PROGRAMMABEGROTING 2015 Meerjarenraming 2016 – 2018
SOBER, MET AMBITIE
Gemeente Kollumerland c.a.
Van Limburg Stirumweg 18 9291 KB Kollum www.kollumerland.nl
Postbus 13 9291 AA Kollum
[email protected]
Programmabegroting 2015
Pagina 2
Inhoudsopgave
Voorwoord ............................................................................................................................................... 4 Aanbiedingsbrief ...................................................................................................................................... 6 Programma’s ........................................................................................................................................ 11 Programma 1: Sturende en dienstverlenende gemeente ..................................................................... 12 Programma 2: Wonen en Werken in Netwerken ................................................................................... 17 Programma 3: Sociale kwaliteit ............................................................................................................. 24 Programma 4: Voorzieningen ................................................................................................................ 29 Programma 5: Leefkwaliteit ................................................................................................................... 33 Programma 6: Mobiliteit en infrastructuur ............................................................................................. 37 Programma 7: Sociale en fysieke veiligheid .......................................................................................... 40 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien ................................................................................... 43 Algemene dekkingsmiddelen................................................................................................................. 44 Onvoorzien ............................................................................................................................................ 46 Paragrafen ............................................................................................................................................ 47 Weerstandsvermogen en risicobeheersing ........................................................................................... 48 Onderhoud kapitaalgoederen ................................................................................................................ 51 Bedrijfsvoering ....................................................................................................................................... 60 Verbonden partijen ................................................................................................................................ 64 Grondbeleid ........................................................................................................................................... 70 Financiering ........................................................................................................................................... 76 Lokale lasten.......................................................................................................................................... 80 Financiële begroting ........................................................................................................................... 85 Vaststellingsbesluit ............................................................................................................................. 93 Bijlage A: lokale lastendruk per jaar ................................................................................................. 95 Bijlage B: Aangenomen saneringsmaatregelen ............................................................................... 96
Programmabegroting 2015
Pagina 3
Voorwoord In 2014 heeft de gemeenteraad op voorstel van het college van burgemeester en wethouders gekozen voor een gewijzigd profiel voor de gemeente Kollumerland c.a. Dit herziene profiel luidt als volgt: De gemeente Kollumerland c.a. wil een aantrekkelijke gemeente zijn om te wonen, te werken en te verblijven. Daarbij geeft de gemeente prioriteit aan een aantal specifiek publieke taken die daarvoor als voorwaardenscheppend worden beschouwd, zoals een veilig en goed onderhouden openbaar domein (wegennet, groenstructuur en overig openbaar gebied), goede vestigingsmogelijkheden en goede onderwijsvoorzieningen. Ook de voorzieningen en zorg voor minima behoren tot de kerntaken van de lokale overheid en maken daarmee deel uit van het primaire aandachtsgebied van de gemeente. Zonder ontwikkelingsmogelijkheden heeft een gemeente weinig perspectieven. Het voorzien in voldoende mogelijkheden voor woningbouw en bedrijfsvestigingen ziet de gemeente dan ook als een basistaak. Het faciliteren van afwijkingen van bestaande ruimtelijke kaders heeft een lagere prioriteit. Door deregulering van ruimtelijke regelgeving zal het aantal situaties waarin afwijkingsprocedures nodig zijn worden teruggebracht. Wordt de medewerking van de gemeente aan dit soort procedures toch gevraagd, dan zullen de kosten daarvan op basis van het profijtbeginsel worden doorberekend. Aandacht voor ontspanning binnen de eigen gemeente (cultureel en recreatief), activiteiten op het vlak van sport, evenementen en andere maatschappelijke activiteiten komen op het tweede plan. Voor deze activiteiten beperkt de gemeente zich uitdrukkelijk tot een terughoudende inhoudelijke benadering en een zekere regisserende opstelling. De gemeente gaat op deze terreinen wat haar activiteiten betreft op zoek naar een verantwoord minimumniveau en doet op deze taakvelden een nadrukkelijk beroep op maatschappelijke verbanden zoals vrijwilligers, verenigingen, burenhulp en dorpsbelangenorganisaties. Uit de profielschets kunnen voor onze gemeente naast de wettelijke taken de volgende publieke kerntaken worden afgeleid: - een veilig en goed onderhouden openbaar domein (wegen- en rioleringsnet, groenstructuur en overig openbaar gebied) - waarbij "goed onderhouden" onder de huidige financiële omstandigheden gemiddeld al niet boven het niveau "basis" uit komt; - goede vestigingsmogelijkheden (zowel woningbouw als bedrijfsvestigingen); - goede onderwijsvoorzieningen; - goede voorzieningen en zorg voor de minima. Het voorgaande betekent dat wij bij voorgenomen of gewenste investeringen vooral zullen toetsen of deze bijdragen aan het realiseren van deze kerntaken. Is dat niet het geval, dan zullen wij ons zeer terughoudend opstellen bij het besteden van gemeentelijke middelen. Tevens weegt bij deze toetsing uiteraard mee wat over aan de orde zijnde onderwerpen is opgenomen in het recente bestuursakkoord 2014-2018, „Grenzen verleggen met elan‟. De programmabegroting 2015 is tot stand gekomen conform de systematiek van programmasturing, met als basis onder andere het bestuursakkoord 2014-2018. De structuur van de programmabegroting kent de opbouw zoals u die gewend bent: Aanbiedingsbrief Deel 1: de programma‟s Deel 2: de paragrafen Deel 3: de financiële begroting Deel 1: de programma’s De indeling van de programma‟s is als volgt: 1. Sturende en dienstverlenende gemeente 2. Wonen en werken in netwerken 3. Sociale kwaliteit 4. Voorzieningen
Programmabegroting 2015
Pagina 4
5. Leefkwaliteit 6. Mobiliteit en infrastructuur 7. Fysieke en sociale veiligheid Naast deze 7 programma‟s bestaat deel 1 uit het onderdeel Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Dit onderdeel bevat de producten die niet ondergebracht zijn bij de verschillende programma‟s. Deel 2: de paragrafen A. Weerstandsvermogen B. Onderhoud kapitaalgoederen C. Bedrijfsvoering D. Verbonden partijen E. Grondbeleid F. Financiering G. Lokale lasten Deel 3: de financiële begroting Uitgangspunten meerjarenbegroting Programmabegroting 2015 Meerjarenperspectief 2016-2018 uitgesplitst in onderdelen Toelichting baten en lasten per programma Nieuw meerjarenbeleid 2015-2018 Staat van reserves en voorzieningen
Programmabegroting 2015
Pagina 5
Aanbiedingsbrief Geachte leden van de gemeenteraad, Hierbij bieden wij u de programmabegroting 2015 aan. Een bijzondere begroting. De eerste begroting van een nieuwe bestuursperiode. Een periode waarin de herschikking van taken in het sociale domein centraal staat. We staan aan de start van een ongekende verschuiving van verantwoordelijkheden, met daarbij slechts krappe financiële middelen. Ook het ontbreken van een overtuigend economisch herstel blijft gevolgen hebben voor de overheidsfinanciën. Dat brengt uitdagingen en onzekerheden en vertaalt zich in een beperking van de mogelijkheden. Zowel voor wat betreft de inhoudelijke invulling van taken, alsook voor de gemeentelijke begroting. Trend landelijk Voor 2015 zijn op landelijk niveau de verwachtingen gematigd positief, zoals blijkt uit de Miljoenennota 2015. Het kabinet houdt vast aan de ingezette koers uit 2012 van hervormingen. De overheidsfinancien zijn in rustiger vaarwater terecht gekomen, maar zorgen blijven nog aanwezig op het vlak van de werkeloosheid en de te langzame groei van de economie. De tegenwind is wat minder geworden, maar er is nog een lange weg van herstel te gaan. In combinatie met de decentralisatie van rijkstaken die in 2015 wordt geïmplementeerd, plaatst dit ons het komende jaar voor grote uitdagingen, zowel wat de inhoudelijke organisatie en vormgeving van de nieuwe taken betreft, alsook in financiële zin. Programmabegroting 2015 en meerjarenraming Tegen de achtergrond van de uitbreiding van het gemeentelijke takenpakket en de tegelijkertijd teruglopende financiële middelen kon de Programmabegroting 2015 slechts sluitend worden gemaakt door forse bezuinigingen. Tegelijkertijd hechten wij er zeer aan het voorzieningenniveau in onze gemeente op een zo goed mogelijk peil te houden en is op een gepast niveau verder investeren in de ontwikkeling van onze gemeente zeer gewenst. Ambities die wij in dat verband hebben liggen onder andere op het vlak van de ontwikkeling van het dorp Kollum, de onderwijshuisvesting, de doorontwikkeling van onze gemeente als watersportgemeente en het voorzien in voldoende mogelijkheden voor woningbouw en bedrijfsvestigingen. Dit maakt dat naast de al genoemde bezuinigingen ook een zekere lastenverzwaring in 2015 onontkoombaar is gebleken. In de huidige situatie is begroten voor 2015 een complexe aangelegenheid, die daarnaast met de nodige onzekerheden is omgeven. Is dit voor 2015 al een ingewikkelde opgave, door de grote onzekerheden is over de jaren daarna weinig zinnigs te zeggen. Zoals het beeld er nu uit ziet is de meerjarenraming net als in voorgaande jaren niet positief. Uitgaande van dit beeld zal een sluitende begroting voor 2016 en volgende jaren opnieuw verdergaande ombuigingen vergen. Bezuinigingen In de Kadernota 2015-2018 is een structureel te bezuinigen bedrag van € 750.000 genoemd. Dit is uiteindelijk € 1,4 miljoen geworden voor 2015 en bijna € 1 miljoen voor de overige jaren uit de meerjarenraming. Deze stijging van de bezuinigingen is te wijten aan niet-vermijdbare kostenstijgingen zoals een toename van het aantal uitkeringen, de uitkomsten van de cao-onderhandelingen, wettelijk verplichte nieuwe wensen en achterblijvende opbrengsten, waaronder een lagere uitkering uit het gemeentefonds. Het is niet eenvoudig geweest dit op te vangen, aangezien ongeveer 50% van de uitgaven in deze begroting opgaat aan wettelijke taken. Door de huidige financiële realiteit heef net als voorgaande jaren een heroverweging van eerdere ambities en beleidskaders moeten plaatsvinden. Per programma is in de Kadernota in hoofdlijnen aangegeven wat de belangrijkste ontwikkelingen en trends zijn die op de gemeente afkomen en die om verwerking in de begroting 2015 en het meerjarenperspectief vragen. Daarnaast is per programma aangegeven welke bestaande ambities, beleidskaders en taakuitvoering wat het college betreft voor een discussie en heroverweging in aanmerking komen in het licht van de sanering van de gemeentelijke financiële huishouding. Met het vaststellen van de Kadernota (na verwerking van amendementen) is een bedrag van ruim € 590.000 overgebleven aan saneringsmaatregelen.
Programmabegroting 2015
Pagina 6
Grote afwijkingen tussen de uiteindelijke saneringsmaatregelen zoals opgenomen in deze begroting (zie Bijlage B) en de maatregelen waarover is besloten met het vaststellen van de kadernota zijn: Extra bezuiniging i.v.m. kanteling WMO € 275.000 De huishoudelijke zorg type 1 is ondergebracht in de algemene voorziening, dit betekent dat de burgers deze voorziening weer zelf moeten regelen en betalen. Indien burgers hierdoor in de problemen komen, is een nieuwe regeling in het leven geroepen in het kader van de bijzondere bijstand. Dankzij het in 2012 ingezette kantelingsbeleid (keukentafelgesprekken) is het aantal aanvragen gedaald. Voor burgers met complexere zorg is wel extra budget geraamd. Hondenbelasting € 70.000 Voor wat betreft de hondenbelasting is in het bestuursakkoord gekozen voor afbouw na 2015 (in 2015 nog onveranderd heffen, daarna afbouw in drie jaar). Lagere bijdrage werkvoorzieningsschap NEF € 216.000 Op basis van de aangeleverde begroting kon de bijdrage aan NEF met genoemd bedrag worden verlaagd. Hiertegenover staat wel een stijging van de kosten van inhuur groenonderhoud van € 120.000. Geen inflatiecorrectie budgetten en reserves € 197.000 De inflatiecorrectie werd in het verleden automatisch toegepast, maar door kritisch naar de benodigde budgetten te kijken en omdat de reserves kortgeleden zijn herzien, kan in deze begroting worden afgezien van inflatiecorrectie. Geen storting saldireserve vanuit opbrengst OZB € 96.000 Door deze storting achterwege te laten, blijft dit bedrag in het exploitatieresultaat (resultaat voor bestemming) en dit heeft een positieve invloed op het resultaat na bestemming. Onroerende zaakbelasting In de Kadernota is een zekere verhoging van de opbrengsten onroerende zaakbelasting voorzien. Hoewel een dergelijke verhoging pijnlijk is, is deze ook onontkoombaar om het voorzieningenniveau op een aanvaardbaar peil te houden. Dit heeft geleid tot een stijging van het percentage voor woningen van 15,34% en voor niet-woningen van 4,98%. Beide percentages zijn inclusief de inflatiecorrectie van 0,75% In DDFK-verband bezien is het tarief voor woningen ongeveer 23% lager dan het gemiddelde, het tarief voor niet-woningen is 7% hoger. Deze percentages kunnen nog wijzigen aangezien de tarieven 2015 van de gemeente Ferwerderadiel nog niet bekend zijn. Er is voor deze gemeente nog gerekend met de tarieven 2014. In Bijlage A zijn rekenvoorbeelden opgenomen over de belastingdruk voor diverse situaties. Hierna gaan wij nader in op de volgende punten: De huidige algemene financiële situatie. De noodzaak om ondanks de huidige financiële situatie toch nieuw beleid te ontwikkelen en uit te voeren. De maatregelen die wij hebben genomen om een sluitende meerjarenbegroting te krijgen Huidige algemene financiële situatie Gemeentefonds De uitkering uit het gemeentefonds is onze grootste inkomstenbron. Deze uitkering laat een daling zien voor 2015 van ongeveer € 335.000 en dit heeft een negatieve invloed gehad op de begroting. Vanaf 2015 blijft de uitkering dalen en dit heeft grote gevolgen voor de meerjarenraming. Overige maatregelen De inkomsten uit de overige eigen middelen (OEM) van onze gemeente zijn de afgelopen jaren redelijk stabiel geweest. De ontwikkeling van de opbrengsten voor de komende jaren is moeilijk te voorspellen. Als de WOZ-waarden blijven afnemen zal op een gegeven moment het punt worden bereikt dat dit niet gecompenseerd kan worden door hogere tarieven. Mogelijk dat de rijksoverheid nog ingrijpt bij de gemeenten aangezien de stijging van de tarieven in Nederland de afgelopen jaren boven
Programmabegroting 2015
Pagina 7
de macronorm heeft gelegen. Het rijk heeft (nog) geen sanctiemiddelen en geen normen voor de afzonderlijke gemeenten, maar de mogelijkheid bestaat dat deze wel gaan komen. Belastingmaatregelen De onroerende zaakbelasting is hiervoor al besproken. De afvalstoffenheffing wordt enkel verhoogd met de inflatiecorrectie. De reinigingsrechten worden niet verhoogd en de rioolheffing wordt verhoogd met 4,75% conform het vastgestelde GRP. Ambities Ondanks de bezuinigingen blijft het nodig te investeren in de toekomst en zetten wij ook de komende jaren in op diverse ontwikkelingsgerichte activiteiten. In dat verband kunnen onder andere worden genoemd: o de uit het Sociaal Economisch Masterplan (SEM) voortkomende uitvoeringsagenda ANNO; in dat kader staan met inzet van provinciale en gemeentelijke middelen voor de versterking van de regio Noordoost Friesland voor 2013 en volgende jaren diverse projecten op stapel; belangrijk voor onze gemeente zijn in dat verband de ontwikkeling van Kollum en Kollum Watersportdorp; o de onderwijshuisvesting vraagt de komende jaren om aanzienlijke investeringen; het onderzoek daarnaar is in volle gang; o mede in relatie tot ANNO maar ook in de vorm van andere deelprojecten investeren wij de komende jaren in de doorontwikkeling van Kollum als sociaaleconomische kern binnen de regio; o het college is voornemens een Leefbaarheidsfonds in te stellen, ter stimulering en versterking van de leefbaarheid in onze gemeente. Hiermee kunnen subsidieaanvragen vanuit de dorpen in het kader van de leefbaarheid ondersteund worden; o en tot slot zullen wij ons beleidsmatig daar waar mogelijk en zo lang dit beleidsmatig en financieel kan worden volgehouden, blijven richten op het ontzien van kwetsbare groepen in de samenleving. Naast het voorgaande komen er zoals bekend nieuwe wettelijke (decentralisatie)taken op ons af. De nieuwe wettelijke taken vergen voor de komende vier jaren structurele uitgaven waarmee een bedrag is gemoeid van in totaal afgerond € 348.000 per jaar (inclusief onderwijshuisvesting). Omdat het moeilijk zou worden om tot een sluitende begroting te komen hebben wij kritisch gekeken naar plannen voor nieuw autonoom beleid. Alles wat niet in directe relatie stond tot de belangrijkste lange termijndoelstellingen is geschrapt. Zeer gewenst nieuw beleid hebben wij toch gemeend te moeten handhaven op de lijst van nieuwe werken en werkzaamheden. Dat nieuwe beleid vraagt voor de komende 4 jaar afgerond gemiddeld € 45.000 per jaar. Door zeer kritisch nut en noodzaak van begrotingsposten na te gaan is het mogelijk geweest ruimte te creëren voor de nieuwe wettelijke en autonome wensen en de rentelasten voor een nieuwe lening om de geplande investeringen door te kunnen laten gaan.
