PROGRAMMABEGROTING 2012-2015
Inclusief raadsbesluit Scheldekwartier 03-11-2011
2
Inhoudsopgave
Voortvarend en duurzaam.................................................................................................. 4 1. Inleiding............................................................................................................................. 7 1.1 Leeswijzer.............................................................................................................. 7 2. Financiële Positie .............................................................................................................. 8 2.1 Inleiding ................................................................................................................. 8 2.2 Budgettair kader..................................................................................................... 8 2.2.1 Financiële uitgangspunten 2012 - 2015 ............................................................... 8 2.2.2 Investeringsplan 2012-2015................................................................................. 9 2.2.3 Algemene uitkering.............................................................................................. 9 2.2.4 Onvoorzien Kadernota 2012...............................................................................10 2.2.5 Bezuinigingen.....................................................................................................10 2.2.6 Financiële mee- en tegenvallers programmabegroting 2011 ..............................11 2.2.7 Nieuw beleid.......................................................................................................12 2.2.8 Verwerken Financiële uitgangspunten 2012-2015 ..............................................12 2.2.9 Amendement Kadernota 2012 ............................................................................13 2.2.10 Lagere rentelasten door consolideren geldleningen...........................................13 2.2.11 Extra noodzakelijke lasten programmabegroting 2012 -2015.............................13 2.2.12 Inflatie ontwikkeling ...........................................................................................13 2.2.13 Bestuursrapportage 2011 ..................................................................................13 2.2.14 Onvoorzien programmabegroting 2012 - 2015 ..................................................14 2.3 Weerstandscapaciteit..................................................................................................14 2.4 Incidentele baten en lasten ........................................................................................15 2.5 Financiering ................................................................................................................15 2.6 Financiële Uitgangspunten..........................................................................................16 3. Overzichten ......................................................................................................................17 3.1 Overzicht van Baten en Lasten 2012 ..........................................................................17 3.2 Meerjarenraming 2012 – 2015 ....................................................................................18 3.3 Begroting in één oogopslag ........................................................................................19 4. Beleidsprogramma’s.........................................................................................................20 Programma 1 De Sociale Stad..........................................................................................21 Programma 2 Gezond en Wel...........................................................................................26 Programma 3 De Lerende Stad ........................................................................................32 Programma 4 Ruimtelijk Ontwikkelen ...............................................................................36 Programma 5 Wonen in Diversiteit....................................................................................44 Programma 6 Bruikbaarheid Openbare Ruimte ................................................................49 Programma 7 Veiligheid....................................................................................................57 Programma 8 Bereikbaarheid ...........................................................................................61 Programma 9 De Culturele stad........................................................................................69 Programma 10 Toerisme en Economie.............................................................................73 Programma 11 Bestuur.....................................................................................................78 5. Algemene Dekkingmiddelen .............................................................................................82 6. Paragrafen .......................................................................................................................83 6.1 Weerstandsvermogen ................................................................................................83 6.2 Reserves en voorzieningen.........................................................................................88 6.3 Onderhoud kapitaalgoederen.....................................................................................90 6.4 Bedrijfsvoering ............................................................................................................96 6.5 Verbonden partijen...................................................................................................100 6.6 Grondbeleid ..............................................................................................................111 6.7 Financiering .............................................................................................................113 6.8 Lokale heffingen.......................................................................................................116 7. Lijst van afkortingen.......................................................................................................121
3
Voortvarend en duurzaam Voor U ligt de Programmabegroting 2012 – 2015. Wij presenteren deze Programmabegroting in een financieel-economisch onrustige tijd. Desondanks zijn wij er in geslaagd een zodanige begroting op te stellen die een stevig bezuinigingspakket combineert met het realiseren van de ambities uit het coalitie-akkoord.
Waar komen we vandaan In november 2010 stelde de gemeenteraad de Programmabegroting 2011 – 2014 vast. Deze bevat diverse beleidsvoornemens en een pakket van robuuste meerjarige bezuinigingsmaatregelen. De huidige economische en de te verwachten ontwikkelingen noodzaakte de gemeente om deze bezuinigingsmaatregelen te treffen. De uitvoering van dit pakket blijft veel aandacht en inspanning vragen. Hierbij blijven echter de ambities uit het coalitieakkoord overeind. Wat zijn onze prioriteiten en ambities In de werkconferentie op 4 april 2011 stelde de gemeenteraad een aantal uitgangspunten vast. De raad wenst vast te houden aan eerder gestelde prioriteiten. Zo blijft het ambitieniveau als neergelegd in de structuur – en woonvisie en aanpalende projecten leidend voor de gemeente Vlissingen. Er moeten wel harde keuzes gemaakt worden bij de diverse subsidierelaties, aldus de raad. Tevens mogen de totale gemeentelijke lasten voor de burger niet meer stijgen dan het inflatiecijfer en moet het kwaliteitsniveau van de dienstverlening gehandhaafd blijven. Deze uitgangspunten van de gemeenteraad zijn meegenomen in het eerder opgestelde meerjarige bezuinigingspakket alsook in deze programmabegroting. Wat is onze financiële ruimte Binnen de vastgestelde uitgangspunten hebben wij in totaal € 1,0 miljoen ruimte gevonden voor nieuw beleid voor de uitvoering van het coalitieakkoord 2010 – 2014 ‘Vlissingen, op weg naar evenwicht en duurzaamheid’: € 0,8 miljoen in de Programmabegroting 2011 – 2014 en € 0,2 miljoen in de Kadernota 2012 - 2015. In het coalitieakkoord is aangegeven dat voor de periode 2010 – 2014 veiligheidsbeleid, de sociaaleconomische ontwikkelingen, milieu/duurzaamheid en sterke financiële basis van de gemeente topprioriteit zijn. Wij zijn blij voor deze prioriteiten voldoende ruimte te kunnen reserveren voor het jaar 2012 en daarna. Hoe stellen we onze financiële positie veilig Door de economische situatie blijft de financiële speelruimte uiterst beperkt. Om een evenwichtige financiële positie te behouden heeft de raad in 2010 besloten om de omvang van de algemene reserve in principe te laten groeien naar € 15 miljoen. De algemene reserve ultimo 2010 bedraagt € 12,7 miljoen. Na de herijking van het Scheldekwartier is deze reserve gedaald naar € 5,9 miljoen. Deze algemene reserve is een buffer voor niet voorziene gevolgen van onder andere de huidige economische situatie en mogelijke onverwachte en niet beïnvloedbare financiële situaties. De reserve grondexploitatie bedraagt ultimo 2010 € 2,2 miljoen. Door de herijking van het Scheldekwartier is deze reserve teruggebracht naar nihil. Het doel is om toe te groeien naar een minimale reserve grondexploitatie van € 10 miljoen als risicobuffer.
De rentelasten, die voortvloeien uit de schuldpositie, zijn gedekt binnen een sluitende Programmabegroting en gaan uit van de activiteiten die opgenomen zijn in de Programmabegroting (met bijbehorende Investeringsplanning) en vigerende Grondexploitaties. Het college bewaakt de stand van de reserves en de schuldpositie nauwlettend.
4
Onze meerjarenbegroting moet sluiten Voorwaarde voor de Programmabegroting 2012 – 2015 is een sluitende begroting. Wij wensen namelijk een gezond meerjarig financieel beleid te voeren. Daarnaast is het zo dat op grond van de Gemeentewet de provincie Zeeland toezicht houdt op de financiële positie van onze gemeente. Dit toezicht heeft ook als doelstelling het bevorderen van een gezonde financiële positie. Financieel toezicht is oorspronkelijk gericht op een sluitende begroting, maar richt zich meer en meer op de langere termijn en duurzaamheid van het financieel beleid. In de Programmabegroting 2012 – 2015 is het evenwicht van het financieel beleid op de langere termijn expliciet verankerd en inzichtelijk gemaakt. Wat doen we nu…. Zoals in de Kadernota 2012 – 2015 aangegeven, is het onontkoombaar dat ingrepen plaatsvinden in taken van de gemeente en van organisaties. Op onderdelen worden ambities bijgesteld. Dit geldt zowel voor de gemeente als voor maatschappelijke organisaties. Meer dan voorheen doen wij een beroep op de eigen verantwoordelijkheid van burgers en organisaties om keuzes te maken en op zoek te gaan naar creatieve alternatieve oplossingen. Wij willen niet ‘hakken’, maar ‘snoeien’ is onvermijdelijk. Dit betekent dat voorzieningen en infrastructuur op een breed terrein gehandhaafd blijven, maar dat activiteiten en programma’s - soms tijdelijk - worden bijgesteld. Bij eventueel economisch herstel in de toekomst, kunnen dan de ambities en taken weer heroverwogen worden op basis van nieuw ontstane ruimte. We zijn op verschillende gebieden voortvarend aan de slag! Zo nemen wij bijvoorbeeld het Bellamypark op de schop en geven daarmee in 2012 onze inwoners en bezoekers een schitterend stuk stad terug. Ook hebben wij het centrum van Oost-Souburg nieuw ingericht, is het Dokje van Perry gerestaureerd, is de Walstraat nieuw ingericht, is de SintJacobspassage vernieuwd, is de 1e paal van de woningen in het Scheldekwartier geslagen, onderzoeken we de versnelde ontsluiting van de binnenstad via het Scheldeterrein, werken we samen met de gemeente Middelburg op het gebied van heffen en innen van onroerende zaakbelasting en hebben wij de financiële positie verder verbeterd. Ook de uitvoering van het meerjarige bezuinigingspakket hebben wij voortvarend ter hand genomen. Met de uitvoering van het bezuinigingspakket liggen we voor 2012 en verder op koers. .… en wat doen we straks Voor 2012 en verder is veel onzeker: de zorgen rond de economische groei zijn groot en de financiële crises is nog niet opgelost. In de zomer van 2011 is wel duidelijk geworden dat de economische groei sterk vertraagt. Ook de financiële problemen zijn groot zowel binnen de Eurozone (Griekenland c.s.) als buiten de Eurozone. De gevolgen voor de gemeentelijke begroting zijn nog niet in te schatten. Wel heeft het Kabinet in september 2011 aangegeven dat bezuinigingen ná 2012 niet zijn uit te sluiten. In de Miljoenennota is een verlaging van € 179 miljoen op het Gemeentefonds aangekondigd. Het herijking van het Masterplan Scheldekwartier is in een separaat traject aan de Raad aangeboden. De financiële gevolgen zijn voor alsnog verwerkt in de vermogenspositie en hebben geen effect op de Programmabegroting 2012.
Er komt wel meer zicht op de hoogte van de algemene uitkering van het Rijk en ook de plannen voor diverse decentralisaties worden concreter. Het goed begeleiden en inbedden van deze decentralisaties zal in 2012 de nodige aandacht vragen. Deze ontwikkeling brengt de nodige risico’s en kansen met zich mee. Alle reden om op sobere en verantwoorde wijze om te gaan met onze financiële middelen. Enerzijds zien wij vanwege de actuele financiële situatie, geen reden zien om in deze programmabegroting aanvullende bezuinigingsmaatregelen op te nemen, echter bepaalde ontwikkelingen kunnen ons anders doen besluiten!!
5
Het reeds vastgestelde bezuinigingspakket (zoals opgenomen in de Programmabegroting 2011 – 2014) lijkt voldoende om de storm gebaseerd op de huidige situatie voorlopig te doorstaan. Daarnaast dienen we ook extra aandacht te blijven schenken aan de geplande inkomsten zowel qua risico’s als vermeerdeing van inkomsten. Op verschillende beleidsgebieden staat in 2012 veel te gebeuren! Zo wordt bijvoorbeeld de Sociale Dienst Walcheren / Kredietbank Walcheren / Lété worden omgevormd tot één organisatie, er komt één Walchers WMO beleidsplan, het Porthosloket wordt geopend in brede school ‘De Combinatie’, de stedenbouwkundige visie Boulevards 2020 wordt gepresenteerd, met volle kracht wordt het (ge-herijkte) Masterplan Scheldekwartier uitgevoerd, voeren we het nieuwe regionaal crisisplan Zeeland (brandweer en rampenbestrijding) uit, implementeren we het nieuwe accommodatiebeleid, is de nieuwe strandpost volledig operationeel en zetten we stappen op het gebied van samenwerking op ICT-gebied met de gemeenten Middelburg en Schouwen-Duiveland! Kortom, 2012 wordt een jaar waarin we ons vol inzetten voor een voortvarende en duurzame gemeente, maar waarbij we scherp zullen moeten reageren op onverwachte financiële ontwikkelingen
Vlissingen, september 2011 Burgemeester en wethouders van de gemeente Vlissingen
6
1. Inleiding 1.1
Leeswijzer
In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de financiële positie van de gemeente Vlissingen. Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 het overzicht van baten en lasten gepresenteerd en volgt in hoofdstuk 4 de beleidsbegroting. Hierbij wordt per programma aangegeven Wat willen we bereiken – Wat gaan daarvoor doen – Wat mag het kosten. Hoofdstuk 5 geeft een overzicht van de algemene dekkingsmiddelen. In hoofdstuk 6 worden een aantal onderwerpen nader belicht; te weten het weerstandsvermogen, onderhoud kapitaalgoederen, bedrijfsvoering en lokale heffingen. In deze begroting is met name hoofdstuk 4 “Beleidsbegroting” in overleg met de audit commissie verder verbeterd. Zo zijn per programma naast de programmatotalen ook de producttotalen en de mutaties ten opzichte van de vorige begroting opgenomen. Ook de beleidstoelichting is zoveel mogelijk per product weergegeven en prestaties zijn zo concreet mogelijk opgenomen.
7
2. Financiële Positie 2.1
Inleiding
Een van de doelstellingen van het college is om een gezonde financiële positie te creëren voor de gemeente Vlissingen. Een gezonde financiële positie vertaalt zich in een meerjarig sluitende begroting en een gezonde buffer in de vorm van algemene reserves voor mogelijke financiële risico’s.
2.2
Budgettair kader
Het in de Kadernota 2012 geschetste meerjarenperspectief 2012 – 2015 is geactualiseerd. Onderstaand wordt de ontwikkeling van het financieel meerjarenperspectief 2012-2015 in de tijd gezien weergegeven. + = voordeel (minder lasten, meer inkomsten); - = nadeel (meer lasten, minder inkomsten) bedragen * € 1.000
2012 Programmabegroting 2011-2014 Begrotingswijzigingen 2011 Programmabegroting 2011-2014 na wijzigingen Opstellen kadernota 2012: 2.2.1 Financiële uitgangspunten 2012-2015 2.2.2 Investeringsplan 2012-2015 2.2.3 Algemene uitkering 2.2.4 Onvoorzien kadernota 2012 2.2.5 Bezuinigingen 2.2.6 Financiële mee- en tegenvaller programmabegroting 2011 2.2.7 Nieuw beleid Begrotingssaldo Kadernota 2012 Opstellen programmabegroting 2012-2015: 2.2.8 Verwerken Financiële uitgangspunten 2012-2015 2.2.9 Amendement kadernota 2012 2.2.10 Lagere rentelasten door consolideren geldleningen 2.2.11 Extra noodzakelijke lasten begroting 2012-2015 2.2.12 Inflatie-ontwikkeling 2.2.13 Bestuursrapportage 2011 2.2.14 Onvoorzien programmabegroting 2012-2015 Begrotingssaldo programmabegroting 2012-2015
2013
2014
0 30 30
76 30 106
323 30 353
323 30 353
83 -13 3.500 0 -1.448 -1.935 -175 42
135 -23 3.500 0 -1.319 -2.008 -175 216
188 -348 3.500 -30 -1.039 -2.019 -175 430
-36 -549 3.500 -30 -1.039 -2.019 -175 5
45 -40 703 -178 -250 -576 260 6
33 -50 284 -13 -250 -577 360 3
33 -50 308 -13 -250 -578 120 0
79 -50 259 -13 -250 -578 550 2
2.2.1 Financiële uitgangspunten 2012 - 2015 De mutatie van de financiële uitgangspunten heeft voornamelijk betrekking op het bekend worden van de VZG richtlijn 2012. Dit is een richtlijn opgesteld door de Vereniging van Zeeuwse Gemeenten die aangeeft hoeveel de bijdrage aan een gemeenschappelijke
8
2015
regeling mag stijgen of dalen. Daarnaast zijn uitgangspunten voor de salariskosten afgestemd op de vastgestelde formatie.
2.2.2 Investeringsplan 2012-2015 Het voorstel voor het investeringsplan wordt als onderdeel van de kadernota aan de raad voorgelegd. Dit voorstel is in deze begroting integraal overgenomen. Onderstaand wordt de omvang van de investeringen voor de komende jaren weergegeven: bedragen * € 1.000
2012
2013
Programma 2 Gezond en Wel Programma 4 Ruimtelijk ontwikkelen Programma 5 Wonen in Diversiteit Programma 6 Bruikbaarheid Openbare ruimte Programma 8 Bereikbaarheid Programma 9 De Culturele stad Programma 10 Toerisme en economie Programma 11 Bestuur
360 2.350 460 4.098 2.044
35 3.400 385 3.874 2.016
165 150
Totaal
9.627
2014
2015
Totaal
15 150
990 550 60 4.198 1.681 332 1.435 0
200 550 60 4.150 2.616 325 30 80
1.585 6.850 965 16.320 8.357 657 1.645 380
9.875
9.246
8.011
36.759
2.2.3 Algemene uitkering Historie: Begin 2009 heeft het kabinet een besluit genomen over het stimuleringspakket om de gevolgen van de economische recessie zoveel mogelijk tegen te gaan. Het gaat om een stimuleringspakket van € 6 miljard in 2009 en 2010 voor de arbeidsmarkt, onderwijs en kennis, duurzame economie, infrastructuur en (woning)bouw en liquiditeitsverruiming van het bedrijfsleven. Daarnaast is afgesproken dat er voor 2009 en 2010 niet wordt bezuinigd op de uitgaven van het Rijk. Dit alles heeft tot gevolg dat het Rijk meer uitgeeft dan dat er aan inkomsten binnenkomt. Met andere woorden er ontstaat een fors overheidstekort. Het kabinet heeft ook besloten dat, als de economie zich in voldoende mate heeft hersteld ze een begin zal maken met het herstel van overheidsfinanciën en het terugdringen van het tekort. Dit is vastgelegd in de wet TReM (Wet tekortreductie Rijk en Medeoverheden). Het terugdringen van het tekort wordt onder andere bereikt door taakstellende bezuinigingen van het Rijk. De verwachting is dat gevolgen van deze bezuinigingen voor de gemeenten vanaf 2012 merkbaar zullen worden door middel van een afnemende algemene uitkering. In de programmabegroting 2011 – 2014 is uitgegaan van een structurele bezuiniging van € 5 miljoen vanaf 2012.
9
Ontwikkeling: Inmiddels zijn de decembercirculaire 2010 en de junicirculaire 2011 ontvangen. In deze circulaires worden de eerste resultaten van de bezuinigingen van het Rijk zichtbaar. Het Rijk geeft aan dat ze de komende jaren via de algemene uitkering € 1,6 miljard gaat bezuinigen op gemeenten. Daartegenover staat een groei van de algemene uitkering van structureel € 2,2 miljard. Per saldo groeit de algemene uitkering dus met € 0,6 miljard. De ontwikkeling van de algemene uitkering is dan ook gunstig te noemen ten opzichte van eerdere scenario’s. Maar er zijn nog vele donkere wolken. Zo is nu al bekend dat de gemeenten worden geconfronteerd met tal van kortingen op specifieke uitkeringen (WSW, WWB) en efficiencykortingen bij decentralisatie van taken (jeugdzorg, AWBZ). Ook zullen maatregelen op het lokaal inkomensbeleid, de schuldhulpverlening en de regionale omgevingsdiensten leiden tot een lagere algemene uitkering. We gaan ervan uit dat de bezuinigingen van het Rijk voor de gemeente Vlissingen jaarlijks € 1,5 miljoen zal bedragen in plaats van de € 5 miljoen zoals opgenomen in de programmabegroting 2011.
2.2.4 Onvoorzien Kadernota 2012 Gelet op het economisch tij en het omvangrijke pakket aan bezuinigingen is in de Kadernota 2012 besloten om de post onvoorzien vanaf 2014 met € 30.000 te verhogen tot circa € 1,1 miljoen structureel. bedragen * € 1.000
2012 Stand onvoorzien
638
2013 1.074
2014 1.104
2015 1.104
In deze programmabegroting wordt voorgesteld de post onvoorzien te verlagen (zie 2.2.14)
2.2.5 Bezuinigingen In de programmabegroting 2011 is een robuust pakket aan bezuinigingen voor 2011 tot en met 2014 opgenomen. Het blijft een uitdaging om dit bezuinigingspakket uit te voeren. De bezuinigingseffecten zullen in 2012 in volle omvang naar voren komen. In het totale pakket van bezuinigingen 2011 – 2014 was ongeveer € 800.000 structureel nog niet ingevuld. Onder de voorwaarden dat de ingezette bezuinigingen zullen worden gerealiseerd en dat de extra middelen voor het nieuw beleid beperkt blijven, wordt voorgesteld om de niet ingevulde bezuinigingen niet meer in te vullen. In 2011 is een voortvarende aanzet gemaakt tot het realiseren van deze bezuinigingen. Op basis van de huidige stand van zaken verwachten we dat de bezuinigingen gerealiseerd worden dan wel alternatieven worden geboden. Wel is gebleken dat voor het realiseren van sommige bezuinigingen de kosten voor de baat uitgaan. Om die reden stellen we voor om in de periode 2012 tot en met 2015 een jaarlijks afnemend bedrag op te nemen ter dekking van frictiekosten.
10
bedragen * € 1.000
2012 Niet meer in te vullen bezuinigingen Frictiekosten
2013
2014
2015
-768 -680
-819 -500
-789 -250
-789 -250
-1.448
-1.319
-1.039
-1.039
2.2.6 Financiële mee- en tegenvallers programmabegroting 2011 Bij de uitvoering van de programmabegroting 2011 blijkt dat we worden geconfronteerd met een aantal financiële tegenvallers. Het betreft hier: Integraal Huisvesting Plan Onderwijs In de programmabegroting 2011-2014 zijn de kosten voor de uitvoering van het integraal huisvestingsplan onderwijshuisvesting nog niet volledig opgenomen. In deze programmabegroting is een belangrijke aanzet gegeven dit in overeenstemming te brengen. In 2012 zal het integraal huisvestingsplan onderwijshuisvesting worden geactualiseerd. Dividend Delta N.V. In de algemene vergadering van Aandeelhouders Delta NV d.d. 13 december 2010 is het dividendbeleid voor de komende jaren besproken. Door de directie van de DELTA NV is toegezegd over de (verslag)jaren 2012 en 2013 € 40 miljoen dividend uit te keren. Voor de gemeente Vlissingen komt dit neer op € 2,3 miljoen. In de programmabegroting 2011 is rekening gehouden met een jaarlijks dividend van € 2,9 miljoen (€ 50 miljoen). Dit betekent een verlaging van € 600.000. Over de jaren 2013 en verder zijn geen garanties over de hoogte van de dividenduitkering afgegeven. Bouwleges Bij het opstellen van de jaarrekening 2010 is gebleken dat de opbrengst van de bouwleges € 300.000 lager uitvallen dan oorspronkelijk geraamd. Gelet op de economische situatie achten wij een verlaging van de geraamde opbrengst bouwleges noodzakelijk voor 2012 en 2013 van respectievelijk € 200.000 en € 150.000. In 2011 vindt nader onderzoek plaats naar de kostendekkendheid van de legestarieven (inclusief bouwleges). SDW/LétÉ/KBW In de programmabegroting 2011 is het tekort ad € 3.771.000 over 2011 bij SDW, LétÉ en de Kredietbank incidenteel verwerkt. Voor 2012 en verder was structureel nog niets verwerkt aangezien nog niet bekend is wat de bijdrage van het Rijk voor de WWB wordt.
11
Samenvattend uitvoering programmabegroting 2011 - 2014:
bedragen * € 1.000
2012 Integraal Huisvesting Plan Onderwijs Dividend Delta N.V. Bouwleges SDW/LétÉ/KBW
2013
2014
2015
126 -600 -200 -1.261
-300 -600 -150 -958
-500 -600 0 -919
-500 -600 0 -919
-1.935
-2.008
-2.019
-2.019
2.2.7 Nieuw beleid Op 15 april 2010 is het coalitieakkoord 2010 – 2014 ‘Vlissingen, op weg naar evenwicht en duurzaamheid’ tot stand gekomen. In het coalitieakkoord is aangegeven dat voor de komende vier jaar veiligheidsbeleid, sociaaleconomische ontwikkelingen, milieu/duurzaamheid en sterk financiële basis topprioriteiten zijn. Binnen deze meerjarig sluitende Programmabegrotinga is, ondanks de economische crisis en een marginale lastenverhoging voor de burger, een bedrag van € 0,2 miljoen structureel vrijgemaakt voor nieuw beleid. Samen met de € 0,8 miljoen nieuw beleid uit de Programmabegroting 2011 is er in totaal structureel € 1,0 miljoen voor nieuw beleid beschikbaar. Dit overeenkomstig het coalitieakkoord. In de kadernota heeft het college voorstellen gedaan voor invulling van de beschikbare ruimte van € 175.000. Door middel van amendementen heeft de gemeenteraad zijn voorkeur voor de invullen van het nieuw beleid aangegeven. In deze programmabegroting is dit ook zo verwerkt. Dit betreft: bedragen * € 1.000
Overzicht opgenomen structureel nieuw beleid 1. Uitvoering GVVP (programma 8) 2. Toerisme (programma 10) 3. Werkgelegenheid Kenniswerf (programma 10) 4. Stimulering aantrekkelijkheid binnenstad (programma 10) 5. Duurzame economische activiteiten op het gebied van toerisme, werkgelegenheid Kenniswerf en stimulering aantrekkelijkheid binnenstad (programma 10) Totaal
25 30 30 15 75 175
De toelichting op het nieuw beleid is opgenomen in hoofdstuk 4 “Beleidsprogramma’s”
2.2.8 Verwerken Financiële uitgangspunten 2012-2015 Bij het opstellen van de kadernota worden de financiële uitgangspunten doorgerekend en indien noodzakelijk worden hiervoor middelen opgenomen. Deze doorrekening gebeurd op hoofdlijnen en de dan beschikbare gegevens. Bij het opstellen van de begroting worden de
12
financiële uitgangspunten opnieuw berekend. Eventuele afwijkingen van de eerdere berekening worden hier opgenomen.
2.2.9 Amendement Kadernota 2012 In de Kadernota 2012 is een amendement aangenomen met de volgende strekking: 1. De voorgenomen verhoging van de precariobelasting terrassen te schrappen 2. De toeristenbelasting gefaseerd te verhogen met € 0,15 per persoon per overnachting in 2012 en € 0,15 per persoon per overnachting in 2013 tot € 1,00 per persoon per overnachting bedragen * € 1.000
2012 Schrappen voorgenomen precariobelasting terrassen Verhogen toeristenbelasting *1
2013
2014
2015
-40 0
-80 30
-80 30
-80 30
-40
-50
-50
-50
*1 Het amendement gaat uit van een gefaseerde verhoging toeristenbelasting in 2012 en 2013. In het overzicht wordt alleen de verhoging van 2013 opgenomen omdat de verhoging van de toeristenbelasting 2012 al een onderdeel was van de Kadernota 2012.
2.2.10 Lagere rentelasten door consolideren geldleningen In de 2011 is een groot aantal leningen geconsolideerd. Dit wil zeggen dat kortlopende leningen zijn omgezet naar langlopende leningen. De rente van de kortlopende leningen is in de begroting opgenomen tegen een rente percentage van 5%. De rente van de afgesloten langlopende leningen is lager.
2.2.11 Extra noodzakelijke lasten programmabegroting 2012 -2015 In deze programmabegroting zijn extra lasten opgenomen voor het realiseren van digitale postkamer en archieffunctie van de website. Daarnaast zijn de kosten voor internationale samenwerking met betrekking tot Ambon opnieuw opgenomen. Deze kosten waren abusievelijk in de programmabegroting 2011 geschrapt. Ook zijn nog eenmalige kosten opgenomen voor aanpassing stadhuis in verband met arbo verplichtingen. Tenslotte is een noodzakelijke éénmalige bijdrage 2012 aan het CZW bureau opgenomen.
2.2.12 Inflatie ontwikkeling In de financiële uitgangspunten is rekening gehouden met een jaarlijkse inflatie van +1% op de materiële budgetten. Zoals ook in de Kadernota 2012 aangegeven staat de inflatie als gevolg van de economische ontwikkeling onder druk. Om die redenen wordt er nu + 1% extra inflatie 2012 opgenomen in de begroting. In totaliteit wordt ervoor 2012 rekening gehouden met een inflatie op de materiële budgetten van +2%.
2.2.13 Bestuursrapportage 2011 Uit de bestuursrapportage 2011 blijkt dat we worden geconfronteerd met een nadeel dat ook in de jaren na 2011 te verwachten is. Dit nadeel is in deze programmabegroting opgenomen.
13
2.2.14 Onvoorzien programmabegroting 2012 - 2015 Bijstelling van onvoorzien. De hoogte van onvoorzien voldoet ook na de bijstelling aan de normen van de toezichthouder bedragen * € 1.000
2012 Stand onvoorzien Kadernota 2012 Bijstelling programmabegroting 2012 - 2015 Stand onvoorzien programmabegroting 2012 -2015
2013
638 -260 378
2014
1.074 -360 714
2015
1.104 -120 984
1.104 -550 554
2.3 Weerstandscapaciteit Weerstandscapaciteit is het beschikbare bedrag dat wordt aangehouden ter afdekking van financiële verliezen die kunnen optreden. In deze paragraaf worden de hoofdlijnen behandeld. In hoofdstuk 6 paragraaf 1 “Weerstandsvermogen” wordt ingegaan op de weerstandscapaciteit en het weerstandsvermogen. De weerstandscapaciteit wordt bepaald door: Algemene reserve Naast de ontwikkeling van het financieel meerjarenperspectief is ook de ontwikkeling van de algemene reserve van belang voor de financiële positie. Onderstaand het overzicht van de algemene reserve: 2012 Stand per 1/1 Mutaties Stand 31/12
bedragen in € 1 mln 2013 2014 2015
5,9 0 5,9
5,9 0,4 6,3
6,3 0 6,3
6,3 0 6,3
Benodigde algemene reserve voor het afdekken van risico's
15,0
15,0
15,0
15,0
Vrije algemene reserve
-9,1
-8,7
-8,7
-8,7
Onvoorzien Gelet op het economisch tij en het omvangrijke pakket aan bezuinigingen is een hoger bedrag, dan gebruikeliijk, opgenomen voor onvoorziene zaken. bedragen * € 1.000
2012 Stand onvoorzien programmabegroting 2012 - 2015
Begrotingssaldo Er is geen structureel beschikbare vrije ruimte in de begroting.
14
378
2013 714
2014 984
2015 554
2.4 Incidentele baten en lasten Om duurzaam financieel evenwicht te bereiken is de “gouden regel” dat structurele lasten altijd gedekt moeten worden door structurele baten. Dit betekent dus dat incidentele baten ingezet moeten worden voor incidentele lasten. Uit het overzicht hieronder blijkt dat met name in 2015 de verwachte incidentele baten hoger zijn de incidentel lasten. Overzicht van incidentele baten en lasten:
Bedragen x € 1.000 2012
2013
LASTEN BATEN
1.128 0
Saldo
1.128
Programma 2 Gezond en Wel Bijdrage CZW bureau
2014
1.214 1.100
2015
1.234 1.100
804 1.100
114 LASTEN
134
-296
70
Programma Bestuur Frictiekosten bezuinigingen
680
500
250
250
Onvoorzien Onvoorzien (incidenteel)
378
714
984
554
1.128
1.214
1.234
804
Totaal lasten
BATEN Programma Bestuur Dividend Delta NV
Totaal baten
0
1.100
1.100
1.100
0
1.100
1.100
1.100
2.5 Financiering Het totaalbedrag aan opgenomen langlopende geldleningen bedraagt begin 2012 € 212 miljoen. Daarnaast is er naar verwachting voor € 5 miljoen aan kortlopende geldleningen. Het gemiddelde rentepercentage van de langlopende leningen bedraagt 4,37 %. De opgenomen leningen dienen ter financiering van de investeringen/activa, bouwgrondexploitatie en uitgegeven geldleningen.
15
De kasgeldlimiet ( het wettelijk vastgestelde maximum bedrag aan kortlopende leningen) is voor 2012 € 12,4 miljoen. De kasgeldlimiet zal naar verwachting in 2012 niet worden overschreden.
2.6 Financiële Uitgangspunten • Voor de ontwikkeling van de loonkosten wordt uitgegaan van een jaarlijkse ontwikkeling van +2%; • Voor de ontwikkeling van de materiële budgetten wordt rekening gehouden met een jaarlijkse ontwikkeling van +1%. Zoals ook in de Kadernota 2012 aangegeven staat de inflatie als gevolg van de economische ontwikkeling onder druk. Om die redenen wordt er + 1% extra inflatie 2012 opgenomen in de begroting. In totaliteit wordt ervoor 2012 rekening gehouden met een inflatie op de materiële budgetten van +2%.; • Voor de indexering van de bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen en stichtingen met beroepskrachten wordt de VZG richtlijn 2012 (-2%) gevolgd. • Het rentepercentage voor nieuwe investeringen voor 2012 - 2015 is 5%; • De berekende rente over de reserves en voorzieningen wordt toegevoegd aan de programmabegroting als incidenteel dekkingsmiddel. Dit overeenkomstig de nota reserves en voorzieningen die bepaalt dat de berekende rente over de reserves en voorzieningen wordt toegevoegd als incidenteel dekkingsmiddel; • Voor de verhoging van de OZB tarieven, de overige gemeentelijke belastingen en de leges wordt uitgegaan van een jaarlijkse verhoging op basis van de meest actuele Consumenten Prijs Indexcijfers (CPI). Op basis van de ontwikkeling van het CPI wordt voor de begroting 2012-2015 gerekend met 1,5%; • De huren van welzijn- en sportaccommodaties voor de periode 2012 - 2015 worden ten minste verhoogd met de in de huurovereenkomsten opgenomen indexering. Uitgangspunt is dat altijd geïndexeerd wordt, tenzij anders overeengekomen. Daar waar huurovereenkomsten aflopen is het uitgangspunt voor nieuwe overeenkomsten dat indexering van toepassing is; • Door de economische recessie wordt de gemeente ook direct getroffen. Daarom heeft de gemeenteraad in 2010 besloten de gewenste omvang van de algemene reserve te bepalen op € 15 miljoen; • De benodigde minimale omvang van de reserve grondexploitaties is, conform de uitgangspunten van de nota grondbeleid, € 10 miljoen.
