RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK BASISSCHOOL 'DE KLEINE AKKERS'

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK BASISSCHOOL 'DE KLEINE AKKERS'

School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer

: : : :

basisschool 'De Kleine Akkers' Goirle 03WT 82932

Datum schoolbezoek Datum vaststelling

: 12 februari 2007 : 25 juni 2007

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 KWALITEITSPROFIEL................................................................................... 7 3 BESCHOUWING ......................................................................................... 11 4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 15

Rapport periodiek kwaliteitsonderzoek basisschool 'De Kleine Akkers' - 12-2-2007

3

1 INLEIDING Het periodiek kwaliteitsonderzoek Op 12 februari 2007 bezocht de Inspectie van het Onderwijs basisschool 'De Kleine Akkers' in het kader van een periodiek kwaliteitsonderzoek (PKO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de kernindicatoren van een aantal kwaliteitsaspecten, op grond van het door de inspectie gehanteerde toezichtkader primair onderwijs 2005. Bij dit PKO doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs door zich te richten op de kern van goed onderwijs op de school. Het gaat hierbij om kernindicatoren die betrekking hebben op het aanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch handelen van leraren, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, de actieve en zelfstandige rol van leerlingen, het schoolklimaat, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen. In de brochure 'Toezichtkader PO 2005' vindt u achtergrondinformatie over de indicatoren die de inspectie bij haar toezicht in ogenschouw heeft genomen. U kunt deze brochure downloaden van de website van de inspectie: www.onderwijsinspectie.nl. Op grond van het kwaliteitsprofiel van de school dat naar aanleiding van een vorig inspectiebezoek is opgemaakt, op basis van risicofactoren die bij de inspectie bekend zijn of afspraken die met de school zijn gemaakt, of op basis van de informatie die door de school is toegestuurd kan de inspectie besluiten om niet alleen de kernindicatoren te onderzoeken maar meer indicatoren bij het onderzoek te betrekken. Dit is bij uw school niet aan de orde geweest. Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oordelen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Zo sluit de inspectie niet alleen aan bij de specifieke situatie van de school, maar wordt de school bovendien niet onnodig belast. Uw school heeft naast de schoolgids en het schoolplan documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatieactiviteiten betrekking hebben. Het betrof de volgende documenten: • Werkplan interne kindzorg schooljaar 2006/2007; • Jaarverslag interne kindzorg schooljaar 2005/2006; • Kwaliteitszorg: planning Werken Met Kwaliteitskaarten PO 2006; • Verbeterplan n.a.v. inspectierapport november 2005; • Jaarverslag directie 2005/2006; • Jaarplan directie t/m december 2006; • Jaarplan directie 2007; • Tangent, plan van aanpak format schoolplan (format en tekstbeheerdocument); • Verslagen kindbesprekingen. Gedurende het schoolbezoek heeft de inspectie inzage gehad in de resultaten van het oudertevredenheidsonderzoek 2006, dat de school in september 2006 onder de ouders van de school gehouden heeft.


5

De aangeleverde documenten zijn ontoereikend om tot kwaliteitsoordelen te komen door een procedure die zich beperkt tot het verifiëren van de gegevens en de eigen kwaliteitsoordelen van de school. Wel zijn ze als informatiebron voor dit onderzoek gebruikt en betrokken bij de kwaliteitsoordelen van de inspectie op relevante onderdelen van dit onderzoek. De opzet van het onderzoek Het periodiek kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Analyse van, indien beschikbaar, documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. Ook de vragenlijst periodiek kwaliteitsonderzoek is bij de analyse betrokken. • Schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen onderbouw A, middenbouw A en B en bovenbouw A en B. • Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van de kernindicatoren gesprekken gevoerd met de directie en de intern begeleider. • Op uw school is verder een gesprek gevoerd met leraren. • Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de kwaliteitsoordelen en de conclusies van het schoolbezoek besproken met de directie. Daarbij was een vertegenwoordiging van het bevoegd gezag aanwezig. De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel op van de school (hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 wordt een beschouwing gegeven over de geconstateerde kwaliteit en wordt deze onder andere bezien in relatie tot de context of uitgangssituatie van de school. Indien van toepassing worden in deze beschouwing ook de toegevoegde indicatoren betrokken. In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.


