ZMC Opdrachten Hoorcollege
Rolf Jurgens G&I1C
1
ZMC Opdrachten Hoorcollege
Inhoudsopgave Opdracht 1: Remmingen ......................................................................................................................... 3 Opdracht 2: Strevingen ........................................................................................................................... 4 Opdracht 3: Kernkwadranten .................................................................................................................. 6 Opdracht 4: Psychologische stromingen ............................................................................................... 11 Opdracht 5: De roos van Leary .............................................................................................................. 13
Rolf Jurgens G&I1C
2
ZMC Opdrachten Hoorcollege
Opdracht 1: Remmingen Beschrijf je remmingen in interpersoonlijke situaties (met mensen): Er zijn verschillende zaken waardoor ik geremd word in sociale interacties. Als eerste is het de persoonlijke ruimte. De ruimte die ik om mij heen nodig heb is vrij groot, omdat ik mijzelf nogal onhandig vind. Als mensen dicht bij mij staan, ben ik extreem aan het opletten dat ik zo min mogelijk beweeg en mijn evenwicht moet proberen te vinden. Hierdoor kan ik onzeker of gedesinteresseerd overkomen. Om deze situaties te mijden probeer ik meestal om ergens te gaan zitten, zodat er een tafel tussen ons in zit, of dat ik op een aparte stoel kan gaan zitten en daarmee de controle kan nemen over de afstand die tussen ons in zit. Als dit niet lukt, ontstaat er meestal een ongemakkelijke tango waarin ik steeds een stap naar achter zet en anderen steeds een stap dichterbij zetten, tot ik letterlijk met mijn rug tegen een muur aan sta. Ik ben er achter gekomen dat die situatie is op te lossen door juist een stap naar voren te zetten, dit schrikt mensen af waardoor ze zelf een stap terug zetten en ik weer afstand kan nemen. Een andere remming die ik heb is wanneer anderen agressief overkomen. Ik kan niet goed met direct conflict omgaan. Als mensen hun stem verheffen of op een andere manier agressief overkomen, klap ik direct dicht en ga ik extreem onderdanig gedrag vertonen. Dit is iets waar ik mijzelf gruwelijk aan kan ergeren, en om het te voorkomen probeer ik de meeste confrontatie uit de weg te gaan. Als laatste hou ik er van om een intelligent gesprek te kunnen voeren met anderen, en wil ik mensen uitdagen, maar vooral ook zelf uitgedaagd worden. Als dit niet gebeurd, vind ik gesprekken vaak saai en ga ik ze uit de weg. Ik kan me bijvoorbeeld binnen de studie ergeren aan mensen die nadat iets net 3 keer door een docent is uitgelegd nog niet weten wat er gezegd is. Verder word ik er zelf snel moe van als mensen me dingen vragen die net zijn uitgelegd, of als mij vragen worden gesteld die ik voor ze moet opzoeken, terwijl ze het zelf net zo makkelijk kunnen opzoeken. Dit kunnen hele kleine dingen zijn zoals “Waar hebben we dadelijk les?” of “Zijn de cijfers van dat vak al bekend?”
