Algemene doelstelling Cultuur Verder profileren van Utrecht als aantrekkelijke cultuurstad met internationale allure.
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
1 Een breed scala van culturele
1.1 Faciliteren van voldoende goed
instellingen in de stad organiseert en
toegeruste culturele accommodaties,
programmeert een veelzijdig, divers,
zowel in de binnenstad als in de
artistiek interessant aanbod van
naoorlogse wijken en de Vinexlocatie
culturele programma’s voor een
Leidsche Rijn.
Kosten 0
publiek van kenners en niet-kenners. 1.2 Faciliteren van artistiek aantrekkelijke
45.991
programmeringsactiviteiten van Utrechtse culturele instellingen. 2 De stad kenmerkt zich door een
2.1 Faciliteren van huisvesting en
bloeiend productieklimaat, dat makers
werkruimten ten behoeve van Utrechtse
in uiteenlopende disciplines
makers.
0
(professioneel en amateur, aankomend en gearriveerd) aan de stad bindt en ze inspireert tot kwalitatief hoogstaande producties en projecten. 2.2 Faciliteren van artistiek interessante
3.880
productieactiviteiten van Utrechtse makers. 3 Een breed, divers samengesteld
3.1 Bevorderen van de betrokkenheid bij
publiek van kenners en niet-kenners,
cultuur van een breed publiek van kenners
afkomstig van binnen en buiten de
en niet-kenners afkomstig uit Utrecht en
stad, neemt deel aan het culturele leven
daarbuiten.
5.684
in de stad. 3.2 Internationale uitwisseling en samenwerking dragen bij aan het vergroten van de belangstelling vanuit het buitenland voor Utrecht Cultuurstad. Bedragen zijn in duizenden euro's.
108
2.550
1.12 Cultuur Ondanks het lastige economische tij blijft het onze grote ambitie om Utrecht in 2012 te nomineren voor een positie als Culturele Hoofdstad van Europa in 2018 en in 2013 samen met provincie Utrecht 300 jaar Vrede van Utrecht te vieren. Het programma Cultuur draagt hieraan bij door gerichtheid op een veelzijdige programmering, bloeiend productieklimaat, brede publiekssamenstelling en internationalisering.
1.12.1 Wat willen we bereiken? Algemene doelstelling Verder profileren van Utrecht als aantrekkelijke cultuurstad met internationale allure. Kennis en cultuur zijn de onderscheidende kenmerken van Utrecht. Mede dankzij het rijke culturele aanbod behoort Utrecht met Amsterdam tot de twee meest aantrekkelijke steden van het land. Deze positie willen wij behouden, versterken en internationaal betekenis geven. Dit sluit aan bij het collegeprogramma 'Utrecht 2009-2010, investeren en doorpakken' en de nota's 'De ontdekking van Utrecht – actieplan cultuur 2008-2018' en 'Bestemming Utrecht, stad van kennis en cultuur'. Het meerjarige traject Vrede van Utrecht 2013 en Europese Culturele Hoofdstad 2018 richt zich op duurzame ontwikkeling van de culturele infrastructuur en versterking van de internationale positie van stad en regio. De komende jaren zetten wij met name in op de koppeling van ruimtelijke ontwikkeling - voorzieningen, broedplaatsen, werkruimten en openbare ruimte - aan de thema's kennis, cultuur en talent. Onze afspraken met de provincie, onder andere over de financiële inzet voor 2013-2018, zijn vastgelegd in een convenant. Daarnaast is de samenwerking voor zowel Vrede alsook andere thema's onderschreven in het gezamenlijk ondertekende 'Cultuurarrangement'. In 2010 bezuinigen we 1,2 miljoen euro op het programma Cultuur, vanaf 2011 1,35 miljoen euro en vanaf 2012 1,5 miljoen euro. Wij zijn van mening dat wij met het cultuurbudget voor 2010 onze ambities voor de lange termijn kunnen blijven waarmaken. Wij stellen voor de taakstelling met volgend eindbeeld in 2013 te realiseren: 0,95 miljoen euro door beëindiging subsidie aan Omroep Utrecht en de landelijke Centrale programma
•
Organisatie, die via haar productiebedrijf MTNL tv-producties maakt gericht op multiculturaliteit en diversiteit. Hiermee eindigt ook ondersteuning van jongerenzender FunX die via Omroep Utrecht budget en faciliteiten ontvangt. Met de mogelijkheid is rekening te houden dat het Rijk in regelgeving aan gemeenten een minimale
