Verslag studiereis Finland Hoe kan het dat Finland in alle internationale onderwijstesten zo hoog scoort? Waarom is het lerarenberoep zo hoog gewaardeerd in Finland, terwijl de salarissen middelmatig zijn? Hoe ziet speciaal onderwijs in Finland eruit en op welke manier wordt de kwaliteit van onderwijs bewaakt? Op deze en andere vragen zocht een delegatie van werkgevers en werknemers uit het po (leden van het bestuur van het Arbeidsmarktplatform PO en leden van de CAO PO-tafel) een antwoord tijdens hun studiereis naar Finland, die door het CAOP georganiseerd werd. Programma De studiereis vond plaats in Joensuu en Helsinki, waar verschillende werkbezoeken op het programma stonden en waarbij het Finse onderwijs vanuit verschillende invalshoeken werd bekeken. In Joensuu, een kleine gemeente en stad in Oost-Finland bekeken we de praktijk van het Finse onderwijssysteem. Hier bezochten we een teacher training university en de bijbehorende basisen voortgezet onderwijsscholen waar de studenten van de lerarenopleiding stage lopen. Ook bezochten we een kleine basisschool in het dorp Heinävaara, die bekend staat om zijn bijzondere architectuur en open leeromgeving. Tijdens de werkbezoeken kregen we presentaties van o.a. de schoolleiders en onderwijsprofessoren aan de universiteit over het Finse onderwijsstelsel, speciaal onderwijs, competenties van schoolleiders en het gebruik van ICT in het onderwijs. Daarnaast praatten we ook met leraren en leerlingen van de verschillende scholen en observeerden we de lessen die gegeven werden. Door deze verscheidenheid aan werkbezoeken, contacten en informatie vetrokken we met een vrij compleet beeld van de Finse onderwijspraktijk naar Helsinki, om daar de beleidsmatige en strategische kant achter het onderwijssysteem te bestuderen. Hier gingen we in gesprek met de Finse vakbond voor leraren, de National Government Employers, de Association of Principals en bezochten we de Finnish National Board of Education; een nationaal agentschap dat zich bezighoudt met onderzoek naar onderwijs en het curriculum. Tijdens onze bezoeken in Helsinki konden we de laatste puzzelstukjes invullen en konden we met een vrij compleet beeld van het Finse onderwijssysteem gaan kijken wat ons opviel, wat we geleerd hebben en vooral: wat we hiermee in Nederland zouden kunnen doen. Onderstaand verslag geeft hiervan een weergave.
1
Het Finse onderwijssysteem Het Finse onderwijssysteem verschilt behoorlijk van het onze. Zowel het basis, voortgezet als hoger onderwijs is gratis voor Finse leerlingen. Leerplicht geldt voor kinderen van 7 tot 16 jaar, maar de meeste kinderen krijgen voor hun 7e ook al voorschoolse educatie. Tot en met de zesde klas krijgen de leerlingen voornamelijk les van één klassenleraar. Van de zevende tot en met de negende klas doceren de leraren één of twee vakken. Het secundair onderwijs bestaat uit een duaal systeem: vanaf 16 jaar kunnen leerlingen ofwel instromen in een driejarige opleiding in het beroepsonderwijs, of instromen in secundair onderwijs (ook driejarig) als voorbereiding op tertiair onderwijs. Figuur 1 toont een overzicht van het Finse onderwijssysteem. Het Finse ministerie van Onderwijs is verantwoordelijk voor de uitvoering van het Figuur 1: Het Finse Onderwijssysteem onderwijsbeleid. Echter, gemeenten zijn uiteindelijk verantwoordelijk voor het realiseren van onderwijs; de nationale overheid stelt vooral kaders waarin veel ruimte wordt gelaten voor implementatie. Zo is er een landelijk curriculum waaraan de scholen hun eigen invulling kunnen geven en zijn de uren vastgelegd die aan de afzonderlijke vakken besteed moeten worden (urentabel). Omdat er in Finland gewerkt wordt volgens het principe van ‘geen controle, maar sturing’ is er geen onderwijsinspectie, maar wordt er vertrouwd op de verantwoordelijkheid van de onderwijsprofessional. Finland staat bekend om z’n lerarenopleiding, die uniek is in Europa. De regel is namelijk dat alle Finse leraren een universitaire bachelor- en masteropleiding moeten hebben afgerond, waarvoor bovendien strenge selectie-eisen gelden. Daarnaast mogen alleen bevoegde leraren lesgeven. De lerarenopleiding wordt aangeboden op 11 universiteiten in Finland. Een universiteit heeft