RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL TWEELINGEN

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL TWEELINGEN

School Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer

: : : :

Basisschool Tweelingen Eindhoven 17PV 92742

Datum schoolbezoek Datum vaststelling

: 5 juni 2007 : 3 september 2007

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING ................................................................................................... 5 2 DE UITGANGSSITUATIE VAN DE SCHOOL ................................................. 7 3 OORDEEL OVER DE I NDICATOREN ............................................................. 9 4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT................................................................. 13

Rapport jaarlijks onderzoek Basisschool Tweelingen - 5 juni 2007

3

1 INLEIDING Het jaarlijks onderzoek Op 5 juni 2007 bezocht de Inspectie van het Onderwijs Basisschool Tweelingen in het kader van een jaarlijks onderzoek (JO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar een aantal indicatoren uit het door de inspectie gehanteerde toezichtkader primair onderwijs 2005. De indicatoren betreffen de volgende kwaliteitsaspecten: •

De school zorgt systematisch voor behoud en verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs;

•

De resultaten van de leerlingen liggen ten minste op het niveau dat mag worden verwacht;

•

De leerlingen ontwikkelen zich naar verwachting.

In de brochure 'Toezichtkader PO 2005' vindt u achtergrondinformatie over de indicatoren die de inspectie bij haar toezicht in ogenschouw heeft genomen. U kunt deze brochure downloaden van de website van de inspectie: www.onderwijsinspectie.nl. Zoals in het toezichtkader primair onderwijs 2005 is vastgelegd, gaat de inspectie zoveel mogelijk uit van de gegevens die de school zelf over de eigen kwaliteit heeft verzameld. Daarmee sluit de inspectie aan bij de specifieke situatie van de school en wordt de school bovendien niet onnodig belast. U heeft naast de schoolgids en het schoolplan hiervoor documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatie-activiteiten betrekking hebben. Het betrof de volgende documenten: • • • • • • •

Belevingsonderzoek, maart 2005 Citoscores 2005-2006 Trendanalyses/dwarsdoorsneden per vormingsgebied 2001-2007 Communicatieplan basisschool De Tweelingen, maart 2005 Kies Kwaliteit (afstudeeropdracht student Communicatie) 2006 Kwaliteitsplan 2006-2007 Concept -schoolplan 2007-2011.


5

De opzet van het onderzoek Het jaarlijks onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: • Analyse van, indien beschikbaar, documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd. Ook de jaarlijkse vragenlijst en de aanvullende vragenlijst jaarlijks onderzoek zijn bij de analyse betrokken. • Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Schoolbezoek, waarbij gesprekken met de directie en -voor zover van toepassing- met de coördinatie leerlingenzorg zijn gevoerd over de onderzochte indicatoren en de ontwikkeling en voornemens van de school met name op onderwijsinhoudelijk terrein. In het gesprek met de directie is tevens gesproken over de variëteit in de gemiddelde leerresultaten per schooljaar. Om die reden zijn afspraken met de directie gemaakt de inspectie te blijven informeren over de tussentijdse leerresultaten. Op basis daarvan stelt de inspectie jaarlijks haar toezichtarrangement bij. De inhoud van het rapport Het onderzoek naar de kwaliteit van de hiervoor genoemde aspecten van het onderwijs levert oordelen op een aantal indicatoren op. Na een korte beschrijving van de uitgangssituatie van de school (hoofdstuk 2), worden in hoofdstuk 3 deze indicatoren en de oordelen van de inspectie in een tabel weergegeven en van een toelichting voorzien. In hoofdstuk 4 zijn de afspraken over de invulling van het onderzoek in het volgende kalenderjaar aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.


6

2 DE UITGANGSSITUATIE VAN DE SCHOOL Het leerlingenaantal op basisschool de Tweelingen (twee locaties) vertoont al enkele jaren een dalende lijn, maar de school blijft aan de weg timmeren om meer leerlingen op school te krijgen. Daarbij is het streven van het team een meer gemêleerde samenstelling te krijgen van de leerlingen. Het team is -onder leiding van een nieuwe directie- voortdurend op zoek naar een zodanige samenstelling van haar leerlingenpopulatie dat ze een betere afspiegeling van de wijk vormt. Vooralsnog lukt dat de school niet en is er sprake van een eenzijdige samenstelling. Ruim 75% van de leerlingen betreft leerlingen die voor extra faciliteiten in aanmerking komen gezien de gezinsachtergronden van deze leerlingen. Een ruime meerderheid daarvan is van allochtone herkomst. Vaak komen de leerlingen met een taalachterstand de school binnen. Ook hebben ze vaak te maken met sociaal-emotionele problemen. De school werkt om die reden nauw samen met het schoolmaatschappelijk werk, een opvoedingsondersteuner, de peuterspeelzaal, de kinderopvang en de politie met als ambitie vroegtijdig de problemen bij leerlingen te signaleren en deze op basis van een gerichte ketenaanpak op te lossen.


