Subsidieaanvraag originele en innoverende projecten 2013 Agentschap voor Binnenlands Bestuur Team Stedenbeleid, lokaal 2C56 Boudewijnlaan 30, bus 70, 1000 Brussel Tel : 02-553 40 25 E-mail:
[email protected] Waarvoor dient dit formulier? Met dit formulier vraagt u een subsidie aan voor een origineel en innoverend project. Het centraal thema voor deze subsidie is ‘wonen/leven in de stad aantrekkelijker maken’. De oproep richt zich specifiek in 2013 op sociaal-innovatieve praktijken met focus op ‘kindvriendelijke stad’. Projecten waarbij kinderen en jongeren (van 0 tot 18 jaar) opgenomen zijn als een vanzelfsprekende actor in de stedelijke ruimte, komen hiervoor in aanmerking. Hiermee worden projecten bedoeld die zich richten op een zo vlot en autonoom mogelijke mobiliteit van kinderen, een multifunctionele kind- en jeugdvriendelijke inrichting van de publieke ruimte, participatie van kinderen en jongeren in het stedelijk debat, tijdelijke invulling van publieke/private ruimte, kwaliteitsvolle invulling van de woonomgeving, ontwikkelingskansen voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren, ... . Deze projecten moeten nieuwe recepten, formules aanleveren in de aanpak van een aantal actuele noden en uitdagingen. De oproep sluit aan bij de ambities van het jeugdbeleidsplan 2010 – 2014. Bijkomende informatie betreffende het kader, projectaanvraag (voorwaarden) en beoordeling vindt u achteraan.
Hoe en wanneer stuurt u dit formulier in? Stuur dit formulier digitaal samen met een kopie van de statuten en een bewijs van neerlegging van de statuten bij de griffie van de Rechtbank van Koophandel ten laatste op 30 april 2013 naar
[email protected].
Gegevens van de organisatie 1
Vul hieronder de gegevens van de organisatie in. naam
JES
juridisch statuut
Vzw
correspondentieadres
Borgerhoutsestraat 34 – 2018 Antwerpen
naam contactpersoon
Koen Beckx
telefoonnummer
03 272 30 73
faxnummer
e-mailadres
[email protected]
Website
rekeningnummer
7 3
ondernemingsnummer
044 3565558
4
3 2
5
1
91
7
www.jes.be
0
1
Gegevens van het project 2
Vul hieronder de gegevens van het project in. titel
Tampico-site als creatieve uitvalsbasis voor jongeren
Naam van de centrumstad of Brusselse gemeente waar Antwerpen het project wordt uitgevoerd? begindatum van het project
Dag
0
1
maand 0
9
jaar
2
0
1
3
einddatum van het project
Dag
0
1
maand 0
7
jaar
2
0
1
4
aangevraagd subsidiebedrag
30.000
euro (minstens
7.500 euro en maximum 30.000 euro)
3
Hoe draagt het project bij tot wonen/leven in stad aantrekkelijker te maken voor kinderen/jongeren? In 2012 heeft de stad Antwerpen met conceptsubsidies van het Team Stedenbeleid het masterplan Luchtbal herwerkt in het project ‘de Luchtbal vaart’, dat goedgekeurd is door het stadscollege in de zomer van 2012. Hier is uitvoerig gepeild naar de noden in de wijk. Een interessant vrijetijdsaanbod en een uitdagende open ruimte voor jongeren en kinderen staat, net na de vraag naar winkels, bovenaan de lijst. Qua methodiek is in de ‘Luchtbal vaart’ voorgesteld om heel bottum up te werken en zo veel mogelijk initiatief te laten aan de wijkbewoners zelf en om samen te werken met de omliggende bedrijven als mogelijke sponsors of investeerders. JES vzw is in Luchtbal in februari 2012 met een jongerenwerking (16+) en in juli 2012 met een tienerwerking (12-16 jaar) gestart voor zowel meisjes als jongens, nadat de stad Antwerpen. Ondanks het hoge percentage tieners en jongeren ind e buurt is er slechts een zeer beperkt (vrije-tijds)aanbod voor jongeren. JES heeft als opdracht om een specifiek jeugdwerkaanbod voor de jongeren te voorzien. De werking van JES heeft momenteel geen plek op Luchtbal en kampeert in enkele lokalen van het CC Luchtbal. Via vindplaatsgericht jeugdwerk zette JES het voorbije jaar vooral in om de buurt en de jongeren te leren kennen en samen met hen een jeugdwerking uit te bouwen. De bouw van een nieuw jeugdcentrum werd gepland maar de bouw ervan loopt door juridische en budgettaire redenen vertraging op en zal nog een paar jaar op zich laten wachten. Met het project ‘Tampicosite als creatieve uitvalsbasis voor jongeren’, wil JES de jongerenwerking nu al letterlijk van de grond krijgen en een eigen plek geven. De focus ligt op tieners (12-16 jaar) en jongeren (16+) omdat net zij vaak buiten het bestaande aanbod vallen en hun ontspanning vandaag buiten de wijk gaan zoeken. De Tampicosite zou een vrijplaats kunnen worden die de jongeren zelf op hun maat uitbouwen en waar zij, in hun eigen omgeving en kunnen samenkomen en zelf dingen opzetten.
