Raadsgriffie Nr. 11it00717. Aan de raad. OPROEPINGSBRIEF Hiermede heb ik de eer U Edelachtbaren ingevolge artikel 19 der Gemeentewet op te roepen tot het bijwonen van de openbare raadsvergadering, welke zal worden gehouden in de raadszaal van het raadhuis op woensdag 28 september 2011 om 19.00 uur. Kerkrade, 21 september 2011. De burgemeester van Kerkrade,
J.J.M. Som. AGENDA 1. 2.
Opening. Vaststelling van de raadsagenda.
3. 4. 5. 6.
Goedkeuring van de notulen van de raadsvergadering van 29 juni 2011. Ingekomen stukken. Initiatiefvoorstel inzake voornemen benoemen twee burgercommissieleden en wijziging samenstelling commissies op voordracht van de PvdA. Initiatiefvoorstel inzake wijziging samenstelling commissies op voordracht van de Fractie
7.
Jacobs. Aanbieding ontwerpbegroting Gemeente Kerkrade 2012
8.
AKKOORDSTUKKEN Ontwerpbesluit inzake voorbereidingskrediet t.b.v. revitalisering Dahliastraat.
9.
Ontwerpbesluit inzake beslissing op bezwaarschrift gericht tegen het van toepassing verklaren van Wvg op Papaverstraat 6 te Kerkrade. 10. Ontwerpbesluit inzake beslissing op bezwaarschrift gericht tegen het van toepassing verklaren van Wvg op Papaverstraat 20 te Kerkrade. 11. Ontwerpbesluit inzake onttrekking aan de openbaarheid van circa 7 m 2 trottoir op hoek Luikerheiderstraat/Chevremontstraat. 12. Initiatiefvoorstel CDA en PvdA inzake consumeren van kraanwater in plaats van voorverpakt water in gemeentelijke gebouwen. 13. Motie inzake behoud arbeidsplaatsen Defensie Kerkrade. BESPREEKSTUKKEN 14. Ontwerpbesluit inzake verordening parkeerbelasting 2011 en aanwijzingsbesluit parkeren 2011. 15. Ontwerpbesluit inzake instemming met overleg met provincie inzake de inbedding van de Buitenring.
16. Sluiting Op grond van artikel 20 Reglement van orde voor de vergaderingen van de raad wordt de volgende portefeuillehouder uitgenodigd de vergadering bij te wonen: Agendapunt 4 (Ingekomen stukken; nr. 31, verzoek interpellatie wethouder Thomas inzake toekomstvisie woonlasten in relatie tot bevolkingskrimp) Agendapunt 14 (Parkeerbelasting) Agendapunt 15 (Overleg inbedding Buitenring)
wethouder Terpstra wethouder Terpstra wethouder Weijers
NOTULEN van het verhandelde in de openbare raadsvergadering, gehouden ten raadhuize op woensdag 29 juni 2011 om 19.00 uur. Nr: 11it00716.
5
10
15 AGENDA: 1. 2. 20 3. 4.
Opening. Vaststelling van de raadsagenda. Goedkeuring van de notulen van de raadsvergadering van 1 juni 2011. Ingekomen stukken.
AKKOORDSTUKKEN 5. Ontwerpbesluit inzake vaststellen regionale nota gezondheidsbeleid, reservering van extra middelen in 25 de najaarsnota 2011 en instemmen met zienswijze ten aanzien van toekomstscenario’s van GGD ZL. 6. Ontwerpbesluit inzake verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen. 7. Ontwerpbesluit inzake depodogzakjes. BESPREEKSTUKKEN 30 8. Ontwerpbesluit inzake de Voorjaarsnota 2011. 9. Ontwerpbesluit inzake herontwikkeling Theaterpassage met nieuw concept voor cultuurpodium en bibliotheek. 10. Ontwerpbesluit inzake Jaarrekening 2010. 11. Ontwerpbesluit inzake rekenkamerrapport Subsidiebeleid. 35 12. Sluiting. Aanwezig de leden: 40
45 Afwezig:
J.G. Bok, E.C.C.J. Bremen-Munsters, L.J.M. Crombach, M.M.L. van Drunen, E.H. Gehlen, S.H.G. Gorissen, J.L.P. Hanssen, A.M.J.G. Housen-Donners, H.G. Housen, H.J.G.M. Jacobs, A.M.J. Von Kann, R.A. Kool, Y.J.F. Lataster, P.G.J. van der Mierden, J. Roland, A. Rossel, M.P.P. Ruiters, P.D. Schepers, J.H. Schlangen, D.W.J. Schneider, J.A. Severins, J.P.P. Spiertz, R.J.W. Sulmann, J.W.A. Vinders en P.J. Wöltgens. de heren W.J. Heijltjes, P.H.L. Kockelkorn en J. Rozema en mw. M.S.A. Ribbink Pieters, met kennisgeving.
Mede-aanwezig:
mw. C.J.A. Szalata-Thomas en de heren L.A. Jongen, W.H.E. Terpstra, P.J.B.C. Thomas en T.W. Weijers, wethouders.
Voorzitter:
de heer J.J.M. Som, burgemeester.
Griffier:
mw. H.J.W. Jacobs-van Dongen, griffier.
50
Pagina 1 van 56
PUNT 1 OPENING 5 De voorzitter heet de aanwezigen in de raadszaal en de mensen thuis van harte welkom. Deze raad heeft altijd de goede gewoonte om vóór aanvang van de raadsvergadering een overweging uit te spreken. In het Seniorenconvent – een bijeenkomst van de gezamenlijke fractievoorzitters – is afgesproken, dat de afzon derlijke fractievoorzitters om beurten die overweging vóór aanvang van de raadsvergadering uitspreken. Na de zomer zal dit geëvalueerd worden. Afgesproken is, dat hijzelf de laatste overweging vóór de zomervakan10 tie zal uitspreken. Hij heeft als thema betrokkenheid gekozen; hoe kan het ook anders. Afgelopen vrijdag vond in het Continium min of meer de afsluiting plaats van het droomproject van de raad. ’s Morgens was er eerst nog een bijeenkomst geweest van de fractievoorzitters over een aantal zaken; onder meer over de dialoog. Wat met het droomproject nadrukkelijk naar voren kwam, is de enorme participatie. Enorm veel mensen voelen zich betrokken bij Kerkrade en laten dat ook zien. Dat is prachtig! Maar dan moet men daar 15 ook iets mee doen. En als men daar iets mee doet, moet men dat ook laten weten en tonen. Dat is gebeurd. Er zijn een aantal mensen in de finale gekomen en daar is een hele middag in het Continium aan gewijd en daarbij zijn twee winnaars uit de bus gekomen. Als men binnenkort een hele mooie ballon over Kerkrade ziet varen, dan zitten daar misschien wel de droomwinnaars in en misschien wel met één van de mensen van de griffie. Afgelopen zaterdag was hij in Eygelshoven; bij de Stichting Eygelshoven 875 jaar. In het kader van die 20 festiviteiten vond er een fantastisch concert plaats, dat klonk als een klok. En een dag later was er eigenlijk een volksfestijn met een heleboel activiteiten waar heel de bevolking van Eygelshoven aan mee kon doen. De festiviteiten waren bedoeld als goedmakertje voor anderhalf jaar rotzooi ten gevolge van de werkzaamheden in het centrum van Eygelshoven. Tegelijkertijd luidde de boodschap, dat er heel veel gedaan is in de kern van Eygelshoven, dat de gemeente daar heel veel geld in heeft gestopt, maar dat het vervolgens wel de bedoeling 25 is, dat van de inwoners van Eygelshoven een inspanning wordt gevraagd om de boel te onderhouden; er wordt betrokkenheid gevraagd. Alle nieuwe voorzieningen en alles wat groeit en bloeit zijn kenmerkend voor een nieuw begin; participatie. En die betrokkenheid was voelbaar door zaken zoals de inzet van een kunstenaar als Steins en het bijeenbrengen van middelen door het Laurafonds. Kortom; een fantastisch project en dat is in gezamenlijkheid tot stand gebracht. Vanmorgen kregen wethouder Thomas en spreker een petitie 30 aangereikt met betrekking tot het theater. Een petitie, die door 2.631 mensen is ondersteund. Meer dan 2.500 mensen hebben laten voelen en hebben laten horen, dat ze een mening hebben over het theater. Dat is fantastisch! Het is fantastisch, dat mensen zo betrokken zijn bij hetgeen er in Kerkrade gebeurt, dat ze hun stem willen laten horen voor die dingen waar ze trots op zijn en waar ze een mening over hebben. Hij denkt, dat zowel het college als deze raad daar iets mee moeten doen. Dat denkt hij niet alleen; dat weet hij wel 35 zeker. Het is aan het gemeentebestuur – zowel raad als college – om daar iets mee te doen en om mensen, die de moeite nemen om hun betrokkenheid te tonen, serieus te nemen. Hij vindt het belangrijk, dat die mensen merken en voelen, dat het gemeentebestuur zich dat aantrekt en dat het gemeentebestuur bereid is om dat in gezamenlijkheid op te pakken. Zo’n project moet ook in gezamenlijkheid gedragen worden. Dat geldt ook voor het centrumplan. Dat zijn projecten, die gezamenlijk moeten worden opgepakt; een 40 groeiproces. Dat soort betrokkenheid moet gekoesterd worden. Dat heeft hij vanochtend ook tegen de heer Charlier gezegd. Natuurlijk heeft men te maken met mensen, die zich laten horen. Of dat nou binnen de stad is of buiten de stad; men wil laten horen en laten zien dat men betrokken is. Hij vindt, dat het gemeentebestuur daar iets mee moet doen. Dat getuigt niet alleen van waardering voor wat er gebeurt, maar ook van een grote belangstelling voor hetgeen er met Kerkrade gebeurt. Als men praat over de toekomst van 45 de stad – want daar gaat het over – dan bestaat dat enkel en alleen bij de gratie van mensen, die een hart hebben voor die stad. Daar gaat het om! En als men dat doet, dan is men in Kerkrade nooit alleen. En tot slot zou hij nog het volgende willen zeggen. Giel Beelen van 3FM heeft een opa. En die opa zei vorige week het volgende: “Als je op je bek gaat en je valt in goede aarde, dan heeft vallen zeker waarde.” Hij denkt dat dit inhoudt, dat dit gemeentebestuur het lef moet hebben om die dingen te doen, die nodig zijn. En mocht het 50 gemeentebestuur daarbij toch vallen, dan is het zaak om elkaar vast te houden en om elkaar op te laten staan en ook te blijven staan. Dat is volgens hem de kracht van Kerkrade. Dat is ook de goede aarde waar hij het over heeft en hij wenst de raad vanavond een goede discussie toe. Hij opent vervolgens de vergadering en stelt de agenda aan de orde.
Pagina 2 van 56
PUNT 2 VASTSTELLING VAN DE RAADSAGENDA 5 De raadsagenda wordt conform vastgesteld. PUNT 3 GOEDKEURING VAN DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN 1 JUNI 2011. 10 De notulen worden conform goedgekeurd. PUNT 4 15 INGEKOMEN STUKKEN. 1. Schrijven d.d. 25 maart 2011 van de fractie PvdA (11i0003414) met vragen ex art. 38 RvO inzake lage middeninkomens woningmarkt. 20
Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0010872) aan de fractie PvdA. Conform het verzoek wordt besloten.
25
2. Schrijven d.d. 30 maart 2011 van de fractie PvdA (11i0003618) met vragen ex art. 38 RvO inzake het voornemen aanpassing woningwaarderingstelsel. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0010780) aan de fractie PvdA.
30 Conform het verzoek wordt besloten. 3. Schrijven d.d. 27 april 2011 van de fractie VVD (11i0004806) met vragen ex art. 38 RvO inzake uitspraak Raad van State met betrekking tot buitenring. 35 Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0010309) aan de fractie VVD. Conform het verzoek wordt besloten. 40 4. Schrijven d.d. 12 mei 2011 van de fractie PvdA (11i0005522) met vragen ex art. 38 RvO inzake gebruik huisadressen en garageboxen door TNT post als verdeelpost.
45
Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0012288) aan de fractie PvdA. Conform het verzoek wordt besloten.
50
5. Schrijven d.d. 13 mei 2011 van de fractie PvdA (11i0005656) met vragen ex art. 38 RvO inzake kandidaatstelling Glazen Huis 2013. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0011365) aan de fractie PvdA.
Pagina 3 van 56
Conform het verzoek wordt besloten. 6. Schrijven d.d. 17 mei 2011 van de fractie Burgerbelangen (11i0005666) met vragen ex art. 38 RvO inzake overlast door jeugd rond Alexandereik in wijk Gracht. 5 Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het uitstelschrijven (11u0012279) aan de fractie Burgerbelangen. Conform het verzoek wordt besloten. 10 7. Schrijven d.d. 19 mei 2011 van de fractie Kool (11i0005728) met vragen ex art. 38 RvO inzake vergunning exploiteren ambulante patatkraam.
15
Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0010882) aan de fractie Kool. Conform het verzoek wordt besloten.
20
8. Schrijven d.d. 20 mei 2011 van de fractie GroenLinks (11i0005971) met vragen ex art. 38 RvO inzake gevolgen blauwdruk 2020 bisdom Roermond voor Kerkrade. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0012091) aan de fractie GroenLinks.
25
Conform het verzoek wordt besloten. 9. Schrijven d.d. 28 mei 2011 van de fractie PvdA Kerkrade (11i0006125) met vragen ex art. 38 RvO inzake uitspraken minister Opstelten versnelde invoering Wietpas in Limburg en Brabant.
30
Voor beantwoording aan college. 10. Schrijven d.d. 31 mei 2011 van de fractie Jacobs (11i0006233) met vragen ex art. 38 RvO inzake verdwijnen bushalte Veldhofstraat/Eygelshovenergracht.
35
Voor beantwoording aan college. 11. Schrijven d.d. 1 juni 2011 van de fractie Kool (11i0006283) met vragen ex art. 38 RvO inzake verplaatsen speeltuin Berenbos.
40
Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0011915) aan de fractie Kool. Conform het verzoek wordt besloten.
45
12. Schrijven d.d. 4 juni 2011 van de fractie Jacobs (11i0006301) met vragen ex art. 38 RvO inzake overschrijding betaaltermijnen. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0012248) aan de fractie Jacobs.
50 De heer Rossel geeft aan, dat in het antwoordschrijven op het schrijven van de Fractie Jacobs staat, dat de Fractie Jacobs als bijlage een collegenota ontvangen heeft. Het lijkt spreker handig als de volledige raad de beschikking over die collegenota krijgt, zodat ook de rest van de raad kennis kan nemen van de inhoud van die nota. Hij heeft daar in elk geval wel behoefte aan.
Pagina 4 van 56
De voorzitter zegt na overleg met de griffier toe, dat ook de rest van de raad de betreffende nota zal ontvangen. Conform het verzoek wordt vervolgens besloten. 5 13. Schrijven d.d. 10 juni 2011 van de fractie Kool (11i0006494) met vragen ex art. 38 RvO inzake bezuinigingen in zorg. Voor beantwoording aan college. 10 14. Schrijven d.d. 10 juni 2011 van de fractie Kool (11i000682) met vragen ex art. 38 RvO inzake verhuizing GGD. Voor beantwoording aan college. 15 15. Schrijven d.d. 20 juni 2011 van de fractie Jacobs met vragen ex art. 38 RvO inzake Laurastraat Eygelshoven. Voor beantwoording aan college. 20 16. Schrijven d.d. 20 juni 2011 van de fractie Jacobs met vragen ex art. 38 RvO inzake Roda JC Kerkrade. Voor beantwoording aan college. 25
17. Schrijven d.d. 21 juni 2011 van de fractie Burgerbelangen met vragen ex art. 38 RvO inzake “preekstoel” in Eygelshoven. Voor beantwoording aan college.
30
18. Raadsinformatiebrief d.d. 25 mei 2011 van wethouder Szalata-Thomas inzake Maecon Werkvoorziening bv. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van deze raadsinformatiebrief.
35
40
45
De heer Kool wilde even een paar vragen stellen naar aanleiding van het geschil tussen de WOZL en de Maecon. De raad heeft vanmiddag nog een schrijven ontvangen, waarin een en ander werd aangegeven ten vervolge op een eerder schrijven, waarin de subsidiëring voor één van de twee eigenlijk op losse schroeven kwam te staan. Hij zou in het kader van die subsidiëring graag willen weten welke zeggenschap de gemeente Kerkrade heeft over de verstrekte middelen. Als hij in be schouwing neemt, dat Maecon gewoon een loopje wil nemen met de eigen verantwoordelijkheden vraagt hij zich namelijk af of Maecon nog wel gesubsidieerd moet worden. Dat wilde hij toch even meegeven. De voorzitter geeft aan, dat hij van wethouder Szalata heeft begrepen, dat in dezen een aantal zaken in voorbereiding zijn; ook met Licom in zijn totaliteit. Als dit onderwerp in de betreffende commissie aan de orde komt, kunnen deze vragen tegelijkertijd meegenomen worden. Conform het verzoek wordt vervolgens besloten.
50
19. Schrijven d.d. 31 mei 2011 van de gemeente Simpelveld (11i0006298) betreffende voorgenomen bezuiniging op BDZ (Bureau voor Duitse Zaken) en BBZ (Bureau voor Belgische Zaken). Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van dit schrijven.
Pagina 5 van 56
Conform het verzoek wordt besloten. 20. Ontwerpbegroting 2012 Parkstad Limburg. 5
Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene Zaken en Middelen van 16 juni 2011 waarbij men adviseert in te stemmen met de ontwerpbegroting 2012 Parkstad Limburg. Conform het verzoek wordt besloten.
10 PUNT 5 ONTWERPBESLUIT INZAKE VASTSTELLEN REGIONALE NOTA GEZONDHEIDSBELEID, RESERVERING VAN EXTRA MIDDELEN IN DE NAJAARSNOTA 2011 EN INSTEMMEN MET ZIENSWIJZE TEN AANZIEN 15 VAN TOEKOMSTSCENARIO’S VAN GGD ZL. Het ontwerpbesluit wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. PUNT 6 20 ONTWERPBESLUIT INZAKE VERORDENING RUIMTE- EN INRICHTINGSEISEN PEUTERSPEELZALEN. Het ontwerpbesluit wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. PUNT 7
25 ONTWERPBESLUIT INZAKE DEPODOGZAKJES.
Het ontwerpbesluit wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 30 De voorzitter trekt even een lootje ter bepaling van de spreekvolgorde. Hij trekt nummer 2, hetgeen correspondeert met de heer Sulmann. Dat betekent, dat de fractie van de Partij van de Arbeid vandaag het eerste recht van spreken heeft. 35
PUNT 8 ONTWERPBESLUIT INZAKE DE VOORJAARSNOTA 2011.
De heer Van Drunen geeft aan, dat het college met deze nota de raad informeert over de realisatie van de 40 door de raad vastgestelde begroting over 2011. Ook worden de strategische kaders voor de komende jaren vastgesteld. Belangrijk om te weten is, dat het de stand van zaken van maart 2011 betreft. Het financiële vertrekpunt van deze nota is de najaarsnota 2010; de stand van zaken van augustus 2010. Deze voorjaarsnota wordt met name gekenmerkt door zijn uitgebreide risicoparagraaf. Want de risico’s, die de gemeente Kerkrade loopt, zijn aanzienlijk. Risico’s kunnen leiden tot structurele of incidentele tekorten. Structurele tekorten 45 kunnen ontstaan als gevolg van onder meer de drastische bezuinigingsvoorstellen van dit kabinet op de diverse regelingen met een open eind constructie. Ook voor deze gemeente geldt, dat eventuele structurele tekorten bestreden dienen te worden met structurele oplossingen, zoals onde r meer het verminderen van de uitgaven. Medio dit jaar zou de gemeente meer informatie moeten hebben over de omvang van die struc turele tekorten. Volgens afspraak heeft de raad vandaag de voorstellen met betrekking tot de bezuinigingen 50 ontvangen. In het najaar zal deze raad dus belangrijke keuzes moeten maken. Terug naar de risico’s. Er zijn ook risico’s, die leiden tot incidentele tekorten, zoals bijvoorbeeld het exploitatietekort bij Licom, de fiscale problematiek rond de Campus of het extra geld voor de brandweer. Dat zijn eventuele incidentele tekorten, die naar de mening van zijn fractie dienen te worden opgevangen met hiervoor bestemde reserveringen. Zijn fractie vraagt de wethouder dan ook om de raad hierover te informeren. Even los hiervan heeft hij al heel snel
Pagina 6 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
de stukken van vandaag ingelezen, waarin al een en ander wordt vermeld. Los van de bezuinigingen, die in het najaar aan de orde zullen komen, en los van de reserveringen voor het opvangen van de mogelijke incidentele tekorten moet deze raad ook in Kerkrade blijven investeren. De gemeente Kerkrade heeft het geluk om een aanzienlijke reserve voor noodzakelijke, structurele investeringen te hebben. Hij denkt bijvoorbeeld aan de versterking van de sociale structuur van de Kerkraadse wijken via de gemeenschapshuizen en de economische versterking van het Kerkraads centrum via centrumontwikkeling en stadsvernieuwing. Dat zijn investeringen, die Kerkrade verder helpen en mogelijk bijdragen aan nieuwe inkomstenbronnen, zodat er later minder bezuinigd hoeft te worden. Deze voorjaarsnota is enerzijds bedoeld om de raad te attenderen op de aanzienlijke risico’s, die op de gemeente af komen. Risico’s, die zeker structureel van aard zullen zijn en die – wanneer ze uitkomen – mogelijk tot bezuinigingen zullen gaan leiden. De Partij van de Arbeid zal er echter wel naar streven om de sterkste schouders de zwaarste lasten te laten dragen. Anderzijds wordt in de nota ook inzicht gegeven in de voorgenomen investeringen in de toekomst van Kerkrade; investeringen die Kerkrade zullen versterken, zowel op sociaal als op economisch gebied. In deze vergadering zullen vooral vragen worden gesteld en opmerkingen worden gemaakt over het tijdstip van de bezuinigingsvoorstellen en over het al dan niet aanboren van reserves. Het antwoord op deze vragen is even helder als simpel. De omvang van de bezuinigingsopdracht van de gemeente Kerkrade is nog niet duidelijk. De raad kan nu wel roekeloos gaan snijden in uitgaven, maar investeren in Kerkrade is zo belangrijk dat het wellicht achteraf gezien onnodig afzien van investeringen de stad terug kan gooien in de tijd. De fractie van de Partij van de Arbeid is van oordeel, dat het college op basis van de huidige gegevens een juiste risicoinschatting heeft gemaakt. De fractie van de Partij van de Arbeid gaat dan ook in ieder geval akkoord met de inhoud van de voorjaarsnota. De heer Roland brengt naar voren, dat de voortgang van het centrum, ondanks de recente positieve presentatie van het 10-stappenplan, zijn fractie grote zorgen baart. De ontwikkelingen stonden al jaren stil en nu staan die, ondanks opbeurende en mooie worden, nog steeds stil. Natuurlijk zal dat alles wel weer zijn oorzaak hebben. Enkele weken geleden heeft hij via de krant kunnen vernemen, dat Kerkrade op de tweede plaats staat in de top 10 van de gemeenten met de meeste leegstand in de winkelpanden. Momenteel staan er in Kerkrade 105 winkelpanden leeg. Dat is 14% van het totale winkelbestand. Binnenkort zullen weer 3 ondernemers in het centrum stoppen, waardoor de leegstand in het centrum oploopt naar 25 lege winkelpanden. Hij heeft al meerdere malen gevraagd om inzicht te krijgen in de winkelketens, die zich in het nieuwe centrum van Kerkrade zouden willen vestigen. Een concreet antwoord op deze vraag heeft hij tot op heden nog niet gekregen. Daarom doet de Fractie Jacobs de dringende oproep aan het college om een onafhankelijk onderzoek c.q. enquête te houden onder circa 75 landelijke winkelketens, die in minimaal vergelijkbare plaatsen als Kerkrade dan wel groter dan Kerkrade voor een groot gedeelte vestigingen hebben in het stadscentrum. Hij heeft ook al een aantal suggesties voor kernvragen in dit onderzoek, welke hij vervolgens even noemt. Wilt u zich vestigen in het centrum van Kerkrade, ja of neen? Indien neen, waarom niet? Wilt u een huur- of een kooppand? Hoeveel m2 vloeroppervlakte heeft u nodig? Binnen welke termijn wilt u zich vestigen? Mogelijk dat er onder de geënquêteerden zo veel animo is om zich in Kerkrade te vestigen, dat de huidige leegstand daar enigszins mee kan worden opgelost. Deze enquête levert in ieder geval twee duidelijkheden op, namelijk allereerst duidelijkheid over de vraag of het huidige Metroprop-centrumplan nog wel realistisch is en ten tweede duidelijkheid over het landelijke beeld over het werkelijke imago van het huidige Kerkraadse centrum. Inwoners en winkeliers zijn volgens zijn fractie nu eindelijk toe aan het krijgen van absolute duidelijkheid. Dromen mag in 2030. In 2011 is realisme gevraagd. Ten aanzien van de bezuinigin gen het volgende. Het nieuwe modewoord was laaghangend fruit. Dit werd al geplukt en verwerkt in de najaarsnota 2010. Voor de rest was er stilte tot maart jl.. De Fractie Jacobs blijft bij haar standpunt, hetgeen zij ook al in een brief aan alle raads- en collegeleden stuurde op 14 januari 2011. Doordat de discussie over de bezuinigingen steeds verder vooruit geschoven wordt, is zijn fractie er stellig van overtuigd, dat er straks snel met de botte bijl bezuinigd moet gaan worden, omdat er geen tijd meer is om de zaken fatsoenlijk uit te zoeken en te bespreken. En de stelling van zijn fractie is juist. Praktisch gezien kan de discussie over de bezuinigingen pas na het zomerreces gevoerd worden; namelijk in september 2011. Dat is zeer zorgelijk. Enerzijds ligt het ambitieniveau hoog en anderzijds is de risicoparagraaf met risico’s, die de gemeente nog boven het hoofd hangen, in de voorjaarsnota zeer uitgebreid. Hij noemt een paar risico’s, zoals de Wet werk en bijstand, de juridische trajecten inzake de Campus, de naheffingsaanslag van de BTW inzake de Campus – een risico van bijna 2,5 miljoen euro – de onduidelijkheden bij de geschillen over de bijdrage van de brandweer. En ook zal Roda JC een risicopost blijven. Dit alles kan leiden tot een lastenverhoging voor de burgers van
Pagina 7 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Kerkrade. Hiervoor kiest de Fractie Jacobs niet. Het is nog niet zeker of de voorgenomen bezuinigingen uit het bestuursakkoord doorgaan of dat deze nog worden herzien. Als dit niet het geval is, zal dit een uiterst kwetsbare groep in Kerkrade, de Wsw -ers, treffen. Los daarvan kampt Licom zelf met een verlies van 12 miljoen euro. Onlangs presenteerde de heer Herman Vrehen het reddingsplan waar men in eerste instantie zelf de broek ophijst om het verlies van 12 miljoen euro weg te werken, omdat de gemeenten niet bij willen storten. Maar men moet wel zo realistisch blijven om te beseffen, dat er ondanks deze doelstelling voor de gemeente als aandeelhouder een risico van vele miljoenen euro’s blijft bestaan als het mis zou gaan. Sterker nog; het is wel duidelijk op welk gebied dit Kabinet gaat bezuinigen en volgens zijn fractie zal Kerkrade, gelet op de sociale bevolkingsopbouw, onevenredig hard worden getroffen. Deze raad kan niet meer achterover leunen en wachten op de bezuinigingsopgaven. Er zullen principekeuzes moeten worden gemaakt waar men op wil bezuinigen en waar men pertinent niet op wil bezuinigen. De keuze van de Fractie Jacobs in dezen zal in elk geval vóór de mensen zijn. Vandaag heeft de raad het langverwachte zogenaamde blauwe boekje ontvangen. Dit boekje is een vertaalslag van de twee vorige versies over de mogelijke bezuinigingen. Zijn fractie verzoekt de voorzitter dan ook als voorzitter van het presidium om dit stuk direct na het zomerreces op de agenda van de commissie Algemene Zaken en Middelen te plaatsen, zodat de raad met elkaar de discussie kan aangaan en de principekeuzes kan maken. Tot slot wil de Fractie Jacobs ook een bijdrage leveren aan het plukken van laaghangend fruit. Daarom dient zijn fractie een motie in om de 17 rotondes, die er in Kerkrade zijn, vrij te geven voor adoptie waardoor er een besparing in tijd en geld bij het onderhoud van groen zal ontstaan. Hij leest vervolgens de motie voor: “De raad van de gemeente Kerkrade in vergadering bijeen op d.d. 29 juni 2011, naar aanleiding van de voorjaarsnota 2011, beleidsveld 11 ‘beheer’, overwegende, dat de gemeente Kerkrade 17 rotondes heeft; dat de rotondes op strategische plaatsen liggen en derhalve mede de entree van Kerkrade bepalen; dat de rotondes om vorenstaande overweging een prima reclamepunt vormen voor bedrijven waaronder bijvoorbeeld hoveniers; dat het in omliggende gemeenten gebruikelijk is dat bedrijven een rotonde kunnen adopteren en in ruil daarvoor 4 reclameborden van 50x40 cm kunnen plaatsen; roept het college op om adoptie van rotondes door bedrijven ter hand te nemen en de commissie over de voortgang in oktober te informeren; en gaat over tot de orde van de dag.”. De motie is door de voltallige Fractie Jacobs ondertekend. De heer Schneider geeft aan, dat in de Voorjaarsnota 2011 de eerste geraamde tekorten met ingang van 2014 al zichtbaar worden. Voor de fractie van de VVD komt deze negatieve bijstelling ten opzichte van de voorgaande begrotingen niet als een verrassing. Zijn fractie heeft zeker in deze raadsperiode doorlopend gehamerd op de consequenties van de noodzakelijke rijksbezuinigingen en de risico’s, die de gemeente Kerkrade loopt in samenhang met verplichtingen ten opzichte van de met de gemeente Kerkrade verbonden partijen. De eerste in het oog springende casus hierbij, is natuurlijk de bezuinigingsopdracht vanuit het Rijk. Hierover is in de loop van de afgelopen maanden al wat meer duidelijkheid verschaft. Echter de consequenties vertaald naar de gemeente Kerkrade kunnen nog niet tot in de centen worden uitgekristalliseerd. Dat vanuit de ge meente hierop geanticipeerd moet worden, is kristalhelder en dat is dan ook de boodschap, die door zijn fractie vanaf dag één van deze raadsperiode wordt afgegeven. Daarnaast heeft de gemeente Kerkrade nog een aantal blokken aan haar financiële been. Hij wil beginnen met de Campus. In een worst case scenario dient de gemeente Kerkrade nog een bedrag ter hoogte van 2,5 miljoen euro te betalen en dat terwijl SVO|PL de intentie heeft gehad om deze Campus de rug toe te keren. Het lijkt er nu op, dat dit gevaar is afgewend. De kans is echter groot, dat er alsnog lege ruimtes zullen ontstaan na de reorganisatie van het voortgezet onderwijs binnen Parkstad Limburg. Welke financiële consequenties dit weer zal gaan hebben, is wederom onduidelijk. Daarnaast worden de instanties, die al gebruik maken van de door de gemeente verhuurde lokalen financieel ondersteund, omdat ze de marktconforme huurprijs niet kunnen ophoesten. De vraag of de bouw van deze Campus verstandig is geweest is er één, die zijn fractie maar liever niet meer zal stellen. Vervolgens het nieuw te bouwen gemeenschapshuis in Kerkrade-West. Nu al is bekend, dat de gemeente Kerkrade jaarlijks 50.000 euro op dat gebouw moet gaan toeleggen om de exploitatie rond te krijgen. Ook hier is weer de reden het verschil tussen de te verwachten huurinkomsten en de exploitatiekosten. Men begint toch lang zaamaan een rode draad te ontdekken, waarbij Kerkrade bouwt in de wetenschap, dat het gebouw nooit kostendekkend zal zijn. Wanneer deze raad in een later stadium van deze vergadering zou beslissen om de schouwburgfunctie aan het Wijngrachttheater te gaan onttrekken, dan zal gelet op de nieuwe functie van het overblijvende zaaltje het theater rechtstreeks gaan concurreren met dit en alle andere gemeenschapshuizen in de wijken, waardoor de te verwachten exploitatietekorten eventueel nog hoger zouden kunnen uitvallen. Vervolgens het gebouw ten behoeve van het Werkplein in Kerkrade. Men mag er genoegzaam van uitgaan,
Pagina 8 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
dat het UWV dit gebouw zal gaan verlaten. Nu is het zo, dat de huur van 2011 tot en met 2018 al door het UWV is afgekocht. Maar wat dan? Feit is dat voor de periode waarin de huisvesting van het Werkplein daadwerkelijk gebruikt is, de benodigde investering ook weer overbodig blijkt te zijn geweest. De gemeentegarantie aan Roda JC is en blijft een molensteen, die deze raad zich zelf heeft omgehangen. Iedere maand neemt het risico af door de aflossingen, die door Roda JC worden gedaan. Men heeft in de afgelopen jaren kunnen zien, dat deze gemeentegarantie voor deze raad hét argument blijft om maar vooral de tekorten van Roda JC te blijven dekken. Ook de ontwikkelingen bij Roda JC zijn niet voorspelbaar en zullen daarom een risico blijven voor de begroting van de gemeente Kerkrade. Dan het nieuwe winkelcentrum. De Fractie Jacobs heeft dat zojuist ook al aangehaald. Deze raad heeft ondanks verwoede pogingen, tot op de dag van vandaag geen enkel inzicht in de resultaten van de acquisitie van potentiële ondernemers, die zich in het nieuwe winkelcentrum zouden willen vestigen. Op de vraag of het allemaal goed komt of dat de plannen moeten worden bijgesteld, is dan ook geen zinnig antwoord vanuit zijn fractie te geven. Door de lange tijd, die de voorbereidingen in beslag nemen, vraagt zijn fractie zich in elk geval af, of de inmiddels gedateerde budgetteringen nog wel reëel zullen zijn en is dit plan dan ook als één van de volgende risicoparagrafen te bestempelen. Deze gegevens, gecombineerd met de tot op heden in de wind geslagen adviezen van zijn fractie om vooral op hele korte termijn kritisch naar de gemeentelijke financiële huishouding te kijken, maken dat zijn fractie met grote zorg naar de financiële paragraaf blijft kijken. Wanneer zijn fractie dan ook nog eens uit deze voorjaarsnota moet concluderen, dat dit college de intentie heeft om de zowat laatste reserves ter hoogte van 8,5 miljoen euro te gaan toevoegen aan het reserve structuurfonds, worden deze zorgen alleen maar groter. Voor degenen, die het doel van het reserve structuurfonds niet meer weten, wil hij dat graag nog eens herhalen. Deze raad heeft het reserve structuurfonds in het leven geroepen om te investeren. Oorspronkelijk werd dit fonds gevuld met 15 miljoen euro uit de inkomsten van de verkoop van de Essent-aandelen. Zijn fractie vond het aan het begin van deze raadsperiode al onverantwoord om dit bedrag, zonder inzicht te hebben in de impact van de landelijke bezuinigingen in combinatie met de gevolgen van de krimp en de vergrijzing per definitie, te gaan reserveren voor uitgaven. De voorspelling van zijn fractie was dan ook reeds vorig jaar dat deze 15 miljoen euro in 2014 als sneeuw voor de zon zouden zijn verdwenen. Bij deze voorspelling had zijn fractie zich echter nooit kunnen realiseren, dat al in 2011 het voornemen zou komen om naast deze 15 miljoen euro nog eens een bedrag van 8,5 miljoen euro uit overige reserves hieraan te gaan toevoegen. Wetende dat de gemeente Kerkrade te maken gaat krijgen met hele donkere wolken in financ ieel opzicht, wetende dat deze raad tot op de dag van vandaag nog steeds niet in gesprek zijn gekomen over de noodzakelijke bezuinigingen binnen de gemeente Kerkrade, wetende dat er veel risico’s nog dienen te worden afgedekt, dient zijn fractie samen met GroenLinks een amendement in. De heer Rossel zal daar zo meteen specifiek op ingaan. Hierbij moet hij wel alvast aangeven, dat wanneer dit amendement geen gehoor zal krijgen binnen deze raad, zijn fractie onder geen beding vanwege de genoemde redenen akkoord kan gaan met deze voorjaarsnota. De heer Bok brengt naar voren, dat de raad in deze voorjaarsnota de financiële stand van zaken ten opzichte van de najaarsnota 2010 gepresenteerd krijgt; de tussentijdse rapportages over de realisatie van de begroting, de mee- en tegenvallers per eind maart, de geactualiseerde risicoparagraaf en geen bezuinigingsvoorstellen. Hij zal daar verder niet op ingaan. De heer Schneider heeft daar immers al heel nadrukkelijk op gewezen. Door het ontbreken van deze bezuinigingsvoorstellen is de behandeling van deze voorjaarsnota eigenlijk niet zo erg relevant. Desondanks zal Lokaal Alternatief een zo verantwoord mogelijke bijdrage aan dit onderwerp leveren. Waarom? Niet omdat zijn fractie iets moet zeggen. Neen, omdat een belangrijke doelstelling van een voorjaarsnota niet is opgesomd. En wel deze. De raad kan denkwijzen en voorstellen, die ontbreken, opsommen opdat deze dan mogelijk alsnog de revue passeren of dat deze worden meegenomen bij de opstelling van de begroting, die nu immers wordt opgestart. De tussentijdse rapportages ten opzichte van de begroting dateren van eind maart. Dat wil zeggen realisatie eerste kwartaal. Het verloop van het investeringsprogramma is dan moeilijk te beoordelen. Van de ter be schikking staande middelen, te weten 11.388.000 euro, is pas 2.703.000 euro gevoteerd. Het zicht hierop ontbreekt de raad totaal en van bijsturing kan geen sprake zijn, weshalve Lokaal Alternatief wederom ervoor pleit, dat investeringen via de raad moeten lopen, opdat de raad inzicht krijgt in de financiële situatie. Van ‘control’ kan op dit moment geen sprake zijn. Wel van achteraf vaststellen en dat wil zijn fractie eigenlijk niet. Deze hele raad wil dat eigenlijk niet. Het wordt nog sterker bij de herprioritering reguliere investeringen; ‘oud voor nieuw’. Volgens de inleiding van de voorjaarsnota worden geen bezuinigingen in de nota meegenomen. Hij sprak hier eerder al over, maar in de nota worden wel 4,4 miljoen euro bij 4 onderwerpen weggehaald en
Pagina 9 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
kunnen nieuwe investeringsambities gecreëerd worden. Hoezo geen bezuinigingen? Voor het college geldt dat klaarblijkelijk niet. Of is dit soms laaghangend fruit? Dit brengt zijn fractie meteen bij een gevoel, dat de heer Schneider in de vorige raadsperiode vaker heeft verwoord. Wat doet deze raad hier? De taak van de raad in het duale stelsel is controle op de besluiten van het college. Hoe voelen de niet in de coalitie vertegen woordigde partijen zich in deze raad? Hij heeft overigens het gevoel, dat dit ook voor sommige leden van de coalitiepartijen geldt. De vorige periode had hij dat gevoel minder dan de heer Schneider, maar heel nadrukkelijk bekruipt zijn fractie nu het gevoel, dat er zeker 10 raadsleden gebruikt worden als figurant in een niet zo bijster goede voorstelling. Het libretto is al geschreven voor de coalitiefracties en hun wethouders. De onderscheidene raadsleden spreken hun tekstrolletjes tegen elkaar, maar praten niet met elkaar. En als het lastig wordt, wordt de houdgreep waarin de coalitie gevangen zit, boven water gehaald of worden er machtswoorden uitgesproken. Het is natuurlijk een waarheid als een koe, dat deze macht democratisch tot stand gekomen is, maar deze 10 raadsleden zijn ook democratisch gekozen. Zaken als met elkaar praten, elkaar overtuigen of h et niet met elkaar eens zijn, vormen de hoeksteen van de democratie en dus ook van deze raad. In het verleden werd er in de raad ook eens iets aan iemand of aan een partij gegund. Deze raad debatteert niet over inkomenspolitiek of over uit de hand lopende zorgkosten, maar over het wel en wee van de burgers van Kerkrade en daarbij kan een mening van een niet coalitiepartij er zeker ook toe doen. De heer Ruiters interrumpeert de heer Bok met de opmerking, dat hij diens betoog zeer waardeert, maar dat hij het niet erg netjes vindt, dat de heer Bok raadsleden kwalificeert op hun functioneren. Spreker vindt, dat iedereen dat zelf moet weten. Als de heer Bok 10 raadsleden noemt ... De heer Bok interrumpeert de heer Ruiters met de mededeling, dat hij daarmee de oppositie bedoelt. De heer Ruiters vervolgt, dat hij het niet correct vindt, dat de heer Bok een oordeel velt over ‘raadsleden’. Als de heer Bok dat voor zichzelf doet, vindt hij dat prima, maar hij vindt het niet prettig als de heer Bok dat in het algemeen doet over 10 raadsleden. De heer Bok antwoordt, dat hij dat zo niet heeft bedoeld. Maar als de anderen de mening van de heer Ruiters delen, wil hij zijn woorden graag terugnemen. Hij vindt het zelf eigenlijk niet zo’n probleem, omdat hij het enkel gebruikt in zijn betoog en niet ... De heer Rossel interrumpeert de heer Bok met de opmerking, dat hij het prima vindt dat de heer Ruiters voor de leden van de oppositie op wil komen, maar als spreker het niet eens zou zijn met een gemaakte opmerking in deze raad van wie dan ook, is hij heel goed in staat om voor zichzelf op te komen. Hij spreekt de heer Bok in elk geval niet tegen. De heer Bok bedankt de heer Rossel voor diens steun, evenals de heren Jacobs en Roland. Hij vervolgt zijn betoog. Een op dit ogenblik spelend voorbeeld is het theater. Hij voegt er voor alle duidelijkheid even aan toe, dat hij hier de tekst uitspreekt, die hij vorige maand had willen uitspreken. Het heeft dus niets te maken met de actuele ontwikkelingen in dit kader in de afgelopen maand. Hij zal er een klein stukje aan toevoegen over de informatievoorziening, maar voor de rest is het de tekst, die hij vorige maand geschreven heeft. Hij herhaalt, dat een op dit ogenblik spelend voorbeeld het theater is. In het verleden heeft de Fractie Bok en later ook Lokaal Alternatief ervoor gepleit niet opnieuw 6 miljoen euro aan een verbouwing te besteden, maar het theater simpeler te gaan gebruiken; zeer zeker voor plaatselijk gebruik of verkoop aan het nieuw te bouwen hotel, dat immers 2.000 m2 congresruimte wil creëren. Neen, zei de coalitie. Dat moet in het totale bezuinigingspakket bekeken worden en dat is door de coalitie wel tot 2 of 3 keer toe herhaald. En wat kon er in de commissie Grondgebied en Economische Zaken in mei bij de presentatie van het centrumplan geconstateerd worden? Verplaatsing van de bieb naar de achterkant van het centrum – hij kan het toch niet laten – de boeken van de bieb zouden in de toneeltoren geplaatst kunnen worden en er ontstaat een kleine zaal, mogelijk met een klein podium. Dit zaaltje zit compleet gedraaid in de plannen. Dat had hij gezien in de tekeningen bij de presentatie. Maar achteraf is gebleken, dat dit niet gedraaid wordt, maar fors ingekrompen wordt. Hij heeft toen – de woensdag vóór Hemelvaart – tekeningen opgevraagd via de griffie, maar toen werd hem zeer diplomatiek medegedeeld, dat de raad na de commissievergadering inzage zou kunnen krijgen in de tekeningen. Deze tekeningen heeft hij overigens nu nog steeds niet. En wat schetst zijn verbazing toen h ij de vrijdag na Hemelvaart op een repetitie van een harmonie kreeg medegedeeld, dat zij tekeningen hadden gezien, waaruit bleek, dat het theater zou worden gehalveerd. En de tekeningen staan op internet. Hij had in het presidium gezien, dat er de maand daarop een ontwerpbesluit over de nieuwe bibliotheek aan de orde zou komen. Hij herhaalt dan ook, dat de raadsleden van zijn fractie – en alle raadsleden die zich ook daartoe geroepen voelen – geen figuranten willen zijn. Het zijn toch niet de eerste de besten in deze raad. Als
Pagina 10 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
raadsleden niet eens tekeningen mogen zien en de pers vervolgens wel tekeningen mag zien en deze vervolgens rondstuurt, terwijl raadsleden ze niet eens ter inzage mogen krijgen, voelt hij zich als raadslid nog minder dan een figurant. Op die manier voelt hij zich als raadslid gedegradeerd tot lezer van een weekblad. Als hij de hele cyclus van besluitvorming over de verplaatsing van de bibliotheek bekijkt, lijkt het volgens hem al dubbel en dik geregeld. Misschien is het echter beter om dit nu niet zo uit te spreken, aangezien hij voor zichzelf moet spreken en niet voor de oppositie. Hij raadt de andere raadsleden dan ook aan om voor zichzelf te bekijken welke rol hij of zij daarin gespeeld heeft. Lokaal Alternatief voelt zich in ieder geval figurant en dat moet anders. Onlangs heeft deze raad via de krant kunnen vernemen, dat Hestia 14 miljoen euro gaat vertimmeren aan 153 woningen op Kaalheide. Dat is een behoorlijke smak geld in de herstructurering van West. Dit moet de wijk van morgen worden. De wijk van morgen, waarin heel veel woningen van ongeveer 50 vierkante meter – en hij herhaalt nadrukkelijk dat die woningen maar ongeveer 50 vierkante meter groot zijn – geherstructureerd worden van buiten. De wijk van morgen! Een lezer van de krant vergeleek de woningen met kippenhokken. Hestia hoopt, dat de gemeente de openbare ruimte gaat opwaarderen. Hij dacht dat alle partijen, namelijk deze gemeente, de provincie en Hestia, zouden samenwerken. Volgens Lokaal Alternatief heeft die openbare ruimte alles te maken met ruimtelijke ordening. In de visie op West heeft hij kunnen constateren, dat er diverse woningblokken op Kaalheide weg moeten. Gebeurt dat nu na de renovatie? Kiept men dan dat geïnvesteerde geld weer op de mestvaalt? Of blijft toch alles bij het oude en stelt die visie niets voor? Gaat men gewoon door met investeren zonder dat men van elkaar weet wat men doet? Hij roept de dames en heren van de raad op om ter plekke te gaan kijken en zich ter plekke te overtuigen van datgene wat daar speelt. Het wordt geen wijk van morgen; het blijft er een van gisteren. Vanuit die gezamenlijke visie had er in deze nota een raming voor de herstructurering van de openbare ruimte moeten staan. Dat is een beleidsvoornemen wat er had moeten staan, omdat men dat samen wil oppakken. Maar niets van dat alles. Daar stond helemaal niets over in het stuk. Hij wil er dan ook voor pleiten om nu halsoverkop – en dat is een verzoek aan het college – een gezamenlijk plan en een kostenraming op te stellen om er in derdaad een wijk van morgen van te maken door lucht en ruimte te creëren, door woningen te slopen en pleinen te saneren. Dan heeft die renovatie ook perspectief. Omtrent de omvangrijke risicoparagraaf – en daar hebben de heren Van Drunen, Roland en Schneid er ook al over gesproken – vindt Lokaal Alternatief het ongelofelijk dat er niets over Roda JC is opgenomen, behalve de vermelding, dat het een risico is. De nota ‘Ze sjpille vuur hön leëve’, die deze raad onlangs heeft kunnen inzien, heeft zijn fractie daarbij niet echt geholpen en zeker niet gerustgesteld. Maar er wordt niets gezegd over de toekomst en over met name de rol van de gemeente hierin en niets over de exploitatie van het stadion en dat vindt hij onbegrijpelijk. Hij hoort de heer Van Geel nog hier in deze raad zeggen, dat Roda JC de exploitatie van het stadion niet aan kan. Dat betekent, dat de gemeente dat moet doen, aangezien de gemeente nu eigenaar is. Maar het moet wel gebeuren wil de gemeente geen ruzie krijgen met Brussel. Want dat is één van de voorwaarden om de indruk te vermijden, dat er sprake is van staatssteun. Bovendien – en dat vindt hij nog veel belangrijker – is een goede exploitatie van belang voor de eigen portemonnee van de gemeente. Er is niets opgenomen over een saneerder of een manager of over het opstellen van een bedrijfsplan. Er wordt helemaal niets over gezegd. Of komen er pas weer voor stellen als de boel aan het verzuipen is. Zijn fractie wil geen figurant zijn. Het grootste risico is zonder meer de Wsw-problematiek. De vorige sprekers hebben daar ook al aan gerefereerd en nu is inmiddels ook de omvang duidelijk; dat loopt in de miljoenen. Het college neemt in ieder geval 6 miljoen euro voor zijn rekening. Daar gaat hij nu verder niet op in, want die tekst is echt achterhaald. Hij weet ook wel, dat het een financiële problematiek is, maar af en toe lijkt het erop, dat de rijksoverheid het daarbij helemaal niet over mensen heeft, maar over schaakstukken. Hij vindt dat ronduit onbehoorlijk. Gemeenschapshuizen komen op diverse plaatsen aan de orde. De fraaiste opmerking heeft betrekking op de huuropbrengst van de huisvesting van het sociaal wijkteam in 2014 in het gemeenschapshuis van KerkradeWest. Wat een vooruitziende blik. Politie, sociale zaken, Wmo, alles staat op zijn kop, maar de gemeente boekt een opbrengst van 8000 euro aan huur. Wat een vooruitziende blik! De bibliotheek zou ook in deze accommodatie komen. Dat is inmiddels ook al achterhaald, maar goed. Intussen wordt er nagedacht over sluiting van de filialen. De nieuwe geplande accommodatie komt in de grote boslocatie te liggen. Zo noemt hij dat stukje Heilust trouwens gekscherend wel vaker. Hij heeft ook al vaker gezegd, dat daar alleen nog een boswachtershuisje ontbreekt, zodat alles daar goed geregeld kan worden. Het wordt daar immers allemaal bos als die visie uitgevoerd wordt. Dan is steevast de reactie, dat het maar een visie is. Het is maar een visie. Maar intussen neemt deze raad wel besluiten. Er wordt in het kader van de gemeenschapshuizen veel gepraat
