Ve n
jaar 2014-2015
Schoolgids
iss c o ol h
't
B
as
Basisschool ‘t Ven Seringenstraat 2 5241 XK Rosmalen Tel. 073 - 521 42 02 Fax 073 - 522 33 12 E-mail:
[email protected] Internet: www.bstven.nl
Schoolgids jaar 2014-2015
Basisschool ’t Ven Seringenstraat 2 5241XK Rosmalen tel: 073-5214202 fax: 073-5223312 E-mail:
[email protected] Internet: www.bstven.nl
1
schoolgids 2014-2015
Inhoudsopgave
Voorwoord directeur
blz. 5
Hoofdstuk 1: Onze school 1.1 1.2 1.3
Naam en situering van de school Richting / identiteit Het bevoegd gezag: Stichting Signum ‘s-Hertogenbosch
Hoofdstuk 2: Waar onze school voor staat
2.1 2.2 2.3 2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.5
Visie van onze school Schoolontwikkeling Schoolondersteuningsprofiel Sociale Veiligheid Leefstijl Anti-pestprotocol Prop-formulier Preventie Machtsmisbruik Internetprotocol Verkeersveiligheid
Hoofdstuk 3: De organisatie van ons onderwijs 3.1 3.2 3.3 3.4
De groepen Team en onderwijsondersteunend personeel Stagiaires Functiegebouw
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 4.13 4.14 4.15 4.16
basisschool ‘t Ven
Activiteiten peutergroepen Activiteiten groep 1-2 Activiteiten groep 3 Activiteiten groep 4 Activiteiten groep 5 Activiteiten groep 6 Activiteiten groep 7 Activiteiten groep 8 Algemene activiteiten Expressieve vorming Techniek ICT Catechese Bewegingsonderwijs Huiswerk Methodes
2
blz. 6 blz. 6 blz. 7
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
8 9 10 10 10 11 11 12 12 12
blz. blz. blz. blz.
13 13 13 13
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
14 14 17 19 20 21 23 24 26 26 27 27 27 28 28 29
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 5: Zorg voor de kinderen
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8
Opvang van nieuwe leerlingen in onze school Volgen van een leerling Leerlingbesprekingen Plusklas SOVA training Passend onderwijs Consultatie en verwijzing Overgang van basisschool naar voortgezet onderwijs
Hoofdstuk 6: Resultaten van ons onderwijs 6.1 6.2 6.3
Toetsing alle leerlingen Uitstroomgegevens leerlingen 2011-2012 Inspectiebezoek: de kwaliteit van ons onderwijs
Hoofdstuk 7: De ouders en ouderbetrokkenheid 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7
Algemeen Contact vanuit ouders naar school Contact / informatie vanuit school naar ouders Activiteiten waaraan ouders deelnemen Oudercomité Medezeggenschapsraad / Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad Klachtenprocedure
Hoofdstuk 8: Externe relaties
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6 8.7 8.8
Samenwerkingsverband Passage Inspectie KPC GGD / Jeugdgezondheidszorg / Maatschappelijk werk: Zorgteam Jeugdtandverzorging School en commercie Sponsors Tussen- en buitenschoolse opvang
Hoofdstuk 9: Verlofregeling, school- en vakantietijden 9.1 9.2 9.3 9.4 9.5
Vakantieverlof, gewichtige omstandigheden Schooltijden Afmelden leerlingen Vakanties Studiedagen
3
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
30 30 31 31 32 32 33 35
blz. 36 blz. 37 blz. 37
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
38 38 38 39 40 40 41
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
42 42 42 42 43 43 43 44
blz. blz. blz. blz. blz.
46 46 47 47 47
schoolgids 2014-2015
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 10: Schoolafspraken en andere wetenswaardigheden
10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 10.6 10.7 10.8 10.9 10.10 10.11 10.12 10.13 10.14 10.15 10.16 10.17 10.18 10.19
Bibliotheek Buitenschoolse sportactiviteiten Calamiteitenplan Fietsen naar school Hoofdluis Jeugdbladen- en boeken Kalender Kleding gym- en bewegingslessen Ouderbijdragen Rookvrije school Schoolfotograaf Schoolreglement Schoolsportdag Schorsing/verwijderingsprotocol: scholen binnen Signum Snoepbeleid Sportactiviteiten Uitstapjes Verjaardagen Verzekering
Overzichtslijst afkortingen onderwijs
Op internet (www.bstven.nl) treft u de volgende bijlagen aan. Deze bijlagen kunt u op afspraak ook inzien op het directiekantoor.
basisschool ‘t Ven
48 48 48 49 49 49 49 49 50 50 50 50 51 51 52 53 53 53 53
blz. 54
Bijlagen: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz. blz.
Schoolbestuur Algemene zaken Medewerkers basisschool ‘t Ven Verjaardagen team Protocol Tussenschoolse Opvang Protocol Buitenschoolse Opvang Protocol Brengen en halen kinderen onderbouw Zorgroute Vervangingsprotocol Dyslexieprotocol Anti-pest protocol Prop-formulier Preventie Machtsmisbruik op school Ongewenste omgangsvormen : Signum Internetprotocol Hoofdluisprotocol Sponsorconvenant Vakantieverlof, gewichtige omstandigheden Vakantierooster 2014-2015 Jaarkalender 2014-2015
4
Ve n
Voorwoord
Geachte ouders en andere belangstellenden,
Voor u ligt de mooie schoolgids van basisschool ‘t Ven voor het schooljaar 2014-2015. Deze gids informeert ouders en andere belangstellenden uitgebreid over onze school. We geven in deze gids aan waar onze school voor staat, zodat ouders weten wat ze van de school kunnen verwachten en eventuele keuzes makkelijker kunnen worden gemaakt. ’t Ven is een kleinschalige, gezellige, dynamische en kindvriendelijke school. We hebben een enthousiast team en zijn altijd in ontwikkeling. We zijn actief en open naar ouders. Zo is er een goede informatievoorziening via de schoolgids, nieuwsbrief, jaarkalender, website, het ouderportaal van ParnasSys en diverse ouderavonden en open dagen. Er zijn ook veel mogelijkheden voor ouders om actief te zijn op school. Kortom: een school waar je je gauw thuisvoelt! Op ’t Ven is veel aandacht voor sociaal-emotionele ontwikkeling. Er heerst een goede sfeer door plezierig en sociaal gedrag van kinderen onderling. Er is een uitgewerkt sociaal veiligheidsbeleid met antipestprotocol. We geven goed onderwijs door middel van differentiatie op niveau, goede interne zorg en een plusklas. We bewaken de voortgang onze leerlingen ook via groepsplannen. Mede hierdoor hebben we een goede beoordeling van de inspectie. We hebben digitale schoolborden in elke groep en werken ook met tablets. Basisschool ‘t Ven realiseert Passend onderwijs. Dit doen met behulp van interne specialisten en overleg en hulp van de collega’s/specialisten uit het Samenwerkingsverband Rosmalen. Passend onderwijs betekent dat elk kind onderwijs krijgt dat het best bij zijn of haar talenten en/of beperkingen past. Wij sluiten uiteraard met ons onderwijs zo goed mogelijk aan bij de mogelijkheden van onze leerlingen. ‘t Ven wil een school zijn die vertrouwen, uitdaging en ondersteuning biedt aan haar leerlingen. Onze missie is dan ook: ’t Ven: Een veilige sprong in het diepe! Dit schooljaar zijn we nog gehuisvest in de huidige locatie aan de Seringenstraat. Het volgend schooljaar hopen we onze nieuwe locatie aan de Mimosastraat te hebben betrokken. In de volgende hoofdstukken beschrijven we op welke wijze we denken onze doelstellingen te bereiken, in goede samenwerking met ouders en kinderen. Bent u benieuwd naar hoe wij bovenstaande in praktijk brengen, dan kunt u uiteraard een afspraak met ons maken.
iss c o ol h
't
B
as
Met vriendelijke groeten, Namens het team, Joep van Lierop, Directeur Juni 2014
5
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 1: Onze school
1.1 Naam en situering van onze school Basisschool ’t Ven ligt in de wijk ‘t Ven te Rosmalen. De school ligt aan de noordkant van Rosmalen en is van ’s-Hertogenbosch gescheiden door de rijksweg A2, Eindhoven – Utrecht. De school is dus genoemd naar de wijk ‘t Ven. In 1973 is onze school van start gegaan en uiteindelijk uitgegroeid tot de school die we nu zijn. Onze school telt negen groepslokalen, een peuterarrangement, een lokaal voor BSO en TSO, een speelzaal, een aula en een multifunctionele ruimte. Op 1 oktober 2013 telde onze school 187 leerlingen. De meeste kinderen die de school bezoeken, komen uit de wijk ’t Ven. De school is voor de leerlingen goed te voet en per fiets bereikbaar. Volgend schooljaar betrekken we onze nieuwe locatie aan de Mimosastraat, omdat het huidige schoolgebouw niet meer voldoet aan de geldende kwaliteitseisen. We noemen onze school dan Kindcentrum, omdat we, samen met Kanteel en andere stakeholders, kinderen opvang bieden in de leeftijd van 0 tot 13 jaar.
1.2 Richting/identiteit Basisschool ‘t Ven is een katholieke school. Onze katholieke identiteit vindt u terug in het uiting geven aan waarden en normen op basis van gelijkwaardigheid voor iedereen en respect voor de ander. Daarnaast is een aantal opvoedkundige waarden waar wij belang aan hechten: • waar mogelijk aandacht schenken aan individuele begaafdheid van elk kind; • het kind helpen zich naar vermogen te ontplooien; • kinderen leren om samen te werken en verschillen in aanleg en cultuur te respecteren. Dat betekent ook dat onze school open staat voor kinderen van alle religieuze richtingen. Zij volgen in principe de catecheselessen. Het team gebruikt hierbij de methode Trefwoord. Een werkgroep van de parochie regelt de voorbereiding op de Eerste Communie en het Vormsel, buiten de school om. De ouders dragen zelf zorg voor het op tijd aanmelden van het kind. In ons schoolplan, dat u desgewenst op het directiekantoor kunt inzien, vindt u een uitgebreide tekst over onze ‘levensbeschouwelijke identiteit’.
basisschool ‘t Ven
6
Hoofdstuk 1: Onze school
1.3 Het bevoegd gezag: Stichting SIGNUM ‘s-Hertogenbosch Signum is een stichting voor primair onderwijs op katholieke grondslag. Op 24 basisscholen, verspreid over de gemeente ’s-Hertogenbosch, en 1 school in Zaltbommel wordt les gegeven aan ruim 6300 leerlingen. Dagelijks zijn daarvoor circa 725 personeelsleden actief. Voorzitter van het College van Bestuur is Jan Timmers. Voor uitgebreide informatie: zie onze website www.signumonderwijs.nl Het bestuurskantoor van Signum is gevestigd op landgoed Coudewater te Rosmalen. Postadres: Postbus 104, 5240 AC Rosmalen Tel.: 073 – 8507850 Fax: 073 – 5225771 E-mail:
[email protected] Website: www.signumonderwijs.nl De scholen van Signum: Aventurijn Het Bossche Broek De Haren Den Krommen Hoek De Masten Het Palet ’t Sparrenbos ’t Ven
De Borch De Duizendpoot Jeroen Bosch De Kruisboelijn De Matrix Paus Joannes SBO Sprankel ’t Wikveld
‘t Boschveld De Fonkelsteen De Kameleon De Kwartiermaker Oberon ’t Schrijverke De Troubadour Wittering.nl
Het Strategisch Beleidsplan van Signum Het nieuwe Strategisch Beleidsplan van Signum voor de periode 2014-2018 wordt gepresenteerd in augustus 2014. In deze periode krijgen de volgende speerpunten aandacht: • Educatief partnerschap • Excellente medewerkers • Ononderbroken ontwikkelingsproces 0/13-jarigen • Professionele leergemeenschap • Zelfregulering Relatie met Kanteel Kinderopvang: Ten behoeve van voor- , tussen - en buitenschoolse opvang is de Stichting Signum een bestuurlijke samenwerking aangegaan met Kanteel Kinderopvang. Ook de peuterarrangementen zijn bij Kanteel ondergebracht. De clustermanager voor onze school is mevrouw Monique Bolder. Het managementteam van onze school gaat de komende jaren samen met de clustermanager verder vorm en inhoud geven aan Kindcentrum ’t Ven. Voor verdere informatie zie bijlage 1 op de website.
7
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 2: Waar onze school voor staat
2.1 Visie van onze school Zoals elke basisschool heeft onze school de opdracht uw kind te begeleiden bij zijn ontwikkeling naar volwassenheid. Normaal gesproken van het moment dat het als peuter bij ons binnenkomt tot het moment dat uw kind als prepuber naar een school voor voortgezet onderwijs gaat. Goed onderwijs is het belang van ouders, kinderen en leerkrachten. De kinderen vallen onder de gezamenlijke zorg en verantwoordelijkheid van school en ouders. Daarom vinden wij een goed contact en heldere afspraken tussen school en ouders van groot belang. Het contact moet open, rechtstreeks en eerlijk zijn. Ouders verwachten een goede begeleiding van hun kind vanuit de schoolorganisatie. Wij verwachten van ouders dat ze bij de school betrokken zijn en de school steunen. Educatief partnerschap, samenwerking en overleg tussen school en ouders met betrekking tot de ontwikkeling van hun kind, heeft dan ook hoge prioriteit binnen onze school. Volwassen zijn betekent dat je zelfstandig in het leven kunt staan. Wij menen dat zelfvertrouwen en vertrouwen in anderen voorwaarden zijn om die zelfstandigheid te kunnen bereiken en daarom streven wij naar adaptief (= op het kind afgestemd) onderwijs. Voor ons als team betekent dit een streven naar een manier van omgang met de kinderen, die vertrouwen schenkt, een manier van lesgeven die het zelfvertrouwen stimuleert en een manier van organiseren van lessen die de zelfstandigheid van de leerlingen vergroot. Bij dit alles zijn de mogelijkheden van uw kind het uitgangspunt. Door middel van onder andere handelingsgericht werken willen we passend onderwijs binnen onze school vorm geven. Kinderen van nu groeien op in een snel veranderende wereld waarin ontzettend veel informatie, voornamelijk in bewegende beelden, op hen afkomt en waarin overeenkomsten en verschillen tussen mensen niet toegedekt, maar juist gebruikt moeten worden. Dit bepaalt dan ook sterk het doel en de inhoud van de lessen. Wij verschuiven het accent van veel directe overdracht van kennis naar opdoen van vaardigheden. Allereerst natuurlijk de basisvaardigheden als lezen, schrijven en rekenen. Maar ook algemene vaardigheden als: inzicht krijgen in hoe je zelf bent en hoe je met anderen om moet gaan, inzicht krijgen in de verbanden die ons (dagelijks) leven bepalen, kritisch en creatief vraagstukken kunnen benaderen en tenslotte met plezier bewegen en creatief bezig zijn als verrijkende invulling van de vrije tijd. Onze school werkt volgens het principe van het leerstofjaarklassensysteem. Dit houdt in dat de kinderen op basis van leeftijd zijn gegroepeerd. Afhankelijk van de instroom van leerlingaantallen kan het zijn dat we leerlingen van verschillende leeftijden in een groep samenvoegen. We spreken dan van heterogene of combinatiegroepen. Bij de creatieve en expressieve vakken werken we groepsdoorbrekend. Hierbij werken kinderen uit verschillende groepen samen aan een bepaald thema en gaan op deze wijze hun grenzen verleggen. Samenwerken is hierbij ook een vereiste. In ons nieuwe schoolgebouw krijgen we de geschikte ruimten om deze wijze van werken verder toe te passen in ons eigentijdse onderwijs.
Ba
sis
basisschool ‘t Ven
't
Ve n
Onze missie is dan ook: ’t Ven: Een veilige sprong in het diepe!
schoo
"een veilige sprong in het diepe!"
l
8
Hoofdstuk 2: Waar onze school voor staat
2.2 Schoolontwikkeling Basisschool ‘t Ven ontwikkelt zich steeds meer tot een school met adaptief onderwijs. Daarom streven wij ernaar, binnen de kaders van de Wet op het Primair Onderwijs: • dat het onderwijs, waar mogelijk, is aangepast aan de onderwijsbehoefte van het kind; • dat gebruik wordt gemaakt van uiteenlopende materialen en instructieroutes; • dat de leerkrachten gevarieerde instructieprincipes gebruiken; • dat leerlingen in toenemende mate zelf verantwoordelijkheid nemen voor de planning en evaluatie van hun eigen leerproces. Adaptief onderwijs vindt plaats in een pedagogisch klimaat, waarin de kinderen zich geaccepteerd en veilig voelen. Zij weten en ervaren dat de leerkracht vertrouwen heeft in hun goede wil en in hun mogelijkheden. Daarbij streven wij ernaar om aan drie basisbehoeftes tegemoet te komen: • geloof en plezier in eigen kunnen (competentie); • het gevoel dat mensen je waarderen en met je om willen gaan (relatie); • het gevoel dat je iets kunt ondernemen zonder dat anderen je daarbij moeten helpen (autonomie). Een adaptief, activerend pedagogisch klimaat kenmerkt zich door uitdaging, ondersteuning en vertrouwen. Deze elementen dienen met name teruggevonden te worden in zowel de interactie tussen leerkrachten en leerlingen als in de manier waarop instructie wordt gegeven als in de organisatie van het onderwijs in de groep. Hiermee schept de leerkracht de basisvoorwaarden van een actieve gemotiveerde leerhouding bij de leerlingen. Dat is voor ons team het doel waarnaar wij op weg zijn. Het bovenstaande is niet van de ene op de andere dag realiseerbaar. Daarom zullen wij als team, en als lerende organisatie, in de komende jaren met behulp van ons schoolplan en de daarbij nodige evaluaties steeds meer deze streefdoelen proberen te benaderen. Om de twee jaar nemen we op onze school (en andere scholen onder Signum) de Jeugd Onderwijs Monitor (JOM) en Primair Onderwijs Monitor (POM) af. Ouders, kinderen van groep 6, 7 en 8, de leerkrachten en de directeur hebben vragenlijsten ingevuld. Met behulp van de conclusies van deze instrumenten, met daarnaast de aanbevelingen van de inspecteur en de behoefte ons onderwijs verder te ontwikkelen, is ons schoolplan opgesteld. Dit plan is bepalend voor de schooljaren 2011 t/m 2015, we evalueren het en stellen het jaarlijks bij. Er zal elk schooljaar zo concreet mogelijk aangegeven worden waarin we ons als school het komende schooljaar willen verbeteren en op welke manier we dat willen doen. We hebben dit concreet uitgewerkt in het jaarplan voor 2014-2015. Het schoolplan en jaarplan liggen ter inzage bij de directie. Scholing leraren Om onze schoolontwikkeling te bevorderen en om goed aan te kunnen sluiten bij de diverse vernieuwingen nemen de leerkrachten deel aan verschillende vormen van scholing. Aan de hand van het jaarplan, onderdeel van het vierjarig schoolplan, kijken we naar de behoefte aan groeps- of individuele scholing. Daarbij houden we rekening met eventuele nieuwe functies binnen de school, nieuwe onderwijsontwikkelingen en dergelijke. Bij groepsscholing kunnen speciale studiedagen en/of -middagen worden georganiseerd. Ten aanzien van de persoonlijke ontwikkeling van leerkrachten kan de videocamera als hulpmiddel ingezet worden. Hierbij waarborgen we de privacy van leerlingen. Mocht het zo zijn dat er opnamen worden gemaakt die gericht zijn op leerlingen dan vragen we hiervoor eerst bij de ouders om toestemming.
