Samenvatting Verzelfstandigingsplan Op 1 januari 2016 verzelfstandigt het Museum Jan Cunen. Zo luidt althans de planning. Verzelfstandiging van musea is een trend die twintig jaar geleden is ingezet. Het past bij de maatschappelijke ontwikkeling van cultureel ondernemerschap. Verzelfstandigen geeft meer armslag in het aangaan van allianties en in het verkrijgen van externe gelden. Het museum maakt na verzelfstandiging geen onderdeel meer uit van de gemeentelijke organisatie, maar is een zelfstandige juridische eenheid in de vorm van een stichting. De activiteiten van het museum worden overgedragen aan de stichting. De stichting is verantwoordelijk voor de exploitatie van het museum. De gemeente blijft eigenaar van het gebouw en van de collectie. De juridische overdracht wordt geregeld in de verzelfstandigingovereenkomst met als bijlagen de collectiebeheerovereenkomst en de huurovereenkomst. Er is sprake van een Stichting met een Raad van Toezicht en een directeur-bestuurder. De Governance Code Cultuur, het normatief kader voor goed bestuur in cultuursector, geldt als leidraad. De stichting volgt de cao van de museumbranche, met de mogelijkheid tot vrijwillige aansluiting bij het ABP. Vooruitlopend op de besluitvorming en de formele adviesaanvraag via de medezeggenschap, stelt de gemeente Oss detachering van het personeel, dat mee over kan naar de nieuwe Stichting, voor. Koerswijziging Naast het voornemen tot verzelfstandiging zijn er diverse andere factoren en uitgangspunten van invloed op het verzelfstandigingsproces van het museum. Dit zijn: - de bezuinigingen - het gemeentelijk beleid op gebied van kunst en cultuur met als speerpunten samenwerking, lokale verankering en educatie - het toekomstbeeld van de Groep Jacobs op het Museum Jan de Cunen, gebaseerd op de drie pijlers 19 eeuw, vernieuwing en experiment en educatie. Ook ontwikkelingen in het culturele en
museale veld spelen een rol. Al deze aspecten leiden tot een inhoudelijke en financiële koerswijziging van het museum. Bij de programmering komt de nadruk te liggen op de 19de eeuwse collectie schilderijen, unique sellingpoint voor het Museum Jan Cunen en de kleurrijke geschiedenis van het Maasland, waarbij verbindingen gelegd worden tussen het verleden, het heden en de toekomst. De lokale verankering, de verbondenheid met de bewoners van het Maasland wordt gezocht in de zogenaamde Maaslandse Werkplaats. Dit onder het motto: ‘we halen de samenleving binnen en gaan de samenleving in’. Archeologische vondsten, amateurkunst, samenwerking met De Werkende Mens, de historische kring van Oss, fotografie, aansluiting bij evenementen en activiteiten van partners – culturele instellingen, het onderwijs, maar ook het bedrijfsleven -, crossovers met andere sectoren, het is allemaal denkbaar. 44 Succesformule educatie handhaven Museum Jan Cunen staat van oudsher bekend vanwege de multidisciplinaire aanpak op het gebied van kunst-, cultuur- en erfgoededucatie en vanwege de innovatieve wijze waarop zij het publiek laat kennis maken met de fascinerende wereld van de kunst en geschiedenis. De succesformule – de inzet van kunstenaars bij educatie – blijft een van de troefkaarten van het museum. Naar de aanleiding van de semipermanente opstellingen 19 eeuw (kunst en geschiedenis/erfgoed van het Maasland) zal het museum het educatie aanbod uitbreiden met bijbehorende (cultuur)historische programma’s. Bezuinigingen De bezuinigingen bedragen € 192.000, wat overeenkomt met 23 % bezuinigen. Op het personeelsbudget wordt € 144.000 bezuinigd. De rest van de bezuiniging wordt gerealiseerd door het aankoopbudget te schrappen (er worden geen nieuwe aankopen gedaan, tenzij er externe middelen beschikbaar zijn), door te bezuinigen op de posten programmering, depot en presentiegelden en door de post inkomsten te verhogen. Om de verzelfstandiging en de bezuiniging te
