SCHOOLPLAN 2015 - 2019
bestuursnummer: 41567 brin: 13XQ
INLEIDING
inleiding
3 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
inleiding
4 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Vooraf Montessori Schiedam maakt deel uit van de Stichting Primo Schiedam onder bestuurs- en brinnummer 41567-13XQ. Dit Schoolplan bevat beschrijvingen van het beleid met betrekking tot (de bewaking en verbetering van) de kwaliteit van het onderwijs dat binnen Montessori Schiedam wordt gevoerd. Beschreven worden onder meer de wettelijk verplichte onderwerpen: Het onderwijskundig beleid, het personeelsbeleid en het materieel beleid (met inzet van de op de onderwijswetgeving gebaseerde bijdragen). Het plan is tot stand gekomen in samenspraak tussen de leden van het onderwijsteam en de directeur en is geaccordeerd door de medezeggenschapsraad van Montessori Schiedam.
Montessori Schiedam onderweg naar 2020 Montessori Schiedam is inmiddels ongeveer een jaar als zelfstandige organisatie binnen de Stichting Primo Schiedam onderweg naar 2020 (en daar voorbij). In de voorloper van dit plan1 is aangegeven waar de organisatie naar op weg is gegaan vanaf het moment van de verzelfstandiging: Ambitieus werd de wens genoemd te komen tot een integraal kindcentrum (IKC) waarin onderwijs en opvang in één organisatie zijn ondergebracht. Alhoewel het IKC sinds kort “in de wieg” ligt, is het is nog te vroeg om te komen tot het opstellen van een IKC Instellingsplan. Dit Schoolplan richt zich dan ook vooral op het onderwijs in Montessori Schiedam.
Transitie In Montessori Schiedam wordt vanaf medio 2014 gewerkt aan veranderingen en verbeteringen die het resultaat zijn van de volgende op elkaar inwerkende en elkaar versterkende ontwikkelingen. Als belangrijkste worden gezien: De verzelfstandiging van Montessori Schiedam in 2014 De ontwikkeling van school naar integraal kindcentrum Onderwijs 2032: De Rijksoverheid is de dialoog aangegaan vanuit de startvraag: Welke kennis en vaardigheden hebben leerlingen in de toekomst nodig ? Dit moet leiden tot een vernieuwd curriculum met een herbezinning op de kerndoelen en eindtermen; Het ingezette proces om te komen tot het aanpassen van het toezichtkader dat de Inspectie van het Onderwijs hanteert om de kwaliteit van het onderwijs vast te stellen; Het gegeven dat sinds 1 augustus 2014 de Wet Passend Onderwijs van kracht is; Het gegeven dat sinds 1 januari 2015 gemeenten verantwoordelijk zijn voor de Jeugdzorg De zich op uitvoeringsniveau veranderende context maakt, dat het vooruit kijken naar het einde van de planperiode (2019) vrijwel ondoenlijk is. In opvolgende Jaarplannen zal worden weergegeven hoe en in welke mate Montessori Schiedam reageert en anticipeert op de externe ontwikkelingen en de interne voortgang van veranderings- en verbeteringsonderwerpen.
Opbouw en inhoud
Gekozen is voor een opbouw waarvan de hoofdstukken het INK- model 2 volgen: hoofdstuk Kwaliteitszorg & Kwaliteitsontwikkeling Feedup & Feedback Strategie & Beleid Organisatie & Leiderschap Personeel Middelen Processen Bijlage A: Overzicht Ontwikkelingen Bijlage B: Ondersteuningsprofiel
pagina 7 13 23 29 37 45 53
Mede namens het Onderwijsteam, de directeur van Montessori Schiedam Herman Lamferkamp
1 2
het document Richting & Verantwoording bij de Verzelfstandiging, Montessori Schiedam - 2014 zie hoofdstuk Kwaliteitszorg & Kwaliteitsontwikkeling inleiding
5 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
inleiding
6 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
KWALITEITSZORG & -ONTWIKKELING
Kwaliteitszorg & Kwaliteitsontwikkeling
7 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Vooraf In Montessori Schiedam zijn opvang en onderwijs ondergebracht. In dit schoolplandeel gaat het met name om kwaliteitszorg op het gebied van onderwijs.
Kwaliteitszorg in Montessori Schiedam Professionals doen liever iets goed dan iets fout. Zorgvuldigheid maakt dat fouten zoveel mogelijk worden vermeden. In essentie is kwaliteitszorg niets anders dan georganiseerde zorgvuldigheid van werken. Er worden drie sturingsmechanismen gebruikt die processen beïnvloeden: feedup, feedback en feedforeward Feedup Dit is wat er gedaan moet worden en wat dit moet opleveren. In Montessori Schiedam wordt integraal beleid gepland en gevoerd waarin gestuurd wordt op kwaliteit en waarop het financieel management en het HRM- beleid is afgestemd. Voor het op instellingsniveau ordenen van de aspecten die van belang zijn om als Lerende Organisatie te opereren wordt gebruik gemaakt van (een variant op) het INK- model 1. Het model beslaat met de negen aandachtsvelden de totale organisatie en de processen daarin, maar is daarnaast ook duidelijk gericht op de omgeving van de organisatie.
Feedup- gegevens zijn (samen met feedback- gegevens) bepalend voor Strategie & Beleid. Op de domeinen Organisatie & Leiderschap, Personeelsbeleid en Inzet van Middelen worden condities, beleidsconsequenties en bedoelingen benoemd. Deze ordening helpt samenhang aan te brengen tussen de beleidsterreinen waarop in het licht van de continue organisatieontwikkeling) acties noodzakelijk zijn en levert (op termijn) in de vorm van ambitieuze maar realistisch benoemde succesfactoren binnen de overige aandachtsvelden een kwaliteitsmodel. Het onderscheiden van de verschillende aandachtsvelden maakt, dat alle aspecten die voorwaardenscheppend zijn om de voorgenomen verbetering, verandering of innovatie te realiseren nadrukkelijk onder de aandacht komen. Daardoor wordt de uitkomst van het handelen (Processen) voor zover mogelijk - voorspelbaar en is het resultaat ervan vast te stellen vanuit de optiek van betrokkenen (Personeel, Stakeholders, Maatschappij en Overheid & Bestuur), waardoor feedback gegeven wordt voor opvolgende beleidsontwikkelingen..
1
INK is de afkorting van het Instituut Nederlandse Kwaliteit (INK, wat de Nederlandse partnerorganisatie is van de European Foundation for Quality Management (EFQM) Representative Office te Brussel. Het INK is voornamelijk bekend door dit managementmodel. Kwaliteitszorg & Kwaliteitsontwikkeling
8 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Feedup- gegevens worden met name gevormd door:
Wet- en regelgeving Toezicht- en waarderingskader Inspectie van het Onderwijs Lokaal educatieve agenda Rijksbekostiging, met name bestedingsboxen Voorwaarden gemeentelijke subsidies Cao po Afspraken ministerie OCW en PO-Raad Stimuleringsregelingen OCW Beleid Stichting Primo Schiedam Beleid samenwerkingsverbanden Begrotingen Meerjaren onderhoudsplanning Prognoses Montessori Schiedam Demografische trends in het basisonderwijs Indicatoren Nederlandse Montessorivereniging
Feedback Dit stelt vast hoe het gedaan is en wat het heeft opgeleverd. Het INK- model (zie hierboven) kent 4 aandachtsvelden waarop feedback wordt verzameld: Personeel, Stakeholders, Maatschappij & Branche en Overheid & Bestuur. In onze lerende organisatie geeft verzamelde feedback informatie op basis waarvan aanpassingen, verbeteringen of innovaties worden gedaan. Een waardevolle bijkomstigheid is, dat deze feedbackgegevens bij het afleggen van verantwoording kunnen worden gebruikt. Feedback- gegevens op organisatieniveau worden als volgt verzameld: vindplaats
instrument
Kwaliteitsinstrument Integraal:
Vensters PO Indicatoren Nederlandse Montessori Vereniging. Financiële Administratie Personeelsadministratie Teambijeenkomst de Bibliotheek op School
zelfevaluatie personeel zelfevaluatie auditoren tevredenheidpeiling personeel tevredenheidpeiling ouders
tevredenheidpeiling kinderen (leerjaren 5 t/m 8) Inspectievragenlijst op basis van kwaliteitsonderzoek Inspectie v.h.O. ZIEN! (sociale competenties) Kindvolgsysteem Onderbouw2 Cito- LOVS toetsen (basisvaardigheden) Cito- Eindtoets Kengetallen onderwijs Sturingsinformatie cijfermatig Zelfevaluatie NMV
Financiële (onder) uitputting Ziekteverzuimcijfers Evaluatie teamfunctioneren Leesmonitor
moment(en) elk jaar in oktober incidenteel na audit elk jaar in januari elk oneven jaar in januari* elk jaar in januari elke 4 jaar * na definitieve rapportage elk jaar in oktober & mei elke 3 maanden elk jaar in januari & juni elk jaar in april of mei elk jaar in oktober elk jaar in oktober elk even jaar in oktober elk kwartaal elk jaar in augustus elk jaar in juni elke twee jaar in periode november t/m januari
* en tussentijds indien wenselijk of van toepassing
2
Eigen volgsysteem van Montessori Schiedam Kwaliteitszorg & Kwaliteitsontwikkeling
9 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Feedbac ck- gegeven ns op organisatieniveau u worden als s volgt verw werkt in (bele leids-)planning en verslagllegging per INK- aandachtsveld: Strategie & Beleid
Organis satie & Leidersc chap Persone eel
Middele en
Process sen
Schoolplan Jaarpla an Jaarve erslag Evalua atieverslag te eamfunctione eren
elke 4 jaarr elk jaar vooor 1 januari elk jaar vooor 1 maart elk jaar vooor 1 juli
Jaarpla anning (Team mAgenda) Professionalisering gskalender Taakbrrief persone eel Bekwa aamheidsdosssiers person neel; inclusie ef feedbackg gegevens, ontwikkelingsplann nen en versla agen person neelsgesprekkken Begrotting en invessteringsplan Begrotting & aanvra aag subsidie onderwijs Veranttwoording su ubsidie onderrwijs Progno ose leerlinge enaantal Toets- & Observatiiekalender Verdeling kinderen n over groepe en Monito orrapportage opbrengsten n
elk jaar vooor 1 juli elk jaar vooor 1 juli elk jaar vooor 1 juli periodiek iin cyclus en minimaal ttweemaal pe er jaar geüpddatet
elk jaar vooor 1 novemb ber elk jaar vooor 1 juni elk jaar vooor 1 april elk kwartaaal elk jaar vooor 1 juni elk jaar vooor 1 juli elk jaar in maart en jun ni
Feedforewa ard e waarnemin ng van wat er e en hoe he et gedaan wordt w samen n met de keu uze die gemaakt Dit is de wordt vo oor wat ervo oor nodig is s om verderr te komen. Feedfore eward wordt met name gebruikt gaan nde het proce es zelf; in onderwijs het pprimaire 3 instrument waarmee onderwijjsleerproces.. Het Lus- model m is in h het primaire proces het belangrijkste b w keuzes o op basis van feedforewarrd worden ge emaakt
3
Zie ook h hoofdstuk Proce essen Kwaliteitszo org & Kwaliteitso ontwikkeling
10 Schoolplan M Montessori Schied dam 2015-2019
Kwalite eitsontwikk keling in Mo ontessori S Schiedam Op basiss van opdracchten (feedup p) en feedba ack werkt hett Onderwijste eam van Monntessori Schiiedam collectieff aan kwalite eitsontwikkeliing.
Teamle eren met De e Leercirke el 4 Montesssori Schiedam m maakt doo or de organissatiestructuurr teamleren mogelijk m dooordat het Onderwiijsteam als eenheid word dt gezien 5. H Het leren van medewerkers door team mleren is het veranderen van orga anisatiegedra ag in een col lectief proces. Het leerp proces vindt niet enkel in n dialoog tusssen de leden n van het Onderwijsteam plaats. Voordat het teamlere en wordt ges start, nemen de teamlede en een onderrzoekende hoouding aan ten t aanzien van zichzelff (het eigen fu unctioneren)) en ten aanz zien van het teamfunction t neren. Reflec cteren op zichzelf g gebeurt onde er andere me et het midde el Integraal (z zie verderop)). Het teamleeren en het teamfuncctioneren mo oet met elkaa ar gebeuren,, bij voorkeurr tijdens het leerproces (ffeedforeward d). De organ nisatiestructu uur en het IN NK- model bie eden echter geen werkw wijze voor teaamleren (verb beteren, veranderen en innovveren). Teamlerren wordt daa arom door he et Onderwijssteam gedaan met behulp p van het insstrument De Leercirke el waardoor dit gestructu ureerd kan pl aatsvinden. De Leerrcirkel verdeelt het leerprroces in zes verschillende fasen. Lere en begint enn eindigt altijd d bij de eigen uittvoeringspraktijk (Perform mance) en he elpt het team m de verschilllende fasen in het leerpro oces bewust tte doorlopen. Als blijkt da at het leerpro oces stokt, ka an het zijn da at een fase iss overgeslag gen of onvoldoe ende is uitge ediept. Het te eam besluit d dan om een fase f of enkele fasen terugg te gaan. De D kwaliteit van iedere fase f hangt aff van de kwa aliteit waarme ee de voorga aande fasen zijn doorlope en.
De fasen n worden hie erna beschreven: Performa ance:
Het leerp proces van onderwijsprof o fessionals sttart bij het we erk, dus bij het doen. De gemeensschappelijke e uitvoeringsp praktijk is hett uitgangspu unt en het ein ndpunt van hhet leren. In deze pra aktijk ontstaa at de behoeftte de praktijkk te verbetere en: De leervrraag. In deze fa fase vertellen teamleden aan a elkaar we elke processe en met welke middelen (wa waaronder hett eigen gedrag) worden n ingezet. Oo ok worden de vooraf geste elde doelen, of o impliciete d doelen benoe emd. Data verzzamelen
Om te ku unnen reflectteren, zijn da ata nodig; wa aarnemingen n van de prak ktijk. Data kuunnen toetsresu ultaten zijn, enquêtee uits slagen of pan nelgesprekke en over prestaties of tevrredenheid, maar ook directe waarnemingen (observatiess), of registra aties van het leerproces. Gevoelens over de praktijk kunn nen ook waarrdevolle data a zijn. In deze fa fase worden gevoelens g ov ver de effectiv viteit, harde en e minder harrde data met elkaar gedeeld. Teamleden geven g ook aa an of zij in sta aat zijn de te volgen proce edures ook da daadwerkelijk uit te voe eren: Doet elk k teamlid in de d praktijk wa at het collectiief denkt dat er gedaan wo ordt? Belemm meringen en afwijk kingen worde en besproken. Voorafgaan nd aan deze fase fa hebben teamleden t dee noodzakelijk ke data verzamelld.
4 5
Ben van der Hilst - Centrrum voor nasch holing Amsterda am Zie hoofd dstuk Organisatiie & Leiderscha ap Kwaliteitszo org & Kwaliteitso ontwikkeling
11 Schoolplan M Montessori Schied dam 2015-2019
Reflecterren
De data worden tege en het licht gehouden en gewaardeerrd. De data helpen h indienn mogelijk te toetsen iin hoeverre de d gestelde doelen d worde en bereikt. Zo Z mogelijk worden w de daata ook vergelekken met data van elders (benchmarkin ( ng). In deze fa fase gaat het team in gesp prek over de v verschillen die d er zijn tuss sen de (streeff)doelen en de gemeten resultaten. De vraag liigt op tafel off de afwijking gen reden vorrmen aanpasssingen te wel aan het staande s beleid d, maar wellic cht ook aan de d na te strev ven doelen. H Het kan ook doen, ofw zo zijn, d dat het opbren ngsten- en waarderingska w ader van de In nspectie van het Onderwijijs, van de Nederlan ndse Montess soriverenigin ng, of van een n andere toez zichthouder is s gewijzigd, w waardoor aanpassiingen nodig zijn. z De werk kelijke praktijk k vergeleken met de voorg genomen praaktijk (vastgesteld beleid ve ersus de uitvo oering daarva an). Het team m gaat in gesp prek over mogelijke oorzaaken voor hett ontstaan n van afwijkin ngen, maar prraat nog niet over oplossin ngen. Er worrden vragen g geformuleerd d. Deze worden m meegenomen n naar de volg gende fase. Conceptu ualiseren
De reflecctie wordt in een breder verband v gep laatst en in verband v gebrracht met theeorie en kennis vvan alle leden n van het tea am. Mogelijk besluit het te eam verder onderzoek o tee doen voordat o over gegaan n wordt naar de volgende e fase. Er kan n ook een praktijktheorie ontstaan; een denkrichting en een visie. In ons geval iss het nodig te e conceptualiseren vanuitt het engoed van Maria Monte essori; dit is ssteeds het ba asisconcept van waaruit vertrokken gedachte wordt en n dat kader stellend is. In deze fa fase gaat het team in eerstte instantie o op zoek naar de d kaders me et betrekking g tot het aan de d orde zijnde thema. Het Mon ntessori- con ncept is daarb bij leidend. De D in de vorige fase onbeaantwoord geb bleven vragen w worden beanttwoord. Dit le evert mogelijk kheden voor een veranderrde aanpak op op. Mogelijkhe eden die vallen bu uiten het mon ntessoriaanse e handelen w worden direct verworpen. De D activiteiteen in deze fas se leiden tot een b beeld van de situatie s zoals s die moet wo orden gerealis seerd. Plannen maken (Verbeteren, verand deren, innove eren)
Het crea atieve process vindt plaats s: Het ontwerrpen van een n plan voor verbetering (enkelsla agleren), verrandering (du ubbelslaglere en) of innova atie (drieslaglleren). In deze fa fase wordt ee erst geïnventa ariseerd wat e ervoor nodig g is om tot de beoogde verrandering te komen. W Wat heeft hett team al gele eerd en wat m moet nog word den geleerd. Maar ook meeer praktisch h: Welke zake en moeten wo orden gerege eld of uitgevo oerd? En: We elke stappen w worden gezet bin nnen welk tijd dsbestek? Er ontsta aat een (liefstt eenvoudig geformuleerd g d) projectplan n dat als leidrraad dient en houvast bied dt tijdens de period de van verandering. Besluiten n
Het team m besluit de plannen p uit te e voeren en krijgt dan oo ok de bevoeg gdheid om daat te doen. Deze laattste fase is id dealiter een fo ormaliteit, ma aar wel een noodzakelijke n e. De teamlleden geven elk e voor zich hun goedkeu uring aan hett projectplan en committeeren zich aan de uitvoering en de uitkomst daaraan. d Hierrna wordt de verandering gerealiseerd d en in praktijk g gebracht (perrformance).
Kwaliteitszo org & Kwaliteitso ontwikkeling
12 Schoolplan M Montessori Schied dam 2015-2019
FEEDUP & FEEDBACK
Feedup & Feedback
13 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Feedup & Feedback
14 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Waarheen ? Waar het onderwijs in Montessori Schiedam zich heen beweegt in de periode tot aan 2020 (en daar voorbij) is afhankelijk van: I. Feedup II. Feedback III. Organisatie- eigen ambities om financieel gezond binnen de contexten van de organisatie te kunnen blijven opereren richting 2020 met de daaruit voortvloeiende doelstellingen waarmee de kwantitatieve en kwalitatieve groei van de organisatie wordt bevorderd en gemonitord. I.