9
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 2: Waar onze school voor staat
Afgelopen schooljaar hebben we, naast de individuele scholingstrajecten, met het team o.a. een visie traject voor de nieuw te bouwen school gevolgd. Ook heeft een gedeelte van het team samen met onze collega’s van Kanteel een cursus gevolgd voor het observatie- en registratiesysteem ‘Kijk’. Basisschool ’t Ven wil zich in de nabije toekomst verder ontwikkelen naar een Kindcentrum: een school voor leerlingen van 0 tot 13 jaar, zoals ons schoolbestuur nastreeft. Zo bieden we voor-, tussen- en naschoolse opvang en is er een peuterarrangement voor twee groepen. In ons nieuwe Kindcentrum zal ook een kinderdagverblijf worden opgenomen. Hoewel basisschool en opvang onder twee verschillende stichtingen ressorteren, werken we veelvuldig samen op verschillende gebieden. Dit verloopt op een zeer constructieve wijze.
2.3 Schoolondersteuningsprofiel Met invoering van de wet op passend onderwijs 1 augustus 2014 hebben wij, net als alle andere scholen in Nederland een ondersteuningsprofiel opgesteld. Hiermee brengen wij in beeld welke (extra) ondersteuning wij onze leerlingen bieden. Ook geven wij aan welke stappen wij gaan zetten om de ondersteuning op onze school te verbeteren. Daarmee worden ook de mogelijkheden van ons onderwijs duidelijk. Het profiel is samengesteld samen met het personeel van onze school. Na advies van de MR is het profiel door ons schoolbestuur vastgesteld. Het schoolondersteuningsprofiel maakt onderdeel uit van ons schoolplan. De ouders van onze school worden over de mogelijkheden voor (extra) ondersteuning op onze school geïnformeerd door een samenvatting in de bijlage van de schoolgids. Het volledig profiel is opvraagbaar op school. Het schoolondersteuningsprofiel wordt in de toekomst verder ontwikkeld en getoetst.
2.4 Sociale veiligheid Tegenwoordig wordt het basisonderwijs ook beoordeeld op sociale veiligheid. Een school moet de sociale veiligheid onder leerlingen, ouders en personeel jaarlijks onderzoeken en waarborgen. Ook moet de school inzicht hebben in de beleving van sociale veiligheid en in incidenten die zich op dit gebied voordoen. Er is een uitgewerkt veiligheidsbeleid gericht op de preventie van en het optreden na incidenten. Onze visie hierop staat verwoord in het beleidsstuk Sociale Veiligheid. Het plan ligt ter inzage bij de directie.
2.4.1 Leefstijl De belangstelling voor sociaal-emotionele ontwikkeling in het onderwijs is in de afgelopen jaren sterk toegenomen. Scholen willen ongewenst gedrag voorkomen en probleemgedrag bestrijden. Waarden en normen staan volop in de belangstelling. We gaan ervan uit dat de ouders die hun kinderen op onze school hebben aangemeld, naast de missie van de school, ook achter onze waarden en normen staan. Bij een onderling geschil vindt een gesprek plaats. We laten, daar waar mogelijk, kinderen onze waardering merken door middel van een compliment, een schouderklopje enzovoort. We gaan goed en zorgvuldig om met materialen. Wanneer een kind iets moedwillig stuk maakt, wordt een vergoeding gevraagd om kinderen te laten beseffen dat eigendommen materiële en morele waarden hebben. Wanneer kinderen ruzie of onenigheid met elkaar hebben, proberen zowel
basisschool ‘t Ven
10
Hoofdstuk 2: Waar onze school voor staat
leerkrachten als leerlingen hier mondeling een einde aan te maken. We gaan hierbij uit van een ‘no blame’ aanpak. Fysiek geweld, zoals slaan, schoppen enzovoort wordt niet getolereerd. De uitspraak: “stop hou op” moet door de ander worden geaccepteerd en ertoe leiden dat de rust terugkeert op dat moment. Het door onze school gebruikte programma Leefstijl is een programma om de leerlingen bewust te maken van waarden en normen. Niet theoretisch of door ze op te leggen, maar in de praktijk door samen met klasgenoten activiteiten te ondernemen en opdrachten te doen, die het besef van ‘goed omgaan met elkaar’ versterken. Sociale en emotionele competentie Ook voor het optimaal functioneren van kinderen en het ontwikkelen van hun talenten zijn competenties als zelfvertrouwen, doordachte beslissingen nemen, luisteren, je gevoelens uiten en rekening houden met anderen onmisbaar. Leefstijl is een programma dat niet alleen de emotionele intelligentie stimuleert, maar, doordat kinderen beter in hun vel zitten, ook de cognitieve intelligentie. Kerndoelen: gezond en redzaam gedrag Leefstijl sluit aan bij de kerndoelen voor gezond en redzaam gedrag. Het programma biedt ook gezondheidsvaardigheden. Hierbij speelt preventie een belangrijke rol. De leeftijdsfase tussen tien en veertien blijkt een kritische periode. Effectieve preventie moet dan ook vóór deze leeftijd beginnen. Betrokkenheid van ouders Om ouders zoveel mogelijk te betrekken bij de lessen, zijn er verschillende huiswerkopdrachten, die de kinderen samen met hun ouders kunnen doen. We informeren de ouders via de nieuwsbrief over wat hun kinderen in de Leefstijllessen leren. Ouders kunnen met elkaar van gedachten wisselen over de opvoeding van hun kinderen. Zij kunnen kennismaken met ondersteunende vaardigheden hierbij, door middel van bijvoorbeeld een koffie-uurtje of open ochtenden, waarbij lessen kunnen worden bijgewoond. Ook organiseert de school thema-avonden.
2.4.2 Anti-pest protocol We spreken aan het begin van het schooljaar de klassenregels door. Waar mogelijk worden deze regels samen opgesteld en zichtbaar in de groep opgehangen. Het betreft onder andere een aantal omgangsregels. Deze regels staan vermeld in het anti-pest protocol, dat u kunt vinden in bijlage 10 op de website. Met ingang van dit schooljaar heeft onze school een anti-pestcoördinator. Aan deze taak wordt gedurende het schooljaar verder vorm gegeven.
2.4.3 Prop-formulier (Problemen Oplossen) Om kinderen bewust te maken van ontoelaatbaar gedrag en het zoeken van een weg naar een goede oplossing, is een Prop-formulier ontwikkeld. Kinderen die ontoelaatbaar gedrag laten zien, vullen zo’n formulier in. Daarna bespreken we het met de eventuele andere betrokken kinderen en/of de leerkracht. De leerlingen krijgen het formulier mee naar huis, zodat de ouders op de hoogte zijn. Zij ondertekenen het formulier en geven het weer mee naar school. We gaan er vanuit dat het formulier thuis ook met het kind wordt besproken. Wanneer er driemaal een formulier nodig is, worden de ouders uitgenodigd om samen met de school tot een goede aanpak van het probleem te komen. Voor meer informatie verwijzen wij u naar bijlage 11 op de website.
11
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 2: Waar onze school voor staat
2.4.4 PMM Preventie Machtsmisbruik In het belang van een aangenaam leef- en werkklimaat besteden we op onze school aandacht aan het voorkómen van machtsmisbruik. Het standpunt van onze school is dan ook: • machtsmisbruik hoort niet op onze school. • onze school wil een veilige plaats zijn voor allen die er werken en verblijven. Wat is machtsmisbruik? Eigenlijk alles wat we ervaren als ongewenste aandacht, vooral als er sprake is van machtsverschil. Leerlingen kunnen last hebben van opmerkingen over hun uiterlijk, kleding, gedrag, van aanrakingen, van blikken met een eventueel seksuele bijbedoeling. Niet iedere leerling die zich geïntimideerd voelt, heeft hierop een afdoend antwoord. In sommige gevallen wordt een kind gedwongen tot geheimhouding. Ook kunnen gevoelens van angst en schaamte, of schuldgevoelens ervoor zorgen dat het kind er niet over durft te praten. Meer informatie over dit onderwerp treft u in bijlage 12 op de website aan.
2.4.5 Internet protocol Steeds vaker komt het cyberpesten voor. Helaas kunnen we niet voorkomen dat kinderen hier thuis mee te maken krijgen. Uiteraard zal de school inspanningen verrichten om, binnen haar mogelijkheden, samen met de ouders cyberpesten aan te pakken. We leren de kinderen op school hoe je verantwoord met het internet omgaat. Het internetprotocol kan ons daarbij helpen. Het internetprotocol vindt u in bijlage 14 op de website.
2.5 Verkeersveiligheid Onze school vindt een verkeersveilige schoolomgeving erg belangrijk. Om dit te bereiken is op onze school een verkeersveiligheidscommissie, bestaande uit leerkrachten en ouders, actief om de verkeersveiligheid rondom de school te waarborgen en daarmee tevens het BVL label te behouden. Hierbij krijgt zij medewerking van de gemeente ’s-Hertogenbosch, de ANWB en Veilig Verkeer Nederland. De activiteiten staan jaarlijks in een activiteitenplan. De lessen op school besteden extra aandacht aan veiligheid in het verkeer door middel van een verantwoorde verkeersmethode. Groep 7 sluit de verkeerslessen af met een theoretisch en praktisch verkeersexamen. We gebruiken extra praktische materialen die de theorie van de lessen ondersteunen. Gedurende het jaar houden we acties waarbij de veiligheid in het verkeer of het gedrag in het verkeer aan bod komen. We vragen de ouders zich betrokken op te stellen bij verschillende acties. We besteden aandacht aan de schoolthuisroute en aan routes van en naar de scholen voor voortgezet onderwijs. Voor het vervoer van leerlingen tijdens schooluren zijn protocollen opgesteld. Deze zijn digitaal als bijlage bij de schoolgids gevoegd. We houden de ouders van de diverse activiteiten op de hoogte. Het BVL label is in 2013 opnieuw bevestigd. basisschool ‘t Ven
12
Hoofdstuk 3: De organisatie van ons onderwijs
3.1 De groepen De leerlingen van onze school zijn verdeeld over: • Het peuterarrangement, verzorgd door Kanteel. Ons peuterarrangement bestaat uit twee groepen. Op maandag-, dinsdag-, woensdag-, en donderdagochtend zijn zij aanwezig. Per groep zijn twee pedagogisch medewerkers aanwezig om de peuters te begeleiden. • De kleutergroepen. We werken met heterogene groepen, d.w.z. groepen 1 en 2 bij elkaar. • De jaargroepen 3 t/m 8. Deze groepen werken met leerstofjaargroepen of heterogene groepen, afhankelijk van de instroom
3.2 Team en onderwijsondersteunend personeel Directeur: De directeur heeft de algemene leiding van de school. MT: Samen met de directeur vormt het managementteam de leiding van de school. Het MT bestaat uit de onder- en bovenbouwcoördinator. Groepsleerkracht: De groepsleerkracht heeft als hoofdtaak lesgeven. Daarnaast voert hij/zij nog allerlei andere taken uit op schoolniveau. Deze taken worden jaarlijks verdeeld. Daarnaast kunnen leerkrachten speciale taken hebben. Bij ’t Ven kennen we de volgende speciale taken: Bouwcoördinator: Een leerkracht heeft de verantwoording over onder- of bovenbouw. Binnen de bouwen overleggen we met elkaar en werken we samen. Intern begeleider: Een intern begeleider is belast met de organisatie van de zorgverbreding op school. Op onze school hebben we twee intern begeleiders. Rekenspecialist: Een rekenspecialist maakt een meerjarenplanning, begeleidt en adviseert leerkrachten en coördineert activiteiten ter verbetering van het rekenonderwijs op school. Gedragsspecialist: Een gedragsspecialist adviseert de leerkrachten op gebied van gedragsproblemen. ICT coördinator: Een leerkracht is belast met de coördinatie van het computernetwerk en software op school. Het aantal leerkrachten is afhankelijk van het aantal leerlingen dat gedurende het schooljaar op onze school aanwezig is. De school is verplicht om deze gegevens up to date te houden in het vernieuwde registratiesysteem. Jaarlijks bekijken we hoe de groepsbezetting er het volgend schooljaar uitziet. U ontvangt deze verdeling via de nieuwsbrief en zij staat ook in bijlage 3 van de schoolgids. In geval van ziekte hanteren we een vervangingsprotocol. Dit protocol kunt u als bijlage 8 van deze gids op de website vinden.
3.3 Stagiaires Er zijn verschillende organisaties die opleiden voor een baan in het onderwijs. We bekijken per schooljaar of er mogelijkheden zijn om stagiaires te begeleiden. Onze school maakt bij ‘opleiden in de school’ met vier andere scholen deel uit van cluster Sparrenbos.
3.4 Functiegebouw Schoolbestuur Signum wil het personeel van haar scholen een sterke rechtspositie kunnen garanderen, ontwikkelingskansen bieden en zij wil de talenten van het personeel zo optimaal mogelijk benutten. Hiertoe is een functiegebouw ontwikkeld met zeven functies voor scholen: een directeur, een expert-, groeps- of vakleraar, lerarenondersteuner, onderwijsassistent en algemeen medewerker.
13
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
4.1 Activiteiten peutergroepen
Het peuterarrangement
Activiteiten Bij het peuterarrangement werken we vanuit een aantal vaste dagelijks terugkerende activiteiten aan het geven van een gevoel van veiligheid. Dit geeft de kinderen een basis van waaruit ze zich verder kunnen ontwikkelen. Dagelijks beginnen we vanuit de kring en sluiten we af met het voorlezen van een prentenboek. Een vast onderdeel is ook een gezamenlijk eet- en drinkmoment. We werken steeds vanuit een vast dagritme. Dit maken we duidelijk middels dagritmekaarten. Deze kaarten passen zich aan bij bijzondere activiteiten en zijn steeds herkenbaar voor de kinderen. Aan het begin van de dag wordt het dagritme a.d.h.v. deze kaarten doorgenomen met de kinderen. Een heel belangrijk onderdeel is: ‘vrij spel’. Vanuit thema’s, feestdagen en dagelijkse belevingswereld bieden we knutselactiviteiten, liedjes, verhalen en bewegingsactiviteiten aan. We gebruiken daarbij de methode Uk en Puk die voorbereidt op de methode Schatkist waarmee in de groepen 1 en 2 wordt gewerkt.
4.2 Activiteiten groep 1-2 Het werken in de groepen 1-2 gebeurt vanuit de kring. De schooldag begint met een activiteit in de kring en de kinderen keren ook steeds weer in de kring terug. Daarnaast spelen en werken ze aan tafels, in de hoeken, op de grond, op de bouwzolder, in de speelzaal en op de speelplaats. Kleuters leren al doende, tijdens hun spel. Wij spelen daar op in door te zorgen voor veel leerzaam en aantrekkelijk materiaal. We praten veel met de kinderen over allerlei onderwerpen, zodat ze veel woorden leren en die ook goed leren uitspreken. Dit is belangrijk voor het taal- en leesonderwijs. Door middel van thema’s en projecten proberen we in te spelen op de ervaringswereld van het kind (seizoenen, eigen lichaam, Sint, Schatkist). Zo komen de verschillende leer- en vormingsgebieden aan bod. In de dagelijkse praktijk is dit niet altijd merkbaar. We werken met de methode Schatkist. Aan de hand van verschillende thema’s biedt deze methode taal-, lees- en rekenactiviteiten aan. Rekenactiviteiten halen we ook uit de methode Wereld in Getallen, waarbij de kinderen ook oefenen aan de hand van een computerprogramma. Hierbij is een doorgaande lijn naar groep 3 en verder. Wie in de woon-/poppenhoek speelt, is ook bezig met taalontwikkeling. Wie speelt met lotto of een puzzel maakt, leert getallen of kleuren enzovoort. En wie op een vel de golven van de zee tekent, is bezig met voorbereidend schrijven. Met de oudste kleuters besteden we aandacht aan activiteiten die voorbereiden op het werken in groep 3. Kring. We beginnen de dag in de kring met dagelijks terugkerende zaken zoals de kalender en het dagritme. Daarna volgt meestal een taalactiviteit zoals voorlezen, vertellen, prentenboek, een kringgesprek, dramatische expressie, versje, liedje. Ook doen we regelmatig rekenactiviteiten waarbij we werken met de getallen 0 t/m 12. Dit is het voorbereidend rekenen. Er blijft in de kring genoeg tijd en ruimte voor de eigen inbreng van de kleuters over. Schatkist De methode Schatkist is ontwikkeld voor de groepen 1 en 2 van de basisschool. De volgende leerlijnen komen in Schatkist aan bod: mondelinge taal, woordenschat, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid en sociaal-emotionele ontwikkeling.
basisschool ‘t Ven
14
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
Schatkist kent een opbouw in ankers (thema’s) en routines. De ankers zijn opgebouwd rond de vier seizoenen. Aan de basis van een anker ligt het ankerverhaal. In ieder seizoen kan de leerkracht kiezen uit twee verschillende ankers. Ieder anker kent een vaste opbouw in vier fasen: • Kennismaking met het anker; • Ankerverhaalactiviteiten; • Ankerpunten; • Afronding. Het werken met een anker duurt gemiddeld drie of vier weken. Terugkerende aspecten (routines) bij Schatkist zijn de Lettermuur, de Cijfermuur, de Tijdwijzer, werken op het digibord en handpop Pompom. Deze routines vormen een vast onderdeel in de klas. Bij Schatkist zijn twee computerprogramma’s ontwikkeld: Schatkist Lezen en Schatkist Rekenen. Werken met ontwikkelingsmateriaal. Elke dag komt het ontwikkelingsmateriaal aan bod. De kinderen werken individueel, in tweetallen of in groepjes. Ze werken naar opdracht of hebben een vrije keuze. Het aanbod is divers: puzzels, lotto’s, tel- en taalmaterialen, mozaïek, kralenplanken, constructiematerialen enzovoort. De kinderen kunnen ook in de hoeken werken, zoals de woon-/poppenhoek, de bouwhoek, de zand-/watertafel, de lees/schrijfhoek. Planbord. Om de kinderen al snel vertrouwd te maken met de hoeveelheid materialen tijdens het werken met ontwikkelingsmateriaal en om hen daar zelfstandig aan te leren werken, is het planbord ontwikkeld. Op het planbord koppelen we de activiteiten van de dag aan de namen van de kinderen. Voor hen is het op deze manier duidelijk waarmee ze mogen werken. De leerkracht heeft meer gelegenheid om te observeren of om extra hulp te geven. Die activiteiten noteren we op eenvoudige wijze in het leerlingvolgsysteem. Spel. Elke dag staat anderhalf uur spel op het rooster. Dit kan in de speelzaal of buiten op de speelplaats. In de speelzaal kunnen we de lessen onderverdelen in vrij spel met klim -en klautermateriaal, spelen met hanteerbaar materiaal zoals ballen, hoepels of pittenzakjes en spellessen. Op de speelplaats volgt een keuze uit vrij spel met karren, spelen met klein materiaal zoals hoepels, bussen, touwen en spelen in de zandbak. Op woensdag en vrijdag gebruiken we vaak de speelzaal waar we bewegingsonderwijs of spellessen geven. Diversen. Elke week besteden we ook nog aandacht aan dramatische expressie, dans, verkeer, muziek, catechese en Leefstijl. We houden elke maand één keer een speelgoedochtend of een uurtje spelen met gezelschapsspelletjes onder leiding van ouders. Ook kijken we naar diverse uitzendingen van schooltelevisie. Huisbezoek De leerkrachten van groep 1 en 2 komen eenmaal per kleuterperiode bij het kind op visite. Dit zal een informeel bezoekje zijn van een half uur. Wij vinden het erg belangrijk dat we het jonge kind ook in zijn/haar eigen omgeving kunnen meemaken.