Het eindbeeld van de meerjarenbegroting 2015 Geraamd saldo van baten en lasten Aanwending reserves Toevoeging reserves
Geraamd resultaat
2016
2017
2018
Totaal
(97.882)
(436.461)
(660.663)
(668.304) (1.863.311)
258.482 (155.061) 103.421
160.982 (155.061) 5.921
114.982 (155.061) (40.079)
64.982 (155.061) (90.079)
(430.540)
(700.742)
(758.383) (1.884.126)
5.539
599.428 (620.244) (20.815)
In de begroting 2015 is voor een bedrag van € 111.000 aan eenmalige posten opgenomen. Zie voor de specificatie het overzicht van incidentele baten en lasten.
Programmabegroting 2015
Pagina 8
Zonder deze eenmalige posten is het beeld van de meerjarenraming als volgt: 2015 Geraamd saldo van baten en lasten Aanwending reserves Toevoeging reserves
Geraamd resultaat
2016
2017
2018
Totaal
13.118
(395.461)
(638.163)
(668.304) (1.688.811)
147.482 (155.061) (7.579)
119.982 (155.061) (35.079)
92.482 (155.061) (62.579)
64.982 (155.061) (90.079)
(430.540)
(700.742)
(758.383) (1.884.126)
5.539
424.928 (620.244) (195.315)
Lokale belastingdruk De lokale belastingdruk zal slechts marginaal wijzigen door de voorgestelde belastingmaatregelen. Het tarief dat inwoners betalen voor de afvalstoffenheffing wordt volgend jaar € 272 (tarief 2014 was € 268). Het tarief voor de rioolheffing wordt € 257 (tarief 2014 was € 246). De OZB voor huiseigenaren wordt met 15,34%verhoogd. Deze verhoging bestaat, zoals eerder besloten, uit een extra verhoging van 14,59% boven de 0,75% inflatiecorrectie. Het OZB-tarief voor de "gemiddelde" eigen woningbezitter wordt volgend jaar € 210 (tarief 2014 was € 188). Hierbij is uitgegaan van een gewogen gemiddelde van € 160.000. Voor het overige verwijzen wij naar Bijlage A. Wet hof Iedere gemeente krijgt van het Centraal Bureau voor de Statistiek een referentiewaarde. Hier worden de afschrijvingen bij opgeteld en daarmee ontstaat het investeringsplafond voor een gemeente. Ook moet rekening worden gehouden met het aandeel in de investeringen van gemeenschappelijke regelingen. Het investeringsplafond voor onze gemeente komt op ongeveer € 3.000.000. Dit is dus het maximum waarvoor onze gemeente mag investeren in 2015. Sober begroten, met gepaste ambities Wij vertrouwen er met de voorliggende begrotingsvoorstellen op een goede wijze invulling te hebben gegeven aan het motto "sober begroten, met ambitie", dat dit jaar noodzakelijkerwijs een leidend principe is geweest. Kollum, 7 oktober 2014 Burgemeester en wethouders Gemeente Kollumerland c.a.
Programmabegroting 2015
Pagina 9
Programmabegroting 2015
Pagina 10
Programma’s
Programmabegroting 2015
Pagina 11
Programma 1: Sturende en dienstverlenende gemeente Programmaportefeuillehouder: Programmaregisseur: Donormanager: Financieel adviseur:
B. Bilker S. Hoeksma S. de Boer en H.J. Jonker S. Hoeksma
Wat willen we bereiken Dit programma is ondanks de aanstaande ambtelijke fusie opgesteld vanuit de going-concern gedachte en de afspraken vanuit het bestuursakkoord zijn verwerkt. De overheid, zo ook onze gemeente, heeft de laatste decennia veel zaken naar zich toegetrokken. De afnemende middelen dwingen tot scherpe keuzes (kerntaken). Er zal meer worden overgelaten aan het particulier initiatief. Daarnaast zal de gemeente haar dienstverlening slimmer en waar mogelijk nog beter moeten organiseren. De gemeente is gewoon niet meer in staat om alles te regelen en/of op het huidige niveau aan te bieden. In een samenleving waarin veel vertrouwen bestaat in de overheid kan de bureaucratie beperkt blijven. Door een bescheiden opstelling van de overheid krijgt de burger ruimte zijn zaken te regelen. Deze ontwikkeling is al in gang gezet (participatie, beschikbaar stellen van budgetten) maar zal de komende tijd nog meer moeten worden gestimuleerd. Daarbij geldt dat de gemeente steeds meer een faciliterende en minder een uitvoerende rol zal krijgen. De gemeentelijke organisatie is werkzaam voor alle burgers en wil steun bieden waar het nodig is. De positie van de zwakkeren in de samenleving is daarbij een belangrijk punt van aandacht. De gemeente wil zich meer ontwikkelen als speler die de burgers/instellingen/bedrijven ruimte geeft in plaats van zelf te regelen en/of ontwikkelen. De gemeente maakt de komende jaren werk van een slimme organisatie van haar dienstverlening. Daarmee wordt uitgedragen dat mensen bij de gemeente centraal staan. Het ondersteunen van hun zelfredzaamheid, vanuit wederzijds vertrouwen tussen overheid en burgers, bedrijven en instellingen, staat daarbij voorop. De gemeente wil op deze manier invulling geven aan haar positie van meest nabije overheid, nu en in de toekomst. Het programma “Sturende en dienstverlenende gemeente” is een faciliterend programma dat de uitvoering van de programma„s 2 tot en met 7 mogelijk maakt.
Ontwikkelingen en trends Wij zijn als gemeente de meest nabije overheid. Wij als gemeente moeten meebewegen met veranderingen. Eigenlijk kunnen we helemaal niet meer spreken over dienstverlening van gemeenten. De inwoner staat centraal en dus moeten we zorgen dat hun leefomgeving het vertrekpunt is: “ik start een bedrijf”, “ik ga verhuizen”, “ik zoek werk”. In die werkelijkheid is er maar één overheid. Onze inwoners maken daarin namelijk geen onderscheid. Daarbij hebben wij als gemeente een bijzondere positie. Wij staan immers het dichtst bij onze inwoners. We zijn benaderbaar en kunnen worden aangesproken op zaken die niet goed gaan en/of wij niet goed doen. Heel veel zaken kunnen digitaal al worden geregeld. En voor de mensen die dat echt nodig hebben kan de dienstverlening zelfs naar hen toe komen. Afstand speelt geen rol meer. De mens en zijn of haar leven is het uitgangspunt! We hebben te maken met zelfbewuste, betrokken burgers. Zelfbewust omdat ze zelf in staat zijn informatie en diensten te vinden. Wij moeten deze dus eenvoudig toegankelijk maken. Betrokken omdat zij bereid, én in staat zijn om zelf initiatief te nemen. En om ons te helpen anderen, die dat wel nodig hebben, actief te ondersteunen. Standaardisatie waar mogelijk, maatwerk waar nodig. Die burgers worden ook steeds belangrijker voor ons. We zullen in toenemende mate een beroep op hen moeten doen. De overheid maken wij namelijk samen. Niet alleen de „overheid‟ is verantwoordelijk voor een
Programmabegroting 2015
Pagina 12
optimale dienstverlening, ook de burger die hier mee te maken heeft. Het is aan ons om daarmee aan de slag te gaan. Daarvoor is een samenhangende aanpak nodig. Er moet een aantal dingen goed geregeld zijn. Dat betekent dat de techniek werkt, dat onze basisregistraties op orde zijn en er sprake is van het enkelvoudig uitvragen van gegevens van onze inwoners. Niet alleen binnen de gemeente maar ook bij onze ketenpartners. Communicatie naar en met onze burgers moet op orde zijn. Er kan daarbij gedacht worden aan digitale dienstverlening, webrichtlijnen, klantcontactcentra (KCC) maar ook het fysiek contact via loketten en huisbezoek. De implementatie van het NUP (Nationaal Uitvoering Programma) biedt handvatten voor virtuele verbeteringen. Hier moeten we allemaal vaart achter zetten. Dit is namelijk een van de belangrijkste randvoorwaarden om onze dienstverlening te versterken. Maar met techniek alleen zijn we er nog niet. De levering van een dienst of product moet beter afgestemd worden op de behoeften van onze klanten. Wij moeten én kunnen er voor zorgen dat ze geen last hebben van de manier waarop wij ons organiseren. Onze processen gaan uit van de vraag van onze klant. Dat betekent dat klantvriendelijkheid cruciaal is. We moeten flexibeler zijn. Het centraal stellen van onze inwoners betekent dat wij een vraag of probleem vanuit hun perspectief bekijken. Dat is misschien wel het allerbelangrijkste. Houding en gedrag bij onze medewerkers, en bij onszelf als bestuurders, moeten daarop gericht zijn. Niet de optimalisatie van ons productaanbod maar de vraag van de burger staat centraal. Dat klinkt misschien logisch maar bedenk wel dat uiteindelijk het gedrag van onze medewerkers het verschil maakt. Zij bepalen de uiteindelijke kwaliteit van onze dienstverlening. Een dergelijk omslag in denken vraagt de nodige inspanning van ons. Waar zaken als ICT ondersteunend zijn, is het gedrag en de houding van onze medewerkers bepalend. Daar zit ook de ruimte om van gebaande paden af te wijken en maatwerk te leveren als dat nodig is. Tot slot is het nodig dat we duidelijk en transparant zijn in de service die wij onze inwoners bieden. Zo moet informatie die we delen (website, brochures, pagina‟s in de kranten etc.) ook in begrijpelijk Nederlands beschikbaar zijn. Dit alles vraagt nogal wat van onze organisaties. Deze moeten op een andere manier worden ingericht en bestuurd. Door dienstverlening samen én in samenhang op te pakken, maken we een flinke sprong voorwaarts. Dienstverlening die niet meer plaats en tijdsgebonden is. Dienstverlening met een efficiënte basis. Dienstverlening met ruimte voor maatwerk, als daar behoefte aan is. Dienstverlening waar de burger centraal staat. Dienstverlening waar we uit gaan van wat wel kan zonder de grenzen die we als overheid moeten bewaken loslaten. Een aantal essentiële ontwikkelingen is al in gang gezet maar de komende jaren moeten we blijven investeren in dienstverlening. Daarmee bereiken we niet alleen dat de inwoner centraal staat, maar ook dat ons toekomstbeeld echt werkelijkheid wordt. De financiële bomen groeien niet meer tot in de hemel. En toch moeten wij blijven investeren in dienstverlening. Deze investeringen leveren maatschappelijke en financiële baten op: we kunnen efficiënter werken maar het levert burgers ook veel gebruiksgemak op. Via een goede kanaalsturing (balie, telefoon, website en mailcontact) maar ook door samenwerking met derden valt er veel te winnen voor iedereen.
Hoofddoelstellingen Waar we aan moeten werken om de basis op orde te krijgen kan concreet worden samengevat in de volgende hoofddoelcategorieën: 1. Mensgerichte dienstverlening en daarop ingerichte (werk)processen De dienstverlening van de gemeente is mensgericht en de (werk)processen van de gemeente zijn ingericht op basis van de behoeften van burgers. 2. Mensgerichte techniek Het stelsel van basisregistraties is toegankelijk, gekoppeld en op orde zodat burgers snel en zeker hun zaken kunnen regelen en de verschillende mogelijkheden om met de overheid te communiceren zijn op orde (loket, website, telefoon). Gegevens van burgers worden slechts eenmaal opgevraagd.
Programmabegroting 2015
Pagina 13
3. Mensgerichte organisatie en cultuur De gemeentelijke organisatie is ingericht op de mensgerichte processen en techniek (back-office, midoffice en KCC). Gedrag en houding (cultuur) van de gehele gemeentelijke organisatie (niet alleen de front-office!) is gericht op mensgericht contact met burgers, bedrijven en instellingen. De samenwerking en gegevensuitwisseling met ketenpartners is optimaal. 4. Transparant en aanspreekbaar gemeentebestuur De gemeente is transparant over haar niveau van dienstverlening en daarop aanspreekbaar.
Wat doen we ervoor Hoofddoelst. 1.
1.
1.
1.
2. 2. 2. 2. 2. 2. 2. 2.
2.
2.
3.
3.
