1ste zitting van de GEMEENTERAAD OP 18 JANUARI 2016
Zitting geopend om 20.00 uur Aanwezig : de dames en heren Dirk Van Mechelen, burgemeester-voorzitter, Luc Devriese, Luc Janssens, Koen Helsen, An Stokmans, Ria Janssens-Van Oncen, schepenen, Valerie Van Peel, OCMW-voorzitter, Frederic Van Haaren, Marc De Smet, Lieve De Block, Harold van der Kraan, Gerd Van de Perck-Nelen, Sarah Buchmann, Sanne Loopmans, Marc Dekkers, Sonja Janssens, Frieda De Naeyer, Matthias De Caluwe, Annick Descheemaecker, Pieter Buysse, Mieke De Schepper, Gerd Gheysens, Mathias Adriaenssens, Peter Vanalme, Hendrik Dhondt, leden, Sofie Claes, secretaris. Afwezig: de dame Sabine Van Dooren, schepen, de dames Gerda Van Langendonck, Betty Stassen, de heer Vital Lambert, raadsleden, verontschuldigd.
AGENDA A.
Openbare zitting.
1.
Mobiliteit: a.
2.
3.
OCMW: a.
Budgetwijziging 1- 2015 van het OCMW
b.
Budget 2016 van het OCMW
c.
Aanpassing meerjarenplan 2014- 2019 van het OCMW
Financieel beleid: a.
4.
Aanvullend reglement met betrekking tot de politie van het wegverkeerErtbrandstraat (N111) vanaf het kruispunt met de Lepelstraat en de Oude Ertbrandstraat tot het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111)- algemeen reglement
Langetermijnvisie kerkfabrieken Kapellen
Handel en middenstand: a. Retributiereglement dorpsdag
5.
Vrije tijd: a. Aanpassing subsidiereglement project-, kadervorming- en startsubsidies voor sport- en jeugdverenigingen b. Wijziging reglement aankoop bekers en medailles door sportclubs
6.
Intergemeentelijke samenwerking: a. Oprichting intergemeentelijke projectvereniging ‘Erfgoed Voorkempen’
b. Afvaardiging raad van bestuur voor de intergemeentelijke projectvereniging ‘Erfgoed Voorkempen’ … Goedkeuring van de notulen van de gemeenteraad van 14 december 2015.
AANVULLEND REGLEMENT MET BETREKKING TOT DE POLITIE VAN HET WEGVERKEER – ERTBRANDSTRAAT (N111) – VANAF HET KRUISPUNT LEPELSTRAAT- OUDE ERTBRANDSTRAAT TOT HET KRUISPUNT ERTBRANDSTRAAT (N11) EN DE KLINKAARDSTRAAT (N111)- ALGEMEEN REGLEMENT De gemeenteraad vergaderd in openbare zitting, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij Koninklijk Besluit van 16 maart 1968; Gelet op het Koninklijk Besluit van 1 december 1975, houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg; Gelet op het ministerieel besluit van 11 oktober 1976, waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; Gelet op het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Gelet op het uitvoeringsbesluit van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens; Gelet op de omzendbrief MOB/2009/1 van 3 april 2009; Overwegende de heraanleg van de gewestweg N111; Overwegende dat het aanvullend reglement van toepassing is op de gewestweg N111; Overwegende dat de genomen maatregelen de verkeersveiligheid en de verkeersleefbaarheid ten goede komen; Overwegende de besprekingen in de werkgroep Infrastructuur, Patrimonium en Mobiliteit te Kapellen; Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T met unanimiteit van de stemmen: Art. 1.- (verkeerslichten) Op de Ertbrandstraat (N111) ter hoogte van het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111), worden driekleurige verkeerslichten en voetgangerslichten geplaatst overeenkomstig artikels 61 en 63.1 van het KB van 1 december 1975. Art. 2.- (stopstreep) Op de Ertbrandstraat (N111) worden stopstrepen aangebracht ter hoogte van de verkeerslichten aan het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111). Deze maatregel wordt aan de weggebruikers ter kennis gebracht door middel van wegmarkeringen, overeenkomstig artikel 76.1 van het KB van 1 december 1975.
Art. 3.- (voetgangersoversteekplaats) Op de Ertbrandstraat (N111) ter hoogte van het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111), wordt een oversteekplaats voor voetgangers afgebakend. Deze maatregel wordt aan de weggebruikers ter kennis gebracht door middel van het aanbrengen van witte banden, evenwijdig met de as van de rijbaan, overeenkomstig artikel 76.3 van het KB van 1 december 1975. Art. 4.- (oversteekplaats voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen) Op de Ertbrandstraat (N111) ter hoogte van het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111), wordt een fietspad afgebakend, bedoeld als oversteekplaats voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen. Deze maatregel wordt aan de weggebruikers ter kennis gebracht door middel van het aanbrengen van twee evenwijdige witte onderbroken strepen, overeenkomstig artikel 74 van het KB van 1 december 1975. Art. 5.- (voorsorteringspijlen) Op de Ertbrandstraat (N111) ter hoogte van het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111), wordt ter hoogte van het kruispunt een voorsorteringsstrook ingericht voor het verkeer dat linksaf gaat. Deze maatregel wordt aan de weggebruikers ter kennis gebracht door middel van het bord F13 en wegmarkeringen, overeenkomstig artikel 77.1 van het KB van 1 december 1975. Art. 6.- (voorrang) Op de Ertbrandstraat (N111), komende vanaf het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111), hebben alle bestuurders voorrang op de bestuurders komende uit de Lepelstraat en de Oude Ertbrandstraat. Deze maatregel wordt aan de weggebruikers ter kennis gebracht door middel van het bord B9 in de Ertbrandstraat en borden B1 in de Lepelstraat en de Oude Ertbrandstraat. Het einde van de voorrangsweg wordt aan de weggebruikers ter kennis gebracht door middel van het bord B11 aangebracht in de Ertbrandstraat (N111) voor het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111). Op de Ertbrandstraat (N111) ter hoogte van het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111), moeten de bestuurders, buiten de voorziene omstandigheden van artikel 6.3. van het KB van 1 december 1975, stoppen en voorrang verlenen aan de bestuurders die rijden op de Ertbrandstraat (N11). Deze maatregel wordt aan de weggebruikers ter kennis gebracht door middel van het bord B5. Art. 7.- (fietspad) Op de Ertbrandstraat (N111), tussen het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111) met het kruispunt met de Lepelstraat en de Oude Ertbrandstraat, wordt aan beide zijden een fietspad aangelegd op eigen bedding, gescheiden van de rijbaan. Het fietspad is voorzien voor het verkeer van fietsers en tweewielige bromfietsen, zowel klasse A als klasse B. Deze maatregel wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door middel van borden D7 met een onderbord M6. Art. 8.- (parkeren) Op de Ertbrandstraat (N111), tussen het kruispunt met de Ertbrandstraat (N11) en de Klinkaardstraat (N111) met het kruispunt met de Lepelstraat en de Oude
Ertbrandstraat, is het stilstaan en parkeren enkel toegestaan voor motorfietsen, personenauto’s, auto’s dubbel gebruik en minibussen, aan de kant van de onpare huisnummers, vanaf huis nr. 183 tot en met huis nr. 179. Deze maatregel wordt aan de weggebruikers ter kennis gebracht door middel van borden E9b met onderborden GXa en GXb Art. 9.Dit aanvullend reglement wordt ter goedkeuring overgemaakt aan de afdeling Beleid, Mobiliteit en Verkeersveiligheid. KENNISNAME BUDGETWIJZIGING 1 DIENSTJAAR 2015 VAN HET OCMW De gemeenteraad vergaderd in openbare zitting, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op artikel 150 van het OCMW-decreet van 19 december 2008 waarin wordt bepaald dat de gemeenteraad kennis moet nemen van het budget van het OCMW; Gelet op de voorgelegde budgetwijziging 1 dienstjaar 2015 van het OCMW; Gelet op het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van Kapellen van 15 december 2015 houdende de goedkeuring van de budgetwijziging 1 dienstjaar 2015; Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T: Enig artikelDe gemeenteraad neemt kennis van de voorgelegde budgetwijziging 1 van het dienstjaar 2015 van het OCMW. GOEDKEURING BUDGET DIENSTJAAR 2016 VAN HET OCMW De gemeenteraad vergaderd in openbare zitting, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op artikel 150 van het OCMW-decreet van 19 december 2008 waarin wordt bepaald dat de gemeenteraad kennis moet nemen van het budget van het OCMW; Gelet op het voorgelegde budget dienstjaar 2016 van het OCMW; Gelet op het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van Kapellen van 15 december 2015 houdende de goedkeuring van het budget dienstjaar 2016; Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T met 20 stemmen voor (Vlaams Belang, Open VLD, N-VA) bij 5 onthoudingen (Sp.a- Groen, CD&V): Enig artikel.De gemeenteraad keurt het voorgelegde budget dienstjaar 2016 van het OCMW goed. GOEDKEURING WIJZIGING MEERJARENPLAN 2014-2019 VAN HET OCMW De gemeenteraad vergaderd in openbare zitting, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005;
