Media, Informatie en Communicatie
Scriptie
‘Een online magazine als crossmediale uitbreiding’ Sharon Schevers de 5 jaars
Eerste begeleider : G. Verhoef Tweede begeleider: J-J. Heine Praktijk begeleider: B. Homans
Redactie en Mediaproductie 27 januari 2015
Voorwoord Voor u ligt mijn scriptie, geschreven als eindopdracht voor de opleiding Media, Informatie en Communicatie aan de Hogeschool van Amsterdam , met als afstudeerprofiel Redactie en Mediaproductie (RMP). De opdrachtgever voor deze scriptie is Talpa, Koffietijd. Koffietijd is een programma dat al meer dan 20 jaar bestaat. In alle jaren heeft het verschillende doelgroepen en invullingen gehad. Het programma werd in de jaren ’90 afgekapt door een tekort aan kijkcijfers. In 2010 krijgt het programma een doorstart met tot op heden 200.000 kijkcijfers. Koffietijd bezit een dusdanig brede doelgroep met veel huisvrouwen maar ook werkende vrouwen, die op het moment van uitzenden vaak niet kunnen kijken. Hierdoor kan het programma wellicht meer mensen aan zich binden dan het programma nu doet. Om mensen buiten uitzendtijd toch op de hoogte te houden van Koffietijd, wordt er middels deze scriptie een tekstueel en visueel advies geschreven voor het maken van een online magazine voor Koffietijd. Ik heb met veel plezier aan mijn scriptie gewerkt en heb hierdoor ook voor mijzelf een duidelijke keuze kunnen maken in welk vakgebied ik later werkzaam wil zijn. Het resultaat van mijn scriptie wordt aangeleverd in twee delen: deskresearch en een dummy van het online magazine. Mijn dankwoord is voor Bas Homans, Gerard Verhoef en Jan-Jaap Heine van de Hogeschool van Amsterdam die mij veel steun en hulp hebben geboden bij het schrijven van mijn scriptie. Daarnaast wil ik graag alle geïnterviewde, respondenten van de panelgesprekken en usability testen bedanken voor het helpen realiseren van het online magazine Sharon Schevers
Managementsamenvatting Koffietijd is een dagelijks live programma dat wordt uitgezonden tussen tien en elf uur in de ochtend op RTL4. Dit programma wordt gepresenteerd door Quinty Trustfull, Loretta Schrijver en Pernille La Lau en met Caspar Burgi in de keuken. Verschillende deskundigen informeren de kijker over de laatste ontwikkelingen op hun vakgebied in diverse rubrieken: Interieur, Tuin, Mode, Beauty, Dieren, Financieel, Kinderen en Vrije Tijd. Momenteel heeft het programma gemiddeld 180.000 kijkers per dag en maakt crossmediaal onder andere gebruik van een website. Hier zou veel meer uitgehaald kunnen worden. De afgelopen maanden heeft het programma 10% van de kijkers verloren. Daarom wordt in dit onderzoek een advies voor Koffietijd uitgebracht voor het maken van een online magazine met als doel het behalen van meer kijkcijfers. Dit onderzoek is gebaseerd op zowel desk- als fieldreserach. Het onderzoek is gestart bij het doen van deskresearch. Hiermee is onder andere informatie over de doelgroep, de concurrenten en de opdrachtgever van dit onderzoek te vinden. Vervolgens heeft er een brainstomsessie met de redactie van Koffietijd plaatsgevonden. Tijdens deze brainstorm is er een basis gelegd voor het maken van het tijdschrift waarin de randvoorwaarden vanuit Talpa zijn verwerkt. Aan de hand van deze informatie zijn twee panelgesprekken – een met de huidige kijkers van Koffietijd en een met de voormalig (ex) kijkers van Koffietijd – en een interview gehouden. Uit deze twee panelgesprekken is met name het enthousiasme van de doelgroepen gebleken voor dit aanstaande online magazine. In beide gesprekken is er gevraagd naar gewenste onderwerpen en pijlers, hoe de look en feel van het magazine moet worden maar ook of dit voor beide doelgroepen gaat zorgen voor (meer) binding met Koffietijd. Daarnaast is gebleken dat een online magazine voor de voormalige kijkers niet gaat zorgen voor meer kijkcijfers. Wel kan het zorgen voor binding met het programma. Uit het theoretisch hoofdstuk blijkt daarnaast dat crossmedialiteit zorgt voor meer loyaliteit van een merk en dat 2% van alle consumenten zich meer betrokken voelen bij een merk door crossmedia. Bij de doelgroepanalyse is er met name gekeken naar de achtergrond van de doelgroep. Hierin wordt bijvoorbeeld de grootte van de doelgroep besproken, de welstandsklasse van de doelgroep en welke beweegredenen de doelgroep heeft om naar Koffietijd te kijken. In dit hoofdstuk zijn ook een deel van de resultaten te vinden uit de panelgesprekken. Er is gebleken dat er nog ruim 192.000 vrouwen dagelijks thuis zitten die eventueel bereikt kunnen worden middels het magazine. Dit zou de gaten opvullen voor de 10% verloren kijkcijfers. Uit het interview met Denise de Vries (oprichtster van tijdschrift PuurZaans) is gebleken hoe er een bladformule gemaakt moet worden. Zij heeft hierin advies gegeven hoe je moet beginnen bij het maken van een bladformule, waar je allemaal aan moet en kan denken en daarnaast gaf zij een aantal tips waar opgelet moet worden speciaal bij het maken van een digitaal magazine. In de concurrentieanalyse is onderscheid gemaakt tussen twee typen concurrenten, namelijk de directe- en de indirecte concurrenten. Tot de directe concurrenten behoren de televisie programma’s die inhoudelijk overeenkomen met Koffietijd. Hierbij is gekeken naar KoffieMax, Vandaag de Dag en Life4You. Er is niet alleen gekeken naar concurrenten in Nederland, maar ook in het buitenland. Hieruit bleek dat RachelRay een grote concurrent is. Tot de indirecte concurrenten behoren de online magazines. Omdat er in Nederland nog niet veel zenders/programma’s zijn die gebruik maken van een online magazine is er ook hier besloten om te kijken naar buitenlandse concurrenten. Naast de al eerder genoemde RachelRay is ook het blad Living geanalyseerd. Van de Nederlandse online magazines wordt er gekeken naar het KRO online magazine, LINDA. online magazine en Libelle online magazine. Het advies is in twee delen gegeven, namelijk een tekstueel rapport en een dummy. De dummy is een product van al het gedane onderzoek, zowel deskresearch als fieldreserach. De uitkomsten van de panelgesprekken, de concurrentieanalyse, het theoretisch hoofdstuk en de trends zijn hierin dus meegenomen.
Executive summary Koffietijd is a television program that airs on RTL4 daily in between 10 AM and 11 AM. This program is hosted bij Quinty Trustfull, Loretta Schrijver and Pernille La Lau. Caspar Burgi is the chef in the kitchen. Several experts inform the viewers about the latest developments in their field in several sections: interior, gardening, fashion, beauty, animals, financial, children and spare time. Right now the program gets about 180.000 viewers a day. The program is also making use of crossmediality in form of a website. De last couple of months Koffietijd lost 10% of all the viewers. That’s why this thesis gives an advice for Koffietijd to make an online magazine to get more viewers a day. This thesis is based on desk– and fieldresearch. The investigation started by doing deskresearch. This way I found lots of information about the target, the competitive other programs and the client of this thesis. Then there was a brainstorm session with the editors of Koffietijd. During this session we made a foundation for this magazine. The editors told me the preconditions and on basis of this information I had two discussions – one with the current viewers and one with the former viewers of Koffietijd. I also did an interview with the founder of PuurZaans magazine. By doing these two discussions I noticed the enthousiasm that these targets had when they heared about the magazine. In both conversations I asked what they wanted to see in the magazine and also what they didn’t want to see, how the look and feel of the magazine should be and if both targets thought this magazine would make them feel more connected with Koffietijd. The theoretical chapter shows that crossmediality provides loyalty of a brand and that 2% of all consumers feels more connected with the brand through crossmediality. In the chapter about the target of this thesis, I added demographical information. For example the size of the target, what social class they belong to and why they watch Koffietijd everyday. In this chapter you can also find the results of the two discussions I mentioned before. The interview with Denise de Vries (PuurZaans) shows how to make the formula of a magazine. She gave me advice how to start on the formula and she gave me tips what I should and shouldn’t do by making this formula. She also had several tips for making a digital magazine. The competitive analysis consists of two types of competitors, the direct and indirect competitors. The direct competitors are televisionprograms that substantively match with Koffietijd. This consists of KoffieMax, Vandaag de Dag and Life4You. I also looked at competitors abroad. It showed that RachelRay is a big competitor. The indirect competitors are the magazines that also have a digitalized version of their magazine. There are not a lot of digitalized magazines in Holland, that’s why I expaned my analyse with abroad magazines. The magazine Living seems to be a big competitor of Koffieitjd. Also Kro online magazine, LINDA. Online magazine and Libelle online magazine have been analysed. The advice has been given in two parts, a textual advice and a concept version of the magazine. The concept is a product of the research that has been done, the desk- and fieldresesarch. The results of the discussions, the competitive analysis, the theoretical chapther and trends are included.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
7
Inhoud Voorwoord
3
Managementsamenvatting
4
Executive summary
5
1
Inleiding 1.1 Probleemstelling 1.2 Doelstelling 1.3 Opbouw van het rapport
11 11 11 12
2
Methoden en technieken 2.1 Deskresearch 2.2 Methode 1: Panelgesprekken 2.2.1 Onderwerpen 2.2.2 Respondenten 2.2.3 Voor- en nadelen van deze methode 2.3 Methode 2: Usability test 2.3.1 Onderwerpen 2.3.2 Respondenten 2.3.3 Voor- en nadelen
13 13 14 14 14 15 15 15 15 16
1
Interne Analyse 1.1 Het programma Koffietijd 1.1.1 Programmaonderdelen 1.1.2 Formule 1.1.3 Doelen 1.1.4 Missie en visie 1.2 Geschiedenis 1.3 Crossmediale uitbreidingen 1.3.1 Website 1.3.2 Koffietijd-fandag 1.3.3 Second screen: Live.koffietijd.nl 1.3.4 Social media 1.4 De sterke en zwakke punten van Koffietijd 1.5 Randvoorwaarden Koffietijd 1.6 Conclusie
17 17 17 18 18 18 18 19 19 19 20 20 20 21 22
2
Doelgroepanalyse 2.1 De doelgroep 2.1.1 Wat is de grootte van de doelgroep? 2.1.1 Wat is de welstandklasse van de kijker van Koffietijd? Figuur 1. Welstandsklasse Koffietijd 2.1.2 Mediagebruik 2.1.3 Vrijetijdsbestedingen 2.2 Wie is de ijkpersoon? 2.3 Verwachtingen online magazine 2.3.1 Tone of voice en benadering 2.3.2 Onderwerpen en pijlers 2.3.3 Advertenties 2.4 Conclusie
23 23 23 23 24 25 25 26 26 26 27 27 27
3
Theoretisch kader 3.1 Crossmedialiteit 3.1.1 Vormen van crossmedia 3.2 Mediatheorie: uses and gratifications
29 29 30 30
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
8
3.3 Betrokkenheid 3.3.1 Affectieve betrokkenheid 3.3.2 Continuïteitsbetrokkenheid 3.3.3 Normatieve betrokkenheid 3.4 Meer merkbetrokkenheid door crossmedia 3.5 Online magazines 3.6 Conclusie
31 31 31 31 31 31 32
4
Trendanalyse 4.1 Trendniveaus 4.1.1 Microtrend: social media, second screen, online magazine 4.1.2 Maxitrend: Crossmedia 4.1.3 Megatrend: Digitalisering 4.2 Wat is een online magazine? 4.2.1 Soorten online magazines 4.3 Vormgeving trends 4.3.1 Cover: aansprekend en uitnodigend 4.4 Contenttrends 4.4.1 Tekst 4.4.2 Blogs 4.5 Advertentietrends 4.6 Technische trends 4.6.1 Doorklikken: buttons 4.6.2 Bewegend beeld 4.6.3 Geluid 4.7 Navigatie 4.8 Conclusie
33 33 33 33 33 33 34 35 35 35 35 36 36 37 37 37 38 38 38
5
Concurrentieanalyse 5.1 Criteriapunten tv-programma’s
5.7 Indirecte concurrenten 5.8 Indirecte concurrenten 5.8.1 Online glossy KRO 5.8.2 LINDA. online magazine 5.8.3 Libelle online magazine 5.9 Welk buitenlands magazine is vergelijkbaar met Koffietijd? 5.10 Conclusie
39 39 39 39 39 39 40 40 41 42 42 43 43 43 43 43 44 44 45
Bladformule 6.1 Inhoud 6.1.1 Kernfunctie van het blad 6.1.2 Wat zijn de interessegebieden 6.1.3 Redactionele rubrieken 6.1.4 Binding lezers blad 6.1.5 Sponsoren/adverteerders 6.1.6 Bladritme 6.2 Vormgeving 6.2.1 Kleurtoon 6.2.2 Tekstlengte 6.2.3 Lettertype
46 46 46 46 46 47 47 48 49 49 49 49
5.2 5.2.1 5.2.2 5.2.3 5.3 5.4 5.5 5.6
6
Directe concurrenten KoffieMAX WNL: Vandaag de dag Life4You Welke concurrenten zitten op hetzelfde tijdslot? Welk vergelijkbaar programma in het buitenland scoort goed? Conclusie Criteria online magazines
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
9
6.2.4 Tone of voice 6.3 Overig 6.3.1 Distributie 6.3.2 Verschijning 6.3.3 Prijs 6.3.4 Apparaat: tablet
49 49 50 50 50 50
Resultaten van de eigen onderzoeksmethoden 7.1 Panelgesprek redactie 7.2 Panelgesprek huidige kijkers 7.3 Panelgesprek voormalige kijkers 7.4 Interview Denise de Vries 7.5 Usabilitytesten
52 52 52 53 54 54
7
8
Conclusie
56
9
Advies
58
10 11 11.1 11.2 11.3
Evaluatie
61
Bronnen Boeken Onderzoeken Personen
62 64 65 65
Bijlage I: Transcriptie panelgesprek redactie
66
Bijlage III: Minder relevante tabellen
73
Bijlage IV: Plan van aanpak
76
Bijlage V: Email goedkeuring PVA
85
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
10
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
1
11
Inleiding
Koffietijd is een dagelijks live programma dat wordt uitgezonden tussen tien en elf uur in de ochtend op RTL4. Dit programma wordt gepresenteerd door Quinty Trustfull, Loretta Schrijver en Pernille La Lau en met Caspar Burgi in de keuken. Het is de bedoeling om het huiselijk gevoel over te brengen op de kijker. De studio is dan ook als een huiskamer ingericht. Verschillende deskundigen informeren de kijker over de laatste ontwikkelingen op hun vakgebied in diverse rubrieken: Interieur, Tuin, Mode, Beauty, Dieren, Financieel, Kinderen en Vrije Tijd (Koffietijd, 2013). Het programma trekt gemiddeld 180.000 kijkers per dag (SKO, 2014). Chefkok Caspar Bürgi kookt elke dag een gezonde, lekkere, budgetvriendelijke maaltijd en deelt zijn kooktips en zijn recepten voor maaltijden die je thuis met gemak kunt maken. Koffietijd-verslaggevers Vivian Slingerland, Astrid Priester en Anne- Maartje Esselink gaan op pad en doen regelmatig live verslag van actuele gebeurtenissen. (Productieboek, 2014). Op de zaterdag staat het programma in het teken van leuke-dingen-doen: van musea, tentoonstellingen, activiteiten in de natuur tot uitstapjes voor het hele gezin. En eens in de maand bezoekt Loretta op zaterdag samen met een Bekende Nederlander een leuke stad waar zij niet alleen een museum maar ook andere leuke plekken bezoekt, aangebracht door Koffietijdfans. (Productieboek, 2014).
1.1
Probleemstelling
Wanneer ik alleen al terugblik op afgelopen seizoen, haalt Koffietijd in bijna 30% van de gevallen niet de gewenste kijkcijfers. De afgelopen maanden heeft Koffietijd 10% van de kijkers verloren, namelijk vrouwen tussen de 20 en 49 jaar. (Productieboek, 2013). In april en mei 2014 is er een sterke terugval te zien met gemiddeld 186.000 en 190.000 kijkcijfers. (SKO, 2014). Het programma heeft geen gunstig tijdstip op de dag (tussen 10.00 uur en 11.00 uur). Het heeft last van veel werkende mensen op dit tijdstip. Een gevolg hiervan is dat het dagelijks maar 180.000 kijkers trekt, terwijl dit er meer zouden kunnen zijn. Middels desk- en fieldresearch wordt er getracht uit te zoeken waar deze daling van kijkcijfers vandaan komt en hoe deze gaten weer opgevuld zouden kunnen worden en er wellicht een verhoging van de kijkcijfers kan plaatsvinden. Afgelopen augustus is er weer een nieuw seizoen gestart van Koffietijd, met uiteraard ook weer een nieuw productieboek met de daarbij behorende doelstellingen. Hierin staat beschreven dat Koffietijd graag crossmediaal wil uitbreiden. Koffietijd wil haar kijkers beter integreren in het programma, wat uiteindelijk hopelijk leidt naar hogere kijkcijfers. Een van de manieren hoe het programma crossmediaal uitgebreid kan worden is door middel van het bouwen van een magazine. Daarvoor wil Koffietijd graag eerst wat onderzoeken houden voordat zij hier daadwerkelijk mee kunnen beginnen. Voor Koffietijd wordt er onderzocht wat de formule van dit online magazine moet worden. Hoe wordt de indeling van het magazine? Welke onderwerpen worden er besproken en welke absoluut niet? Hoe wordt de kijker hier in geïntegreerd? Momenteel leest al 13% van de jongeren een tijdschrift op de tablet of computer en dit zal in de aankomende jaren en met de toekomstige technieken alleen nog maar groeien. (Magazines.nl, 2014). Om alvast op deze technische innovaties in te spelen, wil Koffietijd het magazine digitaal introduceren. Met dit onderzoek wordt de volgende probleemstelling beantwoord: “Wat zijn de wensen en behoeften van de kijkers van Koffietijd ten aanzien van een online magazine als manier om het programma crossmediaal uit te breiden om de kijkcijfers te verhogen?”
1.2
Doelstelling
“Doel van het onderzoek is de wensen en behoeften van de kijkers van Koffietijd ten aanzien van een magazine uit te vinden en daarmee de kijkcijfers van Koffietijd te verhogen. Met deze informatie wordt een advies uitgebracht in de vorm van een dummy.”
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
1.3
12
Opbouw van het rapport
Dit rapport bestaat uit verschillende hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk bestaat uit methoden en technieken. Hierin wordt verteld hoe dit rapport tot stand gekomen is. Welke onderzoeksmethoden zijn toegepast en welke deelvragen worden in dit rapport uitgewerkt? Vervolgens komt de interne analyse. Hierin wordt Koffietijd onder de loep genomen. In dit hoofdstuk wordt verteld wie de opdrachtgever is en welke visie en missie dit programma bijvoorbeeld hanteert. In de opvolgende doelgroepanalyse wordt de doelgroep van Koffietijd uitgelicht. Want wie is de doelgroep van Koffietijd eigenlijk en wat zijn de interesses en wensen en behoeften van deze doelgroep? Dit wordt beantwoord middels desk- en fieldresearch. Het is belangrijk om veel te weten over de doelgroep want zij zijn tevens degene die het tijdschrift moeten gaan lezen. Daarna komt een theoretisch hoofdstuk met verdieping over onder andere crossmedialiteit. Want wat is dit en waarom wordt daar tegenwoordig veel aandacht aan besteed? Zorgt crossmedialiteit wel voor meer binding met de kijkers en wat is daar dan voor nodig om dit te bereiken? Ook de concurrentieanalyse wordt middels deskresearch beantwoord. De concurrenten op gebied van televisie en tijdschriften worden onder de loep genomen. Wat kan Koffietijd van hen leren? Als laatste komen de resultaten, conclusie en advies voor Koffietijd aan bod. In de bijlage is een transcriptie van het panelgesprek met de huidige kijkers te vinden, de minder relevante tabellen, mijn plan van aanpak en de goedkeuring hiervan.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
2
13
Methoden en technieken
In dit hoofdstuk leg ik mijn verschillende methodes van onderzoek uit. Ik heb gebruik gemaakt van vier methodes: deskresearch, panelgesprekken, een interview met een expert. Naar aanleiding hiervan is een dummy voor een online magazine ontwikkeld die vervolgens in een usabilitytest aan de gebruikers is voorgelegd.
2.1
Deskresearch
Voor mijn onderzoek heb ik verschillende soorten methodes van onderzoek uitgevoerd. Een van de belangrijkste methodes is deskresearch, het is bijna een onmisbaar deel in elk onderzoek. (Verhoeven, N. 2010). Mijn deskresearch bestaat grotendeels uit het vinden van online informatie via databases en internetsites. Voordat ik mijn andere methodes heb uitvoerd (interview, panelgesprek en usabilitytesten), heb ik online alvast wat (voor)onderzoek gedaan over verschillende onderwerpen. Denk hierbij aan kleuranalyses, bestaande onderzoeken, informatie over de opdrachtgever, concurrenten etc. Hierdoor was ik beter voorbereid en op de hoogte van welke mogelijkheden ik had voor mijn eindproduct. (Moventem, 2014). Daarnaast vond ik het raadzaam om na te gaan of er al eerder onderzoek is gedaan naar mijn onderwerp en om te kijken welke andere informatie er beschikbaar is. (Verhoeven, N. 2010). Onderaan deze paragraaf is een tabel af te lezen met welke methode ik welke deelvraag heb beantwoord. Door middel van deskresearch heb ik online informatie opgezocht over de opdrachtgever. Wat is het doel van Koffietijd eigenlijk en wat voor programma is dit? Deze vragen heb ik beantwoord door middel van de online productieboeken van Koffietijd, de kijkcijfers via Stichting Kijkonderzoek en natuurlijk de website van Koffietijd zelf. Ook heb ik met deskresearch goed de doelgroep in kaart gebracht. Wat zijn de interesses van de doelgroep? En wat zijn hun geografische kenmerken? Deze informatie is onder andere via het CBS opgezocht. Het CBS bevat veel cijfers en onderzoeken over de Nederlandse bevolking. Zo wist ik van tevoren al dat de helft van mijn doelgroep (1.600.000 mensen) werkzaam is op de zendtijd van het programma. Momenteel zijn er nog niet veel televisie programma’s die ook een magazine aanbieden. Waarom is hiervoor gekozen? Ook deze informatie heb ik op het internet gezocht. Hierbij keek ik naar de look en feel, kijkcijfers, kleurgebruik, huisstijl en crossmedialiteit van de concurrenten. IPL is een database waarop zo’n 200 magazines te vinden zijn in verschillende genres. Daardoor wist ik al dat ‘Ze’ een belangrijke concurrent is. Dit online vrouwenmagazine focust zich op dezelfde topics die in het programma van Koffietijd behandeld worden. De trendanalyse is ook door middel van deskresearch beantwoord. Wat is een online magazine eigenlijk? Is dit een trend? Wie volgen er allemaal? En welke technische snufjes die opkomend zijn passen het best bij Koffietijd? Zijn er al anderen die ook deze trends volgen en wat kunnen wij daarvan leren? Als laatste heb ik een panelgesprek en een interview gehouden met een gedeelte van de redactie van Koffietijd. Ik heb hiervoor gekozen omdat zij zelf het beste weten wat er bij het programma past. Ik wilde weten waarmee zij tevreden zijn en voornamelijk wat de minimale eisen zijn vanuit Koffietijd en Talpa. Daarnaast zorgt dit voor meer betrokkenheid van de redactie bij het maken van dit online magazine. Dit is belangrijk omdat de redactie het magazine uiteindelijk zal uitwerken. Het was de bedoeling om een interview af te leggen met Janny van der Heijden van de Koffietijd redactie. Dit is echter niet gelukt en hiervoor heeft Denise de Vries haar plaats ingenomen. Denise is de oprichtster van het tijdschrift PuurZaans. Naast de deskresearch zijn er nog twee methodes van onderzoek die ik heb toegepast. Dit zijn twee panelgesprekken en een usabilitytest. In de volgende paragraaf wordt uitgelegd hoe deze methodes zijn uitgevoerd.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
Deelvraag Deskresearch Expertinterview 1 x 2 x 3 x 4 x 5 x Tabel 1. Deelvragen onderzoek
2.2
14
Panelgesprekken
Usabilitytest
x
x
x
Methode 1: Panelgesprekken
De eerste methode bestaat uit twee panelgesprek(ken). Dit was een gesprek met de huidige kijkers van Koffietijd en een gesprek met ex-kijkers van het programma. Waarom ik dit deed is omdat ik denk dat dit een goede toevoeging is aan mijn onderzoek. De kijkers zijn ten slotte zelf degene die het online magazine zullen lezen en interessant en aantrekkelijk moeten vinden. Ik wilde graag weten wat de behoeftes zijn van de kijkers en hoe zij zelf een online magazine voor zich zien. Welke elementen zorgen ervoor dat de kijker het online magazine leest, het programma regelmatig bekijkt en blijft terugkeren? 2.2.1 Onderwerpen Gesprek 1: Bestaande kijkers van Koffietijd Van deze groep mensen wilde ik graag weten wat zij van het programma Koffietijd zelf vinden, wat vinden zij sterke maar ook zwakke punten van het programma? Missen zij momenteel een vorm van integratie? Wat zou het programma sterker maken? Zou een online magazine hierbij helpen? Voor de mensen in de groep die niet elke dag (kunnen) kijken, zou een online magazine hen helpen om toch op de hoogte te blijven van alle topics? Hoe willen zij het blad graag indelen en welke vormgeving komt hierbij kijken? Wat spreekt hen aan? Gesprek 2: Voormalige kijkers van Koffietijd Uit dit gesprek wilde ik voornamelijk motieven krijgen waarom zij momenteel het programma niet kijken. Is dat omdat het programma hen überhaupt niet aanspreekt? Zou een online magazine meer hun aandacht trekken? Wat moet er voor hun gebeuren willen zij naar Koffietijd gaan kijken? Hoe kan het magazine ook voor deze doelgroep aantrekkelijk worden?
2.2.2 Respondenten In overleg met Talpa en Koffietijd heb ik respondenten gezocht door een bericht te plaatsen op de Facebook- of Twitter-pagina van Koffietijd of door middel van een bericht op de website van Koffietijd. Daarnaast wilde ik ook graag zelf kijkers contacten via het lezersbestand van Talpa.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
15
Volgens Peek & Fothergill is de grootte van het panelgesprek doorslaggevend voor het hebben van een succesvol panelgesprek. (Peek,L & Fothergill, A. 2009). Verschillende studies wijzen uit dat het perfecte aantal tussen de 6 en 12 personen ligt, of tussen de 8 en 10 (Frey, J.H. and Fontana, A. (1991). Peek & Fothergill zien echter velen voordelen van het hebben van een kleine panel (3-5 participanten). De groep moet volgens hen klein genoeg zijn dat iedereen in de gelegenheid is zijn of haar mening te geven en de groep moet groot genoeg zijn om genoeg verschillende invalshoeken van iedereen te krijgen. (Peek,L & Fothergill, A. 2009). Na het lezen van hun onderzoeken over panelgesprekken hab ik besloten 8 personen uit te nodigen per panelgesprek. Je moet er ook altijd nog rekening mee houden dat niet iedereen op de gegeven data kan of dat er mensen (op het laatste moment) afzeggen. Bij het uitnodigen van 8 mensen, ging ik uit van 6 participanten voor het gesprek. Voor de twee gesprekken koos ik voor verschillende groepen: de huidige kijkers en exkijkers van het programma. De ex-kijkers bestaan uit personen die niet elke dag naar Koffietijd kijken, maar wel enigszins geïnteresseerd zijn in het programma. Hiermee hoopte ik uit het gesprek naar voren te kunnen halen wat Koffietijd voor deze doelgroep kan betekenen zodat zij ook het online magazine willen hebben en betrokken en geïntegreerd worden in het programma. Als tweede de huidige kijkers: van deze groep (personen die momenteel al regelmatig, minimaal 3 keer per week, naar Koffietijd kijken) wilde ik weten wat zij momenteel missen qua interactie, wat kan er beter/wat moet behouden blijven? En hoe zien zij de formule voor dit online magazine voor zich?
2.2.3 Voor- en nadelen van deze methode Waarom een panelgesprek? Ik heb samen met mijn begeleider besloten dat een panelgesprek voor mijn scriptie de beste onderzoeksmethode is. Door middel van een panelgesprek kan ik zelfgemaakte (en meegenomen) voorbeelden van online magazines laten zien, ik krijg direct antwoord en feedback op mijn (onderzoek)vragen en ik kan door middel van een discussie de juiste antwoorden naar voren krijgen. Het nadeel ervan is dat ik gebonden ben aan de mensen waarmee ik mijn panelgesprek houdt en zoals Peek and Fothergill zelf zeggen: het kan voorkomen dat een iemand gaat domineren in de groep en anderen niets meer durven te zeggen. (Peek,L & Fothergill, A. 2009) Deze antwoorden worden dus gegeneraliseerd voor de gehele groep mensen. Omdat het voor mijn onderzoek nodig is om veelal te discussiëren over de vormgeving, kleurgebruik en inhoud van het online magazine, had ik gekozen voor een panelgesprek.
2.3
Methode 2: Usability test
De laatste methode van mijn onderzoek was het testen van mijn prototype voor mijn dummy. Met een usability test achterhaal je het gedrag van je kijkers/lezers en onderzoek je waar mogelijk problemen worden ervaren. (BrainAds BV, z.j.) 2.3.1 Onderwerpen De gebruikers werd gevraagd verschillende opdrachten uit te voeren. Dit kan bestaan uit het zoeken van een bepaald artikel of recept tot aan het bekijken van filmpjes backstage en daarbij voornamelijk testen of de QR-codes en andere technieken goed werken en duidelijk zijn. Voorbeelden van vragen die ik hierbij gesteld heb zijn: Werken alle ‘knoppen’ goed? Is alles duidelijk? Zijn er nog vragen? Wat zou er nog toegevoegd moeten/kunnen worden? Zijn er nog meer mogelijkheden? Zijn sommige knoppen onnodig? Worden sommige knoppen/mogelijkheden gebruikt op een manier zoals ik ze niet bedoeld had? (observatie) 2.3.2 Respondenten Hierbij heb ik dezelfde groep collega’s, net als bij het panelgesprek, uitgenodigd voor het testen van het online magazine. Daarnaast heb ik ook verschillende willekeurige mensen uit mijn omgeving gevraagd deel te nemen aan de usability test. Het is natuurlijk ook de bedoeling dat mensen die niks met Koffietijd te maken hebben, ook snapten wat het doel is van dit product en alles makkelijk kunnen vinden.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
16
Onderzoek van Jakob Nielsen wijst uit dat je in principe maar 5 participanten nodig hebt voor het houden van een usabilitytest. Uit onderstaande grafiek is af te lezen dat je bij 0 participanten logischerwijs 0% van de fouten uit je prototype haalt. Bij zes personen gaat deze curve nog nauwelijks omhoog. Bij zes participanten haal je 75% van de fouten uit je prototype. Voor een optimaal resultaat (100%) zijn 12-15 participanten nodig.
Figuur 1. Usabilitytesten 2.3.3 Voor- en nadelen Door het houden van een usabilitytest met de gebruikers krijg je inzicht waar de gebruikers mogelijk problemen ervaren bij het bekijken van het online magazine. Je ziet of de gebruikers het magazine begrijpen of dat er bepaalde functies gebruikt worden op een manier die je in eerste instantie niet bedoeld had. Het nadeel is dat de gebruikers wordt gevraagd een opdracht uit te voeren waarbij zij weten dat zij bekeken worden. Hierdoor kunnen zij zich anders gedragen dan normaal. (BrainAds BV, z.j.)
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
1
17
Interne Analyse
In dit hoofdstuk wordt het televisieprogramma Koffietijd, tevens opdrachtgever van dit onderzoek, onder de loep genomen. Wat houdt het programma precies in en wat zijn de randvoorwaarden vanuit Koffietijd voor het maken van een online magazine?
