TWEEDE & DERDE GRAAD STUDIEAANBOD SCHOOLJAAR

TWEEDE & DERDE GRAAD STUDIEAANBOD SCHOOLJAAR 2011-2012

HEILIG-GRAFINSTITUUT BILZEN INSTITUUT VOOR KATHOLIEK SECUNDAIR ONDERWIJS HOESELT TECHNISCH INSTITUUT SINT-JOZEF BILZEN

Scholengemeenschap Sint-Jozef

Scholengemeenschap Sint-Jozef Bilzen-Hoeselt Sint-Lambertuslaan 15 3740 Bilzen tel. 089 41 82 35 fax 089 50 47 79 e-mail: [email protected] website: www.sg-sintjozef.be coördinerend directeur: Adelin Collas

Heilig-Grafinstituut - HGI Kloosterstraat 9 - 3740 Bilzen tel. 089 41 32 01

Instituut voor Katholiek Secundair Onderwijs - IKSO Dorpsstraat 18 & 56 - 3730 Hoeselt tel. 089 41 44 24

Technisch Instituut Sint-Jozef - TISJ Wijerstraat 28 - 3740 Bilzen tel. 089 41 17 60

De tweede en derde graad in de Scholengemeenschap

Sint-Jozef Bilzen-Hoeselt

INHOUD Scholengemeenschap Sint-Jozef Bilzen-Hoeselt Waar vind je onze tweede en derde graad? Studeren in 5 domeinen De tweede graad De derde graad Wat mag je van ons verwachten? Talen in het secundair

2 3 4 6 7 8 9

Studieaanbod & studieprofielen Domein CREATIVITEIT Domein EXACTE WETENSCHAPPEN Domein HANDELSWETENSCHAPPEN Domein LATIJN Domein SOCIALE WETENSCHAPPEN & WELZIJN Domein TECHNOLOGISCHE WETENSCHAPPEN

11 17 28 43 53 61

Infomomenten Inschrijven

81 82

Het CLB

84

Scholengemeenschap Sint-Jozef Bilzen-Hoeselt De scholengemeenschap Sint-Jozef is er voor jou! De keuze aan studierichtingen is zeer ruim in onze scholengemeenschap: van het eerste tot het zesde jaar (of zevende specialisatiejaar) kan je er terecht voor onderwijs van hoogstaande kwaliteit.


Voor ieder type leerling is er in onze scholen wel de geknipte opleiding te vinden. Of je nu de theoretische bolleboos bent of integendeel graag de handen uit de mouwen steekt en liever praktisch bezig bent, je vindt wel net die studierichting waarin je met jouw talenten terecht kan!

2

Vanaf de tweede graad kan je in drie scholen terecht: • het Heilig-Grafinstituut, waar je de tweede en derde graad ASO (Algemeen Secundair Onderwijs) kan volgen. • het Instituut voor Katholiek Secundair Onderwijs, dat de tweede en derde graad TSO-BSO (Technisch en Beroepssecundair Onderwijs) aanbiedt, specifiek gericht op de dienstensector en wetenschappen. • het Technisch Instituut Sint-Jozef, waar je na de eerste graad gewoon verder kan naar de tweede en derde graad TSO-BSO in de nijverheidstechnische sector. De scholen werken heel nauw samen en staan garant voor een kwalitatief hoogstaand onderwijs. Wil je kennismaken met onze scholengemeenschap, dan zijn jij én je ouders van harte welkom op onze infoavonden en/of openschooldagen die wij in de komende maanden organiseren. Je krijgt daarvoor nog een persoonlijke uitnodiging, maar in afwachting kan je onze website natuurlijk al eens bezoeken:

www.sg-sintjozef.be

Waar vind je onze tweede en derde graad?

Heilig-Grafinstituut Kloosterstraat 9, 3740 Bilzen tel. 089 41 32 01 • fax 089 41 22 37 e-mail: [email protected] website: www.hgi-bilzen.be directeur: Jean D’huys adjunct-directeur: Marianne Sohl

Instituut voor Katholiek Secundair Onderwijs Dorpsstraat 18 en 56, 3730 Hoeselt tel. 089 41 44 24 • fax 089 50 16 74 e-mail: [email protected] website: www.ikso-hoeselt.be directeur: Christel Thijs adjunct-directeur: Liliane Vanleeuw

Technisch Instituut Sint-Jozef Wijerstraat 28, 3740 Bilzen tel. 089 41 17 60 • fax 089 49 16 80 e-mail: [email protected] website: www.tisj.be directeur: André Vandoren directeur: Edgard Voets

3

Studeren in 6 domeinen DOMEIN CREATIVITEIT


2de graad Creatie en mode Haarzorg

4

3de graad Creatie en mode Haarzorg Haarstilist (7de jaar)

DOMEIN EXACTE WETENSCHAPPEN 2de graad Industriële wetenschappen Techniek-wetenschappen Wetenschappen

3de graad Industriële wetenschappen Moderne talen-wetenschappen Techniek-wetenschappen Wetenschappen-wiskunde

DOMEIN HANDELSWETENSCHAPPEN 2de graad Economie Handel Kantoor

3de graad Boekhouden-informatica Economie-moderne talen Economie-wiskunde Handel Kantoor Kantooradministratie en gegevensbeheer (7de jaar)

DOMEIN LATIJN 2de graad Latijn

3de graad Latijn-moderne talen Latijn-wetenschappen Latijn-wiskunde

DOMEIN sociale wetenschappen & welzijn 2de graad Humane wetenschappen Sociale en technische wetenschappen Verzorging-voeding

3de graad Humane wetenschappen Sociale en technische wetenschappen Verzorging

DOMEIN TECHNOLOGISCHE WETENSCHAPPEN 2de graad Basismechanica Elektrische installaties Elektrotechnieken Industriële wetenschappen Mechanische technieken

3de graad Centrale verwarming en sanitaire installaties Elektrische installaties Elektrische installatietechnieken Elektromechanica Industriële elektriciteit (7de jaar) Industriële warmtetechnieken (Se-n-Se) Industriële wetenschappen Koel- en warmtechnieken Mechanische vormgevingstechnieken Stuur- en beveiligingstechn. (Se-n-Se) Verwarmingsinstallaties (7de jaar)

5

TWEEDE GRAAD ASO HGI • • • •

Economie Humane wetenschappen Latijn Wetenschappen

BSO IKSO Elektrische installaties Haarzorg Kantoor Basismechanica Verzorging-voeding

TISJ •

• • • •

De tweede graad

TSO

6

Creatie en mode Elektrotechnieken Handel Industriële wetenschappen Mechanische technieken Sociale en technische wetenschappen Techniek-wetenschappen

HGI = Heilig-Grafinstituut IKSO = Instituut voor Katholiek Secundair Onderwijs TISJ = Technisch Instituut Sint-Jozef

studieaanbod 2011-2012

IKSO •

TISJ •

• • • • •

DERDE GRAAD ASO HGI • • • • • • • •

Economie-moderne talen Economie-wiskunde Humane wetenschappen Latijn-moderne talen Latijn-wetenschappen Latijn-wiskunde Moderne talen-wetenschappen Wetenschappen-wiskunde

BSO IKSO Centrale verwarming en sanitaire installaties Elektrische installaties Haarstilist (7de jaar) Haarzorg Industriële elektriciteit (7de jaar) Kantoor Kantooradministratie en gegevensbeheer (7de jaar) Verwarmingsinstallaties (7de jaar) Verzorging

TISJ • •

• • • • • • •

TSO IKSO • •

TISJ

• • • • • • • • • •

Sinds 2009-2010 heten de 7de specialisatiejaren in het TSO en KSO “Secundair na Secundair”, kortweg Se-n-Se. De opleiding is toegankelijk voor leerlingen die een diploma secundair onderwijs behaald hebben. Wie zo’n opleiding afwerkt, krijgt een certificaat.


De derde graad

Boekhouden-informatica Creatie en mode Elektromechanica Elektrische installatietechnieken Handel Industriële warmtetechnieken (Se-n-Se) Industriële wetenschappen Koel- en warmtechnieken Mechanische vormgevingstechnieken Sociale en technische wetenschappen Stuur- en beveiligingstechnieken (Se-n-Se) Techniek-wetenschappen

7

Wat mag je van ons verwachten? Je hebt in deze brochure kunnen vaststellen dat je kan kiezen uit een groot aantal studierichtingen. Probeer in eerste instantie voor jezelf uit te maken welk domein je grootste interesse wegdraagt. Denk aan je eigen kwaliteiten, je vaardigheden en durf ook de sprong te maken naar het beroepsleven na de studies. Nadat je gekozen hebt voor een domein, overleg dan met je huidige leerkrachten, met de leerkrachten op de Kompasbeurs, in welke studierichting jij het best op je plaats bent.


Eenmaal de keuze gemaakt, start je in een nieuwe school, waar we er alles aan doen opdat je je er vanaf de eerste dag thuis voelt.

8

Het onderwijs in de drie bovenbouwscholen brengt wel wat nieuws. Je zal er vlug aan wennen dat we je vanaf het derde jaar minder sterk zullen leiden en dat je stilaan zelfstandiger aan het werk moet gaan. Het onderwijs vanaf de tweede graad is op dat vlak de laatste jaren sterk vernieuwd: je zal een deel van je opdrachten via een elektronisch leerplatform verwerken, je maakt kennis met nieuwe technieken, de traditionele klasopstelling wordt vaak vervangen door lesvormen in kleine groepen, in labo’s, ateliers of open leercentrum. Als puber in je meest levendige tienerjaren mag je van ons verwachten dat we altijd met respect naar je luisteren. Met duidelijke leefregels proberen we je niet enkel kennis en vaardigheden bij te brengen, maar willen we je ook vormen tot een waardevol persoon. Door onze scholen goed te structureren willen we je laten studeren in de best mogelijke omstandigheden: in een gezond en positief schoolklimaat en met moderne leermiddelen. Zo bereiden we je voor op een succesvol hoger onderwijs of een voldoeninggevende plaats op de arbeidsmarkt.


Talen in het secundair TALEN...


DE TWEEDE & DERDE GRAAD

In deze brochure vind je een overzicht van de zes studiedomeinen die we in de scholengemeenschap Sint-Jozef aanbieden. Een domein “Vreemde talen” is er niet bij. Kun je in onze scholengemeenschap dan geen talen studeren? Natuurlijk wel, maar de vreemde talen bieden we niet in een apart studiedomein aan. In het secundair onderwijs is er in alle studiedomeinen aandacht voor taal: Engels, Frans en Duits vind je in verscheidene studierichtingen, in meerdere of mindere mate, afhankelijk van de richting die je kiest. Dikwijls is het aanbod van de vreemde talen vooral ondersteunend bedoeld: je leert een taal vooral gebruiken voor alledaagse dingen. Of je nu in de winkel op de hoek een brood gaat kopen, in de Franse Provence de weg gaat vragen, of in Londen de metro wil nemen… taal heb je altijd en overal nodig. Ben je echt gefascineerd door taal, dan bereidt een studierichting met moderne talen je natuurlijk voor op een specifieke talenstudie in het hoger onderwijs. Met het oog op de vereiste lexicale en grammaticale onderbouw van de taalbeheersing, willen we in die richtingen met moderne talen het denken in taal bevorderen door meer plaats te bieden aan de reflectie op taal en het inzicht in het functioneren ervan. Een goede talenkennis is ook onontbeerlijk voor al wie wil verder studeren in een economische, juridische, commerciële, journalistieke, toeristische of culturele richting. Ook exacte wetenschappers worden geconfronteerd met anderstalige documenten. In ieder geval is communicatie in vreemde talen in welk beroep ook een onmiskenbare troef! Taal brengt je in contact met andere mensen en hoe beter je een taal beheerst, hoe gemakkelijker je contact kunt leggen met anderen. Talenkennis verbreedt ook je kijk op andere culturen, want de taal van een land weerspiegelt haar cultuur, haar tradities, haar gewoontes… Taal kan belangrijk zijn in je beroepswereld, maar taal kan ook doodgewoon een middel zijn om je boodschap over te brengen.

9

10


Domein Creativiteit Het domein van de creativiteit - het woord zegt het zelf al - vergt praktische aanleg, handigheid en creativiteit. In dit studiedomein is het vooral doén, al komt er ook nog voldoende theorie aan bod! In onze scholengemeenschap vind je de studierichting Creatie en mode en die is uniek in Limburg! De modewereld en het veranderend modebeeld, het artistieke, het ontwerpen en vormgeven van kledingstukken... dat zijn de accenten die je hier kan verwachten. Feeling hebben voor kleuren, vormen, materialen en technieken is een must.

2de graad creatie en mode haarzorg 3de graad creatie en mode haarzorg haarstilist (7de jaar)



Ook in de studierichting Haarzorg is creativiteit en handigheid een absolute voorwaarde: je wil graag modekapsels ontwerpen, alles weten over haarproducten en haarbehandeling, en je gaat graag met mensen om. In deze studierichting leer je de praktijk van het dames-, heren- en kinderkappen. Na een zevende specialisatiejaar kan je onmiddellijk aan de slag als zelfstandig kapper.

11

Tweede en derde graad

12


5 Creatie en mode

6 Creatie en mode

Godsdienst Aardrijkskunde Chemie Creatie en Mode: - creatie - kostuum- en kunstgeschiedenis - marketing & distributie - materiaalonderzoek - praktijk kleding - sociale en com. vaardigheden - technologie en organisatie - vormgeving Engels Frans Fysica Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Nederlands Wiskunde

4 Creatie en mode

Domein creativiteit

IN

K UNIE ! URG B LIM

3 Creatie en mode

CREATIE EN MODE TSO (34u)

2 1 1

2 1 1

2 1 -

2 1 -

4 4 2 4 2 2 1 1 1 2 4 3

4 4 2 4 2 2 1 1 1 2 4 3

4 1 1 1 4 1 1 6 2 2 1 2 2 3

4 1 1 1 4 1 1 6 2 2 1 2 2 3

Tweede en derde graad CREATIE EN MODE TSO INSTAPNIVEAU Instappen in de studierichting Creatie en mode kan je vanuit elke basisoptie van de eerste graad. Indien je in de eerste graad koos voor de basisoptie Creatie en vormgeving heb je kunnen kennis maken met het proces van het omzetten van een idee in een product door denken en doen.

PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

Wie de overstap naar de studierichting Creatie en mode uitstelt tot het vierde of het vijfde jaar moet bereid zijn zelf de achterstanden weg te werken. De school zal hierin zonodig ondersteuning bieden.

PROFIEL VAN DE LEERLING -

een een een een een een een een

leerling leerling leerling leerling leerling leerling leerling leerling

die belangstelling heeft voor de modewereld, die aangesproken wordt door het artistieke, met feeling voor vorm en kleuren, die praktisch ingesteld is, die interesse heeft om nieuwe vormen en producten te ontwerpen, die studie- en doe-opdrachten vlot wil combineren, die zowel zelfstandig als in team kan functioneren, die zich kan inleven in de ideeën en de gevoelswereld van anderen.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Hoger onderwijs - professionele bachelor: - technologie: modetechnologie, textieltechnologie, audiovisuele technieken; - onderwijs: kleuter, lager, secundair (plastische opvoeding, voeding-verzorging, mode, technisch-technologische opvoeding); - architectuur: architectuur-assistentie, interieurvormgeving; - sociaal-agogisch werk: orthopedagogie, sociaal werk; - gezondheidszorg: verpleegkunde. De vierde graad BSO Modevormgeving, plastische kunsten, verpleegkunde. Se-n-Se: CAD-confectie, Model- en patroonontwerpen. Zevende specialisatiejaar BSO: Confectie-modelmaken, Mode- en maatkleding dames/heren. Een boeiende uitvoerende of commerciële functie in het bedrijfsleven (kledingsector en alle handelszaken waar creativiteit een troef is).