• • •
zorgplicht oplegt voor lokale omroep, in dat geval zou de besparing circa 0,8 miljoen euro opbrengen. 0,4 miljoen euro, in twee gelijke delen structureel op te brengen door Stadsschouwburg en Centraal Museum door vermindering en versobering van aanbod. Vanwege doorlopende verplichtingen komt de neerslag hiervan pas goed tot uitdrukking in seizoen 2010-2011. 0,15 miljoen euro door verlaging activiteitensubsidie Leidsche Rijn. Hiermee blijft in 2013 met 1,25 miljoen euro nog voldoende budget over om een programma beeldende kunst voor het stadsdeel op te zetten en de verwachte exploitatie van cultuurhuis Castellum Hoge Woerd te dekken. Van de structurele bezuiniging realiseren we in 2010 1,2 miljoen euro, bestaande uit 0,575 miljoen euro besparing plan van aanpak Muziekcentrum, 0,35 miljoen euro besparing in aanbod van Stadsschouwburg en Centraal Museum en tenslotte 0,275 miljoen euro vermindering culturele activiteiten in Leidsche Rijn. Deze laatste besparing is haalbaar uit het gereserveerde exploitatiebudget voor het cultuurhuis dat voorlopig nog niet in functie is.
Voor het programma Cultuur streven wij naar (gedeeltelijke) compensatie van de terugval in inkomsten voor de beeldbepalende festivals en evenementen door de kredietcrisis. We zoeken verbindingen met de wijkdossiers en hechten groot belang aan culturele infrastructuur in wijken: zowel op activiteiten- als voorzieningenniveau. Bij investeringen in accommodaties en broedplaatsen speelt inbedding in de wijk en wisselwerking met stedelijke culturele instellingen een grote rol. Onze inzet richt zich vooral op de Krachtwijken en stadsdeel Leidsche Rijn. Stedelijke verdichting bemoeilijkt echter de ontwikkeling van accommodaties en broedplaatsen: tijdelijk leegstaande gebouwen en betaalbare ruimten zijn zeer schaars. 109
Het voornemen de stad in 2012 te nomineren voor Europese Culturele Hoofdstad betekent een investering via kunst en cultuur in de stad in brede zin. We streven naar synergie tussen cultuur en andere beleidsterreinen zoals cultureel erfgoed, (creatieve) economie, onderwijs, stadsontwikkeling, diversiteit, stadspromotie en internationale zaken. Effectdoelstelling 1: programmering Een breed scala van culturele instellingen in de stad organiseert en programmeert een veelzijdig, divers, artistiek interessant aanbod van culturele programma’s voor een publiek van kenners en niet-kenners. Utrecht ontleent zijn vooraanstaande positie als aantrekkelijke cultuurstad aan het rijke culturele aanbod in alle kunstdisciplines, groot- en kleinschalig, traditioneel en vernieuwend, toegankelijk en verkennend. Diversiteit van programmerende culturele organisaties bevordert de kwaliteitsontwikkeling en het publieksbereik van dit aanbod. Effectdoelstelling 2: Productie De stad kenmerkt zich door een bloeiend productieklimaat, dat makers in uiteenlopende disciplines – professioneel en amateur, aankomend en gearriveerd – aan de stad bindt en ze inspireert tot kwalitatief hoogstaande producties en projecten. Een bloeiend productieklimaat draagt bij aan de culturele dynamiek en veelzijdigheid van het culturele leven en daarmee aan de landelijke en internationale betekenis van Utrecht als cultuurstad. Met goede faciliteiten (werk- en repetitieruimten, meerjarige ondersteuning en projectbudgetten) willen wij jonge en ervaren makers voor de stad behouden. Effectdoelstelling 3: Participatie Een breed, divers samengesteld publiek van kenners en niet-kenners, afkomstig van binnen en buiten de stad, neemt deel aan het culturele leven in de stad. Wij streven naar brede deelname aan het aanbod zoals geprogrammeerd en geproduceerd door Utrechtse instellingen en willen ook interessant zijn voor een internationaal publiek van kenners en niet-kenners.
