Programmabegroting 2015 - 2018
Fotografie: Gemeente Lisse, Sven van der Vlugt, Marleen Kriek
Inhoudsopgave
1
Voorwoord
3
Leeswijzer
5
Samenvatting, begroting in één oogopslag Programma’s
7 15
Dienstverlening en participatie
17
Zorg, jeugd en welzijn
23
Ruimte en wonen
31
Economie en toerisme
41
Cultuur, sport en onderwijs
51
Leefbaarheid
57
Veiligheid
63
Bestuur en bedrijfsvoering
69
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
78
Paragrafen
81
Lokale heffingen
82
Weerstandsvermogen en risicobeheersing
88
Onderhoud kapitaalgoederen
96
Financiering
104
Bedrijfsvoering
110
Verbonden partijen
119
Grondbeleid
131
Financiële begroting
137
Besluit
149
Bijlagen
150
2
Belangrijke elementen binnen deze begroting zijn de uitgangspunten van een lage woonlastendruk en de handhaving van het voorzieningenniveau. Zij bevat een stelpost voor bezuinigingen die via een aparte nota als eerste begrotingswijziging zal worden behandeld. Verschillende transities van gedecentraliseerde taken krijgen steeds meer vorm en nieuw beleid staat - zeker voor de toekomst - steeds meer in het teken van participatie en cofinanciering. In april 2014 is de nieuwe bestuursovereenkomst vastgesteld. Daarop is deze begroting vooral gebaseerd.
Voorwoord
3 Solide financieel beleid; dat is een van de uitgangspunten van het huidige college. Een logische uitwerking daarvan is dat Lisse voor 2015 een sluitende begroting heeft. Maar wat ons betreft is dat niet genoeg. Dit college hecht er aan dat Lisse ook op de langere termijn een financieel gezonde gemeente blijft. Geen rekeningen doorschuiven naar de toekomst, maar nu aanpakken wat aangepakt moet worden. Hiertegenover staat de wetenschap dat de bezuinigingen die het Rijk doorvoert, flinke gevolgen heeft voor Lisse. Jaar in jaar uit zien we de uitkering van het Rijk afnemen en daarmee onze inkomsten teruglopen. Bezuinigingen zijn dientengevolge onontkoombaar. De komende jaren zullen we het met minder moeten doen. In de afgelopen jaren is hiermee een begin gemaakt. Dit college zet deze lijn krachtig voort. Voor 2015 betekent dit dat er € 0,8 miljoen bezuinigd moet worden. Het is gelukt deze benodigde € 0,8 miljoen aan bezuinigingen te vinden. Betreffende bezuinigingsmaatregelen zijn concreet uitgewerkt in de nota bezuinigingen die tegelijkertijd met deze begroting aan de gemeenteraad wordt aangeboden. Voor 2016 en de jaren daarna geldt dat er in totaal € 1,5 miljoen structureel dient te worden bezuinigd. Dat betekent dat we nog € 0,7 miljoen dienen te bezuinigen, bovenop de reeds genoemde € 0,8 miljoen. Dat is geen geringe opgave. Waar we in 2015 inwoners, bedrijven en instellingen in de meeste gevallen nog konden ontzien, zal dat vanaf 2016 niet meer het geval zijn. Er zullen fundamenteler keuzes moeten worden gemaakt. Dat is de reden dat de gemeente in 2015 in gesprek zal gaan met de Lissese samenleving om vervolgens de input te gebruiken voor het samenstellen van een evenwichtig pakket aan maatregelen die zullen moeten leiden tot een begroting die ook op de lange termijn sluitend is. College, gemeenteraad en inwoners staan al met al voor een flinke uitdaging. Door deze begroting en nota bezuinigingen vast te stellen zetten we echter al een belangrijke stap. Daarmee slaat Lisse de goede weg in. Wij hebben alle vertrouwen in de vervolgstappen. Samen voor (een financieel gezond) Lisse! Namens het college, Evert Jan Nieuwenhuis wethouder Financiën
4
Leeswijzer
5 DEZE PROGRAMMABEGROTING bevat net als vorig jaar in het begin van het document een samenvatting in de vorm van de vroegere Bieo (Begroting in één oogopslag). In die samenvatting treft u de belangrijkste beleidsuitgangspunten, activiteiten voor het komende jaar en financiële ontwikkelingen aan. Bij de programma’s geven wij antwoord op de 3 w-vragen wat willen we bereiken, wat gaan we daarvoor doen en wat mag het kosten. Wij gaan daar vooral in op de speerpunten voor het komende jaar. Het onderdeel Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien geeft een overzicht van de baten waar geen direct bestedingsdoel aan gekoppeld is. De paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de programma’s en gaan vooral in op de beheersmatige aspecten van het gemeentelijk handelen. Wij behandelen daarin de kwesties hoe wij het beleid financieren, hoe wij omgaan met onze kapitaalgoederen, welke risico’s de gemeente loopt en op welke wijze wij die risico’s willen afdekken, welke ontwikkelingen wij in de grondexploitatie verwachten, hoe wij omgaan met partijen met wie wij een bestuurlijk en financieel belang hebben en welke aspecten binnen de bedrijfsvoering onze aandacht krijgen. Dit digitale document biedt de mogelijkheid om achtergrondinformatie op te halen via hyperlinks.
6
In deze programmabegroting zijn de bezuinigingsvoorstellen verwerkt die in voorgaande begrotingen werden aangekondigd. De resultaten uit een nieuwe bezuinigingsronde worden tegelijkertijd met de behandeling van deze begroting behandeld.
Samenvatting, begroting in één oogopslag
7 IN APRIL 2014 HEBBEN WIJ DE Bestuursovereenkomst “Samen voor Lisse” vastgesteld. Die overeenkomst vormt voor deze programmabegroting de basis. De programmabegroting is een financiële vertaling van de activiteiten die in 2015 plaatsvinden en die moeten leiden tot het realiseren van de ambities uit het coalitieprogramma. Bij de behandeling van de Kadernota 2015 heeft de raad beleidsprioriteiten benoemd die wij in de volgende 8 programma’s hebben verwoord. Programma Dienstverlening en participatie De doelstelling binnen dit programma is een slagvaardige, vraaggerichte en bovenal klantvriendelijke dienstverlening. De gemeente Lisse wil een moderne, pro-actieve uitstraling hebben naar de klant.
Voor 2015 heeft de digitale dienstverlening en participatie binnen dit programma prioriteit. Participatie gaat over de mogelijkheid, de ruimte en het instrumentarium voor inwoners, maatschappelijke partners en ondernemers om mee te doen aan de vormgeving en uitvoering van gemeentelijk beleid (samenspraak en inspraak). Ook biedt participatie de mogelijkheid aan inwoners, maatschappelijke partners en ondernemers zelf of samen met de gemeente en/of partners initiatieven te nemen, bijvoorbeeld ter bevordering van de eigen
leefomgeving (overheidsparticipatie). Participatie vraagt van bestuurders en medewerkers een andere manier van denken en handelen. Nog in 2014 stellen we een visie en uitvoeringsplan op om de processen van planvorming en besluitvorming aan te passen. We gaan productaanvragen digitaliseren met behulp van zogenoemde e-formulieren. Dit gebeurt gefaseerd. De e-formulieren zijn toegankelijk via de website. In 2015 wordt het ook mogelijk om gebruik te maken van een persoonlijke internetpagina (PIP). In de PIP kunnen inwoners de stand van zaken inzien van digitaal aangevraagde producten. Programma Zorg, jeugd en welzijn Binnen dit programma willen we bereiken dat mensen participeren in de samenleving. Mensen die niet op eigen kracht kunnen participeren, zullen wij ondersteuning bieden. Uitgangspunt hierbij is dat mensen zelf verantwoordelijk zijn en dat gekeken wordt naar de eigen kracht en wat de omgeving kan bijdragen aan ondersteuning. De vijf bollengemeenten intensiveren de al bestaande samenwerking in de beleidsvorming en de uitvoering van taken in het sociaal domein, met als leidende motieven solidariteit, risicobeheersing en inzetten van het zelfredzame vermogen van de bevolking om te komen tot een goede transitie van de nieuwe taken op het gebied van de 3 decentralisaties Jeugdzorg, nieuwe WMO en participatiewet. Naast de transitie moet er ook sprake zijn van een transformatie van verzorging naar participatie. Die transformatie is gericht op het veranderen van gedrag, cultuur en werkwijzen. Het gaat om een andere omgang met elkaar bij burgers, professionals, instellingen en gemeenten om de gewenste verandering te effectueren. Het vraagt om een andere manier van denken en handelen van alle betrokken partijen inclusief de gemeente zelf.
Samenvatting, begroting in één oogopslag
8 Hierbij staan de volgende drie uitgangspunten centraal: 1. Eigen kracht van de klant: van aanbod- en systeemgericht naar vraag- en mensgericht. 2. Een verschuiving van zware naar lichte zorg. 3. Goedkoper en flexibeler.
De gemeente wil de parkeerdruk in de woonwijken terugbrengen naar een aanvaardbaar niveau. Bewoners moeten op een acceptabele loopafstand van de woning kunnen parkeren. Ook de toegankelijkheid voor nood- en hulpdiensten moet verbeterd. In 2015 staat de aanpak van de parkeerproblematiek in de wijken Meerenburgh en Ter Beek gepland. Voor wat betreft de grondexploitatie hebben een toekomstgerichte herontwikkeling van het leegstaande hallencomplex project Hobaho en het alsnog realiseren van een sluitende grondexploitatie project Dever-Zuid de hoogste prioriteit.
Programma Ruimte en wonen Binnen dit programma is de algemene doelstelling: bereikbaarheid van Lisse, kwalitatief goede, schone en veilige openbare ruimte en voorzieningen en een op behoefte afgestemd woningaanbod. In 2015 zijn de beleidsprioriteiten: parkeren in het centrum, parkeren in de wijken, bouwprojecten Hobaho en Dever-Zuid en beheer buitenruimte. Bezoekers van Lise moeten gratis kunnen parkeren en niet onnodig lang hoeven te zoeken naar een parkeerplaats. Die doelstelling willen we in de eerste plaats bereiken door middel van een strikte handhaving in en uitbreiding van de parkeerschijfzone. Daarnaast zoeken we zonodig naar aanvullende parkeerlocaties. Voor het voeren van een samenhangend en uitvoeringsgericht verkeers- en vervoersbeleid dat richting geeft aan te nemen beslissingen inzake verkeer en vervoer, stellen we in 2016 een Mobilteitsplan op.
De afgelopen jaren is veel verbeterd in het afhandelen van meldingen en klachten over de buitenruimte door burgers. Burgers verwachten de laatste jaren echter meer en meer van de lokale overheid. Als overheid willen wij graag meegroeien en de lat nog hoger leggen. In drie stappen zoeken we naar een verdere verbetering: het uitvoeren van een nulmeting, naar aanleiding daarvan doelen formuleren en een plan van aanpak maken om die doelen te halen.
Samenvatting, begroting in één oogopslag
9 Programma Economie en toerisme De Greenport economie is een belangrijke pijler onder de economie van de Duin- en Bollenstreek en Lisse. Uit onderzoek kwam naar voren dat de Greenport op het vlak van aansluiting op het Topsectorenbeleid van de rijksoverheid een achterstand heeft en dat innovatieprocessen in de Greenport tekortschieten. De zes Greenportgemeenten werken daarom gezamenlijk aan een economische agenda voor de Greenport Duinen Bollenstreek. Dat vraagt om een offensieve strategie waarin overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen nauw samenwerken en acties ondernemen. De Bollenstreek is een uniek gebied met specifieke kenmerken die landelijke bekendheid, zelfs wereldwijde bekendheid geniet. De streek wordt echter bedreigd door nieuwe productiegebieden. Qua productieareaal en grondkosten ontstaan er steeds meer (en soms betere) alternatieven. Omdat de Bollenstreek van oudsher de locatie voor de bollenteelt is en deze positie graag wil behouden, is het noodzakelijk te werken aan de ontwikkeling en innovaties van de streek. In 2015 willen we werken aan de uitvoering van een ontwikkeld programma en met de activiteiten daaruit een vergroting van de innovatiekracht in de Bollenstreek realiseren. Lisse is van oudsher een bloembollendorp en staat bekend als handelscentrum voor bollen.
Toch is de beleving van Lisse als bloembollendorp nog niet optimaal en overal even zichtbaar. Het is belangrijk om de identiteit van Lisse nog beter aan te laten sluiten bij het imago, namelijk dat van bloembollendorp Lisse. Er zal een nadere uitwerking plaatsvinden om de aantrekkingskracht van Lisse en de positionering als bloembollendorp neer te zetten. Vanzelfsprekend krijgen andere sectoren behalve die van de bloembollen ook de nodige aandacht. Medio 2015 zal een onderzoek worden gedaan naar de zondagsopenstelling van winkels met een evaluatie onder de eigenaren/winkeliers, de medewerkers en de bezoekers van de winkels. In dit onderzoek zal aandacht worden besteed aan de concurrentiepositie van het koopcentrum Lisse en het effect van de openstelling op de zondagen op de lokale economie.
De aanbevelingen uit de nota Leegstand zijn de afgelopen periode opgenomen binnen de uitvoering van de nota Sfeergebieden. Op deze manier kan breder en binnen een groter geheel gewerkt worden aan de kwaliteit van het winkelcentrum. Verbetering van de kwaliteit en beleving trekt meer bezoekers naar het centrum en heeft indirect invloed op de verhuur/aanbod van winkels en dus de leegstand in het centrum.
Samenvatting, begroting in één oogopslag
10 Programma Cultuur, sport en onderwijs Professionalisering van het beheer en de exploitatie van de sociaal culturele accommodaties is onderdeel van het vastgestelde accommodatiebeleid in Lisse. Onderzoek moet aantonen welke mogelijkheden (beheersvormen) er zijn om de sociaal culturele accommodaties voor lagere kosten te exploiteren en beheren. Eén van de mogelijkheden kan zijn de exploitatie en/of het beheer van de accommodaties over te laten aan de gebruikers.
Programma Leefbaarheid In de bestuursovereenkomst is geformuleerd dat er voorstellen zullen worden gedaan voor het treffen van maatregelen met een duurzaam karakter. Deze maatregelen moeten gericht zijn op het stimuleren van anderen om voorzieningen met een duurzaam effect te realiseren. Daarnaast zal de gemeente zelf maatregelen treffen die een voorbeeld zijn voor anderen. De gemeente wil meer kansen benutten om een betere milieukwaliteit te bereiken. Dit betekent activiteiten die gericht zijn op minder uitputting van energie en grondstoffen en/ of ruimtebeslag.
Programma Veiligheid Lisse wil een gemeente zijn waarin inwoners, ondernemers en bezoekers zich veilig voelen. Lisse wil, samen met haar partners, blijven investeren in de veiligheid van inwoners, ondernemers en bezoekers. Het huidige integraal veiligheids- en handhavingsbeleid wordt in 2015 herzien. We willen ons beleid up-to-date houden en afstemmen op ontwikkelingen in de veiligheidsregio en politieregio. Daarnaast biedt het kansen om meer uitvoering te geven aan burgerparticipatie. We willen onze inwoners en ondernemers laten meedenken in de beleidsprioriteiten voor de komende vier jaar. De huidige programmering van het integraal veiligheid- en handhavingsbeleid zullen we in 2015 met een aanpassing op het onderdeel toezicht en handhaving Wonen voortzetten. Dit betekent dat er van de veiligheidsthema’s aandacht wordt besteed aan het Veilig Wonen, Keurmerk Veilig Ondernemen, veilige evenementen en jeugd, alcohol en overlast. Wat het onderdeel toezicht en handhaving betreft zullen speerpunten zoals controles parkeren (waaronder blauwe zone), horecacontroles, wijktoezicht en hondenpoep onderdeel uit maken van de inzet van de Gemeentelijke Opsporingsambtenaren. Verder gaan we uitvoering geven aan het Evenementenbeleid en implementeren wij het plan van aanpak Veilig Wonen. Programma Bestuur en bedrijfsvoering Intergemeentelijke samenwerking is een middel om de effectiviteit, efficiency en externe belangenbehartiging van de gemeente te verbeteren. Daar waar het toegevoegde waarde oplevert, wil Lisse enthousiast samenwerken met één of meer buurgemeenten. De gemeentesecretarissen van Hillegom, Teylingen, Noordwijkerhout en Lisse zijn aan de slag gegaan op welke wijze invulling kan worden gegeven aan ambtelijke samenwerking.
Samenvatting, begroting in één oogopslag
11 De huidige Toekomstvisie 2020 is aan actualisatie toe. Nieuwe landelijke, regionale en plaatselijke trends en ontwikkelingen verwerken we in de Toekomstvisie 2025. We stellen, als tussenstap naar de Toekomstvisie 2025, in 2015 een position paper op. De position paper geeft een impressie van wat leeft en geeft een indruk van de thema’s die behandeld worden. Door de Autoriteit Financiële Markten (AFM) wordt verscherpt toezicht uitgeoefend op de gemeentelijke accountants. Dit resulteert er onder andere in dat omvangrijke controle programma’s uitgevoerd moeten worden en controledossiers worden gevraagd. De accountant legt vervolgens deze controleprogramma’s neer bij de gemeente die ook zorg dient te dragen voor de aanlevering en vormgeving van de dossiers. Om invulling te kunnen gegeven aan de gestelde eisen door de accountant zal een tijdelijke uitbreiding van de formatie noodzakelijk zijn. Online communicatie moet een positief imago opleveren door een positieve aanwezigheid op het world wide web en een daarbij behorende proactieve en interactieve digitale communicatiestijl. Hiertoe wordt een webcare team bij de Gemeentewinkel ingericht. Het webcare team houdt de communicatie uitingen die over de gemeente op sociale media worden gedaan in de gaten en reageert hier adequaat op. Financiën structureel beeld Centraal in deze bestuursperiode staat een gezond en solide financieel beleid. Hiervoor zal een strikte begrotingsdiscipline worden gehanteerd. Ook dient er sprake te zijn van een evenwichtige begroting en een voldoende reserve voor het opvangen van risico’s en onvoorziene tegenvallers. Deze programmabegroting borduurt voort op de Kadernota 2015. Zij is gebaseerd op de uitgangspunten en de richtlijnen zoals die door
de raad in de bestuursovereenkomst en Kadernota zijn vastgesteld. Het financiële beleid in meerjarenperspectief wordt vooral bepaald door het inspelen op de gevolgen van rijksmaatregelen en vanzelfsprekend de uitvoering van de nieuwe bestuursovereenkomst. Daarnaast vormen de lage woonlastendruk en het handhaven van het voorzieningenniveau belangrijke uitgangspunten voor het financiële beleid. Verder zijn de resultaten bekend van de uitgewerkte opdracht om met voorstellen tot bezuinigingen te komen. De nieuwe Nota bezuinigingen 2015 behandelt u tegelijkertijd met deze begroting. De ratio voor het weerstandsvermogen komt in deze begroting uit op 1,8 en is daarmee ruim voldoende. Uit de bepaling van het weerstandsvermogen blijkt ook dat de Algemene reserve op dit moment niet voldoet aan het uitgangspunt van 100% risicoafdekking. De reserve dient de komende periode aangevuld te worden. Uitgangspunt binnen de bestuursovereenkomst is dat geen stijging van lokale lasten zal plaatsvinden, met dien verstande dat enkel voor inflatie zal worden gecorrigeerd. Deze begroting heeft getracht daaraan te voldoen. Helaas is dat door het uitgangspunt van kostendekkendheid van de tarieven voor de rioolheffing niet gelukt. Voor een deel konden we de stijging van die heffing nog corrigeren met de tarieven voor de afvalstoffenheffing, maar helaas niet voor het geheel. De programmabegroting voldoet aan de eisen die de Gemeentewet eraan stelt: het begrotingsjaar 2015 is sluitend. Daarvoor is echter wel nodig dat u de nieuwe Nota bezuinigingen 2015 vaststelt, zodanig dat die het bedrag van € 0,8 miljoen dat als stelpost in de begroting is opgenomen concreet invult.
Samenvatting, begroting in één oogopslag
12 Uitgaande van genoemde Kadernota 2015 zijn de resultaten 2015 – 2018 als volgt:
jaar 2015 2016 2017 2018
resultaten programmabegroting 2015 - 2018 128.000 151.000 381.000 44.000
Programma 01 Dienstverlening en participatie 02 Zorg, jeugd en welzijn 03 Ruimte en wonen 04 Economie en toerisme 05 Cultuur, sport en onderwijs 06 Leefbaarheid 07 Veiligheid 08 Bestuur en bedrijfsvoering
(reguliere) Baten
(reguliere) Lasten
1.143 2.935 444 548
-2.810 -18.491 -4.882 -1.128
498 4.877 110 0
Financiering en algemene dekkingsmiddelen
33.956
Mutaties reserves
44.511 3.941
Resultaat 2015
Het volgende overzicht toont de totalen van de baten, de lasten, de programmaonderdelen en de kapitaallasten van het investeringsplan per programma (bedragen in duizenden euro’s). Voor een uitgebreide toelichting op de financiën verwijzen wij naar de financiële begroting elders in deze programmabegroting.
Programma onderdeel
Kapitaallasten IP
Lasten Totaal
-100
Saldo programma
-2.910 -18.491 -4.952 -1.203
-1.767 -15.556 -4.508 -655
-53 -75
-17
-9.218 -7.717 -2.180
-20
-9
-9.218 -7.746 -2.180
-8.720 -2.869 -2.070
-1.472
-40
-12
-1.524
-1.524
-47.898 -100
-288
-38
-48.224
33.956 -3.713 3.841 128
Samenvatting, begroting in één oogopslag
13 De verdeling van de lasten en baten over de programma’s ziet er schematisch als volgt uit:
Lasten per programma
Baten per programma
Dienstverlening en participatie
Dienstverlening en participatie
Zorg, jeugd en welzijn
Zorg, jeugd en welzijn
Ruimte en wonen
Ruimte en wonen Economie en toerisme
Economie en toerisme
Cultuur, sport en onderwijs
Cultuur, sport en onderwijs
Leefbaarheid
Leefbaarheid
Veiligheid
Veiligheid
Bestuur en bedrijfsvoering
Bestuur en bedrijfsvoering
Financiering en algemene dekkingsmiddelen
De algemene dekkingsmiddelen bestaan uit de volgende elementen: Algemene dekkingsmiddelen
OZB
roerende zaakbelasting
toeristenbelasting
baatbelasting
hondenbelasting
precariobelasting
algemene uitkering
Uitkeringen Jeugd
Uitkeringen Participatie
Uitkeringen Wmo
dividenden
rente
Samenvatting, begroting in één oogopslag
14 Plaats van de meerjarenbegroting 2015 - 2018 In de hieronder opgenomen basiscyclus zijn we nu aanbeland bij de begrotingsfase. In de hieraan voorafgaande planningsfases heeft u al de Kadernota 2015 vastgesteld. De basiscyclus
Bezinning
Beleid •Bestuursovereenkomst • Lange Termijn Visie • Beleidsvisies
Prioriteren
Planningsfase • (Middel)lange Termijn
Controlefase •Tussentijdse rapportages •Jaarrekening • Tussentijdse
Planning (MiljoenenNota)
• Kadernota
rapportages
•
Uitvoering
Begrotingsfase • Programmabegroting • Productenraming • Afdelingsplannen
Selecteren
15
Programma’s
16
Centraal in ons denken en handelen staat een goede dienstverlening aan alle inwoners, bedrijven en instellingen. Slagvaardig, vraaggericht en bovenal klantvriendelijk. Onze producten en diensten zijn van goede kwaliteit, verzoeken worden snel en adequaat afgehandeld. We streven naar een continue verbetering van onze digitale dienstverlening. Participatie van inwoners en instellingen is van groot belang. Vanuit de gemeente geven wij ruimte en ondersteuning aan initiatieven vanuit de lokale samenleving. De bestuurlijke besluitvorming richten wij op een zodanige manier in dat (organisaties van) burgers invloed kunnen hebben op de planvorming van de gemeente.
Dienstverlening en participatie
1 17 Portefeuillehouder
: C.J. Ruigrok
Programmaverantwoordelijke
: J.W. Schellevis
Algemene doelstelling:
Slagvaardige, vraaggerichte, klantvriendelijke dienstverlening en bereikbaarheid
Programma-
Beoogde
onderdeel
resultaten
Digitalisering
Betere dienstverlening door
dienstverlening
complete digitale
(2015.01.01)
afhandeling aanvragen
Participatie
Inwoners en ondernemers
(2015.01.02)
vroeg betrekken bij planen/of besluitvorming
Activiteiten
Gefaseerde invoering eformulieren
Opstellen visie en uitvoeringsplan aanpassing processen
Dienstverlening en participatie
1 2015.01.01 Digitalisering dienstverlening 18
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Het uiteindelijke doel is een complete digitale afhandeling van standaard productaanvragen en het beschikbaar maken van statusinformatie voor onze maatwerkproducten die onze klanten zelf kunnen inzien.
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Gefaseerde invoering e-formulieren
Voor een voortgaande verbetering van de dienstverleningsprocessen zal worden ingezet op verregaande digitalisering. De lange termijn ambitie is dat onze klanten te allen tijde kunnen controleren hoe het met de voortgang staat van hun meldingen, aanvragen en dergelijke. Zij zijn zelf in staat aanvragen, meldingen en dergelijke digitaal in te dienen. Balie en telefonie blijven toegankelijk voor diegenen die digitaal onvoldoende vaardig zijn. Subdoelstellingen Een kwalitatief betere aanvraag van een product door het automatisch voorinvullen bij digitale aanvragen; Een kostenbesparing op lange termijn; 30 digitale aanvraagformulieren in 2017. Effecten
Minder fouten; Kortere doorlooptijden.
We gaan productaanvragen digitaliseren met behulp van zogenoemde e-formulieren. Dit gebeurt gefaseerd. De e-formulieren zijn toegankelijk via de website. In 2015 wordt het ook mogelijk om gebruik te maken van een persoonlijke internetpagina (PIP). In de PIP kunnen inwoners statusinformatie opvragen over digitaal aangevraagde producten. Kosten: De middelen voor het realiseren van dit programma zijn al in een eerder stadium beschikbaar gesteld.
Dienstverlening en participatie
1 2015.01.02 Participatie 19
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Het doel is dat we inwoners en ondernemers in een vroeg stadium betrekken bij planen/of besluitvorming. Ook geven we vanuit de gemeente ruimte en ondersteuning aan initiatieven vanuit de lokale samenleving.
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015:
Participatie gaat over de mogelijkheid, de ruimte en het instrumentarium voor inwoners, maatschappelijke partners en ondernemers om mee te doen aan de vormgeving en uitvoering van gemeentelijk beleid (samenspraak en inspraak). Ook biedt participatie de mogelijkheid aan inwoners, maatschappelijke partners en ondernemers zelf of samen met de gemeente en/of partners initiatieven te nemen, bijvoorbeeld ter bevordering van de eigen leefomgeving (overheidsparticipatie). Participatie vraagt van bestuurders en medewerkers een andere manier van denken en handelen.
Opstellen visie en uitvoeringsplan aanpassing processen
We richten, vanuit een duidelijke en gedragen visie op participatie, de besluitvorming in het college en de raad op een zodanige manier in dat (organisaties van) inwoners vanaf de start van het proces invloed hebben op planvorming en (daaropvolgende) besluitvorming van de gemeente. Ook ontwikkelen we een cultuur en instrumentarium waarmee we lokale initiatieven ondersteunen, faciliteren en/of stimuleren. We houden rekening met het feit dat participatie aan de voorkant van het traject tijd en aandacht vraagt. Kosten: Voor het daadwerkelijk vorm en inhoud geven van deze manier van werken, -het opstellen van een visie en uitvoeringsplan, het ontwerpen van instrumentarium en de implementatie - zal gedurende vier jaar jaarlijks € 100.000 beschikbaar worden gesteld.
Dienstverlening en participatie
1 20
Wat mag het kosten? De volgende tabel bevat de baten en lasten en de prioriteiten die aan het programma verbonden zijn. Baten en lasten programma Dienstverlening en participatie (bedragen * € 1.000) realisatie
jul
Programmabegroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Burgerzaken
L B S
-617 338 -279
-605 388 -217
-663 399 -264
-648 394 -254
-648 394 -254
-648 394 -254
Omgevingsvergunning
L B S
-679 678 -1
-629 698 69
-629 698 69
-629 698 69
-629 698 69
-629 698 69
Vergunningen
L B S
-57 40 -17
-103 42 -61
-103 42 -61
-103 42 -61
-103 42 -61
-103 42 -61
Verkeer en vervoer
L B S
-1 3 2
-6 4 -2
-6 4 -2
-6 4 -2
-6 4 -2
-6 4 -2
Communicatie 2015.01.02 Participatie
L
-257
-270
-270 -100
-270 -100
-270 -100
-270 -100
B S
-257
-270
-370
-370
-370
-370
L B S
-481 19 -462
-453
-447
-425
-425
-425
-453
-447
-425
-425
-425
L B S
-539
-761
-692
-620
-622
-627
-539
-761
-692
-620
-622
-627
L B S
-2.631 1.078 -1.553
-2.827 1.132 -1.695
-2.910 1.143 -1.767
-2.801 1.138 -1.663
-2.803 1.138 -1.665
-2.808 1.138 -1.670
Heffing- en invordering gemeentelijke belastingen
Overige Gemeentewinkel
Programma Dienstverlening en participatie
Mutaties reserves
realisatie
jul
2013
2014
Toevoegen aan Onttrekken uit
74
Programmabegroting 2015
2016
2017
2018
Dienstverlening en participatie
1 21 Toelichting De voor 2015 belangrijke baten en/of lasten lichten wij hier kort toe. De programmaonderdelen maken ook deel uit van de Tussentijdse Rapportages en de Jaarstukken. In het onderdeel Financiële begroting lichten wij op programmaniveau toe de verschillen tussen het jaar 2014 en 2015.
Burgerzaken, Omgevingsvergunning, Vergunningen en Verkeer en vervoer Voor wat betreft de te hanteren legestarieven voor 2015 wordt uitgegaan van het bestaande beleid ten aanzien van deze tarieven. Dat houdt in dat de tariefaanpassing slechts plaatsvindt voor zover daarmee de kostendekkendheid van de tarieven niet wordt overschreden.
Communicatie Voor een toelichting verwijzen wij u naar het programmaonderdeel 2015.01.02 Participatie. - Participatie € 100.000
Wij verwijzen naar de paragraaf Lokale heffingen voor de samenhang tussen de lasten en baten en de dekkingspercentages.
22
De gemeente wordt met ingang van 1 januari 2015 verantwoordelijk voor een aantal nieuwe taken. Er moet een transitie plaatsvinden van taken die nu door andere overheden zoals Rijk en provincie worden uitgevoerd. Deze nieuwe taken zijn de Jeugdzorg, AWBZ taken die worden overgeheveld naar de Wmo en de Participatiewet. De gemeenten in de Bollenstreek hebben afgesproken om de voorbereiding gezamenlijk te doen. Daartoe is een 3D projectorganisatie opgericht.
Zorg, jeugd en welzijn
2 23 Portefeuillehouder
: A.D. de Roon
Programmaverantwoordelijke
: J.W. Schellevis
Algemene doelstelling:
Wij willen voorzieningen die bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar zijn voor kwetsbare burgers, waarbij eigen verantwoordelijkheid het uitgangspunt is
Activiteiten
Programma-
Beoogde
onderdeel
resultaten
De drie decentralisaties
Kwetsbare inwoners nemen
Intensiveren bestaande
(2015.02.01)
deel aan het
samenwerking
maatschappelijk verkeer
beleidsvorming en uitvoering taken sociaal domein
Transformatoe verzorging naar participatie
Zorg, jeugd en welzijn
2 2015.02.01 De drie decentralisaties 24
Wat willen we bereiken? Doelstelling: We willen bereiken dat mensen participeren in de samenleving. Mensen die niet op eigen kracht kunnen participeren, zullen wij ondersteuning bieden. Uitgangspunt hierbij is dat mensen zelf verantwoordelijk zijn en dat gekeken wordt naar de eigen kracht en wat de omgeving kan bijdragen aan ondersteuning. Subdoelstellingen: Jeugdzorg - De jeugd in Lisse groeit gezond en veilig op. Ze ontwikkelen hun talenten en kunnen zo, nu en later naar vermogen deelnemen en bijdragen aan de maatschappij. Nieuwe WMO - Onze inwoners kunnen allemaal meedoen, kunnen zich ontplooien en verantwoordelijkheid nemen voor zichzelf, voor elkaar en de leefomgeving. Voor de groep inwoners voor wie dat niet haalbaar is, is tijdelijke of langdurige ondersteuning beschikbaar. Eigen kracht en zelfredzaamheid staan voorop. Werk / Participatiewet -
Werkgeversbenadering verbeteren
-
mensen met en zonder arbeidsbeperking toeleiden naar betaald werk.