Vanaf de tweede graad ligt in Creatie en mode de nadruk op drie evenwaardige componenten nl. creatie, vormgeving en praktijk. In creatie wordt je creativiteit optimaal aangesproken om tot een origineel en persoonlijk ontwerp te komen. Je inspiratie kan je putten uit kunst en cultuur, natuur, vormgevende technieken, materie… In vormgeving zal je eerst bestaande ontwerpen ontleden om die daarna om te zetten in een productierijp patroon. Dit verloopt volgens een stappenplan. Het gebruik van CAD is hier onmisbaar. De lessen praktijk moet je beschouwen als labo-opdrachten die leiden tot de realisatie van het prototype dat in een collectie kan opgenomen worden. In het vak sociale en communicatieve vaardigheden zal je vaardigheden trainen zoals je presenteren voor een groep, kunnen organiseren, functioneren in groep… In de tweede graad mogen de ontwerpen kledingstukken zijn, in de derde graad moeten dit echter kledingstukken zijn. Het geheel wordt ondersteund door een algemene vorming.

13


Domein creativiteit 14

Godsdienst Engels Frans Informatica Lichamelijke opvoeding Plastische opvoeding Project algemene vakken Realisaties haarzorg Basistechnieken herenkappen Handverzorging/gelaatsverzorging Vaktechnologie Beroepsethiek en soc. vaardigheden Geschiedenis van de opschik Praktijk/stage Bedrijfsbeheer Salonwerk

* nieuw leerplan onder voorbehoud


2 2 1 2 2 6 19 -

2 2 1 2 2 6 15 1 1 1 1 -

2 2 2 2 4 2 2 1 17 -

2 2 2 2 4 2 2 1 15 2 -

7 Haarstilist

6 Haarzorg

5 Haarzorg

4 Haarzorg

3 Haarzorg*

HAARZORG BSO (34u)

2 1 1 2 2 4 8 2 14

Tweede en derde graad HAARZORG BSO INSTAPNIVEAU Instappen in de studierichting Haarzorg kan je vanuit elk beroepenveld of elke basisoptie van de eerste graad. Je kon reeds in het beroepsvoorbereidend leerjaar (tweede leerjaar) voor het beroepenveld Haarzorg kiezen. Het vak realisatietechnieken liet je kennismaken met de eerste eenvoudige basistechnieken van het haarkappen.


In het zevende jaar Haarstilist leer je klanten op een professionele manier service te bieden. Je leert als teamlid verschillende taken en functies in een kapsalon uit te voeren en er verslag over uit te brengen. Je krijgt de ruimte om creatief te werken en de klant persoonlijk tegemoet te treden. Je kan het getuigschrift van bedrijfsbeheer behalen waardoor je je kan vestigen als zelfstandige kapper en je behaalt je diploma secundair onderwijs. Dit vervolmakingsjaar biedt dus nog meer kansen op werkgelegenheid. Wie de overstap naar de studierichting Haarzorg uitstelt tot het 4de of 5de jaar moet er rekening mee houden dat de achterstand alleen kan weggewerkt worden door inhaallessen, intense persoonlijke inzet en zelfstandige bijwerking. De school zal hierin zo nodig ondersteuning bieden.


een een een een

leerling leerling leerling leerling

met interesse voor haartooi, die creatief is en gedreven om nieuwigheden bij te leren, die sociaalvoelend is én commercieel aangelegd, met verantwoordelijkheidszin.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Na het tweede jaar van de derde graad Haarzorg: - werken bij een kapper in dienstverband, - technisch afgevaardigde van een firma in verzorgings- en kappersproducten, - zevende specialisatiejaar Haarstilist. Na het derde jaar van de derde graad Haarstilist: - zich vestigen als zelfstandige Dames/Herenkapper, - professionele bachelor in onderwijs: secundair (bio-esthetiek – haarzorg). studieaanbod 2011-2012


In de tweede graad Haarzorg leer je de basisvaardigheden van het haarkappen (wassen en verzorgen, basissnitten uitvoeren, het haar vorm geven en haar kleuren). Deze worden aangeleerd op oefenhoofden. Af en toe werk je op modellen om het geleerde te toetsen aan de realiteit. In de derde graad leer je alle facetten van het kappersberoep kennen. In het didactisch salon op school en ook via de stage leer je verschillende haarbehandelingen toe te passen naar de wens van de klant. Reeds vanaf de tweede graad leer je voor elke haarbehandeling een handelingsplan op te stellen. Om haarbehandelingen goed te kunnen uitvoeren, verwerf je de nodige wetenschappelijke kennis rond het haar en de (chemische) werking van haarproducten. Je leert technieken ontleden en toepassen. Je leert technische tekeningen voor kapsels en haarsnitten lezen en opbouwen. Je verwerft handigheid in het maken van kapsels en je leert omgaan met apparaten, materialen en producten. Je leert hygiënische regels toepassen op jezelf en in functie van het werken in een kapsalon. In functie van het dienstverlenend beroep leer je correct omgaan met mensen. De vakken uit de basisvorming (oa. PAV) zorgen voor een zo breed mogelijke vorming.

15

16


Domein exacte wetenschappen Binnen alle wetenschapsstudies wordt er aan fundamenteel wetenschappelijk onderzoek gedaan. Wetenschappers en onderzoekers proberen steeds meer te weten te komen over onze wereld in al zijn aspecten: mens, natuur, techniek. Dankzij dit soort onderzoek verwerft men nieuwe basiskennis waar men verder kan op voortbouwen.

Industriële wetenschappen is een studierichting die de sterke kanten van het ASO en het TSO combineert. Enerzijds maak je er op een theoretische en praktische manier kennis met mechanica, elektriciteit, elektronica, informatica en technisch tekenen, anderzijds worden de algemene vakken als wetenschappen en vooral wiskunde op een hoog niveau gegeven. In Techniek-wetenschappen krijg je naast wiskunde heel wat uren toegepaste wetenschappen: toegepaste biologie, toegepaste chemie en toegepaste fysica. Hier worden praktische toepassingen van wetenschappelijke processen toegelicht en experimenteel uitgevoerd. In de studierichting Wetenschappen komt voornamelijk het exact-wetenschappelijke aan bod. Het abstracte van de wiskunde en de binding met de werkelijkheid of het concrete van de wetenschappen vullen elkaar hier op gepaste wijze aan.

2de graad industriële wetenschappen techniek-wetenschappen wetenschappen

3de graad industriële wetenschappen moderne talen-wetenschappen techniek-wetenschappen wetenschappen-wiskunde



In de vakken biologie, chemie en fysica bestudeert men de levende en niet-levende materie in al haar aspecten. Aandacht wordt besteed aan feitenmateriaal dat men via onderzoek verzamelt en aan de inzichtelijke verwerking ervan. De wiskundecursus biedt dan weer middelen tot het begrijpen, beschrijven, verklaren en eventueel beheren van systemen en situaties uit onze omgeving. Trekt dit je aan? Dan heb je heel zeker veel belangstelling en aanleg voor wiskunde en wetenschappen, en doe je graag aan onderzoek.

17


18

3 Industriële wet. (32u)




Domein exacte wetenschappen

INDUSTRIELE WETENSCHAPPEN TSO (32-34u)

Godsdienst Aardrijkskunde Chemie Engels Frans Fysica Geschiedenis Lichamelijke opvoeding Nederlands Wiskunde

2 1 1 2 3 1 1 2 4 5

2 1 1 2 3 1 1 2 4 5

2 1 2 2 2 2 1 2 3 8

2 1 2 2 2 2 1 2 3 8

Techniek en realisaties Elektriciteit en laboratorium Elektronica en laboratorium Industriële wetenschappen Mechanica Realisaties industriële wet. Realisaties mechanica

3 1 2 1 3

3 1 2 1 3

9 -

9 -


Tweede en derde graad INDUSTRIËLE WETENSCHAPPEN TSO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING Kenmerken Industriële wetenschappen is een technologisch-wetenschappelijke studierichting. Zij wil naast een ruime algemene vorming een overwegend theoretische studie van de industriële technologie bieden. De technische vorming is niet op een onmiddellijke specialisatie gericht, maar steunt op een algemeen wetenschappelijke basis, met bijzondere aandacht voor de wiskundige vorming.


een goede studiehouding en permanente inzet; bereidheid om verder te studeren; aanleg en belangstelling hebben voor een algemene vorming; goede resultaten en een ruime interesse voor wiskunde en wetenschappen; voldoende aanleg voor talen (de nadruk ligt op de communicatieve vaardigheden); voldoende handigheid, zorg en accuraatheid om wetenschappelijke experimenten en praktijkoefeningen uit te voeren.

Logische overgangen naar de derde graad De studierichting bereidt uiteraard vooral voor op een derde graad IW. Men kan ook kiezen voor een overstap naar de technische studierichtingen in de sector Mechanica en Elektriciteit (Elektromechanica, Elektrische installatietechnieken en Mechanische vormgevingstechnieken), die in een technische beroepskennis resulteren na zes jaar secundaire studies.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Deze studierichting bereidt niet voor op onmiddellijke tewerkstelling. Het is een doorstromingsrichting die in de eerste plaats voorbereidt op hoger onderwijs (academische bachelor / master). Bij professionele bacheloropleidingen met daarna eventueel een masteropleiding komen vooral de studierichtingen van ‘Industriële Wetenschappen en Technologie’ in aanmerking. Een opleiding tot bachelor in het onderwijs behoort eveneens tot de mogelijkheden. Men kan eventueel ook verder studeren in een Se-n-Sejaar (7 TSO).



Opvallend voor deze studierichting zijn het hoge aantal uren wiskunde en het eerder geringe aanbod praktijkvakken. De wiskundige benadering is iets meer praktisch en gericht op het probleemoplossend denken. Ook fysica en chemie zijn onmisbare bouwstenen van de wiskundigwetenschappelijke basisvorming. De vakken elektriciteit en elektronica worden grondig theoretisch bestudeerd met aandacht voor gelijk- en wisselstroomnetwerken, voor fysische achtergronden en voor theoretische berekeningen. Bij mechanica en elektromechanica gaat vooral aandacht naar sterkteleer. In het vak technisch tekenen leert men wiskundig-wetenschappelijke problemen grafisch voor te stellen. Het computergestuurd tekenen speelt hier een belangrijke rol.

19


20


4 Techniek-wetenschappen



Godsdienst Aardrijkskunde Biologie Chemie Engels Frans Fysica Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Nederlands Toegepaste biologie Toegepaste chemie Toegepaste fysica Toegepaste informatica Toegepaste biologie (theorie + labo) Toegepaste chemie (theorie + labo) Toegepaste fysica (theorie + labo) Wetenschappelijk tekenen Wiskunde



TECHNIEK-WETENSCHAPPEN TSO (34u)

2 1 1 2 2 3 2 1 1 2 4 2 2 2 2 5

2 1 1 2 2 3 2 1 1 2 4 2 2 2 2 5

2 1 2 3 1 2 4 3 5 5 6

2 1 2 3 1 2 3 1 2 6 5 6

Tweede en derde graad TECHNIEK-WETENSCHAPPEN TSO INSTAPNIVEAU Instappen in de studierichting Techniek-wetenschappen kan je vanuit elke basisoptie van de eerste graad.


Het is een theoretisch-technische studierichting waar kennis hoofdzakelijk verworven wordt door het verwerken van leerstof en waar dus regelmatig moet gestudeerd worden. Wie de overstap naar de studierichting Techniek-wetenschappen uitstelt tot de derde graad moet er rekening mee houden dat er voor de wetenschappelijke vakken, vooral chemie en laboratoriumwerk, een achterstand moet ingehaald worden. De overgang vanuit een niet wiskundig-wetenschappelijke richting (ASO of TSO) is haast onmogelijk.

PROFIEL VAN DE LEERLING - een leerling met duidelijke interesse voor natuurwetenschappen en experimenteren; - een leerling met voldoende motorische aanleg om met accuraatheid waarnemingen en experimenten uit te voeren; - een leerling die iets meer tijd nodig heeft om te evolueren van concreet naar abstract redeneren; - een leerling die voldoende wiskundige aanleg bezit; - een leerling die de nodige gedrevenheid bezit om regelmatig te studeren,… en daarna verder te studeren.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Hoger onderwijs - professionele bachelor: - industriële wetenschappen en technologie: chemie, milieuzorg; - onderwijs: kleuter, lager, secundair (wiskunde, wetenschappen…); - gezondheidszorg: biomedische laboratoriumtechnologie, ergotherapie, medische beeldvorming, voedings-en dieetkunde, verpleegkunde; - sociaal-agogisch werk: orthopedagogie, sociaal werk, toegepaste psychologie. Se-n-Sejaar Biochemie, Chemische procestechnieken, Farmaceutisch-technisch assistent. Master is mogelijk voor de wiskundig en wetenschappelijk sterke leerling.



Techniek-wetenschappen is een doorstromingsrichting d.w.z. dat er niet direct een beroepsgerichte vorming wordt gegeven. Reeds vanaf de tweede graad is Techniek-wetenschappen sterk wiskundig en wetenschappelijk gericht. De natuurwetenschappelijke wereld wordt zowel biologisch, chemisch als natuurkundig bestudeerd. Door laboratoriumtoepassingen worden de experimentele vaardigheden aangeleerd en ingeoefend. Daarnaast leer je de vereiste attitudes in verband met het veilig omgaan met stoffen en labomaterieel. De wiskundige vaardigheden zijn belangrijk om de meer theoretische aspecten van de natuurwetenschappen te begrijpen en te doorgronden. Voor het verwerken van meetresultaten en het simuleren van processen zijn naast de wiskundige vaardigheden ook ict-vaardigheden vereist. Wiskunde heeft een ondersteunende functie. Er wordt meer aandacht besteed aan de toepassingen en de technieken dan aan de abstracte begripsvorming. Andere vormingscomponenten (talen, geschiedenis…) komen voldoende aan bod, doch worden niet benadrukt.

21

Tweede graad

22

3 Wetenschappen

4 Wetenschappen

5 Moderne talen-wet.

5 Wet.-wiskunde A

5 Wet.-wiskunde B


6 Wet.-wiskunde A

6 Wet.-wiskunde B


WETENSCHAPPEN ASO (32u)

Godsdienst Aardrijkskunde Biologie Chemie Duits Engels Esthetica Frans Fysica Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Muzikale opvoeding Nederlands Plastische opvoeding Wetenschappelijk tekenen Wetenschappen (toegepast) Wiskunde Wiskunde (extra)

2 1 2 2 3 4 2 2 1 2 4 1 1 5 -

2 1 2 2 1 2 4 2 2 1 2 1 4 1 5 -

2 2 1 2 2 3 1 4 2 2 2 4 4 -

2 2 1 2 2 1 3 2 2 2 4 1 6 2

2 2 1 2 2 1 3 2 2 1 2 4 1 1 6 -

2 1 2 2 2 3 4 2 2 2 4 4 -

2 1 2 2 2 3 2 2 2 4 6 2

2 1 2 2 2 3 2 2 1 2 4 1 6 -

SEMINARIE-UREN verplicht Esthetica Wetenschappen keuze 1 uur keuze uit 10 sem.