Rolf Jurgens G&I1C
3
ZMC Opdrachten Hoorcollege
Opdracht 2: Strevingen Beschrijf je strevingen (gevoelsmatige doelen) mede aan de hand van je emotionele curriculum vitae: Voor ik inhoudelijk vertel over mijn strevingen, vind ik het belangrijk om een deel van mijn achtergrond uit te leggen. Ik ben er afgelopen halfjaar achter gekomen dat een groot deel van mijn denken terug te koppelen is naar het moment dat mijn ouders uit elkaar gingen. Onderstaand verhaal vat mijn emotionele curriculum vitae grotendeels samen en speelt een grote rol in mijn huidige strevingen. Mijn ouders zijn gescheiden toen ik 7 jaar oud was. Daarvoor was ik een extreem sociaal kind, wat in zijn ontwikkeling goed op schema lag, met uitzondering van mijn spraakvermogen, waar ik nu mijn lispel nog van over heb gehouden. Na de scheiding ben ik, zoals ik het nu inschat, door verschillende factoren mijn vertrouwen in andere mensen verloren. Ik werd emotioneel labiel, wat voor andere kinderen interessant was om mee te spelen, waardoor ik me extreem gepest voelde. Dit escaleerde van af en toe in tranen uitbarsten om niks naar depressie, paranoia en psychoses, wat als gevolg heeft gehad dat ik op twaalfjarige leeftijd intern werd opgenomen in de jeugdpsychiatrie. Na slechts 3 maanden hadden ze de diagnose gesteld dat ik autistisch was: een vorm van autisme die toen nog PDD-NOS heette, en tegenwoordig als een stoornis in het autistisch centrum bestempeld wordt. Mijn moeder zag dat het daar nog slechter met mij ging dan voorheen, en heeft me terug in huis genomen. Vanaf dit moment was het voor mij vrij duidelijk. Ik moest en zou mijzelf aan moeten passen naar mijn omgeving om “er bij te horen”, in plaats van altijd maar mijn omgeving zich aan te laten passen aan mij. Als dat niet zou lukken, dacht ik, dan zou ik terug naar die inrichting moeten, en dat was het laatste wat ik wilde. Deze angst heeft ervoor gezorgd dat ik een muur om me heen opwierp en alle emoties die binnenkwamen opkropte, tot ik het niet meer aan kon en het er uitklapte. Op die manier heb ik me door het leven geworsteld tot op de dag van vandaag. Begin November van 2015 had ik een LARP evenement waar ik er door spel achter ben gekomen dat de figuurlijke emmer waar ik de afgelopen 15 jaar al mijn emoties ingestopt had, nu echt vol zit. Dit had als gevolg dat ik wederom emotioneel labiel werd en om niks in tranen uitbarstte. Ook werd ik rond die tijd paranoïde wat betreft mijn relatie met mijn vriendin: ik werd bang dat ze me zou verlaten en ik wist, en weet nog steeds, niet goed hoe ik mijn gevoelens kan uiten over onze relatie. Mede omdat dat iets is wat ik nooit echt geleerd heb als kind, en ik in de pubertijd te druk bezig was om mijn gevoelens juist niet te uiten. Dit was het moment waarop ik aan de bel heb getrokken door met mijn problemen naar de decaan te stappen, die me heeft doorverwezen naar een psycholoog. De huisarts vond echter dat ik met mijn verleden niet genoeg had aan een eerstelijnspsycholoog en verwees me gelijk door naar een specialist. Nu op dit moment wacht ik nog op mijn intake, maar ik wil in gesprek met deze specialist teruggaan naar 20 jaar geleden, toen mijn ouders uit elkaar gingen. Wat heeft dat toen met mij gedaan en hoe kan ik het verwerkingsproces, dat naar mijn idee als kind verkeerd is gegaan, opnieuw openbreken en overdoen? Ik wou dat ik hier een hele duidelijke s.m.a.r.t. oplossing zou kunnen opschrijven voor deze problemen, om te laten zien dat de lessen ZMC mij hier echt mee geholpen hebben (dat is trouwens wel zo, omdat ik dankzij dit vak een stuk beter begrijp waar mijn gedachten vandaan komen). Maar ik leef op dit moment van dag tot dag en van deadline tot deadline zonder dat ik op langere termijn weet
Rolf Jurgens G&I1C
4
ZMC Opdrachten Hoorcollege
hoe ik hiermee om moet gaan. Ik weet enkel dat hulp, in de vorm van de gesprekken met de psycholoog, onderweg is, en dat ik tot die tijd eigenlijk niet weet hoe ik verder moet. Mijn belangrijkste streving op dit moment is het vinden van een manier waarop ik mijn problemen een plaats kan geven, zonder dat ze mijn schoolwerk en relatie op dagelijkse basis beïnvloeden. Dus ja, dit wordt vervolgd in Z.M.C. 2 in het volgende semester.
