Toekomst van Sliedrecht 1. Over relevante ontwikkelingen Ontwikkelingen op het gebied van economie, maatschappij, natuur en milieu en natuurlijk politiek volgen elkaar in rap tempo op. Ook Sliedrecht wordt door tal van ontwikkelingen geraakt. De wereldwijde economische crisis bijvoorbeeld heeft zijn weerslag op Sliedrecht, evenals de veranderende Nederlandse volksaard. Er gebeurt van alles in het samenwerkingsverband ‘Drechtsteden’ en met de Gemeenteraadsverkiezingen en de Tweede Kamerverkiezingen van 2010 zijn nieuwe bestuurders verkozen met soms nieuwe ideeën. Het is goed om na te denken over waar je staat als dorp, als gemeente. Over hoe je de toekomst van Sliedrecht ziet. De gemeenteraad en het college van Sliedrecht hebben aangegeven dat zij het belangrijk vinden dat nu gezamenlijk te doen. Dit document is een notitie voor het voeren van precies die discussie. In dit inleidende hoofdstuk worden kort enkele relevante ontwikkelingen beschreven, waarna de huidige situatie van Sliedrecht wordt geschetst en oplossingsrichtingen worden aangereikt. Bestuurlijke en sociale vraagstukken zijn steeds minder eenduidig. Ontwikkelingen op sociaal, politiek en economisch gebied hangen veelal met elkaar samen, waardoor ook de oplossing voor problemen een complexe aangelegenheid wordt. Ontwikkelingen zijn niet statisch. Dat in ogenschouw nemend wordt aantal belangrijke ontwikkelingen benoemd, zonder daarbij uitputtend te zijn. Globalisering en veranderende ‘volksaard’ Door het wegvallen van ‘grenzen’ (soms letterlijk, soms gevoelsmatig door toegenomen mobiliteit, media, interactie met andere culturen) is de samenleving opener en complexer geworden. Mensen zijn niet langer onderdeel van één strak omkaderde groep met eigen normen en waarden. Dit biedt kansen maar voor een deel ook onrust. Het leidt veelal tot een andere behoefte aan nabijheid, geborgenheid en identiteit. Deze ontwikkeling is al lang aan de gang. Burgers zijn mondiger, roeren zich vaker en denken mee bij ontwikkelingen. Veel burgers willen tevens meer ruimte voor een eigen levensstijl en eisen aan de andere kant nadrukkelijkere grenzen voor de effecten van de levensstijl van een ander. Burgers zijn minder snel tevreden en er leeft bij velen een gevoel van wantrouwen/cynisme tegenover de politiek, of dat nu lokaal of landelijk is. Er worden dan ook andere en hogere eisen gesteld aan de overheid, ook aan de lokale overheid. Overheid niet langer alleen aan het roer De overheid kan steeds minder beslissingen alleen nemen en uitvoeren. Een gemeente die luistert naar haar burgers en met ze samenwerkt is krachtiger. Het versterken van de uitvoeringskracht door het aangaan van externe coalities is voor alle partijen in Sliedrecht een belangrijk thema. Externe partners, brengen expertise en ervaring in en zij kunnen voor groter draagvlak zorgen. Tegelijkertijd kunnen deze partners aan de voorkant meedenken, meewerken en in bepaalde gevallen zelfs meebeslissen. Werken aan deze verschillende niveaus van burgerparticipatie is een gewenste ontwikkeling. Economische en ontwikkelingen De wereldwijde economische crisis is bezig zijn weerslag te krijgen op Sliedrecht. Reeds bij aanvang van de nieuwe collegeperiode was duidelijk dat er financieel zwaar weer op komst was. Rijksbezuinigingen leiden ook in Sliedrecht tot een forse bezuinigingstaakstelling. Daarbij heeft de economische crisis effecten op bijvoorbeeld de woningbouw en krijgen bedrijven het zwaar. Tenslotte neemt mede als gevolg van de economische crisis de aandacht voor duurzaamheid toe.
