Welkom bij de workshop Narratief onderzoek Ariette Riezebos & Kara Vloet
Opbouw workshop • • • • • • •
Gevoelsvragenlijst 1 Mindmap rondom narratief onderzoek Korte kern vanuit bronnenboek Film Aan de slag met voorbeeld Gevoelsvragenlijst 2 Wat neem je mee uit deze workshop?
Gevoelsvragenlijst Stel je voor: Één van jouw studenten wil narratief onderzoek doen. Hoe voel jij je als begeleider van dat onderzoek? Vul voor elk gevoel de mate in waarin je dat gevoel ervaart (0-5)
Mindmap narratief onderzoek Maak in tweetallen een mindmap met dat wat je samen al weet over dit type onderzoek. Probeer het te visualiseren. Narratief onderzoek rondom: 1. gesprekken met 2. beeldmateriaal van 3. narratief interview
Definitie
‘narratief’ narrare: vertellen of verhalen. Definities gemeenschappelijk: - verhaal - mens als actor centraal - binnen sociale wetenschappen: de ervaring van mensen begrijpen via verhalen. - tijd en ruimte - samenhangen identiteit van betrokkenen én de relaties; - thema’s (onderwerp) - plots (verhaallijn-[en]) - betekenis gevend. (Vanhauwaert, 2010; Craig, 2007; Bamberg & McCabe (1998: iii); Vogt (2005)
Geschiedenis - oorsprong : Propp (1928) structuur Russische sprookjes. - filosoof Todorov (1969): term ‘la narratologie’. - Sociale wetenschappen: ‘narrative turn’ persoonlijke en sociale ontwikkeling als ‘narratieven’ (verhalen). verhalen ondersteunen begrip betekenisverlening, horen van de opvatting - 1980-1990 : belang van narratief onderzoek in het onderwijs. herorganiseren, reconstructie en co-constructie van kennis ervaringsgerichte verhalen van leerkrachten meer nadruk op reflectie van leerkrachtgedrag. - verhalen van mensen én organisaties - ervaringen holistisch te bekijken - betekenis van sociale handelingen binnen een bepaalde context. (Conle, 2000; Herman, Jahn& Ryan, 2005; Bohlmeijer, 2006; Webster & Mertova, 2007).
Kenmerken Clandinin & Conelly (2000) • Samenwerking en sociale interactie: de onderzoeker stapt in het verhaal en leeft erin mee. • Onderzoeker nodigt verteller uit. • Actieve houding onderzoeker • Opbouw verhalen: begin – midden – eind • Verhaal heeft een plot en is logisch opgebouwd (tijdsordening, oorzaak-gevolg) • Verhelderen, structureren, expliciteren tacit knowledge
Vormen overzicht narratieve analyses (Jacobs, 2010) . • thematische narratieve analyse • structurele narratieve analyse • dialogische analyse • visuele analyse
Gebruiksmogelijkheden algemeen • binnen onderwijssetting, in kaart brengen van: - onderliggende aannames en waarden vb curriculum, - de onderwijsvisie - vormgeving onderwijsvisie door leerkrachten - professionele ontwikkeling van leraar
• vanzelfsprekende ideeën en gedachten bekijken. bijv. aanpak in de klas bijv. professionele ontwikkeling van leerkrachten. (Verhesschen, 2001; Craig, 2007; Clandinin & Conelly, 2000; Vloet & Van Swet, 2010; Caine, 2010).
Gebruiksmogelijkheden onderzoeksvragen studenten
• School niveau - visieonderzoek school / organisatie (een casestudie) - visie van alle betrokkenen in kaart via reflectie, expliciteren van waarden en persoonlijke motieven, erkenning van emoties en cognitief perspectief (Vloet & Van Swet, 2010; De Lange, Schuman & Montesano Montessori, 2010).
• Leerkrachtniveau - onderwijsopvattingen expliciteren (Kallenberg, Koster, Onstenk & Scheepsma, 2007). - bewustwording opvattingen, professionele identiteit en ontwikkeling dialoog - inzicht in onderwijscultuur, - visie en -context. • Leerlingniveau : - verband ervaring - verhaal - gedrag.
Overeenkomst - verschil met andere strategieën • werken met de ervaringen en de betekenisgeving van de diverse betrokkenen nieuwe inzichten ontstaan of veranderingsprocessen in gang worden gezet. • Actieonderzoek en een casestudy kunnen narratief van aard zijn. Narratief onderzoek zet actieonderzoek en gevalsstudie aan vanuit een andere invalshoek, namelijk dat van de verteller. • Narratieve interviews kunnen een plek krijgen binnen actieonderzoek, gevalsstudie of ontwerpgericht onderzoek. • ‘… een sterk middel bij onderzoek dat zich emancipatie ten doel stelt of het onderzoeken van onderliggende motieven of het collectief betekenis geven van bepaalde begrippen’. (De Lange, et al. (2010, p. 178) :
Professionele identiteit als ‘Zelfverhaal’ Connelly & Clandinin, 1999; Hermans e.a. 1993, 1994, 2006, 2010)
Zelfverhaal van de professional op een bepaald moment binnen een bepaalde context: a.
