Van AWBZ naar Wmo voorzieningen Beeld van de huidige situatie: juni 2013
Pagina 1
Inhoudsopgave 1.
Inleiding........................................................................................................................................... 3
2.
De AWBZ ......................................................................................................................................... 5
3.
2.1
Inleiding ............................................................................ Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
2.2
Begeleiding .............................................................................................................................. 6
2.3
Persoonlijke Verzorging........................................................................................................... 7
2.4
Afschaffing Zorgzwaartepakketten ......................................................................................... 8
Huidige uitvoering Wmo .............................................................................................................. 10 3.1
Huishoudelijke Hulp .............................................................................................................. 10
3.2
Regiotaxi Wmo ...................................................................................................................... 11
3.3
Overlap AWBZ – Wmo aanbieders en gebruikers ................................................................. 11
4.
Financiën ....................................................................................................................................... 12
5.
Huidige uitvoering AWBZ en Wmo ............................................................................................. 13
6.
5.1
Uitvoering Wmo bij Servicepunt Wmo ................................................................................. 13
5.2
Zorgaanbieders AWBZ en Wmo ............................................................................................ 14
Conclusies...................................................................................................................................... 17 Bijlage 1 ........................................................................................................................................... 18 Bijlage 2 ........................................................................................................................................... 19 Bijlage 3 ........................................................................................................................................... 20 Bijlage 4 ........................................................................................................................................... 22
Pagina 2
1. Inleiding In april 2013 presenteerde staatssecretaris Van Rijn zijn plannen voor de hervorming van de langdurige zorg na uitvoerig met ‘het veld’ en cliëntvertegenwoordigers gesproken te hebben. Deze plannen zijn de uitwerking van het regeerakkoord van kabinet Rutte II. Voor gemeenten betekenen de plannen met ingang van 1 januari 2015 het volgende: 1. Bredere ondersteuning in de Wmo - Gemeenten worden verantwoordelijk voor verzorging, begeleiding en participatie. De over te hevelen AWBZ-budgetten voor persoonlijke verzorging en begeleiding worden met 25% gekort. - Het budget voor Huishoudelijk Hulp wordt met 40% gekort. - Er komt een recht op een persoonsgebonden budget (pgb), onder stringente voorwaarden. - Voor mensen die hulp nodig hebben bij het regelen van zorg, is cliëntondersteuning mogelijk. De middelen daarvoor (voor MEE-organisaties) worden overgeheveld van de AWBZ naar de gemeenten. 2. Meer mensen blijven met ondersteuning en zorg thuis wonen - De aanspraak op zorgzwaartepakket (ZZP) 3 voor Verpleging &Verzorging (V&V) (ouderenzorg) verdwijnt geheel uit de AWBZ (in 2014), de aanspraak op ZZP 4 gedeeltelijk (50%). - De aanspraak op ZZP 3 voor verstandelijk gehandicaptenzorg (VG) verdwijnt voor 50% uit de AWBZ. - In 2016 worden ook de aanspraken ZZP 1 + 3 voor lichamelijk gehandicaptenzorg (LG) en ZZP 1 voor zintuiglijk gehandicaptenzorg (ZG) uit de AWBZ geschrapt. Mensen die niet meer in aanmerking komen voor verblijf in een instelling zijn aangewezen op zorg en ondersteuning vanuit de Wmo en kunnen een beroep doen op de aanspraak thuisverpleging (verpleging gecombineerd met verzorging) uit de Zorgverzekeringswet (Zvw). 3. Het bieden van een financieel vangnet Er komt vanaf 2014 een maatwerkvoorziening voor inkomenssteun. Via Wmovoorzieningen of bijzondere bijstand kunnen gemeenten mensen met een minimuminkomen financieel ondersteunen. Hiermee verdwijnen de huidige, landelijke regelingen voor inkomenssteun. De voorgestelde maatregelen moeten nog hun beslag krijgen in een gewijzigde Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Naar verwachting wordt in het vierde kwartaal van 2013 het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gestuurd. De behandeling daarvan kan nog tot wijzigingen in het bovenstaande leiden. Het geplande tijdpad betekent dat er minder dan een jaar tijd beschikbaar is tussen de vaststelling en de invoering van de wet. Het Rijk en de VNG hebben onlangs een financieel onderhandelingsakkoord bereikt op macroniveau. De verdeling van middelen over de gemeenten wordt naar verwachting pas bekend in de septembercirculaire van 2013.
Pagina 3
Doel van deze inventarisatie en analyse Doel van deze inventarisatie en analyse is inzicht te bieden in wat er op ons als gemeente Amersfoort afkomt, in kwantitatieve en kwalitatieve zin. Aan de vraagkant: om hoeveel cliënten gaat het en wat is de aard van hun hulpvragen? Wat is de overlap in gebruik aan voorzieningen? Hoe ontwikkelt de vraag zich? Aan de aanbodkant gaat het om inzicht in het type aanbod en de aanbieders. Welke zorg bieden zij, hoe is de markt verdeeld? Hoe wordt zorg toegekend? De gegevens in deze inventarisatie en analyse gaan over Amersfoort en zijn afkomstig van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) en het Zorgkantoor.
Pagina 4
2.