1
Politieke ontwikkelingen Zelden heeft de Nederlandse politiek zulke roerige tijden beleefd als de afgelopen 10 jaar. Gevestigde partijen hebben sinds 2000 veel kiezers verloren aan 'nieuwkomers' in de politiek. De stijl van politieke bedrijven is aan verandering onderhevig. Ook bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen zien we een verschuiving; veel lokale partijen hebben het heel goed gedaan ten koste van de gevestigde landelijke partijen. Ontwikkelingen op beide niveaus hebben invloed op de bestuurlijke verhoudingen op lokaal niveau. Plannen kabinet De ingrijpende maatregelen in het regeerakkoord geven de gemeenten een grotere maatschappelijke rol. Decentralisatie van jeugdzorg, zorg (delen van de AWBZ) en één regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt leiden tot een aanzienlijke verbreding van het takenpakket van de gemeenten. De WGR-plus zal worden afgeschaft, en er wordt ingezet op ten hoogste twee bestuurslagen die betrokken zijn bij eenzelfde beleidsonderwerp. Gemeentelijke herindeling mag alleen van onderaf tot stand komen. Mediatisering van de samenleving Internet en social media hebben de samenleving veranderd. Burgers hebben steeds meer de behoefte aan moderne manieren van informatieoverdracht en dienstverlening. Die verandering heeft invloed op het functioneren van de overheid. Hoe de overheid daar rekening mee moet houden is een vraag waarop nog geen eenduidig antwoord is gegeven. Demografische ontwikkelingen De samenstelling van de Nederlandse bevolking verandert. Vergrijzing en krimp zijn in meerdere regio's nu al aan de orde. Ook voor de Drechtsteden wordt krimp verwacht, maar het precieze verloop is nog moeilijk te voorspellen. In de Sliedrechtse samenleving worden de gevolgen van de vergrijzing langzaam zichtbaar. Dat laatste vraagt wellicht een andere dienstverlening. Zowel van de kant van de overheid, als ook van zorginstellingen en private partijen. Overheden en het bedrijfsleven moeten om kunnen gaan met veranderende vraag. Ontwikkelingen in de Drechtsteden en ZHZ De laatste tijd is de samenwerking binnen de Drechtsteden door verschillende instanties tegen het licht gehouden. Zo deed de commissie Meijdam een externe visitatie en heeft de commissie Scholten II van binnenuit de samenwerking bekeken. Er zijn allerlei inhoudelijke aanbevelingen gedaan, maar de regionale samenwerking staat in principe niet ter discussie. De samenwerkende gemeenten zien de samenwerking als nuttig. Wel zijn er ontwikkelingen binnen de Drechtsteden die nopen tot reflectie. Bij vooral ‘nieuwelingen’ in het netwerk zien we een verminderd gevoel van eigenaarschap. Er zijn verschillende politieke opvattingen over de samenwerking. Deze divergerende opvattingen in de regio zorgen ervoor dat nog niet uitgekristalliseerd is waar ‘we’ met het netwerk naar toe willen. De Drechtsteden is dan ook gestart met een traject richting een visie op zijn toekomst. Op de schaal van Zuid-Holland-Zuid, kennen we diverse gemeenschappelijke regelingen, waarin de gemeente Sliedrecht, samen met 18 andere gemeenten, deelneemt. In het licht van de decentralisatie van Rijkstaken, die het kabinet heeft aangekondigd, wordt momenteel bezien hoe de toekomst van de GR Zuid-Holland-Zuid het beste kan worden vormgegeven. Er is een duidelijke samenhang met de doorontwikkeling van de GR Drechtsteden.