15
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
Leerlingvolgsysteem. De ontwikkeling van de kinderen volgen we zorgvuldig. We gebruiken met ingang van het schooljaar 2013-2014 hiervoor het leerlingvolgsysteem KIJK!. KIJK! bestaat uit basisgegevens en ontwikkelingslijnen. Deze aspecten zullen nauwlettend in de gaten worden gehouden door middel van observaties bij het kind. Ontwikkelingslijnen van KIJK!: Zelfbeeld: De mate waarin kinderen zich bewust zijn van hun eigen bestaan, los van andere mensen. Kennis die het kind van zichzelf heeft, bijvoorbeeld uiterlijke kenmerken, eigenschappen, emoties en motieven. Relatie met volwassenen: Zich spontaan richten tot de leerkracht en andere volwassenen. Ontwikkeling van goede omgangsvormen. Relatie met andere kinderen: Vaardigheden als: contact zoeken, vriendjes maken, samenspelen. Dit vraagt van kinderen dat ze in staat zijn om zich te verplaatsen in de ander en rekening te houden met die ander. Dit vermogen neemt toe met de leeftijd. Speel-werkgedrag: Alleen en samen met anderen met veel fantasie spelen. Zich kunnen verplaatsen in de rol van de ander en zich kunnen schikken naar spelregels. Taakgerichtheid en zelfstandigheid: Bereidheid tot het aanvaarden van een taak en de wil om deze overeenkomstig het doel ervan op eigen kracht af te maken. Grote motoriek: Bewegingen met het hele lichaam zoals lopen, klimmen, springen, evenwichtsbalk, vangen en gooien. Kleine motoriek: Activiteiten die uitgevoerd worden met de vingers, handen, armen en ogen zoals het hanteren van voorwerpen, bouwen, tekenen, vouwen en knippen. Het potlood wordt vastgehouden tussen duim en wijsvinger en ondersteund door de middelvinger. Tekenontwikkeling: Hoe tekent het kind bekende voorwerpen (mensfiguur, huizen, dieren). Visuele ontwikkeling: Verkennen en herkennen van betekenisvolle voorwerpen en abstracte vormen via de ogen; in werkelijkheid aan de hand van afbeeldingen op papier. Auditieve waarneming: Onthouden van opdrachten, rijmpjes en versjes. Goed kunnen luisteren. Mondelinge taalontwikkeling: Uitspraak, woordenschat, zinsbouw. Beginnende geletterdheid: Belangstelling voor geschreven taal (‘lezen’ van prentenboeken), inzicht in de relatie tussen gesproken en geschreven taal, belangstelling voor klanken en letters en het zelf maken/lezen van letters en woorden. Lichaam oriëntatie: Kennis van de lichaamsdelen en van houdingen en bewegingen. Ruimtelijke oriëntatie: Relaties tussen het kind zelf en de omgeving (bijvoorbeeld: ik sta achter de stoel); leggen van relaties tussen voorwerpen uit de omgeving los van de eigen persoon (de stoel staat achter de tafel). Tijd oriëntatie: Het begrijpen en gebruiken van allerlei tijdsaanduidingen zoals bijvoorbeeld: begrippen dag en nacht; weten wat de vaste activiteiten van de dag zijn, de dagen van de week kennen, enzovoort. Beginnende gecijferdheid: Verschillende manieren van hardop tellen en tellen van hoeveelheden. Weten wat erbij en eraf betekenen.
basisschool ‘t Ven
16
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
Logisch denken: Vergelijken van hoeveelheden; voorwerpen in groepjes verdelen op basis van (wisselende) criteria; voorwerpen op basis van een kenmerk vergelijken/ordenen. Essentieel voor KIJK! is het observeren van kinderen tijdens (zelfgekozen) activiteiten waarbij ze actief en betekenisvol bezig zijn. Deze observatiegegevens vormen de basis voor uitspraken over het verloop van de ontwikkeling en de keuze voor een beredeneerd onderwijsaanbod. Goed kijken naar kinderen, gericht observeren, weten hoe kinderen zich ontwikkelen én het bewust handelen op basis van observaties staan daarbij centraal. De observaties en registraties worden digitaal ingevoerd en worden tijdens een oudergesprek teruggekoppeld. Tijdens de ouderavonden bespreken we de resultaten aan de hand van dit leerlingvolgsysteem.
4.3 Activiteiten groep 3 In groep 3 ontwikkelt uw kind zich nog verder van een spelend naar een lerend kind. We spelen in op de leergierigheid van de kinderen door het aanbieden van uitdagende, spontane en speelse activiteiten. Omdat er meer klassikale momenten zijn, wordt er nogal wat geëist van de concentratie, luistervaardigheid, taakgerichtheid en taakwerkhouding. Aanvankelijk lezen Het lezen neemt op onze school een belangrijke plaats in, doordat het de basis vormt voor bijna alle vakgebieden. Daarom proberen we de kinderen al zo vroeg mogelijk het plezier aan het lezen van boeken bij te brengen. Op allerlei manieren promoten we het lezen bij de kinderen. We hopen dat u het belang van het lezen inziet en uw kind(eren) daarin stimuleert door ze bijvoorbeeld geregeld een leuk, spannend en/of informatief boek te laten (voor)lezen. Kinderen vinden het fijn als ouders voorlezen. Bij ons taal/leesonderwijs maken we gebruik van de methode Veilig Leren Lezen. (www.veiliglerenlezen.nl) Veilig leren lezen bestaat uit twaalf thematische kernen, die zijn opgebouwd uit de fasen introductie, instructie, zelfstandige verwerking, vervolgopdrachten en reflectie. We werken met dagprogramma’s. Bij Veilig Leren Lezen werken we in vier niveaugroepen. De kinderen die al kunnen lezen, plaatsen we in de ‘zongroep’, daarna volgen de ‘raketgroep’ en de ‘maangroep’. Kinderen die een begeleide instructie nodig hebben, volgen de ‘steraanpak’. Elke groep heeft zijn specifieke aanpak en materiaal. Alle twaalf kernen bevatten een ankerverhaal, dat het thema introduceert. Aan de taal- en thema-activiteiten rondom dit verhaal nemen alle kinderen deel. De ‘zongroep’ gaat beginnen met andere activiteiten dan de ‘maangroep’. Tijdens de reflectie krijgen alle leerlingen de kans hun gemaakte producten aan de rest van de groep te laten zien of voor te lezen. We maken gebruik van de leerkrachtassistent, software voor het digitale schoolbord. Dit verduidelijkt de lessen en maakt ze aantrekkelijker. Ook biedt de leerkrachtassistent mogelijkheden voor differentiatie, staan er extra oefeningen in en worden er suggesties gedaan voor zwakkere leerlingen en betere leerlingen. Wij zijn van mening dat het leren lezen niet alleen op school gebeurt. Het is daarom belangrijk om uw kind ook thuis te laten lezen.
17
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
Taal en spelling Het taalonderwijs is veelomvattend en bieden we aan binnen de methode van Veilig Leren Lezen. De woordenschat wordt uitgebreid, er is veel aandacht voor spelling, taaloefeningen, het verwoorden van ideeën en het luisteren naar anderen. Het eerste halfjaar is de spelling gericht op het luisteren naar de klank en het zien van de letter om zo tot een klank/teken koppeling te komen. Van de aangeleerde letters maken we woorden (synthese), maar we halen de woordjes ook weer uit elkaar (analyse). Wat je hoort, kun je zien en omgekeerd. Later in het jaar komt al de specifieke spelling aan bod. Op gezette tijden door het schooljaar heen, nemen we toetsen af ter controle van de gestelde doelen. De kinderen krijgen dagelijks een oefendictee. In het begin zijn dat alleen letters, daarna volgen woorden en ook zinnen. Om de kinderen nog beter lees- en spellingonderwijs te bieden, werken we aanvullend met de methode ‘Zo leren kinderen lezen en spellen’. Rekenen We werken op school met de realistische reken-/wiskundemethode Wereld in Getallen. Deze probeert door probleemsituaties, die voor de leerlingen herkenbaar zijn, de leer- en denkprocessen op gang te brengen. De onderwerpen bestaan uit verhaaltjes, tekeningen, plaatjes uit de werkelijkheid en de fantasiewereld. De leerlingen krijgen de gelegenheid om zelf oplossingen aan te dragen en daarbij zijn meerdere oplossingen mogelijk. We proberen de kinderen inzicht bij te brengen met behulp van materialen zoals blokjes, fiches en het rekenrek. De zogenaamde erbij en eraf sommen t/m 10 worden geautomatiseerd. We verkennen de getallenlijn t/m 100. We werken met werkschriften. Ter differentiatie gebruiken we pluswerkboeken voor de sterkere rekenaars en bijwerkboeken voor de kinderen die extra instructie nodig hebben. Schrijven We schrijven afwisselend schrijfletters en schrijfpatronen. Daarna gaan we over tot het schrijven van de globaalwoorden en korte zinnetjes. Ons schrift is licht hellend. Het streven is om aan het eind van groep 3 alle kinderen met potlood aan elkaar te laten schrijven. We gebruiken de methode ‘Zwart op wit’. Wereldoriëntatie We gebruiken de methode ‘Veilig de wereld in’. Deze methode gaat uit van ‘leren door te doen en door te ervaren’. Deze nieuwe methode voor wereldverkenning in groep 3 blijft dicht bij de belevingswereld van jonge kinderen. We bieden de kennisgebieden aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en techniek in samenhang aan. Binnen een gestructureerde en uitdagende leeromgeving gaan kinderen actief aan de slag. Ze leren door te doen, te onderzoeken en te ervaren, in de klas en daarbuiten. Dit schooljaar gaan we meer practicumlessen in en om de school inpassen. De methode sluit naadloos aan op de leesmethode ‘Veilig Leren Lezen’. Verkeer Het verkeersonderwijs is vooral gericht op het gedrag van de jonge verkeersdeelnemer. Daarom zijn in het werkboek van groep 3 veel lessen gewijd aan de veiligheid in de woonomgeving, veilig spelen en veilig naar school gaan. Zelfstandig werken/circuit Vanaf de herfstvakantie streven we ernaar dat de kinderen gemiddeld één uur per week zelfstandig werken. Naast de gebruikelijke werkboekjes van ‘Veilig leren lezen’ en ‘Wereld in getallen’ gebruiken we hiervoor: • de speellees-set van “Veilig leren lezen”; • de computerprogramma’s van ‘Veilig leren lezen’, ‘Wereld in Getallen’, en ‘Maatwerk’; • extra materialen van ‘Veilig leren lezen”, zoals Veilig en Vlot, Tip Top, ringboekje (zie website www.veiliglerenlezen.nl);
basisschool ‘t Ven
18
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
• • • •
rekenwerkboekjes; Varia, Loco, Score en Puzzelend rekenen voor de rekenlessen; schrijven naar voorbeeld/ creatief schrijven; vrij lezen.
Naast deze basisvakken besteden we aandacht aan tekenen, handvaardigheid, muziek, spel en beweging, drama en catechese.
4.4 Activiteiten groep 4 In groep 4 gaan de kinderen met taal, spelling, lezen, rekenen en schrijven verder op de ingeslagen weg. Deze groep besteedt het grootste gedeelte van de lestijd aan de basisvakken, aangevuld met wereldoriëntatie, spel en beweging, expressievakken en catechese. Lezen Groep 4 besteedt veel tijd aan lezen. In de eerste helft van groep 4 ligt de nadruk op het technisch lezen. De kinderen hebben in groep 3 leren lezen. In groep 4 gaan we verder met leeslessen aan de hand van de methode Estafette Nieuw, die volledig aansluit op Veilig Leren Lezen uit groep 3. Door voor te lezen, het biebproject, leesmateriaal zoals junior informatieboekjes en strips aan te bieden, proberen we het leesplezier extra te stimuleren. Hierbij maken we ook gebruik van zitzakken waarop ontspannen gelezen kan worden. In de tweede helft van groep 4 houden de kinderen een boekbespreking. De nadruk komt te liggen op het begrijpend lezen. Kinderen die het basisniveau niet halen, starten in groep 4 zo snel mogelijk met Connect. Ze krijgen daarbij twee keer in de week extra aandacht van de leerkracht. Ook thuis wordt er met hulp van de ouders aan Connect gewerkt. Taal, spelling en woordenschat In ons taalonderwijs besteden we veel aandacht aan spreken, luisteren, taalbeschouwing, woordenschatuitbreiding, zinnen en verhalen schrijven. Door middel van spelling proberen we de kinderen foutloos te leren schrijven. De categorieën van de methode ‘Zo leer je kinderen lezen en spellen’ vormen hierbij de leidraad. Dit oefenen ze met woord- en themapakketten in het werkboek maar ook regelmatig op de computer met het programma ‘Taal Actief’. Om de kinderen nog beter lees- en spellingonderwijs te bieden, werken we aanvullend met de methode ‘Zo leren kinderen lezen en spellen’. Rekenen Onze rekenmethode gaat uit van de realiteit. Elk nieuw rekenprobleem brengen we vanuit een betekenisvolle context. In groep 4 komen de getallen en sommen tot en met 100 aan de beurt en maken we een begin met de keersommen. Dit zijn de tafels van 1 tot en met 5 en de tafel van 10, de overige tafels komen ook aan bod, maar de kinderen hoeven deze nog niet te beheersen. Onderdelen zoals meten, tijd, geld en gewicht komen eveneens aan de orde. Ook de computer zetten we volop in bij het rekenonderwijs. Schrijven In groep 4 zetten we het schrijfonderwijs voort. Na de kerstvakantie leren de kinderen schrijven met een vulpen. Ze leren in groep 4 het aan elkaar schrijven van gewone letters met de daarbij behorende hoofdletters.
19
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
Natuur en milieu In deze groep werken we ook aan de hand van een aantal thema’s. We werken de thema’s dieper uit dan in groep 3. Dit schooljaar gaan we meer practicumlessen in en om de school inpassen. Geschiedenis Gebeurtenissen van alledag spelen een belangrijke rol in de geschiedenislessen. De kinderen ontdekken aan de hand van hun eigen geschiedenis de begrippen vroeger en nu. De methode ‘De Trek’ die zij hierbij gebruiken, daagt de leerlingen uit zelf onderzoek te doen. Aardrijkskunde In groep 4 gaan we uit van de directe omgeving van de kinderen, zodat ze daar meer inzicht in krijgen. We willen de kinderen kennis laten maken met de wereld om hen heen. Verkeer Ook bij dit vak gaat het om de directe omgeving van de kinderen en om hun eigen deelname aan het verkeer. Zelfstandig werken In groep 4 breiden we het zelfstandig werken in tijd uit. De kinderen leren dus om nog langer zelfstandig te werken. Dit geeft de leerkracht ook de gelegenheid om groepjes kinderen voor verschillende vakken extra instructie te geven. Tijdens het zelfstandig werken krijgen kinderen de gelegenheid hun werk af te maken of om materiaal uit de kieskast te gebruiken ( Loco, Varia, Piccolo enzovoort) Na de kerstvakantie leren de kinderen om te gaan met de weektaak.
4.5 Activiteiten groep 5 Lezen In groep 5 oefenen we het technisch en begrijpend lezen. We vragen al een behoorlijk tempo van de kinderen. We maken het belang van veel lezen (zowel op school als thuis) dan ook regelmatig duidelijk aan de kinderen. Naast het technisch lezen, leggen we ook steeds meer de nadruk op het begrip. Begrijpend en technisch lezen staan wekelijks op het programma. De kinderen maken gebruik van uitdagende en motiverende leesvormen. Taal en spelling In ons taalonderwijs besteden we veel aandacht aan spreken, luisteren, taalbeschouwing, woordenschatuitbreiding, zinnen en verhalen schrijven. De spellingsmethode is erop gericht om kinderen inzicht te geven in de spellingregels, dus waarom we bepaalde woorden zo schrijven. Hier komen we ook op terug tijdens een taalles. Verder leren de kinderen de betekenis van tegenwoordige en verleden tijd, persoonsvorm en onderwerp. Om de kinderen nog beter lees- en spellingonderwijs te bieden, werken we aanvullend met de methode ‘Zo leren kinderen lezen en spellen’. Rekenen De volgende onderdelen komen aan bod: tafels, deeltafels, delen met rest, optellen en aftrekken tot en met 10.000 en de klok. Het is belangrijk dat de kinderen halverwege het jaar de tafels beheersen, omdat verder wordt gegaan met grote tafelsommen en het delen met rest. Ook gaan de kinderen meten met lengte, oppervlakte, inhoud, gewicht, geld en tijd. Ze werken met plattegronden, roosters, grafieken en verhoudingen.
basisschool ‘t Ven
20
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
Schrijven In groep 5 besteden we verder aandacht aan een juiste zithouding en een goede pengreep. Ook letten we op de juiste lettervormen, de afwerking en het schrijven op en tussen de aangeboden lijnstructuur van het schrift. Natuur en milieu Bij natuuronderwijs komen dezelfde thema’s voor als in groep 4 t/m 8. Iedere keer gaan we een stukje dieper op de thema’s in. Dit schooljaar gaan we meer practicumlessen in en om de school inpassen. Geschiedenis In groep 5 wordt gewerkt met de methode ‘De Trek’. We geven lessen over de perioden van Jagers, Boeren en dorpen, de Romeinen in ons land en de Middeleeuwen. Na een eerste verkenning van de periode werken de kinderen in taakgroepen een deel van de opdrachten uit. Zij bevragen andere taakgroepen, verwerken creatief en presenteren naar elkaar. Zo delen ze de kennis uit een bepaalde periode met elkaar en dragen die aan elkaar over. Aardrijkskunde Bij aardrijkskunde ligt het accent vooral op kaartbegrip van een groepsplattegrond tot de plattegrond van Rosmalen en de kaart van Nederland. Zo weten de kinderen aan het eind van het schooljaar hoe Nederland eruit ziet met de provincies en de hoofdsteden, belangrijke steden en wateren. Verkeer Kinderen leren hoe ze zich veilig in het verkeer kunnen bewegen als voetganger en fietser. Zelfstandig werken In groep 5 wordt het zelfstandig werken uitgebreid met het zelf nakijken van rekenen en taal. We vinden het belangrijk dat kinderen zelf hun gemaakte werk kunnen beoordelen en zo op tijd om hulp kunnen vragen. De leerkracht controleert regelmatig het nagekeken werk. Ook in groep 5 staat zelfstandig werken op het rooster, waarbij kinderen de gelegenheid krijgen hun werk af te maken of om materiaal uit de kieskast te gebruiken ( Loco, Varia, Piccolo enzovoort). De weektaak bevat de vakken begrijpend lezen, taal, woordenschat, spelling en rekenen.