De AWBZ
De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) is in Nederland een verplichte, collectieve ziektekostenverzekering voor niet–individueel verzekerbare ziektekostenrisico’s. De individuele zorgaanvraag voor AWBZ-gefinancierde zorg start met een indicatiestelling van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) of van Bureau Jeugdzorg (BJZ). Hierbij wordt gekeken naar mogelijkheden voor gebruikelijke zorg en mantelzorg. In het indicatiebesluit staat vermeld om welke soort zorg het gaat, de leveringsvorm (zorg in natura of persoonsgebonden budget (pgb)), de begin- en einddatum, het aantal uren (in klassen) en of wel of geen begeleid vervoer is toegekend. De betaling van de AWBZ-gefinancierde zorg is in handen van het Zorgkantoor. 2.1 Grondslagen Om in aanmerking te komen voor AWBZ- gefinancierde zorg moet een medische reden (grondslag) aanwezig zijn waardoor iemand bepaalde activiteiten niet zelfstandig kan uitvoeren en hierbij hulp nodig heeft. De cliëntgroep waarin de aanvrager ingedeeld is, de dominante grondslag en de leeftijdscategorie zijn de factoren waarop de zorgindicatie wordt gebaseerd. Deze indeling is ook de basis voor de financiering van de zorg. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) bepaalt de tarieven op grond van zwaarte van de beperking (licht, midden en zwaar). Cliëntgroep SOM 0-64 SOM 65-74 SOM 75 + PG 65 en ouder PSY 18 en ouder VG 0-17 jaar VG 18 jaar en ouder ZG LG
Dominante grondslag Somatische aandoening/beperking Somatische aandoening/beperking Somatische aandoening/beperking Psychogeriatrische aandoening/beperking Psychiatrische aandoening/beperking Verstandelijke handicap Verstandelijke handicap Zintuiglijke handicap Lichamelijke handicap
Leeftijd 0-64 jaar 65 tot en met 74 75 jaar en ouder 65 jaar en ouder Vanaf 18 jaar Tot en met 17 jaar Vanaf 18 jaar Alle leeftijden Alle leeftijden
Bron: CIZ, oktober 2012
Leveringsvormen zorg Met een indicatie voor zorg uit de AWBZ kan de cliënt de zorg op twee manieren regelen: - zorg in natura, waarbij de zorgaanbieder bepaalt hoe de cliënt de geïndiceerde zorg krijgt; - persoonsgebonden budget (pgb), waarbij de cliënt zelf regelt door wie, hoe en op welk moment hij of zij de geïndiceerde zorg krijgt. Bij zorg in natura zorgt de zorginstelling voor de administratie, bij een pgb verzorgt de cliënt dit zelf.
Pagina 5
Functies extramuraal Bij de toekenning van AWBZ-gefinancierde zorg worden de verschillende soorten zorg in functies gedefinieerd. Niet alle functies worden gedecentraliseerd. Zo blijft Behandeling als onverzekerbare individuele zorg binnen de AWBZ bestaan. Voor de functie Verpleging komt een aanspraak in de Zorgverzekeringswet onder de naam ‘thuisverpleging’. De functies die onder de Wmo gebracht worden zijn: Begeleiding individueel (BGI) Begeleiding groep (BGG) Kortdurend verblijf (KVB) Persoonlijke verzorging (PV) Tabel: Aantal indicaties in Amersfoort naar cliëntgroepen (zie schema pagina 5) en zorgfunctie PV, BGI, BGG, KVB.
PV BGI BGG KVB
SOM 1540 165 135 0
PG 65 15 60 0
Psy 18 + 45 640 160 0
VG 18- VG18+ 85 55 110 330 160 85 65 25
ZG 15 25 20 0
LG 110 110 65 15
Totaal 1.915 1.400 680 120
Bron: CIZ 1 oktober 2012
Conclusies • Veel cliënten met een indicatie op psychiatrische grondslag (PSY) hebben een indicatie voor Begeleiding individueel (BGI). • Voor Begeleiding Groep geldt dat voor mensen met een indicatie op psychiatrische grondslag (PSY) en Verstandelijke gehandicapte kinderen/jongeren (VG 18- ) . • Een Somatische grondslag (SOM) is goed voor het grootste aantal indicaties Persoonlijke verzorging (PV). Het gaat hier om mensen in de leeftijdsgroepen 0-64, 65-75 en 75+. De groep 75+ is de grootste(1075 indicaties). • De grondslag Verstandelijke handicap (VG) levert het grootste aantal indicaties Kortdurend verblijf (KVB) op.
2.2
Begeleiding
Begeleiding individueel (BGI) Bij individuele begeleiding gaat het om: • Het compenseren van het regelvermogen zoals: ondersteuning bij het plannen van activiteiten, regelen van dagelijkse zaken, structureren van de dag, besluiten nemen, en het stimuleren en voorbereiden van gesprekken met instellingen rond wonen, school en werk. • Praktische hulp bij administratie, geldbeheer, oefenen van sociale vaardigheden, communicatie. • Toezicht houden. • Het instrueren van de mantelzorger. Begeleiding groep (BGG) Bij begeleiding in groepsverband kan het gaan om: • Het bieden van een dagprogramma. • Dagopvang (vaardigheden aanleren, problematisch gedrag reguleren). • Tijdelijk toezicht in de instelling. Pagina 6
•
Logeren (Kortdurend verblijf (KVB)).