Pagina 11 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
over West, maar over Chevremont hoort men helemaal niets. Het allertriestste is, dat het college heeft laten gebeuren, dat verenigingen gedwongen moesten verkassen. In deze voorjaarsnota had hij daar aandacht voor willen zien. Neem een voorbereidingsbesluit voor Chevremont en zet de versnelling erin. Gebruik hier eventueel de 50.000 euro voor, die nodig is voor een 3D-presentatie van de Buitenring. De provincie heeft een geweldige presentatie daarvan. De gemeente heeft geen aparte 3D-presentatie van dat onding nodig. Ofschoon dit voor hem zeer glad ijs is, wil hij toch voorstellen om een heroverweging te laten plaatsvinden ten aanzien van de nieuwe accommodatie voor Kerkrade-West. Hij zal daar zo meteen nog even een paar cijfers bij noemen. Midden in een bos is zeker voor ouderen niet ideaal. Een dergelijke accommodatie moet midden in de bebouwing staan. De oude locatie kan voor minder geld in een uitstekende conditie gebracht worden. Die tekeningen zijn overigens al eens goedgekeurd door de welstandscommissie. En een bezuiniging zou het zeker opleveren, waarbij een miljoen euro het minste is. En als hij de bevolkingsprognoses daarbij hanteert, krijgt men het volgende plaatje. Dan pakt hij even alleen maar 2030, omdat het verschil in 2040 nog groter is. In 2030 zal Terwinselen 3030 inwoners hebben. Terwinselen beschikt over een eigen gemeenschapshuis. Kaalheide en Heilust zullen er dan 4870 hebben en Gracht en Spekholzerheide 4340 inwoners. Die wijken zijn samen goed voor meer dan 9000 inwoners. Als hij dat afzet tegen Terwinselen met 3030 inwoners met een eigen accommodatie, dan komen de inwoners van de andere wijken in West er met één gemeenschapshuis voor meer dan 9000 inwoners maar bekaaid vanaf. Hij zou het college dan ook willen verzoeken om toch nog eens na te denken over die voorzieningen c.q. accommodaties in Kerkrade-West. De heer Kool constateert dat de cijfers hem om de oren vliegen. Dat wil hij niet gaan doen, maar het is wel duidelijk, dat de gemeente structurele tekorten gaat krijgen. En dat men er nog niets aan gedaan heeft om dat inzichtelijk te maken, vindt hij niet zo handig. Want als zaken inzichtelijk zijn, kan men vooraf discussiëren daarover. Hier in Kerkrade wordt altijd achteraf gediscussieerd. En achteraf hoort men dan altijd, dat het ook iets anders had gekund. Zijn fractie zit in de oppositie. Hij is ook één van de 10 raadsleden, waar de heer Bok zojuist op doelde. Zijn fractie zit dan wel in de oppositie, maar ook de oppositie stuurt aan op een gezonde beleidsvorming in Kerkrade en dat wordt niet altijd overgenomen door het college. Hij moet ‘niet altijd’ zeggen, want hij heeft ook eens gevraagd om de ‘hobbels’ weg te halen in de Hoofdstraat en dat is inmiddels wél gebeurd. Bij de investeringen, die men wil gaan plegen in Kerkrade, hoort ook het centrumplan. Die meneer van Metroprop heeft daarover niet meer gezegd, dan dat hij een belrondje heeft gedaan. Dus als er gevraagd wordt of er daadwerkelijk al is gepolst in de binnenstad, dan heeft de raad daar nog geen inzicht in. Volgens hem hoeven er niet meteen weer 40 nieuwe winkels te worden gebouwd, die vervolgens toch leeg blijven staan. Dan wil hij nog even ingaan op de problematiek van de Wsw. Dat is heel triest. Hij kan alleen maar zeggen, dat de zwakste schouders blijkbaar het meeste moeten dragen. Zo zit dit land blijkbaar nu eenmaal in elkaar. En dan de Campus. Dan komt hij weer bij de bakstenen. Veel van de problemen van de gemeente Kerkrade hebben betrekking op bakstenen. De Campus, het Centrumplan, de gemeenschapshuizen, de bibliotheek en de Rodahal; het gaat allemaal om bakstenen. Alleen de problematiek van Licom valt niet onder de bakstenen. Maar overal waar het om bakstenen gaat, ruikt het. Die worden altijd omgeven door een nimbus van wazigheid. Als men vervolgens wil gaan onderzoeken wat er precies gebeurd is, krijgt men een gedeelte van de tekeningen te zien. Maar de tekening waar het om gaat, is er toevallig niet. Op die manier kan deze raad helemaal geen controle uitoefenen; niet eens achteraf. En dat vindt hij heel erg kwal ijk. In het kader van het dualisme wil hij ervoor pleiten om dat duel aan te gaan. Probeer dan ook eens een keer de verliezer te zijn. Men kan niet altijd winnen in het leven. De heer Bok stelde, dat deze raad democratisch gekozen is. Dat zal best. Als hij een café zou hebben, zou hij ook heel veel klanten hebben. Zo gaat dat nu eenmaal hier in Kerkrade. Maar het zou eens een keer meer om de inhoud moeten gaan. Kerkrade heeft heel veel mooie dingen, maar er zijn mensen, die hun best doen om het allemaal naar de filistijnen te helpen. De heer Rossel moet nog een beetje bekomen van de woorden van de heer Kool. Hij zal echter toch trachten om zijn betoog enigszins serieus te houden. Een maand later dan aanvankelijk gepland bespreekt de raad vanavond de voorjaarsnota 2011. Om deze keer maar meteen met de deur in huis te vallen, ziet GroenLinks vooralsnog weinig heil in de ongewijzigde vaststelling van de Voorjaarsnota 2011. Daarom zal hij ook zo meteen een amendement indienen. De heer Schneider refereerde daar in zijn eerste termijn al aan. En dan heeft hij nog een tweede amendement achter de hand voor wellicht zijn tweede termijn. Voor GroenLinks staat vast, dat deze voorjaarsnota eindelijk eens geen beleidsarme nota is. Het in de nota opdoemende beleid is echter niet de wens van GroenLinks op dit moment. Van alle kanten wordt geld gesluisd naar de steeds kolossaler wordende investeringsspaarpot, reserve structuurfonds genaamd. Vanuit de vrije ruimte reserve parkeerfonds exploitatie 8,75 miljoen euro, 4,4 miljoen euro schrappen van begrote investeringen elders en
Pagina 12 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
die ook overhevelen en zelfs gelden à 1,721 miljoen euro, die al een concrete investeringsbestemming hebben, ook nog even onder de reserve structuurfonds parasol brengen. Eerlijk gezegd vraagt GroenLinks zich af hoezo dit nu allemaal gebeurt. Er is immers geen enkele noodzaak om dit zo te doen. Er zit immers nog een enorm bedrag van 12,8 miljoen euro in die investeringsspaarpot. Er moest haast wel een dubbele, vooralsnog verborgen, agenda zijn om dit nu zo te spelen. Kan het college aangeven wat de noodzaak van dit alles is? Bij GroenLinks leeft het onderbuikgevoelen – en dat zijn echt geen vlinders van verliefdheid – dat het zo groot mogelijk maken van de investeringsspaarpot wel eens een handig trucje zou kunnen zijn om elders extra gelden te verwerven om wellicht ergens een zogeheten multiplier bij cofinancieringen in de wacht te slepen. Maar wie zal het zeggen? Dan komt hij bij de bezuinigingen. Dit college, gesteund door een meerderheid in deze raad, wilde niet te snel van stapel lopen met het presenteren van adequate en structurele bezuinigingsvoorstellen. En in deze voorjaarsnota zijn de eerste tekorten al zichtbaar. Iedereen weet, dat de gemeente Kerkrade wellicht een drama staat te wachten bij Licom, hetgeen er vooralsnog eerder structureel dan incidenteel uitziet, dat er nog altijd gesteggel is over de brandweer, dat het Rijk middels decentralisatie opnieuw voor miljarden aan bezuinigingen bij de gemeenten wil neerleggen en dat er nog vele andere, omvangrijke risico’s zijn, die ook in de voorjaarsnota staan vermeld en waar diverse voorgaande sprekers al aan refereerden. Het kan zomaar gaan om miljoenen euro’s jaarlijks als men alleen al bedenkt dat Licom dit jaar een tekort van 11 miljoen euro verwacht, waarvan de gemeente ca. 25% moet ophoesten. Dat is ruim 2,5 miljoen euro. En dan heeft hij het nog maar over één uitgavenpost en alleen al dit jaar. En zonder dat de raad nu een eenduidig beeld heeft van welke tegenslagen er zijn en gaan komen en met welke maatregelen die getackeld worden, wil dit college de egalisatie en exploitatiereserve genaamd reserve parkeerfonds exploitatie vrijwel leegslurpen voor zijn eigen ambities, waar op dit moment nog een enorme hoeveelheid geld voor beschikbaar is. GroenLin ks vindt dat geen behoorlijk bestuur. Eerst moet men weten hoe het eigen huishoudboekje er structureel gezond uit moet komen te zien alvorens men dure, onomkeerbare avonturen aangaat qua investeringen. De reserve parkeerfonds exploitatie is nu rijkelijk gevuld en kan dus zowel dienen voor tegenvallers, die op korte termijn ongetwijfeld in de boeken verschijnen, als voor een transitie richting het incorporeren van bezuinigingsmaatregelen. GroenLinks dient dan ook samen met de VVD het volgende amendement in : “De raad van de ge meente Kerkrade, overwegende, dat het college van burgemeester en wethouders voornemens is met het vaststellen van de Voorjaarsnota 2011 liefst 8,75 miljoen euro, ofwel 75% te onttrekken uit de reserve parkeerfonds exploitatie en dit geld naar de reserve structuurfonds door te sluizen ter realisering van haar investeringsambities; dat er op dit moment nog 12,8 miljoen euro in de reserve structuurfonds zit en het college van burgemeester en wethouders hiermee voorlopig voldoende ruimte heeft om met investeringsvoorstellen te komen; dat de Voorjaarsnota 2011 zelf het doel van het reserve parkeerfonds exploitatie op pagina 9 aangeeft als volgt: ‘De reserve parkeerfonds exploitatie dient om fluctuaties in de exploitatie af te vlakken en als eerste risicobuffer om tegenvallers op te vangen.’; dat er nu reeds in meerjarenperspectief de eerste tekorten zichtbaar zijn; dat de risicoparagraaf zeer omvangrijk is en niet uitputtend en diverse tegenvallers onafwendbaar lijken; dat er vanuit diverse gemeenschappelijke regelingen en deelnemingen rekening mee moet worden gehouden, dat ook daar waarschijnlijk tekorten zullen zijn, die gemeente waarschijnlijk moet dragen; dat met een eventueel bezuinigingspakket ook rekening gehouden moet worden met een transitieperiode alvorens de bezuinigingsdoelstellingen volledig zijn gerealiseerd; dat op dit moment nog steeds geen eenduidig beeld is over de totale bezuinigingsoperatie en tekorten elders, die de gemeente waarschijnlijk moet dragen; dat 850.000 euro in 2011 groeiend tot 1.040.000 euro in 2013 wellicht veel te weinig is om mogelijke tegen vallers en fluctuaties in de exploitatie mee op te vangen; besluit voorlopig de 8,75 miljoen euro te laten zitten in de reserve parkeerfonds exploitatie en niet over te hevelen naar de reserve structuurfonds. Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering d.d. 29 juni 2011 en gaat over tot de orde van de dag.” Het amendement is ondertekend door de heer Schneider en spreker zelf. Hij vervolgt zijn betoog. Om hier nog even op voort te borduren, spreekt hij deze keer in het bijzonder coalitiepartner CDA aan. Wie de onlangs vernieuwde website van het CDA Kerkrade eens doorneemt en leest waar het CDA Kerkrade voor staat, komt een alinea tegen over rentmeesterschap. Hier staat letterlijk: “Rentmeesterschap komt voort uit de verantwoordelijkheden, die we als mensen dragen voor de toekomst. Goed rentmeesterschap houdt in, dat we bij de beslissingen van nu ook rekening houden met de gevolgen hiervan in de toekomst. Een goed voorbeeld hiervan zijn de bezuinigingen, waarbij duidelijk gezegd wordt, dat we de rekening zo eerlijk mogelijk moeten verdelen over de generaties om ze ook een goede toekomst te waarborgen. Rentmeesterschap gaat zeker niet alleen over financiën, maar treft alle beleidsterreinen.”. Einde citaat.
Pagina 13 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Wie dit leest, zou toch bijna automatisch moeten concluderen, dat de auteur van dit stuk zich moeiteloos achter het amendement van GroenLinks en de VVD zal scharen. Hij is dan ook bijzonder benieuwd naar de reactie van het CDA op het amendement. Voor GroenLinks is een meerderheid voor dit amendement in elk geval een voorwaarde om in te stemmen met de Voorjaarsnota 2011, net als de heer Schneider dus. Dan nu het voorstaande beleid van deze Voorjaarsnota 2011 omtrent de herprioritering van reguliere investeringen. De heer Bok refereerde daar zojuist ook al aan. Ook hier moet dus 4,4 miljoen euro tot en met 2015 verdwijnen om toegevoegd te worden aan de expanderende investeringsspaarpot. Een bedrag van 2,1 miljoen euro valt in vijf jaar ten laste van het Euregionaal Eurode Park. Betekent dat het einde van dit park? Hoe gaat dit anders gerealiseerd worden? Op beleidsveld 11, beheer, wordt alleen dit jaar al 1 miljoen euro weggetrokken voor de investeringsspaarpot. Dat is bijna 10% van het jaarlijks investeringsbudget op dat beleidsveld. Kan het college aangeven hoe het 8 ton gaat besparen op investeringen bij regulier wegen, straten en pleinen en 2 ton bij openbaar groen? Welke eerder beoogde en begrote investeringen gaan dan niet meer plaatsvinden? Tot slot het beoogde te creëren werkbudget buitenring. Ook daar refereerde de heer Bok zojuist al aan. Kan het college concreet aangeven waar dat bedrag van 50.000 euro aan zal worden besteed? Gaat het college daarmee anticiperen op de uitvoering van de huidige provinciale plannen? Heeft het college zich mogelijk al neergelegd bij de uitvoering van de huidige provinciale plannen? Of gaan deze middelen soms ook aangewend worden om extra juridische procedures bijvoorbeeld civielrechtelijk te ontplooien. Voor dit laatste krijgt het college van GroenLinks uiteraard heel veel steun. Wat zijn fractie betreft geen buitenring in de vorm van een vierbaans autoweg dwars door Kerkrade. GroenLinks wil er dan ook voor waken, dat het creëren van dit werkbudget niet beoogt te anticiperen op de huidige plannen, want die wil zijn fractie immers niet. Persoonlijk verkeert hij enigszins in dubio hierover. Van de ene kant begrijpt hij de behoefte om meer inzicht te krijgen in de huidige plannen en wellicht de uitvoering daarvan, maar van de andere kant is de gemeente Kerkrade in overgrote meerderheid mordicus tegen die plannen en al helemaal tegen de uitvoering ervan. Wellicht dat ook andere raadsfracties hem hier enige bijval in kunnen geven. GroenLinks zou in elk geval geen millimeter in de richting van de uitvoering van de huidige plannen willen opschuiven en ook niet de schijn daartoe willen wekken. Het moge duidelijk zijn, dat hij nog zeker tot aan de tweede termijn hierover moet nadenken en dat hij zich graag door het college en hopelijk ook door meerdere raadsfracties laat overtuigen dat dit werkbudget toch wel iets goeds is, maar een amendement hierop sluit hij niet uit. Tot zover zijn eerste termijn. De h eer Ruiters constateert, dat het de tweede keer in deze bestuursperiode is dat dit college de voorjaarsnota presenteert; een verantwoording voor het gevoerde beleid, een bijstelling en een inzicht in de risico’s. Een managementrapportage, die de raad informeert, zodat de raad in staat is om grondige politieke beraadslagingen te houden bij de algemene beschouwingen. De voorjaarsnota is zoals gezegd niet meer en niet minder dan een rapportage. Lastig in deze fase is dat er nog steeds geen duidelijkheid is over de rijksbezuinigingen en dat toch het bestuursakkoord ook nog steeds actueel is. In dat kader is er voorzichtigheid geboden. Hij vindt het goed om te zien, dat de gemeente Kerkrade als gemeente nog steeds goed met haar financiële huis houding omgaat. De gemeente neemt geen onverantwoorde financiële risico’s en houdt haar reserves op peil voor slechtere tijden. Zo staat zijn fractie nog steeds achter de beslissing om de Essentgelden niet zomaar uit te delen aan leuke zaken, maar deze te reserveren voor moeilijkere tijden, die op de gemeente afkomen. Net zoals elk jaar bevat de voorjaarsnota – en meerdere partijen hadden het daar al over – een risicoparagraaf. Geen paragraaf om acuut in paniek van te raken, maar wel een paragraaf om aan te duiden welke mogelijke risico’s, die men als gemeente vaak niet eens in eigen hand heeft, de gemeente te wachten staan. Hij somt het nog maar een keer op; de rijksbezuinigingen, Roda JC, de Campus, de brandweer, Wsw, de Wet werk en bijstand en de Wmo. Hij zal niet inhoudelijk op deze zaken ingaan en de politieke visie mag men zoals bekend verwachten bij de algemene beschouwingen. Maar één onderwerp wil het CDA toch graag op dit moment nader onder de aandacht brengen, namelijk de Wmo. De paragraaf over de Wet maatschappelijke ondersteuning laat zien, dat de gemeente Kerkrade ook de komende jaren ondanks de krimp rekening moet houden met een groei van het aantal aanvragen. Zoals deze wet in Kerkrade in de praktijk wordt uitgevoerd, verdient alle lof. En het streven van de raad moet erop gericht zijn om deze voorzieningen ook veilig te stellen voor de burgers, die in de toekomst voor deze vorm van hulp aankloppen. In financieel opzicht zal dat zeker geen gemakkelijke opgave worden. Aan de ene kant kent de Wmo een open eind financiering, hetgeen betekent, dat eventuele ontstane tekorten voor rekening van de gemeente komen en aan de andere kant is het moeilijk in te schatten hoe de financiële vertaling van toekomstige hulpvragen uit zal zien. Daar komt bij, dat men zijn ogen niet mag sluiten voor de realiteit. Ook de gemeente Kerkrade zal te maken krijgen met bezuini-
Pagina 14 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
gingen, die de raad wellicht zullen dwingen tot het maken van keuzes. De raad moet wellicht keuzes maken in verband met de relatief sterke vergrijzing van de gemeente Kerkrade ten opzichte van vergelijkbare gemeenten elders in het land. Het college geeft in de voorjaarsnota aan voornemens te zijn het Kerkraadse Wmo-model voort te zetten en het op een aantal punten verder te ontwikkelen. Hier wil zijn fractie de volgende kanttekening bij plaatsen. Het CDA is van mening, dat de toegekende budgetten leidend moeten zijn bij het doorontwikkelen van producten om de noodzakelijke Wmo -voorzieningen op langere termijn te kunnen waarborgen. De boodschap van de voorjaarsnota en het gevoerde beleid is helder. Op dit moment is er geen noodzaak tot paniek, maar is het wel nodig continu de vinger aan de pols houden met het oog op de risico’s. Politieke keuzes in het verleden hebben er verder toe bijgedragen, dat de gemeente Kerkrade nog steeds in staat is om investeringen te doen, die ertoe bijdragen, dat Kerkrade nog steeds de moeite waard is. Het CDA zal het college kritisch blijven volgen en samen met het college en de raad politieke keuzes maken om te zorgen, dat Kerkrade een stad blijft waar het goed en mooi werken en leven is. Net zoals vorig jaar wil hij afsluiten met uit te spreken, dat het college op het CDA mag rekenen als er keuzes gemaakt moeten worden. De gemeente Kerkrade gaat moeilijke financiële jaren tegemoet, hetgeen de gemeente er echter niet van mag weerhouden om flink te investeren en er tegenaan te gaan. Meer dan ooit dient nu het kostenaspect van het gemeentelijk huishoudboekje in de gaten te worden gehouden en moet de gemeente niet als Sinterklaas rond gaan strooien met geld om in een goed daglicht bij de burger te komen. Dat is te doorzichtig. Deze raad heeft immers ook de taak om verantwoord met de financiën om te gaan en om toekomstige generaties – en daar komt het goed rentmeesterschap waar de heer Rossel het over had – niet met nog meer problemen te con fronteren. De CDA-fractie neemt die zware verantwoordelijkheid als vanzelfsprekend op haar schouders voor Kerkrade; een stad die de moeite waard is. De heer Schlangen wil er geen algemene beschouwingen van maken, maar ‘to the point’ blijven over de vandaag ter besluitvorming voorliggende voorjaarsnota. Het samenvoegen van een aantal investeringspotten geeft een beter beeld van de beschikbare middelen. Afspraken omtrent een meer concrete invulling zijn gemaakt. Zijn fractie heeft het college en in het bijzonder de wethouder van financiën gevraagd om in deze nota extra aandacht voor de risico’s te hebben. En daar heeft het college in ruime mate aan voldaan. De in de commissie Algemene Zaken en Middelen gestelde vragen en de antwoorden hierop hebben dit beeld nog meer verduidelijkt. De opgave, die de gemeenten van de regering gaan krijgen en de daarmee gepaard gaande extra taken, waarvan moet worden bezien in hoeverre de middelen toereikend zijn om een en ander in te vullen en uit te voeren, zullen voor de gemeenten grote gevolgen hebben. Feit is dat de regering een aanslag doet op de positie van die burgers, die gebruik moeten maken van de Wet sociale werkvoorziening; een ontwikkeling, die rampzalig te noemen is. In Kerkrade en regio moeten gemiddeld meer mensen gebruik maken van deze voorziening en daar waar de groei op de arbeidsmarkt in Kerkrade wat langzamer verloopt, is de grote vraag of het plaatsen van mensen met een Wsw-indicatie bij bedrijven, die daarvoor subsidie krijgen, wel gaat functioneren. Daarbij komt dat uitvoeringsbedrijven, zoals Licom bijvoorbeeld, per beschermde werkplek minder geld krijgen, hetgeen de druk op de exploitatie van die bedrijven aanzienlijk vergroot. Licom kampt reeds met structurele tekorten en dient na ingestelde onderzoeken te komen met bezuinigingsvoorstellen. Zijn fractie wil graag van het college weten hoe het college hier tegenaan kijkt. Aan de wethouder van financiën en met hem het college vraagt zijn fractie dan ook of er reeds over oplossingen wordt nagedacht of dat het probleem enkel kan worden opgelost met bezuinigingen. Ook voor wat betreft de resterende risico’s, zoals bijvoorbeeld de Campus, vraagt zijn fractie het college om zo vroeg mogelijk voorstellen te doen hoe men in het geval van de meest negatieve scenario’s, deze incidentele tegenvaller denkt te tackelen. Tot slot is Burgerbelangen van mening, dat met deze voorjaarsnota een stuk wordt toegevoegd aan de puzzel, die men in het najaar moet hebben opgelost als er nagedacht moet worden over de oplossingen in dezen. Het college voldoet met deze voorjaarsnota aan de gemaakte afspraken en hij laat derhalve weten, dat de fractie Burgerbelangen hiermee kan instemmen. De voorzitter deelt mede, dat de motie van GroenLinks wordt uitgedeeld, evenals de motie van de Fractie Jacobs en het amendement van GroenLinks en de VVD. De heer Terpstra (weth.) vraagt of het de bedoeling is, dat hij op de moties en het amendement gaat reageren. De voorzitter antwoordt, dat hij de wethouder de gelegenheid geeft om te reageren in het algemeen. De heer Terpstra (weth.) constateert, dat de voorjaarsnota nu voorligt en dat de raad hem niet verantwoor delijk kan maken voor het feit, dat die relatief laat behandeld wordt. Om die reden heeft hij ook met de raad afgesproken, dat de raad nog vóór het reces een actuele stand van zaken zou ontvangen en dat is inmiddels ook gebeurd. Want alleen zo kan de raad zijn gedachten laten gaan over mogelijke bezuinigingsvoorstellen,
Pagina 15 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
die in het najaar zoals afgesproken, aan de orde komen. De voorjaarsnota geeft zoals afgesproken de stand van zaken eind maart weer. Hij is het volledig met de raad eens, dat wanneer men de realisatie van het investeringsprogramma bekijkt de indruk zou kunnen ontstaan – en daar heeft de heer Bok gelijk in – dat er niet veel is uitgevoerd. Hij kan de heer Bok en de rest van de raad voor wat dat betreft redelijk geruststellen. Er is meer gebeurd dan in de nota verwoord staat. In de voorjaarsnota is er één essentiële zaak uitgevoerd en dat is namelijk het voor de raad mogelijk maken om met name de pot investeringen – en dat zijn de middelen, die het college beschikbaar wil hebben voor de herstructurering c.q. vernieuwing van Kerkrade – die noodzakelijk is voor allerlei ontwikkelingen, zo veel mogelijk in één pot te schuiven. Het parkeerfonds exploitatie – en hij heeft dat al vele malen in commissies en ook hier in deze raad uitgelegd – is de provincie als toezichthouder feitelijk een doorn in het oog om de doodeenvoudige reden, dat men niet wil, dat gemeenten structurele tegenvallers gaan dekken uit incidentele meevallers. Om die reden wil het college voorstellen om die middelen uit dat parkeerfonds, wat toch opgelopen is tot een aanzienlijk bedrag, in het structuurfonds exploitatie te storten. Over datzelfde structuurfonds is met elkaar afgesproken, dat de raad daarover separate voorstellen krijgt. Ook dat heeft hij al vele malen gezegd. Hij denkt, dat het college – hoewel het dualisme anders voorziet – de heer Bok tegemoet kan komen door vooral met separate voorstellen te komen waar de raad dan ook separaat iets van kan vinden. Feitelijk denkt hij dat Kerkrade trots kan zijn, dat men nog in staat is om diezelfde investeringspot te spekken. Of die investeringsmiddelen straks uiteindelijk ook kunnen worden uitgegeven ten behoeve van investeringen zal moeten blijken. Voor wat dat betreft kijken zowel de raad als het college op dit moment in één grote glazen bol. Niemand weet wat de gevolgen zullen zijn van het rijksbeleid wat niet in Kerkrade maar elders gemaakt wordt. Als er iemand is, die wel weet wat er op de gemeente af komt, mag zich bij hem melden. Feit is – en dat kan de raad zeker uit de jaarrekening en de voorjaarsnota opmaken – dat de gemeente Kerkrade haar reservepositie veel meer dan op orde heeft. Kerkrade beschikt niet alleen over een algemene reserve, maar met deze raad zijn er ook heldere afspraken gemaakt in die zin, dat een deel van de Essentgelden zodanig is vastgezet, dat daarover geen enkel besluit wordt genomen en dat dat op geen enkele manier in welke investeringsambitie of waar dan ook wordt opgenomen. Het zogenaamde ‘appeltje voor de dorst’, zoals dat destijds is afgesproken, is er en er is ook geen enkel voorstel aan de orde om dat te wijzigen. Daar komt ook nog die vette reserve parkeerfonds exploitatie bij, wat ook niet meer en niet minder is dan een reserve. En als men die bij elkaar optelt, dan is menige gemeente in Nederland jaloers op die reservepositie. De risicoparagraaf. De risicoparagraaf heeft hij op verzoek van de raad uitgebreid in de voorjaarsnota aan de orde gesteld. Hij denkt ook dat dat goed is en dat dat volkomen logisch is. Waarom? Het Rijk heeft beleid afgekondigd en de gevolgen daarvan zijn voor een ieder volkomen onbekend. Waarom benoemt men iets als risico? Men kwalificeert iets als een risico op het moment dat men niet exact weet wat de gevolgen zijn. Ook daarvoor geldt weer, dat het college simpelweg niet weet wat exact de gevolgen zullen zijn. En ook hiervoor geldt, dat degene, die het wel weet van harte welkom is bij de wethouder van financiën. Hij heeft met de raad een proces afgesproken voor wat betreft de bezuinigingen. Hij heeft samen met de raad ook het tempo bepaald. Natuurlijk is en blijft het zo, dat wanneer de een of de ander daar een eigen opvatting over heeft, dat hij die ten zeerste respecteert, maar feit is, dat met een ruime meerderheid van deze raad afspraken zijn gemaakt over de manier waarop dit vraagstuk wordt aangepakt. De raad heeft vandaag als slotakkoord van hetgeen h ij de raad heeft beloofd exact datgene gekregen wat was afgesproken. Er is ook met elkaar afgesproken, dat er in het najaar van 2011 over bezuinigingen wordt gesproken en hij denkt dat de manier waarop dit college dit heeft aangepakt, eindelijk eens een manier is, die past bij dualisme. De beurt is vanaf nu aan de raad. Het college heeft handvaten aangereikt en hij is benieuwd hoe Kerkrade komt tot een verstandige manier van omgaan met de vraagstukken, die op Kerkrade afkomen. Hoe omvangrijk die vraagstukken zijn, weet niemand. Hij denkt, dat het ook nog geruime tijd zal duren voordat die risico’s, die in die risicoparagraaf opgesomd zijn, goed kunnen worden gekwantificeerd. Hij denkt, dat het nog jaren gaat duren en dat er in die tijd ook nog heel veel in positieve zin zou kunnen veranderen. Maar dat laatste is een persoonlijke opvatting. De raad heeft – en hij wil er heel kort op ingaan omdat het een stuk is wat sommigen van de raad wellicht nog niet kennen c.q. nog niet hebben kunnen bestuderen – twee A4-tjes ontvangen, waarop hij de stand van zaken kort heeft weergegeven. Die korte weergave ligt in de postvakjes van de raad. Wellicht dat er ook raadsleden zijn, die het wel al hebben kunnen lezen. Het college heeft het voorstel gedaan om vanuit de positieve resultaten, die in het jaar 2011 verwacht worden vanwege een incidentele meevaller vanuit Essent – gelden waar helemaal niet op gerekend is – een reserve te creëren, die min of meer gekoppeld wordt aan de Wsw-problematiek. Dat betekent, dat Kerkrade volgens zijn schatting in ieder geval voor de komende 2 of 3
Pagina 16 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
jaar – en de kennis van nu en de praktijk van morgen zullen moeten leren of dat inderdaad het geval is – middelen zou kunnen reserveren voor de problematiek bij Licom, die duidelijk aanwezig is en o ok niet meer ontkend kan worden. Daarmee wil hij de raad niet geruststellen over de ontwikkelingen in de Wsw, maar wil hij wel meegeven, dat er wordt ingespeeld op het onmiskenbare vraagstuk, dat zich heeft aangediend. De heer Bok interrumpeert de wethouder met de vraag of deze daarmee doelt op het bedrag van 6 miljoen euro dat spreker zojuist aanhaalde. De heer Terpstra (weth.) antwoordt, dat hij daar inderdaad op doelde. Zoals het er nu naar uitziet, gaat dat positieve rekeningresultaat gerealiseerd worden. Vanuit die gedachte en vanuit de incidentele meevallers wil het college de raad voorstellen om die middelen even apart te zetten voor het tackelen van de problematiek bij de Wsw. De heer Bok vraagt of hij het goed interpreteert, dat daarmee geen Essentmiddelen voor de exploitatie gebruikt worden. De heer Terpstra (weth.) bevestigt dat. Daar is tot nu toe geen sprake van. Kerkrade heeft 1,7 miljoen euro uit zogenaamde garantiefondsen gekregen en dat waren garantiefondsen, die zijn uitgekeerd, omdat er geen aanspraak werd gemaakt op die garanties. Dat is dus geld, dat het college in de oorspronkelijke cijfers rondom Essent niet heeft meegenomen, dus dat was een incidentele meevaller. Roda JC staat in de risicoparagraaf en hoort ook in de risicoparagraaf. Betaald voetbal blijft een kwetsbare bedrijfstak. Daar heeft deze wethouder nooit aan getwijfeld en hij heeft dat ook meerdere malen helder uitgesproken. De exploitatie van het stadion is een hele lastige. Het college heeft in dezen niet stilgezeten. Hij wil het daar in het najaar met de raad over hebben om te bezien hoe dit vraagstuk opgelost kan worden. Dan zal ook blijken wat er tot nu toe in die samenhang met elkaar is gedaan. De wethouder denkt dat dat zo’n beetje wel de zaken zijn, die aan de orde zijn geweest. De heer Thomas (weth.) geeft aan, dat er ten aanzien van de eerste termijn van diverse fracties twee punten zijn waar hij nu op wil ingaan. Het eerste is de concrete vraag van de Fractie Jacobs bij monde van de heer Roland, die voorstelt om ten aanzien van de winkelketens in Nederland een enquête te houden als gemeente om te kijken of er interesse is voor een vestiging in Kerkrade. Hij denkt dat dat niet de volgtijdelijkheid der dingen is, zoals met elkaar afgesproken. Dat is een taak van de ontwikkelaar. Die doet de acquisitie. Dat is in het verleden ook zo besproken met de raad. Op het moment dat de gemeente zou gaan enquêteren bij winkelketens is de eerste vraag van zo’n keten hoe dat plan eruit gaat zien. En vervolgens wordt er gevraagd hoeveel meters er dan beschikbaar zijn en waar precies. En dat is afhankelijk van het definitieve plan dat nog ingediend moet worden. De heer Roland refereert aan een onderzoek, dat landelijk is gedaan door de Nationale Raad voor Detailhandel. Hij heeft enige weken geleden mogen meedoen aan een debat daarover voor Radio 1 en toen heeft hij ook enige nuance mogen aanbrengen in de cijfers. Daarbij is overigens niet alleen de positie van de gemeente Kerkrade aan de orde. Het betreft immers een regionaal probleem. Op regionaal niveau is immers ook de Retailstructuurvisie Parkstad Limburg vastgesteld om die problematiek regionaal aan te pakken. De wethouder vindt het terecht, dat de heer Roland daar aandacht voor vraagt. Het college ziet die leegstand natuurlijk ook. Maar anderzijds moet hij dat ook weer nuanceren, want er staan ook winkels leeg, die volgens hem nooit meer ingevuld zullen worden. Zo realistisch moet men ook durven zijn. Dat zijn veelal winkels, die gevestigd zijn op plekken, die wellicht gewild waren toen Kerkrade nog een hele andere winkelstructuur had. Die panden zijn wel ooit als winkelpand ingericht, maar zullen in de toekomst niet meer de potentie van winkelpand hebben. Die panden worden wel meegeteld bij de leegstand, maar in feite is dat leegstand, die nooit meer zal worden ingevuld. De heer Roland stelt in zijn betoog, dat er binnenkort weer 3 winkels dicht gaan. Misschien is het toeval, maar er komen ook weer 3 nieuwe winkels bij. De afgelopen maanden hebben zich althans een drietal ondernemers bij de gemeente gemeld. Het college proeft ook een kentering, dat er ook interesse is om een zaak in Kerkrade te beginnen. Dat zijn startende ondernemers of doorstartende ondernemers. Vaak zijn dat jonge mensen, die graag een eigen zaak willen beginnen en die met een gedegen ondernemersplan bij de gemeente aankloppen en ook bij andere instellingen zijn geweest, zoals de Kamer van Koophandel. Die mensen zijn vaak ook aan de slag met financiers, zoals de banken, om te kijken of ze voldoende financiering kunn en krijgen om in een bestaand pand een winkelnering te begin nen. Dat geeft de burger ook weer moed, omdat men ziet dat er toch wel interesse is en dat het ook een beetje aantrekt. Dus van de ene kant klopt het verhaal van de heer Roland wel op het moment, dat er ondernemers vertrekken, maar anderzijds is er ook interesse om zich te vestigen. Een tweede thema waar hij graag op in wil gaan naar aanleiding van de eerste termijn van de raad, is de opmerking van de heer Bok inzake de herstructurering. De heer B ok heeft in het verleden in een eerder debat over de Stadsdeelvisie
Pagina 17 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Kerkrade-West terecht de opmerking gemaakt, dat er natuurlijk buiten de wijken Heilust en Kaalheide nog andere wijken zijn, die ook de aandacht verdienen. Maar de heer Bok weet ook – en hij zal dat andermaal nog eens herhalen – dat de gemeente een mega-opgave heeft op het gebied van herstructurering en dat ervoor gekozen is – en die keuze heeft deze raad bevestigd – dat nu het zwaartepunt ligt op de wijk Heilust voor wat betreft de herstru cturering. Hij heeft in het verleden ook al eens aangegeven, dat men zowel van de gemeente als van Hestia niet kan verlangen, dat ze op dit moment ook in andere wijken een dergelijke opgave gaan oppakken. Hij begrijpt namelijk uit de woorden van de heer B ok, dat deze ervoor pleit om ook Kaalheide in de herstructurering mee te nemen. De heer Bok interrumpeert wethouder Thomas met de opmerking, dat dat laatste niet klopt, omdat Hestia binnenkort gaat starten met het vervangen van zowel de voor- als de achtergevels van woningen in Kaalheide. Dat was ook een beetje het probleem van de inwoners, want de winter staat voor de deur. En die hele operatie kost maar liefst zo’n 14 miljoen euro. Dus de wethouder moet nu niet beweren, dat er niet van Hestia verlangd kan worden, dat er in het kader van de herstructurering ook nog iets op Kaalheide gaat gebeuren. Want daar gaat immers juist wel iets gebeuren. De heer Thomas (weth.) antwoordt, dat hij daar nog op terugkomt. Hij dacht, dat de heer Bok de suggestie wekte, da t er ook op Kaalheide iets aan de woningen moet gebeuren in het kader van herstructurering. Spreker meende uit de woorden van de heer Bok te kunnen destilleren, dat deze van mening was, dat er daar ook woningen geamoveerd moesten worden. De heer Bok antwoordt bij interruptie, dat dat inderdaad het geval is, maar wel nu!! Hij vindt dat daar nu geamoveerd moet worden en niet pas nadat er eerst veel geld geïnvesteerd is in het verbeteren van de vooren achtergevels van de woningen in Kaalheide. Eerst moet er meer ruimte tussen de woningen gecreëerd worden en dan kunnen de gevels worden aangepakt. Anders zijn er straks gevels aangepast van huizen, die geamoveerd worden. Dat is toch pure kapitaalsvernietiging. De heer Thomas (weth.) vervolgt, dat hij zojuist heeft proberen uit te leggen, dat Hestia nu financieel geen ruimte heeft om deze woningen uit de markt te halen. Amovatie betekent toch een zekere kapitaals vernietiging. Daarom heeft Hestia besloten om die woningen duurzaam te maken. In de Stadsdeelvisie West, die nog niet zo lang geleden hier in deze raad behandeld is, staan diverse projecten benoemd en één van die projecten is de bestaande wijk van morgen. Hij benadrukt, dat het daarbij gaat om de ‘bestaande’ wijk van morgen. Dus niet de ‘wijk van morgen’, maar de ‘bestaande wijk van morgen’. Die wordt aangepakt. Daar gaat Hestia nu in investeren om die woningen duurzaam te maken. Dat betekent, dat de energielasten in die woningen teruggebracht worden, zodat de mensen dat straks ook weer merken in de energiekosten, die de huidige woningen opleveren. De besparing op energiekosten was één van de 5 onderdelen die in de Stadsdeelvisie Kerkrade-West werden benoemd. De bestaande wijk van morgen is met name de bloemenwijk Heilust. Hij wil toch graag even meegeven, dat dat op die manier is afgesproken en dat dat ook zo wordt aangepakt. De heer Bok wil daar graag nog even op reageren. De voorzitter antwoordt, dat de heer Bok daar best nog even kort op mag reageren, maar dan wil hij het onderwerp ook afsluiten. Hij is van mening, dat dit specifieke onderwerp heel uitvoerig in een vorige raads vergadering besproken is en dat er toen zelfs nog een motie aan is gewijd. Hij vindt dan ook dat dit voldoende aandacht heeft gekregen. De heer Bok wil nog één opmerking maken. Hij heeft gezegd, dat hij had verwacht, dat de voorjaarsnota in het kader van die herstructurering en gekoppeld aan die investering van 14 miljoen euro gewag zou maken van een aanpassing van de infrastructuur ter plaatse. Men kan geen woningen gewoon maar zo laten staan. Hij heeft ervoor gepleit om ook de infrastructuur aan te passen, omdat Hestia aangeeft, dat ook zij verwachten, dat de gemeente meedoet. En daar heeft de wethouder geen antwoord op gegeven. De heer Thomas (weth.) geeft aan, dat de heer Bok hem heeft geïnterrumpeerd en dat hij zijn verhaal nog niet heeft kunnen afmaken. De gemeente gaat zeker samen met Hestia in die wijk werken; niet alleen in de Heilust, maar zeker ook in Kaalheide. En de wethouder van openbare ruimte zal zeker aan de lat staan op het moment dat de gemeente daar in het kader van de openbare ruimte iets moet doen. Dat mag Hestia van de gemeente verwachten en daar zal de gemeente zeker haar verantwoordelijkheid in nemen. Overigens wil hij ook hier weer een nuancering aanbrengen. Bij de behandeling van de Stadsdeelvisie Kerkrade-West heeft hij begrepen, dat de visie van de heer Bok over de manier waarop moest worden omgegaan met de herstructurering in de wijk Heilust niet strookte met de visie van de gemeente daaromtrent. Hij vindt, dat de heer Bok nu
Pagina 18 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
niet weer de karikatuur moet oproepen, dat het zo slecht is in de Heilust. Als straks die herstructurering zijn beslag heeft gekregen, zal er meer ruimte ontstaan. De heer Bok noemde dat heel nadrukkelijk een bos. Spreker zou het geen bos willen noemen, maar een park. In gezamenlijkheid is de ambitie afgesproken om daar een stadsdeelpark van te maken; een mooie groeninvulling in een sterk verstedelijkt gebied. Overigens komt daar waar gesloopt wordt niet alleen groen terug, maar ook nog een beperkt volume woningen in het groen. Dat moge ook bekend zijn. Dat is toch een wat genuanceerder beeld en hij wil de heer Bok ook meegeven, dat deze de wijk Heilust niet de put in moet praten; alsof het allemaal kommer en kwel is. In de afgelo pen weken is het voorbeeld van de Heilust op twee momenten landelijk gebruikt in het kader van de herstructurering. Toevallig vanmiddag nog in de schouwburg in Heerlen in het kader van de IBA; de Internationale Bau Ausstellung. Daar is met name de herstructurering van de wijk Heilust als voorbeeld genoemd en de directeur van Hestia was daarbij prominent aan het woord om de plannen voor die plek te laten zien. En een paar weken geleden was het gemeentebestuur erg trots, dat Kerkrade op het VNG -congres – en d at is hét forum van alle Nederlandse gemeenten – op de eerste dag van het congres volledig in positieve zin ‘in the picture’ was bij het onderwerp herstructurering. Via hele goede beelden werd op een genuanceerde manier en niet de werkelijkheid verdoezelend getoond hoe in Kerkrade wordt omgegaan met herstructurering en daar was ook heel nadrukkelijk aandacht voor de wijk Heilust. De heer Bok laat zich absoluut niet de karikatuur aanleunen, dat hij Heilust de put in zou kletsen. Hij heeft ook de vorige keer al aangegeven, dat hij daar heel prettig woont en werkt. De wethouder moet hem nu niet zeggen, dat hij, omdat hij kritisch is over de te nemen maatregelen – en dat blijft hij overigens ook – de wijk Heilust de put in zou praten. Dat moet de wethouder hem niet aanwrijven, want dat wil hij niet hebben. Als de wethouder het een karikatuur vindt, dan is dat het probleem van de wethouder en niet zijn probleem. Hij praat die wijk in elk geval niet de put in, maar wil wel de problemen benoemen. De voorzitter constateert, dat beide heren gezegd hebben wat zij wilden zeggen. Mw. Szalata-Thomas (weth.) wil even ingaan op de gemeenschapshuizen, die kort zijn aangehaald. Op de eerste plaats het gemeenschapshuis in Kerkrade-Oost. Er is terecht opgemerkt, dat daar vaart achter moet worden gezet. Zij heeft ook afgelopen week met een aantal mensen, die betrokken zijn bij de totstandkoming van het gemeenschapshuis, om de tafel gezeten. Zij is daar dus wel mee bezig. Het feit, dat het soms wat langer duurt, heeft te maken met ontwikkelingen in de omgeving, die daar wel in meegenomen moeten worden. Zoals bijvoorbeeld het gebouw in het Berenbos. Daar zitten verenigingen in en er moet wel bekeken worden of die mee over willen naar het nieuwe gebouw of niet. Dat soort zaken moeten wel van tevoren goed onderzocht worden. Ook het verhaal van Meander speelt daar een rol in. Gaat Meander mee naar het nieuwe gemeenschapshuis of gaat Meander wellicht elders bouwen? Dat soort zaken zijn wel van belang in die ontwikkeling en die kosten tijd. Voor wat betreft het gemeenschapshuis in Kerkrade -West is er voor haar eigenlijk geen reden om daar opnieuw de discussie over te voeren. De plannen verkeren op een aantal punten in een vergevorderd stadium. Op het moment is men bezig om te bepalen wat nou de precieze locatie zal worden. Dat heeft ook te maken met de herstructureringsplannen ter plekke. Dat moet nog even goed bekeken worden en ook dat kost weer even tijd. Maar het rapport van Metafoor ligt er nog steeds en dat is voor haar nog steeds ‘leading’ in deze kwestie. Er is ook gesproken over het geraamde exploitatietekort. Het woord ‘geraamd’ zegt eigenlijk al, dat het niet zeker is, dat dat tekort er in die omvang komt, maar men wil daar wel rekening mee houden. In het begin zal dat waarschijnlijk ook zo zijn. Maar de gemeenschapshuizen, die nu gerenoveerd zijn, draaien als een tierelier. Dat gaat heel goed en dat geldt ook voor de exploitatie van die gemeenschapshuizen. Het college hoopt dan ook, dat dit ook gaat gelden voor het nieuwe gemeenschapshuis in KerkradeWest, maar dat neemt niet weg, dat vooralsnog rekening gehouden wordt met een tekort. De heer Terpstra heeft al het een en ander gezegd over Licom en over het feit, dat er nu een reserve gevormd is. Daar kan de eerste klap mee worden opgevangen. Vrijdag vindt er een presentatie plaats ook voor raadsleden in het Parkstad Limburg Stadion. Daar zal ook wat verder worden ingegaan op de financiële risico’s voor de toekomst. Dat heeft heel veel te maken met de verschillende scenario’s, die er liggen. Maar dat het geld gaat kosten, is zeker. De heer Weijers (weth.) wil graag op een drietal punten ingaan, te weten het werkbudget buitenring, de bezuiniging op het openbaar groen waar GroenLinks het over had en op de motie van de Fractie Jacobs. Hij wil beginnen met het werkbudget buitenring. Het gaat nadrukkelijk niet om uitvoering waar GroenLinks aan refereerde. Dat is absoluut niet het geval. Waar het wel om gaat, is een nadere specificatie van het onderzoek verkeersintensiteiten en verkeersknelpunten en natuurlijk de juridische ondersteuning. De heer Bok had gelijk toen hij stelde, dat de visualisatie is inmiddels door de provincie opgepakt, dus dat valt daar inderdaad uit.
