Van Lanschot Familiebedrijven Barometer
AMSTERDAM, 14 JUNI 2011
Achtergronden onderzoek en respondenten
Onderzoeksresultaten - Conjunctuurbarometer - Issuebarometer - Organisatie personeelszaken, Maatschappelijke vraagstukken personeel en Arbeidsmarkt en kennis - Corporate Governance Code voor familiebedrijven
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
1
Achtergronden onderzoek Methode Het onderzoek is online uitgevoerd op het Online Business Panel van Intomart GfK Veldwerkperiode Het veldwerk voor dit onderzoek werd uitgevoerd in de periode 18 april t/m 8 mei 2011 Doelgroep & steekproef De doelgroep voor dit onderzoek bestaat uit DGA’s van middenbedrijven met 10 – 500 werknemers die we als typische familiebedrijven kunnen kenmerken. De respondenten zijn DGA. Ze zijn directeur en hebben minimaal 10% van de aandelen in bezit In totaal zijn 1.500 respondenten uitgenodigd voor deelname aan het onderzoek; uiteindelijk zijn n=293 DGA’s gescreend die aan de selectiecriteria voldeden en de vragenlijst hebben ingevuld Certificering Het onderzoek is uitgevoerd door Intomart GfK volgens het kwaliteitssysteem van Intomart GfK, dat is gecertificeerd volgens de normen van NEN-EN-ISO 9001, ISO 20252 en ISO 26362. Daarnaast onderschrijft Intomart GfK de gedragsregels van E.S.O.M.A.R.–ICC European Society for Opinion and Market Research), is Intomart GfK lid van de MOA, de MarktOnderzoek Associatie
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
2
Respondenten Achtergrondvragen
Totaal
Selectievragen
Totaal
Branche
n=293
(Mede) eigenaar
n=293
Industrie
8%
Ja, zelf (mede opgericht)
55%
Bouwnijverheid en installatiebedrijven
8%
Nee, van familie overgenomen
17%
Nee, van iemand buiten familie overgenomen
18% 10%
Handel
13%
Vervoer en communicatie
5%
Nee, niet zelf opgericht
Financiele instellingen
3%
Bedrijfsgrootte
Zakelijke dienstverlening
n=293
32%
10-19 medewerkers
41%
Onderwijs
5%
20-49 medewerkers
33%
Gezondheids- en Welzijnszorg
9%
50-99 medewerkers
13%
Overige dienstverlening
2%
100+ medewerkers
13%
Landbouw, bosbouw en visserij
1%
Weet niet/wil niet zeggen
Energie- en waterleidingbedrijven
0%
Jaaromzet
Horeca
4%
Minder dan 1 miljoen euro (bruto) per jaar
17%
Openbaar bestuur/Overheid
1%
1 miljoen tot 2,5 miljoen euro (bruto) per jaar
33%
Overige bedrijven
9%
2,5 miljoen tot 10 miljoen euro (bruto) per jaar
27%
10 miljoen tot 25 miljoen euro (bruto) per jaar
11%
Internationaal
n=293
0% n=293
Ja
40%
25 miljoen of meer euro (bruto) per jaar
Nee
60%
Weet niet/wil niet zeggen
3% 10%
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
3
Achtergronden onderzoek en respondenten Onderzoeksresultaten - Conjunctuurbarometer - Issuebarometer - Organisatie personeelszaken, Maatschappelijke vraagstukken personeel en Arbeidsmarkt en kennis - Corporate Governance Code voor familiebedrijven
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
4
Achtergronden onderzoek en respondenten Onderzoeksresultaten - Conjunctuurbarometer
- Issuebarometer - Organisatie personeelszaken, Maatschappelijke vraagstukken personeel en Arbeidsmarkt en kennis - Corporate Governance Code voor familiebedrijven
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
5
Men ziet toekomst rooskleuriger in Indexscores stijgen Hoe schat u de volgende economische parameters in voor de komende zes maanden?
