Strategisch Beleidsplan 2008 – 2013 Zuyderzee College
1 Inhoud 1. 2. 3. 4. 5.
6.
Inleiding
02
Verantwoording
02
Doelstelling
02
Missie
03
Evaluatie SBP 2003-‐‑2008 5.1 Hoofdlijnen van beleid 5.1.1 De positionering van de school 5.1.2 Onderwijsbeleid 5.1.3 Personeel 5.2 Organisatie 5.3 Kwaliteitsbeleid
03 03 03 06 07 08 09
Strategisch beleid 2008-‐‑2013 6.1 Vooraf 6.2 Positionering van de school 6.3 Onderwijsbeleid 6.4 Personeel 6.5 Organisatie 6.6 Kwaliteitsbeleid
09 09 10 11 14 15 15
7. Tenslotte
15
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
2
Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
‘We moeten studenten voorbereiden op hún toekomst en niet op óns verleden.’
(Mission Statement East Valley Institute of Technology, Mesa Az)
1.
Inleiding
Vijf jaar geleden, in 2003, verscheen het vorige strategisch beleidsplan van het Zuyderzee College. Vervolgens is er in de school veel gebeurd. Het is dan ook tijd voor een terugblik op de afgelopen vijf jaar en voor (nieuwe) beleidsvoornemens voor de periode van nu tot 2013. Onveranderd blijft daarbij mijn persoonlijke missie. Ik wil leiding geven aan een “gelukkige” school: een school waar leerlingen, ouders en medewerkers zich gerespecteerd, gewaardeerd en veilig voelen. Een school waar iedere betrokkene graag vertoeft. Daarnaast blijft mijn streven de school, samen met alle medewerkers, te ontwikkelen tot de beste school van Nederland, waarbij er uiteraard rekening dient te worden gehouden met onze eigen visie op kwaliteit in relatie tot de eigenheid van leerlingen uit onze regio.
2.
Verantwoording Dit strategisch beleidsplan begint met het formuleren van de doelstelling en de missie van het Zuyderzee College: ze zijn onveranderd uit het vorige strategisch beleidsplan overgenomen (paragraaf 3 en 4). Daarna volgt een evaluatie van het Strategisch Beleidsplan 2003-‐‑2008 (paragraaf 5). In paragraaf 6 worden de strategische beleidsvoornemens, gericht op het verwezenlijken van de doelstelling en de missie, voor de periode 2008 tot 2013 geformuleerd. Deze strategische beleidsvoornemen dienen, evenals in de vorige periode, weer vertaald te worden naar tactisch (sectorbeleidsplannen) en operationeel (teamplannen) beleid.
3.
Doelstelling De doelstelling van de Samenwerkingsstichting Scholengroep Voortgezet Onderwijs Noordoostpolder en Lemsterland, die het bevoegd gezag van het Zuyderzee College vormt, staat in de statuten: Het doel van de stichting is het als samenwerkingsstichting bedoeld in artikel 53c van de Wet op het voorgezet onderwijs in stand houden van verschillende onderwijsinstellingen in de Noordoostpolder en omliggende gemeenten en het (doen) geven van openbaar voortgezet onderwijs, voortgezet onderwijs met een katholieke grondslag en eventueel voortgezet onderwijs van andere richtingen in één of meer scholen voor openbaar onderwijs onderscheidenlijk één of meer scholen voor katholiek en eventueel overig bijzonder onderwijs, zomede al hetgeen daarmee verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn, alles in de ruimste zin van het woord. Het Zuyderzee College geeft in het bijzonder openbaar voortgezet onderwijs. In dit beleidsplan wordt nader invulling gegeven aan de term openbaar.
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
3 Het betekent vooral dat de school wil zijn: Een school waar alle leerlingen, ouders/verzorgers en medewerkers zich thuis kunnen voelen, ongeacht hun levensbeschouwelijke, godsdienstige overtuiging en hun culturele achtergrond, omdat zij zich daarin gerespecteerd weten, en een onderwijsinstituut voor diegenen die hun kinderen juist in de ontmoeting met die anderen willen laten opgroeien.
4.
Missie
De missie geeft aan vanuit welke motieven, met welke waarden, de doelstelling van de school bereikt dient te worden. Al het verder te ontwikkelen beleid zal telkens aan deze missie getoetst moeten worden. Het Zuyderzee College heeft zijn missie, zonder dat expliciet zo te benoemen, eerder vastgelegd in de 10 kenmerken van het Zuyderzee College.
De 10 kenmerken van het Zuyderzee College Ø ZC is een ontmoetingsschool Ø ZC is een brede scholengemeenschap met veel opleidingen Ø ZC leerlingen leren actief en zelfstandig Ø ZC is een gedegen school met moderne leermiddelen Ø ZC biedt kwaliteit en heeft hoge eindexamenresultaten Ø ZC leerlingen halen een passend diploma, zijn succesvol in de vervolgopleiding Ø ZC personeel is betrokken, deskundig, vernieuwend Ø ZC leerlingen worden gekend en voelen zich thuis Ø ZC ontwikkelt de talenten van de leerlingen Ø ZC ouders weten zich welkom.
5.
