Pepijn Lijnders werkt zijn visie steeds verder uit bij FC Porto: Het opleidingproject dat we met FC Porto vier jaar geleden zijn gestart gaan we in juni 2011 afronden. We hebben in die tijd een visie gecreëerd om talenten beter te kunnen ontwikkelen. In de afgelopen jaren heb ik mijn ideeën als trainer ten goede proberen te laten komen aan de talenten, maar ook in de visie van de clubcultuur moeten inpassen. Dit vraagt om aanpassing, creativiteit en overredingskracht. Vooral dit laatste heb ik ondervonden bij FC Porto. Het is immers een club met een sterk karakter en een typische ZuidEuropese cultuur. Ik ben van mening dat het individu altijd in dienst staat van het elftal en het elftal in dienst van het individu. Dit als doel om samen minder balverlies te hebben en samen meer te kunnen creëren. Dit is dan ook het doel van de afdeling waar ik verantwoordelijk voor ben, genaamd de ontwikkeling van de individuele capaciteiten. Tekst: Paul van Veen en Pepijn Lijnders
“Visão 611: Ontwikkeling van talent” 4
November/December 2010
Als trainer/coach ben je verantwoordelijk voor de toekomst van zestien tot tweeëntwintig talenten. Als opleiding voor honderd of soms zelfs tweehonderd talenten. Dat is niet niks. Dit gegeven mogen we niet onderschatten. Onze invloed en dus verantwoordelijkheid als opleiding is enorm. Het vraagt om een totale overgave in visie, planning, voorbereiding en training. Niet voor de buitenwereld, maar puur voor je eigen talent. Continu kijken, luisteren en leren op elke positie binnen de opleiding, elke dag weer. Succes binnen je opleiding wordt bepaald door de dagelijkse vertaalslag op het veld. Daar geef je dagelijkse inspiratie voor talent. Talenten moeten dagelijks de kans krijgen om zich op hun eigen manier uit te kunnen leven in het oplossen van moeilijke situaties. Als collectief, maar zeker ook als individu. Zonder angst en zonder extra opdrachten. Ik gebruik hiervoor de volgende stelregel, die altijd in relatie met elkaar staat: De teamtraining (samenwerking) geeft invulling aan het ontwikkelen van het individu en het individu trainen geeft invulling aan het ontwikkelen van het collectief.
Stijlontwikkeling Elke speler heeft zijn eigen manier om completer te worden. Goede spelers kunnen vaak maar op één of twee posities spelen. De speler, die op veel verschillende posities kan spelen, is vaak een ideale wissel. Voorwaarden zoals mobiliteit, stabiliteit, kracht, explosiviteit, coördinatie en techniek mogen nooit een doel op zich worden, omdat deze voorwaarden per individu verschillend zullen zijn. Elke speler is anders, dus zullen de voorwaarden van elke speler ook anders zijn. Naar mijn mening moet je spelers laten staan, het team laten staan en laat spelers echt goed worden in een bepaalde stijl en positie. Dit gebeurt vaak te weinig en dat is ook de reden dat er geen specialisten meer doorkomen. Het is een heel logisch gevolg van wat we doen binnen veel opleidingen. Spelers allemaal op dezelfde manier proberen compleet te maken. Vaak gebeuren er juist hele mooie dingen als je verantwoordelijkheid weggeeft aan talent. Dan staat er vaak ander talent op. Dan ben je juist bepalend als trainer. Naar mijn mening ben je dus als jeugdcoach bepalend, als je niet bepalend wilt zijn. Ontwikkelen, of beter gezegd: laten ontwikkelen. Spelers zijn zo slim en sterk. Iedereen wist vroeger op het trapveldje precies wie echt goed was en tegen wie je wat moest doen. Vraag een speler maar wie de beste is en waarom? Vraag een speler maar of die proefspeler van toegevoegde waarde zal zijn voor je team. Ze weten het precies. Deze verantwoordelijkheid weggeven kan alleen als ze in natuurlijke ruimtes opgeleid worden.