16
3. Overzichten 3.1 Overzicht van Baten en Lasten 2012 Bedragen * € 1.000
Programmarealisatie 2010
Lasten
Baten
Programmabegroting 2011
Lasten
Programmabegroting 2012
Baten
Lasten
Baten
Saldo
Programma's 43.568 30.357 5.927 21.377 2.585 12.326 5.877 13.436 11.371 2.812 5.095
32.526 4.587 2.244 17.979 881 11.081 1.624 2.969 1.486 9.680 1.114
42.040 29.106 6.970 37.255 2.404 13.504 4.446 12.770 9.445 2.344 2.573
31.665 2.983 1.962 34.753 1.135 11.077 100 3.167 1.032 502 960
39.318 27.660 7.208 23.376 1.848 13.785 3.859 10.844 8.254 1.941 5.691
31.224 2.033 1.963 21.034 967 11.247 24 3.309 944 532 839
8.094 25.627 5.245 2.342 881 2.538 3.835 7.535 7.310 1.409 4.852
154.731
86.171
162.857
89.336
143.784
74.116
69.668
Algemene dekkingsmiddelen
-567
76.211
-263
73.198
2.065
72.118
-70.053
Totaal Dekkingsmiddelen
-567
76.211
-263
73.198
2.065
72.118
-70.053
Onvoorzien
0
0
244
0
378
0
378
Totaal Onvoorzien
0
0
244
0
378
0
378
154.164
162.382
162.838
162.534
146.227
146.234
-7
46 243 22 3.381 4.300 4.300
300 1.892 217 145 0 1.945
92 8 0 0 0 0
0 105 27 0 0 730
0 0 0 0 0 28
0 0 27 0 0 0
0 0 -27 0 0 28
12.292
4.499
100
862
28
27
1
166.456
166.881
162.938
163.396
146.255
146.261
-6
De sociale stad Gezond en wel De lerende stad Ruimtelijk ontwikkelen Wonen in diversiteit Bruikbaarheid openbare ruimte Veiligheid Bereikbaarheid De culturele stad Toerisme en economie Bestuur Totaal programma's Dekkingsmiddelen
Onvoorzien
Resultaat voor bestemming Resultaatbestemming Reserves Gezond en wel Reserves Ruimtelijk ontwikkelen Reserves Wonen in diversiteit Reserves Veiligheid Reserves Toerisme Reserves Bestuur Totaal resultaat bestemming Resultaat na bestemming Jaarrekening/begrotingresultaat TOTAAL
425 166.881
6
458 166.881
17
163.396
163.396
146.261
6 146.261
0
3.2 Meerjarenraming 2012 – 2015 Bedragen * € 1.000
Meerjarenraming 2012 Saldo
2013 Saldo
2014 Saldo
2015 Saldo
Programma's De sociale stad Gezond en wel De lerende stad Ruimtelijk ontwikkelen Wonen in diversiteit Bruikbaarheid openbare ruimte Veiligheid Bereikbaarheid De culturele stad Toerisme en economie Bestuur
8.094 25.627 5.245 2.342 881 2.538 3.835 7.535 7.310 1.409 4.852
7.596 25.590 5.687 2.626 847 2.551 3.838 7.622 7.052 1.392 4.335
7.584 25.625 5.875 2.634 673 2.725 3.865 7.777 7.121 1.427 4.144
7.612 25.758 5.850 2.643 665 2.946 3.895 7.998 7.217 1.419 4.081
Totaal programma's
69.668
69.136
69.450
70.084
Algemene dekkingsmiddelen
-70.053
-70.187
-70.315
-70.521
Totaal Dekkingsmiddelen
-70.053
-70.187
-70.315
-70.521
Onvoorzien
378
714
984
554
Totaal onvoorzien
378
714
984
554
-7
-337
119
117
0 0 -27 0 0 28
-92 0 -27 0 0 453
-92 0 -27 0 0 0
-92 0 -27 0 0 0
1
334
-119
-119
-6
-3
0
-2
Begrotingsresultaat
6
3
0
2
TOTAAL
0
0
0
0
Dekkingsmiddelen
Onvoorzien
Resultaat voor bestemming Resultaatbestemming Reserves Gezond en wel Reserves Ruimtelijk ontwikkelen Reserves Wonen in diversiteit Reserves Veiligheid Reserves Toerisme Reserves Bestuur Totaal resultaat bestemming Resultaat na bestemming
18
3.3 Begroting in één oogopslag Lasten 2012 naar beleidsprogramma’s In onderstaande grafiek is aangegeven hoe de lasten 2012 procentueel zijn verdeeld over de verschillende beleidsprogramma’s Lasten 2012 per programma 6%
P01 De sociale stad
1% 4%
P02 Gezond en wel P03 De lerende stad
27%
8%
P04 Ruimtelijk ontwikkelen P05 Wonen in diversiteit
3%
P06 Bruikbaarheid ruimte P07 Veiligheid
10%
P08 Bereikbaarheid P09 De culturele stad
1%
P10 Toerisme en economie P11 Bestuur
19% 16% 5%
Baten 2012 naar soort In onderstaande grafiek is aangegeven waar de baten 2012 procentueel uit bestaan Baten 2012 naar soort 1%
Dividend
2% 1% 2% 8%
Rente Huren/Pachten 10% Opbrengst verkopen Goederen en diensten 11%
Belastingen Inkomsten Rijk
65%
Overig
19
4. Beleidsprogramma’s Deze programmabegroting bevat de volgende programma’s: 1. De Sociale Stad 2. Gezond en Wel 3. De Lerende Stad 4. Ruimtelijk ontwikkelen 5. Wonen in diversiteit 6. Bruikbaarheid van Openbare Ruimte 7. Veiligheid 8. Bereikbaarheid 9. De Culturele Stad 10. Toerisme en Economie 11. Bestuur
20
Programma 1 De Sociale Stad Het programma De Sociale Stad gaat over de zorg voor de inwoners van de gemeente Vlissingen, op het gebied van werk, inkomen en armoede. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • •
Kadernota Participatiebeleid Walcheren Beleidsplan Mensontwikkeling Walcheren 2011-2014 Beleidsplan integrale schuldhulpverlening Walcheren
WAT WILLEN WE BEREIKEN? Het bevorderen van de maatschappelijke participatie van alle inwoners van de gemeente Vlissingen, ongeacht herkomst en sociaaleconomische positie. Daar waar nodig wordt ondersteuning geboden, door re-integratie (naar werk of sociale activering) of het bieden van een inkomensvoorziening en ondersteuning, gericht op het verbeteren van de financiële en maatschappelijke positie. WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Orionis Walcheren; de organisatie
Door de SDW (Sociale Dienst Walcheren) en LétÉ is het jaar 2011 benut om te komen tot de vorming van juridisch één bedrijf. De technische fusie tussen de SDW en LétÉ zal per 1 januari 2012 plaatsvinden. De KBW (Kredietbank Walcheren) is sinds 1 januari 2011 gefuseerd met de SDW. De nieuwe organisatie gaat per 1 januari 2012 verder onder de naam Orionis Walcheren. In de tweede helft van 2011 is door de SDW en LétÉ hiervoor een gezamenlijke begroting 2012 opgesteld. Orionis Walcheren is gehuisvest op de Kenniswerf. Prestaties • Realisatie van de huisvesting voor Orionis Walcheren op de Kenniswerf. 2.
Wet Werk en Bijstand (WWB)
Participatie Eind 2010 is het meerjarig beleidsplan Mensontwikkeling Walcheren 2011-2014 vastgesteld. Met dit beleidsplan wordt de omslag gemaakt naar het sturen op duurzame ontwikkeling van mensen. Deelname aan de maatschappij staat, naast de uitstroom naar regulier werk, centraal. Het gedachtegoed van het participatiebeleid is doorgevoerd in de werkwijze van Orionis Walcheren. Het WWB-klantenbestand is ingedeeld op de participatieladder. Per trede zijn doelstellingen geformuleerd die moeten leiden tot participatie en re-integratie. De doelstelling is om het WWB-klantenbestand in 2012 stabiel te houden op 2160 uitkeringen. Prestaties • Bevorderen maatschappelijke participatie van alle inwoners van de gemeente
21
Meetpunt • •
•
• •
Aantal WWB-klanten bij de SDW 300 klanten uit trede 3 of 4 van de participatieladder deel laten nemen in een leerwerkomgeving van Orionis Walcheren 150 klanten uit trede 1 of 2 van de participatieladder deel te laten nemen in een participatietraject Realiseren van 160 gesubsidieerde banen 150 klanten plaatsen op reguliere arbeid, waarvan 50 met loonkostensubsidie
2010 werkelijk 2442 WWBklanten n.v.t.
2011 streefwaarde 2460 WWBklanten n.v.t.
2012 Streefwaarde 2160 WWBklanten 300 klanten
n.v.t.
n.v.t.
150 klanten
209 SDWerkbanen n.v.t.
250 SDWerkbanen n.v.t.
160 SDWerkbanen 150 klanten
Inkomen De gemeente biedt een vangnet aan mensen die (nog) niet zelfstandig in hun kosten van bestaan kunnen voorzien. Naast de jaarlijks terugkerende activiteiten en programma’s van de SDW is er in 2012 blijvend aandacht voor een snelle afhandeling van uitkeringsaanvragen. Prestaties • Verbeteren dienstverlening SDW Meetpunt • •
verkorting van de aanvraagtijd van een uitkering bij de SDW digitaal ingediende aanvragen bij SDW
2010 werkelijk 92% binnen 2 weken 27%
2011 streefwaarde 90% binnen 2 weken 60 %
2012 streefwaarde 90% binnen 2 weken 60 %
Minimabeleid De financiële en maatschappelijke positie van de inwoners met een laag inkomen moet verbeteren. Dat kan door het vergroten van kansen op werk, door het herstellen of bevorderen van de financiële zelfstandigheid en door toepassing van de Wet werk en bijstand (WWB). Om dit te realiseren wordt naast een eenduidig Walchers beleid ingezet op een goede communicatie over de regelingen om te komen tot een optimaal bereik van de doelgroep tegen zo min mogelijk uitvoeringskosten. Prestaties • Regelmatig informatie over de regelingen in de maandelijkse nieuwsbrief van de SDW • De brochure Rondkomen op Walcheren wordt geactualiseerd • Aanvraagformulieren zijn ook via de website beschikbaar • ' Eenvoudige' aanvraagformulieren en -procedures 3.
Schuldhulpverlening
22
In 2011 is het Beleidsplan Integrale Schuldhulpverlening 2011-2014 vastgesteld. Met het beleidsplan is samen met het Maatschappelijk Werk Walcheren (MWW) een nieuwe integrale werkwijze voor de schuldhulpverlening op Walcheren gestart. De nieuwe aanpak houdt samengevat het volgende in: Integrale hulp- en dienstverlening, mensgericht werken en samenwerking met de ketenpartners. Specifieke aandacht gaat uit naar de integrale aanpak. Deze aanpak richt zich op vier kanten van de problematiek: preventie, aanpak schuldenproblematiek, voorkomen van terugval en/of herhaling en inkomensverruiming en re-integratie.
Prestaties • De klant heeft binnen 1 week na aanmelding een gesprek met een hulpverlener • Er ligt een schuldhulpverleningsplan binnen 15 werkdagen na aanmelding 4.
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)
In 2010 is de omzet van LétÉ onder druk komen te staan. De verwachting is dat de omzet de komende jaren moeizaam zal herstellen. De komende jaren stromen werkleiding en vakmensen uit de Wsw vanwege hun leeftijd. Daarnaast is de instroom vanaf 1998 een zwakkere groep. Dit heeft invloed op de manier van werken. Om passende arbeid voor de doelgroep te garanderen is diversiteit in werksoorten belangrijk. Orionis Walcheren zal de afhankelijkheid van kwetsbare werksoorten verminderen en meer inzetten op dienstverlenende activiteiten zoals schoonmaak, postbezorging, catering etc. Dit zijn voor de doelgroep passende werksoorten en bovendien activiteiten die economisch minder onder druk staan. Daarnaast zullen voor bepaalde werksoorten partnerprogramma’s worden opgezet waarmee in samenwerking met marktpartijen reguliere leerwerkplekken worden gerealiseerd. Prestaties • Realiseren van het in stand houden van een werkinfrastructuur, waarmee (een deel van) de doelgroep Wsw en WWB kan participeren en ontwikkelen • Nieuwe werksoorten ontwikkelen in samenwerking met marktpartijen en gemeenten • Participatieplaatsen ontwikkelen voor 100 WWB-klanten • Een omzetgroei van € 100.000 realiseren in detacheren en begeleid werken van klanten • 40 nieuwe plaatsingen realiseren in detacheren en begeleid werken • Doorstroming binnen de participatieladder maximaal realiseren voor de Wsw klanten • Opbrengsten genereren van € 150.000 door inzet van klanten ten behoeve van de algemene voorzieningen Wmo • Opleiden van 300 Wsw en WWB klanten in basisvaardigheden 5.
Werken naar vermogen
Het kabinet wil dat zoveel mogelijk mensen zelf in hun eigen onderhoud voorzien. Mensen die nu nog met een uitkering thuiszitten maar wel willen en kunnen werken, moeten weer aan het werk. Dat is het uitgangspunt van de Wet werken naar vermogen (Wwnv). Deze wet vervangt de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet investeren in jongeren (WIJ), de Wet sociale werkvoorziening (WSW) en de Wet arbeidsongeschiktheid voor jonggehandicapten (Wajong). Streven van het Kabinet is om de Wwnv per 1 januari 2013 in te voeren. Eén van de uitgangpunten van de Wet Werken naar vermogen is dat mensen werken naar vermogen. Bij voorkeur bij een reguliere werkgever. Mensen zijn zelf verantwoordelijk om in
23
te schatten welk werk ze kunnen doen. Waar nodig krijgen ze ondersteuning of begeleiding. Voor jonggehandicapten die echt niet kunnen werken, blijft de Wajong bestaan. Loondispensatie moet het voor werkgevers financieel aantrekkelijk maken om mensen met een arbeidsbeperking een kans te geven. Zij betalen op deze manier alleen voor de geleverde productiviteit. Prestaties • Voorbereiding en besluitvorming implementatie Wwnv per 2013. WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma De Sociale Stad de totale lasten en baten en de mutaties daarin.
24
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010
BEGROTING 2011
PROGRAMMA TOTALEN 2012 2013 2014
2015
LASTEN BATEN
43.568 32.526
42.040 31.665
38.825 31.229
38.813 31.229
38.841 31.229
Saldo
11.042
8.094 7.596 10.375 SPECIFICATIE LASTEN
7.584
7.612
39.318 31.224
LASTEN 837
163
0
0
0
0
2. Minderheden beleid
1.014
1.221
1.194
1.196
1.199
1.203
3. Minimabeleid
2.289
2.632
2.737
2.839
2.941
2.941
101
95
94
94
94
94
9.145
8.654
8.660
8.660
8.660
8.660
705
876
658
286
170
171
29.477
28.399
24.714
24.792
24.830
24.853
1.261
958
919
919
1. Kredietbank Walcheren
4. Kinderopvang nieuw 5. Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) 6. Exploitatiebijdrage LétÉ 7. Sociale dienstwalcheren Bestaand beleid Financiële tegenvallers uitvoering bestaand beleid
Totaal lasten
29.477
28.399
25.975
25.750
25.749
25.772
43.568
42.040
39.318
38.825
38.813
38.841
SPECIFICATIE BATEN BATEN 1. Kredietbank Walcheren
153
150
0
0
0
0
2. Minderheden beleid
482
834
825
830
830
830
9.129
8.640
8.640
8.640
8.640
8.640
22.762
22.041
21.759
21.759
21.759
21.759
32.526
31.665
31.224
31.229
31.229
31.229
2014
2015
5. Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) 7. Sociale dienst Walcheren
Totaal baten
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal Investeringen Geen nieuwe investeringen gepland
0
0
0
0
0
Totaal investeringsplan 2012 - 2015
0
0
0
0
0
Totaal bestaande investeringen
0
0
0
0
Totaal investeringen
0
0
0
0
25
Programma 2 Gezond en Wel Het programma Gezond en Wel gaat over het welzijn van de inwoners van de gemeente Vlissingen. De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) vormt een belangrijk onderdeel van dit beleidsveld, maar ook sport- en speelvoorzieningen horen hiertoe. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • • • • • • • •
Wmo beleidsplan 2012-2016 Kadernota Welzijn Nieuwe Stijl Beleidsnota Sport, doen en beleven 2009-2012 Nota regionaal Gezondheidsbeleid 2009-2012 Jeugdnota 2009-2012 Zeeuws Kompas Speelruimteactieplan 2011-2015 Nota Integrale Sociale Veiligheid 2010-2014 Nota Onbetaalbare Kracht 2011-2014
WAT WILLEN WE BEREIKEN? In het Wmo plan 2012-2016 verwoordt de gemeente welke ambities zij heeft en hoe zij die wil realiseren. Om deze maatschappelijke ondersteuning te geven, kiest de gemeente Vlissingen voor het bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid. Daarbij moeten ook mogelijkheden om deel te nemen aan de samenleving en het vermogen van een persoon om zichzelf in deze samenleving te kunnen redden, vergroot worden. De gemeente wil dit realiseren door een lokaal sociaal beleid te voeren dat de kwaliteit van de samenleving, of de sociale infrastructuur, verbetert. WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Sport
In 2012 zal tot een verdere invulling van de combinatieregeling worden overgegaan omdat wij vanaf 2012 hiervoor extra middelen van het rijk ontvangen. De uitvoering van de NASB (Nationaal Actieplan Sport en Bewegen) regeling zal conform afspraken worden vervolgd. Begin 2012 komt de sportzaal in de brede school in de ‘Combinatie’ beschikbaar. Per maart/april 2012 wordt de nieuwe buitensportaccommodatie voor de KV Seolto op sportpark Bonedijke in gebruik genomen. In 2012 bereiden wij een toekomstvisie voor ten aanzien van Sportpark Baskensburg en sporthal Baskensburg. De uitvoering van het nieuwe subsidiebeleid start per januari 2012. Per augustus 2012 wordt het nieuwe tarievenbeleid sport ingevoerd. Prestaties • Uitvoering werkplan Sport 2012 • Oplevering sportzaal in de brede school de ‘Combinatie’. • Oplevering korfbalaccommodatie Bonedijke. • Verdere invulling combinbatieregeling. • Start invoering nieuwe subsidiebeleid sport. • Start invoering nieuwe tarievenbeleid sport. • Vaststelling visievorming sportpark Baskensburg en sporthal Baskensburg
26
2.
WMO verstrekkingen
De stijging van Wmo-uitgaven en de vermindering van de Rijksbijdrage vragen een alternatieve aanpak waarmee ook wordt voldaan aan de compensatieplicht van de gemeente. Nieuwe contracten met de zorgaanbieders worden hiervoor aangegaan. Klanten die per 2012 een aanvraag indienen en klanten met een herindicatie zullen dit merken door een gewijzigd zorgaanbod. Het uitgangspunt is een verschuiving te realiseren van relatief dure zorg naar goedkopere alternatieven zonder daarbij de “maatwerkgedachte” uit het oog te verliezen. Prestaties • Nieuwe contracten met zorgaanbieders • Het realiseren van een verschuiving van relatief dure zorg naar goedkopere alternatieven.
3.
WMO Beleid
Het Wmo-beleidsplan 2008-2012 loopt dit jaar af. In 2012 zal in samenwerking met de Walcherse gemeenten een nieuw beleidsplan vastgesteld worden. Hierbij zal uit worden gegaan van de uitgangspunten die eerder zijn vastgesteld in de kadernota Welzijn Nieuwe Stijl: a. iedere inwoner of groep van inwoners is primair zelf verantwoordelijk voor participatie; de gemeente ondersteunt. b. Het versterken van de eigen krachten van de burgers en de samenleving, door een faciliterende maar niet een overnemende rol. c. Uitgaan van ondersteuning op maat, op basis van vraagverheldering en passende compensatie (volgens de principes van ‘de Kanteling’). d. Uitgaan van een goede balans tussen de eigen kracht van de burger en de inzet van collectieve en individuele voorzieningen, waardoor alle burgers op een aanvaardbaar niveau kunnen participeren. e. Collectieve voorzieningen prevaleren ten opzichte van individuele voorzieningen, hetgeen ook geldt voor algemeen boven specifiek beleid. f. Uitgaan van de eigen verantwoordelijkheid geldt ook in financiële zin. Indien er onvoldoende draagkracht is, is er de reguliere ondersteuningsmogelijkheid via de Wet Werk en Bijstand. g. Uitgaan van een proactieve en outreachende benadering, om in een zo vroeg mogelijk stadium adequate ondersteuning te kunnen verlenen. Tijdige signalering op vindplaatsen en passende opvolging zijn belangrijk. h. Kiezen voor een integrale benadering, waarbij beleid en uitvoering met elkaar worden verbonden en versterkt. Met het nieuwe plan wordt ingezet op kwetsbare burgers, professionalisering en ondersteuning op maat. Prestaties • Wmo-beleidsplan 2012-2016
27
4.
Sociaal Cultureel werk
In 2011 is de Kadernota Welzijn Nieuwe Stijl vastgesteld. Met ingang van 1 januari 2012 wordt het nieuwe welzijnsbeleid geïmplementeerd. Hiermee wordt recht gedaan aan de acht bakens zoals die in het Nationaal Programma Welzijn Nieuwe Stijl zijn verwoord: vraaggericht werken, ‘direct er op af’, eigen kracht van de burger, collectief versus individueel, integraal werken, resultaatgerichtheid, ruimte voor professional en informele zorg versus formele zorg. Prestaties • Implementatie van de kadernota Welzijn Nieuwe Stijl 5.
Jeugd
In de Nota Integraal Jeugdbeleid 2009-2012 zijn 27 beleidsdoelstellingen met daaraan gekoppelde activiteiten genoemd. In 2012 wordt het vierde jaarplan uitgevoerd. Daarnaast ligt dit jaar het accent op de operationele uitvoering van het gecombineerde CJG/Wmo-loket Porthos Vlissingen. Naast alle opvoed- en opgroeiondersteuning aan ouders en jongeren zal ook de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg hier worden geconcentreerd. Het takenpakket van de jeugdgezondheidszorg blijft een aandachtspunt vanwege de financiële situatie van de GGD Zeeland. In 2012 wordt de borging van succesvolle projecten betrokken bij het Welzijnsbeleid Nieuwe Stijl. Hierbij is een goede relatie met het outreachend jeugd- en jongerenwerk, de combinatiefuncties onderwijs, sport en cultuur rondom brede scholen en het Porthosloket van groot belang. Prestaties • Opening en programmering Porthos CJG/Wmo in De Combinatie • Herijking afspraken Zorg Advies Teams (ZAT’s) • Actieplan “Laat ze niet (ver)zuipen” • Uitvoering Jaarplan 2012 Jeugdnota • Vernieuwing jongerenwerk welzijn nieuwe stijl • Borging aanpak Restart in het kader van het Antillianenbeleid • Borging aanpak Veilige Start risicozwangeren • Borging aanpak ter voorkoming van kindermishandeling 6.
Nieuwe taken naar gemeenten
Het jaar 2012 staat in het teken van de voorbereiding van de overkomst van de AWBZbegeleiding naar de Wmo en de decentralisatie van totale jeugdzorg naar gemeenten. Deze stelselwijziging wordt gefaseerd ingevoerd vanaf 2013 tot 2015. Onze ambitie is deze taken zodanig over te nemen dat de kwaliteit van leven van mensen met een beperking wordt bevorderd of in stand wordt gehouden. Centrale thema’s hierin zijn: opvoeding en ontwikkeling, oriëntatie op het (gezin)systeem en preventie en vroegtijdige interventie. Prestaties • Beleidsmatige implementatie en begeleidingstaak en Jeugdzorg.
organisatorische
28
borging
van
de
AWBZ
7.
Speelvoorzieningen
In 2011 is het speelruimtebeleid voor de periode 2011-2015 vastgesteld. Hierbij is een aantal uitgangspunten neergelegd welke via jaarplannen zullen worden gerealiseerd: - prioriteit voor buurten met relatief meer kinderen en relatief minder speelplekken - multifunctionele plekken en concentratie, dan versnippering met losse elementen - meer natuurlijke inrichting - inzet op de mogelijkheden voor openbaar gebruik van schoolpleinen - het positioneren van particuliere speeltuinen in aanvulling op het aanbod openbare speelruimte - 3% norm van de bebouwde oppervlakte reserveren voor speelruimte bij nieuwbouw - aanvulling op het speelruimtebudget moet worden gevonden door (co-) sponsoren en in het kader van grondexploitatie of koppeling met andere beleidsterreinen bijv. Wmo. Prestaties • uitvoering Speelruimteactieplan jaarplan 2012 8.
Maatschappelijke zorg
Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang: Zeeuws Kompas De uitvoering van de Maatschappelijke Opvang en de Vrouwenopvang heeft de rijksoverheid bij centrumgemeenten neergelegd. Voor Zeeland is onze gemeente centrumgemeente. Vanuit de Wmo zijn gemeenten medeverantwoordelijkheid voor de maatschappelijke opvang. De Zeeuwse gemeenten en de provincie Zeeland hebben daarom afspraken gemaakt over de uitvoering van deze taken. Vanaf 1 september 2009 werken de Zeeuwse gemeenten en de provincie Zeeland hiervoor samen binnen het College Zorg en Welzijn (CZW). De dagelijkse uitvoering, administratie en beleidsvoorbereiding verzorgt sindsdien het CZW-bureau te Goes. Het Zeeuws Kompas is het beleidsdocument waarin de gemeenten en de provincies de uitgangspunten voor de Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang in Zeeland hebben neergelegd. Door al eerder aangekondigde bezuinigingen voor Zeeland is een herijking van het Zeeuws Kompas wel noodzakelijk. De herijking van het Zeeuws Kompas vindt in samenspraak met alle 13 Zeeuwse gemeenten en met de provincie Zeeland plaats. Na een overgangsjaar zal vanaf 2013 onvermijdelijk een aantal activiteiten niet of in gewijzigde vorm voortgezet worden. Het CZW stelt de Zeeuwse gemeenten voor in het overgangsjaar 2012 een bedrag van € 600.000 aanvullend te financieren. Voor Vlissingen betekent dit voor 2012 een incidentele bijdrage van € 70.000. Huiselijk geweld, voorkomen van kindermishandeling, nazorg ex-gedetineerden en antidiscriminatie De Zeeuwse gemeenten voeren gezamenlijk het wettelijk verplichte actieplan voor de aanpak van het huiselijk geweld uit. De Zeeuwse gemeenten hebben elkaar ook via het tijdelijke stimuleringsprogramma RAAK ([Regionaal Actieplan en Aanpak Kindermishandeling) gevonden om de aanpak van kindermishandeling met de ketenpartners uit te voeren. De pijlers van het uitwerkingsprogramma zijn bewustwording, integratie en samenwerking. Speerpunten voor 2012 zijn borging, communicatie en de scholing. Het Ministerie van Justitie heeft met de VNG een bestuurlijke afspraak gemaakt over de opvang, resocialisatie en re-integratie van ex-gedetineerden. Doel hiervan is om in de tijdelijke stimuleringsregeling ervaringen op te doen met alle ketenpartners om de terugkeer van ex-gedetineerden in de samenleving te verbeteren en daarmee de kans op herhaling 29
terug te dringen. Medio 2012 worden de eerste resultaten bekend gemaakt.
Prestaties • Maatschappelijke opvang en Vrouwenopvang: afronding herijking Zeeuws Kompas • Huiselijk geweld: realisatie van een sluitende keten van samenwerking met de instellingen van de Vrouwenopvang • Regionaal Actieplan en Aanpak Kindermishandeling: borging, communicatie en scholing • Uitvoering actieprogramma kindermishandeling • Evaluatie opvang ex-gedetineerden 9.
Openbare gezondheidszorg
De basis voor het gezondheidsbeleid is de nota regionaal gezondheidsbeleid 2009-2012 die in 2009 is vastgesteld in de drie Walcherse gemeenten. Jaarlijks worden jaarplannen gemaakt waarin de activiteiten voor dat jaar zijn opgenomen. In 2012 zal een nieuwe Walcherse gezondheidsnota worden opgesteld. De GGD heeft door gemeentelijke taakstellingen de afgelopen jaren een aantal veranderingen doorgevoerd om te komen tot een meer efficiënte bedrijfsvoering. Het jaar 2012 staat in het teken van een kerntakendiscussie waarop vervolgens de organisatie verder zal worden ingericht. Prestaties • Nota regionaal gezondheidsbeleid 2012-2016 10. Mantelzorg en vrijwilligerswerk Met de in 2011 vastgestelde nota Onbetaalbare Kracht is voor de periode 2011-2014 beleid vastgesteld ter ondersteuning en versterking van mantelzorgers en vrijwilligers. Daarnaast wil de gemeente de samenwerking tussen partijen, die mantelzorgers en vrijwilligers ondersteunen, versterken. De doelstellingen zijn: • Laten zien dat mantelzorgers en vrijwilligers gewaardeerd worden; • Het aantal mantelzorgers en vrijwilligers te behouden en (eventueel) vergroten; • Behoeften en knelpunten van mantelzorgers en vrijwilligers in kaart te brengen; • Mantelzorgers en vrijwilligers te ondersteunen; • Maatschappelijk Betrokken Ondernemen te stimuleren. Prestaties • Realisatie van een loket voor mantelzorgers en vrijwilligers in Porthos Vlissingen. • Aanstelling van een maatschappelijk makelaar voor maatschappelijke stages en vrijwilligerswerk. • Digitale vacaturebank voor vrijwilligers en mogelijk mantelzorgers. WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma Gezond en Wel de totale lasten en baten en de mutaties daarin.
30
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010
BEGROTING 2011
PROGRAMMA TOTALEN 2012 2013 2014 27.660 2.033
2015
LASTEN BATEN
30.357 4.587
29.106 2.983
27.629 2.039
27.669 2.044
27.806 2.048
Saldo
25.770
26.123 25.627 25.590 SPECIFICATIE LASTEN
25.625
25.758
LASTEN 4.713
4.905
4.533
4.484
4.283
4.304
169
26
0
0
0
0
11.375
10.569
10.666
10.733
10.750
10.771
384
790
761
758
761
765
5. Sociaal Cultureel Werk
1.247
1.300
836
842
847
853
6. Jeugd
1.100
1.699
1.058
1.059
1.062
1.064
239
173
185
186
187
189
10.307 0 10.307
8.841 0 8.841
8.637 70 8.707
8.644 0 8.644
8.651 0 8.651
8.659 0 8.659
823
816
814
818
823
828
0
-13
100
105
305
373
30.357
29.106
27.660
27.629
27.669
27.806
1. Sport 2. Bos impuls 3. WMO Verstrekkingen 4. WMO Beleid
7. Speelvoorzieningen 8. Maatschappelijke Zorg - Bestaand beleid - Incidentele bijdrage CZW bureau 9. Openbare Gezondheidszorg 10. Kapitaallasten nieuwe investeringen Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN 1. Sport
328
339
343
349
354
359
2. Bos impuls
147
0
0
0
0
0
1.187
1.064
1.064
1.064
1.064
1.064
3
70
70
70
70
70
941
1.448
544
544
544
543
3. WMO Verstrekkingen 4. WMO Beleid 6. Jeugd 8. Maatschappelijke Zorg Totaal baten
1.981
62
12
12
12
12
4.587
2.983
2.033
2.039
2.044
2.048
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen Sporthal Baskensburg (voorbereiding) 100 Sportvelden en sportvloeren 1.045 Materieel 120 Vervanging loods sportpark Irislaan 200 Verlichting voetbalvelden 120
100 260
Totaal investeringsplan 2012 - 2015 1.585
360
35
990
200
Totaal bestaande investeringen
6.128
5.869
5.292
5.831
Totaal investeringen
6.488
5.904
6.282
6.031
35
750 120 200 120
31
Programma 3 De Lerende Stad Het beleidsprogramma De Lerende Stad is gericht op het creëren van een toegankelijk en stimulerend klimaat, waarin inwoners zich (kunnen) ontwikkelen. Het programma heeft betrekking op onderwijsbeleid, onderwijshuisvesting, kinderopvang en peuterspeelzaalbeleid. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • • •
de ‘Onderwijsnota Vlissingen’ Onderwijsachterstanden beleidsplan (OAB-plan) 2011-2014 het harmonisatieplan kinderopvang - peuterspeelzaalwerk het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs (IHP) 2009-2015
WAT WILLEN WE BEREIKEN? Zorg dragen dat het onderwijs in de gemeente Vlissingen voldoende gedifferentieerd en voldoende over de gemeente verspreid is zodat elk kind, jongere en volwassene educatie op maat kan volgen. Onderwijs, vorming en opleiding moeten gelijke kansen aan kinderen, jongeren en volwassenen bieden ongeacht het milieu waaruit ze afkomstig zijn. Daarnaast wordt de samenwerking en afstemming tussen alle actoren gestimuleerd, met name tussen de kinderopvang, peuterspeelzalen en de individuele scholen en schoolbesturen. WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Onderwijshuisvesting
In 2011 zijn de eerste 2 open wijkscholen in de gemeente Vlissingen geopend: Het Kroonjuweel in Souburg-Noord en De Combinatie in het Middengebied. 2012 is het eerste jaar dat beiden in gebruik zijn en ervaring opgedaan wordt met het beheer en de exploitatie van brede scholen in de gemeente Vlissingen. Nadat de raad een besluit heeft genomen omtrent de definitieve locatie voor de open wijkschool Souburg-Zuid wordt de verdere planvoorbereiding hiervan opgepakt. De voorbereidingen voor de nieuwbouw van CSW Bestevaêr op Weijevliet gaan in 2012 door. Tevens zijn in de begroting middelen opgenomen voor het regulier onderhoud van schoolgebouwen. Prestaties • Verdere planontwikkeling voor de brede school in Souburg-Zuid. • Verdere planontwikkeling voor de nieuwbouw van CSW Bestevâer op Weijevliet. • Goed onderhouden gebouwen voor het primair onderwijs. 2.
Onderwijs
Onderwijsbeleid In 2007 is voor het laatst een Onderwijsnota Vlissingen vastgesteld. In 2011 is het proces voor de nieuwe onderwijsnota gestart, waarin beleid en doelen voor de komende 4 jaar worden geformuleerd. Deze onderwijsnota komt tot stand in een interactief proces met de onderwijsinstellingen en andere actoren in het maatschappelijk speelveld. Deze onderwijsnota zal de eerste helft van 2012 ter besluitvorming worden aangeboden.
32
Prestaties • Een vastgestelde Onderwijsnota Vlissingen 2012-2016.
Onderwijsachterstandenbeleid (OAB) Het OAB-plan 2011-2014 is in 2011 vastgesteld. Het OAB-plan is gebaseerd op het verder uitwerken van de doelen uit de vorige periode en op de eisen die worden gesteld vanuit de Wet OKE. Er is een regiegroep ingesteld waarbinnen afstemming plaatsvindt met de betrokken partners: KOW, JGZ en de bij OAB betrokken schoolbesturen. In 2011 is via aanbesteding een Walcherse projectleider geselecteerd die de coördinatie van de uitvoering op zich zal nemen. In 2012 worden concrete afspraken gemaakt met de partners over het realiseren van de doelen zoals geformuleerd in het plan. Prestaties • De kansen van kinderen met een risico op achterstand in de toekomst verhogen. • Vertalen van het OAB-plan in concrete afspraken en deze uitvoeren. • Het in stand houden van de voorschool op De Ravenstein en 6 schakelklassen in het basisonderwijs. • Nadere afspraken tussen JGZ, instellingen voor voorschoolse voorzieningen en basisscholen omtrent de toeleiding van doelgroepkinderen naar VVE. Brede schoolbeleid Het beleid, zoals vastgelegd in het IHP, is om in de komende jaren een aantal brede scholen (open wijkscholen) te realiseren, waarin de samenwerking tussen kinderopvang, peuterspeelzaal en basisonderwijs wordt gestimuleerd. De samenwerking tussen de betrokken participanten binnen de open wijkscholen Het Kroonjuweel en De Combinatie krijgt verder vorm onder regie van de brede schoolcoördinator, waarbij tevens de combinatiefuncties verder gepositioneerd worden. Indien de raad besluit tot verdere ontwikkeling van de brede school Souburg-Zuid wordt in 2012 de ontwikkeling van een visie op de samenwerking rondom deze school weer opgepakt. Prestaties • Een activiteitenplan voor de samenwerking tussen de partners in de open wijkscholen ten behoeve van de wijk. • Verdere implementatie van de combinatiefuncties. • Een visie hoe de partners in de brede school voor Souburg-Zuid met elkaar willen samenwerken ten behoeve van de wijk.
3.
Kinderopvang en peuterspeelzaalbeleid
Harmonisatie peuterspeelzaalwerk kinderopvang In 2010 zijn de peuterspeelzalen geharmoniseerd. Zij voldoen aan de eisen van de nieuwe Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. In 2011 heeft een evaluatie
33
plaatsgevonden en uit deze evaluatie komt naar voren dat er in 2012 gestreefd moet worden naar een vorm waarbij er geen verschil meer bestaat tussen kinderopvang en peuterspeelzaalgroepen. Deze nieuwe vorm wordt aangeduid met de term peutergroepen. Prestaties • Een kwalitatief goed voorschools aanbod aan alle kinderen met een achterstand op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal- emotionele ontwikkeling. Kinderopvang In 2011 is het aantal kinderopvanglocaties en gastouders verder toegenomen. Dit betekent dat het aantal reguliere inspecties in 2012 toeneemt. Prestaties • Het waarborgen van de kwaliteit van het aanbod van kinderopvang binnen de gemeente Vlissingen.
WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma De Lerende Stad de totale lasten en baten en de mutaties daarin.
