenwerkingsrelaties met woningbouwcorporaties.
LVB-zorg: Ipse De Bruggen; GGZ: GGZ Rivierduinen Kinderen en Jeugd, Curium; Somatische geneeskunde: LUMC, Rijnland Ziekenhuis; Justitiële jeugdzorg: Teylingereind; Gemeentelijk ingebedde organisaties, zoals de Centra voor Jeugd en Gezin, GGD, Kwadraad, maatschappelijke opvang, B4Kids; Diverse scholen, zoals PROO Leiden, Leidse buitenschool, Don Boscoschool, Parkschool, Leo Kanner Onderwijsgroep, ROC Leiden, Groene Hartcollege, ID-college. Kinderopvang: B4Kids (Alert4you); Woningbouwcorporaties: De Sleutels, De Vooruitgang, Portaal. Belangrijke samenwerkingspartners waarmee periodiek diverse overleggen plaatsvinden, zijn:
Overheden Provincie Zuid Holland, gemeenten in de regio Zuid-Holland Noord, Ministerie van VWS en daaraan gelieerde instellingen.
Zorgkantoor Zorgkantoor Zuid-Holland Noord, Amstelland en Meerlanden.
Zorgverzekeraar Voorbeelden van organisaties waarmee op operationeel niveau wordt samengewerkt: Provinciale Jeugdzorg: Bureau Jeugdzorg, Stek, Trivium-Lindenhof, Horizon 7 - jaarverslag 2011
Zorg en Zekerheid.
Toezichthouders Inspectie Jeugdzorg.
Cliëntenorganisaties JeugdWelzijnBeraad, Landelijk cliëntenforum jeugdzorg, provinciaal overleg cliëntenraden, Nationale Jeugdraad, Landelijk Cliënten Forum jeugdzorg, Zorgbelang Zuid Holland, Collegio AKJ.
Universiteiten/kennisinstituten Rijksuniversiteit Groningen (RUG), Nederlands Jeugdinstituut (NJI), TNO.
Samenwerkingsorganen Cardea is actief lid van een aantal samenwerkingsof overlegorganen. Op landelijk niveau is dit de brancheen werkgeversorganisatie Jeugdzorg Nederland.
Eveneens op landelijk niveau participeert Cardea in meer inhoudelijke platforms die zijn gekoppeld aan bepaalde interventies, zoals Ambulante Spoedhulp-FF, PMTO en Jeugdzorg in de Buurt. In de provincie vormt Cardea met de collega-organisaties voor Jeugd- en Opvoedhulp en Bureau Jeugdzorg de samenwerkingsorganisatie PSJ. Deze organisatie is belangrijke gesprekspartner van de provinciale overheid. Op regionaal niveau (Zuid-Holland Noord) is Cardea lid van de projectgroep Ketenaanpak van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Holland Rijnland. Tevens op regionaal niveau is Cardea actief in het Prentenkabinet: een platform van bestuurders van organisaties uit verschillende sectoren op het gebied van zorg voor jeugd. Met Rivierduinen (GGZ) wordt op het gebied van diverse hulpverleningsprogramma's samengewerkt (co-producten).
Giovanni (14):
"Het leerwerktraject was echt wat ik nodig had. Nu kan ik volgend jaar weer aan een studie beginnen."
3 Bestuur, toezicht, bedrijfsvoering en medezeggenschap 3.1
Normen voor goed bestuur
Cardea heeft een Raad van Toezicht en een Raad van Bestuur. De statuten en het Reglement van de Raad van Toezicht vormen de basis voor het toezicht op het bestuur. In 2011 is een nieuw Reglement Raad van Toezicht opgesteld en dit wordt in 2012 vastgesteld. In het Reglement is opgenomen dat de Raad van Toezicht zich houdt aan de aanbevelingen voor goed bestuur, goed toezicht en juiste verantwoording, zoals is vastgelegd in de Zorgbrede Governance Code. Deze code heeft een groot aantal principes en gedragslijnen die bijdragen aan een integere en transparante gang van zaken binnen organisaties. De Raad van Bestuur vervult aantoonbaar geen nevenfuncties die strijdig zijn met de belangen van Cardea, zodat belangenverstrengeling is uitgesloten. Jaarlijks beoordeelt de Raad van Toezicht het functioneren van de Raad van Bestuur en haar eigen functioneren. In de evaluatie wordt in het bijzonder de relatie tussen de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur betrokken. In het jaarverslag 2011 (inclusief de jaarrekening) legt de Raad van Toezicht verantwoording af over haar handelwijze.
3.2
Raad van Bestuur
Inleiding De eenhoofdige Raad van Bestuur draagt de eindverantwoordelijkheid voor het totale beleid van Cardea. De Raad van Bestuur zorgt ervoor dat de activiteiten van de stichting bestuurlijk, juridisch, zorginhoudelijk, organisatorisch en financieel correct gewaarborgd zijn, inzichtelijk zijn en worden verantwoord aan cliënten, financiers en opdrachtgevers. In juli 2011 heeft een bestuurswissel plaatsgevonden in verband met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd van de vorige Bestuurder. De huidige Raad van Bestuur heeft verantwoording over 2011 afgelegd aan de Raad van Toezicht in overeenstemming met de statutaire bevoegdheden en het Reglement Raad van Bestuur. De honorering van de Raad van Bestuur staat vermeld in de jaarrekening 2011 en is overeenkomstig de beloningscode van de Nederlandse Vereniging van Zorgdirecteuren (NVZD). Geen functionaris heeft in 2011 of 2010 een beloning ontvangen boven de WOPT-grens.
Samenstelling Per 31-12-2011 kende de Raad van Bestuur de volgende samenstelling: Naam
Bestuursfunctie
Nevenfuncties
- Bestuurder
Lid raad van toezicht PROO Leiden
01-01-2011 tot en met 30-06-2011 M.H. Harten
- Bestuurslid FICE-sectie Nederland, Rotterdam - Bestuurslid Stichting Circus Elleboog - Voorzitter stichting Madi - Voorzitter Quality4Children - Voorzitter stichting Jorik 01-07-2011 tot heden G.J. Hoogeland
- Bestuurder
Lid Coöperatiebestuur PGGM - Lid Raad van Toezicht Stichting Kinderopvang Maassluis (SKM) - Bestuurslid stichting Jorik
9 - jaarverslag 2011
3.3
Raad van Toezicht
Inleiding De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor het toezicht op de belangen van Cardea. De leden van worden voor een periode van maximaal vier jaar benoemd. Aftredende leden kunnen éénmaal worden
herbenoemd voor een periode van maximaal vier jaar. Leden van de Raad van Toezicht worden op openbare wijze geworven op basis van een vooraf opgestelde profielschets.
Naam
Bestuursfunctie
Nevenfuncties
M. van Rijn, voorzitter tot 31-12-2011
Voorzitter Raad van Bestuur PGGM
- Lid Raad van Commissarissen Rijnland Zorggroep - Lid Raad van Commissarissen Sanquin - Lid Adviesraad Nederlandse Zorgautoriteit - Voorzitter Raad van Commissarissen Espria - Lid bestuur Stichting Steun Alzheimercentrum - Voorzitter bestuur De Groene Zaak
G.J. van Zoelen
Voorzitter Raad van Bestuur Vlietland Ziekenhuis Schiedam
- Vicevoorzitter Regionale Commissie Gezondheidszorg Nieuwe Waterweg Noord - Voorzitter Regionale Commissie Gezondheidszorg DSW (interim) - Lid bestuur SRZ (Samenwerkende Rijnmondse Ziekenhuizen) - Secretaris Facilitaire Stichting Huisartsenzorg - Lid werkcommissie Ziekenhuizen College Bouw Ziekenhuizen - Voorzitter bestuur Stichting Trombosedienst Schiedam - Lid bestuur stichting Centrale Huisartsen Post - Lid Raad van Toezicht Stichting Pathan - Lid bestuur Stichting Vrienden Vlietland Ziekenhuis
L. Geluk
Voorzitter College van Bestuur - Lid Raad van Toezicht Nederlands Jeugdinstituut ROC Midden Nederland - voorzitter Stichting Laurenskerk Rotterdam - Lid bestuur Stichting Rotterdam Basketbal - Lid Onderwijsraad
G. van Pijkeren
Zelfstandig organisatieadviseur, interim manager
- Voorzitter Raad van Toezicht zorg- en welzijnsorganisatie Libertas Leiden - Voorzitter Raad van Toezicht ondersteuningsorganisatie cliëntenraden LOC-Zeggenschap in Zorg. - Lid Raad van Commissarissen organisatie voor ambulante ggz. Max Ernst - Lid Raad van Commissarissen organisatie ggz/maatschappelijke opvang Jan Arends - Voorzitter Raad van Advies Zorgkantoor Amsterdam
C. Langelaar tot 24-06-2011
Burgemeester gemeente Lisse
- Lid Raad van Toezicht Hogeschool Leiden
H.W. van Heuven tot 14-10-2011
Interim directeur InHolland Suriname
- Lid van de Raad van Commissarissen van Stichting Federatie Opvang - Lid van het bestuur van de Vereniging Federatie Opvang - Lid van het bestuur van Comensha
Met ingang van 1 januari 2012 zijn de nieuwe leden de heer I. Ivakic en mevrouw H. Möhring toegetreden tot de Raad van Toezicht.
10 - jaarverslag 2011
Taken en bevoegdheden
Verlenen van goedkeuring
De taken en bevoegdheden van de Raad van Toezicht zijn omschreven in de statuten van Cardea d.d. 29 oktober 2007. De aangepaste statuten zijn op 2 februari 2012 gepasseerd.
In 2011 heeft de Raad van Toezicht goedkeuring verleend aan: - Het financieel en inhoudelijk jaarverslag van 2010; - De Kwartaalrapportages van 2011; - De benoeming van de nieuwe Bestuurder; - De benoeming van nieuwe leden van de Raad van Toezicht; - Het Jaarplan en de interne begroting van 2012; - De Subsidieaanvraag voor 2012; - De nieuwe statuten.
Overleg Leden van de Raad van Toezicht ontvangen een vergoeding voor hun werkzaamheden die valt binnen het kader van het advies van de Nederlandse Vereniging Toezichthouders (NVTZ). De vergoeding staat vermeld in de jaarrekening 2011. In het verslagjaar 2011 is de Raad van Toezicht vijf keer bijeen geweest.
3.4 Bedrijfsvoering Beleidscyclus
Thema's Het toezicht in 2011 bevatte de reguliere jaarlijkse beleidscyclus zoals het strategisch beleid, financiële rapportages en verslagen over de productierealisatie, de begroting en de jaarrekening. Hiernaast zijn de volgende thema's aan de orde geweest: - Strategisch beleid in het perspectief van de op handen zijnde stelselwijziging; - Wijziging van de statuten; - Reglement van de Cliëntenraad; - Samenstelling van de Raad van Toezicht; - Procedure inzake de opvolging van de Bestuurder; - Bevindingen van de nieuwe Bestuurder; - Subsidieaanvraag, - beschikking en – afrekening Provincie; - Toelating en productieafspraken AWBZ-functie 'verblijf'.
De beleidscyclus van Cardea is een belangrijke bouwsteen van het Kwaliteitsmanagementsysteem (KMS) van Cardea. De cyclus omvat de totale kwaliteitscirkel van Deming (Plan, Do, Check, Act). Plan
Cardea hanteert een strategieformuleringsproces waarbij aan de hand van een externe analyse en interne analyse de strategie wordt herijkt. In het jaar 2011 stond de stelselwijziging centraal. Er zijn verschillende sessies gehouden met diverse geledingen in de organisatie en deels in aanwezigheid met een vertegenwoordiger van de cliëntenraad. Uitkomsten zijn onder andere besproken in de Raad van Toezicht. Deze fase is afgesloten met een meerjarenplan en jaarplan. Do
De jaarrekening en begroting zijn in twee separate vergaderingen van de financiële commissie besproken, voorafgaand aan het overleg met de voltallige Raad. De jaarrekening is besproken in aanwezigheid van de accountant in zowel de financiële commissie als in de vergadering van de Raad van Toezicht. Verder is er binnen de Raad een benoemingscommissie ingesteld inzake de opvolging van de Bestuurder. De huisvestingscommissie heeft in 2011 drie maal vergaderd. Belangrijk onderwerp was daarbij de nieuwbouw van een multifunctioneel zorggebouw in Leiderdorp. De Business Case is tevens besproken in de voltallige Raad van Toezicht waarbij de plannen ook in aanwezigheid van de architect zijn besproken. Ander centraal thema binnen de huisvestingscommissie was de Bouwimpuls Zorginstellingen van het vorige kabinet.
11 - jaarverslag 2011
Het meerjarenplan wordt geoperationaliseerd door vertaling ervan in een strategische agenda. Monitoring vindt plaats via de kwartaalrapportage waarin wordt gewerkt met een managementdashboard en een statusomschrijving. Het jaarplan is geoperationaliseerd door vertaling ervan in een meer gedetailleerd activi teitenplan (Cardea-breed en per afdeling). De financiële vertaling van het jaarplan is vastgelegd in de begroting die is vastgesteld door de Raad van Bestuur en is goedgekeurd door de Raad van Toezicht. De begroting is opgebouwd vanuit de subsidiebeschikking van de Provincie Zuid Holland, toegekend budget vanwege de AWBZ en overige contracten. Check en Act
De taakstellende begroting wordt jaarlijks vertaald naar een Balanced Scorecard met als perspectieven klant-
tevredenheid en hulpverleningsresultaat, wachtlijst, kwaliteit, personeel, productiviteit en financiën. Bij elk perspectief zijn kritische succesfactoren opgenomen, waarbij de status wordt aangegeven door middel van een verkeerslicht. Naast deze maandelijkse monitoring wordt in de kwartaalrapportage ook de status weergegeven van de hiervoor genoemde strategische agenda en activiteitenplan. De kwartaalrapportage wordt besproken in de Raad van Toezicht. In 2011 zijn de voorbereidingen in gang gezet om de rapportages verder digitaal en dynamisch aan te bieden aan de lijn- en staffunctionarissen via een Business Intelligence Tool. Een positieve landelijke ontwikkeling is het besluit van Ministerie van VWS, IPO, Jeugdzorg Nederland (en een aantal andere partijen) om over te gaan tot invoering van een jaardocument Jeugdzorg. Hierbij wordt zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij het jaardocument Zorg. Het is een belangrijke stap richting verdere professionalisering van de sector, uniformering van de verantwoording, de vermindering van administratieve lasten en vergroting van de transparantie richting stakeholders. Cardea heeft besloten om voorafgaand aan de landelijke implementatie het format al toe te passen voor het jaarverslag van 2011. Kort samengevat bestaat het jaardocument uit drie delen: het maatschappelijk verslag, de Jaarrekening en de Kwantitatieve gegevens. Het jaardocument is bedoeld voor en kan worden gebruikt door financiers / over heden, brancheorganisatie en is grotendeels openbaar toegankelijk voor het publiek.
Voortgangsbewaking en interne controle Cardea werkt met een jaarplanning waarin de hiervoor beschreven beleidscyclus in de tijd is uitgezet. Cardea werkt met een prospectieve jaaragenda waarin alle agendapunten van het Managementteam, Raad van Toezicht, Cliëntenraad en Ondernemingsraad zijn opgenomen. Dit is voor de overige echelons van de organisatie de basis voor de overlegcyclus, waarin de hiervoor genoemde rapportages worden besproken en de plannen worden gemonitord. De agenda is onderwerp van gesprek tijdens het bilaterale overleg tussen bestuurder en afzonderlijke leden van het Management Team, het overleg tussen sectormanager en teamleiders, het teamleideroverleg en het overleg van gedrags wetenschappers.
12 - jaarverslag 2011
Een belangrijk onderdeel van de interne controle is de beleidscyclus waarbij het strategisch beleid wordt vertaald in normen en een planning, die vervolgens kritisch worden gevolgd. Met financiers bestaat een overlegcyclus, waarin het jaarplan van Cardea, de voortgang en verantwoording van de resultaten centraal staan.