November/December 2010
5
Efficiëntie zegt vaak niets over potentie als je in grote ruimtes en onnatuurlijk grote aantallen opleidt. En het zegt zeker niets in de groeileeftijden, waar we ook vaak nog van twee teams naar één team gaan en dus beslissend zijn voor de toekomst van spelers. Het verbaast me dan ook niet dat er zoveel spelers uit de eerste zes maanden overblijven. Potentie zien kan alleen als je al je spelers in hun potentie opleidt. En iedereen heeft een andere potentie. Ik denk dat er meer talent is dan dat we denken. Talent hebben kan namelijk op veel verschillende manieren en zit hem niet in direct rendement. Vroeger zat op elke hoek van de straat een uitstekende opleiding waar niet gekeken werd of je van de eerste zes maanden was. We kunnen bijna niet winnen van de straatopleiding van vroeger. Elke dag drie tot vier uur achter elkaar op je eigen manier spelen tegen oudere spelers. Dit in overtal of ondertal, op welke plek dan ook. Als je dan ook nog oudere broer(s) hebt, wordt je zelfs thuis nog gedwongen je aan de bal staande te houden. Zo leer je vanzelf slim te spelen. Het is ook geen toeval dat veel topspelers vanuit deze situatie boven komen. Dat bevestigt dat talent ontwikkeld moet worden. Bewust of onbewust. Valt het niet op dat de beste spelers vaak de spelers zijn die er het meeste voor over hebben. Die voor het voetballen leven. Ze zorgen dus zelf onbewust voor dagelijkse ontwikkeling. Daarom geloof ik in ontwikkeling. In spelers beter maken. ‘Hoe creëer je een situatie, die de jeugd weer zo dicht mogelijk bij de straatopleiding brengt?’ Een aantal activiteiten, die we dagelijks of wekelijks organiseren om spelers straatprikkels te geven:
6
1. 2v2 voetvolley en wedstrijdjes spelen in de kleedkamer (winnaar blijft staan) 2. 2- 2 extra 5v5 veldjes met boarding waar spelers voor, na of tijdens trainingen kunnen spelen (kiezel en kunstgras) 3. 3 uur 6v6 interne competitie op zondag 4. Uitdaag donderdag toernooi met hiërarchielijst 5. Onderlinge wedstrijden (U14 tegen bijvoorbeeld U15, omdat we Casa Dragão hebben, waar 40 spelers in de leeftijden van u14u19 leven, zijn dit absoluut hoogtepunten en wordt hier met veel discussie naar toe geleefd). We moeten volgens mij juist meer opleidingscentra maken. Alleen al voor de spelers uit de laatste 6 maanden. Geduld, vertrouwen geven, hebben en houden. Dagelijkse inspiratie, eisend complimenteren, goede visie, planning en training met potentieel talent. Kansen geven, vrijheid van expressie, modellen, alleen het eindresultaat telt, allemaal kernwoorden die belangrijk zijn. Maar in ieder geval talent nooit limiteren. Door spelers op verschillende manieren te limiteren is opleiden helaas de gevaarlijkste manier van opleiden geworden. Dat limiteren van talent is heel makkelijk en zal dus talentontwikkeling remmen. Ik denk dat in elke vorm die je geeft als trainer vrijheid van expressie, anticipatie, samenwerking en improvisatie moet zitten. Het goed anticiperen kan veel verbloemen, maar kan ook spelers tevens veel sterker maken. Daarom moeten deze zaken voor een optimale ontwikkeling in elke minuut terugkomen.
November/December 2010
herhaling en succesbeleving voorop. Ze zijn vaak net iets makkelijker dan de dag ervoor, waardoor spelers de kans krijgen om zelfbewust de aangeleerde zaken te kunnen herhalen en te perfectioneren. Ik onderscheid in mijn training dus vier verschillende onderdelen. Elk onderdeel kent 6 fases. De vormen veranderen continu vanwege ontwikkeling en inspiratie. De eerste drie onderdelen lopen uiteindelijk in latere fases in elkaar over: 1. Verbinden (wegdraaien, combineren, snelle 1-2’s, doordraaien en injagen) 2. Individueel creëren (overleven in de moeilijke situaties en penetreren) 3. Scoringscapaciteit (Crossen i.s.m. netgevoel) 4. Voorwaarden (technische coördinatie/mobiliteit) De eerste 16 weken concentreer ik me steeds twee weken op een onderdeel. Elk in combinatie met voorwaarden. Dan maken we zes weken lang qua accenten en onderdelen onderscheid tussen middenvelders, aanvallers en verdedigers en hun individuele ontwikkeling binnen deze onderdelen. Ook de accenten van linies lopen in elkaar over. Deze trainingen combineren we dan met de individuele keeperstrainingen van Wil Coort. Voor de training werken we extra aan een speciaal thema. De afgelopen maand hebben we telkens 15 minuten besteed aan de koptechniek.