Feedup Wet- & Regelgeving en besluiten De Top 20, los van de Grondwet:
Wet op het Onderwijstoezicht Wet op het primair onderwijs Belangrijke onderdelen zijn hierin: o Schoolplan o Kerndoelen en hieraan gerelateerd:: o Besluit bekostiging WPO Wet Passend Onderwijs Wet goed onderwijs en goed bestuur PO/VO en hieraan gerelateerd: o Besluit minimum leerresultaten Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen Wet ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie en hieraan gerelateerd: o Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie Wet medezeggenschap op scholen Leerplichtwet Wet op de Jeugdzorg Uitvoeringsbesluit voorzieningen in de huisvesting PO/VO Wet op de beroepen in het onderwijs en hieraan gerelateerd: o Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel Arbeidstijdenwet Wet op de Arbeidsomstandigheden Wet Werk en Zekerheid
Standaards Nederlandse Montessorivereniging Montessori Schiedam werkt vanuit de elf standaards van de Nederlandse montessorivereniging en is daardoor NMV- erkend. Standaard 1: Visie Een goede Montessorischool werkt op basis van het gedachtegoed van Maria Montessori. Daarin staan de begrippen ‘ontwikkeling’, ‘zelfstandigheid’ en ‘vrijheid’ centraal. De school heeft de eigen invulling van dit gedachtegoed vastgelegd in een visie. Belangrijk is dat de visie gedeeld wordt door het bestuur, de ouders en het team. Teamleden werken in de dagelijkse praktijk vanuit deze uitgangspunten. Ten slotte is de visie van de school uitgewerkt in het schoolplan en de schoolgids. De school heeft een breed gedragen visie en werkwijze gebaseerd op de antropologie en het pedagogisch en didactisch concept van Maria Montessori. De standaard kent zeven indicatoren: 1. De visie en de werkwijze van de school zijn gebaseerd op de antropologie van Maria Montessori. 2. De visie en de werkwijze van de school zijn vastgelegd in het schoolplan en de schoolgids. 3. In de visie en de werkwijze van de school zijn kosmisch onderwijs en opvoeding, opvoeding tot onafhankelijkheid en opvoeding tot sociaal verantwoordelijk gedrag duidelijk herkenbaar. 4. De werkwijze en de uitgangspunten van de school worden onderschreven door het bevoegd gezag. 5. De werkwijze en de uitgangspunten van de school worden onderschreven door het team. 6. De leraren werken vanuit de concepten die in de visie van de school naar voren komen. 7. De werkwijze en de uitgangspunten van de school worden gerespecteerd door de ouders van de kinderen die de school bezoeken. Standaard 2: Deskundigheid Een goede Montessorischool heeft personeel dat goed is opgeleid in het geven van Montessori onderwijs. Er zijn diverse opleidingen die een aanbod hebben, waarin aandacht wordt geschonken aan de theoretische opvattingen van Maria Montessori en aan de praktijk. Daarnaast houden personeelsleden hun bekwaamheid op peil door nascholing. Het personeel van de school is deskundig op het terrein van het inrichten en geven van Montessorionderwijs. Feedup & Feedback
15 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
De standaard kent vijf indicatoren: 1. Leraren beschikken over het Montessoridiploma of studeren hiervoor. 2. Leraren hebben in de afgelopen drie schooljaren activiteiten ontplooid om hun Montessoribekwaamheid op peil te houden of te vergroten. 3. Directieleden beschikken over het Montessoridiploma of een certificaat of studeren ervoor. 4. Directieleden hebben in de afgelopen drie schooljaren activiteiten ontplooid om hun Montessoribekwaamheid op peil te houden of te vergroten. 5. De school werkt met de bekwaamheidseisen Montessoribasisonderwijs. Standaard 3: Zelfevaluatie Kwaliteitszorg is een wettelijke plicht. In het kader van de erkenning is het voldoende wanneer de school een kwaliteitszorgsysteem heeft. Over de kwaliteit van dit systeem spreekt de visitatiecommissie zich niet uit. Wel vraagt zij van de school dat zij voorafgaande aan de visitatie een zelfevaluatierapport opstellen over de Montessorikenmerken. De visitatiecommissie sluit aan bij deze zelfevaluatie. De school houdt aantoonbaar zicht op de kwaliteit van het Montessorionderwijs. De standaard kent vier indicatoren: 1. De school heeft een kwaliteitszorgsysteem. 2. De school betrekt de voorwaarden uit ‘De gulden tien’ in haar kwaliteitszorgsysteem. 3. De school beschikt over een rapportage van een zelfevaluatie van de voorwaarden uit ‘De gulden tien’, die niet ouder is dan twee jaar. 4. Op basis van deze zelfevaluatie heeft de school een plan voor borging en/of verbetering vastgesteld. Standaard 4: Contacten ouders De Montessori visie op opvoeding en onderwijs staat in het teken van ‘opvoeden tot zelfstandigheid’. Zoveel mogelijk leidt het kind zichzelf in zijn ontwikkeling naar volwassenheid. De volwassenen ondersteunen het ontwikkelingsproces van kinderen en creëren de juiste omgeving. Doelen van het Montessorionderwijs zijn steeds ook pedagogische doelen. Het spreekt voor zich dat daarom een goede en wederkerige communicatie met de ouders als opvoeder van cruciaal belang is. Het betekent ook dat de rapportages aan ouders ook pedagogische gegevens en informatie over de sociale ontwikkeling van de kinderen zouden moeten bevatten. De school voert regelmatig overleg met ouders/verzorgers over de ontwikkeling van hun kind(eren). De standaard kent vijf indicatoren: 1. Leraren laten zich regelmatig door ouders informeren over de opvattingen en ervaringen van ouders aangaande de ontwikkeling van hun kind(eren). 2. Leraren informeren ouders regelmatig over de voortgang in de ontwikkeling van hun kind(eren). 3. Leraren rapporteren ouders regelmatig schriftelijk over de voortgang in de ontwikkeling van hun kind(eren). 4. De rapportage bevat in elk geval pedagogische gegevens. 5. De rapportage bevat in elk geval gegevens over de sociale ontwikkeling van het kind. Standaard 5: Lokalen Door een goed voorbereide, rijke en gevarieerde omgeving schept de opvoeder kansen voor de eigen ontwikkeling van kinderen. Zo’n omgeving moet erop gericht zijn dat een kind zich zelfstandig kan bewegen en leerervaringen kan opdoen. Dat stelt eisen aan de lokalen. Het lokaal draagt bij aan een voorbereide en stimulerende omgeving. De standaard kent zes indicatoren: 1. Kinderen kunnen zich gemakkelijk verplaatsen door het lokaal. 2. Kinderen hebben plekken om samen te werken en te spelen. 3. De inrichting van het lokaal maakt het mogelijk dat kinderen zelfstandig werken. 4. Kinderen worden gestimuleerd door de aankleding van het lokaal. 5. Kinderen hebben de gelegenheid zich terug te trekken. 6. Kinderen leren en spelen in een verzorgd lokaal. Standaard 6: Schoolgebouw Wat voor de klaslokalen van belang is, geldt ook voor het schoolgebouw. Daarbij hoort ook de directe omgeving van de school, zoals de speelplaats. Het schoolgebouw draagt bij aan een voorbereide en stimulerende omgeving. De standaard kent vijf indicatoren: 1. Kinderen kunnen zich gemakkelijk verplaatsen door het schoolgebouw. 2. Kinderen hebben in het schoolgebouw plekken om te werken en te spelen. 3. Kinderen worden uitgedaagd tot zelfstandig werken door de inrichting van het schoolgebouw. 4. Kinderen worden gestimuleerd door de aankleding van het schoolgebouw. 5. Kinderen leren en spelen in een verzorgd schoolgebouw Standaard 7: Materialen De materialen die door Maria Montessori zijn ontwikkeld, staan in het teken van het oproepen tot leren en ontwikkelen. In latere jaren is de ontwikkeling van dergelijk materiaal verder uitgewerkt en gesystematiseerd: de Montessorimaterialen. Veel Montessorischolen gebruiken ook methoden en materialen uit het reguliere basisonderwijs. Het is belangrijk dat er voldoende variatie is aan ontwikkelingsmaterialen en hulpmaterialen en dat de materialen passend, compleet en in voldoende mate aanwezig zijn en ook worden gebruikt. Daarbij gaat het er vooral om dat materialen gebruikt worden volgens de uitgangspunten van het Montessori onderwijs. De materialen dragen bij aan een voorbereide en stimulerende omgeving. Feedup & Feedback
16 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
De standaard kent acht indicatoren: 1. Kinderen kunnen kiezen uit een variatie aan materiaal voor de ontwikkeling van de waarneming. 2. Kinderen kunnen kiezen uit een variatie aan materiaal voor de ontwikkeling van de motoriek. 3. Kinderen kunnen kiezen uit een variatie aan materiaal voor taal. 4. Kinderen kunnen kiezen uit een variatie aan materiaal voor rekenen en wiskunde. 5. Kinderen kunnen kiezen uit een variatie aan materiaal voor geometrie. 6. Kinderen kunnen kiezen uit een variatie aan materiaal voor de kennisgebieden. 7. Kinderen werken met complete en schone materialen. 8. Het materiaal is in voldoende hoeveelheid aanwezig en wordt ook gebruikt. Standaard 8: Heterogeniteit Kinderen ontwikkelen zich niet alleen van materialen, maar ook van elkaar. Andere kinderen leveren een belangrijke bijdrage aan die ontwikkeling. Meer ervaren kinderen vormen een voorbeeld voor minder ervarenen en kunnen helpen en motiveren. Wisselende sociale groepen dagen kinderen uit nieuwe sociale contacten te ontwikkelen en nieuwe ervaringen op te doen. Traditioneel is in Montessorischolen sprake van heterogene groepen 1-2, 3-4-5, 6-7-8. Een aantal scholen kiest bewust voor afwijkingen van dit stramien. In dit geval is het van belang dat de argumentatie hiervoor helder is en voldoende sprake blijft van heterogeniteit van groepen. Leraren werken in heterogene groepen. De standaard kent vier indicatoren: 1. Kinderen zitten in heterogene leeftijdsgroepen. 2. Kinderen zitten in heterogene tafelgroepen. 3. Kinderen werken samen in heterogene groepjes. 4. De leraar benut de heterogene samenstelling van de groep. Standaard 9: Vrije keuze (voor kinderen) De vrije keus van kinderen is een uitwerking van het uitgangspunt dat het kind de regie heeft over de eigen ontwikkeling. Dat betekent dat zichtbaar moet zijn dat kinderen in belangrijke mate hun eigen werk kiezen, hun eigen werk plannen en keuzes maken om alleen of samen met anderen te werken, een en ander in een taakgerichte sfeer. Kinderen werken zelfstandig op basis van eigen keuzes. De standaard kent zes indicatoren: 1. Kinderen kiezen hun werk zelf, tenzij hier beredeneerd van wordt afgeweken. 2. Kinderen kiezen hun werk vanuit een zelfgemaakte planning. 3. Kinderen kiezen hoelang ze met een werkje bezig zijn. 4. Kinderen kiezen de eigen samenwerkingsvorm. 5. Kinderen werken rustig. 6. Kinderen werken zelfstandig. Standaard 10: Vrije keuze (door leraren) De leraar ondersteunt het kind in zijn ontwikkeling. Hij geeft ruimte door het hanteren van een vrij lesrooster en door het creëren van voldoende ruimte en tijd voor zelfstandig werken. Door het geven van ‘lesjes’ en door observatie helpt en motiveert hij zijn kinderen. Leraren stimuleren het kiezen en zelfstandig werken van kinderen. De standaard kent vier indicatoren: 1. De leraar hanteert een vrij lesrooster. 2. De leraar ondersteunt het keuzeproces bij kinderen. 3. De leraar creëert werkperiodes waarin kinderen zelfstandig kunnen werken. 4. De leraar ondersteunt het zelfstandig werken. Standaard 11: Kindvolgsysteem Een goede Montessorischool heeft duidelijke afspraken over de wijze waarop kinderen in hun ontwikkeling worden gevolgd: het kindvolgsysteem. Het volgsysteem bevat in elk geval pedagogische gegevens, gegevens over de sociale ontwikkeling van kinderen en observaties. Het systeem wordt actueel bijgehouden. Daarnaast mag worden verwacht dat leraren een groepsadministratie bijhouden die inzicht geeft in het onderwijsleerproces. Leraren houden een goede administratie bij. De standaard kent vier indicatoren: 1. Er is een kindvolgsysteem voor elk kind in gebruik. 2. Het kindvolgsysteem is actueel. 3. De groepsadministratie bevat relevante gegevens. 4. De groepsadministratie geeft inzicht in het onderwijsleerproces.
Collectieve Arbeidsovereenkomst voor het Primair Onderwijs Het Statuut Sociaal Beleid maakt onderdeel uit van de cao po. Het sociaal beleid is een geïntegreerd onderdeel van het totale beleid van de instelling, zoals dat in het schoolplan tot uiting komt, één en ander met inachtneming van de grondslag van de instelling.
Feedup & Feedback
17 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Het Statuut Sociaal Beleid is een richtsnoer waarlangs het sociaal beleid in de instellingen zich met name in het overleg tussen de werkgever en het personeelsdeel van de medezeggenschapsraad dient te ontwikkelen.
het vormgeven van een zodanige organisatie en aan zodanige gezagsverhoudingen, dat de werknemers kunnen en willen bijdragen aan het goed functioneren van de instelling; het zodanig organiseren van de werkzaamheden, dat er sprake is van zinvolle arbeid met zo groot mogelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden, die passen bij ieders aanleg, capaciteit en ambitie; het betrekken van de werknemers bij het inrichten van de eigen werksituatie en bij de beleidsvorming binnen de instelling; het scheppen van voorwaarden die de werknemer in staat stellen zich verder te ontplooien; het bevorderen van het welzijn, de gezondheid en de veiligheid van de werknemers; het binnen de mogelijkheden van de instelling bieden van goede materiële voorzieningen volgens voor een ieder inzichtelijke, zo objectief mogelijke, criteria.
Het onderwijs van 2020 Het Bestuursakkoord voor de sector primair onderwijs 1 is leidend voor de ontwikkeling van het onderwijs in Montessori Schiedam. De afspraken in dit akkoord zijn onder meer ingegeven door de sector zelf; de Strategische Beleidsagenda van de PO-Raad 2 zegt hierover het volgende: “ De leerlingen in het primair onderwijs van nu, zijn de burgers die straks de samenleving vorm geven. Hoe de samenleving er over een aantal decennia uitziet, kan niemand voorspellen. Wel weten we dat de huidige trends zullen leiden tot een informatie- en netwerkmaatschappij waar we de jeugd op moeten voorbereiden. De school van 2020 bereidt leerlingen hierop voor. “ Vier lijnen zijn in bestuursakkoord uitgewerkt: 1. Talentontwikkeling door uitdagend onderwijs De school zorgt voor uitdagend en toekomstgericht onderwijs dat inspeelt op de talenten en leerbehoeften van alle individuele leerlingen. 2. Een brede aanpak voor duurzame onderwijsverbetering De school biedt onderwijs van hoge kwaliteit. Dit begint met de basisvaardigheden die alle leerlingen in alle tijden nodig hebben. Ook is er aandacht voor een brede persoonlijke en maatschappelijke vorming 3. Professionele school In de school werken teams van leraren, onderwijsondersteunend personeel en schoolleiders die zich individueel en als collectief ontwikkelen in hun professionaliteit. Deze teams maken de school van 2020 mogelijk. 4. Doorgaande ontwikkelingslijnen De school stelt de leerling centraal en draagt bij aan doorgaande leer- en ontwikkellijnen. In het bestuursakkoord zijn de volgende afspraken verwerkt: o Het Techniekpact Het Techniekpact moet de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt in de technieksector verbeteren en daarmee het tekort aan technisch personeel terugdringen. In het Techniekpact staan concrete afspraken tussen bedrijfsleven, onderwijs en overheid. o Plan van aanpak bewegingsonderwijs Het ministerie van OCW en de PO-Raad hebben als doelstelling dat in 2017 iedere basisschoolleerling minimaal twee lesuren bewegingsonderwijs per week krijgt, gegeven door een bevoegde leerkracht. Dit plan van aanpak beschrijft hoe deze doelstelling gerealiseerd kan worden. o De Regeling Cultuureducatie met kwaliteit Het doel van het programma is om de kwaliteit van cultuureducatie in het primair onderwijs via een landelijk samenhangende aanpak te borgen: te zorgen dat kwalitatief goede cultuureducatie een vaste plaats krijgt binnen het onderwijs en bij de culturele instellingen.
1 2
Ministerie OCW en PO-Raad, juli 2014 “Om de leerling”, november 2013 Feedup & Feedback
18 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
II. Feedback Met het administratiesysteem ParnasSys en het daaraan gekoppelde kwaliteitsinstrument Integraal werd begin 2015 de meest recente feedback op het functioneren van de onderwijsorganisatie Montessori Schiedam gegenereerd. De feedback gegevens zijn als volgt in de Cockpit van Integraal weergegeven: Vragenlijsten Het betreft waarderingen gegenereerd met de volgende vragenlijsten: Evaluatie: Zelfevaluatie medewerkers & Inspectievragenlijst Tevredenheid: Vragenlijst ouders, Vragenlijst kinderen in leerjaren 5 tot en met 8 en Vragenlijst personeel
1.
2.
Uit diepere analyse komen hieruit de volgende ontwikkelingsopdrachten naar voren Kwaliteitsmanagement & Planmatige ondersteuning: Huidige processen die het aansluiten bij de ontwikkelingsbehoeften van kinderen, de wijzen van registratie daarvan en communicatie daarover tussen professionals onderling en tussen professionals en ouders moeten worden verbeterd of veranderd. Dit maakt deel uit van de innovatie van het kwaliteitsbeleid (kwaliteitsmanagement. Organisatiemanagement: Op dit terrein worden onderscheiden: Personeelsmanagement en Huisvesting en voorzieningen. Op het gebied personeelsmanagement zijn de resultaten in orde. Wel wordt personeelsmanagement afgestemd op de cao po. Op het gebied huisvesting en voorzieningen zijn veranderingen nodig Het gaat dan om de inrichting van het schoolplein. De herinrichting werd al langere tijd voorbereid en is het ingaan van deze planperiode gerealiseerd. Als het gaat om de netheid en hygiëne in het gebouw is er langere tijd de constatering dat het schoonmaakcontract door schoonmaakbedrijf CSU onvoldoende wordt nageleefd. Omdat dit een bestuursaangelegenheid betreft wordt het aanpakken van dit gebied niet verder in dit plan uitgewerkt.
Uit deze feedbackgegevens komen geen noodzakelijke veranderopdrachten naar voren.
Tussentijdse opbrengsten (Cito LOVS, medio 2015)
Sociale competenties (kinderen) met het instrument Zien!
Uit deze feedbackgegevens komen geen noodzakelijke veranderopdrachten naar voren.
Feedup & Feedback
19 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Eindopbrengsten
(Enkel de eindopbrengsten van het schooljaar 2012-2013 zijn weergegeven, omdat het aantal schoolverlaters in eerder schooljaren en in het schooljaar 2014-2015 een te klein cohort vormden om valide te zijn)
Uit deze feedbackgegevens komen geen noodzakelijke veranderopdrachten naar voren.
Kengetallen onderwijs
(Enkel de kengetallen waarvoor een waarde werd gegenereerd zijn weergegeven)
3.
III.
Uit deze feedbackgegevens komt naar voren dat het percentage doublures te hoog is. Nu nog werd als kritische grens 3% gehanteerd. In de aankomende jaren ligt de grens vanuit het bestuursakkoord op 2%. Een diepere analyse moet de basis vormen voor een op te stellen plan van aanpak met een hoog realiteitsgehalte.
Organisatie- eigen ambities Overwegend kinderen van ouders met tenminste een hbo- werk- en denkniveau vormen de populatie van Montessori Schiedam. In dat kader moeten de volgende ambities ook worden gezien: Kwantiteit deelname onderwijs (leerlingenaantal) Het leerlingenaantal is bepalend voor veruit het grootste gedeelte van de inkomsten en daarmee voor de bestedingsruimte op het terrein onderwijs binnen de jaarlijkse exploitatie - waarin onder meer ook de afschrijvingslasten van investeringen - zijn opgenomen. Dit aantal is dan ook het meest belangrijk voor een financieel gezonde onderwijsorganisatie. Daarbij geldt, dat het leerlingenaantal tevens van belang is voor de exploitatie van de buitenschoolse opvang in het IKC, omdat deze is bedoeld voor leerlingen van Montessori Schiedam. De ervaring leert dat naarmate het leerlingenaantal groeit, ook het aantal kinderen in de buitenschoolse opvang zal groeien. Op 1 oktober 2014 telde Montessori Schiedam 119 leerlingen, verdeeld over 5 groepen, waarvan er ruim 4 vanuit de lumpsum vergoeding bekostigd waren. De prognose dd. 1 julil 2015 laat de volgende (absolute) leerlingenaantallen zien: op 1 oktober 2015: 148 op 1 oktober 2016: 165 op 1 oktober 2017: 186 op 1 oktober 2018: 200
Marketing & Communicatie- activiteiten zijn erop gericht de (vanaf 1 oktober 2015) per half jaar bijgestelde geprognosticeerde leerlingenaantallen te bereiken.
