R A B O B A N K E N O P K O E R S M E T D E B I N N E N VA A R T
OP KOERS
NUMMER 31
Wie kansen vaart, die van kansen eet… 2
Samen varen is samen willen… 3
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 1
JRG 08
APRIL 2010
Kwaliteit en vertrouwen 5
01-04-2010 08:08:53
Voorwoord
Arjan Staal
Wie kansen vaart, die van kansen eet… Het zijn economisch woelige tijden. Dat is waar. Ook de binnenvaart heeft de wind zwaar tegen. Hoewel je de windrichting niet kunt veranderen, kan dat met de stand van de zeilen wel. Dat kan bijvoorbeeld door slim(mer) om te gaan met kosten en door rendementsverbeteringen. Het gaat uiteindelijk toch om een gezonde continuïteit van het (uw) bedrijf, met groei in het verschiet… Toch is de huidige tijd voor veel ondernemers ook een lastige. Geduld en doorzettingsvermogen zijn dan hard nodig om zakelijk zowel als privé op koers te blijven. Ondanks de wind op de kop hebben de Rabobank Binnenvaartbanken* nog steeds geloof in de sector en vertrouwen in diens ondernemers. Vanuit een jarenlange ervaring en gedegen kennis van de markt noteren wij voorzichtige tekenen van herstel. Zien wij alweer nieuwe kansen die op de langere termijn echt gaan komen. De put vol lage vrachtprijzen wordt gedempt en de ruimte op het water biedt duurzaam goederenvervoer alle kansen. Mede gelet op de vaak jarenlange relatie willen wij blijven investeren in een goede, gedegen samenwerking met onze binnenvaartklanten. Samen – blijven – zoeken naar oplossingen, het juiste plan van aanpak koppelen aan kansrijke mogelijkheden en bedreigingen verkleinen of - het liefst - uitsluiten. Dat kan succesvol mede door de sterke affiniteit met de sector die onze accountmanagers stuk voor stuk hebben, naast een groot inlevingsvermogen in wat er speelt aan boord. Dat komt mede door het netwerk van Rabobank Binnenvaartbanken die voortdurend kennis en ervaringen uitwisselen. Zo creëer je kansen. En kansen moet je koesteren. Kansen worden ook gezocht binnen de onlangs gestarte klankbordgroep, waarin bijvoorbeeld ook binnenvaartondernemers zitten. Deze groep vormt een periodiek overleg waar samengewerkt en naar elkaar geluisterd wordt, waar expertises worden verdiept en verbreed. Ik kan u zeggen: als bank kunnen wij daar daadwerkelijk iets mee. Die samenwerking past naadloos bij ons coöperatieve karakter: juist sámen op koers naar economisch kansrijkere tijden. Arjan Staal Directeur Bedrijven Rabobank Krimpenerwaard (*) Rabobank Binnenvaartbanken: naast Rabobank Krimpenerwaard, zijn dat Rabobank Merwestroom, Rabobank Oosterschelde en Rabobank Altena.
