Voorstel
Aan
: Burgemeester en Wethouders
Kenmerk
: 583139
Status
: Openbaar / Ter besluitvorming
Datum
: 17 november 2015
Afdeling
: Samenleving
Medewerk(st)er
: R.F.J.M. van Hest
Raad : ter kennisneming
Telefoonnummer
: 071 406 5341
Or
: Nee
Portefeuillehouder
: Mostert (Wethouder), I.G. (Gerard)
Communicatie
: Nee
Bijlage(n)
:-
Evaluatie
: Nee
Ja
Onderwerp:
Wet maatschappelijke ondersteuning 2015; Code verantwoordelijk marktgedrag Thuisondersteuning; inkooptarieven 2016; tijdelijke tegemoetkoming Huishoudelijke Hulp Samenvatting:
In het kader van de Wmo 2015 hebben wij contracten gesloten met aanbieders voor ‘thuisondersteuning’ in natura. Daarbij zijn prijsafspraken gemaakt. Deze nota gaat in op de prijsafspraken over 2016.
Gevraagde beslissing:
1. Kennis nemen van het gestelde in deze nota. 2. Voor 2016 de prijs per uur bepalen op € 21,00 per uur voor de algemene voorziening ‘schoon en leefbaar huis’ en op € 25,00 per uur voor de maatwerkvoorziening ‘begeleiding bij de huishouding’. 3. Ingaande 1 januari 2016 de tijdelijke tegemoetkoming Huishoudelijke Hulp in de kosten van de algemene voorziening ‘schoon en leefbaar huis’ verhogen naar € 12,oo per uur.
Intern advies
Bedrijfsvoering FIN
Circuleren B&W
Secr.
Akkoord: Bespreken B&Wvergadering Besluit:
17 november 2015
Burg.
Weth. I
Extern advies Weth. II
Weth. III
Weth. IV
geen
Kenmerk Programma Onderwerp
: 583139 : Zorg, welzijn, werk en inkomen : Wet maatschappelijke ondersteuning 2015; Code verantwoordelijk marktgedrag Thuisondersteuning; inkooptarieven 2016; tijdelijke tegemoetkoming Huishoudelijke Hulp
Aanleiding en doel De gemeente voert de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) uit. Deze wet geldt vanaf 1 januari 2015. In het kader van deze wet zijn o.a. 2 voorzieningen (in natura) ingekocht, te weten de ‘algemene voorziening schoon en leefbaar huis’ (AV SLH) en de ‘maatwerkvoorziening begeleiding bij de huishouding’ (MV BBH). Voor deze voorzieningen zijn prijzen afgesproken. Deze nota gaat over de prijsstelling in 2016.
Indicatoren (facultatief) Niet van toepassing.
Inhoudelijke aspecten De navolgende aspecten spelen een rol. Korte voorgeschiedenis De ‘algemene voorziening schoon en leefbaar huis’ (AV SLH) en de ‘maatwerkvoorziening begeleiding bij de huishouding’ (MV BBH) onder de Wmo 2015 zijn in wezen de opvolgers van de individuele voorzieningen ‘hulp bij het huishouden naar categorie 1’ en ‘hulp bij het huishouden naar categorie 2’ onder de Wmo, de voorloper van de Wmo 2015. Onder de Wmo vond toewijzing door de gemeente van deze voorzieningen aan de gecontracteerde leverancier per individuele klant plaats op basis van een competitief biedingsproces. Daarbij werd gebruik gemaakt van het zogenoemde digitale ‘hulptoewijzingssysteem’ van Stipter uit Spijkenisse. Met de komst van de Wmo 2015 is het competitief biedingsproces verlaten en zijn er vaste prijsafspraken gemaakt met de leveranciers. Als basis voor die prijzen golden de met het competitief biedingsproces opgedane kennis en ervaringen. Dit leidde tot een prijsstelling van € 19 per uur voor de AV SLH en € 24 per uur voor de MV BBH. Aantal gecontracteerde aanbieders Voor wat de 2 voorzieningen in natura in kwestie betreft, zijn er in 2015 zo’n 11 aanbieders actief. Het betreft hier zowel landelijk als subregionaal en lokaal georganiseerde aanbieders. TSN Thuiszorg, een landelijke aanbieder, heeft in 2015 de samenwerking met Katwijk op het vlak van de AV SLH, vanwege de lage prijsstelling opgezegd. TSN Thuiszorg leverde overigens ook al onder de Wmo hulp. Voor het overige zijn er geen opzeggingen geweest. 17 november 2015
Wettelijk kader Gemeenten zijn in het kader van de Wmo 2015 bij de aanbesteding, contractering en prijsafspraken in principe vrij. Wél stelt de Wmo 2015 hierover: Artikel 2.6.4 1. Het college kan de uitvoering van deze wet, behoudens de vaststelling van de rechten en plichten van de cliënt, door derden laten verrichten. 2. Indien de levering van een voorziening wordt aanbesteed, gunt het college de overheidsopdracht op grond van de naar zijn oordeel economisch meest voordelige inschrijving en maakt in de aankondiging van de overheidsopdracht bekend welke nadere criteria hij stelt met het oog op de toepassing van het criterium economisch meest voordelige inschrijving, waarbij in ieder geval het nadere criterium kwaliteit wordt gesteld. 3. In afwijking van artikel 2.114, tweede lid, van de Aanbestedingswet 2012 kan het college een overheidsopdracht niet enkel op grond van het criterium de laagste prijs gunnen.