een eigen faculteit voor de lerarenopleiding die verantwoordelijk is voor het praktische onderdeel van de opleiding. Hiertoe behoren ook de Teacher Training Schools; basisscholen en voortgezet onderwijsscholen die onderdeel zijn van de onderwijsfaculteit waar studentleraren direct stagelopen. De leraren verbonden aan deze Teacher Training Schools geven les aan de kinderen, maar begeleiden daarnaast ook de studentleraren. In het Finse onderwijs (primair en secundair) werken vooral vrouwen en deze werken bijna allemaal fulltime. Aangezien de gemeenten verantwoordelijk zijn voor het onderwijs, zijn de leraren ook in dienst bij de gemeente. De gemeente krijgt een vast bedrag van de centrale overheid en moet van dit bedrag al haar diensten realiseren (o.a. onderwijs, zorg, ruimtelijke ordening etc.). Bovendien moet de gemeente hier zelf aan meefinancieren, door het heffen van eigen belastingen. Doordat gemeenten door de economische crisis in slecht weer verkeren, staat de financiering van het onderwijs in sommige gemeenten momenteel echter onder druk. 50% van het gehele budget gaat
bijvoorbeeld al vaak op aan zorg, dat ook op gemeentelijk niveau geregeld wordt. Om al hun wettelijke taken uit te kunnen voeren, lenen gemeenten daarom geld. Een groot deel van de nationale schuld wordt dan ook gevormd door schulden van gemeenten. Dit is een kwetsbare situatie; de komende jaren zal ook in Finland flink bezuinigd moeten worden om de (staats)schuld terug te dringen. Verschillende betrokkenen vragen zich dan ook af of het huidige onderwijssysteem, waarin kinderen gratis onderwijs genieten, nog lang houdbaar is. De salarissen van de leraren zijn gebaseerd op de typen werkzaamheden, de resultaten en de werkervaring van een leraar. Daarnaast kunnen leraren een bonus ontvangen wanneer ze bijvoorbeeld zeer goed presteren. De cao-onderhandelingen worden gevoerd door de OAJ (de nationale vakbond voor leraren) en door de Local Government Employers. Hierbij wordt slechts onderhandeld over het salaris en de werkuren van onderwijspersoneel. De vakbond OAJ vertegenwoordigt ongeveer 95% van de Finse leraren, van leraren op de kinderopvang tot aan universiteiten. Dit hoge ledenpercentage is o.a. te verklaren doordat lidmaatschap van de vakbond recht geeft op een extra dagvergoeding bij werkloosheid, boven op de werkloosheidsuitkering van de overheid (die relatief laag is). Wat viel op? Vertrouwen In tegenstelling tot in Nederland, is het Finse onderwijssysteem in hoge mate gebaseerd op vertrouwen; leraren worden gezien als professionals en hebben een grote mate van vrijheid en autonomie. Zo bepaalt elke leraar zelf welke leermethoden en materialen hij of zij in de lessen gebruikt. Ook de lerarenopleidingen hebben autonomie om zelf te bepalen hoe zij vorm geven aan het curriculum. De centrale overheid is vooral kader stellend en stuurt door middel van informatie, ondersteuning en subsidiëring. Doordat het systeem vertrouwt op de bekwaamheid van leraren en ander onderwijspersoneel wordt controle niet nodig geacht. Er is dan ook geen medezeggenschap, geen onderwijsinspectie en er vindt nauwelijks controle op en binnen de scholen plaats. In plaats daarvan wordt er met zelf-evaluaties en nationaal onderzoek naar leerresultaten gewerkt (dit gebeurt steekproefsgewijs waarbij de resultaten niet gepubliceerd worden, maar bij wijze van feedback terug worden gekoppeld naar de betreffende scholen). In Finland worden er dus vooral kaders ‘aan de voorkant’ gesteld (landelijk curriculum, urentabel, toelatingseisen bij universiteiten), waarbinnen het onderwijs vorm moet krijgen. In Nederland ligt de nadruk meer op ‘de achterkant’, in de vorm van toetsing en kwaliteitsbewaking door de inspectie. We kregen de indruk dat juist omdat het in Finland ‘aan de voorkant’ goed geregeld is, er zoveel vrijheid gegeven kan worden. Academisch niveau Onder de indruk waren we van het feit dat alle leraren academisch geschoold zijn, zij hebben een universitaire bachelor- en masteropleiding waarvoor strenge selectie-eisen gelden. Door de strenge selectie-eisen worden alleen de meest geschikte studenten toegelaten tot de opleiding. Deze exclusiviteit geeft het leraarschap bovendien een hoge status.