Gelet op artikel 148 § 1 van het OCMW decreet van 19 december 2008 waarin wordt bepaald dat het meerjarenplan van het OCMW en de wijzigingen ervan moet goedgekeurd worden door de gemeenteraad; Gelet op het voorgelegde gewijzigde meerjarenplan 2014-2019 van het OCMW; Gelet op het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van Kapellen van 15 december 2015 houdende de goedkeuring van de wijziging meerjarenplan 20142019; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 4 januari 2015 houdende het advies over de wijziging van het meerjarenplan 20142019 van het OCMW; Gelet op volgende tussenkomsten:
De heer Harold Van der Kraan (Sp.a- Groen), raadslid, heeft enkele vragen ter verduidelijking van de opgenomen doelstellingen in het meerjarenplan. Hij wil graag weten wat er bedoeld wordt met de mogelijkheden voor een ruilwinkel. Wat is hiervan de stand van zaken en hoe ziet men dit naar de komende jaren? Verder wil hij graag meer weten over het project en het aanpakken van kinderarmoede. Hij verwijst hierbij naar de statistieken van Kind&Gezin waaruit blijkt dat dit cijfer de laatste jaren is gestegen voor Kapellen. Welke inspanningen worden er nu al gedaan en welke worden er gepland de komende jaren? Mevrouw Valerie Van Peel (N-VA), OCMW- voorzitter, geeft aan dat het niet de bedoeling is om zelf een ruilwinkel op te starten, maar om de bestaande initiatieven te ondersteunen en hiermee samen te werken. Een eerste stap daarbij is de samenwerking die is opgestart met de ruilwinkel in Kalmthout, deze is opengesteld voor iedereen in de regio, en wij proberen cliënten hiernaar door te verwijzen, waarbij we zelf in de hand houden wie we doorverwijzen. Naast de verkoop van allerlei spullen, zijn hier ook vrijwilligers aanwezig, die mensen op weg kunnen zetten naar andere dienstverlening. Een tweede stap is samenwerken met het initiatief dat in Kapellen is opgericht, hierover heeft reeds een eerste overleg plaatsgevonden. Het OCMW wil hierin de rol van regisseur opnemen, in plaats van zelf projecten op te stellen. Valerie Van Peel vervolgt met het luik over kinderarmoede. Hierbij willen we echt een sleutelrol innemen. Als eerste verwijst zij hierbij naar het belang van het project rond huiswerkbegeleiding. Mensen in armoede vinden heel vaak niet de weg naar hulpverlening, en via dit project trachten we deze mensen toch te bereiken. Valerie Van Peel verwijst in dit kader naar het project dat wordt opgezet in samenwerking met Jan Van Dijck, met een gemengde groep van kansarme en andere kinderen, waarbij zij langs sport- en cultuurverenigingen gaan, om in kaart te brengen wat kansarme kinderen tegenhoudt om hierin te stappen. Zo kunnen we daarna concreet gaan samenzitten als gemeente met de sport- en cultuurverenigingen, om te bekijken wat we hieraan kunnen doen. Valerie Van Peel stelt dat het strijden tegen kinderarmoede gebeurt door enerzijds mensen aan te spreken, zodat ze de weg naar hulp vinden en deze gezinnen financieel ondersteund kunnen worden, en anderzijds door te proberen de generatie-armoede te doorbreken, door kinderen kansen te bieden, zowel op school als in die verenigingen. Harold Van der Kraan informeert of er hiervoor ook wordt samengewerkt met kinderopvang. Valerie Van Peel bevestigt dit. Ze verwijst hiervoor naar de oprichting van het ‘Huis van het Kind’, waarin alle betrokken actoren samenzitten. Mevrouw Frieda De Naeyer (Vlaams Belang), raadslid, merkt op dat er een zeer sterke stijging is van het aantal leefloners, met maar liefst 50%, en vooral een grote stijging van het aantal alleenstaande moeders die een leefloon ontvangen. Zij
vraagt wat hiervan de oorzaken zijn, komt dit doordat er geen alimentatie wordt betaald, door de stijgende energiefacturen? Valerie Van Peel antwoordt dat deze stijging helaas breder is, dat er ook veel meer jongeren zijn die een leefloon moeten aanvragen. Voor alleenstaande moeders klopt het natuurlijk dat het voor alleenstaanden zwaarder is om alle lasten, zoals huur, alleen te dragen. Er zijn verschillende problematieken die dit veroorzaken. Frieda De Naeyer merkt op dat de federale overheid de problematiek doorschuift naar het lokale niveau. Dirk Van Mechelen (Open VLD), burgemeester, ontkracht dit. Hij stelt dat het leefloon voor 50% door de federale overheid wordt betaald, en voor 50% door de gemeente. Marc Dekkers (CD&V), raadslid, merkt op dat in aanvulling hierop er wordt vermeld dat er alles aan gedaan wordt om mensen aan het werk te krijgen. Is er hierin dan ook een stijging op te merken? Valerie Van Peel stelt dat er inderdaad sterk wordt ingezet op arbeidstrajectbegeleiding om meer mensen aan het werk te krijgen, door zeer intensief te begeleiden. Ze geeft wel toe dat dit soms een moeizaam proces is, omdat er vaak mensen bij zijn die nog nooit hebben gewerkt. Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T met 20 stemmen voor (Vlaams Belang, Open VLD, N-VA) bij 5 onthoudingen (Sp.a- Groen, CD&V): Enig artikel.De gemeenteraad keurt het voorgelegde gewijzigde meerjarenplan 2014-2019 van het OCMW goed. LANGETERMIJNVISIE KERKFABRIEKEN KAPELLEN De gemeenteraad, vergaderd in openbare zitting, Gelet op het decreet van 12 juli 2013 houdende toekenning van subsidies voor gebouwen van de eredienst, gebouwen voor de openbare uitoefening van de nietconfessionele morele dienstverlening en crematoria; Gelet op de brief van minister Bourgeois van 24 juni 2011 ‘Een toekomst voor de Vlaamse parochiekerk’ waarin hij de wens uit dat de gemeente en de lokale kerken een gezamenlijke toekomstvisie ontwikkelen; Overwegende dat Vlaamse subsidies aan niet-beschermde kerkgebouwen vanaf nu enkel nog verkregen kunnen worden met een advies van het gemeentebestuur dat verwijst naar de langetermijnvisie van het betreffende gebouw; Overwegende dat in overleg met het centraal kerkbestuur een ontwerp voor langetermijnvisie is opgemaakt; Overwegende dat in de langetermijnvisie enkel investeringen zijn opgenomen die ook al voorzien zijn in de meerjarenplannen; Gelet op volgende tussenkomsten:
De heer Pieter Buysse (sp.a- Groen), raadslid, vindt dat er geen visie spreekt uit het opgemaakte document. Het komt over als een verplichting, om het meerjarenplan te kunnen goedkeuren. Hij ervaart een gebrek aan onderzoek over het huidige gebruik van de kerken. Pieter Buysse is ervan overtuigd dat er ook met minder kerken aan de noden van de katholieke gemeenschap kan worden voldaan. Pieter Buysse merkt op dat de nota wel erkent dat er bepaalde noden zijn, zoals gebouwen voor klassen in avondonderwijs, kinderopvang, opslagplaatsen,