Subdoelstelling Aansluiten bij “Regelhulp.nl” en een verwijzing (link) daarnaar op de hoofdpagina van de gemeentelijke website plaatsen Aansluiten bij “Berekenuwrecht.nl” en een verwijzing (link) daarnaar op de hoofdpagina van de gemeentelijke website plaatsen Het digitaliseren en publiceren van de bevolkingsregisters op de website ‟AlleFriezen.nl‟ Het archiveren van de gemeentelijke website vanuit het oogpunt van de recht- en bewijszoekende burger en vanuit cultuurhistorisch oogpunt Gebruiken GBA als (binnengemeentelijke) basisregistratie + terugmelden Aansluiting op basisregistratie kadaster Aansluiting op basisregistratie grootschalige topografie (BGT) Aansluiting op Nieuw handelsregister
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen Wanneer burgers snel en heldere informatie kunnen vinden over zorg, welzijn, opvoeden, opgroeien en ondersteuning op het gebied van de sociale zekerheid Wanneer burgers snel en heldere informatie kunnen vinden over toeslagen en subsidies waar ze mogelijk recht op hebben Als de bevolkingsregisters in 2015 via „AlleFriezen.nl‟ te raadplegen zijn Als de website in 2015 gearchiveerd is
Wanneer in- en extern het GBA als basis wordt gebruikt voor alle (uitgaande) documenten met naw gegevens Wanneer de aansluiting in 2016 is gerealiseerd en wordt gebruikt Wanneer de aansluiting in 2015 is gerealiseerd en wordt gebruikt Wanneer de aansluiting in 2016 is gerealiseerd en wordt gebruikt Wanneer de gemeentelijke website aan de webrichtlijnen voldoet Wanneer het aantal diensten dat de burger digitaal kan aanvragen verder wordt uitgebreid (meer dan 10) Als de conversie van het GBA in 2015 is gerealiseerd.
De gemeentelijke website op orde houden op basis van de webrichtlijnen Het aanbieden van online diensten (zoals online uittreksel, vergunningen etc.) Het realiseren van één centrale landelijke GBA i.p.v. gedecentraliseerd per gemeente Inzet van mediation Als voorafgaand aan of na indiening van een bezwaarschrift overleg is gezocht met de aanvrager/indiener om tot een oplossing c.a. intrekking van het bezwaarschrift te komen Als mediation standaard wordt ingezet ter voorkoming van en bij conflictsituaties Het implementeren van een nieuw zaakHoogstwaarschijnlijk zal in 2015 de implementatie plaatssysteem inclusief RMA (Record Managevinden van een nieuw zaaksysteem vanuit de aanbestement Applicatie) en KCC (Klantcontactding van de gemeente Leeuwarden. De input voor het centrum) functie bestek is ook door de DDFK gemeente geleverd. Informatieveiligheid, randvoorwaarde voor In de coalitieperiode wordt een informatieveiligheidsplan de professionele gemeente opgesteld. Ook dit onderwerp zal in DDFK verband worden opgepakt. Vermindering en afschaffing van overbodi- Wanneer voor alle verordeningen de beschikbare modellen ge regelgeving van de VNG worden gebruikt met die restrictie dat de gemeente regels zonder toegevoegde (klant)waarde uit de modelverordening schrapt Wanneer controles waar mogelijk selectief (risicogericht) worden uitgevoerd Een doel- en resultaatgerichte flexibele Wanneer medewerkers elkaar durven aanspreken op georganisatie die (zelf)lerend is en waarbij er drag, zonder onderscheid in rang en stand sprake is van duidelijkheid, openheid en Wanneer alle werkprocessen lean en mean zijn ingericht vertrouwen in en met elkaar en voortdurend worden geëvalueerd
Programmabegroting 2015
Pagina 14
Hoofddoelst.
3.
3.
3.
4.
4. 4.
4.
Subdoelstelling
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
Wanneer verantwoordelijkheden zo laag als mogelijk in de organisatie zijn neergelegd en de medewerkers vrij zijn in de wijze waarop ze hun taken en verantwoordelijkheden invullen. Wanneer de afdelingsmanagers sturen op hoofdlijnen, coachend en faciliterend leidinggeven, leraar en leerling tegelijk zijn, voorbeeldgedrag vertonen, aan zelfreflectie doen en vertrouwen uitstralen naar hun medewerkers. Inrichten van een klanten contact centrum Wanneer er gewerkt wordt aan de verbetering van het (KCC) KCC waarbij rekening gehouden wordt met de ambtelijke schaalvergroting in de regio. Zowel in woord als in geschrift duidelijk en Wanneer er geen formele klachten van burgers over onbegrijpelijk communiceren en medewerkers duidelijke en onbegrijpelijke communicatie zijn daar in scholen Burgers meer betrekken bij beleidsontwik- Wanneer het gemeentebestuur (raad en college) zich naar keling, projecten en gemeentelijk bestuur in de mening van de burgers ( klanttevredenheidsonderzoek) z‟n algemeenheid voldoende in de samenleving laten zien en bij de besluitvorming rekening houden met de inspraak van burgers en daar ook rekenschap over aflegt Wanneer burgers het gevoel hebben dat hun mening telt (via klanttevredenheidsonderzoek) Vaststellen en voldoen aan gemeentelijke branchenormen overeenkomstig de Algemene Wet Bestuursrecht (ABW) Het inrichten van een duidelijke en transparante klachtenafhandeling Het meedoen met www.waarstaatjegemeente.nl Het toepassen van het kwaliteitshandvest
Wanneer minimaal aan de wettelijke (afhandeling) normen wordt voldaan Wanneer alle klachten digitaal worden geregistreerd, kunnen worden gevolgd en correct worden afgehandeld Wanneer het voortdurend vergelijken van de eigen prestaties met vergelijkbare gemeenten gemeengoed is geworden Wanneer uit het tweejaarlijks te houden klanttevredenheidsonderzoek een ruime voldoende wordt gescoord
Wat mag het kosten Programma 1
Rekening 2013
Omschrijving
baten
Saldo van baten en lasten
145.324
mutatie reserve Geraamd resultaat
Begroting 2014
lasten
saldo
1.997.579
-1.852.255
baten 174.441
Begroting 2015
lasten
saldo
1.904.680
-1.730.239
baten 149.953
lasten
saldo
1.951.076
-1.801.123
20.301
0
20.301
47.410
0
47.410
20.000
0
20.000
165.625
1.997.579
-1.831.954
221.851
1.904.680
-1.682.829
169.953
1.951.076
-1.781.123
De lasten zijn hoger door toegenomen wachtgelduitkeringen (€ 47.500) en verhogingen van de uitkeringen aan B en W (€ 17.500).
Nieuwe wensen Program m a 1
Totaal
Loop-
investering
tijd
dekking 2015
2016
2017
exploitatielasten 2018
2015
2016
2017
2018
10.000
10.000
10.000
10.000
6.000
6.000
6.000
6.000
10.000
0
0
0
w ettelijk Mondernisering BRP Optimaliseren objectkenmerken WOZ autonoom ICT samenvoegen met Leeuw arden
Programmabegroting 2015
t.l.v. saldi-reserve
Pagina 15
Toelichting Modernisering BRP Momenteel heeft elke gemeente een gemeentelijke Basisregistratie Personen (BRP) waarin de inwoners van de gemeente zijn geregistreerd. We gaan toe naar een centrale registratie waarbij alle inwoners van Nederland in één bak worden geregistreerd en de gemeentelijke registratie verdwijnt. Dit heeft vooral consequenties voor de binnengemeentelijke gegevensverstrekking. De aanpassing van Key2Burgerzaken valt onder de upgrade protection. Opleidingen en aanpassing van de ict structuur niet. Optimaliseren objectkenmerken WOZ Het optimaliseren van de objectkenmerken ten behoeve van taxaties in het kader van de Wet WOZ (Waardering Onroerende Zaken). Dit wordt uitgevoerd door het taxatiebureau TOG Nederland bv. N.B.: De kosten zijn verwerkt in de Algemene Dekkingsmiddelen. Automatisering Er wordt naar gestreefd om de ICT-afdelingen van de DDFK gemeenten onder te brengen bij het SSC van de gemeente Leeuwarden. Dit gaat gepaard met transitiekosten. N.B.: Deze kosten worden geboekt op de interne producten en vervolgens via een verdeelsleutel doorbelast aan alle programma‟s.
Programmabegroting 2015
Pagina 16
Programma 2: Wonen en Werken in Netwerken Programmaportefeuillehouder: Programmaregisseur: Donormanager: Financieel adviseur:
J. Benedictus G. van der Wijk B.J. Kram L. van der West
Wat willen we bereiken Het programma Wonen en Werken in Netwerken richt zich op het ontwikkelen en uitvoeren van ruimtelijk- en sociaaleconomisch beleid. Een belangrijk onderdeel hiervan is de uitvoering van het gemeentelijk woningbouwbeleid vanuit het woonplan en het hieraan gekoppelde woonprogramma. Het draait hierin om het faciliteren van de woonwensen van de huidige inwoners en het werven van nieuwe inwoners. Een belangrijke doelstelling is het verbeteren van de woon- en leefkwaliteit in onze dorpen. Het programma is verder gericht op behoud en groei van de werkgelegenheid in Noordoost-Fryslân en in het bijzonder in de gemeente Kollumerland c.a. De gemeente streeft naar een gunstig ondernemersklimaat, waar bedrijven de ruimte krijgen om zich te kunnen ontwikkelen. Wij zetten in op economische ontwikkeling via bedrijfscontacten, promotie van de gemeente, grondbeleid en ruimtelijk beleid. Verder werken wij in Noordoost Fryslân samen in de Agenda Netwerk Noordoost (ANNO) voor een sociaaleconomisch vitaal en leefbaar gebied. De ontwikkeling van recreatie en toerisme vormt een speerpunt van ons beleid. Wij zetten samen met onze partners in op kwalitatief goede voorzieningen, een gezonde middenstand, voldoende en gevarieerde verblijfsmogelijkheden en een goede recreatieve infrastructuur. De in programma 2 opgenomen projecten komen voor een deel uit de samenwerking binnen ANNO. De agenda bevat ambitieprojecten en meer concrete projecten die door de regio gezamenlijk worden opgepakt. Voor Kollumerland c.a. is in het bijzonder het project Kollum Watersportdorp & Ontwikkeling Kollum van belang. Dit betreft een integraal project om Kollum als regionaal centrum verder te ontwikkelen in het bijzonder op het gebied van de watersport. Verder werken wij in projecten samen aan ambities en uitdagingen op het vlak van duurzaamheid, bereikbaarheid, bevolkingsontwikkeling, voorzieningen, ondernemersnetwerken en regiomarketing. Voor de economische ontwikkeling van Kollumerland c.a. in het bijzonder willen we intensiever contact met de ondernemersverenigingen en het bestaande bedrijfsleven.
Ontwikkelingen en trends Wonen De kaders voor de uitvoering van het wettelijk verplichte woonbeleid zijn vastgelegd in het gemeentelijk woonplan en woonprogramma. Daarnaast vormen afspraken met corporaties de basis voor ontwikkelingen in de sociale huur. In 2014 wordt in DDFK-verband gestart met de herijking van het woonakkoord (prestatieafspraken) tussen de gemeente(n) en Thús wonen. Van belang hierbij is, dat er concrete afspraken worden gemaakt in een uitvoeringsprogramma voor de realisatie van projecten in de gemeente. Het strategisch voorraadbeleid van de corporatie(s) (SVB 4.0) zal input leveren voor deze nieuwe afspraken tussen gemeente(n) en corporaties. Duidelijke en meetbare afspraken en een permanente monitoring hiervan is het uitgangspunt. Het vlottrekken van de herstructurering van Kollum heeft een hoge prioriteit binnen het uitvoeringsprogramma. De woningcorporatie WoonFriesland speelt een beperkte rol voor wat betreft de volkshuisvesting binnen onze gemeente en de regio. Voorzover nodig zullen meer algemenere afspraken ook worden meegenomen in de actualisatie van het woonakkoord met WoonFriesland. Bij het opstellen van het nieuwe woonakkoord zal de meest recente wetgeving met betrekking tot de herziening van de woningwet worden meegenomen. De minister voor Wonen en Rijksdienst heeft een Novelle gepubliceerd. In het regeerakkoord van het kabinet is een aantal voorstellen opgenomen voor een inperking van het werkterrein van de corporaties, de wijze van functioneren van corporaties, de versterking van de rol van gemeenten, de financiering van corporaties en de vormgeving van het toe-
Programmabegroting 2015
Pagina 17
zicht. Om dit in wetgeving te verankeren worden nu voorstellen opgenomen in een Novelle: dit is een wijziging van het wetsvoorstel Herzieningswet dat inmiddels is aangenomen door de Tweede Kamer en voorligt in de Eerste Kamer. Het kabinet mikt er op om de Novelle en Herzieningswet in werking te laten treden op 1 januari 2015. Gelet op de ervaringen met het woonakkoord van de afgelopen jaren zal er een woonakkoord “nieuwe stijl” worden opgesteld. Hierbij wordt ingezet op een meer concrete vorm met beperkte(re) afspraken op hoofdlijnen met een concreet en realistisch uitvoeringsprogramma. Het streven is erop gericht zo spoedig mogelijk in 2015 een nieuw woonakkoord aan de raad te kunnen presenteren. De eerste tekenen van het herstel van de woningmarkt zijn zichtbaar. De opleving van de woningmarkt in 2014 is ook al voorzichtig zichtbaar in concrete projecten. Een voorbeeld hiervan is de projectmatige verkoop van kavels in het bestemmingsplan te Kollumerzwaag. Dit betekent ook voor de lokale woningmarkt (huur en koop) in 2015 een grotere kans op uitvoering van de projecten vanuit het woonprogramma. In 2015 zal de faciliterende en stimulerende rol van de gemeente nadrukkelijk worden voortgezet. Het actuele beleid vanuit de in 2014 door de raad vastgestelde Nota Grondbeleid sluit hierbij goed aan. De verkoop van gronden in het kader van de nota ligt op schema en de grondvoorraad van de gemeente sluit aan bij de behoefte op de markt voor woningbouw en bedrijventerreinen. Overigens wordt permanent gekeken naar aansluiting van de grondvoorraad bij de behoefte op basis van de actuele marktsituatie en planvorming. Indien nodig zullen gronden die niet (meer) nodig zijn voor ontwikkeling op basis van de actuele inzichten worden afgestoten. De ambitie van de gemeente zal in 2015 ook moeten aansluiten bij de (beperkte) financiële mogelijkheden. De afgelopen jaren is de speelruimte verder beperkt. De inspanning van de gemeente blijft erop gericht samen met andere partijen de mogelijkheden voor gezamenlijke ontwikkeling te onderzoeken. Er is een grote mate van creativiteit en flexibiliteit nodig. Het intensiveren van de samenwerking met partners op de woningmarkt is van belang om projecten daadwerkelijk tot uitvoer te brengen. Bij de woningbouwontwikkeling blijft het uitgangspunt inbreiding en transformatie en daarna gerichte uitbreiding van de woningvoorraad van toepassing. Aandacht voor kwaliteit en duurzaamheid is bij alle projecten van belang. In 2015 zal het periodieke WoonOnderzoek Nederland (WoOn) weer worden uitgevoerd. In overleg met de provincie wordt in DDFK-verband onderzocht of en hoe deel te nemen aan dit onderzoek. Vooral op bovengemeentelijke thema‟s en projecten is er een goede samenwerking op het gebied van het volkshuisvestingsbeleid in DDFK-verband. Gelet op de stevige volkshuisvestingsopgave en de gezamenlijke belangen voor de regio zal de samenwerking op het gebied van de volkshuisvesting worden voortgezet en waar nodig verder verstrekt. Een voorbeeld hiervan is het woonakkoord met de corporatie(s). Werkgelegenheid De vraag is hoe de economische ontwikkeling in Nederland de komende jaren gaat verlopen. Hoewel eerder sprake was van een lichte economische groei en een toenemend consumentenvertrouwen, blijft het onzeker hoe zich dit verder gaat ontwikkelen. Nederland is met haar open economie extra gevoelig voor macro-economische ontwikkelingen. De gevolgen en het verloop van politieke spanningen in landen binnen of aangrenzend aan Europa of elders in de wereld zijn moeilijk te voorspellen. De werkloosheid loopt nog steeds op en de verwachting is dat pas vanaf 2015 in Nederland echt een omslag komt. De werkgelegenheidsontwikkeling in Kollumerland c.a. van 2012 tot 2013 liet een wisselend beeld zien wat betreft fulltime (15 uur en meer per week) en parttime (minder dan 15 uur per week) banen. De fulltime werkgelegenheid daalde met 2,8%, maar de parttime werkgelegenheid nam met 12% toe. Verschillende sectoren hebben het moeilijk waaronder de bouw en aanverwante bedrijvigheid en de detailhandel.