4
Over welk origineel of innoverend project gaat het? X
Inspirerend project dat waardevol is voor andere steden en aldus een voorbeeldfunctie en een multiplicatoreffect vervult. Initiatief dat de samenwerking tussen de Vlaamse steden bevordert, en dit als steun voor een innovatief, effectief en efficiënt lokaal stedelijk beleid Project dat werkt aan kennisuitwisseling en kennisopbouw op vlak van stedenbeleid of stedelijkheid, ook met kleinere steden
5
Toon de behoefte van uw project aan en omschrijf de inhoud en de doelstellingen van het project? Geef een zo volledig mogelijke beschrijving van het project. Beschrijf de doelstellingen van het project, rekening houdend met de subsidiecriteria. Toon aan met welke meetindicatoren u de effecten van het project zult meten. Luchtbal is een sociale woonwijk ten noorden van de stad Antwerpen. De wijk telt circa 5600 inwoners. Twintig procent daarvan is onder de 9 jaar. Dertig procent is onder de 20 jaar. Hier zit dus een enorm grote groep kinderen en (toekomstige) tieners. Luchtbal kent weinig uitdagend ingerichte open en overdekte ruimte voor deze doelgroep. Aan open ruimte is er nochtans geen gebrek. Het schoentje knelt bij de inrichting en het gebruik ervan. De Tampicosite is een zo’n open ruimte van circa 2 hectare die grotendeels verwaarloosd is. De stad Antwerpen heeft met de grondeigenaar ‘Woonhaven Antwerpen’ recent een gebruiksovereenkomst afgesloten voor een periode van 5 jaar (via collegebesluit van 22 maart 2013). De stad zal het onverharde deel van de site, met eenvoudige middelen, inrichten als een speelnatuurplek en als gemeenschapstuin, en de hele site auto en parkeervrij maken. JES vzw zou een deel van de site specifiek uitbouwen en inrichten voor jongeren. Om een antwoord te bieden op de vraag naar onderdak zou JES, in afwachting van het nieuwe jeugdcentrum, samen met de jongeren en met een pedagogischtechnische coach, een aantal tijdelijke constructies bouwen. De jongeren worden zowel bij ontwerp als bij uitvoering van het project betrokken. Op deze manier wordt gegarandeerd dat het project tegemoet komt aan de verwachtingen van jongeren, maar wakker je ook het initiatief van jongeren aan en creëer je betrokkenheid en mede-eigenaarschap wat ook zijn uitstraling zal hebben naar de rest van de buurt. De effectiviteit van de plek kan gemeten worden aan het aantal jongeren dat aan de plek meewerkt, ze bezoekt en deelneemt aan de activiteiten. Ook het aantal nieuwe jongeren dat bereikt wordt en het aantal activiteiten en initiatieven zijn meetbaar.