5.1
Evaluatie SBP 2003-‐‑2008 Hoofdlijnen van beleid In het vorige SBP was een aantal hoofdlijnen van beleid opgenomen. Hierna wordt teruggeblikt op de ontwikkelingen.
5.1.1 De positionering van de school Vanuit de gedachte dat je niet alleen de dingen die je doet goed moet doen, maar dat je ook de goede dingen moet doen, waren er in het vorige SBP een aantal zaken genoemd die betrekking hadden op de positionering van de school. a. Kleinschaligheid In het vorige SBP werd beoogd de school te positioneren als een groot geheel, met de daarbij behorende (financiële) voordelen, met daarbinnen kleinschalige, herkenbare onderwijseenheden. Daartoe hebben de locaties eigen, herkenbare namen gekregen: het Zuyderzee Junior College, het Zuyderzee Senior College HAVO/VWO, het Zuyderzee _____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
4 Senior College VMBO en het Zuyderzee College Lemmer.Het lijkt erop dat het Zuyderzee College daarmee bereikt dat de school als kleinschaliger en intiemer wordt ervaren/gezien dan het Emelwerda College dat in een gebouw gehuisvest is. b. Onderwijsaanbod In deze paragraaf werd de vraag gesteld of het zinvol zou zijn om het onderwijsaanbod aan te vullen uit te breiden. Daartoe werd een aantal mogelijkheden genoemd. De volgende ontwikkelingen hebben zich vervolgens voorgedaan: - Er is met de andere scholen in de regio een regionaal arrangement gesloten waarin afgesproken is dat het Zuyderzee College, gezien de beperkte aantallen leerlingen met dit advies in onze regio, geen lwoo gaat aanbieden.Het Zuyderzee College krijgt wel de mogelijkheid het onderwijsaanbod uit te breiden met een vmbo-‐‑ afdeling Handel/Administratie (zie verderop in dit beleidsplan bij de beleidsvoornemens). - Het Zuyderzee College is een ICT-‐‑leerroute gestart. Deze leerroute heeft zich ontpopt tot de inspirator van de onderwijsvernieuwingen die inmiddels veel breder zijn ingevoerd en is de motor geweest van de ontwikkelingen op ICT-‐‑gebied in onze school. - Het Zuyderzee College heeft er weliswaar (nog) niet voor gekozen voor tweetalig onderwijs, maar biedt wel via het Anglia-‐‑project aan alle leerlingen van het vmbo en het havo/vwo de mogelijkheid internationaal erkende certificaten Engels te behalen. - Internationalisering in brede zin heeft zich voornamelijk in de bovenbouw havo/vwo fors ontwikkeld. Er zijn (nieuwe) contacten met scholen in het buitenland ontstaan, Spaans/Japans/Chinees zijn aangeboden in de ZC-‐‑uren en de deelname aan het Europees Jeugdparlement bloeit. Daarnaast zijn er via ICT-‐‑ontwikkelingen allerlei internationale contacten gegroeid. - Het vak Fries wordt in de ZC-‐‑uren in Lemmer aangeboden. - Het Zuyderzee College heeft de kwalificatie Universumschool verkregen. c. Lesuitval In de RST-‐‑rapportage van de inspectie van 2003 werd gemeld dat het aantal effectief gegeven lessen een zwak punt van het Zuyderzee College was. O.a. op basis daarvan werd het voornemen geformuleerd de lesuitval terug te dringen. Op dit moment is de lesuitval gereduceerd tot (vrijwel) nul. ( Bij het schrijven van het vorige SBP had niemand kunnen bedenken hoe actueel dit onderwerp enkele jaren later zou worden!) d. Bestuurlijke schaalvergroting In het vorige SBP werden voordelen genoemd van (verticale) bestuurlijke schaalvergroting. Inmiddels is er bestuurlijke schaalvergroting gerealiseerd: geen verticale, maar horizontale. De besturenfusie met de Bonifatius mavo is een eerste stap. Verdere schaalvergroting lijkt op basis van de nog verder toegenomen risico’s van _____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