Met een indicatie Kortdurend verblijf (KVB), kunnen cliënten een of meerdere etmalen per week (maximaal 3) of maand gebruikmaken van een logeervoorziening. Het zijn vooral kinderen met een beperking die hiervan gebruikmaken. Voor mantelzorgers betekent Kortdurend verblijf dat zij even op adem kunnen komen. Cliënten met indicaties op alle grondslagen maken gebruik van Begeleiding groep (BGG). Begeleiding In onderstaande tabel vindt u een overzicht van het aantal geïndiceerde functies en het aantal afnemers van de AWBZ-zorg. De gegevens zijn uitgesplitst naar functie; naar zorg in natura en persoonsgebonden budget (PGB). De gegevens over de geïndiceerde zorg zijn verstrekt door het CIZ; de gegevens over afgenomen zorg door het Zorgkantoor. Tabel: Aantal geïndiceerde functies (CIZ) en geleverde zorg (Zorgkantoor) in Amersfoort respectievelijk op 1 oktober 2012 en 1 februari 2013 Totaal geïndiceerd BGI BGG KVB
Zorg Persoonsgebonden Totaal in budget (pgb) geleverde zorg natura 1400 970 390 1317 680 505 160 696 120 50 70 25
Zorgafname Volgens de gegevens van het Zorgkantoor, maart 2013, maakten 25 minderjarige cliënten in Amersfoort gebruik van de zorgindicatie Kortdurend verblijf (KVB). Van deze cliënten hebben 23 een verstandelijke beperking en heeft 1 een lichamelijke beperking. De cliënt met de lichamelijke beperking gebruikte tweemaal zijn indicatie KVB. Vervoer Bij de indicatie Begeleiding groep (BGG) kan vervoer geïndiceerd worden. Volgens het Zorgkantoor maakten 273 cliënten in Amersfoort gebruik van de AWBZ-vervoersvergoeding. Vervoer dat vergoed wordt, is het vervoer van huis naar de instelling en terug
2.3
Persoonlijke Verzorging
Persoonlijke verzorging (PV) is: • Hulp en begeleiding bij persoonlijke verzorging en hygiëne. Bijvoorbeeld hulp bij het wassen (op bed, onder de douche of bij de wastafel) en haren wassen; opmaken van het bed; hulp en begeleiding bij aan– en uitkleden. • Hulp en begeleiding bij eten en voeding: eten en drinken, sondevoeding. • Hulp bij beweging en houding zoals hulp in- en uit bed, stoel, houdingverandering. • Hulp bij huidverzorging zoals het verzorgen van smetplekken, voorkomen van decubitus, stoma. • Hulp bij medicijngebruik zoals het aanreiken, in laten nemen, zalf aanbrengen. Bron: CVZ, 2013 Pagina 7
Persoonlijke verzorging (PV) wordt in 50% op zichzelf gegeven. PV kan ook samengaan met Verpleging en Verzorging of Begeleiding individueel opgenomen zijn. De gegevens van Agis zijn niet uitgesplitst naar leveringsvorm. Tabel : Aantal geïndiceerde functies (CIZ 1 oktober 2012) en geleverde zorg (Zorgkantoor 1 februari 2013) in Amersfoort Totaal geïndiceerd PV
Zorg Persoonsgebonden Totaal in budget (pgb) geleverde zorg natura 1.915 1.385 345 1.208
De grootste groep afnemers van Persoonlijke verzorging (PV) is de groep ouderen (51%) in de leeftijdsgroep 75 – 84 jaar en de leeftijdsgroep 85+. Zorgvragers zijn afkomstig uit alle cliëntgroepen. Ouderen ontvangen als groep de meeste indicaties (51%), gevolgd door mensen met een chronische ziekte. De derde grote groep PV geïndiceerden bestaat uit mensen met een verstandelijke beperking. Er lijkt een verschil te bestaan tussen geïndiceerde- en afgenomen zorg. Dit verschil kan verklaard worden door de verschillende peildata van het CIZ en het Zorgkantoor. In de loop van 2012 groeide het aantal PV-indicaties licht met 45 indicaties. We kunnen aannemen dat de vraag naar Persoonlijke verzorging (PV) van de cliëntgroep ouderen de komende jaren geleidelijk zal toenemen. Volgens prognoses zal de groep 75+ stijgen van 5,7% in 2012 naar 6% in 2020, naar 10,9 % in 20401.
2.4
Afschaffing Zorgzwaartepakketten (ZZP)
Op basis van het lente-akkoord van 2012 zijn de AWBZ-Zorgzwaartepakketten (ZZP) 1 en 2 per 2013 vervallen. ZZP3 vervalt per 2014 voor Verpleging & Verzorging (V&V) voor ouderen en in 2015 voor 50% voor de Gehandicaptenzorg (GZ) en Psychiatrie (GGZ). In 2016 vervalt ook 50% van ZZP4 Verpleging en ZZP Lichamelijke handicap (LG) 1+3 en Zintuigelijke handicap (ZG) 1. Gevolgen van de gedeeltelijke afschaffing van Zorgzwaartepakketten De cliëntengroepen met een indicatie voor ZZP3 of 4 hebben intensieve begeleiding nodig gecombineerd met uitgebreide verzorging in een beschutte omgeving. Cliënten hebben hulp nodig in hun sociale redzaamheid zoals communicatie en het uitvoeren van taken. Ze kunnen niet of nauwelijks zelfstandig deelnemen aan het maatschappelijk leven. Deze cliënten hebben behoefte aan hulp, toezicht of sturing -veelal toezicht- en stimulatie. Bij het verplaatsen buitenshuis is in het algemeen hulp of overname van zorg nodig. De dominante grondslag is meestal een psychogeriatrische- of somatische ziekte/ aandoening. Voorbeelden van cliëntgroepen zijn: cliënten met een matig dementieel syndroom en cliënten die door ouderdom een verzorgingsbehoefte hebben gekregen naast al bestaande, langdurige psychiatrische problematiek.
Tabel: Aantallen intramurale cliënten in Amersfoort uitgesplitst naar Verpleging en Verzorging (ouderen), Gehandicaptenzorg en Geestelijke gezondheidszorg. 1
Uit het rapport Horizonline, ABF Research-Primos prognose 2012
Pagina 8
ZZP1 V&V
ZZP2
ZZP3
ZZP 5+
ZZP4
60
205
155
245
900
5
55
160
95
210
GGZ
10
50
215
130
280
Totaal
75
310
530
470
1.390
GZ
Bron: CIZ Basisrapportage AWBZ 1 januari 2012.