34
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010
BEGROTING 2011
PROGRAMMA TOTALEN 2012 2013 2014
LASTEN BATEN
5.927 2.244
6.970 1.962
Saldo
3.683
7.208 1.963
7.651 1.964
2015
7.840 1.965
7.816 1.966
5.008 5.245 5.687 SPECIFICATIE LASTEN
5.875
5.850
2.581
3.157
2.581
LASTEN 1. Onderwijshuisvesting - Bestaand beleid - Integraal huisvestingsplan onderwijs 2. Onderwijs 3. Kind en peuteropvang
Totaal lasten
3.157
3.706 -126 3.580
3.716 300 4.016
3.698 500 4.198
3.666 500 4.166
2.946
3.222
3.260
3.264
3.269
3.273
400
591
368
371
373
377
5.927
6.970
7.208
7.651
7.840
7.816
SPECIFICATIE BATEN BATEN 1. Onderwijshuisvesting 2. Onderwijs 3. Kind en peuteropvang
Totaal baten
160
78
79
80
81
82
2.084
1.834
1.884
1.884
1.884
1.884
0
50
0
0
0
0
2.244
1.962
1.963
1.964
1.965
1.966
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen Geen nieuwe investeringen gepland
0
0
0
0
0
Totaal investeringsplan 2012 - 2015
0
0
0
0
0
Totaal bestaande investeringen
11.704
10.987
10.284
9.591
Totaal investeringen
11.704
10.987
10.284
9.591
35
Programma 4 Ruimtelijk Ontwikkelen Het programma Ruimtelijk Ontwikkelen is gericht op het versterken en verhogen van het lokale voorzieningenniveau zodat een attractief woon- en leefklimaat ontstaat. De gemeente moet aantrekkelijk zijn om te wonen, werken en verblijven voor inwoners en bezoekers. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • • • • • • • • • • •
- het Integraal OmgevingsPlan Zeeland 2006-2012 (IOP) - de Stadskoers 2010 - de Structuurvisie - de Woonvisie - diverse bestemmingsplannen - de toeristische nota - de nota Grondbeleid - de welstandsnota - het groenstructuurplan - het Gemeentelijk verkeers- en vervoersplan (GVVP) - de Milieunota 2004 - de Beleidsvisie externe veiligheid
WAT WILLEN WE BEREIKEN? De ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente Vlissingen zodanig inhoud en vorm geven dat de functies wonen, werken en recreëren zo optimaal mogelijk worden gefaciliteerd. Een belangrijke randvoorwaarde is dat deze functies elkaar zoveel mogelijk versterken. Vertrekpunt voor de toekomstige ontwikkeling is het scenario “Anticiperen & transformeren” uit de Structuurvisie. Hierbij wordt niet primair ingezet op groei. Speerpunten zijn de ontwikkeling van Stadshavens (Scheldekwartier/Marina, Kenniswerf/Binnenhavens, de Buitenhaven), de stadsvernieuwing en de boulevard. Bovendien ruimte aan een verdere ontwikkeling van de Buitenhaven en Vlissingen-Oost als economische motor van Vlissingen. WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Stedenbouwkundige plannen
Vervolgproces stadsvisie (uitvoeringsprogramma structuurvisie & woonvisie) In de structuur- en woonvisie staat een uitvoeringsprogramma geformuleerd. Hierin worden diverse projecten benoemd op de verschillende thema’s die hun plek hebben in deze begroting. Inzet is verder om de betrokken partners op de verschillende vlakken, stakeholders citymarketing, stedennetwerk, marktpartijen in grondexploitaties, ZSP, Provincie zoveel mogelijk te betrekken. Er lopen in 2012 voor Vlissingen belangrijke externe trajecten: 1. het opstellen van een provinciaal Omgevingsplan 2012-2018; de provincie is in overleg met betrokken partijen bezig om het Omgevingsplan te actualiseren voor de periode 2012-2018, en zal hier zaken als bevolkingsontwikkeling en klimaatverandering bij betrekken. 2. Het kabinet wil er met het Deltaprogramma voor zorgen dat de huidige en volgende generaties veilig zijn tegen het water en dat we de komende eeuw beschikken over genoeg zoet water. Het Deltaprogramma is noodzakelijk om een
36
veilig vestigings- en investeringsklimaat te garanderen. In het kader van het Deltaprogramma is de provincie Zeeland verplicht om een Kustvisie op te stellen binnen een aantal vastgestelde kaders. De Zeeuwse kustgemeenten zullen bij de opstelling van de Zeeuwse Kustvisie betrokken worden. Na de zomer 2011 zal hiermee een begin worden gemaakt. De Visie boulevards zal als belangrijke input ingebracht worden voor de Zeeuwse Kustvisie. Binnen het Deltaprogramma worden verschillende deelprogramma’s ontwikkeld waaronder: kustveiligheid, herstructurering, kust en Zuidwestelijke Delta. In het licht van de klimaatverandering en de stijging van de zeespiegel zullen ook voor de Vlissingse kustlijn passende oplossingen ontworpen moeten worden om de veiligheid op middellange en lange termijn te garanderen. De Vlissingse kustlijn “het Waterfront Vlissingen” heeft in het bijzonder de aandacht van de deltacommissaris vanwege de innovatieve kustversterkingoplossingen in de gebouwen aan de Boulevard Bankert (uitgevoerd eind jaren ’80) en een verkenning naar de mogelijkheden om dit ook toe te passen in andere kustplaatsen. Hiertoe zal het stationseiland worden bekeken als een pilot. In 2012 zal gestart worden met een onderzoek voor verschillende scenario’s om Vlissingen na 2020 ook veilig te houden. Het hele waterfront wordt hierbij betrokken. In de 1e helft van 2012 zal de structuurvisie in samenhang met de Woonvisie worden geactualiseerd. Vaststellen stedenbouwkundige visie Boulevards 2020 In de tweede helft van 2011 is gestart met het inspraaktraject van de stedenbouwkundige visie voor de boulevards. Aspecten die in deze visie aan de orde komen zijn: de openbare ruimte, de bebouwing, de functies en de verbindingen met het achterliggende stedelijke gebied. De visie heeft een looptijd tot omstreeks 2020. Tevens geeft de visie een doorkijkje naar de daarop volgende periode, waarin in het kader van de kustversterking werkzaamheden aan de zeewering zullen worden uitgevoerd. Het bureau “Kuiper Compagnons” heeft deze visie opgesteld. De conceptvisie is in de tweede helft van 2011 in de inspraak gebracht en zal in het eerste kwartaal van 2012 ter besluitvorming worden aangeboden aan de Raad. In dit gebied zijn de volgende ontwikkelingen voorzien: 1 . Britannia De gemeente Vlissingen heeft in 2009 de aandelen van Britannia-Watertoren BV gekocht en is daarmee enig aandeelhouder geworden met een 100 % belang in de B.V. De regie voor de verdere ontwikkeling van deze locatie ligt nu bij de gemeente. Uitgangspunt is de realisering van een hoogwaardig hotel, een restaurant en aanvullende verblijfsrecreatief gerelateerde functies. In het kader van onze regierol zullen wij de uitgangspunten van het bestemmingsplan Boulevard, 8e herziening – waarin deze hotelontwikkeling mogelijk is gemaakt – heroverwegen en daar waar nodig inpassen in de Visie voor de boulevards. De planning is mede afhankelijk van de lopende juridische procedure. 2. HZ/ROC (zeevaartschool) Het doorontwikkelen en het versterken van het maritieme onderwijs is van groot belang voor de economische ontwikkeling van Vlissingen/Zeeland. Mede hierom is het maritieme onderwijs één van de speerpunten in de pilot 'Kerend Tij'. Perspectief op adequate huisvesting is hierbij belangrijk. Samen met HZ en ROC wordt het huisvestingsvraagstuk geconcretiseerd en onderzoek gedaan naar herbestemming van (delen van) de locaties HZ/ROC aan de boulevard. Dit zal in 2012 verder vorm krijgen. 3. Spuikom De visie voorziet in versterking van het groenblauwe karakter van het gebied, in combinatie met het aan de flanken realiseren van twee of drie leisureprojecten. Op lange termijn is er
37
bovendien plaats voor een bescheiden woningbouwprogramma op het huidige parkeerterrein aan de Kenau Hasselaarstraat. Dit correspondeert met de structuurvisie, waarin de Spuikom tot 2020 is aangewezen als reserve woningbouwlocatie. In 2012 wordt de haalbaarheid van de leisure-initiatieven verder onderzocht en worden de plannen daarvoor, in nauw overleg met de betreffende ondernemers, nader uitgewerkt. 4. Westduin In het kader van het uitgevoerde Kustversterkingsplan Zwakke Schakel Nolle/Westduin is het Waterschap Scheldestromen op grond van de Boswet en het Omgevingsplan 12 hectare verplicht natuur te compenseren in verband met de landwaarts uitgevoerde kustversterking. In aansluiting op voornoemde zal de provincie Zeeland 18 hectare natuur realiseren. Op 31 maart 2011 was de financiële uitvoerbaarheid van deze 18 hectare natuur niet verzekerd en om die reden is dit gebied buiten de plangrens gelaten van het vastgestelde bestemmingsplan Westduin. Inmiddels heeft de provincie Zeeland aangegeven dat er voldoende financiële middelen beschikbaar komen om toch tot uitvoering van dit plan te komen. De gemeenteraad zal gevraagd worden hiermee in te stemmen en dit in een herziening van het bestemmingsplan vast te stellen. De uitvoering zal op zijn vroegst eind 2012 aanvangen vanwege de te verwachten onteigeningsprocedures. Werkbudget Voor het onderzoeken van diverse initiatieven en haalbaarheidsstudies is een structureel werkbudget van € 40.000,- in de begroting opgenomen. Dit met het doel tijdens het begrotingsjaar in te kunnen spelen op onvoorziene maatschappelijke en/of politieke en/of private initiatieven met ruimtelijke componenten. Prestaties • actualisatie structuurvisie Vlissingen 2020 • vaststellen visie boulevard Vlissingen 2020 • vaststellen stedenbouwkundige randvoorwaarden plots Britannia, HZ/ROC en Spuikom • gunning plot Britannia aan marktpartij • concretisering huisvestingsvraagstuk maritiem onderwijs en onderzoek herbestemming locaties HZ/ROC aan de Boulevard • aanleg natuurcompensatie Westduin • diverse nog nader te bepalen (nu nog niet te voorziene) haalbaarheidsstudies 2.
Bestemmingsplannen
In het kader van de wettelijke actualiseringplicht van bestemmingsplannen – deze moet voltooid zijn voor 1 juli 2013 op straffe van het niet meer mogen heffen van bouwleges – is een werkprogramma opgesteld. Middels de uitvoering van dit werkprogramma zullen alle bestemmingsplannen van Vlissingen per 1 juli 2013 zijn geactualiseerd. Voor Vlissingen-Oost is het noodzakelijk om het bestemmingsplan te actualiseren in combinatie met een MER. Dit gebeurt in samenwerking met Provincie, de Gemeente Borsele en Zeeland Seaports. Prestaties • vaststellen bestemmingsplan Binnenstad • vaststellen bestemmingsplan Scheldekwartier-Zuid • vaststellen bestemmingsplan jachthaven • vaststellen bestemmingsplan Buitenhaven • vaststellen bestemmingsplan Boulevard • vaststellen bestemmingsplan Vlissingen-Oost
38
3.
Stadsvernieuwing
De stadsvernieuwing wordt voortgezet in de projecten: - Middengebied: een afronding van de eerste fase, en een grote voortgang in de ontwikkeling van de tweede fase is voorzien, inclusief oplevering van woningen. - Groote Markt: om dit deel van de binnenstad een kwaliteitsimpuls te geven is een plan voor de herstructurering opgesteld. De bouwplannen zijn vastgesteld, waarmee de uitvoering verder wordt opgepakt en woningen zullen worden opgeleverd. Binnen de bijstellingen zoals deze in de kadernota 2012 zijn vastgesteld betekent dit echter ook een beperking in ambities op de volgende onderdelen: - de omvang van de stadsvernieuwing blijft de komende periode beperkt tot de President Rooseveltlaan en omgeving. In de woonvisie staat ook nog Bossenburgh en omgeving genoemd als prioriteit om aan te pakken. Dit zal echter niet in de periode 2012-2015 plaats gaan vinden. - Met betrekking tot monumenten en onrendabele restauratieprojecten is de afgelopen jaren een achterstand weggewerkt. Resterende projecten moeten vanaf 2014 door de markt worden opgepakt. Prestaties • afronding Middengebied Fase I (incl. oplevering Brede School & schoolplein) • oplevering woningen Middengebied Fase II • renovatie Engelse Wijk afgerond • oplevering openbaar gebied Middengebied fase II • oplevering park Schuitvaartgracht • oplevering woningen Groote Markt • oplevering openbaar gebied Groote Markt • bouwplanontwikkeling Pr. Rooseveltln e.o. • vaststellen bestemmingsplan Pr. Rooseveltlaan e.o.
4.
Bouwgrondexploitatie
Spuikom De gemeente is, sedert het vervallen van de (bouw)claims van derden, weer vrij in de ontwikkeling van de Spuikom. De Spuikom maakt deel uit van de stedenbouwkundige visie Boulevards 2020. In 2012 gaat de aandacht uit naar het verder onderzoeken van de haalbaarheid van twee leisure-initiatieven, die in dit gebied een plaats zouden kunnen krijgen. Souburg-Noord De brede school in Souburg-Noord is in de de zomer van 2011 opgeleverd en is na de zomervakantie in gebruik genomen. De laatste twee woningbouwprojecten in de 1e fase (aan het Kroonjuweel en het Valkhof) hebben door de blijvend slechte marktsituatie vertraging opgelopen. Door enige opleving van de verkoop is met de bouw van een eerste deel van het woningbouwproject aan het Kroonjuweel in het derde kwartaal van 2010 gestart. In het licht van de huidige woningmarktsituatie is in de tweede helft van 2011 de woningdifferentiatie en de temporisering nader bezien. In vervolg hierop zal in de eerste helft van 2012 de stedenbouwkundige uitwerking van de 2e fase van het masterplan opgestart worden. Realisatie is afhankelijk van de marktontwikkeling.
39
Tuindorp-Noord In de tweede helft van 2011 zal, in het licht van de huidige woningmarktsituatie, de aanpak van Tuindorp-Noord worden bezien. Gestreefd wordt om het maken van een stedenbouwkundige visie voor de ontwikkeling van Tuindorp-Noord in 2012 op te starten. Realisatie is afhankelijk van de marktontwikkeling. Weyevliet Op de locatie Weyevliet is de nieuwbouw voor CSW – Bestevaer voorzien. Op basis van het stedenbouwkundige plan, waarin wordt voortgeborduurd op hetgeen in de vastgestelde structuurvisie over Weyevliet is opgenomen, is de bouwplanontwikkeling gestart. De start van de bouw is in 2012 voorzien en de oplevering eind 2013. Onrendabele restauratie monumenten Voor de restauratie van de monumentale Timmerfabriek heeft de gemeente een aanzienlijke subsidie ontvangen van de Ministerie van OCW ten laste van de regeling wegwerken restauratieachterstanden. De restauratie van het casco door de Stichting Boei in opdracht van de gemeente is door de strenge winter vertraagd en op 1 juni 2011 opgeleverd. De Timmerfabriek is tijdelijk in bruikleen gegeven aan BOEi voorafgaand aan de verkoop. Voor de herbestemming is een voorlopig ontwerp opgesteld waarbij de begane grond een openbare publiekstoegankelijke functie heeft en beide verdiepingen geschikt gemaakt worden voor de huisvesting van Omroep Zeeland. Voor de onrendabele investeringskosten van herbestemming is een bijdrage van de provincie Zeeland aangevraagd. De instandhouding c.q. restauratie en herbestemming van één of meerdere gebiedstrekkers, zoals de Timmerfabriek, de Machinefabriek, de Zware Plaatwerkerij, Torenkraan en de Verbandkamer, kan niet volledig gedekt worden uit de grondexploitatie Scheldekwartier. Onrendabele investeringen kunnen per project beoordeeld en afgewogen worden of een investeringsbijdrage verleend kan worden. Voor het restaureren en consolideren van Fort Rammekens heeft Staatsbosbeheer een kanjersubsidie (70%) ontvangen van het Ministerie. Voor de cofinanciering van 30% van de investeringskosten dragen Staatsbosbeheer, Provincie Zeeland, Zeeland Seaports en de gemeente Vlissingen bij. Restauratie gereed in 2012. Voor het restaureren en toegankelijk maken van de kazematten onder het Keizersbolwerk is samen met de eigenaar Waterschap Zeeuwse Stromen een subsidieaanvraag in het kader van Interreg IV ingediend. In 2011 is een subsidietoekenning ontvangen. De voorbereiding en uitvoering van het restauratieplan zal in 2012 plaats vinden. Cofinanciering door de gemeente komt ten laste van de onrendabele restauratie subsidies. De benodigde middelen worden zoveel als mogelijk getemporiseerd. Dit zal echter niet leiden tot stagnatie in de voorbereiding dan wel in de uitvoering in relatie tot de aangegane verplichtingen naar partijen. Prestaties Spuikom • onderzoeken haalbaarheid c.q. uitwerking leisure-initiatieven Souburg-Noord • stedenbouwkundig plan 2e fase • verdere realisatie afhankelijk van de marktsituatie Tuindorp-Noord • stedenbouwkundig plan • verdere realisatie afhankelijk van de marktsituatie Weyevliet
40
• definitief bouwplan en start bouw Monumenten • wegwerken restauratie achterstanden 5.
Bouwgrondexploitaties majeure projecten
Scheldekwartier De herijking van het Masterplan Scheldekwartier is op 3 november 2011 afgerond. Deze herijking levert na vaststelling door de Raad een (financieel-) ontwikkelingskader op voor het Scheldeterrein. Bij deze herijking zijn drie marktpartijen intensief betrokken geweest. De samenwerking met marktpartijen met als doel de ont-wikkelingsvisie voor het Scheldekwartier verder inhoud te geven, zal naar verwachting op basis van een overeenkomst na 1 oktober 2011 worden voortgezet. Onderdeel van deze samenwerking is dat de betrokken marktpartijen in de periode 2012 tot en met 2015 elk, door de afname van gronden, de realisatie van een deel van de financiële doelstellingen als opgenomen in de Grondexploitatie mogelijk maken. Concrete projecten in die periode kunnen als volgt worden geduid: o Marktpartijen (in samenwerking met woningcorporaties) realiseren een deel van het woningbouwprogramma op basis van actuele marktvraag. o In samenwerking met lokale initiatiefnemers en marktpartijen wordt een zorgcluster ontwikkeld en gerealiseerd. o In 2012 wordt door marktpartijen een start gemaakt met de ontwikkeling van de Marina Vlissingen. o De voorbereiding van de verbindingsweg Koningsweg en Aagje Dekenstraat start in 2012. De verbindingsweg ontsluit het noordelijk deel van het plangebied. Kenniswerf Met de Kenniswerf, het gebied tussen het spoor en het kanaal (voorheen Edisongebied) met daarin centraal gelegen de onderwijsinstellingen HZ en ROC, wordt ingezet op een nautisch en maritiem centrum waarin ruimte is voor bedrijvigheid, onderwijs, recreatieve voorzieningen en waar mogelijk wonen. Voor de verdere ontwikkeling van de Kenniswerf is de pilot Kerend Tij van groot belang. De pilot heeft tot doel het bewerkstelligen van een samenhangende, duurzame en kwalitatief hoogwaardige infrastructuur voor voortgezet, beroeps- en hoger onderwijs binnen Zeeland, die in dienst staat van de sociaaleconomische ontwikkeling en leefbaarheid van de Provincie. In de gemeentelijke structuurvisie is deze ontwikkeling verder verankerd. De doelstelling, om Vlissingen zo goed mogelijk voor te bereiden op de toekomst, wordt bereikt door een gefaseerde ontwikkeling van het onderhavige gebied. Oude terreinen worden geherstructureerd en/of getransformeerd. Voor onderwijs en economie wordt ingezet op kennisontwikkeling en het verder versterken van de samenwerking tussen het onderwijs en het bedrijfsleven. Voor de binnenhavens wordt ingezet op watersport, jachthavenontwikkeling, visserij en andere maritieme bedrijvigheid maar er is ook ruimte voor onderwijs en onderzoek. Op basis van de ontwikkelingsvisie Binnenhavens (planning 2e helft 2011) zal hieraan verder uitvoering worden gegeven. Buitenhaven en omgeving Na de toekenning van een FES-subsidie eind 2010 hebben provincie, gemeente en havenbedrijf voor het verder uitwerken van de plannen voor herstructurering en uitbreiding van droge en natte bedrijventerreinen in het Buitenhavengebied begin januari 2011 een intentieovereenkomst gesloten. Vervolgens zijn in de loop van 2011 de volgende documenten geproduceerd: o stedenbouwkundig (master) plan; o quickscan, die een eerste verkenning bevat van alle randvoorwaarden die voor een verdere planologische uitwerking van belang zijn; 41
voorontwerp van een multipurposekade, waar ook cruiseschepen kunnen afmeren; o geactualiseerde business case; o samenwerkingsovereenkomst. Na vaststelling van het stedenbouwkundig plan en het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst, voorzien begin 2012, komt het project Buitenhaven en omgeving in een operationele fase. De aandacht zal daarbij voornamelijk uitgaan naar de aanleg van een multipurposekade en de uitbreiding van bedrijventerrein Poortersweg in zuidwaartse richting. o
Prestaties Scheldekwartier • Aanleg van de verbindingsweg tussen Koningsweg en Aagje Dekenstraat; • Oplevering woningen bouwblok B, deelplan Bestevaer; • Herbestemming Timmerfabriek; • Start ontwikkeling Marina door marktpartijen; • Start ontwikkeling woningbouw door corporaties i.s.m. marktpartijen; • Start ontwikkeling zorgcluster ism marktpartijen. Kenniswerf • verdere revitalisering/herstructurering omgeving HZ/ROC • uitvoering visie Binnenhavens Buitenhaven en omgeving • vaststelling stedenbouwkundig plan • sluiten samenwerkingsovereenkomst • uitwerking en uitvoering deelprojecten
WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma Ruimtelijk Ontwikkelen de totale lasten en baten en de mutaties daarin.
42
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING
PROGRAMMA TOTALEN 2011 2012 2013
2010 21.377 17.979
LASTEN BATEN
3.398
Saldo
BEGROTING
37.255 34.753
23.376 21.034
2014
2015
9.499 6.873
9.507 6.873
9.516 6.873
2.502 2.342 2.626 SPECIFICATIE LASTEN
2.634
2.643
LASTEN 1. Stedebouwkundige plannen
649
670
352
356
360
363
2. Bestemmingsplannen
957
920
1.003
971
975
981
3. Stadsvernieuwing
409
551
469
468
468
468
8.686
18.529
8.921
2.606
2.606
2.606
10.676
16.216
12.112
4.267
4.267
4.267
0
369
519
831
831
831
21.377
37.255
23.376
9.499
9.507
9.516
4. Bouwgrondexploitatie 5. Bouwgrondexploitatie (Majeure projecten) 6. Kapitaallasten nieuwe investeringen
Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN 1. Stedebouwkundige plannen
40
0
0
0
0
0
2. Bestemmingsplannen
17
0
0
0
0
0
3
0
0
0
0
0
7.846
18.537
8.922
2.606
2.606
2.606
10.073
16.216
12.112
4.267
4.267
4.267
17.979
34.753
21.034
6.873
6.873
6.873
3. Stadsvernieuwing 4. Bouwgrondexploitatie 5. Bouwgrondexploitatie (Majeure projecten)
Totaal baten
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen Stadvernieuwing projecten 2006-2010 5.800 Stadvernieuwing projecten 550 Onrendabele restauratieprojecten 500
2.350
2.350 550 500
550
550
Totaal investeringsplan 2012 - 2015 6.850
2.350
3.400
550
550
Totaal bestaande investeringen
3.566
5.667
8.850
9.183
Totaal investeringen
5.916
9.067
9.400
9.733
43
Programma 5 Wonen in Diversiteit PROGRAMMA 5 WONEN IN DIVERSITEIT Het programma Wonen in Diversiteit is gericht op het creëren van een aantrekkelijke woonomgeving voor alle huidige en voor nieuwe inwoners van de gemeente Vlissingen. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • • • • • • • • • •
de nota mensen, wensen, wonen (Rijksbeleid) de nota ruimte (Rijksbeleid) de provinciale woonvisie de gemeentelijke woonvisie de verstedelijkingsafspraken tussen de vier grote gemeenten en de provincie Zeeland samenwerkingsvisie met Gemeente Middelburg het projectplan en sociale agenda Middengebied; het Integraal OmgevingsPlan Zeeland 2006-2012 het spreidingsplan zorgwoningen Walcheren 2005-2010 de Huursubsidie vangnetregeling de Woningverbetering ouderenhuisvesting
WAT WILLEN WE BEREIKEN? Het programma Wonen in diversiteit kent een viertal peilers: • Kwaliteit boven kwantiteit: ingezet wordt op de kwaliteitsverbetering van de woningvoorraad en de woonomgeving door te herstructureren met verdunning en vergroening als resultaat. Nieuwbouw in de gemeente wordt ingezet voor het vergroten van de kwalitatieve differentiatie in de woningvoorraad en van de woonmilieus; • Integrale wijkaanpak: om kwaliteiten te benutten en kansen te creëren van en voor de buurt en haar (toekomstige) bewoners wordt ingezet op een wijkaanpak waarbij gewerkt wordt met een gecombineerd fysiek en sociaal perspectief; • Doelgroepen aan bod: het programma richt zich tevens op het voldoende kwalitatief goede huisvesting beschikbaar hebben voor de doelgroepen en op het in staat stellen van zoveel mogelijk Vlissingers, Souburgers en Ritthemers om een stap te zetten in hun wooncarrière; • Complementaire samenwerking: het feit dat Walcheren als één woningmarkt functioneert maakt regionale afstemming van de gemeentelijke kwantitatieve en kwalitatieve woningbouwprogrammeringen essentieel. WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Besluit woninggebonden subsidies
Na de opheffing van de gemeenschappelijke regeling “Budgetbeheer Woninggebonden Subsidies Walcheren” is de gemeente Vlissingen kantoorhoudende gemeente voor de afwikkeling van lopende subsidieverplichtingen voor woningbouw op grond van de “Verordening Woninggebonden Subsidies Walcheren voor de gemeenten Middelburg, Veere en Vlissingen. Voor dekking van de administratiekosten is Vlissingen gecompenseerd. Met de huidige renteontwikkeling zal uitbetaling van de jaarlijkse bijdragen nog doorlopen tot ca. 2018 zodat de risico’s redelijk zijn te overzien.
44
De deelnemende gemeenten hebben verzocht een deel van de opgebouwde risicoreserve bij voorschot uit te betalen ten behoeve van overige maatregelen volkshuisvesting. 2.
Overige maatregelen volkshuisvesting
Van Woonvisie (via prestatieafspraken) naar uitvoering De Woonvisie hanteert een buurtgerichte en integrale aanpak. De Woonvisie vormt de input voor het maken van prestatieafspraken met de woningcorporaties. In 2011 is doorgegaan met de uitvoering van het uitvoeringsprogramma van de Woonvisie. Na het wijkplan Middengebied zal in 2012 het Wijkplan Bossenburg worden opgesteld. Collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO) Het initiatief om een pilotproject voor CPO te beginnen heeft in 2009 geleid tot een aantal initiatieven om potentiële belangstellenden te informeren over de mogelijkheden hiervoor binnen Vlissingen. In 2010 is de interesse van particulieren voor de locaties van de basisscholen “Het Vlot” en de “Sint Jozefschool” respectievelijk aan de Bloemenlaan en de Hyacinthenlaan gepolst. Deze was niet overweldigend. Eind 2011 vindt de evaluatie plaats, waarop wordt besloten hoe om te gaan met CPO in 2012. Nieuwe Huisvestingverordening In 2011 wordt een herziene Huisvestingverordening opgesteld. Omdat een herziening van de Huisvestingswet wordt verwacht in 2012 zal nog een beperkte herziening plaatsvinden van de Huisvestingsverordening. Hierbij wordt onder meer gedacht aan het invoeren van een splitsingsvergunning, het uitbreiden van het gebied voor deeltijdwonen en het invoeren van de mogelijkheid om een administratieve boete op te leggen. Zodra de nieuwe Huisvestingswet in werking is getreden zal de Huisvestingsverordening hiermee in overeenstemming worden gebracht. Monumenten Eigenaren van rijksmonumenten kunnen geen aanspraak meer maken op een restauratiesubsidie (BRRM) maar kunnen gebruik maken van fiscale aftrek en/of financiering van restauratie-/instandhoudingskosten (BRIM). Voor de restauratie-/instandhouding van door de gemeente beschermde monumenten wordt thans verondersteld dat de eigenaren de kosten uit eigen middelen kunnen dekken. Fiscaal zijn deze kosten niet aftrekbaar. Woonwagens Binnen de gemeente Vlissingen liggen drie woonwagenlocaties met in totaal 30 woonwagenstandplaatsen die inmiddels in eigendom en beheer zijn overgedragen van het Woonwagenschap naar de Stichting Woonwagenbeheer West Brabant waarin L’escaut Woonservice participeert. De meeste woonwagens zijn particulier eigendom. Slechts vijf huurwoonwagens zijn in eigendom en beheer van de gemeente Vlissingen. Overdracht van bestaande huurwoonwagens aan de woningcorporatie en ingediende aanvragen voor twee nieuwe huurwoonwagens zullen onderwerp van overleg zijn bij het maken van prestatieafspraken met de woningcorporaties. Startersleningen Het SVN (stimuleringsfonds volkshuisvesting nederland) beheert het gemeentelijke revolverende fonds voor het verstrekken van startersleningen. Als gevolg van inkomenstoetsen na 3 jaar en aflossingen van startersleningen valt periodiek budget vrij. Dit budget wordt opnieuw aangewend voor het verlenen van nieuwe startersleningen maar is niet toereikend voor de vraag. Om de dynamiek op de stagnerende woningmarkt te bevorderen zullen aanvullende middelen ten laste van de opgebouwde risicoreserve BWS ingezet worden om aanvragen van startersleningen toe te kennen.
45
ISV De provincie Zeeland heeft het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 2010 tot 2015 (ISV – 3) verdeeld over de 13 Zeeuwse gemeenten. Door prioriteit toe te kennen aan de noodzakelijke herstructurering van de woningvoorraad in Vlissingen gekoppeld aan de noodzakelijke verdunning ten gevolge van krimp van de bevolking heeft Vlissingen in verhouding een hoog ISV-budget toegewezen gekregen voor de stedelijke vernieuwing (€ 4,8 miljoen). Daarnaast is in het ISV tijdvak voor Vlissingen een budget bodemsanering gereserveerd van € 0,8 miljoen. Het totale budget van € 5,6 miljoen is voor twee jaar gereserveerd voor in te dienen projectplannen stedelijke vernieuwing. Door vertraging in de besluitvorming over het Strategisch Voorraad Beleidsplan van de woningcorporatie is er nog geen duidelijkheid/ overeenstemming over de aard en omvang van herstructureringslocatie Middengebied fase 3. Met Léscaut wordt overleg gevoerd over twee projectplannen. Prioriteit heeft herstructurering van de locatie President Rooseveltlaan/Hercules Segherslaan/Vincent Van Goghlaan. Het tweede projectplan betreft de herstructurering van de President Rooseveltlaan aansluitend aan Middengebied 1e fase en de Verlengde Bonedijkestraat. Projecten moeten uiterlijk op 31 december 2014 gereed zijn. Subsidieaanvragen in de jaren 2012, 2013 en 2014 moeten ingediend worden vóór 1 september van dat jaar. De benodigde gemeentelijke middelen worden zoveel als mogelijk getemporiseerd. Dit zal echter niet leiden tot stagnatie in de voorbereiding dan wel in de uitvoering in relatie tot de aangegane verplichtingen naar partijen. Prestaties • nieuwe huisvestingsverordening • Veiligstellen van de Investeringsbijdrage Stedelijke Vernieuwing 2010 tot 2015 • Vaststellen van projectplannen voor herstructurering van Middengebied 3e fase • Vaststellen van stedenbouwkundige plannen voor de herstructureringslocaties • Opstellen van nieuwbouwplannen en verlenen omgevingsvergunningen 3. Vastgoedregistratie Voor het maken van beleid zijn goede (vastgoed)gegevens essentieel; analyses van de situatie nu vormen namelijk het vertrekpunt van beleid voor de toekomst. En hoewel de vastgoedregistratie in Nederland niet slecht was, heeft de landelijke politiek een aantal jaar terug besloten dat het beter moet. Via wetgeving worden overheden gedwongen tot de invoering en het verplichte gebruik van basisregistraties (gecontroleerde gegevenssets; actueel, van hoge kwaliteit en onderling verbonden in een stelsel). De basisregistraties personen (GBA), adressen en gebouwen (BAG), kadaster en WOZ zijn ingevoerd. De komende jaren wordt gewerkt aan het verplichte, binnengemeentelijke gebruik van die registraties en zal de basisregistratie grootschalige topografie (BGT) ingevoerd worden. Voor invoering van de BGT is in deze programmabegroting een investering voorzien.
Prestaties Prestaties • De basisregistratie grootschalige topografie (BGT) moet voor 1 januari 2014 zijn ingevoerd.
4.
Woningverbetering particuliere woningen
Continuering van de bijdragen voor de particuliere woningverbetering en de ouderenhuisvesting. Vlissingen heeft (zoals verwoord in de woonvisie) een verouderd woningen-
46
bestand. Er zijn middelen gereserveerd voor particuliere woningverbetering en ouderenhuisvesting. Hiervoor is een meerjarenraming opgesteld. Prestaties • Verbetering van 14 particuliere panden in de St. Jacobsstraat • Verbetering (cascoherstel) vooroorlogse woningen in de aangewezen herstructureringsgebieden Groote Markt en Engelse Wijk • Verbetering van de vooroorlogse particuliere woningvoorraad met laag rentende leningen middels de regeling Duurzame Particuliere Woningverbetering (DPW)
5.
Woningverbetering ouderenhuisvesting
Continuering van de bijdragen voor de particuliere woningverbetering en de ouderenhuisvesting. Vlissingen heeft (zoals verwoord in de woonvisie) een verouderd woningenbestand. Er zijn middelen gereserveerd voor particuliere woningverbetering en ouderenhuisvesting. Hiervoor is een meerjarenraming opgesteld. Prestaties • verbetering woningen & ouderenhuisvesting (afhankelijk van particuliere aanvragen) 6.
Omgevingsvergunningen
De klantgerichte oriëntatie met betrekking tot de vergunningverlening wordt verder ingevuld en doorgevoerd. Met name op het gebied van digitalisering zal een verdere slag gemaakt worden in 2012, dit vooral ook op het gebied van de vergunningverlening. Een verdergaande samenwerking op Zeeuws en vooral op Walchers gebied zal in 2012 verder worden opgepakt, en nader worden uitgewerkt. De economische crisis die in 2009 begon en nog steeds voortduurt, heeft een vertragend effect op de ontwikkelingen in de bouwsector. De effecten van deze crisis en de stagnerende markt, zullen naar verwachting ook in 2012 nog merkbaar zijn. De opbrengst van de leges in verband met de omgevingsvergunningen (voorheen “bouwleges”) is op basis van deze verwachting bijgesteld. Prestaties • uitgewerkte samenwerking vergunningen WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma Wonen in Diversiteit de totale lasten en baten en mutaties daarin.
47
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING
BEGROTING PROGRAMMA TOTALEN 2011 2012 2013
2010
1.848 967
2014
2015
LASTEN BATEN
2.585 881
2.404 1.135
1.858 1.011
1.849 1.176
1.858 1.193
Saldo
1.704
1.269 881 847 SPECIFICATIE LASTEN
673
665
LASTEN 80
36
6
6
6
6
2. Overige maatregelen volkshuisvesting
231
287
252
251
251
251
3. Vastgoedregistratie
308
373
180
158
144
144
4. Woningverbetering particuliere woningen
828
642
526
516
506
495
10
6
5
5
5
5
1.128
1.060
824
831
842
856
0
0
55
91
95
101
2.585
2.404
1.848
1.858
1.849
1.858
1. Besluit woninggebonden subsidies
5. Woningverbetering ouderenhuisvesting 6. Bouwvergunningen 7. Kapitaallasten nieuwe investeringen
Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN 1. Besluit woninggebonden subsidies
75
52
25
25
25
25
2. Overige maatregelen volkshuisvesting
23
29
57
57
57
58
3. Vastgoedregistratie
85
31
31
9
8
8
4. Woningverbetering particuliere woningen
1
0
0
0
0
0
6. Bouwvergunningen - Bestaand beleid - Verlagen opbrengsten bouwvergunningen
697
1.023
697
1.023
1.054 -200 854
1.070 -150 920
1.086 0 1.086
1.102 0 1.102
881
1.135
967
1.011
1.176
1.193
Totaal baten
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen 275 60 50 75
275 60 50
60
60
Basisregistratie Grootschalige Topografie
550 240 100 75
Totaal investeringsplan 2012 - 2015
965
460
385
60
60
Totaal bestaande investeringen
5.308
5.319
5.255
4.880
Totaal investeringen
5.768
5.704
5.315
4.940
Ouderenhuisvesting 2006 - 2010 Ouderenhuisvesting Particuliere woningen 2006 - 2010
48
Programma 6 Bruikbaarheid Openbare Ruimte Het programma Bruikbaarheid van de Openbare Ruimte is gericht op de aanleg en onderhoud van de openbare ruimte, maar ook op de activiteiten, evenementen en markten die daarin plaatsvinden, inclusief de regels die gelden voor openbare ruimte. De fysieke openbare ruimte omvat onder andere groenvoorzieningen, wegen, parkeerplaatsen, trottoirs, straatmeubilair, verkeersborden, openbare verlichting, waterlopen, rioleringen, bruggen en speeltoestellen. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Algemene Plaatselijke Verordening Nota Kwaliteitsimpuls Beheer Groen, Wegen, Riolering 2008-2011 Geïntegreerd Beheer Informatiesysteem (GBI) Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP)2008 Gemeentelijk Afkoppelplan Beheer en Onderhoud van water in Bebouwd gebied ( BOB)- contract Waterschap Zeeuwse Eilanden Regeling afvoer hemel- en grondwater Verplichting Grondwaterloket Strandnota beheer/Blauwe Vlag Milieunota Kadernota integraal handhavingsbeleid Groenbeleidsplan 1999/2008 Groenstructuurplan (GSP) 2008 Beleidsplan Openbare Verlichting (OV) Speelruimteplan 2006 Marktverordening Beleidsnotitie begraafplaatsen Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Nota beheersaspecten van de openbare ruimte en plangebieden/strategische aankopen Meerjaren onderhoudsplan 2011 - 2014 gebouwen en accommodaties
WAT WILLEN WE BEREIKEN? Zorg te dragen voor een openbare ruimte in de gemeente Vlissingen die zo goed mogelijk, op verschillende manieren en veilig bruikbaar is voor inwoners en bezoekers. De inrichting van de openbare ruimte moet zijn afgestemd op de functie en op de algemene eisen, zoals 'schoon, heel en veilig'.
WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Kunst en objecten in openbare ruimte
Kunst vormt een wezenlijk element in de openbare ruimte en vergt regulier onderhoud en reparatie na vandalisme. Het bureau beeldende kunst zorgt voor een upgrading van dit product en ontwikkelt een integraal kunstenplan. De gemeente Vlissingen hecht veel belang aan het bieden van voldoende en veilige speelvoorzieningen aan de bewoners. De speelvoorzieningen vragen periodiek onderhoud en naar aanleiding van de vier verplichtte inspecties per jaar worden reparaties uitgevoerd. Daarmee
49
worden de voorzieningen kwantitatief en kwalitatief op peil gehouden. Het uitgangspunt is dat kinderen veilig moeten kunnen spelen. Het Speelruimteplan geeft de kaders aan waarbinnen deze ontwikkelingen plaatsvinden. Over de aan te brengen of te renoveren speelvoorzieningen wordt intensief gecommuniceerd met betrokkenen en de wijk- en buurtbewoners. Het uitgangspunt is dat de aanleg ook goed beheerd kan worden. Binnen die context van materiaalgebruik en typen is er voor de bewoners in de wijken en buurten ruimte voor overleg en afstemming. Dit vraagt extra communicatie-inspanning. De ontwikkeling van de particuliere speeltuinen zal worden betrokken bij de actualisering van het speelruimtebeleid.
Prestaties • gerichte bestrijding van graffiti, zo nodig in combinatie met preventieve maatregelen ter voorkoming van blijvende graffitivervuiling • het ontwikkelen van een integraal kunstenplan • onderhoud en inspectie van speelvoorzieningen • actualisering Speelruimtebeleid. 2.
Openbaar groen
De gemeente heeft de zorg het openbaar groen op een zodanige manier in te richten en te onderhouden dat dit op verschillende manieren en ook veilig bruikbaar is. Het nationale kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte (CROW) stelt landelijk normen vast voor de onderhoudskwaliteit van de openbare ruimte in de Kwaliteitsatlas Openbare Ruimte. Voor het onderhoud van het openbaar groen worden in deze atlas 5 kwaliteitsniveaus gehanteerd: A+ A, B, C en D. Voor het openbaar groen binnen de gemeente Vlissingen worden als uitgangspunt twee niveaus aangehouden, te weten A en B. Niveau A (hoog) geldt voor die locaties waar veel publiek komt zoals kernwinkelgebied, omgeving station, langs de hoofdontsluitingswegen, maar ook de begraafplaatsen, de zogenaamde “zichtlocaties”. Niveau B (basis) wordt gehanteerd voor de woonomgeving en bedrijfsterreinen. Op basis hiervan is het uitvoeringswerkboek “Grip op Groen” geschreven. Om het groen in Vlissingen op dit CROW-basis (B) onderhoudsniveau te krijgen is een extra inspanning vereist. In de begroting voor 2011 was op basis van de “Nota Kwaliteitsimpuls Beheer” in de meerjaren begroting 2011-2014 een eenmalige investering opgenomen om twee jaar extra omvormingen te doen. Het doel is het onderhoudsniveau van het openbaar groen in fasen op het gewenste peil te brengen. In het bovengenoemde handboek “Grip op Groen” wordt aangegeven wat wanneer moet worden uitgevoerd om op dat niveau te komen. Dat betekent dat er in 2012 verder uitvoering gegeven wordt aan de omvorming van plantvakken, waarmee de onderhoudsachterstand deels wordt ingelopen.
Prestaties • werken conform vastgestelde kwaliteitsniveaus groen per wijk en buurt met bijbehorende planmatige aanpak voor het beheer • omvormen plantvakken, planmatige onkruidbestrijding i.v.m. verbod bestrijdingsmiddelen • werken met zichtlocaties en beeldkwaliteit voor groen; ook op begraafplaatsen • herijking en de uitwerking tot realisatie van de hoofdgroenstructuur, zoals neergelegd in de vastgestelde nota “Groene stad aan de Westerscheldemond en uitvoering van het meerjarige bomenplan. • het planmatig onderhoud van de oevers van watergangen en aan het onderhouden van perken en groenstroken langs de toegangswegen.
50
3.
Milieustraat
Vlissingen heeft een regionale milieustraat binnen haar gemeentegrenzen. Deze wordt geëxploiteerd door Delta Milieu. Vanuit de Gemeenschappelijke Regeling is deze exploitatie geborgd. Het blijft wenselijk om in relatie tot het inzamelen van afvalstoffen een regionale functie te bekleden en de milieustraat te behouden.
Prestaties • Handhaven van de openingstijden van de milieustraat. • Uitbreiden van de gescheiden inzamelbare afvalstromen. • Klantvriendelijk handelen van de milieustraat waarborgen. • Vanuit de GR en OLAZ de efficiëntie van de Milieustraat continueren.
4.
Inzameling huisafval
De gemeente heeft een wettelijke verplichting om huishoudelijke afvalstoffen bij de Vlissingse huishoudens in te zamelen. Het beleid met betrekking tot het ondergronds inzamelen wordt voortgezet en levert efficiëntievoordelen op. De ondergrondse containers worden afhankelijk van hun vulgraad geleegd. Aangezien nascheiding in Zeeland nog niet aan de orde is, worden de diverse afvalstromen aan de bron gescheiden, te weten kunststofverpakkingsmateriaal, oud papier, glas en textiel. Afhankelijk van de afvalstroom zijn er afspraken met derden gemaakt om de inzameling te verzorgen. Naast het inzamelen van de eigen afvalstromen, zamelt de gemeente Vlissingen ook kunststofverpakkingsmateriaal in voor de gemeente Middelburg.
Prestaties • Op afroep grof huishoudelijk afval inzamelen. • Stimuleren en organiseren van bronscheiding van afvalstromen en beperken van de stroom brandbaar afval. • Voorkomen vervuiling van het openbaar gebied en zwerfafval beperken. • Periodiek inzamelen klein gevaarlijk afval (kga). • Handhaven en uitbreiden van de ondergrondse glas- en textielbakken. • De systematiek van inzameling van oud papier blijven optimaliseren. • Aparte ondergrondse inzameling van kunststofverpakkingsmateriaal, glas en oud papier handhaven. • Uitvoering geven aan het project zwerfafval (onder andere door het continueren van de structurele samenwerking met handhaving en het openstellen van de ondergrondse containers)
5.
Riolering
Vanaf 2007 is de gemeente actief met het inlopen van de kwaliteitsachterstand en volgens schema worden er kilometers riolering per jaar vervangen. Binnen deze discipline zit ook het waterbeheer in de context van de totale waterketen, waarbij ook Waterschap en Provincie direct betrokken zijn. Het uitgangspunt is het blijven voldoen aan de wettelijke eisen en richtlijnen, één en ander binnen de beleidskaders vastgesteld door de gemeente. Het beheerplan is vastgelegd in de nota GRP en de Kwaliteitsimpuls Beheer. In de investeringsplanning zijn hiervoor de nodige
51
investeringen opgenomen. Voor 2012 is naast het planmatig onderhoud hoofdriolering gepland om te voorzien in voldoende waterpartijen met een waterbergende functie en uitvoering te geven aan het waterplan en dit te actualiseren. Ook wordt gewerkt aan de uitvoering van de nieuwe afspraken met het Waterschap over het baggeren en onderhouden van de watergangen volgens het Baggerplan Vlissingen.
Prestaties • uitvoeren van de overeenkomst met het Waterschap Zeeuwse Eilanden over het baggeren en onderhouden van de watergangen volgens het Baggerplan Vlissingen. • de uitvoering van het Waterplan • voorzien in voldoende waterpartijen met een waterbergende functie 6.
Milieubeleid
Milieubeleid De Milieunota van maart 2004 is aan actualisatie toe. Na evaluatie van het milieubeleid, wordt een geactualiseerd beleidsplan opgesteld, waarbij een ambitieniveau wordt vastgelegd. Na vaststelling van het beleidsplan zal gestart worden met de uitvoering van projecten die nodig zijn om het gekozen ambitieniveau te halen. Duurzaamheid In een Duurzaamheidnotitie wordt geformuleerd wat de kaders en criteria zijn voor het financieren van projecten die bijdrage aan duurzaamheid. Het gaat hierbij om duurzame economische activiteiten op het gebied van toerisme, binnenstad en werkgelegenheid kenniswerf.
Prestaties • Actueel milieubeleidsplan • Duurzaamheidnotitie Economische activiteiten 7.
Evenementenuitvoering
Vlissingen is een evenementenstad. De aard en het aantal evenementen onderscheidt de gemeente van andere. Ook in 2012 zal dat zo zijn, al is in dit economische tij de invloed van teruglopende sponsoring en subsidies op organisatoren merkbaar. Maar verwacht mag worden dat zeker de grote en bekende festivals (Bevrijdingsfestival, Film by the Sea, Onderstroom, Rescue) ook in 2012 weer plaats zullen vinden. Vanaf 2012 zal gewerkt worden met een nieuw evenementenbeleid, dat aansluiting geeft met onder meer de toeristische nota, de cultuurnota, de sportnota en het Vlissingse DNA. De relatie tussen te behalen beleidsdoelen en de evenementenuitvoering zal dan duidelijker zijn. Dat komt de efficiency ten goede en geeft duidelijkheid aan alle betrokken partijen. Het vergunnen, subsidiëren en faciliteren wordt afgewogen in het evenwicht tussen wat een evenement kost, ook qua overlast, en wat het bijdraagt aan economie en imago van de gemeente en aan het welzijn van de inwoners en bezoekers Prestaties • Vergunnen en faciliteren evenementenbeleid.
8.
van
evenementen
Bodemonderzoek
52
op
grond
van
een
nieuw
De inventarisatie Landsdekkend Beeld Bodemkwaliteit is in 2011 afgerond. Uit deze inventarisatie zijn een aantal locaties naar voren gekomen die, al dan niet met spoed, gesaneerd moeten worden. De sanering van de diverse locaties zal zoveel mogelijk opgepakt worden wanneer er sprake is van ruimtelijke ontwikkelingen op deze locaties. Op de locatie van de vml. chemische wasserij Edelweis aan de Paul Krugerstraat zal de sanering middels een in-situ variant een vervolg krijgen. In 2012 zal bekeken worden in hoeverre deze in-situ sanering succesvol is. Vanwege diverse ontwikkelingen binnen het plangebied Kenniswerf zal de bodemsanering op een tweetal locaties uitgevoerd worden (vml. gasfabriek NS aan de Prins Hendrikweg en Edisonweg 35-39), daarnaast zullen de voorbereidingen voor de sanering van het vml. NedPam-terrein aan de Prins Hendrikweg opgestart worden. De grondwatersanering van de vml. gasfabriek aan de Wijnbergsekade loopt ook in 2012 door. Vanwege problemen met de grondwateronttrekking is een achterstand opgelopen in de uitvoering van deze grondwatersanering. De gemeente Vlissingen is, volgens het convenant bodemsanering Zeeuwse gasfabrieksterreinen, aansprakelijk voor 7,5% van de jaarlijks te maken kosten. Prestaties • Monitoring voortgang bodemsanering vml. Edelweis (Paul Krugerstraat 312); • Uitvoeren bodemsanering vml. gasfabriek NS (Prins Hendrikweg); • Uitvoeren bodemsanering Edisonweg 35-39; • Voorbereiding bodemsanering vml. NedPam (Prins Hendrikweg); • Vervolg grondwatersanering vml. gasfabriek aan de Wijnbergsekade. 9.
Openbare hygiëne
De gemeente Vlissingen is gecertificeerd voor de uitvoering van de Ship Sanitation. Hierdoor voorziet Vlissingen in de behoefte van diverse havens in de Zuid-Hollandse, West-Brabantse en Zeeuwse regio. Er is behoefte aan deze dienst voor de afgifte van de certificaten in de havens. Dit als dienst (product) aanbieden aan derden sluit goed aan bij het maritieme imago van Vlissingen. Het is een kostenneutrale dienst. De gemeente Vlissingen heeft ook een taak in het bestrijden van de bruine rat, ongedierte in het algemeen en het beheersen van de omvang van de diverse roedels ganzen. Prestaties • Handhaven van de uitgifte van het certificaat Ship Sanitation • Bestrijden van bruine rat en ander ongedierte in de openbare ruimte • Nestbeheersing van ganzen in het openbare gebied 10.
Begraafplaats
De gemeente draagt zorg voor goed verzorgde en onderhouden begraafplaatsen. Om binnen de begrenzing van de Noorderbegraafplaats capaciteitsproblemen te voorkomen is hiervoor in 2011 een ruiming uitgevoerd in Vak 3 (oud gedeelte). Eind 2011 zullen de onderzoeksresultaten naar kostendekkendheid, cyclisch ruimen en de benodigde (toekomstige) capaciteit bekend zijn. De herinrichting zal, afhankelijk van de benodigde capaciteit, in 2012 of later uitgevoerd worden. Er wordt gestreefd om in een aantal jaren te komen tot een kostendekkend tarief. De digitale dienstverlening naar begrafenisondernemers en de informatieverstrekking naar inwoners en bezoekers van de begraafplaatsen wordt verder uitgebreid.
53
Prestaties • goed verzorgde en onderhouden begraafplaatsen volgens vastgesteld kwaliteitsniveau • komend tot een kostendekkend tarief • herinrichting Vak 3 Noorderbegraafplaats • verdere digitalisering en ontsluiting van begraafproces/gegevens. WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma Bruikbaarheid van de Openbare Ruimte de totale lasten en baten en de mutaties daarin. De gegevens in de tabel op de volgende bladzijde zijn niet geschikt voor het trekken van conclusies over de kostendekkendheid van de inzameling huisafval, de riolering en de begraafplaatsen.
54
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010 12.326 11.081
LASTEN BATEN
1.245
Saldo
BEGROTING PROGRAMMA TOTALEN 2011 2012 2013 13.504 11.077
13.785 11.247
2014
2015
13.970 11.419
14.325 11.600
14.737 11.791
2.427 2.538 2.551 SPECIFICATIE LASTEN
2.725
2.946
LASTEN 43
37
81
81
82
83
2.969
3.453
3.287
3.296
3.313
3.351
895
1.061
1.039
1.049
1.059
1.070
3.886
3.871
3.818
3.795
3.774
3.795
2
40
29
29
28
29
2.994
3.500
3.550
3.375
3.336
3.299
7. Milieubeleid
453
184
294
296
299
303
8. Vergunningen milieubeheer
222
243
140
141
143
145
9. Handhaving Milieubeheer
353
339
430
433
438
444
10. Bodemonderzoek
48
92
46
39
39
39
11. Openbare hygiëne
40
48
71
71
72
73
421
648
597
589
580
565
0
-12
403
776
1.162
1.541
12.326
13.504
13.785
13.970
14.325
14.737
1. Kunst en objecten in openbare ruimte 2. Openbaar groen 3. Milieustraat 4. Inzameling huisafval 5. Inzameling bedrijfsafval 6. Riolering
12. Begraafplaats 13. Kapitaalasten nieuwe investeringen Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN 5
0
0
0
0
0
21
7
7
7
7
7
6.462
6.441
6.542
6.639
6.738
6.838
46
40
41
42
42
43
4.038
4.086
4.148
4.216
4.293
4.377
7. Milieubeleid
61
90
90
90
90
90
8. Vergunningen milieubeheer
41
41
42
43
43
44
9. Handhaving Milieubeheer
6
1
1
1
1
1
10. Bodemonderzoek
5
0
0
0
0
0
11. Openbare hygiëne
46
45
45
46
47
47
350
326
331
335
339
344
11.081
11.077
11.247
11.419
11.600
11.791
2. Openbaar groen 3. Milieustraat 4. Inzameling huisafval 5. Inzameling bedrijfsafval 6. Riolering
12. Begraafplaats Totaal baten
55
Bedragen x € 1.000
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen 12.680 400 150 520 40 1.674 436 340 50 30
3.170
Totaal investeringsplan 2012 - 2015 16.320
4.098
3.874
4.198
4.150
Totaal bestaande investeringen
30.207
32.929
35.483
38.389
Totaal investeringen
34.305
36.803
39.681
42.539
Riolering Riolering (areaal uitbreiding) Vervanging pomp- en rioolgemaal Ondergrondse opslag Afvalcontainers Materieel Civiele projecten openbaar groen Herinrichten openbaar groen Digitale ontsluiting civiele projecten Bewegwijzering begraafplaatsen
130 10 570 218
3.170 50 130 354
3.170 200 50 130 15 335 218
170
3.170 200 50 130 15 415 170
50 30
56
Programma 7 Veiligheid Het programma Veiligheid is gericht op de zorg voor de veiligheid en leefbaarheid in de gemeente Vlissingen. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S
• • • • • • • • • • •
de nota Integraal Sociaal Veiligheidsbeleid 2010; “Voetbalwet” het Gemeentelijk Rampenplan 2009; het Bouwbeleidsplan 2006; de Kadernota Integrale handhaving 2003; Nota Jeugdbeleid; de Gemeenschappelijke regeling Stadsgewestelijke Brandweer; de Gemeenschappelijke regeling Zeeuwse Veiligheidsregio. Plan van aanpak 2010-2013: “Meedoen in Vlissingen, naar een duurzame participatie van Antilliaanse risicojongeren; Evenementenbeleid Bibob beleidsregel
WAT WILLEN WE BEREIKEN? De gemeente Vlissingen moet veilig zijn, niet alleen volgens de statistieken maar zeker ook in de beleving van de inwoners. We maken met betrekking tot veiligheid het onderscheid tussen fysieke veiligheid (brandweerzorg, rampenbestrijding, verkeersveiligheid) en sociale veiligheid (overlast- en criminaliteitsbestrijding, leefbaarheid). Als regisseur van het veiligheidsbeleid zal de gemeente met de burgers en de verschillende professionele partners de inzet en de ontwikkeling van beleid en instrumenten afstemmen op de vraag op de terreinen van veiligheid en veiligheidsbeleving. WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Brandweer en rampenbestrijding
De Wet op de Veiligheidsregio's en het Besluit Veiligheidsregio’s zijn per 1 oktober 2010 in werking getreden. Eind 2011 is het gemeentelijk rampenplan vervangen door een regionaal crisisplan Zeeland (crisisplan). In 2012 zal dit crisisplan geïmplementeerd worden in Zeeland en dus ook in de gemeente Vlissingen. Ook de rampbestrijdingplannen zullen omgezet worden in een nieuwe opzet die aansluit bij het crisisplan. De gemeentelijke rampbestrijdingorganisatie zal worden opgeleid en getraind conform het crisisplan. In 2012 zal elke ambtenaar met een taak in de rampenbestrijding zijn opgeleid en minimaal één keer geoefend hebben. Door de regionalisering per 1 januari 2012 zal, voor wat betreft de operationele structuur, de stadsgewestelijke brandweer (SGB) opgaan in de regionale brandweer Zeeland. De SGB biedt nu goede gemeentelijke brandweerzorg, die voldoet aan de wettelijke zorgnormen. Door de resultaten van de kwaliteitsfoto is duidelijk dat de brandweerkorpsen van de Zeeuwse gemeenten een score van minimaal 62,5% halen. Voor 2012 wordt de
57
gemeentelijke brandweerzorg voor de gemeente Vlissingen, door de regionale brandweer Zeeland, op minimaal het niveau van 2010 en minimaal 62,5% gehouden.
Prestaties • Rampbestrijdingplannen zullen omgezet worden in een nieuwe opzet die aansluit bij het crisisplan. • In 2012 zal elke ambtenaar met een taak in de rampenbestrijding zijn opgeleid en minimaal één keer geoefend hebben. • De brandweerzorg en rampenbestrijding (gemeentelijk en regionaal) behouden in 2012 het niveau van 2011 en minimaal 62,5% uit de kwaliteitsfoto;
2.
Integrale Sociale Veiligheid en leefbaarheid.
Voor wat betreft de sociale veiligheid geldt dat ook in 2012 gewerkt zal worden met een uitvoeringsprogramma, voortvloeiend uit het integraal veiligheidsbeleid. Het uitvoeringsprogramma 2012 zal worden opgesteld aan de hand van de beschikbare middelen en de evaluatie van het uitvoeringsprogramma 2011. De gerichte aandacht voor overlastgevende groepen wordt nog verder ontwikkeld. Samenwerking met alle partners op dit terrein, zowel in het Veiligheidshuis als daar buiten, zal nog effectiever worden, waarbij het vooral gaat om korte overlegmomenten en directe reacties op signalen. Hierdoor wordt nog meer voorkomen dat overlast ontstaat. Om deze reden wordt de bijdrage, die voor de pilotfase binnen het uitvoeringsprogramma beschikbaar is voortaan structureel aangewend voor het Veiligheidshuis. De componenten schoon en heel van het speerpunt leefbaarheid worden samen met burgers en woningcorporaties aangepakt. Kleinschalige initiatieven van buurten worden beloond, grotere evenementen, zoals containerdagen, worden georganiseerd. Projecten in het kader van de gecoördineerde fraudebestrijding zullen ook in 2012 plaatsvinden. Deze samenwerkingsverbanden met de ketenpartners in de veiligheid zullen, al dan niet in projectvorm, verder worden voortgezet onder de regie van de gemeente. Verder zal aansluiting worden gezocht bij de landelijke pilot-projecten aangaande de zgn. MOE-landers (Midden en Oost Europa). De veiligheid in het uitgaansgebied vraagt toenemend aandacht. Het overleg met de plaatselijke Horeca en de politie zal worden voortgezet met als doel dat elke gesprekspartner vanuit de eigen verantwoordelijkheid bijdraagt aan het behouden c.q. vergroten van de veiligheid in de horeca, zowel binnen als op straat.
Prestaties • Structurele realisatie verworvenheden project Restart met verbreding naar andere doelgroepen. • Voortzetting acties Regionaal Coördinatiepunt Fraudebestrijding met de regiefunctie bij de gemeente • Aansluiting realiseren bij landelijke projecten aangaande MOE-landers
3.
Vergunningverlening
Vergunningverlening biedt in veel gevallen de basis van veiligheid en veiligheidsbeleid. Als het gaat om vergunningen voor bijvoorbeeld grote chemische bedrijven, is de landelijke
58
tendens om dit (samen met toezicht en handhaving) onder te brengen bij een Regionale Uitvoeringsdienst (RUD). Ook Zeeland krijgt een RUD. Provincie, waterschap en gemeenten hebben hierover afspraken gemaakt, die moeten leiden tot een formele oprichting in april 2012 en (na de nodige uitwerking en voorbereidingen) een daadwerkelijke operationele start van de RUD per 1 januari 2013. Ook als het gaat om evenementen, bieden vergunningen een belangrijk handvat om veiligheid te bevorderen. Steeds meer wordt de verantwoordelijkheid voor die veiligheid bij de organisatoren neergelegd: zij dienen bijvoorbeeld te zorgen voor voldoende beveiligers, de politie ziet dit niet als een (kern)taak. Naar verwachting zal vanaf 2012 worden gewerkt met een nieuw evenementenbeleid, waarin ook vergunningverlening op evenementen nadrukkelijk een plaats zal hebben.
Prestaties • Oprichting en operationalisering Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Zeeland • Evenementenvergunning aan de hand van geactualiseerd evenementenbeleid
4.
Toezicht en handhaving
Toezicht en handhaving vinden plaats aan de hand van het Handhaving Uitvoeringsprogramma (HUP). Dat HUP wordt opgesteld in afstemming met politie en in samenhang met het Integrale Sociale Veiligheidsbeleid. Aan de hand van risicoanalyses wordt de beschikbare capaciteit ingezet om zo veel mogelijk aan wettelijke minimumvereisten te voldoen. In 2012 zullen toezicht en handhaving met name gericht zijn op verleende vergunningen.
Prestaties • Toezicht en handhaving vindt plaats op basis van het door het college vastgestelde Handhaving Uitvoeringsprogramma 2012 (HUP 2012).
WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma Veiligheid de totale lasten en baten en de mutaties daarin.
59
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010
BEGROTING 2011
PROGRAMMA TOTALEN 2012 2013 2014
LASTEN BATEN
5.877 1.624
4.446 100
Saldo
4.253
1. Brandweer en rampenbestrijding
3.859 24
3.861 23
2015
3.886 21
3.915 20
4.346 3.835 3.838 SPECIFICATIE LASTEN
3.865
3.895
2.456
2.651
2.429
2.440
2.452
2.464
2. Opleidingen brandweer
1.341
0
24
23
21
20
3. Openbare orde en veiligheid
2.080
1.795
1.406
1.398
1.413
1.431
5.877
4.446
3.859
3.861
3.886
3.915
LASTEN
Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN 1. Brandweer en rampenbestrijding 2. Opleidingen brandweer 3. Openbare orde en veiligheid
Totaal baten
29
0
0
0
0
0
1.279
0
24
23
21
20
316
100
0
0
0
0
1.624
100
24
23
21
20
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen Geen nieuwe investeringen gepland
0
0
0
0
0
Totaal investeringsplan 2012 - 2015
0
0
0
0
0
Totaal bestaande investeringen
0
0
0
0
Totaal investeringen
0
0
0
0
60
Programma 8 Bereikbaarheid Het programma Bereikbaarheid is gericht op de aanleg en het onderhoud en beheer van alle voorzieningen die nodig zijn voor de bereikbaarheid van onze gemeente. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Algemene Plaatselijke Verordening; Nota Kwaliteitsimpuls Beheer Groen, Wegen, Riolering 2008-2011; Geïntegreerd Beheer Informatiesysteem (GBI); Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP)2008; Gemeentelijk Afkoppelplan; Inspectienota bruggen/tunnels 2008; Nota Mobiliteit; Gemeentelijk Verkeers- en Vervoerplan (GVVP) 2004 – 2014; Milieunota 2004; Kadernota integraal handhavingsbeleid; Beleidsplan Openbare Verlichting (OV) 2007-2018); Regeling Bouwstoffenbesluit; Regeling Asbest Wegen 2007; Grondroerdersregeling 2008 Centrum Regelgeving,onderzoek in grond-,water- en wegenbouw (crow); Provinciaal Verkeers- en VervoerPlan (PVVP); Integraal OmgevingsPlan Zeeland 2006-2012 (IOP); Regiovisie Walcheren 2000+;
WAT WILLEN WE BEREIKEN? Het optimaal faciliteren van de afwikkeling van het voetgangers- , fiets- en autoverkeer en het openbaar vervoer binnen de randvoorwaarden van verkeersveiligheid en leefbaarheid. Het wegennet en de infrastructuur op een aanvaardbaar kwaliteitsniveau brengen. WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Wegen en straten en pleinen
De gemeente heeft de taak de wegen, straten en pleinen te onderhouden. Het onderhoudsniveau van de wegen lag op veel plaatsen in de gemeente onder het minimum niveau van verantwoord wegbeheer. In de afgelopen periode is hier een substantiële verbeterslag gemaakt. In de Nota Kwaliteitsimpuls Beheer 2008-2011 is de inspanning bepaald die nodig is om het achterstallige onderhoud in te lopen en welke inspanning nodig is om het onderhoudsniveau van de wegen op het vereiste niveau te houden. Het vierjaren wegenuitvoeringsplan wordt door de financiële situatie gefaseerd uitgevoerd, waaroor het inlopen van achterstanden langer zal duren. Om een goede planning te kunnen maken is echter een duidelijk meerjaren perspectief noodzakelijk, omdat de trajecten voor ontwikkeling en uitvoering, mede in verband met de doorstroming van verkeer in de stad, niet per (boek)jaar zijn in te plannen of uit te voeren en volgtijdelijk moeten worden uitgezet. In 2011 loopt de Nota Kwaliteitsimpuls Beheer 2008-2011 af. Dit voorjaar is een beleidsplan opgesteld voor het beheer en onderhoud van de wegen voor de komende 5 jaar. Deze wordt
61
in de tweede helft van 2011 ter besluitvorming aan het gemeentebestuur aangeleverd. Met dit beleidsplan wordt het bestuur in staat gesteld onderbouwd keuzes te maken voor het beheer en onderhoud van de wegen, straten en pleinen. Binnen de afdeling Beheer Leefomgeving wordt gewerkt met een handboek openbare ruimte, gezien uit het oogpunt van beheer en onderhoud, waarin voor het materiaalgebruik in de stad vaste criteria zijn ontwikkeld. Dit is nodig bij (her-) inrichtingen en aanpassingen in de openbare ruimte en daarmee de integrale bewaking van de duurzaamheid en de beheerskwaliteit van de wegen, pleinen en straten. Binnen die context is er voor de bewoners in de wijken en buurten voldoende ruimte voor overleg en afstemming over de feitelijke fysieke inrichting. In 2012 zal het Bellamypark en de Walstraat Midden opgeleverd worden. Met de realisatie van beide openbare ruimtes wordt de kwaliteitslag van de openbare ruimte in de binnenstad gecontinueerd. De kwaliteitsslag in de openbare ruimte is een impuls voor het verblijfsklimaat in de binnenstad en draagt bij aan de uitstraling als een gebied waar verblijven een belangrijke rol speelt. Tevens wordt is in 2012 gestart met de voorbereiding van de verbindingsweg tussen de Aagje Dekenstraat en de Koningsweg. Deze route zal dienen als belangrijke gebiedsontsluitingsweg voor de binnenstad en het Scheldekwartier. Prestaties • Getemporiseerd en gefaseerd (middelen) uitvoeren van de onderhoudsplanning en daarmee een inhaalslag leveren in het wegwerken van het achterstallig onderhoud van het wegenareaal, conform het gestelde in het beleidsplan wegbeheer. • Actualiseren van het handboek openbare ruimte (materiaalatlas). • Aanvangen met de herinrichting Burgemeester Stemerdinglaan • Oplevering Bellamypark • Oplevering Walstraat Midden (kwaliteitsimpuls binnenstad) • Voorbereiding realisatie verbinding Aagje Dekenstraat - Koningsweg 2.
Straatreiniging
In 2012 zullen de principes van het beeldgericht werken verder worden uitgewerkt. Afhankelijk van het kwaliteitsbeeld (CROW normen) dat men wenst (basis of hoog) wordt de schoonmaak- en beheersfrequentie afgestemd. In 2012 vinden er specifieke schoonmaakacties plaats. Dit kan variëren van hele wijken (integraal) of op accentplekken (bijv. alle parkeerhavens).
Prestaties • Werkwijze afstemmen op gewenste kwaliteitsbeeld • Handhaven van frequentie vegen in combinatie met beeld vegen • Efficiënte inzet veegmachines • (Deels) verrekenen beheers- en schoonmaakwerkzaamheden bij evenementen in relatie tot het vast te stellen evenementenbeleid
3.
Gladheidbestrijding
Ten behoeve van de strooiseizoenen 2012 wordt er een nieuw gladheidbeleidsplan vastgesteld. De gemeentelijke strooiroutes worden jaarlijks geëvalueerd. Op basis daarvan wordt er een efficiënte inzet van het strooimaterieel en personeel gerealiseerd. In 2012
62
wordt, evenals in 2011, aan (semi) openbare gebouwen strooizout verstrekt om de voetpaden toegankelijk te houden. Vlissingen strooit overeenkomstig aan haar aanpalende wegbeheerders preventief.
Prestaties • Waarborgen van veiligheid op de wegen, die opgenomen zijn in het draaiboek gladheidbestrijding. • Handhaven onderverdeling in prioritering van strooiroutes • Jaarlijks muteren op basis van uit-, inbreiding en sloop woonwijken. • Preventief strooien • Continueren uitdelen strooizout bij (semi) openbare gebouwen of gebouwen bestemd voor algemeen nut (bijv. gezondheidscentra)
4.
Openbare verlichting
In 2012 wordt verder uitvoering gegeven aan het in 2008 vastgestelde 10-jaren uitvoeringsen beleidsplan Openbare Verlichting, waarin is aangegeven welke inspanningen er nodig zijn voor het onderhoud en de vervanging van de openbare verlichting. De uitvoering van deze investering wordt aan de hand van het uitvoeringsprogramma de komende jaren gefaseerd gerealiseerd. In 2012 zullen een aantal proefprojecten met innovatieve verlichting (Led) gerealiseerd worden. In samenwerking met de Vereniging Zeeuwse Gemeenten is Zeeuwsbreed het technisch beheer van de openbare verlichting georganiseerd. Eind 2011 wordt voor de nieuwe contractperiode een gezamenlijk bestek opgemaakt om het technisch beheer en onderhoud Zeeuws-breed aan te besteden voor de jaren 2012, 2013 en 2014.
Prestaties • Getemporiseerd en gefaseerd (middelen) vervangen van energieverslindende oude openbare verlichting en toepassen van energiezuinige, innovatieve verlichting.
5.
Gronddepot
Momenteel is er overleg, in het kader van Ruimte voor Bagger, met het Waterschap. Hierin wordt ook het doelmatig exploiteren van de grond/baggerdepots in meegenomen. Hiervoor is een projectgroep opgericht. Prestaties • In samenwerking met het Waterschap een visie ontwikkelen voor het exploiteren van grond/baggerdepots voor de lange termijn. 6.
Beluifelingen
De beheertaken die de gemeente dient uit te voeren zijn het periodiek schoonmaken, het onderhouden en zo nodig vervangen van de glasplaten. Het weghalen van overkappingen zal ook veel duivenoverlast schelen. In het kader van de veiligheid, gebruik, inrichting, beheer en functionaliteit van de verschillende (vormen van) beluifelingen is gekeken naar overkappingen in Vlissingen. Voor de overige overkappingen wordt planmatig onderhoud verricht vanuit de exploitatie; dit betreft kosten voor beheer, reparaties en schoonmaak.
63
Prestaties • Planmatig onderhoud ter verbetering van veiligheid, gebruik, inrichting, beheer en functionaliteit van de beluifelingen. 7.
Verkeersmaatregelen
Uitvoering GVVP Het Gemeentelijke Verkeer- en vervoerplan (GVVP) is het richtinggevende beleidsdocument aangaande ‘verkeer en vervoer’ binnen de gemeente Vlissingen. Het GGVP voorziet in het continueren van het streven naar een bereikbare, verkeersveilige en leefbare gemeente. De toepassing van het beleid, de werkwijze en de maatregelen die in het GVVP zijn benoemd zullen tot uitvoering gebracht worden. In samenwerking met de regionale partners wordt een regionaal verkeersmodel gerealiseerd, waar in de verkeerssituatie in de zomer geprognosticeerd kan worden op regionaal schaalniveau. VCP Binnenstad: Aanvullend op het Gemeentelijk verkeer en vervoersplan wordt een Verkeerscirculatieplan (VCP) uitgewerkt voor de binnenstad. In dit ‘VCP Binnenstad’ wordt de mobiliteit door de binnenstad onderzocht, met als doel verbeteringen van de bereikbaarheid binnen de principes van een autoluwe binnenstad. De verkeercirculatie op bijzondere dagen, bevoorrading en het fietsverkeer en fietsparkeren worden onder de loep genomen. Tevens zal het ‘VCP Binnenstad’ invulling geven aan de herijking van de zondagsluiting op de Vlissingse boulevards. De maatregelen uit het ‘VCP Binnenstad’ zullen tot uitvoering gebracht worden met in achtneming van het financiële kader. Ontsluiting Vlissingen in relatie met de Sloebrug: De doorstroming van het verkeer op de hoofdontsluiting van Vlissingen, de Sloeweg, krijgt bijzondere aandacht. Voor de lange termijn richt de gemeente zich op een verhoogde Sloebrug waardoor zowel het Kanaal door Walcheren als het spoor ongelijkvloers worden gekruist. De noodzaak van deze verhoogde Sloebrug wordt middels onderzoeken en metingen verder onderbouwd. Voor de korte termijn wordt ingezet op bloktijden, waarin het gemotoriseerd verkeer geen hinder heeft van brugopeningen. Verkeersveiligheid: De verkeersveiligheid wordt aan de hand van objectieve verkeersveiligheid en ongevallenstatistieken geanalyseerd. Daarnaast zal ook de subjectieve verkeersveiligheid verder in kaart worden gebracht door meldingen te inventariseren. Op basis hiervan worden keuzes gemaakt met betrekking tot het verbeteren van de verkeersveiligheid. Wanneer het infrastructurele aanpassingen betreft zullen deze waar mogelijk plaatsvinden middels een ‘werk met werk’ constructie. Voor specifieke doelgroepen zal de gemeente Vlissingen in samenwerking met andere instanties acties organiseren om aandacht te vragen voor verkeersveiligheid. Verkeersregelinstallaties: De komende jaren zal in het teken staan van groot onderhoud en onderzoeken, cq aanpassingen naar de verbetering van de doorstroming van het verkeer. Extra aandacht zal worden besteed aan voetgangers en fietsverkeer.
Prestaties • Uitvoering van het Gemeentelijke Verkeer- en vervoerplan • Uitvoering geven aan het het ‘Verkeercirculatieplan binnenstad’ • Doorstroming verkeer Sloeweg korte termijn verbeteren • Onderzoek doorstroming verkeer Sloeweg lange termijn
64
• • • • 8.