Indexscore Mei ‘11
Indexscore Dec ‘10
Economische vooruitzichten voor uw bedrijf in het algemeen
121
114
Economische vooruitzichten voor de Nederlandse economie in het algemeen
118
112
Economische vooruitzichten in uw branche/sector in het algemeen
112
104
Omzet van uw bedrijf
123
114
Orderportefeuille van uw bedrijf
119
118
Winstgevendheid van uw bedrijf
117
115
Werkgelegenheid in uw bedrijf
114
111
Hoogte van de investeringen van uw bedrijf in vaste activa
107
104
Politieke klimaat in Nederland voor bedrijven en ondernemers
107
109
97
91
0%
10 %
20%
30%
40%
50%
60%
70%
Beschikbaarheid van krediet/financieringsbronnen Sterk verbeterd Ongeveer hetzelfde gebleven Iets verslechterd
Iets verbeterd Geen o o rdeel/nvt Sterk verslechterd
80%
90%
10 0 %
Indexscore berekend als saldo van % sterk verbeterd x 200 % iets verbeterd x 150 % ong. gelijk gebleven x 100 % iets verslechterd x 50 % sterk verslechterd x0
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
6
Ondernemers positiever over eigen bedrijf dan over eigen branche in het algemeen Hoe beoordeelt u de volgende economische parameters als u deze vergelijkt met 6 maanden geleden? Hoe schat u de volgende economische parameters in voor de komende 6 maanden? Conjunctuurbarometer indexscores n=293 Stellingen
Index-
Index-
Index-
Index-
score
score
score
score
mei 2011
dec 2010
mei 2011
dec 2010
6 maanden 6 maanden
Komende
Komende
geleden
geleden 6 maanden 6 maanden
De economische vooruitzichten voor de Nederlandse economie in het algemeen
120
107
118
112
De economische vooruitzichten in uw branche/sector in het algemeen
109
97
112
104
De economische vooruitzichten voor uw bedrijf in het algemeen
120
112
121
114
De omzet van uw bedrijf
120
110
123
114
De orderportefeuille van uw bedrijf
118
111
119
118
De hoogte van de investeringen van uw bedrijf in vaste activa
106
104
107
104
De werkgelegenheid in uw bedrijf
111
108
114
111
De winstgevendheid van uw bedrijf
114
105
117
115
90
77
97
91
104
105
107
109
De beschikbaarheid van krediet/financieringsbronnen Het politieke klimaat in Nederland voor bedrijven en ondernemers
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
7
Conclusies conjunctuurbarometer (1) In grote lijnen slaat de conjunctuurbarometer positiever uit t.o.v december 2010 - Alhoewel nog veel bedrijven in een zorgelijke positie verkeren, ziet men de toekomst rooskleuriger in - Men maakt zich nog best zorgen, maar ook hier zien we positieve ontwikkelingen - Ondernemers maken zich minder zorgen over prijsontwikkelingen, debiteurenrisico’s en liquiditeit dan een half jaar geleden - Het politieke klimaat ziet men nog niet echt verbeteren - De beschikbaarheid van kredieten is verbeterd maar blijft punt van zorg
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
8
Conclusies conjunctuurbarometer (2) Conjunctuur maakt positieve ontwikkeling door voor ondernemers - Voor bijna helft ondernemers geldt dat zij de economische vooruitzichten voor het eigen bedrijf zien verbeteren in vergelijking met de meting in december 2010 - Dit geldt ook voor de Nederlandse economie in het algemeen maar iets minder sterk voor de eigen branche - Voor 15% van de ondernemers zijn de vooruitzichten verslechterd. Vooral ondernemers werkzaam in de publieke sector zien hun vooruitzichten minder rooskleurig in - Bedrijven in de bouwsector beoordelen de economische vooruitzichten wat positiever. Ook zien we dat internationaal actieve bedrijven een wat positievere inschatting maken
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
9