Wat gaan we daarvoor doen? Uitvoeringsplan 2015 - 2018, jaarschijf 2015: Intensiveren bestaande samenwerking beleidsvorming en uitvoering taken sociaal domein
Transformatoe verzorging naar participatie
De vijf bollengemeenten intensiveren de al bestaande samenwerking in de beleidsvorming en de uitvoering van taken in het sociaal domein, met als leidende motieven solidariteit,
risicobeheersing en inzetten van het zelfredzame vermogen van de bevolking om te komen tot een goede transitie van de nieuwe taken. Naast de transitie moet er ook sprake zijn van een transformatie van verzorging naar participatie. Die transformatie is gericht op het veranderen van gedrag, cultuur en werkwijzen. Het gaat om een andere omgang met elkaar bij burgers, professionals, instellingen en gemeenten om de gewenste verandering te effectueren. Het vraagt om een andere manier van denken en handelen van alle betrokken partijen inclusief de gemeente zelf. Hierbij staan de volgende drie uitgangspunten centraal: 1. Eigen kracht van de klant: van aanbod- en systeemgericht naar vraag- en mensgericht. 2. Een verschuiving van zware naar lichte zorg. 3. Goedkoper en flexibeler. Deze uitgangspunten leiden tot een integrale cliëntgerichte benadering waarbij: Professionals de ruimte krijgen hun werk te kunnen doen. Zo min mogelijk bureaucratie wordt ingebouwd. Er sprake is van ontschotting tussen deelregelingen en budgetten. Uitvoeringsplan geconcretiseerd per onderdeel: Jeugdzorg Beschikbaar stellen van jeugdhulpvoorzieningen aan jeugdigen en ouders die problemen hebben bij opgroeien en opvoeden. Geleidelijke transformatie van de jeugdzorg, conform het “Regionale beleidsplan transitie jeugdzorg Holland Rijnland; Hart voor de Jeugd”, opdat de jeugdhulp eenvoudiger en van betere kwaliteit wordt en de kosten van de jeugdhulp niet groeien.
Zorg, jeugd en welzijn
2 2015.02.01 De drie decentralisaties 25
In samenwerking met andere gemeenten in Holland Rijnland en in de Duin- en Bollenstreek wordt de nieuwe taak uitgevoerd. Lisse neemt hieraan actief deel. Bestaand beleid (Regionaal beleidsplan transitie jeugdzorg “Hart voor de Jeugd”) uitvoeren en daarmee zorgdragen voor geleidelijke transformatie. Bijsturen waar nodig. Zorg dragen dat het Jeugd- en Gezinsteam van Lisse na de proeftuinperiode in 2014, in 2015 zich doorontwikkelt en werkwijzen worden bestendigd. Het Centrum voor Jeugd en Gezin laten bijdragen aan de transformatie van de jeugdzorg. Het bedrijfsplan dat hiervoor in 2013 is gemaakt wordt uitgevoerd. Extra inzetten op preventieve hulp om het beroep op zware en dure jeugdhulp later zo laag mogelijk te laten zijn. Nieuwe WMO Wij gaan uit van de eigen kracht en zelfredzaamheid van de inwoner en zijn of haar sociale netwerk. Wij faciliteren dit door te zorgen voor een adequate ondersteuning van de informele zorg en een goed en toegankelijk aanbod aan algemene en collectieve voorzieningen. Wanneer nodig en aanvullend op de informele zorg, wordt ondersteuning door professionals ingezet. In de Bollenstreek gaan we de toegang op een, zoveel mogelijk, gelijke wijze verzorgen. Wij organiseren de toegang tot ondersteuning dicht bij de cliënt. De bestaande lokale loketten worden daarvoor toegerust. Bestaande samenwerkingsverbanden en de werkwijze binnen die samenwerkingsverbanden worden geoptimaliseerd. In de Wmo
beleidsnota is daarvoor een model geschetst. De ervaringen van de afgelopen jaren zijn meegenomen. Bij de verstrekking van voorzieningen gaan we in beginsel uit van het neerzetten van een algemene voorziening. Een maatwerkvoorziening wordt waar nodig verstrekt. • Daar waar het kan vormen we maatwerk voorzieningen, op termijn, om in algemene voorzieningen. De indicatiestelling en de inkoop voor het leveren van maatwerk voorzieningen wordt georganiseerd door, of in opdracht van, de ISD. Voor de mensen die nu al gebruik maken van een AWBZ voorziening zorgen we via overgangsrecht voor een zachte overgang naar het nieuwe systeem. Werk / Participatiewet Nota servicepunt werk: er wordt vorm gegeven aan een Servicepunt Werk waarin de volgende onderdelen worden samengebracht: alle re-integratieactiviteiten van de sociale diensten en de Maregroep in de sub-regio Duin enBollenstreek, de loonkostensubsidies en het organiseren van no-riskpolis, proefplaatsing, stage e.d., het Werkgeverservicepunt (WGSP) Dit Servicepunt moet aansluiten op het in de arbeidsmarktregio Holland Rijnland te vormen Werkbedrijf. Dit Werkbedrijf zal wettelijk voorgeschreven taken uit gaan voeren. Er worden afspraken gemaakt met werkgevers- en werknemers organisaties en het UWV. De afspraken gaan onder andere over uniforme instrumenten als loonkostensubsidies en no-riskpolis.
Zorg, jeugd en welzijn
2 2015.02.01 De drie decentralisaties 26 Vanaf 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor onder meer jeugdhulpverlening, jeugd GGZ (geestelijke gezondheidszorg), jeugdreclassering, jeugdbescherming en de gesloten jeugdzorg en het opzetten van een Advies en Meldpunt Huiselijke geweld en Kindermishandeling. Het is niet alleen een overdracht van taken. De gemeente heeft opdracht gekregen de jeugdhulp anders te organiseren. Uitgangspunten bij het vormgeven van het nieuwe bestel voor jeugdhulp zijn onder meer: - we zetten in op preventie en vroegsignalering om zwaardere hulp te voorkomen; - jeugdhulp is gericht op het versterken van de eigen kracht en herstel van het dagelijkse leven; - voor sommige gezinnen en jeugdigen is langdurige hulp nodig; - er wordt gewerkt met een integraal (gezins)plan; - als dat nodig is, is specialistische hulp snel beschikbaar, en als de veiligheid van het kind in het geding is, wordt ingegrepen. Kosten Op dit moment zijn de kosten die voor Lisse met de decentralisaties gemoeid zijn niet goed in te schatten. Er is inmiddels meer informatie over enkele, voorlopige, Rijksbijdragen die in een sociaal deelfonds worden gedaan. Hiermee krijgt de gemeente ruimte om schotten tussen de diverse geldstromen weg te halen. Het Rijk zal monitoren of gemeenten dit geld ook daadwerkelijk uitgeven aan het sociale domein. Er blijft wel een gescheiden rijksbijdrage voor het inkomensdeel (uitkeringen). Verder blijft de huidige Wmo bijdrage een integratie uitkering.
Voor uitvoering van de jeugdhulp ontvangt Lisse middelen van het Rijk. Dekking van de kosten voor extra inzet op preventie komt uit de al gereserveerde middelen voor “nieuwe taken Jeugdbeleid”. De voorlopige bijdrage voor de nieuwe Wmo is bekend gemaakt. Voor de nieuwe Wmo zal 2015 een overgangsjaar zijn waar de mensen die nu al gebruik maken van bepaalde AWBZ voorzieningen ook recht houden op het huidige aanbod. Daarnaast moet aanbod beschikbaar zijn voor mensen die een beroep doen op de Wmo. Dit kan tot extra kosten leiden. De voorlopige Rijksbijdrage voor het Participatiebudget (re-integratie) en de Wsw is bekend. Voor de Participatiewet geldt dat mensen met een WSW dienstverband hun rechten behouden, dit geldt voor de duur van hun dienstverband. Dit is in veel gevallen voor onbepaalde tijd. De rijksvergoeding per WSW plek zal in ieder geval afgebouwd worden waardoor het gat tussen de inkomsten en uitgaven de komende jaren groter wordt. Er is een reserve voor invoering sociale wetgeving waarmee invoeringskosten, tekorten en onvoorziene uitgaven vooralsnog opgevangen kunnen worden.
Zorg, jeugd en welzijn
2 27
Wat mag het kosten? De volgende tabel bevat de baten en lasten en de prioriteiten die aan het programma zijn verbonden. Baten en lasten programma Zorg, jeugd en welzijn (bedragen * € 1.000) realisatie
jul
Programmabegroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Bijstandverlening en inkomensvoorzieningen
L B S
-2.972 2.345 -627
-3.234 2.512 -722
-3.388 2.512 -876
-3.388 2.512 -876
-3.388 2.512 -876
-3.388 2.512 -876
Armoede en schuldbeleid
L B S
-395
-348
-403
-403
-403
-403
-395
-348
-403
-403
-403
-403
L B S
-1.147 10 -1.137
-1.132
-1.114
-1.113
-1.112
-1.112
-1.132
-1.114
-1.113
-1.112
-1.112
-369 311 -58
-290 235 -55
-380 188 -192
-380 188 -192
-380 188 -192
-380 188 -192
L B S
-49
-54
-54
-54
-54
-54
-49
-54
-54
-54
-54
-54
L B S
-2.096 1.907 -189
-2.090 1.941 -149
-2.130
-2.130
-2.130
-2.130
-2.130
-2.130
-2.130
-2.130
-3.700
-3.700
-3.700
-3.700
Maatschappelijke begeleiding en sociaal cultureel werk
Re-integratie en L en participatievoorzieningen Participatiewet B S Huisvesting en begeleiding statushouders
Sociale werkvoorziening
Algemene voorzieningen Wmo
L B S
0
0
-3.700
-3.700
-3.700
-3.700
Voorzieningen jeugdhulp
L B S
-786 251 -535
-909 237 -672
-1.019 235 -784
-1.020 233 -787
-1.027 233 -794
-1.024 233 -791
Preventief jeugdbeleid
L B S
-481
-501
-497
-497
-497
-497
-481
-501
-497
-497
-497
-497
L B S
-2.478
-2.907
-5.806
-5.742
-5.746
-5.746
-2.478
-2.907
-5.806
-5.742
-5.746
-5.746
L B S
-10.773 4.824 -5.949
-11.465 4.925 -6.540
-18.491 2.935 -15.556
-18.427 2.933 -15.494
-18.437 2.933 -15.504
-18.434 2.933 -15.501
Maatwerkvoorzieningen Wmo
Programma Zorg, jeugd en welzijn
Zorg, jeugd en welzijn
2 28
Mutaties reserves
realisatie
jul
2013
2014
Toevoegen aan Onttrekken uit
Toelichting De voor 2015 belangrijke baten en/of lasten lichten wij hier kort toe. De programmaonderdelen maken ook deel uit van de Tussentijdse Rapportages en de Jaarstukken. In het onderdeel Financiële begroting lichten wij op programmaniveau toe de verschillen tussen het jaar 2014 en 2015. Drie decentralisaties Voor een toelichting verwijzen wij u naar het programmaonderdeel 2015.02.01 Drie decentralisaties.
Programmabegroting 2015
2016
2017
2018
-567 197
106
Bijstandverlening en inkomensvoorzieningen De ramingen zijn gebaseerd op de begroting 2015 van de Intergemeentelijke Sociale Dienst.
Zorg, jeugd en welzijn
2 29
30
Het verkeer- en vervoerbeleid wordt ingegeven vanuit de belangrijke pijlers bereikbaarheid en leefbaarheid/ veiligheid. Door de toenemende “verstedelijking” van Lisse en omgeving, zal de verkeersdrukte alleen nog maar verder toenemen. Een goede ontsluiting, een adequate verkeersafwikkeling en voldoende gratis parkeerruimte acht Lisse dan ook van groot belang ter bevordering van het vestigingsklimaat. De uitvoering van verkeersprojecten wordt uit oogpunt van efficiency afgestemd op de uitvoering van projecten in het kader van de grondexploitatie. In de Beleidsvisie Openbare Ruimte Lisse (BOL) zijn de gewenste kwaliteitsniveaus beschreven en de instrumenten die de gemeente gaat inzetten om de kwaliteit van de openbare ruimte zichtbaar te verbeteren.
Ruimte en wonen
3 31
Portefeuillehouders Programmaverantwoordelijke
Algemene doelstelling:
: C.J. Ruigrok/E.J. Nieuwenhuis :J.W. Schellevis
Bereikbaarheid van Lisse, kwalitatief goede, schone en veilige openbare ruimte en voorzieningen, een op behoefte afgestemd woningaanbod
Activiteiten
Programma-
Beoogde
onderdeel
resultaten
Parkeren in het centrum
Een goed bereikbaar
Strikte handhaving in de
centrum en voldoende gratis
parkeerschijfzone
(2015.03.01)
parkeerruimte Opstellen Mobiliteitsplan
Parkeren in de wijken (2015.03.02)
Bouwprojecten (2015.03.03)
Terugdringen parkeerdruk in woonwijken
Herontwikkeling projecten Hobaho
Oplossen problemen Meerenburgh/ Ter Beek
Sluiten exploitatieovereenkomst en doorlopen RO-procedures
Herontwikkeling projecten Dever-Zuid
Sluiten exploitatieovereenkomst en doorlopen RO-procedures
Beheer buitenruimte (2015.03.04)
Vermindering klachten buitenruimte
Uitvoeren nulmeting, doelen formuleren en plan van aanpak maken
Ruimte en wonen
3 2015.03.01 Parkeren in het centrum
32
Wat willen we bereiken? Doelstelling: Lisse heeft voor de hele regio een aantrekkelijk winkelcentrum. Een belangrijk kenmerk daarvan is dat bezoekers gratis kunnen parkeren en niet onnodig lang hoeven te zoeken naar een parkeerplaats. In de praktijk betekent dit in eerste instantie een inzetten op een efficiënter gebruik van de bestaande parkeerplaatsen in het centrum.
Wat gaan we daarvoor doen? Uitvoeringsplan 2015-2018, jaarschijf 2015: Handhaving in de parkeerschijfzone Voorbereiden productie Mobiliteitsplan in 2016 Parkeren in het centrum De doelstelling gaat bereikt worden door middel van handhaving in de parkeerschijfzone, op zo’n wijze dat de bezoekers graag (terug) komen. De aanpak hierbij is de volgende: Ten eerste wordt door strikte handhaving bezien in hoeverre dit het aanbod van parkeerplekken voor kortparkeerders verbetert. Na circa een jaar zal de aanpak worden geëvalueerd. Mocht dit niet voldoende resultaat bieden dan zal stap twee worden ondernomen namelijk het bestuderen van mogelijkheden tot uitbreiden van de
parkeerschijfzone. Hierbij hoort een studie naar beschikbare locaties en te verwachten effecten van een dergelijke maatregel. Als stap drie kan, op basis van de evaluatie van de handhaving van de parkeerschijfzone en de monitoring van de parkeerdruk in het centrum, gezocht worden naar aanvullende parkeerlocaties, zoals genoemd in het raadsbesluit van februari 2014. We bereiden in 2015 het opstellen van het Mobiliteitsplan in 2016 voor. Kern van dit mobiliteitsplan is aandacht voor een samenhangend en uitvoeringsgericht verkeers- en vervoersbeleid met thema’s als parkeren en verkeerscirculatie in het centrum. Kosten:
De extra handhaving wordt voor een periode van 4 jaar ingevuld waarvoor een bedrag wordt gevraagd van jaarlijks € 50.000. Op basis van een mobiliteitsplan en de uitbreiding van de blauwe zone zal in de toekomst de haalbaarheid van het investeringsbudget parkeercapaciteit worden beschouwd.
Ruimte en wonen
3 2015.03.02 Parkeren in de wijken
33
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: De gemeente wil de parkeerdruk in de woonwijken terugbrengen naar een aanvaardbaar niveau. Bewoners moeten op een acceptabele loopafstand van de woning kunnen parkeren. Ook zal de toegankelijkheid van de wijken voor nood- en hulpdiensten verbeteren.
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015:
In de jaren tachtig en negentig zijn er diverse woonwijken gebouwd zoals Meerenburgh, Ter Beek, Vrouwenpolder en Blinkerd. In deze periode was de autodichtheid per woning veel lager dan nu. Destijds waren er genoeg parkeerplaatsen voor de aanwezige auto’s. Inmiddels is er een veel grotere autodichtheid per woning, waardoor er een tekort is ontstaan aan parkeerplaatsen. Bewoners kunnen hun auto steeds moeilijker bij de eigen woning parkeren. De auto’s worden dan ook vaak buiten de parkeervakken geparkeerd zodat er verkeersonveilige verkeersituaties ontstaan. Door het niet in de parkeervakken parkeren van de auto’s is de bereikbaarheid voor nood- en hulpdiensten onvoldoende.
Oplossen problemen Meerenburgh/ Ter Beek
Bij de oplossing van de parkeerproblemen zullen de bewoners van de wijk(en) intensief betrokken worden. Dit is nodig omdat het creëren van extra parkeerplaatsen ten koste kan gaan van andere functies zoals groen en speelvoorzieningen. Hierdoor ontstaat er draagvlak voor het project. Daarom zal er een Voorlopig ontwerp worden vastgesteld. Vervolgens wordt het definitief Ontwerp vastgesteld. Dit Definitief Ontwerp wordt voorbereid en aanbesteed. Als het werk is aanbesteed zal de uitvoering starten.
Kosten: Om de in 2014 gestarte aanpak van de wijk Meerenburgh in 2015 af te ronden, is een budget van € 65.000 euro nodig in 2015. Om het proces in de wijk Ter Beek in 2015 op te starten en af te ronden is een budget van maximaal circa € 100.000 nodig. Voor 2015 wordt voor beide wijken samen dus een investering van € 165.000 gevraagd. In aanvulling hierop wordt voor de periode 2016 t/m 2018 een jaarlijkse investering gevraagd van € 100.000 om in deze bestuursperiode nog andere wijken op te kunnen pakken. Als deze bestuurlijke wens wordt gehonoreerd, leidt dat tot kapitaallasten voor 2015 van een bedrag van € 3.000, voor 2016 een bedrag van € 17.000, voor 2017 een bedrag van € 25.000 en voor 2018 een bedrag van € 34.000.
Ruimte en wonen
3 2015.03.03 Bouwproject Hobaho
34
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Een toekomst gerichte herontwikkeling van het leegstaande hallencomplex project Hobaho en het alsnog realiseren van een sluitende grondexploitatie project Dever-Zuid.
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015:
Subdoelstellingen: - Voorzien in woningbouwbehoefte - Particulier opdrachtgeverschap mogelijk maken Effecten: - Het ontwikkelen van een onderscheidend woonmilieu passend bij de omgeving en binnen de woonbehoeftes van de gemeente Lisse. - Dorpsvernieuwing; een langzaam in verval gerakende en gedeeltelijk zelfs al braak liggende plaats, liggend aan of tegen de rand van het centrum en belangrijke wegen, wordt een mooie plek om vooral te wonen. Dat de locatie van de in ongebruik geraakt zijnde veilinghallen, na eerdere niet realiseerbare plannen, nu daadwerkelijk heringericht gaat worden, en wel op een wijze die – kijkend naar nu en de toekomst ruimtelijk en functioneel goed past bij Lisse als geheel en bij deze plaats in het dorp in het bijzonder. Al rond de komst van de centrumvisie (2002) werd prospectief deze locatie als herontwikkelingslocatie aangewezen. De financiële crisis en in navolging daarvan de economische crisis met grote gevolgen voor de woningmarkt maar ook de detailhandel hebben er toe geleid dat een plan, waaraan in 2008 medewerking werd toegezegd, onuitvoerbaar is gebleken.
Sluiten exploitatie-overeenkomst en doorlopen RO-procedures
Het binnen kaders medewerking verlenen aan een ontwikkeling van een ontwikkelaar. Hiervoor zal als er overeenstemming is bereikt over de herontwikkeling o.a. een ruimtelijke ordeningstraject gevolgd worden (dat wil zeggen wijziging van het bestemmingsplan en het sluiten van een anterieure overeenkomst met de ontwikkelaar). Een in werking getreden/ onherroepelijk bestemmingsplan zal de basis vormen voor afgifte van de - in fasen - te realiseren gebouwen. Kosten: De herontwikkeling Hobaho vindt plaats op een particulier terrein. Het uitgangspunt is dan dat de gemeentelijke kosten verhaald worden (via een anterieure overeenkomst).
Ruimte en wonen
3 2015.03.03 Bouwproject Dever Zuid
35
Wat willen we bereiken?
product hiervan, een quickscan, onderzocht een
Doelstelling: Een toekomst gerichte herontwikkeling van het leegstaande hallencomplex project Hobaho en het alsnog realiseren van een sluitende grondexploitatie project Dever-Zuid.
drietal varianten waaruit de variant met 20 tot
Subdoelstellingen: - Realisatie 20-24 bouwkavels - Voorzien in woningbouwbehoefte - Particulier opdrachtgeverschap mogelijk maken Effecten: - Het ontwikkelen van een onderscheidend woonmilieu passend bij de omgeving en binnen de woonbehoeftes van de gemeente Lisse. - Dorpsvernieuwing; een langzaam in verval gerakende en gedeeltelijk zelfs al braak liggende plaats, liggend aan of tegen de rand van het centrum en belangrijke wegen, wordt een mooie plek om vooral te wonen. Dever Zuid was bedoeld als uitbreidingslocatie voor bedrijventerrein Dever. Eerdere onderhandelingen met een potentiële koper zijn stukgelopen. Bij een deel van de toenmalige gemeenteraad leefde al enige tijd om de mogelijkheden tot woningbouw te onderzoeken. Hieraan is in 2010 uitvoering gegeven. Het
24 ‘landgoedkavels’ als het meest haalbaar geacht werd. In het najaar van 2012 is hiertoe besloten. Specifiek belangrijke kenmerken binnen deze ontwikkeling is de benodigde geluidsreducerende maatregel en een passende ontsluiting van de woonwijk.
Wat gaan we daarvoor doen? Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015:
Sluiten exploitatie-overeenkomst en doorlopen RO-procedures
Afhankelijk van de resultaten van het akoestisch onderzoek en het onderzoek naar de diverse ontsluitingsmogelijkheden het plangebied juridisch planologisch geschikt maken voor woningbouw. Kosten: Door de hoge boekwaarde Dever-Zuid is de verwachting dat het resultaat van de grondexploitatie niet positief zal zijn. De te maken kosten in 2015 worden inzichtelijk aan de hand van de gekozen geluidsreducerende maatregel en ontsluitingsvariant. Opbrengsten worden gegenereerd bij verkoop kavels, en waarschijnlijk niet eerder dan zomer 2016. .
Ruimte en wonen
3 2015.03.04 Beheer buitenruimte
36
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Een effectieve aanpak van klachten en het plegen van klein onderhoud in de buitenruimte, zodat ergernissen van geringe omvang snel en effectief kunnen worden verholpen. De communicatie richting inwoners moet adequaat zijn, ook als een snelle oplossing niet direct voorhanden is.
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015:
De afgelopen jaren is veel verbeterd in het afhandelen van meldingen en klachten door burgers. Burgers verwachten de laatste jaren echter meer en meer van de lokale overheid. Als overheid willen wij graag meegroeien en de lat nog hoger leggen. In het eerste kwartaal van 2014 zijn in Lisse de programma’s Local Traffic Control, Moor en Perfect View actief geworden. Vooraf gestelde doelen waren: a) het inzichtelijk krijgen van ingrepen in de buitenruimte, b) het afstemmen hiervan en c) het sneller reageren op meldingen en klachten in de openbare ruimte door burgers. Met vastlegging in het Kwaliteitshandvest moet de communicatie richting burgers altijd adequaat en snel zijn, ook als de snelle oplossing niet direct voorhanden is.
Uitvoeren nulmeting, doelen formuleren en plan van aanpak maken
In drie stappen zoeken we naar een verdere verbetering: Uitvoeren van de nulmeting. Wat is de stand van zaken ten aanzien van het meldingen- systeem? Hoe worden meldingen en klachten nu afgehandeld?; Doelen formuleren naar aanleiding van de nulmeting; Een plan van aanpak maken om die doelen te halen. Daarbij wordt de mogelijkheid van een snel serviceteam onderzocht. Kosten: Vooralsnog zijn met de voorgenomen evaluatie geen extra kosten gemoeid.
Ruimte en wonen
3 37
Wat mag het kosten? De baten en lasten en de prioriteiten aan dit programma zijn als volgt. Baten en lasten programma Ruimte en wonen (bedragen * € 1.000)
Infrastructuur 2015.03.01 Parkeren in het centrum 2015.03.01 Mobiliteitsplan 2015.03.02 Parkeren in de wijken
realisatie
jul
Programmabegroting
2013
2014
L
-3.770
-5.822
B S
118 -3.652
127 -5.695
L B S
-647 4 -643
Woningbouw/ -beleid
L B S
Dorpsvernieuwing
2015
2016
2018
-4.122 -50
-4.167 -50
-3 137 -3.729
-4.091 -50 -50 -17 137 -4.071
-25 137 -4.060
-34 137 -4.114
-699
-641
-641
-641
-641
-699
-641
-641
-641
-641
-237 251 14
-201 78 -123
-168 77 -91
-166 76 -90
-165 75 -90
-164 74 -90
L B S
-785 47 -738
-150 -150
0
0
0
0
Volkshuisvesting
L B S
-231 9 -222
-226 66 -160
-216 66 -150
-216 66 -150
-216 66 -150
-216 66 -150
Grondexploitatie
L B S
-84 205 121
-78 162 84
-61 164 103
-61 164 103
-61 164 103
-61 164 103
L B S
-5.754 634 -5.120
-7.176 433 -6.743
-4.952 444 -4.508
-5.292 443 -4.849
-5.280 442 -4.838
-5.333 441 -4.892
Ruimtelijke ordening
Programma Ruimte en wonen
Mutaties reserves
Toevoegen aan Onttrekken uit - Reserve Grondverkopen
realisatie
jul
2013
2014
-1.903 3.488
-3.813 -50
2017
Programmabegroting 2015
2016
2017
2018
-100
-100
-100
-100
100
100
100
100
2.106
Ruimte en wonen
3 38 Toelichting De voor 2015 belangrijke baten en/of lasten lichten wij hier kort toe. De programmaonderdelen maken ook deel uit van de Tussentijdse Rapportages en de Jaarstukken. In het onderdeel Financiële begroting lichten wij op programmaniveau toe de verschillen tussen het jaar 2014 en 2015.
Infrastructuur Voor een toelichting verwijzen wij u naar de programmaonderdelen 2015.03.01 Parkeren in het centrum en 2015.03.02 Parkeren in de wijken. - Parkeren in het centrum € 50.000 - Parkeren in de wijken € 3.000
Investeringen programma Ruimte en wonen (lasten) (onderdeel van het investeringsplan 2015 – 2018; x € 1.000) productenraming investering
bedrag
2015
2016
2017
2018
Vervangingsinvesteringen Verlichtingsplan
154
3
12
12
12
Maatschappelijk nut Infrastructuur Don Bosco Infrastructuur Vrachtwagenparkeren Herinrichtingen/ophogingen Maatregelen Duurzaam veilig
340 160 100 100
7 3 2 2
31 14 9 9
30 14 9 9
29 14 9 9
17
88
161
92
162
234
Investeringsplan 2016 - 2018 17
Ruimte en wonen
3 39
40
Uit onderzoek kwam naar voren dat de Greenport op het vlak van aansluiting op het Topsectorenbeleid van de rijksoverheid een achterstand heeft. De zes Greenportgemeenten werken daarom gezamenlijk aan een economische agenda voor de Greenport Duin- en Bollenstreek. Onderdeel van deze agenda is onder andere een actieprogramma en een structuur voor overleg tussen de betrokken partijen. Doel is om de economische en toeristische ontwikkeling van de Greenport naar een hoger niveau te brengen en aan te sluiten op het Topsectorenbeleid van de Rijksoverheid. Omdat de Bollenstreek van oudsher de locatie voor de bollenteelt is en deze positie graag wil behouden, is het noodzakelijk te werken aan de ontwikkeling en innovaties van de streek. Focus op kennisintensieve bedrijvigheid en behoud van kennis en expertise zijn daarbij van belang.
Economie en toerisme
4 41
Portefeuillehouder Programmaverantwoordelijke
: C.J. Ruigrok : J.W. Schellevis
Algemene doelstelling:
Lisse streeft naar een vitaal bollencomplex, een koopcentrum met concurrentiekracht, een sterk vestigingsklimaat, een toegevoegde waarde van bollen- en kusttoerisme, een versterking van toeristische aantrekkelijkheid en imago
Programma-
Beoogde
onderdeel
resultaten
Economische agenda
Hoger niveau economische en toeristische ontwikkeling Greenport en aansluiting Topsectorenbeleid Rijk
Uitvoeren
Doorontwikkeling Flower
Een meer duurzame
Ontwikkelen van een
Science Centre
economische ontwikkeling
communicatiestrategie
(2015.04.02)
binnen de Bollenstreek
(2015.04.01)
Activiteiten
uitvoeringsprogramma
Organiseren en stimuleren van evenementen en bijeenkomsten Identiteit en imago van Lisse als bloemendorp sluiten naadloos op elkaar aan
Uitwerken neerzetten
Zondagsopenstelling
Een breed gedragen besluit
Evalueren van het
winkeltijdenwet
toepassing mogelijkheden
staande beleid m.b.t. de
(2015.04.04)
winkelopenstelling zondag
koopzondag
Leegstand
Gezond en aantrekkelijk winkelcentrum dat haar huidige positie als centrum van de Bollenstreek behoudt en vergroot
Uitvoeren Nota Leegstand
Aantrekkingskracht van Lisse (2015.04.03)
(2015.04.05)
aantrekkingskracht Lisse en positionering bloembollendorp
Economie en toerisme
4 2015.04.01 Economische agenda
42
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Hoger niveau economische en toeristische ontwikkeling Greenport en aansluiting Topsectorenbeleid Rijk.
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Uitvoeren uitvoeringsprogramma
De Greenport economie is een belangrijke pijler onder de economie van de Duin- en Bollenstreek en Lisse. Ook als identiteitsdrager en ruimtelijke kwaliteit. Uit eerdere analyse blijkt dat de innovatieprocessen in de Greenport tekortschieten. Dat vraagt om een offensieve strategie waarin overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen nauw samenwerken en acties ondernemen Samenwerking gaat niet vanzelf. Er is voortdurend inspanning nodig om initiatieven, projecten en programma’s op lokaal, regionaal en nationaal af te stemmen en nieuwe impulsen te geven. Dat is centrale taak van programmaorganisatie. Subdoelstellingen: - Lokale, regionale en nationale erkenning van de Greenport Duin- en Bollenstreek als innovatief, krachtig sierteeltcluster; - Herkenning van de Regio Duin- en Bollenstreek als regio waar het goed ondernemen, wonen en recreëren is; - Deelname Greenport Duin- en Bollenstreek aan de belangrijke stimulerings- en innovatieprogramma’s van EU, rijk en provincie; - Optimaal verloop van de samenwerking tussen overheden, bedrijven en kennisinstellingen en eigenaar worden van het programma; - De uitvoering van een stevige projectenportfolio in de regio, met focus op onder andere innovatieprocessen, human capital en regionale marketing.
Dat houdt in continuering van de uitvoering van het regionale programma dat bijdraagt aan het uitdragen van een gezamenlijke visie en strategie voor de regio. Kosten: In 2012 is eenmalig een budget van € 46.000 door de zes bollengemeenten beschikbaar gesteld. Dit budget diende als financiering voor de inrichting van de tijdelijke werkorganisatie voor de duur van 1 jaar. Bij aanstelling van de programmamanager op 1 mei 2013 is deze periode van start gegaan. Tot 1 januari 2015 voldoet de bestaande financiering. In het afgelopen jaar zijn diverse stappen gezet in de ontwikkeling van de Greenport. Echter, de materie blijkt complexer dan van tevoren gedacht en vergt daarom nog meer tijd. Het is daarom wenselijk nogmaals financiering hiervoor beschikbaar te stellen. Een onderbouwing van deze financiering volgt in een apart raadsvoorstel. Een bedrag van € 30.000 is noodzakelijk voor de uitvoering van de programmalijnen innovatie en het in stand houden van het programmabureau dat de agenda uitvoert en coördineert.
