Activiteitenplan 2013 Provinciale Subsidieaanvraag
Goudsesingel 6 | 3011 KA Rotterdam | 010-4765355 |
[email protected] | www.milieufederatie.nl
1
Inhoudsopgave Activiteitenplan 2013 .............................................................................................................................. 0 Provinciale Subsidieaanvraag .................................................................................................................. 0 Inhoudsopgave ........................................................................................................................................ 2 1. Inleiding ............................................................................................................................................... 4 2. Toelichting subsidieaanvraag 2013 ..................................................................................................... 5 2.1 Missie, rol en werkwijze ................................................................................................................ 5 2.2 Relatie NMZH met provinciaal beleid ........................................................................................... 6 3. Gebiedscoördinatie en gebiedsontwikkeling ...................................................................................... 8 4. Strategische thema´s ......................................................................................................................... 12 4.1 Natuurlandschappen in het Groene Hart ................................................................................... 14 4.2 Groene Haaglanden II ................................................................................................................. 17 4.3 Groene Netwerken Versterken ................................................................................................... 21 4.3.1 Monitoring Beleidsvisie Groen ............................................................................................ 21 4.3.2 Participatie natuurbeleid ..................................................................................................... 23 4.3.3 Publieks-/communicatieproject “Mooi Zuid-Holland” ........................................................ 24 4.3.4 Samenwerking Natuur en Landschapsorganisaties ............................................................. 25 4.3.5 Participatie Groen doet Goed .............................................................................................. 25 4.4 Winst uit Milieu ........................................................................................................................... 26 4.5 Duurzame en gezonde leefomgeving aan de kust ...................................................................... 29 4.6 Energietransitie Haven en Industrie .......................................................................................... 33 4.6.1 Energiebesparing en Innovatie ............................................................................................ 34 4.6.2 Biobased economy: duurzame grenzen ............................................................................. 35 4.6.3 (bio)LNG als transportbrandstof .......................................................................................... 35 4.6.4 HIC en Westland .................................................................................................................. 36 4.7 Energietransitie in de Zuid-Hollandse Regio´s ........................................................................... 37 4.7.1 Energieke Samenleving ........................................................................................................ 38 4.7.2 Windenergie en burgerparticipatie: draagvlak en inpassing ............................................... 39 4.7.3 Hier Opgewekt ..................................................................................................................... 40 4.7.4 Lokaal duurzaamheidsbeleid: stimuleren, adviseren en ondersteunen van gemeenten, samenwerkingsverbanden en Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD’s) ....................................... 41 4.8 Duurzame Bedrijvigheid .............................................................................................................. 43 4.8.1 Kansen voor West ................................................................................................................ 43 4.8.2 Green Economic Forum ....................................................................................................... 44 4.8.3 Innovatienetwerk Zuidwest Nederland .............................................................................. 44 4.8.4 Convenant Op weg naar Duurzame Bedrijventerreinen ..................................................... 45 4.8.5 Participatie Nieuw Reijerwaard ........................................................................................... 45 5. Netwerkondersteuning ..................................................................................................................... 47 6. Subsidieaanvraag Activiteitenplan 2013 ........................................................................................... 52
2
3
1. Inleiding De NMZH staat midden in de Zuid-Hollandse samenleving. In 2012 bestaan wij 40 jaar. Er is de afgelopen 40 jaar met het natuur- en milieubeleid veel bereikt. Maar de samenleving is ook enorm veranderd. Burgers en bedrijven brengen milieubeleid nu vaak in verband met abstracte problemen ver weg en de perceptie is te vaak dat die door de overheid op een moeizame manier en met ingewikkelde regels worden aangepakt. Ook de aandacht van bedrijven gaat juist uit naar “schone” en “slimme” producten waar geld mee te verdienen valt. En burgers lopen warm voor een veilige en schone woon- en leefomgeving. We hebben een nieuwe benadering nodig die meer handelingsperspectief onder de bevolking creëert voor natuur en milieubeleid. Die de vele lokale en regionale initiatieven voor energieopwekking en verduurzaming ondersteunt en individuele burgers inspireert om ook zelf hieraan een bijdrage te gaan leveren. Maar ook de provincie en gemeenten verder stimuleert om de energieke samenleving meer te betrekken bij de beleidsvoorbereiding en uitvoering. De NMZH zet in op een groene economie vanuit een meer integrale benadering. De versterking van ecologie en ruimtelijke kwaliteit in samenhang met economie is voor de NMZH al enkele jaren een succesvolle aanpak. Dat doen we niet alleen. Wij werken samen met burgers, bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en overheden. En natuurlijk ook met het Zuid-Hollandse natuur en milieunetwerk, onze eigen achterban van 300 aangesloten organisaties. Door samenwerking en dialoog willen we de beste en meest houdbare resultaten boeken. Verder intensiveren wij in 2013 de samenwerking tussen de groene organisaties én met het IVN Consulentschap Zuid-Holland. Meer samen werken en slimme programma´s ontwikkelen om meer inwoners te betrekken bij natuur, landschap, milieu en duurzame ontwikkeling. In het Activiteitenplan 2013 zijn hiervoor een aantal uitvoeringsactiviteiten opgenomen inclusief de samenwerkingsprojecten met de Stichting Duinbehoud en Stichting Groene Hart als belangrijke partners bij de uitvoering van de projecten Duurzame en gezonde leefomgeving aan de kust en Winst uit Milieu. Ons activiteitenplan maakt voor iedereen binnen en buiten de organisatie duidelijk waar wij als NMZH aan willen werken. Waar we aan begonnen zijn in 2012 bouwen we verder uit en in 2013 gaan wij ook weer nieuwe duurzame ontwikkelingen oppakken. Wij gaan hiervoor partijen motiveren en verbinden. We willen daarbij zowel de provinciale beleidsuitvoering versterken als de eigen doelstellingen dichterbij brengen. Voor de verschillende projecten in dit activiteitenplan vragen wij met deze subsidieaanvraag om een provinciale financiële ondersteuning voor 2013. Graag gaan wij in overleg met u over de verdere uitvoering van ons Activiteitenplan 2013. Rotterdam, 1 oktober 2012
Alex Ouwehand, Directeur
4
2. Toelichting subsidieaanvraag 2013 De NMZH is een onafhankelijke organisatie die op het terrein van natuur, milieu en landschap al jaren een bijdrage levert aan de vorming en uitvoering van het Zuid-Hollandse provinciaal beleid. De totstandkoming van onze subsidieaanvraag is gebaseerd op het hoofdlijnenakkoord voor het collegeprogramma 2011-2015 en ons beleidsplan 2011-2015: “Netwerken versterken!”. Een provinciale subsidie stelt ons in staat om uitvoering te geven aan onze voornemens zoals die zijn verwoord in dit activiteitenplan.
2.1 Missie, rol en werkwijze De NMZH staat midden in de Zuid-Hollandse maatschappij. Wij werken aan een duurzame ontwikkeling en kwaliteitsverbetering van de leefomgeving in de provincie Zuid-Holland en zoeken naar een goede balans tussen economie, ecologie en sociale belangen. We kennen een sterke focus op duurzame, integrale gebiedsontwikkeling op bovenlokaal niveau. Wij stellen ons constructief op en brengen kennis en expertise in op het gebied van milieu, duurzaamheid, gebiedsontwikkeling en omgevingskwaliteit bij provinciale beleidsprocessen en maatschappelijke besluitvormingsprocessen. Als onafhankelijke belangenbehartiger volgen wij daarbij kritisch de bredere natuur- en milieuagenda en geven wij een gezicht en een stem aan natuur en milieu in de provincie Zuid-Holland. De missie van de NMZH is onderverdeeld in drie werkvelden: Gebiedsontwikkeling Met onze activiteiten in het kader van de gebiedsontwikkeling zetten wij ons in voor een groene provincie met een rijke natuur, gevarieerde landschappen en een duurzame ruimtelijke kwaliteit. De focus ligt daarbij op het landelijk gebied en de grote bovenregionale main-, green- en blueports. Onze opgave is om, in afstemming met de belangrijke gebruikers en gebruiksfuncties, te zorgen voor goede condities en randvoorwaarden ter versterking van de ruimtelijke kwaliteit en de verbetering van de milieu en waterhuishouding. Het ruimtelijk beleid van overheden bepaalt mede daarvoor de randvoorwaarden. In dit activiteitenplan geven wij aan bij welke ruimtelijke plannen en gebiedsontwikkelingsprojecten we ook in 2013 een rol willen blijven spelen. De ruimtelijke ontwikkeling en de verduurzaming van de Rotterdamse haven in combinatie met de uitwerking van de Havenvisie 2030, het Deltri programma en de diverse Deltaprogramma´s hebben hierbij een grote prioriteit. Strategische thema´s Wij willen onze inbreng in het kader van de gebiedsontwikkeling en de netwerkondersteuning versterken door zelf, of samen met partners, strategische projecten uit te voeren. Deze projecten zijn gericht op: agendering; het organiseren van maatschappelijk dynamiek en het op gang brengen van innovatie; het zoeken naar oplossingen en doorbraken voor ruimtelijke en landschappelijke dilemma´s; de verdere verduurzaming van de provincie Zuid-Holland. Juist door samen aan oplossingen te werken vervagen tegenstellingen en ontstaan belangrijke verbindingen en een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor de opgaven. Ook kan zo kennis en ervaring van diverse partijen en disciplines beter worden ingebracht. Netwerkondersteuning De NMZH organiseert, verbindt en ondersteunt het provinciebrede ruimtelijke ordeningsnetwerk van natuur-, milieu- en landschapsorganisaties. Samen met het netwerk van stedelijke milieucentra en terreinbeherende organisaties leveren wij een proactieve inbreng in het kader van structuurvisies en
5
bestemmingsplannen van gemeenten en provincie. Dit doen wij vooral bij belangrijke ruimtelijke ontwikkelingen in het landelijk gebied wanneer de provinciale kernkwaliteiten in het geding zijn. Waar nodig geven wij adviezen, reacties en zienswijzen bij de ontwikkeling en uitvoering van het provinciaal ruimtelijk beleid en aanpalende beleidsterreinen.
2.2 Relatie NMZH met provinciaal beleid De NMZH is een onafhankelijke en deskundige natuur- en milieuorganisatie, die de provincie ZuidHolland als werkgebied heeft. De NMZH onderscheidt zich van andere natuur- en milieuorganisaties in de provincie, doordat ze zich vooral richt op beleidsmakers en beslissers in het provinciale speelveld. De NMZH informeert over de gevolgen van beslissingen en laat alternatieven zien. Wij blijven daarbij kritisch en oplettend en zetten de ontwikkeling door naar de rol van samenwerkingsen onderhandelingspartner. Doordat overheden op verschillende terreinen terugtreden, ontstaat er meer ruimte voor particulier initiatief met nieuwe kansen die de NMZH wil opzoeken. Omdat de belangen van ruimtelijke kwaliteit, duurzaamheid en natuur en milieu vaak zwak georganiseerd zijn, hebben provincie en bovenlokaal opererende overheden behoefte aan een maatschappelijke partij die standpunten op regionaal niveau verwoord. Voor het welslagen van het beleid en het vergroten van het draagvlak voor natuur, milieu en landschap is het belangrijk dat bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties betrokken worden en er een uitwisseling van opinies kan plaatsvinden. De NMZH wil deze maatschappelijke dynamiek organiseren en stimuleren.
6
De NMZH is vanuit het brede Zuid-Hollandse natuur- en milieunetwerk goed in staat om (boven-) lokale vragen die in de beleidsprocessen en bij gebiedsontwikkeling spelen te beantwoorden en provinciaal te agenderen en bij de (beleid-)processen te betrekken. De ogen en oren van ons netwerk leveren naast gebiedsinformatie ook inzicht in actuele ontwikkelingen en aanwezige knelpunten en dilemma´s op lokaal, regionaal en provinciaal niveau. Door deze spilpositie in het Zuid-Hollandse natuur- en milieunetwerk ontstaat toegevoegde waarde voor de uitvoering van het provinciaal beleid. Als onafhankelijke en kritisch meedenkende partner willen wij private en publieke partijen stimuleren bij de besluitvorming en uitvoering van milieumaatregelen en -aspecten. Natuur en milieu krijgen zo een gezicht en stem en kunnen als belangrijke factor de verduurzaming van onze samenleving verder blijven stimuleren en prikkelen tot verdere optimalisatie en innovatie van bedrijfsprocessen. De NMZH houdt zich niet primair bezig met het beschermen van natuur en natuurwaarden. Andere organisaties zoals Vogelbescherming Nederland en het WNF zijn op dit vlak actief, evenals Landschapsbeheer Zuid-Holland, Stichting Duinbehoud en terreinbeherende organisaties. Zij zijn specialist op dit vlak. Wat zij kunnen, pakken wij niet op. De NMZH is generalist en wil afhankelijk van actuele ontwikkelingen in gebieden of op thema's wel die netwerkrelatie kunnen leggen en waar nodig verdiepen en verbinden. De NMZH is onderdeel van de landelijke samenwerking van de Provinciale Natuur en Milieufederaties. Landelijk stemmen wij met de andere 11 provinciale Natuur en Milieufederaties thema’s af die doorwerken op provinciaal niveau. De expertise uit deze samenwerking en het federatieve karakter van de Natuur en Milieufederaties helpt ons om kennis en ervaring te borgen en te delen. Zo versterken we ons werk en onze inzet in de provincie Zuid-Holland. Maar ook op landelijk niveau richting de overige 11 provincies.
7
3. Gebiedscoördinatie en gebiedsontwikkeling De groei van de bevolking, de economie, de bedrijvigheid en de mobiliteit legt voortdurend beslag op de open en groene ruimte. Dit gaat gepaard met een groeiende belasting van het milieu en verlies aan natuur en landschapskwaliteit. De problemen gelden zeker voor Zuid-Holland, de dichtstbevolkte provincie en de economische motor van Nederland. Door deze ontwikkelingen staan de leefbaarheid en leefomgeving onder constante druk. Bij gebiedsontwikkeling, structuurvisies en ruimtelijke plannen zal daarom altijd gezocht moeten worden naar een optimale balans tussen ecologie en economie. In onze provincie mogen waardevolle cultuur(-historische) landschappen en natuurwaarden niet verloren gaan. Ook moet voorkomen worden dat de milieubelasting van de leefomgeving verder toeneemt. De NMZH kiest ervoor om bij gebiedsontwikkeling als strategische partner aan tafel te zitten en zo proactief bij te dragen aan de duurzame inrichting van Zuid-Holland. Vanuit het natuur- en milieubelang brengen wij standpunten en ideeën naar voren om zo het beleid en de ruimtelijke plannen milieu-inclusief te maken. Ook geven wij gevraagd en ongevraagd advies bij provinciale en regionale ruimtelijke plannen. Daarnaast reageert de NMZH op vragen van het Zuid-Hollandse natuur- en milieunetwerk en overige belanghebbenden. Het uiteindelijke doel is om vanuit de samenleving noodzakelijke plannen zodanig te helpen ontwikkelen dat de belangen van natuur, milieu, landschap en open ruimte een volwaardige plaats krijgen bij de duurzame inrichting van ZuidHolland. In 2013 is de NMZH bij de volgende ruimtelijke ordeningsplannen en gebiedsontwikkelingsprojecten betrokken. Provinciale en regionale ruimtelijke ordeningsplannen De NMZH is inhoudelijk betrokken bij provinciale structuurvisies en bestemmingsplannen. Maar ook bij ruimtelijke concepten zoals de Ecologische Hoofdstructuur en grootschalige bovenlokale infrastructuur. Dit doen wij vooral bij belangrijke ruimtelijke ontwikkelingen in het landelijk gebied wanneer de provinciale kernkwaliteiten in het geding zijn. Waar nodig geven wij adviezen, reacties en zienswijzen bij de ontwikkeling en uitvoering van het provinciaal ruimtelijk beleid en aanpalende beleidsterreinen. IODS Adviescommissie In 2012 is de finale besluitvorming over het tracébesluit A4 Delft-Schiedam afgerond en is gestart met de aanleg van de A4 Midden Delfland. Hiermee is een nieuwe fase aangebroken in de uitvoering van het IODS convenant. Dit heeft er toe geleid dat wij onze inzet en rol opnieuw hebben bezien en vastgesteld hebben dat het voor alle partijen een meerwaarde heeft als wij weer inhoudelijk betrokken zijn bij de IODS Adviescommissie en de realisatie van alle afspraken uit het IODS convenant. De afgelopen maanden zijn hiervoor diverse gesprekken gevoerd met de provincie en IODS partijen en onze achterban in Midden Delfland. Er is consensus over onze intermediair functie tussen de IODS partijen en onze achterban en onze rol en inzet bij de verschillende uitvoeringsprojecten. Havenvisie 2030 en uitvoeringsprogramma; Nu de Havenvisie 2030 is vastgesteld komt het aan op de realisatie van deze visie. De NMZH heeft zich ingespannen om de intrinsieke verduurzaming van de Rotterdamse haven en de verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving goed verankerd te krijgen in deze visie en de uitwerking hiervan in het uitvoeringsprogramma. De NMZH zal ook de komende periode als maatschappelijke partner een rol blijven spelen in de uitvoering van deze visie en het borgen en monitoren van de gemaakte
8
afspraken, waar nodig met verbindingen naar het achterland (Deltri, Zuidwestelijke Delta) en andere beleidsopgaven (Deltaprogramma’s, Zoetwater en Hoogwaterprogramma’s). Tafel van Borging project Mainportontwikkeling Rotterdam Maasvlakte 2 maakt onderdeel uit van het Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PMR). Dit project heeft een dubbele doelstelling. Het biedt ruimte voor de economische ontwikkeling van de Rotterdamse haven en vergroot daarnaast de leefbaarheid in de regio Rijnmond. Om te garanderen dat niet alleen in de planvorming, maar ook tijdens de aanleg en daarna het evenwicht tussen economie en leefbaarheid bewaard blijft, is met een brede groep organisaties het document Visie en Vertrouwen ondertekend. NMZH werkt hierbij samen met Natuurmonumenten, Zuid-Hollands Landschap en Duinbehoud. Twee maal per jaar komen de bestuurders van de organisaties bij elkaar. In het najaar worden twee monitoringsrapportages opgeleverd: een van Havenbedrijf Rotterdam en een van de gezamenlijke overheidspartijen.