5 scholen voor voortgezet onderwijs (op termijn) onvermijdelijk: besprekingen daarover zijn dan ook nog gaande. e. Voorzieningen Aan de voorzieningen van het Zuyderzee College is, mede in het belang van een professionele uitstraling en ons imago, maar zeker ook om een aangenaam en passend werk-‐‑ en leerklimaat te bewerkstelligen veel gedaan: - De staat van onderhoud van de gebouwen is geoptimaliseerd. Er is een Meerjarenonderhoudsplan (MOP) gemaakt om dat zo te houden. - Door het gebruik van kleuren, materialen en voorzieningen is de uitstraling van de gebouwen sterk verbeterd. - Alle inventaris is vernieuwd en kan op basis van goede financiële voorzieningen volgens de termijnen van afschrijving worden vervangen. - Er is een nieuwe huisstijl ontwikkeld en de PR-‐‑uitingen zijn geprofessionaliseerd. - De medewerkers van enkele ondersteunende diensten hebben scholing gevolgd in klantvriendelijkheid. Door het dragen van bedrijfskleding met de huisstijl zijn medewerkers van ondersteunende diensten die met bezoekers in aanraking komen herkenbaar in de gebouwen aanwezig. - De ICT-‐‑ voorzieningen zijn kwalitatief sterk verbeterd en zijn kwantitatief en qua gebruiksmogelijkheden ruimschoots uitgebreid. Er zijn weinig tot geen scholen in Nederland met vergelijkbare voorzieningen. Het Zuyderzee College is dan ook een Apple Lighthouse-‐‑ school geworden. f. School voor talenten Het Zuyderzee College beoogde een aantrekkelijke school voor talenten te worden. Daartoe zou er een maatwerkcoordinator moeten worden aangesteld. Er zijn inmiddels maatwerkcoordinatoren aangesteld die de coördinatie verzorgen van aangepaste schoolprogramma’s voor leerlingen met een talent, maar ook voor leerlingen die chronisch ziek, gehandicapt of hoogbegaafd zijn. De school is ook gecertificeerd als Olympisch Steunpuntschool en kan daardoor sporttalenten faciliteren. g. School met gastdocenten Onze school stelde zich ten doel de buitenwereld meer bij de school te betrekken door gastdocenten bij het onderwijsproces te betrekken. Dit gebeurt inmiddels in beperkte mate in het reguliere onderwijsprogramma en in hoge mate in de ZC-‐‑uren. h. School met normen en waarden Het Zuyderzee College wenste zich te profileren als school waar aan ethiek en normen en waarden veel aandacht wordt besteed. Inmiddels zijn er afspraken gemaakt over gedrag van zowel medewerkers als leerlingen. Deze afspraken zijn op posters overal in de gebouwen aanwezig. Ze zijn een leidraad voor gesprekken en vergaderingen/bijeenkomsten in de school. _____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
6 i. School met huiswerkbegeleiding De school beoogde een school te worden die (eventueel betaald) huiswerkbegeleiding aanbiedt. Inmiddels bieden we gratis huiswerkbegeleiding aan. j. Huiswerkvrije school Het idee in het vorig SBP was dat huiswerkvrije scholen aantrekkelijk zijn. Aan dat idee is weinig aandacht besteed. Wel hebben de onderwijskundige ontwikkelingen in het vmbo ervoor gezorgd dat leerlingen nauwelijks of geen huiswerk meer hebben. We kunnen concluderen dat de beleidsvoornemens die aan het eind van hoofdstuk 4.1 van het SBP 2003-‐‑2008 staan geformuleerd aan het eind van deze periode, in enigerlei vorm, zijn gerealiseerd. 5.1.2 Onderwijsbeleid In het SBP 2003-‐‑2008 stond geformuleerd dat onderwijsbeleid breed opgevat diende te worden. Daarbij ging het om het beleid t.a.v. onderwijs en vorming van hoofd, hart en hand i.c. de inhoud van het onderwijs, om het pedagogisch en didactisch klimaat en om de leerlingenzorg. Daaropvolgend werd aan elk van deze onderdelen op hoofdlijnen richting gegeven. De gedachte daarbij was dat kernteams de richting verder invulden, in hun eigen tempo en passend bij de onderwijsafdeling waarvoor zij verantwoordelijk waren. a. Onderwijs en vorming en b. Pedagogisch en didactisch klimaat Voor onderwijs en vorming werden de volgende beleidslijnen geformuleerd: 1. onderwijs op maat geven 2. effectief en efficiënt onderwijs geven 3. leerlingen leiden en begeleiden naar meer zelfstandigheid 4. leerlingen een brede vorming bieden. Daarnaast werd er richting gegeven aan het gebruik van ICT als didactisch hulpmiddel en werd op hoofdlijnen een positief pedagogisch klimaat beschreven. Na vijf jaar heeft het bovenstaande geresulteerd in een onderwijsconcept dat gebaseerd is op vier pijlers: 1. maatwerk 2. betekenisvol leren 3. een positief pedagogisch klimaat 4. een digitale leeromgeving (DLO) Deze vier pijlers geven op dit moment richting aan de onderwijsontwikkeling van alle onderwijsafdelingen van de school, waarbij er verschillen in tempo zijn en waarbij de tactische en operationele invulling van het concept verschilt i.c. er treden verschillen op tussen havo/vwo en vmbo en tussen onder-‐‑ en bovenbouw per sector.