Economie en toerisme
4 2015.04.02 Doorontwikkeling Flower Science Centre
43
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling:
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Ontwikkelen van een communicatiestrategie Organiseren en stimuleren van evenementen en bijeenkomsten
Een meer duurzame economische ontwikkeling binnen de Bollenstreek De Bollenstreek is een uniek gebied met specifieke kenmerken die landelijke bekendheid, zelfs wereldwijde bekendheid geniet. De streek wordt echter bedreigd door nieuwe productiegebieden. Qua productieareaal en grondkosten ontstaan er steeds meer (en soms betere) alternatieven. Omdat de Bollenstreek van oudsher de locatie voor de bollenteelt is en deze positie graag wil behouden, is het noodzakelijk te werken aan de ontwikkeling en innovaties van de streek. Focus op kennisintensieve bedrijvigheid en behoud van kennis en expertise is daarbij van belang. De afgelopen jaren heeft de streek niet geprofiteerd van subsidierondes vanuit Provincie, Rijk en/of Topsectorenbeleid. Een signaal waaruit blijkt dat innovaties achterlopen en/of niet altijd gedeeld worden. Het Flower Science Center is een start-up project om in de Bollenstreek innovatie en samenwerking tussen onderzoek, onderwijs en de sector te versterken. In 2013 is een vernieuwde start gemaakt met de ontwikkeling van een Flower Science Center. Daarbij heeft een uitvoerige verkenning binnen de wetenschap plaatsgevonden en is een klankbordgroep opgericht die de gemeente adviseert over de te nemen stappen. De kennis en contacten van het afgelopen jaar hebben geleid tot een visie en programma voor Flower Science. In 2015 willen we werken aan de uitvoering van dit programma en met deze activiteiten een vergroting van de innovatiekracht in de Bollenstreek realiseren.
Het programma dat in het najaar zal worden voorgelegd aan het college en de gemeenteraad gaan we uitvoeren. Het programma zal voor 2015 budget vragen voor cofinanciering in innovatieve projecten, kosten inhuur voor externe expertise, communicatiekosten en voor uitvoering van projecten. Kosten: De kosten worden vooralsnog geraamd op € 50.000 en zullen in het najaar nader worden onderbouwd bij vaststelling van het programma.
Economie en toerisme
4 2015.04.03 Aantrekkingskracht van Lisse
44
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Identiteit en imago van Lisse als bloemendorp sluiten naadloos op elkaar aan; waar en wanneer je ook in Lisse bent, ervaar je de bloembollencultuur en –beleving
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015:
Lisse is van oudsher een bloembollendorp en staat bekend als handelscentrum voor bollen. Toch is de beleving van Lisse als bloembollendorp nog niet optimaal en overal even zichtbaar. Het is belangrijk om de identiteit van Lisse nog beter aan te laten sluiten bij het imago, namelijk dat van bloembollendorp Lisse. In het bestuursakkoord is onder punt 5 opgenomen: aantrekkingskracht van Lisse. Door de aantrekkingskracht van Lisse te vergroten, bestaat de kans om meer bezoekers naar Lisse te trekken en hiermee een economische en toeristische impuls te geven. Ook leidt dit tot een aangenamer leefklimaat voor inwoners. Een bedreiging voor deze aantrekkingskracht kan zijn dat andere dorpen binnen de Bollenstreek zich ook kunnen positioneren als bloembollendorp.
Uitwerken neerzetten aantrekkingskracht Lisse en positionering bloembollendorp
Er zal een nadere uitwerking plaatsvinden om de aantrekkingskracht van Lisse en de positionering als bloembollendorp neer te zetten. Dit zal waar mogelijk worden gedaan in samenspraak met inwoners, ondernemers en betrokken partijen. Kosten: Gedurende drie jaren vanaf 2016 wordt jaarlijks een budget ter grootte van € 100.000 gevraagd. Voor de besteding wordt jaarlijks een uitvoeringsplan opgesteld. De ontwikkelingen op het gebied van sfeerbeelden in 2014 kennen naar verwachting een doorwerking naar 2015. Deze ontwikkelingen dragen bij aan het versterken van de aantrekkingskracht van Lisse, zodat voor 2015 niet een (extra) budget behoeft te worden gevraagd.
Economie en toerisme
4 2015.04.04 Zondagsopenstelling winkeltijdenwet
45
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling:
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015:
Een breed gedragen besluit toepassing
mogelijkheden winkelopenstelling zondag De Winkeltijdenwet laat gemeenten de ruimte de openstelling van detailhandel op zondag lokaal in te richten. Inmiddels bestaat er in Lisse een geregelde koopzondag en is er behoefte aan een evaluatie van dit beleid. Effecten: - Het onderzoek kan tot een aanpassing van het huidige beleid voor winkelopenstelling op zondag leiden.
Evalueren van het staande beleid m.b.t. de koopzondag
Medio 2015 zal een onderzoek worden gedaan met een evaluatie onder de eigenaren/winkeliers, de medewerkers en de bezoekers van de winkels. In het onderzoek onderscheiden we de winkels in en buiten het centrum van Lisse. In dit onderzoek zal ook aandacht worden besteed aan de concurrentiepositie van het koopcentrum Lisse en het effect van de openstelling op de zondagen op de lokale economie. Aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek is de raad in de gelegenheid te debatteren over het vigerende beleid van de winkelopenstelling op zondag. Er komt een plan van aanpak voor de evaluatie van de winkelopenstelling op zondag. Met dit plan wordt de aanpak op de onderdelen zoals in de bestuursovereenkomst opgenomen beschreven. De begeleiding van het proces en het schrijven van het evaluatieverslag wordt zo mogelijk binnen de organisatie uitgevoerd. Het veldwerk, de interviews en andere zaken die nodig zijn om alle ingrediënten voor de evaluatie te krijgen worden zeker met externe inzet uitgevoerd. Kosten: Voor het uitvoeren van de evaluatie, in de zin van het veldwerk en indien noodzakelijk het schrijven van het evaluatieverslag, is € 20.000 nodig.
Economie en toerisme
4 2015.04.05 Leegstand
46
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Gezond en aantrekkelijk winkelcentrum dat haar huidige positie als centrum van de Bollenstreek behoudt en vergroot
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Uitvoeren Nota Leegstand
In 2012 is er onderzoek gedaan naar de leegstand in Lisse wat geresulteerd heeft in een nota Leegstand. In deze nota staat beschreven dat de leegstand in Lisse zich bevindt op frictieniveau en een gezonde basis biedt voor verplaatsing van winkels. Echter ondanks dat de leegstand op dit niveau is, is het wenselijk om de ontwikkeling en aantrekkelijkheid van het winkelcentrum niet uit het oog te verliezen. De nota Leegstand heeft hiervoor aanbevelingen opgesteld.
De aanbevelingen uit de nota Leegstand zijn de afgelopen periode opgenomen binnen de uitvoering van de nota Sfeergebieden. Op deze manier kan breder en binnen een groter geheel gewerkt worden aan de kwaliteit van het winkelcentrum. Verbetering van de kwaliteit en beleving trekt meer bezoekers naar het centrum en heeft indirect invloed op de verhuur/aanbod van winkels en dus de leegstand in het centrum. In april 2013 heeft het college besloten de nota’s Sfeergebieden en Leegstand samen te voegen. In juni 2013 heeft de gemeenteraad hiermee ingestemd. Kosten: Een budget van € 25.000 is hier benodigd. Dat budget is voor 2016 opgenomen.
Economie en toerisme
4 47
Wat mag het kosten? De volgende tabel bevat de baten en lasten en de prioriteiten die aan het programma zijn verbonden. Baten en lasten programma Economie en toerisme (bedragen * € 1.000) realisatie
jul
Programmabegroting
2013
2014
Handel en ambacht L 2015.04.01 Economische agenda 2015.04.02 Doorontwikkeling Flower Science Centre 2015.04.03 Aantrekkingskracht van Lisse 2015.04.04 Zondagopenstelling winkeltijdenwet 2015.04.05 Leegstand B S
-539
79 -460
19 -697
Nutsbedrijven
L B S
-744 458 -286
Toerisme
L B S L B S
Programma Economie en toerisme
Mutaties reserves
Toevoegen aan Onttrekken uit - Reserve Regionaal Investeringsfonds HR
-716
2015
2016
-594 -30 -25
2017
2018
-619
-554
-553
-25 -100
-100
-100
13 -656
-25 13 -756
13 -641
13 -640
-776 495 -281
-448 495 47
-448 495 47
-448 495 47
-448 495 47
-46 51 -46
-108 40 -68
-86 40 -86
-86 40 -86
-63 40 -63
-61 40 -61
-1.329 588 -741
-1.600 554 -1.046
-1.203 548 -655
-1.278 548 -730
-1.165 548 -617
-1.162 548 -614
-20
realisatie
jul
Programmabegroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
-177 603
521
410
410
410
410
Economie en toerisme
4 48 Toelichting De voor 2015 belangrijke baten en/of lasten lichten wij hier kort toe. De programmaonderdelen maken ook deel uit van de Tussentijdse Rapportages en de Jaarstukken. In het onderdeel Financiële begroting lichten wij op programmaniveau toe de verschillen tussen het jaar 2014 en 2015.
Handel en ambacht Voor een toelichting verwijzen wij u naar de programmaonderdelen 2015.04.01 Economische agenda, 2015.04.02 Doorontwikkelen Flower Science Centre, 2015.04.03 Aantrekkingskracht van Lisse, 2015.04.04 Zondagopeningsstelling winkeltijden en 2015.04.05 Leegstand. Economische agenda € 30.000 Flower Science Centre € 25.000 Zondagsopenstelling winkeltijdenwet € 20.000
Economie en toerisme
4 49
50
Professionalisering van het beheer en de exploitatie van de sociaal culturele accommodaties is onderdeel van het vastgestelde accommodatiebeleid in Lisse. Onderzoek moet aantonen welke mogelijkheden (beheersvormen) er zijn om de sociaal culturele accommodaties voor lagere kosten te exploiteren en beheren. Op basis van de uitkomsten van een dergelijk onderzoek zal voor iedere accommodatie afzonderlijk een keuze worden gemaakt.
Cultuur, sport en onderwijs
5 51
Portefeuillehouders Programmaverantwoordelijke
: A.D. de Roon/ C.J. Ruigrok : J.W. Schellevis
Algemene doelstelling:
Het bieden van adequate, laagdrempelige voorzieningen, waarbij tenminste de huidige kwaliteit van de portefeuille blijft gehandhaafd
Programma-
Beoogde
onderdeel
resultaten
Beheer gemeentelijke
Beheer en exploitatie
Onderzoeken mogelijk-
culturele gebouwen
culturele gebouwen tegen
heden (beheersvormen)
(2015.05.01)
mogelijk lagere kosten
exploitatie en beheer
Activiteiten
Cultuur, sport en onderwijs
5 2015.05.01 Beheer gemeentelijke culturele gebouwen
52
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Beheer en exploitatie culturele gebouwen tegen mogelijk lagere kosten
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015:
Stichting BESCAL is opgericht in 2009, conform het accommodatiebeleid, om een professionalisering van het beheer en de exploitatie van de sociaal culturele accommodaties te realiseren. Stichting BESCAL heeft daartoe taken overgenomen van andere partijen. Onderzoek moet echter nu aantonen welke mogelijkheden (beheersvormen) er zijn om de sociaal culturele accommodaties, die nu onder exploitatie en beheer van stichting BESCAL vallen, voor lagere kosten te exploiteren en beheren. Eén van de mogelijkheden kan zijn de exploitatie en/of het beheer van de accommodaties over te laten aan de gebruikers. De accommodatie de Beukenhof blijft op de huidige locatie, mogelijk met een geringere omvang.
We gaan onderzoeken welke mogelijkheden (beheersvormen) er zijn om de sociaal culturele accommodaties te exploiteren en beheren om o.a. de kwetsbaarheid van stichting BESCAL te verminderen en de kosten voor de exploitatie en het beheer te verlagen. Om over te kunnen gaan tot nieuwbouw van de Beukenhof moet vooraf bepaald worden wat de randvoorwaarden zijn voor het realiseren van een multifunctionele accommodatie; omvang, toekomstige ontwikkelingen, aard en kwaliteit van het gebruik en de activiteiten en dient er overeenstemming plaats te vinden met Eikenhorst Stichting Huisvesting Bejaarden Lisse.
Onderzoeken mogelijkheden (beheersvormen) exploitatie en beheer
Kosten: De uitvoeringskosten zijn afhankelijk van de uitkomsten van het onderzoek en besluitvorming. Het onderzoek naar het exploiteren en beheren van de sociaal culturele accommodaties en het onderzoek naar de nieuwbouw van de Beukenhof maken onderdeel uit van de genoemde opties voor de maatschappelijke accommodaties op grond van de resultaten van het accommodatieonderzoek. Voor de uitwerking van alle genoemde opties is al een voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld van € 50.000. Vandaar dat, op dit moment, geen extra middelen voor de realisatie van deze prioriteit wordt gevraagd.
Cultuur, sport en onderwijs
5 53
Wat mag het kosten? De volgende tabel bevat de baten en lasten en de prioriteiten die aan het programma zijn verbonden. Baten en lasten programma Cultuur, sport en onderwijs (bedragen * € 1.000) realisatie
jul
Programmabegroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Openbaar bibliotheekwerk
L B S
-653 177 -476
-696 180 -516
-705 182 -523
-705 184 -521
-705 186 -519
-705 186 -519
Onderwijs
L B S
-3.253 -3.253
-3.576 3 -3.573
-3.834 3 -3.831
-3.719 3 -3.716
-3.851 3 -3.848
-3.933 3 -3.930
Sport
L B S
-1.445 251 -1.194
-1.918 280 -1.638
-1.792 313 -1.479
-1.941 313 -1.628
-1.956 313 -1.643
-1.947 313 -1.634
Kunst en cultuur
L B S
-148 40 -108
-218
-428
-423
-419
-414
-218
-428
-423
-419
-414
L B S
-158
-200
-179
-179
-129
-129
-158
-200
-179
-179
-129
-129
L B S
-935
-1.141
-2.280
-2.083
-2.053
-2.023
-935
-1.141
-2.280
-2.083
-2.053
-2.023
L B S
-6.592 468 -6.124
-7.749 463 -7.286
-9.218 498 -8.720
-9.050 500 -8.550
-9.113 502 -8.611
-9.151 502 -8.649
Monumentenbeleid
Accommodatiebeleid
Programma Cultuur, sport en onderwijs
Mutaties reserves
Toevoegen aan - Reserve Accommodatiebeleid Onttrekken uit - Reserve Huisvesting onderwijs - Reserve Accommodatiebeleid
realisatie
okt
2013
2014
-1.526
-262
1.858
1.383
Programmabegroting 2015
1.053 953
2016
1.004 752
2017
1.066 719
2018
1.057 684
Cultuur, sport en onderwijs
5 54 Toelichting De voor 2015 belangrijke baten en/of lasten lichten wij hier kort toe. De items maken ook deel uit van de Tussentijdse Rapportages en de Jaarstukken. In het onderdeel Financiële
begroting lichten wij op programmaniveau toe de verschillen tussen het jaar 2014 en 2015.
Cultuur, sport en onderwijs
5 55
56
Lisse wil duurzaamheid bevorderen. Enerzijds dienen maatregelen met een duurzaam karakter te zijn gericht op het stimuleren van anderen om voorzieningen met een duurzaam effect te realiseren, anderzijds zal de gemeente maatregelen treffen die een voorbeeld zijn voor anderen. Bij de Kadernota 2016 zal een pakket aan concrete maatregelen worden voorgesteld.
Leefbaarheid
6 57
Portefeuillehouders Programmaverantwoordelijke
: A.D. de Roon/ E.J. Nieuwenhuis : J.W. Schellevis
Algemene doelstelling:
Het bevorderen en in stand houden van de leefbaarheid in de gemeente in al haar facetten
Programma-
Beoogde
onderdeel
resultaten
Duurzaamheid
Kansen benutten voor een
Formuleren programma
(2015.06.01)
betere milieukwaliteit
van maatregelen
Activiteiten
Leefbaarheid
6 2015.06.01 Duurzaamheid 58
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Kansen benutten voor een betere
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Formuleren programma van maatregelen
milieukwaliteit. In het bestuursakkoord is geformuleerd dat er voorstellen zullen worden gedaan voor het treffen van maatregelen met een duurzaam karakter. Deze maatregelen moeten gericht zijn op het stimuleren van anderen om voorzieningen met een duurzaam effect te realiseren. Daarnaast zal de gemeente zelf maatregelen treffen die een voorbeeld zijn voor anderen. De gemeente wil meer kansen benutten om een betere milieukwaliteit te bereiken. Dit betekent activiteiten die gericht zijn op minder uitputting van energie en grondstoffen en / of ruimtebeslag.
Er zal een programma van maatregelen worden geformuleerd. Bij de kadernota 2016 zal dit programma (pakket van maatregelen) worden voorgesteld. Kosten: Voor de formulering van het maatregelenpakket is, gebaseerd op de kostprijs van vergelijkbare producten uit de markt, een bedrag van € 20.000 benodigd.
Leefbaarheid
6 59
Wat mag het kosten? De volgende tabel bevat de baten en lasten en de prioriteiten die aan het programma zijn verbonden. Baten en lasten programma Leefbaarheid (bedragen * € 1.000)
Natuurbescherming
realisatie
jul
2013
2014
Programmabegroting 2015
2016
2017
2018
L S
-28 -28
-25 -25
-33 -33
-33 -33
-33 -33
-33 -33
Openbaar groen en openluchtrecreatie L B S
-1.342 188 -1.154
-1.838 189 -1.649
-1.388 189 -1.199
-1.573 189 -1.384
-1.600 189 -1.411
-1.600 189 -1.411
L B S
-585
-817
-583
-585
-585
-587
-585
-817
-583
-585
-585
-587
Afvalverwijdering en -verwerking
L B S
-2.513 2.629 116
-2.421 2.477 56
-2.482 2.721 239
-2.301 2.727 426
-2.121 2.731 610
-2.148 2.735 587
Riolering en waterzuivering
L B S
-2.175 1.700 -475
-2.234 1.703 -531
-2.434 1.967 -467
-2.445 2.749 304
-2.460 2.767 307
-2.459 2.766 307
Milieu 2015.06.01 Duurzaamheid
L
-749
-752
-605 -20
-605
-605
-605
B S
-749
-752
-625
-605
-605
-605
L B S
-44
-92
-92
-92
-93
-93
-44
-92
-92
-92
-93
-93
L B S
-138
-119
-109
-109
-109
-109
-138
-119
-109
-109
-109
-109
L B S
-7.574 4.517 -3.057
-8.298 4.369 -3.929
-7.746 4.877 -2.869
-7.743 5.665 -2.078
-7.606 5.687 -1.919
-7.634 5.690 -1.944
Speeltuinen en -weiden
Volkshuisvesting
Buurtgericht werken
Programma Leefbaarheid
Leefbaarheid
6 60
Mutaties reserves
realisatie
jul
2013
2014
Toevoegen aan
Programmabegroting 2015
2016
2.345
2.259 343 769 122
Toelichting De voor 2015 belangrijke baten en/of lasten lichten wij hier kort toe. De items maken ook deel uit van de Tussentijdse Rapportages en de Jaarstukken. In het onderdeel Financiële begroting lichten wij op programmaniveau toe de verschillen tussen het jaar 2014 en 2015.
(onderdeel van het investeringsplan 2015 – 2018; x € 1.000) productenraming bedrag
410 31
2015
2016
8 1
Investeringsplan 2016 - 2018 9
158
-23
122
122
122
Milieu Voor een toelichting verwijzen wij u naar de programmaonderdeel 2015.06.01 Duurzaamheid. - Duurzaamheid € 20.000
Investeringen programma Leefbaarheid (lasten)
Vervangingsinvesteringen GRP; bouwkundige investeringen GRP: verhard oppervlak/renovatie
2018
-1.083
Onttrekken uit - Reserve Reiniging - Reserve Riolering - Reserve Keukenhof
investering
2017
2017
2018
30 2
30 2
29 2
9
38
76
41
70
107
Leefbaarheid
6 61
62
Lisse is een relatief veilige gemeente. Dit willen we graag zo houden en waar mogelijk nog verder verbeteren. Veiligheid is een onderwerp dat iedereen raakt, inwoners, bezoekers en ondernemers. Ook al staan we er niet altijd bij stil, de zorg voor veiligheid is voor een groot deel verweven in ons dagelijks leven. Of we nu aan het verkeer deelnemen, een evenement bezoeken of ons huis verbouwen. Omdat veiligheid met zoveel onderwerpen verweven is, staat de samenwerking tussen gemeente, politie, Openbaar Ministerie, brandweer, woningcorporatie, bedrijfsleven, hulpverleners en natuurlijk de inwoners van Lisse centraal. Om die samenwerking te realiseren is een integrale aanpak nodig. Belangrijke en onmisbare bouwstenen voor deze aanpak zijn handhaving en communicatie. De gemeente heeft hierin de regierol.
Veiligheid
7 63
Portefeuillehouder Programmaverantwoordelijke
: A.W.M. Spruit : J.W. Schellevis
Algemene doelstelling:
Een veilig Lisse en een hoog veiligheidsgevoel bij de burgers
Programma-
Beoogde
onderdeel
resultaten
Veiligheid
Een gemeente waarin
Herzien integraal
(2015.07.01)
inwoners, ondernemers en
veiligheids- en
bezoekers zich veilig voelen
handhavingsbeleid
Activiteiten
Veiligheid
7 2015.07.01 Veiligheid
64
Wat willen we bereiken? Doelstelling: Een gemeente waarin inwoners, ondernemers en bezoekers zich veilig voelen. Lisse wil met haar partners blijven investeren in de veiligheid van inwoners, bezoekers en ondernemers. Subdoelstellingen: - Veiligheid op de agenda van verschillende partners houden door de regierol te houden. - Veiligheid bij evenementen beheersbaar houden door uitvoering te geven aan het evenementenbeleid. - Een veilig winkelgebied door samen te werken met winkeliers, politie en brandweer via het Keurmerk Veilig Ondernemen; - Jeugdoverlast integraal aanpakken met aandacht voor bewonersparticipatie; - Terugdringen van het alcoholgebruik onder jongeren en de overlast die daarmee samenhangt, door toezicht te houden op de naleving van de Drank en Horecawet; - De veiligheid in het centrum als uitgaansgebied beheersen door deelname aan en naleving van het horecaconvenant te bevorderen. - Terugdringen van het aantal woninginbraken en het vergroten van een veilige leefomgeving. - Veilige woonomgeving door toezicht op de naleving van wet- en regelgeving. Effecten: Positieve veiligheidsgevoelens bij de inwoners, ondernemers en bezoekers van Lisse. Dalende criminaliteitscijfers. Een bloeiend uitgaansleven en winkelgebied. Lisse genereert bekendheid als gemeente waar het veilig en prettig
uitgaan is en waar kleurrijke evenementen gehouden worden. De gemeente zal ook bij de herziening van het integraal veiligheids- en handhavingsbeleid in 2015 de combinatie veiligheid en handhaving toepassen. Deze twee zijn sterk met elkaar verbonden. De veiligheidsprioriteiten geven richting voor de inzet van handhaving. Voldoende naleving van de geldende regels is een goede basis voor een veilige samenleving. Daarom worden toezicht handhaving regelmatig ingezet als een van de belangrijkste maatregelen om een veiligheidsthema aan te pakken. In 2015 is de bemensing van de handhavingstaken onderwerp van de bezuinigingsopgaven. Op het onderdeel handhaving Wonen zal hierom een nieuw evenwicht gevonden moeten worden tussen ambitie en inzet. Mogelijkheden voor intergemeentelijke samenwerking op dit onderdeel worden onderzocht, maar zullen op de korte termijn nog geen oplossing bieden. Bij de herziening van het integraal veiligheids- en handhavingsbeleid wordt op dit onderdeel een aanpassing voorgsteld.
Wat gaan we daarvoor doen? Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2014: Herzien Integraal Veiligheids -en Handhavingsbeleid Het huidige integraal veiligheids- en handhavingsbeleid wordt in 2015 herzien. We willen ons beleid up-to-date houden en afstemmen op ontwikkelingen in de veiligheidsregio en politieregio. Daarnaast biedt het kansen om meer uitvoering te geven aan burgerparticipatie. We willen onze inwoners en ondernemers laten meedenken in de beleidsprioriteiten voor de komende vier jaar.
Veiligheid
7 2015.07.01 Veiligheid
65 De huidige programmering van het integraal veiligheid- en handhavingsbeleid zal in 2015 met een aanpassing op het onderdeel toezicht en handhaving Wonen doorlopen. Dit betekent dat er van de veiligheidsthema’s aandacht wordt besteed aan het Veilig Wonen, Keurmerk Veilig Ondernemen, veilige evenementen en jeugd, alcohol en overlast. Wat het onderdeel toezicht en handhaving betreft zullen speerpunten zoals controles parkeren (waaronder blauwe zone), horecacontroles, wijktoezicht en hondenpoep
onderdeel uit maken van de inzet van de Gemeentelijke Opsporingsambtenaren. Verder gaan we uitvoering geven aan het Evenementenbeleid en implementeren wij het plan van aanpak Veilig Wonen. Kosten: Jaarlijks is er € 5.000 voor uitwerking van het veiligheidsbeleid beschikbaar.
Veiligheid
7 66
Wat mag het kosten? De volgende tabel bevat de baten en lasten en de prioriteiten die aan het programma zijn verbonden. Baten en lasten programma Veiligheid (bedragen * € 1.000) realisatie
jul
Programmabegroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Brandweer en rampenbestrijding
L B S
-1.635 126 -1.509
-1.657 106 -1.551
-1.622 108 -1.514
-1.622 110 -1.512
-1.622 112 -1.510
-1.622 112 -1.510
Openbare orde en veiligheid
L B S
-381 3 -378
-402 2 -400
-386 2 -384
-381 2 -379
-386 2 -384
-381 2 -379
Handhaving
L B S
-243
-172
-172
-172
-172
-172
-243
-172
-172
-172
-172
-172
L B S
-2.259 129 -2.130
-2.231 108 -2.123
-2.180 110 -2.070
-2.175 112 -2.063
-2.180 114 -2.066
-2.175 114 -2.061
Programma Veiligheid
Mutaties reserves
realisatie
jul
2013
2014
Toevoegen aan
-15
Onttrekken uit
140
Toelichting De voor 2015 belangrijke baten en/of lasten lichten wij hier kort toe. De programmaonderdelen maken ook deel uit van de Tussentijdse Rapportages en de Jaarstukken. In de Financiële begroting lichten wij op programmaniveau verschillen toe tussen 2014 en 2015.
Programmabegroting 2015
13
2016
2017
2018
Veiligheid
7 67
68
Lisse blijft de organisatie doorontwikkelen naar een efficiëntere en klantgerichte organisatie. Het imago van de gemeente moet beter door een snellere en betere dienstverlening. Ook zal een ontwikkeling op gang worden gebracht om tot een meer proactieve en initiatiefnemende rol vanuit de gemeente te komen. Intergemeentelijke samenwerking is een middel om de effectiviteit, efficiency en externe belangenbehartiging van de gemeente te verbeteren. Daar waar het toegevoegde waarde oplevert, wil Lisse enthousiast samenwerken met één of meer buurgemeenten. De huidige Toekomstvisie 2020 is aan actualisatie toe. Nieuwe landelijke, regionale en plaatselijke trends en ontwikkelingen verwerken we in de Toekomstvisie 2025.
Bestuur en bedrijfsvoering
8 69
Portefeuillehouder Programmaverantwoordelijke
: A.D. de Roon/C.J. Ruigrok/ E.J. Nieuwenhuis/ A.W.M. Spruit : J.W Schellevis
Algemene doelstelling:
De doorontwikkeling naar een efficiënte en klantgerichte organisatie met als gevolg een snellere, betere en transparante dienstverlening en het daardoor verbeteren van het imago van de gemeentelijke organisatie bij burgers en bedrijven.
Programma-
Beoogde
onderdeel
resultaten
Samenwerking
Verbetering van onder meer
Onderzoeken op welke
Bollenstreekgemeenten
de effectiviteit, efficiency en
wijze invulling kan worden
(2015.08.01)
externe belangenbehartiging
gegeven aan ambtelijke
Activiteiten
samenwerking
Toekomstvisie Lisse
Beeld Lisse in 2025 waaruit
(2015.08.02)
blijkt op welke onderdelen
Opstellen position paper
Lisse op lange termijn zou moeten investeren
Kwaliteitsverbetering
Vormgeven aan eisen
Tijdelijk uitbreiden
interne controle
controleactiviteiten
formatie
Uitvoering conceptnota
Positief imago door positieve
Inrichten webcareteam
Online communicatie
aanwezigheid op het
(2015.08.04)
worldwide web
(2015.08.03)
Bestuur en bedrijfsvoering
8 2015.08.01 Samenwerking Bollenstreekgemeenten
70
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling:
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Onderzoeken op welke wijze invulling kan worden gegeven aan ambtelijke samenwerking
Verbetering van onder meer de effectiviteit, efficiency en externe belangenbehartiging In de bestuursovereenkomst is opgenomen dat het sociaal domein en de economische agenda voor Lisse prioriteit hebben in de samenwerking. De mogelijkheden van ambtelijke samenwerking dienen te worden onderzocht en te worden doorgevoerd waarbij het doel is verbetering van onder meer de effectiviteit, efficiency en externe belangenbehartiging. De collegepartijen onderkennen dat er verschil van opvatting is als het gaat om vormgeving van de bestuurlijke samenwerking in de Duin- en Bollenstreek. De partijen Nieuw Lisse en de SGP/Christen Unie hebben in dit vraagstuk het uitgangspunt dat de gemeente Lisse als zelfstandige gemeente blijft bestaan. D66 is voorstander van een fusie met de andere gemeenten in de Bollenstreek. Deze verschillende visies leiden ertoe dat een gemeentelijke fusie door dit college niet zal worden geïnitieerd.
De gemeentesecretarissen van verschillende gemeenten uit de streek zijn in de afgelopen maanden aan de slag gegaan op welke wijze invulling kan worden gegeven aan de ambtelijke samenwerking. Op deze vraag zal de komende maanden een voorstel worden gedaan. De eventueel daarmee gemoeide (eenmalige) kosten zijn op dit moment nog niet te ramen en zijn sterk afhankelijk van de bestuurlijke besluitvorming. Kosten: Nu nog niet duidelijk is hoe de bestuurlijke samenwerking verder zal worden vormgegeven, is er nog geen indicatie van de kosten. De mogelijkheden voor ambtelijke samenwerking worden uitgevoerd door de eigen organisaties. Wel is in de Nota Bezuinigingen 2015 vanaf 2017 een besparing ter grootte van jaarlijks € 100.000 ingeboekt.
Bestuur en bedrijfsvoering
8 2015.08.02 Toekomstvisie Lisse
71
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Een beeld van Lisse in 2025 waaruit blijkt op welke onderdelen Lisse, onder andere als speler in de regio, op lange termijn zou moeten investeren.
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Opstellen position paper
De huidige , in 2009 opgestelde, Toekomstvisie 2020 is aan actualisatie toe. Nieuwe landelijke, regionale en plaatselijke trends en ontwikkelingen rechtvaardigen een doorkijk naar 2025.
We stellen, als tussenstap naar de Toekomstvisie 2025, een position paper op. De position paper geeft een impressie van wat leeft en geeft een indruk van de thema’s die behandeld worden. Na instemming met de richting van de position paper volgt een uitwerking. Het eindproduct is een afgeronde publicatie Toekomstvisie Lisse@2025. Participatie maakt vanaf het begin een essentieel onderdeel uit van het traject. Kosten: Voor het daadwerkelijk vorm en inhoud geven aan de Toekomstvisie 2025, bestaande uit het participatietraject, het opstellen en vormgeven van de position paper en een eindpublicatie zal in 2015, bij uitbesteding, € 50.000 benodigd zijn. Wij voeren deze activiteit gelet op de bezuinigingen – zoveel mogelijk - in eigen beheer uit. In een tussentijdse rapportage komen we op eventuele onmogelijkheden van uitvoering in eigen beheer terug. Gezien de druk op de formatie pakt de organisatie dit traject later in deze bestuursperiode op.