Conclusies • Afschaffing van de lagere ZZP’s leidt tot een grotere vraag naar Wmovoorzieningen. • In Amersfoort hebben 2.775 mensen een AWBZ-indicatie intramurale zorg, maar dit aantal zal in de toekomst (snel) afnemen. De mate waarin en de snelheid waarmee dit gebeurt hangt af van het aantal nieuwe cliënten dat zich meldt en het aantal herindicaties voor lagere ZZP’s. Wij hebben geen zicht op de geldigheidsduur van de ZZP-indicaties. Bovendien kan het Rijk besluiten om de herindicatie versneld uit te voeren. • Het aantal intramurale indicaties groeide het afgelopen jaar (2012) licht met 2%. Ervan uitgaande dat van het totale aantal ZZP-indicaties ongeveer 14% een ZZP 1 of 2 heeft en dat er jaarlijks tussen de 60 en 100 nieuwe ZZP-indicaties worden afgegeven, zullen in 2013 tussen de 8 en 14 nieuwe cliënten geen ZZP 1-2 indicatie meer ontvangen. Als de maatregel uiteindelijk in 2016 voor alle genoemde cliëntcategorieën is doorgevoerd, gaan tussen de 18 en 30 nieuwe cliënten geen intramurale indicatie meer ontvangen. • De extramuralisering van de ZZP’s 1en 2 is al redelijk vergevorderd. Zorgaanbieders geven aan dat voor deze cliënten het scheiden van wonen en zorg al praktijk is. Zij wonen bijvoorbeeld in een aanleunwoning of appartement.
Pagina 9
3. Huidige uitvoering Wmo De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is sinds 2007 van kracht. Het basisprincipe van de Wmo is de compensatieplicht. De compensatieplicht legt gemeenten de verplichting op om mensen met een beperking in de redzaamheid en maatschappelijke participatie te compenseren, waardoor zij zelfstandig kunnen deelnemen aan de samenleving. De Wmo schrijft niet voor hoe deze compensatie eruit moet zien; gemeenten hebben de vrijheid dit zelf in te vullen. Het Servicebureau|Gemeenten (SB|G) regelt de toegang tot de individuele voorzieningen. 3.1 Huishoudelijke Hulp (HH) Huishoudelijke hulp (HH) is een onderdeel van het Wmo-voorzieningenpakket. In het regeerakkoord is een herziening van hulp bij het huishouden vastgelegd. De hulp verandert in een voorziening die alleen voor de (financieel) kwetsbaren vanuit de Wmo wordt gefinancierd. Dit gaat gepaard met een korting op het Wmo-budget van 40%. Huishoudelijke hulp (HH) is onderverdeeld in drie functies onder de namen: HH1, HH2, HH32. 1. Alleen schoonmaakwerkzaamheden (HH1) Veel cliënten hebben hulp nodig in de huishouding voor het schoonmaken van het huis. Het gaat hierbij om licht en zwaar huishoudelijk werk zoals de was doen en huishoudelijke spullen in orde maken. 2. Schoonmaakwerkzaamheden met andere lichte ondersteuning in de huishouding (HH2) Een deel van de cliënten heeft hulp nodig bij het organiseren van het huishouden. Voor deze categorie cliënten wordt een zwaardere vorm van hulp ingezet. 3. Schoonmaakwerkzaamheden met ondersteuning binnen de ontregelde huishouding (HH3) Bij een deel van de cliënten is sprake van een ontregelde huishouding. Voor deze categorie cliënten wordt aanvullend ondersteuning geleverd op het gebied van instructie, advies, voorlichting en eenvoudige psychosociale begeleiding. Cliënten kunnen de hulp in natura afnemen of zelf organiseren met een persoonsgebonden budget (pgb). Tabel: Aantal cliënten Huishoudelijke Hulp en geleverde uren Huishoudelijke Hulp Totaal geïndiceerd
HH1 HH2 HH3 TOTAAL geleverde zorg
Zorg Persoonsgebonden Totaal uren in budget (pgb) geleverde natura zorg in natura 1.981 179 253.532 1.203 62 196.235 3 0 617 450.384
Bron: Servicebureau|Gemeenten 2012
2
Zie ook Bijlage 2 Pagina 10
Diagram 1: leeftijd klanten met indicatie Huishoudelijk Hulp
Conclusies •
• • •
De grootste groep cliënten met Huishoudelijke Hulp (HH) is de groep 75+; doordat de groep groot is, wordt ook door deze groep de grootste hoeveelheid HH afgenomen. De vorm van huishoudelijke hulp die het meest wordt afgenomen is HH1. De bezuiniging (40% van het huidige budget) op deze vorm van hulp is zo groot, dat het huidige niveau van verstrekkingen niet meer haalbaar is. Het betrekken van de financiële draagkracht van huishoudens bij het verstrekken van Huishoudelijk Hulp wordt in Amersfoort al toegepast en is ingeboekt
3.2 Regiotaxi Wmo Voor de regiotaxi komen klanten in aanmerking die gezien hun beperkingen geen gebruik kunnen maken van het reguliere openbaar vervoer of dit reguliere openbaar vervoer niet kunnen bereiken. Deze mensen kunnen met een persoonlijke pas gebruikmaken van de regiotaxi. In de periode januari-oktober 2012 hebben 3.809 pashouders één of meer ritten met de regiotaxi gemaakt. Per maand zijn er gemiddeld 1.863 unieke gebruikers van de regiotaxi. Een beperkt groepje is grootgebruiker (ongeveer 5% van alle gebruikers). Bron: gegevens provincie Utrecht, november 2012. 3.3
Overlap AWBZ met Wmo-aanbieders en -gebruikers • Ongeveer 50% van de mensen die Begeleiding ontvangt, maakt ook gebruik van andere vormen van zorg en/of ondersteuning uit de AWBZ zoals Begeleiding groep (BG), vervoer of Persoonlijke verzorging (PV). Daarnaast kan men via de Wmo Huishoudelijke Hulp (HH) krijgen en vervoerd worden met de regiotaxi. • Er is een overlap in de instellingen die AWBZ- gefinancierde zorg en Huishoudelijke Hulp (HH) leveren. • Van de mensen met een indicatie voor Begeleiding maakten in 2012 in Amersfoort 516 cliënten ook gebruik van een Wmo–voorziening. Naar schatting ontvangt ongeveer de helft van de mensen met een indicatie Persoonlijke verzorging (PV) ook Huishoudelijke Hulp (HH) uit de Wmo. Deze schatting is gemaakt op grond van gegevens van het Centraal Administratiekantoor (CAK, januari 2013). Pagina 11