realiseren worden frictiekosten gemaakt. De huidige personeelsbezetting van het museum, dus voor verzelfstandiging, bedraagt 8,75 FTE. Dit is inclusief 1,47 FTE overhead (PIJCOF functies) bij de gemeente. De formatie gaat terug naar 3,7 FTE vaste medewerkers. Dit is exclusief de endowments. Daarnaast wordt een deel van het personele budget bestemd voor inhuur van de noodzakelijke taken op gebied van Financiën, Personeel en Organisatie en technische ondersteuning. De rest van het personele budget is flexibel inzetbaar, voor het inhuren van expertise op maat (op maat qua tijd en op maat qua expertise). De inzet van vrijwilligers wordt cruciaal. De bezuiniging van 23 % op het budget is substantieel. Te meer daar de afgelopen jaren al € 95.600 was ingeleverd (door Museum en Stadsarchief samen). Maar de bezuiniging is minder dan het bedrag van € 500.000, dat in de Programmabegroting 2014-2017 was aangekondigd (voor Museum Jan Cunen en Stadsarchief samen). Het bedrag van € 500.000 was gebaseerd op het realiseren van een educatief centrum. Met name door het toekomstbeeld dat de Groep Jacobs voor het museum heeft neergelegd en de nieuwe Focus op kunst en cultuur, is de meerwaarde van het museum voor het Maasland zichtbaar geworden. De lat voor musea ligt hoger Het museale veld is in de afgelopen jaren drastisch gewijzigd. Musea zijn verbouwd en vernieuwd, hebben voorzieningen als een winkel, een café of restaurant en bieden de mogelijkheid tot huur van ruimtes aan (al dan niet met catering). Deze faciliteiten geven musea mogelijkheden om extra inkomsten te verwerven. Al deze ontwikkelingen raken ook Museum Jan Cunen. Villa Constance uitbreiden met café/restaurantvoorziening Villa Constance is een mooi en markant gebouw aan de rand van het stadscentrum, gelegen in een park. Uitbreiding van het museum met een horecagelegenheid kan bijdragen aan het museum, aan de stad en aan de profilering van het stadscentrum van Oss. Deze gelegenheid,
45 ook een uitgelezen plek voor de vele ondernemers in het Maasland om met hun relaties te lunchen, te dineren of te borrelen, zou dan los van het museum ook toegankelijk moeten zijn. Het advies luidt om ook eerst marktonderzoek naar de eventueel gewenste horeca te verrichten, mede om mogelijke onrendabele investeringen te voorkomen. Er zijn in het kader van dit plan geen investeringen t.b.v. de uitbreiding van horeca opgenomen. Risico’s Er zijn risico’s en randvoorwaarden verbonden aan het transitieproces. De volgende risico’s worden onderkend. Er moet veel gebeuren in relatief korte tijd. Te veel hooi op de vork nemen, maakt de kans op mislukken groter. Het is daarom raadzaam om de verzelfstandiging en koerswijziging gefaseerd uit te voeren. Is het museum niet (bij voortduring) succesvol om het benodigde geld voor de programmering binnen te halen via sponsoring, subsidies, fondsen e.d., dan kan dit leiden tot de neerwaartse spiraal van minder programmering, daardoor minder bezoek, daardoor minder inkomsten, daardoor minder programmering financierbaar etc. Is een kleine groep vaste medewerkers groot genoeg om een kwalitatief goed productaanbod te kunnen bieden? Liggen daardoor stress en op den duur burn-out niet op de loer? Voorwaarden welslagen Het museum is in staat zijn maatschappelijk draagvlak te vergroten, het vrijwilligersbeleid slaat aan. Alle betrokkenen partijen hebben realistische verwachtingen t.a.v. de start als verzelfstandigd museum, een organisatie, die zich geplaatst ziet voor aanzienlijke bezuinigingen en voor een koerswijziging. Bezuinigingen worden niet voor 1 januari 2017 ingevoerd en het museum blijft jaren, tenminste over de periode 2017-2021, gevrijwaard van bezuinigingen. Er wordt een kwartiermaker, die zijn sporen in het museale veld heeft verdiend en die beschikt over de eigenschappen van een cultureel ondernemer, aangesteld om het veelomvattende transitieproces van verzelfstandiging en koerswijziging vorm te geven en te begeleiden. Het verhaal van Maasland De gemeente laat deze culturele ondernemer
de ruimte om een bedrijfsplan op te stellen. (Wellicht ten overvloede. Dit verzelfstandigingplan is geen bedrijfsplan.) Voor het vervaardigen van een goed bedrijfsplan is marktonderzoek nodig. De ware ondernemer doet doorgaans eerst aan marktonderzoek om de kans op succesvol opereren te vergroten. Onderzoek, met als uitgangspunt de kaders van het verzelfstandigingplan, geeft mede inzicht in de vraag: wat leeft er bij de Maaslandse bevolking, wanneer en in welke thema’s voelen zij zich herkend? Al doende wordt in Museum Jan Cunen het verhaal van het Maasland en zijn bewoners verteld.