Hoewel de rol van de gemeente beperkt is, blijven we ons binnen de gemeente en regio inzetten voor economische ontwikkeling. We willen de bestaande bedrijven ruimte bieden om te groeien en starters
Programmabegroting 2015
Pagina 18
helpen en begeleiden in de belangrijke eerste jaren. Los van de economische kerngebieden in Fryslân is het zaak om bedrijvigheid in plattelandsgebieden zo goed mogelijk te faciliteren. Recreatie en toerisme De gemeenten in Noordoost Fryslân hebben samen met de toeristische ondernemers ingestemd met een nieuwe koers voor Marketing en Gastheerschap in deze regio. Uitgangspunt is dat de nieuwe organisatie voortkomt uit en gedragen wordt door de toeristische ondernemers. De ondernemers hebben hiertoe inmiddels de stichting Regiomarketing en Toerisme opgericht. De concrete uitvoering van activiteiten en het verbinden van ondernemers en initiatieven vindt plaats via een SPiN (coördinator met evt. ondersteuning). Verder komt er een basispakket met voorzieningen en een klik-aan model voor ondernemers om extra activiteiten en producten te realiseren. De regio en de nieuwe stichting sluiten ook aan op de provinciale marketingorganisatie. Deze zal de regio‟s in Fryslân faciliteren met kennis en kunde en ook met enige basisvoorzieningen zoals een centrale digitale database. Met input van Noordoost Fryslân vindt via de provinciale organisatie ook de marketing naar buiten toe (Nederland en buitenland) plaats.
Hoofddoelstellingen Wonen 1. Aanbod woningmarkt laten aansluiten op vraag; 2. Nieuwe en bestaande woningen zijn klaar voor de toekomst (duurzaam en energiezuinig); 3. Versterken van ruimtelijke kwaliteit in en buiten de bebouwde omgeving. Werken 4. Versterken van de sociaaleconomische structuur; 5. Een goed vestigingsklimaat voor (startende) ondernemers; 6. Een betrokken en actieve partner van het bedrijfsleven. Klimaatbeleid 7. Kollumerland Klimaatneutraal.
Wat doen we ervoor Hoofd- Subdoelstelling doelst.
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
1.
In 2015 wordt uitvoering gegeven aan het woonprogramma. De kwaliteit en kwantiteit van projecten wordt getoetst aan het woonplan en woonprogramma. Kwaliteit kan worden onderscheiden in woonkwaliteit (doelgroepenbeleid en levensloopbestendigheid) en duurzame kwaliteit (energiezuinigheid en toepassen duurzame materialen).
Inzicht krijgen in de kwaliteit en kwantiteit van de woningvoorraad en deze laten aansluiten op de vraag vanuit de woningmarkt.
In 2015 is het woonakkoord “nieuwe stijl” met de corporatie(s) Thús Wonen en WoonFriesland gereed, vastgesteld en in uitvoering. Er zijn concrete en meetbare afspraken vastgelegd die permanent worden getoetst en waar nodig in gezamenlijk overleg worden bijgesteld op basis van actuele marktontwikkelingen. De kwantiteit en kwaliteit van plannen wordt daarnaast getoetst aan de actuele marktsituatie door deze voor te leggen aan het Platform Wonen. De uitkomst van de toetsing wordt meegenomen bij de uitvoering van projecten en actualisatie van het woonbeleid.
Programmabegroting 2015
Pagina 19
Hoofd- Subdoelstelling doelst.
2.
3.
3.
3.
4.
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
Door permanente monitoring van het woningbouwprogramma en de woningmarkt is er steeds een actueel inzicht in de aansluiting tussen de marktvraag en het aanbod van woningen. Daarnaast wordt permanent beoordeeld of de grondvoorraad aansluit bij de woningbouwprogrammering. Het accent ligt hierbij op inbreidingsprojecten. Gronden die op basis van woningbehoefte niet nodig zijn voor ontwikkeling worden afge stoten. Het accent van het gemeentelijk woningbouw-programma ligt op inbreiding. In 2015 zal worden ingezet op verkoop van nog niet verkochte gemeentelijke bouwkavels. Het tempo van uitgifte is mede afhankelijk van het voorzichtige herstel van de woningmarkt en de hiermee samenhangende marktvraag, het gemeentelijk woningbouwprogramma en de planologische mogelijkheden. Alle nieuwe en bestaande woningen moe- De gemeente verstrekt informatie over duurzaamheid en ten zoveel mogelijk duurzaam, energiezui- stimuleert betrokken partijen op de woningmarkt om duurnig en levensloopbestendig zijn. zame materialen en toepassingen te gebruiken. Via de website van de gemeente en de website van het Platform Wonen in Kollumerland wordt actuele informatie verstrekt. De uitvoering van het ruimtelijk beleid is In 2015 is de digitale beschikbaarheid van de bestemop het wettelijk vereiste niveau. mingsplannen via de eigen website verder geoptimaliseerd en actueel. De actualisering en realisatie van bestemmingsplannen en structuurvisies wordt nagenoeg conform de hiervoor opgestelde planning uitgevoerd. In 2015 zijn de bestemmingsplannen voor Kollumerpomp, Zwagerbosch, Veenklooster en Kollum-dorp vastgesteld. Met de vaststelling van de Nota ruimtelijk beleid buitengebied Kollumerland c.a. 2010-2020 en het bestemmingsplan Buitengebied 2012 is de vestiging van nieuwe intensieve veehouderijen niet mogelijk. Uitbreiding van bestaande intensieve veehouderijen alsmede een intensieve veehouderij als neventak bij een bestaand grondgebonden agrarisch bedrijf is mogelijk tot ten hoogste een oppervlakte van maximaal 500 m2. Daarnaast worden de grondgebonden agrarische bedrijven ruimte (maximaal 2 ha.) geboden tot uitbreiding. Op de eerste plaats is uitbreiding van het bedrijf binnen het bouwvlak (1 ha.) bij recht mogelijk. Daarnaast kan met toepassing van een binnenplanse afwijking medewerking worden verleend aan een uitbreiding van het bedrijf binnen het ontwikkelingsvlak (1 ha.) mits voldaan wordt aan een aantal voorwaarden. In 2015 is een beleidsnota met betrekking tot de mogelijkheden tot plaatsing van zonnepanelen vastgesteld. Het beleid met betrekking tot het mogelijk maken van zorgwoningen en zogenaamde “kangeroewoningen” wordt gecontinueerd. Waar mogelijk wordt hieraan medewerking verleend. De stedenbouwkundige kwaliteit wordt Waar wenselijk wordt bij nieuwe bestemmingsplannen een versterkt. beeldkwaliteitplan opgesteld. Hierbij wordt gekeken naar kenmerken als ligging (bijv. binnen beschermd stads- en dorpsgezicht) en de aanduiding binnen de Welstandsnota. In 2015 worden subsidiemogelijkheden voor een subsidieaanvraag ISV (Stedelijke Vernieuwing) of andere provinciale en/of rijksregelingen onderzocht t.b.v. één of meerdere projecten in de bebouwde omgeving. Op basis van de hardheid van projecten wordt een aanvraag ingediend. Bij toekenning worden deze middelen ingezet voor o.a. de versterking van de kwaliteit van de openbare ruimte binnen projecten. De taken op het gebied van de vergunIn 2015 zijn de afgesproken taken overgebracht naar de ningverlening, toezicht en handhaving zijn FUMO en is de organisatie volledig operationeel. op het wettelijk vereiste uitvoeringsniveau Samen met de andere gemeenten zorgen Uitvoering van de Agenda Netwerk Noordoost (ANNO) voor een sociaaleconomisch sterke en volgens het meerjarenprogramma 2012 – 2015. De uitvoevitale regio Noordoost-Fryslân. ring van de geplande ambitieprojecten in 2015.
Programmabegroting 2015
Pagina 20
Hoofd- Subdoelstelling doelst.
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen Het project Ontwikkeling Kollum Watersportdorp is in 2015 gereed (verbeteren vaarbereikbaarheid fase 1).
4.
Vanuit het gezamenlijk merk “Noordoost Fryslân” Kollumerland c.a. op de kaart zetten.
Subsidie verwerven bij de uitvoering van projecten in Kollumerland c.a. en in de regio op het gebied van wonen en werken. Noordoost Fryslân voor recreatie en toerisme promoten en het gastheerschap versterken via de stichting RMT (RegioMarketing en Toerisme) en Dwaande. Activiteiten organiseren of ondersteunen waarin de gemeente Kollumerland c.a. in het algemeen en Kollum in het bijzonder wordt gepromoot.
5.
Het scheppen van een gunstig klimaat voor de (toeristische) ondernemers.
Uitgifte van het Ondernemersmagazine Noordoost Fryslân met een specifiek gedeelte over de gemeente Kollumerland c.a. Onderhoud toeristische infrastructuur is op peil (o.a. fietsknooppuntensysteem, wandelpadennetwerk, kanosteigers en aanlegsteigers). De nieuwe wandelkaart voor Noordoost Fryslân is in het voorjaar van 2015 gereed.
5.
5.
Vestigingsmogelijkheden bieden voor bedrijven.
Intensiever inzetten op economische ontwikkeling via bedrijfscontacten, promotie van de gemeente
Gemeente neemt deel aan overleg en activiteiten in Gouden Driehoek: onderwijs, overheid en ondernemers. Voor de vestiging of uitbreiding van bedrijven zijn bouwkavels beschikbaar in Kollum en Kollumerzwaag. Het kenbaar maken van vestigingsmogelijkheden via bedrijvencontactpersoon en de gemeentelijke website. Gemeente neemt deel aan het Economisch Platform met hierin de OSK (Ondernemerssoc. Kollumerland), de OVK (Ondernemersver. Kollumerzwaag), de HIM (Ondernemersver. Kollum), TOOL (Toeristisch Ondernemersoverleg Lauwersland) en LTO (Landbouw) Kollumerland c.a. Gemeente organiseert samen met OSK, OVK en de HIM de stamppotavond voor ondernemers.
6.
7.
Een laagdrempelig en goed bereikbaar gemeentelijk aanspreekpunt voor (startende) ondernemers.
Inzicht krijgen in de mate waarin de gemeente en de gemeentelijke organisatie klimaatneutraal is.
Samen met ondernemers intensiever inzetten op de voortzetting en de uitbouw van bestaande projecten en het benutten van kansen. Startersavonden houden in de regio en de ondernemerscyclus „Dwaande met je bedrijf‟ organiseren. Ondernemers adequaat helpen met kennis en informatie bij de uitoefening en ontwikkeling van hun bedrijf. Er wordt uitvoering gegeven aan de uitkomst van de evaluatie Energievisie en ANNO-projecten duurzaamheid.
Wat mag het kosten Programma 2 Omschrijving Saldo van baten en lasten mutatie reserve Geraamd resultaat
Rekening 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
baten
lasten
saldo
baten
lasten
saldo
5.208.713
6.952.647
-1.743.934
1.808.739
4.481.058
-2.672.319
baten 308.947
lasten
saldo
2.059.425
-1.750.479
351.274
557.458
-206.184
1.057.068
0
1.057.068
52.500
0
52.500
5.559.986
7.510.105
-1.950.119
2.865.807
4.481.058
-1.615.251
361.447
2.059.425
-1.697.979
Programmabegroting 2015
Pagina 21
De lasten zijn lager doordat er in 2014 eenmalige lasten waren voor waterrecreatie- (€ 1.597.500) en herstructureringsprojecten (€ 148.000) en invoering basisregistraties (€ 158.100). Op subsidies aan toeristische (€ 13.500) en economische (€ 28.500) ontwikkelingen wordt bezuinigd. De baten zijn lager doordat er in 2014 subsidie is ontvangen voor waterrecreatieprojecten (€ 1.000.000). Daartegenover wordt er een hogere legesopbrengst voor bouwvergunningen verwacht (€ 40.000). Verder zijn een aantal doorgeleende leningen aan Thús Wonen en Zorgcentrum Meckamastate afgelopen; dit levert zowel aan de baten- als de lastenzijde een saldoverlaging op (€ 263.500).
Nieuwe wensen Program m a 2
Totaal
Loop-
investering
tijd
dekking 2015
2016
exploitatielasten
2017
2018
2015
2016
2017
2018
50.000
50.000
50.000
50.000
w ettelijk Beheerskosten BGT Invoering BRK (basisadministratie kadaster)
t.l.v. saldi-reserve
30.000
Inhuur toezicht en handhaving DHW
16.000
16.000
16.000
16.000
Exploitatiebijdrage FUMO/RUD
32.526
32.526
32.526
32.526
27.500
55.000
55.000
55.000
autonoom Zonnepanelen gemeentehuis Extra formatie voor BGT
55.000
25 2.063 4.087
4.010
3.933
Toelichting Beheerskosten BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie) De Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) is één van de 4 wettelijk verplichte basisregistraties waar gemeenten bronhouder van zijn. De BGT dient voor 1 januari 2016 klaar te zijn. In relatie tot de beoogde samenwerking in DDFK-verband is een gezamenlijk project gedefinieerd. Belangrijke doelstelling hierbij is de BGT in nauwe samenhang met de verbetering van de infomatievoorziening rondom het beheer van de openbare ruimte ook gezamenlijk op te pakken. De beheerskosten zijn vanaf 2015 van structurele aard en worden op jaarbasis geschat op € 50.000. Invoering en beheerskosten BRK (Basisregistratie Kadaster) Het kadaster gaat de levering van kadastrale informatie ingrijpend vernieuwen. De huidige manier van verwerking van de Massale Output (MO) is niet geschikt om aangesloten te worden op het stelsel van Basisregistraties. Het belangrijkste verschil tussen de MO en BRK is, dat de administratieve en kaartgegevens bij de BRK geïntegreerd zijn in één bestand. De Massale Output wordt daarom vervangen door het nieuwe product BRK Levering. De BRK Levering is vanaf najaar 2013 beschikbaar. De huidige MO wordt uitgefaseerd per 1 juli 2015. Inhuur toezicht en handhaving Drank- en Horecawet De handhaving van de Drank- en Horecawet (DHW) is van de Voedsel- en Warenautoriteit naar de gemeenten gegaan. Daarnaast is de Drank- en Horecawet op 1 januari 2014 opnieuw gewijzigd. Een belangrijke wijziging betreft de verplichting voor de gemeente om elke 4 jaar een preventie- en handhavingsplan alcoholgebruik vast te stellen gelijktijdig met de lokale nota Gezondheisbeleid. Het uitvoeren van de nieuwe taken in het kader van de Drank- en Horecawet zullen in DDFK-verband worden opgepakt. De gemeente zal hiervoor naar verwachting extra capaciteit voor moeten inhuren. N.B.: Deze kosten worden geboekt op de interne producten en vervolgens via een verdeelsleutel doorbelast aan alle programma‟s.