Geconcludeerd kan worden dat, vanuit de algemene uitgangspunten van de Wmo 2015 en de in dat kader bij de gemeente neergelegde verantwoordelijkheden (waaronder ‘zorgdragen voor kwaliteit en continuïteit’), gemeenten bij de contractering zich niet alleen maar kunnen laten leiden door financiële afwegingen maar dat zij daarbij ook andere (maatschappelijke) afwegingsaspecten moeten meenemen. Prijsstelling Met name over de prijsstelling is, bij de invoering van de Wmo 2015, het nodige te doen geweest. De gemeenten kregen – kort gesteld – voor de uitvoering van de Wmo 2015 minder geld dan voorheen werd uitgegeven onder de toenmalige geldende wetten. Dit terwijl vaak ook nog eens de doelgroep groter werd. Zo is er landelijk – macro gezien – voor het onderdeel, waar deze nota over gaat (de voormalige ‘hulp bij het huishouden’), een bezuiniging in de overdracht van rijksmiddelen naar de gemeenten doorgevoerd van om en nabij 32%. Dit alles leidde tot spanningen in het onderhandelingsproces tussen gemeenten en aanbieders van voorzieningen, dat moest uitmonden in contracten voor 2015 en volgende jaren. Uiteindelijk zijn er toch de benodigde contracten afgesloten, ook voor wat betreft de ‘algemene voorziening schoon en leefbaar huis’ (AV SLH) en de ‘maatwerkvoorziening begeleiding bij de huishouding’ (MV BBH). Zoals al eerder gesteld leidde dit tot een prijsstelling van € 19,- per uur voor de AV SLH en € 24,- per uur voor de MV BBH. Gedegen prijsstelling? Vanuit onze gecontracteerde aanbieders is regelmatig het signaal gekomen dat de prijsstelling voor de AV SLK en de MV BBH aan de (te) lage kant ligt. Met name bij de AV SLH wringt dat, omdat daar ook nog de incasso van de kosten bij de aanbieders terecht is gekomen. De gekozen prijzen zijn, zoals al eerder aangehaald, gebaseerd op de kennis en ervaringen die we als gemeente opgedaan hadden onder de werking van de voorloper van de Wmo 2015, de Wmo (zie ook onder ‘Korte voorgeschiedenis’). Voor TSN Thuiszorg is dit aanleiding geweest om het lopende contract voor de AV SLH op te zeggen per 1 december 2015. TSN Thuiszorg stelt zich op het standpunt dat o.a. onze prijzen te laag liggen om een verantwoorde bedrijfsvoering te kunnen realiseren. Zij baseren zich daarbij mede op een, door hen geïnitieerd, rapport van Berenschot, een onafhankelijk organisatieadviesbureau, van 17 februari 2015 met als titel ‘De bodem bereikt, Feitenrelaas over de ontwikkelingen in de Hulp bij Huishouden’. In dit rapport wordt geconcludeerd dat de gemiddelde door gemeenten gehanteerde tarieven voor deze hulp niet kostendekkend zijn. Code verantwoordelijk marktgedrag Thuisondersteuning 3
De Transitiecommissie Sociaal Domein, in september 2014 opgericht door het Rijk, heeft op verzoek van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in augustus 2015 een zogenoemde ‘Code verantwoordelijk marktgedrag Thuisondersteuning’ opgesteld. Deze code bevat, naast zeven uitgangspunten voor verantwoordelijk marktgedrag, ingrediënten om te komen tot een transparante en overzichtelijke prijsopbouw voor de te leveren hulp. Deze zijn opgenomen in bijlage 1 van de Code. Voor dit moment zoomen wij, in het kader van deze nota, enkel in op de prijsstelling. Prijsstelling voor 2016 Mede op basis van de ingrediënten uit de Code en