feestzalen, … Maar dat is volgens de nota allemaal niet verenigbaar met de kerken. Volgens hem zijn er ook nog andere dringende noden in Kapellen, zoals aan betaalbare woningen, locaties voor verschillende organisaties, expositie voor cultuurverenigingen, … welke niet zijn opgenomen in de nota. Hij stelt dat de kerkgebouwen architecturaal kunnen voldoen aan alle noden die zijn opgesomd. Maar uit deze nota blijkt dat het bestuur ervoor kiest om de kerkgebouwen hiervoor niet te gebruiken, ook niet het multifunctionele gebruik van de gebouwen. Hij hoopt dat er de komende maanden nog verder nagedacht zal worden over deze visie, en stelt dat zij het document nu niet kunnen goedkeuren. De heer Dirk Van Mechelen (Open VLD), burgemeester, stelt dat de eerste vraag die er gesteld moet worden bij de opmaak van een langetermijnvisie is of de kerkfabrieken de gebouwen de komende jaren nog voor erediensten zullen gebruiken. Dat is het geval. Dirk Van Mechelen wijst er ook op dat men niet mag vergeten dat de gebouwen geen eigendom zijn van de gemeente. Dirk Van Mechelen vervolgt dat over bijvoorbeeld de kerk van Zilverenhoek de vraag tot multifunctioneel gebruik of overdracht gesteld, maar de kerkfabriek heeft geen intentie hiertoe. De enige kerk die op het grondgebied van Kapellen is vrijgekomen, ’t Kerkske, is door de gemeente ook omgebouwd tot een multifunctionele ruimte. Luc Janssens (Open VLD), schepen, sluit zich hierbij aan en wijst de gemeenteraad erop dat in alle kerken momenteel nog erediensten doorgaan, en dat we hiervoor respect moeten hebben in de uitwerking van het meerjarenplan. Pieter Buysse stelt dat in het opgemaakte document is opgenomen dat de gemeenten investeringen dragen in de kerken, dus het toch niet zo dat het geheel vrijblijvend is. Hij herhaalt ook dat in de nota staat dat er geen mogelijkheden worden gezien die in deze kerken kunnen plaatsvinden, waar hij het niet mee eens is. Dirk Van Mechelen antwoordt dat de kerken, zoals bijvoorbeeld Sint- Jacobus en de kerk van Hoogboom, geregeld worden gebruikt voor activiteiten zoals concerten, die kunnen doorgaan met respect voor de omgeving. Hij benadrukt dat de opportuniteiten zullen worden bekeken indien er in de toekomst kerken zullen vrijkomen. Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T met 22 stemmen voor (CD&V, Vlaams Belang, Open VLD, N-VA) bij 3 stemmen tegen (Sp.a- Groen): Enig artikel.De gemeenteraad keurt de langetermijnvisie op de parochiekerken in de Gemeente Kapellen goed. RETRIBUTIEREGLEMENT VOOR STANDPLAATSEN DORPSDAG De gemeenteraad vergaderd in openbare zitting, Gelet op artikel 42 betreffende de bevoegdheid van de gemeenteraad en artikel 253 betreffende het algemeen bestuurlijk toezicht van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten, zoals gewijzigd;
Gelet op het advies van de Federale Overheidsdienst Economie zoals bepaald wordt in artikel 10 §2 van de wet van 25 juni 1993; Gelet op de gevoerde bespreking door en beslissing van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 4 januari 2016; Overwegende dat er vanaf de Dorpsdag van zondag 29 mei 2016 een retributie wordt gevraagd aan standhouders; Overwegende dat de organisatie van de Dorpsdag kosten veroorzaakt (onder andere huur diverse materialen, muziekgroepen, elektriciteitsvoorziening, publiciteit en inzet gemeentepersoneel); Gelet op de noodzakelijkheid van een retributie om het evenwicht van de gemeentebegroting te verzekeren; Overwegende dat een gedifferentieerd tarief voor deelname aan de Dorpsdag gerechtvaardigd is in relatie tot het na te streven doel, namelijk het promoten en ondersteunen van Kapelse verenigingen, handelaars en organisaties; Gelet op volgende tussenkomsten:
Mevrouw Frieda De Naeyer (Vlaams Belang), raadslid, vraagt vanaf wanneer de inschrijvingen voor de Dorpsdag worden geopend? De heer Dirk Van Mechelen (Open VLD), burgemeester, antwoordt dat dit het geval zal zijn vanaf 19 januari 2016. De heer Luc Devriese (N-VA), schepen, vult aan dat inschrijven mogelijk is tot 15 april 2016. Mevrouw Mieke De Schepper (sp.a- Groen), raadslid, vraagt of het klopt dat ook handelaars die voor hun eigen winkel staan hiervoor moeten betalen? Dirk Van Mechelen bevestigt dit. De vraag hiervoor komt van de handelaars zelf. Door de handelaars te laten betalen voor een standplaats wordt bovendien vermeden dat er "gaten“" vallen in het parcours, doordat handelaars niet komen opdagen. Mieke De Schepper wil graag weten of de verenigingen ook moeten betalen. Dirk Van Mechelen wijst haar erop dat verenigingen, indien zij geen drank en/of eten aanbieden gratis kunnen deelnemen aan de dorpsdag, en dat zij anders 20,00 euro moeten betalen. Hij stelt dat het de bedoeling is dat verenigingen de Dorpsdag opnieuw gaan bekijken als een kans om hun vereniging te promoten, zo houden heel wat sportclubs bijvoorbeeld demonstraties of optredens tijdens de Dorpsdag. Die optredens zullen deels gegroepeerd worden op het Dorpsplein. Mieke De Schepper wil tenslotte nog een verduidelijking hoe de regeling is voor verenigingen die voor hun eigen pand willen staan. Dirk Van Mechelen stelt dat hier dezelfde regeling van toepassing is, dat zij enkel dienen te betalen in het geval zij eten en/of drinken willen verkopen. Omwille van praktische overwegingen wordt er bovendien zoveel mogelijk naar gestreefd dat zij voor hun eigen pand een stand kunnen plaatsen. Dirk Van Mechelen geeft ook aan dat de standhouders met rollend materieel de mogelijkheid hebben om een stand met veel lopende meters op te stellen, tegen een interessant tarief, om zo deze mensen ook een plaats te geven binnen het parcours. Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T met 20 stemmen voor (Vlaams Belang, Open VLD, N-VA) bij 5 onthoudingen (Sp.a- Groen, CD&V):
Art. 1.Deelname aan de jaarlijkse Dorpsdag in Kapellen is onderworpen aan een retributie volgens hiernavolgende tarieven: - Kapelse verenigingen en organisaties, dit zijn verenigingen en/of organisaties die aangesloten zijn bij een gemeentelijke adviesraad, of verenigingen en/of organisaties met maatschappelijke zetel in Kapellen, of verenigingen en/of organisaties waarvan tenminste de helft van de leden inwoners zijn van Kapellen: - 0,00 euro voor een standplaats met een maximum van 3 lopende meter zonder verkoop van dranken en/of eten; - 20,00 euro voor een standplaats met een maximum van 3 lopende meter met verkoop van dranken en/of eten. - Kapelse handelaars gelegen langs het parcours van de Dorpsdag: 20,00 euro voor een standplaats voor eigen pand. - Kapelse handelaars gelegen buiten het parcours van de Dorpsdag, incluis markthandelaars woonachtig in Kapellen of met een abonnement op de wekelijkse markt in Kapellen: 20,00 euro voor een standplaats met een maximum van 6 lopende meter. - Verenigingen, organisaties en handelaars van buiten de gemeente: 50,00 euro voor een standplaats met een maximum van 6 lopende meter. - Alle standhouders: 10,00 euro per extra lopende meter, met een plafond van 50,00 euro (of 5 meter). Extra lopende meters worden niet aangerekend. - Standhouders rommelmarkt: 2,50 euro per lopende meter. - Alle standhouders: - 5,00 euro voor een elektriciteitsaansluiting (indien gewenst en op voorhand aangevraagd), inclusief verbruik; - 5,00 euro voor een wateraansluiting (indien gewenst en op voorhand aangevraagd), inclusief verbruik. Art. 2.Wie ten laatste veertien dagen voor de Dorpsdag zijn deelname annuleert, krijgt de helft van de al betaalde retributie terugbetaald. Art. 3.Als bij een controle de dag zelf blijkt dat een standhouder zich niet houdt aan dit retributiereglement en aan de afspraken en voorschriften van het Dorpsdagreglement kan een bijkomende retributie tot 50,00 euro worden opgelegd. Het exacte bedrag van die bijkomende retributie wordt bepaald door het college van burgemeester en schepenen. Art. 4.Dit retributiereglement treedt in werking vanaf zondag 29 mei 2016 en loopt tot en met 31 december 2019. Art. 5.Dit raadsbesluit vervangt elk voorgaande ten deze.
