NOTULEN van het verhandelde in de openbare vergadering van de commissie van de gemeente Midden-Delfland, gehouden op dinsdag 3 november 2015, 19.30 uur. Voorzitter Griffier
: mevrouw S. Smit, de heer E.N.H. Roeling (agendapunten 9 en 10) : de heer A. de Vos
Aanwezig
: de heer A.C.M. van Bijsterveldt (CDA), de heer F.C. de Bruijn (PvdA), de heer J.G. Cornelissen (CDA), de heer G.J.P.J. van Dooremaal (VVD), de heer A. Dorenbos (PvdA), de heer J. van der Eijk (VVD), mevrouw E. de JongHoogendoorn (PvdA), de heer J.G. Jongsma (OGP), mevrouw A.C. KardolWestein (OGP), de heer N.C. Knaap (OGP), de heer F.J. van Lier (Mijn Partij), de heer A.A. Los (PvdA), mevrouw E.P. Nolden-Welters (Mijn Partij), de heer A.J. Plooij (VVD), de heer E.N.H. Roeling (Mijn Partij), mevrouw S. Smit (OGP), mevrouw E.C. Snethlage-Barnard (Mijn Partij), de heer I.J. Trouwborst (OGP), de heer C.M. van der Vaart (CDA), de heer R.H.G. Zwaard (CDA)
Voorts aanwezig: de heren H.H.V. Horlings, G. van Oord en P.G.M. Houtenbos, wethouders; de heren S. Kleyweg en J. Schrama, insprekers
1.
OPENING VAN DE VERGADERING
De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen en de kijkers thuis welkom. 2.
ALGEMENE INSPREEKMOGELIJKHEID OVER NIET OP DE AGENDA STAANDE ONDERWERPEN
De voorzitter deelt mee dat zich geen insprekers hebben gemeld. 3.
VASTSTELLEN VAN DE AGENDA
De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 4.
MOGELIJKHEID TOT HET STELLEN VAN VRAGEN DOOR DE COMMISSIE AAN HET COLLEGE
De voorzitter deelt mee dat er geen vragen zijn gesteld. 5.
VOORSTEL VASTSTELLING BESTEMMINGSPLAN HARNASCHPOLDER-ZUID 2014
De heer Kleyweg licht toe dat momenteel onderhandelingen plaatsvinden tussen het Bedrijvenschap Harnaschpolder en Jan en Jos Kleyweg, eigenaren van een boerderij namelijk het Rijksmonument Woudseweg 134 te Den Hoorn. Ook vinden onderhandelingen plaats tussen het Bedrijvenschap Harnaschpolder, spreker en zijn broer Jan Kleyweg, eigenaren van Kleyweg Bedrijfsauto's en Personenauto's te Den Hoorn. Uitgangspunten zijn het in stand houden van de boerderij en het werkbaar houden van de in- en uitritten aan de noordzijde van het autobedrijf. De in het bestemmingsplan voorgestelde begrenzing is in strijd is met de begrenzing die op dit moment tussen partijen wordt besproken. De voorzitter stelt de commissie in de gelegenheid vragen te stellen. De heer Van der Vaart verzoekt de heer Kleyweg iets explicieter te zijn. De heer Kleyweg heeft aan de heer Vos een tekening ter hand gesteld waaruit blijkt dat Kleyweg Bedrijfsauto's de in- en uitritten niet kan gebruiken omdat de grens van het Bedrijvenschap over het terrein loopt. Tevens worden door het bestemmingsplan de erven en schuren van de broer en schoonzus van de heer Kleyweg in gevaar gebracht. De heer Jongsma verzoekt de heer Kleyweg zijn vraag of verzoek aan de commissie te verduidelijken. De heer Kleyweg wil meegeven dat het niet wenselijk is dat zijn terrein onder twee bestemmingsplannen gaat vallen. Een deel van het bedrijventerrein zou onder het bestemmingsplan Har1
naschpolder-Zuid komen te vallen. De boerderij wil geen onderdeel gaan worden van het Bedrijvenschap omdat dat een totaal andere bestemming heeft. De voorzitter geeft gelegenheid voor de eerste termijn. De heer Van der Eijk heeft de volgende vragen en opmerkingen. Er is al vijftien jaar een bouwstop van kracht. Wat gaat er gebeuren na de vaststelling van het bestemmingsplan? De raad heeft het college in een motie gevraagd de bewoners binnen zes maanden duidelijkheid te verschaffen. Hier is niet veel van terechtgekomen. Spreker is van mening dat het Bedrijvenschap de bewoners schoffeert. De taxateur wil dat bewoners bonnetjes overleggen van verbouwingskosten. Op deze manier komt een gang naar de rechtbank steeds dichterbij. Er is een tijdelijke bouwweg aangelegd. Wat moeten aanleg en verwijdering wel niet kosten? Het aanleggen van een definitieve weg zou duurzaam zijn geweest. Het gebied waar woningen worden gebouwd is kleiner geworden en ligt aan een weg. Dat is geen goed alternatief voor de bewoners maar lijkt een zoethoudertje voor de gemeenteraad. Het eerste dat de heer Roeling opviel, is dat de waarderingsgrondslag is gewijzigd. Volgens het college heeft dit te maken met recente jurisprudentie maar het is opvallend dat de bedragen hetzelfde zijn gebleven. Wie draait op voor de hogere kosten? Volgens de gemeente Den Haag komen meerkosten voor rekening van de gemeente Midden-Delfland. De noodzaak van het slopen van de huizen is nog steeds niet aangetoond. Een nieuwe locatie voor de bewoners is het hoogst haalbare maar de randvoorwaarden zijn niet duidelijk. Wordt er met gesloten beurzen betaald? Het is positief dat het voorstel financieel is afgedekt door de gemeente Den Haag. De bouwstop had jaren geleden moeten worden opgeheven. Een jaar geleden heeft spreker de wethouder erop gewezen dat bij de gedeputeerde een ontheffing kan worden aangevraagd, maar daar heeft de raad nooit meer iets over gehoord. Is het college bereid om alsnog, voordat wordt overgegaan tot onteigening, een ontheffing aan te vragen? Spreker heeft kennis kunnen nemen van de briefwisseling tussen enkele bewoners en hun adviseur en het Bedrijvenschap. De werkwijze van het Bedrijvenschap is afkeurenswaardig. Als het bestemmingsplan onherroepelijk is, kan worden onteigend. Het Bedrijvenschap kan die mogelijkheid gebruiken om misbruik te maken van de door de heer Kleyweg geschetste situatie. De heer Jongsma vindt het jammer dat de kade niet behouden kan worden, maar financieel gezien is dit de enig optie. Kan de wethouder toelichten welke situatie ontstaat bij de families