6
Toon aan dat uw project op een creatieve en originele wijze wonen/leven in stad aantrekkelijker maakt en dat uw project past bij de in vraag 3 aangeduide focus(sen)? De wijk Luchtbal is destijds gepland en op maat gemaakt voor de nieuwe groep (middenklasse)bewoners die er toen kwam wonen. Nu, een vijftigtal jaar later, is het woonpubliek in de wijk erg veranderd. De diversiteit en kansarmoede van de bewoners is erg toegenomen. De woonomgeving en de omliggende infrastructuur is intussen verouderd en niet meer op maat van wie er nu woont. Ruimte bieden aan de activiteiten die de jongeren zelf interessant vinden en ruimte bieden voor zelforganisatie zou het (buiten)leven in de wijk heel wat kunnen verbeteren. De focus binnen dit project ligt op het ‘self made aspect’ en de ruimte voor experiment. Wat de jongeren zelf bedenken en maken zullen ze ook zelf verdedigen en respecteren. Bovendien hebben deze jongeren heel wat capaciteiten die bij het opbouwen van zulke plek goed van pas kan komen en die dus ook niet extern gezocht en betaald moet worden. Het zijn
ook vaak erg energieke jongeren die wel wat actie aankunnen. Je ‘ding kunnen doen in de stad’ is voor jongeren erg belangrijk. JES heeft de voorbije jaren in Antwerpen veel ervaring opgedaan in het competentiegericht werken ook in de vrije tijd en met de uitbouw van vrijwilligerswerking met een diverse groep jongeren. Jongeren ‘empoweren’ of sterker maken wordt door JES niet gezien als het alleen maar versterken van het individu, maar gaat ook steeds om jongeren laten groeien als actieve burgers.
7
Toon aan in welke mate uw project origineel en/of innoverend is? De Tampicosite, of toch het verharde gedeelte waar JES aan de slag zou gaan, is vandaag een soort van niemandsland. Dit niemandsland met beperkte middelen en een sterk teamwerk inzetbaar maken, kan vernieuwend en inspirerend zijn voor andere plekken in de stad en voor andere steden. Er zijn wel meer tijdelijke projecten in de stad voor jongeren, zoals de zomerfabriek van de ‘Zomer van Antwerpen’ maar meestal zijn ze seizoensgebonden. Het aparte aan dit project is dat het alle seizoenen zal doorlopen (en dit zelfs vijf jaar) en dus een ‘tijdelijk-continu/permanent’ karakter heeft. Jongeren kunnen zich de plek echt toe-eigenen. Zelfs bij de komst van het nieuwe jeugdcentrum zou deze zone overeind kunnen blijven, als surplus en als creatieve vrij-zone. Het uitproberen van dit soort concept, is voor JES en voor de stad iets nieuws. A-typisch is ook het budget. Voor publieke ruimte, stadsplanning en (jeugd)infrastructuur worden meestal hoge budgetten gebruikt omdat het vaak om lange termijn inrichtingen gaat. In dit project is de termijn tijdelijk én het budget erg laag. Dit is een uitdaging voor JES om met beperkte middelen toch resultaat te boeken.
8
Toon aan dat er een duidelijk verband is tussen het project en de stad (of steden)? Er is eerst en vooral een verband in de samenwerking. De stad Antwerpen engageert zich ook, naast JES, om deze site zo veel mogelijk in te zetten in het vrijetijdsleven van de bewoners. Op de volledige Tampicosite werken stedelijke partners samen met JES: het Cultureel Centrum Luchtbal, Buurtsport, Samenleven met het project gemeenschapstuin en met het project speelnatuur. JES zal zich focussen op de jongerenwerking. De partners mikken ook op een breder publiek van kinderen en volwassenen. Buurtsport van de stad Antwerpen wil samen met de ‘freerunningscene’ in de stad een freerunning parcours uitbouwen op de site, voor zowel beginners als gevorderden. Omdat freerunners meestal jongeren zijn, is dit ook een interessante samenwerkingspiste voor JES. Niet enkel de partners maar ook de hoogbouw omgeving is erg stedelijk. Als het project in dit type hoogbouwwijk aanslaat, is het inspirerend voor gelijkaardige wijken in de stad of in andere steden.
