Jaarverslag 2010
Inhoudsopgave Voorwoord
2
Inleiding
3
-
Missie Taken en focus Financiële situatie Governance structuur Intern toezicht Bestuur
Volkshuisvestingsverslag -
Markt Klant Producten en diensten Onderhoud Financieel Organisatie Slotwoord
Verslag van de Raad van Commissarissen -
Werkwijze en thema´s Interne risicobeheersing en controle Vereniging Toezichthouders Woningcorporaties (VTW) Samenstelling Raad van Commissarissen en rooster van aftreden Codes en integriteit Beloningsverantwoording Accountant Belanghouders Jaarrekening
Jaarrekening 2010 -
Enkelvoudige Balans per 31-12-2010 Enkelvoudige Winst- en Verliesrekening over 2010 Waarderingsgrondslagen Toelichting op de enkelvoudige Balans Niet uit de balans blijkende informatie Toelichting op de enkelvoudige Winst- en Verliesrekening Kasstroomoverzicht Overige gegevens
Bijlage - Consolidatie -
Geconsolideerde Balans per 31-12-2010 Geconsolideerde Winst- en Verliesrekening over 2010 Waarderingsgrondslagen Toelichting op de geconsolideerde Balans Toelichting op de geconsolideerde Winst- en Verliesrekening
Algemene gegevens
Jaarverslag 2010
3 3 4 4 4 4
5 5 5 7 8 9 10 12
13 15 16 16 16 17 18 19 20 20
21 21 22 23 26 34 35 41 42
44 44 45 46 47 48
49
1
Voorwoord In 2009 maakte de nationale economie een zware crisis door. Voor 2010 kunnen we geen andere conclusie trekken dan dat de economische crisis opnieuw diepe sporen in de economie heeft achtergelaten. Woningcorporaties moeten in deze moeilijke tijden vanuit hun maatschappelijke verantwoordelijkheid op verantwoorde wijze bijdragen aan de economische activiteiten. De bijdragen die Woningstichting Dinteloord kan leveren aan het herstel van de economie zijn uiteraard gezien de omvang zeer beperkt. Dit doet echter niets af aan het feit dat wij ons wél verantwoordelijk voelen voor onze primaire taak, het adequaat huisvesten van de primaire doelgroepen van beleid. Economische crisis leidt tot krimp van de nationale begroting. Woningcorporaties kunnen niet ontkomen aan het leveren van een financiële bijdrage aan de krimp van de nationale begroting. Na de verkiezingen voor de Tweede Kamer in maart 2010 is een kabinet gevormd, gebaseerd op een regeerakkoord en ondersteund door een gedoogakkoord. De paragraven over de volkshuisvesting zijn kort, doch zeer ingrijpend. Met name met de overheveling van de huurtoeslag van de rijksoverheid naar de woningcorporaties in 2014, wordt een bedrag uit de sector getrokken van 760 miljoen euro. Daarnaast blijft de rijksoverheid mogelijk via het Centraal Fonds Volkshuisvesting jaarlijks een fors bedrag heffen voor project gerelateerde steun. De jaarlijkse huurverhoging blijft beperkt tot inflatieniveau. Gelijktijdig speelt het zogenaamde ‘Europadossier’. De woningcorporaties worden verplicht zich te richten op het huisvesten van de primaire doelgroep met een totaal huishoudinkomen van maximaal € 33.000. Grote groepen kunnen om deze reden niet meer bewegen in de woningmarkt. Woningzoekenden met middeninkomens kunnen - door de steeds strenger wordende criteria van de banken - onvoldoende hypotheek krijgen om zich op de koopmarkt te begeven. Markthuren van € 800 a € 900 zijn voor deze doelgroep onbetaalbaar. Dergelijke omstandigheden zorgen terecht voor extra waakzaamheid bij de Raad van Commissarissen. De toezichthoudende functie van de raad is juist in moeilijke tijden van belang om te toetsen of de financiële continuïteit gewaarborgd blijft. Eind 2009 is ons nieuwe Strategisch Ondernemingsplan vastgesteld. In 2010 zijn we voortvarend aan de slag gegaan met de uit het ondernemingsplan voortkomende jaarwerkplannen. De speerpunten omvatten een beter zicht op de volkshuisvestelijke opgave, zowel in kwalitatieve als kwantitatieve zin en het verder professionaliseren van de interne organisatie, gericht op het tweelagenmodel dat eind 2009 binnen Woningstichting Dinteloord is geïntroduceerd. Naast de lopende reguliere werkzaamheden waren ‘inzicht in de volkshuisvestelijke opgave’ en ‘risicobeheersing’ de belangrijkste onderwerpen. Met het gereedkomen van het Strategisch Voorraad Beleid, de introductie van het INK-model en het Kwaliteits Management Systeem voor projecten, is binnen de interne organisatie een stevige basis gelegd voor de toekomst. Op basis van het Strategisch Voorraad Beleid concluderen wij dat Woningstichting Dinteloord als een zelfstandige woningcorporatie de geformuleerde Volkshuisvestelijke Opgave kan realiseren. Dit sluit niet uit dat wij synergie kunnen halen uit samenwerkingsvormen. Daar waar zich kansen voordoen, zullen wij zeker participeren en daar waar wij bedreigingen zien zullen wij actief naar samenwerking zoeken. Ondergetekende spreekt een woord van waardering uit naar de Raad van Commissarissen voor hun constructieve bijdrage aan het ‘neerzetten’ van een degelijke organisatie en een woord van dank aan alle medewerkers voor hun inzet. De komende jaren weten we wat ons te doen staat en waar de risico’s liggen. A.J. Smulders Directeur-bestuurder
Jaarverslag 2010
2
Inleiding Missie Woningstichting Dinteloord verzorgt de huisvesting van bijna 800 huishoudens in de kern Dinteloord van de gemeente Steenbergen. Daarnaast realiseert Woningstichting Dinteloord ook woningen voor de doelgroepen in de kern Steenbergen. Als woningcorporatie is Woningstichting Dinteloord een zogenaamde Toegelaten Instelling op grond van de Woningwet, die op basis van het ‘Besluit Beheer Sociale Huursector’ verantwoording aflegt aan de Minister van VROM. Deze verantwoording vindt formeel plaats op zes verantwoordingsvelden, te weten: markt en klant, kwaliteit van de woning, leefbaarheid, betrekken van bewoners bij beheer en beleid, financiële continuïteit en wonen en zorg. Deze verantwoordingsvelden geven de basis waarop Woningstichting Dinteloord haar eigen koers kan varen. Bij de heroriëntatie in 2009 hebben wij deze koers verwoord in onze missie: Woningstichting Dinteloord is een partner voor het wonen met name gericht op de kleine kernen van de gemeente Steenbergen en dé partner in Dinteloord. In 2010 is het Strategisch Voorraad Beleid van onze stichting tot stand gekomen. Op basis van een marktanalyse 2025 is het corporatiebezit in de kleine kernen van de gemeente Steenbergen zowel kwalitatief als kwantitatief in beeld gebracht. Op basis van de toekomstige vraag voor de kernen Nieuw Vossemeer, De Heen en Kruisland is vastgesteld dat de volkshuisvestelijke opgave zeer beperkt is en waar nodig is afgedekt door onze collega’s van woningcorporatie Stadlander. Voor de kern Welberg is geen nadere analyse gemaakt omdat geen specifieke cijfers te verkrijgen zijn; deze zijn opgenomen in de kern Steenbergen. Voor de kern Dinteloord is op basis van de cijfers en de kwalitatieve analyse van de voorraad vastgesteld dat er een grote transitieopgave ligt. Dit onderschrijft de gekozen strategie voor de kern Dinteloord in het rapport ‘Visie op wonen en leven in West Brabant en Tholen 2025’. Deze strategie was consolideren (instandhouding beoogd en substantieel investeren). Hier ligt de volkshuisvestelijke opgave voor Woningstichting Dinteloord. Taken en focus Zagen we na de bruteringswetgeving in 1995 dat de taken voor woningcorporaties steeds breder werden, dan moeten we thans concluderen dat het taakveld als gevolg van een politieke discussie in snel tempo verkleind wordt. Deze trend werd ingezet door het rapport van de commissie Meijering, met als doel de maatschappelijke rol van de corporaties helder te maken. Hierbij werd gedefinieerd op welke domeinen de corporaties moeten acteren, op welke domeinen zij kunnen acteren en op welke domeinen dit te overwegen valt. Inmiddels is ook de ‘Tijdelijke Regeling DAEB Volkshuisvesting’ opgesteld en deze treedt per 1 januari 2011 in werking. Deze regeling is in volkshuisvestingskringen ook bekend onder de naam ‘het Europadossier’. De essentie van deze regeling heeft grote invloed op de taak van woningcorporaties. Zo kan staatssteun ten goede komen aan Diensten van Algemeen Economisch Belang (DAEB). Woningcorporaties voorzien in de bouw van sociale woningen en zij kunnen daarmee sociaal achtergestelde huishoudens helpen. De Nederlandse overheid beschouwt dit als dienst van algemeen economisch belang en financiert de corporaties ook in dat verband met behulp van staatssteun. In dit kader worden steun door het CFV en borging van financiering door het WSW gezien als staatssteun. Ook het onder de marktprijs verkopen van grond wordt als staatssteun aangemerkt. Woningbouwcorporaties die in aanmerking willen komen voor steun, moeten van de Europese Commissie hun vrijgekomen sociale woningen vanaf 1 oktober 2010 toewijzen aan huishoudens met een inkomen tot 33.000 euro. In dit kader wordt de huurtoeslaggrens van € 647,53 per maand als sociale huurgrens gehanteerd. De corporaties mogen maximaal 10% van hun vrijkomende sociale voorraad toewijzen aan hogere inkomens. De uitvoering kent nog vele onduidelijkheden. Woningstichting Dinteloord wacht beleidsmatig de ontwikkelingen af. Een transitieopgave realiseren kan alleen op verantwoorde wijze plaatsvinden als de helder heeft en hier zowel in structuur en kennis klaar voor is. Vanuit onze organisatie een drietal deelterreinen, namelijk: de focus op klanten, buurt en stakeholders, de rendement en de focus op de interne bedrijfsvoering. Deze drie speerpunten jaarwerkplannen van de afdelingen Woondiensten, Vastgoed en Intern Beheer.
Jaarverslag 2010
organisatie de opgave leggen wij de focus op focus op vastgoed en zijn verwerkt in de
3
We kunnen concluderen dat in 2010 met het Strategisch Voorraad Beleid en het herinrichten van de organisatie volgens het INK-model, met daaraan gekoppeld ‘lean en mean’ werken, de basis is gelegd om de transitieopgave te realiseren. In 2010 is een eerste start gemaakt met de uitwerking van het geheel. Financiële situatie Corporaties worden geconfronteerd met een toename aan heffingen en afdrachten. Naast de financiële bijdrage aan de zogenaamde ‘Vogelaarwijken’ is er de integrale Vennootschapsbelasting. Deze laatste maakt dat corporaties over alle activiteiten, dus ook sociaal maatschappelijke, vennootschapsbelastingplichtig zijn. Alle voordelen van het zijn van een Toegelaten Instelling, verdwenen hiermee. Sterker, het zijn van een Toegelaten Instelling wordt steeds meer een extra last, die ons vermogen aantast. Tegelijkertijd lopen de inkomsten terug door de maximalisering van de huurstijgingen op inflatieniveau. In het regeerakkoord staat dat voor de hogere huishoudinkomens een huurstijging gerealiseerd mag worden van 5% boven de inflatie. Naast het feit dat het slechts om een marginaal aantal huurders kan gaan, is het volstrekt onduidelijk hoe woningcorporaties inzicht kunnen krijgen in de huishoudinkomens van zittende huurders. Gelijktijdig met deze maatregelen moet - om een bij deze tijd passend kwaliteitsniveau te halen - bij nieuwbouw en renovatieprojecten steeds meer onrendabel geïnvesteerd worden. Ondanks deze ontwikkelingen is Woningstichting Dinteloord in staat haar volkshuisvestelijke opgave volgens de laatste financiële meerjarenprognose op verantwoorde wijze uit te voeren. Wel is het noodzakelijk, conform de titel van onze meerjarenprognose ‘Scherp aan de wind zeilen’, zeer alert te blijven op nieuwe ontwikkelingen en kansen. De Raad van Commissarissen heeft hierin een belangrijke rol, namelijk het houden van toezicht op het - op verantwoorde wijze - realiseren van de maatschappelijke opgave en de financiële continuïteit. In dit kader heeft de Raad van Commissarissen een aantal instrumenten in handen om op adequate wijze inhoud te geven aan hun taak. Governance structuur Woningstichting Dinteloord wil als maatschappelijk ondernemer integer en transparant handelen. Goed bestuur alsmede goed toezicht hierop zijn van belang voor het vertrouwen van alle betrokken partijen. Bij de inrichting van de huidige organisatie is voortzetting van het principe ‘goed bestuur’ uitgangspunt geweest. In 2010 is er breed aandacht geweest voor ‘good governance’. Intern toezicht Het interne toezicht wordt uitgevoerd door een Raad van Commissarissen die bestaat uit vijf personen. Binnen Woningstichting Dinteloord zijn, naast de statuten, de volgende reglementen vastgesteld: -
Reglement Raad van Commissarissen Gedragscode (Integriteitscode) voor personeel, bestuur, Raad van Commissarissen en alle anderen die optreden namens Woningstichting Dinteloord Klokkenluidersregeling.
Op basis van een enquête heeft de Directeur-bestuurder samen met de voorzitter van de Raad van Commissarissen overleg gevoerd met het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting over het Integriteitsbeleid. Dit heeft geleid tot aanpassing van het Integriteitsbeleid. Bestuur Woningstichting Dinteloord is een woningcorporatie die wordt bestuurd door een Directeur-bestuurder. De taken van de Directeur-bestuurder zijn vastgelegd in de statuten. De Directeur-bestuurder vertegenwoordigt Woningstichting Dinteloord. In de statuten is vastgelegd welke besluiten van de Directeur-bestuurder onderworpen zijn aan voorafgaande goedkeuring van de Raad van Commissarissen. De statuten zijn op de website opgenomen.