gezien de huidige prijsstelling komen wij voor 2016 uit op de navolgende tarieven: - € 21,00 per uur voor de AV SLH en - € 25,00 per uur voor de MV BBH. Met deze prijsstelling wijken we af van de prijsopbouw, zoals gehanteerd in de Code, op de navolgende onderdelen: • reiskosten worden niet meegenomen, omdat deze geacht worden uit het salaris te moeten worden bekostigd; • voor de opslag vanwege ziekteverzuim wordt een percentage van 3,8 gerekend, zijnde het gemiddelde ziekteverzuim over 2014 volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS); • voor de opslag vanwege indirecte uren is een percentage van 0,25 genomen, omdat dit meer in de rede ligt; • voor de opslag vanwege opleidingskosten wordt bij de AV SLH een percentage van 1 gebruikt, omdat dit voor wat de bepaling van de prijsstelling voor deze medewerkers voldoende wordt geacht; • voor de opslag vanwege indirecte kosten wordt bij de MV BBH een percentage van 14,5 bepaald, omdat dit door ons voldoende wordt geacht. Bij de AV SLH hanteren wij wel het in de Code opgenomen percentage van 16,5, omdat in tegenstelling tot bij de MV BBH het incassoproces en debiteurenrisico bij de aanbieder ligt; • bij het ‘gewogen gemiddelde’ tenslotte voor de uiteindelijke integrale prijsstelling is voor de AV SLH uitgegaan van 50% van de werknemers in FWG 10-4 en 50% in FWG 10-3 en bij de MV BBH van 75% in FWG 15-8 en 25% in FWG 15-3/FWG 15-4. Deze afwijkingen komen uiteindelijk neer op een uurtarief van € 21,06 voor de AV SLH en € 25,01 voor de MV BBH. We ronden de bedragen af op € 21,- en € 25,-. Met deze prijsstelling menen wij voor 2016 een goede ‘handreiking’ te doen naar de gecontracteerde aanbieders op dit gebied en daarmee positief bij te dragen aan een ‘duurzaam partnerschap, gericht op een meerjarige samenwerkingsrelatie’, zoals aangegeven in en bedoeld met de Code verantwoordelijk marktgedrag Thuisondersteuning. Hiermee wordt in onze optiek tevens de kwaliteit van en de continuïteit in de hulpverlening beter gediend. Compensatie voor de burger via de ttHH De kosten van de AV SLH worden in principe gedragen door de burger zelf. Deze moet dus eigenlijk zelf € 19 per uur (niveau 2015) hiervoor betalen. Via de zogenoemde ‘tijdelijke tegemoetkoming Huishoudelijke Hulp (ttHH)’ krijgt hij daarvoor, voor maximaal 1o uren per 4 weken, € 10 per uur vanuit de gemeente vergoed. Per saldo komt dit dan uiteindelijk neer op een bedrag van € 9 per uur voor de betrokken burger. Vanaf 2016 worden de kosten van de AV SLH voor de burger verhoogd naar € 21,- per uur. Voorgestaan wordt om deze verhoging te compenseren door de vergoeding vanuit de ttHH ingaande 2016 te verhogen met € 2 en te brengen op € 12 per uur. Hiermee blijft de uiteindelijke financiële belasting voor de betrokken burger gelijk aan wat hij nu is. 4