-

-

1

-

-

1 -

1 -

1 -

-

-

-

-

-

1

1

1


Tweede graad WETENSCHAPPEN ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

PROFIEL VAN DE LEERLING Noodzakelijke belangstellingspunten - aanleg en belangstelling hebben voor een algemene vorming; - willen verder studeren in het hoger onderwijs; - van de tweede naar de derde graad meer en meer geboeid geraken door een breed gamma van veelal theoretische en abstracte leerinhouden, in het bijzonder in de wiskunde en de wetenschappen. Noodzakelijke attitudes en vaardigheden - nauwkeurigheid, orde, - openheid, kritische zin, goed intermenselijk contact, - motorische vaardigheden (voor labowerk), - belangstelling voor techniek en wetenschappen in het dagelijks leven, - van de tweede naar de derde graad: - bereid zijn grondig in te gaan op de theoretische uitdieping van de leerstof, - creatief kunnen denken om de aangeboden leerinhouden kritisch te beoordelen, - zelfstandig grote leerstofgehelen kunnen verwerken en instuderen. Eisen inzake hoofd- en richtingsvakken Wiskunde: - zeer goede aanleg / zeer goede resultaten; - in staat zijn niet geziene oefeningensoorten op te lossen die steunen op behandelde principes en theorieën. Wetenschappen: - goede resultaten voor alle deelvakken, - probleemoplossend vermogen: behandelde basisprincipes en theorieën kunnen toepassen.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN


Deze ASO-studierichting is sterk abstract-theoretisch georiënteerd. De keuze van de leerinhouden voor de verschillende vakken, de vaardigheden en attitudes die er ontwikkeld worden, zijn niet in de eerste plaats op direct-praktische bruikbaarheid gericht. De vorming heeft een uitgesproken doorstromingskarakter d.w.z. dat de vorming gericht is op vervolgstudie in het hoger onderwijs. De leerinhouden, vaardigheden en attitudes hebben daarom een voorbereidend wetenschappelijk karakter. De richtingsvakken wiskunde en wetenschappen worden in deze studierichtingen erg abstracttheoretisch benaderd. Voor wetenschappen wordt deze basis ook, zij het beperkt, toegepast in wetenschappelijk werk. In de component wiskunde (5u) klimt het onderwijs, door studie van algebra, meetkunde, analyse, statistiek en kansrekening, naar een vrij hoog niveau van abstractie. De wiskunde legt ook de basis voor begrippen en methoden die ook in de andere wetenschappen, zowel natuurwetenschappen als menswetenschappen gehanteerd worden. De component wetenschappen (fysica, chemie, biologie: 1u theoretische basis, 1u toepassingen) brengt inzicht bij in de natuurwetenschappelijke methode en traint de leerlingen in het modeldenken. Logische overgangen naar studierichtingen in de derde graad: - ASO: Moderne Talen-wetenschappen / Wetenschappen-wiskunde - TSO: Techniek-wetenschappen

De studiekeuze in het vervolgonderwijs is gericht op bachelor- en masteropleidingen in alle mogelijke studierichtingen. Op dit niveau zijn de slaagkansen behoorlijk.


23

Derde graad

24

3 Wetenschappen

4 Wetenschappen


5 Wet.-wiskunde A

5 Wet.-wiskunde B


6 Wet.-wiskunde A

6 Wet.-wiskunde B


MODERNE TALEN-WETENSCHAPPEN ASO (32u)


2 1 2 2 3 4 2 2 1 2 4 1 1 5 -

2 1 2 2 1 2 4 2 2 1 2 1 4 1 5 -

2 2 1 2 2 3 1 4 2 2 2 4 4 -

2 2 1 2 2 1 3 2 2 2 4 1 6 2

2 2 1 2 2 1 3 2 2 1 2 4 1 1 6 -

2 1 2 2 2 3 4 2 2 2 4 4 -

2 1 2 2 2 3 2 2 2 4 6 2

2 1 2 2 2 3 2 2 1 2 4 1 6 -


-

-

1

-

-

1 -

1 -

1 -

-

-

-

-

-

1

1

1


Derde graad MODERNE TALEN-WETENSCHAPPEN ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

PROFIEL VAN DE LEERLING Deze studierichting is geschikt voor leerlingen die • goede communicatieve vaardigheden bezitten; • in de tweede graad voor alle wetenschappen een goed resultaat behaalden; • sterk theoretisch zijn ingesteld en een uitgesproken doorzettingsvermogen hebben, gepaard aan een belangstelling voor structureren en problemen oplossen.

INSTROOM Zonder drempel: 4 Latijn, 4 Wetenschappen, 4 Economie (5u wiskunde)

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is hoofdzakelijk gericht op een bacheloropleiding (professioneel en academisch) of een masteropleiding, in alle mogelijke studierichtingen. De verdere uitwegen na deze studierichting zijn vrij ruim. Er dienen zich weinig beperkingen aan. Dit geldt zeker voor studenten met vrij goede schooluitslagen.



Deze ASO-richting heeft een uitgesproken doorstromingsfunctie: zij is gericht op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt. De combinatie van een verbaal-literaire met een exact-wetenschappelijke component staat borg voor een evenwicht tussen de specifiek-humane en de exact-wetenschappelijke aspecten van de algemene vorming. De specifieke denktraining die door de wetenschappen bevorderd wordt, zal enerzijds een weerslag hebben op de wijze waarop men met taalverschijnselen omgaat. Een verhoogde taalvaardigheid anderzijds zal bijdragen tot het adequater weergeven van de werkelijkheid en het vlotter verwoorden van ervaringen. Wetenschappen: het gaat hier hoofdzakelijk om de vakken biologie, chemie, fysica en in mindere mate om wiskunde en aardrijkskunde. In ieder wetenschappelijk vak wordt tijd en aandacht besteed aan het verzamelen van empirisch materiaal: experimentele waarnemingen in het labo, veldwerk, bekijken van audiovisueel materiaal, gegevens opzoeken... De leerlingen worden geoefend in het kritisch leren analyseren en evalueren van dit feitenmateriaal. Op die manier worden zij getraind in het zgn. modeldenken (door inductie leren verklaringen geven voor natuurwetenschappelijke verschijnselen).

25

Derde graad

26

3 Wetenschappen

4 Wetenschappen


5 Wet.-wiskunde A

5 Wet.-wiskunde B


6 Wet.-wiskunde A

6 Wet.-wiskunde B


WETENSCHAPPEN-WISKUNDE ASO (32u)


2 1 2 2 3 4 2 2 1 2 4 1 1 5 -

2 1 2 2 1 2 4 2 2 1 2 1 4 1 5 -

2 2 1 2 2 3 1 4 2 2 2 4 4 -

2 2 1 2 2 1 3 2 2 2 4 1 6 2

2 2 1 2 2 1 3 2 2 1 2 4 1 1 6 -

2 1 2 2 2 3 4 2 2 2 4 4 -

2 1 2 2 2 3 2 2 2 4 6 2

2 1 2 2 2 3 2 2 1 2 4 1 6 -


-

-

1

-

-

1 -

1 -

1 -

-

-

-

-

-

1

1

1


Derde graad WETENSCHAPPEN-WISKUNDE ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

PROFIEL VAN DE LEERLING Deze studierichting is geschikt voor leerlingen die • in de tweede graad voor wetenschappen en wiskunde een goed resultaat behaalden • een uitgesproken doorzettingsvermogen hebben • sterk theoretisch zijn ingesteld en een uitgesproken doorzettingsvermogen hebben, gepaard met een belangstelling voor structureren en problemen oplossen

INSTROOM Zonder drempel: 4 Latijn, 4 Wetenschappen, 4 Economie (5u wiskunde)

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is gericht op het niveau bachelor (professioneel en academisch) en master, in alle mogelijke studierichtingen. Er dienen zich zeer weinig beperkingen aan. Dit geldt zeker voor studenten met goede schooluitslagen.


DE TWEEDE EN DERDE GRAAD

Deze ASO-richting heeft een uitgesproken doorstromingsfunctie: zij is gericht op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt. Wiskunde is bij uitstek de wetenschap van het abstract, formeel denken. De wetenschappen leven bij de gratie van de toetsing aan de realiteit. Het abstracte van de wiskunde en de binding met de werkelijkheid of het concrete van wetenschappen vullen hier mekaar op gepaste wijze aan. Deze studierichting waarborgt een intensieve training in inductief en deductief denken. Wetenschappen: het gaat hier hoofdzakelijk om de vakken biologie, chemie, fysica, aangevuld met een (vrij) zwaar pakket wiskunde. In ieder wetenschappelijk vak wordt tijd en aandacht besteed aan het verzamelen van empirisch materiaal: experimentele waarnemingen in het labo, veldwerk, bekijken van audiovisueel materiaal, gegevens opzoeken... De leerlingen worden geoefend in het kritisch leren analyseren en evalueren van dit feitenmateriaal. Op die manier worden zij getraind in het zgn. modeldenken (door inductie leren verklaringen geven voor natuurwetenschappelijke verschijnselen). Wiskunde: in deze studierichting klimt het onderwijs in de wiskunde naar een vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie. De algebra ontwikkelt logaritmen voor het oplossen van vergelijkingen, ongelijkheden en stelsels daarvan. De meetkunde ontwikkelt het inzicht in ruimtelijke situaties en de kennis van de belangrijkste lichamen en hun inhouds- en oppervlakteformules. De analyse ontwikkelt technieken om het gedrag van functies van een variabele te bestuderen en te beschrijven. Statistiek geeft methodes voor het verzamelen, verwerken en interpreteren van gegevens. Kansrekening ontwerpt technieken om te komen tot verantwoorde voorspellingen en beslissingen. De studierichting WWI wordt sowieso aangevuld met een uur toegepaste wetenschappen, maar er is ook een keuze uit twee optie-pakketten: ofwel kiest de leerling voor aanvullend twee uur wiskunde, ofwel voor een pakket met een uur informatica en wetenschappelijk tekenen.

27

28


Domein handelswetenschappen De behandeling van alle economische aspecten van onze samenleving staat centraal in het domeinonderdeel “handelswetenschappen”. Afhankelijk van de gekozen studierichting gaat de aandacht uit naar een behoorlijke theoretische benadering, een actieve verkenning van de bedrijfswereld, de toepassing van softwarepakketten of een combinatie van het voorgaande: voor elk wat wils! Er is bijzondere aandacht voor taalvaardigheid in het Nederlands, Frans, Engels en Duits.

De studierichting Kantoor is een beroepsvormende opleiding waarbinnen elke leerling wordt voorbereid op een administratieve functie binnen een organisatie. In het zevende specialisatiejaar ligt de klemtoon op een praktijkgerichte aanpak van boekhouding, stockbeheer, geautomatiseerde handels- en verkoopstechnieken, geïnformatiseerde gegevensopslag, tekstverwerking, enz. Na het zevende jaar kan je zò aan de slag op de arbeidsmarkt.

2de graad economie handel kantoor 3de graad boekhouden-informatica economie-moderne talen economie-wiskunde handel kantoor kantooradministratie en gegevensbeheer (7de jaar) studieaanbod 2011-2012


In de studierichting Economie is het vak economie een wetenschap die bestudeert hoe mensen met beperkt beschikbare goederen zoveel mogelijk behoeften kunnen voldoen. Deze kernvraag wordt niet alleen vanuit het standpunt van de consument en producent bestudeerd. Economie heeft ook raakvlakken met de politiek en de politieke filosofie: hoe kan het beter gaan met de economie van een land - wanneer ontstaat er welvaartsgroei en welke politiek kan hiervoor gevoerd worden? In de tweede graad maak je kennis met diverse economische fenomenen die in de derde graad analytisch verder uitgewerkt worden. De studierichting Handel is in de eerste plaats een voorbereiding op een loopbaan in de profitsector. Het is een zeer polyvalente richting binnen het geheel van economisch georiënteerde studierichtingen. De leerlingen maken kennis met structuren van de detailhandel en de groothandel. Naast een brede waaier van nieuwe handelsbegrippen is er nu ook ruimte voor managementbeginselen en marketingaspecten. In de derde graad wordt eveneens de studierichting Boekhouden-informatica aangeboden.

29

Tweede graad

5 Economie-wiskunde

6 Economie-moderne talen

6 Economie-wiskunde

2 1 1 1 4 1/0 3 4 1 2 1 2 4 1 4/5

2 1 1 1 1 4 1/0 2 4 1 2 1 2 1 4 4/5

2 1 2 4 1 3 1 4 2 2 2 4 3

2 1 1 1 4 1 2 1 3 1 2 2 4 6

2 1 2 4 1 3 4 2 2 2 4 3

2 1 1 1 4 1 2 3 1 2 2 4 6

SEMINARIE-UREN verplicht Economie Esthetica keuze 1 uur keuze uit 10 sem.

-

-

1 -

1 -

1

1

-

-

-

-

1

1

Domein handelswetenschappen 30


4 Economie

Godsdienst Aardrijkskunde Biologie Chemie Duits Economie Economie (informatica) Economie (toegepast) Engels Esthetica Frans Fysica Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Muzikale opvoeding Natuurwetenschappen Nederlands Plastische opvoeding Wiskunde

3 Economie


ECONOMIE ASO (32u)

Tweede graad ECONOMIE ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

PROFIEL VAN DE LEERLING Noodzakelijke belangstellingspunten - aanleg en belangstelling hebben voor een algemene vorming; - kiezen voor een lange(re) studieloopbaan (niveau professionele bachelor of master); - belangstelling voor algemene economie, bedrijfseconomie, boekhouden en aanverwanten en voor de politieke en economische actualiteit. Noodzakelijke attitudes - nauwkeurigheid, orde, creativiteit, - openheid, kritische zin, goed intermenselijk contact, - bereidheid om in andere talen te lezen, te spreken, te schrijven, en te luisteren, - interesse voor cultuur, de mens en de maatschappij. Eisen inzake hoofd- en richtingsvakken Wiskunde: - goede tot zeer goede aanleg, - behoorlijk inzicht in evenredigheden, relaties, grafieken en in de verwerking van gegevens. Economie (na de tweede graad): - meer aanleg voor de studie en de analyse van algemene economische begrippen dan voor technische toepassingen zoals boekhouden.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is hoofdzakelijk gericht op professionele bacheloropleidingen, in studierichtingen uit de sectoren handel, administratie, onderwijs en uit de sociale en verzorgende sector. Ook academische studies (bachelor of master) binnen de domeinen van economie, recht, sociologie en informatica zijn haalbaar, zeker voor leerlingen met finaliteit Economie-wiskunde.



Deze ASO-studierichting legt de nadruk op de maatschappelijk-economische studie en wordt ten dele praktischer benaderd dan de studierichtingen met Latijn, Wetenschappen. Ze behoudt nochtans ten volle haar doorstromingskarakter en is essentieel gericht op algemene vorming. Voor het vak economie is er in de derde graad een verschuiving naar een meer abstract-theoretische inhoud. De meer technische aspecten van de economie zoals gebruik van handelsdocumenten en boekhouding worden in deze studierichting veel minder benadrukt dan in de handelsstudierichtingen TSO. Het richtingsvak economie in de tweede graad leert leerlingen nadenken over een brede waaier waargenomen economische verschijnselen. De leerlingen bouwen daarmee een kennisbestand op dat in de derde graad verder uitgediept zal worden. Vanuit concrete voorbeelden verwerven leerlingen inzicht in belangrijke bedrijfseconomische onderwerpen (vb. het ondernemerschap) en herkennen zij verbanden die de economische werkelijkheid bepalen (vb. arbeidsmarkt, werkloosheid). Belangrijk is dat de leerlingen vaardigheden ontwikkelen om informatie te verwerven (internet, excel) en dat ze bewust worden van het feit dat maatschappelijke problemen naast een economische ook een ethische dimensie vertonen. In de derde graad worden de aangehaalde thema’s uit de tweede graad hernomen en meer analytisch uitgewerkt. Deze studierichting in de tweede graad moet een voedingsbodem zijn voor twee uiteenlopende studierichtingen in de derde graad, nl. Economie-moderne talen en Economie-wiskunde. Het lijkt vanzelfsprekend dat de tweede keuze enkel weggelegd is voor leerlingen die zeer goede resultaten halen voor het vak wiskunde. Om deze keuze te vrijwaren, wordt erop toegezien dat het onderricht wiskunde in de tweede graad een hoog peil behoudt. Logische overgangen naar de derde graad: - ASO: Economie-moderne talen / Economie-wiskunde - TSO: Handel / Boekhouden-informatica

31

Derde graad

5 Economie-wiskunde


6 Economie-wiskunde

2 1 1 1 4 1/0 3 4 1 2 1 2 4 1 4/5

2 1 1 1 1 4 1/0 2 4 1 2 1 2 1 4 4/5

2 1 2 4 1 3 1 4 2 2 2 4 3

2 1 1 1 4 1 2 1 3 1 2 2 4 6

2 1 2 4 1 3 4 2 2 2 4 3

2 1 1 1 4 1 2 3 1 2 2 4 6


-

-

1 -

1 -

1

1

-

-

-

-

1

1



4 Economie


3 Economie


ECONOMIE-moderne talen ASO (32u)

Derde graad ECONOMIE-MODERNE TALEN ASO

PROFIEL VAN DE LEERLING De richting Economie - Moderne talen kan als een geschikte richting beschouwd worden voor leerlingen die • belangstelling hebben voor economie, en reeds economie gevolgd hebben in de tweede graad; • een speciale aanleg vertonen voor talenstudie en interesse hebben voor de verruiming van het intermenselijk contact die door de kennis van vreemde talen mogelijk wordt; • een goed resultaat haalden voor talen in de tweede graad; • goede communicatieve vaardigheden bezitten; • leerlingen die eerder zakelijk zijn ingesteld, zodat wij ze kunnen typeren als praktische zoekers naar orde, zin en samenhang en wel via conversatie, discussie, onderhandelingen en schriftelijke communicatie.