Bestuur en bedrijfsvoering
8 2015.08.03 Kwaliteitsverbetering interne controle
72
Wat willen we bereiken? Doelstelling: Vormgeven aan eisen controleactiviteiten. Door tijdelijke uitbreiding te realiseren voor interne controle activiteiten wordt vorm gegeven aan de eisen die gesteld worden aan de uit te voeren controle activiteiten en de op te stellen stukken. Tevens wordt invulling gegeven aan de aan de interne controle gerelateerde administratieve organisatie. Een verbeterde administratieve organisatie maakt het voor de afdelingshoofden en budgethouders eenvoudiger om op een meer gestructureerde wijze gewenste informatie aan te leveren. Dit voorkomt piekbelastingen van de ambtelijke organisatie en tijdverslindend uitzoekwerk achteraf. De kwaliteitsverbetering is een verantwoordelijkheid van de afdelingen zelf die eventueel door financiën kan worden gefaciliteerd. Door de Autoriteit Financiële Markten (AFM) wordt verscherpt toezicht uitgeoefend op de gemeentelijke accountants. Dit resulteert er onder andere in dat omvangrijke controle programma’s uitgevoerd moeten worden en controledossiers worden gevraagd. De accountant legt vervolgens deze controleprogramma’s neer bij de gemeente die ook zorg dient te dragen voor de aanlevering en vormgeving van de dossiers. Voor de gemeente betekent dit feitelijk dat een gemeentelijke accountant functionaris en/ of een single point of contact wordt vereist. Bij omliggende gemeenten is inmiddels de benodigde formatie voor de kwaliteitsverbetering interne controle aangetrokken, hetgeen afhankelijk van de omvang van de gemeente neer komt op 1 tot 1,5 formatieplaats. Voor interne controle is, op dit moment, in totaliteit in Lisse 350 uur beschikbaar. Tot voor enkele jaren waren de accountantskosten aanmerkelijk hoger dan thans door hen voor de accountantscontrole
wordt gevraagd. Dit is begrijpelijk omdat het merendeel van de werkzaamheden in de nieuwe controlesystematiek van de accountant bij de gemeente wordt neergelegd. De verlaging van het budget voor de accountant dat destijds heeft plaatsgevonden, is bij eerdere bezuinigingsmaatregelen aangewend om invulling te kunnen geven aan het sluitend maken van de (meerjaren)begroting.
Wat gaan we daarvoor doen? Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Tijdelijk uitbreiden formatie Om invulling te kunnen gegeven aan de gestelde eisen door de accountant zal een tijdelijke uitbreiding van de formatie noodzakelijk zijn. Beoogd wordt door tijdelijke uitbreiding van de formatie en / of inhuur de interne controle activiteiten bij meerdere functionarissen onderdeel van hun takenpakket uit te laten maken. Kosten: Bij de 2e tussentijdse rapportage 2014 wordt een budget van € 40.000 gevraagd. Voor de jaren 2015 tot en met 2017 is budget aanwezig. Hiermee brengen we de interne controle op niveau.
Bestuur en bedrijfsvoering
8 2015.08.04 Uitvoering conceptnota Online communicatie
73
Wat willen we bereiken?
Wat gaan we daarvoor doen?
Doelstelling: Een positief imago door een positieve aanwezigheid op het world wide web en een daarbij behorende proactieve en interactieve digitale communicatiestijl.
Uitvoeringsplan 2015 – 2018, jaarschijf 2015: Inrichten webcareteam
Subdoelstellingen: -
Verbeterde digitale dienstverlening. Uitvoering geven aan participatie door gerichte inzet van sociale media. Weten wat er in de digitale omgeving over de gemeente wordt gezegd betekent beter kunnen inspelen op de vraag van de klant.
Effecten: -
-
Het sterk en innovatief communiceren met inwoners is van groot belang voor een succesvolle gemeente. De kwaliteit van de dienstverlening wordt hier mede op gewaardeerd. Niet zozeer de traditionele communicatiemiddelen, maar het digitaal communiceren, wordt steeds belangrijker. Om hier richting aan te geven is een conceptnota Online communicatie opgesteld. Online communicatie zit verweven in alle geledingen van de gemeentelijke organisatie en haar partners. Dit richt zich vooral op de dienstverlening en eerstelijnsklantencontact. Daarnaast is voor participatie online communicatie onmisbaar
Om de conceptnota Online communicatie uit te voeren wordt een webcare team bij de Gemeentewinkel ingericht. Het webcare team houdt de communicatie uitingen die over de gemeente op sociale media worden gedaan in de gaten en reageert hier adequaat op door de betreffende vakafdeling te informeren. Het webcare team heeft een regisserende functie, de medewerker zelf blijft verantwoordelijk voor de communicatie op het vakgebied. Hiervoor zullen nog opleidingen worden georganiseerd. Kosten: Voor het abonneren op een monitoringssysteem dat zoekopdrachten op sociale media uitvoert, is jaarlijks een bedrag van € 5.000 euro nodig. Het opleiden van personeel tot een digitale netwerkorganisatie kost incidenteel € 10.000. De uitvoering van webcare wordt geschat op acht uur per week. Deze formatie draagt bij aan het tot stand komen van een team webcare in het KCC van de Gemeentewinkel. Hiervoor is, in eerste instantie, een budget voor een periode van drie jaar nodig van € 25.000.
Bestuur en bedrijfsvoering
8 74
Wat mag het kosten? De volgende tabel bevat de baten en lasten en de prioriteiten die aan het programma zijn verbonden.
Baten en lasten programma Bestuur en bedrijfsvoering (bedragen * € 1.000)
Bestuursorganen L 2015.08.04 Uitvoeren nota Online communicatie B S Onvoorzien en stelposten
Overige
Saldo kostenplaatsen
Programma Bestuur en bedrijfsvoering
Mutaties reserves
Toevoegen aan - Reserve Gebouwen Onttrekken uit - Reserve Gebouwen - Reserve Wachtgelden
realisatie
jul
2013
2014
Programmabegroting 2015
2016
2017
2018
-2.703
-2.571
-2.528 -40
-2.481 -30
-2.423 -30
-2.451 -5
1 -2.702
-2.571
-2.568
-2.511
-2.453
-2.456
800
1.500
1.500
1.500
0
800
1.500
1.500
1.500
L B S L B S
-65
-54
-53
-128
-134
20
-65
-54
-53
-128
-134
20
L B S
-2.330
-1.622
297
163
305
233
-2.330
-1.622
297
163
305
233
L B S
-5.098 1 -5.097
-4.247 0 -4.247
-1.524 0 -1.524
-976 0 -976
-782 0 -782
-703 0 -703
realisatie
jul
2013
2013
Programmabegroting 2015
2016
2017
2018
-946
1.986
1.102 56 135
95
37
60
Bestuur en bedrijfsvoering
8 75 Toelichting De voor 2015 belangrijke baten en/of lasten lichten wij hier kort toe. De programmaonderdelen ook deel uit van de Tussentijdse Rapportages en de Jaarstukken. In het onderdeel Financiële begroting lichten wij op programmaniveau toe de verschillen tussen het jaar 2014 en 2015.
Bestuursorganen Voor een toelichting verwijzen wij u naar de programmaonderdeel 2015.08.04 Uitvoeren nota Online communicatie. - Uitvoeren nota Online communicatie € 40.000
Investeringen programma Bestuur en bedrijfsvoering (lasten) (onderdeel van het investeringsplan 2015 – 2018; x € 1.000) productenram ing investering
bedrag
2015
2016
2017
2018
Vervangingsinvesteringen Mechanische ventilatie gemeentehuis
38
1
4
4
4
Vervanging Midoffice
165
3
40
39
37
Vervanging softw are
66
1
15
15
14
220
5
82
79
76
Vervanging HNW
55
1
8
8
8
Voorzieningen pantry's
22
1
5
5
5
13
202
433
167
352
577
Vervanging hardw are
Investeringsplan 2016 - 2018
12
Bestuur en bedrijfsvoering
8 76
77
Het hoofdstuk Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien staat, naast de gebruikelijke zaken, ook dit jaar vooral in het teken van het laag houden van de woonlastendruk.
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
78 Het overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien volgt uit artikel 8 van het Besluit begroting en verantwoording (BBV).
Wat gaan we daarvoor doen?
Dit onderdeel geeft inzicht in de samenstelling van de baten: lokale heffingen; algemene uitkering uit het Gemeentefonds; dividenden; rente; saldo van de financieringsfunctie; overige algemene dekkingsmiddelen; onvoorzien.
Het vaststellen van de jaarstukken; Het vaststellen van de tussentijdse rapportages; Het vaststellen van de Programmabegroting.
Overzicht algemene dekkingsmiddelen Voordat op de onderdelen wordt ingegaan, volgt hieronder eerst een overzicht van de algemene dekkingsmiddelen 2013 – 2018. Algemene dekkingsmiddelen - Lokale heffingen - Algemene uitkering - Uitkeringen deelfonds - Dividenden - Rente Totaal dekkingsmiddelen
realisatie 2013 4.904 17.645
jul 2014 5.327 18.361
68 2.689 25.306
56 2.689 26.433
2015 5.509 16.463 9.107 68 2.809 33.956
productenraming 2016 2017 5.618 5.728 16.515 16.444 9.107 9.107 68 68 2.705 2.705 34.013 34.052
Lokale heffingen Voor een toelichting verwijzen wij naar de paragraaf Lokale heffingen.
2018 5.841 16.196 9.107 68 2.533 33.745
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
79 Algemene uitkering uit het Gemeentefonds De septembercirculaire 2014 is niet in deze begroting verwerkt. De algemene uitkeringen 2015 – 2018 zijn voorlopig als volgt:
Jaar:
2015 2016 2017 2018
Programmabegroting 2015 - 2018 16.463.000 16.515.000 16.444.000 16.196.000
Dividenden Dividend Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) Lisse ontvangt jaarlijks dividenduitkeringen uit hoofde van haar aandelenbezit bij de BNG. Over 2015 wordt rekening gehouden met een opbrengst van € 27.000. De Meerlanden N.V. In meerjarenperspectief gaan wij uit van een dividenduitkering van € 41.000. Aandelenbezit. In de paragraaf Weerstandsvermogen komt dit onderwerp nog nader aan de orde. Rente In de begroting 2015 zijn de volgende drie renteposten opgenomen: a. de rentetoerekening aan de bouwgrond- en stadsvernieuwingscomplexen (de zgn. strategische aankopen); b. de correctie op de rente kort geld; c. de correctie op de bespaarde rente.
Ad a Rentetoerekening aan de bouwgrond- en stadsvernieuwingscomplexen Wij rekenen rente toe aan de strategische aankopen. Voor de begroting 2015 betreft dat een bedrag van € 451.000. Ad b Rente kort geld Op basis van de liquiditeitenplanning komt het bedrag van de renteopbrengst op de geldmarkt € 318.000 hoger uit dan het bedrag dat wij berekenen over het financieringsoverschot via de renteomslagmethode. Ad c Bespaarde rente De correctie op de bespaarde rente valt volgens het BBV onder overige algemene dekkingsmiddelen en bedraagt € 2.041.000. Saldo financieringsfunctie Het overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien dient aandacht te besteden aan het saldo van de financieringsfunctie. Volgens de commissie BBV moet hieronder worden verstaan het saldo van de betaalde rente over de aangegane leningen (€ 2.068.000), de aangetrokken middelen in rekening-courant (-/- € 1.038.000) en de ontvangen rente over de uitzettingen (€ 0). Het saldo van de financieringsfunctie berekenen wij als resultaat hiervan op € 1.030.000 nadelig. Bij de berekening zijn wij er van uitgegaan dat de rente die Lisse ontvangt uit de exploitatie van gronden, verstrekte hypothecaire geldleningen en geldleningen aan sportverenigingen en dergelijke wordt beschouwd als ontvangen rente in rekening-courant (met de grondexploitatie). Daarnaast hanteert Lisse het uitgangspunt dat de grondexploitaties in beginsel budgettair neutraal moeten verlopen en dus de rente moeten kunnen terugverdienen. Zie in dat verband het programma Ruimte en wonen en de paragraaf Weerstandsvermogen.
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
80
Onvoorzien Voor onvoorzien niet structureel is geen raming opgenomen. Het beoogde begrotingsresultaat van € 128.000 wordt als een algemene buffer gezien voor onverwachte lasten, waarvan nut, noodzaak en onvermijdelijkheid zijn aangetoond.
81
Paragrafen
Lokale heffingen
82 Inleiding De uitgangspunten voor het beleid van de heffing van de gemeentelijke belastingen en tarieven zijn vastgelegd in de nota Lokale heffingen 2006, de Bestuursovereenkomst en verder in de notitie “Leges 2008”. De belangrijkste uitgangspunten van beleid zijn: het laag houden van de woonlastendruk; de kostendekkendheid van tarieven. Deze uitgangspunten kunnen een tegenstrijdigheid inhouden. Dit doet zich voor het jaar 2015 voor.
De gemeente Lisse kent de volgende belastingen die worden aangemerkt als algemeen dekkingsmiddel: onroerende zaakbelastingen; roerende zaakbelastingen; hondenbelasting; toeristenbelasting; precariobelasting. Tegenover deze belastingen staat geen rechtstreekse individuele prestatie van de gemeente. De volgende heffingen worden aangemerkt als niet-algemeen dekkingsmiddel: afvalstoffenheffing; rioolheffing; leges.
De nota Lokale heffingen wordt eenmaal in de vier jaar aangeboden en geeft inzicht in de stand van zaken en de ontwikkelingen op het gebied van de gemeentelijke belastingen en leges. De nota gaat tevens in op de ontwikkelingen op het terrein van de (belasting)wetgeving.
Opbrengsten In het volgende overzicht worden de geraamde opbrengsten belastingen en rechten over de periode 2013 – 2015 weergegeven. Opgemerkt wordt dat de ramingen niet alleen worden beïnvloed door de tarieven, maar ook door wijzigingen in de volumes, bijvoorbeeld het aantal woningen en bouwaanvragen.
Lokale heffingen Gemeentelijke belastingen, heffingen en rechten vormen een belangrijk deel van de inkomsten van de gemeente.
Baten
2013
2014
2015
Baten
2013
2014
2015
leges - burgerlijke stand
41
29
30 78 190 40 677 13
41 87 233 42 698 19
41 84 240 42 698 13
afvalstoffenheffing
2.629
2.477
2.721
rioolheffing Heffingen en rechten
1.699 5.397
1.703 5.329
1.967 5.835 Belastingen
- bevolkingsregister - rijbewijzen - reisdocumenten - vergunningen bouwleges marktgelden
29 OZB
Met ingang van 2012 zijn de baten inclusief rijksleges. De af te dragen rijksleges worden ook in de geraamde
roerende zaakbelasting toeristenbelasting baatbelasting hondenbelasting precariobelasting
3.900
3.896
4.041
3 71 7 88 835
3 73 7 90 1.258
3 75 7 90 1.293
4.904
5.327
5.509
De opbrengsten belastingen maken onderdeel uit van de algemene dekkingsmiddelen. Zie onderdeel Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien.
lasten opgenomen. Wij verwijzen naar het programma Dienstverlening.
Totaal
10.301
10.656
11.344
Lokale heffingen
83 Leges en rechten Voor de te hanteren legestarieven voor 2015 wordt uitgegaan van het bestaande beleid ten aanzien van deze tarieven. Dat houdt in dat de tariefaanpassing slechts plaatsvindt voor zover daarmee de kostendekkendheid van de tarieven niet wordt overschreden. Naar de kostendekkendheid van de tarieven voor de leges is in 2008 - naast het onderzoek door de Rekenkamercommissie - door een extern bureau een onderzoek gedaan. De conclusies van dat onderzoek zijn vertaald in de notitie “Leges 2008”. Hieronder geven wij hierbij een inzicht in de kostendekkendheid in 2015 van de leges. Omschrijving burgerzaken Burgerlijke stand Bevolkingsregister Rijbewijzen Reisdocumenten
Lasten
Baten 56.000 284.000 76.000 244.000
vergunningen omgevingsvergunningen totaal:
Een keer in de vier jaar vindt normaliter een herberekening plaats van de differentiatie van de tarieven voor de afvalstoffenheffing. De laatste aanpassing heeft in 2010 plaatsgevonden. De tarieven voor de afvalstoffenheffing zijn gelimiteerd. Het geheel van de kosten die de grondslag vormen voor de afvalstoffenheffing vormt met de reserve Reiniging een gesloten systeem, waarbij dus een dekkingspercentage van 100% wordt bereikt. De tarieven voor 2015 en de kaders voor de tarieven afvalstoffenheffing voor één- en meerpersoonshuishoudens, zijn (voorlopig) voor de jaren 2015 – 2018 als volgt.
%
Jaar
29.000 41.000 84.000 240.000 394.000 42.000 698.000
60% 41% 111%
1.392.000
1.134.000
81%
Afvalstoffenheffing Op grond van de wet Milieubeheer heeft de gemeente een inzamelingsverplichting bij elk perceel waar huishoudelijke afvalstoffen kunnen ontstaan. De aan de burgers in rekening te brengen tarieven mogen niet uitstijgen boven de werkelijk gemaakte kosten. Bij de hoogte van de aanslag wordt rekening gehouden met een gedifferentieerd tarief van één- en meer persoonhuishoudens.
grof
huishouden huishouden
vuil m3
660.000 103.000 629.000
Markttarieven Voor het innemen van een standplaats op de markt worden rechten geheven. Om de markt voor zowel de huidige als potentiële marktkooplieden aantrekkelijk te houden, worden de markttarieven ook in 2015 niet verhoogd.
1 persoons- m eerpersoons-
€
€
€
2014
212,40
287,52
16,25
2015
215,04
287,16
16,60
2016
217,80
286,80
16,95
2017
220,44
286,32
17,30
2018
223,08
285,96
17,65
Het tarief in 2014 in deze tabel wijkt af van het werkelijke tarief. Geen rekening is gehouden met de eenmalige verlaging van € 30. De verordening 2014 bevatte niet het juiste berekende tarief De afvalstoffenheffing daalt ten opzichte van 2014. De kostendekkendheid van de tarieven berekenen we namelijk over de planperiode van de begroting, waarbij het laatste jaar 100% kostendekkend is. In de 3 jaar daarvoor groeien we gefaseerd naar dat tarief en verrekenen het verschil met de reserve. In de meerjarenprognose houden we rekening met een daling van de tarieven voor vuilverwerking vanaf juli 2016.
Lokale heffingen
84 Rioolheffing De Rioolheffing beoogt onder andere het in stand houden van het rioolstelsel. Uit deze heffing worden de exploitatielasten van het rioolstelsel bekostigd, inclusief de kosten van het vervangen van het bestaande stelsel. De verfijningsuitkering die de gemeente via de algemene uitkering uit het Gemeentefonds ontvangt, wordt vóór de tariefbepaling in mindering gebracht op de lasten. De kaders voor de tarieven van de Rioolheffing2012 – 2016 zijn door u op 17 december 2009 bepaald door het vaststellen van het GRP 2010 – 2014. Echter, ook hier geldt hetzelfde als bij de afvalstoffenheffing. Wij houden voorlopig rekening met de volgende tarieven. Jaar
Tarief €
2014
165,00
2015
191,04
2016
267,00
2017
268,44
2018
268,44
Bij de berekening van het tarief voor 2015 was de stand van de reserve Riolering bepalend. Om de tarieven kostendekkend te laten zijn, zouden zij ongeveer op het niveau van 2016 komen te liggen. Door de inzet van het saldo van de reserve kan de stijging beperkt blijven. Het GRP wordt herzien, waarbij een nieuwe financiële doorrekening plaatsvindt. We verwachten dat die doorrekening mogelijkheden biedt om de tarieven vanaf 2016 minder te laten stijgen dan zoals we die in de tabel presenteren. De herziening van het GRP gaf ons reden om het saldo van de reserve Riolering eenmalig
en geheel in te zetten om de stijging van het tarief voor 2015 te beperken. De Rioolheffing en de reserve Riolering vormen een gesloten systeem. Onroerende- en roerende-zaakbelastingen De vaststelling van de belastingverordeningen 2015 staat volgens bestaand beleid gepland voor de laatste raadsvergadering van het jaar. De tarieven zijn afhankelijk van de waardeontwikkelingen van de woningen en van de opbrengst van het vorige begrotingsjaar verhoogd met het inflatiepercentage. De opbrengst wordt vanaf 2014 conform het coalitieprogramma 20102014 verhoogd op basis van de berekening van een percentage gelijk aan het door het CPB verwachte inflatiepercentage voor het komende jaar. We houden voor 2015 rekening met een verhoging van 2%. Herwaardering objecten De hertaxatie van de objecten is van invloed op de tarieven OZB. De hertaxatie vindt jaarlijks plaats. Overigens compenseert het Rijk de extra opbrengsten die gemeenten daardoor krijgen in grote lijnen via een korting op de algemene uitkering uit het Gemeentefonds. De uitvoering van de herwaarderingen wordt in eigen beheer uitgevoerd. Roerende zaakbelastingen Roerende zaakbelastingen worden geheven over roerende zaken. De groep roerende zaken in de gemeente Lisse is erg beperkt. Alleen woonboten worden in de heffing betrokken. Het beleid inzake de tarieven is gelijk aan die van de Onroerende zaakbelasting.
Lokale heffingen
85 Baatbelasting Op grond van het bepaalde in artikel 222 van de Gemeentewet kan de gemeente een baatbelasting heffen. Momenteel zijn er drie verordeningen baatbelasting in werking, waarvan nog twee in heffing worden betrokken, te weten: Blokhuis Vennestraat e.o. Hondenbelasting Voor het hebben van een hond wordt een belasting geheven. In 2015 is sprake van een stijging met 2%. Het tarief voor een hond bedraagt € 78,48 (2014: € 76,92) en voor elke volgende hond € 122,16 (2014: € 119,76). Voor het hebben van een kennel bedraagt het tarief € 319,92 (2013: € 313,68). Toeristenbelasting Toeristenbelasting wordt geheven van personen die verblijf houden binnen de gemeente die niet als ingezetene staan ingeschreven in de GBA. Degene die gelegenheid biedt tot het houden van verblijf (hotelhouder of campinghouder) wordt meestal als belastingplichtige aangewezen. Het tarief voor een overnachting per persoon wordt verhoogd met 2% tot € 2,20. Precariobelasting Precariobelasting wordt geheven van de ondergrondse kabels en leidingen in gemeentegrond. De eigenaren van de kabels en leidingen worden aangewezen als belastingplichtigen. In tegenstelling tot de voorgaande begroting beschouwen we de precariobelasting meer als structurele opbrengst, waardoor de bezuinigingen minder scherp uitvallen. De reden voor deze wijziging in opvatting is dat
de meicirculaire in het geheel niet ingaat op het eerdere voorstel tot opheffing van de mogelijkheid tot heffing van de belasting. De tarieven van de precariobelasting worden met 2% verhoogd. Overige heffingen Tot nu toe hebt u besloten de volgende belastingen nog niet te heffen: 1. Lijkbezorgingrechten 2. Reclamebelastingen 3. Forensenbelasting 4. Vermakelijkhedenretributie 5. Parkeerbelasting Voor de hier genoemde belastingen en rechten doen wij u geen voorstellen tot heffing. Invordering In beginsel ontvangt elk huishouden eenmaal per jaar een belastingaanslag. In februari worden de aanslagen met de gemeentelijke belastingen verzonden voor de OZB, RZB, hondenbelasting, afvalstoffenheffing en rioolheffing. De baatbelasting volgt later. De toeristenbelasting wordt per kwartaal opgelegd. Periodiek worden in de loop van het belastingjaar ook aanslagen verzonden naar aanleiding van nieuwe omstandigheden, o.a. verhuizingen, wegvallen belastingplicht. In de betreffende verordening zijn de betaaltermijnen opgenomen. De aanslagen moeten zijn betaald uiterlijk op de laatste dag van de tweede maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld. Met ingang van 2012 is de mogelijkheid aan de belastingplichtige geboden om de gemeentelijke belasting in 7 termijnen te voldoen door middel van automatische incasso. Ongeveer 50% van de belastingplichtigen maakt hiervan gebruik.
Lokale heffingen
86 Kwijtschelding Indien een belastingplichtige niet in staat is anders dan met buitengewoon bezwaar de aanslag te betalen, kan kwijtschelding van de belastingen worden verleend. Van buitengewoon bezwaar is in het algemeen sprake als de financiële middelen om een aanslag te betalen ontbreken en ook niet binnen afzienbare tijd kunnen worden verwacht. Daarnaast kunnen zich ook andere omstandigheden voordoen die meebrengen dat de betaling van een aanslag niet kan worden gevorderd. De gemeente Lisse verleent kwijtschelding voor de OZB, de RZB, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Kwijtschelding wordt niet verleend voor de overige heffingen. Dit wordt per belastingverordening geregeld. Het beleid met betrekking tot kwijtschelding is landelijk ontwikkeld en vastgelegd in de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 en verder uitgewerkt in de Leidraad. Bij het bepalen van de belastingcapaciteit is één van de criteria de kosten van het bestaan. Een gemeente mag zelf bepalen hoe hoog deze kosten zijn. De kosten bedragen echter minimaal 80% van de bijstandsuitkeringen en maximaal 100% van de bijstandsuitkeringen. De gemeente Lisse hanteert de 100% norm. De volgende bedragen zijn in de begroting opgenomen in het kader van het minimabeleid: productenraming Kwijtschelding
2015
2016
2017
2018
Afval
63
63
63
Riool
44
44
44
63 44
107
107
107
107
Regio In het rapport, opgesteld door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheid (COELO), is voor het jaaroverzicht 2014 de belastingdruk van (deel)gemeenten weergegeven. De gemeente Lisse komt in dit overzicht op de 76e plaats (in 2006, 2007, 2008, 2009, 2010, 2011, 2012 en 2013 respectievelijk 82e, 75e, 59e , 72e 76e, 127, 130e en 154e plaats) in de rangschikking van gemeenten met de laagste belastingdruk, met een bedrag voor één- en meerpersoonshuishoudens van respectievelijk € 601 en € 646. Ter vergelijking gemeenten uit deze regio, belastingjaar 2014, rangorde op basis van meerpersoonshuishoudens: Gemeente
Rang-
één
meer
orde
pers.
pers.
Katwijk
108
573
671
Lisse
76
601
646
Hillegom
205
665
720
Teylingen
142
624
693
Noordwijkerhout
339
664
809
Noordwijk
342
690
811
Met ingang van het begrotingsjaar 2013 zijn wij gaan sturen op de woonlastendruk en niet zozeer meer op de OZB-opbrengsten. Uitgangspunt is dat de woonlastendruk per jaar met niet meer dan het inflatiepercentage stijgt. Daarbij betrekken wij dus naast de OZB de “kostendekkende tarieven” voor de afvalstoffenheffing en de rioolheffing.
Lokale heffingen
87 Lastendruk Lokale heffing OZB Afval Riool Hond totaal:
eenpersoonshuishouden 2014 2015 190,32 194,04 212,40 215,04 165,00 191,04 567,72 600,12 76,92 78,48 644,64 678,60
m eerpersoonshuishouden 2014 2015 190,32 194,04 287,52 287,16 165,00 191,04 642,84 672,24 76,92 78,48 719,76 750,72
De definitieve tarieven worden bepaald bij de vaststelling van de verordeningen in december 2014. Bovengenoemde bedragen zijn niet één op één naast de cijfers van het Coelo-rapport, zie onder Regio, te leggen. Het Coelo treft de nodige maatregelen om de gemeenten te kunnen vergelijken.
Weerstandsvermogen en risicobeheersing
88 Inleiding De doelstellingen van het risicomanagementbeleid staan beschreven in de Nota Risicomanagementbeleid. De hoofddoelen die de gemeente Lisse nastreeft zijn: het voldoen aan de wettelijke verplichting (BBV); het inzicht krijgen in de risico’s die de gemeente loopt en daarmee het risicobewustzijn stimuleren; beoordeling en optimalisatie van het weerstandsvermogen; ervoor zorgen dat het optreden van risico’s zo weinig mogelijk effect heeft op de uitvoering van bestaand beleid en voorzieningen. Lisse gebruikt een webbased database NARIS om inzicht te krijgen in de risico’s. Hiermee is een simulatie te maken in welke mate risico’s zich kunnen voordoen en wat de financiële gevolgen daarvan kunnen zijn. Bij de samenstelling van elk document uit de budgetcyclus geldt de opdracht aan het management om de risico’s te actualiseren. Algemeen Lisse heeft het risicomanagement op de volgende wijze geïmplementeerd: 1. het nemen van beheersmaatregelen voor risico’s tot en met een risicoscore van 9 is overgelaten aan afdelingshoofden en primaathouders van projecten, risico’s met een hogere score worden afzonderlijk aan het college gerapporteerd; 2. het weerstandsvermogen van de gemeente dient minimaal als voldoende te worden beoordeeld (waardering C); 3. er is gekozen voor een zekerheidspercentage van 90%; 4. de afdelingshoofden hebben de opdracht gekregen periodiek hun risicoprofiel te actualiseren; 5. geactualiseerde risicoprofielen inclusief genomen beheersmaatregelen worden
opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen van de begroting, de tussentijdse rapportages en het jaarverslag. Risico’s die vallen onder een risicoscore van 9 en lager betreffen de normale bedrijfsvoering en zijn niet van materiële betekenis voor de realisatie van de programmadoelstellingen. Het treffen van beheersmaatregelen voor de risico’s die binnen die score vallen, kan daarom worden overgelaten aan de afdelingshoofden en de primaathouders van de projecten. Een weerstandsvermogen met de waardering C houdt in dat de beschikbare weerstandscapaciteit gelijk is aan of iets hoger is dan de benodigde weerstandscapaciteit. Een weerstandsvermogen beneden dit niveau brengt de financiële positie te ernstig in gevaar. Een zekerheidspercentage van 90% wordt aangehouden om een grote mate van zekerheid in te bouwen om de risico’s te kunnen afdekken. Daarbij speelt mee dat niet alle risico’s zich tegelijk en in hun maximale omvang zullen voordoen. De coördinatie van het risicomanagement is belegd bij de afdeling Financiën en personeel. Hiermee is 0,1 tot 0,2 fte gemoeid. De verantwoordelijkheid voor het risicoprofiel ligt bij de afdelingshoofden. Belang risicomanagement voor de raad Het risicomanagement is voor de raad van belang daar waar het de realisatie van de programmadoelstellingen betreft. Omvangrijke risico’s kunnen de financiële positie op een dusdanige wijze ondermijnen dat het bereiken van de doelstellingen in het gedrang komt. Tijdige informatie over de risico’s biedt de raad de mogelijkheid om bij te sturen. Voor het overige raakt het risicomanagement de bedrijfsvoering en die valt onder de verantwoordelijkheid van het college.
Weerstandsvermogen en riscobeheersing
89 Uitgangspunt sinds de vaststelling van de Miljoenennota 2007 – 2016 is dat de stand van de Algemene reserve bij elke actualisering van het risicomanagement gelijk moet zijn aan de benodigde weerstandscapaciteit. Dit uitgangspunt hanteren wij sindsdien als beleidslijn. Aanleiding daartoe was dat het als probleem werd ervaren dat elke aanwending van een (bestemmings)reserve direct gevolgen heeft voor het weerstandsvermogen. De organisatie besteedt aandacht aan te nemen maatregelen, waardoor de benodigde weerstandscapaciteit afneemt. In 2012 heeft de rekenkamercommissie een onderzoek uitgevoerd naar het weerstandvermogen van de gemeenten Hillegom en Lisse. Naar aanleiding van de onderzoeken is
een rapportage uitgebracht met aanbevelingen. Deze aanbevelingen worden vertaald in te treffen maatregelen dan wel aanpassingen van beleidsuitgangspunten. Deze aanbevelingen worden opgenomen in een geactualiseerde nota weerstandvermogen en risicomanagement. Risicoprofiel Om de risico's in kaart te brengen is in samenwerking met de diverse afdelingen een risicoprofiel opgesteld. Uit de inventarisatie zijn vanuit de afdelingen in totaal 78 risico's in beeld gebracht. In het onderstaande overzicht wordt echter alleen de risico's gepresenteerd met de hoogste bijdrage aan de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit.
Risico nr.
Omschrijving risico
R482
Sportlaan. Risico terugbetaling voorfinanciering parkeergarage
R483
Sportlaan. Risico dat gemeente het openbaar gebied rondom sportaccommodatie zelf moet betalen
R470
Sportlaan Mogelijk lagere ontvangst bij gemeente door lagere indexering
R480
Gemeentelijk aandeel Greenport Ontwikkelingsmaatschappij
R463
Dever Zuid Wijziging bestemming naar woningbouw inmiddels door Raad goedgekeurd. In verband met recessie is inmiddels rekening gehouden met een lagere grondprijs. Ondanks deze verlaging is er nog risico van latere uitgifte. Voor risico rekening houden met 1 jaar.
R26
Lagere algemene uitkering uit gemeentefonds door wijziging in herverdelingsmaatstaven en/of bezuinigingen
R476
Aanbestedingen worden niet juist uitgevoerd
R469
Greveling. Voor 3 percelen staat nog exploitatiebijdrage gepland. Er is vooral nog sprake van onzekerheid over tijdsptip ontvangst en hoogte bijdrage
Weerstandsvermogen en riscobeheersing
90 Risico nr.
Omschrijving risico
R466
Centrum Raadhuisplein Centrum: Heemskerk (Woonhof-Noord) In ontwikkeling. Voorlopige verkoopovereenkomst getekend. Exploitatieopzet in Raad december 2013 vastgesteld.