AANPASSING SUBSIDIEREGLEMENT PROJECT-, KADERVORMING- EN STARTSUBSIDIES VOOR SPORT- EN JEUGDVERENIGINGEN De gemeenteraad vergaderd in openbare zitting, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, zoals gewijzigd bij het decreet van 15 december 2006; Gelet op het feit dat met ingang van het meerjarenbeleidsplan 2014 - 2019 de verschillende subsidiereglementen van de vrijetijdsdiensten bekeken werden en op elkaar afgestemd werden in de gemeenteraad van 23 juni 2014; Gelet op het feit dat de algemene structuur van het subsidiereglement vereenvoudigd werd en een basissubsidie wordt ingevoerd die aangevuld wordt met een accentsubsidie; Overwegende dat in dit voorstel het subsidiereglement van de jongerenprojecten, de kadervorming en de startsubsidies gewijzigd wordt; Overwegende dat de voorgestelde aanpassingen gebaseerd zijn op opmerkingen van de jeugd-, sport- en cultuurdienst, aangevuld met bemerkingen van adviesraden, verenigingen en particulieren; Overwegende dat de werkings-, accent- en kampvervoersubsidies in het voorjaar van 2016 grondig geëvalueerd zullen worden; Gelet op het huidige subsidiereglement ‘jeugd’ met aanduiding van de specifieke onderdelen (vetgedrukt) waarvoor een nieuw voorstel wordt geformuleerd; A.
Algemene artikels omtrent begrippen, algemene bepalingen en voorwaarden
erkenningsvoorwaarden
en
B.
Basissubsidies: bestaande uit werkingssubsidies en extra accentsubsidies op basis van punten
C.
Projectsubsidies met de nadruk op jeugd
D.
Kadervormingssubsidies met de nadruk op jeugd
E.
Startsubsidies
F.
Subsidies aan politieke jongerenverenigingen
G.
Subsidies voor kampvervoer
Overwegende dat volgende aanpassingen worden voorgesteld: Specifieke wijziging Wijzigingen aan ‘C. Projectsubsidies’ Nieuwe naam: subsidie voor jongerenprojecten
Wijzigingen en motivatie voor de wijziging WIJZIGINGEN Een wijziging in de formulering van de beoordelingscriteria. Dit was voorheen niet altijd even duidelijk, noch om te beoordelen, noch voor de indiener.
De voorwaarden worden mee opgenomen bij de beoordelingscriteria. Deze moeten immers vervuld zijn.
Er kan advies gevraagd worden van de sportdienst ingeval een sportvereniging een aanvraag indient,
aangezien de sportdienst de betrokken vereniging beter kent.
Wijzigingen aan ‘D. Kadervormingsubsidies’
MOTIVATIE Dit reglement is specifiek gericht op jongerenprojecten. Socio-culturele projecten die zich niet specifiek naar jongeren richten kunnen in aanmerking komen voor projectsubsidies via het subsidiereglement van de cultuurdienst. WIJZIGINGEN Er komt één reglement voor jeugd en sport, maar dit reglement is nog wel opgedeeld. Dit zal duidelijker worden voor de betrokken diensten.
Wijzigingen aan ‘E. Startsubsidies’
Het maximumbedrag blijft 180,00 EUR, maar dit per kalenderjaar (en niet per werkingsjaar). Per cursus is er ook een maximum van 90,00 EUR. Een aanvraag moet binnen de zes maanden na het volgen van een cursus ingediend worden, in plaats van binnen twaalf maanden.
MOTIVATIE Deze voorstellen zijn er op voorstel van de jeugd- en cultuurdienst, aangezien het aantal aanvragen en de gevraagde bedragen te hoog waren voor het voorziene budget. Dit jaar is er veel geld bijgepompt om de vormingen te kunnen betalen. Dit is niet haalbaar voor andere jaren. WIJZIGINGEN Een startsubsidie is een voorschot op de werkingssubsidies die een vereniging nog kan krijgen. MOTIVATIE Indien we dit niet zien als een voorschot, wordt een toegekende startsubsidie afgetrokken van de pot van werkingssubsidies en krijgen alle andere verenigingen dus minder middelen.
Gelet op het positief advies van de jeugdraad op 17 december 2015 over de voorgestelde nieuwe subsidiereglementen; Gelet op het positief advies van de sportraad van 6 januari 2016 over de voorgestelde nieuwe subsidiereglementen; Overwegende dat de jeugd- en cultuurdienst voorstelt om de drie reglementen vanaf januari 2016 te laten ingaan; Overwegende dat deze reglementen per kalenderjaar zullen lopen (januaridecember) in plaats van per werkingsjaar (september-augustus); Gelet op volgende tussenkomsten:
Mevrouw Mieke De Schepper (Sp.a- Groen), raadslid, betreurt dat in artikel 3 van het reglement, het beoordelen van de aanvragen, twee criteria, zijnde het belang voor de buurt en de ecologische waarde, wegvallen. Dit zijn punten waaraan haar fractie veel waarde hecht, en ze hoopt dan ook dat deze opnieuw toegevoegd zullen worden.
Daarnaast vraagt zij zich af waarom er bij het gedeelte over de kadervormingssubsidies een aanpassing is van het cursusgeld. Koen Helsen (Open VLD), schepen, legt uit dat uit de praktijk is gebleken dat er soms heel dure cursussen worden gevolgd. Door deze aanpassing wordt dit beperkt. Het totaalbedrag is gelijk gebleven, maar per cursus is het nu beperkt tot 90,00 euro. Hij benadrukt ook dat de jeugdraad hierin gevolgd is. Koen Helsen geeft aan dat het voornamelijk gaat over een verfijning van de reglementen, zoals ook bij de criteria, die vaak voor onduidelijkheid zorgden, met kleine aanpassingen ter verduidelijking. Hij geeft het voorbeeld van het gedeelte over de startsubsidies, waarbij nu duidelijk staat vermeld dat het gaat om een voorschot op de werkingssubsidies. De heer Pieter Buysse (Sp.a- Groen), raadslid, vindt dat de motivatie voor dit nieuwe reglement vooral een financiële motivatie lijkt te zijn, en niet een verfijning. Dirk Van Mechelen (Open VLD), burgemeester, stelt dat er vroeger vaak een probleem was voor startende verenigingen, doordat zij geen budget hadden. Er kwam dus dikwijls de vraag of er geen voorschot kon worden gegeven. Met deze startsubsidie is dit dus mogelijk, en dit wordt opnieuw verrekend bij de definitieve subsidies voor het werkingsjaar. Dit blijkt een succesverhaal te zijn. Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T met 20 stemmen voor (Vlaams Belang, Open VLD, N-VA) bij 2 onthoudingen (CD&V) en 3 stemmen tegen (Sp.a- Groen): Enig artikel.De gemeenteraad keurt de voorgestelde aanpassingen aan volgende subsidiereglementen, die de huidige reglementen vervangen, goed: - Jongerenprojecten (voorheen projectsubsidies) - Startsubsidies voor jeugd- en sportverenigingen - Kadervormingsubsidies voor jeugd- en sportverenigingen Deze reglementen zijn hieronder integraal bijgevoegd:
Subsidiereglement voor jongerenprojecten Artikel 1. Wat is een jongerenproject Binnen de perken van het voorziene begrotingskrediet voorziet het gemeentebestuur subsidies aan Kapelse verenigingen en particulieren voor projecten. Door het uitkeren van subsidies voor jongerenprojecten wil het gemeentebestuur de organisatie van experimentele, uitzonderlijke, vernieuwende of creatieve projecten door particulieren en/of verenigingen stimuleren. Artikel 2. Wie kan een projectaanvraag indienen De organisator kan een jeugd- , sport- , cultuur- , scholieren- , studentenvereniging of een andere Kapelse vereniging zijn. Ook samenwerkingsverbanden tussen verschillende verenigingen, een toevallige groep of particulieren kunnen in aanmerking komen voor deze subsidie. Bij verenigingen moet de activiteit duidelijk buiten hun normale werking vallen.
Artikel 3. Beoordeling van de aanvraag De organisator stelt het project voor aan de jeugd- en cultuurdienst die het voorstel beoordeelt. De jeugd- en cultuurdienst keurt de aanvraag voor de subsidie voor jongerenprojecten al dan niet goed op basis van volgende beoordelingscriteria:
Het project moet creatief, experimenteel, cultureel, origineel, educatief of vernieuwend zijn, gericht op de doelgroep kinderen en jongeren tussen 3 en de 30 jaar:
Inhoudelijke omschrijving van het project Omschrijving van de visie en doelstellingen van het project plan van aanpak: omschrijving met stappenplan Hoe bereik je de doelgroep? Omschrijving van promotieplan Het al dan niet bestaan van samenwerkingsverbanden tussen verschillende verenigingen, gemeentediensten, organisaties etc bij de uitvoering van het project.
