Toekomst zwembaden
Gemeente Werkendam
Datum 29 juni 2016 Referentie 1602RF In opdracht van Gemeente Werkendam
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Situatieschets, opdracht en proces 1.1 1.2 1.3 1.4
Situatieschets Opdracht en beoogd resultaat Proces Opbouw rapportage
Hoofdstuk 2 Huidige situatie vraag en aanbod 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Inleiding Aanbod Bezoek Zwemvoorzieningen in de omgeving Conclusies
Hoofdstuk 3 Toekomstige zwembehoefte 3.1 3.2 3.3 3.4
Inleiding Demografische ontwikkelingen Trends en ontwikkelingen Conclusie
Hoofdstuk 4 Toekomstscenario’s 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 4.13
Inleiding Inloopavonden Huidige financiële exploitatie Scenario 0: instandhouding beide baden bij ongewijzigd beleid Scenario 1: instandhouding beide baden met verbetermaatregelen Scenario 2: instandhouding ene bad en sluiting andere bad Scenario 3: sluiting beide baden zonder nieuwbouw Scenario 4: sluiting beide baden en nieuwbouw buitenbad Scenario 5: sluiting beide baden en nieuwbouw twee buitenbaden Scenario 6: sluiting beide baden en nieuwbouw combibad of binnenbad Overkapping Criteria locatie nieuwbouw Vergelijking scenario’s
Hoofdstuk 5 Conclusies, aanbevelingen en vervolg
4 4 4 5 5
6 6 6 7 9 11
13 13 13 14 16
17 17 17 18 19 19 24 26 26 28 30 32 33 34
36
5.1 5.2
Conclusies Aanbevelingen
36 36
5.3
Vervolg
37
Bijlage 1
Financiële exploitatie Stichting Zwembad Bijtelskil
i
Bijlage 2
Financiële exploitatie Stichting Werkina
ii
Bijlage 3
Exploitatieraming scenario 2
iii
Bijlage 4
Exploitatieraming scenario 4
iv
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
2
Bijlage 5
Exploitatieraming scenario 5
v
Bijlage 6
Exploitatieraming scenario 6
vi
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
3
Hoofdstuk 1
Situatieschets, opdracht en proces
1.1 Situatieschets De ruim 26.000 inwoners van de gemeente Werkendam beschikken over twee openluchtzwembaden, namelijk Bijtelskil in Sleeuwijk en Werkina in Werkendam. Voor beide zwembaden geldt, dat de gemeente de ondergrond via een erfpachtovereenkomst aan de exploitant in gebruik heeft gegeven. Zwembad Bijtelskil is eigendom van en wordt geëxploiteerd door Stichting Zwembad Bijtelskil. Zwembad Werkina is eigendom van en wordt geëxploiteerd door Stichting Werkina. Indertijd heeft de lokale bevolking aan de realisatie van Bijtelskil circa 100.000 gulden bijgedragen. Ook in Werkendam hebben de inwoners aan de realisatie van Werkina bijgedragen. Beide zwembaden zijn behoorlijk ‘op leeftijd’. Met het oog daarop en gezien de jaarlijkse toename van de gemeentelijke exploitatie- en onderhoudsbijdragen is in het Coalitieakkoord 2014 – 2018 opgenomen, dat er een toekomstvisie voor de periode vanaf 2019 wordt opgesteld. Tevens heeft de gemeente besloten om vanaf 2019 minimaal € 250.000,- op de totale kosten voor de zwembaden te bezuinigen, teneinde de meerjarenbegroting sluitend te krijgen. Dit betekent dat de twee baden niet onder de huidige voorwaarden in stand kunnen worden gehouden. Gezien het voorgaande heeft de gemeente Werkendam behoefte aan een toekomstplan, waarin enkele realistische toekomstscenario’s voor de invulling van de gemeentelijke zwemwaterbehoefte worden uitgewerkt. Vanwege het maatschappelijke en politieke belang van het onderwerp dient dat plan goed onderbouwd te zijn en bij de direct belanghebbenden op een hoge mate van draagvlak te kunnen rekenen. Het plan moet de gemeenteraad in staat stellen om een gefundeerd besluit over de toekomstige invulling van de zwemwaterbehoefte te nemen.
1.2 Opdracht en beoogd resultaat Op basis van het voorgaande is de opdracht als volgt geformuleerd: Stel een toekomstplan op voor de invulling van de zwemwaterbehoefte van de inwoners van de gemeente Werkendam. Het beoogde resultaat is: Een gedegen en gedragen rapport met een uitwerking van realistische scenario’s voor de invulling van de zwemwaterbehoefte van de inwoners van de gemeente Werkendam, op basis waarvan de gemeenteraad een goed onderbouwd besluit kan nemen.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
4
1.3 Proces Zoals gebruikelijk heeft een ambtelijke werkgroep het onderzoek begeleid. Namens de werkgroep heeft de ambtelijk projectleider de terugkoppeling aan de stuurgroep verzorgd. Daarnaast is er een inputgroep geformeerd, bestaande uit de vertegenwoordigers van:
de besturen van beide zwembadstichtingen; de besturen van de drie zwemverenigingen, die vaste gebruikers van de baden zijn (De
Biesboschzwemmers, Bijtelskil en Den Doorn); de vijf raadsfracties.
Het bestaan van de inputgroep heeft een aantal redenen: zo goed mogelijk gebruikmaken van de aanwezige lokale kennis; creëren van transparantie richting de belanghebbenden over de onderzoeksaanpak en de resultaten; zorgen voor optimaal draagvlak voor het proces en de uit te werken toekomstscenario’s. Bij de start van het onderzoek is in samenwerking met de inputgroep de definitieve opdrachtformulering opgesteld. Vervolgens is één van de leden van de inputgroep aangewezen om ook in de werkgroep plaats te nemen. Daarnaast zijn de bevindingen van het behoefteonderzoek met de inputgroep besproken. Daarbij is ook aangegeven welke ‘logische’ scenario’s er op basis van dat onderzoek konden worden benoemd. De inputgroep heeft haar reactie op die scenario’s gegeven en een suggestie voor een extra scenario gedaan. Uiteraard is niet alleen via de inputgroep met de belanghebbenden gecommuniceerd. Gedurende het onderzoek zijn er meerdere bezoeken aan de zwembaden gebracht, is er veelvuldig contact met de manager van beide baden onderhouden en hebben er gesprekken met de bij de baden betrokken stichtingen en verenigingen plaatsgevonden. Daarnaast is – zowel in Werkendam, als in Sleeuwijk – een inloopavond voor bewoners georganiseerd (zie ook paragraaf 4.2). Tijdens die avond konden de bewoners vragen stellen over de opzet van het onderzoek en aangeven welke aspecten zij ten aanzien van het zwemmen belangrijk vinden. Dat is mede van belang in het licht van de uitwerking van de scenario’s.
1.4 Opbouw rapportage De rapportage is als volgt opgebouwd: hoofdstuk 2 beschrijft en analyseert de huidige situatie; hoofdstuk 3 bepaalt de toekomstige zwembehoefte; hoofdstuk 4 bevat de uitwerking van de toekomstscenario’s; hoofdstuk 5 betreft de conclusies, aanbevelingen en vervolgstappen. De bijlagen bevatten: 1. de financiële exploitatie van Stichting Zwembad Bijtelskil; 2. de financiële exploitatie van Stichting Werkina; 3. de exploitatieraming van scenario 2; 4. de exploitatieraming van scenario 4; 5. de exploitatieraming van scenario 5; 6. de exploitatieraming van scenario 6.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
5
Hoofdstuk 2
Huidige situatie vraag en aanbod
2.1 Inleiding Alvorens in het volgende hoofdstuk de toekomstige zwembehoefte van de inwoners van de gemeente Werkendam te kunnen bepalen, dient in dit hoofdstuk de bestaande situatie in kaart te worden gebracht.
2.2 Aanbod 2.2.1 Bijtelskil Het huidige zwembad is in 1975 gebouwd. Voor die tijd was het een natuurbad. Het zwembad biedt de volgende voorzieningen: een wedstrijdbad (24 x 16 meter) met een familieglijbaan, een diepte van 1,80 tot 2,10 meter en een watertemperatuur van 25 graden; een instructiebad (24 x 16 meter) met een diepte van 0,40 tot 1,40 meter en een watertemperatuur van 25 graden; een peuterbad (8 x 8 meter) met een diepte van 0,30 meter en een watertemperatuur van 25 graden; een grote ligweide; een horecavoorziening (exploitatie door zwemvereniging Bijtelskil); afdekdekens voor het wedstrijdbad en het instructiebad. Het zwembad is gedurende 19 weken per jaar geopend, van eind april tot begin september. In die periode is het bad geopend voor vrij zwemmen, banen zwemmen en zwemlessen (ABC-diploma, snorkelen en survival). Daarnaast wordt het bad aan de zwemverenigingen Bijtelskil en aan een basisschool ter beschikking gesteld. Tevens huurt zwemvereniging Den Doorn uit Almkerk/Nieuwendijk (gemeente Woudrichem) het bad. Tot slot wordt het aquajoggen sinds dit seizoen niet meer door het zwembad aangeboden, maar door een extern persoon in het kader van ‘Werkendam beweegt’. Gedurende het zwemseizoen vinden er ook vele incidentele activiteiten plaats, zoals: discozwemmen, nachtzwemmen, de zwemvierdaagse (inclusief uitgebreid programma voor kinderen), sportdagen voor de scholen, sportmiddagen (in samenwerking met de sportcoaches van BART), bootcamp, ‘zwembad beweegt’, een spelmiddag. Naast het zwembad wordt hierbij ook van de ligweide gebruikgemaakt. De ligweide wordt overigens tevens voor een toernooi van de jeu de boules vereniging gebruikt.
2.2.2 Werkina Het zwembad is in 1968 gebouwd en biedt de volgende voorzieningen: een wedstrijdbad (25 x 13 meter) met een 1-meter en een 3-meter springplank, een diepte van 1,40 tot 3,25 meter en een watertemperatuur van 25 graden; een aan het wedstrijdbad gekoppeld instructiebad (13 x 15 meter) met familieglijbaan, een diepte van
0,80 tot 1,40 meter en een watertemperatuur van 25 graden; instructiebad (25 x 13 meter) met een glijbaantje, een diepte van 0,40 tot 0,80 meter en een watertemperatuur van 25 graden;
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
6
drie peuterbaden (6 x 7,5 meter, 4,5 x 4,5 meter en 9,5 x 3 meter) met speelelementen, een diepte van 0,30 meter en een watertemperatuur van 25 graden; een speeltuin; een grote ligweide; een verenigingsruimte voor De Biesboschzwemmers; een horecavoorziening (in eigen beheer), die alleen bij mooi weer is geopend. Indien gesloten wordt er via de kassa snoep verkocht; afdekdekens voor het wedstrijdbad en de beide instructiebaden.
Het zwembad is gedurende 19 weken per jaar geopend, van eind april tot begin september. In die periode is het bad geopend voor vrij zwemmen, banen zwemmen en zwemlessen (ABC-diploma, snorkelen en survival). Daarnaast wordt het bad aan zwemvereniging De Biesboschzwemmers ter beschikking geteld. In tegenstelling tot in Bijtelskil wordt er geen aquajoggen of een andere doelgroepactiviteiten1 aangeboden. Gedurende het zwemseizoen vinden er ook vele incidentele activiteiten plaats, zoals: discozwemmen, een duikcursus (drie lessen), een schoolzwemwedstrijd voor de basisscholen uit Werkendam, een sportochtend voor scholen, een sport- en spelmiddag, ‘nooit op dieet’, bootcamp, sportactiviteiten in samenwerking met de sportcoaches van BART, levend stratego, een voetbaltoernooi, een badminton- en tafeltennistoernooi, waterfrisbee, bouncebal, waterpolo, een duikestafette en een zwemvierdaagse. Naast het zwembad wordt hierbij ook van de ligweide gebruikgemaakt.
2.3 Bezoek 2.3.1 Bezoekontwikkeling Zoals de twee volgende tabellen laten zien, is het aantal bezoekers van beide zwembaden in de afgelopen jaren behoorlijk constant geweest. In andere buitenbaden variëren de bezoekersaantallen vaak sterker op basis van de weersgesteldheid. Zo was de zomer van 2013 relatief nat, maar dat blijkt niet uit de cijfers van Bijtelskil en Werkina. Dit heeft vooral met het hoge aandeel abonnementenbezoekers te maken (zie verderop). Volgens de stichtingsbesturen is het overgrote deel van de bezoekers van Bijtelskil en Werkina in de betreffende kernen – Sleeuwijk en Werkendam – woonachtig. Dat betekent niet dat er geen bezoekers uit andere kernen in de gemeente Werkendam of van buiten de gemeente de baden bezoeken, maar wel dat dit een relatief klein deel van het totale bezoek vormt. Gezien de ligging van de baden en van de diverse zwemvoorzieningen in de omgeving (zie paragraaf 2.4) is dat niet vreemd. Overigens moet bij de cijfers wel worden bedacht dat abonnementhouders soms meerdere keren per dag de baden bezoeken, hetgeen gezien de nabijheid van de accommodaties en de ligging in de kernen ook aantrekkelijk is. Tenzij iemand binnen één à twee uur weer terugkomt, wordt elk van die bezoeken apart geteld. Dat kan het aantal recreatieve bezoekers enigszins ‘kunstmatig’ ophogen, maar dat geldt ook voor andere buitenbaden. Voor de in deze paragraaf gemaakte vergelijkingen met landelijke cijfers van buitenbaden maakt dat dus geen verschil.