R460
Vordering (ongerechtvaardigde verrijking Gasfabriek)
R82
Vervuilde grond in eigendom van gemeente (waaronder asbest en puinverontreiniging)
R67
Ontslag bestuurder (tussentijds)
De implementatie van de 3 decentralisaties kan leiden tot tekorten in de eerste jaren als de uitgaven de door het Rijk beschikbaar gestelde middelen overschrijden. Het wijzigen van het karakter van de reserve Uitvoering sociale wetgeving betekent dat dit risico opgenomen dient te worden in het risicoprofiel. De maatregelen om de risico’s te verminderen of af te dekken, bestaan uit: het opstellen van richtlijnen, duidelijke afspraken en procedures; zorgvuldig en integer handelen en handhaven; vormgeven aan AO/IC; gebruikmaken van beheerplannen; verzekeren; beveiliging van informatie; enz. Relatie met andere paragrafen De paragraaf financiering gaat in op het risicobeheer rondom garanties, uitzettingen en verstrekte leningen, renterisico’s, koersrisico’s en kredietrisico’s. Het risicoprofiel bevat tal van risico’s die betrekking hebben op de kapitaalgoederen. Zoveel mogelijk werkt Lisse met beheerplannen, waarvan de financiële vertaling is opgenomen in de begroting. Voor vrijwel alle kapitaalgoederen zijn reserves gevormd.
Ook op het gebied van de bedrijfsvoering loopt de gemeente risico’s. Te denken valt hierbij aan de bedrijfscontinuïteit in relatie tot de afhankelijkheid van geautomatiseerde systemen. Organisatieveranderingen kunnen leiden tot uitval van productie, hoger ziekteverzuim en daarmee samenhangende hogere kosten voor vervanging. Het hebben van personeel kan leiden tot wachtgeldverplichtingen. Het niet optimaal op orde zijn van de administratieve organisatie en interne controle kan leiden tot fouten, claims en fraude. Het aangesloten zijn bij gemeenschappelijke regelingen kan leiden tot hogere bijdragen. Een goed voorbeeld hiervan is de regionale investeringenstrategie binnen Holland Rijnland. De bedrijfsresultaten van overige verbonden partijen kunnen nadelige gevolgen hebben op het dividend (BNG). Risico’s op het gebied van het grondbeleid zijn binnen het risicoprofiel de grootste qua volume. In verband daarmee hanteert Lisse als uitgangspunt dat extra tekorten op het ene plan gecompenseerd moeten worden door overschotten op of minder nadelige resultaten binnen een ander plan. Dat kan betekenen dat de kaderstelling hier en daar opnieuw ter discussie kan komen te staan om nog bij te kunnen sturen.
Weerstandsvermogen en riscobeheersing
91 De risico’s uit het risicoprofiel zullen niet allemaal tegelijk en in hun maximale omvang
plaatsvinden. Figuur 1 en de bijhorende tabel tonen de resultaten van de risicosimulatie.
Figuur 1 - Resultaten van de risicosimulatie, kans op voldoende weerstandscapaciteit:
Tabel 1: percentages en bedragen (bedragen in € 1.000)
5%
15%
25%
35%
45%
469-
145-
127
471
917
Uit de tabel volgt dat 90% zeker is dat alle risico’s kunnen worden afgedekt met € 2,9 miljoen.
De cijfers zijn in het begin negatief door het meenemen van een potentiële grondopbrengst Geestwater als negatief risico. Beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat, zoals in het risicomanagementbeleid is beschreven, uit een viertal elementen. Dit
55% 1.246
65% 1.542
75% 1.887
85% 2.486
90% 2.896
zijn de algemene reserve, bestemmingsreserves, bezuinigingsmogelijkheden en onbenutte belastingcapaciteit. Daarnaast spelen stille reserves nog een rol. Algemene reserve € 2,7 miljoen De stand van de Algemene reserve is per 1 januari 2015 naar verwachting € 2.692.000. Dit bedrag is “vrij besteedbaar” om risico’s af te dekken.
95% 3.403
Weerstandsvermogen en riscobeheersing
92 Bestemmingsreserves € 2,4 miljoen De bestemmingsreserves zijn in totaal afgerond € 41,9 miljoen. Reserves die voorheen voorzieningen waren, zijn echter beklemd. Dit geldt bovendien voor de reserve Nader te bestemmen middelen. De reserve erfpachtgronden kan niet herbestemd worden en kan als zodanig niet worden meegenomen als beschikbare weerstandscapaciteit (€ 17.000). De reserve Uitvoering sociale wetgeving wijzigt van karakter. Voorheen was deze reserve beklemd. De reserve is er niet voor niets, maar we hebben gezocht naar een nieuw evenwicht tussen het in stand houden en de hoogte van het saldo van de reserve enerzijds en het uitgangspunt van beleid rond de 3 decentralisaties dat we rond moeten komen met de door het Rijk beschikbaar gestelde middelen anderzijds. We hebben gemeend dat de reserve kan meetellen voor de bepaling van de weerstandscapaciteit. De risico’s die te maken hebben met de implementatie en tekorten voor de eerste jaren nemen we op in het risicoprofiel. Uiteraard leggen we beschikkingen over de reserve vooraf aan de raad voor. Dat vormt voor u daarmee een waarborg. Al met al is € 2,4 miljoen vrij besteedbaar (reserve Uitvoering sociale wetgeving). De Rekenkamercommissie is wat ruimer in haar opvatting dan wij over de vraag in welke mate de reserves bij het bepalen van de beschikbare weerstandscapaciteit gerekend mogen worden. Bezuinigingsmogelijkheden, ruimte binnen de begroting € 0, begrotingsresultaten (0,1 miljoen) De begrotingsresultaten zijn in principe (structureel) vrij aanwendbaar. Het begrotingsresultaat berekenen wij op €128.000.
Onbenutte belastingcapaciteit € 0 Volgens de junicirculaire Gemeentefonds 2007 is de begrenzing aan de OZB-stijging opgeheven. Dit volgt uit het Bestuursakkoord. De ruimte die dit biedt binnen de begroting is moeilijk aan te geven, omdat sprake zou zijn van het instellen van een macronorm en van een correctiemogelijkheid via het Gemeentefonds. Op basis daarvan ramen wij de onbenutte belastingcapaciteit voor de weerstandscapaciteit op nihil. Uw raad hanteert daarnaast als algemeen uitgangspunt dat een meer dan trendmatige aanpassing slechts als uiterste redmiddel toegestaan is om de begroting sluitend te krijgen. De Rekenkamercommissie gaat in haar rapport ook op dit onderdeel in. U hebt de aanbeveling van de Rekenkamercommissie echter niet overgenomen. Heffingen waar een aanwijsbare dienst tegenover staat, zijn kostendekkend en/of het verschil tussen de baten en lasten wordt geëgaliseerd via een reserve. Ook hier kunnen we stellen dat geen sprake is van een bijdrage aan de weerstandscapaciteit. Zie overigens de paragraaf lokale heffingen. Stille reserves € 0 Een ontwikkeling met gevolgen voor de weerstandscapaciteit is de ontwikkeling in de stille reserves. Stille reserves zijn de meerwaarden van activa die te laag of tegen nul zijn gewaardeerd doch die direct verkoopbaar zijn indien men dat zou willen.
Weerstandsvermogen en riscobeheersing
93 Een stille reserve kan alleen maar deel uitmaken van de beschikbare weerstandscapaciteit als de reserve snel te verkopen is, of als het besluit daartoe (expliciet) al is genomen. Er dient dan echter ook rekening gehouden te worden met het feit dat bij verkoop het functioneren van de gemeente niet aangetast wordt. De volgende stille reserves komen mogelijk in aanmerking: Strategische aankopen Voor de gronden/ panden die in het verleden strategisch zijn aangekocht, geldt dat ze zich in een gebied bevinden dat wordt herontwikkeld met als uitgangspunt budgettaire neutraliteit. Gemeentelijk woningbezit In de Miljoenennota is besloten om opbrengsten uit verkopen van de woningen te storten in de voorziening Regionaal investeringsfonds Holland Rijnland. Voor de verplichtingen gedurende de begrotingsperiode is de reserve meer dan toereikend. Er bestaat echter een risico dat de vulling van de reserve niet in de pas loopt met de verwachtingen. Die komen erop neer dat de woningen binnen een tijdsbestek van 15 jaar zijn verkocht (uiterlijk in 2022) en bij voorkeur regelmatig (3 in de 4 jaar). Gronden en terreinen De gemeente Lisse beschikt over enige gronden en landerijen. Het gaat hier echter met name om wegen en/of plantsoenen of reststrookjes grond. In een bezuinigingsronde heeft de opbrengst van deze gronden een andere bestemming gekregen. Voor de beschikbare weerstandscapaciteit telt een mogelijke opbrengst niet meer mee.
Eigen gebouwen Een van de voorwaarden voor een stille reserve om als beschikbare weerstandscapaciteit meegerekend te kunnen worden, is dat deze het functioneren van de gemeente niet aantast. Daar het hier gaat om eigen gebouwen die voor het normaal functioneren van de gemeente nodig zijn, kunnen deze niet meegerekend worden als beschikbare weerstandscapaciteit. Dit is tevens de opvatting van de commissie BBV. Deelnemingen en effecten Lisse heeft de aandelen NUON verkocht. De opbrengst daarvan is onder andere afgezonderd om de wegvallende dividendopbrengsten te kunnen opvangen. De totale opbrengst is destijds gestort in de reserve Nader te bestemmen middelen. Het vrij aanwendbare deel daaruit maakt onderdeel uit van de beschikbare weerstandcapaciteit binnen de bestemmingsreserves. Incidentele en structurele weerstandscapaciteit Het BBV maakt onderscheid tussen de incidentele en de structurele weerstandscapaciteit. Met het eerste wordt bedoeld het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van taken op het geldende niveau. Met de structurele weerstandscapaciteit worden de middelen bedoeld die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de bestaande taken.
Weerstandsvermogen en riscobeheersing
94 Tabel 2: berekening incidentele en structurele w eerstandscapaciteit Weerstandscapaciteit (in bedragen x € 1.000 en in % begrotingstotaal 2014) Om schrijving
2015
2016
in € 1.000
2017
% in € 1.000
2018
% in € 1.000
% in € 1.000
%
Incidentele w eerstandscapaciteit: Vrij aanw endbaar deel reserves Stille reserves
5.100
12,6%
-
0,0%
Onbenutte belastingcapaciteit
-
Ruimte op de begroting
128
5.100
12,6%
-
0,0%
0,0%
-
0,3%
128
5.100
12,6%
-
0,0%
0,0%
-
0,3%
128
5.100
12,6%
-
0,0%
0,0%
-
0,0%
0,3%
128
0,3%
Structurele w eerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit
12,9%
Relatie benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit Het risicoprofiel is bekend, dus kan een relatie worden gelegd tussen de financieel gekwantificeerde risico’s en de daarbij gewenste weerstandscapaciteit en de beschikbare weerstandscapaciteit. De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit, kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen. Beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit voor de gemeente Lisse is € 5,2 miljoen (€ 2,7 + € 2,4+ € 0,1). De ratio voor het weerstandsvermogen is de verhouding tussen de beschikbare en de benodigde weerstandscapaciteit. Voor Lisse komt de ratio uit op (afgerond) 1,8 (5,2/ 2,9).
12,9%
12,9%
12,9%
Beoordeling weerstandsvermogen Om de ratio voor het weerstandsvermogen te kunnen beoordelen maken wij gebruik van de volgende waarderingstabel. Waarderingscijfer
Ratio Weerstandsvermogen
Betekenis
A
>2
Uitstekend
B
1,4 < x < 2,0
Ruim voldoende
C D
1,0 < x < 1,4 0,8 < x < 1,0
Voldoende Matig
E F
0,6 < x < 0,8 < 0,6
Onvoldoende Ruim onvoldoende
Voor Lisse met een ratio van 1,8 betekent dit dat het weerstandsvermogen ruim voldoende is en voldoet aan de eis van minimaal niveau C. Het risicoprofiel ligt ter inzage op de afdeling Financiën & Personeel. De ratio kan erg fluctueren, afhankelijk van het (geactualiseerde) risicoprofiel en het beleid en de ontwikkelingen rond de reserves.
Weerstandsvermogen en riscobeheersing
95 Het saldo van de Algemene reserve voldoet op dit moment niet aan het uitgangspunt van 100% afdekking van de benodigde weerstandscapaciteit. Dat verhoudingscijfer
komt uit op 93%. De reserve zal dus aangevuld moeten worden.
Onderhoud kapitaalgoederen
96 Inleiding De oppervlakte van Lisse bedraagt ca. 1.607 hectare. Hiervan heeft de gemeente een groot deel aan openbare ruimte in beheer. In die openbare ruimte vindt een groot aantal activiteiten plaats, zoals wonen, werken en recreëren. Voor al die activiteiten bestaat de openbare ruimte uit een aantal kapitaalgoederen: infrastructuur (wegen, water, riolering, kunstwerken); voorzieningen (groen, sportfaciliteiten); gebouwen. Kapitaalgoederen verdienen de aandacht van de raad, omdat: 1. zij een belangrijke rol spelen bij het realiseren van programmadoelen (bv.: straatlantaarns en openbaar groen leveren een belangrijke bijdrage aan de sociale veiligheid); 2. zij blijvend een groot beslag leggen op de gemeentelijke beschikbare middelen; 3. zij het “gezicht” vormen van de gemeente (bv.: wegdek heel, geen onkruid tussen de tegels).
Extra aandacht is gevraagd voor het invoeren van instrumenten om het bestuur en management meer bij het beheerproces te betrekken. Dergelijke instrumenten zijn het Beleidsplan openbare ruimte (BOR) en de Methodiek van de genormeerde beheerkosten. In 2010 is de Beleidsvisie Openbare Ruimte Lisse (BOL) vastgesteld. Daarnaast is extra aandacht gevraagd voor de uitvoering van de beheerplannen. De aanwezige onderhoudsprogramma’s bevatten een planmatige aanpak om de uitvoering van het onderhoud te beheersen. Om de kosten van het onderhoud geleidelijk over de jaren te spreiden, worden jaarlijks bedragen aan diverse reserves gedoteerd. De werkelijke uitgaven verrekenen wij met die reserves. Tegelijkertijd met deze begroting stelt u de nota Onderhoud kapitaalgoederen vast. Deze nota gaat in op de systematiek van de beleidskaders en beheerplannen en wil hier samenhang in aanbrengen. Hierbij wordt ook ingegaan op de vraag of de beheerplannen op orde zijn en of de financiële middelen voldoende zijn.
Onderhoud kapitaalgoederen
97 Systematiek beleids- en beheerplannnen Volgens de Wet dualisering gemeentebestuur heeft de raad enkele zwaarwegende ‘kernfuncties’ namelijk: de versterking van de volksvertegenwoordigende functie, de kaderstellende functie en de controlerende functie. Beleidsplannen zijn de kaderstellende beleidsstukken die door de raad worden
Toetsen • Metingen • Kwaliteitsschouw (beeld en technisch) • Inspecties
Uitvoering jaarschijf Voorbeelden • Herinrichting Rooversbroekdijk • Groot onderhoud Essenlaan • Rotonde RuinhornlaanUitermeer
vastgesteld. Het opstellen van een uitvoeringsplan is een zuivere (bestuurs)taak van het college van burgemeester en wethouders. We hebben de systematiek ingevuld met onderstaand schema van de beleids- en beheercyclus.
Beleidsplannen Voorbeelden
• Beleidsplan wegen • Beleidsplan bruggen • Beleidsplan Openbare Verlichting
Beheerplannen Voorbeelden
• Uitvoeringsplan groen • Uitvoeringsplan openbare verlichting
Onderhoud kapitaalgoederen
98 Toelichting schema Beleids- en beheerplannen In de afgelopen periode zijn de volgende beleidsplannen voor het onderhoud van kapitaalgoederen door uw raad vastgesteld. Het gaat hierbij om investeringen voor groot onderhoud, renovaties, vervangingsonderhoud of voor achterstallig onderhoud (groen): Beleidsplan Wegen 2012 tot 2017 Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2011 tot 2015 Groenbeheerplan 2011 tot 2016 Beleidsplan Openbare Verlichting 2013 tot 2017 Actieplan Duurzaam Veilig 2010 tot 2014 Beleidsplan Bruggen 2009 tot 2027 Beleidsplan Speelruimte 2009 tot 2013 Beleidsplan Water 2010 tot 2015 Beleidsplan Baggeren 2013 tot 2022 Er zijn nog geen beleidsplannen opgesteld voor gemeentelijke gebouwen, beschoeiingen, straatmeubilair, afvalinzameling en integraal beheer. Deze staan in de planning voor de komende jaren. Integrale beheerprojecten Gestart is met het afstemmen van de planningen van vervangingsonderhoud in wijken. Kunnen inspanningen in het onderhoud van kapitaalgoederen op elkaar worden afgestemd in een wijk om de overlast voor bewoners te verminderen en efficiënter vervangingsbudgetten in te zetten? Een integraal beheerproject startte in 2013 in de Zeeheldenwijk. Deze wijk moet in acht
jaar (2013 tot en met 2020) worden opgehoogd. Wegen, groen, speelplaatsen, openbare verlichting worden per gebied tegelijkertijd opgepakt. Intensieve participatie met bewoners vindt plaats. Ook in de Meerenburgh start een integraal beheerproject, waar de verbetering van parkeren in de wijk, achterstallig groen en kleinschalig vervangingsonderhoud elementenverharding op elkaar worden afgestemd. Na ervaring opgedaan te hebben in deze projecten wordt de stap gezet om te komen tot een integraal beheerprogramma voor geheel Lisse. Herinrichtingen Waar sprake is van een functiewijzing in de openbare ruimte gaat het om herinrichtingen. Deze investeringen maken onder andere deel uit van het investeringsprogramma. Jaarschijf De werkzaamheden en projecten die voortkomen uit de beleidsplannen, beheerplannen, integrale beheerprojecten en herinrichtingen worden jaarlijks op een rij gezet. Inspecties, metingen, kwaliteitsschouw Deze kunnen leiden tot het bijstellen van de beleids- en beheerplannen en verschuivingen in jaarplanningen.
Onderhoud kapitaalgoederen
99
Voor de kosten van onderhoud kapitaalgoederen zijn in deze begroting de volgende bedragen voor de uitvoering opgenomen. De bedragen zijn exclusief kapitaallasten, algemene kosten en interne uren. Begroting 2015 Wegen en pleinen
1.182.000
Riolering
815.000
Water
163.000
Groen
1.057.000
Gebouwen
40.000
Openbare verlichting
201.000
Sportparken
538.000
Speeltoestellen
198.000
Verkeersborden
109.000
Bruggen
108.000
Totaal
4.411.000
Planning, flexibiliteit en P&C cyclus De raad stelt jaarlijks het financieel kader, te weten de programmabegroting vast. Het technisch kader oftewel het uitvoeringsprogramma met de projecten moet dan nog nader moet worden ingevuld. In de programmabegroting wordt met ingang van 2014 een actuele planning van het vervangingsonderhoud en de investeringen in het daarop volgende jaar weergegeven van werkzaamheden en projecten met een investering hoger dan € 30.000. In overeenstemming met een aangenomen motie bezien we of vervangingsinvesteringen – gelet op de technische staat of in samenhang met lopende (ruimtelijke) ontwikkelingen - kunnen worden uitgesteld.
Als er door onverwachte omstandigheden, wensen uit de buurt of naar aanleiding van inspecties en metingen, objecten qua vervanging eerder aan de beurt zijn, dan kunnen bepaalde projecten een hogere prioriteit krijgen en vindt er een verschuiving plaats in de jaarplanning van werkzaamheden. De flexibiliteit zit daarmee in het schuiven van projecten in de tijd. In de tussentijdse rapportages wordt u hiervan op de hoogte gehouden. In de jaarrekening na afloop van een jaar wordt een verantwoording gegeven van de verrichte werkzaamheden en de eventuele verschuivingen in de planning met motivatie.
Onderhoud kapitaalgoederen
100 Stand van zaken, wijzigingen en afwijkingen Wegen Het beleidsplan wegen 2012-2016 omvat het gemeentelijk wegbeleid. Het doel van het beleidsplan wegen is het leggen van een bestuurlijke, beheersmatige en financiële basis voor het wegbeheer in de komende vijf jaar met een doorkijk naar de daaropvolgende jaren. In het beleidsplan worden de beleidskaders omschreven en uitgewerkt tot beleidsdoelstellingen en strategieën. In het beleidsplan wegen worden de te hanteren kwaliteitsniveaus voor de wegen aangegeven. In het plan is vastgesteld om voor alle wegtypes te kiezen voor het kwaliteitsniveau basis. Bij dit kwaliteitsniveau wordt voldaan aan de richtlijnen van de CROW. Deze richtlijnen komen overeen met een minimaal niveau van verantwoord wegbeheer. De kosten van het beheer en onderhoud worden op deze wijze geminimaliseerd. Alleen het noodzakelijke beheer en onderhoud om te voldoen aan het minimaal niveau van verantwoord wegbeheer worden precies op tijd uitgevoerd. In de zettingsgevoelige gebieden van Lisse worden in de eerste vijf jaar alleen de ernstige zettingen aangepakt. Voor de winkelstraten is gekozen voor een strengere richtlijn dan die van de CROW. Door hier het kwaliteitsniveau basis+ te hanteren wordt het onderhoudsniveau in deze gebieden opgehoogd waardoor de kwaliteit hier hoger blijft. Naast het hierboven genoemde groot onderhoud wordt er jaarlijks klein onderhoud uitgevoerd. Op basis van het beleidsplan worden vervolgens jaarlijks beheerplannen gemaakt die de basis vormen voor de uitvoering van het onderhoud van dat jaar. Voor 2015 staat, conform het beheerplan,
groot onderhoud op het programma en ophogingen van de Zeeheldenwijk. Wegen voor 2015:
Grachtweg: Ruishornlaan-Kapelstraat Nassaustraat Achterweg Zuid: AkervoorderlaanCatherijnelaan
Gebouwenbeheer Met een meerjarenonderhoudsplan (MOP) wordt het onderhoud aan de gebouwen gepland. In het onderhoudsplan staat welk onderhoud de komende jaren nodig is en wat dat gaat kosten. Hiermee wordt inzicht verkregen in de onderhoudskosten op de korte en langere termijn. Met het MOP wordt een onderhoudsscenario verkregen voor een doelmatig beheer van de gemeentelijke gebouwen waarbij een redelijk tot goede onderhoudstoestand wordt nagestreefd. De gemeentelijke dienst beheert nog twee panden die in eigen gebruik zijn, het gemeentehuis en de molen. Elf panden worden verhuurd aan derden. Omdat deze panden in de toekomst worden verkocht, wordt hier onderhoud op noodzakelijk niveau gehanteerd. Het onderhoud vindt in 2015 plaats conform het meerjarenonderhoudsplan. In 2015 wordt de buitenzijde van alle woningen geschilderd. In het gemeentehuis wordt een nieuw ventilatiesysteem - een zogenoemde topkoelingssyteem - geplaatst. Net als bij alle vervangingsinvesteringen bekijken we of de technische staat een uitstel van vervanging toelaat.
Onderhoud kapitaalgoederen
101 Gemeentelijke schoolgebouwen Het onderhoud aan de scholen heeft het Rijk met ingang van 1 januari 2015 overgelaten aan het bevoegd gezag (schoolbesturen). Binnen het Integraal huisvestingsplan onderwijs zijn diverse bedragen opgenomen voor nieuwbouw/herbouw/revitalisering van schoolgebouwen. Sportgebouwen De gemeentelijke sportgebouwen worden beheerd door Sportfondsen Lisse. Culturele gebouwen De gemeentelijke culturele gebouwen worden beheerd door beheerd door Stichting Bescal. Riolering Momenteel wordt gewerkt aan het Gemeentelijk rioleringsplan 2015-2016. Hierin wordt het beleid omschreven ten aanzien van het stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater. Deze voorzieningen zijn nodig vanuit het oogpunt van de bescherming van de volksgezondheid, het tegengaan van wateroverlast en de bescherming van het milieu. Het is voor de gemeente van belang een goede integrale beleidsafweging te maken op het gebied van de rioleringszorg, de bodemen waterkwaliteit en de gemeentelijke infrastructuur. Het gemeentelijk rioleringsplan is hiervoor een belangrijk hulpmiddel. Daarnaast heeft de gemeente de zorgplicht voor de inzameling en transport van stedelijk afvalwater, de doelmatige inzameling en verwerking van afvloeiend hemelwater en het treffen van maatregelen om nadelige gevolgen van de grondwaterstand te voorkomen of te beperken. Op basis van de financiële consequenties van het plan wordt de hoogte van de rioolheffing vastgesteld. Het
rioleringsplan is dusdanig vertaald dat de lasten voor de burger jaarlijks gelijkmatig toenemen. Schommelingen in de verschillen tussen de inkomsten en de uitgaven worden opgevangen door een reserve voor de riolering. In 2015 worden er in de Van der Veldstraat rioleringsmaatregelen uitgevoerd om wateroverlast in deze straat te voorkomen. De rioleringsvervangingen worden aankomende jaren verder conform de vervangingsplanning uitgevoerd. Voor de periode 2017 t/m 2021 wordt, vanuit regionale samenwerking, een Gemeentelijk Rioleringsplan opgesteld samen met de gemeenten Katwijk, Noordwijk, Noordwijkerhout, Teylingen en het Hoogheemraadschap Rijnland. Riolering voor 2015:
Paulus Potterstraat ged. Oranjelaan ged. Sportlaan ged.
Water Het Baggerbeleids- en beheerplan Lisse voor de periode 2013-2022 omschrijft het baggeren van de watergangen waarvoor de gemeente onderhoudsplichtig en ontvangstplichtig is. Ontvangsplichtig houdt in dat de gemeente niet hoeft te baggeren maar wel het daardoor ontstane afval dient te verwerken. In het plan zijn de financiële gevolgen van het baggeren opgenomen.
Onderhoud kapitaalgoederen
102 Groenbeheerplan met uitvoeringsprogramma Als uitwerking van het Groenbeheerplan wordt de technische kwaliteit van het groen verbeterd door het wegwerken van achterstanden. Om deze achterstanden weg te werken gaan we beplantingen eenmalig renoveren of vervangen. Bij de aanpak gaat het om de volgende onderdelen: a) Winkelgebieden: hier is het verschil tussen het ambitie- en werkelijk niveau het grootst, daarnaast worden deze gebieden intensief gebruikt. b) Goedkope maatregelen met groot effect; zoals bijvoorbeeld het dunnen van bosplantsoen of omvormingen naar gazon. c) Groenelementen met het laagste onderhoudsniveau. d) Groenelementen die kunnen meeliften met infrastructurele projecten. Per cyclus van drie jaar wordt er een uitvoeringsprogramma groen opgesteld, waarin de exacte aard en locatie van de maatregelen wordt omschreven. Naast een toelichting op de maatregelen vanuit het groenbeheerplan wordt er ook een relatie gelegd met het reguliere groenonderhoud en met andere groen- en/of infrastructurele projecten die van belang zijn voor de kwaliteit van het groen. Uitvoeringsprogramma groen 2015. Regulier groenonderhoud De planning voor wijkgerichte aanpak voor 2015 ziet er als volgt uit: Uitvoeringsplan 2015; Bloemenwijk, De Loosters, Halfweg, Van Rijckevorsel, De
Engel, Dever, Geestwater, Lisse Rond, Roovers broek, Ter beek, Zeeheldenwijk Groen- en/of infrastructurele projecten Daar waar mogelijk zal het achterstallig onderhoud en vervangen van het groen meeliften met de volgende projecten: Groen projecten: Sponsoring rotondes N208, Landschapselementen langs doorgaande wegen Lisse. Brede scholen infrastructuur, ophoging Zeeheldenwijk, Parkeren in de poel, GRP Sportlaan e.o. Centrum Raadhuisplein, Centrum deelplan Hobaho, CNB ontwikkeling, Trompenburg, Herontwikkeling Sportlaan Omdat er jaarlijks projecten zullen bijkomen of afvallen zal de lijst jaarlijks worden bijgesteld. Openbare verlichting Het beleidsplan Openbare verlichting is vastgesteld op 28 maart 2013. Uitvoeringsplan 2015: beheren OV bestand met GIS koppeling Operationeel IV schap Jaarlijks inspecteren 1000 lichtmasten NEN3140 stabiliteitsmetingen Leidsevaart eventueel vervangen masten vervangen armaturen Grundelstraat, Hyacinthenstraat, Rembrandtplein etc. Groepsremplace oplossen van storingen
Onderhoud kapitaalgoederen
103 Brugbeheer Bruggen zijn constant onderhevig aan slijtage door gebruik, weersinvloeden en veroudering. Om ervoor te zorgen dat de bruggen in goede conditie blijven en hun waarde behouden, is onderhoud aan de bruggen noodzakelijk. Het is belangrijk onderhoud op tijd uit te voeren. Uitstel van onderhoud kost extra geld. Er is een een meerjarenonderhoudsplan (MOP) Civiele kunstwerken voor het onderhoud aan de bruggen vastgsteld. gepland. In het onderhoudsplan staat welk onderhoud de komende jaren nodig is en wat dat gaat kosten. Hiermee wordt inzicht verkregen in de onderhoudskosten op de korte en langere termijn. Met het MOP wordt een onderhoudsscenario verkregen voor een doelmatig beheer van de gemeentelijke bruggen waarbij een redelijk tot goede onderhoudstoestand wordt nagestreefd. Het plan wordt om de vier jaar geactualiseerd. De gemeente beheert 39 houten/stalen voetganger/fietsbruggen en 22 betonnen verkeersbruggen. Voor 2015 staat het vervangen van de houten voetgangersbrug aan de Fazantstraat/Patrijsstraat door een betonnen verkeersbrug op het programma. Daarnaast vervangen we de houten bruggen aan de Clusiusstraat en de Mendeldreef. Duurzaam veilig Voor de voorbereiding en de uitvoering is een planning op hoofdlijnen opgesteld. De planning
voor 2015 is het meest rigide. Voor 2015 is subsidie aangevraagd voor de locaties Nassaustraat/Blokhuis en Nassaustraat/Clausplein. Voor de jaren 2016 en verder is het actieplan de leidraad, maar zal bij de feitelijke uitwerking gekeken worden naar de actualiteit. Dat maakt dat de planning als een dynamisch lijst moet worden gezien. Voor de laatste twee jaar (2017/2018) is vanwege het dynamische karakter nog geen invulling gegeven. Uitvoering 2015: - Aansluiting Nassaustraat/Blokhuis - Aansluiting Nassuastraat/Clausplein - Kruispunt Lindenlaan/Kastanjestraat Speelruimten Voor onderhoud/beheer van speelruimten zijn afspraken vastgelegd in de dienstverleningsovereenkomst met De Meerlanden. De gemeente is verantwoordelijk voor 82 formele speelplekken en 1 speeltuinvereniging. Er is een nieuw uitvoeringsplan vastgesteld, uit te voeren met de huidige budgetten. In dit uitvoeringsplan wordt het aantal speelplekken de komende jaren teruggebracht naar 65.
Financiering
104 Inleiding De financieringsparagraaf is een belangrijk instrument voor het inzichtelijk maken van de geldstromen en voor het sturen, beheersen en controleren van de financieringsfunctie en de verantwoording die daarover moet worden afgelegd. Rentevisie Wij gaan er in onze rentevisie vanuit dat de rente nagenoeg gelijk zal blijven. Gelet op onder andere de onrust in opkomende economieën en de tegenvallende cijfers over de economie in Europa, verwachten experts een gelijkblijvende rente (bron: de hypotheker prognose hypotheekrente). Voor het rentepercentage dat wij hanteren bij de omslag van rente over de vaste activa, is het bestaand beleid die te wijzigen met 1 punt als de kapitaalmarktrente een vol punt afwijkt van het door ons gehanteerde percentage. Financieringsbeleid Binnen de grenzen van de kasgeldlimiet wordt zoveel mogelijk intern gefinancierd, omdat de geldmarktrente in het algemeen lager ligt dan de kapitaalmarktrente. Wij hanteren het uitgangspunt dat de aankoop van nieuwe gronden en objecten wordt gefinancierd uit de opbrengst van de verkoop van eigendommen. De gemeente werkt (nog) niet met derivaten. Derivaten zijn financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde (bv. obligaties) en die onder andere worden gebruikt om renterisico’s te sturen en financieringskosten te minimaliseren. Garanties brengt Lisse zoveel mogelijk onder bij het WSW. De gemeente heeft met de WSW een overeenkomst aangegaan voor een ongelimiteerde achtervang. Op die manier hoeven woningbouwverenigingen niet voor elke lening apart een collegebesluit te
vragen. Leningen waarop de achtervang van toepassing is, moeten wel passen binnen de limieten die het WSW daaraan stelt. Het treasurystatuut is in oktober 2010 geactualiseerd, maar een nieuwe actualisatie ligt ter behandeling aan u voor . De Rekenkamercommissie heeft in 2011 onderzoek gedaan naar de uitvoering van de treasuryfunctie in 2010. Zij constateerde dat het beleid geen risicovolle elementen bevat en dat er voor de raad afdoende bepalingen zijn opgenomen om het beleid te kunnen sturen. Risicobeheer Leningen en garanties uit hoofde van de publieke taak worden slechts verstrekt aan door u goedgekeurde derde partijen. Bij de kerntakendiscussie hebt u uitgesproken in principe geen garanties af te geven of leningen te verstrekken. Waar mogelijk worden garanties ondergebracht bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Leningen aan personeel worden vanaf 1 januari 2009 niet meer verstrekt gelet op de aanpassing van de wet Fido. Eventuele overtollige middelen worden conform de regels van het treasurystatuut uitgezet. Renterisicobeheer Renterisico korte schuld De kasgeldlimiet wordt berekend over het begrotingstotaal. Gezien de omvang van de begroting 2015 wordt de kasgeldlimiet voor het jaar 2015 vastgesteld op € 4.118.000 dat is afgerond de uitkomst van 8,5% van het begrotingstotaal. Vanaf 2009 verstrekt de gemeente geen afzonderlijke rapportages meer aan de provincie. Die rapportages maken nu deel uit van de IV3 informatie. U treft om die reden hier nu geen overzicht aan van de verwachte kwartaalrapportages aan de provincie.