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
7 In paragraaf 6 van dit beleidsplan wordt er voor de komende vijf jaar verder richting gegeven aan de vier pijlers. c. Leerlingenzorg In het SBP 2003-‐‑ 2008 waren hiervoor de volgende beleidsontwikkelingen beschreven: - het ontwikkelen van een systeem van geïntegreerde leerlingenzorg - het zorgvuldig omgaan met in-‐‑ en uitstromende leerlingen - het benoemen van een zorgcoördinator en het instellen van een zorgteam. Er functioneren inmiddels een zorgcoördinator en een zorgteam. De zorgcoördinator heeft inmiddels verder richting gegeven aan geïntegreerde leerlingbegeleiding. Opgemerkt dient te worden dat het aantal zorgleerlingen toeneemt, zowel in het vmbo als in het havo/vwo: leerlingenzorg zal de komende jaren steeds belangrijker worden. In paragraaf 6 wordt daar verder inhoud aan gegeven. Ook is er een povo-‐‑coordinator aangesteld die o.a. als opdracht heeft de overgang van leerlingen van primair naar voortgezet onderwijs op inhoudelijk en pedagogisch/didactisch gebied beter te laten verlopen. We kunnen concluderen dat de beleidsvoornemens op het gebied van onderwijs en vorming, pedagogisch en didactisch klimaat en leerlingenzorg zijn geëffectueerd. 5.1.3 Personeel In het SBP 2003-‐‑2008 werd richting gegeven aan de ontwikkeling van integraal personeelsbeleid. Op basis van hetgeen daar is beschreven, hebben zich de volgende ontwikkelingen voorgedaan. - Er is een Functieboek Functiewaardering Fuwa-‐‑VO samengesteld, waarin alle functies in het Zuyderzee College zijn beschreven en gewaardeerd. - Er is beleid geformuleerd voor het selecteren, inwerken en begeleiden van nieuwe medewerkers. - Ook voor stagiaires is er beleid voor het inwerken en begeleiden ontwikkeld. - Er is een leidraad gemaakt voor functioneringsgesprekken. In deze leidraad zijn alle relevante beleidsontwikkelingen onderwerp van gesprek. Ook het professioneel statuut krijgt hierin aandacht. - Voor loopbaanbeleid en mobiliteit is er een POP-‐‑traject ontwikkeld. - Het taakbeleid is geactualiseerd en passend gemaakt voor de onderwijskundige ontwikkelingen in de school. - Er is ziektepreventie-‐‑ en –verzuimbeleid ontwikkeld. Het ziekteverzuim is van ruim 10% (2003) gedaald naar ruim 4%. - Er zijn risico-‐‑inventarisaties op het gebied van veiligheid gemaakt op basis waarvan er een veiligheidsplan is ontwikkeld (ARBO). Er is een groot aantal medewerkers geschoold als bedrijfshulpverlener (BHV). - In samenwerking met de Dienst Financiën is het formatiebeleid opgezet, zodanig dat elke wijziging zowel formatief als financieel wordt doorberekend.
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
8 Er is een nieuwe opzet gemaakt voor het formatieplan met een uitgebreide toelichting op alle onderdelen en waarin het onderscheid in personeelscategorieen (OP, OOP en Directie) is teruggebracht, zodat jaarlijks duidelijk wordt wat er in relatie tot de inkomsten aan het primaire proces en aan overhead wordt uitgegeven. - Jaarlijks wordt er een scholingsplan gemaakt. - In het kader van de Wet BIO is er beleid ontwikkeld, dat ervoor gaat zorgen dat er voor elke medewerker een bekwaamheidsdossier ontstaat. Op basis van het bovenstaande is er een Handboek A&O (Arbeid en Organisatie) gemaakt dat in concept gereed is. We kunnen concluderen dat de beleidsvoornemens uit het SBP 2003-‐‑2008 voor het onderdeel personeel gerealiseerd zijn -
5.2
Organisatie De in het SBP 2003-‐‑2008 voorgestelde wijzigingen in het organisatiemodel beoogden optimale voorwaarden te scheppen voor de ontwikkelingen in het primaire proces. De wijzigingen waren: a. Het onderwijsproces vorm te geven in twee relatief autonome sectoren (VMBO en HAVO/VWO). b. De verantwoordelijkheid voor de ontwikkelingen in het onderwijs onder te brengen bij zelfsturende/zelfverantwoordelijke teams. c. Ter ondersteuning van het onderwijs een sector Diensten te creëren. d. Het model van leiding aan te passen Over de ontwikkelingen daarvan is het volgende op te merken: Ad.a De keuze voor twee onderwijssectoren is een juiste gebleken. De beide sectoren kennen een eigen ontwikkeling waarbij er meer dan in het verleden aandacht is voor verticale aansluiting i.c. aansluiting tussen onder-‐‑ en bovenbouw per sector. Uit de scores op de Kwaliteitskaart blijkt dat het rendement is gestegen. Ad.b De gedachte om de verantwoordelijkheid voor het operationele onderwijsproces op basis van strategische en tactische keuzes bij kernteams neer te leggen is na vijf jaar geslaagd te noemen. Het grootste deel van de teams heeft gezamenlijk keuzes weten te maken die passen bij hun opvattingen over het onderwijs in hun afdeling. Bij enkele teams kost deze ontwikkeling wat meer moeite: de autonomie van de individuele docent/de vaksectie is daar wat lastiger in te ruilen voor teamontwikkelingen. Het met elkaar eens worden over een te varen teamkoers is daar wat lastiger te realiseren Ad.c Vijf jaar na de vorming van de sector Diensten zijn er flinke –kwalitatieve-‐‑ stappen gezet. De diensten Financiën, Personeel, Automatisering en Secretariaat/Leerlingadministratie leveren, mede dankzij uitstekend functionerende hoofden van dienst, kwalitatief prima werk. De Facilitaire dienst bleef daarbij achter en behoeft de nodige aandacht. De keuze voor een (project)dienst onderwijs als ondersteuning voor de onderwijsvernieuwingen heeft uitstekend gewerkt: uit de grote vraag die er voor ondersteuning op dit gebied is, blijkt de behoefte daaraan.
