Inhoud Welkom 3 Waarom studeren aan de Universiteit Antwerpen?
4
De opleiding rechten
6
Hoe begin je eraan?
8
Studieprogramma 10 Opleidingsonderdelen bachelor eerste jaar
14
Opleidingsonderdelen bachelor tweede jaar
21
Opleidingsonderdelen bachelor derde jaar
25
Verder studeren
31
Diploma op zak, wat nu?
32
Alumni aan het woord
35
Nuttige info bij de start van je studietraject
37
Studiebegeleiding 41 Studeren in het buitenland
43
Hoe bereik je gemakkelijk onze campussen?
44
Infomomenten 46 Nuttige contactgegevens
48
2|
Welkom Je hebt de weg naar de Universiteit Antwerpen gevonden. Nu wil je meer informatie over onze universiteit en onze opleidingen. Dit boekje helpt je al een hele stap vooruit in je keuzeproces. De Universiteit Antwerpen is een middelgrote universiteit met 15 000 studenten. Binnen de Associatie Hogescholen & Universiteit Antwerpen werken we nauw samen met de Plantijn Hogeschool, de Karel de Grote-Hogeschool, de Artesis Hogeschool Antwerpen en de Hogere Zeevaartschool. Studeren aan de universiteit is het begin van een nieuwe periode in je leven. Belangrijk is dat je je goed voelt op de universiteit van je keuze en dat je je binnen enkele jaren goed voelt met je behaalde diploma. Daarom stelt de Universiteit Antwerpen alles in het werk om je studietijd aangenaam te maken en de kwaliteit van de opleiding op topniveau te houden. Onze opleidingen worden geregeld bijgestuurd en aangepast aan de maatschappelijke evolutie. ‘Leren is leven’ is de slogan van onze universiteit. Niet zomaar een leuze, want wij maken werk van een goed evenwicht tussen leren en leven. Met ‘kennen’ ben je niets zonder het ‘kunnen’. De link tussen leren en leven is hier voelbaar aanwezig. Als je naar een van onze informatiedagen komt, zal je merken dat het prettig studeren is aan de Universiteit Antwerpen. Zowel onze medewerkers als onze studenten zullen je er graag over vertellen en kijken alvast uit naar de kennismaking! Prof. dr. Alain Verschoren Rector Universiteit Antwerpen
|3
Waarom studeren aan de Universiteit Antwerpen? Studentgerichtheid De Universiteit Antwerpen staat voor studentgerichtheid. Dit betekent bijvoorbeeld dat je zo veel mogelijk les volgt in kleine groepen, wat een vlotte interactie mogelijk maakt. Dankzij de kleine afstand tussen studenten en docenten kan je rechtstreeks bij je proffen terecht met eventuele vragen en problemen. De vlotte communicatie tussen docenten, assistenten en studenten wordt mee ondersteund door de digitale leeromgeving Blackboard. Dat biedt opnieuw kansen voor een interactief onderwijssysteem. Studenten worden uitgenodigd om actief deel te nemen aan het beleid: in verschillende adviesorganen en raden zijn zij vertegenwoordigd. Tenslotte is de Universiteit Antwerpen bekend voor haar goede studentenbegeleiding en -ondersteuning, waarbij wordt ingespeeld op de individuele noden van alle studenten.
Innoverende academische opleidingen De Universiteit Antwerpen biedt innoverende academische opleidingen, die oog hebben voor theorie én praktijk. De opleidingen zijn stevig verankerd in sterk wetenschappelijk onderzoek, dat ook internationale faam geniet. De ‘ivoren’ academische toren werd al lang geleden gesloopt. Academici hechten veel belang aan een voortdurende uitwisseling met de steeds evoluerende samenleving. Bij je studie aan de Universiteit Antwerpen staat niet het memoriseren van feitenkennis centraal, maar verwerf je relevante kennis en vaardigheden die je nodig hebt om beroepsrelevante opdrachten en problemen op te lossen. De bachelor-masterstructuur schept ruimte voor vernieuwing en verbetering. Nieuwe opleidingen worden ingevoerd, keuzemogelijkheden binnen bestaande opleidingen worden verruimd.
Infrastructuur De Universiteit Antwerpen beschikt over de meest moderne infrastructuur: goed uitgeruste les- en computerlokalen, laboratoria, bibliotheken en studielandschappen. In alle publieke ruimten zijn er hotspots waar je draadloos kan surfen. De laatste jaren werd ook op grote schaal geïnvesteerd in nieuwe gebouwen om het toenemend aantal studenten op te vangen en hen een aangename leer omgeving te bieden. De studenten van de Universiteit Antwerpen zitten verspreid over vier campussen. De campussen Drie Eiken, Middelheim en Groenenborger liggen aan de zuidelijke stadsrand, in een groene omgeving. Studeer je op Campus Drie Eiken 4|
dan kan je volop genieten van de groene oase van Fort VI en de mooie vijvers rondom de campus. De campussen Middelheim en Groenenborger grenzen aan het openluchtmuseum Middelheim en aan het Nachtegalenpark. De Stadscampus, met zijn kern van prachtig gerenoveerde zestiende-eeuwse gebouwen, ligt in hartje Antwerpen.
Vorming De Universiteit Antwerpen wil niet alleen opleidingen, maar ook een brede vorming aanbieden: jonge mensen laten opgroeien tot professionelen met een kritische ingesteldheid, een tolerante en constructieve houding. De Universiteit Antwerpen kiest resoluut voor pluralisme en verwelkomt diversiteit bij personeel en studenten, en in haar studieprogramma’s.
Antwerpen Je kiest natuurlijk ook voor de stad Antwerpen. Studeren is niet alleen met je neus in de boeken zitten. Wie in Antwerpen komt studeren, kiest voor een studentenstad die meer is dan de universiteit en de hogescholen: het is een bruisende metropool met een uniek cultuurhistorisch aanbod, een wereldhaven, een overvloed aan cafés en restaurants, clubs, gezellige pleintjes, cultuur, architectuur, mode, sportinfrastructuur, ... Kort samengevat: een stad waarin Antwerpenaars, bezoekers en studenten graag wegzinken.
|5
De opleiding rechten De rechtspraak evolueert voortdurend Recht is er om het samenleven van mensen te organiseren. Juristen moeten dan ook inzicht hebben in mens en samenleving en moeten hun juridische kennis kunnen inzetten voor een meer rechtvaardige en rechtszekere wereld. Vrouwe Justitia heeft vele gezichten. Wetgeving en rechtspraak evolueren voortdurend. De Faculteit Rechten speelt telkens in op nieuwe ontwikkelingen in de juridische praktijk. Daarom komen bijvoorbeeld ook vreemdelingenrecht, milieurecht en medisch recht aan bod in de opleiding.
Studieopbouw De opleiding rechten omvat een bacheloropleiding van 180 studiepunten en een masteropleiding van 120 studiepunten, wat overeenkomt met respectievelijk 3 en 2 jaar voltijds studeren. Je kan de bachelor- en masteropleiding in de rechten ook volgen in avondonderwijs. Informatie over het avondprogramma kan je vinden in de brochure ‘Studeren op maat: flexibel studeren, werken en studeren’, verkrijgbaar via www.ua.ac.be/brochures of op het Studenten Informatie Punt (STIP). De bachelor in de rechten: • biedt een algemene intellectuele vorming (grondslagen en hulpwetenschappen); • biedt een stevige juridische basis (juridische opleidingsonderdelen met oefeningen); • leert juridische vaardigheden aan. Je leert inzicht verwerven, analyseren, synthetiseren, argumenteren, redeneren, schrijven, rationele keuzes maken, debatteren en op een systematische wijze nadenken over uiteenlopende problemen die in de verschillende vakgebieden worden behandeld. De masteropleiding heeft een heel eigen profiel. Je geeft in grote mate zelf invulling aan je studieprogramma. Je kan opteren voor een verder doorgedreven algemene vorming in het recht, of je kan specialiseren in een van de zeven modules: burgerlijk recht, rechtshandhaving, ondernemingsrecht, publiek recht, internationaal en Europees recht, fiscaal recht en sociaal recht. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om enkele Engelstalige cursussen te volgen. 6|
Het kroonstuk van de Antwerpse masteropleiding is de meesterproef, die bestaat uit een thesis en een stage in de advocatuur, de magistratuur, het notariaat, de administratie, een sociale organisaties of een onderneming van het brede Antwerpse hinterland. Deze stage laat je toe kennis te maken met een mogelijke toekomstige werkomgeving. Zo slaat de rechtenopleiding de brug met de beroepswereld van de jurist. Na de masteropleiding kan je een bijkomende master-na-masteropleiding volgen in het fiscaal recht of in het ondernemingsrecht.
|7
Hoe begin je eraan? Welk diploma heb je nodig? Om te worden toegelaten tot de bacheloropleiding moet je in principe een diploma secundair onderwijs hebben behaald. Ook mensen zonder diploma secundair onderwijs kunnen op basis van ‘eerder verworven competenties’ (bijvoorbeeld werkervaring) worden toegelaten tot een universitaire studie. Internationale studenten moeten beschikken over een diploma secundair onderwijs dat ook in het thuisland toegang verleent tot een gelijkwaardige studierichting. Wie niet-Nederlandstalig secundair onderwijs volgde, moet slagen in een door de Universiteit Antwerpen erkende taaltest Nederlands. Voor meer informatie in verband met toelatingsvoorwaarden (diploma en taal) en aanvraagprocedure neem je contact op met de International Student Officer (Sonia Brunel,
[email protected]).