Kleyweg nu hun terreinen onder twee bestemmingsplannen gaan vallen? Volgens de heer Van der Vaart is dit een belangrijk moment. Als het bestemmingsplan wordt aangenomen, ligt een aantal zaken vast en daarom heeft de CDA-fractie alles nog eens nauwgezet nagelopen. De conclusie is dat dit de meest logische lijn is. Het college is hier serieus mee omgegaan, maar dat betekent niet dat iedereen tevreden kan worden gesteld. Tegen een redelijke prijs kan in de omgeving een vervangende locatie worden gevonden. De ligging in een bestemmingsplan hoeft op zich geen probleem te zijn, maar dat mag niet betekenen dat de gemeente stopt met onderhandelen. Wat is de stand van zaken? Het CDA staat achter het voorstel. Mevrouw De Jong zag dit een paar jaar geleden al aankomen. Dit is echter het enige besluit dat genomen kan worden. Spreekster heeft niet veel vertrouwen in de nieuwe locatie voor de bewoners maar hopelijk kan een goede oplossing worden gevonden. De PvdA zal niet tegenstemmen. De wethouder wordt verzocht een reactie op de inspreker te geven. Wethouder Houtenbos beantwoordt de vragen als volgt. Dit is een nieuwe piketpaal in een lange reeks van besluiten. De raad heeft in september 2014 ingestemd met het businessplan. Spreker is het niet eens met de VVD want het college heeft invulling gegeven aan de opdracht van de raad. Voor de bedrijfsvoering van de families Kleyweg maakt het niet uit onder welk bestemmingsplan hun bedrijfsterreinen vallen omdat het bij dit bestemmingsplannen ook om een bedrijfsbestemming gaat. In de nadere afspraken tussen de eigenaren en het Bedrijvenschap worden zaken als het recht van uitpad geregeld. De besprekingen die nu plaatsvinden worden voortgezet en de vaststelling van dit bestemmingsplan staat een oplossing niet in de weg. 2
-
De heer Kleyweg heeft geen zienswijze ingediend. Spreker zegt toe dat de gesprekken met hem zullen worden voortgezet. De taxaties worden uitgevoerd door het Bedrijvenschap. De aanbiedingsbrief had inderdaad iets minder dreigend kunnen worden geformuleerd maar het gaat om zakelijke verschillen van opvatting tussen de partijen over de waardegrondslag. Het Bedrijvenschap biedt aan om een deskundige in te schakelen en zal zich conformeren aan een eventuele hogere prijs. Het college laat dit over aan het spel tussen de kopende en de verkopende partij. Als die er niet uitkomen, staat de weg naar de onteigeningsrechter open.
De heer Roeling vraagt hoe de raad binnenkort een exploitatieplan kan vaststellen, terwijl de grondslag is gewijzigd van agrarisch plus naar huidig gebruik. De wethouder dient dat prijsverschil toe te lichten. Wethouder Houtenbos licht toe dat de verandering van grondslag niet tot aanmerkelijk hogere bedragen leidt. Het speelt ook niet bij alle kavels. Het financiële effect ligt binnen de marges van het exploitatieplan. De tijdelijke bouwweg is goedkoper dan een andere oplossing en is dus geen weggegooid geld. De heer Van der Eijk vraagt welke andere oplossing de wethouder bedoelt. Als de definitieve weg en brug meteen worden aangelegd, worden slechts eenmaal kosten gemaakt. Wethouder Houtenbos licht toe dat uitkopen tijd kost. Een kopende partij onder tijdsdruk betaalt de hoofdprijs. Het Bedrijvenschap heeft deze afweging gemaakt en voor dit moment is het de beste oplossing. De wijzigingsbevoegdheid was aanvankelijk groter maar planologisch is dat een moeilijk verhaal. Bovendien is er slechts een geringe belangstelling vanuit de bewoners voor een verhuizing binnen het gebied. Voor vijf bewoners is tegen 't Scharnier een gebied gereserveerd. Met groen en water wordt een mooie overgangszone gecreëerd. De eigenaren worden uitgekocht tegen de getaxeerde waarde. Hierbij dient de wettelijke regeling te worden gevolgd. Bij het uitgeven van grond is een overheid gebonden aan regels om staatssteun en oneerlijke concurrentie te voorkomen. Er wordt zoveel mogelijk geprobeerd om tot een redelijke oplossing te komen. De heer Roeling gaat ervan uit dat het Bedrijvenschap de bedragen uit het exploitatieplan, gebaseerd op agrarisch plus, als uitgangspunt zal nemen. Hoe kunnen partijen tot elkaar komen als wordt vastgehouden aan deze lage waardering? Wethouder Houtenbos beaamt dat er een verschil is tussen de waarde van agrarische grond en grond met een woonbestemming. Het verschil kan wellicht worden verrekend met vierkante meters. De heer Roeling snapt het niet. Het huidige gebruik is een burgerwoning en de bewoners verhuizen naar een burgerwoning. Waarom is er dan een prijsverschil? Waarom kan dat niet met gesloten beurzen? De bewoners begrijpen dat niet. Nu wonen de bewoners aan doorvaarbaar water, in een pittoresk doodlopend straatje en dat lijkt spreker meer waard te zijn dan de toekomstige locatie op een overgebleven strook grond. Wethouder Houtenbos antwoordt dat de heer Roeling ten onrechte veronderstelt dat er een-opeen kan worden uitgeruild. Er is echter een prijsverschil tussen de taxatiewaarde van de woningen en de getaxeerde verkoopwaarde van de grond. Op dit moment is niet bekend hoe groot het verschil is. De waarde van de grond komt ongeveer overeen met die van andere gronden in 't Scharnier. Het is in dit stadium niet meer opportuun om een ontheffing van het bouwverbod bij de provincie aan te kaarten. Het zou vreemd zijn om dat te doen terwijl het gebied in ontwikkeling is. De voorzitter geeft gelegenheid voor de tweede termijn. De heer Van der Eijk verschilt van mening met de wethouder. Het is toch vreemd dat een bedrijf half in een ander bestemmingsplan terechtkomt en het is een gemiste kans dat dat niet is opgelost. Het is geen gewenste situatie.