Dynamisch proces van (her)interpreteren van betekenisvolle ervaringen uit de eigen praktijk/ biografie b. Persoon in context: zelfbeeld – beeld anderen c. Sub-identiteiten als ik-posities in harmonie/conflict (dialoog) d. ‘Agency’ bij vorming Professionele Identiteit (zelfsturing) e. Inhoud (cognities) én beleving (emoties) belangrijk (Beijaard, Meijer & Verloop, 2004;
Kelchtermans,2005; Akkerman & Meijer, 2011, Vloet & van Swet, 2010; Vloet, Jacobs & Veugelers, in press)
Fontys Hogescholen
INHOUD van Professionele Identiteit Dataverzameling (1) & -analyse (2-6)
1. Zelfonderzoek als Semigestructureerd interview
o Ontlokkers betekenisvolle ervaringen kernzinnen o Aangeboden kernzinnen (rollen/ posities, alg. + ideaal ervaren)
2. Kernzinnen (waardengebieden) indelen in 3 componenten o beroepsmotivatie, taakopvatting, zelfbeeld
3. ‘Portretten’ member check, ZKM-er check 4. Inhoudsanalyse categorieën (‘grounded theory’) 5. Codering door 2 onafhankelijke onderzoekers 6. Komen tot overeenstemming
Fontys Hogescholen
BELEVING van professionele identiteit Dataverzameling (1, 2) & -analyse (3) 1. ‘Ontlokkers’ over beleving van werk o ‘genieten’, ‘moeilijk’, ‘afzetten’ kernzinnen
2. Gevoelens koppelen aan alle kernzinnen o Lijst 24 gevoelens uit ZKM (5pt-schaal: 0-5)
3. Correlatie gevoelspatronen (aan kernzinnen ‘waardering’) - Verhouding je Zelf sterk voelen/ verbondenheid met Ander (Z - A) - Verhouding positieve/negatieve gevoelens (+, - , +/-)
Fontys Hogescholen
Father & Daughter
Michael Dudok de Wit
Narratieve oefening • Welk fragment ráákt je het meest? • Kun je een link leggen met je eigen loopbaan, levensloop of professioneel handelen?
• Wissel ervaringen uit in tweetallen
Leraar als begeleider • Hoe kan ik een balans vinden in mijn gedrag als 'vertrouweling' en als 'leider'?
Vb ik heb een 'te grote mond' geaccepteerd; 'over me heen laten lopen'; te lang de discussie aangegaan met een leerling. ( –)
• Vorige week heb ik een leerling - terecht - 'eruit gezet'; een grens gesteld en een voorbeeld voor de klas gesteld. Dat werkte. (Z+) • Als collega zou ik wat meer mijn aanwezigheid willen tonen; ik ben soms te afwachtend ( "Wie ben ik om...") Ik zou meer mijn visie kunnen geven. (–) Waarde-gebieden Annelies, 21 j leraar VMBO Fontys Hogescholen
Ontwikkelthema Annelies Ik ben ‘zoekende’ (Hoe kan ik als speciaal leerkracht differentiëren in de klas?) Letten op: versterken van mijn rol in de klas en rol als collega binnen de school (zichtbaarheid vergroten) (NB rol actieonderzoek: positief: meer zichtbaar)
Fontys Hogescholen
Zelfverhaal • Biografische ervaringen belangrijk in hele zelfverhaal • Patroon over componenten heen; persoonlijk of professioneel thema in zelfverhaal (inhoud) op zoek naar story line • Onderliggend gevoelspatroon (beleving) als aanknopingspunten voor ontwikkeling Wat is een professioneel dilemma? Waar zit spanning, ambivalentie? Als uitdaging voor ontwikkeling en groei • Naast inhouds- en belevingsniveau ook structureel niveau van belang bij professionele identiteitsontwikkeling: bewegingsruimte om te onderhandelen over je professionele identiteit: histories • Identiteit als verhaal met een wisseldans der posities Fontys Hogescholen
Zelf aan de slag -
Tien keer beter! 3, p 29-34 Tien keer beter! 4, p 90-96
1.
Bekijk met je groep de samenvatting van het praktijkonderzoek, aangepakt via narratief onderzoek. Kijk naar de onderzoeksvraag en de verantwoording van de onderzoeksstrategie Welke voordelen zitten aan de narratieve methodiek? Welk type vragen zouden voor deze onderzoeksstrategie ook geschikt zijn? Kijk naar je eigen begeleidingspraktijk: heb je voorbeelden waarbij je narratief onderzoek had kunnen inzetten? Leg uit. Wat hebben de voorbeelden gemeen?