Deltri-Platform De regio’s West-Brabant, de Drechtsteden en Rotterdam hebben te maken met een aanzienlijke druk op de ruimte, infrastructuur en leefbaarheid. De verwachte toename van de wereldhandel in de komende decennia leidt tot een forse toename van internationale goederenstromen naar en door het gebied. De hieraan gerelateerde ruimtedruk is aan het verschuiven. Er is sprake van een westwaartse beweging naar de Tweede Maasvlakte (chemie/containers) en een zuidoostelijke beweging (hoogwaardige logistiek) richting Moerdijk. Het Haven Industrieel Complex van de toekomst zal zich bevinden in de corridor van Maasvlakte tot en met Moerdijk/West-Brabant. Dit gebied heeft een belangrijke scharnierfunctie tussen de gehele Randstad, Brabant-Stad en de Zuidwestelijke Delta. De uitdaging ligt er vooral in om op een adequate manier om te gaan met deze ruimtedruk en tot keuzes te komen op het gebied van de economische structuur van het gebied.
9
Dit was aanleiding voor de regio’s Rotterdam, Drechtsteden en West-Brabant om intensiever te gaan samenwerken, resulterend in het DelTri-Platform. Dit bestuurlijke platform staat voor ‘Rijnmond en de Zuidwestelijke Delta’, bestaande uit drie urgente opgaven (economisch cluster, duurzame bereikbaarheid en kwaliteit leefomgeving) en tripartiete samenwerking (overheid, marktpartijen en maatschappelijke organisaties). Door een scherpe inhoudelijke focus wordt het mogelijk om tot een goed afgebakende en uitvoerbare strategische agenda te komen. Vanuit de Zuid-Hollandse oriëntatie is de NMZH partner in het Deltriplatform. Vanuit Brabant is de Brabantse Milieufederatie (BMF) de partner van dit platform. In 2013 zal de eerdere door de NMZH en BMF uitgewerkt dubbele doelstelling vastgesteld worden en moet bepaald worden wie de trekker wordt van de verdere uitwerking en hoe de organisatorische inbedding het best geregeld kan gaan worden. DE NMZH levert een bijdrage in het opstellen van het uitvoeringsprogramma en de uiteindelijke realisatie en monitoring hiervan. Samen met de Deltri partners richt de NMZH zich op havengerelateerde vraagstukken die samenhangen met economie en infrastructuur en de kwaliteit van de leefomgeving. Deltaprogramma 2013 Om Nederland voor volgende generaties veilig en leefbaar te houden en de kansen die water biedt optimaal te benutten, werken het Rijk en regionale overheden aan het Nationaal Deltaprogramma. Dit programma bestaat uit een reeks concrete projecten die ervoor moeten zorgen dat ons land wordt behoed voor overstroming(en). Daarnaast moeten ze de zoetwatervoorziening veiligstellen. De Deltawet, vormt de wettelijke basis voor dit programma. De Deltawet en het Nationaal Deltaprogramma komen voort uit het advies ‘Samen werken met water’ van de Deltacommissie en het Nationaal Waterplan. Het Nationaal Deltaprogramma bestaat uit negen samenhangende deelprogramma’s. Beslissingen in het ene gebied kunnen de beslissingsruimte in andere gebieden beperken en andersom. Voor het borgen van de natuur- en milieubelangen en ruimtelijke kwaliteit is de NMZH als partner betrokken bij drie deelprogramma’s: Rijnmond-Drechtsteden, Zuidwestelijke delta en Kust. Voor het deelprogramma Rijnmond-Drechtsteden is afgesproken om de komende twee jaar een hoger beschermingsniveau te onderzoeken. Hierbij wordt niet alleen gekeken naar extra preventieve maatregelen zoals dijkversterkingen, maar ook naar ruimtelijke oplossingen en een verdere verbetering van de rampenbeheersing of een combinatie hiervan. De NMZH vraagt aandacht voor vooroeverontwikkeling en rivierverruiming als bijdrage aan de waterveiligheid. In het afgesproken traject is ruimte om natuurlijke alternatieven mee te wegen maar dit vereist structurele aandacht en creatieve planvorming. Voor het deelprogramma Zuidwestelijke Delta ligt voor 2013 de prioriteit bij het garanderen van de lange termijn veiligheidsopgave met een zwaarwegend nevendoel om robuuste en toekomstbestendige zoetwatervoorziening veilig te stellen. De stuurgroep Zuidwestelijke Delta heeft daar economische vitaliteit en ecologische veerkracht als gelijkwaardige opgaven aan toegevoegd. De NMZH zet zich hierbij in voor innovatieve dijkconcepten, een aaneengesloten zout Grevelingen en Krammer-Volkerak, klimaatadaptieve landbouw en een brede oriëntatie op de zoetwatervoorziening Haringvliet. In 2012 is een bijdrage geleverd bij de totstandkoming van de Rijksstructuurvisie Grevelingen-Krammer-Volkerak en de beschrijving van de bekkens Haringvliet en Grevelingen. In 2013 vraagt de NMZH in het verlengde hiervan aandacht voor het via zachte oplossingen investeren in veiligheid en klimaatadaptatie, waarmee naast economische doelen ook een impuls kan worden gegeven aan natuur en een duurzaam medegebruik. Voor het deelprogramma Kust ligt voor de NMZH de prioriteit bij de Hollandse Kust. Hiervoor wordt nauw samengewerkt met onze collega’s van Milieufederatie Noord-Holland (MNH). Onze focus ligt primair op de natuurlijke dynamiek en herstel van natuurlijke processen, zodat de duinen kunnen
10
meegroeien met de zee en de unieke kustnatuur zich verder kan ontwikkelen. Door meer te kijken naar het kustfundament als geheel in plaats van de basiskustlijn ontstaat er een robuuster kustgebied waar meer ruimte is voor natuurlijke processen die de veiligheid tegen lagere maatschappelijke beheerskosten toekomstbestendig maken. De kust wordt daardoor steeds aantrekkelijker voor toerist en recreant en draagt als vestigingsfactor bij aan de economische ontwikkeling van Zuid-Holland. Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteit Verdiepen in aanleiding, studies, onderzoeken, beleid en visie´s. Krachtenveldanalyse en inventariseren standpunten natuur- en milieunetwerk. Standpuntvorming en eventueel bedenken van alternatieven. Deelname overleggen, bilaterale gesprekken met bestuurders, ambtenaren en politici. Communiceren over het beleid, plannen en de positieve en/of negatieve gevolgen. Directe beïnvloeding.
Resultaten Inventarisatie van gevolgen en consequenties. Stakeholderanalyse en inzicht in betrokkenheid natuur- en milieunetwerk. Standpunt en eventuele alternatieven Informatie-uitwisseling bij planvorming en besluitvormingsprocessen. Persberichten, website, (sociale) media en bijeenkomsten. Lobby voor standpunt of alternatief.
Samenwerking Met alle relevante publieke en private partijen wordt samengewerkt. Waarnodig worden nieuwe coalities gesmeed om doelen dichterbij te brengen of knelpunten toekomstbestendig op te lossen of om tot bestuurlijke en ruimtelijke innovaties te komen die een bijdrage leveren aan de leefbaarheid en welvaart van de provincie Zuid-Holland voor de middellange en lange termijn. Financiën Voor de uitvoering van de gebiedscoördinatie en gebiedsontwikkeling is nodig: Personeelskosten 0,7 fte Projectkosten Cofinanciering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 86.299
€ 86.299
Relatie met het hoofdlijnenakkoord Onze inzet sluit aan bij de opgave om het goede te behouden en de provincie waar dat nodig is te verbeteren voor toekomstige generaties. Het is de meest dichtbevolkte provincie, de economische motor van Nederland en het moet ook voor de toekomst een prachtige provincie blijven om te wonen, werken en recreëren.
11
4. Strategische thema´s Vanuit onze doelstelling willen wij gericht werken aan een mooi en duurzaam Zuid-Holland. Daarbij zoeken we aansluiting bij de onderwerpen op de provinciale agenda. Beïnvloeding van standpunten en de besluitvorming heeft dan het meeste effect. In het meerjarenbeleidplan 2011-2015 hebben wij de keuze gemaakt om te werken aan een viertal strategische thema´s. Een duidelijke keuze om onze beperkte middelen zo efficiënt en effectief mogelijk in te zetten. De vier strategische thema’s en de visie daarachter zijn de volgende: Ruimtelijke ontwikkeling: zorgvuldig evenwicht tussen stad en land Voor de NMZH hangt de ruimtelijke ontwikkeling van het landelijke en stedelijke gebied sterk met elkaar samen. De kwaliteit van de leefomgeving en de duurzame inrichting is daarbij van groot belang. Binnen steden is behoefte aan meer stadsgroen en aan ruimte voor water, zodat een aantrekkelijke leefomgeving ontstaat voor wonen en werken. In het landelijk gebied zijn binnen de groene gebieden de functies recreatie, natuur, water en landbouw sterk bepalend voor de kwaliteit van de leefomgeving. Dit geldt zowel voor de inwoners van het landelijk gebied als voor de stedeling. De behoefte aan groene recreatie in de nabijheid van steden is groot en moet verder worden ingevuld omdat deze nu ontoereikend is. Om de soortenrijkdom te vergroten is een sterke groene netwerkstructuur nodig en moet de achteruitgang van de biodiversiteit worden tegengegaan. De realisatie van de Ecologische Hoofd Structuur (EHS) is hierbij een vereiste. Daarnaast moeten eisen gesteld worden aan de kwaliteit van de groene gebieden en het beheer in combinatie met het verbinden van natuurgebieden. Economische ontwikkeling: duurzaam en verantwoord Duurzaamheid en een sterke economie kunnen en moeten hand in hand gaan. Bedrijven en hun productieketens moeten een kleiner beslag leggen op de grondstoffen en rekening houden met de ecologische en sociale omstandigheden in de verschillende delen van de keten. De huidige grondstoffenschaarste en klimaat-, milieu-, voedsel- en economische crisis hangen nauw samen met de wijze waarop onze economie functioneert en is ingericht. Deze crises bieden ons de kans om de noodzakelijke koerswijziging naar een duurzame economie versneld door te zetten. Als NMZH willen wij hieraan bijdragen en bereiken dat bedrijven meer rekening gaan houden met de vorming van een eerlijke en groene economie. Veel ondernemers zien het belang van de koerswijziging in. Zij staan welwillend tegenover de transitie naar een duurzame economie. De NMZH ziet hen als partner en kan hen bij deze overgang helpen. Mobiliteit: naar een duurzame bereikbaarheid Het optimaliseren van mobiliteit en bereikbaarheid moet op een duurzame wijze gebeuren. Inwoners zijn fysiek, sociaal en virtueel minder gebonden aan dorp of stad en verplaatsen zich meer. Goederenvervoer, ook vanuit de Rotterdamse haven, neemt toe en vraagt om een efficiënte logistiek. De aanleg van meer wegen leidt echter tot grotere versnippering van het landschap, geluidsoverlast, klimaatverandering en uiteindelijk tot nog meer autogebruik met nog meer files. Voor het vervoer van personen dient het gebruik van het openbaar vervoer en fiets zo veel mogelijk te worden gestimuleerd. Voor goederenvervoer kunnen onze vaarwegen en het spoorwegnet meer en beter worden benut. De NMZH zet in op alternatieven voor de automobiliteit en stimuleert de verdere ontwikkeling van een fijnmazig, betaalbaar, schoon en kwalitatief netwerk van hoogwaardig openbaar vervoer. Samen met het Zuid-Hollandse natuur- en milieunetwerk willen wij ons inspannen voor de verdere ontwikkeling van de Groene Deltametropool die is opgezet door Milieudefensie.
12
Natuur Wij versterken de kwaliteit van natuur en landschap in Zuid-Holland, zowel binnen als buiten de EHS. Dit doen we door de juiste randvoorwaarden te creëren voor de ontwikkeling van de natuur binnen de EHS en Natura 2000 gebieden, bijvoorbeeld op het gebied van ammoniak, waterhuishouding, waterkwaliteit en ontsnippering. We spelen daarbij in op de te verwachten klimaatveranderingen en de rol van agrariërs als beheerder van natuur- en landschapswaarden. De NMZH richt zich daarnaast op het vergroten van het bestuurlijk en maatschappelijk draagvlak voor het provinciale natuurbeleid en de financiering daarvan. Wij hebben hierbij een verbindende rol en initiëren en coördineren de samenwerking tussen de Zuid-Hollandse natuur- en milieuorganisaties. Voor deze vier strategische thema´s zijn uitvoeringsprojecten voor 2013 uitgewerkt. In het activiteitenplan 2013 zijn de projectplannen niet integraal opgenomen, maar zijn de projecten in hoofdlijnen weergegeven met het beoogde resultaat voor 2013.
13
4.1
Natuurlandschappen in het Groene Hart
Boeren voor natuur en landschap in het Groene Hart NMZH streeft naar het behouden, versterken en herstellen van de biodiversiteit in de provincie. Ook zetten wij ons in voor het behoud van de waardevolle en unieke Zuid-Hollandse landschappen. Daarbij streven wij naar het vergroten en versterken van de maatschappelijke inbreng. Een belangrijk deel van de biodiversiteit in onze provincie is te vinden in het agrarisch gebied. Het agrarisch gebied heeft in onze visie een belangrijke functie voor de natuur in de provincie. Het Groene Hart speelt een doorslaggevende rol voor de biodiversiteit en is een uniek waardevol landschap dat van groot belang is voor het welzijn van miljoenen Nederlanders. Het versterken van de natuur én het behoud van het waardevolle agrarische landschap in het Groene Hart is waar de NMZH naar streeft met dit project. De natuur en het waardevolle landschap in het Groene Hart zijn vanouds sterk verbonden met het agrarische gebruik. Daarom gaan we in de eerste plaats op zoek naar veranderingen in het agrarische gebruik. Die veranderingen in het gebruik moeten leiden tot behoud en herstel van het karakteristieke veenweidenlandschap en een goed functionerende ecologische structuur. Dit kan alleen worden bereikt wanneer er sprake is van een ontwikkeling op gebiedsniveau. In die ontwikkeling willen we het gebied zelf het voortouw geven, de agrarische sector heeft daarin een hoofdrol. We streven naar veranderingen in de agrarische bedrijfsvoering met vernieuwende methodes die de natuur op boerenbedrijven versterken. De toebedeelde rol kan de agrarische sector echter alleen vervullen als de bedrijven in het Groene Hart economisch gezond zijn met voldoende toekomstperspectief. Veranderingen in het agrarisch gebruik moeten daarom inpasbaar zijn in een economisch rendabele bedrijfsvoering. In 2012 hebben wij in ons project “Groene Boeren in het Groene Hart” een werkgroep opgezet in samenwerking met Veelzijdig Boerenland, de Stichting Groene Hart, Landschapsbeheer Zuid-Holland en het Zuid-Hollands Landschap. Met de werkgroep hebben we een vernieuwende gebiedsgerichte aanpak ontwikkeld voor de versterking van natuur en landschappelijke kwaliteit in het agrarisch gebied in het Groene hart en voor de inzet van daarbij passende en kansrijke aanpassingen in de landbouw. Die aanpak is uitgewerkt in een gebiedsconcept, een concept voor de ontwikkeling van wat we “natuurlandschappen” hebben genoemd. Dit is een landschap waarin door een aangepast landgebruik de natuurlijke processen en omstandigheden meer ruimte krijgen, waardoor de biodiversiteit en landschappelijke kwaliteit kunnen groeien. Dit nieuwe project is erop gericht om de in 2012 ontwikkelde aanpak een toepassing te geven in gebieden in het Groene Hart, in samenwerking met boeren en andere gebiedspartners. We willen gebiedsprocessen van onderaf opzetten, vanuit de samenleving en beginnend bij boeren. Veel vernieuwende ontwikkelingen gericht op een natuurvriendelijke landbouw, of op “natuurproductie” vinden al plaats op agrarische bedrijven. Dit project beoogt ook bestaande initiatieven en projecten in te zetten, hetzij met de uitwisseling van ervaringen, hetzij door verbindingen te leggen en deze zo naar gebiedsniveau op te schalen. Zo willen we niet alleen nieuwe processen op gang brengen, maar ook bestaande mogelijkheden en kansen benutten om het gebiedsconcept toe te passen.
14
Doelstellingen De lange termijn doelen die we met dit project nastreven zijn: versterking van biodiversiteit in het agrarische gebied in het Groene Hart en versterking van de functie van het agrarisch gebied voor de natuur in de provincie; behoud van het karakteristieke waardevolle agrarische landschap in het Groene Hart; vergroten van de inzet van boeren en andere gebiedspartijen in de ontwikkeling van biodiversiteit en behoud van het landschap in het agrarisch gebied. Het doel van dit project is: toepassing van ons gebiedsconcept: op gebiedsniveau, in het Groene Hart, de ontwikkeling van natuurlandschappen initiëren; natuurgerichte gebiedsontwikkeling genereren vanuit het gebied, in samenwerking met de landgebruikers – boeren en andere gebiedspartijen. Aanpak In dit project zetten we twee pilotprojecten op, samen met boeren (agrarische natuurverenigingen) en gebiedspartners. De pilotprojecten zijn gericht op het opstarten van de ontwikkeling van een agrarisch natuurlandschap, door de boeren en de gezamenlijke gebiedspartijen. Eerst wordt daartoe gewerkt aan een concreet en goed uitvoerbaar ontwikkelingplan. Onderdeel van zo’n plan zijn de uitwerking van een landschapsplan (inrichting en beheer), bedrijfsplannen, financierings/verdienmodellen en een gezamenlijk programma voor de uitvoering. Bij de planvorming wordt gebruik gemaakt van de resultaten van ons project van 2012 (gebiedsconcept). Volgend op de planvorming worden door de gebiedspartners verschillende deelprojecten uitgevoerd die bijdragen aan de voorgenomen ontwikkeling. We richten ons vooral op de voorbereiding van het proces: het opzetten van de samenwerking met alle betrokken partijen; het stellen van gezamenlijke gebiedsdoelen; het maken van procesafspraken; eerste fase planvorming. NMZH zorgt voor de organisatie, voorbereiding en aansturing van het proces. In samenwerking met de partners in de werkgroep zorgen we voor ondersteuning in het proces met kennis, ervaring en de inzet van onze netwerken. De planvorming in een pilotproject wordt gedurende het proces in toenemende mate getrokken door een projectteam dat wordt gevormd met de partijen (ANV, boeren, overheden e.d.) uit het gebied. Voor de uitwerking van bedrijfsplannen wordt samenwerking gezocht met Rabobank Nederland, Alterra en het Lei. Zo nodig wordt aan een adviesbureau opdracht gegeven om tot een concreet bedrijfsplan te komen. De voortgang en resultaten van de projecten worden gepubliceerd op onze website op de pagina’s over Groene boeren in het Groene Hart en de websites van onze partners. Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteiten Selecteren van twee pilotprojecten. In 2012 zijn contacten gelegd met de ANV’s in het Groene Hart en een aantal andere organisaties. Met hen is gesproken over de ontwikkeling van een natuurlandschap en over bestaande activiteiten en ontwikkelingen die
Resultaten Selectie van twee gebieden voor een pilotproject. Afspraken voor deelname en uitvoering twee pilotprojecten.