Rolf Jurgens G&I1C
5
ZMC Opdrachten Hoorcollege
6
Opdracht 3: Kernkwadranten Beschrijf 4 kernkwaliteiten in kernkwadranten en bespreek deze met minimaal 3 verschillende personen. En schrijf daar je eigen reflectie over. Ik heb er voor gekozen om dit met slechts 2 personen te bespreken in plaats van de aangegeven 3. De reden daarvoor is dat ik persoonlijk meer waarde hecht aan de reactie van mensen die me ook daadwerkelijk kennen dan de reactie van willekeurige mensen uit bijvoorbeeld mijn klas, en omdat ik kwaliteit van de reacties in dit geval ook hoger zet dan kwantiteit. De keuze is gevallen op Astrid (mijn vriendin) en Elmo (een zeer goede vriend).
Kernkwaliteit
Valkuilen
Empathisch
Mijn eigen belang zet ik vaak onder het belang van de groep, waardoor er frustraties ontstaan die ik vervolgens niet uit en opkrop. Mijn mening komt er daardoor vaak niet zo genuanceerd uit als ik zelf zou willen.
Allergie
Uitdagingen
Egocentrische mensen.
Deze is tweezijdig
Als ik ergens een grotere allergie voor heb dan voor egocentrische personen, is het wel voor hypocriete personen. Ironisch genoeg ben ik zelf de grootste hypocriet die ik ken. Als tiener heb ik vaak te horen gekregen dat ik teveel in mijn eigen wereld leefde, en ik ben zelf aan de slag gegaan om dat gedrag te corrigeren. Als het mij, zonder hulp of enige vorm van techniek, lukt om mijn eigen gedrag te corrigeren, enkel en alleen door me bewust te zijn van mijn positie in een groep en de mentaliteit die ik uitstraal, dan kan iedereen dat.
Ik betrap mijzelf er nog wel eens om dat ik te veel aan het woord ben in een gesprek, of te veel over mijzelf praat. In dat geval moet ik direct het gesprek weer terug draaien naar mijn gesprekspartner. Daarnaast moet ik frustraties sneller uiten zodat ik ze niet opkrop. Zo kan ik een subtielere discussie voeren zonder mijn stem te moeten verheffen of een masker te moeten laten vallen.
Astrid: Ik herken Rolf in bovenstaande omschrijving. Doordat hij zich bewust is van zijn valkuilen en allergie voor egocentrische mensen, ergert het hem enorm als hij zichzelf betrapt op het stappen in die valkuil en de eerste uitdaging: als hij merkt dat hij teveel aan het woord is of zijn frustraties ineens ongenuanceerd uit, voelt hij zich egocentrisch. Rolf heeft inderdaad zelf gigantische stappen gezet om de manier waarop hij zich presenteerde als tiener te corrigeren/verbeteren, maar gaat er soms te snel van uit dat andere mensen zich óók zo bewust zijn van hoe ze op anderen overkomen. Hij is dus met name allergisch voor mensen die niets doen met de input die ze van anderen krijgen op hun gedrag.
Rolf Jurgens G&I1C
ZMC Opdrachten Hoorcollege
Elmo: Voor een groot deel herken ik Rolf volledig in de beschrijving, een aantal dingen vrij specifiek. Het te veel aan het woord zijn is een valkuil van Rolf, maar 1 die opgelost is met een enkel handgebaar. Hij let erg op de groep om te zien of iemand aandacht vereist, die krijgt die persoon dan ook direct. Rolf zet zich vaak in om minder spraakzame personen te helpen hun punt duidelijk te maken. Zijn allergie komt op mij over als een typisch geval van 'you are your own worst enemy'. Überhaupt in zijn dagelijkse leven en zeker nu hij met zijn studie bezig is, is Rolf erg in beslag genomen door zijn eigen leven en uitdagingen, de stap zetten om interesse te tonen in andermans leven of niet alles op zijn eigen situatie te betrekken is er eentje die hij bewust moet nemen. Gelukkig doet hij dat vaak, zeker als hij erop geattendeerd wordt. Zijn valkuil is lastig. Rolf zoekt vaak al naar een compromis voordat hij zijn mening uit, wat anderen dus zien als 'zijn belang of behoefte' is voor hem een dus al genuanceerde variant. Als personen dan een compromis zoeken tussen hun mening en die van Rolf (die vaak dus al een compromis is) voelt Rolf zich vaak onbegrepen of onjuist bejegend. Het zou wellicht handig zijn als hij begon met zijn eigen ideale situatie, en dan pas compromissen ging sluiten, zonder ze in te vullen voor anderen. Mijn reactie: Ik kan me vinden in beide reacties. Wat Astrid aanduidde als “maar gaat er soms te snel van uit dat andere mensen zich óók zo bewust zijn van hoe ze op andere overkomen” is een blinde vlek voor mij, waar ik inderdaad af en toe tegenaan loop. Wat Elmo te zei over dat ik af en toe een herinnering nodig heb dat ik ook nog vrienden heb, is iets waar ik mijzelf voornamelijk in herken sinds mijn studie begonnen is. Ik wist dat de studie veel van mijn tijd in beslag ging nemen, maar wist van tevoren niet dat het zo’n groot gedeelte zou zijn. Ik merk dat ik sociale dingen strak moet inplannen omdat ze anders blijven liggen en ik mijzelf buitensluit.