9
Toon het exemplarische, de voorbeeldfunctie van uw project aan? Ten eerste is het essentieel dat met het project wordt ingespeeld op een duidelijke behoefte. Zowel uit de enquêtes die in de wijk werden afgenomen als uit gesprekken met de partners op Luchtbal is het gebrek aan een goed aanbod voor de jeugd, in activiteiten en in infrastructuur, een hele hoge nood. Jongeren veroorzaken soms ‘overlast’ die deels ook voortkomt uit een gebrek aan een geschikte ontmoetingsplek. Ten tweede is dit een andere werkwijze dan de klassieke ontwerp en inrichtingsprocedure van de open ruimte. Jongeren worden maximaal betrokken in het bedenken, bouwen en inrichten van de plek. Daarom is er gekozen om met hout als basismateriaal te werken. Hout is een materiaal dat hanteerbaar en werkbaar is (anders dan bijvoorbeeld containers). Houten shelters of grote tuinhuizen bijvoorbeeld zijn te koop in pakketten die jongeren zelf kunnen bouwen. Aan zulke basisconstructies kan, waar nodig met externe hulp en coaching, worden verder getimmerd aan een eigen wereld. Ook voor de inrichting is hout een bruikbaar materiaal voor platforms, afdaken, schommels, zitplekken, hangmatten enzovoort. Ook voor de afwerking met kleuren en attributen wordt gekeken naar wat jongeren kunnen en willen. De site is ook groot genoeg om diverse zones te bouwen voor meerdere leeftijdsgroepen of stijlen, moest dat nodig blijken. De focus ligt op het proces. Het traject dat met de jongeren wordt doorlopen, de ervaringen die ze opdoen en de contacten die ze leggen zijn essentiëler dan het product dat ze neerzetten. Als deze formule blijkt te werken en de jeugdwerking in de wijk een boost kan geven, is dit voor herhaling vatbaar ook elders in de stad.
10 Toon aan op welke wijze de duurzaamheid van het project wordt gegarandeerd? Het project is tijdelijk. Daarom wordt er gevraagd om zoveel mogelijk met recuperatiemateriaal te werken of met materialen die nadien ook zelf gerecupereerd kunnen worden. De voorkeur voor het materiaal voor de tijdelijke constructies is hout. Als er zou gewerkt worden met tuinhuizen of shelters/carpoorts bijvoorbeeld, kunnen die nadien nog op een andere plek hergebruikt worden in de gemeenschaps- of volkstuinen of worden doorverkocht. Hout in de vorm van planken, houten bobijnen, stammen maar ook boordstenen en andere ‘afvalmaterialen’ zijn via de stadsdiensten, kringwinkels of omliggende havenbedrijven op de kop te tikken.
11 Op welke manier zijn kinderen/jongeren betrokken geweest bij de opmaak van jullie project? Worden kinderen/jongeren tijdens de uitvoering verder betrokken? Hoe wordt getracht om kinderen/jongeren te laten participeren en wordt hen kansen geboden om te komen tot inspraak? De jeugdwerkers van JES hebben het project bedacht en in elkaar gestoken, samen met de andere ‘Tampico-partners’.
Hiervoor hebben zij raad gevraagd bij de jongeren en gepolst hoe zij de uitbouw van de plek zien. De inspraak is nog niet volop losgebarsten omdat de haalbaarheid van het project, vooral dan financieel, nog onduidelijk is. Er is afgesproken geen loze beloftes te maken om jongeren nadien niet te ontgoochelen als het project uiteindelijk stilvalt. De jongeren worden betrokken van a tot z bij het uitdenken, uitbouwen en inrichten van de plek en van de constructies. Zowel jongens als meisjes zullen geschikte taken opnemen en hun verantwoordelijkheid opnemen. De jongeren worden hierin ook begeleid door de jeugdwerkers van JES, techniekers van de stad en het CC en door een externe sociaaltechnische coach die zal worden aangesteld.
12 Omschrijf de doelgroep van het project. Beschrijf de leeftijd van de doelgroep, het aantal personen dat u wilt bereiken met het project enzovoort. We mikken in de eerste plaats op de doelgroep van de jongeren (16+). Voor deze jongeren is er momenteel nauwelijks plaats voor ontmoeting in deze wijk. De groep, die de jongerenwerker Brahim, momenteel aan het opstarten is, telt 10 tot 15 nationaliteiten. JES werkt in principe voor iedereen maar wil wel extra aandacht geven aan die jongeren die minder kansen krijgen. Er zijn zowel jongens en meisjesgroepen als gemengde groepen. bereikt nu ongeveer met haar tiener- en jongerenwerking een 200 tal individuen. JES zet voor die categorie van tieners en jongeren vooral in op vindplaatsgericht werken en wil blijven zoeken naar nieuwe doelgroepen. Vanuit de creatieve uitvalsbasis op het Tampicoplein zal JES aanvullend blijven zoeken en werken op andere plekken waar jongeren vertoeven. Van het Tampicoplein maakt JES een compentietraject. We definiëren een competentietraject als volgt:
een geïntegreerd, dynamisch proces op maat
aan de hand van activiteiten die aansluiten bij de interesse en leefwereld van jongeren,
waarin zij bewust gestimuleerd worden om te experimenteren en hun grenzen te verleggen
waardoor ze zich bewust worden van hun eigen identiteit, de impact die ze kunnen hebben, een beter zicht krijgen op hun eigen competenties (competentieherkenning) en deze kunnen ontwikkelen (= empowerment).
de jongeren worden gestimuleerd om hun traject zoveel mogelijk zelfstandig, maar met ondersteuning van een coach vorm te geven.