1
Doelgroepactiviteiten zijn zwemactiviteiten waarbij de deelnemers door een instructeur worden begeleid, zoals aquasporten, fifty fit, zwangerschapszwemmen en baby-/peuterzwemmen. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
7
Bijtelskil recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen totaal
2012 7.419 16 26.236 1.834 2.164 1.267 2.632 41.568
2013 6.816 164 27.607 2.084 2.266 1.061 2.267 42.265
2014 4.059 395 28.047 1.768 4.046 1.033 2.024 41.372
2015 4.203 517 28.770 1.542 4.109 1.098 1.681 41.920
tabel 2.1: bezoek Bijtelskil 2012 – 2015
Werkina recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen totaal
2012 4.567 938 28.286 0 4.370 1.604 3.258 43.023
2013 4.835 1.157 30.087 0 4.035 1.682 1.619 43.415
2014 3.091 800 30.592 0 5.095 1.591 270 41.439
2015 3.717 750 28.606 0 4.596 1.393 290 39.352
tabel 2.2: bezoek Werkina 2012 – 2015
Zoals gebruikelijk in buitenbaden vormt het recreatieve bezoek het overgrote deel van het totale bezoek.2 Van het recreatieve bezoek komt in beide baden 86% voor rekening van abonnementhouders. Dat is buitengewoon hoog. Dat heeft uiteraard met het aantal verkochte abonnementen te maken: in de afgelopen jaren waren dat er in elk van beide baden circa 1.400. Voor Bijtelskil betekent dat circa 26% van het aantal inwoners van Sleeuwijk en voor Werkina circa 13% van het aantal inwoners van de kern Werkendam. Dat zijn hoge percentages, die duiden op een hoge mate van lokale belangstelling voor de baden. Daarnaast spelen in elk geval de volgende factoren een rol: het feit dat de leden van de zwemverenigingen en de kinderen die zwemlessen volgen verplicht een abonnement moeten kopen; het feit dat de abonnementen relatief snel kunnen worden ‘terugverdiend’.3 Overigens zijn de abonnementen in beide buitenbaden geldig. Dat is prima, maar voor zover bekend is er in de praktijk relatief weinig sprake van ‘verkeer’ van abonnementhouders tussen de baden. Zij bezoeken toch vooral hun ‘eigen’ baden.
2
Op basis van de beschikbare informatie is het niet mogelijk om het recreatieve bezoek uit te splitsen in vrij zwemmen en banen zwemmen. Voor die twee activiteiten zijn immers geen aparte kaartjes of abonnementen beschikbaar. Weliswaar zou op basis van dag en tijdstip een schatting kunnen worden gemaakt, maar dat zou een te onbetrouwbaar resultaat opleveren. 3 Afhankelijk van het soort abonnement is dat in beide baden na negen tot 13 bezoeken, terwijl ongeveer 19 keer (gemiddeld één bezoek per week) gebruikelijker is. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
8
2.3.2 Bezetting Het gemiddelde aantal bezoekers per vierkante meter zwemwateroppervlak geeft aan hoe goed een zwembad wordt bezet. In 2015 was de bezetting van Bijtelskil 55 en die van Werkina 47 bezoekers per vierkante meter. 4 Beide baden zitten daarmee net boven het landelijke cijfer voor buitenbaden van 45. Er is dus sprake van een goede verhouding tussen bezoek en zwemwateraanbod. Het aantal dagen waarop bezoekers ‘over elkaars hoofden kunnen lopen’ is beperkt. Het management van de baden bevestigt dat. Weinig zwemwater of hoog bezoek? In algemene zin kan een (ruim) voldoende bezetting van een bad door twee factoren worden veroorzaakt: 1. het bad biedt relatief weinig zwemwater voor het aantal inwoners van het verzorgingsgebied; 2. het aantal bezoeken per inwoner van het verzorgingsgebied is hoog. Om te achterhalen in hoeverre deze twee factoren een rol spelen, moet dus eerst het verzorgingsgebied van beide baden worden bepaald. Hoewel Bijtelskil en Werkina elk ook bezoek van buiten de ‘eigen’ kern trekken, ontvangen ze toch vooral de inwoners van Sleeuwijk, respectievelijk Werkendam. Het aantal inwoners van Sleeuwijk per vierkante meter zwemwater van Bijtelskil is 7 en het aantal inwoners van Werkendam per vierkante meter zwemwater van Werkina is 13.5 Dat is duidelijk lager dan het landelijke cijfer voor buitenbaden van 30. Dat betekent dat de beide baden eerder te veel dan te weinig zwemwater voor het aantal inwoners van hun verzorgingsgebied bieden. Ook wanneer een deel van de inwoners van bijvoorbeeld Almkerk, Nieuwendijk, Oudendijk, Uppel en Woudrichem in de berekening wordt meegenomen, verandert die conclusie niet. Bovendien hebben de inwoners van die kernen diverse ‘alternatieven’ in de omgeving (zie paragraaf 2.4). Ondanks het feit dat de baden eigenlijk te groot zijn voor het verzorgingsgebied, zijn ze voldoende tot ruim voldoende bezet. Dat komt doordat het aantal bezoeken per inwoner van het verzorgingsgebied hoog is. Dit zogenaamde ‘animocijfer’ kent voor buitenbaden een landelijk gemiddelde van circa 1,5. Dat cijfer halen beide baden al, indien (onterecht) wordt aangenomen dat zij beide de volledige gemeente Werkendam tot hun verzorgingsgebied mogen rekenen. Afgezet tegen het aantal inwoners van Sleeuwijk is het animocijfer van Bijtelskil 7,7 (2015) en dat is dus bijzonder hoog. Ten opzichte van het aantal inwoners van de kern Werkendam is het animocijfer van Werkina 3,5 (2015). Ook dat is ruim boven het landelijk gemiddelde. Kortom: ondanks de ruime omvang van Bijtelskil en Werkina is de bezetting van beide baden prima in orde. Dat komt doordat de animocijfers van beide baden zeer hoog zijn.
2.4 Zwemvoorzieningen in de omgeving Om meer zicht te krijgen op de mate waarin de diverse zwemvoorzieningen in de omgeving door de inwoners van Werkendam worden gebruikt, is informatie gebruikt uit gesprekken en bijeenkomsten met de beide zwembadstichtingen, de drie zwemverenigingen en de inputgroep. Daarnaast is gesproken met het management van de baden in Hank (De Kurenpolder), Andel (AquaAltena) en Gorinchem (Caribabad).
4
In deze berekeningen is het zwemwateroppervlak van de peuterbaden buiten beschouwing gelaten, omdat dat voor een vertekening van de cijfers zou zorgen. Die bassins zijn namelijk zeer ondiep en kunnen daardoor niet als ‘volwaardige’ bassins worden beschouwd. 5 Wederom is het zwemwateroppervlak van de peuterbaden buiten beschouwing gelaten. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
9
2.4.1 Zwembaden Naast Bijtelskil en Werkina is er in de gemeente Werkendam nog een zwembad gevestigd. De Kurenpolder in Hank beschikt namelijk onder meer over een overdekt zwembad, bestaande uit een instructiebad, een peuterbad, een glijbaan en diverse aanvullende recreatieve voorzieningen. In het instructiebad kunnen bezoekers recreatief zwemmen, maar er worden ook verschillende soorten zwemlessen en diverse doelgroepactiviteiten aangeboden. Daarnaast is er een recreatieplas6 met een strand, glijbanen, speeltuinen en een skatebaan. Het binnenbad wordt niet alleen door inwoners van de twee dichtstbijzijnde kernen in de gemeente – Hank en Dussen – gebruikt, maar zeker ook door inwoners van Nieuwendijk, Sleeuwijk en Werkendam. Dat geldt vooral met betrekking tot de zwemlessen en de doelgroepactiviteiten. Hiervan zijn echter geen specifieke cijfers beschikbaar. In tegenstelling tot het overdekte zwemgedeelte worden de onoverdekte zwemvoorzieningen maar weinig door inwoners van Sleeuwijk en Werkendam bezocht. Zij zwemmen immers vooral in Bijtelskil en Werkina. In het Land van Heusden en Altena, maar (nog) buiten de gemeente ligt een vierde zwembad. In november 2014 is in Andel namelijk AquaAltena geopend. De Kikvors in Giessen en zwembad Veldzicht in Genderen zijn toen gesloten. Binnen biedt AquaAltena onder meer een wedstrijdbad, een instructiebad en een peuterbad en buiten een recreatiebad, een peuterbad en een glijbaan. Inwoners van de gemeente Werkendam bezoeken het onoverdekte gedeelte van het bad niet of nauwelijks. Voor het binnenbad ligt dat anders. Dat accommodeert namelijk wel een deel van de Werkendamse zwembehoefte. Dat geldt vooral ten aanzien van het les zwemmen, de doelgroepactiviteiten en de verhuur aan de drie zwemverenigingen. Op recreatief gebied heeft het binnenbad namelijk weinig te bieden. Er bestaat geen compleet cijfermatig beeld van het aantal bezoekers uit de gemeente Werkendam, omdat van bezoekers met een ‘los’ kaartje de woonplaats niet wordt geregistreerd. Net buiten de gemeente Werkendam en het Land van Heusden en Altena, maar vanaf Bijtelskil en Werkina met de auto nog altijd binnen 12 minuten bereikbaar, ligt het Caribabad in Gorinchem. Dit is een grootschalig zwembad met binnen een recreatiebad met diverse glijbanen en andere recreatieve voorzieningen, een wedstrijdbad en een peuterbad. Buiten liggen een wedstrijdbad met glijbaan en diverse peuterbaden. Ook is er een grote ligweide. Het bad wordt door inwoners van de gemeente Werkendam bezocht voor zwemlessen, doelgroepactiviteiten, verenigingszwemmen (De Biesboschzwemmers) en daarnaast nadrukkelijk voor recreatief zwemmen. Het Caribabad is namelijk het meest recreatieve bad in de omgeving. Er bestaat geen compleet cijfermatig beeld van het aantal bezoekers uit de gemeente Werkendam. Voor inwoners van Hank en Dussen is het dichtstbijzijnde grootschalige zwembad niet het Caribabad, maar De Warande in Oosterhout. Zowel binnen als buiten biedt dit bad veel zwemwater voor alle soorten zwemactiviteiten, inclusief verhuur aan De Biesboschzwemmers. Het enige dat ontbreekt, is een specifiek overdekt recreatiebad, zoals dat in het Caribabad wel aanwezig is. Wat betreft de zwemlessen kunnen de inwoners van Hank en Dussen overigens ook kiezen voor het instructiebad van Arendse Health Club in Raamsdonksveer. Andere zwembaden in de omgeving ontvangen niet of nauwelijks bezoekers uit de gemeente Werkendam. Alleen De Duikelaar in Hardinxveld-Giessendam wordt buiten de zomermaanden gedurende één uur per week door De Biesboschzwemmers gehuurd.
6
Dit is feitelijk geen zwembad maar natuurwater. Uit praktische overwegingen wordt de plas echter op deze plaats vermeld. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
10
2.4.2 Natuurwater In de omgeving van Sleeuwijk en Werkendam zijn diverse strandjes en ander ‘natuurwater’ aanwezig. Concreet gaat het vooral om strandjes in Werkendam (bij De Cloppenwaard), Sleeuwijk (De Sleeuwijkse Waard en de Groesplaat), Oudendijk, Woudrichem (bij camping De Mosterdpot), Rijswijk en Andel (bij camping De Hoge Waard). Daarnaast is er De Put in Uppel. Het is niet mogelijk om precies het gebruik van dit natuurwater vast te stellen, aangezien er geen entree hoeft te worden betaald en er geen bezoekers worden geteld. Desalniettemin kan een beeld worden geschetst. Uit de diverse gesprekken en ontvangen informatie blijkt namelijk, dat de verschillende locaties op warme, zomerse dagen zeker een functie vervullen. Zij worden dan vooral door jongeren bezocht, maar ook ouders met kinderen gaan erheen. Daarbij bezoeken de inwoners van de gemeente Werkendam vooral de nabij gelegen plekken en minder de locaties aan de Afgedamde Maas. Zwemmen in de Merwede en in andere grote rivieren brengt bepaalde risico’s met zich mee. Datzelfde geldt voor zwemmen in ‘kleiner’ natuurwater waar geen toezicht aanwezig is. Dit is een belangrijk verschil met een buitenbad. Daarnaast is zwemmen in natuurwater niet hetzelfde als zwemmen in een buitenbad. De strandjes vormen dan ook zeker geen volwaardige ‘vervangers’ voor de buitenbaden. Het bezoek van Bijtelskil en Werkina kan (en wil) niet naar de strandjes worden verplaatst. Dat laat onverlet dat er mensen zijn die zowel van de buitenbaden, als van de strandjes gebruikmaken. Er is dus wel degelijk sprake van een bepaalde concurrentie van de strandjes voor de buitenbaden. Dat is bijvoorbeeld ook goed zichtbaar in Andel, waar de aanwezigheid van natuurwater volgens de exploitant aan het tegenvallende bezoek van het buitenbad van AquaAltena bijdraagt. Tot slot is er ook een aantal inwoners, dat de buitenbaden niet bezoekt maar wel naar de strandjes trekt. Indien de strandjes mochten verdwijnen, zullen zij niet volledig naar de buitenbaden overstappen. De strandjes vervullen derhalve een functie voor een deel van de inwoners van de gemeente Werkendam.
2.5 Conclusies Op basis van de analyse kunnen de volgende conclusies worden getrokken: het bezoek van Bijtelskil en Werkina bestaat grotendeels uit inwoners van Sleeuwijk, respectievelijk
Werkendam; het hoge aandeel van het abonnementenbezoek in het totale bezoek en het hoge aantal verkochte
abonnementen duiden op een hoge mate van lokale belangstelling voor Bijtelskil en Werkina; ondanks de ruime omvang van Bijtelskil en Werkina is de bezetting van beide baden prima in orde. Dat
komt doordat het aantal bezoekers zeer hoog is; de prima bezetting, het zeer hoge aantal bezoekers en het hoge aantal verkochte abonnementen tonen
aan dat Bijtelskil en Werkina bestaansrecht hebben. De baden vervullen een duidelijke functie als het gaat om recreatie, sport, sociale contacten, gezondheid en veiligheid; het buitenbad van De Kurenpolder wordt vooral door de inwoners van Hank en Dussen bezocht, maar verder bezoeken de inwoners van de gemeente Werkendam slechts in beperkte mate andere buitenbaden in de omgeving. Het overgrote deel kiest namelijk voor Bijtelskil of Werkina; de bestaande behoefte van de inwoners van de gemeente Werkendam aan overdekt zwemwater wordt door de verschillende binnen- en combibaden in de omgeving geaccommodeerd;
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
11
de strandjes en ander natuurwater in de omgeving worden vooral op warme dagen goed bezocht door jongeren en gezinnen. Zij zorgen daarmee op dit moment voor een zekere concurrentie voor de buitenbaden, maar het is niet zo de strandjes de buitenbaden kunnen vervangen. Andersom is dat ook niet het geval.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
12
Hoofdstuk 3
Toekomstige zwembehoefte
3.1 Inleiding In het voorgaande hoofdstuk is op de huidige situatie ingegaan. In dit hoofdstuk wordt de toekomstige zwembehoefte bepaald. Die vormt immers het uitgangspunt voor de scenario’s met betrekking tot de invulling van die behoefte. Verschillende trends en ontwikkelingen hebben invloed op de toekomstige vraag van de inwoners van de gemeente Werkendam naar zwemwater en zwemactiviteiten.