Onze indruk was dat bovenstaande punten niet los van elkaar gezien kunnen worden. Omdat alle leraren academisch geschoold zijn, kunnen zij goed overweg met de autonomie die ze krijgen op school. Daarnaast houdt deze autonomie het werk uitdagend. Juist doordat de professionele ruimte van de leraar in Finland nauwelijks wordt afgeperkt, wordt er recht gedaan aan het academische niveau van de Finse leraar. Weinig sturing Het viel ons daarnaast op dat er ook nauwelijks sturing op de verdere ontwikkeling van de leraar is, dit is vrij afhankelijk van het initiatief dat de leraar hierin zelf neemt. De selectie van nieuwe leraren is heel streng, maar na de opleiding worden leraren vrij ‘losgelaten’. Er worden geen eisen wat betreft bekwaamheidsonderhoud gesteld en het werd ons niet helemaal duidelijk hoe gemeenten als werkgever hun HRM-verantwoordelijkheid invullen. Leraren hebben volgens de cao recht op drie dagen nascholing per jaar. Deze nascholing is vrij aanbod gestuurd: landelijk worden maatschappelijke prioriteiten vastgesteld en nascholingsinstellingen krijgen de mogelijkheid om hierop aanbod te ontwikkelen. Leraren kunnen deze nascholing vervolgens volgen. De vakbond meent echter dat deze drie dagen vaak willekeurig worden besteed, bijvoorbeeld aan teamplanning. De vakbond wil daarom dat de gemeenten (als werkgever van de leraren) via de cao meer regels krijgen voor de besteding van deze drie dagen, bijvoorbeeld door vast te leggen dat elke leraar een persoonlijk ontwikkelingsplan moet krijgen. Op dit moment kunnen werkgevers zich onderscheiden door leraren veel mogelijkheden tot verdere professionele ontwikkeling te bieden. Gemotiveerd en bekwaam Zoals gezegd, er is in Finland geen systematische manier om het onderwijs/ de leraar/ de schoolleider te beoordelen. Er wordt aangegeven dat leraren doordat ze veel verschillende taken hebben erg gemotiveerd zijn en blijven. Ze hebben veel opties om zich bijvoorbeeld tijdelijk op iets anders dan lesgeven te focussen. Naast het lesgeven begeleiden leraren op de teacher training schools bovendien studenten die de lerarenopleiding doen en kunnen ze zich bezighouden met onderzoek en/of studeren. Ze kunnen zich goed blijven ontwikkelen doordat ze gekoppeld zijn aan de universiteit. Voor leraren op gemeentescholen ligt dit uiteraard iets anders. Daarnaast kregen we de indruk dat er op een onderwerp als duurzame inzetbaarheid nauwelijks gestuurd wordt. Volgens alle mensen die we gesproken hebben is er in Finland nauwelijks een probleem met leraren die bijvoorbeeld minder gemotiveerd, of langdurig ziek zijn. Wat hierbij volgens hen wel meespeelt is dat de universitair geschoolde leraren heel bewust de keuze maken voor het leraarschap. Zo voelen docenten op de middelbare school in Nederland zich vaak op de eerste plaats bijvoorbeeld historicus. Daarna maken ze pas de keuze om leraar te worden. In Finland kiezen studenten al vroeg heel bewust voor de academische lerarenopleiding, waar bovendien zeer strenge selectie-eisen voor gelden. Alleen de meest gemotiveerde en bekwame studenten worden toegelaten. Research based In Finland zijn de universiteiten waar de leraren worden opgeleid sterk verbonden met po- en voscholen. Onderwijs en onderzoek zijn op deze manier sterk aan elkaar gekoppeld en er wordt