Regionale Uitvoeringsdienst (FUMO/RUD) Met betrekking tot de te verwachten meerkosten in 2015 voor de Fryske Uitfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (FUMO) zijn er nog veel onduidelijkheden over de kosten. De begroting van 2014 is nog niet goedgekeurd en de kosten voor 2015 zijn voor een groot gedeelte gebaseerd op de begroting van 2015. Aangezien 2014 een overgangsjaar is en de begroting over 2014 van de FUMO een richtbegroting, is nog niet duidelijk wat de bijdrage van 2015 zal zijn. Op basis van de huidige ontwerpbegroting moet indicatief worden uitgegaan van een bedrag van € 32.526 aan meerkosten op jaarbasis bovenop de lasten die al in de begroting zaten voor de opgeheven MAD (Milieuadviesdienst) ten be-
Programmabegroting 2015
Pagina 22
drage van circa € 50.000. De totale indicatieve lasten voor de FUMO komen hiermee op ruim € 82.000. Duurzaamheid In het ANNO-uitvoeringsprogramma Duurzaamheid is het project 'PV op gemeentelijk vastgoed' opgenomen. Van de gemeentelijke gebouwen is het electriciteitsverbruik van het gemeentehuis veruit het hoogst (389.500 kWh in 2013 waarvan 14.350 kWh opgewekt door de zon). Ervan uitgaande dat ook in 2015 nog SDE+ (Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie) subsidie beschikbaar is, wordt voor zonnepanelen op het gemeentehuis een bedrag opgevoerd.
Programmabegroting 2015
Pagina 23
Programma 3: Sociale kwaliteit Programmaportefeuillehouder: Programmaregisseur: Donormanager: Financieel adviseur:
P. Maasbommel J. Visser H.J. Jonker J. Sinnema
Wat willen we bereiken In het bestuursakkoord 2014 - 2018 “Grenzen verleggen met elan” wordt benoemd dat het sociaal domein over het leven gaat en dat alle inwoners daarvan deel uitmaken. Daarbij gaat het onder meer om aspecten als wonen, opgroeien, opvoeden, leren, werken en samenleven. Aspecten ook waarvoor onze gemeente ten aanzien van haar inwoners verantwoordelijkheid draagt op grond van diverse weten regelgeving. De gemeente heeft daarin met name een taak voor hen die door beperkingen, ziekte of werkloosheid niet in staat zijn zelfstandig aan die samenleving mee te doen. De gemeenten krijgen per 2015 op grond van de Jeugdwet, Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en Participatiewet meer verantwoordelijkheden voor het ondersteunen van (nieuwe) groepen inwoners die nu zorg of een uitkering krijgen via andere wetgeving. Wij moeten die taken met minder budget uitvoeren. Mede daardoor zal er een structurele verandering moeten plaatsvinden binnen het sociaal domein. Burgers zullen weer en nog meer zelfredzaam moeten worden en participeren in de samenleving. Dit zijn ook de kernwaarden binnen de nieuwe wet- en regelgeving die per 2015 in werking treedt. De meeste burgers zullen die veranderingen zonder tussenkomst van de overheid oppakken. Voor de meer kwetsbare burgers ligt dat anders en zal deze omvorming begeleiding vragen die door de gemeente en maatschappelijke organisaties wordt geboden. Er zal (nog) meer worden ingezet op het voorkomen van complexe problematiek bij burgers waardoor minder dure specialistische hulp of voorzieningen hoeven te worden ingezet (preventie). Uiteraard blijven wij inwoners van -0 - 110+ jaar ook hulpverlening en/of (maatwerk)voorzieningen als dagbesteding en individuele begeleiding aanbieden indien hun specifieke situatie daarom vraagt. De medewerkers in het gebiedsteam bepalen samen met de burgers welke informele en professionele zorg wordt ingezet en verlenen daarnaast ook zelf kortdurend hulp. In het gebiedsteam werken MEE Friesland, Maatschappelijk werk, Bureau Jeugdzorg, Timpaan Welzijn (opbouwwerk) en de gemeente (Wmo, schuldhulpverlening, inkomen en werk) integraal samen vanuit de vier principes: ontzorgen, ondersteunen en eigen kracht versterken; in de buurt; één plan, één regisseur; budget per gebied en traject. Het nieuwe sociaal domein wordt vormgegeven vanuit het perspectief van de inwoners. Het is daarom nauw verbonden met het gebiedsgericht werken waarin op sociaal gebied sprake is van een samenhangende aanpak. Het versterken van de burgerparticipatie is hierbij een belangrijk speerpunt. Met een dergelijke aanpak dient te worden bereikt dat er een duurzame verandering binnen het sociaal domein optreedt. Een verandering die betrekking heeft op de lokale samenleving, de zorgaanbieders, maatschappelijke organisaties en de organisatie en het bestuur van onze gemeente.
Ontwikkelingen en trends De taken die door de drie decentralisaties Jeugdwet, Participatiewet en Wmo per 2015 naar onze gemeente overkomen staan beschreven in de respectievelijke beleidsplannen die op 23 oktober 2014 zijn vastgesteld. Volledigheidshalve wordt daarnaar verwezen. Enkele aspecten worden toegelicht. Participatiewet Per 2015 wordt de Participatiewet van kracht. In deze wetgeving worden de Wet Werk en Bijstand, Wajong en Wet sociale werkvoorziening (Wsw) samengevoegd. In 2012 is een nieuw beleidskader
Programmabegroting 2015
Pagina 24
gecreëerd en in 2014 geïmplementeerd. De taken die op grond van de Participatiewet dienen te worden uitgevoerd, onder meer op de terreinen „werk‟ en „inkomen‟, kunnen daardoor per 2015 op een doelgerichte en doelmatige wijze worden uitgevoerd. Schuldhulpverlening Per 1 juli 2012 is de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening van kracht. Deze wettelijke taak wordt nu door de gemeente Achtkarspelen uitgevoerd. Hierdoor wordt bemoeilijkt dat er door de medewerkers van het gebiedsteam en de schil van specialisten, waaronder „Inkomen‟, op een integrale wijze kan worden samengewerkt. Onderzoek wordt ingesteld om te bepalen wat de voor- en nadelen zijn van het beëindigen van de dienstverleningsovereenkomst (DVO) bij Achtkarspelen, en hoe vervolgens deze taken kunnen worden uitgevoerd door de gemeente Dantumadiel. Een ontwikkeling die ook niet los kan worden gezien van de beoogde ambtelijke fusie van de DDFK-gemeenten. De DVO met Achtkarspelen kent een opzegtermijn van een jaar. Een eventuele opzegging van de overeenkomst dient daarom in 2014 plaats te hebben. Huishoudelijke hulp Op 11 september 2014 is besloten om de voorziening huishoudelijke hulp type 1 niet meer op grond van de Wmo te verstrekken en onder een algemene voorziening te brengen. Voor inwoners die deze vorm van hulp per 2015 niet kunnen betalen is een compensatieregeling bijzondere bijstand ontwikkeld. Het gebiedsteam beoordeelt of de inwoners, die dergelijke voorzieningen niet kunnen betalen, voor deze compensatieregeling in aanmerking komen. Tevens biedt het gebiedsteam ondersteuning aan inwoners, die dit niet zelf kunnen, bij het regelen van een schoonmaakhulp. Objectief verdeelmodel Wmo 2015, effecten in 2016 Per 1 januari 2015 wordt budget uit de AWBZ overgeheveld naar het Gemeentefonds. Het gaat daarbij om budget dat samenhangt met de onder de Wmo 2015 gebrachte functies: begeleiding en het bijbehorend vervoer, kortdurend verblijf, ondersteuning algemene dagelijkse levensverrichtingen, inloopfunctie GGZ, beschermd wonen en cliëntenondersteuning. Daarnaast is via een integratie uitkering budget toegevoegd aan het Gemeentefonds voor ondersteuning en waardering van mantelzorgers. Het totale budget is voor 2015 gebaseerd op de historische uitgaven. Per 2016 zal de verdeling van het budget plaatsvinden op basis van een objectief verdeelmodel. Dit nieuwe verdeelmodel pakt voor onze gemeente zeer ongunstig uit en zal naar verwachting een korting van ± € 936.000 (30%) betekenen op het budget 2015 € 3.055.622. Dit heeft directe gevolgen voor de dienstverlening per 2016 aan onze inwoners en het sluitend maken van de gemeentebegroting 2016. Wij zullen onderzoek instellen en zo mogelijk met andere „nadeelgemeenten‟ stappen ondernemen, via onder meer de VNG, richting de ministeries van VWS en BZK. Investeren in preventie De sociale samenhang moet meer worden versterkt waardoor er een verschuiving plaatsvindt van „zorgen voor naar zorgen dat‟. Burger zullen elkaar (nog) meer moeten gaan helpen, waardoor het welzijn van de burger toeneemt maar ook dat dure en intensieve vormen van begeleiding, jeugdzorg, dagbesteding of inzet van andere maatwerkvoorzieningen zoveel mogelijk wordt voorkomen. Het bevorderen van een gezonde leefstijl (preventie) en het verder ontwikkelen van renderend vrijwilligerswerk en mantelzorg wordt van nog meer waarde. Ontwikkelingen gebiedsteam Het merendeel van de gemeentelijke taken binnen het sociaal domein wordt uitgevoerd door de medewerkers in het gebiedsteam. Het gebiedsteam is per 2015 volwaardig operationeel en voor inwoners bekend en op verschillende wijzen bereikbaar. Vooralsnog worden de medewerkers via detachering in dit team geplaatst. Onderzoek moet uitwijzen of er voor alle gebiedsteams in de DDFKgemeenten één afzonderlijke juridische entiteit dient te komen. Er ligt ook een relatie met de ambtelijke fusie van de DDFK-gemeenten. Ontwikkelingen werkleerbedrijf NEF Door zowel kritisch te sturen op het verbeteren van het resultaat uit de bedrijfsvoering van NEF als op te bereiken synergievoordelen binnen het sociale domein kan de gemeentelijke bijdrage aan het tekort van NEF de komende jaren in belangrijke mate dalen. Het bestuur en de directie van NEF dient met name aandacht te hebben voor het beperken van de kosten van het ambtelijk personeel en de overige bedrijfskosten. Wij hebben daarvoor bij brief van 16 september 2014 financiële kaders aangedragen.
Programmabegroting 2015
Pagina 25
Fairtrade Op 19 juni j.l.is besloten om de titel „Fairtrade-gemeente‟ te krijgen. Aan deze titel is een aantal voorwaarden verbonden. In 2014 zijn samen met Tûmba en lokale partijen diverse initiatieven ontplooid met als doel aan deze voorwaarden te kunnen voldoen. Dit beleid wordt in 2015 voortgezet en zo mogelijk geïntensiveerd. Het zal echter moeilijk worden om alle voorwaarden te voldoen. Het verkrijgen van deze titel komt daardoor in het geding. Dat komt onder meer door de omvang van onze gemeente en het aanwezige winkelaanbod. Fairtrade-Nederland wordt benaderd om te bespreken of voor onze gemeente tot een (geringe) bijstelling van de voorwaarden kan worden gekomen, zodat deze titel toch kan worden gerealiseerd.
Hoofddoelstelling 1. Individuele bewoners zijn in staat vorm te geven aan hun dagelijkse leefsituatie en (kunnen) participeren in de samenleving.
Wat doen we ervoor Hoofddoelst.
1.
2. 3
4 5 6.
7. 8.
Subdoelstelling
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
Werkloze inwoners re-integreren binnen de arbeidsmarkt
In 2015 is de instroom van het aantal uitkeringsgerechtigden Participatiewet lager dan de uitstroom. In 2015 blijft het aantal te verstrekken uitkeringen bijzondere bijstand aan sociaal minima gelijk ten opzichte van het aantal in 2014. In 2015 is het aantal uitkeringsgerechtigden dat via een tegenprestatie deelneemt aan vrijwilligersprojecten toegenomen ten opzichte van het aantal in 2014. Instroom van schuldhulpverleningstrajecten Maandelijks worden 5 burgers actief benaderd naar aanbeperken door meer in te zetten op vroeg- leiding van een melding in betalingsachterstand door signalering nutsbedrijven, woningcorporaties etc. Het bevorderen van (arbeids)participatie Schuldhulpverlening en re-integratie worden voorwaardemet schuldhulpverlening lijk aan elkaar. Er worden 5 schuldhulpverleningstrajecten in combinatie met re-integratietrajecten in de vorm van een pilot opgestart. Minima-/armoedebeleid (Lauwersregeling) In 2015 worden de aanvragen vergeleken met het aantal aanvragen in 2014. Regievoering verbeteren over het plaatsen In 2015 worden alle uitkeringsgerechtigden die kunnen van uitkeringsgerechtigden bij GR NEF werken geplaatst in een werktoeleidingstraject bij NEF. Realiseren van een vraaggestuurde dienst- In 2015 wordt het aantal inwoners dat via een gesprek met verlening het gebiedsteam o.g.v. Wmo 2015 tot een eigen oplossing van de hulpvraag is gekomen vergeleken met 2014. In 2015 wordt het aantal en soort aanvragen op grond van de Wmo 2015 vergeleken met 2014. In 2015 wordt uitvoering gegeven aan de in oktober 2014 vastgestelde beleidsplannen Participatiewet, Jeugdwet en Wmo 2015 Vluchtelingen met een verblijfstatus worden In 2015 moeten in het eerste halfjaar 11 vluchtelingen in de gemeente gehuisvest worden gehuisvest op grond van de wettelijke taakstelling. e Het quotum over het 2 halfjaar is nog niet bekend. Bevorderen dat inwoners in buurten en In 2015 worden vrijwilligersorganisaties ondersteund via de dorpen actief op elkaar zijn betrokken website vrijwilligerskollumerland.nl en periodiek via de digitale nieuwsbrieven In 2015 is er in Kollum een groep van 3-5 vrijwilligers die een actieve rol krijgt bij het matchen van vraag en aanbod van vrijwilligerswerk. Het in Burum ontwikkelde dorpsportaal is in 2015 beschikbaar voor alle dorpen. Het portaal heeft een aantal digitale diensten, onder andere een bibliotheekfunctie (Boekenruil). Dorpen kunnen het portaal gratis gaan gebruiken. Vereist enige aanpassing per dorp, de kosten hiervoor zijn beperkt en afhankelijk van eigen ict- expertise In 2015 wordt WeHelpen in de hele gemeente ingezet.
Programmabegroting 2015
Pagina 26
Hoofddoelst.
9. 10.
11.
12.