Jaarverslag 2010
4
Volkshuisvestingsverslag Markt Met vier collega-corporaties (Woningstichting Woensdrecht, Castria Wonen, Wonen West Brabant en Woningstichting Soomland) is het rapport ‘Visie op wonen en leven in West Brabant en Tholen 2025’ uitgebracht. Op basis van demografische ontwikkeling wordt in de regio krimp verwacht. Eerst van de bevolking en daarna van het aantal huishoudens. Na een stakeholdersbijeenkomst in 2009 hebben de corporaties in 2010 energie gestoken in het breed laten accepteren van de krimpgedachte. We zijn hier in geslaagd. Vervolgens moeten we ook de gevolgen van krimp, die veel verder gaan dan alleen woningbouw, onder de aandacht brengen van alle partijen. In november 2010 hebben de corporaties met de functiewethouders van de vier gemeenten (Bergen op Zoom, Steenbergen, Woensdrecht en Tholen) en hun beleidsmedewerkers een bezoek gebracht aan het krimpgebied ‘Parkstad Limburg’. We hebben kunnen vaststellen dat de hier opgehaalde informatie een belangrijke bijdrage gaat leveren aan het denken over de gevolgen van krimp. In het visierapport is de verwachte noodzakelijke woningproductie voor de hele subregio Bergen op Zoom vastgesteld op circa 3.250 woningen (koop en huur). In een voorzichtig economisch scenario betekent dit de realisatie van 750 sociale woningen in de hele regio, waarvan 100 in de gemeente Steenbergen. In 2010 hebben de corporaties ook verdergaand onderzoek gedaan naar de eigen plannen. Gebleken is dat niet alleen de gemeenten een overcapaciteit wensen te realiseren, want ook de corporaties hadden met productieplannen voor circa 1.800 woningen (exclusief zorgeenheden) een overproductie. Diepere analyses hebben aangetoond dat de totale productie van sociale huurwoningen tot 2025 circa 1.250 woningen dient te zijn. De corporaties hebben afgesproken hun bouwplannen hierop af te stemmen. De analyse heeft nogmaals expliciet het overschot aan eengezins rijwoningen bevestigd. De krimp op de woningmarkt biedt starters voldoende kansen om toe te treden tot de woningmarkt in de bestaande voorraad. Nieuwe starterswoningen hebben geen prioriteit meer in de markt. Woningstichting Dinteloord zal alleen nog nieuwe starterswoningen realiseren in nieuwe uitleggebieden in het kader van wijkdifferentiatie, onder de voorwaarde dat in het bestaande bezit het aantal rijwoningen tenminste evenredig wordt verminderd. Nieuwe starters worden bediend met vrijkomende woningen, die met korting op de marktprijs op basis van Slimmer Kopen® worden verkocht. Deze korting is inkomensafhankelijk. Starters met voldoende inkomen dienen zich op de reguliere koopmarkt te richten. Samen met drie collega-corporaties is op 1 december 2009 het woningaanbod in de regio Bergen op Zoom transparant en in een open omgeving in de markt gezet met het regionaal woonruimteverdeelsysteem onder de naam ‘Zuidwestwonen’. In 2010 heeft het systeem tot volle tevredenheid gefunctioneerd. Met name voor de ouderen ging de zorg uit naar het werken met dit web gebaseerd systeem. Per 1 november 2010 is voor de ouderenwoningen binnen het bestand van Woningstichting Dinteloord het Optiemodel ingevoerd. Na een goede voorlichting moeten we concluderen dat dit model een toegevoegde waarde heeft. Een zeer beperkte groep ouderen moet regelmatig ondersteund worden, wat wij ook met persoonlijk contact doen. In 2010 heeft een marktverkenning plaatsgevonden op basis van beschikbare gegevens, aangevuld met informatie over doelgroepen, inkomens, enzovoorts. Vastgesteld is dat de verkregen informatie in overeenstemming is met de ‘Visie op wonen en leven in West-Brabant en Tholen 2025’. De ondernemingsvisie en de marktvisie zijn vertaald naar een voorraadbeleidsdocument. Binnen deze opzet is het kader gevonden voor de beleidsinstrumenten financieel beleid, onderhoudsbeleid, huurprijsbeleid, doelgroepenbeleid, verkoopbeleid en energiebeleid. Om de bedrijfsrisico’s te kunnen beheersen was inzicht nodig in de prijs en kwaliteit van de aan te bieden producten. Daarnaast was inzicht nodig in de omvang van de aandachtsgroep, welke overige vraagsegmenten te onderscheiden zijn en hoe deze zich ontwikkelen. Het ging hierbij om vast te stellen hoe de omvang van verschillende segmenten in de huurwoningvoorraad tenminste moet zijn om een verantwoord volkshuisvestingsbeleid te garanderen. De resultante van deze acties is het Strategisch Voorraad Beleid. Het Strategisch Voorraad Beleid heeft aangetoond dat er in 2025 een discrepantie is tussen vraag en aanbod. In de tabel op de volgende pagina treft u de discrepanties in woningaantallen aan.
Jaarverslag 2010
5
Marktverkenning
Meerpersoons 0-1 sl.k Meerpersoons 2-3 sl.k Eengezins 2 sl.k Eengezins 3-4 sl.k Seniorenwoning Totaal
Vraag
Bezit 2025
Bezit 2025
Bezit 2025
Bezit 2025
2025
betaalbaar
duur
collega’s
totaal
Conclusie
40-50 60-70 70-90 470-510 160-180
24 21 59 463 167
3 30 -
25
24 24 59 493 192
tekort tekort tekort evenwicht overschot
830-870
734
33
25
792
Tekort
Op basis van de kwalitatieve analyse voldoen van het bestaande bezit circa 90 woningen niet aan de kwaliteitskenmerken en verdient het de voorkeur deze te herstructureren, zodat de totale nieuwbouwopgave in Dinteloord ligt tussen 140 en 180 sociale huurwoningen. Dit aantal is exclusief een eventuele nieuwbouwopgave voor een Agro Food Cluster in Dinteloord. Volgens de provinciale en gemeentelijke prognoses zullen hiervoor nogmaals circa 180 woningen in koop en huur gerealiseerd moeten worden. Binnen het SVB-plan is vastgesteld dat er substantiële investeringen noodzakelijk zijn in verbetering en upgrading van het bestaande bezit. Ten aanzien van het energielabel is besloten voor alle complexen die door geëxploiteerd worden, te streven naar ten minste een energielabel C. In 2010 is een sloopbesluit genomen voor 20 woningen aan de Papiermolen. Op deze locatie wordt een nieuw modern appartementencomplex gerealiseerd van 23 eenheden. Het oude complex trekt snel leeg. Ultimo 2010 woonden nog slechts 6 bewoners in het complex. De doelstelling om het complex per januari 2013 leeg op te leveren, is bijgesteld naar januari 2012. Nagenoeg alle woningen die in het bezit zijn van Woningstichting Dinteloord vallen binnen de betaalbare voorraad. De woningmarkt in Dinteloord is in het verslagjaar vrijwel tot stilstand gekomen. Het woningverkopen van muterende woningen is nagenoeg tot stilstand gekomen. De mutatiegraad is ten opzichte van 2009 (6,9%) verder gedaald naar 4,2% (inclusief verkopen bestaand bezit) en blijft achter het gewenste percentage van 7,5%. Bij het toewijzen van woningen voldoen we aan de nieuwe norm inzake ‘Tijdelijke Regeling DAEB Volkshuisvesting’, aangezien 90% van de woningen is toegewezen aan de doelgroep van beleid. Derhalve is 10% op basis van de nieuwe regelgeving ‘te goedkoop’ gehuisvest. Naast de reguliere doelgroepen werkt Woningstichting Dinteloord samen met collega-corporaties aan het huisvesten van bijzondere doelgroepen aan de onderkant van de maatschappij. De huurklassen zijn per 1 juli 2010 niet gewijzigd. Als gevolg van de aanpassing van de regelgeving worden de huurprijzen per klasse pas aangepast per 1 januari 2011. Huurklasse
Aantal woningen %
Goedkoop
Betaalbaar
Duur
Geliberaliseerd
tot € 357,37
€ 357,37 - € 548,18
€ 548,18 - € 647,53
vanaf € 647,53
123 17%
565 77%
33 4%
12 2%
De huurverhoging die per 1 juli 2010 is doorgevoerd, bedroeg het wettelijke maximum van 1,2%. Het beleid om bij mutatiewoningen te harmoniseren naar 66% van de maximaal redelijke huurprijs is in 2010 voortgezet. Op basis van het Strategisch Voorraad Beleid wordt vanaf 1 januari 2011 de harmonisatie gedifferentieerd op basis van de SVB-strategie per complex. Het totale bezit van Woningstichting Dinteloord ligt binnen het statutair vastgestelde werkgebied: de gemeente Steenbergen. Klant Vanuit een duidelijke definitie en de wensen van klantgroepen en partners bepaalt Woningstichting Dinteloord haar inzet. We stellen ons proactief op, leveren waar mogelijk maatwerkoplossingen en meten de tevredenheid van de dienstverlening. De betrokkenheid van de klanten is verankerd in het overleg met Huurdersvereniging Dinteloord. In het verslagjaar zijn er 3 formele vergaderingen met de huurdersvereniging geweest. Daarnaast zijn er diverse informele overleggen geweest met een delegatie van het bestuur van de huurdersvereniging. De samenwerking wordt als constructief en prettig ervaren.
Jaarverslag 2010
6
Met Huurdersvereniging Dinteloord is een Sociaal plan overeengekomen dat wordt gehanteerd bij renovatie en sloop. Binnen het Sociaal plan zijn diverse vergoedingen opgenomen, alsook een verhuiskostenvergoeding, gebaseerd op de wettelijke kaders. Leefbaarheid is een belangrijke zaak voor onze klanten. In het verleden hebben we veel aandacht aan de leefbaarheid besteed. In 2010 hebben we naast aspecten die we in de onderhoudskosten registreren, voor een bedrag van € 8.302 aan leefbaarheidsactiviteiten uitgegeven. Naast de reguliere kleine projecten hebben wij Huurdersvereniging Dinteloord verzocht ons inzicht te verschaffen in leefbaarheidsaspecten die vragen om een projectmatige aanpak. Hierbij heeft de huurdersvereniging de verlichting van achterpaden aangedragen. In 2011 zal dit verder uitgewerkt worden. Bij overlastzaken wordt op adequate wijze ingegrepen. Er zijn afspraken gemaakt met Maatschappelijk Werk om bij een eerste signalering direct actie te ondernemen. In het verslagjaar zijn er geen overlastzaken geëscaleerd. Woningstichting Dinteloord ondersteunt met personele inzet en het beschikbaar stellen van ruimte het spreekuur van Vraagwijzer in Dinteloord. Het spreekuur voldoet aan een grote behoefte; gemiddeld bezoeken 10 klanten per week dit spreekuur voor wonen, zorg en welzijn. In 2010 is deze service gecontinueerd. Kleine woningaanpassingen worden niet meer uit de WMO vergoed. Woningstichting Dinteloord voert deze WMOaanpassingen - na advisering door Vraagwijzer - voor haar rekening uit. In 2010 is in het kader van wonen en zorg een bedrag besteed van € 9.566. Woningstichting Dinteloord heeft een Huurders Informatie Punt voor de Belastingdienst, om klanten te kunnen informeren over de Toeslagenwet. Onze proactieve houding voor klanten met dreigende betalingsachterstanden resulteert in fraaie cijfers ten aanzien van huurachterstanden. De verwachting was dat de huurachterstanden door de kredietcrisis zouden oplopen. Door een intensieve benadering van bewoners met achterstanden en het inzetten van deskundige ondersteuning bij schuldhulpverlening door Traverse, kunnen we de huurachterstanden goed onder controle houden. De huurachterstand fluctueerde het hele jaar tussen de 0,48 en 0,68%. Per ultimo december was dit percentage slechts 0,52% van de jaarhuur. Het percentage bewoners dat een woning huurt met een huurtoeslag die via onze corporatie wordt verrekend, is dalende. Het percentage lag in het verslagjaar op 17%. Op basis van het opvragen van huren door de Belastingdienst concluderen wij dat circa 30% van onze huurders gebruik maakt van de huurtoeslag. Tegen de huurverhoging per 1 juli 2009 was door één bewoner bezwaar gemaakt. De betreffende bewoner is door de Huurcommissie niet in het gelijk gesteld. Tegen de huurverhoging 2010 zijn geen bezwaren gemaakt. Woningstichting Dinteloord is aangesloten bij de Regionale Geschillen Commissie (RGC). Voor het behandelen van klachten is een reglement opgesteld, dat te vinden is op de website van de RGC. In het verslagjaar zijn geen klachten over Woningstichting Dinteloord in behandeling genomen. Wel heeft één bewoner een klacht bij de Regionale Geschillen Commissie ingediend. De klager had zijn klacht echter niet bij Woningstichting Dinteloord gemeld. Deze klacht is daarom door de commissie niet ontvankelijk verklaard. De Regionale Geschillen Commissie heeft Woningstichting Dinteloord in kennis gesteld van deze klacht. De klacht is overigens in goed overleg en tot volle tevredenheid van de bewoner opgelost. De klanttevredenheid wordt op diverse processen gemeten. Dit vindt plaats bij klachtenonderhoud, verbeteringen, contractonderhoud en nieuwe verhuur. Op een schaal van 5 wordt 3,5 als goed ervaren. De gemiddelde klanttevredenheid kwam tijdens het jaar, gemeten op alle onderdelen, zelfs vaak uit boven een 4. Uitzondering hierop was de klanttevredenheid bij verbeteringen. De ontevredenheid betrof vooral de lange doorlooptijd van verbeteringen in bewoonde staat. Na onderzoek is vastgesteld dat dit veroorzaakt is door de werkdruk binnen de afdeling Woondiensten in het kader van het opstellen van het Strategisch Voorraad Beleid. Hierdoor was de begeleiding niet optimaal. Inmiddels zijn adequate maatregelen genomen die tot verbetering moeten leiden. Producten en diensten Al een aantal jaren worden op individueel verzoek verbeteringen in de woning mogelijk gemaakt. Daarnaast wordt het beleid betreffende verbeteringen toegepast in het planmatig onderhoud. Vooral luxe keukens, luxe tegels met sanitair en het aanbrengen van vaste trappen en dakvensters, waren populair onder de bewoners. In het verslagjaar is voor een bedrag van € 333.741 geïnvesteerd en is € 263.070 aan onrendabel onderhoud uitgegeven. In het verslagjaar hebben we 9 woningen uit het bestaande bezit verkocht, waarvan er 8 zijn gepasseerd in 2010.
Jaarverslag 2010
7
Alle woningen werden met het product ‘Slimmer Kopen®’ verkocht in maatschappelijk gebonden eigendom. Vooral zittende huurders met lage inkomens maakten gebruik van de mogelijkheid om met kortingen tot 30% op de marktprijs een eigen woning te verwerven, evenals starters die volgens de kortingsregeling recht hadden op 30% korting. Op basis van de inkomenstoets hebben wij vastgesteld dat zij niet op de reguliere koopmarkt konden slagen. De totale MGE-korting op deze woningen bedroeg € 355.300. Het totaal aantal woningen uit het bestaande bezit in deze constructie bedraagt thans 42. Totaal werd op de markwaarde van deze woningen een korting verleend van € 1,9 miljoen. Daarnaast zijn in het verleden 27 nieuwbouwwoningen onder deze MGEconstructie verkocht, waarop een korting is verleend van € 0,8 miljoen. Woningstichting Dinteloord heeft het eerste terugkooprecht. De toegepaste kortingen komen op deze wijze bij terugkoop terug naar de woningstichting. De gemiddelde bewoningsduur in Nederland bedraagt 7 jaar. Dit houdt in dat we mogen verwachten dat op termijn gemiddeld 10 woningen per jaar teruggekocht en opnieuw verkocht moeten worden. Met de Rabobank is een kredietfaciliteit Slimmer Kopen® overeengekomen, om een terugkoop te kunnen financieren. Eind 2009 is gestart met de bouw van 46 nultredenwoningen met parkeergarage in de kern Steenbergen. Dit project bestaat uit 26 huurappartementen in de betaalbare en dure voorraad en 20 koopappartementen. De appartementen worden in het tweede kwartaal van 2011 opgeleverd. In haar volkshuisvestelijke opgave is bevestigd dat Dinteloord behoefte heeft aan een Multi Functioneel Centrum voor wonen en zorg. Eerder overleg met de stichting tanteLouise-Vivensis heeft niet tot het resultaat geleid van een vernieuwing van de ‘Nieuwe Haven’, met realisatie van een MFC met een omvang van 120 eenheden. Woningstichting Dinteloord is bij haar uitgangspunt gebleven dat een gemengde intramurale/extramurale woonzorgvoorziening noodzakelijk is om de vergrijzing op te vangen. Om niet in concurrentie te treden met de stichting tanteLouise-Vivensis is het programma verlaagd van 120 eenheden naar 70 eenheden. In oktober is de wens uitgesproken om daadwerkelijk een nieuw MFC te realiseren van deze omvang. Er zijn gesprekken gevoerd met diverse zorgleveranciers. Inmiddels is met Stichting Surplus een intentieovereenkomst gesloten om in nauwe samenhang het complex te realiseren. Volgens de planning zou het complex eind 2014 gereed kunnen komen. Woningstichting Dinteloord heeft in Steenbergen aan het Doktersdreefje het ‘Vermeulenhuis’ aangekocht voor de realisatie van een woonzorgvoorziening voor de Stichting Dag- en Woonvoorzieningen uit Roosendaal. Na intensieve gesprekken met de gemeente Steenbergen en de Stichting Dag- en Woonvoorzieningen leken er nieuwe kansen voor deze locatie te ontstaan. Door gewijzigde inzichten binnen de Stichting Dag- en Woonvoorzieningen heeft de stichting eind 2010 echter besloten af te zien van ontwikkeling op deze locatie. In 2011 zal gezocht worden naar een nieuwe invulling. In het verslagjaar zijn geen wooneenheden gerealiseerd met een kostprijs hoger dan € 240.000. Per 1 januari 2012 moet Woningstichting Dinteloord een nabetaling doen om definitieve verwerving van een grondpositie in Dinteloord Noordoost te kunnen realiseren. Deze grondpositie is aangekocht om een eventuele uitbreiding van de kern Dinteloord te bewerkstelligen. In een opiniërende bijeenkomst van de Gemeenteraad van Steenbergen over de woningbouwlocaties in Dinteloord, heeft de raad uitgesproken dat deze locatie de voorkeurslocatie is voor uitbreiding van de kern Dinteloord. Mede gezien de unieke ligging, direct naast het centrum van de kern, is hier in de eerste fase het Multi Functioneel Centrum voor Wonen en Zorg geprojecteerd. Onderhoud Woningstichting Dinteloord maakt slechts beperkt onderscheid in de behandeling van klachten- en mutatieonderhoud. Dit is het gevolg van het ZAV- en verbeteringenbeleid. Bewoners laten hun woning netjes achter. In een enkel geval moeten wij kosten verhalen als gevolg van schade. In 2010 is het aantal klachten opnieuw teruggelopen van 651 tot 572. We constateren dat met name het (nog) meer projectmatig aanpakken van woningen bijdraagt aan deze daling. Zo waren er in 2008 nog 737 klachten. In twee jaar tijd bedraagt de daling derhalve ruim 22%. De gemiddelde kosten per klacht zijn ten opzichte van het vorige verslagjaar gestegen van € 125 naar € 133 in 2010. Dit wordt met name veroorzaakt door het feit dat de eigen onderhoudsdienst per 1 juli 2010 is opgeheven en al het klachtenonderhoud wordt uitbesteed. De stijging weegt echter niet op tegen de verlaging van de beheerskosten voor het in stand houden van een eigen onderhoudsdienst.