Conclusies conjunctuurbarometer (3) Positief over omzet en orderportefeuille; gematigd optimisme over kredietfaciliteiten - Ondernemers zijn positief over de verbeterde omzet, winstgevendheid en orderportefeuille - Dit uit zich evenwel nog maar mondjesmaat in hogere investeringen in vaste activa; doorgaans is dit ongeveer hetzelfde gebleven - Dit staat waarschijnlijk ook niet los van het feit dat de beschikbaarheid van kredieten en financieringen nog te wensen overlaat. In de ogen van 28% van de ondernemers verslechtert deze zelfs. Men is weliswaar iets positiever dan een halfjaar geleden, maar het oordeel is nog steeds matig - Ook het politieke klimaat voor bedrijven en ondernemers ziet men nog niet echt veel verbeteren
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
10
Achtergronden onderzoek en respondenten Onderzoeksresultaten - Conjunctuurbarometer - Issuebarometer
- Organisatie personeelszaken, Maatschappelijke vraagstukken personeel en Arbeidsmarkt en kennis - Corporate Governance Code voor familiebedrijven
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
11
Sentiment ongewijzigd: nog steeds meer pessimisten dan optimisten Als u uw zorgen over uw onderneming zou moeten ‘raten’ op een tienpuntsschaal? Als u uw eigen zorgen als DGA zou moeten ‘raten’ op een tienpuntsschaal?
Ten opzichte van de vorige meting zijn de scores nagenoeg identiek. De gemiddelde score voor ‘zorgen over de onderneming’ was 4,6 en voor ‘de eigen zorgen als DGA’ was 4,3 Ruim 40% maakt zich veel zorgen over de onderneming en eigen positie
Gemiddelde 4.9
25%
Zorgen over onderneming Eigen zorgen DGA
20% 15%
Gemiddelde 4.7
10% 5% 0% Geen zorgen (1)
‘Optimisten’ 40% (weinig zorgen over de onderneming; score 1 – 4) - Jongere ondernemers en de 55 plus ondernemers - Actief in zakelijke dienstverlening en overheid - Grotere bedrijven (50+)
2
3
4
5
6
7
8
9
Totale paniek (10)
‘Pessimisten’ 44% (veel zorgen over de onderneming; score 6 – 10) - 40-54 jarige ondernemers - Actief in Horeca, Bouw, vervoer en communicatie - Kleinere bedrijven (tot 50 werknemers)
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
12
Men maakt zich minder zorgen Naast administratieve lasten(druk) ‘vinden van geschikt personeel’ kopzorg Kunt u aangeven in hoeverre u zich zorgen maakt om de volgende thema’s?
Mei ‘11
Dec ‘10
Wet- en regelgeving waar uw bedrijf mee te maken heeft
72%
73%
Administratieve lastendruk voor uw bedrijf
68%
67%
Huidige belastingklimaat
59%
Prijsontwikkeling in uw markt
59%
69%
Vinden van geschikt personeel
57%
60%
Steeds groter wordende bedrijfsrisico’s
53%
59%
Debiteurenrisico’s
49%
66%
Mogelijkheden tot groei/expansie/innovatie
46%
47%
Liquiditeit
46%
55%
1
Klantloyaliteit
47%
55%
1
Pensioenregeling (voorziening) voor uw personeel
43%
39%
Binden/vasthouden van uw personeel
42%
37%
Concurrentiekracht van uw bedrijf
41%
45%
Verzuim/arbeidsongeschiktheid personeel
40%
48%
Solvabiliteit
38%
44%
Continuïteit van uw bedrijf
38%
43%
0%
10 %
20%
V eel zorgen
1. Significant t.o.v. meting Dec 2010
30%
40%
50%
60%
70%
E nige zorgen
Naast administratieve lasten(druk) is het ‘vinden van geschikt personeel’ een kopzorg
80%
90%
10 0 %
Grootste zorgen
1
Kopzorgen
1
1
Punten van aandacht
Minder urgente punten
G een zorgen
Liquiditeit en debiteurenrisico’s minder zorgelijk. Ook minder zorgen over klantloyaliteit en arbeidsongeschiktheid personeel
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
13
Conclusies Issuemonitor (1) Ondernemen is… je zorgen maken… - Ondanks de positieve vooruitzichten gaan lang niet alle ondernemers onbezorgd door het leven - Men maakt zich over veel zaken zorgen. Bijna de helft van de ondernemers (44%) maakt zich veel zorgen over de onderneming. Vooral in de bouwsector - Kleine bedrijven (tot 20 medewerkers) zijn het meest zorgelijk - Over de eigen situatie als DGA maakt 33% zich zorgen. Voor veel ondernemers vallen beide aspecten samen. Tegelijkertijd gaat een groep van 41% van de ondernemers vrij zorgeloos door het leven
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
14