8|
Hoe bereid je je voor? Je hebt geen inhoudelijke voorkennis van het recht nodig. Naast een goede algemene begaafdheid kunnen een aantal andere vaardigheden je slaagkansen wel verhogen. Zo zijn een goed redeneervermogen, een kritische houding en de vaardigheid om verbanden te leggen en om aspecten in een ruimere context te bekijken belangrijke troeven. Een uitstekende kennis van het Nederlands en een goede mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid zijn vereist. Gezien de federale structuur van ons land is een goede kennis van het Frans een voordeel. Om buitenlandse juridische teksten te kunnen lezen en analyseren, is een (minstens passieve) kennis van Engels noodzakelijk. Je talenkennis wordt doorheen de opleiding verruimd en verfijnd, eventueel ook via een studieverblijf in het buitenland. Je wordt verwacht zelfstandig te kunnen werken: je moet zelf de leerstof gedurende het hele semester of het hele jaar bijhouden, op tijd vragen formuleren, opdrachten afwerken, enzovoort. Zoals voor elke universitaire studie, zijn ook voor rechten een goed doorzettingsvermogen en een positieve werkattitude vereist.
Introductieweek Tijdens de eerste week van het academiejaar worden de opleidingsonderdelen uitvoerig ingeleid. Je krijgt dan te horen wat elk opleidingsonderdeel inhoudt, wat er van jou wordt verwacht, wat je van de docent mag verwachten en op welke manier de evaluatie verloopt. Daarnaast worden er ook infosessies ingericht. Je krijgt er naast praktische informatie ook een algemeen beeld van de opleiding. Om je taalvaardigheid in kaart te brengen, krijg je tijdens de introductieweek een taaltoets ‘academische lees- en schrijfvaardigheid’ en leg je een instaptoets voor Frans en Engels af.
Mentoraat Om je bij de overgang van secundair naar universitair onderwijs goed te begeleiden, krijg je een mentor toegewezen. Je mentor zal eind oktober in een eerste gesprek met jou bespreken hoe je de overgang naar de universiteit hebt ervaren. Begin december vindt een tweede ontmoeting plaats. De planning en de voorbereiding van de examens staan dan centraal. Begin februari, na de examens, is de derde bijeenkomst. Dan worden de examenresultaten besproken. Het spreekt voor zich dat je ook los van deze drie momenten altijd een beroep kan doen op je mentor.
|9
Studieprogramma Op de volgende bladzijden vind je de studieprogramma’s van de bachelor eerste, tweede en derde jaar.
Studiepunten De studieomvang van elke opleiding wordt uitgedrukt in studiepunten (sp.). De bacheloropleiding rechten omvat 180 studiepunten. Studiepunten geven een goed beeld van de relatieve tijdsbesteding die verwacht wordt voor elk opleidingsonderdeel. Een voltijds academiejaar telt 60 studiepunten. Deze norm werd overgenomen van het Europees ECTS-project (European Credit Transfer and Accumulation System). Elk studiepunt komt overeen met een studietijd van 25 tot 30 uren. Hierin zijn het bijwonen van de hoor- en werkcolleges, de voorbereidingstijd en het studeren voor de examens vervat. De totale studietijd voor een voltijds academiejaar varieert tussen 1 500 en 1 800 uren studie. Het aantal studiepunten van een opleidingsonderdeel zegt dus meer over de hoeveelheid tijd je er uiteindelijk aan zal besteden dan het aantal uren dat je les hebt. Neem een kijkje op www.ua.ac.be/rechten voor de juiste verdeling van de studiepunten en lesuren.
Collegeroosters Zoek je een voorbeeld van een collegerooster? Surf dan naar www.ua.ac.be/rechten en klik ‘e-valven’ aan. Daar vind je een overzicht van de huidige collegeroosters.
10 |
Bachelor eerste jaar Grondslagen en hulpwetenschappen Politieke en institutionele geschiedenis van België en de Nederlanden Geschiedenis van het privaatrecht Sociologie en rechtssociologie Politicologie Juridische opleidingsonderdelen met oefeningen Bronnen en beginselen van het recht Inleiding tot het privaatrecht Personen- en familierecht Gerechtelijk recht Juridische vaardigheden Heuristiek en lezen van juridische teksten Taalgebruik Frans/Engels Juridische argumentatieleer – rechtstaalbeheersing – debatklas Totaal
| 11
Bachelor tweede jaar Grondslagen en hulpwetenschappen Economie Filosofie en rechtsfilosofie Juridische opleidingsonderdelen met oefeningen Verbintenissenrecht Staatsrecht Volkenrecht en volkenrechtelijke instellingen Recht van de Europese Unie Buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht en risicoverzekeringen Strafrecht Strafprocesrecht Zakenrecht Juridische vaardigheden Buitenlandse rechtsstelsels en terminologie Schrijven van juridische teksten met inbegrip van de jaarverhandeling Totaal
12 |
Bachelor derde jaar Grondslagen en hulpwetenschappen Psychologie en rechtspsychologie Levensbeschouwing Juridische opleidingsonderdelen met oefeningen Familiaal vermogensrecht Bestuursrecht Bijzondere overeenkomsten Arbeidsrecht Socialezekerheidsrecht Handels- en economisch recht Vennootschappen, verenigingen en stichtingen Fiscaal recht Juridische vaardigheden Boekhouden en rapporteren Juridisch practicum Totaal
| 13
Opleidingsonderdelen bachelor eerste jaar In deze brochure vind je een beschrijving van de opleidingsonderdelen van de bachelor in de rechten. Op www.ua.ac.be/rechten staat meer uitgebreide informatie over de begin- en eindtermen, de werk- en evaluatievormen en het noodzakelijk en aanbevolen studiemateriaal.
Grondslagen en hulpwetenschappen Politieke en institutionele geschiedenis van België en de Nederlanden Het eerste deel behandelt de geschiedenis van de Lage Landen tot aan de Franse Revolutie. Bij het bestuderen van de periode vóór de Middeleeuwen ligt de klemtoon op het graafschap Vlaanderen, nadien op de (Zuidelijke) Nederlanden. Het gaat daarbij om de evolutie van de buitenlandse en de binnenlandse politiek, met klemtoon op dit laatste. Meer concreet geschiedt de analyse vanuit de noties ‘staatsvorming’ en ‘bestuur’. Er wordt gepeild naar de oorsprong en de ontwikkeling van de constitutionele machtsverdeling (thans het grondwettelijke recht), van het administratief recht, het publieke strafrecht en het publieke procesrecht, als fundamenten van een zich ontwikkelende staatsstructuur en ontstaan vanuit privaatrechtelijke concepten. Een rode draad doorheen dit alles is de langzaam toenemende actieradius van de binnenlandse politiek. Tegelijk worden ook de rechtsbronnen uit het ancien régime bestudeerd, als instrument van het publiek recht: gewoonterecht, wetgeving, rechtspraak en rechtsleer (waaronder het Romeins recht en het canoniek recht). Het tweede deel spitst zich toe op de politieke geschiedenis van het huidige België, vanaf de annexatie door Frankrijk in 1795. De invalshoek blijft institutioneel, met bijzondere aandacht voor de ontwikkeling van de verhouding tussen wetgevende en uitvoerende macht en voor de geschiedenis van de politieke partijen en hun programma. De institutionele evolutie hangt nauw samen met de steeds toenemende expansie van het domein van de binnenlandse politiek. Wat dat laatste betreft ligt de klemtoon op de ontwikkeling van het Belgische socio-economische model, op de levensbeschouwelijke evolutie en op de problematische communautaire verhoudingen met de daaruit voortvloeiende staatshervormingen.
14 |
Geschiedenis van het privaatrecht In dit opleidingsonderdeel zal veel aandacht worden besteed aan het Romeinse recht, de gemeenschappelijke stamvader van de meeste West-Europese systemen van privaatrecht. Allereerst wordt het Romeinse recht bestudeerd in de vorm die het aan het eind van de Oudheid kreeg door de codificatie van keizer Justinianus (527-565). Vervolgens wordt de receptie en verwetenschappelijking van dat recht bestudeerd, vanaf het ontstaan van de Europese universiteiten in de middeleeuwen tot aan de huidige tijd, mede gezien tegen de achtergrond van de maatschappelijke ontwikkelingen en gelet op de diverse stromingen in de loop van de geschiedenis van de rechtswetenschap. Een en ander zal worden geconcretiseerd aan de hand van de ontwikkelingsgeschiedenis van één van de drie privaatrechtelijke concepten: eigendomsoverdracht, contract en onrechtmatige daad. Duidelijk zal worden hoezeer het moderne privaatrecht geworteld is in de geschiedenis.
Sociologie en rechtssociologie Deze cursus wil tegelijkertijd een verkenning van de sociologie en een exploratie van de rechtssociologie zijn. Het voornaamste doel van het onderdeel sociologie is kennismaken met de sociologische concepten en denkrichtingen. Het geheel van deze inzichten wordt toegepast op het recht. Daarbij komen vragen aan bod naar het waarom van het bestaan van het recht (waarom is het zoals het is en waarom verandert het?) en de invloed van het recht op de maatschappelijke structuren en op het gedrag. Vertrekkende van bepaalde maatschappelijke situaties wordt enerzijds bekeken welke rol zij spelen voor de totstandkoming van het recht en anderzijds hoe het recht als middel van sociale controle uitwerking heeft in (bepaalde aspecten van) de samenleving.