6

2 KWALITEITSPROFIEL Het kwaliteitsprofiel geeft een overzicht van de waarderingen die de inspectie heeft toegekend aan kernindicatoren die betrekking hebben op belangrijke kenmerken van goed onderwijs. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs. In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school over bepaalde indicatoren geen betrouwbare en valide gegevens beschikbaar heeft. Het kwaliteitsprofiel van basisschool 'De Kleine Akkers' Kwaliteitszorg

1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel. 1.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van sociale integratie en actief burgerschap, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.

Leerstofaanbod 3.1 De aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde zijn dekkend voor de kerndoelen. 3.4 De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 3.5 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan. 3.6 De leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. 3.8 De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlingengewicht biedt leerinhouden aan bij Nederlandse taal die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.

Tijd 4.4 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd. 4.5 De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij Nederlandse taal en rekenen en wiskunde af op de onderwijsbehoeften van leerlingen.

1

2

3

4

l l

1

2

3

4

l l l l

l

1


2

3

4

l l

7

Pedagogisch handelen 5.3 De leraren zorgen ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar omgaan.

Didactisch handelen 6.1 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 6.3 De leraren leggen duidelijk uit. 6.5 De leraren geven expliciet onderwijs in strategieën voor denken en leren.

Afstemming 7.1 De leraren volgen de vorderingen van hun leerlingen systematisch. 7.3 De leraren stemmen de instructie en verwerking af op de verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

Actieve en zelfstandige rol leerlingen 8.1 De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. 8.3 De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau.

Sfeer op school 9.3 De ouders/verzorgers tonen zich betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt. 9.5 De leerlingen en het personeel voelen zich aantoonbaar veilig op school.

Begeleiding 10.1 De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.

Zorg 11.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens, bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 11.3 De school voert de zorg planmatig uit. 11.4 De school gaat de effecten van de zorg na.

1

2

3

4

l

1

2 l

3

4

l l

1

2

3

4

l l

1

2

3

4

3

4

l l

1

2

l l

1

2

3

4

l

1


2

3

4

l l l

8

Resultaten 12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.

Ontwikkeling van leerlingen 13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 13.2 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 13.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar.

1

2

3

4

5

4

5

l l

1

2

3 l

l l


9

3 BESCHOUWING Dit hoofdstuk beschrijft het oordeel van de inspectie over de kwaliteit van het onderwijs op basisschool 'De Kleine Akkers' en geeft een toelichting op het kwaliteitsprofiel. Daarbij legt de inspectie zo mogelijk verbanden tussen de verschillende onderzochte indicatoren onderling en - voor zover relevant - tussen de indicatoren en de schoolcontext, de specifieke doelstellingen van basisschool 'De Kleine Akkers' en eerdere inspectieonderzoeken. 3.1

Algemeen beeld

De inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op basisschool 'De Kleine Akkers' op een aantal aspecten, die de essentie vormen van goed basisonderwijs, voldoende is. Op enkele aspecten doen zich risico's voor die gevolgen kunnen hebben voor de onderwijskwaliteit en de opbrengsten die de school momenteel realiseert. Daarbij is het realiseren van een taakgerichte werksfeer in de groepen een duidelijke opgave voor de school. Ook zou de stijging van de onderwijsresultaten bevorderd moeten worden. Na een roerige periode is de school erin geslaagd een stabiele situatie te creëren, waarbinnen zij met inzet werkt aan haar onderwijskwaliteit. De inspectie acht de kwaliteit voldoende van de afstemming van het onderwijs op de leerbehoeften van individuele leerlingen, het pedagogisch handelen van de leraren en het schoolklimaat. Ook de kwaliteit van de de zorg voor leerlingen die meer ondersteuning nodig hebben, draagt bij aan het onderwijs op de school. 'De Kleine Akkers' is een jenaplanschool waar gewerkt wordt volgens de basisprincipes van het jenaplanonderwijs. Samenwerken, ontdekkend leren en zelfstandig werken zijn typerende werkwijzen die de school hanteert. Desondanks constateerde de inspectie tijdens de groepsbezoeken dat een groot deel van de leerlingen geen actieve leerhouding heeft. Daarnaast heeft een aantal leerkrachten van de school moeite om in de groep een taakgerichte werksfeer te creëren. Hoewel er zichtbaar gewerkt is aan de structurering van de leerprocessen voor de leerlingen in relatie tot de oogmerken van het jenaplanonderwijs, hebben die inspanningen nog niet geleid tot het gewenste resultaat. Daarbij speelt ook een rol dat door het vertrek van ervaren leerkrachten meerdere jonge en onervaren leerkrachten pas korte tijd op de 'De Kleine Akkers' werkzaam zijn. Hoewel de inspectie de resultaten in de tabel in hoofdstuk 2 als voldoende beoordeelt, stelt zij vast dat die resultaten nauwelijks boven de ondergrens uitkomen, die de inspectie nog aanvaardbaar acht als groepsgemiddelde voor de betreffende leerjaren. Ook de resultaten gedurende de schoolperiode laten een zeer wisselend beeld zien. De inspectie constateert dat de school zich inspant om de kwaliteit van het onderwijs verder te verbeteren. Omdat echter met name de resultaten van het onderwijs en actieve leerhouding risico's voor de onderwijskwaliteit vormen, zal de inspectie de school over twee jaar bezoeken. Hieronder volgt een toelichting op het oordeel.