Een gedetailleerde raming van inkomsten en uitgaven
Voorwaarden: De organisator en het project voldoen aan volgende voorwaarden:
hoofddoel van het project is niet het maken van winst.
de uitvoering van het project vindt plaats in Kapellen.
de promotiekanalen worden gedeeld met het Kapelse gemeentebestuur (jeugd-, cultuur-, sport- of informatiedienst) met vermelding van de steun van de gemeente Kapellen en het gemeentelijke logo.
De jeugd- en cultuurdienst bespreekt het ingediende project met de organisator en overlegt met hen de mogelijkheden eventuele aanpassingen te doen om het project te doen slagen. De sportdienst kan eveneens om advies gevraagd worden, indien een sportvereniging een subsidie voor een jongerenproject indient. De jeugd- en cultuurdienst motiveert de genomen beslissing bij het college van burgemeester en schepenen en stelt deze motivatie ter beschikking van de jeugdraad en cultuurraad indien deze hierom vraagt. De jeugd- en cultuurdienst brengt de betrokken adviesraad steeds op de hoogte van de ingediende projectaanvragen. Artikel 4. Indienen van het projectvoorstel De aanvraag dient minstens 2 maanden en maximum 6 maanden voor de activiteit op de daartoe voorziene formulieren toe te komen op de jeugd- en cultuurdienst. De jeugd- en cultuurdienst keurt de aanvraag al dan niet goed en motiveert deze beslissing aan het college. De organisator stelt het project voor aan de jeugd- en cultuurdienst op basis van de gestelde criteria en voorwaarden. Artikel 5. Hoeveel bedraagt de subsidie voor jongerenprojecten
Indien het ingediende project wordt goedgekeurd op basis van de beoordelingscriteria wordt een basissubsidie van 350 euro uitbetaald. Deze basissubsidie kan verhoogd worden, waarbij het bedrag van de verhoging gelijk is aan het negatieve saldo van het project na afrekening van alle inkomsten en uitgaven. De toegekende subsidie kan nooit meer dan de totale kostprijs van het project bedragen en kan nooit hoger zijn dan 750 euro. Artikel 6. Welke kosten komen in aanmerking Uitgaven die in aanmerking komen voor subsidiëring: -
huurgelden infrastructuur
-
promotiekosten
-
verzekering
-
auteursrechten
-
uitkoopsommen, honoraria
-
onkosten huur of aankoop materiaal
Uitgaven die niet in aanmerking komen voor subsidiëring: -
kosten die voortkomen uit het aanbieden van voedsel, drank, logies zowel aan organisatoren, artiesten e.d. als aan bezoekers.
-
boetes of kosten die voortkomen uit schade aangebracht door artiesten, organisatoren, sprekers enzovoort.
-
kosten ingediend en goedgekeurd voor werkingssubsidies of andere gemeentelijke subsidies.
Deze lijst is niet nominatief en kan uitgebreid worden door het college van burgemeester en schepenen, na advies van de jeugd- en cultuurdienst. Artikel 7. De organisator kan tijdens het weekend voor het project gebruik maken van gemeentelijke jeugd- en cultuurzalen aan het geldende gunsttarief, voor zover deze nog beschikbaar zijn en in overleg met de jeugd- en cultuurdienst. Artikel 8. De basissubsidie van 350,00 euro wordt zo snel mogelijk na goedkeuring uitbetaald op de rekening van de organisatie. De eventuele verhoging van de basissubsidie wordt uitbetaald door storting op de rekening van de organiserende vereniging of particulier en dit ten laatste 3 maanden na realisatie van het project en na voorlegging van een duidelijke kostenanalyse met de nodige facturen en documenten.
Reglement voor subsidiëring van kadervorming: Jeugd en sport Artikel 1. Voorwaarden: 1.1. JEUGD Algemeen:
Binnen de perken van het voorziene begrotingskrediet voorziet het gemeentebestuur kadervormingssubsidies aan Kapelse jongeren tot en met 30 jaar die cursussen volgen ten dienste van particuliere of gemeentelijke jeugdwerking. Tevens worden er toelagen verleend aan niet-Kapelse jongeren die een leidinggevende functie binnen een Kapelse jeugdwerking hebben, onder voorwaarde dat betrokkene geen subsidies kan krijgen in de gemeente waar hij/zij woont. Kapelse inwoners ouder dan 30 jaar kunnen een kadervormingssubsidie ontvangen voor opleidingen of vormingen gevolgd in relatie tot de bezigheden van de Kapelse vereniging waar hij/zij een leidinggevende functie betreedt op voorwaarde dat de vereniging aangesloten is bij de Kapelse jeugdraad. Welke cursussen komen in aanmerking: Als kadervorming worden volgende cursussen erkend: -
cursus tot het behalen van het basisattest jeugdverantwoordelijke, attest animator of hoofdanimator
-
cursussen georganiseerd door verenigingen/instanties erkend door de Afdeling Jeugd en die een nuttige invloed hebben op de betreffende jeugdwerking
-
cursussen in het kader van de uitoefening van een leidinggevende functie in een Kapelse vereniging aangesloten bij de Kapelse jeugdraad.
1.2. SPORT Algemeen: Binnen de perken van het voorziene begrotingskrediet voorziet het gemeentebestuur kadervormingssubsidies aan Kapelse inwoners die cursussen volgen ten dienste van particuliere sportwerking. Tevens worden er toelagen verleend aan niet-Kapelse inwoners die een leidinggevende functie binnen een Kapelse sportvereniging hebben, onder voorwaarde dat betrokkene geen subsidies kan krijgen in de gemeente waar hij/zij woont. Welke cursussen komen in aanmerking: Als kadervorming worden volgende cursussen erkend: Sporttechnische cursussen en vormingen: -
georganiseerd door of onder auspiciën van de Vlaamse Trainersschool (V.T.S.);
-
georganiseerd en erkend door een door Sport Vlaanderen erkende sportfederatie, provinciale of gemeentelijke instantie;
-
andere evenals buitenlandse cursussen worden slechts aanvaard na voorlegging van het cursusprogramma, na advies van de sportraad en bij beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen;
Sportbestuurlijke cursussen en vormingen: -
georganiseerd door of onder auspiciën van Dynamoproject;
-
georganiseerd en erkend door een door Sport Vlaanderen erkende sportfederatie, provinciale of gemeentelijke instantie;
-
cursussen in het kader van de uitoefening van een leidinggevende functie in een Kapelse vereniging aangesloten bij de Kapelse sportraad.
Artikel 2. Hoeveel bedraagt de kadervormingssubsidie De toelage kan maximaal de kostprijs van de cursus bedragen en is begrensd tot 90,00 euro per cursus en 180,00 euro per persoon, per kalenderjaar (1 januari – tot 31 december). Artikel 3. De subsidie aanvragen De aanvraag dient te gebeuren op het daartoe bestemde formulier. Er dient een bewijs van de cursus voorgelegd te worden, waaruit blijkt dat de cursus betaald en gevolgd werd. De aanvraag dient ook de naam, het adres en het rekeningnummer te vermelden van diegene die de cursus betaald heeft. De aanvraag kan particulier gebeuren of door de vereniging waarvan de betrokkene(n) lid is (zijn). Artikel 4. Uitbetaling De aanvraag voor terugbetaling dient binnengebracht te worden uiterlijk 6 maanden na deelname aan de vorming. Per trimester vindt een uitbetaling plaats.