Rolf Jurgens G&I1C
7
ZMC Opdrachten Hoorcollege
8
Kernkwaliteit
Valkuilen
Kritisch
Ik ben vooral kritisch op mijn eigen werk, waardoor ik erg perfectionistisch kan worden. Daarnaast kunnen mijn roots soms boven komen als ik probeer opbouwende kritiek te geven, waardoor ik reageer als een lompe Brabantse arbeider.
Allergie
Uitdagingen
Mensen die kritiek als persoonlijke aanval zien. Nu ligt het ook heel erg aan de souplesse waarmee er kritiek gegeven worden. Hierin schiet ik zelf soms tekort. Maar als ik kritiek geef aan iemand, is dat niet omdat ik een hekel aan ze heb. Eerder omdat ik ze juist wel mag en ze wijs op iets waarmee ze zichzelf of hun werk zouden kunnen verbeteren.
Beter op mijn woorden letten voor ik er zomaar uitgooi wat ik denk. Nu is dit iets waar ik al mee aan het werk ben, al kost het nu nog veel energie. En soms vind ik een onderwerp van discussie de moeite niet waard om deze energie er in te investeren, waardoor mijn mening er lomp en bot uitkomt.
Astrid: Rolf is inderdaad erg kritisch, zowel naar zichzelf als naar anderen. Zoals al gesteld in het commentaar op de eerste kernkwaliteit kan hij het slecht hebben als mensen niets met zijn opbouwende kritiek doen, omdat hij zich wel erg bezighoudt met andermans kritiek op hem en zijn werk. Zijn manier van kritiek geven is inderdaad erg direct (‘lompe Brabantse arbeider’), niet iedereen kan dit waarderen. Elmo: Op Rolf kan je altijd rekenen om opbouwende kritiek te geven. Hoewel via tekst zijn communicatie soms hard overkomt, is het face to face altijd genuanceerd en begrijpelijk, mits het 1 op 1 is. Waarschijnlijk heeft zijn ervaring als beeldend kunstenaar ertoe geleid dat hij hard en helder is met zijn kritiek, maar je hebt er altijd wat aan. Zijn enige valkuil die ik zelf hier in zou zien is zijn neiging om zijn persoonlijke smaak nog wel eens als waarheid te presenteren. Mijn Reactie: Ben het gedeeltelijk eens met Elmo over dat ik mijn persoonlijk mening nog wel eens wil door drukken. Ik zeg nooit dat mijn mening de enige manier is, wel heb ik de neiging als er manieren zijn die naar mijn idee minder effectief zijn, die terloops weg te laten.
Rolf Jurgens G&I1C
ZMC Opdrachten Hoorcollege
9
Kernkwaliteit
Valkuilen
Objectief kunnen luisteren en advies kunnen geven
Als de situatie herkenbaar is, heb ik er moeite mee om niet toch mijn eigen verhaal als voorbeeld te geven. Soms willen mensen gewoon zeggen wat ze denken zonder dat ze direct onderbroken worden met andermans verhalen.
