Seminarie zesdejaars – week 9
Week 9: Mediteren met beelden: de bergmeditatie (praktijkoefening 6) Met de sessie van vandaag zijn we in het midden van de praktijkoefeningen van dit seminarie aangekomen. Tijd voor een korte terug- en vooruitblik. Tot nog toe hebben we ons in dit seminarie geoefend in meditatievormen die – inhakend op de verschillende manieren waarop mensen zich in de wereld bewegen (zittend, liggend, lopend, …) – gericht zijn op het aanwezig leren zijn in het nu-moment. De meditatieoefeningen van de voorbije vijf weken hebben ons ertoe uitgenodigd om alles wat zich aandient (gedachten, gevoelens, lichamelijke gewaarwordingen, geluiden van binnen en buiten, …) aanwezig te laten zijn zonder erover te oordelen. We hebben ons geoefend in het leren observeren van onszelf – als waren we getuigen van ons eigen leven. Op die manier hebben we wat meer inzicht in onszelf verworven. Tijdens de volgende praktijklessen verleggen we de focus enigszins, en zullen we experimenteren met meditatieoefeningen die ons kunnen helpen om op een bewustere en meer levengevende manier met onze gedachten, gevoelens, … om te gaan. We gaan ons daartoe richten op het mediteren op/met concepten of beelden over levenshoudingen. De bergmeditatie is een eerste oefening. Ze kan al zittend of staand beoefend worden.
Inleiding Over de vorm: mediteren met beelden met het oog op het integreren van levenshoudingen Het boeddhisme, zo leerden we al in week 7, kent twee basisvormen van meditatie: kalmtemeditatie en inzichtmeditatie. De samatha- of kalmtemeditatie heeft, zoals gezegd, tot doel de geest tot rust te brengen door volledig geconcentreerd te zijn op een object. Dat object kan heel verschillend zijn: men kan zich concentreren op de adem, of op een mantra, of op een uitwendig object (zoals een voorwerp, of een beeld, of het lichaam, of een gedachte). Eén van de meest geliefde onderwerpen voor deze vorm van meditatie is de deugd van de grenzeloze liefde (metta). Wie mediteert op het concept van de grenzeloze liefde begint met dit concept te verkennen om het vervolgens toe te passen op zichzelf, om zo zichzelf te leren accepteren en liefhebben. Daarna worden anderen het object van de toepassing van het concept van de grenzeloze liefde: te beginnen met mensen naar wie men opkijkt, komt men er uiteindelijk toe om ook zijn vijanden met grenzeloze liefde tegemoet te treden. Het doel van dit soort meditatie is, naast het bewerken van kalmte, dus ook de transformatie van de persoon die mediteert. Een concept, zoals dat van de grenzeloze liefde, representeert als het ware een bepaalde levenshouding. Men verkent de werkelijkheid van het concept en probeert deze levenshouding verbeeldings- en ervaringsgewijs te integreren zodat men meer en meer de kracht van de deugd in zichzelf kan realiseren en storende gedachten of dynamieken kan stoppen en/of tegengaan. “While it [bedoeld wordt: de meditatie op de grenzeloze liefde] can thus be used to develop a very deep level
1 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
of calm and inner peace, it is generally used as a counteractive to ill-will.”, stelt Peter Harvey in An Introduction to Buddhism.1 In Mindfulnesstrainingen lijkt het mediteren op concepten op diverse wijzen geïntegreerd te zijn. Eerst en vooral maakt het principe dat ten grondslag ligt aan dit soort meditatie, namelijk dat men bewust kan worden van zichzelf door aanwezig te zijn bij wat is en dat men vervolgens zichzelf gaandeweg kan transformeren, de kern uit van elke Mindfulnesstraining. Uitgaande van inzichten uit de cognitieve gedragstherapie leert een Mindfulnesstraining (o.a.) hoe gedachten ons op sleeptouw kunnen nemen, en emotionele en lichamelijke reacties kunnen uitlokken of tot een bepaald gedrag kunnen leiden. Ze leert ons echter ook inzien dat gedachten geen feiten of waarheden zijn, maar aannames of interpretaties die een mens zelf maakt. Wanneer je, bijvoorbeeld, een bekende tegenkomt op straat die jou straal negeert, zal het afhangen van jouw interpretatie hoe je op deze situatie zal reageren. Als je je al somber voelt, zal je denken dat deze bekende jou niet meer wil kennen, en je zal je vervolgens erg verdrietig en down voelen; in het geval de bekende jou treft op een moment dat je gelukkig en zorgeloos door het leven gaat, zal je wellicht alleen concluderen dat de ander jou gewoonweg niet heeft gezien. Wanneer, nu, gedachten geen feiten maar interpretaties zijn, kan men er – wanneer men zich hiervan bewust geworden is – ook voor kiezen om zich niet te laten meeslepen maar om bewust te stoppen en op de situatie te reageren.2 Het principe dat men geen willoos slachtoffer is, maar een bewuste mens die situaties en zichzelf kan transformeren wordt hier gerealiseerd. In de praktische oefeningen van een Mindfulnesstraining komen daarnaast heel wat concrete voorbeelden van meditaties op concepten of levenshoudingen voor, die een meer levengevende reactie op situaties (van stress, lijden, verdriet, …) moeten mogelijk maken. De meditatie op de grenzeloze liefde, bijvoorbeeld, komt in elk boek over Mindfulness onder diverse vormen terug. Jon Kabat-Zinn spreekt over „de meditatie van de liefdevolle vriendelijkheid‟3 of over de 4 „barmhartigheidsmeditatie‟ ; David Dewulf heeft het over de „hartmeditatie‟5. Ook het mediteren met beelden – bijvoorbeeld: het beeld van de berg, of het meer, of de boom, … - kadert in deze context. In onze cultuur zijn heel wat beelden voorhanden die een archetypische betekenis hebben en een eigen levenskracht uitstralen en oproepen. Jon Kabat-Zinn geeft aan hoe het mediterend aanwezig zijn bij beelden tot doel heeft concepten en levenshoudingen nauwkeurig te observeren om de levenskracht ervan in zichzelf te verkennen en te integreren, zodat men anders met situaties kan omgaan of erop kan reageren.6 Het cultiveren van levenshoudingen als een weg tot geluk maakt niet alleen deel uit van de boeddhistische traditie; ook in het christendom heeft het een lange staat van dienst. Christopher Jamison, de abt van de benedictijner abdij van Worth in Engeland, 1
Zie: P. Harvey, An Introduction to Buddhism. Teachings, History and Practices, Cambridge (University Press), 2004, p. 247-248. Zie ook: D. Keown, Licht op het boeddhisme, Utrecht, 1997, p. 108-110. 2 Mark Williams, John Teasdale, Zindel Segal en Jon Kabat-Zinn leveren in dit verband vier opties aan – de “terugkeer”, de “lichaamsdeur”, de “gedachtedeur” en de “actiedeur”. Zie: M. Williams, J. Teasdale, Z. Segal & J. Kabat-Zinn, Mindfulness en bevrijding van depressie. Voorbij chronische ongelukkigheid, Amsterdam (uitgeverij NIeuwezijds), 2009, p. 15-28 en p. 182-192. 3 J. Kabat-Zinn, Waar je ook gaat, daar ben je. Meditatie in het dagelijks leven, Utrecht/Antwerpen (Servire), 2007, p. 159-164. 4 J. Kabat-Zinn, Handboek meditatief ontspannen. Effectief programma voor het bestrijden van pijn en stress, Haarlem (Altamira-Becht), 2009, p. 200-201. 5 D. Dewulf, Werkboek Mindfulness. Een uitnodiging om te leven in het nu, Roeselare (Roularta Books), 2008, p. 221223. 6 Zie hiervoor, bijvoorbeeld, hoe hij de meditatie van de berg opbouwt, in J. Kabat-Zinn, Waar je ook gaat, daar ben je. Meditatie in het dagelijks leven, Utrecht/Antwerpen (Servire), 2007, p. 136-140.