4.6 Activiteiten groep 6 Lezen Wij hebben verschillende vormen van lezen zoals: • technisch lezen, waaronder klassikaal en individueel lezen; • begrijpend lezen; kinderen leren teksten te doorzien en de inhoud te begrijpen; • studerend lezen, kinderen leren zelfstandig informatie opzoeken in bijvoorbeeld een woordenboek, documentatiecentrum en bibliotheek en op internet; • motiverende en uitdagende leesvormen door gebruik te maken van onder andere de leeskistjes, deelnemen aan grote leesactiviteiten zoals de kinderboekenweek, de voorleeswedstrijd, de nationale voorleesdagen en de kinderjury. Taal en spelling In ons taalonderwijs besteden we veel aandacht aan spreken, luisteren, taalbeschouwing, woordenschatuitbreiding, zinnen en verhalen schrijven. Belangrijk vinden we ook het foutloos leren schrijven, hetgeen geoefend wordt met woord- en themapakketten. Het vinden van de persoonsvorm en het onderwerp komt in groep 6 uitgebreid aan de orde. We beginnen met de werkwoordspelling. Iedere dag
21
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
starten we met een dagdictee van zes woorden en een zin. We besteden ook ruim aandacht aan het toepassen van het geleerde in allerlei situaties en opdrachten, zowel mondeling als schriftelijk. Om de kinderen nog beter lees- en spellingonderwijs te bieden, werken we aanvullend met de methode ‘Zo leren kinderen lezen en spellen’. Rekenen Onze rekenmethode gaat uit van de realiteit. Elk nieuw rekenprobleem wordt gebracht vanuit een betekenisvolle context. In groep 6 komt er een uitbreiding van de getallenstructuur. Ook leren de kinderen getallen kennen tot 1 miljoen. Bij het cijferen beginnen we, na het optellen en aftrekken in groep 5, met vermenigvuldigen onder elkaar en delen als voorbereiding op staartdelingen in groep 7. In groep 6 maken we een begin met breuken. De kinderen leren de verschillende breuken kennen en ermee rekenen. In de zogenaamde projecttaken komen omtrek en oppervlakte aan de orde. We rekenen met geld en tijd (analoog en digitaal). We werken met eenvoudige opdrachten uit het metrieke stelsel (meter, liter, gram). Schrijven Ook in groep 6 besteden we nog nadrukkelijk aandacht aan een juiste zithouding, een goede pengreep en de ligging van het werk op tafel. Bij het schrijfproduct letten we op lettervormen en de afwerking en op het schrijven op en tussen de aangeboden lijnstructuur van het schrift. Linkshandige kinderen krijgen aangepaste aanwijzingen. Het schrijven in een redelijk tempo met behoud van een goed resultaat krijgt aandacht. Er zijn mogelijkheden tot remediëring en verrijking. Natuur en milieu In groep 6 gaan we dieper in op allerlei elementen uit de natuur aan de hand van een aantal thema’s. Deze thema’s komen in de midden- en bovenbouw aan bod; er wordt echter steeds iets dieper of vanuit een andere hoek op ingegaan. Dit schooljaar gaan we meer practicumlessen in en om de school inpassen. Geschiedenis In groep 6 geven we lessen over de periode van 1600 tot heden. Na een eerste verkenning van de periode werken de kinderen in taakgroepen een deel van de opdrachten uit. Zij bevragen andere taakgroepen, verwerken creatief en presenteren aan elkaar. Zo delen ze de kennis uit een bepaalde periode met elkaar en dragen die aan elkaar over. Aardrijkskunde In groep 6 behandelen we Nederland in zijn geheel en de afzonderlijke kenmerken van de provincie. Ook de topografie van ons land komt aan bod. De kinderen leren de verschillende provincies, belangrijke plaatsen, wateren en gebieden op de kaart. Verkeer Net als in groep 5 komen alledaagse situaties ter sprake en de kinderen worden zich bewust van hun eigen rol in het verkeer. Zelfstandig werken In groep 6 kijken de kinderen zelf hun taken na. Hierbij blijft de leerkracht supervisie houden. Ook in groep 6 staat zelfstandig werken op het rooster, waarbij kinderen de gelegenheid krijgen hun werk af te maken of om materiaal uit de kieskast te gebruiken (Loco, Varia, Piccolo enzovoort). WISH (Weerbaarheid In ‘s Hertogenbosch) In de loop van groep 6 nemen de kinderen deel aan deze cursus weerbaarheid. We hebben op onze school twee gecertificeerde leerkrachten die de training gaan verzorgen.
basisschool ‘t Ven
22
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
Weerbaar zijn, betekent dat je op een passende manier kunt opkomen voor jezelf. In deze cursus leren de kinderen effectief omgaan met grensoverschrijdend gedrag. Gedurende acht weken krijgen de kinderen een uur per week les. In de groep besteden we extra aandacht aan de cursus, aan de hand van een werkboek. We sluiten de cursus gezamenlijk af met een examen waarbij de kinderen een certificaat kunnen behalen. Hiervoor nodigen we ook de ouders uit. Aan het begin van de training wordt een informatieavond voor de ouders gepland.
4.7 Activiteiten groep 7 In groep 7 hebben de kinderen op school al een hele ontwikkeling doorgemaakt. In deze groep verschuift de ontwikkeling van het denken in concrete zaken naar het denken op basis van het inzichtelijk beredeneren. Dat geldt voor diverse vakgebieden. Dat is voor kinderen soms een grote stap. Ook worden kinderen op deze leeftijd er zich sterk bewust van dat ze lid van een groep zijn. Ze verleggen grenzen en gaan op zoek naar hun eigen identiteit. Alles wat daarmee samenhangt, bepaalt in grote mate het welbevinden van een kind. In het laatste deel van groep 7 maken de kinderen de Cito-entreetoets. De leerkrachten kunnen naar aanleiding van deze toets goed zien waarbij de kinderen nog extra begeleiding nodig hebben. Voor het kind is dit tevens een goede voorbereiding op de Cito-toets in groep 8. Lezen Op het gebied van technisch lezen is nog steeds oefening nodig in groep 7. We gebruiken daarom de methode ‘Estafette Nieuw’. Veel kinderen hebben Avi Plus, het eindniveau, al behaald. Kinderen die het technisch lezen nog niet helemaal onder de knie hebben, krijgen ook extra begeleiding van de leerkracht om alsnog Avi Plus te behalen. Gerichte oefening van het technisch lezen blijft noodzakelijk. Het beheersen hiervan is een belangrijke voorwaarde om ook teksten van andere vakken goed te kunnen begrijpen. Daarnaast besteden we veel aandacht aan begrijpend en studerend lezen. Kinderen leren hoe ze belangrijke elementen uit een tekst kunnen halen. Ze leren samenvattingen en schema’s te maken, zodat ze een tekst sneller kunnen begrijpen. We bieden de kinderen motiverende en uitdagende leesvormen aan door gebruik te maken van onder andere de leeskisten, deelnemen aan grote leesactiviteiten zoals de kinderboekenweek, de voorleeswedstrijd, de nationale voorleesdagen en de kinderjury. Taal en spelling Naast aandacht voor spreken, luisteren, taalbeschouwing, uitbreiding van de woordenschat, lezen en schrijven van de Nederlandse taal, komt nu ook uitdrukkelijk de analyse van taal aan bod. Ontleden, begrijpend lezen en werkwoordspelling zijn hiervan de grootste onderdelen. Onder ontleden verstaan we het benoemen van woordsoorten en eenvoudige zinsdelen. Ook het vak Engels doet dit jaar zijn intrede. De nadruk van dit vak ligt op het gebruik van de taal als middel om met elkaar in contact te komen. Om de kinderen nog beter lees- en spellingonderwijs te bieden, werken we aanvullend met de methode ‘Zo leren kinderen lezen en spellen’. Rekenen In groep 7 komen er veel nieuwe dingen aan bod. Onder andere staartdelingen, breuken, procenten, berekenen van de oppervlakte en inhoud, verhoudingen en schaalbegrip, diagrammen en grafieken en leren omgaan met de rekenmachine. De begripsvorming is hierbij belangrijk. De kinderen leren problemen op verschillende manieren op te lossen, kritisch te zijn en samen te werken om oplossingen te vinden Studievaardigheden Groep 7 gebruikt de methode ‘Blits’ voor studievaardigheden. Blits staat voor: begrijpend lezen van in-
23
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
formatieve teksten en andere studievaardigheden. In deze methode wordt gewerkt met studieteksten, informatiebronnen, kaarten, schema’s, tabellen en grafieken. Blits hanteert vier hoofdrubrieken: hanteren van studieteksten, hanteren van informatiebronnen, kaartlezen en lezen van schema’s, tabellen en grafieken. Schrijven Naast de herhaling van de behandelde stof in de voorgaande groepen, wordt er in groep 7 steeds meer aandacht besteed aan het temposchrijven. Natuur en milieu Kinderen komen met diverse onderdelen van natuur en milieu in aanraking. Dit alles is sterk gericht op de leefomgeving van de kinderen. Dit schooljaar gaan we meer practicumlessen in en om de school inpassen. Geschiedenis De Methode ‘De Trek’ daagt de leerlingen uit om zelf onderzoek te doen om meer te weten te komen over de historie. In groep 7 komen de Prehistorie, de Romeinse tijd, de late Middeleeuwen en de 17e eeuw aan bod. Aardrijkskunde Bij aardrijkskunde komt het werelddeel Europa ter sprake. We bespreken de landen of gebieden per hoofdstuk. Ook oefenen de kinderen de daarbij behorende topografie. Verkeer In groep 7 werken de kinderen naar het schriftelijk en praktisch verkeersexamen toe. Elke week behandelen we een stuk theorie. Later in het jaar gaan we oefenen met proefexamens. Zowel het landelijk theorie-examen als het praktische verkeersexamen wordt tegen het einde van het jaar afgenomen. Zelfstandig werken Ook in groep 7 besteden we ruim aandacht aan zelfstandig werken. Kinderen leren door middel van de weektaak steeds meer zelf te plannen om zo hun werk op tijd af te krijgen. De kieskast is onderdeel van de weektaak. De leerlingen mogen hierbij kiezen uit educatieve materialen op gebied van taal, rekenen, spelling en verkeer.
4.8 Activiteiten groep 8 Lezen In groep 8 ligt de nadruk op studerend lezen. De kinderen gaan aan de slag met het maken van samenvattingen, ze leren hoofdzaken van bijzaken onderscheiden en leren zo studeren. Dit is een goede voorbereiding op het voortgezet onderwijs, waar ze proefwerken met grotere stukken tekst gaan krijgen. Op het gebied van technisch lezen is nog steeds oefening nodig in groep 8. We gebruiken hiervoor de methode Estafette Nieuw. Veel kinderen hebben AVI Plus al wel gehaald. Kinderen die het technisch lezen nog niet helemaal onder de knie hebben, krijgen ook extra begeleiding van de leerkracht om alsnog AVI Plus te behalen. Gerichte oefening van het technisch lezen blijft noodzakelijk. Het beheersen hiervan is een belangrijke voorwaarde om ook teksten van andere vakken goed te kunnen begrijpen. In de bovenbouw bieden we de kinderen motiverende en uitdagende leesvormen aan door onder andere deel te nemen aan grote leesactiviteiten zoals de leeskisten, de kinderboekenweek, de voorleeswedstrijd, de nationale voorleesdagen en de kinderjury. Taal en spelling In groep 8 gaan we met taal, wat ontleden betreft, een stapje verder. De kinderen leren wat een lijdend basisschool ‘t Ven
24
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
en meewerkend voorwerp is en kunnen zo hele zinnen ontleden. Behalve ontleden, besteden we ook aandacht aan spreken, luisteren, taalbeschouwing, woordenschatuitbreiding, schrijven, taalbouw (zinsbouw) en taalgebruik. Behalve het leren toepassen van de spellingsregels, komt in groep 8 ook werkwoordspelling uitgebreid aan bod. Dit varieert van persoonsvorm en voltooid deelwoord tot bijvoeglijke naamwoorden die afgeleid zijn van werkwoorden. Om de kinderen nog beter lees- en spellingonderwijs te bieden, werken we aanvullend met de methode ‘Zo leren kinderen lezen en spellen’. Rekenen In groep 8 gaan we verder met het rekenen met breuken, we gaan er mee delen en vermenigvuldigen. Ook rekenen we met procenten en verhoudingen. Het berekenen van oppervlakte en inhoud, schaalbegrip, grafieken en diagrammen wordt uitgebreid dit schooljaar. In het laatste deel van het schooljaar komt al het geleerde terug in 8 thema’s. Dit wordt in 3 niveaus aangereikt zodat er verdieping, verrijking en remediëring is. Schrijven Het schrijven in groep 8 is gericht op het ontwikkelen van een eigen handschrift. Ook leren de kinderen op tempo schrijven zonder dat het handschrift onleesbaar wordt. De kinderen oefenen blokletters, maar ook creatief met sierletters schrijven. Natuur en milieu Natuur en milieu in groep 8, ook wel biologie genoemd, bestaat uit diverse onderwerpen, zoals energie en kracht, licht, geluid en warmte, voortplanting en ontwikkeling, vaste stoffen, vloeistoffen en gassen en voeding. Dit schooljaar gaan we meer practicumlessen in en om de school inpassen. Geschiedenis De Methode ‘De Trek’ daagt de leerlingen uit om zelf onderzoek te doen om meer te weten te komen over de historie. In groep 8 komen de Republiek, de grote revoluties, de twee wereldoorlogen en de de tijd na de oorlog aan bod. Ook bezoeken de leerlingen van groep dit schooljaar Kamp Vught. Aardrijkskunde In groep 8 wordt bij aardrijkskunde de wereld behandeld. Alle delen komen aan bod, met de daarbij behorende topografie. Verkeer In groep 8 komt al het geleerde nog eens aan bod. Het is dus eigenlijk een herhaling van wat in voorgaande jaren is geleerd. Ook nemen we deel aan de Bossche verkeersquiz. De kinderen leren op een leuke en speelse manier de belangrijkste verkeersregels voordat zij de fietstocht naar hun nieuwe school gaan afleggen. Zelfstandig werken In groep 8 leren de kinderen met een agenda werken, als voorbereiding op het voortgezet onderwijs. Kinderen leren steeds meer zelf te plannen om zo hun werk op tijd af te krijgen. De kieskast is een extra onderdeel van de weektaak als ze klaar zijn. Op de weektaak staan de vakken rekenen, taal, spelling, woordenschat, begrijpend lezen en wereldoriëntatie. Aan het einde van het schooljaar voert groep 8 een musical op. Hierin komen alle expressieve vakken terug. Verder vormt dit een mooie afsluiting van de schoolperiode. Ook is er een afsluitend kamp, waar de kinderen drie dagen met elkaar, leerkrachten en VCK op een kampeerboerderij doorbrengen. De VCK (Vriendenclub Kamp) is een fanatieke groep ouders, die al jaren hetschoolkamp voor groep 8 organiseert.
25
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
4.9 Algemene activiteiten Cultuureducatie: In het kader van cultuureducatie wonen alle groepen twee voorstellingen of andere activiteiten bij. Deze voorstellingen/activiteiten biedt de gemeente aan tegen een gesubsidieerde prijs. Groep 8 bereidt een bezoek aan Kamp Vught voor met het thema ‘Dingen uit de oorlog’. De groepen 5 t/m 8 nemen, indien mogelijk, deel aan ‘museumschatjes’. De leerlingen krijgen uitleg en opdrachten over het museum dat bezocht wordt. Excursies: Wanneer een groep een bepaald onderwerp behandelt, kan het worden afgesloten met een excursie. Daarbij vragen we dan ouders om de kinderen te begeleiden.
4.10 Expressieve vorming Algemeen Met expressieve vorming bedoelen we tekenen, handvaardigheid, muziek en drama. Deze lessen staan in elke groep op het rooster. Dit schooljaar gaan we verder met creatieve en expressieve middagen. Kinderen uit verschillende groepen worden verdeeld en krijgen groepsdoorbrekend les. De volgende vakken blijven hierin aan bod komen. Tekenen Het prikkelen van de creativiteit en het ervaren van plezier bij het maken van een werkstuk zijn doelstellingen in de tekenlessen. We gaan om met de verschillende materialen, zoals verf, wasco, (kleur)potlood, inkt, ecoline enzovoort. Handvaardigheid Tijdens de lessen staan creativiteit en het ervaren van plezier in het uitvoeren van de opdracht ook centraal, naast het kennismaken met en leren van verschillende technieken voor een werkstuk. Bij handvaardigheid werken we meer ruimtelijk in diverse technieken en met verschillende materialen, zoals papier, klei, kosteloos materiaal en textiel. Muziek Muzikale vorming is meer dan zingen alleen. Kinderen bewegen op muziek en luisteren naar muziek. Op school zijn instrumenten aanwezig, die tijdens deze lessen gebruikt kunnen worden. Wij beogen met ons muziekonderwijs de kinderen enthousiast te maken voor muziek en zang en geven extra aandacht aan stemvorming, ritmische vormen, dansante vorming en improvisatie. Drama Er is een map beschikbaar met vele suggesties ten aanzien van toneel, drama, pantomime enzovoort. Hierin is een duidelijke lijn door alle groepen heen. Er zijn attributen en kledingstukken ter ondersteuning van de dramales. Dramalessen gebruiken we ook voor sociaal emotionele vorming, denk onder andere aan rollenspellen. Maandopening en maandsluiting In de onderbouw, groep 1 t/m 4, houden we in principe aan het begin van elke maand een maandopening op vrijdagmorgen. Hierbij zijn steeds de ouders van één van de groepen welkom als publiek. In de bovenbouw, groep 5 t/m 8, houden we aan het einde van elke maand op vrijdagmorgen een maandsluiting. Deze voorstellingen hebben een vast patroon: presentatie, lied, spel, dans, toneel, vraagteken en afsluiting. De leerkrachten begeleiden hun groep of het groepje.
basisschool ‘t Ven
26
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
De presentatie wordt gedaan door twee kinderen uit de groep die het onderdeel ‘vraagteken’ hebben, zij praten de voorstelling aan elkaar. De voorstellingen vinden plaats in onze ‘Sterrenvijver’. Dit podium is voorzien van professionele licht- en geluidsapparatuur.
4.11 Techniek Kinderen komen overal techniek tegen. Vaak hebben ze alleen niet in de gaten dat ze hiermee te maken hebben. Wij willen onze kinderen laten ervaren wat het is om met techniek te werken en ze hiervoor vaardigheden bijbrengen. Momenteel werken de leerlingen van de groepen 3 tot en met 8 aan techniek. De kinderen werken met bakken. Ze komen hierbij voor technische uitdagingen te staan, waarvoor ze een oplossing moeten zoeken. Dit gebeurt in verschillende domeinen van techniek (constructie, transport, communicatie en productie). De kinderen leggen hun ervaringen vast in een verslag. Het doel is om de kinderen ontdekkend te laten werken. Op deze manier ontwikkelen de kinderen onderzoeksvaardigheden die ze niet alleen in de technieklessen kunnen toepassen, maar ook op andere gebieden. Het techniekonderwijs is nog volop in ontwikkeling en zal de komende jaren verder worden uitgebreid.
4.12 ICT Op onze school hebben de kinderen verschillende computers tot hun beschikking. In iedere groep staat een aantal computers, daarnaast staan er ook in de teamkamer computers waaraan de kinderen kunnen werken. Ze kunnen aan de slag met educatieve software die hen helpt met moeilijkheden binnen taal, spelling, begrijpend lezen of rekenen. Tijdens het zelfstandig werken kunnen de kinderen ook aan hun werkstuk op de computer werken. Verder heeft iedere groep ook nog andere ICT-opdrachten. Naast de computers hebben we binnen de school in elk groepslokaal een digitaal schoolbord hangen. Deze borden zijn een vervanging van het ‘ouderwetse’ krijtjesbord. Op dit bord worden lessen geprojecteerd met behulp van een beamer. Hiermee kan de leerkracht de kinderen nog meer bij de lessen betrekken. Ook is het mogelijk om internet of powerpoint hierbij te gebruiken. Ook werken we binnen de school met tablets. Deze worden nu nog oriënterend ingezet en krijgen een vaste plaats in ons onderwijs. Op de vernieuwde website van de school (www.bstven.nl) kunt u veel informatie over de school vinden. Zowel onder ‘groepen’ als onder ‘evenementen’ vindt u foto’s van diverse activiteiten. Daarnaast treft u er schriftelijke informatie aan zoals de schoolgids en de jaarkalender. U kunt ons ook volgen op Twitter (@bstven) voor de laatste nieuwtjes. Om de kinderen tijdens het werken op internet te beschermen, werken we met een internetprotocol voor zowel leerlingen als leerkrachten. Dit protocol vindt u in bijlage 14 op de website.