INSTROOM Zonder drempel: 4 Economie (4 of 5 uur wiskunde) Met drempel: alle andere richtingen zonder economie (bijwerken economie)

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is eerder gericht op studies in het hoger onderwijs (professionele bachelor), voor alle opleidingen binnen het domein van economie, recht, sociologie, informatica enz. Masteropleidingen in deze domeinen zijn enkel haalbaar voor studenten met zeer goede resultaten en een sterke motivatie. Voorbeelden van studierichtingen professionele bachelor: handel, accountancy, administratie, communicatie, onderwijs en opleidingen in sociale en verzorgende sector. Voorbeelden van masteropleiding: economie, rechten, psychologie, sociologie, politieke en sociale wetenschappen, culturele wetenschappen.



Deze ASO-richting heeft een uitgesproken doorstromingsfunctie: zij is gericht op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt. In deze studierichting wordt het inzicht in het economisch gebeuren gecombineerd met het ontwikkelen van de communicatieve vaardigheid. Het abstract-logisch denken in economische modellen en het kritisch leren omgaan met wetenschappelijke en culturele bronnen verrijken elkaar wederzijds. In de derde graad wordt economie abstracter benaderd. Het vak bevat een waaier van contactmogelijkheden met de maatschappelijke realiteit, met het bedrijfsleven en met de juridische aspecten. De algemene of sociale economie bestudeert de menselijke relaties in een land en tussen verschillende landen in de wereld. Het deelvak bedrijfswetenschappen behandelt problemen en relaties die kaderen in het bedrijfsbeleid. Boekhouding is een ondersteunend onderdeel. De leerlingen maken ook kennis met de juridische wetmatigheden waarbinnen de samenleving functioneert.

33

Derde graad

5 Economie-wiskunde


6 Economie-wiskunde

2 1 1 1 4 1/0 3 4 1 2 1 2 4 1 4/5

2 1 1 1 1 4 1/0 2 4 1 2 1 2 1 4 4/5

2 1 2 4 1 3 1 4 2 2 2 4 3

2 1 1 1 4 1 2 1 3 1 2 2 4 6

2 1 2 4 1 3 4 2 2 2 4 3

2 1 1 1 4 1 2 3 1 2 2 4 6


-

-

1 -

1 -

1

1

-

-

-

-

1

1



4 Economie


3 Economie


ECONOMIE-WISKUNDE ASO (32u)

Derde graad ECONOMIE-WISKUNDE ASO

PROFIEL VAN DE LEERLING De richting Economie - Wiskunde kan als een geschikte richting beschouwd worden voor leerlingen die: • over een theoretische intelligentie en abstraherend vermogen beschikken, die zoekers zijn naar orde, zin en samenhang maar dan via het gebruik van modellen, tabellen, grafieken, extrapolaties en symbolen; • belangstelling hebben voor economie, en reeds economie gevolgd hebben in de tweede graad; • voor de cursus wiskunde in de tweede graad een zeer goed resultaat behaalden

INSTROOM Zonder drempel: 4 Economie (5 uur wiskunde) Met drempel: alle andere richtingen zonder economie, maar met 5 uur wiskunde (bijwerken economie)

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is gericht op hoger onderwijs (academische en professionele bachelor of master), voor alle opleidingen binnen het domein van economie, recht, sociologie, informatica enz. Voorbeelden van studierichtingen professionele bachelor: handel, accountancy, administratie, communicatie, onderwijs en opleidingen in sociale en verzorgende sector. Voorbeelden van masteropleiding: economie, rechten, psychologie, sociologie, politieke en sociale wetenschappen, culturele wetenschappen.



Deze ASO-richting heeft een uitgesproken doorstromingsfunctie: zij is gericht op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt. In deze studierichting wordt het inzicht in het economisch gebeuren gecombineerd met het ontwikkelen van de communicatieve vaardigheid. Het abstract-logisch denken in economische modellen en het kritisch leren omgaan met wetenschappelijke en culturele bronnen verrijken elkaar wederzijds. In de derde graad wordt economie abstracter benaderd. Het vak bevat een waaier van contactmogelijkheden met de maatschappelijke realiteit, met het bedrijfsleven en met de juridische aspecten. De algemene of sociale economie bestudeert de menselijke relaties in een land en tussen verschillende landen in de wereld. Het deelvak bedrijfswetenschappen behandelt problemen en relaties die kaderen in het bedrijfsbeleid. Boekhouding is een ondersteunend onderdeel. In het deel recht maken de leerlingen maken ook kennis met de juridische wetmatigheden waarbinnen de samenleving functioneert. In deze studierichting klimt het onderwijs in de wiskunde naar een vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie. De algebra ontwikkelt logaritmen voor het oplossen van vergelijkingen, ongelijkheden en stelsels daarvan. De meetkunde ontwikkelt het inzicht in ruimtelijke situaties en de kennis van de belangrijkste lichamen en hun inhouds- en oppervlakteformules. De analyse ontwikkelt technieken om het gedrag van functies van een variabele te bestuderen en te beschrijven. Statistiek geeft methodes voor het verzamelen, verwerken en interpreteren van gegevens. Kansrekening ontwerpt technieken om te komen tot verantwoorde voorspellingen en beslissingen.

35


36


2 1 1 3 4 1 4 2 2 4 6 4

2 1 2 3 1 4 1 2 1 3 11 3

6 Handel

2 1 3 5 1 4 2 2 4 6 4

5 Handel

4 Handel

Godsdienst Aardrijkskunde Duits Engels Esthetica Frans Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Natuurwetenschappen Nederlands Bedrijfseconomie Wiskunde

3 Handel

Domein handelswetenschappen

HANDEL TSO (34u)

2 1 2 3 1 4 1 2 1 3 11 3

Tweede en derde graad HANDEL TSO INSTAPNIVEAU Instappen in de studierichting Handel kan je vanuit elke basisoptie van de eerste graad. Indien je in de eerste graad koos voor de basisoptie Handel dan heb je voor de vakken handel en dactylografie reeds kennisgemaakt met de handelsactiviteiten en heb je je computervaardigheden uitgebreid.


Wie de overstap naar de studierichting Handel uitstelt tot het 4de of het 5de jaar, mist een deel van de commerciële, wiskundige en boekhoudkundige vorming en heeft vaak een te smalle informaticavorming. Van de jongere wordt een extra inspanning verwacht om via een individueel programma mogelijke achterstanden weg te werken. De school zal hierbij zo nodig ondersteuning bieden. Ook in de loop van het schooljaar kunnen leerlingen normaliter tot 15 januari toegelaten worden. De school zal dan sluitende afspraken maken om de achterstanden weg te werken.

PROFIEL VAN DE LEERLING - een leerling met aanleg en interesse voor bedrijfseconomische, boekhoudkundige, juridische, zakelijk-communicatieve, commerciële en informatica-aspecten; - een leerling met praktische talenkennis (Nederlands, Frans, Engels, Duits); - een leerling met voldoende basiskennis wiskunde; - een leerling met zin voor de attitudes: zelfstandigheid, nauwkeurigheid, orde en stiptheid.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Hoger onderwijs - professionele bachelor: - handelswetenschappen en bedrijfskunde: bedrijfsmanagement, communicatiemanagement, informatiemanagement en –systemen, netwerkeconomie, office management, toegepaste informatica; - onderwijs: kleuter, lager, secundair; - sociaal-agogisch werk: orthopedagogie, sociaal werk. Se-n-Sejaar Handel. Een functie als administratieve kracht in een bedrijf, overheidsdienst of in de dienstensector. Zich vestigen als zelfstandige: het pakket bedrijfsbeheer wordt geïntegreerd in de bedrijfseconomische vakken.



Handel is een polyvalente studierichting. Ze biedt een brede algemene vorming en een bedrijfsgerichte vorming met aandacht voor talen. In de tweede graad Handel doet de leerling een uitgebreide studie van de dubbele boekhouding van een KMO, zowel manueel als met een didactisch boekhoudpakket. Hierbij gaat veel aandacht naar het inzichtelijk benaderen van de boeking aan de hand van een redeneringsschema. De jongere verruimt zijn bedrijfseconomische kennis door in groep een klein project uit te werken, waarbij begeleid zelfstandig leren centraal staat. Hij krijgt de basiswoordenschat van commerciële begrippen en doet eenvoudige verkoopadviezen en hij leert overleggen. Hij leert informaticatoepassingen en hij leert analytisch denken met het oog op programmeren in de derde graad. Een stevig pakket talen (Nederlands, Frans en Engels) en wiskunde ondersteunen het geheel. In de derde graad Handel worden binnen het vak bedrijfseconomie, economische, boekhoudkundige, commerciële en juridische aspecten geïntegreerd aangeleerd. De accenten liggen hierbij op de marketingcomponent. Een stevige algemene vorming en een talenpakket met aandacht voor de praktische vaardigheden in een bedrijfseconomische context ondersteunen het geheel. Om de leerlingen optimaal voor te bereiden op hun opleidingen in het hoger onderwijs wordt er bedrijfsgericht gewerkt rond competenties (kennis en inzicht, attitudes en vaardigheden) en worden er diverse werkvormen gehanteerd (groepswerk, projectwerk, begeleid zelfstandig leren, elearning). Ook de oefenfirma krijgt hier haar plaats. De leerlingen werken in de loop van het zesde jaar aan hun geïntegreerde proef.

37

Derde graad

38

3 Handel

4 Handel

5 Boekhouden-informatica

6 Boekhouden-informatica


BOEKHOUDEN-INFORMATICA TSO (34u)

Godsdienst

2

2

2

2

Aardrijkskunde

1

1

1

1

Duits

-

1

-

-

Engels

3

3

2

2

Esthetica

-

-

1

1

Frans

5

4

3

3

Geschiedenis

1

1

1

1

Informatica

4

4

-

-

Lichamelijke opvoeding

2

2

2

2

Natuurwetenschappen

2

2

1

1

Nederlands

4

4

3

3

Toegepaste informatica

-

-

6

6

Wiskunde

4

4

4

4

Bedrijfseconomie

6

6

8

8


Derde graad BOEKHOUDEN-INFORMATICA TSO INSTAPNIVEAU Deze studierichting kan je pas kiezen vanaf de derde graad. In principe is de tweede graad Handel de logische voorbereiding. Kom je uit een ASO-richting met voldoende wiskunde en economie dan ben je doorgaans goed voorbereid. Indien je uit een andere studierichting komt, moet je er toch rekening mee houden dat de leerplannen verder bouwen op de bedrijfsgerichte vorming (boekhouden, informatica, tekstverwerking, talen) van de tweede graad Handel.


Wie overstapt naar Boekhouden-informatica en niet over de nodige boekhoudkundige, wiskundige en informaticavorming beschikt, moet bereid zijn zelf de achterstand via een individueel programma weg te werken in de beginmaanden van het eerste jaar. De school zal daarbij zo nodig ondersteuning bieden.


een een een een een een

leerling leerling leerling leerling leerling leerling

met bedrijfsgerichte basiskennis (boekhouden, informatica, tekstverwerking), met interesse voor boekhouden, toegepaste informatica en programmeren, met praktische talenkennis (Nederlands, Frans, Engels), met stevige basis wiskunde, die analytisch kan denken, met zin voor de attitudes: zelfstandigheid, nauwkeurigheid, orde en stiptheid.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Hoger onderwijs - professionele bachelor: - handelswetenschappen en bedrijfskunde: toegepaste informatica, bedrijfsmanagement, communicatiemanagement, informatiemanagement en –systemen, netwerkeconomie, office management; - onderwijs: kleuter, lager, secundair; - sociaal-agogisch werk: orthopedagogie, sociaal werk. Se-n-Sejaar Handel Een functie als boekhouder of administratieve kracht in een bedrijf, overheidsdienst of in de dienstensector. Zich vestigen als zelfstandige: het pakket bedrijfsbeheer wordt geïntegreerd in de bedrijfseconomische vakken. studieaanbod 2011-2012


De klemtoon in deze theoretisch-technische studierichting ligt op boekhouden en informatica met ruime aandacht voor wiskunde. Binnen het vak bedrijfseconomie worden economische, boekhoudkundige, commerciële en juridische aspecten geïntegreerd aangeleerd. De boekhoudkundige verrichtingen worden met een professioneel boekhoudpakket verwerkt. Ook het zakelijke taalgebruik (in het Nederlands en twee vreemde talen) en het bedrijfsgericht werken met een professioneel kantoorpakket komen er aan bod. De accenten liggen op de analyse van de boekhouding en het beleid in een industriële onderneming. Binnen toegepaste informatica (6 uur) programmeren de leerlingen bedrijfsgerichte toepassingen. Logisch en stapsgewijs denken bij het oplossen van allerlei problemen is hierbij erg belangrijk. Ook hier willen we de leerlingen optimaal voorbereiden op hun opleidingen in het hoger onderwijs en werken we bedrijfsgericht rond competenties (kennis en inzicht, attitudes en vaardigheden) en worden er diverse werkvormen gehanteerd (groepswerk, projectwerk, begeleid zelfstandig leren, elearning). In de brede algemeen vormende component is er bijzondere aandacht voor de taalvaardigheden (Nederlands, Frans en Engels). Wiskunde vereist een hoger abstractieniveau en is ondersteunend voor de informaticatoepassingen. De leerlingen werken in de loop van het zesde jaar aan hun geïntegreerde proef.

39


40


5 Kantoor

6 Kantoor

7 Kantooradministratie & gegevensbeheer

4 Kantoor

Godsdienst Engels Expressie Frans Informatica Kantoortechnieken: - seminaries - stages Lichamelijke opvoeding Project algemene vakken Secretariaat Toegepaste economie: - administratieve vorming - boekhouden - logistiek - wetgeving Zakelijke com. Nederlands Administratie Integrale opdrachten

3 Kantoor


KANTOOR BSO (34u)

2 3 1 5 6

2 3 1 5 6

2 3 4 -

2 2 2 -

2 2 2 -

2 6 -

2 6 -

4 2 4 6

2 11 2 4 4

12 2 4 -

6 3 -

6 3 -

3 2 2 2 -

2 2 1 -

5 5

Tweede en derde graad KANTOOR BSO INSTAPNIVEAU Instappen in de studierichting Kantoor kan je vanuit elke basisoptie of elk beroepenveld van de eerste graad. Je kon reeds in het beroepsvoorbereidend leerjaar via het beroepenveld Kantoor en verkoop kennismaken met belangrijke vaardigheden in de administratie en dit via de vakken computervaardigheid en handel.