Jaarverslag 2010
8
Voor een aantal onderhoudskosten zijn jaarcontracten afgesloten. Het betreft hoofdzakelijk CV-onderhoud, liftonderhoud, ontstopping riolering, reinigen dakgoten, schoonmaak en onderhoud van groenstroken. Alle hieraan verbonden kosten worden door de woningstichting voor haar rekening genomen. Aan dit contractonderhoud werd op jaarbasis per woning een bedrag van € 148 besteed. Door het ZAV- en verbeteringenbeleid, dat is gericht op de individuele benadering van de bewoner, komt het traditionele planmatige onderhoud - dat uitgaat van seriematig vervangen - steeds meer onder druk te staan. Daar waar binnen in de woning douches, toiletten en keukens aan vervanging toe zijn, wordt het reguliere planmatige onderhoud opgezet als projectmatig onderhoud, met ruime inspraakmogelijkheden voor de bewoners. In het verslagjaar is aan een beperkt aantal woningen planmatig onderhoud uitgevoerd. Het betrof een kleine onderhoudsbeurt. Daarnaast zijn 67 CV-ketels vervangen. Hieraan is een bedrag van € 102.057 besteed. Aan 54 woningen in de Van Galenstraat en omgeving is het planmatig onderhoud omgezet naar projectmatig onderhoud. Dit renovatieproject voorzag in een aanzienlijke comfortverbetering en een pakket aan EPAmaatregelen. De werkzaamheden zijn in 2010 binnen de begroting met een bedrag van € 179.017 voor onderhoud volledig afgerond. Financieel In 2010 is het INK-model binnen de organisatie ingevoerd. Een van de kenmerken is dat in alle beschikbare documenten een herkenbare structuur aanwezig is. Daarnaast is de PDCA-cyclus van groot belang. Deze werkwijze geeft een beter beeld van de risico’s die gelopen worden en welke maatregelen getroffen worden om deze risico’s te beperken. De financiële meerjarenprognose 2011-2030 is hierop aangepast. De financiële meerjarenprognose is een van de belangrijkste documenten voor de Raad van Commissarissen. Het is de financiële vertaling van de doelstellingen uit het ondernemingsplan en het strategisch voorraadbeleid. Het SVBplan is in september 2010 vastgesteld en de Raad van Commissarissen heeft met instemming kennisgenomen van het perspectief van het SVB-plan. De volkshuisvestelijke opgaven vragen om ingrijpende investeringen. De basisvariant van de meerjarenprognose vormt de basis voor de prospectieve cijfers die zijn aangeleverd aan Corpodata voor het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) en Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Als startpunt voor de meerjarenprognose geldt de laatst vastgestelde jaarrekening. De operationele cijfers uit de jaarbegroting 2011 vormen samen met projecten de basis voor de meerjarenprognose. De financiële meerjarenprognose kent drie varianten: de basisvariant, de risicovariant en de blanco variant. De basisvariant van de meerjarenprognose vormt de basis voor de aan Corpodata aangeleverde informatie, met daarin opgenomen alle besluiten betreffende projecten vanaf het voorlopig ontwerp. In de risicoparagraaf worden alle risico’s met de bijbehorende effecten benoemd. Binnen de risicovariant zijn de effecten van de risico’s uit de basisvariant meegenomen, alsmede projecten die zich in de Initiatieffase bevinden. De blanco variant betreft het scenario waarvoor formeel verplichtingen zijn aangegaan. Deze variant geeft inzicht in de gevolgen als we per direct overschakelen op een louter beheersorganisatie en wordt gebruikt om de ‘stresstest’ bij nieuwe projecten uit te voeren. Feitelijk stuurt Woningstichting Dinteloord alleen nog op kasstromen en solvabiliteit. Projecten worden gekoppeld aan de visie en missie van de woningstichting op basis van het Strategisch beleidsplan en de marktontwikkeling. Dit principe zal ook toegepast worden op onderhouds- en renovatieplannen. Projecten worden binnen WSD Projectontwikkeling B.V. op basis van het Kwaliteits Management Systeem Projecten opgezet en bewaakt. Woningstichting Dinteloord heeft een 100% belang in WSD Projectontwikkeling B.V. en beiden vormen tevens een fiscale eenheid voor zowel omzetbelasting als vennootschapsbelasting. Als gevolg van het Europadossier zullen het CFV en WSW de kasstromen voor Diensten van Algemeen en Economisch Belang (DAEB-activiteiten) afsplitsen. In de meerjarenprognose is hiermee nog geen rekening gehouden. Enerzijds omdat de omvang voor WSD beperkt is, anderzijds omdat niet bekend is wat met de positieve kasstromen van niet DAEB-activiteiten (die er natuurlijk wel zijn) gaat gebeuren. Wij blijven dit monitoren. Binnen de verbeteringen kennen we kwalitatieve verbeteringen zoals douche, toilet en keuken, enzovoorts. Daarnaast zijn in de meerjarenprognose ook kosten opgenomen om in het kader van de EPC alle woningen op C-niveau te brengen. De verbeteringen zijn in overeenstemming gebracht met het SVB-plan. De komende jaren wordt ingezet op kostenbeheersing. Kostenbeheersing heeft een positieve invloed op kasstromen. Voor de meerjarenbegroting is de lijn van de vorige meerjarenbegroting doorgezet. Kosten worden toegerekend aan de kostendragers waarvoor zij gemaakt zijn.
Jaarverslag 2010
9
Binnen de meerjarenprognose zijn in totaal 20 woningverkopen bestaand bezit opgenomen. De verkopen zijn verspreid over 2 jaar. Verkopen geschiedt in principe bij mutatie van woningen. Mede gezien de lage mutatiegraad zal de huidige huurders op eigen verzoek de mogelijkheid geboden worden om binnen de voorwaarden van het verkoopplan uit 2009 hun woning te kopen, tot het aantal van 10 woningen op jaarbasis is bereikt. Kasstroomoverzicht basisvariant
2011
2012
2013
2014
2015
Ontvangsten Huren Vergoedingen Renteontvangsten Saldo ingaande kasstromen
4.020 40 64 4.124
4.157 41 31 4.229
4.375 42 8 4.425
5.062 42 15 5.119
5.164 43 6 5.213
Uitgaven Personeelsuitgaven Onderhoudsuitgaven Overige bedrijfsuitgaven Rente-uitgaven Sectorspecifieke heffing Leefbaarheid Vennootschapsbelasting Saldo uitgaande kasstromen
540 697 529 1.541 50 45 3.402
550 997 540 1.425 20 46 3.578
561 857 550 1.332 47 3.347
573 796 561 1.530 48 99 3.607
584 640 572 2.148 49 186 4.179
722
651
1.078
1.512
1.034
Kasstroom uit operationele activiteiten
Solvabiliteit
2010
2011
2012
2013
2014
2015
Basisvariant Risicovariant Blanco variant
45% 45% 45%
46% 43% 46%
48% 42% 47%
44% 39% 43%
34% 30% 45%
35% 30% 48%
Woningstichting Dinteloord streeft naar een solvabiliteit van ten minste 30%, gebaseerd op de beoordeling van het CFV, waarbij rekening wordt gehouden met een risico van 10%, een correctie van het eigen vermogen naar volkshuisvestelijk vermogen van 10% en een marge van 10%. Op basis van het laatste solvabiliteitsoordeel dient Woningstichting Dinteloord te streven naar een minimale solvabiliteit van 32%, bestaande uit een correctie op eigen vermogen van 11,2%, een risico van 9%, een extra risico VPB-beklemming van 2% en daarnaast een marge van 10%. Op basis van de basis meerjarenprognose blijft Woningstichting Dinteloord eind 2015 boven een minimale solvabiliteit van 32%, wat normaliter een A1-oordeel zou moeten opleveren. Het CFV zal in de beoordeling echter ook rekening houden met een heffing huurtoeslag. Het CFV heeft aangekondigd dat deze heffing huurtoeslag mogelijk tot meer A2-oordelen zou kunnen leiden, aangezien de voorgenomen activiteiten de vermogenspositie in 2015 in gevaar zullen brengen. Gezien de ruime marge zal dit naar verwachting voor Woningstichting Dinteloord niet het geval zijn. De meerjarenprognose toont aan dat we de komende jaren onze opgaven goed uit kunnen voeren. Belangrijke projecten als het MFC II en de ontwikkeling van Dinteloord Noordoost, zijn in financiële zin te realiseren. Binnen de leningportefeuille wordt gebruik gemaakt van enkele swapovereenkomsten, afgesloten ter afdekking van het renterisico. Deze overeenkomsten worden uitsluitend gekoppeld aan leningen op basis van hedge accounting. Om risico’s aangaande de leningportefeuille nog beter te kunnen beheersen, is in 2010 conform de statuten Treasurycommissie ingesteld, waar naast de Directeur-bestuurder en de manager Financiën van werkorganisatie ook twee leden van de RvC deel van uitmaken. Samen met de Treasurycommissie is Treasurystatuut in 2010 in nauw overleg me de accountant geactualiseerd en vastgesteld door de Raad Commissarissen.
een de het van
Organisatie Met het opstellen van het ondernemingsplan zijn ook stakeholders geïnterviewd. Een maatschappelijk betrokken organisatie dient open te staan voor invloeden van buitenaf. Om deze reden is als eerste stap getracht het contact met de externe omgeving te concretiseren. Met de lokale stakeholdersgroep, bestaande uit de St. Dorpsraad Dinteloord, winkeliersvereniging, huisartsen en huurdersvereniging, is een gesprek gevoerd over van belang zijnde onderwerpen.
Jaarverslag 2010
10
Door alle partijen is onderschreven dat een dergelijk overleg een toegevoegde waarde heeft. Inmiddels zijn vervolgafspraken gemaakt. Ook met de stakeholdersgroep ouderen, bestaande uit de vertegenwoordigers van het Gecoördineerd Ouderenwerk, ANBO en KBO, is op constructieve wijze overleg gevoerd. Ook met deze stakeholdersgroep is afgesproken de gesprekken in 2011 voort te zetten. De stakeholdersgroep schooldirecteuren, van de drie in Dinteloord aanwezige basisscholen, hebben niet gereageerd op een uitnodiging. Verdere initiatieven zijn teruggelegd bij de directeuren. De contacten met de gemeente Steenbergen zijn zowel op uitvoerend als bestuurlijk niveau goed te noemen. Eind 2007 heeft er al een gesprek plaatsgevonden met de gemeente Steenbergen over het actualiseren van de prestatieafspraken. Dit heeft nog niet geleid tot concrete nieuwe afspraken met de gemeente. Woningstichting Dinteloord is overigens van mening dat het feitelijke document prestatieafspraken minder belangrijk is. Wij hechten meer belang aan structurele gesprekken op basis van wederzijds respect en verantwoordelijkheid, waarbij we gezamenlijk blijven werken aan de volkshuisvestelijk opgaven. Wij concluderen dat de belangrijke zaken die in prestatieafspraken verankerd moeten worden, feitelijk al prima lopen. Dit betekent overigens niet dat in alle dossiers de door Woningstichting Dinteloord gewenste resultaten worden bereikt. Met de transparantie naar buiten is ook een sponsorbeleid geïntroduceerd. Met een beperkt sponsorbudget ondersteunt Woningstichting Dinteloord lokale initiatieven en verenigingen. Van belang bij de afweging voor toekenning van sponsorgeld is de maatschappelijk toegevoegde waarde in het kader van de leefbaarheid of profilering van de kernen. In 2010 is verder uitwerking gegeven aan de professionalisering, om de organisatiestructuur aan te passen en een Kwaliteits Management Systeem voor projecten in te voeren op basis van de INK-filosofie. Daarnaast is op basis van het INK-model de informatievoorziening aan de Raad van Commissarissen gestroomlijnd. In 2010 is met behulp van externe ondersteuning de hele automatisering geanalyseerd. Geconcludeerd is dat deze na 8 jaar van goede dienst niet meer voldeed aan de moderne eisen die gesteld worden aan automatisering en informatisering. Na een uitgebreid selectietraject is overeenstemming bereikt met ACA IT Solutions B.V. Het hart van het systeem bestaat uit Multivers van UNIT4, met ondersteuning van corporatiespecifieke software Estate Vision van Twinvision Software. Het nieuwe systeem is per 1 januari 2011 operationeel. De activiteiten betreffende projectontwikkeling zijn gescheiden, waarbij commerciële winsten en verliezen worden verantwoord binnen de dochteronderneming WSD Projectontwikkeling B.V. en onrendabele investeringen en MGE-kortingen worden verantwoord binnen de Toegelaten Instelling, op basis van volkshuisvestelijk verantwoorde keuzes. Met de Raad van Commissarissen heeft een constructieve dialoog plaatsgevonden over de interne wijze van rapporteren. Zo is de inhoud van de periodieke verslaglegging vernieuwd en is de jaarbegroting vereenvoudigd. Met name het toevoegen van risicoparagraaf binnen de verslaglegging, begroting en meerjarenprognose dragen bij aan de goede beheersing van de risico’s. Woningstichting Dinteloord heeft als werkgebied de gemeente Steenbergen en er zijn geen voornemens het werkgebied uit te breiden buiten de gemeentegrens. In het verslagjaar heeft de allround onderhoudsmedewerker gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot vervroegde pensionering. Van de heer J.C.M. van Merriënboer is per 1 juni op passende wijze afscheid genomen. In 2010 is door een extern adviesbureau de omvang van de organisatie doorgelicht, hetgeen heeft geresulteerd in een nieuw formatieplan. Het formatieplan voor de gehele organisatie, exclusief Directeurbestuurder, is vastgesteld op 7,5 formatieplaatsen. Naast de Directeur-bestuurder wordt binnen de organisatie gewerkt met 8 personeelsleden, waarvan 4 parttime. Het totaal aantal formatieplaatsen bedraagt ultimo 2010 6,4. Gezien de omvang van de projectportefeuille wordt op inleenbasis een projectmedewerker ingezet. De gemiddelde leeftijd van alle personeelsleden samen ligt op 45 jaar. De werkzaamheden worden verricht met een gemotiveerd team, aangestuurd op basis van Resultaten, Verantwoordelijkheden en Bevoegdheden (RVB), waarbij de verantwoordelijkheden laag in de organisatie zijn gelegd. In 2010 zijn RVB-schema’s per functie/per taakveld geactualiseerd en vertaald naar functieprofielen op basis van competenties. Daarnaast is vastgesteld of individuele werknemers behoefte hadden aan aanvullende opleidingen. Voor één werknemer heeft dit geresulteerd in een persoonlijk opleidingsplan. Door de overige personeelsleden zijn op basis van de functioneringsgesprekken en op ad hoc basis diverse cursussen gevolgd.