4. Financiën Op basis van de rapportage van het CIZ (stand 1 oktober 2012) is een grove schatting gemaakt van de Amersfoortse kosten voor de volgende onderdelen: Functie PV BGI BGG KVB Totaal
Kosten per jaar 29 23 10 0,7 62,7
Bedragen x miljoenen euro’s Dit is een inschatting op basis van het aantal geïndiceerden en de gemiddelde afname per week in de verschillende groepen, vermenigvuldigd met een gemiddeld tarief voor de verschillende functies. Het is een heel grove inschatting, omdat de werkelijke afname niet gelijk is aan het aantal geïndiceerden. Ook wijkt het tarief sterk af tussen de klassen3 binnen de verschillende functies en hangt het er ook vanaf of de cliënten een persoongebonden budget (pgb) ontvangen of zorg in natura. Het is niet bekend welke kosten de zorgkantoren maken en of deze kosten verwerkt zijn in de tarieven of dat de zorgkantoren hier uitvoeringsbudgetten van het Rijk voor krijgen. Uitgaande van een besparing van 1,565 miljard voor het Rijk door 75% van het landelijke budget over te hevelen van de AWBZ naar de Wmo, betekent dat het gaat om een budget van circa 4,7 miljard voor de Nederlandse gemeenten. Als de gemeente Amersfoort hier circa 0,8 % van krijgt, gaat het dus om een budget van ongeveer 38 miljoen.
3.
Zie bijlage 4, Klassen en functies Pagina 12
5.
Huidige uitvoering AWBZ en Wmo
Zorg vanuit de AWBZ en de Wmo wordt op verschillende manieren toegekend. Voor de AWBZ worden indicaties op medische gronden afgegeven; het basisprincipe van de Wmo is de compensatieplicht waarvoor de gemeente Amersfoort verantwoordelijk is. Uitvoering AWBZ Om voor AWBZ-gefinancierde zorg in aanmerking te komen meldt een cliënt zich bij het CIZ voor een indicatie. De indicatie wordt doorgestuurd naar het Zorgkantoor, waarbij de cliënt de voorkeursaanbieder heeft aangegeven. Wanneer de zorgaanbieder van voorkeur geen plaats heeft, bemiddelt het Zorgkantoor, na overleg met de cliënt, naar een andere zorgaanbieder. Het Zorgkantoor stuurt de indicatie door naar de zorgaanbieder. De zorgaanbieder neemt contact op met de cliënt en de begeleiding kan worden gestart. De zorgaanbieder meldt de cliënt bij het Centraal Administratiekantoor (CAK) zodat de eigen bijdrage berekend kan worden. Het CAK vraagt bij de Belastingdienst het inkomen op om de definitieve eigen bijdrage te berekenen. Het CAK brengt de eigen bijdrage bij de cliënt in rekening. De cliënt betaalt de eigen bijdrage aan het CAK. Het Zorgkantoor geeft het CAK opdracht gelden over te maken naar de zorgaanbieders op basis van de overeengekomen productieafspraken. Het CAK betaalt naar aanleiding van de betalingsopdracht de gelden uit aan de zorgaanbieders. Uitvoering Wmo De Wmo omvat 9 prestatievelden. Prestatieveld 6 van de Wmo geeft aan dat gemeenten de verplichting hebben mensen met een beperking in de zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie te compenseren, waardoor zij zelfstandig kunnen participeren in de maatschappij. Het gaat om individuele voorzieningen. Vanuit de Wmo wordt anders gekeken naar de cliënt dan voor een indicatie AWBZ. Terwijl de Wmo het compensatiebeginsel hanteert, kijkt de AWBZ naar de medische grondslag en doet dan een aanbod van zorg. Bij de Wmo staat niet het aanbod centraal, maar de vraag. Dit betekent onder meer dat bij de beoordeling van de aanvraag voor ondersteuning de eigen kracht en verantwoordelijkheid van mensen en hun omgeving leidend zijn. Bij een aantal voorzieningen wordt ook de financiële draagkracht meegewogen. Voorzieningen binnen de Wmo waar bij de overheveling van de AWBZ druk op kan ontstaan, zijn de Huishoudelijke Hulp (HH) en de regiotaxi. 5.1
Uitvoering Wmo bij Service|Punt Amersfoort
Frontoffice Bij het Service|Punt voor wonen, zorg en welzijn kunnen cliënten terecht voor informatie en advies. Met iemand die maatschappelijke ondersteuning zoekt, vindt een gesprek plaats aan de hand van de levensdomeinen: wonen, huishouden, inkomsten en uitgaven, kinderen verzorgen, zich verplaatsen in en om het huis, vervoer en mobiliteit, onderhouden van recreatieve/maatschappelijke of religieuze activiteiten, zorgen voor een ander (mantelzorg) en zelf verzorgen. Door alle leefgebieden samen met de cliënt te doorlopen wordt gekeken hoe de cliënt zo gecompenseerd wordt dat hij of zij mee kan blijven doen in de samenleving. Backoffice De aanvragen worden afgehandeld in de Backoffice. In de Backoffice beoordeelt het Service|Punt in hoeverre sprake is van aantoonbare beperkingen als vermeld in de wet Wmo. Ook wordt beoordeeld of er (wettelijk) voorliggende, algemeen gebruikelijke en collectieve voorzieningen zijn, die voor Pagina 13
betrokkene beschikbaar en in praktijk ook daadwerkelijk bruikbaar zijn. Ook wordt de financiële draagkracht beoordeeld en de individuele voorziening geselecteerd.