3
De heer Van der Vaart vraagt waarom dat niet gewenst is. Het gaat immers niet om het bestemmingsplan maar om de bestemming. Er zijn in Nederland zeer veel bedrijven die in verschillende bestemmingsplannen liggen en spreker heeft nog nooit gehoord dat dit ergens een probleem heeft veroorzaakt. Het lijkt de heer Van der Eijk veel logischer als een bedrijf onder één bestemmingsplan valt. De wethouder heeft nog niet gezegd welke andere oplossing er is voor de tijdelijke bouwweg. De heer Roeling vindt een tijdelijke bouwweg ook niet duurzaam. Het is goed dat de gesprekken met de families Kleyweg worden voortgezet. Uit het antwoord van de wethouder maakt spreker op dat de nieuwe grondslag niet de basis is geweest voor de taxatie op basis van huidig gebruik. De heer Trouwborst refereert aan de discussie in de commissie van mei 2015 waarin duidelijk naar voren is gekomen dat de grondslag weliswaar is veranderd maar dat de totale waarde binnen de bandbreedte is gebleven. Denkt de heer Roeling dat de waarde sindsdien substantieel is veranderd? De heer Roeling is ervan overtuigd dat een andere grondslag tot een andere waarde leidt. Het exploitatieplan wordt de basis van de minnelijke verwerving door het Bedrijvenschap en Mijn Partij heeft er niet veel vertrouwen in dat die uitkomst ruimhartig zal zijn. Twee jaar geleden was de ontheffing van het bouwverbod opportuun maar dacht de wethouder ten onrechte dat het niet mogelijk was om een ontheffing te verkrijgen. Daarna heeft de wethouder blijkbaar geen moment overwogen om een verzoek bij de gedeputeerde te doen. De wethouder heeft op dit punt ongelukkig geopereerd. Mijn Partij stemt contre coeur met het voorstel in. De heer Jongsma vraagt het college de verhuizing van de bewoners naar de Noordhoek zoveel mogelijk minnelijk te regelen. De tijdelijke bouwweg is niet duurzaam, maar zeker ook niet duur. De heer Van der Eijk heeft geen idee wat de bouwweg gaat kosten en vraagt of de heer Jongsma die informatie wel heeft. De heer Jongsma luistert goed naar het college. De heer Van der Vaart corrigeert de vorige sprekers. De raad stelt noch de waarderingsgrondslag vast noch de prijzen waarover wordt onderhandeld. Het gaat vanavond alleen maar om het vaststellen van het bestemmingsplan. Het daarbij behorende exploitatieplan is niet meer dan een calculatie die aangeeft of het bestemmingsplan haalbaar is. Het is in dit soort situaties niet ongebruikelijk om van mening te verschillen over de prijs; spreker denkt dat het goed is om de deskundigen hun werk te laten doen. Spreker wil pas een oordeel geven over de ruimhartigheid als er een uitkomst is. Het CDA stemt met het voorstel in. De heer Roeling vraagt hoe de heer Van der Vaart de ruimhartigheid tot op heden heeft ervaren. De heer Van der Vaart staat nog steeds achter het standpunt van de raad, namelijk dat het college en het Bedrijvenschap zich ruimhartig moeten opstellen. Hoe dat uitwerkt, blijkt pas bij de uitkomst van het overleg en niet halverwege het proces. Het is natuurlijk jammer dat niet alles minnelijk is geregeld. Dat geeft altijd gesputter. Voorts merkt hij op dat uiteindelijk zo nodig de rechter beslist of het onteigeningstraject terecht is ingezet en wat de grondslag voor de waardebepaling is. Mevrouw De Jong vraagt de wethouder hoeveel bewoners geïnteresseerd zijn in een ander stuk grond. Uit brieven van bewoners blijkt dat zij niet zo veel ruimhartigheid ervaren. Iedereen hoopt dat het minnelijk wordt geregeld maar spreekster denkt dat dat niet gaat lukken. De onteigeningsrechter komt er dan mogelijk aan te pas. Ik ben benieuwd naar de uitspraak. Wethouder Houtenbos is blij met de steun voor de Noordhoek en beantwoordt de vragen als volgt. Vijf bewoners hebben interesse getoond. Als de raad instemt, zal met hen contact worden opgenomen. In principe kan niet worden afgeweken van de huidige taxaties. Bij ruimhartigheid gaat het om marginale zaken, zoals de wijze van overdracht en hoe lang bewoners er kosteloos kunnen blijven wonen. 4
-
Taxaties zijn gebaseerd op billijkheid en rechtvaardigheid. De nieuwe grondslagen worden genoemd in de eerste alinea van pagina 5 van het voorstel. Daar staat ook dat de verschillen als gevolg van de nieuwe taxaties gering zijn.
De commissie adviseert het onderwerp als bespreekpunt voor de raadsvergaderin g te agenderen. 6.
VOORSTEL ALTERNATIEVE LOCATIE MAASLANDSE DAM
De heer Schrama woont op de Vlaardingsekade in Schipluiden aan het einde van het asfaltweggetje dat begint bij Rozenmond. De bewoners hebben gevochten voor een uitrit op de openbare weg en binnen de reconstructie van Midden-Delfland hebben ten minste vijf bewoners eraan meebetaald. Nu gaat de gemeente dat pad gebruiken voor de aanleg van woningen. De bewoners willen gecompenseerd worden voor de gemaakte kosten. Spreker heeft niet met andere bewoners kunnen overleggen omdat hij door de gemeente niet over de plannen is geïnformeerd. De voorzitter stelt de commissie in de gelegenheid vragen te stellen. De heer Van der Vaart vraagt of de bewoners daadwerkelijk hebben meebetaald aan de aanlegkosten of dat zij, in verband met een betere ontsluiting, een aanslag van de gemeente hebben ontvangen. De heer Schrama antwoordt dat het laatste het geval is maar hij ziet dat als meebetalen aan de uitrit. De voorzitter geeft gelegenheid voor de eerste termijn. Mevrouw Hoogendijk ziet veel onzekere factoren: GZH, BBL, provincie en de groepsaccommodatie. Als er een schakel tussenuit valt, ligt het plan in duigen. De raad eist dat de exploitatie op orde is maar is dat wel haalbaar? Is er behoefte aan huizen in deze prijsklasse? Volgens de Woonvisie moet gefocust worden op woningen voor ouderen en starters maar daarover is in het plan niets terug te vinden. Er lag een goed plan waarin alle partijen zich konden vinden met minimale bebouwing in de vorm van een buurtschap maar daar blijft niets van over. Al met al vindt de PvdA dit een te smalle basis om mee verder te gaan. De heer Van Dooremaal is van mening dat de bestaande grove schets niet erg is verfijnd, zeker niet wat de financiële aspecten betreft. Er zitten veel open einden in het plan. Er is de laatste tijd veel in de raad gesproken over sociale woningbouw. Dit plan voorziet daar niet in. Hoe denken de andere fracties daarover? De VVD heeft in een eerder stadium voorgesteld de bouwweg te asfalteren maar dat is niet terug te vinden. Waarom wordt het plan voor de tweede keer naar voren geschoven, naar april 2016? Kan de wethouder het verdienmodel genoemd op pagina 2 toelichten? Op pagina 3 wordt de leurprocedure genoemd, maar tegenwoordig heet dat de reallocatieprocedure. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) gaat niet over de verkoop van dit soort gronden, maar de Raad voor Vastgoed Rijksoverheid (RVR). De heer Van Lier heeft de volgende vragen en opmerkingen. De vraag van de VVD kan alleen worden beantwoord als bekend is wat wordt uitgeruild met de Maaslandse Dam. De raad moet instemmen met het plan en met de financiële onderbouwing, maar de tabel is niet duidelijk. Kan de wethouder de financiële uitwerking toelichten? Spreker wil graag een overzicht met alle risico's en kosten. Wat houdt de bate van € 250.000,00 uit een ontwikkelingsplan Oostgaag-Westgaag in? De uitruil met de Maaslandse Dam zou met gesloten beurzen kunnen plaatsvinden maar het is niet duidelijk of er dan per saldo niet toch verlies wordt gemaakt. Wat is het nut en de noodzaak van het overnemen van een recreatieplas? Het onderhoud komt toch voor rekening van het Recreatieschap? De heer Knaap vindt de vraag van de VVD niet zo relevant, omdat op beide locaties sprake is van sociale woningbouw. Het voorliggende voorstel geeft aan twee kanten een kwaliteitsimpuls: betere zichtlijnen op de Maaslandse Dam en een kwaliteitsverbetering van het gebied in Schipluiden. De leurprocedure is een verfrissende gedachte. Alle partijen lijken dezelfde kant op te bewegen en de haalbaarheid is vergroot. De bewoners zijn goed geïnformeerd en dat is een goede start voor een verdere uitwerking. 5
Een paar maanden uitstel kan het plan wel lijden. De OGP stemt in met het voorstel. Het zou het college sieren als onderzocht zou worden of met de heer Schrama andere afspraken kunnen worden gemaakt. De heer Van der Vaart ziet dit voorstel als een logisch vervolg op eerdere afspraken. Het CDA beseft dat het niet mogelijk is om op deze locatie sociale woningbouw te realiseren. Het CDA zou wel graag die richting op willen bewegen, namelijk door meer en goedkopere huizen te bouwen. Hoe staan de andere fracties hier tegenover? De heer Van Dooremaal vraagt waarom de heer Van der Vaart denkt dat daar geen sociale woningbouw mogelijk is. De grond is nog niet eens gekocht. De heer Van der Vaart wijst op de afspraak die in de raad is gemaakt, namelijk dat een van de randvoorwaarden voor een alternatief is dat het financiële plaatje niet verandert. Het CDA vraagt aan de andere fracties of het iets meer mag kosten. Het voorstel levert inderdaad voor zowel de Maaslandse Dam als Schipluiden winst op. De voorbereidingskosten in verband met het bouwrijp maken moeten in de hand worden gehouden. Het is niet onbelangrijk dat deze locatie een lager risicoprofiel heeft dan de Maaslandse Dam. Het CDA verzoekt het college het voorstel verder uit te werken. De heer Roeling vraagt de heer Van der Vaart of het overnemen van de recreatieplas kostenbesparend is. De heer Van der Vaart doet hier geen uitspraak over zolang de voorwaarden voor het overnemen niet bekend zijn. Het kan interessant zijn om over te nemen met een afkoopsom voor beheer en onderhoud. Het is niet onlogisch om te streven naar meer eenheid in eigendom. De voorzitter verzoekt de fracties om de vragen van de heren Van Dooremaal en Van der Vaart te beantwoorden. Mevrouw Hoogendijk heeft in haar eerste termijn impliciet antwoord gegeven op de vraag van de VVD: de PvdA is voor sociale woningbouw. Natuurlijk mag dat wat kosten. Gezien de eisen van de provincie zal het echter niet mogelijk zijn om op die locatie sociale woningbouw te realiseren. De heer Van Dooremaal kan de vraag van de heer Van der Vaart niet beantwoorden omdat het financiële plaatje nog niet duidelijk is. Sociale woningbouw kost altijd geld en daarover valt met de VVD te praten, mits het hele plaatje zichtbaar is. De heer Van Lier denkt dat het financieel onmogelijk is om hier sociale woningen te bouwen, omdat het plan kostenneutraal moet zijn. Het is alleen haalbaar als er meer woningen worden gebouwd, maar dat mag niet van de provincie. De heer Knaap zou het fijn vinden als er sociale woningen werden gebouwd, maar het zal heel moeilijk worden. Het mag iets kosten en er is ook nog een fonds waarvan weinig gebruik wordt gemaakt. Wethouder Van Oord biedt zijn excuses aan aan de heer Schrama. De laatste drie woningen van de Vlaardingsekade zijn blijkbaar niet meegenomen bij het uitreiken van de informatie. De heer Schrama heeft alle recht en reden om met de gemeente over zijn verzoek te spreken. Uit ervaring weet spreker dat een reconstructie tot een complexe rekensom leidt. Er zijn gelukkig nog enkele ambtenaren die bij de reconstructie betrokken zijn geweest. Het bestemmingsplan Maaslandse Dam bestaat uit drie delen. Het eerste deel is in ontwikkeling. Het derde deel bestaat uit vier vrij grote kavels. Het middelste deel waar acht woningen waren gepland, moet worden meegenomen naar een nieuwe locatie in Schipluiden. De kosten die dat met zich meebrengt, moeten op de nieuwe locatie worden terugverdiend. De raad heeft het college de opdracht gegeven dat deze uitruil kostenneutraal moet zijn. Er verandert dus niet veel aan de exploitatie. Aan de provincie is gevraagd om iets meer kavels te mogen verkopen. Als de woningbehoefte hard kan worden gemaakt, wil de provincie daarin meegaan. Bij een iets groter aantal woningen worden de kavels beter betaalbaar. Er kunnen dan bijvoorbeeld twee-onder-een-kapwoningen worden gebouwd. Er zal dus een ontheffingsverzoek worden gedaan. Met elf woningen is een sluitende exploitatie mogelijk. Iedere locatie heeft een bepaald optimum tussen de grootte van de kavels en de grondprijs. Als de raad daar behoefte aan heeft, 6
-
-
-
kan een berekening worden gemaakt die laat zien waar de top ligt van de curve van de opbrengst. Spreker is er echter bijna zeker van dat de prijs van sociale woningbouw niet wordt gehaald. Dat is alleen mogelijk bij heel andere normbedragen voor de grond en de huidige kavelprijs zit daar heel ver vandaan. Spreker raadt daarom af om dat te onderzoeken. Het plan is inderdaad niet veel verder verfijnd omdat eerst met alle partijen is gesproken. Deze hebben in beginsel allemaal hun medewerking toegezegd. Dit voorwerk was nodig om een realistische optie aan de raad te kunnen presenteren. Het college wil voor de zomer het definitieve plan kunnen presenteren, inclusief bestemmingsplan en een uitgewerkt bouwschema. Het asfalteren van de bouwweg zal in dezelfde berekeningen worden meegenomen. Alleen het derde deel, de aan de oostzijde gelegen vier grotere kavels, wordt vooruitgeschoven. Er wordt gestreefd naar een clustering van recreatief aanbod zoals het theehuis en de Lickebaertshoeve en voor het uitwerken daarvan is meer tijd nodig. Met het Recreatieschap, de eigenaar van de recreatieplas, wordt onderhandeld. De plas wordt alleen op papier door het Recreatieschap onderhouden en dat is zonde. Het college wil de plas tegen redelijke condities overnemen. Op langere termijn zouden de kosten van onderhoud kunnen worden terugverdiend met de pacht van bijvoorbeeld een paviljoentje. De raad wordt gevraagd in te stemmen met het overhevelen van de exploitatie van het middelste deel van de Maaslandse Dam naar de exploitatie van Schipluiden. De administratieve verwerking hiervan kan op verschillende manieren plaatsvinden. De gemeente komt als eerste in aanmerking om BBL-gronden van het rijk te kopen. Om administratieve redenen kan daarover pas in januari 2016 worden overlegd.