Analyse van de verkeersveiligheid Opzetten regionaal verkeersmodel Walcheren Planmatig onderhoud ter verbetering van veiligheid, gebruik, inrichting, beheer en functionaliteit van de verkeersregelinstallaties. Vervanging van de VRI Burg. Van Woelderenlaan-Pres. Roosevetlaan
Parkeren
De gemeente Vlissingen wil het parkeerbeleid inzetten als instrument om de binnenstad aantrekkelijker te maken. De basis hiervoor is het GVVP. Het parkeerregime (betaald- en vergunning parkeren) wordt op de genoemde beleidsuitgangspunten en in het kader van eenduidigheid en transparantheid, voortdurend gemonitord en waar nodig geëvalueerd en bijgesteld.
Prestaties • Uitvoering betaald- en vergunningparkeren. 9.
Binnenhavens
De beschikbare ruimte van de Vlissingse binnenhaven dient zo efficiënt mogelijk ingericht te worden. Daarbij rekening houdend met de ontwikkelingen in de visserijsector en daaraan gekoppeld de ontwikkelingen rondom de Vismijn en de behoefte aan meer ligplaatsen voor de pleziervaart/passanten. In overleg met de projectgroep Kenniswerf / Scheldekwartier worden de ontwikkelingen op de voet gevolgd. Hiertoe zal voor de binnenhaven een inrichtingsplan worden opgesteld. Het plan voorziet in de uitbreiding van ligplaatsen waarbij het van belang is een gemeentelijk havendeel te behouden voor de pleziervaart/passanten alsmede verbetering van ligplaatsen voor sport- en beroepsvissers. Daarnaast moeten de beheers- en onderhoudskosten van de haven en de kades worden meegenomen in de visieontwikkeling. Prestaties • Efficiënte indeling ligplaatsen binnenhaven, inclusief inkomsten van het gemeentelijk havendeel • Marktconforme en kostendekkende havenliggelden • Voldoen aan het kwaliteitsbeeld basisniveau (CROW) • Initiëren en stimuleren van haven - gerelateerde activiteiten 10.
Waterpartijen
Het doel is uitvoering te geven aan een goed waterbeheer. De afspraken voor beheer en onderhoud zijn in de BOB-overeenkomst met het Waterschap Zeeuwse Stromen vastgelegd (BOB: beheer oppervlaktewater binnen de bebouwde kom). Er is een Waterplan in ontwikkeling in samenwerking met het Waterschap om te komen tot een stedelijk watersysteem dat duurzaam, gezond en veerkrachtig is. Voor alle watergangen en -partijen wordt gestreefd naar een kwaliteitsverbetering. In combinatie met de uitvoering van baggerwerkzaamheden worden natuurvriendelijke oevers aangelegd. Tevens is de waterkwaliteit verbeterd door een lagere vuilemissie.
65
Prestaties • Uitvoering geven aan de BOB overeenkomst met het waterschap voor een duurzaam waterbeheer. • Opstellen van een waterplan in samenwerking met het waterschap. WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma Bereikbaarheid de totale lasten en baten en mutaties daarin.
66
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010
BEGROTING 2011
LASTEN BATEN
13.436 2.969
Saldo
10.467
PROGRAMMA TOTALEN 2012 2013 2014
12.770 3.167
10.844 3.309
2015
11.083 3.461
11.238 3.461
11.459 3.461
9.603 7.535 7.622 SPECIFICATIE LASTEN
7.777
7.998
LASTEN 1. Wegen straten en pleinen
7.112
7.192
5.360
5.350
5.335
5.328
2. Straatreiniging
1.943
1.325
1.544
1.550
1.534
1.534
3. Gladheidsbestrijding
275
118
147
146
143
143
4. Openbare verlichting
557
638
577
582
583
587
5. Gronddepot
10
33
23
23
23
24
6. Beluifelingen
161
102
91
92
93
94
7. Verkeersmaatregelen - Bestaand beleid - Uitvoering GVVP (nieuw beleid)
604
675
604
675
594 25 619
594 25 619
594 25 619
595 25 620
2.455
2.169
1.977
1.998
2.000
1.970
9. Binnenhavens
123
271
108
108
108
109
10. Waterpartijen
196
207
124
125
125
126
0
40
274
490
675
924
13.436
12.770
10.844
11.083
11.238
11.459
8. Parkeren
11. Kapitaalasten nieuwe investeringen
Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN
94
137
138
138
138
138
160
13
0
0
0
0
15
1
1
1
1
1
5. Gronddepot
2
25
32
32
32
32
6. Beluifelingen
1
0
0
0
0
0
12
8
8
8
8
8
2.547
2.943
3.090
3.242
3.242
3.242
9. Binnenhavens
90
40
40
40
40
40
10. Waterpartijen
48
0
0
0
0
0
2.969
3.167
3.309
3.461
3.461
3.461
1. Wegen straten en pleinen 2. Straatreiniging 4. Openbare verlichting
7. Verkeersmaatregelen 8. Parkeren
Totaal baten
67
Bedragen x € 1.000 INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen Materieel : Materieel 595 Afvalbakken en hondenhaltes 72 Beheer en onderhoud: Herprofileren Gravestraat 450 Upgrade Edisonweg_Noordzijde 70 VRI installaties 240 Openbare verlichting 1.085 Parkeerverwijssysteem (basis GVVP) 60 Verkeersmaatregelen (basis GVVP) 100 Herinriichting Coosje Buskensstraat/ PM boulevard tot spuikom Heraanleg Fietspad Lammerenburg75 Gerbandystraat Parkeerterrein Sportpark Bonedijke 200 Asfalteren B. Stemerdinglaan 3.000 De Ruyterplein/ Zeilmarkt 810 Herinrichtingen/grex: Scheldeplein 1.500 Verkeers-en vervoersplan 100 Planontwikkeling PM Sloeweg/brug/spoorkruising Aanpassing N58 tussen Watertoren PM en Oude Veerplein Parkeerterrein Commandoweg PM Verleggen Koningsweg, PM incl nieuwe brug Aagje Dekenstraat/Scheldestraat tot PM Koningsweg
233 36
75 200
185 36
295
141
450 70 75 295 50 100
36
90 295 10 PM 75
200 1.500
1.500 100
710
100 100
1.400
PM PM PM PM PM 2.044
2.016
1.681
2.616
Totaal bestaande investeringen
43.973
43.822
43.635
43.110
Totaal investeringen
46.017
45.838
45.316
45.726
Totaal investeringsplan 2012 - 2015 8.357
68
Programma 9 De Culturele stad Het programma De Culturele Stad gaat over het aanbod van culturele activiteiten en ontplooiingsmogelijkheden in de gemeente. Daarbij gaat het zowel om de activiteiten zelf, als om de accommodaties, waarin deze activiteiten worden aangeboden. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • •
Cultuurnota 2010-2014 Te actualiseren beleidsplan bibliotheek 2012-2016 Accommodatiebeleid (planning 2011)
WAT WILLEN WE BEREIKEN? Vlissingen heeft op cultureel gebied een vooraanstaande plaats in Zeeland en Nederland. De ambitie is om de inzet te continueren en aan te sluiten bij de kernmerken maritiem, ongepolijst en kleurrijk. In deze tijden van bezuinigingen zijn wij voor alles erop gericht de basis-infrastructuur te behouden. Er wordt een integraal accommodatiebeleid ontwikkeld, dat als duidelijk kader moet dienen, waarbinnen beslissingen kunnen worden genomen als het gaat over de noodzaak van bezit, het op efficiënte wijze inzetten en op een vastgesteld kwaliteitsniveau onderhouden van accommodaties. Vanwege de bezuinigingstaakstelling wordt ingezet op het afstoten van gemeentelijk bezit. WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1. Bibliotheek Vlissingen In 2012 wordt het plan van aanpak voor de bezuinigingen op de bibliotheek verder uitgevoerd. Werkprocessen worden anders ingericht, formatie wordt afgebouwd door medewerkers door te laten stromen naar andere functies binnen het concern. Met het oog op het bedienen van nieuwe doelgroepen wordt in samenwerking met de andere basisbibliotheken in Zeeland een nieuwe website opgeleverd. De uitrol van mediatheken voor het basisonderwijs wordt getemporiseerd uitgevoerd en in het centrum wordt een stadsbibliotheek ingericht. Het filiaal Souburg wordt opnieuw ingericht. Prestaties • • • •
Uitvoering van plan van aanpak bezuinigingen; Realisering van een compacte stadsbibliotheek in het centrum; Verkoop van het pand 't Spui; Realisering van een nieuwe website met digitale diensten.
2. Kunst en Cultuur 2012 is het eerste jaar dat de bezuinigingen in de cultuursector worden ingevoerd. De bedoeling is dat ondanks de bezuinigingen de culturele infrastructuur behouden blijft. In de verschillende uit te brengen deelnota’s cultuur zullen de bezuinigingen en aanpassingen die hiermee gepaard gaan worden verwerkt. Er zal naar gestreefd worden worden om zoveel mogelijk samenwerkingsverbanden aan te leggen tussen de verschillende culturele instellingen, te beginnen bij de bedrijfsvoering.
69
Prestaties • •
Deelnota’s cultuur Behoud basisinfrastructuur
3. Oudheidkunde en museum De taken van het MuZEEum zullen worden herijkt. Het voorstel is om in overleg met de stichting een businessplan op te stellen, waarin de ambities zullen worden benoemd binnen de budgettaire mogelijkheden.
Prestaties •
Businessplan MuZEEum
4. Recreatie Op het gebied van recreatie ondersteunt de gemeente initiatieven. Door het geven van een waarderingssubsidie maken we het de organisaties mogelijk activiteiten voor inwoners en bezoekers te organiseren. Voor dit onderdeel wordt verder verwezen naar programma 10 (Toerisme). Prestaties •
Faciliteren van initiatieven
5. Kermis De kermis trekt jaarlijks vele bezoekers en is daarmee het grootste jaarlijks terugkerende evenement van Vlissingen en daarmee belangrijk voor de economie en het toerisme. Daarnaast levert de kermis extra inkomsten op voor de gemeente. Doordat de gemeente de organisatie op zich neemt, wordt de regiefunctie optimaal benut. Prestaties •
Organiseren van de kermis in juli 2012.
6. Accommodaties In 2011 is gestart met de ontwikkeling van een integraal accommodatiebeleid. Het accommodatiebeleid moet dienen als duidelijk kader, waarbinnen beslissingen genomen kunnen worden als het gaat over de noodzaak, het op efficiënte wijze inzetten en op een vastgesteld kwaliteitsniveau onderhouden van accommodaties. Naar verwachting zal dit beleid in de loop van 2012 worden geïmplementeerd.
70
Prestaties • •
Implementatie van het vastgestelde accommodatiebeleid Een efficiënte inzet van gemeentelijke accommodaties waarbij overbodige accommodaties worden afgestoten.
7. Archeologie Voor de formulering en de implementatie van het eigen archeologiebeleid hebben de Walcherse gemeenten in een samenwerkingsovereenkomst de Walcherse Archeologische Dienst (WAD) in het leven geroepen. De WAD wordt ingezet bij de start van ruimtelijke projecten. Per project wordt bepaald hoe om te gaan met archeologie.
Prestaties • • • •
Adviezen vanuit gemeentelijk belang en onafhankelijk van de provincie Regievoering en budgetbewaking Verkennende onderzoeken Informatieverstrekking aan burgers
8. Monumenten Er dient beleid te worden geformuleerd ten aanzien van onderhoud e.d. van de in de gemeente aanwezige gedenktekens en monumenten (niet zijnde gebouwen en objecten van het openbaar kunstbezit). Prestaties •
Opstellen beleidsregels gedenktekens en monumenten
WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma De Culturele Stad de totale lasten en baten en de mutaties daarin.
71
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010
BEGROTING 2011
11.371 1.486
PROGRAMMA TOTALEN 2012 2013 8.254 944
2015
8.087 966
8.194 977
9.885
8.413 7.310 7.052 SPECIFICATIE LASTEN
7.121
7.217
1. Bibliotheek
4.333
3.685
3.010
2.950
2.995
3.050
2. Kunst en Cultuur - bestaand beleid - niet realiseren bezuiniging
2.058
1.622
1.032
1.040
1.049
2.058
1.622
1.074 60 1.134
1.032
1.040
1.049
1.491
1.339
1.491 4. Recreatie
Saldo
9.445 1.032
2014
8.007 955
LASTEN BATEN
LASTEN
3. Oudheidkunde en museum - bestaand beleid - niet realiseren bezuiniging
1.348
1.356
1.366
1.339
1.291 120 1.411
1.348
1.356
1.366
346
284
268
270
266
270
5. Kermis
108
120
83
84
84
85
6. Incidentele subsidies
104
108
114
115
116
118
2.330
1.610
1.636
1.619
1.620
1.625
6
0
4
4
4
4
56
52
53
53
54
54
539
576
492
483
474
465
0
49
49
49
78
108
11.371
9.445
8.254
8.007
8.087
8.194
7. Accommodaties 8. Lokale omroep 9. Archeologie 10. Monumenten 11. Kapitaallasten investeringen Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN 426
19
19
19
19
19
2. Kunst en Cultuur
29
0
0
0
0
0
3. Oudheidkunde en museum
57
56
57
58
58
59
1
0
0
0
0
0
5. Kermis
168
160
160
160
160
160
7. Accommodaties
805
797
708
718
729
739
1.486
1.032
944
955
966
977
1. Bibliotheek
4. Recreatie
Totaal baten
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen Wijkcentrum Open Hof Welzijnscentrum Adriaen Coortelaan
332 325
Totaal investeringsplan 2012 - 2015
657
332 325 0
0
332
325
Totaal bestaande investeringen
10.869
10.166
9.471
9.119
Totaal investeringen
10.869
10.166
9.803
9.444
72
Programma 10 Toerisme en Economie Het programma Toerisme en Economie bevordert de ontwikkeling van het toerisme en de economie in Vlissingen, Oost-Souburg en Ritthem. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • Nota Toerisme 2011-2014 (inclusief Strandvisie) • Maritieme Visie (planning najaar 2011) • Visie Binnenhaven (planning najaar 2011) • Detailhandelvisie (planning najaar 2011) • Structuurvisie • DNA Vlissingen WAT WILLEN WE BEREIKEN? Het toeristische karakter van Vlissingen, Stad aan Zee moet nog meer worden benut. Door de komst van eigen inwoners, regionale bezoekers en toeristen van buiten Zeeland naar de aantrekkelijke toeristische locaties in Vlissingen, profiteren met name de branches horeca, cultuur en detailhandel van de bij dit bezoek behorende bestedingen. Vlissingen zet in op nieuwe economische dragers, het versterken van de samenwerking tussen onderwijs, overheid en bedrijfsleven en een beter en duidelijker ondernemingsklimaat voor haar bedrijven. Minder regels voor bedrijven, meer communicatie met bedrijven en meer samenwerking. Op het gebied van toerisme zet Vlissingen in op het ontwikkelen van een hoogwaardig en concurrerend toeristisch aanbod, stimuleren van initiatieven voor verblijfs- en dagtoerisme, stimuleren van seizoensverlenging en initiatieven op het gebied van watersport, dagvaarten en (rivier-)cruises. In dit programma is er verder aandacht voor duurzaamheid. De basis hiervoor is vastgelegd in de Duurzaamheidsvisie.
WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN? 1.
Economische ontwikkeling
Binnenstad Na de evaluatie van het Centrummanagement in 2011 pakken ondernemers in de binnenstad het stokje over van de gemeente. Met een samenwerking tussen winkeliers en horeca en invoering van de Bedrijven Investeringszone (door ondernemers bedachte plannen worden met een verplichte bijdrage van alle ondernemers uitgevoerd) wordt het nieuwe Binnenstadsmanagement georganiseerd en gefinancierd. De gemeente blijft als adviseur betrokken. De actualisering van de Detailhandelsvisie Vlissingen wordt met projecten ten uitvoer gebracht (voor zover het de rol is van de gemeente). Mogelijke verplaatsing van de weekmarkt maakt hier onderdeel vanuit. Aan het ondernemingsklimaat in de binnenstad wordt verder gewerkt. Schoon, heel en veilig blijven aandachtspunten. Het uitvoeren van flankerend beleid voor evenementen, horeca en detailhandel moet de kwaliteit van het ondernemen en de aantrekkelijkheid van de binnenstad laten toenemen.
73
Bedrijventerreinen In 2012 wordt, samen met ondernemers, politie en brandweer, verder gewerkt aan het bevorderen van de veiligheid op de bedrijventerreinen. Bedrijventerrein Souburg, waarvan fase 1 inmiddels bouwrijp is gemaakt, ontwikkelt zich verder in oostwaartse richting. Op bedrijventerrein Poortersweg zijn nog enkele kavels te koop. Voor een aantal daarvan is interesse getoond. De verwachting is dat dit in 2012 leidt tot de nodige bouwactiviteiten. Herstaco breidt aan de zuidkant van zijn huidige perceel uit met 2 ha. Verdere uitbreiding van het bedrijf daar is onderwerp van gesprek. Hierbij is ook de gemeente Middelburg betrokken. Na het vaststellen van een stedenbouwkundig plan en het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente, provincie en havenbedrijf in 2011 komt het project Buitenhaven in 2012 in de operationele fase. Overeenkomstig de voorwaarden, verbonden aan de toekenning van de zogenoemde FES-gelden, moet in 2012 een start worden gemaakt met de multipurposekade. “Start” betekent in dit geval het uitvoeren van allerlei voorbereidende werkzaamheden. Het Walcherse netwerkevent voor bedrijven in 2011 wordt geëvalueerd. Kenniswerf Evenals in voorgaande jaren wordt de ver- en uitplaatsing van bedrijven, gevestigd in het Kenniswerfgebied (inclusief Binnenhavens) voortgezet. De ruimte die dat oplevert kan geschikt worden gemaakt voor (startende) kennisintensieve en innovatieve ondernemingen, onderwijs, watersport, visserij en andere watergerelateerde bedrijvigheid. Voor de verdere ontwikkeling van de Kenniswerf is de pilot Kerend Tij van groot belang. De pilot heeft tot doel het bewerkstelligen van een samenhangende, duurzame en kwalitatief hoogwaardige infrastructuur voor voortgezet, beroeps- en hoger onderwijs binnen Zeeland, die in dienst staat van de sociaaleconomische ontwikkeling en leefbaarheid van de Provincie. Middels het aangaan van het handvest Kerend Tij is bestuurlijk draagvlak verkregen tussen alle betrokken Zeeuwse partijen (overheid, onderwijs en bedrijfsleven) en tussen de Gemeente en de Hogeschool Zeeland zijn de contouren voor een gezamenlijke agenda overeengekomen waarbij ingezet wordt op Vlissingen onderwijsstad, de stad als campus, verdere revitalisering van de omgeving van de Hogeschool en het ROC en adequate huisvesting voor het Maritiem Onderwijs. Een en ander wordt verder geconcretiseerd in een uitvoeringsagenda en zal in 2012 verder vorm krijgen. In deze uitvoeringsagenda zal ook de huisvesting van studenten een plaats krijgen. Maritiem Om de profilering van Vlissingen als maritieme gemeente verder vorm te geven zal een compacte notitie worden vervaardigd waarin alle maritieme aspecten zullen worden gebundeld inclusief een uitvoeringsagenda. De bestaande beleidsdocumenten dienen daarvoor als basis. Deze notitie vervangt de eerder aangekondige maritieme visie.
Prestaties • Binnenstadsmanagement Vlissingen faciliteren • Projecten uit Detailhandelsvisie Vlissingen uitvoeren (inclusief besluit over mogelijk nieuwe locatie weekmarkt) • Beleid voor binnenstad verder vormgeven en uitvoeren (evenementen, horeca, detailhandel) • Bijeenkomsten voor (startende) ondernemers organiseren • Keurmerk Veilig Ondernemen Winkelgebied verder uitvoeren • Samenwerking horeca, politie en gemeente vormgeven in convenant • Uitvoering Plan van Aanpak Keurmerk Ondernemen Vlissingse Bedrijventerreinen • Verdere ontwikkeling bedrijventerreinen Souburg, Poortersweg, Kenniswerf en Baskensburg
74
•
Uit- en verplaatsing bedrijven Kenniswerfgebied (inclusief Binnenhavens) en acquisitie van nieuwe bedrijven passend in het gewenste profiel. Verdere revitalisering/herstructurering omgeving HZ/ROC • Uitvoeren projecten gezamenlijke agenda Kenniswerf (3 “O”’s) • Uitvoeren projecten pilot Kerend Tij • Uitvoering project Buitenhaven Netwerkevent voor Walcherse bedrijven
2.
Bevordering toerisme
In 2011 is de Nota Toerisme 2011 – 2014 vastgesteld. Voor de uitvoering van deze nota is een actieprogramma opgesteld. Binnen dit actieprogramma wordt prioriteit gegeven in 2012 aan onderstaande activiteiten: • Onderzoek naar mogelijkheden tot (maritieme) bedrijfsbezoeken en mogelijkheid rondvaarten Vlissingen Oost; • Citymarketing & toeristische promotie; • Actualisering GVVP en onthaalinfrastructuur; • Verkenning mogelijkheden af- en rondvaarten van en naar Belgische steden; • Heroriëntatie strandbeheer. Prestaties • Realiseren en faciliteren van bedrijfsbezoeken en rondvaarten (o.a. Vismijn) • Promotieplan uitvoeren • Vaststellen en uitvoeren GVVP en VCP • Onderzoek naar de haalbaarheid van af- en rondvaarten van en naar Belgische steden en eventueel faciliteren • Heroriëntatie strandbeheer • Vaststellen Visie Boulevards 3.
Transacties onroerende goederen
Om een aantal economische ontwikkelingen te kunnen realiseren, moet de gemeente beschikken over de benodigde gronden. Indien nodig zullen die, na een gedegen afweging en in nauw overleg c.q. samen met externe partners, worden verworven. Prestaties • Doen van de benodigde grondaankopen om een aantal belangrijke economische ontwikkelingen mogelijk te maken. 4.
Stranden
Voor het Badstrand en het Nollestrand wordt in 2012 opnieuw een Blauwe Vlag aangevraagd. De stranden van Vlissingen hebben in 2011 weer in de top tien gestaan van schoonste stranden van Nederland. In 2012 wordt naar een top 5 – ranking gestreefd. In het seizoen 2011 is een nieuwe toezichtpost voor de strandbewaking, mede door Europese subsidie, gerealiseerd op de Nolledijk. De gemeentelijke strandpost zal met ingang van 2012 volledig operationeel zijn.
75
Prestaties • Behouden Blauwe Vlag • Top 5-ranking • Strandpost volledig operationeel 5.
Visserij
Daarnaast wordt gewerkt aan de ontwikkeling van visserij als toeristisch en recreatief product (bijvoorbeeld sportvisserij), waarbij private initiatieven worden gestimuleerd. De landtong wordt herontwikkeld, zoals verwoord in de Visie Binnenhaven. Prestaties • Private initiatieven om visserij als toeristisch en recreatief product te ontwikkelen worden gestimuleerd • Plan van aanpak voor de herontwikkeling van de landtong. 6. Straatmarkt Het toekomstperspectief voor de straatmarkt maakt onderdeel uit van de actualisering van de detailhandelsvisie.
WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma Toerisme en economie de totale lasten en baten en de mutaties daarin.
76
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010 2.812 9.680
LASTEN BATEN
-6.868
Saldo
BEGROTING PROGRAMMA TOTALEN 2011 2012 2013 2014 2.344 502
1.941 532
1.927 535
1.842 1.409 1.392 SPECIFICATIE LASTEN
2015
1.965 538
1.960 541
1.427
1.419
LASTEN 59
194
77
78
78
79
1.296
751
1.296
751
652 30 30 15 75 802
656 30 30 15 75 806
661 30 30 15 75 811
668 30 30 15 75 818
3. Vismijn
143
154
141
102
101
100
4. Bevordering toerisme
455
601
423
424
315
317
5. Transacties onroerende goederen
193
188
38
39
39
40
6. Stranden
666
511
490
490
486
465
0
-55
-30
-12
135
141
2.812
2.344
1.941
1.927
1.965
1.960
1. Straatmarkt 2. Economische ontwikkeling - Bestaand beleid - Toerisme - Werkgelegenheid Kenniswerf - Stimulering aantrekkelijkheid binnenstad - Duurzame economische activiteiten
7. Kapitaallasten investeringen Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN 40
53
75
75
75
75
8.653
0
0
0
0
0
240
247
247
247
247
247
34
16
16
16
16
16
5. Transacties onroerende goederen
526
5
5
5
5
5
6. Stranden
187
181
189
192
195
198
9.680
502
532
535
538
541
1. Straatmarkt 2. Economische ontwikkeling 3. Vismijn 4. Bevordering toerisme
Totaal baten
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen 295 50 1.300
115 50
Totaal investeringsplan 2012 - 2015 1.645
165
15
1.435
30
Totaal bestaande investeringen
1.652
1.617
1.473
2.756
Totaal investeringen
1.817
1.632
2.908
2.786
Materieel Strandpost Revitalisering Baskensburg
15
135
30
1.300
77
Programma 11 Bestuur Het programma Bestuur gaat over de relatie van het gemeentebestuur met haar burgers en over de relatie tussen ambtelijke organisatie, het college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad. RELEVANTE BELEIDSNOTA’S • • • • •
Nota communicatie Vlissingen op de kaart Nnota representatie Nota burgerparticipatie Programma Andere Overheid 2009-2015 Startnotitie dienstverlening in Vlissingen
WAT WILLEN WE BEREIKEN? Wij communiceren op een heldere en eenduidige wijze over het gemeentelijk beleid en maken onze dienstverlening transparant en toegankelijk voor burgers en doelgroepen. Dit doen wij via een beleidsprogramma, goede communicatie met de burgers en de doelgroepen van de gemeente in twee richtingen, een servicegerichte dienstverlening, een sterke betrokkenheid van de burgers en een bij het karakter van Vlissingen passend imago.
WAT GAAN WE DAARVOOR DOEN?
1.
Bestuursondersteuning
Bestuursondersteuning De bestuursondersteuning van het college draagt zorg voor een goede voorbereiding en ‘stukkenstroom’ van de (vergader)stukken van de bestuursorganen alsmede voor een optimaal functionerend bestuursapparaat. De inhoudelijke samenwerking tussen college en organisatie is geborgd via o.m. de stafoverleggen. De processen met betrekking tot gemeenschappelijke regelingen zijn op basis van het Zeeuws brede rapport “Aan de slag met gemeenschappelijke regelingen” verder verbeterd. Met het overnemen van en uitvoering geven aan deze voorstellen is de organisatie, sturing, beheersing, verantwoording en toezicht op gemeenschappelijke regelingen geoptimaliseerd. Externe communicatie Uitgangspunt van het communicatiebeleid is een tijdige, goed georganiseerde en op maat gesneden communicatie met burgers en belanghebbenden. Communicatie vormt een belangrijke schakel met burgers en belanghebbenden ter vergroting van betrokkenheid en verkrijging van draagvlak. Instrumenten die wij hiervoor inzetten zijn: het wekelijks spreekuur van de leden van het college van burgemeester en wethouders, de wekelijkse rubriek in de Blauw Geruite Kiel, een goed toegankelijke en actuele gemeentelijke website, een pro actieve persbenadering, het organiseren van informatiebijeenkomsten etc. De stadspromotie op basis van de identiteit van de gemeente Vlissingen is ingezet: Vlissingen, stad aan zee. Als gemeente faciliteren we ondernemers en organisaties die dit ook doen. Dit maakt de promotie van Vlissingen des te sterker. Met behulp van vele
78
Vlissingers is het DNA van Vlissingen vastgelegd. Dit DNA komt terug in de promotie van de gemeente en diverse ondernemers. Steeds meer organisaties en ondernemers haken hierop in en doen gezamenlijk aan citymarketing vanuit de identiteit van Vlissingen. Het cluster communicatie faciliteert dit proces samen met de beleidsafdelingen. Om nieuwe inwoners wegwijs te maken in hun nieuwe woonomgeving en om hun betrokkenheid bij het lokaal bestuur te vergroten, wordt ook in 2012 weer een informatieavond voor nieuwe inwoners georganiseerd. Op verzoek van de gemeenteraad wordt onderzocht of ook een stadswandeling voor de nieuwe inwoners tot de mogelijkheden behoort. De nota representatie geeft aan op welke wijze het bestuur de gemeente representeert. Deze nota wordt jaarlijks geactualiseerd en waar noodzakelijk aangepast. Prestaties • Goede voorbereiding en ‘stukkenstroom’ van de (vergader)stukken van de bestuursorganen. • Uitdragen Vlissings DNA. • Organisatie van informatieavond voor nieuwe inwoners. • Actualisatie nota representatie. 2.
Bestuurlijke samenwerking
Vlissingen voert een actieve lobby op de voor de gemeente belangrijke strategische thema’s. Hiertoe is het bestuurlijke en ambtelijke netwerk regionaal, provinciaal, nationaal en Europees versterkt. De gezamenlijke Zeeuwse belangen - de Zeeuwse strategische agenda - wordt vertolkt in Den Haag en Brussel in samenwerking met de 12 Zeeuwse gemeenten, de Provincie Zeeland en het Waterschap. De wijze van samenwerking binnen de Vereniging van Zeeuwse Gemeenten (VZG) moet worden geëvalueerd, waarbij functionele samenwerking het uitgangspunt vormt. Met Antwerpen wordt gewerkt aan samenwerking op het terrein van toerisme en recreatie, havens en economie. Door vertegenwoordiging in de Euregio Scheldemond en in het Rijn Schelde Delta Overleg zal de relatie tussen Vlissingen en in bredere zin Zeeland met economisch strategische partners in de regio verder uitgebouwd worden. De banden binnen het stedennetwerk Vlissingen, Middelburg, Terneuzen en Goes worden gecontinueerd. Op het gebied van internationale samenwerking wordt de stedenbandrelatie met Ambon bestendigd. Prestaties • Versterking bestuurlijke en ambtelijke netwerk. • Samenwerking Antwerpen. • Vertegenwoordiging in de Euregio Scheldemond en in het Rijn Schelde Delta Overleg. • Bestendiging stedenband met Ambon.
79
3.
Publiekszaken
Servicegerichte dienstverlening Vlissingen werkt hard aan het verbeteren van haar dienstverlening. In lijn met landelijke ontwikkelingen wordt ook de gemeente Vlissingen in 2015 de ingang van de overheid voor burgers, bedrijven en instellingen (hierna als burgers samengevat). Voor nagenoeg alle vragen en transacties kunnen burgers dan terecht aan onze balie, op onze website of door te bellen met ons KlantContactCentrum (KCC). De burger krijgt bij welk kanaal hij ook kiest hetzelfde antwoord en ook de manier van behandelen is gelijk. In 2015 is de gemeente de ingang voor alle burgers, bedrijven en instellingen en voor nagenoeg alle vragen aan de overheid. In 2011 is het KCC-project gestart. De jaren 2012 en 2013 zijn voor de realisatie van het KCC. Eind 2011 worden volgens planning de belangrijkste technische randvoorwaarden voor het KCC-project gerealiseerd. In 2012 moeten medewerkers van de gemeente Vlissingen volgens het principe van ‘zaakgericht werken’ digitaal post en inkomende aanvragen kunnen afhandelen. De informatie over deze ‘zaken’ komt vervolgens beschikbaar aan de klantkanalen balie en telefoon en is via de website ook door inwoners zelf in te zien. Ter verbetering van de telefonische bereikbaarheid wordt volgens planning eind 2011 gestart met de invoering van een nieuwe telefooncentrale. Deze centrale zal het de daaropvolgende jaren mogelijk maken om de ambities met de dienstverlening te realiseren. Prestaties • In 2015 de ingang van de overheid voor burgers, bedrijven en instellingen. • In 2012 en 2013 realisatie van het KlantContactCentrum. • In 2012 invoering van ‘zaakgericht werken’. • In 2012 implementatie nieuwe telefooncentrale. 4.
Verkiezingen
In 2012 en 2013 zijn er geen verkiezingen gepland. De eerstvolgende verkiezing is de gemeenteraadsverkiezing. Deze is gepland voor 5 maart 2014. De afdeling publiekszaken is verantwoordelijk voor de voorbereidingen en het organiseren van de verkiezingsdag.
Prestaties • Organisatie verkiezingen in overeenstemming met wet- en regelgeving.
WAT MAG HET KOSTEN? Het overzicht op de volgende bladzijde vermeldt voor het programma Bestuur de totale lasten en baten en de mutaties daarin.