1.1
Het programma Koffietijd
Koffietijd is een dagelijks live-programma dat op RTL4 wordt uitgezonden tussen tien en elf uur in de ochtend op maandag tot en met zaterdag. Het programma wordt gepresenteerd door Quinty Trustfull, Loretta Schrijver en Pernille La Lau en door Caspar Burgi in de keuken. Verschillende deskundigen informeren de kijker over de laatste ontwikkelingen in hun diverse vakgebieden: Interieur, Tuin, Mode, Beauty, Dieren, Financieel, Kinderen en Vrije Tijd (Koffietijd, 2013). Koffietijd-verslaggevers Vivian Slingerland, Astrid Priester en Anne-Maartje Esselink gaan op pad en doen regelmatig live verslag van actuele gebeurtenissen. (Productieboek, 2014). Het programma trekt gemiddeld 180.000 kijkers per dag (SKO, 2014). Het programma is opgedeeld in drie blokken. Blok I: 10.00 uur -10.15 uur: In het eerste blok wordt de hoofdgast verwelkomt en het eerste deel van het interview wordt afgenomen. Daarnaast legt Caspar uit welk gerecht hij deze aflevering maakt. Commercial Blok II: 10.20 uur -10.40 uur: In het tweede blok wordt er verder ingespeeld op het interview met de hoofdgast en zijn de subcategorieën aan de beurt, zoals sponsoring, mode/beauty of interieur. Commercial Blok III: 10.45 uur -11.00 uur: In het laatste blok is de hoofdgast uit beeld. In het derde deel is er altijd een andere gast die wordt uitgenodigd voor een nieuw programma dat momenteel bezig is, een boek dat uitgegeven wordt of een zanger die zijn CD wil promoten.
1.1.1 Programmaonderdelen Ochtendfilmpje Elke uitzending wordt er aan de hoofdgast gevraagd een ochtendfilmpje te maken. Dit houdt in dat de hoofdgast thuis een filmpje maakt van die ochtend bij hem/haar thuis. Hoe gaat het er bijvoorbeeld aan toe in huize Froger? Hoe verloopt de ochtend in hun huis? Koken Koken is een belangrijk onderdeel van Koffietijd. Elke dag is Caspar Burgi in de studio om een nieuw gerecht aan de kijkers uit te leggen. Hierbij wordt er in elk blok ongeveer 3 tot 4 minuten naar Caspar geschakeld om te vertellen hoe het gemaakte gerecht opgebouwd is. De kijkers kunnen het recept vervolgens op de website terug vinden. Hoofdgast Elke uitzending is er een gast die centraal staat in de uitzending, de zogenoemde hoofdgast. Deze gast is uitgenodigd met een actuele aanleiding. Dit kan zijn dat hij/zij veel in het nieuws is geweest, dat hij/zij een nieuw boek of cd heeft uitgebracht of voor een andere actualiteit. De hoofdgast is in zowel het eerste als het tweede blok aanwezig en beantwoordt samen met twee presentatrices vragen. Sponsoring Elke week zijn er gesponsorde items in het programma. Een sponsor neemt contact op met RTL wanneer deze in de uitzending wilt komen. Samen met de sponsorredactie wordt hier een item omheen bedacht met het doel dat het niet te commercieel overkomt. Elke week zijn A. Vogel (Biohorma) en Illy gesponsorde items. Voor A. Vogel is er iemand van het bedrijf die komt vertellen over actuele kwalen. Denk hierbij in het voorjaar aan hooikoorts en in januari aan de griepepidemieën. Voor Illy komt elke vrijdag een barista aan de kijkers uitleggen hoe je thuis – hoe kan het ook anders – de lekkerste koffies kunt zetten.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
18
Goede Doelen Het programma Koffietijd wordt grotendeels mogelijk gemaakt door de Goede Doelen Loterijen. Hieronder vallen de Bankgiro Loterij, de Postcode Loterij en de Vrienden Loterij. Hier worden aparte opnames en items voor bedacht die wekelijks terugkeren in het programma. Verslaggeving/instarts Elke week is er een verslaggever van Koffietijd op pad om live verslag te doen van een actualiteit. Een voorbeeld hiervan is de uitgave van Charlie Hebdou in de AKO-winkels. Op zo’n dag gaat de verslaggever naar de winkel toe en doet verslag van dit belangrijke moment voor de boekhandels. Ook kan het zijn dat er een ‘instart’ gedraaid wordt. Hierbij gaat er ook een verslaggever mee, maar dit zijn geen live opnames. Deze worden vooraf opgenomen en vaak diezelfde week nog in de uitzending laten zien (om actualiteit te behouden). Een voorbeeld hiervan is de premiere van Sonneveld in het DeLaMar theater.
1.1.2 Formule Zender: Producent: Presentatie: Locatie: Uitzendtijd: Aantal: Periode: (SKO, 2015)
RTL4 Talpa Loretta Schrijver, Quinty Trustfull, Pernille La Lau Het “Koffietijdhuis” en op locatie werkdagen 10.00 - 11.00 uur 240 afleveringen augustus 2014 t/m juni 2015
1.1.3 Doelen Het programma heeft als doel de kijker een goede en ontspannen start van de dag te bieden. Hierbij is de studio als huiskamer ingericht en zijn de onderwerpen luchtig waardoor de kijker het gevoel krijgt dicht bij het programma te staan en zich ermee kan identificeren. Daarnaast heeft Koffietijd verschillende doelstellingen voor het huidige seizoen vastgesteld: De kijker serieus integreren in Koffietijd: Hoe kan de kijker nog beter betrokken worden bij het programma en op welke manier gaan we dat dit seizoen doen? Focus op de kerndoelgroep: De focus blijft de ‘officiële’ doelgroep van 30-45 jaar, maar met een stretch naar 20-ers en 45-plussers. Live blijven: Welke actualiteiten worden meegenomen in het programma en welke worden gecommuniceerd via social media? Meer samenwerken met andere mediapartijen: Er komen meer samenwerkingen met bijv. tijdschriften. Zo werkt Koffietijd dit seizoen samen met VROUW. Koffietijd krijgt een cover en een interview in VROUW in ruil voor een aflevering van Koffietijd in het teken van het tijdschrift. (Productieboek, 2014)
1.1.4 Missie en visie De missie van Koffietijd luidt als volgt: “Informeren, inspireren en het bieden van entertainment. Daarnaast het zijn van een communicatieplatform dat primair gericht is op vrouwen met een leeftijd van tussen de 20 en 49 jaar en boodschappers (met kind) met een leeftijd van tussen de 20 en 49 jaar.’’ (Productieboek, 2014). De visie van het programma luidt: “Een live ochtendprogramma maken waarbij de combinatie van de bekende presentatrices, gasten, de grote diversiteit aan onderwerpen en middelen Koffietijd uniek maakt als ochtendprogramma.” (Productieboek, 2014).
1.2
Geschiedenis
Koffietijd is een televisieprogramma dat inmiddels al meer dan 20 jaar bestaat. Het programma kent twee fasen. De eerste fase is opgestart in 1994 en werd ruim 6 jaar lang gepresenteerd door Mireille Bekooij en Hans van Willigenburg. Zelfs toen was het programma al interactief. Het onderdeel “Boodschappenlijstje” was een populair item toentertijd. Via de telefoon of in de studio konden kijkers meedoen met het
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
19
geheugenspelletje. Daarnaast kregen kijkers een make-over en waren er twee koks die het eten verzorgden. (Koffietijd, 2014). Bij het seizoen erna, 2000/2001, werd gedacht dat de kijkers behoefte hadden aan jongere presentatoren. Sybrand Niessen en Judith de Klijn kwamen in de plaats van Mireille en Hans. Het bleek echter niet waar. Sybrand en Judith trokken juist een ouder publiek aan (vijftigplussers), terwijl Hans en Mireille voornamelijk dertig- en veertigplussers aantrokken. Dit had grote gevolgen: de kijkcijfers daalden van gemiddeld 300.000 naar 150.000 kijkers en daarom werd besloten te stoppen met het programma. (Koffietijd, 2014). De comeback, de tweede fase, van het programma start in april 2010 met (huidige) presentatrices Loretta Schrijver, Quinty Trustfull en Pernille La Lau. Sinds februari 2012 is het programma ook op de zaterdagochtend te zien. Dan is het een compilatie van de voorgaande week. De leukste items, momenten en gasten komen hierin naar voren om de kijkers die doordeweeks niet overdag kunnen kijken op de hoogte te houden van de leukste momenten. Het programma kent voor elke doordeweekse dag een vast thema (zie tabel 1). (Productieboek, 2013) Maandag Werk, gezin, relatie Dinsdag Gezondheid Woensdag Huis, tuin, interieur Donderdag Kunst en cultuur Vrijdag Lifestyle Tabel 2: Thema’s Koffietijd (Productieboek, 2013)
1.3
Crossmediale uitbreidingen
De definitie van crossmedia is volgens Indira Reynaert: “Er is sprake van crossmedia als er ten behoeve van een communicatiedoelstelling een kruisbestuiving bestaat van verschillende media (…). De verschillende media communiceren hierbij mediumspecifieke betekenissen die deel uitmaken van een synergetisch geheel: via een verhaal wordt er een boodschap over de media uitgedragen, waarbij er rekening wordt gehouden met de kwaliteiten en eigenaardigheden van de ingeschakelde media, de participerende houding en het mediagebruik van de consument” (Reynaert, 2009). Koffietijd maakt momenteel al gebruik van verschillende crossmediale uitbreidingen, namelijk een website, een live site en verschillende social media. In de volgende subparagrafen worden deze toegelicht.
1.3.1 Website Naast het programma heeft Koffietijd ook een website. Hierop worden alle onderwerpen uit het programma uitgebreider besproken in de vorm van artikelen. Dit zijn artikelen over de gasten die in de uitzending waren of komen, of achtergrondartikelen. Ook is op de website de uitzending terug te vinden. Deze staat meestal al een half uur na de uitzending op de website. Via de website lopen ook prijsvragen en andere acties. De winnaars worden persoonlijk benaderd per e-mail, maar staan ook op de website vermeld. Tabel 3. Seizoen 5 websiteresultaten Bezoeken Uniek 6.900 5.800 (Productieboek, 2014)
Pageviews
Tijd op site
23.540
0:03:00
1.3.2 Koffietijd-fandag Op 16 november 2014 was de eerste Koffietijd-fandag, een dag die in het teken stond van ste de 1000 aflevering van Koffietijd die op 21 november 2014 zou worden uitgezonden. Dit was voor Koffietijd de perfecte manier om de interactie met de kijkers aan te kunnen gaan. Via de website van Koffietijd konden de kijkers zich opgeven voor deze dag. Het evenement werd in het museum Beeld en Geluid in het Mediapark Hilversum gehouden. Er was voor de
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
20
kijker van alles te doen. De presentatrices waren aanwezig voor een babbeltje of om mee op de foto te gaan, Ruben van Illy (barista die elke vrijdag in de studio is) was aanwezig om voor alle aanwezigen koffie te zetten, Rachel van de billenwork-out was aanwezig voor een proefles en ga zo maar door. De kijker kon ook kennismaken met het team dat achter het gehele programma zit en de dag werd afgesloten met een rondleiding door het museum Beeld en Geluid zelf. (Productieboek, 2014)
1.3.3 Second screen: Live.koffietijd.nl In het zesde seizoen (2014-2015) maakt Koffietijd gebruik van een second screen. Het second screen staat op dit moment nog in de kinderschoenen en wordt dus getest. Vanaf 09.45 uur kan de kijker naar live.koffietijd.nl gaan. Hier verschijnt een one-pager (een HTML-pagina) met informatie over de uitzending van die dag. Op 13 november 2014 was Bobbi Eden bijvoorbeeld te gast. Dit wordt dan aan de rechterkant vermeld, samen met de andere gasten waar via de chat vragen aan gesteld kunnen worden. In dit geval was dat de kok Caspar Burgi. Links onderaan het scherm bij ‘chat livestream’ kunnen de vragen en antwoorden gevolgd worden en rechts onderaan kun je je eigen reactie typen. (Productieboek, 2014). Er zijn tot op heden helaas nog geen relevante cijfers beschikbaar over het second screen.
1.3.4 Social media Ook bevindt Koffietijd zich inmiddels al op vier socialmediapagina’s: Facebook, Twitter, Instagram en Pinterest. Via Facebook wordt de kijker dagelijks op de hoogte gehouden van de gasten die op die dag aanwezig zijn in de studio met daarbij een verwijzing naar het second screen om aan hem/haar een vraag te kunnen stellen. Ook lopen verschillende winacties via Facebook met een verwijzing naar de website. Heel zelden is er een actie die echt via Facebook zelf loopt . In de middag worden fragmenten van de uitzending op de Facebook-pagina gezet, samen met fragmenten die in de uitzending niet te zien waren of die na de uitzending opgenomen zijn. (Productieboek, 2014) Via Instagram en Twitter wordt de kijker voornamelijk op de hoogte gehouden van wat voor spannends er allemaal achter de schermen gebeurt. Er zijn foto’s te zien van degene die bij de live chat zit, van wie er in de ochtend met de koffiekop op de foto is geweest, van de kleedkamers van de presentatrices en dergelijke. Het enige verschil is dat er via Twitter aparte sponsorprijsacties lopen waar op gereageerd kan worden. (Productieboek, 2014) Via Pinterest worden foto’s per rubriek laten zien. Zo staan er foto’s van de Koffietijdvilla, de recepten van Caspar, actuele thema’s (zoals duurzaamheid) en inspirerende quotes van gasten. (Productieboek, 2014)
1.4
De sterke en zwakke punten van Koffietijd
Door te kijken naar de sterke en zwakke punten van het programma Koffietijd ontstaat een overzicht van wat het programma zou kunnen verbeteren. Daarnaast kan een sterkte/zwakteanalyse in combinatie met de concurrentieanalyse ook laten zien welke
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
21
marktpositie het programma heeft. Hieronder vindt u een overzicht dat is gebaseerd op een interview met twee eindredacteuren van Koffietijd en de panelgesprekken met de doelgroep: Tabel 4. SWOT-analyse
Sterke punten Door de uitzendtijd van 10.00 tot 11.00 zijn er weinig concurrerende programma’s op hetzelfde tijdstip
Zwakke punten
Het biedt items voor ieder wat wils. Het heeft een brede doelgroep
Door een brede doelgroep te nemen worden te items ook heel oppervlakkig. Er zit vaak weinig diepgang in Er zijn jaarlijks 36 weken x 10 gasten=360 gasten in de uitzending. Het is lastig om dan niet in herhaling te vallen of nog een originele invalshoek te bedenken.
Alle gasten zijn actueel. Gasten worden dan ook nooit ver van tevoren geboekt, dit om te voorkomen dat een actualiteit niet meer ingezet kan worden.
Kansen Het maken van een online magazine voor meer klantenbinding (en kijkcijfers)
De uitzendtijd; van 10.00 tot 11.00 uur. Een tijdstip waarop veel mensen werken
Het verliest de afgelopen maanden al 10% van de kijkers en in 30% van de gevallen worden de gewenste kijkcijfers niet behaald. Bedreigingen Door teveel te focussen op digitalisering gaat het programma misschien de doelgroep voorbij. Niet iedereen bezit bijvoorbeeld een iPad
Het maken van een applicatie voor meer klantenbinding (en kijkcijfers)
1.5
Randvoorwaarden Koffietijd
De redactieleden van Koffietijd waren tijdens het panelgesprek direct erg enthousiast over het idee van een online magazine. Met name de hoofdredacteur zag gelijk kansen in het maken van een online magazine voor extra binding met de (huidige) kijkers. Daarnaast hadden zij ook een aantal kritische punten waarnaar gekeken moet worden. Het grootste knelpunt voor de redactie is dat een online magazine heel snel gaat lijken op de huidige website van Koffietijd. Het is moeilijk om nieuwe informatie te brengen via een online magazine dat al lijkt op het programma en dus ook op de website van Koffietijd. Op welke manier kan het dan nog vernieuwend zijn? Voor Koffietijd is het een eis dat het magazine vernieuwend en overzichtelijk is en alle artikelen makkelijk te vinden zijn. Om in te spelen op deze voorwaarden van de redactie is ervoor gekozen om artikelen in het toekomstige magazine op een andere manier te brengen. Dit wil zeggen dat er momenteel op de website artikelen geplaatst worden om ervoor te zorgen dat de kijker alles nog een keer rustig kan nalezen. Voor het magazine wordt er gewerkt aan artikelen met meer diepgang en achtergrondinformatie. Wil je alles uit de uitzending nog een keer op je eigen tempo teruglezen? Kies dan voor de website. Wanneer je méér informatie wilt over bepaalde onderwerpen dan al in de uitzending te zien is geweest, kies dan voor het magazine. Daarnaast heeft de redactie gekozen voor een seizoenstijdschrift omdat de website elke dag al vernieuwende artikelen brengt en direct inspringt op de items van de daguitzending. Door dus eens per kwartaal een online magazine uit te brengen is het makkelijker om het tijdschrift te vullen en is er minder kans op herhaalde informatie. De keuze voor seizoenen is voortgekomen uit het feit dat de website hier nog geen gebruik van maakt. Hierdoor krijgt het online magazine een onderscheidend vermogen ten opzichte van de website. Daarnaast wordt het magazine op verzoek van de eindredacteur van Koffietijd gratis aangeboden. Volgens hem wordt het een te grote drempel voor de kijkers als ze voor het tijdschrift te betalen, terwijl het programma en de website al gratis informatie bieden. Het
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
22
verdienmodel moet volgens hem anders zijn, bijvoorbeeld met sponsoren. Dit kan door advertentiemogelijkheden in het online magazine te plaatsen, maar hier ook interactiviteit aan te koppelen. Wanneer er op een advertentie in het Koffietijdschrift geklikt wordt, kan bijvoorbeeld een proefmonstertje aangevraagd worden waardoor direct klantenbinding gecreëerd wordt. Verder hebben zowel Talpa als Koffietijd dit onderzoek de vrije ruimte gegeven voor ontwikkeling.
1.6
Conclusie
Koffietijd is een programma dat warm, gezellig, entertainend, actueel, inspirerend en informatief is voor de kijker. Koffietijd wil de kijker inspireren met de gasten die langskomen in de show en met de persoonlijke verhalen in de uitzending. De missie en visie van Koffietijd luidt dan ook als volgt: “Informeren, inspireren en het bieden van entertainment. Daarnaast het zijn van een communicatieplatform dat primair gericht is op vrouwen met een leeftijd tussen de 20 en 49 jaar en boodschappers (met kind) met een leeftijd tussen de 20 en 49 jaar. De combinatie van de bekende presentatrices, gasten, de grote diversiteit aan onderwerpen en middelen maakt Koffietijd uniek als ochtendprogramma.” Een van de sterke punten van Koffietijd is dat zij momenteel al divers bezig op het gebied van crossmedialiteit. Zo hebben zij een website, organiseren ze Koffietijd-fandagen, zijn ze actief op social media en hebben ze een second screen. Daarnaast zenden ze uit op een tijdstip waarop zij weinig last hebben van concurrerende programma’s (zie hoofdstuk 5). Een zwak punt en bedreiging daarbij is echter dat hierdoor een stuk van de doelgroep niet bereikt wordt, doordat veel mensen werken om 10 uur ’s ochtends, dit zou eventueel opgelost kunnen worden door middel van een online magazine. Koffietijd wil graag dat het magazine onderscheidend is van de website. Er mag geen tot weinig dubbele informatie in het magazine komen te staan en het moet ook niet per se een verlengstuk van de website worden. Het moet een eigen identiteit krijgen. Daarnaast wordt het magazine op verzoek van de redactie eens per kwartaal aangeboden in de vorm van een seizoenseditie. Hier is voor gekozen omdat er in het programma met name redactioneel veel met seizoenen wordt gedaan. Wanneer de lente op komst is, wordt op elk vlak 1 of 2 weken geheel aan dit seizoen gewijd. Het is dus interessant dit door te trekken naar het magazine omdat de kijker dan achtergrondinformatie aangeboden krijgt over onderwerpen in de uitzending, wat weer aansluit op de wensen en behoeften van de doelgroep (zie hoofdstuk 2). Het magazine wordt ook gratis aangeboden en qua sponsoring moet ervoor gezorgd worden dat het niet te commercieel wordt.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
2
23
Doelgroepanalyse
In dit hoofdstuk wordt de doelgroep van Koffietijd besproken. Hier vindt u de definitie van de doelgroep met bijbehorende demografische variabelen en de mening van de doelgroep over het magazine volgens het panelgesprek.
2.1
De doelgroep
Koffietijd is een programma dat wordt uitgezonden op RTL 4 en dat daarmee dus onder RTL Nederland valt. RTL Nederland is op dit moment marktleider van de Nederlandse televisie (zie hoofdstuk 5.3) en wil de mediadoelgroepen voor de programma’s vaststellen. (RTL Nederland, 2014). De vastgestelde doelgroep voor het programma Koffietijd is “alle mainstream vrouwen tussen de 30 en 45 jaar die midden in het leven staan. Dat is onze kerndoelgroep. Daarnaast heeft Koffietijd een ‘stretch’ gemaakt naar de 45-plussers en ook de twintigers. De focus van het programma ligt altijd op de kerndoelgroep, maar een klein deel van het onderwerp stretchen we naar boven of naar beneden”. (Productieboek, 2014).
2.1.1
Wat is de grootte van de doelgroep?
Door de stretch die er gemaakt wordt in de doelgroep van Koffietijd, wordt deze groep erg breed. Volgens het CBS vallen er binnen de leeftijd 30 tot 45 jaar in Nederland namelijk ongeveer 1,6 miljoen vrouwen. (CBS, 2014). Door te kijken naar het aantal niet werkende vrouwen in deze doelgroep kan een schatting gemaakt worden van het aantal potentiele kijkers voor een eventuele groei van het programma. Van de 1,6 miljoen vrouwen is volgens het Nationaal Kompas Volksgezondheid 22% niet werkend. Dit komt neer op ongeveer 352.000 vrouwen. Wat deze benadering onnauwkeurig maakt, is dat 60% van de werkende vrouwen (960.000) parttime werkt. Hier zitten ook nog potentiele kijkers tussen. Er wordt in dit onderzoek geen rekening gehouden met deze groep, vanwege gebrek aan informatie. Daarmee hou je minimaal 352.000 potentiele kijkers over. (Nationaal Kompas Volksgezondheid, 2014). Koffietijd heeft momenteel gemiddeld 200.000 kijkers, waarvan 160.000 vrouwelijke kijkers. Van alle kijkers van Koffietijd is namelijk 21% mannelijk en 79% vrouwelijk (zie bijlage 3). (Mindshare, 2012). Dit betekent dat er nog groeimogelijkheden zijn binnen de kijkcijfers van de vastgestelde doelgroep. Wanneer deze 160.000 reeds bereikte kijkers worden afgetrokken van de groep potentiele kijkers, hou je alleen al ruim 192.000 niet werkende vrouwen over. (CBS, 2013) Zoals eerder vertelt heeft Koffietijd de afgelopen maanden 10% van de kijkers verloren, namelijk vrouwen tussen de 20 en 49 jaar. (Productieboek, 2013). In april en mei 2014 is er zelfs een sterke terugval te zien met gemiddeld 186.000 en 190.000 kijkcijfers. (SKO, 2014). Maar waar worden de kijkers precies aan verloren? Één ding dat zeker is, is dat het programma geen gunstig tijdstip op de dag heeft (tussen 10.00 uur en 11.00 uur). Het heeft bijvoorbeeld last van veel werkende mensen op dit tijdstip. In een panelgesprek met voormalige kijkers van Koffietijd is besproken waarom zij momenteel niet meer kijken en wat er gedaan moet worden willen zij zich weer gaan binden aan Koffietijd. Hierover vindt u meer informatie in hoofdstuk 7.3. Ook is er gekeken naar concurrerende programma’s op hetzelfde tijdslot (10:00 – 11:00 uur op maandag t/m vrijdag). Zijn er andere programma’s waar Koffietijd kijkers aan verliest? Meer informatie hierover vindt u in hoofdstuk 5.3.
2.1.1 Wat is de welstandklasse van de kijker van Koffietijd? Door de doelgroep af te bakenen, kan er beter ingespeeld worden op de wensen en behoeftes van de kijker en potentiële lezer. Het is van belang om te weten van welke klasse de kijkers van Koffietijd zijn, zodat specifieker ingegaan kan worden op de invulling van het online magazine. Mindshare heeft in 2012 een onderzoek uitgevoerd voor Koffietijd, waarin is gekeken hoe de welstandsklasse in de Nederlandse populatie en onder de Koffietijdkijkers is verdeeld. (Mindshare, 2012)
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
24
Volgens het boek ‘Grondslagen van de Marketing’ zijn er verschillende welstandsklassen: “een indeling van de populatie gebaseerd op het beroep en de opleiding”. Verhage (2009) onderscheidt vijf verschillende klassen: Klasse A: de welgestelden. Hierbinnen vallen bijvoorbeeld directeuren van grote ondernemingen of hoge ambtenaren. Klasse B1: de bovenlaag van de middengroep. Hierbinnen vallen hogere managers of directeuren van kleinere ondernemingen. Klasse B2: de onderlaag uit de middengroep. Hierbinnen vallen bijvoorbeeld ambtenaren in middenpositie. Klasse C: de minder welgestelden. Hierbinnen vallen bijvoorbeeld lager kantoorpersoneel of geschoolde arbeiders. Klasse D: de minst welgestelden. Hierbinnen vallen bijvoorbeeld ongeschoolde werknemers. (Verhage, 2009). Klasse D: de minst welgestelden Klasse C: de minder welgestelden; Klasse B2: de onderlaag uit de middengroep; Klasse B1: de bovenlaag uit de middengroep; Klasse A: de welgestelden; Figuur 2. Welstandsklasse Koffietijd Uit figuur 1 blijkt dat de meeste kijkers (38%) van Koffietijd zich in welstandklasse C bevinden. Daarna komt welstandsklasse B1 met 30%, B2 met 13%, D met 10% en A met 9% van de kijkers. Uit figuur 1 kan worden afgelezen dat klasse C en B1 het grootste aandeel heeft. Met deze informatie kan rekening worden gehouden met de invulling van het magazine. Waar de welgestelden (klasse A) hoogstwaarschijnlijk niet geinteresseerd zijn in bijvoorbeeld bespaartips, kan dit voor de minder welgestelden (klasse C) een goed en belangrijk onderwerp zijn. (Mindshare, 2012). In paragraaf 2.3.2 vindt u meer informatie over de uitkomsten van panelgesprekken met de doelgroep zelf.
Figuur 3. Beweegredenen kijkers Koffietijd De kijkers die aangeven vaak tot altijd te kijken (3-4 keer in de week), ervaren Koffietijd met name als een rustmoment in de ochtend, als ontspannend en informatief. De groep die af en toe(1-2 keer in de week) naar Koffietijd kijkt vindt het programma ontspannend en informatief, maar ook eigentijds. De groep die vaak of altijd kijkt(5-6 keer in de week), ervaart het ook als een rustmomentje in de ochtend, en als ontspannend en informatief. (Mindshare, 2012). Uit het panelgesprek met de huidige kijkers van Koffietijd is gebleken dat zij om de volgende redenen naar het programma kijken: het zijn vertrouwde onderwerpen waar je je mee kunt identificeren, het is een gezellig programma, het is een moment van rust in de ochtend en het heeft veel raakvlakken met de interesses en/of vakgebieden van de kijkers zelf. De kijkers vinden het fijn dat het programma breed is opgezet. Het is voor ieder wat wils. Deze beweegredenen kunnen worden doorgevoerd in het online magazine. Daarnaast blijkt uit
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
25
onderzoek van de University of Sussex dat lezen de beste manier is om te ontspannen. Een van de redenen hiervoor is dat mensen zich zo moeten concentreren op het lezen dat het hart en de spieren ontspannen. (Gezondheidsnet, 2014).
2.1.2
Mediagebruik
Het mediagebruik neemt volgens het CBS in Nederland jaarlijks toe. Het meest recente onderzoek van het CBS gaat over 2013. Hierin staat dat ruim 95% van de huishoudens in Nederland toegang heeft tot internet. Waar vroeger in de woonkamer nog een personal computer (pc) stond, is deze inmiddels vervangen door de welbekende laptop. Dit is volgens het onderzoek het favoriete middel om mee te internetten. 78% van deze huishoudens beschikt namelijk over een laptop en nog maar 69% over een desktop-pc (CBS, 2014). Het mediagebruik van de doelgroep van Koffietijd (vrouwen tussen de 30-45 jaar) is onder te verdelen in: internet, social media en mobiel- en tabletgebruik. EEN Media heeft een onderzoek gehouden onder 550 vrouwen in de leeftijd van 15-40 jaar. EEN Media doet eens per jaar onderzoek naar trends en ontwikkelingen binnen een bepaalde doelgroep. Deze resultaten zijn gepubliceerd in de infographic die hiernaast te zien is. Voor de leeftijdsgroep 26-40 jaar wordt duidelijk dat ongeveer 95% van de vrouwen het liefst online shopt. Hiervan koopt 60% het liefst make-up online en shopt 40% liever online dan in de winkel. 80% van de ondervraagden internet ongeveer 2 uur per dag en 55% is ’s avonds het meest online. Ongeveer 80% van de ondervraagden van het EEN Media onderzoek heeft een smartphone en 50% kijkt na het wakker worden zelfs direct of zij een bericht heeft ontvangen of iets gemist heeft. (EEN Media, 2013). Ook Google heeft een onderzoek gehouden; dit keer naar het mobielgebruik per land in de wereld. In dat onderzoek wordt het een en ander duidelijk: 70% van de ondervraagden gaat niet zonder mobiel de deur uit en een smartphone is in onze maatschappij zo belangrijk geworden dat 21% bereid is om de televisie op te geven voor hun smartphone. Bij welke activiteiten gebruiken wij onze smartphone? De grootste activiteit waarbij wij onze smartphone gebruiken is televisie kijken, met 49%. Daarna komt naar muziek luisteren met 36% gevolgd door internetten met 31%. Verder wordt er nog gesproken over film kijken (24%), tijdschriften/krant lezen (13%), videogames spelen (9%) en een boek lezen (6%). (Google, 2014). Volgens onderzoek van het CBS heeft de tablet ook een belangrijke plaats ingenomen in Nederland. In 45% van de huishoudens is er inmiddels een te vinden (CBS, 2013). Er is hierin volgens Goos-e een duidelijk verschil te zien tussen mannen en vrouwen. Het grootste deel van de vrouwen (69%) gebruikt de tablet langer dan een half uur per dag en deze wordt het meest gebruikt in de woonkamer (62%). (Dutchcowboys, 2013).
2.1.3 Vrijetijdsbestedingen SPOT heeft een onderzoek gedaan naar de vrijetijdsbestedingen in Nederland (door mensen in de leeftijdsgroep 20-65 jaar). Hieruit blijkt dat deze groep (20-65 jaar) het grootste gedeelte van de dag in bed doorbrengt. Als vrijetijdsbestedingen worden ontspannen/niets doen en luieren als nummer 1 genoemd door 82% van de respondenten. Als tweede is deze groep in de vrije tijd bezig met het brengen van bezoekjes (49%), gevolgd door sport/hobby’s/spelletjes en uitgaan die alle drie door 12% worden benoemd. Ook blijkt uit ditzelfde onderzoek dat vrouwen meer bezig zijn met huishouden, koken en zorg en dat vooral de huisvrouwen vrije tijd erg belangrijk vinden. (SPOT, 2012).
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
2.2
26
Wie is de ijkpersoon?