Risicobeheersing Risicobeheersing is verankerd in het Kwaliteit Management Systeem. Cardea hanteert de Zorgbrede Governance Code. Cardea heeft haar strategieformuleringsproces dus danig vormgegeven dat de externe ontwikkelingen in kaart zijn gebracht en zijn vertaald in kansen en bedreigingen. Dit wordt afgezet tegen de sterktes en zwaktes in de interne organisatie. Hieruit ontstaat een SWOT-matrix die is meegenomen in de formulering van het meerjarenplan en jaarplan. Belangrijkste externe ontwikkelingen zijn de op handen zijnde stelselwijziging en de bezuinigingen. Jaarlijks controleert de accountant tijdens de interimcontrole en de jaarrekeningcontrole de opzet, het bestaan en de werking van de administratieve organisatie. Deze controle omvat een beoordeling van de inherente risico's. De EDP-auditor beoordeelt jaarlijks de organisatie van de automatisering en de IT-beheersmaatregelen. Cardea is HKZ-gecertificeerd. Het risicobewustzijn en kwaliteitsdenken zijn verankerd in de beleidscyclus en de daarmee samenhangende processen en procedures (plan-do-check-act). Cardea toetst dit jaarlijks via een interne audit. De uitkomsten worden geclusterd en kunnen resulteren in verbeterplannen. Deze verbeterplannen kennen een vaste template en worden gevolgd via de kwartaalrapportage. In 2011 zijn voorbereidingen getroffen voor de realisatie van een systeem waarmee medewerkers via Webforms verbetervoorstellen gedurende het jaar kunnen indienen die vervolgens op structurele wijze kunnen worden afgehandeld en gevolgd. De verbeterformulieren worden elk kwartaal gevolgd via het activiteitenplan. De actualiteit van het kwaliteitshandboek wordt geborgd doordat voor elk protocol de evaluatiedatum is vastgelegd met een automatische 'herzieningswaarschuwing' ten behoeve van de proceseigenaar. In 2011 heeft Cardea haar financiële workflow management uitgebreid van inkoopfacturen naar het
vastleggen van de procesgang rondom de beschikkingen, de productietoekenning en de contracten. Via een automatische e-mail alert worden belangrijke rapportagedata of overige verplichtingen extra gevolgd en gecontroleerd. Op het gebied van HR is Raet Self Service in gebruik genomen waarmee de verdere borging van de kwaliteit van de administratieve processen, het papierarm werken en het faciliteren van de medewerkers worden gerealiseerd. Het onderhoud van de panden van Cardea vindt plaats op basis van een meerjaren-onderhoudsplan dat is opgesteld door een extern bureau. Cardea heeft een subsidie van Provincie Zuid Holland ontvangen voor de vervangende nieuwbouw van een multifunctioneel zorggebouw. Op 7 september 2011 is de omgevingsvergunning (voorheen: bouwvergunning) aangevraagd bij de gemeente Leiderdorp. Conform de planning wordt in 2012 gestart met de bouw. Er is een intern Vastgoedoverleg onder voorzitterschap van de Raad van Bestuur. Deelnemers zijn de sector managers, de manager Bouwzaken en de manager Bedrijfsvoering. Vaste agendapunten zijn het evalueren van het huisvestingsbestand (functioneel en technisch), de verhouding huur/eigendom, knelpunten en acties. Tevens wordt in het overleg vastgesteld of bestaande en nieuwe accommodaties voldoen aan de geldende eisen (bijvoorbeeld in het kader van de Arbo wet- en regelgeving). Richtinggevend is de strategische huisvestingsvisie waarin nadrukkelijk een koppeling wordt gemaakt met risico's en maatregelen. De subsidieverstrekking door de Provincie Zuid-Holland vindt plaats op basis van de PxQxE–systematiek. Cardea streeft naar een vergaande integratie van PxQxE in haar processen. De kern hierbij is dat inhoud en kosten waar mogelijk met elkaar worden verbonden. Cardea investeert in de verdere ontwikkeling van de sector. Naast participatie in de werkgroepen rondom het jaardocument Jeugdzorg neemt Cardea deel in de voorbereidende werkgroep van een landelijke benchmark die in 2012 voor het eerst wordt uitgevoerd in de sector Jeugd- & Opvoedhulp (met Berenschot als uitvoerder). Binnen de afdeling ICT wordt gewerkt volgens de ITIL-methode. ITIL is een referentiekader voor de inrichting van beheerprocessen binnen een ICT-organisatie. Dit is tevens vastgelegd in het ICT-procedureboek. Cardea maakt gebruikt van een ticketsysteem
13 - jaarverslag 2011
(incidentenregistratie). Het biedt de mogelijkheid om de doorloop- en responstijden te volgen en controleren en te bepalen vanuit welke locatie meldingen worden gedaan. De servers en het netwerk worden met behulp van een applicatie pro-actief gemonitord. Cardea werkt met een comptabiliteitsmatrix. Hierin wordt inzichtelijk gemaakt welke applicaties en software compatibel met elkaar zijn. Wijzigingen in het beheer vindt plaats via een zogeheten Request for Change procedure. Cardea werkt met een derde lijn: een gespecialiseerd IT-bedrijf dat toegang heeft tot dit ticketsysteem. Cardea heeft in 2011 verdere stappen gemaakt in het kader van privacy bescherming en autorisatie. Zo is het gehele kopieerpark overgegaan op het follow-me principe waarbij prints pas worden afgedrukt als de medewerker zijn persoonlijke pincode ingeeft. De Single Sign-on functie is operationeel voor belangrijke kernapplicaties zoals Care4 (Cliëntregistratiesysteem) en HRM Selfservice. In 2011 is verder het pakket Umra in gebruik genomen waarmee er een koppeling is tussen het personeels systeem en de Active Directory (toegangs- en beveiligingssysteem) van de ICT-infrastructuur. Op deze wijze vindt een verdere borging plaats dat alleen geautoriseerde personen toegang krijgen tot gegevens van Cardea. Het genereert ook automatisch e-mail alerts naar de applicatiebeheerders inzake indienst- en uitdiensttreding van personeel. Cardea hanteert een hoge mate van complexiteit ten aanzien van wachtwoordeisen. Inzake 2011 heeft Lloyd's een externe audit gehouden, die heeft geleid tot continuering van het HKZ-certificaat. Daarnaast hebben er (onder andere) inspecties plaatsgevonden door de Inspectie Jeugdzorg en de Arbeidsinspectie. Voorts zijn de RI&E (Arbowet) geactualiseerd en heeft er een EDP-audit plaatsgevonden (interne controlemaatregelen rondom ICT) als onderdeel van de interim- en jaarrekeningcontrole. Hierbij zijn de opzet en werking van de administratieve procedures beoordeeld. Inspecties brandveiligheid, speeltoestellen, legionellapreventie en machines zijn uitbesteed aan daartoe gecertificeerde organisaties. Monitoring van deze organisaties door Cardea is vast onderdeel van het HKZ.
3.5 Cliëntenraad Cardea beschikt over een cliëntenraad (hierna: CR) conform het gestelde in de Wet op de Jeugdzorg en de Wet Medezeggenschap cliënten zorginstellingen. De
CR heeft in 2011 haar reglement herzien. De CR wordt administratief ondersteund door het bestuurssecretariaat van Cardea en voorgezeten door een onafhankelijke functionaris. De CR bestaat minimaal uit vijf leden (voorzitter en vier ouders). Op 31 december 2011 kende de CR de volgende samenstelling: Mevrouw F. Schelling
Voorzitter
Mevrouw S. de Vries
lid
Mevrouw K. Stelck
lid
Mevrouw J. Everink
lid
Meneer F. de Pater
lid
Jongerenraad (Anne en Shakira)
lid
De CR is in 2011 acht keer bij elkaar geweest. De bestuurder heeft iedere vergadering bijgewoond en diverse medewerkers van Cardea hebben gedurende het jaar voorlichting gegeven over hun werkzaamheden. De CR heeft advies uitgebracht over de volgende onderwerpen: klachtenregeling, My Cardea, Tripio, de implementatie van het cliëntenbeleid. Ook is de CR actief betrokken geweest bij de werving van de nieuwe bestuurder en leden van de Raad van Toezicht. Verder zijn de volgende onderwerpen besproken: • Transitie van de jeugdzorg en de stelselherziening; • Het project Jeugdzorg in de buurt; • Crisisopvang; • Cardea-richtlijnen voor het gebruik van social media; • Een spaarplan voor jongeren uit de residentiele zorg; • Bereikbaarheidsdienst; • De relatie tussen onderwijs en jeugdzorg en het stimuleren van de schoolcarrière van jongeren; • Het stimuleren van de talentontwikkeling van jongeren als onderdeel van de hulp. De CR heeft samen met de Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht het reglement van de CR aangepast. In mei is begonnen met een nieuwe wervingscampagne onder het motto "Ben jij het nieuwe gezicht van de Cliëntenraad?". Vervolgens heeft de voorzitter van de CR voorlichting gegeven aan de gezinsbegeleiders bij campus Leiden, campus Alphen en campus oudere jeugd in Leiden. De wervingsactie in 2011 heeft drie nieuwe leden opgeleverd. De werving van leden vraagt continue aandacht van de CR. De voorzitter van de CR schrijft regelmatig artikelen voor intranet of de website over de werkzaamheden van de raad.
14 - jaarverslag 2011
3.6 Jongerenraad Cardea heeft een actieve jongerenraad die ook is afgevaardigd in de cliëntenraad. Voor jongeren is participeren in de jongerenraad vooral een platform om te leren. Voor Cardea is de jongerenraad een belangrijke invulling van het participatiebeleid. In 2011 is een aantal wisselingen geweest in de jongerenraad, waarbij ervaren zittende leden hebben plaatsgemaakt voor nieuwe leden. De jongerenraad vergadert iedere twee weken en heeft werkgroepen op diverse onderwerpen. Twee leden van de jongerenraad zijn afgevaardigd naar de cliëntenraad. De jongerenraad geeft ook trainingen aan nieuwe medewerkers (bejegening) en jongeren van Cardea die 18 worden. Vanuit een landelijke bijeenkomst van het Jeugd WelzijnsBeraad zijn twee jongeren afgevaardigd naar het Nationaal JeugdDebat. In het verslagjaar zijn onder andere de volgende thema's aan de orde geweest: • PR van de jongerenraad; • Looptocht; • Training aan jongeren van Cardea die 18 worden (op-jezelf-woon-kit); • Spaarplan 18+; • Digitale checklist uitstroom jeugdzorg; • Bijeenkomst JeugdWelzijnsBeraad; • Bezoek vertrouwenspersoon; • Première filmweek in Trianon; • Kennismaken nieuwe bestuurder; • Bezoek en gesprek gedeputeerde R. Jansen, provincie Zuid Holland; • Bezoek en gesprek wethouder R. van Gelder, Leiden; • Bijeenkomst stelselwijziging; • Online hulpverlening; • Talentontwikkeling als hulpaanbod (Cardea got talent); • Serious Request; • Kindermishandeling (Signs of Safety).
3.7 Ondernemingsraad De Ondernemingsraad bestaat uit 11 leden. De zetels zijn gedurende het jaar niet volledig bezet geweest vanwege langdurige ziekte en het vertrek van één van de leden. De samenstelling van de OR is een afspiegeling van de organisatie (functies, sectoren, locaties en sexe).
Vergaderen
Taakverdeling
Eens in de veertien dagen vindt er een regulier overleg plaats met alle OR-leden. In 2011 heeft de OR 20 keer vergaderd. De overlegvergadering, waarin de OR overlegt met de Raad van Bestuur, vindt gemiddeld eens per 6 tot 8 weken plaats. Tijdens de overlegvergadering is bij het eerste gedeelte de manager HRM aanwezig om de zaken met betrekking tot het personeelsbeleid door te spreken. In het tweede deel van de vergadering bespreekt de Raad van Bestuur de OR over de ontwikkelingen binnen de organisatie en de zaken die spelen binnen de jeugdzorg.
De OR heeft haar taken over werkgroepen verdeeld: achterban, verkiezingen, contact met de Raad van Bestuur, Arbo-beleid en financiën. De werkgroep 'achterban' heeft geïnvesteerd in de uitbreiding van haar contactpersonen. Via deze contactpersonen raadpleegt de OR de medewerkers over belangrijke bespreekpunten. Daarnaast informeert de OR de medewerkers via 'het bericht van de OR' wat een samenvatting is van de besproken onderwerpen met de Raad van Bestuur. De notulen van de OR en OV-verslagen zijn openbaar en worden geplaatst op intranet.
Thema's
Professionalisering
Een greep uit de besproken onderwerpen binnen de OR: - Stelselherziening jeugdzorg en transitie naar gemeenten; - Opvolging Raad van Bestuur en leden Raad van Toezicht; - Jaarplan en meerjarenplan; - OR reglement, verkiezingen, contacten met achterban; - Interne en externe audit; - Bezoek arbeidsinspectie; - Organisatiestructuur, Quickscan SA; - Medewerkerstevredenheidsonderzoek; - P&O (vakantiebeleid en –opbouw, ziekteverzuim, bedrijfsarts, vertrouwenspersoon); - Indexatie reiskosten werkverkeer; - Software en digitalisering; - Situatie sector Jongere Jeugd; - Nieuwbouw Leiderdorp.
De OR hecht waarde aan het goed kunnen uitoefenen van haar taken. Jaarlijks volgt zij daarom een scholing van twee dagen. Het voorbereiden van de verkiezingen, de visie en missie en het samenwerken met de nieuwe Raad van Bestuur was één van de onderwerpen van de scholing. In 2012 treden zes leden af en stellen vijf leden zich herkiesbaar.
Instemming De OR heeft instemming verleend aan de volgende onderwerpen: bereikbaarheid en achterwacht, beroepsregistratie, jaargesprekken, kwaliteitsdoelstellingen, opleidingsbeleid, studiefaciliteiten, vakantiebeleid, vakantie-opbouw, vertrouwenspersoon en wijzigingen invoeringsdatum vervallen van vitaliteits- en garantieuren voor OBU-gerechtigden, herinrichting personeelsen salarisadministratie, agressie, geweld en seksuele intimidatie, besmettelijke ziekten en biologische agentia, sociale media.
15 - jaarverslag 2011
4 Beleid, inspanningen en prestaties 4.1 Meerjarenbeleid In 2011 is een start gemaakt met het herijken van de strategische oriëntatie en positionering van Cardea. In diverse bijeenkomsten van het managementteam met teamleiders en gedragswetenschappers zijn onder andere de externe en interne analyse en de strategische opties besproken. Dit proces loopt door in 2012. 4.1.1 Missie/Visie
Cardea biedt kinderen, jongeren en ouders professionele intensieve hulp bij het oplossen van complexe gezins-, gedrags-, en ontwikkelingsproblemen. In de
aanpak van Cardea staat de veiligheid van het kind / de jongere voorop. Kenmerkend is de systeemgerichte benadering: Cardea richt zich niet alleen op het kind, maar ook actief en intensief op het gezin en de leefomgeving. 'Oplossingsgericht werken' is een belangrijk element in de visie. Aangezien de aantoonbare effectiviteit van de geboden zorg voor Cardea uitgangspunt is, investeert de organisatie in het meten van resultaten van de zorg en de tevredenheid van de cliënten.
Leidende zorgprincipes Gezinsgericht
De hulp beperkt zich niet alleen tot kinderen, jongeren en ouders. Ook het gezin, de familie (grootouders) en andere relevante personen uit het netwerk van de cliënt worden zoveel mogelijk bij de hulpverlening betrokken. De werkzaamheden worden bij voorkeur binnen het gezin uitgevoerd, in nauwe samenwerking met de school. Als het belang van het kind of jongere en/of het gezin hiermee is gediend, wordt het kind of de jongere in een vervangende gezinssituatie, behandelvorm of begeleide woonvorm geplaatst. En ook dan worden ouders en gezin zo veel mogelijk bij de hulpverlening betrokken.
Vraaggericht
De vraag van de cliënt staat centraal en vormt het uitgangspunt voor verdere hulpverlening. Cliënten komen in de dialoog met de hulpverlener over hun problemen zelf tot een hulpvraag. Op basis van hun vraag komen zij zelf tot keuzes over de behandeling of begeleiding. De hulpverleners zijn in staat cliënten te informeren over de verschillende onderzoeks- en behandelmogelijkheden, alsmede over de doelen die daarbij worden nagestreefd en de resultaten die daarvan verwacht mogen worden. De gedachte hierachter is dat cliënten hierdoor meer gemotiveerd zijn en meer verantwoordelijkheid nemen voor 'hun' hulpverlening, als zij daarin zelf een keuze hebben kunnen maken.
Empowerment
De hulp is gericht op het vergroten van de zelfsturing van gezinnen en het vermogen van het gezin om op eigen kracht de problemen op te lossen. De hulpverlener richt zich op het opsporen van de in het gezin aanwezige krachten en competenties en op het benutten en versterken van deze krachten en competenties.
Oplossingsgericht
In de hulp ligt de focus op de oplossingen en niet op de problemen van de cliënt. Uitgangspunt is dat de cliënt in staat is zijn eigen oplossingen te construeren. Er is altijd sprake van veranderingen en deze kunnen benut worden als kansen. Herhaling van geslaagde gedragingen, hoe klein ook, vormt de basis voor positieve verandering.
Systeemgericht
De hulp richt zich op het hele systeem rond de cliënt. De hulpverleners hebben aandacht voor processen, relaties en interactie in het gezin en voor posities van gezinsleden en de invloed van het bredere systeem waar het gezin deel van uitmaakt. Er is niet één oorzaak voor één probleem, maar er is sprake van circulaire causaliteit: een wederkerig beïnvloedingsproces.
Normaliseren
Het streven is om voor elke cliënt de situatie zo gewoon mogelijk te maken, de problemen hanteerbaar te maken en toe te werken naar het 'herstel van het gewone leven'. Daarom streven we ernaar een uitgebalanceerd zorgpakket 'op maat' samen te stellen. Het zorgaanbod is daartoe opgedeeld in modules die - afhankelijk van de situatie - op flexibele wijze kunnen worden ingezet. De hulp moet zoveel mogelijk plaatsvinden in de eigen omgeving en passen in het gewone leven.
16 - jaarverslag 2011
4.1.2
Strategische context
De omgeving van Cardea verandert de komende jaren sterk, ten gevolge van de stelselherziening en de transitie van de jeugdzorg naar gemeenten. Cardea wil optimaal kunnen inspelen op het veranderende krachtenveld.
Decentralisatie van de Jeugdzorg naar gemeenten Er komt een nieuwe ordening in de bestuurlijke context van de jeugdzorg: de taken en verantwoordlijkheden op het terrein van planning en financiering van de zorg voor jeugdigen worden overgeheveld naar gemeenten. Er ontstaat een ongedeeld stelsel 'zorg voor jeugd': preventie, gemeentelijk welzijnsbeleid, jeugdbescherming, provinciale jeugdzorg, ggz voor jeugdigen en de zorg aan lvb-jeugd komen binnen een nieuw wettelijk kader met een eenduidige financiering. Er komt – zoals het zich nu laat aanzien – een centrale rol voor de Centra voor Jeugd en Gezin. De gemeenten zijn nu al een prominente bestuurslaag als het gaat om de eerste lijnsverantwoordelijkheden, preventieve en licht-curatieve zorg aan jeugdigen en hun ouders. De centra zijn laagdrempelig en gemakkelijk bereikbaar; ouders en kinderen kunnen voor vragen terecht en krijgen direct hulp. Het doel is het voorkomen van het ontstaan van of verergeren van problemen of oplossing van problemen in een vroeg stadium. Van 'recht op jeugdzorg' naar 'opvoeden versterken' De jeugdzorg heeft te maken met een paradigmashift van het recht op jeugdzorg naar de het recht op een adequate opvoeden. Er is een focus op het versterken van eigen kracht en zelfredzaamheid. De voorzieningen worden zoveel mogelijk (preventief) dicht bij de om geving van het kind, gezin en de jongere verleend en sluit zoveel als mogelijk aan bij de vindplaatsen.