Pagina 19 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Maar dat laat onverlet, dat het college die ruimte toch vrij wil houden, want alleen al de juridische kosten tot nu toe zijn geraamd op ca. 25.000 euro. De onderzoekskosten voor de verkeersintensiteiten en verkeersknelpunten liggen rond de 5.000 euro. Dus er is eigenlijk al 30.000 euro uit dat budget geplukt en er zijn nog kosten te verwachten, met name ook gericht op onderzoek richting groen enzovoorts. Dan de bezuinigingen op het openbaar groen. De heer Rossel wil daar graag een verhelderende vraag over stellen. Als de wethouder spreekt over verkeersintensiteiten en d ergelijke veronderstelt spreker dat deze het heeft over verkeersintensiteiten naar aanleiding van de uitvoer van de huidige plannen, dus dat hij weet wat de huidige plannen daar voor effect op gaan hebben en ook voor de groeninpassing. Hij vraagt of dat ook voor het gebruik in de juridische procedure is of voor datgene waar de gemeente voor heeft getekend in het convenant, namelijk de verantwoordelijkheid voor de oplossing voor wat betreft het onderliggend wegennet. De heer Weijers (weth.) antwoordt, dat d at vooralsnog uiteraard te maken heeft met de juridische procedure zodat de gemeente dat ook als onderlegger kan gebruiken. Dat komt bovendien ook in de gesprekken met de provincie natuurlijk aan de orde. Dan wil hij even ingaan op de bezuinigingen op het openbaar groen. Dat heeft met name te maken met een verschuiving. Het project Erenstein fase 2 zal deels dit jaar van start gaan, maar volgend jaar verder opgepakt worden. Dus dat heeft ook te maken met een verschuiving. Er is sprake van een cofinanciering vanuit de regio. Dus in die zin is er niet zo zeer sprake van een bezuiniging, maar meer van een verschuiving over de langere termijn. Dan wil hij even ingaan op de motie van de Fractie Jacobs met betrekking tot de rotondes. Dit onderwerp is onlangs kort besproken in het college. Daar is afgesproken, dat dit ambtelijk onderzocht zal worden en dat er op redelijk korte termijn een voorstel zal komen. Er is natuurlijk sprake van een financieel voordeel op basis van onderhoud wat men daarmee zou kunnen genereren, maar het is belangrijk om ook de kwaliteit te waarborgen en de controle en de regie daarin te houden. Dus in die zin wil hij dat ook mee laten nemen in dat voorstel en ook vragen om de ruimte te krijgen om daar nog even verder op in te zoomen. Daarna wordt vanuit een ambtelijk voorstel daarop teruggekomen. De heer Roland vindt dat fijn om te horen. Als de raad de motie steunt, kan het college aan de gang. De voorzitter merkt op, dat dat volgens hem niet strookt met de opmerking van de wethouder. De heer Roland licht toe, dat hij uit het verhaal van de wethouder begrepen heeft, dat deze graag wat meer tijd zou willen hebben om de kwestie te onderzoeken. Dat betekent, dat de raad de motie nu kan aannemen en dat de wethouder vervolgens de zaak onderzoekt o f dat de zaak eerst wordt onderzocht en dat vervolgens de motie opnieuw aan de orde komt. De voorzitter stelt de Fractie Jacobs voor om de motie in te trekken. De heer Roland deelt mede, dat zijn fractie de motie niet wenst in te trekken. Volgens hem staat de raad niets in de weg om de motie te ondersteunen. De heer Jongen (weth.) wil even terugkomen op hetgeen de heer Ruiters van het CDA heeft gesteld over de Wmo. Hij heeft met name zijn zorgen geuit over de groei van het aantal aanvragen. Hij heeft terecht het Kerkraadse Wmo-model geprezen waar sprekers voorganger heel veel energie en effort in gestoken heeft. Het college gaat in de komende tijd op een slimme manier samen met de partners bekijken hoe aan de voorkant gelden beperkt of gereserveerd kunnen worden om die aan de achterkant minder uit te geven. Hij noemt als voorbeeld het project valpreventie; Kerkrade in balans. Door dat project wordt er aan de voorkant geïnvesteerd, waardoor uiteindelijk minder mensen mogelijkerwijs een aanvraag gaan indienen voor de Wmo. Dus Kerkrade gaat daar op een slimme manier mee om. De heer Ruiters heeft verder vermeld, dat de toegekende budgetten leidend moeten zijn. In zijn verhaal heeft hij verder ook vermeld, dat de gemeente op dat gebied ook geen Sinterklaas mag spelen. De wethouder neemt aan, dat de Ruiters dat ook op andere gebieden heeft bedoeld. De wethouder wil in dat kader even memoreren, dat er in de achterliggende jaren van 2007 tot 2010 minder gelden aan de Wmo zijn uitgegeven, ondanks het feit, dat Kerkrade met datzelfde Wmo-model heel goed heeft gescoord. Daaruit kan hij alleen maar concluderen, dat Kerkrade op een verantwoorde manier met het geld is omgegaan. Ook naar de toekomst toe zal zo worden gehandeld. Het college zal de ontwikkelingen nauwlettend volgen en daar waar nodig bijstellen, maar mocht er in de toekomst enige ophoging mogelijk nodig of mogelijk zijn, dan moet men dat niet uit de weg gaan. Maar het college zal in ieder geval op een slimme manier naar het Wmo -model gaan kijken en de Wmo ook op die manier gaan volgen. De heer Ruiters wil daar graag een verhelderende vraag over stellen. De wethouder zegt, dat het college daarvoor zal waken en dat het college daar in geval van noodzakelijke ophoging goed mee zal omgaan. Komt de wethouder daar dan mee terug naar de raad? Want dat was namelijk de kern van sprekers opmerking. Die doorontwikkeling is op zich prima. Nogmaals; zijn fractie onderstreept alle lof voor het Wmo-model, maar
Pagina 20 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
zijn fractie wil wel heel duidelijk stellen, dat daar budgetten voor zijn, die daar aan besteed kunnen worden. Maar mochten zich nieuwe ontwikkelingen voordoen of mocht er sprake zijn van een doorontwikkeling waar meer geld voor nodig is, dan wil zijn fractie dat wel graag weten. De heer Jongen (weth.) bevestigt, dat het college daarmee zeker naar de raad terug zal komen. Zo heeft zijn voorganger dat ook gedaan en dat weet de heer Ruiters ook. Zijn voorganger heeft de raad en de commissie altijd heel volgtijdelijk en periodiek geïnformeerd over de overgang van Wvg naar W mo. Dat zal spreker waar nodig zeker ook doe. Het college volgt de ontwikkelingen en houdt de vinger aan de pls en de raad zal op dat gebied zeker worden bediend. De heer Terpstra (weth.) merkt ten aanzien van het amendement op, dat hij in zijn betoog reeds heeft aangegeven, dat de toezichthouder – zijnde de provincie – een reserveparkeerfonds exploitatie van die omvang onwenselijk vindt, omdat het aanhouden van zo’n fonds het risico verhoogt, dat dit soort middelen gebruikt gaan worden voor de exploitatie en dat wil men niet. Het college stelt de raad voor om de gelden in het structuurfonds exploitatie te stoppen. Hij denkt, dat dat heel verstandig is. Hij denkt ook, dat het goed en geruststellend is om te weten, dat er tot nu toe voldoende middelen beschikbaar zijn voor als de gemeente grote investeringen zou willen doen. Op de reservepositie heeft hij reeds gewezen. Hij vindt het alleen maar een verstandige manier om ermee om te gaan. Hij zou de raad daarom willen adviseren om het voorstel van het college in dezen te volgen, aangezien het geld daarmee niet weg is. De gemeente kan al haar middelen in een reserve stoppen ten behoeve van mogelijke investeringen. Maar als straks blijkt, dat de exploitatie van de gemeente in elkaar zakt, blijft er niets anders over dan die middelen in te zetten voor exploitatie. Hij moet echter eerlijk zeggen, dat hij er niet van uitgaat, dat dat realiteit wordt. Maar daar kan niemand een zinnig woord over zeggen. De voorzitter merkt op, dat er nog één item is blijven liggen, namelijk de opmerking van de heren Roland, Schneider en Kool over hun grote zorgen met betrekking tot het winkelcentrum. Hij deelt die zorg. En als hij zegt, dat hij die zorg deelt, dan houdt dat in, dat dat iedereen aangaat. Wat hij niet deelt, is het beeld dat opgeroepen wordt alsof de ontwikkelingen stilstaan. De waarheid ligt verre van dat. Enkele maanden geleden heeft hij hier namens het college het tienpuntenplan gepresenteerd, hetgeen door iedereen heel warm werd ontvangen. Daarbij zijn een aantal elementen naar voren gekomen, zoals zaken, die nog moesten worden aangekocht c.q. moesten worden geregeld, procedures die nog moesten worden gerealiseerd en overleg, dat nog moest worden gepleegd, zoals met Atrium en dergelijke. Dat is allemaal gebeurd. Al die 10 punten zijn vertaald in maanden, zodat duidelijk is wanneer het ofwel klaar is ofwel gestart wordt. Dat is één. Het tweede aspect is de bewering, dat er niets wordt gedaan. In een volgend agendapunt komt de aankoop van de Theaterpassage aan de orde. Hij vindt, dat het voornemen om 3 miljoen euro vrij te maken om de uitbouw van een winkelcentrum te kunnen realiseren, niet niks is. En voor het theaterplein heeft het college ook een miljoen euro uitgetrokken om de zaak aan de achterkant te realiseren, zodat dat straks samen met het Atriumterrein betrokken wordt bij het geheel van het centrum. Ook dat is volgens hem niet niks. Er zit enorm veel druk op dat winkelcentrum, de ondernemer en de mensen, die zich met deze kwestie bezighouden. Dat is ongelooflijk. En verder is er nog een college en een stuurgroep, die beiden heel ongeduldig zijn en zich net als deze raad grote zorgen maken als het niet lukt. Het college wil voorkomen, dat het weer afhankelijk wordt van derden. En daarom stelt het college voor om die passage te kopen. Hij verwijst naar het verleden toen het door externe ontwikkelingen niet mogelijk bleek om de gemeentelijke plannen te verwezenlijken, omdat de eigenaar van het pand van V&D niet meewerkte. Toen had de gemeente daar ook eerder op moeten inspringen door het pand van V&D te kopen. En misschien had de gemeente die winkel ernaast ook wel moeten kopen om ervoor te zorgen, dat een aantal dingen voorkomen hadden kunnen worden. Die fout wil het college niet meer maken. En daarom zit er enorm veel vaart achter. Wat is de stand van zaken nu? Eind volgende maand of beter gezegd eind juli – dus nog vóór de vakantie – zullen de plannen zijn doorgerekend. Dan kan ook goed gekeken worden naar het realiteitsgehalte van het plan, zoals de heer Schneider terecht stelde. Daar heeft de gemeente dan zicht op. Dan blijkt ook of het budget al dan niet toereikend is. En dan kan men ook de afweging maken of de plannen al dan niet realistisch zijn. Hij verwijst daarbij naar zijn overweging, waarin hij de uitspraak van Opa Beelen aanhaalde; als men dan al valt en op zijn bek gaat, is het belangrijk om in goede aarde te vallen. Op het moment dat het realiteitsgehalte moet worden beoordeeld, komt hij terug naar de raad. Hij vindt, dat het college en de raad dat samen moeten delen. En wellicht komt er dan een moment dat inderdaad alle informatie voorhanden is en men misschien wel moet constateren, dat niet alles mogelijk is, maar wel een groot deel. Er wordt in elk geval heel hard aan gewerkt en de druk is enorm hoog. Dat mag de raad van hem aannemen. Hij wil ook nog even onderstrepen wat wethouder
Pagina 21 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Thomas aangaf met betrekking tot de acquisitie. Het is zo, dat ketens met elkaar of op elkaar wachten. Het is zo, dat men van tevoren wil weten welke grootte er beschikbaar is. Het is zo, dat men pas in actie komt als men weet hoe de prijzen liggen en als men weet wat waar komt en waar men zelf eventueel kan komen. En de afhankelijkheid van de prijsstelling is een vak apart. Zo zit het nu eenmaal. Hij denkt, dat deze raad er samen met het college voor moet gaan. De afspraak is, dat er voor het eind van het jaar sprake zal zijn van zichtbare handelingen. Dat is de afspraak. De heer Roland wil graag een vraag stellen, maar wil eerst een opmerking maken. Als de voorzitter valt, zal spreker hem zeker helpen opstaan. Dat is geen probleem. Dan wil hij het nog even over de inhoud hebben. Als hij nu het centrum bekijkt, dan ziet hij, dat er aan de linkerkant best wel veel beweging is. Bij een volgend agendapunt volgt de discussie over de plannen met het theater. Maar aan de rechterkant – en hij noemt dat gemakshalve maar even het Metroprop gedeelte – gebeurt er volgens hem vrijwel niets. Daar hoort hij niets over. Hij begrijpt wel, dat de gemeente geen ondernemer moet zijn – hoewel de gemeente blijkbaar wel meewerkt aan een goede folder daarover – maar hij heeft al zeker zes keer gevraagd of het college niet eens een voorbeeld kan noemen van één ondernemer, die voornemens is zich daar te vestigen. De voorzitter antwoordt, dat dat ook niet mogelijk is. Dat doet men niet. Het college heeft dat ook gevraagd en heeft ook nul op het rekest gekregen. Hij begrijpt dat ook wel. Metroprop zal wel een aantal ketens aangeven, die geïnteresseerd zijn, maar zal niet concreet een bedrijf noemen, dat heeft toegezegd om te komen. En dat er helemaal geen beweging is aan die kant bestrijdt hij. Er zit enorm veel beweging in. Men is nu vooral bezig met de voorbereiding van de aanpak en de voorbereiding van de vergunningen. Die laatste worden nu doorgerekend, zoals hij zojuist al heeft aangegeven. Over 3 à 4 weken weet hij de uitkomst daarvan. Dan kan er ook gefundeerd gesproken worden over het realiteitsgehalte. Het zou best zo kunnen zijn, dat men op basis van de uiteindelijke gegevens moet constateren, dat de plannen behoorlijk ambitieus waren, maar dat het toch verstandiger is om de plannen iets bij te stellen. Dat zou zomaar kunnen. Als dat het geval is, dan legt het college dat voor aan de raad en zal het college dat samen met de raad bespreken. Als dat niet het geval is, dan moet er vooral daadkrachtig gehandeld worden en moet men dat proberen te realiseren wat mogelijk is. Hij onderstreept de woorden van wethouder Thomas met betrekking tot de krimp. De wijze waarop men in Kerkrade zaken aanpakt en de wijze waarop nu heel veel activiteiten plaatsvinden in het centrum geeft mensen het gevoel, dat er iets gebeurt. Hij wil graag met de raad afspreken, dat het college er in elk geval voor gaat. Hij zal de raad uiteraard op de hoogte houden van de vorderingen. Het college wil niets liever dan naar buiten treden met een duidelijke boodschap over de stand van zaken en over wat er wel en niet gaat gebeuren. Niets liever dan dat. Er zijn mensen – ook zakenmensen – die elke week bellen met de vraag wat de stand van zaken is. En ook dan kan hij niets anders dan aangeven wat hij nu ook aangeeft. Hij laat zich ook niet gek maken om de doodeenvoudige reden, dat hij toch niet meer kan zeggen dan hij nu gezegd heeft. Het heeft geen zin om een verhaaltje op te dissen. Hij wil iets vertellen wat ook realiteitsgehalte heeft. En hij zal dat graag met de raad delen op het moment dat daar duidelijkheid over is. Dat zegt hij de raad graag toe. De heer Roland constateert, dat de voorzitter zijn mening deelt. Dat betekent, dat de voorzitter ook zorgen heeft. De voorzitter beaamt dat en voegt eraan toe, dat hij alleen nog niet grijs wordt. De heer Van Drunen wil het kort houden. Hij is zeer blij met de reservering; het bedrag voor Licom dat weg wordt gezet om de eerste klappen op te vangen. De heer Schneider geeft aan, dat er een tweetal zaken zijn waar hij nader op wil ingaan. Dat betreft ten eerste de uitlatingen van de heer Terpstra en zijn motivatie voor de overheveling van het kapitaal van de reserve naar het reserve structuurfonds. Daarbij geeft de wethouder aan, dat het geld niet weg is en dat de raad separate voorstellen krijgt voorgelegd over de besteding daarvan. Dat is telkens een herhaling van de portefeuillehouder als het gaat over dit onderwerp. Daarnaast stelt de wethouder ook, dat de gemeente nog steeds een appeltje voor de dorst heeft en daarmee doelt de wethouder op het bedrag van 15 miljoen euro dat reeds gereserveerd is van de Essentgelden. Maar dat is dus absoluut geen appeltje voor de dorst. Want de rente-inkomsten van die gelden zijn nu juist broodnodig om de weggevallen dividendinkomsten uit de Essentaandelen aan te vullen of op te vangen. Hij ziet dat dus niet als een reserve maar als een vast bedrag waar men niet aan zou moeten komen. Die opmerking wil hij in elk geval gemaakt hebben. Daarnaast natuurlijk nog de discussie over de vraag hoe nu verder. Wat zijn fractie een doorn in het oog is, is het feit, dat het reserve structuurfonds – en men kan dat nalezen in de notulen van de vergadering waarin besloten is om het fonds op te richten en te vullen met dit bedrag – door de meerderheid van deze raad gelabeld is om te
Pagina 22 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
gaan gebruiken voor investeringen. En het signaal van GroenLinks en de VVD is nu juist om dat absoluut niet te doen. Dat geld moet men gewoon laten staan; zeker rekening houdende met de te verwachten zwaar weer situatie. Dat is de achterliggende gedachte van zijn fractie. En wanneer het college stelt, dat de provincie er moeite mee heeft als de gemeente die gelden in het parkeerfonds laten zitten, is het misschien een idee om gewoon een nieuw fonds met een andere naam te creëren – hij noemt als voorbeeld een fonds voor bange dagen in de toekomst – en de gelden daar in te stoppen. Dat maakt zijn fractie niets uit. Het gaat erom, dat die gelden ten bedrage van zo’n 8,5 miljoen euro, niet bij voorbaat gelabeld worden voor investeringen aangezien de gemeente Kerkrade nog een hoop zwaar weer te wachten staat. De heer Bok wil even aansluiten op de woorden van de heer Schneider. Als de fracties van de VVD en Gro enLinks daarmee doelen op het bedrag van 15 miljoen euro zien ze dat toch verkeerd. Want ten aanzien van dat bedrag heeft deze raad afgesproken, dat dat gebruikt zou worden voor investeringen en dan doelt hij niet op de rente van dat bedrag, maar op het bedrag zelf. Maar de wethouder kan dat waarschijnlijk nog beter toelichten. Dat lijkt hem verstandiger. Voor wat betreft het structuurfonds is inderdaad afgesproken, dat de raad daar separate voorstellen voor krijgt, maar – en hij heeft dat al een aantal keren aangegeven – de raad krijgt geen inzicht in de totaliteit. Nu wordt er bijvoorbeeld geïnvesteerd in de bibliotheek – en daar zal hij later in deze vergadering nog nader op ingaan – voor een bedrag van zo’n 10 miljoen euro. En de gemeente moet in Kerkrade-West in de Heilust investeren, maar hij vraagt zich af of er straks ook nog genoeg geld is voor bijvoorbeeld Bleijerheide of de Gracht of welk ander stadsdeel dan ook. Hij is van mening, dat de raad een totaalinzicht zou moeten hebben in de planning van de besteding van de gelden uit dat structuurfonds. Hij weet ook wel, dat daar ook provinciale middelen en middelen van Parkstad Limburg mee gemoeid zijn. Maar wie weet hoe het fond bij Parkstad Limburg in elkaar zit, die weet ook, dat men daar geen gekke bokkensprongen mee kan maken. En die bokkensprongen worden overigens ook altijd kleiner. Kortom; het inzicht in de totaliteit van het geheel ontbreekt. Wethouder Terpstra stelde ten aanzien van de investeringen, dat er meer gebeurt dan de raad denkt. Hij gelooft de wethouder ook wel, maar anderzijds is geloven iets wat men normaliter elders doet. Dat brengt hij normaliter in de praktijk in de kerk. Hij heeft niets aan blauwe ogen. Deze raad moet gedegen informatie krijgen over hoe het met die investeringen s taat. Dan kan de raad ook mogelijke bijstellingen doen. Het liefst doordat deze raad weer investeringen gaat goedkeuren en dan kan deze raad ook projecten gerealiseerd zien. Dat heeft men bij de provincie kunnen zien; 53 doelstellingen waarvan er 3 zijn gehaald. Het mag eigenlijk niet gebeuren, dat de Staten daar niet achter komen. En dat zou hier ook heel goed kunnen gebeuren. Hij gelooft het college en hij vindt het fijn, dat het college daar achteraan zit, maar hij blijft bij zijn standpunt, dat geloven iets is wat men in de kerk doet. Hij zou het dan ook op prijs stellen als de raad handvatten zou krijgen om daar iets mee te doen. Ten derde over die risicoparagraaf. De wethouder stelde, dat het college in het najaar zou komen met voorstellen. Hij vraagt zich af waarom dat dan niet in de voorjaarsnota staat vermeld. Als dat in die nota staat, is dat helder voor de raad. Want de exploitatie van het stadion moet in gang gezet worden, anders krijgt het college herrie met Brussel vanwege het verlenen van ongeoorloofde staatssteun. Dat moet en zal dus gebeuren. En als dat moet gebeuren, kan de wethouder het ook vermelden. Daar is de voorjaarsnota immers voor. In de voorjaarsnota zou het voorgenomen beleid vermeld moeten worden. Datzelfde geldt ook voor de wijk van morgen. Wethouder Thomas stelde net, dat de collega van openbare ruimte daar zeker gaat investeren. Ook dat zou volgens spreker dan ook in de voorjaarsnota vermeld moeten worden. In de voorjaarsnota kan het college de raad inzicht geven in datgene wat er nog op stapel staat en uit welk potje dat dan betaald gaat worden. En dat komt natuurlijk ook weer uit dat structuurfonds. Hij zal niets meer zeggen – en dan kijkt hij naar mw. Szalata – over Metafoor. Hij had wel iets op papier gezet, maar dat zal hij vanavond niet uitspreken, aangezien de meningen daar bijzonder over verdeeld zijn in die zin, dat men zich afvraagt hoe een bureau uit de Randstad de samenleving in Kerkrade kan beoordelen. Dan wil hij even ingaan op het amendement. Zijn fractie had het amendement in eerste instantie willen steunen, maar nu hij niets meer begrijpt van de handelwijze omtrent het structuurfonds wil hij zich daar eerst nog over beraden. Ofwel hij is verkeerd geïnformeerd ofwel de heer Schneider is verkeerd geïnformeerd. Hij wil dat even aanhouden. De heer Rossel bedankt het college voor de beantwoording in eerste termijn. Er moeten hem een aantal zaken van het hart. Hij zal eerst beginnen met de reserve parkeerfonds exploitatie waarvoor zijn fractie ook samen met de VVD een amendement heeft ingediend. Hij ziet een aantal bewegingen, die het college zelf maakt en die hij eigenlijk al niet meer kan rijmen. Hij zal ze ook noemen. Allereerst ligt er een jaarrekening met een positief resultaat en is het college nu al voornemens om dat positief resultaat ook weer in de reserve parkeer-
Pagina 23 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
fonds exploitatie te stoppen. Hij begrijpt dat niet zo goed. Ten tweede gaat er nu waarschijnlijk weer een Wsw-reserve gecreëerd worden. Hij zegt met opzet ‘waarschijnlijk’, omdat alleen de raad bevoegd is tot het creëren van reserves, aangezien de raad het budgetrecht heeft. En hij heeft het voorstel nog niet hier zien liggen. Maar mocht deze raad daartoe besluiten, dan creëert deze raad eigenlijk weer opnieuw een exploitatiereserve voor een gemeenschappelijke regeling. Die gemeenschappelijke regeling is een stukje uitvoering, dat bij de beleidstaken van de gemeente thuishoort. En als hij dat even bekijkt in relatie tot het geld dat juist nu in het parkeerfonds exploitatie zit, dan denkt hij, dat het veel handiger zou zijn om dat allemaal in één pot te laten zitten. Die reserve parkeerfonds exploitatie kan men daar juist voor inzetten; ook voor de tekorten bij de Wsw dadelijk; bij Licom. Hij snapt eigenlijk niet waarom er dadelijk weer een extra pot gecreëerd moet worden voor de Licom. Met hetgeen het college zelf in gang zet, voelt hij zich eigenlijk alleen maar gesterkt in zijn wens om het amendement, dat vanavond op tafel ligt, te handhaven. Hij hoopt, dat het amendement een brede steun van deze raad kan krijgen. Vervolgens wil hij even ingaan op het werkbudget buitenring waar hij zich in eerste termijn ernstig zorgen over maakte. Hij heeft van wethouder Weijers vernomen, dat het werkbudget juist bedoeld is om de juri dische procedure te ondersteunen. Dat doet hem deugd. Zijn fractie steunt dat ook. En dan de centrumontwikkeling. Hij zal de portefeuillehouder graag houden aan diens toezegging, dat er eind dit jaar sprake moet zijn van een zichtbare handeling. Dat heeft hij vorig jaar zelfs gespecificeerd in die zin, dat de eerste bouwaanvraag voor het Metroprop-plan ingediend moest worden. De portefeuillehouder heeft nog tijd tot het eind van dit jaar om dat te bewerkstelligen. En dan de motie van de Fractie Jacobs, waarvan het college in eerste instantie antwoordt, dat het eigenlijk een ondersteuning van beleid is. Die motie kan hij als fractie GroenLinks van harte ondersteunen. De heer Ruiters merkt op, dat de opmerking van de heer Bok over het geloof hem deugd doet. Hij voelt een toenadering tot h et ambtsgebed. Maar dat is een andere discussie. Hij wil allereerst even ingaan op het amendement. De heer Schneider had het over het creëren van een derde fonds – hij meent dat het ging om een soort appeltjesfonds – en dat heeft meteen al betrekking op h et door de heer Schneider gememoreerde rentmeesterschap. Hij wil de heer Schneider overigens bedanken voor diens reclame voor de website van het CDA. Daar is hij hem zeer dankbaar voor. Dat rentmeesterschap heeft er alles mee te maken, dat het CDA het goed wil doen voor toekomstige generaties. Dat heeft de heer Schneider heel goed geciteerd. En hij is het dus absoluut niet met beide heren eens. Hij vindt, dat er juist geïnvesteerd moet worden en dat die middelen – nog los van het feit dat de provincie niet wil, dat er zoveel geld in het parkeerfonds zit – juist voor investeringen aangewend moet worden. De wethouder heeft dat al vaker aangegeven en spreker heeft dat zelf ook al vaker aangegeven. Dat is de afgelopen jaren ook steeds weer punt van discussie geweest. Telkens als er investeringen zijn, komen die hier terug. Maar het geld moet ergens vandaan komen. Hij denkt, dat het juist van lef getuigt als de raad zijn ogen niet sluit voor mogelijke toekomstige problemen. Dat heeft hij in zijn eerste termijn ook gezegd. Maar tegelijkertijd is de gemeente Kerkrade als stad in staat om te investeren. En als men in moeilijke tijden kan investeren, heeft men daar in betere tijden alleen maar voordeel van. Zijn fractie is het dan ook absoluut niet eens met de inhoud van het amendement en zal het amendement dan ook niet steunen. De heer Schneider interrumpeert de heer Ruiters met de vraag of hij dan wel de juiste conclusie trekt dat de heer Ruiters het met hem eens is, dat die 8,5 miljoen euro die dus nu eigenlijk overgeheveld zouden moeten worden naar het reserve structuurfonds inderdaad bedoeld zijn om te gaan investeren. De heer Ruiters antwoordt, dat de wethouder ook al gesteld heeft, dat wanneer dat geld in dat fonds zit het geld gebruikt kan worden voor investeringen. Maar anderzijds kan niemand in de toekomst kijken. De heer Schneider niet en spreker zelf ook niet. Als alles meezit en de gemeente minder bezuinigingsopgaven heeft dan nu wordt verwacht, heeft de gemeente meer gelden te besteden. En als de gemeente geld over heeft, dat niet bezuinigd hoeft te worden, dan kan dat geïnvesteerd worden. Daar is dat een ideaal fonds voor. De heer Rossel zou graag ook nog een aanvullende vraag aan de heer Ruiters willen stellen. De heer Ruiters stelt, dat dat geld eventueel in de toekomst alsnog besteed kan worden als de vooruitzichten slechter worden. Waarom laat men dat dan nu niet in die pot zitten? Het kan net zo goed nu in de pot blijven zitten en als de gemeente het geld inderdaad niet nodig heeft voor bezuinigingen of tegenvallers kan het alsnog naar de investeringspot. Maar om het nu al naar de investeringspot over te hevelen, terwijl de raad nog geen inzage heeft in de totale bezuinigingsopgave en de te nemen maatregelen, vindt hij heel erg prematuur. De heer Ruiters antwoordt, dat de heer Rossel dat mag vinden, maar spreker vindt dat zeker niet. Hij wil best zijn eerste termijn nog eens herhalen, aangezien hij in zijn eerste termijn duidelijk heeft aangegeven wat hij
Pagina 24 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
van de investeringen vindt en dat hij dat daarom goed vindt. Dan deelt hij die mening blijkbaar niet met de heer Rossel. Dan wil hij even reageren op de motie inzake de rotondes. Hij vindt het heel leuk, dat de wethouder dat ambtelijk laat onderzoeken, maar de wethouder hoeft het voor wat hem betreft niet ambtelijk te laten onderzoeken. En waarom hoeft de wethouder dat van hem niet? Spreker vindt het foeilelijk. De gemeente Kerkrade heeft geïnvesteerd in rotondes in de gemeente Kerkrade. Hij noemt de rotonde bij Rolduc als voorbeeld. Dat is een prachtige rotonde waar voor veel gemeenschapsgeld een prachtig kunstwerk is gerealiseerd. Hij moet er niet aan denken, dat die rotonde straks behangen wordt met allerlei reclameuitingen. Dat geldt ook voor de rotonde bij de Bril. Hij vindt het prachtig hoe die rotonde in de natuur is ingepast en hij moet er niet aan denken, dat die met reclame-uitingen behangen wordt. En dat geldt ook voor de rotonde bij het Continium. Hij moet er niet aan denken, dat de gemeente medewerking zou moeten verlenen om daar reclameuitingen op aan te brengen. Dus voor wat hem betreft hoeft dat helemaal niet. Maar misschien is het daarom toch wel goed, dat die motie hier ter sprake komt. Wellicht moet de motie zodanig worden aangepast, dat de raad daarmee tot uiting kan brengen, dat ambtelijk onderzoek in dezen voor wat hem betreft niet nodig is. Als deze raad vindt, dat reclame-uitingen op rotondes foeilelijk zijn, hoeft het ambtelijk apparaat daar niet voor ingezet te worden. Een reclamerotonde is voor wat hem betreft een grote zonde. Dus het moge duidelijk zijn, dat zijn fractie stellig tegen de motie van de Fractie Jacobs is. En dat was volgens hem een antwoord op zowel het amendement als de motie. De heer Schlangen deelt ten aanzien van de motie van de Fractie Jacobs mede, dat hij daar eigenlijk vóór zou moeten zijn, omdat dat een gedachtegang is, die hij al eerder gehoord heeft binnen de fractie Burgerbelangen. Aangezien hij echter van de wethouder heeft begrepen, dat daar al onderzoek naar wordt gedaan, zou hij – als de motie niet ingetrokken wordt – daar tegen moeten zijn. Zijn fractie heeft kennis genomen van de argumenten van de heer Ruiters. De afmetingen van 50 x 40 cm lijken hem niet zo groot, maar het zou inderdaad wel uitzichtbelemmerend kunnen werken. Gezien de toezegging van de wethouder, dat deze mogelijkheid reeds wordt onderzocht, wacht zijn fractie de uitkomsten van dat onderzoek af teneinde dan een gefundeerd besluit te kunnen nemen. Zijn fractie zal de motie van de Fractie Jacobs dan ook niet steunen. De heer Ruiters wil de heer Schlangen graag een vraag stellen. Als de fractie van Burgerbelangen het uitzichtbelemmerend vindt of niet mooi of wat dan ook lijkt het spreker ook onnodig om de wethouder de opdracht mee te geven om daar onderzoek naar te doen. Als de fractie van Burgerbelangen er in principe geen moeite mee heeft, dan is dat ook prima en dan moet de wethouder daar vooral ook onderzoek naar doen. Maar hij vindt wel, dat de wethouder een duidelijk signaal moet krijgen of het de moeite waard is om daar onderzoek naar te doen of dat bij voorbaat al duidelijk is, dat de meerderheid van de raad daar helemaal geen trek in heeft. Hij vindt, dat de denkrichting voor de raad voor de wethouder wel duidelijk moet zijn. De voorzitter stelt voor om eerst het woord te geven aan de wethouder, zodat deze zijn mening kan geven. De heer Weijers (weth.) merkt op, dat hij zojuist al heeft aangegeven, dat het al onderzocht wordt. Hij verwacht eigenlijk op korte termijn een concreet voorstel in dezen. Dus dat kan de raad op korte termijn tegemoet zien. Er is gesproken over foeilelijk en grote reclamerotondes, maar hij heeft best mooie voorbeelden in dezen gezien met kleine reclame -uitingen. Persoonlijk heeft hij daar geen moeite mee. Maar hij stelt voor om dat even te onderzoeken en in kaart te brengen. Op basis van die uitkomsten en voorbeelden en de financiële consequenties kan de raad vervolgens een weloverwogen besluit nemen. Maar dat komt dus pas later aan de orde. De heer Roland geeft in de richting van de heer Schlangen aan, d at zijn fractie eigenlijk datgene vraagt wat de wethouder aangeeft, namelijk om de adoptie van rotondes door bedrijven ter hand te nemen en de commissie in oktober te informeren over de voortgang. Meer vraagt zijn fractie niet in deze motie. In omliggende gemeenten is het zo, dat het ongeveer 20.000 euro op jaarbasis oplevert. In tijden van bezuinigingen vond zijn fractie dat dit gemakkelijk te genereren inkomsten zijn, die min of meer thuishoren in de categorie laaghangend fruit. De heer Schlangen wil even reageren op de vraag van de heer Ruiters en de opmerking van de heer Roland. De meningen zijn op dit moment verdeeld. De een vindt het foeilelijk en de ander niet. In het kader van de bezuinigingen vindt zijn fractie het op zich een goed voorstel. De h eer Roland vraagt zich af wat de heer Schlangen dan nog ervan weerhoudt om de motie te steunen. De voorzitter heeft begrepen, dat de heer Schlangen de motie niet steunt om de redenen, die hij zojuist heeft aangegeven. Hij kijkt toch even naar de heer Roland. De heer Roland en zijn fractie krijgen precies wat ze willen; alleen hoeft de Fractie Jacobs de motie nu niet in te dienen, omdat de wethouder in oktober terugkomt met een voorstel. Daarmee wordt voorkomen, dat de raad zich nu op een aantal punten met b etrekking tot de
Pagina 25 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
reclame-uitingen vastlegt. Hij denkt, dat het uiteindelijk om de inhoud gaat. Dus hij wil toch voorstellen, dat de Fractie Jacobs de motie intrekt en samen met de wethouder de uitkomsten van het onderzoek afwacht. Vervolgens komt dat aan de orde in commissie en raad en dan kan de Fractie Jacobs altijd nog een motie indienen als zij zich niet kan vinden in de gepresenteerde uitkomsten. Hij probeert in dezen even heel praktisch te denken. De heer Jacobs wil daar graag even op reageren namens de Fractie Jacobs. Hij vindt het heel frappant. Anderhalve maand geleden vraagt zijn fractie informatie over rotondes op. Zij doet daar een voorstel over en vervolgens blijkt, dat het college daar ook al mee bezig is. Als hij de woorden van de heer Schlangen namens Burgerbelangen beluistert en ook van anderen, dan kan hij daar alleen maar uit concluderen, dat men het prima vindt, dat de mogelijkheden onderzocht worden. Dat concluderende, begrijpt hij niet waarom de raad de motie niet kan ondersteunen. Hij kan zich – evenals de heer Bok bij een ander onderwerp – niet aan de indruk onttrekken, dat de coalitie bang is om de oppositie te laten scoren, terwijl het eigenlijk om de inhoud zou moeten gaan. En aangezien de wethouder de inhoud onderschrijft, begrijpt hij niet waarom de partijen, die zich daarin kunnen vinden, de motie niet gewoon ondersteunen. De voorzitter antwoordt, dat het daar helemaal niet om gaat. Hij denkt, dat de Fractie Jacobs alle eer en alle égards en alle succes toegewenst krijgt. De heer Jacobs interrumpeert de voorzitter met de opmerking, dat het zijn fractie niet gaat om eer en égards, maar om een simpele manier om geld te verdienen voor de gemeente. De voorzitter begrijpt dat ook, maar het lijkt hem niet zinvol om nu een motie in te dienen, waarvan op voorhand al duidelijk is wat de uitkomsten zullen zijn met betrekking tot met name de reclamebeleving en datgene waar de wethouder mee bezig is. De heer Bok wil graag een poging doen om de angel eruit te halen. In de motie van de Fractie Jacobs wordt namelijk al de omvang van de reclameborden vastgelegd. Als dat uit de motie wordt gehaald, komt het eigenlijk neer op een voorstel om in commissie over de voortgang te praten. Dus als de Fractie Jacobs de bepaling van de omvang van de reclameborden uit de motie haalt, komt de motie eigenlijk overeen met datgene wat het college gaat voorstellen en legt de raad zich niet bij voorbaat vast op afmetingen van reclame-uitingen. De heer Roland geeft aan, dat zijn fractie best bereid is om dat uit de motie te halen. Met die aanpassing wil hij de motie dan wel in stemming laten brengen. De heer Weijers (weth.) geeft aan, dat de Fractie Jacobs de motie best in stemming mag laten brengen, maar hij denkt, dat dat geen toegevoegde waarde heeft. De voorzitter vraagt of er nog onderdelen zijn waar de leden van het college in tweede instantie op wensen te reageren. De heer Terpstra (weth.) geeft te kennen, dat sommige zaken lastig blijven om uit te leggen. Dat geldt vooral voor het dossier Essentgelden. Als het woord Essent valt, moet hij constateren, dat er nog steeds sprake is van misverstanden. Hij kan zich herinneren, dat toen dat onderwerp aan de orde was hij de ideeën van het college over hoe met deze gelden om te gaan aan de raad heeft uitgelegd en dat hij daarbij de formule 15-1510 gebruikt heeft. Dat is een hele duidelijke formule om te onthouden, maar blijkbaar is die toch niet zo goed blijven hangen. Hij zou de raad willen adviseren om rondom de Essentgelden die formule 15-15-10 goed te onthouden om de doodeenvoudige reden, dat toen afgesproken is om 15 miljoen euro te benutten ten behoeve van investeringen in Kerkrade, om 15 miljoen euro helemaal nergens aan te labelen en dus puur te gaan gebruiken als appeltje voor de dorst en om 10 miljoen euro in te zetten als vervanging van het dividend. Meer kan hij daar niet aan toevoegen. Elke andere veronderstelling is er één, die min of meer uit de lucht gegrepen is. Het is de werkelijkheid en als er bij de raad nog behoefte bestaat aan een toelichting daarop dan is hij daar graag toe bereid. Dan wil hij even ingaan op het labelen van de middelen uit het parkeerfonds exploitatie aan investeringen. Hij heeft de raad uitgelegd, dat de bestaande situatie telkens weer leidt tot een vervelende discussie met de toezichthouder en dat het college de raad daarom voorstelt om het anders te gaan doen. Dat heeft vooral te maken met een sterke ambitie. Een ieder weet, dat de beschikbare middelen ruimschoots te weinig zijn om in deze stad dat te doen wat de komende 10 tot 20 jaar in deze stad noodzakelijk is. Kerkrade zal hulp van externen nodig hebben en hij denkt, dat elke euro die gelabeld kan worden aan investeringen daar ook vooral aan gelabeld moet worden. Hij gaat er ook van uit, dat een meerderheid van deze raad dat met hem eens is. De heer Bok hoeft hem niet te geloven op zijn blauwe ogen, maar feit is wel, dat er heldere afspraken zijn gemaakt over de momenten waarop het college in de persoon van deze wethouder financiën verantwoording aflegt aan de raad; dat is bij de behandeling van de voorjaarsnota, de najaarsnota, de jaarrekening en de begroting. Feit is en blijft, dat het de raad natuurlijk elk moment vrij staat
Pagina 26 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
om deze wethouder vragen te stellen als het gaat om de stand van zaken van vandaag. Hij zegt de raad o ok toe, dat wanneer hem vragen gesteld worden, de raad daarop een net en fatsoenlijk antwoord krijgt. Dat lijkt hem een fair aanbod. De heer Rossel deelt bij interruptie mede, dat de wethouder al heel snel over ging op de beantwoording van de opmerkingen van de heer Bok, terwijl spreker graag nog een aanvullende vraag wilde stellen naar aanleiding van de opmerking van de wethouder over het verschuiven van de middelen. Heeft de wethouder dan al met de toezichthouder, zijnde de Provincie Limburg, gesproken o ver de te creëren Wsw-reserve? En honoreert de toezichthouder dat wel? Want dat is in feite ook een exploitatiereserve. De heer Terpstra (weth.) antwoordt, dat het college er van uitgaat, dat de Wsw-problematiek een tijdelijke problematiek is. Hij moet er niet aan denken, dat het een structurele problematiek zou zijn. Maar als het dat wel zou worden, zal het college het daar zeker nog met de raad over hebben. Feit is, dat bekend is, dat de komende jaren middelen bij Licom moeten. Dat is bekend! Dus hij beschouwt het als een incidenteel probleem. Of dat incidentele probleem structureel wordt, weet niemand. Daar zal het college en deze raad op moeten anticiperen als het zo ver is. Dan wil hij zijn verhaal even afmaken. Het college gaat het bedrag van 3,5 miljoen euro, dat men verwacht te realiseren als rekeningoverschot, niet storten in de reserve exploitatie, zoals dat gebruikelijk is. Het college beveelt de raad aan om die middelen in elk geval te reserveren om zeker te stellen, dat de gemeente op een fatsoenlijke manier en met voldoende middelen die wet kan blijven uitvoeren ten behoeve van al die mensen, die dat hard nodig hebben. Hij denkt dat hij daarmee alle vragen beantwoord heeft. De voorzitter vraagt of er nog andere collegeleden zijn, die wensen te reageren. Dat blijkt niet het geval te zijn. Dan wil hij graag het amendement en de motie in stemming brengen. Hij vraagt de heer Rossel of de motie en het amendement gehandhaafd blijven. De heer Rossel bevestigt dat. De voorzitter wil beginnen met de motie van de Fractie Jacobs. Wie voor de motie is, stemt ‘voor’. Wie tegen de motie is, stemt ‘tegen’. De heer Roland wil wel nog even expliciet vermelden, dat de motie gewijzigd wordt in die zin, dat de afmetingen van de reclameborden uit de motie gehaald worden. De heer Sulmann: ‘Tegen.’ De heer Jacobs: ‘Voor.’ De heer Severins: ‘Voor.’ De heer Hanssen: ‘Voor.’ De heer Van der Mierden: ‘Tegen.’ De heer Schlangen: ‘Tegen.’ De heer Schepers: ‘Tegen.’ De heer Bok: ‘Voor.’ De heer Gehlen: ‘Voor.’ De heer Wöltgens: ‘Tegen.’ De heer Lataster: ‘Tegen.’ De heer Gorissen: ‘Tegen.’ De heer Housen: ‘Voor.’ Mw. Bremen-Munsters: ‘Voor.’ De heer Von Kann : ‘Tegen.’ De heer Crombach: ‘Voor.’ De heer Roland: ‘Voor.’ Mw. Housen-Donners: ‘Tegen.’ De heer Schneider: ‘Voor.’ De h eer Spiertz: ‘Voor.’ De heer Vinders: ‘Tegen.’ De heer Ruiters: ‘Tegen.’ De heer Kool: ‘Voor.’ De heer Rossel: ‘Voor.’ De heer Van Drunen : ‘Tegen.’ De griffier deelt mede, dat er 13 stemmen voor en 12 stemmen tegen zijn uitgebracht. De voorzitter constateert, dat de motie van de Fractie Jacobs daarmee aangenomen is.