Wie de overstap naar de studierichting Kantoor uitstelt tot in de derde graad en niet uit een handelsgeoriënteerde richting komt, moet bereid zijn zelf de achterstanden weg te werken. De school zal hierbij zo nodig ondersteuning bieden.


een een een een

leerling leerling leerling leerling

met interesse voor zittend, uitvoerend administratief werk, met aanleg voor praktisch taalgebruik (Nederlands, Frans, Engels), met interesse voor toegepaste informatica, die correct en stipt werkt, rekening houdend met afspraken.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Na het zesde jaar Kantoor: - een zevende specialisatiejaar Kantooradministratie en gegevensbeheer; - boekhoudkundig medewerker, secretariaatsmedewerker, magazijnmedewerker; - zich vestigen als zelfstandige: het pakket bedrijfsbeheer is geïntegreerd in de specifiek bedrijfsgerichte vakken. Na het zevende jaar Kantooradministratie en gegevensbeheer: - flexibele kantoorbediende, - vervolmaking door een Se-n-Sejaar TSO Handel, - professionele bachelor in onderwijs: lager, kleuter (studiegebied onderwijs). studieaanbod 2011-2012


De vorming bestaat uit twee componenten: - een communicatieve component waarin praktische aspecten van zakelijke communicatie in het Nederlands, Frans en Engels worden aangebracht; - een bedrijfsgerichte component: In de tweede graad: je leert werken met praktijkdocumenten, je verwerft inzicht in de documentenstroom bij aanen verkoopverrichtingen en je leert eenvoudige verrichtingen boeken in de boekhouding. Je verwerft ict-vaardigheden: tienvingerig blindtypen, tekstverwerking, rekenblad, gegevensblad, presentatiepakket en internet in een administratieve context (BIN-normen én huisstijl); In de derde graad: een stevige vorming waarin de verschillende uitvoerende secretariaatstaken geïntegreerd aangeleerd worden door gebruik van ict, een boekhoudkundige vorming waarbij eenvoudige commerciële verrichtingen in een boekhoudpakket worden verwerkt en een praktische logistieke vorming rond verschillende aspecten van het magazijnwerk. De praktische vaardigheden worden ingeoefend op school in een virtuele kantooromgeving en in het zesde jaar tijdens de stages in het bedrijfsleven en praktisch toegepast in de geïntegreerde proef. In het zevende specialisatiejaar Kantooradministratie en gegevensbeheer worden de verworven boekhoudkundige en secretariële leerinhouden en vaardigheden verdiept en geïntegreerd in bedrijfsgerichte toepassingen (cases en virtueel kantoor). Je kan er het diploma secundair onderwijs behalen.

41

42


Domein Latijn

2de graad Latijn 3de graad Latijn-moderne talen Latijn-wetenschappen Latijn-wiskunde



Als je kiest voor het studiedomein “Latijn”, gaan we er van uit dat de intensieve studie van die taal je niet afschrikt. Je kiest dan nl. voor een vorming waarin het taalkundige, het literaire en het culturele een belangrijke plaats innemen. Je maakt kennis met de Romeinse beschaving, één van de pijlers van onze westerse samenleving. Je bouwt voort op de verworven kennis van de eerste graad, zowel op het vlak van woordkennis als spraakkunst. Dit gebeurt zoveel mogelijk aan de hand van oorspronkelijke teksten zodat je ook steeds meer vertrouwd geraakt met de Romeinse samenleving en cultuur. Interesse in tekstanalyse, grammatica en antieke cultuur zijn aangewezen. Je bent gemotiveerd om dagelijks de aangeboden leerstof thuis te verwerken. Door de Latijnse taal te bestuderen ontwikkel je ook een aantal studievaardigheden die je degelijk voorbereiden op hoger onderwijs: logisch leren denken (analyse, synthese, evaluatie) en een vergroot abstractievermogen zijn daarbij belangrijke troeven. Een brede algemene vorming is het resultaat! In de 3de graad lezen de leerlingen poëtische, historische, filosofische, retorische en juridische teksten. Aan de interpretatie van vorm en inhoud worden hoge eisen gesteld. Hierbij wordt gestreefd naar de ontwikkeling van de literaire smaak en de esthetische gevoeligheid en naar de vorming van het ethisch bewustzijn (openheid voor een humane levensbeschouwing) en van attitudes die transferabel zijn naar andere domeinen. Het studiedomein Latijn kan je in de 3de graad combineren met wiskunde, met wetenschappen of met talen. De studierichting Latijn-wiskunde biedt een doorgedreven cursus wiskunde aan. Net als in de studierichting wetenschappen-wiskunde klimt het onderwijs in de wiskunde naar een vrij hoog niveau van algemeenheid en abstractie. Wie de voorkeur geeft aan iets minder wiskunde, maar zich eerder wil toeleggen op de wetenschappen, vindt in de studierichting Latijn-wetenschappen zijn keuze. Methodische aanpak, uitvoeren van experimenten en oplossen van oefeningen, dat alles krijg je voorgeschoteld in ieder wetenschappelijk vak. Een zeer duidelijk taalgerichte studierichting is natuurlijk Latijn-moderne talen. De combinatie van de rijkdom van de Latijnse taal en de ontwikkeling van de communicatieve vaardigheid in de moderne talen staat centraal. Vreemdetalenonderricht speelt een grote rol bij het ontwikkelen van een aantal belangrijke attitudes: spreekdurf, zelfvertrouwen, luisterbereidheid, beheersing van omgangsvormen, bereidheid om iets van zichzelf prijs te geven in een gesprek, zin voor precisie, enz.

43

Tweede graad

44

3 Latijn

4 Latijn

5 Latijn-moderne talen

5 Latijn-wetenschappen

5 Latijn-wiskunde



6 Latijn-wiskunde

Domein Latijn

LATIJN ASO (32u)

Godsdienst Aardrijkskunde Biologie Chemie Duits Engels Esthetica Frans Fysica Geschiedenis Informatica Latijn Lichamelijke opvoeding Muzikale opvoeding Natuurwetenschappen Nederlands Plastische opvoeding Wiskunde

2 1 1 1 2 4 1 2 1 5 2 4 1 5

2 1 1 1 1 2 3 1 2 1 5 2 1 4 5

2 1 2 3 1 4 2 4 2 2 4 3

2 2 1 2 2 1 3 2 2 4 2 4 4

2 1 1 2 2 1 3 2 2 4 2 4 6

2 1 2 3 4 2 4 2 2 4 3

2 1 2 2 2 3 2 2 4 2 4 4

2 1 1 2 2 3 2 2 4 2 4 6

SEMINARIE-UREN verplicht Agogiek Esthetica Wetenschappen keuze 1 uur keuze uit 10 sem.

-

-

-

1

-

1 1 -

1 -

-

-

-

-

-

-

1

1

1


Tweede graad LATIJN ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

PROFIEL VAN DE LEERLING Noodzakelijke belangstellingspunten - aanleg en belangstelling hebben voor een algemene vorming: het verwerven van inzicht en kennis; - willen verder studeren in het hoger onderwijs; - geleidelijk aan meer geboeid raken door een breed gamma van veelal theoretische en abstracte leerinhouden (zowel in de klassieke talen als in wiskunde en wetenschappen). Noodzakelijke attitudes en vaardigheden - openheid, kritische zin, goed intermenselijk contact, - bereid zijn grondig in te gaan op de theoretische uitdieping van de leerstof, - creatief kunnen denken om de aangeboden leerinhouden kritisch te beoordelen, - grote leerstofgehelen persoonlijk kunnen bewerken en instuderen, - een ruime en open intellectuele en culturele nieuwsgierigheid betonen. Eisen inzake hoofd- en richtingsvakken Latijn: - goede resultaten, - de bereidheid en het vermogen bezitten om de basisleerstof voortdurend op peil te houden, - het vermogen tot analyse en synthese van een tekst analoog aan bestudeerde teksten, - bereidheid om dieper op een tekst in te gaan via analyse en synthese. Wiskunde: - aanleg / zeer goede resultaten, - niet behandelde oefeningen kunnen oplossen, steunend op gekende principes en theorieën. Wetenschappen: - probleemoplossend vermogen: behandelde basisprincipes en theorieën kunnen toepassen.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN


Deze ASO-studierichting is sterk abstract-theoretisch georiënteerd. De vorming heeft een uitgesproken doorstromingskarakter, d.w.z. ze is gericht op vervolgstudie in het hoger onderwijs. Het onderwijs is er ook essentieel gericht op algemene vorming. Het vak Latijn laat de leerlingen kennismaken met de wortels van onze taal en cultuur en geeft dus een brede, algemene vorming. Tegelijkertijd worden studievaardigheden aangescherpt die degelijk voorbereiden op hoger onderwijs, vooral in humane en positieve richtingen. De Latijnse taalstudie (vooral tweede graad) ontwikkelt bij de leerling het abstract denken en geeft een dieper inzicht in de werking van taal. De lectuur van Latijnse auteurs brengt de leerlingen in contact met de beschavingen die de pijlers zijn van onze westerse wereld. Het vak wiskunde (5u) krijgt in deze studierichting alle aandacht en is door de studie van algebra, meetkunde, analyse, statistiek en kansrekening, erg abstract. Hier wordt de basis gelegd voor begrippen en methoden die ook in de andere wetenschappen gehanteerd worden. De component wetenschappen (fysica, chemie, biologie) legt een goede basis om overgangen naar studierichtingen in de derde graad (richtingen met accent op de wetenschappen) vlekkeloos te laten verlopen. De leerinhoud voor wetenschappen van deze studierichtingen is dezelfde als in de studierichting wetenschappen (weliswaar 1u i.p.v. 2u). Logische overgangen naar studierichtingen in de derde graad: alle richtingen in de derde graad.

De studiekeuze in het vervolgonderwijs is hoofdzakelijk gericht op het niveau master of bachelor in alle mogelijke studierichtingen. Op dit niveau zijn de slaagkansen goed.


45

Derde graad

46

3 Latijn

4 Latijn



5 Latijn-wiskunde



6 Latijn-wiskunde

Domein Latijn

LATIJN-MODERNE TALEN ASO (32u)


2 1 1 1 2 4 1 2 1 5 2 4 1 5

2 1 1 1 1 2 3 1 2 1 5 2 1 4 5

2 1 2 3 1 4 2 4 2 2 4 3

2 2 1 2 2 1 3 2 2 4 2 4 4

2 1 1 2 2 1 3 2 2 4 2 4 6

2 1 2 3 4 2 4 2 2 4 3

2 1 2 2 2 3 2 2 4 2 4 4

2 1 1 2 2 3 2 2 4 2 4 6


-

-

-

1

-

1 1 -

1 -

-

-

-

-

-

-

1

1

1


Derde graad LATIJN-MODERNE TALEN ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING Deze ASO-richting heeft een uitgesproken doorstromingsfunctie: zij is gericht op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt. In deze studierichting wordt het ontwikkelen van de communicatieve vaardigheid gecombineerd met de openbaring van de rijkdom van de Latijnse taal, beschaving en cultuur. De studie van het “dode”Latijn en het actieve gebruik van enkele westerse talen levert - naast de pure opbrengst van de gebruikskennis van de moderne taal - een belangrijke bijdrage tot de vorming van het abstracte en logische denken, tot de zin voor analyse en nauwkeurig werken. Deze studierichting is geschikt voor leerlingen die • willen reflecteren op taal en inzicht willen krijgen in het functioneren ervan; • attitudes als spreekdurf, zelfvertrouwen, luisterbereidheid, zin voor precisie willen ontwikkelen; • goede communicatieve vaardigheden bezitten; • een uitgesproken doorzettingsvermogen hebben; • in de tweede graad Latijn gevolgd hebben en een goed resultaat behaalden voor zowel Latijn als talen.

INSTROOM Zonder drempel: 4 Latijn

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is hoofdzakelijk gericht op het niveau academische bachelor- en masteropleiding, in een breed gamma van studierichtingen. Er dienen zich slechts beperkingen aan voor de meer wiskundig-wetenschappelijke vervolgrichtingen.



PROFIEL VAN DE LEERLING

47

Derde graad

48

3 Latijn

4 Latijn



5 Latijn-wiskunde



6 Latijn-wiskunde

Domein Latijn

LATIJN-WETENSCHAPPEN ASO (32u)


2 1 1 1 2 4 1 2 1 5 2 4 1 5

2 1 1 1 1 2 3 1 2 1 5 2 1 4 5

2 1 2 3 1 4 2 4 2 2 4 3

2 2 1 2 2 1 3 2 2 4 2 4 4

2 1 1 2 2 1 3 2 2 4 2 4 6

2 1 2 3 4 2 4 2 2 4 3

2 1 2 2 2 3 2 2 4 2 4 4

2 1 1 2 2 3 2 2 4 2 4 6


-

-

-

1

-

1 1 -

1 -

-

-

-

-

-

-

1

1

1


Derde graad LATIJN-WETENSCHAPPEN ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

PROFIEL VAN DE LEERLING Deze studierichting is geschikt voor leerlingen die • sterk theoretisch zijn ingesteld en een uitgesproken doorzettingsvermogen hebben, gepaard aan een belangstelling voor structureren en problemen oplossen; • een uitgesproken doorzettingsvermogen hebben; • in de tweede graad Latijn gevolgd hebben en een goed resultaat behaalden voor zowel Latijn als alle wetenschappelijke vakken.


TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is hoofdzakelijk gericht op het niveau academische bachelor- en masteropleiding, in heel wat studierichtingen.



Deze ASO-richting heeft een uitgesproken doorstromingsfunctie: zij is gericht op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt. De combinatie van een verbaal-literaire met een exact-wetenschappelijke component vormt het eigene van deze studierichting. Via het Latijn komen de leerlingen in contact met de taal, cultuur en literatuur van de Romeinen en via de wetenschappen met de natuurverschijnselen waarin het dagelijkse leven zich afspeelt. Beide componenten doen een bijzonder beroep op de methodische aanpak, zowel bij het uitvoeren van experimenten en het oplossen van oefeningen als bij het lezen van teksten. Kennis van Latijnse woorden en stammen van woorden kan bijdragen tot het beter hanteren van wetenschappelijke termen en begrippen die hierop teruggaan. In ieder wetenschappelijk vak wordt tijd en aandacht besteed aan het verzamelen van empirisch materiaal: experimentele waarnemingen in het labo, veldwerk, bekijken van audiovisueel materiaal, gegevens opzoeken... De leerlingen worden geoefend in het kritisch leren analyseren en evalueren van dit feitenmateriaal. Op die manier worden zij getraind in het zgn. modeldenken (door inductie leren verklaringen geven voor natuurwetenschappelijke verschijnselen).

49

Derde graad

50

3 Latijn

4 Latijn



5 Latijn-wiskunde



6 Latijn-wiskunde

Domein Latijn

LATIJN-WISKUNDE ASO (32u)


2 1 1 1 2 4 1 2 1 5 2 4 1 5

2 1 1 1 1 2 3 1 2 1 5 2 1 4 5

2 1 2 3 1 4 2 4 2 2 4 3

2 2 1 2 2 1 3 2 2 4 2 4 4

2 1 1 2 2 1 3 2 2 4 2 4 6

2 1 2 3 4 2 4 2 2 4 3

2 1 2 2 2 3 2 2 4 2 4 4

2 1 1 2 2 3 2 2 4 2 4 6


-

-

-

1

-

1 1 -

1 -

-

-

-

-

-

-

1

1

1


Derde graad LATIJN-WISKUNDE ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

PROFIEL VAN DE LEERLING Deze studierichting is geschikt voor leerlingen die • sterk theoretisch zijn ingesteld en een uitgesproken doorzettingsvermogen hebben, gepaard aan een belangstelling voor structureren en problemen oplossen; • een uitgesproken doorzettingsvermogen hebben; • in de tweede graad Latijn gevolgd hebben en een goed resultaat behaalden voor zowel Latijn als wiskunde.


TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is hoofdzakelijk gericht op het niveau van academische bachelor- en masteropleiding, in alle mogelijke studierichtingen. Op dit niveau zijn de slaagkansen zeer goed.



Deze ASO-richting heeft een uitgesproken doorstromingsfunctie: zij is gericht op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en niet op de arbeidsmarkt. De eigenheid van de combinatie van Latijn met wiskunde ligt op de eerste plaats in de hoge graad van formele vorming die door beide componenten wordt nagestreefd. Via de taal en het getal worden de leerlingen op bijzondere wijze geoefend in de vaardigheid tot abstract en logisch denken, in het ontdekken van ordeningsprincipes, in de vaardigheid tot concluderen en structureren. Door de sequentiële opbouw (het vorige moet je kennen om aan het volgende te beginnen) van zowel Latijn als wiskunde, stelt de studierichting hoge eisen aan het geheugen en de bereidheid en het doorzettingsvermogen om de vroeger opgedane kennis voortdurend te onderhouden.