Allergie
Uitdagingen
Mensen die waardeoordelen geven over iets wat je vertelt. Eigen ervaringen is niet zo erg, kan alleen storend zijn als het te veel afwijkt van je oorspronkelijke verhaal. Waardeoordelen daarentegen komen vaak over als een persoonlijke aanval, juist als je je kwetsbaar opgesteld hebt en een persoonlijk verhaal hebt gedeeld. Dit voelt soms als een mes tussen de ribben terwijl dat niet nodig was.
Balans vinden in wat ik vertel aan mensen en wat niet. Als tiener was ik extreem gesloten en kropte ik alles op. Dit zorgde er mede voor dat ik niet goed in mijn vel zat, omdat ik altijd het gevoel had dat ik al mijn problemen alleen moest oplossen. Hier in wilde ik veranderen, en ben opener geworden naar de mensen om mijn heen. Tot ik personen in mijn omgeving had die mij anders gingen behandelen. Ik merk dat ik nu weer een stuk geslotener ben, en het misschien weer overcompenseer. Andere oplossing zou kunnen zijn om extreem open te worden en geen gehoor te geven aan enige kritiek. Dit laatste is misschien een te grote drempel om over te stappen.
Astrid: Deze kernkwaliteit waardeert Rolf ook erg in anderen: wanneer hij zijn ‘geslotenheid’ doorbreekt, vindt hij het belangrijk dat mensen naar zijn verhaal luisteren en op zijn verhaal reageren met objectief advies. Ik kan me minder vinden in de allergie die Rolf omschrijft: hij staat absoluut niet negatief tegenover waardeoordelen die aansluiten bij zijn eigen beleving, en kan zich juist enorm ergeren aan mensen die op zijn verhaal reageren met een overtreffend eigen verhaal. Elmo: Rolf zijn allergie voor waardeoordelen herken ik alleen als de waardeoordelen als waarheid worden gepresenteerd. Op het moment dat er duidelijk wordt gemaakt dat Rolf als persoon wel gerespecteerd wordt, is hij prima in staat de mening van een ander te interpreteren als exact dat: een andere mening. Zijn geslotenheid is wellicht in een aantal opzichten groter geworden, Rolf wordt nog steeds gezien door velen om hem heen als een bijzonder sociaal persoon, dat niet alle verhalen bij iedereen op tafel komen is zeer begrijpelijk. Mijn Reactie: Toen ik de bovenstaande kwadranten schreef eind oktober, zat ik al wat minder in mijn vel, en was ik een stuk geslotener dan ik nu ben. Dus ik kan me vinden in het antwoord van Elmo, en de reactie van Astrid is een stuk duidelijker nu. Ik vind het leuk om te lezen dat ik gezien word als een bijzonder
Rolf Jurgens G&I1C
ZMC Opdrachten Hoorcollege
10
sociaal persoon. Ik heb zelf namelijk altijd gedacht dat ik dat totaal niet was, en dat ik hier in moest compenseren. Maar kennelijk heb ik hierin overgecompenseerd. Kernkwaliteit
Valkuilen
Realistisch
Ik denk met projecten te snel aan of iets haalbaar is, waarna ik het idee al afkeur voor er goed en wel over nagedacht te hebben. Dit remt mij extreem in mijn creatief denkproces, en zorgt ervoor dat ik te vaak te lang twijfel over keuzes waardoor processen soms heel langzaam verlopen.
Allergie
Uitdagingen
Extreme pessimisten die niet kunnen beredeneren waarom iets ze tegenstaat.
Directer keuzes maken zonder alle voor en nadelen af te wegen. Leren om eerst opties te spuien en vervolgens pas te bekijken of het haalbaar is.