Tijdens een extra interview met de eindredactie en hoofdredactie van Koffietijd is de ijkpersoon besproken. Dit interview is gehouden na de panelgesprekken met de kijkers en ook na het interview met Denise van PuurZaans. Tijdens dit gesprek heb ik aangegeven dat het lastig is om een ijkpersoon te maken aangezien de doelgroep redelijk breed is. Zowel einderedactie als hoofdredactie gaf aan toch gebruik te willen maken van een ijkpersoon bij het tijdschrift. Het moet een vrouw zijn die de gemiddelde leeftijd van de doelgroep heeft, namelijk 35 jaar. Het argument was dat het werken met een ijkpersoon volgens hen fijn is voor het schrijven van artikelen omdat dit met een ijkpersoon gerichter kan. De informatie voor maken van de ijkpersoon zelf komt onder andere van het analyseren van de kijkers die aanwezig waren op de Koffietijd fan dag. Daarnaast zijn verschillende filmpjes van kijkers geanalyseerd om een beter beeld te creëren en er is ook gebruik gemaakt van de deskresearch. Maria is 35 jaar, getrouwd met Jos van 38 jaar en samen hebben zij twee kinderen. Het oudste kind is 10 jaar, Nina en de jongste is 8 jaar, Floris. Beiden gaan zij naar de basisschool. Maria werkt al een aantal jaar niet. Bij het krijgen van de kinderen heeft zij besloten te stoppen met werken en zich volledig te richten op de opvoeding van de kinderen en daarnaast het huishouden. Jos werkt wel, hij is fulltime docent op een middelbare school. Met het gezin wonen ze in Utrecht. Maria is een enthousiaste vrouw met veel levenslust en een enorme drive voor haar kinderen. Ze weet wat ze wil, wat ze leuk vindt en wat ze juist niet leuk vindt en heeft dan ook geen moeite om haar mening te verkondigen. Maria houdt er daarnaast van om creatief bezig te zijn en is een tikkeltje eigenwijs. Maria begint de dag met een heerlijke kop koffie en een krant of tijdschrift. Ondertussen heeft ze Koffietijd op staan en begint zo rustig haar dag. In haar vrije tijd bakt Maria graag. Ze probeert hierbij verschillende recepten uit en haar inspiratie haalt ze uit verschillende tijdschriften. Zo leest zij de Libelle, Margriet maar ook de Foodz. Wanneer de kinderen op school zijn gaat ze graag met vriendinnen op stap om te winkelen, naar de bioscoop te gaan of een andere voorstelling te bezoeken. Hiervoor doet zij ook graag mee aan prijsvragen om zo de kosten te besparen. Wanneer zij ’s middags thuis komt, haalt zij eerst de kinderen van school en eet zij vervolgens vaak met het hele gezin een simpele maar makkelijke maaltijd. Eentje die zij eerder heeft gespot in een van de tijdschriften. Na het eten is het tijd voor het gezin en kijken zij vaak met zijn alle televisie of doen een spelletje. Op televisie kijkt zij met het gezin naar programma’s als ‘The Voice of Holland’, ‘Ik hou van Holland’ en ‘Divorce’. Zelf kijkt zij het liefst naar ‘Moordvrouw”, ‘Goede Tijden, Slechte Tijden’ en ‘Het spijt me’.
2.3
Verwachtingen online magazine
Aan de hand van twee gehouden panelgesprekken is duidelijk geworden wat de ondervraagde doelgroep verwacht van het online magazine. Hoe wordt het inhoudelijk maar ook qua vormgeving ingevuld? 8 van de 10 ondervraagde kijkers geven aan graag een online magazine van Koffietijd te willen en verwachten zich daardoor meer verbonden te voelen met het programma. Redenen hiervoor waren dat zij zelf konden bepalen wanneer het magazine gelezen werd en zo kan Koffietijd de voormalige groep kijkers een kans bieden om toch (weer) bereikt te worden.
2.3.1 Tone of voice en benadering De doelgroep heeft in het panelgesprek aangegeven in het online magazine met ‘je’ te willen worden aangesproken. De reden hiervoor was dat velen zich anders oud voelen en het niet meer van deze tijd is om een doelgroep onder de 60 aan te spreken met u. De doelgroep zit er overigens niet op te wachten om constant mailtjes te krijgen over het online magazine of het programma zelf. Dit heeft volgens hen dezelfde werking als een nieuwsbrief die vrijwel gelijk wordt weggegooid. Het online magazine moet via de website van Koffietijd te downloaden aangeboden worden.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
27
2.3.2 Onderwerpen en pijlers Omdat het programma vaak inspeelt op de interesses en vakgebieden van de kijkers, willen de kijkers hier graag in het magazine nog meer over zien. In het panelgesprek hebben we een aantal pijlers opgezet die er volgens hen voor zouden zorgen dat zij het magazine downloaden en lezen. De pijlers zijn de volgende: mode en beauty (hoe kleed je je bijvoorbeeld voor een sollicitatiegesprek), eten en drinken (een Paasmenu of makkelijke en snelle gerechten), gezondheid (interviews met huisarts Job), huishouden (handige huishoudelijke tips), do-it-yourself (knutsel- en breiwerkjes) en van binnenuit (kijkersvragen, binnenkijken bij kijkers of persoonlijke verhalen). Het is voor de kijker erg belangrijk dat ze zelf goed belicht worden in het online magazine. De pijler ‘van binnenuit’ is ook niet voor niets toegevoegd aan het rijtje, want de kijkers vinden het belangrijk dat er niet alleen maar bekende Nederlanders in het magazine naar voren komen. Wanneer bijvoorbeeld een kijkje bij iemand binnen wordt laten zien (een kijkje in het huis van…) zouden zij graag binnenkijken bij een kijker van Koffietijd om te zien hoe doorsnee Nederland woont. Vrijwel iedereen weet hoe bekende Nederlanders wonen: het is altijd groots, exclusief en vol dure spullen. Zij zouden graag inspiratie opdoen in een doorsnee huis.
2.3.3 Advertenties De kijkers in het panelgesprek vinden het niet erg dat er advertenties aan een tijdschrift toegevoegd worden. Het geeft zelfs eenzelfde soort gevoel als een papieren tijdschrift omdat reclame tegenwoordig nergens weg te denken is. Het moet overigens wel in verhouding zijn. Als er een interview wordt geplaatst over een medisch onderwerp en er vervolgens een advertentie van A. Vogel komt, wordt dat niet als vervelend ervaren omdat het in dit geval nuttig is. Daarnaast zien de kijkers de interactiviteit van een online magazine als een extraatje wat betreft advertenties. Wanneer er op geklikt kan worden en er een proefmonstertje aangevraagd kan worden, wordt een advertentie over het algemeen meer gewaardeerd.
2.4
Conclusie
De doelgroep van Koffietijd bestaat uit: alle mainstream vrouwen tussen de 30 en 45 jaar die midden in het leven staan. Dat is de kerndoelgroep. Daarnaast heeft Koffietijd een ‘stretch’ gemaakt naar de 45-plussers en de twintigers. De focus van het programma ligt altijd op de kerndoelgroep, maar een klein deel van de onderwerpen wordt naar boven of naar beneden gestretcht”. Van alle kijkers van Koffietijd is 21% mannelijk en het grootste gedeelte, 79%, vrouwelijk. Uit een eerder gemaakte berekening is gebleken dat er nog een ruim aantal potentiele kijkers zijn. Er zijn in Nederland alleen al 352.000 niet-werkende vrouwen. Momenteel is het gemiddelde kijkersaantal van Koffietijd ongeveer 200.000, waarvan 160.000 vrouwen. Er is dus nog ruimte voor groei van de kijkcijfers binnen de doelgroep. Hierbij worden de parttimers niet meegerekend, vanwege gebrek aan informatie. Dus dit aantal ligt in werkelijkheid waarschijnlijk nog hoger. Doordat er de afgelopen maanden een daling in kijkcijfers (10%) is geweest en in 30% van de gevallen de gewenste kijkcijfers niet behaald worden, zou dit opgevuld kunnen worden met de 192.000 mensen die hierboven berekend zijn. Wanneer deze groep bereikt kan worden voor het lezen van het magazine en enthousiast raakt over het programma, heeft Koffietijd in ieder geval behoud van de huidige kijkcijfers en kan een eventuele verdere daling voorkomen worden. Hoe deze groep bereikt kan worden leest u in hoofdstuk 6.3. De meerderheid van de kijkers van Koffietijd bevinden zich in welstandklasse C, de minder welgestelden. Met deze informatie kan rekening worden gehouden met de invulling van het magazine. Waar de welgestelden (klasse A) hoogstwaarschijnlijk niet geinteresseerd zijn in bijvoorbeeld bespaartips, kan dit voor de minder welgestelden (klasse C) een goed en belangrijk onderwerp zijn. Daarnaast geven de kijkers die vaak tot altijd kijken aan dat zij het programma ervaren als een rustmoment in de ochtend en als ontspannend en informatief. Deze wensen en behoeften worden vervolgens in het magazine vervult, doordat onderzoek uitwijst dat lezen de beste manier is om te ontspannen. Een van de redenen hiervoor is dat mensen zich zo moeten concentreren op het lezen dat het hart en de spieren ontspannen. De tablet heeft een belangrijke plaats ingenomen in Nederland. In 45% van de huishoudens is er inmiddels een te vinden. Er is hierin ook nog duidelijk verschil te zien tussen mannen
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
28
en vrouwen. Het grootste deel van de vrouwen (69%) gebruikt de tablet namelijk langer dan een half uur per dag. Hier komt ook grotendeels het idee vandaan om het tijdschrift digitaal te introduceren. In hoofdstuk 4.1.3 vindt u meer informatie over de opkomende en reeds bestaande digitalisering in de wereld. Daarnaast blijkt dat ongeveer 95% van de ondervraagden het liefst online shopt. Dit is in voordeel van het Koffietijdschrift aangezien Koffietijd zal gaan werken met klikbare advertenties. Meer informatie hierover vindt u in hoofdstuk 6.1.5. In de panelgesprekken met de huidige kijkers en ex-kijkers is gevraagd naar de verwachtingen binnen het online magazine. Deze groepen willen graag dat de kijkers (lees: de gemiddelde Nederlander) in het magazine centraal komt te staan. Vaak staan bekende Nederlanders in een tijdschrift centraal, maar de kijker wil graag leren van de gemiddelde Nederlander. De pijlers die zij graag terugzien, zijn mode en beauty, eten en drinken, gezondheid, huishouden, do-it-yourself en van binnenuit. Daarnaast moeten advertenties echt iets toevoegen aan het magazine willen deze gewaardeerd worden.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
3
29
Theoretisch kader
In dit hoofdstuk wordt de theorie over crossmedialiteit, betrokkenheid en media toegepast op dit onderzoek. De verschillende vormen van crossmedia worden uitgelegd, net als de mediatheorie uses and gratafications en hoe crossmedia voor meer merkbetrokkenheid kan zorgen.
3.1
Crossmedialiteit
De definitie van crossmedia is volgens Indira Reynaert: “Er is sprake van crossmedia als er ten behoeve van een communicatiedoelstelling een kruisbestuiving bestaat van verschillende media (…). De verschillende media communiceren hierbij mediumspecifieke betekenissen die deel uitmaken van een synergetisch geheel: via een verhaal wordt er een boodschap over de media uitgedragen, waarbij er rekening wordt gehouden met de kwaliteiten en eigenaardigheden van de ingeschakelde media, de participerende houding en het mediagebruik van de consument” (Reynaert, 2009). Verschillende mediaonderzoekers beschrijven ‘convergentie’ (crossmedia) op twee manieren: als het samensmelten van informatiesystemen, telecommunicatie en media technologieën, of als het samensmelten van sociale en culturele elementen. Volgens Jenkins is convergentie een begrip dat onderzoekers bezighoudt bij het vertalen van crossmedia. Volgens Jenkins betekent convergentie “de stroom van content op verschillende mediaplatforms en de samenwerking tussen verschillende media-industrieën”. Volgens hem gaat convergentie gepaard met ‘divergence’, oftewel afwijking. Jenkins zag als eerste dat convergentie een ‘must’ was voor de media-industrie. (Erdal, 2007) De opkomende trend digitalisatie en de technische convergentie betekenen ook dat de grenzen van deze mediaplatforms makkelijker te overschrijden zijn. Doordat informatie nu makkelijk te delen is, zorgen mediabedrijven er sneller voor dat de content geschikt is voor verschillende platforms, waardoor deze samenwerking gestimuleerd wordt. (Erdal, I.J.,2007) Via alle mediaplatforms, zoals internet, social media en blogs, is er tegenwoordig van alles mogelijk. Deze platforms komen het leven van mensen binnen met non-journalistieke content en maken een intieme aanwezigheid mogelijk (Erdal, 2007). Content wordt op deze manier gemaakt door constante interpersoonlijke interactie en geeft de mogelijkheid tot nieuwe bronnen. De rol verschuift hierbij van lezer naar maker. Het publiek heeft nu ook de mogelijkheid zelf content te creëren. De informatie die hierbij vrijkomt, is compleet open en interactief. Door convergentie worden niet alleen de grenzen tussen professionals en amateurs vervaagd, maar ook die tussen publiek en deelnemers. (Line, 2013) Veel mediabedrijven ondervinden de effecten van de opkomst van crossmedia. Er wordt op nieuwe manieren content geproduceerd maar ook voor een actiever publiek. “Idols” en “The Voice of Holland” zijn hiervan een uitstekend voorbeeld. De belangrijkste momenten worden in de wekelijkse afleveringen via de televisie getoond en radio en internet vullen de gaten op (sneakpreviews laten zien om mensen te triggeren om te kijken of achteraf reacties van de kandidaten en juryleden laten zien), waar televisie tekortschiet op dat moment. Het is voor deze programma’s niet het doel de doelgroep te bereiken, maar juist het tegenovergestelde: om hun participatie binnen het event aan te wakkeren. Door deze omgekeerde theorie te gebruiken (wat mogelijk is door nieuwe media) kunnen doelgroepen aangezet worden tot interactie. (Kjus, 2009) Volgens Fredrik Gundelsweiler en Christian Filk (2012) is het belangrijk om uit te zoeken hoe bedrijven verbonden zijn met klanten en hoe klantbetrokkenheid verbeterd kan worden. Op dit moment zorgt Web 2.0 ervoor dat de lezer zelf producer wordt van content en/of video’s. Tijd speelt een belangrijke rol wanneer de gebruiker toegang krijgt tot deze content. Ochtendgebruikers luisteren naar de radio en onderweg naar hun werk gebruiken zij hun mobiele telefoon om mediacontent te ontvangen. Tijdens de lunch gebruiken zij hun laptop of computer voor deze content en in de avond gebruiken zij zowel hun mobiele telefoon als grote schermen (zoals een tablet of televisie) om video’s terug te kijken. Welke media de
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
30
gebruiker gebruikt is afhankelijk van de situatie van de gebruiker en de aanwezige apparaten. (Gundelsweiler & Flik, 2012)
3.1.1 Vormen van crossmedia Crossmedia 1.0 – Pushed De eerste vorm van crossmedia is ‘pushed’. Dit betekent dat dezelfde content op verschillende platformen in verschillende vormen geplaatst wordt. Een voorbeeld hiervan is een audiofragment van een tv-programma dat op een website geplaatst is. Het hoeft niet alleen maar in verschillende vormen geplaatst te worden. Wanneer dezelfde content op verschillende platforms wordt geplaatst, behoort deze ook tot de eerste vorm van crossmedia. Een voorbeeld hiervan is Uitzending Gemist. Het programma is te zien op de televisie en wordt daarna (als fragment) op de website van Uitzending Gemist geplaatst. Hierbij verandert de inhoud niet. (Hayes, G. 2006). Crossmedia 2.0 – Extras De tweede vorm van crossmedia is ‘extras’. Hierbij wordt bepaalde content als hoofdproductie gebruikt. De maker van deze content wilt deze via verschillende kanalen, maar ook op verschillende manieren verspreiden. Een voorbeeld hiervan is een mobiele versie van een ‘achter de schermen’-video van een film. Hetzelfde verhaal wordt dus op verschillende manieren getransformeerd en kan dus ook vanuit verschillende kanten belicht worden. (Hayes, G. 2006). Crossmedia 3.0 – Bridges De derde vorm van crossmedia is ‘bridges’. Dit is de vorm waarbij de gebruiker het meest gebruikmaakt van ‘call to action’. Er wordt van verschillende media gebruikgemaakt om het desbetreffende verhaal verder te ontdekken. De inhoud op het andere platform is van cruciaal belang om in contact te blijven met de ervaring en de narratieve bruggen. Deze teasen mensen om op onderzoek uit te gaan en te kiezen voor een volgend medium. Een logisch voorbeeld hiervan is een televisieprogramma dat midden in een verhaal stopt en vervolgens een URL in beeld weergeeft waarmee het verhaal verder ontdekt kan worden. De gebruiker wordt getriggerd door een sms, die hem/haar naar een concert stuurt; daar wordt hij/zij via een tv-show naar een podcast geleid, wat uiteindelijk eindigt bij een registratiemail. (Hayes, G. 2006). Crossmedia 4.0 – Experiences De laatste vorm van crossmedia is experiences. Dit houdt in dat de producer zijn handen van het gehele crossmediaproces afhoudt. De gebruiker volgt op dit punt zijn of haar eigen pad en beleeft op die manier zijn of haar eigen (persoonlijke) ervaring. De gebruiker creëert een eigen brug. Een voorbeeld hiervan is Alternate Reality Games. Dit bevat ook alle elementen van de eerste drie genoemde vormen crossmedia, maar de vierde vorm is zo dynamisch dat de makers van zulke games voortdurend bezig zijn met het bouwen van bruggetjes voor de gebruiker. (Hayes, G. 2006).
3.2
Mediatheorie: uses and gratifications
De theorie uses and gratifications is een theorie die zijn oorsprong kent in de jaren zeventig. Voor het ontstaan van deze theorie ging men ervan uit dat de media de mens alles kon wijsmaken. Er werd geloofd in ongelimiteerde effecten tot er een omslagpunt kwam en de mediagebruiker veranderd werd in een actieve gebruiker. De centrale vraag in deze theorie is: “wat doen media met mensen?” (Cremers, M. 2014) De “uses and gratifications”-theorie gaat er dus van uit dat de mediagebruiker zelf kiest welke informatie hij/zij ontvangt of wil ontvangen en welke informatie hij/zij hiervan gebruikt. Een voorbeeld hiervan is dat een gebruiker zelf kan kiezen of hij/zij naar het journaal kijkt en via welk medium dit gebeurt: via de televisie, krant of een applicatie? De keuze voor een bepaald medium heeft te maken met het vervullen van bepaalde verlangens en behoeftes (uses and gratifications). (Cremers,M. 2014)
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
3.3
31
Betrokkenheid
Crossmedialiteit bij een programma wil nog niet per definitie zeggen dat een kijker betrokken wordt bij een programma. ’Betrokkenheid’ is een apart begrip om af te bakenen om te begrijpen hoe een kijker het best betrokken kan worden bij een programma of merk. In wetenschappelijke literatuur is er in het kader van interne communicatie al veel geschreven over betrokkenheid, ook vaak commitment genoemd. Er zijn drie soorten betrokkenheid te onderscheiden: affectieve betrokkenheid, continuïteitsbetrokkenheid en normatieve betrokkenheid. (Loyaltyfacts, z.j.) 3.3.1 Affectieve betrokkenheid De mate waarin iemand zich emotioneel verbonden voelt en zich identificeert met de organisatie/het merk. De vorm van betrokkenheid van de medewerker bepaalt in grote mate het gedrag en daardoor de prestaties. Een affectief betrokken medewerker voelt zich verbonden met de organisatie en zal daarom veel inzet tonen. Het is het type medewerker dat ’s avonds thuis doorwerkt om de volgende dag de perfecte presentatie te kunnen geven. Affectief betrokken medewerkers zijn vanwege hun hoge prestaties dus van grote waarde voor een organisatie. (Loyaltyfacts, z.j.)
3.3.2 Continuïteitsbetrokkenheid Dit betreft de inschatting van een medewerker over de kosten die een mogelijk vertrek uit de organisatie met zich meebrengt. Medewerkers met alleen continuïteitsbetrokkenheid blijven bij een organisatie omdat zij het risico van een vertrek uit de organisatie hoger inschatten dan het risico van in dienst blijven bij de organisatie. (Loyaltyfacts, z.j.)
3.3.3 Normatieve betrokkenheid Dit verwijst naar de verplichting die medewerkers voelen om bij een organisatie te blijven. De begrippen identificatie en betrokkenheid worden vaak in lijn met elkaar genoemd. Postmes et al stelt dat betrokkenheid evenredig aan de term identificatie kan worden beschouwd. Beide begrippen refereren volgens hen aan een emotionele band die medewerkers kunnen hebben met een organisatie. (Loyaltyfacts, z.j.) Uit onderzoek blijkt dat betrokkenheid zorgt voor loyale consumenten en het retentieniveau (vasthouden van consumenten) verhoogt. Communicatie-inspanningen worden hierbij ingezet om de betrokkenheid van klanten aan een bepaald merk te verhogen en daarmee ook de loyaliteit te verhogen. (Loyaltyfacts, z.j.)
3.4
Meer merkbetrokkenheid door crossmedia
Uit een onderzoek van CLOUD marketing blijkt dat 2% van het wereldwijde publiek zich vier keer meer betrokken voelt bij merken die via crossmedia gecommuniceerd worden. Dit publiek is belangrijk voor marketeers omdat er 108% meer uitgeven aan reclame voor deze specifieke groep. Volgens Paul Alfieri was er in 2013 een stijging van 200% in reclamecampagnes via digitale platforms als display, mobiel, video en social media. (Adformatie, 2014).
3.5
Online magazines
MPA, The Association of Magazine Media, plaatst ieder jaar een onderzoek over de trends en economische factoren van de (online) tijdschriftenwereld. Hieruit blijkt dat het publiek dat tijdschriften leest sneller groeit dan het publiek van de televisie of de krant. Waar er (volgens dit onderzoek) 314 vrouwen tussen de 18 en 49 jaar bereikt worden met een magazine, worden er maar 106 bereikt met het medium televisie. (Magazines.nl, z.j) Een ander opvallend en zeker interessant feit is dat volgens de MPA tijdschriften het hoogst scoren op “engagement keys”, oftewel betrokkenheidsmiddelen. Wanneer iemand een tijdschrift leest, heeft diegene het minst de neiging om zich bezig te houden met andere (media-)activiteiten. De lezer is loyaal aan het tijdschrift. Slechts 13% luistert ondertussen naar de radio en 21% kijkt ondertussen televisie. (Magazines.nl, z.j)
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
32
Digitale magazines verhogen de betrokkenheid. 82% van de ondervraagden geeft aan dat een digitaal (interactief) magazine een groter gevoel van betrokkenheid geeft dan een artikel op een website of een vergelijkbaar medium. Apparaten zoals een iPad geven de consument ook meer mogelijkheden voor het creëren van deze betrokkenheid. 70% van de consumenten die in het bezit is van een iPad besteedt minimaal 15 minuten aan het lezen van een digitaal magazine en 33% van de consumenten besteedt 31 tot 60 minuten aan het lezen van zo’n magazine. (Magazines.nl, z.j)
3.6
Conclusie
Crossmedia betekent kort gezegd dat er twee of meer media met elkaar verbonden worden. Door convergentie worden de grenzen tussen professionals en amateurs vervaagd, maar ook tussen publiek en deelnemers. De rol verschuift hierbij van lezer naar maker. Het publiek heeft nu ook de mogelijkheid zelf content te creëren. Veel mediabedrijven ondervinden de effecten van de opkomst van crossmedia. Er wordt op nieuwe manieren content geproduceerd maar ook voor een actiever publiek. De theorie die hierbij gepaard gaat is “uses and gratifications”. Deze theorie gaat ervan uit dat de mediagebruiker zelf kiest welke informatie hij/zij ontvangt of wil ontvangen en welke informatie hij/zij hiervan gebruikt. Een voorbeeld hiervan is dat een gebruiker zelf kan kiezen of hij/zij naar het journaal kijkt via welk medium dit gebeurt: via de televisie, krant of een applicatie? De keuze voor een bepaald medium heeft te maken met het vervullen van bepaalde verlangens en behoeftes (uses and gratifications). Dit is een aspect waar Koffietijd op in moet spelen. Wat zijn de wensen en behoeften van de kijkers? Uit panelgesprekken blijkt dat er zeker behoefte is aan de komst van een Koffietijdtijdschrift; het creëren van een ander medium waar de Koffietijdkijker zelf kan bepalen wanneer hij/zij de (geselecteerde) informatie tot zich wil nemen. De kijker zit op deze manier niet vast aan de uitzendtijden maar krijgt wel informatie over de onderwerpen waar behoefte aan is. Crossmedialiteit bij een programma wil nog niet per definitie zeggen dat een kijker betrokken wordt bij een programma of merk. Communicatie kan als strategisch hulpmiddel worden ingezet voor het verhogen van de betrokkenheid van klanten aan het merk en het daarmee verbeteren van de loyaliteit. In het geval van Koffietijd betekent dit communiceren met de kijker op een andere manier, via een ander medium. Koffietijd kan er hierbij ook nog voor kiezen om de boodschap in het online magazine met tekst, beeld en geluid te versterken. Daarnaast wijzen onderzoeken van CLOUD marketing uit dat 2% van het wereldwijde publiek zich via crossmedia vier keer meer betrokken voelt bij merken. Volgens de MPA scoren tijdschriften ook het hoogst op “engagement keys”, oftewel betrokkenheidsmiddelen. Wanneer iemand een tijdschrift leest, heeft diegene het minst de neiging om zich bezig te houden met andere (media)activiteiten. De lezer is loyaal aan het tijdschrift. “70% van de consumenten die in het bezit is van een iPad besteedt minimaal 15 minuten aan het lezen van een digitaal magazine en 33% van de consumenten besteedt 31 tot 60 minuten aan het lezen van zo’n magazine”. Wanneer er bij de website van Koffietijd naar de duur van bezoeken wordt gekeken, blijkt dat maar 3 minuten te zijn. Daarom is ervoor gekozen om korte artikelen op de website te plaatsen. In het online magazine kunnen meer achtergrondartikelen geplaatst worden – naar wens van de doelgroep, zoals bleek uit het panelgesprek – en kan er dus ingespeeld worden op de behoefte (uses and gratifications). Vanwege gemiddelde bezoekerstijd van 31 tot 60 minuten voor een online magazine, heeft Koffietijd een grote kans heeft dat er aandachtig naar het tijdschrift gekeken wordt.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
4
33
Trendanalyse
In dit hoofdstuk worden alle trends op het gebied van online magazines besproken. Ook wordt het onderwerp afgebakend. De drie verschillende trendniveaus worden uitgelegd, de definitie van een online magazine en hoe de digitalisering is ontstaan. Vervolgens worden o.a. de trends op het gebied van vormgeving, content en techniek besproken.
4.1
Trendniveaus
Een trend is heel persoonlijk. Iedereen beleeft een trend op zijn eigen manier. De een bekijkt een trend op korte termijn en de ander op lange termijn. Trends zijn over het algemeen lijnen, cijfers of fenomenen die een langdurige tendens vertonen zonder daar te veel van af te wijken. Binnen deze trends bestaan er drie trendniveaus: micro-, maxi- en megatrends. (Economische-begrippen, 2014). Hieronder worden deze verschillen door middel van voorbeelden toegelicht.
4.1.1 Microtrend: social media, second screen, online magazine Een microtrend is een markttrend en bevindt zich dus op marktniveau. Deze trend is, zoals het woord al aangeeft, kleinschalig en wordt minder belangrijk naarmate de tijd verstrijkt. Een microtrend heeft een gemiddelde levensduur van 1 tot 5 jaar. Een voorbeeld van zo’n trend op crossmediagebied is social media. Het begon allemaal met PartyPeeps en Hyves. Deze pagina’s bestaan tegenwoordig niet meer omdat men er behoefte meer aan heeft. Hierna is Facebook ontstaan. Die geniet nu al 5 jaar een sterke populariteit. Volgens verschillende trendwebsites zal Facebook in 2015 een groot gedeelte van haar gebruikers verliezen. Tot de microtrends behoren ook andere crossmediale uitingen zoals second screen (televisie kijken in combinatie met andere activiteiten, zoals smartphone of tablet) of een online magazine (een digitale vorm van een tijdschrift met interactiefuncties). (Gloedcommunicatie, 2014)
4.1.2 Maxitrend: Crossmedia Een maxitrend is een trend waarbij de consument centraal staat en die heeft gemiddeld een levensduur van 5 tot 10 jaar (Gloedcommunicatie, 2014). Een voorbeeld in de mediawereld van een maxitrend is crossmedia. De definitie van crossmedia is volgens Indira Reynaert: “Er is sprake van crossmedia als er ten behoeve van een communicatiedoelstelling een kruisbestuiving bestaat van verschillende media (…). De verschillende media communiceren hierbij mediumspecifieke betekenissen die deel uitmaken van een synergetisch geheel: via een verhaal wordt er een boodschap over de media uitgedragen, waarbij er rekening wordt gehouden met de kwaliteiten en eigenaardigheden van de ingeschakelde media, de participerende houding en het mediagebruik van de consument”. (Reynaert, I. 2009).
4.1.3 Megatrend: Digitalisering Een megatrend is de onderste laag van deze trendpiramide. Het is een trend die wel 10 tot 30 jaar kan aanhouden. Het is een trend die langzaam op gang komt en daarom voor de consument vaak niet merkbaar is. Een goed en relevant voorbeeld hiervan voor dit onderzoek is de trend van digitalisering. Er vindt in deze wereld steeds meer digitalisering plaats. Zo bestond er in 2007 alleen nog maar een geprinte versie van een magazine en worden er nu steeds meer digitale versies ontworpen. Een ander voorbeeld van deze digitalisering is de introductie van de eerste tablets (iPads) in 2010. Deze trend heeft een aantal jaar nodig gehad om goed op gang te komen. In 2011 gebruikte maar 19% van de Nederlandse huishoudens wel eens een tablet om te internetten en in 2013 was dit al gestegen naar 45% van de huishoudens. (Gloedcommunicatie, 2014)
4.2
Wat is een online magazine?
Magazines zijn niet weg te denken uit de huidige maatschappij. Zo bestaan er in Nederland al ongeveer 1.200 publiekstijdschriften. (Magazines.nl, z.j.). Maar pas in 2007 was de introductie van het online tijdschrift (magazine), ook wel een ‘klikbare pdf’ genoemd, want het lezen van zo’n online tijdschrift gebeurt vaak op een tablet of ander apparaat. Het is een tijdschrift met extra mogelijkheden in beeld, tekst en geluid. Denk hierbij aan het toevoegen
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
34
van bewegende beelden, qr-codes of knoppen. (Marketingfacts, 2014). Steeds meer organisaties overwegen hun printmagazine te vervangen door een online magazine.
4.2.1 Soorten online magazines Een online magazine bestaat inmiddels letterlijk in alle soorten en maten. Hieronder worden de verschillen uitgelegd: App: Een app-magazine wordt specifiek ontwikkeld voor Android- of iOS-tablets (iPads). De lezer installeert het magazine als app op zijn tablet. Met name mediabedrijven bieden app-magazines aan. Een voorbeeld van zo’n “app-magazine” is Bright Screenzine of Psychologie Magazine. Beide magazines zijn afgestemd op de specificaties van de tablet. Er wordt niet veel content gebruikt, maar het wordt wel makkelijk en overzichtelijk gepresenteerd voor de lezer. MAG+ Magazine: Magazines van MAG+ houden het midden tussen een onepager en een app-magazine. Ze worden aangeboden als app, maar het navigeren en swipen gaat zoals bij een onepager. HTML-magazine: Dit type magazines is niet alleen te bekijken met tablets of andere apparaten maar ook op laptops en desktop pc’s. Ook kunnen hierbij CSS en JavaScript gebruikt worden. Een voorbeeld van een met HTML gemaakt online magazine, is het KROmagazine. Onepager: Dit magazine valt binnen de HTML-magazines en wordt daarom ook wel ‘onepagewebsite’ genoemd. Dit magazine toont verschillende artikelen op één lange (of brede) webpagina. Al scrollend of swipend navigeer je door het hele magazine. Dit magazine is ontstaan uit het feit dat mensen niet snapten dat je moest doorbladeren of klikken naar volgende pagina’s terwijl ook alles op één pagina gezet zou kunnen worden. Groot voordeel hiervan is dat er geen laadtijd voor nieuwe pagina’s nodig is. Een voorbeeld van dit magazine is Suit Up Or Die. Online interactief magazine: Dit is het meest recente type online magazine dat momenteel in opkomst is. Het maakt gebruik van het zogenaamde responsive design. Dit houdt in dat het online magazine zich aanpast aan het type apparaat dat gebruikt wordt. Voorbeeld: het maakt niet uit of u het online magazine opent op een mobiel apparaat of een tablet, de resolutie van het magazine past zich automatisch aan. De Provincie Utrecht maakt al gebruik van dit responsive design met ‘Buitenstedelijk in beweging’. Bij alle soorten en maten komen ook verschillende voor- en nadelen kijken. Die zijn in onderstaande tabel te lezen. SOORTEN Voordelen
Applicatie
MAG+
Onepager
Online interactief
Tablet
- De werking is optimaal. - Grote kans op terugkerend bezoek doordat app op tablet geïnstalleerd is. - Opbouw pagina’s kan hergebruikt worden.
- Relatief eenvoudige techniek en navigatie. - Gekoppeld aan InDesign, geen technische partij nodig.
- Eenvoudige navigatie (enkel scrollen of swipen). - Speels en verrassend.
- Werkt op meerdere browsers. - Opbouw artikelen kan hergebruikt worden. - Goed bereikbaar voor zoekmachines - Mogelijkheid tot user generated content. - Leesgedrag kan direct worden gemeten.