3.2 Demografische ontwikkelingen De gemeente Werkendam heeft momenteel ruim 26.000 inwoners, van wie 64% in de kern Werkendam of Sleeuwijk woont. De volgende tabel toont de leeftijdsverdeling van het aantal inwoners in 2015, alsmede de prognose voor de komende jaren. Daaruit blijkt dat het totale aantal inwoners licht gaat stijgen. Belangrijker zijn echter de veranderingen in de leeftijdssamenstelling van de bevolking. Ten opzichte van 2015 zal het aantal inwoners van 0 tot 20, 20 tot 30 en 30 tot 55 jaar in 2030 naar verwachting zijn afgenomen. Bij de andere leeftijdsgroepen is daarentegen juist een stijging zichtbaar. Er is derhalve sprake van vergrijzing. jaar totaal 0 tot 20 jaar 20 tot 30 jaar 30 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar 65 tot 75 jaar 75 jaar of ouder
2015 26.452 6.537 2.945 8.650 3.430 2.951 1.939
2020 27.355 6.234 3.221 8.420 3.780 3.245 2.455
2025 27.700 6.201 3.114 7.990 3.990 3.225 3.180
2030 27.920 6.325 2.930 7.890 3.795 3.435 3.545
tabel 3.1: demografische prognose gemeente Werkendam (bron: SOAB)
Zoals de volgende tabel laat zien, zijn de verwachte veranderingen in de kern Sleeuwijk in absolute zin beperkt en volgen ze grotendeels de vergrijzingstrend van de totale gemeente. Een verschil is echter dat het aantal inwoners niet licht toeneemt. Een ander verschil is dat het aantal inwoners van 55 tot 65 jaar niet stijgt, maar heel licht daalt. Sleeuwijk totaal 0 tot 20 jaar 20 tot 30 jaar 30 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar 65 tot 75 jaar 75 jaar of ouder
2015 5.367 1.209 545 1.743 764 695 411
2020 5.368 1.101 606 1.600 776 740 545
2025 5.356 1.059 584 1.489 795 710 719
2030 5.332 1.077 512 1.462 748 706 827
tabel 3.2: demografische prognose kern Sleeuwijk (bron: SOAB)7
7
De voor 2015 weergegeven cijfers betreffen een prognose, want de prognose is in 2014 opgesteld. Het is echter zeer aannemelijk, dat de verschillen tussen de prognose en de werkelijkheid gering zijn en geen invloed op de conclusies hebben. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
13
In de kern Werkendam neemt het aantal inwoners naar verwachting licht toe, zo blijkt uit de volgende tabel. In tegenstelling tot de totale gemeente en de kern Sleeuwijk wordt de groep tot 20 jaar niet kleiner, maar groter. Voor de rest volgt de kern Werkendam wel de vergrijzingstrend van de totale gemeente. Werkendam totaal 0 tot 20 jaar 20 tot 30 jaar 30 tot 55 jaar 55 tot 65 jaar 65 tot 75 jaar 75 jaar of ouder
2015 11.597 3.146 1.471 3.713 1.308 1.078 881
2020 11.933 3.113 1.508 3.683 1.472 1.154 1.003
2025 12.267 3.141 1.507 3.591 1.587 1.211 1.230
2030 12.557 3.253 1.454 3.599 1.577 1.336 1.338
tabel 3.3: demografische prognose kern Werkendam (bron: SOAB)
De demografische veranderingen oefenen invloed uit op de behoefte aan zwemwater en zwemactiviteiten. In dit geval is echter vooral sprake van een ‘neutrale’ invloed: de veranderingen in de cijfers zijn in absolute zin namelijk klein. Dat geldt zowel voor de gemeente als geheel, als voor de kernen Sleeuwijk en Werkendam. Alleen voor wat betreft de behoefte aan doelgroepactiviteiten voor senioren zorgen de demografische ontwikkelingen voor een beperkte positieve invloed.
3.3 Trends en ontwikkelingen Er zijn zowel landelijke, als specifieke lokale trends en ontwikkelingen, die invloed op de zwembehoefte uitoefenen.
3.3.1 Landelijke trends
Net als Bijtelskil en Werkina zijn flink wat openluchtzwembaden behoorlijk op leeftijd en hebben ze met substantiële kosten te maken. Hoewel soms – onder invloed van bezuinigingen en kerntakendiscussies – tot sluiting wordt overgegaan, wordt daar meestal niet voor gekozen. In plaats daarvan wordt veelal gezocht naar slimme manieren om het bad tegen lagere kosten open te houden. Door aanscherping van de bedrijfsvoering wordt de benodigde exploitatiebijdrage verlaagd. Soms wordt ook voor een andere wijze van beheer gekozen, waarbij in enkele gevallen is besloten om het bad aan een lokale stichting met vrijwilligers over te dragen. Dat past ook bij de trend van toenemende burgerparticipatie, hetgeen overigens een belangrijk speerpunt van het Werkendamse Coalitieakkoord 2014 – 2018 is; de kwaliteit van de dienstverlening is in steeds grotere mate bepalend voor de keuzes van de zwembadbezoeker. Specifiek voor openluchtzwembaden gaat het dan om de kwaliteit van de voorzieningen, de aantrekkelijkheid van het activiteitenaanbod en de klantvriendelijkheid van het personeel. Daarnaast is bereikbaarheid voor elk zwembad een belangrijk punt. Het is niet bekend hoe bezoekers Bijtelskil en Werkina op deze aspecten beoordelen; in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw is door menig gemeente fors geïnvesteerd in recreatieve zwembaden en combibaden. Ook speelden openluchtzwembaden een belangrijke rol als recreatieve voorziening. Sinds de eeuwwisseling heeft echter een verschuiving van recreatief zwemmen naar doelgroepactiviteiten plaatsgevonden. Daarbij hebben demografische ontwikkelingen, gewenning aan recreatieve zwemvoorzieningen en uitbreiding van andersoortige recreatieve voorzieningen een rol gespeeld. Hoewel de bezoekcijfers van Bijtelskil en Werkina niet zo ver teruggaan, lijkt deze ontwikkeling zich in beide baden niet zo sterk te hebben voorgedaan;
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
14
de aandacht voor gezond leven en bewegen blijft onverminderd groot. Dat betekent een positieve stimulans voor de sportbeoefening in het algemeen. Vooral 55-plussers blijken aanzienlijk vaker deel te nemen aan sportieve (doelgroep)activiteiten dan in het verleden. Dat biedt kansen voor de zwembaden in de gemeente Werkendam. De interesse van jongeren in sport in het algemeen en verenigingsactiviteiten in het bijzonder neemt daarentegen af; in openluchtzwembaden worden hoe langer hoe meer doelgroepactiviteiten aangeboden. Naast de weersgesteldheid is de kwaliteit van de instructeurs zeer bepalend voor de populariteit van deze activiteiten. Daarnaast is – zeker voor senioren – de watertemperatuur een belangrijke factor, evenals de hygiëne. In Werkina worden geen doelgroepactiviteiten aangeboden, maar in Bijtelskil wel; net als Bijtelskil en Werkina biedt een flink aantal openluchtzwembaden zwemlessen aan. Vaak gebeurt dat nog op een aanbodgerichte wijze, maar steeds meer baden kiezen ervoor om vraaggericht te opereren. Dat betekent onder meer dat zij ook lessen in het weekend aanbieden en snelcursussen organiseren. Bijtelskil en Werkina doen dat laatste overigens niet; zwem- en waterpoloverenigingen hebben in de afgelopen jaren over het algemeen te kampen met relatief sterk teruglopende ledenaantallen. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat er wat dit betreft grote verschillen tussen individuele verenigingen bestaan. De drie verenigingen die in Bijtelskil en Werkina actief zijn, geven aan een vrij constant aantal leden te hebben;
het aantal gemeenten waarin schoolzwemmen wordt aangeboden, is in de afgelopen jaren sterk gedaald. Naast gemeentelijke bezuinigingen spelen de reistijd en vervoerskosten daarbij vaak ook een rol. In de gemeente Werkendam is de gemeentelijke subsidie op het schoolzwemmen in 2014 stopgezet. Desondanks is er een basisschool in Sleeuwijk die voor de ‘natte gymles’ van Bijtelskil gebruikmaakt. Daarnaast bezoeken andere scholen incidenteel de baden; mede door verdrinkingsgevallen en ongelukken in zwembaden en recreatiegebieden blijft de discussie over veiligheid actueel. Daarbij gaat het niet alleen om de veiligheid in het water, maar ook om de (sociale) veiligheid in en om zwembaden. Mede hierom is het Keurmerk Veilig en Schoon opgesteld. Werkina heeft het Keurmerk behaald en Bijtelskil heeft de intentie om het Keurmerk aan te vragen.
3.3.2 Lokaal beleid Recreatie, toerisme en sport Hoewel de twee zwembaden niet expliciet in het toerisme-/recreatiebeleid worden benoemd, hebben ze een duidelijke recreatieve functie. Dat geldt vooral ten aanzien van de inwoners van de gemeente Werkendam. Daarnaast blijkt uit de diverse gemeentelijke beleidsnota’s duidelijk, dat sporten en bewegen niet uitsluitend als doel op zich wordt beschouwd. Het wordt namelijk ook duidelijk gezien als middel in het kader van onder meer gezondheid (fysiek en psychisch), maatschappelijke participatie, sociale cohesie en veiligheid. Met hun aanbod dragen Bijtelskil en Werkina ook aan deze doelen bij. Duurzaamheid Ten aanzien van duurzaamheid heeft de gemeente een Klimaatplan 2013 – 2016 opgesteld. Daarnaast is in 2007 samen met 18 andere gemeenten de ‘Verklaring van Dussen’ uitgebracht. In beide documenten worden diverse ambities en speerpunten benoemd, waarmee bij de keuze voor een scenario rekening kan worden gehouden. Recreatiepoort Ten zuidwesten van de kern Werkendam ligt de Noordwaard Polder. Aan de noordoostkant daarvan, dus net buiten Werkendam, ligt de Recreatiepoort Werkendam. Dat is een gebied met een omvang van ongeveer 80 hectare, alwaar een concentratie van recreatieve voorzieningen is voorzien. Daarbij zorgt Rijkswaterstaat voor de basisinrichting en heeft de gemeente de mogelijkheid om dit buitendijks gelegen gebied te ontwikkelen met: Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
15
een jachthaven met 400 ligplaatsen en maximaal 140 verblijfseenheden; al dan niet drijvende verblijfsaccommodaties; horeca;
een groepsaccommodatie; dagrecreatieve voorzieningen, zoals een wellnessvoorziening.
De gemeente is op zoek naar een geschikte ondernemer, die het gebied binnen de geformuleerde kaders verder kan ontwikkelen. Het is niet uitgesloten dat dit de zwemmogelijkheden in natuurwater vergroot, maar vooralsnog bestaan er op dit gebied geen concrete plannen. Datzelfde geldt ten aanzien van een eventueel nieuw zwembad binnen de Recreatiepoort, dat dan bovendien geen ideale ligging zou hebben. Bij het bepalen van de toekomstige zwembehoefte en het uitwerken van de scenario’s voor het ‘onderbrengen’ van die behoefte is het derhalve niet reëel om hier rekening mee te houden.
3.4 Conclusie Op basis van de verschillende trends en ontwikkelingen luidt de conclusie, dat de toekomstige zwembehoefte in grote lijnen gelijk zal zijn als de huidige. Er mag een beperkte afname van de behoefte aan recreatief zwemmen en een beperkte stijging van de vraag naar doelgroepactiviteiten voor senioren worden verwacht. Er is dus vooral sprake van continuïteit.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
16
Hoofdstuk 4
Toekomstscenario’s
4.1 Inleiding Op basis van de bevindingen uit de twee voorgaande hoofdstukken zijn verschillende toekomstscenario’s vastgesteld. Daarbij is rekening gehouden met een aantal randvoorwaarden, dat aan het begin van het onderzoek in samenwerking met de inputgroep is benoemd: de scenario’s zijn gericht op het ‘onderbrengen’ van de zwembehoefte van de inwoners van de
gemeente Werkendam; de scenario’s kunnen betrekking hebben op de nieuwbouw, renovatie, aanpassing, instandhouding en/of sluiting van één of meerdere baden; in elk scenario moet de bezuiniging van minimaal € 250.000,- op de totale kosten van de zwembaden worden gerealiseerd; de scenario’s moeten voldoende onderscheidend zijn, zodat de gemeente een duidelijke keuze kan maken; in elk scenario moet de maatschappelijke functie van het zwemmen worden gecontinueerd. Dat betekent onder meer een maatschappelijke openstelling en maatschappelijke tarieven.
4.2 Inloopavonden Zoals in paragraaf 1.3 is aangegeven, zijn er tijdens het onderzoek twee inloopavonden voor de inwoners georganiseerd, namelijk in Sleeuwijk en in Werkendam. De opkomst was op beide avonden zeer hoog, wat de conclusie uit hoofdstuk 2 over de grote lokale belangstelling bevestigt, maar ook de betrokkenheid van de inwoners bij de zwembaden aangeeft. Tijdens de avonden is de inwoners onder meer gevraagd, welke aspecten er ten aanzien van het zwemmen prioriteit hebben. Op basis daarvan kunnen de volgende conclusies worden getrokken:
functie: de recreatieve functie van de zwembaden wordt belangrijker geacht dan de sportfunctie en de zwemlesfunctie;
type bad: de aanwezigen in Sleeuwijk hebben een duidelijke voorkeur voor een buitenbad, terwijl de aanwezigen in Werkendam het liefst een combibad willen hebben, gevolgd door een buitenbad. In beide kernen is duidelijk geen voorkeur voor uitsluitend een binnenbad: men wil in een buitenbad kunnen blijven zwemmen;
toegangsaspecten: de afstand tot het zwembad wordt belangrijker geacht dan de tarieven en de openingstijden. Dat betekent niet dat de twee laatstgenoemde aspecten onbelangrijk zijn, maar wel dat de aanwezigen meer belang hechten aan een nabijgelegen en goed en veilig bereikbaar bad.