5.2
Zorgaanbieders AWBZ en Wmo
Hieronder vindt u een overzicht van zorginstellingen waar Amersfoortse cliënten momenteel zorg afnemen. Onder de genoemde instellingen zijn er die gespecialiseerd zijn in zorg aan cliënten met specifieke beperkingen. Zo is Bartimeus gespecialiseerd in zorg aan mensen met een verstandelijke- en visuele handicap en biedt Timon zorg aan minderjarigen met een psychische beperking. In de hieronder staande tabel hebben de zorginstellingen in de eerste kolom een kleur gekregen. De kleuren staan voor: - Gehandicapten: blauw - GGZ: groen - Verpleging & Verzorging: rood - Thuiszorg: zwart. Tabel: Zorgaanbieders AWBZ –zorg en door hun geleverde functies XXXX XX XXXX XX XX XX XX xx XX XX XXXX XXXXXX XX XXXXXX
XX XX
XX XX XX XX XX XX XX XXXX XX XX XX XXXX XX
Zorgaanbieder Abrona Agathos Allerzorg Altrecht Agnietenhove Amant WOZO Lichtenberg Amaris Zorggroep Amerpoort Amfors Arta Lievegoed Arkenheem Axxicom Thuishulp Bartimeus Zeist Beweging 3.0 Buurtzorg Nederland Centraalzorg Vallei en Heuvelrug Centrum Maliebaan Coöperatie Boer en Zorg Cordaan Daalhoven De Amerhorst De CMZW MN Havezate Humanitas DMH De Veenkamp Eleos GGMD (doven en slechthorenden) Kwadrant Arkemeijede (lvg) Kwintes Kinderthuiszorg Leger des Heils RIBW, Ggz Leven en Zorg Lievegoed Zorggroep Monsigneur Blom Stichting Omegagroep Gz Zwolle Philadelphia Eemland Philadelphia t Gooi Privazorg AWBZ Professionals in NAH
HH
BGI X
BGG x
X
PV x x
X
x x x
X X
x x
x x x x
X
x x X X
x x
x x
X
x x
x X
x x x x
X X
x X X X X X
x
X
x X X X
x
X X
x x
X
x
X
Pagina 14
XX XX XXXX XX XX XX XX XX XX XX XX XX XX XX XX XX XX XX XX XXXX XX XX XXXX
XX XX XX XXXX XX XXXX XX XX XX XXXX
XX XX XX
Psychogeriatrisch Verpleeghuis Lisuidunahof Reinaerde RIBW Leger d Heils GGz Utrecht RIBW Gooi en Vechtstreek RIBW SBWU Rivas Thuiszorg Royal Uitzendbureau ‘sHeerenloo Sensire Thuiszorg Arnhem Sjerpa Pieters en Bloklands Gasthuis Sint Elisabeth Verpleeg en Gasthuis Stichting Boogh St Buurtzorg St. Humanitas DMH Stichting KAG zorg Amersfoort Particura St Stoute Schoenen St. Gooi en Vechtstreek Stichting RAZ St Thuiszorg het Centrum St Timon St Vitras Stichting Verzorgingshuis de Koperhorst Stichting Woonvormen Lichamelijk Gehandicapten St Zonnehuizen Streekverpleeghuis Zilverschoon Symfora Thuiszorg beweging 3.0 Thuiszorg Inholland Thuiszorg van Oranje TSN Tzorg Verian Verpleeghuis Birkhoven Visio NW Voor Anker Woonzorgcentrum de Liendert Zorg voor Zorg NL B.V. Zorggarant Groningen Zozijn Arnhem Zozijn Midden IJssel
x X X
x x
X X
x x x x
X
x x x x
X
x
x x
X
x X
x x
X
x
X X
x
X X X X
x x x x x x x
x x
x x
x x x
X
x
X
x x
X
X
x
x
X X
x X
x x
X
x
Bron: Agis, website en rapportage individuele zorggebruikers maart 2013 en leveranciers Wmo.
Huishoudelijke Hulp (HH) leveranciers De gemeente Amersfoort heeft met 16 instellingen een contract afgesloten voor het leveren van huishoudelijke hulp. Deze gecontracteerde aanbieders leveren de zogenaamde zorg in natura. Mensen met een pgb kunnen zelf een aanbieder van huishoudelijke hulp kiezen. Deze aanbieders hebben geen contract met de gemeente. Bij het toekennen van een pgb ontvangen cliënten financiële compensatie om zelf dienstverlening in te kopen. Hieronder vindt u een overzicht van gecontracteerde aanbieders van Huishoudelijke Hulp HH1, HH2 en HH3. Gecontracteerde aanbieders Huishoudelijke Hulp: • • • •
Thuiszorg Het Centrum Axxicom Thuishulp Koperhorst Stichting RAZ Pagina 15
• • • • • • • • • • • •
Centraalzorg Vallei en Heuvelrug Birkhoven Thuiszorg van Oranje Privazorg Amaris Tzorg Verian TSN Royal Topzorg Uitzendbureau Buurtdiensten Thuiszorg Inholland Pieter Gasthuis
Conclusies • 91 instellingen leveren AWBZ-geïndiceerde Begeleiding, Persoonlijke Verzorging (PV) en Huishoudelijke Hulp (HH) in Amersfoort. • 4 instellingen leveren zowel Individuele begeleiding (BGI), groepsbegeleiding (BGG) als Persoonlijke verzorging (PV): de Amerpoort (Verstandelijke handicap (VG)), Beweging 3.0, Birkhoven en de Koperhorst (ouderen). • Kwintes is de grootste leverancier van individuele begeleiding (BGI) aan cliënten GGZ en VG. • Boogh is de grootste leverancier van Groepsbegeleiding(BGG) aan cliënten met niet aangeboren hersenletsel (NAH) of een lichamelijke handicap (LG). • Kleine leveranciers zijn vaak deskundig op een bepaalde beperking. Zij hebben een beperkte groep clienten. • Thuiszorginstellingen, die Huishoudelijke Hulp (HH) leveren in Amersfoort kunnen in de regio ook ander aanbod leveren.