onderzoek gedaan dat direct toepasbaar is op scholen. Op de lerarenopleiding leren de studentleraren “research based educational thinking”. Hun opleiding is gebaseerd op onderzoek, waardoor ze getraind worden om op een bepaalde manier te kijken naar het leren door de leerlingen en om te reflecteren op hun eigen leraarsgedrag. Ze maken bovendien allemaal een masterthesis die ze meestal ook direct kunnen toepassen in hun eigen werk. Optimale leeromgeving Het Finse onderwijs is daarnaast heel toegankelijk, waarbij er veel aandacht is voor de optimale leeromgeving voor ieder kind. Alle onderwijsniveaus – van primair tot hoger onderwijs- zijn gratis, inclusief schoolboeken, warme maaltijd tussen de middag en vervoer tijdens het primair onderwijs. Speciaal onderwijs wordt via het regulier onderwijs geboden: er zijn geen aparte groepen voor speciaal onderwijs, maar er wordt per lesonderdeel gekeken naar welke kinderen welke ondersteuning nodig hebben. Op deze manier krijgen veel kinderen ooit wel eens een vorm van speciaal onderwijs, waardoor er ook geen stigma aan kleeft. Daarnaast is er veel aandacht voor de optimale leeromgeving. Gebouwen stralen openheid en veiligheid uit, er zijn kleine klassen, hoog opgeleide leraren, speciale leraren voor kinderen die ondersteuning nodig hebben, er is een doorlopende leerlijn tussen basis- en voortgezet onderwijs en kinderen hebben na elke les 15 minuten buitenspeeltijd. De keerzijde van deze focus op toegankelijkheid vonden wij echter dat het onderwijssysteem er vooral op gericht is om de zwakste leerlingen zo goed mogelijk te laten scoren. Er is veel aandacht voor speciaal onderwijs voor deze leerlingen, maar voor excellente leerlingen zijn er nauwelijks tot geen specifieke voorzieningen. Inconsistentie Alhoewel het Finse onderwijssysteem in verschillende opzichten voordelen biedt en erg inspirerend is, vinden de deelnemers dat er op bepaalde onderdelen ook weinig consistentie in zit. Zo zijn er weinig standaarden en moeten de lerarenopleidingen eigenlijk zelf bedenken hoe het beroep van leraar eruit ziet. De positie van de ouders in het systeem is niet vastgelegd en onduidelijk. Nascholing van leraren is nauwelijks geregeld en hangt af van het initiatief van de leraar zelf. Ook de positie van de schoolleider wordt betwist; deze heeft een beperkt budget en kan nauwelijks integrale afwegingen maken voor wat betreft beleid in zijn school. Dit roept vragen op: in hoeverre kan hij of zij dan de verantwoordelijkheid nemen voor de kwaliteit van het onderwijs? En wie is uiteindelijk dan het ‘bevoegd gezag’? Tegelijkertijd is er wel een centrale urentabel en een nationaal curriculum vastgesteld en wordt nascholing erg aanbodgericht ingevuld. Opvallend is daarnaast dat de sociale partners in Finland alleen met elkaar praten over het salaris en de werkuren van onderwijspersoneel. Verdere arbeidsvoorwaarden worden niet in de cao opgenomen. Wat nemen we mee? Wanneer er meer met academisch geschoolde leraren gewerkt gaat worden, moet er ook voor worden gezorgd dat de ruimte van deze leraren niet teveel wordt afgeperkt! Door ze ruimte te geven, doe je recht aan het academische niveau van de leraar en blijft het werk uitdagend. Leg dus alleen de noodzakelijke dingen vast in kaders.
Wij hebben een minder richtinggevend kader aan de voorkant (we hebben slechts kerndoelen per vak), maar bij ons ligt veel nadruk op de kwaliteitsbewaking aan de achterkant (door de Inspectie). Betekent dit dat 'ruimte en vertrouwen' ook een kwestie van beleving is? Dat onze scholen de controle door de inspectie ervaren als beperkend, vooral ook omdat de uitkomsten van het inspectietoezicht worden gepubliceerd? Dat geeft druk op de scholen.