Marktwerking Marktwerking doet hoe dan ook langzaam maar zeker haar intrede. Vooralsnog is nog niet zeker op welke wijze gemeenten contracten gaan afsluiten en op welke wijze zorgleveranciers zich dienen te presenteren. Duidelijk is wel dat gemeenten maximale vrijheid willen hebben. Dit betekent dat ook nieuwe aanbieders zich zullen gaan melden.
Uniformering financieringskader Er komt een nieuw wettelijk kader voor de zorg voor jeugd. Hierbij zullen gemeenten zelf de uiteindelijke
17 - jaarverslag 2011
zeggenschap krijgen over de exacte besteding van de middelen.
Terug dringen vraag geïndiceerde jeugdzorg De vraag naar jeugdzorg is de laatste jaren fors gestegen. Dit heeft oplopende wachtlijsten tot gevolg gehad. Met de speerpunten 'laagdrempelige zorg' en 'zorg in de leefomgeving' geven de overheden en zorgverzekeraars richting aan het doel om de vraag naar zorg te verminderen.
Veiligheid Het beschermen van jeugdigen tegen geweld en kinder mishandeling krijgt in de samenleving veel aandacht.
Transparantie De eisen ten aanzien van het afleggen van verantwoording en aansprakelijkheid worden strenger. Dit wordt versterkt door de politieke reactie op gebeurtenissen in de jeugdzorg die maatschappelijk veel commotie veroorzaken. 4.1.3
Strategische uitgangspunten Cardea
Cardea heeft haar ambities uit het meerjarenbeleid 2010-2013 vertaald naar (strategische) uitgangspunten die richting geven aan de jaarplannen. De focus ligt op: • Inspelen op de regierol van lokale overheden. • Uitbreiding inzet evidence based methoden: • Veiligheid en aanpak kindermishandeling; • Aanpak jeugdwerkeloosheid bij multi-problem jongeren: uitbreiding van het Werkhotel-model naar andere gemeenten: sociale en maatschappelijke re-integratie van jongeren van 18 jaar en ouder; • Realiseren AWBZ-financiering voor medischpsychosociale programma's en programma's gericht op oudere jeugd; • Ontwikkeling en inzet van moderne technologie bij de hulp aan wachtlijstcliënten; • Kwaliteitsmanagementsysteem in het kader van HKZ-certificaat.
4.2
Algemeen beleid 2011
In het verslagjaar is uitvoering gegeven aan het jaarplan 2011. De voortgang is in het verslagjaar door middel van periodieke rapportages (maandcijfers en kwartaalrapportages) zowel binnen de afdelingen als op het niveau van het managementteam kritisch gevolgd, geëvalueerd en daar waar gewenst bijgestuurd.
Belangrijke opdracht die Cardea zichzelf in 2011 stelde, is de start van de voorbereiding van de organisatie op de transitie van taken en bevoegdheden op het terrein van de brede jeugdzorg van de provincie naar de gemeenten en de stelselherziening, waarin bestaande schotten tussen deelsectoren moet verdwijnen. Daarnaast moet de organisatie anticiperen op forse bezuinigingen, waarmee de transitie en stelselherziening gepaard zullen gaan. Cardea heeft in 2011 op een aantal terreinen ver anderingen ingezet: • Door te investeren in nieuwe zorgmarkten en door versterking van de positie in bestaande markten; • Door te investering in innovatie, vergroting van de efficiency en effectiviteit; • Door te investeren in meten en verantwoorden; • Door te investeren in ketensamenwerking en ver steviging van het organisatorische draagvlak. Hierna worden kort de belangrijkste resultaten genoemd. Daarna worden de daadwerkelijke resultaten van 2011 gekoppeld aan de beoogde resultaten uit het Jaarplan van 2011. Tenslotte wordt beschreven op welke wijze ondersteunende afdelingen hebben zorg gedragen voor de realisatie van randvoorwaarden.
Verbreding en transitie zorgmarkt Investering in nieuwe zorgmarkten en versterking van de positie in bestaande markten • In 2011 heeft Cardea haar werkzaamheden in het preventieve veld versterkt door te starten met de voorbereiding van het project Jeugdzorg in de Buurt. Daarnaast zijn preventieve werkzaamheden binnen het onderwijs zeer sterk gegroeid. In overleg met de provincie Zuid-Holland en Bureau Jeugdzorg wordt de uitvoering van jeugdzorg zonder indicatie van Bureau Jeugdzorg voorbereid binnen het onderwijs. Voorts heeft Cardea de toelating in het kader van de Wet toelating zorginstellingen voor de functies behandeling en verblijf gekregen. Met het zorgkantoor zijn onderhandelingen succesvol afgerond over de uitbreiding van de productieruimte. Cardea kan in 2012 de combinatie van verblijf met behandeling en begeleiding gaan leveren voor licht- verstandelijk beperkte jeugdigen en jeugdigen met psychiatrische problematiek. Met verzekeraar Zorg en Zekerheid zijn gesprekken gestart over het onderbrengen van delen van het programma Dialoog onder de verzekeringswet.
18 - jaarverslag 2011
• Cardea participeert in netwerken die de transitie en stelselherziening in het werkgebied aansturen. • Van belang is dat de nieuwe initiatieven krachtig worden omarmd, zonder dat dit ten koste gaat van de door de provincie gefinancierde jeugdzorg en de goede relatie die Cardea heeft met de provincie Zuid-Holland.
Innovatie, vergroten efficiency en effectiviteit De Zuid-Hollandse organisaties voor jeugdzorg hebben met de provincie afgesproken om in 2011 en 2012 te komen tot een verkorting van de verblijf- en behandelduur en tot een uitbreiding van het aantal cliënten dat wordt geholpen. In 2011 heeft Cardea project financiering ontvangen om de functie uitstroomcoördinatie te realiseren en heeft extra geld ontvangen om meer jeugdigen ambulant te kunnen helpen. Voor de vormgeving van de functie uitstroomcoördinatie wordt nauw samengewerkt met de collega-organisaties in PSJ-verband. In samenwerking met het NJi wordt gewerkt aan de totstandkoming van een valide instrument voor de identificatie en analyse van doelgroepen. Hiermee is in 2011 gestart. In 2012 moet dit resulteren in een operationeel instrument, waarmee de aard en omvang van de doelgroepen waarop Cardea zich richt, in kaart kunnen worden gebracht. Hieraan worden vervolgens interventies en competenties gekoppeld, zowel in kwalitatieve als in kwantitatieve zin.
Meten en verantwoorden Het thema 'meten en verantwoorden' is ook in 2011 één van de prioriteiten geweest van Cardea. Zo is er een impuls gegeven aan de optimalisering van de registratie en informatieverstrekking van prestatieindicatoren, mede in het licht van de bepaling van de kosteneffectiviteit van de zorg. Op provinciaal niveau is nauw samengewerkt met collega-organisaties in het programma Zicht op Effectiviteit.
Intersectorale ketensamenwerking Cardea heeft ingezet op versterking van de keten samenwerking door met partners zorgaanbod te ontwikkelen (Rivierduinen, Kwadraad) of door het leveren van diensten (bijvoorbeeld binnen het onderwijs). Voor 2011 waren continuering en uitbreiding van de bestaande samenwerkingsverbanden prioriteit. De resultaten hiervan zijn positief. Op het niveau van
de individuele casuïstiek heeft Cardea geïnvesteerd in samenwerking met partners zoals de Hoenderloo Groep. Met deze organisatie is een verkenning uitgevoerd en een plan opgesteld om te komen tot structurele samenwerking in de vormgeving en uitvoering van Jeugdzorgplus-zorgtrajecten. In 2012 wordt dit verder uitgewerkt en worden plannen gerealiseerd.
Participatie in zorg- en/of onderwijsnetwerken Cardea is in toenemende mate actief binnen het onderwijs (zowel het basis- als het voorgezet onderwijs). Naast de werkzaamheden op scholen, participeert Cardea ook in onderwijsnetwerken, waaraan scholen en andere zorgorganisaties zijn gekoppeld. Voorts is Cardea actief in PSJ: het provinciale samenwerkingsverband van Bureau Jeugdzorg en de organisaties voor jeugd- en opvoedhulp. Mede in het perspectief van de stelselherziening is Cardea actief lid van de project-
Doelstellingen jaarplan 2011
groep ketenaanpak van het samenwerkingsverband Holland Rijnland. Ook is Cardea lid vanaf het eerste uur van het Prentenkabinet: het overleg van alle zorginstellingen in de regio met een aanbod voor jeugd.
Overzicht doelstellingen en realisatie van beleid 2011 In het hierna volgende overzicht zijn de beoogde resultaten uit het Jaarplan 2011 opgenomen en is aangegeven welke resultaten in het verslagjaar zijn geboekt. In de beoogde resultaten is vooral aandacht geschonken aan nieuwe initiatieven en specifieke (dikwijls innovatieve) projecten. De 'reguliere productie' (op verschillende subsidietitels) is enigszins onderbelicht. Gesteld kan worden (zie ook de cijfermatige en financiële overzichten) dat op alle fronten Cardea erin is geslaagd om de met de financier afgesproken productie te realiseren.
Realisatie
Uitbreiding productie in andere zorgmarkten Uitbreiding preventie met 30% (onderwijs)
Pluscoach: De productieafspraken zijn gerealiseerd en er is een overbruggingsfinanciering voor 2012 bij de gemeente Leiden gerealiseerd Rebound Duin- en Bollenstreek: er is gestart met daghulp op locatie in Voorhout. De Poort: In 2011 is daghulp in De Poort gerealiseerd. Bij zowel De Poort als Cardea is de intentie uitgesproken om de samenwerking structureel te maken. PC Hooftcollege: In het nieuwe schooljaar is gestart met daghulp en rebound voor Leidse leerlingen (via het zorgloket). ID-College: binnen school is een schoolcoach gestart voor geïndiceerde zorg.
Realisatie uitbreiding AWBZ-gefinancierde zorg
Cardea heeft de toelating voor de functies behandeling en verblijf verkregen. Met het zorgkantoor zijn productieafspraken gemaakt voor 20 plaatsten intramurale zorg (j-LVB en GGZ) voor 2012. Hiermee beschikt Cardea vanaf 2012 over de functies begeleiding, behandeling en wonen. Hiermee is een bedrag van 1,5 miljoen gemoeid.
Start vrij toegankelijke zorg zonder indicatie BJz
In Leiden en Alphen aan den Rijn zijn RAS-gelden ingezet voor training en coaching in het VO.
Bekostiging Dialoog door zorgverzekeraar
Er is gestart met het opstellen van een bedrijfsplan om de financiering en delen van het product van Dialoog onder de zorgverzekeringswet te plaatsen. De kern van het plan: toegevoegde waarde van deze dienstverlening, voor cliënten, financiers en verwijzers aantoonbaar maken. Dit traject heeft een doorloop in 2012.
Intersectorale ketensamenwerking Continuering en intensivering bestaande intersectorale samenwerkingsverbanden
De samenwerking met Rivierduinen is verstevigd door de afstemming rondom de zogenaamde co-producten te verbeteren. Gezamenlijke afspraken zijn gemaakt over de aansturing en de uitvoering van drie soorten samenwerking: - Kennisuitwisseling. - Consultatie ten behoeve van diverse cliënten. - Samenwerking in gezinnen.
19 - jaarverslag 2011
In het kader van project Jeugdzorg in de Buurt wordt samengewerkt met Kwadraad. Cardea is een van de vier pilot organisaties die het concept buurtzorg (vanuit de thuiszorg) toetsen op werkbare onderdelen voor in de jeugdzorg. Uitgangspunten hierin zijn: zelfstandige teams in de wijk ondersteund door een goed werkende ICT-omgeving en faciliterende ondersteunende diensten. Deze pilot wordt ondersteund door Stichting Innovatie Jeugdzorg en de Provincie Zuid-Holland. Participatie in zorg- en onderwijsnetwerken Continuering participatie in netwerken in de zorg en het onderwijs, gericht op individuele casuïstiek en verbetering van de samenwerking
Evaluatie van de samenwerking met Hoge School Leiden heeft plaatsgevonden, afspraken ter verbetering en continuering zijn gemaakt. Met ROC Mondriaan zijn afspraken gemaakt om in diverse projecten samen te werken. Dit wordt in 2012 verder uitgewerkt. Op landelijk niveau is gewerkt aan een samenvoeging van de verenigingen van Ambulante Spoedhulp en Families First. Op landelijk niveau is een orgaan opgericht dat de methodiek Gezin Centraal verder gaat verbeteren en verbreden. De effectiviteit van de methode staat centraal: door onderzoek en training van medewerkers.
Marketing Marketingplan
De analysefase is in 2011 afgerond. Loopt door in 2012.
Productie met structurele provinciale middelen Cardea realiseert de gemaakte productieafspraken
Cardea heeft haar productieafspraken gehaald.
met de provincie Zuid-Holland
Project CliëntenService is gestart met de volgende doelstellingen: Overdracht en snelheid van in- door en uitstroom van cliënten bevorderen door interne afstemming en afstemming met BJZ te verbeteren; Het verbeteren van de interne doorplaatsingsprocedure; Voorbereiding van Cliëntenservice en de cliëntenadministratie op de veranderingen in het kader van de stelselherziening, (qua taken en efficiency).
Maximale wachttijd vijf weken
De wachttijd is gedurende het verslagjaar gemaximeerd op 9 weken. Binnen Cardea worden cliënten bij een langere wachttijd dan 7 weken uitgenodigd voor een eerste gesprek, waarin indien nodig vervangende hulp wordt aangeboden en afspraken worden gemaakt over het moment van de start van de hulpverlening.
Productie met incidentele provinciale middelen Tijdelijke middelen worden voor een periode van tenminste drie jaar ingezet
In 2011 is Cardea erin geslaagd om de tijdelijke subsidie voor het Tiener moederproject (Jong Ouderschap) voor drie jaar veilig te stellen. Andere tijdelijke middelen (wachtlijsten, vertrekcoördinatie) zijn weliswaar voor een kortere periode toegekend, maar worden na de projectperiode structureel toegevoegd aan het budget.
Project Jong Ouderschap/ Tienermoeders
Op 1 april 2011 is in Lisse het tienermoederhuis van start gegaan. Met de provincie is afgesproken dat over een periode van drie jaar 19 moeders met één of meer kinderen instromen in het project. In het startjaar zijn conform de afspraak 5 moeders geplaatst
Wetenschappelijk onderzoek effecten project Tienermoeders
Dit wordt in 2012 uitgevoerd.
20 - jaarverslag 2011
Behandelduur, zorgconsumptie en productietoename Interne normen behandelduur, zorgconsumptie en zorgzwaarte
In samenwerking met het NJI is gestart met een analyse van de doelgroepen binnen de ambulante hulpverlening. Dit om na te gaan, welke hulpvragen de cliënten hebben en of Cardea hierop het juiste aanbod van hulpverlening ontwikkeld heeft. Daarnaast zal dit project leiden tot het inrichten van zorgpaden (trajecten) op basis waarvan de interne en externe logistiek beter geregeld kan worden. Dit project heeft een directe relatie met het project van Cliëntenservice. De resultaten zijn: - Inzicht in de hulpvraag van de cliënten en een analyse of het aanbod van Cardea hierop aansluit; - Per doelgroep het ontwerpen van zorgpaden waarbij in-, door- en uitstroom (zowel intern als extern) wordt geregeld; - Per doelgroep een koppeling aan de personele planning/bezetting.
Overige programma's en producten Continering Werkhotel
Het Werkhotel is uitgebreid met een afnemer: het JA-project.
Continuering productie AWBZ-financiering
Het budget voor de productie onder de functie 'begeleiding' is uitgebreid in 2011
Productie AWBZ-financiering op toelating behandeling
Op de toelating behandeling heeft Cardea in de tweede helft van 2011 een bedrag ontvangen van € 100.000. Door het late tijdstip van toekenning in het jaar, is het helaas niet mogelijk gebleken het bedrag ook in te zetten voor productie.
Contractzorg in het BO- en VO-onderwijs
De inzet van Cardea is gegroeid.
Pluscoaching
ROC Leiden is contactschool voor Zuid-Holland Noord. 149 jongeren hebben een coach bij Cardea gekregen. De gemiddelde duur van trajecten is vier maanden.
Continuering Alert4U
(samenwerking met B4kids) Een pedagogisch medewerker heeft begeleiders binnen de kinderopvang gecoacht hoe om te ga met kinderen met opvallend gedrag.
Streven: Preventie binnen het onderwijs met RASmiddelen
In Leiden en Alphen aan den Rijn zijn RAS-gelden ingezet voor trainig en coaching in het VO.
Online
My Cardea In 2011 zijn 50 medewerkers getraind en is voorlichting gegeven aan de sector jongere jeugd. Er zijn plannen gemaakt voor verdere stappen in 2012. Tripio Het online hulpprogramma Tripio is ingevoerd en wordt gebruikt.
Exposeyour
In samenwerking met het jongerenwerk en het ROC is een jongereninformatiepunt opgezet. In 2011 is de huisvesting gerealiseerd, zijn fondsen aangeschreven en is gestart met het vergroten van de naamsbekendheid.