Pagina 27 van 56
5
10
15
20
25
30
35
Hij brengt vervolgens het amendement in stemming inzake het reserve parkeerfonds. Wie vóór het amendement is, stemt ‘voor’. Wie tegen het amendement is, stemt ‘tegen’. De heer Sulmann: ‘Tegen.’ De heer Jacobs: ‘Voor.’ De heer Severins: ‘Tegen.’ De heer Hanssen: ‘Tegen.’ De heer Van der Mierden: ‘Tegen.’ De heer Schlangen: ‘Tegen.’ De heer Schepers: ‘Tegen.’ De heer Bok: ‘Voor.’ De heer Gehlen: ‘Voor.’ De heer Wöltgens: ‘Tegen.’ De heer Lataster: ‘Tegen.’ De heer Gorissen: ‘Tegen.’ De heer Housen: ‘Tegen.’ Mw. Bremen-Munsters: ‘Voor.’ De heer Von Kann : ‘Tegen.’ De heer Crombach: ‘Tegen.’ De heer Roland: ‘Voor.’ Mw. Housen-Donners: ‘Tegen.’ De heer Schneider: ‘Voor.’ De heer Spiertz: ‘Voor.’ De heer Vinders: ‘Tegen.’ De heer Ruiters: ‘Tegen.’ De heer Kool: ‘Voor.’ De heer Rossel: ‘Voor.’ De heer Van Drunen : ‘Tegen.’ De griffier deelt mede, dat er 9 stemmen voor en 16 stemmen tegen zijn uitgebracht. De voorzitter constateert, dat het amendement daarme e verworpen is. Hij concludeert, dat de besluitvorming in dezen daarmee is afgerond. De heer Rossel deelt mede, dat het ontwerpbesluit ook nog in stemming dient te worden gebracht alvorens de besluitvorming in dezen is afgerond. De voorzitter bevestigt dit. Hij vraagt of iemand stemming wenst over het ontwerpbesluit inzake de Voorjaarsnota 2011. De heer Rossel antwoordt, dat er voor wat hem betreft geen hoofdelijke stemming hoeft plaats te vinden, maar GroenLinks wil wel geacht worden tegen gestemd te hebben . De voorzitter antwoordt, dat hij het daarom ook vraagt. Hij constateert, dat ook de VVD geacht wil worden tegen gestemd te hebben.
40 Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met dien verstande dat de fracties van GroenLinks en van de VVD geacht worden tegen het ontwerpbesluit gestemd te hebben. De voorzitter schorst de vergadering om 20.10 uur. Hij heropent de vergadering om 20.25 uur. 45
PUNT 9 ONTWERPBESLUIT HERONTWIKKELING THEATERPASSAGE MET NIEUW CONCEPT VOOR CULTUURPODIUM EN BIBLIOTHEEK.
50 De voorzitter deelt mede, dat nu het ontwerpbesluit aan de orde is waar al heel veel over gesproken is in de commissie. Het ontwerpbesluit is ook aangepast naar aanleiding van de opmerkingen in de commissie. Hij heeft ook aangegeven, dat het goed is wanneer mensen, zowel inwoners als mensen van buiten de stad, betrokken zijn bij hetgeen er gebeurt in deze stad, zoals nu met het theater. Er zijn heel veel opmerkingen gemaakt en er is een petitie aangeboden. Zulke betrokkenheid moet men koesteren en daar moet men iets mee
Pagina 28 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
doen. Dan moet men ook laten zien, dat men waarde hecht aan het feit, dat mensen zich inzetten voor iets waar ze zich bij betrokken voelen. Dat is blijkbaar bij het theater en de Theaterpassage het geval. Er zijn vier onderdelen waarover vanavond gediscussieerd gaat worden. Dat is op de eerste plaats de verwerving van de Theaterpassage waar hij bij het begin van de behandeling van de voorjaarsnota al iets over gezegd heeft. Ten tweede is dat de verwerving van het pand Markt 3, de voormalige fonotheek. Ten derde is dat een voorbereidingskrediet van 200.000 euro voor de inpassing in het theatercomplex. Naar aanleiding van de discussie in de commissie is daar bij gekomen de variant uitbreiding van het theatercomplex met bibliotheek. En ten vierde is dat het beschikbaar stellen van een bedrag van 80.000 euro voor communicatieactiviteiten in de ruimste zin van het woord. Overigens heet hij Bas Schoonderwoerd, de directeur van de Parkstad Limburg Theaters, welkom. De heer Van Drunen merkt op, dat thans ter overweging en beslissing voorligt het ontwerpbesluit inzake het verwerven van de Theaterpassage en de voormalige fonotheek. Ook vraagt het college om een voorberei dingskrediet, dat enerzijds bedoeld is voor een nader onderzoek naar twee varianten betreffende de combinatie podium-theater en de bibliotheek en anderzijds om op het moment dat de raad een voorkeur heeft uitgesproken voor één van die varianten een programma van eisen vast te stellen. Tot slot vraagt het college om een bedrag om een en ander betreffende de centrumontwikkelingen te communiceren. Naar aanleiding van de commissievergadering van twee weken geleden is met betrekking tot het theater van alles gebeurd. Deels door toedoen van zijn fractie is in die verg adering de nadruk komen te vallen op het wel of niet sluiten van het huidige theater. Terecht! Want gelet op de reacties via de sociale media kan niet worden ontkend, dat het theater leeft; in ieder geval onder een deel van het twitterende en Facebook onderhoudende deel van de bevolking. Maar wat zijn fractie ook belangrijk vindt, is het centrum van Kerkrade. Met dit ontwerpbesluit wil het college en wil zijn fractie weer grip krijgen op de ontwikkeling van het centrum van Kerkrade; althans van een deel daarvan. Dat juicht zijn fractie toe. Er gebeurt tenminste iets. Ook juicht zijn fractie toe, dat er gekozen wordt voor de vitalisering van de Theaterpassage. Met de keuze voor kunst en cultuur, theater en bieb is zijn fractie het eens. Kerkrade is niet voor niets Klankstad Kerkrade. Kunst en cultuur als startmotor voor een nieuwe toekomst van het centrum. Zijn fractie hoopt daarom ook, dat deze actieve opstelling als vliegwiel werkt ten aanzien van de ontwikkeling van de rest van het Kerkraadse centrum. In de vorige commissievergadering kwam het college met het Boek en Doek concept. De belangrijkste opmerking van zijn fractie was, dat zij onvoldoende gegevens had om zinvol antwoord te geven op de basale vraag of het huidige theater wel of niet gesloten moest worden. Het leek erop, dat er met de mogelijkheid van het openhouden van het theater onvoldoende rekening is gehouden. Daarom heeft zijn fractie toen nadrukkelijk om nadere informatie ge vraagd. Zijn fractie is verheugd, dat de portefeuillehouder en het college thans met een voorstel komen om het onderzoek uit te breiden naar de tweede variant, namelijk uitbreiding van het huidige theatercomplex met bibliotheek. Zijn fractie gaat er dan van uit, dat in het onderzoek ook de argumenten en voorstellen van de directie van de Parkstad Limburg Theaters worden meegenomen; ook waar het gaat om mogelijkheden tot bezuiniging en extra subsidies. Hoe de invulling aan het onderzoek wordt gegeven, is aan het college. Of zij doen het zelf of – in het andere uiterste – via aanbesteding. Zijn fractie zal in ieder geval de resultaten kritisch beoordelen. Deze kritische noot geldt ook voor het gevraagde voorbereidingskrediet. Zijn fractie begrijpt, dat het college financiële ruimte nodig heeft om zo nodig snel te kunnen handelen. Aangezien dit krediet wordt gebruikt om beide varianten te onderzoeken en later nadat de raad heeft gekozen voor het opstellen van het programma van eisen en gelet op het feit, dat het college hier altijd achteraf verantwoording over aflegt, kan zijn fractie met het voorstel instemmen. Concluderend kan hij dan ook stellen, dat de fractie van de Partij van de Arbeid kan instemmen met het voorliggende ontwerpbesluit. Tot slot moet hem nog iets van het hart. Hij heeft in de vorige commissievergadering iets bijgeleerd, namelijk de Cirkel van Wijn. De Cirkel van Wijn is feitelijk een hulpmiddel bij het verkrijgen van meer inzicht in de culturele infrastructuur. Men heeft de Kerkraadse culturele infrastructuur vergeleken met die van een gemiddelde Nederlandse stad van vergelijkbare grootte. En wat blijkt? Kerkrade heeft een bovengemiddeld aantal podia. Er kan dus wat vanaf zou men dan zeggen; iets meer terug naar het gemiddelde. Maar wil Kerkrade dat wel? Kerkrade scoort bovengemid deld voor wat betreft ouderen. Kerkrade scoort bovengemiddeld voor wat betreft werklozen. Kerkrade scoort bovengemiddeld voor wat betreft leegstaande winkels. Maar Kerkrade scoort ook bovengemiddeld voor wat betreft de dierentuin. Kerkrade scoort bovengemiddeld voor wat betreft voetbal. Kerkrade scoort bovengemiddeld voor wat betreft carnaval. En Kerkrade scoort bovengemiddeld voor wat betreft harmonieën en fanfares. Als men in Kerkrade iets doet of nalaat, is het bovengemiddeld, zo lijkt het. Misschien is het dat wat Kerkrade zo b ijzonder maakt.
Pagina 29 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
De heer Roland deelt mede, dat de Fractie Jacobs later wel zal aangeven of zij met het gewijzigde voorstel kan instemmen of dat zij het zal verwerpen. Eerst wil hij ingaan op de gang van zaken rondom dit stuk. In de betreffende commissievergadering werd duidelijk, dat een deel van de raad – het hoogste orgaan van de gemeente Kerkrade – nog niet volledig was geïnformeerd over het voornemen ten aanzien van de toekomst van het theater Kerkrade. De coalitiepartijen waren wel geïnformeerd en hadden deels al hun mening gevormd over het voornemen, hetgeen resulteerde in een unaniem steunen van het stuk door het CDA en Burgerbelangen. Vreemd, dat strijders voor het theater, zoals de heer Hanssen van Burgerbelangen, die aan de wieg stond van de nog niet zo lang geleden geplaatste trekkenwand en altijd groot voorstander van het theater was, nu ineens voor de inkrimping van het theater is. De heer Hanssen interrumpeert de heer Roland met de vraag hoe deze aan die wijsheid komt. De heer Roland kan daar kort over zijn. Hij is 15 jaar lid van Burgerbelangen geweest en hij heeft de heer Hanssen altijd horen verkondigen, dat deze voorstander van het theater was. De heer Hanssen merkt op, dat hij die wijsheid niet bedoelt. Hoe komt de heer Roland aan de wijsheid, dat spreker nu ineens voor inkrimping van het theater is. De heer Roland antwoordt, dat de fractievoorzitter van Burgerbelangen in de betreffende commissievergadering heeft aangegeven, dat de fractie van Burgerbelangen het stuk steunde. Daarom heeft hij aangenomen, dat de heer Hanssen daar ook bij hoorde. De voorzitter wil even iets afspreken. Dit is een belangrijk stuk. Daarom stelt hij voor om de onderscheidene sprekers eerst hun zegje te laten doen. In tweede instantie kan dan gereageerd worden op hetgeen in eerste instantie is gezegd. Hij denkt dat daarmee meer recht wordt gedaan aan de belangrijkheid van het stuk. De heer Roland vervolgt zijn betoog. Het was geen weloverwogen beslissing, maar nu blijkt, dat het voorstel door de druk van de oppositie en het ondertekenen van de petitie door meer dan 2.800 burgers van Kerkrade en omstreken wordt bijgesteld. Bij de ondertekenaars, die natuurlijk op eigen titel deze petitie ondertekenden, zijn ook enkele raadsleden en oud-wethouders van zowel de Partij van de Arbeid als het CDA. Dat roept dan ook meteen de vraag op of deze partijen hun achterban hebben geraadpleegd of dat men paternalistische politiek bedrijft. Maar wat voor zijn fractie het meest tekenend is in deze zaak is dat deze raad – het hoogste orgaan van de gemeente Kerkrade – aan het eind van de informatieketen zit en de voornemens uit persberichten in de krant moet vernemen. Er is wel tijd om een persbericht op te stellen, waarin melding wordt gemaakt van een aanpassing in het onderzoek, maar de raadsleden krijgen de stukken na het uitgaan van het persbericht zonder verdere toelichting aangeleverd. De raad, het hoogste orgaan van de gemeente Kerkrade, moet dan nog een beslissing nemen. Er wordt dan ook snel een beeld gesuggereerd, dat de oppositie alleen maar tegen is omwille van het tegen zijn. Dat is echter een verkeerd beeld. Zijn fractie wil niet blind ergens achteraan lopen. Zijn fractie wil een goed overwogen besluit nemen en dat kan alleen als alle partijen op hetzelfde moment over dezelfde informatie beschikken. Zijn fractie was dan ook blij met de kritische kanttekening van de Partij van de Arbeid in de commissievergadering over het voornemen om het theater te ontmantelen. Vrijdag jl. sprak de burgemeester tijdens de finale van de droombrief over het samen nemen van besluiten en over het feit, dat men in Kerkrade nooit alleen is. Helaas moet zijn fractie ten aanzien van dit stuk concluderen, dat het samen nemen van een besluit hier niet opgaat en dat de oppositie alleen staat. Zijn fractie is gewoon niet tevreden over de gang van zaken. De heer Housen van de fractie Burgerbelangen adviseert sprekers fractie tijdens de commissievergadering om een motie van wantrouwen tegen wethouder Thomas in te dienen. Dat begrijpt sprekers fractie niet. Wellicht dat de heer Housen zijn advies tijdens deze vergadering nog eens kan toelichten. Zijn fractie verwacht dan ook enkele kritische vragen van de heer Housen aan de wethouder tijdens deze vergadering. Maar sprekers fractie wil niet zo ver gaan om een motie van wantrouwen in te dienen. Zij wil haar ongenoegen wel kenbaar maken door een motie van treurnis jegens deze wethouder in te dienen. Het vooraf geven van informatie aan de coalitiepartijen is namelijk achterkamertjespolitiek, hetgeen getuigt van disrespect jegens de rest van deze raad; het hoogste orgaan van de gemeente Kerkrade. Hij zal aan het eind van zijn betoog de motie van treurnis voorlezen. Ten aanzien van het stuk heeft hij nog enkele vragen aan het college. In het stuk van BMC heeft de o nderzoeker niet echt onderbouwd waar zijn voorkeur om een uitgebreide vernieuwde bibliotheek te introduceren ten laste van een verkleinde theaterfunctie vandaan komt. Wat zijn de beweegredenen van het college om dan toch voor deze oplossing te kiezen? Als de gemeente de Theaterpassage aankoopt, volgen er dan nog meer onaangekondigde transacties zonder informatie betreffende de hoofdlijnen? Zijn er geen alternatieven in het centrum om de bieb te huisvesten? Was dit voornemen al bekend toen de raad het besluit moest nemen om de bieb voorlopig elders te huisvesten. Het college vraagt een krediet van 200.000 euro voor dit onder-
Pagina 30 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
zoek. Heeft het college ook offertes opgevraagd bij andere bureaus? Fractie Jacobs is van mening, dat niet BMC maar een ander bureau het onderzoek moet doen en dat de raad middels een raadscommissie hierbij actief wordt betrokken. Immers, voor een second opinion gaat men ook niet naar dezelfde arts. Hoe moet zijn fractie de informatie van BMC zien in relatie met het commentaar van de directeur van de Parkstad Limburg Theaters, Bas Schoonderwoerd, en het raadslid Jack Vinders? De informatie van beide heren strookt namelijk niet met de informatie van BMC. Waarom zijn betrokken partijen, theaterdirectie en gebruiker, niet in eerste instantie bij het onderzoek betrokken? Wat is de informatie van BMC dan nog waard? Om een goed voorstel te kunnen formuleren, zal met alle betrokkenen overleg gepleegd moeten worden. Worden partijen zoals de Parkstad Limburg Theaters, het WMC, het Orlandofestival, d e amateur muziek- en theatergezelschappen en de raad ook bij het voorgenomen onderzoek betrokken? Hij is benieuwd naar het antwoord. Vervolgens leest hij de motie van treurnis voor: “De raad van de gemeente Kerkrade bijeen op woensdag 29 juni 2011, overwegende, dat het besluit over het voortbestaan van het theater voor Kerkrade zeer belangrijk is en als materie buitengewoon complex is; dat om een goede beslissing te kunnen nemen het noodzakelijk is dat de gehele raad tijdig, juist, volledig en overzichtelij k geïnformeerd wordt, dat het college en de wethouder een actieve informatieplicht hebben naar de gehele raad; spreekt uit te betreuren, dat wethouder Thomas niet de gehele raad voldoende, tijdig, juist en volledig heeft geïnformeerd en gaat over tot de or de van de dag.”. De motie van treurnis is ondertekend door de leden van de Fractie Jacobs. De heer Schneider wil alvorens inhoudelijk in te gaan op het voorliggende ontwerpbesluit eerst de aandacht vestigen op de procedurele kant van de wijze waarop dit ontwerpbesluit tot stand is gekomen. Hierbij wil ook hij met name focussen op het begrip ‘samen’. In de loop van 2010 heeft het college de opdracht aan BMC gegeven om een visie te ontwikkelen op de toekomst van de culturele infrastructuur van Kerkrade. Tijdens de gezamenlijke commissievergadering van twee weken geleden waarbij het eerste ontwerpbesluit werd besproken, bleek dat BMC in november 2010 reeds haar bevindingen aan het college heeft gepresenteerd. Het college heeft er vervolgens bewust voor gekozen om de raad pas op 10 juni jl. hierover te informeren. Hierbij laat hij gemakshalve maar achterwege om verder in te zoomen op het vermoeden van zijn fractie dat de portefeuillehouder daarentegen voor een selecte groep van coalitieleden een uitzondering heeft gemaakt. Zoals gezegd heeft er geen enkele samenwerking over dit onderwerp plaatsgevonden met de raad in een tijdsbestek van minimaal een half jaar. Veelal wordt het woord ‘samen’ in deze politieke arena gebruikt om aan te geven, dat het college en de raad een gezamenlijke opdracht hebben daar waar het gaat om het beleid voor de toekomst van Kerkrade. Volgens de fractie van de VVD zou dit in ideale zin betekenen, dat de raad reeds bij de opdrachtformulering betrokken zou moeten worden om zodoende additionele onderzoeksopdrachten, zoals ze nu verwoord staan in de tweede variant van dit ontwerpbesluit, te voorkomen. Daarnaast zou het ook veel effectiever zijn om de raad te betrekken bij de onderzoeksresultaten zodat er met betrekking tot de informatievoorziening geen achterstand voor de raadsfracties ontstaat en deze niet in een tijdsbestek van één week – en dan heeft hij het over de ontvangst van de vergaderstukken tot aan de commissievergadering waarin het ontwerpbesluit wordt behandeld – hun visie kenbaar hoeven te maken. Het gaat hier uiteindelijk per slot van rekening om een miljoeneninvestering. Wanneer hij dan de genoemde procedure vergelijkt met het aantal keren, dat deze raad het heeft over de hondenpoepzakjes met een jaarlijkse investering van 6.500 euro, dan ligt de verhouding wel heel erg scheef. Aangezien de VVD voortdurend streeft naar de hoogste kwaliteit binnen het besluitvormingsproces verzoekt hij het college met klem om bij toekomstige majeure ontwikkelingen de raad bij het volledige proces te gaan betrekken. Het feit, dat de gemaakte opmerkingen van diverse fracties in de commissievergadering gecombineerd met de uitgeoefende druk door betrokken burgers ervoor moeten zorgen, dat het college het ontwerpbesluit heeft aangepast, is ronduit teleurstellend te noemen. Dit college was, zoals eerder gezegd, vanaf november 2010 op de hoogte van de conclusies uit het rapport en heeft dus in die 6 maanden nooit de behoefte gehad om de vragen, die in de commissie gesteld zijn, zelf te stellen aan het onderzoeksbureau en dit terwijl de raadsfracties daarvoor precies één week de tijd hebben gehad om zich in deze materie te verdiepen. Zijn fractie noemt deze manier van handelen onzorgvuldig. Het lijkt erop, dat het college in de wetenschap, dat de trouwe coalitiefracties tot op heden altijd blind het advies van het college hebben gevolgd, zich de moeite van samenwerking onder het motto ‘kunt wal jód’ heeft willen besparen. Hij ziet daar echter twee ontwikkelingen. Enerzijds staan er voor de eerste keer in zijn vijfjarig raadslid maatschap mensen binnen de coalitie op om hun eigen mening te laten prevaleren boven die van het college. En anderzijds hebben ruim 2.600 betrokken mensen hun stem laten horen door de ondertekening van een petitie tegen de plannen van het college. Deze twee factoren hebben er uiteindelijk toe geleid, dat de druk op het college zodanig hoog was, waardoor de tweede variant in het ontwerpbesluit is opgenomen. De dank van
Pagina 31 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
zijn fractie gaat in elk geval uit naar de dapperen binnen de coalitiefracties, die wel datgene doen waarvoor ze hier zitten, namelijk het geven van een eigen mening en niet het nagalmen van de mening van het college. Daarnaast doet het zijn fractie goed, dat een overweldigende betrokkenheid van de burgers er tevens toe heeft geleid, dat het college een tweede variant heeft moeten toevoegen aan het ontwerpbesluit. Aan deze mensen wil hij ook vanaf deze plaats zijn dank uitspreken, want zonder hen was dit niet gelukt; zeker in de wetenschap, dat zowel Burgerbelangen als het CDA in de genoemde commissievergadering hebben aangegeven het oorspronkelijke ontwerpbesluit, waarbij de schouwburgfunctie komt te vervallen, te zullen steunen. Nu maakt hij de stap richting de inhoud van het ontwerpbesluit met de twee varianten. Op de eerste plaats benadrukt hij namens zijn fractie, dat de beslissing over de verdwijning van de schouwburgfunctie nooit enkel en alleen gebaseerd moet zijn op basis van financiële cijfers en een adviesrapportje. Daarvoor vindt de VVD het theater van K lankstad Kerkrade te belangrijk als culturele infrastructuur en als kern van het centrum voor het WMC en alle andere culturele activiteiten. Zijn fractie is zich echter bewust van het feit, dat een volledig onderzoek als basis zou moeten dienen voor een weloverwogen beslissing over de toekomst van het theater. Dit heeft hij ook reeds in zijn inleiding, maar zeer zeker ook in de commissievergadering van twee weken geleden aangegeven, aangezien het onderzoek volgens zijn fractie inderdaad verre van compleet te noemen is. Zijn fractie streeft dan ook naar een onafhankelijk vervolgonderzoek, hetgeen niet zal worden uitgevoerd door BMC. De te verwachten uitkomsten van een door BMC uit te voeren vervolgonderzoek liggen immers voor de hand, aangezien deze volstrekt in de lijn van de eerdere conclusies zullen liggen. De VVD-fractie doet hierbij dan ook het voorstel om het college de opdracht te geven om samen met Parkstad Limburg Theaters een onafhankelijk onderzoeksbureau hiervoor te selecteren. Daarvoor wil hij zo meteen een motie indienen, die hij aan het eind van zijn betoog zal voorlezen. Verder wenst het college circa 3 miljoen euro te gaan investeren door onroerend goed in de Theaterpassage te gaan kopen. In de nota van toelichting wordt enkel gewezen op de te verwachten voordelen van de aankoop. Er worden geen of weinig risico’s benoemd; laat staan verder onderzocht. En dan komt hij weer terug op de inleiding van zijn eerste instantie. Hoe moet men dan als raadslid een gedegen beslissing nemen vanuit een eenzijdige nota van toelichting, die alleen maar het collegestandpunt onderbouwt? Hoe moet men als raadslid zo zijn taakstellende en controlerende taak uitvoeren? Zeker wanneer men ook nog weet vanuit het zojuist behandelde agendapunt, dat er meteen na het reces informatie zal worden verstrekt over de realiseerbaarheid van de plannen van het winkelcentrum. Is de stap om die beslis sing vandaag te nemen dan niet te voorbarig en kan die beslissing dan niet beter ook uitgesteld worden tot na het reces als die cijfers ook boven water zijn? Daarom dringt zijn fractie ook aan op een gedegen onderzoek of in elk geval duidelijke antwoorden waarbij de voordelen maar zeer zeker ook de te lopen risico’s in kaart worden gebracht. Dit in eerste instantie. Hij leest tot slot de motie voor: “De raad, bijeengekomen tijdens de openbare raadsvergadering op 29 juni 2011, overwegende, dat om tot een weloverwogen keuze voor de toekomst van het theater te kunnen komen, een vervolgonderzoek op de reeds gerapporteerde uitkomsten van het onderzoek door BMC noodzakelijk is; dat dit onderzoek een onafhankelijk en objectief karakter dient te hebben; dat er tussen BMC en Parkstad Limburg Theaters verschillen van inzichten zijn over de interpretaties van cijfers; spreekt uit, dat het college de opdracht wordt gegeven om samen met Parkstad Limburg Theaters de onderzoeksdoelstellingen te formuleren en hiervoor een onafhankelijk bureau te gaan inhuren, zijnde niet BMC, aangezien dit bureau door haar participatie tot op heden niet meer als objectieve partij kan worden gezien.”. De heer Rossel wil de heer Schneider graag een verhelderende vraag stellen. Is de heer Schneider het met hem eens, dat als er een onderzoek gedaan wordt van wellicht 200.000 euro, dat altijd openbaar aanbesteed zou moeten worden en dat iedere partij daarop in kan schrijven? De heer Schneider antwoordt, dat het zijn fractie in eerste instantie ten allen tijde gaat om de objectiviteit en onafhankelijkheid van het karakter van dat onderzoek gaat. En wanneer de regelgeving daarbij ook aangeeft, dat het zou moeten, dan is er geen discussie mogelijk. Wanneer hem gevraagd zou worden naar zijn voorkeur, dan heeft dat wel zijn voorkeur. De voorzitter had opgemerkt, dat de heer Housen wilde interrumperen. Hij vraagt of de heer Housen nu gebruik wil maken van de gelegenheid om te reageren. Dat blijkt echter niet het geval te zijn. De heer Ruiters wil graag een verhelderende vraag stellen aan de heer Schneider. De heer Rossel merkte richting de heer Schneider op, dat een onderzoek van zo’n 200.000 euro altijd openbaar aanbesteed zou moeten worden. Spreker heeft nergens uit kunnen opmaken, dat dat onderzoek zo’n 200.000 euro zou gaan kosten. Daarom vindt hij die vraagstelling nogal vreemd.
Pagina 32 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
De voorzitter merkt op, dat het hem verstandig lijkt wanneer de wethouder straks even aangeeft hoe het college aan dat bedrag komt en wat daar allemaal in begrepen is. Het gaat immers niet alleen om de passage, maar ook om andere zaken, die daaraan gerelateerd zijn. Naar aanleiding van de opmerkingen c.q. de verdediging van de wethouder kan de heer Schneider dan bepalen of zijn fractie haar motie al dan niet wenst te handhaven. De heer Bok geeft om te beginnen aan, dat dit collegebesluit één voordeel heeft, namelijk dat het in zeer positieve zin is bewerkstelligd. In Kerkrade is een culturele lente ontstaan, maar niet op het marktplein voor het Raadhuis, maar op een virtueel plein. Het is geweldig, dat in zo’n korte tijd zo veel mensen een reactie geproduceerd hebben op de voorstellen, die voorlagen. De voorzitter stelde in het begin voor om te luisteren. Als spreker nu de voorstellen hoort, dan is het weer de raad, die tekort gedaan wordt. Maar de mensen, die hun stem hebben laten horen, worden nog veel meer tekort gedaan. De cultuurminnende inwoners worden helemaal niet betrokken bij de beslissing. Een collegebesluit, dat zou leiden tot het oorspronkelijke ontwerpbesluit dat bij akkoord door deze raad zou resulteren in een bibliotheek, die zo’n 12 tot 14 miljoen euro zou gaan kosten. Hij heeft zelfs al bedragen gehoord, die nog hoger waren. Voorwaar geen kleinigheid. Nu heeft het college het ontwerpbesluit in die zin veranderd, dat tevens de optie bekeken moet worden om het theater te behouden en wel door hetzelfde bureau. Dat lijkt hem onmogelijk, zoals zojuist ook reeds terecht werd aangegeven. Zijn fractie zou nog allerlei vragen kunnen stellen en ook sneren kunnen uitdelen, maar bij de behandeling van de voorjaarsnota is al gesproken over de gang van zaken. Het enige wat zijn fractie daar nog over kwijt wil, is dat de leden van zijn fractie geen figuranten willen zijn. Daarom wil zijn fractie eigenlijk terug naar de oorsprong. Daarom heeft zij een motie opgesteld. Hij leest de motie vervolgens voor: “De raad van de gemeente Kerkrade, in vergadering bijeen op 29 juni 2011; in overweging nemende, dat de opdracht van het college aan BMC om het cultureel voorzieningenniveau te voorzien van een strategische visie lof verdient in het kader van krimp, bezuinigingen en besluiten inzake multifunctionele activiteitencentra; dat het college van burgemeester en wethouders het afgelopen jaar besprekingen gevoerd heeft met BMC met als resultante voornoemde notitie en het ontwerpbesluit inzake Boek en Doek; dat het college helaas verzuimd heeft communicatief op te treden c.q. pas in een laat stadium communicatief is opgetreden met het maatschappelijk middenveld, de plaatselijke professionele cultuurinstellingen en de raad; dat in zeer korte tijd meer dan 2.500 handtekeningen van geïnteresseerde inwoners zijn verzameld tegen één onderdeel van de onderzoeksopdracht, namelijk sluiting van het theater, hetgeen van een grote betrokkenheid getuigt van zowel de Kerkraadse burger en inwoners van Parkstad Limburg; constaterende, dat het college door deze werkwijze de raad in een onmogelijke positie heeft gemanoeuvreerd, doordat deze binnen twee weken een ontwerpbesluit goed moet keuren waarin de eindconclusie van het college reeds opgenomen is; dat de toevoeging aan het besluit om ook een variant te bestuderen met instandhouding van het theater illustreert, dat de onderbouwing van het collegevoorstel wankel te noemen is; concludeert, dat de informatievoorziening naar de reeds eerder genoemde betrokkenen ver onder de maat is voor een dergelijk vergaand besluit; draagt het college op om een communicatieproces op te starten om de analyse van BMC nader te bespreken in diverse werkgroepen, bestaande uit professionals, geïnteresseerde burgers, raads- en commissieleden en het cultureel middenveld met als doel om de uitgangspunten van het nieuwe cultuurconcept vast te leggen en om dit proces vanaf september tot en met november a.s. te organiseren, zodat een en ander in januari plenair besproken kan worden en conclusies verwoord kunnen worden, waardoor de opdrachtverlening voor een onderzoek handen en voeten gegeven kan worden en gaat over tot de orde van de dag.”. Daarbij heeft zijn fractie overwogen, dat een tijdsverlies van een half jaar geen enkel probleem hoeft te zijn, aangezien deze kwestie niet de hoogste urgentie heeft. Tot slot zou hij het college en de raad in overweging willen geven om de dure ingang aan het Theaterplein vooralsnog te beperken tot een landmark en de verdere ontwikkeling op het ziekenhuisterrein willen afwachten, zodat nader inzicht ontstaat in die pleinontwikkeling. Met betrekking tot de verwerving van de Theaterpassage is het op zich goed, dat de gemeente nu het eigen initiatief neemt, maar omdat er nog allerlei zaken eerst uitgezocht moeten worden, wil zijn fractie het college adviseren om een optie te nemen, eventueel zelfs met een vergoeding. Ofschoon hij niet verwacht dat iemand anders dat ding wil kopen kan er natuurlijk altijd iemand zijn die denkt een slaatje te kunnen slaan uit plannen van de gemeente of iemand, die gewoon dwars wil liggen. Hij adviseert dus een optie en als de eindconclusies verwoord zijn, kan men vooruit. Hij neemt aan, dat de motie nog uitgedeeld wordt en hoopt, dat de raad hiermee kan instemmen. De heer Kool wil beginnen met aan te geven, dat hij geen motie heeft, maar dat hij wel emotie heeft. Vorige week heeft hij ook hier achter het spreekgestoelte gestaan en toen werd hij er niet goed van. Hij heeft daar
Pagina 33 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
iemand gezien – en dat was overigens een hele aardig man – die een onmogelijke tekening bij zich had. Het was net alsof mensen , die later naar de nieuw te realiseren bibliotheek zouden gaan een soort klimband zouden moeten opgaan om helemaal boven in dat theater een boek te pakken waarvan ze beneden misschien konden zien of het inderdaad aanwezig was en, zo ja, op welke verdieping het aanwezig was. Hij heeft ook geen gangbare paden gezien voor scootmobielen of rolstoelen en ook geen liften. Hij heeft helemaal niets gezien. Hij heeft alleen gezien, dat die meneer van BMC doende was om het theater van Kerkrade naar de filistijnen te helpen. Hij heeft dat ook reeds eerder gezegd, dat men blijkbaar enorm zijn best doet om iets naar de filistijnen te helpen zodra het om stenen gaat. Nu zit hij hier toevallig te kijken in de zienswijze 2 van het college op voorstellen werkgroepen bezuinigingen. En dat maakt hem nou al een beetje kriegel, want de structurele bijdrage aan het theater bedraagt thans 6.500 euro en er komt weer een podium bij. Er zijn al heel wat podia in Kerkrade, maar die man doet er gewoon nog eentje bij. Dan resteert er een bedrag van 600.000 euro voor de programmering. Dat stond al zwart op wit en dat kan men natuurlijk niet meer uitgummen, dus moet men er iets mee. En dat al die mensen daar hun stem over uitgebracht hebben op Facebook en via een petitie en dergelijke dat doet alleen maar deugd. Want hij heeft eens een rondje gemaakt. Hij neemt de bibliotheek van Almere als voorbeeld; de nieuwe bibliotheek.nl. Dat is een heel mooi gebouw met een prachtige architectuur op een stadsplein in Almere. Almere is echter een stad van 292.000 inwoners. En de bilbiotheek daar kent 60.000 leden. En van die 60.000 leden zijn er maar heel weinig, die wel eens naar d efilm gaan. Want ze hebben daar een filmzaal in verweven nadat een ander filmhuis een hele grote flop bleek te zijn. Die filmzaal heeft maar liefst 115 stoelen, die ongeveer voor 60% bezet zijn. Bureau BMC wilde het theater van Kerkrade van 650 stoelen terugbrengen naar 225 stoelen. Dat kan niet, want als men een klankwand in het theater weghaalt, hoeft men daar niet te gaan zingen, want dan haalt niemand meer zijn tonen. Hij kan daar alleen maar uit concluderen, dat men het theater gewoon met rust moet laten. Dat zei men overigens ook in Almere. Daar kreeg hij het advies om zuinig te zijn op het theater in Kerkrade, omdat er geen theaters meer bij komen in Nederland. Hij heeft ook gevraagd hoe men in Almere de bibliotheek exploiteert. Dat is 100% zelfstandig. De mensen bepalen zelf wat ze lezen en waar ze het halen. Ze kunnen ook veel downloaden bijvoorbeeld. Het leuke is – en dat heeft de burgemeester net zelf aangegeven – dat de gemeente Kerkrade voor veel geld ruimte gaat kopen voor het winkelcentrum. De bibliotheek kent in dat mooie voorbeeld van die meneer één hele grote open ruimte en een klein knus zaaltje. Een nog knusser zaaltje is overigens van de bibliotheek in Wassenaar. Die kent maar 69 stoelen, wel hele mooie, maar het zijn er maar 69. En die zijn ook nooit allemaal bezet. Want het filmaanbod wat men daar krijgt, is hetzelfde wat men krijgt in onder andere De Spiegel. De betere film noemt men dat. En de heer Salden van De Spiegel heeft zelfs in september al een gesprek met de wethouder van Kerkrade omtrent de invulling; wellicht omtrent de exploitatie. Als men nu nagaat, dat deze Roy Salden, die al jaren bezig is met het profileren van de betere film, ruim gebruik maakt van de zaal van het GaiaPark waar men ook de films kan bekijken voor een klein prijsje van zo’n 6 of 7 euro, dan vraagt hij zich af waarom de gemeente Kerkrade een half theater zou moeten inleveren voor stoelen, die toch niet bezet zijn. Als de gemeente Kerkrade daar een klein, knus theatertje maakt – en bouwkundig gezien is die mogelijkheid er gewoon – dan zou men de winkels de winkels kunnen laten. Want daar is de moderne bibliotheek van Almere op gestoeld. Elk onderwerp zit in een winkel. Die winkel kent een kleur. En die kleur bepaalt de stemming van degene, die daar een boek aan het uitzoeken is. Bijvoorbeeld groen voor avontuurlijk, rood voor liefdesromans enzovoorts. Iets in die geest. Er moet iets gecreëerd worden. En nou mag dat winkelcentrum zoals het nu is wel spuuglelijk zijn, maar als daar kleur in komt, kan dat heel anders worden. Als dat gestoffeerd wordt, kan dat ook heel anders worden. En dan kan dat een goede aanvulling zijn op het Kerkraads theater. En dat is wat de heer Schoonderwoerd ook zei. Kerkrade heeft een middenzaal. In heel Zuid -Limburg is geen andere middenzaal. Er zijn zoveel verenigingen en ensembles, opkomende artiesten – en natuurlijk ook afgaande artiesten – die het fijn vinden, dat er dan net die hoeveelheid publiek in kan. 650 stoelen is een mooi aantal. Als men dat gaat halveren, dan is een tientje geen tientje meer. Dan moet een tientje twintig worden. Want die vent die op die planken staat, wil net zo veel geld hebben als altijd. En dan verwordt het theater weer tot een heel elitair gebeuren. Als men dat vol blijft houden, krijgt men straks weer ‘dat tuig van de richel’. Want het tuig van de richel zat in vroegere dagen helemaal achter in het theater, achter de laats te rij van het derde balkon. Als er heel veel mensen waren, die wel betaald hadden maar hun stoel niet in hadden genomen, of als er minder kaarten waren verkocht dan verwacht, dan kroop het tuig naar voren. Die gingen zich dan mengen tussen de mensen, die er al zaten. Naar zo’n situatie moet men niet toe willen. Hier hanteert men faire prijzen en er is een mooi aanbod. Straks komt Hans Liberg, die spreker misschien zelfs laat meespelen op zijn piano. Bovendien biedt dat kleine
Pagina 34 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
theater ook de mogelijkheid om er seminars te houden. Er kan film gedraaid worden en er kunnen seminars gehouden worden en wellicht biedt het ook de mogelijkheid voor media-educatie. De structurele bijdrage van een podiumplek of een filmstoel is niet zo veel als voor een theaterstoel. Maar hij is eerlijk gezegd ook van mening, dat een theater een hele aparte sfeer ademt. En die sfeer kan men proeven. Het ligt er niet altijd aan wie daar op de planken staat. Maar als er één op de planken staat, moet die weten, dat hij of zij hier in Kerkrade van harte welkom is in dat middentheater en dat al die mensen die hier komen optreden, gekoesterd worden. En een bioscoop is een bioscoop. Kerkrade krijgt zo’n grote bioscoop, dat wil men niet weten. Dat moet ook nog gerealiseerd worden. De voorzitter begrijpt, dat de heer Kool een fel voorstander is van behoud van het theater. Dat heeft deze zojuist op kleurrijke wijze beschreven. Maar nu even naar het voorstel. Hij vraagt of de heer Kool akkoord kan gaan met het voorstel zoals het er nu ligt. De heer Kool antwoordt, dat hij daarmee akkoord kan gaan als dat niet gebruikt wordt voor het andere. De heer Rossel heeft goed en slecht nieuws. Het slechte nieuws is, dat hij twee moties wenst in te dienen. Het goede nieuws is, dat de moties maar heel kort van stof zijn. De afgelopen weken was er binnen de politieke arena nogal wat te doen omtrent de toekomst van het mooie en inmiddels zeer succesvolle theater van Kerkrade. Veel emoties kwamen hierbij los. Er werd gesproken over een achterlijk voorstel en er werd zelfs gesteld, dat er maar één woord voor was, dat men liever niet wilde uitspreken. Burgers reageren opnieuw zeer cynisch en verbolgen over deze voorstellen. ‘Ze numme ós alwerm jet aaf’, ‘Sjtrak hant vier jar nuus mieë’. Een initiatief voor een petitie voor het behoud van het theater Kerkrade heeft ruim 2.500 handtekeningen opgeleverd van binnen en buiten Kerkrade. En zelfs de directeur van het theater roerde zich in de discussie en nam duidelijk stelling tegen de te varen koers. In de raadscommissie tekende zich dankzij de Partij van de Arbeid een meerderheid af, die niet zomaar akkoord zou gaan met het toen voorliggende voorstel. Onder deze politieke druk is dat voorstel dan ook weer vloeibaar geworden en boetseerde het college iets, dat neigt naar een compromis. Wat de raad ook vanavond besluit; de discussie over de toekomst van het theater van Kerkrade is nog niet op zijn climax en zal later dan ook opnieuw worden gevoerd. Deze discussie wil hij dan ook niet nu gaan voeren. Hij zal zich uitsluitend richten op het gewijzigde voorstel van het college. De herontwikkeling van de Theaterpassage en het realiseren van het Theaterplein zijn onderdeel van het tienpuntenplan waar de raad in 2010 mee heeft ingestemd. Het college laat het tienpuntenplan niet goed tot zijn recht komen in de overwegingen van het ontwerpbesluit zelf. Wel wordt de herontwikkeling van de Theaterpassage terecht vermeld, maar ontbreekt de realisatie van het Theaterplein. Dit is nog te overzien. Wat niet is te overzien, is het risico in het nu reeds aankopen van panden voor in totaal ruim 3 miljoen euro en niet weten wat de plannen concreet gaan inhouden en of men de panden voor ook weer minimaal hetzelfde geld kan doorverkopen. Het pand aan de Markt 3 zal weinig waarde houden, daar dit – voor zover hij kan inschatten – straks tegen de vlakte moet om aan de rechterzijde van het raadhuis een doorsteek te creëren tussen de Markt en het te realiseren Theaterplein. Maar mocht dat niet het geval zijn, dan hoort hij dat graag. Een Theaterplein, dat misschien in de toekomst zijn naam geen recht meer aan doet, omdat er mogelijk slechts een sterk uitgekleed en ingekrompen cultuurpodiumpje resteert. GroenLinks heeft dan ook gevraagd of het niet mogelijk is de Wet voorkeursrecht gemeenten te vestigen op deze panden totdat de raad een definitief besluit heeft genomen over de herontwikkeling van de Theaterpassage, de toekomst van het theater Kerkrade en de definitieve herhuisvesting van de bibliotheek. Helaas blijkt uit antwoorden van het college van gisteren, die hij helaas pas vandaag heeft mogen ontvangen, dat dit niet haalbaar is. GroenLinks zou tevens graag van het college willen vernemen hoe de huidige huurders van de diverse aan te kopen panden voor het centrum van Kerkrade worden behouden. Want waar moet bijvoorbeeld C&A straks naar toe als het huidige huurpand tegen de vlakte moet. Of waar moeten de winkels in de huidige Theaterpassage naar toe als de huidige Theaterpassage wordt herontwikkeld? Dat zijn slechts enkele voorbeelden. Wie betaalt de tijdelijke herhuisvesting indien noodzakelijk? En welke huisvesting is nu voorhanden voor deze winkels? Hier is totaal niets over terug te vinden. En dan het onderzoek. Het onderzoek wordt aangevuld met een tweede variant. GroenLinks mist in deze tweede variant het zeer duidelijke streven om de huidige theaterfunctie qua omvang en faciliteiten voor Kerkrade te behouden. Kan het college hierop reageren? Is dit wel de bedoeling? Hij zal in elk geval nu een motie indienen om dit streven wel te onderstrepen. Hij leest vervolgens de betreffende motie voor: “De raad van de gemeente Kerkrade, overwegende, dat het Boek en Doek concept juist behelst, dat de huidige theaterfunctie qua omvang – middenzaal met 633 stoelen – en faciliteiten verloren gaat voor Kerkrade; dat het behoud van de huidige theaterfunctie qua omvang en faciliteiten dan ook als uitgangspunt voor de tweede
Pagina 35 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
variant behoort te dienen; verzoekt het college van burgemeester en wethouders in de tweede onderzoeksvariant juist uit te gaan van het streven om de huidige theaterfunctie qua omvang en faciliteiten voor het centrum van Kerkrade te behouden en gaat over tot de orde van de dag.” Ook is het frappant dat het onderzoek naar twee varianten mogelijk even duur blijft. Hij wil dadelijk nog wat meer specificatie hebben vanuit het college over wat het onderzoek nou daadwerkelijk gaat kosten en hoe die tweede variant wordt geïncorporeerd in de kostenpost, die in totaliteit hetzelfde blijft. Hij vraagt zich af hoe het college dat kan verklaren. Is het college tevens voornemens om alle betrokkenen in het onderzoek van begin tot eind actief te betrekken? Hij denkt daarbij aan de exploitant Parkstad Limburg Theaters, vaste gebruikers zoals het WMC, het Orlandofestival en het Kerkraads Symphonie Orkest, maar ook de gemeenteraad zelf. Dit is immers een cruciale voorwaarde om het onderzoek tot een gedragen onderzoek te maken. En ook hier zal hij nu reeds een motie voor indienen. Hij leest vervolgens de tweede motie voor: “De raad van de gemeente Kerkrade, overwegende, dat alleen actieve betrokkenheid van diverse belanghebbenden, zoals exploitanten, gebruikers en beleidsmakers, bij de uitvoer van het onderzoek zorgt voor een gedragen onderzoek; dat in het reeds uitgevoerde onderzoek van BMC deze betrokkenheid verre van volledig was; verzoekt het college van burgemeester en wethouders bij het uit te voeren onderzoek diverse belanghebbenden, zoals Parkstad Limburg Theaters, WMC, Orlandofestival, Kerkraads Symphonie Orkest en de gemeenteraad, actief te betrekken en gaat over tot de orde van de dag.’. Tot slot het vrijmaken van gelden voor communicatieactiviteiten. In het GroenLinkse fractieberaad werd hierover nogal hard geoordeeld. De consensus was, dat men niet snapte hoezo dit voorstel in dit ontwerpbesluit werd meegenomen. Het gaat immers niet sec over de toekomst van het theater of het tienpuntenplan. Tevens ontbreekt iedere inhoudelijke visie hieromtrent. Op 8 februari 2011 zou er een communicatieplan centrumontwikkelingen zijn vastgesteld door de interne stuurgroep, maar de raad kent volgens hem de inhoud niet. Concluderend kan hij stellen, dat GroenLinks nog helemaal niet de discussie over het behoud van het theater Kerkrade in volle omvang nu wil voeren. Echter, het voorliggende ontwerpbesluit roept nog te veel vragen en bedenkingen op om mee akkoord te kunnen gaan. De reactie van het college in eerste termijn zal dan ook de nodige antwoorden en gewenste reacties moeten opleveren om steun van GroenLinks te krijgen hiervoor. De heer Ruiters geeft aan, dat hij nadat iedereen aan het woord is geweest wel behoefte heeft aan een schorsing teneinde de moties nog eens goed te kunnen lezen. Hij heeft de inhoud van de diverse moties namelijk niet meer op zijn netvlies. Dan heeft de raad tenminste even tijd om de onderscheidene moties op hun merites te beoordelen. Het theater rond het theater. Als er in de afgelopen weken iets duidelijk is geworden, dan is het wel – en de voorzitter noemde dat al in zijn inleiding – de betrokkenheid van veel Kerkradenaren en velen daarbuiten, bij het Kerkraadse theater. Waar deze raad in de commissievergadering debatteerde over de mogelijkheden, die er zouden zijn om juist een stadspodium voor Kerkrade te behouden, ontstond al snel een beeld alsof de coalitie het theater wilde sluiten. Een beeld, dat gevoed werd door de oppositie. De CDA-fractie wilde openheid van zaken geven. BMC gaf een presentatie over Boek en Doek. Dat in combinatie met het bedrag van 700.000 euro, die de Kerkraadse belastingbetaler elk jaar structureel voor het Wijngrachttheater betaalt, de investeringen, die op de gemeente Kerkrade afkomen en de jaarlijkse bijdrage aan de bibliotheek en de centrumplanontwikkeling. Als men de emotie aan de kant zet en puur naar de ratio kijkt, dan is dit een denkrichting die de moeite waard is om verder te onderzoeken. Niet meer en niet minder; een denkrichting. En de fractie van het CDA wilde graag een voorbereidingskrediet voteren om de verdere uitwerking van de centrumplanontwikkeling met daarin Boek en Doek te onderzoeken. Het debat in de commissievergadering, de toelichting van de directie van de Parkstad Limburg Theaters in de vergadering, de vele geluiden vanuit de bevolking, de discussies op Facebook waar hij graag aan heeft meegedaan en het persoonlijk onderhoud dat hij heeft gehad met de directeur van het theater hebben ervoor gezorgd, dat de fractie van het CDA graag een nader onderzoek wil. Onderzoek om te bezien wat de consequentie is als het theater in de huidige vorm behouden blijft met de bibliotheek ernaast. Tijdens de commissievergadering benadrukte hij in zijn tweede termijn ook, dat hij verheugd was met de toezegging van de wethouder om nader onderzoek te verrichten in de kosten. Het college heeft de wens van het theater en onder andere de fractie van het CDA en ee n grote meerderheid van deze raad meegenomen in het voorliggende voorstel. Ondanks dat het voor zich spreekt, benadrukt zijn fractie, dat het van belang is om deze gegevens te hebben, zodat de uiteindelijke varianten goed vergeleken en beoordeeld kunnen worden – de heer Rossel stelde dat net ook al – om dan de discussie te voeren. Meer dan eens is in de afgelopen weken het belang van een goede communicatie gebleken. Waar het doel was een denkrichting te verkennen, ontstond een beeld alsof het theater gesloten werd. De fractie
Pagina 36 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
van het CDA kan dan ook instemmen met het voteren van 80.000 euro voor het communicatietraject omtrent de gehele centrumplanontwikkeling, waar de Theaterpassage en het Theaterplein conform het tienpuntenplan deel van uitmaken. En in dat kader juicht zijn fractie ook de aankoop van de resterende panden in de passage alsmede de fonotheek van harte toe, zodat de gemeente niet meer datgene kan gebeuren wat haar met het V&D-pand is gebeurd. Dat zijn ruimten, die ongeacht de uitkomst van de onderzoeken nodig zijn om de centrumplanontwikkeling met betrekking tot het plein en de passage verder gestalte te geven. De oppositie verwijt de coalitie, dat zij niet open staat voor argumenten en dat zij vooringenomen standpunten hanteert. Hij denkt, dat hij vooral dankzij de coalitie mag concluderen, dat het met de basisprincipes van de demo cratie in dit huis wel goed zit. Een democratisch lichaam als de commissie is gebruikt om een afgewogen standpunt te ontwikkelen. Op grond van de discussie, inspraak en rapporten is men tijdens het overleg in de commissie tot de conclusie gekomen, dat aanvullende informatie met name waar het de financiële kant betreft noodzakelijk is voor de toekomstige besluitvorming. Dat een goed democratisch overleg leidt tot een voor alle partijen acceptabele oplossing wil hij niet beweren. Maar een zo groot mogelijke consensus wordt nagestreefd en bereikt op deze manier. Goed democratisch overleg is echter alleen mogelijk op basis van respect. Het politieke debat mag scherp gevoerd worden, maar respect voor collega raads-, college en commissieleden dient voorop te staan. En hij komt er toch op terug. Dat respect ontbrak met name bij de oppositiepartijen tijdens het debat in de commissievergadering rondom het theater. Er was een sfeer – en de heer Rossel noemde dat net ook al met bewoordingen die in de commissievergadering werden gebezigd – en met name bij de VVD en de Fractie Kool, waarbij geen ruimte meer was voor respect naar elkaar toe; geen oog meer voor het belang van Kerkrade en zijn inwoners, maar enkel en alleen verwijt en emotie. De woordkeuze en de insinuaties, die daarbij gehanteerd werden, zijn niet de vorm, waarin het CDA zijn politieke motieven en doelen wenst te verwezenlijken. Zijn fractie probeert in weerwil van de politieke tegenstellingen steeds het respect voor de collega te bewaren en het gezamenlijke doel iets voor Kerkrade en zijn burgers te betekenen voor ogen te hebben. Politiek populisme hoort daar voor wat zijn fractie betreft niet bij. In deze kwestie neemt het CDA de positie in, die met politiek scoren en kretologie puur als windowdressing niets van doen heeft. Zijn fractie wil het beste voor Kerkrade en gaat dat ook bewerkstelligen. Zijn fractie hoeft in tegenstelling tot de oppositie geen grote woorden als arrogantie in de mond te nemen en geen verwijten te maken om een snel succesje te boeken en iets te insinueren, dat er niet is en dat vooral ook niet te controleren is. Zijn fractie houdt zich bij de feiten en hoopt op basis van argumenten voor Kerkrade en zijn burgers het beste resultaat te bereiken. Daarbij gaat zijn fractie er van uit, dat ook de oppositie het respect, dat zijn fractie steeds voor ogen staat, in de politieke discussie weet op te brengen. Zijn fractie zal er ook steeds iets van zeggen wanneer dat niet het geval is. Het CDA luistert naar de inspreker en naar de argumenten van de oppositie en weegt dat af tegen het rapport, dat op tafel ligt. Nog tijdens de commissievergadering kan op deze wijze het besluit onderstreept worden, dat het financiële vergelijk tussen de standpunten een verder hulpmiddel in de besluitvorming kan zijn. Wat tekenend is in een discussie, is dat de oppositie precies dat doet wat zij de coalitie verwijt, zoals roepen dat het theater in zijn huidige hoedanigheid moe t blijven, terwijl daar geen financiële onderbouwing aan ten grondslag ligt en de coalitie van CDA, PvdA en Burgerbelangen arrogantie en achterkamertjespolitiek verwijten en het zelf toepassen. De burger in Kerkrade is echt niet zo, dat deze dit goedkope s pel van snel scoren niet in de gaten heeft. Tot slot hoopt hij na dit debat, dat alle partijen in deze raad de beste bedoelingen met deze stad en haar inwoners hebben en niet alleen uit zijn op onderbuikgevoelens en snel politiek succes, zoals hij dat bij velen in de afgelopen weken heeft mogen ervaren. Het CDA is verheugd met het nieuwe raadsbesluit, dat behelst dat de gemeente op zoek gaat naar een nieuw onderzoek, zoals verwoord, en zijn fractie ondersteunt dat raadsbesluit dan ook volledig. De heer Kool wil de heer Ruiters graag een verhelderende vraag stellen. Kan de heer Ruiters aangeven waar het theater is als men 650.000 euro subsidieert, 600.000 euro overhoudt en er bovendien sprake is van een stadspodium. De heer Ruiters antwoordt, dat dat nou juist deel uitmaakt van de onderzoeksopdracht. De heer Kool wijst de heer Ruiters op het feit, dat datgene wat hij zojuist aangaf al zwart op wit staat. Dat is al onderzocht. De heer Ruiters adviseert de heer Kool om het ontwerpbesluit dat nu voorligt eens goed te bekijken. De heer Kool antwoordt, dat de heer Ruiters het dan over het ontwerpbesluit heeft, dat vandaag aan de orde is. De heer Ruiters merkt op, dat dat ook het ontwerpbesluit is, dat vandaag aan de orde is.