Financiering
105 De gemeente beschikt over een globale liquiditeitsplanning voor de middellange termijn, waar leningen en uitzettingen tegenover elkaar afgezet kunnen worden.
Renterisico lange schuld volgens wet Fido De berekende renterisiconorm komt voor 2015 uit op € 9.690.000. Renterisiconorm en renterisico's vaste schuld
Kasgeldlimiet 2014 (x € 1.000) Kasgeldlimiet 1e kw. 2e kw. Gem. saldo (3)
3.500-
Kasgeldlimiet (4) Ruimte Overschrijding (fixe) lening
4.118 618 -
Begrotingsbedrag Percentage 8,5%
3004.118 3.818 -
Bedragen in € 1.000
3e kw.
4e kw.
2.100-
2.900-
4.118 2.018 -
4.118 1.218 -
48.452 4.118
2015
2016
2017
2018
netto renteherziening
-
-
-
-
nieuw e vaste schuld
4.000
-
-
-
nieuw e vaste schuld
4.000
-
-
-
betaalde aflossingen
1.900
1.900
1.900
1.900
herfinancieringen
1.900
-
-
-
Renterisico
1.900
-
-
-
48.452
48.452
48.452
verstrekte leningen
renterisiconorm
Naar verwachting vindt er in 2015 geen overschrijding van de kasgeldlimiet plaats.
begrotingstotaal percentage renterisiconorm
Liquiditeitsplanning voor de lange term ijn
positie 1/1 investeringen -/grex
+
2016
1.000-
2.181-
13.781-
1.894-
3.131-
3.941-
2.800
1.500
3.300
NUON
8.200
af te lossen
1.900-
lening
4.000
kasstromen
positie 31/12
+
3.200
2.181-
26
20%
20%
20%
9.690
9.690
9.690
2018 305-
renterisiconorm
9.690
9.690
9.690
9.690
renterisico
1.900
-
-
-
ruimte / overschrijding
7.790
9.690
9.690
9.690
1.900-
1.900-
1.900-
3.200
3.200
3.200
26
305-
20%
9.690
toets norm
2015
900-
2017
48.452
354
In 2015 verwachten wij nog een opbrengst uit de verkoop van de aandelen NUON. De liquiditeitsplanning toont aan dat op basis van huidige gegevens de gemeente in 2015 een lening zou moeten aantrekken van ongeveer € 4 miljoen en dat zij de komende jaren geen vaste geldleningen behoeft aan te trekken.
Het overzicht toont aan dat er in 2015 geen overschrijding van de renterisiconorm plaatsvindt.
Financiering
106 Kredietrisicobeheer Kredietrisicobeheer is het beheersen van de risico’s die voortvloeien uit de mogelijkheid op waardedaling van de vorderingspositie ten gevolg van het niet (tijdig) na kunnen komen van verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van onmacht of tekorten. Het volgende overzicht geeft de leningen en garanties, de uitgangspunten die wij daarbij hanteren en de verkregen waarborgen schematisch weer: Categorie
behandeld. Daarnaast heeft de gemeente vorderingen uit een revolving fund voor de funderingsproblematiek. Waarborgen zijn er afgegeven aan de Greenport Ontwikkelingsmaatschappij en aan De Meerlanden voor de vergistingsinstallatie. Onderstaand overzicht geeft de kredietrisico’s op de verstrekte gelden weer. De risico’s zijn aangegeven per risicogroep, gerangschikt naar oplopend risico en onderverdeeld naar uitzettingen in het kader van de publieke taak en treasury (prudent beheer).
Uitgangs-
Verkregen
punten
waarborgen
Kredietrisico's op verstrekte gelden (x € 1.000)
Leningen
In beginsel geen
Aanvullende
Uitzettingen
en
nieuwe
zekerheden,
garanties
verstrekkingen
daar waar
Publieke taak:
Saldo 1/1
%
Leningen verenigingen
746
4
Leningen w oningbouw
879
5
Deelnemingen
9.181
49
jaarstukken
Geldleningen personeel
6.582
35
uit hoofde
mogelijk
van de
hypotheek.
publieke
Toezicht
taak
2015
Garanties
In beginsel geen
Waarborg-
Fiets-privé actie ambtenaren
en nieuwe
nieuwe
fonds Soc.
Startersleningen
leningen
verstrekkingen
Woningbouw
Fiunderingsproblematiek
4
-
1.084
6
184
1
(WSW). Leningen
Vanaf 2009 geen
aan
verstrekkingen
personeel
Uit hoofde van de publieke taak zijn in het verleden geldleningen aan derden verstrekt, onder andere aan personeel op grond van de financieringsregelingen huisvesting gemeentepersoneel 2000 en 2006. Verder beschikt de gemeente over een aandelenportefeuille (NUON netwerkbedrijf, BNG, DZH, De Meerlanden). Vanuit de publieke taak volkshuisvesting moet het jonge starters mogelijk worden gemaakt een eigen huis te kunnen kopen. Een van de instrumenten daarvoor is de starterslening via SVN. De verordening Stimuleringsfonds Startersregeling en de VROM-starterslening zijn in de raad
Prudent beheer: Financiële instellingen
-
18.660
Intern liquiditeitsrisicobeheer Uitgangspunt is dat Lisse haar interne liquiditeitsrisico’s beperkt door haar treasuryactiviteiten te baseren op een korte termijn liquiditeitenplanning (looptijd tot één jaar), alsmede een meerjarige liquiditeitenplanning met een looptijd van minimaal 4 jaar.
-
100
Financiering
107 Een genomen maatregel om de liquiditeitenplanning te verbeteren, is het beter in beeld krijgen van de geldstromen in verband met investeringen en de opgestelde liquiditeitenplanning specifiek voor de koop en verkoop van gronden. De liquiditeitenplanning verdient echter nog steeds bijzondere aandacht, zeker gelet op de financiering van de grote projecten. Eind 2014 krijgt de liquiditeitenplanning en het verbeteren van de organisatie rond de geldstromen – zeker ook gelet op het schatkistbankieren – extra aandacht.
marges aangegeven, die erop neerkomen dat slechts offertes tegen tarieven buiten die marges om meedingen. Mutaties in leningenportefeuille
bedrag
gem.
invloed
in
rente
op gem.
€ 1.000 stand 1/1
rente
56.196
3,68%
nieuw e leningen
4.000
3,50%
0,07
reguliere aflossingen
1.850
3,57%
nihil
58.346
3,90%
vervroegde aflossingen rente-aanpassing rente-aanpassing
Gemeentefinanciering
stand 31/12
Financiering Financieringspositie Lopende uitgaven worden gefinancierd met lopende inkomsten. Omdat in de begroting van baten en lasten, lasten zijn opgenomen die geen geldstroom met zich meebrengen, zijn de lopende inkomsten hoger dan de lopende uitgaven. Het verschil hiertussen wordt ingezet bij de financiering van de investeringsuitgaven. Tot de kasgeldlimiet financiert de gemeente met kort geld. Is dit niet toereikend dan wordt een lening aangetrokken.
In 2038 vervalt de lening die is aangetrokken en verstrekt aan de woningbouwvereniging.
Leningenportefeuille Voor een inzicht in de leningenportefeuille verwijzen wij u naar de staat van geldleningen. De mogelijkheid tot het financieel verantwoord vervroegd aflossen van lopende leningen wordt voortdurend bezien. Voor het aantrekken van leningen geldt de overeenkomst die Lisse heeft afgesloten met de BNG. Een nadeel hiervan is dat sommige leningenverstrekkers niet meer geneigd zijn om te offreren. In de overeenkomst zijn
Langlopende uitzettingen Sinds de invoering van het schatkistbankieren is het beleid rond uitzettingen dat gewijzigd. Relatiebeheer De gemeente beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hiervoor gelden de uitgangspunten volgens het treasurystatuut. In 2011 is een nieuwe financieringsovereenkomst aangegaan met de BNG. Kasbeheer De overeenkomst financiële dienstverlening die is aangegaan met de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) voorziet in het automatische beheer van het daggeld door afroming van het saldo in rekening-courant. De voordelen zijn gelegen in een optimaler renteresultaat en een flinke besparing in tijd.
Financiering
108 Ontwikkelingen Wet Houdbare overheidsfinanciën Op 11 december 2013 is de wet houdbare overheidsfinanciën (wet Hof) officieel gepubliceerd. In die wet worden de Europese normen verankerd voor de hoogte van de overheidsschuld en de jaarlijkse groei van de overheidsschuld. Die normen raken ook gemeenten, omdat de gemeenteschulden en financieringtekorten van gemeenten meetellen in de overheidsschuld van Nederland. Alle gemeenten samen krijgen een plafond voor het totale EMU-tekort van gemeenten in een jaar. Dat plafond wordt volgens de wet na bestuurlijk overleg voor een bepaalde periode overeengekomen. Voor 2014 bedraagt het plafond voor de gezamenlijke gemeenten 0,32% van het bruto binnenlands product. Met het plafond wordt de groei van de netto schuld (volgens de definitie voor het EMU-saldo) van de gezamenlijke gemeenten in een jaar beperkt. Iedere gemeente krijgt daarnaast een individuele referentiewaarde voor het EMUtekort in een jaar. Voor het sturen op de ontwikkeling van de gemeenteschuld luidt het devies: Let bij het opstellen van de begroting niet op de individuele referentiewaarde voor het EMU-tekort, maar wel op ontwikkeling van de hoogte van uw gemeenteschuld! Te hoge schulden zijn ook voor de financiële gezondheid van een gemeente niet goed. Pas als het plafond voor het EMU-tekort van de gezamenlijke gemeenten wordt overschreden kan de individuele referentiewaarde voor het EMU-tekort een rol gaan spelen. Een handreiking is ontwikkeld die uitlegt wat houdbare gemeentefinanciën zijn en hoe u zicht krijgt op de ontwikkeling van de hoogte van de gemeenteschuld. De handreiking hoort bij de houdbaarheidstest gemeentefinanciën, die door de VNG is ontwikkeld. Met de houdbaarheidstest kunt u de houdbaarheid van uw gemeentefinanciën
meten. Ook kan met de test een indicatie worden verkregen van de minimaal benodigde ombuigingen waar de gemeente de komende jaren voor staat. Schatkistbankieren Vanaf 2013 worden provincies, gemeenten , waterschappen en gemeenschappelijke regelingen verplicht te gaan schatkistbankieren, zonder leenfaciliteit. In grote lijnen komt het hierop neer dat de gemeente elke positieve € op de bankrekeningen bij andere overheden moet beleggen. Hebben genoemde organen minder dan 0,75% van het begrotingstotaal (minimum van € 250.000 en maximaal € 2,5 miljoen) aan kasgeld dan hoeven zij niet te schatkistbankieren. Aangezien wij geen liggende gelden hebben, heeft het schatkistbankieren voor Lisse geen gevolgen. De rente die wij toerekenen over de reserves aan de zogenoemde bespaarde renten komen overeen met de rente die wij anders aan leningen zouden betalen. Het drempelbedrag voor schatkistbankieren is 0,75% van het begrotingstotaal met een minimum van € 250.000. voor 2015 zou de drempel uitkomen op € 363.000 bij een begrotingstotaal van € 48.452.000. Administratieve organisatie en informatievoorziening De financiële verordening en de controleverordening bevatten bepalingen voor de administratieve organisatie in het algemeen en voor het treasurybeleid en het beheer van de vermogenswaarden in het bijzonder. De raad wordt over de uitvoering van treasuryactiviteiten via al de documenten in de budgetcyclus geïnformeerd. Eind 2014 behandelt de raad de nieuwe financiële verordening en controleverordening.
Financiering
109 EMU-saldo Conform afspraak uit het bestuurlijk akkoord “Beheersen EMU-saldo lokale overheid” volgt nu de berekening van het EMU-saldo.
Berekening EMU-saldo Gem eenten en Provincies 2013 Vraag Wat is uw exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)? 2 Wat zijn uw afschrijvingen ten laste van de exploitatie? 3 Wat zijn uw bruto dotaties aan voorzieningen t.l.v. de exploitatie? 4 Wat zijn uw uitgaven aan investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans w orden geactiveerd? 8b en w at is daarin de te verw achten boekw inst? 9 Wat zijn uw betalingen ten laste van de voorzieningen? 11a Gaat u deelnemingen en aandelen verkopen? (ja/nee) 11b Zo ja w at is bij verkoop de te verw achten boekw inst? Berekend EM U-saldo
2014
2015
(x € 1.000) (x € 1.000)
(x € 1.000)
1
-4.465 2.241
-2.620 3.436
-3.713 4.094
0
0
0
17.958
7.351
1.420
0 nee
0 nee
0 ja 8.200
-20.182
-6.535
-9.239
Bedrijfsvoering
110 Inleiding In ons bestuurlijk handelen willen wij open zijn, betrouwbaar en aanspreekbaar. Zowel bestuur als de ambtelijke organisatie zullen een proactieve instelling hanteren, waarbij het nemen van initiatief, het volgen van marktontwikkelingen en het meedenken met de klant centraal staan. Daar waar nodig zal de ambtelijke organisatie hiervoor worden toegerust en het personeelsbeleid hierop worden herijkt. De afgelopen jaren heeft de gemeente ingezet op het zijn van een ‘regisserende gemeente’. Wij verstaan daaronder dat wij er continu aan werken om een compacte gemeentelijke organisatie te zijn die met (publieke of private) partners de gewenste einddoelen op een zo effectief en efficiënt mogelijke wijze realiseert. Samenwerken, uitbesteden of verzelfstandigen van taken zijn daarbij geen doel op zich, maar iets wat alleen wordt nagestreefd als daardoor toegevoegde waarde ontstaat. Algemeen De bedrijfsvoering is weliswaar primair een taak van het college, maar de gemeenteraad heeft als taak en verantwoordelijkheid om ten aanzien van de bedrijfsvoering zowel de kaders te stellen als de uitvoering van het beleid te controleren. Bedrijfsvoering betreft de bedrijfsprocessen binnen een gemeente om de beleidsdoelstellingen te kunnen realiseren alsmede de sturing en beheersing daarvan. De beleidsdoelstellingen zijn vooral opgenomen in de programma’s. De paragraaf bedrijfsvoering vormt hierdoor feitelijk een dwarsdoorsnede van de programma’s en is erop gericht om de realisatie van de beleidsdoelstellingen, te sturen, beheersen en ondersteunen. Het omvat onder meer zaken als personeelsbeleid, informatie(voorziening),
financieel beheer en dienstverlening. Het beleid van een gemeente wordt met name vormgegeven binnen programma’s. Het aangeven van de kaders van het beleid is een van de belangrijkste taken van de raad. De bedrijfsvoeringprocessen zorgen ervoor dat de programma’s worden uitgevoerd. Deze processen dienen efficiënt, effectief èn conform de geldende wetgeving te worden ingericht. Het doel hiervan is om maximale capaciteit (tijd, geld, enz) over te houden voor de uitvoering van de programma’s! Dit vertaalt zich in de volgende doelstellingen voor de bedrijfsvoering: • Doelmatig (efficiënt): De mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen; • Doeltreffend (effectief ): De inspanningen en uitgaven dragen op een effectieve wijze bij aan de realisatie van de beoogde doelen; • Rechtmatig: De doelen worden bereikt in overeenstemming met de wettelijke kaders. De bedrijfsvoering bestaat uit beleidsmatige (primaire) processen, ondersteunende (secundaire) processen en uit de sturing en beheersing van deze processen. De primaire processen zijn enerzijds gericht op het formuleren en uitvoeren van het beleid en de begroting en anderzijds op het afleggen van verantwoording over het gevoerde beleid. Naast primaire processen maken ook secundaire processen deel uit van de bedrijfsvoering.
Bedrijfsvoering
111 Personeel Strategisch Personeelsbeleid Lisse heeft de beschikking over de nota Strategisch Personeelsbeleid. Het uitgangspunt hierbij is het investeren in de ontwikkeling van de medewerker centraal staat met als doelstelling de juiste mens op de juiste plaats te krijgen en te houden. Het strategisch personeelsbeleid is een afgeleide van het organisatie breed ontwikkelde Koersdocument dat richting geeft aan de koers van de organisatie. Er is een 5-tal thema’s bepaald die de basis vormen voor het Strategisch Personeelsbeleid. In het jaar 2015 zullen 2 van de 5 thema’s verder worden uitgewerkt te weten Resultaatgerichte afspraken en Het Nieuwe Werken. Functies, Competenties en Resultaten Het integraal HRM-systeem HR21 kent een drie-eenheid van generieke beschrijvingen, competentieprofielen en resultaatbeschrijvingen en verbindt en ondersteunt de HR-cyclus. Het systeem van generieke functiebeschrijvingen is overigens ook goed toepasbaar op de overige thema’s. De generieke beschrijvingen en de competentieprofielen zijn inmiddels ingevoerd. Het sturen op competenties en de invoering van resultaatbeschrijvingen zullen in het jaar 2015 verder worden geoptimaliseerd. Het Nieuwe Werken Het thema Het Nieuwe Werken zal de komende jaren een belangrijke factor zijn binnen de ambtelijke organisatie van Lisse. Kernwoorden voor het Nieuwe Werken zijn in dit kader integraal management, resultaten, omstandigheden, faciliteiten, organiseren, ontwikkelen, telewerken en gedrag. Aan deze kernwoorden zullen P&O-instrumenten de komende jaren gekoppeld worden hetzij
bestaande, hetzij nieuwe, hetzij herijkte instrumenten. In het jaar 2013 en 2014 is vooral aandacht besteed aan de werkomgeving/ de werkinrichting en de ICT-voorzieningen. In het jaar 2015 zal met name aandacht besteed worden aan de cultuurkant van Het Nieuwe Werken (gedrag, vertrouwen, taakvolwassenheid). In dit kader zal de nadruk vooral liggen op de stijl van leidinggeven en het bevorderen van professioneel medewerkerschap. Gesprekscyclus Een belangrijk P&O-instrument is de gesprekscyclus. Lisse kent een systeem van diverse periodieke gesprekken, echter deze zijn (nog) niet afgestemd op de invoering van resultaatgerichte afspraken en Het Nieuwe Werken. Inmiddels is een gesprekscyclus ontwikkeld dat optimaal aansluit bij de thema’s van het strategisch personeelsbeleid. In het jaar 2015 zal deze moderne gesprekscyclus voor het eerst binnen de organisatie worden toegepast. P&O-Samen Per 1 juli 2013 zijn de P&O-onderdelen van de gemeenten Lisse, Noordwijk en Noordwijkerhout samengevoegd tot 1 P&Oonderdeel, ressorterend onder de gemeente Lisse. Dit betekent dat het P&O-onderdeel van Lisse vanaf 1 juli 2013 de P&Odienstverlening verzorgt voor de 3 gemeenten. Met deze samenwerking kan kennis van de medewerk(st)ers breder worden ingezet, kan de continuïteit meer worden gewaarborgd en de kwetsbaarheid worden verminderd. De samenvoeging is de eerste stap in de P&O-samenwerking. De tweede stap is het harmoniseren van de arbeidsvoorwaarden en het P&O-beleid van de 3 gemeenten. Daar waar mogelijk wordt thans al bij wijzigingen in arbeidsvoorwaarden en personeelsbeleid nadrukkelijk naar harmonisering gekeken.
Bedrijfsvoering
112 In het jaar 2015 zal het grootste gedeelte van de harmoniseringsslag plaatsvinden.
Informatievoorziening & Facilitair Binnen de afdeling I&F wordt op beleidsmatig en uitvoerend gebied invulling gegeven aan onderstaande onderdelen: Informatievoorziening - Digitalisering - Documentaire Informatievoorziening (DIV) - Procesmanagement - Informatiemanagement Automatisering (ICT) Facilitair Informatievoorziening Binnen het onderdeel informatievoorziening vallen activiteiten zoals de Digitalisering, Documentaire Informatievoorziening (DIV), Procesmanagement en Informatiemanagement . Digitalisering In 2015 wordt het budget op Digitalisering voor meer dan de helft wegbezuinigd (van € 45.000 naar € 20.000). Dit heeft uiteraard effect op de voortgang van de digitaliseringstrajecten, maar ook op het digitaal werken in zijn algemeenheid. In 2014 komt het bouwarchief digitaal beschikbaar en wordt in 2015 via Decos ontsloten, voorlopig eerst voor intern gebruik. Daarnaast wordt eind 2014 de beeldbank formeel in gebruik genomen. Hierin zijn en worden digitale foto’s opgenomen, ontsloten en voor het publiek beschikbaar gesteld. Documentaire Informatievoorziening (DIV) Onder DIV verstaan we het vastleggen, beheren en toegankelijk maken en houden van (documentaire) informatie. Belangrijk daarin is dat de medewerkers een goede ondersteuning
van de consulenten (DigiDIV-ers) krijgen bij het gebruik van Decos. Voor 2015 wordt de nadruk gelegd op: De basis op orde. Het vervangingsbesluit is een goede basis voor de digitale informatiehuishouding. In 2015 gaat DIV het procesgericht werken met daarin centraal het zaakdossier verder door ontwikkelen. Eind 2014 zal de module zaaktype.nl van Decos in gebruik worden genomen die in 2015 verder wordt ingebed. Zaaktype.nl creëert een registratie- en behandelscherm afgestemd op het zaaktype dat de medewerker behandelt. Zaaktype.nl vervangt ook de huidige werkwijze voor het maken van de workflow, deze is opgenomen bij het zaaktype. De module is gebruiks- en beheervriendelijker. Daarnaast wordt in samenwerking met Decos gewerkt aan een oplossing binnen het DMS om gebruik te maken van de elektronische handtekening. Deze keer zonder gebruik van de Company Card maar wel voldoende veilig, goedkoper en gebruiksvriendelijk. De verwachting is dat dit in 2015 gerealiseerd wordt. Verdere optimalisering van het DSP (Documentair Structuur plan) hangt samen met de invoering van zaaktype.nl. Vanaf 2013 wordt het jaarlijkse Archiefverslag gemaakt op basis van de KPI’s Archief. Hiervan wordt verslag gedaan via waarstaatjegemeente.nl. Procesmanagement Onder procesmanagement wordt verstaan een integrale visie op de werking van processen in de organisatie. Taken die onder procesmanagement vallen zijn: het beschrijven van processen, het beheren van de procesbeschrijvingen en het beheren van het DSP (Documentair Structuur Plan). In 2014 is het digitale proces Bestuurlijke Besluitvorming geïmplementeerd in Decos.
Bedrijfsvoering
113 De reacties zijn positief, maar ook in 2015 zal het proces verder worden verfijnd en leaner worden gemaakt. Door DIV wordt meegedacht met Decos in het vinden van een oplossing om het proces bestuurlijke besluitvorming en het agenderen van de collegestukken efficiënter te maken. Het beheren van deze en andere inmiddels beschreven en geïmplementeerde processen vergt nu alle beschikbare capaciteit. Voor het beschrijven van nieuwe processen is geen interne capaciteit aanwezig en de budgetten om het extern uit te voeren (zoals tot nu toe is gedaan) zijn wegbezuinigd. Mocht hier behoefte aan komen dan zal dit binnen de samenwerking moeten worden gezocht. Informatiemanagement In 2014 moet gestart worden met de aanbesteding voor een servicebus en gegevensmagazijn, omdat het contract met Pink op 20-11-2015 afloopt en niet meer verlengd kan worden. Dit keer zal voor een langere tijd aanbesteed worden (5 à 7 jaar). In 2014-2015 wordt aandacht besteed aan koppelingen naar andere gegevens zoals het Nieuwe HandelsRegister, de (vernieuwde) BasisRegistratie Personen (opvolger van het huidige GBA) en de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). Waar mogelijk worden bouwstenen van i-NUP geïmplementeerd en ingezet (DigiKoppeling, DigiLevering en DigiMelding). Ook zal vanuit informatiemanagement ondersteuning geleverd worden aan het project modernisering GBA (mGBA) waarbij de huidige GBA-applicatie van Burgerzaken wordt omgezet naar de Basisregistratie Personen (BRP). De huidige planning is 2015, maar deze is reeds enkele malen door het Rijk veranderd. De integratie van administratieve en geografische gegevens zal de komende jaren geoptimaliseerd worden en daarmee ook de informatievoorziening naar klanten, ketenpartners en collega’s. De
informatievoorziening op geo-gebied wordt ook in de komende jaren weer geactualiseerd met luchtfoto’s en rondkijkfoto’s. Voor de luchtfoto vindt via het ICC een aanbesteding plaats met omliggende gemeenten. Hierdoor kan met dezelfde investering een hoger (op de BAG en BGT afgestemde) kwaliteit worden behaald. Kwaliteit van gegevens zal de komende jaren geoptimaliseerd worden en uitgebreid naar de belangrijkste registraties (zowel geografisch als administratief). Er vindt al een actieve controle plaats op gegevens van de BAG en in het gegevensmagazijn. Vierde kwartaal 2014 vindt de verplichte audit van de BAG plaats. In 2012 is het project Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) gestart met een door I&F opgesteld Plan van Aanpak. De Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) wordt dé gedetailleerde grootschalige basiskaart (digitale kaart) van heel Nederland, waarin op een eenduidige manier de ligging van alle fysieke objecten zoals gebouwen, wegen, water, spoorlijnen en (landbouw)terreinen is geregistreerd. Het GBKN (Grootschalige Basiskaart Nederland) is een voorloper van de BGT en zal dus gaan verdwijnen. De opbouw van de BGT vindt vanaf 2013 plaats vanuit de afdeling IBOR. Het is nog niet duidelijk waar het BGT beheer komt te liggen. Het is echter logisch om BAG en BGT beheer samen te voegen. Automatisering (ICT) In 2015 wordt flink bezuinigd op ICT. Er worden alleen de benodigde investeringen gedaan voor het op peil houden van de huidige ICT-omgeving. Hierbij wordt afgestemd op de informatie-en applicatiearchitectuur. Door de bezuinigingen zal niet altijd voldaan kunnen worden aan het huidige hoge ambitieniveau van de dienstverlening.
Bedrijfsvoering
114 In 2015 wordt 25% bezuinigd op informatiebeveiliging hetgeen gevolgen zal hebben op het niveau van informatiebeveiliging.
voor elkaar te doen. Daarvoor is inmiddels een overleg met de beleidsmedewerkers facilitair opgestart.
In 2015 wordt de informatiebeveiliging daarom minimaal afgestemd op wettelijke eisen en zal aansluiting worden gezocht bij de Informatiebeveiligingsdienst (IBD). In 2014 is de automatisering van Hillegom en Lisse samengevoegd. De nieuwe servicedeskICT wordt vanuit Lisse georganiseerd en moet gaan bijdrage aan een hogere mate van beschikbaarheid en betrouwbaarheid. In 2015 zal verder ICT-samenwerking worden gezocht binnen de Bollen4.
Bestuurs- en juridische zaken Communicatie In 2015 zal een programma voor communicatie voor de komende collegeperiode worden geformuleerd. Na een periode van ontwikkelingen op het gebied van communicatie met recent nog de nota online communicatie zal het accent voor communicatie de komende jaren eerder op het beheer dan op vernieuwing liggen. Met het oog op de taakstelling in de bezuiniging als ook de beperkte formatie voor communicatie is dit ook een logisch vervolg. Het programma voor communicatie voor de komende periode zal dan ook sober zijn. In 2015 zal door het team communicatie inzet worden gepleegd op de intergemeentelijke samenwerking bedrijfsvoering van de bollenvier en mogelijk de bestuurlijke samenwerking. Daarnaast zal uitwerking worden gegeven aan de nota online communicatie en zal het nieuwe werken door communicatie worden begeleid. Verder wordt intern de kwaliteit van de communicatie waaronder die van brieven en adviesvoorstellen verbeterd door opleidingen aan de medewerkers, workshops en steekproefsgewijze controles. Communicatie is direct betrokken bij de implementatie van participatie in de organisatie en levert hier ook een bijdrage aan. Voorts zal in 2015 en verder de aandacht uitgaan naar de realisatie van ontwikkellocaties zoals Floralis en andere ontwikkelingen zoals Flower Science Center. De effectiviteit van communicatie vertaalt zich in de kwaliteit van de dienstverlening en die kwaliteit wordt regelmatig gepeild door de Benchmark Dienstverlening.
Facilitair In 2015 zal Het Nieuwe Werken op facilitair gebied nog zichtbaarder worden. Hierbij wordt zo veel mogelijk gebruik gemaakt van bestaande budgetten. Een inkrimping van nu 135 vaste werkplekken naar 95 flexibele werkplekken in 2015 is daarbij noodzakelijk. De bezuiniging die dit oplevert is in de budgetten vanaf 2015 al verwerkt. Voor een georganiseerde inkoop is Lisse begin 2013 aangesloten bij Stichting Rijk. Twee jaar na deelname (begin 2015) wordt dit geëvalueerd. Daarbij zal de invloed van deze vorm van samenwerking op de professionalisering van onze interne inkoop en de doelmatigheid worden gewogen. Ook de rechtmatigheid in het kader van de Europese regelgeving, de aanbestedingenwet en het gemeentelijk inkoopbeleid zal hierbij betrokken worden. Ook op facilitair gebied zal in 2015 verder samenwerking worden gezocht binnen de Bollen4. Daar waar we gezamenlijk contracten afsluiten, zoals repro, schoonmaak en postverspreiding, zal de samenwerking worden gecontinueerd. Verder zal worden onderzocht welke mogelijkheden er nog meer zijn om samen op te pakken of
Bedrijfsvoering
115 Rechtmatigheid De kwaliteit van de juridische dienstverlening is op niveau. Dit valt af te leiden uit de legal audit maar ook uit het jaarverslag van de commissie bezwaarschriften. In 2015 wordt bekeken welke concrete maatregelen nodig zijn om de kwaliteit zo te houden. Nieuwe ontwikkelingen die op de gemeente afkomen worden hierbij meegenomen. Extra aandacht zal uitgaan naar de rechtmatigheid van de uitvoering van grondzaken. De juridische control is prima belegd en wordt vakkundig bijgehouden. Vanuit de juridische afdeling wordt vooral voorwaardenscheppend en adviserend aan de organisatie gewerkt. Hierdoor is de organisatie zich beter bewust van de juridische aspecten van de gemeentelijke producten en kan steeds meer in de voorfase die kwaliteit worden geboden, die nodig is. Er vindt periodiek overdrachtskennis plaats tijdens het vierjaarlijks juridisch vakberaad. Dit wordt ook de komende jaren voortgezet. Daarnaast zullen er jaarlijks, zo mogelijk intergemeentelijk, incompanytrainingen worden gehouden om de juridische basiskennis op niveau te houden. Periodiek houdt het management overleg over de voortgang in de juridische kwaliteitszorg. Specifiek wordt in dit overleg bewaakt of de juridische kwaliteit in de beschikbare formatie voldoende is gewaarborgd. Net zoals in 2013 is ook in 2014 het aantal juridische (advies)zaken voortkomende uit de verschillende projecten en wensen van het bestuur gestegen. Dit blijkt uit een overzicht van juridische zaken die door de afdeling wordt bijgehouden. Met hulp van externe inhuur is
het jaarverslag van de commissie bezwaarschriften en klachten opgesteld. Het is een wens om in 2015 een evaluatie op te stellen van het plan juridische kwaliteitszorg met een terugblik naar de legal audit. Het is de waan van de dag dat maakt dat de afdeling soms niet toekomt aan de meer bedrijfsvoerende zaken. De wens is om in 2015 hiervoor toch inzet te reserveren. Het contractenbeheer vindt volledig digitaal plaats. De contracten die worden gesloten worden gedigitaliseerd en ingevoerd in het gemeentelijke registratiesysteem. Het beheer van deze contracten vindt eveneens digitaal plaats waarbij bovendien de behandelend ambtenaar tijdig in kennis wordt gesteld van een actie die op het contract nodig zou zijn. Op de uitvoering van dit proces is verbetering wenselijk. Deze wens valt samen met het voornemen om in samenwerking met stichting Rijk tot een professioneel gemeentelijk inkoop en aanbestedingsproces te komen waarin het contractbeheer een uitdrukkelijke plaats heeft. Dit wordt in 2015 opgepakt. Het intergemeentelijk gesloten raamcontract met een juridische advieskantoor in Haarlem werpt zijn vruchten af. Het werken met een vaste juridische adviseur functioneert prima. Ook in de organisatie weet men de weg naar deze adviseur vaker te vinden. Door de gezamenlijke betrekking is het voordelig van deze diensten gebruik te maken. Het contract loopt voor vier jaar en de opdracht zal dus in 2017 opnieuw worden bezien.