Werkgroep Crisis
De werkgroep crisis heeft dit jaar de Cardea-brede visie op crisishulp gefor muleerd. Op basis van deze visie is besloten om capaciteit 24-uurs crisisopvang om te bouwen naar crisisopvang in een gezinssetting (GOM). Er is een start gemaakt met een projectplan voor de werving van GOM-ouders in samenwerking met sector 12+. Verder is gekozen voor de uitbreiding van de capaciteit Ambulante SpoedHulp en is opdracht gegeven te onderzoeken welke andere varianten van crisishulp in gezinsconstructie er mogelijk zijn (bijvoorbeeld in de vorm van gezinsopname).
21 - jaarverslag 2011
PxQxE Benchmark prijzen en kostenopbouw
Cardea neemt deel in de voorbereidende werkgroep van een landelijke benchmark die in 2012 voor het eerst wordt gehouden in de sector Jeugd & Opvoedhulp (uitvoering: Berenschot).
Vaststelling programma's en prijzen 2012
De subsidieaanvraag Provincie Zuid-Holland en toekenning AWBZ-budget zijn beschikt.
Koppeling prestatie-indicatoren aan kostprijzen: kosteneffectiviteit
Dit onderdeel is gekoppeld aan de doelgroepanalyse. Opzet is gemaakt, verdere uitvoering 2012.
Effectiviteit Prestatie-indicatoren Jeugdzorg - Tevredenheid cliënten
Scores cliënttevredenheid Ouders 8.0 (norm 7) Jongeren > 12 jaar 7.9 (norm 7)
- Doelrealisatie (GAS-scores)
Scores doelrealisatie: geheel/gedeelteijk 86%
- Positieve beëindiging hulp
Uitval: in 7% van de gevallen heeft cliënt eenzijdig de hulp beëindigd.
Informatisering Optimalisering administratieve organisatie en vereenvoudiging inrichting Care4
De administratieve cliëntroute bij Cardea is door middel van een onderzoek in kaart gebracht. De resultaten van het onderzoek vormen de basis voor een nadere analyse van de invulling en volgorde van de verschillende processtappen. Hulpmiddelen hierbij zijn de LEAN-methodiek en Theory of Constraints. De fase-analyse is in 2011 afgesloten en leidt in 2012 tot besluitvorming en implementatie. De vertaling naar de inrichting van Care4 moet nog worden gemaakt.
Gebruik 'Berg Op' geïntensiveerd
In 2011 is het gebruik van BergOp geïntensiveerd, doordat met het programma de resultaten van nog meer soorten tests worden verwerkt.
Koppeling BergOp aan Care4
De koppeling is gerealiseerd. Professionals kunnen via Care4 het programma BergOp benaderen om vragenlijsten in te vullen waarmee inzicht wordt verkregen in het hulpverleningsresultaat/ effectiviteit. Die uitkomsten zijn automatisch gekoppeld aan Care4.
BergOp online
BergOp heeft in 2011 ook online toepassingen gekregen, zodat vragenlijsten via internet kunnen worden ingevoerd op werkstations waarop BergOp niet is geïnstalleerd. In 2011 is BergOp bijvoorbeeld ook in gebruikgenomen op een school waarmee Cardea een samenwerkingsverband heeft (in het kader van PBS).
Ingebruikname datawarehouse en managementdashboard
Dit project beoogt het digitaliseren van o.a. de kwartaal- en maandrapportages. Er is een presentatie gehouden voor een groep medewerkers vanuit de verschillende functiegroepen. Uitkomst was een positieve evaluatie. In 2012 zal worden gestart met de praktische voorbereiding en implementatie.
Implementatie Zorgpunt
Doel is elektronische uitwisseling tussen informatie Bureau Jeugdzorg en Cardea. Dit omvat de indicatie en de start/stop van de zorg. Project is technisch vrijwel gereed. Acceptatietest staat gepland eerste kwartaal 2012.
Invoering nieuw gegevensmodel en -woordenboek
Cardea heeft geparticipeerd in de werkgroepen rondom het Jaardocument Jeugdzorg. Resultaat is een standaard-format voor de jeugdzorg, analoog aan de jaarrapportage in de (geestelijke) gezondheidszorg.
22 - jaarverslag 2011
Evidence based methoden / Doelgroepanalyse en klantprofielen Doelgroepidentificatie en -analyse
Zie behandelduur, zorgconsumptie en productietoename
Opstelling doelgroepprofielen en formulering gevolgen voor inzet methoden en interventies en opleidingsbeleid
Zie behandelduur, zorgconsumptie en productietoename
Normering behandelduur, zorgconsumptie en zorgzwaarte
Zie behandelduur, zorgconsumptie en productietoename
Inzet evidence based methoden
Gezin Centraal Promotieonderzoek naar de effecten van GC zijn afgerond en heeft mede geleid tot input voor verbeteringen. Stuurgroep GC heeft een jaarplan 2012 opgesteld met diverse verbeterpunten voor het effectief toepassen van de methode. Cardea werkt met collega-organisaties aan de totstandkoming van een landelijk orgaan dat GC gaat verbeteren en verbreden en nagaat of de methodiek ook in een gemeentelijke omgeving kan worden toegepast. LSCI Methode wordt breed toegepast binnen Cardea en uitgezet op scholen waar Cardea mee samenwerkt. Licentiehouderschap wordt verder verbeterd in overleg met Europese licentiehouder.
Participatie in wetenschappelijke onderzoeken
Smiley-onderzoek Wordt door de Rijks Universiteit Groningen als valide meetinstrument gewaardeerd. Actie wordt in 2012 ondernomen om dit instrument digitaal aan te bieden aan cliënten. Met de Rijks Universiteit Groningen wordt samengewerkt om de gegevens verzameld uit dit instrument te benutten voor verder onderzoek en verbetering van de hulpverlening. Voor de methode FFT levert Cardea in 2011 gegevens voor een onderzoek aan PI research. Vanuit jonge jeugd is een bijdrage geleverd aan het RCT onderzoek van de universiteit Maastricht in het kader van effectonderzoek naar de methode PMTO. Het Vraagonderzoek van Gezin Centraal is afgerond en er heeft een interne terugkoppeling van de uitkomsten plaatsgevonden. Een samenvatting van de uitkomsten is gepubliceerd op de website. Er zijn afspraken gemaakt over deelname aan effectonderzoek in 2012 naar de ambulante methode Gezin Centraal in het kader van de landelijke doorontwikkeling.
Randvoorwaarden Flexibilisering inzet personeel: nieuw opleidingsplan
In de kwaliteitsgroepen is geïnventariseerd welke opleidingswensen er op hoofdlijnen zijn in het kader van de professionalisering van het aanbod.
Inzet uren coach/ambulant
Er is tegemoet gekomen aan de vraag uit de markt. Combicontracten zijn gerealiseerd in de meidenhulp, (plus)coaching en rebound.
23 - jaarverslag 2011
4.3
Algemeen kwaliteitsbeleid
Verklaring Omtrent Gedrag
Kwaliteitsmanagementsysteem
Cardea eist van haar (nieuwe) medewerkers een geldige Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). De verklaringen worden iedere 5 jaar opnieuw gevraagd.
Na een kritische beschouwing van ons Kwaliteitsysteem, is een 2011 een verbeterplan gestart om ons systeem te verbeteren, dit plan wordt in 2012 verder uitgevoerd en geëvalueerd, in dit plan worden ook de nieuwe eisen van het HKZ systeem meegenomen.
Doelstellingen jaarplan 2011
Realisatie
Continuering HKZ-certificaat
In augustus 2011 zijn bij de externe audit door Lloyd's drie Minors NC vastgesteld die betrekking hadden op het Kwaliteit Handboek, de interne audits en de aanpak van het totale kwaliteitssysteem. Dit heeft geleid tot een groot aantal interne activiteiten. Begin 2012 zijn deze Minors ingetrokken.
Veiligheid medewerkers Algemeen Het bevorderen van de veiligheid van personeel is een gemeenschappelijk belang. Cardea voert daarom actief beleid met betrekking tot de veiligheid van medewerkers. Zo is er medio 2011 de commissie veiligheid opgericht en een contract met IVP (instituut voor Psychotrauma) afgesloten. De commissie veiligheid rapporteert en doet voorstellen op het gebied van veiligheid en welzijn. Om de arbeidsomstandigheden te optimaliseren, vult de teamleider jaarlijks voor 'zijn' pand(en) de Arbochecklist in. Aan de hand daarvan worden acties ondernomen. Wanneer een pand in gebruik is genomen, vindt eens per vijf jaar een officiële Risico Inventarisatie plaats. Er zijn gecertificeerde bedrijfshulpverleners aanwezig op alle locaties. Daarnaast heeft Cardea een contract met een onafhankelijke bedrijfsarts en een externe vertrouwenspersoon voor de medewerkers. De verbeterpunten die de arbeidsinspectie heeft aangedragen, zijn opgepakt en hebben geleid tot aanpassing van het kwaliteitshandboek en P&O handboek.
Speerpunten - De teams van de naschoolse leergroepen en residentiële voorzieningen zijn in 2011 getraind in LSCI in het kader van veiligheid en het kunnen hanteren van agressie. - In dit jaar zijn binnen de sector zeven kwaliteits groepen gevormd. Dit zijn vakgroepen waarin gedragswetenschappers en teamleiders campusoverstijgend samenwerken met het doel eenduidig aanbod en kwalitatief hoogstaande hulp te organiseren. De kwaliteitsgroepen hebben ontwikkelingen en/of problemen aangepakt die door henzelf zijn geconstateerd, door cliënten zijn benoemd en/of door het management zijn gesignaleerd. De kwaliteitsgroepen hebben zich verantwoordelijk gemaakt voor kwaliteitsverbetering en probleemoplossing in het primaire proces; van zowel de meer harde/ zakelijke kant van het primaire proces als de in houdelijke/methodische kant. Zij hebben per groep drie speerpunten benoemd voor het jaarplan 2012.
Doelstellingen jaarplan 2011
Realisatie
Implementatie LSCI en Signs of Safety
Medewerkers van Perron, JKL en trainingshuis zijn getraind in LSCI. In de zomer van 2011 is het protocol van Signs of Safety vernieuwd.
Plan huisvergaderingen residentie
Per residentie zijn medewerkers getraind en de handleidingen zijn gemaakt. In 2012 wordt geëvalueerd en eventueel bijgesteld.
Agressietraining ambulante medewerkers
De ambulante medewerkers zijn getraind en de methodiek 'Geweldloos Verzet in gezinnen' is geïntroduceerd.
24 - jaarverslag 2011
Brandveiligheid Cardea werkt op het terrein van brandveiligheid intensief samen met de firma Intertraining. Dit bedrijf controleert jaarlijks alle Cardea-accommodaties op brandveiligheid, waarbij de benodigde aanpassingen worden doorgevoerd, de ontruimingsplannen worden opgesteld en er ontruimingsoefeningen worden gehouden. Tevens leidt het bedrijf de ruim 100 bedrijfshulp verleners op. Intertraining beoordeelt de gebruiksvergunningen en vraagt deze aan waar nodig. Daarnaast werkt Cardea samen met het bedrijf Quality Guard, dat de maandelijkse NEN-controles uitvoert op alle accommodaties met een brandmeldinginstallatie.
Gegevensbeveiliging In het kader van gegevensbeveiliging is in 2011 de Single Sign On-functie operationeel geworden voor de kernapplicaties. Het pakket Umra is in gebruik genomen dat zorgt voor een koppeling tussen het personeels systeem en het toegang- en beveiligingssysteem van de ICT-infrastructuur. Op deze wijze vindt een verdere borging plaats dat alleen geautoriseerde personen toegang krijgen tot gegevens. Cardea hanteert een hoog niveau van complexiteit ten aanzien van wachtwoordeisen.
4.4
Kwaliteitsbeleid ten aanzien van cliënten
4.4.1
Kwaliteit van de zorg
Hulpverleningsplanning Bij de start van de hulp wordt samen met de cliënten een hulpverleningsplan opgesteld. Dit hulpverleningsplan geldt als een samenwerkingsovereenkomst, waarin de betrokkenheid van de cliënt centraal staat. In nauwe samenspraak tussen hulpverlener en cliënt wordt afgesproken wat de einddoelen van de zorg zijn (in het verlengde van het indicatiebesluit), op welke wijze daaraan wordt gewerkt en wat de beoogde duur van de hulp is. Halverwege het hulpverleningsproces staan cliënt en hulpverlener stil bij de voortgang van de hulp, en volgt zonodig bijstelling van de plannen. Nieuwe afspraken
zijn richtinggevend voor het verdere vervolg van de hulp. Op deze wijze werkt Cardea in nauwe afstemming met de cliënt op een systematische en voor de cliënt transparante wijze aan de uitvoering van de zorg.
Waardering van zorg door cliënt en medewerker Zicht op effectiviteit Cardea meet aan de hand van vier prestatie-indicatoren de effectiviteit van de geboden zorg. Deze indicatoren zijn landelijk vastgesteld door de Branche Jeugdzorg en het IPO. In een provinciale werkgroep werken vertegenwoordigers van de verschillende zorgaanbieders samen om de vraagstukken rond het benutten van de onderzoeks uitkomsten te bespreken, knelpunten op te lossen en onderlinge afstemming te bevorderen. De uitkomsten op de prestatie-indicatoren worden op individueel cliëntniveau altijd teruggekoppeld en benut om de uitvoering van de hulp verder vorm te geven. Op organisatieniveau heeft Cardea in 2011 voor de verschillende hulpverleningsvormen effectrapportages opgesteld en in de teams besproken. De door de teams aangedragen verbeterpunten hebben betrekking op verschillende aspecten (verhogen respons, verbeteren instrumentarium en onderzoekslogistiek, nadere onderzoek samenhang tussen de verschillende indicatoren etc.). Doelrealisatie Cardea meet de mate waarin de einddoelen bij het beëindigen van de hulp zijn gehaald met de zogenaamde GAS-score. Deze GAS-score wordt in overleg met de cliënt aan de einddoelen toegekend. In 2011 stond bij 60% van de uitgestroomde cliënten de GAS-scores van de einddoelen in Care4 geregistreerd. Dit is lager dan de voor 2011 gestelde streefnorm van 90%. Nader onderzoek hiernaar laat zien dat hoewel de GAS-scores in het eindverslag wel gescoord staan de stap naar het registeren daarvan in Care4 nog niet altijd gezet werd door de hulpverleners. De voor 2011 vastgestelde kwaliteitsdoelstelling was dat bij 75% van de doelen een score van 1 (gedeeltelijk) of 2 (geheel gerealiseerd)hoger is gehaald. Van de in Care4 geregistreerde GAS-score was 86% gescoord met een 1 of hoger;
Doelen gehaald?
Norm
Werkelijk
Ja
Norm
47%
Gedeeltelijk
Min 75% gedeeltelijk of geheel gerealiseerd
39%
Nee
Max. 25 %
14%
25 - jaarverslag 2011
Reden beëindiging
Van 73% van de cliënten stond de reden van beëindiging geregistreerd in Care4. Dit is lager dan de voor 2011 gestelde streefnorm van 90%.
De kwaliteitsdoelstelling voor 2011 luidde: bij minimaal 80% van de cliënten die vertrekken is er sprake is van een beëindiging conform plan c.q. in overleg.
Norm
Werkelijk
Hulp door BJZ/Cardea eenzijdig beëindigd
3%
Door cliënt eenzijdig beëindigd
7%
Beëindiging door externe omstandigheden
2%
Uitgevoerd volgens plan/ in overleg beëindigd
Min 80%
Cliënttevredenheid
Alle cliënten die Cardea verlaten (met uitzondering van het programma Omgangsbegeleiding en Crisishulp) worden gevraagd een Exit-lijst in te vullen. De algemene tevredenheid over de geboden hulp door Cardea wordt uitgedrukt in een rapportcijfer. In 2011 heeft bijna 1/3 (31%) van de ouders/verzorgers de vragenlijst ingevuld. Bij de vertrekkende de jongeren (ouder dan 12 jaar), lag dit percentage lager, namelijk op 19%. In 2011 was als streefnorm geformuleerd dat 40% van de uitgezette lijsten ingevuld zouden worden met daarbij als kwaliteitsdoelstelling dat er gemiddeld minimaal een 7 gescoord wordt. Ook wordt de tevredenheid van de ouders over het resultaat van de hulp gemeten en uitgedrukt in een factorscore. De gemiddelde factorscore van ouders over resultaat van de hulp is 3.55 en van jongeren ouder dan 12 jaar 3.46. Een score boven de 3.0 valt binnen de categorie "goede beoordeling".
88%
Veiligheid cliënten De veiligheidsbarometer
In 2011 is onder jongeren ouder dan 12 jaar die verblijven in een 24-uursvoorziening van Cardea en/ of gebruik maken van een dagbehandelingplaats de veiligheidsbarometer uitgezet. Deze vragenlijst meet de veiligheidsbeleving van jongeren die bij Cardea verblijven. Jongeren zijn gevraagd de vraag "hoe tevreden ben jij over de veiligheid binnen Cardea" met een rapportcijfer te beantwoorden. In 2009 was het gemiddelde rapportcijfer een 7.5. In 2011 een 8. In 2011 was het laagste rapportcijfer een 6 en het hoogste een 10. Samen met de jongerenraad van Cardea en de verschillende 24-uurs teams wordt besproken wat Cardea kan doen om de veiligheid van de jongeren (op specifieke terreinen) nog verder te verbeteren. Commissie veiligheid
Afname ernst problematiek
In 2011 is Cardea gestart met het uitzetten van vragenlijsten om de ernst van de problematiek bij aanvang van de hulp (beginmeting) en bij het afronden van de hulp (eindmeting) te meten. Door de begin- en eindmeting met elkaar te vergelijken ontstaat er inzicht in de mate waarin de gemeten problematiek is afgenomen. Over 2011 waren er nog te weinig begin- én eindmetingen beschikbaar om daarover in het jaar verslag een representatief beeld over de afname van de problematiek te kunnen geven.