2
2. Schets huidige situatie Sliedrecht De gemeenteraad heeft in 2008 1 een visie voor de gemeente vastgesteld, waarin keuzes gemaakt zijn voor wat betreft beleid, dienstverlening en voorzieningen. Kernwoorden daarin zijn “watergericht/ maritiem”, “innovatief” en “zorg voor elkaar”. Deze keuzes vragen om extra inspanningen en om focus in het functioneren van bestuur en organisatie. In de visie wordt gewezen op de noodzaak van de versterking van de regiefunctie in het gemeentelijk functioneren. Ontwikkelingen De verwachtingen die de burgers van de gemeente hebben zijn en blijven hoog. Er worden steeds hogere eisen gesteld aan de kwaliteit van de dagelijkse dienstverlening, van de communicatie en van de uitvoering van beleid in wijken en buurten. Het wordt steeds moeilijker om als gemeente grip te hebben op complexe processen, zeker als die de schaal van de gemeente overschrijden. Economische ontwikkeling, woningbouwprogrammering, beschikbaarheid van voortgezet onderwijs, om maar een paar voorbeelden te noemen, vragen minimaal om regionale afstemming. En steeds vaker om regionale bindende afspraken. Het op lange termijn kunnen voortbestaan van bijvoorbeeld het Griendencollege wordt sterk meebepaald door de keuzes die scholen in buurgemeenten maken met betrekking tot het door hen aan te bieden opleidingenpakket. De toekomst van Nijverwaard hangt samen met bindende afspraken in de regio over inkleuring en omvang van de bedrijventerreinen. Als we ons regionaal niet aan elkaar willen binden bepaalt de macht van de sterkste de uitkomst ook voor Sliedrecht. De open samenleving brengt ook met zich mee dat we vaker besluiten regionaal dezelfde voorzieningen aan te bieden aan burgers. Dat is al gebeurd op de beleidsterreinen werk en inkomen en wmo. De beleidsuitgangspunten worden in regionaal verband vastgesteld. Met de verder gaande decentralisatie van zorgvoorzieningen uit de AWBZ en de jeugdzorg zal opnieuw een dergelijke vraag voorliggen. De gemeente kan binnen de wettelijke grenzen zelf beslissen, maar hoe wijs en reëel is het om dat anders te doen dan in de regio? Willen burgers eigenlijk hetzelfde of iets anders dan hun vrienden en familieleden uit de buurgemeenten? Hoeveel lokaal maatwerk moeten we nog willen? En als we onze eigen weg gaan, krijgen we dan een goed voorzieningenniveau nog betaald en uitgevoerd? Deze ontwikkelingen staan op gespannen voet met de behoefte zoveel mogelijk zelfstandig te besluiten over wat we onze inwoners willen bieden. De beweging naar afstemming en samen beslissen in regionaal verband lijkt onomkeerbaar. Dat vraagt van ons dat we nauwgezet bepalen waar we nog echt zelfstandig beleid kunnen bepalen, en waar we vooral onze inzet bepalen ten behoeve van de beïnvloeding van regionaal gezamenlijk vorm te geven beleid. Voor het bestuur zal de regiefunctie langs die lijnen moeten worden ontwikkeld. Organisatieontwikkeling De kwaliteiten van de Sliedrechtse organisatie zijn: compact, korte lijnen en een sterke teamgeest/ loyaliteit. De organisatie is sterk in de uitvoering van taken, is laagdrempelig en klantgericht. De organisatiekosten zijn laag. De organisatie is minder goed in complexere, strategische beleids- en uitvoeringszaken en is kwetsbaar door het grote aantal “eenpitters”. De organisatie is een paar jaar geleden uit elkaar gehaald ten behoeve van de samenwerking in Drechtstedenverband. De regionale samenwerking op het niveau van de Drechtsteden, de regio Zuid-Holland-Zuid of een subregionale samenwerking levert rendement op voor Sliedrecht. Rendement in kwaliteit van dienstverlening, in de continuïteit van werkzaamheden en in geld. “Meer met minder” kan via regionale samenwerking. Regionale samenwerking helpt ook bij vermindering van de kwetsbaarheid en de waarborging van de kwaliteit van de organisatie. De samenwerking leidt ook tot bestuurlijke drukte, ondoorzichtigheid in verantwoordelijkheden, organisatorisch ongenoegen en het kost ook 1
'Sliedrecht 2010 en verder' vastgesteld door de raad maart 2007 ---of 08? zie ook tekst---
3
gewoon veel tijd. Tijd van gemeenteraadsleden, collegeleden en de ambtelijke organisatie. We hebben nog niet het goede evenwicht gevonden. Steeds vaker worden private partijen ingeschakeld om taken van en voor de overheid uit te voeren. Bij een regiegemeente past dat steeds opnieuw wordt beoordeeld op welke wijze een taak naar kwaliteit en kosteneffectiviteit het beste kan worden uitgevoerd. Dat alles leidt tot een meer flexibel inzetbare gemeentelijke en regionale organisatie, waarin vaker gebruik gemaakt zal worden van externe partijen en waar de overheidsorganisatie per saldo kleiner zal worden. Verschuivende en meer gedeelde verantwoordelijkheden maken het goed ontwikkelen van bestuurlijk en ambtelijk opdrachtgever- en opdrachtnemerschap meer dan ooit noodzakelijk. Verheldering van rollen, verdere professionalisering van de besturing en ontwikkeling naar een zakelijke en klant- en resultaatgerichte organisatie is nodig. Sliedrecht wil in die ontwikkeling investeren.