Bedrijfsvoering
116 Nota’s, verordeningen Alle gemeentelijke verordeningen en beleidsregels zijn via de landelijk website ‘overheid.nl’ beschikbaar. De actualiteit hiervan wordt periodiek bijgehouden.
Financiën (Planning & control) Administratieve organisatie (AO) en interne controle (IC). Voor de interim controle en de controle op de jaarrekening steunt de accountant in belangrijke mate op de gedurende het jaar uitgevoerde interne controle. Van de accountant zijn uitvoeringsprogramma’s ontvangen aan de hand waarvan op de aangegeven items wordt gecontroleerd. Daarnaast wordt bij wijze van steekproef interne controle uitgevoerd op substantiële begrotingsposten alsmede voor de bedrijfsvoering kritische processen en processen waarvan wordt veronderstelt dat deze niet optimaal verlopen. Jaarlijks wordt daarnaast aan de hand van de actuele ontwikkelingen en in samenspraak met de accountant bezien of het controleprotocole aangepast dient te worden. Waarna dit ter vaststelling aan de raad wordt aangeboden. Naar aanleiding van de uitgevoerde interne controle zullen zo nodig acties in gang gezet worden om geconstateerde omissies alsnog binnen het lopende jaar te herstellen. Naast het oplossen van geconstateerde omissies heeft de interne controle een preventieve functie. Immers aan de hand van richtlijnen
wordt aangegeven welke informatie geleverd moet worden en wanneer. Tevens vormen de interne controlerichtlijnen voor de vakafdelingen zelf een handreiking om te voorkomen dat omissies optreden in de te leveren informatie voordat gegevens de vakafdeling verlaten. Met het uitvoeren van de interne controle en de daarmee gepaard gaande acties wordt uiteindelijk beoogd de verklaringen van de accountant omtrent de getrouwheid en de rechtmatigheid van de jaarrekening te verkrijgen. Door gedurende het gehele jaar in de bedrijfsvoering aandacht te schenken aan de juistheid en volledigheid van de informatie kunnen onvolkomenheden tijdig worden gesignaleerd en zo mogelijk nog voorafgaande aan de vaststelling van de jaarrekening worden opgelost. Ten aanzien van de administratieve organisatie worden procesbeschrijvingen in de organisatie geproduceerd. Deze procesbeschrijvingen zijn dienstbaar aan de werkwijze van de organisatie. Met de procesbeschrijvingen wordt, naast de functie als interne handleiding voor de te doorlopen stappen binnen de processen, voor de toekomst aan de burger de mogelijkheid geboden inzicht te krijgen in de opeenvolgende stappen en te verwachten doorlooptijd die verbonden zijn aan ingediende verzoeken tot het verkrijgen van producten van de gemeente zoals paspoorten, vergunningen, vragen over belastingheffing etc.
Bedrijfsvoering
117 Doelmatigheidsonderzoeken Met de doelmatigheidsonderzoeken beoogt het college inzicht te krijgen in de realisatie van het voorgestane beleid en / of de eigen organisatie tegen het licht te houden. Voor 2015 is nog niet bekend of een artikel 213a onderzoek wordt uitgevoerd. In 2015 zal er wel meer aandacht zijn om voorgenomen onderzoeken onder de noemer artikel213a uit te voeren. Risicomanagement De uitvoering van het risicomanagement is neergelegd bij de diverse afdelingen. De afdelingen zijn verantwoordelijk voor het actueel houden van de informatie. Om te kunnen bepalen welk weerstandsvermogen aangehouden moet worden om de gesignaleerde risico’s af te kunnen dekken, is het noodzakelijk dat deze informatie regelmatig aan de actualiteit wordt getoetst. Bij de tussentijdse rapportage en bij de jaarrekening wordt ingegaan op de belangrijkste mutaties in de risico’s en wordt een opsomming weergegeven van belangrijkste bestaande risico’s. Als zodanig vormt het risicomanagement een instrument om de bedrijfsvoering te
ondersteunen door zorg te dragen voor een toereikende afdekking van risico’s die gelopen worden in de bedrijfsvoering. Voor het overige verwijzen wij naar de paragraaf Weerstandsvermogen. Kostentoerekening Lisse rekent indirecte kosten toe aan de producten via het zogenaamde AK-systeem (AK staat voor algemene kosten). Op de kostenplaats overhead worden aan de lastenkant de kosten voor personeel, automatisering, huisvesting etc. verantwoord. Aan de batenkant staat de doorberekening aan de producten. Per product onderscheidt Lisse kosten voor derden en kosten in verband met de inzet van de eigen dienst (interne uren). Aan kosten voor derden rekent Lisse een opslag van 10%, aan de apparaatskosten 30%. Als blijkt dat bij de begroting in enig jaar de lasten en de baten niet in de pas lopen - hetgeen moet blijken uit het saldo van de kostenplaats – vindt er een aanpassing plaats van de percentages.
Bedrijfsvoering
118 Griffie De rekenkamercommissie toetst het door het gemeentebestuur gevoerde beleid en beheer op rechtmatigheid, doelmatigheid en doeltreffendheid. Begin 2013 is tussentijds verslag gedaan van de uitkomst van de rapportages van de Rekenkamercommissie zoals uitgebracht in de afgelopen twee jaar. Voorts doet de commissie zelf jaarlijks verslag van haar werkzaamheden. Daarbij presenteert de
commissie een jaarplan voor het komend jaar. Voor 2015 is dit nog niet opgesteld. Ook houdt de commissie jaarlijks een groslijst bij van potentieel te onderzoeken gemeentelijke vraagstukken. In 2014 doet de commissie onderzoek naar de effectiviteit en doelmatigheid van gemeentelijke communicatie met inwoners en het functioneren van de regiotaxi. Voorts verricht zij een regulier onderzoek naar de afvalstoffenheffing. In 2015 zullen de rapportages hiervan verschijnen.
Verbonden partijen
119 Inleiding Op grond van de begrotingsvoorschriften dient de paragraaf verbonden partijen in te gaan op: - Uiteenzetting van de visie op de verbonden partijen in relatie tot de uitvoering van doelstellingen die zijn opgenomen in de begroting; - Beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen. Bij deze paragraaf zit een overzicht in welke gemeenschappelijke regeling, stichtingen, verenigingen en vennootschappen de gemeente Lisse financieel participeert. De gemeenschappelijke regelingen voeren beleid en beheer op diverse terreinen uit voor de gemeente. In het algemeen geldt dat voor een gemeenschappelijke regeling wordt gekozen indien de gemeente dit beleid niet alleen dan wel niet doeltreffend kan uitvoeren. Bij sommige gemeenschappelijke regelingen is deelname verplicht. Het aantal samenwerkingsverbanden van de gemeente Lisse met partijen is groeiend. In de visie op Lisse 2020 wordt het belang van samenwerking met ‘regionale’ verbonden partijen vooropgesteld. In het bestuursakkoord 2014 -2018 wordt aangegeven dat het bestaande beleid wordt voortgezet. Het ligt in de lijn der verwachting dat deze ontwikkeling ook het komende jaar zal doorzetten. Lijst van verbonden partijen Bij deze paragraaf hoort een lijst van de verbonden partijen. Het is niet de bedoeling om over alle partijen te rapporteren waarmee de gemeente op enigerlei wijze verbonden is.
Het criterium is gelegd bij die partijen waarin de gemeente zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. Bestuurlijk belang: een zetel in het bestuur van een participatie of het hebben van een stemrecht. Financieel belang: de gemeente heeft middelen ter beschikking gesteld die zij kwijt is in geval van een faillissement van de desbetreffende verbonden partij en/of als financiële problemen bij de verbonden partij verhaald kunnen worden op de gemeente Lisse. Uitgangspunten Uitgangspunt van de nota verbonden partijen uit 2006 is dat tot oprichting van en deelneming in stichtingen, verenigingen enz. wordt besloten indien dat in het bijzonder is aangewezen moet worden geacht voor de behartiging van het daarmee te dienen openbaar belang en voor zover de doelmatigheid daarmee bevorderd wordt. Besluitvorming hierover behoort aan het college van burgemeester en wethouders. De raad stelt de kaders. Participatie in de vorm van aandeelhouderschap is slechts toegestaan wanneer een publiek belang wordt gediend. Het gemeentelijk beleid is om in beginsel geen gelden te reserveren bij derden. Afstemming van beleid via intergemeentelijke samenwerking, bijvoorbeeld op het terrein van de ruimtelijke ordening, volkshuisvesting en verkeer en vervoer, blijft noodzakelijk. Belangen van de eigen gemeente zullen daar soms voor moeten wijken. De verbonden partijen voeren beleid uit voor de gemeente. De gemeente blijft echter beleidsmatige en financiële verantwoordelijkheid houden.
Verbonden partijen
120 Ontwikkelingen Holland Rijnland De kerngroep van gemeentesecretarissen van de Regio Holland Rijnland heeft in juli 2014 haar voorstel over de toekomst van de organisatie van de regio Holland Rijnland afgerond. Bepalend voor het voorstel is dat het Algemeen Bestuur van de regio een daadkrachtig en effectief regiobestuur wil dat toegerust is om de ambities op het ruimtelijke en sociale domein te realiseren (naast een ombuigingstaakstelling van 25% op de gemeentelijke bijdragen). Vanuit het ruimtelijke domein zijn er geen nieuwe ambities en kan de inzet zich beperken tot het afmaken van wat is ingezet. In het sociale domein wordt in de regio samengewerkt om de nieuwe taken die op de gemeenten afkomen in te voeren. De gemeenten in Holland Rijnland trekken daar samen in op. Er zijn 4 organisatievarianten tegen het licht gehouden: 1. een organisatie met eigen huisvesting en ondersteuning; 2. een organisatie gehuisvest bij en gefaciliteerd door een gemeente; 2. een organisatie volledig ondergebracht bij een centrumgemeente; 3. de verschillende onderdelen zijn ondergebracht bij verschillende gemeenten. Elke variant heeft voor- en nadelen op het gebied van eigenaarschap, slagvaardigheid, continuïteit en de globale kosten. Variant 2 wordt voorgelegd aan de gemeenten. Doorslaggevend is de herkenbaarheid en het eigenaarschap van en voor de gemeenten De
bedrijfsvoeringsfuncties zijn bovendien minder kwetsbaar als ze kunnen worden uitbesteed. Zo kan een afgeslankte ambtelijke regionale organisatie ontstaan die door één van de deelnemende gemeenten (of bijvoorbeeld Servicepunt71) kan worden 'gehost' en gehuisvest en waarvan de bedrijfsvoering kan worden gefaciliteerd door die gemeente of door het servicepunt. Planning: In het 3e kwartaal van 2014 zal een concept herziene Gemeenschappelijke Regeling en een herziene concept begroting voor bespreking aan de colleges en gemeenteraden worden aangeboden. Parallel daaraan wordt het formatieplan voor de organisatie van Holland Rijnland opgesteld en vindt overleg met het Georganiseerd Overleg (GO) over het sociaal plan en de plaatsingsprocedure plaats. In het 4e kwartaal volgt besluitvorming door het Algemeen Bestuur, waarschijnlijk in de vergadering in december 2014. In het 1e kwartaal van 2015 vindt finale besluitvorming door de gemeenteraden plaats. Dat gebeurt op basis van unanimiteit. Als het besluit door de gemeenteraden is genomen start de invoering. Meerlanden N.V. In 2014 is de dienstverleningsovereenkomst huishoudelijke afvalinzameling en het uitvoerend beheer van de openbare ruimte verlengd tot 2019. Daarnaast is een voorzet gedaan voor een wijziging in de aandeelhoudersovereenkomst met als doel de structuur van de holding in overeenstemming te brengen met een structuurvennootschap.
Verbonden partijen
121 Centrale inkoop Lisse streeft met stichting Rijk naar een verdergaande centralisering en professionalisering van de inkoopfunctie. Stichting Rijk neemt hierin een belangrijke rol. Uit het jaarverslag 2013 blijkt inmiddels de
meerwaarde uitgedrukt in financiën van deelname aan Rijk. Middels het jaarplan 2015 e.v. zal deze ontwikkeling zich verder kunnen doorzetten.
Verbonden partijen
122 In het vervolg van deze paragraaf geven wij aan welke de verbonden partijen zijn, wat de relatie is met de programmadoelstellingen, wat de statutaire taken zijn, door wie de gemeente vertegenwoordigd wordt in het bestuur van de verbonden partij en hoe de ambtelijke verantwoordelijkheid is geregeld. Programma
Wonen, Zorg en Welzijn, Verkeer en Vervoer, Cultuur, Sport en Toerisme
Naam
Holland Rijnland
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling
Doelstelling
Belangenbehartiging en taken en bevoegdheden op de beleidsterreinen: 1.Economische zaken, toerisme en recreatie 2.Milieu 3.Natuur en Landschap 4.Ruimtelijke ordening 5.Verkeer en Vervoer 6.Wonen 7.Zorg, onderwijs, sociaal beleid en welzijn
Deelnemende partijen
Alphen a/d Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oestgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten, Zoeterwoude
Doel deelneming gemeente Lisse
Intergemeentelijke belangenbehartiging
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Algemeen bestuur, burgemeester, wethouder De Roon en raadslid G. Mesman
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Beleid en Planvorming, Bestuurlijk en Juridische Zaken
Openbaar Belang
Een evenwichtige ontwikkeling van de regio en het zo goed mogelijk op elkaar afstemmen van de belangen van de deelnemende gemeenten en hun inwoners.
Financieel belang
Gemeente betaalt per jaar een bedrag per inwoner aan de gemeenschappelijke regeling.
Verbonden partijen
123 Programma
Veiligheid
Naam
Veiligheidsregio Hollands-Midden
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling
Doelstelling
Hoogwaardige brandweerzorg en adequate crisisorganisatie. Versterken van de generieke crisisorganisatie en in het bijzonder de reactiekracht op alle soorten incidenten en het uitoefenen van taken die in de Wet op de Veiligheidsregio’s aan de bestuursorganen van de gemeenten zijn opgedragen.
Deelnemende partijen
De 25 gemeenten van de regio Hollands-Midden
Doel deelneming gemeente Lisse
Uitvoering wettelijke taak
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Algemeen bestuur, burgemeester
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Bestuurlijk en Juridische Zaken
Openbaar Belang
Effectieve en efficiënte brandweerzorg, gezondheiszorg en crisisbeheersing
Financieel Belang
Gemeente betaalt een bedrag per inwoner per jaar aan de gemeenschappelijke regeling.
Programma
Ruimte en Wonen
Naam
NV Duinwaterbedrijf Zuid-Holland (DZH) (Dunea)
Rechtsvorm
Naamloze Vennootschap
Doelstelling
Drinkwatervoorziening
Verbonden partijen
124 Deelnemende partijen
Den Haag , Hillegom, Katwijk, Lansingerland, Leiden, Leidschendam-Voorburg, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Pijnacker-Nootdorp, Rijnwoude, Rijswijk, Teylingen, Voorschoten, Wassenaar, Zoetermeer, Zuidplas
Doel deelneming gemeente Lisse
Belang drinkwatervoorziening
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Lid algemene aandeelhoudersvergadering wethouder Ruigrok
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Cluster Ontwikkeling
Openbaar belang
De productie en levering van goed en betrouwbaar drinkwater, 24 uur per dag.
Financieel Belang
De gemeente is houder van 71.503 aandelen. Lisse ontvangt jaarlijks dividend.
Programma
Zorg en Welzijn
Naam
Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling
Doelstelling
Uitvoering van wettelijke taken op het gebied van sociale zekerheid en de WMO die onder gemeentelijke verantwoordelijkheid vallen.
Deelnemende partijen
Hillegom, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout, Teylingen
Doel deelneming gemeente Lisse
Doelmatige uitvoering wettelijke taken
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Algemeen bestuur, wethouders De Roon en Nieuwenhuis
Verbonden partijen
125
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Beleid en Planvorming
Openbaar Belang
Goede sociale zekerheid voor de inwoners van Lisse
Financieel Belang
Gemeente betaalt per jaar een bedrag per inwoner aan de gemeenschappelijke regeling.
Programma
Bedrijfsvoering
Naam
De Maregroep NV
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling Werkvoorzieningschap Kust- Duin- en Bollenstreek
Doelstelling
Het bevorderen van arbeidsdeelname onder zo normaal mogelijke omstandigheden van mensen met lichamelijke, verstandelijke of psychische beperkingen met een Wsw- indicatie
Deelnemende partijen
Hillegom, Katwijk, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Teylingen, Wassenaar
Doel deelneming gemeente Lisse
Optimale participatie van Wsw-geïndiceerde inwoners
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Algemeen bestuur, wethouder De Roon
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Beleid en Planvorming
Openbaar Belang
Het op een bedrijfsmatige wijze uitvoeren van taken van en voor de deelnemende gemeenten op het terrein van gesubsidieerde arbeid.
Financieel Belang
De gemeente betaalt per jaar een bedrag per inwoner aan de gemeenschappelijke regeling
Verbonden partijen
126 Programma
Zorg en Welzijn
Naam
Regionale Dienst Openbare Gezondsheidszorg Hollands Midden (RDOG)
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling Zuid Holland Noord
Doelstelling
Bewaking, bescherming en bevordering van de gezondheid van alle inwoners van de Regio Hollands Midden
Deelnemende partijen
25 gemeenten Hollands Midden
Doel deelneming gemeente Lisse
Belangenbehartiging openbare gezondheidszorg voor de inwoners van Lisse
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Lid Algemeen bestuur, wethouder De Roon
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Beleid en Planvorming
Openbaar Belang
Behartigen van belangen van de openbare gezondheidszorg voor zover die zijn opgedragen aan de gemeenten.
Financieel Belang
Gemeente betaalt per jaar een bedrag per inwoner aan de gemeenschappelijke regeling.
Programma
Leefbaarheid
Naam
Vuilafvoerbedrijf Duin- Bollenstreek
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling
Doelstelling
Het op doelmatige en milieuhygiënisch verantwoorde wijze ter verwerking en vernietiging afvoeren van afvalstoffen.
Verbonden partijen
127
Deelnemende partijen Hillegom, Katwijk, Lisse, Noorwijk, Noordwijkerhout, Teylingen Doel deelneming gemeente Lisse
Wettelijke taak
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Algemeen bestuur, wethouder Nieuwenhuis
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Inrichting Beheer en Openbare Ruimte
Openbaar Belang
Doelmatige verwijdering van afvalstoffen (service, kosten en milieu)
Financieel Belang
Gemeente betaalt per jaar een bedrag per inwoner aan de gemeenschappelijke regeling.
Programma
Financiën
Naam
Belastingsamenwerking Lisse / Noordwijk
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling met Noordwijk als centrumgemeente
Doelstelling
Doelmatige uitvoering heffing en invordering van gemeentelijke belastingen
Deelnemende partijen
Lisse en Noordwijk
Doel deelneming gemeente Lisse
Doelmatige bedrijfsvoering
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Lid stuurgroep wethouder Ruigrok
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Financiën
Openbaar Belang
Doelmatige uitvoering gemeentelijke belastingen
Financieel belang
Gemeente betaalt jaarlijks een bijdrage per inwoners aan de gemeenschappelijke regeling.
Verbonden partijen
128
Programma
Leefbaarheid
Naam
Omgevingsdienst West Holland
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling
Doelstelling
Doelmatige uitvoering taken betreffende de vergunningverlening en handhaving milieuwetgeving
Deelnemende partijen
Alphen a/d Rijn, Hillegom, Kaag en Braasem, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Oegstgeest, Teylingen en Zoeterwoude. Daarnaast voert de dienst de regionale milieutaken uit voor de regio Rijnland en de provincie ZuidHolland.
Doel deelneming gemeente Lisse
Doelmatige uitvoering gemeentelijke taak
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Lid Algemeen bestuur wethouder Ruigrok en raadslid mevrouw Tsjebanova.
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Beleid en Planvorming
Openbaar Belang
Het bewerkstelligen van een duurzaam leefmilieu en een verbetering van de leefomgeving.
Financieel belang
Gemeente betaalt per jaar een bedrag per inwoner aan de gemeenschappelijke regeling.
Programma
Bedrijfsvoering
Naam
Gemeenschappelijke regeling personeel en organisatie
Verbonden partijen
129
Rechtsvorm
Gemeenschappelijke regeling met Lisse als centrumgemeente
Doelstelling
Doelmatige uitvoering personeelszaken
Deelnemende partijen
Lisse, Noordwijk en Noordwijkerhout
Doel deelneming gemeente Lisse
Doelmatige uitvoering gemeentelijke taak
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Burgemeester L. Spruit
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Personeelszaken
Openbaar Belang
Kwalitatief en kwantitatief voldoende bemenste gemeentelijke organisatie
Financieel belang
Gemeente ontvangt jaarlijks een bijdrage van de deelnemende gemeenten voor de uitvoering van de gemeenschappelijke regeling.
Programma
Leefbaarheid
Naam
Meerlanden NV
Rechtsvorm
Naamloze Vennootschap
Doelstelling
-
inzamelen diverse afvalstromen bij gemeente beheren milieustraat verwerken gft-afval, ongediertebestrijding, gladheidbestrijding, inzamelen bedrijfsafval, marktbeheer, stratenreiniging, bedrijvenparkbeheer, beheer van de openbare ruimte.
Verbonden partijen
130
Deelnemende partijen
Aalsmeer, Bloemendaal, Diemen, Haarlemmerliede & Spaarnwoude, Haarlemmermeer, Heemstede, Hillegom, Lisse en Noordwijkerhout
Doel deelneming gemeente Lisse
Het inzamelen van afval en beheer van openbare ruimte in regie uitvoeren.
Bestuurlijke vertegenwoordiging
Lid algemene aandeelhoudersvergadering wethouder Nieuwenhuis
Ambtelijke verantwoordelijkheid
Inrichting Beheer Openbare Ruimte
Openbaar belang
Leefbare woonomgeving
Financieel Belang
De gemeente is houder van 8.951 aandelen. Lisse ontvangt jaarlijks dividend.
Grondbeleid
131 Algemeen Het grondbeleid is vooral van invloed op het programma ruimte en wonen. Transparantie van het gemeentelijke grondbeleid is van belang in verband met het realiseren van de beoogde doelstellingen, en de hiermee gemoeide financiële belangen en risico’s. De doelstellingen zijn uitgewerkt in het hierboven genoemde programma. Het grondbeleid vormt een belangrijk middel om sturend op te kunnen treden in de planvorming en ontwikkeling. De komende jaren staan er nog diverse grote projecten op stapel. Om de (rente)lasten te beheersen is het van het grootste belang de doorlooptijd van de diverse complexen zo kort mogelijk te houden. Daarvoor is het noodzakelijk dat de gemeente over een goede planning, budgettering en voortgangsbewaking beschikt. Gezien de grote financiële belangen en de daarmee verbonden risico’s zal er vooral naar de toekomst kijkend terughoudend worden opgetreden met betrekking tot het voeren van een actief grondbeleid. Zoals in de in 2010 vastgestelde nota Grondbeleid wordt vermeld zal de gemeente Lisse in het algemeen een faciliterend grondbeleid voeren, maar een actief grondbeleid waar dat wenselijk en/of noodzakelijk is. Dit noemen we stimulerend grondbeleid. De nota Grondbeleid is in 2010 vastgesteld voor 4 jaar. Deze zal dus nog in 2014 opnieuw vastgesteld worden, waarbij op basis van actuele ontwikkelingen aanpassingen van de nota worden voorgesteld. In verband met de huidige stand van de financiële positie wordt de hoogste prioriteit toegekend aan het terugbrengen van de bestaande portefeuille tot meer behapbare proporties. Deze paragraaf gaat in op de volgende onderwerpen: het formaliseren van het grondbeleid, het beheer van gronden en
positionering grondzaken, de administratieve organisatie en interne controle, de risico’s in de grondexploitatie, de financiële positie en de uitvoering. Formaliseren van het Grondbeleid De nieuwe Wro biedt de gemeente de mogelijkheid om de ruimtelijke ontwikkeling te sturen en de Grondexploitatiewet geeft de gemeente instrumenten voor kostenverhaal bij particuliere bouwontwikkeling. Bij de vaststelling van de nota Grondbeleid in 2010 is rekening gehouden met deze nieuwe wetgeving. Bij de herziening van deze nota in 2014 wordt ook de wetgeving\ betrokken. Beheer van gemeente-eigendommen en positionering grondzaken Het beheer van gronden en overig bezit is formeel ondergebracht bij het Projectteam Ruimtelijke Projecten van het cluster Ontwikkeling. Administratieve organisatie en interne controle De te hanteren procedures (administratieve organisatie en interne controle) aangaande het grondbeleid zijn conform de richtlijnen van de Provincie Zuid-Holland opgenomen in de nota grondbeleid en geformaliseerd. Zoals in de BBV is bepaald wordt apart aangegeven de status per exploitatiegebied. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in: a. Niet in exploitatie genomen gronden zonder stellig voornemen tot ontwikkeling (NIEGG), waarbij de boekwaarde maximaal mag bedragen de marktwaarde in de huidige situatie. b. Niet in exploitatie genomen gronden met stellig voornemen tot ontwikkeling ((NIEGG), waarbij rekening mag worden gehouden met een marktwaarde bij toekomstige ontwikkeling. c. Bouwgronden in exploitatie (BIE) waarbij rekening mag worden gehouden met een marktwaarde bij ontwikkeling.
Grondbeleid
132 Risico’s in de grondexploitatie In het risicoprofiel in het kader van het weerstandsvermogen (zie paragraaf weerstandsvermogen) is rekening gehouden met de risico’s in de grondexploitatie. Aan de risico’s wordt een waarde toegekend, berekend aan de hand van een risicosimulatie in termen van kansen, gevolgen en geld. Financiële positie Zoals in de BBV is bepaald mogen verwachte positieve en negatieve resultaten niet worden gesaldeerd en dient er voor verwachte tekorten direct een voorziening te worden getroffen. Dit heeft nu geresulteerd in een te treffen voorziening Stadsvernieuwing van ongeveer € 1.281.000. Eind 2013 vertoonde de voorziening een saldo van € 1.059.521. De stand van de voorziening Stadsvernieuwing dient per ultimo van elk jaar bij het samenstellen van de jaarstukken te worden geactualiseerd. Mutaties verlopen via de exploitatie dus via het resultaat voor bestemming. De paragraaf Grondbeleid houdt hier rekening mee. Frequente actualisering van de exploitatieopzetten heeft de hoogste prioriteit waarbij per complex per fase (beheer/ontwikkeling) onder meer wordt aangegeven: de boekwaarde aan het begin van het jaar; de vermeerderingen per jaar; de verminderingen per jaar; de boekwaarde aan het einde van het jaar; de geraamde nog te maken kosten en een onderbouwing hiervan; de geraamde opbrengsten en een onderbouwing hiervan; het geraamde eindresultaat; een uiteenzetting van de wijze waarop eventuele nadelige resultaten worden opgevangen.
Om de financiële positie van de projecten in relatie tot de onderkende risico’s vervolgens continu te kunnen beoordelen wordt ook in 2015 het beheersinstrumentarium van projecten en grondexploitatie gebruikt. Met behulp van dit instrumentarium kan periodiek management -informatie worden verstrekt. Uitvoering Bij de uitvoering van de diverse complexen geldt de kaderstelling door uw raad als uitgangspunt. Als er een plan ligt dat is ingediend door een marktpartij, is dat plan in de regel ook op die kaderstelling gebaseerd. In het kader van de uitvoering van het grondbeleid zijn de volgende projecten van belang.
1. Terrein Dever Zuid Ontwikkeling Dever Zuid (BIE) Voor de ontwikkeling Dever Zuid is in 2011 een quickscan opgesteld waarin enkele woningbouwvarianten doorgerekend zijn. Hieruit kwam naar voren dat een ontwikkeling naar 20 tot 24 bouwkavels het meest rendabel zou zijn. Op basis hiervan is het project begin 2013 opgestart. Doordat de akoestische kwaliteit minder goed is dan eerder werd aangenomen en doordat de beoogde ontsluiting uit de Quickscan lastig te realiseren is, heeft het project vertraging opgelopen. Daarom is het in 2014 nog geen grond verkocht en – zoals begroot – inkomsten gegenereerd. In november 2014 wordt verwacht dat de vervolgstappen voor de ontwikkeling van Dever Zuid ter besluitvorming aan de raad worden voorgelegd. De nadelige boekwaarde bedraagt per 1-12014 € 3.135.000,-.
Grondbeleid
133 Ervan uitgaand dat de realisering van dit plan met enige vertraging doorgaat, is het resultaat eind 2017 naar verwachting € 84.000,- nadelig (eindwaarde). Risico vormt de vertraging van de realisering. Nu wordt een jaar voorzien en biien het risicoprofiel wordt rekening gehouden met nog een extra jaar vertraging.
2. Centrum. 2a. locatie Hobaho.(NIEGG zonder ontwikkeling) Aan de raad zal in de vergadering van oktober 2014 opiniërend een kaderstelling worden voorgelegd, waarmee de raad betrokken wordt binnen welke randvoorwaarden de ontwikkeling op de Hobaho locatie zich moet begeven. In december 2014 zal die kaderstelling naar verwachting definitief vastgesteld kunnen worden. Het schetsplan zal daaraan worden getoetst en zonodig bijgesteld worden. In 2015 kan dan gestart worden met de ruimtelijke ordeningsprocedure (wijziging bestemmingsplan) en het sluiten van een anterieure overeenkomst met de ontwikkelaar. Behoudens eventueel beroep, zal die (ro)procedure ongeveer ¾ jaar kosten. Mogelijk kan dus eind 2015 een start gemaakt worden op deze locatie. Voor de GREX gaan wij er voorlopig van uit dat er uiteindelijk dus een planontwikkeling tot stand komt. De boekwaarde van dit plangebied is € 0.
2b. Locatie Hoogvliet (NIEEG zonder ontwikkeling) Deze locatie (voorheen genoemd ” de doorbraak ”bij het Havenkwartier) is van belang voor de gemeente omdat zich daar een openbaar parkeerterrein en 2 gemeentewoningen bevinden. In de begroting 2014 is al aangegeven dat een op zich fraai en goed plan voor deze locatie financieel onhaalbaar is gebleken. In die situatie is niets veranderd, behalve dan dat het parkeeronderzoek heeft aangegeven dat er geen parkeerprobleem (meer) is. Oplossen van het (eerder nog wel ) veronderstelde parkeerprobleem was mede een pijler onder dat plan. Wat thans resteert is enig ooit strategisch aangekocht onroerend goed in dit gebied: de gemeente bezit 2 panden en Centrumplan Lisse b.v. bezit ook een strategisch aangekocht pand. Het vierde pand is van de VVV. Centrumplan Lisse b.v. heeft geen aanleiding noch intentie het door haar verworven onroerend goed langer aan te houden. Gemeentelijk is er geen aanleiding dit te verwerven. Eerder ligt het op de weg dat ook de gemeente haar onroerend goed probeert te verkopen. Wellicht dat een bescheiden deelontwikkeling (woningbouw) mogelijk wordt als ook de VVV naar elders vertrekt. De nadelige boekwaarde is gebaseerd op de WOZ waarde en bedraagt per 1-1-2014 € 543.000.