4.13 Catechese In de catecheselessen gaan we uit van ervaringen en belevingen van kinderen. We werken met projecten van ‘Trefwoord’. Het niveau van de projecten is aangepast aan de verschillende groepen. Met Kerstmis en Pasen gebruiken we projecten die horen bij deze feestdagen. In de periodes waarin geen projecten worden aangeboden, lezen we voor uit de Bijbel: Het Oude en Nieuwe Testament. De voorbereiding op de Eerste Communie en het Vormsel wordt niet door de school gerealiseerd. Hiervoor kunnen ouders een beroep doen op de mogelijkheden van de parochie. We hebben op onze school een rouwprotocol. Dit protocol is als bijlage aan ons schoolplan toegevoegd en ligt ter inzage bij de directie.
27
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
4.14 Bewegingsonderwijs Bewegingsonderwijs is belangrijk in de ontwikkeling van kinderen. De basisschool heeft daarom een belangrijke taak om goed bewegingsonderwijs te geven. We maken daarbij gebruik van twee verschillende gymmethodes en een jaarplanning. Zo kunnen we op kundige wijze een grote variatie van bewegingsvormen aanbieden en kunnen kinderen kennis maken met allerlei takken van sport. Van groot belang is dat alle kinderen plezier hebben in de lessen, dus ook degenen die motorisch zwakker of juist sterker zijn.
4.15 Huiswerk In de groepen 5 t/m 8 krijgen de leerlingen regelmatig werk mee naar huis. De volgende doelstellingen hebben we binnen onze school ten aanzien van huiswerk: • het bevorderen van de zelfstandigheid en zelfdiscipline van de leerlingen; • het leren indelen van werk; • het leren regelmatig bezig te zijn met huiswerk; • het in groep 8 leren omgaan met een agenda; • het voorbereiden op het maken van huiswerk in het vervolgonderwijs. Groep 5: Alle kinderen van groep 5 krijgen 1x per week huiswerk mee. Leerlingen die moeite hebben met spelling en/of de tafels krijgen individueel huiswerk mee. In groep 5 houden de leerlingen een spreekbeurt/presentatie en een boekbespreking. Groep 6: Alle kinderen van groep 6 krijgen 1x per week huiswerk mee van diverse vakken. Daarnaast krijgen de leerlingen regelmatig leerwerk mee voor wereldoriëntatie één week voorafgaand aan de toets. Indien nodig maken kinderen de weektaak thuis af. Leerlingen die moeite hebben met spelling en/of de tafels krijgen individueel huiswerk mee. De leerlingen van groep 6 houden een boekbespreking en een spreekbeurt/presentatie. Groep 7: Alle kinderen van groep 7 krijgen 1x per week huiswerk mee van diverse vakken. Vanaf de carnavalsvakantie is dit 2x per week. De leerlingen krijgen leerwerk mee voor wereldoriëntatie en Engels één week voorafgaand aan de toets. Leerlingen die moeite hebben met spelling/werkwoordspelling en/of rekenen krijgen individueel huiswerk mee. De leerlingen van groep 7 houden een boekbespreking, maken een werkstuk en houden een spreekbeurt/presentatie hierover. Indien nodig maken kinderen de weektaak op school of thuis af. Groep 8 Alle kinderen van groep 8 krijgen 2x per week huiswerk mee voor rekenen en taal/spelling. Daarnaast krijgen de leerlingen leerwerk mee voor wereldoriëntatie en Engels één week voorafgaand aan de toets. Leerlingen die moeite hebben met spelling/werkwoordspelling en/of rekenen krijgen individueel huiswerk mee. De leerlingen van groep 8 houden een boekbespreking en een spreekbeurt/presentatie en maken een werkstuk. De leerkrachten begeleiden de leerlingen met bovenstaande huiswerkopdrachten. Ook controleren de leerkrachten of de leerlingen het huiswerk thuis gemaakt en/of geoefend hebben. Om leermiddelen mee naar huis te nemen is een elasto-map (plastic map met elastiek) nodig. Schoolspullen die worden vernield of kwijtraken, zullen moeten worden vergoed.
basisschool ‘t Ven
28
Hoofdstuk 4: Groepsactiviteiten
4.16 Methodes Rekenen: Groep1-2 Groep 3 t/m 8 Taal/spelling/woordenschat: Groep 1-2 Groep 3 Groep 4 t/m 8: Lezen: Aanvankelijk lezen Groep 3: Voortgezet technisch lezen Groep 4 t/m 8: Begrijpend/studerend lezen Groep 4 t/m 8: Engelse taal: Groep 7-8: Wereldoriëntatie: Aardrijkskunde Groep 1 t/m 4 Groep 3 Groep 5 t/m 8 Geschiedenis Groep 3 Groep 4 t/m 8 Natuur- en milieueducatie Groep 1-2 Groep 3 Groep 4 t/m 8 Verkeer: Groep 1 t/m 8 Expressieve vakken: Muziek Groep 3 t/m 8 Tekenen Groep 3 t/m 8 Handvaardigheid Groep 3 t/m 8 Dans/Drama Sociaal-emotionele ontwikkeling: Groep 1 t/m 8 Bewegingsonderwijs: Groep 1 en 2 Groep 3 t/m 8 Schrijven: Groep 1 t/m 8 Catechese: Groep 1 t/m 8
*Schatkist en leskaternen van De wereld in getallen 4 *De wereld in getallen 4 *Schatkist en *materiaalkaarten van Zo leren kleuters *Veilig Leren Lezen. *Taalactief *Veilig Leren Lezen. *Estafette Nieuw *Goed gelezen *Groove-me *Geobas ideeënboek *Veilig de wereld in *Geobas *Veilig de wereld in *De Trek *Bronnenboek Natuuronderwijs *Veilig de wereld in *Natuurlijk *Klaar…over *Moet je doen *Moet je doen *Moet je doen *Leergang van studenten PABO *Leefstijl *Bewegen in het speellokaal *Bewegen samen regelen *Basislessen en spel van Stroes en van Gelder *Zwart op Wit *Trefwoord
29
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 5: Zorg voor de kinderen
5.1 Opvang van nieuwe leerlingen in onze school Aanmelden van peuters Ouders kunnen hun peuter aanmelden vanaf het moment dat hij/zij 1 ½ jaar is. Een peuter wordt geplaatst als hij/zij ongeveer 2 ½ jaar oud is. U kunt uw peuter(s) aanmelden voor een peuterarrangement via Kanteel Kinderopvang afdeling planning, telefoon nummer 073-8851999 of via
[email protected]. Vanaf vijf jaar is een kind leerplichtig. Vanaf vier jaar mág een kind naar de basisschool. Aanmelden van kleuters Zorg voor de kinderen begint bij de aanmelding en inschrijving. Wanneer u uw kind op onze school wilt aanmelden, is het mogelijk om daarvoor een afspraak te maken met de directeur. Hij zal u dan het een en ander vertellen over onze school en een exemplaar van de schoolgids meegeven, zodat u hopelijk gemakkelijker een keuze kunt maken. U kunt deze schoolgids ook van onze website downloaden: www.bstven.nl Bij inschrijving van uw kind ontvangt u een inschrijfformulier, waarop u alle voor ons nodige gegevens kunt invullen. Op de eerste schooldag, wanneer uw kind als vierjarige kleuter op onze school start, zal u door de leerkracht een intake-lijst voor vierjarige leerlingen worden aangereikt. Op deze lijst kunt u aangeven hoe u zelf uw kind ziet in de thuissituatie op verschillende gebieden. Deze lijst zal, indien daar aanleiding toe mocht zijn, met u besproken worden. Er zijn goede afspraken over de overdracht van een peuter van ons peuterarrangement naar groep 1-2. Wij ontvangen van het peuterarrangement daarbij ook een gestandaardiseerd overdrachtformulier. Voor aanmelding en inschrijving geldt het volgende: • kinderen die leerplichtig en/of van een andere basisschool afkomstig zijn, kunnen in principe op elke willekeurige dag worden aangemeld en ingeschreven; • ouders kunnen altijd een afspraak maken met de directeur om de school in bedrijf te zien; • in overleg met de leerkrachten bepaalt de directeur in welke groep een leerling wordt geplaatst; • kinderen die in de laatste zes schoolweken vier jaar worden, starten na de zomervakantie. Zij kunnen tijdens de wenmiddag aan het eind van het schooljaar komen kennismaken; • kinderen die in december vier jaar worden, starten na de kerstvakantie; • kinderen die gedurende de andere perioden vier jaar worden, mogen starten op de dag na hun vierde verjaardag. Kinderen die in september 4 jaar worden, kunnen niet eerder starten; • in de periode kort voor de eerste schooldag kan uw kind vier dagdelen komen kennismaken in de kleutergroep. De leerkrachten zullen hiervoor een afspraak maken met de ouders. Onze school mag uw kind weigeren als het nog niet zindelijk is. Leerkrachten moeten anders de klas achterlaten om het kind te verschonen. U kunt proberen om in overleg met de school hiervoor een oplossing te vinden.
5.2 Volgen van een leerling De individuele mogelijkheden van de leerlingen worden in de groep duidelijk door observatie en toetsing. Alle uitslagen van toetsen, observaties en gesprekken liggen vast in het leerling-dossier. Als een probleem wordt gesignaleerd, onderzoekt de leerkracht waar het probleem zit en werkt aan een oplossing. Mocht er sprake zijn van een langduriger en complexer probleem, dan schakelt de leerkracht de intern begeleider in. Samen gaan zij op zoek naar een goede oplossing. Op basisschool ’t Ven werken wij volgens de principes van het handelingsgericht werken. Een belangrijk onderdeel hiervan is het werken met groepsplannen. Het schooljaar wordt verdeeld in twee trimesters.
basisschool ‘t Ven
30
Hoofdstuk 5: Zorg voor de kinderen
Per trimester stellen we een groepsplan op. Per jaar wordt er drie keer geëvalueerd. Groepsplannen zijn plannen waarin per leerling wordt vastgelegd op welke niveau hij/zij begeleiding krijgt. Op deze manier werken wij meer preventief in plaats van remediërend. Basisschool ’t Ven is in schooljaar 2010-2011 gestart met deze plannen. In enkele gevallen wordt een individueel plan opgesteld. Dit plan wordt altijd met de ouders besproken. De intern begeleider coördineert, beheert en bewaakt de zorg en het leerlingvolgsysteem. Dat wil zeggen dat zij enerzijds zorg draagt voor het volgsysteem en anderzijds aansturing geeft aan de acties die ondernomen dienen te worden. De resultaten van de toetsen die de leerlingen gemaakt hebben, worden in het leerlingvolgsysteem zowel groepsgewijs als individueel geregistreerd en bewaard. De directeur en de intern begeleider bespreken deze resultaten op groeps- en schoolniveau in de daarvoor geplande evaluatievergaderingen. SeoL Sinds schooljaar 2009-2010 werken we met een leerlingvolgsysteem voor sociaal- emotionele ontwikkeling. Het leerlingvolgsysteem heet SEOL en hoort bij onze methode Leefstijl. Met dit systeem volgen we het sociaal- emotioneel welzijn van de leerlingen. Dit leggen we structureel vast. Ook de ouders en de leerling zelf spelen een belangrijke rol bij dit leerlingvolgsysteem. Tijdens het eerste oudergesprek bespreken we dit.
5.3 Leerlingbesprekingen Gemiddeld vijf keer per jaar bespreken we de leerlingen van een groep in een leerlingbespreking. Tijdens dit overleg bespreken we díe leerlingen waarbij sprake is van enige zorg op didactisch en/of pedagogisch gebied. Dit hoeft niet altijd te betekenen dat een kind achterstand vertoont. Het kan ook zijn dat een leerling mogelijk op een hoger niveau zou kunnen functioneren. Deze besprekingen leggen we vast in een verslag. Mogelijk is het gewenst nader onderzoek te doen naar het gestelde probleem of vindt verwijzing naar het zorgteam plaats. Dit kan gedaan worden door de leerkracht óf door de intern begeleider. Interventies die naar aanleiding van deze besprekingen worden gepleegd, komen in het groepsplan van de leerkracht te staan. Voor leerlingen met leesproblemen en/of dyslexie is er een dyslexieprotocol, dat u als bijlage 9 kunt terugvinden op de website.
5.4 Plusklas In hoofdstuk 2 van deze schoolgids geven we aan dat we streven naar adaptief onderwijs. We willen op ’t Ven onderwijs geven dat afgestemd is op de behoefte van alle kinderen. Sommige leerlingen zijn gebaat bij verlengde (extra) instructie. Andere leerlingen kunnen meer en moeilijkere onderwerpen aan. Zo neemt een aantal leerlingen deel aan de zogenaamde plusklas. Leerlingen uit de midden- en bovenbouw die aan bepaalde criteria (bijvoorbeeld hoge toetsscores, grote zelfstandigheid) voldoen, werken eenmaal per week onder begeleiding van enkele ouders aan uitdagende thema’s. Hierbij wordt onder andere gebruik gemaakt van leuke projecten uit de methode Pluiswerk. De plusklas wordt begeleid door ouders en staat onder de regie van de school. Leerkrachten en ouders werken samen in de werkgroep plusklas. Dit is een mooi voorbeeld van ‘educatief partnerschap’.
31
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 5: Zorg voor de kinderen
5.5 SOVA training Het is voor een kind moeilijk om goed te presteren en plezier op school te hebben als het onzeker is, zich onhandig voelt in contact met anderen, alleen maar met anderen ‘meeloopt’ of als het zich stoer moet gedragen om erbij te horen. Hierdoor kunnen kinderen in een isolement raken of reageert de omgeving vooral negatief op het gedrag. Om te voorkomen dat deze kinderen nog meer in de problemen raken, zijn er diverse sociale vaardigheidstrainingen (SOVA) ontwikkeld, die door de scholen gegeven kunnen worden. In het kader van veiligheid op school is het van belang om te investeren in een laagdrempelige manier om kinderen te helpen. Dit kunnen kinderen zijn die voor onveiligheid zorgen door over grenzen van anderen heen te gaan of kinderen die weinig weerbaar zijn tegen negatief gedrag van andere kinderen. Met behulp van een sociale vaardigheidstraining kunnen kinderen op een speelse manier vaardigheden leren, waardoor ze meer zelfvertrouwen krijgen en zich veiliger en sterker voelen. Voor wie is deze training bedoeld? Voor kinderen die: • zich niet durven uiten; • moeite hebben om voor zichzelf op te komen; • weinig vriendjes hebben; • een laag zelfbeeld hebben; • vaak ruzie hebben; • veel opscheppen en zichzelf overschreeuwen; • moeite hebben met grenzen; • faalangstig zijn; • blokkeren bij bepaalde leervakken; • dichtklappen voor een beurt in de klas; • heel veel bevestiging nodig hebben van hun ouders of leerkrachten. De kinderen kunnen zich veilig voelen in de training, ze zullen het uiteindelijk in het dagelijks leven moeten doen. Om dit voor elkaar te krijgen, betrekken we ouders en groepsleerkrachten bij de trainingen. Op onze school geven we, indien de formatie het toelaat, twee soorten trainingen; de ‘Job en Jessie-Club’ voor de onderbouw en ‘Blitz Kids’ voor de bovenbouw. In groep 6 wordt de weerbaarheidstraining WISH gegeven.
5.6 Passend onderwijs Inschrijving van kinderen met een ondersteuningsbehoefte Per 1 augustus gaat de wet op Passend Onderwijs in. Alle scholen krijgen dan een zorgplicht, wat inhoudt dat zij verantwoordelijk zijn om voor alle kinderen een passende plek binnen het basisonderwijs te bewerkstelligen. Dit kan zijn op onze eigen basisschool met ondersteuning van een arrangement, maar ook op een andere school binnen de wijk Rosmalen, het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. De wijk Rosmalen bestaat uit de volgende scholen: De Borch, de Groote Wielen, de Hobbit, de Hoven, den Krommen Hoek, de Masten, de Overlaet, ‘t Sparrenbos, de Sprong ,de Troubadour, ’t Ven en Wittering.nl. Niet elke school kan alle kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte een plek bieden op de eigen basisschool. Indien dit het geval is, wordt goed gekeken en overlegd waar een kind wel terecht kan. Dit gebeurt samen met de overige scholen in onze wijk. Per 1 augustus wordt het rugzakje voor cluster 3 en 4 afgeschaft. Het budget hier van blijft wel beschikbaar, maar gaat direct naar de scholen die samenwerken binnen een wijk. Voordat de wet op Passend Onderwijs van start ging, moesten ouders zelf op zoek naar een passende
basisschool ‘t Ven
32
Hoofdstuk 5: Zorg voor de kinderen
plek voor hun kind. Nu deze wet van kracht wordt, is de school verantwoordelijk om de juiste plek voor een kind te vinden. Dit gebeurt door een goede samenwerking met de andere scholen. Hoe verloopt de aanmeldprocedure? • U meldt uw kind schriftelijk aan bij de school van uw voorkeur. Hierbij geeft u aan dat uw kind extra ondersteuning nodig heeft. Dit moet minimaal 10 weken voordat het nieuwe schooljaar van start gaat. • Binnen 6 tot 10 weken gaat de school bekijken, of zij uw kind kan toelaten. • In eerste instantie wordt gekeken of uw kind op de school van uw voorkeur geplaatst kan worden. Indien dat niet het geval is, gaat de school met u op zoek naar een andere plek. Hierbij houdt de school rekening met de behoefte van uw kind, uw voorkeur en de mogelijkheden van de overige scholen. Om Passend Onderwijs goed mogelijk te maken, hebben de scholen in de wijk regelmatig overleg met elkaar. Ook legt elke school de te hanteren procedure en gemaakte afspraken vast in de schoolgids. Ook heeft elke school een ondersteuningsprofiel, waarin staat beschreven wat de mogelijkheden van de scholen zijn. Overstap van basisschool naar basisschool. Soms komt het voor dat u gedurende de schooltijd het gevoel krijgt, dat uw kind beter op zijn plaats is op een andere basisschool. Hierover hebben wij binnen de wijk Rosmalen afspraken gemaakt. Elke school hanteert dan ook onderstaande procedure, om de overstap zo open en eerlijk mogelijk te laten verlopen: • U bespreekt uw gevoel / plan eerst op de school waar uw kind nu zit (huidige school). • U neemt contact op met de nieuwe school, waar u graag heen zou gaan. • De nieuwe school stelt als eerste aan u als ouder de vraag, of de huidige school bekend is met de wens van u als ouder. Zo ja, dan kan er een gesprek gaan plaatsvinden. Zo nee, dan wordt u eerst terug verwezen naar de huidige school. • De twee scholen hebben contact met elkaar. • Er wordt een gesprek gepland met de ouders en de nieuwe school. Indien wenselijk sluit er ook iemand van de huidige school aan. Ouders geven tijdens het gesprek aan waarom zij wensen over te stappen van de ene naar de andere basisschool. Samen wordt er bekeken of de nieuwe school kan bieden, wat de ouders wensen en verwachten en wat het kind nodig heeft. • Na het gesprek gaat de nieuwe school intern in overleg, om te kijken of het kind geplaatst kan worden. • Ouders worden op de hoogte gebracht van het besluit. • Ouders maken met de huidige school een afspraak om de overstap zo goed mogelijk te maken. Dit alles doen we om te zorgen dat de kinderen in onze wijk de begeleiding en de school krijgen die het beste bij hen past!