De voorzitter geeft gelegenheid voor de tweede termijn. Mevrouw Hoogendijk zet vraagtekens bij de verkoopbaarheid. De PvdA komt hier in de raad op terug. De heer Van Dooremaal ziet het verplaatsen van de bouwlocatie als een stukje voortschrijdend inzicht. Dat geldt ook voor de recente discussie over het uitbreiden van het aantal sociale woningen. Spreker onderschrijft het standpunt van de heer Van der Vaart in dezen en wil dat ook aan de wethouder meegeven. Spreker gelooft niet dat de bouw tegemoetkomt aan de woningbehoefte in Schipluiden, want ook goedkopere woningen worden daar niet verkocht. Spreker verzoekt de wethouder het asfalteren van de bouwweg in het voorstel voor de raad op te nemen. De heer Van Lier vraagt de wethouder om voor de raadsvergadering meer duidelijkheid te geven over de financiële aspecten van de overname van de recreatieplas. De heer Knaap is zeker niet tegen meer sociale woningbouw. De randvoorwaarden zullen echter nog nader moeten worden onderzocht. De heer Van der Vaart is blij met de toezegging van de wethouder dat hij zal onderzoeken of de woningbouw dichterbij het gewenste profiel van de woningbehoefte in Schipluiden kan worden gebracht. Het is duidelijk dat sociale woningbouw leidt tot een financieel gat en de fracties moeten dat willen dekken. Deze woningbouw concurreert niet met sociale woningbouw. Er kunnen in ieder geval meer en betaalbaardere huizen worden gebouwd dan op de Maaslandse Dam en met een lager risicoprofiel. Wethouder Van Oord zegt toe dat de bouwweg aan het voorstel wordt toegevoegd. De zuidrand van Schipluiden moet in één keer netjes worden afgehecht. De overname van de plas is niet essentieel voor het bouwplan maar het college heeft de ambitie om er iets moois van te maken. Het zal in een separaat voorstel met dekkingsplan aan de raad worden voorgelegd. Het plan Oostgaag-Westgaag maakt onderdeel uit van een tamelijk omvangrijk plan dat is ingediend bij de Landschapstafel en dat door de provincie wordt meegefinancierd. Een van de onderdelen is een bijdrage aan het plan Maaslandse Dam. De commissie adviseert het onderwerp als bespreekpunt voor de raadsvergaderin g te agenderen. 7.
VOORSTEL BESTEMMINGSPLAN ABTSWOUDE 66
7
De heer Van der Eijk werd bedolven onder informatie over de WABO-procedure en heeft daarom een kaartje opgevraagd om zo de oude en de nieuwe situatie te kunnen vergelijken. Spreker verzoekt in het vervolg standaard zo'n kaartje bij het voorstel te voegen. De VVD stemt met het voorstel in. Mevrouw Kardol ziet een verbetering van de kwaliteit van de buitenruimte en bovendien wordt de cultuurhistorische waarde van de kade en het lint versterkt. De OGP stemt met het voorstel in. De heren Zwaard, Los en Roeling gaan eveneens akkoord. Wethouder Van Oord zegt toe in het vervolg een verduidelijkend kaartje mee te sturen. De commissie adviseert het voorstel als hamerstuk voor de raadsvergadering te agenderen. 8.
OVERNAME ERFPACHTGRONDEN VAN HET BEDRIJVENSCHAP HARNASCHPOLDER
De voorzitter deelt mee dat de vertrouwelijke notitie desgewenst in een besloten vergadering kan worden besproken. De heer Roeling wil in het openbare deel zijn standpunt weergeven. De eerste vraag is of het een taak van de overheid is om gronden in eigendom te hebben. Spreker is daar geen voorstander van. Vervolgens is de vraag of het een taak is van Midden-Delfland als grondgebiedgemeente. Spreker zet daar vraagtekens bij omdat de gemeente Den Haag hier ooit mee is begonnen. Nu moet Midden-Delfland meedoen en loopt daarbij bepaalde risico's. Het is voor spreker niet vanzelfsprekend dat de gemeente hiervoor opdraait. Het gaat ook nog eens om een groot aantal vierkante meters en een fors bedrag. Het plan noemt geen alternatieven voor het aankopen van grond. De heer Van Dooremaal was verbaasd over het stuk want dit zou volgens de wethouder pas gaan spelen als het Bedrijvenschap zou worden opgeheven. Op dat moment zou het Bedrijvenschap de grond aan Midden-Delfland overdragen. Spreker verwijst naar de notulen van de commissie en de raad van februari 2015. Nu gaat de gemeente zelf grond aankopen en in erfpacht uitgeven, maar dat wordt niet goed onderbouwd. Het gaat om € 20 miljoen, een fors bedrag dat een gat slaat in de financiën. De VVD is alleen voorstander van erfpacht als het uitgeven van grond in erfpacht betekent dat de grond sneller kan worden verkocht. De heer Jongsma is verrast door het standpunt van Mijn Partij. De OGP ziet weinig financiële risico's en is dus positief over het voorstel. De heer Roeling zegt dat er geen risico's zijn als je het niet doet. Als bewaker van de schatkist stelt spreker zich anders op dan een ondernemer voor wie dit een kans is. De heer Jongsma verzoekt de wethouder toe te lichten hoe hoog het risico is. De heer Van Bijsterveldt wil alleen instemmen als deze constructie een voordeel voor de gemeente oplevert. Het gaat volgens het voorstel niet alleen over bedrijven maar ook over particulieren. Het toepassen van erfpacht helpt de gemeente bij het realiseren van het beleid op het gebied van woningbouw en bedrijvigheid omdat het de drempel om te kopen verlaagt. Het is op langere termijn financieel aantrekkelijk om een deel van het vermogen van de gemeente te investeren in erfpachtgrond. Het verplichte schatkistbankieren levert een buitengewoon laag rendement op. De notitie is erg complex en daarom wordt de wethouder verzocht een fictief voorbeeld uit te werken waaruit duidelijk blijkt hoe de constructie in elkaar zit. Het gaat dan om de eerste tien jaar en de periode daarna. Ook de condities voor het continueren van de erfpacht na de eerste periode van tien jaar moeten worden vastgelegd. Is de genoemde € 20 miljoen inclusief of exclusief omzetbelasting? Voor de gemeente zijn alleen bedragen inclusief btw relevant. Spreker wil niet nu al de grens optrekken naar € 25 miljoen.