Daarnaast is tijdens de inloopavonden een veelheid aan opvattingen en ideeën geuit. Samengevat werden de volgende aspecten veelvuldig genoemd: de wens om het bestaande bad in de ‘eigen’ kern te behouden: zowel in Sleeuwijk als in Werkendam gaven de inwoners aan dat er onoverdekt zwemwater in de eigen kern behouden moet blijven;
het belang van de zwembaden voor onder meer de gezondheid (“ik ben zelf minder-valide, het zwembad houdt mij op de been” en “onze kinderen laten bewegen en sporten is de uitdaging van de toekomst”), veiligheid, zwemvaardigheid en sociale contacten van de inwoners;
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
17
maatregelen die tot een verlaging van het exploitatietekort van de baden leiden, zoals: o een lagere watertemperatuur en andere duurzaamheidsmaatregelen; o een meer weersafhankelijke/flexibele openstelling (“we hebben liever een wat kleiner
zwembad dat wat later opengaat, dan geen zwembad”); een ruimere inzet van vrijwilligers (“het onderhoud kan door vrijwilligers worden gedaan”); een prijsverhoging van de abonnementen en zwemlessen (“het zwembad is voor ons en voor de regio van onschatbare waarde, daar willen de bewoners vast wel wat extra aan bijdragen”); o het vervangen van de kassamedewerker door een toegangspoortje; het vergroten van het gebruik van de baden, bijvoorbeeld door het organiseren van bootcamps,
jeugddisco’s en muziekfestivals, het creëren van een openluchtbioscoop, speeltuin of jeugdsoos en het zoeken van samenwerking met andere sportverenigingen; het opzetten van sponsorarrangementen en de oprichting van een club ‘Vrienden van het zwembad’; het buiten het zomerseizoen overkappen van het bad, zodat het langer kan worden gebruikt; het belang van het leren van de fouten die bij AquaAltena zijn gemaakt.
o o
De resultaten van de inloopavonden vormen belangrijke input voor de scenario’s.
4.3 Huidige financiële exploitatie Om de financiële effecten van de verschillende scenario’s goed te kunnen duiden, is het nodig om eerst de bestaande financiële exploitatie in beeld te brengen. Uit de cijfers in bijlagen 1 en 2 blijkt, dat het exploitatietekort van Bijtelskil en Werkina jaarlijks behoorlijk varieert. In 2015 ging het voor de twee baden samen om ongeveer € 343.000,- en dat was ook de totale gemeentelijke exploitatiebijdrage. Tot nu toe is het verschil tussen het exploitatietekort en de begrote exploitatiebijdrage namelijk altijd ‘verrekend’. Er is dus feitelijk sprake van een open-eindregeling. Naast de exploitatiebijdrage maakt de gemeente nog andere kosten voor de zwembaden. Zij doteert immers jaarlijks een bedrag in de onderhoudsvoorziening, waaruit de werkelijke kosten van het groot onderhoud worden betaald. In 2015 was dat circa € 84.000,- aan de onderhoudsvoorziening van Bijtelskil en circa € 148.000,- aan de onderhoudsvoorziening van Werkina. Tot slot zijn er met betrekking tot de zwembaden nog enkele ‘kleinere’ kostenposten voor de gemeente, waaronder kapitaallasten en gemeentelijke apparaatskosten. In 2015 ging het in totaal om circa € 17.000,- voor Bijtelskil en circa € 22.000,- voor Werkina. De volgende tabel toont een overzicht van alle met de zwembaden samenhangende kosten voor de gemeente in 2015:
exploitatiebijdrage zwembaden dotatie voorziening groot onderhoud overige kosten totaal kosten
Bijtelskil 168.000 84.000 17.000 269.000
Werkina 175.000 148.000 22.000 345.000
totaal 343.000 232.000 39.000 614.000
tabel 4.1: overzicht gemeentelijke kosten zwembaden 2015
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
18
4.4 Scenario 0: instandhouding beide baden bij ongewijzigd beleid Het zou onjuist zijn om de scenario’s met de in de voorgaande tabel weergegeven huidige kosten van Bijtelskil en Werkina te vergelijken. De twee baden staan immers niet stil. Vandaar dat het van belang is om te bepalen, wat er bij ongewijzigd beleid gebeurt. Daarmee wordt gedoeld op een situatie waarin de twee bestaande baden in stand worden gehouden en er verder geen maatregelen worden genomen die tot een verbetering van de exploitatie leiden (zie scenario 1). De in de meerjarenonderhoudsplanning (MOP) vermelde werkzaamheden worden uitgevoerd. Daarbij gaat het niet alleen om groot onderhoud, maar ook om vervangingsinvesteringen. Er is echter geen sprake van een grootschalige renovatie of aanpassing van het voorzieningenaanbod. Bij ongewijzigd beleid verandert er weinig aan het exploitatietekort van de baden. Onder invloed van onder meer de weersgesteldheid kan het bezoek wat lager of hoger zijn dan in de afgelopen jaren, maar er mag vooral op continuïteit worden gerekend. Ook ten aanzien van het groot onderhoud zal er weinig veranderen. De MOP 2014 – 2023 gaat voor Bijtelskil namelijk uit van gemiddeld circa € 89.000,- en voor Werkina van gemiddeld € 137.000,aan kosten per jaar voor het groot onderhoud. Dat is samen circa € 6.000,- minder dan nu. Het verschil in deze kosten tussen Bijtelskil en Werkina wordt vooral veroorzaakt door het feit, dat in de periode van de MOP in Werkina een aantal grote uitgaven moet worden gedaan. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de CV-ketel, de zwemwaterbehandeling, de coating van de bassins, het leidingwerk en de bestrating rond het peuterbad. De conclusie luidt dus, dat de totale kosten bij ongewijzigd beleid ongeveer gelijk blijven aan de huidige situatie. Dat betekent ook dat hiermee bij lange niet de bezuiniging van minimaal € 250.000,- wordt gerealiseerd.
4.5 Scenario 1: instandhouding beide baden met verbetermaatregelen Instandhouding van Bijtelskil en Werkina bij ongewijzigd beleid zorgt duidelijk niet voor de gewenste besparing op de kosten van de zwembaden. Daarvoor zijn derhalve maatregelen nodig, die tot een betere financiële exploitatie leiden. Om te kunnen bepalen in hoeverre er op de verschillende onderdelen van de exploitatie kan worden bespaard, wordt nu een analyse van de belangrijkste aspecten van de exploitatie uitgevoerd.
4.5.1 Openstelling Steeds meer buitenbaden hanteren een weersafhankelijke openstelling. Dat betekent dat zij niet of minder lang open zijn op momenten dat het koud is en hard regent en juist langer open zijn op dagen waarop het heel warm en zonnig is. Daarmee wordt voorkomen dat een bad heel de dag voor slechts 10 bezoekers geopend is, maar ook dat de gasten op een prachtige dag tegen hun zin het bad uit worden gestuurd. In Bijtelskil en Werkina is alleen op zondag sprake van een weersafhankelijke openstelling. Op zaterdag wordt om 12.00 uur besloten of de baden op zondag open of gesloten zijn. Wanneer de openstelling in sterkere mate weerafhankelijk wordt gemaakt, leidt dat tot een betere afstemming op de behoefte en een kostenbesparing. Daarbij wordt wel aanbevolen om op elke dag in elk geval gedurende een aantal uren altijd open te gaan, zodat de ‘fanatieke banen zwemmers’ ook bij wind en regen terechtkunnen. Op doordeweekse dagen kan dit bijvoorbeeld worden ingevuld door in elk geval tot 12.00 uur open te zijn en in geval van koud en nat weer vervolgens de deuren te sluiten. Ook in het weekend kan een soortgelijke systematiek worden gehanteerd. Voor het succes van deze maatregel zijn heldere criteria en een goede communicatie cruciaal.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
19
In de huidige situatie zijn de twee zwembaden gedurende 19 weken per jaar geopend, namelijk vanaf een week voor het begin van de meivakantie tot twee weken na het einde van de zomervakantie. Hoewel veel zwembaden ervoor kiezen om ‘pas’ vanaf het begin van de meivakantie open te gaan, is dit geen buitensporig ruime openstelling. Wel kan men er eventueel voor kiezen om de seizoensopening een week uit te stellen, op het moment dat het eind april nog erg slecht weer is. De mate waarin deze maatregelen tot een afname van de personeelskosten leiden, is mede afhankelijk van de weersgesteldheid en de wijze waarop ze worden ingevoerd c.q. de criteria die worden gehanteerd. Uitgaande van een gemiddelde zomer wordt de totale besparing op circa € 10.000,- per bad en dus circa € 20.000,- in totaal geraamd. Het verlies aan inkomsten door een afname van het bezoek is zeer beperkt. De fanatieke zwemmers kunnen immers dagelijks terecht en de andere bezoekers komen bij koud en nat weer toch niet naar het bad.
4.5.2 Personele inzet Het in sterkere mate weersafhankelijk maken van de openstelling leidt tot een efficiëntere personele inzet. Het komt dan immers minder vaak voor dat er medewerkers in het zwembad aanwezig zijn, terwijl er (bijna) niemand komt zwemmen. Daarnaast kan worden bekeken of het mogelijk is om de personele inzet tijdens de openingsuren van de baden terug te brengen. Daartoe dient de huidige situatie te worden beoordeeld. In beide baden is sprake van een basisbezetting van twee personen, waarbij de ene medewerker toezicht houdt en de ander bij de kassa staat en daarbij ook een stuk administratie, schoonmaak en (in Werkina) horeca verzorgt. Op drukkere momenten en tijdens de zwemlessen wordt die inzet uiteraard uitgebreid. Tijdens de verenigingsuren zijn geen medewerkers in het zwembad aanwezig (sleutelverhuur). Overigens wordt sinds enige tijd gedurende de weken dat de baden geopend zijn ook een combinatiefunctionaris ingezet. Zijn inzet is ongeveer 19 uur per bad per week. De bijbehorende kosten zijn flink lager dan bij een ‘gewone’ medewerker. Naast de directe inzet van medewerkers in de zwembaden is er een bedrijfsleider, die in dienst is van Stichting Werkina. Vanuit de stichting wordt hij echter ook aan Stichting Zwembad Bijtelskil ‘uitgeleend’. Er is dus sprake van één bedrijfsleider voor beide baden. Dat is een duidelijke verbetering ten opzichte van het verleden, toen elk bad nog een eigen bedrijfsleider had. Overigens vervult de bedrijfsleider niet alleen managementtaken, maar is hij ook uitvoerend werkzaam en zorgt hij voor het ‘seizoenklaar’ en ‘winterklaar’ maken van de baden. Hij heeft een fulltime dienstverband, maar zoals gebruikelijk is zijn ureninzet niet gelijkmatig over het jaar verdeeld. Een bedrijfsleider van 0,5 fte per bad is passend. De bedrijfsleider wordt ondersteund door een externe manager, die door beide baden wordt ingehuurd. De ureninzet van de externe manager is in totaal ongeveer 0,5 fte. De verdeling van die uren over de twee baden varieert al naar gelang de behoefte. Zo ligt de nadruk van zijn werkzaamheden momenteel bij Bijtelskil, mede doordat Werkina wel managementondersteuning bij Sportfondsen Nederland inhuurt en Bijtelskil dat niet meer doet. Juist doordat niet alle uren even eenduidig over de twee baden kunnen worden verdeeld en er sprake is van wederzijdse ‘uitleen’ van personeel, is het lastig om de personele inzet per bad te bepalen. Op basis van de beschikbare informatie wordt de totale inzet in de twee baden samen op circa 8,0 fte in 2015 geraamd. Dat leidt tot een gemiddelde van ongeveer 10.200 bezoekers per fte en dat is slechts iets lager dan het landelijke cijfer voor buitenbaden van 10.500. Bovendien dient dat cijfer niet als ‘keihard’, maar eerder als indicatief te worden beschouwd. In elk geval is duidelijk dat er niet van een buitensporige inzet sprake is, maar dat er ook ruimte is om de efficiëntie verder te verbeteren. Een meer weersafhankelijke openstelling draagt daar al sterk aan bij, Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
20
maar er kan desgewenst ook op de managementinzet worden bespaard. Met een operationele bedrijfsleider, een externe manager en managementondersteuning door Sportfondsen is die namelijk ruim. Een deel van de bijbehorende werkzaamheden zal dan door andere medewerkers moeten worden uitgevoerd en een deel zal komen te vervallen. De mogelijke besparing wordt op ongeveer € 10.000,- geraamd.
4.5.3 Inzet vrijwilligers In de huidige situatie is sprake van een beperkte inzet van vrijwilligers. Zwemvereniging Bijtelskil maakt het terrein van Bijtelskil schoon en bij incidentele activiteiten in de zwembaden worden regelmatig vrijwilligers ingezet ter ondersteuning van de vaste medewerkers. In den lande zijn ook buitenbaden waar structureel vrijwilligers worden ingezet voor onder meer (aanvullend) toezicht houden, zwemles geven, kassa, administratie, dagelijks onderhoud en het ‘seizoenklaar’ en ‘winterklaar’ maken van het bad. In de praktijk worden vooral voor de werkzaamheden ‘buiten het water’ vrijwilligers ingezet. Er bestaan goede en slechte voorbeelden van vrijwilligersinzet in zwembaden. In elk geval brengt het een aantal extra uitdagingen met zich mee, bijvoorbeeld op het gebied van aansprakelijkheid, maar ook het feit dat het om structurele inzet gaat en dat vrijwillig in dit geval zeker niet vrijblijvend betekent. Er zijn heel kleine buitenbaden waar alle taken door vrijwilligers worden uitgevoerd, maar in baden met een omvang van Bijtelskil en Werkina is dat niet realistisch en ook niet wenselijk. Voor een goede bedrijfsvoering is immers een stuk professioneel management en kennis nodig. Wanneer wordt aangenomen dat het management, de technisch medewerker en de ‘eerste’ toezichthouder betaalde krachten zijn en alle andere werkzaamheden door vrijwilligers worden uitgevoerd, gaat het om maximaal circa 5.000 netto uren voor beide baden samen. Het is echter onwaarschijnlijk dat er ook daadwerkelijk zo veel vrijwilligersinzet in Sleeuwijk en Werkendam kan worden gevonden. Op hoeveel inzet er wel mag worden gerekend, is op dit moment lastig in te schatten. De lokale betrokkenheid bij de baden is groot, maar dat betekent niet automatisch dat iedereen ook bereid is om structureel in de baden te gaan werken. Op basis van ervaringen elders, de lokale betrokkenheid van de inwoners en het bestaan van verschillende zwemverenigingen wordt de maximale vrijwilligersinzet in dit stadium op 1.000 uur per bad geraamd. Voor beide baden samen leidt dat tot een besparing van circa € 40.000,-.