51

52


Domein Sociale wetenschappen Het domein van de sociale en humane wetenschappen is gericht op het begrijpen van menselijke gedragingen en producten. Je verkent de wisselwerking tussen mens, voeding en milieu en je eigen positie daarin. Dit domein trekt jongeren aan die met mensen willen omgaan en werken, jongeren die zich kunnen ten dienste stellen van anderen, medemensen willen verzorgen, begeleiden of onderwijzen.

De studierichting Sociale en technische wetenschappen richt zich voornamelijk tot sociaalvoelende jongeren met interesse voor natuurwetenschappen. Zes uur per week werk je individueel en in groep om een praktische opdracht uit te werken in verband met natuurwetenschappen, sociale wetenschappen en voeding. Zo ontwikkel je heel wat competenties (kennis, vaardigheden en attitudes) op een actieve en zelfstandige manier. Sociale en technische wetenschappen biedt dus een goed evenwicht tussen enerzijds algemeen theoretische vakken en technische vakken en praktijkvakken anderzijds. Bovendien is de studierichting geschikt voor jongeren met mogelijkheden om talen aan te leren en voldoende wiskundig-wetenschappelijke bagage op te doen. De studierichtingen Verzorging-voeding en Verzorging mikken op die groep jonge mensen die zich liefdevol en vakbekwaam in willen zetten voor het kind, het gezin en de bejaarde. De drie pijlers waarop deze studies steunen zijn: zorg voor de mens, zorg voor voeding, zorg voor leef- en woonomgeving. Dit vraagt van jou heel wat inzet, bereidwilligheid, verantwoordelijkheid en zin voor orde en netheid. Voornaamheid in voorkomen, taal en omgang zijn daarbij even belangrijk.

2de graad humane wetenschappen sociale en technische wetenschappen verzorging-voeding 3de graad humane wetenschappen sociale en technische wetenschappen verzorging studieaanbod 2011-2012


In de algemeen vormende studierichting Humane wetenschappen bestudeer je de mens en zijn gedragingen als individu of als lid van een groep. Dat betekent dat je graag over menselijke en maatschappelijke situaties nadenkt en er een mening over wil vormen. De lessen in deze studierichting worden uitgebouwd rond een aantal uitdagende vragen: • hoe worden jonge mensen zichzelf? • hoe ontstaan relaties tussen mensen? • hoe functioneert een samenleving?

53


54

3 Humane wetenschappen

4 Humane wetenscahppen



Domein sociale wetenschappen

HUMANE WETENSCHAPPEN ASO (32u)

Godsdienst Aardrijkskunde Aardrijkskunde (socio-econ.) Biologie Chemie Cultuurwetenschappen Duits Engels Esthetica Frans Fysica Gedragswetenschappen Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Muzikale opvoeding Natuurwetenschappen Nederlands Plastische opvoeding Wiskunde

2 1 1 1 2 3 4 1 3 2 1 2 4 1 4

2 1 1 1 2 1 2 4 1 3 2 1 2 1 4 4

2 1 1 3 2 1 3 3 2 2 2 4 3

2 1 1 3 2 3 3 2 2 2 4 3

SEMINARIE-UREN verplicht Agogiek Klassiek-culturele vorming Esthetica keuze 1 uur keuze uit 10 sem.

-

-

2 1 -

1 1 1

-

-

-

1


Tweede en derde graad HUMANE WETENSCHAPPEN ASO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

PROFIEL VAN DE LEERLING Noodzakelijke belangstellingspunten - aanleg en belangstelling hebben voor een algemene vorming; - willen verder studeren in het hoger onderwijs; - van de tweede naar de derde graad meer en meer geboeid geraken door een breed gamma van abstracte leerinhouden, in het bijzonder in gedrags- en cultuurwetenschappen. Noodzakelijke attitudes en vaardigheden - openheid, kritische zin, goed intermenselijk contact, - bereidheid om in andere talen te lezen, te spreken, te schrijven en te luisteren, - ruime interesse voor cultuur, de mens en de maatschappij, - creatief kunnen denken om de aangeboden leerinhouden kritisch te beoordelen. Eisen inzake richtingsvakken Algemeen: - goede resultaten voor alle vakken, - in staat zijn zelfstandig te werken, - communicatieve vaardigheden bezitten (lezen, luisteren, spreken, schrijven), - sterk inzicht in teksten hebben, - vaardigheid hebben om in aangeboden tekstmateriaal een structuur te herkennen.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN De studiekeuze in het vervolgonderwijs is gericht zowel op bachelor- als op masterniveau, voor alle opleidingen met sociale en culturele inslag: - master: geschiedenis, kunstwetenschappen, talen, psychologie, pedagogie, pol. en soc. wet., rechten - professionele bachelor: lerarenopleiding (onderwijzer - regent), orthopedagogie, maatschappelijk werk, communicatiebeheer, gezondheidszorg.



Deze ASO-studierichting is behoorlijk abstract-theoretisch georiënteerd. De vorming heeft duidelijk een doorstromingskarakter, d.w.z. dat de vorming gericht is op vervolgstudie in het hoger onderwijs. Het onderwijs is er ook essentieel gericht op algemene vorming. De vakken in de basisvorming (27u / week) zijn dezelfde als in de andere ASO-richtingen en worden ook op dezelfde manier geëvalueerd. In het fundamentele gedeelte worden eigen accenten gelegd. Cultuurwetenschappen: hierin bestudeer je cultuurfenomenen als uitingen van mens en samenleving. Je maakt er kennis met economie, recht, filosofie, media en kunst en met de wetenschappen die deze domeinen bestuderen. Je ontwikkelt een gevoeligheid voor kunst en andere cultuuruitingen (vb. jongerenculturen, media...). Je krijgt in dit vak zicht op de samenhang van cultuurverschijnselen en de cultuuroverdracht in de samenleving. Gedragswetenschappen: hier staat de mens als individu en het samenleven van mensen in de maatschappij centraal. Je maakt er kennis met een aantal visies op mens en samenleving, vanuit verschillende wetenschappelijke disciplines, vooral uit de psychologie, de sociologie en de antropologie. Het gaat in dit vak over het bestuderen van de levensloop van de mens, vanuit verschillende invalshoeken. De nadruk ligt op groei en ontwikkeling van de mens. In de tweede graad ligt het accent op observeren, analyseren en beschrijven van menselijke, maatschappelijke en culturele verschijnselen. In de derde graad worden de leerinhouden complexer en verder uitgediept. Het accent verschuift dan naar synthese, toepassing en het vormen van een eigen mening. Logische overgangen naar studierichtingen in de derde graad: - ASO: Humane wetenschappen - TSO: Sociaal-technische wetenschappen

55


56


5 Sociale en techn. wet.

2 1 2 3 1 1 8 2 4 4 3 3

2 1 2 3 1 1 8 2 4 4 3 3

2 1 2 3 1 7 2 5 4 4 3



Godsdienst Aardrijkskunde Engels Frans Geschiedenis Informatica Integrale opdrachten Lichamelijke opvoeding Natuurwetenschappen Nederlands Sociale wetenschappen Wiskunde



SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN TSO (34u)

2 1 2 3 1 7 2 5 4 4 3

Tweede en derde graad SOCIALE EN TECHNISCHE WETENSCHAPPEN TSO INSTAPNIVEAU Instappen in de studierichting Sociale en technische wetenschappen in het derde jaar kan je vanuit elke basisoptie in de eerste graad. Indien je in de eerste graad koos voor de basisoptie Sociale en technische vorming, heb je al kennis gemaakt met het samenspel van mens, voeding en milieu.


Wie de overstap naar de studierichting STW uitstelt tot in de derde graad moet bereid zijn zelf de achterstanden via een individueel programma weg te werken. De school zal hierin zo nodig ondersteuning bieden.

PROFIEL VAN DE LEERLING - een leerling die zelfstandig en met verantwoordelijkheidszin in groep opdrachten tot een goed einde kan brengen; - een leerling die open staat voor zelfevaluatie en wil groeien om zo bepaalde competenties, verbonden aan de studierichting, te verwerven; - een leerling die sociale vaardigheden wil ontwikkelen en al sociaalvoelend is; - een leerling met interesse voor natuurwetenschappen, specifiek op het brede terrein van de voeding; - een creatieve leerling die ook graag met zijn handen werkt; - een leerling met zin voor nauwkeurigheid en zorg voor de kwaliteit van zijn handelen.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Hoger onderwijs - professionele bachelor: - onderwijs: kleuter, lager, secundair; - gezondheidszorg: biomedische laboratoriumtechnologie, ergotherapie, logopedie, medische beeldvorming, orthopedie, voedings-en dieetkunde, verpleegkunde; - sociaal-agogisch werk: orthopedagogie, sociaal werk, toegepaste psychologie. Een Se-n-Sejaar TSO: internaatswerking, leefgroepenwerking, tandartsassistente, animator in de ouderenzorg. Een hogere beroepsopleiding verpleegkunde (HBO5).



STW is zowel sociaal als wetenschappelijk gericht en verstrekt een brede algemene vorming met het oog op vervolgonderwijs. Als leerling verken je de wisselwerking mens, voeding en milieu en je eigen positie daarin. De wetenschappelijke onderbouwing gebeurt vanuit natuurwetenschappen en sociale wetenschappen. Je verwerft ondersteunende kennis en vaardigheden op vlak van natuurwetenschappen en sociale wetenschappen. Je ontwikkelt een aantal competenties: binnen een welomschreven opdracht sociaal-wetenschappelijke en natuurwetenschappelijke onderwerpen onderzoeken; een persoonsgebonden activiteit voor een groep organiseren of een maaltijd voor een groep plannen, voorbereiden en bereiden; iets mondeling voor een groep presenteren en je eigen studieloopbaan in handen nemen. Via integrale opdrachten wordt de theorie van de kernvakken omgezet in opdrachten waarbij de leerling, onder begeleiding van de leerkracht als coach, moet groeien om bepaalde competenties te verwerven.

57


58


2 2 1 2 1 2 6 18 -

2 2 2 4 6 6 2 10 -

6 Verzorging

2 2 1 2 1 2 6 18 -

5 Verzorging

4 Verzorging-voeding

Godsdienst Frans Informatica Lichamelijke opvoeding Muzikale opvoeding Plastische opvoeding Project algemene vakken Verzorging-voeding Omgangskunde (praktijk + theorie) Verzorging (praktijk + theorie) Zorg voor leef- en woonsituatie Stage (huishoudkunde-opvoedkunde-verzorging) Participatie aan de arbeidswereld

3 Verzorging-voeding


VERZORGING-VOEDING / VERZORGING BSO

2 2 2 4 5 5 2 10 2

Tweede en derde graad VERZORGING-VOEDING / VERZORGING BSO INSTAPNIVEAU Instappen in de studierichting Verzorging-voeding kan je vanuit elk beroepenveld of elke basisoptie van de eerste graad. In het beroepsvoorbereidend leerjaar kon je reeds kiezen voor het beroepenveld Verzorging-voeding. Hier lag de nadruk op de zorg voor de eigen voeding, de eigen kleding en de eigen leefruimten



een een een een een een

leerling leerling leerling leerling leerling leerling

die sociaalvoelend is en graag omgaat met kinderen en bejaarden, die enthousiast is en geïnteresseerd om door ervaring te leren, met een groot aanpassings- en inlevingsvermogen, met verantwoordelijkheidszin die graag zorgt voor anderen, met een prima lichamelijke en geestelijke gezondheid, met voldoende communicatieve vaardigheden.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Na het zesde jaar bezit je de basiskwalificatie om het beroep van verzorgende uit te oefenen. Je kan overstappen naar: - het zevende specialisatiejaar Kinderzorg of Thuis- en bejaardenzorg dat je basiskwalificatie verdiept; je behaalt er je diploma secundair onderwijs. Eventueel kan je verder studeren voor opvoedster of professionele bachelor in onderwijs (kleuter); - de vierde graad ziekenhuisverpleegkunde of psychiatrische verpleegkunde. Je kan tewerkgesteld worden in rusthuizen voor bejaarden, RVT-diensten, kinderdagverblijven, bij onthaalmoeders en in kleuterscholen.



Verzorging-voeding (2de graad) In de tweede graad maak je kennis met de wereld van zorg en diensten. Je verwerft competenties op vlak van de indirecte (groot- en kleinhuishouding) en de directe zorg (zorg en begeleiding van kinderen en volwassenen). Je ontdekt binnen een aantal contexten je kwaliteiten, mogelijkheden en interesses in functie van een verdere oriëntering naar de directe zorg of indirecte dienstverlening. Je verwerft ondersteunende kennis en vaardigheden op vlak van huishouding (maaltijdzorg, linnenzorg en interieurzorg), expressie, communicatie en gezondheid binnen de zelfzorg en de mantelzorg of de zorg binnen je eigen omgeving. Verzorging (3de graad) In de studierichting Verzorging leer je totaalzorg op maat bieden aan jonge en oudere zorgvragers in een eenvoudige zorgsituatie en in teamverband. Je begeleidt en ondersteunt de zorgvrager bij de activiteiten van het dagelijks leven (rusten en slapen, eten en drinken, lichaams- en huidverzorging, aanen uitkleden). Je gaat hierbij methodisch te werk, rekening houdend met een aantal basisprincipes zoals belevingsgericht, zelfzorggericht, comfortgericht, ergonomisch, economisch, ecologisch, hygiënisch en veilig werken. Je staat de verpleegkundige bij en werkt samen met het paramedisch team. Het is ook belangrijk dat je bij dit alles op een gemoedelijke manier met mensen leert omgaan, maar toch voor de zorgvrager voldoende ontwikkelingskansen blijft creëren. Om dit alles echt onder de knie te krijgen ga je 1/3 van het schooljaar op stage. De stageactiviteiten vinden plaats in kinderdagverblijven, bij onthaalmoeders, in kleuterscholen, in rusthuizen voor bejaarden en in RVT-diensten. De instap in de derde graad Verzoring uit andere TSO- of BSO-studierichtingen is zeer goed mogelijk als de leerling het juiste profiel heeft en bereid is eventuele achterstand in de praktische vakken bij te werken. De school zal hierbij zo nodig ondersteuning bieden.

59

60


Domein Technologische wetenschappen Ben je praktisch ingesteld en leer je liever ervaringsgericht? Heb je een ruime belangstelling voor techniek en nijverheid? Het studiedomein “technologische wetenschappen” bestrijkt heel wat interessevelden: mechanica, elektriciteit en elektronica, centrale verwarming, koeltechnieken, vormgeving...

In het beroepsonderwijs is het via een 7de jaar tevens mogelijk je verder te specialiseren met de mogelijkheid tot het behalen van een diploma secundair onderwijs. Een greep uit de leerinhouden • je leert hoe je een koel- en verwarmingsinstallatie moet berekenen, opbouwen, aansluiten, opstarten en afregelen. • je leert allerlei materialen bewerken (staal, aluminium): boren, frezen, vijlen, slijpen... en CNC-machines gebruiken. • je leert alles over verdeelkasten, spanning, weerstand, stroomsterkte, schakelaars, beveiligingsapparatuur, elektrische installaties voor woningen en industrie... • via CAD leer je elektronische en elektrotechnische ontwerpen maken.

2de graad basismechanica elektrische installaties elektrotechnieken industriële wetenschappen mechanische technieken

3de graad centrale verwarming en sanitaire inst. elektrische installaties elektrische installatietechnieken elektromechanica industriële elektriciteit (7de jaar) industriële warmtetechnieken (Se-n-Se) industriële wetenschappen koel- en warmtechnieken mechanische vormgevingstechnieken stuur- en beveiligingstechnieken (Se-n-Se) verwarmingsinstallaties (7de jaar) studieaanbod 2011-2012


Binnen de verschillende opleidingen brengen we je de nodige kennis en vaardigheden bij om je voor te bereiden op zowel verdere studies als op een plaats in de arbeidsmarkt. Met een technische opleiding bouw je mee aan de toekomst, waarin techniek en technologie steeds meer een centrale plaats innemen.