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
9 Ad.d De sectordirecteuren VMBO en HAVO/VWO zijn, conform de doelstelling, steeds meer gaan functioneren als eindverantwoordelijk voor een relatief autonome VMBO-‐‑ en HAVO/VWO-‐‑ school, binnen het grotere geheel van het Zuyderzee College. De algemeen directeur is steeds meer als bestuurder gaan fungeren en is inmiddels ook formeel directeur/bestuurder geworden. De sector Diensten kent inmiddels al geen sectordirecteur meer: de hoofden van dienst leggen rechtstreeks verantwoording af aan de directeur/bestuurder en bewaken gezamenlijk de samenhang/afstemming tussen de diensten. De directieformatie kan dan ook met 1 fte worden teruggebracht. 5.3
Kwaliteitsbeleid In het SBP 2003-‐‑2008 staat beschreven waarom er sprake dient te zijn van kwaliteitsbeleid en wat kwaliteitsbeleid inhoudt. Kern daarvan is het systematisch verzamelen van gegevens, het evalueren daarvan en het beschrijven van meetbare verbeteracties. Sinds vier jaar wordt er bij leerlingen, ouders, basisscholen en medewerkers een tevredenheidsonderzoek afgenomen op basis van het INK-‐‑model. In de rapportage van het Periodiek Kwaliteitsonderzoek (PKO) van april 2006 zegt de inspectie daarover: “ De meeste indicatoren van het aspect kwaliteitszorg worden als voldoende beoordeeld. Een sterk punt hierin is de uitgebreide enquêtering van alle betrokkenen.” De inspectie constateert echter ook dat de kwaliteit van het onderwijs nog onvoldoende systematisch wordt gewaarborgd. Mede op basis hiervan is er een Plan van Aanpak Kwaliteitsbeleid vastgesteld. Implementatie daarvan dient vanaf volgend schooljaar plaats te hebben (zie paragraaf 6).
Geconcludeerd kan worden dat het beleidsvoornemen uit het SBP 2003-‐‑2008 voor kwaliteitszorg is gerealiseerd.
6
6.1
Strategisch beleid 2008-‐‑2013 Vooraf Aantoonbaar en meetbaar hebben de ontwikkelingen in de afgelopen jaren resultaat gehad: - De kwaliteit/het rendement van de school stijgt: zie de scores van de Kwaliteitskaart/in Trouw. - Het aantal aanmeldingen, zowel voor het eerste leerjaar als de tussentijdse instroom, is gestegen. - Het Tevredenheidsonderzoek toont aan dat de tevredenheid van alle doelgroepen stijgt. Op basis hiervan wordt ervoor gekozen de komende vijf jaar geen nieuw beleid in te zetten, maar de reeds gestarte ontwikkelingen verder te implementeren en te werken aan kwaliteitsverbetering. Dat heeft tot gevolg dat er meer rust in de school komt, ook voor diegenen die de
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
10 afgelopen jaren vaak met tomeloze inzet hebben gewerkt aan de vernieuwingen. Voor die inzet is hier een groot compliment zeker op zijn plaats. Voor de positionering van het vmbo dient de komende tijd veel aandacht te zijn: zie hierna bij 6.2. Tenslotte wordt nog opgemerkt dat het SBP 2003-‐‑2008 onlosmakelijk deel blijft uitmaken van het strategisch beleid voor de periode 2008-‐‑2013. 6.2
Positionering van de school Hierna wordt bezien hoe het Zuyderzee College zich in een veranderende maatschappelijke en regionale context dient te positioneren. Dit vanuit de gedachte dat je niet alleen moet nagaan of je de dingen die je doet goed doet, maar ook of je de goede dingen doet.