Subdoelstelling
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
Met WeHelpen beschikken de inwoners over de mogelijkheid digitaal hulp te vragen en aan te bieden én mantelzorg te organiseren (mantelzorgagenda). Hiermee ontstaat een burenhulpstructuur c.q. ondersteuningsstructuur voor mantelzorgers. Aanvullende op de digitale structuur wordt een fysiek inlooppunt gerealiseerd in Kollum. In 2015 zorgt het gebiedsteam op basis van signalen uit de samenleving voor passende ondersteuning. Verbeteren van de participatie van inwoIn 2015 wordt het aantal (on)gevraagde adviezen van de ners ten aanzien van het gemeentelijke Wmo-adviesraad vergeleken met 2014, zodat de effectivibeleid teit van dit orgaan wordt aangetoond. Verbeteren van de voorlichtingsfunctie over In 2015 weten de inwoners door minimaal 8 publicaties of Wmo- en Participatiewet nieuwsbrieven op welke wijze de gemeente of andere instanties de wet- en regelgeving uitvoert. In 2015 wordt het aantal preventieve huisbezoeken bij ouderen >75 jr. vergeleken met 2014 ter beoordeling van de behoefte van deze dienstverlening. Vergroten van de weerbaarheid van kinIn 2015 wordt het aantal kinderen van 0 - 19 jaar dat thuis deren en jongeren extra pedagogische ondersteuning ontvangt van de Jeugdgezondheidszorg van de GGD Fryslân vergeleken met 2014. Het doel hiervan is te beoordelen of het inkopen van dit product tot resultaat leidt. In 2015 wordt het aantal kinderen met overgewicht (obesitas), dat extra pedagogisch wordt begeleid, vergeleken met 2014. Het doel hiervan is te beoordelen of het inkopen van dit product tot resultaat leidt. In 2015 heeft het kernteam CJG minimaal 50 gezinnen ondersteund. In 2015 is 1 teamtraining voor het kernteam CJG georganiseerd. In 2015 wordt het kernteam CJG geïntegreerd in het gebiedsteam zodat een integrale aanpak op het terrein van zorg voor jeugd ontstaat. In 2015 wordt de uitvoering van de Jeugdwet gemonitord, onder meer het aantal kinderen en jeugdigen die op een wachtlijst staan Verbeteren van de leefstijl en de gezondIn 2015 wordt het aantal inwoners met vragen om hulp bij heidssituatie van inwoners het maatschappelijk werk vergeleken met 2014. In 2015 worden de actiepunten uit de nota gezondheidsbeleid 2014 – 2017 uitgewerkt.
Wat mag het kosten Programma 3 Omschrijving Saldo van baten en lasten mutatie reserve Geraamd resultaat
Rekening 2013 baten
lasten
7.999.952 12.767.923 759.969
Begroting 2014 saldo
-4.767.971
319.796
440.173
8.759.921 13.087.719
-4.327.798
baten
lasten
7.722.904 12.725.152 108.009
Begroting 2015 saldo
-5.002.248
0
108.009
7.830.913 12.725.152
-4.894.239
baten
lasten
saldo
4.258.924 17.617.455 -13.358.531 0
0
0
4.258.924 17.617.455 -13.358.531
De lasten zijn hoger door de decentralisaties in het sociale domein. Er wordt bezuinigd op hulp bij het huishouden (€ 315.000) en de bijdrage voor openbare gezondheidszorg is lager (€ 47.500). Daarnaast waren er in 2014 een aantal eenmalige uitgaven voor projecten. De baten zijn lager doordat een aantal rijksuitkeringen (participatie- en WSW gelden) nu onderdeel uitmaken van de integratie-uitkering voor het sociale domein (zie algemene dekkingsmiddelen).
Programmabegroting 2015
Pagina 27
Nieuwe wensen Program m a 3
Totaal
Loop-
investering
tijd
dekking 2015
2016
2017
exploitatielasten 2018
2015
2016
2017
2018
w ettelijk ICT decentralisaties
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Inkoop zorgarrangementen
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
2.500
2.500
2.500
2.500
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
13.500
13.500
13.500
13.500
Uitvoeringskosten gebiedsteam
t.l.v. res. sociaal domein
autonoom Fairtrade Innovatiebudget preventieve activiteiten Intergemeentelijke bezw arencommissie WWB/IOAW
Toelichting ICT decentralisatie ICT-applicaties zullen moeten worden aangeschaft om doelmatig, doelgericht en geïntegreerd uitvoering te kunnen geven aan de nieuwe taken Jeugdwet, Wmo en Participatiewet per 2015. Voor justitiële taken (jeugdreclassering) op grond van de Jeugdwet dient de CORV (Collectieve Opdracht Routeer Voorziening) per 2015 operationeel te zijn. Een werkgroep ICT-NOF bereidt deze ontwikkeling voor. Inkoop zorgarrangementen Op grond van de Wmo en Jeugdwet worden voor huidige en nieuwe cliënten per 2015 zorg en hulpverlening ingekocht. Uitvoeringskosten gebiedsteams Ketenpartners Bureau Jeugdzorg, SMWF/Interzorg (maatschappelijk werk), MEE Fryslân, Timpaan Welzijn, wijkverpleegkundige en de gemeente (Wmo-consulenten) vormen per 2015 een gebiedsteam met als doel dichter bij de burgers ondersteuning te bieden via het principe 'Eén gezin, één plan, één regisseur en één budget'. Fairtrade De gemeenteraad wenst Fairtrade-gemeente te worden. Innovatiebudget preventieve activiteiten Het gebiedsteam Kollumerland c.a. voert de taken uit zoals die in de nieuwe Wmo 2015 zijn vastgelegd. Twee van de zeven taken zijn specifiek gericht op de inzet van preventieve activiteiten zodat (a) wordt voorkomen dat ingezetenen op maatschappelijke ondersteuning zijn aangewezen, en (b) algemene voorzieningen aan ingezetenen worden aangeboden die maatschappelijk ondersteuning behoeven. Intergemeentelijke bezwarencommissie WWB/IOAW Op grond van de wet- en regelgeving dient de gemeente een bezwarencommissie WWB/IOAW te hebben. Onderzocht wordt of de DDFK-gemeenten gezamenlijk kunnen komen tot één intergemeentelijke bezwarencommissie.
Programmabegroting 2015
Pagina 28
Programma 4: Voorzieningen Programmaportefeuillehouder: Programmaregisseur: Donormanager: Financieel adviseur:
P. Maasbommel Y. Kuipers H.J. Jonker J. Sinnema
Wat willen we bereiken Het bestuursakkoord 2014 benoemt de grote uitdagingen en speerpunten voor de komende bestuursperiode. Ten aanzien van de voorzieningen in onze gemeente staat de coalitie op het standpunt dat het huidige voorzieningenniveau zoveel als mogelijk in stand moet worden gehouden. Dorpshuizen spelen bijvoorbeeld een belangrijke rol binnen de dorpsgemeenschappen. Desondanks zullen wijzigingen door moeten worden gevoerd. Specifiek voor het programma Voorzieningen worden de volgende ontwikkelingen benoemd. De financiën van de gemeente staan onder druk. Dit vraagt om ingrijpende hervormingen, op meerdere terreinen. Onder andere ten aanzien van sport zal de gemeentelijke bijdrage omlaag gaan. Ten aanzien van zwembad It Paradyske wordt waar mogelijk gestreefd naar kostenbesparingen. De coalitie vindt het belangrijk dat sport wel breed toegankelijk blijft. De gemeente wil daarom in gesprek met de sportsector om te zoeken naar creatieve oplossingen. Daarnaast wordt de Cultuurnota geëvalueerd en wordt een nieuwe Cultuurnota vastgesteld. Daarbij wordt de gemeentelijke bijdrage aan musea heroverwogen. Het gemeentehuis blijft beschikbaar voor het houden van exposities. Ook wil de coalitie meer aandacht voor de Friese taal in het cultuur-, maar ook in het onderwijsbeleid. Naast de fysieke voorzieningen zet de coalitie in op een goede sociale infrastructuur onder andere door preventie. Een startkwalificatie is een minimumvereiste voor een goede participatie van jongeren in de maatschappij. De coalitie vindt daarom een goede leerplichtnaleving erg belangrijk. Daarnaast onderstreept de coalitie het belang van het bestrijden van onderwijsachterstanden. Het bestuursakkoord en de speerpunten die er in zijn verwoord zijn in het programma Voorzieningen omgezet naar doelstellingen.
Ontwikkelingen en trends Noordoost Fryslân krijgt te maken met de gevolgen van demografische ontwikkelingen, t.w. bevolkingsdaling, vergrijzing en ontgroening. Het Rijk heeft Noordoost Fryslân aangewezen als een „Anticipeerregio Krimp‟. De bevolkingsontwikkelingen én de economisch ongunstige situatie hebben gevolgen voor bijvoorbeeld voorzieningen als sportclubs en scholen, zorgvoorzieningen en voor “wonen”. Om te voorkomen dat de leefbaarheid in de knel komt, is het belangrijk in regionaal verband de voorzieningen goed op elkaar af te stemmen. Daarom is gedurende de periode 2012 - 2013 door de gemeenten die aangesloten zijn bij de Agenda Netwerk Noordoost (ANNO) samen met de Rijksuniversiteit Groningen onderzoek gedaan naar het benodigde aantal voorzieningen. Het resultaat daarvan is neergelegd in het rapport „Naar een regionaal voorzieningenspreidingsmodel in Noordoost Fryslân 2020-2030‟. Als vervolg is in regionaal verband het project Atlas van Noordoost Fryslân opgestart. Er worden samen met maatschappelijke organisaties én bewoners scenario‟s ontwikkeld voor de toekomstige voorzieningenstructuur. Door middel van interactieve bijeenkomsten wordt in de regio gediscussieerd over de thema‟s basisonderwijs, voortgezet onderwijs, sport, zorg & welzijn en wonen. De resultaten van deze bijeenkomsten worden gebruikt voor het opstellen van “gedragen” scenario‟s en uitgangspunten daarvoor voor de toekomst. De scenario‟s zijn geen blauwdrukken voor de hele regio. Er worden geen besluiten genomen maar de gevolgen van keuzes worden inzichtelijk gemaakt. Op lokaal niveau kunnen andere keuzes ge-
Programmabegroting 2015
Pagina 29
maakt worden. Waar voldoende „sociaal kapitaal‟ aanwezig is, kunnen bepaalde voorzieningen wellicht langer in stand gehouden worden dan uit de scenario‟s naar voren komt.
Hoofddoelstelling 1. Het voorzieningenniveau in de gemeente Kollumerland c.a. is van een kwalitatief voldoende niveau en past bij de schaal van het dorp/de gemeente.
Wat doen we ervoor Hoofddoelst.
Subdoelstelling
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
1.
Realiseren van een evenwichtig voorzieningenniveau dat past bij de schaal van de gemeente en haar dorpen.
2.
Optimaliseren van (de kwaliteit en bereikbaarheid) van onderwijsvoorzieningen.
In 2015 is het in Burum ontwikkelde dorpsportaal ook voor andere dorpen beschikbaar. Hiermee worden digitale voorzieningen beschikbaar. Implementatie naar behoefte (zie ook programma 3). In 2015 zijn de resultaten van het ANNO Ambitieproject “Atlas van Noordoost Fryslân” beschikbaar en kunnen worden ingezet voor gesprekken met maatschappelijke organisaties (o.a. onderwijsveld). Met het instrument Transitieatlas worden de demografisch ontwikkelingen inzichtelijk en de gevolgen daarvan bespreekbaar gemaakt. Het instrument is bedoeld ter ondersteuning van het regionaal afstemmen van voorzieningen. In 2015 wordt uitvoering gegeven aan het beleid, geformuleerd in de notitie “Kleinschalige initiatieven in het kader van leefbaarheid”. In 2015 vindt in REA (Regionaal Educatieve Agenda) verband afstemming plaats op het gebied van de jeugdplannen en passend onderwijs in het kader van één kind, één gezin, één plan. In 2015 en volgende jaren wordt het project MFA/VO Kollum uitgevoerd conform het raadsbesluit van 6 februari 2014: realisatie en verhuur door consortium uitgaande van huur van scholen voor VO en obs Prof. Casimir en cbs Kon. Juliana door gemeente. In 2015 wordt de monitoring van VVE (voor- en vroegschoolse educatie) geëvalueerd, evenals de resultaat gerichte afspraken die met de VVE scholen zijn gemaakt. In het schooljaar 2014/2015 is het aantal verzuimmeldingen via het verzuimloket van DUO met 5% afgenomen ten opzichte van schooljaar 2013/2014. In het schooljaar 2014/2015 is het aantal jongeren zonder een startkwalificatie t.o.v. schooljaar 2013/2014 afgenomen met 10%. Tot en met juli 2015 zijn er voor jongeren zonder een Startkwalificatie trajecten beschikbaar vanuit het Regionaal actieplan Jeugdwerkloosheid. Uitgangspunt is jongeren zo goed mogelijk toegerust de arbeidsmarkt te laten betreden, d.m.v. scholing en training. Daarna is er binnen het gemeentelijk budget ruimte voor dergelijke trajecten. In 2015 is het streven dat op alle tien basisscholen muzieklessen worden gegeven. Per 1 januari 2015 is de doordecentralisatie van het buitenonderhoud van de scholen voor primair onderwijs van kracht. In 2015 zal pas duidelijk worden wat dit voor gevolgen heeft voor het basisonderwijs. In 2015 is in het kader van het onderwijshuisvestingsprogramma overleg gevoerd met het primair onderwijs over de toekomst bestendigheid van de scholen en de bijbehorende gebouwelijke aspecten
Programmabegroting 2015
Pagina 30
Hoofddoelst.
Subdoelstelling
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
3.
Realiseren, behouden en/of aanpassen van culturele voorzieningen.
4.
Inzetten op realisatie en/of behoud van preventieve voorzieningen op het welzijnsterrein.
5.
Het huidige voorzieningenniveau op het terrein van sport wordt waar mogelijk in stand gehouden.
In 2015 zijn de ontvangen constructieaanvragen en eventuele nieuwbouwaanvragen voor het onderwijshuisvestingsprogramma 2016 beoordeeld en getoetst. In 2015 wordt de cbs Pr. Bernhard gerenoveerd. De centrumgemeente (voor Noordoost Friesland is dit Leeuwarden) ontvangt per 1 januari 2015 de rijksbijdrage volwasseneneducatie. Met Leeuwarden zal afstemming plaatsvinden hoe deze middelen voor onze gemeente en regionaal in te zetten. In 2015 is het cultuurbeleid Kollumerland c.a. 2008-2015 geëvalueerd en is er een nieuwe cultuurnota opgesteld. In 2015 is in Anno verband een plan van aanpak gemaakt over wat onze regio gaat doen t.a.v. Kulturele Haadstêd 2018. In 2015 is er een nieuwe nota Fries Taalbeleid Kollumerland c.a. vastgesteld. In 2015 worden de projecten die opgenomen zijn in het (nog vast te stellen) preventie- en handhavingsplan alcohol en drugs Noordoost Fryslân 2014-2018 uitgevoerd. In 2015 wordt het sociaal cultureel werk 2015 conform het vastgestelde activiteitenplan uitgevoerd. In 2015 zijn er diverse activiteiten uitgevoerd in het kader van het „Sportstimuleringsproject‟ voor de inwoners van de gemeente Kollumerland c.a. Voor de jongeren worden o.a. „Kies voor Hart en Sport‟, naschoolse activiteiten en sport en spelinstuiven georganiseerd. Voor de ouderen worden er o.a. fitwandeltesten georganiseerd. In het project wordt samengewerkt met de gemeenten Achtkarspelen en Tytsjerksteradiel. In 2015 zijn met behulp van de sportsubsidieregeling minimaal 20 activiteiten door de sportverenigingen georganiseerd. In 2015 is in overleg met de sportsector onderzocht of er meer verantwoordelijkheid voor de accommodaties bij de verenigingen kan worden neergelegd.