Politicologie Politicologie beoogt je beter bewust te maken van de algemene context waarin het recht tot stand komt. Het is een discipline binnen de sociale wetenschappen die zich bezighoudt met het bestuderen van politiek, de leer van de sturing van de samenleving. De studenten worden vertrouwd gemaakt met de paradigma, kernconcepten, invalshoeken, onderzoeksvragen en centrale onderwerpen van de algemene politicologie, met inbegrip van supranationale instellingen (in casu de Europese Unie) en de leer der internationale betrekkingen. Je krijgt een inleiding in de belangrijkste instellingen, structuren, actoren en processen, of breder, instituties die van belang zijn voor de sturing van de samenleving en het begrijpen van de politiek. Je verwerft inzicht in politieke dynamieken, hoe politieke processen, keuzes en besluitvorming vorm krijgen en wat de gevolgen ervan zijn.
| 15
Juridische opleidingsonderdelen met oefeningen Bronnen en beginselen van het recht Deze cursus beoogt een inzicht te geven in het rechtssysteem. Het recht wordt geacht gericht te zijn op het tot stand brengen van een ‘rechtszekere’ en ‘rechtvaardige’ ordening van het samenleven van mensen, door het opleggen van regels en het toepassen en handhaven ervan. In de cursus wordt het rechtssysteem benaderd vanuit een dubbele invalshoek: als een systeem van objectief recht en als een geheel van subjectieve rechten en verplichtingen. De verschillende bronnen van het recht – wetgeving, rechtspraak, rechtsleer, gewoonte, billijkheid en algemene rechtsbeginselen – worden onderzocht. De actoren van het rechtssysteem – regelgevers en rechtscolleges – worden in kaart gebracht. De algemene leer over het subjectief recht wordt voorgesteld: het rechtssubject en het rechtsobject (leer van Hohfeld), de soorten subjectieve rechten, het ontstaan, de uitoefening, het misbruik en het tenietgaan ervan. De specifieke bronnen en basisbeginselen van de verschillende rechtstakken worden besproken. Doorheen het globale overzicht van het rechtssysteem worden ook de basisbegrippen van de juridische taal, zowel in het Nederlands als in het Frans, aangereikt.
Inleiding tot het privaatrecht Het privaatrecht regelt de onderlinge verhoudingen tussen private personen of particulieren. In deze inleidingscursus worden een aantal fundamentele basisbeginselen van het privaatrecht die herhaaldelijk weerkeren in de verdere rechtenopleiding toegelicht. De volgende onderwerpen komen aan bod: 1. het begrip persoon of rechtssubject, met het onderscheid tussen de natuurlijke persoon (de mens) en de rechtspersoon (bijvoorbeeld een vennootschap) en hun (rechts- en handelings)bekwaamheid; 2. de theorie van het vermogen; 3. de subjectieve rechten: begrip en indeling, met klemtoon op het onderscheid tussen zakelijke rechten en vorderingsrechten; 4. de rechtshandeling (elke handeling gesteld met het oog op rechtsgevolgen, bijvoorbeeld het sluiten van een huwelijk, het sluiten van een contract, het opstellen van een testament): begrip, soorten, geldigheidsvereisten, tegenwerpbaarheid, vorm, vertegenwoordiging en bewijs; 5. de sancties in het privaatrecht: nietigheid, niet-tegenwerpbaarheid, ontbinding, gedwongen uitvoering in natura (met inbegrip van tenuitvoerlegging), dwangsom en rechtsmisbruik; 6. basisbeginselen van het zakenrecht (bijvoorbeeld eigendom en de verkrijging ervan, vruchtgebruik en erfdienstbaarheden), verbintenissenrecht en bijzonder contractenrecht (bijvoorbeeld koop, huur en lening).
16 |
Personen- en familierecht Het personenrecht en het familierecht zijn onderdelen van het burgerlijk recht, dat de verhoudingen regelt tussen burgers onderling. Het personenrecht omvat drie delen. Eerst komen de algemene begrippen en beginselen van de persoon aan bod. Er wordt nagegaan wie als ‘persoon’ kan worden beschouwd en vanaf en tot wanneer dat zo is. Vervolgens wordt bestudeerd hoe personen worden geïdentificeerd en gelokaliseerd en hoe hun rechtstoestand wordt ingevuld. Ten slotte wordt de bescherming van personen in het algemeen via de persoonlijkheidsrechten besproken, en komt het statuut en de bescherming van bepaalde categorieën van personen aan bod. Personen worden in categorieën onderverdeeld aan de hand van persoonlijke kenmerken, zoals nationaliteit en geestelijke en lichamelijke gezondheidstoestand. Elke categorie van personen heeft een bijzonder statuut. Het familierecht regelt de persoonlijke relaties tussen personen op grond van afstamming en ouderschap (verticaal) enerzijds en seksualiteit en paarvorming (horizontaal) anderzijds. De rechtstakken bevatten aan de ene kant regels over het aangaan en beëindigen van zo’n relaties en aan de andere kant regels over de inhoud ervan. Eerst wordt nagegaan wat wordt verstaan onder familie en gezin. Vervolgens komt het ‘verticale familierecht’ aan bod: afstamming, (aan)verwantschap en de rechtsgevolgen ervan. Ten slotte wordt het ‘horizontale familierecht’ behandeld: het gaat om verhoudingen tussen twee of meer personen die een socio-economische en (daarom) juridische entiteit uitmaken.
Gerechtelijk recht Dit opleidingsonderdeel bestaat uit tien grote items, die elk op zich een afgerond thema uitmaken. De thema’s sluiten op elkaar aan: 1. wat is procesrecht? 2. de kernbegrippen van het procesrecht 3. de bevoegdheid van de rechter 4. de gewone rechtspleging 5. de incidenten 6. de rechtsmiddelen 7. de rechtshulp 8. het bewijs 9. de executie 10. de bewaring van recht
| 17
Juridische vaardigheden Heuristiek en lezen van juridische teksten In dit opleidingsonderdeel leer je hoe je wetgeving, rechtspraak en rechtsleer, zowel nationaal, internationaal als Europees dient op te zoeken. Vervolgens leer je hoe je op een adequate wijze een zoekopdracht afbakent. Tegelijk leer je hoe je gebruik moet maken van de verzamelde bronnen, hoe je de bronnen moet analyseren en de ingewonnen informatie moet synthetiseren. Je neemt kennis van diverse juridische teksten en krijgt zo inzicht in de wijze waarop juridische redeneringen worden opgebouwd en rechtsbronnen op correcte wijze worden verwerkt. Je leert de opbouw van de juridische redenering in diverse juridische bronnen reconstrueren. Met het oog op de schriftelijke verwerking van de bronnen wordt je de juiste citeerwijze aangeleerd. Je wordt eveneens gewezen op plagiaat en de ernstige gevolgen die bij de uitvoering van schriftelijke opdrachten daaraan worden gekoppeld binnen de rechtsfaculteit.
Taalgebruik Frans/Engels De cursus heeft als doelstelling het bevorderen van je actieve taalvaardigheid in Frans en Engels, onder meer in functie van je toekomstig beroepsleven. De klemtoon wordt gelegd op spreekvaardigheid, maar ook bepaalde schrijfvaardigheden komen aan bod. Naast het gericht trainen van grammaticale items en het uitbreiden van de woordenschat komen onder andere volgende oefeningen aan bod: • becommentariëren van teksten over actuele onderwerpen in verband met het vakgebied, met bijzondere aandacht voor het weergeven, verdedigen of verwerpen van een standpunt, het aanhalen en afwegen van argumenten en het voeren van een overtuigend betoog; • mondeling en schriftelijk communiceren in beroepsgerelateerde situaties: het (telefonisch) converseren met een Franstalige of Engelstalige cliënt of collega, het redigeren van een sollicitatiebrief en cv en het voeren van een sollicitatiegesprek.
Juridische argumentatieleer – rechtstaalbeheersing – debatklas Juridische argumentatieleer Argumenteren is een van de kernvaardigheden van de jurist. Juridische kennis alleen volstaat hiervoor echter niet. Ook rechtenstudenten moeten inzien dat betogen en argumentaties aparte tekstconstructies zijn, met eigen structuren en normen. De kwaliteit van het argumenteren kan verhogen wanneer je met kennis van zaken die structuren en normen toepast en inoefent. De doelstelling van dit onderdeel is je in contact te brengen met de verschillende argumentatieen betoogvormen en de specifieke eisen die men aan een redenering of aan een 18 |
betogende tekst kan stellen. Speciale aandacht gaat uit naar diverse juridische betogen en naar specifieke argumenten die vaak in juridische betogen opduiken.
Rechtstaalbeheersing In dit onderdeel maak je kennis met de lexicale, syntactische, tekstuele en conventionele kenmerken van de Nederlandse rechtstaal en ook met de communicatieve moeilijkheden waartoe die kenmerken aanleiding kunnen geven. Tegelijk worden strategieën aangereikt om die communicatiemoeilijkheden te voorkomen en correcte, toegankelijk geformuleerde juridische teksten op te stellen. De kenmerken van de belangrijkste juridische tekstgenres worden besproken en er wordt geprobeerd de structuur en toegankelijkheid ervan te verhogen.
Debatklas Dit onderdeel leert je op welke wijze je jouw gedachten over algemene maatschappelijke vraagstukken in groep op een heldere wijze kunt communiceren. Je leert open te staan voor de argumenten van andere leden van de groep en daarop in te pikken met eigen, andere argumenten in een serene woordenwisseling. Het onderdeel beoogt ook mondelinge vaardigheden (het spreken zelf, maar ook de spreekhouding) aan te leren en in te oefenen, zowel in de vorm van presentaties als in de vorm van groepsdiscussies. Je leert hoe je hulpmiddelen (powerpointpresentaties, transparanten enzovoort) kan aanwenden om je presentatie te ondersteunen.
| 19
Opleidingsonderdelen bachelor tweede jaar Grondslagen en hulpwetenschappen Economie Deze cursus omvat vier delen: 1. micro-economie: gedrag van gezinnen (consumptie, arbeidsaanbod, sparen), gedrag van ondernemingen (types ondernemingen en doelstellingen, technologie en kosten, aanbodgedrag en vraag naar productiefactoren), prijsvorming in de markt (competitie, monopolie, imperfecte competitie); 2. de rol van de overheid: functies, welvaartseconomie, belastingen en uitgaven; 3. macro-economie: nationale rekeningen, bestedingen en economische activiteit, geldleer, budgettair en monetair beleid, economische groei; 4. internationale economie: handel, economische integratie en ontwikkelingseconomie.