2 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
wijst er in zijn boek Gelukslessen van een abt. De benedictijnse weg naar een goed leven op hoe deze manier van kijken en leven ook al aanwezig was bij de zogenaamde woestijnvaders en –moeders. Met deze term worden de eerste monniken uit de vroegchristelijke traditie aangeduid. Heel vroeg in de geschiedenis van het christendom, namelijk In de derde eeuw na Christus, ontstaat de beweging van het monachisme. In wat nu Egypte is, trekken mannen en vrouwen zich terug uit de wereld om op afgelegen plaatsen te proberen de figuur Jezus van Nazareth zo diepgaand mogelijk na te volgen. Zij vestigen zich in de Sinaïwoestijn, waar ze aanvankelijk alleen en in volledige eenzaamheid dit ideaal proberen te beleven (de zogenaamde anachoreten met als grote inspirator Antonius). Naderhand ontstaan gemeenschappen van mensen die alleen maar toch ook samen, in een gemeenschappelijk „huis‟ dit leven proberen vorm te geven (de zogenaamde cenobieten, onder leiding van Pachomius).7 Bij deze woenstijnvaders en –moeders leeft het idee dat men gelukkig wordt wanneer men „zuiver van hart‟ is, of met andere woorden, wanneer men zo gevormd is dat men alleen nog het goede wil en doet. Dit geluk kan men vinden door eerst en vooral de eigen realiteit zo helder mogelijk onder ogen te zien en te (h)erkennen bij zichzelf hoe allerlei (om het op een boeddhistische manier te zeggen) storende emoties de mens afleiden van deze zuiverheid. De „acht gedachten‟, zoals deze storende emoties door de woestijnvaders en –moeders genoemd worden, zijn: de gulzigheid, de begeerte en de hebzucht, de woede, de droefheid en de spirituele onverschilligheid, de ijdelheid en de hoogmoed. Het zijn levenshoudingen die de mens op zichzelf doen terugplooien en die uiteindelijk leiden tot heilloos gedrag. De acht gedachten onder ogen zien, er bewust van worden, ze uitspreken, en ze vervolgens een halt toeroepen en overwinnen door zich te trainen in de (tegenoverstaande) acht positieve eigenschappen (de matigheid, de kuisheid en de edelmoedigheid, de zachtmoedigheid, de blijheid en de spirituele waakzaamheid, de grootmoedigheid en de nederigheid): dat is de kern van de monastieke weg naar het geluk. Van de „innerlijke waarneming‟ en de bewuste keuze voor het cultiveren van enkele positieve levenshoudingen hangt dus het heil van de mens af. Christopher Jamison kan dan ook niet anders dan vaststellen dat deze eeuwenoude spirituele traditie, die via Benedictus van Nursia, de stichter van de benedictijnen, ook zijn weg naar het westen gevonden heeft, heel wat gelijkenissen vertoont met de boeddhistische manier van kijken en met de inzichten uit de cognitieve gedragstherapie zoals die hun weerslag vinden in Mindfulness.8 Over hoe beelden en verbeelding in de meditatiemethodes van deze woestijnvaders en –moeders aan de orde waren, zullen we het hebben in een latere sessie.9 In deze sessie willen we vooral stilstaan bij enkele levenshoudingen die een anders omgaan met de realiteit beogen. In zijn boek Levenslessen van een abt. De zeven stappen naar een leven volgens Benedictus beschrijft Christopher Jamison de voorwaarden die het mogelijk maken om aan de door de monniken beoogde innerlijke waarneming en transformatie toe te komen. Het stilzwijgen en de stilte komen daarbij op de eerste plaats.10 Ook in Mindfulnesstrainingen krijgt de stilte en de kalmte die daaraan verbonden is een centrale plaats. Men kan zich op verschillende manieren oefenen in de stilte en de kalmte. Deze levenshouding krijgt o.a. bij uitstek gestalte in het beeld van de berg. Met het mediteren met het beeld van de berg willen we ons in de wereld van de stilte en de kalmte bewegen.