Feedup & Feedback
20 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Ontwikk keling integrraal kindcen ntrum Naast on nderwijs leve ert Montessori Schiedam als integraal kindcentrum m ook opvanng 3 . Het is de e ambitie te komen k tot zo oveel mogelijjk integrale afstemming. a Het gaatt hierbij met name n om he et volgende :
Vanuit éé én missie & visie v komen ttot één organ nisatie, één in ntegraal insteellingsbeleid (inclusief ( de extern ne communic catie daarove er en de veran ntwoording daarvan) d met daaruit afgeleide doelstellingen met ee en monitorend d en feedbac ck gevend kw waliteitssysteeem Door hett zoveel moge elijk voeren v van eenduidig g personeelsbeleid verbin nden van in te eams werkende personeels sleden om we erken op basiis van een kra achtige inform mele cultuur, het v gezamenllijke verantwo oordelijkheid d en leren van n en met elkaaar mogelijk te maken dragen van Vanuit he et huidige pe edagogisch sc choolklimaatt komen tot in nstelling- breeed montesso oriaans pedagog gisch klimaat wat de basis s is voor het handelen h van n professionaals Verbinding van het on nderwijsaanb bod met educ catieve activitteiten in opvaang Realisere en van samen nhangend pa assend onderrsteuningsaanbod in ondeerwijs en opv vang voor kinderen n van 0 tot en met 12 jaar e en van 07.00 tot 19.00 uur. Realisere en van comm municatiesysttemen waardo oor het kind bij b profession nals (in partn nerschap met oude ers) in beeld komt en blijft ft van 0 tot en n met 12 jaar en e van 07.00 tot 19.00 uurr. Verbinde en van onderw wijsaanbod e en educatieve e activiteiten in opvang m met op ontwikkeling van kinderen en hun ouders geric cht aanbod in een organisa atienetwerk rrondom Monttessori Schiedam m
s Onderw wijs in de 21ste eeuw In 1996 benoemde UNESCO U (Co ommissie De elors) de volg gende opdrachtten aan onde erwijsinstellin ngen wereldw wijd:
o o o
Learning g to know & le earning to do o (Kwalificatie e) Learning g to be (Perso oonsvorming)) Learning g to live together (Socialis atie)
Montesssori Schiedam m pakt deze opdrachten op in de en innovatie conceptu ualisatie bij verbetering, v verandering v e. Persoon nsvorming he eeft daarbij een hoge prio oriteit, omdatt daar binnen M Montessori Schiedam S in de d achterligg gende jaren geen g specifiekke beleid op is ontwikkeld d en uitgevoe erd.
De UNES SCO- opdrach hten worden zzoveel mogelijk in verban nd gebracht m met andere beleidsontwikkelingen en zo nodig g worden pro ocessen geric cht op kwalifiicatie en sociialisatie toegevoe egd. Processen die de perrsoonsvormin ng van kinderen versterkeen worden op p basis van nog vast te stellen beleid ontw wikkeld en uittgevoerd. Resultate en met betrek kking tot Kwa alificatie, Soc cialisatie en Persoonsvorm P ming worden in rapportag ge en verantw woording we ergegeven op kind-, groeps- en instelllingsniveau.
de Bibliotheek Op School S (dBO OS) Met de B Bibliotheek Schiedam S is een e overeen komst afgesloten waarin is vastgeleggd dat Monte essori Schiedam de aanpakk “de Biblioth heek Op Sch hool” uitvoert. dBOS verbindt de elem menten Uitlee en, eid met elkaa ar. Begin 201 15 werd een nulmeting geedaan met de Leesbevvordering en Mediawijshe Leesmon nitor. Deze meting m wordt periodiek he erhaald en geeft zo steed ds feedback aan Montess sori Schiedam voor het aanpassen a va an de activite eiten binnen de dBOS- aanpak. In e uuitvoering va an beleid e consequenties: heeft dit de volgende
dBOS wo ordt ingezet om o lezen te b bevorderen do oor het uitlen nen van boekeen dBOS wo ordt ingezet voor v het uitvo oeren van lez zen bevordere ende activiteiiten dBOS wo ordt als middel ingezet om m kinderen mediawijs te la aten worden De Leesm monitor word dt ondergebra acht in het kw waliteitsbeleid d en op de daaarvoor beste emde momente en uitgevoerd d om de orga anisatie feedb back te geven n door het meeten van de effecten e van de ve erschillende activiteiten in n de achterlig ggende periode, met als b bedoeling verbeteriingen en vera anderingen te e plannen en door te voeren.
Gezond gedrag & Duurzaam D kiiezen Vanuit de aanname dat d kinderen die vooral o opgroeien in de grote stad d dichter bij dde natuur (de e omgevin ng, maar ookk de mens ze elf) gebracht zouden moe eten worden, heeft Monteessori Schied dam de ambitie d dit thema aan te grijpen voor v verande ering, verbete ering en inno ovatie op verrschillende niveaus, zowel ge eïntegreerd in andere beleidsontwikke elingen als afzonderlijk. a .
3
Kinderen n helpen gezo onde keuzes tte leren make en voor zichz zelf en voor h hun leefomge eving wordt in het strategisch beleid verrwerkt.
zie het ho oofdstuk Organiisatie & Leiders schap). F Feedup & Feedba ack
21 Schoolplan M Montessori Schied dam 2015-2019
Overzicht Feedup, feedback en ambities leveren een aantal elementen op in de aankomende periode richting 2020 verbeteracties, veranderacties en innovatieve acties op worden gezet. . De verschillende elementen zijn als volgt naar INK- domein gerubriceerd:
Feedup, feedback en ambities
Rubricering naar INK- domein
NMV- standaards Visie (montessoriaans IKC) Deskundigheid (montessoriaans) Zelfevaluatie Contacten ouders Lokalen Schoolgebouw Materialen Heterogeniteit Vrije keuze (voor kinderen) Vrije keuze (door leraren) Kindvolgsysteem
Strategie & Beleid Visie (montessoriaans IKC) Marketing & Communicatie Pedagogisch klimaat IKC Verbinden beleidsontwikkelingen met aspecten Kwalificatie, Socialisatie en Persoonsvorming Gezond gedrag en duurzaam kiezen bevorderen
Cao po Vormgeven organisatie tot functionaliteit Organiseren werkzaamheden tot zinvolle arbeid Betrekken werknemers bij inrichting eigen werk Ontplooiingsmogelijkheden werknemers creëren Bevorderen gezondheid. veiligheid en welzijn Bieden van goede materiele voorzieningen
Personeel Deskundigheid (montessoriaans) Professionele school Bevorderen gezondheid. veiligheid en welzijn Ontplooiingsmogelijkheden werknemers creëren Personeelsbeleid IKC (cultuur, verantwoordelijkheid, & professionalisering)
Bestuursakkoord Doorgaande ontwikkelingslijnen Brede aanpak duurzame onderwijsverbetering Professionele school Talentontwikkeling door uitdagend onderwijs Techniekpact Bewegingsonderwijs Cultuur met kwaliteit
Middelen Betrekken werknemers bij inrichting eigen werk Bewegingsonderwijs Bieden van goede materiele voorzieningen Schoolgebouw Hygiëne Herinrichting buitenruimte Lokalen Materialen dBOS inzetten voor uitleen
Organisatie & Leiderschap Vormgeven organisatie tot functionaliteit Heterogeniteit Organiseren werkzaamheden tot zinvolle arbeid
Feedback Kwaliteitsmanagement Planmatige ondersteuning Herinrichting buitenruimte Hygiëne Verlenging verblijfsduur (zittenblijven) Ambities Marketing & Communicatie Bedrijfsvoering en kwaliteitssysteem IKC Personeelsbeleid IKC (cultuur, verantwoordelijkheid, professionalisering) Pedagogisch klimaat IKC Onderwijsaanbod en educatief aanbod opvang verbinden Samenhangend passend ondersteuningsaanbod IKC Communicatie Kind in beeld IKC-aanbod verbinden met organisatienetwerk Verbinden beleidsontwikkelingen met aspecten Kwalificatie, Socialisatie en Persoonsvorming Rapportage & verantwoording afstemmen op Kwalificatie, Socialisatie en Persoonsvorming dBOS inzetten voor uitleen dBOS inzetten voor activiteiten leesbevordering dBOS inzetten voor ontwikkeling mediawijsheid Leesmonitor in kwaliteitssysteem Gezond gedrag en duurzaam kiezen bevorderen
Processen Doorgaande ontwikkelingslijnen Vrije keuze (voor kinderen) Vrije keuze (door leraren) Verlenging verblijfsduur (zittenblijven) Onderwijsaanbod en educatief aanbod opvang verbinden Communicatie Kind in beeld Samenhangend passend ondersteuningsaanbod IKC Planmatige ondersteuning Talentontwikkeling door uitdagend onderwijs Techniekpact dBOS inzetten voor ontwikkeling mediawijsheid Cultuur met kwaliteit dBOS inzetten voor activiteiten leesbevordering IKC-aanbod verbinden met organisatienetwerk Kwaliteitszorg: Feedback & Verantwoording Rapportage & verantwoording afstemmen op Kwalificatie, Socialisatie en Persoonsvorming Brede aanpak duurzame onderwijsverbetering Bedrijfsvoering en kwaliteitssysteem IKC Leesmonitor in kwaliteitssysteem Kwaliteitsmanagement Zelfevaluatie Kindvolgsysteem Contacten ouders
Feedup & Feedback
22 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
STRATEGIE & BELEID
Strategie & Beleid
23 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Strategie & Beleid
24 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Beginnen met het eind voor ogen Montessori Schiedam is een gemeenschap die het kinderen in de basisschool leeftijd en in de periode voorafgaand daaraan, mogelijk maakt zich te ontwikkelen. Onderwijs vult de opvoeding van ouders aan en Opvang vervangt deze, zodat ouders er op kunnen vertrouwen dat hun kind in goede handen is; van 7 uur 's ochtends tot 7 uur 's avonds; het gehele jaar door 1.
Missie Onze professionals hebben vertrouwen in de zelfsturende ontwikkelingskracht van opgroeiende kinderen en helpen hen het zelf te leren doen.
Waar & Wanneer ? Montessori Schiedam is een Integraal Kindcentrum, waarin onderwijs en opvang bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen. Mensen leren altijd en overal, dus ook buiten het centrum en buiten de contacturen. De context waarin kinderen opgroeien wordt gezien als van doorslaggevend belang. Montessori Schiedam is gericht op het verrijken van die context door zich als organisatie te verbinden met haar stakeholders en de maatschappij.
Wie ? Behalve het kind zelf als belangrijkste regisseur van zijn eigen leren en de kind volgende en begeleidende rol die leidsters en pedagogisch medewerkers daarin spelen, zien onze professionals ouders als belangrijke partner in de opvoeding. Zij worden serieus genomen daar waar het gaat om de kennis over hun eigen kind. Betrokkenheid van ouders bij de ontwikkeling van hun kind is van groot belang. Professionals in Montessori Schiedam informeren ouders via gesprekken en verslagen en verwachten dat de ouders informatie die ertoe doet over hun kind ook delen. Ouders leveren belangrijke bijdragen aan de ontwikkeling door - naast en in aanvulling op dat wat binnen onderwijstijd gebeurt - hun kind zo breed mogelijk kennis te laten maken met de wereld om zich heen. Ervaringen die buiten het onderwijs worden opgedaan (in de kinderopvang, thuis en bij vrije tijdsbesteding) stellen kinderen in staat hier hun voordeel mee te doen. De professionals binnen Montessori Schiedam willen de verantwoordelijkheid voor de opvoeding van het kind niet van ouders overnemen, maar hier als partner en in goed overleg een waardevolle bijdrage aan leveren.
Hoe ? In Montessori Schiedam werken professionals collectief met kinderen samen aan hun ontwikkeling vanuit de volgende vijf richting gevende uitspraken:
Wij vinden het mede opvoeden tot onafhankelijkheid en tot sociaal verantwoordelijk persoon zeer belangrijk.
Wij ondersteunen het kind bij het bewust maken van omgangsregels tussen kinderen en volwassenen. In de naar leeftijd heterogeen samengestelde groepen gelden werkafspraken en gedragsregels die binnen de groepen besproken worden. Regelmatig vinden er groepsactiviteiten plaats waarbij, de kinderen zich ook verbinden met kinderen uit de andere bouwen. Zij dragen daarbij zelf de zorg voor de schoolmaterialen, de omgeving en hun eigen spullen.
Wij vinden het belangrijk dat de relatie leraren en kinderen en tussen kinderen onderling gebaseerd is op wederzijdse betrokkenheid, vertrouwen en respect.
De leiding van de kinderen benadert ieder kind als een evenwaardig lid van de groep. De leiding geeft het kind vertrouwen door individuele gesprekjes met betrekking tot het welbevinden, ontwikkeling, leerhouding en leerproces. De stimulerende rol die de leiding hanteert, geeft de kinderen het vertrouwen zelf beslissingen te nemen die ook mogen mislukken.
Wij bieden vanuit “Vrijheid in gebondenheid” het kind aan zijn eigen ontwikkeling te ondersteunen.
Door het (in onderwijstijd) aanbieden van vrije werkmomenten waarbinnen duidelijke grenzen aangegeven worden, krijgt het kind de gelegenheid zelfstandig een werkkeuze te maken. Het ontwikkelingsmateriaal stuurt het kind aan, waarbij de leiding stimuleert en observeert. De leiding hanteert daarbij een observatiemodel en volgt de kinderen. Tijdens het lopen van rondes in de groep observeert de leiding of het kind in staat is planmatig te werken. Buiten onderwijstijd is het principe “vrijheid in gebondenheid” evenzeer een belangrijk uitgangspunt voor de vormgeving en inrichting van opvang en ontspanning.
1
met uitzondering van weekeinden en algemeen erkende feestdagen Strategie & Beleid
25 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Wij vinden het belangrijk dat kinderen hun eigen leerproces kunnen sturen.
Er is geen kunstmatige rem op de leerbehoefte van het kind. De kinderen krijgen de vrijheid om langdurig met het werk bezig te zijn, zolang de activiteit het kind tot verdieping van het leerproces brengt. Het kind bepaalt daarbij zijn eigen werktempo. Wij erkennen dat leren zich niet beperkt tot de uren die voor onderwijstijd zijn ingeruimd; kinderen leren altijd en overal en krijgen daar ook gelegenheid toe.
Wij vinden een goed voorbereide activerende omgeving, waarin kinderen zich zelfstandig en zelfverantwoordelijk kunnen ontwikkelen, noodzakelijk
Onze inrichting van de lokalen, gangen en andere werkruimten is overzichtelijk, verzorgd en schoon. Voor een vaste indeling in de kasten, kaartenbakken, enzovoorts, gelden duidelijke afspraken. Het aanwezige materiaal is afgestemd op de ontwikkelingsbehoeften en belevingswereld van de kinderen in die specifieke groep. Deze voorbereide omgeving nodigt het kind uit tot zelfstandig ontdekkend leren.
Visie Waarom ? Kinderen van ‘vandaag’ hebben het nodig de kans te krijgen zich een stevige basis (bestaande uit kennis, inzichten en vooral uit onderzoeks- en sociale vaardigheden) te verwerven, opdat zij - in de maatschappij van ‘morgen’ - in staat zijn zich vanuit die basis verder te ontwikkelen. De maatschappij verandert in een samenleving waarin een ieder die daartoe in staat is voor zichzelf en zijn omgeving verantwoording neemt en draagt. Deze maatschappij behoort tot de meest concurrerende kenniseconomieën ter wereld, waarin mensen voortdurend blijven leren om zich aan te passen aan de zich steeds veranderende omgeving. Dit vraagt flexibiliteit en vitaliteit van alle mensen, groot en klein; gezond gedrag en bewust kiezen voor vormen van vrije tijdsbesteding helpt hen daarbij. Daaruit voortvloeiend vraagt dit ook het maken van bewuste en verstandige keuzes die een gezonde leefomgeving bevorderen.
Wat ? Vanuit de idee dat de samenleving steeds sneller verandert, helpt Montessori Schiedam kinderen vooral met het zich verwerven van vaardigheden, met inbegrip van de vaardigheid om een leven lang te leren met, van en voor elkaar door het (leren) maken van bewuste keuzes. Meer specifiek gaat het er dan om:: 1. kinderen zich de instrumentele vaardigheden te laten verwerven (geletterdheid en gecijferdheid); 2. kinderen zich onderzoeksvaardigheden te laten verwerven (die hen in staat stellen dat te leren wat hen aan kennis en vaardigheden ontbreekt); 3. kinderen zich sociale vaardigheden te laten verwerven (die hen in staat stellen andere mensen te ontmoeten, met hen om te gaan en met hen samen te leren, te werken en te spelen); 4. kinderen zich bewust te laten worden van hun uniciteit (talenten, creativiteit, probleem oplossend vermogen, enz.) om van daaruit voor zichzelf keuzes te leren maken die gezond gedrag in de meest ruime zin van het woord bevorderen.
Ontwikkelingen naar 2020: Visie op Integraal Kindcentrum Het is de ambitie te komen tot zoveel mogelijk integrale afstemming. Het gaat hierbij met name om het volgende : Vanuit één missie & visie komen tot één organisatie, één integraal instellingsbeleid (inclusief de externe communicatie daarover en de verantwoording daarvan) in een monitorend en feedback gevend kwaliteitssysteem. Vanuit het huidige pedagogisch schoolklimaat komen tot instelling- breed montessoriaans pedagogisch klimaat wat de basis is voor het handelen van professionals Realiseren van samenhangend aanbod in (passend) onderwijs en opvang voor kinderen van 0 tot en met 12 jaar en van 07.00 tot 19.00 uur, Realiseren van communicatiesystemen waardoor het kind bij professionals (in partnerschap met ouders) in beeld komt en blijft van 0 tot en met 12 jaar en van 07.00 tot 19.00 uur, inclusief vormen van verslaggeving aan ouders over de voortgang van de ontwikkeling van het individuele kind. Strategie & Beleid
26 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Verbinden van onderwijsaanbod en educatieve activiteiten in opvang met op ontwikkeling van kinderen en hun ouders gericht aanbod in een organisatienetwerk rondom Montessori Schiedam
Kwantiteit Montessori Schiedam staat in de regio bij ouders en andere stakeholders bekend als een betrouwbare partner op de terreinen onderwijs en opvang. Door adequaat, tijdig en volledig te communiceren zijn bedoelingen, werkwijzen en resultaten transparant. Communicatiemiddelen voorzien hierin. Voor de deelname aan opvang zijn hier en nu geen kwantificeerbare doelstellingen benoemd. Marketing & Communicatie- activiteiten zijn erop gericht de (vanaf 1 oktober 2015) per half jaar bijgestelde geprognosticeerde leerlingenaantallen te bereiken. Vooralsnog gelden de volgende doelstellingen: op 1 oktober 2015: 148 leerlingen op 1 oktober 2016: 165 leerlingen op 1 oktober 2017: 186 leerlingen op 1 oktober 2018: 200 leerlingen
Strategie & Beleid
27 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Strategie & Beleid
28 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
ORGANISATIE & LEIDERSCHAP
Organisatie & Leiderschap
29 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Structuur doorzien 1 Terwijl gebouwen, mensen en materialen zichtbaar en aanwijsbaar zijn, is een organisatie dat niet. Zij is een abstractie. Een organisatie bestaat uit het geheel van werkrelaties die mensen met elkaar aangaan om een gemeenschappelijk doel (of doelen) met elkaar te bereiken. Op weg naar 2020 wordt in het integraal kindcentrum gewerkt in een organisatiestructuur die het mogelijk maakt “de goede dingen te doen” en “de goede dingen goed te doen”. De organisatie is nog slechts op hoofdlijnen gevormd. Met de inhoudelijke ontwikkeling van het integraal kindcentrum wordt de organisatie verder vormgegeven onder het motto: “Vorm volgt functie”. Het is daarom ook goed mogelijk dat werkenderwijs de organisatie opnieuw ontworpen wordt. Een lerende organisatie heeft die speelruimte ook nodig.