7

3 OORDEEL OVER DE INDICATOREN De waarderingen die over de onderzochte indicatoren zijn gegeven, staan vermeld in de onderstaande tabellen. Iedere tabel wordt gevolgd door een toelichting op deze waarderingen van de inspectie. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs. In de waardering op de indicatoren is tot uitdrukking gebracht in welke mate deze bijdragen aan de kwaliteit van het desbetreffende kwaliteitsaspect: 1. draagt niet of nauwelijks bij; 2. draagt onvoldoende bij; 3. draagt voldoende bij; 4. draagt in hoge mate bij; 5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school geen betrouwbare en valide gegevens over haar opbrengsten beschikbaar heeft. Basisschool Tweelingen Kwaliteitszorg

1.1 De school heeft inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 1.2 De school evalueert jaarlijks systematisch de kwaliteit van haar opbrengsten. 1.3 De school evalueert regelmatig het leren en onderwijzen. 1.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 1.5 De school borgt de kwaliteit van het leren en onderwijzen. 1.6 De school rapporteert aan belanghebbenden inzichtelijk over de gerealiseerde kwaliteit van het onderwijs. 1.7 De school waarborgt de sociale veiligheid voor leerlingen en personeel. 1.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van sociale integratie en actief burgerschap, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.

1

2

3

4

l l l l l l l l

Toelichting: Het kwaliteitsbewustzijn op basisschool de Tweelingen is goed ontwikkeld, maar de wijze waarop de school haar kwaliteitsbeleid vorm geeft en verantwoordt, beantwoordt op onderdelen nog niet aan de normen die de inspectie hieraan stelt. De probleemonderkenning bij de directie is echter groot. Ook weet de directie wel degelijk welke aanvullingen er de komende jaren nodig zijn om tot een goed cyclisch systeem van kwaliteitszorg te komen. Daarbij houdt de directie rekening met de positionering van het schoolplan 2007-2011 in het systeem van kwaliteitszorg. Aanvullend geldt de volgende argumentatie: De kwaliteit van de zelfevaluatie is nog niet van voldoende niveau. Op onderdelen is een aanvullende impuls nodig.