15
daarbij aansluiten. Op basis daarvan selecteren we met de werkgroep de twee meest kansrijke gebieden voor een pilotproject. We bespreken vervolgens met gebiedspartijen het voorstel om in de gebieden aan de slag te gaan met een pilot. Initiëren pilotprojecten. Startbijeenkomsten met de betrokken ANV’s, lokale natuurorganisaties en mogelijke gebiedspartners. We vormen een projectteam en maken werkafspraken voor het opzetten van het gebiedsproces. We maken een uitwerking van het algemene gebiedsconcept naar gebiedsniveau voor het pilotgebied en bepalen zo gezamenlijke gebiedsdoelen. Fase 1 planvorming We organiseren twee werksessies waarin het projectteam onderdelen uitwerkt van het gebiedsplan. We ondersteunen het projectteam daarin vanuit de werkgroep. Werkgroep Groene Boeren in het Groene Hart Gedurende het project houden we een aantal maal een bijeenkomst met de werkgroep. In de werkgroep bespreken we de pilotvoortgang en maken we werkafspraken voor de inzet vanuit de werkgroep in deze processen.
Twee startbijeenkomsten. Twee projectteams gevormd. Gezamenlijke gebiedsdoelen t.a.v. natuur, landschap en landgebruik. Twee concept projectplannen.
Twee werksessies voor uitwerking gebiedsplan voor natuurlandschap.
Bijeenkomst met de werkgroep en inzet vanuit de werkgroep in de pilotprocessen.
Samenwerking We werken samen met de in 2012 opgerichte werkgroep bestaande uit Stichting Groene Hart, Veelzijdig Boerenland, het Zuid-Hollands Landschap en Landschapsbeheer Zuid-Holland. De partijen in de werkgroep zorgen naast de inzet van kennis en ervaring ook voor een netwerk vanuit de organisatie en projecten waarbij zij betrokken zijn. De werkgroep ondersteunt hiermee het proces voor de pilotgebieden.
16
Financiën Voor de uitvoering van de “Natuurlandschappen in het Groene Hart” is nodig: Personeelskosten x 0,35 fte Projectkosten Cofinanciering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 42.140 € 1.500 € 15.000 € 28.640
Relatie met het hoofdlijnenakkoord Een prettige en aantrekkelijke leefomgeving en een goed vestigingsklimaat zijn belangrijke punten uit het hoofdlijnenakkoord. Het belang van biodiversiteit en landschappelijke kwaliteit daarin wordt door de provincie onderkend. De provincie hecht een groot belang aan de landschappelijke kwaliteit van het agrarisch gebied en wil dat het agrarisch gebied ook een functie vervult in het natuurnetwerk in de provincie (Ontwerp Beleidsvisie Groen). Met dit project zet de NMZH zich primair in voor deze doelen. Met dit project zorgt NMZH ervoor dat de inzet vanuit het maatschappelijk veld ten behoeve van de kwaliteit van de leefomgeving wordt versterkt. De NMZH vervult hierin met dit project op regionaal niveau een coördinerende en aanjagende rol. In de Beleidsvisie Groen wordt concreet benoemd dat de provincie zich wil richten op een overgang naar meer netwerksturing en inbreng vanuit gebieden bij de uitvoering van het beleid. Dit project biedt met een aanpak van gebiedsontwikkeling die wordt geïnitieerd en georganiseerd vanuit de streek (door een samenwerking van boeren en gebiedspartners) een goede bijdrage aan het realiseren van die netwerksturing in de agrarische gebieden.
4.2 Groene Haaglanden II Samen zorgen voor biodiversiteit in en om de stad De NMZH streeft naar het versterken van de biodiversiteit rond en tussen de steden, in de stadsrandgebieden. De natuur in de omgeving van de stad speelt een belangrijke rol voor de bewoners van de provincie. Biodiversiteit heeft een grote maatschappelijke betekenis en levert de bewoners van de stad velerlei diensten die bijdragen aan een betere leefomgeving, gezondheid en meer welzijn en welvaart. Terwijl de natuur onder toenemende druk staat van stedelijke functies, bezitten de stadsrandgebieden soms verrassend hoge natuurwaarden die een goede bescherming en beheer nodig hebben. De Provincie zet met haar nieuwe groenbeleid o.a. in op gebieden rond de stad en de maatschappelijke diensten van natuur. Ook zet de provincie in op meer betrokkenheid van de samenleving en marktpartijen (netwerksturing) in de uitvoering van het beleid. Draagvlak voor natuur is hard nodig. Zeker wanneer de financiële middelen steeds beperkter worden dreigt natuur de aandacht kwijt te raken. Burgers moeten meer mede-eigenaar worden van hun omgeving en een medeverantwoordelijkheid gaan dragen. Het is van groot belang dat mensen actief betrokken raken en zich inzetten voor het beheer en de ontwikkeling van hun groene omgeving. Voor een goede zorg voor de natuur in de leefomgeving is de inbreng vanuit de samenleving nog niet genoeg. Alle zeilen moeten worden bijgezet en er moet worden samengewerkt door alle betrokken partijen. Een steeds grotere verantwoordelijkheid voor de ruimtelijke ontwikkeling van de leefomgeving ligt ook bij de lokale overheden, waarbij een strak vaststaand beleidskader vanuit Rijk
17
en Provincie geen rol meer speelt. Verdere ontwikkeling en continuïteit van de inzet van burgers is nodig, maar ook het versterken van de samenwerking met lokale natuurorganisaties, lokale overheden en bedrijfsleven is essentieel. Dit project is een vervolg op het project Groene Haaglanden uit 2012. Biodiversiteit, de maatschappelijke waarde van natuur en inzet vanuit de samenleving waren ook in dit project de hoofdzaken. In samenwerking met het Haagse Milieucentrum is op regionaal niveau een solide basis gecreëerd met het netwerk Groene Haaglanden bestaande uit burgers die zich inzetten voor de zorg voor de natuur in hun omgeving. In dit project is, mede in samenwerking met de provincie (project Mijn Groen Ons Groen), een aanpak ontwikkeld en uitgeprobeerd en zijn enkele “droombijeenkomsten” gehouden. Het gebied rond Den Haag en omgeving diende afgelopen jaar als voorbeeldgebied. Samenwerking is een belangrijke factor in de kwaliteit, kracht en reikwijdte van de inzet van burgers. In 2012 zijn daarvoor twee instrumenten ontwikkeld: het gezamenlijke natuuractieplan Groene Haaglanden met burgerinitiatieven die voortkomen uit de droombijeenkomsten en de interactieve website Groene Haaglanden. Deze zorgen er mede voor dat het netwerk haar rol goed kan vervullen. Doelstellingen Met het project Groene Haaglanden II streven we naar een verdere versterking van het netwerk. De rol die het netwerk speelt in het uiteindelijke doel (de bescherming en ontwikkeling van het groen rond de stad op gebiedsniveau) wordt geconsolideerd en uitgebouwd. Het netwerk wordt begeleid bij de inzet van de in 2012 opgebouwde aanpak en instrumenten. Dit project is ook gericht op het overdragen daarvan aan het netwerk. We richten ons daarbij ook op een goede invulling van de samenwerking met provincie, lokale overheden, lokale natuurorganisaties (HMC, Haagse Vogelbescherming, AVN, KNNV en IVN), recreatieorganisaties en bedrijven. Tegelijk werken we zo aan de verdere ontwikkeling van de methodiek met de inzet van een burgernetwerk, droombijeenkomsten en een natuuractieplan (vaak biodiversiteitsactieplan genoemd). De projectdoelen zijn: verder vergroten van het netwerk van burgers die zich inzetten voor de zorg voor de natuur in de directe leefomgeving; onderhouden en verder ontwikkelen van de instrumenten van het netwerk: het natuuractieplan en de website Groene Haaglanden; verder overdragen van de instrumenten aan het netwerk; opbouwen van samenwerking met gemeenten vanuit het netwerk van burgers; versterken van burgerinbreng in beleid, beheer en ontwikkeling van de natuur in de directe leefomgeving; zorgen voor blijvende ondersteuning van de actieve inzet van burgers en van de samenwerking met andere partijen, met als uiteindelijk doel de uitvoering van groene burgerinitiatieven mogelijk maken. Aanpak Ook in dit project werken we in het gebied rond Den Haag en omgeving omdat daar in 2012 de basis is gecreëerd om deze aanpak verder te ontwikkelen. De aanpak in het project bouwt dus voort op het in 2012 opgebouwde netwerk, het natuuractieplan en de website.
18
Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteiten Onderhouden van de website Groene Haaglanden Regelmatig actualiseren van de informatie en plaatsen van meldingen en nieuwsberichten vanuit het netwerk en projecten uit het natuuractieplan. Ook verzorgen van input vanuit de website in bijeenkomsten van het netwerk over het natuuractieplan. Voortzetting van het natuuractieplan Vervolgbijeenkomsten voor het netwerk in de verschillende deelgebieden. In deze droombijeenkomsten worden burgerinitiatieven uitgewerkt tot concrete projecten. Ook worden potentiële projectpartners (natuurorganisaties, overheden, recreatieorganisaties, bedrijven) bij de bijeenkomsten betrokken. Het netwerk en lokale organisaties worden steeds meer actief betrokken bij de organisatie. Bijeenkomsten lokale natuurorganisaties We houden een bespreking om activiteiten af te stemmen en mogelijkheden voor samenwerking en synergie te bespreken. Onderdeel daarvan zijn: inzet van het netwerk, het natuuractieplan en de website voor gezamenlijke doeleinden; betrokkenheid bij de organisatie van activiteiten van het netwerk; afstemming van en inbreng in activiteiten, excursieprogramma’s en communicatie. Werkgroep natuuractieplan In 2012 zijn drie “contactgroepen” van actief betrokken burgers uit het netwerk gevormd. Zij zetten zich in voor de organisatie van droombijeenkomsten en het natuuractieplan. In 2013 vormen we een werkgroep met deze groepen en met lokale natuurorganisaties. In een workshop stellen we een gezamenlijke aanpak op voor de uitvoering van het natuuractieplan. Workshop natuurbeleid Met ambtenaren van de gemeenten in het projectgebied houden we, zo mogelijk samen met de provincie (vanuit Mijn Groen Ons Groen) en vertegenwoordigers van lokale natuurorganisaties, een workshop over: de betekenis van maatschappelijke waarde
Resultaten Onderhoud en actualisatie van de website Groene Haaglanden. Website volledig in gebruik door het netwerk Groene Haaglanden.
Uitbreiding van het netwerk. Vergroting van de rol van het netwerk in organisatie. Uitwerking van burgerinitiatieven tot projecten. Partners betrekken bij projecten. Waar mogelijk ook ondersteuning bij de uitvoering van projecten.
Versterking van het netwerk door samenwerking en ondersteuning lokale natuurorganisaties. Uitbreiding van het netwerk door brede communicatie in de regio Haaglanden. Afspraken over wederzijdse input en inzet.
Gezamenlijke werkwijze en aanpak natuuractieplan. Overdracht van aanpak en instrumenten naar het netwerk. Indien mogelijk de gezamenlijke ondersteuning van enkele burgerinitiatieven. Indien mogelijk de inzet vanuit het netwerk in activiteiten van een lokale natuurorganisatie. Mogelijkheden voor burgerinbreng vanuit het netwerk in gemeentelijk beleid. Inbreng van de zorg voor biodiversiteit en maatschappelijke waarde van natuur in gemeentelijk beleid. Samenwerking met gemeenten bij het natuuractieplan
19
van natuur in het gemeentelijk beleid; integratie van natuur en biodiversiteit in gemeentelijk beleid; het belang en de rol van burgerparticipatie in ruimtelijk- en groenbeleid; kansen en mogelijkheden vanuit het netwerk Groene Haaglanden en het natuuractieplan voor beleidsdoelen en ROprojecten; kansen en mogelijkheden voor de uitwerking van een integraal, participatief omgevingsplan. Kennisbijeenkomst in Rotterdam Samen met het HMC, provincie en andere projectpartners houden we een bijeenkomst met vertegenwoordigers van organisaties in Rotterdam, in samenwerking met het RMC. In deze bijeenkomst wisselen we kennis en ervaringen uit over: de inzet van burgers in de zorg voor het groen; samenwerking tussen burgers, overheden en marktpartijen; -een aantal voorbeeldprojecten.
Kansen voor een vernieuwende vorm van omgevingsplanning.
Kennisuitwisseling m.b.t. de inzet van een burgernetwerk en de instrumenten daarvoor. Verdere ontwikkeling van de methodiek met een burgernetwerk, droombijeenkomsten, natuur- of biodiversiteitsactieplan en een interactieve website.
Samenwerking Het HMC is vanaf 2012 partner in de uitvoering van het project Groene Haaglanden. Deze samenwerking wordt voortgezet in 2013. De inzet van het HMC betreft vooral de organisatie van de activiteiten gerelateerd aan het natuuractieplan en de daarbij horende burgerinitiatieven. Ook speelt het HMC een belangrijke rol in de samenwerking met de (overige) lokale natuurorganisaties. Het HMC zal ook een steeds grotere rol gaan spelen in het onderhouden van de website. De provincie Zuid-Holland is partner in de organisatie en uitvoering van droombijeenkomsten voor het gebied aan de noordzijde van Den Haag. In 2013 wordt deze samenwerking voortgezet met nieuwe droombijeenkomsten. Van de provincie vragen we ondersteuning in de opbouw van samenwerking met lokale overheden en bedrijven in de regio. In het project streven we ernaar om de betrokkenheid van en samenwerking met de lokale natuurorganisaties te vergroten. De inzet van deze organisaties is van groot belang voor de ondersteuning van het netwerk en de uitvoering van het natuuractieplan. Ook dragen de lokale natuurorganisaties bij aan het vergroten van de inbreng vanuit het netwerk op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling en de zorg voor het groen. Bij het vergroten van de betrokkenheid zullen KNNV en De Haagse Vogelbescherming vooral voortouwnemer en aanspreekpunt zijn. De AVN is een belangrijke partner bij het vergroten van de inbreng vanuit het netwerk. Daarbij zorgt samenwerking met IVN en KNNV voor meer mogelijkheden om het netwerk te vergroten. Doel van de samenwerking is ook om te zorgen voor wederzijdse versterking en synergie.
20
Financiën Voor de uitvoering van de “Groene Haaglanden II” is nodig: Personeelskosten x 0,4 fte Projectkosten Cofinanciering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 44.110 € 1.000 € 15.000 € 30.100
Relatie met het hoofdlijnenakkoord Een prettige en aantrekkelijke leefomgeving is een belangrijk punt uit het hoofdlijnenakkoord en het belang van biodiversiteit daarin wordt door de provincie onderkend. Met dit project zet de NMZH zich primair in voor deze doelen. De NMZH zorgt ervoor dat de inzet vanuit het maatschappelijk veld ten behoeve van de kwaliteit van de leefomgeving wordt versterkt. De NMZH vervult hierbij op regionaal niveau een coördinerende en aanjagende rol. Om invulling te geven aan het beheer en de ontwikkeling van de buitenruimte en de daarvoor benoemde doelen uit het hoofdlijnenakkoord, is de Beleidvisie Groen opgesteld. In deze beleidsvisie wordt concreet benoemd dat de provincie zich wil richten op een overgang naar meer netwerksturing bij de uitvoering van het beleid en de ruimtelijke ontwikkeling van het buitengebied. Dit project biedt met de ontwikkeling en toepassing van een vernieuwende methodiek en de versterking van het maatschappelijk veld daarbij een belangrijk bijdrage aan het realiseren van die netwerksturing op een regionaal niveau. De provincie werkt met het project GIFT-T ook aan de ontwikkeling van een methodiek voor de ruimtelijke ontwikkeling van het buitengebied (de provinciale landschappen) op basis van de inbreng van de gebruikers van het groen en met de inzet van burgerinitiatieven. De projecten van NMZH sluiten hier goed bij aan en ondersteunen dit, vooral met het overbrengen van die methodiek en de uitvoering ervan naar maatschappelijke organisaties en burgers. Zo zorgen we niet alleen voor inhoudelijke inbreng vanuit de samenleving maar ontwikkelen we ook de organisatie, de kracht en de invloed van het maatschappelijk veld. We doen dit in de eerste plaats in het projectgebied, maar brengen dit ook over naar andere regio’s zoals de stadsregio Rotterdam.
4.3 Groene Netwerken Versterken Krachten bundelen en samen werken aan een mooi en groen Zuid-Holland Rond het opstellen van de Beleidsvisie Groen (voorheen Groene Agenda) heeft de NMZH in samenwerking met de provincie Zuid-Holland diverse workshops georganiseerd. Tijdens deze workshops is gebleken dat er veel bereidheid is om te participeren op het gebied van natuurbeleid en er ook veel creatieve ideeën zijn over de uitvoering van het provinciale groenbeleid. Door op de goede manier om te gaan met deze aanwezige betrokkenheid, kan de afstand tussen beleid en samenleving verkleind worden en het draagvlak worden vergroot. Voor de uitvoeringsfase hebben wij de ambitie om in navolging van de beleidsvoorbereiding het natuurnetwerk in Zuid-Holland en relevante nieuwe partijen die nu nog geen deel uitmaken van dit netwerk in een interactief proces weer te gaan betrekken. Hiervoor zijn een drietal activiteiten opgezet die hieraan een bijdrage leveren.