Pagina 37 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
De voorzitter wijst erop, dat de heer Kool een vraag heeft gesteld aan de heer Ruiters en dat hij de heer Ruiters dan ook moet laten antwoorden. De heer Ruiters vervolgt, dat zijn fractie het vandaag te nemen ontwerpbesluit van harte ondersteunt. Dankzij de nieuwe inzichten, dankzij de burgers, dankzij de insprekers en dankzij de commissie is zijn fractie tot het inzicht gekomen, dat zij heel graag het besluit zoals het nu voorligt steunt. De heer Kool merkt op, dat dit dus ook dankzij de oppositie is. De heer Ruiters geeft aan, dat zijn fractie dankzij de commissievergadering, waarin daarover gediscussieerd is, tot dat inzicht is gekomen. De heer Rossel heeft ook een aanvullende vraag voor de heer Ruiters. De heer Ruiters memoreert net dat het CDA in de commissievergadering al tijdens de beraads lagingen een gedegen standpunt heeft ingenomen, maar dat hij ook verheugd is met het huidige voorstel. Spreker wil heel graag van de heer Ruiters weten met welk voorstel deze gelukkiger is. Is deze gelukkiger met het ontwerpbesluit van twee weken geleden o f met het ontwerpbesluit van vanavond? De heer Ruiters wil best zijn hele verhaal nog een keer voorlezen of het de heer Rossel overhandigen. Hij heeft al gezegd, dat er twee weken geleden in de commissievergadering een ontwerpbesluit voorlag. Daarover is gediscussieerd en daar hebben mensen over ingesproken. Hij heeft overigens zelf – en volgens hem als één van de weinige raadsleden of zelfs het enige raadslid en dat betreurt hij zeer – met de heer Schoonderwoerd gesproken over diens visie op de onderhavige kwestie. Dat moet volgens hem ook meegewogen worden. Hij heeft over het voorstel ook gediscussieerd op Facebook. Hij heeft zich zelfs nog kwets baar opgesteld. Hij heeft van de indiener van de petitie begrepen, dat hij het enige raadslid was, dat op Facebook enorm gediscussieerd heeft over het voorstel. Al die verkregen informatie – en dat is volgens hem ook de taak van een bestuurder; zo veel mogelijk informatie verzamelen – uit debatten etcetera heeft geleid tot een gedegen afweging en uiteindelijk tot een fractiestandpunt. En dat fractiestandpunt was uiteindelijk, dat het zeer zinnig zou zijn om een tweede onderzoek te doen naar met name het behoud van het huidige theater naast de bibliotheek. En dat is verwoord in het voorliggende ontwerpbesluit. De heer Gehlen wil graag een opmerking maken in de richting van de heer Ruiters. De heer Ruiters heeft bij het vorige agendapunt de heer Bok verweten, dat deze voor andere raadsleden zou praten. Spreker wil de heer Ruiters verzoeken om dat dan zelf ook niet te doen. De heer Ruiters stelde namelijk, dat hij waarschijn lijk de enige was, die met de heer Schoonderwoerd gesproken had. Dat kan de heer Ruiters niet beoordelen. De heer Ruiters merkt op, dat de heer Schoonderwoerd hem zelf heeft verteld, dat hij het enige raadslid was wat met hem gesproken heeft. De heer Bok merkt op, dat de bewering van de heer Ruiters niet kan kloppen, omdat hij zelf ook een gesprek met de heer Schoonderwoerd heeft gevoerd. De heer Roland sluit zich daarbij aan. Ook hij heeft een gesprek met de heer Schoonderwoerd gehad. De heer Ruiters wil deze discussie nu niet voeren. Wellicht klopt zijn bewering dus niet. Maar op het moment dat hij met de heer Schoonderwoerd gesproken heeft, gaf deze aan dat hij het enige raadslid was, die een gesprek had gevoerd met de heer Schoonderwoerd. De voorzitter wenst een eind te maken aan deze discussie. De directeur zal het wel druk gehad hebben. De heer Roland wil toch nog even reageren op de bijdrage van de heer Ruiters. Hij vindt het natuurlijk goed, dat de heer Ruiters c.q. het CDA het genomen besluit in de commissievergadering heroverweegt, maar hij vindt toch dat het vreemd gegaan is. In de commissievergadering is gedebatteerd, zoals de heer Ruiters terecht heeft aangegeven, maar na dat debat heeft de fractie van het CDA ingestemd met het toen voorliggende ontwerpbesluit. Daarna is het CDA dus blijkbaar pas tot bezinning gekomen. Dat vindt hij toch vreemd. De heer Ruiters merkt op, dat de heer Roland net zo lang of slechts iets korter in de politiek zit dan spreker zelf. Deze zou dan ook moeten weten, dat juist het doel van een commissievergadering is om te debatteren en te luisteren naar sprekers. Anders hoeft er ook geen commissievergadering plaats te vinden. Dan kan het debat ook meteen in de ra adsvergadering gevoerd worden. Het is juist de bedoeling, dat dit in de commissievergadering plaatsvindt. Er zijn mogelijkheden tot inspraak en mogelijkheden om daarna nog in contact te treden met burgers. Er zijn ook mogelijkheden om met de eigen fractie te spreken. En dan komt men uiteindelijk tot een afweging in de raad. En hier in de raad wordt het besluit genomen en niet in de commissievergadering. De heer Schlangen is niet hier om verwijten te maken. Hij wil zich beperken tot hetgeen waarvoor deze raad hier is, namelijk het bespreken van het voorliggende ontwerpbesluit. Met de wijziging, die door het college is aangebracht in het concept van het ontwerpbesluit inzake de herontwikkeling van de Theaterpassage komt
Pagina 38 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
het college enerzijds tegemoet aan de vragen, die in de gezamenlijke commissievergadering van 15 juni jl. gesteld zijn, en anderzijds aan het verwoorde door de insprekers en aan de inhoud van de briefwisseling met de heer Schoonderwoerd. Spreker heeft zojuist op de gang met hem gesproken en hem de hand geschud. Zijn fractie is uitermate tevreden met het voorliggende ontwerpbesluit, waardoor bekeken kan worden welke mogelijkheden er zijn tot behoud van de huidige capaciteit van het theater. Dat kan men voortschrijdend inzicht noemen. Hij weet het niet. Zijn fractie zal de uitwerking van het concept met daarin de financiële onderbouwing van de twee aangedragen varianten naarstig tegemoet zien om daarna de discussie te kunnen oppakken over de vraag welke van de twee de beste is. Ten aanzien van de gelden, die vrijgemaakt dienen te worden voor de verwerving van de Theaterpassage en het pand Markt 3 (de voormalige fonotheek), is zijn fractie van mening, dat dit noodzakelijk is om als gemeente Kerkrade de regiefunctie in handen te krijgen om de herontwikkeling van de Theaterpassage en verder denkend ook de overige ontwikkelingen in het centrum gestalte te kunnen geven. Zijn fractie noemt dit het domino-effect. Zijn fractie kan dan ook zeker instemmen met het gevraagde voorbereidingskrediet van 200.000 euro, het beschikbaar stellen van een bedrag van 80.000 euro ten behoeve van communicatieactiviteiten en het voorstel om deze bedragen ten laste te laten komen van het reserve structuurfonds respectievelijk op de onderdelen bibliotheken en centrumontwikkeling. Het moge duidelijk zijn, dat zijn fractie het ontwerpbesluit, dat vandaag aan de orde is, volledig ondersteunt. De heer Hanssen merkt op, dat hij zich heeft afgevraagd of vandaag de inkrimping van het theater aan de orde is of het voorstel om twee onderzoeken te laten verrichten. Maar dat terzijde. Iedereen is aan het woord geweest en hij wil aansluitend daarop graag zijn persoonlijke mening kenbaar maken. Kerkrade, wereldmuziekstad, wereldcultuurstad, 2.600 protesten, KSO, WMC, Orlandofestival, harmonieën, fanfares en toneelgroepen. In zijn tijd als wethouder cultuur en gebouwen heeft er een investering plaatsgevonden van ruim 3 miljoen euro. Daarom heeft hij zijn fractie ook laten weten, dat ze niet van hem kunnen verwachten, dat hij vóór de inkrimping van het theater zal stemmen. Hij zal zich daar absoluut tegen verzetten; ook met de bedoeling om het college te laten beseffen, dat ze die fout niet moeten maken. Afgebroken is afgebroken. Hij zal proberen om er alles aan te doen om een meerderheid tot stand te brengen voor het behoud van het volledige theater met 625 stoelen. Daarna kan men altijd nog bespreken op welke punten er eventueel bezuinigd kan worden. De voorzitter deelt voor alle helderheid mede, dat het voorstel van het college vrij duide lijk is, namelijk aankoop van de passage, het beschikbaar stellen van 300.000 euro voor de aankoop van het pand Markt 3, het beschikbaar stellen van 200.000 euro voor het onderzoek naar de twee varianten en het beschikbaar stellen van dat bedrag van 80.000 euro voor het communicatietraject. Dus de vraag en het antwoord zal een volgende keer aan de orde komen als de inhoudelijke aspecten worden betracht en besproken naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoek. De heer Thomas (weth.) geeft aan, dat tw ee weken geleden een gezamenlijke commissievergadering over dit onderwerp heeft plaatsgevonden, waarbij de samenstelling van het forum min of meer gelijk was. Hij wil de raad dan ook graag even mee terugnemen. Hij heeft er behoefte aan om even toe te lichten hoe het voorstel dat toen voorlag tot stand is gekomen en waarom het college op dat moment met dat voorstel kwam. Het college en ook de stuurgroep centrumplan was en is in deze bestuursperiode bezig om te bekijken hoe vaart kan worden gezet achter de centrumontwikkelingen. Daarom heeft het college ook het tienpuntenplan ontwikkeld en aan de raad voorgelegd. Dat is ook verder ter hand genomen. In dat tienpuntenplan staat ook, dat het theaterplein en de Theaterpassage één van de belangrijke punten is. Bij de start van deze bestuurs periode heeft de raad ook in het collegeprogramma kunnen lezen, dat het college zich wil bezinnen op de positie van Kerkrade, op de voorzieningen in de stad en op een manier om met die voorzieningen om te gaan en een manier om die voorzieningen in stand te houden. Het college heeft dat toen onder andere betiteld als de heroriëntatie op de podia. In dezelfde periode – en daar is bij het vorige agendapunt uitvoerig over gediscus sieerd – kwam ook de financiële situatie van de gemeente Kerkrade aan de orde. Wat voor zwaar weer komt eventueel op Kerkrade af in de toekomst; mede aangegeven door nationaal beleid. Hoe moeten de bezuinigingen worden gerealiseerd? Voor dat laatste is een traject uitgezet door zijn collega van financiën. Hoe dat verder opgepakt wordt en hoe de bezuinigingen aan de orde komen, is ook besproken met de raad. En zijn collega Jongen was bezig met een traject over de herpositionering van de bibliotheek. Dat heeft ook een naam, namelijk iets in de geest van de bibliotheek van de 21 e eeuw of de bibliotheek van de toekomst. De vraag is hoe men daar als één van de voorzieningen van Kerkrade mee omgaat. Al deze ontwikkelingen – en hij heeft er behoefte aan om dat toch even in die context te schetsen – spelen in een gelijktijdige periode. En dan mag men van een gemeentebestuur verwachten, dat men daar integraal naar kijkt en dat men dat niet in
Pagina 39 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
hokjes opdeelt en vervolgens ieder dossiertje apart over de bühne probeert te brengen, maar dat men dat integraal oppakt en ook oog heeft voor de dwarsverbanden. In die context heeft het college ook met extern advies de interne discussie gestart om te kijken hoe in de toekomst dient te worden omgegaan met bijvoorbeeld een voorziening als de culturele podia. Het college heeft zich terdege gerealiseerd, dat een discussie of een herbezinning over dit soort zaken altijd emotie oproept. Dat is twee weken geleden gebleken na de commissievergadering en dat blijkt vandaag ook bij sommigen. Alhoewel hij zich in ieder geval beter kan vinden in de toon die vanavond is gezet dan in die van twee weken geleden. Want toen kreeg naar zijn mening vaak de emotie wat de overhand en dan is het wel eens moeilijk om zicht te blijven houden op waar het precies over gaat. Het college heeft zich terdege ge realiseerd, dat het voorleggen van onomkeerbare voorstellen zou leiden tot grote discussies. Het college heeft ook al wat ervaring opgedaan als gemeentebestuur in het kader van herstructurering. Als krimpgemeente in een krimpregio trekt deze gemeente al meer dan 10 jaar samen op en vormt zij een voorbeeld voor diverse andere gemeenten en regio’s in den lande. Dat betekent, dat de gemeente Kerkrade nogal wat ervaring heeft met het fenomeen herstructurering. En dat gaat ook vaak gepaard met problemen, met emo tie en met discussie. Het college heeft voor wat dat betreft ervaringen opgedaan op het gebied van onderwijs, sport en wat al niet meer. Hij hoeft ze hier niet allemaal te noemen. Het college is ook bezig met het herstructureren van de volkshuisvesting. Nadat het college een eerste inzicht had in de beschikbare voorzieningen heeft het college aangegeven, dat het college de cultuurcomponent – en hij heeft zich daar als wethouder cultuur ook altijd sterk voor gemaakt – heel belangrijk vindt voor het centrum van een stad als Kerkrade. Het college is er dan ook absoluut niet op uit om die cultuurcomponent af te breken. Dat neemt echter niet weg, dat bekeken moet worden of het anders gerealiseerd kan worden, zodat voorzieningen ook in de toekomst behouden kunnen worden. Toen heeft het college geconstateerd, dat het cluster cultuur van wezenlijk belang is voor een vitaal centrum van een stad van de omvang van Kerkrade. De gemeente Kerkrade is bezig met een centrumplan en voor het college is het geen enkel discussie punt, dat cultuur een plek moet hebben in het centrum. Ook stedenbouwkundig wil het college – en dat is ook al herhaaldelijk verwoord – het theater en ook de bibliotheek, die het college graag naar het centrum wil verplaatsen, een smoel geven naar buiten toe. Het college wil graag openbare ruimte daarvoor herinrichten om ook fysiek een kwaliteitsimpuls te geven. Het college wil in dat kader ook graag een zichtlijn met de rest van het centrum, waardoor er een interactie ontstaat tussen het theaterplein en de Markt, waar het zwaartepunt van de horeca ligt. Het college wil dat mensen beleven, dat de cultuur dicht bij het centrum van de stad ligt. Dat wil het college graag overeind houden. Dat heeft het college ook zo ingebracht bij de ontwikkelaar, die samen met de gemeente het centrum vorm gaat geven. Na vele interne discussies met ambtenaren en met het bureau BMC in de afgelopen maanden over hoe nu verder met dit soort voorzieningen kwam men uiteindelijk tot een concept, dat door BMC het ‘Boek en Doek concept’ werd genoemd. Het college was gecharmeerd van zowel de naam als het concept hoewel het iets heel anders was dan het college in eerste instantie voor ogen had. Het is ook niet iets wat men zomaar uit zijn mouw schudt. Het is een resultante van een breed denkproces. De burgemeester heeft toen als voorzitter van de stuurgroep centrumontwikkelingen in de commissievergadering van april een voorschot genomen op de verdere ontwikkelingen door al terloops het Boek en Doek concept te noemen zonder dat de raad wist hoe dat verder vormgegeven moest worden. Het college vond die denkrichtingen op zijn minst interessant om aan de raad voor te leggen om te kunnen peilen of het verstandig is om überhaupt in die richting door te gaan. Het college vond het ook heel verstandig om die denkrichting van het Boek en Doek concept niet in een bepaalde commissie te bespreken, maar om dat te doen in een gezamenlijke commissievergadering, zodat alle raadsleden daarbij aanwezig konden zijn, teneinde het gevoelen van de raad zo breed mogelijk te kunnen peilen. Het was nog maar een concept; een idee. Er moet nog een heleboel worden uitgezocht. Daarom was peilen belangrijk om te kunnen bepalen of het zinvol is om het verder te laten onderzoeken. Daarvoor was deze stap deze maand nodig. Het college heeft daarvoor de gebruikelijke procedure gekozen, namelijk presentatie in een raadsbrede commissievergadering. Daar kunnen de commissieleden – en dat is ook gebeurd – ieder op zijn eigen wijze reageren, waardoor het voor het college duidelijk is of het op die weg door kan gaan of niet. Er zijn allerhande zaken op tafel gekomen en het college is door die discussie goed gevoed. Ook datgene wat na de discussie in die raadsbrede commissievergadering allemaal publiekelijk gezegd is en datgene wat aan beelden is opgeroepen, heeft het college gevoed. Ook hij heeft de afgelopen twee weken met heel veel mensen gesproken over de plannen van het college en hij heeft geconstateerd, dat de beelden, die worden opgeroepen, heel divers zijn. Het college heeft de raad c.q. de commissies geen voorstel voorgelegd om te komen tot sluiting van het theater. Het college heeft een denkrichting ontwikkeld en heeft die denkrichting
Pagina 40 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
gesondeerd bij de raad om te kunnen destilleren of het zinvol is om verder te gaan met die gekozen denkrichting en of het zinvol is om dat verder te laten onderzoeken. Dat was de status van het stuk, zoals dat twee weken geleden voorlag. En dan wil hij toch even refereren aan de beraadslagingen bij het vorige agendapunt. Er werd gesteld, dat alle s al is dichtgetimmerd en zelfs, dat leden van de oppositie geen figurant wilden zijn. Er werd een beeld geschetst alsof de stukken wel aan de raad worden voorgelegd, maar dat het slechts een formaliteit is, omdat veelal de meerderheid van de coalitie bepalend is. Hij beschouwt de procedure, die het voorliggende stuk doorlopen heeft, als een voorbeeld pur sang, dat dit absoluut niet het geval is. Na de behandeling in de bewuste commissievergadering heeft het college zijn voorstel op basis van de daar gevoerde discussie en de beroering in cultuurminnend Kerkrade aangepast. Het college is dus niet doof voor andere geluiden dan die van de coalitie. In die hele discussie vond hij onder meer de constructieve bijdrage van de directeur van de Parkstad Limburg Theaters heel goed. Die stelde, dat hij de versteviging van de cultuurcomponent in het centrum door de koppeling van de bibliotheek aan het theater een hele interessante gedachte vond. De huidige denkrichting gaat in elk geval uit naar integratie van beiden. Hoe dat uiteindelijk gaat uitzien, is nog niet duidelijk. Er zijn wel plaatjes gepresenteerd, maar dat waren slechts sfeerimpressies en geen tekeningen van een architect. De tweede variant, die nu wordt voorgesteld, is de variant, die uitgaat van handhaving van het huidige theater. Dat laat echter onverlet, dat het de bedoeling is om de bibliotheek daar op de een of andere manier architectonisch aan te plakken. Dat eraan plakken klinkt wellicht een beetje badinerend, maar zo bedoelt hij dat natuurlijk niet. Zowel het college als de directeur van de Parkstad Limburg Theaters denken, dat een integratie c.q. combinatie van beiden voor beiden voordelen biedt in termen van versteviging. Daarom wordt nadrukkelijk bekeken of het mogelijk is om beiden te integreren. Dat zegt echter niets over de huidige zaal van het theater en over de huidige bibliotheek in de nieuwe stijl. De tweede variant gaat daar dus ook uitdrukkelijk van uit. Dat wil hij toch nog eens uitdrukkelijk onder de aandacht brengen – en met name richting de heer Rossel – voordat er weer een verkeerde beeldvorming ontstaat. De heer Rossel heeft ook gevraagd hoe het mogelijk is, dat er een tweede variant aan het onderzoek wordt toegevoegd, maar dat de totale kosten voor dat onderzoek daar niet door wijzigen. Hij stelde ook, dat deze vergadering niet de climax van de discussie over de theatervoorziening in Kerkrade voor de toekomst is. Dat vond spreker zelf een hele goede. De heer Rossel heeft daar volledig gelijk in. Spreker heeft dat twee weken geleden ook al proberen duidelijk te maken. Het college laat nu varianten onderzoeken. Het college wil ook graag, dat de raad een gedegen besluit neemt met een groot draagvlak, zodat straks al die varianten gewogen kunnen worden en de fracties ook een eigen afweging kunnen maken. Er zijn natuurlijk ook raadsleden, die nu al een definitieve afweging hebben gemaakt; los van de kosten en andere argumenten. Maar het college wil de raad een handvat bieden om op basis van gedegen onderzoek een weloverwogen beslissing te nemen. Die beslissing volgt dus pas als de resultaten van het onderzoek bekend zijn. Dus voor wat dat betreft heeft de heer Rossel de spijker op de kop geslagen. Dat is dus nu niet aan de orde. Het bedrag van 200.000 euro dat voor het onderzoek staat – en hij heeft dat uitdrukkelijk in het aangepaste ontwerpbesluit erbij laten zetten – was toen ook niet volledig bedoeld voor dat verdiepingsonderzoek, maar dat was een voorbereidingskrediet. Het zomerreces staat voor de deur en de raad heeft altijd zelf gevraagd om een versnelling in de centrumontwikkelingen. Daarom vond het college het zinvol om de raad te vragen om een voorbereidingskrediet, zodat het college in de komende maanden wel middelen heeft om uit te putten als er zaken geregeld moeten worden ten behoeve van de verdere vormgeving van het centrumplan. Vandaar het voorstel om een voorbereidingskrediet beschikbaar te stellen van 200.000 euro. Dus als het college nog verdiepingsonderzoeken moet laten verrichten – welke dan ook en voor welke varianten dan ook – dan komen die ten laste van dat bedrag van 200.000 euro. Hij denkt, dat hij daarmee de opmerkingen, die voor hem bestemd waren, heeft beantwoord. De voorzitter merkt op, dat er nog één item open staat en dat zijn een aantal opmerkingen in het kader van het bureau. De heer Thomas (weth.) antwoordt, dat hij de moties straks nog even goed moet bekijken, aangezien hij de inhoud daarvan niet meer op zijn netvlies heeft staan. Hij wil wel nu al aangeven, dat het college niet voor niets gekozen heeft voor BMC. Dat heeft hij in de commissievergadering ook al aangegeven. Het college was al een tijdje bezig met BMC in het kader van de nieuwe bibliotheek. Wethouder Jongen is daarmee aan de slag. Gezien de competenties en de naam van het bureau vond het college het verstandig om BMC ook in te schakelen voor een onderzoek naar de mogelijkheden voor de versteviging van de cultuurcomponent in het centrum. Hij wil er dan ook voor waken, dat het bureau onnodig beschadigd wordt of gegriefd wordt. Dat
Pagina 41 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
verdient BMC simpelweg niet. Omdat BMC al bezig was met de nieuwe bibliotheek leek het een logische stap om het bureau ook in te schakelen voor het onderzoek naar de mogelijkheden voor de versteviging van de cultuurcomponenten in het centrum. Zodoende is het college bij BMC terecht gekomen. Het leek niet zinvol om meerdere bureaus te laten werken aan zaken, die elkaar raken en zelfs overlappen. De keuze voor BMC is dus een bewuste keuze geweest. Als het onderzoek alleen al 200.000 euro zou kosten, had het college dat onderzoek conform het aanbestedingsbeleid moeten aanbesteden. Dat geldt ook voor het nu te verrichten onderzoek naar de beide varianten. Als daar een bepaald bedrag mee gemoeid is, moet dat volgens de regels worden aanbesteed. Hij wil de raad in elk geval meegeven, dat het bureau BMC het niet verdient om nu in één keer buiten de deur gezet te worden. De heer Terpstra (weth.) wil vooral even ingaan op wat aspecten van de aankoop van de Theaterpassage. De voorzitter heeft in zijn inleiding al een aantal hele wezenlijke aspecten aangehaald. Op de eerste plaats is het zo, dat er weliswaar nog uit twee varianten gekozen moet worden, maar dat er in beide varianten van wordt uitgegaan, dat de bibliotheek in de buurt van het theater komt. Dan is het hebben van bezit op die plek altijd een groot voordeel. Er is gevraagd of het pand Markt 3 gesloopt gaat worden. Dat is absoluut niet aan de orde. Het college zoekt naar een bestemming voor dat pand. Daar heeft het college overigens ook ideeën over, maar feit is wel, dat er b ij dit pand grond hoort, die deel uit maakt van het Theaterplein. Dat is vooral de strategische reden om ook dit pand aan te kopen en de raad zal begrijpen, dat de eigenaar ervan niet zomaar de grond los van het pand zal verkopen. Er is gevraagd hoe de gemeente omgaat met bestaande huurders. De vraag is wat het college met dit gedeelte van de Theaterpassage, dat hopelijk gekocht gaat worden, gaat doen. En het is de vraag wie dat verder gaat ontwikkelen. Maar helder moge zijn, dat de huurrechten te allen tijde gerespecteerd moeten worden. Dat lijkt hem ook volkomen logisch. Er is ook gevraagd of de gemeente na deze passage wellicht nog meer gaat aankopen. Hij moet eerlijk zeggen, dat hij dat wel zou willen. Hij zou willen, dat de gemeente op dit moment al veel meer zaken in dit centrum in bezit zou hebben om nog sterker te zijn en nog sterker de voortgang van dit project te kunnen aanduwen. Dat is ook de belangrijkste reden waarom hij er een groot voorstander van is om nou eens eindelijk een positie in dit geheel te verwerven. Hij heeft het in de commissievergadering helder verwoord. Op het moment, dat de Theaterpassage eigendom van de gemeente is, dekken de huuropbrengsten ruimschoots de rentelasten op basis van het aankoopbedrag. Dus voorlopig kost dit gebouw de gemeente geen geld. Vervolgens rijst de vraag of de gemeente in dezen risico loopt. Daarvan heeft hij de commissievergadering ook al aangegeven, dat dit inderdaad het geval is. En dat risico loopt de gemeente min of meer bewust. Dat risico loopt de gemeente om in een positie te komen, dat de gemeente een serieuze partij is in de onderhandelingen en dat zij mee kan sturen en stuwen als het gaat om de ontwikkeling van dit centrum. Er is ook gevraagd of de gemeente dit besluit niet beter kan uitstellen. Hij denkt, dat dit centrum niet vraagt om uitstel. Dit centrum vraagt om handelen. En deze transactie past voor wat hem betreft perfect daarin. Hij denkt, dat de gemeente daarmee ook een goed signaal afgeeft naar al die ondernemers, die moeten leven van hun opbrengsten uit dit centrum en al die mensen, die al sinds jaar en dag roepen, dat dit centrum verpaupert en verarmt en dat er iets moet gebeuren. Hij denkt, dat het net dit college is, wat door deze aankoop laat zien, dat het dat ook serieus van plan is. Hij zou daarom het voorstel voor wat betreft de aankoop van de passage – en trouwens ook het totale voorstel – daarom warm willen aanbevelen. De voorzitter wil daar als voorzitter van de stuurgroep nog twee dingen aan toevoegen. Er werd net in de raad gevraagd of het college de raad serieus neemt. Hij kijkt even naar de heren Bok en Rossel. De heer Bok adviseerde het college om in plaats van direct te kopen liever eerst een optie te nemen. Hij sprak over mensen, die daar anders wellicht een slaatje uit wilden slaan of de boel wilden belazeren. Toen de heer Bok dat zei, had spreker willen interrumperen, maar hij heeft zichzelf kunnen overhalen om even te wachten. Hier is gevraagd om met zijn allen – de stuurgroep, de ambtelijke top, de raad, wethouder Terpstra en wethouder Thomas – de zaak zo snel mogelijk vlot te trekken. Daar wordt enorm veel tijd in geïnvesteerd. Er wordt enorm veel achter de schermen geïnvesteerd. De raad zou eens moeten weten hoe vaak men naar de plekken moet gaan om te proberen te realiseren wat nu gerealiseerd wordt. Dit pand was twee jaar geleden niet eens te koop voor 4,2 miljoen euro. Dit pand met het theater en leegstand aan zowel voor- als achterkant heeft een indeling waar men geen kant mee op kan. En nu heeft de gemeente het vanu it de optiek ‘wij gaan door’ voor een geweldige prijs kunnen kopen. En de gemeente moet dat kopen. Door die aankoop kan deze raad, dit college en deze stuurgroep tegen architect x of y zeggen hoe men het geregeld wil hebben. Dan is men niet langer afhankelijk van derden en kan men de zaken veel directer oppakken. Dan kan men gaan werken zoals dat moet. Natuurlijk gaat de gemeente praten met ondernemers. Dat heeft de wethouder ook aangegeven.