26 - jaarverslag 2011
In 2011 heeft Cardea de commissie veiligheid geïnstalleerd, bestaande uit een P&O adviseur, een beleidsmedewerker, een gedragswetenschapper en een teamleider. De commissie heeft tot doel de systematische wijze het aantal incidenten en (bijna) ongevallen te analyseren, binnen de organisatie bespreekbaar te maken en verbeterpunten te formuleren. De commissie rapporteert twee keer per jaar aan het MT. De vastgestelde rapportages worden verstuurd naar de Inspectie jeugdzorg en ter informatie verstrekt aan de OR en de cliëntenraad.
Doelstellingen jaarplan 2011
Realisatie
Prestatie-indicatoren Jeugdzorg - Tevredenheid cliënten
Scores cliënttevredenheid Ouders
8.0 (norm 7)
Jongeren > 12 jaar 7.9 (norm 7) - Doelrealisatie (GAS-scores)
Scores doelrealisatie: geheel/gedeelteijk 86%
- Positieve beëindiging hulp
Uitval: in 7% van de gevallen heeft cliënt eenzijdig de hulp beëindigd.
Meting prestaties aan de hand van vastgestelde prestatie-indicatoren
De uitkomsten van Zicht Op effectiviteit (ZOE) in 2011 zijn in het vierde kwartaal via de kwaliteitsgroepen in de sector teruggekoppeld naar de teams. Vanuit de teams worden in het eerste kwartaal 2012 feedback en verbetervoorstellen teruggekoppeld naar de projectleider ZOE. Op basis hiervan volgt een verbeterplan.
Invoering prestatie-indicator 'afname problematiek' in het primaire proces
Staat gepland voor 2012.
4.4.2 Klachten Algemeen
Elke cliënt krijgt bij de start van de hulpverlening een folder waarin informatie over het klachtenbeleid van Cardea is opgenomen. Hierin wordt uitgelegd waar de cliënt met klachten terecht kan. Cliënten die hun ontevredenheid uiten, worden gewezen op: - De mogelijkheid tot het indienen van een interne klacht via de website; - Het bestaan van de cliëntenvertrouwenspersoon (AKJ); - De mogelijkheid tot het indienen van een klacht bij de Externe Klachtencommissie, desgewenst ontvangt de cliënt een exemplaar van het klachtenreglement van deze commissie. De registratie van klachten vindt plaats bij het bestuurssecretariaat aan de hand van het registratieformulier. Jaarlijks vindt rapportage plaats aan de bestuurder. Klachten van cliënten en de klachtafhandeling worden opgenomen in het klachtendossier van de bestuurder. Klachten in 2011
In 2011 zijn zeven klachten van cliënten ontvangen. De eerste klacht betrof een ouder van een ex-cliënte. De ouder is uitgenodigd voor een gesprek, waaraan heeft hij geen gehoor heeft gegeven. Uiteindelijk is de ouder, vanwege zijn gedrag, gesommeerd uit de buurt van de locatie te blijven waar zijn dochter hulp had ontvangen.
27 - jaarverslag 2011
De tweede klacht ging over het opzeggen van vertrouwen in een gezinsbegeleider. De klacht is naar tevredenheid opgelost. Bij de derde klacht ging het over gedrag van pedagogisch medewerker betreffende intimiteit (politieaan gifte). De klacht is ingetrokken. Achteraf bleek de klager de klacht te hebben verzonnen als motief te gebruiken voor een ander doel. De vierde klacht is binnengekomen via het AKJ. De klager vond dat Cardea onvoldoende had gedaan in de behandeling van haar dochter. De klacht is naar wens afgehandeld. De vijfde klacht is door de Externe Klachtencommissie behandeld. Een ouder had op een aantal punten geklaagd en is op een aantal punten in het gelijk gesteld. Kern van de klacht was, dat de status van onderdelen van het dossier niet altijd duidelijk zijn en ook onduidelijk is met welke personen over dossiermateriaal wordt gecommuniceerd (en met wel doel). Bij de zesde klacht betrof het bewoners die over het gedrag van jongeren klaagden. Het ontbreken van leiding 's avond en 's nachts was de kern van de klacht. Uit de emailcorrespondentie kan worden geconcludeerd dat de klager zich gehoord heeft gevoeld. De zevende klacht ging over de handelswijze van medewerkers. De klacht is naar tevredenheid opgelost.
Betekenis uitkomsten
4.4.3 Toegankelijkheid
Belangrijke conclusie is dat het aantal klachten laag is en adequaat wordt gereageerd op een officieel ingediende klacht.
In 2011 zijn verbeteringen gedaan met betrekking tot de toegankelijkheid van Cardea. De website is vernieuwd en het foldermateriaal is aangepast. Cliënten en potentiële cliënten kunnen via het centrale telefoonnummer direct in contact komen met de juiste persoon.
Verbetervoorstellen
In 2011 zijn de drie verbetervoorstellen uit 2010 uitgevoerd, namelijk: • Het formulier 'melding ongenoegen cliënt' dat ingevuld wordt door de teamleider is verwijderd. • Op de website is, op een voor cliënten eenvoudig te vinden plaats, het meldingsformulier ongenoegen en de klachtenprocedure geplaatst met een digitaal in te vullen klachtenformulier. • Het advies van het AKJ-rapport is geanalyseerd. Het rapport is met het AKJ en met de Raad van Bestuur besproken. Het AKJ-rapport geeft een opsomming van allerlei meldingen en bemoeienissen met cliënten. Er is veelal geen sprake van grote klachten maar van aandachtpunten waar nota van is genomen. Tussentijds wordt het contact onderhouden door de manager primair proces.
Het lange termijnbeleid van Cardea is erop gericht op de instroom van cliënten naar geïndiceerde zorg te verminderen. Hiertoe is geïnvesteerd op het versterken van het voorliggende veld en tijdig zorg bieden dicht bij de cliënt. Ook zijn maatregelen genomen om de wachttijden zoveel als mogelijk te beperken: • Actieve monitoring van in-, door- en uitstroom. Daar waar mogelijk verkorten van doorlooptijden; • Aanpak van wachtlijsten door de inzet van extra wachtlijstmiddelen. • Inzet op het preventieve vlak (onder andere op scholen om uitval te voorkomen) gericht op het verkomen van instroom in de geïndiceerde zorg; • Verder ambulantiseren van zorg; • Samenwerking met partijen om de in-, door- en uitstroom te bevorderen.
Doelstellingen
Realisatie
Volgen van doorlooptijden en evalueren op basis van norm
Met financiële steun van de provincie wordt gestuurd op in-, door-, en uitstroom van cliënten. Normering van behandel- en verblijfsduur is in voorbereiding. Dit moet ertoe leiden dat Cardea einde 2012 3% meer productie kan leveren binnen de bestaande financiële kaders.
Inzet extra gelden ten behoeve van wachtlijstbestrijding
Cardea heeft einde 2011 extra financiële middelen van de provincie ontvangen om de ambulante productie structureel te verhogen.
28 - jaarverslag 2011
4.5
Kwaliteit ten aanzien van medewerkers
4.5.1 Inleiding
In de voorgaande paragrafen is op verschillende plaatsen gesproken over de plannen van Cardea. In deze paragraaf zetten we de speerpunten voor 2011 op een rij. 4.5.2 Personeel Doelstellingen jaarplan
Realisatie
Wisseling Raad van Bestuur
Conform plan gerealiseerd
Veiligheid van medewerkers
Zie 4.3
Twee onderzoeken: 1. Onderzoek naar het belang van de direct leidinggeven bij het tot stand komen van resultaten binnen een organisatie 2. Verzuimonderzoek
Beide onderzoeken zijn conform plan uitgevoerd
Automatisering P&O-processen
Conform projectplan uitgerold
Diversiteitsbeleid
Staat gepland voor 2012
Verloop personeel Verloop personeel (vast en tijdelijk)
Aantal personeelsleden
Instroom personeel in loondienst 2011 (totaal)
58
Doorstroom personeel in loondienst 2011 (totaal)
7
Uitstroom personeel in loondienst 2011 (totaal)
49
Ziekteverzuim Personeelsformatie
Percentage
Verzuim personeel totaal
5,17
Jaar
Verzuim %
Meldingsfrequentie
Gem. verzuimduur (dagen)
2007
3,7
1,4
11
2008
4,7
1,5
10
2009
5,7
1,4
12
2010
4,6
1,0
15
2011
5,2
1,4
13
Definities
Alle verzuimdagen / beschikbare dagen
Begonnen ziektegevallen / personeelssterkte
Verzuimduur beëindigde / ziektegevallen
Verzuimpercentages laten gedurende het jaar en over de jaren heen altijd golfbewegingen zien. In de loop van 2011 bleef het verzuimpercentage stijgen. Hierop is actie ondernomen, los van het feit dat ook een aantal langdurig zieke medewerkers is hersteld of voor hen een andere oplossing is gevonden. Het laatste kwartaal van 2011 laat een licht dalende trend in het verzuim zien.
29 - jaarverslag 2011
4.5.3
Kwaliteit van het werk
Vertrouwenspersoon Drie medewerkers hebben contact gezocht met de vertrouwenspersoon. 1 Eén medewerker voelde zich onheus bejegend door de directe leidinggevende/teamleider. 2 Eén medewerker voelde zich onveilig binnen de organisatie en onheus bejegend door de teamleider en een orthopedagoog. 3 Eén medewerker voelde zich onveilig in het contact met- en onheus bejegend door de teamleider en een orthopedagoog. Bij de medewerkers ging het om 2 vrouwen en een man. Twee medewerkers hebben na een telefonisch consult en advies geen contact meer opgenomen met de vertrouwenspersoon. Bij een andere medewerker heeft er, naast individuele consulten, eveneens een gesprek plaatsgevonden met de teamleider, een orthopedagoog en een medewerker van P&O.
4.6
Samenleving en maatschappelijk verantwoord ondernemen
Cardea staat midden in de samenleving. Dit heeft een zichtbare weerslag op de manier van werken (systeemgericht). Hierbij past veel openheid en samenwerking. Het streven naar duurzame ondersteuning en hulp bij opvoeden en opgroeien en perspectief voor kinderen, ouders en jongeren staan bovenaan. Maatschappelijk verantwoord ondernemen bestaat voor Cardea uit 'people, planet en profit'. Voor het onderdeel people worden cliënten, medewerkers en samenwerkingspartners gevraagd naar de mate van tevredenheid over Cardea. Verbetertips en klachten worden serieus opgepakt. Cardea streeft naar constante ontwikkeling van cliënten en medewerkers. Bij het inkoopbeleid wordt zoveel als mogelijk rekening gehouden met het onderdeel planet. Voor wat betreft profit is het zijn van een financieel gezonde organisatie speerpunt. Het handhaven van positieve financiële resultaten is ook voor de komende periode met verminderende budgetten een speerpunt.
4.7
Financieel beleid
Het financieel beleid is onderdeel van het kwaliteitsmanagementsysteem (vooral van de beleidscyclus).
30 - jaarverslag 2011
Een belangrijke verandering in de omgeving zijn de aangekondigde stelselwijzigingen. Tot voor kort was het financieel beleid erop gericht om het Eigen Vermogen minimaal te laten groeien om binnen te grenzen van de subsidieverordening te blijven (reserve segment Jeugd en Opvoedhulp mag maximaal 10% zijn van de subsidiebeschikking). Blijkens het rapport van BMC 'marktanalyse in het kader van de transitie jeugdzorg' gelden als mogelijke varianten na stelselwijziging subsidiëring en contracteren als basisvormen. Dit vergt een ander financieel beleid gericht op het kunnen opvangen van 'slecht weer'. Thema's zijn dan het verder versterken van de balans (het vergroten van het weerstandsvermogen en de liquiditeitspositie) maar ook van de operationele processen (flexibilisering van de inzet van het personeel en de zorg). De Provincie ZuidHolland en de gemeenten zijn betrokken ketenpartners waarbij Cardea het volste vertrouwen heeft dat er een ordentelijke transitie zal plaatsvinden teneinde het beoogde doel te realiseren: verdere verbetering van het jeugdzorgstelsel. Tenslotte geldt dat Cardea zich zal moeten voorbereiden op de effecten van de landelijke bezuinigingen. In 2011 heeft Cardea geparticipeerd in het landelijke project "Jaardocument jeugdzorg" onder regie van het ministerie van VWS. Cardea acht het een belangrijke stap in de verdere professionalisering van de sector en uniformering van de verantwoording en transparantie naar de stakeholders van de sector. Cardea hoopt dat ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten later alsnog het convenant Jaardocument Jeugdzorg zal ondertekenen. Cardea heeft – vooruitlopend op de landelijke implementatie - bij het opstellen van de jaarrekening het Jaardocument Jeugdzorg gehanteerd. Aanvullend heeft Cardea een extra specificatie opgenomen ten aanzien van de vaste activa, financieringstekort/overschot (AWBZ) en de huurverplichtingen. Bovendien is er een extra overzicht opgenomen inzake de panden in eigendom.
Exploitatie 2011 Het resultaat 2011 bedraagt € 274.378, waarvan € € 6.177 het segment AWBZ betreft en € 67.186 het segment WMO/overig. Het Eigen Vermogen bedraagt ultimo 2011 € 1.718.665. Als gevolg van een achtergestelde lening van € 550.000 komt het weerstandsvermogen uit op € 2.268.665.
De productieafspraken met de Provincie Zuid-Holland en AWBZ zijn gerealiseerd. De afspraken AWBZ ten aanzien van 2012 zijn uitgebreid met de functie verblijf. Hiermee groeit dit segment verder uit tot circa € 1,5 mln. Het aantal cliënten in zorg in 2011 is toegenomen ten opzichte van 2010 (respectievelijk 2.996 en 2.807). Als toelichting op de afwijkingen hoger dan 10% van de begroting geldt: Het wettelijk budget voor aanvaardbare kosten is 37% hoger dan begroot. De Nederlandse Zorgautoriteit
heeft op basis van de werkelijke productie in het eerste halfjaar 2011 het budget naar boven toe bijgesteld. De gerealiseerde productie is hier binnen gebleven. De overige opbrengsten zijn 14% hoger dan begroot. Dit betreft meerdere kleine posten waaronder niet begrote fondsen voor het project jeugdzorg in de buurt. De afschrijvingen liggen onder de begroting als gevolg van uitgestelde investeringen (met name ICT). Het finan cieel resultaat was prudent begroot in verband met de onzekere renteontwikkelingen.
Ratio's
2011
2010
Budgetratio (weerstandsvermoge/totaal baten)
9,3%
5,9%
23,3%
11,5%
1,44
1,03
1,1%
0,9%
Solvabiliteit (weerstandsvermogen/totaal vermogen) Liquiditeit - current ratio Resultaatratio (nettowinst/totaal baten)
Reservepositie en balansverhoudingen Het weerstandsvermogen van Cardea is in 2011 met € 824.378 toegenomen als gevolg van een positief exploitatieresultaat van € 274.378 en een nieuw aangetrokken achtergestelde lening van € 550.000 Dit leidt tot een groei van het budgetratio van 5,9% naar 9,3%, een solvabiliteit van 11,5% naar 23,3% en een current ratio van 1,03 naar 1,44. Laatstgenoemde twee ratio's zullen naar verwachting in de komende jaren afnemen als gevolg van de voorgenomen vervangende nieuwbouw van het multifunctionele zorggebouw te Leiderdorp. Cardea is een gesubsidieerde organisatie, opererend in een maatschappelijke context, en wil daarom niet meer reserveren dan op grond van een gezonde bedrijfs voering noodzakelijk is. In de zorgsector wordt gezien het toenemend risicoprofiel inmiddels uitgegaan van een budgetratio van 15% tot 20%. Cardea streeft ernaar om naar dat niveau toe te groeien. Cardea acht een resultaatratio van 1% als minimum en hanteert als doelstelling een bandbreedte van één tot twee procent. Cardea wil door middel van benchmarking en verder onderzoek komen tot verdere (interne)
31 - jaarverslag 2011
normering rondom het solvabiliteitspercentage. Complicerende factoren zijn het niet mogen salderen van liquide middelen (voorschotten subsidies) met nog te besteden subsidies, panden met boekwaardes ver onder de marktwaarde, waarborghypotheken etc.
Perspectief 2012 en verder Belangrijk project in 2012 is de verdere realisatie van de nieuwbouwplannen van het multifunctionele zorggebouw te Leiderdorp. Dit zal inspanningen vergen van allerlei geledingen van het personeel van Cardea met als eindresultaat een functioneel gebouw die belangrijk bijdraagt aan het faciliteren van de inhoudelijke zorg. Verder wil Cardea ook vanuit het perspectief van bedrijfsvoering bijdragen aan de ontwikkeling van de sector. Dit omvat het participeren in de werkgroepen jaardocument jeugdzorg, het bijdragen aan het ontwerp van een benchmark voor de Jeugd & Opvoedhulp samen met Berenschot en het voorbereiden op de komende stelselwijziging waaronder het borgen van de verbinding tussen inhoud en financiën: het sturen op kosteneffectiviteit
5 Jaarrekening 2011 5
Jaarrekening
5.1
Balans per 31 december 2011
(na resultaatbestemming) Activa
Ref.
