Thema/project masterscriptiedomeinen masterscriptie deel 1 2015-2017
Algemene domeinen Europees recht
Thema/project
institutioneel “Vrij verkeer, Schengen en migratie”
Europees sociaal economisch recht
en “Fort Europa? Toegang van burgers en ondernemingen uit derde landen tot de Europese Unie” / “Fortress Europe? Access from third country nationals and companies to the European Union” 1 Europa is in de loop van de jaren uitgegroeid tot een baken van relatieve welvaart, stabiliteit en veiligheid in de wereld. Veel vreemdelingen, tegenwoordig met name afkomstig uit conflictgebieden in het Midden Oosten, zoeken hun heil dan ook in Europa. Daarbij speelt de vraag in welke mate en onder welke voorwaarden Europa de eigen verworvenheden deelt met dergelijke burgers. Enkele mogelijke titels (maar in dialoog met de student zijn ook andere onderwerpen welkom): - Mensenrechten van migranten en vluchtelingen in het Europees recht (EU en EVRM); - De concepten ‘illegaliteit’ en ‘misbruik van recht’ in het migratierecht van de Europese Unie; - De rechtspositie van onderdanen van derde landen in het Unierecht over burgerschap; - Openbare orde en de openbare veiligheid in derdelandsituaties. 2 Ook voor ondernemingen uit derde landen lijkt de Europese interne markt soms een niet inneembare vesting. De Europese Unie blijkt inderdaad niet steeds bereid om de voordelen van de eigen interne markt aan te bieden aan ondernemingen uit derde landen die zelf hun markt niet openstellen voor EU-ondernemingen. Ook lidstaten wensen dikwijls controle uit te oefenen op investeerders uit derde landen, bijvoorbeeld ter bescherming van nationale veiligheid (met inbegrip van risico’s omtrent cyber security), maar mogelijks ook ter afscherming van nationale ondernemingen. Lidstatelijk recht kan daarbij in conflict komen met EU-recht, dat onder meer volledig vrij verkeer van kapitaal garandeert ten aanzien van derde landen. Enkele mogelijke titels (maar in dialoog met de student zijn ook andere onderwerpen welkom): - Reciprociteitsvoorwaarden in het Europees economisch recht; - Fusies en overnames van ‘national champions’ naar nationaal en EU-recht; - Controle van investeringen in de EU door in derde landen gevestigde staatsbedrijven en sovereign wealth funds; - Naar een Europese investeringstoets? Een vergelijking met de VS;
- Directe buitenlandse investeringen na het Verdrag van Lissabon. Fiscaal recht
Digitale economie en Fiscaliteit
Gerechtelijk recht
Geen overkoepelend thema; de onderwerpen worden bepaald in samenspraak met de docent.
Handels- en economisch recht
“Prof. J. Vananroye en Prof. E. Terryn: “Hervorming van het Handels-, Vennootschaps-, Economisch en Insolventierecht”. Reeds in zijn beleidsplan van eind 2014 heeft de minister van justitie een modernisering van het vennootschaps-, handels- en insolventierecht aangekondigd. Ongeveer gelijktijdig heeft de rechtsleer concrete voorstellen ter modernisering van het vennootschapsrecht geformuleerd. Ook werd er nagedacht over en gewerkt aan een hervorming van het insolventierecht, het economisch recht en de ondernemingsprocesrecht. Deze ontwikkelingen vormen de aanleiding om verschillende van die voorstellen in het kader van de meesterproef kritisch te evalueren. Prof. C. Van Schoubroeck: “Hervorming van het verzekeringsrecht”. In zijn beleidsplan van einde 2014 heeft de minister van economische zaken, als voogdij minister voor verzekeringen, de verdere codificatie en modernisering van het verzekeringsrecht aangekondigd. Daarnaast moet ook in het Belgisch recht uitvoering gegeven worden aan nieuwe en verwachte Europese reglementering, waaronder de richtlijn distributie in verzekeringen. Deze ontwikkelingen vormen de aanleiding om de tekortkomingen in het huidige juridisch kader te analyseren en voorstellen tot oplossing te formuleren.”