Een lerende organisatie Voortdurende verandering en ontwikkeling zijn eerder regel dan uitzondering. Niet alle situaties zijn dan ook (volledig) te voorzien. Vanuit het gegeven dat de omgeving voortdurend verandert, is het noodzakelijk dat onze organisatie zich verder door- ontwikkelt tot een “lerende organisatie”, of dit concept zoveel mogelijk benadert. Het kenmerk van een lerende organisatie is, dat deze zich continu aanpast aan een veranderende omgeving. Dit aanpassen vereist naast het aanleren van nieuwe vaardigheden ook het afleren van oude gewoontes. Een lerende organisatie is zichzelf continu aan het reorganiseren om haar gestelde doelen te bereiken. De mate waarin een organisatie leert, hangt in hoge mate af van haar organisatiecultuur. In een lerende organisatie zijn mensen steeds bezig om zichzelf en daarmee de resultaten van hun inspanningen te verbeteren (te leren) om te bereiken wat van de organisatie gevraagd wordt. In een lerende organisatie worden nieuwe ideeën en collectieve ambities aangemoedigd. En er wordt periodiek gekeken naar de effecten van verandering op de totale organisatie; activiteiten en resultaten. Door te kiezen voor een basale uitwerking, wordt het belang van het afsprakenstelsel door professioneel verantwoordelijk gedrag van personeelsleden naar de achtergrond geplaatst. Een politieke, ambtelijke cultuur wordt vermeden en er ontstaat ruimte om 'goede dingen te kunnen doen' waar onverwachte situaties om vragen. De grens tussen de formele en informele organisatie vervaagt, maar verdwijnt niet. Bij het inrichten of later her- inrichten van het afsprakenstelsel is dit een belangrijk gegeven.
De formele organisatie
Schematische weergave van de basale formele organisatie maatschappelijke context &
bestuurlijke contexten & medezeggenschapsorganen team peuterontwikkeling dagopvang Casa dei bambini
opvangteam 7-7
kernteam
onderwijsteam
& ouderparticipatievormen formele samenwerkingsverbanden
informele netwerken ( organisatieschema Montessori Schiedam 2015 )
1
Beschrijving van de formele organisatie
Titel ontleend aan het gelijknamige werk van Doede Keuning Organisatie & Leiderschap
30 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Team IKC & Sub-teams Professionals vormen het team van het integraal kindcentrum en op basis van het primaire proces dat zij uitvoeren vier sub- teams: het onderwijsteam (onderdeel van de Stichting Primo Schiedam) het opvangteam 7-7 (onderdeel van kinderopvangorganisatie KomKids) het team peuterontwikkeling (onderdeel van kinderopvangorganisatie KomKids) het dagopvangteam (montessori kinderdagverblijf Casa dei bambini) Onderwijsteam Het onderwijsteam wordt geleid door de directeur en wordt aangevoerd door de teamleider onderwijs. In de transitieperiode 2015-2020 draagt de directeur de leiding van het onderwijsteam zoveel mogelijk over aan de teamleider onderwijs. Het onderwijsteam bestaat uit: de teamleider onderwijs alle groepsleraren; de vakleraar bewegingsonderwijs, voor de reikwijdte van zijn werkzaamheden binnen het primair onderwijs- leerproces; de coördinator passend aanbod, voor de reikwijdte van zijn werkzaamheden binnen het primair onderwijs- leerproces de directeur van Montessori Schiedam, voor wat betreft de reikwijdte van zijn werkzaamheden in het kader van onderwijsinhoudelijk beleid. Het onderwijsteam is verantwoordelijk voor: De uitvoering van onderwijsinhoudelijk beleid en het bereiken van de daaruit voortvloeiende doelstellingen op de volgende heterogene taakvelden: o onderbouw (leerjaren 1 & 2) o middenbouw (leerjaren 3, 4 & 5) o bovenbouw (leerjaren 6, 7 & 8) o passend onderwijs o bewegingsonderwijs Het tijdig en adequaat afleggen van verantwoording over resultaten van de uitvoering van onderwijsinhoudelijk beleid naar ouders over de ontwikkeling van individuele kinderen en naar het kernteam in het kader van kwaliteitszorg; Het communiceren over en het etaleren van activiteiten die onder verantwoordelijkheid van het onderwijsteam worden uitgevoerd; Het realiseren van aanpassingen, veranderingen en innovaties naar aanleiding van feedup- en feedbackgegevens; Het initiëren van beleidswijzigingen voortkomend uit collectieve ambities. Opvangteam 7-7 Het opvangteam 7-7 wordt geleid door de direct leidinggevende (teamleider opvang 7-7) en wordt aangevoerd door de eerstverantwoordelijke pedagogisch medewerker. In de transitieperiode 2015-2020 draagt teamleider opvang 7-7 de leiding van het opvangteam 7-7 zo mogelijk over aan de huidige eerstverantwoordelijke pedagogisch medewerker die daardoor de rol van teamleider op zich neemt. Het opvangteam 7-7 bestaat uit: de teamleider opvang 7-7 alle pedagogisch medewerkers in de buitenschoolse opvang (voor-; tussen- en naschools), die structureel aan Montessori Schiedam zijn verbonden; de coördinator passend aanbod, voor de reikwijdte van zijn werkzaamheden binnen de buitenschoolse opvang; de betaalde vrijwilligers in de tussenschoolse opvang, voor de reikwijdte van hun werkzaamheden in de tussenschoolse opvang; de coördinator tussenschoolse opvang, voor de reikwijdte van zijn werkzaamheden in de tussenschoolse opvang. Het opvangteam 7-7 is verantwoordelijk voor: De uitvoering van het beleid met betrekking tot de buitenschoolse opvang en het bereiken van de daaruit voortvloeiende doelstellingen op de taakvelden: o voorschoolse opvang o tussenschoolse opvang o naschoolse opvang o hele dagopvang in perioden waarin binnen Montessori Schiedam geen onderwijs wordt verzorgd Het tijdig en adequaat afleggen van verantwoording over resultaten van de uitvoering van het beleid naar ouders over de ontwikkeling van individuele kinderen en naar het kernteam in het kader van kwaliteitszorg (financiële verantwoording inbegrepen); Organisatie & Leiderschap
31 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Het communiceren over en het etaleren van activiteiten die onder verantwoordelijkheid van het opvangteam 7-7 worden uitgevoerd; Het realiseren van aanpassingen, veranderingen en innovaties naar aanleiding van feedup- en feedbackgegevens; Het initiëren van beleidswijzigingen voortkomend uit collectieve ambities.
Team peuterontwikkeling Het team peuterontwikkeling wordt geleid en aangevoerd door de direct leidinggevende (teamleider peuterontwikkeling). Bij aanvang van de transitieperiode 2015-2020 is nog niet duidelijk of en hoe de verantwoordelijkheid voor leiding geven aan en aanvoeren van het team peuterontwikkeling zich op termijn zal wijzigen. Het team peuterontwikkeling bestaat uit: de teamleider peuterontwikkeling alle groepsleidsters en pedagogisch medewerkers die werken in de voorziening peuterontwikkeling; de directeur van Montessori Schiedam, voor wat betreft de reikwijdte van zijn werkzaamheden in het kader van educatief beleid; de coördinator passend aanbod, voor de reikwijdte van zijn werkzaamheden binnen de voorziening peuterontwikkeling. Het team peuterontwikkeling is verantwoordelijk voor: De uitvoering van het beleid met betrekking tot de opvang gericht op peuterontwikkeling en voor de realisatie van de daaruit voortvloeiende doelstellingen;. Het tijdig en adequaat afleggen van verantwoording over resultaten van de uitvoering van het beleid naar ouders over de ontwikkeling van individuele kinderen en naar het kernteam in het kader van kwaliteitszorg (financiële verantwoording inbegrepen); Het communiceren over en het etaleren van activiteiten die onder verantwoordelijkheid van het team peuterontwikkeling worden uitgevoerd; Het realiseren van aanpassingen, veranderingen en innovaties naar aanleiding van feedup- en feedbackgegevens; Het initiëren van beleidswijzigingen voortkomend uit collectieve ambities. Team dagopvang Het team dagopvang wordt geleid en aangevoerd door de eigenaar van Casa dei bambini (teamleider dagopvang). Het team dagopvang bestaat uit: de teamleider dagopvang alle leidsters in de dagopvang; de coördinator passend aanbod, voor de reikwijdte van zijn werkzaamheden binnen de dagopvang. Het team dagopvang is verantwoordelijk voor: De uitvoering van het beleid met betrekking tot de dagopvang en voor de realisatie van de daaruit voortvloeiende doelstellingen Het tijdig en adequaat afleggen van verantwoording over resultaten van de uitvoering van het beleid naar ouders over de ontwikkeling van individuele kinderen en naar het kernteam in het kader van kwaliteitszorg; Het communiceren over en het etaleren van activiteiten die onder verantwoordelijkheid van het team dagopvang worden uitgevoerd; Het realiseren van aanpassingen, veranderingen en innovaties naar aanleiding van feedup- en feedbackgegevens; Het initiëren van beleidswijzigingen voortkomend uit collectieve ambities. Kernteam Het kernteam wordt geleid en aangevoerd door de directeur van Montessori Schiedam. Het kernteam bestaat uit: de directeur de teamleider onderwijs de leidinggevende opvangteam 7-7 de direct leidinggevende team peuterontwikkeling de eigenaar van Casa dei bambini de coördinator passend aanbod
Organisatie & Leiderschap
32 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Het kernteam is verantwoordelijk voor: Het voortbestaan van de organisatie, onder andere door adequate marketing- & communicatie- acties Het tijdig in gang zetten en houden tot en met de taakafronding van (team)processen en klussen op instellingsniveau; De uitvoering van secundaire processen op instellingsniveau; De realisatie van randvoorwaarden (coördinatie, facilitering, planning); Strategische vernieuwing op instellingsniveau en voor de ontwikkeling van kader stellend beleid daartoe; Het financieel beleid van de instelling Het personeelsbeleid van de instelling, waaronder het coachen en begeleiden van de teams met betrekking tot hun functioneren, het coachen en begeleiden van individuele personeelsleden met als bedoeling deze duurzaam inzetbaar te laten worden, zijn en blijven Het tijdig en adequaat verantwoording afleggen naar besturen, financiers en stakeholders Medezeggenschapsorganen en ouderparticipatie Medezeggenschapsorganen Medezeggenschap in het onderwijs is geregeld via de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad en de medezeggenschapsraad en is in de kinderopvang geregeld via de oudercommissie. Het beleid in Montessori Schiedam behoeft goedkeuring van al deze medezeggenschapsorganen. In de transitieperiode 2015-2020 worden wijzigingen in wet- en regelgeving verwacht, waardoor medezeggenschap per integraal kindcentrum mogelijk kan worden. Ouderparticipatievormen Het onderwijsteam werkt nauw samen met de Ouderraad van Montessori Schiedam op verschillende niveaus van ouderparticipatie. In de transitieperiode 2015-2020 wordt gewerkt aan een verbreding van ouderparticipatie naar het terrein opvang en wordt gezocht naar een verdieping van ouderparticipatie, zodat ouders actief deel uit kunnen maken van de gemeenschap Bestuurlijke contexten en formele samenwerkingsverbanden Stichting Primo Schiedam De Stichting Primo Schiedam exploiteert het onderwijsaanbod in Montessori Schiedam. KomKids Kinderopvangorganisatie KomKids exploiteert de buitenschoolse opvang en het aanbod met betrekking tot peuterontwikkeling in Montessori Schiedam. Casa dei Bambini Montessori kinderdagverblijf Casa dei bambini exploiteert de dagopvang in Montessori Schiedam Samenwerkingsverband Onderwijs dat past In het kader van de wet Passend onderwijs werkt Montessori Schiedam met andere instellingen die basisonderwijs verzorgen samen in het samenwerkingsverband Onderwijs dat past. Door deze samenwerking voldoet Montessori Schiedam aan de plicht passend onderwijs voor elk kind te realiseren in de regio Schiedam - Vlaardingen - Maassluis. Een belangrijke consequentie van deze samenwerking is het werken met experts binnen het ondersteuningsteam, dat wordt geleid door de directeur van Montessori Schiedam en dat wordt aangevoerd door de coördinator passend aanbod van Montessori Schiedam. Het ondersteuningsteam bestaat uit: de directeur de gezinsspecialist de onderwijsspecialist de jeugdverpleegkundige de ouder(s) van het kind waarop de ondersteuning zich richt Nederlandse Montessorivereniging Montessori Schiedam is lid van de Nederlandse Montessorivereniging, is een erkende montessorischool en is in Casa dei bambini een erkend montessori- kinderdagverblijf. In de transitieperiode 2015-2020 wordt gestreefd naar erkenning van de Nederlandse Montessorivereniging voor het complete aanbod in Montessori Schiedam. de Bibliotheek Schiedam Montessori Schiedam heeft een samenwerkingsovereenkomst met de Bibliotheek Schiedam aangaande de uitvoering van het concept de Bibliotheek Op School. Maatschappelijke context een informele netwerken De maatschappelijke context is bepalend voor de keuze tot het al dan niet aanbieden van producten en diensten Informele netwerken bieden kansen om producten en diensten die aansluiten bij de visie op de ontwikkeling van kinderen en/of die bijdragen aan het ontzorgen van ouders te verbinden aan het IKC.
Organisatie & Leiderschap
33 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
De belangrijkste actoren in de maatschappelijke context zijn: Rijksoverheid, Inspectie van het Onderwijs & GGD (wet- & regelgeving en toezicht) Gemeente Schiedam (Lokaal educatieve agenda) Regionale leerplichtambtenaar (advies & controle naleving Leerplichtwet)
Verbijzondering In Montessori Schiedam worden de volgende taken structureel uitgevoerd door onderwijspersoneelsleden met een bijzonder takenpakket. Taakveld Bewegingsonderwijs Dit taakveld omvat de uitvoering van alle werkzaamheden met betrekking tot het verzorgen van het primaire proces Bewegingsonderwijs in de leerjaren 3 tot en met 8 door een gekwalificeerde vakleraar. Taakveld Passend aanbod Dit taakveld omvat de uitvoering van alle werkzaamheden (coördinatie en uitvoering) die het mogelijk maken voor kinderen met een meer bijzondere ondersteuningsbehoefte een passend aanbod (onderwijs en opvang) te realiseren in Montessori Schiedam op alle ondersteuningsniveaus. 2 Dit taakveld omvat tevens alle werkzaamheden in het kader van de zorgplicht die het toe leiden van kinderen naar andere onderwijsvoorzieningen binnen het samenwerkingsverband “Onderwijs dat past” bewerkstelligen. Taakveld de Bibliotheek op School
Dit taakveld omvat de uitvoering van alle coördinerende en enkele uitvoerende werkzaamheden die voortkomen uit de aanpak “de Bibliotheek Op School”.
Klussen Klussen worden jaarlijks door de directeur op basis van overleg met de teams in het IKC en in samenspraak met het kernteam vastgesteld. Een klus wordt in projectvorm door een individuele medewerker of door een projectteam uitgevoerd. In Montessori Schiedam zijn op dit moment de volgende keuzes gemaakt: Activiteiten en vieringen o Kerst o Kinderboekenweek o Pasen o Schoolreis o Sinterklaas o Sportdag / Koningspelen o Voetbaltoernooien Overige klussen o Campina op school o ICT o Medezeggenschap o Ouderraad contact o Stagebegeleiding pabo o Wasgoed o Wijksportvereniging
Coördinatie Montessori Schiedam plant (school)jaarlijks met verschillende frequenties bijeenkomsten en gesprekken om actuele informatie over te dragen, te leren van en met elkaar en om afstemming te bereiken, Het gaat bij dat laatste om de afstemming van processen en om in het kader van de lerende organisatie het zetten van stappen volgens de fasering met De Leercirkel 3
Bijeenkomsten o o o o o o o o o
o 2 3
Bijeenkomst team Montessori Schiedam Bijeenkomst kernteam Bijeenkomst onderwijsteam Bijeenkomst opvangteam 7-7 Bijeenkomst team peuterontwikkeling Bijeenkomst team dagopvang Bijeenkomst ondersteuningsteam, inclusief vooroverleg tussen coördinator passend aanbod, gezinsspecialist en onderwijsspecialist Bijeenkomsten medezeggenschapsorganen, inclusief vooroverleg medezeggenschapsraad tussen dagelijks bestuur en directeur Bijeenkomst ouderraad, inclusief vooroverleg tussen dagelijks bestuur en directeur Bijeenkomst werkgroepen (met betrekking tot activiteiten & vieringen en “klussen”)
Volgens opdracht in de Wet Passend Onderwijs zie inleiding Organisatie & Leiderschap
34 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Gesprekken De volgende gesprekken vinden plaats met de bedoeling om (de voortgang van) processen af te stemmen en resultaten te delen & evalueren 4: o o o o o
Gesprek instellingsontwikkeling en -resultaten tussen directeur/bestuurders en directeur Gesprek onderwijsresultaten tussen directeur met coördinator passend aanbod en afzonderlijke leden onderwijsteam Gesprek teamontwikkeling en -resultaten tussen directeur en afzonderlijke teamleiders Gesprekken passend aanbod tussen groepsleidster of pedagogisch medewerker met coördinator passend aanbod) Gesprekken met ouders (kennismakingsgesprek, intakegesprek, verslaggesprek, incidenteel voortgangsgesprek, adviesgesprekken)
De informele organisatie
De kracht van de organisatie wordt in belangrijke mate bepaald door de informele organisatie5. Mensen weten elkaar hierin ook buiten de officieel vastgelegde verbanden en ontmoetingen te vinden. Bilateraal overleg met het karakter van informele contacten worden benut om bijvoorbeeld even snel informatie uit te wisselen, snel zaken te regelen of ideeën uit te wisselen. Informeel organisatiegedrag (van te voren niet bewust, niet gestructureerd maar wel gewenst handelen van medewerkers) is nodig als aanvulling op de formele organisatie. Bij (vaak onbewust) ongewenst informeel organisatiegedrag worden medewerkers hierop aangesproken; zeker wanneer de doelen of de voortgang van processen in de formele organisatie daardoor in gevaar dreigen te komen. Dat hoeft niet altijd vanuit de hiërarchie te worden gedaan. Het past binnen onze professionele cultuur dat mensen elkaar kunnen en mogen aanspreken op ongewenst en ondoelmatig gedrag.
Leiderschap Een lerende organisatie heeft een goede balans nodig tussen autonomie (regelruimte) en autoriteit (sturing). In de lerende organisatie is het leiderschap gedeeld. Teams en individuele personeelsleden zijn zoveel als mogelijk zelfsturend. In de aankomende jaren zal elk team daarom toegroeien naar een situatie waarin het team een hoge(re) regelcapaciteit en een grote(re) zelfverantwoordelijkheid als collectief heeft. Dit is een ontwikkeling waarbij gaandeweg keuzes zullen worden gemaakt met betrekking tot het zich toe- eigenen van taken door een team. De leden van het kernteam bieden hierin de nodige ruimte en zullen ook afbakenen wanneer het kunnen dragen van de eindverantwoordelijkheid (het algemeen belang van de organisatie of het belang van stakeholders) in het gedrang komt. De rol van elke teamleider zal successievelijk veranderen en opschuiven; uiteindelijk is het de bedoeling dat de werkzaamheden van de teamleider niet vooral uit het coördineren en oplossen van dagelijkse vraagstukken bestaat.
Ontwikkelingen naar 2020: Organisatie
De formele organisatie wordt verder uitgewerkt en indien noodzakelijk gewijzigd zodat werken in “de lerende organisatie” mogelijk is en blijft.
Leiderschap
4 5
Teams groeien successievelijk toe naar een situatie waarin elk team een hoge(re) regelcapaciteit en een grote(re) zelfverantwoordelijkheid als collectief heeft. De rol van teamleiders zal successievelijk veranderen en opschuiven; uiteindelijk is het de bedoeling dat de werkzaamheden van de teamleider niet vooral uit het coördineren en oplossen van dagelijkse vraagstukken bestaat.
Exclusief personeelsgesprekken en gesprekken in het kader van leren van en met elkaar (zie hoofdstuk Personeel) Niet te verwarren met informeel gedrag zoals onprofessionele omgangsvormen of het prioriteren van ’gezelligheid’ Organisatie & Leiderschap
35 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Organisatie & Leiderschap
36 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
PERSONEEL
Personeel
37 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Personeel
38 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Vooraf Het personeelsbeleid heeft (vooral) betrekking op personeelsleden die werken op basis van een arbeidsovereenkomst met de Stichting Primo Schiedam. Voor wat betreft personeelsleden die in dienst zijn van andere organisaties geldt, dat het personeelsbeleid zoals dat in Montessori Schiedam gestalte krijgt in de aankomende jaren naar 2020 nog zal worden uitgewerkt. Daarbij is het de ambitie personeelsbeleid zoveel mogelijk eenduidig te laten zijn voor alle medewerkers in Montessori Schiedam, ongeacht hun formele werkgever.