Als de Tampicosite goed zou draaien doorheen de jaren, kunnen de jongeren een deel van het beheer en de organisatie zelf op zich nemen.
13 Geef een gedetailleerd chronologisch stappenplan. (periode 1 september 2012 tot en met 31 augustus 2013) Stap
Handeling
Timing
1
Voortraject met de jongeren: brainstormen en plannen rond houten constructies (met in achterhoofd een miniversie bij uitblijven van budget) / overleg met de dienst vergunningen van de stad
maand
0
5
jaar
2
0
1
3
2
Inschakelen externe coach
maand
0
7
jaar
2
0
1
3
3
Indienen bouwaanvraag (fase 1)
maand
0
9
jaar
2
0
1
3
4
Start bouw constructies (fase 1)
maand
1
1
jaar
2
0
1
3
5
Vervolg bouw constructies (fase 2)
maand
0
4
jaar
2
0
1
4
14 Met welke organisaties, instellingen of onderzoekscentra en voor welke aangelegenheden zult u voor dit project samenwerken? Sociaal – technisch - artistieke coach (nog aan te stellen via onderhandelingsprocedure of via bestelbon) Eventueel omliggende havenbedrijven voor afvalmateriaal of sponsoring Stad Antwerpen: Cultureel Centrum Luchtbal (techniekers), Jeugddienst, Samenleven tuinproject en speelnatuur, AG Stadsplanning, …
Begrotingsgegevens 15 Als u structureel gesubsidieerd wordt, vult u hieronder de gegevens van de structurele subsidie in. Instantie(s)
IVA Sociaal Cultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen en de stad Antwerpen
Bedrag(en)
500.000
euro
936.300
reglementaire basis
Decreet van 18 juli 2008 houdende het voeren van een Vlaams Jeugd- en kinderrechtenbeleid 2 jarige convenant (2012-2013) met de stad Antwerpen voor volledige werking JES Antwerpen (Borgerhout, Deurne, Luchtbal, Rozemaai en de kadervorming)
16 Vul aan de hand van de onderstaande tabel de uitgaven (gedetailleerd) in die direct aan het project gerelateerd zijn. Geef per uitgavenpost een verantwoording voor de berekende middelen. De begroting bevat een raming van alle inkomsten en uitgaven die betrekking hebben op de realisatie van het project. De inkomsten en uitgaven moeten in evenwicht zijn. Het project wordt voor maximaal 90 % gesubsidieerd. 10 % andere inkomsten zijn vereist. Alleen de uitgavenposten die in de onderstaande tabel vermeld staan, komen voor subsidie in aanmerking. Huisvestingskosten omvatten de zaalhuur; promotiekosten zijn uitgaven om het project bekend te maken; productiekosten vloeien voort uit de huur of aanmaak van materiaal dat noodzakelijk is voor het project; personeelskosten bestaan uit de honoraria en vergoedingen aan medewerkers van het project, met uitzondering van lonen en vergoedingen aan structurele medewerker).
Nummer
aard van de uitgaven
bedrag
Verantwoording
1
huisvesting
euro
2
administratie
euro
3
promotie
euro
4
productie
25.000
euro
Aankoop constructiemateriaal + los materiaal + aansluiten technieken
5
personeel
5.000
euro
Externe personeelskosten voor coaching voor extra ‘creatieve Touch’, technieken;
6
andere
3.000
euro
Eigen middelen
totaal
33.000
Euro
17 Vul aan de hand van de onderstaande tabel de inkomsten (gedetailleerd) in die direct aan het project gerelateerd zijn. Bij nummer 3 vult u de gevraagde of ontvangen subsidies van andere overheden in. Vermeld voor elke overheid afzonderlijk de naam van de overheid, de desbetreffende dienst, de desbetreffende subsidiepot en het subsidiebedrag.