Filosofie en rechtsfilosofie Deze cursus behandelt de kernthema’s van de hedendaagse filosofie, alsook de historische achtergrond van de discussies rond deze thema’s. De voornaamste grote filosofische figuren, stromingen en theorieën worden besproken in functie van hun relevantie voor de humane wetenschappen en het recht in het bijzonder. De filosofie wordt toegepast op actuele problemen in maatschappij en cultuur en in de rechten in het bijzonder.
Juridische opleidingsonderdelen met oefeningen Verbintenissenrecht Deze cursus handelt allereerst over het begrip verbintenis en de verschillende soorten verbintenissen. Daarna komen de bronnen van verbintenissen aan bod, met bijzondere aandacht voor de verbintenis door eenzijdige wilsuiting, de overeenkomst en de quasi-contracten. Ten slotte worden de gevolgen van verbintenissen, de overdracht van verbintenissen en de verschillende wijzen van tenietgaan van verbintenissen besproken.
Staatsrecht In het inleidend deel wordt vooral aandacht besteed aan de bronnen van het staatsrecht, meer bepaald aan de Grondwet die in een ruime context wordt gesitueerd. Vervolgens worden de rechten en vrijheden onderzocht. De nadruk ligt daarbij op titel II van de Grondwet. Ook de in internationale verdragen, en met name de in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, gewaarborgde rechten en vrijheden worden besproken. Na een bespreking van de basis | 21
kenmerken van de gezagsvorm, worden de instellingen van de federale staat en vervolgens de staatshervorming besproken. Praktische oefeningen in verband met rechten en vrijheden, geldigheid van overheidsbeslissingen en bevoegdheidsconflicten sluiten aan bij elk onderdeel.
Volkenrecht en volkenrechtelijke instellingen Deze cursus bestaat uit twee grote delen. In een eerste deel worden de bronnen van het volkenrecht behandeld. De meeste aandacht gaat daarbij uit naar het verdrag als bron van het volkenrecht. De volkenrechtelijke instellingen en hun werking worden besproken in het tweede deel. Zowel universele (bijvoorbeeld de Verenigde Naties) als regionale organisaties (bijvoorbeeld de Raad van Europa) komen aan bod.
Recht van de Europese Unie De bijzondere aard van de Europese Unie en de Europese Gemeenschappen met het hen kenmerkende integratieproces, waardoor zij zich van de traditionele internationale organisaties onderscheiden, wordt onderzocht. Een eerste deel is gewijd aan het institutionele recht: de interne structuur (de instellingen en hun bevoegdheden), de besluitvorming, de algemene beginselen en bronnen van het gemeenschapsrecht, de verhouding tussen nationaal en communautair recht en de rechtsbescherming binnen de Europese rechtsorde. In dit deel worden ook de tweede en de derde pijler van de Europese Unie behandeld. In het tweede deel wordt een overzicht gegeven van het materiële EG-recht, in het bijzonder de vier vrijheden en de communautaire harmonisatie.
Buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht en risicoverzekeringen In dit opleidingsonderdeel komen de volgende onderwerpen aan bod: 1. algemene beginselen 2. aansprakelijkheid voor eigen daad 3. aansprakelijkheid voor andermans daad 4. aansprakelijkheid voor zaken 5. aansprakelijkheid voor dieren 6. schadeloosstelling 7. aansprakelijkheidsverzekeringen 8. aansprakelijkheidsbedingen
Strafrecht Deze cursus begint met een algemene inleiding, waarin een begripsbepaling en een historisch overzicht van het strafrecht, met inbegrip van de theorieën over strafrecht, wordt gegeven. Het corpus van de cursus bestrijkt vier grote luiken: de strafwet, het misdrijf, de dader en de sanctie. In het eerste luik wordt de strafwet 22 |
bestudeerd, met zijn toepassing in de tijd, naar de persoon en in de ruimte. Het tweede luik handelt over het misdrijf, en beschrijft concepten zoals het materieel en moreel element van het misdrijf, de verschillende categorieën, de strafbare poging en de rechtvaardigingsgronden. Het derde luik handelt over de dader. Hier worden de schuldontheffingsgronden, de gronden van niet-toerekeningsvatbaarheid, de strafuitsluitende verschoningsgronden, de deelneming en de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van de rechtspersoon van naderbij bekeken. In het vierde luik komen de straffen en de andere gevolgen van het misdrijf aan bod (met een algemeen overzicht en met noties van straftoemeting en strafuitvoering).
Strafprocesrecht De cursus start met een algemeen overzicht van de kernbegrippen en een schematisch weergegeven basisstructuur van personen en organen uit het Belgisch strafprocesrecht. Na toelichting over de bronnen van het strafprocesrecht, wordt verder ingegaan op de verschillende onderdelen uit deze basisstructuur, zoals: de twee vorderingen die uit een misdrijf voortvloeien (straf- en burgerlijke vordering), de fase van het onderzoek in strafzaken (opsporings- en gerechtelijk onderzoek, met de verschillende onderzoeksverrichtingen), de fase van afsluiting van het strafonderzoek en de fase voor de vonnisgerechten (bevoegdheid, saisine, rechtspleging, bewijsregeling en rechtsmiddelen).
Zakenrecht In het eerste deel van de cursus wordt aandacht besteed aan de structuur van zakelijke rechten. Het zakenrecht wordt gesitueerd binnen het geheel van het vermogensrecht. Ook worden de gemeenschappelijke elementen van alle zakelijke rechten bestudeerd: hoe onderscheiden zakelijke rechten zich van vorderingsrechten, wat zijn de wezenskenmerken van zakelijke rechten, welke bescherming wordt geboden aan zakelijke rechten? Het tweede deel handelt over het object van de zakelijke rechten: de goederen. De goederen worden ingedeeld in roerende en onroerende goederen, lichamelijke en onlichamelijke goederen, private en domeingoederen, vervangbare en niet-vervangbare goederen, enzovoort. Ook wordt stilgestaan bij het belang van deze onderscheidingscriteria binnen het domein van de zakelijke rechten. In het derde deel komt het eigendomsrecht aan bod: evolutie, sociale dimensie, afbakening en eigendomsrecht als mensenrecht. Het vierde deel gaat in op de overige zakelijke rechten, namelijk het vruchtgebruik, de erfpacht, de opstal, erfdienstbaarheden en medeeigendom. In het vijfde en laatste deel worden de wijzen bestudeerd waarop zakelijke rechten kunnen worden vervreemd. Zowel de conventionele wijzen van overdracht van zakelijke rechten als de wettelijke wijzen van verkrijging (natrekking, bezit, verjaring, zaakvorming, enzovoort) komen aan bod.
| 23
Juridische vaardigheden Buitenlandse rechtsstelsels en terminologie De eerste doelstelling van dit opleidingsonderdeel is je te verplichten je blik te verruimen. Door de confrontatie met andere rechtsstelsels en andere juridische oplossingen voor gelijkaardige problemen zie je de relativiteit van het eigen recht. Het opleidingsonderdeel beoogt de basisbeginselen die ten grondslag liggen van het Common Law, het Duitse rechtsstelsel en het Franse rechtsstelsel aan te leren aan de hand van Engelse, Duitse en Franse juridische teksten. Precies in het licht van het Europese integratieproces, is het zaak de juristen van de toekomst inzicht te laten krijgen in de diversiteit van het recht en de rechtsstelsels. Ondanks de integratiegraad van de economische markten en wellicht dankzij de voorkeur van de Europese wetgever voor totale harmonisatie, groeit gaandeweg het verzet bij de lidstaten tegen de Europese ingrepen in het nationale rechtsstelsel. Uniform Europees recht is dan ook minder dan ooit doel van de Europese wetgevingsagenda. De wederzijdse beïnvloeding van Common en Civil Law kan voorts in het bijzonder aan de hand van bepaalde Europese rechtsinstrumenten of rechtsevoluties worden geïllustreerd. De tweede doelstelling van dit opleidingsonderdeel is je aan de hand van het lezen en analyseren van buitenlandse juridische teksten de Franse, Engelse en Duitse juridische basisterminologie bij te brengen.
Schrijven van juridische teksten met inbegrip van de jaarverhandeling Dit opleidingsonderdeel beoogt je het schrijven van juridische teksten bij te brengen. Je verwerkt de kennis uit het opleidingsonderdeel rechtstaalbeheersing in verschillende soorten geschreven instrumenten. Het belangrijkste bestanddeel vormt de jaarverhandeling, waarin je een relevante juridische uitspraak op een juridisch wetenschappelijke, onderbouwde wijze annoteert. Naast de jaarverhandeling krijg je doorheen het academiejaar nog diverse opdrachten. Anders dan bij de jaarverhandeling wordt niet hoofdzakelijk aandacht besteed aan de juridische redenering en argumentatie, maar voornamelijk ook aan de vorm en stijl. In dit opleidingsonderdeel wordt gevraagd: • een brief aan een leek te schrijven waarin een bepaald juridisch probleem wordt uitgelegd; • een persnota te maken over een recente juridische ontwikkeling of uitspraak (bijvoorbeeld voor een lokale krant); • een jaarverhandeling te schrijven en mondeling te verdedigen, alsook een samenvatting van de jaarverhandeling te maken die begrijpelijk is voor een niet-jurist.
24 |
Opleidingsonderdelen bachelor derde jaar Grondslagen en hulpwetenschappen Psychologie en rechtspsychologie Deze cursus biedt een overzicht van een aantal belangrijke bevindingen uit de psychologie. Het behandelt het gedrag van individuen en groepen. Gedragsbeïnvloeding, communiceren en onderhandelen binnen wederkerige maar vaak asymmetrische verhoudingen, psychologische mechanismen en oordeelsvorming komen daarbij eveneens aan bod. Een aantal kernconcepten en principes uit de rechtspsychologie worden bondig besproken, om zo de band met de rechtspraktijk te versterken. Het opleidingsonderdeel wordt uitdrukkelijk als een hulpwetenschap geprogrammeerd, zodat de aankomende jurist ook vertrouwd wordt met de toepassing van psychologie in rechtsspecifieke situaties.