Op koers • 2
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 2
01-04-2010 08:08:57
Samen varen is samen willen…
Willem de Waardt
Vader, moeder en zoon(s) in het bedrijf. In de binnenvaart nog steeds een bekend gegeven. Van de Nederlandse binnenvaartondernemingen is zo’n 75 tot 80 procent een gezinsbedrijf. Verslingerd zijn aan het varen is daarbij een voorwaarde. Maar ook ‘samen goede afspraken maken en elkaar vrij laten’, meent schipper Willem de Waardt. Thuis in Ouderkerk. Hij zit op zijn praatstoel. Zoon Addie, dochter Tanja en zoon Willem-Jan zijn al jaren zelfstandig. Beide zoons varen. Hoewel de pré-pensionado (60) zegt weinig idee te hebben wat hij zou moeten vertellen, blijkt hij over veel spraakwater te beschikken. Openhartig deelt hij dan ook zijn ervaringen. Zijn vrouw Ans, aan de andere kant van de ruime woonkamer, biedt hem
desgevraagd hulp bij weggezakte feiten. Inderdaad zit het varen, het schipper zijn, hem diep in zijn vezels. ‘Alles was schipper,’ lacht hij. ‘Beide opa’s, maar ook mijn vader. Wij leefden in een tijd dat je deed wat je vader deed, hoewel mijn ouders mij altijd vrij hebben gelaten. Maar ik wilde gewoon gaan varen en leerde werkende weg het vak.’ Ms Bona-Spes (‘Gebouwd door mijn opa en gekocht door mijn vader’) werd voor De Waardt, wonend in het vooronder, zijn eerste vaarstek. Een jaar later ging zijn vader aan de wal en werden Willem en Ans zetschippers. Het gezinsbedrijf pur sang. ‘VOF’s en BV’s gooide men nog niet door de lucht heen. Je verdiende je loon en klaar. Iedereen deed dat toen zo.’
Samen varen Acht jaar later, zoon Addie had zich inmiddels aangediend, startte De Waardt zijn eigen onderneming, 28 jaar oud. Het bleek ook de start te zijn van een snelle wisseling
Op koers • 3
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 3
01-04-2010 08:08:57
vervolg van pagina 3
van schepen. Na een jaar ging ms Bona-Spes van de hand en kwam er een beunschip en een jaar later weer een (ander) beunschip. Zand en grind was de business. De onderneming groeide naar tonnenmaat en de schepen werden jonger. Ondanks de mindere jaren die volgden, bleef De Waardt investeren. (‘Verlengen, een boegschroeffie, wat vernieuwd.’) De markt trok weer aan en in 1988 kocht hij dan ook zijn eerste nieuwbouwschip, ms Sailing Home van 1.600 ton. Over die aankoop zegt hij: ‘Een slechte tijd moet je zien te overbruggen, maar als het beter wordt, moet je er van profiteren.’ Van deze tijd dateert ook de, nog steeds voortdurende, relatie met de Rabobank. Dan, schaterlachend: ‘Ik had het niet in de kast liggen.’ Op dit nieuwe beunschip kwam zoon Addie, aan boord. ‘Addie was, en is nog steeds, een op-en-top schipper. In 1992 gingen wij met elkaar werken en kwam de VOF tot stand.’ Acht jaar na de eerste nieuwbouwer (1994) verscheen de tweede Sailing Home op het water, maten 105 bij 10.50 meter. Schipper De Waardt voer nog twee jaar met zijn zoon en stapte toen van boord om mee te gaan als dat nodig was. In de daarop volgende jaren bouwde hij, al dan niet in samenwerking met anderen, diverse schepen voor de handel. Ook bouwde hij in Amsterdam Zeeburg op eigen risico een kraan, omdat het lossen van zand en grind hem niet aanstond. Lachend: ‘Dat kon sneller. Met dat overslagbedrijfje verdiende ik zo mijn eigen boterham en kon ook de jongens nog helpen.’ Anno 2010, weer een aantal schepen verder, bestaat de VOF De Waardt nog steeds, maar wordt mede bemand door zoon Willem-Jan die met ms Moonlight vaart. Addie is met ms Sailing Home uit de VOF gestapt en vaart zelfstandig. Terugkijkend zijn Willem en Ans de Waardt tevreden over de samenwerking met hun zoons. ‘Als je kinderen bij jou aan boord opgroeien, van school af komen en bij jou gaan werken dan werkt dat veel makkelijker dan wanneer zij het vak ergens anders leren. Krijgen zij later dan zelf kinderen, dan moet jij wegwezen. Kleinkinderen gaan niet voor opa werken. Dat is bij ons altijd goed gegaan. Je moet heldere afspraken maken en je visie delen. De jongens hebben bij ons altijd de vrije keuze gehad
voor zichzelf te beginnen. Addie heeft dat op een gegeven moment ook gedaan. Met Willem-Jan vaar ik af en toe nog mee.’