61

Tweede graad

62

3 Basismechanica

4 Basismechanica

Domein technologische wetenschappen

BASISMECHANICA BSO (32u)

Godsdienst Informatica Lichamelijke opvoeding Maatschappelijke vorming Nederlands Wiskunde

2 1 2 2 2 2

2 1 2 2 2 2

Techniek en realisaties Uitvoeringsmethoden Realisaties

6 15

6 15


Tweede graad BASISMECHANICA BSO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

Van de vakken mechanica, metaalbewerking en technologie worden de basisbegrippen en de technologische aspecten verkend. Ook de praktijklessen bestrijken het hele gamma technische vakken. Ze zijn als volgt verdeeld: bankwerk, draaien, frezen, slijpen, elektrische schakeltechniek, knippen en plooien, diverse vormen van lassen, basistechnieken in centrale verwarming en sanitaire installaties. De leerlingen maken kennis met eenvoudige en vaak gebruikte meetgereedschappen en handgereedschappen. Zij leren deze instrumenten in de praktijk gebruiken en onderhouden. De leerplandoelstellingen (mechanica, elektriciteit, technologie, technisch tekenen, praktijk) worden gerealiseerd via projecten. Deze nieuwe aanpak vindt plaats in een krachtige leeromgeving waarbij het leerproces van de leerling centraal staat. Zo leert men bijvoorbeeld werken in teamverband. Probleemsituaties worden in alle deelvakken aangepakt, waardoor de leerling een grote mate van succesbeleving zal ondervinden. Leerlingen doen ook aan zelfevaluatie.

PROFIEL VAN DE LEERLING - duidelijke interesse voor de praktische kant van de techniek, - enthousiasme en motivatie om door ervaring te leren, - handigheid, zorg en accuraatheid om de vele praktijkoefeningen uit te voeren.

LOGISCHE OVERGANGEN NAAR DE DERDE GRAAD Na de tweede graad Basismechanica BSO is er een ruime keuze aan studiemogelijkheden in de derde graad BSO. In onze scholengemeenschap (TISJ) kan men terecht in de derde graad Centrale verwarming en sanitaire installaties.



Kenmerken: De studierichting Basismechanica is erg praktisch gericht en zeer polyvalent. Ze bereidt voor op bijna alle richtingen van de studiegebieden koeling en warmte in de derde graad BSO. De leerling krijgt de basisleerstof van mechanica, elektriciteit en metaalbewerking. Tijdens de praktijklessen leert hij werken met diverse soorten gereedschap, controlemiddelen en machines: boormachines, draaibanken, freesmachines, plaatscharen, plooibanken, lasapparaten. De leerling krijgt een brede praktische opleiding in verschillende technieken zoals zagen, boren, draaien en frezen, lassen, meten, enz.

63

Derde graad

64

5 Centrale verwarming & sanitaire installaties

6 Centrale verwarming & sanitaire installaties

7 Verwarmingsinstallaties (31-35u)


CENTRALE VERWARMING EN SANITAIRE INSTALLATIES BSO (34u)

Godsdienst Bedrijfsbeheer Frans Lichamelijke opvoeding Maatschappelijke vorming Nederlands Wiskunde

2 2 2 2 -

2 2 2 2 -

2 41 2 2 2 2 2

Techniek en realisaties Uitvoeringsmethoden Realisaties

8 18

8 18

6 13

1

Facultatief keuzevak (getuigschrift bedrijfsbeheer)


Derde graad CENTRALE VERWARMING EN SANITAIRE INSTALLATIES BSO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING


duidelijke interesse voor de praktische kant van de techniek, verantwoordelijkheidszin en sociale vaardigheden, enthousiasme en motivatie om door ervaring te leren, handigheid, zorg en accuraatheid om de vele praktijkoefeningen uit te voeren.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Er is tewerkstelling voor de afgestudeerden als installateur, onderhoudstechnicus of hersteller van sanitaire installaties, centrale verwarming en brandbeveiligingssystemen. Bovendien kunnen ze aan de slag als technicus in gespecialiseerde firma’s. Uiteraard zijn er bij dit alles uitgroeimogelijkheden tot een zelfstandig beroep. Daarnaast behoren ook allerlei uitvoerende functies in de industrie tot de mogelijkheden. Leerlingen kunnen in onze scholengemeenschap (TISJ) nog een specialisatiejaar volgen en zo het diploma secundair onderwijs behalen. Het gaat om het zevende jaar Beroepssecundair Onderwijs Verwarmingsinstallaties. Daar kunnen de leerlingen ook een attest van "Brandertechnicus" behalen.



Deze opleiding van de derde graad sluit aan bij de tweede graad Basismechanica. De doorgedreven praktische vorming leidt de leerlingen op tot bekwame vakmensen die klaar zijn voor de arbeidsmarkt. De leerlingen leren er sanitaire en verwarmingsinstallaties te plaatsen, ze te onderhouden en te herstellen. Daarnaast gaat ook aandacht naar koper- en zinkbewerking en lassen-constructie. De algemene vorming in deze studie is heel beperkt. De leerlingen moeten begrip hebben van soorten verwarmings- en sanitaire installaties in het huis met de verschillende mogelijkheden voor warmwaterproductie en waterbehandeling. De kennis en het uitvoeren van werkzaamheden aan pompen, afvoerleidingen, courante buisverbindingen, verluchtingen, gas-, lucht- en rookkanalen behoren eveneens tot het programma. Bij dat alles is kennis van reglementering en veiligheid noodzakelijk. De leerlingen dienen ook in staat te zijn om sanitaire apparaten te installeren, meet- en controleapparatuur te plaatsen en te gebruiken. Ze moeten leidingen van koper en kunststof kunnen gebruiken, een volledige brandercontrole uitvoeren en een installatie kunnen afregelen. Het is wenselijk dat zij ook kennis en vaardigheid opdoen over warmeluchtinstallaties, verdeling door stoom of water onder hoge druk en industriële installaties.

65


66

3 Elektrische installtaies (32u)

4 Elektrische installaties (32u)



7 Industriële elektriciteit (31-35u)


ELEKTRISCHE INSTALLATIES BSO (32-34u)

Godsdienst Bedrijfsbeheer Frans Lichamelijke opvoeding Maatschappelijke vorming Nederlands Toegepaste informatica Wiskunde

2 2 2 2 1 2

2 2 2 2 1 2

2 2 2 2 -

2 2 2 2 -

2 41 2 2 2 2 2

Techniek en realisaties Elektriciteit en laboratorium Industriële projecten Uitvoeringsmethoden Realisaties Uitvoeringsmet. en realisaties

2 19

2 19

4 6 16 -

4 6 16 -

11 8 -

1



Tweede en derde graad ELEKTRISCHE INSTALLATIES BSO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING


duidelijke interesse voor de praktische kant van de techniek, verantwoordelijkheidszin en sociale vaardigheden, enthousiasme en motivatie om door ervaring te leren, handigheid, zorg en accuraatheid om de vele praktijkoefeningen uit te voeren.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Na de opleiding kan de afgestudeerde als zelfstandig elektricien van huisinstallaties aan de slag. Hij kan ook tewerkgesteld worden als installatiemonteur, bedradingsmonteur of als technicus voor onderhouds- en herstellingswerkzaamheden. Wie wil kan in TISJ een aanvullend zevende specialisatiejaar volgen: Industriële elektriciteit (IE).



Zoals elke BSO-afdeling leidt ook Elektrische installaties de leerlingen op tot bekwame vakmensen. In de tweede graad worden de leerlingen vertrouwd gemaakt met elektrische basisschakelingen en maken kennis met de zeer concrete toepassingen van elektriciteit. In de tweede graad staat de gewone huishoudelijke installatie centraal. Alle mogelijke lichtschakelingen, stopcontacten, bedrading van verdeelkasten en aansluitingen van toestellen komen aan bod. In de derde graad richt de leerstof zich op het uittekenen van installaties, de prijsberekening en de praktische uitvoering ervan. Ook het aansluiten en het onderhouden van elektrische machines worden in de praktijklessen grondig behandeld. Ten slotte leert men ook huishoudtoestellen te herstellen. Naast een beperkte algemene vorming is er een grondige inwijding in alle technieken van het elektrisch installeren. Vooral de elektrische verwarming en specifieke lichtinstallaties komen aan bod. De leerling moet alle nodige elektrische installaties kunnen plaatsen. Hij moet tevens in staat zijn – met een gegeven schema – fouten op te zoeken en kleine herstellingen uit te voeren. Tijdens de opleiding worden tal van industriële schakelingen systematisch ingeoefend. Het onderhoud en de herstelling van elektrische huishoudapparaten krijgen de nodige aandacht. Nieuwe technieken zoals programmeerbare sturingen (PLC) worden toegepast. Tevens worden elementaire begrippen van de elektronica behandeld (bv. voedingsapparaten, dimmers, snelheidsregelingen…). In het laboratorium is er niet alleen aandacht voor de theoretische aspecten van sterkstroom, ook de PLC-besturingsfuncties worden grondig behandeld. De leerling verwerft inzicht in de gebruikte materialen bij moderne huis- en nijverheidsinstallaties (bv. verdeel- en stuurkasten, beveiligings- en automatiseringstoestellen, enz.). Ook de moderne elektrohuishoudapparaten krijgen de nodige aandacht.

67

Derde graad

68


6 Elektromechanica

Godsdienst Aardrijkskunde Engels Frans Geschiedenis Lichamelijke opvoeding Nederlands Wiskunde Techniek en realisaties Elektromechanische processen

5 Elektromechanica


ELEKTROMECHANICA TSO (34u)

2 1 2 2 1 2 2 3

2 1 2 2 1 2 2 3

19

19

Derde graad ELEKTROMECHANICA TSO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING Elektromechanica biedt naast de algemene vorming een zeer brede waaier van theoretische technische vakken. Leerlingen Elektromechanica leren problemen met meervoudige aspecten (elektrisch-elektronisch-mechanisch) oplossen, meetinformatie interpreteren en een aantal gerichte technische vaardigheden ontwikkelen zodat ze kunnen instaan voor toezicht, onderhoud en herstelling van allerlei apparatuur.

PROFIEL VAN DE LEERLING - belangstelling voor de theoretische kant van de industriële techniek; - een positieve studiementaliteit en permanente inzet, want dat is nodig om te slagen voor de technisch vakken die een continu karakter hebben; - behoorlijk wat wiskundig inzicht (vooral probleemoplossend denken is belangrijk) en voldoende taalbeheersing (nadruk op de receptieve vaardigheden); - voldoende handigheid, zorg en accuraatheid om praktijkoefeningen uit te voeren.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Elektromechanica is een studierichting met een ruime waaier aan ontplooiingskansen. De toekomstmogelijkheden situeren zich voornamelijk in de industriële sector. De meest logische studiekeuze in het vervolgonderwijs is gericht op een profesionele bacheloropleiding in het studiegebied “Industriële wetenschappen en technologie”. Echt gemotiveerde EM-afgestudeerden kunnen een academische bacheloropleiding aanvatten. Ook het volgen van een zevende specialisatiejaar na elektromechanica behoort tot de mogelijkheden. In onze scholengemeenschap kunnen afgestudeerde EM’ers terecht in het Se-n-Sejaar “Stuur- en beveiligingstechnieken” en het Se-n-Sejaar “Industriële warmtetechnieken” maar ook andere specialisatierichtingen zoals onderhoudstechnieken, kunststoffentechnologie of industrieel management behoren tot de mogelijkheden.



Het verwerven van een stevige basiskennis van elektriciteit in al zijn toepassingen en theoretische mechanica, met inbegrip van het vervaardigen van mechanische werkstukken, is de centrale doelstelling van de technische vakken. Wiskunde is een belangrijk vak, vooral met het oog op vakgerichte toepassingen. Ook een elementaire kennis van enkele fysische begrippen is nodig. Communicatief en technisch taalgebruik in de moedertaal en een tweetal vreemde talen komen beperkt aan bod.

69


70

Godsdienst Aardrijkskunde Frans Fysica Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Nederlands Wiskunde Techniek en realisaties Automatie en lab Elektriciteit en lab Installatiemethoden en realisaties

1

6 Elektrische installatietechnieken (34u)

5 Elektrische installatietechnieken (34u)

(32u)

2 1 2 1 1 1 2 4 3

2 1 2 1 1 1 2 4 3

2 1 2 1 2 2 2

2 1 2 1 2 2 2

3

3

3 61

3 61

12

12

13

13

Met inbegrip van industriële elektronica


4 Elektrotechnieken

3 Elektrotechnieken1 (32u)


ELEKTROTECHNIEKEN-ELEKTRISCHEINSTALLATIETECHNIEKEN TSO(32-34u)

Tweede en derde graad ELEKTROTECHNIEKEN - ELEKTRISCHE INSTALLATIETECHNIEKEN TSO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING Kenmerken Deze opleiding is sterk praktijkgericht en moet ook vooral gezien worden als een voorbereiding op technisch uitvoerende beroepen in de elektriciteitssector. De leerlingen moeten een werkopdracht kunnen analyseren, schema's kunnen lezen en metingen kunnen uitvoeren om aldus efficiënt en veilig te kunnen werken conform de elektrische voorschriften en reglementeringen.

PROFIEL VAN DE LEERLING - duidelijke interesse voor alles wat met elektriciteit te maken heeft: praktijk is belangrijk, maar de theoretische achtergronden worden niet uit het oog verloren; - voldoende taalvaardigheid (de nadruk ligt op de receptieve vaardigheden); - handigheid, zorg en accuraatheid om de vele praktijkoefeningen uit te voeren.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Afgestudeerden moeten kunnen instaan voor het preventief onderhoud, het installeren of herstellen, of het in werking stellen en afstellen van elektrische installaties en apparatuur. Ze kunnen tewerkgesteld worden als: installateur-monteur van industriële en huishoudelijke elektrische installaties of beveiligingsinstallaties, in de tractie-, signalisatie- of communicatiewereld of als onderhouds-elektrotechnicus. Leerlingen die verder studeren, doen dit meestal in een zevende specialisatiejaar van het Technisch (Se-n-Se) of Beroepssecundair Onderwijs. Gemotiveerde ET-leerlingen beginnen aan een opleiding van professionele bachelor (‘Industriële Wetenschappen en Technologie’ of ‘Onderwijs, secundair onderwijs’).



Kennis van wiskundige en fysische begrippen komt in deze richting aan bod. Het niveau van deze vakken is niet zo theoretisch als dit in de studierichtingen IW of EM. De elektrische principes worden aangeleerd: het gaat vooral om basiskennis, minder om uitdieping. De beroepskennis omvat theoretische kennis van de fundamentele wetten van elektriciteit en elektrische machines en praktische kennis van elektrotechnieken. Schakeltechnieken, meettechnieken, verlichtings- en verwarmingstechnieken, verdelings- en beveiligingstechnieken, installatie- en aandrijftechnieken, communicatie- en signalisatietechnieken, schakelingen en onderhoud van elektrische machines staan op het programma.