- Relatief eenvoudige techniek. - Eenvoudige navigatie. - Publicabel op meerdere draagbare apparaten. - Gekoppeld aan InDesign, dus geen technische partij nodig.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
Nadelen
- Niet goed te bekijken op smartphone, laptop en desktop. - Geen mogelijkheid tot user generated content. - Leesgedrag kan niet direct worden gemeten.
- Bij grote hoeveelheid content worden het zware bestanden. - Geen mogelijkheid tot user generated content. - Leesgedrag kan niet direct worden gemeten.
35
- Hoge laadtijd. - Veel ontwikkeltijd. - Geen mogelijkheid tot user generated content. -Leesgedrag kan niet direct worden gemeten. -Weinig ruimte voor content.
- Niet specifiek voor een type apparaat gemaakt, dus niet goed ontwikkeld.
- Onbruikbaar op laptop en desktop. - Geen mogelijkheid tot user generated content. - Leesgedrag kan niet direct worden gemeten.
Tabel 5: De voordelen en nadelen van soorten online magazines (Gloedcommunicatie, 2014) Voor Koffietijd zou het het meest logisch zijn om te kiezen voor een online interactief magazine of een tablet magazine. Het zou niet logisch zijn om te kiezen voor de andere drie vormen, omdat er momenteel door een andere stagiair middels een scriptie wordt gewerkt aan een applicatie, daarnaast bezit Koffietijd al over een goed onderhouden website (een onepager komt hierbij te dicht in de buurt van de website) en voor een MAG+ geldt hetzelfde als voor een applicatie. Er wordt momenteel achter de schermen al aan meer crossmediale uitbreidingen gewerkt. Door verschillende uitbreidingen te testen, komt Koffietijd er achter wat wel en niet werkt. Doordat de redactie van Koffietijd, maar ook de doelgroep heeft aangegeven dat het magazine niet teveel op de website moet gaan lijken, is het voor Koffietijd het meest logisch te kiezen voor een online interactief (tablet) magazine. Deze twee vormen kunnen namelijk gecombineerd worden op een tablet.
4.3
Vormgeving trends
Bij een online magazine is de vormgeving belangrijk. De vormgeving zorgt er overigens voor of de lezer getriggerd wordt om het magazine (verder) te lezen. Bij een online magazine komt hierbij ook nog kijken dat de vormgeving gebruiksvriendelijk moet zijn. Het moet voor de lezer duidelijk zijn waar welke knoppen zitten en dit moet logisch ingedeeld zijn. De grootste trend op het gebied van vormgeving is het kunnen personaliseren van de cover. (Mediatest, z.j.)
4.3.1 Cover: aansprekend en uitnodigend Een cover is vaak het eerste contact met een (online) magazine. De voorkant van het magazine zorgt voor een trigger bij de lezers die ervoor zorgt dat het blad opengeslagen wordt. Voor de online magazines zorgt de cover voor een lead of download. (Mediatest, z.j.) Bij een online magazine is het makkelijker de lezer te trekken dan bij een geprint magazine. Hier heb je namelijk de mogelijkheid de cover interactief te maken. De doelgroep verwacht dit dan ook. Voorbeelden die mogelijk zijn bij een interactieve cover zijn doorklikmogelijkheden (naar bijvoorbeeld de backstage ‘cover-shoot’), een cover die tegen je praat of een filmpje. (DutchGiraffe, z.j.). Meer hierover vindt u in hoofdstuk 8.2.
4.4
Contenttrends
Hoewel het bij een online magazine belangrijk is optimaal gebruik te maken van beeld, tekst en geluid (multimedialiteit), is het net zo belangrijk dit magazine met relevante content te vullen. Volgens de specialisten van DutchGiraffe zorgt een goed bladritme ervoor dat de lezer geboeid blijft. Met een bladritme wordt de afwisseling van bijvoorbeeld onderwerpen en invalshoeken bedoeld. Waar vaak slecht rekening mee gehouden wordt, is dat je bij een online magazine een extra mogelijkheid hebt om de lezer geboeid te houden: het toevoegen van foto’s, video’s of muziek. Dit alleen zorgt al voor variatie bij de lezer. (DutchGiraffe, z.j.)
4.4.1 Tekst Uit onderzoek blijkt dat de lezers van (online) magazines ongeduldig zijn. Een lezer zit niet te wachten op lappen tekst. Het is daarom belangrijk dat een tekst makkelijk te scannen is. Dit wil zeggen dat de lezer in een oogopslag kan zien of de tekst interessant genoeg is om te lezen en welk deel zij daarvan willen lezen. Zet daarom de belangrijkste boodschap bovenaan en begin met een intro die de tekst alvast voor de lezer samenvat. Ook is het
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
36
belangrijk om smalle tekstkolommen te gebruiken. De lezer wil gauw naar beneden bewegen met zijn/haar ogen. Wat hierbij helpt is kiezen voor één onderwerp per alinea en informatieve tussenkoppen (Gloedcommunicatie, 2014). Volgens DutchGiraffe is de vuistregel voor het maken van een online magazine dat er, afhankelijk van de doelgroep, niet meer dan twaalf pagina’s worden gebruikt. Je houdt dan naast de cover, colofon en inhoudsopgave nog 9 pagina’s over die gevuld kunnen worden met content. De grootte van het magazine hangt ook af van hoe goed je de doelgroep kent. Wanneer alle interesses en raakvlakken duidelijk zijn, wordt er soms ook gekozen voor vijftien pagina’s in totaal. (DutchGiraffe, z.j.).
4.4.2 Blogs De term ‘bloggen’ is de afgelopen jaren flink gegroeid. Een blog is een soort dagboek van de schrijven, maar dan online gedeeld, zodat iedereen het kan zien en lezen. Iemand die zo’n ‘blog’ schrijft, ook wel een ‘blogger’ genoemd, schrijft over zijn/haar favoriete onderwerpen/ideeën. Veel magazines maken hier ook al gebruik van en die zijn erg populair onder de lezers. In magazines bestaan er veel ‘DIY-blogs’ of ‘do-it-yourself-blogs’. Hierin wordt over een bepaald onderwerp uitgelegd hoe je dit het beste zelf thuis kunt doen of maken, bijvoorbeeld het maken van een sinterklaassurprise. Dit wordt dan vervolgens in stappen uitgelegd. (DutchGiraffe, z.j.) Uit het panelgesprek met de huidige kijkers van Koffietijd bleek dat iedereen graag verschillende blogs zou willen lezen in het Koffietijdschrift. Ze willen het liefst elke editie een blog van een presentatrice, maar omdat dit moeilijk realiseerbaar bleek in het panelgesprek met de redactie, zou dit veranderd kunnen worden in blogs van kijkers die schrijven over hun (levens)ervaringen op verschillende gebieden.
4.5
Advertentietrends
Advertenties zijn bijna niet weg te denken uit een (online) magazine. Het is een manier van de maker om inkomsten te genereren. Zo wordt er ook in online magazines geadverteerd. Het voordeel van het adverteren in zo’n online magazine is dat de advertentie geheel tot leven kan komen. Er kan op een advertentie geklikt worden en hiermee kan een verwijzing gemaakt worden naar de website van de sponsor. Ook kan een online magazine ervoor kiezen om een webshop toe te voegen aan het magazine. Wanneer er vaste sponsoren zijn, bij Koffietijd bijvoorbeeld A. Vogel, Illy en Albert Verlinde Entertainment, kan er een standaard webshop gemaakt worden waar de geadverteerde producten direct te koop zijn. Zo wordt de klant dus niet naar de winkel gestuurd (waarvoor hij/zij moeite moet doen), maar kom je de klant tegemoet door het product direct aan te bieden. Door een koppeling te maken van een advertentie naar een webshop maak je van lezers dus directe kopers. (Magzmaker, z.j.) 58% van de respondenten van een onderzoek gehouden door MPA geeft aan advertenties in een magazine niet storend te vinden. Een advertentie kan volgens hen best vermakend zijn wanneer het gerelateerd is aan de content die in het magazine staat. Magazines komen op de eerste plaats als het gaat om een positief gevoel en het overhouden van een waardige impressie bij advertenties. (Magazines.nl, z.j.)
Figuur 4. Adverteren Het adverteren in magazines zorgt ervoor dat lezers actie ondernemen. Ongeveer 77% van de respondenten koopt wel eens een product nadat hij/zij deze gezien heeft in een magazine. Onderzoekers van Knowledge Networks zijn erachter gekomen dat er twee
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
37
drijfveren zijn die ervoor zorgen dat lezers reageren op advertenties: de kwaliteit van een advertentie en de betrokkenheid bij zo’n advertentie. (Magazines.nl, z.j.) Voor Koffietijd betekent dit dat het advertenties moet bieden die gelijk zijn aan de huidige sponsoren in het programma. Koffietijd zorgt er wekelijks voor dat gesponsorde items voor de kijker niet altijd opvallen. Zo is er elke vrijdag een barista van Illy aanwezig die de kijkers een nieuwe koffie uitlegd om thuis te maken. Daarnaast is er op donderdag altijd een expert van Koopmans die samen met presentatie een baksel maakt. De kijker is dus al gewend aan deze sponsoren in het programma. Door deze sponsoren door te trekken in het magazine en daarbij nog extras aan te bieden, zorgt dit voor een gevoel van herkenning bij de kijker. Het extraatje dat aangeboden kan worden is het klikken op een advertentie waarbij er een proefmonster van het merk gestuurd kan worden naar de lezer.
4.6
Technische trends
Zoals in paragraaf 8.3.1 al besproken was, zijn er veel technieken mogelijk in een online magazine. Een minder technisch onderwerp, maar minstens zo belangrijk om te bespreken, is het vindbaar maken van het online magazine. Het is de bedoeling dat de doelgroep weet waar het online magazine te vinden is en hier niet veel moeite voor hoeft te doen. Onderzoek toont aan dat 98% van de internetters zoekmachines gebruikt om informatie te vinden. Om dit mogelijk te maken, moeten in de tekst van het magazine woorden gebruikt worden waarop mensen zoeken of synoniemen hiervan. (Gloedcommunicatie, 2014). Hieronder wordt per paragraaf besproken welke technische mogelijkheden er nog meer zijn.
4.6.1 Doorklikken: buttons Het online magazine draait in feite om de mogelijkheid om door te klikken, vandaar dat het online magazine ook wel een ‘klikbare pdf’ genoemd wordt. Door het klikken op het magazine wordt een activiteit gestart of beëindigd. Denk hierbij aan het starten of stoppen van een filmpje, het klikken op de cover om doorgestuurd te worden naar de covershoot of het klikken op een product om doorgestuurd te worden naar de webshop van hetzelfde magazine (Online-magazine.nl, z.j.). Klikken op een bepaalde activiteit staat in relatie met de volgende technische mogelijkheden. In een interview met Denise de Vries van het blad PuurZaans is besproken hoe een bladformule opgezet moet worden. Hierbij gaf zij aan dat doorklikken een fijne toevoeging is aan een tijdschrift, maar dat er ook een keerzijde aan zit. “Zorg ervoor dat een online magazine zo min mogelijk klikbaar is en zo makkelijk mogelijk leesbaar. Hoe meer stappen de lezer moet ondernemen om bij een artikel te komen, hoe sneller je een lezer kwijt bent”. Hiermee bedoelt zij dat een klikbaar magazine niet altijd in het voordeel is. Door bij een artikel bijvoorbeeld een doorverwijzing te maken naar een website, stuur je de lezer weg van je magazine. Hij of zij bezoekt de website via het internet en het is daarna maar de vraag of hij/zij terugkomt om het magazine verder te lezen. Zij adviseert daarom om maximaal 1 a 2 kliks te gebruiken om de lezer te sturen naar de plek waar hij/zij heen wilt. Ook wanneer er een proefmonster via een advertentie aangeboden wordt, is het niet de bedoeling dat de lezer bij de eerste klik op de website van de sponsor komt, vervolgens moet gaan zoeken naar het aanmeldformulier, daar eenmaal aangekomen gegevens in te moeten vullen en dus na vier stappen pas te komen waar hij/zij wilt zijn. Door één klik op een advertentie zou er een pop-up moeten komen waarbij gelijk gegevens ingevuld en gestuurd kunnen worden en de lezer vervolgens weer verder kan gaan met het lezen van het magazine.
4.6.2 Bewegend beeld Bij een online magazine is ook bewegend beeld mogelijk. Hiervoor gelden wel enkele regels. Het is belangrijk het filmpje maximaal een minuut te laten duren. Dit heeft te maken met de spanningsboog van de doelgroep. Een kijker raakt verveelt wanneer een filmpje deze tijd overschrijdt. Een voordeel van het gebruik van filmpjes is dat deze makkelijk te delen zijn, ook via een online magazine. (Gloedcommunicatie, 2014) Voor het toevoegen van bewegend beeld aan een online magazine zijn de mogelijkheden eindeloos. Je kunt de lezer een kijkje achter de schermen van het desbetreffende bedrijf geven, voor Koffietijd bijvoorbeeld een kijkje in de studio en in de kleedkamers van de presentatrices. Je kunt de cover laten praten, waarmee de lezer wordt overgehaald te
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
38
kiezen voor jouw magazine; maar dit kan er ook voor zorgen dat de lezer wordt afgeschrikt. Een andere mogelijkheid is ondersteuning van een artikel. Wanneer Koffietijd een artikel plaatst over make-up kan hierbij een ‘stap-voor-stap’-video toegevoegd worden om de lezer te laten zien hoe dit daadwerkelijk gedaan moet worden. (Magzmaker, z.j.)
4.6.3 Geluid Bij een online magazine kan er geluid toegevoegd worden. Natuurlijk wordt dit gebruikt wanneer de de cover praat, maar er kan ook voor achtergrondgeluid gekozen worden. Dit geluid kan aangepast worden aan het artikel dat gelezen wordt. Denk hierbij aan een ontspannend natuurgeluid bij een artikel over massages of vakanties. (Online-magazine.nl, z.j.)
4.7
Navigatie
De navigatie van een online magazine hoeft niet per se te verschillen met die van een printmagazine. Uit onderzoek van Gloedcommunicatie (2014) blijkt dat veel lezers toch op dezelfde manier navigeren, namelijk van begin tot eind. Wel heeft een online magazine een voordeel ten opzichte van een printmagazine: de lezer kan makkelijk doorklikken naar het gewenste artikel en heeft geen drempel bij het zoeken naar een gewenst onderwerp. Op elk gewenst moment kan er worden gekozen voor het desgewenste artikel. (Gloedcommunicatie, 2014)
4.8
Conclusie
Er vindt steeds meer digitalisering plaats in de wereld. Dit is momenteel een maxitrend; een trend die wel 10 tot 30 jaar kan aanhouden. Ook een online magazine is een voorbeeld van zo’n trend. Uit alle soorten online magazines die momenteel bestaan, is een online interactief magazine voor Koffietijd de meest logische keuze. Doordat Koffietijd momenteel al een goed onderhouden website aanbiedt, moet er worden opgepast dat het magazine niet teveel op een website gaat lijken. Daardoor valt een one-pager al af. Door het kiezen voor een online interactief (tablet) magazine kan ook direct het leesgedrag van de doelgroep worden gemeten. Er kan dus makkelijk worden gekeken of deze methode aanslaat. Daarnaast zijn er op het gebied van online interactief magazines veel trends waar Koffietijd van kan profiteren. Hierbij worden ook enkele eisen gesteld waar een online magazine aan moet voldoen. De cover kan de lezer letterlijk aanspreken, de drempel voor het zoeken van artikelen wordt weggehaald - je kunt namelijk meteen naar het onderwerp dat jou interesseert - en daarnaast is het voor Koffietijd voordelig dat de sponsoren goed naar voren komen in een online magazine. De lezer kan direct een proefmonster aanvragen of een product bestellen. Zo maak je van lezers kopers. Hierbij is het belangrijk dat de lezer maar 1 á maximaal 2 stappen hoeft te ondernemen om een proefmonster te bestellen. Hoe meer er in een magazine gebruik wordt gemaakt van clicks, hoe meer je de lezer wegstuurd uit het magazine. De belangrijkste trends zijn dus doorklikken en het toevoegen van bewegend beeld aan het magazine. Zo wordt het persoonlijk voor de lezer; hij/zij maakt direct de keus voor een bepaald artikel en krijgt ondersteuning en diepgang bij het artikel aangeboden door de toevoeging van bewegend beeld en geluid. Hierbij moet worden gelet op de tijd van het toegevoegde beeld. Volgens onderzoek is mag een filmpje maximaal 1 minuut duren. Dit heeft te maken met de spanningsboog van de lezer. Een eis voor Koffietijd is ook om de teksten binnen het magazine niet te lang te maken. De lezer zit namelijk niet te wachten op lange teksten. Door smalle kolommen te maken kan de sneller snel met de ogen naar beneden scrollen en heeft hij/zij niet het gevoel dat er maar geen einde aan komt.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
5
39
Concurrentieanalyse
In dit hoofdstuk worden alle concurrenten van het programma Koffietijd besproken. Hieronder vallen zowel televisieconcurrenten als concurrenten wat betreft online magazines. Deze concurrenten worden op een aantal criteria met elkaar vergeleken. Deze staan hieronder weergegeven.
5.1
Criteriapunten tv-programma’s
Omdat de concurrenten van Koffietijd voor dit onderzoek bestaan uit twee verschillende media (tv-programma’s en online magazines), wordt er gebruikgemaakt van twee verschillende criterialijsten. De criteria voor de tv-programma’s zijn meer inhoud gerelateerd (doelgroepgericht, kijkcijfers, onderwerpen etc.), terwijl de criteria voor de concurrenten van het online magazine zowel inhoudelijk als technisch gerelateerd zijn. De criteria waarop de televisieconcurrenten met elkaar vergeleken worden, zijn:
Algemeen:
Content:
Inhoud programma
Onderwerpen/pijlers
Uitzendtijd/duur programma
Relevant
Doelgroep
Informatief en bruikbaar
Inhoud en stijl:
Overig:
Tone of Voice
Populariteit
Doelgroepsgericht
Originaliteit
Consistentie
Betrokkenheid kijkers
Crossmedialiteit/interactiviteit
Positie Concurrentie Online
5.2
Directe concurrenten
De concurrentieanalyse wordt opgesplitst in twee delen: direct en indirecte concurrenten. Tot de directe concurrenten behoren de televisie programma’s die ongeveer hetzelfde concept als Koffietijd hebben: een talkshow met diverse gasten over de actualiteiten. Onder deze categorie vallen KoffieMAX, Vandaag de dag van omroep WNL en Life4You:
5.2.1 KoffieMAX KoffieMAX was een programma van omroep MAX dat van december 2010 tot en met april 2012 te zien was. KoffieMAX werd dagelijks uitgezonden om 10:15 op omroep MAX. Hierdoor viel het middenin de uitzendtijd van Koffietijd. Doordat het aantal kijkcijfers al snel afnam moest het programma ermee ophouden. Waar KoffieMAX 100.000 kijkers per aflevering haalde, had Koffietijd hier vaak het dubbele. Het werd gepresenteerd door Myrna Goossens en was een sterke concurrent van Koffietijd, ook op inhoudelijk gebied. Myrna besprak met verschillende gasten de actualiteiten, metamorfoses, gadgets, medische tips, uitgaanstips en recepten. Weinig verschillend van Koffietijd en op dat moment dus ook zeker geen origineel en populair programma. De doelgroep van KoffieMAX lag qua leeftijd iets hoger dan die van Koffietijd, namelijk 50+, waar Koffietijd de leeftijdsgroep 30-45 hanteert. Waar KoffieMAX zich had kunnen verbeteren was het crossmediale en interactieve aspect. De uitzendingen waren nauwelijks gericht op het betrokken houden van de kijker. (NPO, 2014).
5.2.2 WNL: Vandaag de dag De titel verraadt al een beetje waar het programma over gaat, namelijk over ‘vandaag de dag’. De presentatrices Leonie ter Braak en Roos Moggre vertellen dagelijks wat de actuele nieuwtjes zijn van die desbetreffende dag. De onderwerpen lopen uiteen van sport en
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
40
misdaad, tot politiek en uitgaan. Ook zijn er altijd twee gasten. Het programma wordt altijd afgesloten met weer en verkeer. (OmroepMAX, 2014). ‘Vandaag de dag’ haalt gemiddeld kijkcijfers van ongeveer 150.000 kijkers per dag (SKO, 2014) en wordt dagelijks uitgezonden van 07.00 tot 09.00 uur op Nederland 1 (OmroepMAX, 2014). Waarin Koffietijd sterk voorloopt op Vandaag de dag (en ook KoffieMAX) is dat Koffietijd al ontzettend crossmediaal bezig is. Vandaag de dag is op dit moment nauwelijks tot niet betrokken bij de kijker. Op de website zijn de uitzendingen te vinden en minimale informatie over het programma zelf, maar daar houdt het al gauw op. (Omroep WNL, 2014)
5.2.3 Life4You Life4You is een directe concurrent van Koffietijd. Het programma wordt iedere zondagmiddag om 17:30 op RTL 4 uitgezonden en heeft een doelgroep in de leeftijd van 20 tot en met 49 jaar. Net als Koffietijd is ook Life4You een talkshow waarbij elke week verschillende gasten over de vloer komen. Deze gasten hebben ook een actuele aanleiding waarvoor zij worden uitgenodigd en praten samen met Carlo en Irene over onderwerpen als entertainment, mode, koken, beauty en lifestyle (RTL Nederland, z.j.) Het programma betrekt de kijkers door middel van crossmediale middelen. Zo worden via Facebook en Twitter teasers aan de kijkers/lezers getoond. Dit zijn voorstukjes van de komende show of er wordt alvast verteld wie de gasten zullen zijn. Dit moet ervoor zorgen dat de kijker nieuwsgierig genoeg wordt om te kijken. Koffietijd doet dit hetzelfde op social media gebied. Hiernaast heeft Life4You, net als Koffietijd, een website waarop alle informatie over de uitzending zelf en artikelen en extra weetjes over de onderwerpen die besproken zijn, te vinden zijn. Life4You komt inhoudelijk heel overeen met Koffietijd. Bijna dezelfde gasten komen langs, dezelfde thema’s komen aan bod en ook heeft Life4You een kok in de show. De kijkers thuis worden bij Life4You meer bij het programma betrokken dan bij Koffietijd. Je kunt door Irene in de show opgebeld worden voor bijvoorbeeld “De Doordraai Show” of voor prijsvragen die live worden vergeven. In tegenstelling tot Koffietijd behaalt Life4You wel een gemiddeld 500.000 kijkers.
5.3
Welke concurrenten zitten op hetzelfde tijdslot?
Figuur 5. Tijdslot programma’s Ik heb tevens gekeken naar programma’s die op hetzelfde tijdslot vallen. Hieronder vindt u een overzicht van de standaard programma op maandag tot en met vrijdag van 10.00 uur tot 11.00 uur. NPO 1 10:00 uur – Journaal met … kijkers en een marktaandeel van …%
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
41
NPO 2 10:00 – 11:00 uur Buitenhof met 46.000 kijkers en een marktaandeel van 5,8% NPO3 10:00 uur Sarah en Eend met 13.000 kijkers en een marktaandeel van 1,7% 10:15 uur Zappelin met 5.000 kijkers en een marktaandeel van 0,6% 10:30 uur Teletubbies met 5.000 kijkers en een marktaandeel van 0,6% RTL 4 10:00 – 11:00 uur Koffietijd met ruim 200.000 kijkers en een marktaandeel van 25,2% RTL 5 10:00 – 11:00 uur TeleTV met 4.000 kijkers en een marktaandeel van 0,5% RTL 7 10:00 – 10:30 uur Nieuws met 25.000 kijkers en een marktaandeel van 3,3% 10:30 – 11:00 uur RTLZ met 31.000 kijkers en een marktaandeel van 4,3% RTL8 10:00 – 11:00 uur Teleshopping met 9.000 kijkers en een marktaandeel van 1,2% SBS6 08.38 – 11.16 uur Teleshopping met 1.000 kijkers en een marktaandeel van 0,1% NET 5 09.13 – 10.53 uur Teleshopping met 1.000 kijkers en een marktaandeel van 0,2% (SKO,2015) Het is duidelijk dat Koffietijd zowel de hoogste kijkcijfers als het hoogste marktaandeel heeft op het tijdslot 10:00 – 11:00 uur. De concurrenten die nog het dichtst in de buurt komen zijn het Journaal (86.000 kijkers, 10,6%) en Buitenhof met 46.000 kijkers en een marktaandeel van 5,8%. Op een eerder tijdslot, namelijk 08:39 – 09:00 is Vandaag de Dag de grootste concurrent. Deze hebben een gemiddeld aantal kijkers van 230.000 met een gemiddeld marktaandeel van 21,2%.Dit betekent dat Koffietijd het best lopende programma is tussen 10:00 en 11:00 uur. Er worden relatief gezien weinig kijkers verloren aan andere programma’s. Dus het is te ambitieus om extra kijkers te werven die tussen 10:00 uur en 11:00 uur naar andere programma’s kijken. Op de zaterdag is Zapplive op NPO 3 een grote concurrent met 142.000 kijkers en een marktaandeel van 10,1%.
5.4
Welk vergelijkbaar programma in het buitenland scoort goed?
In het buitenland bestaan er verschillende soortgelijke formats aan het programma Koffietijd. Een goed voorbeeld hiervan is de talkshow Rachel Ray uit Amerika. Het is een dagelijkse talkshow waarin Rachel gasten in de studio krijgt waarmee ze praat over verschillende actualiteiten. Deze onderwerpen lopen uiteen van lifestyle en eten en drinken naar mode en kunst. De show draait met name om Rachel haar culinaire vaardigheden. Rachel is zelf bedenker en presentatrice van de show. De show trekt gemiddeld ongeveer 2,6 miljoen kijkers per dag, naast het publiek dat dagelijks live in de studio zit. Het verschilt per televisiestation en dus ook per staat hoe laat de show uitgezonden wordt. Dit verschilt ongeveer van 11 uur ’s ochtends tot 5 uur ’s middags. Het programma is op verschillende manieren crossmediaal. Je kunt vooraf via de website al zien welke gasten er over de hele week komen. Hierdoor kun je zelf al bepalen of je voor de show thuis wilt blijven of het een keer wilt overslaan. Ook kun je je via de website opgeven voor verschillende prijsvragen en je kunt zelfs recepten van Rachel zelf aanvragen. Deze worden dan wekelijks naar je mail gestuurd. De meest belangrijke vorm van crossmedialiteit die Rachel Ray aanhoudt en zeer interessant voor mijn onderzoek is dat zij ook een online magazine heeft gemaakt voor op de iPad: Everyday with Rachel Ray. De pijlers bestaan uit: recepten, party ideeën, video’s, vakantie, blogs, promo’s en plezier. (RachelRay, 2015).
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
5.5
42
Conclusie
Het is duidelijk dat Rachel Ray de grootste concurrent is van Koffietijd. Het programma komt niet alleen inhoudelijk overeen met Koffietijd, maar ook op crossmediaal platform. Het biedt namelijk een magazine aan voor op de iPad. Het is een buitenlands programma dat in Amerika alleen al heel goed scoort. Het is een enorm actief en ook druk programma waarin het publiek overmatig betrokken wordt. Het zou voor Koffietijd ook een idee kunnen zijn om naar een andere studio te gaan waarbij er een publiek aanwezig kan zijn. Hiermee kun je de aanwezige personen gelijk betrekken in het programma. Daarmee kan ook een eventuele sleur of traagheid uit het programma gehaald worden. Een aflevering wordt ook meer onvoorspelbaar door reacties uit het publiek en je creëert daarmee meerwaarde voor de kijker. Wanneer je naar het tijdslot kijkt van andere programma’s blijkt dat eigenlijk alleen Vandaag de Dag een inhoudelijke concurrent is. Inhoudelijk komt dit programma namelijk overeen met Koffietijd, maar het bevindt zich een uur eerder op NPO1. Hierdoor verliest Koffietijd geen kijkers aan Vandaag de Dag. Wel opvallend is, dat Koffietijd alsnog meer kijkers scoort, terwijl een uur eerder een soort gelijk programma is. Doordat Koffietijd het best lopende programma is op het tijdslot 10:00 – 11:00 uur en daarnaast ook al een hoog marktaandeel heeft, is het te ambitieus om kijkers te werven van andere programma’s. Waarschijnlijk gaat dit om een andere doelgroep die op dat tijdslot kijken om andere redenen dan de doelgroep van Koffietijd. Hier kunnen dus geen extra kijkers uit gehaald worden. Online is alleen Life4You een concurrent voor Koffietijd. Life4You houdt na elke uitzending – net als Koffietijd – ook artikelen bij over de besproken items en vertelt waar verschillende producten te koop zijn die in de uitzending geweest zijn (gadgets). Dit zou nog wel een tip zijn voor de website van Koffietijd. Momenteel maakt Koffietijd alleen gebruik van doorlinks naar de sponsor, terwijl het ook een webshop zou kunnen aanbieden waar de kijker gelijk de producten kan bestellen. Hiermee haal je een drempel voor de kijker weg en breng je het product naar de kijker toe. Dit zou ook opgelost kunnen worden in het online magazine door de advertenties tot leven te laten komen door middel van een klik.
5.6
Criteria online magazines
Zoals eerder gezegd is, wordt er onderscheid gemaakt tussen de verschillende media qua concurrentie. De concurrenten van het online magazine worden op zowel inhoudsaspecten als technische aspecten vergeleken. De specifieke criteria zijn:
Inhoud en stijl:
Techniek:
Typografie
Toegankelijk
Tone of voice
Laadsnelheid
Doelgroepsgericht
Tablet en smartphone
Consistentie
toegankelijk
Crossmedialiteit
Navigatie
Kijkcijfers/aantal lezers
Reactiesnelheid
Content: Relevant
Design:
Advertenties
Kleurgebruik
Interactiviteit
Look and feel
Informatief en bruikbaar
Afgestemd op de doelgroep Vormgeving is functioneel Tekst-beeld verhouding
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
43
Overig: Prijs Populariteit Originaliteit Positie concurrentie
5.7
Indirecte concurrenten
Tot de indirecte concurrenten behoren de online magazines waar Koffietijd een hoop van kan leren. Er bestaat momenteel helaas nog maar een omroep die ook een online magazine aanbiedt, namelijk de KRO online glossy. Koffietijd zal daarom dus het eerste programma zijn die zich koppelt aan een online magazine. Verder worden de Libelle en de LINDA. geanalyseerd.
5.8
Indirecte concurrenten
Tot de indirecte concurrenten behoren de online magazines waar Koffietijd een hoop van kan leren. Er bestaat momenteel helaas nog maar één omroep die ook een online magazine aanbiedt, namelijk de online glossy van KRO. Koffietijd is daarom dus het eerste programma dat zich gaat koppelen aan een online magazine. Verder worden de Libelle en de LINDA. geanalyseerd.
5.8.1 Online glossy KRO De KRO heeft een brede doelgroep. De online glossy richt zich op de jongere doelgroep en hoopt deze daarmee aan te spreken (KRO, 2014). KRO heeft hierbij gekozen voor een HTML-magazine. Het magazine is volledig opgebouwd uit HTML en te bezoeken via de website https://magazines.kro.nl. Het magazine is vrij duidelijk opgebouwd. Het heeft een duidelijke navigatie. Onderaan staat de menuknop waarmee de inhoudsopgave zichtbaar wordt. Hiermee kan naar het gewenste artikel genavigeerd worden. Zo ontstaat toch het gevoel van een magazine-spread. Wanneer bijvoorbeeld op een interviewvraag geklikt wordt, verschijnt een pop-up met een video. KRO heeft ervoor gekozen de mediumspecificiteit van het online magazine optimaal te benutten. In plaats van tekstantwoorden van bijvoorbeeld Anita Witzier, wordt middels een video van het interview haar antwoord gegeven. Vervolgens kan onderaan weer op een pijltje geklikt worden om naar het volgende onderwerp te gaan. Het magazine bestaat uit acht pagina’s met in totaal zes artikelen. De vormgeving van de KRO-glossy is simpel. De pagina’s zijn duidelijk ingedeeld en er worden per pagina ongeveer drie kleuren gebruikt. Het logo van de KRO komt op elke pagina terug voor herkenning bij de doelgroep. De KRO heeft er overigens voor gekozen om geen advertenties in de glossy te plaatsen. Elke pagina is alleen gevuld met artikelen. De laadsnelheid is erg hoog. Binnen slechts een seconde verschijnt de gekozen pagina. Je hoeft hooguit te wachten tot de video’s geladen zijn. Dit hangt ook af van de eigen internetverbinding. (KRO online glossy, 2014) Belangrijk om te vermelden is ook dat dit magazine niet te bekijken is op een mobiele telefoon of op een iPad. Hij is enkel bedoeld voor een pc of laptop. Naast de online glossy is de KRO ook op andere manieren crossmediaal bezig. KRO is van origine een televisieomroep, maar daarnaast heeft de zender nog een radio-omroep, een website, internetsite, nog een ander magazine (KRO magazine; soort tv-gids) en organiseert het verschillende evenementen. (KRO, z.j.)