8
De heer Roeling begrijpt dat het CDA ook voordelen ziet. Ziet het CDA mogelijkheden om de noordelijke hoek van de Harnaschpolder-Zuid bij dit plan te betrekken? De heer Van Bijsterveldt wil dan eerst argumenten horen. Spreker ziet het nu niet zitten. De heer Dorenbos is niet tegen erfpacht, mits onder de juiste omstandigheden. Daar schort het hier aan, omdat de risico's van het bedrijvenschap worden overgenomen. Het Bedrijvenschap moet de eigen broek ophouden. Er moet een ander stuk komen waaruit blijkt waarom de gemeente de gronden moet overnemen. Wethouder Horlings beantwoordt de vragen als volgt. Een aantal fracties vraagt waarom de gemeente dit überhaupt zou willen doen. Bij de bespreking van het thema erfpacht heeft het college al laten weten dat er in een bepaald geval in de Harnaschpolder afspraken over erfpacht waren gemaakt. De heer Roeling vindt het laakbaar dat uit een vertrouwelijke commissievergadering wordt geciteerd. De heer Van Dooremaal heeft uit de notulen van de openbare vergaderingen in februari 2015 geciteerd en daarin wordt niet over een specifiek geval gesproken maar over erfpacht in het algemeen. Een van de voorwaarden was dat het Bedrijvenschap erfverpachter zou worden. Wethouder Horlings zal niet verder ingaan op het stuk van februari 2015. Het Bedrijvenschap heeft een afspraak over erfpacht gemaakt met een onderneming die zich daar wil vestigen. Ook het businessplan noemt het uitgeven van grond in erfpacht. Overheidspartijen kunnen goedkoop geld aantrekken voor de aankoop van grond die vervolgens tegen een hogere erfpachtcanon wordt uitgegeven. Dat levert een financieel voordeel op, niet alleen voor het Bedrijvenschap maar ook voor de gemeente, die voor 15% in het Bedrijvenschap participeert. Het vestigen van bedrijven verlaagt het risico voor het Bedrijvenschap en het levert werkgelegenheid op. Het voordeel voor de gemeente is dat het de onzekerheid wegneemt over de situatie die ontstaat wanneer de looptijd van de erfpacht langer is dan de levensduur van het Bedrijvenschap. Het is beter om dat nu te regelen en niet wachten tot het Bedrijvenschap eindigt. De oplossing is om de erfpacht over te laten gaan naar de grondgebiedgemeente. De gemeente koopt de grond. Het voordeel moet landen bij het Bedrijvenschap. Met de canon worden in de eerste tien jaar de kosten van de geldlening gedekt. De gemeente ontvangt een handling fee. Het resterende deel van de canon wordt gekapitaliseerd. De heer Van Bijsterveldt verzoekt om een concreet voorbeeld met getallen. Een kort spreadsheet volstaat. Wethouder Horlings zegt toe dat dit ruim voor de raadsvergadering beschikbaar zal zijn en vervolgt zijn betoog. Uit de notitie blijkt dat de constructie feitelijk geen risico's kent. De heer Roeling vraagt of de constructie minder risicovol is dan niets doen. Wethouder Horlings antwoordt dat niets doen inhoudt dat er een risico bestaat voor het Bedrijvenschap en dat 15% daarvan voor rekening van de gemeente komt. De heer Roeling constateert dat de wethouder liever 100% risico gaat nemen in plaats van de 15% die nu aan de orde is. De heer Van Bijsterveldt is van mening dat er als gevolg van de constructie meer rentebaten worden gegenereerd dan in de situatie dat de gemeente niets doet. Wethouder Horlings onderschrijft dat de gemeente haar liquiditeitspositie kan gebruiken om een hoger rendement te behalen dan op schatkistpapier. De zorg van de VVD dat het een gat in de financiën slaat, is dus niet gegrond. Het plafond is in het voorstel opgenomen omdat het verstandig is om vooraf te weten hoe ver de raad met het aankopen van gronden wil gaan. Het doet er niet toe of het bedrag in of ex btw is. De voorzitter geeft gelegenheid voor de tweede termijn.