11

3.2

Toelichting

Resultaten van het onderwijs In vergelijking met scholen met een gelijksoortige leerlingenpopulatie zijn de resultaten die leerlingen aan het einde van schoolperiode behalen over drie jaar voldoende. De resultaten van het afgelopen schooljaar bevinden zich net boven de ondergrens die de inspectie bij de beoordeling hanteert. De resultaten van de twee voorgaande schooljaren lagen onder deze ondergrens. Omdat de resultaten, gemeten over de afgelopen drie schooljaren, één jaar boven de ondergrens lagen, wordt deze indicator met een voldoende beoordeeld, maar de inspectie acht de situatie wel zorgelijk. De school meldde aan de inspectie dat deze lage resultaten onder meer worden veroorzaakt door de instroom van leerlingen met leerproblemen van naburige basisscholen, doordat de school in Goirle bekend staat als een school met goede opvang voor leerlingen met leerproblematiek. Ook vangt de school alle kinderen van een nabijgelegen instituut voor crisisopvang. Deze kinderen hebben in hun jonge leven al heel veel meegemaakt dat van invloed is op hun ontwikkeling. Bij de weging van de eindresultaten heeft de inspectie hiermee rekening gehouden. Voor de leeropbrengsten zijn geen prestatie-indicatoren vastgelegd, die kunnen dienen voor nadere evaluatie en analyse van de leerresultaten. Dit zou met het oog op de huidige leerresultaten wel van belang zijn voor de school. De inspectie heeft zich ook een oordeel gevormd over de leerresultaten gedurende de schoolperiode. De inspectie stelt vast dat de leerlingen in meerderheid een voldoende resultaat behalen. Wel laten deze resultaten een wisselend beeld zien, van ruim voldoende naar ver onvoldoende. Volgens de maatstaven van de inspectie zijn de leerresultaten gedurende de schoolperiode op het gebied van technisch lezen en begrijpend lezen voldoende. Daar staat tegenover dat de leerresultaten gedurende de schoolperiode op het gebied van rekenen en wiskunde van de groepen 4 en 6 onder de maat zijn. De sociale vaardigheden van leerlingen liggen op 'De Kleine Akkers' op het niveau dat verwacht mag worden. Om dit vast te stellen heeft de inspectie gebruik gemaakt van een genormeerd instrument dat de school voor de leerlingen in de laatste groepen hanteert. Daaruit komt een positief beeld naar voren van het welbevinden, het zelfbeeld en de motivatie van leerlingen. De inspectie ontwikkelt nog een normering om te bepalen of leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften zich naar verwachting ontwikkelen. Dit aspect is daarom niet beoordeeld. Het interne rendement beoordeelt de inspectie als onvoldoende. Het aantal zittenblijvers ligt de laatste jaren boven het landelijk gemiddelde, evenals het aantal kinderen met kleuterbouwverlenging en het aantal verwijzingen naar het speciaal basisonderwijs. Onderwijs en leren Hoewel de inspectie het schoolklimaat niet uitputtend onderzocht heeft, blijkt uit gesprekken met leerlingen en uit de resultaten van het oudertevredenheidsonderzoek van de school dat er op de school een veilig schoolklimaat heerst, dat leren en ontwikkelen bevordert.