31-dec-11
31-dec-10
e
e
Vaste activa Immateriële vaste activa
1
0
0
Materiële vaste activa
2
4.102.289
4.686.030
Financiële vaste activa
3
Totaal vaste activa
0
0
4.102.289
4.686.030
Vlottende activa Vorderingen uit hoofde van te verrekenen subsidies
4
440.699
215.062
Vorderingen uit hoofde van financieringstekort
5
0
158.761
Vorderingen en overlopende activa
6
455.523
416.290
Liquide middelen
7
4.723.951
7.081.193
Totaal vlottende activa
5.620.173
7.871.306
Totaal activa
9.722.462
12.557.336
31-dec-11
31-dec-10
e
e
91
91
Passiva Eigen vermogen
Ref. 8
Kapitaal Collectief gefinancierd gebonden vermogen
827.217
620.025
Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
891.357
824.171
1.718.665
1.444.287
550.000
0
2.268.665
1.444.287
1.314.543
1.203.125
1.275.434
1.295.186
968.686
968.686
372.641
4.018.936
Totaal eigen vermogen Achtergestelde lening
9
Weerstandsvermogen Voorzieningen
10
Langlopende schulden
11
Schulden aan kredietinstellingen Waarborghypotheken Kortlopende schulden Schulden uit hoofde van te verrekenen subsidies
12
Schulden uit hoofde van financieringsoverschot
13
50.332
0
Kortlopende schulden en overlopende passiva
14
3.472.161
3.627.116
9.722.462
12.557.336
Totaal passiva
32 - jaarverslag 2011
5.2
Resultatenrekening over 2011
Resultatenrekening
Ref.
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
e
e
e
Opbrengsten: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
16
309.668
226.037
239.273
Niet- gebudgetteerde zorgprestaties
17
20.023
0
20.958
Subsidies
18
23.268.763
23.161.175
23.389.267
Overige bedrijfsopbrengsten
19
804.419
707.747
696.225
24.402.873
24.094.959
24.345.723
19.212.530
19.006.013
18.962.301
Som der bedrijfsopbrengsten Lasten: Personeelskosten
20
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
21
446.605
503.495
442.400
Overige bedrijfskosten
22
4.531.830
4.365.166
4.792.019
24.190.965
23.874.674
24.196.720
211.908
220.285
149.003
62.470
30.444
67.637
274.378
250.729
216.640
0
0
0
274.378
250.729
216.640
207.192
259.346
210.193
Som der bedrijfslasten Bedrijfsresultaat Financiële baten en lasten Resultaat uit gewone bedrijfsvoering Buitengewone baten en lasten Resultaat boekjaar
23
Resultaatbestemming Het resultaat is als volgt verdeeld: Toevoeging/(onttrekking): Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
33 - jaarverslag 2011
67.186
(8.617)
6.447
274.378
250.729
216.640
5.3 Kasstroomoverzicht over 2011 Kasstroom uit operationele activiteiten
2011 e
Bedrijfsresultaat
e
2010 e
211.908
e
149.003
Aanpassingen voor: - afschrijvingen
446.605
- mutaties voorzieningen
111.418
442.400 153.940 558.023
596.340
Veranderingen in vlottende middelen: - vorderingen/schulden uit hoofde van subsidies - vorderingen
(3.871.932)
2.971.973
(39.233)
(185.969)
- vorderingen/schulden uit hoofde van financieringsoverschot/tekort
209.093
- kortlopende schulden (excl. schulden aan kredietinstellingen)
(154.955)
Kasstroom uit bedrijfsoperaties
(1.159.127) (3.857.027)
1.626.877
(3.087.096)
2.372.220
Ontvangen interest
120.088
99.929
Betaalde interest
(57.618)
(32.292) 62.470
Totaal kasstroom uit operationele activiteiten
67.637
(3.024.626)
2.439.857
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen materiële vaste activa Desinvesteringen materiële vaste activa Boekwinst desinvesteringen Aanwending subsidiebijdragen/legaten/egalisatiefonds
(2.241.976)
(1.417.720)
74.815 327.787 1.976.510
Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
755.233 137.136
(662.847)
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen
550.000
Aflossing langlopende schulden
(19.752)
Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
Mutatie geldmiddelen Er is gebruik gemaakt van de indirecte methode.
34 - jaarverslag 2011
610.000 (14.814) 530.248
(2.357.242)
595.186
2.372.556
5.4 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 5.4.1 Algemeen activa. De post egalisatiefonds wordt gepresenteerd als onderdeel van de vaste activa, dat wil zeggen: daarop
Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de algemene (subsidie)bepalingen Jeugdzorg met in het bijzonder de subsidievoorwaarden van Provincie Zuid-Holland alsmede de richtlijn voor de Jaarverslaggeving 640 (RJ 640). Ten opzichte van de RJ640 is - om reden zoals uiteengezet in de paragraaf 'vergelijking met voorgaand jaar', 'de grondslagen' en bij de toelichting op de balansposten materiële vaste activa en achtergestelde leningen - afgeweken op de volgende onderdelen van de verantwoording: - In de balans wordt de post weerstandsvermogen getoond waaronder - overeenkomstig haar karakter de achtergestelde lening is gepresenteerd; - De post egalisatiefonds huisvesting wordt gedoteerd middels boekwinsten op panden in eigendom en is gepresenteerd als onderdeel van de materiële vaste activa, dat wil zeggen in mindering gebracht op de boekwaarde bedrijfsgebouwen & terreinen.
Vergelijking met voorgaand jaar Cardea heeft bij het opstellen van de jaarrekening de versie van het jaardocument Jeugdzorg gehanteerd zoals opgesteld door VWS en ter instemming is voorgelegd aan de provincies (vertegenwoordigd door de algemeen directeur van het Interprovinciaal Overleg), de stadsregio Rotterdam, Amsterdam en Haaglanden, Jeugdzorg Nederland, Inspectie Jeugdzorg, Centraal Bureau voor de Statistiek en het Landelijk Cliëntenforum Jeugdzorg. In de staatscourant van 12 december 2011, nummer 22304, hebben betrokken partijen het convenant Jaardocument Jeugdzorg ondertekend. Per begin maart 2012 hebben alle betrokkenen schriftelijk ingestemd waarmee het jaardocument is vastgesteld. Aanvullend heeft Cardea een extra specificatie opgenomen ten aanzien van de vaste activa, financieringstekort/overschot (AWBZ) en de huurverplichtingen en is er een extra overzicht opgenomen inzake de panden in eigendom.
De grondslagen van waardering en van resultaat bepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar, met uitzondering van het volgende: De balansposten immateriële vaste activa en financiële vaste activa zijn gereclassificeerd als materiële vaste
35 - jaarverslag 2011
in mindering gebracht. Verder worden de toegekende subsidies en de tegenpost nog te besteden subsidies niet langer separaat als vordering en schuld gepresenteerd. De bedragen worden gesaldeerd en het saldo wordt debet of credit opgenomen. Geen van deze wijzigingen leiden tot veranderingen in het resultaat of vermogen. De vergelijkende cijfers zijn aangepast.
Vergelijking met de begroting De in de jaarrekening opgenomen begrotingscijfers zijn gebaseerd op de door de Raad van Bestuur vastgestelde en de door de Raad van Toezicht goedgekeurde begroting 2011.
Verbonden rechtspersonen Onderstaande Stichtingen hebben een binding met Stichting Cardea Jeugdzorg waarbij er geen sprake is van overheersende zeggenschap. Ze zijn niet in de consolidatie betrokken. Stichting Quality 4 Children Nederland is ingeschreven onder nummer 08181069 in de Kamer van Koophandel en heeft als activiteit: `Verspreiding bevorderen van kennis en toepassing van de in- en voor de Nederlandse Jeugdzorg ontwikkelde kwaliteitsstandaarden, die zijn opgesteld vanuit optiek van kinderen en jongeren die uit huis zijn geplaatst in de jeugdzorg, de jeugd geestelijke gezondheidszorg en de gehandicaptenzorg, alsmede hun ouders en eventuele pleegouders'. Er hebben geen onderlinge transacties van materieel belang plaatsgevonden. De administratie wordt gevoerd door Stichting Cardea Jeugdzorg. Stichting de Vrienden van Margriet is ingeschreven onder nummer 41165283 en heeft als doel: 'het bevorderen en ondersteunen van de research, ontwikkeling en publicatie in instellingen op het gebied van de jeugdhulpverlening'. In 2011 is er een achtergestelde lening verstrekt aan Cardea Jeugdzorg. Stichting ter ondersteuning van het Kinderrechtenhuis Nederland is ingeschreven onder nummer 28102830 en heeft als activiteit: 'Ontwikkelen van een kinderrechtenhuis Nederland als verzamelgebouw, met verwezenlijking van kinderrechten'. Er hebben geen onderlinge transacties plaatsgevonden.
Stichting Cardea Jeugdzorg is lid van de vereniging 'Coöperatie Tripio U.A.'. De vereniging is ingeschreven onder nummer 24447926 in de kamer van Koophandel en heeft als activiteit: 'Door middel van dienstverlening de stoffelijke belangen van haar leden te behartigen door met hen of namens hen overeenkomsten te sluiten; Digtiale Jeugdhulpverlening'.
5.4.2 Grondslagen van waardering van activa en passiva
Vorderingen en overlopende activa Vlottende activa worden gewaardeerd op nominale waarde. Vorderingen zijn gewaardeerd onder aftrek van een voorziening voor oninbaarheid. Bij de bepaling van de voorziening wordt de statische methode gehanteerd.
Toegekende subsidies en de tegenpost nog te besteden subsidies worden gesaldeerd waarbij het saldo debet of credit wordt opgenomen.
Liquide middelen Activa en passiva Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waar Voorzieningen (algemeen) dering plaats tegen de verkrijgingsprijs. Toelichtingen op Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingposten in de balans en de resultatenrekening zijn in de bare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum jaarrekening genummerd. bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang Vaste activa op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de De vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsbedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per of vervaardigingsprijs onder aftrek van cumulatieve balansdatum af te wikkelen. Wanneer verplichtingen naar afschrijvingen, cumulatieve bijzondere waardevermindeverwachting door een derde zullen worden vergoed, ringen, eventueel ontvangen subsidies en het egalisatiewordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenofonds huisvesting. men indien het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting. De afschrijvingstermijnen zijn gebaseerd op de
verwachte gebruiksduur van het vast actief. Hierbij zijn de volgende afschrijvingspercentages gehanteerd: • Grond 0% • Bedrijfsgebouwen en - terreinen 2,0% - 3,0% • Verbouwingen 10,0% - 20,0% • Inventaris, vervoermiddelen en overige duurzame activa 20,0% • ICT 33,3% Investeringen in vaste activa die nog niet zijn opgeleverd/ gereed zijn worden gepresenteerd onder Vaste activa `Onderhanden projecten' in de specificatie van de post materiële vaste activa. Op materiële vaste activa waarvoor door de Staat der Nederlanden een waar borghypotheek is verstrekt, wordt niet afgeschreven. Het egalisatiefonds huisvesting Cardea wordt gedoteerd middels boekwinsten op panden in eigendom. Het wordt aangewend ter financiering van nieuwe panden danwel een deel ervan, investeringen in huurpanden en dient verder als buffer voor eventuele niet begrote aanvullende eisen bij nieuwbouwprojecten. Besluit vorming rondom panden met een waarborghypotheek gaan via het ministerie van VWS en de Provincie.
36 - jaarverslag 2011
Voorziening Groot Onderhoud Voor het te verwachten groot onderhoud aan de ge bouwen en terreinen wordt jaarlijks een bedrag aan de onderhoudsvoorziening gedoteerd op grond van het meerjaren onderhoudsplan. De werkelijke uitgaven voor groot onderhoud worden in mindering gebracht op deze voorziening.
Voorzieningen CAO-gerelateerd De voorziening jubileumuitkeringen heeft betrekking op de opgebouwde rechten op jubileumuitkeringen welke in de toekomst tot uitbetaling zullen leiden rekening houdend met een kans op voortijdig vertrek. De voorziening vitaliteitsregeling is gebaseerd op de toekomstige uitgaven voor vitaliteitsverlof rekening houdend met een kans op vervroegd pensioen.
Langlopende schulden Het deel van de langlopende schulden dat binnen een jaar wordt afgelost, is gepresenteerd onder de kortlopende schulden.
5.4.3 Grondslagen van resultaatbepaling
De pensioenregeling is daarom verwerkt als een toe gezegde-bijdrage-regeling waarbij alleen de verschuldigde Algemeen premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening is verantwoord. Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en de lasten over het verslagjaar, met inachtneming van de hiervoor reeds vermelde waarderingsgrondslagen. 5.4.4 Grondslagen van segmentering
De baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop deze betrekking hebben, uitgaande van historische kosten. Verliezen worden verantwoord als deze voorzienbaar zijn; baten worden verantwoord als deze gerealiseerd zijn. Baten en lasten uit voorgaande jaren die in dit boekjaar zijn geconstateerd, worden aan dit boekjaar toegerekend.
In de jaarrekening wordt overeenkomstig RJ 640 en de voorwaarden zoals opgenomen in de subsidieverordening van de Provincie Zuid-Holand een segmentatie van de resultatenrekening gemaakt in de volgende segmenten Provincie Zuid-Holland, AWBZ en WMO/overigen.
Bij de verdeling van de resultatenrekening per bedrijfssegment is aangesloten op de activiteiten van het Pensioenen bedrijfsproces. De directe en indirecte kosten van de producten binnen de segmenten zijn volledig Stichting Cardea Jeugdzorg heeft voor haar werknemers toegerekend aan het betreffende segment. De indirecte een toegezegd-pensioenregeling. De regeling is onder kosten zijn toegerekend op basis van een percentage gebracht bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn. Er is geen van de baten. verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van een tekort bij Pensioenfonds Zorg en Welzijn, anders dan het effect van hogere toekomstige premies.
Peter (vader van Joost):
"Er wordt snel aan oplossingen gewerkt. Wij vinden het fijn dat de afspraken duidelijk zijn en goed worden nagekomen"
5.5 Toelichting op de balans per 31 december 2011 ACTIVA 1. Immateriële vaste activa
2011
2010
€
€
Boekwaarde per 1 januari
0
83.247
Af: Reclassificatie
0
(83.247)
Boekwaarde per 31 december
0
Activa Het verloop van de immateriële activa is als volgt weer te geven:
0
Ten behoeve van het vergroten van het inzicht in de balans is deze post in 2011 gereclassificeerd naar Bedrijfsgebouwen & terreinen. Het betreft geactiveerde kosten samenhangend met de Simon Smitweg 7 te Leiderdorp. De vergelijkende cijfers zijn aangepast.
2. Materiële vaste activa
31-dec-11
31-dec-10
€
€
5.370.298
5.613.851
De specificatie is als volgt: Bedrijfsgebouwen en terreinen Machines en installaties
175.611
197.170
Andere vaste bedrijfsmiddelen, technische en administratieve uitrusting
316.085
366.427
Materiële vaste bedrijfsactiva in uitvoering en vooruitbetalingen op materiële vaste activa
71.254
11.754
5.933.248
6.189.202
(1.830.959)
(1.503.172)
4.102.289
4.686.030
Boekwaarde per 1 januari
6.189.202
5.112.876
Bij: investeringen
2.241.976
1.417.720
Totaal materiële vaste activa Af: Egalisatie fonds huisvesting Boekwaarde per 31 december Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven:
Bij: reclassificatie immateriele & financiele vaste activa Bij: cumulatieve afschrijving desinvesteringen en terugenomen activa Af: afschrijvingen Af: aanwending subsidiebijdragen/legaten/egalisatiefonds Af: aanschafwaarde terugname geheel afgeschreven activa Af: aanschafwaarde desinvesteringen
0
1.329.008
133.176
2.948.581
(446.605)
(442.400)
(1.976.510)
(1.228.002)
(45.854)
(2.919.446)
(162.137)
(29.135)
Saldo per 31 december
5.933.248
6.189.202
Aanschafwaarde
9.298.975
9.241.500
(3.365.727)
(3.052.298)
5.933.248
6.189.202
(1.830.959)
(1.503.172)
4.102.289
4.686.030
Cumulatieve afschrijvingen Af: Egalisatiefonds huisvesting Boekwaarde per 31 december
De mutaties worden toegelicht in het hierna volgend verloopoverzicht per activum-categorie. 38 - jaarverslag 2011
Activa
Cumulatieve aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen
Bedrijfsgebouwen & terreinen
Machines & installaties
Andere vaste bedrijfsmiddelen
Materiële vaste activa in uitvoering
Totaal
€
€
€
€
€
8.002.675
226.804
1.000.267
11.754
9.241.500
(2.388.824)
(29.634)
(633.840)
Boekwaarde per 1 januari 2011
5.613.851
197.170
366.427
11.754
6.189.202
Investeringen
1.576.093
57.994
151.000
456.889
2.241.976
(198.492)
(46.771)
(201.342)
(1.546.339)
(32.782)
Afschrijvingen Aanwending subsidiebijdragen/legaten/egalisatiefonds
0
0
0 (397.389)
(3.052.298)
(446.605) (1.976.510)
Terugname geheel afgeschreven activa: Aanschafwaarde
0
0
(45.854)
0
(45.854)
Cumulatieve afschrijvingen
0
0
45.854
0
45.854
0
(33.500)
0
0
33.500
0
Desinvesteringen: Aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Mutaties 2011 Cumulatieve aanschafwaarde Cumulatieve afschrijvingen Saldo per 31 december
(128.637) 53.822 (243.553)
(21.559)
(50.342)
7.903.792
252.016
(2.533.494)
(76.405)
(755.828)
5.370.298
175.611
316.085
71.254
0
0
0
175.611
316.085
71.254
Af: Egalisatiefonds huisvesting
(1.830.959)
Boekwaarde per 31 december
3.539.339
1.071.913
59.500 71.254 0
(162.137) 87.322 (255.954) 9.298.975 (3.365.727) 5.933.248 (1.830.959) 4.102.289
In overeenstemming met de Business Case (zoals besproken met de banken en de Raad van Toezicht) wordt de post financiële activa en immateriële activa (beiden samenhangend met de Simon Smitweg) gepresenteerd als onderdeel van de kostprijs bouwterrein Simon Smitweg. De getaxeerde waarde van de grond ligt boven de boekwaarde (na deze herrubriceringen). Het egalisatiefonds huisvesting wordt in mindering gebracht op de boekwaarde bedrijfsgebouwen & terreinen in casu Boekwaarde Simon Smitweg. Egalisatiefonds huisvesting
Verloopoverzicht
De dotatie betreft de boekwinst op het pand Rijnsburgersingel.