Wat mag het kosten Programma 4
Rekening 2013
Begroting 2014
lasten
saldo
3.207.790
-2.903.040
baten
Begroting 2015
Omschrijving
baten
Saldo van baten en lasten
304.749
mutatie reserve
171.862
111.203
60.659
576.923
350.000
226.923
20.000
0
20.000
Geraamd resultaat
476.612
3.318.993
-2.842.381
1.328.985
4.217.614
-2.888.629
252.801
3.070.698
-2.817.897
752.062
lasten
saldo
3.867.614
-3.115.552
baten 232.801
lasten
saldo
3.070.698
-2.837.897
De kosten voor de muziekschool (€ 180.000) en kunst- en cultuuractiviteiten (€ 7.400) zijn verlaagd. Daarnaast zaten er in de begroting 2014 eenmalige lasten voor onderwijshuisvesting, onderhoud sportaccommodaties en peuterspeelzaalwerk (voor- en vroegschoolse educatie) en eenmalige baten voor onderwijshuisvesting en Atlas voor Noordoost-Fryslân.
Nieuwe wensen Program m a 4
Totaal
Loop-
investering
tijd
dekking 2015
2016
exploitatielasten
2017
2018
2015
2016
2017
2018
w ettelijk Onderw ijshuisvesting b.o. v.o.
t.l.v. res. onderw ijshuisvesting
20.000
162.500
325.000
20.000
20.000
20.000
325.000
autonoom Schrobmachine Van der Bij Hal Leefbaarheid (cofinanciering)
Programmabegroting 2015
7.000
8
608 1.199
1.166
1.133
Pagina 31
Toelichting Onderwijshuisvesting basis- en voortgezet onderwijs Voor de realisatie van het MFA Kollum (incl. nieuwbouw van de cbs Kon. Juliana en de obs Prof. Casimir) en nieuwbouw van een school voor VO (Piter Jelles en Lauwers College) is in 2015 voorbereidingbudget nodig (€ 20.000). Na realisatie is de gemeente verantwoordelijk voor de huur van het scholengedeelte van het MFA en het VO. Voor het Mfa is dat in 2016 het geval (€ 162.500). Vanaf 2017 voor het geheel: MFA én VO (max. € 325.000) De huur van de overige onderdelen van het MFA (bibliotheek, kinderopvang, peuterspeelzaal, consultatiebureau en dorpshuisfuncties) komen voor rekening van de andere participanten. Schrobmachine Van der Bijhal De sporthal wordt schoongemaakt met een schrobmachine. Deze is in 2007 aangeschaft en aan vervanging toe. Leefbaarheid Voor kleinschalige initiatieven die de leefbaarheid in de dorpen vergroten stellen Provincie en / of andere organisaties subsidies beschikbaar die alleen toegekend worden als er sprake is van cofinanciering. Met een jaarlijks budget van € 20.000 voor cofinanciering vanuit de gemeente kunnen subsidieaanvragen van dorpen in het kader van leefbaarheid ondersteund worden.
Programmabegroting 2015
Pagina 32
Programma 5: Leefkwaliteit Programmaportefeuillehouder: Programmaregisseur: Donormanager: Financieel adviseur:
J. Boerema J. Bijlsma A. Roorda S. Hoeksma
Wat willen we bereiken Het programma Leefkwaliteit is gericht op het bereiken van de situatie waarin de fysieke en milieukenmerken van de woonomgeving positief bijdragen aan het welbevinden van de bewoners, zonder dat de eigen milieubelasting afgewenteld wordt op toekomstige generaties of bevolkingsgroepen elders. De kwaliteit van de leefomgeving is een belangrijk onderdeel van leefkwaliteit. Daarbij betrekt de gemeente de bewoners, stimuleert de bewustwording van het belang van natuur en milieu en stimuleert hen zelf verantwoordelijkheid te nemen voor en bij te dragen aan een goede kwaliteit van de leefomgeving.
Ontwikkelingen en trends Externe veiligheid Sinds 2004 werken de Friese gemeenten, de Veiligheidsregio en de Provincie Fryslân samen op het gebied van Externe Veiligheid (EV). In 2009 heeft Kollumerland zich met het ondertekenen van „Samenwerkingsovereenkomst EV Fryslân‟ verbonden aan het Bureau Externe Veiligheid. Dit bureau voert in samenwerking met de Friese gemeenten de EV-taken uit. Het Rijk stelt voor 2015-2018 middelen ter beschikking aan de Veiligheidsregio‟s en Regionale Uitvoeringsdiensten voor ondersteuning van de gemeenten. In het (concept-) Uitvoeringsprogramma Impuls Omgevingsveiligheid wordt de komende 4 jaren ingezet op BRZO (Besluit Risico‟s Zware Ongevallen), PGS (Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen), Informatie- en kennisinfrastructuur en Lokaal Extern (Omgevings-) Veiligheidsbeleid. Over een mogelijke financiële bijdrage van de gemeenten wordt in de loop van 2015 meer duidelijkheid verwacht. Daarom zijn de kosten voorlopig p.m. Samenwerking in de waterketen Als gevolg van het Fries Bestuursakkoord Waterketen hebben de gemeenten Dantumadiel, Dongeradeel, Ferwerderadiel en Kollumerland c.a. de intentie om op het gebied van water en riolering verdergaand samen te werken. Het doel van de samenwerking is om de maatschappelijke kosten aan water en riolering te verlagen en de kwetsbaarheid van de organisaties te verminderen. De gemeenteraden zijn op 5 februari 2013 geïnformeerd over mogelijke samenwerkingsterreinen. In januari 2014 is het plan van aanpak vastgesteld door de colleges en is het plan ter informatie aangeboden aan de 4 gemeenteraden. De eerste projecten waarin samengewerkt wordt zijn inmiddels gestart. Een dergelijke samenwerking vraagt in eerste instantie extra geld en tijd om zaken uit te zoeken en af te stemmen, maar vertaalt zich later in lagere beheerskosten. De benodigde middelen zijn opgenomen in het Riolering- en watertakenplan. De middelen zijn daardoor verwerkt in de rioolheffing. Aangezien de rioolheffing 100% kostendekkend is, belast deze samenwerking het mjp 2015 – 2018 niet. NFW In het NME-project “Takomst foar in unyk lânskip” zijn sinds 2008 zijn vele basisschoolleerlingen opgeleid tot ambassadeur van de Noardlike Fryske Wâlden (elzensingelgebied). Bovenbouwleerlingen (en indirect leerkrachten, ouders en verzorgers) worden betrokken bij de natuur, het landschap, de cultuurhistorie en het beheer / onderhoud van het Nationaal Landschap Noardlike Fryske Wâlden. Ter continuering van dit project vraagt de NFW gemeenten of zij voor 2015 t/m 2017 een bedrag van € 2.200 per jaar beschikbaar willen stellen. Chemische bestrijdingsmiddelen De Tweede kamer beslist over het verbod op het gebruik van chemische middelen per november 2015. Voor de gemeente Kollumerland c.a. betekent dit dat de huidige werkwijze kan worden doorgezet, maar dan met zogenaamde “laag risico stoffen” in plaats van glyfosaat. “Laag risico stoffen” zijn chemische bestrijdingsmiddelen met een zeer lage impact op de omgeving (op basis van vetzuren).
Programmabegroting 2015
Pagina 33
Wel kunnen de gebruikte stoffen iets duurder in het gebruik zijn. Het ministerie onderzoekt de mogelijkheid voor het toepassen van “laag risico stoffen”. Worden ook de “laag risico stoffen” verboden, dan zal de gemeente moeten overschakelen op borstelen, branden, stomen en/of vegen. De kosten voor het verwijderen van onkruid op verharding wordt dan veel duurder. Aangezien het nog onduidelijk is welke beslissing de Tweede Kamer neemt, zijn de kosten voorlopig p.m. Zieke bomen Een groot deel van het bomenbestand van de gemeente is aangetast door ziekte(n). Met name de Essentaksterfte zorgt voor een massale sterfte. Dit kan leiden tot schade of gevaarzetting. Er bestaat geen remedie tegen de ziekte; kap is de enige oplossing. De omvang van de besmetting is zodanig dat waarschijnlijk op termijn alle essen gerooid zullen moeten worden. Daarnaast zal in het kader van de Boswet voor een groot deel van de bomen verplichte herplant moeten plaatsvinden. De kosten bedragen € 300.000. Gelet op de juridische termijnen en de verwachte fasering is spreiding van deze kosten mogelijk over 3 jaar. Tijdens de bezuinigingsronde is maximaal € 20.000 beschikbaar gesteld. Ontwikkelingen NME Op 3 juli 2014 hebben de DDFK-gemeenten en Achtkarspelen en Tytsjerksteradiel de intentieverklaring ondertekend om de komende twee jaar toe te werken naar één NME-organisatie in Noordoost Fryslân. Momenteel wordt NME in Achtkarspelen uitgevoerd door NME-Achtkarspelen, in Tytsjerksteradiel door NME-Tytsjerksteradiel (in samenwerking met It Fryske Gea) en in Kollumerland c.a., Dantumadiel en Dongeradeel door NME-Centrum De Klyster. Voor 2014 is de gemeente Ferwerderadiel aangehaakt bij De Klyster. Ferwerderadiel heeft voor 2015 NME opnieuw opgevoerd op de begroting. De gezamenlijke NME-Centra worden door de samenwerking minder kwetsbaar in personele bezetting, kunnen professioneler werken en NME beter inzetten als beleids- en communicatie instrument op het gebied van Duurzaamheid. Voor de uitwerking van één NME-organisatie in Noordoost Fryslân wordt geen extra budget opgevoerd.
Hoofddoelstellingen 1. Het behouden van de kwaliteit van de leefomgeving; 2. Het behouden van waardevolle landschappen en landschapselementen; 3. Het voeren van een proactief milieubeleid.
Wat doen we ervoor Hoofd- Subdoelstelling Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen doelst. Planmatig beheren van de openbare ruimte In 2015 wordt een evaluatie van integrale werkwijze voor 1 de openbare ruimte uitgevoerd. In 2015 is het groenstuctuurplan gerealiseerd. Overdragen Stedelijk waterbeheer In 2015 heeft de gemeente Kollumerland c.a. het beheer van de hoofd- en schouwwatergangen binnen de bebouwde kommen overgedragen aan Wetterskip Fryslân. Planmatig beheer rioleringszorg
In 2015 wordt gezamenlijk met de gemeenten Dantumadiel, Dongeradeel en Ferwerderadiel een monitoringsprogramma voor de riolering opgesteld. In 2015 wordt gezamenlijk met de gemeenten Dantumadiel, Dongeradeel en Ferwerderadiel de reiniging en inspectie van riolen gezamenlijk aanbesteed.
2.
Het op orde houden van het bestaande groenareaal Esstentaksterfte Duurzaamheidsproject
Programmabegroting 2015
In 2015 is het aanplantplan ter conservering van het bestaande areaal gereed. Vanaf 2015 worden de hoogst noodzakelijke zieke bomen verwijderd. Het rioolproject dat in 2014 is uitgevoerd voor de scholen
Pagina 34
Hoofd- Subdoelstelling doelst.
3
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
in Kollumerland c.a. en Ferwerderadiel wordt in 2015 uitgerold naar Dantumadiel, Dongeradeel, Tytsjerksteradiel en Achtkarspelen In 2015 wordt een zwerfafvalproject ontwikkeld, welke in maart (Himmelmoanne) 2016 wordt uitgevoerd. Intentieverklaring “Samen Duurzaam Door” In 2015 ontvangen alle basisscholen hetzelfde aanbod in NO Fryslân op het gebied van Natuur en UurNatuur en zijn de websites van de centra hierop aanDuurzaamheidsEducatie (NME-Centra De gepast. Klyster, Achtkarspelen en Tytsjerksteradiel) In 2015 is een stichting opgericht voor het aanvragen van subsidies en fondsen. De Stichting beschikt over een ANBI-status. Robuuster maken van het rioolstelsel In 2017 is het hemelwater van de nu bekende probleemgebieden afgekoppeld. Verbeteren afvalinzameling
In afwachting van de resultaten van een onderzoek naar het perspectief van de Friese Milieustraten, worden in 2015 eerst alleen de meest noodzakelijk aanpassingen aan de inrichting uitgevoerd. In 2015 is in DDFK-verband onderzocht of het chippen van de containers haalbaar is. In 2016 is de verwerking van de gegevens van de inzameling volledig geautomatiseerd. In 2015 neemt de gemeente Kollumerland c.a. deel aan de benchmark Inzameling Huishoudelijk Afval. In 2016 is het facultatief legen van restafvalcontainers ingevoerd.
Wat mag het kosten Programma 5 Omschrijving Saldo van baten en lasten
Rekening 2013 baten
lasten
2.989.447
3.952.308
mutatie reserve Geraamd resultaat
Begroting 2014 saldo -962.861
Begroting 2015
baten
lasten
saldo
baten
lasten
2.878.350
3.891.956
-1.013.606
3.152.490
4.059.365
saldo -906.875
2.540
139.536
-136.996
25.449
137
25.312
31.138
154.876
-123.738
2.991.988
4.091.844
-1.099.857
2.903.799
3.892.093
-988.294
3.183.628
4.214.240
-1.030.612
De uitgaven voor riolering (€ 59.000) en milieubeheer (€ 14.000) zijn verminderd. Daarnaast was er in 2014 een eenmalige uitgave voor de invoering van de FUMO (€ 22.900) en bestrijding essentakziekte (€ 30.000). Daartegenover staat dat de detacheringskosten voor de NEF-medewerkers met € 122.500 verhoogd worden (als compensatie is de exploitatiebijdrage aan NEF verlaagd; onderdeel programma 3). Aan de batenzijde zijn de rioolheffingen met € 99.000 verhoogd. De kosten voor huisvuil zijn hoger door het invoeren van een afvalbelasting; daartegenover staan echter inkomsten vanwege het nascheiden van kunststoffen.