Dat betekent ook in elke vorm vrijheid van expressie en de ontwikkeling van het complete individuele proces: kijken - positioneren - kijken - technisch handelen. Hier limiteren we onze spelers op geen enkele manier. Elk trainingsonderdeel kent 6 fases (in elke opeenvolgende fase is er sprake van meer samenwerking en steeds meer druk). Ik maak nog elke dag nieuwe vormen. Oude, maar vooral nieuwe vormen, worden aangepast met de volgende accenten: -
Moeilijke situaties Richting of goal Relatie met teamprincipes en teamorganisatie Samenwerking Vrijheid van expressie Maximale herhaling (Periodisering)
Verbinden, wegdraaien en injagen Het samen leren verbinden om spelers te installeren (spelers in de ideale situatie zetten) of de bal op de plek te brengen waar de tegenstander minder spelers heeft (door middel van de bal te laten lopen een natuurlijk overwicht over de tegenstander creëren). Ruimte creëren voor jezelf en voor je collega’s. Situaties groter kunnen maken. Steeds uitzakken en inschuiven. Lokken en doorbewegen. Altijd steunen achter de bal. Voordeel winnen met je eerste aanname of met een directe pass. Passen met een boodschap. Zo in gaan spelen dat je gelijk opties geeft. Vooraf kijken en slim positioneren. Met als doel om sneller te leren handelen in situaties onder grote druk. Je wint heel veel aan handelingssnelheid, voordat je de bal daadwerkelijk krijgt. Door het slim positiekiezen en het vooraf kijken en weten wat je gaat doen. Je kunt het één dus nooit los zien van het ander. Ik werk aan het wegdraaien en vooruit meenemen dus altijd onder complete druk. Vooruit leren verbinden, iedereen op zijn manier. Hierdoor moeten spelers in verschillende situaties steeds wegdraaien, vooraf kijken en vrij komen. Dus nooit zonder echte druk.
Moeilijke situaties makkelijker maken Dit seizoen werk ik twee keer per week met alle generaties, 40-50 minuten per training. Elke generatie heeft een A-, een B- en sommige zelfs een C-team. Elk onderdeel trainen we twee weken lang. Tijdens sessie 1 staat het inspireren, aanleren en inslijpen centraal. In sessie 2, meestal de dag erna, gaat het om performance: het vast maken en uitblinken van de aangeleerde accenten. Dus de eerste dag zet ik het spel meer stil en geef ik meer informatie en op de tweede dag zorg ik voor eindeloos herhalen en herinneren. In de andere twee of drie trainingen beginnen de veldtrainers met het herhalen van de eerdere performancevormen. Hierin staan
November/December 2010
7
Daarna met een collega waardoor je niet alleen ruimte voor jezelf moet maken maar ook voor een ander en dus niet alleen moet anticiperen op je tegenstander maar ook op je collega. Je moet onder druk weten wat er gebeurt, maar ook weten wat er bij je collega staat te gebeuren. Nooit die wisselwerking verliezen. De timing van acties bepaalt de mate van succes. Misschien vraag je je af waarom het lijkt dat Xavi nooit in moeilijke situaties terecht komt, terwijl hij zich toch vrij vaak in moeilijke situaties bevindt. Hoe het komt dat hij complete macht over elke situatie heeft. Een geweldige combinatie van positioneren, kijken en techniek van het individuele proces. Een complete ontwikkeling kan dus alleen als je het hele proces ontwikkelt. Kijken positioneren in combinatie met technisch handelen. Altijd met minder tijd, minder of meer ruimte en altijd meer pressie en meer herhalingen, dit steeds met een grotere sterkere samenwerking.