7
G.J.M. Bartelink, De bloeiende woestijn. De wereld van het vroege monachisme, Baarn (Ambo), 1993. C. Jamison, Gelukslessen van een abt. De benedictijnse weg naar een goed leven, Tielt (Lannoo), 2008, p. 23-62 en p. 147-156. 9 Zie week 11, praktijkoefening 8, over het met verbeelding mediteren met teksten of de Lectio Divina. 10 Id., Levenslessen van een abt. De zeven stappen naar een leven volgens Benedictus, Tielt (Lannoo), 2008, p. 45-65. 8
3 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
De berg als beeld voor de spirituele houding van de stilte, en van de kalmte en de standvastigheid o Het beeld van de berg In de inleiding op de beeldmeditatie van de berg beschrijft Jon Kabat-Zinn waarom bergen zo tot de verbeelding spreken en een inspirerend hulpmiddel bij meditatie kunnen zijn. In vrijwel alle culturen zijn bergen heilige plaatsen waar de goden wonen of waar men de goden van aangezicht tot aangezicht kan zien en ontmoeten, of waar heilige teksten worden doorgegeven of gesitueerd. Bergen zijn sacrale plaatsen die met grootsheid en schoonheid, met vrees en weerbarstigheid geassocieerd worden. Ze rijzen boven ons uit en overweldigen ons; ze zijn gemaakt van rots en steen, waardoor ze eeuwenlang onwrikbaar zijn. Ze appelleren aan ons verlangen naar harmonie en standvastigheid. Wie een berg beklimt, krijgt deel aan een prachtig vergezicht en mag getuige zijn van de ontwikkeling van het leven dat zich op en om de berg bevindt. De beklimming van een heilige berg staat in vele religies ook symbool voor de loutering en de groei die een mens in zijn leven kan doormaken. Jon Kabat-Zinn besluit dan ook dat het “bij de beoefening van meditatie nuttig kan zijn deze archetypische kenmerken van bergen te „lenen‟ om onze vastbeslotenheid kracht bij te zetten en met een elementaire zuiverheid en eenvoud vast te houden aan het hier en nu”.11 Bergen symboliseren kracht en stilte, kalmte en standvastigheid. Ze kunnen ons helpen om deze dynamieken in onszelf te verkennen en exploreren. o
De stilte als levenshouding Wie het woord stilte moet definiëren, zal veelal denken in termen van afwezigheid: afwezigheid van geluid, van rumoer, van beweging en onrust. Het is de ervaring van velen dat zo‟n stilte in onze samenleving nauwelijks nog te vinden is. Er zijn hier en daar nog wel wijkplaatsen van stilte – ver weg in natuurgebieden of in kloosters en abdijen – maar het feit dat bijvoorbeeld in ons land stiltegebieden worden gecreëerd is illustratief voor het „natuurlijke‟ gebrek aan stilte. Wanneer mensen dan toch op plaatsen komen waar uiterlijke stilte gegarandeerd is, valt hen de ervaring te beurt dat daarmee niet meteen de stilte wordt geïnstalleerd. Want te midden van die uiterlijke stilte overvalt hen, soms met een nog grotere scherpte en opdringerigheid, het innerlijke lawaai van hun gevoelens en gedachten. Al vlug ontstaat in die omstandigheden de verleiding om het innerlijke geruis met uiterlijk lawaai en verstrooiing te lijf te gaan. De levenshouding „stilte‟ heeft, aldus Anselm Grün, te maken met „blijven staan‟. Temidden van het rumoer en het geruis dat naar boven komt, blijft men staan om – in eerste instantie alvast – het innerlijke lawaai uit te houden. Men loopt niet weg maar ziet de gedachten en gevoelens onder ogen. En op het moment dat het oordelen over deze gedachten en gevoelens stopt, precies op het moment dat we beslissen niet op deze gedachten en gevoelens te reageren, ontstaat de echte innerlijke stilte. 12 Dat brengt David Dewulf ertoe te zeggen dat “stilte niet zozeer bestaat uit de afwezigheid van geluid, als wel uit de afwezigheid van reactie op een geluid”. 13 Dat voor het laten groeien en cultiveren van deze innerlijke stilte uiterlijke stilte een mogelijkheidsvoorwaarde is, hebben alle spirituele leermeesters begrepen. Formele stiltebeoefening maakt dan ook – in heel verregaande of
11
J. Kabat-Zinn, Waar je ook gaat, daar ben je. Meditatie in het dagelijks leven, Utrecht/Antwerpen (Servire), 2007, p. 136. Zie ook: A. Grün, Gelukkig leven. De bergrede als levenskunst, Tielt (Lannoo)/Kampen (Ten Have), 2010, p. 2223. 12 A. Grün, Benedictijnse regels voor een gelukkig leven, Baarn (Forte), 2009, p. 109-110. 13 D. Dewulf, Mindfulness voor jongeren, Tielt (Lannoo), 2009, p. 110.