Jaarverslag 2010
11
Totaal is in het verslagjaar een bedrag van € 13.009 besteed aan cursussen en bijeenkomsten. Met alle personeelsleden zijn functioneringsgesprekken gevoerd. In 2010 is een maatschappelijke stageplaats ter beschikking gesteld voor een VMBO-leerling. De stagiaire is ingezet op eenvoudige klusjes op kantoor en binnen de uitvoerende onderhoudsdienst van onze stichting. In 2010 is het Integriteitsbeleid vernieuwd. voor Woningstichting Dinteloord werkzame Daarnaast is het integer handelen als vast geen aanwijzingen of meldingen van derden
Met het personeel is het Integriteitsbeleid doorgenomen en zijn de bedrijven schriftelijk in kennis gesteld van het Integriteitsbeleid. bespreekpunt opgenomen in de functioneringsgesprekken. Er zijn over het niet integer handelen van de werkorganisatie.
Het ziekteverzuim in 2010 bedroeg 1,7% op jaarbasis. Dit is ruim binnen onze interne norm van 2,5%. Dit percentage werd beïnvloed door één langer durend ziektegeval. Exclusief dit ziektegeval zou het verzuimpercentage onder de 0,5% hebben gelegen, wat eens te meer aangeeft dat we met een gemotiveerd team inhoud geven aan de werkzaamheden. De overige bedrijfslasten zijn in 2010 substantieel gedaald van € 825.454 in 2009 tot € 595.581 in 2010. Naast het scherper geworden zijn op de bedrijfslasten door de invoering van het INK-model, is ook de daling van advieskosten op bijzondere dossiers hier een belangrijke verklaring voor, en eveneens een juiste doorbelasting naar projecten. Op basis van de CFV-cijfers ‘Corporatie in perspectief’ kunnen we stellen dat de netto bedrijfslast in 2010 ten opzichte van 2009 is gedaald van € 1.643 naar circa € 1.300 per verhuureenheid. Toetsend aan referentiecorporatie en de landelijke cijfers in 2009, met respectievelijk € 1.457 en € 1.291, concluderen wij dat de netto-bedrijfslasten passend zijn bij de omvang van de organisatie. In het verslagjaar is veel werk verzet, met name in het implementeren van het INK-model en het opzetten van het Strategisch Voorraad Beleid. Daarnaast heeft de voorbereiding plaatsgevonden van het koppelen van budgetten aan functies, met als doestelling nog scherper te worden in de kostenbeheersing. Slotwoord Het positieve saldo bedraagt € 1.814.284 en is toegerekend aan de algemene bedrijfsreserve. Alle middelen zijn in het belang van de volkshuisvesting ingezet. Er heeft geen ondersteuning plaatsgevonden aan buitenlandse instellingen. Dinteloord, 28 april 2011, was getekend, A.J. Smulders Directeur-bestuurder
Jaarverslag 2010
12
Verslag van de Raad van Commissarissen Werkwijze en thema´s Het jaar 2010 is het eerste volledige jaar dat Woningstichting Dinteloord in een tweelagenstructuur functioneert. Omzetting van 3- naar 2 lagen is niet zomaar een formaliteit. Het vraagt zowel van de RvC als van de Directeur-bestuurder vermogen om zich aan te passen aan de nieuwe situatie. Belangrijke vraag vanuit het toezicht is: worden de juiste dingen gedaan, worden deze goed en op verantwoorde wijze gedaan en worden geen onverantwoorde risico’s genomen. Als gevolg van de omzetting was het noodzakelijk ook de structuur van de organisatie anders in te richten. De RvC heeft samen met de Directeur-bestuurder een pad uitgezet om te komen tot een effectieve scheiding tussen besturen en toezichthouden. Vanuit het eind 2009 vastgestelde ondernemingsplan is de aandacht in 2010 vooral uitgegaan naar het verder professionaliseren van de organisatie. De grote lijn van het toezichthouden is gebaseerd op de volgende documenten: Strategisch ondernemingsplan Strategisch Voorraad Beleid Financiële meerjarenprognose Jaarbegroting Periodieke verslaglegging Het jaarverslag Deze lijn is opgezet volgens het principe van het INK-model (Instituut Nederlandse Kwaliteit) met de kwaliteitscirkel van Deming. Kort gezegd is gekeken naar uniformering van de documenten en de kwaliteit en effectiviteit van de informatie. De processen zijn ingericht volgens het principe P(lan) D(o) C(heck) A(act)cyclus. Naast de interne documenten zijn de rapportages van de accountant belangrijke documenten voor de RvC om op adequate wijze inhoud te geven aan haar toezichthoudende taak. Het betreft de managementletter met bevindingen van de interim controle en het accountantsverslag met bevindingen van de controle op de jaarrekening en het jaarverslag. Ook hecht de RvC veel waarde aan het continuïteitsoordeel en solvabiliteitsoordeel van het CFV en de beoordeling kredietwaardigheid van het WSW. In maart 2010 heeft de Directeur-bestuurder een plan gepresenteerd aan de RvC om te komen tot strategisch voorraadbeleid. De raad is gedurende het proces voortschrijdend geïnformeerd. In oktober heeft de Directeurbestuurder de definitieve resultaten van de portfolio-analyse gepresenteerd. De RvC heeft op basis van de presentatie positief over het Strategisch Voorraad Beleid 2010-2025 geadviseerd. Dit document vormt de volkshuisvestelijke opgave zoals WSD deze ziet in de periode tot 2025, zowel in de kwalitatieve als kwantitatieve opgave. De financiële doorrekening van deze portfolio-analyse geeft aan dat Woningstichting Dinteloord op basis van de huidige inzichten over voldoende mogelijkheden en middelen beschikt om de geformuleerde volkshuisvestelijke opgave zelfstandig uit te voeren. Woningstichting Dinteloord heeft vanuit haar volkshuisvestelijke opgave een forse investeringsopgave, die is vertaald naar projecten. In het verleden werd aan risicobeheersing gedaan. De kredietcrisis heeft echter aangetoond dat de risico’s - zeker binnen projecten in vastgoed - aanzienlijk zijn toegenomen. Een meer gefaseerde besluitvorming binnen de projecten leidt tot een betere beheersbaarheid van de risico’s. Begin 2010 heeft de Directeur-bestuurder het Kwaliteits Management Systeem Projecten geïntroduceerd. De RvC heeft het KMS-model Projecten breedvoerig besproken en vastgesteld dat met de invoering van dit model, de daarin opgenomen beslismomenten en advisering door de RvC, een gedegen instrument geboden wordt om op adequate wijze invulling te geven aan het toezicht op de projecten en de hieraan verbonden risico’s. Politieke ontwikkelingen zoals het ‘Europadossier’ en de opgenomen bezuinigingen in het regeer- en gedoogakkoord, vormen een extra risico voor de gezonde bedrijfsvoering bij woningcorporaties. De RvC zal in overleg met de Directeur-bestuurder de ontwikkelingen nauwgezet volgen en beoordelen wat de maatregelen betekenen voor de continuïteit van de organisatie. De Directeur-bestuurder geeft, naast zijn algehele operationele verantwoordelijkheid voor de stichting, leiding aan een gemotiveerd team van medewerkers. De voorzitter van de RvC is het eerste aanspreekpunt voor de Directeur-bestuurder. Naast de reguliere vergaderingen met de RvC overlegt de voorzitter met de Directeurbestuurder ter voorbereiding op de agenda en het RvC-overleg. Woningstichting Dinteloord faciliteert de werkzaamheden van de RvC.
Jaarverslag 2010
13
De RvC heeft gekozen om de vergaderingen te splitsen in een informeel deel en een formeel deel. In het informele deel van de vergadering licht de Directeur-bestuurder belangrijke punten toe betreffende de voortgang van operationele zaken en kunnen de leden van de RvC vragen stellen aangaande volkshuisvestelijke onderwerpen. In het formele deel worden de onderwerpen behandeld die volgens de statuten tot de taken van de RVC behoren. De RvC heeft in 2010 6 maal vergaderd volgens het vastgesteld vergaderschema. In de vergaderingen zijn onder andere de volgende punten besproken: Datum
Onderwerp
Actie
25-02-2010
-
Bespreking Besluit Besluit Advies Ter informatie Advies Bespreking Advies Goedkeuring Besluit Ter informatie Ter informatie Ter informatie Advies Advies Advies Ter informatie Besluit Advies Advies Advies Ter informatie Advies Besluit Advies Ter kennisname
29-04-2010
07-07-2010
15-09-2010
28-10-2010
02-12-2010
Bespreking oordeelsbrief 2009 MVROM Afwaardering projecten Actualisatie Integriteitscode Implementatie Kwaliteits Management Systeem Projecten Verslaglegging tot en met 31 december 2010 Meerjarenprognose 2010-2029 Inventarisatie wensen RvC inzake verslaglegging Bespreking Accountantsverslag 2009 Vaststellen Jaarrekening 2009 Benoeming leden Treasurycommissie Verslaglegging t/m 30 april 2010 Continuïteitsoordeel CFV 2010 Formatieplan WSD Vernieuwing BIS automatisering Besluit Definitiefase project Papiermolen Besluit Initiatieffase verbouwing kantoor Managementletter 2010 met toelichting accountant Evaluatie en opdracht accountant 2011-2014 Vaststelling Strategisch Voorraad Beleid 2010-2025 Besluit Initiatieffase project MFC II Grondpositie Dinteloord Noordoost Verslaglegging t/m 31 augustus 2010 Aanpassing stichtingskosten project Schootsvelden Vaststellen Treasurystatuut Begroting 2011 Corporaties in perspectief
De vergaderingen van 29 april 2010 en 28 oktober 2010 werden bijgewoond door de externe accountant, respectievelijk voor het bespreken van het accountantsverslag 2009 en de Managementletter 2010. Naast de reguliere vergaderingen vergadert de RvC éénmaal per jaar met de Directeur-bestuurder en het voltallige managementteam. Dit heeft plaatsgevonden op 27 mei 2010. Belangrijke gesprekonderwerpen waren: Introductie INK-model WSD; Voorstel wijze van verslaglegging; Uitwerking Kwaliteits Management Systeem Projecten in een concreet project; Aanbevelingen accountant Managementletter 2009; Voortgang opstellen Strategisch Voorraad Beleid. Gezien de importantie heeft de RVC één extra vergadering gehouden: Datum
Onderwerp
Actie
11-10-2010
- Strategisch Voorraad Beleid 2011-2025 - Besluit Initiatieffase project MFC II - Grondpositie Dinteloord Noordoost
Preadvies Preadvies Preadvies
De vergadering werd bijgewoond door de adviseur van FM Advies ter toelichting op het concept Strategisch Voorraad Beleid.
Jaarverslag 2010
14
Naast de reguliere vergaderingen in het bijzijn van de Directeur-bestuurder heeft de RvC ook 2 maal zelfstandig vergaderd. Belangrijke gespreksonderwerpen waren: Opstellen profiel traineeship RvC en wervingsprocedure; Zelfevaluatie van de RvC; Beoordeling Directeur-bestuurder. Het aanwezigheidspercentage van de leden van de raad bij de vergaderingen bedroeg in 2010 100%. De RvC heeft via mondelinge toelichting van de Directeur-bestuurder kennis genomen van het verslagjaar van de Regionale Geschillen Commissie. De Directeur-bestuurder heeft medegedeeld dat er in het verslagjaar geen geschillen zijn geweest. Uit het jaarverslag van de Regionale Geschillen Commissie blijkt dat er één geschil is aangemeld. Dit geschil is door de geschillencommissie niet ontvankelijk verklaard. Interne risicobeheersing en controle Woningstichting Dinteloord kent aan risicobeheersing via het INK-model een hoge prioriteit toe. Ook de externe accountant brengt tijdens de tussentijdse controle de risico’s voor de corporatie nader in beeld. Het gaat hierbij met name om het schetsen van een actueel beeld van de risico’s in relatie tot de beleidsdoelstellingen en de interne beheersing. Binnen de periodieke verslaglegging is de risicobeheersing als vast onderwerp opgenomen. De belangrijkste risico’s per deelgebied zijn door de RvC besproken. Het betrof de volgende risico’s: Woningmarkt Onduidelijk beeld woningmarkt binnen het werkgebied Europadossier woningtoewijzing en financiering van Diensten van Algemeen en Economisch Belang Financieel Verkoopwoningen in aanbouw project Schootsvelden Investeringscapaciteit Woningstichting Dinteloord in relatie tot de volkshuisvestelijke opgave Planning & Control Tijdige beschikbaarheid van informatie ter bespreking Repressieve controle verschuiven naar preventieve controlemaatregelen Projecten Omzetting van koopwoningen naar huurwoningen binnen projecten Verhuurbaarheid dure huurwoningen Onrendabele investering bij projecten Het op de juiste wijze uitvoeren van het geïntroduceerde INK-model en KMS Projecten Onderhoud Binnen het reguliere onderhoud worden geen risico’s voorzien Overige bedrijfsprocessen Omvang van de organisatie versus de volkshuisvestelijke opgave Verkoop bestaand bezit Fiscaal -
Integratieheffing project Papiermolen
Governance Motivering afwijkingen Governancecode. De genoemde onderwerpen worden met de RvC en de Directeur-bestuurder besproken en bewaakt. Het risico voor lopende projecten wordt door de accountant als ‘hoog’ inschat. Hierbij is wel opgemerkt dat Woningstichting Dinteloord geen onverantwoorde risico’s loopt. In 2011 zal aandacht geschonken worden aan de gegeven adviezen. Daarnaast zijn het financiële risico en het onderhoudsrisico als gemiddeld aangemerkt, passend bij de bedrijfsomvang. Het totale financiële risico van de organisatie wordt jaarlijks op basis van de financiële meerjarenprognose besproken. Deze meerjarenprognose bestaat uit 3 modellen: een basismodel met daarin alle activiteiten, een risicovariant waarmee inzichtelijk wordt gemaakt wat de effecten zijn als belangrijke aannames niet gerealiseerd worden en een blanco variant. Deze laatste geeft inzicht als we per direct besluiten over te gaan naar een
Jaarverslag 2010
15
beheersorganisatie, geënt op doorexploitatie van het bestaand bezit en de aangegane verplichtingen. Bij het aangaan van substantiële nieuwe financiële verplichtingen, met name van nieuwe projecten, vindt op basis van deze variant een zogenaamde ‘stresstest’ plaats. De ‘stresstest’ moet aantonen dat nieuwe financiële verplichtingen op verantwoorde wijze aangegaan worden. Jaarlijks wordt het solvabiliteitsoordeel van het Centraal Fonds voor de Volkshuisvesting (CFV) door de RvC besproken. De RvC hanteert in haar financiële advisering een minimaal solvabiliteitspercentage van 30 procent en een duurzaam positieve kasstroom gebaseerd op de operationele kasstroom, rekening houdend met de aflossingsfictie volgens de WSW-normering. Op basis van volkshuisvestelijke afwegingen acht de RvC bij een positieve marktwaardetoets een solvabiliteitspercentage van minimaal 20 procent acceptabel. De commerciële activiteiten en projectontwikkeling zijn ondergebracht in een aparte entiteit: WSD Projectontwikkeling B.V. Binnen deze B.V. worden alleen activiteiten ondergebracht die op basis van beslisdocumenten binnen Woningstichting Dinteloord positief zijn geadviseerd door de RvC. De projecten worden verantwoord binnen de reguliere verslaglegging van Woningstichting Dinteloord. Hierdoor heeft de RvC direct toezicht op deze entiteit. Woningstichting Dinteloord participeert in de Stichting Woonwagenbeheer Zuid- West Nederland. De financiële risico’s voor Woningstichting Dinteloord beperken zich tot de niet gedekte algemene beheerskosten, verdeeld op basis van het aantal verhuureenheden van de aangesloten corporaties. De gemeente Steenbergen heeft aangegeven haar woonwagens en woonwagenstandplaatsen niet over te dragen aan de stichting. Er zijn daardoor beperkte exploitatierisico’s. Vereniging Toezichthouders Woningcorporaties (VTW) De leden van de RvC zijn lid van de VTW. Naast de schriftelijke informatie die ontvangen wordt, is in de rolverdeling binnen de RvC afgesproken dat de bijeenkomsten van de VTW en relevante workshops worden bezocht. Doelstelling is dat ieder lid van de RvC jaarlijks tenminste twee relevante workshops of cursussen bezoekt. Leden van de RvC die beroepsmatige opleidingsactiviteiten volgen, die overeenkomen met hun specifieke taak binnen de RvC, worden vrijgesteld van deze doelstelling. Samenstelling van de RvC en Rooster van aftreden Voor de RvC zijn functieprofielen opgesteld. Voor de reglementen en profielen wordt verwezen naar de website van Woningstichting Dinteloord. Op 31 december bestond de RvC uit 5 leden. Dit is in overeenstemming met de statuten. Drie leden van de RvC zijn voormalige bestuursleden van de woningstichting. Dit wijkt af van de Governancecode. Het voormalige Bestuur en de voormalige RvC waren van mening dat het kennisverlies bij het niet benoemen van enkele leden uit het voormalige Bestuur een te groot risico vormde. De RvC heeft gekozen voor het afwijken van de Governancecode onder de volgende voorwaarden: binnen het nieuw rooster van aftreden is herbenoeming bij overschrijding van de zittingstermijn niet meer mogelijk; per 1 januari 2011 wordt een trainee benoemd als kandidaat-lid voor de RvC, om kennis te maken met de sector en per 1 januari 2012 toe te treden tot de RvC. Naam
Achtergrond
Benoeming
Dhr. J.A. Legierse (1943)
Gepensioneerd
Eerste benoeming 27-02-1996
Voorzitter
Nevenfuncties - Adviseur VBR en van het LSVB - Lid college van deskundigen betonreparatie - Voorzitter Stichting behoud Petrus en Pauluskerk - Docent betontechnologie Betonvereniging / LSVB - Assessor EVC - Eigenaar Kontech Adviesbureau / Kontech Ontwikkeling
Aftredend 01-01-2012 (niet herkiesbaar)
Deskundigheid - volkshuisvestelijk/technisch/bestuurlijk
Jaarverslag 2010
16
Dhr. A.E. de Mey (1953) Vicevoorzitter
Directeur bedrijfsmanagement Nevenfuncties - geen Deskundigheid - financieel-economisch/management en organisatie
Dhr. A.C. Smits (1944)
Gepensioneerd Nevenfuncties - geen Deskundigheid - sociaal-maatschappelijk
Dhr. J.J.J. de Nood (1947) Huurdervertegenwoordiger
Gepensioneerd Nevenfuncties - geen Deskundigheid - maatschappelijk/bestuurlijk/management
Dhr. C.P.J. Schoutsen (1948) Huurdervertegenwoordiger
Accountant Nevenfuncties - geen Deskundigheid - financieel/fiscaal
Eerste benoeming 14-10-1996 Aftredend 01-01-2013 (niet herkiesbaar)
Eerste benoeming 04-12-2001 Aftredend 01-01-2014 (niet herkiesbaar)
Eerste benoeming 07-02-2007 Aftredend 01-01-2011 (herkiesbaar)
Eerste benoeming 26-03-2007 Aftredend 01-01-2013 (herkiesbaar)
Als trainee is per 1 januari 2011 benoemd Naam
Achtergrond
Benoeming
Mw. P.A.M. Brouwers (1966)
Specialist ruimtelijke Ontwikkeling en Milieu bij ZLTO (Zuidelijke Land- en Tuinbouw Organisatie)
Eerste benoeming n.v.t.