Conclusies Issuemonitor (2) Wet- en regelgeving en administratieve lastendruk grootste zorg voor ondernemers - Bijna driekwart van de ondernemers maakt zich zorgen over wet- en regelgeving en administratieve lastendruk - Met name voor kleinere bedrijven (tot 50 werknemers) is dit een belangrijke zorg (kleinere bedrijven moeten relatief meer investeren om aan alle eisen te kunnen voldoen) - Met name de prijsontwikkeling in de branche en de debiteurenrisico’s baren minder ondernemers zorgen - Zorgen over klantloyaliteit zijn afgenomen ten opzichte van de eerdere meting - Ook op een aantal andere terreinen lijken de zorgen eerder af dan toe te nemen
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
15
Conclusies Issuemonitor (3) Vinden van geschikt personeel belangrijke kopzorg voor ondernemers en in HR - 57% van de ondernemers heeft moeite met vinden van geschikt personeel - Ook hier zien we dat kleinere bedrijven (tot 50 medewerkers) hier meer mee kampen dan de grotere bedrijven - In alle branches zien we dit terug, vooral binnen industrie en bouw lijkt dit extra van belang
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
16
Achtergronden onderzoek en respondenten Onderzoeksresultaten - Conjunctuurbarometer - Issuebarometer - Organisatie personeelszaken, Maatschappelijke vraagstukken personeel en Arbeidsmarkt en kennis
- Corporate Governance Code voor familiebedrijven
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
17
Bij 1/3 ondernemers is HR zaak van management 24% heeft aparte HR-afdeling of fulltime HR-medewerker in dienst Hoe is personeelszaken op dit moment georganiseerd binnen uw organisatie? n=293 100%
Welke rol speelt personeelszaken in uw organisatie? Selectie: aparte HR-afdeling, fulltime HRmedewerker, HR is gecombineerde functie? n=114 100%
10%
Aparte HR-afdeling
14%
Fulltime HR-medewerker
11%
Secretariaat voert personeelsbeleid uit
15%
HR is een gecombineerde functie
4% 13%
HR doet management zelf (met inschakeling externe partijen) HR doet management zelf (zonder inschakeling externe partijen)
10%
Weet niet/niet van toepassing
Personeelszaken
HR functionaris heeft een rol in de directie of het MT van de organisatie
48%
HR functionaris heeft geen rol in de directie of het MT van de organisatie
HR wordt door een freelance specialist gedaan
21%
0%
45%
0%
7%
Weet niet/niet van toepassing
Personeelszaken
Naarmate het bedrijf groter wordt, doet het management het steeds minder vaak zelf. Maar ook binnen de bedrijven met 100+ medewerkers heeft niet meer dan 53% een fulltime medewerker in dienst of aparte HR afdeling
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
18
Belangrijke HR-issues:
Ontwikkeling arbeidskosten, aansluiting
personeelsaanbod op vraag van arbeidsmarkt en flexibiliteit inzet personeel Hoeveel zorgen maakt u zich op dit moment om de volgende HRM zaken? 0%
Ontwikkeling arbeidskosten Aansluiting personeelsaanbod op vraag arbeidsmarkt Flexibele schil personeel
10 %
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
10 0 %
58%
n p
47%
l
41%
m
40%
Productiviteit
t
38%
Medewerkertevredenheid/loyaliteit
t
37%
Ziekteverzuim
Opleiding en ontwikkeling en personeel
g
36%
Vergrijzing personeelsbestand
d
35%
Ontwikkeling middle management
t
29% V eel zorgen
E nige zorgen
G een zorgen
‘Ontwikkeling van arbeidskosten’ en ‘aansluiting personeelsaanbod op de vraag van de arbeidsmarkt’ belangrijke HRM issues. Ook flexibiliteit van de inzet personeel is een zorg
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
19
Competenties belangrijker dan specifieke opleiding Voor 54% ‘on the job trainen’ meest relevant Sommige werkgevers vinden dat een specifieke opleiding minder relevant is dan de competenties van de werknemer. En dat personeel vooral in het bedrijf ‘on the job’ getraind moet worden. In hoeverre bent u het daar mee eens? 100% 10%
54%
44%
Mee eens
25%
Neutraal Weet niet / n.v.t.