4 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
in mildere vormen – deel uit van elke monastieke traditie. Het doel hiervan is echter nooit de stilte om de stilte, als wel het kader creëren waarin de innerlijke ruimte kan groeien waarin men bij zichzelf en één met zichzelf is, en de neiging tot reactie op innerlijke stormen kan laten voor wat ze is.14 “Als stilte zich rond ons uitbreidt en ons hart vervult, dan ervaren we een unieke stemming. Er is iets teders in de stilte, iets geheimzinnigs. De stilte is vol van liefde, van tederheid, van eerbied. In de stilte voelen we ons geborgen. Ze is als een mantel die ons omhult. In de stilte voelen we ons geaccepteerd. Alles mag er zijn. Niemand spreekt een oordeel over ons uit. In de stilte beroeren we het geheim van het zijn. We hebben deel aan het zijn. We zijn gewoon. We zijn één, met alles één.”15 De sacraliteit die bergen omringt, heeft wellicht alles met deze stilte te maken. o
Kalmte en standvastigheid als levenshouding Gemaakt uit rots en steen zijn bergen van een roerloze grootsheid. Ze staan er, rustig en stil. Hoe het ook stormt om de berg, welke weersomstandigheden hem ook beroeren, de berg blijft staan en behoudt, symbolisch gesproken, een gelijk gemoed. De levenshouding van de stilte die we met de berg hebben geassocieerd, is – zoals boven al werd gesuggereerd – nauw verwant met de levenshouding van de kalmte en de standvastigheid. In Benedictijnse regels voor een gelukkig leven wijdt Anselm Grün een tiental pagina‟s aan de verkenning van deze levenshouding.16 Kalmte en standvastigheid is de houding van diegene die weet te leven vanuit zijn innerlijke kern. Het is een houding die we vaak pas na gedisciplineerde oefening verwerven. Veelal leven we ons leven immers vanuit een te sterke afhankelijkheidsrelatie. We laten ons bijvoorbeeld bepalen door wat anderen van ons verwachten of door de eisen die we aan onszelf stellen. We laten ons meeslepen door onze behoefte aan materiële zaken, of aan geborgenheid en liefde. We worden voortgedreven door ons imago en door de oordelen die anderen over ons vellen. Wie zo leeft, is als een windhaan die meewaait met de wind. Onrust en innerlijke verscheurdheid zijn zijn deel. Om kalmte en standvastigheid te verwerven, is het noodzakelijk onze afhankelijkheid te leren loslaten. Dit kunnen we doen, niet door ons tegen onze afhankelijkheden te verzetten – want dan bepalen ze ons in even erge mate – maar door ze onder ogen te zien en ze vervolgens te laten voor wat ze zijn. Door, met andere woorden, de stilte te bewaren. Wie zo leeft, verwerft een grote innerlijke vrijheid en wordt niet meer meegesleept door wat hem innerlijk of uiterlijk belaagt. Hij wordt als een berg of een boom, die stevig verankerd is in de bodem, in de kern van zijn bestaan. Dat kalmte en standvastigheid van grote waarde zijn op de zoektocht van de mens naar geluk, wordt al eeuwenlang gezien en erkend. Grün put – voor wat het westen betreft – uit verschillende filosofische en religieuze tradities om het belang ervan te illustreren. De Griekse filosofie heeft het over de apatheia, een begrip dat de vrijheid van gehechtheid aan hartstochten beduidt. De Romeinen spraken over de aequo animo, de houding waarbij de mens bij alles wat hij doet een stoïcijnse kalmte bewaart. Benedictus van Nursie neemt het begrip over in zijn beschrijving van de kloosterregels. Ook in de evangelies wordt, aldus Grün, veelvuldig verwezen naar de levenshouding die onder kalmte wordt verstaan. Op meer dan één plaats worden mensen namelijk opgeroepen om zichzelf te „verloochenen‟. Eerder dan dat dit zou betekenen dat mensen zich moeten geringschatten, bedoelt men in deze
14
C. Jamison, Levenslessen van een abt. De 7 stappen naar een leven volgens Benedictus, Tielt (Lannoo), 2008, p. 48-56. 15 A. Grün, Benedictijnse regels voor een gelukkig leven, Baarn (Forte), 2009, p. 116. 16 Ibid., p. 61-69.