Internationaal recht
“Kan het internationaal recht de wereld redden? Internationaalrechtelijke aspecten van de VN-Duurzame Ontwikkelingsdoelen” Toelichting: op 25 september 2015 keurde de VN-Top in New York de zgn. “Duurzame Ontwikkelingsdoelen” of “Agenda 2030” goed (zie http://www.un.org/ga/search/view_doc.asp?symbol=A/69/L.85&Lang=E). In het kader van deze masterproef gaan we in op de 17 duurzame ontwikkelingsdoelen vanuit verschillende internationaalrechtelijke invalshoeken: mensenrechten, internationaal economisch recht, de rol van de VN en andere mondiale en regionale organisaties, de rol van soft law, de bescherming van het leefmilieu, het klimaat en “global commons”.
Rechtsgeschiedenis
“Recht: onderwijs, wetenschap en praktijk, De verhouding tussen het juridische onderwijs, de
rechtswetenschap en de rechtspraktijk in het verleden” Staatsrecht
Geen overkoepelend thema. De studenten wordt de mogelijkheid geboden om onderwerpen te kiezen uit verschillende subdomeinen van het staatsrecht.
Vennootschapsrecht
Reeds in zijn beleidsplan van eind 2014 heeft de minister van justitie een modernisering van het vennootschaps-, handels- en insolventierecht aangekondigd. Ongeveer gelijktijdig heeft de rechtsleer concrete voorstellen ter modernisering van het vennootschapsrecht geformuleerd. Ook werd er gewerkt aan een hervorming van het insolventierecht. Deze ontwikkelingen vormen de aanleiding om verschillende van die voorstellen in het kader van de meesterproef kritisch te evalueren.
Verbintenissenrecht
De studenten die hun masterscriptie schrijven bij prof. Stijns doen dat binnen het thema ‘Macht in het verbintenissenrecht’; de studenten met prof. De Boeck als promotor zullen hun scriptie schrijven binnen het thema ‘Precontractuele aansprakelijkheid (met inbegrip van wilsgebreken) en quasi-contracten’.
Transversale domeinen
Thema/project
ICT- en mediarecht
–iLinc – The ICT Law Incubator@KU Leuven Studenten die voor het masterproefdomein “ICT- en mediarecht” kiezen, voeren hun onderzoek uit in het kader van de ICT Law Incubator. Hun traject bestaat uit een praktisch en een theoretisch luik (zoals hieronder in meer detail wordt toegelicht), en omvat zowel groeps- als individuele opdrachten die worden uitgevoerd in samenwerking met/onder begeleiding van advocaten en medewerkers van het Leuven Centre for IT & IP Law. De academische verantwoordelijkheid ligt bij Prof. P. Valcke (in samenwerking met Prof. A. Vedder voor het theoretische luik). 1. ICT Law Incubator: Conceptueel 1.1. Doelstelling Het doel van de Leuvense ICT Law Incubator is de rechtenstudent een meer praktijkgerichte en probleemoplossende leerervaring aan te bieden door in de masterproef een component in te bouwen die
bestaat uit het verlenen van juridisch advies aan ICT start-ups. Hoewel het educatief proces voorop staat, kadert het bijeenbrengen van rechtenstudenten, start-ups, academici en advocatenkantoren eveneens in het Europese en nationale beleid ter ondersteuning van jonge ondernemingen en het stimuleren van innovatie en werkgelegenheid (zie bijvoorbeeld de initiatieven van de Europese Commissie, StartUp Europe, en van Vicepremier De Croo, Digital Belgium). De “cliënten” van de ICT Law Incubator zijn start-ups (studentenentrepreneurs, jonge starters…) die nog onvoldoende budget hebben om toegang te krijgen tot professioneel juridisch advies. 1.2. Plaats van de ICT Law Incubator binnen de KU Leuven De ICT Law Incubator werd in 2013 door het Leuven Centre for IT & IP Law opgestart in het kader van iLinc, een tweejarig Europees project (2013-2015) dat als doelstelling had een Europees netwerk uit te bouwen van ICT Law Incubators (zoals qLegal in London of de Clinic in Amsterdam). Bij de opstart van de Leuvense ICT Law Incubator is ervoor geopteerd om de activiteiten te verankeren in het meesterproeftraject en te focussen op de domeinen van het ICT en IP-recht. In die zin verschilt de ICT Law Incubator van IusStart, de Law Incubator van de Leuven Community for Innovation Driven Entrepreneurship (LCIE) opgezet door Leuven Research & Development. Met LCIE beoogt KU Leuven ondernemerschap te stimuleren bij haar studenten door jonge “student entrepreneurs” de nodige ondersteuning te bieden. IusStart biedt een extra-curriculair traject waarbij studenten op vrijwillige basis advies verlenen (inzake administratief recht, economisch recht, consumentenrecht…) aan start-ups onder supervisie van doctoraatstudenten van de faculteit. De ICT Law Incubator en IusStart staan evenwel in nauw contact met elkaar en meer intensieve vormen van samenwerking, of zelfs integratie, zijn niet uitgesloten in de toekomst. 