Reglement voor startsubsidie voor erkende jeugd- en sportverenigingen Artikel 1. Wat is de startsubsidie Binnen de perken van het voorziene begrotingskrediet voorziet het gemeentebestuur subsidies aan opstartende Kapelse verenigingen. Met het uitkeren van startsubsidies wil het gemeentebestuur opstartende verenigingen een duw in de rug geven, door reeds een voorschot op hun werkingssubsidies te geven. Artikel 2. Wie kan de starterssubsidie aanvragen Nieuwe verenigingen die nog geen gebruik hebben gemaakt van andere gemeentelijke werkingssubsidies binnen de reguliere subsidiereglementering van één van de Kapelse gemeentediensten, kunnen een startsubsidie aanvragen. Politieke jongerenverenigingen komen niet in aanmerking voor een startsubsidie. Artikel 3. Voorwaarden De nieuwe vereniging moet door de jeugd- of sportraad erkend worden. Daarvoor moet de startende vereniging een aanvraag met motivatie indienen bij de desbetreffende gemeentelijke dienst en voldoen aan de erkenningsvoorwaarden. Deze aanvraag wordt door de betreffende dienst
geagendeerd op de eerstvolgende Algemene Vergadering of eerstvolgend dagelijks bestuur van de betreffende adviesraad. De aanvrager kan worden gevraagd zijn/haar aanvraag op de adviesraad te komen toelichten. De adviesraad keurt de vraag tot erkenning en tot toetreding al dan niet goed bij meerderheid van stemmen. Het gemeentebestuur voorziet voor het indienen van de aanvraag de nodige formulieren. Artikel 4. Hoeveel bedraagt de subsidie? De toegekende subsidie bedraagt 250,00 euro en is eenmalig. Een startsubsidie geldt als voorschot. Dit is een voorschot op de mogelijke werkings- of basissubsidie die de betreffende vereniging kan aanvragen en ontvangen op het einde van het werkingsjaar. Artikel 5. Betaling De subsidie wordt uitbetaald door storting op de rekening van de vereniging en dit ten laatste 2 maanden na de erkenning als vereniging en toetreding tot de betrokken adviesraad. WIJZIGING REGLEMENT AANKOOP BEKERS EN MEDAILLES DOOR SPORTCLUBS De gemeenteraad vergaderd in openbare zitting, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op vraag van de financiële dienst om een wijziging doen aan het huidige reglement, waarbij wordt opgenomen dat de sportclubs een betalingsbewijs moeten binnenbrengen; Gelet op volgende tussenkomsten:
Mevrouw Mieke De Schepper (Sp.a- Groen), raadslid, verwijst naar artikel 3 waarin wordt vermeldt dat het college beslist wanneer er een aankoop boven 50,00 euro wordt aangevraagd. Zij vindt het vreemd dat er hierin geen plafondbedrag is vermeld, en vreest dat dit afhankelijk zal zijn van goodwill om dit te bepalen. Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T met 20 stemmen voor (Vlaams Belang, Open VLD, N-VA) bij 5 onthoudingen (Sp.a- Groen, CD&V): Art. 1.De gemeenteraad keurt de wijziging in het reglement voor de aankoop van bekers en medailles door sportclubs goed.
REGLEMENT VOOR AANKOOP VAN BEKERS EN MEDAILLES Artikel 1: Elke vereniging aangesloten bij de Kapelse sportraad kan jaarlijks eenmaal een aanvraag indienen voor een aankoop van bekers en/of medailles voor een door de vereniging georganiseerde activiteit.
Artikel 2: Deze aanvraag dient te gebeuren aan de hand van het daarvoor voorziene aanvraagformulier. Samen met het aanvraagformulier dient een aankoopbewijs te worden voorgelegd aan de sportdienst. Artikel 3: Een richtbedrag van 50,00 euro wordt per aanvraag per jaar per sportclub voorzien. Voor aankopen die hoger liggen dan 50,00 euro, dient de club alvorens de aankoop, een kostenraming voor te leggen aan het college van burgemeester en schepenen ter goedkeuring. Artikel 4: Het aanvraagformulier moet volledig worden ingevuld en ondertekend en samen met het aankoopbewijs en betalingsbewijs, aan de gemeentelijke sportdienst worden bezorgd. Art. 2.De wijzigingen in dit reglement worden met onmiddellijke ingang toegepast. OPRICHTING INTERGEMEENTELIJKE PROJECTVERENIGING ERFGOED VOORKEMPEN De gemeenteraad, vergaderd in openbare zitting, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, gewijzigd bij decreet van 18 januari 2013; Overwegende de groeiende tendens voor samenwerken over de gemeentegrenzen heen, wat ook gestimuleerd wordt vanuit de bovenlokale overheden onder andere via subsidiëring; Gelet op de plannen om een Intergemeentelijke Onroerend ErfgoedDienst (IOED) op te starten met de gemeenten Essen, Kalmthout, Ranst, Schilde, Wijnegem, Wommelgem, Wuustwezel en Zoersel; Gelet op het voorstel tot oprichting van een intergemeentelijke samenwerking in de vorm van een projectvereniging met de naam Erfgoed Voorkempen met de gemeenten Essen, Kalmthout, Ranst, Schilde, Wijnegem, Wommelgem, Wuustwezel en Zoersel; Gelet op de besprekingen tijdens en de beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in zittingen van 19 oktober 2015 en 4 januari 2016; Overwegende dat voor financiering van het samenwerkingsverband en de beoogde projecten middelen zijn voorzien in het werkingsbudget van 2016 en volgende; Gelet op volgende tussenkomsten:
De heer Pieter Buysse (Sp.a- Groen), raadslid, merkt op dat dit het tweede initiatief is tot de oprichting van een samenwerkingsverband op korte tijd. Vanwaar plots die initiatieven? De heer Dirk Van Mechelen (Open VLD), burgemeester, stelt dat dit wordt opgelegd door de Vlaamse regering. Hij vindt het zelf ook positief om op deze manier samen te werken om kennis uit te wisselen tussen gemeenten. Gelet op de gevoerde bespreking, B E S L U I T met unanimiteit van de stemmen:
Art. 1.De gemeenteraad hecht zijn goedkeuring aan de oprichting van een intergemeentelijke projectvereniging met de naam Erfgoed Voorkempen in het kader van de opstart van een Intergemeentelijke Onroerend ErfgoedDienst (IOED) met de gemeenten Essen, Kalmthout, Ranst, Schilde, Wijnegem, Wommelgem, Wuustwezel en Zoersel. Art. 2.De gemeenteraad neemt kennis van en stemt in met de statuten van Erfgoed Voorkempen:
“3.1
Hoofdstuk 1: naam, zetel, doelstellingen en duur
Artikel 1 - Naam van de projectvereniging De projectvereniging wordt genoemd ‘projectvereniging erfgoed Voorkempen’. De projectvereniging is onderworpen aan de bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, en aan deze statuten. In de verdere tekst van deze statuten wordt de projectvereniging erfgoed Voorkempen aangeduid als ‘projectvereniging’. Artikel 2 - Zetel van de projectvereniging De zetel van de vereniging is gevestigd in Ranst (Oelegem), Schildesteenweg 99. Artikel 3 - Deelnemers §1 De deelnemers aan de projectvereniging zijn de gemeenten Kalmthout, Essen, Wuustwezel, Kapellen, Schilde, Wijnegem, Wommelgem, Ranst, Zoersel en provincie Antwerpen. §2 Zij worden ingeschreven in het deelnemersregister dat aan de statuten van de projectvereniging gehecht is. In het deelnemersregister wordt vermeld voor welke deelwerking(en) de deelnemers een bijdrage (financiële en/of logistieke bijdrage) leveren. Artikel 4 - Doel van de projectvereniging De vereniging heeft tot doel te zorgen voor het behoud (zonder eigendomsverwerving), beheer onderzoek en ontsluiting van het onroerend ((archeologisch, landschappelijk, monumenten) ) en cultureel (roerend en immaterieel) erfgoed op het grondgebied van de deelnemende gemeenten. De vereniging staat tevens in voor het opbouwen, delen en uitwisselen van kennis en expertise rond erfgoed. Artikel 5 - Duur van de projectvereniging § 1. De projectvereniging wordt opgericht voor een termijn van vier jaar met een start op 1 januari 2016. Tijdens deze periode is er geen uittreding mogelijk. § 2. De projectvereniging kan opeenvolgende keren verlengd worden voor een termijn van zes jaar, na een gunstige beslissing door de deelnemende gemeenten. Bij gebrek aan instemming van alle betrokken gemeenten en provincie of bij het uitblijven van één of meer beslissingen, wordt de projectvereniging ontbonden. Artikel 6 – Toetreding van nieuwe leden tot de projectvereniging Te allen tijde kunnen nieuwe deelnemers tot de vereniging toetreden. Zij dienen daartoe een aanvraag aan de zetel van de vereniging. De toetreding van een kandidaat-lid kan door de Raad van Bestuur maar worden aanvaard als alle deelnemende gemeenten met deze toetreding hebben ingestemd.