Samen willen In het (bijna) levensverhaal van Willem en Ans de Waardt zitten veel bijzondere details. Eén daarvan is de (al) jaren durende relatie met de Rabobank. ‘Mijn opa en mijn vader zaten vroeger ook bij de Rabobank. De samenwerking is altijd goed geweest. Ook ik kon met de meesten goed door de bocht. Ik zette alles op papier, had alles goed op de rit en wist dus wat ik wilde. Men zei dan: 'Jij bent mijn klant, ik durf dat met jou aan.' Er bestaat vertrouwen. Dat is al die jaren zo gebleven. Bovendien kwam men altijd snel met een antwoord. Accountmanager Ruud van Moort (Rabobank Krimpenerwaard) knikt bevestigend. ‘De bank moet weten wat voor klant hij voor zich heeft. Het gaat bij goed ondernemerschap niet alleen om plannen maken, maar ook om de visie en de inzet die daarachter zitten. Je moet samen iets willen. Dan kom je met elkaar tot goede dingen. Ook als het even wat minder gaat.’ Schipper de Waardt sluit zich daar haast filosofisch bij aan: ‘De wereld werkt makkelijk als je met elkaar werkt.’
Op koers • 4
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 4
01-04-2010 08:08:58
Kwaliteit en vertrouwen Familiebedrijf in grote business Economisch moeilijke tijden? Natuurlijk merken ze ook bij Machinefabriek en Constructiewerkplaats B. Zwijnenburg dat er van hoogconjunctuur even geen sprake is. Desondanks gaat het het in Krimpen aan den IJssel gevestigde bedrijf voor de wind. Spijkerbroek en een casual trui. Niks driedelig grijs. “Een bewuste keuze”, glimlacht Marcel Bresser. “Duur gedoe past niet bij onze onderneming. Ik zie mezelf al lopen in een pak wanneer ik de werkvloer opwandel. Dat gaat niet werken, haha!” Bresser’s houding typeert het karakter van het succesvolle familiebedrijf. In 1955 werd de onderneming opgericht door B. Zwijnenburg. “Mijn ‘schoonopa’”, verduidelijkt Marcel Bresser. “Voordat hij in Capelle aan den IJssel voor zichzelf begon, werkte hij bij Hollandia en Vlaardingen-Oost.” In 1958 verkaste Machinefabriek en Constructiewerkplaats B. Zwijnenburg naar de Krimpen aan den IJssel. “Op zich is het niet erg logisch dat je binnen één bedrijf zowel een constructiewerkplaats als een machinefabriek aantreft”, weet Bresser. “Het zijn redelijk van elkaar losstaande disciplines. Toch hebben we die combinatie altijd vastgehouden, al zag je dat er in de loop van de decennia wel een verschuiving plaats vond naar het constructiewerk en met name de scheepsbouw als onze core-business. Op de machinefabriek werken momenteel zeven mensen. Zij maken onderdelen voor de scheeps- en machinebouw. De overige ruim honderd medewerkers zijn verbonden aan het constructiewerk.” Aan het begin van de jaren negentig kreeg Zwijnenburg - dat inmiddels constructiebedrijf Stekelenburg in Middelharnis had overgenomen - steeds meer scheepsconstructiewerk toegespeeld door de toenmalige scheepswerf Van der Giessen De Noord. Daarmee veranderde de aard van het bedrijf. “Tot die tijd waren we vooral actief in het vervaardigen van allerlei constructiewerk van kraandelen tot grijpers”, vertelt Marcel Bresser. De zaken gingen goed tot Van der Giessen De Noord in 2002 zijn activiteiten stopte. “Dat leverde heel wat slapeloze nachten op”, kunnen Bresser en directiegenoot Geen Bak zich nog goed