1.3. Vereisten Deelname aan de ICT Law Incubator vergt geen specifieke voorafgaande juridische of technische kennis. Het volgen van de cursus ICT-recht is evenwel sterk aangeraden in het eerste masterproefjaar. Tevens wordt van de studenten verwacht dat zij interesse hebben in informatie- en communicatietechnologie en gemotiveerd zijn om op een creatieve manier nieuwe juridische vragen te analyseren die rijzen naar aanleiding van technologische innovatie. Een constructieve houding ten aanzien van medestudenten, startups, advocaten en academische begeleiders, evenals de nodige discipline bij het naleven van tussentijdse deadlines, worden eveneens voorondersteld. Een buitenlands verblijf in het kader van het Erasmusprogramma staat in principe een deelname aan de ICT Law Incubator niet in de weg, indien de afwezigheid in Leuven beperkt blijft tot één semester. 1
3. ICT Law Incubator: Operationeel 3.1. Praktisch luik: Juridisch advies aan start-ups Tijdens het eerste masterproefjaar verdiepen de studenten zich tijdens een aantal workshops in de domeinen van het ICT- en IP-recht. Ook is er een eerste kennismaking met de juridische praktijk aan de hand van een vergadering met startups (“client meeting”) en oefeningensessies met advocaten. Als concrete output wordt een semi-professioneel advies verwacht over de juridische vragen die rezen tijdens de “client meeting”. In het tweede masterproefjaar participeren de studenten tweemaal aan een juridische workshop van StartIt@KBC waar zij mondeling advies verstrekken aan start-ups onder begeleiding van hun academische coach (een medewerker van het Leuven Centre for IT & IP Law). Tevens worden zij toegewezen aan een advocatenkantoor, waar zij het statuut krijgen van student-stagiair. De studenten vallen hierdoor onder het verzekering-, aansprakelijkheids- en confidentialiteitsregime van het kantoor. In teams van 2 of 3 begeleiden de studenten onder supervisie van het advocatenkantoor en hun academische coach 2 start-ups als hun cliënt. Student, kantoor en start-ups bespreken samen welke juridische vragen zullen uitgewerkt worden in geschreven stukken. Het kantoor houdt hierbij rekening met het didactische opzet van de ICT Law Incubator: de vragen mogen dus geen loutere standaardvragen zijn, maar dienen ook vanuit academisch oogpunt voldoende uitdagend te zijn en de mogelijkheid te bieden tot het verwerven van een dieper inzicht in de materie. Wat betreft deadlines zal worden rekening gehouden met de geldende richtlijnen in verband met de masterproef en de examenregeling. De kwaliteit van het advies wordt mede beoordeeld door de advocatenkantoren. De kantoren waarmee op dit ogenblik wordt samengewerkt zijn DLA Piper, Stibbe, Koan en CMS De Backer. 3.2.Theoretisch luik: masterproef Naast het verlenen van praktisch advies dient de masterproefstudent eveneens academisch onderzoek te verrichten. In het eerste masterproefjaar gebeurt dit onder de vorm van het schrijven van een paper waarin de student zelfstandig een nieuwe technologische evolutie analyseert vanuit juridisch oogpunt. Gedurende het tweede masterproefjaar werkt de student aan een verkorte masterscriptie waarin een wetenschappelijk verantwoorde analyse wordt uitgevoerd van een innovatieve rechtsvraag. De studenten kunnen bij de selectie van hun onderwerp inspiratie putten uit hun ervaring met de start-ups. Zij kunnen ook opteren voor beleidsgericht onderzoek. De deadlines voor het indienen van de verkorte masterscriptie en de periode van verdediging lopen gelijk met die van de traditionele masterproef.