Pagina 42 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Maar hij gaat zich echt niet bemoeien met welke kleur, welk behang en welke concepten er met winkels geregeld moeten worden. Het college denkt in de voortgang. Wie is waarmee bezig? Daar zijn nu ontwikkelaars bezig. En nu zijn architecten bezig. Men houdt zich nu al bezig met conceptuele aspecten voor wat betreft de passages. En het moet gewoon. Het is niet de vraag of men dat wil. Men moet dat hebben. Dat wil hij toch even aangeven. Het college gaat daar serieus mee om. Het is in dit geval geen kwestie van een optie nemen. Het is aan de gemeente aangeboden. Dat betekent, dat de gemeente ja of neen moet zeggen. En hij zou heel graag ja zeggen, omdat het college dan verder kan met de uitvoering van hetgeen de raad graag wil. In de richting van de heer Bok merkt hij op, dat hij dat toch even kwijt moest, omdat hij het gevoel kreeg, dat hij niet serieus werd genomen. De heer Bok interrumpeert de voorzitter met de opmerking, dat deze dat gevoel nu ook bij hem oproept. Hij heeft gezegd – en dat kan de voorzitter hem niet kwalijk nemen – dat hij in het kader van het feit dat de gemeente inderdaad bezit moet krijgen gezegd heeft, dat dit inderdaad zou moeten, maar dat gezien de ontwikkelingen een optie meer dan genoeg zekerheid zou moeten bieden. En daarachter heeft hij opgemerkt, dat die optie hem dan wel raadzaam lijkt, omdat er altijd idioten zijn, die de gemeente een hak willen zetten. Hij vindt die opmerking heel valide. De Theaterpassage heeft inderdaad voor 4,2 miljoen euro te koop gestaan. Maar niemand heeft dat gekocht. Dacht de voorzitter nu werkelijk, dat iemand dat ding zou kopen? De voorzitter wijst de heer Bok op het feit, dat het pand ernaast van C&A voor 25 keer de huurprijs is verkocht. Dat doet niemand. Maar het is wel verkocht voor de prijs van 25 keer de huurprijs. Terwijl men normaliter zo’n pand nog niet zou kopen voor 10 keer de huurprijs. De heer Bok merkt op, dat hij daarom ook geadviseerd heeft om een optie erop te nemen. Wie weet kan de bibliotheek helemaal niet in de Theaterpassage, omdat die niet groot genoeg is. De voorzitter geeft aan, dat de gemeente, zelfs al zou de bibliotheek er niet in passen, nog moet onderhandelen, omdat die passage door de verwikkeling van het onroerend goed van zowel de gemeente als 3W dusdanig vreemd in elkaar steekt, dat men het wel moet kopen. En bovendien heeft de wethouder zojuist al aangegeven, dat het een rendabele investering is. In deze tijd is dat fantastisch. Het risico komt er pas als er leegstand komt. Als het college niets doet, komt er leegstand. De heer Bok merkt op, dat er al leegstand is. De heer Terpstra (weth.) wil daar graag nog iets aan toevoegen. Door de aankoop van de Theaterpassage wordt het aantal partijen in de vereniging van eigenaren, die uiteindelijk die ontwikkeling mogelijk of onmogelijk maakt, van 4 naar 2. Dat is enerzijds de gemeente Kerkrade en anderzijds de eigenaar van de flats erboven. Dat onderwerp is niet aan de orde. Dat is een heel essentieel verschil. Met het hebben van een optie is men geen partij in de vereniging van eigenaren. Dat wordt met deze transactie gerealiseerd. De voorzitter moest dat even kwijt. Als de opmerking tussendoor van de heer Bok niet zo bedoeld is, dan trekt hij zijn woorden in. Maar hij moest het even kwijt. Hij stelt voor om naar aanleiding van de beantwoording van de leden van de stuurgroep de raad in tweede instantie reageert. Daarna kan het college nog reageren. En vervolgens wil hij even schorsen, zodat de raad en het college de gelegenheid krijgt om de moties te bekijken als die nog nodig mochten zijn. Als ze niet meer nodig zijn, is dat ook goed. De heer Van Drunen geeft aan, dat de heer Rossel gelijk heeft met zijn opmerking, dat de uiteindelijke beslissing over het theater over een aantal maanden plaatsvindt als de resultaten van de onderzoeken bekend zijn. Hij is blij, dat het college zijn standpunt heeft herzien. Hij heeft wel nog een vraag aan de VVD. Het is bekend, dat de VVD op dit moment de grootste cultuursloper in Nederland is, behalve de VVD Kerkrade. Die is een andere mening toegedaan. Hij kreeg wel de complimenten van de VVD, maar hij heeft toch het gevoel, dat hij een beetje voor de gek wordt gehouden. Hoe zit het namelijk met het standpunt ten aanzien van de Wsw-ers? Want ook daar is het de VVD, die de boel sloopt. En dan volgt de VVD het land. Of komt het omdat het bij de Wsw gaat om mensen en niet om stenen? De heer Vinders wilde toch even opmerken, dat hij blij is met het ontwerpbesluit zoals het vandaag voorligt, namelijk een onderzoek naar twee varianten. Hij blijft het echter jammer vinden, dat de wethouder nu niets nieuws vertelt. Hij heeft eigenlijk de gang van zaken, zoals die gegaan is met Boek en Doek, met verve verdedigt. Maar tegelijkertijd geeft hij aan, dat het college wel verwacht had, dat er veel commotie zou ontstaan. Spreker is van mening, dat door een andere handelwijze die commotie voorkomen had kunnen worden. Er werd gesteld, dat het college de zaak integraal bekeken heeft en naar de dwarsverbanden gekeken heeft. Dat klinkt allemaal mooi, maar als men de zaken werkelijk zo zorgvuldig en integraal bekeken zou hebben, dan had hij ook verwacht dat er naast de Boek en Doek variant ook gekeken zou zijn naar de optie
Pagina 43 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
om het theater helemaal open te houden. Verder wilde hij nog even reageren op BMC. Hij is van mening, dat als niet gekozen wordt voor BMC, dat geen aanval is op BMC. BMC heeft zijn werk gedaan. De heer Vulpen heeft zijn werk goed gedaan. Die is met het idee gekomen. Men kan simpelweg niet verwachten van iemand, die met een schitterend idee komt – dat vindt hij zelf tenminste – dat die vervolgens een nader onderzoek gaat verrichten en dan tot de conclusie komt, dat zijn vorige idee helemaal niets was en dat hij uiteindelijk toch voor het behoud van het theater is. Hij gelooft niet, dat de onafhankelijkheid van BMC in het geding is, maar dat men simpelweg niet mag verwachten van een bureau dat een bepaalde oplossing voor een bepaald probleem heeft gevonden, dat dat bureau vervolgens bij een volgend onderzoek ineens tot een hele andere conclusie komt. Hij wil er dan ook voor pleiten om BMC niet af te kraken, maar aan te geven, dat men daar een ander onafhankelijk bureau naar wil laten kijken om te horen wat zij daarvan vinden. Zo kan men het ook verkopen. De heer Roland wil de heer Hanssen allereerst complimenteren met het feit, dat deze bij zijn mening blijft. Hij vindt het jammer, dat dit niet werd aangegeven tijdens de bewuste commissievergadering. Dan zou spreker zo’n opmerking als vanavond niet hebben hoeven maken. Mocht hij de heer Hanssen beledigd hebben, dan wil hij zich daar bij dezen voor verontschuldigen. Hij heeft in zijn eerste instantie al aangegeven, dat zijn fractie niet tegen is om tegen te zijn. Zijn fractie wil een weloverwogen besluit nemen en daar moet zij alle ins en outs voor kennen en die kende zijn fractie niet tijdens de vorige commissievergadering. De burgemeester stelde zojuist, dat er achter de schermen veel wordt gewerkt. Jammer genoeg wordt dit echter niet genoeg gecommuniceerd. Hij refereert evenals de voorzitter aan opa Beelen, die een paar maanden geleden de opmerking maakte, dat praatjes geen gaatjes vullen. Dat geldt ook voor dit onderwerp. Als men niet communiceert, gebeurt er niets. Dan krijgen mensen een verkeerde indruk. De voorzitter vraagt of de heer Roland het over opa Beelen heeft of over spreker zelf. De heer Roland antwoordt, dat hij het natuurlijk over opa Beelen heeft. Dan heeft hij nog één vraag en wel de volgende. Als het pand van Markt 3 niet afgebroken wordt, hoe wil men dan de doorsteek van de Markt realiseren zodat het Theaterplein van daaruit bereikbaar wordt? De heer Schneid er heeft op zich geen vragen, maar wel een paar opmerkingen en natuurlijk de beantwoording van de vraag van de heer Van Drunen. Op de eerste plaats wil hij graag reageren op de woorden van de heer Ruiters. Zowel de heer Ruiters als de wethouder hebben specifiek gewezen op de sfeer in de bewuste commissievergadering. Spreker moet zeggen, dat hij zich die opmerkingen natuurlijk aantrekt, omdat hij zelf één van de meest emotionele onderdelen was tijdens die vergadering. Dat heeft ook een bepaalde reden en die wil hij toch graag toelichten. Die sfeer wordt natuurlijk mede bepaald door de uitspraken, die her en der zijn gedaan. Dat heeft niets te maken met populisme of windowdressing, maar enkel en alleen met betrokkenheid bij de materie. Hij zal zich daar dan ook niet van distantiëren. De opmerking van de heer Ruiters over achterkamertjespolitiek bij de oppositie kan hij niet plaatsen. Die mogelijkheid heeft de oppositie simpelweg niet. Hij weet dan ook niet waar de heer Ruiters op doelt. Zijn fractie heeft in de commissievergadering vanuit haar hart gesproken en dat is blijkbaar luid en duidelijk overgekomen. Één ding wil hij echter wel terugnemen als het gaat om het CDA en dat is het volgende. Hij heeft in het verleden al eens geroepen – en volgens hem was dat zelfs in de vorige raadsvergadering – dat het voor de Kerkraadse CDA-fractie misschien een idee zou zijn om niet langer onder het predikaat CDA te werken, maar verder als zelfstandige lokale partij verder te gaan, omdat de fractie in deze raad geen en kele herkenbaarheid meer met het CDA vertoonde. Hij moet zeggen, dat hij die woorden graag terug wil nemen. Als hij nu hoort welke argumenten de heer Ruiters ten aanzien van dit onderwerp heeft gebezigd, kan hij niet anders dan constateren, dat het CDA-predikaat in volle glorie hersteld is. Daarom spreekt hij een welgemeend ‘chapeau’ uit in de richting van de heer Ruiters. Dan wil hij even ingaan op een opmerking van wethouder Thomas, die hij ten allen tijde zal blijven bestrijden. De heer Thomas stelde namelijk, dat het college slechts een denkrichting heeft gelanceerd en niet meer dan dat. Spreker bestrijdt dat ten stelligste. Als de commissie twee weken geleden in grote meerderheid akkoord zou zijn gegaan met het toen voorliggende ontwerpbesluit zou er geen variant zijn gekomen. Dat weet de heer Thomas net zo goed als spreker zelf. Het was geen denkrichting, maar een ontwerpbesluit, dat al dan niet geaccordeerd kon worden. Als het college niet onder druk zou zijn komen te staan door de discussie in die commissievergadering en door de publieke opinie zou het doek gevallen zijn voor het theater Kerkrade. De portefeuillehouder stelde ook, dat bureau BMC het niet verdient om zomaar opzij gezet te worden. Hij wil de portefeuillehouder echter meegeven, dat bureau BMC het ook niet verdient om straks wellicht een stempel mee te krijgen alsof ze bevooroordeeld waren. Al naar gelang de uitkomsten van dat vervolgonderzoek zou dat zomaar het geval kunnen zijn. En dan komen mensen misschien wel tot de
Pagina 44 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
conclusie, dat BMC toch al een mening had. En dat is nog veel kwalijker voor een bureau. Hij vindt, dat de schijn van partijdigheid en de schijn van niet objectief kunnen oordelen voorkomen moet worden. Als het bureau straks objectief tot de conclusie komt, dat dit toch de b este variant is, zullen mensen misschien denken, dat het bureau die mening al eerder had. En dat zal de naam van het bureau niet ten goede komen. Als een ander bureau tot diezelfde conclusie komt, zal dit de eerdere uitkomst van BMC alleen maar bevestigen. Zijn fractie blijft er in elk geval voorstander van om hiervoor een ander bureau in te schakelen. Dan wil hij graag even reageren op de opmerking van de heer Van Drunen. De heer Van Drunen stelde, dat de VVD de afbreker is van alles wat met cultuur te maken heeft. Dat is de mening van de fractie van de Partij van de Arbeid. Die mening is ook makkelijk te verkopen als men het over populisme heeft. De heer Van Drunen doelt namelijk op landelijk beleid. Dat is heel anders dan kaderstellend bezig zijn in deze gemeente. Het is namelijk helemaal niet zo, dat de schouwburg gesloten zou moeten worden vanwege landelijke bezuinigingsmaatregelen. Het zijn twee totaal los van elkaar staande verhalen. Als de heer Van Drunen spreker zou vragen hoe deze denkt over het landelijk beleid in dezen, dan zou spreker de heer Van Drunen antwoorden, dat hij dat landelijk beleid ondersteunt. Dat heeft zijn fractie de vorige keer ook gezegd. Zijn fractie begrijpt, dat er op dat gebied ook bezuinigd moet worden. Dat bezuinigingen pijn doen, is ook een gegeven. Het is ook een gegeven, dat zijn fractie er niet blij mee is, dat er bezuinigd moet worden. Maar dat zijn fractie er niet blij mee is, betekent niet, dat zijn fractie daar de noodzaak niet van inziet. Dat is echter een volkomen andere discussie. En zijn fractie kan zich volledig vinden in het behoud van het theater van Kerkrade, aangezien de voorgestelde maatregelen niet het gevolg zijn van bezuinigingen. Dat is een kwestie van gewoon logisch nadenken. Dat was zijn tweede instantie. De voorzitter heeft dat wellicht even gemist, maar hij vraagt of de VVD, even los van de motie, kan instemmen met het voorliggende voorstel. De heer Schneider geeft aan, dat het hem verstandiger lijkt om daar zo meteen even op terug te komen, want dat is volledig afhankelijk van de stemming over de moties, want dat heeft een hele grote invloed op het ontwerpbesluit. Wanneer er moties worden aangenomen, is het een heel ander verhaal. De voorzitter wil het dan graag anders formuleren. Het voorliggend ontw erpbesluit behelst 4 onderdelen. Kan de heer Schneider dan aangeven waar zijn fractie wel mee kan instemmen en waar zij vraagtekens bij plaatst? Dat maakt het dadelijk wat helderder met betrekking tot het besluit. De heer Schneider vindt dat heel moeilijk; puur vanwege het feit dat hij niet weet wat er zo meteen besloten wordt ten aanzien van de moties. Hij moet zeggen, dat dat een wezenlijk deel uitmaakt van hetgeen zo meteen besloten moet gaan worden. Dus hij ziet het ook als één ontwerpbesluit. Dat was volgens hem ook de gedachte van dit college om het als één ontwerpbesluit te laten doorgaan. Hij vindt het dan ook moeilijk om nu aan te geven met welk onderdeel van het besluit zijn fractie wel akkoord kan gaan. De voorzitter vraagt dat zo helder, omdat zowel wethouder Terpstra als spreker zelf met betrekking tot het eerste beslispunt duidelijk hebben gemaakt, dat het op zich niets uitmaakt, omdat de verwerving nodig is voor de verdere ontwikkeling van het geheel. Daarom zou hij graag nu van de heer Schneider willen horen of diens fractie daar wel mee kan instemmen. De heer Schneider zegt toe, dat hij dat zo meteen even met zijn fractie zal afstemmen tijdens de aangekondigde schorsing. De heer Bok geeft aan, dat zijn fractie van mening blijft, dat dit een proces is geweest, dat niet goed gecommuniceerd is. Als men dat constateert en bovendien constateert, dat 2.500 mensen meedenken, dan vindt hij, dat daar wel gehoor aan gegeven moet worden. Het college stelt wel, dat het daar naar moet luisteren, maar er wordt helemaal niet geluisterd. Het gaat gewoon door. BMC moet doorgaan. En er liggen voorstellen voor een bibliotheek, die maar liefst 12 tot 14 miljoen euro gaat kosten. Als dat de bedoeling is, dan moeten het college en deze raad dat zelf maar weten. Zijn fractie is van mening, dat men zich de tijd moet nemen om het cultureel middenveld, zowel de professionele als de amateuristische kunstbeoefening, mee te laten praten over de analyse. Nadat die analyse gemaakt is – en daar staan bijvoorbeeld zaken in als samenwerking in backoffices – dan zal men dat samen met de betrokkenen moeten bespreken. Aan de hand van de resultaten van die discussies kan deze raad met wellicht een half jaar vertraging een gedragen besluit nemen, dat recht doet aan de mening van 2.500 mensen, aan alle instellingen en aan deze raad. Zijn opmerking van daarnet over de optie was alleen maar goed bedoeld. Er zullen altijd mensen zijn, die de boel willen dwarsbomen. En daar ging het hem om; niet meer en niet minder. Hij heeft zelfs aangegeven, dat het goed is als er bezit komt, maar men moet wel weten waarvoor het bezit komt. Mocht dit pand misschien zelfs
Pagina 45 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
te klein zijn voor de bibliotheek als het theater in zijn huidige vorm blijft bestaan, dan verwordt de gemeente tot projectontwikkelaar. Hij vindt het verstandiger om dat aan de markt over te laten. De voorzitter wil toch proberen om een en ander een beetje te verfijnen. Zowel hij als wethouder Terpstra hebben proberen duidelijk te maken, dat het voor wat dat onderdeel betreft niet uitmaakt of de bibliotheek erbij gevoegd wordt of niet. Er moet een doorsteek komen. Er moet een doorontwikkeling plaatsvinden. Er moet een verfijning komen van het onroerend goed. Dat zit zo met elkaar verweven, dat bezit op die plek alleen maar gunstig kan zijn. Hij is geen ontwikkelaar, maar bezit op die plek biedt het college en de stuurgroep de mogelijkheid om de ontwikkelaar simpelweg opdracht te geven om het zo te realiseren zoals de gemeente het wil hebben. Daar gaat het hier om. Hij wil niet zoals in het verleden bij het V&D-pand voor verrassingen komen te staan, doordat partijen gaan dwarsliggen waardoor men straks weer voor een voldongen feit staat. Dat is de reden waarom zowel wethouder Terpstra als spreker hebben aangegeven, dat dat er los van staat. H et voorstel van Lokaal Alternatief met betrekking tot de communicatie en met betrekking tot het betrekken van de doelgroep, het middenveld en het culturele middenveld zou allemaal kunnen doorgaan, maar dat bijt zich niet. Dat wil hij alleen proberen duidelijk te maken. De heer Bok zal daar tijdens de aangekondigde schorsing met zijn fractiegenoten over spreken. Hij kan daar nu geen uitspraak over doen namens zijn fractie. De heer Schneider wil daar toch even op inhaken. De voorzitter stelt die vraag nu expliciet aan sprekers fractie en aan de fractie van Lokaal Alternatief. De voorzitter interrumpeert de heer Schneider met de opmerking, dat hij ook nog niet klaar was. De heer Schneider vervolgt, dat er zo meteen een schorsing plaatsvindt en dat de fracties tijdens die schorsing tijd hebben om te beraadslagen. Vooruitlopend daarop wil hij graag weten of de voorzitter bereid is om de onderdelen in het ontwerpbesluit te splitsen. Dan worden het twee verschillende besluiten. De voorzitter antwoordt, dat hij helderheid probeert te verkrijgen, zodat hij zo meteen als voorzitter de standpunten van de onderscheidene fracties correct kan formuleren. De wethouders zullen wellicht nog reageren op de gemaakte opmerkingen en vervolgens wil hij proberen een eindconclusie te formuleren. Hij vindt, dat het in dat kader wel helder moet zijn waar elke fractie voor staat en niet voor staat. De heer Kool vindt het niet gemakkelijk. Want als de gemeente die panden gaat aankopen en ze vervolgens niet gaat gebruiken, blijft de gemeente nog steeds zitten met lege panden. Hij heeft echter begrepen, dat het mogelijk is om de panden in het plan te betrekken zonder het theater daarbij schade te berokkenen. Het is te hopen, dat het ongeveer een jaar of drie zal duren voordat de bouw klaar is. Want als de inwoners van Kerkrade zien, dat hun theater er niet meer is, zullen er wellicht stemmen andere kanten op gaan. Hij wil wel nog iets kwijt over de sfeer in de bewuste commissievergadering. De heer Schoonderwoerd heeft daar een pleidooi gehou den voor behoud van het theater. Daarna heeft ook de heer Vinders daar een pleidooi voor gehouden en de heer Schneider en spreker zelf ook. Het spreekt vanzelf, dat mensen dan geëmotioneerd zijn. En theater ís emotie. Als men in het theater geen emotie mag tonen, dan moet de heer Ruiters volgens hem naar een andere vereniging. En dat heeft niets te maken met disrespect of wat dan ook. De tijden veranderen, de mensen veranderen, de standpunten veranderen; alles verandert. De tijd dat mensen volgzaam achter elkaar aan huppelen, is voorbij. Mensen hebben ook een eigen mening en die mogen ze ook uitdragen. De heer Rossel bedankt het college voor de beantwoording in eerste termijn. Het college heeft na alle kritiek op het toenmalige voorstel al door de zure appel heen gebeten sinds hier twee weken geleden in gezamenlijk commissieverband de eerste keer over gesproken is. Er heeft een bijstelling van het voorstel plaatsgevonden. Eerlijk gezegd is het nu ook een beetje aan de raad om door een zure appel heen te bijten of in ieder geval over een drempel heen te stappen. Dat is ook waar hij op dit moment naar neigt. Er zijn wel nog een paar vragen, die hij graag beantwoord wil hebben. Ten eerste had hij nog in zijn eerste termijn gevraagd naar dat stuk communicatie ten bedrage van 80.000 euro. Met de interne stuurgroep is in februari een communicatieplan opgesteld. Bij zijn weten – maar hij kan het natuurlijk mis hebben – heeft de raad daar totaal geen inzage daarin gehad. Dat betekent, dat daar nu wellicht 80.000 euro voor wordt vrijgemaakt, terwijl hij de inhoud van het plan nog niet kent. Misschien kan dat nog komen. Vervolgens de andere drie punten waar de raad over kan besluiten. Het moet hem van het hart, dat hij in de bewuste commissievergadering twee weken geleden vragen heeft gesteld over de aanschaf van de betreffende panden en wel over het risico dat de gemeente daarin loopt en de vraagprijs van de panden. Hij moet nu constateren, dat die panden vandaag de dag eigenlijk een veel lagere vraagprijs kennen dan een aantal jaren geleden. Als hem dat twee weken geleden was medegedeeld – misschien is het ook wel een stukje onwetendheid van hemzelf – dan zou hij daar wellicht al wat meer vrede mee hebben gehad. Het blijft volgens hem nog steeds een risico, omdat de
Pagina 46 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
gemeente natuurlijk geen garantie krijgt inzake eventuele verkoop van de panden en de dan geldende verkoopprijs. Maar ondernemen betekent altijd een risico en in deze zin zal Kerkrade toch een stukje gaan moeten ondernemen om het eigen centrum te ontwikkelen. Voor wat betreft dat pand aan de Markt 3 zijn er zojuist ook vragen gesteld. Hij heeft ook in zijn eerste termijn al gevraagd om welk pand het nou concreet gaat. Is die oude fonotheek niet het pand dat tegen de vlakte moet om de doorsteek te creëren? Hij volgt het namelijk niet meer en hij vindt dat daar wel wat meer helderheid over moet komen. En dan wil hij even ingaan op het derde beslispunt; het onderzoek of beter gezegd het voorbereidingskrediet waar het onderzoek naar de twee varianten in zit. Het voorstel om dat voorbereidingskrediet beschikbaar te stellen, zal zijn fractie steunen. Wethouder Thomas heeft in zijn eerste termijn toegezegd, dat die tweede variant echt als uitgangspunt heeft om het huidige theater in zijn huidige omvang als middenzaal en met de huidige faciliteiten te behouden. Op basis van die toezegging trekt hij de motie met als onderwerp uitgangspunt tweede onder zoeksvariant in. De andere motie met als onderwerp het actief betrekken van alle belanghebbenden bij het onderzoek om er een gedragen onderzoek van te maken blijft echter overeind, want daar heeft hij geen in houdelijke reactie op gehad. Wellicht dat als dadelijk de tweede termijn beantwoord is en de andere moties ook over de tafel zijn geweest en de raad daar eens goed naar heeft kunnen kijken, hij wellicht nog altijd neigt om mee te gaan met het voorstel. De voorzitter stelt voor, dat nu de beide wethouders even reageren op de gemaakte opmerkingen. Vervolgens zal hij even schorsen teneinde de raad de gelegenheid te geven o m kennis te nemen van de inhoud van de moties. Daarna zal hij de besluitvorming afronden. De heer Terpstra (weth.) kan heel kort zijn. Voor de doorsteek is het pand Markt 3 niet noodzakelijk. Daarvoor is het eigendom wat Metroprop heeft in het C&A-pand voldoende. Feit is wel, dat bij het pand Markt 3 een stuk grond hoort, dat aan de achterkant van de Theaterpassage ligt. Dat is nu parkeerplaats. En dat is wel een cruciale plek. Mede om die reden heeft het college dan ook geaccepteerd, dat de gemeente met een stukje vastgoed komt te zitten waar niet direct een bestemming voor bedacht is, maar ook daarover heeft het college al ideeën. En het is en blijft toch een centraal gelegen pand. De heer Roland bedankt de wethouder voor het antwoord, maar zijn vraag was hoe het college die doorsteek denkt te kunnen realiseren als het pand van C&A niet wordt aangekocht. Volgens hem kan het college die doorsteek dan in eerste instantie niet realiseren. Of begrijpt hij dat verkeerd? De voorzitter geeft aan, dat het een onderdeel is van een totaalplan, waarbij de variatie is, dat C&A verplaatst wordt naar de andere kant. Dan kan men twee dingen doen. Men kan kiezen voor pure kapitaalsvernietiging door het hele pand te slopen, waar voor alle helderheid maar liefst 25 keer de h uur voor is betaald. Men kan ook ervoor kiezen om alleen de onderkant weg te halen en een doorsteek te creëren naar de achterkant. Dat is een optie, die nu door de stuurgroep en de ondernemer wordt bekeken. Dat heeft allemaal te maken met de doorrekening van gelden. Dat zit een beetje in dezelfde richting. En de wethouder heeft zojuist al aangegeven, dat het met name gaat om de gronden, die achter het pand liggen. Die zijn belangrijk voor de realisatie van het theaterplein. Dan wil hij even ingaan op de communicatie. Hoe komt het college aan dat bedrag van 80.000 euro? Afgesproken is, dat er een communicatie-infocentrum komt naast CD Juweliers. Dat is het pand, dat reeds eigendom is van de gemeente. Dat pand wordt opnieuw ingevuld. Daar zal een informatiecentrum van gemaakt worden, waar men informatie kan krijgen. Vervolgens treedt er een technische storing op, waardoor de geluidsinstallatie niet gebruikt kan worden. De voorzitter schorst de vergadering om 22.20 uur. Hij heropent de vergadering om 22.40 uur en meldt, dat de geluidsinstallatie waarschijnlijk oververhit was. Hij verontschuldigt zich voor het ongemak; ook voor de mensen thuis. Hij vervolgt, dat hij vóór de onderbreking begonnen was met de beantwoording van de vraag van de heer Rossel inzake het bedrag van 80.000 euro voor het communicatieplan. Waar is dat geld voor bedoeld? Dat geld is bedoeld voor het aanpassen van het pand naast CD Juweliers. Dat pand is al eigendom van de gemeente, maar de inrichting wordt aangepast, zodat mensen daar te pas en te onpas binnen kunnen lopen om kennis te nemen van de stand van zaken met betrekking tot de ontwikkeling van het centrum. Verder is de gemeente bezig met een nieuw medium. Daarbij is het de bedoeling om elke week een soort videobrief te maken, waarbij een portefeuillehouder, die betrokken is bij de ontwikkeling van het centrum, vertelt over de stand van zaken van dat moment. Een soort video dus, die bedoeld is om mensen te informeren over de stand van zaken. Met het nu te voteren bedrag kan men komend jaar verder. Als het college nu opdracht geeft om die videobrief op te zetten, moet dat ook af kunnen worden gemaakt. Dus het kan best zijn, dat het college nog eens naar de raad moet voor wat extra middelen, maar het kan ook best zo zijn, dat het nu beschikbaar te
Pagina 47 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
stellen bedrag voldoende is. Dat is de achtergrond van de gevraagde middelen voor het communicatietraject. Heel veel mensen in de stad vragen namelijk telkens weer wat er gaat gebeuren en wanneer er iets gaat gebeuren. En de praktijk leert, dat mensen bijna niet meer bereid zijn om stukken te lezen. Men wil foto’s zien en men wil beelden zien. Mensen zijn tegenwoordig erg visueel ingesteld. Dan wil hij even een huishoudelijke opmerking maken. Voor de vergadering van vandaag is ook het ontwerpbesluit inzake rekenkamerrapport Subsidiebeleid geagendeerd. Aangezien dat agendapunt best kan worden uitgesteld, stelt hij gezien het late tijdstip voor om dat uit te stellen tot de volgende raadsvergadering. Hij vindt dat een snelle behandeling vanwege de tijd geen recht doet aan de tijd, die gemoeid is met de voorbereiding van dat stuk. De heer Rossel wil daar graag op reageren. Hij is het daar niet mee eens. Hij is van mening, dat de agenda aan het begin van de vergadering is vastgesteld en dat de raad zic h daar vervolgens ook aan moet houden. Hij ziet dat enkel als een verschuiving van het probleem. De voorzitter merkt op, dat hij begrijpt, dat de heer Rossel het daar niet mee eens is. Hij wijst de heer Rossel op het feit, dat het nu al half elf geweest is en dat het onderhavige agendapunt nog niet is afgerond. Hij zal de raad daarom toch voorstellen om het agendapunt inzake het rekenkamerrapport Subsidiebeleid van de agenda af te voeren en behandeling daarvan uit te stellen tot de volgende raadsvergadering. Afspraak in het presidium is eigenlijk om uiterlijk tot 22.00 uur te vergaderen. Dat tijdstip is al ruimschoots overschreden. De vergadering van vanavond is zelfs al eerder begonnen, namelijk om 18.00 uur. Hij is van mening, dat ook de effectiviteit van vergaderen belangrijk is. En vergaderingen van meer dan 4 tot 5 uur dragen niet bij aan de effectiviteit van vergaderen. Als het betreffende agendapunt aan de orde is, zal hij de raad vragen of het agendapunt uitgesteld kan worden tot de volgende raadsvergadering. Als de raad daarmee kan instemmen, zal behandeling uitgesteld worden. Als de raad daar niet mee kan instemmen, zal het agendapunt uiteraard gewoon behandeld worden. De beslissing ligt bij de raad zelf. Er liggen een viertal moties voor. De griffier en hijzelf hebben de moties geordend op verstrekkendheid c.q. belangrijkheid. Hij stelt allereerst de motie van Lokaal Alternatief aan de orde, waarin wordt voorgesteld om een communicatietraject te starten teneinde de analyse van BMC te bespreken met een breed middenveld en de resultaten daarvan in januari plenair te bespreken. Als tweede de motie van GroenLinks waarin verzocht wordt om bij het uit te voeren onderzoek diverse belanghebbenden, zoals Parkstad Limburg Theaters, WMC, Orlando, KSO en gemeenteraad actief te betrekken. Die motie zit een beetje in de lijn van de motie van Lokaal Alternatief. Ten derde de motie van de VVD, waarin opdracht wordt gegeven om samen met Parkstad Limburg Theaters de onderzoeksdoelstellingen te formuleren en een onafhankelijk bureau in te huren. En tenslotte ligt nog de motie van treurnis voor van de Fractie Jacobs, waarvan hij hoopt, dat die naar aanleiding van de gevoerde discussie ingetrokken wordt. Hij hoort graag of dat al dan niet het geval is. De heer Ruiters wil graag een ordevoorstel doen. Hij vraagt of de voorzitter bij het in stemming brengen van de moties dezelfde volgorde kan aanhouden, zoals de raad die ook ontvangen heeft. De voorzitter antwoordt, dat hij de moties in stemming wenst te brengen naar rato van verstrekkendheid. Hij zal voor de raad netjes aangeven welke motie hij in stemming brengt. Hij brengt als eerste de motie van Lokaal Alternatief in stemming, waarin wordt voorgesteld om een communicatietraject te starten teneinde de analyse van BMC te bespreken met een breed middenveld en de resultaten daarvan in januari plenair te bespreken. Dat is motie nummer 3 in het setje van de raad. Hij vraagt of de wethouder nog een reactie wil geven op de motie. De heer Thomas (weth.) wil daar inderdaad graag op reageren en wel in samenhang met de motie van GroenLinks. Die motie ligt namelijk in het verlengde van de motie van Lokaal Alternatief. Die gaat ook over communicatie. Dat is motie nummer 5 in het setje van de raad. Hij zou de motie van Lokaal Alternatief niet zo willen overnemen, omdat dat een heel inhoudelijke suggestie is voor het doorlopen van het hele proces. Hij heeft goed gehoord wat de heer Bok in dezen gezegd heeft en ook wat de heer Rossel in dezen gezegd heeft. Beiden pleiten ervoor om dat op een goede manier op te pakken en het proces in breed overleg in te gaan. Het college zal het bureau, dat belast zal worden met de vervolgopdracht, meegeven, dat het onderzoek verricht dient te worden in overleg met het culturele veld en overigens ook in overleg met de directeur van het theater. Dat heeft hij volgens hem twee weken geleden ook al gezegd. Hij had dat al afgesproken met de directeur van het theater nog voordat de discussie in de commissie plaatsvond. In het verdere proces zal daarin gezamenlijk worden opgetrokken. Dus voor wat dat betreft komt hij zowel Lokaal Alternatief als GroenLinks tegemoet. Als spreker het goed begrepen heeft, heeft de heer Rossel motie nummer 4 ingetrokken. Dan blijft over de motie van de VVD. Hij heeft goed geluisterd naar de formulering van de heer
Pagina 48 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
Schneider, maar in de motie staat het iets anders. De heer Schneider stelde namelijk in zijn tweede termijn, dat door het inschakelen van BMC de schijn van partijdigheid kan worden gewekt, terwijl in de motie staat, dat tot op heden BMC niet meer als objectieve partij kan worden gezien. Daar zit een nuanceverschil in. Spreker heeft proberen aan te geven, dat het niet verstandig is om op die manier over een bureau te praten. Dat zegt hij ook met zijn juridische pet op. Hij heeft in zijn beantwoording alleen willen aangeven, dat hij BMC niet op voorhand wil uitsluiten. Het college heeft goed geluisterd naar de raad en zal daar op een prudente manier mee omgaan en daar een gedegen afweging in maken. Maar hij wil BMC niet op voorhand een stempel geven en daarmee uitsluiten. Dat zou zeer onzorgvuldig zijn. De voorzitter vraagt of hij daaruit mag concluderen, dat de wethouder de moties van Lokaal Alternatief en GroenLinks met enige nuance ondersteunt. De heer Thomas (weth.) ontkent dit. Hij vraagt de indieners van de moties of zij kunnen leven met zijn reactie. Hij denkt, dat hij daarmee tegemoet komt aan de intentie, die zij hebben uitgesproken. De heer Bok merkt op, dat de intentie prachtig is. Hij vindt echter, dat men moet beginnen bij de oorsprong. Eerst moet er duidelijkheid zijn over de analyse. Daar staan namelijk veel te veel dingen in, die verstrekkende gevolgen hebben. Daar moet men het eerst over eens zijn. Daarom vindt hij het ook niet zinvol om nu de varianten te bekijken . De voorzitter vraagt of dat betekent, dat Lokaal Alternatief de motie handhaaft. De heer Bok bevestigt dat. Als de procedure wordt gevolgd, zoals in het voorstel in de motie van Lokaal Alternatief zal de gedragenheid bovendien veel groter zijn dan wannee r er een extern bureau wordt ingehuurd, dat weer allerlei zaken gaat regelen. De heer Rossel handhaaft de motie eveneens, met name omdat het college eigenlijk de motie ondersteunt. De voorzitter wijst erop, dat de indiener van de motie de motie ook terug zou kunnen trekken als het college die motie steunt. De heer Schneider wenst eveneens de motie van de VVD te handhaven. Hij wil daar wel uitdrukkelijk bij opmerken, dat het niet de bedoeling van zijn fractie is om het bureau BMC in een kwaad daglicht te stellen. Dus zijn fractie zou wel de nuancering willen aanbrengen, dat de laatste zinsnede, waarbij wordt aangegeven, dat dit bureau niet meer als objectieve partij kan worden gezien, dat dit zou kunnen worden aangepast in de schijn van subjectiviteit tegen zou kunnen hebben. Maar de doelstelling van zijn fractie is in elk geval om BMC niet meer aan het vervolgtraject te laten meedoen. De voorzitter merkt in de richting van de heer Schneider op, dat als deze zijn motie in stand wil houden, hij even moet aangeven hoe de laatste zinsnede bij de opdrachtverstrekking aan het college moet worden aangepast. Er staat nu: “.... zijnde niet BMC aangezien dit bureau door haar participatie tot op heden niet meer als objectieve partij kan worden gezien.”. De heer Schneider deelt mede, dat hij dit wil vervangen door de volgende zinsnede: “.... zijnde niet BMC aangezien dit bureau door haar participatie de schijn van subjectiviteit tegen kan hebben.”. De voorzitter constateert, dat de motie van treurnis ook nog steeds op tafel ligt, aangezien deze niet is ingetrokken. Hij brengt vervolgens de eerste motie in stemming. Het betreft de motie van Lokaal Alternatief. Dat is motie nummer 3 in het setje van de raad. Wie voor de motie is, stemt ‘voor’. Wie tegen de motie is, stemt ‘tegen’. De heer Ruiters geeft aan, dat hij graag wil aangeven wat hij van de motie vindt. Hij wil een stemverklaring afleggen en vraagt of dat mogelijk is. De voorzitter antwoordt, dat dat zeker mogelijk is. Hij is echter ook van mening, dat het betreffende agendapunt reeds zeer uitgebreid onderwerp van bespreking is geweest. Een stemverklaring in dezen lijkt hem dan ook wat overdreven. De heer Ruiters merkt op, dat het standpunt van zijn fractie ten aanzien van de motie van treurnis duidelijk moge zijn; zeker na zijn betoog van vanavond. Daar is zijn fractie absoluut tegen. De motie van de VVD heeft de heer Schneider net aangepast. Daarom wil hij een amendement indienen op de aangepaste motie van de VVD. Wellicht dat dan de lading van beide kanten gedekt wordt. Hij stelt voor om achter het woordje ‘inhuren’ een punt zetten en de rest weg te laten. Volgens hem dekt dat de lading van beide kanten. Dat betekent, dat de toevoeging van de schijn van subjectiviteit wordt weggelaten. Dat vindt hij toch een akelig woord richting bureau BMC. De heer Schneider antwoordt, dat het CDA en de VVD een verschil van opvatting over objectiviteit hebben, die hierdoor niet te filteren is. De insteek van zijn fractie is en blijft, dat BMC niet de vervolgopdracht krijgt.
Pagina 49 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
De voorzitter brengt de eerste motie in stemming. Het betreft de motie van Lokaal Alternatief, waarin wordt voorgesteld om een communicatietraject te starten teneinde de analyse van BMC te bespreken met een breed middenveld en de resultaten daarvan in januari plenai r te bespreken. Dat is motie nummer 3 in het setje van de raad. Wie voor de motie is, stemt ‘voor’. Wie tegen de motie is, stemt ‘tegen’. De heer Sulmann: ‘Tegen.’ De heer Jacobs: ‘Voor.’ De heer Severins: ‘Tegen.’ De heer Hanssen: ‘Tegen.’ De heer Van der Mierden: ‘Tegen.’ De heer Schlangen: ‘Tegen.’ De heer Schepers: ‘Tegen.’ De heer Bok: ‘Voor.’ De heer Gehlen: ‘Voor.’ De heer Wöltgens: ‘Tegen.’ De heer Lataster: ‘Tegen.’ De heer Gorissen: ‘Tegen.’ De heer Housen: ‘Tegen.’ Mw. Bremen-Munsters: ‘Voor.’ De heer Von Kann : ‘Tegen.’ De heer Crombach: ‘Tegen.’ De heer Roland: ‘Voor.’ Mw. Housen-Donners: ‘Tegen.’ De heer Schneider: ‘Voor.’ De heer Spiertz: ‘Voor.’ De heer Vinders: ‘Tegen.’ De heer Ruiters: ‘Tegen.’ De heer Kool: ‘Voor.’ De heer Rossel: ‘Tegen.’ De heer Van Drunen : ‘Tegen.’ De griffier deelt mede, dat er 8 stemmen voor en 17 stemmen tegen zijn uitgebracht. De voorzitter constateert, dat de motie van Lokaal Alternatief daarmee verworpen is. Hij brengt vervolgens de motie van GroenLinks in stemming, waarin verzocht wordt om bij het uit te voeren onderzoek diverse belanghebbenden, zoals Parkstad Limburg Theaters, WMC, Orlando, KSO en gemeenteraad actief te betrekken. Dat is motie nummer 4 in het setje van de raad. Wie voor de motie is, stemt ‘voor’. W ie tegen de motie is, stemt ‘tegen’. De heer Sulmann: ‘Tegen.’ De heer Jacobs: ‘Voor.’ De heer Severins: ‘Tegen.’ De heer Hanssen: ‘Tegen.’ De heer Van der Mierden: ‘Tegen.’ De heer Schlangen: ‘Tegen.’ De heer Schepers: ‘Tegen.’ De heer Bok: ‘Voor.’ De heer Gehlen: ‘Voor.’ De heer Wöltgens: ‘Voor.’ De heer Lataster: ‘Tegen.’ De heer Gorissen: ‘Tegen.’ De heer Housen: ‘Tegen.’ Mw. Bremen-Munsters: ‘Voor.’ De heer Von Kann : ‘Tegen.’ De heer Crombach: ‘Tegen.’ De heer Roland: ‘Voor.’ Mw. Housen-Donners: ‘Voor.’ De heer Schneider: ‘Voor.’
Pagina 50 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
De heer Spiertz: ‘Voor.’ De heer Vinders: ‘Tegen.’ De heer Ruiters: ‘Voor.’ De heer Kool: ‘Voor.’ De heer Rossel: ‘Voor.’ De heer Van Drunen : ‘Tegen.’ De griffier deelt mede, dat er 12 stemmen voor en 13 stemmen tegen zijn uitgebracht. De voorzitter constateert, dat de motie van GroenLinks daarmee verworpen is. Hij brengt vervolgens de motie van de VVD in stemming, waarin opdracht wordt gegeven om samen met Parkstad Limburg Theaters de onderzoeksdoelstellingen te formuleren en een onafhankelijk bureau in te huren. Dat is motie nummer 2 in het setje van de raad. Wie voor de motie is, stemt ‘voor’. Wie tegen de motie is, stemt ‘tegen’. De heer Sulmann: ‘Tegen.’ De heer Jacobs: ‘Voor.’ De heer Severins: ‘Tegen.’ De heer Hanssen: ‘Tegen.’ De heer Van der Mierden: ‘Tegen.’ De heer Schlangen: ‘Tegen.’ De heer Schepers: ‘Tegen.’ De heer Bok: ‘Voor.’ De heer Gehlen: ‘Voor.’ De heer Wöltgens: ‘Tegen.’ De heer Lataster: ‘Tegen.’ De heer Gorissen: ‘Tegen.’ De heer Housen: ‘Tegen.’ Mw. Bremen-Munsters: ‘Voor.’ De heer Von Kann : ‘Tegen.’ De heer Crombach: ‘Tegen.’ De heer Roland: ‘Voor.’ Mw. Housen-Donners: ‘Voor.’ De heer Schneider: ‘Voor.’ De heer Spiertz: ‘Voor.’ De heer Vinders: ‘Voor.’ De heer Ruiters: ‘Tegen.’ De heer Kool: ‘Voor.’ De heer Rossel: ‘Tegen.’ De heer Van Drunen : ‘Tegen.’ De griffier deelt mede, dat er 10 stemmen voor en 15 stemmen tegen zijn uitgebracht. De voorzitter constateert, dat de motie van de VVD daarmee verworpen is. Hij brengt vervolgens de motie van treurnis van de Fractie Jacobs in stemming, waarin de Fractie Jacobs uitspreekt te betreuren, dat wethouder Thomas niet de gehele raad voldoende, tijdig, juist en volledig heeft geïnformeerd. Dat is motie nummer 1 in het setje van de raad. Wie voor de motie is, stemt ‘voor’. Wie tegen de motie is, stemt ‘tegen’. De heer Sulmann: ‘Tegen.’ De heer Jacobs: ‘Voor.’ De heer Severins: ‘Tegen.’ De heer Hanssen: ‘Tegen.’ De heer Van der Mierden: ‘Tegen.’ De heer Schlangen: ‘Tegen.’ De heer Schepers: ‘Tegen.’ De heer Bok: ‘Voor.’ De heer Gehlen: ‘Voor.’ De heer Wöltgens: ‘Tegen.’ De heer Lataster: ‘Tegen.’ De heer Gorissen: ‘Tegen.’ De heer Housen: ‘Tegen.’
Pagina 51 van 56
5
10
15
20
25
Mw. Bremen-Munsters: ‘Voor.’ De heer Von Kann : ‘Tegen.’ De heer Crombach: ‘Tegen.’ De heer Roland: ‘Voor.’ Mw. Housen-Donners: ‘Tegen.’ De heer Schneider: ‘Voor.’ De heer Spiertz: ‘Voor.’ De heer Vinders: ‘Tegen.’ De heer Ruiters: ‘Tegen.’ De heer Kool: ‘Voor.’ De heer Rossel: ‘Voor.’ De heer Van Drunen : ‘Tegen.’ De griffier deelt mede, dat er 9 stemmen voor en 16 stemmen tegen zijn uitgebracht. De voorzitter constateert, dat de motie van treurnis van de Fractie Jacobs daarmee verworpen is. Dan is hij bij de besluitvorming omtrent het ontwerpbesluit aangekomen. Hij vraagt wie geacht wil worden tegen gestemd te hebben bij onderdeel 1 van de besluitvorming. De heer Bok vraagt of hij in dezen een stemverklaring mag afleggen. De voorzitter merkt op, dat dat eigenlijk al gebeurd had moeten zijn, maar dat de heer Bok toch toestemming krijgt. De heer Bok deelt mede, dat met name het vrouwelijk lid van zijn fractie de rest ervan heeft overtuigd, dat de aankoop toch maar door moet gaan, mede omdat het een rendabele investering is. Daarom zal zijn fractie instemmen met dit onderdeel, ofschoon hij net tegen gestemd heeft. Daarin heeft zijn fractie haar mening bijgesteld. De voorzitter wil het toch anders doen. Hij vraagt wie geacht wil worden tegen gestemd te hebben voor wat betreft het totale voorstel. De heer Bok geeft aan, dat Lokaal Alternatief dan geacht wil worden tegen het totale ontwerpbesluit gestemd te hebben.
Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met dien verstande, dat de 30 fractie van Lokaal Alternatief geacht wordt tegen het ontwerpbesluit gestemd te hebben. De voorzitter vraagt de raad gezien het tijdstip van 23.00 uur of deze bereid is om de agenda verder af te handelen. Hij constateert, dat de raad de agenda verder af wil werken. 35
PUNT 10 ONTWERPBESLUIT INZAKE JAARREKENING 2010.
De heer Rossel merkt op, dat hij het dit jaar zonder briefje moet doen. Dat is dit jaar niet voor hem geregeld. 40 Hij hoopt dan ook, dat hij alles zal zeggen wat hij moet zeggen. Hij heeft helaas nog geen secretaresse tot zijn beschikking. Op 16 juni jl. heeft de rekenkamercommissie kennis kunnen nemen van de stukken en ook van de accountantsverklaring. Daar waren de heren Heijltjes en spreker bij aanwezig. Zij hebben toen ook de ruimte gehad om vragen te stellen en alle vragen zijn ook naar volledigheid beantwoord. De rekenkamercommissie heeft ook geconstateerd, dat het waarheidsgetrouwe beeld en de rechtmatigheid in orde zijn. Daarom 45 stelt de rekenkamercommissie ook voor om het college décharge te verlenen met betrekking tot de jaarrekening 2010. Hij wil daar wel een persoonlijke opmerking bij maken. Het voorliggende ontwerpbesluit is niet helemaal in orde. Daarin wordt namelijk nog uitgegaan van het oude exploitatieresultaat van 700.000 euro. Er is een addendum aan de jaarrekening toegevoegd en het resultaat bedraagt nu ruim 1,4 miljoen euro door een eenmalige meevaller. Dus dat moet wel echt in het ontwerpbesluit worden aangepast alvorens zijn fractie 50 daar akkoord mee kan gaan. De heer Terpstra (weth.) antwoordt, dat de heer Rossel daarvan uit kan gaan. Inhoudelijk is het helder. De accountant heeft uiteindelijk een bestemming toegerekend aan het vorig jaar, waardoor het rekeningresultaat wijzigt. Daarom is er ook een addendum aan de jaarrekening toegevoegd. Het spreekt vanzelf, dat dat dan ook het uiteindelijke rekeningresultaat is.
Pagina 52 van 56
De voorzitter merkt op, dat de h eer Rossel blijkbaar helemaal geen secretaresse nodig heeft. Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 5
PUNT 11 ONTWERPBESLUIT INZAKE REKENKAMERRAPPORT SUBSIDIEBELEID.
De heer Sulmann merkt op, dat er goede aanbevelingen in het stuk staan, waarbij zijn fractie wil aangeven, 10 dat het altijd goed is om te evalueren na een forse koerswijziging. Bij de komst van deze verordening in 2008 en de inwerkingtreding in 2009 was de gedachtegang om administratieve lasten te vereenvoudigen. Het doet goed om te weten, dat het beoogde doel, te weten deregulering en het terugbrengen van de administratieve lasten, gerealiseerd is. Uit het stuk heeft zijn fractie verder kunnen opmaken, dat het subsidiebeleid over het algemeen helder opgezet is en voldoende handvaten biedt om de doelen te bieden waarvoor subsidie wordt 15 verstrekt. Zijn fractie is dan ook van mening, dat door het periodiek overleg voldoende zicht bestaat op een goed uitvoeringsbeleid bij de betreffende instellingen. Zijn fractie ondersteunt in dezen dan ook het collegestandpunt en gaat akkoord met de aanbevelingen, met uitzondering van de aanbevelingen 1 en 4. De heer Gehlen deelt mede, dat in de visie van de VVD Kerkrade inzake het subsidiebeleid transparantie centraal staat. Met transparantie doelt zijn fractie op zaken, zoals wie er wel en niet in aanmerking komt voor 20 subsidie, wanneer men recht heeft op die subsidie, wie bepaalt of men wel of niet in aanmerking komt voor subsidie, welk doel met de subsidieverstrekking wordt n agestreefd en of de subsidie achteraf gezien nut heeft gehad, dus met andere woorden of de doelen zijn bereikt. De rode draad door de aanbevelingen in dit rekenkamerrapport is ook transparantie en wel in structuur, in duidelijkheid en in verantwoording. Zijn fractie kan zich dan ook in de meeste aanbevelingen in dit rapport vinden. In één aanbeveling kan zijn fractie zich 25 echter niet vinden, namelijk aanbeveling 5, waarin wordt voorgesteld het college de bevoegdheid te geven om subsidie toe te kennen zonder dat daar een aanvraag aan ten grondslag ligt. Zijn fractie vindt deze extra bevoegdheid ongewenst. Het mag toch niet te veel gevraagd zijn van een aanvrager voor gratis geld om daar een goed onderbouwde aanvraag voor in te dienen. Ten aanzien van één aanbeveling heeft zijn fractie nog een opmerking c.q. vraag, namelijk over aanbeveling 8. Daar staat onder andere, dat het college in bijzondere 30 gevallen zou moeten mogen besluiten af te wijken van de regel, dat subsidieaanvragen uiterlijk 3 maanden vóór de activiteit ingediend moeten worden. Worden die uitzonderingsgevallen ook aan de raad gerapporteerd in de beleidstoelichting bij de jaarrekening? Uit de bestuurlijke reactie van het college blijkt verder, dat het college twee aanbevelingen niet wil overnemen, namelijk aanbeveling 1 inzake het vooraf voorlopig vaststellen van subsidie aan professionele organisaties en deze pas na toetsing van de doelen achteraf 35 definitief vast te stellen. Alleen al de opmerking van het college het hier niet mee eens te zijn, mede omdat dit al 20 jaar zo gaat, bevestigt volgens zijn fractie de noodzaak tot het herzien van het beleid. De zienswijze van de rekenkamercommissie, die heeft geleid tot deze aanbeveling, onderschrijft zijn fractie volledig. Voor wat zijn fractie betreft dient het college deze aanbeveling dan ook uit te gaan voeren. En bij aanbeveling 4, voor zover mogelijk maatschappelijk beoogd effect van de subsidieverlening omschrijven alsmede doelen en dit 40 ook monitoren. De gemeente geeft met subsidies ingezameld belastinggeld weg. Deze aanbeveling schept nu juist de voorwaarden voor structurele, transparante verantwoording. Volgens de VVD Kerkrade dient het college ook deze aanbeveling zoals omschreven te gaan uitvoeren. Mw. Bremen-Munsters brengt naar voren, dat de fractie van Lokaal Alternatief de aanbevelingen van de rekenkamercommissie ondersteunt, behalve aanbeveling 1, namelijk dat de subsidie vooraf voorlopig wordt 45 vastgesteld en pas achteraf definitief aan de hand van de verantwoording. Afhankelijk van deze verantwoording kan het subsidie eventueel naar beneden worden bijgesteld en daar is haar fractie het niet mee eens. In het verleden is juist gekozen voor budgetsubsidie, zodat instellingen weten waar ze aan toe zijn. Men kan het instellingen niet aandoen, dat ze achteraf geld terug moeten geven. Bovendien betekent dit ook een grotere administratieve belasting. Haar fractie is wel voorstander van controle achteraf. Als bij de evaluatie blijkt, dat 50 zaken niet goed zijn ingevuld, kan de subsidie daarna bijges teld worden. De heer Rossel deelt mede, dat hij als voorzitter van de rekenkamercommissie het hele traject vanaf het formuleren van de onderzoeksvraag tot het totstandkomen van het rapport intensief heeft mogen meemaken. Hij wil dan ook benadrukken, dat hij hier een politieke inbreng levert. Hij heeft in de commissievergadering ook al benadrukt, dat hij daar met twee petten op heeft moeten spreken. Deze inbreng is ook politiek, dus hij
Pagina 53 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
kan niet voor de volledige rekenkamercommissie spreken. Wel is het zo, dat hem van het hart moet, dat juist de samenstelling van de rekenkamercommissie Kerkrade behelst, dat daar een politieke inbreng is. Er zijn namelijk 3 interne leden, waarvan 2 van de coalitie en 1 van de oppositie. Hij zit daar zelf namens de oppositie in en de leden Heijltjes en Von Kann zitten daar namens de coalitie in. Ten tijde van het onderzoek zat daar trouwens niet de heer Von Kann in, maar de heer Van Drunen. Dat is inmiddels veranderd. Het verbaast hem eigenlijk hogelijk – en hij heeft die verbazing mogen waarnemen bij de commissievergadering waar dit in eerste instantie is besproken – dat beide leden niet nu ook zeggen, dat ze alle conclusies en aanbevelingen onderstrepen, hetgeen zij bij de totstandkoming van het rapport wel hebben bepleit, tenminste hij heeft ze niets anders horen zeggen. Hij zou dan ook met name de heer Van Drunen willen vragen – de heer Heijltjes is namelijk vanavond niet aanwezig – of deze nu een andere mening is toegedaan dan als raadslid in de rekenkamercommissie. De rekenkamercommissie Kerkrade heeft haar eerste onderzoek van deze bestuursperiode afgerond en gepresenteerd. Een onderzoek naar de effectiviteit van het huidige sub sidiebeleid. Beleid, dat in 2008 grondig werd herzien. Het rapport dient dan ook als een eerste meetmoment. Het onderzoeksrapport heeft een duidelijke tweedeling, namelijk enerzijds gericht op professionele subsidieontvangers en anderzijds de vele vrijwillige subsidieontvangers. Bij de vrijwillige subsidieontvangers lijkt het huidige beleid zijn doel te verwezenlijken. De administratieve rompslomp is daadwerkelijk stukken verminderd. Bij de professionele subsidieontvangers worden echter harde conclusies getrokken. De allerbelangrijkste conclusie is, dat de planning en control cyclus niet rond is daar waar het om de realisatie van beleids doelen gaat. Subsidie is immers een instrument dat ingezet kan worden om iets te bereiken. In de hele cyclus bij de 6 professionele subsidieontvangers worden vrijwel niet vooraf doelen gesteld en achteraf verantwoord over deze doelen. Ook is bijsturing tussentijds niet fatsoenlijk mogelijk. Hoe wil de gemeenteraad als con trolerend orgaan nog kunnen beoordelen of de subsidies wel nodig zijn? In feite weet de raad immers niet waar de subsidie bij de professionele instellingen toe dient. De gemeente geeft geld, maar wat krijgt zij ervoor terug? Tevens ontbreekt dientengevolge iedere interactie tussen college en gemeenteraad om te bezien hoe subsidie ingezet kan worden om iets specifieks te bereiken. Het moge duidelijk zijn, dat GroenLinks de achterliggende gedachte van een subsidie-instrument onderstreept, maar dat het niet zo kan zijn, dat een gemeenteraad feitelijk een carte blanche geeft voor de besteding van die gelden en dus voor datgene wat de gemeente ervoor terugkrijgt. Dat is niet van deze tijd, waarin steeds duidelijkere doelen aan subsidieverlening worden gekoppeld. En hij zal het woord maar in zijn mond nemen; afrekenbaarheid dient hier aan de orde te zijn. Afrekenbaarheid van de gemeente richting subsidieontvangers, maar ook van de raad richting college. Kortom, GroenLinks is een warm voorstander van de conclusies en aanbevelingen uit het onderzoeksrapport. Een rapport, dat mede onder toeziend oog en met instemming van meerdere interne leden tot stand is gekomen. Hij roept de fracties, die zij vertegenwoordigen in de rekenkamercommissie, dan ook op om hiermee in te stemmen. De heer Bok wil wel nog een opmerking maken. In de rekenkamercommissie zitten mensen niet namens hun fractie, maar namens de raad. De heer Rossel wil graag reageren op de reactie van de heer Bok. Dat is natuurlijk des te mooier, omdat de vertegenwoordiging van de raad eigenlijk unaniem was in die rekenkamercommissie en hij hier toch eigenlijk een tendens bespeurt om de crux van de conclusies en aanbevelingen naast zich neer te leggen. De voorzitter merkt op, dat de heer Rossel aan het begin van zijn betoog heeft aangegeven, dat hij in de commissievergadering ook al heeft aangegeven, dat hij met twee petten heeft moeten spreken. Wellicht dat de raadsleden, die ook vertegenwoordigd zijn in de rekenkamercommissie, nu met een andere pet op spreken. De heer Wöltgens deelt mede, dat de fractie van het CDA, na het rapport met de resultaten gelezen te hebben, kan instemmen met de conclusies en aanbevelingen, genoemd in het rapport Subsidiebeleid van de gemeente Kerkrade. Zijn fractie steunt het college. De heer Van Drunen geeft aan, dat hij op dit moment bezig is met het bedrijven van politiek en dat hij nu even niet in de rekenkamercommissie zit. De heer Terpstra (weth.) geeft aan, dat wethouder Jongen zo meteen op één aspect in zal gaan. Cruciaal is de opmerking van GroenLinks dat het gaat om sturen op output. Eén ding moet hij echter tegenspreken en dat is de indruk, die gewekt wordt, alsof het college en de raad niet kunnen afrekenen. Men kan wel degelijk afrekenen in die zin, dat men met partijen in gesprek blijft en op het moment dat men het idee heeft, dat er dingen gebeuren, die men niet wil, dan kan daar rekening mee worden gehouden bij de toekenning van de subsidie in het jaar daarna. Als men voor elke instelling gaat sturen op output, betekent dat ook een enorme
Pagina 54 van 56
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
administratieve rompslomp. Bovendien is het dan nog de vraag hoe gedetailleerd men dat zou moeten doen om in de afrekening überhaupt zijn gelijk te halen. Dat leidt namelijk waarschijnlijk tot heel veel juristerij. En dat was nou juist niet de bedoeling toen in 2008 gekozen is voor minder administratieve rompslomp. Toen wilde men juist af van het vooraf formuleren van allerlei doelen en het achteraf afrekenen. Het moge logisch zijn, dat als men regels formuleert, die regels ook nog eens interpretabel zijn. Vervolgens gaat men daar achteraf iets mee doen, dus men gaat wellicht alsnog subsidie terugvragen en dan komt de heisa pas echt op gang. Dan gaat men vervolgens met elkaar de discussie aan hoe die regels geïnterpreteerd moeten worden en of het college hierin gelijk heeft of dat de gesubsidieerde partij gelijk heeft. En dat wil het college graag vermijden. Daarbij begrijpt hij volkomen, dat dat wel mogelijk is. Maar het college is bewust een andere weg ingeslagen en wil dat niet. Het college voert voortdurend met allerlei professionele instellingen gesprekken en in die gesprekken komt aan de orde waarvoor ze subsidie krijgen en in hoeverre ze voldoen aan het nastreven van het belang waarvoor de subsidie verstrekt wordt. Daar komt overigens nog bij, dat het risico dat men als overheid inboet aan betrouwbaarheid ook aanwezig is. Want professionele instellingen hebben hun lonen betaald, hun huren betaald, hun uitgaven gedaan en weten feitelijk niet of de subsidie of ze van het geld wat ze uitgegeven hebben niet alsnog een deel terug moeten geven. Het college vindt dat onwenselijk en onwerkbaar. Hij zou daarom de raad vooral willen vragen om in te stemmen met het feit, dat het college het grootste deel van de aanbevelingen overneemt en een tweetal niet met de redenen die het college daarvoor heeft aangegeven in zijn reactie. De heer Jongen (weth.) wil wel even reageren als het mag, aangezien hij niet officieel is uitgenodigd. Hij wil even reageren op de vraag van de VVD met betrekking tot aanbeveling 5, dat niet in alle gevallen subsidieaanvragen zijn ingediend. Dat is een terechte vraag. Maar in feite is er sprake geweest van één geval en dat wordt ook vermeld op pagina 23. En dat is in 2009 aan de orde geweest. Toen was er sprake van een bijzondere situatie inzake de bibliotheek. Zoals hier vermeld ging het in dit geval om een uiting van waardering van de zijde van de gemeente richting de bibliotheek. Met de beperkte financiële middelen, die de bibliotheek tot haar beschikking had en extra inzet door haar medewerkers heeft zij een certificering voor haar activiteiten gerealiseerd. De bijdrage is ten laste van het subsidiebudget voor incidentele subsidies gebracht. Dat valt binnen de beleidsvrijheid van de gemeente om een dergelijke activiteit te honoreren met een bijdrage. Bovendien zou het binnen de subsidievoorschriften gepast hebben om een dergelijke subsidie toe te kennen als een subsidieaanvraag zou zijn ingediend. Dus er is sprake van een exceptionele situatie en voor zover hij het heeft begrepen uit de stukken is dat slechts één geval geweest. De heer Gehlen wil daar graag even op reageren. Hij heeft dat wat wethouder Jongen zojuist aangaf ook gelezen. Dat is hem ook duidelijk. Waar het zijn fractie om gaat, is dat nu in de aanbevelingen wordt voorgesteld om die bevoegdheid structureel aan het college te geven. En om dat exces wat nu heeft plaatsgevonden structureel in de regels te verankeren, gaat zijn fractie net een stap te ver. Zo staat het namelijk in de aanbevelingen. De heer Rossel constateert gewoon, dat het college eigenlijk alleen maar beren op de weg ziet om de subsidieverstrekking aan de 6 professionele instellingen doelmatiger en doeltreffender te maken en hij zou liever de positieve insteek willen benaderen en het in ieder geval proberen. En als het vervolgens niet blijkt te werken in de praktijk kan men altijd nog terug naar deze vorm van subsidie. De heer Schlangen geeft aan, dat zijn fractie, om de zaak te completeren, de aanbevelingen van het college wil overnemen en dat houdt dus ook in, dat ook zijn fractie er voorstander van is om de aanbevelingen 1 en 4 niet over te nemen en de overige aanbevelingen wel. De voorzitter vraagt of de fractie van de VVD persisteert bij haar opmerkingen ten aanzien van aanbeveling nummer 5. Dat blijkt inderdaad het geval te zijn. Het ontwerpbesluit gaat echter uit van instemming met alle in het rapport genoemde conclusies en aanbevelin gen. Hij is echter van mening, dat gezien de standpunten van de onderscheidene fracties, dit niet haalbaar blijkt. Hij gaat dan ook uit van de opmerkingen van de sprekers in de beraadslagingen. En aanbeveling 1 wordt niet overgenomen. De heer Rossel wil graag helpen om de zaak op te helderen. Volgens hem is er een meerderheid in deze raad, die niet in kan stemmen met de aanbevelingen 1 en 4. De voorzitter geeft aan, dat de griffier hem daar zojuist op gewezen heeft. Hij constateert, dat de fracties van de Partij van de Arbeid, Lokaal Alternatief en Burgerbelangen niet kunnen instemmen met aanbeveling 1. Mw. Bremen-Munsters merkt op, dat ten gevolge daarvan ook aanbeveling 4 niet voldoende steun van de raad heeft. Die zijn namelijk aan elkaar gekoppeld.