Astrid: Rolf laat zich in brainstorms inderdaad leiden door bestaande beperkingen en de haalbaarheid van ideeën, en zal zijn idee alleen in de groep gooien als hij denkt dat het te realiseren is. Ook andermans ideeën beoordeelt hij volgens dit criterium. Ik moest lachen om deze allergie, omdat Rolf zichzelf nog wel eens omschrijft als pessimist, maar hij weet inderdaad altijd feilloos aan te wijzen welke aspecten hem negatief doen reageren. Elmo: Als er creatief gedacht wordt gaat Rolf's associatie inderdaad snel naar het praktische en het haalbare. Zo nu en dan is het een uitdaging om hem 'out of the box' te laten denken als hij geen referentiemateriaal is. Zijn kracht daarentegen is dat hij een ontzettend goed geheugen heeft en snel zaken kan vergelijken met andere instanties 'waar het toch ook gelukt is dus waarom nu nie?!'. Principekwesties heeft hij respect voor, als ze redelijk zijn. Mijn Reactie: Ik had bewust “extreme” pessimisten benoemd als mijn allergie, omdat ik al bang was dat ik de uitspraak van Astrid zou krijgen over mijn eigen pessimisme. Maar ja, ik kan als de situatie er op vraag best cynisch uit de hoek komen, al zie ik dat in die gevallen meer als realistisch. Elmo bevestigt mijn verhaal hierin.
Rolf Jurgens G&I1C
ZMC Opdrachten Hoorcollege
Opdracht 4: Psychologische stromingen Maak aantekeningen van les 4 en 5 aan de hand van psychologische stromingen. Er zijn 4 belangrijke stromingen binnen de psychologie: 1. Behaviorisme, ook wel bekent als Stimulans/response psychologie. 2. Dieptepsychologie of psychoanalyse 3. Humanistische Psychologie 4. Cognitivisme Stimulans/response psychologie: Behaviorisme is een objectief onderzoek naar de kern van onze acties. Het stelt de vraag waarom mens of dier bepaalde acties uitvoert en hoe die te beïnvloeden zijn. Een goed voorbeeld hiervan is het onderzoek van Ivan Pavlov die zijn hond elke dag eerst een bel liet horen voor hij hem te eten gaf. Na een tijd nam hij het eten weg en liet enkel de bel horen, waarna zijn hond direct naar zijn etensbak rende. Deze manier van training of conditionering wordt nu nog steeds toegepast in het trainen van dieren. Een onderzoek wat hier op verder ging, en wat ook beter toepasbaar is op onze opleiding, is het onderzoek van Burrhus Frederic Skinner. Hij had een duif in een kooi gestopt, en in die kooi zat een knop, en een voerbakje. Zodra de duif de knop indrukte, kwam er eten in het voerbakje te liggen. De duif in kwestie werd verslaafd aan het drukken op deze knop. Hiermee toonde Skinner aan dat alle wezens die kunnen denken, geconditioneerd kunnen worden in het uitvoeren van een bepaalde handeling, waarna ze beloond worden. Hij heeft later met een vergelijkbare machine, “the learningbox”, bewezen dat dezelfde manier van conditionering werkt op mensen, en dat het bij mensen zelfs beter werkt als de beloning niet elke keer komt nadat een bepaalde handeling wordt uitgevoerd, maar wanneer de beloning gekoppeld is aan een variabele kans of een bepaalde tijd die voorbijgaat. De reden dat deze theorie belangrijk is voor toekomstige gamedesigners is omdat hij vandaag de dag regelmatig word toegepast in videogames. Het duidelijkste voorbeeld is het spel “World of Warcraft” waarin spelers beloond worden om monsters te verslaan. Die beloning is echter variabel en daardoor wordt het monster honderden keren door dezelfde spelers verslagen om de beloning te krijgen die ze zoeken. Deze methode is er dus enkel om de speeltijd van de speler te vergroten, en als je hier een maandelijkse betaling aan hangt om het spel te kunnen spelen krijg je een van de meest winstgevende spellen van het afgelopen decennium. Dieptepsychologie: Binnen de psychoanalyse wordt er gekeken naar de oerdriften van de mens en hoe door die oerdriften bepaalde acties genomen worden. Freud had het over Id, Ego en Superego, waarbij we nu voornamelijk naar de Id kijken. Deze word volgens Freud opgedeeld in twee delen: ten eerste de lust, ook wel het Libido genoemd. Dit is de drang tot zelfbehoud en het voortbestaan van het menselijk ras. Daartegenover staat de doodsdrift, ook wel Thanatos genaamd. Humanistische Psychologie: Deze stroming is ontstaan als tegenbeweging op de Dieptepsychologie en het Behaviorisme. De grondleggers van de Humanistische psychologie waren Carl R. Rogers en Abraham H. Maslow. Maslow heeft een model ontwikkeld wat de hiërarchie van onze behoeftes weergeeft (zie afbeelding). Deze