3. Uitgangspunten gemeenteraad Om de discussie over de toekomst van Sliedrecht inhoud te geven is de raad tot nu toe twee maal bijeengekomen. Fracties hebben op papier gezet hoe zij de toekomst van bestuurlijk Sliedrecht en de organisatie van Sliedrecht zien. Op basis van deze stukken is een aantal uitgangspunten geformuleerd. 1. Zelfstandige gemeente Door alle bijdragen loopt de lijn dat Sliedrecht een zelfstandige gemeente moet blijven. Dit vanuit de overtuiging dat hiermee nabijheid van dienstverlening en eigen beleidskeuzes voor het “dorp” worden geborgd. Sliedrecht wil zelf sturen op de belangrijkste beleidsbeslissingen, en controleren of resultaten en financiën op maat en in verhouding zijn. 2. Oog voor identiteit en afstand bestuur - burger Voor velen is de identiteit van Sliedrecht meer een gevoel dan een objectief gegeven. Het raakt aan emoties van mensen, aan je verbonden voelen met de gemeenschap waar je thuishoort. Voor iedereen is het in ieder geval helder dat Sliedrecht een identiteit heeft. Het ene been is stevig verankerd in het lokale en eigene van de (dorps)gemeente; het andere been staat middenin een zich ontwikkelend netwerk met stedelijke kenmerken. Of en hoe een beslissing over de bestuurlijke toekomst de Sliedrechtse identiteit zal beïnvloeden is niet duidelijk. Velen vinden het niet wenselijk als een keuze met betrekking tot de bestuurlijke toekomst van Sliedrecht de identiteit zou aantasten. Een bestuur dat op grote afstand staat van zijn burgers is niet wat de Sliedrechtse raad wil. Participatie en binding staan centraal. Het bestuur heeft altijd dicht op de gemeenschap gezeten en deze ook mede gevormd. Die waarde moet behouden blijven. 3. Regionale samenwerking met minder bestuurlijke drukte De samenwerking in de Drechtsteden en andere regionale samenwerkingsverbanden neemt steeds verder toe. Het doel van deze vormen van samenwerking is behoud of verbetering van kwaliteit van beleid en dienstverlening, en/of efficiëntie in besteding van overheidsmiddelen. Naast deze voordelen heeft samenwerking het gevaar in zich dat invloed, keuzes en besluitvorming op afstand raken van de lokale samenleving. Grip op samenwerking en besluitvorming is dan van groot belang. Voorwaarde voor (verdergaande) samenwerking is dat Sliedrecht “in control” blijft op de beleidsbeslissingen en de daarbij behorende kosten. Het systeem moet zo worden georganiseerd dat de bestuurlijke drukte afneemt, en raad en college hun eigen rollen beter kunnen vervullen. 4. Adequate omgang met gemeenschapsgelden Het geld dat je als gemeentelijke overheid in handen hebt, is van de burger en dat moet je goed en weloverwogen uitgeven. Dit betekent niet noodzakelijk dat moet worden gezocht naar de ‘goedkoopste’ oplossing voor Sliedrecht. Immers, veel dingen die van waarde zijn voor een
4
samenleving zijn of niet in geld uit te drukken, of kosten geld, maar leveren wat anders op. Ze brengen veiligheid, voorzieningen, saamhorigheid of werk bijvoorbeeld. Maar ook dan is een sober en doelmatig beleid van groot belang. Dit wordt vertaald in een sluitende (meerjaren)begroting. Het tekort dat nu nog in 2015 wordt voorzien moet derhalve opgelost worden. Daarbij hoort een verdere bezinning op taken, op de wijze waarop de uitvoering van deze taken plaats vindt, en op de kosten van de organisatie. 5. Kwaliteit dienstverlening Het loket dichtbij en de service goed: de kwaliteit van de dienstverlening staat hoog in het vaandel en en blijft voor de toekomst van groot belang. Burgers en ook de Sliedrechtse bedrijven mogen het in de kwaliteit van dienstverlening niet merken als er bestuurlijke of organisatorische verandering plaatsvindt. Sliedrechtse burgers en bedrijven hebben recht op de maximale inspanning van hun lokale overheid – hoe ook georganiseerd - om een zo adequaat mogelijke dienstverlening aan te bieden.