Marcel Bresser
herinneren. “Desondanks wisten we die lastige situatie redelijk soepel te overleven. Het feit dat we vrij snel voor andere opdrachtgevers secties en casco’s konden bouwen, sleepte ons er doorheen.” In 2005 volgde zelfs nieuwe groei toen ondermeer IHC een beroep ging doen op de kwaliteiten van Zwijnenburg. Nieuwe expansie volgde toen Oceanco, één van ’s werelds grote spelers op het gebied van luxe jachtenbouw zich bij Zwijnenburg meldde met opdrachten voor nieuwbouwschepen in het hoogste segment. “Eind 2005 kwam hier een hele mooie auto voorrijden met daarin de Griekse president van Oceanco met de directie Nederland van Oceanco. Zij wisten dat we in het verleden al eens delen van luxe jachten hadden gebouwd en wilden graag met ons in zee. Vooral ons
Op koers • 5
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 5
01-04-2010 08:08:58
vervolg van pagina 5
‘Dutch workmanship’ maakte indruk op de heren. De eerste opdracht kwam vervolgens snel: een schip van 87 meter lengte. Om die klus aan te kunnen hebben we een extra loods moeten huren op het voormalige Hollandia-terrein. Tot nu toe hebben we de casco’s voor vier luxe jachten afgeleverd. Met de vijfde zijn we bezig.” Ondanks de internationale markt waarin Machinefabriek en Constructiewerkplaats B. Zwijnenburg zich begeeft, blijft men qua instelling ‘down to earth’. “We zijn een familiebedrijf in een grote business”, beseft Bresser zich terdege. “Dat kan in mijn geval betekenen dat ik de ene keer een sjeik rondleid over het bedrijfsterrein en een uur later met iemand van IHC aan de telefoon hang over een door hen besteld, maar nog niet afgeleverd asje van 47 euro. Ook in dát geval vind ik persoonlijk contact belangrijk. Sterker nog: ik weet meestal precies waar ik het onderdeel kan vinden. In het geval van het asje was dat bij onze medewerker Dies in de draaierij!”
financieel solide is en zekerheden biedt die je lang niet overal kunt krijgen. Daarnaast redeneren we dat, zeker in slechte tijden, de vloer belangrijker is dan de afdeling inkoop. Onze vakmensen vormen de basis van het succes. Die koesteren we dus. Machinefabriek en Constructiewerkplaats B. Zwijnenburg doet al sinds 1985 zaken met de Rabobank. “Dat werkt prettig”, stelt Marcel Bresser vast. “Wat mij bijzonder aanspreekt in de Rabobank is dat men het belang van de klant voorrang geeft en oog heeft voor je bedrijf en de regio. Dat blijkt aan de manier waarop men je tegemoet treedt en adviseert. Dat persoonlijke aspect past precies bij de manier waarop wij werken. Wij zijn dan ook bijzonder tevreden over de samenwerking.”