Daartoe legt de Raad van Bestuur de vraag tot toetreding voor aan alle deelnemende gemeenten die het engagement aangaan om de beslissing daarover te agenderen op de eerstvolgende gemeenteraad. De nieuwe deelnemers worden toegevoegd aan het deelnemersregister dat aan de statuten van de vereniging is gehecht. 3.2
Hoofdstuk 2: bestuur van de projectvereniging
Artikel 7 - Bestuur van de vereniging § 1. De projectvereniging wordt geleid door een raad van bestuur waarvan de leden benoemd worden door de deelnemers. § 2. Deze raad van bestuur heeft uitsluitend de bevoegdheid tot het nemen van beslissingen die kaderen binnen het doel van de vereniging. Het mandaat van bestuurder wordt beëindigd indien de respectieve raad die hij vertegenwoordigt zijn mandaat intrekt en in dezelfde raadsvergadering zijn vervanger aanduidt. Artikel 8 - Samenstelling raad van bestuur § 1. De raad van bestuur bestaat uit stemgerechtigde leden en uit leden met raadgevende stem. § 2. De stemgerechtigde leden bestaan uit één lid van het college van burgemeester en schepenen van elke deelnemende gemeente en één lid van de deputatie van de provincie Antwerpen. Elke gemeenteraad en provincieraad duidt één plaatsvervanger aan. Deze plaatsvervanger kan het stemgerechtigd lid, bij diens afwezigheid, vervangen in de raad van bestuur.Voor gemeenten betreft de plaatsvervanger een gemeenteraadslid verkozen op een lijst waarvan de verkozenen deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen of aangesteld zijn als voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Elk stemgerechtigd lid beschikt over slechts één stem. § 3. De stemmen van bestuurders die deelnemers vertegenwoordigen waarvan in het deelnemersregister is bepaald dat zij voor een welbepaalde deelwerking geen financiële en/of logistieke bijdrage leveren aan de vereniging, worden aangaande de besluiten omtrent deze deelwerking niet in aanmerking genomen om de vereiste meerderheden te bepalen. § 4. Daarnaast duidt elke deelnemende gemeente en de provincie één afgevaardigde aan als lid met raadgevende stem. Deze afgevaardigden zijn steeds raadsleden in de deelnemende gemeenten/provincie, verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen/bestendige deputatie. Elke deelnemende gemeente/provincie duidt één plaatsvervanger aan. Deze plaatsvervanger kan het lid met raadgevende stem bij diens afwezigheid vervangen in de raad van bestuur. Deze plaatsvervanger is een raadslid, verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen of deputatie. §5. De Raad van Bestuur kan zich laten bijstaan door ambtenaren en externe deskundigen of kan andere personen uitnodigen die een bijdrage kunnen leveren. De wijze van aanstelling van deze personen wordt geregeld via het huishoudelijk reglement. § 6. De bestuurders worden benoemd voor de duur van de projectvereniging, maar zijn van rechtswege ontslagnemend bij verlies van hun openbaar mandaat, uitgezonderd in geval van de algehele vernieuwing van de gemeenteraden/provincieraden. In voorkomend geval duiden de deelnemende
gemeenten en provincie in de loop van de maand januari volgend op het jaar van de verkiezingen tot algehele vernieuwing van de gemeenteraden, de nieuwe bestuurders aan. Zij treden aan op 1 februari daaropvolgend. Het mandaat van de bestuurder wordt eveneens beëindigd indien de respectievelijke raad die hij vertegenwoordigt zijn mandaat intrekt en in dezelfde raadsvergadering zijn vervanger aanduidt. Artikel 9 - Vergaderingen raad van bestuur De raad van bestuur vergadert ten minste 2X per jaar. De uitnodigingen worden minstens tien dagen vooraf verstuurd, vergezeld van een agenda. Om rechtsgeldig te beslissen moet de helft van de stemgerechtigde leden aanwezig zijn. Beslissingen worden genomen bij gewone meerderheid van stemmen. Artikel 10 - Presentiegeld De leden van de raad van bestuur zullen geen presentiegeld ontvangen. Artikel 11 - Ondersteuning raad van bestuur De raad van bestuur kan werkgroepen of adviesgroepen oprichten om de vergaderingen van de raad van bestuur voor te bereiden en kan specifieke opdrachten uitbesteden aan derden. De bepalingen met betrekking tot samenstelling en werkwijze van de adviesgroepen en werkgroepen worden door de raad van bestuur vastgelegd in haar huishoudelijk reglement. Artikel 12 - Verslaggeving § 1. De vergaderingen van de raad van bestuur zijn niet openbaar. De notulen van de vergaderingen en de bijhorende documenten worden, uiterlijk één maand na de vergadering, ter inzage gelegd op het secretariaat van de deelnemende overheden. § 2. De raad van bestuur legt de jaarrekeningen, samen met het activiteitenverslag en het verslag van de accountant jaarlijks, voor eind maart, ter goedkeuring voor aan de gemeenteraden en provincieraad. Artikel 13 - Werkingsmodaliteiten van de raad van bestuur De raad van bestuur maakt een huishoudelijk reglement op waarin de werkingsmodaliteiten van de raad van bestuur worden vastgelegd. Dat huishoudelijk reglement kan worden gewijzigd bij 2/3 meerderheid van stemgerechtigde leden van de raad van bestuur. Artikel 14 – handtekenbevoegdheid § 1 Tegenover derden volstaat, opdat de vereniging geldig vertegenwoordigd zou zijn, de handtekening van 2 stemgerechtigde leden van de raad van bestuur. 3.3
Hoofdstuk 3: financieel beheer
Artikel 15 - Budget en rekeningen § 1. De boekhouding wordt gevoerd overeenkomstig de wetgeving op de boekhouding van de ondernemingen en met naleving van de richtlijnen die de overheid uitvaardigt m.b.t. de boekhoudkundige verrichtingen. § 2. De raad van bestuur stelt de rekening van het afgelopen jaar vast uiterlijk op 31 maart na het verstreken boekjaar. De begroting wordt goedgekeurd door de raad van bestuur uiterlijk op 31 december van het jaar dat voorafgaat. Artikel 16 - Financiering
Er wordt geen bijdrage gevraagd van de deelnemende besturen voor een algemene werking of overheadkosten van de projectvereniging als dusdanig. Elk deelnemend bestuur kiest aan welke deelwerkingen en projecten het participeert. Financiële middelen die nodig zijn voor de realisatie van projecten en deelwerkingen, worden aangeleverd door de besturen die wensen te participeren. Artikel 17 - Financiële controle De raad van bestuur benoemt een accountant die de controle op de financiële toestand uitvoert en hierover jaarlijks rapporteert aan de raad van bestuur. 3.4
Hoofdstuk 4: wijziging statuten, toetreding, ontbinding
Artikel 18 - Wijziging van de statuten, toetreding De wijzigingen van de statuten, inclusief een eventuele uitbreiding van de doelstelling, en de toetreding van nieuwe leden behoeven de instemming van alle deelnemers, op basis van een gemeenteraad / provincieraadbeslissing. Artikel 19 - Ontbinding van de vereniging De vereniging kan voortijdig ontbonden worden mits een akkoord van 2/3 van de aanwezige stemgerechtigde bestuurders. De vereniging stelt hiertoe een vereffenaar aan. Artikel 20 - Bestemming van de activa na ontbinding In geval van ontbinding van de vereniging worden de activa, na aanzuivering van de eventuele passiva, overgedragen aan de deelnemende gemeenten in verhouding tot de betaalde financiële bijdragen in de lopende periode van de projectvereniging. Bij de ontbinding van de vereniging zullen de eventueel in gebruik gegeven goederen worden teruggegeven aan de eigenaars, in zoverre hun rechten daarop kunnen bewezen worden aan de hand van geschreven overeenkomsten. 3.5
Hoofdstuk 5 – Slotbepaling
Artikel 21 - Voor alles wat niet in deze statuten is voorzien, gelden de bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking. (BS 31.10.2001).” AFVAARDIGING RAAD VAN BESTUUR INTERGEMEENTELIJKE PROJECTVERENIGING ‘ERFGOED VOORKEMPEN’ De gemeenteraad, vergaderd in openbare zitting, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, gewijzigd bij decreet van 18 januari 2013; Gelet op het besluit van heden van de gemeenteraad houdende goedkeuring van de statuten van de intergemeentelijke projectvereniging ‘Erfgoed Voorkempen’ en houdende akkoord met de toetreding tot de intergemeentelijke projectvereniging ‘Erfgoed Voorkempen’; Gelet op artikel 8 van de statuten van de projectvereniging Erfgoed Voorkempen inzake de samenstelling van de raad van bestuur; Overwegende dat elke gemeenteraad één stemgerechtigd lid en één plaatsvervanger afvaardigt naar de raad van bestuur: uitsluitend gemeenteraadsleden, burgemeesters of schepenen kunnen dit mandaat vervullen; Overwegende dat iedere deelnemende gemeente ook één afgevaardigde met raadgevende stem en één plaatsvervanger aanduidt: het betreft een raadslid
verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen of aangesteld is als voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn; Gelet op de gevoerde bespreking, Gelet op de geheime stemming waarin gestemd wordt op de voorgestelde kandidaten, B E S L U I T met 23 stemmen voor, 1 stem tegen en 1 ongeldige stem: Enig artikel.Conform artikel 8 van de statuten duidt de gemeenteraad twee afgevaardigden en twee plaatsvervangers aan voor de raad van bestuur van de projectvereniging Erfgoed Voorkempen: - Schepen Sabine Van Dooren als stemgerechtigd lid, met gemeenteraadslid Frederic Van Haaren als plaatsvervanger. - Gemeenteraadslid Sonja Janssens als afgevaardigde met raadgevende stem, met gemeenteraadslid Mieke De Schepper als plaatsvervanger. GOEDKEURING NOTULEN OPENBARE ZITTING VAN 14 DECEMBER 2015 De notulen van deze vergadering worden bij toepassing van artikel 10.3 van het reglement van orde van 25 november 2013 goedgekeurd. ACTUALITEITSVRAGEN De heer Harold Van der Kraan, Sp.a- Groen!-fractie, diende volgende actualiteitsvraag in voor de gemeenteraad (toelichting door Mieke De Schepper):
Vragen over gevolgen levensduurverlenging kernreactoren Doel Naar aanleiding van de beslissing om de verouderde kerncentrales van Doel tien jaar langer open te houden, hebben wij vanuit onze fractie grote zorgen bij de toenemende veiligheidsrisico’s en incidenten. De kans op een ernstige kernramp, wordt steeds waarschijnlijker. Na Fukushima stelde het gerenommeerde Max Planck Instituut vast dat een bijzonder ernstig ongeval met kerncentrales elke tien tot twintig jaar verwacht moet worden. Geen rustgevende vaststelling! Burgemeesters uit de regio uiten hun bezorgdheden. Zo ook burgemeester Petter
van Bergen op Zoom die niet kan begrijpen dat de opstart van de veertig jaar oude kernreactoren Doel 1 en 2 heeft plaatsgevonden zonder een milieueffectreportage. Kapellen ligt op slechts 12km bij Doel vandaan. In de milieuraad van Kapellen is het onderwerp niet op de agenda geplaatst geweest en werd er niet om advies gevraagd.