3%
Mee oneens
11% 0%
Zeer mee eens
6%
17%
Zeer mee oneens
Het belang van competenties is voor vrijwel alle sectoren gelijk
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
20
Ontwikkelingsplannen, meewerkstages en coachingssysteem zijn bij 2/3 niet aan de orde Welke trajecten bestaan er binnen de organisatie voor de ontwikkeling van het personeel?
Opleidingsfaciliteiten al secundaire arbeidsvoorwaarde
57%
Leer-/meewerkstages; leer-/arbeidsovereenkomsten
35%
Formeel opgezet ontwikkelingsplan per medewerker
31%
Coachingssysteem waarbij een senior een junior begeleidt
31%
Anders
Opleidingsfaciliteiten komen het meeste voor in de sectoren Zakelijke Dienstverlening (70%) en Overheid (61%)
Leer-/meewerkstages zijn sterker vertegenwoordigd in de sector Industrie en Bouw (61%)
5%
Opleidingsfaciliteiten voor 57% secundaire arbeidsvoorwaarde
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
21
Conclusies Organisatie personeelszaken (1) HR is voor veel bedrijven een zaak van het management zelf (34%) - Een kwart heeft een eigen afdeling of een fulltime HR-medewerker - In de overige bedrijven is HR een gecombineerde functie, of wordt dit uitgevoerd door het secretariaat of een freelance specialist - Naarmate bedrijven groter worden is er vaker sprake van een fulltime HR medewerker of aparte afdeling, maar ook binnen de grotere bedrijven (100+ medewerkers) lost nog bijna de helft van de bedrijven HR op zonder aparte afdeling/FT medewerker - In bijna de helft van de bedrijven (45%) met een aparte HR-afdeling, heeft de HR-functionaris een rol in directie of MT. Vooral in de internationaal actieve bedrijven is dit vaak het geval - HR heeft niet altijd een duidelijke plek binnen de organisatie terwijl er wel veel HR-issues spelen
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
22
Conclusies Organisatie personeelszaken (2) Ondernemers maken zich zorgen over de ontwikkeling van arbeidskosten (55%) en de aansluiting van personeelsaanbod op de vraag in de markt (47%) - Ontwikkeling arbeidskosten is een serieus zorgpunt. De industrie/bouw maakt zich hierover de meeste zorgen. Ook de aansluiting van personeelsaanbod op de vraag van de markt is punt van zorg voor bijna helft van de ondernemers Vier op de tien ondernemers hebben behoefte aan een flexibele schil van personeel - Zij maken zich zorgen over de mate waarin zij gemakkelijk het personeelsbestand kunnen inkrimpen of uitbreiden
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
23
Verruiming regels ontslagrecht van groot belang Veel ondernemers vinden dat ambachtsvak weer aantrekkelijker moet worden Hoe schat u de volgende economische parameters in voor de komende 6 maanden? Maatschappelijke vraagstukken
0%
10 %
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
10 0 %
Regels voor het ontslagrecht moeten worden verruimd
d
63%
11%
Werkgever verantwoordelijk voor de werkgelegenheid van werknemers
n
54%
11%
Pensioenregelingen van personeel zijn te duur voor werkgevers
s
51%
7%
Overheid moet de regeling deeltijd WW continueren
n
50%
11%
Werkgevers zijn verantwoordelijk voor voldoende stageplaatsen