4. Inpassing binnen het onderwijsbeleid In het beleidsplan onderwijs rechten wordt belang gehecht aan de ontwikkeling van competenties en attitudes die bijdragen aan het professionele leven: studenten meer kansen bieden op de arbeidsmarkt door de studies nauwer te laten aansluiten op de arbeidsmarkt en de rechtenopleiding meer arbeidsmarktrelevant te maken. Dit houdt ook in de toekomstige juristen beter voorbereiden op een meer internationale arbeidsmarkt en op begeleiding van de bedrijven van de toekomst. Bovendien dient bij de toekomstige juristen reeds tijdens de studies probleemoplossend, interfacultair en ondernemend denken gestimuleerd te worden. Een verantwoord rechtenonderwijs moet derhalve juristen opleiden die een kritische rol kunnen vervullen in de samenleving, maar die tevens inzetbaar zijn in de economische maatschappij. Het nastreven van arbeidsmarktrijpheid impliceert aandacht voor vaardigheden, kritische reflectie en creativiteit in het onderwijs, zodat de studenten kunnen functioneren in een professionele omgeving. De masteropleiding in de rechten streeft expliciet na dat de student “juridische argumenten en redeneringen kan kaderen in een maatschappelijke, historische en/of waarde georiënteerde context, dankzij een kritische en reflexieve grondhouding ten aanzien van recht, mens en maatschappij.” Vanuit het werkveld wordt eveneens aangemoedigd om studenten te laten samenwerken omdat dit een onmiskenbare vaardigheid blijkt voor de latere jobuitoefening. Binnen de ICT Law Incubator werkt de student niet enkel samen met medestudenten, maar tevens met start-ups en advocaten. Bovendien creëert dit initiatief een kruisbestuiving tussen het recht en andere disciplines, zoals computer- en ingenieurswetenschappen. Het stimuleert de student daarenboven proactief na te denken over de rol van het recht in de toekomst: technologie werkt vaak ontwrichtend ten aanzien van gevestigde juridische normen en standaarden, en dwingt tot een grondige reflectie over de beperkingen en mogelijkheden van het recht. Dit vergt van juristen een kritisch-constructieve aanpak om bestaande regels op een consistente doch werkbare manier te interpreteren en, waar relevant, innovatieve juridische oplossingen voor te stellen. Vanuit die optiek beoogt de ICT Law Incubator bij te dragen tot het wegwerken van de kwalijke reputatie die juristen in een interdisciplinair team wel eens hebben als ‘de sfeerbederver in het gezelschap’ (denk aan het gezegde “If you want to kill an idea without being identified as the assassin, ask the legal department to take a look at it” ).
5. Voordelen De onderstaande tabel geeft een overzicht van de voordelen die de ICT Law Incubator beoogt te bieden voor de verschillende partijen. Startups
Overheidsinstellingen
Universiteit
Onderzoekers
Studenten
Advocaten-
en andere partners -
- Ondersteuning
kantoren - Bevorderen
- Grotere
Laagdrempeli
innovatie,
kennisvalorisat
praktijk-
ge toegang
entrepreneurship en
ie en tech
gerichtheid
tot juridisch
economische
transfer
- Bevorderen
advies
ontwikkeling
- Ex-ante
- Internationale
gewaarwordin
aantrekkings-kracht
g van
voor ondernemers
juridische
binnen onze regio
problemen - Beter
- Grotere
- Toegang tot beste
praktijkervari
rechtenstudent
ng geeft
en
- Internationale
vertaling van
voorsprong op - Toegang tot
samenwerking
onderzoek in
arbeidsmarkt
versterken
economische
- Educatief vernieuwend en verbeterend - Aanleren van
voorbereid en
praktische
succesvoller
vaardigheden
activiteit
- Inzicht in bedrijfswerel d - Stimuleert
potentiële klanten - Toegang tot laatste evoluties kennis
ondernemen
en know how
- Kennis voor
- Klantenbinding
ondersteuning
in de markt
bedrijven van
- Toegang tot
de toekomst
cross-border advies (via iLINC) Prof. Dr. Peggy Valcke (i.s.m. Laurens Naudts en Katelijne Tailly) 22 september 2015 1 Tijdens het verblijf in het buitenland wordt de student wel geacht deel te nemen aan meetings via communicatiemiddelen zoals skype, en zijn/haar deel van het onderzoekswerk te verrichten aan de hand van juridische bronnen die ter plekke of vanop afstand te raadplegen zijn. Studenten kunnen met hun team afspraken maken over de meest werkbare verdeling van de werklast en onderwerpen. Intellectueel eigendomsrecht
Intellectuele eigendom in de ‘sharing economy’
Subthema’s zijn: Open source software en octrooirecht: recente ontwikkelingen na Alice -
Open source firmware en het octrooirecht: wat met NodeMCU (www.nodemcu.com)?