5.7 Consultatie en verwijzing Wanneer er na signaleren, het inzetten van handelingsplannen en het bespreken in de leerlingbespreking te weinig vooruitgang bij een leerling wordt geboekt, kan er in overleg met ouders een verwijzing voor externe hulp komen. In eerste instantie zetten we hiervoor het zorgteam in. Indien dit traject niet voldoende blijkt, kunnen we de hulp van onze schoolcontactpersoon vanuit de wijk Rosmalen inschakelen. De schoolcontactpersoon maakt samen met een orthopedagoog deel uit van het samenwerkingsverband de Meierij. We streven ernaar te werken volgens de zorgroute die het samenwerkingsverband hanteert. De lijntjes zullen echter in deze route soms korter zijn, omdat doorverwijzen in sommige gevallen eerder noodza-
33
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 5: Zorg voor de kinderen
kelijk is. Voor meer informatie verwijzen wij u naar bijlage 7 op de website. In het kader van Passend onderwijs streven wij ernaar alle leerlingen een onderwijsaanbod te bieden op ’t Ven. In sommige gevallen kan het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs de beste opvang voor een leerling betekenen. De ouders spelen in deze procedure uiteraard een grote rol. Bij iedere stap overleggen we met hen en vragen we hen om toestemming. Indien voor een kind speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs nodig is beslist de manager van de ondersteuningseenheid hierover, in samenspraak met specialisten, de school en de ouders. Er wordt dan een toelaatbaarheidsverklaring afgegeven. De ondersteuning De ondersteuning die scholen kunnen bieden aan hun leerlingen bestaat uit drie onderdelen: 1. Basiskwaliteit Dit is de norm die de onderwijsinspectie stelt. 2. Basisondersteuning De basisondersteuning is de ondersteuning die iedere basisschool, binnen ons samenwerkingsverband, moet kunnen bieden. Naast de eisen van de inspectie en het vaste aanbod van de school gaat dit ook over handelingsgericht werken, werken met dyslexieprotocol, inzicht in de leerlijnen, doelgericht werken, gedifferentieerd werken, signaleren van problematieken en samenwerking met voorschoolse instellingen en voortgezet onderwijs. 3. Extra ondersteuning Dit is de ondersteuning die boven de basisondersteuning uit gaat. Dit kan om individuele kinderen gaan die meer aanbod nodig hebben dan de basisondersteuning. Zij krijgen dan een arrangement waarin beschreven staat welke ondersteuning nodig is om goed onderwijs te kunnen geven. Dit arrangement wordt in overleg samengesteld door de school en het kernteam van de ondersteuningseenheid. Een school die extra ondersteuning geeft krijgt vanuit het samenwerkingsverband ondersteuning met mensen of middelen. De ondersteuningseenheid beslist welke middelen worden toegekend en voor welke periode. Indien er extra ondersteuning nodig is wordt er een ontwikkelingsperspectief opgesteld waarin staat wat exact het plan is rondom een kind. Ouders worden altijd op de hoogte gesteld van de extra ondersteuning en hebben inspraak in het handelingsgedeelte van het ontwikkelingsperspectief. De mogelijkheid bestaat dat jeugdzorg of maatschappelijk werk een onderdeel zijn van de ondersteuning. Een arrangement kan ook betekenen dat een kind op een andere basisschool beter op zijn of haar plek is of dat SBO of SO een (tijdelijke) oplossing is. Contactgegevens Ondersteuningseenheid ‘s-Hertogenbosch Ondersteuningsmanager: Frank Willems Secretariaat SWV PO de Meierij
[email protected] www.demeierij-po.nl
basisschool ‘t Ven
34
Hoofdstuk 5: Zorg voor de kinderen
5.8 Overgang van basisschool naar voortgezet onderwijs Aan het einde van de basisschool moet de keuze worden gemaakt: welke school voor voortgezet onderwijs is het meest geschikt? Deze schoolkeuze maken de ouders samen met hun kind. Daarbij laten ze zich adviseren door de school en/of anderen. Tijdens de informatieavond voor ouders van leerlingen van groep 8 vertellen we welke mogelijkheden er zijn. Ook bespreken we op deze avond het belang van het schooladvies, de Cito-toets, het Drempelonderzoek en andere relevante zaken die in de eindgroep aan de orde zijn. Voordat de Cito-toets wordt afgenomen, houden we adviesgesprekken met de ouders en leerlingen. Hierin geeft de school het advies. Dit advies telt zwaarder dan de uitslag van de Cito-toets. Hierna kunnen de kinderen samen met de ouders een passende school gaan zoeken. De leerkracht van groep 8 zal hier zoveel mogelijk informatie over geven.
35
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 6: Resultaten van ons onderwijs
6.1 Toetsing alle leerlingen In hoofdstuk vier heeft u kunnen lezen welke lesmethoden wij gebruiken. Het schoolplan geeft aan welke leerstof in welk jaar aan de orde komt. Bij de meeste vakgebieden vindt toetsing plaats binnen de lesmethode. Bij leerlingen met specifieke problemen nemen we, afhankelijk van de hulpvraag, ook andere toetsen af. De resultaten van de toetsing zijn mede bepalend voor het rapport. Voor de vakgebieden taal, lezen en rekenen hanteren wij de methodegebonden toetsen. Daarnaast hanteren wij de volgende methodeonafhankelijke toetsen: • Toetspakket beginnende geletterdheid • Rekenen voor kleuters groep 2 • Taal voor Kleuters groep 1-2 • Begrippen groep 2 en 3 • Herfst-, Winter-, Lente- en Eindsignalering groep 3 en 4 (volgens het Dyslexieprotocol) • DMT groep 3 tot en met 8 • AVI lezen groep 3 tot en met 8 • Cito Spelling groep 3 tot en met 8 • Tempotoets rekenen groep 3 tot en met 8 • Cito Rekenen/wiskunde groep 3 tot en met 8 • Cito Begrijpend lezen groep 3 tot en met 8 • Cito Woordenschat groep 3 tot en met 8 • Cito Taalschaal groep 4 tot en met 8 • Cito Spelling werkwoorden groep 7 en 8 • SEOL groep 1 tot en met 8 • Cito entree toets aan het eind van groep 7 • Cito eindtoets groep 8 Resultaten Cito eindtoets Zoals u wellicht uit onderstaande gegevens kunt opmaken, zijn wij ook dit schooljaar weer heel tevreden over de uitslag van de Cito eindtoets groep 8. We scoren inmiddels al jaren achtereen boven het landelijk gemiddelde. De uitslagen van de laatste vier jaar hebben we hieronder weergegeven.
basisschool ‘t Ven
Landelijk gemiddelde
Gemiddelde score op ’t Ven
2014
534,4
536,0
2013
534,8
537,2
2012
535,3
537,7
2011
535,3
536,6
36
Hoofdstuk 6: Resultaten van ons onderwijs
6.2 Uitstroomgegevens leerlingen 2013-2014 VMBO basis
VMBO kader
VMBO T
Rodenborch College
VMBO T/ HAVO
HAVO/ VWO
VWO
7
2
1
4
1
4
2
Jeroen Bosch College Pierson College
1
Stedelijk Gymnasium
1
Bossche Vakschool
1
Helicon Opleidingen
1
Van Maerlant
5 1
1
De Zwengel
1
Titus Brandsmalyceum
1
Totale uitstroom: 34 leerlingen De leerlingen hebben het afgelopen jaar hard gewerkt en hebben op de vele toetsen boven verwachting gescoord. De uitstroomgegevens liggen qua opleidingsniveau boven het gemiddelde. Met de leerkrachten van de bovenbouwgroepen, de directeur en de intern begeleider zijn we na een goed en uitgebreid overleg tot onze schooladviezen gekomen. De meerderheid van ’t Ven kiest voor het Rodenborch College; de school in hetzelfde dorp.
6.3 Inspectiebezoek, de kwaliteit van ons onderwijs De inspecteur heeft in november 2012 onze school bezocht in het kader van het vierjaarlijks bezoek. Zij heeft daarbij documenten geanalyseerd, groepsbezoeken afgelegd en gesprekken gevoerd met directeur, managementteam en intern begeleider. De bevindingen zijn teruggekoppeld naar school en schoolbestuur Signum. Uit dit inspectierapport valt te concluderen dat we op ’t Ven onderwijs van goede kwaliteit leveren. Ook in de komende jaren zullen we ons optimaal blijven inzetten op het gebied van kwaliteitsverbetering door scholing, hanteren van moderne methodes en structureel vastleggen van onze beleidsplannen en de regelmatige evaluatie hiervan. Door bovengenoemde acties willen we deze kwaliteit voor onze leerlingen voor de toekomst borgen.
37
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 7: De ouders en ouderbetrokkenheid
7.1 Algemeen Onderwijs is het belang van ouders, kinderen en leerkrachten. De kinderen vallen onder de gezamenlijke zorg en verantwoordelijkheid van school en ouders. Daarom vinden wij een goed contact en heldere afspraken tussen school en ouders van groot belang. Het contact moet open, rechtstreeks en eerlijk zijn. U als ouder verwacht een goede begeleiding van uw kind vanuit de schoolorganisatie. Wij verwachten van ouders dat ze bij de school betrokken zijn en de school waar mogelijk steunen.
7.2 Contact vanuit ouders naar school De groepsleerkracht van uw kind is altijd uw eerste aanspreekpunt. ’s Ochtends voor schooltijd is er geen tijd voor uitvoerig overleg, maar na schooltijd is er de mogelijkheid binnen te lopen. Wanneer u denkt wat meer tijd nodig te hebben, vragen wij u daarvoor een afspraak te maken.
7.3 Contact/informatie vanuit school naar ouders Vanaf het moment dat uw kind op onze school komt tot aan het eind van de basisschoolperiode zijn er vaste contactmomenten. kennismakingsgesprek: Nieuwe ouders kunnen hiervoor een afspraak maken met de directeur. Hij vertelt het een en ander over de school en leidt de ouders rond. Bij inschrijving van het kind wordt een inschrijfformulier aangeboden. overdracht peuterarrangement/basisonderwijs: De school krijgt van het peuterarrangement een standaard overdrachtformulier. Indien nodig wordt contact opgenomen. intake groep 1: Wanneer uw kind op onze school start met oefenen, wordt er door de leerkracht een tas meegegeven met daarin de schoolgids, de jaarkalender en de intakelijst. Drie weken nadat uw kind 4 jaar is geworden, volgt er een gesprekje waarbij de intakelijst besproken kan worden. huisbezoek: Gedurende de kleuterperiode komt de leerkracht van groep 1-2 eenmalig op huisbezoek. oudergesprekken in verband met een individueel handelingsplan (HP): Ouders, leerkracht en eventueel intern begeleider bespreken een persoonlijk aangepast plan voor het kind. de rapportgesprekken: Uw kind krijgt twee rapporten. Het eerste rapport in februari, het tweede op de laatste schooldag. Drie maal per jaar zijn er oudergesprekken gepland: in november, in februari en in de voorlaatste schoolweek. Tijdens het eerste oudergesprek wordt de SeoL besproken. Op het digitaal ouderportaal kunnen ouders de toetsgegevens van hun kind(eren) inzien. adviesgesprekken: Het schooladvies wordt met de ouders en de leerling van groep 8 besproken (januari). Ouders en leerling geven hun wens te kennen naar welk voortgezet onderwijstype hun voorkeur uitgaat. De school adviseert hierover en geeft uitleg aan de motivatie hiervoor. Indien van toepassing wordt het onderwijskundig rapport besproken en meegegeven om thuis kritisch te bekijken. overdracht basisonderwijs/voortgezet onderwijs: Gegevens uit het leerlingendossier en het schooladvies worden op een overdrachtsformulier ingevuld en besproken met de ouders en de leerling.
basisschool ‘t Ven
38
Hoofdstuk 7: De ouders en ouderbetrokkenheid
Verder informeert de school u door middel van: informatiebijeenkomsten: • info-avond: Aan het begin van het schooljaar, waarbij de leerkracht de ouders van een groep informeert over de leerstof en activiteiten in de betreffende groep. • thema-bijeenkomsten: Ouders worden geïnformeerd en kunnen vragen stellen over een bepaald thema/project bijvoorbeeld ‘Lentekriebels’ en sociale vaardigheidstrainingen als Wish, BlitzKids, Job en Jessie. • Open dagen: Twee dagen per jaar is er gelegenheid om lessen bij te wonen in de verschillende groepen. Hierdoor krijgt u een nog beter beeld van het onderwijs dat op ’t Ven wordt gegeven. de nieuwsbrief: Wekelijks verschijnt de digitale nieuwsbrief, waarin we informatie over actuele zaken geven. Door middel van de nieuwsbrief proberen wij de stroom van losse berichten te beperken. Andere mededelingen geven wij, afhankelijk van de urgentie, altijd op maandag mee aan het oudste kind van ieder gezin. Als er op maandag geen les is, geven we de informatie op dinsdag mee. de schoolkrant: Drie keer per jaar komt de schoolkrant ‘t Venster uit. De redactie bestaat uit ouders, een leerkracht en kinderen. In deze krant kunnen de kinderen stukjes schrijven en tekenen over gebeurtenissen op school of thuis. de jaarkalender: Hierin staan alle activiteiten voor het komende schooljaar. De kalender komt aan het eind van het schooljaar uit. Dan krijgen de ouders een exemplaar. het prikbord: Bij de hoofdingang (Seringenstraat) hangt informatie over acties, OC, MR en andere belangrijke informatie. de website www.bstven.nl Hierop zijn digitaal de schoolgids, de jaarkalender, de nieuwsbrief en informatie over het team, de groepen, evenementen, MR en OC terug te vinden. de schoolgids: Deze gids informeert ouders uitgebreid over onze school; waar de school voor staat en wat de ouders kunnen verwachten. ouder-enquete: POM (Primair Onderwijs Monitor): met behulp van deze vragenlijst die eens in de twee jaar wordt afgenomen hebben onder andere de ouders de gelegenheid om het onderwijs op onze school te beoordelen. De klankbordgroep: De klankbordgroep bestaat uit een vertegenwoordiging van ouders uit alle groepen en dient als achterban voor de MR om hen te voorzien van informatie over "wat er speelt" bij de ouders en om bepaalde onderwerpen vanuit de directie te kunnen toetsen bij een grotere groep ouders. De klankbordgroep wordt op regelmatige basis per mail hierover benaderd en de belangrijke punten worden meegenomen in de eerstvolgende MR vergadering.
7.4 Activiteiten waaraan ouders deelnemen Zoals we in het voorgaande al hebben aangegeven, vinden we de betrokkenheid van de ouders bij de school van groot belang. Veel ouders ondersteunen de school (en dus de kinderen). De ouders/verzorgers helpen ons onder andere bij:
39
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 7: De ouders en ouderbetrokkenheid
• • • • • • • • • •
spelletjes/speelgoedmiddag; creatieve lessen; techniek; bibliotheek; projecten, festiviteiten en vieringen; tentoonstellingen, excursies; sportdag; schoolreis; schoolverlaterdagen; diverse werkgroepen, waaronder de werkgroep sponsors, sociaal-emotionele vorming, verkeersveiligheid, plusklas. Aan het begin van het schooljaar kunnen ouders zich voor één of meerdere activiteiten opgeven. Groepsouders: Een andere vorm van ondersteuning door ouders is die van groepsouders. De groepsouder overlegt met de leerkracht over assistentie bij groepsactiviteiten zoals schoolreis, verjaardag van de leerkracht, excursies, vieringen en dergelijke. Zij voeren taken uit zoals het regelen van vervoer, het benaderen van hulpouders bij een groepsactiviteit enzovoort. De groepsouder is lid van het oudercomité.
7.5 Ouder Comité (OC): Het OC is samengesteld uit (groeps)ouders van de verschillende groepen van ‘t Ven. Het OC is actief in het meedenken en helpen bij het organiseren van allerlei activiteiten die in en om de school plaatsvinden. Daarnaast wil het OC de betrokkenheid van ouders bij onze school bevorderen. Het OC vergadert in principe één keer per maand. Deze vergaderingen zijn openbaar. De samenstelling van het OC is nu als volgt: voorzitter, secretaris, penningmeester en leden: in principe van elke groep de groepsouder(s). Aan het begin van het schooljaar maken we bekend wie de groepsouder(s) vanuit het OC is/zijn. Wilt u zich aanmelden als groepsouder dan kunt u dit doen bij het OC. De vergaderingen van het OC worden ook bijgewoond door een afvaardiging van het team.
7.6 Medezeggenschapsraad en Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad: De Medezeggenschapsraad (M.R.) Een medezeggenschapsraad, kortweg M.R. genoemd, is voor elke (basis)school verplicht. De M.R. bestaat qua aantal uit minimaal vier leden, voor de helft uit leden die uit en door de geleding personeel worden gekozen en voor de helft uit leden die uit en door de geleding ouders worden gekozen. Een M.R.-lid heeft een zittingsperiode van 3 jaar en is daarna weer herkiesbaar. Doelstelling van de M.R. De M.R. draagt zorg voor het overleg tussen en de medezeggenschap van de in de school fungerende geledingen: dit is in het belang van het goed functioneren van de school met al haar doelstellingen. Via de M.R. kunnen ouders en personeelsleden invloed uitoefenen op het onderwijskundige en organisatorische beleid van de school. Werkwijze van de M.R. Voor de M.R. is een reglement vastgesteld waarin de samenstelling van de raad, de verkiezingen van de leden, de werkwijze en de bevoegdheden zijn vastgelegd. In het reglement is bepaald voor welke besluiten de instemming of het advies van de M.R. nodig is. De M.R. kan ook ongevraagd advies geven en voorstellen doen.
basisschool ‘t Ven
40
Hoofdstuk 7: De ouders en ouderbetrokkenheid
Het vergaderrooster is vastgesteld op één keer per zes weken. De vergaderingen van de M.R. zijn toegankelijk voor het personeel en de ouders van de school. De M.R. communiceert met de achterban (personeel en ouders) via teamvergaderingen, vergaderingen in het oudercomité en de Nieuwsbrief van de school. Een enkele maal wordt een enquête gehanteerd. De M.R. behartigt de belangen van de leerlingen, de ouders en de leerkrachten van de school. Zij bevordert de openheid, de openbaarheid, het onderling overleg en de gelijke behandeling (vergelijkbaar met de ondernemingsraad in het bedrijfsleven) binnen de school. Voor elk schooljaar maakt de M.R. een jaarplan. De communicatie met de directie is open en daar waar nodig woont deze de vergaderingen bij. De directie voert namens het College van Bestuur van Signum het overleg met de M.R. Op verzoek van de directie of op verzoek van de M.R. kan het College van Bestuur de directie ontheffen van de taak om een bespreking namens het College van Bestuur te voeren. Op verzoek van de M.R. voert het College van Bestuur in bijzondere gevallen zelf de besprekingen met de M.R. Samenstelling van de M.R. De M.R. bestaat uit de volgende leden: oudergeleding: Yvette Edens, Miriam Elbers (herkiesbaar) personeelsgeleding: Charlotte van Buul, Lonneke van der Heijden Dit schooljaar worden in oktober verkiezingen voor de oudergeleding gehouden. De oudergeleding van onze MR wordt aangevuld met enkele ouders die bij de MR betrokken zijn als volwaardige leden, maar hebben geen stemrecht. Deze extra ouders dragen ertoe bij dat de MR slagvaardiger kan werken en breder wordt gevoed. Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (G.M.R.) Binnen de Stichting Signum functioneert een G.M.R. Vertegenwoordigers van zowel ouders als leerkrachten van de scholen die tot Signum behoren, nemen deel in de bovenschoolse medezeggenschap. De taken van de G.M.R. zijn dezelfde als die van de M.R. maar dan op bestuursniveau. De leden van de G.M.R. worden gekozen uit en door vertegenwoordigers van de M.R.-en, die zijn gekozen in de verkiezingsplatforms voor personeel en ouders.