Levensbeschouwing Levensbeschouwelijke diversiteit is in de hedendaagse samenleving een feit en dit weerspiegelt zich ook aan de universiteit. Om met deze diversiteit om te gaan kiest de Universiteit Antwerpen voor actief pluralisme. Actief pluralisme wil recht doen aan het belang van levensbeschouwelijke ideeën en aan de plaats die ze in de openbare ruimte kunnen innemen. Levensbeschouwelijke ideeën blijven immers een belangrijke rol spelen in het morele bewustzijn en in het dagelijks oordelen en handelen van mensen, organisaties en samenlevingen. Actief pluralisme is zelf geen levensbeschouwing, maar een houding ten aanzien van (de eigen en andere) levensbeschouwingen. Het insisteert op een inhoudelijke dialoog binnen en tussen levensbeschouwingen en op een concreet engagement dat levensbeschouwingen als fenomeen, als overtuiging én als praktijk ernstig wil nemen. Meer gedetailleerde informatie is beschikbaar op www.ua.ac.be/pietergillis of op www.ua.ac.be/levensbeschouwing-vakbeschrijving.
Juridische opleidingsonderdelen met oefeningen Familiaal vermogensrecht Dit opleidingsonderdeel bestaat uit drie delen. Het eerste deel behandelt het huwelijksvermogensrecht: de algemene beginselen en het secundaire stelsel (het wettelijk stelsel en de bedongen stelsels). Het primaire stelsel wordt behandeld in het opleidingsonderdeel personen- en familierecht. In het tweede deel wordt het erfrecht besproken: het openvallen van de nalatenschap en voorwaarden om te erven, devolutie, erfovereenkomsten en de reserve. Het derde en laatste deel
| 25
gaat over beschikkingen om niet: algemene geldigheidsvereisten, schenkingen, testamenten en bijzondere soorten giften.
Bestuursrecht Deze cursus bestaat uit twee delen: een algemeen deel en een bijzonder deel. In het algemeen deel worden, na een begripsomschrijving en een onderzoek van de bronnen van het bestuursrecht, de kenmerken besproken van de relatie burger-bestuur, de relatie tussen de besturen onderling en de relatie bestuurrechter. In dit verband komen onder meer de beginselen van behoorlijk bestuur, de motiveringsplicht en de openbaarheid van bestuur aan bod. Ook de diverse organisatievormen van besturen en bestuurlijke activiteiten komen aan bod. Het algemeen deel wordt afgesloten met de bespreking van de administratieve en jurisdictionele rechtsbescherming tegen de overheid. In het bijzonder deel komen de diverse subsectoren van het bestuursrecht aan bod: het ambtenarenrecht, de ruimtelijke ordening en stedenbouw, het statuut van de goederen van de overheid, de overheidsopdrachten, enzovoort. Gelet op de veelheid van regels in deze subsectoren worden slechts summier enkele hoofdlijnen gedoceerd.
Bijzondere overeenkomsten In het opleidingsonderdeel verbintenissenrecht werden de algemene regels bestudeerd die gelden voor alle overeenkomsten. In dit opleidingsonderdeel worden deze algemene regels toegepast op een aantal bijzondere overeenkomsten en worden tevens de specifieke regels bestudeerd die voor deze verschillende types van overeenkomsten gelden. De volgende benoemde contracten worden behandeld: koop, huur (met inbegrip van handelshuur en landpacht), aanneming van werk, bewaargeving, lening, lastgeving, dading en kanscontracten. Er zullen ook enkele nieuwe types van onbenoemde contracten worden bestudeerd: leasing, factoring en franchising. De zekerheidsovereenkomsten zoals pand en borgtocht behoren tot de materie van het opleidingsonderdeel insolventierecht en worden dus niet besproken.
Arbeidsrecht Deze cursus bestaat uit twee delen. Enerzijds wordt onder de noemer ‘individueel arbeidsrecht’ een overzicht geboden van de rechtsregels die betrekking hebben op de aanwerving, de tewerkstelling en het ontslag van werknemers. Anderzijds wordt in het gedeelte ‘collectief arbeidsrecht’ ingegaan op de juridische regeling van de collectieve arbeidsverhoudingen, voornamelijk in de particuliere sector.
26 |
Socialezekerheidsrecht Deze cursus geeft een algemene inleiding in de verschillende sectoren van de sociale zekerheid: arbeidsongevallen en beroepsziekten, ziekteverzekering, werkloosheid, pensioenen, kinderbijslag, mindervaliden en statuut van de zelfstandigen. Naast de technische regelingen zal aandacht geschonken worden aan de juridische, sociale, politieke en economische betekenis van de sociale zekerheid en aan de historische achtergronden van de bestaande regelingen.
Handels- en economisch recht Deze cursus bestaat uit twee delen. Het eerste deel, over het zogenaamde ondernemingsrecht of klassieke handelsrecht, behandelt onder meer de aanknopingspunten van handelsrecht en economisch recht, de regels met betrekking tot het statuut van de handelaar, de handelszaak, de handelstussenpersonen, de handelsagentuurwet en de concessiewetgeving alsook het wissel- en chequerecht, het faillissementsrecht en de wet betreffende de continuïteit van ondernemingen. Het tweede deel geeft een analyse van het zogenaamde marktrecht: het mededingingsrecht in ruime zin (waaronder het intellectueel eigendomsrecht: merken, octrooien, tekeningen en modellen), het kartelrecht, de vrijverkeerbepalingen en de analyse van de handelspraktijken moeten worden begrepen.
Vennootschappen, verenigingen en stichtingen Het eerste deel van dit opleidingsonderdeel gaat over het algemeen vennootschapsrecht, met aandacht voor de verenigingen en de stichtingen. De gemeenrechtelijke vennootschapstypes (maatschap en vennootschap onder firma) worden behandeld als types voor de algemene beginselen. De typologie, en specifieke kenmerken van de verschillende vennootschappen, verenigingen en stichtingen worden behandeld. Het rechtspersoonsbegrip wordt uitgelegd. Aandacht wordt besteed aan de oprichting, bestuur en vertegenwoordiging, alsook ontbinding. In het tweede deel wordt specifieke aandacht besteed aan de kapitaalvennootschappen. Het begrip kapitaal (vorming en behoud) en de vormen van aandelen worden geanalyseerd. Tevens wordt het bestuur (behoorlijk bestuur) van deze vennootschappen en de algemene vergadering toegelicht. Ook de controle, ontbinding, vereffening, fusie en splitsing worden behandeld, alsook de geschillenregeling en de uitkoop.
Fiscaal recht De cursus is opgezet als een eerste kennismaking met het belastingrecht. Voor wie zich verder willen toeleggen op het belastingrecht vormt deze cursus een vol| 27
doende basis om hun kennis in de masteropleiding verder uit te diepen. Voor de anderen biedt de benadering van het belastingrecht een algemeen kader om de fiscale problemen waarmee zij later mogelijk worden geconfronteerd te kunnen situeren. Bij de behandeling van de leerstof wordt vrij getrouw de structuur van de verschillende fiscale wetboeken gevolgd. De bedoeling is je vertrouwd te maken met het gebruik van deze wetboeken, zodat zij later steeds hun weg kunnen terugvinden in het technische en snel evoluerende belastingrecht. Een zo geactualiseerd mogelijk beeld van de krachtlijnen van het Belgisch belastingrecht wordt uiteengezet. De algemene beginselen die het belastingrecht beheersen, de structurele grondregels (toepassingsgebied, grondslag, tarief en procedure) en de basistechnieken die de belangrijkste belastingen kenmerken, komen in het bijzonder aan bod. Bijzondere aandacht gaat naar de personenbelasting, de vennootschapsbelasting, de btw en de registratie- en successierechten. Uiteraard wordt het Belgisch belastingrecht gesitueerd in het ruimere kader van het Europees en internationaal belastingrecht.
Juridische vaardigheden Boekhouden en rapporteren In verschillende rechtsvakken wordt rechtstreeks of onrechtstreeks gebruikgemaakt van de principes van het boekhouden, alsook van de rapportering door de ondernemingen van de boekhoudkundige gegevens. Voorbeelden zijn het handelsrecht, het economisch recht, het financieel recht, het vennootschappenrecht en het fiscaal recht. In het eerste deel van dit opleidingsonderdeel wordt het vakgebied ingeleid en gesitueerd in het conceptuele en juridische kader. Aan de hand van een eenvoudig voorbeeld wordt de techniek van het dubbel boekhouden verduidelijkt. De verschillende presentatie-, waarderings- en rapporteringsmogelijkheden komen aan bod. In het tweede deel wordt de boekhouding in een ruimer economisch en macro-juridisch perspectief geplaatst.