VRAAG: Zijn wij als gemeente geïnformeerd geweest over de beslissing en werd er van het gemeentebestuur gevraagd om hierover uitspraak te doen (= had de gemeente inspraak bij de beslissing)? o Zo ja, welke adviezen zijn er dan vanuit Kapellen gegeven? o Zo nee, zijn jullie van plan om aan de hogere overheid te vragen inspraak of adviesrecht te krijgen bij beslissingen? Als de oude centrales openblijven, rest er lokale besturen helaas niets anders dan
zich voor te bereiden op een mogelijk groter incident waarbij evacuatie aan de orde kan zijn. Goede afspraken op en over de gemeente- en landsgrenzen heen,
zijn van levensbelang. Regionale evacuatieoefeningen helpen ons om alle procedures op punt te stellen. Het is belangrijk dat brandweer, politie, gemeenten, geneeskundige zorg en de hulpverleners regelmatig kunnen oefenen om samen te werken bij de uitvoering van een grootschalig evacuatieplan. VRAAG: Hoe vaak oefenen onze diensten met de Belgische en Nederlandse buurgemeenten samen in het uitvoeren van een grootschalig evacuatieplan? Dirk Van Mechelen (Open VLD), burgemeester, antwoordt op de eerste vraag dat het gaat over een beslissing van de federale regering waarbij er geen advies of inspraak is gevraagd. Dirk Van Mechelen vervolgt dat er heel wat wordt gedaan rond noodplanning en verwijst naar de evacuatie bij ELIM enkele weken geleden, die zeer goed is verlopen. Hij stelt dat bij een nucleair noodgeval onmiddellijk het federaal rampenplan van toepassing is, en daarnaast bestaat er sinds maart 2014 ook een provinciaal bijzonder nood- en interventieplan over de kernreactor in Doel. Hierbij worden twee gebieden onderscheiden, één van een straal van 10 kilometer rond de reactor, waarin ook een heel klein stukje van Kapellen valt, en één van een straal van 20 kilometer. Dirk Van Mechelen vervolgt dat er een gemeentelijk draaiboek voor de technische dienst, brandweer en politie is opgesteld waarin gedetailleerd is opgenomen welke straten wanneer moeten worden afgesloten, met vermelding van signalisatie en manschappen. Jaarlijks wordt ook het opgestelde cascade-systeem voor het doorgeven van meldingen ingeoefend. Dirk Van Mechelen legt verder uit dat er voor de maatregelen naar de bevolking vijf verschillende categorieën zijn. Naargelang de ernst wordt op basis hiervan bepaald of de inname van jodiumtabletten nodig is, of de bevolking moet schuilen, … zij worden hiervan in kennis gesteld via de media, sirenes of een snel oproepsysteem dat momenteel wordt gefinaliseerd. Deze jodiumtabletten zijn beschikbaar voor de bevolking. Ook op iedere gemeentelijke locatie zijn er jodiumtabletten beschikbaar. Dirk Van Mechelen geeft ook mee dat er ook over de gemeente- en landsgrenzen overlegmomenten zijn. Er is een tweejaarlijks overleg tussen de gemeenten Kapellen, Stabroek en Woensdrecht. En onlangs werd op het college ook een convenant rond noodplanning goedgekeurd, met daarin een samenwerking tussen de Provincie Antwerpen enerzijds en de veiligheidsregio Midden- en Westbrabant anderzijds. Mevrouw Frieda De Naeyer, Vlaams Belang-fractie, diende volgende actualiteitsvraag in voor de gemeenteraad:
Over het doven van de straatverlichting liepen reeds meerdere klachten binnen, gelukkig is er bij het college steeds een bereidheid geweest om waar nodig een afwijking op de algemene regel toe te staan. Deze keer handelt het over klachten uit de wijk : Eggenlaan, Harklaan, Dorsvlegellaan en Pannenhoefdreef. 126 wijkbewoners tekenden een petitie die ze per aangetekende zending bezorgden aan het college van Burgemeester en Schepenen. Het overgrote deel van de wijkbewoners klaagt over een groot onveiligheidsgevoel en een totaal gebrek aan zichtbaarheid.
Sinds oktober 2015 gepleegd.
werden er in deze wijk zeker 4 geregistreerde inbraken
Door de slechte staat van de voetpaden moeten de mensen in het duister op de rijweg wandelen om niet het risico te lopen te struikelen. Dit heeft al meermaals tot hele gevaarlijke situaties geleid wanneer honden en hun baasjes plots opdoken in de stralen van koplampen van auto’s net na een bocht. Daarom vragen deze mensen om her en der in de wijk een straatlantaarn te laten branden, en bij voorkeur aan bochten en kruispunten. Het in– of uitschakelen van bepaalde circuits, blijkt bij navraag aan industriële elektriciens geen enkel probleem te zijn. Daarom vragen wij u : Heeft u de petitie van de wijkbewoners ontvangen en – indien ja – welk gevolg
werd er aan gegeven ? Is de slechte staat van de voetpaden u bekend ? Wordt op korte termijn een her aanleg van deze voetpaden overwogen ? Bent u bereid om in de betrokken wijk 1 straatlantaarn om de 3 ’s nachts te laten branden ? De heer Koen Helsen heeft inderdaad weet van een petitie, maar dit was zonder vermelding van namen of adressen. Hij stelt dat het geen oplossing is om één lamp op de drie te laten branden, omdat de ogen van weggebruiker zich dan telkens dienen aan te passen, wat de verkeersveiligheid niet ten goede komt. Koen Helsen licht toe dat de Eggenlaan en de Harklaan twee doodlopende straten zijn, die met elkaar verbonden zijn door een fiets- en voetgangersdoorsteek. Dezelfde situatie is er in de Dorsvlegellaan en de Sikkellaan (die in opbouw is). Koen Helsen vermeldt dat er hier telkens één lichtpunt zal worden voorzien aan het einde van de straat, zoals zal gebeuren in alle doodlopende straten. Tenslotte geeft Koen Helsen ook mee dat de verzakking in de Pannenhoefdreef, zoals op de bijgevoegde foto’s is te zien, het gevolg is van een bewoner die zelf een oprit heft aangelegd. Maar uiteraard zullen hier de nodige herstellingen worden uitgevoerd.
Zitting geheven te 21.15 uur.
de gemeentesecretaris S. Claes
de voorzitter D. Van Mechelen