Rolf Jurgens G&I1C
11
ZMC Opdrachten Hoorcollege
hiërarchie word weergeven in een piramide. Volgens Maslow kan elke laag kan enkel bestaan als de laag eronder stevig is. De lagen zijn als volgt, van onder tot boven: - Lichamelijke Behoefte, ofwel de Primaire behoefte. Hier in valt alles wat op korte termijn nodig is om te overleven. Eten, drinken, maar ook seks. - Behoefte aan veiligheid en zekerheid. Denk hierbij niet alleen aan een dak boven je hoofd, maar ook een plaats die als “thuis” bestempeld kan worden en bijvoorbeeld een stabiele financiële situatie. - Behoefte aan sociaal contact. Mensen willen het gevoel hebben dat ze bij een groep horen, en we gaan hier dan ook (on-)bewust naar op zoek. - Behoefte aan waardering en erkenning. Hieronder valt o.a. je eigen ego en je status. - Zelfontplooiing, Pas als alle lagen hiervoor stabiel zijn, kan men zich focussen op zelfontwikkeling om groter te groeien dan men zelf al is. Cognitivisme: Deze stroming is de jongste stroming van de 4. Ze is ontstaan in de jaren 50, tegelijk met de opkomst van de computer. Voor deze stroming werd het menselijk brein gezien als een “Black box”: er gingen impulsen in die binnenkwamen via onze zintuigen, en daar rolde vervolgens een conclusie uit. Door het maken van computers en het begin van kunstmatige intelligentie kwamen we op theorieën die we konden toepassen op ons eigen brein. Cognitivisme heeft als uitgangspunt dat intelligentie niet een statisch iets is waarmee mensen geboren worden, zoals men vroeger dacht, maar dat het iets is wat getraind kan worden en kan groeien. Het cognitief vermogen van de mens zorgt ervoor dat we in staat zijn om informatie op te nemen en te verwerken, zoals een plan van aanpak te maken en daarnaar te handelen, en dat we een verbeeldend vermogen hebben.
Rolf Jurgens G&I1C
12
ZMC Opdrachten Hoorcollege
Opdracht 5: De roos van Leary Maak aantekeningen over de Roos van Leary. En vul er een in voor jezelf. De roos van Leary is voortgekomen uit het onderzoek van Timothy Leary, waarin hij de interactie tussen mensen analyseerde. Deze heeft hij vervolgens grafisch weergegeven in een windroos. Hij zag een verschil tussen dominant en subjectief gedrag, ook wel bestempeld als Boven en onder gedrag. Deze heeft hij op de Y-as in zijn roos gezet. Daarnaast maakte hij onderscheid tussen tegen- en samengedrag, die hij op de Z-as plaatste. Deze verdeling zorgt voor 4 verschillende segmenten, die Leary vervolgens verdeeld heeft in 2 extra segmenten: in totaal dus 8 segmenten. Bij elk segment hoort een bepaald gedrag, en een relatiewens in het omgaan met anderen. Hieronder de Roos van Leary die er uitkwam toen ik zelf een test maakte: kritisch op anderen, vastberaden, open en direct; assertief en vertrouwend op zichzelf, onafhankelijk, zakelijk; door anderen gerespecteerd, houdt van verantwoordelijkheid, goede leider; behulpzaam; hartelijk en met begrip, er sterk op uit met anderen goed overweg te kunnen, wil ieders sympathie; dankbaar; kan gehoorzamen; kan klagen wanneer dat nodig is. Ik was best verbaasd over deze uitslag. Dit omdat ik vaak het idee heb dat ik onder gedrag vertoon, of althans meer dan dat ik boven gedrag heb. Nu heb ik deze test gemaakt met de opleiding in gedachten. Ik merk dat ik binnen de opleiding inderdaad rebelser en dominanter ben dan dat ik bijvoorbeeld vroeger op mijn werk was.
Rolf Jurgens G&I1C
13