5.8.2 LINDA. online magazine De LINDA. is een sterke concurrent van Koffietijd. LINDA. heeft namelijk bijna dezelfde doelgroep als Koffietijd. De doelgroep van Koffietijd zijn “vrouwen tussen de 30 en 45 jaar die midden in het leven staan, met een stretch naar twintigers en 45-plussers” en de
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
44
doelgroep van LINDA. zijn vrouwen van 20-49 jaar die geïnteresseerd zijn in mode, cosmetica, gadgets, televisie, koken, boeken, winkelen, wooninspiratie, muziek en uitgaan. Het magazine is gevuld met hard en zacht nieuws. De artikelen lopen dan ook uiteen van wereldnieuws tot een interview met Arie Boomsma; eigenlijk bevat het magazine voor ieder wat wils. Het online magazine houdt vast aan de vormgeving van het printmagazine; het heeft dezelfde look en feel. Bij het online magazine staat op elke cover linksonder een mogelijkheid om een video te starten. Deze video bevat beelden van hoe de coverfoto genomen is (backstagebeelden). Verder wordt er in de LINDA weinig gebruikgemaakt van de doorklikmogelijkheden die er zijn. Het wordt een online magazine genoemd maar het is eigenlijk het printmagazine op de iPad. De laadsnelheid is maximaal 2 seconden en de navigatie is duidelijk. Naast het printmagazine en het online magazine heeft LINDA. meer crossmediale uitbreidingen. Zo heeft het blad een eigen website en hiermee wil het graag het grootste platform voor vrouwen worden. Momenteel heeft de website 1 miljoen bezoekers per maand en daarmee staat hij ook op een hoge plek qua concurrentiepositie. Ook is LINDA. actief op social media als Facebook en Twitter en wordt de lezer via deze platformen ook op de hoogte gehouden van het belangrijkste nieuws of grappige video’s. Daarnaast heeft LINDA. een applicatie. De prijs van het online magazine van LINDA. is €5,50. Hiervoor krijgt de lezer maar liefst 170 pagina’s aan artikelen en het wordt 6 keer per jaar uitgegeven. Het magazine heeft verschillende adverteerders. De advertenties hebben te maken met de interesses van de doelgroep. (Sanoma Nederland, 2014).
5.8.3 Libelle online magazine Libelle is ook een grote concurrent van Koffietijd. Volgens Sanoma heeft Libelle het grootste bereik onder vrouwen. De doelgroep van Libelle wordt als volgt beschreven: “De Libellelezeres is tussen de 28 en 65 jaar en beantwoordt aan het beeld van de gemiddelde Nederlandse vrouw. Libelle heeft het hoogste bereik onder vrouwen. De lezeres maakt vaak deel uit van een meerpersoonshuishouden. Ze is een eigentijdse vrouw die haar gezin voorop stelt. Ze hecht grote waarde aan de toekomst van haar kinderen. De Libelle-lezeres staat actief in het leven en onderneemt graag dingen samen met anderen. Ze heeft belangstelling voor uiterlijke verzorging, mode en houdt van winkelen. Meer dan gemiddelde interesse is er in woninginrichting, decoratie en tuin. Koken doet ze (dagelijks) met plezier en van tijd tot tijd zet ze graag iets bijzonders op tafel”. (Sanoma Nederland, 2014) Het online magazine van de Libelle is aantrekkelijk. Op de cover van het magazine is direct te zien hoe de mediumspecificiteit benut wordt. Op elke plek waar pijltjes staan, kan geklikt worden. Hiermee wordt de lezer direct naar het bijbehorende artikel gebracht. Ook staan er in het magazine achter de schermen filmpjes, stap-voor-stap-video’s en extra fotomateriaal dat niet in het print magazine voorbij komt. Het magazine bevat 112 pagina’s en heeft artikelen over de volgende onderwerpen: lifestyle, wonen, mode, persoonlijke verhalen, toerisme en psychologie. De onderwerpen hebben niet overal even veel diepgang en zijn toch vaak wat oppervlakkig. Het tijdschrift zou meer gebruik kunnen maken van de mogelijkheid om door te klikken en meer diepgang of achtergrondinformatie te geven. Het tijdschrift maakt net als de LINDA. gebruik van advertenties die zijn afgestemd op de artikelen. Daarnaast heeft het magazine een laadtijd van ongeveer 3 seconden. Dit verschilt per pagina doordat sommige foto’s in het magazine een hogere resolutie hebben. Hierdoor heeft het soms wat meer tijd nodig. De navigatie is makkelijk, duidelijk en overzichtelijk. Hoe de Libelle crossmediaal is uitgebreid, is te zien aan het printmagazine, het online magazine, de website over het magazine, de evenementen (Libelle Zomerweek bijvoorbeeld) en ook onderhoudt zij de lezers via social media.
5.9
Welk buitenlands magazine is vergelijkbaar met Koffietijd?
Een buitenlandse concurrent op het gebied van tijdschriften voor Koffietijd – naast Rachel Ray – is Living. Dit is een tijdschrift van Martha Stewart. Het bevat pijlers als eten en
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
45
drinken, beauty, interieur, DIY knutsels en tuin ideeën. Het tijdschrift maakt gebruik van mooie lichte foto’s met roze teksten waardoor het een ‘zacht’ uiterlijk krijgt. Het magazine is daarnaast logisch ingedeeld, bevat duidelijke pagina’s en heeft ook niet veel content. Doordat het met name gebruik maakt van beelden en doorkliks, is er ook niet veel content nodig. Het is duidelijk waar er geklikt kan worden en waar er eventueel een video afgespeeld kan worden. Het magazine heeft weinig uitleg nodig. (Living Magazine, z.j.)
5.10 Conclusie Wat kan Koffietijd met de indirecte concurrenten? Alle vier bovengenoemde magazines zijn concurrenten van Koffietijd. De KRO is op televisiegebied een concurrent omdat het een van de eerste omroepen is die beschikt over een online magazine. Daarnaast zijn Libelle, LINDA. en Living concurrerend omdat zij inhoudelijk overeenkomen met de onderwerpen uit het programma Koffietijd. Hoe Koffietijd zou kunnen inspelen op de beoordeelde criteriapunten wordt hieronder uitgelegd: Inhoud en stijl: Inhoudelijk is het belangrijk dat het Koffietijdschrift niet gaat lijken op die van de concurrenten. Er bestaan tegenwoordig al zo veel tijdschriften die zich focussen op dezelfde onderwerpen dat Koffietijd onderscheidend moet worden. Dit is door middel van een panelgesprek ook bij de doelgroep getest. Wat willen zij graag terugzien? En waarom zouden zij dan wel voor het Koffietijdschrift kiezen en niet voor bijvoorbeeld de Libelle? Wat is voor hen het onderscheidende vermogen? Zie hoofdstuk 4.3 voor de antwoorden. Techniek: De laadsnelheid van de concurrenten is zeer goed. Opvallend is wel dat de Libelle en de LINDA. gebruikmaken van foto’s met hoge resolutie. Hierdoor heeft een pagina af en toe wel 3 seconden nodig om te laden. In de eerste 3 seconden is een wazig beeld te zien. Koffietijd moet hierin proberen sneller te zijn. De resolutie van de foto moet zo zijn dat het beeld mooi en scherp is, maar geen extra tijd nodig heeft om te laden. Zo kan het Koffietijdschrift voorlopen op de concurrenten. Daarnaast moet het – net als bij de concurrenten – op zowel tablet als smartphone te bekijken zijn. Niet iedereen heeft altijd een tablet bij zich, maar wel vaak een smartphone. Zo kunnen zij het tijdschrift overal bekijken. Content: De content van Libelle en LINDA is lang niet altijd actueel en up-to-date. Voor Koffietijd is dit ook niet mogelijk omdat er gekozen is voor een kwartaalmagazine. De KRO brengt het magazine ook niet wekelijks uit, maar kiest wel voor weinig keuze in content. Het magazine bestaat maar uit 8 pagina’s en biedt weinig informatie aan de lezer. Koffietijd moet ervoor kiezen de lezer genoeg content te bieden zonder de grens van een ‘overkill’ te bereiken. Daarnaast kan Koffietijd het onderscheidende vermogen bieden om diepgaander te zijn dan de concurrenten. Waar zowel KRO als Libelle en LINDA. vaak oppervlakkig zijn, kan Koffietijd bij veel onderwerpen (zelfs recepten) meer achtergrondinformatie aan de lezer geven. Net dat beetje extra. Design: Het is voor Koffietijd belangrijk om het eigen design vast te houden. In hoofdstuk 4.3 is te lezen dat de doelgroep dit ook graag wil voor herkenning. De vormgeving moet vrouwelijk en speels zijn en qua kleuren basic, afgewisseld met een felle kleur of Koffietijdroze. Overig: Belangrijk aspect waarop Koffietijd zich zal onderscheiden van de concurrentie is dat het Koffietijdschrift gratis wordt aangeboden. De KRO doet dit ook doordat het een HTML-magazine is, maar de KRO biedt weer weinig content aan de lezer. Het Koffietijdschrift heeft het formaat van de Libelle of de LINDA. maar dan gratis. Door de inhoudelijke onderwerpen zal het Koffietijdschrift naar verwachting op hogere positie eindigen dan de andere concurrenten.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
6
46
Bladformule
In dit hoofdstuk staat de complete verantwoording voor elk aspect van het online magazine. Waarom zijn bepaalde keuzes gemaakt en hoe zijn deze keuzes tot stand gekomen? Ook is in dit hoofdstuk de volledige bladformule te vinden. De bladformule is ontstaan naar aanleiding van gesprekken met de redactie van Koffietijd, een panelgesprek met de huidige kijkers (wat willen zij graag terugzien?), een panelgesprek met ‘ex-kijkers’ (wat moet er voor hen in het magazine komen willen zij zich binden aan Koffietijd?) en
6.1
Inhoud
De bladformule is het belangrijkste aspect van een magazine. Het beschrijft alle aspecten van het magazine zelf. (Wolff, L. 2006). Hieronder wordt de bladformule van het Koffietijdschrift beschreven. Die bestaat onder andere uit het gedachtegoed en de naam van het magazine, de vormgeving, de onderwerpen/pijlers, de verspreidingsfrequentie, de tone of voice en sponsoren.
6.1.1 Kernfunctie van het blad De kernfuncties van het blad moet volgens eindredacteur Kjell Mayen ‘amuseren’ en ‘verbinden’ worden, of ook wel ‘verbinden door te amuseren’. Door het amuseren van de lezers door middel van aantrekkelijke en interessante artikelen hoopt Koffietijd een grotere verbinding te krijgen met de kijkers (lezers) van het programma/blad. Hiermee hoopt het programma ook een grotere doelgroep te trekken dan alleen 30-45 jaar.
6.1.2 Wat zijn de interessegebieden De interessegebieden van de huidige kijkers van Koffietijd komen overeen met de pijlers die op de website van Koffietijd vermeld staan: Mode, Beauty, Eten en drinken, Gezondheid, Cultuur en Goede Doelen. Uit het panelgesprek met de huidige kijkers van Koffietijd is ook gebleken dat het programma met name gewaardeerd wordt om de vertrouwde onderwerpen die overeenkomen met de eigen interesse-/vakgebieden. Opvallend bij het panelgesprek met voormalige kijkers was dat de interessegebieden toch wat uiteenliepen. Waar de huidige kijkers zich met name focussen op oppervlakkige onderwerpen als mode/beauty, eten/drinken etc., focuste de groep voormalige kijkers zich meer op de diepgaandere onderwerpen als recensies, weetjes, gadgets etc. Om beide partijen hierin tegemoet te komen worden de volgende interessegebieden uitgelicht in het online magazine: mode, beauty, huishouden, gezondheid, eten en drinken, films en boeken, gadgets en knutselen.
6.1.3 Redactionele rubrieken In zowel het panelgesprek met de redactie van Koffietijd, het panelgesprek met de kijkers als de expertinterviews zijn de onderwerpen besproken die in het magazine terug zullen komen. De redactie en Talpa hebben mij de vrijheid gegeven wat betreft de invulling van het blad en laten zich graag verrassen door de keuze van de kijkers. Om zoveel mogelijk herkenning en een vertrouwd gevoel bij de kijker te creëren, is ervoor gekozen niet teveel af te wijken van de huidige Koffietijd-pijlers zoals die benoemd worden op de website. De volgende onderwerpen/pijlers zijn definitief gekozen: 1. Mode en Beauty: In het panelgesprek van de kijkers kwam naar voren dat dit een belangrijk hoofdonderwerp van het blad moet zijn. Het waren ten eerste de interesses van de vrouwelijke kijkers en daarnaast was er ook veel vraag naar antwoorden op dit gebied. Voorbeelden die binnen deze pijler vallen zijn: speedstylen, columns van zowel bekende als onbekende stylisten, visagietips, kleurpsychologie, miskopen van kijkers en tips voor sollicitanten. 2. Eten en drinken: De doelgroep van Koffietijd bestaat uit werkende vrouwen, maar ook huisvrouwen. Uit het panelgesprek bleek dat het belangrijk is om snelle gerechten in het magazine te laten zien; lekkere, simpele gerechten die niet te veel tijd in beslag nemen. Degene die werken zijn vaak laat thuis en hebben niet veel zin meer om te koken en de huisvrouwen zijn al druk genoeg met het runnen van het gezin en willen ook graag lekker maar simpel koken. Een voorbeeld hiervan in het magazine kan een boodschappenlijst zijn met weekmenu. Deze hoef je alleen nog maar vanuit het magazine te downloaden en je kunt de Albert Heijn door met
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
3.
4.
5.
6.
47
je lijst. Zo krijgt de kijker een heel weekmenu voorgeschoteld zonder dat zij hier te veel moeite voor hoeven te doen. Gezondheid: Gezondheid is vooral een populaire pijler binnen het programma. Velen uit het panelgesprek waren geïnteresseerd in huisarts Job en Marcel van A. Vogel. Wanneer een kwaaltje besproken wordt in het programma, zien zij graag een uitgebreide versie hiervan in het magazine terugkomen. Waar dus in het programma twee tips worden gegeven tegen het besproken kwaaltje, willen zij er in het magazine graag vijf voor terug zien. Daarnaast is gezamenlijk besloten een ‘weetjes & fabels’-pagina te maken. Hier staan alle weetjes en fabeltjes op gezondheidsgebied voor het komende seizoen. Denk hierbij aan ‘van chocolade krijg je puistjes, feit of fabel: FABEL’. Wat klopt er van wat wij horen? Huishouden: Een nieuwe pijler binnen het magazine die nog niet binnen het programma bestaat, wordt ‘Huishouden’. Hierin worden zowel financiële onderwerpen besproken (Hoe spaar je het beste voor je pensioen?) als tips voor het huishouden zelf (Krijg je van ui in je water echt glimmende ramen?) Van binnenuit: Ook dit is een nieuwe pijler. Van binnenuit wordt hier letterlijk genomen. Er worden kijkerspagina’s gemaakt. Dit wil zeggen dat er in elke editie een kijker wordt uitgelicht hoe woont zij? (binnenkijker) Wat voor werk doet zij?Ook komen hier interieurtips van Rachel Siwaletti naar voren. Elke editie worden interieurtips gegeven op basis van het seizoen van het tijdschrift. Als laatste worden persoonlijke verhalen gedeeld met de kijker. Deze komen voornamelijk van de Goede Doelen: een ‘hoe ging het verder?’-pagina. In de studio komen vaak persoonlijke verhalen van bijvoorbeeld vrijwilligers naar voren, maar hoe ging het verhaal verder en wat is het volledige verhaal? Do It Yourself: De laatste pijler is ‘Do It Yourself’. Zoals de naam al aangeeft, betekent dit dat hier creatieve pagina’s van worden gemaakt. Hierbij kan gedacht worden aan knutselwerkjes voor Pasen (voor opa en oma om met de kleinkinderen te maken) of een breipatroon voor koele sjaaltjes voor in het voorjaar (of een ander seizoen). Afgestemd op het seizoen en de bijbehorende tradities en feestdagen wordt er gekeken naar welke ‘opdrachten’ bedacht kunnen worden met een klein budget.
6.1.4 Binding lezers blad Voor de huidige kijkers van Koffietijd moet het blad fungeren als een ‘beste vriendin’. Zij hebben momenteel al een binding met het programma en die wordt door het tonen van hun favoriete onderwerpen versterkt. Voor de nieuwe doelgroep die zich moet gaan aansluiten bij het magazine wordt getracht de lezersbinding te versterken door middel van communicatie. Communicatie kan als strategisch hulpmiddel worden ingezet voor het verhogen van de betrokkenheid van klanten aan het merk en het daarmee verbeteren van de loyaliteit. In het geval van Koffietijd betekent dit communiceren met de kijker op een andere manier, via een ander medium.
6.1.5 Sponsoren/adverteerders Advertenties in een magazine zijn vrijwel altijd paginavullend en daarom een gevaarlijk aspect voor de lezer. Een advertentie wordt in hun gezicht geduwd en is opvallend aanwezig. Koffietijd probeert de sponsors altijd zo onopvallend mogelijk in haar uitzendingen te verwerken. Dit gebeurt door alles heel redactioneel te maken via een item waar de kijkers zich in kunnen herkennen. De redactie gaf in het panelgesprek aan dit graag door te willen zetten in het online magazine. Wanneer er bijvoorbeeld reclame wordt gemaakt voor A. Vogel kan dit via een aparte pagina met een product van A. Vogel erop, maar ook via een interview, een interview met huisarts Job bijvoorbeeld. Hij is een bekend gezicht bij Koffietijd, want hij komt eens in de zoveel tijd een relevant onderwerp uitleggen. In de voorjaarseditie kan dit een interview zijn over hooikoorts, waarbij een link wordt gegevem naar A. Vogel Hooikoortstabletten. Wanneer er wel gebruik wordt gemaakt van een paginavullende advertentie, komt er een link op de advertentie zelf. Wanneer daarop geklikt wordt, kan er een proefmonster van het getoonde product aangevraagd worden, in dit geval van A. Vogel. 58% van de respondenten van het MPA-onderzoek geeft aan advertenties in een magazine niet storend te vinden. Een advertentie kan volgens hen best vermakelijk zijn wanneer het gerelateerd is aan de content van het magazine. Magazines komen bij de consumenten op
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
48
de eerste plek als het gaat om het overhouden van een positief gevoel en een waardige impressie overhouden aan het lezen en zien van advertenties. (Magazines.nl, z.j)
Figuur 6. Adverteren Het adverteren in magazines zorgt ervoor dat lezers actie ondernemen. Ongeveer 77% van de respondenten koopt wel eens een product nadat hij/zij deze gezien heeft in een magazine. Onderzoekers van Knowledge Networks zijn erachter gekomen dat er twee drijfveren zijn die ervoor zorgen dat lezers reageren op advertenties, namelijk de kwaliteit van een advertentie en de betrokkenheid bij zo’n advertentie. (Magazines.nl, z.j) Magazinelezers en internetgebruikers zijn degenen die het meeste openstaan voor en actief zijn met het proberen van nieuwe producten. De meeste magazinelezers zijn dan ook early adopters. Dit wil zeggen dat zij vaak als eerste producten/diensten uitproberen wanneer deze op de markt komen. (Magazines.nl, z.j)
Figuur 7. Digitaal adverteren
6.1.6 Bladritme Pagina 1: Cover Pagina 2/3: Inhoudsopgave. Deze wordt ruim genomen zodat er goed gebruikgemaakt kan worden van de klikmogelijkheden in het magazine. Hierdoor kunnen koppen bijvoorbeeld uitvergroot worden en kan aan de kijker getoond worden dat het klikbaar is. Pagina 4/5/6: Van binnenuit. Het tijdschrift begint met pagina’s die speciaal gericht op de kijker. Pagina 7/8/9: Do it yourself. Knutselwerkjes of creatieve adviezen Pagina 9/10: Mode, beauty en gadgets Pagina 11/12: BN’er interview Pagina 12/13: Feiten en fabels Pagina 14/15: Eten en drinken. Een weekmenu dat is gebaseerd op makkelijke en snelle gerechten van maximaal 30 minuten. Aangepast aanhet seizoen van de editie. Pagina 16: Gezondheid. Bijvoorbeeld een interview met huisarts Job en een advertentie. Pagina 17/18: Huishouden.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
6.2
49
Vormgeving
De vormgeving voor het Koffietijdschrift is bepaald door meerdere factoren: de redactie, het interview met Boudewijn en door te kijken naar concurrenten op het gebied van magazines. De vormgeving is lastig te bepalen doordat Koffietijd zelf geen regels heeft gemaakt voor het vormgeven van de website en/of social media. Alles wat de redactie leuk vindt staan, passen zij toe op de website en social media.
6.2.1 Kleurtoon De kleuren binnen het magazine kunnen volgens DigitaleFotografieTips bestaan uit de volgende 3 tonen: fel, midden en zacht. Op basis van tijdschriften van concurrenten is besloten voor het Koffietijdschrift te kiezen voor ‘midden’. Hierbij is ook vergeleken hoe Koffietijd op dit moment haar foto’s gebruikt op zowel social media als de website. (DigitaleFotografieTips, z.j.)
6.2.2 Tekstlengte Momenteel heeft Koffietijd geen duidelijke afspraak over de tekstlengte op social media en de website. Tijdens het interview gaf Boudewijn Mulder (vormgever website Koffietijd) aan dat er op de website wel altijd korte teksten gebruikt worden. Volgens hem blijft de doelgroep gemiddeld maar 3 minuten op de website en hebben ze dus geen tijd om lange artikelen te lezen. Vaak komt de doelgroep ook met een specifiek doel op de website: even meer informatie nden over een bepaald product lezen of een item terugkijken. Daarom houdt Koffietijd een tekstlengte van ongeveer 300 woorden aan. De ene keer is dit misschien iets langer en de andere keer iets korter. Dit hangt met name af van de beschikbare informatie over het onderwerp. In een magazine kan natuurlijk meer informatie verwerkt worden en dit is ook zeker de bedoeling van Koffietijd. Daarom wordt voor een interview een maximaal aantal woorden van 2000 aangehouden. Voor een column is dit 300 woorden en voor een informatief stuk geldt een A4-lengte van 400 woorden.
6.2.3 Lettertype Koffietijd heeft ook geen vast lettertype in gebruik. Op de website wordt voor alle artikelen het lettertype Arial gebruikt, maar op social media wordt in de afbeeldingen gecommuniceerd met andere sierlettertypes. Hierin wordt geen lijn getrokken. Elke redacteur gebruikt een lettertype dat hem/haar aanstaat. Hier wil ik met het magazine graag verandering in brengen. Ik wil voor alle koppen hetzelfde lettertype gebruiken, net als voor de artikelen zelf en de cover. Door constant dezelfde stijl te gebruiken, wordt bij de lezer herkenning gecreëerd. Voor de artikelteksten wordt er in het Koffietijdschrift gebruikgemaakt van Arial en voor alle koppen binnenin artikelen of op foto’s wordt Noteworthy gebruikt. Dit zijn twee lettertypes die het meest overeenkomen met degene die Koffietijd het meest gebruikt.
6.2.4 Tone of voice De doelgroep heeft in het panelgesprek aangegeven in het online magazine met ‘je’ te willen worden aangesproken. De reden hiervoor was dat velen zich anders oud voelen en het niet meer van deze tijd is om een doelgroep onder de 60 aan te spreken met u. De doelgroep zit er overigens niet op te wachten om constant mailtjes te krijgen over het online magazine of het programma zelf. Dit heeft volgens hen dezelfde werking als een nieuwsbrief die vrijwel gelijk wordt weggegooid. Het online magazine moet via de website van Koffietijd te downloaden aangeboden worden.
6.3
Overig
Naast alle middelen die nodig zijn voor het opzetten van de bladformule, worden ook de algemene zaken besproken. Hoe wordt het magazine gedistribueerd? Hoe vaak verschijnt het magazine? Wat wordt de prijs van het magazine? En waarom is ervoor gekozen het magazine specifiek voor de iPad te maken?
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
50
6.3.1 Distributie Het online magazine wordt in een pdf-formaat opgeleverd. Deze wordt vervolgens in een kiosk (bijvoorbeeld de applicatie van tijdschrift.nl) geüpload waar deze door de lezers kan worden gedownload. Via een kiosk hou je een overzicht van alle gedownloade tijdschriften en zijn ze ook makkelijk terug te vinden. Via de website van Koffietijd wordt een verwijzing gemaakt naar deze kiosk. Wanneer men het magazine als PDF wilt downloaden, kan dit via de website van Koffietijd.
6.3.2 Verschijning Tijdens het panelgesprek met de redactie van Koffietijd is besproken om van het Koffietijdschrift alleen speciale edities uit te brengen. Hiermee hoopt de redactie te voorkomen dat er veel informatie in komt die ook al op de website geplaatst is. Na vele afwegingen over welke edities dit zouden worden (kerst/pasen, herfst/winter, etc.) is besloten om voor seizoenen te gaan. Op deze manier wordt het tijdschrift vier keer per jaar uitgebracht in een zomer-, lente-, winter- en herfsteditie. De editie die ik in een dummy uitwerk is de voorjaar/lente-editie.
6.3.3 Prijs De eindredacteur van Koffietijd heeft in het panelgesprek aangegeven het magazine graag gratis aan de kijkers aan te willen bieden. Hij beweert dat het een te grote drempel is om voor zo’n magazine te moeten betalen. Het verdienmodel moet volgens hem grotendeels op de sponsoren komen te liggen die via het magazine een extra mogelijkheid krijgen om zich te koppelen aan Koffietijd.
6.3.4 Apparaat: tablet Door het doen van deskresearch en het panelgesprek met de redactie van Koffietijd is besloten om het online magazine speciaal voor de iPad te maken. Aangezien is gekozen voor het type ‘interactief online magazine’, is het al snel aannemelijk dat deze voor de tablet wordt gemaakt. Het magazine kan ook op een mobiele telefoon geopend worden. Een onderzoek van Google ondersteunt dit. Google heeft namelijk het tabletgebruik in de Verenigde Staten onderzocht. De belangrijkste resultaten voor deze scriptie zijn hieronder te zien:
Tabel 6. Tabletgebruik Verenigde Staten
Google heeft twee belangrijke dingen onderzocht: wat doen gebruikers met een tablet en wanneer en op welke plekgebruiken zij deze dan? Interessant voor het onderzoek is dat shoppen hoog in de lijst staat; 57,6% van de ondervraagden doet dit wel eens op een tablet. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen het opzoeken van bepaalde ‘shopping’producten en het daadwerkelijk kopen van producten. 45,5% van de ondervraagden koopt ook producten via de tablet. Dit is interessant voor het online magazine van Koffietijd, omdat er doorlinkmogelijkheden naar sponsoren en eventuele (beauty)producten die in het blad staan komen. Wanneer gebruikers shoppen via de tablet, gebeurt dit meestal in bed, op de
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
51
bank of in de keuken. Het online magazine is overigens ook bedoeld om in een vertrouwde omgeving een extra momentje voor jezelf te creëren. Lichtgewichte content en lezen van artikelen en dergelijke gebeurt voornamelijk aan een tafel. (Muller, H & Gove, J.L. & Webb, J.S., 2011) Een ander opvallend feitje is dat 78% van de ondervraagden gebruikmaakt van media op de tablet. Denk hierbij aan het bekijken van video’s/films, het luisteren naar muziek en het lezen van nieuws, blogs, magazines en boeken. Llezen wordt voornamelijk in de avond thuis op de bank gedaan, voor het slapen en ook tijdens vrijetijdsuren. Het wordt als makkelijk ervaren om een boek of magazine te downloaden. (Muller, H & Gove, J.L. & Webb, J.S., 2011) Waarom gebruiken gebruikers vaker een tablet dan een laptop? In het onderzoek gaven zij aan dat een tablet makkelijker draagbaar is: het heeft een licht gewicht en is kouder qua temperatuur wat het makkelijker maakt televisie en video’s te bekijken vanuit bed. (Muller, H & Gove, J.L. & Webb, J.S., 2011) Het opzoeken van recepten op de tablet is ook populair. 36% van de ondervraagden zei dit te gebruiken om recepten te zoeken en vervolgens in de keuken te gebruiken om instructies op te volgen. Wanneer er alleen wordt gekeken naar vrouwen, gebruikt 45% van de gebruikers een tablet voor activiteiten als koken. De meesten gebruiken dit een paar keer per week en ervaren de tablet als ideaal kookgezelschap. Het grootste voordeel voor de ondervraagden van het gebruiken van de tablet tijdens het koken, is dat zij geen recepten hoeven te printen. Ook hoeft de tablet niet aan het stroom gehangen te worden en kan hij overal neergelegd worden. Het werd als vervelend ervaren dat het scherm soms uitvalt en er weer op het scherm getikt moet worden om deze aan te krijgen en sommigen waren bang eten op de tablet te krijgen. (Muller, H & Gove, J.L. & Webb, J.S., 2011)
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
7
52
Resultaten van de eigen onderzoeksmethoden
In dit hoofdstuk staan alle resultaten van de gedane onderzoeksmethoden. Dit bevat de drie panelgesprekken met de redactie, de huidige kijkers en de ex-kijkers van Koffietijd en daarnaast de persoonlijke interviews die zijn afgelegd.
7.1
Panelgesprek redactie
De redactieleden van Koffietijd waren tijdens het panelgesprek direct erg enthousiast over het idee voor een online magazine maar gaven ook een aantal kritische punten waar ik naar moest kijken. Het grootste knelpunt voor de redactie is dat een online magazine heel snel gaat lijken op de huidige website van Koffietijd. Het is moeilijk om nieuwe informatie te brengen via een online magazine dat al lijkt op het programma en dus ook op de website van Koffietijd. Op welke manier kan het dan nog vernieuwend zijn? Tijdens een brainstormsessie hierover is dus gebleken dat het magazine vernieuwend en overzichtelijk moet zijn en dat alle artikelen makkelijk te vinden moeten zijn. Er is gekozen voor een seizoenstijdschrift, omdat de website elke dag al vernieuwend nieuws brengt en ook inspringt op de items van de uitzending van die dag. Door een online magazine dus eens per kwartaal uit te brengen is het makkelijker om het tijdschrift te vullen en is er de minste kans op herhaalde informatie. Het magazine wordt gratis aangeboden. Dit is op verzoek van de eindredacteur van Koffietijd. Volgens hem is het een te grote drempel voor de kijkers om voor het tijdschrift te betalen, terwijl het programma en de website al gratis informatie bieden. Het verdienmodel moet volgens hem anders zijn en opgelost worden door middel van sponsoren. Dit kan door advertentiemogelijkheden in het online magazine te plaatsen, maar hier ook interactiviteit aan te koppelen. Wanneer op een advertentie in het Koffietijdschrift geklikt wordt, kan een proefmonstertje aangevraagd worden waardoor direct klantenbinding gecreëerd wordt. Daarnaast is er niet voor gekozen met een ijkpersoon voor het online magazine te werken. De doelgroep van Koffietijd is dusdanig breed dat er alleen een ijkfamilie gemaakt kan worden. Koffietijd heeft een gedachtegoed waar iedereen die zich aangesproken voelt zich bij aan kan sluiten.