Juridisch practicum Aan de hand van casussen leer je vanuit een feitenrelaas de relevante feiten te distilleren en de feiten in het referentiekader van het recht te plaatsen. Vervolgens kan je op zoek gaan naar de toepasselijke wettelijke bepalingen. Je past daarbij de in de vorige jaren aangeleerde onderzoeks- en analysetechnieken toe. Ten slotte leer je de toepasselijk geachte regels nauwgezet te analyseren en toe te passen op het concrete geval en de gevonden oplossing voornamelijk mondeling en facultatief schriftelijk mee te delen op een correcte wijze. 28 |
De systematische aanpak van feitelijke gevallen kan worden ingeoefend aan de hand van één of meerdere casussen, die zich binnen een bepaald vakdomein situeren. Daarnaast kan het practicum ook rond tegengestelde opvattingen uit de rechtsleer worden opgebouwd. Zowel met de opbouw rond een meer complexe casus, de afzonderlijke behandeling van meerdere casussen of de analyse van conflicterende rechtsleer kan een integrale toetsing van de aangeleerde leerstof en aangeleerde vaardigheden worden nagestreefd. Je kiest 1 practicum uit volgende lijst: • practicum verbintenissenrecht • practicum staatsrecht • practicum volkenrecht en volkenrechtelijke instellingen • practicum recht van de Europese Unie • practicum gerechtelijk recht • practicum buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht en risicoverzekeringen • practicum strafrecht • practicum strafprocesrecht • practicum personen- en familierecht • practicum familiaal vermogensrecht • practicum bestuursrecht • practicum bijzondere overeenkomsten • practicum arbeidsrecht • practicum socialezekerheidsrecht • practicum handels- en economisch recht • practicum vennootschappen, verenigingen en stichtingen • practicum fiscaal recht • practicum zakenrecht
| 29
Verder studeren Specifieke lerarenopleiding De specifieke lerarenopleiding bereidt je voor op een baan als leraar. Je kan de opleiding zowel tijdens als na je masterjaren volgen. Ze bestaat uit een pedagogische opleiding die aansluit bij je vakdiscipline. Door middel van theoretische lessen, didactische oefeningen en stages ontwikkel je de vaardigheden die je als leerkracht moet beheersen. In het secundair onderwijs en het hoger onderwijs buiten de universiteit – vooral in het economisch, sociaal en paramedisch hoger onderwijs – kunnen juristen met dit diploma aan de slag als docent in rechtsvakken. Meer informatie over de specifieke lerarenopleiding vind je op www.ua.ac.be/ioiw.
Doctoraatsopleiding Na je masteropleiding kan je een doctoraatsopleiding volgen. De doctoraatsopleiding tracht de kennis en de vaardigheden van de onderzoeker binnen én buiten zijn of haar discipline en onderzoeksdomein te verdiepen en te verbreden.
Master-na-masteropleidingen Binnen het vakgebied rechten kan je twee master-na-masteropleidingen van 60 studiepunten volgen: • master in het fiscaal recht: www.ua.ac.be/fiscaalrecht; • master in het ondernemingsrecht: www.ua.ac.be/ondernemingsrecht. Een overzicht van de master-na-masteropleidingen binnen andere studiegebieden vind je op www.ua.ac.be/studiekiezer.
Postacademische vorming Na je bachelor- of masteropleiding kan je, ook nadat je al werkervaring hebt opgedaan, terugkomen naar de universiteit om je verder in een vakgebied te verdiepen of je kennis erin te verbreden. De Universiteit Antwerpen organiseert in dit kader zowel korte als langere opleidingstrajecten. Het postgraduaat in het sociaal recht biedt je de mogelijkheid om je basiskennis verder te verdiepen aan de hand van zelfstudie en afstandsonderwijs. Meer informatie en voorwaarden vind je op www.ua.ac.be/pavo. Het Centrum voor Beroepsvervolmaking Rechten (CBR), dat een sterke binding heeft met de Faculteit Rechten, organiseert tal van bijscholingsactiviteiten voor afgestudeerde juristen. Meer informatie op www.ua.ac.be/cbr.
| 31
Diploma op zak, wat nu? Een rechtenstudent heeft keuze uit tal van beroepsuitwegen. De masteropleiding biedt je de mogelijkheid je in de praktijk voor te bereiden op een werksector naar keuze.
Advocatuur De advocatuur oefent nog altijd de grootste aantrekkingskracht uit op afgestudeerde juristen. Om het beroep van advocaat te kunnen uitoefenen, volg je een driejarige stage. Je sluit je aan bij de balie, die alle advocaten van een gerechtelijk arrondissement groepeert. Daarnaast moet je via een examen een bekwaamheidsattest behalen. De verplichting de stage te volgen belet niet dat je als advocaat-stagiair reeds het beroep uitoefent en – op enkele uitzonderingen na – dezelfde rechten hebt als andere advocaten. Je mag dan ook een eigen cliënteel uitbouwen. Het is niet eenvoudig om je als zelfstandige advocaat te vestigen en een eigen cliënteel uit te bouwen. In grote centra komen er dan ook meer en meer associaties van advocaten tot stand. Hierdoor kunnen advocaten zich sterker specialiseren en krijgen ook minder kapitaalkrachtige juristen een kans. Doordat het economische leven behoorlijk geïnternationaliseerd is, ontstaan er meer internationale advocatenbureaus waartoe advocaten van verschillende nationaliteiten, rechtsdisciplines en taalstelsels behoren.
Magistratuur In de magistratuur of de rechterlijke macht zijn juristen tewerkgesteld bij rechtbanken en gerechtshoven. Tot de rechtbanken behoren het vredegerecht, de politierechtbank, de rechtbank van eerste aanleg, de rechtbank van koophandel, de arbeidsrechtbank en de krijgsraad. Onder de gerechtshoven vallen het hof van beroep, het arbeidshof, het militair gerechtshof en het Hof van Cassatie. Er is een onderscheid tussen de zittende magistratuur of de rechters en de staande magistratuur of het openbaar ministerie. Jaarlijks wordt het aantal vacante plaatsen voor stagiairs in de magistratuur bekendgemaakt. Om in aanmerking te komen, moet je minstens een jaar stage aan de balie of een andere juridische functie achter de rug hebben en geslaagd zijn in het vergelijkend toelatingsexamen. Dit examen wordt elk jaar georganiseerd. De stage duurt drie jaar en omvat een theoretische opleiding en een praktische vorming die in verschillende stadia verloopt. De stagiair werkt achtereenvolgens bij een dienst van het parket, in een strafinrichting of bij een politiedienst en in een rechtbank. De stage tot het ambt van openbaar ministerie duurt achttien maanden.
32 |
Wie al enige jaren juridische praktijkervaring heeft en slaagt voor een examen inzake beroepsbekwaamheid, kan worden benoemd in een ambt van de magistratuur.
Notariaat Juristen zijn ook actief als notaris of als notarismedewerker. Om notaris te kunnen worden, moet je een bijkomend diploma van master in het notariaat behalen. Je moet ook drie jaar stage op een notariskantoor verrichten. Na deze periode en na een vergelijkend examen, kan de stagiair kandidaat-notaris worden. Om het notarisambt te kunnen uitoefenen moet de kandidaat-notaris hetzij benoemd worden tot notaris-titularis, hetzij zich associëren met een notaris-titularis. Het aantal notariskantoren is bij wet bepaald.
Privésector Hoewel slechts een kwart van de jonge juristen een loopbaan in de privésector begint, is uiteindelijk ongeveer de helft van de juristen er tewerkgesteld. Tot de privésector behoren industriële en handelsondernemingen, bank- en verzekeringsinstellingen, sociale en beroepsorganisaties, politieke partijen en belangengroepen en uiteraard ook de dienstensector. Een aantal functies in de privésector liggen in de juridische sfeer, bijvoorbeeld de functies juridisch adviseur en fiscaal raadgever. Door de oprichting van het Instituut voor Bedrijfsjuristen is ook het beroep van bedrijfsjurist wettelijk erkend. Deze erkenning is vergelijkbaar met deze van andere gereglementeerde beroepen zoals het beroep van advocaat of bedrijfsrevisor. Verder zijn er heel wat administratieve, commerciële en organisatorische functies waarvoor je geen specifieke juridische opleiding nodig hebt, maar waarvoor men toch mensen met een hogere opleiding zoekt. Denk maar aan functies binnen het directiesecretariaat, public relations, verkoopspromotie, administratief beheer en management.
Overheidssector Ook in de overheidssector vinden juristen werk. Ze komen terecht in plaatselijke administraties, gemeenten, provincies, intercommunales, bij de Vlaamse en federale overheid, in internationale organisaties en in de diplomatie. Een aantal onder hen vervult algemene ambtenarenfuncties, sommigen vervullen specifiek juridische functies. De federale overheidsdiensten werven aan op basis van vergelijkende examens. Deze worden georganiseerd door Selor.
| 33
Onderwijs en onderzoek Een beperkt aantal afgestudeerden neemt een onderzoeks- of onderwijsfunctie op binnen een academische context. Voor de toegang tot die functies spelen de behaalde studieresultaten een belangrijke rol.