80
Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010
BEGROTING 2011
PROGRAMMA TOTALEN 2012 2013 2014 5.691 839
2015
LASTEN BATEN
5.095 1.114
2.573 960
5.187 852
5.008 864
4.958 877
Saldo
3.981
1.613 4.852 4.335 SPECIFICATIE LASTEN
4.144
4.081
LASTEN 1. Bestuursondersteuning
485
542
491
407
411
412
2. Bestuurlijke samenwerking
104
20
10
10
10
10
2.196
2.123
2.184
2.199
2.222
2.235
4. Verkiezingen
204
139
78
78
79
74
5. Gemeenteraad
668
541
588
598
610
618
3. Publiekszaken
227
212
221
226
231
235
7. College van B&W
1.089
842
927
942
957
958
8. Burgerparticipatie
122
93
80
80
81
82
9. Kapitaallasten investeringen
0
177
214
252
252
271
10. Taakmutaties algemene uitkering
0
69
468
314
314
313
11. Onderuitputting kapitaallasten
0
-619
-530
-458
-447
-446
0
-1.566
0
-1.566
-1.134 500 768 134
-1.607 500 819 -288
-1.579 250 789 -540
-1.671 250 789 -632
0
0
250
250
250
250
0 5.095
0 2.573
576 5.691
577 5.187
578 5.008
578 4.958
6. Bestuursondersteuning Gemeenteraad
12. Nog in te vullen bezuinigingen - Bestaand beleid - Frictiekosten bezuinigingen - Schrappen nog in te vullen bezuinigingen
13. Risico hoger inflatie 14. Bestuursrapportage 2011 Totaal lasten
SPECIFICATIE BATEN BATEN 10
0
0
0
0
0
2. Bestuurlijke samenwerking
326
128
0
0
0
0
3. Publiekszaken
771
822
835
848
860
873
4. Verkiezingen
0
4
4
4
4
4
6. Bestuursondersteuning Gemeenteraad
3
0
0
0
0
0
7. College van B&W
4
0
0
0
0
0
8. Burgerparticipatie
0 1.114
6 960
0 839
0 852
0 864
0 877
1. Bestuursondersteuning
Totaal baten
INVESTERINGSPLAN 2.012 2.013
totaal
2.014
2.015
Investeringen Vervangingen infrastructuur ict
380
150
150
Totaal investeringsplan 2012 - 2015
380
150
150
0
80
Totaal bestaande investeringen
162
203
327
301
Totaal investeringen
312
353
327
381
81
80
5. Algemene Dekkingmiddelen Bedragen x € 1.000
JAARREKENING 2010
2011
-567 76.211
LASTEN BATEN
-76.778
Saldo
BEGROTING PROGRAMMA TOTALEN 2012 2013
-263 73.198
2.065 72.118
2014
2015
1.995 72.182
2.056 72.371
2.040 72.561
-73.461 -70.053 -70.187 SPECIFICATIE LASTEN
-70.315
-70.521
94
94
LASTEN 131
141
94
94
2. Toeristenbelasting
4
0
0
0
0
0
3. Hondenbelasting
21
7
0
0
0
0
1.093
272
969
983
997
927
83
35
83
83
84
85
2
0
0
0
0
0
1. Beleggingen
4. Onroerende zaakbelasting 5. Precariorecht 6. Woonforensenbelasting 8. Mobiliteitspool 9. Saldo kostenplaatsen 10. Kosten vervroegd aflossen leningen Totaal lasten
783
1.190
1.146
1.171
1.195
1.219
-2.923
-2.134
-227
-336
-314
-285
239 -567
226 -263
0 2.065
0 1.995
0 2.056
0 2.040
SPECIFICATIE BATEN BATEN 1. Beleggingen - Bestaand beleid - Verlaging dividend Deltanuts bv
4.449
4.186
4.449
4.186
2. Toeristenbelasting - Bestaand beleid - Verhogen toeristenbelasting
152
168
152 3. Hondenbelasting
237
4. Onroerende zaakbelasting 5. Precariorecht - Bestaand beleid - Schrappen voorgenomen tariefsverhoging 6. Woonforensenbelasting 7. Algemene uitkering 8. Mobiliteitspool 9. Invorderingsrente Totaal baten
4.825 -600 4.225
4.825 -600 4.225
4.825 -600 4.225
4.825 -600 4.225
168
171 30 201
173 60 233
176 60 236
176 60 236
197
200
203
207
209
10.041
9.910
10.098
10.249
10.401
10.557
151
293
151
293
360 -40 320
427 -80 347
433 -80 353
440 -80 360
130
108
110
111
113
115
60.325
57.290
55.896
55.724
55.724
55.724
524
1.046
1.068
1.090
1.112
1.135
202 76.211
0 73.198
0 72.118
0 72.182
0 72.371
0 72.561
SALDO FINANCIERINGSFUNCTIE 10.070 9.367 9.141 8.876
8.623
7.691
Betaalde rente (saldo)
INVESTERINGSPLAN 2012 2013
totaal
2014
2015
Investeringen Geen nieuwe investeringen gepland
0
0
0
0
0
Totaal investeringsplan 2012 - 2015
0
0
0
0
0
Totaal bestaande investeringen
2.853
2.769
2.685
2.600
Totaal investeringen
2.853
2.769
2.685
2.600
82
6. Paragrafen 6.1 Weerstandsvermogen De nota Weerstandsvermogen en risicomanagement is door de raad vastgesteld. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de financiële positie van de gemeente. Risicomanagement In de werkprocessen, bij de uitvoering van het takenpakket, worden vele beslissingen genomen. Elke beslissing die in de organisatie genomen is kent risico´s. Een risico is een kans op het optreden van een gebeurtenis met een bepaald gevolg, negatief of positief. Risicomanagement richt zich op het beheersen van processen en wel zodanig, dat risico´s worden geïdentificeerd en vervolgens worden voorkómen of beheerst, zodat deze zich niet manifesteren. Weerstandscapaciteit Weerstandscapaciteit is gedefinieerd in financiële zin, d.w.z. het beschikbare weerstandsbedrag dat wordt aangehouden ter afdekking van financiële verliezen die kunnen optreden, als risico´s zich feitelijk gaan manifesteren. Het gaat daarbij om verliezen die niet al op een andere manier (bijv. via verzekering of afzonderlijk getroffen financiële voorziening c.q. reservering) financieel zijn ondervangen. Met het begrip weerstandsbedrag, zoals in deze nota gedefinieerd, is concreet het bedrag bedoeld, dat aanwezig is in de algemene reserve. Weerstandsvermogen Voor zover risico´s geïdentificeerd, van relevante betekenis, in geld te kwantificeren en niet reeds anderszins financieel afgedekt zijn, worden zij tot uitdrukking gebracht op een risicomatrix. Het totaalbedrag van de risico´s op deze matrix is gedefinieerd als het risicobedrag. Tegenover dit risicobedrag staat het weerstandsbedrag in de vorm van een algemene reserve. Het weerstandsvermogen is gedefinieerd als de verhouding tussen het risicobedrag en het beschikbare weerstandsbedrag. Onderstaand is achtereenvolgens stilgestaan bij: a. De vormgeving en uitwerking van het risicomanagement b. Structurele en incidentele weerstandscapaciteit c. Het weerstandsbedrag en het weerstandsvermogen d. Inventarisatie van de weerstandscapaciteit e. Inventarisatie risico’s A. DE VORMGEVING EN UITWERKING VAN HET RISICOMANAGEMENT Algemeen kader: beheersen risico’s Algemeen kader voor het risicomanagement is de keus voor een integrale aanpak, waarin aandacht is voor alle relevante aspecten: voldoende controlebewustheid binnen de organisatie, een deugdelijke inventarisatie van risico´s en uiteraard een optimale beheersing daarvan, aangevuld met goede informatie en communicatie over risico´s en een voldoende monitoring daarvan. Het risicomanagement binnen de organisatie is zodanig vormgegeven dat: • een cultuur ontstaat, waarin risico´s een expliciet onderdeel zijn van de afwegingen bij beslissingen, zodat ze bekend zijn en vervolgens ook de benodigde aandacht krijgen om te voorkomen dat ze materialiseren • het beheersen van risico´s gezien wordt als een taak van iedereen • het management van de organisatie de ´lead´ heeft bij het bevorderen van risicobeheersing
83
• bij de invulling van risicomanagement zoveel mogelijk wordt aangesloten bij de bestaande beheerstechnieken en instrumenten Als concrete uitwerking van deze aanpak is bepaald voor welke soorten werk op hoofdlijnen welke beheersinstrumenten worden gebruikt. Alle afspraken die van belang zijn voor risicobeheersing, administratieve organisatie en interne controle, rechtmatigheid, etc. zijn hierin ingebed en vormen bij elkaar voor de betreffende werksoort een zogenaamde “controlset”. De managers van de afdelingen nemen in de afdelingsplannen de voor hem / haar geldende werkprocessen op, inclusief controlset. Hieraan is een intern controleplan gekoppeld met het daarbij behorende vervolgproces (verbeteracties etc.). Via het instrument van interne controle stuurt het management daadwerkelijk op (het voorkómen van) risico´s. Daarnaast ziet de directie er op toe, dat afdoende maatregelen worden genomen om de beheersing van risico´s op dossierniveau te verstevigen (beleidscontrol). Risicomatrix De risicomatrix bevat de actuele inschattingen van mogelijke financiële verliezen in verband met aanwezige incidentele risico´s evenals van aanwezige structurele risico´s. Voor de posten die in de risicomatrix zijn opgenomen geldt verder dat het gaat om risico´s met relevante betekenis, in geld te kwantificeren en niet al anderszins financieel afgedekt. Het totaalbedrag van de risico´s in de risicomatrix is gedefinieerd als het risicobedrag. De Raad krijgt 2 keer per jaar een actuele risicomatrix voorgelegd, als onderlegger voor de paragrafen weerstandsvermogen in de jaarrekening respectievelijk de begroting. Risico analyse en risicomanagement zijn geïntegreerd in de processen van de gemeente. Per proces is bepaald wat het doel is en wat de kritische succesfactoren voor het betreffende doel zijn. Met andere worden wat moet (minimaal) geregeld c.q. uitgevoerd zijn om het doel te kunnen bereiken. Voor alle kritische succesfactoren zijn de risico’s in kaart gebracht. Per risico is beoordeeld hoe groot de kans is dat het risico zich voordoet in termen van hoog, gemiddeld en laag. Omdat niet alle risico’s leiden tot een uitstroom van middelen wordt aan de kans dat risico’s zich voordoen een wegingsfactor gehangen. Deze wegingsfactoren zijn afgeleid van de kans dat een gebeurtenis plaatsvindt en als volgt vastgesteld. Na bepaling van de risico’s en wegingsfactoren vindt per risico een inschatting plaats van de middelen die de gemeente uitvloeien als het risico zich manifesteert. Het risicobedrag is dus het (minimale) bedrag maal de wegingsfactor. Inmiddels is gestart met het de implementatie van het risicomanagement. De verwachting is dat de eerste inventarisatie van de risico’s in de tweede helft van 2011 gereed is. B. STRUCTURELE EN INCIDENTELE WEERSTANDSCAPACITEIT De financiële weerstandscapaciteit is onderscheiden in een structurele component. Onder structurele weerstandscapaciteit verstaan we middelen inzetbaar zijn om tegenvallers op te vangen zonder beleidsaanpassing. concreet om herschikkingmogelijkheden binnen bestaande budgetten belasting- en heffingscapaciteit.
en incidentele die permanent Het gaat dan en onbenutte
Onder incidentele weerstandscapaciteit verstaan we de financiële capaciteit die de gemeente heeft om eenmalige tegenvallers op te vangen zonder beleidsaanpassing. Incidentele financiële weerstandscapaciteit is aanwezig in de vorm van een algemene reserve en een algemene post onvoorzien op de begroting. Wat betreft deze post onvoorzien merken we op, dat deze post niet de strekking heeft om als weerstand te dienen voor al bestaande risico´s, maar dient als dekkingsmogelijkheid voor onvoorziene uitgaven gedurende het begrotingsjaar.
84
C. HET WEERSTANDSBEDRAG EN HET WEERSTANDSVERMOGEN Conform de al bestaande werkwijze op basis van de richtlijn van het provinciebestuur, waarbij de minimale algemene reserve gesteld is op circa 10% van de algemene uitkering van het Rijk, wordt het bedrag aanwezig in de algemene reserve gedefinieerd als het weerstandsbedrag dat als basis dient voor de beoordeling van het weerstandsvermogen. Voor zover risico´s geïdentificeerd, van relevante betekenis, in geld te kwantificeren en niet al anderszins financieel zijn afgedekt, zijn zij tot uitdrukking gebracht op de risicomatrix. Het totaalbedrag van de risico´s op deze matrix is gedefinieerd als het risicobedrag. Tegenover dit risicobedrag staat het weerstandsbedrag in de vorm van een algemene reserve. Het weerstandsvermogen wordt gedefinieerd als de verhouding tussen het risicobedrag en het beschikbare weerstandsbedrag. Bij het bepalen van een norm voor dit verhoudingsgetal is van belang te zoeken naar een evenwicht tussen financiële soliditeit enerzijds en het streven om niet onnodig geld “op de plank te laten liggen” anderzijds. Een belangrijk criterium hierbij is de kwalitatieve beoordeling van het risicomanagement. Naarmate deze hoger uitvalt, kan worden volstaan met een lager financiële weerstandscapaciteit en dientengevolge met een lager verhoudingsgetal. Een volledige afdekking van het risicobedrag door de aanwezige algemene reserve wordt niet noodzakelijk geacht. Hierbij is mede overwogen, dat niet alle risico´s zich tegelijk in één jaar voordoen. Met andere woorden: uitgegaan is van een herstelkans. Dus mocht de algemene reserve te laag worden doordat onverhoopt risico´s feitelijk optreden dan geven we het financiële beleid prioriteit aan herstel van deze weerstandsreserve tot het noodzakelijke niveau. Op grond van voorgaande overwegingen is uitgegaan van een verhoudingsgetal tussen risicobedrag en algemene reserve van minimaal 0,5. Dit houdt in dat het aanwezige weerstandsbedrag in de algemene reserve minimaal 50% moet bedragen van het berekende risicobedrag en maximaal 100%. Hierbij geldt een ondergrens van 10% van de algemene uitkering van het Rijk (richtlijn van het provinciebestuur). D. INVENTARISATIE VAN DE WEERSTANDSCAPACITEIT Reserves Algemene reserve Het doel is om de algemene reserve te brengen op een minimaal niveau van € 15 miljoen, dit om een buffer te vormen voor niet voorziene gevolgen van de economische recessie. Bestemmingsreserves Het doel blijft om de reserve grondexploitatie te brengen en te houden op een minimaal niveau van € 10 miljoen. Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s Voorzieningen worden gevormd wegens verplichtingen, verliezen en risico’s waarvan de omvang onzeker is maar welke redelijkerwijs zijn in te schatten. Daarnaast kunnen ook voorzieningen worden gevormd voor gelijkmatige verdeling van de lasten over een aantal begrotingsjaren (onderhoudsvoorzieningen). De gevormde voorzieningen voor toekomstige verliezen grondexploitatie, zijn in overeenstemming met de richtlijnen, in mindering gebracht op de waarde voorraad bouwgronden. Onvoorzien In de begroting 2012 is een bedrag van circa € 378.000 beschikbaar voor onvoorziene uitgaven.
85
E. INVENTARISATIE RISICO’S Hierbij wordt melding gemaakt van de op dit moment aanwezige risico’s, waarvoor geen voorzieningen zijn gevormd of die niet hebben geleid tot afwaardering. De risico’s worden ingedeeld in: - Budgettaire risico’s - Risico’s op eigendommen - Organisatie risico’s Budgettaire risico’s Economische situatie Vanwege de onzekere economische situatie wordt de komende tijd de vinger aan de pols gehouden. In deze begroting is op diverse fronten rekening gehouden met de onzekere economische situatie. Zo is bijvoorbeeld een buffer onvoorzien opgenomen en is de legesopbrengst bouwvergunningen verlaagd. Renteontwikkeling Voor nieuwe investeringen wordt uitgegaan van een rente van 5 %. Dit is gezien de huidige rentestand in de markt verantwoord. Ondanks dat we op korte termijn geen grote renterisico’s lopen, is er op langere termijn wel een budgettair risico wanneer de rente voor nieuw af te sluiten geldleningen gaat stijgen. Lokale inkomensbestanddelen De gemeente heeft diverse inkomensbestanddelen die in zekere mate afhankelijk zijn van externe omstandigheden. Als voorbeeld zijn te noemen: bouwleges, parkeergelden, hondenbelasting, toeristenbelasting en onroerende zaakbelasting. Een verandering in externe omstandigheden heeft een effect op de inkomsten. Garanties De gemeente staat garant voor de rente en aflossing van een aantal geldleningen afgesloten door derden. Het risico bestaat eruit dat niet kan worden voldaan aan de overeengekomen financiële verplichtingen en dat de gemeente deze overneemt. In de praktijk is het risico voor de gemeente laag. Verbonden partijen De gemeente kan worden geconfronteerd met financiële tegenvallers van gemeenschappelijke regelingen waarin de gemeente zich heeft verplicht bij te dragen. Ondanks de door de Vereniging Zeeuwse Gemeenten (VZG) opgestelde richtlijnen, bepaalt het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regelingen het uitgavenbeleid. De invloed van een individuele gemeente op het beleid van een eenmaal ingestelde gemeenschappelijke regeling is beperkt. Dividenden Hoewel dividend nooit voor 100% gegarandeerd kan worden hebben zowel Delta N.V. als de Bank voor Nederlandse Gemeenten een meerjarig dividendbeleid wat is opgenomen in deze begroting. Inflatie Als financieel uitgangspunt is een inflatiestijging van 2% op de salariskosten en 1% op de overige materiële budgetten in deze begroting verwerkt. Als gevolg van de economische ontwikkelingen staat de inflatie onder druk . Om die redenen wordt er + 1% extra inflatie 2012 opgenomen in de begroting.
86
Risico’s op eigendommen Verzekeringen Het beleid is erop gericht om uitsluitend grote risico’s te verzekeren. De gemeentelijke gebouwen, de inventaris (inclusief automatiseringsapparatuur) en de voertuigen zijn verzekerd tegen brand. Verder is een fraude-risicoverzekering afgesloten en zijn de notebooks tegen diefstal verzekerd. De verzekerde waarden worden zonodig jaarlijks aangepast aan de werkelijke waarde zodat hierdoor extra risico wordt vermeden. De gemeente is voor algemene aansprakelijkheid verzekerd met een eigen risico van € 2.268 per aansprakelijkheidsstelling. Voor bouwprojecten is een CAR-verzekering afgesloten. Deze verzekering dekt aansprakelijkheid aan bestaande eigendommen. De afgelopen jaren hebben burgers en bedrijven steeds vaker de gemeente aansprakelijk gesteld. Grondexploitatie De exploitatie van de meeste bestemmingsplannen is een proces van meerdere jaren. De kosten gaan in het algemeen “voor de baat uit”. Diverse factoren, zoals de huidige economische situatie, zijn van invloed op het uiteindelijke resultaat. De ontwikkeling van de grondexploitatie geeft nog steeds op termijn een positief beeld te zien. Desondanks kan snel een kentering optreden in de grondexploitatie als de ontwikkeling van plannen vertraagt. Hierdoor worden hoge investeringskosten niet snel gecompenseerd waardoor hoge rentelasten ontstaan. Milieu Binnen de gemeente is nog een aantal bekende grondverontreinigingen gesitueerd. Het financiële risico is nog niet in zijn totale omvang te kwantificeren. Organisatie risico’s Juridische risico’s Als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen, waaronder gewijzigde opvattingen in de jurisprudentie over aansprakelijkheid en schade, worden overheden steeds vaker aansprakelijk gesteld voor al of niet vermeend geleden schade als gevolg van overheidsoptreden of juist het ontbreken daarvan. Mede in dit verband is van bijzonder belang de mate van zorgvuldigheid in het handelen van bestuurders en ambtenaren. Te denken valt aan het aangaan van verplichtingen tegenover derden, waarbij ook van belang is het gevaar van het binden van de gemeente als gevolg van toezeggingen door onbevoegde vertegenwoordigers.
87
6.2 Reserves en voorzieningen In deze paragraaf wordt ingegaan op het beleid rondom de reserves en voorzieningen en wordt per reserve en voorziening inzicht verstrekt in de omvang en mutaties. Beleid Met de nota “Reserves en voorzieningen” is een beleidskader opgesteld ten aanzien van reserves en voorzieningen. In deze nota is vastgesteld dat: Het instellen en opheffen van reserves en voorzieningen gebeurt bij besluit van de gemeenteraad; Voor onttrekkingen aan reserves voorafgaand toestemming nodig is van de gemeenteraad; Het berekenen van rente over de reserves en voorzieningen wordt gehandhaafd. Het rentepercentage hiervoor wordt jaarlijks vastgesteld bij het opmaken van de uitgangspunten van de begroting (Kadernota); Berekende rente over reserves wordt toegevoegd als incidenteel dekkingsmiddel aan de exploitatie; Berekende rente over voorzieningen wordt toegevoegd als incidenteel dekkingsmiddel aan de exploitatie voor zover de voorzieningen niet tegen contante waarde zijn opgenomen. Berekende rente Het berekende rentepercentage over reserves en voorzieningen is voor 2012 vastgesteld op 5%. Ontwikkelingen De berekende rente over reserves en voorzieningen wordt in tegenstelling tot het vastgestelde beleid niet als incidenteel dekkingsmiddel toegevoegd aan de exploitatie maar als structureel dekkingsmiddel. Zodra de financiële positie dit toelaat wordt de berekende rente weer conform de nota Reserves en Voorzieningen ingezet als incidenteel dekkingsmiddel.
88
Saldo 1/1/2011
Algemene reserves
Vermeerderingen 2011
Saldo 1/1/2012
Vermeerderingen 2012
Verminde- Saldo ringen 2012 1/1/2013
426.000
7.510.000
5.626.000
28.000
0
5.654.000
0
0
0
0
0
0
0
Overige bestemmings-reserves
13.824.000
211.000
3.441.000
10.594.000
0
37.000
10.557.000
Totaal reserves
26.534.000
637.000
10.951.000
16.220.000
28.000
37.000
16.211.000
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s
10.557.000
10.000.000
322.000
20.235.000
0
117.000
20.118.000
236.000
0
0
236.000
0
0
236.000
Totaal voorzieningen
10.793.000
10.000.000
322.000
20.471.000
0
117.000
20.354.000
Totaal reserves en voorzieningen
37.327.000
10.637.000
11.273.000
36.691.000
28.000
154.000
36.565.000
Bestemmingsreserves t.b.v. egalisatie
Onderhoudsvoorzieningen
12.710.000
Verminderingen 2011
89
6.3 Onderhoud kapitaalgoederen De verplichting van de gemeente is het inrichten en onderhouden van de openbare ruimte op een zodanige manier dat deze zo goed mogelijk op verschillende manieren en veilig bruikbaar is. De bepaling van het onderhoudsniveau is een autonome bevoegdheid van de Raad. Aan de andere kant moet rekening worden gehouden met het oordeel van de toezichthouder. Mede op basis van een signaal van de provincie Zeeland is eerder vastgesteld, dat een forse onderhoudsopgave van toepassing is op het beheer van het openbaar gebied en van de infrastructuur. Deze onderhoudsopgave is geconcretiseerd in de beheerplannen voor het onderhoud van wegen, rioleringen, openbare verlichting en voor groenbeheer. In de begroting zijn areaaluitbreidingen zowel aan de inkomsten- als aan de uitgavenkant niet geraamd. Dit heeft ertoe geleid dat in het voorjaar van 2011 besluitvorming heeft plaatsgevonden over areaalwijzigingen. 1.)
2) 3)
Bij oplevering van een definitief ontwerp (DO) op basis van een B&W nota met beheersparagraaf te besluiten over toevoeging van arealen (plangebied oplevering of strategische aankoop) aan de openbare ruimte. Over tijdelijke toevoeging van plangebieden aan openbare ruimte op basis van een B&W nota met beheersparagraaf te besluiten. In de beheersparagraaf worden de reële beheerskosten, op basis van de gemiddelde landelijke verrekennorm, in beeld gebracht. Eventueel achterstallig onderhoud bij oplevering maakt deel uit van de beheersparagraaf.
Met dien verstande dat jaarlijks bij de vaststelling van de kadernota, vanaf 2013, de fluctuaties m.b.t. areaal uitbreiding of areaalvermindering in budgettaire zin afgewogen worden. Wegenbeheer Uitgangspunt voor de keuzen, die voor het wegbeheer gemaakt worden en voor het uitvoeren van het onderhoud van toepassing zijn, is het belang van de verkeersveiligheid en de bruikbaarheid. Om de onderhoudssituatie inzichtelijk te maken heeft er een inventarisatie en inspectie plaats gevonden, waarvan de resultaten in het onderhoudsbeheersysteem (GBI) zijn ingevoerd. Passend binnen het beschikbare budget voor het inlopen en op peil brengen van het wegen areaal, wordt hieraan ten dele en gefaseerd uitvoering gegeven op basis van het in het najaar vast te stellen beleidsplan wegbeheer. Areaal wegen Vlissingen heeft totaal ca. 2.200.000 m² bestrating te beheren. Dit totaal bestaat uit zowel asfaltverharding (ca. 480.000 m²) als elementen verhardingen (ca. 1.720.000 m²). Het grootste gedeelte van de wegen ligt binnen de kom. De wegen worden 2-jaarlijks geïnspecteerd. De laatste inspectie is uitgevoerd in 2011. De resultaten van de inspecties zijn mede bepalend voor de onderhoudsplanning voor het komende jaar. Openbare verlichting Het beleid is gericht op het binnen de financiële en beleidsmatige kaders realiseren en onderhouden van een effectief en efficiënt lichtnet. Teneinde dit beleidsmatige kader transparant te definiëren, is het Beleidsplan Openbare Verlichting opgesteld. De milieuaspecten worden hierin meegewogen. In 2012 wordt uitvoering gegeven aan het in
90
2008 vastgestelde beleidsplan Openbare Verlichting als onderdeel van het integrale beheerplan 2008-2017. Op grond van het vastgestelde plan kan in een periode van 10 jaar alle afgeschreven en defecte verlichting in Vlissingen vervangen worden. Bij vervanging wordt gekozen voor de meest energiezuinige oplossing. De investering voor het inlopen van het achterstallig onderhoud zijn op basis van dit plan € 295.000 per jaar. De investering voor het inlopen van het vervangen van achterstallige armaturen is in 2012 substantieel lager. Het vervangen van de armaturen met energiezuinige verlichting wordt daarom gefaseerd uitgevoerd, waardoor de uiteindelijke vervangingsperiode van 10 jaar langer wordt. Daarnaast is in de exploitatie een bedrag opgenomen voor structureel onderhoud en reparaties en de energiekosten aan derden. Areaal Openbare Verlichting In de gemeente Vlissingen staan, verdeeld over de wijken en kernen, 7984 lichtmasten (volgens het bestand van mei 2011). De technische levensduur van een lichtmast is gesteld op 40 jaar, voor een armatuur op 20 jaar. Riolering Het beleid is erop gericht om potentiële risicogebieden aan te pakken in verband met wateroverlast. Het doel, vastgelegd in het GRP 2008 is het behalen van een aanvaardbaar basis onderhoudsniveau, conform de landelijke richtlijnen voor rioolonderhoud uit de Leidraad Riolering. In een periode van tien jaar tot 2018 wordt het achterstallig onderhoud aangepakt. De nieuwe Waterwet is het wettelijk kader op grond waarvan het GRP is vastgesteld. Het Gemeentelijk Rioleringsplan is vanaf 2008 actueel en loopt tot en met 2012. Met het nieuw te maken Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan wordt in 2012 een aanvang gemaakt. Een belangrijke input voor de actualisatie wordt geleverd door het GBI-systeem. De input hiervoor wordt geleverd door onder andere video-inspecties en onderzoeken. Door effectieve en efficiënte inzet van middelen, zoals becijferd in het Gemeentelijk Rioleringsplan, wordt zorg gedragen voor het rioolstelsel en worden er maatregelen getroffen om het milieu zo min mogelijk te belasten en de volksgezondheid te beschermen. De komende planperiode is vooral gericht op het wegwerken van de vervangingsachterstand van het vrij vervalriool en het afkoppelen van kansrijke gebieden. Voorts wordt er onderzoek verricht in het kader van de Kaderrichtlijn Water en in het kader van het waterkwaliteitspoor. Ook worden in deze GRP-planperiode de huisaansluitingen gedigitaliseerd. Met deze marsroute en maatregelen wordt ervoor gezorgd dat de gemeente Vlissingen tot en met 2018 op alle onderdelen voldoet aan de gestelde maatstaven. Rioolgemalen Het aantal gemalen neemt toe. Hierdoor nemen de onderhoudskosten aan alle gemalen evenredig toe. Dit betreft niet het planmatig onderhoud, maar de ad-hoc reparaties. Gerelateerde projecten zijn de uitvoering en planning van de rioolvervangingswerkzaamheden en andere watergerelateerde projecten. Deze worden in de uitvoering steeds op elkaar afgestemd. Het nodige budget voor het jaarlijks onderhoud (en energiekosten derden) stijgt door de toename van het aantal rioolgemalen. Areaal riolering Vlissingen heeft totaal ca. 222 km riool te beheren. Hierop zijn circa 22.400 huishoudens aangesloten. Er zijn 43 rioolgemalen en 24 overstorten. Er zijn 60 pompunits binnen 6,8 kilometer drukriool en in totaal ca.15.000 straatkolken. Alle percelen in de gemeente Vlissingen zijn aangesloten op de riolering of hebben ontheffing gekregen. Van de 34 percelen die nog niet zijn aangesloten lozen 3 percelen hun afvalwater per as op de zuivering. De overige 31 panden lozen hun afvalwater via een septictank op het oppervlaktewater. Openbaar groen Het doel van de gemeente is te zorgen voor een duurzame instandhouding van het groen en
91
daarbij het gefaseerd op peil brengen van het onderhoudsniveau van het openbare groen. Op basis van de onderhoudsinventarisatie, waarbij is uitgegaan van het CROWbasisonderhoudsniveau is aanhoudende inspanning nodig om te komen tot dat beheersniveau. Dit is alleen mogelijk binnen een meerjarig budgettair perspectief. Hiertoe is een ontwikkelplan opgezet waarbij volgens een vastgestelde beeldkwaliteit het groenbeheer kan worden uitgevoerd. Vanaf 2010 is gestart met het planmatig inhalen van de achterstand (net zoals bij wegen en riolering waar de inhaalslag vanaf 2008 is ingezet), waarbij er tot en met 2012 dan nog steeds keuzen nodig blijven over frequentie en intensiteit van het onderhoud. Ook keuzen over waar meer intensief gemaaid en gewied wordt en waar een meer natuurlijke groei kan plaatsvinden. Dit geldt ook voor de inzet in en tussen de verschillende wijken en stadsdelen. In de begroting voor 2012 is op basis van de “Nota Kwaliteitsimpuls Beheer” in de meerjaren begroting 2011-2014 een eenmalige investering opgenomen om extra omvormingen te doen i.c.m. civiele projecten. Het doel is het onderhoudsniveau van het openbaar groen in fasen op het gewenste peil te brengen. In het bovengenoemde handboek “Grip op Groen” wordt aangegeven wat, wanneer moet worden uitgevoerd om op dat niveau te komen. Dat betekent dat er in 2012 verder uitvoering gegeven wordt aan de omvorming van plantvakken, waarmee de onderhoudsachterstand deels wordt ingelopen. Voor de daaropvolgende begroting(en) kan daarna met een realistisch structureel onderhoudsbudget voor het openbaar groen worden gewerkt. Het (GSP) Groenstructuurplan is geactualiseerd voor de periode 2008-2015. De beleidskaders die zijn opgenomen in het Groenbeleidsplan worden gehandhaafd. In 2011 is het bomenplan verder uitgewerkt, waarmee gewerkt wordt bij het verlenen van kapvergunningen. De kapvergunning is opgenomen in de Wabo, waarmee er tegelijkertijd sprake is van deregulering bij het aanvragen van een kapvergunning. Het in uitvoerings-en beheersplan (Grip op Groen) met daarin opgenomen de beeldkwaliteit geeft richting aan de verdere presentatie van het groen. Het streven is te komen tot het werken met beeldbestekken. Onkruidbestrijding Naast bestuurlijke afspraken over afname van het gebruik van vergif, vindt er vanwege strengere wet- en regelgeving geen preventieve bestrijding meer plaats. De landelijke wet- en regelgeving m.b.t. onkruidbestrijding is hierin leidend. Areaal openbaar groen De hoeveelheid openbaar groen (exclusief water en braakliggende terreinen) per inwoner ligt in Vlissingen ±15% boven de gemiddelde oppervlakte groen per inwoner van 13 gemeenten (bij Databank Gemeentelijk Groen aangesloten) met een inwoneraantal ≥ 30.000 maar ≤ 50.000. Onderhoud overig/ objecten De kosten van het vandalisme aan alle gemeentelijke objecten in het openbaar gebied zijn de afgelopen jaren gedaald van ca €145.000 tot ca € 45.000 in 2011. Door geplande acties en voorbereidingen wordt ingezet op verdere daling van de kosten die de gemeente moet maken ter bestijding van vandalisme aan alle gemeentelijke objecten in het openbaar gebied. Speelvoorzieningen Uit het oogpunt van veiligheid en aansprakelijkheid is het belang van onderhoud aan en het kwantitatief en kwalitatief op peil houden van de voorzieningen belangrijk. De inspecties worden conform de landelijke richtlijnen uitgevoerd. Vanuit het vastgestelde Speelruimteplan is het actieplan vanaf 2008-2011 uitgevoerd. De kosten voor het beheer van speeltoestellen bestaan voor ca. 40% uit het inlopen van het achterstallig onderhoud. Dit betreft grote aanpassingen en vervangingen. Het regulier onderhoud bestaat uit inspecties en herstelwerkzaamheden; hier is geen rekening gehouden met nieuwe voorzieningen. Voor de komende periode vanaf 2012 wordt er een nieuw Speelruimteplan opgesteld met bijbehorende middelen en beheersconsequenties. Afhankelijk van de beschikbare middelen
92
wordt het jaarlijks uitvoeringsplan opgesteld, waarbij primair wordt ingestoken op behoud en upgrading van speelplekken- en voorzieningen. Areaal speelvoorzieningen De Vlissingse kinderen en jongeren kunnen terecht op ruim 100 formele speelplekken. Uiteenlopend van een eenvoudig trapveldje, speelplekken met of zonder toestellen tot enkele multifunctionele sportpleintjes. Deze voorzieningen zijn hoofdzakelijk in of nabij het openbaar groen gelegen. In het speelruimteplan is de keuze gemaakt de speelplekken en –locaties te concentreren binnen de woonwijken. Dat wil zeggen dat niet in elke straat of op elk plaatsje een speeltoestel wordt geplaatst. Ook de materiaalkeuze is vastgelegd, zodat een meer uniform geheel ontstaat in de stad en dit ook efficiënter is in het beheer. Bruggen Uitvoering van civiele werken aan bruggen en tunnels is opgepakt aan de hand van de inventarisatie (2009) in het GBI-systeem voor onder andere tunnels/duikers. In 2008 is het inspectierapport ‘groot onderhoud bruggen’ opgeleverd en naar aanleiding van inspecties is al in 2009 gestart met het inlopen van het achterstallig onderhoud. De lange termijn planning is ontwikkeld en budgettair zijn middelen voorzien in de meerjarenraming voor vervanging, reparatie en herstel van die bruggen, die volgens de inspectie het meest urgent c.q. onveilig zijn. In 2011 is van de Sloebrug de SCADA regeling vernieuwd (centrale afstandsbediening (i.p.v. een brugwachter)). Beluifelingen Doel is het voorzien in onderhoud en veiligheid van de overkapping, om een hoog comfort voor het winkelende publiek in de binnenstad te waarborgen. De beheertaken die de gemeente dient uit te voeren zijn het periodiek schoonmaken, het onderhouden en zo nodig vervangen van de glasplaten. Het weghalen van overkappingen zal ook veel duivenoverlast schelen. In het kader van de veiligheid, gebruik, inrichting, beheer en functionaliteit van de verschillende (vormen van) beluifelingen is gekeken naar overkappingen in Vlissingen. Dit heeft er toe geleid dat de beluifeling in de St.Jacobspassage en Kleine Markt is verwijderd. Voor de overige overkappingen wordt planmatig onderhoud verricht vanuit de exploitatie; dit betreft kosten voor beheer, reparaties en schoonmaak. Kunst in de openbare ruimte Kunst vormt een wezenlijk element in de openbare ruimte en vergt regulier onderhoud en reparatie na vandalisme. De bestaande beelden en objecten, de kunstwerken worden jaarlijks voor ca. € 30.000 - € 40.000 beschadigd. Voor reparatie van kunst (regulier onderhoud en vandalisme) is per jaar een budget van € 35.000 beschikbaar. Voor een goed beeld van de stad, waar de kunstobjecten in belangrijke mate aan bijdragen is dit budget minimaal noodzakelijk. Het bureau beeldende kunst wil een upgrading van dit product en ontwikkelt in 2011 een integraal kunstenplan met bijbehorende benodigde middelenbehoefte. Waterbeheer Het doel is uitvoering te geven aan een goed waterbeheer. De afspraken voor beheer en onderhoud zijn in de BOB-overeenkomst met het Waterschap Zeeuwse Stromen vastgelegd (BOB: beheer oppervlaktewater binnen de bebouwde kom). Er is een Waterplan in ontwikkeling in samenwerking met het Waterschap. Met het waterplan beogen de gemeente en het Waterschap te komen tot een stedelijk watersysteem dat duurzaam, gezond en veerkrachtig is. Voor alle watergangen en -partijen wordt gestreefd naar een kwaliteitsverbetering. In combinatie met de uitvoering van baggerwerkzaamheden worden natuurvriendelijke oevers aangelegd. Tevens is de waterkwaliteit verbeterd door een lagere vuilemissie.
93
Baggeren Het achterstallig baggerwerk is dit voorjaar 2011 gereed gekomen. De BOB overeenkomst met het waterschap is van nu af aan van kracht voor het onderhoud en beheer vanaf 2012. De gemeente en het waterschap zullen in 2012 een onderhoudsplanning met bijbehorend financieel overzicht opstellen voor het meerjarig onderhoud van de watergangen en waterpartijen. De gemeentelijke bijdrage aan het beheer en onderhoud van de waterpartijen en watergangen, zal aan de hand van BOB-overeenkomst in de kadernota 2013 geactualiseerd worden. Binnenhavens Het doel is het beheren en onderhouden van binnenhavens op een acceptabel (= basis) niveau, aangezien het gebied zich in de plan- en ontwikkelingsfase bevindt. Het geringe beschikbare budget is bestemd voor kleine, reguliere reparaties. Bij calamiteiten wordt tussentijds actie genomen en passend krediet aangevraagd. Eventuele uitgaven voor de uitvoering van grote(re) aanpassingen of werken komen ten laste van de grondexploitatie. Het beheer strekt zich uit tot het toewijzen van ligplaatsen en inning liggelden door de havenmeester, het schoon- en afvalvrij houden en handhaven in de havens. Ook de aanleg van een noodzakelijk voorzieningenniveau m.b.t. water en elektriciteit is een beheersactiviteit mits door de aanvrager wordt geleverd. Binnen de exploitatieopzet binnenhavens die in 2010 is opgesteld (en geaccordeerd) is het upgraden van het voorzieningenniveau niet opgenomen. In de regel worden dergelijke investeringen in een te herontwikkelen gebied niet gedaan, mits een tijdelijke gebruiker van deze voorzieningen een substantiële investeringsbijdrage doet en/of het doorberekend kan worden in de havengeldtarieven. Verder zal onderzocht worden hoe de haven met betrekking tot de ligplaatsen efficiënter kan worden ingedeeld om aan de aanvragen te kunnen voldoen, alsmede de exploitatie winstgevender te maken. Verwachting is dat medio 2012 concrete voorstellen voorgelegd kunnen worden. Watergangen, waterafvoer, waterpartijen (a) en fonteinen (b) Het doel (a) is het in stand houden van de watergangen en het waarborgen van de waterafvoer en onderhouden van de watergangen. Het doel (b) voor fonteinen is het in stand houden en onderhouden van de fonteinen in de binnenstad. Voor het regulier klein onderhoud van de fonteinen en het schoonhouden is minimaal ca. € 20.000 nodig, naast energiekosten voor pompen en verlichting. De energiekosten zijn apart in de exploitatie opgenomen; deze kosten stijgen gestaag. Hierop heeft de gemeente geen invloed. Eventuele uitgaven voor de uitvoering van grote(re) aanpassingen of werken worden als investering geraamd. Ontwikkelingen nieuwe plangebieden De aanleg van riolering en afwateringsvoorzieningen bij nieuwbouwlocaties worden bekostigd uit de grondexploitatie. De aanlegkosten van rioleringen in nieuwe gebieden worden in het GRP buiten beschouwing gelaten. Ook de opname van de kosten voor aanleg van de ondergrondse afvalcontainers in deze plannen is van belang en worden integraal opgenomen in de planexploitaties. Daarnaast zal een methodiek moeten worden toegepast om direct de beheers- en onderhoudskosten van deze nieuwe voorzieningen te kunnen meenemen in de berekeningen voor het extra benodigd beheersbudget na oplevering van het gebied. Voor het areaal groen en wegen betekent dit vaak een forse uitbreiding. Voor een consistent beheer moet het uitgangspunt zijn dat bij oplevering van deze gebieden het beheersbudget rechtevenredig met de vierkante meters uitbreiding wordt verhoogd om op gelijk onderhoudspeil te blijven. Elk nieuw stadsdeel wordt per direct in de uitvoering van het groenbeheer meegenomen, dit kost geld vanaf “dag oplevering”. Ontwikkeling Begraafplaatsen Voor het totaal van de begraafplaatsen blijft het beleid gericht op een presentatie van een goed verzorgde en onderhouden begraafplaats. De raad heeft beslist dat het streven moet zijn om in de tarifering kostendekkend te begraven; hiertoe moeten de legeskosten jaarlijks worden
94
verhoogd om tot een acceptabel dekkingsniveau te komen. Reguliere taken betreffen het begraven van overledenen en het aanleggen, beheren en onderhouden van gemeentelijke begraafplaatsen, het beheer van de aula en het benodigde (na afschrijving te vervangen) materieel. En ook de automatisering van de begraafplaatsadministratie, het administratief beheer, de legesinning en alle daarmee gemoeide kosten vormen een onderdeel van de kosten voor begraven. Als gevolg van de gewijzigde wet (wet op de lijkbezorging) per 1-1-2010 moet in de toekomst verplicht nader onderzoek gedaan worden naar onbekende overledenen die na deze datum worden begraven in Vlissingen. Dit zijn meestal drenkelingen welke op de kust zijn aangespoeld of uit zee gehaald zijn. Deze wettelijke verplichting was bij aanvang van het project van herinrichting van de Noorderbegraafplaats nog niet bekend. Volgens de nieuwe wetgeving komt een groot deel van de kosten van dit onderzoek voor rekening van de gemeenten. Er wordt om die reden in 2011 rekening gehouden met een overschrijding van het krediet van €350.000 met ca. €75.000. In 2010 is de voorbereiding, onderzoek, aanbesteding en uitvoering van de inbreiding van de Noorderbegraafplaats voortgezet. Het proces tot vaststellen van de ruiming wordt vooraf met alle belanghebbenden gecommuniceerd. In 2011 is de civiele uitvoering op de begraafplaats t.a.v. het ruimen afgerond. De mogelijkheden om in de toekomst cyclisch te ruimen (met vaste regelmaat als onderdeel van het reguliere proces en daardoor vele malen kleiner van omvang) worden onderzocht en gepresenteerd in een nota in 2011. Hiermee kan dan een aanvang gemaakt worden in 2012. Stranden Voor het Badstrand en het Nollestrand wordt in 2012 opnieuw een Blauwe Vlag aangevraagd. De stranden van Vlissingen hebben in 2011 weer in de top tien gestaan van schoonste stranden van Nederland. Gelet op de geografische en maritieme ligging van Vlissingen een hele goede prestatie. Uiteraard wordt er in 2012 naar een top 5 – ranking gestreefd. In 2011 zijn de Vlissingse stranden gesuppleerd. Dit zal in 2012 ook weer leiden tot een hogere mate van verdeling van afvalbakken en dus leiden tot hogere reinigingskosten. Door het plaatsen van een perscontainer in 2011 op het gemeentelijk afvalterrein zijn de transport bewegingen gereduceerd. In het seizoen 2011 is een nieuwe toezichtpost voor de strandbewaking, mede door Europese subsidie, gerealiseerd op de Nolledijk. De gemeentelijke strandpost zal met ingang van 2012 volledig operationeel zijn. Gebouwen Door de afdeling Beheer Leefomgeving is het Meerjaren onderhoudsplan gemeentelijke accommodaties (MOP 2011-2014) geactualiseerd. Het meerjaren onderhoudsplan wordt voorgelegd aan het gemeentebestuur voor besluitvorming.