5 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
passages te zeggen dat het geluk weggelegd is voor wie zich kan losmaken van het ego om zo te kunnen groeien naar zijn ware kern. Grün verwijst in zijn bespreking niet expliciet naar het boeddhisme, maar het spreekt voor zich dat in het boeddhisme de deugd van de gelijkmoedigheid een centrale plaats inneemt.17 Grün besluit: “Kalm is wie degelijkheid en standvastigheid uitstraalt. We merken aan zo iemand dat hij niet zo eenvoudig van zijn stuk te brengen is. Hij laat zich niet door elke mening van zijn duidelijke standpunt verdrijven. Maar zijn standpunt is niet star en onveranderlijk. Hij staat niet als een betonnen pijler, maar als een boom, die weliswaar door de wind heen en weer wordt bewogen, maar stevig in de grond verworteld is. Wie gezonde wortels heeft, is in staat kalm te blijven. De boom trotseert stormen, zonneschijn en regen. Hij heeft goede en slechte dagen. Hij groeit verder, ook al gaat het om hem heen tekeer.”18
Oefening Oefenen met de adem (drie-minuten-adempauze) Beeldmeditatie met het beeld van de berg Wie wil mediteren met het beeld van de berg kan gebruik maken van de CD. Wie liever onafhankelijk van een CD mediteert, kan eerst ter inspiratie onderstaande meditatieve tekst van Jon Kabat-Zinn lezen. “Stel je de mooiste berg voor die je kent, waarvan je gehoord hebt of die je je kunt indenken, een berg die jou persoonlijk aanspreekt. Terwijl je je concentreert op het beeld of het gevoel dat de berg in je oproept, let je op zijn vorm, de zich in de hemel verliezende top, de voet, vast verankerd in de rotsen van de aardkorst, de steile of zacht glooiende hellingen. Merk ook op hoe massief de berg is, hoe onbeweeglijk, en hoe mooi, of je hem nu van veraf of van dichtbij ziet – een schoonheid die voortkomt uit zijn unieke vorm en belijning, die toch de universele kwaliteiten van het „berg-zijn‟ belichamen, kwaliteiten die elke afzonderlijke vorm weer te boven gaan. Misschien heeft jouw berg een besneeuwde top en staan er bomen op de lagere hellingen. Misschien heeft hij één enkele boven alles uitstekende top, misschien een reeks toppen, misschien is hij van boven vlak. Hoe hij er ook uitziet, zit en adem met het beeld van die berg voor ogen; observeer hem en word je zijn eigenschappen gewaar. Wanneer je voelt dat je eraan toe bent, probeer dan de berg in je lichaam op te nemen, zodat je lichaam dat hier zit en de berg die je je voor de geest hebt gehaald één worden. Je hoofd wordt de zich in de hoogte verliezende top, je schouders en armen de berghellingen; je billen en benen de stevige voet, verankerd in het kussen op de vloer of in je stoel. Ervaar in je lichaam een gevoel van opgeheven worden; ervaar het oprijzen van de berg diep in de as van je lichaam: je wervelkolom. Nodig jezelf uit een ademende berg te worden, onwankelbaar in je stille roerloosheid, volledig te worden wat je bent – voorbij woorden en gedachten, een gecentreerde, gewortelde, onbewegelijke aanwezigheid. Je weet natuurlijk dat de berg overdag, als de zon zijn reis langs de hemelkoepel maakt, blijft waar hij is. Maar het spel van licht, schaduw en kleuren op die onwrikbare roerloosheid verandert vrijwel elk moment. Zelfs een ongeoefend oog kan deze veranderingen uur na uur waarnemen. (…) Het licht verandert, de nacht volgt op de dag en de dag op de nacht, maar de berg staat waar hij staat en is eenvoudig zichzelf. Hij blijft onbewogen, terwijl de seizoenen in elkaar overgaan, terwijl het weer van moment tot moment en van dag tot dag verandert. Kalmte die elke verandering verdraagt. ‟s Zomers ligt er geen sneeuw op de berg, behalve misschien op de hoogste top of in kloven waar het zonlicht niet kan komen. In de herfst draagt de berg misschien een kleed van 17 18
Zie eerder al, in week 6, p. 5. Ibid., p. 67.