a. Bestuurlijke schaalvergroting In de periode 2003-‐‑2008 is er gewerkt aan bestuurlijke schaalvergroting. De beoogde bestuurlijke fusie tussen het Berechja College, de Bonifatius mavo, het Emelwerda College en het Zuyderzee College is (vooralsnog) niet doorgegaan. Wel is er een besturenfusie met de Bonifatius mavo tot stand gekomen. Verdere bestuurlijke schaalvergroting dient ook in de periode 2008-‐‑2013 aandacht te krijgen. b. De positie van het vmbo In de door alle besturen van vo-‐‑scholen in de Noordoostpolder en Urk onderschreven Regiovisie (het Regionaal Arrangement, februari 2006) is voor de toekomst van het vmbo aangegeven dat de vormgeving daarvan door het Emelwerda College en het Zuyderzee College ( na een besturenfusie) in samenwerking met het ROC gaat geschieden. Als de voorgenomen bredere besturenfusie of een andere vorm van samenwerking niet doorgaat en we besluiten het vmbo in onze school te laten voortbestaan dan dient er voor ons vmbo in de Noordoostpolder een eigen, onderscheidende koers te worden uitgezet. Het Regionaal Arrangement geeft het Zuyderzee College de mogelijkheid een afdeling Handel/Administratie te starten en in het Arrangement is opgenomen dat het Zuyderzee College geen lwoo-‐‑afdeling start (Het Emelwerda College en het Groenhorst College hebben die wel). Om een concurrerend en onderscheidend vmbo te krijgen zouden we ons als volgt kunnen gaan profileren: Het Zuyderzee College ontwikkelt een VMBO+-‐‑College: een vmbo-‐‑school voor de betere vmbo-‐‑leerling. Daarin worden de volgende afdelingen aangeboden: - Zorg en Welzijn (breed) - Handel/Administratie (breed) - Techniek (breed) * - GTL) * * De afdeling techniek zou zich moeten profileren met digitale technieken: besturingstechnieken/operational-‐‑technics, hetgeen past bij het imago van het _____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
11 Zuyderzee College als digitale school en onderscheidend is t.o.v. het Emelwerda College dat de traditionele technieken aanbiedt. * De GTL-‐‑ afdeling dient zich samen met de Bonifatius mavo te ontwikkelen en te profileren: zie daartoe de fusierapportage. Ook in Lemmer kan, op basis van afspraken die daarover met de Friese scholen voor vo zijn gemaakt, een afdeling Handel/Administratie worden gestart. De positie van de ICT-‐‑leerroute verdient nog speciale aandacht: laten we deze als aparte keuzemogelijkheid bestaan of integreren we de verworvenheden ervan in de hiervoor genoemde afdelingen. c. Internationalisering in het Havo/Vwo In het SBP 2003-‐‑2008 staat als mogelijkheid voor de sector havo/vwo het starten van een afdeling voor tweetalig onderwijs. Vooralsnog is daar niet voor gekozen. De komende periode blijft de dialoog daarover relevant. d. Een aantrekkelijke school voor docenten De komende jaren dreigt er een groot tekort aan docenten. Op landelijk niveau wordt er bezien hoe het onderwijs voor potentiele docenten weer aantrekkelijk kan worden gemaakt: zie daarvoor het Actieplan Leerkracht van Nederland van de Minister van Onderwijs. Het Zuyderzee College zal in deze krapper wordende arbeidsmarkt ook zelf moeten bezien hoe het nieuwe docenten zal kunnen werven en zittend personeel kan behouden. Beleidsvoornemens: 1. Bestuurlijke schaalvergroting blijft een belangrijk aandachtspunt. 2. Er wordt beleid geformuleerd voor de positionering van ons vmbo in de Noordoostpolder. 3. De optie om in de sector havo/vwo een afdeling voor tweetalig onderwijs te starten blijft aandacht krijgen 4. Er wordt bezien hoe het Zuyderzee College nieuwe docenten kan werven en zittende kan behouden. 6.3
Onderwijsbeleid Onder onderwijsbeleid verstaan we het beleid m.b.t. de inhoud van het onderwijs, het pedagogisch-‐‑didactisch klimaat en de leerlingenzorg. Voor de periode 2008-‐‑2013 wordt het onderwijsbeleid verder vorm gegeven vanuit het volgende: - De inhoud van het onderwijs in beide sectoren bevat drie elementen: vaardigheden, attitude en kennis (vak: ook wel competentiegericht onderwijs genoemd). Voor het vmbo ligt daarbij het accent op vaardigheden, voor het havo/vwo op kennis. De inhoud van het onderwijs wordt vastgesteld door de kernteams/vaksecties, waarbij de wettelijke (examen)eisen in acht worden genomen en er nadrukkelijk aandacht is voor de aansluiting tussen onder-‐‑ en bovenbouw en voor overstapmogelijkheden
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
12
-
tussen sectoren. Speciale aandacht dient er te zijn voor de overstapmogelijkheid van tl/mavo naar havo ( zie ook par. 6.2.b en de rapportage van de besturenfusie). Het pedagogisch-‐‑didactisch concept berust in beide sectoren op vier pijlers:
a. Maatwerk Deze pijler gaat uit van het gegeven dat leerlingen verschillen en dat elke leerling recht heeft op passend onderwijs en passende zorg. De afgelopen jaren zijn daarin de volgende keuzes gemaakt: -‐‑Elke leerling krijgt vanaf het begin onderwijs op het door de basisschool aangegeven niveau aangeboden. Op-‐‑ en afstoom van leerlingen wordt vroegtijdig gerealiseerd, zodat een leerling zo effectief en efficiënt mogelijk zijn opleiding volgt. -‐‑Onderwijstijd voor leerlingen bestaat uit een basisgedeelte en een keuzedeel: ons maatwerkrooster. De beide sectoren ontwikkelen daarbij hun eigen model passend bij hun leerlingen en hun onderwijsopdracht.(In het vmbo is er ook binnen het basisdeel structureel sprake van maatwerk). De verantwoordelijkheid voor de operationele invulling van het onderdeel maatwerk ligt bij de kernteams, waarbij er rekening dient te worden gehouden met de aansluiting tussen onder-‐‑ en bovenbouw en overstapmogelijkheden tussen de sectoren. b. Betekenisvol leren Betekenisvol leren gaat uit van het principe dat leerlingen ervaren dat hetgeen ze in de theorie bij hun schoolvakken leren een relatie heeft met andere vakken en met de maatschappelijke werkelijkheid. In de afgelopen jaren heeft deze pijler vorm gekregen door projecten en profielmiddagen. Ook voor de invulling van dit onderdeel ligt de verantwoordelijkheid bij de kernteams. c. Een positief pedagogisch klimaat Bij schoolkeuze blijkt een positief pedagogisch klimaat steeds meer een belangrijke factor te zijn. Ook is aangetoond dat mensen( dus ook leerlingen) vanuit een positieve stimulans beter presteren. In de afgelopen periode zijn er afspraken gemaakt over de omgang tussen docenten en leerlingen en tussen leerlingen onderling. Deze afspraken zijn gevisualiseerd op posters in de school. De komende periode dient er veel aandacht te zijn voor een positief pedagogisch klimaat. d. Een digitale leeromgeving In het vorige SBP stond aangegeven dat het Zuyderzee College zich wenste te ontwikkelen tot een digitale school. Inmiddels werkt een groot deel van de school m.n. in het vmbo al met een digitale leeromgeving (DLO). Ook is er besloten de komende jaren alle nieuwe leerlingen in beide sectoren met een DLO te laten werken, zodat er in het cursusjaar 2013-‐‑2014 door alle leerlingen in alle leerjaren _____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
13
met een DLO gewerkt wordt. In de komende jaren dient er veel aandacht te zijn voor het arrangeren van digitaal lesmateriaal. Zo lang nog niet al het digitale lesmateriaal door de Onderwijsvernieuwingscoöperatie is ontwikkeld, blijft er de mogelijkheid boeken te gebruiken, is het mogelijk zelf digitaal lesmateriaal te ontwikkelen of -‐‑in uitzonderingssituaties-‐‑ tijdelijk een digitale methode via een licentie aan te schaffen. Er is voor gekozen docenten zelf hun lesmateriaal te laten arrangeren, omdat ze daardoor zelf bij de onderwijskeuzes van onze school en hun vak passende leerarrangementen kunnen samenstellen. Dit past ook in de door de Minister, vakbonden en werkgeversorganisatie aangehangen visie op professionalisering van de docent en het weer verantwoordelijk maken van de docent voor zijn vak (zie Actieplan LeerKracht van Nederland ). N.B. Arrangeren is niet hetzelfde als ontwikkelen. Bij ontwikkelen schrijf je zelf; bij arrangeren krijg je blokjes lesmateriaal aangereikt die je zelf arrangeert i.c. waarmee je je eigen methode samenstelt. -
Zoals in paragraaf 5.1.2.c is beschreven, heeft de leerlingenzorg de afgelopen jaren een nieuwe opzet gekregen. De komende jaren zal deze opzet verder moeten worden geïmplementeerd en zal de kwaliteit verder moeten verbeteren. Steeds meer blijkt de noodzaak dat elke docent/onderwijsassistent ook leerlingbegeleider is en dientengevolge ook over de daarbij behorende competenties moet beschikken. Speciale aandacht dient er te zijn voor de structuur en de deskundigheid op het gebied van leerlingenzorg in het havo/vwo: het aantal zorgleerlingen is daar toegenomen en zal naar verwachting de komende jaren blijven toenemen. Ook in het Regionaal Samenwerkingsverband, inmiddels de Stichting Aandacht +, waaroor wij bestuurlijk medeverantwoordelijk zijn, zal er meer aandacht aan zorgleerlingen in het havo/vwo moeten worden geschonken.
Tenslotte wordt hier nogmaals opgemerkt dat de ontwikkelingen op het gebied van onderwijsbeleid tussen de beide sectoren mogen verschillen, met dien verstande dat ze in beide sectoren gebaseerd zijn op de strategische uitgangpunten en dat er rekening gehouden wordt met overstapmogelijkheden van leerlingen en met organisatorische mogelijkheden in de school. De school kent op dit moment geen leerplan. De komende periode dient dat te worden ontwikkeld. In dit leerplan zullen de onderwijsinhoud, de onderwijsdoelen en de wijze waarop het onderwijs wordt gegeven ( de vier pijlers) worden opgenomen. Het leerplan dient dynamisch te zijn c.q. periodiek te worden aangepast en kan dienen als document voor het kwaliteitsbeleid (zie paragraaf 6.6). Voor het samenstellen van het leerplan wordt een format gemaakt. Beleidsvoornemens: _____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