4.5.4 Tarievenstructuur Bijtelskil en Werkina hanteren een vergelijkbare tarievenstructuur. Voor het recreatief zwemmen kunnen bezoekers een dagkaart, een 12-badenkaart of een abonnement kopen. Daarbij valt op dat in Werkina bezoekers tot twee jaar gratis kunnen zwemmen, terwijl dat in Bijtelskil tot drie jaar is. Het verdient aanbeveling om in Bijtelskil dezelfde leeftijd als in Werkina te hanteren. De 12-badenkaart is persoonsgebonden en zes maanden – in de praktijk dus één seizoen – geldig. Dat is passend. Wel is de korting van de kaart met 17% per bezoek wat aan de hoge kant, want 10 à 15% is gebruikelijk. Het feit dat er meerbadenkaarten èn abonnementen worden verkocht, betekent dat het aantal kortingsmogelijkheden groot is. Veel buitenbaden kiezen ervoor om geen meerbadenkaarten aan te bieden. Het gebruik ervan in beide baden is zeer beperkt8, dus dat zou ook hier een manier kunnen zijn om de tarievenstructuur te vereenvoudigen.
8
In 2015 verkocht Bijtelskil 58 en Werkina 82 meerbadenkaarten.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
21
Ten aanzien van de abonnementen is sprake van enkele verschillen tussen beide baden: Werkina hanteert ook een abonnement voor 65-plussers, terwijl zij in Bijtelskil hetzelfde tarief als
andere bezoekers vanaf 16 jaar betalen. Het prijsverschil is dermate klein, dat er geen extra bezoek door wordt gegenereerd en het niet voor de hand ligt om dit abonnement te handhaven; Werkina hanteert ook abonnementen die niet op zondag geldig zijn. Deze zijn slechts iets goedkoper dan de ‘reguliere’ abonnementen en leiden derhalve niet tot extra bezoek. Vermoedelijk wordt met dit aanbod aan de religieuze overtuigingen van een deel van de bevolking tegemoetgekomen.
In paragraaf 2.3 is al aangegeven, dat de abonnementen relatief snel kunnen worden terugverdiend. Dat betekent dat de prijzen van de abonnementen kunnen worden verhoogd. Dat zal wel geleidelijk moeten gebeuren, anders is de kans op bezoekuitval te groot. Daarnaast kan het verschil tussen de prijs in de voorverkoop en de prijs tijdens het seizoen worden verhoogd, want dat bedraagt nu slechts € 5,50. Een groter verschil stimuleert de voorverkoop en voorkomt dat bezoekers afwachten of het in het begin van het seizoen wel mooi weer is. Ten aanzien van het les zwemmen is de prijs van de leskaarten relatief laag. Voor het A-diploma krijgen kinderen vier keer per week 30 minuten les. Uitgaande van 19 weken betekent dat 76 lessen voor € 145,-. Dat is dus minder dan € 2,- per les en dat is erg weinig. Weliswaar moeten zwemleskinderen ook een abonnement aanschaffen, maar daarmee kunnen ze ook onbeperkt recreatief zwemmen. Een geleidelijke verhoging van de tarieven van de leskaarten ligt derhalve voor de hand. Tot slot betalen de twee verenigingen uit de gemeente Werkendam die vaste gebruikers van de baden zijn geen huur. Dat is zeer ongebruikelijk en is feitelijk een vorm van indirecte subsidiëring van de verenigingen door de gemeente. Daar staat tegenover dat de verenigingsleden verplicht een abonnement moeten kopen en dat zwemvereniging Bijtelskil het terrein van het bad schoonmaakt. Daarnaast worden in beide baden bij incidentele activiteiten vrijwilligers van de verenigingen ingezet. Dit gebeurt in andere buitenbaden echter ook en vormt dan ook niet direct een reden om geen badhuur in rekening te brengen. Een gebruikelijk tarief voor de verhuur van een buitenbad is € 15,- per uur exclusief toezicht.9 De aanpassingen van de tarievenstructuur met betrekking tot het recreatief zwemmen en het les zwemmen zorgen voor een toename van de gemiddelde omzet per bezoeker en een zeer beperkte afname van het bezoek. Uitgaande van een geleidelijke prijsverhoging leidt dit tot een toename van de omzet van de twee baden samen met circa € 30.000,-.
4.5.5 Energieverbruik Uit een vergelijking met de cijfers van buitenbaden met vergelijkbare aantallen bezoekers en vierkante meters zwemwater blijkt het volgende: het gasverbruik is in beide baden aan de hoge kant; het elektraverbruik is in Werkina hoog, maar in Bijtelskil in orde; het waterverbruik is in beide baden in orde.
9
Tijdens verenigingsuren is in Bijtelskil en Werkina geen sprake van toezicht door zwembadmedewerkers. De verenigingen zijn daarvoor zelf verantwoordelijk. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
22
Het feit dat het gasverbruik aan de hoge kant is, komt vooral doordat de watertemperatuur in beide baden hoog is, namelijk 25 graden. Een temperatuur van 21 graden is gebruikelijker, maar dat is voor de bezoekers een te groot verschil om in één keer te overbruggen. Net als bij de tarieven verdient het aanbeveling om voor een geleidelijke aanpak te kiezen. Dat leidt tot een besparing van circa € 8.000,- voor de twee baden samen. Overigens zorgen de afdekdekens in beide baden voor een beperking van de gaskosten. Zeker bij een hoge watertemperatuur is het van belang om de warmte zo goed mogelijk ‘vast te houden’. Daarnaast is niet duidelijk waardoor het elektraverbruik van Werkina zo hoog is. Op basis van kengetallen zou het ongeveer 30% lager moeten zijn. Dat scheelt circa € 3.000,-. Tevens valt op dat de kosten van het waterverbruik van Werkina hoog zijn, terwijl het verbruik in orde is. Dat komt doordat de prijs per verbruikseenheid bijzonder hoog is. Volgens de manager wordt dit verschil veroorzaakt door een verschil in de kosten voor vastrecht. Uiteraard is het ook mogelijk om allerlei verdergaande energiebesparende maatregelen te nemen. De ervaring leert echter, dat daarmee vooral een verbetering op het gebied van duurzaamheid wordt gerealiseerd en de financiële voordelen soms tegenvallen. Niet alleen moeten de investeringskosten eerst worden terugverdiend, ook zijn er op verschillende plaatsen in het land slechte ervaringen met bijvoorbeeld houtkachels. Een onderzoek naar duurzaamheidsmaatregelen valt buiten het bestek van dit onderzoek. Vandaar dat hier op deze plaats niet verder op wordt ingegaan.
4.5.6 Groot onderhoud In paragraaf 4.4 is aangegeven, dat de MOP voor het groot onderhoud van Bijtelskil uitgaat van kosten van gemiddeld circa € 89.000,- per jaar. Voor Werkina is dat bedrag € 137.000,- per jaar. Bij het opstellen van een MOP worden bepaalde uitgangspunten gehanteerd. Het management van de twee baden heeft aangegeven, dat van een hoog kwaliteitsniveau is uitgegaan.10 Op het moment dat dit niveau wordt verlaagd, leidt dat niet of nauwelijks tot minder bezoek, maar wel tot lagere kosten. Hiermee wordt uitdrukkelijk niet bedoeld dat bepaalde onderhoudswerkzaamheden vooruit worden geschoven. Dat zou ook niet goed zijn, want die kosten komen altijd weer terug. Wel wordt bedoeld dat het conditieniveau wordt verlaagd.11 Uit berekeningen van de opstellers van de MOP12 blijkt, dat dit voor Bijtelskil tot een indicatieve besparing van circa € 20.000,- per jaar leidt.13 Voor Werkina is dat bedrag circa € 40.000,-. Ten opzichte van de huidige situatie (zie paragraaf 4.3) is sprake van een besparing van circa € 15.000,- voor Bijtelskil en circa € 51.000,- voor Werkina. Ter voorkoming van misverstanden: in de MOP is van instandhouding van beide baden voor langere termijn uitgegaan. Op het moment dat de baden bijvoorbeeld nog slechts 10 jaar in stand worden gehouden, scheelt dat substantieel in de kosten van groot onderhoud. Bepaalde uitgaven worden dan immers niet meer gedaan, of pas op het moment dat er geen ontkomen meer aan is. Dat brengt echter ook risico’s met zich mee. Hoe meer de sluitingsdatum nadert, hoe groter de kans wordt dat zich toch onverwachte problemen voordoen en er kosten moeten worden gemaakt.
10
Het huidige conditieniveau volgens de NEN 2767 is 2 (goed) voor beide baden. Hier wordt uitgegaan van conditieniveau 3 (redelijk) voor beide baden. 12 De afdeling Bouw en Techniek van Sportfondsen Nederland. 13 Dit is exclusief de kosten voor het verwijderen van de asbest op het dak van Bijtelskil. 11
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
23
4.5.7 Configuratie Uiteraard is het ook mogelijk om aan een verkleining van de zwembaden te denken. Zij bieden immers veel zwemwater voor het aantal inwoners van het verzorgingsgebied, maar worden – zoals in paragraaf 2.3 bleek – ook zeer goed bezocht. Dat is niet de enige reden waarom een verkleining niet voor de hand ligt. Wanneer bijvoorbeeld het instructiebad van Bijtelskil wordt gesloten, is er in dat bad geen ander zwemwater met een dergelijke diepte aanwezig. Hetzelfde geldt voor Werkina. Dat heeft een grote impact en leidt onherroepelijk tot een flinke afname van het bezoek. Bovendien brengt het verkleinen van een bad ook bepaalde kosten met zich mee. Om deze redenen wordt deze optie niet verder uitgewerkt.
4.5.8 Besparing In dit scenario is onderzocht welke maatregelen kunnen worden genomen om tot een substantiële besparing op de kosten van de zwembaden te komen. Dat leidt tot het overzicht, dat in de volgende tabel is weergegeven. Daaruit blijkt dat het met de vermelde maatregelen mogelijk is om een substantieel deel van de gewenste besparing van € 250.000,- te realiseren. Daarvoor dienen echter wel enkele – soms rigoureuze – keuzes te worden gemaakt. Bij het ramen van de besparingen voor de verschillende maatregelen is niet van de ‘maximaal mogelijke’, maar van een reële besparing uitgegaan. Het is uiteraard mogelijk om voor de weersafhankelijke openstelling ‘strengere’ criteria op te stellen, sterker op het management te besparen, aan te nemen dat de vrijwilligersinzet groter zal zijn, de tarievenstructuur minder geleidelijk aan te passen, de watertemperatuur rigoureuzer te verlagen of voor het groot onderhoud van een lager conditieniveau uit te gaan. Dat zorgt voor een hogere besparing dan nu is geraamd. Het heeft echter ook negatieve gevolgen voor het bezoek en de maatschappelijke waarde van de zwembaden. Bij de voorgestelde maatregelen is daarentegen het uitgangspunt om die consequenties zo veel mogelijk te beperken, zoals bijvoorbeeld blijkt uit het feit dat voor een geleidelijke aanpassing van de tarievenstructuur is gekozen. openstelling personele inzet inzet vrijwilligers tarievenstructuur energieverbruik groot onderhoud totaal besparing
20.000 10.000 40.000 30.000 11.000 66.000 177.000
tabel 4.2: raming besparing scenario 1
4.6 Scenario 2: instandhouding ene bad en sluiting andere bad In scenario 2 is sprake van instandhouding van één van beide baden en sluiting van het andere bad. Dat betekent dat dit scenario uit twee varianten bestaat: a) sluiting van Werkina en instandhouding van Bijtelskil; b) sluiting van Bijtelskil en instandhouding van Werkina.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
24
4.6.1 Bezoek In beide varianten zijn de consequenties behoorlijk goed vergelijkbaar. Zoals eerder is vermeld, is het bezoek in beide baden hoog, is sprake van een sterke mate van lokale betrokkenheid en een groot aantal verkochte abonnementen. Als inwoners van Sleeuwijk buiten willen zwemmen, kiezen ze in overgrote meerderheid voor Bijtelskil. Hetzelfde geldt ten aanzien van de inwoners van Werkendam en Werkina. De gedurende het onderzoek gevoerde gesprekken bevestigen dit beeld. Bezoekers lopen soms letterlijk met de badjas aan vanaf huis naar het zwembad. De sluiting van één van beide baden betekent het wegvallen van een bad, dat door de inwoners van de betreffende kern echt als ‘hun’ bad wordt beschouwd. Daarnaast houdt het in, dat de afstand tot het dichtstbijzijnde buitenbad met circa 5 kilometer toeneemt. Dit alles leidt ertoe, dat in dit scenario een aanzienlijke bezoekuitval zal optreden. Het is dus zeker niet zo, dat de circa 40.000 bezoekers van het ene bad allemaal naar het andere bad zullen ‘verhuizen’. Op basis hiervan worden de bezoekcijfers bij instandhouding van Bijtelskil of Werkina als volgt geraamd: Bijtelskil recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen totaal bezoek
4.900 600 31.600 1.500 7.600 2.100 1.700 50.000
Werkina 4.600 800 31.500 0 7.700 2.200 500 47.300
tabel 4.3: raming bezoek bij instandhouding Bijtelskil of Werkina
Overigens is het ook niet waarschijnlijk dat veel van de huidige bezoekers van het te sluiten bad – of dat nu Bijtelskil of Werkina is – naar andere buitenbaden of combibaden in de omgeving overstappen. Een klein deel zal dat wel doen of in natuurwater gaan zwemmen, maar de overgrote meerderheid zal in de zomerperiode stoppen met zwemmen. Dit scenario heeft dus een grote maatschappelijke impact.
4.6.2 Exploitatieraming Bijlage 3 bevat de exploitatieraming voor de situatie waarin Bijtelskil of Werkina in stand wordt gehouden. Daarbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: aantal bezoekers conform de zojuist weergegeven raming; gemiddelde omzet per bezoeker per activiteit en voor de horeca conform de bestaande situatie in Bijtelskil en Werkina;
lasten op basis van de bestaande situatie en rekening houdende met de geraamde toename van het bezoek; baten en lasten zijn prijspeil juni 2016 en exclusief BTW.