9
De heer Van Dooremaal vraagt zich af waarom de raad in februari 2015 geen kennis heeft kunnen nemen van deze informatie en waarom de toegezegde informatiebijeenkomst niet is gehouden. Dan waren er veel minder vragen geweest De heer Roeling wil voor de raadsvergadering nog technische vragen kunnen stellen. Het voorstel wordt dus een bespreekpunt. De heer Van Bijsterveldt heeft nog twee opmerkingen. Het voorstel is niet concreet genoeg als bij de bovengrens niet wordt aangegeven of dit bedrag in of ex btw is. Worden de condities die over tien jaar gaan gelden hard en ondubbelzinnig in de overeenkomst opgenomen? De heer Dorenbos is van mening dat de risico's worden gebagatelliseerd. Een goede uitleg vermindert de risico's niet en daarom is het nodig dat goed wordt uiteengezet wat de werkelijke risico's zijn, zowel nu als over tien jaar. Wethouder Horlings heeft in februari 2015 niet onderkend dat het verschil tussen de looptijd van de lening en de levensduur van het Bedrijvenschap een risico inhoudt. De gedachte was dat er iets aan het einde van de looptijd van de lening geregeld kon worden, maar het college is tot het inzicht gekomen dat het aan het begin van de looptijd moet worden geregeld. De heer Van Dooremaal citeert weer uit de notulen. De wethouder heeft toen al gezegd dat erfpacht eeuwigdurend is en de levensduur van het Bedrijvenschap overschrijdt. Wethouder Horlings herhaalt dat hij zich toen niet heeft gerealiseerd dat de daaraan verbonden risico's een negatieve waarde vormen voor de participatie van de gemeente. In plaats van een informatiebijeenkomst te organiseren heeft het college de raad een brief gestuurd met een toelichting. Daar is door de raad niet op gereageerd. Het bedrag van de bovengrens is inclusief btw. De canon moet over tien jaar hoger zijn dan de rente die de gemeente dan zou moeten betalen over geleend geld. Het maakt hierbij niet uit of de constructie wordt gefinancierd uit de eigen liquide middelen of daadwerkelijk met een geldlening. De waarde van de grond wordt bepaald aan het begin van de looptijd van de erfpacht. Spreker heeft geen risico's gebagatelliseerd maar verwees naar een bijlage van vijf pagina's waarin staat wat de risico's zijn en welke zekerheden daar tegenover staan. De commissie adviseert het voorstel als bespreekpunt voor de raadsvergaderin g te agenderen. 9.
ONTWERPZIENSWIJZE OTB BLANKENBURGVERBINDING
De heer Van Lier is positief verrast over de diepgang en de kwaliteit van het stuk. De heer Zwaard is blij dat het college het probleem van de aansluiting op de A20 heeft opgepakt. Spreker verzoekt de tekst over de maximale snelheid tussen Maasdijk en Vlaardingen zo aan te passen dat duidelijk is dat de snelheid moet worden verlaagd naar 100 km per uur "vanaf het moment dat de tunnel in gebruik is". In de slotsom dienen in de tekst over het compenseren van natuurgebied de woorden "zoveel mogelijk" te worden geschrapt. De heer Dorenbos sluit zich aan bij de heer Zwaard. Fijnstof levert risico's op en daarom moet natuur in de directe omgeving worden gecompenseerd. De brief is verder prima. De heer Plooij kan zich in het stuk vinden. De tekst over de bottleneck bij de Molenvliet moet worden aangescherpt omdat de ontsluiting van het gebied van Midden-Delfland hiervan afhankelijk is. Er spelen bij andere Metropoolgemeenten nog zoveel projecten dat spreker bang is dat de afrit bij de Molenvliet niet goed of niet tijdig wordt geregeld. De heer Van der Kolk vindt het een zeer goed onderbouwd stuk. De negatieve gevolgen van deze verbinding voor Maasland en omgeving worden goed uitgelegd. Spreker constateert grote verschillen in de cijfers over bijvoorbeeld de autonome groei van het verkeer en de geluidsbelasting bij de Molenvlietbrug. Een deel van de A20 wordt niet meegenomen. De tekst over de tunnelveiligheid komt spreker iets gezocht over. Spreker roept het college op om met andere gemeenten samen op te trekken en bijvoorbeeld één zienswijze in te dienen, of zienswijzen met dezelfde tekst.
10
Wethouder Van Oord zal de complimenten doorgeven aan de betrokken ambtenaren. De opmerkingen zullen worden meegenomen. De geluidhinder in Maassluis wordt gemonitord. Het is niet gelukt om als regio één bezwaar in te dienen. Bepaalde passages worden afgestemd met Vlaardingen en Maassluis. De modellen spreken elkaar inderdaad volledig tegen. De voorzitter deelt mee dat de commissieleden de aangepaste versie zullen ontvangen. 10.
VOORSTEL REACTIE OP WERKPLAN 2016 METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG
Mevrouw De Jong heeft het werkplan enige maanden geleden in de MRDH besproken. Het is een levend document dat de komende jaren zal worden uitgebreid. Spreekster heeft niet het gevoel dat de gemeente een zienswijze zou moeten indienen. Het is een positieve ontwikkeling dat er meer aandacht komt voor dit gebied. De heer Plooij zit in dezelfde commissie als mevrouw De Jong en sluit zich bij haar opmerkingen aan. Mevrouw Snethlage vindt dat het er goed uitziet. In ieder geval zullen er in 2016 voor de gemeenten geen extra kosten zijn. Er wordt een agenda Bedrijventerreinen genoemd. Is die van invloed op het Bedrijvenschap van Midden-Delfland? Is er al meer bekend over het recreatieonderzoek dat eind 2015 gereed zou zijn? De heer Knaap heeft geconcludeerd dat er vooral ambtelijke en bestuurlijke besluiten zijn genomen. Het stuk is dus een hamerstuk. Het college wordt opgeroepen om een volgende keer meer stil te staan bij zaken die van belang zijn voor de gemeente en de raad daar eerder bij te betrekken. De heer Van Bijsterveldt sluit zich aan bij de vorige sprekers. Op pagina 12 ontbreekt de quickscan die door de Rekenkamers van Den Haag en Rotterdam wordt opgesteld. De operational audit van de Rekenkamer van Rotterdam wordt hierbij als input gebruikt. Is deze gereed en zo ja, kan deze worden toegezonden? Kan de wethouder aangeven welke investeringen, waarnaar op pagina 8 wordt verwezen, Midden-Delfland heeft voorgesteld en ingebracht? Hoe en wanneer wordt de raad betrokken bij de inbreng van Midden-Delfland bij de inhoudelijke prioriteitstelling zoals genoemd op pagina 9? Er wordt een aantal activiteiten ontplooid in het landelijk gebied. Hoe wordt de raad bij dit perspectief betrokken, wanneer is het afgerond en hoe kan de raad daar kennis van nemen? Voor de Roadmap Next Economy wordt de heer J. Rifkin als extern adviseur aangetrokken. De kosten hiervoor bedragen € 750.000,00. Spreker pleit ervoor dat een duidelijk signaal wordt afgegeven dat de heer Rifkin niet zijn eigen