4.3.1 Monitoring Beleidsvisie Groen Eén van de grote problemen van het natuurbeleid is de steeds groter wordende afstand tussen het beleid en de maatschappij. Begrippen als Natura 2000 en EHS maakten het beleid ontastbaar en
21
meer iets van professionals dan van en voor mensen. Er bestaat een grote betrokkenheid voor natuur en de groene ruimte in de maatschappij, maar de aansluiting bij het beleid moet meer gestimuleerd en gefaciliteerd worden. Om deze betrokkenheid ook juist in de uitvoeringsfase vast te houden, is de oprichting van een monitoringsgroep met deskundigen uit het Zuid-Hollandse natuurnetwerk een belangrijk instrument. Met deze groep wordt gedeeld wat de doelen zijn, welke resultaten behaald moeten worden en welke maatregelen daarvoor genomen kunnen worden. Door het natuur- en milieunetwerk meer bij de voortgang te betrekken, voelen zij zich ook medeverantwoordelijk voor een goede uitvoering van het beleid en kunnen zij meedenken over oplossingen wanneer de voortgang hapert. Naast lokale groepen kunnen ook terreinbeherende organisaties en andere belangengroepen betrokken worden. Het gaat dan vooral om de interpretatie van beschikbare gegevens (gegevensautoriteit natuur), het creëren van draagvlak, het aanboren van kennis uit het veld, gedeelde verantwoordelijkheid en communicatie. De Beleidsvisie Groen geeft invulling aan de volgende doelen uit de provinciale begroting: toename van recreatie in het groen binnen de provincie; behoud van biodiversiteit; ontwikkeling en behoud van waardevolle en aantrekkelijke agrarische landschappen. In het Uitvoeringsprogramma van de Beleidsvisie Groen zal nader in worden gegaan op monitoring van deze doelen, maar dit uitvoeringsprogramma is momenteel nog niet vastgesteld. De provincie heeft al wel een beeld gegeven van hoe de (natuur-)monitoring eruit zal gaan zien. In de door de provincie voorgestelde aanpak, zal de monitoring van de kwaliteit van de natuur via drie sporen verlopen: 1. biodiversiteitsindex (provinciale schaal, data uit NEM-meetnetten); 2. kwaliteit natuurgebieden (agrarische) natuurgebieden, data uit NEM-meetnetten en SNL); 3. Natura 2000 (N2000 gebieden en leefgebieden VHR-soorten, data uit NEM, SNL en extra monitoring) ; Naast monitoring van de kwaliteit, vindt ook monitoring van de kwantiteit plaats. Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteit Met provincie, partners (TBO’s), externe deskundigen en achterban in overleg treden om de randvoorwaarden vast te stellen waaraan een monitoringsprogramma voor de groene beleidsdoelen moet voldoen. In overleg met de provincie komen tot een werkvorm waarin monitoringsgegevens geïnterpreteerd worden en de achterban kan participeren. Opzetten van een samenwerking met de monitoringsgroep. Monitoringsgegevens, geluiden en interpretaties uit monitoringsgroep delen en bespreken met stakeholders.
Resultaten Diverse overleggen en bijeenkomsten. Notitie waarin randvoorwaarden monitoringsprogramma beschreven staan.
Diverse overleggen en bijeenkomsten. Opzet voor werkvorm/platforms/ overlegstructuur waarin achterban kan participeren in monitoring en waarbij interpretatie van monitoringsgegevens plaatsvindt. Overleggen en communicatie met achterban die zich met de monitoring bezighoudt. Deelname aan overleg ”groene partners ZH” door NMZH. Door samenwerking gezamenlijke oplossingen en initiatieven stimuleren.
22
4.3.2 Participatie natuurbeleid In de (ontwerp-) beleidsvisie Groen geeft de provincie aan in het groenbeleid de nadruk te leggen op netwerksturing in plaats van hiërarchische sturing. Een netwerkgestuurde aanpak brengt diverse voordelen met zich mee. Zo kunnen er via netwerksturing nieuwe financieringsbronnen aangeboord worden, wat zeker in tijden van financiële krapte erg welkom is. Tevens kan door netwerksturing de maatschappelijke betrokkenheid en verantwoordelijkheid bij het groen in de provincie vergroot worden. Er zijn echter ook risico’s: waar de overheid gericht is op het dienen van het algemeen belang, hebben andere partijen eigen belangen, die soms conflicteren met het natuurbelang. De overheid zal dus alert moeten blijven dat netwerksturing niet leidt tot alleen exploitatie van het provinciale groen waarvan enkelen profiteren, maar waarbij de natuur en uiteindelijk het algemeen belang de grote verliezers zijn. Ook zal de overheid alert moeten zijn op de efficiency van de netwerksturing en de mate waarin de netwerksturing leidt tot het behalen van de beoogde beleidsdoelen. Het daadwerkelijk realiseren van netwerksturing gaat niet vanzelf. Partijen zullen gestimuleerd moeten worden om elkaar te vinden en samen met creatieve ideeën te komen die bijdragen aan de uitvoering van het groenbeleid. Tijdens de workshop die de NMZH in de eerste helft van 2012 organiseerde ten behoeve van het opstellen van de Beleidsvisie Groen (voorheen Groenagenda), bleek dat er vele creatieve ideeën zijn voor de (uitvoering van) het groenbeleid in de provincie. Helaas lukt het een burger of organisatie niet altijd om een platform voor deze ideeën te vinden of de juiste partijen bij elkaar te brengen om goede ideeën daadwerkelijk gerealiseerd te krijgen. Dit biedt ook gelijk handelingsperspectief voor inzet vanuit het bedrijfsleven. Doelstellingen Concrete invulling geven aan de door de provincie beoogde netwerksturing van het natuurbeleid die wordt benoemd in de Beleidsvisie Groen. Dit project beoogt een platform te bieden waarop bedrijven, burgers en organisaties elkaar kunnen vinden met betrekking tot initiatieven op het gebied van het groen in de provincie. Activiteiten en resultaten Om ervoor te zorgen dat goede, haalbare ideeën die bijdragen aan de kwaliteit van het groen in ZuidHolland daadwerkelijk een kans krijgen om gerealiseerd te worden, wordt een digitaal platform gelanceerd met de naam “Samenwerken aan een groen Zuid-Holland” (werktitel). Hier kunnen burgers of organisaties hun ideeën voor het groen in Zuid-Holland lanceren. Vervolgens kan iedereen op deze ideeën reageren en er een waardering over uitspreken. Ook kunnen partijen aangeven dat zij een rol kunnen spelen in de uitvoering van het idee. Zo wordt de creativiteit die in de maatschappij aanwezig is maximaal benut en bestaat er alle ruimte om, wellicht soms onverwachte, coalities te laten ontstaan. Uiteindelijk zal beoordeeld worden welke ideeën haalbaar zijn om uit te voeren. De NMZH fungeert bij de uitvoering van de ideeën als aanjager. Het is de bedoeling dat de betrokken partijen uiteindelijk zelfstandig de uitvoering kunnen realiseren.
23
Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteit Opzetten website als platform voor ideeën groen Zuid-Holland. Promoten van website via diverse media: persberichten, mailingen, nieuwsbrieven, social media, etc. Beoordelen haalbaarheid ideeën en coalities die via interactieve website tot stand zijn gekomen. Faciliteren en aanjagen uitvoering haalbare ideeën.
Resultaat Interactieve website. Publiciteit via diverse mediakanalen.
Uitvoerbare ideeën die bijdragen aan uitvoering van het groenbeleid in Zuid-Holland en samenwerkingsverbanden rond deze ideeën. Uitvoering van ideeën.
4.3.3 Publieks-/communicatieproject “Mooi Zuid-Holland” Zuid-Holland is een dynamische provincie. De provincie kent economisch belangrijke gebieden zoals de Greenports en de Rotterdamse haven. Er is ruimte voor wonen en recreatie, maar ook voor natuur. Het diepste punt van Nederland bevindt zich in Zuid-Holland, er is moderne architectuur, cultuurhistorie, boeiende landschappen en nog veel meer. De kwaliteit van de leefomgeving zorgt provinciaal voor een goed vestigings- en leefklimaat. Veel inwoners van Zuid-Holland staan echter nog weinig stil bij hun leefomgeving terwijl deze veel te bieden heeft. Door het gebrek aan bewustzijn is het lastig om als samenleving de kwaliteit van de leefomgeving te behouden. Doelstellingen Het doel van dit project is om inwoners bewuster te maken van de kwaliteit van de leefomgeving die Zuid-Holland te bieden heeft. Dat leidt tot meer participatie, betrokkenheid en draagvlak voor de kwaliteit van de leefomgeving. Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteiten Interviewen prominente inwoners van ZuidHolland om hen te vragen wat hun mooiste plek van Zuid-Holland is. Aanmaken twitteraccount ”mooi Zuid-Holland”. Iedere maand beheert een persoon het twitteraccount. Berichten en foto’s plaatsen kwaliteit van de leefomgeving van Zuid-Holland. Met een positieve insteek laten zien wat mooi is. Personen die het account beheren zijn inwoners, leden van de achterban of prominenten. Een fotowedstrijd “mooi Zuid-Holland” organiseren. Alle inwoners van Zuid-Holland worden opgeroepen mee te doen en hun mooiste plek van Zuid-Holland vast te leggen met een korte toelichting om welke plek het
Resultaten Interviews die via de website, social media en nieuwsbrief verspreid worden.
Twitteraccount dat gevuld wordt met berichten door wisselende personen. NMZH coördineert. Pers- en nieuwsbericht bij lancering account en evt. bij prominent die tijdelijk beheer krijgt over het account. Fotowedstrijd. Publicatie van de mooiste inzendingen.
24
gaat en waarom deze het mooist is. Maken website “Mooi Zuid-Holland” met twitterfeed, publicatie interviews en foto’s en fotowedstrijd; Starten Blog “Denkend aan Zuid-Holland, zie ik….”. Inwoners (en enkele prominenten) van Zuid-Holland worden gevraagd een blog te schrijven over specifieke plekken. Dichtwedstrijd met als thema mooie plekken in Zuid-Holland.
Website.
Blog gevuld door burgers (en prominenten).
Publicatie van gedichten via diverse media.
4.3.4 Samenwerking Natuur en Landschapsorganisaties Vanaf 2013 gaan het Zuid-Hollands Landschap, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer en de NMZH nauw samenwerken bij het optimaliseren van de inbreng vanuit natuur, landschap en milieubelang bij structuurvisies en bij bestemmingsplannen met een bovenlokaal en regionaal belang. De NMZH zal hierbij een coördinerende rol spelen en op basis van een jaarwerkplan zullen hiervoor de krachten worden gebundeld. De NMZH fungeert daarbij als voorzitter van het Natuur en Landschapsoverleg (NLO). Ook zal vanuit deze natuur- en landschapsorganisaties, samen met de Groenservice Zuid-Holland (GZH) en Landschapsbeheer Zuid-Holland, in 2013 nagedacht worden over het benutten van de collectieve kracht bij beheer en onderhoud en het betrekken van meer ZuidHollanders bij natuur en landschap.
4.3.5 Participatie Groen doet Goed In 2012 hebben IVN, Lokale Natuur en Milieucommunicatie, GDO, Zuid-Hollands Landschap, GZH, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en NMZH een coalitie gevormd om de natuur en milieueducatie en participatie in Zuid-Holland op een hoger plan te tillen. Hiervoor is het programma Groen doet Goed ontwikkeld wat met provinciale steun in 2013 verder zal worden uitgewerkt en tot uitvoering zal gaan komen. De NMZH ziet voor zichzelf een rol in het verbinden van lopende programma’s met “Groen doet Goed”. Daarbij brengen wij onze activiteiten voor “Groen in en om de stad” en meer specifiek het project Groene Haaglanden als participatieproject in. Ook kunnen wij als netwerkorganisatie een bijdrage leveren aan de verdere ontwikkeling van deze coalitie en het programma Groen doet Goed verbinden vanuit het provinciale ruimtelijke perspectief en RO-agenda. Samenwerking Samenwerkingspartners zijn de provincie, TBO’s , groepen uit de achterban en het brede publiek. De NMZH draagt zorg voor de coördinatie, maar zal zoveel mogelijk provinciale organisaties op het gebied van leefomgeving, natuur en landschap bij het project Groene Netwerken Versterken betrekken. Financiën Voor de uitvoering van Groene Netwerken Versterken is nodig: Personeelskosten 0,5 fte Projectkosten Cofinanciering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 63.700 € 3.000 € 20.000 € 46.700
25
Relatie met het hoofdlijnenakkoord Om invulling te geven aan de onderdelen die de groene ruimte betreffen van het hoofdlijnenakkoord, is de (ontwerp-)beleidsvisie Groen opgesteld. Om de effectiviteit van het beleid te kunnen evalueren, is monitoring hiervan noodzakelijk. Door de maatschappij hierbij te betrekken, wordt het draagvlak voor het provinciale beleid en de betrokkenheid bij natuur en landschap vergroot. Ook wil de provincie zich meer richten op netwerksturing bij de uitvoering van het beleid. In het hoofdlijnenakkoord wordt het belang van voldoende natuur, recreatie en landschap aangegeven. Dit project levert hier een bijdrage aan door burgers bij deze aspecten te betrekken, door draagvlak en betrokkenheid voor deze gebieden te genereren en door de kwaliteiten van de provincie op dit gebied duidelijk naar voren te brengen. Tenslotte wil NMZH op een verrassende manier aandacht vragen voor de kwaliteit van de leefomgeving in Zuid-Holland.
4.4 Winst uit Milieu Het project Winst uit Milieu is gericht op het verduurzamen van bedrijventerreinen in het Groene Hart. In 2012 is een start gemaakt om met het project Winst uit Milieu zichtbaar te maken dat samenwerking tussen ondernemers, gemeenten en maatschappelijke organisaties kan leiden tot duurzame bedrijventerreinen die minder beslag leggen op ruimte en beter zijn ingepast in het landschap. Zodoende wordt de kwaliteit van het landschap en de biodiversiteit versterkt, maar neemt ook de economische kracht van het gebied toe. Uit onderzoek van o.m. de Kamer van Koophandel en de Rabobank regio Rijnstreek komt naar voren dat samenwerken tussen gemeenten, provincie en ondernemers een voorwaarde is om de waardevermindering van vastgoed en de economische achteruitgang van de bedrijventerreinen te stoppen. Revitalisering van bedrijventerreinen versterkt dus de interne economische dynamiek, leidt tot meer duurzaamheid (eventueel duurzame energieopwekking) en vermindert de aantasting van het Groene Hart. Met de focus op de vergroening van bedrijventerreinen sluit het project aan bij de
26
recent vastgestelde Beleidsvisie Regionale Economie en Milieu en de Beleidsvisie Duurzaamheid en Milieu van de provincie Zuid-Holland. In 2012 is een aanpak ontwikkeld en zijn een aantal pilotbedrijven bezocht. Ook zijn diverse expertmeetings georganiseerd waaraan zowel ondernemers als bestuurders deelnamen. Daarbij bleek dat duurzame maatregelen ook haalbaar zijn en dat samenwerking tussen ondernemers en gemeenten financiële kansen biedt die de dynamiek van bedrijventerreinen vergroten. Er is een samengestelde themawijzer ontwikkeld die de aard van de duurzame maatregelen op een praktisch uitvoerbaar niveau laat zien. Met dit instrument kan op een praktische wijze sturing gegeven worden aan het formuleren van duurzaamheiddoelen per bedrijventerrein. Ook wordt zichtbaar dat verbetering het meest effectief en rendabel is wanneer onderling wordt samengewerkt. Doelstellingen Doel van het project is bedrijventerreinen te revitaliseren, waarbij de samenwerking van ondernemers en gemeenten wordt vastgelegd in een convenant. Voor 2013 wordt als doel gesteld dat de organisatievorm is opgebouwd waarmee coördinatie, kennis en uitvoering ter beschikking staan aan de potentiële partners die op pad gaan om voor hun bedrijventerrein deze doelstelling te realiseren. Dit moet ertoe leiden dat drie gemeenten en ondernemersverenigingen de specifieke doelen voor hun bedrijventerrein formuleren en vastleggen in een convenant. Het doel van het convenant is om toe te werken naar een duurzaam bedrijventerrein in 2020. Om de bekendheid van het project Winst uit Milieu te vergroten en de doelmatigheid ervan aan te tonen wordt een Green Economic Forum (of symposium plus informatiemarkt) speciaal voor het Groene Hart georganiseerd en daar waar nodig worden bijeenkomsten bezocht of georganiseerd. Communicatie In 2013 is het van belang zoveel mogelijk bekendheid te geven aan het project bij gemeenten, provincie, kennisinstituten, bedrijven en ondernemersverenigingen. Communicatie vindt daarom op alle mogelijke manieren plaats. Een nieuwsbrief wordt vier keer per jaar verstuurd naar direct betrokkenen. De website van Stichting Groene Hart, de Groene Flits (wekelijks digitale krant) en het kwartaalblad Groene Hart Leven bieden ruimte om aandacht te geven aan het project en de resultaten die behaald worden. Daarnaast wordt rondom concrete evenementen, bijeenkomsten etc. in lokale kranten gepubliceerd. Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteiten De organisatie van een Green Economic Forum in samenwerking met provincie,gemeenten, bedrijfsleven, HDC, media, partijen betrokken bij het Groene Hart en dit project alsmede de achterban van Stichting Groene Hart (zowel bestuurlijk als bedrijfsmatig) en de Natuur en Milieufederatie Zuid-Holland.
Resultaten Green Economic Forum special voor het Groene Hart in juni 2013.
Het voorbereiden, verbinden en ondersteunen van relevante partijen om te komen tot 3 convenanten waarin duurzaamheidafspraken zijn vastgelegd voor een bedrijventerrein in het Groene Hart. Het organiseren van netwerkbijeenkomsten in
3 convenanten met gemeenten en ondernemers(-verenigingen) c.q. Green Business Clubs.
3 netwerkbijeenkomsten en 2
27
de vorm van een bedrijfsbezoek of expertmeeting op locatie en daarnaast enkele publieksevenementen.
publieksevenementen.
Het bijhouden van een actuele website en het maken en verspreiden van een kwartaalnieuwsbrief met informatie over het verloop van het project. Voorts informatie via de wekelijkse Groene Flits en het kwartaalblad Groene hart Leven.