71


72






INDUSTRIELE WETENSCHAPPEN TSO (32-34u)

Godsdienst Aardrijkskunde Chemie Engels Frans Fysica Geschiedenis Lichamelijke opvoeding Nederlands Wiskunde

2 1 1 2 3 1 1 2 4 5

2 1 1 2 3 1 1 2 4 5

2 1 2 2 2 2 1 2 3 8

2 1 2 2 2 2 1 2 3 8

Techniek en realisaties Elektriciteit en laboratorium Elektronica en laboratorium Industriële wetenschappen Mechanica Realisaties industriële wet. Realisaties mechanica

3 1 2 1 3

3 1 2 1 3

9 -

9 -


Tweede en derde graad INDUSTRIËLE WETENSCHAPPEN TSO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING Kenmerken Industriële wetenschappen is een technologisch-wetenschappelijke studierichting. Zij wil naast een ruime algemene vorming een overwegend theoretische studie van de industriële technologie bieden. De technische vorming is niet op een onmiddellijke specialisatie gericht, maar steunt op een algemeen wetenschappelijke basis, met bijzondere aandacht voor de wiskundige vorming.


een goede studiehouding en permanente inzet; bereidheid om verder te studeren; aanleg en belangstelling hebben voor een algemene vorming; goede resultaten en een ruime interesse voor wiskunde en wetenschappen; voldoende aanleg voor talen (de nadruk ligt op de communicatieve vaardigheden); voldoende handigheid, zorg en accuraatheid om wetenschappelijke experimenten en praktijkoefeningen uit te voeren.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Deze studierichting bereidt niet voor op onmiddellijke tewerkstelling. Het is een doorstromingsrichting die in de eerste plaats voorbereidt op hoger onderwijs (academische bachelor / master). Bij professionele bacheloropleidingen met daarna eventueel een masteropleiding komen vooral de studierichtingen van ‘Industriële Wetenschappen en Technologie’ in aanmerking. Een opleiding tot bachelor in het Onderwijs behoort eveneens tot de mogelijkheden. Men kan eventueel ook verder studeren in een zevende jaar Se-n-Se.



Opvallend voor deze studierichting zijn het hoge aantal uren wiskunde en het eerder geringe aanbod praktijkvakken. De wiskundige benadering is iets meer praktisch en gericht op het probleemoplossend denken. Ook fysica en chemie zijn onmisbare bouwstenen van de wiskundigwetenschappelijke basisvorming. De vakken elektriciteit en elektronica worden grondig theoretisch bestudeerd met aandacht voor gelijk- en wisselstroomnetwerken, voor fysische achtergronden en voor theoretische berekeningen. Bij mechanica en elektromechanica gaat vooral aandacht naar sterkteleer. In het vak technisch tekenen leert men wiskundig-wetenschappelijke problemen grafisch voor te stellen. Het computergestuurd tekenen speelt hier een belangrijke rol.

73

Derde graad

74

Koel- & warmtechnieken

6 Koel- & warmtechnieken


KOEL- & WARMTECHNIEKEN TSO (34u)

Godsdienst Aardrijkskunde Frans Geschiedenis Lichamelijke opvoeding Nederlands Wiskunde

2 1 2 1 2 2 2

2 1 2 1 2 2 2

Techniek en realisaties Elektriciteit en regeltechnieken Koeltechnieken Warmtechnieken Technisch tekenen Realisaties Realisaties airco

3 3 3 2 11 -

3 3 3 2 9 2


Derde graad koel- & warmtechnieken tso PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING

De studierichting Koel- en warmtechnieken wil je een opleiding bieden tot installateur en technicus van zowel koel- als verwarmingsinstallaties. In beide aspecten van de studierichting komen meten, testen en ontwerpen uitgebreid aan bod. Bij het onderdeel verwarming leer je onder meer leidingen uittekenen. Je bepaalt met de hulp van de computer het rendement van een installatie en onderzoekt welk systeem je het beste kan plaatsen. Bij het gedeelte koeling maak je kennis met de verschillende types koelinstallaties en met airconditioning en klimaatbeheersing. Je berekent het rendement van de installaties en bepaalt hoe je ze moet opstarten en afregelen. Uiteraard leer je bij dit alles gaandeweg de geldende veiligheids-, gezondheids- en milieunormen kennen.

PROFIEL VAN DE LEERLING - duidelijke interesse voor de technologische achtergronden rond koeling en verwarming; - voldoende communicatieve vaardigheden; - handigheid, zorg en accuraatheid om de vele meet- en praktijkoefeningen uit te voeren. Om in het vijfde jaar Koel- en Warmtechnieken toegelaten te worden moet je geslaagd zijn in het vierde jaar TSO Mechanische Technieken, Elektrische Technieken, Elektromechanica, Industriële Wetenschappen… of een ander vierde jaar ASO of TSO.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Afgestudeerden kunnen tewerkgesteld worden als: koeltechnisch regelaar, warmtechnisch regelaar, onderhoudstechnicus, installateur centrale verwarming of koelinstallaties, advies en verkoop. Verdere studies zijn mogelijk in een zevende specialisatiejaar (in onze scholengemeenschap: Industriële warmtetechnieken (Se-n-Se)) of in een opleiding professionele bachelor (bv. Professionele Bachelor Elektromechanica – Klimatisering).



Kenmerken We leven in een tijd die beheerst wordt door klimaatproblemen. Dat zorgt uiteraard voor heel nieuwe uitdagingen in de wereld van de technologie. Neem nu de opwarming van de aarde. Dat zal ook in ons klimaat leiden tot nieuwe en betere koeltechnieken. En dat is zeker het geval voor ons eigen Haspengouw met zijn vele fruitbedrijven. Of denk aan het probleem van de CO2-uitstoot. Daar hebben we knappe koppen nodig die bijvoorbeeld zoeken naar efficiëntere verwarmingstechnieken en alternatieve energiebronnen. Spreken jou die uitdagingen aan? Wel, dan ben jij de ideale leerling voor onze nieuwe afdeling koel- en warmtechnieken. Ze is uniek in Limburg en biedt een garantie op een boeiende job.

75


76

3 Mechanische technieken (32u)

4 Mechanische technieken (32u)

5 Mechanische vormgevingstechnieken (34u)

6 Mechanische vormgevingstechnieken (34u)


MECHANISCHETECHNIEKEN-MECH.VORMGEVINGSTECHNIEKEN TSO (32-34u)

Godsdienst Aardrijkskunde Frans Fysica Geschiedenis Informatica Lichamelijke opvoeding Nederlands Wiskunde

2 1 2 1 1 1 2 4 3

2 1 2 1 1 1 2 4 3

2 1 2 1 2 2 2

2 1 2 1 2 2 2

Techniek en realisaties Mechanica en vormgeving Realisaties mechanica

6 9

6 9

10 12

10 12


Tweede en derde graad MECHANISCHETECHNIEKEN-MECH.VORMGEVINGSTECHNIEKEN TSO PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING Kenmerken Deze opleiding is sterk praktijkgericht en zal ook vooral gezien worden als een voorbereiding op technisch uitvoerende beroepen in deze sector. De leerlingen moeten schetsen kunnen maken, plannen lezen, werkanalyses en werkmethodes opstellen, ingrijpen in de fasen van de vormgevingstechniek (het vormgeven aan een metalen werkstuk), machines instellen, bedienen en onderhouden, methodisch kunnen (de)monteren, meten en eenvoudig rapporteren.

PROFIEL VAN DE LEERLING - duidelijke interesse voor mechanica en metaalbewerking: praktijk is belangrijk, maar de theoretische achtergronden worden niet uit het oog verloren; - voldoende taalvaardigheden (de nadruk ligt op de receptieve vaardigheden); - handigheid, zorg en accuraatheid om de vele praktijkoefeningen uit te voeren.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Afgestudeerden kunnen worden tewerkgesteld als machinebediener op klassieke en CNC-gestuurde werktuigmachines. Ze verzekeren elementair onderhoud en herstellingen aan deze machines. Ze bedienen productiemachines en -eenheden binnen de metaalsector en erbuiten (voeding, chemie...). Verdere studiemogelijkheden zijn vooral in een zevende specialisatiejaar van het Technisch (Se-n-Se) of Beroeps Secundair Onderwijs Een opleiding tot professionele bachelor is voor de gemotiveerde MV’er haalbaar, vooral in het studiegebied Industriële Wetenschappen en Technologie.



Wiskundige en fysische begrippen worden minder uitgediept dan in de richtingen IW en EM. De basiskennis van mechanische en in mindere mate elektrische principes wordt aangeleerd. Het gaat hier echter niet over een theoretische uitdieping. De beroepsgerichte kennis omvat: technologie van de verspanende vormgeving (draaien, frezen, boren en vijlen) inclusief CNC-machines, principes van spaanloze vormgevingstechnieken (vb. plooitechnieken), kiezen van de juiste productietechniek en bepalen van de gepaste werkmethode, inzicht in productie, machines, opstellingen, bewerkingen en geïntegreerd computergebruik (voor computergestuurde machines). De theoretische achtergronden zijn vooral praktijkgericht.

77

Se-n-Se

78

Bedrijfsbeheer* Godsdienst Nederlands Vreemde talen Techniek en realisaties Realisaties beveiligingstechn. Realisaties industr. sturingen Realisaties domotica Industriële warmtetechnieken Montage installaties Elektrische voorzieningen Industriële verwarmingsinstallaties Dimensioneren verwarminginstallaties Regeltechnische installatie Brandstoftoevoer en/of -opslag Binnenklimaatbeheersing Duurzame verwarmingsbronnen

1

4 2 2 4

4 2 -

12 10 1 -

29



7 Industriële warmtetechnieken (31-35u)

7 Stuur- en beveiligheigstechnieken (31-35u)


7 STUUR- EN BEVEILIGINGSTECHNIEKEN 7 industriele warmtetechnieken

Se-n-Se Sinds 2009-2010 heten de zevende specialisatiejaren in het TSO en KSO “Secundair na Secundair”, kortweg Se-n-Se. De opleiding is toegankelijk voor leerlingen die een diploma secundair onderwijs behaald hebben. Wie zo’n opleiding afwerkt, krijgt een certificaat.

7 stuur- en beveiligingstechnieken PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING Dit specialisatiejaar sluit vooral aan op de derde graad “Elektrotechnieken” en “Elektromechanica”, omdat het de technici met deze basisopleidingen een nog grotere waarborg voor de toekomst meegeeft. Toch worden ook leerlingen na de derde graad “Industriële wetenschappen” en leerlingen die in het BSO het derde jaar van de derde graad “Industriële elektriciteit” met vrucht volgden, toegelaten tot dit specialisatiejaar. In de technische opleiding worden de belangrijkste schakel- en automatiseringstechnieken via projecten behandeld. Hierbij wordt vooral gebruik gemaakt van schakelelektronica en PLC-sturingen. Ook de nieuwste aandrijftechnieken komen ruim aan bod. Het vak domotica behandelt deze gloednieuwe techniek en al zijn deelaspecten zoals beveiliging, verlichting, verwarming en telecommunicatie. Ook de technische kennis van inbraak- en brandbeveiliging wordt op een praktische manier bijgebracht. Hierbij komen toegangscontrole, camerabewaking en elektronische beveiliging aan bod. Ten slotte wordt een inzicht gegeven in de reglementering en wetgeving rondom alarmsignalisatie en -installatie.

7 industriele warmtetechnieken PROFIEL VAN DE STUDIERICHTING Deze Se-n-Se-opleiding is vooral bedoeld voor leerlingen van de derde graad “Koel- en warmtechnieken”. Toch worden ook gemotiveerde leerlingen die in het BSO slaagden voor het derde jaar van de derde graad “Verwarmingsinstallaties” toegelaten tot dit specialisatiejaar. In de studierichting “Industriële warmtetechnieken” verwerven de leerlingen voldoende inzichten, vaardigheden en attitudes - om met succes een professionele carrière binnen het domein van de verwarming aan te vatten; - om een onderhoud aan industriële warmte-installaties op een gestructureerde wijze te analyseren en uit te voeren; - om diverse attesten/certificaten inherent aan het beroep van brandertechnicus en installateur van cvinstallaties te behalen.


De intense samenwerking met het bedrijfsleven moet ervoor zorgen dat de opleiding maximaal is afgestemd op de noden van de arbeidsmarkt, o.a. door de leerlingen hoogstaande vormen van werkplekleren aan te bieden. Zo zal iemand die een Se-n-Se-opleiding gevolgd heeft, precies opgeleid zijn volgens het profiel dat een sector verwacht van een startende werknemer. Vooral door het uitvoeren van veelvuldige stages en werkprojecten doet de leerling hopen ervaring op en leert hij verantwoordelijkheid te nemen. Door zijn maturiteit, zijn aangescherpte talenkennis en zijn introductie in een netwerk van bedrijven heeft Se-n-Se-leerling een aanzienlijke voorsprong op de arbeidsmarkt of wordt starten op een hoger niveau gemakkelijker.

TOEKOMSTMOGELIJKHEDEN Leerlingen die een Se-n-Se-opleiding gevolgd hebben, kennen uiteraard grondig hun vak. Maar omdat zij de werkzaamheden kunnen voorbereiden, begeleiden, uitvoeren en evalueren, kunnen ze op de werkvloer ook instaan voor de dagelijkse planning en organisatie, bv. als ploegbaas of manager. studieaanbod 2011-2012

79

80


Openschool en infomomenten

Openschool HEILIG-GRAFINSTITUUT Kloosterstraat 9, 3740 Bilzen WOENSDAG 4 MEI 2011 • 16.00-20.00 uur

Openschool Instituut voor Kath. Secundair ONderwijs Dorpsstraat 18 & 56, 3730 Hoeselt WOENSDAG 18 MEI 2011 • 16.00-20.00 uur

Openschool TECHNISCH INSTITUUT SINT-JOZEF Wijerstraat 28, 3740 Bilzen ZONDAG 29 MEI 2011 • 10.00-18.00 uur


81

Inschrijv en Een nieuw schooljaar voorbereiden is een hele klus! In die opdracht slaag je als schoolteam het best als je over zo veel mogelijk informatie beschikt. Zo vlug mogelijk een klare kijk hebben op de juiste leerlingenaantallen is daarbij natuurlijk van het grootste belang. Alles verloopt dan immers vlotter, van het bestellen van handboeken en turnkledij, tot het opmaken van de lesroosters en het uitkienen van de lokaalverdeling. Dus... hoe vroeger je inschrijft, hoe beter! Doe dat in elke geval vóór 11 juli!


Voorlopige inschrijving In afwachting dat je over alle nodige documenten beschikt, kun je je wel al voorlopig inschrijven in de school van je keuze: dat kan... tijdens de openschooldagen en/of infomomenten: Heilig-Grafinstituut op woensdag 4 mei van 16-20 uur Instituut voor Katholiek Secundair Onderwijs op woensdag 18 mei van 16-20 uur Technisch Instituut Sint-Jozef op zondag 29 mei van 10-18 uur tijdens het schooljaar: iedere werkdag van 9-12 uur en van 13.30-16 uur Definitieve inschrijving Ben je een leerling van het derde t/m zesde of zevende jaar, dan is je inschrijving definitief... - als de school over alle vereiste documenten beschikt: je identiteits- of SIS-kaart (kopie) en je rapport van het vorig schooljaar, waarop het attest (A, B of C) vermeld staat dat je door de klassenraad werd toegekend. - als je ouders instemmen met het opvoedingsproject, het schoolreglement en de engagementsverklaring. Inschrijven kan ook tijdens... de inschrijfdagen: zaterdag 2 juli 2011 van 10 tot 16 uur de zomervakantie: iedere werkdag van 10 tot 16 uur DE SCHOLEN ZIJN GESLOTEN VAN 11 JULI T/M 15 AUGUSTUSMELDEN OF INSCHRI

INSCHRIJVEN LIEFST VOOR 11 JULI

82


Studeren in de scholengemeenschap Sint-Jozef Bilzen-Hoeselt

vzw KSO Sint-Jozef Bilzen-Hoeselt Sint-Lambertuslaan 15 3740 Bilzen [email protected] studieaanbod 2011-2012

83

Het Centrum voor Leerlingenbegeleiding Bij het CLB kan je terecht voor psycho-medische-sociale begeleiding, met vragen omtrent ... preventieve gezondheidszorg leren en studeren onderwijsloopbaan psychisch en sociaal functioneren


-

84

Het Vrije Centrum voor Leerlingenbegeleiding, regio Zuid-Limburg, is gevestigd te: Dirikenlaan 4 3700 Tongeren tel. 012 39 83 40 directeur: Leen Vanhees

AFDELING BILZEN Tweevoetjesweg 2 3740 Bilzen tel. 089 51 07 90 fax 089 51 07 99 e-mail: [email protected] www.vclblimburg.be


WWW.SG-SINTJOZEF.BE

TWEEDE & DERDE GRAAD STUDIEAANBOD SCHOOLJAAR

Recommend Documents