4. Oplossingsrichting en voorwaarden. Voor het toekomst perspectief van Sliedrecht zijn meerdere varianten denkbaar. Deze zijn in de raadsbijeenkomsten besproken en worden in andere gemeenten ook als mogelijk scenario’s genoemd. De volgende hoofdscenario’s zijn in diverse besprekingen aan de orde geweest: 1. Bestuurlijk zelfstandig, Sliedrecht blijft zoals het is. 2. Sliedrecht zelfstandig maar met een ambtelijke organisatie waarbij regievoeren de overwegende werkwijze is 3. Een bestuurlijke fusie/herindeling van twee of meer gemeenten tot een nieuwe gemeente, een aantal subvarianten is mogelijk. 4. Sliedrecht als onderdeel van de Drechtstad. Oplossingsrichting In de uitgangspunten is aangegeven dat Sliedrecht een zelfstandige gemeente moet blijven. Tegelijkertijd is eerder aangegeven dat regievoeren een veel sterker accent moet krijgen. Dat leidt vooralsnog tot een keuze voor de tweede optie. Aan die keuze zit vast dat de uitvoering van gemeentelijke taken zowel in eigen huis, als in regionale samenwerkingsverbanden, als via overeenkomsten met private partijen kan plaatsvinden. Daarbij moet steeds worden afgewogen hoe balans in kwaliteit en kosten het beste kan worden gerealiseerd. Voorwaarden Bestuurlijk en ambtelijk opdrachtgever- en opdrachtnemerschap moeten worden geprofessionaliseerd. In de bestuurlijke opdrachtgeversrol komt het aan op scherp formuleren van gewenste resultaten, kwaliteit en kosten, en op het controleren van de realisatie daarvan. Het bestuur moet ook bereid en in staat zijn steeds goed te wegen wanneer zelfstandige besluitvorming aan de orde is, en wanneer een gedeelde verantwoordelijkheid noodzakelijk is of gewenst omdat daarvan meer resultaat mag worden verwacht. Samenwerken bij regionale beleidsafhankelijkheden De ruimtelijke en economische ontwikkeling in Sliedrecht is mede afhankelijk van ontwikkelingen in de omgeving. Deze zijn ook een belangrijke voorwaarde voor het kunnen handhaven van een goed voorzieningenniveau. Ontwikkeling naar samenhangend en meer elkaar bindend functioneren op de schaal van 260.000 inwoners is cruciaal voor een duurzame ontwikkeling in de komende decennia. In deze ruimtelijke en economische ontwikkeling ligt de grootste meerwaarde van het netwerk Drechtsteden. Dit zijn onderwerpen waar de grens van een gemeente niet de grens is van het vraagstuk. Hier is een afgestemde aanpak nodig, met bindende afspraken over het verdelen van woningen, bedrijvigheid en voorzieningen. De Drechtsteden staan hiervoor vanuit hun geschiedenis al goed opgesteld. De rolverdeling tussen raad en college behoeft verdere duidelijkheid.
5
Samenwerken voor behoud kwaliteiten en efficiëntie. Besparingen die voortkomen uit de ambtelijke organisaties hoeven niet te worden verhaald op de samenleving. Althans niet voor zover die besparingen gerealiseerd kunnen worden terwijl kwaliteit, nabijheid en maatwerk in de samenwerking behouden blijven. Uit benchmarks blijkt de meest efficiënte schaalgrootte voor gemeenten (in termen van aantal fte per inwoner) ongeveer 80.000 inwoners. Daaronder overheersen schaalnadelen. Daarboven nemen de schaalvoordelen geleidelijk af. Deze cijfers betekenen dat er voor Sliedrecht rechtstreekse efficiencyvoordelen te behalen zijn. Specialisatie is één van de andere bedrijfsvoeringvoordelen die met samenwerking te behalen zijn. Daarbij zijn ook in kwalitatieve zin nog doorbraken te bereiken. Dit geldt bijvoorbeeld voor dienstverlening, ‘het nieuwe werken’ en de ondersteunende ICT die daarvoor nodig is. ICT vraagt komende decennia de grootste investeringen en een schaal van 260.000 is daarin eerder een ondergrens dan een bovengrens. Ook in beheerssystemen openbare ruimte en in ruimtelijke ontwikkelingspolitiek zijn schaalvoordelen denkbaar. Voor de aankomende decentralisaties in het sociale domein (o.m. wet Werken naar vermogen) wordt de schaal van de Drechtsteden ook als minimum gezien. Daarom mag van schaalvergroting behoorlijke voordeel verwacht worden in effectiviteit en efficiency. Realiseren van efficiencyvoordelen betekent ook accepteren van minder maatwerk. De huidige gemeenschappelijke organisaties zijn voornamelijk gericht op uitvoering (bijv. Belastingdienst, Ingenieursbureau) of op ondersteunende taken als bijv. ICT, financiën en personeel (SCD). Alleen in het geval van de sociale dienst zijn ook taken en bevoegdheden overgedragen. Op dit moment wordt zoals bekend gewerkt aan een andere vorm van verdergaande ambtelijke samenwerking, waarbij de deelnemende