Ook op het gebied van personeel houdt Bresser er een duidelijke filosofie op na. “We zijn op dat vlak heel regionaal georiënteerd en houden altijd onze oren en ogen open. Komt er hier uit Krimpen aan den IJssel een jonge knul met talent voor het vak bij ons langs, dan is de kans groot dat we ‘m erbij nemen. Ook probeer ik ieder jaar jongens met een Vmbo-achtergrond aan te nemen in BBL-verband, waarbij ze vier dagen bij ons werken en één dag naar school gaan. Dat soort dingen doet ons bedrijf uit loyaliteit, maar ook omdat we trots zijn op onze Krimpense achtergrond.” Dat Zwijnenburg tot op heden elke economische crisis zonder al teveel kleerscheuren doorkwam, heeft volgens Marcel Bresser alles te maken met twee sleutelwoorden: ‘kwaliteit’ en ‘vertrouwen’. “Je ziet het ook nú weer. In de scheepsbouwsector is het sinds vorig jaar bij veel bedrijven allesbehalve een vetpot. Wíj hadden in 2009 meer dan voldoende werk en ook dit jaar is de orderportefeuille voorlopig goed gevuld. Veel grote spelers op de markt blijken juist in moeilijker perioden terug te vallen op partners die in het verleden hebben bewezen hun vertrouwen waard te zijn. Wij zijn een partner die kennelijk dergelijke sentimenten én affiniteit oproept. Ook weten opdrachtgevers dat Zwijnenburg
Op koers • 6
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 6
01-04-2010 08:08:59
De binnenvaartbanken gaan voor anker De vakbeurs Construction & Shipping Industry is een evenement waar ondernemers uit de maritieme branche elkaar ontmoeten. Als toonaangevende binnenvaartbank is de Rabobank hier natuurlijk met een stand aanwezig. Daarom ontvangt u namens ons rechtstreeks van de beursorganisatie een toegangskaart. U kunt daarmee, eventueel vergezeld van een introducé, gratis de beurs bezoeken. De Rabobanken Altena, Merwestroom, Krimpenerwaard en Oosterschelde werken als grote binnenvaartbanken intensief samen. Onze relaties kunnen zo rekenen op onze gezamenlijke kennis en expertise. Tijdens de beurs zijn adviseurs van de vier genoemde Rabobanken en Rabo Shipping aanwezig.
Construction & Shipping Industry Evenementenhal Gorinchem Dinsdag 27 t/m donderdag 29 april 2010 Tijd: 14:00 - 22:00 uur
Rabobank. Een bank met ideeën.
Meer informatie: rabobank.nl/binnenvaart
Op koers • 7
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 7
01-04-2010 08:08:59
Nederland gidsland in de binnenvaart
De Nederlandse binnenvaartexpertise is uniek en toonaangevend in de wereld te noemen, een gegeven dat steeds meer landen ertoe brengt om voor de ontwikkeling van een goed binnenvaartsysteem aan te kloppen bij Nederland. In China bijvoorbeeld wordt al sinds de midden 90-er jaren van de vorige eeuw gebruik gemaakt van Nederlandse expertise bij de ontwikkeling van intermodaal vervoer op de Yangtze rivier. Dat is begonnen met het opstellen van een intermodaal masterplan en heeft geleid tot een groot aantal samenwerkingsprojecten op het gebied van havenontwikkeling, het ontwerpen en bouwen van schepen, het verbeteren van veiligheidssystemen, en het brengen van oplossingen voor de toegenomen eisen op milieugebied. Het Nederlandse bedrijfsleven werkt hier nauw samen met de Nederlandse overheid, doordat gebruik gemaakt kan worden van ondersteuningsprogramma’s en bilaterale samenwerkingsovereenkomsten. Andere voorbeelden van landen waar met Nederlandse hulp wordt gewerkt aan de verbetering van de binnenvaart zijn Roemenie, Rusland, India en Brazilië. NEA, ook in Nederland en West-Europa een belangrijke speler in de binnenvaart, is één van de bedrijven die betrokken zijn bij deze export van kennis en diensten naar het buitenland. Samen met NEA gaan Nederlandse bedrijven mee naar het buitenland, bijvoorbeeld op het
gebied van training en opleiding, (toe)leveranciers van systemen, en transportoperaties. Te noemen valt hier de ontwikkeling van een afval inzamelingssysteem voor binnenvaartschepen op de Donau, het onderzoeken van de haalbaarheid van nieuwe containerterminals,
Op koers • 8
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 8
01-04-2010 08:08:59
zijn vaak seizoengebonden; veel granen als soja en maïs. Dat betekent gebrek aan scheepscapaciteit in de oogsttijden en dat kan natuurlijk niet voor een geregelde containerdienst. Op korte termijn is niet te verwachten dat er schepen bij komen gezien de volgeboekte scheepswerven. Van Braziliaanse zijde is de vraag gesteld of er geen mogelijkheden zijn capaciteit vanuit Nederland naar Rio Grande do Sul te brengen. Alhoewel daar de nodige haken en ogen aan zitten, wordt dit momenteel serieus onderzocht.