7.2
Panelgesprek huidige kijkers
Op 9 december 2014 heeft een panelgesprek met de huidige kijkers van Koffietijd plaatsgevonden op het kantoor van Talpa Media in Hilversum. Uit het panelgesprek met de huidige kijkers van Koffietijd is gebleken dat zij naar het programma kijken om de volgende redenen: het zijn vertrouwde onderwerpen waar ze zich mee kunnen identificeren, het is een gezellig programma, het is een moment van rust in de ochtend en het heeft veel raakvlakken met de interesses en/of vakgebieden van de kijkers zelf. De kijkers vinden het fijn dat het programma breed is opgezet. Het is voor ieder wat wils. Op de oproep op Facebook en de website van Koffietijd zijn veel reacties binnengekomen van kijkers die enthousiast zijn over het idee om een online magazine te starten. Ze wilden graag meedenken. De reden de kijkers graag een online magazine voor Koffietijd zien is dat het programma hiermee uitgebreider wordt. Waar in de uitzending maar 2 of 3 minuten de tijd is om een item te bespreken, kan daar in het magazine op voortgeborduurd kunnen worden. Het zijn fijne onderwerpen om naar te luisteren en meer over te weten te komen, maar vaak is het te snel voorbij. Waar er in het televisieprogramma bijvoorbeeld twee tips worden gegeven voor hooikoorts in het voorjaar, willen de kijkers er graag tien in het online magazine zien. Omdat het programma vaak inspeelt op de interesses en vakgebieden van de kijkers, willen zij hier graag in het magazine nog meer over zien. Met zijn allen hebben we een aantal pijlers opgezet voor wat er volgens hen voor zorgt dat zij het magazine zullen downloaden en lezen. De gekozen pijlers zijn de volgende: mode en beauty (hoe kleed je je bijvoorbeeld
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
53
voor een sollicitatiegesprek), eten en drinken (een Paasmenu of makkelijke en snelle gerechten), gezondheid (interviews met huisarts Job), huishouden (handige huishoudelijke tips), do it yourself (knutsel- en breiwerkjes) en van binnenuit (kijkersvragen, binnenkijken bij kijkers of persoonlijke verhalen). Het was voor de kijker erg belangrijk dat zij zelf goed belicht worden in het online magazine. De pijler ‘van binnenuit’ is ook niet voor niets toegevoegd aan het rijtje, want de kijkers vonden het belangrijk dat niet alleen bekende Nederlanders in het magazine naar voren zouden komen. Wanneer er bijvoorbeeld een binnenkijkje wordt gegeven (een kijkje in het huis van…) dan zouden zij dat graag zien van een kijker van Koffietijd om te zien hoe doorsnee Nederland woont. Vrijwel iedereen weet hoe bekende Nederlanders wonen: het is altijd groots, exclusief en vol dure spullen. Zij zouden graag inspiratie opdoen door een doorsnee huis.
7.3
Panelgesprek voormalige kijkers
Op 2 januari 2015 is een panelgesprek afgelegd met voormalige kijkers van Koffietijd in Bussum. Dit zijn kijkers die Koffietijd die in het verleden wel met enige regelmaat hebben gekeken en ook geïnteresseerd zijn in de programma’s, maar op dit moment om persoonlijke redenen niet meer kijken. Twee van de vijf mensen gaven aan dat zij Koffietijd momenteel niet meer kijken omdat zij te druk zijn met hun werk, eentje heeft kinderen gekregen en heeft daarom door de hectiek geen mogelijkheid om het programma te kijken en de ander heeft Koffietijd bij de doorstart niet meer opgepakt. Vroeger keek zij wel naar het programma (20 jaar geleden) en ze wist eigenlijk ook niet eens dat dit weer op televisie was. De laatste vindt het concept te commercieel geworden vergeleken met vroeger. Bij de voormalige kijkers heeft Koffietijd een laag imago. Hiermee wordt bedoeld dat vier van de vijf respondenten het gevoel heeft dat het een programma is voor laagopgeleide huisvrouwen. Dit komt doordat het programma gezellig wordt gebracht, maar erg oppervlakkig is. Dit gebrek aan diepgang is tevens het grootste knelpunt voor hen. Bij vergelijking met RTL Late Night wordt er aangegeven dat Humberto natuurlijker overkomt. Late Night komt minder gescript over dan Koffietijd. Daarnaast is Late Night actueler qua onderwerpen en het wordt niet te vluchtig gebracht, wat bij Koffietijd vaak wel het geval is. Voor de voormalige kijkers van Koffietijd zou het grootste voordeel van het magazine zijn dat het de mogelijkheid geeft tot meer diepgang. Waar het programma vluchtig is, kan het magazine meer inspelen op de onderwerpen door achtergrondinformatie te geven of diepgaandere (en uitgebreidere) informatie te brengen, bijvoorbeeld in een interview. Het magazine kan daarnaast in de eigen tijd gelezen worden. Hierdoor zitten de voormalige kijkers niet vast aan de uitzendtijd, wat voor velen toch een knelpunt is. Ook is het feit dat het magazine gratis wordt aangeboden een groot voordeel. Daardoor viel in het panelgesprek een soort ‘last’ van iedereen af en ontstond er een turning point waarbij ze het magazine een kans besloten te geven. Het grootste nadeel van het online magazine is volgens de voormalige kijkers dat veel ouderen geen iPad hebben. Geen van de respondenten bij het gesprek was in het bezit van een iPad of e-reader. Wanneer er toch voor dit device gekozen wordt, hebben deze mensen geen kans om het magazine te lezen. Daarnaast was het magazine voor geen van de respondenten een reden om zich weer te binden aan Koffietijd. Dat er een online magazine komt, betekent namelijk niet dat de uitzendtijd veranderd wordt, waardoor het voor hen makkelijker zou worden om het programma weer te kijken. Het is voor hen wel een reden om zich weer met de onderwerpen en de sfeer van Koffietijd bezig te houden en zich op z’n minst te binden aan het Koffietijdschrift. Iedereen was wel enthousiast over het idee zelf en over hoe het magazine tot nu toe inhoudelijk vormgegeven is. Zij geven het wel een kans van slagen. Als laatste is iedereen gevraagd twee onderwerpen te noemen die zij graag in het magazine terug zouden willen zien. De top zes die hieruit kwam was kleding (zowel man als vrouw), wonen, gadgets, film- en boekrecensies, koken en weetjes.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
7.4
54
Interview Denise de Vries
Op 15 december 2014 is er een interview afgenomen bij Denise van het tijdschrift Puur Zaans. Zij heeft dit tijdschrift geheel zelf opgezet in de Zaanstreek en is inmiddels succesvol. In het interview is besproken hoe zij te werk gaat. Hoe heeft zij het magazine opgezet en waar is zij toen tegenaan gelopen? Wat is het startpunt bij het maken van een bladformule? Hoe bepaal je bijvoorbeeld bij een grote doelgroep wat er uiteindelijk wel en niet in het magazine komt en hoe ziet een succesvol magazine eruit? Denise gaf aan dat zij is begonnen door te kijken naar de doelgroep. Volgens haar is dit het allerbelangrijkst omdat zij degenen zijn die het tijdschrift moeten gaan lezen. Wanneer de doelgroep en de consument bekend, kun je gaan kijken naar wat je precies wilt communiceren. Welke rode draad moet het magazine hebben en wat wil je uitstralen? Daaruit ontstaan veel ideeën waar weer in geschrapt moet worden. Volgens Denise moet je je echt verdiepen in de doelgroep om een succesvol magazine te kunnen maken. Je moet weten wat de doelgroep wilt terug zien. Daarbij kijk je zowel naar jezelf als naar de mensen binnen de doelgroep. Het is niet mogelijk vooraf te weten wat de doelgroep precies wil. De eerste paar bladformules zullen daarom ook niet de beste zijn. Door dingen uit te proberen en te communiceren met de doelgroep kom je er achter welke pijlers een succes zijn en welke niet. Houd desondanks wel altijd een rode draad en breng er dus telkens terugkerende onderwerpen in. Koffietijd adviseert zij vrij makkelijke en ontspannende thema’s te kiezen. Hoe kan een huisvrouw bijvoorbeeld een makkelijk, lekker maar vooral snel gerecht op tafel zetten? “Zorg ervoor dat een online magazine zo min mogelijk klikbaar is en zo makkelijk mogelijk leesbaar. Hoe meer stappen de lezer moet ondernemen om bij een artikel te komen, hoe sneller je een lezer kwijt bent. Daarnaast zou ik hem ook als e-reader maken dat je ook alleen de tekst kunt lezen zonder alle plaatjes en maak verschillende lagen. Dan hoef je soms alleen een foto te plaatsen waarop men kan klikken en zij vervolgens bij een recept of artikel uitkomen.”
7.5
Usabilitytesten
De usabilitytesten hebben op verschillende locaties en met verschillende doelgroepen plaatsgevonden in de week van 12 januari 2015. Er is onderscheid gemaakt tussen de doelgroepen in de leeftijden 20-40 en 40+. Hier is voor gekozen omdat gedacht wordt dat de doelgroep van 20-40 sneller en beter weet om te gaan met de iPad en de mogelijkheden hiervan. Om dus een optimale usabilitytest uit te voeren is het belangrijk dat de jongere generatie snapt wat de bedoeling is van het magazine, wat klikbaar is en hoe alles werkt. De gedachte hierachter is dat wanneer de jongere generatie het niet snapt, de oudere generatie het ook niet snel zal begrijpen. In de doelgroep 20-40 jaar hebben acht mensen deelgenomen aan de usabilitytest. De eerste vier kwamen op dinsdag langs en de laatste vier op woensdag. Bij de eerste vier respondenten bleek dat het niet duidelijk was dat alleen het Koffietijd logootje klikbaar was, niet de tekst die ernaast stond. Het was voor hen logischer om ook de tekst ernaast klikbaar te maken. Wel werd de navigatie goed begrepen en het tijdschrift werd zeer hoog gewaardeerd op vormgeving. De eerste vier mensen kregen van tevoren niet allemaal dezelfde informatie en uitleg. Sommigen waren verteld dat de logo’s klikbaar waren, anderen had ik specifiek gevraagd of ze de werking van een interactief magazine kenden (zodat ze zich realiseren dat deze dus ook interactief is) en de laatste had ik helemaal niets verteld. Degene die ik niets had verteld begreep uit zichzelf dat alleen de logo’s klikbaar waren en die vond prima haar weg in het magazine, terwijl degenen met voorinformatie wel moeite hadden om door middel van klikken naar de volgende pagina te komen. Wanneer dit niet lukte, werd er verder gescrold naar de pagina die in de inhoudsopgave aangegeven stond. Diezelfde avond heb ik de knoppen aangepast en ook de tekst klikbaar gemaakt om vervolgens bij de volgende vier te kijken of het nu wel goed zou gaan. Maar niets was minder waar. Deze vier mensen had kregen van tevoren alleen uitleg over de waar de scriptie over ging en waarom er was gekozen voor een tijdschrift. Zonder uitleg over het magazine snapten ook zij niet dat je je weg door het magazine heen kon klikken. De klik-
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
55
logo’s zullen dus veranderd moeten worden en in de vormgeving moet duidelijk gemaakt worden dat je op het scherm kunt klikken om sneller bij een ander artikel te komen. In de doelgroep 40+ hebben twee mensen – op beeld – deelgenomen aan de usabilitytest. Zij kregen de laatste versie van het magazine te zien. In deze versie is de cover ook klikbaar gemaakt en daarnaast is het kliklogo door het magazine heen veranderd. In de doelgroep 20-40 bleek dat het niet altijd even duidelijk was waar er precies geklikt kon worden. Velen dachten ook dat het kliklogo puur decoratief was. Na dit veranderd te hebben in een algemeen bekend logo (klikmuisje) werd dit gelijk herkent als klikbaar. Er waren geen vragen meer over het magazine en plots bleek alles duidelijk. Het magazine is, naast de filmopnamen, ook op de redactie van Koffietijd getest. Ook hier bleek dat het kliklogo vrijwel direct duidelijk was. Ook voor de mensen die hiervoor nog nooit in aanraking waren geweest met een online magazine.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
8
56
Conclusie
In dit hoofdstuk vindt u de conclusie van dit onderzoek, dat is gebaseerd op de eerder gedane desk- en fieldresearch Hierin wordt ook antwoord gegeven op de centrale vraag: “Wat zijn de wensen en behoeften van de kijkers van Koffietijd ten aanzien van een online magazine als manier om het programma crossmediaal uit te breiden om de kijkcijfers te verhogen?” Moet er überhaupt worden gekozen voor een online magazine? Tijdens de panelgesprekken met zowel de huidige als voormalige kijkers van Koffietijd is gebleken dat de meerderheid (8 van de 10 ondervraagden) enthousiast is over het idee om een online magazine van Koffietijd te maken. Dit wordt versterkt in de trendanalyse en het theoretisch kader. De term ‘digitalisering’ is een maxitrend die erg aanwezig is in de hedendaagse maatschappij. Denk alleen al aan het feit dat de huidige generatie alleen maar wordt opgevoed met digitalisering en nooit meer echt zal weten wat het is om zonder een telefoon op te groeien. De consument van nu verwacht dan ook dat alles steeds meer gedigitaliseerd is en wordt. Daarnaast zorgt crossmedialiteit bij klanten voor loyaliteit aan een bepaald merk. In eerste instantie zijn dit voor Koffietijd allemaal redenen om inderdaad te kiezen voor een online magazine als crossmediaal middel om de kijkcijfers te verhogen. Bij de panelgesprekken is echter ook bewezen dat dit iets anders ligt. De huidige kijkers zijn ontzettend enthousiast over het idee voor een online magazine en zien dit als de ultieme kans om het programma meer extensie te kunnen geven en er vier extra grote rustmomentjes in het jaar bij te kunnen hebben. De voormalige kijkers van het programma denken grotendeels hetzelfde over dit idee, maar geven vooral aan dat een online magazine niet zal zorgen voor het kijken van het programma. Uit het onderzoek blijkt dat de meeste ‘ex-kijkers’ die hebben deelgenomen aan het panelgesprek, zijn gestopt met kijken door gebrek aan tijd (bijv. werk). Door het inzetten van een online magazine wordt het programma niet op een ander tijdstip uitgezonden en gaat het er dus voor Koffietijd niet voor zorgen dat zij extra kijkcijfers krijgen van ‘ex-kijkers’. Het online magazine kan wel als middel worden ingezet om de huidige kijkcijfers te behouden. De kijkcijfers die de afgelopen maanden zijn verloren (10%) kunnen worden opgevuld door de berekening die gedaan is in de doelgroepanalyse. Hieruit bleek dat er dagelijks – naast de reeds bereikte doelgroep – nog 192.000 vrouwen thuis zitten. De gaten die zijn ontstaan door het verlies van kijkers, kunnen opgevuld worden met deze 192.000 potentiele kijkers. Het is lastig aan te geven hoeveel mensen hiervan bereikt kunnen worden. Daarmee is het ook meegenomen als Koffietijd hier extra kijkers uit haalt, maar dit kan niet met zekerheid gezegd worden. Het tijdschrift is daarnaast niet alleen een manier om de huidige kijkcijfers te behouden. Het zorgt ook voor een overbrugging in de zomermaanden dat Koffietijd niet op zender is. Door middel van een zomereditie van het tijdschrift heeft de kijker het gevoel het programma minder lang te moeten ‘missen’. Hoe worden deze potentiele kijkers bereikt? Hier kunt u meer over lezen in het advies hoofdstuk. Lezersbinding en loyaliteit Onderzoeken van CLOUD marketing wijzen uit dat 2% van het wereldwijde publiek zich vier keer meer betrokken voelt bij merken door middel van crossmedia. En volgens de MPA scoren tijdschriften het hoogst op “engagement keys”, oftewel betrokkenheidsmiddelen. Wanneer iemand een tijdschrift leest, heeft hij/zij het minst de neiging om zich bezig te houden met andere (media)activiteiten. Crossmedialiteit bij een programma wil nog niet per definitie zeggen dat een kijker betrokken wordt bij een programma of merk. Communicatie kan als strategisch hulpmiddel worden ingezet voor het verhogen van de betrokkenheid van klanten aan het merk en het daarmee verbeteren van de loyaliteit. In het geval van Koffietijd betekent dit communiceren met de kijker op een andere manier, via een ander medium. Wensen en behoeften kijkers Koffietijd De centrale vraag gaat over wat de wensen en behoeften van de kijkers zijn ten aanzien van een online magazine. Door middel van fieldresearch(panelgesprekken) is hier een antwoord op gegeven. Hierin wordt er zowel naar de wensen en behoeften van de huidige als de voormalige kijkers gekeken.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
57
Huidige kijkers De kijkers willen graag een online magazine voor Koffietijd zien, omdat het programma hiermee uitgebreider wordt. Wanneer er in de uitzending maar 2 of 3 minuten tijd is om een item te bespreken, kan er in het magazine op voortgeborduurd worden. Waar er in het televisieprogramma bijvoorbeeld twee tips worden gegeven tegen hooikoorts in het voorjaar, willen de kijkers er graag tien zien in het online magazine. Omdat het programma vaak inspeelt op de interesses en vakgebieden van de kijkers, willen zij die in het magazine graag terugzien. Het was voor de kijker daarnaast erg belangrijk dat zijzelf goed belicht worden in het online magazine. Het is belangrijk dat er niet alleen maar bekende Nederlanders in het magazine naar voren zouden komen. Wanneer er bijvoorbeeld een “binnenkijkje” wordt gegeven (een kijkje in het huis van…) zouden zij graag “binnenkijken” bij een kijker van Koffietijd om te zien hoe doorsnee Nederland woont. Vrijwel iedereen weet hoe bekende Nederlanders wonen: het is altijd groots, exclusief en vol dure spullen. Zij zouden graag inspiratie opdoen bij een doorsnee huis. Voormalige kijkers Waar het programma vluchtig is, kan het magazine volgens de voormalige kijkers meer inspelen op de onderwerpen door achtergrondinformatie te geven of meer diepgang (en uitgebreidere) aan te brengen, bijvoorbeeld door een interview. Dit was een van de belangrijkste dingen die voortkwamen uit het panelgesprek. De voormalige kijkers missen met name diepgang in het programma en zien dit graag terug in het magazine. Het magazine kan daarnaast in de eigen tijd gelezen worden. Hierdoor zitten de voormalige kijkers niet vast aan de uitzendtijd, wat voor velen toch een knelpunt is. Dat het magazine gratis wordt aangeboden was ook een groot voordeel; in het panelgesprek viel hierdoor een soort ‘last’ van iedereen af en ontstond er een turning point waardoor ze het magazine toch een kans besloten te geven. Extra criteria/eisen voor het online magazine Het is voor zowel de redactie van Koffietijd als de huidige en voormalig kijkers van Koffietijd belangrijk dat het tijdschrift gratis wordt aangeboden. Hiermee onderscheiden zij zich niet alleen van de concurrent, maar dit neemt bij de doelgroep (met name de voormalige kijkers) ook een drempel weg voor het lezen van het tijdschrift. De belangrijkste eisen voor het magazine zijn het onderscheidende vermogen, het kunnen doorklikken en het toevoegen van bewegend beeld aan het magazine. Zo wordt het persoonlijk voor de lezer; hij/zij maakt direct de keus voor een bepaald artikel en krijgt ondersteuning en diepgang bij het artikel aangeboden door de toevoeging van bewegend beeld en geluid. Hierbij moet worden gelet op de tijd van het toegevoegde beeld. Volgens onderzoek is mag een filmpje maximaal 1 minuut duren. Dit heeft te maken met de spanningsboog van de lezer. Ook is het belangrijk om een snelle laadtijd te hebben van het magazine. Des te meer filmpjes er worden toegevoegd, des te groter de laadtijd wordt. Een eis voor Koffietijd is ook om de teksten binnen het magazine niet te lang te maken. De lezer zit namelijk niet te wachten op lange teksten. Door smalle kolommen te maken kan de sneller snel met de ogen naar beneden scrollen en heeft hij/zij niet het gevoel dat er maar geen einde aan komt.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
9
58
Advies
In dit hoofdstuk wordt een advies uitgebracht voor het maken van een bladformule voor het online magazine van Koffietijd waarmee de kijkcijfers mogelijk verhoogd kunnen worden. Dit advies is gebaseerd op desk- en fieldresearch. In dit hoofdstuk vindt u een tekstueel advies voor deze bladformule. Daarnaast staat in de bijlage de bijbehorende uitgewerkte dummy van het online magazine. Zoals al in de conclusie van dit onderzoek is gebleken, gaat een online magazine voor Koffietijd hoogstwaarschijnlijk niet zorgen voor verhoging van de kijkcijfers. Wel kan het verlies van de verloren kijkcijfers opgevuld worden door een groep potentiele kijkers. Door gebrek aan informatie kan er niet exact berekent worden hoeveel kijkers Koffietijd nog zou kunnen bereiken, maar ook niet hoeveel van deze kijkers vervolgens voor eventuele verhoging van de kijkcijfers zou kunnen zorgen. Het eerste advies aan Koffietijd is om een algehele doelgroepanalyse te doen. Uit verschillende interne onderzoeken is al gebleken dat Koffietijd een brede doelgroep aantrekt en niet alleen de gestelde doelgroep 30-45 jaar. Door een uitgebreide analyse te doen (waarbij ook berekend kan worden hoeveel parttime vrouwen in Nederland werken en hoeveel dagen zij werken) kan nog een beter beeld geschetst worden of Koffietijd ruimte heeft voor verhoging van de kijkcijfers. Er is momenteel te weinig informatie beschikbaar hiervoor. De al berekende 192.000 vrouwen die dagelijks werkeloos thuis zitten, zouden wel bereikt kunnen worden door middel van het magazine. Ik zou Koffietijd willen adviseren deze vrouwen via social media te bereiken. Uit de doelgroepanalyse is gebleken dat het grootste gedeelte van de doelgroep zich online bevindt en dagelijks gebruik maakt van social media. De doelgroep zou bereikt kunnen worden door het plaatsen van een bericht via de Koffietijd Facebookpagina. Wanneer deze berichten gedeeld worden via vriendinnen van de potentiële kijkers, komt dit bij hen terecht. Daarnaast kan Koffietijd ervoor kiezen om advertenties op Facebook te plaatsen waardoor niet alleen de huidige volgers van Koffietijd op Facebook bereikt worden. Als laatste zou ik Koffietijd met betrekking tot promotie van het magazine willen adviseren het magazine ook in de kiosk van Tijdschriften.nl te plaatsen. Onderzoek wijst uit dat de doelgroep veel tijdschriften leest en hier ook ontspanning uit haalt. De doelgroep komt zelf naar deze kiosk toe, selecteert op categorie, kiest het gewenste tijdschrift en download deze. Bij het selecteren van de categorieën komt er een overzicht tevoorschijn van alle te downloaden tijdschriften. Koffietijd kan er hierbij voor kiezen om zich bovenaan deze lijst te plaatsen. Door het doen van desk- en fieldresearch is er genoeg informatie opgedaan voor het maken van een bladformule. Hoe de bladformule voor het online Koffietijdschrift eruit kan komen te zien wordt hieronder uitgelegd:
1.
Kernfunctie van het blad De kernfunctie van het blad zou ‘amuseren’ en ‘verbinden’ moeten worden, of ook wel ‘verbinden door te amuseren’. Door de lezers te amuseren met aantrekkelijke en interessante artikelen hoopt Koffietijd zich meer te kunnen verbinden aan de kijkers/lezers van het programma/blad. Het blad moet de beste vriendin van de kijker worden.
2.
Interessegebieden van de kijkers met daaruit voortvloeiende redactionele rubrieken De interessegebieden van de huidige kijkers van Koffietijd zijn gelijk aan de pijlers die op de website van Koffietijd vermeld staan: Mode, Beauty, Eten en drinken, Gezondheid, Cultuur en Goede Doelen. In het panelgesprek met de huidige kijkers van Koffietijd is ook gebleken dat het programma met name gewaardeerd wordt om de vertrouwde onderwerpen die overeenkomen met de eigen interesse/vakgebieden. Opvallend bij het panelgesprek met voormalige kijkers was dat de interessegebieden toch wat uiteenliepen. Waar de huidige kijkers zich met name focussen op oppervlakkige onderwerpen als mode/beauty, eten/drinken etc., ging het de groep voormalige kijkers meer om diepgaandere onderwerpen als recensies, weetjes, gadgets, etc. Om beide partijen tegemoet te komen, zouden de volgende redactionele rubrieken uitgelicht moeten worden in het online magazine:
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
59
Mode en Beauty, Eten en Drinken, Gezondheid, Do it Yourself, Van Binnenuit en Huishouden. 3.
Bladbinding Voor de huidige kijkers van Koffietijd moet het blad fungeren als een ‘beste vriendin’. Zij hebben momenteel al een binding met het programma en die wordt door het tonen van hun favoriete onderwerpen versterkt. Voor de nieuwe doelgroep van het magazine wordt getracht de lezersbinding te versterken door middel van communicatie. Communicatie kan als strategisch hulpmiddel worden ingezet voor het verhogen van de betrokkenheid van klanten aan het merk en het daarmee verbeteren van de loyaliteit. In het geval van Koffietijd betekent dit communiceren met de kijker op een andere manier, via een ander medium.
4.
Sponsoren Koffietijd probeert de sponsors altijd zo onopvallend mogelijk in haar uitzendingen te verwerken. Dit gebeurt door alles heel redactioneel te maken via een item waar de kijkers zich in kunnen herkennen. Dit zou doorgezet moeten worden in het online magazine. In de voorjaarseditie kan een interview staan over hooikoorts, waarbij er een kleine link naar A. Vogel Hooikoortstabletten wordt geplaatst. Wanneer er wel gebruik wordt gemaakt van een paginavullende advertentie, komt er een link in de advertentie zelf. Wanneer daarop geklikt wordt, kan een proefmonster aangevraagd worden, in dit geval van A. Vogel.
5.
Bladritme Pagina 1: Cover Pagina 2/3: Inhoudsopgave. Deze wordt ruim genomen zodat er goed gebruikgemaakt kan worden van de klikmogelijkheden in het magazine. Hierdoor kunnen koppen bijvoorbeeld uitvergroot worden en kan aan de kijker getoond worden dat het klikbaar is. Pagina 4/5/6: Van binnenuit. Het tijdschrift begint met pagina’s die speciaal gericht zijn op de kijker. Pagina 7/8/9: Do it yourself. Knutselwerkjes of creatieve adviezen. Pagina 9/10: Mode en beauty en gadgets. Pagina 11/12: BN’er interview. Pagina 12/13: Feiten en fabels. Pagina 14/15: Eten en drinken. Een weekmenu die bestaat uit makkelijke en snelle gerechten van maximaal 30 minuten. Aangepast aan de editie. Pagina 16: Gezondheid. Bijvoorbeeld een interview met huisarts Job en een advertentie. Pagina 17/18: Huishouden.
6.
Vormgeving/look and feel Het online magazine wordt met Indesign vormgegeven. Hierbij wordt gekeken naar de website van Koffietijd. Logo’s en andere elementen worden hiervan overgenomen. De kleurtoon van de foto’s wordt ‘midden’. Dit bevat zowel kleur- als zwart-witfoto’s. Tekstlengte: Er wordt voor een interview een maximum van 2000l woorden aangehouden. Voor een column is dit 300 woorden en voor een informatief stuk geldt een A4-lengte van 400 woorden. Lettertype: Voor de artikelteksten wordt in het Koffietijdschrift gebruikgemaakt van Arial en voor alle koppen binnenin artikelen of op foto’s wordt Noteworthy gebruikt
7.
Distributie Het online magazine zou als pdf opgeleverd moeten worden. Deze kan vervolgens in een kiosk (bijvoorbeeld de applicatie van tijdschrift.nl) geüpload en gedownload worden door de lezers. Via de website van Koffietijd kan een verwijzing gemaakt worden naar deze kiosk.
8.
Verschijning Het makkelijkste (om dubbele informatie te voorkomen) voor Koffietijd zou zijn om seizoenstijdschriften te maken. Op deze manier wordt het tijdschrift vier keer per
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
60
jaar uitgebracht in een zomer-, lente-, winter- en herfsteditie. De editie die in een dummy uitgewerkt is, is de voorjaar/lente-editie. 9.
Prijs Het Koffietijdschrift zou gratis aangeboden moeten worden aan de kijkers. Op deze manier voorkom je drempels voor het aansluiten bij dit medium. Het verdienmodel zou dan bij de sponsoren moeten komen te liggen.