7.7 Klachtenprocedure Hierin staat de procedure vermeld die wordt gevolgd als er een ernstige klacht is en eerder overleg met directie geen oplossing biedt. De brede klachtenregeling van de KOMM is vastgesteld voor alle scholen onder Signum. Op het kantoor van de directie ligt de klachtenregeling, deze is op elk moment in te zien. Hierin, maar ook in de bijlage 2 op de website, staat extra informatie, het postadres en de contactpersonen.
41
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 8: Externe relaties
8.1 Samenwerkingsverband Passage Per 1 augustus 2014 houdt ons huidige samenwerkingsverband op te bestaan. Er is een nieuw samenwerkingsverband opgericht: SWV PO de Meierij. SWV PO De Meierij is een samenwerkingsverband van scholen in de regio Den Bosch, Haaren, Boxtel, Zaltbommel Vught, Maasdriel, St Michielsgestel en Schijndel. In de naam SWV PO De Meierij staat PO voor primair onderwijs. Het samenwerkingsverband voor primair onderwijs bestaat uit 111 basisscholen, 5 speciale basisscholen en 7 scholen voor speciaal onderwijs. SWV PO De Meierij is verantwoordelijk voor het bieden van passend onderwijs en ondersteuning aan ongeveer 29.000 leerlingen. De regio Den Bosch is onderverdeeld in wijken. 't Ven hoort bij de wijk 'Rosmalen'. Onze wijk wordt ondersteund door een wijkteam, bestaande uit een schoolcontactpersoon (Jovita Finkers), een orthopedagoog (Anke van Roosmalen), Hanneke Hens (wijkdirecteur) en Annette Couvée (wijk IB'er). Als de school en het zorgteam alle voor hen beschikbare middelen en kennis hebben ingezet en behoefte hebben aan extra advies en ondersteuning, komt de schoolcontactpersoon van de wijk in beeld. Sinds schooljaar 2011-2012 heeft elke school een schoolcontactpersoon, die de school adviseert en ondersteunt bij hulpvragen. Zij kan weer een beroep doen aan schoolondersteuners, die expertise hebben op allerlei gebieden zoals leerontwikkeling en gedrag. De wijk Rosmalen heeft dus deskundigheid in huis om samen met ouders en school de juiste vervolgstappen te zetten. Daarbij kan men denken aan verwijzing voor onderzoek, training of ambulante begeleiding. De begeleiding kan zich zowel op het individuele kind als op de hele groep en/of de leerkracht richten. Voor zeer complexe situaties krijgt het trajectmanagement van de wijk Rosmalen ondersteuning van een multidisciplinair team vanuit de jeugdzorginstellingen. Een kind wordt nooit zonder overleg en toestemming van ouders besproken met onze schoolcontactpersoon. Het samenwerkingsverband en de wijk Rosmalen werken nauw samen met onder andere het SBO, de REC’s en de jeugdzorginstellingen. Voor meer informatie: http://www.demeierij-po.nl of mail naar:
[email protected]
8.2 Inspectie Onze school is ingedeeld bij de inspectieregio die onder het inspectiekantoor Eindhoven valt. In bijlage 2 en op de website www.onderwijsinspectie.nl vindt u meer informatie.
8.3 KPC Een belangrijke samenwerkingspartner is het KPC. Deze schoolbegeleidingsdienst ondersteunt ons op onderwijskundig gebied.
8.4 GGD/Jeugdgezondheidszorg/Maatschappelijk werk: Zorgteam De Jeugdgezondheidszorg heeft een taak in het begeleiden van de gezondheid van de jeugd. Een team bestaat uit een jeugdarts, doktersassistente, sociaal verpleegkundige en logopedist en heeft de zorg voor de leerlingen in het basisonderwijs. Ook de mondhygiëniste, psycholoog en orthopedagoog kunnen adviseren. Het team jeugdgezondheidszorg is gezamenlijk verantwoordelijk voor collectieve preventieve zorg en individueel gerichte zorg. Voor onze school houdt dit in: Logopedie: Alle ouders van vijfjarige kleuters krijgen een screeningslijst. Als er naar aanleiding van de ingevulde
basisschool ‘t Ven
42
Hoofdstuk 8: Externe relaties
lijst reden is voor nadere logopedische screening, krijgen de kinderen een oproep van de logopedist. Schoolarts: Alle zesjarige kinderen worden uitgenodigd voor een algemeen onderzoek bij de GGD. Elfjarige kinderen krijgen opnieuw een algeheel onderzoek. Vanuit de GGD is Nienke Temmen onze sociaal verpleegkundige. Zij kan ouders ondersteunen bij opvoedkundige vragen, zindelijkheid enzovoort. Nienke houdt haar spreekuren bij Vivent (thuiszorg regio Den Bosch). Ouders kunnen zelf een afspraak met Nienke maken. ’t Ven heeft een maatschappelijk werker, Olga van Eijden. Zij is medewerker van Juvans Maatschappelijk Werk en Dienstverlening in Den Bosch. Ouders kunnen altijd een gesprek met haar aanvragen. Ze kunnen terecht met allerhande vragen over opvoeding en gedrag. Zowel de maatschappelijk werkster als sociaalverpleegkundige maken samen met de intern begeleider deel uit van het zorgteam. Voor meer informatie verwijzen wij u naar bijlage 2 op de website. In de regio ‘s-Hertogenbosch wordt gebruikt gemaakt van het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd. Dit systeem is bedoeld om problemen bij kinderen en jongeren in de leeftijd van 0 – 23 jaar in een vroegtijdig stadium te signaleren en vervolgens de coördinatie van zorg te organiseren. Op deze manier moeten risico’s met kinderen en jongeren worden voorkomen. Leerlingen die extra zorg krijgen door middel van maatschappelijk werk worden automatisch in dit systeem gemeld. Ook de sociaal verpleegkundige en de school kunnen meldingen maken in dit systeem. We maken dit altijd kenbaar bij de ouders.
8.5 Jeugdtandverzorging Kinderen kunnen een oproep krijgen voor een bezoek aan de schooltandartsbus. Die staat tweemaal per jaar bij onze school.
8.6 School en commercie
8.7 Sponsors
sp
is sie
Onze school stelt zich kritisch op ten aanzien van acties, om zo te voorkomen dat de school (de leerlingen) gebruikt wordt voor reclamedoeleinden die niet passen bij onze doelstellingen. Wij verlenen wel medewerking aan instanties met ideële oogmerken. Daarbij kunt u denken aan de Kinderpostzegelactie en een actie voor een goed doel. Ook de Vastenactie van de parochie hoort hierbij. Acties worden altijd getoetst aan de doelstellingen en de identiteit van de school.
m m co
De sponsorcommissie op onze school bestaat uit een vertegenwoordiging van de sponsors, het oudercomité, het team en de directie. Jaarlijks benadert deze werkgroep mensen uit het bedrijfsleven en ouders met een verzoek tot sponsoring. Deze werkgroep neemt ook de besluiten over besteding van sponsorgeld. Uitgangspunt daarbij is dat de gelden worden besteed aan zaken die de leerlingen ten goede komen en die niet door het schoolbudget kunnen worden gefinancierd, bijvoorbeeld de schoolkrant de aanschaf van binnen- en buitenspelmateriaal. De gekleurde borden die het hekwerk aan de Seringenstraat sieren, zijn door leerlingen ontworpen en bekostigd vanuit sponsorgeld. Het sponsorconvenant kunt u in bijlage 16 op de website vinden.
43
o n so r
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 8: Externe relaties
8.8 Kanteelkinderopvang Kindcentrum 0-13 Sinds 1 januari 2011 gaat ’s-Hertogenbosch op weg naar Kindcentra 0-13. In deze kindcentra gaan peuterspeelzalen, kinderopvang en basisscholen in ’s-Hertogenbosch samenwerken. Kinderen zetten kleine en grote stappen in hun ontwikkeling. Kindcentra 0-13 zijn bedoeld om die stappen goed te begeleiden. Dat gebeurt door: • samenwerking tussen leidsters van de kinderopvang en het peuterspeelzaalwerk en leerkrachten van de basisschool. • samenwerking met consultatiebureaus, Centrum voor Jeugd en Gezin (CIG) gemeente en Divers om ontwikkelingsachterstanden en gedrags-of leerproblemen op tijd te signaleren • voor en vroegschoolse educatie (VVE): extra aandacht voor kinderen die dat nodig hebben • van de kinderopvang naar de basisschool: in de kindcentra 0-13 is het voor kinderen gemakkelijker om over te gaan naar de basisschool. Ze kennen het gebouw al en de kinderen waarmee ze straks in de klas zitten. De leidsters en leerkrachten overleggen met elkaar. Kinderopvang 0-4 jaar Klimop: we bieden opvang voor kinderen vanaf 0 jaar. In 2015 zal dit in één gebouwplaats vinden. Tot die tijd kunt u terecht bij Klimop aan de van Meeuwenstraat nummer 16. Voor meer informatie kunt u terecht op de website www.kanteel.nl/klimop of bij de clustermanager Monique Bolder
[email protected] Bij Klimop wordt net als bij ’t Ven met de voorschoolse ontwikkelingsmethodiek Uk en Puk (voorloper Schatkist) gewerkt en wordt dezelfde observatiemethode gebruikt om de doorgaande lijn van 0 tot 13 vorm te geven. Het peuterarrangement Het peuterarrangement is inpandig bij ’t Ven en wordt door twee pedagogisch medewerkers geleid. Ons peuterarrangement bestaat uit twee groepen: de ene groep komt op maandagochtend en woensdagochtend, de andere groep op dinsdagochtend en donderdagochtend. De speeltijden zijn op maandag, dinsdag en donderdag van 8:30u tot 12:00u en op woensdag van 8:45u tot 12:15u. Informatie over de activiteiten vindt u in hoofdstuk 4.1. Telefoonnummer peuterarrangement: 06-46187087 Kinderopvang 4-12 jaar Voorschoolse opvang In schooljaar 2014-2015 gaan we een pilot starten voor de voorschoolse opvang. De opvang zal van 7:30u tot 8:30u zijn. Als u zich wilt aanmelden, dan kan dat via de afdeling planning:
[email protected] of 073-8519999. Heeft u vragen, dan kunt u terecht bij clustermanager Monique Bolder
[email protected] of 06-33319245. TSO Tussenschoolse opvang Op onze school bestaat de mogelijkheid om over te blijven, waarbij gewerkt wordt met één coördinator en een aantal begeleiders. De tussenschoolse opvang gebeurt door ‘Kanteel kinderopvang’. Om twaalf uur gaan de overblijvers direct naar de overblijfruimte, waar de begeleiders controleren of alle kinderen er zijn. De kinderen eten rustig samen en daarna is er nog tijd om te spelen. Dat is meestal buiten, maar er
basisschool ‘t Ven
44
Hoofdstuk 8: Externe relaties
worden ook binnen activiteiten en materiaal aangeboden. De kosten voor vast overblijven zijn € 3,00 per keer (onder voorbehoud). De kosten van incidenteel overblijven bedragen € 3,50 (onder voorbehoud). Het buitenspelen gebeurt onder toezicht op één speelplaats: die aan de Seringenstraat. Om 12.50 uur mogen de kinderen van de bovenbouw naar de andere speelplaats. De wettelijke aansprakelijkheid en de organisatie ligt bij Kanteel; de school biedt plaats voor het overblijven en de overblijvende leerlingen zijn verzekerd door het schoolbestuur. Contactpersoon van de tussenschoolse opvang is de coördinator van Kanteel. Om uw kind aan of af te melden, kunt u voor 11.00u bellen naar tel. 06-33340656. Mailen kan ook:
[email protected]. Het protocol tussentijdse opvang is te vinden in bijlage 5 van de schoolgids. BSO Buitenschoolse opvang Kanteel Kinderopvang verzorgt ook de buitenschoolse opvang op onze school. Kinderen die na schooltijd, tijdens schoolvakanties of studiedagen van school op een leuke manier opgevangen dienen te worden, kunnen bij de BSO van Kanteel Kinderopvang terecht vanaf 15.00 uur tot 18.30 uur in schoolweken en van 7:30 tot 18:30 tijdens vakantieweken of studiedagen. De BSO vindt plaats op basisschool ‘t Ven zelf én op kindercentrum Confetti. Op maandag, dinsdag en donderdag zijn de kinderen op BSO ’t Ven en op woensdag, vrijdag en in schoolvakanties komen ze naar kindercentrum Confetti. Er zijn dagelijks activiteiten. Van theater tot sporten bij OJC, van rappen tot kookcursus. Kanteel Actief is een onderdeel van Kanteel Kinderopvang en organiseert cursussen waarbij professionals worden ingehuurd. Ook kinderen die géén gebruik maken van de BSO kunnen, tegen een kleine vergoeding, op deze cursussen inschrijven. Naast deze cursussen worden er ook allerlei activiteiten door de pedagogisch medewerkers zelf georganiseerd. Dit zijn activiteiten die ‘in huis’ gegeven worden, zoals knutselen, strijkkralen, bordspellen spelen enzovoort. Kinderen die absoluut geen zin hebben om deel te nemen, worden wel gestimuleerd, maar zijn niet verplicht om mee te doen. Zij kunnen dan individueel spelen. U kunt ook flexibele opvang afnemen bij de BSO. Dat betekent dat u uw kind hebt ingeschreven bij de BSO, maar niet voor bepaalde dagen. U kunt van te voren (minimaal twee weken) aangeven wanneer u uw kind wilt laten ophalen van school en bij ons een leuke middag wilt laten hebben. Daarnaast is er ook de mogelijkheid om alleen vakantieopvang af te nemen. Voor informatie kunt u contact opnemen met: Monique Bolder (clustermanager) Tel. 06-36534231
[email protected] [email protected] Ook kunt u kijken naar bijlage 6 voor het protocol.
45
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 9: Verlofregeling, regeling school- en vakantietijden
9.1 Vakantieverlof, gewichtige omstandigheden De directeuren van de onderwijsinstellingen verlenen verlof. Dat is alleen mogelijk wanneer wegens de specifieke aard van het beroep van één van de ouders, voogden of verzorgers het slechts mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan. Er dient een werkgeversverklaring overlegd te worden waaruit blijkt dat er geen verlof mogelijk is binnen de officiële schoolvakanties. (De directeur kan hiervoor een werkrooster van het betreffende bedrijf opvragen). Het is niet de bedoeling dat er naast de reguliere vakanties extra, vaak goedkopere, vakanties worden opgenomen. Dit verlof mag: • hooguit eenmaal per schooljaar worden verleend; • niet langer duren dan tien dagen; • niet plaatsvinden in de eerste twee lesweken van het schooljaar; • niet gegeven worden voor eerder vertrek voor vakanties in verband met mogelijke files; • gegeven worden als er gewichtige omstandigheden zijn ontstaan, maximaal tien schooldagen per schooljaar (art 14, lid 1). De leerplichtambtenaren zijn, door verkeerd gebruik van deze regeling, genoodzaakt om de naleving van deze regeling nog strenger te controleren. Dit geldt ook voor het te laat op school komen. We hebben hierover geregeld overleg met de leerplichtambtenaar. Voor meer informatie verwijzen wij u naar bijlage 17 op de website.
9.2 Schooltijden Onze school hanteert het zogenaamde Hoorns model. De schooltijden voor onder- en bovenbouw zijn hierbij gelijk geschakeld. Schooltijden Maandag: Dinsdag: Woensdag: Donderdag: Vrijdag:
basisschool ‘t Ven
Hoorns model 08.30 uur – 12.00 08.30 uur – 12.00 08.30 uur – 12.30 08.30 uur – 12.00 08.30 uur – 12.30
uur en van 13.00 uur – 15.00 uur uur en van 13.00 uur – 15.00 uur uur uur en van 13.00 uur – 15.00 uur uur
46
Hoofdstuk 9: Verlofregeling, regeling school- en vakantietijden
9.3 Afmelden leerlingen Wanneer uw kind wegens ziekte of andere dringende reden niet (op tijd) op school kan komen, is het voor de groepsleerkracht noodzakelijk dat tijdig te weten. Daarom vragen wij u ons vóór half 9 ’s morgens te bellen of een ander kind een briefje mee te geven. Wanneer een kind niet is afgemeld of wanneer niet bekend is waarom het kind afwezig is (bijvoorbeeld bij doktersbezoek), beschouwen we dit als ongeoorloofd schoolverzuim.
9.4 Vakanties De vakanties worden u via de nieuwsbrief en de jaarkalender meegedeeld; in principe houden we de geadviseerde vakantieweken en/of -dagen aan. Voor het volledige vakantierooster verwijzen wij u naar bijlage 18 op de website.
9.5 Studiedagen Jaarlijks zijn er, als het urental het toelaat, studiedagen en/of -middagen ingepland. Op deze dagen werkt het team aan schoolontwikkelingszaken. Bij studiedagen voor het team zijn de kinderen vrij. Deze studiedagen kunt u terugvinden op de jaarkalender, die te vinden is in bijlage 19 op de website.
47
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 10: Schoolafspraken en andere wetenswaardigheden
10.1 Bibliotheek Naast de leeslessen en andere leesactiviteiten op school hebben veel kinderen behoefte aan nog meer leeservaring. Zelf lezen en voorgelezen worden zijn allebei manieren om vaak en veel te lezen. Het is goed om ook thuis aandacht aan lezen te besteden. Sinds november 2012 heeft onze school een SchoolBIEB van de Openbare Bibliotheek Den Bosch. In twee grote kasten staat een uitgebreide collectie leesboeken, zowel voor beginnende als gevorderde lezers, prentenboeken en informatieve boeken. Vrijwilligers helpen bij het innemen en uitlenen van deze boeken tijdens schooluren. De kinderen mogen maximaal drie boeken lenen. Boeken mogen op school worden gelezen maar ook mee naar huis worden genomen. Laat uw kind de boeken in een tas mee naar huis en school nemen. We gaan er van uit dat de kinderen zuinig met deze boeken omgaan.
10.2 Buitenschoolse sportactiviteiten De gemeente ’s-Hertogenbosch wil de kinderen meer laten bewegen en sporten, mede om hen te laten zien hoe leuk sport en bewegen kunnen zijn. Door het aanbieden van diverse mogelijkheden tot bewegen, wil zij een bijdrage leveren aan de verbetering van kwaliteit en de kwantiteit van het bewegingsonderwijs. Tevens wil de gemeente kinderen stimuleren en in contact brengen met verschillende mogelijkheden voor beweging tijdens en na schooltijd. Zij biedt ook kennismakingsactiviteiten na schooltijd aan. De verenigingen en instanties zelf verzorgen de activiteiten. Deze lessen kunnen worden gezien als een inhoudelijke aanvulling op de reguliere gymnastieklessen. Of, beter nog, als extra sportlessen of sportdagen. Deze sporten zijn bijvoorbeeld schaatsen, judo, atletiek, breakdance, enzovoort. Jeugdsportfonds Kinderen spelen graag, daarom gaan er velen ook sporten. Helaas geldt dit niet voor iedereen. Er zijn kinderen die niet kunnen sporten doordat de contributie te hoog is of de sportbenodigdheden te duur zijn. Jeugdsportfonds ‘s-Hertogenbosch wil diegenen helpen die het zelf financieel niet kunnen opbrengen. Wat doet Jeugdsportfonds ’s-Hertogenbosch? Het Jeugdsportfonds ’s-Hertogenbosch is een lokaal steunpunt van Jeugdsportfonds Nederland en richt zich in onze gemeente op kinderen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar. Zij helpen op financieel gebied, om voor de kinderen de contributie of de benodigde sportkleding te betalen. Professionals uit onder andere het onderwijs, jeugdhulpverlening en welzijnsinstellingen kunnen hiervoor aanvragen indienen via www.jeugdsportfonds.nl.