Nummer
aard van de inkomsten
bedrag
1
eigen inkomsten
3.000
2
sponsoring en publiciteit
3
gevraagde subsidie bij de Vlaamse overheid – team stedenbeleid
3
gevraagde subsidie bij
euro
3
gevraagde subsidie bij
euro
3
gevraagde subsidie bij
euro
totaal
euro euro
30.000
33.000
euro
euro
Bij te voegen bewijsstukken en achtergrondinformatie 18 Bewijsstukken Voeg bij dit formulier de bewijsstukken en achtergrondinformatie die in de onderstaande aankruislijst staan, voor zover ze voor het project relevant zijn. Kruis alle bewijsstukken aan die u bij dit formulier voegt. X een kopie van de Nederlandstalige statuten van de vzw; X een bewijs van neerlegging van de statuten bij de griffie van de Rechtbank van Koophandel; X achtergrondinformatie over de vereniging en over het project: een korte beschrijving van de ontstaansgeschiedenis van het project, eventueel gestaafd met persartikelen
Ondertekening 19 Vul de onderstaande verklaring in. Ik bevestig dat alle gegevens in dit formulier naar waarheid zijn ingevuld.
plaats
Antwerpen
datum
30
maand
dag
handtekening
voornaam en achternaam
Els Van Effelterre Directie JES
0
4
jaar
2
0
1
3
Subsidieaanvraag originele en innoverende projecten 2013 Kader De subsidies zijn noodzakelijk om originele en innoverende projecten in de stad aan te moedigen. Het ondersteunen van vernieuwende en levenskrachtige projecten die uit de gemeenschap -in casu het buurt - of verenigingsleven - zelf komen, wordt ervaren als één van de belangrijkste hefbomen voor de Vlaamse overheid om de stedelijke vernieuwing en de hiermee gepaard gaande verbeteringen van de omgevingsfactoren in de steden gestalte te geven. Met de subsidies worden projecten met een experimenteel of vernieuwend karakter eenmalig ondersteund. De projecten moeten de gewone structurele werking overstijgen. Het gaat om projecten die niet uitgaan van een openbaar bestuur (bottom-up). Het ondersteunen van de originele en innoverende projecten vertrekt vanuit de ambitie om ‘duurzame en creatieve steden’ te realiseren. De steden staan voor nieuwe uitdagingen, maar hebben het voordeel dat zij bij uitstek de plekken zijn waar innovatieve oplossingen worden gevonden. Met de organisatie van de VIA ronde tafel op 14 maart 2012 werd een cruciale stap gezet in de transitie naar een duurzame toekomst voor iedereen. In 2012 is het Vlaams Stedenbeleid verder gegaan dan het louter financieel ondersteunen van de originele en innovatieve projecten. Op basis van de transitieaanpak werd kennisdeling tussen de projecten gestimuleerd, zodat ze zichzelf maar ook de steden naar een hoger niveau tillen. Op 6 februari 2013 kregen de originele en innovatieve projecten een forum op de trefdag ‘innovatie in de stad’. De knowhow en de kennis die in een stad ontstaan konden op die manier geëxporteerd worden naar andere steden en gemeenten in Vlaanderen. Tevens werd vertrekkend vanuit de ervaring en inspiratie van de originele en innoverende projecten samengewerkt met andere beleidsdomeinen en werd vorm gegeven aan een horizontaal stedenbeleid. Het centraal thema voor deze subsidie is ‘wonen/leven in de stad aantrekkelijker maken’. De oproep richt zich specifiek in 2013 op sociaal-innovatieve praktijken met focus op ‘kindvriendelijke stad’. Projecten waarbij kinderen en jongeren (van 0 tot 18 jaar) opgenomen zijn als een vanzelfsprekende actor in de stedelijke ruimte, komen hiervoor in aanmerking. Hiermee worden projecten bedoeld die zich richten op een zo vlot en autonoom mogelijke mobiliteit van kinderen, een multifunctionele kind- en jeugdvriendelijke inrichting van de publieke ruimte, participatie van kinderen en jongeren in het stedelijk debat, tijdelijke invulling van publieke/private ruimte, kwaliteitsvolle invulling van de woonomgeving, ontwikkelingskansen voor maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren, ... . Deze projecten moeten nieuwe recepten, formules aanleveren in de aanpak van een aantal actuele noden en uitdagingen. De projecten hebben minstens gemeenschappelijk : duurzaamheid (in brede zin), beperken