Pagina 16
6. Conclusies -
Het zorgaanbod is groot en divers; met veel activiteiten vanuit veel instellingen in Amersfoort, in de regio en in specifieke gevallen van buiten de regio. Zo kan Begeleiding groep (BGG) meerdere functies vervullen: het bieden van dagactiviteiten (in plaats van betaald werk), structuur, opvang of begeleiding naar werk. Ook de verschijningsvormen zijn zeer verschillend; dagactiviteitencentra, werkplaatsen voor eenvoudig productiewerk, werkprojecten. In de ouderenzorg zijn de meeste voorzieningen lokaal georganiseerd, in de overige sectoren (boven)regionaal. Ook de functies HH, BGI en PV worden door een keur aan instellingen geleverd. En in verschillende combinatie van functies zoals HH + BGI + PV; BGI, BGG + PV. Onder de aanbieders van deze functies zijn Amersfoortse aanbieders die ook in de regio aanbieden, aanbieders uit de regio of aanbieders waarvan het moederbedrijf ver buiten de regio staat.
-
HH1 en HH2 zijn goed voor de grootste urenafname: HH1 253.532 uren en HH2 196.235 uren.
-
Er is overlap in het aanbod Begeleiding groep (BGG). Meerdere instellingen bieden dagbesteding aan dezelfde cliëntengroep zoals aan cliënten met een verstandelijke handicap (VG) of psychische aandoening/beperking (PSY).
-
Maar ook in het aanbod dagbesteding zien we overlap. Zo wordt houtbewerking door verschillende instellingen aangeboden.
-
Het aantal ouderen met zorgvragen neemt toe met 37% tot 2.040. Langer thuis wonen kan vaak meer ondersteuning betekenen. Ondersteuning kan inhouden dat structuur geboden wordt om complexe taken uit te voeren, te helpen met plannen, geholpen worden met geld beheren of toezicht houden zodat bijvoorbeeld voortijdig wordt ingegrepen bij valgevaar.
-
Het aantal psychiatrische cliënten (PSY) met een indicatie Begeleiding is het grootst.
-
De afbouw van ZZP1 en 2 is al gevorderd; er zijn vrijwel geen afnemers ZZP 1+2 meer. Momenteel hebben 530 cliënten een ZZP3 indicatie. Van cliënten met een indicatie Persoonlijke verzorging (PV) ontvangt 50% ook compensatie uit de Wmo. Uit de rapportages valt niet op te maken wat de aard van deze Wmo-compensatie is.
-
De geschatte uitgaven AWBZ en Wmo zijn veel hoger dan de verwachte inkomsten.
Pagina 17
Bijlage 1
Afkortingen AWBZ BG BGG BGI BJZ CAK CIZ CVZ GGZ HH KVB LG LVG NAH NZA PG Pgb PSY PV SbG SOM VG VP V&V Wmo ZG ZIN ZZP
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Begeleiding (overkoepelende functiegroep) Begeleiding Groep (BG in groepsverband) Begeleiding Individueel Bureau Jeugdzorg Centraal Administratie Kantoor Centrum Indicatiestelling Zorg College voor Zorgverzekeringen Geestelijk Gezondheidzorg Huishoudelijke Hulp Kortdurend Verblijf Lichamelijke handicap Licht Verstandelijk gehandicapt Niet Aangeboren Hersenletsel Nederlandse Zorg Autoriteit Psychogeriatrische aandoening/ziekte (grondslag) Persoonsgebonden budget Psychiatrische aandoening/ziekte (grondslag) Persoonlijke Verzorging (functie) Servicebureau|Gemeenten Somatische aandoening/ziekte (grondslag) Verstandelijke handicap (grondslag) Verpleging (functie) Verpleging & Verzorging Wet maatschappelijke ondersteuning Zintuiglijk Gehandicapt (grondslag) Zorg In Natura Zorg Zwaarte Pakket
Pagina 18
Bijlage 2 Huishoudelijke Hulp (HH) Voor de te onderscheiden cliënten binnen de gemeente zijn voor de dienstverlening van de Huishoudelijke Hulp (HH) de volgende 3 categorieën gedefinieerd: HH1: Alleen Huishoudelijke werkzaamheden
HH2: Huishoudelijke werkzaamheden met andere lichte ondersteuning
HH3: Huishoudelijke werkzaamheden met ondersteuning binnen de ontregelde huishouding
Signalering Licht en zwaar huishoudelijk werk De was doen Huishoudelijke spullen in orde maken Broodmaaltijd bereiden Warme maaltijd bereiden Boodschappen doen voor dagelijks leven Anderen helpen in huis met zelfverzorging Anderen helpen in huis bij bereiden van de maaltijd Dagelijkse organisatie van het huishouden (bijv. lichte administratieve werkzaamheden) Instructie Advies Voorlichting Eenvoudige psychosociale begeleiding
Pagina 19
Bijlage 3
Het speelveld In het huidige speelveld zijn verschillende partijen actief: instellingen gespecialiseerd in een doelgroep (bijvoorbeeld verstandelijk beperkten), een functie (werk, thuiszorg), een financieringsvorm (pgb) of combinaties daarvan. Dit systeem wordt door het betalen van AWBZ-premie (12% van het salaris, voor een modaal inkomen zo’n € 4000, - per jaar) door ons allen gefinancierd. In de loop van de jaren is dit systeem steeds verder verfijnd en uitgebreid en daarmee steeds meer als een vanzelfsprekend onderdeel van ons bestaan geworden. Het systeem staat symbool voor onze verzorgingstaat. Het zorgsysteem kent een groot productenassortiment (alleen voor de functie Begeleiding alleen al 42 producten), landelijk vastgestelde maximum tarieven per product (het zogenaamde NZA-tarief), een eigen toegangspoort (indicatieorgaan CIZ, Bureau Jeugdzorg, William Schrikkerstichting), een besturingssysteem op productie (productieafspraken Zorgkantoor) en een inkomensafhankelijk eigen bijdrage systeem (CAK). Het gehele systeem breidt zich vooral qua volume steeds verder uit.