Kanttekeningen De navolgende kanttekeningen zijn te maken. De (gemeentelijke) kosten worden hoger De prijzen (per uur) voor de hulpverlening worden verhoogd, dus het wordt duurder. Er zal daarom meer geld voor uitgetrokken moeten worden. De MV BBH wordt vanuit de gemeente gefinancierd en komt daarmee volledig voor rekening van de gemeente. Wél wordt, volgens landelijke maatstaven, van de individuele burger die de voorziening gebruikt een inkomensafhankelijke bijdrage in de kosten gevraagd. Deze wordt vastgesteld en geïnd door het Centraal Administratie Kantoor (CAK) en doorbetaald aan de gemeente. De AV SLH betaalt de individuele burger in principe zelf. Het wordt voor hem dus ‘leger in zijn portemonnee’. Met de tijdelijke huishoudelijke hulp toelage (HHT) – in Katwijk de ‘tijdelijke tegemoetkoming Huishoudelijke Hulp (ttHH) genoemd – en ondersteuning vanuit de bijzondere bijstand voor de financieel minder draagkrachtige burger komen deze kosten uiteindelijk toch weer (grotendeels) terecht bij de gemeente. Per saldo worden de gemeentelijke uitgaven voor deze voorzieningen hoger. Onder de ‘Middelen’ wordt hier nog nader op ingegaan. Hierover kan het volgende worden gesteld. ‘Alles heeft zijn prijs’. ‘Waar naar geld’. Met inachtneming van de Code verantwoordelijk marktgedrag Thuisondersteuning, de geuite signalen van de gecontracteerde aanbieders serieus nemend en rekening houdend met de ‘drukkende’ prijsstelling onder het voormalig gehanteerde ‘hulptoewijzingssysteem’ is het redelijk en reëel om voor 2016 de voorgestelde prijzen te gaan hanteren. De gecontracteerde aanbieders kunnen het nog een te lage prijs vinden TSN Thuiszorg is voor de AV SLH op de prijsstelling van 2015 al ‘afgehaakt’. Andere aanbieders spreken ook uit dat de prijsstelling aan de lage ‘schrale’ kant ligt. Met deze verhoging doen wij in dat kader in onze ogen een forse handreiking (ten opzichte van het verleden). Wij hebben het idee dat dit er toe zal leiden dat continuïteit van en kwaliteit in de hulpverlening hiermee voldoende gewaarborgd zal blijven. Mogelijk zeggen burgers hun hulp op Zoals aangehaald, kunnen de kosten voor sommige burgers hoger worden. Dit kan er toe leiden dat men afziet van de voorziening. Allereerst wordt gesteld dat dit op zich geen probleem hoeft te zijn, als de hulp niet strikt nodig is of als daar op andere wijze in wordt voorzien (eigen kracht, zelfredzaamheid). Is de hulp echter wel nodig en kan daar ook niet op andere wijze in voorzien worden, dan wordt het anders. De financiële belasting van de burger kan dan een eventuele drempel vormen. Dit zal zich in de praktijk in ieder geval in 2016 echter weinig voor doen. Immers de MV BBH wordt door de gemeente bekostigd, waarbij de burger een inkomensafhankelijke bijdrage betaalt, en voor de AV SLH krijgt de financieel minder draagkrachtige burger tegemoetkomingen vanuit de gemeente (ttHH en bijzondere bijstand). Gezien deze maatregelen, zullen geen tot weinig burgers daadwerkelijke ‘last ondervinden’ van de hogere prijsstelling. Middelen De verhoging van de prijzen leidt tot hogere uitgaven voor de gemeente. Deze worden geraamd op maximaal € 275.000 op jaarbasis. Vanwege de verhoging van de ttHH en de bijzonder bijstand met € 2,- per uur wordt een extra uitgaaf verwacht van maximaal € 225.000 en de hogere tariefstelling voor de MV BBH kost naar verwachting maximaal € 50.000 meer.
5
Binnen het beschikbare budget 666201020/4423205 (Uitgaven hulp bij huishouden WMO) is hiermee al rekening gehouden en zijn er op basis van de realisatie van 2015 nog voldoende middelen om deze (extra) kosten op te vangen. In de Najaarsbestuursrapportage 2015 is dit budget incidenteel met €538.000 verlaagd.
Uitvoering Conform uw besluit zal worden gehandeld. Bijlage(n) Geen.
6