n
45%
13%
Werkgevers hebben ook een functie mbt sociaal zwakkeren
n
42%
17%
Werkgevers zijn verantwoordelijk voor werken tot 67ste
e
32%
29%
Werkgever draagt kosten van zieke werknemer die door een andere oorzaak dan werk uitvalt
e
15%
56%
n
71%
5%
et
64%
6%
n
55%
9%
kt
49%
9%
18%
26%
Onderwijs en arbeidsmarkt Leren van ambachtsvak moet weer aantrekkelijker worden Mijn personeel is mijn belangrijkste asset Arbeidskosten zullen stijgen door demografische ontwikkelingen Onderwijs sluit slecht aan op arbeidsmarkt Technisch onderwijs sluit aan onze behoefte als bedrijf
jf zeer mee eens neutraal mee oneens
Aanzienlijk meer kleinere bedrijven vinden dat het ambachtsvak aantrekkelijker gemaakt moet worden. 82% van de bedrijven van 10-19 medewerkers is het eens met deze stelling
mee eens weet niet/niet van toepas s ing Zeer mee oneens
Met name bedrijven in de bouw zijn tegen het dragen van kosten voor zieke werknemers. 70% van DGA’s in de bouw is het oneens met deze stelling. Ook 66% van de kleinere bedrijven is het oneens met deze stelling
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
24
Ruim de helft van de ondernemers (53%) heeft behoefte aan nieuw personeel Hebt u op dit moment behoefte aan (nieuw) personeel?
Welke vacatures zijn op dit moment moeilijk te vullen?
100% 23%
Ja, ter uitbreiding
Geschoolde technische vakkrachten
37%
Sales/marketing 18% 12%
Ja, ter vervanging Ja, ter uitbreiding en vervanging
19%
Uitvoerend/lager geschoold
15%
Administratief personeel
15%
Management (middenkader) 43%
Nee
Staffuncties Anders
0%
4%
14% 7% 19%
Weet niet
Nieuw personeel
Behoefte aan nieuw personeel is bij alle sectoren gelijk. Er bestaan geen verschillen binnen de sectoren
Grootste bottleneck zit bij het invullen van de vacatures voor geschoolde technische vakkrachten
Uitbreiding vooral aan de orde in de grotere bedrijven (100+ medewerkers)
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
25
Vier op de tien ondernemers (38%) heeft werknemers uit het buitenland in dienst Hebt u werknemers uit het buitenland in dienst en zo ja, welk aandeel? n=293
100%
Wat is de reden dat u personeel uit het buitenland in dienst heeft / aantrekt? n=109
Betere kwaliteit
20% 7% 6% 5%
31%
Ja, 5-10% Ja, 10-20% Ja, 20-30% Ja, 30% of meer
Bent u van plan dit aandeel werknemers uit het buitenland in de toekomst te vergroten, blijft het stabiel of verkleint het? n=293 100% 21%
Betere arbeidsmotivatie
26%
Goedkoper
24% 50%
60%
Nee
Kennis niet beschikbaar in Nederland Anders
0%
2%
Weet niet
Weet niet
Aandeel buitenlandse werknemers zal vergroten
Aandeel buitenlandse werknemers zal gelijk blijven
17%
13%
19%
Werknemers uit buitenland
11%
Aandeel buitenlandse werknemers zal verkleinen
19%
Weet niet
0% Nieuw personeel
Het merendeel wenst niet uit te breiden. Betere kwaliteit, arbeidsmotivatie, prijs en kennis zijn de belangrijkste argumenten
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
26
Een op de tien ondernemers is van plan deel werkzaamheden te outsourcen naar ander land Bent u van plan te outsourcen naar een ander land?