95
6.4 Bedrijfsvoering Inleiding Een effectieve en efficiënte bedrijfsvoering is cruciaal voor het realiseren van de geformuleerde doelstellingen in de programmabegroting. De paragraaf Bedrijfsvoering gaat in op de verschillende aspecten van de bedrijfsvoering. Daarbij gaat het om het sturingsmodel, personeel en organisatie, samenwerking, interne communicatie, planning en control, informatievoorziening en automatisering, rechtmatigheid, inkopen en aanbesteden. Ten aanzien van deze aspecten wordt aangegeven wat de hoofddoelstelling is, welke ontwikkelingen spelen en welke belangrijkste prestaties voor het komende begrotingsjaar gepland zijn. Sturingsmodel Het sturingsmodel geeft aan op welke wijze de ambities van de raad en het college gerealiseerd worden. De bestuurlijke ambitie is neergelegd in het programma “Vlissingen op weg naar evenwicht en duurzaamheid”. Het programma “Vlissingen op weg naar evenwicht en duurzaamheid” is via de kadernota vertaald naar de programmabegroting. De programmabegroting is vervolgens het kader voor het concernplan en de afdelingsplannen. De organisatie geeft in de concern- en afdelingsplannen aan op welke wijze de ambitie wordt ingevuld. In de onderstaande figuur is het sturingsmodel, met de samenhang tussen de verschillende producten, weergegeven: Jaar 2010
Jaar 2011
Jaar 2012
Jaar 2013
Jaar 2014
Jaar 2015
Collegeprogramma 2010 - 2014 Visie - beleid plannen WAT gaan we WANNEER doen : begroten
Programmabegroting 2011 - 2014 Kadernota 2012 - 2015 Programmabegroting 2012 - 2015 Concernplan 2012
HOE gaan we het doen : uitvoeren
Afdelings plannen 2012 BERAP 1e h.j.
WAT hebben we WANNEER gedaan : verantwoorden
Jaarrekening over 2012
Personeel en Organisatie De gemeente Vlissingen staat voor een flink aantal ingrijpende uitdagingen de komende jaren. Intern is in de randvoorwaardelijke sfeer inmiddels het nodige gedaan; de uitdaging is nu om dit verder uit te bouwen! Het HRM-beleidsplan 2011–2014 “Oog voor talent”, dat eind
96
2010 is vastgesteld, speelt hierop in. Onze medewerkers zijn het ‘werkkapitaal’ van onze gemeente. Ook in 2012 wordt veel aandacht besteed aan instandhouding van de betrokkenheid, pro-activiteit, samenwerkingsgerichtheid en draagvlak bij onze mensen. De context waarbinnen het HRM-beleid de komende jaren verder vorm moet krijgen, is die van een organisatie die flink moet bezuinigen de komende jaren. Ook op de personeelsformatie. Er is dan ook een structurele post opgenomen inzake reductie van personele kosten. De kostenreductie loopt op van € 870.000 over 2011 tot structureel € 1.650.000 vanaf 2013. Achtergrond is dat de noodzaak wordt gevoeld om de omvang van de organisatie terug te brengen door middel van het omvormen tot een nog meer compacte en professionele organisatie. De gemeente Vlissingen heeft er bewust voor gekozen een reductie van formatie na te streven door taken kritisch te herbeoordelen en te streven naar een verbetering van de efficiency. Vacatures die ontstaan hoeven door herschikking van taken misschien niet worden opgevuld. Herschikking van taken biedt op zichzelf ook weer nieuwe uitdagingen aan zittende medewerkers, omdat het de gewoonte doorbreekt om medewerkers steeds 1 op 1 te vervangen. Als het noodzakelijk is vacatures toch te vervullen, kunnen medewerkers op basis van een actuele personeelsplanning loopbaantrajecten volgen, gericht op toekomstig vrijkomende vacatures en kan ook tijdig worden vastgesteld waar nog instroom van nieuwe mensen nodig is. Dat kan weer worden ondersteund door bijvoorbeeld stageplaatsen beschikbaar te stellen. Door te anticiperen op natuurlijk verloop kan een dynamiek ontstaan waarin veel ruimte is voor ontplooiing van medewerkers en tijdige aanwas van nieuwe medewerkers. Het proces van in-, door- en uitstroom krijgt in 2012 op die manier een proactieve sturing. De situatie op de arbeidsmarkt, het feit dat medewerkers langer moeten doorwerken en de gewenste doorstroom bij vertrek van medewerkers maakt het noodzakelijk om te blijven investeren in de ontwikkeling en inzetbaarheid van huidige medewerkers (employability), ook in tijden van bezuinigingen. Het budget voor opleidingen is om die reden structureel verhoogd. In de jaargesprekkencyclus en in het opleidingsplan wordt structureel aandacht besteed aan competentie-ontwikkeling. Capaciteiten van zittende medewerkers moeten nog beter worden benut en er moeten nog meer kansen en uitdagingen worden geboden op ontwikkeling en doorstroom. Als medewerkers zich op meer gebieden ontwikkelen bijvoorbeeld door taakroulatie, in- of externe stages, jobrotation etc., ontstaat een groep breder inzetbare medewerkers. Deze groep is een goede basis voor doorstroom. De gemeente Vlissingen wil zich beter, moderner en pro-actiever profileren en communiceren op en met de arbeidsmarkt, want ongetwijfeld kan niet alle uitstroom worden opgevangen door doorstroom van huidige medewerkers. Dat is op zich ook goed, want dat betekent dat ook ruimte is voor “nieuw bloed” en meer diversiteit. Bovendien is lopende een jaar ook altijd sprake van verloop wegens werkaanvaarding elders. De toenemende krapte op de arbeidsmarkt verhoogt de concurrentie om potentiële kandidaten. De arbeidsmarktcommunicatie die in 2011 een extra impuls kreeg, blijft ook in 2012 goed onder de aandacht. Ook door het gestructureerd en permanent aanbieden van stages, e.d. kan de gemeente potentiële kandidaten in een vroegtijdig stadium boeien en makkelijker laten instromen. Omdat medewerkers steeds langer (moeten) doorwerken is vitaliteit belangrijk om in acht te nemen. Gelet op het relatief hoge ziekteverzuimpercentage in de voorbije jaren is er vanaf 2011 meer en gestructureerde aandacht gekomen voor arbeidsomstandigheden, verzuimpreventie en -begeleiding. Dit moet in 2012 leiden tot een verdere reductie van het ziekteverzuim en het tijdig anticiperen op een dreigende uitstroom wegens arbeids-
97
ongeschiktheid. Ook wordt blijvend aandacht besteed aan preventie van agressie en geweld en het adequaat aanpakken en afhandelen van incidenten. Anticiperen op uitstroom en dan vooral uitstroom op basis van leeftijd, moet op een meer gestructureerde manier gebeuren, zoals hiervoor reeds betoogd. Daaraan voorafgaand is het belangrijk te onderzoeken of en hoe demotie, mentorschap e.d. medewerkers op latere leeftijd nog een nieuwe uitdaging kunnen bieden, waardoor ze langer en vitaler inzetbaar blijven. Hun kennis, ervaring en netwerken zullen bij uitstroom tijdig geborgd worden. De medewerkertevredenheid zal in 2012 opnieuw worden onderzocht door een Medewerkertevredenheidsonderzoek. Samenwerking Diverse gemeentelijke taken worden reeds in samenwerking met andere gemeenten uitgevoerd. Doel van intergemeentelijke samenwerking is om taken kwalitatief beter uit te voeren en om taken kostenefficiënter uit te voeren. Daarbij wordt samenwerking niet alleen specifiek gezocht met de Walcherse gemeenten en Schouwen-Duiveland maar ook met de Provincie Zeeland en de andere Zeeuwse gemeenten. In 2010 en 2011 zijn op een aantal gebieden onderzoeken gestart om de mogelijkheden van verdere samenwerking in kaart te brengen. In 2012 wordt dit verder uitgewerkt en zullen kansrijke samenwerkingsprojecten in uitvoering gaan waaronder Belastingen (Heffingen / Inningen), ICT en Veiligheid / Toezicht / Handhaving. Interne communicatie Interne communicatie is een belangrijk instrument in de richting van de medewerkers. Zeker in tijden waarin forse bezuinigingsdoelstellingen centraal staan. De interne communicatie hangt daarmee nauw samen met de uitvoering van het personeelsbeleid. Interne communicatie (middelen: Visnet, personeelsblad, werkoverleg, personeels- bijeenkomsten) is bij uitstek het instrument om de medewerkers te informeren en betrokken te houden bij het gemeentelijke ‘bedrijf’ en de gemeentelijke product- en dienstverlening. Het bevordert ook het bewust worden en uitdragen van ons Vlissingse DNA. Planning en Control In de gemeentelijke financiële verordeningen is de planning en control-cyclus van de gemeente vastgelegd. In de verordeningen is beschreven wat de functie en inhoud van de verschillende planning en controldocumenten zijn. Met betrekking tot de planning zijn er de kadernota en de programma- en productenbegroting, met betrekking tot de control zijn er de bestuursrapportage en de jaarrekening. 2012 zal worden gebruikt om de inhoudelijke kwaliteit van de planning en controldocumenten (kadernota, programmabegroting, bestuursrapportage en jaarrekening) verder te verbeteren en op elkaar af te stemmen. Ook op andere gebieden zal verdere doorontwikkeling plaatsvinden waaronder op het gebied van procesmanagement en projectmanagement en –control. Informatievoorziening en Automatisering Informatievoorziening en automatisering zijn voor de organisatie belangrijke hulpmiddelen om haar doelstellingen te kunnen realiseren. Hierbij gaat het om het geheel van de informatiearchitectuur, informatiebeleid, beheeren gebruik van gegevens, automatiseringsarchitectuur, de hard- en software en het beheer daarvan. Vanuit het programma Andere Overheid zijn begin 2011 belangrijke bouwstenen gerealiseerd die het Vlissingen de komende jaren mogelijk maken door te groeien naar een betere dienstverlening aan bewoners en bedrijven. De uitgangspunten hiervoor worden met het concept voor Antwoord© door het rijk aan gemeenten opgedragen in de jaren tot 2015. Ook in 2012 bouwt de gemeente Vlissingen verder aan de verbetering van de dienstverlening.
98
De afhankelijkheid van informatiesystemen neemt steeds meer toe. Het is daarom van belang dat deze informatiesystemen betrouwbaar en voldoende beschikbaar zijn. De basis hiervoor is een betrouwbare ICT infrastructuur met voldoende capaciteit die op een juiste manier beheerd wordt en de gebruikers daarvan voldoende ondersteund worden. In de tweede helft van 2011 wordt een aanbesteding voor een nieuwe ICT infrastructuur afgerond die de gemeente de komende jaren daarvoor garanties biedt. Volgens planning zal de complexe implementatie in 2012 afgerond worden. Ook is in 2011 de aanbesteding van een nieuwe telefooncentrale uitgevoerd. De inrichting en implementatie daarvan wordt volgens planning in het eerste kwartaal van 2012 uitgevoerd. Deze beide majeure (technische) projecten zullen bijdragen en ondersteuning bieden aan een verbeterde dienstverlening. Rechtmatigheid Vanaf 2004 geeft de accountant bij de controle van de jaarrekening een expliciet oordeel over de rechtmatigheid. Het onderzoek naar en de rapportage over de rechtmatigheid is hiermee voor de lokale overheden gelijkgetrokken met hetgeen voor de Rijksoverheid al gebruikelijk was. Rechtmatigheid betekent kortweg dat voldaan moet worden aan wet- en regelgeving. Vanaf 2008 worden jaarlijks de materiële onderwerpen gecontroleerd. Per onderwerp is een controlset opgesteld welke is opgebouwd uit een procesbeschrijving, check op de interne controle en een rechtmatigheidstoets. Afgelopen jaren heeft dit geleid tot een goedkeurende rechtmatigheidsverklaring. Vanaf 2010 zijn de controles grotendeels binnen de afdelingen zelf gewaarborgd. Doel hiervan is de interne controle een onderdeel te maken van het gehele proces. In 2011 is het controleplan verder uitgebreid met de controlsets applicatiebeheer en ICT. In 2012 zal het aantal te controleren onderwerpen verder uitgebreid worden, waaronder fiscaliteit. Inkoop en aanbesteden In 2012 zal de control-functie vanuit Advies Inkoop verder worden opgepakt. Naast controle op een juiste wijze van inkoop- en aanbesteden zal projectmatig per productgroep worden gekeken naar de mogelijkheid van dienstoverschrijdende aanbestedingen en aanverwante besparingsmogelijkheden. Doel hiervan is om rechtmatigheidsaspecten verder te vergroten evenals de efficiëntie. Daarnaast zal een verdere invulling plaatsvinden van meer gestructureerde vastleggingen van inkoopverplichtingen en aanbestedingen. Een verdergaande optimalisatie van het gezamenlijk aanbesteden in intergemeentelijk verband wordt verdergaand geconcretiseerd. Hiermee kunnen grotere volumes in de markt worden gezet terwijl de aanbestedingskosten, waaronder de inhuur van expertise, onder de verschillende deelnemende partijen kan worden verdeeld.
99
6.5 Verbonden partijen Algemeen Een verbonden partij is een rechtspersoon, waarbij de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Onder bestuurlijk belang wordt verstaan dat de gemeente zeggenschap heeft, hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur hetzij ui hoofde van stemrecht. Het financieel belang is het bedrag dat ter beschikking is gesteld en dat niet verhaalbaar is, of waarvoor aansprakelijkheid bestaat, indien de verbonden partij failliet gaat of haar verplichtingen niet nakomt. Het aangaan van banden met (verbonden) partijen komt altijd voort uit het publieke belang. Verbonden partijen zijn over het algemeen opgericht om op een efficiënte wijze publieke taken uit te voeren. Vaak gaat het om samenwerkingsverbanden met andere gemeenten.
Dualisering In de raadsvergadering van juni 2002 is besloten dat voor invulling van de vacatures in de besturen van de gemeenschappelijke regelingen uitgegaan moet worden van de gedualiseerde verhoudingen tussen raad en college. In de besturen van de instellingen, waar het college bevoegd is, behoren geen raadsleden zitting te hebben. Daarom wordt de gemeente vertegenwoordigd door leden van het college. Mutaties in de lijst verbonden partijen De gemeenschappelijke regeling Kredietbank Walcheren is in 2011 gefuseerd met de gemeenschappelijke regeling Sociale Dienst Walcheren. Per 1 januari 2012 zal ook de gemeenschappelijke regeling Arbeidsintegratiebedrijf Walcheren (LétÉ) fuseren met de Sociale Dienst Walcheren. Op de volgende bladzijde wordt een opsomming gegeven van de verbonden partijen die de gemeente Vlissingen per 30 juni 2011 kent per programma met de bijbehorende raming 2012. Vervolgens is een uitgebreide lijst met gegevens van diverse verbonden partijen opgenomen.
100
Verbonden partijen per programma
Raming 2012 bedragen in euro's
Programma 1 De Sociale stad Arbeidsintegratiebedrijf Walcheren (lété) Sociale Dienst Walcheren (SDW)
651.000 4.630.300
Programma 2 Gezond en wel Gemeentelijke Gezondheidsdienst Zeeland (GGD) Stadsgewestelijk Zwembad Vastgoed B.V. Programma 3 De lerende stad Muziekschool Zeeland Stichting Scheldemond College Archipel scholen
1.397.000
285.600
Programma 4 Ruimtelijk ontwikkelen Britannia Watertoren BV Programma 5 Wonen in diversiteit Woonwagenschap midden- en noord Zeeland Programma 6 Bruikbaarheid van de openbare ruimte Uitvoering milieutaken Afvalstoffenverwijdering Midden- en Noord-Zeeland Programma 7 Veiligheid Veiligheidsregio Zeeland Stadsgewestelijke brandweer (SGB) Trainingscentrum Vlissingen B.V.
8.900
996.750
451.400 1.832.800
Programma 10 Toerisme en Economie N.V. Zeeland Seaports GR Zeeland Seaports Holding Zeeuwse Visveilingen N.V. N.V. Economische Impuls Zeeland
45.000
Programma 11 Bestuur Vereniging Zeeuwse Gemeenten (VZG) Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG)
16.500 55.000
Overigen BNG (ontvangst van dividend) Delta N.V. (ontvangst van dividend) Dataland B.V.
168.800 2.300.000
101
GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING ARBEIDSINTEGRATIEBEDRIJF WALCHEREN (LÉTÉ) Vestigingsplaats : Middelburg Doel : Op een bedrijfsmatige verantwoorde wijze doen uitvoeren van taken van en voor de gemeenten op het terrein van gesubsidieerde arbeid. Betrokken partijen : Raden en colleges van b&w van Veere, Middelburg en Vlissingen. Vertegenwoordiging : Eén bestuurslid DB (vz) en AB leden uit het college. Financieel belang : Bijdrage van 50% naar rato van het aantal inwoners en 50% naar rato van de gewerkte dagen per in de gemeente woonachtige werknemer ingeval van tekort. Voor 2012 is de bijdrage € 651.000. Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 1.377.086 (2009 € 2.098.200) Vreemd vermogen 2010 € 7.903.890 (2009 € 9.011.400) Resultaat : Resultaat 2010 € 163.026 negatief (2009: € 213.388 positief) Raadsprogramma : De sociale stad. Ontwikkelingen : Vanuit een streven naar krachtenbundeling en kwaliteitsverbetering wordt gewerkt aan de vorming van een mensontwikkelbedrijf, zijnde Oriones Walcheren. Doelstelling is om deze fusie per 1 janauri 2012 te realiseren. In dit bedrijf zouden de volgende partners kunnen participeren: Sociale Dienst Walcheren, LétÉ, ADZ, Kredietbank. GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING SOCIALE DIENST WALCHEREN Vestigingsplaats : Vlissingen. Doel : Binnen de geldende wet- en regelgeving een vangnet bieden aan mensen die (nog) niet zelfstandig in hun kosten van bestaan kunnen voorzien. Voorts Maatschappelijke participatie door (betaald) werk of anderszins een bijdrage leveren aan de samenleving. Betrokken partijen : Raden en colleges van b&w van Veere, Vlissingen en Middelburg. Vertegenwoordiging : Eén bestuurslid DB (vz) en twee AB leden uit het college. Financieel belang : Bijdrage in de uitvoeringskosten, gebaseerd op het aantal klanten. In 2012 is de bijdrage € 4.630.300. Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 2.178.000 (2009 € 1.994.000) Vreemd vermogen 2010 €14.513.000 (2009 € 4.243.000) Resultaat : Resultaat 2010 € 876.000 positief (2009 € 628.000 positief) Raadsprogramma : De sociale stad. Ontwikkelingen : Vanuit een streven naar krachtenbundeling en kwaliteitsverbetering wordt gewerkt aan de vorming van een mensontwikkelbedrijf, zijnde Oriones Walcheren. Doelstelling is om deze fusie per 1 janauri 2012 te realiseren. In dit bedrijf zouden de volgende partners kunnen participeren: Sociale Dienst Walcheren, LétÉ, ADZ, Kredietbank. GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING GEMEENTELIJKE GEZONDHEIDSDIENST ZEELAND (GGD) Vestigingsplaats : Goes. Doel : Behartiging van de preventieve taken op het terrein van de volksgezondheid die aan de deelnemers zijn opgedragen, alsmede de taken waartoe de onderscheiden deelnemers specifieke opdrachten verstrekken. Ter behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de deelnemers heeft de GGD Zeeland in ieder geval tot taak de deelnemers te adviseren over de bevordering, totstandkoming en de continuïteit van de samenhang binnen de collectieve preventie, alsmede de afstemming daarvan met de curatieve gezondheidszorg. Betrokken partijen : Raden en colleges van b&w van alle Zeeuwse gemeenten. Vertegenwoordiging : Eén bestuurslid en één plaatsvervangend lid uit het college.
102
Financieel belang
Vermogen
: Bijdrage naar rato van het aantal inwoners op 1 januari voorafgaand
:
Resultaat : Raadsprogramma : Ontwikkelingen :
aan het desbetreffende begrotingsjaar zoals door het Centraal Bureau voor de Statistiek gepubliceerd. Bijdragen voor 2011 zijn WCPV € 767.000 en jeugdgezondheidszorg BDU € 630.000 Eigen vermogen 2010 € 4.775.000 (2009 € 4.305.000) Vreemd vermogen 2010 € 2.551.000 (2008 € 1.405.000) Resultaat 2010 € 471.000 negatief (2009 € 186.000 negatief) Gezond en wel. De GGD heeft in de afgelopen jaar een aantal nieuwe veranderingen doorgevoerd voor een meer efficiënte bedrijfsvoering. Dit jaar staat in het teken van de reorganisatie, taakstelling en takendiscussie.
STADSGEWESTELIJK ZWEMBAD VASTGOED B.V. Vestigingsplaats : Vlissingen Doel : Het beheren en (doen) exploiteren van zwembadgebouwen alsmede het financieren daarvan Betrokken partijen : Gemeente Vlissingen en de Gemeente Middelburg Vertegenwoordiging : De gemeente heeft zeggenschap in de algemene vergadering van aandeelhouders ter grootte van het aandeel in het geplaatste aandelenkapitaal (de helft van € 90.000). Financieel belang : De gemeente draagt bij in het exploitatietekort van de BV op basis van de verhouding 50-50 met de gemeente Middelburg. Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 189.287 (2009 € 70.316) Vreemd vermogen 2010 € 16.675.300 (2009 € 17.300.000) Resultaat : € 118.971 (2010) Raadsprogramma : Gezond en wel Ontwikkelingen : Een door de vastgoed b.v. opgesteld meerjarenperspectief voor het EV gaf aan dat het EV per ultimo 2008 op nul zou uitkomen en vanaf 2009 positiever zou worden. Deze trend zet zich door. Het eigen vermogen is van 2009 naar 2010 toegenomen met bijna € 120.000. DE ZEEUWSE MUZIEKSCHOOL Vestigingsplaats : Middelburg. Doel : Deze regeling heeft tot doel een vorm van bestuurlijke en organisatorische samenwerking, waarbinnen het geven van instrumentaal en vocaal muziekonderwijs en de muzikale vorming in de ruimste zin van leerlingen en volwassenen woonachtig in de deelnemende gemeenten wordt uitgeoefend. Betrokken partijen : Raden en colleges van B&W van de Zeeuwse gemeenten exclusief gemeente Terneuzen. Vertegenwoordiging : Eén bestuurslid uit het college. Financieel belang : Inwonersgerelateerde bijdrage in de jaarlijkse vaste kosten, voor 2012 is dat € 285.600. Vermogen : Eigen Vermogen 2010 € 202.007 (2009 € 163.553) Vreemd Vermogen 2010 € 1.207.754 (2009 € 1.065.12) Resultaat : Resultaat 2010 € 16.961 (negatief) (2009 € 66.032) Raadsprogramma : De lerende stad. STICHTING SCHELDEMOND COLLEGE Vestigingsplaats : Vlissingen. Doel : Het in stand houden van een breed onderwijsaanbod op openbare grondslag van de Wet op het voortgezet onderwijs en bijdragen aan de ontwikkeling van leerlingen op godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving.
103
Betrokken partijen : Raad en college van b&w van de gemeente Vlissingen. Vertegenwoordiging : Geen vertegenwoordiging. De directeur/bestuurder wordt door de gemeenteraad benoemd. Financieel belang : Geen financieel belang. Jaarlijks wordt de begroting en de jaarrekening ter instemming aan de raad voorgelegd. Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 1.701.788 (2009 € 1.473.700) Vreemd vermogen 2010 € 2.778.269 (2009 € 3.126.000) Resultaat : Resultaat 2010 € 143.182 Raadsprogramma : De lerende stad. Ontwikkelingen : De stichting is gewikkeld in een proces om te komen tot bestuurlijke fusie met Nehalennia te Middelburg. ARCHIPEL SCHOLEN Vestigingsplaats : Vlissingen. Doel : Garant staan voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs aan ieder kind op Walcheren. Betrokken partijen : Raden en colleges van b&w van Veere, Vlissingen en Middelburg. Vertegenwoordiging : Geen vertegenwoordiging. Financieel belang : Geen financieel belang. Jaarlijks wordt de begroting en de jaarrekening ter instemming aan de raad voorgelegd. Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 2.133.795 (2009 € 2.104.500) Vreemd vermogen 2010 € 2.491.500 (2009 € 2.617.400) Resultaat : Resultaat 2010 € 284.438 negatief Raadsprogramma : De lerende stad. Ontwikkelingen : BRITANNIA WATERTOREN BV Vestigingsplaats : Vlissingen Doel : Het vastgoed Boulevard Evertsen 244 projectmatig ontwikkelen Betrokken partijen : Gemeente Vlissingen Vertegenwoordiging : De gemeente heeft 100% zeggenschap. Het geplaatst aandelenkapitaal bedraagt € 231.400. Financieel belang : De gemeente Vlissingen heeft de aandelen van Brittania Watertoren BV gekocht voor € 333.000. Vermogen : Eigen vermogen per 31-12-2010 bedraagt € 35.000 Resultaat : negatief € 172.000 (2010) Raadsprogramma : Ruimtelijk Ontwikkelen Ontwikkelingen : De uitkomst van de gerechtelijke procedure tot ontbinding van de koopovereenkomst wordt afgewacht. In 2012 wordt de eerder in gang gezette ontwikkeling van de locatie verder uitgewerkt. WOONWAGENSCHAP MIDDEN- EN NOORD ZEELAND Vestigingsplaats : Goes Doel : Het intrekken van de Woonwagenwet had als doel de huisvesting van de doelgroep woonwagenbewoners onder te brengen in het reguliere volkshuisvestingsbeleid. Met de eigendomsoverdracht van de woonwagenlocaties aan de Stichting Woonwagenbeheer WestBrabant, waarin de gezamenlijke woningcorporaties in Zeeland participeren, is hiermee een begin gemaakt. De overdracht van de huurwoonwagens van de gemeente aan de woningcorporatie(-s) is onderdeel van periodiek overleg met de corporaties over te maken prestatieafspraken. Het woonwagenschap Midden- en Noord Zeeland blijft “slapend” in stand om vier niet meer in gebruik zijnde en vervuilde locaties te beheren en op enig moment te saneren en te verkopen.
104
Betrokken partijen : Raden en colleges van b&w van de deelnemende gemeenten. Vertegenwoordiging : Eén bestuurslid en één plaatsvervangend lid uit het college. Financieel belang : Naar rato van het aantal inwoners per deelnemende gemeente op peildatum 1 januari 2008. De bijdrage voor 2012 is € 8.900. Raadsprogramma : Wonen in diversiteit. Ontwikkelingen : In vervolg op de eigendomsoverdracht van de woonwagenstandplaatsen van het Woonwagenschap Noord- en Midden Zeeland aan de Stichting Woonwagenbeheer West-Brabant zal in het kader van de normalisering ook de overdracht van de huurwoonwagens van de gemeente aan de woningcorporatie in de prestatieafspraken verankerd moeten worden. GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING UITVOERING MILIEUTAKEN Vestigingsplaats : Middelburg/Vlissingen Doel : Het optimaliseren van het milieubeheer; het coördineren en waar mogelijk afstemmen van het gemeentelijk milieubeleid; samenwerken bij de uitvoering van de milieutaken; het over en weer bijstand verlenen op aanvraag; het behartigen van gemeenschappelijke belangen met betrekking tot milieuaangelegenheden; het bieden van mogelijkheid tot coördinatie planning, advies en overleg met betrekking tot milieubeheer. Betrokken partijen : Gemeente Middelburg en gemeente Vlissingen. Vertegenwoordiging : Financieel belang : Raadsprogramma : Bruikbaarheid van de openbare ruimte. Ontwikkelingen : Het betreft een lichte gemeenschappelijke regeling, als gevolg van een wijziging in de organisatiestructuur van de gemeente Middelburg en gemeente Vlissingen. OLAZ : Borsele Vestigingsplaats Doel : Het behartigen van de gemeenschappelijke belangen van de deelnemers op het gebied van de afvalstoffenverwijdering, waaronder mede begrepen wordt de zorg voor de verwerking van afvalstoffen, het in stand houden van milieustraten en het geven van voorlichting op het gebied van afvalpreventie en afvalverwijdering. Betrokken partijen : Raden en colleges van b&w van Veere, Borsele, Tholen, Kapelle, Middelburg, Goes, Reimerswaal, Vlissingen, Schouwen-Duiveland, Noord-Beveland, Terneuzen, Sluis, Hulst en tevens het Waterschap Zeeuwse Eilanden Vertegenwoordiging : Één bestuurslid en één plaatsvervangend lid uit het college Financieel belang : - de deelnemers vergoeden aan OLAZ de kosten van het verwerken van afvalstoffen, alsmede dragen bij in de kosten van de regionale milieustraten, van de voorlichting en in de organisatiekosten van de gemeenschappelijke regeling zelf - de vergoeding van de kosten voor het verwerken van afvalstoffen worden jaarlijks bij wijze van voorschot in de begroting berekend; de hoogte van de uiteindelijk aan de gemeente in rekening te brengen kosten is sterk afhankelijk van de omvang/het gewicht van de aangeboden afvalstoffen - voor de kosten van de regionale milieustraten (voorlichting- en organisatiekosten van de gemeenschappelijke regeling) is een "fixed price" met OLAZ en DELTA Milieu overeengekomen; deze "fixed price" bedraagt voor het jaar 2012 € 996.750 (voor 2010 € 1.030.300). Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 127.947 (2009 € 127.400)
105
Vreemd vermogen 2010 € 4.817.907 (2009 € 5.236.912) Resultaat : Resultaat 2010 € 534 positief (2009 € 2.870 positief) Raadsprogramma : Bruikbaarheid van de openbare ruimte Ontwikkelingen : In het kader van de overname van de activiteiten van OLAZ door DELTACOM (thans DELTA Milieu B.V.) zijn de verplichtingen en rechten van OLAZ voortvloeiende uit het AZN contract gesubcontracteerd aan DELTA Milieu. OLAZ heeft daarbij de zekerheid van een vast tarief en DELTA Milieu de vrije beschikking over de verwerking van het afval en de invulling van haar deel van de verwerkingscapaciteit bij AZN. VEILIGHEIDSREGIO ZEELAND (VRZ) Vestigingsplaats : Middelburg. Doel : De doelstelling van de Veiligheidsregio Zeeland is het behartigen van de belangen van de gemeenten in het samenwerkingsgebied op de terreinen van Brandweerzorg, Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, rampenbestrijding en crisismanagement en het beheer van een centrale gemeenschappelijke meldkamer voor politie, brandweer en ambulancezorg. Betrokken partijen : Raden en colleges van b&w van alle Zeeuwse gemeenten. Vertegenwoordiging : De burgemeester in het dagelijks en algemeen bestuur. Financieel belang : Bijdrage naar rato van het aantal inwoners alsmede andere uitkeringen en vergoedingen, voor 2012 is dit € 451.400. Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 3.052.279 Vreemd vermogen 2010 € 7.412.289 Resultaat : Resultaat na bestemming 2010 € 0 Raadsprogramma : Veiligheid. Ontwikkelingen : Het bestuur van de VRZ heeft de commissie Lauret gevraagd een aantal zaken te onderzoeken: De huidige kosten voor brandweerzorg; de baten en de lasten van de nieuwe organisatie VRZ en de te verwachte eenmalige kosten; het verschil in kosten brandweerzorg per gemeente in de nieuwe VRZ en de huidige kosten; en daarnaast een advies uit te brengen welke objectie verdeelsleutel gehanteerd kan worden, ook voor de overgangsproblematiek. De uitkomst van dit onderzoek en het daarop volgende besluit van het bestuur van de VRZ kan vergaande gevolgen hebben voor de bijdrage van de gemeente Vlissingen aan de VRZ.. STADSGEWESTELIJKE BRANDWEER VLISSINGEN - MIDDELBURG Vestigingsplaats : Middelburg. Doel : De doelstelling van de Stadsgewestelijke brandweer betreft het door de twee gemeenten gezamenlijk instellen en in stand houden van een gemeentelijk brandweerkorps tot het moment dat de SGB opgaat in de VRZ. Daarmee wordt voldoen aan de wettelijk vastgelegde taken rond brandweerzorg en door deze samenwerking wordt zowel de effectiviteit als de efficiency van de werkzaamheden vergroot. Betrokken partijen : Gemeenteraden en colleges van B&W van de gemeenten Middelburg en Vlissingen. Vertegenwoordiging : De burgemeester en één wethouder in het algemeen bestuur en twee plaatsvervangend leden uit het college. Financieel belang : De gemeente Vlissingen draagt voor 50% bij aan de begroting van de SGB. De bijdrage voor 2012 is € 1.832.800. Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 282.000 Vreemd vermogen 2010 € 13.979.000 Resultaat : Resultaat 2010 is € 44.944 negatief
106
Raadsprogramma Ontwikkelingen
: Veiligheid. : De vorming van één brandweer Zeeland binnen de Veiligheidsregio heeft gevolgen voor de Stadsgewestelijke brandweer Vlissingen – Middelburg. Of deze gemeenschappelijke regeling na 2011 wordt opgeheven of nog een tijdlang als “lege huls” moet blijven bestaan, zal nader worden onderzocht.