Uit de raming blijkt dat de exploitatietekort van het in stand te houden bad slechts beperkt toeneemt. Daar staat tegenover dat de exploitatiebijdrage voor het te sluiten bad volledig verdwijnt. Datzelfde geldt voor de dotatie aan de onderhoudsvoorziening van dat bad. Tevens is de in paragraaf 4.4 vermelde wijziging van de gemiddelde jaarlijkse kosten voor groot onderhoud in de volgende tabel verwerkt. Dan blijkt dat beide varianten van scenario Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
25
2 tot een substantiële besparing van meer dan € 250.000,- leiden. Doordat de kosten voor groot onderhoud van Werkina in de komende jaren duidelijk hoger liggen dan die van Bijtelskil, zorgt de variant ‘instandhouding van Bijtelskil en sluiting van Werkina’ voor een grotere besparing dan de variant ‘instandhouding van Werkina en sluiting bij Bijtelskil’.14 besparing bij instandhouding van: huidige exploitatiebijdrage toekomstige exploitatiebijdrage vervallen exploitatiebijdrage andere bad huidige dotatie onderhoudsvoorziening toekomstige dotatie onderhoudsvoorziening vervallen dotatie onderhoudvoorziening andere bad totaal besparing
Bijtelskil 168.000 -178.000 175.000 84.000 -89.000 148.000 308.000
Werkina 175.000 -180.000 168.000 148.000 -137.000 84.000 258.000
tabel 4.4: raming besparing scenario 2
In de geraamde besparing is nog geen rekening gehouden met de in scenario 1 benoemde maatregelen ten aanzien van de openstelling, de personele inzet, de inzet van vrijwilligers, de tarievenstructuur en het energieverbruik. Die maatregelen leiden nog eens tot een besparing van € 40.000,- tot € 50.000,-, afhankelijk van het bad dat in dit scenario openblijft.
4.7 Scenario 3: sluiting beide baden zonder nieuwbouw In scenario 3 is sprake van sluiting van Bijtelskil en Werkina en wordt er geen nieuw zwembad gebouwd. Dat heeft een grote maatschappelijke impact, want verreweg de meeste bezoekers zullen dan – in elk geval in de zomermaanden – niet meer gaan zwemmen. Dat heeft vooral te maken met de ook in scenario 2 vermelde sterke mate van betrokkenheid van de inwoners van Sleeuwijk en Werkendam bij ‘hun’ bad. Slechts een klein deel van het huidige bezoek zal naar andere buitenbaden of combibaden in de omgeving overstappen, dan wel natuurwater opzoeken. Daarbij dient te worden herhaald, dat zwemmen in de Merwede en andere grote rivieren bepaalde risico’s met zich meebrengt. In financieel opzicht leidt sluiting van de twee baden uiteraard tot het vervallen van de exploitatiebijdragen en de dotaties aan de onderhoudsvoorziening (zie paragraaf 4.3). De verdere kosten zijn beperkt, want beide baden zijn bijna afgeschreven. Ook zijn de transitiekosten met betrekking tot het personeel beperkt, want alleen de bedrijfsleider van beide baden heeft een vast contract.
4.8 Scenario 4: sluiting beide baden en nieuwbouw buitenbad In tegenstelling tot in scenario 3 is in scenario 4 wel sprake van de bouw van een nieuw zwembad, namelijk een buitenbad.
14
Overigens is de boekwaarde van beide baden gering. Per 31 december 2015 bedroeg die voor Bijtelskil ongeveer € 67.000,- en voor Werkina circa € 4.000,-. Bij sluiting van het betreffende bad dient de resterende boekwaarde eenmalig te worden afgeschreven. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
26
4.8.1 Bezoek De toekomstige zwembehoefte c.q. het bezoek van een nieuw buitenbad is mede afhankelijk van de locatie. In dit stadium is het echter nog niet van belang om een exacte locatie te bepalen. Daarnaast zou de discussie dan vermoedelijk alleen nog maar daar over gaan en bovendien kan het de prijs van niet-gemeentelijke grond flink opdrijven. Voor de uitwerking van dit scenario is het voldoende om aan te geven, dat wordt aangenomen dat een nieuw buitenbad in Sleeuwijk of Werkendam wordt gerealiseerd. Gezien de ligging van de twee kernen ligt het voor de hand om dan voor de westelijke zijde van Sleeuwijk of de oostelijke kant van Werkendam te kiezen. In elk geval dient te worden voorkomen dat een nieuw bad te ver buiten één van beide kernen komt te liggen, omdat dat tot een afname van het bezoek kan leiden. Dat is bijvoorbeeld bij AquaAltena het geval. Net als in scenario 2 is in dit scenario sprake van een flinke bezoekuitval, omdat er van twee buitenbaden naar één buitenbad wordt teruggegaan en een deel van de inwoners dan niet langer een bad in het ‘eigen’ dorp heeft. Op basis van het voorgaande, de huidige bezoekcijfers, de resultaten van de inloopavonden, de raming van het bezoek in scenario 2 en de analyse in hoofdstuk 3 wordt het bezoek van een nieuw buitenbad als volgt geraamd: recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen totaal bezoek
4.800 700 31.600 800 7.700 2.200 1.100 48.900
tabel 4.5: raming bezoek nieuw buitenbad
4.8.2 Configuratie en investeringsraming Om de behoefte te kunnen accommoderen is ruim 800 m² zwemwater nodig, waarbij uiteraard van verschillende ‘typen’ zwemwater (sportwater, recreatiewater, diep, ondiep) sprake dient te zijn. Een passende configuratie ziet er als volgt uit: een wedstrijdbad van 25 x 15,4 meter met aflopende bodem; een recreatiebad van circa 350 m² met aflopende bodem; een waterspeeltuin bestaande uit een peuterbad en een sprayparkje van in totaal circa 100 m². Daarnaast mag een horecavoorziening niet ontbreken en is er uiteraard een kleedaccommodatie en een ligweide aanwezig. De totale investering van een dergelijk zwembad wordt als volgt geraamd: bouwkosten installaties vaste inrichting bijkomende kosten totaal investering
1.200.000 1.020.000 100.000 580.000 2.900.000
tabel 4.6: investeringsraming nieuwbouw buitenbad15
15
Bijkomende kosten betreffen de kosten die ontstaan bij ontwerp en realisatie van een zwembad, zoals procesmanagement, architect, constructeur, installatie-adviseur, aanvullende onderzoeken, bouwtoezicht, leges, bouwrente, financieringskosten, aanloopkosten, communicatie en besluitvorming. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
27
Bij de raming gelden de volgende uitgangspunten: prijzen zijn prijspeil juni 2016 en exclusief BTW; functioneel ambitieniveau;
gemiddeld architectonisch ambitieniveau; exclusief grond gerelateerde kosten, zoals eventuele kosten voor verwerving van de grond, het bouwrijp maken van het terrein, sanering van verontreinigde grond en asbestsanering; exclusief sloopkosten van de twee bestaande zwembaden; exclusief eventuele infrastructurele kosten (parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, wegen); exclusief eventuele opbrengsten uit herontwikkeling van vrijkomende gronden.
4.8.3 Exploitatieraming Bijlage 4 bevat de exploitatieraming voor de nieuwbouw van een buitenbad. Daarbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: aantal bezoekers conform de zojuist weergegeven raming;
gemiddelde omzet per bezoeker per activiteit en voor de horeca conform de bestaande situatie; baten en lasten zijn prijspeil juni 2016 en exclusief BTW;
personeelslasten op basis van een efficiënte personele inzet en cao Recreatie; kapitaallasten op basis van lineaire afschrijving over gemiddeld 31 jaar tegen een rente van 2,5% en weergegeven als gemiddelde jaarlast; de raming is inclusief de lasten van groot onderhoud;
de overige kosten zijn op basis van benchmarkcijfers geraamd; er is nog geen rekening gehouden met de in scenario 1 benoemde maatregelen ten aanzien van openstelling, personele inzet, vrijwilligersinzet en tarievenstructuur.
Tegenover de benodigde exploitatiebijdrage staat het vervallen van de kosten van de huidige baden. Dat betekent dat dit scenario tot een substantiële besparing leidt (zie de volgende tabel). exploitatiebijdrage huidige baden dotatie onderhoudsvoorziening huidige baden exploitatiebijdrage nieuwbouw (incl. groot onderhoud) totaal besparing
343.000 232.000 -297.000 278.000
tabel 4.7: raming besparing scenario 4
In de geraamde besparing is al wel van een efficiënte personele inzet en een energiezuinig bad uitgegaan, maar nog niet van een weersafhankelijke openstelling, inzet van vrijwilligers en aanpassing van de huidige tarievenstructuur. Die maatregelen leiden tot een extra besparing van circa € 40.000,-.
4.9 Scenario 5: sluiting beide baden en nieuwbouw twee buitenbaden In dit scenario worden Bijtelskil en Werkina gesloten en worden er twee nieuwe buitenbaden gebouwd. Daarbij ligt het voor de hand dat er één bad in Sleeuwijk en één bad in Werkendam wordt gerealiseerd.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
28
4.9.1 Bezoek Doordat elke kern haar eigen bad behoudt, is in tegenstelling tot in scenario 4 geen sprake van bezoekuitval. Gezien het zeer hoge bezoek van Bijtelskil en Werkina (zie paragraaf 2.3) mag daarnaast worden aangenomen, dat nieuwbouw van twee buitenbaden hooguit tot een beperkte toename van de behoefte leidt: Sleeuwijk recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen totaal bezoek
Werkendam
4.500 600 28.500 2.000 4.100 1.100 1.700 42.500
4.000 800 29.200 1.000 5.000 1.600 900 42.500
tabel 4.8: raming bezoek twee nieuwe buitenbaden
4.9.2 Configuratie en investeringsraming Net als in de huidige situatie is het bezoek van de twee nieuwe buitenbaden zeer vergelijkbaar. Dat betekent dus ook dat in deze raming van twee gelijke nieuwe zwembaden wordt uitgegaan. Een passende configuratie ziet er als volgt uit: een wedstrijdbad van 25 x 15,4 meter met aflopende bodem; een recreatiebad van circa 275 m² met aflopende bodem; een waterspeeltuin bestaande uit een peuterbad en een sprayparkje van in totaal circa 65 m². Tevens zijn een horecavoorziening, een kleedaccommodatie en een ligweide opgenomen. Op basis van dezelfde uitgangspunten als in scenario 4 wordt de totale investering van een dergelijk zwembad als volgt geraamd: bouwkosten installaties vaste inrichting bijkomende kosten totaal investering
1.054.000 892.000 86.000 508.000 2.540.000
tabel 4.9: investeringsraming nieuwbouw één buitenbad
Uiteraard kan desgewenst ook van twee kleinere nieuwe buitenbaden worden uitgegaan om de kosten te beperken. Die baden zijn dan echter te klein voor de behoefte en dat betekent dus bezoekuitval en het niet accommoderen van een deel van de zwembehoefte. Dat is echter niet het uitgangspunt van de nieuwbouwscenario’s, want daarin wordt op basis van de behoefte een passende configuratie bepaald.
4.9.3 Exploitatieraming Bijlage 5 bevat de exploitatieraming voor de nieuwbouw van de twee buitenbaden. Daarbij zijn dezelfde uitgangspunten als bij scenario 4 gehanteerd. Per saldo leidt het sluiten van de twee bestaande baden en het nieuwbouwen van twee buitenbaden tot de volgende besparing: Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
29
exploitatiebijdrage huidige baden dotatie onderhoudsvoorziening huidige baden exploitatiebijdrage nieuwbouw (incl. groot onderhoud) totaal besparing
343.000 232.000 -524.000 51.000
tabel 4.10: raming besparing scenario 5
In de geraamde besparing is al wel van een efficiënte personele inzet en een energiezuinig bad uitgegaan, maar nog niet van een weersafhankelijke openstelling, inzet van vrijwilligers en aanpassing van de huidige tarievenstructuur. Die maatregelen leiden tot een extra besparing van circa € 40.000,- per bad.
4.10 Scenario 6: sluiting beide baden en nieuwbouw combibad of binnenbad In dit scenario worden Bijtelskil en Werkina gesloten en wordt er een nieuw combibad of een nieuw binnenbad gebouwd. Feitelijk is het alleen zinvol om de optie van een nieuw combibad uit te werken, omdat een nieuw binnenbad niet over openluchtzwemwater beschikt. In dat geval komt er dus helemaal geen buitenbad terug en dat past op geen enkele wijze bij de zwembehoefte. Vandaar dat in dit scenario van nieuwbouw van een combibad wordt uitgegaan.
4.10.1 Bezoek Net als in scenario 4 wordt in scenario 6 één nieuw zwembad in Sleeuwijk of Werkendam gerealiseerd. Een belangrijk verschil met scenario 4 en alle andere scenario’s is, dat er in scenario 6 ook overdekt zwemwater wordt gerealiseerd. Dat betekent dat de gemeente Werkendam niet meer alleen in Hank, maar ook in het noordelijke gedeelte van de gemeente beschikt over een zwembad dat gedurende het hele jaar kan worden gebruikt. Dit heeft gevolgen voor het bezoek van het bad. Er mag namelijk worden aangenomen, dat verreweg de meeste inwoners van Sleeuwijk en Werkendam die nu van de overdekte baden in de omgeving gebruikmaken (zie 2.4.1) dan naar het nieuwe combibad zullen overstappen. Concreet gaat het daarbij vooral om het bezoek aan het Caribabad, AquaAltena en De Kurenpolder (recreatief, doelgroepen, les zwemmen en verenigingen). Alleen de inwoners die het Caribabad bezoeken vanwege het grootschalige recreatieve voorzieningenaanbod van dat bad zullen niet overstappen. Voor een dergelijk bad is in de gemeente Werkendam namelijk onvoldoende markt. Naast het bezoek dat overstapt, zal het overdekte zwemwater extra bezoek genereren. Voor inwoners van Sleeuwijk en Werkendam komt het immers veel dichterbij te liggen dan de huidige overdekte baden in de omgeving. Op basis van het voorgaande, de gesprekken tijdens het onderzoek en de resultaten van de inloopavonden en met behulp van benchmarkcijfers over het bezoek aan combibaden wordt de toekomstige zwembehoefte als volgt geraamd: recreatief zwemmen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen totaal bezoek
47.900 13.700 18.300 20.500 2.300 102.700
tabel 4.11: raming bezoek nieuw combibad
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
30
Het is belangrijk om te beseffen dat de inwoners van Sleeuwijk en Werkendam in de huidige situatie hun weg naar de omliggende overdekte zwembaden goed weten te vinden (zie 2.4.1). Dat betekent dat er geen extra overdekt zwemwater nodig is om hun behoefte te accommoderen. Weliswaar kan realisatie van een overdekt zwembad ‘om de hoek’ voor enig extra bezoek zorgen, maar het zorgt er vooral voor dat inwoners die nu AquaAltena, het Caribabad en/of De Kurenpolder bezoeken ‘overstappen’. Dat heeft dus ook een negatieve invloed op de exploitatie van die baden.