Robben ruimte maakt voor zichzelf, waardoor hij telkens in die perfecte situatie komt en hoe zijn medespelers hem die situatie aanbieden. Dat betekent elke keer op het juiste moment afhaken. Dus ruimte zoeken of creëren waar je je kwaliteiten optimaal kunt benutten. Het gaat in het individueel creëren om het juiste moment inhouden en versnellen aan de bal. Tackles kunnen ontwijken en snel kunnen draaien. Scoringscapaciteit. Crossen i.s.m. netgevoel Als we het netgevoel aan het perfectioneren zijn, gaat het erom vanuit alle situaties het doel te vinden zonder de spitsen en hun dieptebewegingen uit het oog te verliezen. Dus altijd oog houden
Als we specifiek in de warming-up met verdedigers werken zijn we bijvoorbeeld bezig met het injagen (inspelen met power) door de linies in combinatie met uitlokken en provoceren. We proberen onze verdedigers met de gedachte te laten spelen dat wanneer de tegenstander open is we er doorheen gaan. Als ze gesloten zijn, dan moeten we er of omheen of proberen om ze ook open te maken. Met een pass door twee linies speel je 4-5 of zelfs 6 tegenstanders weg. Zo’n pass betekent hetzelfde als het passeren van die zes spelers. De centrale verdedigers worden steeds belangrijker in het aanvallen en de vrije man creëren, omdat tegenstanders zich steeds beter gaan organiseren/aanpassen. Elke dag jagen onze verdedigers dus wel 50 ballen door linies heen. Ze moeten leren om op de bal op het juiste moment er doorheen te spelen. Ze moeten de linies doorsteken. Vanuit onze teamprincipes willen we dat de verdedigers steunende spelers zijn. Zowel achter de bal als aan de zijkant van de bal. De middenvelders moeten het spel maken, zodat we altijd steun en overzicht achter de bal hebben. We rekenen onze verdedigers af op hun veroveringen, op het anticiperen, slimmer en dus sneller zijn. Of ze het juiste moment afwachten of juist instappen en dus niet op hun lengte. Otamendi, super centraal, deze zomer aangekocht bewijst dat kwaliteit hem niet zit in 5 of 10 centimeter langer. Individueel creëren Individueel creëren kent twee verschillende situaties: het overleven in de moeilijke situatie en het penetreren. Dit in combinatie met vrijkomen en kijken. Je kunt nog zo’n goede trainer zijn, maar als je geen spelers hebt die hun man links en rechts om kunnen uitspelen zal het rendement nihil zijn. Iedereen ziet bijvoorbeeld de dribbels van Robben, maar ik probeer onze spelers juist bewust te maken hoe
8
om de spits vrij te spelen. Je moet spelen voor assists of om jezelf in scoringspositie te zetten in de meest moeilijke situaties. Dat betekent timing: inhouden, simuleren of snel spelen. Punteren, lobjes, jagen, met effect keeper omspelen, door de benen van tegenstander tegendraads inschieten, eerste paal hoog injagen, dreigen kappen en omspelen. Alles met richting, samenwerken, volle druk en vrijheid van expressie. In deze sessies zie je de meest geniale goals tot stand komen. De volgende stap is om via de zijkant ook te kunnen scoren of een assist te geven. Achterlijn halen, voor je tegenstander komen, jezelf zonder bal vrijmaken, afhaken, koppen schieten en volleren. Vanzelfsprekend werken de aanvallers meer aan deze accenten dan de verdedigers.
November/December 2010
Voorwaarden (technische coördinatie/mobiliteit) Het trainen van de voorwaarden kan ideaal in de warming-up. Dat is het ideale moment voor coördinatieve prikkels. Het is ideaal als voorbereiding op het individueel creëren, verbinden of scoringscapaciteit. Ideaal voor individueel extra werk. Ideaal voor team- of individuele hersteltrainingen (je moeten spieren op zoveel mogelijk manieren laten herstellen, dat kan alleen in voetbalgerelateerde situaties). Ideaal voor snel vertrouwen, bijvoorbeeld door in 15 minuten 60 keer vanuit een cross te scoren. Ideaal voor een snelle technische impuls zoals crossen, volleren, draaien en versnellen. Onder het trainen van voorwaarden kun je onder andere verstaan:
“Een speler die vanuit zijn stijl begrijpt dat niet alleen anderen met hem spelen, maar dat hij vooral ook met anderen speelt”
PJE Naast de teamtrainingen train ik samen met de hoofdtrainers in een speciale training op woensdagavond (1 keer in de maand) de grootste talenten van U14 tot U17, ook wel Potential Jogadores Elite (PJE) genoemd. Deze training is de ideale gelegenheid om alles wat centraal staat binnen de ontwikkeling van talent tot uiting te laten komen op een hoger niveau. Onze beste jongste talenten krijgen de kans om te leren verbinden en om vrij te leren komen tegen oudere spelers. We werken bijvoorbeeld met de spitsen van u15 tegen verdedigers van u16 en goalkeepers van u17. Of de twee dribbelaars en centrale middenvelder van u14 tegen vier verdedigers van u16. Dan zie je dat pure techniek en anticipatie wint van lengte en kracht. Daarom zegt lengte mij heel weinig. Als je een willekeurig iemand vraagt wat de beste speler is van PSV, Feyenoord, Ajax of Twente of een andere willekeurige ploeg, zul je zien dat het vaak een van de kleinere spelers is. Herinner je de benen van Cruijff of Van Basten: pure techniek, pure kracht. Ik probeer bij mijn sessies zo vaak mogelijk oudere spelers te betrekken om zo meer rolmodellen te creëren op het veld. Bijvoorbeeld één u15 speler, die werkt met vijf u11 spelers, maar ook wel eens een u14 speler die voorbeelden geeft bij de u17. Want kwaliteit zit hem wat mij betreft niet in leeftijd. Als je ziet wat de PJE trainingen doen met onze spelers bevestigt dat alleen maar mijn gedachte dat talent kansen en modellen nodig heeft. Binnen elke topploeg wemelt het van de rolmodellen wat vaak voor jong talent doorslaggevend is. Denk aan Scholes, Giggs en Van der Sar bij Manchester. Xavi, Puyol en Iniesta bij Barça. Of Rijkaard en Blind vroeger bij Ajax. In mijn tijd in de USA hoorde ik continu: “talent need models, no criticism.” Ik denk dat daar een grote waarheid in zit.