Collectieve arbeidsovereenkomst voor het primair onderwijs Montessori Schiedam maakt deel uit van de Stichting Primo Schiedam; het personeelsbeleid in Montessori Schiedam is een onderdeel van integraal personeelsbeleid zoals dat binnen de Stichting Primo Schiedam wordt gevoerd. Mensen die een dienstverband hebben met de Stichting Primo Schiedam verrichten arbeid en krijgen daarvoor loon. Voor het personeel zijn tussen de sociale partners in de cao po afspraken gemaakt over wat werkgever en werknemer van elkaar mogen verwachten. Het Statuut Sociaal beleid 1 is een geïntegreerd onderdeel van het totale beleid van Montessori Schiedam zoals dat in dit plan tot uiting komt. Het statuut is een richtsnoer waarlangs het personeelsbeleid in Montessori Schiedam zich heeft ontwikkeld en zal ontwikkelen. Binnen de Stichting Primo Schiedam is met ingang van augustus 2015 het overlegmodel 2 van toepassing. Dit geeft het individu binnen het collectief ruimte om in goed overleg keuzes te maken op grond van de visie 3 op basis waarvan in Montessori Schiedam wordt gekozen en gehandeld. Quote: “ Fundamenteel is de vrijheid om te handelen, zowel van de leraar als van het kind. Belangrijk is dat de leraar zich gesteund weet door o.a. de werkgever. Leraren zijn hoog opgeleide, autonoom functionerende mensen die daarnaast ook goed in een team kunnen functioneren “. 4
Professionele taakopvatting In het afgelopen decennium is de typering van personeel wat werkt in onderwijs (en ook in opvang) veranderd van “semi-professional” naar “professional” Personeelsbeleid gaat er vanuit dat medewerkers handelen vanuit een professionele taakopvatting. In Montessori Schiedam betekent dit dat zij:
Hoogwaardige kennis en uitstekende vaardigheden optimaal benutten om beoogde resultaten te behalen (vakmanschap) Een bepaalde mate van vrijheid (professionele ruimte) accepteren en inzetten om onafhankelijk, gemotiveerd en initiatiefrijk het vak zonder directe aansturing goed uit te oefenen (zelfsturing); Zelfstandig en op een creatieve manier beslissingen nemen en zich verantwoordelijk voelen voor de consequenties daarvan (verantwoordingsbewust) Bereid en in staat zijn van feedback te leren; idealiter feedback zelf te organiseren (leerbaar). Organisatiesensitief zijn en daaraan consequenties voor zijn handelen verbinden; Zich weten te identificeren met het vak en zich ervan bewust zijn dat uitstraling altijd en overal bepalend is voor de mate waarin professional door anderen serieus genomen worden.
Mobiliteit De Stichting Primo Schiedam wil mobiliteit in zijn algemeenheid bevorderen. Personeelsleden die zijn aangesteld in Montessori Schiedam zijn op basis van hun onderwijsbevoegdheid uitwisselbaar met collega's in andere, reguliere, scholen. Niet alle personeelsleden met een montessori- opleiding zijn als beroepsbekwame kracht inzetbaar in een reguliere school. Personeelsleden zonder montessori- achtergrond zijn niet startbekwaam in het montessori- onderwijs. Dit maakt, dat mobiliteit naar en van onze organisatie niet vanzelfsprekend is en er altijd een voorbereidende fase aan vooraf moet gaan. Interne mobiliteit wordt binnen Montessori Schiedam actief na gestreefd. De organisatie- ontwikkeling maakt het nodig dat zoveel mogelijk leisters breed inzetbaar worden, zijn en blijven om in de kwantitatief veranderende organisatie kwalitatief goed inzetbaar te blijven. Mobiliteit behoeft bijzondere aandacht van alle werknemers en vraagt om transparantie vanuit (het kernteam van) de organisatie over wat van werknemers op termijn verlangd wordt, lees: Wat de organisatie aan inzetbaarheid (kwalitatief en kwantitatief) nodig heeft. 1
In de cao po 2014-2015 vanaf pagina 29 In de cao po 2014-2015 zijn in de paragrafen 2A-13 en 2A-14 de overeengekomen afspraken met betrekking tot respectievelijk de invoering van het overlegmodel op brinnummer- niveau en inzetbaarheid weergegeven. 3 Zie hoofdstuk Strategisch beleid 4 Machiel Karels (projectleider wij-leren.nl en onderwijskundig accountmanager bij ParnasSys) over Professionele vrijheid in het onderwijs. 2
Personeel
39 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Menselijk Kapitaa al De kwaliiteit van het professionee p el handelen i n het algeme een en de kw waliteit van hhet onderwijs s in het bijzonde er, wordt met name bepaa ald door kwa aliteiten die mensen m inbre engen: Hun eexpertise en ervaring, gedeelde e verantwoordelijkheid vo oor het leren n door kinderren. De onde erlinge samennwerking en het doel- en resultaatgerricht werken bepalen in h hoge mate de e succesvolle e ontwikkelinng van elk kin nd. Persone eelsbeleid in Montessori Schiedam S he eeft vorm en inhoud gekregen, er vannuit gaande dat d mensen die in de org ganisatie werrken vanuit h hun individue ele persoonlijjkheidskenm merken, comp petenties en vaard digheden Me enselijk Kapittaal 5 met zicch meebrengen, inbrenge en en weten tte vergroten door elkaar ve ersterkende professionaliseringsactivviteiten, personeelsgesprrekken, refleccteren op basis van georganiseerde feed dback, coach hing, enzovoo orts. Menselijk kapitaal omvat onder aandere kenn nis, vaardigh heden, specia alismen en ervaringen. e Wat perssoneelsleden n aan Mense elijk Kapitaal met zich me eebrengen en n ontwikkele n verschilt va an mens tot menss. In Montessorri Schiedam wordt (net als in de andeere scholen van v de stichting s Prim mo Schiedam m) een mode el met daarinn 4 dimensie es 6 gebruikt g aa n de hand waarvan w het functioneren wordt besch houwd en besproken: b mpetenties; IQ: kkennis en com EQ: e emotionele stabiliteit s SQ: b betrokkenhe eid, “drive”, spiritualiteit FQ: ffysieke geste eldheid en be elastbaarheidd Het H model ge eeft gelegenheid tot het uitvoeren u vann een algemeen periodieke p (zzelf)keuring op o essentiële e elementen die functione eren op topt niveau m mogelijk mak ken en geeft richting aan de persoonlijke groei in de aankom mende tijd om m zo een bijd drage te leveeren aan duurzame inzetbaarheid d. Als onde erdeel van Prrofessioneel Kapitaal is kkwalificatie een element van v Menselijjk Kapitaal.
Kwalific catie (Van starrtbekwame naar vakbekwa ame inzetbaa arheid)
In aanvu ulling op de in nitiële opleiding, zijn of ra aken leidsterrs montessorriaans opgeleeid en gecerrtificeerd of gedipllomeerd. Leidsterss hebben de (in de cao vastgelegde) v opdracht in de eerste 7 jaren j van huun loopbaan in twee fasen toe e te groeien naar vakbek kwaamheid. IIn Montessori Schiedam betekent dit het volgende: 1. de fase van n startbekwa aamheid, Leidsterss die instrom men bij Monte essori Schiedam, zijn startb bekwaam inz zetbaar als zij monte essoriaans zijn z opgeleid en gecertificceerd via de theoretische e module en zijn (o of gaan direcct) in opleidin ng voor het beha alen van één of meer van n de overige p praktijk certifficaten. De opleiding o vindt pla aats aan een hogeschool. Tegelijke ertijd wordt de d in het mon ntessorionderwijjs startende leraar l in opd dracht van de directteur begeleid d door de Teamleider Onderwiijs en de Coö ördinator Pas ssend Aanbod. Bij de begeleiding staan n onder meerr de SBL- co ompetenties 7 als referenttiekader centtraal (zie afbeeldin ng hierboven n). De bescchikbare uren n voor duurza ame inzetbaa arheid en pro ofessionalise ering wordenn bij voorkeurr gebruikt om opge eleid te raken n en voor hett ontvangen van coachin ng in het kade er van begele leiding. In een pe ersoneelsge esprek worde en hierover a fspraken gem maakt tussen n werknemerr en werkgev ver. Deze fasse wordt na maximaal m 3 jaar j werkerva aring te hebb ben opgedaa an in het monntessori- ond derwijs afgeslote en.
5
Michael F Fullan en Andy Hargreaves bettogen in hun bo oek Professionee elKapitaal (2012 2) dat een duurz rzame kwaliteitsverbetering van het on nderwijs alleen gerealiseerd g kan n worden door tte investeren in de drie pijlers van v Professioneeel Kapitaal: Menselijk Kapitaal, S Sociaal Kapitaall en Besluitvorm mingskapitaal.. 6 ste Bronnen:: “De Bedrijfsatle eet” - Coen Gon nnissen & “De 8 eigenschap”” - Stephen Cov vey 7 Uit: Wet Beroepen in he et Onderwijs: 7 bekwaamheidse b eisen opgesteld d door de Stichtiing Beroepskwaaliteit Leraren (...) Personeel
40 Schoolplan M Montessori Schied dam 2015-2019
2. de fase van basisbekwaamheid, Leidsters die werken bij Montessori Schiedam zijn basisbekwaam inzetbaar als zij montessoriaans zijn opgeleid, dat wil zeggen: Zij beschikken over het montessori- diploma, of over de deelcertificaten waardoor zij voldoen aan de criteria voor erkenning door de Nederlandse Montessori vereniging. De beschikbare uren voor duurzame inzetbaarheid worden bij voorkeur gebruikt voor het ontvangen van coaching en voor peerreview of andere vormen van coöperatief leren. Bij de coaching staan de SBL- competenties als referentiekader centraal (zie afbeelding hierboven). In een personeelsgesprek worden hierover afspraken gemaakt tussen werknemer en werkgever. Deze fase wordt na maximaal 7 jaar werkervaring te hebben opgedaan in het montessori- onderwijs afgesloten.
Duurzame inzetbaarheid “ Het is van cruciaal belang dat mensen zich voortdurend blijven ontwikkelen en dat zij zich daarbij niet alleen op vakinhoudelijke kennis richten, maar ook op persoonlijke groei en de ontwikkeling van 8 vaardigheden die toepasbaar zijn in het beroep en ook daarbuiten.”
Professionals, die bijdragen aan het leggen van de basis voor “een leven lang leren” door kinderen, blijven zich na hun studietijd en na de eerste loopbaanfasen als vakbekwame leraar ontwikkelen. Montessori Schiedam is een Lerende Organisatie waarin veranderingen eerder regel dan uitzondering zijn. Dit vraagt van de leraar het voortdurend zoeken en vinden van persoonlijke balans door continue karakterontwikkeling; persoonlijke groei, de vergroting van het menselijk kapitaal om zo duurzaam inzetbaar te blijven, ook als de omgeving en daarmee de opdrachten aan de organisatie en dus de werkwijzen daarin veranderen. Welke werkzaamheden (activiteiten) verricht worden om dit te bewerkstelligen, is vooral aan het personeelslid zelf. Belangrijk daarbij is dat het om activiteiten die bijdragen aan de duurzame inzetbaarheid van de werknemer, in de organisatie of anders daarbuiten. Hij maakt hierover vooraf in een personeelsgesprek afspraken met de directeur, stelt een ontwikkelplan op en verantwoordt tijdsinvestering en resultaten achteraf in een volgend personeelsgesprek.
Professionalisering Professionalisering vormt één van de aspecten van persoonlijke groei. Het vergroten van employability wordt in de cao po ook als doel benoemd, maar professionalisering is er met name voor bedoeld bij te dragen aan de kwaliteit van de sector, i.c. de organisatie. Met professionalisering vergroot de leraar zijn kennis en past hij zijn vaardigheden aan om gelijke pas te houden met wat er gaande is in de organisatie, in de nabije omgeving en in de maatschappij. Er ontstaat idealiter afstemming tussen de wensen van de werknemer met betrekking tot zijn professionele ontwikkeling en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie. Dit leidt tot de hiernaast weergegeven categorieën professionalisering. Links (in paars) gaat om ontwikkeling volgende activiteiten van de lerende professional in de lerende organisatie; Rechts (in rood) om ontwikkeling sturende activiteiten om daardoor noodzakelijke basis- en vakbekwaamheid te vergroten en onderhouden.
Gesprekkencyclus (Tot aan het moment waarop binnen de stichting Primo Schiedam voor alle medewerkers geldend beleid is vastgesteld ten aanzien van de gesprekkencyclus en beoordelen, geldt in Montessori Schiedam het volgende
De directeur voert tenminste tweemaal per jaar een gesprek met de medewerker waarin het functioneren wordt besproken. In de gesprekken worden afspraken worden gemaakt over toekomstige werkzaamheden, c.q. wordt verantwoording afgelegd over in de tijd achterliggende werkzaamheden in het kader van duurzame inzetbaarheid en professionalisering. De in de gesprekken gemaakte afspraken worden door de werknemer vastgelegd in een persoonlijk ontwikkelingsplan.
8
Naar: Inleiding op Duurzame Inzetbaarheid door Tex Gunning Personeel
41 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
De resultaten van de inspanningen verricht op basis van het persoonlijk ontwikkelingsplan die zijn verantwoord in gesprekken van de gesprekkencyclus worden opgenomen in een bekwaamheidsdossier. In geval de directeur een vermoeden van disfunctioneren heeft, wordt aan het personeelslid formeel een verbeteringstraject opgedragen waarvan het resultaat wordt beoordeeld. Deze beoordeling kan rechtspositionele consequenties hebben. In geval het personeelslid vraagt om een beoordelingen en wanneer een beoordeling noodzakelijk is om door te groeien naar een andere functie of hogere salaristrede wordt door de directeur een beoordeling op basis van feitelijk waargenomen gedrag in de achterliggende periode opgesteld.
Taaktoedeling: Taakvelden en Klussen 9 Personeelsleden met een aanstelling in een leraarsfunctie, worden zoveel als nodig is voor het uitvoeren van kerntaken ingezet op de taakvelden: Onderbouw, Middenbouw, Bovenbouw, Passend aanbod, de Bibliotheek Op School en Bewegingsonderwijs. In de organisatie wordt ernaar gestreefd de toedeling van werkzaamheden op deze taakvelden uiterlijk een jaar voorafgaand aan het schooljaar waarin de toedeling effectief is bekend te maken aan de medewerkers om hen zo in de gelegenheid te stellen zich d.m.v. de keuzes die zij maken voor het uitvoeren van werkzaamheden gericht op duurzame inzetbaarheid en professionalisering hieraf te stemmen. Personeelsleden kunnen aan de bekendmaking van de voorgenomen taaktoedeling geen rechten ontlenen, omdat het belang van de organisatie - bij gewijzigde omstandigheden - uiteindelijk een andere inzet kan verlangen. Naast de toedeling van werkzaamheden op taakvelden worden ook klussen aan personeelsleden toegedeeld.
Opnemen vakantieverlof In de cao po is (met ingang vanaf de versie 2014-2015) het aantal uren vakantieverlof vastgesteld op 428 uur per jaar (waarvan 20 x 8 uur = 160 uur wettelijk en de overige uren bovenwettelijk) bij een aanstelling voor 40 uur per week. (Bij een deeltijd aanstelling is steeds het volume naar rato). Op basis van de cao po 10 geldt voor het inplannen en opnemen van vakantieverlof in Montessori Schiedam het volgende: • Personeelsleden nemen zoveel mogelijk vakantieverlof op in de regionaal vastgestelde schoolvakanties, met uitzondering van de laatste twee dagen van de zomervakantie • Personeelsleden nemen de resterende vakantieverlofuren op in perioden van het schooljaar waarin Montessori Schiedam geen onderwijs voor kinderen verzorgt en op momenten waarop geen teambijeenkomsten of collectieve werkmomenten (die voorafgaand aan de zomervakantie waarna het schooljaar begint zijn vastgesteld) zijn gepland
Inroostering • 40- urige werkweek De toegedeelde werkzaamheden worden in maximaal het aantal uren conform de aanstellingsomvang per week uitgevoerd. Prioriteit heeft hierbij het uitvoeren van kerntaken in geval de medewerker hiermee is belast. Bij de taaktoedeling en inroostering wordt zoveel als planning- technisch mogelijk is rekening gehouden met de maximale urenlast per week. Knelpunten kunnen ontstaan in perioden waarin (veelal niet alle, maar enkele) medewerkers werkzaamheden moeten uitvoeren die verband houden met evenementen en vieringen die verankerd liggen in de samenleving en in relatie staan met het vakantie- en vrije dagenrooster voor kinderen. Urenoverschrijding wordt conform de cao 11 gecompenseerd. Voor wat betreft het bewaken van de werktijd (en het compenseren daarvan) heeft de medewerker een eigen verantwoordelijkheid, omdat veel werkzaamheden buiten de kerntaken om vaak niet tijdgebonden en soms zelfs niet tijd- & plaatsgebonden kunnen worden uitgevoerd. De medewerkers krijgen hiervoor zoveel mogelijk regelruimte als organisatorisch mogelijk is.
9
Zie hoofdstuk Organisatie & Leiderschap Paragraaf 8.2 in de cao po 2014-2015 vanaf pagina 126 In de cao po 2014-2015 zijn in de paragrafen 2A-3 en 2A-4 de overeengekomen afspraken met betrekking tot de 40 -urige werkweek en de wijze waarop overwerk gecompenseerd wordt vanaf pagina 56 te vinden.
10 11
Personeel
42 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
• Aanwezigheid Personeelsleden die lestaken toegedeeld krijgen zijn aanwezig vanaf tenminste 30 minuten voorafgaand aan de start van de momenten waarop de lestakentijd begint, tijdens de lestakentijd en tenminste 45 minuten nadat de lestakentijd is geëindigd. Deze uren behoren tot de kerntaken. Personeelsleden zijn verder aanwezig wanneer hun aanwezigheid verlangd wordt. Het gaat dan om momenten die (voorafgaand aan de zomervakantie met de TeamAgenda waarin de jaarplanning) zijn vastgesteld en/of momenten die voortvloeien uit (voorafgaand aan de zomervakantie via de taakbrief) de toegedeelde taken. Overigens geldt er (behalve in geval van calamiteiten of onvoorziene omstandigheden) geen aanwezigheidsplicht en kunnen werkzaamheden ook niet plaatsgebonden worden uitgevoerd.
Ontwikkelingen naar 2020: Organisatiemanagement:
Door het zoveel mogelijk voeren van eenduidig personeelsbeleid verbinden van in teams werkende personeelsleden om werken op basis van een krachtige informele cultuur, het dragen van gezamenlijke verantwoordelijkheid en leren van en met elkaar mogelijk te maken
Personeelsmanagement
Personeelsmanagement wordt afgestemd op de cao po en op de cao Kinderopvang.