6 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
schitterende en vurige kleuren; in de winter een deken van sneeuw en ijs. In elk seizoen kan hij door mist of wolken zijn omhuld of door ijskoude regen worden besproeid. De toeristen die hem bezoeken zijn misschien teleurgesteld als ze de berg niet duidelijk kunnen onderscheiden, maar dat is de berg om het even – gezien of ongezien, in zonlicht of omwolkt, brandend heet of koud: hij blijft op zijn plaats en is zichzelf. Soms wordt hij geteisterd door heftige stormen, met onvoorstelbare kracht gebeukt door sneeuw, regen en wind; door dat alles heen blijft hij waar hij is. De lente komt, de vogels gaan weer zingen, de bomen die hun bladeren hebben verloren, krijgen ze terug; op de bergweiden en hellingen bloeien de bloemen, de bergbeekjes stromen over van het water van de smeltende sneeuw. Door dat alles blijft de berg waar hij is; hij blijft onbewogen onder het weer, onder wat er op hem gebeurt, onbewogen onder de wereld van de verschijningsvormen. Als we ons tijdens onze meditatie dat beeld voor ogen houden, kunnen we dezelfde onwankelbare stilte en onwrikbaarheid belichamen ten overstaan van alles wat in ons leven per seconde, per uur en per jaar verandert. In ons leven en in onze meditatiebeoefening ervaren we voortdurend hoe veranderlijk ons lichaam, onze geest en de buitenwereld zijn. We ervaren duistere en lichte, levendige en kleurrijke, saaie en eentonige perioden. We kennen stormen in vele graden van heftigheid en geweld, in de buitenwereld en in ons eigen leven en innerlijk. Geteisterd door stormwinden, regen en kou doorstaan we perioden van vreugde en verheffing. Zelfs onze uiterlijke verschijning verandert voortdurend, net als die van de berg; de weersomstandigheden van ons leven verweren ons. Door in onze meditatie als een berg te worden, kunnen we ons verbinden met zijn kracht en stabiliteit en die eigenschappen in ons opnemen. De energieën van de berg kunnen ons steunen bij onze pogingen elk moment in opmerkzaamheid, onverstoorbaarheid en helderheid tegemoet te treden. Het kan ons wellicht helpen inzien dat onze gedachten en gevoelens, onze vooroordelen, onze emotionele stormen en crises en zelfs de dingen die ons overkomen, veel weg hebben van het weer op de berg. (…) We kunnen de weersomstandigheden van ons eigen leven niet over het hoofd zien of ontkennen. Je moet die omstandigheden tegemoet treden, ze tot hun recht doen komen, ze doorleven, ze in hun ware aard leren kennen en je er diep van bewust zijn, omdat ze de macht hebben je te doden. Door ze in ons bewustzijn te omvatten, maken we temidden van de stormen kennis met een diepere stilte en een grotere wijsheid dan we ooit voor mogelijk hebben gehouden. Dit en meer kunnen we van bergen leren als we leren te luisteren.”19
Een stilteoefening vanuit de cognitieve gedragstherapie: de ABC-meditatieoefening Om de innerlijke ruimte van stilte te cultiveren, reikt David Dewulf de zogenaamde ABC-meditatieoefening aan.
“ABC staat voor „Alles Omvattende Container‟. Als een ervaring je overweldigt, probeer je contact te maken met het veld van de stilte dat alles draagt en omarmt.” Zet daartoe de volgende stappen: “Stem je af op het veld van de stilte en de geluiden die opkomen. Ontspan en zie wat zich aandient. Je kan de geluiden niet tegenhouden. Je laat de geluiden er simpelweg zijn. Wat hier is, is hier. Vecht er niet tegen. Dat heeft geen zin. Je verblijft in een open ruimte waarin de geluiden opkomen en weer verdwijnen.” “Kijk naar de hemel. Maak contact met de open weidsheid. Kan je dit blijven voelen? Ook als je ogen dicht zijn? Als je je gespannen voelt, richt je je opnieuw tot de open ruimte.” “Stem je af op het gevoel van ruimte, dat wil zeggen: de ruimte voor je, links van je, achter je, rechts van je. Uiteindelijk stem je je af op de hele ruimte om je heen. Kan je in contact blijven met het gevoel van ruimte?”20
19
J. Kabat-Zinn, Waar je ook gaat, daar ben je. Meditatie in het dagelijks leven, Utrecht/Antwerpen (Servire), 2007, p. 137-139. 20 D. Dewulf, Mindfulness voor jongeren, Tielt (Lannoo), 2009, p. 113; D. Dewulf, Werkboek Mindfulness. Een uitnodiging om te leven in het nu, Roeselare (Roularta Books), 2008, p. 126-127. Zie ook: M. Williams, J. Teasdale, Z. Segal & J. Kabat-Zinn, Mindfulness en bevrijding van depressie. Voorbij chronische ongelukkigheid, Amsterdam (uitgeverij NIeuwezijds), 2009, p. 166-167.