woon- en leefkost (schaalvoordeel door nabijheid/densiteit van de stad), in een warme/sfeervolle samenleving. De projecten spelen in op de demografische en maatschappelijke evoluties waar de steden mee te kampen hebben : toename bevolking en aantal gezinnen, verjonging, verkleuring, vs. vergrijzing, en stadsvlucht jonge gezinnen. Door middel van de oproepformule voor verenigingen, wordt gebruik gemaakt van onze steden als ‘vijvers van creativiteit’. Tal van (vaak kleine) organisaties hebben innovatieve voorstellen, die bij wijze van pilootfase, experimenteel karakter, of gewoon start, een subsidiehefboom nodig hebben om te kunnen starten. De oproep sluit ook aan bij de ambities van het jeugdbeleidsplan 2010 – 2014. Het jeugdbeleidsplan wil kinderen en jongeren ruimte geven om vanuit hun leefwereld de samenleving mee vorm te geven. Het jeugdbeleidsplan wil daarom de volgende maatschappelijke veranderingen realiseren: 1. Alle kinderen en jongeren met dezelfde talenten krijgen gelijke kansen 2. De ontwikkelingskansen van kinderen en jongeren worden verhoogd 3. Kinderen en jongeren krijgen (meer) ruimte om onvolwassen te zijn 4. Kinderen en jongeren participeren volwaardig aan het maatschappelijke le-ven. Projectaanvragen
De projectaanvragen moeten ten laatste op 30 april 2013 worden ingediend.
De projectsubsidie is éénmalig voor een beperkte periode die ten vroegste begint op 1 september 2013 en die afloopt op ten laatste 31 augustus 2014.
De projecten vinden plaats in één van de volgende steden: Aalst, Antwerpen, Brugge, Genk, Gent, Hasselt, Kortrijk, Leuven, Mechelen, Oostende, Roeselare, Sint-Niklaas, Turnhout of in het Brussels Gewest (enkel projecten die betrekking hebben op gemeenschapsmaterie komen in aanmerking) .
De projecten hebben een publieksgericht en openbaar karakter en dragen bij tot stedelijkheid. Initiatieven die alleen op eigen leden of eigen gebruikers van de instelling zijn gericht, komen dus niet in aanmerking voor een subsidie.
De gevraagde subsidie bedraagt minstens 7.500 euro en maximum 30.000 euro en maximum 90 % van het geheel van de uitgavenposten die door de minister in aanmerking worden genomen. Het project moet dus voor een deel via eigen inkomsten of een inbreng van anderen tot stand komen.
Loutere investeringsuitgaven komen niet in aanmerking.
Alle middelen moeten effectief in de betrokken subsidieperiode besteed worden.
Het project wordt aangekondigd in het Nederlands en alle communicatie wordt in het Nederlands gevoerd. Het Nederlands wordt ook gebruikt tijdens het verloop van het project.
Bij de communicatie betreffende het project wordt duidelijk melding gemaakt van de steun van de Vlaamse overheid. De logo’s van de Vlaamse overheid en ‘Thuis in de stad’ moeten duidelijk zichtbaar vermeld worden. De logo’s zijn beschikbaar bij het team Stedenbeleid. Indien bij de uitvoering van het geselecteerde project publieksevenementen gepland zijn, wordt de indiener geacht om in de aanvraag te vermelden hoe de steun vanwege de Vlaamse overheid aan het geselecteerde project op een dynamische wijze kenbaar kan gemaakt worden.
Alle verenigingen zonder winstoogmerk - vzw’s - kunnen een projectaanvraag indienen. Die vereniging moet haar maatschappelijke zetel in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad of in het Nederlandse taalgebied hebben.
De statuten van de organisatie moeten in het Nederlands in het Belgisch Staatsblad zijn verschenen.
Inschrijvingstermijn Deze loopt van de lancering van de oproep tot en met 30 april 2013. Inschrijvingswijze Volgende documenten moeten digitaal ten laatste op 30 april 2013 naar
[email protected] worden gestuurd: - Het aanvraagformulier (liefst in word versie); - De ondertekening van het aanvraagformulier; - Een kopie van de statuten; - Een bewijs van neerlegging van de statuten bij de griffie van de Rechtbank van Koophandel. Beoordeling Ontvankelijkheidsanalyse:
ondertekend aanvraagformulier; een kopie van de statuten; een bewijs van neerlegging van de statuten bij de griffie van de Rechtbank van Koophandel.