Personeel
43 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Personeel
44 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
MIDDELEN
Middelen
45 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Middelen
46 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Financiën In Montessori Schiedam wordt financieel sluitend gewerkt met de beschikbare middelen uit inkomsten. Doordat het IKC is geconstrueerd door verschillende organisaties op de terreinen opvang en onderwijs zijn er schotten tussen de geldstromen: Opvang 7–7 wordt uit inkomsten van betalende klanten bekostigd door de kinderopvangorganisatie. Er gelden verschillende tarieven waardoor de geldstroom tussenschoolse opvang gescheiden is van die van de voor- en naschoolse opvang, c.q. de vakantieopvang. Opvang in de peutervoorziening wordt uit inkomsten van betalende klanten bekostigd door de kinderopvangorganisatie. Dagopvang wordt uit inkomsten van betalende klanten bekostigd door Casa dei Bambini Onderwijs wordt via de Stichting Primo Schiedam bekostigd vanuit de Rijksbekostiging OCW. Hierna wordt in het kader van dit plan enkel in gegaan op de onderwijsfinanciering: Bekostiging Onderwijs Prognoses en uiteindelijk de harde gegevens op de jaarlijkse teldatum zijn van belang voor het vaststellen van de onderwijsbegroting. De Rijksbekostiging, gebaseerd op het leerlingenaantal, is bepalend voor het opstellen van de (meerjaren) begroting, waarin de (meerjaren) investeringen in de vorm van een afschrijvingslast is begrepen. De Rijksbekostiging zou het mogelijk moeten maken de activiteiten uit te voeren die vanuit de onderwijswet- en regelgeving aan Montessori Schiedam opgedragen en toebedeeld zijn. In beginsel worden alle gelden die binnenkomen (baten) met het opstellen van de begroting ook uitgegeven (lasten). Er is binnen de wet- en regelgeving formeel ruimte om beleidskeuzes te maken, zodat begrotingen beleidsondersteunend en voorwaardenscheppend zijn. Alhoewel er wettelijk gezien ruimte bestaat (er is sprake van lumpsum financiering), wordt de keuzevrijheid van besteding in de praktijk drastisch beperkt. Dit wordt veroorzaakt door vaste lasten die vooral bestaan uit uitgaven voor het in dienst hebben van personeel. Ook het bekostigen - zeker in geval van enige leegstand - van huisvesting vormt een grotere last. Montessori Schiedam zal in deze periode (bij blijvende groei) steeds geconfronteerd zijn met het gegeven dat de bekostiging achter loopt bij de feitelijke situatie. Een financiële overbrugging in de vorm van een toegestane begrotingsoverschrijding is nodig om de groei niet te belemmeren. Die overschrijding wordt vooral benut om tijdig personeel in dienst te hebben en om investeringen tijdig te kunnen doen, bijvoorbeeld bij het inrichten van nieuw te openen groepen. Het realiseren van een - zij het begroot - exploitatietekort is een realiteit. Financiële ruimte is er dan ook niet om een reserve op te bouwen. Dat is niet per definitie zorgwekkend, omdat uitgaven op materiële instandhouding worden gedaan op afschrijving waarmee de investeringen periodiek terug betaald worden aan de Stichting Primo Schiedam. Investeringen moeten zorgvuldig in de meerjarenbegroting worden gepland om de afschrijvingslast op een gezond niveau te brengen of te houden. Dit is en blijft steeds een punt van aandacht. Bekostiging en inzet personeel (formatie) Ook al is er sprake van lumpsum- bekostiging, begrotingstechnisch wordt onderscheid gemaakt tussen inkomsten en uitgaven personeel en materieel. Inkomsten personeel worden in principe daadwerkelijk besteed aan uitgaven voor het in dienst nemen en houden van personeel; dus voor het uitvoeren van werkzaamheden. Hiermee wordt het bevorderen van werkgelegenheid beoogd. In het formatiegesprek wordt - nadat de taakstellende begroting is vastgesteld - bepaald, wat de omvang is van de formatie in het aanstaande schooljaar. De formatie wordt uitgedrukt in een aantal eenheden (fte’s 1). Voor het inzetten van formatieve middelen worden fte’s omgezet in uren per jaar. Per fte komen er 1659 uur per jaar voor de organisatie beschikbaar. De begroting materieel voorziet onder andere ook verwachte kosten voor het uitvoeren van personeelsbeleid (flankerend beleid), waaronder: Geoormerkte Budget Professionalisering Het beschikbare budget voor professionalisering bestaat uit een deel voor door de werkgever opgedragen professionaliseringsactiviteiten en een deel voor individuele professionele ontwikkeling. De verdeling wordt op stichtingsniveau vastgesteld onder instemming van de PGMR.
1
fte staat voor fulltime-equivalent Middelen
47 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
De werkgever stelt per brinnummer voor de individuele professionele ontwikkeling van de werknemers een bedrag groot € 500,- per fte ter beschikking. De werkgever legt per jaar verantwoording af aan de PMR over de besteding van dit budget en over de onderuitputting daarvan. Onder instemming van de PGMR kan dit budget binnen de Stichting Primo Schiedam worden omgezet in formatie. In Montessori Schiedam wordt deze formatie geoormerkt voor het uitroosteren van personeelsleden t.b.v. professionaliseringsactiviteiten. Rekenkundig wordt de formatie die uit dit budget beschikbaar komt, na omzetting in uren, toegevoegd aan het urenbudget waarmee de organisatie (in dit geval professionaliserings-) werkzaamheden financiert.
o Budgetteren en normeren Welke werkzaamheden zullen worden uitgevoerd is onderdeel van het overleg dat de directeur (jaarlijks, voorafgaand aan het volgende schooljaar) met het onderwijsteam voert. Werknemers worden, onder andere hierdoor, betrokken bij de inrichting van hun eigen werk. Omdat in Montessori Schiedam gewerkt wordt op basis van visie en missie voortkomend strategisch beleid 2, is het vanzelfsprekend dat keuzes voor het inzetten van uren activiteiten faciliteren die bijdragen aan de doelstellingen die voortkomen uit deze visie en missie. Met het omzetten van de formatie in een urenaantal wordt voor elk schooljaar duidelijk wat het de omvang van het urenbudget is waarmee de werkzaamheden door personeelsleden van het Onderwijsteam zullen moeten worden uitgevoerd. Het totale budget kan niet worden overschreden, omdat de beschikbare formatie dat niet toelaat. Werkzaamheden worden gebundeld tot taakvelden of klussen 3waaraan een vast budget is of wordt verbonden. Budgetten benoemd in cao In de cao po is voor een aantal werkzaamheden het (betaalde) urenbudget vastgelegd: Budget per jaar duurzame inzetbaarheid
uren 80
duurzame inzetbaarheid
40
duurzame inzetbaarheid
170
professionalisering
83
medezeggenschap
60
medezeggenschap
20
medezeggenschap
40
beschrijving Voor startend onderwijspersoneel (tot en met trede 3 in de salarisschaal) is er jaarlijks een urenbudget groot (40+40=) 80 uur per fte. dat kan worden benut voor werkzaamheden in dit kader, of voor werkdrukverlichting. Voor onderwijspersoneel jonger dan 57 jaar en ingeschaald in trede 4 of hoger is er een urenbudget groot 40 uur per fte dat kan worden benut voor werkzaamheden in dit kader. Voor onderwijspersoneel van 57 jaar en ouder is er een urenbudget groot (40+130=) 170 uur per fte dat kan worden benut voor werkzaamheden in dit kader of dat kan worden omgezet in verlof. In dat geval betaalt een personeelslid voor 50% mee aan het verlof. Voor alle werknemers zijn (werk)wekelijks 2 uren voor individuele professionalisering beschikbaar. Voor elk personeelslid in de medezeggenschapsraad is er in beginsel een budget groot 60 uur beschikbaar Voor het personeelslid dat voorzitter of secretaris is, is er in beginsel een budget groot 20 extra beschikbaar Voor het personeelslid dat naast lid van de medezeggenschapsraad ook lid is van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad is er in beginsel een budget groot 40 uur extra beschikbaar
normering opslagfactor en benodigd personeelsbudget onderwijs Lestaken zijn een deel van de taakvelden gericht op de uitvoering van het primair proces. Lestaken staan (cao- conform) niet op zichzelf, maar houden in ieder geval verband met voor- en nawerk en kunnen verband houden met andere factoren die zwaarwegend zijn voor het uitvoeren van lestaken. Op lestaken is een zogenaamde opslagfactor van toepassing. In het overlegmodel kan die opslagfactor per persoon, per schooljaar verschillen. Van die mogelijkheid wordt in Montessori Schiedam geen gebruik gemaakt. De opslagfactor is voor groepsleidsters genormeerd op 45%, waarvan 40% is bedoeld voor werkzaamheden die direct verband houden met de lestaken en 5% is bedoeld voor werkzaamheden in het kader van administratie en beheer. De opslagfactor voor leraren die bewegingsonderwijs verzorgen is genormeerd op 35%. 2 3
Zie hoofdstuk Strategie & Beleid Zie hoofdstuk Organisatie & Leiderschap Middelen
48 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
De uren die per groep kinderen besteed worden aan lestaken door de groepsleidster of - leidsters en de leraar bewegingsonderwijs, samen met de uren die volgens de normeringen van de opslagfactoren worden besteed aan werkzaamheden die verband houden met het uitvoeren van de lestaken vormen samen het benodigde budget voor het uitvoeren van de zogenaamde kerntaken voor één groep in één volledig schooljaar. Dit geeft de te budgetteren uren weer per geformeerde groep kinderen. Montessori Schiedam conformeert zich aan de afspraken in het bestuursakkoord 4 door het bewegingsonderwijs aan midden- en bovenbouwgroepen te verzorgen door het inzetten van een vakleraar. De lasten zijn verwerkt in onderstaande tabel. (Afhankelijk van het aantal uren onderwijstijd dat is gepland kan dit budget per schooljaar variëren.) In basis is de budgettering als volgt: kerntaken per Taakveld per schooljaar Onderbouw Middenbouw Bovenbouw
lesuren groepsleidster 950 911 911
opslag 45% 428 410 410
kerntaken groepsleidster 1.378 1.321 1.321
lesuren vakleraar 0 63 63
opslag 35% 0 22 22
kerntaken vakleraar 0 85 85
benodigd budget per groep 1.378 1.406 1.406
Budget passend aanbod Het budget Passend Aanbod wordt gaande de ontwikkeling van het integraal kindcentrum bepaald op basis van de nog te ervaren case-load door het uitvoeren van werkzaamheden ten behoeve van kinderen in zowel het onderwijs als in de opvangvoorzieningen. Vooralsnog wordt er vanuit gegaan dat voor het realiseren van een passend onderwijsaanbod 4 uur per ingeschreven kind per jaar nodig is. Budget de Bibliotheek Op School In de samenwerkingsovereenkomst die Montessori Schiedam heeft gesloten met de Bibliotheek Schiedam om het concept de Bibliotheek Op School te exploiteren is een ureninvestering groot 3 uur per week benoemd. Het budget wordt (naar beneden afgerond) op 120 uur per jaar voor noodzakelijke coördinatie en voor de uitvoering van enkele activiteiten. Daarnaast wordt de inzet van een professionele uitleenkracht gebudgetteerd voor 6 uur per week. Budgetten klussen Jaarlijks wordt door de directeur op basis van overleg met de teams in het IKC en in samenspraak met het kernteam vastgesteld welke klussen in het opvolgende schooljaar worden uitgevoerd en wordt het beschikbare budget per klus bepaald.
Onderwijstijd, lestijden & openingstijden Onderwijstijd is een middel om de onderwijsinhoudelijke doelstellingen te realiseren. De openingstijden zijn een middel om ouders in de gelegenheid te stellen werk of studie en zorg te combineren.
o Onderwijstijd Het volume aan onderwijstijd dat wordt gerealiseerd in 8 jaar basisonderwijs is 7.520 uur. Financieeltechnisch kan een groter volume niet worden aangeboden. Dit urenaantal wordt zo gelijkelijk mogelijk verdeeld over de 8 schooljaren, waardoor per schooljaar wettelijk tenminste 940 uur onderwijstijd gerealiseerd wordt. Jaarlijks wordt rekening gehouden met een marge van 10 uur per jaar, die gereserveerd is voor het geval zich onvoorziene omstandigheden of calamiteiten voordoen. o Lestijden Montessori Schiedam biedt in volledige schoolweken nu 25 uur en 45 minuten lestijd aan (de klokurentabel), wat in lange schooljaren die ontstaan door de vakantiespreiding gevoelsmatig veel vakantie betekent. Ten tijde van de verzelfstandiging in 2014 lag er de wens te komen tot een “continu- rooster”. Dit is een term die in de volksmond wordt gebruikt als het erom gaat tussen de middag geen lange lunchpauze te houden waarin kinderen naar huis toe gaan of ouders tussenschoolse opvang voor hun kind inkopen. Er is feitelijk nooit sprake van een “continu- rooster”, omdat de Inspectie van het Onderwijs aangeeft dat kinderen (net zoals dat voor werknemers geldt in de arbeidstijdenwet) recht hebben op een half uur ontspanning tussen de ochtend- en middaglestijd. Daarbij komt, dat ook de cao po duidelijk de grenzen aangeeft waarbinnen personeelsleden pauze moeten kunnen houden.
4
zie hoofdstuk Feedup & Feedback Middelen
49 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Financieel is er in de huidige (meerjaren) begroting geen of onvoldoende ruimte om tijdens de lunchpauze gekwalificeerd personeel de opvang te laten verzorgen, zodanig dat er geen oudervergoeding hoeft te worden berekend. Een besluit tot het al dan niet wijzigen van de lestijden zal in goed overleg met beide geledingen van de medezeggenschapsraad worden genomen, waarbij de kaders van wet- en regelgeving en ook de cao po in acht worden genomen. Samen met het (later opnieuw) vaststellen van de lestijden wordt ook duidelijk welke ruimte er is voor het jaarlijks vaststellen van het vakantie- en vrije dagenrooster.
o Openingstijden De openingstijden van Montessori Schiedam zijn vastgesteld “van 7 tot 7” (uur) door KomKids, de kinderopvangorganisatie die de buitenschoolse opvang exploiteert. Deze openingstijden gelden ook op lesvrije doordeweekse dagen (uitgezonderd algemeen erkende feestdagen), omdat buitenschoolse opvang dan beschikbaar is. Huisvesting en inrichting gebouw Montessori Schiedam is met name gehuisvest in het gebouw aan de Anthonie Muysstraat 2. (De dagopvang is gevestigd in een door Casa dei bambini gehuurde ruimte in wijkcentrum De Erker.) Gelet op de verschillende functies (er zijn 8 lokalen beschikbaar voor onderwijs en 3 voor opvang) en rekening houdend met de verwachte groei, wordt een leerlingenaantal groter dan 230 niet verwacht voor het jaar 2020. Gaande de looptijd van dit plan lijkt de beschikbare ruimte te kunnen volstaan. Te zijner tijd zal naar ruimte gezocht moeten worden als de keuze gemaakt wordt Montessori Schiedam te laten doorgroeien. Het gebouw is onder de meerjaren onderhoudsplanning goed onderhouden. De pantry voor de personeelskamer is aan renovatie toe; dit zal zodra de meerjarenonderhoudsplanning en de meerjaren- investeringsbegroting dit toelaat worden ingepland. In het gebouw is op de bovenverdieping een CO2- gestuurd ventilatiesysteem met lucht- terugkoeling geïnstalleerd. Verder beschikt het gebouw over energiezuinige lichtarmaturen met automatische dimming- en schakelfunctie en over een dekkend WiFi- netwerk. In de loop van 2015 wordt aansluiting op glasvezel verwacht. Montessori Schiedam beschikt over een park aan werkstations die via een eigen server in verbinding staan met het internet. In de midden- en bovenbouwgroepen zijn digitale schoolborden beschikbaar. Voor de onderbouwgroepen zijn er televisies met internetverbinding. In de meerjarenbegroting werd al rekening gehouden met investeringen voor wat betreft de inrichting. Het gaat daarbij name om het vervangen van meubilair en om het inrichten van opvolgende groepen, maar ook om het herinrichten van de personeelskamer en wellicht - in het kader van profilering - om de directiekamer. Er is door ouders in nauwe samenwerking met de directeur en de gebouwenbeheerders van de Stichting Primo Schiedam een plan gemaakt om een "groen plein" aan te leggen. Dit is in de zomer van 2015 gerealiseerd.
Materialen & instrumenten o Onderwijs Leerpakket De voorbereide omgeving is een essentieel kenmerk van ons Montessori- onderwijs en . Met name Montessori- materialen zijn in het onderwijs en in de peuteropvang van groot belang. De groepsleiders kunnen beschikken over een breed scala aan deze materialen. In aanvulling daarop zijn er andere materialen die montessoriaans gebruikt kunnen worden. Het voert te ver in dit document hiervan een beschrijving op te nemen. Voor montessori- materialen, die de doorgaande ontwikkelingslijn van kinderen met betrekking tot het verwerven van basisvaardigheden garanderen, wordt verwezen naar de materiaalboeken die in de organisatie aanwezig zijn. Voor een overzicht van overige materialen verwijzen wij naar de activalijst. Digitale leermiddelen worden ook aanvullend op montessori- materialen in alle groepen ingezet. Jaarlijks wordt begrotingstechnisch rekening gehouden met het vervangen en eventueel uitbreiden van ICT- middelen. In de komende jaren zal de aandacht bij het successievelijk vervangen van additionele materialen uitgaan naar het vinden van digitale oplossingen die het mogelijk maken dat kinderen in hun leerproces gestuurd en ondersteund worden door webbased applicaties. Middelen
50 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Montessori Schiedam ziet de digitale omgeving niet als doel op zich, maar wil de digitale wereld (noodzakelijk in de maatschappij van vandaag èn morgen) benutten bij de inrichting van de voorbereide omgeving en de uitwerking van het montessori- concept. Digitale materialen zullen de oorspronkelijke montessori- materialen niet vervangen. Deze worden ook in de toekomst daarnaast gebruikt. Zo blijft tegemoet worden gekomen aan de zintuiglijke ontwikkeling en de concrete ervaringen die dat kinderen geeft bij het zich verwerven van vaardigheden.
o Administreren & analyseren De administratie van onder andere het primaire proces wordt ondersteund door het gebruiken van de applicatie Evernote, die is geïnstalleerd door alle groepsleidsters op hun iPad (in bruikleen van de Stichting Primo Schiedam) en door het leerlingenadministratiesysteem ParnasSys wat ook als ontwikkelingsvolgsysteem gebruikt wordt. (Mogelijk wordt Evernote vervangen door OneNote) De applicatie ZIEN! vult het ontwikkelingsvolgsysteem op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling aan. Verder is ParnasSys uitgebreid met de applicatie Integraal als hulpmiddel bij kwaliteitszorg. Er zijn op bestuursniveau verder verschillende applicaties die de planning- & control- cyclus ook op instellingsniveau ondersteunen. Deze blijven hier onbesproken. o
Communiceren & etaleren
structurele informatieoverdracht
Website
Schoolgids Jaargids
Facebook
Facebook ouders Twitter Verslag
Advies VO
Getuigschrift
Nieuwsbrief
duurzame informatie (waaronder schoolgids en jaargids) doorverwijzingen actuele informatie duurzame informatie voor ouders praktische informatie en aanvulling op schoolgids actuele informatie achtergronden foto- impressies
interactieve community imago- en opinievorming informatie over de ontwikkeling van het individuele kind brief aan ouders van aanstaande schoolverlaters waarin het advies voortgezet onderwijs wordt weergegeven certificaat voor kinderen die uitstromen naar voortgezet onderwijs
(permanent)
(eens per 4 jaar) (eens per jaar in juli) (circa eens per 2 weken) (permanent, wordt regelmatig aangevuld en ververst) (permanent) (dagelijks) (tweemaal per jaar) (eenmalig in januari laatste basisschooljaar van het kind) (eenmalig op de afscheidsavond leerjaar 8)
incidentele informatieoverdracht
Aanmelden Activiteiten en vieringen
Incidenten
brief bevestiging aanmelding brieven met praktische informatie vanuit projectgroepen, vaak met retourstrook voor ouders brief aan ouders van een beperkte groep kinderen
Middelen
51 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
(periodiek per activiteit)
(incidenteel)
Ontwikkelingen naar 2020: Investeringen
Wanneer de groei van het leerlingenaantal dat nodig maakt, worden middelen tijdig opgenomen in het investeringsplan en op basis daarvan aangeschaft; Periodieke worden middelen vervangen, in beginsel steeds volgend op laatste afschrijvingstermijn en zoals opgenomen in het investeringsplan.
Organisatiemanagement:
In voortgangsgesprekken tussen directeur/bestuurder van de Stichting Primo Schiedam en de directeur van Montessori Schiedam wordt het onderwerp netheid en hygiëne in het gebouw in relatie tot de kwaliteit van de dienstverlening door schoonmaakbedrijf CSU periodiek besproken.
Communicatie
Vorm en inhoud van communicatiemiddelen worden aangepast en zo nodig aangevuld om optimale informatieoverdracht van de organisatie naar stakeholders te bewerkstelligen De verslaglegging naar ouders (al dan niet via ParnasSys) wordt gedigitaliseerd.
Lestijden
Onderzocht wordt of het wenselijk is de lestijden aan te passen. Indien gewenst, worden deze conform gewijzigd.