6%
Kunt u aangeven wat het aantal interimmedewerkers/uitzendkrachten is in uw organisatie?
9%
18%
Ja, is van plan te outsourcen naar een ander land
Minder dan 10%
4%
10%-20%
Nee, is niet van plan te outsourcen naar een ander land Weet niet
7%
20%-30% 59%
12%
30% of meer Weet niet
85%
Het grootste aandeel van de bedrijven die willen ‘outsourcen’ ligt in de sector industrie en bouw (15%). Internationaal actieve bedrijven zijn vaker van plan te outsourcen (19%)
Ten minste 23% van de bedrijven heeft meer dan 10% flexibele arbeidskrachten in dienst. In grotere bedrijven (50+ medewerkers) ligt het aandeel vaak hoger (35%), dan kleinere bedrijven (tot 50 medewerkers) (17%). In de verschillende sectoren is er geen groot verschil in aandeel flexibele krachten
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
27
Conclusies Arbeidsmarkt/Kennismarkt (1) 38% van de bedrijven heeft personeel uit het buitenland in dienst - Meestal is dit zo’n 5 tot 10% van de medewerkers - Vooral in de grote bedrijven (100+ medewerkers) is dit vaak het geval. Hier heeft zo’n 60% van de bedrijven personeel uit het buitenland in dienst. Kwaliteit, motivatie en prijs belangrijke argumenten - Betere kwaliteit is de meest genoemde reden (31%) om personeel uit het buitenland in dienst te nemen - Maar ook betere arbeidsmotivatie (26%), goedkoper (24%) en kennis niet beschikbaar in Nederland (17%) zijn argumenten om personeel uit het buitenland te halen
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
28
Conclusies Arbeidsmarkt/Kennismarkt (2) Aandeel buitenlandse werknemers neemt eerder toe dan af - Twee op de tien ondernemers met werknemers uit het buitenland in dienst verwachten dat dit zal toenemen. Eén op de tien verwacht dat het afneemt 9% verwacht bovendien bedrijfsactiviteiten te gaan outsourcen naar een ander land - Vooral in de industrie lijkt hier sprake van te zijn 23% van de bedrijven werkt voor minimaal 10% met flexibele arbeidskrachten (interim/uitzendkrachten) - In grotere bedrijven (50+medewerkers) ligt het aandeel vaak iets hoger (35%) dan in de kleinere bedrijven (tot 50 medewerkers) (17%)
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
29
Conclusies Maatschappelijke vraagstukken personeel (1) Ondernemers zien wel het belang van opleiding en staan open voor een eigen rol hierin - 71% van de bedrijfseigenaren is er voorstander van dat het leren van een ambachtsvak weer aantrekkelijk wordt gemaakt - Men ziet nu vaak dat onderwijs (en technisch onderwijs in het bijzonder) slecht aansluit op de praktijk - Bijna de helft van de ondernemers (45%) vindt werkgevers verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen van voldoende stageplaatsen. Met name binnen de grote bedrijven (100+ medewerkers) voelt men deze verantwoordelijkheid
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
30
Conclusies Maatschappelijke vraagstukken personeel (2) Zeker de helft van de ondernemers op zoek naar mogelijkheden om flexibiliteit te vergroten - Zo wil 63% een verdere verruiming van het ontslagrecht - Vooral de kleine bedrijven hebben hier behoefte aan (72% van de werkgevers tot 19 medewerkers) - Bovendien wil de helft van de ondernemers dat de regering de deeltijd ww voortzet; dit geldt voor zowel de grote als de kleinere bedrijven - Men voorziet een stijging van arbeidskosten door demografische ontwikkelingen als vergrijzing - Ook de pensioenlasten worden door de helft van de ondernemers als te duur ervaren. Vooral voor de bedrijven tot 50 medewerkers vormt dit een probleem. De hoge arbeidskosten verlagen hun slagkracht