Van zorgvraag naar zorgverlening In de onderstaande schema’s geven we weer hoe het systeem, voor wat betreft zorg(/begeleiding) in natura en zorg(/begeleiding) door middel van een pgb, op hoofdlijnen werkt.
1. De cliënt meldt zich bij het CIZ voor een indicatie. 2. De indicatie wordt doorgestuurd naar het Zorgkantoor, waarbij de cliënt de voorkeursaanbieder heeft aangegeven. 3. Wanneer de zorgaanbieder van voorkeur geen plaats heeft, bemiddelt het Zorgkantoor, na overleg met de cliënt, naar een andere zorgaanbieder. 4. Het Zorgkantoor stuurt de indicatie door naar de zorgaanbieder. Pagina 20
5. De zorgaanbieder neemt contact op met de cliënt en de begeleiding kan worden gestart. 6. De zorgaanbieder meldt de cliënt bij het CAK zodat de eigen bijdrage berekend kan worden. 7. Het CAK vraagt bij de Belastingdienst het inkomen op om de definitieve eigen bijdrage te berekenen. 8. Het CAK brengt de eigen bijdrage bij de cliënt in rekening. De cliënt betaalt de eigen bijdrage aan het CAK. 9. Het Zorgkantoor geeft het CAK opdracht gelden over te maken naar de zorgaanbieders op basis van de overeengekomen productieafspraken. 10. Het CAK betaalt naar aanleiding van de betalingsopdracht de gelden uit aan de zorgaanbieders.
Van zorgvraag naar indicatie voor een persoongebonden budget (pgb) 1. De cliënt meldt zich bij het CIZ voor een indicatie. 2. De indicatie wordt doorgestuurd naar het Zorgkantoor, waarbij de cliënt voorkeur heeft aangegeven voor een pgb. 3. Het Zorgkantoor vertaalt de indicatie naar een (netto) pgb en betaalt het pgb uit aan de cliënt. Na berekening van de definitieve eigen bijdrage wordt de cliënt door het Zorgkantoor op de hoogte gebracht (met eventueel verrekening, nabetaling of vordering). 4. Het zorgkantoor verzoekt het CAK om de definitieve eigen bijdrage te berekenen. Het CAK koppelt deze terug naar het Zorgkantoor. 5. Het CAK vraagt bij de Belastingdienst het inkomen op om de definitieve eigen bijdrage te berekenen. 6. Het Zorgkantoor verstrekt de Belastingdienst informatie over bestede pgbgelden van budgethouder. 7. De cliënt koopt zelf zorg in en betaalt.
Pagina 21
Bijlage 4 Klassen en functies Overgenomen uit Aanspraak op AWBZ-zorg CIZ-rapportage. In een indicatiebesluit wordt aangegeven op welke AWBZ-functie(s) een cliënt aanspraak heeft, maar ook op hoeveel zorg binnen elke functie. De klassen lopen op van klasse 0 tot en met maximaal klasse 9. De minimum- en maximumklasse verschilt per functie. Afhankelijk van de functie worden de klassen gedefinieerd in bandbreedtes en uren, dagdelen of etmalen per week. Zie het overzicht in de tabel
PV
Minimale klasse Klasse 1
BGI
Klasse 1
BGG
Klasse 1
KVB
Klasse 1
0-1.9 uur per week 0 – 1,9 uur per week Een dagdeel per week Een etmaal per week
Maximale klasse Klasse 8 Klasse 8 Klasse 9 Klasse 3
20 – 24,9 uur per week 20 – 24,9 uur per week Negen dagdelen per week Drie etmalen per week
Bron: CIZ De omvang van PV en BGI wordt geïndiceerd in uren per week, bijvoorbeeld klasse 2: 2 tot 3,9 uur per week. De omvang van de functie BGG wordt uitgedrukt in dagdelen per week, bijvoorbeeld klasse 5: 5 dagdelen per week. Een dagdeel staat gelijk aan 4 uur zorg. De zorgomvang van de functie KVB wordt geïndiceerd in etmalen, bijvoorbeeld klasse 3: 3 etmalen per week. Als in uitzonderingsgevallen de zorgbehoefte van de cliënt uitgaat boven de hoogste klasse, kan additionele zorg in uren en/of dagdelen worden geïndiceerd. Dit betreft bijvoorbeeld cliënten met een indicatie voor palliatief terminale zorg, die additionele uren BGI krijgen.
Pagina 22
Gemeente Amersfoort Sector Maatschappelijke Ontwikkeling Afdeling Zorg, Cultuur en Sport
Postadres Postbus 4000 3800 EA Amersfoort
Bezoekadres Stadhuisplein 1 3811 LM Amersfoort
t e i
14 033
[email protected] www.amersfoort.nl
Pagina 23