Middelen
52 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
PROCESSEN
Processen
53 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Processen
54 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Leer- en ontwikke elingsgebie eden Primaire e onderwijsleerprocessen n helpen kind deren zich te ontwikkelen op de terrei nen: Kwalific catie, Socialisa atie en Perso onificatie. Ric chting 2020 w wordt gezoch ht naar verbindingen tusssen onderwijjs en opvang iin het Integra aal Kindcentrrum Montesssori Schiedam. Conform m de wetgevin ng richt het onderwijs o in M Montessori zich z op het bereiken van de kerndoele en op de volgende e leergebieden:
N Nederlands Engels E Rekenen & wiiskunde R O Oriëntatie op jezelf j en de wereld w K Kunstzinnige oriëntatie o B Bewegingsond derwijs\
Gelet op p de ambitie kinderen k voo or te bereiden n op de maa atschappij in de 21ste eeuw w ligt in Mon ntessori Schiedam de focus op o de ontwikkeling van:
Basisvaardig gheden Sociale vaarrdigheden Onderzoeksvvaardigheden Leren duurza ame keuzes te e maken
Het onde ersteuningsp profiel 1 geeftt aan wat Mo ontessori Sch hiedam kan betekenen b vooor kinderen n in het kader va an:
Passend On nderwijs
Basisva aardighede en Leergeb bieden Nederlands en Rekenen & wisk kunde worde en aangebod den met spec cifieke monteessori- materialen en met additionele mate erialen in de door de leidsster voorbere eide omgevin ng. De materrialen maken n differentiatie in aanbod goed mog gelijk, omdatt de doorgaa ande leerlijne en besloten liiggen in de materiale en. De instru uctie vindt ind dividueel pla ats of in klein ne groepjes. Er wordt (nuu nog met uitzonde ering van het aspect begrrijpend lezen n) gewerkt bin nnen een vrijj rooster. Deeze differentia atie in tijd stelt kind deren in staa at gedurende e een langere e periode zellfstandig zich h basisvaard igheden eige en te maken. 2 Engels w wordt op dit moment (me edio 2015) cu ursorisch aan ngeboden aa an de kindereen in de bovenbo ouwgroepen. Het is de am mbitie het aa anbod op dit leergebied l naar alle leerjjaren uit te breiden. Het Lus- model Het prim mair onderwijssleerproces in Montessorri Schiedam komt tot stan nd door in dee voorbereid de omgevin ng - met daa arin montess sori materia alen, addition nele materialen & middeleen die montesssoriaans gebruikt worden en de monttessoriaans opgeleide leiding. l te w werken met het Lusmodel.
1 2
Zie bijlag ge Ondersteunin ngsprofiel Meest reccente gegevenss met betrekking g tot opbrengste en in het hoofds stuk Feedup & Feedback F Processen
55 Schoolplan M Montessori Schied dam 2015-2019
Hendriksen en Pelgrom beschrijven 3 het Lus- model en geven instructies voor het toepassen ervan als volgt: Het lusmodel toont leermomenten van kinderen en begeleidingsmomenten van leidsters in een cyclische opeenvolging. Het model is een hulpmiddel om het kind bij het werken planmatig te begeleiden (Westra, 2010). In dit model staat het leren centraal; het denken van het kind en het handelen van de leerkracht. Tijdens het verwerven ontdekt het kind de essentie. Tijdens het verwerken wordt de veelzijdigheid van het denken ingezet. Abstracties worden gevormd tijdens het verlenen van de betekenis. En tijdens de integratie maakt het kind gebruik van inzicht. Deze diverse fasen vragen afgestemd leerkrachtengedrag. Signaleren s het uitgangspunt van het handelen van de leerkracht. Op de signalering volgt het beslismoment. Tijdens dit moment, dat niet ongemerkt voorbij kan gaan, beslis je wat je gaat doen. Ga je observeren? Of niet? Ga je begeleiden? Of niet? Ga je evalueren? Of niet? Ga je begeleiden? Of niet? Ga je registreren? Of niet?. Al deze werkwoorden passen erg bij het handelen van de leerkracht. We willen een pleidooi houden voor het beslismoment van de opvoeder, het moment dat vooraf gaat aan het handelen. Na het signaleren volgt het beslismoment. Altijd. Wat ga ik doen? Wat ga ik laten? Dit moment bevordert een bewuste keuze van het handelen. Door het beslismoment te herkennen kunt je er bewust mee om gaan. Op diverse momenten in het lusmodel is er ruimte voor een reflectief gesprek. Dit gesprek geeft het kind en de leerkracht inzicht in de ontwikkeling van het kind. Om goed zicht te krijgen stelt de leerkracht vragen. (…) In de montessoristijl stel je juist die vragen, waardoor de kinderen echt aan het denken gezet worden. Je stelt geen vragen waarmee het kind al gokkend tot een antwoord kan komen. Je hoeft niet zelf alle antwoorden op de vragen te weten die je stelt. Vragen stellen is meer dan een vaardigheid, het is de open houding van de opvoeder. Je neemt een kind niet serieus, als je ze al vragend door de leerstof leidt. Kinderen krijgen dan, ten onrechte, het gevoeld zelf iets ontdekt te hebben, terwijl jij ze aan de hand had. Dit zorgt voor een niet reëel zelfbeeld en een reëel zelfbeeld is van groot belang om veerkrachtig in het leven te staan. Vragen behoren de ontdekkingen van het kind te ondersteunen, kies bewust voor overdracht of aanbieding als je die ontdekking wilt sturen.
Sociale vaardigheden Het menselijk individu kan zich zonder sociaal leven niet ontwikkelen; de mens leeft van mensen (Montessori, 1907)
In Montessori Schiedam wordt niet structureel met een gedragsprogramma gewerkt om kinderen zich sociale vaardigheden te laten verwerven. Sociale ontwikkeling en een sociaal veilig klimaat zijn in het montessori- concept de resultante van een aantal elementen die altijd en overal invloed uitoefenen op het welbevinden en de betrokkenheid van kinderen. Uit feedbackgegevens komt naar voren dat het sociale klimaat door kinderen als vooral veilig en prettig wordt ervaren 4 montessori pedagogiek Een individu is een knooppunt van relaties (Oosterling, 2013). Kinderen van nu (volwassenen van morgen) gaan om en moeten leren omgaan met een enorme diversiteit aan mensen. Het individu maakt niet alleen deel uit van de groep; het is de groep die je draagt. Het zelfstandig werken, dat door de voorbereide omgeving mogelijk wordt gemaakt, betekent dat elk kind leert en ontwikkelt in zijn eigen tempo en op zijn eigen manier. Dat bevordert welbevinden en betrokkenheid bij het kind. Het geeft de leidster ook ruimte: Ruimte in zijn handelen en ruimte in zijn denken. Een kind is in zijn leren, in zijn ontwikkeling niet geheel en alleen van de leidster afhankelijk. Leidsters onderschrijven dat zij niet het enige middel tot leren zijn voor het kind. Dat maakt hun rol minder groots. Kinderen leren door eigen activiteit. De leidster is duidelijk in het aangeven van de kaders en het uitspreken van verwachtingen: Zo doen we dat in deze groep van Montessori Schiedam.
3
4
In:: “En nu Montessori”, AVE-IK, 2014 Meest recente gegevens met betrekking tot betrokkenheid en welbevinden in het hoofdstuk Feedup & Feedback Processen
56 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
heterogene groepen Kinderen leren van elkaar, kinderen leven met elkaar en dat bevordert de sociale ontwikkeling. De heterogene groepssamenstelling benadert de gezins-, familie- en maatschappij- situatie en daarom zijn heterogene onderwijsgroepen een gegeven in Montessori Schiedam. Montessori Schiedam wil een sociale gemeenschap zijn waarin kinderen leven, waarin zij ruimte kunnen innemen en waar heldere grenzen zijn. normalisatie Een genormaliseerde groep heeft vrijheid nodig: Vrijheid van keuze, vrijheid van tempo en vrijheid van beweging. Het is geen onbegrensde en ongeremde vrijheid. De begrenzing van de individuele vrijheid zijn de behoeftes van de groep als geheel. Dit proces noemen wij “normalisatie”. Kenmerken van normalisatie zijn: initiatief zelfdiscipline concentratie, onafhankelijkheid doelgericht werken medeleven Een heterogene groep kan een zeer sociale groep zijn of worden. Kinderen moeten daarin genormaliseerd gedrag vertonen. Montessori stelt dat normalisatie een voorwaarde is om tot sociaal gedrag te komen. Het is naast een individueel proces ook een belangrijk groepsproces, waarbij onderlinge verschillen niet meer opvallen, waarbij kinderen leven en leren in harmonie met de groep. Normalisatie is herkenbaar aan leren in diepe concentratie, ongevoelig voor invloeden van buitenaf. Het gevoel van tevredenheid dat dit met zich meebrengt wordt uitgestraald op de rest van de omgeving. Leidsters zorgen ervoor dat het kind een voorwerp of een activiteit in de omgeving kan vinden dat zijn aandacht trekt, iets waarmee hij aan het werk gaat op zo’n manier dat hij ervan leert. coöperatief leren (samenwerken) Om goed samen te kunnen leven moet je (leren) samenwerken. Elkaar helpen is een essentieel onderdeel in onze montessori- onderwijs. Als je een ander iets kunt uitleggen, dan begrijp je het. Niemand weet beter dan een leraar dat de beste manier om iets te leren het onderwijzen van dat iets is (Piaget, 1952).
Onderzoeksvaardigheden Met Maria Montessori is het onderwijsteam van Montessori Schiedam van mening, dat kinderen van nature nieuwsgierig zijn en dat deze onderzoekende houding van kinderen moet worden gestimuleerd. Om te kunnen kiezen is kennis nodig. Het kind moet weten wat het wil en moet besluiten kunnen nemen. De leiding heeft een ondersteunende rol om het kiezen mogelijk te maken. Kiezen kun je leren. Stimuleren vraagt om het bieden van ruimte om keuzes te leren maken. In het Lus- model is onderzoeken (exploreren) te vinden in de fase van “verwerving”. Bij het kind wordt de basis gelegd voor het leren- leren en het zich verwerven van onderzoeksvaardigheden. Leergebieden De methodiek Topondernemers verbindt leerinhouden op het leergebied Oriëntatie op jezelf en op de wereld met het verwerven van onderzoeksvaardigheden. De methodiek wordt in Montessori Schiedam ingezet vanaf de middenbouwgroepen. Dit is echter vooral effectief wanneer kinderen nadat zij de voorgaande stadia volledig hebben doorlopen - het ontwikkelingsstadium van “de wetenschapper” hebben bereikt (zie het overzicht hieronder). In de onderbouwgroepen wordt naast het aanreiken van leerinhouden en vaardigheden gericht op oriëntatie in ruimte en tijd met het ontwikkelen van de zintuigen een belangrijke basis gelegd voor het waarnemen van de wereld. Leeftijdsfase 0 - 3 jaar Het kind als schepper
Karakteristiek
In de periode tussen 0 en 6 jaar ontwikkelt het kind vooral zijn zintuigen, de taal en de motoriek. Het kind is zeer gevoelig voor prikkels vanuit de omgeving. Het kind leert schema’s en ritmes en begint de wereld te ordenen. Zichtbaar is de vragende houding, verwondering en bewondering. De periode tussen 0 en 3 jaar wordt de fase van de absorberende geest genoemd; Het kind leert onbewust het is de fase waarin de basis wordt gelegd voor de persoonlijkheidsontwikkeling.
Processen
57 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
3 - 6 jaar Het kind als ontdekker
6 - 9 jaar Het kind als verkenner 9 - 12 jaar Het kind als wetenschapper
De ontwikkeling van de zintuigen, taal en motoriek gaat verder. Er vindt bij het kind een geleidelijke overgang plaats van het onbewuste naar het bewuste (leren). Kinderen worden zelfbewust en ontwikkelen hun eigen identiteit. Het kind weet wat het wil en neemt bewust de nieuwe indrukken op. Kinderen hebben behoefte aan veel bewegen. Zij leren door hun zintuigen, door handelen en door taal. Er is een samenhang tussen de sensomotorische (zintuigen en motoriek) en de psychische ontwikkeling. Montessori- materialen helpen kinderen hun geest te ordenen. De periode tussen 6 en 12 jaar is over het algemeen een vrij rustige periode, zeker vergeleken met de perioden hiervoor en hierna. In deze periode wordt het leren vervolmaakt en verdiept. belangrijk in deze periode is het verkennen van de wereld en het oefenen in het leggen van relaties. In deze periode vindt de overgang plaats van zelfstandigheid naar zelfverantwoordelijkheid; kinderen leren verantwoordelijkheid te dragen voor de opbouw van hun eigen kennis en voor het gebruik ervan. kinderen in deze periode leren door redenering, oordeelsvorming en samenwerking.
Met de reflectiewaaier uit Topondernemers (waarin de competenties en vaardigheden zijn geformuleerd in de spreektaal van kinderen tussen 8 en 12 jaar) wordt in de midden- en bovenbouwgroepen gewerkt aan vaardigheden die het onderzoeken ondersteunen: Overzicht Competenties en vaardigheden in Topondernemers Zelfvertrouwen Het kind gaat zoveel mogelijk zijn eigen weg in het zoeken naar oplossingen voor
Initiatief tonen
Communicatie
Samenwerking
Creativiteit Zicht op eigen gedrag en manieren van leren
zijn leertaken. Het resultaat daarvan draagt bij tot het versterken van zelfvertrouwen. Door de ruimte die het kind geboden wordt, zijn er mogelijkheden voor het ontwikkelen en tonen van eigen initiatief. Het kind wordt hierdoor gestimuleerd eigen onderzoeksvragen te stellen. Het kind ervaart dat goede communicatie van groot belang is om de taken goed uit te kunnen voeren. Het gaat daarbij om vragen als: welke begeleiding vraag ik van de leiding, hoe leg ik mijn probleem voor aan een ander kind ? Het kind leert capaciteiten (talenten) van andere kinderen te herkennen, erkennen en leert hiervan gebruik te maken door zich de vraag te stellen: Hoe kunnen wij door samenwerken verder komen ? Door het bieden van vrijheid is er ruimte voor creativiteit. Niet alleen bij het zoeken naar oplossingen, maar ook in de uitvoering van de taken. De leiding zal het kind stimuleren om een manier van taakuitvoering te vinden die bij de eigenheid van dit kind past. Naast het herkennen en erkennen van de capaciteiten (talenten) van andere kinderen, ontdekt het kind zo ook zijn eigen talenten en manier van leren die bij hem passen.
Leren duurzame keuzes te maken Om te kunnen kiezen is kennis nodig. Het leergebied Oriëntatie op jezelf en op de wereld vergroot de kennis van de voor het kind steeds groter wordende wereld. Kennis van Natuur, wetenschap en techniek zijn belangrijk voor het leren maken van keuzes die de duurzaamheid van het milieu en de samenleving versterken. De methodiek Topondernemers is daarin een goed hulpmiddel Het leergebied Kunstzinnige oriëntatie draagt, samen met culturele vorming bij aan zelfontplooiing en stimuleert het maken van duurzame keuzes. Montessori Schiedam ontwikkelt richting 2020 een meer gebalanceerd aanbod op bovenstaande leergebieden en aspecten. Zowel het leergebied Kunstzinnige oriëntatie, als de activiteiten gericht op natuur, wetenschap en techniek binnen het leergebied Oriëntatie op jezelf en op de wereld worden zoveel mogelijk in samenhang verbeterd en veranderd, zodat kinderen op basis van kennis beter in staat zijn duurzame keuzes te leren maken. Met gedegen Bewegingsonderwijs verzorgt door een vakleraar wordt de kennis van kinderen over zichzelf (in dit geval het fysieke aspect) aangevuld. Richting 2020 oriënteert het onderwijsteam van Montessori Schiedam zich op mogelijkheden activiteiten aan te bieden die kinderen in staat stellen zichzelf beter te leren kennen. Dit is een nog onontgonnen gebied. De uitkomst van de oriëntatie is nog onduidelijk.
Processen
58 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Passend Onderwijs Montessori Schiedam geeft invulling aan de wetgeving met betrekking tot Passend Onderwijs. Niet zozeer omdat dit bij wet verplicht is, maar vooral omdat het onderwijsteam het belangrijk vindt dat kinderen er recht op hebben dat hen passend onderwijs wordt aangeboden. Doordat het montessori- onderwijs erg individualistisch is, is het in de regel goed mogelijk te differentiëren in tempo en inhoud. Montessori Schiedam kende in de afgelopen jaren dan ook een laag verwijzingspercentage naar het speciaal (basis) onderwijs. Er is een ondersteuningsprofiel opgesteld dat als bijlage bij dit document is opgenomen. Voor kinderen die meer- of hoogbegaafd zijn worden leer- en ontwikkelingstrajecten op maat aangeboden. Het is de ambitie richting 2020 te komen tot een basisvoorziening waarin meer- en hoogbegaafde kinderen met en van elkaar kunnen leren.
Ontwikkelingen naar 2020: Onderwijs in de 21ste eeuw
De UNESCO- opdrachten worden zoveel mogelijk in verband gebracht met andere beleidsontwikkelingen; Processen gericht op kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming van kinderen worden geïnventariseerd en zo nodig verbeterd, veranderd en aangevuld; Resultaten met betrekking tot Kwalificatie, Socialisatie en Persoonsvorming worden in rapportage en verantwoording weergegeven op kind-, groeps- en instellingsniveau.
de Bibliotheek Op School
dBOS wordt ingezet om lezen te bevorderen door het uitlenen van boeken; dBOS wordt ingezet voor het uitvoeren van lezen bevorderende activiteiten; dBOS wordt als middel ingezet om kinderen zich mediawijsheid te laten verwerven; De Leesmonitor wordt ondergebracht in het kwaliteitsbeleid en jaarlijks uitgevoerd om de organisatie feedback te geven door het meten van de effecten van de verschillende activiteiten in de achterliggende periode, met als bedoeling verbeteringen en veranderingen te plannen.
Gezond gedrag & duurzaam kiezen
Onderwijs en opvang dragen herkenbaar bij aan het kinderen leren maken van bewuste keuzes voor gezond gedrag in de meest brede zin van het woord, dus zowel voor zichzelf als voor hun omgeving. Natuur, milieu, duurzaamheid en techniek zijn thema’s die op basis van het Whitepaper “Ik, wij en de wereld” 5 in samenhang worden uitgewerkt in onderwijs-, opvang- en IKC- activiteitenaanbod;
Kunstzinnige oriëntatie
Onderwijs en zo mogelijk opvang dragen door het aanbod op het gebied van kunstzinnige oriëntatie herkenbaar bij aan het kinderen zich laten verwerven van vaardigheden en daaraan te koppelen kennis, inzicht en houdingen die nodig zijn om te kunnen functioneren in en bij te dragen aan de (kennis-)samenleving" 6. Processen in het kader van kunstzinnige oriëntatie in onderwijs, opvang en IKC- activiteitenaanbod worden geïnventariseerd en zo nodig verbeterd, veranderd en aangevuld.
Passend aanbod
Het is de ambitie richting 2020 te komen tot een basisvoorziening waarin meer- en hoogbegaafde kinderen met en van elkaar kunnen leren. Realisatie is afhankelijk van financiële condities, met name formatief.
Kengetal doublures
Onderzoek naar de oorzaak van het wisselende, maar soms hoge percentage doublures. Op grond van de uitkomst wordt - indien noodzakelijk - een plan van aanpak opgesteld. De 2%norm vanuit het bestuursakkoord wordt daarbij ijkend gebruikt.