4.10.2 Configuratie en investeringsraming Een passende configuratie voor een combibad met het zojuist vermelde bezoek ziet er als volgt uit: een overdekt wedstrijdbad van 25 x 12,5 meter met een gedeeltelijk beweegbare bodem; een onoverdekt wedstrijdbad van 25 x 10 meter met een aflopende bodem. een onoverdekte waterspeeltuin bestaande uit een peuterbad en een sprayparkje van in totaal circa 100 m². Uiteraard zijn een horecavoorziening, kleedruimte en een ligweide opgenomen. Op basis van dezelfde uitgangspunten als in scenario 5 worden de investeringslasten van een dergelijk zwembad als volgt geraamd: bouwkosten installaties vaste inrichting bijkomende kosten totaal investering
3.136.000 1.586.000 514.000 1.152.000 6.388.000
tabel 4.12: investeringsraming nieuwbouw combibad
Ter voorkoming van misverstanden: dit combibad is een functioneel bad en heeft niet de omvang of recreatieve uitstraling van bijvoorbeeld het Caribabad. Dat is ook logisch, gezien het feit dat het aantal inwoners van de gemeente Werkendam te klein is voor een dergelijk bad, er in de omgeving voldoende overdekte zwembaden aanwezig zijn – waaronder het recreatief georiënteerde Caribabad – en er in de regio geen sprake is van een tekort aan overdekt zwemwater.
4.10.3 Exploitatieraming Bijlage 6 bevat de exploitatieraming voor de nieuwbouw van een combibad. Daarbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: aantal bezoekers conform de zojuist weergegeven raming; baten en lasten zijn prijspeil juni 2016 en exclusief BTW; gemiddelde omzet per bezoeker op basis van benchmarkcijfers; horecaomzet op basis van benchmarkcijfers; personeelslasten op basis van een efficiënte personele inzet en cao Recreatie; kapitaallasten op basis van lineaire afschrijving over gemiddeld 31 jaar tegen een rente van 2,5% en weergegeven als gemiddelde jaarlast; de raming is inclusief de lasten van groot onderhoud; de overige kosten zijn op basis van benchmarkcijfers geraamd.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
31
Per saldo leidt het sluiten van de twee bestaande baden en het nieuwbouwen van een combibad tot de volgende besparing: exploitatiebijdrage huidige baden dotatie onderhoudsvoorziening huidige baden exploitatiebijdrage nieuwbouw (incl. groot onderhoud) totaal besparing
343.000 232.000 -469.000 106.000
tabel 4.13: raming besparing scenario 6
4.11 Overkapping In Nederland worden buitenbaden jaarlijks gedurende ruim vier maanden gebruikt. Om die periode te verlengen is op verschillende plekken in het land sprake van buitenbaden met een overkapping. Buiten de zomermaanden kan zo’n bad daarmee als binnenbad worden gebruikt. Om tevens de buitenbadfunctie te behouden moet dan voor een blaashal, een glazen overkapping of een semipermanente overkapping worden gekozen. Zodoende kan het bad in de zomer nog steeds als buitenbad dienst doen. In de scenario’s 1, 2, 4 en 5 kan een overkapping wellicht een manier zijn om overdekt zwemwater te creëren. Deze paragraaf gaat nader op deze optie in. Daarbij wordt ook van de ervaringen elders gebruikgemaakt. Zo heeft de KNZB de haalbaarheid van een overkapping van het Brediusbad in Amsterdam onderzocht. Daaruit blijkt dat de overkapping van een 25-meterbassin tussen de € 700.000,- (blaashal) en de € 1,8 miljoen (semipermanente overkapping) kost. Een glazen overkapping kost circa € 1,0 miljoen. Bij deze bedragen is alleen de overkapping meegenomen. Indien er nog andere aanpassingen nodig zijn, nemen de kosten dus toe. Naast de kapitaallasten zorgt de overkapping van een buitenbad ook voor extra kosten van vooral personeel, energie en onderhoud. Ook de ‘kleinere’ kostenposten nemen toe. De stijging van de kosten kan nooit volledig door extra omzet worden gecompenseerd. Met hoeveel het exploitatietekort precies toeneemt, is van zeer veel factoren afhankelijk, waaronder de openstelling, de tarieven, het bezoek, de gekozen wijze van overkappen en uiteraard de keuze voor hoeveel en welke bassins worden overkapt. Doordat hierin vele keuzes moeten worden gemaakt, is het niet mogelijk om per scenario de consequenties te bepalen. Wel kan worden gesteld dat ervaringen elders laten zien, dat bij overkapping van een 25-meterbassin de benodigde exploitatiebijdrage met € 100.000,- tot wel € 250.000,- toeneemt. Daarnaast is de vraag welk bassin wordt overkapt. In de scenario’s 4 en 5 ligt dat voor de hand: het 25meterbassin. Bij Bijtelskil zullen echter vermoedelijk beide bassins moeten worden overkapt en in Werkina in elk geval het 25-meterbad en het daaraan gekoppelde instructiebad. Dat leidt dus tot extra kosten. Daarnaast zullen ook de kleedkamers moeten worden overkapt, of een verbinding met het zwembad moeten worden gemaakt. Tevens leren de ervaringen dat het in oudere buitenbaden in de wintermaanden vaak lastig is om het water voldoende te verwarmen. Sowieso is een semipermanente overkapping veelal minder energiezuinig dan een gebouw. Tot slot – en dat is vooral een nadeel bij een nieuw buitenbad (scenario’s 4 en 5) – speelt de diepte van het overkapte bassin een belangrijke rol. Een 25-meterbad is bijvoorbeeld ongeschikt voor een deel van de doelgroepactiviteiten en zwemlessen, omdat het te diep is. Op het moment dat voor overkapping van een ondieper bassin wordt gekozen, is het bad juist ongeschikt voor banen zwemmen, verenigingszwemmen en een deel van de zwemlessen. Met andere woorden: tenzij het volledige bad wordt overkapt – een dure oplossing – is er altijd een tekort aan een bepaald type zwemwater.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
32
De conclusie luidt dat overkapping van een bestaand of nieuw buitenbad in welke vorm dan ook onherroepelijk forse nadelige gevolgen voor het exploitatieresultaat heeft en bovendien verschillende haken en ogen kent (praktisch, qua energie en qua type zwemwater). Bovendien geldt hetzelfde als in scenario 6: de inwoners van Sleeuwijk en Werkendam weten hun weg naar de omliggende overdekte zwembaden goed te vinden, er is geen sprake van een tekort aan overdekt zwemwater en er is geen extra binnenzwemwater nodig.
4.12 Criteria locatie nieuwbouw Bij scenario 4 is aangegeven, dat het in dit stadium nog niet van belang is om de exacte locatie van een eventueel nieuw zwembad te bepalen en dat het voldoende is om aan te nemen dat een nieuw bad in Sleeuwijk of Werkendam wordt gerealiseerd. Daarnaast kan al wel een aantal criteria voor mogelijke nieuwbouwlocaties worden benoemd, aan de hand waarvan eventuele potentiële locaties kunnen worden beoordeeld: spreiding: hoe is de spreiding van de verschillende zwembaden over de omgeving en waar wonen de potentiële bezoekers van het bad?;16
bereikbaarheid: hoe goed kan de locatie worden bereikt per openbaar vervoer, fiets en auto, te voet en voor de hulpdiensten? Ligt de locatie in of buiten de kern? Hoe centraal ligt de locatie ten opzichte van het verzorgingsgebied?; sociale veiligheid: ligt de locatie op een afgelegen plek of niet? Is er bij de locatie of op de weg daar naar toe sprake van veel bosschages?; verkeersveiligheid: moeten bezoekers die te voet of per fiets naar het zwembad gaan drukke/gevaarlijke wegen oversteken, of over smalle landweggetjes lopen/fietsen? Zijn de voet- en fietspaden van de rijbaan gescheiden? ;
duurzaamheid: zijn er extra mogelijkheden op het gebied van duurzaamheid, zoals het gebruik van de restwarmte van een naastgelegen ijsbaan of industrieterrein?;
milieuaspecten: ligt de locatie bijvoorbeeld bij een natuurgebied, of zijn er nog beperkingen ten aanzien van de bouwhoogte?; beschikbare ontwikkelingsruimte: is er voldoende ruimte om de nieuwe accommodatie te realiseren?; aansluiting op bestaande infrastructuur: in hoeverre moeten er allerlei nieuwe voorzieningen, zoals
wegen, parkeerplaatsen en nutsvoorzieningen, worden aangelegd?; ruimtelijke ordeningsaspecten: wat staat er met betrekking tot de locatie in het bestemmingsplan? Wat
zijn de beperkingen ten aanzien van de locatie?; eigendom: is de locatie in eigendom van de gemeente of moet die nog worden verworven?;
synergiemogelijkheden: in hoeverre kan de combinatie met ander maatschappelijk vastgoed, zoals een nieuwe sporthal of een bestaande voorziening, worden gemaakt? In hoeverre is samenwerking met externe partijen mogelijk?; continuïteit: in hoeverre kan er bij nieuwbouw op een bestaande zwembadlocatie gedurende een flinke tijd niet worden gezwommen?
16
Dit betekent bijvoorbeeld dat nieuwbouw van een buitenbad bij De Kurenpolder geen goed plan is. Dat zorgt immers voor een slechte spreiding van het zwemwater over de gemeente. Bovendien zal de ondernemer van De Kurenpolder dit water niet zelf realiseren, want voor zijn gasten is dat niet nodig. De gemeente zal dus zelf de kosten moeten dragen. Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
33
4.13 Vergelijking scenario’s 4.13.1 Besparing De volgende tabel toont per scenario de geraamde financiële besparing: scenario 0: instandhouding beide baden met ongewijzigd beleid 1: instandhouding beide baden met verbetermaatregelen 2a: sluiting Werkina, instandhouding Bijtelskil 2b: sluiting Bijtelskil, instandhouding Werkina 3: sluiting beide baden 4: sluiting beide baden en nieuwbouw buitenbad 5: sluiting beide baden en nieuwbouw twee buitenbaden 6: sluiting beide baden en nieuwbouw combibad
besparing 6.000 177.000 308.000 258.000 575.000 278.000 51.000 106.000
tabel 4.14: financiële vergelijking scenario’s
Uit de analyse en de tabel blijkt dat:
instandhouding van Bijtelskil en Werkina met een flinke besparing alleen mogelijk is, wanneer er diverse verbetermaatregelen worden genomen. Ook dan wordt de gewenste besparing van € 250.000,overigens niet gerealiseerd; sluiting van één van beide baden en instandhouding van het andere bad in beide varianten tot de
gewenste besparing leidt, waarbij die besparing in scenario 2a duidelijk hoger is dan in scenario 2b. Dat komt vooral doordat de kosten van groot onderhoud van Werkina hoger zijn dan die dan Bijtelskil. Bij het invoeren van verbetermaatregelen zoals in scenario 1 kan nog meer worden bespaard, namelijk circa € 40.000,- à € 50.000,-; sluiting van beide baden uiteraard tot een besparing leidt, die ruim hoger is dan € 250.000,-; er bij sluiting van beide baden en nieuwbouw van één buitenbad de gewenste besparing van € 250.000,wordt gerealiseerd. Bij het invoeren van verbetermaatregelen zoals in scenario 1 kan nog meer worden bespaard, namelijk circa € 40.000,-;
de gewenste besparing van € 250.000,- bij sluiting van beide baden en nieuwbouw van twee buitenbaden niet wordt gerealiseerd. Dat is ook het geval wanneer conform scenario 1 verbetermaatregelen worden ingevoerd, want die leveren circa € 80.000,- op; de realisatie van een (functioneel) combibad onnodig is, negatieve gevolgen voor de exploitatie van AquaAltena, het Caribabad en De Kurenpolder heeft en niet tot realisatie van de gewenste besparing leidt.
Bij de geraamde besparingen is een aantal kosten en opbrengsten nog niet meegenomen: resterende boekwaarde huidige baden: Bijtelskil en Werkina zijn zo goed als afgeschreven. Dit zorgt dus niet voor noemenswaardige kosten (scenario’s 2a, 2b, 3, 4, 5 en 6); opbrengsten uit herontwikkeling van vrijkomende gronden: de gemeente heeft laten berekenen van de mogelijke opbrengsten zijn, indien de gronden van Bijtelskil en/of Werkina voor woningbouw worden herontwikkeld. Na aftrek van onder meer de sloopkosten (circa € 200.000,- per bad) en de kosten voor het bouw- en woonrijp maken, resteert een positief resultaat van circa € 730.000,- voor de locatie Bijtelskil en circa € 1,62 miljoen voor de locatie Werkina. Dat is samen circa € 2,35 miljoen (scenario’s 2a, 2b, 3, 4, 5, en 6);
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
34
kosten voor verwerving van de grond: deze met nieuwbouw van een zwembad gepaard gaande kosten zijn zeer locatieafhankelijk en kunnen daarom in dit stadium nog niet worden geraamd (scenario’s 4, 5 en 6);
infrastructurele kosten (parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen, wegen): deze met nieuwbouw van een zwembad gepaard gaande kosten zijn zeer locatieafhankelijk en kunnen daarom in dit stadium nog niet worden geraamd (scenario’s 4, 5 en 6); kosten voor het bouwrijp maken van het terrein, sanering van verontreinigde grond en asbestsanering: deze eventuele met nieuwbouw van een zwembad gepaard gaande kosten zijn zeer locatieafhankelijk en kunnen daarom in dit stadium nog niet worden geraamd (scenario’s 4, 5 en 6).