34 |
Alumni aan het woord Jan Grauls vertegenwoordigt België bij de Verenigde Naties Bijna twee jaar woont en werkt Jan Grauls in New York. Als Belgisch ambassadeur bij de Verenigde Naties verdedigt hij onze belangen bij de hele wereldgemeenschap. De Universiteit Antwerpen telt heel wat oudstudenten die het ver geschopt hebben in de diplomatie. “Herman Portocarero is consul-generaal in New York. En Claudia De Maesschalck is actief in Montreal. Of dat toeval is, weet ik niet. Ik kreeg in Antwerpen in ieder geval de smaak van een internationale carrière te pakken. Als student was ik intern op de universiteit. Elke dag maakte ik een wandeling langs de Schelde. En wie de Schelde ziet, ziet de hele wereld. Als ik in Antwerpen ben, loop ik gauw even langs de Prinsstraat.” Afgestudeerd: Rechten (kandidaturen), 1968 Foto: Reporters, Jock Fistick
Jan Huyghebaert, ex-voorzitter Raad van Bestuur van de KBC Groep Jan Huyghebaert was voorbestemd voor de toppolitiek, tot men hem vroeg om voorzitter te worden van de Kredietbank. Het leven van een politicus beu, hapte hij toe en bouwde een carrière uit als topbankier. “Mijn tijd aan de Universiteit Antwerpen was iets, ja, bijna familiaal”, zegt hij terugblikkend. Afgestudeerd: Rechten (kandidaturen), 1965 Foto: Jelle Vermeersch
| 35
Dirk Collier, van jurist tot bestuurder en lid van het directiecomité bij Janssen Pharmaceutica “Ik ervoer als jong advocaat aan de balie van Brussel een combattieve sfeer die niet aan mij besteed was”, blikt hij terug. Als jong jurist gaf de zakenwereld hem een meer opbouwende indruk. En daarom stapte hij over naar het bedrijfsleven, en hij heeft er nooit spijt van gehad. “Er zijn heel veel manieren om als jurist aan de kost te komen, zowel binnen als buiten de typisch juridische beroepen. Ik ben als jurist begonnen, en nu doe ik geen eigenlijk juridisch werk meer”, geeft hij toe. Naast bestuurder-directeur bij Janssen Pharmaceutica en bestuurder bij Voka is Dirk Collier onder meer voorzitter van de sociale verzekeringsgroep Xerius, bestuurder bij SD Worx en voorzitter van de sociale onderneming Levanto. Afgestudeerd: Rechten, 1978
36 |
Nuttige info bij de start van je studietraject Hoe verlopen de lessen? Voor de meeste opleidingsonderdelen worden hoorcolleges georganiseerd. Je volgt in groep een uiteenzetting van de docent, al dan niet ondersteund door audiovisueel materiaal. Voor bepaalde opleidingsonderdelen zijn er ook werkcolleges, waar de leerstof uit de hoorcolleges in kleinere groepen wordt uitgediept en ingeoefend. Als universiteitsstudent leer je zelfstandig, kritisch en probleemoplossend denken. Je bepaalt zelf je studietempo en bereidt tussentijdse evaluatie momenten voor. Zo krijg je de nodige bagage en ontwikkel je de nodige creativiteit om een grote diversiteit aan problemen te behandelen. Dit heeft tot gevolg dat het bedrijfsleven voor de invulling van hogere functies de voorkeur geeft aan universitairen. De digitale leeromgeving Blackboard speelt in deze context een grote rol. Opdrachten worden via dit medium doorgegeven en interactief verwerkt en je kan docenten te allen tijde om feedback vragen. Het contact met professoren en assistenten is niet altijd even intens als met je leerkrachten in het secundair onderwijs, maar je wordt allerminst aan je lot overgelaten. Wanneer je zelf het initiatief neemt om hulp te zoeken, zijn deze mensen zeker bereid een antwoord of oplossing te formuleren voor je vragen of problemen. Het uitgebreide gamma aan begeleidingsmogelijkheden wordt verderop in deze brochure besproken.
Studieprogramma en creditbewijzen Het academiejaar is opgedeeld in twee semesters. Aan het eind van elk semester leg je examens af van de opleidingsonderdelen die op dat moment afgewerkt zijn. De examens van het eerste en het tweede semester vormen samen de eerste zittijd. Als je niet voor alle opleidingsonderdelen een creditbewijs hebt behaald in de eerste zittijd, krijg je nog een kans tijdens de tweede zittijd op het einde van augustus en in het begin van september. Door de flexibilisering in het hoger onderwijs bestaan er geen studiejaren meer. Wel worden modeltrajecten voorgesteld. Als je voor een modeltraject kiest, rond je een bacheloropleiding (180 sp.) af in 3 jaar tijd: 60 studiepunten per jaar. Om te slagen voor het examen van een opleidingsonderdeel moet je ten minste 10 op 20 behalen. Als dat lukt krijg je een creditbewijs: een erkenning van het feit dat je de studiepunten verbonden aan dat opleidingsonderdeel verworven hebt. Je slaagt voor een opleiding als je creditbewijzen behaalt voor alle opleidingsonderdelen van de opleiding. Indien je niet alle creditbewijzen van je studie| 37
programma behaalt, kan je (soms) toch verder met je studie. Je komt dan in een geïndividualiseerd traject terecht. Je traject moet dan goedgekeurd worden door je faculteit. Bovendien werden voorwaarden vastgelegd die de volgorde waarin je kan inschrijven voor opleidingsonderdelen bepalen. Dit noemt men volgtijdelijkheid. Dankzij de nieuwe bachelor-masterstructuur en het flexibiliseringssysteem heb je als student meer keuzemogelijkheden gekregen om je studieprogramma in te vullen. In elke faculteit adviseren studietrajectbegeleiders je over de samenstelling van je programma en over de aangeboden keuzemogelijkheden. Het is belangrijk voldoende vooruitgang te boeken in je studietraject en in een redelijke tijd je diploma te behalen. Daarom heeft de Universiteit Antwerpen een systeem van studievoortgangsbewaking en -begeleiding opgezet: de faculteit zal je studieprestaties volgen en kan je bindende voorwaarden opleggen wanneer je niet de helft van de studiepunten van het goedgekeurde studieprogramma hebt behaald. Het volledige onderwijs- en examenreglement vind je terug op www.ua.ac.be/OER.
Leerkrediet Het leerkrediet werd in het leven geroepen om je te stimuleren om een doordachte studiekeuze te maken. Het is een maatstaf voor studiesucces en studievoortgang en kan gevolgen hebben voor jouw recht op verder studeren en jouw sociale statuut als student. Daarom is het belangrijk om doordacht te kiezen, je in te zetten voor je studie en ook administratief tijdig met alles in orde te zijn. Meer informatie vind je ook op www.ua.ac.be/studiepunten.
Hoe werkt het leerkrediet? Elke student krijgt 140 studiepunten bij zijn eerste inschrijving aan de universiteit. Voor elk opleidingsonderdeel waarvoor je inschrijft wordt je leerkrediet verminderd met de overeenkomstige studiepunten. Enkel wanneer je slaagt voor dat opleidingsonderdeel, komen die studiepunten er terug bij. Studiepunten waarvoor je gedelibereerd wordt, dit wil zeggen geslaagd verklaard hoewel je er geen creditbewijs voor behaalde, komen niet terug bij je leerkrediet. Dit kan in je nadeel zijn wanneer je een bijkomende master wil behalen.
Voor wie? Het leerkrediet is van toepassing op alle studenten die zich inschrijven met een diplomacontract voor een bachelor- of masteropleiding en voor alle inschrijvingen met een creditcontract. 38 |
Verkeerde keuze gemaakt? Indien je voor de eerste keer in het hoger onderwijs in Vlaanderen voor een bacheloropleiding bent ingeschreven en je van opleiding wenst te veranderen, voorzien de overheid en de universiteit maatregelen om het verlies van leerkrediet te beperken. Deze zijn afhankelijk van de data van uit- en inschrijving. Informeer je tijdig.
Bonus van 60 studiepunten De overgang van secundair naar hoger onderwijs loopt niet altijd even vlot. Daarom heeft de overheid een maatregel ingebouwd om hieraan tegemoet komen. Zo krijg je de eerste 60 studiepunten die je verwerft dubbel terug.
Opleiding afgewerkt? Na het behalen van je bachelordiploma, behoud je je leerkrediet. Als je een masterdiploma behaalt, wordt het startkapitaal van 140 studiepunten van je saldo afgetrokken. Als je studietraject perfect is verlopen, heb je dan nog 60 studiepunten over.
Onvoldoende leerkrediet? Als je geen of een negatief leerkrediet hebt, mag de universiteit je inschrijving weigeren. Als je onvoldoende studiepunten hebt voor de opleiding of het programma waarvoor je wilt inschrijven, kan de universiteit je inschrijving beperken tot het aantal studiepunten waarover je nog beschikt. Aan de Universiteit Antwerpen wordt géén verhoogd inschrijvingsgeld gevraagd. Je hebt wel van de betrokken faculteit de toelating tot inschrijven nodig en deze zal in de meeste gevallen je studieprogramma beperken. Het aantal studiepunten dat je opneemt via je inschrijving en het aantal studiepunten waarvoor je credits behaalt via de examens is dus belangrijk!
Ombudspersoon Tijdens de examens kan je met problemen (bijvoorbeeld in verband met de examenregeling, uitstel van een examen, onderbreking of definitief stopzetten van examens of een conflict met een docent) terecht bij de ombudspersoon van je opleiding. De ombudspersoon zorgt ervoor dat het onderwijs- en examen reglement correct wordt opgevolgd en bemiddelt tussen studenten en docenten. Hij of zij is ook aanwezig bij de deliberatie en kan, op basis van verzachtende omstandigheden zoals ziekte of ongeval, je zaak bepleiten. Je kan de gegevens van jouw ombudspersoon terugvinden op Blackboard.
| 39
De centrale ombudspersoon is prof. Patrick Cras. Hij treedt op als bemiddelaar bij geschillen tussen studenten en personeelsleden die het niveau van de faculteit overschrijden. De contactgegevens van de centrale ombudspersoon kan je ook terugvinden op Blackboard.
40 |
Studiebegeleiding Overgang van het secundair onderwijs naar de universiteit Aan de universiteit ben je meer dan ooit verantwoordelijk voor jezelf. De manier waarop je studeert en het academiejaar indeelt moet je aanpassen aan je persoonlijk studeervermogen. Deze vaardigheid onder de knie krijgen is voor een ‘eerstejaarsstudent’ niet altijd eenvoudig. Je wordt immers tegelijkertijd geconfronteerd met een aanzienlijke hoeveelheid leerstof en met een examensysteem waar je geen ervaring mee hebt. De medewerkers van het netwerk Studieloopbaanbegeleiding kunnen je helpen. Bij hen kan je het hele academiejaar terecht voor studiebegeleiding.