Nevenfuncties - Penningmeester EHBO Dinteloord
Aftredend n.v.t.
Deskundigheid - juridisch (bestuursrecht)/planologie
Codes en integriteit Bij de structuurwijziging van 3- naar 2 lagen zijn de statuten aangepast. Daarnaast is er een reglement en profielschets opgesteld voor de RvC. De relatie met de Directeur is vastgelegd in een Directiereglement en een Profielschets Directeur. Voor de inhoud van de documenten verwijzen wij u naar de website van Woningstichting Dinteloord.
Jaarverslag 2010
17
Bij de structuurwijziging is uitgebreid aandacht besteed aan de Governancecode. De RvC en de Directeurbestuurder hebben kennis genomen van de Governancecode, zoals deze door de koepel van woningcorporaties Aedes is opgesteld. Alle leden van de RvC en de Directeur-bestuurder onderschrijven de Aedescode. Voor belangrijke afwijkingen van de governancestructuur wordt verwezen naar de website van Woningstichting Dinteloord. Deze vindt u onder publicaties ‘Governancestructuur’. Woningstichting Dinteloord voldoet aan de Aedescode. Het bestuur van Aedes heeft besloten dat woningcorporaties met minder dan 1.000 verhuureenheden gebruik kunnen maken van een verkorte visitatie. Daarnaast is uitstel tot 2011 mogelijk. Woningstichting Dinteloord heeft gebruik gemaakt van deze mogelijkheid en zal zich in 2011 laten visiteren. De leden van de RvC voldoen aan de condities betreffende onafhankelijkheid, zoals deze in de code benoemd zijn. De RvC kent een profielschets. De huurdersorganisatie heeft geen voordrachten gedaan voor de zetels binnen de RvC. Twee leden, de heren De Nood en Schoutsen, zijn in goed overleg met de huurdersorganisatie benoemd. Eind 2010 functioneerde de RvC één jaar in haar nieuwe rol binnen de tweelagenstructuur. De RvC heeft onder begeleiding van het adviesbureau Atrivé een zelfevaluatie uitgevoerd. In deze zelfevaluatie is zowel het functioneren van de individuele leden van de RvC als het functioneren van de totale RvC geëvalueerd. Daarnaast is de visie van de Directeur-bestuurder op het functioneren van de RvC gevraagd. Op een aantal punten bleek de visie van de Directeur-bestuurder af te wijken van de visie van de RvC. De verschillen zijn niet principieel van aard. De RvC heeft geconcludeerd dat deze afwijkingen het gevolg zijn van de nieuwe rollen in het kader van de omzetting van de bestuursstructuur van 3- naar 2 lagen. De RvC en de Directeur-bestuurder hebben afgesproken in 2011 de verschillen te evalueren. De RvC kent geen kerncommissies (audit- en renumeratiecommissie) zoals bedoeld in de Governancecode en behandelde onderwerpen van de kerncommissies in de reguliere overleggen van de gehele raad. Op basis van artikel 22 van de statuten is een Treasurycommissie benoemd. De Treasurycommissie bestaat uit twee leden van de RvC en de Directeur-bestuurder, en wordt ondersteund door de manager Financiën. De leden van de RvC hebben vanuit de privé-situatie, of vanuit hoofd- of nevenfuncties, geen belang dat conform de code een verstrengeling met de belangen van de corporatie veroorzaakt. Alle leden van de raad zijn onafhankelijk van Woningstichting Dinteloord. Geen van de leden van de raad onderhoudt direct, hetzij indirect, contacten met toeleveranciers of afnemers van Woningstichting Dinteloord of verlenen andere diensten dan die welke voortvloeien uit het lidmaatschap van de raad. In het verslagjaar hebben geen transacties plaatsgevonden waarbij sprake was van mogelijke tegenstrijdige belangen. Woningstichting Dinteloord verstrekt geen leningen of garanties aan haar raadsleden of personeel. Gezien de omvang van de organisatie en de platte organisatiestructuur had Woningstichting Dinteloord een beperkt Integriteitsbeleid. In september 2010 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen het CFV, de voorzitter van de RvC en de Directeur-bestuurder. Op basis van dit gesprek heeft het CFV geconcludeerd dat Woningstichting Dinteloord de integriteit serieus oppakt. In 2010 heeft (nog) geen evaluatie van het Integriteitsbeleid plaatsgevonden. In 2011 zal de integriteit periodiek worden geagendeerd op de vergaderingen van de RvC. De accountant zal verzocht worden in de jaarlijkse Managementletter aandacht te besteden aan de integriteit. Voor het Integriteitsbeleid woningstichting.
en
de
Klokkenluidersregeling
wordt
verwezen
naar
de
website
van
de
Beloningsverantwoording Per 1 oktober 2009 is de heer A.J. Smulders (1956) voor onbepaalde tijd benoemd als Directeur-bestuurder. De heer Smulders is sinds 1 februari 1985 in dienst bij Woningstichting Dinteloord en haar rechtsvoorgangers. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn verankerd in een bestuursreglement. De RvC heeft de honorering van de Directeur-bestuurder extern laten toetsen aan de adviesregeling Izeboud. Vastgesteld is dat de arbeidsvoorwaarden van de Directeur-bestuurder in overeenstemming zijn met de adviesregeling Izeboud.
Jaarverslag 2010
18
Voor zijn werkzaamheden voor Woningstichting Dinteloord ontvangt hij een totaal vast inkomen van € 95.323 en een onkostenvergoeding van € 900. De pensioenlasten bedragen € 22.159. De werkgeverslasten sociale verzekeringen bedragen € 7.715. Aan de Directeur-bestuurder is een bedrijfsauto ter beschikking gesteld (fiscale bijtelling € 8.213). In verband met het 25-jarig dienstjubileum op 1 februari 2010 is de Directeur-bestuurder een jubileumuitkering toegekend volgens de fiscale regelgeving. In 2010 heeft een functioneringsgesprek plaatsgevonden met de Directeur-bestuurder. Het functioneringsgesprek is zes maanden na de invoering van het tweelagenmodel gevoerd door twee leden van de RvC. De leden hebben gerapporteerd dat de Directeur-bestuurder in de ontwikkeling van de organisatie in het tweelagenmodel een actieve rol op zich neemt. De Directeur-bestuurder functioneert goed in zijn rol als directeur. Gezamenlijk is echter de conclusie getrokken dat een zinvolle evaluatie in de rol van bestuurder ten minste een volledig jaar in de nieuwe bestuursstructuur moet omvatten. Er is een afspraak gemaakt begin 2011 een definitief functioneringsgesprek te houden, gevolgd door een beoordelingsgesprek. De Directeur-bestuurder heeft de volgende relevante nevenfuncties: Directeur-bestuurder WSD Projectontwikkeling B.V. Bestuurder VVE Oranjeplein te Dinteloord Bestuurder VVE Westvoorstraat te Dinteloord Bestuurder VVE Residentie Schootsvelden te Steenbergen Bestuurder Stichting Wijkhuiskamer ‘De Rietgors’ De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen Woningstichting Dinteloord. Bij deze nevenfuncties is de onafhankelijkheid gewaarborgd. Verder is er geen sprake van tegenstrijdige belangen. De Directeur-bestuurder ontvangt geen vergoedingen voor deze functies. De leden van de RvC ontvangen een vaste vergoeding voor het lidmaatschap. In 2010 zijn de volgende vergoedingen uitbetaald: Voorzitter RvC € 7.000 Vicevoorzitter € 5.750 Leden € 5.000 Voor een trainee is de vergoeding vastgesteld op € 2.500 op jaarbasis. De vergoedingen vallen binnen de adviesregeling honoreringscode commissarissen, zoals deze door de VTW en Aedes zijn overeengekomen. Naast de vergoedingen worden ten behoeve van de RvC kosten gemaakt voor gebruikelijke zaken zoals aansprakelijkheidsverzekeringen, vergaderkosten, cursussen, enzovoorts. Deze kosten zijn in de reguliere bedrijfslasten opgenomen. Daarnaast kan de RvC gebruik maken van bijzondere advisering. In 2010 is een bedrag van € 7.580 uitgegeven voor bijzondere advisering inzake de Izaboudregeling en zelfevaluatie. Accountant De RvC heeft voor 2010 BDO Audit & Assurance aangesteld als accountant. De procedurele en de inhoudelijke taakopdracht voor de accountant is door de RvC vastgesteld bij de accountantsselectie. Daarbij is tevens vastgesteld dat de resultaten van de interim controle, neergelegd in de Managementletter, evenals de resultaten van de accountantscontrole over het gehele verslagjaar, in aanwezigheid van de Directeurbestuurder door de RvC met de accountant besproken worden. Zowel het Accountantsverslag 2009 als de Managementletter 2010 zijn in het verslagjaar besproken. In 2010 heeft een evaluatie plaatsgevonden van de externe accountant. De RvC heeft geconcludeerd dat BDO Audit & Assurance als accountant tot volle tevredenheid functioneert. De externe accountant wordt benoemd voor een periode van vier jaar. Deze periode liep met de voor 2010 af. Herbenoeming van de externe accountant is geen automatisme. De RvC heeft echter dat kort na de structuurwisseling en het feit dat binnen 3 jaren 3 leden van de RvC aftreden, accountant een stabiele factor dient te zijn. Om deze reden is BDO Audit & Assurance herbenoemd accountant voor de periode 2011 tot en met 2014.