Effectindicatoren Landelijke positie als aantrekkelijke stad op grond van cultureel 1.a
aanbod
Realisatie
Begroting
Begroting
2008
2010
2013
Positie in
Handhaving
Handhaving
top 3
positie
positie
26
34
34
Aantal positief gewaardeerde instellingen in het kader van de 2.a
Cultuurnota Aantal bezoekers cultuurdiensten en gesubsidieerde culturele
3.a
instellingen (in miljoenen)
3.b
Percentage Utrechters dat cultureel aanbod waardeert
1,8
1,8
1,8
84%
≥80%
≥80%
nader te
nader te
bepalen
bepalen
Internationale positie als aantrekkelijke stad op grond van 3.c
16
cultureel aanbod
16
n.v.t.
Effectindicatoren met betrekking tot internationalisering zijn zeer relevant gezien het traject Vrede van Utrecht en
Europese Culturele Hoofdstad en worden nader bepaald. Dit gebeurt in overleg met onder andere Stichting Vrede van Utrecht, met gebruikmaking van ervaringen van eerdere Culturele Hoofdsteden en het Stadslab 'Utrecht in cijfers' 110
1.12.2 Wat gaan we daarvoor doen? Programmering Prestatiedoelstelling 1.1: Accommodaties Faciliteren van voldoende goed toegeruste culturele accommodaties, zowel in de binnenstad als in de naoorlogse wijken en de Vinexlocatie Leidsche Rijn.
• • • • •
Continuering bouw Muziekpaleis. Stichting Muziekpaleis is verantwoordelijk voor programmering en exploitatie en bereidt in overleg met de partners (Muziekcentrum Vredenburg, Tivoli en SJU) de inrichting van de organisatie voor. De urgentie van uitbreiding van theatercapaciteit is groot. Wij willen eind 2009 besluiten over een voorkeurlocatie voor een nieuwe schouwburg XL, over de eventuele start van de definitiefase van deze nieuwe voorziening en over de eventuele renovatie van de huidige Stadsschouwburg aan het Lucasbolwerk. Verdere ontwikkeling Castellum Hoge Woerd in Leidsche Rijn. We streven ernaar in het voorjaar van 2010 de eerste schetsontwerpen inclusief een verscherpte kostenraming te presenteren. Wij verwachten in 2010 te starten met de nieuwbouw van de centrale bibliotheek inclusief filmtheater op het Smakkelaarsveld. Onderzoek naar realisatie van een bezoekerscentrum op het Domplein.
Prestatiedoelstelling 1.2: Programmering Faciliteren van artistiek aantrekkelijke programmeringsactiviteiten van Utrechtse culturele instellingen.