7 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
Delen van ervaringen in kleine groepjes in de grote groep
8 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
Huiswerk praktijkoefening 6 Doe de Bergmeditatie zes keer tijdens de volgende week. Eén dag mag je je huiswerk overslaan. Probeer de oefening te doen met de ingesteldheid waarover we het in de inleiding hebben gehad. Doe de oefening gewoon, zonder dat je jezelf beoordeelt. Alles is goed, niets is fout. We zijn niet bezig te “presteren”. Er zijn geen punten te verdienen. Wat er gebeurt, gebeurt er. Wat er niet gebeurt, gebeurt niet … Probeer zo weinig mogelijk verwachtingen te hebben. Misschien voel je niets speciaals, en dan is dat gewoon zo. Volgende week praten we over deze oefening. Duid op je huiswerkblad aan of je de oefening gedaan hebt. Noteer misschien ook het tijdstip waarop je ze gedaan hebt. Schrijf kort neer wat je hebt ervaren tijdens het uitvoeren van deze oefening. De “drie-minuten-adempauze” Probeer tijdens elke dag verschillende “drie-minuten-adempauzes” te vinden. Voer ze uit volgens het stramien dat we vorige keer hebben ingeoefend: “awareness – gathering – expanding”. (Zie inleiding week 4) “(On)aangename gebeurtenissen”-adempauze Probeer je bewust te worden van (on)aangename gebeurtenissen op het moment dat ze gebeuren. Doe dan zo vlug mogelijk de drie minuten adempauze. Omcirkel op je huiswerkblad de X wanneer je dat lukt. Noteer je commentaar of de moeilijkheden die je erbij ondervindt. Test uit of de ABC-meditatie-oefening je helpt om ruimte en stilte te vinden, zodat je bewuster onaangename gebeurtenissen kan herkennen en er ruimte kunt rond vinden. Duid aan of het je lukt, en noteer kort je commentaar. Aandachtig zijn Heel wat zaken ontsnappen aan onze aandacht omdat we niet “wakker” genoeg zijn. Schrijf elke dag heel kort drie zaken (klein of groot) die je hebt opgemerkt, waar je aandacht bleef aan vasthaken. Zoek niet naar speciale zaken; zoek niet naar uiterst positieve of uiterst negatieve zaken. Open je aandacht gewoon voor de kleine dagelijkse gebeurtenissen die normaal gesproken aan je aandacht ontsnappen. Mogelijkheden: het horen van de vogels als je opstaat - de geur van eten - de opkomst van de zon - de merel die op het dak zit te fluiten - de geur van de natte herfstbladeren - het aanvoelen van het instrument dat je bespeelt - …
(Het schema van deze oefeningen heb ik overgenomen van Johan Vanhoutte, die op zijn beurt geïnspireerd werd door Mark Williams. De ABC-meditatieoefening komt van David Dewulf.)
9 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos
Seminarie zesdejaars – week 9
Huiswerkblad 6
Naam:
Duid aan of je de oefening hebt gedaan. Noteer zaken die bij je opgekomen zijn en die je eventueel wil bespreken tijdens de volgende les.
Dag/datum Dag 1 Datum:
Oefening gedaan?
Dag 2 Datum:
Bergmeditatie:
Dag 3 Datum:
Bergmeditatie:
Dag 4 Datum:
Bergmeditatie:
Dag 5 Datum:
Bergmeditatie:
Dag 6 Datum:
Bergmeditatie:
Dag 7 Datum:
Bergmeditatie:
Korte commentaar
Bergmeditatie: Adempauze: ABC-meditatie: Aandachtig zijn:
Adempauze: ABC-meditatie: Aandachtig zijn:
Adempauze: ABC-meditatie: Aandachtig zijn:
Adempauze: ABC-meditatie: Aandachtig zijn:
Adempauze: ABC-meditatie: Aandachtig zijn:
Adempauze: ABC-meditatie: Aandachtig zijn:
Adempauze: ABC-meditatie: Aandachtig zijn:
(De vormgeving van dit verslagblad heb ik overgenomen van Johan Vanhoutte, die op zijn beurt geïnspireerd werd door Mark Williams.)
10 Experimenteren met mediteren – Renilde Vos