4 x per jaar nieuwsbrief en magazine Groene Hart Leven en een wekelijkse Groene Flits Website SGH.
Het project wordt uitgevoerd door de Stichting Groene Hart in samenwerking met de NMZH. Samenwerking Stichting Groene Hart werkt samen met Cofely, Arcadis, DHV, Grontmij, Ericis. Deze uitvoerende partijen bieden hun specifieke kennis, tools en expertise aan om bedrijven en gemeenten te begeleiden in hun zoektocht en keuzes. Ook kennisinstituten en young professionals ontwikkelen en delen inzichten en ervaring. In de stuurgroep van dit project hebben o.a. zitting Rabobank Midden Holland, MVO Nederland, Kamer van Koophandel en NMZH. Financiën Voor de uitvoering van het project Winst uit Milieu is nodig: Personeelskosten Projectkosten Cofinanciering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 19.750 € 14.750 € 34.500
Relatie met het hoofdlijnenakkoord Hoofdstukken Ruimtelijke ordening en wonen (pag. 8 en 9), Milieu (pag. 11 en 12) en Regionale Economie (pag. 18). Regionale economie is een kerntaak van de provincie. Vanuit deze kerntaak wil de provincie ruimte scheppen voor duurzame economische groei. Het project Winst uit Milieu wil hierbij tot strategische niet vrijblijvende samenwerking komen en het bedrijfsleven, lokale en regionale overheden en maatschappelijke organisaties verbinden en betrekken bij deze opgave. Met aandacht voor het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit en de groene inpassing van bedrijfsterreinen in het Groene Hart.
28
4.5 Duurzame en gezonde leefomgeving aan de kust In Zuid-Holland grenst de Randstad aan de kust. Daardoor is de Zuid-Hollandse kust de belangrijkste kust van Nederland. Dat geldt voor de bescherming van het achterland tegen overstromingen, maar ook voor recreatie en natuurbeleving. De kustduinen bieden unieke Europese topnatuur in het dichtstbevolkte deel van Europa. Natuur en landschap aan de kust zijn onderdeel van een duurzame en gezonde leefomgeving en dragen daarmee bij aan het gunstige vestigingsklimaat voor bewoners en ondernemers. Het streven naar een uitstekend vestigingsklimaat, door te investeren in recreatie en natuur voor bewoners en bezoekers en in een duurzame en gezonde leefomgeving, komt naar voren in het Hoofdlijnenakkoord van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland en in diverse beleidsdocumenten, zoals de Groenagenda, de Beleidsvisie Duurzaamheid en Milieu en de Strategische Agenda Kust. De nabijheid van de Randstad biedt natuurlijk ook kansen om grote groepen mensen de natuur en het landschap van de kust te laten beleven. Langs die weg kunnen de verbondenheid en betrokkenheid van de bevolking met natuur en landschap aan de kust vergroot worden. De kwaliteit van de natuur in de duinen staat echter onder druk, door stikstofdepositie, klimaatverandering, verdroging en door de toenemende recreatiedruk zelf. Dynamisch kustbeheer, een goede zonering, het uitbreiden van recreatieve mogelijkheden buiten de Natura 2000 gebieden, het opstellen van Natura 2000 beheerplannen en meer samenwerking op het gebied van toezicht en handhaving bieden kansen voor verbetering van de leefomgeving. Voor de waterveiligheid zijn er, na de versterking van de zwakke schakels tot 2050 in Zuid-Holland geen grote opgaven meer. Het reguliere onderhoud wordt uitgevoerd door Rijkswaterstaat in samenwerking met de waterschappen. Onder andere in het kader van een convenant tussen het Rijk en een aantal natuurorganisaties, wordt onderzocht hoe dit onderhoud ecologisch geoptimaliseerd kan worden. In 2013 zal een Nationale Kustvisie in het kader van het Deltaprogramma Kust worden opgesteld. Daarin wordt de lange termijnvisie (2100) gekoppeld aan ontwikkelingen op de korte (2020) en de middellange (2050) termijn. Dynamisch kustbeheer maakt de kust veiliger en biedt grote kansen voor herstel van natuurwaarden en de recreatieve beleving van een spectaculaire dynamische kust. Bovendien maakt het de duinen minder gevoelig voor stikstofdepositie. De pilot Zandmotor voor de Zuid-Hollandse Kust is een goed voorbeeld van dynamisch kustbeheer. De provincie heeft een regierol bij het opstellen van de Natura 2000 beheerplannen en bij de uitvoering van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). In die kaders worden verdroging en stikstofdepositie aangepakt. De startfase van de implementatie van de PAS is gepland in 2013. Ook verwachten we dat in 2013 aandacht zal worden besteed aan de Natura 2000 beheerplannen voor Berkheide en Meijendel en Kennemerland Zuid. Met een toenemend aantal woningen in de kustregio neemt ook de recreatiedruk toe. Dit kan negatieve gevolgen hebben voor kwaliteit van de leefomgeving. Het probleem neemt nog toe door extreme recreatievormen, zoals parapenting en het rijden met kitebuggy’s, en door het toenemende aantal evenementen in de natuurgebieden. Dit is niet alleen op te lossen door de bereikbaarheid te verbeteren en meer wandel- en fietspaden aan te leggen in de bestaande natuur- en recreatiegebieden. Daardoor neemt de intensiteit van het ruimtegebruik immers alleen maar toe. Bij grote bouwplannen, zoals de As Leiden-Katwijk inclusief Nieuw Valkenburg in de nabijheid van gebieden die een regionale recreatieve functie vervullen, moeten daarom nieuwe recreatiegebieden aangelegd worden. Verder kan in dit verband gedacht worden aan het vergroten van de aandacht voor al bestaande groene gebieden buiten Natura 2000, zoals stadsparken in Den Haag en de Landgoederenzone in Wassenaar. Daar is namelijk ook kenmerkende kustnatuur te beleven. Tot slot is toezicht en handhaving van belang voor het vergroten van de kwaliteit van de leefomgeving. Duinbehoud is in 2012 betrokken geweest bij het tot stand komen en uitvoeren van
29
het Toezicht en Handhavingsplan Solleveld & Kapittelduinen dat in opdracht van de provincie is opgesteld. In dat plan zijn afspraken gemaakt over samenwerking en verdeling van taken. Ook in 2013 werken we mee aan de uitvoering en de bijstelling van het handhavingsplan. In andere gebieden vervult Duinbehoud reeds een signalerende functie. Op grond van de ervaringen in Solleveld & Kapittelduinen zullen we ons ook hier inzetten voor een sterkere samenwerking. De provincie heeft zichzelf ten doel gesteld om een duurzame en gezonde leefomgeving aan de kust te behouden, een uitstekend vestigingsklimaat te creëren en de waterveiligheid duurzaam te garanderen. Daarbij zijn de milieuaspecten klimaatverandering, zeespiegelrijzing, bodemdaling, stikstofdepositie en verdroging van belang. Ook recreatie, toerisme, bedrijvigheid, ruimtelijke ordening en waterveiligheid zijn van belang voor het vestigingsklimaat en de kwaliteit van de leefomgeving. Met het project “Duurzame en gezonde leefomgeving aan de kust” wil de NMZH in samenwerking met Duinbehoud de provincie ondersteunen en meedenken bij het realiseren van een duurzame en gezonde leefomgeving. Vanwege de hierboven beschreven verwevenheid van de verschillende opgaven en oplossingsrichtingen is een integrale aanpak noodzakelijk. Onderdeel van het project is het vergroten van de betrokkenheid van de bewoners van de Zuid-Hollandse kust bij de leefomgeving aan de kust.
Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteiten Duinbehoud was in 2012 betrokken bij (de voorbereiding en uitvoering van) sessies over de kust van Den Haag tot Katwijk, in het kader van het project 'Mijn Groen, Ons Groen' van de Provincie Zuid-Holland. Daarbij zijn door gebruikers van de kust (inclusief Duinbehoud zelf) ideeën met betrekking tot natuur en recreatie gegenereerd en nader uitgewerkt tot
Resultaten Duinbehoud zal de provincie in 2013 ondersteunen bij het verder concretiseren van de plannen en het zetten van stappen richting uitvoering.
30
plannen. Betrokkenheid bij toezicht en handhaving in duingebieden. Ondersteuning, door o.a. kennisuitwisseling, en coördinatie van een netwerk van vrijwilligers met een signaleringsfunctie in het veld. Waar gewenst betrokkenheid bij het opstellen van toezicht en handhavingsplannen voor Natura 2000 gebieden. Vergroten van het draagvlak voor een verbeterde opvang van de toenemende recreatiedruk op de kust tussen Katwijk en Den Haag buiten de duinen.
Actieve participatie in regionale, provinciale en nationale overlegstructuren met betrekking tot klimaataanpassing, de daaraan verbonden ruimtelijke opgaven en oplossingen voor de stikstofproblematiek en de verdroging aan de Zuid-Hollandse Kust.
Het actief benaderen van de overheidsinstanties (zoals gemeenten, waterschappen en Rijkswaterstaat) en natuurbeheerders in de kustzone. Inbreng en advies ten aanzien van ruimtelijke plannen, ruimtelijke procedures, vergunningprocedures etc. in de kustzone. Deze inbreng zal bijdragen aan een effectief, klimaatbestendig en duurzaam ruimtegebruik van de kust. Het informeren van een breed publiek over ontwikkelingen aan de Zuid-Hollandse kust. Het informeren van de leden van de Provinciale Staten over onze visie op een effectief, klimaatbestendig en duurzaam ruimtegebruik van de kust.
Bijdrage aan een grotere efficiëntie op het gebied van toezicht en handhaving in duingebieden.
Gesprekken met de provincie en gebiedspartners: Regio’s Haaglanden en Holland-Rijnland; gemeenten Den Haag, Wassenaar, Leiden, Katwijk; beheerders Staatsbosbeheer en Dunea, op ambtelijk en bestuurlijk niveau. Deelname aan de volgende overlegstructuren: Begeleidingsgroep Duincompensatie, Delflandse Kust, Gebruikersoverleg (en indien mogelijk beheerdersoverleg en evaluatie) Zandmotor, Adviesgroepen Natura 2000 beheerplannen, Deltaprogramma Kust, Strategische Agenda Kust en Tafel van de Borging (PMR/Visie en Vertrouwen). Opzetten van een lobby voor een groter areaal duingebied met een “dynamisch kustbeheer” als onderdeel van klimaatadaptatie en als bijdrage aan de oplossing van de stikstofproblematiek en voor oplossingen voor verdroging. Meedenken en participeren bij onderdelen van het nieuwe programma Kust.
Het uitgeven van persberichten, en het deelnemen aan publieksbijeenkomsten en informatiemarkten. Het ontwikkelen van een PowerPoint presentatie, waarin het verband tussen de Zandmotor, het kustonderhoud, de versterking van de zwakke schakels, kustveiligheid, dynamisch kustbeheer, natuurherstel in het kader van Natura 2000, stikstofdepositie en recreatie duidelijk wordt gemaakt. Vervolgens wordt deze presentatie vertoond in lezingencircuits via openbare bibliotheken, lokale organisaties, netwerkorganisaties e.d.
31
Samenwerking Het project wordt uitgevoerd door Stichting Duinbehoud in nauw overleg en samenwerking met Vereniging Kust & Zee en NMZH. Financiën Voor de uitvoering van “Duurzame en gezonde leefomgeving aan de kust” is nodig: Projectkosten Co-financiering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 34.000 € 34.000
Relatie met het hoofdlijnenakkoord Milieu pag, 11 en 12 en Natuur en Recreatie pag. 14,15 en 16. Het karakteristiek voor de provincie Zuid-Holland zijn de grote landschappelijke eenheden waaronder die van kust en duinen. De duinen en de binnenduinranden zijn een belangrijke schakel in het groenblauwe raamwerk van Zuid-Holland. Met dit project krijgen de kust en de duinen een stem en een gezicht bij de uitvoering van provinciaal beleid en wordt daarbij specifieke kennis over de Hollandse duinen ingebracht.
32
4.6 Energietransitie Haven en Industrie Centraal in het Rijnmondgebied ligt de haven (Mainport Rotterdam) die zorgt voor grote economische activiteiten in een veel groter gebied. De haven heeft economische betekenis voor heel Noordwest Europa. Door zijn zeer energie-intensieve bedrijvigheid, gebaseerd op fossiele brandstoffen, is verduurzaming van het Haven en Industriecomplex (HIC) in het Rijnmondgebied van groot belang. In 2012 heeft de Natuur en Milieufederatie Zuid-Holland (NMZH) daarom een energievisie voor het HIC opgesteld. Deze visie is voor de NMZH een leidraad en geeft onze netwerkpartners en maatschappelijke omgeving inzicht in onze betrokkenheid en de keuzes die wij willen maken: een transitie naar een duurzame energie- en grondstoffenvoorziening voor het HIC. Meerdere partijen in de haven streven naar een duurzame haven. Het Rotterdam Climate Inititiative (RCI) is een samenwerking van het Havenbedrijf Rotterdam (HbR), de gemeente Rotterdam, DCMR en bedrijvenkoepel Deltalinqs en streeft naar 50 % CO2-reductie in 2025 ten opzichte van 1990. Het HbR geeft in haar Havenvisie 2030 aan in 2030 de duurzaamste haven ter wereld te willen zijn. De provincie Zuid-Holland (PZH) streeft in haar Beleidsvisie Regionale economie en energie 2012-2015 naar een duurzame, economische Europese topregio, waarbij schone technologie en een biobased economy belangrijke pijlers zijn. Samen met CE Delft en partners in ons milieunetwerk is gewerkt aan de energievisie. Tevens hebben gesprekken plaatsgevonden met o.a. Stedin, RCI, PZH, DCMR, HbR en Deltalinqs. Belangrijke conclusie van de NMZH is dat energiebesparing achterblijft en veel sterker moet worden gestimuleerd. Financieel-economische redenen, een zeer lage CO2-prijs en onvoldoende druk op bedrijven vragen om een vernieuwende aanpak. HbR en Deltalinqs delen deze analyse en willen graag in gesprek om in samenwerking tot mogelijke maatregelen te komen Ook een duurzame inzet van biomassa heeft nog onvoldoende aandacht. Met betrekking tot de inzet van CCS nemen wij een kritische houding aan, met name waar het gaat om de koppeling met nieuwe kolencentrales. Hierover willen wij met bedrijfsleven, havenbedrijf en overheid in discussie gaan en initiatieven nemen om alternatieven te ontwikkelen. Met een eerste expertmeetings eind 2012 en volgende in 2013 met RCI-partners, Deltalinqs, provincie Zuid-Holland, het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, en externe deskundigen om te achterhalen op welke gebieden steviger moet worden ingezet en met welke extra middelen. De focus van de NMZH ligt daarbij op het verminderen van het energiegebruik op zowel de korte termijn (energie-efficiency maatregelen, gebruik reststromen en ketenbeheer) als de langere termijn via doorbraaktechnologie (procesvernieuwing, reststromen, ketenbeheer). Daarnaast is de toepassing van biomassa (organische reststromen, gewassen) bij de inrichting van een biobased economy in de Rotterdamse haven en elders (o.a. energieopwekking, biobrandstoffen, basischemicaliën, voedsel, farmaceutisch) zeker bij vergaande toepassing een kritisch punt. Vragen die beantwoord moeten worden zijn: Is er zonder verdringing wel voldoende biomassa beschikbaar en wordt die hoogwaardig genoeg ingezet? Aan deze drie punten wil de NMZH in 2013 een vervolg geven met aandacht voor voldoende interactie tussen het HIC en het Westland. Hier is voor Zuid-Holland veel meer winst en toegevoegde waarde te halen met betrekking tot het onderlinge gebruik van reststromen (CO2, warmte, biomassa/biogas).
33
4.6.1 Energiebesparing en Innovatie Het energiegebruik van de industrie is de laatste tijd afgenomen. Dit komt vooral door de economische recessie en te weinig door efficiencymaatregelen. Veel kansen blijven liggen voor maatregelen die op korte en middellange termijn kunnen worden uitgevoerd op basis van bestaande technologie (bijvoorbeeld energiezuinige motoren en pompen, efficiënte destillatietechnologie, industriële isolatie). Bedrijven stellen vaak te scherpe rendementseisen voor deze maatregelen. Daarnaast is de CO2-prijs via het Europese handelssyteem (ETS) op dit moment zeer laag. Energiebesparing is nog onvoldoende core-business. Op de lange termijn zal de industriële productie over de gehele keten gepaard moeten gaan met een zeer efficiënt gebruik van energie en lage CO2-emissies om de kosten van de industrie bij een strikt klimaatbeleid in toom te kunnen houden en in te kunnen spelen op economische veranderingen op mondiaal niveau. Meer energiebesparing en een snellere CO2-reductie zijn ook goed mogelijk, mits rekening wordt gehouden met de concurrentiekracht van bedrijven. CO2-reductiedoelen in het RCI vragen om een energie-efficiency verbetering van minstens 2 % per jaar. Dat wordt niet gehaald, ondanks de inspanningen van het Deltalinqs Energie Forum en van bedrijven in de Rotterdamse haven. Hiermee staan CO2-doelen steeds scherper onder druk. Ook leidt een relatief verouderd industrieel complex tot een verminderde concurrentiepositie tegenover opkomende economieën. NMZH wil samen met o.a. CE Delft, bedrijven en RCI-partners onderzoek doen, om te komen tot een visie over het bereiken van de gewenste energiebesparing op korte, middellange en lange termijn, rekening houdend met de concurrentiepositie. Daarbij is de nieuwe Europese Energie Efficiency Directive een belangrijk gegeven, met o.a. jaarlijkse audits voor energie-intensieve bedrijven. Gezien de centrale rol van het ETS is het van belang maatregelen te ontwikkelen die de prijs van CO2 laten stijgen (o.a. normering, plafonds, wetgeving), waarbij tegelijkertijd compensatiemaatregelen worden genomen. Daarbij ontstaat meer balans tussen de concurrentiekracht voor bedrijven en druk op een lager energieverbruik. Maatregelen met draagvlak wil de NMZH samen met het bedrijfsleven en overheden bepleiten op regionaal, landelijk en Europees niveau.