•
De inhoudelijke en financiële uitgangspunten tot de opening van het Muziekpaleis zijn vastgesteld en maken onderdeel uit van het bedrijfsplan voor de periode 2010-2012. Muziekcentrum Vredenburg wordt gereorganiseerd, de nieuwe organisatie start per 1 januari 2010. Muziekcentrum Vredenburg verzorgt jaarlijks minder concerten dan in 2009 en profileert zich scherper. Het aanbod blijft artistiek hoogwaardig en gericht op de genres klassiek, populair, culturele voorhoede en kleinschalige kinderconcerten. Bijzondere aandacht krijgt de voortzetting van de succesvolle samenwerking met de Publieke Omroep, het faciliteren van het Liszt Concours en festivals als het Festival Oude Muziek en het Internationaal Kamermuziek Festival, maar ook het behoud van de educatieve activiteiten en de mogelijkheid voor groot- en kleinschalige verhuringen. Daarnaast zet Vredenburg in op de afstemming en samenwerking met andere stedelijke podia en festivals. Minder concerten en tegelijkertijd
•
gemiddeld hogere bezoekersaantallen leveren een bijdrage aan een gezondere financiële positie. De Stadsschouwburg investeert in kwaliteit van Utrechtse makers via intensieve samenwerking, waarbij het stadsgezelschap De Utrechtse Spelen ruim baan krijgt. De nationale koppositie in het aanbod van jeugd- en jongerenvoorstellingen wordt gecontinueerd en verstevigd, door een thuisbasis te geven aan onder meer het regionale jeugdtheatergezelschap Het Filiaal, jeugdtheaterfestival Tweetakt en het Yo! Opera Festival. De schouwburg presenteert theatervoorstellingen voor een cultureel divers publiek, afgestemd op de vraag. Ook wordt actief bijgedragen aan de ambitie Europese Culturele Hoofdstad door voorstellingen te presenteren uit de culturele hoofdstad van het betreffende jaar, ditmaal Istanbul. Tenslotte worden voorstellingen uit de internationale canon getoond, in samenwerking met andere schouwburgen, Springdance en Festival aan de Werf. De opgelegde bezuiniging heeft vanwege het al vastgelegde programma 2010 nog geen invloed op het aantal speeldagen. De taakstelling verrekenen we met de bedrijfsreserve van de Stadsschouwburg. In 2011 brengen we
•
het aantal speeldagen met twintig terug (veertig voorstellingen), in 2012 met veertig (tachtig voorstellingen). Het Centraal Museum levert de hoofdbijdrage in het G4-programma Holland Art Cities onder de titel International Influences. Met het Rotterdamse NAI wordt een internationale samenwerking opgezet met de Rietveldcollecties als basis, onderdeel van een jaarprogramma rondom Rietveld. Betrokken buitenlandse venues zijn het Maxxi in Rome, het Shanghai Art Museum en de Shanghai World Expo 2010. Ook Utrechtse festivals en het onderwijs, primair tot universitair, zijn actief betrokken. Daarnaast levert het Centraal Museum een actief tentoonstellingsen projectenprogramma rondom de collecties mode, oude kunst en stadsgeschiedenis. Hedendaagse kunst krijgt een accent in een nationaal samenwerkingsproject met het Fonds Beeldende Kunst, Vormgeving en Bouwkunst. In totaal zijn er minder tentoonstellingen, omdat deze een langere doorlooptijd krijgen en een groter oppervlak beslaan. We zetten bovendien in op meer coherentie tussen tentoonstellingen. De opgelegde besparing realiseren we onder meer door versobering van rondleidingen in het Rietveld Schröderhuis, versobering van onderhoud en het afstoten van Erasmuslaan 5. 111
• • • •
Uitvoering van de afspraken in het Cultuurconvenant 2009-2012 over programmerende instellingen (podia, festivals, presentatieplekken beeldende kunst). Ondersteuning van ad hoc manifestaties in de diverse disciplines en van programmeringsactiviteiten Muziek in Kerken. Het Nederlands Filmfestival ontvangt in de periode 2008-2010 een extra bijdrage van jaarlijks 0,1 miljoen euro. De Stichting Literaire Activiteiten Utrecht ontvangt in de periode 2008-2010 een extra bijdrage ten behoeve van de exploitatie.
Productie Prestatiedoelstelling 2.1: Broedplaatsen Faciliteren van huisvesting en werkruimten ten behoeve van Utrechtse makers.