Studentenbegeleiding De Dienst voor Studieadvies en Studentenbegeleiding is er om je te helpen vanaf het moment dat je je voor het eerst inschrijft tot op het moment waarop je je diploma in handen krijgt. Zowel individuele begeleiding als groepstrainingen behoren tot de mogelijkheden. •
•
•
•
•
Onze medewerkers staan voor je klaar met informatie en advies over studeren in het hoger onderwijs. Ze beantwoorden je vragen over de opleidingen, het onderwijs- en examenreglement, het leerkrediet enzovoort. Met specifieke vragen, bijvoorbeeld over je individuele studieprogramma of over vrijstellingen, kan je terecht bij de studietrajectbegeleider van je faculteit. Een studiekeuze maken is makkelijker gezegd dan gedaan. Samen met een studentenbegeleider kan je aan de hand van gesprekken meer zicht krijgen op je persoonlijkheid, capaciteiten en interesses en de opleidingen die daarbij passen, al dan niet in het kader van heroriëntering. Oefeningen uit het werkboek ‘Kijk op Kiezen: stappenplan voor studie- en beroepskeuze’ kunnen je hierbij helpen. Een studentenbegeleider kan je ook begeleiden in het aanscherpen van je studievaardigheden (hoe verwerk je grote hoeveelheden leerstof, hoe maak je een schema, hoe maak je goede notities, …) en het maken van realistische studieplanningen om je uitstelgedrag tegen te gaan. Ook wanneer je geconfronteerd wordt met persoonlijke problemen die je studies belemmeren (faalangst, rouwverwerking, relatieproblemen, …) kan je terecht bij een studentenbegeleider die samen met jou nagaat welke hulp je het best kan gebruiken. Als student met een functiebeperking kan je bijzondere faciliteiten aanvragen voor onderwijs en/of examens, indien je beschikt over een geldig attest. Je kan je aanvraag indienen via www.ua.ac.be/functiebeperking. Het is belangrijk dit tijdig te doen! Meer informatie vind je in de folder ‘Studeren met een functiebeperking’. | 41
•
• • •
Studenten die sport of kunst beoefenen op een hoog niveau kunnen eveneens bijzondere faciliteiten aanvragen voor onderwijs en/of examens. Aanvragen van topsporters worden beoordeeld door de Sportcommissie, die van de kunstbeoefenaars door de Commissie Cultuur. Meer informatie vind je op www.ua.ac.be/sportenkunst of in de folder ‘Studeren met een topsport- of kunstbeoefening’. Wie geen diploma secundair onderwijs bezit en minimum 25 jaar is, kan met onze hulp toch een aanvraag tot inschrijving indienen. We kunnen je ook helpen in je zoektocht naar jobs die passen bij je persoonlijkheid, capaciteiten en interesses, en geven zelfs nuttige sollicitatietips. Ook als je wil verder studeren, kan je bij ons terecht voor informatie. Wil je eerder verworven competenties (EVC) laten erkennen? Contacteer dan de EVC-coördinator voor informatie, een adviesgesprek en het opstarten van de procedure. Meer informatie vind je op www.ua.ac.be/evc.
Je kan op elke campus bij een studentenbegeleider terecht. Informatie en afspraken verlopen steeds via het Studenten Informatie Punt (STIP): T +32 3 265 48 72,
[email protected]. Neem ook een kijkje op de website: www.ua.ac.be/studentenbegeleiding.
Studietrajectbegeleiding Voor specifieke vragen over je individuele studieprogramma, vrijstellingen en andere kan je terecht bij de studietrajectbegeleider van je faculteit. Zijn of haar contactgegevens vind je op www.ua.ac.be/contactpersonenslb.
Vakspecifieke begeleiding Met vragen over of problemen met één van je cursussen kan je steeds terecht bij de professor die deze cursus doceert of bij zijn of haar assistent. Gewoon even langslopen of een e-mail schrijven: je zal merken dat je snel geholpen wordt. Voor bepaalde opleidingsonderdelen worden extra groepssessies georganiseerd, om de besproken theorie uit hoorcolleges toe te lichten en in oefeningen toe te passen. Bij deze sessies is vooral de wisselwerking tussen studenten en begeleider belangrijk: je kan hulp vragen waar je vastloopt, je begeleider houdt rekening met de gekende knelpunten van de cursus en je krijgt nuttige tips voor de studie van de leerstof.
Taalbegeleiding: academisch Nederlands Op het ‘Monitoraat op maat’ kan je terecht voor gratis ‘Taalondersteuning Academisch Nederlands’. Tijdens individuele sessies helpen taaldocenten je met je taalvragen. Voor specifieke taalbehoeften worden er contactmomenten in kleine groep georganiseerd. Eigen werkstukken en studiemateriaal kunnen dan besproken worden. Meer informatie vind je op www.ua.ac.be/monitoraatopmaat. 42 |
Studeren in het buitenland De Universiteit Antwerpen neemt actief deel aan Europese uitwisselingsprogramma’s zoals Erasmus. Eén op de vier afgestudeerde rechtenstudenten van de Universiteit Antwerpen studeerde minstens één semester aan een buitenlandse universiteit. Tijdens de bacheloropleiding, waarin alle opleidingsonderdelen verplicht zijn, is het in sommige academiejaren mogelijk om tijdens het eerste semester van het derde bachelorjaar een semester aan de Universiteit van Namen te studeren, in het kader van Erasmus Belgica (afhankelijk van het studieprogramma in Namen dat academiejaar). Tijdens de masteropleiding zijn er vier mogelijkheden: het tweede semester van het eerste masterjaar, het eerste of het tweede semester van het tweede masterjaar, of het volledige tweede masterjaar. De faculteit heeft ongeveer 120 studentenplaatsen in een 50-tal partneruniversiteiten in 20 landen, ook via bilaterale akkoorden buiten het kader van Erasmus. Een volledige beschrijving van het mobiliteitsreglement en de partnerinstellingen vind je op www.ua.ac.be/rechten > internationaal. Algemene informatie en informatie over beurzen vind je op de website van de Dienst Internationale Samenwerking: www.ua.ac.be/dis.
| 43
Hoe bereik je gemakkelijk onze campussen? Op www.ua.ac.be/route kan je de wegbeschrijving naar onze campussen terugvinden. ZWIJNDRECHT ZWIJNDR CHT
Met de fiets Onze campussen zijn gemakkelijk te bereiken met de fiets. Meer en meer studenten kiezen voor dit transportmiddel. Je kan je op deze manier immers snel verplaatsen. Op elke campus staan verschillende fietsparkings ter beschikking van de studenten.
Met de bus of de tram Voor informatie over dienstregelingen en algemene inlichtingen kan je bellen naar De Lijn Info: 070 220 200. Voor informatie over abonnementen kan je in Antwerpen terecht op: +32 3 218 14 11. De website van De Lijn beschikt over een routeplanner die voor jou je reis van deur tot deur met bus, tram en/of trein uitstippelt: www.delijn.be.
Met de trein Voor informatie over reiswegen, dienstregelingen en vertrek- en aankomsttijden kan je terecht op www.b-rail.be.
Met de auto Alle campussen beschikken over ruime parkings, behalve de Stadscampus. Wens je toch in de buurt van de Stadscampus te parkeren, volg dan de blauwe parkeerroute ‘Meir Universiteit’. Parkeren in Antwerpen is echter niet gratis! Meer informatie op www.parkereninantwerpen.be.
Waar situeert zich jouw campus? De opleiding rechten wordt georganiseerd op de Stadscampus, Prinsstraat 13, 2000 Antwerpen.
44 |
Burrcht Bu
Merkksem Mer
Eilandje Park Spoor Noord
Dam
MAS
Campus Paardenmarkt
Stadscampus Roosevelt plaats
Linkeroeever
Stadscentrum
Borg Bor gerhout Centraal Station
ANTWERPEN ANTWER Zuid Zurenbor nborg nbor g
Berch cheem Kiel
Nachtegalen chtegalen park
Campus Middelheim
Middelheim museum
Hobokken Hobo
Campus Groenenborger
MOR MO RTSEL
Campus Don Bosco Hoboken
Wilrijk
Campus Drie Eiken
HO EDEGEM M | 45
Infomomenten Studie-informatiedagen De studentenbegeleiders en medewerkers van de Universiteit Antwerpen nemen jaarlijks deel aan de netoverschrijdende studie-informatiedagen (SID-in’s). Deze worden per provincie georganiseerd op initiatief van het Ministerie van Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap en de Centra voor Leerlingenbegeleiding.
Open lesdagen Tijdens de krokusvakantie van het secundair onderwijs organiseert de Universiteit Antwerpen open lesdagen. Tijdens de open lesdagen kan je twee soorten lessen volgen: de meelooplessen en de proeflessen. In de meelooplessen sluit je je aan bij de studenten van de bachelor eerste jaar, terwijl de proeflessen speciaal ingericht worden voor leerlingen van het secundair onderwijs. Meer informatie en inschrijven via www.ua.ac.be/openlesdagen.
Open campusdagen Op 17 maart en 28 april 2012 organiseert de Universiteit Antwerpen open campusdagen voor leerlingen van het secundair onderwijs. Naast een algemene en een opleidingsspecifieke infosessie kan je aan de infostanden cursussen inkijken en een aantal brochures verkrijgen. Je krijgt de gelegenheid om vragen te stellen en ook een persoonlijk gesprek is mogelijk. Vooraf inschrijven is niet nodig. Meer informatie vind je op www.ua.ac.be/opencampusdagen.
Infomarkt Twijfel je in september nog over je studiekeuze, of wil je graag bevestiging van je keuze? Dan kan je terecht op de infomarkt op 5 september. Bachelor-, schakel-, master- en master-na-masterprogramma’s komen aan bod, alsook flexibel studeren en avondonderwijs. Aan de infostanden kan je cursussen inkijken, brochures verkrijgen en bijkomende vragen stellen aan de medewerkers van de opleidingen en de studentenbegeleiders. Vooraf inschrijven is niet nodig. Meer informatie vind je op www.ua.ac.be/infodagen. Wil je ook de brochure van een andere opleiding inkijken? Of wil je alvast de masteropleiding beter leren kennen? Vraag dan een brochure aan via www.ua.ac.be/brochures of bij het Studenten Informatie Punt (STIP).
46 |
Nuttige contactgegevens Faculteit Rechten Onderwijssecretariaat Stadscampus Venusstraat 23, Gebouw V 2000 Antwerpen T +32 3 265 54 45
[email protected] www.ua.ac.be/rechten
Studietrajectbegeleider Ingrid Goesaert T +32 3 265 50 87
[email protected]
48 |