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
31
Conclusies Maatschappelijke vraagstukken personeel (3) Personeel voor 63% belangrijkste asset - Men voelt zich verantwoordelijk voor de werkgelegenheid van de eigen werknemers - Een derde vindt werkgevers verantwoordelijk voor het bieden van de mogelijkheid om door te werken tot het 67e jaar. 29% vindt juist van niet. 37% is neutraal. Met name in de Bouw stuit dit op weerstand; ruim 50% is het hier niet mee eens. Binnen de zakelijke dienstverlening vindt men dit meer acceptabel
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
32
Conclusies Maatschappelijke vraagstukken personeel (4) Veel bedrijven hebben medewerkers uit het buitenland in dienst - Bovendien verwacht men hier eerder groei dan afname - De kwaliteit van het werk is het belangrijkste argument, gevolgd door arbeidsmotivatie, prijs en gebrek aan kennis in Nederland - Ook outsourcing is aan de orde in ongeveer 10% van de bedrijven
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
33
Conclusies Maatschappelijke vraagstukken personeel (5) Ondernemers niet overtuigd van hun plicht om de kosten te dragen voor een werknemer die ziek wordt door een andere oorzaak dan werk - Meerderheid (56%) vindt kosten in dat geval niet reëel, slechts 15% vindt het wel reëel (wat vaker oudere ondernemers) - Het zijn met name de kleinere bedrijven (< 50 medewerkers) en bedrijven in de bouw die het zeer oneens zijn over deze kosten - De 55-plus ondernemers staan überhaupt meer open voor de maatschappelijke functie van werkgevers ten aanzien van sociaal zwakkeren. Jongere ondernemers hebben hier minder boodschap aan
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
34
Achtergronden onderzoek en respondenten Onderzoeksresultaten - Conjunctuurbarometer - Issuebarometer - Organisatie personeelszaken, Maatschappelijke vraagstukken personeel en Arbeidsmarkt en kennis - Corporate Governance Code voor familiebedrijven
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
35
43% huiverig ten aanzien van een ‘Code Tabaksblat’ Kunt u aangeven wat uw houding is ten opzichte van de volgende maatregelen voor Corporate Governance bij familiebedrijven en MKB? Houding t.o.v. Corporate Governance bij MKB en familiebedrijven
0%
10 %
20%
30%
40%
50%
60%
70%
80%
90%
10 0 %
Transparantie omtrent beloningen bestuur/ privé vs. zakelijk vermogen
36%
15%
Invoering Raad van Advies
29%
19%
Invoering familiestatuut
27%
13%
43%
12%
Invoering van ‘Code Tabaksblat’ MKB en familiebedrijven? Een code Tabaksblat is niet nodig in het familiebedrijf zeer mee eens neutraal mee o neens
mee eens weet niet/niet van to epassing Zeer mee o neens
- Opvallend is dat circa 30% een positieve grondhouding heeft ten opzichte van transparantie in het familiebedrijf (bijvoorbeeld ten aanzien van beloningen van bestuur, invoering Raad van Advies en familiestatuut) - De houding ten aanzien van een Corporate Governance Code voor het familiebedrijf is bij 43% van de ondernemers daarentegen negatief - Maar met name de grote groep die zich neutraal houdt of geen mening geeft valt hier op. Veel zal afhangen van wat de maatregelen precies gaan betekenen voor de familiebedrijven - Juridisering van een code speelt hierbij mogelijk een rol
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
36
Conclusie Corporate Governance Code voor familiebedrijven: huiver! Bijna de helft van de ondernemers noemt invoering ‘Code Tabaksblat voor Familiebedrijven’ onnodig - Opvallend is dat een grote groep hierover neutraal is of geen mening geeft
VAN LANSCHOT FAMILIEBEDRIJVEN BAROMETER
37