39 - jaarverslag 2011
Saldo per 1-jan-2011
Dotatie
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2011
€
€
€
€
1.503.172
327.787
0
1.830.959
Onder bedrijfsgebouwen & terreinen is € 1.546.339 opgenomen onder ontvangen investeringssubsidie/legaten. Dit omvat een bedrag van € 91.174 legaat samenhangend met de aankoop van het pand Westeinde welke in mindering is gebracht op de initiële aankoopprijs. Het restant betreft de aanwending van de subsidie Bouwimpuls. De desinvestering bedrijfsgebouwen betreft de Rijnsburgersingel. De desinvestering andere vaste bedrijfsmiddelen betreft de verkoop van een auto. De beginstand en eindstand materiële vaste activa in uitvoering betreft de Vondellaan te Hazerswoude. De investeringen omvatten verder een een bedrag van €397.389 inzake de (voorbereidingen) nieuwbouw van het multifunctionele zorggebouw te Simon Smitweg 7. Tegenover deze investering staat eenzelfde bedrag aan aanwending van de subsidie van provincie Zuid-Holland van in totaal € 2,0 mln (waarvan het restant is opgenomen onder de nog te besteden subsidies (= balanspost nr. 12). 3. Financiële vaste activa
31-dec-2011 €
31-dec-2010 €
Het verloop van de financiële vaste activa is als volgt: Boekwaarde per 1 januari
0
1.245.761
Af:reclassificatie naar bedrijfsgebouwen & terreinen
0
(1.245.761)
Boekwaarde per 31 december
0
0
Ten behoeve van het vergroten van het inzicht in de balans is deze post in 2011 gereclassificeerd naar Bedrijfsgebouwen & terreinen. Het betreft geactiveerde rente samenhangend met de Simon Smitweg 7 te Leiderdorp. De vergelijkende cijfers zijn aangepast. 4. Vorderingen uit hoofde van te verrekenen subsidies
31-dec-2011 €
Overige subsidie verstrekkers
31-dec-2010 €
440.699
215.062
395.533
186.268
37.520
22.040
Te vorderen: Dienst sociale zaken & arbeidsbeleid Samenwerkingsverband VO Leiden e.o. Overigen Per saldo verschuldigd 31 december
5. Vorderingen uit hoofde van financieringstekort
7.646
6.754
440.699
215.062
31-dec-2011
31-dec-2010
€
€
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
0
227.853
Af: vergoedingen ter dekking van het wettelijke budget
0
(69.092)
Totaal vorderingen uit hoofde van financieringstekort
0
158.761
40 - jaarverslag 2011
6. Vorderingen en overlopende activa
31-dec-2011 €
31-dec-2010 €
De specificatie is als volgt: Vorderingen op debiteuren
161.403
107.774
Vooruitbetaalde bedragen
139.221
125.435
Overige vorderingen en overlopende activa
154.899
183.081
Totaal vorderingen en overlopende activa
455.523
416.290
De voorziening die in aftrek op de vorderingen op debiteuren is gebracht, bedraagt € 57.305. 7. Liquide middelen
31-dec-2011 €
31-dec-2010 €
De specificatie is als volgt: Bankrekeningen Kassen Deposito's en spaarrekening Kruisposten Totaal liquide middelen
211.464
313.623
13.707
11.985
4.498.530
6.755.435
250
150
4.723.951
7.081.193
Liquide middelen staan op de Rabobank en ABN Amro bank. Van de liquide middelen staat € 107.874 vast inzake bankgaranties. Cardea beschikt over een rekening-courant krediet van maximaal € 1.500.000.
41 - jaarverslag 2011
PASSIVA 8. Eigen vermogen
31-dec-2011 31-dec-2010 €
€
Het eigen vermogen bestaat uit de volgende componenten: Kapitaal
91
91
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
827.217
620.025
Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
891.357
824.171
1.718.665
1.444.287
Saldo per 1-jan-2011
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2011
€
€
€
91
0
91
91
0
91
Totaal eigen vermogen
Kapitaal
Het verloop is als volgt weer te geven: Kapitaal
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
Saldo per 1-jan-2011
Resultaatbestemming
Overige Saldo per mutaties 31-dec-2011
€
€
€
€
Risicoreserve subsidie Jeugdzorg Provincie Zuid-Holland
641.088
201.015
0
842.103
Reserve aanvaardbare kosten
(21.063)
6.177
0
(14.886)
Totaal collectief gefinancierd gebonden vermogen
620.025
207.192
0
827.217
Saldo per 1-jan-2011
Resultaatbestemming
Overige mutaties
Saldo per 31-dec-2011
€
€
€
€
Algemene reserves
824.171
67.186
0
891.357
Totaal niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
824.171
67.186
0
891.357
Het verloop is als volgt weer te geven:
Niet-collectief gefinancierd vrij vermogen
Het verloop is als volgt weer te geven:
De reserve aanvaardbare kosten betreft het vermogen dat is ontstaan door exploitatieresultaten vanuit de AWBZ. De risicoreserve mag volgens de voorschriften van de provinciale subsidie maximaal 10% van de vastgestelde subsidie bedragen.
42 - jaarverslag 2011
9. Achtergestelde leningen
31-dec-2011 31-dec-2010 €
€
Achtergestelde lening St. Vrienden van Margriet
550.000
0
Totaal achtergestelde leningen
550.000
0
2011
2010
€
€
De specificatie is als volgt:
Het verloop is als volgt weer te geven: 0
0
Bij: nieuwe lening
Stand per 1 januari
550.000
0
Stand achtergestelde leningen per 31 december
550.000
0
Waarborgfonds Zorginstellingen beoordeelt het wel/niet meetellen van een achtergestelde lening bij het weerstandsvermogen op basis van de voorwaarden: * Achterstelling ten opzichte van alle crediteuren * Het toekomstige weerstandsvermogen mag door eventuele aflossing niet beneden het niveau dalen waarop de instelling als deelnemer is geaccepteerd. Dit impliceert dat eventuele aflossingsbepalingen niet anders dan een voorwaardelijk karakter dienen te hebben * Voor achtergestelde leningen mogen geen zekerheden worden verstrekt. Hiermee samenhangende artikelen van de leningovereenkomst ad € 550.000 zijn: * Achterstelling ten opzichte van alle crediteuren * Onbepaalde looptijd, slechts opeisbaar na verkoop grond Simon Smitweg te Leiderdorp én een vermogensratio van 20% (zowel op dat moment als in de meerjarenprognose, rekeninghoudende met de situatie na aflossing van de achtergestelde lening) * Geen zekerheden 10. Voorzieningen
Saldo per 1-jan-2011
Dotatie/ Vrijval
Onttrekking
Saldo per 31-dec-2011
€
€
€
€
775.542
290.320
(160.334)
905.528
427.583
(18.568)
0
409.015
1.203.125
271.752
(160.334)
1.314.543
Het verloop is als volgt weer te geven: Voorziening Groot Onderhoud Overige voorzieningen CAO gerelateerd Totaal voorzieningen
Toelichting in welke mate (het totaal van) de voorzieningen als langlopend moeten worden beschouwd: 31-dec-2011 Kortlopend deel van de voorzieningen (< 1 jr.) Langlopend deel van de voorzieningen (> 1 jr.) Hiervan langlopend (> 5 jaar)
De overige voorzieningen CAO gerelateerd betreft de vitaliteitsregeling en jubileumuitkeringen.
43 - jaarverslag 2011
178.830 1.135.713 90.005
11. Langlopende schulden
31-dec-2011
31-dec-2010
€
€
De specificatie is als volgt: Schulden aan kredietinstellingen Waarborghypotheken
Schulden aan kredietinstellingen
1.275.434
1.295.186
968.686
968.686
2011
2010
€
€
1.310.000
700.000
Het verloop is als volgt weer te geven: Schulden aan kredietinstellingen Stand per 1 januari Bij: nieuwe leningen Af: aflossingen Stand per 31 december Af: aflossingsverplichting komend boekjaar Stand langlopende schulden per 31 december
0
610.000
(14.814)
0
1.295.186
1.310.000
(19.752)
(14.814)
1.275.434
1.295.186
Toelichting in welke mate (het totaal van) de langlopende schulden als langlopend moeten worden beschouwd: 19.752
14.814
Langlopend deel van de langlopende schulden (> 1 jr.)
Kortlopend deel van de langlopende schulden (< 1 jr.), aflossingsverplichtingen
1.275.434
1.295.186
Hiervan langlopend (> 5 jaar)
1.176.674
1.196.426
De aflossingsverplichtingen zijn verantwoord onder de kortlopende schulden.
Voor de schuld van € 1.310.000 is voor een bedrag van € 700.000 hypothecaire zekerheid afgegeven op de Kanaalstraat 6-8 te Leiden en op de Hoofdstraat 113 / Postwijkkade 1 te Sassenheim. De looptijd van deze leningen is tot en met 31 december 2016 met als vaste rente precentage 4,55%. Voor het resterende bedrag van € 610.000 zijn twee hypothecaire leningen afgesloten op het Polderpeil 73-75 te Alphen a/d Rijn. De looptijd van deze leningen is tot en met 2 januari 2021. Het rente percentage voor deze leningen is voor de komende 4 jaar vastgelegd op 4,1%. Waarborghypotheken
31-dec-11
31-dec-10
359.511
359.511
De specificatie is als volgt: Lindenlaan 33, Lisse Bijdorp 9-10-11, Leiderdorp
244.709
244.709
Lage Rijndijk 94, Leiden
330.432
330.432
De Sitterlaan 56, Leiden
34.034
34.034
Stand per 31 december
968.686
968.686
Overeenkomstig de bouwsubsidie regeling van 26 maart 1973 wordt op deze waarborghypotheken niet afgelost en afgeschreven.
44 - jaarverslag 2011
12. Schulden uit hoofde van te verrekenen subsidies
31-dec-11 €
Provincie Zuid-Holland
31-dec-10 €
372.641
2.511.524
Minisiterie van VWS
0
1.487.947
Overige subsidieverstrekkers
0
19.465
372.641
4.018.936
31-dec-11
31-dec-10
Provincie Zuid-Holland
Subsidiejaar
Verschuldigd: Subsidie
2010
0
706.782
Nieuwbouw Campus
2011
1.602.611
2.664.453
Tijdelijke middelen 2010-2011
2010
0
1.970.612
Cardea Track
2010
0
42.872
Tienermoeders
2011
126.275
0
1.728.886
5.384.719
Af: te vorderen: Tijdelijke middelen 2010-2011
2010
(442.828)
(442.828)
Nieuwbouw Campus 2010-2011
2011/2010
(400.000)
(2.050.000)
OVA middelen 2011- OVA middelen 2010
2011/2010
(492.278)
(272.775)
Structurele beheersing Vraag-Aanbod
2011
(12.639)
Jeugdzorg in de buurt 2011-2013
2011
(8.500)
Overig
2010
0 (1.356.245)
Per saldo verschuldigd 31 december
0 0 (107.592) (2.873.195)
372.641
2.511.524
0
1.487.947
0
1.487.947
0
19.465
0
19.465
Ministerie van VWS Bouwimpuls
2010
Per saldo verschuldigd 31 december Overige subsidieverstrekkers Rijnstreek Beraad, RAS gelden Per saldo verschuldigd 31 december
45 - jaarverslag 2011
2010
13. Schulden uit hoofde van financieringsoverschot
Saldo per 1 januari
jaar van herkomst
jaar van herkomst
jaar van herkomst
Stand
2009
2010
2011
31-dec-11
€
€
€
€
179.912
0
158.761
(21.151)
Financieringsverschil boekjaar
0
0
Correcties voorgaande jaren
0
0
Betalingen/ontvangsten
21.151
(179.912)
Subtotaal mutatie boekjaar
21.151
(179.912)
Saldo per 31 december
(50.332) 0 0
(50.332) 0 (158.761)
(50.332)
(209.093)
(50.332)
(50.332)
0
0
c
c
a
2009
2010
2011
€
€
€
53.138
224.715
309.668
(74.289)
(44.803)
(360.000)
Stadium van vaststelling (per erkenning): a= interne berekening b= overeenstemming met zorgverzekeraars c= definitieve vaststelling NZa Specificatie financieringsverschil in het boekjaar
Wettelijk budget aanvaardbare kosten Af: ontvangen voorschotten Totaal financieringsverschil
(21.151)
14. Kortlopende schulden en overlopende passiva
179.912
(50.332)
31-dec-11 €
31-dec-10 €
De specificatie is als volgt: Crediteuren
378.680
445.596
Belastingen en sociale premies
1.002.574
1.053.580
Te betalen posten
1.225.726
1.276.048
Vakantietoeslag inclusief sociale lasten
616.616
608.396
PGGM inzake pensioenpremies
108.744
108.185
23.346
69.337
Aflossingsverplichtingen langlopende leningen
19.752
14.814
Levensloopregeling
12.278
0
Nog te betalen salarissen
Personeelsfonds Overige vooruitontvangen posten
4.991
4.675
32.580
14.485
Te verrekenen accountantskosten
18.150
15.871
Rekening courant jongeren inzake spaargelden
28.724
16.129
3.472.161
3.627.116
Totaal kortlopende schulden en overlopende passiva
De te betalen posten betreft met name vakantiedagen en overlopende posten.
46 - jaarverslag 2011
5.6
Overzicht langlopende schulden aan kredietinstellingen ultimo 2011 Leninggever
Datum
Hoofdsom
Totaale looptijd
Soort lening
Werkelijke rente
Restschuld 31-dec-2010
€
Nieuwe leningen in 2011
€
€
Langlopende schulden 1
Rabobank Nederland
1 jan 2006
400.000
10
Hypotheek
4,55%
400.000
0
2
Rabobank Nederland
1 jan 2006
300.000
10
Hypotheek
4,55%
300.000
0
3
Rabobank Nederland
28 dec 2010
305.000
10
Hypotheek
4,10%
305.000
0
4
Rabobank Nederland
28 dec 2010
305.000
10
Hypotheek
4,10%
305.000
0
1.310.000
0
Totaal
Leninggever
1.310.000
Aflossing in 2011
Restschuld 31-dec-2011
Restschuld over 5 jaar
€
€
€
Resterende looptijd in jaren eind 2011
Aflossingswijze
Aflossing in 2012
Gestelde zekerheden
€
Langlopende schulden 1
Rabobank Nederland
0
400.000
400.000
5
bullet
Kanaalstraat 6-8, Leiden
2
Rabobank Nederland
0
300.000
300.000
5
bullet
Hoofdstraat 113/ postwijkkade 1, Sassenheim
3
Rabobank Nederland
7.407
297.593
238.337
9
combi
9.876
Polderpeil 73, Alphen a/d Rijn
4
Rabobank Nederland
7.407
297.593
238.337
9
combi
9.876
Polderpeil 75, Alphen a/d Rijn
Totaal
14.814
1.295.186
1.176.674
47 - jaarverslag 2011
19.752
5.7 Niet uit de balans blijkende activa en verplichtingen 15. Niet uit de balans blijkende activa en verplichtingen
Huurverplichtingen (panden) < 1 jaar Huurverplichtingen(panden) > 1 jaar < 5 jaar Huurverplichtingen (panden) > 5 jaar
31-dec-11
31-dec-10
€
€
927.520
902.600
1.472.425
1.728.350
838.575
1.096.242
3.417.720
3.727.192
In de huurverplichtingen < 1 jaar is een bedrag van € 177.500 begrepen voor contracten met een onbepaalde tijd met een opzegtermijn van 1 maand. Bankgaranties inzake huurovereenkomsten (€ 107.874). Zekerheden verstrekt inzake Hypotheken Polderpeil Kanaalstraat Hoofdstraat (€ 6.310.000). Rekeningcourant krediet met een maximum van (€ 1.500.000).
"Bij Cardea is veel aandacht voor deskundigheidsbevordering. Zo blijf je goed in je vak!"