9

Ten aanzien van de kennis van de onderwijsbehoefte van de leerlingenpopulatie blijkt vooral dat de directie drager is van deze kennis. Een goede analyse is echter in de maak en wordt in het nieuwe schoolplan 20072011 vastgelegd. Wat betreft de inzichten in de gemiddelde leerresultaten werkt de intern begeleider met trendanalyses. Wat echter ontbreekt in het systeem van kwaliteitszorg is een analyse met conclusies op schoolniveau op basis waarvan de directie met het team haar prioriteiten stelt in haar schoolontwikkelingstraject. Dat wil niet zeggen dat er niets gebeurt met de huidige trendanalyses. Uit de leerlingbesprekingen is immers wel degelijk af te leiden dat er vooral maatregelen worden getroffen op leerlingen groepsniveau. Zoals gezegd vraagt de huidige aanpak een verdere aanscherping in de richting van het schoolontwikkelingsbeleid. De evaluatie van het onderwijs en leren kent zeer zeker zijn positieve kanten. Het gegeven dat de school gebruik maakt van tevredenheidonderzoeken bij leerlingen, ouders en leraren is daarbij een goede keuze van de school. Waar de school vooral nog in te kort schiet is het feit dat zij de kwaliteit van haar onderwijs niet aan de hand van een objectief instrument in een cyclus van 4 jaar doorlicht. De school heeft hierop echter al geanticipeerd door de keuze de komende jaren gebruik te gaan maken van kwaliteitskaarten. De wijze waarop de school haar verbeterthema's in een meerjarenplan heeft opgenomen is van voldoende niveau. Het feit dat er aan het meerjarenplan een jaarplan 2007-2008 is gekoppeld is ook een gunstige ontwikkeling. Wel constateert de inspectie dat de doelen meer concreet beschreven kunnen worden op het niveau van de leerling en de leraar. Pas dan wordt de effectmeting scherper en aanzien van de winst die behaald wordt op de leerresultaten en de competenties van leraren. De wijze waarop de school de gerealiseerde verbeteringen borgt komt over als een adequaat systeem. Door de start met pop's (persoonlijke ontwikkelplannen) voor elke leraar, de klassenbezoeken waar aan de hand van kijkwijzers het onderwijs gevolgd wordt en gemaakte afspraken die bewaakt worden, ontwikkelt de directie een systeem dat er voor garant kan staan dat eenmaal ingevoerde verbeteringen gemeengoed worden in de school. Wel is het zo dat deze aanpak nog een impuls kan krijgen door het borgen in de cyclus van kwaliteitsbeleid: plan-do-act-check-systematiek nog meer nadrukkelijk een plaats krijgt. De wijze waarop de school zich verantwoordt aan de ouders is nog niet goed. In de schoolgids wordt weliswaar enige informatie beschreven, maar er is nog geen sprake van een toegankelijk jaarverslag voor ouders waarin de school op een voor ouders toegankelijke wijze melding maakt van de onderwijsopbrengsten. Ten slotte is het beleid voor de sociale veiligheid nog niet op orde. Dit ondanks het gegeven dat de directie in het verleden al veel werk maakte van veiligheid in de school. Zo is de school sinds dit schooljaar gestart met het programma 'Ieder kind heeft zijn talenten', waarin veel elementen gericht zijn op een preventieve aanpak. Ook werkt de school samen met de wijkagent, omdat er rond de school en in de wijk regelmatig sprake was van onveilige situaties. De school is echter nog niet zo ver dat ze beschikt over een incidentenregistratie en een daaraan gekoppeld beschreven lik-op-stuk-beleid al dan niet in een protocol vastgelegd. Het team is overigens gewend met gedragsregels te werken en een pestprotocol is in de maak. Rapport jaarlijks onderzoek Basisschool Tweelingen - 5 juni 2007

10

Het een en ander vraagt echter een verdere uitwerking op papier, opdat dit uiteindelijk in het schoolplan en de schoolgids kan worden verantwoord. Een begin is gemaakt. De inspectie heeft de zorg voor de kwaliteit van het actief burgerschap en sociale integratie als voldoende beoordeeld. Dit oordeel is vooral gebaseerd op het gegeven dat er geen aanwijzingen zijn dat de school geen oog heeft voor eventuele risico's die zich voordoen ten aanzien van ongewenste opvattingen, houdingen en gedragingen van leerlingen rond burgerschap en integratie. De verantwoording van de visie op burgerschap en integratie en de planmatige aanpak daarvan en de evaluatie van de resultaten van het onderwijs gericht op burgerschap en integratie zijn nog niet uitgewerkt. Het team is bezig dit beleid uit te werken en op te nemen in het schoolplan en de schoolgids.

Resultaten 12.1 De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 12.2 De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.

1

2

3

4

5

l l

Toelichting: De gemiddelde eindresultaten over de afgelopen drie schooljaren zijn van voldoende niveau. Toch blijft extra alertheid nodig, gezien het wisselende beeld van de afgelopen drie jaar en de specifieke onderwijsbehoeften van een aantal leerlingen. Van de drie schooljaren zijn de resultaten in 2005 en 2007 rond het gemiddelde; in 2006 waren de resultaten van onvoldoende niveau. De directie en de interne begeleider zijn zich bewust van dit wisselende beeld. Zij treffen jaarlijks aanvullende maatregelen als er leerlingen extra zorg nodig hebben. Zo wordt een aantal van de leerlingen op basis van de tussentijdse leerresultaten op een eigen leertraject geplaatst. De school overweegt nu de criteria die ze hiertoe hanteert door te lichten en te bezien hoe capaciteitenonderzoek hierbij een plaats kan krijgen. Bovendien neemt de directie zich voor zich adequater te verantwoorden aan de hand van zorgplannen. Zij neemt daarin het vaststellen en werken vanuit ontwikkelingsperspectieven voor de geïndiceerde risicoleerlingen (lwoo- indicatie) mee. Aanvullend heeft de inspectie erop gewezen dat het een wettelijke opdracht van de school is, dat voor alle leerlingen de kerndoelen worden aangeboden. Onder sociale vaardigheden vallen het zelfbeeld, het kunnen samenwerken, de zelfstandigheid en de zelfredzaamheid van de leerlingen. Omdat de school geen gebruik maakt van een betrouwbaar instrument dat landelijk genormeerd is om dit te meten, kan de inspectie dit onderdeel niet beoordelen.