Jaarverslag 2010
benoeming overwogen de externe tot externe
19
Belanghouders In afwijking op de Governancecode heeft er geen formele benoeming van de belanghouders met goedkeuring van de RvC plaatsgevonden. De RvC heeft in 2010 geen directe contacten met de belanghouders gehad. Uit de zelfevaluatie is gebleken dat de behoefte aan contacten met belanghouders aanwezig is. In 2011 zal dit punt in overleg met de Directeur-bestuurder worden opgepakt. Alle leden van de RvC zijn woonachtig in het werkgebied en participeren actief binnen hun maatschappelijke netwerken. Jaarrekening De jaarrekening omvat de winst- en verliesrekening, de balans, de bijbehorende toelichting, evenals het volkshuisvestingsverslag over het afgelopen jaar. De jaarrekening is door BDO Audit & Assurance te Tilburg onderzocht en goedgekeurd, zoals blijkt uit de accountantsverklaring die u elders in dit verslag aantreft. De RvC van Woningstichting Dinteloord kan zich met deze stukken verenigen en keurt de vastgestelde jaarrekening 2010 goed, overeenkomstig artikel 25 van de statuten. Deze goedkeuring strekt de Directeurbestuurder voor zijn bestuur tot volledige decharge. Bij goedkeuring van de jaarrekening 2010 en de in de jaarrekening voorgestelde resultaatbestemming, zal het behaalde resultaat ad € 1.814.284 ten gunste van de algemene bedrijfsreserve worden gebracht. Het was een complex jaar, zowel voor de RvC, de Directeur-bestuurder als de werkorganisatie. Er is veel tot stand gekomen. De RvC spreekt naar de directie en alle medewerkers haar waardering uit voor de bereikte resultaten en de getoonde inzet. Dinteloord, 28 april 2011, was getekend, J.A. Legierse Voorzitter
was getekend, A.E. de Mey Vicevoorzitter
was getekend, A.C. Smits Lid
was getekend, J.J.J. de Nood Lid
was getekend, C.P.J. Schoutsen Lid
Jaarverslag 2010
20
Enkelvoudige Balans per 31-12-2010 ACTIVA
31-12-2010 €
31-12-2009 €
VASTE ACTIVA Materiële vaste - (On)roerende - (On)roerende - (On)roerende
activa zaken in exploitatie zaken in ontwikkeling zaken t.d.v. de exploitatie
49.578.480 4.836.419 387.607
Totaal materiële vaste activa Financiële vaste activa - Te vorderen BWS-subsidies - Deelneming
48.274.558 1.705.032 401.292 54.802.506
57.702
50.380.882 118.565 164.234
Totaal financiële vaste activa
57.702
282.799
-
15.690
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Vorderingen - Huurdebiteuren - Gemeente - Overige vorderingen - Overlopende activa
14.824 7.356 44.974 250.600
Totaal vorderingen Liquide middelen TOTAAL ACTIVA PASSIVA Eigen vermogen - Algemene bedrijfsreserve
Totaal kortlopende schulden TOTAAL PASSIVA
Jaarverslag 2010
4.345.717
3.780.279
59.523.679
54.657.882 31-12-2009 € 25.282.199
27.096.483 -
25.282.199 139.232
28.300.578
Totaal langlopende schulden Kortlopende schulden - Schulden aan kredietinstellingen - Schulden aan leveranciers - Belastingen en sociale premies - Groepsmaatschappijen - Overige schulden - Overlopende passiva
198.232
27.096.483
Totaal voorzieningen Langlopende schulden - Leningen kredietinstellingen
317.754
31-12-2010 €
Totaal eigen vermogen Voorzieningen - Onrendabele investeringen nieuwbouw
19.658 3.603 42.226 132.745
139.232 25.408.493
28.300.578 3.107.915 234.165 81.858 50.048 11.450 641.182
25.408.493 1.713.683 351.266 66.805 1.032.579 2.338 661.287
4.126.618
3.827.958
59.523.679
54.657.882
21
Enkelvoudige Winst- en Verliesrekening over 2010 2010 €
2009 €
BEDRIJFSOPBRENGSTEN -
Huren Vergoedingen Overheidsbijdragen Verkoop onroerende zaken Overige bedrijfsopbrengsten
3.929.079 26.001 496.820 1.470
Som der bedrijfsopbrengsten
3.956.538 24.417 2.195 1.630.510 8.370 4.453.370
5.622.030
BEDRIJFSLASTEN -
Afschrijvingen t.d.v. de exploitatie Overige waardeveranderingen Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten Lasten onderhoud Overige bedrijfslasten
36.705 423.285 384.428 48.145 68.225 1.263.412 595.581
36.078 3.198.441 480.295 54.012 78.338 599.154 825.454
Som der bedrijfslasten
2.819.781
5.271.772
BEDRIJFSRESULTAAT
1.633.589
350.258
103.780 - 1.548.552
60.208 - 1.332.142
188.817
-921.676
-106.532
88.737
82.285
-832.939
- Buitengewone baten - Buitengewone lasten - Belastingen buitengewoon resultaat
-
-
RESULTAAT NA BELASTINGEN VOOR MUTATIE ACTUELE WAARDE
82.285
-832.939
1.731.999
572.835
1.814.284
-260.104
FINANCIËLE BATEN EN LASTEN - Rentebaten en soortgelijke opbrengsten - Rentelasten en soortgelijke kosten RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN - Belastingen - Resultaat deelneming RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING NA BELASTINGEN
- Mutatie actuele waarde RESULTAAT NA BELASTINGEN NA MUTATIE ACTUELE WAARDE
Jaarverslag 2010
22
Waarderingsgrondslagen Algemeen Regelgeving De jaarverslaggeving door Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting dient te voldoen aan de eisen zoals deze zijn geformuleerd in het Besluit Beheer Sociale Huursector. In dit besluit wordt BW2 Titel 9 voorgeschreven, behoudens enkele uitzonderingen van specifieke aard. Voor verslagjaren vanaf 2005 is door de Raad voor de Jaarverslaggeving de definitieve Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting uitgegeven. In deze richtlijn zijn onder meer specifieke modellen voor de balans en de winst-en-verliesrekening opgenomen en zijn voor de sector specifieke presentatie-, waarderings-, en verslaggevingsvoorschriften geformuleerd. De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Grondslagen De activa en passiva op de balans zijn tegen nominale waarden gewaardeerd, tenzij anders wordt vermeld. Bij het samenstellen van de balans en de winst- en verliesrekening is een bestendige gedragslijn gevolgd. Vergelijkende cijfers Ter verbetering van het inzicht zijn vergelijkende cijfers mogelijk aangepast. Deze aanpassingen hebben geen invloed op het vermogen en het resultaat. Schattingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de directie van Woningstichting Dinteloord zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, zijn de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijhorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten. Balanswaardering Activa Vaste activa (On)roerende zaken in exploitatie De onroerende zaken in exploitatie worden gewaardeerd tegen de actuele waarde gebaseerd op bedrijfswaarde. Deze wordt gevormd door de contante waarde van de kasstromen uit hoofde van toekomstige exploitatieopbrengsten en toekomstige exploitatielasten over de geschatte resterende looptijd van de investering. De beleidsuitgangspunten, die hebben geleid tot het vaststellen van de parameters ten behoeve van het berekenen van de bedrijfswaarde van de woningen, zijn als volgt kort samen te vatten: -
Huurverhoging 2011 Huurverhoging 2012 Huurverhoging 2013 e.v. Huurverhoging complex 99 Onderhoud t/m 2024 Onderhoud 2025 e.v. (peil 2010) Inflatie onderhoud Variabele lasten 2011 e.v. (peil 2011) Inflatie variabele lasten Restwaarde grond Inflatie restwaarde grond Disconteringsvoet
1,30% 1,50% 2,00% + 0,5% op basis van contract t/m 2025 Onderhoudsbegroting € 1.200 (woningen) - € 300 (bedrijfsruimten) - € 300 (garages) 3,00% € 1.120 (woningen) - € 560 (bedrijfsruimten) - € 230 (garages) 3,00% WOZ-waarde grond (minus sloopkosten) 2,00% 5,25%
(On)roerende zaken in ontwikkeling Dit betreffen complexen in aanbouw die worden gewaardeerd tegen uitgaafprijzen en toegerekende kosten van het werkapparaat uit hoofde van voorbereiding, toezicht en directievoering, onder aftrek van een bijzondere waardevermindering uit hoofde van te dekken stichtingskosten. Bij de bepaling van de bijzondere waardevermindering worden de boekwaarde en de reële waarde van de kasstroom genererende eenheid, waartoe de onroerende zaken gaan behoren, betrokken. Indien de bijzondere waardevermindering hoger is dan de waarde van de onroerende zaken in ontwikkeling, dan wordt de onroerende zaak op nihil gewaardeerd en wordt een voorziening aan de creditzijde van de balans opgenomen. Ingenomen grondposities worden onder deze post verwerkt tegen aanschafprijs en bijkomende kosten. (On)roerende zaken ten dienste van de exploitatie De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd op basis van aanschafwaarde onder aftrek van lineaire afschrijvingen.
Jaarverslag 2010
23
Te vorderen BWS-subsidies De vordering uit hoofde van binnen het Besluit Woninggebonden Subsidies toegezegde bedragen (contante waarde van de uitbetalingen) wordt jaarlijks verminderd met de door de budgethouders beschikbaar gestelde bedragen. De uitbetalingstermijn is afhankelijk gesteld van de disconteringsvoet en beloopt vanaf de vaststelling van de subsidie maximaal 30 jaar. Deelneming Deelnemingen in groepsmaatschappijen en overige deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd op de nettovermogenswaarde. Invloed van betekenis wordt in ieder geval verondersteld aanwezig te zijn bij een aandeelhoudersbelang van meer dan 20%. De nettovermogenswaarde wordt berekend volgens de grondslagen die gelden voor deze jaarrekening. Vlottende activa Voorraden De voorraden zijn gewaardeerd tegen de laatst bekende inkoopprijzen. Vorderingen Waardering geschiedt tegen nominale waarde, rekening houdend met een voorziening voor mogelijke oninbaarheid gebaseerd op een realistische benadering. Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas- en banktegoeden. Passiva Voorzieningen Verwachte verliezen als gevolg van onrendabele investeringen nieuwbouw worden als bijzondere waardeverandering in mindering gebracht op de boekwaarde van het complex waartoe de investeringen gaan behoren. Indien en voor zover de verwachte verliezen de boekwaarde van het betreffende complex overtreffen, wordt voor dit meerdere een voorziening gevormd. Onder verwachte verliezen wordt in dit verband verstaan de netto contante waarde van alle investeringsuitgaven minus aan deze investering toe te rekenen ontvangsten. De gebruikte uitgangspunten voor de berekening van het onrendabele deel komen overeen met die voor de (on)roerende zaken in exploitatie. Langlopende schulden De aangetrokken leningen van overheid en kredietinstellingen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Aflossingsverplichtingen voor het komende jaar worden opgenomen onder de kortlopende schulden. Kortlopende schulden Waardering geschiedt tegen nominale waarde. Resultaatbepaling Algemeen Het resultaat wordt bepaald met inachtneming van de eerder vermelde waarderingsgrondslagen balansbepaling. Het resultaat wordt bepaald als verschil tussen de opbrengstwaarde van de geleverde prestaties en de kosten en andere lasten over het jaar. De resultaten op transacties worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd, verliezen reeds zodra zij voorzienbaar zijn. Overige waardeveranderingen De overige waardeveranderingen worden gevormd door de waardevermindering die is ontstaan door gedurende het verslagjaar nieuw aangegane juridische en feitelijke verplichtingen met betrekking tot investeringen in nieuwbouw en herstructurering. Belastingen Woningcorporaties zijn met ingang van het jaar 2008 integraal belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. De regels voor woningcorporaties zijn uitgewerkt in een vaststellingsovereenkomst (VSO2). Omdat de afspraken (VSO2) nog op een aantal punten onduidelijk zijn, wordt het inzicht in de toekomstige verrekeningsmogelijkheden van (latente) belastingen op dit moment nog bemoeilijkt. Voor de verwerking van belastingen in de jaarrekening van de woningcorporaties is er nog geen eenduidige uitgewerkte regelgeving. In de nieuwe RJ 645-richtlijnen zal de regelgeving verder worden uitgewerkt, maar deze richtlijn is nog in de ontwerpfase. In de basis zijn de regels zoals omschreven in RJ 272 ‘Belastingen naar de winst’ ook voor woningcorporaties van toepassing. In RJ 272.306 is geregeld dat voor alle verrekenbare tijdelijke verschillen tussen de fiscale en commerciële waardering een latente belastingpost dient te worden gevormd tot het bedrag dat het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn voor verrekening.
Jaarverslag 2010
24
De waardering van latente belastingverplichtingen en latente belastingvorderingen is gebaseerd op de fiscale gevolgen van de per balansdatum voorgenomen wijze van realisatie of afwikkeling van de activa, voorzieningen, schulden of overlopende passiva. De voorgenomen wijze van realisatie of afwikkeling is gebaseerd op het strategisch voorraadbeleid. De horizon voor toetsing bedraagt zodoende een periode tussen de vijf tot maximaal tien jaren. Om deze reden zijn ten aanzien van de waarderingsverschillen uit hoofde van het bezit (onder andere in de openingsbalans materiële vaste activa per 1 januari 2008) geen latenties in de jaarrekening verwerkt. Ten aanzien van de acute belastinglast en belastinglatenties in de jaarrekening is een aantal standpunten ingenomen die eerst bij afwerking van de aangifte over de verslagjaren 2008 en 2009 door de fiscus zullen worden getoetst. Dientengevolge kan de fiscale last over 2010 en voorgaande jaren nog wijzigingen ondergaan. Mutatie actuele waarde Door waardering van de onroerende zaken in exploitatie tegen de actuele waarde, gebaseerd op bedrijfswaarde, worden beleidswijzigingen of veranderingen in het economisch klimaat direct vertaald in een hogere of lagere waarde. Deze waardeverandering van de onroerende zaken in exploitatie wordt rechtstreeks verantwoord ten gunste of ten laste van het resultaat. Kasstroomoverzicht Algemeen Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.
Jaarverslag 2010
25
Toelichting op de enkelvoudige Balans Materiële vaste activa - (On)roerende zaken in exploitatie - (On)roerende zaken in ontwikkeling - (On)roerende zaken t.d.v. de exploitatie
31-12-2010 € 49.578.480 4.836.419 387.607
Totaal Verloop
31-12-2009 € 48.274.558 1.705.032 401.292
54.802.506 in exploitatie
in ontwikkeling
50.380.882 t.d.v. de exploitatie
Totaal €
1 januari 2010 -
aanschafwaarde afschrijvingen waardevermindering herwaardering
36.554.415 -5.812.927 -3.930.249 21.463.319
3.305.765 -1.600.733 -
709.632 -308.340 -
40.569.812 -6.121.267 -5.530.982 21.463.319
48.274.558
1.705.032
401.292
50.380.882
Historisch - investeringen - in exploitatie - desinvesteringen - correctie afschrijvingen - afschrijvingen - waardevermindering
596.811 -564.612 175.965 -289.071 -263.070
3.430.834 -7.180 -292.267
52.965 -106.023 78.600 -39.227 -
4.080.610 -677.815 254.565 -328.298 -555.337
Herwaardering - verkopen - afschrijvingen - mutatie herwaardering
-373.171 289.071 1.731.999
-
-
-373.171 289.071 1.731.999
Totaal mutaties
1.303.922
3.131.387
-13.685
4.421.624 .2.
36.586.614 -5.926.033 -4.193.319 23.111.218
6.729.419 -1.893.000 -
656.574 -268.967 -
43.972.607 -6.195.000 -6.086.319 23.111.218
49.578.480
4.836.419
387.607
54.802.506
Boekwaarde per 1 januari 2010 Mutaties 2010
31 december 2010 -
aanschafwaarde afschrijvingen waardevermindering herwaardering
Boekwaarde per 31 december 2010
Afschrijvingsmethode en termijnen (On)roerende zaken in exploitatie worden annuïtair afgeschreven: - Woningen 50 jaar (minimaal) - Woningen in bijzondere gebouwen 50 jaar (minimaal) - Garages 50 jaar (minimaal) - Bedrijfsruimten 50 jaar (minimaal) (On)roerende zaken t.d.v. de exploitatie worden lineair afgeschreven: - Kantoorpand en werkplaats 50 jaar - Machines en installaties werkplaats 30 jaar - Inventaris 05 jaar - Automatisering 05 jaar - Vervoermiddelen 06 jaar (restwaarde 10%) WOZ-waarde De waarde van onroerende zaken in exploitatie en onroerende zaken ten dienste van de exploitatie bedraagt samen circa € 120 miljoen (peildatum 1-1-2010).
Jaarverslag 2010
26
Verzekering (On)roerende zaken in exploitatie zijn verzekerd tegen schade als gevolg van brand, storm en inbraak voor circa € 76 miljoen op basis van herbouwwaarde. De verzekeraar kan geen beroep doen op onderverzekering. (On)roerende zaken ten dienste van de exploitatie zijn verzekerd voor circa € 0,6 miljoen. Tevens zijn verzekeringen afgesloten voor aansprakelijkheid, reconstructie, fraude en beroving. Voor renovatie en nieuwbouw kan een beroep gedaan worden op een doorlopende CAR-verzekering. (On)roerende zaken in exploitatie -
Huuropbrengsten Onderhoudsuitgaven Overige exploitatie-uitgaven Restwaarde Overige
Totaal Bedrijfswaarde
31-12-2010 €
31-12-2009 €
71.869.223 -15.656.253 -17.292.761 10.658.271 -
70.860.118 -15.930.780 -15.893.516 9.111.600 127.136 49.578.480
€ miljoen
48.274.558
€ miljoen
Bedrijfswaarde per 1 januari 2010 Autonome ontwikkeling - Vrijval kasstromen - Effect een jaar opschuiven
48,3 -1,8 2,6
Totaal autonome ontwikkeling Voorraadmutaties - Verbetering - Verkoop - Sloop - Nieuwbouw - Aankoop
0,8 0,4 -0,5 -0,3 -
Totaal voorraadmutaties Parameterwijzigingen - Levensduur - Huurstijging - Inflatie - Disconteringsvoet
-0,4 -0,8 -2,4 -2,3 5,8
Totaal parameterwijzigingen Niveauwijzigingen - Huren - Onderhoudsuitgaven - Overige exploitatie-uitgaven - Verbetering - Restwaarde - Overig Totaal niveauwijzigingen Mutatie bedrijfswaarde Bedrijfswaarde per 31 december 2010
Totaal € miljoen
0,3 0,2 0,1 1,0 -0,7 0,6 1,3 49,6
Rentabiliteitswaardecorrectie De rentabiliteitswaardecorrectie is berekend op € 0,9 miljoen (€ 1,6 miljoen in 2009). De daling wordt veroorzaakt door daling van de disconteringsvoet van 6% naar 5,25%.