In de scenario’s 1, 2a, 2b, 4 en 5 is het mogelijk om (een deel van) het buitenbad te overkappen. Dat heeft echter onherroepelijk forse nadelige gevolgen voor het exploitatieresultaat, is onnodig om de zwembehoefte te accommoderen en kent bovendien verschillende haken en ogen (praktisch, qua energie en qua type zwemwater).
4.13.2 Maatschappelijke gevolgen Naast de financiële aspecten is er de maatschappelijke kant van het verhaal. Uit de analyse blijkt ten aanzien daarvan het volgende: scenario 1: instandhouding van beide baden zorgt ervoor dat de zwembehoefte goed wordt geaccommodeerd en kan op een hoog maatschappelijk draagvlak rekenen; scenario’s 2a en 2b: instandhouding van één van beide baden en sluiting van het andere bad zorgt
weliswaar voor een substantiële besparing, maar ook tot een hoge mate van bezoekuitval. Mede door de sterke binding van de lokale inwoners met het ‘eigen’ bad, zal slechts een beperkt deel van hen ‘overstappen’ naar het bad dat blijft bestaan; scenario 3: sluiting van beide baden leidt uiteraard tot de grootste besparing, maar zorgt er ook voor dat de bestaande zwembehoefte niet wordt geaccommodeerd. Slechts een zeer beperkt deel van de huidige bezoekers zal namelijk naar andere buitenbaden en combibaden in de omgeving overstappen. Datzelfde geldt overigens met betrekking tot het aanwezige natuurwater, waarbij het veiligheidsaspect bovendien een belangrijk aandachtspunt is; scenario 4: wanneer er één nieuw buitenbad in de plaats komt van de twee bestaande baden, moet met eenzelfde bezoekuitval als in scenario’s 2a en 2b rekening worden gehouden. Er is dan immers ook sprake van een buitenbad in één van beide kernen; scenario 5: de realisatie van twee nieuwe buitenbaden zorgt, in tegenstelling tot scenario 4, voor een goede ‘match’ met de bestaande zwembehoefte. Daarvoor zijn twee baden nodig, die weliswaar wat kleiner zijn dan de twee bestaande baden Bijtelskil en Werkina, maar dat betekent niet dat om twee kleine baden gaat. Realisatie daarvan zou immers tot capaciteitsproblemen leiden. scenario 6: de realisatie van een combibad leidt er vooral toe, dat er bezoek vanuit de bestaande overdekte baden in de omgeving wordt ‘teruggehaald’. Een nabijgelegen overdekt bad is uiteraard prettig voor de inwoners, maar momenteel weten zij hun weg naar de omliggende baden goed te vinden en is er geen sprake van een tekort aan overdekt zwemwater. Dat betekent dat er geen extra zwemwater nodig is om hun behoefte te accommoderen. Bij overkapping van een buitenbad geldt overigens hetzelfde. Bovendien betekent de realisatie van een combibad in plaats van de twee bestaande buitenbaden, dat Sleeuwijk of Werkendam geen ‘eigen’ bad meer heeft.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
35
Hoofdstuk 5
Conclusies, aanbevelingen en vervolg
5.1 Conclusies In deze rapportage zijn eerst de huidige en toekomstige gemeentelijke zwemwaterbehoefte geanalyseerd en is vervolgens een aantal toekomstscenario’s voor de invulling van die behoefte uitgewerkt. Daaruit blijkt dat alleen in de volgende scenario’s de gewenste besparing van € 250.000,- wordt gerealiseerd: scenario 2a/2b: sluiting van het ene buitenbad en instandhouding van het andere; scenario 3: sluiting van beide buitenbaden zonder nieuwbouw; scenario 4: sluiting van beide buitenbaden en nieuwbouw van één buitenbad. Deze scenario’s – en zeker scenario 3 – hebben allen belangrijke negatieve consequenties voor de mate waarin de zwembehoefte wordt geaccommodeerd en zorgen voor een substantiële bezoekuitval. In de overige scenario’s wordt de gewenste besparing niet gerealiseerd, maar: scenario 1 zorgt wel voor een goede ‘match’ met de zwembehoefte en voor een substantiële verlaging van de kosten van de zwembaden;
scenario 5 zorgt wel voor een goede ‘match’ met de zwembehoefte en een redelijk substantiële verlaging van de kosten van de zwembaden.
Scenario 6 zorgt ook voor een behoorlijke besparing op de kosten van de zwembaden en voor de realisatie van overdekt zwemwater in Sleeuwijk of Werkendam. Dit scenario betekent echter wel dat één van beide kernen geen zwembad meer heeft. Daarnaast is een overdekt bad niet nodig voor het accommoderen van de bestaande zwembehoefte, want daarin voorzien de binnenbaden in de omgeving. Bovendien zorgen de beperkte omvang van het verzorgingsgebied en de nabijheid van het Caribabad ervoor, dat er alleen voor een functioneel en niet voor een grootschalig, recreatief combibad bestaansrecht is. Tot slot leidt overkapping van een bestaand of nieuw buitenbad tot forse nadelige financiële gevolgen en kent het verschillende haken en ogen. Bovendien is het niet nodig voor het accommoderen van de bestaande zwembehoefte.
5.2 Aanbevelingen De keuze voor één van de scenario’s is afhankelijk van de afweging tussen de gewenste besparing en de maatschappelijke effecten. Op het moment dat de besparing van € 250.000,- leidend is, luidt de aanbeveling om voor scenario 2a/2b of scenario 4 te kiezen. Vanuit maatschappelijk oogpunt zijn dat echter niet de beste scenario’s. Wanneer dat perspectief ook in de afweging wordt meegenomen, ligt een keuze voor scenario 1 meer voor de hand. Daarin kan namelijk enerzijds een substantiële besparing worden gerealiseerd en blijven anderzijds beide baden – en de hoge mate van lokale betrokkenheid daarbij – in stand.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
36
5.3 Vervolg De vervolgstappen zijn afhankelijk van de scenariokeuze. Wanneer de voorkeur naar scenario 2a of 2b uitgaat, is de eerste stap om te bepalen welk zwembad moet worden gesloten. Bij een keuze voor scenario 4 start daarentegen een ontwikkelingstraject, waarbij onder meer de locatiekeuze een belangrijk aspect vormt. Voor een succesvolle uitvoering van scenario 1 is de medewerking van beide stichtingsbesturen van groot belang. Zij dragen immers de verantwoordelijkheid voor de exploitatie van de zwembaden. In paragraaf 4.5 is aangegeven aan welke ‘knoppen’ zij kunnen draaien om een flinke besparing te realiseren. In plaats van gedetailleerd aan hen op te leggen wat er moet gebeuren, is het beter om de beide besturen te vragen om zelf met een plan te komen. Daarin beschrijven zij op welke wijze ze aan de voorgestelde besparing invulling willen geven. Een positieve attitude van de kant van de stichtingsbesturen is van groot belang voor het slagen van dit scenario. Datzelfde geldt voor de bereidheid van de bezoekers om het voortbestaan van ‘hun’ bad middels vrijwillige inzet te ondersteunen.
Toekomst zwembaden - Gemeente Werkendam Drijver en Partners
37
Bijlage 1 Financiële exploitatie Stichting Zwembad Bijtelskil STICHTING ZWEMBAD BIJTELSKIL 2012
2013
2014
2015
baten recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen horeca overig totaal
24.716 75 60.956 2.788 7.947 476 3.706 75 1.745 102.484
21.647 580 62.138 3.299 8.354 1.059 1.984 208 1.089 100.358
14.284 1.706 65.414 3.105 11.848 1.610 1.876 134 1.882 101.859
16.884 2.429 66.049 5.914 14.218 1.100 2.690 52 2.503 111.839
lasten personeel - salarissen - sociale lasten - overig brandstoffen elektriciteit water chemicaliën schoonmaak onderhoud kantoor verkoop overig algemeen dienstverlening SFN accountant verzekeringen belastingen inkoop horeca inkoop verkoopartikelen huur/erfpacht kapitaallasten lasten vorig boekjaar totaal
124.443 27.691 6.542 15.516 8.085 1.839 3.674 1.525 20.859 2.497 4.830 10.388 19.175 4.000 4.723 4.261 18 1.425 666 21.829 -2.289 281.697
138.352 2.731 4.491 17.478 7.404 1.633 4.886 1.570 25.358 2.148 1.591 7.497 18.897 4.000 5.079 4.335 121 816 666 19.953 3.887 272.893
139.624 15.576 12.136 15.747 7.517 1.502 3.333 1.425 25.275 4.937 1.655 6.377 20.591 4.000 5.010 4.640 287 1.439 666 18.530 -1.802 288.465
126.486 14.884 7.209 17.432 7.900 3.294 3.410 1.244 25.682 6.086 1.996 10.363 21.167 4.000 5.165 4.856 49 1.435 732 18.999 -2.338 280.051
-179.213
-172.535
-186.606
-168.212
exploitatieresultaat
i
Bijlage 2 Financiële exploitatie Stichting Werkina STICHTING WERKINA 2012
2013
2014
2015
baten recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen horeca overig totaal
17.219 3.283 58.794 0 11.799 0 5.820 13.725 3.150 113.790
18.672 4.718 60.978 0 9.869 0 3.179 15.365 2.957 115.738
12.345 3.809 68.825 0 12.522 0 0 12.795 3.325 113.621
15.404 3.435 67.073 0 12.589 0 0 13.084 4.903 116.488
lasten personeel - salarissen - sociale lasten - overig brandstoffen elektriciteit water chemicaliën schoonmaak onderhoud kantoor verkoop overig algemeen dienstverlening SFN accountant verzekeringen belastingen inkoop horeca inkoop verkoopartikelen huur/erfpacht kapitaallasten lasten vorig boekjaar totaal
124.427 18.786 10.545 17.190 10.819 10.189 5.472 4.008 21.081 4.560 5.180 7.176 23.048 4.017 4.994 5.221 6.687 984 1.325 5.355 -12.152 278.912
122.751 24.021 16.500 21.198 10.650 8.786 5.463 4.818 29.158 6.451 973 10.430 23.854 4.158 5.389 6.738 7.077 1.567 1.325 3.698 -8.033 306.972
124.162 26.175 15.268 22.837 11.330 9.228 4.570 4.742 24.195 6.913 1.218 10.239 24.749 4.314 5.581 7.271 5.877 2.323 1.500 3.879 -2.018 314.353
117.333 20.015 9.232 19.372 11.340 7.267 4.114 4.647 30.331 5.475 405 7.668 25.442 4.435 5.558 5.824 6.022 1.767 1.606 4.197 -856 291.194
-165.122
-191.234
-200.732
-174.706
exploitatieresultaat
ii
Bijlage 3 Exploitatieraming scenario 2 INSTANDHOUDING ÉÉN BAD SCENARIO 2 baten recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen horeca overig totaal lasten personeel brandstoffen elektriciteit water chemicaliën schoonmaak onderhoud kantoor verkoop overig algemeen dienstverlening SFN accountant verzekeringen belastingen inkoop horeca inkoop verkoopartikelen huur/erfpacht kapitaallasten lasten vorig boekjaar totaal exploitatieresultaat exploitatieresultaat excl. kapitaallasten
Bijtelskil
Werkina
19.700 2.800 72.500 5.800 26.300 2.100 2.700 0 2.500 134.400
19.100 3.700 73.900 0 21.100 2.100 800 15.500 4.900 141.100
173.800 19.100 8.700 3.600 3.700 1.400 25.700 6.700 2.200 10.400 21.200 4.000 5.200 4.900 0 1.600 700 19.000 0 311.900
169.500 21.300 12.500 8.000 4.500 5.100 30.300 6.000 400 7.700 25.400 4.400 5.600 5.800 7.100 1.900 1.600 4.200 0 321.300
-177.500 -158.500
-180.200 -176.000
iii
Bijlage 4 Exploitatieraming scenario 4 NIEUWBOUW BUITENBAD SCENARIO 4 baten recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen horeca overig totaal
19.300 3.300 72.500 3.100 26.600 2.200 1.800 15.800 3.600 148.200
lasten personeel (incl. horeca) gas elektra water chemicaliën schoonmaak dagelijks onderhoud groot onderhoud kantoor verkoop beheer en administratie accountant verzekeringen belastingen inkoop horeca overig kapitaallasten totaal
166.100 14.600 7.600 3.300 1.700 4.000 17.400 40.600 5.900 4.400 20.800 4.300 5.200 5.300 6.300 6.700 131.000 445.200
exploitatieresultaat exploitatieresultaat excl. kapitaallasten
-297.000 -166.000
iv
Bijlage 5 Exploitatieraming scenario 5 NIEUWBOUW BUITENBADEN SCENARIO 5 Sleeuwijk
Werkendam
baten recreatief zwemmen - losse baden - meerbadenkaarten - abonnementen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen horeca overig totaal
18.100 2.800 65.400 7.700 14.200 1.100 2.700 13.800 3.100 128.900
16.100 3.800 67.000 3.800 17.300 1.600 1.400 13.900 3.100 128.000
lasten personeel (incl. horeca) gas elektra water chemicaliën schoonmaak dagelijks onderhoud groot onderhoud kantoor verkoop beheer en administratie accountant verzekeringen belastingen inkoop horeca overig kapitaallasten totaal
144.300 12.700 6.600 2.900 1.500 3.700 15.200 35.600 5.800 4.300 18.100 4.100 4.600 4.800 5.500 6.200 114.700 390.600
144.300 12.700 6.600 2.900 1.500 3.700 15.200 35.600 5.800 4.300 18.100 4.100 4.600 4.800 5.600 6.200 114.700 390.700
-261.700 -147.000
-262.700 -148.000
exploitatieresultaat exploitatieresultaat excl. kapitaallasten
v
Bijlage 6 Exploitatieraming scenario 6 NIEUWBOUW COMBIBAD SCENARIO 6 baten recreatief zwemmen doelgroepen les zwemmen verenigingen/verhuur scholen horeca overig totaal lasten personeel (incl. horeca) gas elektra water chemicaliën schoonmaak dagelijks onderhoud groot onderhoud kantoor verkoop beheer en administratie accountant verzekeringen belastingen inkoop horeca overig kapitaallasten totaal exploitatieresultaat exploitatieresultaat excl. kapitaallasten
191.600 68.500 141.800 56.400 5.800 63.900 10.600 538.600
359.200 55.600 29.300 6.100 3.000 20.000 39.300 91.600 8.100 10.800 35.000 4.800 5.400 9.700 21.300 19.900 288.500 1.007.600 -469.000 -180.500
vi