Samenvatting
Vrijwilligers in de Amateurkunst
Samenvatting
Vrijwilligers in de Amateurkunst
De amateurkunstsector kampt met een tekort aan vrijwilligers. Vooral in de disciplines beeldende kunst en instrumentale muziek wordt dit gevoeld. Verder bestaat bij vrijwilligers in de amateurkunst behoefte aan het stimuleren van gezamenlijke activiteiten en meer erkenning van vrijwilligerswerk als nuttig werk.
Dit zijn enkele conclusies uit het rapport Onderzoek Vrijwilligersdoor Kunstfactor, sectorinstituut amateurkunst, 2009. Dit onderzoek is gedaan naar aanleiding van een toezegging van de toenmalig demissionair minister Van der Hoeven van OCW aan de Tweede Kamer in 2006. Hierin belooft de bewindsvrouw te bekijken welke initiatieven genomen kunnen worden om vrijwilligerswerk in de amateurkunstsector te stimuleren, en om – ter voorbereiding hierop – een behoefte-onderzoek in gang te zetten. De belangrijkste resultaten hiervan worden in deze samenvatting gepresenteerd.
Acht miljoen beoefenaars Rond de acht miljoen mensen doen aan amateurkunst in Nederland (Monitor Amateurkunst, kortweg MAK, 2009). Het grootste aantal beoefenaars van amateurkunst is te vinden bij beeldende kunst, gevolgd door zang, instrumentale muziek, dans, theater, schrijven en nieuwe media. Deze mensen zijn zelf onderdeel van of worden ondersteund door één miljoen (!) vrijwilligers van zestien jaar en ouder. Per acht amateurkunstenaars draagt dus één vrijwilliger eraan bij dat zij kunnen doen wat ze doen. Deze verhouding verschilt per discipline. De meeste aantallen vrijwilligers per amateurkunstenaar zien we bij zang en theater, de minste aantallen in de discipline beeldende kunst. Zelfs de meest individuele kunstdisciplines werken met vrijwilligers. Vrijwilligers zijn er niet alleen voor het traditionele verenigingsleven. Ook de nieuwe verbanden van beoefenaars van amateurkunst draaien met steun van vrijwillige inzet. Figuur 1 Vrijwilligers per kunstdiscipline
Beeldende Kunst 100.000 Zang 290.000 Instrumentale Muziek 225.000 Dans 95.000 Theater 190.000 Schrijven 159.000 Nieuwe Media 225.000
Bron: Amateurkunst - de feiten, Monitor Amateurkunst in Nederland 2009, uitgave Kunstfactor 2010
Kunstfactor
Samenvatting Vrijwilligers in de Amateurkunst - pagina 3
Tekorten Uit de verdiepende gesprekken die Kunstfactor heeft gehouden met het bestuurlijk kader van diverse amateurkunstverbanden komt het beeld naar voren dat een gebrek aan vrijwilligers een concrete bedreiging vormt voor het voortbestaan van gezelschappen. Zonder vrijwilligers zal er weinig van de beoefening van -zelfs rudimentair georganiseerde - disciplines over blijven. Dit blijkt ook uit de MAK-enquête (zie kader Onderzoek Vrijwilligers). De helft van de ondervraagde vrijwilligers vindt dat er een tekort aan vrijwilligers in de amateurkunst bestaat, en dan voornamelijk in de disciplines instrumentale muziek en beeldende kunst (zie kader Top-3 Tekorten). Het minst wordt er een tekort gevoeld in de disciplines dans en schrijven. Eenderde van de ondervraagden in de MAK zegt een afname waar te nemen van het aantal vrijwilligers in de disciplines waarin zij vrijwilligerswerk verrichten. De helft van de ondervraagden ziet geen verandering, en 11 procent signaleert een toename. Afgaande op deze percentages kunnen we stellen dat vrijwilligers in de amateurkunstsector ervaren dat de druk groter wordt. Volgens de MAK-onderzoeksgegevens verschilt het per discipline wat voor soort vrijwilligers er nodig zijn. Juist het niet-bestuurlijke, organisatorisch-uitvoerende werk heeft vrijwilligers nodig. En dat zijn precies de taken die het meeste werk vergen.