gemeenten over en weer ambtelijke capaciteit en expertise uitwisselen. Dit zonder reorganisatie of verandering van bevoegdheden. De formule hierbij is werken ‘als ware het één netwerkorganisatie’, met als doel om eenduidige sturingslijnen te combineren met decentrale beschikbaarheid van capaciteit en lokale kennis. Binnenkort starten binnen de Drechtsteden proeftuinen op de terreinen Beleid en Dienstverlening. Taken die vanuit de landelijke decentralisatie op de gemeenten af komen kunnen naar verwachting niet eenvoudig met een organisatie op de schaal van Sliedrecht opgevangen worden. In de raad is uiting gegeven aan de wens in eerste instantie na te gaan hoe de lokale beleidsverantwoordelijkheid inhoud kan krijgen. Met betrekking tot de uitvoering stelt het college vast dat organisatiekracht en specifieke kennis is nu lokaal onvoldoende aanwezig is om de taken op te vangen. Het verdient dan ook nadrukkelijk aanbeveling dit op Drechtstedelijke schaal en soms op de schaal van Zuid-Holland-Zuid vorm te geven. Drechtsteden structuur Een belangrijke voorwaarde bij regionale samenwerking is dat de efficiencyvoordelen niet teniet worden gedaan door extra complexiteit in de besturing. Het vereenvoudigen van de netwerksturing is daarom een essentiële voorwaarde. In februari 2011 is daarvoor door de DSB een notitie 'Sturing in de Drechtsteden' vastgesteld, waarin de ambtelijke sturing strakker is gemaakt. Voor de sturing in (vernieuwings)projecten wordt een strakke projectmatige lijn aangehouden onder leiding van een ambtelijk en bestuurlijk opdrachtgever. De Drechtsteden zijn verlengd lokaal bestuur. Ook in de Drechtsteden behoort de rolverdeling aan te sluiten op de lokale. Kaderstelling (beleidsmatig en financieel) en controle daarop is het domein van raadsleden en behoort dus in de Drechtraad thuis. Uitvoering en verantwoording behoort door collegeleden/portefeuillehouders te worden gedaan. Vanuit Sliedrecht wordt deze lijn ingebracht in de discussie over de sturing van de Drechtsteden. Vernieuwing van het bestuur van de Drechtsteden moet meer kwaliteit, minder bestuurlijke drukte en betere rolneming opleveren. In navolging van de Drechtraad stellen wij dan ook voor het DSB uit te nodigen de mogelijkheden daartoe te verkennen en met nadere voorstellen te komen. Een voorbeeld hiervan is het rechtstreeks presenteren van voorstellen door DSB-bestuurders in lokale raden.
6
Ook zou een scherpere verdeling van verantwoordelijkheden tussen de Drechtraad/DSB enerzijds en raden/colleges anderzijds en het tegengaan van vermengingen daarvan onder de loupe genomen kunnen worden. Opdrachtgeverrol en informatieprocessen Samenwerking vraagt altijd om duidelijkheid van rollen in proces en besluitvorming. Of het nu bestuurlijke samenwerking met ander gemeenten, of uitbesteding aan een commerciële partij betreft, de rolduidelijkheid en duiding van verantwoordelijkheid is van groot belang voor het slagen van de samenwerking. De eerst rolduidelijkheid betreft die tussen raad en college. De raad stelt de (beleids) kaders. Naast het te formuleren beoogde resultaat gaat het om kaders voor geld, tijd en kwaliteit. Het college is in dit geval de opdrachtnemer. Anders is dit bij beheer en uitvoering, daar is de opdrachtgever het college. De lokale of regionale ambtelijke organisatie, of een private partij is de opdrachtnemer en die rol kan in meerdere vormen gestalte krijgen. Het goed kunnen invullen van de benoemde rollen gaat niet vanzelf. Verwachtingen, taalgebruik, los laten, verantwoordelijkheid nemen en eenduidige informatievoorziening zijn belangrijke voorwaarde. Uitwerking van deze rollen op alle onderdelen en trainingen in het hanteren zal ter hand genomen moeten worden. Ambtelijke organisatie. De organisatie moet invulling geven aan deze bestuurlijke lijn door verantwoordelijkheid te nemen om de organisatie in de gewenste lijn te ontwikkelen en waar nodig aan te passen. Bij ieder vraagstuk moet de best passende schaal opgezocht worden waarbij steeds de juiste mix van efficiëntie, kwaliteit, nabijheid en lokale kennis gezocht moet worden met behoud van bestuurlijke regie op de lokale beleidsbepaling. De organsiatie zal aan de hand van de in deze notitie aangeven visie een ontwikkel proces inzetten waarbij in kaart gebracht wordt welke consequenties worden voorzien voor de organisatie (zowel ‘harde’ aspecten zoals ICT, P&C, organisatiestructuur, huisvesting) als zachte aspecten (zoals cultuur, medewerkers, competenties, leiderschapsstijl etc.)