Training -
Series, accelereren aan de bal Combinaties van bewegingen en simulaties Snel van richting veranderen in combinatie met scharen Bal kort houden, snel draaien en simuleren Trucs om vrij te komen zonder bal, afhaken, afhaken en contrabewegingen Kap- en draaibewegingen, inhouden simuleren en versnellen Passeerbewegingen en dribbels Technische coördinatievormen, balcontrole Koppen, crossen, volleren en schieten met de 8 platte goals en 4 doelen
Uiteindelijk komt het in alle trainingen van mijn afdeling hier op neer: moeilijke situaties makkelijk kunnen maken. Oftewel: moeilijke situaties makkelijk laten lijken door het ontwikkelen van totale controle over willekeurige situaties. Elke speler is anders, dus is ook elke situatie anders. Omdat situaties continu veranderen is de kwaliteit om te improviseren enorm belangrijk. De kwaliteit om te improviseren moet natuurlijk wel ten goede komen aan de grote lijn. De capaciteit om in een willekeurige situatie vrij te komen maakt je onafhankelijk. Weten wat er staat te gebeuren en daar op kunnen overleven met je techniek is fundamenteel om in de wat-kan-megebeuren-zone te komen. Je sterker voelen dan wie dan ook op het veld. Dit is vanzelfsprekend voor elke positie en stijl anders.
November/December 2010
9
In elke situatie technische controle hebben maakt een speler onafhankelijk van de trainer, het systeem, het stadion, etc. Voor mij gaat het dan steeds weer om het ontwikkelen van het complete individuele proces. Dit om de volgende twee doelen te kunnen realiseren: 1. Op een steeds hoger niveau steeds minder balverlies hebben en op een steeds hoger niveau vanuit je stijl en positie meer individueel kunnen creëren. Dus trainen wat direct resultaat oplevert in alle wedstrijdsituaties. Dit is altijd afhankelijk van de speelwijze en het samenwerken van spelers. Naar mijn mening moet elke vorm binnen de planning erop gebaseerd zijn om dit individuele proces (in relatie tot het team, de teamprincipes en de teamcapaciteiten) te ontwikkelen. Dus dagelijks spelers alleen en/of samen moeilijke situaties laten oplossen. Trainen is voor mij alle spelers de mogelijkheid geven om zich op hun manier optimaal te ontwikkelen. Spelers dagelijks beter maken. 2. Daarnaast gaat het om totale controle in elke situatie. In welke situatie dan ook. Tegen wie dan ook. Totale controle hebben in het positioneren en vrijkomen, in het vooraf kijken en weten wat er gebeurt om je heen. Vooral totale controle en macht hebben in techniek. Techniek wint uiteindelijk altijd. Spelers moeten dagelijks ballen verliezen om op hun grens te kunnen trainen. Dat wil niet zeggen dat ze dan slechte keuzes maken. Ik geef zo vaak een compliment als iets niet lukt. Daarnaast is het heel normaal dat talent ook door moeilijkere tijden gaat. Dat wil niet zeggen dat ze dan slechte keuzes maken. Vertrouwen creëren, vertrouwen hebben en vooral vertrouwen houden.