Pagina 55 van 56
De voorzitter wil daartoe graag opheldering vragen aan wethouder Terpstra. Een meerderheid van deze raad kan niet instemmen met aanbeveling 1 en vanuit de raad wordt opgemerkt, dat dit impliceert, dat men ook niet kan instemmen met aanbeveling 4, aangezien deze aan elkaar gekoppeld zijn. Hij wil dit even helder hebben. 5 De heer Terpstra (weth.) geeft aan, dat het college vasthoudt aan het voorstel, zoals het dat in zijn reactie heeft geformuleerd. Hij heeft begrepen, dat dit door een meerderheid gedragen wordt. De heer Bok geeft aan, dat het besluit verkeerd geformuleerd is. Er staat, dat voorgesteld wordt om in te stemmen met de aanbevelingen. Dat zou dus inhouden, dat de raad zich bij instemming met dat besluit ook conformeert aan alle aanbevelingen en conclusies, die in het rapport staan. In het besluit zou dan moeten 10 staan, dat voorgesteld wordt om in te stemmen met het collegevoorstel omtrent de aanbevelingen. In dat collegevoorstel staat namelijk, dat het college de raad afraadt om in te stemmen met de aanbevelingen 1 en 4. De voorzitter bevestigt dat. De heer Bok heeft helemaal gelijk. Hij is de heer Bok dan ook heel dankbaar voor deze verhelderende opmerking. 15 Het ontwerpbesluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen. PUNT 12 SLUITING. 20 De voorzitter dankt de aanwezigen en de mensen thuis voor de aandacht. Hij wenst een ieder wel thuis en sluit vervolgens de vergadering om 23.20 uur. Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering van 28 september 25 2011. De raad voornoemd, De voorzitter,
De griffier,
30
Pagina 56 van 56
11it00715.
Lijst nog af te handelen ingekomen stukken. Raadsvergadering 28 september 2011 Alle onderliggende stukken liggen ter inzage tenzij anders vermeld.
1.
Schrijven d.d. 17 mei 2011 van de fractie van Burgerbelangen (11i0005666) met vragen ex art. 38 RvO inzake overlast door jeugd rond Alexandereik in wijk Gracht. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0011626) aan de fractie van Burgerbelangen.
2.
Schrijven d.d. 28 mei 2011 van de fractie van de PvdA Kerkrade (11i0006125) met vragen ex art. 38 RvO inzake uitspraken minister Opstelten versnelde invoering Wietpas in Limburg en Brabant. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0012730) aan de fractie van de PvdA.
3.
Schrijven d.d. 31 mei 2011 van de Fractie Jacobs (11i0006233) met vragen ex art. 38 RvO inzake verdwijnen bushalte Veldhofstraat/Eygelshovenergracht. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0016513) aan de Fractie Jacobs.
4.
Schrijven d.d. 10 juni 2011 van de Fractie Kool (11i0006494) met vragen ex art. 38 RvO inzake bezuinigingen in zorg. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0013059) aan de Fractie Kool.
5.
Schrijven d.d. 10 juni 2011 van de Fractie Kool (11i0006482) met vragen ex art. 38 RvO inzake verhuizing GGD. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0013077) aan de Fractie Kool.
6.
Schrijven d.d. 10 juni 2011 van de GGD Zuid-Limburg (11i0006546) betreffende toekomstscenario’s GHOR. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene Zaken en Middelen van 12 september 2011 waarbij men adviseert de voorkeur uit te spreken voor scenario 1 en dit aan de GGD kenbaar te maken.
7.
Schrijven d.d. 20 juni 2011 van de Fractie Jacobs (11i0006734) met vragen ex art. 38 RvO inzake Laurastraat Eygelshoven. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0013576) aan de Fractie Jacobs.
8.
Schrijven d.d. 20 juni 2011 van de Fractie Jacobs (11i0006733) met vragen ex art. 38 RvO inzake Roda JC Kerkrade. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0013109) aan de Fractie Jacobs.
9.
Schrijven d.d. 21 juni 2011 van de fractie van Burgerbelangen (11i0006786) met vragen ex art. 38 RvO inzake “preekstoel” in Eygelshoven. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het uitstelschrijven (11u0015529) aan de fractie van Burgerbelangen.
10. Schrijven d.d. 22 juni 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0006831) met vragen ex art. 38 RvO inzake kerncentrale Borssele. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0013493) aan de fractie van GroenLinks. 11. Schrijven d.d. 23 juni 2011 van de Fractie Jacobs (11i0006846) met vragen ex art. 38 RvO inzake terugkeergaranties spelen parten. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0018028) aan de Fractie Jacobs. 12. Raadsinformatiebrief d.d. 24 juni 2011 van het college van Kerkrade (11u0011114) betreffende evenementennota. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene Zaken en Middelen van 12 september 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. 13. Raadsinformatiebrief d.d. 27 juni 2011 van het college van Kerkrade betreffende ontwikkelingen Maecon Werkvoorziening BV. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en Samenleving van 15 september 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. 14. Schrijven d.d. 28 juni 2011 van de Fractie Jacobs (11i0007023) met vragen ex art. 38 RvO inzake kandidaat wielrennen. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0013236) aan de Fractie Jacobs. 15. Raadsinformatiebrief d.d. 29 juni 2011 van het college van Kerkrade (11it00455) inzake bezuinigingen. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene Zaken en Middelen van 12 september 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. 16. Raadsinformatiebrief d.d. 1 juli 2011 (11it00518) inzake afronding vervreemding aandelen Essent. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene Zaken en Middelen van 12 september 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. 17. Schrijven d.d. 20 juli 2011 van de fractie van de PvdA (11i0007796) met vragen ex art. 38 RvO inzake voorgenomen sluiting defensiekantoor. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0017393) aan de fractie van de PvdA.
18. Schrijven d.d. 21 juli 2011 van de Fractie Kool (11i0007790) met vragen ex art. 38 RvO inzake de buitenring. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0017019) aan de Fractie Kool. 19. Schrijven d.d. 28 juli 2011 van de Fractie Jacobs (11i0008113) met vragen ex art. 38 RvO inzake de Laurastraat. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het uitstelschrijven (11u0017056) aan de Fractie Jacobs. 20. Schrijven d.d. 28 juli 2011 van de Fractie Jacobs (11i0008149) met vragen ex art. 38 RvO inzake de Licom. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0016681) aan de Fractie Jacobs. 21. Schrijven d.d. 29 juli 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0008112) met vragen ex art. 38 RvO inzake Etil. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0018148) aan de fractie van GroenLinks. 22. Schrijven d.d. 29 juli 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0008164) met vragen ex art. 38 RvO inzake de Laurastraat. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het uitstelschrijven (11u0017057) aan de fractie van GroenLinks. 23. Raadsinformatiebrief d.d. 29 juli 2011 van wethouder Weijers (11u0016120) inzake uitspraak verzetschrift Raad van State Inpassingsplan Buitenring Parkstad Limburg. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Grondgebied en Economische Zaken van 14 september 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. 24. Schrijven d.d. 2 augustus 2011 van de Fractie Kool (11i0008165) met vragen ex art. 38 RvO inzake de afvalcontainer Torenstraat. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0017380) aan de Fractie Kool. 25. Schrijven d.d. 3 augustus 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0008203) met vragen ex art. 38 RvO inzake gemeenschapshuis Holz. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0017801) aan de fractie van GroenLinks. 26. Raadsinformatiebrief d.d. 3 augustus 2011 van wethouder Szalata (11u0016639) inzake samenwerking CJG met Veiligheidshuis. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en Samenleving van 15 september 2011 en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. 27. Schrijven d.d. 8 augustus 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0008289) met vragen ex art. 38 RvO inzake eigendom kerncentrale Borssele (vervolgvragen).
Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0017069) aan de fractie van GroenLinks. 28. Schrijven d.d 12 augustus 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0008444) met vragen ex art. 38 RvO inzake exploitatie gemeenschapshuis Holz – ’t Catharinahoes (aanvulling). Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0017801) aan de fractie van GroenLinks. 29. Schrijven d.d. 16 augustus 2011 van de Fractie Kool (11i0008544) met vragen ex art. 38 RvO inzake de Meuserstraat. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0017482) aan de Fractie Kool. 30. Schrijven d.d. 19 augustus 2011 van de fractie van GroenLinks (11i0008621) met vragen ex art. 38 RvO inzake de Avantislijn – Via Avantis. Voor beantwoording aan college. 31. Schrijven d.d. 21 augustus 2011 van de fractie van GroenLinks houdende verzoek tot interpellatie ex art. 37 van het RvO Raad inzake toekomstvisie woonlasten in relatie tot de bevolkingskrimp. Op grond van artikel 37 lid 2 Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad dient het verzoek van de fractie GroenLinks (d.d. 21 augustus 2011) betreffende het houden van interpellatie bij de behandeling van de ingekomen stukken in stemming te worden gebracht. Indien de raad besluit tot het agenderen van de interpellatie wordt bepaald op welk tijdstip van de vergadering de interpellatie zal worden gehouden. 32. Schrijven d.d. 1 september 2011 van de fractie van de VVD (11i0009029) met vragen ex art. 38 RvO inzake bekendmaking wijziging tarieven rioolrecht. Uw raad wordt verzocht om kennis te nemen van het antwoordschrijven (11u0018392) aan de fractie van de VVD. 33. Raadsinformatiebrief d.d. 7 september 2011 van wethouder Szalata inzake onderwijsontwikkelingen. Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en Samenleving en de raadsinformatiebrief voor kennisgeving aan te nemen. 34. Schrijven d.d. 9 september 2011 van de fractie van GroenLinks met vragen ex art. 38 RvO betreffende uitspraak Hoge Raad inzake verbod op heffen leges identiteitskaart. Voor beantwoording aan college. 35. Standpuntbepaling koers Licom NV (11n00536). Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Burgers en Samenleving van 15 september 2011 en de standpuntbepaling voor kennisgeving aan te nemen. 36. Financieel jaarverslag 2010 Multifunctioneel complex D’r Pool Kerkrade B.V. (11n00467) Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene Zaken en Middelen van 12 september 2011 en het financieel jaarverslag voor kennisgeving aan te nemen. 37. Financieel jaarverslag 2010 Parkeeraccommodaties Kerkrade B.V. (11n00466)
Uw raad wordt verzocht zich te conformeren aan het advies van de commissie Algemene Zaken en Middelen van 12 september 2011 en het financieel jaarverslag voor kennisgeving aan te nemen.
Initiatiefvoorstel PvdA Nr. 11Rb052. overwegende, • dat mevrouw Ribbink-Pieters en de heer Kockelkorn per 1 september jl. hun lidmaatschap van de fractie van de PvdA hebben opgezegd; • dat de bemensing van de commissies namens de PvdA als gevolg van de wijzi ging van de fractie aangepast dient te worden;
gelet op, • artikel 82 Gemeentewet; • artikel 2 Reglement van orde voor de vergaderingen van de raadscommissie ter voorbereiding van de vergaderingen van de raad der gemeente Kerkrade;
besluit: I. het raadsbesluit van 31 maart 2010, nr. 10Rb017, voor wat betreft de benoeming van mevrouw M.S.A. Ribbink-Pieters en de heer P.H.L. Kockelkorn als lid van de commissie Grondgebied en Economische Zaken in te trekken; II. het raadsbesluit van 31 maart 2010, nr. 10Rb016, voor wat betreft de benoeming van de heer A. van Horssen als lid van de commissie Burgers en Samenleving in te trekken; III. het raadsbesluit van 15 december 2010, nr. 10Rb070, voor wat betreft de benoeming van de heer M. Skraoui als lid van de commissie Grondgebied en Economische Zaken in te trekken; IV. het raadsbesluit van 27 april 2011, nr. 11Rb027, voor wat betreft de benoeming van de heer A.M.J. Von Kann als lid van de commissie Algemene Zaken en Middelen in te trekken; V. de heer A. van Horssen op voorstel van de fractie PvdA te benoemen als lid van de commissie Algemene Zaken en Middelen; VI. mevrouw E.M.J.J. Tans en de heren A.M.J. Von Kann en J.J.M. Snijders, op voorstel van de fractie PvdA te benoemen als lid van de commissie Grondgebied en Economische Zaken; VII. dit besluit per datum van besluitvorming in werking te laten treden.
Namens de fractie PvdA, M.M.L. van Drunen, fractievoorzitter.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade, in zijn openbare vergadering van 28 september 2011. De voorzitter van de raad,
De griffier,
J.J.M. Som
mr.drs. H.J.W. Jacobs-van Dongen
Initiatiefvoorstel Fractie Jacobs Nr. 11Rb053. overwegende, • dat mevrouw M. Ribbink-Pieters en de heer P. Kockelkorn zich hebben aangesloten bij de Fractie Jacobs; • dat de Fractie Jacobs dientengevolge de bemensing van de commissies wenst aan te passen;
gelet op, • artikel 82 Gemeentewet; • artikel 2 Reglement van orde voor de vergaderingen van de raadscommissies ter voorbereiding van de vergaderingen van de raad der gemeente Kerkrade;
besluit: I. de heer P. Kockelkorn op voorstel van de Fractie Jacobs te benoemen als lid van de commissie Burgers en Samenleving en van de commissie Grondgebied en Economische Zaken; II. mevrouw M-A. Ribbink-Pieters op voorstel van de Fractie Jacobs te benoemen als lid van de commissie Algemene Zaken en Middelen en van de commissie Burgers en Samenleving; III. dit besluit per datum van besluitvorming in werking te laten treden.
Namens de Fractie Jacobs, J. Roland, fractievoorzitter.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering van 28 september 2011. De voorzitter van de raad,
De griffier,
J.J.M. Som
mr.drs. H.J.W. Jacobs-van Dongen
Sector: Sector Stad
Kerkrade, 21 september 2011
Aanbiedingsbrief Aan de raad.
Nr. 11it00618 Hierbij bieden wij u ter overweging en beslissing een ontwerpbesluit, nr. 11Rb042 inzake voteren van € 100.000,00 uit het budget reserve structuurfonds, onderdeel overige herstructureringsprojecten t.b.v. revitalisering Dahliastraat aan. In de nota van toelichting, nr. 11Tl035 ,die het ontwerpbesluit vergezelt, zijn de overwegingen en nadere gronden aangegeven waarop het ontwerpbesluit berust.
Het college,
De secretaris,
J.J.M. Som
mr. C.M. Kuikman
Ontwerpbesluit Nr.: 11Rb042 De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, • dat in februari 2011 door uw raad de stadsdeelvisie Kerkrade-West is vastgesteld; • dat het project Bestaande wijk van morgen als één van de deelgebieden is benoemd in het uitvoeringsprogramma Kerkrade-West • dat de gemeente Kerkrade met de partners Hestia groep, Stadsregio Parkstad Limburg en de Provincie Limburg een Samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten voor Kerkrade-West; • dat in deze Samenwerkingsovereenkomst eveneens het project Bestaande Wijk van morgen is benoemd als een van de aan te pakken deelgebieden; • dat binnen dit deelgebied Hestia groep ca. 153 woningen duurzaam en energiezuinig wil gaan renoveren; • dat in het belang van de integrale gebiedsgerichte benadering ook de gemeente dient te investeren in de openbare ruimte en de aanpak van sociaal/maatschappelijke problemen; • dat een verdere uitwerking van de beoogde herstructurering in dit deelgebied noodzakelijk wordt geacht; • dat voor het project “Bestaande wijk van morgen géén specifieke middelen beschikbaar zijn om de benodigde voorbereidingen te treffen en plannen verder uit te werken.
gelezen, • de nota van toelichting, nr. 11Tl035, behorende bij dit besluit; • het startdocument Revitalisering Dahliastraat en omgeving als “Bestaande wijk van morgen”; • het verslag van de raadscommissie Grondgebied en Economische Zaken d.d. 14 september 2011;
gelet op, • programma: Aantrekkelijk wonen en wijkontwikkeling / Limburgse wijkenaanpak besluit: in te stemmen met het voteren van € 100.000,- uit het budget reserve structuurfonds, onderdeel overige herstructureringsprojecten.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade, in zijn openbare vergadering d.d. 28 september 2011. De voorzitter van de raad,
De griffier,
J.J.M. Som
mr. drs. H.J.W. Jacobs- van Dongen
Nota van toelichting Nummer.: 11Tl035
Kerkrade, 21 september 2011
Onderwerp Voteren voorbereidingskrediet ten behoeve van het project “Bestaande wijk van morgen” in het kader van het uitvoeringsprogramma Kerkrade-West. Behorend bij ontwerpbesluit nummer 11Rb042. Aanleiding van het besluit In februari van dit jaar heeft uw raad ingestemd met de Stadsdeelvisie Kerkrade-West en bijbehorend uitvoeringsprogramma. De Stadsdeelvisie Kerkrade West dient als basis voor gerichte investeringsbeslissingen, prioritering en aanpak van deellocaties en deelprojecten binnen het stadsdeel. In het bijbehorende uitvoeringsprogramma zijn diverse projecten opgenomen op het gebied van wonen, duurzaamheid, integratie, participatie, veiligheid en voorzieningen. Insteek is een integrale benadering voor het behalen van de verschillende doelstellingen binnen de Stadsdeelvisie. Op 28 februari 2011 is de Samenwerkingsovereenkomst Kerkrade-West gesloten waarin Gemeente, Hestia, Stadsregio Parkstad Limburg en de provincie Limburg zijn overeengekomen om door middel van realisatie van de deelgebieden, de Stadsdeelvisie uit te voeren en daarmee projectdoelen te realiseren. Partijen zijn bereid om te investeren in de verschillende deelgebieden. In dit kader is in het uitvoeringsprogramma het project “Bestaande wijk van morgen” benoemd als één van de deelgebieden alwaar op korte termijn een herstructurering moet gaan plaatsvinden. Binnen dit deelgebied, dat is gelegen in de directe omgeving van de Dahliastraat, zal de Hestia groep ca. 153 woningen duurzaam en energiezuinig gaan renoveren. De gemeente Kerkrade dient met name te investeren in openbare ruimte. De sociaal/maatschappelijke aspecten zullen gezamenlijk worden aangepakt. De gemeente Kerkrade en Hestia groep zijn voor de integrale herstructurering van dit deelgebied als kwartiermakers benoemd. Doelstelling project Het project Dahliastraat en omgeving behelst een duurzame revitalisering van de woningen en de woonomgeving met als uitgangspunt een integrale en gebiedsgerichte benadering. Concreet zal de Hestia groep 153 woningen duurzaam en energiezuinig gaan renoveren. Om daadwerkelijk een bijdrage te kunnen leveren aan de leefbaarheid in de buurt dient ook geïnvesteerd te worden in de openbare ruimte. De integrale benadering voor wat betreft de aspecten wonen, duurzaamheid, integratie, participatie, veiligheid, identiteit en voorzieningen staat hierbij centraal. Aanpak project De projectgroep is reeds enkele maanden actief met voorbereidende werkzaamheden welke gericht zijn op het uitwerken/uitvoeren van onderdelen van het projectprogramma. Vanuit zowel de gemeente Kerkrade als ook vanuit de partner Hestia groep is een projectleider benoemd welke gezamenlijk het project ter uitvoering dienen te brengen. Bijgevoegd is ter kennisname het startdocument Revitalisering Dahliastraat en omgeving als “Bestaande wijk van morgen”, waarin de beoogde aanpak project nader is uitgewerkt. Hestia groep zal in het gebied ca. 153 woningen voor eigen rekening en voor eigen portefeuille duurzaam en energiezuinig renoveren. Deels is er sprake van gezamenlijke verantwoordelijkheid, zoals bij de overgangen van openbaar naar privé. De gemeente investeert met name in de herinrichting van de openbare ruimte. Sociaal/maatschappelijke zaken worden door beide partijen gezamenlijk opgepakt.
1
Thans is de initiatiefase afgesloten en start de voorbereidingsfase met een aantal deelproducten. In hoofdlijn betreft dit volgende zaken: een uitgangspuntennotitie waarin taken, verantwoordelijkheden van beide partijen worden benoemd; programma van eisen ten behoeve van een op te stellen stedenbouwkundig ontwerp en een inrichtingsplan; uitvoeringsovereenkomst met daarin een gebiedsexploitatie inclusief financiële onderbouwing; projectgericht communicatieplan als aanvulling op het communicatieplan voor geheel Kerkrade West. Verder wordt een werkgroep leefbaarheid samengesteld welke met name de sociaal/maatschappelijke aspecten verder gaat uitwerken in een uitvoeringsplan. Het ligt voor de hand om hierbij aan te sluiten bij lopende initiatieven in de naastgelegen wijk Heilust alwaar een identiek programma wordt uitgerold. Kosten en financiering De totale kosten voor de herinrichting van het gebied en de aanpak van de leefbaarheidsproblemen zijn thans niet bekend. Een voorzichtige schatting op basis van ervaringscijfers leert dat rekening moet worden gehouden met een investering van ca. 2,5 miljoen euro. Deze investering is thans niet voorzien in reguliere begrotingen of planningen. Om de beoogde herinrichting toch te kunnen uitvoeren zal aldus een beroep moeten worden gedaan op een combinatie van diverse budgetten, fondsen en subsidies. De wijze van financiering van de herinrichting zal dan ook een belangrijk onderdeel uitmaken van de nog af te sluiten uitvoeringsovereenkomst. Op het moment dat de exacte omvang van de kosten c.q. benodigde investeringen bekend zijn, zal een financieringsopzet worden opgesteld. Voor de financiering van de beoogde plannen zal een beroep worden gedaan op volgende fondsen en budgetten: budget herstructurering (reserve structuurfonds) transformatiefonds innovatiefonds ISV3 programma regionale fondsen voor nieuwe energie en beeldbepalende ontwikkeling. overige gemeentelijke budgetten Voor zo ver géén beroep kan worden gedaan op reguliere budgetten, fondsen en subsidies zal moeten worden bezien in hoeverre een financiering kan plaatsvinden vanuit het budget voor herstructurering. Nadere uitwerking hiervan kan echter pas plaatsvinden op het moment dat plannen verder zijn geconcretiseerd en de daarop gebaseerde gebiedsexploitatie beschikbaar is. Hieromtrent volgt alsdan opnieuw een voorstel inclusief financiële onderbouwing ter besluitvorming. Belangrijk is het om te melden dat voor een bijdrage uit het transformatiefonds voor het deelgebied Heilust als voorwaarde werd gesteld dat de gemeente additionele gelden beschikbaar stelde. Ook vanuit het innovatiefonds is 2,5 miljoen beschikbaar gesteld met de randvoorwaarde de herstructurering duurzaam en integraal door te voeren. Een identieke benadering voor het onderhavige plangebied ligt dan ook voor de hand. Overigens investeert de Hestia groep ca. 14 miljoen euro in de renovatie van de woningen binnen het gebied. Voorbereidingskrediet Voor de nadere uitvoering van de voorbereidingsfase is een werkbudget vereist. Het werkbudget zal worden toegepast voor o.a. het opstellen van een Stedenbouwkundig ontwerp, inhuur derden voor uitwerking plannen etc. en ten behoeve van het verder uitwerken van acties op het gebied van sociaal/ maatschappelijke aangelegenheden. Op basis van inschatting wordt een werkbudget van € 100.000,noodzakelijk geacht.
2
Thans is voor het project “Bestaande wijk van morgen” geen eigen budget beschikbaar en derhalve wordt voorgesteld om een voorbereidingskrediet ter grootte van € 100.000,- ten laste te brengen van de reserve structuurfonds, onderdeel overige herstructureringsprojecten. Adviesorganen/inspraak Voor de uitvoering van het project worden een drietal werkgroepen samengesteld op het gebied van renovatie woningen, de openbare ruimte en het thema leefbaarheid. In deze werkgroepen zijn diverse partijen waaronder bewoners en leden huurdersraad vertegenwoordigd. Daarnaast ligt het in de bedoeling om periodiek bewoners te informeren via nieuwsbrieven of informatiebijeenkomsten. Wettelijke inspraakprocedures zijn vooralsnog niet aan de orde. Informatie/Communicatie Gemeente Kerkrade en de Hestia groep hebben voor Kerkrade-West een overkoepelend communicatieplan uitgewerkt onder de naam “West wint aan ruimte”. Voor het deelprojecten “Bestaande wijk van morgen” zal aansluiting worden gezocht bij de gekozen strategie binnen het overkoepelende plan. Verder zal een specifiek communicatieplan worden uitgewerkt dat is toegespitst op het project zelf. Een en ander zal in nauwe samenwerking met af delingen communicatie van de gemeente en de Hestia groep plaatsvinden. Motivering van het besluit (afwegingen) De Structuurvisie Kerkrade 2010- 2020 is doorvertaald in de Stadsdeelvisie Kerkrade-West en het bijbehorende uitvoeringsprogramma. De Stadsdeelvisie Kerkrade-West is in februari 2011 door de Raad vastgesteld. Naar aanleiding hiervan dient verdere concretisering van de diverse deelprojecten plaats te vinden. Het project “Bestaande wijk van morgen” is één van de deelgebieden uit het uitvoeringsplan Kerkrade-West. Een en ander is nogmaals bekrachtigd in een Samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Kerkrade, de Hestia groep, de Stadsregio Parkstad Limburg en de Provincie Limburg, waarin o.a. het deelgebied “Bestaande wijk van morgen” is opgenomen. Binnen dit deelgebied zal Hestia groep ca. 153 woningen duurzaam en energiezuinig gaan renoveren. In het belang van de integrale gebiedsgerichte benadering dient ook de gemeente te investeren in de openbare ruimte en de aanpak van sociaal/maatschappelijke problemen. Een verdere uitwerking van de beoogde herstructurering wordt derhalve noodzakelijk geacht. Ten behoeve van de verdere uitwerking van Stedenbouwkundige ontwerp, inrichtingsplan, gebiedsexploitatie met financiële onderbouwing en een sociaal/maatschappelijk plan van aanpak, ontbreekt een specifiek budget. Teneinde de benodigde verdere uitwerking te kunnen financieren wordt een voorbereidingskrediet aangevraagd ter hoogte van € 100.000,-. Voor de financiering van de uitvoering van de herinrichting van het gebied zal na verdere uitwerking van de plannen opnieuw een voorstel inclusief financiële onderbouwing ter besluitvorming worden voorgelegd.
3
Revitalisering Dahliastraat en omgeving als “De Bestaande Wijk van Morgen “ Startdocument Concept d.d. : Document :
6 juni 2011 versie 1.7
Ton van der Velden Maurice Vincken
gemeente Kerkrade Hestia groep
Inhoud 1. Algemene gegevens ............................................................................................................3 2. Inleiding...............................................................................................................................3 3. Aanleiding ...........................................................................................................................4 4. Doelstelling .........................................................................................................................4 5. Randvoorwaarden en uitgangspunten ..............................................................................4 5.1. Aanpassing woningvoorraad .........................................................................................4 5.2. Maatschappelijke stijging: Versterken sociale structuur .............................................5 5.3. Zorg en Welzijn: Stijging welzijn van de bewoners ...................................................5 5.4. Meer functioneel groen ..................................................................................................5 5.5. Goede loop- en fietsverbindingen.................................................................................5 5.6. Pilotprojecten energie, afval en materiaalgebruik .......................................................5 6. Relatie met deelprojecten uit Stadsdeelvisie Kerkrade-West..........................................6 7. Stappenplan .........................................................................................................................6 8. Planning...............................................................................................................................9 9. Middelen .............................................................................................................................9 10. Projectorganisatie ......................................................................................................... 10 11. Communicatie .............................................................................................................. 11
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
2
1. Algemene gegevens Projectnaam Projectleider Participanten
: Revitalisering Dahliastraat en omgeving als “De Bestaande Wijk van Morgen”. : Maurice Vincken / Ton van der Velden : Hestia groep / Gemeente Kerkrade
2. Inleiding Het gebied Dahliastraat en omgeving maakt onderdeel uit van het stadsdeel Kerkrade-west. Op 28 februari 2011 hebben provincie Limburg, Regio Parkstad, gemeente Kerkrade en Hestia groep een samenwerkingsovereenkomst getekend waarin “De Bestaande Wijk van Morgen” als één van de zeven deelprojecten is opgenomen. Hestia groep en gemeente Kerkrade zijn aangewezen als kwartiermakers en dienen voor dit project een startdocument en op termijn een uitvoeringsovereenkomst op te stellen. Als eerste dient het nu voorliggende startdocument ter goedkeuring aan de stuurgroep Kerkrade-West te worden voorgelegd. Vervolgens zal gemeente Kerkrade het startdocument ter goedkeuring aan haar college voorleggen, en Hestia groep de stukken aan haar Raad van commissarissen. In 2010 is een stadsdeelvisie voor Kerkrade-West opgesteld welke nu als onderlegger dient te fungeren bij de beoogde transformatie. Uitgangspunten bij deze revitalisering zijn o.a. leefbaarheidsproblemen oplossen, kwaliteitsverbetering van woningen en openbare ruimte realiseren en hiermee o.a. de waardedaling van vastgoed tegen gaan. De integrale benadering voor wat betreft de aspecten wonen, duurzaamheid, integratie, participatie, veiligheid, identiteit en voorzieningen staat hierbij centraal. Naast bovenstaande ambitie voor het totale gebied Kerkrade-West is op 17 december 2010 een samenwerkingsovereenkomst gesloten tussen Hestia groep, Woonpunt, Wonen Limburg en de Hogeschool Zuyd onder de naam “De Bestaande Wijk van Morgen”. In deze overeenkomst is vastgelegd dat voor het deelgebied Dahliastraat en omgeving een studie zal worden verricht naar mogelijkheden om de gebouwde omgeving duurzaam te her in te richten. Het voorliggende startdocument beschrijft de wijze van aanpak over de beoogde duurzame herinrichting van het deelgebied Dahliastraat en omgeving. Naast het treffen van harde maatregelen aan woningen en openbare ruimte zal met name aandacht uitgaan naar sociale aspecten om de leefbaarheid in de wijk te bevorderen. De integrale benadering staat nadrukkelijk voorop bij de beoogde transformatie.
Plangebied Dahliastraat en omgeving Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
3
3. Aanleiding De wijk Kerkrade-West kampt met een aantal samenhangende problemen op fysiek, sociaal en economisch gebied die de leefbaarheid sterk onder druk zetten. De gemeente Kerkrade, Hestia groep, provincie Limburg en de regio Parkstad willen deze negatieve spiraal ombuigen en samen werken aan duurzame herontwikkeling van het stadsdeel. Hiertoe hebben partijen een stadsdeelvisie opgesteld. In deze stadsdeelvisie is het gebied “Dahliastraat” aangemerkt als één van de gebieden waar ingegrepen moet worden. De huurwoningen in gebied Dahliastraat en omgeving staan al lang op de nominatie om gerenoveerd te worden, door de samenwerking met Hogeschool Zuyd en de duurzaamheidsambitie van Hestia groep en gemeente Kerkrade is hieruit het project “De Bestaande Wijk van Morgen” voortgekomen waarin de haalbaarheid van een duurzame herontwikkeling van deze wijk onderzocht wordt. Indien de haalbaarheidsfase positief wordt afgesloten, kan daadwerkelijk realisatie plaatsvinden.
4. Doelstelling Het project Dahliastraat en omgeving behelst een duurzame revitalisering van het de woningen en de woonomgeving met als uitgangspunt is een integrale en gebiedsgerichte benadering. Naast kwaliteitsverbetering van woningen en openbare ruimte te realiseren dienen ook leefbaarheidsproblemen te worden opgelost, teneinde hiermee o.a. de waardedaling van vastgoed tegen gaan. De integrale benadering voor wat betreft de aspecten wonen, duurzaamheid, integratie, participatie, veiligheid, identiteit en voorzieningen staat hierbij centraal.
5. Randvoorwaarden en uitgangspunten In het verleden uitgevoerde renovaties en herinrichting van woongebieden, welke zonder verdere aandacht voor specifieke problemen en aandachtspunten zijn uitgevoerd, geven veelal geen optimaal resultaat. De revitalisering dient daarom integraal plaats te vinden waarbij de aspecten wonen/duurzaamheid, integratie, participatie, veiligheid, identiteit en voorzieningen centraal staan. Op basis van deze aspecten zijn binnen het project navolgende randvoorwaarden en uitgangspunten in acht te nemen:
5.1. Aanpassing woningvoorraad De visie op de herstructureringsopgave voor heel Parkstad is vastgelegd in de “Herstructureringsopgave voor de woningvoorraad Parkstad Limburg en heeft o.a. geresulteerd in een kwantitatieve opgave voor KerkradeWest. Als onderdeel van sloop- en herbouwopgave is voor Kerkrade-West bepaald dat 669 woningen moeten worden onttrokken en 888 woningen getransformeerd dienen te worden. Voor het gebied Dahliastraat en omgeving vormt de mogelijke sloop van woningen een punt van discussie. Om de beoogde realisatie van de Oost – West verbinding richting groene loper te kunnen realiseren zouden woningen moeten worden onttrokken. Echter is de Hestia groep in de nabijgelegen wijk al 552 woningen aan het slopen. Bij het onthuren van deze woningen ontstaat het probleem dat huurders niet kunnen worden geherhuisvest. Hierdoor kan de operatie in Heilust vertraging oplopen. Daarnaast is voor Hestia groep tot nu toe renovatie van 153 woningen het uitgangspunt geweest en zijn deze woningen ook het strategisch voorraadbeheer opgenomen. Recentelijk is bestuurlijk afgesproken dat beperkte sloop van woningen binnen het gebied niet bij voorbaat uitgesloten is van de onderzoeksopdracht. Indien blijkt dat partijen gezamenlijk vinden dat het de kwaliteit van het plan ten goede zal komen indien een beperkte sloop plaats zal vinden. En dit planningtechnisch, communicatief en financieel haalbaar wordt geacht is een beperkte sloopopgave een overweging. Definitieve besluitvorming omtrent mogelijk sloop zal aan de hand van verder uitgewerkte plannen en bijbehorende gebiedsexploitatie plaatsvinden.
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
4
5.2. Maatschappelijke stijging: Versterken sociale structuur De demografische krimp, een overschot aan woningen evenals diverse sociale problemen leiden ertoe dat de leefbaarheid in de wijk sterk onder druk staat. Een aanpak gericht op het maatschappelijk activeren van bewoners en het aantrekken van nieuwe doelgroepen en het treffen van adequate voorzieningen staat hierbij voorop.
5.3. Zorg en Welzijn: Stijging welzijn van de bewoners Het voorzieningenaanbod is de laatste jaren sterk gewijzigd. Door inzet van sociale wijkt eams onder het motto van ketenbenadering, participeren gemeente, zorg- en welzijnsinstellingen en woningcorporaties. Het spreekt voor zich om ook hier een integrale benadering toe te passen en tijdens het revitaliseringsproces gebruik te maken van deze faciliteit. Renovatie betekent ook dat er automatisch “achter de voordeur” gekeken wordt, deze kansen moeten benut worden om ook op vlak van zorg en welzijn een slag te maken.
5.4. Meer functioneel groen De buurten in Kerkrade-West kwalificeren zich door weinig kwalitatief groen en een compacte stedelijke opzet. In de nabijheid van het gebied Dahliastraat is de zogenaamde “groene loper” gepland, waarvoor een landschappelijk plan wordt opgesteld. Een aansluiting vanuit het plangebied naar deze groene loper wordt nagestreefd. Deze zogenaamde groene Oost - West verbinding zou verder een verbinding kunnen vormen tussen verschillende delen van Kerkrade-West. Binnen het plangebied zelf zal ook nadrukkelijk aandacht uitgaan naar een kwaliteitsverbetering in de openbare ruimte. Aandacht voor een duurzaam ingerichte groenstructuur met plaats voor spelen en ontmoeten staan hierbij voorop.
5.5. Goede loop- en fietsverbindingen Het verbeteren van fiets- en wandelroutes zal het autogebruik moeten verminderen. De beoogde Oost – West verbinding kan mogelijk onderdeel uitmaken van het op te stellen routeplan voor de gehele wijk.
5.6. Pilotprojecten energie, afval en materiaalgebruik Het aspect duurzaamheid loopt als rode draad door alle plannen heen. Duurzaamheid is een breed begrip en is door middel van een duurzaamheidsscan (DPL) getracht te kwantificeren. Uitgangspunt is dat na de uitgevoerde revitalisering de score aanzienlijk hoger zal uitvallen. De onderdelen energie, afval en materiaalgebruik krijgen bijzondere aandacht binnen dit gebied. De “De Bestaande Wijk van Morgen” zal als voorbeeld moeten dienen voor de resterende gebieden welke opnieuw moeten worden ingericht. Op het gebied van energie en de renovatie van woningen zal het trias-energetica concept worden gevolgd. Eerst zoveel mogelijk isoleren, vervolgens toepassing van duurzame energie en uiteindelijk zuinig en efficiënt toepassen van fossiele brandstoffen. Voor de aspecten afval en materiaalgebruik zal worden gezocht naar slimme oplossingen voor vrijgekomen afval en in te zetten materialen. Hiervoor zal nauw worden samen gewerkt met de Hogeschool Zuyd in het kader van het project “De Bestaande Wijk van Morgen Kerkrade-West”. Verder zal de werkgroep duurzaamheid kaderstellende voorwaarden aanreiken aan de hand waarvan verdere uitwerking van herinrichtingsplannen dient plaats te vinden.
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
5
6. Relatie met deelprojecten uit Stadsdeelvisie Kerkrade-West Vanuit de Stadsdeelvisie Kerkrade-West is een uitvoeringsplan opgesteld. Hierin zijn een aantal deelprojecten gedefinieerd voor de korte- midden- en lange termijn. De herinrichting van de Dahliastraat en omgeving heeft relatie met navolgende deelprojecten behorende tot de Stadsdeelvisie West: - Herstructurering woningvoorraad Kaalheide en “De Bestaande Wijk van Morgen” (project nr. 9) Doelstelling: Aanpassing woningvoorraad en creëren nieuwe woonkwaliteit - Pilot duurzame sloop – duurzame inrichting openbare ruimte (project nr. 25) Doelstelling: Sluiten van kringlopen en voorzien in eigen bronbehoefte op het gebied van energie, materialen en water. - Pilot “hergebruik afval/duurzame materialen” (project nr. 28) Doelstelling: Gericht op het sluiten van kringlopen en voorzien in de eigen bronbehoefte op het gebied van energie, materialen en water. - Aanleg “Groene Loper” in Heilust en duurzame inrichting openbare ruimte (project nr. 24) Doelstelling: Realiseren van meer functioneel groen in de wijk; Integraal waterbeheer, duurzame materialen, led verlichting en minimaliseren verharding. Als onderdeel van project 24 kan worden toegevoegd het realiseren van een Oost-West verbinding vanuit Seringenstraat/Rozenstraat richting Groene loper. - Achter de voordeur (project nr. 2) Doelstelling: Terugdringen van maatschappelijke problemen en realiseren van sociaal draagvlak voor herstructurering. - Keurmerk veilig wonen (project nr. 7) Doelstelling: Verhogen van de veiligheid; Socialer, veiliger en schoner maken van gebied. - Onderzoek naar Kerkrade-West energieneutraal 2040 (project nr. 27) Doelstelling: Onderzoeken en opzetten van een plan van aanpak voor het realiseren van een energieneutrale woonwijk in 2040. - Intensivering Opbouwwerk (project nr. 6) Doelstelling: Maatschappelijke stijging en welzijn; versterken sociale cohesie, verhogen van zelfredzaamheid en zelfwerkzaamheid van bewoners. Zo mogelijk inzet van langdurig werklozen bij herstructureringsklussen
7. Stappenplan Voor de uitvoering van het project worden navolgende activiteiten uitgevoerd: 1. Afstemming met partijen Voor de uitvoering van het project zal een projectgroep worden opgericht waarin zowel medewerkers van de gemeente Kerkrade en Hestia groep vertegenwoordigd zullen zijn (zie ook punt 10 Project organisatie). Na goedkeuring van het startdocument kan de projectgroep formele status krijgen en start de voorbereidingsfase. Gedurende het gehele project zal met name tussen de gemeente Kerkrade en Hestia groep nauwgezette afstemming plaatsvinden.Hestia groep en de gemeente Kerkrade werken gezamenlijk vanuit een gebiedsgericht projectorganisatie. Naast interne besluitvormingstrajecten zullen de plannen ook worden voorgelegd aan de Regiegroep en de Stuurgroep Kerkrade-West.