Onderwijs en onderzoek meer aan elkaar koppelen. In Finland zijn de universiteiten waar de leraren worden opgeleid sterk verbonden aan po- en vo-scholen. Onderwijs en onderzoek zijn op deze manier sterk aan elkaar gekoppeld en er wordt onderzoek gedaan dat direct toepasbaar is op scholen. In Nederland is dit meer van elkaar gescheiden, in Finland zit het ingebouwd in de scholen zelf. Het is daarnaast ook een manier om academisch geschoolden te (blijven) boeien. Een optie in Nederland zou zijn om, net zoals het systeem van de academische en algemene ziekenhuizen, specifieke scholen te verbinden met de lerarenopleidingen. In deze scholen kan dan gefocust worden op onderzoek ten dienste van de gehele sector, terwijl andere scholen zich weer op andere vlakken kunnen specialiseren. Het is de moeite waard om te onderzoeken wat hiervoor nodig is. Op dit moment is er bijvoorbeeld weinig onderzoekspotentieel aanwezig bij de onderwijslectoraten en deze zijn bovendien versnipperd. In het verlengde hiervan: Scholen moeten hun eigen onderwijs goed kunnen evalueren. Hiervoor zijn een onderzoekende houding en hoog opgeleide leraren noodzakelijk.
Centraal moet staan: Hoe hou je je vak boeiend? Hierop moet gefocust worden. Moet iedereen alles kunnen, of is het interessanter voor leraren wanneer zij zich kunnen specialiseren op een bepaald terrein? Er moet in ieder geval binnen teams en schoolbesturen beter gebruik worden gemaakt van elkaars specialiteiten, dit gebeurt nu nog te weinig. Dit verloopt in Finland beter, waar goed wordt gekeken naar de arbeidsverdeling binnen teams. Alle leraren geven daar twee of drie vakken die ze ook van elkaar kunnen overnemen. Bovendien maken de twee of drie specialismen die ze hebben het werk uitdagend en het verhoogt de kwaliteit van de lessen.
Blij met de rol van schoolbesturen in Nederland. In Finland zijn gemeenten verantwoordelijk voor het onderwijs; leraren zijn in dienst van de gemeente. De gemeente krijgt een vast bedrag van de centrale overheid en moet van dit bedrag al haar diensten realiseren. Bovendien moet de gemeente hier zelf aan meefinancieren, door het heffen van eigen belastingen. Doordat gemeenten door de economische crisis in slecht weer verkeren, staat de financiering van het onderwijs in sommige gemeenten onder druk. 50% van het gehele budget gaat bijvoorbeeld al vaak op aan zorg, die ook op gemeentelijk niveau geregeld wordt. Er kunnen dus grote verschillen tussen (met name rijke en arme) gemeenten ontstaan. Bovendien bepaalt de gemeente ook het salaris van de leraar waardoor rijke gemeenten op deze manier de beste leraren naar zich toe kunnen trekken. De deelnemers zijn van mening dat we het in Nederland met de schoolbesturen beter geregeld hebben.
Nadenken over de rol van ouders. Is deze in Nederland wellicht te ver doorgeschoten? Wanneer meer verantwoordelijkheid bij het schoolbestuur wordt gelegd, zorgt dit dan voor
een professioneler imago? Samenvattend: Verhoog het opleidingsniveau van het personeel in het onderwijs, maar verander het governance systeem niet! Om academisch geschoolden te interesseren voor het onderwijs moet het imago en de aantrekkelijkheid van het leraarschap wel verbeterd worden. Ook moet dan gekeken worden naar de positie van de leraar binnen school.
Inspirerend Wat leren we van Finland? Hoe het in alles doorwerkt dat de leraar, mede door het hoge opleidingsniveau, trots is op zijn beroep. Het hoge opleidingsniveau brengt met zich mee dat ook groepsleraren een eigen specialisme hebben, waardoor er meer ‘team teaching’ is. Dit werkt kwaliteitsverhogend en leraren hebben er zichtbaar plezier in om met leerlingen te werken op die gebieden waarin ze gespecialiseerd zijn. En dat was mooi en inspirerend om te zien!