Je moet dus als speler situaties makkelijker kunnen maken. Je hebt elkaar hierbij nodig om een zo hoog mogelijk rendement te behalen, dus vanzelfsprekend ben je ook continu bezig met de samenwerking van talent. Technisch leren samenwerken. Door acties zoals op het juiste moment passen, wegspelen van pressie, situaties groter te maken door op het juiste moment ruimte te maken, steunen achter de bal etc. maak je situaties makkelijker voor collega’s. Deze samenwerking komt in elk onderdeel steeds meer centraal te staan. De moeilijkheid van één keer raken of vooruit wegdraaien zit hem niet zozeer in het gedeelte van het technisch handelen. Het zit hem veel meer in de combinatie met het positioneren en vooraf kijken onder druk. Tussen twee spelers door. Daarom is het volgens mij verspilde tijd om te leren verbinden zonder weerstand. Hetzelfde geldt voor in overtal en/of in ondertal te trainen zonder richting. Omdat zo alleen het complete proces i.s.m. anticiperen en improviseren kan worden ontwikkeld. In alle relevante contexten moeten we spelers binnen de teamideeën individueel sterker maken om zich op dat hogere niveau te kunnen onderscheiden. We hameren er elke dag op dat onze spelers moeten weten wat er om hen heen gebeurt, ook achter zich. De beste spelers zijn continu vrij, of máken zich continu vrij. Ze weten wat er om hen heen staat te gebeuren, zien alles en zijn technisch continu in staat om hun rol binnen de teamprincipes/teamorganisatie uit te voeren. Als je als speler steeds goed vrijkomt en je tegenstander ergens heen brengt/lokt en daarna vrijkomt waardoor de ruimte tussen jouw directe tegenstanders groter wordt, heb je meer tijd, meer ruimte en heeft de tegenstander niet de mogelijkheid om de bal af te pakken. Zodoende zullen tegenstanders continu te laat komen. Voor veel van onze spelers is dit bijna een spel op zich geworden, omdat ze zoveel controle over de situatie krijgen.
Trainersontwikkeling Je bent als trainer zo goed als je materiaal. Als je dus op dagelijkse basis iemand hebt die op het veld je talenten aantoonbaar beter maakt wordt je als manager ook beter. De echte winst zit hem in het sterker maken van spelers en het samen laten werken van die spelers. Dat is volgens mij winnen. Ik las dat bedrijven een verschil van 30% tot 40 % in rendement krijgen door beter leiderschap. Rendement is direct resultaat. Kortom, beter resultaat is dus afhankelijk van beter leiderschap. Op het hoogste niveau gaat het om het laten samenwerken van alle topspelers. Het als manager samen laten werken van twintig spelers is het doel. Het ontwikkelen van die twintig spelers echter ook, omdat succes en ontwikkeling als doping werkt. Betere spelers en betere samenwerking resulteren in meer rendement. Rendement is winnen, winnen op veel gebieden. Als deze beide ontwikkelingen op kunnen lopen naar een verschil van 30% tot 40% resulterend in resultaten is dat op basis van een 10-jarige opleiding een aardig verschil. Als je dit begrijpt is het helemaal niet gek om te investeren in de opleiding. Dan kun je je eigen miljoenen, modellen en successen creëren. In de ene hand heb je winnen en in de andere ontwikkeling. Breng je dit samen dan zorg je voor structureel succes.
“Winst zit hem wat mij betreft in het sterker maken van spelers en het samen laten werken van die spelers”
10
Elke veldtrainer, coach of manager probeert op zijn eigen manier een samenwerking te creëren om het team beter te laten spelen en/of om de spelers daarin te ontwikkelen. De één doet dat door vertrouwen te geven, de ander met duidelijke taken en afspraken
November/December 2010
binnen een systeem. Concreet weten wat het verschil maakt voor elke speler om op een hoger niveau te kunnen slagen. Deze strategie, planning en uiteindelijke voorbereiding bepaalt dan de dagelijkse inhoud van opleiden. De dagelijkse vertaalslag naar het veld. De dagelijkse vertaalslag naar het maken van vormen en geven van feedback. Voor mij ligt de waarheid altijd op het veld, altijd. Daar maak je het verschil, als trainer en als speler. Daar probeer je individuele ontwikkeling en collectieve ontwikkeling samen te laten komen. Je moet tegenwoordig wel heel sterk in je schoenen staan om als speler op jouw manier te spelen met lef en vol overgave. Improviseren moet naar mijn mening binnen de opleiding centraal