Jaarverslag 2010
27
Verhuureenheden -
Woningen Woningen in bijzondere gebouwen Garages Bedrijfsruimten
31-12-2010 aantal
31-12-2009 aantal
733 24 49 2
755 24 49 2
Totaal
808
830
Labeling Per 31-12-2010 is één woning verkocht, maar nog niet gepasseerd en staat één woning te koop. Over het totale bezit worden 19 woningen bij mutatie te koop aangeboden op de vrije markt. Daarnaast kunnen op basis van een jaarlijks verkoopbesluit in 2011 maximaal 10 woningen uit ruim 300 geselecteerde woningen bij mutatie worden verkocht onder Slimmer Kopen®. 6 woningen zijn op basis van een sloopbesluit nog gelabeld voor sloop. Zekerheden (On)roerende zaken in exploitatie zijn grotendeels gefinancierd met kapitaalmarktleningen onder garantie van de Gemeente Steenbergen of het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. (On)roerende zaken in ontwikkeling -
Locatie Papiermolen Locatie Noordoost Dinteloord Locatie MFC Dinteloord Locatie Doktersdreefje Steenbergen Fase V - Burg. mr. H. Popstraat Dinteloord Residentie Schootsvelden Steenbergen - Voorziening onrendabele investeringen - Woonhoeve Dinteloord Totaal
31-12-2010 € 460.280 664.914 59.579 902.035 122.932 4.515.918 -1.893.000 3.761
31-12-2009 € 7.598 645.712 29.750 900.000 121.972 1.600.733 -1.600.733 -
4.836.419
1.705.032
Niet gerealiseerde projecten Voorbereidingskosten SDW Steenbergen zijn als verliezen op niet gerealiseerde projecten afgeboekt onder de overige waardeveranderingen.
Jaarverslag 2010
28
(On)roerende zaken t.d.v. de exploitatie
Kantoorpand
Inventaris Automatisering
Vervoermiddelen
Totaal €
1 januari 2010 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen
451.416 -151.568
207.567 -128.811
50.649 -27.961
709.632 -308.340
299.848
78.756
22.688
401.292
Mutaties 2010 - investeringen - desinvesteringen - vrijval afschrijvingen - afschrijvingen
7.175 -9.995
45.790 -91.871 65.863 -23.662
-14.152 12.737 -5.570
52.965 -106.023 78.600 -39.227
Totaal mutaties
-2.820
-3.880
-6.985
-13.685
458.591 -161.563
161.486 -86.610
36.497 -20.794
656.574 -268.967
297.028
74.876
15.703
387.607
Boekwaarde per 1 januari 2010
31 december 2010 - aanschafwaarde - cumulatieve afschrijvingen Boekwaarde per 31 december 2010
Financiële vaste activa - Te vorderen BWS-subsidies - Deelneming
31-12-2010 € 57.702
118.565 164.234
Totaal Te vorderen BWS-subsidies
31-12-2009 €
57.702 31-12-2010 €
Saldo per 1 januari
282.799 31-12-2009 €
118.565
246.454
Mutaties - Rente - Ontvangen bijdragen
5.143 -123.708
Totaal mutaties
11.616 -139.505 -118.565
-127.889
-
118.565
Saldo per 31 december Deelneming
31-12-2010 €
Saldo per 1 januari
31-12-2009 €
164.234
74.791
Mutaties - WSD Projectontwikkeling B.V. - Correctie voorgaande jaren Totaal mutaties Saldo per 31 december
Jaarverslag 2010
-106.532 -
88.737 706 -106.532
89.443
57.702
164.234
29
Voorraden - Onderhoudsmaterialen
31-12-2010 €
31-12-2009 €
-
15.690
Totaal
Vorderingen -
Huurdebiteuren Gemeente Groepsmaatschappijen Overige vorderingen Overlopende activa
31-12-2010 €
Huurdebiteuren -
Huurdebiteuren huur (huidig) Huurdebiteuren huur (vertrokken) Huurdebiteuren herstelkosten (huidig) Huurdebiteuren herstelkosten (vertrokken) Voorziening dubieuze debiteuren
19.658 3.603 42.226 132.745 317.754
31-12-2010 €
- Huurdebiteuren huur (huidig) - Huurdebiteuren huur (vertrokken) - Huurdebiteuren huur (totaal) Gemeente - Woningaanpassingen
16.382 6.559 3.276 13.267 -19.826 14.824
31-12-2010 aantallen aantallen 32 6 38
0,37% 0,15% 0,52%
-
Schadeclaims verzekering Belastingen Overige debiteuren Overige vorderingen
-
Vooruitbetaalde rente Overige vooruitbetaalde kosten Niet vervallen BWS-subsidies Rente liquide middelen
Totaal
Jaarverslag 2010
31-12-2009 aantallen achterstand 37 6 43
0,42% 0,16% 0,58%
31-12-2009 €
7.356
3.603 7.356
31-12-2010 €
3.603 31-12-2009 €
25.942 12.820 6.212
9.109 25.823 7.294
Totaal Overlopende activa
19.658
31-12-2010 €
Totaal Overige vorderingen
198.232 31-12-2009 €
14.334 5.860 490 12.612 -18.472
Totaal Huurachterstanden
31-12-2009 €
14.824 7.356 44.974 250.600
Totaal
15.690
44.974 31-12-2010 € 142.474 13.859 94.267
42.226 31-12-2009 € 87.909 17.144 16.120 11.572
250.600
132.745
30
Liquide middelen Direct opeisbaar - Kas - ING Bank - Rabobank Totaal
31-12-2010 € 184 400 4.345.133
31-12-2009 € 533 52 3.779.694
4.345.717
3.780.279
Kredietfaciliteit Door de Coöperatieve Rabobank West-Brabant Noord U.A. is een rekening-courant kredietfaciliteit verleend van maximaal € 250.000 tegen een rentevergoeding van 1-maands-EURIBOR met een opslag van 1,4% en een kasvoorschotprovisie van 0,5% per jaar over het hoogste valutaire debetsaldo. Tevens is door de Coöperatieve Rabobank West-Brabant Noord U.A. een rekening-courant kredietfaciliteit verleend van maximaal € 500.000 en deze mag uitsluitend worden gebruikt voor de financiering van aan- en verkopen uit hoofde van Slimmer Kopen® tegen een rentevergoeding van 1-maands-EURIBOR met een opslag van 1,4% en een kasvoorschotprovisie van 0,5% per jaar over het hoogste valutaire debetsaldo.
Jaarverslag 2010
31
Eigen vermogen
31-12-2010 €
Saldo per 1 januari
31-12-2009 €
25.282.199
25.541.597
Mutaties - Resultaat na belastingen - Mutatie actuele waarde - Correctie voorgaande jaren
82.285 1.731.999 -
Totaal mutaties Saldo per 31 december
Voorzieningen - Onrendabele investeringen nieuwbouw
-832.939 572.835 706 1.814.284
-259.398
27.096.483
25.282.199
31-12-2010 € -
139.232
Totaal Onrendabele investeringen nieuwbouw - Residentie Schootsvelden Steenbergen - (On)roerende zaken in ontwikkeling
-
- Leningen kredietinstellingen > 5 jaar - Leningen kredietinstellingen < 5 jaar - Leningen kredietinstellingen < 1 jaar
31-12-2009 €
1.909.000 -1.909.000
1.739.965 -1.600.733 -
139.232
31-12-2010 € 19.100.000 12.308.493 -3.107.915
Totaal Leningen kredietinstellingen
139.232
31-12-2010 €
Totaal
Langlopende schulden
31-12-2009 €
31-12-2009 € 16.600.000 10.522.176 -1.713.683
28.300.578 31-12-2010 €
Saldo per 1 januari
25.408.493 31-12-2009 €
25.408.493
26.122.176
Mutaties - Nieuwe leningen - Aflossingsverplichting Totaal mutaties Saldo per 31 december
6.000.000 -3.107.915
1.000.000 -1.713.683 2.892.085
-713.683
28.300.578
25.408.493
Rentevoet De gemiddelde rentevoet bedraagt 4,88% per 31-12-2010 (4,93% per 31-12-2009). Zekerheden Leningen kredietinstellingen zijn allen gefinancierd met kapitaalmarktleningen onder garantie van de Gemeente Steenbergen of het Waarborgfonds Sociale Woningbouw.
Jaarverslag 2010
32
Kortlopende schulden -
Schulden aan kredietinstellingen Schulden aan leveranciers Belastingen en sociale premies Groepsmaatschappijen Overige schulden Overlopende passiva
31-12-2010 € 3.107.915 234.165 81.858 50.048 11.450 641.182
Totaal Schulden aan kredietinstellingen - Aflossingsverplichting
- Crediteuren
31-12-2010 €
- WSD Projectontwikkeling B.V.
1.713.683 3.107.915
31-12-2010 €
- Loonheffing - Omzetbelasting - Pensioenfonds
351.266 234.165
31-12-2010 €
- Overige schulden
1.032.579 50.048
31-12-2010 €
-
Niet vervallen rente leningen Vooruit ontvangen huur Te verrekenen servicekosten Te verrekenen huurtoeslag Overige
Totaal
Jaarverslag 2010
1.032.579 31-12-2009 €
13.917 52.741 15.200
17.432 39.260 10.113 81.858
31-12-2010 €
66.805 31-12-2009 €
11.450
2.338
Totaal Overlopende passiva
351.266 31-12-2009 €
50.048
Totaal Overige schulden
1.713.683 31-12-2009 €
234.165
Totaal Belastingen en sociale premies
3.827.958 31-12-2009 €
3.107.915
Totaal Schulden aan groepsmaatschappijen
1.713.683 351.266 66.805 1.032.579 2.338 661.287 4.126.618
Totaal Schulden aan leveranciers
31-12-2009 €
11.450 31-12-2010 € 564.569 21.253 -3.145 19.050 39.455
2.338 31-12-2009 € 529.832 21.375 -4.875 20.670 94.285
641.182
661.287
33
Niet uit de balans blijkende informatie Voorwaardelijke verplichtingen Renteswaps Ter afdekking van het renterisico zijn bij de Rabobank diverse swapovereenkomsten afgesloten. De negatieve marktwaarde valt binnen het met de bank afgesproken bedrag. Looptijd
Marktwaarde € 2010 € 2009
Renteswaps Hoofdsom
Rente
Start
Einde
€ € € € € € € €
4,41% 4,44% 5,02% 4,26% 4,37% 4,41% 3,98% 4,69%
02-10-2006 01-12-2006 01-08-2008 01-09-2008 01-11-2008 01-11-2008 01-03-2009 01-01-2010
03-10-2022 01-09-2023 01-08-2023 01-09-2013 01-11-2016 01-11-2017 01-03-2029 02-01-2040
1.500.000 1.000.000 1.200.000 1.000.000 2.000.000 2.000.000 1.000.000 4.000.000
Totaal
-187.452 -121.520 -224.774 -73.267 -222.747 -235.600 -64.409 -966.967
-138.266 -86.899 -186.565 -75.366 -189.890 -195.673 -20.332 -651.077
-2.096.736
-1.544.068
Obligo WSW Per 31 december 2010 heeft de stichting een obligo uitstaan ten bedrage van € 1.086.933 uit hoofde van door het WSW verstrekte geldleningen. WSD Projectontwikkeling B.V. Door Woningstichting Dinteloord is aan WSD Projectontwikkeling B.V. een borgstelling verstrekt van maximaal € 2.000.000. Tevens is tussen Woningstichting Dinteloord en WSD Projectontwikkeling B.V. een rekeningcourant overeenkomst afgesloten tot maximaal € 1.500.000 tegen een rentevergoeding van 4%. Woningstichting Dinteloord vormt samen met WSD Projectontwikkeling B.V. een fiscale eenheid voor de omzetbelasting en de vennootschapsbelasting en is hierdoor hoofdelijk aansprakelijk voor de belastingschuld van de fiscale eenheid als geheel. Aangegane verplichtingen Leningen Per einde boekjaar bestaan geen verplichtingen aangaande nieuwe leningen. Projectmatig onderhoud Ter uitvoering van het projectmatig onderhoud in 2011 is een verplichting aangegaan voor € 478.595. Nieuwbouw Woningstichting Dinteloord staat garant voor de realisatie van 26 huurappartementen aan de Residentie Schootsvelden te Steenbergen. WSD Projectontwikkeling B.V. is verantwoordelijk voor de realisatie van het totale project, inclusief 20 koopwoningen. Terugkooprecht MGE Slimmer Kopen®
Aantal woningen
Korting €
Nieuwbouw - 00-10% korting - 11-20% korting - 21-30% korting
1 21 5
507.967 287.300
Bestaand bezit - 00-10% korting - 11-20% korting - 21-30% korting
3 3 36
43.500 90.600 1.768.300
Totaal
69
2.697.667
Gebeurtenissen na balansdatum met nadere informatie over de balanspositie per 31-12-2010 Er zijn geen gebeurtenissen met nadere informatie over de balanspositie per 31-12-2010.