10.3 Calamiteitenplan Zoals in alle bedrijven en organisaties is er ook op school een calamiteitenplan ontwikkeld. Hierin is de procedure van ontruiming beschreven, maar ook zaken met betrekking tot de veiligheid van de kinderen en leerkrachten. Leden van de BHV (Bedrijfshulpverlening) houden dit plan actueel. In elk lokaal is een vluchtroute aanwezig. In elke groep zijn afspraken gemaakt over wat te doen bij (een oefening tot) ontruiming. Er wordt minimaal één keer per jaar een ontruimingsoefening gehouden. Het calamiteitenplan ligt ter inzage op het kantoor van de directeur.
basisschool ‘t Ven
48
Hoofdstuk 10: Schoolafspraken en andere wetenswaardigheden
10.4 Fietsen naar school Fietsen is heel gezond. De ruimte om fietsen op school te stallen is echter beperkt. Daarom hebben we afgesproken welke kinderen hun fiets op het schoolterrein mogen stallen: • kinderen die voorbij de Tuinstraat wonen; • kinderen die aan de andere kant van de Empelseweg wonen; • kinderen die voorbij de Venstraat wonen; • kinderen die aan de overkant van de Striensestraat wonen; • kinderen die niet in woonwijk ’t Ven wonen. Voor alle andere kinderen geldt: te voet naar school.
10.5 Hoofdluis In overleg met de MR en het OC is besloten dat alle leerlingen én leerkrachten direct na elke schoolvakantie worden gecontroleerd op hoofdluis. Groepjes ouders voeren deze controles uit, op basis van vrijwilligheid. Op school zijn brochures met betrekking tot hoofdluis op te vragen via de leerkracht. Uit voorzorg hebben alle leerlingen een eigen ‘jassentas’ waarin ze dagelijks hun jassen en gymspullen doen. De procedure bij hoofdluis wordt beschreven in bijlage 15 op de website.
10.6 Jeugdbladen / boeken Aan het begin van het schooljaar krijgen de kinderen folders en eventueel proefnummers mee van jeugdbladen, zoals Okki en Bobo, en boekenseries. Hiermee hopen wij de leerlingen te activeren tot lezen, puzzelen, knutselen en dergelijke. De bladen sluiten vaak aan bij de leerstof.
10.7 Kalender In het kader van goede communicatie met ouders bieden wij u jaarlijks een kalender aan als bijlage bij de schoolgids. Hierop staan zoveel mogelijk de activiteiten (vergaderingen, ouderavonden, evenementen, vakanties enzovoort) vermeld. Wij verzoeken u deze kalender een geschikt plaatsje in huis te geven. Wanneer er wijzigingen of aanvullingen komen, maken wij deze via de nieuwsbrief bekend. De kalender vindt u ook op de website, in bijlage 19.
10.8 Kleding gym- en bewegingslessen De groepen 1-2 hebben dagelijks bewegingslessen. Tijdens deze lessen mág uw kind in ondergoed meedoen; wij geven echter de voorkeur aan gymkleding (korte broek en shirt óf gympakje). Gymschoenen zijn verplicht. De gymkleding wordt in een tasje aan de kapstok gehangen. Wij verzoeken u de gymtas vóór elke vakantie mee naar huis te nemen, zodat u de kleding kunt wassen. De groepen 3 t/m 8 hebben dit schooljaar één keer per week gymles (op een andere locatie in verband met de nieuwbouw). Tijdens de gymlessen is gymkleding (korte broek en shirt óf gympakje) verplicht, evenals gymschoenen zonder zwarte zolen. Zorgt u voor een goede gymtas. Wij verzoeken u uw kind op de gymdagen gemakkelijke kleding aan te geven, zodat ze zich snel kunnen omkleden. Het dragen van sieraden, horloges en dergelijke tijdens de gymlessen raden wij af (dit in verband met de veiligheid van uw kind). De school is niet aansprakelijk voor eventueel verlies.
49
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 10: Schoolafspraken en andere wetenswaardigheden
10.9 Ouderbijdragen Schoolfonds Voor enkele te maken extra kosten vraagt de school een bijdrage van € 7,50 voor de eerste twee kinderen uit een gezin, voor de volgende kinderen € 5,00 per kind. Dit is een vrijwillige bijdrage, waarvan u jaarlijks een verantwoording ontvangt van de directie. In de loop van het schooljaar ontvangt u een verzoek tot overmaking van het schoolfondsbedrag. Het geld wordt voor diverse zaken gebruikt, die niet kunnen worden gefinancierd uit het gewone budget; u kunt denken aan leesboeken voor onze bibliotheek, spelmaterialen, schoolverlateractiviteiten, techniekmaterialen, enzovoort. Het team doet voorstellen over mogelijke besteding van schoolfondsgelden. De MR beslist over de besteding ervan. Oudercomité Ook het OC vraagt u jaarlijks om een bijdrage, waarmee zij allerlei activiteiten kan bekostigen (Sinterklaas, kerst, sportontmoetingen, carnaval, jubilea). Ieder jaar wordt op de jaarvergadering het bedrag voor het nieuwe schooljaar vastgesteld. Voor dit schooljaar is de ouderbijdrage €12,50 per kind. Evenals de bijdrage aan het schoolfonds is deze bijdrage ook vrijwillig. Schoolreis Eens per jaar organiseert onze school een schoolreis voor de groepen 1 t/m 7. De organisatie ligt in handen van het team én het oudercomité. De ouderbijdrage in de kosten van het schoolreisje ligt gemiddeld rond de € 20,00. Schoolverlaterskamp Groep 8 gaat aan het eind van het schooljaar drie dagen op kamp. De ouders van de leerlingen van groep 8 betalen in hoofdzaak zelf de kosten hiervan. Gemiddeld is de bijdrage € 65,00 per kind. Stichting Leergeld Als u deze bijdragen moeilijk kunt betalen, kunt u contact opnemen met de Stichting Leergeld. Bij de hoofdingang van de school vindt u folders van Stichting Leergeld.
10.10 Rookvrije school Onze school is een rookvrije school. Dat betekent dat er zowel voor, tijdens als na de lestijden niet gerookt mag worden binnen het gehele schoolgebouw. Dit besluit geldt ook voor festiviteiten. Buiten mag slechts worden gerookt, als er geen kinderen op school aanwezig zijn.
10.11 Schoolfotograaf Een keer per jaar komt de schoolfotograaf. U leest in de nieuwsbrief op welke datum hij op school is. De fotograaf maakt ook een broertjes/zusjes foto van de kinderen die op onze school zitten. De kosten van de foto’s liggen rond de € 10,-.
10.12 Schoolreglement De belangrijkste regels hebben we samengevat in een reglement: Op de speelplaats is toezicht van 8.20 – 8.30 uur en van 12.50 – 13.00 uur. Om 8.25 uur en 12.55 uur gaat de eerste bel. De kinderen gaan dan rustig naar binnen, zodat de lessen op tijd kunnen beginnen.
basisschool ‘t Ven
50
Hoofdstuk 10: Schoolafspraken en andere wetenswaardigheden
Voortijds verblijf op de speelplaats valt niet onder de verantwoordelijkheid van de school. Dit geldt ook voor verblijf op de speelplaats na schooltijd. Kinderen die naar school komen, gaan direct naar de speelplaats; zonder toestemming mogen zij de speelplaats niet verlaten. Kinderen die hun fiets binnen het schoolhek mogen stallen, doen dit netjes in het fietsenrek en gaan daarna naar de speelplaats. Kinderen lopen met de fiets aan de hand op het schoolplein. Skeelers en rolschaatsen mogen wel op de speelplaats, maar niet in de school. Papier en ander afval horen in de prullenbak. Bij de buitendeuren staan in de pauze blauwe containers. Ook hangen er op de speelplaats aan de Raadhuisstraat twee afvalbakken van de gemeente. Gevaarlijke spelletjes en ruwe vormen van voetbal zijn niet toegestaan. Voetballen met de (zachte) bal van de klas is toegestaan; ballen die op het dak terechtkomen, worden onder toezicht van het dak gehaald. Kinderen komen via de poort op de speelplaats; klimmen over of zitten op het hek is niet toegestaan. Het gebruik van mobiele telefoons door leerlingen is niet nodig: er kan altijd met de schooltelefoon worden gebeld. Mochten kinderen na schooltijd hun mobiele telefoon nodig hebben, dan wordt deze bij de leerkracht in bewaring gegeven. De kinderen gaan rustig naar binnen, maken geen herrie, schreeuwen en rennen niet. Ze gaan zo snel mogelijk naar hun lokaal. Bij slecht weer bepalen we in overleg of de kinderen naar buiten kunnen. Bij toiletgebruik gaan we ervan uit dat de kinderen thuis de juiste toilethygiëne hebben geleerd; we houden dit op school ook in de gaten: na gebruik doorspoelen, deur sluiten, handen wassen en drogen. Het aantreffen van een vies toilet melden de kinderen bij de leerkracht. Komt u uw kind uit school halen, dan vragen wij u vriendelijk om binnen de poort te wachten. Wij verzoeken u wel om vlakbij het hek te blijven, zodat de leerkrachten van de kleutergroepen overzicht hebben op de kinderen, totdat ze allemaal zijn opgehaald. Het protocol ‘brengen en halen kinderen onderbouw’ kunt u vinden in de digitale bijlagen op de website en op de informatieborden bij de onderbouwgroepen.
10.13 Schoolsportdag Onze school houdt eens per jaar een sportdag voor de hele school. Het doel hiervan is dat de kinderen op een leuke en sportieve manier samen met sport bezig zijn.
10.14 Schorsing/verwijderingsprotocol: scholen binnen Signum Verwijderingsgronden Leerlingen kunnen om de volgende redenen van de school worden verwijderd: • De school kan niet aan de zorgbehoefte van de leerling voldoen; de verwijdering is onderwijskundig en organisatorisch ingegeven. • Ernstig of herhaaldelijk wangedrag door de leerling en/of de ouders/verzorgers; de verwijdering is een sanctie. In dit beleidsplan gaat het alleen om verwijdering op grond van ernstig of herhaaldelijk wangedrag door de leerling en/of de ouders/verzorgers. Op verwijdering op grond van het eerst genoemde gaan we daarom in dit plan niet verder in.
51
schoolgids 2014-2015
Hoofdstuk 10: Schoolafspraken en andere wetenswaardigheden
Ernstig of herhaaldelijk wangedrag door kind en/of ouders/verzorgers. Schorsing Leerlingen kunnen van school worden gestuurd: schorsing (voor een tijdje) of verwijdering (voorgoed). Meestal gebeurt zoiets alleen als er sprake is van wangedrag. De beslissing over verwijdering van een leerling wordt genomen door het schoolbestuur. Verwijdering (voorgoed) Voordat zo’n besluit kan worden genomen, moeten eerst de groepsleraar en de ouders worden gehoord. Als het besluit eenmaal is genomen, mag een schoolbestuur de leerling niet onmiddellijk van school sturen. Het bestuur moet namelijk eerst proberen om een andere school te vinden voor de leerling. Alleen als dat niet lukt –en daar moet het schoolbestuur tenminste acht weken zijn best voor doen– mag de school de leerling de toegang tot de school weigeren. Als het schoolbestuur een leerling wil schorsen of verwijderen, dan moet het bestuur daarover met de ouders overleggen. Levert dat overleg niets op, dan kunnen de ouders aan de onderwijsinspectie vragen om te bemiddelen. Blijft het schoolbestuur bij zijn besluit, dan kunnen de ouders schriftelijk bezwaar aantekenen. In dat geval moet het schoolbestuur binnen vier weken eveneens schriftelijk op dat bezwaarschrift reageren. Als het schoolbestuur dan nog vasthoudt aan het besluit om de leerling te verwijderen, dan kunnen de ouders in beroep gaan bij de rechter. Rol Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad De G.M.R. heeft adviesbevoegdheid als het gaat om de vaststelling of wijziging van het beleid met betrekking tot de toelating en verwijdering van leerlingen.
10.15 Snoepbeleid Wat kinderen thuis eten, is natuurlijk de verantwoordelijkheid van de ouders. Maar tijdens schooltijden is basisschool ’t Ven verantwoordelijk voor gezonde eetgewoonten van de kinderen. Door het gezamenlijk gezond eten in de groep kan worden bereikt dat groenten en fruit een vast onderdeel worden van de dagelijkse voeding van kinderen. Pauze en overblijven Geef kinderen geen snoep of koek mee, maar gezonde voeding zoals fruit, groente (kerstomaatjes, komkommer, worteltjes, reepjes paprika) of gedroogd fruit (rozijnen, abrikozen, vijgen, dadels). Als drinken kunt u bijvoorbeeld meegeven: melk, water, roosvicee of ranja. Let wel: een pauzehap hoeft niet veel te zijn. Ongezond en dus niet toegestaan zijn: Producten met chocola, koek, snoep, chips, koolzuurhoudende frisdrank. Niet toegestane producten worden mee terug naar huis gegeven. Aandacht voor het milieu: geef uw kind drinken in een beker mee, en niet een wegwerppakje of -flesje. Verjaardagen Als een kind jarig is of er is iets te vieren op school, is het feest! De traktatie van kinderen mag dan ook best iets lekkers zijn, hoewel ook hiervoor een gezonde traktatie te bedenken is. Te grote of te dure traktaties kunnen medeleerlingen en hun ouders in verlegenheid brengen en wekken bovendien verkeerde verwachtingen ten aanzien van een volgende traktatie. Laten we het samen leuk en vooral gezond houden. Met een beetje creativiteit zijn er genoeg lekkere en gezonde traktaties te bedenken. Enkele tips kunt u vinden op de hieronder vermelde websites.
basisschool ‘t Ven
52
Hoofdstuk 10: Schoolafspraken en andere wetenswaardigheden
www.gezondtrakteren.nl, www.schoolgruiten.kennisnet.nl/traktaties Het is niet toegestaan om cadeautjes bij de traktatie te geven. De leerkrachten delen gewoon met de klassentraktatie mee. U hoeft voor hen geen speciale traktatie mee te geven. Indien uw kind een allergie heeft, wilt u dit dan doorgeven aan de leerkracht; dan kan in overleg hier een oplossing voor worden gevonden. Vieringen Voor het vieren van Sinterklaas, Kerstmis, Carnaval en Pasen, verzorgt de school in samenwerking met het Ouder Comité een passende traktatie.
10.16 Sportactiviteiten Al enkele jaren is er voor de bovenbouwgroepen een jaarlijks sportevenement. Ter afsluiting van een aantal gymlessen vindt een toernooi plaats tussen verschillende scholen. Voor groep 6 is er het bucketbaltoernooi, voor groep 7 het circulatievolleybaltoernooi en voor groep 8 het korfbaltoernooi. Groep 8 neemt ook deel aan de sportdag voor schoolverlaters, waaraan alle groepen 8 van de gemeente ’s-Hertogenbosch deelnemen. Tevens zijn er door het schooljaar heen verschillende kennismakingsactiviteiten voor de groepen 3 t/m 8, bijvoorbeeld cursus skateboarden, streetdance, bridge, enzovoort.
10.17 Uitstapjes Het kan voorkomen dat een groep een uitstapje maakt in het kader van cultuureducatie, projecten, verjaardag of dergelijke. Bij dergelijke uitstapjes wordt graag hulp gevraagd van ouders in verband met vervoer. U kunt hiervoor worden benaderd door de leerkracht of de groepsouder. Voor wat betreft de verzekering verwijzen wij u naar hoofdstuk 10.20.
10.18 Verjaardagen De verjaardag van de kinderen krijgen uiteraard bijzondere aandacht. Uw kind mag trakteren in de eigen groep. Onze voorkeur gaat uit naar een gezonde traktatie. Het is niet toegestaan dat de jarige op kadootjes trakteert! Indien uw kind in een vakantie of in het weekend jarig is, plan dan met de leerkracht een dag om de verjaardag te vieren. De leerkrachten vieren hun eigen verjaardag ook in de groep. De verjaardagen van de kleuterjuffen vieren zij samen op de ‘juffendag’. In de andere groepen wordt de dag door de leerkracht zelf bepaald en vaak de hulp van de groepsouder gevraagd.
10.19 Verzekering Via AON Risk Solutions heeft Stichting Signum een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een aansprakelijkheidsverzekering, een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering en een schoolongevallenverzekering. De aansprakelijkheidsverzekering geeft dekking voor schades die niet elders verzekerd zijn. De schoolongevallenverzekering is voor leerlingen uitsluitend van kracht gedurende de schooluren en evenementen in schoolverband, evenals tijdens het rechtstreeks gaan van huis naar school en omgekeerd. Schades en ongevallen dienen zo snel mogelijk gemeld te worden bij de Rabobank, Afdeling Verzekeringen, Postbus 318, 5201 AH ’s-Hertogenbosch, via de daarvoor bestemde schadeaangifteformulieren (verkrijgbaar via de directie van de school).
53
schoolgids 2014-2015
Overzichtslijst afkortingen onderwijs
ADHD:
attention deficit hyperactivity disorder (aandachtstekort-stoornis met hyperactief gedrag)
ARBO:
Arbeidsomstandigheden
BHV:
Bedrijfshulpverlening
AG&SI: AVI: BS.:
BSO:
BVL:
Analyse van Individualiseringsvormen (leestoets) basisschool
Buitenschoolse Opvang
Brabants Verkeersveiligheid Label
CITO:
centraal instituut voor toetsontwikkeling
DM:
drie minuten test
DLE:
FLEXIT: Giralis:
GMR: IB:
ICT:
JOM:
Kanteel:
didactische leeftijdsequivalent
flexibilisering van leerinhoud en leertijd
Onderwijsbegeleidingsdienst ‘s-Hertogenbosch
gemeenschappelijke medezeggenschapsraad
Interne Begeleiding
Informatie en Communicatie Technologie
Jeugd Onderwijs Monitor
Kinderopvang
KPC:
Katholiek Pedagogisch Centrum
LVS:
leerlingvolgsysteem
KOMM: MR:
onafhankelijke klachtencommissie machtsmisbruik onderwijs medezeggenschapsraad
MT:
Management Team
NLD:
niet-verbale leerstoornis
NME: OC:
OLP:
OOP:
PABO:
Natuur en Milieu Educatie Oudercomité
Onderwijsleerproces
Onderwijs Ondersteunend Personeel
Pedagogische Academie Basisonderwijs
PCL:
Permanente Commissie Leerlingenzorg
PGB:
persoonsgebonden budget
PDCA: PKO:
Plan-Do-Check-Act
periodiek kwaliteitsonderzoek
POM:
Primair Onderwijs Monitor
REC:
regionaal expertise centrum
POP:
Persoonlijk Ontwikkelplan
RI&E:
Risico Inventarisatie en Evaluatie
SBD:
schoolbegeleidingsdienst
RT:
SBO:
SEOL: SKV:
Stichting SIGNUM:
basisschool ‘t Ven
Agressie Geweld en Seksuele Intimidatie
remedial teaching
speciaal basisonderwijs
Sociaal Emotionele Ontwikkeling Leefstijl (leerlingvolgsysteem)
steunpunt kunstzinnige vorming schoolbestuur
54
Overzichtslijst afkortingen onderwijs
SVIB:
school-video-interactiebegeleiding
TSO:
tussenschoolse opvang
SWV: VAM: VCK:
VMBO:
WIBO: VTB:
ZMLK:
Samenwerkingsverband Ven Afspraken Map
Vrienden Club Kamp
voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs Weerbaarheid in basisonderwijs
verbreding techniek basisonderwijs zeer moeilijk lerende kinderen
55
schoolgids 2014-2015