11

Ontwikkeling van leerlingen 13.1 De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 13.3 De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar.

1

2

3

4

5

l l

Toelichting: De gemiddelde tussentijdse leerresultaten voor technisch en begrijpend lezen en rekenen en wiskunde zijn van voldoende niveau, maar waakzaamheid blijft geboden. Rekening houdend dat er in de school veel leerlingen zijn met een gewicht (extra facilitering) is de school met gelijksoortige scholen vergeleken. De gemiddelde tussentijdse leerresultaten zijn dan van voldoende niveau, maar op onderdelen risicovol. De gemiddelde resultaten in groep 3 en 4 in 2007 zijn prima op het gebied van technisch lezen. Er is vrijwel geen uitval. Dat is een goede prestatie van de school en heeft zeker te maken met de aanpak van het technisch leesonderwijs en het taalonderwijs in de onderbouw. Het begrijpend lezen in groep 6 is weliswaar voldoende, maar zorgelijk. De school dient hier veel aandacht aan te blijven besteden in combinatie met woordenschatonderwijs. De resultaten op het gebied van rekenen en wiskunde in groep 4 en groep 6 zijn risicovol. De school heeft dit al onderkend en is bezig gericht maatregelen te treffen op het gebied van het automatiseren en individuele leertrajecten. Met de directie is gesproken over het effect van vroegtijdig starten met individuele leertrajecten. De school neemt haar beleid op dit onderdeel nog eens onder de loupe. Ook is gesproken over de aanpak van het rekenen en wiskunde onderwijs voor de meerbegaafde leerlingen. Deze aanpak krijgt de komende jaren meer accent. Kijkend naar het onderwijsrendement over de schooljaren 2004-2005 en 20052006 uitgedrukt in percentage zittenblijvers van de school, dan blijkt dat de school binnen de normen van de inspectie zit. Dat geldt eveneens voor het percentage kleuters dat een kleuterbouwverlenging krijgt. Wel is het percentage verwijzingen naar het lwoo gemiddeld genomen iets te hoog, evenals de verwijzingen naar het speciaal basisonderwijs in de afgelopen twee schooljaren.


12

4 VERVOLG VAN HET TOEZICHT Afspraak met betrekking tot wettelijke bepalingen Bij dit jaarlijks onderzoek heeft de inspectie ook een onderzoek gedaan naar de naleving van een aantal wettelijke voorschriften. Dit onderzoek betrof de wettelijke voorschriften over de geplande onderwijstijd en over een door het bevoegd gezag vastgestelde schoolgids en schoolplan. Op basis van dit onderzoek heeft de inspectie de volgende afspraak gemaakt met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet: •

De school geeft de leerlingen van groep 3 tot en met 8 maximaal 7 keer per jaar een vierdaagse schoolweek. Dit in tegenstelling tot de groepen 1 en 2, waar dit maximum niet geldt. Aanvullend wijst de inspectie erop dat als de school op termijn haar onderwijstijd wil wijzigen, zij nadrukkelijk alle ouders daarover dient te raadplegen

De bevindingen van dit Jaarlijks Onderzoek (JO) leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement): Vanwege de risico's die in dit rapport zijn aangegeven beziet de inspectie -op basis van beschikbare gegevens over de opbrengsten van de school- of de bezoekplanning moet worden aangepast. Om dit te kunnen bepalen is met de school de volgende aanvullende afspraak gemaakt: • •

Het bevoegd gezag ziet toe op het nakomen van de wettelijke opdracht van de school dat alle leerlingen de kerndoelen krijgen aangereikt. De school dient zich hierover te verantwoorden. De school stuurt in 2008 en 2009 vóór 1 mei aan de inspectie de overzichten van de resultaten van de schoolverlatertoets en de groepsoverzichten met analyse en conclusies vanuit het leerlingvolgsysteem van de resultaten voor technisch lezen medio groep 3 en 4, rekenen en wiskunde groep 4 en 6 en begrijpend lezen groep 6.


13

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL TWEELINGEN

Recommend Documents