5
Bijdrage van organisaties op het gebied van natuur, milieu en duurzaamheid aan de dialoog Onderwijs2032, bijeengebracht onder de koepel van het programma DuurzaamDoor - Juli 2015 6 Thijs, Fisser & Van der Hoeven, 2014 Processen
59 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Processen
60 Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
BIJLAGE A: OVERZICHT ONTWIKKELINGEN VOORAF De zich op uitvoeringsniveau veranderende context maakt, dat het vooruit kijken naar het einde van de planperiode (2019) vrijwel ondoenlijk is. Er is daarom gekozen voor onderstaande richting gevende beschrijvingen en niet voor uitwerkingen in de vorm van SMART- geformuleerde projectplannen. In het Jaarverslag (vanaf 2015) worden de vorderingen weergegeven. In het Jaarplan (vanaf 2016) wordt aangegeven op welke wijze wordt gereageerd en geanticipeerd op ontwikkelingen in de context. STRATEGIE & BELEID Visie op Integraal Kindcentrum Het is de ambitie te komen tot zoveel mogelijk integrale afstemming. Het gaat hierbij met name om het volgende : Vanuit één missie & visie komen tot één organisatie, één integraal instellingsbeleid (inclusief de externe communicatie daarover en de verantwoording daarvan) in een monitorend en feedback gevend kwaliteitssysteem. Vanuit het huidige pedagogisch schoolklimaat komen tot instelling- breed montessoriaans pedagogisch klimaat wat de basis is voor het handelen van professionals Realiseren van samenhangend aanbod in (passend) onderwijs en opvang voor kinderen van 0 tot en met 12 jaar en van 07.00 tot 19.00 uur, Realiseren van communicatiesystemen waardoor het kind bij professionals (in partnerschap met ouders) in beeld komt en blijft van 0 tot en met 12 jaar en van 07.00 tot 19.00 uur, inclusief vormen van verslaggeving aan ouders over de voortgang van de ontwikkeling van het individuele kind. Verbinden van onderwijsaanbod en educatieve activiteiten in opvang met op ontwikkeling van kinderen en hun ouders gericht aanbod in een organisatienetwerk rondom Montessori Schiedam Kwantiteit Montessori Schiedam staat in de regio bij ouders en andere stakeholders bekend als een betrouwbare partner op de terreinen onderwijs en opvang. Door adequaat, tijdig en volledig te communiceren zijn bedoelingen, werkwijzen en resultaten transparant. Communicatiemiddelen voorzien hierin. Voor de deelname aan opvang zijn hier en nu geen kwantificeerbare doelstellingen benoemd. Marketing & Communicatie- activiteiten zijn erop gericht de (vanaf 1 oktober 2015) per half jaar Geprognosticeerde leerlingenaantallen te bereiken. Vooralsnog gelden de volgende doelstellingen: op 1 oktober 2015: 148 leerlingen op 1 oktober 2016: 165 leerlingen op 1 oktober 2017: 186 leerlingen op 1 oktober 2018: 200 leerlingen ORGANISTIE & LEIDERSCHAP Organisatie De formele organisatie wordt verder uitgewerkt en indien noodzakelijk gewijzigd zodat werken in “de lerende organisatie” mogelijk is en blijft. Leiderschap Teams groeien successievelijk toe naar een situatie waarin elk team een hoge(re) regelcapaciteit en een grote(re) zelfverantwoordelijkheid als collectief heeft. De rol van teamleiders zal successievelijk veranderen en opschuiven; uiteindelijk is het de bedoeling dat de werkzaamheden van de teamleider niet vooral uit het coördineren en oplossen van dagelijkse vraagstukken bestaat. PERSONEEL Organisatiemanagement: Door het zoveel mogelijk voeren van eenduidig personeelsbeleid verbinden van in teams werkende personeelsleden om werken op basis van een krachtige informele cultuur, het dragen van gezamenlijke verantwoordelijkheid en leren van en met elkaar mogelijk te maken Personeelsmanagement Personeelsmanagement wordt afgestemd op de cao po en op de cao Kinderopvang. Bijlage
A Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
MIDDELEN Investeringen Wanneer de groei van het leerlingenaantal dat nodig maakt, worden middelen tijdig opgenomen in het investeringsplan en op basis daarvan aangeschaft; Periodieke worden middelen vervangen, in beginsel steeds volgend op laatste afschrijvingstermijn en zoals opgenomen in het investeringsplan. Organisatiemanagement: In voortgangsgesprekken tussen directeur/bestuurder van de Stichting Primo Schiedam en de directeur van Montessori Schiedam wordt het onderwerp netheid en hygiëne in het gebouw in relatie tot de kwaliteit van de dienstverlening door schoonmaakbedrijf CSU periodiek besproken. Communicatie Vorm en inhoud van communicatiemiddelen worden aangepast en zo nodig aangevuld om optimale informatieoverdracht van de organisatie naar stakeholders te bewerkstelligen De verslaglegging naar ouders (al dan niet via ParnasSys) wordt gedigitaliseerd. Lestijden Onderzocht wordt of het wenselijk is de lestijden aan te passen. Indien gewenst, worden deze conform gewijzigd. PROCESSEN Onderwijs in de 21ste eeuw De UNESCO- opdrachten worden zoveel mogelijk in verband gebracht met andere beleidsontwikkelingen; Processen gericht op kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming van kinderen worden geïnventariseerd en zo nodig verbeterd, veranderd en aangevuld; Resultaten met betrekking tot Kwalificatie, Socialisatie en Persoonsvorming worden in rapportage en verantwoording weergegeven op kind-, groeps- en instellingsniveau. de Bibliotheek Op School dBOS wordt ingezet om lezen te bevorderen door het uitlenen van boeken; dBOS wordt ingezet voor het uitvoeren van lezen bevorderende activiteiten; dBOS wordt als middel ingezet om kinderen zich mediawijsheid te laten verwerven; De Leesmonitor wordt ondergebracht in het kwaliteitsbeleid en jaarlijks uitgevoerd om de organisatie feedback te geven door het meten van de effecten van de verschillende activiteiten in de achterliggende periode, met als bedoeling verbeteringen en veranderingen te plannen. Gezond gedrag & duurzaam kiezen Onderwijs en opvang dragen herkenbaar bij aan het kinderen leren maken van bewuste keuzes voor gezond gedrag in de meest brede zin van het woord, dus zowel voor zichzelf als voor hun omgeving. Natuur, milieu, duurzaamheid en techniek zijn thema’s die op basis van het Whitepaper “Ik, wij en de wereld” 1 in samenhang worden uitgewerkt in onderwijs-, opvang- en IKCactiviteitenaanbod; Kunstzinnige oriëntatie Onderwijs en zo mogelijk opvang dragen door het aanbod op het gebied van kunstzinnige oriëntatie herkenbaar bij aan het kinderen zich laten verwerven van vaardigheden en daaraan te koppelen kennis, inzicht en houdingen die nodig zijn om te kunnen functioneren in en bij te dragen aan de (kennis-)samenleving" 2. Processen in het kader van kunstzinnige oriëntatie in onderwijs, opvang en IKC- activiteitenaanbod worden geïnventariseerd en zo nodig verbeterd, veranderd en aangevuld. Passend aanbod Het is de ambitie richting 2020 te komen tot een basisvoorziening waarin meer- en hoogbegaafde kinderen met en van elkaar kunnen leren. Realisatie is afhankelijk van financiële condities, met name formatief. Kengetal doublures Onderzoek naar de oorzaak van het wisselende, maar soms hoge percentage doublures. Op grond van de uitkomst wordt - indien noodzakelijk - een plan van aanpak opgesteld. De 2%- norm vanuit het bestuursakkoord wordt daarbij ijkend gebruikt.
1
Bijdrage van organisaties op het gebied van natuur, milieu en duurzaamheid aan de dialoog Onderwijs2032, bijeengebracht onder de koepel van het programma DuurzaamDoor - Juli 2015 2 Thijs, Fisser & Van der Hoeven, 2014 Bijlage
A Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
BIJLAGE B: ONDERSTEUNINGSPROFIEL Definitie school- ondersteuningsprofiel*: In dit school- ondersteuningsprofiel worden de mogelijkheden van de Montessorischool Schiedam beschreven voor het bieden van passend onderwijs aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Dat levert een beeld op van zowel de onderwijsinhoudelijke als de procesmatige en structurele kenmerken van de school op het niveau van basis- en extra ondersteuning. Daarvoor worden veel gegevens opgenomen die direct en indirect betrekking hebben op de mogelijkheden van de school. Het gaat bijvoorbeeld om gegevens over de aanwezige deskundigheid in het team, de ruimte die er is om aandacht en tijd te schenken aan de leerlingen, de methodieken en voorzieningen waarover het team beschikt, de kwaliteit van de organisatie, enzovoort. Al deze gegevens worden gebruikt om de ondersteuning die de school kan bieden te beschrijven op twee niveaus: basisondersteuning en extra ondersteuning. De basisondersteuning beschrijft het niveau dat van alle scholen uit het samenwerkingsverband verwacht wordt. De afspraken over de invulling van de basisondersteuning worden op het niveau van het samenwerkingsverband gemaakt en gelden voor alle deelnemende scholen. De basisondersteuning heeft betrekking op onderwijsinhoudelijke aanpakken en op de kwaliteit van de ondersteuningsprocessen in de school. Binnen ons samenwerkingsverband maken we de volgende afspraken over het niveau van basisondersteuning: 1. Iedere school heeft een aanbod voor leerlingen die anders leren. Zoals leerlingen met dyslexie, dyscalculie en leerlingen met lichte gedragsproblemen; 2. De school is in staat leerlingen op groepsniveau en individueel niveau te ondersteunen in hun sociaal emotioneel leren en ontwikkelen. De school biedt planmatig ondersteuning aan specifieke (groepen van) leerlingen die dat nodig hebben; 3. Scholen zijn in staat leerlingen met een licht medische ondersteuningsbehoefte op school te houden en deze dus niet op grond daarvan naar een andere lesplek te verwijzen. De wet BIG (beroepen in de individuele gezondheidszorg) voorziet in een regeling ten aanzien van voorbehouden, risicovolle handelingen. Hierbij kan een beroepsbeoefenaar door een arts bekwaam geacht worden om medische handelingen uit te voeren en hiertoe de toestemming dan wel opdracht krijgen. Zo kan de school dit op locatie organiseren. Informatie over de procedure en Big- geregistreerde handelingen, is op te vragen bij het samenwerkingsverband; 4. Iedere school is in staat om in haar gebouw of bepaalde ruimtes of onderwijs-inhoudelijke inrichting aanpassingen te maken voor leerlingen met fysieke beperkingen; 5. Alle scholen werken met leerlijnen waarmee ze in staat zijn hun onderwijsaanbod voor specifieke (groepen) leerlingen te formuleren en hierin afstemming te zoeken met de behoefte van de leerling. Dit aanbod is vastgelegd in het school- ondersteunings-profiel van de school; 6. Scholen doorlopen een eigen, interne kwaliteitscyclus met betrekking tot het inzetten van ondersteuning aan leerlingen en leerkrachten en het afstemmen van onderwijsaanbod (bijvoorbeeld Handelingsgericht Werken – HGW cyclus). De extra ondersteuning beschrijft de specifieke mogelijkheden van individuele scholen, die verder gaan dan de afspraken die gemaakt zijn over de basisondersteuning. De mogelijkheden van de school worden op hoofdlijn beschreven op twee aspecten. In de eerste plaats gaat het om onderwijsinhoudelijke interventies zoals bijvoorbeeld het aanbieden van een programma voor sociaalemotioneel ontwikkeling of voor getalenteerde leerlingen. In de tweede plaats betreft het meer procesmatige en structurele kwaliteiten zoals bijvoorbeeld het gebruiken van een leerlingvolgsysteem en afspraken voor het opstellen van handelingsplannen en groepsplannen. *uit: "Werken met het school- ondersteuningsprofiel in het regulier en (voortgezet) speciaal (basis-) onderwijs”, september 2012, zoals gehanteerd vanuit de PO Raad www.poraad.nl en “Regionaal Ondersteuningsplan 2014-2018 SWV Schiedam, Vlaardingen en Maassluis Onderwijs dat past” www.onderwijsdatpast.info
Bijlage
B Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
Ondersteuningsprofiel Montessori Schiedam 2014 1) Visie en acceptatie van het hele team/typering school Vragen over visie, doelen en inhouden, succesfactoren
2) Beleid rondom passend onderwijs en het daarbij behorende lln. aanname beleid Vragen over visie, doelen en inhoud, onderwijstijd, volgen van het leren, ouders, beschikbare deskundige
3) Georganiseerde leerlingbegeleiding/zorg op schoolniveau Volgen van het leren, onderwijstijd, beschikbare deskundige, ouders, succes factoren schoolniveau
Basis ondersteuning De professionals in de Montessorischool Schiedam hebben vertrouwen in de zelfsturende ontwikkelingskracht van mensen in het algemeen en die van opgroeiende kinderen in het bijzonder. Zij weten uit ervaring, dat kinderen in staat zijn zich binnen hun eigen mogelijkheden optimaal te ontwikkelen als de omgeving (mensen en materialen) hen daartoe in staat stelt; hen daartoe uitdaagt; hen helpt het zelf te doen. Het individuele karakter van ons onderwijs maakt het over het algemeen goed mogelijk kinderen tegemoet te komen in hun onderwijsbehoeften. Een belangrijke uitzondering hierop vormen kinderen die behoefte hebben aan een rijke en stimulerende taalomgeving, omdat de aard van ons onderwijs een programmatisch taalaanbod uitsluit en omdat een belangrijk deel van de onderwijstijd wordt besteed aan vrije werkmomenten waarop kinderen zelfstandig - vaak individueel - aan het werk zijn. De leeractiviteiten zijn daardoor per definitie minder talig.
De onderwijskundige leiding in de school is gedeeld: De directeur is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs en leidt het onderwijsteam dat wordt aangevoerd door een teamleider die hiervoor niet in ambulantie gefaciliteerd is. Het team zelf bestaat uit leidsters/leraren die verantwoordelijkheid dragen voor de inrichting van het onderwijs in de eigen groep.
Extra ondersteuning De school bevindt zich in een fase van kwantitatieve groei, telt vrijwel geen gewogen leerlingen en werkt op een adres dat zich niet in een postcode- impulsgebied bevindt. Dat alles maakt dat de heterogene groepen op of boven het aantal bekostigde leerlingen zitten en er geen structurele of ambulante ondersteuning in de vorm van extra leraren of onderwijsondersteunend personeel aanwezig is. Extra ondersteuning zal alleen dan mogelijk zijn wanneer er additionele middelen beschikbaar zijn en blijven. De grens tussen basisondersteuning en extra ondersteuning laat zich in ons onderwijsconcept lastig trekken. Voor wat betreft ondersteuning geldt dat deze zich met name uit in het kinderen aanreiken van materialen en in de wijze waarop leidsters begeleiden. Voor kinderen die meer sturing nodig hebben zal de leidster de keuzevrijheid beperken tot de essentie van wat het kind nodig heeft. Voor kinderen die zich snel ontwikkelen wordt de leerstof “gecompact” en vindt verrijking in ons kosmisch onderwijs plaats met bijvoorbeeld de methodiek Topondernemers. Vanuit het individuele karakter van het onderwijs is het goed mogelijk kinderen te begeleiden die om wat voor reden dan ook te maken hebben of hebben gehad met perioden waarin zij geen onderwijs (hebben) kunnen volgen. Er wordt gewerkt met een coördinator passend aanbod (in eerste instantie in de school, later mogelijk ook op de andere disciplines in het nog in te richten integraal kindcentrum) die als regisseur optreedt bij het werken met arrangementen voor kinderen die meer bijzondere ondersteuningsbehoeften hebben en/of een afwijkend aanbod in inhoud of tijd.
Bijlage
B Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
4a) Gedifferentieerd werken/leren groepsniveau Volgen van het leren, onderwijstijd, materialen, ouders, beschikbare deskundige 4b) Planmatig werken Vragen over volgen van het leren (groepsniveau)
5a) Flexibel werken met het curriculum/de afgestemde materialen Materialen, onderwijstijd, succesfactoren, volgen van het leren 5b) Afgestemde materialen Vragen over materialen, plek in de school
6) Deskundige die op school aanwezig zijn Vragen over beschikbare deskundige
7) Toegankelijke ruimten Vragen over materialen, plek in de scholen
Door het aanbieden van vrije werkmomenten waarbinnen duidelijke grenzen aan gegeven worden, krijgt het kind de gelegenheid zelfstandig een werkkeuze te maken. Het ontwikkelingsmateriaal stuurt het kind aan, waarbij de leiding stimuleert en observeert. De leiding hanteert daarbij een observatiemodel en volgt de kinderen. Tijdens het lopen van rondes in de klas observeert de leiding of het kind in staat is planmatig te werken. De leidster ondersteunt het kind in het zichzelf leren planmatig te werken. Voor het volgen van leerlingen en voor het monitoren van de onderwijskwaliteit wordt gebruik gemaakt van toetsen uit het Cito- LOVS welke verwerkt worden in ParnasSys. Onze inrichting van de klassen, gangen en andere werkruimten is overzichtelijk, verzorgd en schoon. Voor een vaste indeling in de kasten en kaartenbakken gelden duidelijke afspraken. Het aanwezige materiaal is afgestemd op de ontwikkelingsbehoeften en belevingswereld van de kinderen in die specifieke groep. De voorbereide omgeving nodigt het kind uit tot zelfstandig ontdekkend leren. De teamleider onderwijs is voor wat betreft de basisondersteuning de belangrijkste deskundige op het gebied van (passend) montessorionderwijs.
De kinderen benutten in beginsel alle ruimten die daarvoor bedoeld zijn bij het doormaken van hun eigen ontwikkeling. Het gebouw beschikt over een inpandig speellokaal en niet over een gymnastiekzaal in of direct naast het schoolgebouw. Op
Ons onderwijsconcept gaat in zijn algemeenheid uit van gedifferentieerd werken. Kinderen ontwikkelen zich naar hun eigen aanleg en in hun eigen tempo. De instructietijd en de tijd die beschikbaar is voor het begeleid inoefenen is beperkt. Van de leidsters wordt gevraagd in een groep van circa 30 leerlingen onderwijs op ,maat te bieden; aan alle leerlingen. Dat maakt dat er voor kinderen die meer instructiegevoelig zijn aanvullende financiering nodig is om intensievere instructie mogelijk te maken. Wanneer dat inderdaad zo is, dan liggen er weinig tot geen beperkingen.
Afhankelijk van de onderwijsbehoefte kan de voorbereide omgeving op kindniveau worden aangepast, wat betekent dat het kind in staat gesteld wordt zich met eigen materialen te ontwikkelen.
Er wordt evenals in de andere scholen binnen het samenwerkingsverband gewerkt met een ondersteuningsteam waarin naast de directeur en de coördinator passend aanbod ook de schoolmaatschappelijk werker, de medewerker van het samenwerkingsverband en de cjgjeugdverpleegkundige participeren. Er zijn geen specifiek op ondersteuning ingerichte ruimten in onze school. Op dit moment is het gebouw van buitenaf slecht tot niet toegankelijk voor rolstoelgebruikers en is verplaatsen in het gebouw door rolstoelgebruikers lastig vanwege de 4 verschillende niveaus die het gebouw telt en de afwezigheid van liften.
Bijlage
B Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019
8) Georganiseerde ouderbetrokkenheid Vragen over de ouders
9) De komende 4 jaren werken we aan de volgende concrete doelen
Behalve het kind zelf als belangrijkste regisseur van zijn eigen leren en de kindvolgende en begeleidende rol die leidsters daarin spelen, ziet het schoolteam ouders als belangrijke partner in de opvoeding. Zij worden serieus genomen daar waar het gaat om de kennis over hun eigen kind. Betrokkenheid van ouders bij de ontwikkeling van hun kind; bij hun belangstelling en leervorderingen zijn dan ook van groot belang. De school informeert ouders via gesprekken en verslagen en verwacht dat ouders informatie die ertoe doet over hun kind ook deelt. Ouders leveren belangrijke bijdragen aan de ontwikkeling door - naast en in aanvulling op dat wat in de school gebeurt hun kind zo breed mogelijk kennis te laten maken met de wereld om zich heen. Ervaringen die buiten het onderwijs en de opvoeding in de school worden opgedaan (thuis en bij vrije tijdsbesteding) kunnen kinderen in staat stellen hier op school hun voordeel mee te doen. Het team van de Montessorischool stelt zichzelf al langere tijd de vraagt hoe Montessoriaans het onderwijs dat wordt geboden is op de aspecten aanbod, tijd, instructie, & differentiatie en op welke wijzen monitoring daarop plaats vindt. Met dit laatste wordt monitoring gaande processen bedoeld (“feedforeward”) en niet periodieke monitoring na het doorlopen van processen (feedback & verantwoording) om resultaten te verantwoorden. Voor dit laatste wordt gezocht naar een model om via anders verantwoorden meer recht te doen aan de totale opdracht die de school zichzelf stelt.
Ook van ouders met kinderen die op grond van hun extra ondersteuningsbehoeften gebruik willen of moeten gaan maken van onze onderwijsvoorziening wordt verlangd dat zij tevens bewust kiezen voor een montessoriaanse opvoedingsstijl en daar ook in de opvoeding thuis naar handelen. Ouders wordt op basis van vrijwillige inzet soms gevraagd de begeleidende rol van professionals over te nemen wanneer het gaat om begeleide inoefening van leerstof. Van ouders met een kind dat extra ondersteuning behoeft wordt verwacht dat zij - indien noodzakelijk - zelf actief zijn bij het bieden van ondersteuning in de thuissituatie, bijvoorbeeld door kinderen te begeleiden naar sessies met behandelaars o hulpverleners.
Beleidsvorming met betrekking tot de begeleiding van en ondersteuning aan hoogbegaafden Het genoemde onder basisondersteuning is ook van toepassing op extra ondersteuning.
Bijlage
B Schoolplan Montessori Schiedam 2015-2019