Grondbeleid
134 2c. Binnengebied Heereweg/Grachtweg/Kanaalstraat (NIEGG met ontwikkeling) Dit exploitatiegebied wordt per 31-12 2014 administratief afgesloten met een nadelig resultaat van ca. € 737.000. Dit bedrag wordt ten laste van de voorziening Stadsvernieuwing gebracht. 2d. CNB locatie (BIE) Uw raad heeft besloten het hoofdgebouw van de CNB te handhaven voor de realisering van een theater. Dit wordt dan ook financieel apart ontwikkeld. Dit betekent ook dat een deel van de totale verwervingskosten is toegerekend aan deze ontwikkeling. Er is overeenstemming bereikt met Adriaan van Erk Ontwikkeling B.V. over de verkoop van de gronden voor de ontwikkeling van woningbouw op de CNB-locatie. De gemeenteraad heeft kennis genomen van deze overeenkomst en ingestemd met de gewijzigde gebiedsontwikkeling in de laatste vergadering voor de zomervakantie 2012. Het onderliggende stedenbouwkundig plan is inmiddels vastgesteld. Het bestemmingsplan is vastgesteld en de eerste omgevingsvergunning voor de bouw van de appartementen is verleend. De overdracht van alle gronden wordt eind 2014 verwacht in twee tranches. De (nadelige) boekwaarde van deze locatie bedraagt per 1-1-2014 € 2.631.000. Wij verwachten voor dit exploitatiegebied een nadelig resultaat van ca. € 84.000 (eindwaarde). Doordat de doorlooptijd van dit project is verlengd zijn de interne kosten hoger dan voorzien. Zodra inzichtelijk is gemaakt wat de kosten tot grondoverdracht zijn, zal worden voorgesteld het nadelige resultaat ten laste van de voorziening Stadsvernieuwing te brengen.
2e. Raadhuisplein (BIE) Op 19 december 2013 heeft de gemeenteraad met inbegrip van een amendement ingestemd met de grondverkoop ten behoeve van de realisering van het project “Raadhuisplein”. Ook heeft de raad toen de grondexploitatie voor dit project vastgesteld. Na die besluitvorming heeft de ontwikkelaar: Horsman & Co, het schetsplan, nader uitgewerkt. Die uitwerking heeft de gemeenteraad op 26 juni 2014 goedgekeurd. Na goedkeuring door uw raad zal de vertaling van het VO naar het voorontwerpbestemmingsplan plaatsvinden. Dan zal ook het onderzoek naar de blauwe zone worden uitgevoerd. Ook kunnen dan de contracten tussen gemeente, Horsman & Co, de Hervormdegemeente en Stek worden getekend. Tevens zal het VO dan worden vertaald naar het voorontwerp-bestemmingsplan en zal het vooroverleg als onderdeel van de bestemmingsplanprocedure in het laatste kwartaal 2014 worden gestart. Het geschat verlies op de GREX voor dit plangebied werd eind 2013 geschat op € 1.600.000. Dit bedrag is in 2013 ten laste van de voorziening Stadsvernieuwing gebracht. Risico’s: Bij uitloop vaststelling bestemmingsplan: hogere rentekosten dan begroot De (nadelige) boekwaarde van dit plangebied bedraagt per 1-1-2014 € 1.073.000). Op basis van de nu verwachte ontwikkeling en rekening houdend met de looptijd van dit plan tot en met 2017 voor de GREX wordt er nu nog een nadelig resultaat van ca. € 76.000,verwacht (eindwaarde).
Grondbeleid
135 3. Geestwater (NIEGG met ontwikkeling) De gronden in het gebied zijn eigendom van de gemeente Lisse en Stek Woondiensten. De benaderingswijze voor dit plan is steeds geweest, dat de gemeente vanwege haar grondpositie, actief betrokken wordt bij het ontwikkelingstraject. Nadat er in 2009 een principe akkoord gesloten was tussen Trithun (de ontwikkelcombinatie waarvan Stek onderdeel uitmaakte) en onze gemeente, is in vervolg hierop in 2010 een ontwikkelingsovereenkomst gesloten met Trithun. Tevens is er met Stek een aanvullende overeenkomst gesloten met betrekking tot de invulling van het sociale woningbouwprogramma. De financiële gevolgen zijn toen verwerkt in de Grex van Geestwater. Naar aanleiding van de nieuw opgestelde ” Visie ruimte en Mobiliteit” van de provincie Zuid Holland en gesprekken die plaats hebben gevonden tussen Woningstichting Stek en de Gemeente Lisse, beiden eigenaar van percelen grond op de locatie, is besloten om voor de locatie een integrale visie op te stellen. Niet alleen de visie vanuit de Provincie is substantieel veranderd, ook andere regelgeving, bijvoorbeeld de regels omtrent bouwen rondom schiphol zijn veranderd. De integrale visie heeft als doel om de factoren die van invloed zijn op deze locatie en de ontwikkeling daarvan in beeld te brengen en deze te verwerken in een integrale visie. Deze integrale visie dient dan verder als uitgangspunt voor de ontwikkeling van het gebied De (nadelige) boekwaarde van dit complex bedraagt per 1-1-2014 € 300.000 (afgerond) Verwacht voordelig exploitatieresultaat € 1.867.000. (eindwaarde)
Risico: Bij langdurige discussie over de toekomstige invulling van het gebied loopt de boekwaarde verder op als gevolg van renteverliezen en oplopende plankosten.
4. Greveling (valt niet onder categorie NIEGG of BIE) De gemeente bezit in dit gebied, behoudens een stukje grond dat van oudsher in het bezit is van de gemeente, geen eigendommen meer. Van de ontwikkelaars in dit gebied wordt een financiële bijdrage gevraagd voor de exploitatie van het gebied, voor zover de gemeente daar verantwoordelijk voor is en voor een tegemoetkoming in de kosten die de gemeente maakt. Op dit moment is de exploitatieopzet geactualiseerd. Deze eindigt met een tekort. Dit tekort wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door de water component die nu verplicht extra in het plan is opgenomen, en waarvan de extra kosten niet meer kunnen worden verhaald op de reeds gerealiseerde exploitatie onderdelen. In de Raad van juni 2012 is besloten om de fiets/- voetbrug niet meer te realiseren. Hierop is de begroting van dit exploitatiegebied aangepast, en heeft teruggave plaatsgevonden van de ontvangen bijdragen van derden (middels afgesloten exploitatieovereenkomsten) voor dit onderdeel. Er zijn nu nog 2 deelgebieden die ontwikkeld moeten worden nl. perceel 2,3 RuigrokBlankenvoort en perceel 10 locatie Elka. Voor deze laatste locatie zijn inmiddels plannen ontwikkeld. Voor de exploitatie gaan wij ervan uit dat het perceel 7 Akerboom niet verder ontwikkeld wordt.
Grondbeleid
136 De resterende exploitatieduur is afhankelijk van de verdere planontwikkeling. Verwacht wordt dat dit met een nadelig resultaat zal worden afgesloten. De (nadelige) boekwaarde bedraagt per 1-12014 € 1.063.000. Verwacht nadelig exploitatieresultaat € 383.000 (eindwaarde).
5. Sportlaan e.o (BIE) De ontwikkeling is gegund aan de VOF De Waterkanten. Deze partij heeft de ontwikkeling inmiddels ter hand genomen. Zo wordt in het najaar de bouw van het sportcomplex en de parkeergarage afgerond en wordt in september gestart met de bouw van de 23 verkochte woningen in het gebied De Tweemaster. In het najaar zal ook de verkoop van de woningen in het deelplan De Hofjes starten. Ook de aanleg van het plein voor het sportcomplex en het Fioretti zal dan ter hand worden genomen. De WKO zal afgerond worden nadat het nieuwe sportcomplex op de installatie is aangesloten. Binnen de totaalontwikkeling van het Sportlaan gebied wordt voor de GREX rekening gehouden met een minimaal positief resultaat van € 1.200.000. Risico’s: Mogelijk niet terug ontvangen voorfinanciering parkeergarage, lagere indexering als voorzien en risico bij geen grondafname door ABC/Vorm, Deze onderdelen zijn opgenomen in het risicoprofiel. De nadelige boekwaarde van dit exploitatiegebied bedraagt per 1-1-2014 € 2.090.000. Verwacht positief resultaat tegen eindwaarde: € 1.628.000,-.
Samenvatting De exploitatieopzetten zijn geactualiseerd per 1-1-2014 en vervolgens aangevuld naar de stand van zaken en bekende informatie tot het moment van samenstelling van de begroting 2015. Het verwachte resultaat ( positieve en negatieve resultaten gesaldeerd) van de GREX komt afgerond uit op een voordelig resultaat van € 3.039.000 (eindwaarde) of € 2.211.000 (contante waarde).Hierbij is ook meegenomen het voorlopig voordelig berekende exploitatieresultaat van de Don Boscolocatie. Wanneer wij alleen uitgaan van de verliesgevende grondexploitatiegebieden, hetgeen vereist is voor bepaling van de hoogte van de voorziening Stadsvernieuwing, dan komen we uit op een totaal nadelig resultaat van € 1.364.000 (eindwaarde) of € 1.281.000 (contante waarde). Van de totale GREX bestaat een vertrouwelijk overzicht. Wij hebben dit overzicht geen onderdeel doen uitmaken van deze programmabegroting om misbruik van de vertrouwelijke informatie te voorkomen. Op verzoek kan de informatie onder geheimhouding naar bepaalde belangstellenden wel worden getoond. Het vertrouwelijk overzicht toont voor de diverse deelgebieden een overzicht van de boekwaarden, de verwachte resultaten en de risico’s per deelgebied. Tevens wordt er een beeld getoond van het tussentijds verwacht totaalresultaat van de grondexploitatie.
Financiële begroting
137 Programmabegroting 2015 - 2018 De lasten en baten van de programma’s worden in onderstaand overzicht samengevoegd. Met
de algemene dekkingsmiddelen op de twee daaropvolgende bladzijden vormen zij samen de programmabegroting 2015 – 2018.
Overzicht baten en lasten per programma (x € 1.000) raming
01
02
03
04
05
06
07
08
Dienstverlening en participatie
2016
2017
2018
1.078
1.132
1.143
1.138
1.138
1.138
-2.827
-2.910
-2.801
-2.803
-2.808
saldo programma
-1.553
-1.695
-1.767
-1.663
-1.665
-1.670
Baten
4.824
4.925
2.935
2.933
2.933
2.933
Lasten
-10.773
-11.465
-18.491
-18.427
-18.437
-18.434
saldo programma
-15.501
-5.949
-6.540
-15.556
-15.494
-15.504
Baten
634
433
444
443
442
441
Lasten
-5.754
-7.176
-4.952
-5.292
-5.280
-5.333
saldo programma
-5.120
-6.743
-4.508
-4.849
-4.838
-4.892
Baten
588
554
548
548
548
548
Lasten
-1.329
-1.600
-1.203
-1.278
-1.165
-1.162
saldo programma
-741
-1.046
-655
-730
-617
-614
Baten
468
463
498
500
502
502
Lasten
-6.592
-7.749
-9.218
-9.050
-9.113
-9.151
saldo programma
-6.124
-7.286
-8.720
-8.550
-8.611
-8.649
Baten
4.517
4.369
4.877
5.665
5.687
5.690
Lasten
-7.574
-8.298
-7.746
-7.743
-7.606
-7.634
saldo programma
-3.057
-3.929
-2.869
-2.078
-1.919
-1.944
Cultuur, sport en onderwijs
Saldo programma's
Productenraming 2015
-2.631
Economie en toerisme
Bestuur en bedrijfsvoering
2014
Baten
Ruimte en wonen
Veiligheid
jul
2013 Lasten Zorg, jeugd en welzijn
Leefbaarheid
realisatie
Baten
129
108
110
112
114
114
Lasten
-2.259
-2.231
-2.180
-2.175
-2.180
-2.175
saldo programma
-2.130
-2.123
-2.070
-2.063
-2.066
-2.061
Baten
1
Lasten
-5.098
-4.247
-1.524
-976
-782
-703
saldo programma
-5.097
-4.247
-1.524
-976
-782
-703
-29.771
-33.609
-37.669
-36.403
-36.002
-36.034
Financiële begroting
138 Algemene dekkingsmiddelen 2015 - 2018 De baten en lasten van de programma’s, zoals op de vorige bladzijde weergegeven, worden
als volgt gedekt. De algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien worden in de paragraaf Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien toegelicht.
Overzicht algemene dekkingsmiddelen (x € 1.000) Saldo programma's
realisatie 2013 -29.771
okt 2014 -33.609
4.904 17.645
5.327 18.361
68 2.689 25.306 -4.465
Algemene dekkingsmiddelen & onvoorzien Lokale heffingen Algemene uitkering Uitkeringen deelfonds sociaal domein Jeugd Dividenden Rente Dekkingsmiddelen Resultaat voor bestemming Toevoegen aan de reserves Programma Zorg, jeugd en welzijn - Reserve Uitvoering Sociale wetgeving - Reserve Wet Inburgering Programma Ruimte en wonen - Reserve Wegen - Reserve Grondverkopen - Reserve Regionaal investeringsfonds - Reserve Overheveling budgetten Programma Economie en toerisme - Reserve Regionaal investeringsfonds - Reserve Overheveling budgetten Programma Cultuur, sport en onderwijs - Reserve Kunst - Reserve Gebouwen - Reserve Buitensportaccommodaties - Reserv e Accommodatiebeleid - Reserve Overheveling budgetten Programma Leefbaarheid - Reserve Kunst - Reserve Overheveling budgetten -Reserve Reiniging -Reserve Riolering Programma Veiligheid - Reserve Gebouwen Programma Bestuur en Bedrijfvoering - Reserve Gebouwen - Reserve Arbeidsgerelateeerde kosten - Reserve Overheveling budgetten Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien - Reserve Riolering - Reserve Gebouwen
Totaal toevoegingen
2015 -37.669
Productenraming 2016 2017 -36.403 -36.002
2018 -36.034
56 2.689 26.433
5.509 16.463 9.107 68 2.809 33.956
5.618 16.515 9.107 68 2.705 34.013
5.728 16.444 9.107 68 2.705 34.052
5.841 16.196 9.107 68 2.533 33.745
-7.176
-3.713
-2.390
-1.950
-2.289
-100
-100
-100
-100
-100
-100
-100
-100
-564 -3 -1.120 -95 -172 -516 -66 -111 -96 -16 -174 -667 -573
-262
-5 -483 -19 -576 -15 -107 -77 -762 -371 -260 -6.848
-262
Financiële begroting
139 (vervolg) Overzicht algemene dekkingsmiddelen (x € 1.000)
Financiële begroting
140 Toelichtingen beïnvloeding resultaat 2015 - 2018 De programmabegroting 2015 – 2018 is samengesteld vanuit het bestaande beleid voorgaande jaren. Daarnaast zijn de uitwerking van de programmaonderdelen en
de bezuinigingen. Hieronder en op de volgende bladzijden wordt een en ander in de vorm van overzichten toegelicht. Voor een uitgebreide toelichting verwijzen wij u naar de programma’s.
Overzicht lasten programmaonderdelen (x € 1.000) Productenraming 2016 2017
2015 01 02
03
Dienstverlening en participatie 2015.01.02 Participatie totaal
-100 -100
-100 -100
-100 -100
-100 -100
totaal
-3.700 -150 -3.251 -7.101
-3.700 -150 -3.251 -7.101
-3.700 -150 -3.251 -7.101
-3.700 -150 -3.251 -7.101
-50
-50 -50 -17 -117
-50
-50
-25 -75
-34 -84
-25 -100
-100
-100
Zorg, jeugd en welzijn 2015.02.01 Sociaal domein Jeugd 2015 .02.01 Sociaal domein Participatie 2015.02.01 Sociaal domein Wmo Ruimte en wonen 2015.03.01 Parkeren in het centrum 2015.03.01 Parkeren in het centrum 2015.03.02 Parkeren in de wijken totaal
04
06 08
Economie en toerisme 2015.04.01 Economische agenda 2015.04.02 Doorontwikkeling Flower Science Centre 2015.04.03 Aantrekkingskracht van Lisse 2015.04.04 Zondagsopenstelling winkeltijdenwet 2015.04.05 Leegstand
-3 -53 -30 -25 -20
totaal
-75
-25 -150
-100
-100
totaal
-20 -20
0
0
0
totaal
-40 -40
-30 -30
-30 -30
-5 -5
-7.389
-7.498
-7.406
-7.390
Leefbaarheid 2015.06.01 Duurzaamheid Bestuur en bedrijfsvoering 2015.08.04 Uitvoeren nota Online communicatie
Totaal beïnvloeding 2015 - 2018
2018
Financiële begroting
141 Overzicht kapitaallasten van de Investeringsplannen 2015 – 2018 (x € 1.000)
Hieronder treft u aan een totaal overzicht van de investeringsplannen zoals in de afzonderlijke programma’s gepresenteerd.
programmabegroting Investering 2015 Programma Ruimte en wonen - Verlichtingsplan - Infrastructuur Don Bosco - Infrastructuur Vrachtwagenparkeren - Herinrichtingen-ophogingen - Maatregelen Duurzaam Veilig - Investeringsplan 2016 - 2018
154 340 160 100 100
2015
2016 3 7 3 2 2
2017 12 31 14 9 9 17
Programma Cultuur, sport en onderwijs - Investeringsplan 2016 - 2018
2018 12 30 14 9 9 88
12 29 14 9 9 161
70
228
Programma Leefbaarheid - GRP; bouwkundige investeringen - GRP; verhard oppervlak/renovatie - Investeringsplan 2016 - 2018
410 31
8 1
30 2 9
30 2 38
29 2 76
Programma Bestuur en bedrijfsvoering - Mechanische ventilatie gemeentehuis - vervaniging Midoffice - Vervanging Hardware - Vervanging software - Vervanging HNW - Voorzieningen pantry´s - Investeringsplan 2016 - 2018
38 165 220 66 55 22
1 3 5 1 1 1
1.861
38
4 40 82 15 8 5 13 300
4 39 79 15 8 5 202 654
4 37 76 14 8 5 433 1.146
Investeringsplan 2015 - 2018
Voor een toelichting verwijzen wij u naar de bijlagen.
Financiële begroting
142 Overzicht éénmalige baten en lasten (x € 1.000) De volgende tabel toont een overzicht van eenmalige baten en lasten binnen de diverse programma’s. programmabegroting Programma 2015
2016
2017
2018
Dienstverlening en participatie Zorg, jeugd en welzijn Ruimte en wonen Ecnomie en toerisme Cultuur, sport en onderwijs Leefbaarheid Veiligheid Bestuur en bedrijfsvoering Eenmalige baten 2015 - 2018 Dienstverlening en participatie Zorg,jeugd en welzijn Ruimte en wonen Ecnomie en toerisme Cultuur, sport en onderwijs Leefbaarheid Veiligheid Bestuur en bedrijfsvoering Eenmalige lasten 2015 - 2018
Toelichting Programma Dienstverlening en participatie De eenmalige lasten hebben betrekking op de verkiezingen van de leden van de provinciale staten in 2015 en de leden van de Tweede Kamer in 2017 en de leden van de raad in 2018. De lasten van programmaonderdeel 2015.01.02 Participatie bedragen € 100.000 voor de jaren 2015 tot en met 2018 (laatste jaar) (zie toelichting 2015.01.012). Programma Ruimte en wonen Betreft de lasten voor het programmaonderdeel Parkeren in het centrum en bedragen € 50.000 voor de jaren 2015 tot en met 2018 (laatste jaar) en € 50.000 in 2016 (zie toelichting 2015.03.01).
0 167
0 100
0 167
0 167
-50 75
-100 150
-75 100
-50 100
40
30
30
5
252
180
222
222
20
Programma Economie en toerisme Het betreft de programmaonderdelen Economische agenda, Doorontwikkeling Flower Science Center, Aantrekkingskracht van Lisse, Zondagsopenstelling winkeltijdenwet en Leegstand (zie toelichting 2015.04.01, 215.04.02, 2015.04.03, 215.04.04 en 2015.04.05). Programma Leefbaarheid Het betreft de lasten voor het programmaonderdeel Duurzaamheid en bedragen € 20.000 in 2015 (zie 2015.06.01). Programma Bestuur en bedrijfsvoering Betreft programmaonderdeel Uitvoeren nota Online communicatie , waarbij 2018 het laatste jaar is (zie toelichting (2015.08.04).
Financiële begroting
143 Overzicht structurele toevoegingen en onttrekkingen reserves
Het betreft een overzicht waarvan de baten en lasten met een reserve een zogenoemde ”gesloten systeem” vormen en geen invloed hebben op het rekeningresultaat. Het gaat om de volgende reserves:
Reserve Reserve Reserve Reserve Reserve Reserve Reserve
Accommodatiebeleid Riolering Reiniging Onderwijshuisvesting Gebouwen Keukenhof Wachtgelden
Programma 2015
2016
2017
2018
Toevoegingen Dienstverlening en participatie Zorg, jeugd en welzijn Ruimte en wonen Ecnomie en toerisme Cultuur, sport en onderwijs Leefbaarheid Veiligheid Bestuur en bedrijfsvoering Algemene dekkingsmiddelen 0
0
0
0
2.006 1.234
1.756 280
1.785 99
1.741 122
191
95
37
60
3.431
2.131
1.921
1.923
Onttrekkingen Dienstverlening en participatie Zorg, jeugd en welzijn Ruimte en wonen Ecnomie en toerisme Cultuur, sport en onderwijs Leefbaarheid Veiligheid Bestuur en bedrijfsvoering Algemene dekkingsmiddelen
Programma Cultuur, sport en onderwijs Het betreft onttrekking uit de reserves Onderwijshuisvesting en de reserve Accommodatiebeleid.
Programma Leefbaarheid Het betreft onttrekking uit de reserves Reiniging, de reserve Riolering en de reserve Keukenhof. Programma Bestuur en bedrijfsvoering Het betreft onttrekking uit de reserves Gebouwen en de reserve Wachtgelden.
Financiële begroting
144
Per programma wordt in het onderdeel Wat mag het kosten? een toelichting gegeven op de aanmerkelijke verschillen tussen de ramingen 2014 en 2015. Voor een toelichting op de gerealiseerde baten en lasten 2013 wordt verwezen naar de Jaarstukken 2013. Voor een nadere toelichting op de ramingen 2014 wordt verwezen naar de 1e Tussentijdse Rapportages 2014, behandeld in de raad van 26 juni 2014 en de Kadernota 2015 behandeld in de raad van 3 juli 2014.
Het op de volgende pagina samengestelde overzicht is een samenvatting van de toelichtingen tussen de ramingen van baten en lasten 2015 ten opzichte van 2014 (bedragen x € 1.000). De saldi (x € 1.000) van de programma`s bedragen in 2014 € - 33.609. De saldi (x €1.000) van de programma`s bedragen in 2015 € - 37.669. Het verschil bedraagt € 4.060 en wordt toegelicht op de volgende pagina.
Financiële begroting
145 Toelichting verschillen ramingen 2015 ten opzichte van 2014, na 1e Tussentijdse rapportage 2014 (x € 1.000) PROGRAMMA 01 Dienstverlening en participatie
-72
BATEN LASTEN TOELICHTING -100 2015.01.02 Particiaptie. 11 11
02 Zorg, jeugd en welzijn
-9.016
17 -83 -3.700 -150 -3.251 626 -138 -48
-1.941
03 Ruimte en wonen
04 Economie en toerisme
-49 -1.990
-124 -241 -7.026
11 11
-50 -3 150 1.366 516 245 2.224
8 8
-30 -25 -20 328 111 19 383
-35 -35
-2.450 200 130 573 148 -1.399
Overigen. 2015.02.01 Geraamde lasten Sociaal domein: Jeugd. 2015.02.01 Aanvullend geraamde lasten Sociaal domein: Participatie. 2015.02.01 Geraamde Sociaal domein: Wmo. Lager geraamde lasten Wmo als gevolg van een lagere integratie-uitkering Wmo. Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek 2015. Hogere lasten kwijtschelding. De rijksbijdrage WSW komt te vervallen. Hogere kapitaallasten. Overigen.
2.235
391
2015.03.01 Parkeren in het centrum. 2015.03.02 Parkeren in de wijken. Storting 2014 in de voorziening Stadsvernieuwing. Lagere kapitaallasten, als gevolg eenmalige afschrijving in 2014. Overheveling budgetten van 2013 naar 2014. Overigen.
2015.04.01 Economische agenda 2015.04.02 Doorontwikkeling Flower Science Centre. 2015.04.04 Zondagopenstelling winkeltijdenwet. Raming kapitaallasten 2014. Overheveling budgetten van 2013 naar 2014. Overigen.
05 Cultuur, sport en onderwijs-1.434 Kapitaallasten. Vanaf 2015 geen raming m.o.p. onderwijs. Overheveling budgetten van 2013 naar 2014. Overheveling budgetten van 2013 naar 2014. Overigen.
Financiële begroting
146
Vervolg toelichting verschillen ramingen 2015 ten opzichte van 2014, na 1e Tussentijdse rapportage 2014 (x € 1.000) PROGRAMMA 06 Leefbaarheid
BATEN LASTEN TOELICHTING 1.060 -20 -201 -65 200
117 127 264 508 07 Veiligheid
215.06.01 Duurzaamheid. Hogere lasten reiniging. Hogere lasten reiniging. In 2015 wordt geen bedrag geraamd voor de uitvoering van het groenbeheersplan. 483 Overheveling budgetten van 2013 naar 2014. Hogere opbrengst plastic. Hoger greaamde opbrengst Afvalstoffenheffing. Hoger geraamde opbrengst Rioolheffing 155 Overigen. 552
53 2 2
08 Bestuur en bedrijfsvoering
2.723
0 TOTAAL
51 Overigen. 51
-4.060
-40 762 1.157 800 44 2.723
2015.08.04 Uitvoeren nota Online communicatie. Overheveling budgetten van 2013 naar 2014. Saldo kostenplaatsen. Bezuinigingen 2015. Overigen.
Financiële begroting
147 Investerings- en financieringsstaat 2015 (x € 1.000) OMSCHRIJVING:
1. Im m ateriële vaste activa:
BOEKWAARDE
VER-
VER-
AFSCHRIJVING/ BOEKWAARDE
PER
MEER-
MIN-
1-1-2015
DERING:
DERING:
AFLOSSING:
0
PER 31-12-2015 0
0
2. Materiële vaste activa: a. gronden en terreinen: b. w oonruimten: c. bedrijfsgebouw en: d. grond-, w eg- en
1.441
1.441
254
15
239
2.577
215
2.362
19.763
2.134
17.629
268
1.636
45.615
804
44.811
879
20
859
16.801
49
16.752
w aterbouw kundige w erken: e. vervoermiddelen, machines,
1.252
652
apparaten en installaties: f. overige materiële activa:
3. Financiële vaste activa: a. leningen w oningbouw corp.: b. overige langlopende leningen: c. deelnemingen en effecten: Totaal:
981
981
89.563
Investeringsplan 2015 - 2018: 89.563
3.505
1.861
441
1.861
441
86.710
1.420 3.505
88.130
4. Eigen verm ogen: a. algemene reserve: b. bestemmingsreserves: c. voorzieningen: Totaal:
2.692 41.900
2.692 100
3.941
38.059
1.059 45.651
1.059 100
3.941
41.810
5. Langlopende schulden: a. w oningbouw leningen:
879
20
859
b. overige leningen:
55.316
1.850
53.466
Totaal:
56.195
0
0
1.870
54.325
101.846
100
3.941
1.870
96.135
Financiële begroting
148 Het volgende overzicht toont de standen van reserves en voorzieningen. Het loopt vooruit op de besluitvorming rond de Nota reserves en voorzieningen die parallel aan deze begroting ook ter vaststelling voorligt. Overzicht reserves en voorzieningen 2015 – 2018 (x € 1.000)
SALDO 1 JANUARI
2015
2016
2017
2018
Reserves Algemene reserve
2.692
2.692
2.692
2.692
Erf pachtsgronden
17
17
17
17
Verkoop gronden
53
53
53
53
Wet inburgering
21
21
21
21
22.500
22.500
22.500
22.500
-
-
-
-
2.406
2.406
2.406
2.406
-
-
-
-
11.811
9.805
8.000
6.215
-
-
Nader te bestemmen middelen Overheveling budgetten Uitvoering sociale w etgeving Uitvoering drie decentralisaties Accommodatiebeleid/Huisvesting onderw ijs M.O.P. Accommodaties
-
-
Reiniging
501
158
Riolering
769
-
-
-
2.138
1.728
1.318
-
-
Regionaal Investeringsf onds Holland Rijnland
2.548
Gebouw en
56
23
23
Keukenhof bijdrage
488
366
244
122
Bouw leges
-
-
-
-
Arbeidsgerelateerde kosten
-
-
-
-
Wachtgelden/pensioenen w ethouders
650
515
420
383
80
80
80
80
44.592
40.751
38.184
35.830
1.059
1.059
1.059
1.059
1.059
1.059
1.059
1.059
45.651
41.810
39.243
36.889
Kunstw erken
Totaal (incl.Algemene reserve)
Voorzieningen Stadsvernieuw ing Baggeren Totaal TOTAAL
-
Besluit
149
De raad van de gemeente Lisse; gelet op artikelen 189 en 190 van de Gemeentewet:
B e s l u i t:
de Programmabegroting 2015 vast te stellen.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 6 november 2014.
Mevrouw M. Verhoev
mevrouw A.W.M. Spruit
Griffier
voorzitter
Bijlagen INVESTERINGSPLAN 2015 - 2018, VERVANGINGSINVESTERINGEN
Program m a 04 Ruimte en w onen
08 Leefbaarheid
10 Bestuur en Bedrijfsvoering
om schrijving Verlichtingsplan, armaturen Verlichtingsplan, armaturen Verlichtingsplan, armaturen Verlichtingsplan, armaturen GRP, bouw kundige investeringen GRP, bouw kundige investeringen GRP, bouw kundige investeringen GRP, verhard oppervlak/renovatie GRP, verhard oppervlak/renovatie GRP, drainage aanleg 1988 GRP, persleidingen aanleg 1978 GRP, rioolgemaal Meerenburgh GRP, vervanging vrijvervalriolering Gemeentehuis, mechanische ventilatie Midoffice Midoffice Vervanging softw are Vervanging softw are Vervanging softw are Vervanging softw are Vervanging hardw are Vervanging hardw are Vervanging hardw are Vervanging hardw are Hillegom Vervanging hardw are Vervanging meubilair Vervanging netw erkbekabeling Investering HNW (Nota bezuinigingen 2015) Voorzieningen pantry's
2015 154.000
bedrag investering 2016 2017
dekking 2018
114.000 130.000 113.000 410.000 429.000 230.000 31.000 24.000 20.000 5.000 72.000 1.222.000 38.000 165.000 330.000 66.000 110.000 110.000 110.000 220.000 220.000 231.000 330.000 275.000 66.000 67.000 55.000 22.000 1.161.000
1.227.000
1.098.000
1.883.000
openbare verlichting openbare verlichting openbare verlichting openbare verlichting riolering riolering riolering riolering riolering riolering riolering riolering riolering
2015 3.000 8.000 500 1.000 3.500 1.500 4.500 1.000 500 23.500
Lasten 2016 2017 12.000 12.000 2.500 9.000 2.500 30.000 29.500 8.500 31.500 4.500 2.000 2.000 500 2.000 4.000 4.000 39.500 38.500 6.500 79.000 15.500 15.000 2.000 26.500 2.000 82.500 79.500 4.500 82.500 4.500 6.500 1.500 7.500 7.500 5.500 5.000 223.000
445.000
2018 11.500 9.000 10.000 2.500 29.000 31.000 16.500 2.000 2.000 500 1.500 24.500 4.000 37.000 76.500 14.500 25.500 26.500 2.000 76.500 79.500 86.000 123.000 5.500 1.500 9.000 7.500 5.000 719.500
INVESTERINGSPLAN 2015 - 2018, MAATSCHAPPELIJK NUT
Program m a 04 Ruimte en w onen
om schrijving Infrastructuur Don Bosco Infra vrachtw agenparkeren Herinrichting Hobahogebied Herinrichting Hobahogebied Herinrichting Hobahogebied Reconstructies Herinrichtingen/ ophogingen Herinrichtingen/ ophogingen Herinrichtingen/ ophogingen Herinrichtingen/ ophogingen Maatregelen Duurzaam Veilig Maatregelen Duurzaam Veilig Maatregelen Duurzaam Veilig Maatregelen Duurzaam Veilig
2015 340.000 160.000
bedrag investering 2016 2017
dekking 2018
500.000 500.000 200.000 300.000 100.000 100.000 100.000 100.000 100.000 100.000 100.000 100.000 700.000
700.000
700.000
700.000
2015 7.000 3.000 2.000 2.000 -
Lasten 2016 2017 30.500 30.000 14.500 14.000 10.000 45.000 10.000 9.000 9.000 2.000 9.000 2.000 9.000 9.000 2.000 9.000 2.000 -
14.000
77.000
139.000
2015 -
Lasten 2016 2017 70.000
2018 29.000 14.000 44.000 45.000 4.000 6.000 8.500 9.000 9.000 2.000 8.500 9.000 9.000 2.000 199.000
INVESTERINGSPLAN 2015 - 2018, ECONOMISCH NUT
Program m a
om schrijving 2015
05 Jeugd en Onderw ijs
Nieuw bouw Rembrandtschool -
bedrag investering 2016 2017 3.500.000 -
3.500.000
dekking 2018 integraal huisvestingsplan -
-
-
70.000
2018 227.500 227.500