staan. De vrijheid hebben om nieuwe situaties op nieuwe manieren op te lossen, waardoor spelers onafhankelijk worden; creativiteit. En dat steeds moeilijker. Als speler moet je onafhankelijk kunnen worden van trainers en een systeem. Naast spelerstalent gaat het volgens mij juist om het ontwikkelen van trainerstalent. Ik geloof in een zelfde begeleiding voor spelers als voor trainers. Als we van veldtrainers verwachten dat ze de grootste talenten klaarstomen voor het eerste elftal, dan is het noodzakelijk dat de trainer ook klaar is voor het eerste elftal. Niet als speler, maar als trainer. Onze groepen krijgen bijvoorbeeld niet elk jaar een nieuwe trainer. Als hoofdtrainers al 2-3 jaar nodig hebben om alles uit een spelersgroep te halen, zal dat niet anders zijn voor een jeugdtrainer. We proberen trainers mee te laten gaan en mee te laten groeien. Het gaat naast talentontwikkeling zeker niet minder om de ontwikkeling van trainers. Succesbeleving voor trainers is onbewust bepalend in de succesbeleving van de spelers. De ontwikkeling van trainers bin-
nen een opleiding is fundamenteel in het ontwikkelen van spelers. Met het inspireren van zes trainers inspireer je indirect negentig talenten. Dus als eerste-elftal trainer zou het niet verkeerd zijn om demonstraties of presentaties te geven aan je jeugdtrainers, of ze uit te nodigen bij je trainingen. Hierbij gelden voor mij dezelfde accenten. Onze eerste elftalstaf bestaat bijvoorbeeld compleet uit voormalig FC Porto jeugdtrainers. Wil Coort is verantwoordelijk vanuit de eerste elftalstaf voor alle jeugdkeepers en doet dit op het veld, wat volgens mij ook een unieke situatie is. Ook in elke jeugdstaf zit minstens een oud topper van FC Porto: Capucho, Folha, Frasco, Paulinho Santos en Semedo zorgen voor behoud van het karakter van de club. Techniek is voor mij het daadwerkelijk kunnen uitvoeren van je verbeeldingsvermogen: het kunnen uitvoeren van het vooruit denken. De middelen hebben om te doen wat je wilt doen. Het trainen van techniek is dus iets heel anders dan het trainen van balcontrole, laat dat duidelijk zijn (heel veel ‘techniek’trainers zijn alleen maar bezig om het stukje balcontrole trainen. Dat is een voorwaarde, maar heeft uiteindelijk niets te maken met techniek. Techniek hangt ook van de spelers om je heen af. Als ik een loper voor me heb staan, ga ik technisch anders spelen dan wanneer daar combinerende spelers staan). Techniek staat voor mij altijd in relatie met rendement en efficiëntie binnen wedstrijdsituaties. Wat, waar en hoe willen we als team creëren? Want vanuit die situatie maakt men keuzes. Als voor spelers de grote doelen duidelijk zijn, zijn ze kritischer als we denken. Hoe meer technische capaciteiten, hoe een groter verbeeldingsvermogen een speler kan ontwikkelen. Onder een steeds grotere pressie veranderen situaties continu.
November/December 2010
11
“Voor de ene trainer is die speler van toegevoegde waarde en voor de andere trainer niet”
Improviseren, anticiperen en vooruit denken zijn belangrijker dan ooit geworden. De opleiding begint volgens mij pas echt bij het eerste elftal. Daar komen spelers dagelijks in aanraking met alle normen, waarden en wetten van het winnen. Je ziet dat er rust, geloof en geduld heerst binnen opleidingsclubs, zoals Barcelona en Arsenal. Vooral vertrouwen houden is cruciaal. Opleiden mag nooit ophouden. Ik denk dat FC Porto dat bewijst als je ziet hoe veel prijzen ze heeft behaald de afgelopen tien jaar en hoeveel geld het verkopen van de spraakmakende spelers heeft opgeleverd. Dan is het rendement in ontwikkeling geweldig te noemen. In tien jaar twintig prijzen en in ongeveer zes jaar een verkoopwaarde van meer dan 300 miljoen.
Niveau Natuurlijk bepaalt de manier van spelen en de spelers om je heen of een speler van toegevoegde waarde voor een hoger niveau is. Voor de ene trainer is die speler van toegevoegde waarde en voor de andere trainer niet. Ik geloof daarom ook niet in slechte spelers. Elke speler kan een bepaald niveau aan, waarop hij van waarde voor het team kan zijn. Velen zijn het erover eens dat je op de moeilijkste momenten tijdens een wedstrijd terug moet kunnen vallen op je techniek en intelligentie, qua positie kiezen en vooruit kijken. Alleen hoeveel spelers krijgen de kans om bewust hier dagelijks aan te werken?