34
Daarnaast willen wij ook met individuele bedrijven op zoek gaan naar extra mogelijkheden voor energiebesparing, zoals in het project CO2-ambitie dat door de gezamenlijke Natuur en Milieufederaties eind 2011 is uitgevoerd. In Zuid-Holland zijn daarbij afspraken gemaakt met IOI Loders Croklaan die eind 2012 voor de eerste keer zullen worden geëvalueerd. Met collega NMF´s die actief zijn in havengebieden in Zeeland, Noord-Holland en Groningen, wordt onderzocht op welke wijze extra druk kan worden gezet op energiebesparing.
4.6.2 Biobased economy: duurzame grenzen Van oudsher speelt biomassa (plantaardige en dierlijk (rest)stromen ) een rol in de economie in alle delen van de wereld. De huidige economie is voor een groot deel gebaseerd op goedkope, fossiele en eindige grondstoffen. Vanuit dat oogpunt is in de afgelopen decennia gekeken naar de toepassing van hernieuwbare biomassastromen als vervanger van deze fossiele brandstoffen. Daarbij is de aandacht in eerste instantie sterk gericht op energieopwekking en vervolgens op de ontwikkeling van biobrandstoffen, waarbij vooral het probleem speelde van de discussie “voedsel of brandstof”. Om echter tot een vergroening en verduurzaming van de economie te komen is een zo hoogwaardig mogelijk gebruik van biomassa noodzakelijk. De waardevolle stoffen moeten er in een cascadering van producten worden uitgehaald: eerst medicijnen en cosmetica, vervolgens voeding, chemicaliën, papier en textiel, transportbrandstof en tenslotte de toepassing als energiebron. Dit is de essentie van de biobased economy. Zuid-Holland speelt hierbij een belangrijke rol met de Rotterdamse haven als logistiek zwaartepunt, een sterke (petro)chemische industrie, een uitgebreide agrarische sector (o.a. glastuinbouw, bollenteelt) en diverse kennisinstellingen (Delft, Rotterdam en Leiden). De verduurzaming via de biobased economy is sterk afhankelijk van de manier waarop allerlei plantaardige materialen worden ingezet. Indirect grondgebruik, bodemeffecten en sociaal economische effecten zijn van groot belang voor een duurzame invulling van een biobased economy. De vraag is of op dit moment hieraan voldoende invulling gegeven wordt in het stimulerende beleid door het HbR (Havenvisie 2030; RCI) en de provincie Zuid-Holland (beleidsvisie Regionale economie en energie). Een belangrijke rol speelt ook welke duurzame grenzen aan de biobased economy gesteld moeten en kunnen worden. De NMZH stelt hiervoor in 2013 een position paper op en gaat het gesprek aan met RCI-partners, bedrijven en provincie Zuid-Holland over duurzame grenzen.
4.6.3 (bio)LNG als transportbrandstof In 2012 zijn twee Green Deals (GD) gesloten om het gebruik van LNG als transportbrandstof te stimuleren. Milieuvoordelen liggen er op het gebied van luchtkwaliteit, geluidhinder en CO2-reductie door zuinigere, stillere en schonere motoren. Met name voordelen voor weg en watertransport en de kwaliteit van de leefomgeving in Rijnmond en andere grote logistiekecentra. Veiligheidsrisico’s en maatschappelijk acceptatie zijn een belangrijk knelpunt bij de verdere ontwikkeling van LNG als transportbrandstof voor de toekomst. Met HbR en Deltalinqs, mede GD-deelnemers, zijn in 2012 een aantal verkennende gesprekken gevoerd over de betrokkenheid van NMZH in het te voeren maatschappelijke debat. Gezien de grote potentie en kans op een doorbraak van LNG als transportbrandstof in de komende twee jaar wil NMZH een rol spelen en de discussie aangaan van nut en noodzaak van LNG transportbrandstof met het Zuid-Hollandse natuur en milieunetwerk en bewoners langs binnenvaartroutes in Zuid-Holland. Daarbij wil NMZH ook gemeenten en regionale uitvoeringsdiensten betrekken. Ook zal de NMZH hierover afstemmen met collega NMF Groningen vanwege een vergelijkbare discussie binnen ‘Energy Valley’.
35
4.6.4 HIC en Westland De gemeente Westland is bezig met de opzet van een biobased park voor de verwerking van organische reststromen in de regio en de greenport Westland. In 2011 is hiervoor een Greendeal met het Rijk afgesloten. Streven is om in of nabij het Westland een biobased park te realiseren waar na verwaarding van inhoudstoffen, vergisting plaatsvindt van reststromen uit de glastuinbouw. Bij verwaarding kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het maken van tomatensap uit tomaten die worden doorgedraaid, het gebruiken van sap van doorgedraaide paprika's als kleurstof of het maken van verpakkings- of bouwmaterialen van de vezels van bloemstengels. Een vergistingsinstallatie is hiervan een centraal onderdeel. NMZH is betrokken bij dit initiatief en denkt mee over de optimale duurzame invulling, maatschappelijke acceptatie en de interactie met de Rotterdamse haven. Daarbij is de NMZH ook betrokken bij de Ruimtelijke structuurvisie Westland en het duurzaamheidsbeleid. Ook in 2013 willen wij betrokken blijven bij deze belangrijke ontwikkelingen voor de gemeente Westland en de Greenport. Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteiten Energiebesparing en innovatie Onderzoek naar industriële energiebesparing: stand van zaken, knelpunten en oplossingen (CE Delft, NMZH, Deltalinqs/bedrijven, HbR overheden) Discussie en creëren van draagvlak voor oplossingen en strategie Uitvoering strategie Zoeken samenwerking individuele bedrijven Biobased economy Bepalen van de positie van de NMZH in de ontwikkeling van diverse onderdelen van de biobased economy mbt duurzame grenzen. Discussie voorbereiden en organiseren met experts en stakeholders (bio)LNG als transportbrandstof Standpuntbepaling NMZH+netwerk: interactie met GreenDeal-partners en bedrijfsleven en gemeenten en regionale uitvoeringsdiensten. Voors/tegens/knelpunten bespreken aan de hand van discussiedocument. (PM: collega NMF´s/binnenvaart/GMF?) Organiseren en participeren maatschappelijk debat
Resultaten Discussiedocument (1e kwartaal) (mini)symposium (2e kwartaal) Lobby, communicatie (vanaf 2e kwartaal) Afspraken collectief of met individuele bedrijven (hele jaar)
Position paper Biobased Economy Discussiebijeenkomsten: duurzame grenzen aan de biobased economy in de Rotterdamse haven.
Informatie-/discussie/debatbijeenkomst natuur en milieunetwerk in regio Rotterdam, Drechtsteden, AlblasserwaardVijfheerenlanden en Zuid-Hollandse eilanden op basis van position paper LNG Transportbrandstof. Indien mogelijk in samenwerking met Green Deal-partners. Organiseren Groene Peiler 3 publieksavonden
Samenwerking Samenwerken met alle relevante private en publieke stakeholders in de Rotterdamse haven. Bundelen van kennis met experts in ons milieunetwerk en bij kennisinstellingen.
36
Financiën Voor de uitvoering van “Energietransitie Haven en Industrie” is nodig: Personeelskosten 0,5 fte Projectkosten Co-financiering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 63.700 € 5.000 € 58.700
Relatie met het hoofdlijnenakkoord Milieu, pag. 11 en 12, Regionale Economie, pag. 18, Energie, pag 19. Onze inzet sluit aan bij de bestuurlijke keuze en vijf hoofdopgaven over transitie Havenindustrieel Complex en transitie Greenports zoals die zijn verwoord in de provinciale Beleidsvisie en uitvoeringstrategie regionale economie en energie 2012-2015.
4.7
Energietransitie in de Zuid-Hollandse Regio´s
Het gebruik van fossiele energiebronnen zorgt voor aanzienlijke problemen op zowel wereldschaal (o.a. klimaat) als regionale schaal (kwaliteit leefomgeving). Om deze problemen het hoofd te bieden is verduurzaming van ons energiegebruik noodzakelijk. Daarvoor moet in onze samenleving het gebruik van fossiele energiebronnen fors worden verminderd door de inzet van hernieuwbare, duurzame energiebronnen (zon, wind, biomassa, bodem, water) en door een veel lager energieverbruik bij alle sectoren: huishoudens, bedrijven, gebouwen, landbouw, vervoer, etc. Een aanzienlijk deel, ruim éénderde, van het energieverbruik (uitgedrukt in CO2-emissie) in ZuidHolland vindt plaats in het Rijnmondgebied, door de grote industriële bedrijven in de Rotterdamse haven. In het project Energietransitie Haven en Industrie wordt hieraan apart aandacht besteed. In andere sectoren op regionaal en lokaal niveau is de laatste jaren een steeds grotere betrokkenheid ontstaan van burgers en bedrijven, met een toenemende inzet van creativiteit en innovatiekracht, om te werken aan de verduurzaming van hun eigen energiegebruik door te investeren in energiebesparing en duurzame energie. Woningcorporaties, waterschappen (‘Energiefabriek’), LTO (glastuinbouw, boeren), burgers individueel en collectief (VvE’s, buurten/wijken, steden, regio’s) en koplopers bij bedrijven komen steeds meer in beweging. Met vooral in het laatste jaar de doorbraak van de toepassing van zonnepanelen. Steeds meer ontstaan op lokaal en regionaal niveau verschillende samenwerkingsbanden van meerdere van deze groepen, al dan niet in combinatie met een gemeente (o.a. Dordrecht, Den Haag, Delft, Rotterdam) en energiebedrijf (HVC, Eneco, Eon). De NMZH heeft zich in het afgelopen jaar gericht op het ondersteunen van collectieve initiatieven van burgers en bedrijven om duurzame energie op te wekken en eventueel door te groeien naar een lokaal duurzaam energiebedrijf. Dat is gedaan in het project Hier opgewekt, samen met andere Natuur en Milieufederaties, de Hier Klimaatcampagne, Stichting Doen, E-Decentraal en Relocal. Diverse hindernissen (financiering, onderlinge levering en saldering, organisatie, ledenwerving en wet- en regelgeving) maken dat lokale initiatieven voor duurzame energie moeilijk tot volwassenheid komen. Het project Hier Opgewekt is er op gericht ondersteuning te verlenen op zowel provinciaal niveau, door de natuur en milieufederatie, als op landelijk niveau (website, kennisplatform; informatie- en discussiebijeenkomsten). In 2012 is gewerkt aan zowel de provinciale als landelijke opbouw. Voor Zuid-Holland is een inventarisatie gemaakt van initiatieven en hun behoeften en knelpunten. Initiatieven zijn er ondermeer in Rotterdam (o.a. Blijdorp, Overschie, Heijplaat), Den Haag (o.a. Vogelwijk, Biesland en een groeiend aantal buurtinitiatieven), Leiden, Alphen a/d Rijn, Gouda, Bodegraven, Dordrecht, Alblasserwaard-Vijfheerenlanden, Hoeksche Waard en GoereeOverflakkee. Op landelijk niveau is gewerkt aan de expertiseontwikkeling voor de deelnemende
37
organisaties, aan bestaande initiatieven en aan de landelijke website. In een provinciale bijeenkomst (17 september 2012) is in Zuid-Holland het project Hier opgewekt neergezet en een start gegeven aan de ontwikkeling van een netwerk ter ondersteuning van lokale duurzame energie initiatieven: Servicepunt Hier opgewekt Zuid-Holland. In het najaar van 2012 wordt dit verder uitgebouwd om in 2013 volledig werkzaam te zijn. Bij de meeste initiatieven gaat het om de toepassing van zonnepanelen. Bij al langer bestaande coöperatieve verenigingen De windvogel (o.a. Gouda, Bodegraven) en Deltawind (GoereeOverflakkee) staat windenergie centraal. Windenergie op land heeft zich in de afgelopen decennia ontwikkeld tot een volwassen duurzame energiebron, die echter zorgvuldige inpassing vereist en waarbij burgerparticipatie, via zeggenschap en financiële deelname van groot belang is voor acceptatie op lokaal niveau. De NMZH is betrokken, al dan niet via haar achterbannetwerk, bij de ontwikkeling in gebieden waar een concentratie van windenergie mogelijk is (Rotterdamse haven, stadsregio Rotterdam, Dordrecht e.o., Goeree-Overflakkee). In 2012 is als partner vooral meegewerkt aan de totstandkoming van een nieuw windconvenant voor de Stadsregio Rotterdam.
4.7.1 Energieke Samenleving In juni 2011 publiceerde het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) haar eerste signalenrapport “De energieke samenleving. Op zoek naar sturingsfilosofie voor een schone economie”. Het rapport stelt dat Nederland zijn internationale concurrentiekracht kan versterken via ‘groene groei’. Het verantwoord omgaan met grondstoffen, natuur en milieu, is misschien wel de grootste uitdaging voor de 21e eeuw. De samenleving moet een factor vijf terug in het gebruik van grondstoffen en milieubelasting om economische groei en een prettige leefomgeving te kunnen combineren. Voor het vergroenen van de economie moet alle in de maatschappij aanwezige creativiteit en innovatiekracht van burgers en bedrijven worden benut. Het inzetten van deze energieke samenleving vraagt een aanpassing in het denken en doen van de Rijksoverheid. Het uitdragen van
38
een motiverend perspectief dat mensen stimuleert, dynamische regelgeving die innovatie beloont en storende regels weghaalt en het continue willen leren van de maatschappij, zijn enkele centrale elementen. Het rapport richt zich op de overheid. Ook provincies, gemeenten en waterschappen moeten hun pijlen richten op een sterk veranderende samenleving. De NMZH bestond in 2012 veertig jaar. Er is de afgelopen 40 jaar met het milieubeleid enorm veel bereikt. Maar de samenleving is ook enorm veranderd. We hebben een nieuwe benadering nodig. Burgers en bedrijven brengen milieubeleid in verband met abstracte problemen ver weg, die door de overheid op een moeizame manier en met ingewikkelde regels worden aangepakt. De aandacht van bedrijven gaat juist uit naar “schone” en “slimme” producten waar geld mee te verdienen valt. En burgers lopen warm voor een veilige en schone woon- en leefomgeving.” De NMZH zoekt naar mogelijkheden om inhoud te geven aan deze veranderingen. Door te werken aan een vernieuwende energievoorziening die meer gebaseerd is op decentrale duurzame energiebronnen en een veel lager energieverbruik. Waarbij burgers en bedrijven veel meer inzetten op schoon, lokaal en onafhankelijk energievoorziening, vaak kleinschalige en coöperatief. Ondersteuning van lokale duurzame energie initiatieven in project Hier Opgewekt is daar een uitwerking van. De NMZH gaat op zoek naar een meer integrale provinciale inzet op de groene economie en organiseert voor alle relevante stakeholders en bestuurders in november 2012 een eerste minisymposium over de ‘Energieke Samenleving’ in Zuid-Holland. In 2013 willen wij dit verder kracht bij gaan zetten.
4.7.2 Windenergie en burgerparticipatie: draagvlak en inpassing Windconvenant Stadsregio Rotterdam Dit windconvenant is op 21 juni 2012 door gemeenten, stadsregio, provincie en NMZH ondertekent. Het is gericht op het realiseren van 100-150 MW aan nieuw windvermogen. Bij het opstellen van het windconvenant is door NMZH sterk de nadruk gelegd op burgerparticipatie. Tegelijkertijd heeft de NMZH gewezen op de interactie met het windconvenant Rotterdamse haven (2009) en kritische punten met betrekking tot natuur (vooral vogels) op twee locaties (zuidkant Slufter en Nieuwe waterweg). Hierover is de NMZH ook in gesprek met haar lokale achterban en terreinbeherende organisaties. De NMZH zal na het gereedkomen van de onderzoeken van NUON en Eneco over natuur bij de Slufter, het onderzoek van Wolf Nederland Windenergie (WNW), als onderdeel van de MER, over natuur bij de Nieuwe Waterweg. Samen met de convenantspartijen in de verdere besluitvorming de natuurbelangen borgen. Als dit niet afdoende mogelijk is zal voor deze locaties een andere invulling of vervanging moeten worden gevonden. In het najaar van 2012 worden de Plannen van Aanpak per gemeente uitgewerkt, als basis voor verdere besluitvorming en uitvoering in 2013 en later. De NMZH wil dat hierbij de participatie van burgers en bedrijven een grote rol spelen door via het verkrijgen van invloed bij inpassing en mogelijke financiële deelname (al dan niet via lokale coöperaties) draagvlak te creëren. In o.a. Barendrecht (duurzaamheidskring) wil de NMZH stimuleren dat de planning van meerdere parken wordt gekoppeld en de bestaande betrokkenheid van burgers en bedrijven bij lokale duurzame ontwikkeling verder wordt vergroot. Bij de opzet van inpassing en participatie zal de NMZH ook haar inzet afstemmen met de Stichting Klimaatlandschappen. Ook zal de NMZH ervaring van collega NMF´s bij participatie in windparken elders in Nederland betrekken bij het proces in de stadsregio Rotterdam en elders in de provincie.
39
Inzet en interactie overige plannen Naast de interactie met het windconvenant Rotterdamse Haven (zie boven) is interactie mogelijk met de plannen voor de ontwikkeling van windenergie in de Drechtsteden (Dordtse Kil, A16-zone), mede vanuit de samenwerking tussen de gemeente Dordrecht en HVC in de Energiecoöperatie Dordrecht (ECD). NMZH heeft contact gelegd met de ECD en wil samenwerken om te komen tot een goede opzet en inpassing van windlocaties en directe participatie van burgers en bedrijven uit de regio, ondermeer via het Platform Duurzaamheid Dordrecht. In 2012 is de ontwikkeling gestart voor het opstellen van een totaal windplan (200-300 MW) voor Goeree-Overflakkee, met voortrekkersrollen voor de coöperatie Deltawind en Eneco. Hiermee neemt de regio het voortouw met de ontwikkeling van een eigen plan, in het verlengde van de nota Wervelender van de provincie en de invulling van de Rijksstructuurvisie Windenergie op Land. Inpassing en participatie spelen daarbij een belangrijke rol. Mogelijk kan ook uit dit proces lering worden getrokken voor de ontwikkeling in o.a. de stadsregio Rotterdam. Een en ander heeft ook relatie met de opzet van de Rijksstructuurvisie Windenergie op Land, waarvan de MER-procedure in september 2012 is gestart. Het gaat het Rijk hierbij om grootschalige locaties van meer dan 100 MW. Op de kaart staat Zuidwest Nederland aangegeven als gebied voor grootschalige locaties. Naast de randen van Goeree-Overflakkee gaat het hierbij om de haven van Rotterdam en de zone langs de A16. Naast de locatie op de rand van de tweede Maasvlakte gaat het volgens ons niet om enkelvoudige grootschalige locaties. Een goede ruimtelijke inpassing en samenhang van windlocaties samen met burgerparticipatie staan voor ons voorop. Dit zullen wij inbrengen in het proces van de totstandkoming van de Rijksstructuurvisie Windenergie op Land in 2012 en 2013. Verder zal samenwerking van de NMZH en de Natuur en Milieufederatie in Gelderland plaatsvinden bij het project Duurzame snelweg A15 van de stichting Natuur en Milieu en vereniging Milieudefensie. Het stimuleren van elektrisch rijden op de A15 wordt hierbij direct gekoppeld aan duurzame energiebronnen op en langs de A15 en in de directe regio. Daarbij gaat het voor ZuidHolland ondermeer om windparken in de buurt van de A15 in de stadsregio Rotterdam en de Rotterdamse haven.