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
6
2. Opstellen Startdocument Het voorliggende startdocument dient als uitgangspunt en maatstaf voor de projectgroep en eventuele werkgroepen. Het startdocument is in gezamenlijkheid opgesteld en wordt eerst besproken met de Regiegroep alvorens dit ter goedkeuring zal worden voorgelegd aan de leden van de Stuurgroep en gemeentelijk college en raad van commissarissen Hestia groep. Resultaat: Goedkeuring Regiegroep 3. Accorderen startdocument Het startdocument zal aan de leden van de Stuurgroep Kerkrade-West worden voorgelegd welke fiat moeten geven ten aanzien van de voorgestelde aanpak. In de Stuurgroep zijn zowel het college als de raad van toezicht Hestia groep vertegenwoordigd middels een wethouder en directeur-bestuurder. Na goedkeuring door de Stuurgroep zal het Startdocument ter goedkeuring worden voorgelegd aan zowel het college van de gemeente Kerkrade als ook ter kennisname worden voorgelegd aan de raad van commissarissen van Hestia groep. Beide partijen moeten hun goedkeuring verlenen aan de plannen incl. de bijhorende fase- en werkbudgetten. Resultaat: Goedkeuring Stuurgroep, Collegebesluit, besluit RVC Hestia groep, fase- en werkbudgetten. 4. Start Voorbereidingsfase Na goedkeuring Startdocument zal de projectgroep starten met voorbereidende werkzaamheden welke gericht zijn op het uitwerken/uitvoeren onderdelen van het projectprogramma (communicatieplan, voorlopige en definitieve ontwerpen voor stedenbouwkundig plan / openbare ruimte en de woningen) Na goedkeuring startdocument volgt de voorbereiding en uitwerking van navolgende zaken: - Integraal: - opzet integraal communicatieplan voor het deelproject - opstellen uitgangspuntennotitie - opstellen concept uitvoeringsovereenkomst tussen gemeente en Hestia groep - afstemming met overige (indirecte) projecten (via werkgroepen Sociaal/Welzijn, Duurzaamheid etc.) - verkenning van relevante procedures en wettelijke plichten - opstellen overall-planning - Door gemeente Kerkrade: - formuleren programma van eisen t.b.v. stedenbouwkundig ontwerp - aanbesteding en uitvoeren stedenbouwkundig ontwerp - uitwerken financiële paragraaf (projectkosten herinrichting openbare ruimte, financieringsopties) - opstellen uitgangspuntennotitie voor realisatie - opstellen kostendekkende gebiedsexploitatie op basis van ontwerp en uitgangspuntennotitie - Door Hestia groep: - Voorlopig ontwerp woningen - Definitief ontwerp woningen - Financiele toets Resultaat: communicatieplan, concept uitvoeringsovereenkomst, programma van eisen stedenbouwkundig ontwerp, stedenbouwkundig ontwerp, definitief ontwerp woningen, uitgangspuntennotitie en een uitvoeringsbegrotingen (opzet gebiedsexploitatie). 5. Start communicatie activiteiten Aan de hand van het integrale communicatieplan wordt informatie verstrekt aan betrokken en relevante partijen. In deze is nauwe samenwerking vanzelfsprekend waarbij ook bewoners actief betrokken zullen worden. Omdat het een langdurig project betreft, zullen voldoende communicatiemomenten worden ingelast. Ook op de momenten dat er niet heel concreet en zichtbaar iets gebeurt. In samenspraak met de medewerkers communicatie gemeente en Hestia groep, zal een communicatiekalender worden opgesteld waarin alle stappen in het project beschreven worden met de daaraan gekoppelde communicatieactiviteiten.
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
7
6. Presentatie plannen en financiële consequenties inclusief exploitatieopzet Na gereed komen van het stedenbouwkundig ontwerp en de financiële consequenties hiervan duidelijk zijn (uitgangspuntennotitie en de gebiedsexploitatie met financieringsopzet), kunnen de plannen gepresenteerd worden aan de Stuurgroep, bestuur en betrokken partijen. Voor Hestia groep zijn de kosten en opbrengsten al in beeld gebracht en zullen alleen nog de ontwerpen worden getoetst aan de gestelde financiële randvoorwaarden. In deze fase is de betrokkenheid van bewoners plangebied van groot belang. Hier zal in het communicatieplan rekening mee worden gehouden. Resultaat: principe goedkeuring plannen 7. Besluitvormingsproces en start eventuele procedures Nadat partijen in principe de plannen akkoord hebben verklaard kan formele besluitvorming plaatsvinden inclusief het voteren van krediet(en). Tevens kan worden overgegaan tot ondertekening van de Uitvoeringsovereenkomst tussen gemeente en Hestiagroep. Vervolgens kunnen benodigde procedures worden opgestart. Resultaat: Formele besluitvorming inclusief uitvoeringskrediet, ondertekende uitvoeringsovereenkomst 8. Opstellen bestek en aanbesteding herinrichting openbare ruimte Aan de hand van het goedgekeurde stedenbouwkundig ontwerp kan verdere detaillering plaatsvinden en kan vervolgens een bestek worden opgesteld. Op basis van het bestek kan aanbesteding plaatsvinden. Resultaat: Bestek herinrichting openbare ruimte, offertes herinrichting openbare ruimte. 9. Uitvoeringstraject Na de finale goedkeuring Hestiagroep van het investeringsvoorstel voor de renovatie van de woningen zal hiermee worden gestart. In de planning zullen de renovatiewerkzaamheden eerder starten dan het herinrichten van de openbare ruimte. Na beoordeling van de offertes kan opdrachtverlening plaatsvinden en het uitvoerings-/realisatietraject starten. Er zal nauwe afstemming plaatsvinden tussen de renovatiewerkzaamheden aan de woningen en de herinrichting van de openbare ruimte. Resultaat: Aannemingsovereenkomsten met uitvoerende partijen 10. Overdracht en beheer Na realisatie van de herinrichting openbare ruimte volgt oplevering en overdracht naar de afdeling Openbare Ruimte welke het beheer kan gaan uitvoeren. De renovatie woningen worden bloksgewijs na oplevering worden overgedragen aan het Klantengroepteam (KGT) in Kerkrade. Resultaat: opleverings- en overdrachtsdocumenten
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
8
8. Planning In hoofdlijnen kan volgende planning worden gevolgd: Omschrijving
Gereed
Formalisatieproces 1. 2. 3. 4. 5.
Goedkeuring Startdocument Regiegroep Voorbespreking Startdocument (bilateraal) wethouder Thomas en dhr. J. Vinken Hestiagroep. Goedkeuring Startdocument leden Stuurgroep Kerkrade-West Collegebesluit Startdocument met werkkrediet Ondertekening uitvoeringsovereenkomst
maart 2011 maart 2011 medio mei 2011 juni 2011 oktober 2011
Renovatie 153 woningen (Hestiagroep) 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Interne besluitvorming op ontwikkelingsexposé Ontwerpfase Eerste communicatie activiteiten Interne besluitvorming op fasedocument Contractfase (incl. bouwvergunning) Interne besluitvorming op uitvoeringsexposé Realisatiefase
februari 2011 mei2011 mei2011 juni 2011 juni /okt 2011 oktober 2011 november 2011
Herinrichting openbare ruimte (Gemeente) 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Start project en afstemming partijen Goedkeuring startdocument door college Opstellen uitgangspuntennotitie Uitwerken onderdelen projectprogramma en opstellen Stedenbouwkundig ontwerp Opstellen gebiedsexploitatie Presentatie plannen en financiële consequenties Besluitvorming, budgettering Opstellen bestek(ken) Aanbesteding maatregelen en gunning Start herinrichting openbare ruimte
november 2010 juni 2011 juli 2011 juli 2011 september 2011 oktober 2011 november 2011 december 2011 januari 2012 maart 2012
9. Middelen Voor wat betreft de financiering van de beoogde revitalisering worden volgende uitgangspunten gehanteerd: • Hestia groep zal woningen voor eigen rekening en voor eigen portefeuille renoveren. Deels is er sprake van gezamenlijke verantwoordelijkheid, zoals bij de overgangen van openbaar naar prive, en zullen middelen worden samengevoegd. Bij het Transformatiefonds zal een aanvraag worden gedaan voor een bijdrage in het ‘Innovatiefonds Kerkrade-West’. Momenteel wordt gesproken over een aanvraag van € 2,5 miljoen wat nog moet worden onderbouwd en gespecificeerd. Hierbij ligt de focus op energiebesparing in de bebouwde omgeving toegepast in “de Bestaande wijk van Morgen”. Binnen 1 jaar worden de plannen geconcretiseerd om met energiebesparing aan de slag te gaan.
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
9
•
Gemeente investeert in de herinrichting van de openbare ruimte. Voor de financi ering van de beoogde plannen zal een beroep worden gedaan op volgende fondsen en budgetten: - transformatiefonds - ISV3 programma - regionale fondsen voor nieuwe energie en Beeldbepalende ontwikkeling. - eigen gemeentelijke budgetten Een exacte inschatting van benodigd en beschikbaar budget is thans niet mogelijk en zal gedurende het proces duidelijk worden. Fase- en werkbudget Ter voorbereiding van de uitvoerende werkzaamheden is een fase- en werkbudget vereist. Hiermee worden het benodigde Integrale Stedenbouwkundig ontwerp en de exploitatieopzet herinrichting van het gebied alsmede de bijkomende kosten gefinancierd. Fasebudget Hestia groep: Voor wat betreft de ontwerpfase renovatie woningen is reeds het benodigde budget goedgekeurd en beschikbaar. Werkbudget gemeente Voor de nadere uitvoering van de voorbereidingsfase is een werkbudget vereist. Deze wordt voorlopig geraamd op maximaal € 50.000,-. Na aanbesteding van het stedenbouwkundig ontwerp zullen de kosten exact duidelijk worden en zal na goedkeuring do or het college, opdracht verleend kunnen worden.
10.
Projectorganisatie
Voor de uitvoering van het project zal een projectorganisatie worden opgericht waarin gemeente en Hestia groep gezamenlijk de programma uitvoering ter hand zullen nemen. Voor specifieke zaken zullen werkgroepen worden opgezet waarin zaakdeskundigen zitting zullen nemen. Dit betreft met name werkgroepen voor Renovatie, Openbare Ruimte, Sociale- en Welzijnszaken en Duurzaamheid. In beginsel zal de projectgroep de voortgang rapporteren aan de Projectdirectie bestaande uit een vertegenwoordiger van de Hestia groep en een vertegenwoordiger van de gemeente Kerkrade. Voor specifieke besluitvormingszaken gericht op de openbare ruimte zal in eerste instantie goedkeuring worden gevraagd aan het gemeentelijk college. Projectgroepleden: De projectgroep heeft de als taak de voorbereidingen te treffen voor besluitvorming in de stuurgroep en te zorgen voor afstemming tussen Hestia groep en Gemeente Kerkrade. Algehele projectleiding is in handen van: • Maurice Vincken (projectleiding Hestia groep) • Ton van der Velden (projectleiding gemeente) In de diverse werkgroepen zullen o.a. zitting nemen: Namens Hestia groep: • Brigitte Dankelman (communicatie) • Jan Zopfi (technisch adviseur) • Famke Bax (woonconsulent) Namens Gemeente Kerkrade: • Slobodan Alicehajic (Stedenbouw) • Mado van Oppen (Communicatie) • Eric Komen (Civieltechniek) • Hein Bracun (Wijkontwikkeling) • Jean Pijpers (Duurzaamheid)
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
10
Stuurgroep wethouder dir. bestuurder depute portf. Wonen PL
P. Thomas J. Vinken N. Lebens A. Dritty
Projectdirectie Johan de Niet Hestia groep Kerensa Giesen Gem. Kerkrade
Project De Bestaande Wijk Van Morgen Maurice Vincken projectleider Ton van der Velde projectleider
Communicatie Brigitte Dankelman Mado van Oppen
Renovatie Maurice Vincken Jan Zopfi *Jos Schiffelers
Openbare ruimte Ton van der Velde Slobodan Alicehajic Jean Pijpers Eric Komen
Leefbaarheid Hein Brancun Famke Bax
Organisatieschema Projectorganisatie Revitalisering Dahliastraat en omgeving
11.
Communicatie
In het kader van de herstructurering van Kerkrade-West wordt een integraal communicatieplan opgesteld. Dit plan dient als uitgangspunt voor de communicatie binnen de deelprojecten. Zo zal ook in creatieve uitingen bij deelprojecten worden aangesloten bij het creatieve concept van de gebiedscommunicatie in KerkradeWest: ”West wint…’’ (bijvoorbeeld bij bouwborden in de openbare ruimte, of nieuwsbrieven e.d.). Voor het deelproject revitalisering Dahliastraat en omgeving zal verder een specifiek communicatieplan worden opgesteld. Belangrijk aspect in het deelplan is dat de kwaliteitsaanpassing van de woningen en woonomgeving in nauw overleg met de huidige bewoners zal plaatsvinden. Omdat participatie tijdens het gehele traject ons voornaamste doel zal zijn, heeft de persoonlijke communicatie (bijeenkomsten, gesprekken e.d.) een hoge prioriteit. De communicatie gerelateerd aan de renovatie van de woningen zal voornamelijk door Hestia groep worden opgepakt. De communicatie betreffende aanpassing van de openbare ruimte is voornamelijk een rol van de gemeente. Omdat het een langdurig project betreft, zullen voldoende communicatiemomenten worden ingelast. Er zal een communicatiekalender opgesteld worden waarin alle stappen in het project beschreven worden met de daaraan gekoppelde communicatieactiviteiten. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met medewerkers van de afdelingen communicatie van Hestia groep en de gemeente.
Startdocument revitalisering Dahliastraat en omgeving als Bestaande wijk van morgen
11
Bijlage 1: Plangebied Dahliastraat en omgeving als “Bestaande wijk van Morgen”
Agendapunt nr.:
Sector: sector Stad
Kerkrade, 21 september 2011
Aanbiedingsbrief aan de raad. Nr.: 11it00643 Hierbij bieden wij u ter overweging en beslissing een ontwerpbesluit, nr.11Rb043 inzake beslissing op het bezwaarschrift, gericht tegen uw besluit van 30 maart 2011 tot vestiging van de Wet voorkeursrecht gemeenten, van mevr. mr. Cadée namens de heer J.E. van de Waarsenburg, Papaverstraat 6 te Kerkrade. In de nota van toelichting, nr. 11Tl036, die het ontwerpbesluit vergezelt, zijn de overwegingen en nadere gronden aangegeven waarop het ontwerpbesluit berust. Het Raadsbesluit van 30 maart 2011 ligt ter inzage.
Het college,
De secretaris,
J.J.M. Som
Mr. C.M. Kuikman.
Ontwerpbesluit Nr.: 11Rb043
De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, • dat mevrouw mr M.M.J.A. Cadée van DAS Rechtsbijstand namens de heer J.E. van de Waarsenburg, Papaverstraat 6 te Kerkrade een bezwaarschrift heeft ingediend tegen het besluit van de raad inzake het van toepassing verklaren van de Wet voorkeursrecht gemeenten d.d. 30 maart 2011.
gelezen, • de nota van toelichting, nr. 11Tl036, behorende bij dit besluit; • het verslag van de raadscommissie Grondgebied en Economische Zaken d.d. 14 september 2011; • het advies van de Centrale Bezwaarschriftencommissie, deel uitmakende van dit besluit;
gelet op, • het bepaalde in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht juncto de artikelen 3 en 5 van de Verordening behandeling bezwaarschriften en klachten gemeente Kerkrade:
besluit: I. mr M.M.J.A. Cadée in haar bezwaren ontvankelijk te verklaren; II. De bezwaren van M.M.J.A. Cadée d.d. 21 februari 2011 met overneming van het advies van de Centrale Bezwaarschriftencommissie waarvan de raad zich de zorgvuldigheid heeft vergewist, onder handhaving van het bestreden besluit ongegrond te verklaren.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade, in zijn openbare vergadering d.d. 28 september 2011 De voorzitter van de raad,
De griffier,
J.J.M. Som
mr. drs. H.J.W. Jacobs- van Dongen
Nota van toelichting Nummer.: 11Tl036
Kerkrade, 16 augustus 2011
Onderwerp Bezwaarschrift van mevr. mr M.M.J.A. Cadée namens de heer J.E. van de Waarsenburg, Papaverstraat 6 te Kerkrade , hierna te noemen klager, tegen het besluit van de raad van 30 maart 2011 tot vestiging van de Wet voorkeursrecht gemeenten. Behorend bij ontwerpbesluit nummer 11Rb043
Aanleiding van het besluit Het college heeft op 19 januari 2011 op grond van artikel 6 Wet voorkeursrecht gemeenten, (hierna te noemen Wvg) ondermeer het perceel van de heer J.E. van de Waarsenburg , Papaverstraat 6 alhier, voorlopig aangewezen als gronden waarop de artikelen 10-24 en 26 Wvg van toepassing zijn verklaard. Op 30 maart 2011 heeft de raad van Kerkrade het besluit van het college conform artikel 4 Wvg bestendigd. Het bezwaarschrift van klager d.d. 21 februari 2011 is ingediend tegen het besluit van het college. Op grond van het bepaalde in artikel 6 lid 3 Wvg wordt het bezwaarschrift tegen het besluit van het college van 19 januari 2011 aangemerkt als zijnde een bezwaarschrift gericht tegen het besluit van de raad van 30 maart 2011. Financiële consequenties n.v.t. Adviesorganen/inspraak n.v.t. Motivering van het besluit (afwegingen) Standpunt van Klager (kort samengevat) : Klager is van mening dat niet wordt voldaan aan de voorwaarden voor aanwijzing van het gemeentelijk voorkeursrecht wegens de omstandigheid dat geen sprake is van gebruik dat afwijkt van de toegedachte bestemming. De toegedachte bestemming is groenvoorzieningen en woondoeleinden. Thans is het betreffende perceel al in gebruik ten behoeve van woondoeleinden. Op 26 mei 2011 is door de ROVOM-kamer van de Centrale Bezwaarschriftencommissie (CBC) een hoorzitting gehouden. Klager is in de gelegenheid gesteld tijdens deze zitting te worden gehoord. Hiervan heeft klager geen gebruik gemaakt. Van het horen is een verslag gemaakt dat als bijlage aan het advies van de CBC is gevoegd. De CBC adviseert de raad de klager ontvankelijk te verklaren en onder handhaving van het bestreden besluit het bezwaarschrift ongegrond te verklaren. De CBC is van mening dat de toegedachte bestemming afwijkt van het feitelijk gebruik wonen voor wat betreft de bestemming groenvoorziening en dat het wonen een beduidend meer extensiever gebruik krijgt dan het huidige gebruik. Heroverweging bestreden besluit Op grond van de Algemene wet bestuursrecht dient een heroverweging van het bestreden besluit plaats te vinden. Het college is van oordeel dat het advies van de CBC op een zorgvuldige manier tot stand is gekomen. Het college conformeert zich aan de inhoud van het advies, waarvan het college zich de zorgvuldigheid heeft vergewist en dat deel uitmaakt van deze Nota van toelichting. Er bestaat geen aanleiding voor het doen uitbrengen van een anders luidend contrair advies aan de raad.
Agendapunt nr.:
Sector: sector Stad
Kerkrade, 21 september 2011
Aanbiedingsbrief aan de raad. Nr.: 11it00644 Hierbij bieden wij u ter overweging en beslissing een ontwerpbesluit, nr. 11Rb044 inzake beslissing op het bezwaarschrift, gericht tegen uw besluit van 30 maart 2011 tot vestiging van de Wet voorkeursrecht gemeenten, van mevrouw Th. Haberland, Papaverstraat 20 te Kerkrade. In de nota van toelichting, nr. 11Tl037, die het ontwerpbesluit vergezelt, zijn de overwegingen en nadere gronden aangegeven waarop het ontwerpbesluit berust. Het Raadsbesluit van 30 maart 2011 ligt ter inzage.
Het college,
De secretaris,
J.J.M. Som
Mr. C.M. Kuikman.
Ontwerpbesluit Nr.: 11Rb044
De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, • dat mevrouw Th. Haberland, Papaverstraat 20 te Kerkrade een bezwaarschrift heeft ingediend tegen het besluit van de raad inzake het van toepassing verklaren van de Wet voorkeursrecht gemeenten d.d. 30 maart 2011.
gelezen, • de nota van toelichting, nr. 11Tl037, behorende bij dit besluit; • het verslag van de raadscommissie Grondgebied en Economische Zaken d.d. 14 september 2011; • het advies van de Centrale Bezwaarschriftencommissie, deel uitmakende van dit besluit;
gelet op, • het bepaalde in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht juncto de artikelen 3 en 5 van de Verordening behandeling bezwaarschriften en klachten gemeente Kerkrade:
besluit: I. mevrouw Th. Haberland in haar bezwaren ontvankelijk te verklaren; II. De bezwaren van mevrouw Th. Haberland d.d. 23 februari 2011 met overneming van het advies van de Centrale Bezwaarschriften Commissie waarvan de raad zich de zorgvuldigheid heeft vergewist, onder handhaving van het bestreden besluit ongegrond te verklaren.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade, in zijn openbare vergadering d.d. 28 september 2011 De voorzitter van de raad,
De griffier,
J.J.M. Som
mr. drs. H.J.W. Jacobs- van Dongen
Nota van toelichting Nummer.: 11Tl037
Kerkrade, 16 augustus 2011
Onderwerp Bezwaarschrift van mevr. Th. Haberland, Papaverstraat 20 te Kerkrade, hierna te noemen klager, tegen het besluit van de raad van 30 maart 2011 tot vestiging van de Wet voorkeursrecht gemeenten. Behorend bij ontwerpbesluit nummer 11Rb044
Aanleiding van het besluit Het college heeft op 19 januari 2011 op grond van artikel 6 Wet voorkeursrecht gemeenten, (hierna te noemen Wvg) ondermeer het perceel van mevr. Th. Haberland Papaverstraat 20 Kerkrade alhier, voorlopig aangewezen als gronden waarop de artikelen 10-24 en 26 Wvg van toepassing zijn verklaard. Op 30 maart 2011 heeft de raad van Kerkrade het besluit van het college conform artikel 4 Wvg bestendigd. Het bezwaarschrift van klager d.d. 23 februari 2011 is ingediend tegen het besluit van het college. Op grond van het bepaalde in artikel 6 lid 3 Wvg wordt het bezwaarschrift tegen het besluit van het college van 19 januari 2011 aangemerkt als zijnde een bezwaarschrift gericht tegen het besluit van de raad van 30 maart 2011. Financiële consequenties n.v.t. Adviesorganen/inspraak n.v.t. Motivering van het besluit (afwegingen) Standpunt van Klager (kort samengevat) : Klager is van mening dat zij vooraf slecht geïnformeerd is over het besluit. Zij heeft onlangs nog een verbouwing gedaan. Zij heeft geen plannen om te verhuizen. Op 26 mei 2011 is door de ROVOM-kamer van de Centrale Bezwaarschriftencommissie (CBC) een hoorzitting gehouden. Klager is in de gelegenheid gesteld tijdens deze zitting te worden gehoord. Hiervan heeft klager gebruik gemaakt. Van het horen is een verslag gemaakt dat als bijlage aan het advies van de CBC is gevoegd. De CBC adviseert de raad de klager ontvankelijk te verklaren en onder handhaving van het bestreden besluit het bezwaarschrift ongegrond te verklaren. De CBC is van mening dat aan de eisen van de wet voldaan is. De toegedachte bestemming wijkt af van het feitelijk gebruik wonen voor wat betreft de bestemming groenvoorziening en het wonen krijgt een beduidend meer extensiever gebruik dan het huidige gebruik. Heroverweging bestreden besluit Op grond van de Algemene wet bestuursrecht dient een heroverweging van het bestreden besluit plaats te vinden. Het college is van oordeel dat het advies van de CBC op een zorgvuldige manier tot stand is gekomen. Het college conformeert zich aan de inhoud van het advies, waarvan het college zich de zorgvuldigheid heeft vergewist en dat deel uitmaakt van deze Nota van toelichting. Er bestaat geen aanleiding voor het doen uitbrengen van een anders luidend contrair advies aan de raad.
Agendapunt nr.:
Sector: sector Stad
Kerkrade, 21 september 2011
Aanbiedingsbrief aan de raad. Nr.: 11it00660 Hierbij bieden wij u ter overweging en beslissing een ontwerpbesluit, nr. 11Rb046 inzake onttrekking aan de openbaarheid van circa 7 m2 trottoir op hoek Luikerheiderstraat/Chevremontstraat aan. In de nota van toelichting, nr. 11Tl039, die het ontwerpbesluit vergezelt, zijn de overwegingen en nadere gronden aangegeven waarop het ontwerpbesluit berust.
Het college,
De secretaris,
J.J.M. Som
Mr. C.M. Kuikman.
Ontwerpbesluit Nr.: 11Rb046
De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, • dat de het trottoir ter hoogte van de hoek Luikerheiderstraat - Chevremontstraat openbaar is in de zin van de Wegenwet; • dat de eigenaar van een gedeelte van dit trottoir, ter grootte van circa 7m2, dit gedeelte bij zijn tuin, behorende bij de woning aan de Luikerheiderstraat 1A wenst te betrekken, hetgeen hij kenbaar heeft gemaakt bij zijn schrijven d.d. 10 mei 2011; • het derhalve noodzakelijk is dat dit aan hem in eigendom toebehorende gedeelte van bovenbedoeld trottoir aan het openbaar verkeer dient te worden onttrokken;
gelezen, • de nota van toelichting, nr. 11Tl039, behorende bij dit besluit; • het verslag van de raadscommissie Grondgebied en Economische Zaken d.d. 14 september 2011;
gelet op, • artikel 9 en 11 van de Wegenwet en afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht;
besluit: het op bijgaande tekening gearceerde deel van het trottoir op de hoek van de Luikerheiderstraat en de Chevremontstraat, dat deel uitmaakt van het perceel, kadastraal bekend gemeente Kerkrade, sectie G nummer 955, te onttrekken aan het openbaar verkeer;
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade, in zijn openbare vergadering d.d. 28 september 2011 De voorzitter van de raad,
De griffier,
J.J.M. Som
mr. drs. H.J.W. Jacobs- van Dongen
Nota van toelichting Nr.: 11Tl039
Kerkrade, 21 september 2011
Onderwerp: Onttrekking aan openbaarheid van een stukje trottoir Behorend bij ontwerpbesluit nr: 11Rb046 Aanleiding van het besluit Bij schrijven d.d. 10 mei 2011 doet de heer T. Weijers o.m. een verzoek om onttrekking aan de openbaarheid van een gedeelte van het aan hem in eigendom toebehorende trottoir nabij de hoek van de Chevremontstraat en de Luikerheiderstraat. Dit trottoir is thans als een openbare weg aan te merken. Nu de huidige eigenaar/bewoner van het pand Luikerheiderstraat 1A het desbetreffende deel van het trottoir weer bij zijn tuin wenst te betrekken zal dit stukje trottoir ter grootte van circa 7 m 2 aan de openbaarheid moeten worden onttrokken. Artikel 9 van de Wegenwet bepaalt immers o.m. dat een weg, zijnde geen provinciale of rijksweg, bij een besluit van de raad der gemeente aan het openbaar verkeer kan worden onttrokken. Op de voorbereiding van de beslissing op een verzoek is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Informatie/Communicatie Op 1 juni 2011 is het voornemen om dit gedeelte van het voetpad aan de openbaarheid te onttrekken bekend gemaakt in de Zuid-Limburger. Belanghebbenden konden tot en met 13 juli 2011 hun eventuele zienswijze omtrent dit voornemen aan het college kenbaar maken. Van deze geboden gelegenheid heeft niemand gebruik gemaakt.
Kerkrade Initiatiefvoorstel tot consumeren van kraanwater in plaats van voorverpakt water Nr. 11Rb047. De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, •
dat de gemeente Kerkrade voorverpakt (flessen) plat en koolzuurhoudend water schenkt bij raads - en commissievergaderingen;
•
dat het in het kader van milieubeleid, afvalproblematiek, verduurzaming van de samenleving en het kostenaspect beter is om kraanwater te gebruiken;
•
dat het in Kerkrade geleverde kraanwater kwalitatief van hoog niveau is;
•
dat vo orverpakt water in milieutechnische zin afval oplevert;
•
dat de kosten per liter kraanwater beduidend lager zijn dan de kosten van een liter voorverpakt water;
•
dat de gemeenteraad een voorbeeldfunctie vervult;
gelezen, •
de nota van toelichting, nr. 11Tl040, behorende bij dit besluit;
besluit: •
dat de gemeente Kerkrade voortaan tijdens vergaderingen kraanwater in karaffen serveert in plaats van voorverpakt water;
•
dat de gemeente Kerkrade de mogelijkheden onderzoekt tot het plaatsen van op het leidingnet aangesloten drinkwatertappunten in al haar locaties;
•
dat de gemeente Kerkrade in het kader van “goed voorbeeld doet goed volgen” haar beleid in dezen publiceert.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering de dato 28 september 2011. Namens de fractie van het CDA,
Namens de fractie van de PvdA,
M. Ruiters.
R. van Drunen
Kerkrade Nota van toelichting: Nr. 11Tl040. Onderwerp: Consumeren van kraanwater in plaats van voorverpakt water Behorende bij ontwerpbesluit nr. 11Rb047. Aanleiding van het besluit: Bij de gemeente Kerkrade wordt tijdens raads- en commissievergaderingen 'flessenwater' geschonken, zowel plat als koolzuurhoudend. De overstap van flessenwater naar kraanwater is in zijn algemeenheid, uitgaande van milieubeleid, afvalproblematiek, verduurzaming van de samenleving en het kostenaspect wenselijk te noemen. Gelet op het bovenstaande is in samenwerking tussen de fracties CDA en PvdA dit initiatiefvoorstel ontstaan. Zowel het CDA alsook de PvdA hechten veel waarde aan duurzaamheid; verantwoordelijk omgaan met onze planeet en haar bronnen en voorraden. Ten slotte hebben wij de plicht om aan onze kinderen en kleinkinderen een gezonde wereld en een goed welvaartsniveau over te dragen. Daarbij willen wij ook de burgers betrekken en bewust maken van de verantwoordelijkheid die iedere burger heeft. Als volksvertegenwoordigers moeten wij in dat gegeven het goede voorbeeld geven. Een goed voorbeeld doet goed volgen. Drinkwater in Nederland behoort tot het beste drinkwater in de wereld en is gewoon uit de kraan verkrijgbaar. Onderzoek heeft uitgewezen dat flessenwater over het algemeen wel 300 tot 1000 keer duurder is dan kraanwater Daarnaast wordt aan de kwaliteit van kraanwater hogere eisen gesteld dan aan flessenwater. Ook heeft onderzoek aangetoond dat het milieu door het gebruik van flessenwater of anderszins voorverpakt water, o.a. door transport, veel zwaarder wordt belast in vergelijking tot het gebruik van kraanwater. Onderzoek van de TU-Delft (van der Helm, A., 2007) toont aan dat de productie van de flessen en het transport ervan het milieu tot wel duizend maal meer belast dan kraanwater. Al met al is de kwaliteit van Nederlands kraanwater uitstekend en vele malen goedkoper dan voorverpakt water. De Tweede Kamer is overgestapt op het gebruik van kraanwater in plaats van flesjeswater en een meerderheid van de Tweede Kamer is vóór het afschaffen van flesjeswater in overheidsgebouwen. Ook in het buitenland wordt het gebruik en verkoop van flesjeswater meer en meer ter discussie gesteld om dezelfde redenen: het is het vele malen duurder dan kraanwater, het gesleep met de flesjes water is een enorme belasting voor het milieu en de afvalberg van lege flesjes is enorm. Doelstelling: Doel van dit initiatief is bij de gemeente Kerkrade het gebruik van kraanwater te bevorderen en hiermee milieu en kosten te sparen, doordat de gemeente Kerkrade tijdens vergaderingen kraanwater (kan zowel plat als ook koolzuurhoudend) in karaffen serveert en door te bewerkstelligen dat de gemeente Kerkrade onderzoekt in hoeverre het mogelijk is om in haar locaties op het leidingnet aangesloten drinkwatertappunten (mogelijk ook voor koolzuurhoudend water) te realiseren zodat het gebruik van voorverpakt water wordt geminimaliseerd. Financiële consequenties: Het bij de vergaderingen van de gemeente Kerkrade serveren van kraanwater in karaffen (in plaats van voorverpakt water) levert hoe dan ook een jaarlijkse besparing op doordat kraanwater veel goedkoper is dan voorverpakt water. Uitgangspunt is dat kraanwater ca. € 1,25 per m³ of 1000 liter kost en flesjes
1
voorverpakt water ca. € 1.983,33 per m3 of 1000 liter kosten . Niet meegenomen zijn kosten voor aanschaf van geschikte karaffen. Deze zijn per stuk in verschillende prijscategorieën verkrijgbaar van enkele euro’s tot enkele tientallen euro’s. Het voorgestelde onderzoek naar de mogelijkheid om op het leidingnet aangesloten drinkwatertappunten (mogelijk ook voor koolzuurhoudend water) te realiseren in de gemeentelijke locaties, moet uitwijzen welke besparing dit gaat opleveren. De te verwachten winst in het kader van milieubeleid, afvalproblematiek en verduurzaming is moeilijk te kwantificeren en derhalve hierin niet meegenomen.
1
Kosten drinkwater op basis van tariefgegevens WML (www.wml.nl ). Kosten 0,2L flesjes voorverpakt water op basis van kosten van 1 krat met 24 flesjes (0,25 l) voor ± € 10,00 ex. btw.
Motie ex artikel 34 reglement van orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente Kerkrade Datum: Aan: Via:
9 september 2011 gemeenteraad voorzitter gemeenteraad
Subject:
behoud arbeidsplaatsen Defensie Kerkrade
Geachte voorzitter, Hieronder treft u namens de fracties van GroenLinks, Fractie Kool (Kerkrade Natuurlijk Sociaal) en Fractie Jacobs een motie aan inzake behoud van de arbeidsplaatsen van Defensie voor Kerkrade. Wij verzoeken u deze motie in stemming te brengen tijdens de gemeenteraadsvergadering. De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, - dat de Minister van Defensie, drs. J.S.J. Hillen, per brief de dato 31 augustus 2011 het volgende aan de Tweede Kamer kenbaar heeft gemeld: “Defensie richt een nieuw Financieel Administratie- en Beheerkantoor op. In overleg met de provincie en met andere rijkspartijen zoekt Defensie een nieuwe locatie in ZuidLimburg voor het huidige kantoor in Eygelshoven, zodat het omvangrijke terrein van de POMS-site kan worden afgestoten”; - dit inhoudt dat er mogelijk opnieuw circa 100 arbeidsplaatsen bij een (Rijks)overheidsdienst verdwijnen uit de gemeente Kerkrade en dus mogelijk ook uit de Stadsregio Parkstad Limburg; - dat er binnen de Stadsregio Parkstad Limburg en in het bijzonder de gemeente Kerkrade waarschijnlijk voldoende huisvestingsmogelijkheden zijn voor het nieuw op te richten Financieel Administratie- en Beheerkantoor van het Ministerie van Defensie, zoals het voormalig hoofdkantoor van de Algemene Inspectiedienst (AID);
spreekt uit, het verlies van nog meer (Rijks)overheidsbanen uit de gemeente Kerkrade en de Stadsregio Parkstad Limburg onacceptabel te vinden en voorstander te zijn om het nieuwe Financieel Administratie- en Beheerkantoor binnen de gemeente Kerkrade dan wel binnen de Stadsregio Parkstad Limburg gehuisvest te zien;
verzoekt het college van Burgemeester & Wethouders, per brief dit standpunt van de raad kenbaar te maken aan de Tweede Kamer der StatenGeneraal met een afschrift hiervan aan de Minister van Defensie, het College van Gedeputeerde Staten van Limburg en de Colleges van Burgemeester & Wethouders van de overige gemeenten in Parkstad Limburg; Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade, in zijn openbare vergadering d.d. 28 september 2011 en gaat over tot de orde van de dag. Met vriendelijke groet,
Andy Rossel GroenLinks
John Roland Fractie Jacobs
Rob Kool Fractie Kool (Kerkrade Natuurlijk Sociaal)
Kerkrade, 21 september 2011
Sector: Bestuursdienst
Aanbiedingsbrief Aan de raad. nr. 11it00605 Hierbij bieden wij u ter overweging en beslissing het ontwerpbesluit 11Rb041, met de daarbij behorende bijlage, aan. U ontvangt een gewijzigde Verordening op de heffing en invordering van de parkeerbelasting 2011 en de daarbij behorende tarieventabel. In de nota van toelichting, nr 11Tl034, die het ontwerpbesluit vergezelt, zijn de overwegingen en nadere gronden aangegeven waarop het ontwerpbesluit berust. Het college,
De secretaris,
J.J.M. Som.
Mr. C.M. Kuikman.
Ontwerpbesluit Nr.: 11Rb041
De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, • dat in verband met het besluit van het college de parkeervakken en een deel van de parkeerstrook in de Pastoor Stevensstraat aan te wijzen als weggedeelte waar alleen op zaterdag tussen 6.00 uur en 18.00 uur uitsluitend met vergunning mag worden geparkeerd aan de orde is een wijziging van de verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelasting 2011 met de daarbij behorende tarieventabel;
gelezen, • de nota van toelichting, nr. 11Tl034 behorende bij dit besluit;
gelet op, • artikel 225 van de Gemeentewet en de Parkeerverordening Kerkrade 2005; • besluit vergunninghoudersparkeren Pastoor Stevensstraat .
besluit: vast te stellen het volgende: de gewijzigde verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelasting 2011 en de daarbij behorende tarieventabel.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade, in zijn openbare vergadering d.d. 28 september 2011. De voorzitter van de raad,
De griffier,
J.J.M. Som
mr. drs. H.J.W. Jacobs- van Dongen
Nota van toelichting Nr.: 11Tl034
Kerkrade, 21 september 2011
Deze nota van toelichting heeft betrekking op het ontwerpbesluit 11Rb041met de daarbij behorende bijlagen, zoals die uw raad ter overweging en beslissing is voorgelegd. In verband met het besluit van het college de parkeervakken en een deel van de parkeerstrook in de Pastoor Stevensstraat aan te wijzen als weggedeelte waar alleen op zaterdag tussen 6.00 uur en 18.00 uur uitsluitend met vergunning mag worden geparkeerd, dient de verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelasting 2011, de daarbij behorende tarieventabel en het aanwijzingsbesluit parkeren 2011 gewijzigd te worden.
Bijlage behorende bij raadsbesluit nr. 11Rb041
Pag. 1
Gewijzigde verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2011
Artikel 1
Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden; b motorvoertuigen: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990 met inbegrip van brommobielen, zoals bedoeld in artikel 1, onder ia van het RVV 1990; c houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (Stb. 1994, 475) aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven; d centrale computer: computer van het bedrijf, dan wel de bedrijven waarmee de gemeente Kerkrade een overeenkomst heeft gesloten, bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen in het kader van het verlenen van diensten op het gebied van betaald parkeren met gebruikmaking van een telefoon; e parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan.
Artikel 2
Belastbaar feit
Onder de naam "parkeerbelastingen" worden de volgende belastingen geheven: a een belasting ter zake van het parkeren van een voertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college van burgemeester en wethouders te bepalen plaats, tijdstip en wijze; b een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze.
Artikel 3 1 2
Belastingplicht
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven van de degene die het voertuig heeft geparkeerd. Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt: a degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen;
Bijlage behorende bij raadsbesluit nr. 11Rb041
Pag. 2
b
3
4
zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 2, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het voertuig, met dien verstande dat 1e indien een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overlegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het motorvoertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd; 2e indien blijkt dat een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd.
Artikel 4
Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
Artikel 5 1
2
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt in deze aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur of de centrale computer op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college van burgemeester en wethouders gestelde voorschriften. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte.
Artikel 6 1
2
2
Ontstaan van de belastingschuld
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren, tenzij het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon inloggen op de centrale computer; De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, is verschuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.
Artikel 7 1
Wijze van heffing
Termijnen van betaling
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald bij de aanvang van het parkeren; De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend;
Bijlage behorende bij raadsbesluit nr. 11Rb041
Pag. 3
3 Indien het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het telefonisch inloggen op de centrale computer dient de belasting, in afwijking van het bepaalde in lid 1 en lid 2, na het einde van het parkeren overeenkomstig de aangifte te worden betaald binnen de termijn, vastgesteld door het bedrijf c.q. de bedrijven waarmee de gemeente Kerkrade een overeenkomst heeft gesloten inzake de registratie van parkeerbewegingen in het kader van het verlenen van diensten op het gebied van betaald parkeren. 4 Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald;
Artikel 8
Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.
Artikel 9
Kosten
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen € 50,--.
Artikel 10
Kwijtschelding
Bij de invordering van deze belasting wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 11
Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.
Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel 1. De gewijzigde "Verordening parkeerbelastingen 2011" van 26 januari 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan. 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de vijfde dag na die van bekendmaking. 3. De datum van ingang van de heffing is 1 november 2011. 4. Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening parkeerbelastingen 2011".
Bijlage behorende bij raadsbesluit nr 11Rb041
Pag. 1
Tarieventabel parkeerbelasting 1
Het tarief van de belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedraagt voor het parkeren bij parkeerapparatuur:
Locatie 1 Hoofdstraat (tot Oranjestraat) Plein Beethovenstraat/Mozartstraat van Beethovenstraat (tussen Niersprinkstraat en Schubertstraat) Plein Mozartstraat (achter Hema) J.S. Bachstraat Poststraat Kloosterraderplein Kerkplein (plein) Engerweg Kapellaan (tussen Putgang en Markt) Einderstraat (parkeerdak) Wijngracht Dr. Kreijenstraat
€ 0,90 per uur
Locatie II Hoofdstraat (vanaf Oranjestraat) Oranjestraat (tussen Hoofdstraat en Oranjestraat 12) Giessenstraat Kosterbeemden (uitgezonderd de vergunninghoudersplaatsen) Deken Quodbachlaan
€ 0,60 per uur
Locatie III. Terbruggen (plein) Portbeemden (plein) Torenstraat (plein)
€ 0,60 per uur
2. • • •
•
enkel op zaterdagen
Het tarief voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, bedraagt: Per maand € 13,50 Per dag € 2,80 Per half jaar voor het "Veldhofcomplex" Portbeemden(plein), € 11,75 Torenstraat 17 t/m 37 B en de parkeervakken en een deel van de parkeerstrook (tegenover parkeervakken) in de Pastoor Stevensstraat Per jaar voor in Kerkrade woonachtige houders van een invalidenparkeerkaart € 26,75
Sector: Stad
Kerkrade, 7 september 2011
Aanbiedingsbrief Aan de raad. Nr. 11it00697. Hierbij bieden wij u ter overweging en beslissing een ontwerpbesluit, nr. 11Rb048, inzake de noodzaak tot overleg met de provincie Limburg inzake de Buitenring Parkstad Limburg aan. In de nota van toelichting, nr. 11Tl041, die het ontwerpbesluit vergezelt, zijn de overwegingen en nadere gronden aangegeven waarop het ontwerpbesluit berust. Het college,
De secretaris,
J.J.M. Som
mr. C.M. Kuikman
Ontwerpbesluit Nr.: 11Rb048.
De raad van de gemeente Kerkrade; overwegende, • dat de gemeente Kerkrade bestuursrechtelijk geen mogelijkheden meer heeft in het dossier Buitenring; • dat de provincie Limburg door gaat met de voorbereidende werkzaamheden voor de Buitenring.
gelezen, • het verslag van de raadscommissie Grondgebied en Economische Zaken d.d. 14 september 2011; • de nota van toelichting, nr. 11Tl041, behorende bij dit besluit;
besluit: in te stemmen met het voorstel om met de provincie Limburg in overleg te treden teneinde te komen tot een voor Kerkrade zo goed mogelijke inbedding van de Buitenring Parkstad.
Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Kerkrade in zijn openbare vergadering d.d. 28 september 2011. De voorzitter van de raad,
De griffier,
J.J.M. Som.
mr. drs. H.J.W. Jacobs- van Dongen.
Nota van toelichting Nr.: 11Tl041.
Kerkrade, 5 september 2011
Onderwerp: Buitenring Parkstad noodzaak tot overleg met de Provincie Limburg Behorend bij ontwerpbesluit nr:
11Rb048.
Aanleiding van het besluit De Gemeente Kerkrade is geen voorstander van de Buitenring Parkstad Limburg zoals deze momenteel is voorzien in het PIP. Het beroep van de Gemeente Kerkrade bij de Raad van State is, mede als gevolg van de Crisis- en Herstelwet, niet ontvankelijk verklaard. Uitspraak zal naar verwachting in oktober of november 2011plaatsvinden. De advocaat van de gemeente Kerkrade, mr. Lam, heeft aangegeven dat het starten van een civiele procedure thans geen zin heeft De behandeling van deze zaak zal de civiele rechter laten liggen totdat de bestuursrechter heeft beslist. Daarnaast is er geen reden voor een kort geding nu het inpassingsplan door de Raad van State is geschorst. Motivering van het besluit (afwegingen) De Provincie heeft verzocht om medewerking te verlenen aan de natuurcompensatie. Als thans door de gemeente iedere vorm van onderhandeling over dit punt wordt afgehouden dan kan dit tot gevolg hebben dat de natuurcompensatie elders plaatsvindt buiten de gemeente Kerkrade. Dit is niet in het belang van de gemeente Kerkrade en haar burgers. De natuurcompensatie is ook een middel om de schade die de Buitenring in haar huidige vorm veroorzaakt, te beperken. Daarnaast heeft de Provincie een formele aanvraag gedaan voor een omgevingsvergunning voor de realisatie van de eerste fase natuurcompensatie. De gemeente is wettelijk verplicht om deze aanvraag in behandeling te nemen en hier mee in te stemmen c.q. met gegronde redenen af te wijzen. De provincie heeft het werk aanbesteed, de aannemer (hierna MNO) is samen met de provincie bezig met voorbereiding van het project. Door de provincie is aangegeven dat er begin oktober 2011 door MNO met de gemeente contact opgenomen zal worden om bindende afspraken te gaan maken over de uitvoering van het werk. Deze afspraken hebben o.a. betrekking op het beperken van overlast die door dit soort bouwactiviteiten wordt veroorzaakt. In de eigen stukken van de provincie is een toetsing van het referentie ontwerp opgenomen. Het ontwerp is getoetst ten opzichte van het eigen provinciale programma van eisen ruimtelijk kwaliteit. Bij de toetsing zijn vele knelpunten geconstateerd. Bv bij het Vauputsdal wordt gesproken over een “zeer onduidelijk en versnipperd reliëf” en “de noodzaak tot het kappen bomenlaan hebben enorme impact”. Mondeling heeft de landschapsarchitect gezegd dat er “zorgen zijn” of dit onderdeel wel voldoende is uitgewerkt. Ter hoogte van de bedrijfsterreinen Dentgenbach en Willem Sophia is een ventweg ontworpen met een breedte van 6 meter. Deze weg zal gebruikt worden door fietsers, vrachtverkeer, personenverkeer en voetgangers. De vorm, de functie en het gebruik van de weg zijn in het ontwerp niet correct op elkaar afgestemd. Dit heeft nadrukkelijk verkeersonveiligheid tot gevolg.
Pag. 1 van 2.
Bij een ongewijzigd standpunt van de raad mag en zal er niet onderhandeld worden met provincie en MNO. Vertegenwoordigende ambtenaren zitten “geboeid” te luisteren tijdens overleggen met provincie en MNO. De provincie heeft zich over bovengenoemde punten nog niet geuit. Niet praten met de provincie zal zeker geen oplossing of verbetering tot gevolg hebben. Wel praten geeft in elk geval de kans tot het bereiken van een verbetering. Conclusie De voorbereidingen van de buitenring gaan volop door. De Gemeente Kerkrade luistert wel maar praat niet mee. De kans is aanwezig dat we “gepasseerd worden” in de voorbereiding, voor zover dit niet nu al het geval is. De kans is groot dat er tijdens de uitvoering (start gepland februari 2012) geen mogelijkheden meer zijn en/of geen tijd meer rest om nog aanpassingen ten gunste van Kerkrade binnen te halen.
Pag. 2 van 2.