het maken van een plan voor kolentransporten per binnenschip in India, het opstellen van een masterplan voor de binnenvaart in het zuiden van Brazilië. In veel gevallen gaat het om middellange en lange termijn oplossingen, omdat de infrastructuur dikwijls nog gebrekkig is, er sprake kan zijn van een (te) geringe waterdiepte, hoge stroomsnelheden, gebrekkige beboeiing of onvoldoende geëquipeerde terminals, waardoor de startkosten meestal niet concurrerend zijn. Ook is men zich nog minder bewust van de positieve kanten van de binnenvaart. Tegelijkertijd zoekt men naar mogelijkheden om op de korte termijn binnenvaartoplossingen te kunnen realiseren.
Dit project is maar één voorbeeld van een concrete samenwerking met Nederlandse partijen, dat als de voortekenen niet bedriegen, zal worden gevolgd door vele andere projecten in landen waar binnenvaart tot de mogelijkheden behoort. NEA probeert de buitenlandse partijen bij te staan in deze ontwikkeling en wil zoveel mogelijk andere Nederlandse partijen daarbij betrekken en waar mogelijk meenemen. De binnenvaartkennis en -expertise in Nederland is uniek, de binnenvaart wordt daarmee een steeds belangrijker exportproduct voor Nederland, en een terrein waarop Nederland zich als onderscheidende partij kan profileren in het buitenland.
Een goed voorbeeld vinden we in Brazilië, waar de overheid als initiator, overigens krachtig gesteund door het gezamenlijk bedrijfsleven, op korte termijn successen wil boeken met het vervoeren van containers per binnenschip tussen de zeehaven van Rio Grande en de stad Porto Alegre, via een binnenmeer van meer dan 300 kilometer lang. De hoeveelheid containers die per binnenschip kan worden vervoerd bedraagt nu al meer dan 30.000 TEU op jaarbasis en zal door de economische ontwikkeling van Brazilië alleen maar groeien. De lading is er, de terminals zijn er en er is een concrete interesse van enkele binnenvaartrederijen. Maar daar ligt tegelijkertijd ook het probleem. De bulkverschepingen die zij doen
Voor meer informatie over binnenvaartmogelijkheden in het verre buitenland, kan men zich richten tot NEA, Postbus 276, 2700 AG Zoetermeer, telefoonnummer 079-32.22.221,
[email protected].
Kosten en prijzen Onderstaande tabel geeft de ontwikkeling per kostencomponent weer van het vierde kwartaal ten opzichte van het derde kwartaal van 2009. De brandstofkosten zijn weer gestegen. De gemiddelde adviesprijs lag op € 49,79 per 100 liter in het vierde kwartaal van 2009. Ondanks deze stijging, zijn de effecten van de crisis op de ontwikkeling van de brandstofkosten toch merkbaar geweest in 2009. Gemiddeld genomen zijn deze 32% lager geweest ten opzichte van 2008 (zie onderstaande figuur). De rentekosten zijn, net als het vorige kwartaal, weer gedaald. De overige kostencomponenten laten hier en daar een lichte stijging zien.
Tabel 1: Kostenontwikkeling 4de kwartaal t.o.v. 3de kwartaal 2009 Kostenpost:
Ontwikkeling
Kostenpost:
Loonkosten
-
Havengelden
Ontwikkeling -
Brandstofkosten
+ 3,2 %
Overige kosten
+ 0,3 %
Rentekosten
- 2,5%
Reparatie & Onderhoud
+ 0,1 %
Verzekeringskosten
-
Op koers • 9
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 9
01-04-2010 08:09:00
Adviesprijs per 100 liter (bron: CBRB Gasoliecitculaire
CO LO F O N
90 2009
2008
Dit blad is een uitgave van de Rabobank Binnenvaart en verschijnt vier keer per jaar. De oplage bedraagt 1539 exemplaren en wordt verstuurd aan binnenvaartondernemingen. Opmerkingen en vragen kunt u aan ons doorgeven via het centrale redactie-adres
[email protected] of telefonisch (0182) 32 29 05.