Focus Onze sessies vragen om een totale focus (focus betekent voor mij: weten wat je aan het doen bent en waarom) van onze spelers. Complete focus in elke vezel zonder dat het ten koste gaat
12
van creativiteit en plezier. Ik eis van elke speler een enorme drive om te investeren in zichzelf. Ontwikkeling zit hem niet in leeftijd, het zit hem in de wil om te investeren in jezelf. Succes is doping, ontwikkeling is doping. Inspiratie werkt als doping. Dus telkens op verschillende vlakken net over de top van onze spelers trainen in combinatie met uitleg, voorbeelden geven, beelden, modellen en demonstreren zorgen voor een natuurlijke uitdaging. Wat me nu wel duidelijk is geworden, is dat je als trainer niet moet verwachten dat spelers beter worden als ze niet de kans krijgen om dagelijks boven zichzelf uit te stijgen. Spelers van niveau 8 moeten trainen op niveau 8 en de kans krijgen om naar niveau 9 te gaan. Uitdaging en dus elke dag voldoening. Ik denk dat werktalent tijd nodig heeft maar dat puur talent alleen maar een kans nodig heeft. Over je top trainen kan dus alleen met een complete focus. Je kunt volgens mij op twee manieren complete focus krijgen. Door te spelen om te winnen of doordat spelers voelen dat ze sterker worden. Ik kies bijna altijd voor de manier waardoor de spelers zich ervan bewust zijn, dat ze beter worden. Alleen als ik zelf moe ben om alle spelers te pakken met voorbeelden of door uitleg te geven, speel ik in winvormen om deze focus te krijgen. Geen angst maar vrijheid van expressie in combinatie met professionaliteit. Het is niet makkelijk om spelers over zichzelf heen te laten gaan. 100% is het doel maar dat klinkt makkelijker dan het is. Elke dag moeten we als wedstrijd zien. Over je top heen kan alleen met de juiste concentratie en drive. Volgens mij is dit professional zijn en heeft dit niets te maken met op welk niveau je traint of speelt. Ik had dezelfde drive toen ik met dames in de USA trainde als ik dat nu heb hier bij FC Porto heb. Door die drive gaat het niveau vanzelf omhoog.
November/December 2010
“Tomas Podstawski trainde als 15-jarige in november al mee met het eerste”
Kansen Ik train om te winnen. Accelereren, vrijkomen, scoringscapaciteit, overzicht, complete macht, vooraf kijken, slim positie kiezen, wegdraaien en over je man heen gaan en nog veel meer. Alles met het doel om uiteindelijk individueel minder balverlies te hebben en meer te kunnen creëren, op een steeds hoger niveau. We zorgen dat elke speler de kans krijgt om dit op zijn eigen manier te doen. Elke dag probeer ik spelers op de dag voor te bereiden dat ze indruk moeten maken op de eerste-elftal staf. Elk seizoen levert de scouting vier tot zes topaankopen af wat betekent dat een speler echt heel goed moet zijn om als talent erbij te komen. Tomas Podstawski trainde als 15-jarige in november voor de eerste keer mee. Sergio was afgelopen seizoen 17 jaar toen hij debuteerde (jongste debutant aller tijden). Hij was 16 toen hij voor het eerst mee trainde. Een ander voorbeeld is Kadu (keeper). Hij was 15 toen hij voor het eerst meetrainde. Dus de eerste training kan voor veel spelers al heel dichtbij zijn. Onze spelers moeten elke dag trainen alsof het hun eerste kans bij het eerste elftal is. Spelers hebben vaak zoveel meer in zich dan dat ze laten zien. Talent hebben kan op heel veel verschillende manieren, maar de persoonlijkheid van spelers staat bij mij op nummer één. Voetbal geweldig vinden en een enorme wil hebben om te slagen. Een speler die vanuit zijn stijl begrijpt dat niet alleen anderen met hem spelen, maar dat hij vooral ook met anderen speelt.
uiteindelijk vijf dvd’s geworden die mijn visie, accenten, basisvormen, enz. bevatten. Dit alles uitgevoerd door onze beste spelers. Voor alle veldtrainers moet dit het houvast worden voor de komende seizoenen. Mijn idee is al die tijd geweest om naast het dagelijks inspireren van talent ook iets blijvends achter te laten.
Toekomst Het project loopt dit jaar af, dus het is van belang dat de grote lijn in de toekomst doorgetrokken wordt. Deze grote lijn is terug te vinden in het plan dat ik voor mijn afdeling heb gemaakt. Het zijn
November/December 2010
13