12

Voor aanvankelijk lezen hanteert men op de 'De Kleine Akkers' de methode 'Leeshuis', die past bij de ambitie van de school om adaptief te werken. De mogelijkheden, die de methode biedt om vroeg in het schooljaar aan te sluiten bij de leerbehoeften van de leerlingen, worden door de school benut. Door het gebruik van moderne methoden kent het aanbod voor de groepen 3 tot en met 8 een doorgaande lijn. In de groepen 1 en 2 laten leraren het aanbod zoveel mogelijk aansluiten op de ontwikkeling van kinderen. De einddoelen voor groep 1 en 2 voor de taalontwikkeling en de wiskundige oriëntatie zijn beschreven. Door een controle op het aan de orde komen van taal- en rekendoelen, beoogt de school de aansluiting van de leerstof op het onderwijs in groep 3 te borgen. De inspectie stelt echter vast dat de wijze waarop de leraren de invulling van het onderwijs in de groepen 1 en 2 plannen, dan wel vastleggen, in onvoldoende mate is geborgd. Daardoor zijn er risico's dat die invulling meer leraarafhankelijk wordt dan in de bedoeling ligt en dat een goede opbouw van het aanbod voor de jongste, middelste en oudste kleuters - evenals voor de bollebozen onder hen - te weinig een planmatig verloop heeft. De inspectie constateert dat het didactisch handelen niet in alle groepen voldoende kwaliteit heeft. Enerzijds leggen de leraren duidelijk uit en hanteren zij de beginselen van het adaptief onderwijs, zoals verlengde instructie en wordt de leerstof in voldoende mate afgestemd op de individuele leerbehoeften van de individuele leerlingen, onder andere door verdiepings- en verrijkingsstof. Anderzijds wordt in het algemeen geen taakgerichte werksfeer gerealiseerd. Samenspel tussen leerkrachtgedrag, leerstofinhoud en klassenmanagement, leidt niet tot het ontstaan van een dergelijke werksfeer. De leerlingen zijn veel meer betrokken op elkaar dan op de instructie van de leerkracht of op de verwerking van leerstof. Daarnaast gaat geplande onderwijstijd verloren, doordat leerkrachten meermalen de lessen moeten onderbreken om kinderen tot aandacht te manen. Tijdens de verwerking van leerstof kunnen kinderen hun aandacht niet bij hun opdracht houden en praten zij met elkaar, wat eveneens verlies van geplande onderwijst ijd oplevert. In beginsel heeft de school overigens wel voldoende onderwijstijd gepland en worden begin -en eindtijden naar behoren gehanteerd. De aandacht voor strategieën voor denken en leren heeft de inspectie met een onvoldoende gewaardeerd. Uit de geobserveerde lessen heeft de inspectie niet kunnen afleiden dat leerkrachten expliciet strategieën voor denken en leren onderwijzen. Het zelfstandig werken en leren wordt op 'De Kleine Akkers' vormgegeven doordat leerlingen werken met een weektaak. Met het oog op de leerlingenpopulatie van de school, waarbij een deel van de leerlingen zich de leerstof snel eigen maakt, biedt het mogelijkheden leerlingen extra uit te dagen. Momenteel biedt de school aan leerlingen die extra leerstof aankunnen, mogelijkheden extra activiteiten te ondernemen. Deze aanpak kan naar het oordeel van de inspectie meer dan nu het geval is een structureel onderdeel van het klassenmanagement van de leraren gaan vormen. Ook kan deze aanpak nog verder ontwikkeld worden als leerlingen op een structurele wijze sturing mogen geven aan hun leerproces of daarvoor verantwoordelijkheid dragen. Tijdens de lesobservaties heeft de inspectie niet kunnen vaststellen dat leerlingen actief betrokken zijn bij de onderwijsactiviteiten. De school onderneemt daarnaast overigens wel andere activiteten, zoals projecten en het maken van werkstukken om leerlingen bij het onderwijs te betrekken.