Beoordelingsanalyse: Eerste fase: Komen niet in aanmerking voor subsidie: de reguliere werking van een organisatie; projecten die al via de originele en innovatieve projecten gesubsidieerd werden; louter culturele of sportieve manifestaties, evenementen of festivals; projecten ingediend door de steden zelf. Tweede fase: Op basis van 6 criteria worden de projecten beoordeeld door het team Stedenbeleid. Het originele karakter komt zowel in het eerste, als in het tweede beoordelingscriterium aan bod. In criterium 1 is het originele aspect gelinkt aan het gekozen thema en focus, en wordt hieraan 5 punten toegekend. Criterium 2 focust louter op het originele en innovatieve karakter, en krijgt 10 punten, omwille van het uitgangspunt van deze oproep. Het exemplarische, de voorbeeldfunctie van het project, is een positief neveneffect van deze originele en innovatieve, soms experimentele, projecten, maar is geen hoofddoelstelling (5 punten). Alle andere criteria krijgen een weging van 10 punten. Het totaal aantal toegekende punten is 50 punten.
het project moet op een creatieve en originele wijze passen bij het thema en een of meerdere focussen (beoordeling op 5 punten); de mate dat het project origineel en innoverend is (beoordeling op 10 punten); verband met de stad – impact op stedelijkheid (beoordeling op 10 punten); doelstellingen van het project, behoefte aan het project wordt aangetoond (beoordeling op 10 punten); het exemplarische, de voorbeeldfunctie van het project (beoordeling op 5 punten); de kwaliteitsvolle uitvoering van het project (beoordeling op 10 punten). Om dit criterium te beoordelen, wordt de volgende checklist gehanteerd: Degelijke uitwerking van het project: Het project is goed uitgewerkt zodat op basis van voldoende informatie een goed inhoudelijk advies gegeven kan worden. Een grondige beschrijving van de beginsituatie van het project wordt gevraagd. Tijdelijkheid: Het project is van bepaalde duur en heeft een begin- en einddatum. Uitvoerbaarheid: Het project is realiseerbaar binnen de beschikbare tijd (maximaal tot en met 31 augustus 2014). Duurzaamheid: Op welke manier de duurzaamheid van het project wordt gegarandeerd. Sterkte van de organisatie: Het project kan gerealiseerd worden en de nodige kennis of ervaring is voor handen. Projectevaluatie: Op welke manier het project wordt geëvalueerd.
Al deze criteria zijn in de aanvraagformulieren opgenomen.
Derde fase Na de beoordeling door het team Stedenbeleid, onder eindverantwoordelijkheid van de Administrateur-generaal (fase 1 en 2), vraagt het team Stedenbeleid het advies van de betrokken beleidsdomeinen (zie focussen §2.1), voor die projecten die m.i.v. de beoordeling van die betrokken beleidsdomeinen voldoende tot (zeer) goed zouden kunnen scoren (meer dan 50%). De beoordeling door de betrokken beleidsdomeinen krijgt een weging (score) op 15 punten. Deze score wordt bij de scores van het team Stedenbeleid gevoegd. Dit betekent dat elk project dat het team stedenbeleid in de tweede fase beoordeelt, en minstens 17,5 op 50 haalt, aan de betrokken administratie wordt voorgelegd. Immers, deze projecten kunnen theoretisch gezien nog steeds 50% of meer halen. De betrokkenheid van de andere beleidsdomeinen is gewenst om deze te informeren over de ingediende projecten, deskundig advies te vragen over de ingediende projecten, en desgevallend tot afstemming te komen. De beoordeling wordt toegevoegd in de beoordelingsfiches. De projecten die in de eindbeoordeling minstens 50% halen, komen in aanmerking voor subsidiëring. Er wordt vooraf geen maximum aantal te subsidiëren projecten vooropgesteld, dit hangt af van de gevraagde subsidies van de geselecteerde projecten. In afnemende volgorde krijgen de best scorende projecten een subsidie toegekend, tot uitputting van de middelen. De subsidie per project blijft substantieel. Het team Stedenbeleid bezorgt een subsidievoorstel aan de minister. De minister beslist over de toekenning van subsidie en kan mits motivatie afwijken van het voorstel van het agentschap.