4.7.3 Hier Opgewekt Na de opbouw van het project wordt in 2013 vanuit het “Servicepunt Hier Opgewekt Zuid-Holland” gewerkt aan de ondersteuning van zowel startende als gevorderde lokale duurzame energie initiatieven om te komen tot concrete operationele projecten voor duurzame energieopwekking en energiebesparing. Belangrijk middel daarbij is een levendig netwerk van en voor lokale initiatieven in de verschillende steden en regio’s van Zuid-Holland. In de grote steden (Den Haag en Rotterdam) wordt daarbij ook samengewerkt met de stedelijke milieucentra. In het netwerk in Zuid-Holland staat uitwisseling van kennis en ervaring centraal. Door in te spelen op de kennisbehoefte bij het opzetten en opschalen van projecten en de organisatie helpen we Zuid-Hollandse initiatieven verder. Hierbij maken wij ondermeer gebruik van: een eigen website (www.hieropgewektzuidholland.nl) specifiek gericht op de situatie in ZuidHolland, aanvullend op de landelijke website (www.hieropgewekt.nl). Met een eigen platformfunctie (interactief), een vraag en antwoordrubriek, nieuwsbrieven, kennisdossiers en formats. Bij de invulling hiervan wordt samengewerkt met collega NMF´s en het Hier klimaatbureau; het organiseren van 3-4 workshops gericht op specifieke hulpvragen van de initiatieven in ZuidHolland; het opzetten en gebruik maken van een deskundigenpool in Zuid-Holland; startende initiatieven op weg helpen met een plan van aanpak en aanwezige informatie;
40
publiciteit: hulp bieden bij specifieke initiatieven en de ervaringen en resultaten van de duurzame energie initiatieven in het Zuid-Hollandse netwerk breed onder de aandacht brengen, via de website en externe nieuwsbrieven.
Via en ten behoeve van dit netwerk worden ook overheden en aangesproken om samen te werken en ondersteuning te verlenen. Hierbij kan ondermeer worden gedacht aan samenwerking bij concrete projecten om duurzame elektriciteit, warmte en/of gas te leveren aan burgers en bedrijven. Lokale initiatieven van woningcorporaties en verenigingen van eigenaars zijn daarbij belangrijk. Ook kan worden gedacht aan het faciliteren van financieringsconstructies, in samenwerking met financiële instellingen of energiebedrijven.
4.7.4 Lokaal duurzaamheidsbeleid: stimuleren, adviseren en ondersteunen van gemeenten, samenwerkingsverbanden en Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD’s) Voor de verduurzaming van onze samenleving is het belangrijk dat op globale schaal wordt nagedacht over klimaat, energie en grondstoffen, maar dat actie juist op lokale schaal plaatsvindt (“think globally, act locally”). Lokaal energie- en klimaatbeleid horen al langer tot het takenpakket van de gemeenten en hun samenwerkingsverbanden. Bijna alle overheidsorganisaties hebben in hun duurzaamheidsbeleid maatregelen voor energie en klimaat opgenomen voor de eigen organisatie, burgers en bedrijven, maar de uitvoering staat onder financiële druk. Ook is er onvoldoende integratie van denken over een verdergaande invulling van duurzaamheid in een ‘nieuwe (groene, circulaire) economie. De NMZH heeft in het nabije verleden contact gehad met gemeenten over stimulering van energieen klimaatbeleid, o.a. via de projecten Klimaatkaravaan, Hier opgewekt en Nacht van de Nacht en convenant Duurzame Bedrijfsterreinen, via het windconvenant SRR, via haar achterbannetwerk en via individuele contacten. De NMZH wil zich actiever als adviseur en partner mengen in het duurzaamheidsbeleid van gemeenten, samenwerkingsverbanden en RUD’s om daarmee de uitvoering van duurzaamheidsmaatregelen, vooral op energie- en klimaatgebied te concretiseren. Hierbij zoekt de NMZH samenwerking met de stedelijke Milieucentra in Den Haag en Rotterdam en haar achterbannetwerk in diverse steden en regio’s. De NMZH maakt daartoe een inventarisatie in het eerste half jaar van 2013 op basis van haar bestaande contacten, informatie uit haar netwerk en nader onderzoek. Hierbij wordt ook het netwerk van het Klimaatverbond en het GDO gebruikt. Op basis van de resultaten komt NMZH met een actief aanbod om duurzaamheid op gemeentelijke en regionaal niveau verder te stimuleren. Nieuwe informatie met betrekking tot lokale duurzame energie initiatieven wordt direct ingezet in het project Hier Opgewekt. Met deze resultaten worden adviezen gegeven voor de partijprogramma’s van de gemeenteraadsverkiezingen in 2014 en de collegevorming daarna. In de loop van 2012 zijn hiervoor al werkcontacten ontstaan met de gemeenten Westland, Zwijndrecht, Bodegraven-Reeuwijk, Dordrecht en Vlaardingen. Dat zal in 2013 verder worden uitgebouwd.
41
Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteit Hier opgewekt Uitbouw en onderhoud van het netwerk van lokale duurzame energie initiatieven in ZuidHolland via servicepunt, waarbij een efficiënte samenwerking en afstemming plaatsvindt met o.a. NMF´s, Hier Klimaatbureau, E-Decentraal, Relocal en stedelijke Milieucentra. Ondersteuning van nieuwe en bestaande initiatieven via website/digitaal platform, workshops, deskundigenpool, 1e hulp starters, publiciteit. Afstemming en samenwerking met overheden en bedrijven.
Resultaten Uitbouw en onderhoud website, digitaal platform voor Zuid-Holland 3-4 workshops t.b.v. initiatieven ZuidHolland Opzet en gebruik deskundigenpool Eerste hulp voor starters (o.a. plan van aanpak) Overzicht contacten bij en mogelijkheden van overheden en bedrijven (in combinatie met 4.7.4 – Lokaal duurzaamheidsbeleid) : gesprekken en bijeenkomsten. Deelname aan landelijke projectgroep Hier opgewekt t.b.v. afstemming en invulling gezamenlijke producten
Energieke samenleving Stimuleren en initiëren “Energieke Samenleving” in Zuid-Holland. Windenergie en participatie Windconvenant SRR Inbreng in plannen van aanpak van gemeenten en concrete uitvoering van de diverse locaties: participatie en goede inpassing Overleg met lokale achterban en TBO’s over m.n. locaties bij Slufter en Nieuwe Waterweg in relatie tot natuur (m.n. vogels) Overige gebieden ECD/Drechtsteden: meewerken aan invulling plannen voor deze regio Goeree-Overflakkee: afstemming met Deltawind en Natuur- en Landschap GO
Door debat, artikelen en organiseren van verrassende activiteiten.
Verankering burgerparticipatie in alle plannen van aanpak. Concrete deelname van burgers en bedrijven, via o.a. coöperatie (bijv. Barendrecht). Inbreng standpunt over afstemming locaties
Rijksstructuurvisie Windenergie op Land
Inbreng via standpunt (position paper) in samenspraak met lokaal netwerk, TBO’s en provinciale natuur- en milieufederaties. Afspraken over koppeling met windparken (participatie en inpassing)
Samenwerking project Duurzame snelweg A15
Lokaal duurzaamheidsbeleid: stimuleren, adviseren en ondersteunen van gemeenten, samenwerkingsverbanden en regionale uitvoeringsdiensten Inventarisatie lokale en regionaal duurzaamheidsbeleid. Aansluiting bij NMZH projecten: Hier Opgewekt, Nacht van de Nacht, etc.
Inbreng via eigen position paper Zichtbaar maken goede voorbeelden en initiatieven.
Inventarisatie 1e kwartaal 2013; resultaten zichtbaar maken juni 2013; Resultaten direct gebruiken voor o.a. Hier opgewekt en NMZH advisering en
42
Individuele advisering en ondersteuning Adviezen voor partijprogramma’s gemeenteraadsverkiezingen (maart) 2014 en collegevorming.
ondersteuning; Ondersteuning en adviseren gemeente die advies en betrokkenheid vragen aan NMZH; Actieplan voor politieke partijen.
Samenwerking NMZH werkt samen binnen het project Hier Opgewekt van de landelijke natuur en milieufederaties, met het Hier Klimaatbureau, E-Decentraal, Relocal. Verder zijn lokale en regionale duurzame energie initiatieven ook partners. Stedelijke Milieucentra voor wat betreft lokaal duurzaamheidsbeleid en Hier Opgewekt. Zuid-Hollandse gemeenten en regiobesturen. Financiën Voor de uitvoering van “Energietransitie in de Zuid-Hollandse regio’s” is nodig: Personeelskosten 0,5 fte Projectkosten Co-financiering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 63.700 € 10.000 € 53.700
Relatie met hoofdlijnenakkoord Regionale economie, pag. 18, Energie, pag. 19, inmiddels uitgewerkt in de beleidsvisie Regionale economie en energie.
4.8
Duurzame Bedrijvigheid
Stimuleren van duurzame ontwikkeling van bedrijven en bedrijventerreinen De NMZH wil vanuit haar visie op een duurzame samenleving meewerken aan de economische ontwikkeling van Zuid-Holland. Wij zien daarbij voor ons zelf een rol van stimulator, motivator en aanjager van duurzame ontwikkeling. De inzet van de NMZH is vooral van belang om de belangen van natuur, milieu, landschap en duurzame ontwikkeling te borgen. Niet alleen om evenwicht te houden in het krachtenveld maar ook om een optimale balans tussen economie en ecologie te bereiken. Onze inzet concentreert zich daarbij vooral op de volgende onderdelen:
4.8.1 Kansen voor West Kansen voor West is een samenwerkingsverband van de vier Randstadprovincies en de vier grote steden. Het is een van de vier operationele structuurfondsenprogramma’s in Nederland en maakt deel uit van de Europese structuurfondsen. De programmaperiode voor Kansen voor West loopt van 2007 t/m 2013 en de Lissabonstrategie ligt aan de basis van dit programma. Het uitgangspunt is dat wat in de vier Randstadprovincies al economisch sterk is nog verder versterkt moet worden, door te investeren in innovatie, onderzoek en ontwikkeling, kennisuitwisseling, aansluiting onderwijsarbeidsmarkt, menselijk kapitaal en duurzame energie. In totaal is voor de programmaperiode een investeringsimpuls beschikbaar van 770 miljoen. Maar omdat de uitgelokte private investeringen veel groter zijn dan gedacht, zal de totale investering voor de vier Randstadprovincies het miljard overschrijden. De NMZH is namens de vier Randstad Natuur en Milieufederaties lid van het Comité van Toezicht en Stuurgroepen en levert daarbij een bijdrage in het toezicht op de effectiviteit en de kwaliteit van de uitvoering van het programma. Daarbij leggen wij een sterk accent op de mate
43
waarin duurzaamheid in het programma is verankerd en de individuele investerings- en projectaanvragen.
4.8.2 Green Economic Forum Sinds 2011 organiseert de NMZH jaarlijks een Green Economic Forum. Met als doel een burg te slaan tussen bedrijven, overheid en natuur en milieubeweging in de provincie Zuid-Holland en zo een bijdrage te leveren aan duurzame ontwikkeling, kennisuitwisseling en het initiëren van strategische samenwerking . Tijdens de eerste editie van het Green Economic Forum in 2011 is aandacht besteed aan een vijftal thema’s : het verduurzamen van bestaand vastgoed, dilemma’s en oplossingen voor duurzame mobiliteit, vestigingsklimaat vanuit een duurzaam perspectief, boer en energie en de zero emissie transitie in het openbaar vervoer. TNO, Buck Consultants Internationaal, DHV, Argos Oil en Twijnstra Gudde ondersteunde het programma inhoudelijk. Meer dan 200 deelnemers uit het bedrijfsleven, de overheid, kennisstellingen en de milieubeweging namen deel. In november 2012 wordt de tweede editie van het Green Economic Forum georganiseerd. Bij de organisatie van deze tweede editie werken wij nauw samen met VNO-NCW West en de provincie Zuid-Holland. Het thema is: Werklandschappen van Zuid-Holland in de 21e eeuw. Met dit Green Economic Forum willen wij de doorwerking van het convenant Duurzame bedrijventerreinen ZuidHolland uit 2010 versterken. Het belang van behoud en kwaliteitsverbetering van bedrijventerreinen behoeft gezien de ontwikkelingen (de ruimte in Zuid-Holland is schaars, veel leegstand en de kwaliteit van de leefomgeving staat onder druk) meer urgentie en focus. Met het Green Economic Forum 2012 willen wij verkennen of die aanpak kan liggen in een benadering van bedrijventerreinen als werklandschappen in combinatie met het versterken van een private inbreng in exploitatie en beheer. Of wel (behoud van) economie en werkgelegenheid in combinatie met verbeteren milieu en ruimtelijke kwaliteit is een groene economie. Ook in 2013 willen wij voor relevante Zuid-Hollands thema’s een Green Economic Forum organiseren. De provinciale Beleidsvisie en uitvoeringstrategie Regionale Economie en Energie 20122015 en de Zuid-Hollandse Greendeals leveren hier voor voldoende aanknopingspunten.
4.8.3 Innovatienetwerk Zuidwest Nederland De NMZH is betrokken bij het Innovatienetwerk Zuid-West Nederland en neemt deel aan de Lokale Visserijgroep (LVG) Zuid-Hollandse Delta. De LVG adviseert het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het toekennen van subsidie aan projecten in het kader van de subsidieregeling ‘Duurzame Ontwikkeling Visserijgebieden’. Deze subsidieregeling is een van de subsidieregelingen uit het Europees Visserij Fonds (EVF). De LVG bestaat uit lokale vertegenwoordigers uit het visserijgebied Zuid-Hollandse Delta. Het visserijgebied omvat de gemeenten Goedereede, Middelharnis, Dirksland, Westvoorne en Hellevoetsluis. Verder faciliteert de LVG ondernemers met innovatieve plannen en investeringsplannen bij het vormgeven van het project en bij het voldoen aan de formele procedurele eisen. De NMZH toetst samen met de partners binnen de LVG projecten aan de bijdrage aan de doelstellingen en kaders zoals beschreven in de Ontwikkelingsstrategie 2010-2012 voor het visserijgebied en de algemene verduurzamingsopgave van de visserij. Voor het ondersteunen van innovatieve projecten en investeringen is voor de periode 2010-2013 in totaal € 2,3 miljoen beschikbaar. Deze middelen zijn afkomstig uit het Europees Visserijfonds (€ 0,8 miljoen) en het Stimuleringsfonds Voordelta (€ 1,5 miljoen).
44
De NMZH levert daarnaast een bijdrage in de maatschappelijke borging van de duurzame visserij in Zuidwest Nederland. Dit doen wij door verbindingen te leggen en samenwerking te initiëren tussen visserij, haven en visserijgerelateerde bedrijvigheid en de natuur en milieubeweging. De regionale economie in de Zuidwestelijke Delta is gebaat bij een duurzame visserij die zich toekomstbestendig ontwikkeld en gericht is op samenwerking tussen de Zeeuwse schaal en schelpdiersector (Blueport Oosterschelde) en de Noordzee platvisvisserij (Zuidwestelijke Delta en Scheveningen).
4.8.4 Convenant Op weg naar Duurzame Bedrijventerreinen De provincie Zuid-Holland, de gemeenten in Zuid-Holland verenigd in het Regionaal Economisch Overleg (REO), VNO-NCW West, MKB Zuid-Holland, Kamers van Koophandel en de NMZH werken samen om de duurzaamheid van Zuid-Hollandse bedrijventerreinen te bevorderen. Duurzaamheid heeft daarbij zowel betrekking op bedrijventerreinen zelf als op het behoud van de functie van bestaande bedrijventerreinen. Het doel is de terreinen zoveel mogelijk te behouden en de kwaliteit, functionaliteit en waarde te verbeteren. Bedrijventerreinen hebben een grote maatschappelijke en sociaal economische waarde en zijn cruciaal een aantrekkelijk investeringsklimaat. Het gaat om voldoende (milieu)ruimte voor bedrijven, optimaal ruimtegebruik, goede bereikbaarheid, kwaliteit en inpassing, energie- en waterbesparing en duurzaam bouwen. Het Zuid-Hollandse convenant is een uitwerking van het Convenant Bedrijventerreinen 2010-2020 dat Rijk, IPO en VNG eind vorig jaar ondertekenden. De NMZH levert ook in 2013 een bijdrage aan de uitvoeringsactiviteiten en blijft daarbij inzetten op een verregaande verduurzaming van de regionale bedrijfsterreinen. De uitvoeringssubsidie Herstructurering Bedrijventerreinen loopt in 2012 af. Nog niet alle eerder toegekende uitvoeringssubsidies zijn tot realisatie gekomen. Dit betekent dat subsidie bedoeld voor de herstructurering van bedrijventerreinen vaak al voor meerdere jaren vast zit. In 2012 is op aandringen van VNO-NCW West en de NMZH een inventarisatie gestart om inzichtelijke te maken waarom en met welke knelpunten deze investeringen niet tot uitvoering komen. NMZH zet voor 2013 in om deze immobiele subsidie weer mobiel te krijgen voor het doel waarvoor het bedoeld is, namelijk herstructurering van bedrijventerreinen. Wanneer projecten niet tot realisatie komen moet de eerder toegekende provinciale subsidie terugvallen naar de provincie en opnieuw ingezet worden voor projecten die wel tot realisatie kunnen komen.