14 -‐‑ Er worden (onderwijskundige)sectorbeleidsplannen en teamplannen gemaakt c.q.verder uitgewerkt gebaseerd op de hiervoor genoemde strategische uitgangspunten. -‐‑ Aan hand van een format wordt er een leerplan samengesteld. 6.4 Personeel Zoals bij paragraaf 6.2.d reeds is vermeld zal het Zuyderzee College beleid moeten ontwikkelen om in de komende periode van schaarste op de arbeidsmarkt docenten te werven c.q. te behouden. Verder zal er aandacht zijn voor verdere implementatie van het in de vorige periode ontwikkelde integrale personeelsbeleid: zie paragraaf 5.1.3. Veel aandacht zal de professionalisering van de docent moeten krijgen. In het reeds eerder genoemde Actieplan LeerKracht van Nederland van het Ministerie van Onderwijs wordt daaraan veel waarde gehecht. Een belangrijke leidraad daarbij zullen de voor iedere docent samen te stellen bekwaamheidsdossiers in het kader van de wet BIO zijn. Op basis van het Actieplan wordt er een convenant voorbereid tussen de Minister, de Vakbonden en de VO-‐‑raad waarin ook andere onderdelen op het gebied van personeel en organisatie worden uitgewerkt. Het Zuyderzee College zal hiervoor beleid moeten ontwikkelen en implementeren. Uit onderzoek blijkt dat de rol van de (school)leiding cruciaal is bij de ontwikkeling en kwaliteitsverbetering van (school)organisaties. Uit onderzoek blijkt eveneens dat voor een schoolleiding op en competente en gevarieerde wijze inzetten van de democratische, de gezaghebbende en de coachende leiderschapsstijl (terminologie van Hay) effectief is. De schoolleiding van het Zuyderzee College zal de competenties die nodig zijn om deze stijlen te kunnen hanteren (verder) moeten ontwikkelen. Beleidsvoornemens: - Het verder implementeren en verbeteren van de in de vorige periode ontwikkelde onderdelen van integraal personeelsbeleid. - Het in het kader van de wet BIO samenstellen en ontwikkelen van bekwaamheidsdossiers voor alle docenten. - Het ontwikkelen en implementeren van beleid op basis van het convenant Actieplan LeerKracht van Nederland. - Het verder ontwikkelen van competenties gericht op het hanteren van de democratische, gezaghebbende en coachende leiderschapsstijl. 6.5 Organisatie
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
15 Het in de periode 2003-‐‑2008 geïmplementeerde organisatiemodel behoeft geen aanpassing. Voor de komende periode zijn er wel aandachtspunten: - Het functioneren van de (zelfsturende) kernteams behoeft verdere verbetering. Zeker als de verantwoordelijkheid van docenten voor het primaire proces nog groter gaat worden (zie wederom het Actieplan) dan is het belang daarvan groot. - De kosten van schoolleiding/bestuur zijn in onze school klein te noemen: de uitgaven daarvoor blijven ruimschoots onder de inkomsten. Het streven is dit zo te houden om zo veel mogelijk geld te kunnen besteden aan het primaire proces. In paragraaf 5.2.d is vermeld dat de sector Diensten inmiddels geen sectordirecteur meer kent. De kosten van deze functie blijven tot begin 2010 bestaan. Daarna zullen de kosten van schoolleiding/bestuur weer lager worden. - Scholen krijgen steeds meer beheerstaken. Om die te kunnen vervullen is ondersteunend personeel nodig. Het beheersen van de kosten daarvan zijn een belangrijk aandachtspunt voor de komende periode. Beleidsvoornemens: - Het verder professionaliseren van de kernteams. - Het beheersen van de kosten van de overhead (schoolleiding/bestuur en ondersteuning), opdat er meer geld aan het primaire proces kan worden besteed*. *) In het formatieplan kan dit proces worden gevolgd. 6.6
Kwaliteitsbeleid Als in de komende periode het verder implementeren en kwalitatief verbeteren van het in de vorige periode ontwikkelde beleid is, dan is een goed systeem van kwaliteitszorg essentieel. Daarnaast is het hebben van zo’n systeem ook een eis van de inspectie. Inmiddels is het Plan van Aanpak Kwaliteitsbeleid vastgesteld. Uitgangspunt daarbij was een systeem op te zetten waarvan medewerkers zo weinig mogelijk beheerslast zouden ondervinden: geheel zonder is niet mogelijk. In het cursusjaar 2008-‐‑2009 zal het kwaliteitsbeleid worden geïmplementeerd. Het tevredenheidsonderzoek dat in de vorige periode is gebruikt, zal ook in de komende periode om de twee jaar worden afgenomen.
Beleidsvoornemen: - Het implementeren van het Plan van Aanpak Kwaliteitsbeleid.
7.
Tenslotte
Als we kijken naar de resultaten van de afgelopen periode dan lijken we op weg naar ons doel: de beste school van Nederland worden. Ik ben ervan overtuigd dat, als we met dezelfde inzet blijven werken, we in de komende periode ons doel dicht zullen naderen c.q. zullen bereiken. Ook hoop ik met jullie samen de komende jaren te mogen
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013
16 blijven werken aan de “gelukkige” school. Daarbij geef ik jullie – ik blijf uiteindelijk schoolmeester-‐‑ het volgende mee: Optimisme kan in je genen zitten, maar kan ook een keuze zijn. Als je optimistisch bent, zie je bedreigingen als uitdagingen, weet je dat je van fouten het meeste leert en is je basishouding “Uiteindelijk komt het goed.” Ik wens ons veel succes bij het werk dat voortvloeit uit dit SBP 2008-‐‑2013. Nog opgemerkt dient te worden dat het SBP 2003-‐‑2008 hiervan onlosmakelijk deel uit blijft maken. Jan de Boom juni 2008
_____________________________________________________________________________________________ Strategisch Beleidsplan 2008-‐‑2013