Top-3 Tekorten De helft van de ondervraagde vrijwilligers signaleert tekorten in het aantal vrijwilligers in de amateurkunst. De tekorten worden het meest gevoeld in: 1. Instrumentale muziek 2. Beeldende kunst 3. Nieuwe media Bron: MAK 2009
Kunstfactor
Samenvatting Vrijwilligers in de Amateurkunst - pagina 4
Behoeften De resultaten van de MAK tonen dat vrijwilligers denken dat er in het algemeen behoefte is aan ondersteuning op de volgende terreinen: het stimuleren van gezamenlijke activiteiten onder vrijwilligers, vrijstelling van onkosten/geld, financiële ondersteuning, en het aanbieden van scholingsmogelijkheden. Eenderde van de vrijwilligers signaleert behoefte aan al deze zaken. En niet onbelangrijk is dat ‘meer erkenning als nuttig werk’ eveneens als ondersteunend wordt beschouwd door 30 procent. Slechts 13 procent van de ondervraagden vindt dat amateurkunstvrijwilligers geen behoefte hebben aan enige vorm van ondersteuning. Daarnaast zegt een kwart van de vrijwilligers voor zichzelf in de eerste plaats geen behoefte te hebben aan ondersteuning. De overige driekwart die wel die behoefte heeft, wil dit vooral in de vorm van meer erkenning als nuttig werk, bij stimulering van de sociale contacten onder vrijwilligers en in de vorm van het aanbieden van scholingsmogelijkheden (zie kader Top-3 Behoeften).
Top-3 Behoeften Driekwart van de vrijwilligers wil graag ondersteuning op de volgende gebieden: 1. Meer erkenning van vrijwilligerswerk als nuttig werk 2. Stimuleren sociale contacten door gezamenlijke activiteiten onder vrijwilligers 3. Aanbieden van scholingsmogelijkheden Bron: MAK 2009
Kunstfactor
Samenvatting Vrijwilligers in de Amateurkunst - pagina 5
Maatregelen Om de knelpunten in het vrijwilligerswerk in de amateurkunst te helpen verlichten kunnen overheid en amateurkunstgezelschappen een aantal maatregelen nemen. De overheid zou het volgende kunnen doen: • Focus op dat percentage van de Nederlandse bevolking van zestien jaar en ouder (19%) dat er nog nooit over heeft nagedacht vrijwilligerswerk te doen, en het nu niet doet. De aanvulling op de gesignaleerde tekorten in het vrijwilligerswerk moet vooral uit die groep komen. Zo kan de natuurlijke afname van de huidige vrijwilligers opgevangen worden en mogelijk nieuwe aanwas aangeboord worden. • Laat onderzoeken hoe maatregelen en projecten ontwikkeld kunnen worden die de samenwerking kunnen verbeteren tussen overheden, gezelschappen en onderwijsinstellingen op het vlak van inzet door jongeren in amateurkunstgezelschappen. • Stimuleer overheden om structureel oog en oor te hebben voor de maatschappelijke potentie van amateurkunstgezelschappen wat betreft vrijwillige inzet (maatschappelijke stages, herintreders/ reïntegratie). Zorg daarbij voor wederzijdse zichtbaarheid: door amateurkunstgezelschappen te ondersteunen om meer op het netvlies van gemeenten, overheden, onderwijsinstellingen te komen en andersom: instellingen en overheden attenderen op het bestaan van amateurkunst- gezelschappen en hun mogelijkheden voor vrijwilligerswerk en maatschappelijke stages. Amateurgezelschappen zouden de volgende maatregelen kunnen nemen: • Stuur aan op andere vormen van vrijwillige inzet, bijvoorbeeld meer op projectbasis dan structureel binden. Wanneer mensen zich niet meer voor langere tijd willen binden, zijn ze wellicht wel geneigd tijd te investeren in eenmalige, kortere projecten. Bedenk welke werkzaamheden project- matig gepresenteerd kunnen worden, waardoor het aantrekkelijker wordt voor leden om zich kortdurend te binden. • Focus op wat het vrijwilligerswerk de potentiële vrijwilliger kan bieden in ontwikkeling van competenties, leer- en werkervaring. • Neem een voorbeeld aan studentengezelschappen waar de universiteit een bestuursvergoeding biedt aan degenen die formele bestuurstaken op zich nemen; waar besturen zich committeren en beperken tot een overzienbare bestuursperiode en waar bestuurservaring als een pre voor je loopbaan wordt beschouwd. Maak daarom meer gebruik van wat lokale en provinciale overheden op dit vlak kunnen bieden.