-
Open source electrische gitaren en octrooirecht: wat met Zoybar (www.zoybar.net)?
-
Open source fietsen en octrooirecht: wat met OS Vehicle (http://www.osvehicle.com/vision)?
-
Open source meubels en octrooirecht: wat met open desk (www.opendesk.cc)?
-
Hoe open is Google?
-
Een auteursrechtelijk correct open access beleid voor universiteiten.
-
Text & data mining: obstakels van het auteursrecht
-
MOOCs, SPOCs, … & auteursrecht
-
Wie is eigenaar van onderzoeksresultaten (Research data) ?
-
Auteursrecht & metadata
Jeugdrecht en Kinderrechten
Binnen dit domein worden thema's behandeld die betrekking hebben op het zgn. 'civiele jeugdrecht' (onder promotorschap van prof. Senaeve) of op het eigenlijke jeugdbeschermingsrecht (het zgn. 'protectionele jeugdrecht') (onder promotorschap van prof. Put). Binnen dit laatste onderdeel wordt ditmaal ook de mogelijkheid geboden aan 1 of 2 studenten om een alternatief masterproeftraject op te nemen, in de zgn. legal clinic Amerikaanse stijl. De bedoeling daarvan is om mee te werken aan een project van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie over de ontwikkeling van een regeling voor jeugddelinquentie te Brussel. Daarbij zullen zowel inhoudelijke als bevoegdheidsrechtelijke vraagstukken moeten worden aangepakt.
Mededingingsrecht
“Mededinging en cyberspace” / “Competition and cyberspace” Het wereldwijde web kende gedurende de voorbije decennia een indrukwekkende evolutie, met geboorte en groei van dienstverleners als Uber, Google, facebook en co. Het mededingingsrecht reageert, remt af of moedigt aan. Technologiegiganten vechten rechtszaken uit met elkaar, oude economie bevecht nieuwe economie en consumenten strijden met dominante operatoren. Het mededingingsrecht bepaalt de uitkomst maar de relatie tussen mededinging en virtuele economie is moeilijk want realiteit evolueert vaak sneller dan recht. De onderwerpen voor deze masterproef komen regelrecht uit de actualiteit en de rechtspraktijk, met academische verdieping. Enkele mogelijke titels (maar in dialoog met de student zijn ook andere onderwerpen welkom): -“Piraterij in de media-industrie (illegaal downloaden, trademarks vervalsen, …) vanuit mededingingsrechtelijk
perspectief”; -“De impact van digitalisering op marktdefinitie in het mededingingsrecht”; -“‘Sharing economy’ en recht: de rechtspositie van Uber, Fon, Airbnb, …, vanuit mededingingsrechtelijk perspectief”; - [Idem maar met nadruk op rechtsvergelijking:] “De aanpak van Uber in het mededingingsrecht van de EU en de V.S.: convergentie en divergentie”; -“Online databases (big data) en misbruik van machtspositie”. Milieu- en energierecht
Het klimaatbeleid en – recht op het internationaal, Europees, Belgisch, Vlaams, Waals en Brussels beleidsniveau, met onderstaande brede deelthema’s: 1/ De bevoegdheidsverdeling inzake klimaat in het federale België 2/ Het Europees klimaatadaptatiebeleid en de implementatie ervan in het Vlaamse Gewest 3/ Het Europees klimaatmitigatiebeleid en de implementatie ervan in het Vlaamse Gewest 4/ Het Europees juridisch kader inzake emission rights trading 5/ Het Europees juridisch kader inzake carbon capture and storage 6/ Het Europees juridisch kader inzake hydraulic fracturing 7/ Het Europees juridisch kader inzake renewables 8/ Juridische mogelijkheden inzake klimaataansprakelijkheid 9/ Het juridisch-institutioneel kader inzake klimaat op UN niveau (instellingen, fondsen, enz) 10/ De interactie tussen het internationaal klimaat- en handelsbeleid 11/ De interactie tussen het Europees klimaat- en handelsbeleid 12/ Het juridisch kader inzake klimaatbeleid in de Verenigde Staten
13/ Het juridisch kader inzake klimaatbeleid in Australië