4.8.5 Participatie Nieuw Reijerwaard Als alternatief voor het eerder geplande bovenregionaal bedrijventerrein in de Hoekse Waard heeft de provincie Zuid-Holland gekozen voor de ontwikkeling van Nieuw Reijerwaard bij Ridderkerk. Voor de ontwikkeling van dit bedrijventerrein laat de provincie een inpassingsplan maken. Het doel van het inpassingsplan is gericht op de realisatie van een logistiek en logistiek ondersteunende bedrijvigheid voor het al aanwezige agro-logistieke cluster in de regio Barendrecht-Ridderkerk en omvat een groter geheel met de bedrijventerreinen Veren Ambacht en The Greenery (BarendrechtOost). De NMZH heeft met een zienswijze op de voorbereiding van de MER voor het inpassingsplan aandacht gevraagd voor het uitgangspunt om een duurzaam bedrijventerrein te realiseren, de effecten voor natuur en landschap, de voorgenomen ontsluitingstructuur en de gevolgen voor de omwonende in de directe omgeving. Vanuit onze betrokkenheid bij het gebied en de gemaakte ruimtelijke keuzes op provinciaal niveau en binnen het Deltri Platform willen wij ook in 2013 een inzet blijven leveren. Wij willen de WGR Nieuw Reijerwaard en provincie Zuid-Holland waarnodig en mogelijk ondersteunen om de ambitie om Nieuw Reijerwaard tot het duurzaamste bedrijventerrein van ZuidHolland te ontwikkelen waar te maken. Ook willen wij in contact met direct omwonende,
45
ondernemers en maatschappelijke organisaties tot een grotere betrokkenheid komen bij de verdere realisatie van het bedrijventerrein. Vanuit een gebiedsgerichte benadering willen wij meekoppel kansen voor landschap, recreatie en leefbaarheid hierbij betrekken. Ervaringen elders leren dat het prima mogelijk is tot projecten te komen waarbij ook de direct omwonende betrokken kunnen worden op het gebied van de energievraag en de inpassing. Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteit Voor het comité van Toezicht Kansen voor West bespreken, afstemmen en voorbereiden van vergaderonderwerpen en terugkoppeling naar de 4 Randstad milieufederaties. Organiseren van een Green Economic Forum. Inventariseren van samenwerkingsmogelijkheden, onderwerpen en thema’s, sprekers en presentaties. Het verder doorzetten van een structurele debatplaats en kennisuitwisseling. Voor de LVG bespreken, afstemmen en voorbereiden van vergaderonderwerpen en interactie gericht op verduurzaming van de keten en het sluiten van deze economische kringloop. Binnen het innovatienetwerk ZuidWest Nederland een bijdrage leveren aan het verbinden en betrekken van relevante partijen bij de verduurzaming van de visserij Voor Nieuw Reijerwaard volgen van de ontwikkelingen, het leveren van een inhoudelijke bijdrage richting inpassing en de provinciale ambitie om tot het Duurzaamste bedrijventerrein van Zuid-Holland te komen. Uitvoering convenant ´Op weg naar Duurzame Bedrijventerreinen´.
Op te leveren producten in 2013 Vergaderingen voorbereiden, bijwonen en leveren van inhoudelijke bijdrage. Bezoeken innovatieve projecten en beoordelen aanvragen. Organiseren van een Green Economic Forum in mei 2013.
Vergaderingen voorbereiden, bijwonen en leveren van een inhoudelijke bijdrage. Bezoeken innovatieve projecten en beoordelen van aanvragen. Afstemmen met de Zeeuwse Milieufederatie en een bijdrage leveren om te komen tot een Blue Economic Forum 2013 voor Zuid-WestNederland en de Blueport Oosterschelde. Inzet leveren binnen de werkgroep Duurzaamheid van de WGR Nieuw Reijerwaard. Via een gebiedgerichte benadering komen tot goede inpassing en het benutten van meekoppel kansen voor natuur, landschap, recreatie, duurzaamheid en direct omwonenden. Bijdragen leveren aan de uitvoeringsactiviteiten.
Samenwerking binnen het project: Bij de uitvoering van het project wordt samengewerkt met de Kamers van Koophandel, VNO/NCW West, PZH, Havenbedrijf Rotterdam, gemeenten en regiobesturen en ondernemersverenigingen en ons natuur en milieunetwerk. Financiën Voor de uitvoering van Duurzame Bedrijvigheid is nodig: Personeelskosten 0,4 fte Projectkosten Co-financiering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 51.062 € 10.000 € 41.062
46
Relatie met hoofdlijnenakkoord Ruimtelijke Ordening en wonen, pag. 8 en 9, Regionale economie, pag. 18 en 19. De Inzet ven de NMZH speelt in op het benodigde samenspel tussen bedrijven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties om de beleidsinzet verwoord in de Beleidsvisie Regionale Economie en Energie 2012-2015 op de onderdelen waarbij wij inhoudelijk betrokken zijn tot realisatie te brengen .
5. Netwerkondersteuning De NMZH is de overkoepelende netwerkorganisatie voor lokale groepen en betrokken burgers op het gebied van de leefomgeving en duurzaamheid in Zuid-Holland. Enerzijds profiteert de NMZH zelf van dit netwerk doordat al deze aangesloten groepen en burgers onze oren en ogen zijn: zij attenderen ons op ontwikkelingen op lokaal niveau, zijn in sommige gevallen zeer deskundig op specifieke onderwerpen en gebiedskennis. Maar houden ons ook scherp met feedback. Anderzijds bieden wij ons netwerk ondersteuning zodat zij hun rol op lokaal niveau zo optimaal mogelijk kunnen vervullen. Lokale groepen kunnen bij ons aankloppen voor vragen of advies en wij verzorgen met enige regelmaat cursussen en trainingen bijvoorbeeld op juridisch gebied. Met onze website en onze social media hebben we een groot bereik zodat we ook individuele burgers van dienst kunnen zijn. In tegenstelling tot de terreinbeherende organisaties hebben we geen terreinen die een rol spelen in onze belangen, maar zijn wij volledig onafhankelijk in onze inzet voor een mooie en duurzame provincie. Ons werkgebied is breed: van de verduurzaming van bedrijvigheid en een transitie naar schone energie tot het behoud van biodiversiteit. Wij hebben altijd oog en oor voor de lokale belangen van onze aangesloten organisaties en fungeren ook als hun spreekbuis, maar maken wel onze eigen afwegingen van standpunten op provinciaal niveau. In het Zuid-Hollandse natuur en milieunetwerk bestaat veel expertise en betrokkenheid, maar een ondersteunende en coördinerende organisatie is van groot belang om ervoor te zorgen dat deze kwaliteiten leiden tot efficiënte en waardevolle participatie! Wanneer wij zelf grote, bovenregionale strategische thema’s op onze agenda hebben staan die ook onze lokale organisaties bezig houden (bijvoorbeeld de Nieuwe Westelijke Oeververbinding, de A4 Delft-Schiedam of bedrijventerrein Nieuw Reijerwaard) dan werken wij hierin nauw met hen samen. Stimuleren wij burgerparticipatie en betrokkenheid, maar staan we zo bovendien sterker bij het werken aan een duurzame provincie. Naast de samenwerking in coalitieverband rondom de grotere thema’s bestaat de ondersteuning van onze achterban uit onder andere de volgende onderdelen: Ondersteuning (het beantwoorden van vragen, (strategische) advisering, juridische ondersteuning etc.). Deze taak wordt deels door de regionale steunpunten uitgevoerd wanneer het om lokale onderwerpen gaat. Verbinden en zichtbaar maken: door inzichtelijk te maken waar lokale groepen mee bezig zijn, weten zij waar zij elkaar kunnen versterken, twee weten immers meer dan een. Door te werken in een netwerk kan op een efficiëntere manier meer bereikt worden. Via onze website maken wij inzichtelijk wie onze aangesloten organisaties zijn en waar zij actief zijn. Ook maken wij hun activiteiten zichtbaar in onze groene agenda. Professionalisering: door het aanbieden van cursussen en het organiseren van bijeenkomsten t.b.v. kennisuitwisseling en -verdieping kunnen lokale groepen op professionelere wijze opereren.
47
Succesvolle ondersteuning achterban in 2012 In 2012 zijn verschillende succesvolle activiteiten georganiseerd om inwoners en aangesloten organisaties te ondersteunen en bij een provinciaal onderwerp te betrekken. Zo zijn er in het kader van het opstellen van de provinciale beleidsvisie groen diverse bijeenkomsten georganiseerd die druk bezocht zijn. Deze bijeenkomsten en workshops hebben geleid tot een advies aan de provincie en uiteindelijk in een zienswijze die hierop is gebaseerd. Andere succesvolle activiteiten betroffen meerdere juridische cursusavonden. Tijdens deze avonden hield onze jurist een presentatie waarin werd toegelicht hoe burgers zelf kunnen participeren wanneer er bouwplannen in hun eigen leefomgeving plaatsvinden. Ook was er tijdens deze avonden ruimschoots gelegenheid om specifieke vragen te stellen aan deze jurist en concrete kwesties voor te leggen. Doelstellingen Participatie van achterban o De achterban informeren en betrekken bij de ontwikkelingen m.b.t. het provinciale beleid. o Door het coördineren van het natuurnetwerk zorgen voor meer gestructureerde beleidsparticipatie. Als NMZH een meerwaarde hebben voor de achterban (in de gehele breedte) o Als overkoepelende organisatie een coördinerende rol in het natuurnetwerk vervullen. Het verbinden van de achterban (netwerk) o Lokale groepen en betrokken burgers met elkaar verbinden rondom specifieke beleidsthema’s. Professionalisering van de achterban o Zorgen voor het overdragen van kennis en vaardigheden zodat het natuur en milieunetwerk op lokaal niveau daadkrachtiger en efficiënter kan opereren. Coalitievorming rondom prioritaire thema’s o Door samen te werken gestructureerde en gekanaliseerde input leveren m.b.t. grote ruimtelijke ontwikkelingen. o In samenwerkingsverband kennis en expertise ontwikkelen om betrokken burgers en organisaties in voldoende mate deskundig te laten zijn om op voldoende hoog niveau te kunnen laten participeren. Activiteiten en resultaten In 2013 zullen de volgende activiteiten worden uitgevoerd: Activiteit Beantwoorden vragen achterban (doorlopend) Adviseren achterban (doorlopend)
Doorverwijzing naar inhoudelijke betrokkenen/steunpunten Verbinden achterban/achterbannetwerk door middel van netwerkkaart op website, website algemeen, social media, nieuwsbrieven, persoonlijke contacten Betrekken achterban bij provinciaal beleid Door participatie wordt beleid beter en krijgt het meer draagvlak. Om de achterban meer te betrekken bij de besluitvorming op provinciaal niveau, volgt de NMZH de besluitvorming in de
Eventueel product FAQ op website Interactie via social media Concreet advies wanneer daar vraag naar is en de vraag binnen onze scope valt Netwerkkaart op website (doorlopend) Nieuwsbrief (ieder kwartaal) Informatie versturen en interactie via social media
Informatieverstrekking aan achterban via diverse communicatiekanalen (website, social media, etc.),
48
provincie op het gebied van de thema’s die de leefomgeving aangaan en houdt zij de achterban hiervan op de hoogte zodat de participatie toeneemt. Wanneer de NMZH middels een zienswijze op grotere beleidsonderwerpen reageert dan vindt hierover ook afstemming met onze aangesloten organisaties plaats wanneer dit relevant is. Monitoring/evaluatie wensen en tevredenheid van achterban t.a.v. NMZH (jaarlijks) Cursusavonden professionalisering achterban (juridisch, inhoudelijk, social media etc. (drie avonden gedurende 2013) Maken fact sheet / naslag document na afloop van curcusavonden Informatie/debatavonden voor achterban en andere belangstellenden (twee keer in 2013) Projecten uit samenwerking NMF’s zoals Nacht van de Nacht (wanneer dit project speelt) Jaarlijkse achterbandag. De hele achterban wordt uitgenodigd op locatie (die bij voorkeur gekoppeld wordt aan een inhoudelijk project bijv. een natuurboer). Doelen zijn netwerken, contacten aanhalen, en een leuke/gezellige dag. Werkbezoek aan achterban op locatie.(vier keer per jaar)
Rapportage (na afloop van looptijd) Cursusavonden
Drie publicaties over thema’s cursusavonden Twee debatavonden Project Nacht van de Nacht Achterbandag
Werkbezoeken (en verslaglegging hierover op de website)
Ter ondersteuning van de coalitie in het Midden-Delflandgebied worden de volgende activiteiten ondernomen: Activiteit Samenwerking met achterban in dossier NWO. In 2011 is begonnen met netwerkopbouw en coalitievorming en is een gezamenlijke website opgezet (vitaalmiddendelfland.nl). In 2012 is er tussen de betrokken organisaties en lokale groepen intensief samengewerkt om te pleiten voor een integrale benadering van het NWO vraagstuk waarin de leefbaarheids-problematiek in de regio en het belang daarvoor van het Midden-Delflandgebied erkend worden. Door de val van het Kabinet zijn er medio 2012 nog geen besluiten genomen over de NWO. In 2013 wordt de samenwerking voortgezet. Het is nog onzeker hoe de besluitvorming na de verkiezingen zal gaan verlopen. In ieder geval zal het samenwerkingsverband doorgaan met het aandringen op een integrale visie op het vraagstuk van waaruit een oplossing moet voortvloeien. Dit wordt gedaan door middel van kennisopbouw, informatievoorziening,
Resultaten Zienswijze op structuurvisie NWO, actualiseren website vitaalmiddendelfland.nl, opiniërende artikelen, persberichten, bijeenkomsten, expert meetings etc. Leveren van een inhoudelijke inbreng richting betrokken overheden en afstemming op ambtelijk niveau.
49
publiciteit genereren, netwerk vergroten en lobby. Op documenten en besluiten die ter inzage worden gelegd, worden zienswijzen ingediend. Monitoring A4 Delft-Schiedam Vanuit de achterban in het Midden-Delfland gebied bestond een grote betrokkenheid bij de besluitvorming over de A4 Delft-Schiedam. Na het onherroepelijk worden van het tracébesluit, is deze betrokkenheid niet gestopt, maar richt zij zich nu op het monitoren van alle afspraken rond de aanleg (IODS convenant, bestuursovereenkomst, Tracébesluit). De achterban heeft zich georganiseerd in de Stichting Batavier die vele inwoners uit het Midden-Delfland gebied vertegenwoordigt. NMZH ondersteunt de monitoringsactiviteiten die de achterban uitvoert en zorgt ervoor dat de geluiden uit het veld onder de aandacht worden gebracht aan de IODS overleg tafel en andersom.
Website monitoring A4 documenten en notities m.b.t. informatievoorziening, bijeenkomsten, meldpunt voor omgeving.
Activiteiten bestaan uit coördinatie en faciliteren van de samenwerking door onder andere: informatie verzamelen en verstrekken aan achterbangroeperingen, het organiseren van bijeenkomsten voor en door achterbangroeperingen, het zelf signaleren van opvallende zaken in de uitvoeringsfase van de A4 en IODS projecten en het opvangen van signalen uit het veld hierover en deze signalen op adequate wijze onder de aandacht brengen bij betrokken bestuurders en stakeholders Samenwerking Met betrekking tot de ondersteuning van de achterban wordt uiteraard vooral samengewerkt met alle aangesloten organisaties. Daarnaast fungeert de NMZH ook als verbindende schakel tussen achterbanorganisaties, andere professionele groene organisaties zoals de TBO’s en overheden zoals de provincie. In het project NWO maken naast NMZH en lokale organisaties ook Natuurmonumenten en Milieudefensie deel uit van het samenwerkingsverband. Daarnaast zijn er vanuit deze samenwerking nauwe contacten met betrokken gemeenten en andere stakeholders zoals ANWB en het Havenbedrijf. Ook in het A4 dossier worden nauwe contacten onderhouden met andere betrokken groene organisaties zoals Natuurmonumenten en Milieudefensie (en uiteraard de lokale aangesloten groepen).
50
Financiën Voor de uitwerking van de netwerkondersteuning is nodig: Personeelskosten 0,7 fte Projectkosten Co-financiering/Eigen bijdrage Aanvraag PZH
€ 86.299
€ 86.299
Relatie met het hoofdlijnenakkoord Een prettige en aantrekkelijke leefomgeving zijn belangrijke punten uit het hoofdlijnenakkoord. In Zuid-Holland bestaat er een actief netwerk van lokale groepen die zich als vrijwilliger inzetten voor de kwaliteit van de leefomgeving. De NMZH zet zich ervoor in dat deze lokale groepen hun werkzaamheden ten aanzien van de kwaliteit van de leefomgeving zo goed mogelijk uit kunnen voeren en speelt een coördinerende rol in het netwerk. Tevens zorgt de NMZH ervoor dat geluiden en input vanuit het veld gekanaliseerd en gestructureerd worden.
51
6. Subsidieaanvraag Activiteitenplan 2013 Projecten 2013
Gebiedsontwikkeling Natuurlandschappen in het Groene Hart Groene Haaglanden II Groene Netwerken versterken Winst uit Milieu Duurzame en gezonde leefomgeving aan de kust Energie Transitie Haven en Industrie Energie Transitie in de Regio Duurzame Bedrijvigheid Netwerkondersteuning
Totale Co-financiering Subsidie PZH in euro’s Projectkosten in eigen bijdrage in euro’s euro’s € 86.299 € 86.299 € 43.640 € 15.000 € 28.640 € 45.100 € 66.700
€ 15.000 € 20.000
€ 34.500 € 34.000
€ 30.100 € 46.700 € 34.500 € 34.000
€ 63.700
€
5.000
€ 58.700
€ 63.700
€ 10.000
€ 53.700
€ 51.062 € 86.299
€ 10.000
€ 41.062 € 86.299
Totalen
€ 575.000
€ 75.000
€ 500.000
Totale Project uitgaven Totale co-financiering en eigen bijdrage Subsidieaanvraag PZH
€ 575.000 € 75.000 € 500.000
52