10. Device Doordat ik ervoor gekozen heb om het type ‘interactief online magazine’ te gebruiken, is het al snel aannemelijk dat het magazine voor de tablet wordt gemaakt. Het magazine kan ook op een mobiele telefoon geopend worden voor degenen die nog niet in het bezit zijn van een iPad of e-reader.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
61
10 Evaluatie Het onderzoek viel in een aantal opzichten mee en in een aantal opzichten tegen. Ik vond het ten eerste een ontzettend leuk onderwerp om mijn scriptie over te schrijven. Door mijn stage bij Koffietijd ben ik ontzettend veel te weten gekomen over het programma, maar ook überhaupt over televisie maken. Ik heb voor mijzelf nooit duidelijk de keuze kunnen maken tussen de televisie- en de tijdschriftenwereld. Door voor een televisieprogramma een magazine te maken, kon ik deze twee combineren in mijn eigen voordeel. De panelgesprekken had ik al vroeg in mijn onderzoeksperiode op de planning staan. Het eerste gesprek vond plaats met de redactieleden van Koffietijd. Hierbij waren zelfs meer mensen komen opdagen dan ik in eerste instantie had uitgenodigd. De overige twee panelgesprekken met de kijkers liepen wat minder voorspoedig. Op de website en Facebook pagina van Koffietijd stond een oproep voor kijkers om mee te kunnen werken aan dit onderzoek. Hierbij werd expres niet vermeld dat het ging om een scriptie, in de hoop op deze manier meer kijkers te kunnen trekken. Er hadden zich in totaal 16 mensen van de huidige kijkers aangemeld, waarna ik deze allemaal gebeld of gemaild had om mee te werken. Ik wilde daar twee groepen van acht personen van maken, zodat iedereen zijn of haar inbreng kon geven. Uiteindelijk bleven er hier maar vijf van over en had ik dus een persoon te weinig, volgens mijn plan van aanpak. Hetzelfde geldt voor het tweede panelgesprek. Hier had ik ook ruim genoeg mensen voor uitgenodigd, maar helaas bleven er ook daar maar vijf van over. Hierdoor heb ik niet volledig kunnen voldoen aan mijn plan van aanpak. Het interview met Denise van PuurZaans was overigens wel gelijk goed verlopen en het uitwerken van alle resultaten ook. Na het houden van het eerste panelgesprek (met de huidige kijkers), bleek dat zij allen geïnteresseerd waren in de maak van het Koffietijdschrift. Daarop ben ik gelijk gestart met het ontwerp van het tijdschrift en heb ik in samenwerking met de huidige kijkers besproken wat erin zou komen en wat juist niet. Echter bleek bij het tweede gesprek dat de ‘ex-kijkers’ ook geïnteresseerd waren in het tijdschrift, maar dat dit voor hen geen reden zou zijn om zich weer te gaan binden aan Koffietijd. Een domper voor het programma dus. Vervolgens ben ik bij mijn doelgroep analyse verder gaan berekenen of Koffietijd misschien al aan het maximaal aantal kijkers zit (op aanbeveling van mijn eerste beoordelaar). Hieruit bleek dat er nog een geruim aantal potentiele kijkers te bereiken valt. En kon ik makkelijker mijn conclusies trekken. Al met al vond ik het een leuk en nuttig onderzoek om te houden voor Koffietijd. De hoofdredacteur is erg blij en enthousiast over de uitkomst van het tijdschrift en overweegt om deze echt te gaan maken. Het magazine samen met mijn scriptie wordt doorgestuurd naar de creative director van Talpa en Winston Gerstanowitz (commercieel directeur Talpa) en zij gaan vervolgens kijken wat de mogelijkheden zijn. Een hele stap dus! In de bijlage vindt u nog het evaluatieformulier van de opdrachtgever.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
62
11 Bronnen Allesovermarktonderzoek. (2014). Diepte-interview. Geraadpleegd op 27 september 2014, van: http://www.allesovermarktonderzoek.nl/onderzoeksmethoden/diepte-interview Adformatie. (2014). Onderzoek: meer merkbetrokkenheid door crossmediale reclame. Geraadpleegd op 27 september 2014, van: http://www.adformatie.nl/blog/mm/2013/07/onderzoek-meer-merkbetrokkenheiddoor.html#sthash.9kFzoX3r.dpuf Arboportaal. (2014). Werktijden. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.arboportaal.nl/onderwerpen/arbowet--en-regelgeving/arbeidstijden/werktijden.html Bladendokter. (2013). Trend: de covertekst verdwijnt. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.bladendokter.nl/trend-de-covertekst-verdwijnt/ BlueBerry online magazines. (2014). De mogelijkheden van de online editor. Geraadpleegd op 22 november 2014, van: http://www.onlinemagazine.nl/nl/mogelijkheden_van_de_online_editor1.html BrainAds BV. (z.j.). Usability testing. Geraadpleegd op 27 september 2014, van: http://www.brainads.nl/diensten/27/usability-testing.html CBS. (2013). Werkzame beroepsbevolking van 15 tot 65 jaar. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/arbeid-socialezekerheid/publicaties/barometer-beroepsbevolking/barometer-werkzame-beroepsbevolkingart.htm CBS. (2013). Vrije tijd. Geraadpleegd op 1 december 2014, van: http://www.cbs.nl/nlNL/menu/themas/vrije-tijd-cultuur/publicaties/artikelen/archief/2013/2013-3926-wm.htm CBS. (2013). Bevolking; kerncijfers. Geraadpleegd op 16 november 2014, van: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=37296ned&D1=a&D2=0,1 0,20,30,40,50,60,(l-1),l&HD=130605-0924&HDR=G1&STB=T http://services.google.com/fh/files/misc/omp-2013-nl-local.pdf CBS. (2013). Gebruik en gebruikers van sociale media. Geraadpleegd op 1 december 2014, van: http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/06A12225-495E-4620-80F6F2A53E819957/0/20131001b15art.pdf CBS. (2013). Steeds vaker laptop, tablet en smartphone in huis. Geraadpleegd op 15 januari 2015, van: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/vrije-tijdcultuur/publicaties/artikelen/archief/2013/2013-3926-wm.htm CBS. (2014). Bevolkingspiramide. Geraadpleegd op 24 januari 2015, van: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/bevolking/cijfers/extra/piramide-fx.htm CBS. (2014). Arbeidsdeelname van Nederlandse vrouwen zeer hoog. Geraadpleegd op 24 januari 2015, van: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/arbeid-socialezekerheid/publicaties/artikelen/archief/2011/2011-3336-wm.htm Cremers, M. (2014). De Uses & Gratifications theorie: over media gratificaties. Geraadpleegd op 22 december 2014, van: http://www.heuvelmarketing.com/inboundmarketing-blog/de-uses-gratifications-theorie-over-media-gratificaties DutchGiraffe. (z.j.). Online magazines. Geraadpleegd op 16 november 2014, van: http://www.dutchgiraffe.com/wp-content/uploads/2013/12/Whitepaper-online-magazines.pdf Dutch Cowboys. (2013). Vrouwen zijn grotere tablet-fans dan mannen. Geraadpleegd op 2 december 2014, van: http://www.dutchcowboys.nl/gadgets/30332
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
63
EEN Media. (z.j.). Geraadpleegd op 2 december 2014, van: http://www.eenmedia.nl EEN Media. (2013). Onderzoek: vrouwen en hun internetgebruik. Geraadpleegd op 1 december 2014, van: http://www.chicklit.nl/p/148173/onderzoek_vrouwen_en_hun_internetgebruik Economische-begrippen. (2014). Trend. Geraadpleegd op 25 januari 2015, van: http://www.economische-begrippen.nl/trend/ Gloedcommunicatie. (z.j.). Printmagazine versus online magazine: het beste van twee werelden. Geraadpleegd op 10 november 2014, van: http://www.gloedcommunicatie.nl/media/75187/GLOED-whitepaper-magazinesmailversie.pdf Google. (2014). Inzicht in gebruik van smartphones en de mobiele consument. Geraadpleegd op 19 december 2014, van: http://www.artform.nl/artformatie/inzicht-ingebruik-van-smartphones-en-de-mobiele-consument/ Gezondheidsnet. (2014). Lezen is het beste relaxmiddel. Geraadpleegd op 24 januari 2015, van: http://www.gezondheidsnet.nl/geest/lezen-is-het-beste-relaxmiddel Hayes, G. (2006). Cross-media. Geraadpleegd op: 19 december 2014, van: http://www.personalizemedia.com/articles/cross-media/ IPL. (2014). Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.ipl.org/div/news/ Koffietijd. (z.j.) Over Koffietijd. Geraadpleegd op 18 september 2014, van: www.koffietijd.nl KRO Online Glossy. Geraadpleegd op 17 november 2014, van: https://magazines.kro.nl KRO. (z.j.). Over de KRO. Geraadpleegd op 20 november 2014, van: http://www.kro.nl/overdekro/vereniging_kro Loyaltyfacts. (z.j.). Betrokkenheid in merkloyaliteit. Geraadpleegd op 14 januari 2015, van: http://www.loyaltyfacts.nl/algemeen-onderzoek/207-betrokkenheid-in-merkloyaliteitLiving Magazine. (z.j). Geraadpleegd op 24 januari 2015, van: http://livingmagazine.net/ Magzmaker. (z.j.) Geraadpleegd op 15 november 2014, van: http://magazine.magzmaker.com/nummer_1/opties_magzmaker Martijn, C. (2013). Koffietijd werkboek seizoen 5. [productieboek]. Talpa, Martijn, C. (2014). Koffietijd werkboek seizoen 6. [productieboek]. Talpa. Magazines.nl. (z.j.). Hoeveel publiekstijdschriften worden er in totaal in Nederland uitgegeven? Geraadpleegd op 3 november 2014, van: http://www.magazines.nl/nl/faq/bereik-en-oplage/hoeveel-publiekstijdschriften-worden-ertotaal-in-nederland-uitgegeven Magazines.nl (2014). Lezen van tijdschriften op tablet groeit. Geraadpleegd op 4 november 2014, van: www.magazines.nl/nl/onderzoek/lezen-van-tijdschriften-op-tablet-groeit Managementgoeroes.nl. (2013). SWOT-analyse. Geraadpleegd op 4 november 2014, van: http://www.managementgoeroes.nl/marketing-modellen/swot-analyse/ Marketingfacts. (2014). Tablet populairder om tijdschriften te lezen. Geraadpleegd op 19 november 2014, van: http://www.marketingfacts.nl/berichten/tablet-populairder-omtijdschriften-te-lezen Mediatest. (z.j.). Vijf tips voor een goede cover van een relatieblad. Geraadpleegd op 20 november 2014, van: http://www.mediatest.nl/vijf-tips-voor-een-goede-cover/
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
64
Moventem. (2014). Deskresearch/Secundaire data-analyse. Geraadpleegd op 27 september 2014, van: http://www.moventem.nl/deskresearch-en-secundaire-data-analyse NPO. (z.j.). KoffieMAX. Geraadpleegd op 24 november 2014, van: http://www.npo.nl/koffiemax/POMS_S_MAX_109218 Nationaal Kompas Volksgezondheid. (2014). Hoeveel mensen participeren in arbeid?. Geraadpleegd op 25 januari 2015, van: http://www.nationaalkompas.nl/participatie/arbeidsparticipatie/omvang/ Online-magazine.nl (z.j). Over ons. Geraadpleegd op 25 januari 2015, van: http://www.online-magazine.nl/nl/over_ons1.html Omroep WNL. (2014). Geraadpleegd op 15 november 2014, van: http://www.omroepwnl.nl/programmas/detail/vandaag-de-dag Press Publisher Inc. (2014). Print vs. Online. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://presspublisher.com/print-vs-online/ RachelRay. (2015). Geraadpleegd op 20 januari 2015, van: http://www.rachaelraymag.com/in-the-magazine/january-2014/ RTL Nederland. (z.j.) Geraadpleegd op 14 november 2014, van: www.rtlnederland.nl Sanoma Nederland. (2014). Doelgroep. Geraadpleegd op 24 november 2014, van: http://www.sanoma.nl/merken/artikel/linda/digital/doelgroep/ Sanoma Nederland. (2014). Doelgroep. Geraadpleegd op 24 november 2014, van: http://www.sanoma.nl/merken/artikel/libelle/print/doelgroep/ SKO. (2014). Dagrapporten. Geraadpleegd op 10 november 2014, van: https://kijkonderzoek.nl/component/com_kijkcijfers/Itemid,133/file,dp-0-1-0-p SKO. (2015). Dagrapporten. Geraadpleegd op 20 januari 2015, van: https://kijkonderzoek.nl/component/com_kijkcijfers/Itemid,133/file,dp-0-1-0-p SPOT. (2012). Alles over tijd. Geraadpleegd op 29 november 2014, van: http://www.spot.nl/docs/default-source/tijdbestedingsonderzoek/boekje-alles-over-tijd2012.pdf?sfvrsn=0 Sterc. (2013). Mobielgebruik in Nederland. Geraadpleegd op 1 december 2014, van: https://www.sterc.nl/blog/mobiel/mobiel-gebruik-in-nederland-2013 The Guardian. (2013). The fall and rise of magazines from print to digital. Geraadpleegd op 12 oktober, 2014 van: http://www.theguardian.com/media-network/media-networkblog/2013/mar/07/fall-rise-magazines-print-digital TextArt magazines & content. (2014). Kijk op digitale magazines. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.textart.nl/kijk-op-digitale-magazines-wehkamp-inspiratietrends/ Wolff, L. (2006). Bladformules. Geraadpleegd op 21 januari 2015, van: http://www.platformforpublishers.nl/index.php?id=3&command=bekijk&config=downloads&re c=29&downloadnu=true
11.1 Boeken Reynaert, I. (2009). Basisboek Crossmedia Concepting. Uitgeverij: Boom Lemma Uitgevers. Elving, W. & Bennebroek Gravenhorst, K. (2005). Communicatie en organisatieverandering: De rol van commitment en vertrouwen. Tijdschrift voor Communicatiewetenschap.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
65
Verhoeven, N. (2010). Wat is onderzoek? Den Haag: Boom Lemma uitgevers. Rubin, A.M., (1994) Media uses and effects: A uses-and-gratifications perspective. Media effects: Advances in theory and research. Edwards, R.; McGee, J.; Bessetti, W. H. C. (2007). Technical Analysis of Stock Trends. CRC Press.
11.2 Onderzoeken Frey, J.H. and Fontana, A. (1991) ‘The Group Interview in Social Research’, The Social Science Journal: 175–87. [rapport]. Muller, H & Gove, J.L. & Webb, J.S. (2011). Google: Understanding Tablet Use: A MultiMethod Exploration [rapport]. Peek,L & Fothergill, A. (2009) Using Focus Groups: lessons learned from studying daycare centers, 9/11, and Hurricane Katrina. Qualitative Research. Bladzijdes 31-59. [rapport]. Kjus,Y. (2009), ‘Impact of prestige programs on production practices: the case of crossmedia and audience participation in public service organizations’. Journal of Media Practice. [rapport]. Ivan John Erdal (2007) Researching Media Convergence and Crossmedia News Production; Nordicom Review 28, pp. 51-61. [rapport]. Fredrik Gundelsweiler and Christian Filk. (2012). Future media platforms for convergence journalism. [rapport]. Chao-Chen Line (2013). Convergence of new and old media. [rapport]. Mindshare. (2012). Koffietijd doelgroep onderzoek. Mindshare. [rapport].
11.3 Personen Geurtsen, M. [persoonlijk interview]. 5 december 2014 Mayen, K. [persoonlijk interview]. 5 december 201 Vries, de D. [persoonlijk interview]. 15 december 2014 Mulder, B. [persoonlijk interview]. 13 januari 2015
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
66
12 Bijlage I: Transcriptie panelgesprek redactie Respondent 1: Marck Geurtsen (Eindredacteur Koffietijd) Respondent 2: Gaby Zwinkels (Redacteur Goede Doelen) Respondent 3: Boudewijn Mulder (Webredacteur) Respondent 4: Marit de Bruijne (Sponsorredacteur) Respondent 5: Luka (Stagiaire Goede Doelen) Respondent 6: Madelon (Stagiaire Redactie) Sharon: Ik ben vorige maand begonnen met mijn scriptie, voor mijn opleiding Media, Informatie en Communicatie en zoals de meeste weten heb ik hier vorig jaar ook stage gelopen op de sponsorredactie. Ik wil graag meer crossmedialiteit voor Koffietijd behalen. In eerste instantie wilde ik een applicatie maken, maar omdat Demi deze al voor haar scriptie zou maken heb ik hier niet voor gekozen. Ik had vorig jaar met Charlotte besproken dat wij misschien twee wegen zouden kunnen kiezen, een andere invalshoek, maar volgens school zouden deze scripties dan teveel op elkaar gaan lijken dus heb ik gekozen voor een magazine. Om deze te koppelen aan Koffietijd heb ik ervoor gekozen om een online magazine te doen. Waarom nou online en geen papier? Dat is omdat veel onderzoeken uitwijzen dat papier eigenlijk eruit gaat binnen 5 jaar. Om daar alvast op in te spelen heb ik gekozen voor een online magazine. In principe ben ik nu met mijn marktonderzoek helemaal klaar. Via Boudewijn hoop ik dat ik nog een aantal kijkers kan regelen om ook nog een gesprek mee te houden om te kijken wat zij willen zien en wat juist niet om te kijken of dat een beetje overeenkomt met wat jullie zeggen. Daar trek ik een middenlijn in voor hetgeen ik ga maken. Over iets meer dan een maand lever ik het online magazine ook op in de vorm van een PDF omdat ik simpelweg niet over de middelen beschik om het officieel op te leveren. Respondent 1: Wat is het verschil tussen een tijdschrift van papier en de website van Koffietijd die momenteel al bestaat? Sharon: Wat ik juist wil met dit magazine is dat deze interactief is waar je ook meer mee kan dan met de website. De bedoeling met het tijdschrift is dat het een beknopte versie wordt van de leukste momenten van de maand of week, ligt eraan hoe vaak deze verspreid wordt. Ik zal je zo voorbeelden laten zien van andere magazines om te zien wat je eigenlijk allemaal kan met een online magazine. Respondent 1: Ik heb dit in seizoen 2 ook een keer voorgesteld, het koffietijdschrift (die mag je gewoon overnemen hoor), en toen bedacht ik mij dat in de bestaande glossy’s zoals de Linda, dat daar de goede doelen goed in uit kunnen komen. Iets wat normaal niet zo kan. Samen met backstagefoto’s en diepteinterviews met gasten enzovoort, zo zag ik het toen wel voor me. Is dat ook een beetje wat jij ziet? Sharon: Ja, klopt en ik wil ook graag veel sponsoren erin doen, maar anders dan wij hem kennen. Als je bijvoorbeeld een advertentie van A. Vogel erin doet, dat je deze clickable maakt en je gelijk naar de webshop gaat zodat je de producten kunt bestellen. Respondent 1: Ik zou beginnen met een gratis monstertje. Als je er op klikt dat zij deze dan gratis krijgen met de titel “Bestel een proefmonster en laat ons weten wat je ervan vindt”. Als je direct naar de A. Vogel website gaat om te bestellen dat mensen dan denken “ik voel me genept”. Mensen willen alleen maar informatie en wanneer er gelijk gezegd wordt dat ze moeten bestellen, is het net een winkel waar ze in lopen. Sharon: Dat is ook een goed idee. Dat is waar inderdaad. Ik wilde ook de vriendinnendagen die we vorig jaar hadden eraan koppelen. Wanneer je op zo’n aankondiging klikt dat je je gelijk kunt aanmelden daarvoor. Daarmee wordt alles heel makkelijk gemaakt voor de lezer. Respondent 2: Je hebt het net over crossmediaal maken, hoe wil je dat gaan doen? Sharon: Bijvoorbeeld de prijsvragen die je erin kan zetten, die kunnen weer gelinkt worden aan de website en ik heb verder nog ideeën opgeschreven die ik jullie zo nog zal vertellen.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
67
Respondent 3: Ik wil heel graag weten wat het is, want… Sharon: Zal ik even een voorbeeldje laten zien? Respondent 4: Ja, het klinkt nu nog heel erg als de website Respondent 3: Je zegt dat we het een keer in de zoveel tijd gaan doen, maar wat doe je dan precies? Sharon: Ik ga het laten zien! (pakt iPad erbij). Dit is een voorbeeld van de Libelle. Overal waar muisjes op staan, daar kan je op klikken bij de kopjes. Je gaat dan direct naar het artikel toe. Respondent 3: En dit is daadwerkelijk… Sharon: Ja, een online magazine! Als je hier op klikt ga je direct naar het artikel toe. Respondent 1: Ze maken een soort mix, van een tijdschrift maar dan online.. Sharon: Hier heb je bijvoorbeeld van de hoofdredacteur een stukje waar ze een video bij heeft gedaan en als je daarop klikt ga je direct naar de YouTube-link van het videootje. Respondent 2: Vandaar dat je ook de website eraan kunt linken.. Respondent 3: In hoeverre dubbelt dit dan met wat je op de website doet? Sharon: In principe veel, veel dat je op de website doet dat kun je ook hierop doen. Alleen je kunt er hierbij voor kiezen om er wat dieper op in te gaan. Respondent 6: Je kunt er ook voor kiezen dus om iets anders te laten zien dan dat je al op de website doet. Sharon: Ja, bijvoorbeeld backstage beelden zou je kunnen laten zien. Beelden die de kijker normaal gesproken niet te zien krijgt. Dat kun je natuurlijk ook op de website zetten… Respondent 3: Ja.. maar verdwijnt dat dan? Respondent 4: Het moet echt een aanvulling zijn op de website Respondent 2: Ik denk dat je echt een keuze moet maken tussen of het wekelijks, maandelijks of jaarlijks is. Wanneer het jaarlijks is, zou ik zeggen dat je dan de hoogtepunten doet. Net als wat wij op de laatste uitzending doen. Het zou natuurlijk te gek zijn als wij ieder jaar aan het eind zo’n fantastisch magazine kunnen tonen. Daar kan je weer publiciteit aan haken. Respondent 5: Moet dit op je iPad, of kan dit ook op je computer of smartphone? Sharon: Het kan in principe allemaal Respondent 1: Dat Libelle tijdschrift, bestaat dat gewoon echt? Sharon: Ja! Linda heeft het ook. Er zijn in Nederland al 130 digitale magazines. Margriet is ook online geworden. Respondent 1: En dat is anders dan een website? Sharon: Ja, zij voegen veel interactiviteit toe met video’s enz. Ja dat kan je ook op de website doen, maar zij kiezen ervoor om dit dan in het magazine te plaatsen. Respondent 3: Ik snap hem nog niet.. Zo’n magazine, krijg ik dat in mijn mail? Sharon: Zij kiezen er allemaal voor om dit via een website te publiceren. Je kunt het downloaden tegen geld, of niet, dat moeten wij nog even kijken.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
68
Respondent 3: Wat download je dan? Een applicatie? Respondent 1: Dat is handig om mee te nemen natuurlijk. Dat kun je offline bekijken. Sharon: Ik heb hier een bibliotheek waar een overzicht staat van alle tijdschriften die je gedownload hebt. Respondent 5: Zijn er ook al andere programma’s die dit hebben? Sharon: Alleen KRO heeft het momenteel. Die hebben een online magazine. Dat heet KRO online glossy, maar dat is echt een HTML magazine. Zij hebben ervoor gekozen om het als een website te doen. Dat heet magazines.kro.nl en daar kan je echt alleen op via een laptop, niet een tablet of iets. Daarop kan je hem ook niet openen. Respondent 2: Ik denk niet dat het dubbelt met de content van de website want als je kijkt wat er op de website staat dan is alles vaak kort geformuleerd. In zo’n glossy zou je er net even wat uitgebreider aandacht aan zou kunnen geven. Respondent 4: Anders heeft het geen zin om zo’n tijdschrift te maken Respondent 2: Er moet een meerwaarde aan zitten inderdaad Respondent 4: Het verhaal erachter, het proces er naartoe.. Dat het leuk wordt om te lezen en dat je wat meer achtergrondinformatie krijgt en daar nog eens makkelijke doorkliks bij. Respondent 1: Je hebt tegenwoordig ook van die kiosks Respondent 2: Ja daar komt ‘ie dan in! Respondent 1: Want ook als je offline bent, je kunt het altijd lezen. Respondent 4: Werken die doorlinks dan ook? Sharon: Ja, alleen YouTube bijvoorbeeld dan niet want daar heb je dan internet voor nodig. Respondent 4: Maar een doorlink naar een site werkt dan ook niet.. Respondent 5: Nee, dat kan niet Respondent 4: Dus het zijn met name de doorlinks die werken die al binnen het tijdschrift zitten? Respondent 2: Nou, loop ons er even doorheen.. Sharon: Je hebt veel verschillende types van die online magazines. Dit voorbeeld van de Libelle is dan echt het online magazine. Je hebt ook de ‘app’-vorm ervan, daar heb ik niet voor gekozen omdat ik in eerste instantie dacht dat Demi dit zou doen. Je hebt ook een onepage magazine. Die kan ik ook wel even laten zien.. Dat is letterlijk op een pagina, helemaal onder elkaar, een doorscroll van het hele magazine. Lijkt mij niet geschikt voor Koffietijd want we hebben in principe de website al. Dus in principe heb ik voor deze vorm gekozen. Wat ik eigenlijk wilde doen is een ijkpersoon maken van Koffietijd zodat ik alles kan afstemmen op de doelgroep. Weet iedereen wat een ijkpersoon is? Respondent 5: Een vrouw van 35 met met 2 kinderen op de bank… Respondent 1: Moet je die ook een naam geven? Sharon: Ja.. In principe wilde ik dat maken, want dan kan ik alles daarop afstemmen met alle artikelen die ik maak en doe. Respondent 4: Het is moeilijk denk ik met Koffietijd, het is zo divers.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
69
Respondent 5: Maar je hebt een bepaalde doelgroep en die is tussen de 30 en 40. Je moet gewoon iemand hebben. Anders dan lukt het niet. Respondent 4: Of je moet het iets breder maken. Het een spreekt de ander niet aan en dat is Koffietijd denk ik ook. Bij Koffietijd zelf denk ik bij sommige dingen van ‘mijn oma wilt dit niet kijken’… Respondent 2: Maar ik ben het niet zo mee eens. Ik heb ook Communicatie gestudeerd en mijn vraag was altijd ‘moet je altijd perse een doelgroep kiezen?’. Ik ben van mening dat je niet altijd een doelgroep hoeft te kiezen, maar dat je een bepaalde ervaring wilt meegeven. Daarin zou je moeten kijken en dat is niet zo zeer in leeftijd maar in wat wij willen uitdragen qua informatief, samenhorigheid etc. Dat zijn de dingen die wij graag willlen.. Respondent 6: Meer de waarde van mensen bedoel je? Respondent 1: In het productieboek staat natuurlijk wel beschreven voor wie wij het maken. Respondent 2: Maar dat is eigenlijk heel breed.. Dat is niet echt een doelgroep Respondent 4: Als ik kijk naar afgelopen vrijdag met alle taartenbakkers, hoeveel oudere mensen zitten daar tussen? Dat is echt niet allemaal 35.. Er zit een groot deel toch daarboven. Ook al willen wij ons richten op 35-45, dat is denk ik niet helemaal realistisch. Respondent 1: Dat is ook zo Respondent 2: Het is meer concepting. Kennen jullie dat? Het is meer een concept waar je de mensen aan hangt. Je vertelt je verhaal en dat is wat wij doen. Wij zijn eigenlijk een concept, waar iedereen bij kan aanhaken. Daarom zijn er meisjes van 20-23 die het leuk vinden maar ook oma’s van in de 80. Dat concept moeten wij vasthouden. Sharon: Het wordt dus meer een soort gedachtegoed? Respondent 5: Qua school snap ik dat je toch een ijkpersoon neemt, om even in die richting te denken. Respondent 3: Maar als je ook kan verantwoorden waarom je het niet doet.. Respondent 2: Zo zie ik Koffietijd hoor. Je kunt niet een geijkt persoon kiezen. Voor de Koffietijd fandag gingen we alle aanmeldingen door. Er waren meiden van 20-21 die zich hadden opgegeven, maar ook een oma van 83 uit Belgie die zich had opgegeven en daarnaast ook nog moeder, dochter en zoon. Dus het is echt een concept dat we hebben. Sharon: Hoe zou je het gedachtegoed dan omschrijven? Respondent 2: Een programma waarin iedereen zichzelf mag zijn, we laten iedereen in zijn/haar waarde. Je wordt even meegenomen in je 10-uur koffiemoment. Respondent 3: Het feit dat je je doelgroep niet toe kunt spitsen op een persoon, betekent niet dat je geen doelgroep hebt. Een doelgroep van 20-80 is ook een doelgroep. Respondent 6: Misschien is het qua leeftijd wel heel verschillend, maar je ziet wel overeenkomsten in hun levensstijl Respondent 2: Maar juist die overeenkomsten, dat is meer een concept, een gedachtegoed waar zij zich allemaal in terugvinden dan een ijkpersoon. Respondent 5: Je hoeft ook geen leeftijd neer te zetten, maar wel een persoon die daar en daar van houdt. Respondent 2: Dat is ook een gedachtegoed eigenlijk. Respondent 1: Je moet even in het productieboek kijken wat je daar uit kan halen. Dus dan komen we weer terug bij het magazine. Wat is jouw vraag aan ons eigenlijk?
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
70
Sharon: Je moet je even inbeelden dat we het gaan maken met z’n alle.. Of jullie ideeen hebben over hoe we het kunnen invullen en welke content jullie erin zouden willen zien en wat niet. Respondent 2: En is jouw idee wekelijks of maandelijks of? Sharon: Wekelijks denk ik dat het teveel is.. dan krijg je echt hetzelfde als de website. Dan kan je beter maandelijks de hoogtepunten doen of jaarlijks. Respondent 5: Ik denk dat het sowieso leuk is als je Quinty, Loretta of Pernille een blog laat schrijven, dat is het eerste dat in mij op kwam. Respondent 1: Je zou ook kunnen denken aan speciale edities, bijvoorbeeld rond Koninginnedag of kerst, lente of herfst. Je zit dan minder op de dagelijkse routine. Dan hebben we een seizoenseditie. Respondent 4: Koninginnedag vind ik er dan niet bij passen, dat is ook maar 1 dag. Maar herfst is hartstikke leuk of winter.. Respondent 5: Ja, je kunt de seizoenen een beetje pakken.. dat is wel leuk! Respondent 2: De zwangerschapsweek kun je daar ook in doen. Dan wilt iedereen zich settlen.. Respondent 3: Als je de presentatrices gaat vragen om te bloggen, dan denk ik ‘succes! Dat gaan ze niet doen’. Ik ben betrokken geweest bij het opzetten van deze website, toen ik hier net kwam werken was er namelijk nog een andere website. We zijn toen gaan nadenken van hoe moet zo’n nieuwe website er dan uitzien? Dan krijg je verschillende bedrijven die voorstellen doen, waarvan een aantal ook zeiden dat we een magazinevorm konden doen. Dan moet je wel gaan nadenken of jouw doelgroep vatbaar is voor zo’n magazine insteek. Onze website bevat veel ‘nono’s’ en dat is waarom hij tot vandaag de dag is zoals hij is. Anders was hij veel gelikter geweest. Je moet het overzichtelijk houden en alles moet makkelijk terug te vinden zijn. Dan nog loop je er tegenaan dat dingen voor jou heel logisch zijn, maar voor onze kijker, of Loretta Schrijver, totaal niet te vinden zijn. Ik zie zo’n magazine wel gebeuren, maar je moet er goed over nadenken dat het allemaal haalbaar is. Respondent 1: Je hebt ook nog een verschil tussen een gewoon magazine en een nieuwsbrief toch? Dat hoor je de laatste tijd wel minder, zo’n nieuwsbrief. Respondent 5: Ja, dat krijgen mensen in hun mail en dat deleten ze gelijk. Respondent 3: Eigenlijk is dit een soort nieuwsbrief, want voor mijn vorige baan schreef ik ook nieuwsbrieven. Je vertelt iets nieuws of licht een bepaald onderwerp uit. Een nieuwsbrief is in zoverre niet echt nieuws, dat is ook verdieping. En dat is dit eigenlijk. Respondent 4: Alleen heeft een nieuwsbrief een negatieve lading tegenwoordig. Dit is toch een momentje voor jezelf, ik pak een lekker magazine erbij. Respondent 5: Ik zou het wel echt op een tijdschrift gooien, Libelle wilt juist meer online en televisie-achtig. Wij hebben dat al dus zou ik het meer gooien op de tekst. Respondent 3: Je wilt niet dat het weer een aftakking wordt van iets online. Respondent 4: Ja, ik vind dat online juist wel leuk en net wat zij zegt dat klopt. Alles wordt langzamerhand online en gedigitaliseerd. Respondent 1: Het liefst zou ik de papieren versie zien. Maar om dat nu nog rond te krijgen is moeilijk. Respondent 2: Mijn moeder is nu in de 60 en ook zij gaat nu online magazines bekijken en lezen en op haar iPad uitvinden.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
71
Respondent 4: Mijn oma is 92 en die heeft een iPad en e-reader. Alles doet zij online. Respondent 5: Dan zou ik toch het gezellige van een tijdschrift erin houden. Een snelle website is niet nodig Respondent 1: LINDA. is toch echt het blad hoor. Even de bladzijdes ruiken, de gratis luchtjes eruit halen.. Het is het gevoel en dat mis je toch wanneer je het online doet. Respondent 4: Wanneer ik een tijdschrift lees, wil ik toch de papieren versie in mijn hand hebben. Respondent 6: Je moet je bedenken dat het geen wekelijks tijdschrift is. Het komt een keer in de zoveel tijd, dus het blijft wel speciaal. Respondent 4: Een online magazine is makkelijker te realiseren dan een papieren tijdschrift. Respondent 1: Ja, dat denk ik ook. Respondent 2: Er is ook meer uit te halen voor ons als Koffietijd. Met name sponsoring en het moet allemaal natuurlijk ook bekostigd worden. Ik denk dat er op gebied van sponsoring wel veel gedaan kan worden. Respondent 4: En minder ‘in je face’. Respondent 1: Ik denk wel dat hij gratis moet. Het verdienmodel moet anders zijn.. Respondent 2: Ja, wij kunnen er wel geld voor vragen door A.Vogel eraan te hangen. Respondent 4: Dat vind ik zeker wel het voordeel van een online magazine. Voor sponsoring kan je ook meer met die doorlinkjes werken. Als je geïnteresseerd bent kun je gelijk doorklikken. Ik zie daar best wel mogelijkheden in. Respondent 2: En qua inhoud... inderdaad iets over presentatie. Qua goede doelen zou ik het mooi vinden als we per kwartaal dan een goed doel kunnen uitlichten door een vrijwilliger te interviewen bijvoorbeeld. Respondent 1: Hoe ging het verder? Respondent 5: Ja, die vind ik ook goed. Respondent 2: Soms krijg ik 6 minuten terwijl het soms zo’n mooi verhaal is. Ik moet het begin dan al helemaal laten omdat daar geen tijd voor is. Dus ik moet in 3 zinnen vertellen wat zij hebben meegemaakt, terwijl het een verhaal is van 20 jaar. Dit zijn toch dingen die je in zo’n glossy heel mooi tot zijn recht kan laten komen. Respondent 1: Waarom zou je dit niet op de website doen? Respondent 2: Op de website zijn het korte teksten, daar is geen ruimte voor. Respondent 3: Op de website kun je best een blog van een vrijwilliger neerzetten, daar hebben we het ook over gehad. Respondent 1: Het is dan wel vluchtig op de website, de dag erna is het alweer verdwenen. Respondent 3: Bij ons? Nee hoor, als je naar de goede doelen gaat dan staat het er gewoon. Respondent 6: Met de tijd gaat het wel naar beneden. Respondent 5: Dit is dan een keer in de maand, dus die staat er.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
72
Respondent 1: Als ik op de website ga van Koffietijd, dan kom ik het mooie verhaal dat 2 uur geleden in de uitzending was niet meer tegen. Of je moet echt gaan bladeren... Bij een glossy maak je elke keer dat je het openslaat opnieuw weer een keuze tussen alle content. Respondent 4: Met de website moet je maar net weten dat het geweest is en in een magazine kom je het vanzelf tegen. Respondent 3: Je gaat gericht naar een website bedoel je? Respondent 1: Ja, bij een magazine laat je de informatie tot je komen.. Respondent 2: Ik denk dat het voor de goede doelen heel fijn is als er kan worden laten zien wat voor goed werk er allemaal gedaan wordt omdat er meer ruimte voor is. Zo kan je er ook meerdere partijen bij halen. In de studio wordt het al snel rommelig als je meerdere mensen aan het woord hebt. Respondent 1: Dat zijn voor mij een beetje de mogelijkheden van een magazine. Respondent 4: Ik zou het met sponsering wel redactioneel houden, met een kleine doorlink erbij. Het is vast niet mogelijk om van alles proefmonsters te krijgen. Dus je moet een afweging maken met een webshop. Respondent 2: Dokter Job zou ook in elke editie iets kunnen schrijven. En ik vind het wel leuk om iets met de hoofdgasten te doen. Wij vragen ze altijd om een primeur. Misschien kan je de primeurtjes kaderen. Respondent 1: Een primeur vind ik tijdgebonden, over 3 maanden is het al geen primeur meer. Of je vraagt de hoofdgast om nog 5 kijkersvragen te beantwoorden voor het magazine. Sharon: Oke, ik ga aan de slag!