• • • • • • • • •
We streven naar opening Huis voor Amateurkunst (Vorstelijk Complex, Zuilen) eind 2010. Afronding verbouwing en heropening van Cultuurhuis Stefanus (Overvecht). Cultuurhuis Cereol: vanwege de brand in 2009 en huidige kredietcrisis is de planvorming vertraagd. We streven naar de presentatie van een definitief plan begin 2010. Aan de hand van het haalbaarheidsonderzoek zoeken we financiering en een geschikte locatie voor het Podiumhuis Kanaleneiland. We zetten in op de ontwikkeling van Rotsoord als creatieve zone. We onderzoeken of het Kaasschaafcollectief hier kan worden gehuisvest. Start bouw atelierwoningen in het Witte Pand (Hoogstraat a/d Vecht, Noordwest); oplevering in 2011. We streven naar oplevering van dertig atelierwoningen in Leidsche Rijn eind 2010. Organisatie Oude Muziek, Nederlandse Bachvereniging en de Remonstrantse gemeente Utrecht willen de Geertekerk ontwikkelen tot een Huis van de Oude Muziek. Met de provincie onderschrijven wij het belang van een dergelijk productiehuis. In overleg met de ontwikkelstichting onderzoeken wij de mogelijkheden voor realisatie. Jeugdtheaterwerkplaats Het Lab heeft extra ruimte nodig. Het is wenselijk dat deze organisatie de benodigde kantoor- en repetitieruimte ontwikkelt in Fort Blauwkapel.
Prestatiedoelstelling 2.2: Productie Faciliteren van artistiek interessante productieactiviteiten van Utrechtse makers.
• •
Uitvoering van de afspraken in het Cultuurconvenant 2009-2012 over producerende instellingen (theatergroepen, muziekensembles, beeldende-kunstinstellingen, productiehuizen). Ondersteuning van ad hoc producties van Utrechtse makers in de diverse disciplines.
Participatie Prestatiedoelstelling 3.1: Participatie Bevorderen van de betrokkenheid bij cultuur van een breed publiek van kenners en niet-kenners afkomstig uit Utrecht en daarbuiten. Uitvoering van de afspraken in het Cultuurconvenant 2009-2012 over instellingen gericht op participatie. Organisatie van minstens tien Culturele Zondagen. Wij streven naar overbrenging van de Culturele Zondagen naar
• •
• • • •
een uitvoerende organisatie waarin verschillende activiteiten worden gebundeld. Uitvoering programma Cultuurparticipatie 2009-2012 'De ontdekking van het creatieve vermogen' dat is gericht op amateurkunst, creatieve partnerschappen op het gebied van cultuureducatie en wijkgerichte experimenten op het gebied van immaterieel cultureel erfgoed. Ondersteunen van organisaties voor amateurkunst (basissubsidies). In 2010 beëindigen we het programma Beyond. We werken het Plan van Aanpak Kunst in het Stationsgebied inhoudelijk verder uit en zetten een projectteam op. Voor deelprojecten Jaarbeursplein en Kunststation Centrumboulevard worden de eerste voorbereidingen getroffen, zoals aansluiting bij bestaande projectgroepen en eerste oriëntatie op mogelijke kunstenaars. De Kunstuitleen verankert de samenwerkingsverbanden met verschillende culturele instellingen. Succesvolle educatieve projecten worden voortgezet met als belangrijkste samenwerkingspartner het UCK. Met het Amadeuslyceum wordt een unieke doorlopende leerlijn voor het Cultuur Gebaseerd Onderwijs ontwikkeld. Ook werkt de kunstuitleen nauw samen met de bibliotheek. In de KAS (tuinatelier) van de Kunstuitleen krijgen, in
112
samenwerking met Centrum Beeldende Kunst Utrecht, kunstenaars een podium. Er zijn ook nauwe banden met HKU, Zimihc en RTV Utrecht voor het organiseren van (thema)exposities, debatten, series en lezingen. Er zal een herstructurering van de collectie plaatsvinden. Middels segmentering wordt gestreefd naar een handzame en
• • •
uitleenbare collectie. In het kader van de voorgenomen bezuiniging stellen wij voor de subsidie aan de lokale en migrantenomroep met ingang van 2010 en de bijdrage aan Centrale programma Organisatie/ Multiculturele Televisie Nederland en FunX met ingang van 2013 te beëindigen. UITfeest: ondersteuning is geregeld voor de periode 2008-2010. Kosmopolis: continuering van matchingsafspraken met het Rijk.