48 - jaarverslag 2011
Niet UIT DE BALANS BLIJKENDE verplichtingen Huurverplichtingen Pand
Einddatum contract
Leiden
Huurprijs op jaarbasis e
Haagse Schouwweg 8e/f
31 augustus 2013, 360 dagen
198.100
Gerrit v.d. Veenstraat 2
30 september 2016, 360 dagen
141.000
Rijnsburgerweg 150 - 152
jaarlijks op 31 december, 60 dagen
39.200
Zijlstraat 6 - 8
onbepaald, 30 dagen
12.500
Sophiastraat 53
onbepaald, 30 dagen
10.500
Wiekelhorst 12
onbepaald, 30 dagen
5.900
Druckerstraat 14-14a
onbepaald, 30 dagen
11.300
Beatrixstraat 4
onbepaald, 30 dagen
9.100
Jennerstraat 10
onbepaald, 30 dagen
8.900
Iepenrode 36
onbepaald, 30 dagen
7.700
Milanenhorst 173
onbepaald, 30 dagen
6.000
Saffierstraat 11
onbepaald, 30 dagen
6.700
Kraaienhorst 29
onbepaald, 30 dagen
5.900
Wiekelhorst 2
onbepaald, 30 dagen
4.100
Antillenstraat 142
onbepaald, 30 dagen
4.600
Surinamestraat 132
onbepaald, 30 dagen
4.600
Zijlstraat 3a
onbepaald, 30 dagen
9.100
Milanenhorst 161
onbepaald, 30 dagen
Liviuslaan 11-13
31 mei 2014, 180 dagen
Boshuizerlaan 54
onbepaald, 30 dagen
7.400
Boshuizerlaan 76
onbepaald, 30 dagen
6.300
Molenstraat 5 en 5a
onbepaald, 30 dagen
13.200
Rijnsburgerweg 124
31 december 2012, 30 dagen
23.520
jaarlijks op 16 augustus, 90 dagen
86.300
onbepaald, 360 dagen
21.500
4.000 15.100
Lisse Broekweg 112 Katwijk Tulpstraat 15a Alphen aan de Rijn Henry Dunantweg 5 - 7
31 mei 2016, 360 dagen
100.000
Loevestein 46-48
30 september 2014
23.400
13 december 2025, 360 dagen
29.400
28 december 2024, 360 dagen
34.100
Hazerswoude Rijndijk Vondellaan 10-11 Hillegom Sixlaan 31 Sassenheim Hoekstraat 43
onbepaald, 30 dagen
8.200
Nic. Damesstraat 40
onbepaald, 30 dagen
7.000
Kagerdreef 230-232
15 november 2024, 360 dagen
38.400
onbepaald, 30 dagen
24.500
Voorhout Mozartlaan 104 - 106 Totaal
49 - jaarverslag 2011
927.520
5.8 Toelichting op de resultatenrekening over 2011 OPBRENGSTEN 16. Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
€
€
€
309.668
226.037
224.715
0
0
14.558
309.668
226.037
239.273
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
€
€
€
20.023
0
20.958
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
€
€
€
20.251.861
20.251.196
19.052.765
2.185.439
2.215.674
3.543.456
95.964
0
6.754
Gemeente Leiden, Project Nu
0
0
111.800
Gemeente Leiden, Werkhotel
576.000
576.000
585.750
10.000
0
10.000
117.905
118.305
36.265
31.594
0
42.477
23.268.763
23.161.175
23.389.267
Wettelijk budget boekjaar Correcties budget voorgaande jaren
17. Niet- gebudgetteerde zorgprestaties
AWBZ PGB
18. Subsidies
Provincie Zuid-Holland Reguliere subsidie Wachtlijstmiddelen en projecten Overige provincies Buiten provinciale plaatsingen Gemeente
Gemeente Leiden Zijlbedrijven Vermindering instroom jeugdzorg (RAS) Rijksubsidies vanwege het Ministerie van VWS Stageplaatsen Zorg Totaal subsidies
Gedurende 2011 heeft de Nederlandse Zorgautoriteit op basis van de productie in het eerste halfjaar het wettelijk budget aanvaarbare kosten naar boven toe bijgesteld. De werkelijke gerealiseerde uren en dagdelen (in bedrag: € 309.668) vallen hierbinnen. Hierna volgt een nadere specificatie van de gerealiseerde productie (AWBZ en Provincie Zuid-Holland).
50 - jaarverslag 2011
REALISATIE PRODUCTIE-AFSPRAKEN ad 16 Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
Aantal uren gespecialiseerde begeleiding (psy)
Realisatie 2011
Initieel Begroting 2011
Bijgestelde Begroting 2011
2.523
1.291
3.100
Aantal uren begeleiding (jlvg)
841
848
972
Aantal dagdelen dagactiviteit VG zwaar
106
476
100
Bovenstaande tabel geeft het aantal geleverde, initieel afgesproken en de bijgestelde begroting door de Nederlandse Zorgautoriteit (op basis van de werkelijk gerealiseerde productie in het eerste halfjaar). De jaarrealisatie valt binnen de bijgestelde begroting. ad 18 Reguliere subsidie Provincie Zuid-Holland
Aantal dagen verblijfszorg 24 uurs PZH Aantal uren verblijf deeltijd PZH Aantal ambulante cliëntcontact-uren PZH individueel Aantal ambulante cliëntcontact-uren PZH groep Aantal trajecten observatiediagnostiek
Realisatie 2011
Begroting 2011
40.472
41.031
227.093
220.385
30.653
29.914
5.641
4.610
38
31
Bovenstaande tabel geeft het aantal geleverde bekostigingseenheden weer. Een bekostigingseenheid Jeugdhulp betreft het aantal cliëntcontact uren. Een bekostigingseenheid Observatiediagnostiek betreft het aantal trajecten Diagnostiek die afgerond zijn in het boekjaar. Het aantal bekostigingseenheden Verblijf Deeltijd betreft het aantal uren dat een cliënt op een daghulpcentrum gepland is. Het aantal bekostigingseenheden Verblijf 24 uur betreft het aantal dagen dat een cliënt 24 uur per dag verblijft. Op basis van bovenstaande gerealiseerde aantallen bestaat er geen terugbetalingsverplichting aan Provincie Zuid Holland. ad 18 Wachtlijstmiddelen 2010 - 2011 Provincie Zuid Holland
Realisatie 2011
Realisatie 2010
Realisatie totaal
2.081
123
2.204
13.171
866
14.037
5.216
801
6.017
Aantal ambulante cliëntcontact-uren PZH groep
0
392
392
Aantal trajecten observatiediagnostiek
0
0
0
Aantal dagen verblijfszorg 24 uurs PZH Aantal uren verblijf deeltijd PZH Aantal ambulante cliëntcontact-uren PZH individueel
In 2010 heeft de Provincie Zuid- Holland een projectsubsidie Extra tijdelijke middelen bestrijding wachtlijst einde 2010 beschikt van € 2.214.139. Per ultimo 2010 was hiervan nog te besteden € 1.970.612. Op basis van bovenstaande gerealiseerde aantallen bestaat er geen terugbetalingsverplichting aan Provincie Zuid Holland.
51 - jaarverslag 2011
OPBRENGSTEN 19. Toelichting overige bedrijfsopbrengsten
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
2
2
2
Onderwijs
260.577
221.910
284.598
Plus coaches 12+
263.375
248.400
45.000
De specificatie is als volgt:
Jeugdzorg in de buurt Overig
36.000
0
0
244.467
237.437
366.627
804.419
707.747
696.225
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
2
2
2
14.283.064
14.249.529
13.799.498
LASTEN 20. Personeelskosten
De specificatie is als volgt: Lonen en salarissen Sociale lasten
2.133.450
2.160.725
2.175.378
Pensioenpremies
1.314.942
1.331.753
1.256.733
Studiekosten en opleidingen
113.504
110.810
210.015
Overige personeelskosten
654.519
521.401
841.127
18.499.479
18.374.218
18.282.751
713.051
631.795
679.550
19.212.530
19.006.013
18.962.301
Fte
Fte
Fte
314
318
329
Andere personeelskosten:
Subtotaal Personeel niet in loondienst Totaal personeelskosten
Gemiddeld aantal personeelsleden (excl. stagiaire):
In de personeelskosten van 2011 is een schatting opgenomen op basis van 1,8% aan te verwachten niet nakomende kosten uit hoofde van de nog af te ronden CAO-onderhandelingen. De grootste posten personeel niet in dienst betreft de chauffeurs vervoer en uitzendkrachten primair proces.
52 - jaarverslag 2011
LASTEN 21. Afschrijvingen op immateriële en materiële vast activa
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
2
2
2
- materiële vaste activa
446.605
503.495
442.400
Totaal afschrijvingen
446.605
503.495
442.400
De specificatie is als volgt:
De lagere afschrijvingen dan begroot betreft grotendeels de afschrijving automatiseringskosten als gevolg van begrote maar nog niet gerealiseerde vervangingsinvesteringen. 22. Overige bedrijfskosten
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
2
2
2
1.054.903
1.121.392
1.135.169
107.524
154.195
130.199
Huisvestingskosten
2.568.869
2.420.798
2.754.378
Verzorgingskosten
800.534
668.781
772.273
4.531.830
4.365.166
4.792.019
De specificatie is als volgt: Apparaatkosten Automatiseringskosten
Totaal overige bedrijfskosten
De apparaatskosten zijn lager dan begroot als gevolg van minder uren extern advies en lagere telefoon en communicatiekosten. De automatiseringskosten (software/licenties) zijn lager als gevolg van begrote maar nog niet gerealiseerde vervangingsaankopen. De hogere huisvestingskosten zijn vooral gerelateerd aan de ingebruikname van (verbouwde) panden: extra schoonmaakkosten en aanschaf klein inventaris, inrichtingskosten en kosten brandveiligheid. De verzorgingskosten betreffen meerdere posten. In de bedrijfskosten is in 2011 een bedrag opgenomen van € 55.716 inzake controle jaarrekening, overige controlewerkzaamheden, fiscale advisering en niet-controlediensten. 23. Financiële baten en lasten
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
2
2
2
De specificatie is als volgt: Rentebaten
120.088
87.000
99.929
Rentelasten
(57.618)
(56.556)
(32.292)
62.470
30.444
67.637
Totaal financiële baten en lasten
De begrote rentebaten is prudent begroot vanwege onder andere de onzekere renteontwikkelingen.
53 - jaarverslag 2011
5.9 Gesegmenteerde resultatenrekening over 2011 SEGMENT 1 Provinciale Jeugd en Opvoedhulp
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
€
€
€
OPBRENGSTEN: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
0
0
0
Niet- gebudgetteerde zorgprestaties
0
0
0
22.574.857
22.466.870
22.767.252
191.358
60.000
123.200
22.766.215
22.526.870
22.890.452
18.240.912
18.002.027
18.070.691
443.564
500.971
437.289
Overige bedrijfskosten
4.386.655
4.078.423
4.582.930
Doorbelaste kosten overhead
(443.461)
(288.336)
(332.287)
22.627.670
22.293.085
22.758.623
138.545
233.785
131.829
62.470
30.444
67.637
201.015
264.229
199.466
0
0
0
201.015
264.229
199.466
201.015
264.229
199.466
0
0
0
201.015
264.229
199.466
Subsidies Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten LASTEN: Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
Som der bedrijfslasten BEDRIJFSRESULTAAT Financiële baten en lasten RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld: RESULTAAT BOEKJAAR Toevoeging/(onttrekking): Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
54 - jaarverslag 2011
SEGMENT 2 AWBZ
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
e
e
e
309.668
226.037
239.273
20.023
0
20.958
OPBRENGSTEN: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Niet-gebudgetteerde zorgprestaties Subsidies
0
0
0
Overige bedrijfsopbrengsten
0
0
0
329.691
226.037
260.231
222.230
156.755
152.943
0
0
0
4.378
28.958
6.150
96.906
45.207
90.411
323.514
230.920
249.504
6.177
(4.883)
10.727
0
0
0
6.177
(4.883)
10.727
0
0
0
6.177
(4.883)
10.727
6.177
(4.883)
10.727
0
0
0
6.177
(4.883)
10.727
Som der bedrijfsopbrengsten
LASTEN: Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa Overige bedrijfskosten Doorbelaste kosten overhead Som der bedrijfslasten BEDRIJFSRESULTAAT Financiële baten en lasten RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld: RESULTAAT BOEKJAAR Toevoeging/(onttrekking): Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
55 - jaarverslag 2011
Segment 3 WMO/overigen
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
e
e
e
0
0
0
OPBRENGSTEN: Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten
0
0
0
Subsidies
Niet-gebudgetteerde zorgprestaties
693.906
694.305
622.015
Overige bedrijfsopbrengsten
613.061
647.747
573.025
1.306.967
1.342.052
1.195.040
749.388
847.231
738.667
3.041
2.524
5.111
Overige bedrijfskosten
140.797
257.785
202.939
Doorbelaste kosten overhead
346.555
243.129
241.876
1.239.781
1.350.669
1.188.593
67.186
(8.617)
6.447
0
0
0
67.186
(8.617)
6.447
0
0
0
67.186
(8.617)
6.447
Som der bedrijfsopbrengsten LASTEN: Personeelskosten Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa
Som der bedrijfslasten BEDRIJFSRESULTAAT Financiële baten en lasten RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSVOERING Buitengewone baten en lasten
RESULTAATBESTEMMING Het resultaat is als volgt verdeeld: RESULTAAT BOEKJAAR Toevoeging/(onttrekking): Collectief gefinancierd gebonden vermogen Niet collectief gefinancierd vrij vermogen
56 - jaarverslag 2011
0
0
0
67.186
(8.617)
6.447
67.186
(8.617)
6.447
Resultaat volgens gesegmenteerde resultatenrekningen
SEGMENT 1 Provinciale Jeugd en Opvoedhulp SEGMENT 2 AWBZ SEGMENT 3 WMO/OVERIGEN Resultaat volgens resultatenrekening
Realisatie 2011
Begroting 2011
Realisatie 2010
e
e
e
201.015
264.229
199.465
6.177
(4.883)
10.728
67.186
(8.617)
6.447
274.378
250.729
216.640
Rosa (moeder van Freek):
"De gezinsbegeleider heeft ons veel geleerd. De kinderen gaan nu op tijd naar bed en zitten beter op hun stoel tijdens het eten."
57 - jaarverslag 2011
5.10 Panden in eigendom Lokatie
Simon Smitweg 7, Leiderdorp
Actief
Boekwaarde 31-12-2011
Taxatiewaarde
e
e
Gebouw
771.916
Terreinen
849.780
Aanpassing terreinen
376
Installaties
38.648
Verbouwingen
82.826
Inrichting Financiële vaste activa Immateriële vaste activa
34.287 1.245.761 62.435 3.086.029
Simon Smitweg 7a, Leiden
Gebouw
22.985
Dienstwoning
49.121
Inrichting
3.400.000
2.918 75.024
220.000
Evenaar 286a, Alphen a/d Rijn
Gebouw
-
375.000
Lage Rijndijk 94 (JKL), Leiden *
Gebouw
317.342
600.000
Lindelaan 33-35, Lisse *
Gebouw
359.511
Verbouwingen Installaties
79.514
Gebouw Verbouwingen
**
**
14.048 453.073
Bijdorp 9-10-11, Leiderdorp *
***
750.000
223.513 16.605 240.118
630.000
De Sitterlaan 56, Leiden *
Gebouw
34.034
400.000
Kanaalstraat 6-8, Leiden
Gebouw
-
550.000
**
Hoofdstraat 113, Sassenheim
Gebouw
-
725.000
**
Polderpeil 73-75, Alphen a/d Rijn
Gebouw
573.308
Verbouwingen
10.924 584.232
Westeinde 58, Noordwijkerhout
Gebouw Inrichting
127.732 5.304
Aanpassing terreinen
28.872
Verbouwingen
71.065
Installaties
610.000
78.219 311.192
575.000
* Waarborghypotheken ** Investeringen niet opgenomen in de activa, ontvangen subsidie is in mindering gebracht op de verkrijgingsprijs *** De taxatiewaarde betreft de onderhandse verkoopwaarde van het pand
58 - jaarverslag 2011
5.11 Bezoldiging Raad van Bestuur en Raad van Toezicht Welk bestuursmodel is van toepassing op uw organisatie?
Eindverantwoordelijk Raad van Bestuur met Raad van Toezicht
Wat is de samenstelling van het bestuur of de directie?
Eenhoofdig
De bezoldiging van de bestuurders en gewezen bestuurders van de zorginstelling over het jaar 2011 is als volgt: Naam
H.M. Harten
G.J. Hoogeland
1 Vanaf welke datum is de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie?
01-01-01
01-07-11
2 Maakt de persoon op dit moment nog steeds deel uit van het bestuur?
Nee
Ja
3 Tot welke datum was de persoon als bestuurder werkzaam in uw organisatie?
30-jun-11
4 Is de persoon in het verslagjaar voorzitter van het bestuur geweest?
Ja
Ja
5 Zo ja: hoeveel maanden is de persoon voorzitter geweest in het verslagjaar?
6
6
6 Wat is de aard van de (arbeids)overeenkomst?
Onbepaalde tijd
Onbepaalde tijd
7 Welke salarisregeling is toegepast?
NVZD
NVZD
8 Wat is de deeltijdfactor? (percentage)
100%
100%
9 Bruto-inkomen, incl. vakantiegeld, eindejaarsuitkering, salaris en andere vaste toelagen
e 68.977
e 55.734
a. Waarvan: verkoop verlofuren
--
--
b. Waarvan: nabetalingen voorgaande jaren
e 3.999
--
10 Bruto-onkostenvergoeding
--
--
11 Werkgeversbijdrage sociale lasten
e 1.296
e 1.296
12 Werkgeversbijdrage pensioen, VUT, FPU
--
e 6.071
13 Ontslagvergoeding
--
--
14 Bonussen
--
--
15 Totaal inkomen (9 t/m 14, excl. 9a en b)
e 70.273
e 63.101
16 Cataloguswaarde auto van de zaak
e 35.990
e 43.010
17 Eigen bijdrage auto van de zaak
--
--
De bezoldiging van de leden van de Raad van Toezicht over het jaar 2011 is als volgt: Naam
Functie
Bezoldiging €
De Heer M.J. van Rijn
Voorzitter
3.877
De Heer G.J. van Zoelen
Lid
2.769
De Heer H.W. van Heuven
Lid
2.769
Mevrouw C. Langelaar
Lid
2.769
De Heer G. van Pijkeren
Lid
2.769
De Heer L. Geluk
Lid
2.769
59 - jaarverslag 2011
Overige gegevens Vaststelling en goedkeuring jaarrekening De Raad van Bestuur heeft de jaarrekening 2011 vastgesteld en de Raad van Toezicht van de heeft de jaarrekening 2011 goedgekeurd in de vergadering van 21 maart 2012.
Ondertekening door bestuurders en toezichthouders Voorzitter van de Raad van Bestuur W.G. De heer G.J. Hoogland
Raad van Toezicht W.G. De heer L. Geluk
W.G. De heer G. van Pijkeren
W.G. De heer I. Ivakic
W.G. Mevrouw H. Möhring
60 - jaarverslag 2011
Controleverklaring
61 - jaarverslag 2011
62 - jaarverslag 2011
64 - jaarverslag 2011