2. 3. 4. 5.
Fontys Hogescholen
Gevoelslijst Stel je voor: Één van jouw studenten wil narratief onderzoek doen. Hoe voel jij je als begeleider van het onderzoek, nu je deze workshop hebt bijgewoond? Vul voor elk gevoel de mate in waarin je dat gevoel ervaart (0-5) Vergelijk je uitslag met de eerste keer invullen… Fontys Hogescholen
Bronnenlijst
Bamberg, M., & McCabe, A. (1998). Narrative Inquiry, 8 (1), iii-v (editorial). Gevonden op 30 augustus 2011, op: http://www.clarku.edu/~mbamberg/narrativeINQ/HTMLPages/Editorial2.htm Beijaard, D., Meijer, P. & Verloop, N., (2004) Reconsidering Research on Teachers' Professional Identity, Teacher and Teacher Education, 20, 107128. Bier, A., Dieteren-Bongers, H., Jong-Buysse, C. de, Daams, H., Gruyters, H. , Hoeffgen, M., & Jacobs, G. (2011). Tien keer beter! (3) Verbeteren van onderwijspraktijk door onderzoek. Antwerpen/Apeldoorn: Garant. - tien x beter 4 Bohlmeijer, E., Mies, L., & Westerhof, G. (2006). De betekenis van levensverhalen. Houten: Bohn Stafleu & van Loghum. Caine, V. (2010). Visualizing community. Understanding narrative inquiry as action research. Educational Action Research, 18(4), 481-496. Clandinin, D.J., & Conelly, F.M. (2000). Narrative inquiry. Experience and story in qualitative research. San Francisco: John Wiley & Sons, Inc. Conle, C. (2000). Thesis as narrative or ‘What is the inquiry in narrative inquiry?’ Curriculum Inquiry, 30, 189–214. Craig, C.J. (2007). Story constellations. A narrative approach to contextualizing teachers’ knowledge of school reform. Teaching and teacher education, 23, 173-188. Herman, D., Jahn, M., & Ryan, M.L. (2005). Routledge encyclopedia of narrative theory. Londen: Routledge. Hermans, H. & Kempen, H.(1993) The Dialogical Self. Meaning as Movement, (San Diego, Academic Press) Hermans, H. & Hermans-Konopka (2010), Dialogical Self Theory. Positioning and Counter-Positioning in a Globalizing Society. Cambridge: Cambridge University Press Jacobs, G. (2010). Qualitative analysis. Tilburg: Fontys OSO. Kallenberg, T., Koster, B., Onstenk, J., & Scheepsma, W. (2007). Ontwikkeling door onderzoek. Een handreiking voor leraren. Utrecht/Zutphen: Thieme Meulenhoff. Kelchtermans, G. (2005) Teachers’ emotions in educational reforms: self-understanding, vulnerable commitment and micro-political literacy, Teacher and Teacher Education, 21, 995-1006 Lange, R. de, Schuman, H., Montesano Montessori, N. (2010). Praktijkgericht onderzoek voor reflectieve professionals. Antwerpen/Apeldoorn: Garant. Vanhauwaert, F. (2010) Het kind en de ouder achter KOPP*. Een narratief onderzoek. (* Kinderen vanOuders met een Psychische Problematiek). Masterproef ingediend tot het behalen van de graad van Master in de Pedagogische Wetenschappen, afstudeerrichting Orthopedagogiek. Gent: Universiteit van Gent. Verhesschen, P. (2003). ‘The poem’s invitation’. Ricoeur’s concept of Mimesis and its consequences for narrative educational research. Journal of Philosophy of Education Society of Great Britain, 37(3), 449-465. Vloet, K., & Swet, J. van (2010). ‘I can only learn in dialogue!’ Exploring professional identities in teacher education. Professional Development in Education, 36(1-2), 149-168. DOI: 10.1080/19415250903457083 Vloet, K; Jacobs, G. & Veugelers, W (in press) Dialogical learning in teachers’ professional identities. In: Ligorio, B. & César, M. (EDs) The interplays between dialogical learning and dialogical self. San Fransisco: Information Age Publishing Vogt, W.P. (2005). Dictionary of statistics & methodology. A nontechnical guide for the social sciences. Thousand Oaks/Londen/New Delhi: Sage Publications Inc. Webster, L., & Mertova, P. (2007). Using Narrative Inquiry as a research method. An introduction to using critical event narrative analysis in research on learning and teaching. Londen/New York:Routledge.
Dank voor jullie aandacht Meer weten, vragen of verder praten?
[email protected]
[email protected]