TRAININGSCENTRUM VLISSINGEN B.V. Vestigingsplaats : Vlissingen Doel : Het verzorgen van cursussen op het gebied van brandpreventie, - het bestrijden en – beveiligen en de realistische voorbereiding van cursisten op hun taken als (bedrijfs) brandweerman / vrouw of al (bedrijfs) hulpverlener in bedrijven en instellingen. Betrokken partijen : Gemeente Vlissingen Vertegenwoordiging : De gemeente heeft 100% zeggenschap. Het geplaatst aandelenkapitaal bedraagt € 150.000. Financieel belang : Resultaat : Resultaat 2010 is € 32.000 positief. Raadsprogramma : Veiligheid Ontwikkelingen : Het uitbreiden van de cursuscapaciteit naar andere veiligheids- en overheidsgerelateerde opleidingen. N.V. ZEELAND SEAPORTS Vestigingsplaats : Terneuzen. Doel : Ontwikkeling, uitgifte en beheer van havens, haventerreinen en faciliteiten. Betrokken partijen : Provincie Zeeland en de Gemeenten Borsele, Terneuzen en Vlissingen. Vertegenwoordiging : De Gemeente Vlissingen is participant in de Gemeenschappelijke Regeling Zeeland Seaports (GR ZSP) die, op haar beurt, de enige aandeelhouder is van de N.V. Zeeland Seaports. De Gemeente Vlissingen heeft, uit het College, één lid in het Dagelijks Bestuur en twee leden in het Algemeen Bestuur van de GR ZSP. Het aandeel van de Gemeente Vlissingen in het aandelenkapitaal van de N.V. door middel van de GR is 16 2/3% Financieel belang : Raadsprogramma : Toerisme en economie. Ontwikkelingen : Per 1 januari 2011 is Zeeland Seaports verzelfstandigd. Enig aandeelhouder van de nieuwe N.V. is de GR Zeeland Seaports. Voor deze constructie is gekozen om de N.V. Zeeland Seaports te kunnen faciliteren in het borgen van de financiering van activiteiten, meer in het bijzonder door het onder voorwaarden verstrekken van garanties aan financiële instellingen, indien en voor zover de N.V. hierin nog niet zelf kan voorzien. GR ZEELAND SEAPORTS Vestigingsplaats : Terneuzen. Doel : Deelname in N.V. Zeeland Seaports en het verstrekken van garanties aan N.V. Zeeland Seaports. Betrokken partijen : Provincie Zeeland en de Gemeenten Borsele, Terneuzen en Vlissingen. Vertegenwoordiging : De Gemeente Vlissingen is participant in de Gemeenschappelijke Regeling Zeeland Seaports (GR ZSP) die, op haar beurt, de enige aandeelhouder is van de N.V. Zeeland Seaports. De Gemeente
107
Financieel belang Raadsprogramma Ontwikkelingen
Vlissingen heeft, uit het College, één lid in het Dagelijks Bestuur en twee leden in het Algemeen Bestuur van de GR ZSP. : : Toerisme en economie. : Per 1 januari 2011 is Zeeland Seaports verzelfstandigd. Enig aandeelhouder van de nieuwe N.V. is de GR Zeeland Seaports. Voor deze constructie is gekozen om de N.V. Zeeland Seaports te kunnen faciliteren in het borgen van de financiering van activiteiten, meer in het bijzonder door het onder voorwaarden verstrekken van garanties aan financiële instellingen, indien en voor zover de N.V. hierin nog niet zelf kan voorzien.
HOLDING ZEEUWSE VISVEILING Vestigingsplaats : Vlissingen Doel : Als Holding, rechtspersoonpositie m.b.t. Zeeuwse Visveiling Vlissingen B.V. en Zeeuwse Visveiling Breskens N.V. Betrokken partijen : Zeeuwse Visveiling Vlissingen B.V., Zeeuwse Visveiling Breskens N.V. Vertegenwoordiging : De Gemeente heeft zeggenschap in de algemene vergadering van aandeelhouders. Financieel belang : In de gemeentelijke begroting zijn slechts de uitgaven en de inkomsten voor het gebouw van de vismijn verantwoord. Vermogen : Per 31-12-2010 € 4.053.813 (2009: € 3.680.430) Resultaat : 2010 € 373.383 positief (2009: € 227.174 positief) Raadsprogramma : Toerisme en economie Ontwikkelingen :N.V. ECONOMISCHE IMPULS ZEELAND Vestigingsplaats : Middelburg Doel : Het vergroten van de dynamiek van de Zeeuwse (kennis) economie, met groei van werkgelegenheid, door uitvoering van concrete projecten en door acquisitie van bedrijven en investeringen van elders. Betrokken partijen : Provincie Zeeland; alle Zeeuwse Gemeenten, ABN Amro Bank, Delta N.V., Dow Benelux B.V., Kamer van Koophandel voor ZuidwestNederland, BNG Gebiedsontwikkeling, Rabobank Walcheren / NoordBeveland. Vertegenwoordiging : De Gemeente Vlissingen is voor 2,02% aandeelhouder. Vertegenwoordiging van één wethouder in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Financieel belang : Bijdrage gebaseerd op het aantal inwoners € 45.000 Raadsprogramma : Toerisme en economie. Ontwikkelingen : Impuls Zeeland is in 2007 opgericht. Impuls Zeeland richt zich op de vestiging van nieuwe bedrijven in Zeeland en op structuurversterkende projecten waarin een combinatie van overheden, ondernemingen en onderwijs samenwerkt. In 2009 / 2010 vond een evaluatie plaats. Op basis daarvan is besloten Impuls Zeeland de gelegenheid te bieden haar activiteiten in ieder geval tot en met 2013 te continueren. In die periode richt Impuls Zeeland zich op een verdere professionalisering van de eigen organisatie, op het kanaliseren van haar participatie in verschillende projecten en op het realiseren van een aantal verbeterpunten waarvoor in de evaluatie aandacht is gevraagd.
108
VERENIGING VAN ZEEUWSE GEMEENTEN Vestigingsplaats : Middelburg Doel : - het behartigen van belangen, welke aan haar leden gemeenschappelijk eigen zijn - het desgevraagd of uit eigen beweging adviseren van leden - het verlenen van steun en medewerking aan instellingen welke in de provincie in het belang van de gemeente werkzaam zijn Betrokken partijen : Alle Zeeuwse gemeenten Vertegenwoordiging : Burgemeester is lid van het algemeen bestuur Financieel belang : Bijdrage (contributie) naar aantal inwoners. Voor 2012 bedraagt de contributie € 0,37 per inwoner (ca. € 16.500). Vermogen : Eigen vermogen € 15.291; vreemd vermogen kort € 156.995 (jaarrekening 2010) Resultaat : € 15.547 negatief (jaarrekening 2010) Raadsprogramma : Bestuur Ontwikkelingen :VERENIGING VAN NEDERLANDSE GEMEENTEN Vestigingsplaats : Den Haag Doel : - leden collectief en individueel bij te staan bij de vervulling van bestuurstaken - voor de leden of groepen van leden afspraken te maken met andere overheden over het arbeidsvoorwaardenbeleid in de overheidssector en overeenkomsten inzake de arbeidsvoorwaarden van personeel in de sector gemeenten aan te gaan met werknemersorganisaties - het behartigen van de belangen van haar leden welke samenhangen met de door hen uitgevoerde bestuurs- en beheerstaken alsook de met deze taken samenhangende: voorwaarden, tarieven en prijzen voor (o.a. energie gerelateerde) producten en dienste, alsmede: de overige aan het gebruik van hierboven genoemde producten gerelateerde kosten en voorwaarden. Dit alles is de meest ruime zin des woords. Betrokken partijen : Alle Nederlandse gemeenten Vertegenwoordiging : Financieel belang : De contributie in 2012 naar rato aantal inwoners bedraagt € 55.000 Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 54,1 milj. Vreemd vermogen 2010 € 32,9 milj. Resultaat : Het resultaat in 2010 bedroeg € 1,4 milj. Raadsprogramma : Bestuur Ontwikkelingen : BANK NEDERLANDSE GEMEENTEN (BNG) Vestigingsplaats : Den Haag Doel : De BNG is de bank voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Betrokken partijen : Nederlandse instellingen met een maatschappelijk belang. Vertegenwoordiging : De gemeente is aandeelhouder (70.356 aandelen à € 2,50). Financieel belang : Over 2010 is in 2011 € 168.800 uitbetaald Vermogen : Eigen vermogen 2010 € 2.259 mln (2009 € 2.253 mln) Vreemd vermogen 2010 € 116.274 mln (2009 € 102.243 mln) Achtergestelde schulden 2010 € 92 mln (2009 € 174 mln) Resultaat : Resultaat 2010 € 257 mln (2009 € 278 mln) Raadsprogramma : -
109
Ontwikkelingen
:-
DELTA NV Vestigingsplaats Doel
: Middelburg. : Werkzaam zijn op het gebied van energie, afvalverwerking en op het gebied van de voorziening in andere goederen of diensten die daarmee samenhangen of daaraan verwant zijn in de sector van de openbare nutsvoorzieningen en daaraan verwante sectoren. Betrokken partijen : Zeeuwse Gemeenten, Gemeenten Bergen op Zoom, Woensdrecht, Dirksland, Goedereede, Middelharnis, Oostflakkee en de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Zuid-Holland en Bank Nederlandse Gemeenten. Vertegenwoordiging : De Gemeente Vlissingen heeft zeggenschap in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders ter grootte van het aandeel in het geplaatste aandelenkapitaal (880 / 15.280). Financieel belang : Het dividend dat uit deze deelneming wordt ontvangen, is een belangrijke (structurele) bron van inkomsten. Voor 2012 wordt vooralsnog € 2,3 milj. verwacht. Raadsprogramma : Toerisme en economie. Ontwikkelingen : Als vervolg op de jaren 2009 en 2010 zet Delta in op het verder realiseren van efficiencyvoordelen. In de jaarrekening 2010 werd dit onder andere zichtbaar door een afname van het personeelsbestand. Daarnaast kiest Delta ervoor om afstand te doen van die sectoren die niet of slecht renderen. Een voorbeeld hiervan is de solardivisie. Tenslotte richt Delta zich op het versterken van haar aandeel in de kernenergie. In 2011 besluiten de aandeelhouders het publieke belang in de bestaande kerncentrale te laten toenemen tot 70 procent. DATALAND BV Vestigingsplaats Doel
: Reeuwijk : Het breed toegankelijk maken en beschikbaar maken van vastgoeden hieraan gerelateerde gegevens uit het informatiedomein van gemeenten voor de overheid, de burgers en het bedrijfsleven. Daartoe wordt een actieve bijdrage verleend aan de realisatie en het gebruikt van het Stelsel van Authentieke Registraties Betrokken partijen : Gemeenten, Dataland en het bedrijfsleven Vertegenwoordiging: De gemeente heeft zeggenschap in de algemene vergadering van aandeelhouders ter grootte van het aandeel in het geplaatste aandelenkapitaal (25.354/7.500.000). Financieel belang : De overeenkomst geeft recht op een vergoeding van 20% van de door Dataland gegenereerde opbrengst van de gegevens van de gemeente Vlissingen. Vermogen : De totale investering in Dataland bedraagt € 2.550 Resultaat : Jaarlijkse rendement ligt ongeveer op 5% (circa € 125 per jaar) Raadsprogramma : Algemene dekkingsmiddelen (Woz/OZB) Ontwikkelingen : Toenemend aantal deelnemende gemeenten en toenemend aantal afnemers. Ontwikkelingen inzake uitlevering en controle STUF WOZ via een beveiligde internet verbinding.
110
6.6 Grondbeleid Het grondbeleid bestaat uit de verschillende instrumenten die de gemeente heeft om de ruimtelijke ontwikkelingen in de gemeente te realiseren. Daarbij staat de grondexploitatie centraal. Het grondbeleid spreekt zich met name uit over welke rol de gemeente in de grondexploitatie wil spelen. Het kader voor het in de gemeente Vlissingen te voeren grondbeleid is vastgelegd in de Nota Grondbeleid zoals deze in april 2009 door de Raad is vastgesteld.
Uitgangspunten Voor het grondbeleid van de gemeente Vlissingen gelden de volgende uitgangspunten: • Het grondbeleid is dienstbaar aan het ruimtelijke beleid en aan het sectorale beleid met betrekking tot wonen, werken, recreëren etc. Het grondbeleid staat dus niet op zichzelf. De instrumenten van het grondbeleid worden ingezet om de inhoudelijke doelen van de gemeente op de onderscheiden beleidsterreinen te realiseren. • Het grondbeleid is in beginsel actief. De gemeente probeert actief de zeggenschap over de grond in handen te krijgen. In het zogenoemde grondproductieproces van verwerving, beheer, ontwikkeling en uitgifte speelt de gemeente zelf een actieve rol, mits de geschatte risico’s die daarmee samenhangen dat toelaten. • Afhankelijk van omstandigheden als eigendomsposities, geschatte risico’s en de maatschappelijke wenselijkheid van een ontwikkeling of project neemt de gemeente actief deel in publiekpublieke of publiekprivate samenwerkingsverbanden. • De gemeente hanteert in beginsel marktconforme grondprijzen. Verder zet de gemeente zich in voor een maatschappelijk gewenst en efficiënt gebruik van de ruimte. Daarbij wordt gestreefd naar een optimale verhouding tussen prijs en kwaliteit. • Via het grondbeleid zet de gemeente zich in om voldoende geld beschikbaar te krijgen voor het realiseren van publieke doelstellingen en gemeenschapsvoorzieningen. Hiertoe hoort ook het opvangen van negatieve (financiële) resultaten op bepaalde locaties door positieve resultaten elders te boeken. Uitgangspunt van nieuwe grondexploitaties is dat deze sluitend moeten zijn.
Risico’s Met de uitvoering van het grondbeleid en het participeren in grondexploitaties zijn verschillende risico’s verbonden. De belangrijkste algemene risico’s die kunnen worden genoemd zijn de volgende: • Als gevolg van conjuncturele ontwikkelingen en renteschommelingen kan de vraag naar bouwgrond (tijdelijk) afnemen. De grond blijft dan langer in eigendom waardoor renteverliezen ontstaan. Dit is momenteel aan de orde, gezien de macro-economische omstandigheden. • Het niet tijdig kunnen verwerven van grond en het aspect van stijgende aankoopprijzen vormen eveneens een risico. • De veelheid aan procedures die in de regel moet worden doorlopen om tot realisering van een plan te komen, kunnen tot vertraging in de tijd en tot inhoudelijke problemen leiden. Planexploitaties kunnen hierdoor minder gunstig uitkomen dan verwacht. • milieurisico’s, bodemproblemen en eventuele planschadeclaims. Tegenover de risico’s die vooral verbonden zijn met een actieve gemeentelijke opstelling staat het risico dat vaak niet 100% van de gemeentelijke kosten kunnen worden verhaald in geval van particuliere exploitaties waarbij de gemeente een meer terughoudende positie kiest.
111
Lopende plannen Voor de volgende plannen is een planexploitatie vastgesteld: • Scheldekwartier • Kenniswerf (fase 1 en 2) • Kleine Markt • Middengebied (Beatrixlaan, Hogewegplein, Cruquiusstraat e.o.) • Baskensburg III • Spuikom • Souburg Noord • Tuindorp-Oost • Tuindorp fase 2 • Buitenhaven 3 (Poortersweg) • Bedrijventerrein Souburg fase 1 • Bedrijventerrein Souburg fase 2 • Binnenhavens Voor de volgende plannen is een planexploitatie in voorbereiding vastgesteld: • Britannia • Dreesstraat • Verlengde Bonedijkestraat • Lammerenburg 3 • Voormalige HKPD
112
6.7 Financiering Treasurybeleid In de Wet financiering decentrale overheden (Wet FIDO) zijn de kaders gesteld voor een verantwoorde professionele inrichting en uitvoering van de treasuryfuctie. Deze wet definieert de treasuryfunctie daarbij als “het sturen en beheersen van, het verantwoorden over, het toezichthouden op: de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële positie en de hieraan verbonden risico’s”. Het gemeentelijk beleid ligt vast in het treasurystatuut. In het statuut ligt op hoofdlijnen vast het beleid, de doelstellingen, de taken en bevoegdheden, de uitvoering en de verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasury. Het statuut is voor het laatst vastgesteld in 2006. Kasgeldlimiet en renterisiconorm De wettelijke toegestane omvang van de kasgeldlimiet is gelijk aan het bedrag ter grootte van een percentage van de jaarbegroting bij aanvang van het dienstjaar. Dit percentage is vastgelegd in de “Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden”. Het percentage voor de gemeente is voor 2012 vastgesteld op 8,5%. De gemeente heeft voor 2012 een kasgeldlimiet van € 12,4 miljoen. De doelstelling is om maximaal gebruik te maken van de kasgeldlimiet omdat kort geld relatief goedkoper is dan lang geld. Indien de kasgeldlimiet wordt overschreden dient de kortlopende schuld omgezet te worden in een langlopende schuld. De provincie Zeeland houdt hier toezicht op. Het bedrag van de kasgeldlimiet is het maximale bedrag dat de gemeente aan kort geld mag lenen. De Wet FIDO is per 1 januari 2009 gewijzigd. Dit heeft voornamelijk effect op de berekening van de renterisiconorm. De renterisiconorm is nu 20% van het begrotingstotaal, voorheen was dit 20% van de vaste schuld. Aangezien de vaste schuld hoger is dan het totaal van de begroting, betekent dit dat onze renterisiconorm verkleind is. Op basis van de berekening is de renterisiconorm voor 2012 € 29,3 miljoen Het renterisico bedraagt volgens berekening € 15 miljoen en blijft daarmee binnen de toegestane grenzen.
Financieringspositie en rentekosten De ontwikkeling van de financieringspositie is bepalend voor de leningenportefeuille. De liquiditeitsbegroting voor 2012 laat een liquiditeitstekort zien. Op basis van de berekende kasgeldlimiet voor 2012 kan dit niet opgevangen worden met korte financiering en zullen er nieuwe vaste geldleningen worden aangetrokken. De rentekosten voor de gemeente staan voor een groot gedeelte al vast. Van de leningen die reeds aangegaan zijn, is exact te bepalen hoeveel rente deze leningen kosten in het begrotingsjaar.
113
LIQUIDITEITENBEGROTING 2012
2013
2014
2015
bedragen x € 1.000,-Saldo per 1-1
2.620
-4.343
-1.441
-773
MUTATIES FINANCIERINGSSALDO + = toename liquide middelen / - = afname liquide middelen Mutaties vaste activa (Im)materiële activa: Investeringen (Investeringsplanning excl. Grondexploitatie) Afschrijvingen (-/-) Financiële activa: Leningen u/g: Aflossingen (-/-) Saldo mutaties vaste activa Mutatie nog te bestemmen exploitatiesaldo Mutaties reserves en voorzieningen Storting in de reserves/voorzieningen meerjarig Onttrekking aan reserves/voorzieningen meerjarig Saldo mutaties reserves en voorzieningen Mutaties langlopende schulden Herfinanciering/Nieuwe leningen o/g Aflossingen leningen o/g (-/-) Mutaties waarborgsommen (toename +, afname -/-) Saldo mutaties langlopende schulden MUTATIES FINANCIERINGSSALDO
(2+3+4+5)
-9.627 7.935
-9.875 7.651
-9.246 7.246
-8.011 6.989
484 -1.208
37 -2.187
34 -1.966
34 -988
0
0
0
0
28 -37
453 -119
0 -119
0 -119
-9
334
-119
-119
15.000 -16.684
5.000 -10.872
0 -9.952
0 -9.492
-1.684
-5.872
-9.952
-9.492
-2.901
-7.725
-12.037
-10.599
-4.062 -4.062
10.627 10.627
12.705 12.705
9.594 9.594
MUTATIES NETTO WERKKAPITAAL Mutaties vlottende activa Voorraden grondexploitatie Saldo mutaties vlottende activa
MUTATIES NETTO WERKKAPITAAL
(7)
-4.062
10.627
12.705
9.594
MUTATIES IN LIQUIDE MIDDELEN
(6+8)
-6.963
2.902
668
-1.005
Saldo per 31-12
(1+9)
-4.343
-1.441
-773
-1.778
Ontwikkeling vaste lening: Stand per 1-1 Herfinanciering/Nieuwe leningen o/g Aflossingen leningen o/g (-/-)
-212.144 -15.000 16.684
-210.460 -5.000 10.872
-204.588 0 9.952
-194.636 0 9.492
Stand per 31-12
-210.460
-204.588
-194.636
-185.144
Totale financieringspositie: vaste leningen kasgeldleningen en rekening-courant
-210.460 -4.343
-204.588 -1.441
-194.636 -773
-185.144 -1.778
Stand per 31-12
-214.803
-206.029
-195.409
-186.922
8.857
8.379
7.973
7.564
509 9.366
761 9.140
903 8.876
1.059 8.623
Rentekosten: Rentekosten langlopende leningen Rentekosten kortlopende leningen (inclusief rente nog af te sluiten geldleningen) Totaal rentekosten
114
Deze rentekosten worden begroot op de post rente langlopende geldleningen. Voor 2012 is dat een bedrag van € 8.857.000. In dit bedrag is niet opgenomen de rente van de nog af te sluiten leningen in 2011. Dit bedrag is opgenomen als rente korte geldleningen voor € 509.000. Van het totaal bedrag aan rente over 2012 ad € 9,4 miljoen wordt € 5,8 miljoen doorberekend aan de grondexploitatie en € 3,6 miljoen aan de programma’s en kostenplaatsen. Ontwikkeling leningenportefeuille opgenomen en verstrekte langlopende geldleningen Opgenomen geldleningen: De geprognosticeerde omvang van de opgenomen langlopende geldleningen bedraagt per 1-1-2012 circa € 212 mln. Dit is een forse stijging ten opzichte van 01-01-2011. Dit komt door het aantrekken van nieuwe vaste geldleningen om de kortlopende leningen af te lossen. In verband met de verwachte rentestijgingen in 2011 is begin 2011 besloten om niet langer gebruik te maken van de ontheffing van de kasgeldlimiet en daardoor zijn alle kortlopende leningen omgezet in lang lopende leningen. Op basis van deze primaire begroting is de verwachting dat de stand van de leningportefeuille eind 2012 circa € 208 miljoen zal bedragen. Uitgegeven geldleningen: Gelet op het verwachte financieringstekort worden geen gelden voor de korte of middellange termijn uitzet. In het verleden zijn wel leningen verstrekt in het kader van de publieke taak. De geprognosticeerde omvang van de uitgegeven langlopende geldleningen bedraagt per 1-1-2012 circa € 1.702.000. Rentevisie en ontwikkeling van de treasuryfunctie Het sentiment op de financiële markten wordt nog steeds gedomineerd door de problemen in de kredietmarkten en door de begrotingstekorten bij diverse Europese landen. De BNG gaat er van uit dat de tarieven voor langlopende leningen wat zullen gaan oplopen. De verwachting is dat de korte rente sneller zal stijgen ( bron: economisch beeld dd 08-082011). Het grote verschil dat de afgelopen jaren tussen de rentepercentages voor korte en lange leningen heeft gezeten zal naar verwachting kleiner worden. In 2006 is voor het laatst het treasurystatuut geëvalueerd. Op dit moment wordt er een nieuw standaard treasurystatuut voorbereid door de VNG. In 2012 zal het treasurystatuut geactualiseerd worden.
115
6.8 Lokale heffingen Inleiding In deze paragraaf wordt een overzicht van de verschillende gemeentelijke heffingen gegeven. Er wordt ingegaan op de opbrengsten en de ontwikkelingen op dit gebied. De gemeente Vlissingen kent in 2012 de volgende heffingen: 1. Onroerende zaakbelastingen; 2. Rioolheffing; 3. Afvalstoffenheffing; 4. Hondenbelasting; 5. Forensenbelasting; 6. Precariobelasting; 7. Parkeerheffingen; 8. Toeristenbelasting; 9. Overige rechten zoals leges, havengelden, marktgelden en lijkbezorgingrechten; De opbrengst van de OZB, forensen-, toeristen-, precarioen hondenbelasting vormt een deel van de algemene dekkingsmiddelen. Uitgangspunten Indexering en tariefverhoging Bij de verhoging van de belastingen en retributies wordt gekeken naar de ontwikkeling van de consumentenprijsindex (CPI) van het CBS over de laatste 12 maanden. Het gemiddelde CPI cijfer over de periode juli 2010 tot en met juni 2011 bedraagt 1,8%. Bij sommige belastingen wordt afgeweken van de stijging met het inflatiepercentage. Dit wordt dan specifiek vermeld. Kostendekking De rioolheffingen en de afvalstoffenheffing worden kostendekkend geëxploiteerd. Dat wil zeggen dat de tarifering afhankelijk is van het aantal belastbare objecten en de kosten die toegerekend kunnen worden aan de specifieke dienstverlening. De grafrechten worden stapsgewijs kostendekkend gemaakt.
116
Kwijtschelding Kwijtschelding wordt berekend op basis van 100% van de bijstandsnorm. Voor het berekenen van de kwijtschelding zijn de Zeeuwse gemeenten een samenwerkingsverband aangegaan met het Waterschap Zeeuwse Eilanden. Hierdoor hoeven de burgers maar één keer een aanvraagformulier in te dienen en wordt hun betalingscapaciteit, dit is het inkomen minus de kosten van bestaan, ook maar één keer beoordeeld. In de begroting is rekening gehouden met een bedrag aan kwijtschelding van € 479.780,-. In 2011 is de regeling voor het verkrijgen van kwijtschelding verruimd. Er mag meer vermogen zijn om toch nog aanspraak te maken op kwijtschelding. De gemeentes staan vrij om deze verruimde regeling al dan niet toe te passen. Uw raad wordt hierover in 2011 nader geïnformeerd. Ontwikkelingen Positie op de lokale lastenladder Zowel de provincie Zeeland alsook het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden van de Rijksuniversiteit Groningen (COELO) doen jaarlijks onderzoek naar de lokale gemeentelijke lasten. Daarbij worden gemeenten vergeleken voor wat betreft de OZB, de rioolheffingen en de afvalstoffenheffing. De COELO-atlas van de lokale lasten is een veel gebruikt naslagwerk op het gebied van de decentrale belastingen. Op grond van de uitgangspunten die dienen als basis voor de berekening van de gemiddelde lokale lasten neemt Vlissingen in 2011 een gedeelde 1e plaats in op de ranglijst van duurste Zeeuwse gemeentes (in 2010 de 2e plaats). De afwijking ten opzichte van het gemiddelde neemt wel af (+15,3% in 2009, + 13,4% in 2010 en + 12,4% in 2011). Opbrengsten belastingen Onderstaand overzicht geeft een beeld van de geraamde en de werkelijke opbrengsten van de afgelopen jaren in relatie met het begrotingsjaar 2012. Tabel: opbrengsten belastingen in € Belastingsoort
Rekening 2009
Onroerende zaakbelastingen Rioolheffing Afvalstoffenheffing Hondenbelasting Forensenbelasting Precariobelasting Parkeerbelastingen Toeristenbelasting
9.586.000 3.862.000 6.227.000 199.000 104.000 169.000 1.822.000 148.000
Begroting 2010 9.776.000 3.983.000 6.323.000 194.000 107.000 181.000 2.367.000 157.000
Rekening 2010 9.875.000 3.988.000 6.453.000 237.000 130.000 151.000 2.535.000 152.000
Begroting 2011 9.922.000 4.079.000 6.453.000 197.000 108.000 293.000 2.660.000 168.000
Begroting 2012 10.147.200 4.103.000 6.542.000 200.000 110.000 320.000 3.090.000 201.000
Toelichting per heffing Onroerende zaakbelastingen (OZB) Onder de naam “onroerende zaakbelastingen” wordt een belasting geheven van eigenaren van woningen en van eigenaren en gebruikers van bedrijfspanden en overige gebouwen. De grondslag voor de heffing is de waarde van de onroerende zaak. De lastendruk OZB voor niet-woningen (zoals winkel- en bedrijfspanden) behoort tot de hogere van Nederland. Het gemiddelde gecombineerde percentage (eigenaar- +
117
gebruikerspercentage) in 2011 bedraagt 0,3408 (landelijk) en 0,3050 (Zeeland). In Vlissingen is dit in 2011 0,4778. Het gemiddelde percentage voor woningen in 2011 ligt gemiddeld op 0,0992 (landelijk) en 0,1027 (Zeeland). In Vlissingen is dit 0,1123. Om de lastendruk op de tariefsontwikkeling van de niet-woningen te beperken is met de vaststelling van de nota lokale heffingen 2009-2012 besloten de nieuwbouw van incourante objecten niet aan te merken als extra opbrengst, maar als waardeontwikkeling. Voor de nieuwe herwaarderingsronde per 1-1-2012 zullen de tarieven voor woningen en nietwoningen worden aangepast. Vanaf 2007 worden de WOZ-objecten elk jaar opnieuw getaxeerd. Vanaf 2008 ligt de waardepeildatum één jaar voor het belastingjaar. Voor het jaar 2012 is dat dus 1-1-2011. Rioolheffingen Met ingang van 2010 kent de gemeente Vlissingen een rioolheffing conform het nieuwe artikel 228a (verbrede rioolrecht). Rioolheffingen zijn een vergoeding voor de exploitatiekosten van de gemeentelijke riolering. Iedere gebruiker van een woning, bedrijfspand of gebouw waarvan en/of waar vanuit afvalen/of hemelwater direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt geloosd wordt aangeslagen tegen een tarief dat afhankelijk is van het waterverbruik. Iedere eigenaar van een woning, bedrijfspand of gebouw waarvan en/of waar vanuit afval- en/of hemelwater direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt geloosd wordt aangeslagen tegen een vast tarief. De totale geraamde belastingopbrengst mag de totale geraamde lasten niet overschrijden. Met in achtneming van de kostendekkendheid worden de tarieven van de rioolheffingen in 2012 bepaald op: Tabel: Ontwikkeling tarieven rioolheffing (voor 2010: rioolrecht) Rioolheffing eigenaar Per perceel Rioolheffing gebruiker 3 Bij een waterverbruik van 0 – 400m
2008
2009
2010
2011
2012
119,96
127,51
129,68
131,88
134,25
38,70
41,14
41,84
42,55
43,32
De gewijzigde tarieven hebben een stijging t.o.v. 2011 van 1,8% Het (landelijke) gemiddelde tarief (van een meerpersoonshuishouden) ligt in 2011 op € 172,00.
Afvalstoffenheffing De afvalstoffenheffing is een vergoeding voor de kosten van het ophalen en verwerken van huishoudelijk- en tuinafval. Iedere gebruiker van een woning binnen de gemeente waar afvalstoffen kunnen ontstaan wordt aangeslagen met een gelijk tarief. De totale geraamde belastingopbrengst mag de totale geraamde lasten niet overschrijden. Met in achtneming van de kostendekkendheid wordt het tarief van de afvalstoffenheffing in 2012 bepaald op € 306,47 (stijging t.o.v. 2011 circa 2,9%). Tabel: Ontwikkeling tarief afvalstoffenheffing
118
Afvalstoffenheffing Per perceel
2008 289,80
2009 297,05
2010 298,51
2011 297,76
2012 306,47
Het (landelijke) gemiddelde tarief (van een meerpersoonshuishouden) ligt in 2011 op € 269,00.
Hondenbelasting Elke houder van één of meer honden is hondenbelasting verschuldigd. Op basis van aangifte wordt de houder aangeslagen. Voor de eerste hond wordt een basisbedrag in rekening gebracht. Voor elke tweede en volgende hond geldt het dubbele tarief. Vanaf 2007 is besloten om een meerjaarlijkse hondencontrole uit te voeren. Jaarlijks worden steeds circa 7.500 woningen gecontroleerd op (het houden van) honden. De jaarlijkse controle heeft als doel het aantal honden actueel te houden. De ervaring wijst uit dat bij geen controle het aantal geregistreerde honden afneemt. Tabel: Ontwikkeling tarief hondenbelasting Hondenbelasting
2008
2009
2010
2011
2012
e
70,26
72,02
73,46
73,97
75,30
e
140,54
144,05
146,93
147,94
150,60
1 hond 2 en volgende hond
Het (landelijke) gemiddelde tarief ligt in 2011 voor de eerste hond op € 58,01.
Forensenbelasting De woonforensenbelasting wordt geheven van natuurlijke personen die, zonder in de gemeente hoofdverblijf houden, er op meer dan negentig dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden. De heffing betreft een vast bedrag per woning. Tabel: Ontwikkeling tarief forensenbelasting Forensenbelasting Tarief per woning
2008 607,09
2009 622,27
2010 634,72
2011 639,17
2012 650,68
Precariobelasting Voor het hebben van voorwerpen op, boven of onder voor openbare dienst bestemde gemeentegrond wordt precariobelasting geheven. Naar aanleiding van de veldcontrole eind 2010 is de verordening precariobelasting met ingang van 1 januari 2012 geactualiseerd. Bij het bepalen van de tarieven precariobelasting zal het gestelde in de kadernota worden meegenomen.
Parkeerbelastingen Onder de naam "parkeerbelastingen" worden de volgende belastingen geheven: een belasting ter zake van het parkeren van een voertuig op een bij de belastingverordening dan wel krachtens de belastingverordening in de daarin aangewezen gevallen door het college te bepalen plaats, tijdstip en wijze;
119
-
een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze.
De opbrengst van de parkeerbelastingen is een vergoeding voor de exploitatiekosten van de parkeergarages en –voorzieningen.
Toeristenbelasting De verordening toeristenbelasting is in 2008 geactualiseerd teneinde een actuele verordening te verkrijgen die als basis dient voor de heffingen vanaf 1 januari 2009. In afwijking tot het CPI cijfer wordt het tarief toeristenbelasting in 2012, conform het besluit hierover in de kadernota, bepaald op € 0,85 per persoon per nacht. Tabel: Ontwikkeling tarief toeristenbelasting Toeristenbelasting Tarief per persoon per nacht
2008 0,56
2009 0,57
2010 0,65
2011 0,70
2012 0,85
Marktgelden Marktgelden worden geheven voor het innemen van openbare gemeentegrond en voor de beschikbaarstelling van gemeentelijke voorzieningen. De kosten voor het houden van de weekmarkt worden niet volledig doorberekend.
Leges Voor het verstrekken van een vergunning of document wordt een vergoeding in de vorm van leges gevraagd.
Lijkbezorgingrechten Voor het begraven en het huren van een graf enz. wordt een vergoeding in de vorm van lijkbezorgingrechten gevraagd. Conform het gestelde in de nota lokale heffingen 2009-2012 worden de tarieven lijkbezorgingrechten, naast de indexering met het CPI cijfer, extra verhoogd met 5%.
Havengelden. Havengelden worden geheven voor het innemen van openbare gemeentewateren en voor de beschikbaarstelling van gemeentelijke voorzieningen (kade).
120
7. Lijst van afkortingen AOB ADZ ADBZ AMVB AMW ARC AWBZ AZN BIBOB BDU BGT BOS CAR CJG CPA CPI CPO CIZ COELO CROW CZW DOB DPW FES FIDO GBI GGD GHOR GMZ GVVP GRP GSP HKPD HUP ICT IHP IOP ISV JIT KBW KOW MOP NASB OLAZ OZB OGZ OV PIT PVVP RAAK RAVZ RCVZ RIEC RUD SDW SGB TOV VET VNG VRI VROM VRZ VVE VWS
onderwijs achterstanden beleidsplan administratief dienstencentrum zeeland anti discriminatie bureau zeeland algemene maatregel van bestuur algemeen maatschappelijk werk actieprogramma ruimte en cultuur algemene wet bijzondere ziektekosten afvalverbranding zuid Nederland wet bevordering integriteit beoordelingen door het openbaar bestuur brede doeluitkering basisregistratie grootschalige topografie buurt onderwijs en sport constructie all-risk verzekering centrum voor jeugd en gezin centrale post ambulancevervoer consumenten prijsindex collectief particulier opdrachtgeverschap centrum indicatiestelling zorg centrum voor onderzoek van de economie van de lagere overheden centrum regelgeving, onderzoek en grond-, water- en wegenbouw college van zorg en welzijn duurzaam onkruidbeheer duurzame particuliere woningverbetering fonds economische stuctuurversterking financiering decentrale overheden geïntegreerd beheer informatiesysteem gemeenschappelijke gezondheidsdienst geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen gezamenlijke meldcentrale zeeland gemeentelijk verkeers en vervoersplan gemeentelijk rioleringsplan groenstructuurplan huiskamerproject drugsgebruikers handleiding uitvoerings procedures informatie- en communicatietechnologie integraal huisvestingsplan integraal omgevingsplan investeringsbudget stedelijke vernieuwingen jeugd interventie team kredietbank walcheren kinderopvang walcheren meerjaren onderhoudsplan nationaal actieplan sport en bewegen openbaar lichaam afvalstoffenverwijdering zeeland onroerende zaakbelasting openbare gezondheidszorg openbare verlichting probleem interventie team provinciaal verkeers- en vervoersplan regionaal actieplan en aanpak kindermishandeling regionaal ambulance vervoer zeeland regionale commissie verslavingszorg zeeland regionaal informatie en expertise centrum regionale uitvoeringsdienst sociale dienst walcheren stadsgewestelijke brandweer toeristisch ontwikkelingsbedrijf vlissingen vroeg erbij team vereniging van nederlandse gemeenten verkeersregelinstallaties volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer veiligheidsregio zeeland voor- en vroegschoolse educatie volksgezondheid welzijn en sport
121
VZG WABO WAD Wajong WIJ WION WMO WOZ WRO WSW WWB Wwnv ZAT ZSP
vereniging van zeeuwse gemeenten wet algemene bepalingen omgevingsrecht walcherse archeologische dienst wet arbeidsongeschiktheid voor jonggehandicapten Wet investeren in jongeren wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten (grondroerdersregeling) wet maatschappelijke ondersteuning waardering onroerende zaken wet op de ruimtelijke ordening wet sociale werkvoorziening wet werk en bijstand wet werken naar vermogen zorg advies team zeeland seaports
122