Kunstfactor
Samenvatting Vrijwilligers in de Amateurkunst - pagina 6
Trends Van de groep mensen in Nederland die momenteel geen vrijwilligerswerk doet in een van de amateurkunsten verwacht 1,5 procent (180.000 mensen) dit het komende jaar wel te zullen doen. Waarom dan wel en nu niet? Op die vraag antwoordde meer dan de helft van deze ondervraagden het te druk gehad te hebben. Aan de andere kant moet rekening gehouden worden met het jaarlijkse vertrek van een groot aantal vrijwilligers. Uit het diepteonderzoek kwam verder een aantal trends naar voren, waaronder: • meer concurrentie door groei van het aantal verenigingen; • het aantrekken van bestuursleden die niet aan de discipline meedoen; • afname verantwoordelijkheidsgevoel bij vrijwilligers; • veranderende taken en professionalisering: er is basiskennis nodig en dat is niet makkelijk aan te leren als men nog niet veel weet; • het aanvragen van subsidies wordt als complexer en tijdrovender ervaren.
Beeld van de vrijwilligers Uit de cijfers van MAK blijkt dat 8 procent van de Nederlandse bevolking ouder dan zestien jaar vrijwilligerswerk doet in de amateurkunst. Meest vertegenwoordigd zijn de leeftijdscategorieën 45-54 jaar en 65+. In de amateurkunstsector besteden vrijwilligers al naar gelang discipline en geslacht, tussen de 4 uur (schrijven) en 28 uur (nieuwe media) per maand aan vrijwilligerswerk. De helft van de vrijwilligers in de amateurkunst doet dit als vaste taak of in een vaste functie, de andere helft doet dit werk af en toe. Het vermoeden bestaat – op basis van de onderzoekgegevens – dat in die sectoren waar mannen de vaste bestuurstaken op zich nemen, vrouwen zich als incidentele vrijwilliger manifesteren en andersom. Ook zien we dat mannen twee keer zoveel tijd aan vrijwilligerswerk besteden dan vrouwen. Rond driekwart van de amateurkunstvrijwilligers doet dit werk uit sociale betrokkenheid (om anderen te helpen). Daarna worden ‘nuttige tijdbesteding’ en ‘sociale contacten’ het meest genoemd als motief. Bron: MAK 2009
Onderzoek Vrijwilligers In opdracht van OCW deed Kunstfactor onderzoek naar vrijwilligers in de amateurkunst. Aan de ene kant zijn landelijke cijfers via de MAK (Monitor Amateurkunst) over de vrijwilligers gegenereerd. Aan de andere kant is geprobeerd om via verdiepende gesprekken (interviews) met vrijwilligers in amateurkunstgezelschappen, het zogenoemde kader, licht te werpen op vrijwilligers in de amateurkunst. Beide gegevensbronnen zijn gecombineerd in het rapport Onderzoek Vrijwilligers. De hier gepresenteerde gegevens zijn een beknopte samenvatting van dit rapport.
Kunstfactor
Samenvatting Vrijwilligers in de Amateurkunst - pagina 7
Kromme Nieuwegracht 66 Postbus 452 3500 AL Utrecht T + 31 (0)30 711 5100 www.kunstfactor.nl Colofon Redactie: Amalia Deekman Voor meer informatie:
[email protected] Vormgeving: stof rotterdam © Kunstfactor Utrecht, oktober 2010 Samenvatting Vrijwilligers in de Amateurkunst is een uitgave van Kunstfactor, sectorinstituut amateurkunst. Tenzij anders overeengekomen, geeft Kunstfactor u als lezer toestemming deze uitgave voor eigen gebruik te downloaden en af te drukken. Het is niet toegestaan om inhoudelijk, tekstueel of anderszins wijzigingen aan te brengen. Bij citeren is bronvermelding verplicht. Overdracht aan derden van het gebruiksrecht is uitgesloten. Het gebruiksrecht geldt niet voor commerciële doeleinden. De overdracht van de rechten van intellectueel eigendom, waaronder het auteursrecht, rustend op de door Kunstfactor opgestelde of ontworpen werken zijn bij het gebruiksrecht niet inbegrepen. Kunstfactor is het landelijk sectorinstituut amateurkunst. Als sectorinstituut zijn wij gesprekspartner voor overheden, beleidsmakers en opinievormers en stimuleren we het debat over de amateurkunst. We adviseren, informeren, onderzoeken, initiëren en inspireren. We leggen verbindingen binnen en buiten de sector amateurkunst, nationaal en internationaal.