Jaarverslag 2010
34
Toelichting op de enkelvoudige Winst- en Verliesrekening Bedrijfsopbrengsten Huren -
2010 €
Woningen Garages Bedrijfsruimten Diversen
2009 €
3.883.451 30.172 21.372 41
3.942.625 29.050 21.057 41 3.935.036
3.992.773
Huurderving -
Leegstand woningen Leegstand garages Voorziening dubieuze debiteuren Huurcorrectie
8.312 47 -1.354 -1.048
23.804 14 130 12.287
Totaal huurderving Totaal
5.957
36.235
3.929.079
3.956.538
Huurwijzigingen De huren zijn gewijzigd als gevolg van de jaarlijkse huurverhoging, tussentijdse huurverhoging door woningverbetering, harmonisatie en verkopen. Huurverhoging - Woningen (sociaal) - Woningen (geliberaliseerd) - Woningen in bijzondere gebouwen - Garages - Bedrijfsruimten
1,20% 1,85% 1,70% 3,00% 1,00%
per per per per per
1-7-2010 1-7-2010 1-1-2010 1-7-2010 1-7-2010
Huurderving € - Huurderving woningen - Huurderving woningen excl. herstructurering Vergoedingen -
Verlichting (lift) Water Schoonmaak Tuinonderhoud Overige dienstverlening
(2,50% (3,15% (3,00% (3,15% (2,00%
- Woningaanpassingen Totaal
Jaarverslag 2010
1-7-2009) 1-7-2009) 1-1-2009) 1-7-2009) 1-7-2009)
2010 huurderving 8.312 8.312
0,21% 0,21%
2010 €
€
2009 huurderving
23.804 15.677
0,60% 0,40%
2009 €
10.980 4.248 5.643 1.326 3.804
Totaal Overheidsbijdragen
per per per per per
8.914 3.860 6.516 1.223 3.904 26.001
2010 €
24.417 2009 €
-
2.195 -
2.195
35
Verkoop onroerende zaken - Verkoopprijs onroerende zaken - Bedrijfswaarde onroerende zaken bij verkoop - Overige verkoopopbrengsten
2010 € 928.700 -443.880 12.000
Totaal Verkoopaantallen - Verkopen MGE Slimmer Kopen® - Verkopen MGE Slimmer Kopen® huurders - Verkopen vrije markt
- Inschrijfgelden - Urgentiebemiddeling - Overige vergoedingen Totaal
Jaarverslag 2010
3.464.500 -1.845.481 11.491 496.820
2010 aantal
1.630.510 2009 aantal
4 4 -
Totaal Overige bedrijfsopbrengsten
2009 €
6 23 1 8
2010 €
30 2009 €
330 1.140
8.000 370 1.470
8.370
36
Bedrijfslasten Afschrijvingen t.d.v. de exploitatie - Afschrijvingen - Afschrijvingen wijkhuiskamer De Rietgors
2010 € 39.227 -2.522
Totaal Overige waardeveranderingen
2009 € 38.379 -2.301 36.705
2010 €
36.078 2009 €
Onrendabele investeringen - Verbeteringen bestaand bezit (onderhoud)
263.070
101.126
Voorziening onrendabele investeringen - Residentie Schootsvelden Steenbergen
153.035
1.739.965
7.180
87.092 226.835 5.902 484.967 -2.434 5.183 -
-
214.832 56.513 278.460
Verliezen niet gerealiseerde projecten - Renovatie Papiermolen Dinteloord - MFC Dinteloord (I) - Locatie Westerstraat Dinteloord - Doktersdreefje SDW Steenbergen - Gemeentehuis Steenbergen - Fase V - Burg. mr. H. Popstraat Dinteloord - SDW Steenbergen MGE Slimmer Kopen® - Starterswoningen Zuideinde Dinteloord - Hoekwoningen Buiten de Veste Steenbergen - Startersvereniging Steenbergen & Dinteloord Totaal Lonen en salarissen -
Bruto salarissen Ontvangen ziekengeld Uitzendkrachten Overige personeelskosten Doorberekende personeelskosten
423.285 2010 €
Sociale lasten - Sociale lasten - Doorberekende personeelskosten
- Pensioenlasten - Doorberekende personeelskosten Totaal
Jaarverslag 2010
449.124 -12.714 92.584 31.827 -80.526 384.428
2010 €
480.295 2009 €
62.524 -14.379
Totaal Pensioenlasten
2009 €
448.301 -3.024 21.955 20.296 -103.100
Totaal
3.198.441
63.067 -9.055 48.145
2010 €
54.012 2009 €
88.602 -20.377
91.472 -13.134 68.225
78.338
37
Doorberekende personeelskosten Deze kosten hebben voornamelijk betrekking op de uitvoerende technische dienst, werkzaamheden voor projecten onderhoud, renovatie en nieuwbouw, verbeteringen, leefbaarheid, wonen & zorg, WMO-aanpassingen en doorberekende (administratie)kosten voor servicekosten en VVE. Personeelsleden Per 31-12-2010 zijn 9 personeelsleden in dienst (10 personeelsleden per 31-12-2009). Formatieplaatsen Per 31-12-2010 bedraagt het aantal formatieplaatsen 7,4 (8,4 formatieplaatsen per 31-12-2009). Lasten onderhoud -
Klachtenonderhoud Mutatieonderhoud Schadeonderhoud Overig onderhoud Preventief onderhoud Projectmatig preventief onderhoud Contractonderhoud
2010 € 76.708 36.614 11.921 75.747 102.057 852.460 107.905
Totaal Overige bedrijfslasten -
Beheerskosten Vergoedingen Bestuur/RvC Verkoopkosten Belastingen Verzekeringen Servicekosten Energiekosten mutatiewoningen Kosten VVE Personeelslasten Bijdrage Aedes Borgstellingvergoeding WSW Wijkhuiskamer De Rietgors Leefbaarheid Wonen & Zorg Bijzondere activiteiten Bijzondere advieskosten Bijdrage betaalbaarheid CFV Diversen
81.492 55.243 14.381 68.550 156.604 116.891 105.993 1.263.412
2010 €
599.154 2009 €
159.212 27.750 24.443 150.353 16.622 26.001 3.964 4.670 8.869 9.654 3.643 12.974 8.302 9.566 12.878 76.788 41.889 -1.997
Totaal Accountantskosten
2009 €
141.362 24.456 116.255 155.344 24.924 25.439 3.373 5.228 4.913 9.199 2.401 13.806 40.155 7.129 26.053 182.803 41.660 954 595.581
2010 €
825.454 2009 €
BDO Audit & Assurance B.V. - Controle jaarrekening - Overige diensten
15.768 16.210
15.530 6.896
BDO netwerkorganisaties - Fiscale advisering - Overige diensten
16.611 8.889
5.242 327
Totaal
Jaarverslag 2010
57.478
27.995
38
Financiële baten en lasten Rentebaten en soortgelijke opbrengsten -
Rente Rente Rente Rente
op te vorderen BWS-subsidies liquide middelen groepsmaatschappijen overige vorderingen
2010 € 5.143 98.504 133
Totaal Rentelasten en soortgelijke kosten - Rente leningen kredietinstellingen - Rente groepsmaatschappijen - Rente overige schulden
- Vennootschapsbelasting
2010 €
1.332.142
2010 €
2009 €
-
-
2010 €
2009 €
188.817 1.891 -433.799 4.166 416.105 -40.368 -263.070 -152.130
Saldo fiscale winstberekening Dotatie herinvesteringsreserve Fiscaal niet aftrekbare kosten Fiscaal beperkt aftrekbare kosten Investeringsaftrek Desinvesteringsbijtelling
1.331.993 149 1.548.552
Commercieel resultaat voor belastingen Correcties - Fiscaal lagere afschrijvingen - Fiscaal lagere verkoopwinst huurwoningen - Fiscaal hogere verkoopwinst mva - Onrendabele top - Correctie bedrijfskosten - Vrijval Agio - Fiscale kwalificatie onderhoud - Fiscaal resultaat residentie Schootsvelden
60.208 2009 €
1.527.184 21.231 137
Totaal Fiscale positie
11.615 15.016 31.354 2.223 103.780
Totaal Belastingen
2009 €
-921.676 2.816 -1.483.060 2.390.896 3.489 -40.368 -101.126 -
-467.205
772.647
-
-149.029
41.889 4.300 -14.830 5.006
-14.375 41.660 4.200 -8.384 36.365
23.101
Belastbaar bedrag
-242.023
-125.928
WSD Projectontwikkeling B.V.
-106.532
88.737
Belastbaar bedrag fiscale eenheid
-348.555
-37.191
Toelichting De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst- enverliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen, en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief.
Jaarverslag 2010
39
Het compensabel verlies van de fiscale eenheid over de jaren 2008 t/m 2009 bedraagt € 1.467.616 en kan met toekomstige winsten worden gecompenseerd. Gezien de stand van het compensabel verlies is geen latentie gevormd. Resultaat deelneming - WSD Projectontwikkeling B.V.
2010 € 106.532
Totaal Mutatie actuele waarde - Mutatie actuele waarde Totaal
Jaarverslag 2010
2009 € 88.737 106.532
2010 €
88.737 2009 €
1.731.999
572.835 1.731.999
572.835
40
Kasstroomoverzicht € duizend
€ duizend
€ duizend
Liquide middelen per 1 januari 2010
3.780
Operationele activiteiten - Bedrijfsresultaat -
Afschrijvingen Overige waardeveranderingen Herwaardering bedrijfswaarde Resultaat deelneming Mutatie voorzieningen
-
Mutatie Mutatie Mutatie Mutatie
voorraden vorderingen schulden werkkapitaal
- Ontvangen rente - Betaalde rente
1.634 39 423 373 -106 -139 16 -119 298 195 104 -1.549
Kasstroom uit operationele activiteiten Investeringsactiviteiten - Investeringen in (im)materiële vaste activa - Desinvesteringen in materiële vaste activa - Mutatie financiële vaste activa
974 -3.941 416 225
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Financieringsactiviteiten - Ontvangsten uit langlopende schulden - Aflossing langlopende schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Netto kasstroom Liquide middelen per 31 december 2010
Jaarverslag 2010
Totaal € duizend
-3.300 6.000 -3.108 2.892 566 4.346
41
Overige gegevens Resultaatbestemming Het resultaat van € 1.814.284 over het boekjaar 2010 zal worden toegevoegd aan de algemene bedrijfsreserve. Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum Tussen de balansdatum en het vaststellen van dit jaarverslag hebben zich geen belangrijke gebeurtenissen voorgedaan die van invloed zijn.
Jaarverslag 2010
42
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Raad van Commissarissen van Woningstichting Dinteloord Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening 2010 van Woningstichting Dinteloord te Dinteloord gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde en enkelvoudige balans per 31 december 2010 en de geconsolideerde en enkelvoudige winst-en-verliesrekening over 2010 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de toegelaten instelling is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de bepalingen inzake de jaarrekening en het jaarverslag als opgenomen in artikel 26, eerste lid, van het Besluit beheer sociale-huursector, richtlijn 645 van de Raad voor de Jaarverslaggeving en de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens. Het bestuur van de toegelaten instelling is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het controleprotocol in rubriek A van Bijlage III bij het Besluit beheer socialehuursector. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de toegelaten instelling. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de toegelaten instelling gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Woningstichting Dinteloord per 31 december 2010 en van het resultaat over 2010 in overeenstemming met artikel 26, eerste lid, van het Besluit beheer sociale-huursector, richtlijn 645 van de Raad voor de Jaarverslaggeving en de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 28, sub a van het Besluit beheer sociale-huursector, melden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig de van toepassing zijnde bepalingen van Titel 9 BW 2 is opgesteld, en of de in artikel 2: 392 lid 1 onder g bedoelde gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag en het volkshuisvestingsverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 391, vierde lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Verder vermelden wij dat is voldaan aan de verplichting tot vermelding in het jaarverslag van financiële ondersteuning aan buitenlandse instellingen zoals bedoeld in de MG 2005-04 en MG 2008-03, alsmede aan de verplichting tot vermelding in het jaarverslag van grondaankopen zoals bedoeld in de MG 2001-26 en de verplichting tot vermelding in het jaarverslag van sponsoractiviteiten zoals bedoeld in MG 2006-04. Tilburg, 28 april 2011 BDO Audit & Assurance B.V. namens deze, was getekend, L.A. Bijl RA
Jaarverslag 2010
43
Bijlage - Consolidatie Geconsolideerde Balans per 31-12-2010 ACTIVA
31-12-2010 €
31-12-2009 €
VASTE ACTIVA Materiële vaste activa - (On)roerende zaken in exploitatie - (On)roerende zaken in ontwikkeling - (On)roerende zaken t.d.v. de exploitatie
49.578.480 4.836.419 387.607
Totaal materiële vaste activa Financiële vaste activa - Te vorderen BWS-subsidies
48.274.558 1.705.032 401.292 54.802.506
-
50.380.882 118.565
Totaal financiële vaste activa
-
118.565
-
15.690
2.310.084
1.316.782
VLOTTENDE ACTIVA Voorraden Onderhanden projecten Vorderingen - Huurdebiteuren - Gemeente - Overige vorderingen - Overlopende activa
14.824 7.356 76.234 250.600
Totaal vorderingen Liquide middelen TOTAAL ACTIVA PASSIVA Eigen vermogen - Algemene bedrijfsreserve
Totaal kortlopende schulden TOTAAL PASSIVA
Jaarverslag 2010
4.359.649
3.786.944
61.821.253
55.817.095 31-12-2009 € 25.282.199
27.096.483 -
25.282.199 139.232
30.300.578
Totaal langlopende schulden Kortlopende schulden - Schulden aan kredietinstellingen - Schulden aan leveranciers - Belastingen en sociale premies - Overige schulden - Overlopende passiva
198.232
27.096.483
Totaal voorzieningen Langlopende schulden - Leningen kredietinstellingen
349.014
31-12-2010 €
Totaal eigen vermogen Voorzieningen - Onrendabele investeringen nieuwbouw
19.658 3.603 42.226 132.745
139.232 27.408.493
30.300.578 3.107.915 561.455 81.858 11.450 661.514
27.408.493 1.713.683 524.557 66.805 2.338 679.788
4.424.192
2.987.171
61.821.253
55.817.095
44
Geconsolideerde Winst- en Verliesrekening over 2010 2010 €
2009 €
BEDRIJFSOPBRENGSTEN -
Huren Vergoedingen Overheidsbijdragen Verkoop onroerende zaken Overige bedrijfsopbrengsten
3.929.079 26.001 496.820 -117.193
Som der bedrijfsopbrengsten
3.956.538 24.417 2.195 1.630.510 133.249 4.334.707
5.746.909
BEDRIJFSLASTEN -
Afschrijvingen t.d.v. de exploitatie Overige waardeveranderingen Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten Lasten onderhoud Overige bedrijfslasten
36.705 423.285 384.428 48.145 68.225 1.263.412 604.681
36.078 3.198.441 480.295 54.012 78.338 599.154 840.852
Som der bedrijfslasten
2.828.881
5.287.170
BEDRIJFSRESULTAAT
1.505.826
459.739
103.780 -1.527.321
39.464 - 1.332.142
82.285
-832.939
-
-
82.285
-832.939
- Buitengewone baten - Buitengewone lasten - Belastingen buitengewoon resultaat
-
-
RESULTAAT NA BELASTINGEN VOOR MUTATIE ACTUELE WAARDE
82.285
-832.939
1.731.999
572.835
1.814.284
-260.104
FINANCIËLE BATEN EN LASTEN - Rentebaten en soortgelijke opbrengsten - Rentelasten en soortgelijke kosten RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN - Belastingen RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING NA BELASTINGEN
- Mutatie actuele waarde RESULTAAT NA BELASTINGEN NA MUTATIE ACTUELE WAARDE
Jaarverslag 2010
45
Waarderingsgrondslagen Algemeen Consolidatie In de consolidatie worden opgenomen de financiële gegevens van Woningstichting Dinteloord en haar groepsmaatschappijen. Dit betreft alle maatschappijen waarmee zij een organisatorische en economische eenheid vormt. Integraal in de consolidatie worden opgenomen deelnemingen waarin beslissende zeggenschap op het beleid kan worden uitgeoefend. De in de consolidatie begrepen rechtspersonen en vennootschappen zijn Woningstichting Dinteloord te Dinteloord en WSD Projectontwikkeling B.V. te Dinteloord (100%). Balanswaardering Onderhanden projecten Het onderhanden werk uit hoofde van onderhanden projecten in opdracht van derden wordt gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, zijnde directe materiaal- en arbeidskosten, direct toerekenbaar uitbesteed werk en overige externe kosten, inclusief een opslag voor aan de productie gerelateerde indirecte vaste en variabele kosten. Rentekosten maken eveneens onderdeel uit van de vervaardigingsprijs. Indien van toepassing, worden de verwachte verliezen en reeds gedeclareerde termijnen hierop in mindering gebracht.
Jaarverslag 2010
46
Toelichting op de geconsolideerde balans Onderhanden Projecten - Residentie Schootsvelden Steenbergen - Voorzienbare verliezen onderhanden werk - Doktersdreefje Steenbergen
31-12-2010 € 2.546.733 -241.858 5.209
Totaal
31-12-2009 € 1.437.324 -120.542 -
2.310.084
1.316.782
Verplichting Nieuwbouw Ter realisatie van Residentie Schootsvelden Steenbergen is in 2009 een verplichting aangegaan op basis van een Turnkey-overeenkomst voor ruim € 7.426.451 excl. BTW. Per 31-12-2010 is € 5.090.922 in rekening gebracht.
Liquide middelen Direct opeisbaar - Kas - ING Bank - Rabobank Totaal
Jaarverslag 2010
31-12-2010 € 184 400 4.423.608
31-12-2009 € 533 52 3.786.359
4.424.192
3.786.944
47
Toelichting op de geconsolideerde winst- en verliesrekening Bedrijfsopbrengsten Overige bedrijfsopbrengsten -
Inschrijfgelden Urgentiebemiddeling Overige vergoedingen Projectresultaten
2010 € 330 1.140 -118.663
Totaal Projectresultaten -
Startersvereniging Steenbergen & Dinteloord Hoekwoningen Buiten de Veste Steenbergen Starterswoningen Zuideinde Dinteloord Residentie Schootsvelden Steenbergen Niet gerealiseerde projecten Diverse projectkosten
Totaal
Jaarverslag 2010
2009 € 8.000 370 124.879 -117.193
2010 €
133.249 2009 €
-116.603 -2.060
278.460 -4.168 -23.217 -120.542 -3.124 -2.530 -118.663
124.879
48
Algemene gegevens Algemeen Statutaire naam Woningstichting Dinteloord Oprichting 25 mei 1918 Toelating 25 april 1978 bij Koninklijk Besluit nr. 16 (L0653) Statutenwijziging 22 september 2009 Kamer van Koophandel 20024807 Nationaal Register Volkshuisvesting NRV 3155 Werkgebied Gemeente Steenbergen Directeur-bestuurder Dhr. A.J. Smulders Raad van Commissarissen Dhr. J.A. Legierse Dhr. A.E. de Mey Dhr. A.C. Smits Dhr. J.J.J. de Nood Dhr. C.P.J. Schoutsen Verbindingen WSD Projectontwikkeling B.V. Stichting Woonwagenbeheer Zuid-West Nederland Lidmaatschap Aedes Vereniging van Woningcorporaties Waarborgfonds Sociale Woningbouw Regionale Geschillen Commissie Vereniging Toezichthouders Woningcorporaties Huurdersvereniging Huurdersvereniging Dinteloord
Jaarverslag 2010
49
Jaarverslag 2010
50