5. Voorstel Op grond van de overwegingen opgenomen in deze notie wordt voorgesteld als volgt te besluiten: 1. De toekomst van Sliedrecht is een zelfstandige gemeente .met een ambtelijke organisatie waarbij regievoeren de overwegende werkwijze is 2. De identiteit van de Sliedrechtse samenleving moet behouden blijven en waar mogelijk versterkt en de korte afstand die nu ervaren wordt tussen bestuur / ambtenaren en de samenleving moet gewaarborgd worden. De nabijheid en de kwaliteit van voorzieningen moet hoog in het vaandel blijven. 3. Er moet zo doelmatig en effectief mogelijk met middelen omgegaan worden. 4. Vaststellen van gemeenschappelijk beleid in samenwerking met de Drechtsteden en/of ZuidHolland-zuid vindt plaats als de problematiek een regionaal schaalniveau heeft en in samenhang moet worden aangepakt. 5. Gezamenlijke uitvoering van overheidstaken vindt plaats als daar voor Sliedrecht kwaliteitswinst en/of efficiencywinst is te behalen. Dat kan zowel in kleinere als grotere samenwerkingsverbanden. 6. Van taken die ook via de markt kunnen worden uitgevoerd wordt afgewogen op welke wijze langdurig kwaliteitswinst en/of efficiencywinst kan worden behaald. 7. Het college werkt bovenstaande beslissingen zo uit, dat de raad in de gelegenheid is beleidsmatig en financieel de kaders aan te geven en controle uit te voeren, lokaal en regionaal. 8. Het college is verantwoordelijk voor een bijpassende ontwikkeling van de ambtelijke organisatie. De regierol, het opdrachtgeverschap blijven als functies te allen tijde binnen
7
Sliedrecht beschikbaar. Bij ieder vraagstuk moet de best passende schaal opgezocht worden waarbij steeds de juiste mix van efficiëntie, kwaliteit, nabijheid en lokale kennis gezocht moet worden met behoud van bestuurlijke regie op de beleidsbepaling . 9. Het college bestuurt en beheert de organisatie en samenwerkingsverbanden met inachtneming van bovengenoemde besluiten. Proces en projectplanning verbouwing De in deze notitie aangegeven lijn en keuze voor de bestuurlijke en ambtelijke ontwikkeling dient in het 1e kwartaal van 2012 in de raad vastgesteld te worden. Daarna zal het college een plan op stellen waarin is aangegeven welke stappen gezet moeten worden om inhoud te geven aan de onderdelen die de gemaakte keuze inhoud moet geven. Dit ontwikkeltraject is op grond van de voorgestelde richting afgezet tegen de huidige manier van werken niet eenvoudig. Het vraagt veel inspanning en inzet. Naar verwachting gaat een dergelijke ontwikkeling en verandering twee tot drie jaar duren.
Bronvermelding Voor deze notie is gebruik gemaakt van de volgende stukken: • Notitie Zelfstandig maar niet alleen • Bestuurlijke stukken van Alblasserdam • Nota verbetering en ontwikkeling organisatie gemeente Sliedrecht • Sliedrecht 2010 en verder • Raadsprogramma 2010 - 2014 • Bijdrage van diverse fracties aan de discussie over de bestuurlijke toekomst. • Notitie aan raad van Dordrecht opgesteld door JH de Baas
8