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
73
Bijlage III: Minder relevante tabellen Kijkdichtheid (%)
Datum maandag 29 september 2014 dinsdag 30 september 2014 woensdag 1 oktober 2014 donderdag 2 oktober 2014 vrijdag 3 oktober 2014 zaterdag 4 oktober 2014 Gemiddelde
Zender RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4
Starttijd 9:59 9:59 10:01 10:01 9:58 9:51
Titel Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd
Zender RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4
Starttijd 9:59 9:59 10:01 10:01 9:58 9:51
Titel Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd
6+ 1,5 1,2 1,2 1,4 1,3 1,0 1,3
13+ 1,7 1,4 1,3 1,6 1,4 1,1 1,4
20-49 1,7 1,0 1,3 1,2 1,4 1,1 1,3
20-34 2,1 1,4 0,9 1,0 1,1 1,1 1,3
M20-34 1,2 0,7 0,0 0,7 0,0 0,0 0,4
V20-34 2,9 2,1 1,9 1,4 2,3 2,3 2,2
Bds 20-49 2,2 0,9 1,6 1,2 1,6 1,5 1,5
Bds+k 2,2 1,2 1,1 1,4 1,9 1,4 1,6
M20-49 1,0 0,6 0,8 0,9 0,7 0,4 0,8
V20-49 2,5 1,3 1,9 1,6 2,0 1,7 1,8
6+ 233 191 178 224 199 162 198
13+ 233 191 178 224 199 154 197
20-49 117 64 89 83 91 72 87
20-34 63 42 28 32 34 34 39
M20-34 19 11 0 11 0 0 7
V20-34 44 32 28 21 34 34 32
Bds 20-49 82 36 60 46 62 58 58
Bds+k
31
M20-49 35 21 26 30 25 14 25
V20-49 82 43 63 53 66 58 61
6+ 28,6 30,3 25,6 34,9 28,5 16,3 26,8
13+ 29,3 30,3 26,6 36,3 29,3 19,5 28,4
20-49 32,7 24,0 26,3 31,5 28,7 18,8 27,0
20-34 31,6 41,6 20,3 26,1 20,8 17,9 25,6
M20-34 22,0 25,4 0,0 23,0 0,7 0,3 10,9
V20-34 39,0 52,7 30,3 28,0 36,0 35,6 36,4
Bds 20-49 30,6 19,3 24,2 28,3 30,8 22,9 26,2
Bds+k 31,7 20,9 14,0 26,2 29,2 32,3 25,1
M20-49 23,2 15,2 18,6 26,3 15,9 7,5 17,2
V20-49 39,6 33,6 31,6 35,6 41,2 29,9 35,4
Kijkdichtheid absoluut ('000)
Datum maandag 29 september 2014 dinsdag 30 september 2014 woensdag 1 oktober 2014 donderdag 2 oktober 2014 vrijdag 3 oktober 2014 zaterdag 4 oktober 2014 Gemiddelde
44 24 22 28 39 28
Zenderaandeel (%)
Datum maandag 29 september 2014 dinsdag 30 september 2014 woensdag 1 oktober 2014 donderdag 2 oktober 2014 vrijdag 3 oktober 2014 zaterdag 4 oktober 2014 Gemiddelde
Zender RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4 RTL 4
Starttijd 9:59 9:59 10:01 10:01 9:58 9:51
Titel Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd Koffietijd
Tabel 1. Kijkdichtheid Koffietijd
Boodschappers 20-49 jaar Zenderaandeel (%) 40 30 20 10 0
30,6 19,3
24,2
28,3
30,8 22,9
Figuur 1. Zenderaandeel boodschappers 20-49 jaar
6 jaar e.o. Kijkdichtheid ('000) 250 200 150 100 50 0
233 191
Figuur 2. Kijkdichtheid vanaf 6 jaar
224 178
199
162
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
Figuur 3. Leeftijd Koffietijd en RTL
Figuur 4. Netto bereik doelgroep
Figuur 5. Online resultaten Koffietijd
74
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
Figuur 6. Leeftijd, geslacht en welstandsklasse
75
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
76
Bijlage IV: Plan van aanpak Student Naam student: Sharon Schevers Studentnummer: 500614686 E-mailadres:
[email protected] Telefoonnummer: 06-45196968
Profiel: RMP Groep: -
Paraaf voor akkoord student: Datum: Naam eerste begeleider: Naam tweede begeleider: Paraaf voor akkoord docent-begeleider en tweede docent: Datum:
Paraaf voor akkoord afstudeercommissie: Datum: Gegevens opdrachtgever: Bedrijf: TALPA - Koffietijd Naam begeleider vanuit het bedrijf: Charlotte Martijn Functie: Hoofdredactrice
12.1.1 Probleemanalyse In dit hoofdstuk zal het onderwerp van deze scriptie, het bouwen van een online magazine voor het televisieprogramma Koffietijd, geïntroduceerd worden. Allereerst zal de opdrachtgever kort beschreven worden. Daarna volgt de aanleiding voor het schrijven van deze scriptie en tot slot zullen de probleem- en doelstelling(en) en de deelvragen behandeld worden.
12.1.2 Opdrachtgever Koffietijd is een dagelijks live programma dat wordt uitgezonden tussen tien en elf uur in de ochtend op RTL4. Dit programma wordt gepresenteerd door Quinty Trustfull, Loretta Schrijver en Pernille La Lau en met Caspar Burgi in de keuken. Het is de bedoeling om het huiselijk gevoel over te brengen op de kijker. De studio is dan ook als een huiskamer ingericht. Caspar kookt elke dag een heerlijke maaltijd en verschillende deskundigen informeren de kijker over de laatste ontwikkelingen op hun vakgebied in diverse rubrieken: Interieur, Tuin, Mode, Beauty, Dieren, Financieel, Kinderen en Vrije Tijd: (Koffietijd, 2013). Het programma trekt gemiddeld 180.000 kijkers per dag (SKO, 2013).
12.1.3 Aanleiding van het onderzoek Koffietijd is een televisieprogramma dat inmiddels al meer dan 20 jaar bestaat. Het programma kent twee fasen. De eerste fase is opgestart in 1994 en werd voor ruim 6 jaar gepresenteerd door Mireille Bekooij en Hans van Willigenburg. In het volgende seizoen 2000/2001 wordt er gedacht dat de kijkers behoefte hebben aan jongere presentatoren. Sybrand Niessen en Judith de Klijn komen in de plaats van Mireille en Hans. Met grote gevolgen van dien vallen de kijkcijfers erg tegen en wordt er besloten te stoppen met het programma. De comeback, de tweede fase, van het programma start in 2010 met (huidige) presentatrices Loretta Schrijver, Quinty Trustfull en Pernille La Lau. (Productieboek, 2013) Sinds de comeback van het programma in 2010, wordt er elk seizoen een zogenaamd “productieboek” geschreven. Hierin staan alle doelstellingen, onderwerpen, pijlers en thema’s voor het nieuwe seizoen vermeld. In seizoen 5 heb ik stage gelopen bij het programma Koffietijd. Een doelstelling waarvan ik gezien heb dat deze bijna elk seizoen
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
77
weer terugkomt, is het betrokken houden van de kijkers bij het programma. Opvallend, want als deze doelstelling elk seizoen weer terug komt betekent dit dat Koffietijd constant bezig is om dit punt te blijven ontwikkelen. Elk seizoen is er weer vraag naar meer betrokkenheid met de kijkers. Dit is ook sterk af te lezen aan de kijkcijfers. Het programma kampte in 2000/2001 met tegenvallende kijkcijfers. Wanneer ik alleen al terugblik op afgelopen seizoen, haalt Koffietijd in bijna 30% van de gevallen niet het gewenste aantal van kijkcijfers (200.000). De afgelopen maanden heeft Koffietijd 10% van de kijkers verloren, vrouwen tussen de 20 en 49 jaar. (Productieboek, 2013). In april en mei 2014 is er een sterke terugval te zien met gemiddeld 186.000 en 190.000 kijkcijfers. (SKO, 2014). Daar komt bij dat het programma geen gunstig tijdstip op de dag heeft (tussen 10.00 uur en 11.00 uur). Het heeft last van veel werkende mensen op dit tijdstip. (Arboportaal, 2014). Gemiddeld werken er ongeveer 7.200.000 mensen per week in Nederland tussen de 15 en 65 jaar (van 09.00-17.00 uur). Ongeveer de helft hiervan (3.400.000 mensen) zijn vrouwen in de doelgroep van Koffietijd. (CBS, 2014). Een gevolg hiervan is dat het dagelijks maar zo’n 180.000 kijkers trekt, terwijl dit er veel meer zouden kunnen zijn als Koffietijd op een andere manier met de doelgroep buiten zendtijd kan communiceren. Afgelopen augustus is er weer een nieuw seizoen gestart van Koffietijd, met uiteraard ook weer een nieuw productieboek met de daarbij behorende doelstellingen. Hierin staat beschreven dat Koffietijd graag crossmediaal wil uitbreiden. Koffietijd wil haar kijkers beter integreren in het programma, wat uiteindelijk hopelijk leidt naar hogere kijkcijfers. Koffietijd wilt de kijkers meer mogelijkheden geven om buiten zendtijd Koffietijd toch te kunnen vinden. (Productieboek, 2014). Momenteel houdt Koffietijd haar kijkers al via crossmediale middelen betrokken bij het programma. Denk aan 1) de website (tijdens het programma worden er prijsvragen online geplaatst en in het programma aangekondigd), 2) social media als Facebook en Twitter en 3) het live beantwoorden van kijkersvragen en prijsvragen. (Productieboek, 2013). Maar dat is nog niet alles. Dit seizoen wilt Koffietijd op een betere manier communiceren met de kijkers. Zo is een andere oudere stagiaire bezig met het ontwikkelen van een applicatie en zal ik mij bezighouden met het maken van een online magazine. Koffietijd heeft mij hiervoor de opdracht gegeven omdat onderzoek uitwijst dat een online magazine bijdraagt aan een goede relatie met de doelgroep. Het zorgt ervoor dat de doelgroep zich activeert en je kunt op een creatieve manier meer vertellen over bepaalde topics. (The Guardian, 2013). Koffietijd heeft gekozen voor een online magazine omdat een online magazine lagere productiekosten heeft dan een geprint magazine, je bent in staat sneller artikelen aan te passen, je bent meer up-to-date dan een geprint magazine door de snelle verspreidingsmanieren en er kan bij elke uitgave een andere look en feel worden meegegeven aan de lezer (Press Publisher Inc, 2014). Om alvast op deze technische innovaties in te spelen wil Koffietijd het magazine digitaal introduceren. Voordat dit magazine geïntroduceerd kan worden, moet er eerst onderzocht worden wat de wensen en behoeften van de kijkers zijn ten aanzien van een online magazine. Door middel van mijn scriptie wil ik graag voor Koffietijd deze wensen en behoeften onderzoeken. Hieruit volgt een advies voor de formule van dit online magazine met bijbehorende dummy.
Aangezien ik in de toekomst zelf werkzaam zal zijn op het gebied van televisie of magazines, zou ik graag een antwoord willen vinden op de hieronder gestelde probleemstelling.
12.1.4 Centrale vraag “Wat zijn de wensen en behoeften van de kijkers van Koffietijd ten aanzien van een online magazine als manier om het programma crossmediaal uit te breiden om de kijkcijfers te verhogen?”
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
78
12.1.5 Doelstellingen “Doel van het onderzoek is de wensen en behoeften van de kijkers van Koffietijd ten aanzien van een magazine uit te vinden en daarmee de kijkcijfers van Koffietijd verhogen. Met deze informatie wordt een advies uitgebracht in de vorm van een dummy.”
12.1.6 Deelvragen 1. Deelvraag 1: “Wie is de opdrachtgever?” Wat is Koffietijd voor type programma? Wat is het doel van Koffietijd? SWOT-analyse: wat zijn de sterke en zwakke punten van het programma? Hoe werkt het programma momenteel aan het “probleem”? Wat is de formule van het programma Koffietijd? Hoe kan interactie bereikt worden voor een televisie programma door middel van crossmediale middelen? Op welke manier kan een online magazine interactie bieden met kijkers van een televisie programma? Wat zijn de randvoorwaarden voor een crossmediale uitbreiding in de vorm van een online magazine vanuit Koffietijd? 2. Deelvraag 2: “Wie is de doelgroep van Koffietijd? Wat zijn de favoriete bezigheden van de doelgroep? Wat is de behoefte van de doelgroep binnen het magazine? Hoe wilt de doelgroep benaderd en aangesproken worden? Welke onderwerpen wilt de doelgroep terug zien in het online magazine? Wat wilt de doelgroep absoluut niet terug zien in het online magazine? Vindt de doelgroep het vervelend als er veel geadverteerd wordt in het online magazine? En moeten deze advertenties Koffietijd-gerelateerd zijn? Deelvraag 3: “Welke trends van andere online magazines hebben de beste resultaten voor klantenbinding opgeleverd?” Wat is een online magazine (digitaal)? Hoe is digitalisering van magazines ontstaan? Welke trends binnen de vormgeving van een online magazine zijn momenteel populair? Zijn blogs do’s or don’ts binnen een online magazine en waarom? Welke content moet een online magazine bevatten? Op welke manieren kunnen adverteerders het beste uitkomen in een online magazine? Welke technische snufjes zijn relevant en opkomend? (filmpjes, qr-codes etc.) Wat moet de navigatie binnen een online magazine bevatten? 3.
-
4. Deelvraag 4: “Wat wil ik leren van de concurrenten?” Hoe onderscheidt Koffietijd zich van haar concurrenten? Hoe crossmediaal zijn andere soortgelijke programma’s? (talkshows, ochtendprogramma’s etc) Op welke doelgroep richt de concurrent zich? Hoe houdt de concurrent hun kijkers betrokken bij het programma? Op welke manier? Hoeveel kijkcijfers heeft de concurrent? Hoe ziet het magazine van de concurrent eruit? (kleuren, vormgeving, techniek, look/feel) Welke concurrenten zitten waar? (binnenland en buitenland)
-
5. Deelvraag 5: “Hoe komt het online magazine eruit te zien?” Wat moet de formule voor het online magazine worden? Wie is de ijkpersoon voor het online magazine? Welke onderwerpen willen de kijkers terug zien in het online magazine? Hoe vaak wordt het magazine verspreid? Welke look en feel wordt er meegegeven aan het online magazine? Hoe wordt de doelgroep aangesproken? (Tone of voice) Hoeveel en welke adverteerders komen in het online magazine?
12.1.7 Methode van het onderzoek In dit hoofdstuk leg ik mijn verschillende methodes van onderzoek uit. Ik zal gebruik maken van vier methodes: deskresearch, panelgesprekken, een interview met een expert. Naar
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
79
aanleiding hiervan wordt een dummy voor een online magazine ontwikkeld die vervolgens in een usabilitytest aan de gebruikers wordt voorgelegd.
12.1.8 Deskresearch Voor mijn onderzoek voer ik verschillende soorten methodes van onderzoek uit. Een van de belangrijkste methodes is deskresearch, het is bijna een onmisbaar deel in elk onderzoek. (Verhoeven, N. 2010). Mijn deskresearch zal grotendeels bestaan uit het vinden van online informatie via databases en internetsites. Voordat ik mijn andere methodes uitvoer (interview, panelgesprek en usabilitytesten), kan ik online alvast wat (voor-)onderzoek doen over verschillende onderwerpen. Denk hierbij aan kleuranalyses, bestaande onderzoeken, informatie over de opdrachtgever, concurrenten etc. Hierdoor ben ik beter voorbereid en op de hoogte van welke mogelijkheden ik heb voor mijn eindproduct. (Moventem, 2014). Daarnaast is het raadzaam om na te gaan of er al eerder onderzoek is gedaan naar mijn onderwerp en om te kijken welke andere informatie er beschikbaar is. (Verhoeven, N. 2010). Onderaan deze paragraaf is een tabel af te lezen met welke methode ik welke deelvraag ga beantwoorden. Door middel van deskresearch kan ik online informatie opzoeken over de opdrachtgever. Wat is het doel van Koffietijd eigenlijk en wat voor programma is dit? Deze vragen beantwoord ik door middel van de online productieboeken van Koffietijd, de kijkcijfers via Stichting Kijkonderzoek en natuurlijk de website van Koffietijd zelf. Ook kan ik met deskresearch goed de doelgroep in kaart brengen. Wat zijn de interesses van de doelgroep? En wat zijn hun geografische kenmerken? Deze informatie ga ik bijvoorbeeld opzoeken via het CBS. Het CBS bevat veel cijfers en onderzoeken over de Nederlandse bevolking. Zo weet ik al dat de helft van mijn doelgroep (3.400.000 mensen) werkzaam is op de zendtijd van het programma. Mijn concurrenten wil ik zowel binnen- als buitenland analyseren. Momenteel zijn er nog niet veel televisie programma’s die ook een magazine aanbieden. Is dit in het buitenland anders en kunnen wij hier nog wat van leren? Ook deze informatie zoek ik op het internet. Hierbij kijk ik naar de look en feel, kijkcijfers, kleurgebruik, huisstijl en crossmedialiteit van de concurrenten. IPL is een database waarop zo’n 200 magazines te vinden zijn in verschillende genres. Daardoor weet ik al dat ‘Ze’ een belangrijke concurrent is. Dit online vrouwenmagazine focust zich op dezelfde topics die in het programma van Koffietijd behandeld worden. De trendanalyse zal ik ook door middel van deskresearch beantwoorden. Wat is een online magazine eigenlijk? Is dit een trend? Wie volgen er allemaal? En welke technische snufjes die opkomend zijn passen het best bij Koffietijd? Zijn er al anderen die ook deze trends volgen en wat kunnen wij daarvan leren? Als laatste wil ik graag een panelgesprek en een interview houden met een gedeelte van de redactie van Koffietijd. Ik heb hiervoor gekozen omdat zij zelf het beste weten wat er bij het programma past. Ik wil graag weten waarmee zij tevreden zijn en voornamelijk wat de minimale eisen zijn vanuit Koffietijd en Talpa. Daarnaast zorgt dit voor meer betrokkenheid van de redactie bij het maken van dit online magazine. Dit is belangrijk omdat de redactie het magazine uiteindelijk zal uitwerken. Het interview zal gehouden worden met Janny van der Heijden van de Koffietijd redactie. Zij is culinair redacteur bij Koffietijd maar heeft daarnaast veel ervaring met het maken van magazines. Zij was voormalig hoofdredacteur van het blad Tip Culinair en heeft ook veel kookboeken geschreven. Haar ervaring met magazines in combinatie met dat zij weet hoe Koffietijd werkt, geeft mij de voorkeur om een interview met haar te houden. Naast de deskresearch zijn er nog twee methodes van onderzoek die ik ga toepassen. Dit zijn twee panelgesprekken en een usabilitytest. In de volgende paragraaf wordt uitgelegd hoe ik deze methodes ga uitvoeren. Deelvraag 1 2 3 4
Deskresearch x x x x
Expertinterview
Panelgesprekken x
Usabilitytest
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
5
80
x
x
x
12.1.9 Methode 1: Panelgesprekken De eerste methode zal bestaan uit twee panelgesprek(ken). Dit zal een gesprek zijn met de huidige kijkers van Koffietijd en een gesprek met ex-kijkers van het programma. Waarom ik dit wil is omdat ik denk dat dit een goede toevoeging is aan mijn onderzoek. De kijkers zijn ten slotte zelf degene die het online magazine zullen lezen en interessant en aantrekkelijk moeten vinden. Ik wil graag weten wat de behoeftes zijn van de kijkers en hoe zij zelf een online magazine voor zich zien. Welke elementen zorgen ervoor dat de kijker het online magazine leest, het programma regelmatig bekijkt en blijft terugkeren? Onderwerpen Gesprek 1: Bestaande kijkers van Koffietijd Van deze groep mensen wil ik graag weten wat zij van het programma Koffietijd zelf vinden, wat vinden zij sterke maar ook zwakke punten van het programma? Missen zij momenteel een vorm van integratie? Wat zou het programma sterker maken? Zou een online magazine hierbij helpen? Voor de mensen in de groep die niet elke dag (kunnen) kijken, zou een online magazine hen helpen om toch op de hoogte te blijven van alle topics? Hoe willen zij het blad graag indelen en welke vormgeving komt hierbij kijken? Wat spreekt hen aan? Gesprek 2: Voormalige kijkers van Koffietijd Uit dit gesprek wil ik voornamelijk motieven krijgen waarom zij momenteel het programma niet kijken. Is dat omdat het programma hen überhaupt niet aanspreekt? Zou een online magazine meer hun aandacht trekken? Wat moet er voor hun gebeuren willen zij naar Koffietijd gaan kijken? Hoe kan het magazine ook voor deze doelgroep aantrekkelijk worden? Respondenten In overleg met Talpa en Koffietijd wil ik respondenten zoeken door een bericht te plaatsen op de Facebook- of Twitter-pagina van Koffietijd of door middel van een bericht op de website van Koffietijd. Daarnaast wil ik ook graag zelf kijkers contacten via het lezersbestand van Talpa. Volgens Peek & Fothergill is de grootte van het panelgesprek doorslaggevend voor het hebben van een succesvol panelgesprek. (Peek,L & Fothergill, A. 2009). Verschillende studies wijzen uit dat het perfecte aantal tussen de 6 en 12 personen ligt, of tussen de 8 en 10 (Frey, J.H. and Fontana, A. (1991). Peek & Fothergill zien echter velen voordelen van het hebben van een kleine panel (3-5 participanten). De groep moet volgens hen klein genoeg zijn dat iedereen in de gelegenheid is zijn of haar mening te geven en de groep moet groot genoeg zijn om genoeg verschillende invalshoeken van iedereen te krijgen. (Peek,L & Fothergill, A. 2009). Na het lezen van hun onderzoeken over panelgesprekken heb ik besloten 8 personen uit te nodigen per panelgesprek. Je moet er ook altijd nog rekening mee houden dat niet iedereen op de gegeven data kan of dat er mensen (op het laatste moment) afzeggen. Wanneer ik 8 mensen uitnodig, ga ik uit van 6 participanten voor het gesprek. Voor de twee gesprekken kies ik voor verschillende groepen: de huidige kijkers en ex-kijkers van het programma. De ex-kijkers bestaan uit personen die niet elke dag naar Koffietijd kijken, maar wel enigszins geïnteresseerd zijn in het programma. Hiermee hoop ik uit het gesprek naar voren te kunnen halen wat Koffietijd voor deze doelgroep kan betekenen zodat zij ook het online magazine willen hebben en betrokken en geïntegreerd worden in het programma. Als tweede de huidige kijkers: van deze groep (personen die momenteel al regelmatig, minimaal 3 keer per week, naar Koffietijd kijken) wil ik weten wat zij momenteel missen qua interactie, wat kan er beter/wat moet behouden blijven? En hoe zien zij de formule voor dit online magazine voor zich? Voor- en nadelen van deze methode Waarom een panelgesprek? Ik heb samen met mijn begeleider besloten dat een panelgesprek voor mijn scriptie de beste onderzoeksmethode is. Door middel van een panelgesprek kan ik zelfgemaakte (en meegenomen) voorbeelden van online magazines laten zien, ik krijg direct antwoord en feedback op mijn (onderzoek)vragen en ik kan door
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
81
middel van een discussie de juiste antwoorden naar voren krijgen. Het nadeel ervan is dat ik gebonden ben aan de mensen waarmee ik mijn panelgesprek houdt en zoals Peek and Fothergill zelf zeggen: het kan voorkomen dat een iemand gaat domineren in de groep en anderen niets meer durven te zeggen. (Peek,L & Fothergill, A. 2009) Deze antwoorden worden dus gegeneraliseerd voor de gehele groep mensen. Omdat het voor mijn onderzoek nodig is om veelal te discussiëren over de vormgeving, kleurgebruik en inhoud van het online magazine, kies ik graag voor een panelgesprek.
12.1.10 Methode 2: Usability test De laatste methode van mijn onderzoek wordt het testen van mijn prototype voor mijn dummy. Met een usability test achterhaal je het gedrag van je kijkers/lezers en onderzoek je waar mogelijk problemen worden ervaren. (BrainAds BV, z.j.) Onderwerpen De gebruikers wordt gevraagd verschillende opdrachten uit te voeren. Dit kan bestaan uit het zoeken van een bepaald artikel of recept tot aan het bekijken van filmpjes backstage en daarbij voornamelijk testen of de QR-codes en andere technieken goed werken en duidelijk zijn. Voorbeelden van vragen die ik hen hierbij zal stellen zijn: Werken alle ‘knoppen’ goed? Is alles duidelijk? Zijn er nog vragen? Wat zou er nog toegevoegd moeten/kunnen worden? Zijn er nog meer mogelijkheden? Zijn sommige knoppen onnodig? Worden sommige knoppen/mogelijkheden gebruikt op een manier zoals ik ze niet bedoeld had? (observatie) Respondenten Hierbij wil ik dezelfde groep collega’s, net als bij het panelgesprek, (inclusief Janny) uitnodigen voor het testen van het online magazine. Daarnaast wil ik ook verschillende willekeurige mensen uit mijn omgeving vragen deel te nemen aan de usability test. Het is natuurlijk ook de bedoeling dat mensen die niks met Koffietijd te maken hebben, snappen wat het doel is van dit product en alles makkelijk kunnen vinden. Onderzoek van Jakob Nielsen wijst uit dat je in principe maar 5 participanten nodig hebt voor het houden van een usabilitytest. Uit onderstaande grafiek is af te lezen dat je bij 0 participanten logischerwijs 0% van de fouten uit je prototype haalt. Bij zes personen gaat deze curve nog nauwelijks omhoog. Bij zes participanten haal je 75% van de fouten uit je prototype. Voor een optimaal resultaat (100%) zijn 12-15 participanten nodig.
Voor- en nadelen Door het houden van een usabilitytest met de gebruikers krijg je inzicht waar de gebruikers mogelijk problemen ervaren bij het bekijken van het online magazine. Je ziet of de gebruikers het magazine begrijpen of dat er bepaalde functies gebruikt worden op een manier die je in eerste instantie niet bedoeld had. Het nadeel is dat de gebruikers wordt gevraagd een opdracht uit te voeren waarbij zij weten dat zij bekeken worden. Hierdoor kunnen zij zich anders gedragen dan normaal. (BrainAds BV, z.j.)
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
82
12.1.11 Concept hoofdstukindeling Titelblad Voorwoord Managementsamenvatting Samenvatting in het Engels Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding: Hierin wordt de aanleiding van het onderzoek uitgelegd, de probleemsituatie en doelstellingen worden voorgelegd en hoe de opbouw van deze scriptie eruit zal komen te zien. Hoofdstuk 2 Methoden en technieken: In dit hoofdstuk wordt uitgelegd welke methodes ik ga gebruiken om mijn onderzoek te houden. Dit zijn deskresearch, panelgesprekken en een usability test. Hoofdstuk 3 Interne Analyse: Hier wordt de opdrachtgever besproken. Wie is de opdrachtgever? Wat voor programma is Koffietijd eigenlijk en hoe houdt het zich bezig met interactie? Hoofdstuk 4 Doelgroepanalyse: Hierbij wordt de doelgroep van Koffietijd onder de loep genomen. Wie is de doelgroep? Wat zijn hun geografische kenmerken? En wat zijn de wensen en behoeften van de doelgroep? Hoofdstuk 5 Trendanalyse: Alle trends op het gebied van magazines bespreek ik in dit hoofdstuk. Welke trends zijn opkomend en interessant? Hoe moet de vormgeving eruit zien en wat zijn de do’s en don’ts van een magazine? Hoofdstuk 6 Concurrentieanalyse: In dit hoofdstuk komen alle concurrenten aan bod. Wie zijn dit en zijn er in het buitenland ook nog vergelijkbare concurrenten? Wat kan Koffietijd van hen leren? Hoofdstuk 7 Resultaten: Na het doen van mijn onderzoek staan in dit hoofdstuk al mijn resultaten van de methodes die ik onderzocht heb: de uitkomsten van de panelgesprekken en de usabilitytest. Hoofdstuk 8 Conclusie: In dit hoofdstuk komt het antwoord op mijn probleemstelling te staan. De conclusie die getrokken kan worden over het gehele onderzoek. Hoofdstuk 9 Advies: In het advieshoofdstuk staat wat mijn advies is aan Koffietijd. Hoe moet volgens mij de formule voor het online magazine eruit komen te zien? En wat zijn de voorbeelden van de designs die ik hiervoor gemaakt heb? Hoofdstuk 10 Evaluatie: In het laatste hoofdstuk wordt de evaluatie gehouden. Hoe vond ik zelf dat het onderzoek ging? Wat ging goed? Waar liep ik tegenaan? Literatuurlijst Bijlage 1 Deelvragen Bijlage 2 Schermvoorbeelden online magazine Bijlage 3 CD interview expert Bijlage 4 CD panelgesprekken Bijlage 5 CD paper prototyping
12.1.12 Omschrijving eindproduct Mijn eindproduct is een (dummy) online magazine voor het programma Koffietijd waar de wensen en behoeften van de kijkers duidelijk uit terug komen. Het wordt een wekelijks/maandelijks (door dit onderzoek te bepalen) digitaal magazine. Dit magazine wordt
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
83
gevuld met content van Koffietijd en wordt onder andere een beknopte versie van de website met een aantal aantrekkelijke extra’s. Het online magazine wordt wekelijks/maandelijks (door dit onderzoek te bepalen) via de mail verstuurd naar de abonnees, zo komt het magazine naar hun toe. De kijker hoeft geen moeite te doen om de website te openen en deze af te struinen opzoek naar informatie. Het eindproduct voor deze scriptie wordt een online dummy voor het online magazine. Via de website Openzine is het mogelijk digitaal je eigen magazine te maken. Ook zal ik InDesign hierbij gebruiken.
12.1.13 Tijdsplanning Deadline pva inleveren bij begeleider: 30 september Extra deadline pva inleveren: 14 oktober Expert interview uitnodiging versturen: 2 oktober Panelgesprek uitnodigingen Koffietijd redactie versturen: 2 oktober Panelgesprek uitnodigingen kijkers versturen: 2 oktober Panelgesprekken houden: in de week van 27-31 oktober Voorlopige resultaten bespreken: in de week van 10-16 november Voorleggen 1e versie rapport: begin december Afstuderen: december/januari 12.1.14 Bronnen Allesovermarktonderzoek. (2014). Diepte-interview. Geraadpleegd op 27 september 2014, van: http://www.allesovermarktonderzoek.nl/onderzoeksmethoden/diepte-interview Arboportaal. (2014). Werktijden. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.arboportaal.nl/onderwerpen/arbowet--en-regelgeving/arbeidstijden/werktijden.html Bladendokter. (2013). Trend: de covertekst verdwijnt. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.bladendokter.nl/trend-de-covertekst-verdwijnt/ BrainAds BV. (z.j.). Usability testing. Geraadpleegd op 27 september 2014, van: http://www.brainads.nl/diensten/27/usability-testing.html CBS. (2014). Werkzame beroepsbevolking van 15 tot 65 jaar. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/arbeid-socialezekerheid/publicaties/barometer-beroepsbevolking/barometer-werkzame-beroepsbevolkingart.htm Frey, J.H. and Fontana, A. (1991) ‘The Group Interview in Social Research’, The Social Science Journal 28(2): 175–87. IPL. (2014). Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.ipl.org/div/news/ Koffietijd. (z.j.) Over Koffietijd. Geraadpleegd op 18 september 2014, van: www.koffietijd.nl Martijn, C. (2013). Koffietijd werkboek seizoen 5. [productieboek]. Talpa, Martijn, C. (2014). Koffietijd werkboek seizoen 6. [productieboek]. Talpa. Moventem. (2014). Deskresearch/Secundaire data-analyse. Geraadpleegd op 27 september 2014, van: http://www.moventem.nl/deskresearch-en-secundaire-data-analyse Peek,L & Fothergill, A. (2009) Using Focus Groups: lessons learned from studying daycare centers, 9/11, and Hurricane Katrina. Qualitative Research. Bladzijdes 31-59 Press Publisher Inc. (2014). Print vs. Online. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://presspublisher.com/print-vs-online/
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
84
SKO. (2013). Kijkcijfers Koffietijd. Geraadpleegd op 23 augustus 2014, van: https://kijkonderzoek.nl The Guardian. (2013). The fall and rise of magazines from print to digital. Geraadpleegd op 12 oktober, 2014 van: http://www.theguardian.com/media-network/media-networkblog/2013/mar/07/fall-rise-magazines-print-digital TextArt magazines & content. (2014). Kijk op digitale magazines. Geraadpleegd op 12 oktober 2014, van: http://www.textart.nl/kijk-op-digitale-magazines-wehkamp-inspiratietrends/ Verhoeven, N. (2010). Wat is onderzoek? P. 149-155, 194-204. Den Haag: Boom Lemma uitgevers.
Scriptie Koffietijd Sharon Schevers
Bijlage V: Email goedkeuring PVA
85