vervolgopdrachten creëert. Wethouder Horlings reageert als volgt. De Metropoolregio is snel uit de startblokken gekomen en er is de laatste maanden dus veel in beweging gezet, zoals het economisch vestigingsklimaat. Spreker begrijpt het gevoel dat de ontwikkelingen zo snel gaan dat ze de raad door de vingers glippen. De heer Van Bijsterveldt heeft niet om die reden om informatie gevraagd maar omdat dat hoort bij het goed uitoefenen van de rol van de raad als toezichthouder. Wethouder Horlings vervolgt zijn betoog. De raad wordt op de hoogte gehouden door middel van een maandelijkse voortgangsrapportage. De agenda Bedrijventerreinen gaat ook over Midden-Delfland. De ontwikkelingen worden nu via Businesspark Haaglanden op regionaal niveau afgestemd en dat wordt het niveau van de Metropoolregio. Er is nog geen document beschikbaar over het thema recreatie. Als dat er is, zal de raad hierover worden geïnformeerd. Spreker weet niet of de operational scan al beschikbaar is maar ook deze wordt toegezegd. Een deel van de invulling van de investeringskaart is in beeld gebracht maar de inventarisatie is nog niet gesloten. Afgesproken is dat de gemeenteraden zoveel mogelijk een rol krijgen bij zaken van enige importantie. De opvattingen van de raden worden in de diverse gremia ingebracht. Het project van het bureau van de heer Rifkin is in vier fasen opgeknipt. Na iedere fase wordt besloten of er verder wordt gegaan. 11
Wethouder Van Oord vertegenwoordigt niet, zoals wethouder Horlings, de bestuurlijke kant maar de consumentenkant van de gemeente. Groen is een belangrijke rol in de economie gaan vervullen. In juni 2015 is een aantal wethouders van Groen en buitengebied bijgepraat over het werk van West 8. Enige dagen geleden heeft West 8, dat nadenkt over de rol van het groene ommeland als economisch belang voor de regio, een bezoek gebracht aan Midden-Delfland. West 8 is ook zeer geïnteresseerd in de ontwikkelingen in de gemeente. De voorzitter geeft gelegenheid voor de tweede termijn. De heer Plooij is blij dat de wethouder wil bijpraten. Wellicht is het verstandig om dat in een kleinere setting te doen. Dan hoort de raad zaken niet achteraf, zoals de kosten van de heer Rifkin. Deze kostte eerst € 140.000,00 en nu meer dan € 7 miljoen. De raadsleden moeten over dit soort bedragen worden geïnformeerd. De heer Van Bijsterveldt heeft nog geen antwoord op al zijn vragen gekregen. Kan de wethouder aangeven of er inderdaad rekening moet worden gehouden met een bedrag van € 7 miljoen? Mevrouw De Jong vult aan dat er uitgebreid over de kosten van het bureau van Rifkin zou worden gesproken maar die vergadering is gecanceld omdat er niet voldoende aanmeldingen waren. Daarom is de raad niet ingelicht. Wethouder Horlings zegt dat het niet om € 7 miljoen gaat maar om € 700.00,00. Dat bedrag staat ook in de stukken; de opdracht wordt in 2015 en 2016 uitgevoerd. De vier fasen zitten in de reguliere begroting van de MRDH. Voor Midden-Delfland gaat het om minder dan € 7.000,00. De raad wordt ergens bij betrokken zodra er stukken beschikbaar zijn. Met de leden van de adviescommissie is afgesproken om rond tafel te gaan zitten om zaken te kunnen afstemmen. Andere onderwerpen, zoals het economisch vestigingsklimaat of de ontwikkeling rond Adriaan Geuze en de Landschapstafel, kunnen op de raadsinformatiebijeenkomst van 24 november 2015 aan de orde komen. De heer Trouwborst ondersteunt het voorstel voor een raadsinformatieavond. De invloed van de gemeente op de vervoersautoriteit is gering. Daarom is overleg belangrijk. De voorzitter stelt vast dat ook de andere fracties het voorstel van de wethouder steunen. De commissie adviseert het voorstel als hamerstuk voor de raadsvergadering te agenderen. 11.
VOORSTEL WIJZIGING GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING RECREATIESCHAP MIDDEN-DELFLAND
Mevrouw Snethlage hoopt op een snelle afwikkeling. De heren Van der Vaart, Knaap, Plooij en Dorenbos stemmen met het voorstel in. De commissie adviseert het voorstel als hamerstuk voor de raadsvergadering te agenderen. 12.
VOORSTEL TOT EERSTE WIJZIGING VAN DE VERORDENING VERTROUWENSCOMMISSIE
De heer Van Bijsterveldt geeft de reactie van het CDA op de voorgestelde wijzigingen. Het CDA ziet de eerste wijziging niet zitten. In mei 2015 is het onderwerp van de tweede wijziging uitgebreid besproken. Er is dus geen reden om binnen een paar maanden op de tekst van de eerste Verordening terug te komen. Het CDA is voorstander van het derde punt. Als de andere fracties tegen zijn, legt het CDA zich daarbij neer en kan de verordening ongewijzigd blijven. De heer Trouwborst kan goed leven met de verordening zoals die in mei 2015 is vastgesteld. Ook mevrouw Snethlage wil de verordening laten zoals hij is. De vervanging van de griffier door de gemeentesecretaris is goed geregeld en hoeft niet te worden gewijzigd. De heer Van Dooremaal is van mening dat de verordening moet worden aangepast om die meer in lijn te brengen met de landelijke richtlijn en het advies van de CDK. 12
Mevrouw De Jong is het eens met de heer Van Dooremaal. Het is van belang dat er meteen een vervanger voor de griffier beschikbaar is. De voorzitter wijst erop dat de raad hier zelf over gaat. Inventarisatie leert dat de stemmen staken. De commissie krijgt gelegenheid voor een tweede termijn. Mevrouw Snethlage stelt voor dat het stuk wordt teruggenomen. De heer Trouwborst sluit zich hierbij aan. Een ruime meerderheid van de fracties heeft geen behoefte aan een wijziging. Mevrouw De Jong stelt vast dat het stuk nu teruggaat naar het presidium; zij zal voorlopig geen vergaderingen van het presidium meer bijwonen omdat zij hier meer dan genoeg van heeft. De commissie adviseert het voorstel niet voor de raadsvergadering te agenderen. 13.
OVERZICHT VAN OPENSTAANDE VRAGEN EN VASTE ONDERWERPEN
De voorzitter deelt mee dat er geen gebruik is gemaakt van de mogelijkheid om van te voren vragen in te dienen. 14. a.
VASTSTELLEN ADVIES/BESLUITENLIJST COMMISSIE Verslag openbare vergadering d.d. 13 oktober 2015
De heer Van Bijsterveldt heeft een wijziging voorgesteld. De commissie stelt het verslag vast met inachtneming van de voorgestelde wijziging. 15.
TERUGKOPPELING VANUIT DE EXTERNE BESTUURSORGANEN
De voorzitter stelt vast dat er geen vragen of opmerkingen zijn. 16.
SLUITING VAN DE VERGADERING
De voorzitter sluit de vergadering om 22.45 uur. Aldus vastgesteld in de vergadering van de commissie van de gemeente Midden-Delfland op 1 december 2015. de griffier,
de voorzitter,
A. de Vos
S. Smit
13