Prestatiedoelstelling 3.2: Internationalisering Internationale uitwisseling en samenwerking dragen bij aan het vergroten van de belangstelling vanuit het buitenland voor Utrecht Cultuurstad.
•
Ondersteuning Stichting Vrede van Utrecht, samen met de provincie, voor activiteiten (programmering, lobby, marketing) gericht op de voorbereiding Vrede van Utrecht 2013 en nominatie Europese Culturele Hoofdstad 2018. Belangrijke speerpunten zijn internationalisering in programmering en publieksbereik. De stichting
•
regisseert het bidbookproces. Randstedelijk Actieprogramma Cultuur Internationaal: binnen G4-verband werken culturele instellingen met elkaar samen om de internationale betekenis en concurrentiepositie van kunst en cultuur in de Randstad te versterken.
Prestatie-indicatoren 1.1.a
Gerealiseerde/aangepaste accommodaties
1.2.a
Aantal voorstellingen Stadsschouwburg 17
1.2.b
Aantal concerten Muziekcentrum Vredenburg
1.2.c
Aantal tentoonstellingen Centraal Museum
Realisatie
Begroting
Begroting
2008
2010
2013
2
1
p.m
515
512
432
444 18
308
n.v.t. 19
23
12
12
30
40
p.m.
192
110
p.m.
2.1.a
Aantal gerealiseerde permanente werkruimten
2.2.a
Aantal gehonoreerde projectaanvragen 20
3.1.a
Aantal gesubsidieerde verenigingen amateurkunst
124
127
130
3.1.b
Aantal bezoekers Stadsschouwburg16
247.891
245.000
210.000
3.1.c
Aantal bezoekers Muziekcentrum Vredenburg
192.000
184.000
n.v.t.19
3.1.d
Aantal bezoekers Centraal Museum
123.203
160.000
168.000
3.1.e
Aantal abonnementen Kunstuitleen Utrecht
3670
3300
3800
3.1.f
Aantal deelnemers educatie Kunstuitleen
2800
3000
3200.
3.1.g
Aantal bezoekers Culturele Zondagen
245.000
220.000
300.000
n.v.t.
p.m.
p.m.
Indicatoren met betrekking tot internationalisering: zijn 3.2.a
in ontwikkeling 21
Betreft Douwe Egberts- en Blauwe Zaal, exclusief festivals, besloten verhuringen en amateurvoorstellingen. Aantal voorstellingen en bezoekers op overige locaties tellen niet mee omdat deze alleen georganiseerd worden indien we daar additionele middelen voor vinden. 18 Realisatie 2008 is aangepast op basis van cijfers in het Plan van Aanpak waarin festivals zijn uitgesplitst in aparte concerten en voorstellingen. 19 Muziekcentrum Vredenburg gaat over in Stichting Muziekpaleis. 20 Amateurkunst, podiumkunst, beeldende kunst, film/audiovisueel. 21 Zie ook de opmerking bij de effectindicatoren. 17
113
1.12.3 Wat mag dat kosten? Rekening
Begroting
Begroting
Begroting
Begroting
Begroting
2008
2009
2010
2011
2012
2013
Lasten Accommodaties
0
0
0
0
0
0
Programmering
45.499
41.136
45.991
42.293
41.833
41.703
Broedplaatsen
0
0
0
0
0
0
Productie
3.332
5.054
3.880
3.379
3.379
3.379
Participatie
6.822
5.041
5.684
5.159
5.159
4.833
853
1.051
2.550
2.550
2.550
2.550
56.506
52.282
58.104
53.381
52.921
52.465
Accommodaties
0
0
0
0
0
0
Programmering
Internationalisering Totaal lasten Baten
14.258
12.625
12.555
12.555
12.555
12.555
Broedplaatsen
0
0
0
0
0
0
Productie
0
1
1
1
1
1
2.533
1.508
1.204
1.204
1.204
1.204
0
0
0
0
0
0
Totaal baten
16.791
14.134
13.759
13.759
13.759
13.759
Saldo lasten en baten
39.715
38.147
44.345
39.622
39.162
38.706
Participatie Internationalisering
Mutaties reserves Toevoeging reserves
14.776
156
156
156
156
156
Onttrekking reserves
3.150
1.302
3.842
3.342
3.342
3.342
51.342
37.002
40.660
36.436
35.976
35.520
Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting
Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe. De overige ontwikkelingen zijn vooral het gevolg van de verwerking van loon- en prijscompensatie en de doorbelaste kosten en concernoverhead. Zie hiervoor de desbetreffende passage in de paragraaf bedrijfsvoering. Mutaties groter dan een 0,5 miljoen euro of 10% van de doelstelling zijn toegelicht. Programmering De lasten nemen in 2010 in totaal toe met 4,9 miljoen euro. Bij de Stadsschouwburg Utrecht nemen de lasten en baten toe met 1,6 miljoen euro door het toegenomen aantal activiteiten en bezoekers van de afgelopen jaren, welke we nu in de administratie hebben verwerkt. Verder zijn de lasten toegenomen met 1 miljoen euro incidenteel, zijnde het budget voor de uitwerking van de plannen voor de Schouwburg XL en renovatie van Schouwburg op het Lucasbolwerk. Het Plan van aanpak Muziekcentrum Vredenburg behelst een verlaging van de baten met 1,7 miljoen euro en een verhoging van de lasten met 0,8 miljoen euro. De begroting van Vredenburg zal definitief aangepast worden bij de eerste technische wijziging 2010 op basis van het bedrijfsplan 2010-2012. De lasten van Centraal Museum stijgen in 2010 met 1,7 miljoen euro. Dit wordt veroorzaakt door onderhoudslasten, waarvoor in de nota Kapitaalgoederen budget is toegekend. Productie De lasten dalen met 1,2 miljoen euro. Zowel in 2009 als 2010 zijn de lasten voor uitvoering van het cultuurconvenant 2 miljoen euro. In 2009 is dit volledig uit de exploitatie gefinancierd, in 2010 wordt 1 miljoen euro uit de exploitatie gefinancierd en 1 miljoen euro via de reserve. Hierdoor is het lastenbudget in 2010 1 miljoen euro lager dan in 2009.
114
Daarnaast dalen de lasten door het niet verstrekken van 0,3 miljoen euro aan subsidie aan broedplaats Utrecht West Cereol in verband met vertraging door brand. Participatie De lasten stijgen in 2010 met 0,6 miljoen euro. Deze stijging wordt veroorzaakt door de start van de exploitatie van de culturele functie Vorstelijk Complex met 0,2 miljoen euro en 0,4 miljoen euro door het voorbereidingskrediet Cultuurhuis Leidsche Rijn. De baten dalen met 0,3 miljoen euro, dat wordt veroorzaakt door de ontvangen incidentele bijdragen ten behoeve van cultuurparticipatie in 2009. Internationalisering De lasten stijgen in 2010 met 1,5 miljoen euro. Dit bedrag is bestemd voor het Vrede van Utrecht activiteitenprogramma en voorbereiding van de nominatie Europese Culturele Hoofdstad. Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves De toevoegingen aan de reserves van 0,156 miljoen euro bestaat uit een toevoeging van 0,27 miljoen euro voor stadsverfraaiing en een onttrekking voor de seniorenproblematiek van de Stadsschouwburg. De onttrekking van 3,8 miljoen euro bestaat uit onttrekkingen ten behoeve van: 0,5 miljoen euro voor stadsverfraaiing;
• • 1 miljoen euro subsidies aan instellingen opgenomen in het Cultuurconvenant; • 1,5 miljoen euro voor het activiteitenprogramma van de Vrede van Utrecht en het opstellen van het bidboek voor de nominatie van Europese Culturele Hoofdstad 2013; • 0,2 miljoen euro voor incidentele subsidies aan nieuwe kunstenaars en groepen; • 0,5 miljoen euro ter dekking van knelpunten cultuurbudget (dekking uit Voorjaarsnota 2007); • 0,1 miljoen euro voor routine-investeringen bij de gemeentelijke musea.
115