13

De inspectie heeft het onderwijsaanbod gericht op de bevordering van actief burgerschap en sociale integratie als voldoende beoordeeld. De inspectie stelt vast dat de school diverse initiatieven op dit terrein ontplooit en dat de bevordering van de sociale competenties van de leerlingen daarbij het meest de aandacht heeft. Zorg en begeleiding De kwaliteit van de structuur en organisatie van de zorg en begeleiding op 'De Kleine Akkers' beoordeelt de inspectie op alle onderzochte indicatoren als voldoende. Alle beoordeelde onderdelen komen in voldoende mate voor op de school: het signaleren van zorgleerlingen, het analyseren van de aard van de zorg die leerlingen nodig hebben, het planmatig uitvoeren van de zorg en het nagaan van de effecten van de zorg. De school heeft uit haar budget veel formatie vrijgemaakt om extra zorg en begeleiding te kunnen geven aan de leerlingen die meer ondersteuning nodig hebben. De leerkrachten volgen systematisch de vorderingen en de ontwikkeling van de leerlingen met toetsen uit methoden en landelijk genormeerde toetsen. De vorderingen van de kleuters worden vastgelegd in een breed observatiesysteem. De hulp aan leerlingen die uit- of opvallen wordt in de eerste plaats gegeven door de groepsleraren. Zij houden hun activiteiten en het doel daarvan bij op een handelingsplan dat voor elke leerling wordt uitgeschreven. De inspectie acht dit een goede praktijk. Evaluatie heeft een structurele plaats in de zorgcyclus, waarbij er ruimte is om na te gaan waarom bepaalde hulp al dan niet succesvol is geweest. Zorg voor kwaliteit De kwaliteitszorg is in 2006 beoordeeld in het jaarlijks onderzoek. Deze oordelen zijn nog steeds van toepassing op de huidige stand van zaken. De laatste jaren is een fundament gelegd voor een systeem van kwaliteitszorg. Dit jaar is een start gemaakt met het afnemen van kwaliteitskaarten bij de teamleden en zijn de eerste resultaten van een ouderenquête beschikbaar. In het verbeterplan naar aanleiding van het inspectierapport van november 2005 worden diverse beleidsvoornemens voor de komende vier jaren globaal geformuleerd. In het jaarplan tot december 2006 worden de veranderonderwerpen met een stappenplan geconcretiseerd. De school beschikt over beleid om de sociale veiligheid te borgen. Zij hanteert een pestprotocol en duidelijke gedragsregels. Via enquêtes verkrijgt de school inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen. De inspectie heeft de zorg voor de kwaliteit van het onderwijs voor bevordering van actief burgerschap en sociale integratie als voldoende beoordeeld. De school heeft haar aanbod afgestemd op de risico's voor ongewenste opvattingen, houdingen en gedragingen van leerlingen rond dit thema. De school heeft haar aanbod afgestemd op de risico's voor ongewenste opvattingen, houdingen en gedragingen van leerlingen rond dit thema. Dit is een aspect dat op veel scholen nog in ontwikkeling is. Ook op 'De kleine Akkers' zullen visie, planmatige aanpak en evaluatie van het onderwijs gericht op burgerschap en integratie nog nader moeten worden uitgewerkt.


14

4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT Bij dit PKO heeft de inspectie ook een onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal wettelijke voorschriften. Dit onderzoek betrof de wettelijke voorschriften over de geplande onderwijstijd en over een door het bevoegd gezag vastgestelde schoolgids en schoolplan. Op basis van dit onderzoek heeft de inspectie de volgende afspraken met betrekking tot wettelijke bepaling(en) waaraan de school niet voldoet: de schoolgids 2007/2008 wordt op het aspect van de verantwoording besteding sponsorgelden aangepast. De bevindingen van dit PKO leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school kent een aantal risico's. Gelet op de lage resultaten van het onderwijs van 'De Kleine Akkers' en de te weinig taakgerichte werksfeer in veel groepen verkort de inspectie de toezichtscyclus. In beginsel volgt over twee jaar opnieuw een periodiek kwaliteitsonderzoek. In het komend jaar vindt een jaarlijks onderzoek plaats.


15

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK BASISSCHOOL 'DE KLEINE AKKERS'

Recommend Documents