80
70
60
50
40
Rabobank Altena Werkendam Telefoon (0183) 50 75 76
december
november
oktober
september
augustus
juli
juni
mei
april
maart
februari
januari
30
Droge ladingvaart De gemiddelde kostprijs per reis in de droge ladingvaart is in het vierde kwartaal met 0,5% gestegen ten opzichte van het derde kwartaal van 2009. Deze lichte stijging werd aan de ene kant veroorzaakt door de stijging van de brandstofkosten. Aan de andere kant, hadden de dalende rentekosten een dempend effect gehad op deze stijging. De vrachtprijzen in de droge ladingvaart zijn met 13,0% gestegen ten opzichte van het tweede kwartaal van 2009. De vrachtprijzen waren in oktober sterk gestegen. Dit was voornamelijk veroorzaakt door de extreme lage water-
Rabobank Krimpenerwaard Telefoon (0182) 32 27 80 Rabobank Merwesstroom Hardinxveld-Giessendam Telefoon (0184) 67 30 00
standen in deze periode. Toen de waterstanden weer stegen, waren de vrachtprijzen weer gezakt.
Rabobank Oosterschelde Telefoon (0113) 24 80 00
250 225
Kostenontwikkeling
200
Vrachtprijsontwikkeling
Redactie Rabobank Binnenvaartbanken NEA Transportonderzoek en -opleiding
175 150 125 100
2010-3
2010-1
2009-3
2009-1
2008-3
2008-1
2007-3
2007-1
2006-3
2006-1
2005-3
2005-1
2004-3
2004-1
2003-3
2003-1
2002-3
2002-1
2001-3
2001-1
2000-3
2000-1
1999-3
1999-1
1998-3
1998-1
75
Ontwerp Albani ontwerpers BV, Den Haag Druk Albani drukkers, Den Haag
Tankvaart In de tankvaart is de gemiddelde kostprijs per reis gedurende de tweede helft van 2009 gelijk gebleven. Het vierde kwartaal is weer met 0,0% veranderd ten opzichte van het derde kwartaal van 2009. Ondanks de stijging van de brandstofkosten is de gemiddelde kostprijs per saldo gelijk gebleven. Dit komt voornamelijk door de daling van de rentekosten. De vrachtprijzen in de tankvaart zijn met 62,1% sterk gestegen ten opzichte van het derde kwartaal van 2009. De sterke stijging van de vrachtprijzen had vooral te maken met extreem lage waterstanden in oktober. In de eerste drie weken van oktober bereikten de vrachtprijzen gemiddeld genomen het hoogste niveau van 2009. Gedurende de rest van het kwartaal waren de vrachtprijzen geleidelijk weer afgenomen. De vraag naar olieproducten bleef namelijk beperkt. Daarnaast zijn olieproductvoorraden bij importeurs en eindverbruikers historisch gezien nog steeds relatief hoog, waardoor er minder vraag was naar scheepsruimte. 325 300 275
Kostenontwikkeling
250
Vrachtprijsontwikkeling
225 200 175 150 125 100 75
2010-3
2010-1
2009-3
2009-1
2008-3
2008-1
2007-3
2007-1
2006-3
2006-1
2005-3
2005-1
2004-3
2004-1
2003-3
2003-1
2002-3
2002-1
2001-3
2001-1
2000-3
2000-1
1999-3
1999-1
1998-3
1998-1
50
Op koers • 10
12878_OpKoers_NR01_2010.indd 10
01-04-2010 08:08:51