Nieuwe wensen Program m a 5
Totaal
Loop-
investering
tijd
dekking 2015
2016
2017
exploitatielasten 2018
2015
2016
2017
2018
autonoom NME-project Noardlike Fryske Wâlden (t/m 2017)
2.200
2.200
2.200
Alternatief voor chemische bestrijdingsmiddelen
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Uitvoering externe veiligheid
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Programmabegroting 2015
Pagina 35
Toelichting: Natuur- en Milieueducatieproject Noardlike Fryske Wâlden Noardlike Fryske Wâlden heeft voor het continueren van het NME-project Noardlike Fryske Wâlden – Takomst foar in unyk Lânskip voor 2014-2017 aan gemeenten een bijdrage gevraagd van € 2.200 per jaar. Sinds 2008 zijn vele basisschoolleerlingen opgeleid tot ambassadeur van de Noardlike Fryske Wâlden (elzensingelgebied). Alternatief voor chemische bestrijdingsmiddelen De Tweede kamer beslist over het verbod op het gebruik van chemische middelen per november 2015. Voor de gemeente Kollumerland c.a. betekent dit dat de huidige werkwijze kan worden doorgezet, maar dan met zogenaamde “laag risico stoffen” in plaats van glyfosaat. “Laag risico stoffen” zijn chemische bestrijdingsmiddelen met een zeer lage impact op de omgeving (op basis van vetzuren). Wel kunnen de gebruikte stoffen iets duurder in het gebruik zijn. Uitvoering externe veiligheid Sinds 2004 werken de Friese gemeenten, de Veiligheidsregio en de provincie Fryslân samen op het gebied van Externe Veiligheid (EV). In 2009 heeft Kollumerland zich met het ondertekenen van „Samenwerkingsoveenkomst EV Fryslân‟ verbonden aan het Bureau Externe Veiligheid. Dit bureau voert i.s.m. de Friese gemeenten de EV-taken uit. Het Rijk stelt voor 2015-2018 middelen ter beschikking aan de Veiligheidsregios en Regionale Uitvoeringsdiensten voor ondersteuning van de gemeenten. Over een mogelijke financiële bijdrage van de gemeenten wordt medio september 2014 meer duidelijkheid verwacht. Daarom zijn de kosten voorlopig p.m.
Programmabegroting 2015
Pagina 36
Programma 6: Mobiliteit en infrastructuur Programmaportefeuillehouder: Programmaregisseur: Donormanager: Financieel adviseur:
J. Boerema T. Reitsma A. Roorda S. Hoeksma
Wat willen we bereiken Het programma beoogt het realiseren van een veilig en duurzaam gemeentelijk verkeer- en vervoersysteem dat voldoet aan de verplaatsingsbehoefte van de inwoners en bezoekers.
Ontwikkelingen en trends Mobiliteit Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid verwacht tot 2030 een groei in het autoverkeer. In het rapport „Krimp en mobiliteit‟ uit 2010 zijn de demografische veranderingen voor de mobiliteit onderzocht. Zelfs in krimpgebieden wordt een (beperkte) groei verwacht door veranderingen in het gedrag (bijv. vaker op pad, verder weg) en de samenstelling van de bevolking (bijv. meer 65+ en meer 1 persoonshuishoudens). Verkeersveiligheid In 2008 heeft het rijk de verkeersveiligheidsdoelstellingen aangescherpt tot maximaal 500 doden in 2020. In het gemeentelijk verkeer – en vervoerplan 2012 is invulling gegeven aan de verscherpte verkeersveiligheid doelstellingen. In 2011 heeft de gemeente het Manifest Verkeersveiligheid Fryslân getekend voor 50% minder verkeersslachtoffers in 2025. Hiermee zegt de gemeente toe dat zij zich de komende jaren inspant voor een verkeersveiliger Fryslân. Oeverbeheer vaarwegen Voor vaarwegen is het oeverbeheer op dit moment formeel niet geregeld. Vanaf oktober 2013 wordt de taak- en kostenverdeling voor het oeverbeheer nader uitgewerkt. Daarbij geldt het uitgangspunt dat degene die het meeste belang heeft, ook het meeste gaat betalen. De verwachting is dat in 2015 Provinciale Staten daarover een besluit nemen. Vanaf dat moment wordt voor de gemeente duidelijk voor welke financiële opgave zij komt te staan. Openbare verlichting In het Energieakkoord dat in 2013 landelijk is overeengekomen, staan afspraken over onder andere het energieverbruik van de openbare verlichting. Onder meer VNG (Vereniging Nederlandse Gemeenten), IPO (Interprovinciaal Overleg) en UvW (Unie van Waterschappen) hebben zich hieraan gecommitteerd. De doelstellingen voor de openbare verlichting luiden: 20% energiebesparing openbare verlichting en verkeersregelinstallaties in 2020 t.o.v. 2013; 50% energiebesparing openbare verlichting en verkeersregelinstallaties in 2030 t.o.v. 2013; 40% slim energiemanagement openbare verlichting in 2020; 40% energiezuinige openbare verlichting in 2020. Het is nog onduidelijk wat deze afspraken betekenen voor de gemeente. De verwachting is dat het komende jaar meer duidelijkheid kan worden gegeven over de gevolgen van dit akkoord.
Hoofddoelstelling 1.
Het realiseren van een duurzaam en veilig gemeentelijke verkeer- en vervoersysteem.
Programmabegroting 2015
Pagina 37
Wat doen we ervoor Hoofddoelst.
1.
Subdoelstelling
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
Verkeersveilige wegen
In 2016 wordt in DDFK verband een nieuw gladheidbestrijdingsplan aan de raad voorgelegd. In 2015 is de reconstructie van de Boskwei, Heidewei en Bremwei te Zwagerbosch afgerond. Verkeershandhaving wordt uitgevoerd volgens het jaarplan 2015 van team Noordoost van politie Fryslân. Uitvoering van het Verkeerseducatieplan overeenkomstig het Manifest Verkeersveiligheid. In 2016 is in ANNO verband een plan van aanpak door de gemeenteraad vastgesteld voor het inrichten van een regiecentrale voor een efficiënte uitvoering van het openbare en gemeentelijke vervoer. De brug Aldwâldmersyl is voor 2020 definitief versterkt zodat de aslastbeperking kan worden opgeheven. Het college start in 2015 een lobby om samen met de belanghebbende gemeenten de voorgenomen knip in de Trekweg te voorkomen. Tijdens de projectvoorbereidingen van de N358 UterweiSkieiding blijft de gemeente het proces beïnvloeden om een verkeersveilige en vlotte verbinding met de A7 te realiseren. In 2015 zijn de knelpunten in de toegankelijkheid van voetpaden en trottoirs geïnventariseerd. In 2015 is een verkennend onderzoek verricht naar carpoolplaatsen. In 2016 is de ontsluiting van Kollum opnieuw geëvalueerd. In 2015 is de herziene wegenvisie vastgesteld.
Veilig verkeersgedrag
Optimaal openbaarvervoersysteem
Verbeteren bereikbaarheid
Goed beheer en onderhoud van de infrastructuur Verlaging energieverbruik openbare verlichting
20% energiebesparing openbare verlichting en verkeersregelinstallaties in 2020 t.o.v. 2013 50% energiebesparing openbare verlichting en verkeersregelinstallaties in 2030 t.o.v. 2013 40% slim energiemanagement openbare verlichting in 2020 40% energiezuinige openbare verlichting in 2020
Wat mag het kosten Programma 6 Omschrijving
Rekening 2013 baten
Begroting 2014
lasten
saldo
baten
2.387.665
-2.358.458
6.375
Begroting 2015
lasten
saldo
baten
2.755.793
-2.749.418
6.375
lasten
saldo
2.452.254
-2.445.879
Saldo van baten en lasten
29.206
mutatie reserve
22.822
15.200
7.622
342.179
0
342.179
18.500
0
18.500
Geraamd resultaat
52.028
2.402.865
-2.350.836
348.554
2.755.793
-2.407.239
24.875
2.452.254
-2.427.379
De bedragen voor onderhoud van wegen (€ 42.000) en openbare verlichting (€ 28.000) zijn verlaagd. Daarnaast waren er in 2014 eenmalige kosten voor onderhoud een tunnel (€ 43.900), bruggen (€ 46.900) en voor realisatie baggerdepot (€ 218.000). (Een aantal van de projecten zijn via de bestuursrapportage doorgeschoven naar 2015, maar zijn nog wel in de begroting van 2014 verwerkt).
Programmabegroting 2015
Pagina 38
Nieuwe wensen Program m a 6
Totaal
Loop-
investering
tijd
dekking 2015
2016
2017
exploitatielasten 2018
2015
2016
2017
2018
w ettelijk geen autonoom Fase 2 Watersportvisie Kollum
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Toelichting e
Kollum Watersportdorp 2 fase Fase 2 bestaat uit het uitbreiden en opwaarderen van de aanlegvoorzieningen ter hoogte van de Oosterdiepswal en Westerdiepswal. Daarbij wordt tevens de route verbeterd en versterkt tussen de voornoemde aanlegvoorzieningen en de voorzieningen uit fase 1. Deze route loopt via de Prinsenhof, Ooster- en Westerdiepswal naar het winkelgebied aan de Voorstraat. Het project Fase 2 geeft invulling aan de actie/projecten uit het projectenoverzicht uit het Ambitiedocument Watersportdorp Kollum (aantrekkelijke verbinding jachthaven - centrum en realisatie afmeerlocaties nabij centrum).
Programmabegroting 2015
Pagina 39
Programma 7: Sociale en fysieke veiligheid Programmaportefeuillehouder: Programmaregisseur: Donormanager: Financiële adviseur:
B.Bilker T.Hogendorp S. de Boer J. Sinnema
Wat willen we bereiken Doelstelling van het programma is een structurele aandacht voor veiligheid bij de diverse beleidsdisciplines en een goede afstemming daarin.
Ontwikkelingen en trends De woonoverlast door gestoorde personen neemt iets toe. Gebruik (hard)drugs onder jongeren blijft zorgelijk. Geweldsdelicten nemen toe. Georganiseerde criminaliteit neemt toe (cybercrime). De kosten van de opvang van zwerfdieren neemt toe.
Hoofddoelstelling Kollumerland c.a. moet een woongemeente zijn waar de inwoners veilig zijn en zich veilig voelen.
Wat doen we ervoor Hoofd- Subdoelstelling doelst. 1
Een veilige woon- en leefomgeving
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen Aantal incidenten woonoverlast < 65
inc. overlast gestoord persoon < 30 inc. drugsoverlast <10 inc. overlast sociaal (apv) < 3 Inc. vernielingen <80 inc. inbraak woningen < 10 inc. inbraak voertuigen < 8 diefstal rijwielen < 10 Incidenten geweld fys. /psych < 100 meldingen huiselijk geweld > 15
2
Veiligheid bij bedrijven
Incidenten winkeldiefstal < 10 incidenten inbraak winkel <2 Incidenten inbraak bedrijven < 5 Incidenten overlast horeca <3 incidenten overlast evenementen <3
3
Veiligheid en jeugd
inc. vandalisme / baldadigheid < 10 Inc. overlast groepen jongeren < 25
4
Fysieke Veiligheid
Programmabegroting 2015
aantal verkeersong. met dodelijke afloop nihil aantal verkeersongevallen met letsel < 10
Samenwerking tussen overheid, woningcorporatie en hulpverlening Inzet Soc. Team opsporing politie toezicht Verhalen schade “Witte voetjes” acties idem idem Project “geweld is niet oké” Omgeving stimuleren te melden bij AMKH Voorlichting aan winkeliers door MKB idem Witte voetjes actie Afspraken/ Voorschriften omtrent beveiliging Toezicht en handhaven Schade verhalen ev. op ouders Ouders aanspreken op verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid Fysieke aanpassingen om lagere snelheid af te dwingen Idem
Pagina 40
Hoofd- Subdoelstelling doelst.
5
Wanneer zijn we tevreden? => Geformuleerde doelen
Interne veiligheid
aantal verkeersong. materiële schade < 40 Aantal snelheidsovertredingen < 30
idem
Aantal incidenten rijden onder invloed < 20
BOB campagne overheid/ controleacties door politie
Brand aantal < 12 Brandstichting < 4
Toezicht brandveiligheidseisen Schade verhalen
Incidenten Externe veiligheid < 4 Inc. mbt flora en fauna < 20 Bedrijfsafval en –opslag < 2 Overige milieufeiten < 3
Toezicht en handhaving idem Idem idem
Terreur daden/-dreiging nihil Drugshandel < 10 Overige inc. georganiseerde criminaliteit < 20 Discriminatie < 2
Waakzaamheid op signalen Opsporing politie Opsporing politie
Metingen door gemeente / controle door politie
ondersteuning Tûmba
Wat mag het kosten Programma 7
Rekening 2013
Omschrijving
baten
lasten
Saldo van baten en lasten
100.503
869.705
mutatie reserve Geraamd resultaat
Begroting 2014 saldo
baten
lasten
-769.202
3.500
Begroting 2015 saldo
844.203
baten
-840.703
19.500
lasten
saldo
913.711
-894.211
4.330
0
4.330
4.500
0
4.500
0
0
0
104.833
869.705
-764.872
8.000
844.203
-836.203
19.500
913.711
-894.211
De bijdrage aan de Veiligheidsregio is gestegen met € 64.000. Voor de brandweerkazerne ontvangen we een huur van € 16.000, die nog niet in de begroting van 2014 verwerkt zat.
Nieuwe wensen Program m a 7
Totaal
Loop-
investering
tijd
dekking 2015
2016
2017
exploitatielasten 2018
2015
2016
2017
2018
w ettelijk Meerkosten opvang zw erfdieren
2.900
2.900
2.900
2.900
Veiligheidshuis Fryslân
3.630
3.630
3.630
3.630
Regionaal informatie en expertisecentrum
1.300
1.950
1.950
1.950
autonoom
Toelichting Opvang zwerfdieren De kosten van de opvang van zwerfdieren zijn de laatste jaren aanmerkelijk toegenomen als gevolg van het doorberekenen van de vaste lasten aan de gemeenten. De inkomsten van asiels uit collecten, giften en legaten zijn door de recessie drastisch afgenomen. Naast de opvang van zwerfdieren is de gemeente ook verantwoordelijk voor het weghalen van huisdieren en (klein)vee van anti-sociale personen bij ernstige overlastsituaties. Veiligheidshuis Fryslân Het Veiligheidshuis werd de eerste vijf jaren geheel gefinancierd met een Rijksbijdrage aan de centrumgemeente Leeuwarden. Vanaf het begin is aangegeven dat daarna cofinanciering door de gemeente zal moeten plaatsvinden. De vier grote gemeenten in de provincie nemen 61% van de cofinanciering voor hun rekening. De overige moeten bijdragen in de resterende 39%, verdeeld naar rato van het aantal inwoners.
Programmabegroting 2015
Pagina 41
Regionaal Informatie- en Expertisecentrum Het RIEC biedt de mogelijkheid voor een integrale aanpak van georganiseerde en ondermijnende criminaliteit. Dit samenwerkingsverband in de noordelijke provincies wordt grotendeels gefinancieerd met een rijksbijdrage en cofinanciering door de deelnemende instanties. De gemeenten hebben tot nu toe nog niets bijgedragen, maar m.i.v. 2015 moeten gemeenten ook hun financiële bijdrage gaan leveren. Het RIEC doet onderzoek en rapporteert de bevindingen, stelt een advies op voor een integrale aanpak en ondersteunt bij de uitvoering daarvan.
Programmabegroting 2015
Pagina 42
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Programmabegroting 2015
Pagina 43
Algemene dekkingsmiddelen
LASTEN
Nutsbedrijven Geldleningen en uitzettingen < 1 jaar Beleggingen Geldleningen en uitzettingen >= 1 jr.
Rekening Begr.+w ijz. Begroting 2013
2014
2015
46.637
37.649
35.115
0
0
0
2.095
2.095
1.955
204
191
177
Algemene uitkering
0
0
0
Integratie-uitkering sociaal domein
0
0
0
Algemene baten en lasten
0
32.102
58.248
Wet WOZ
104.658
97.780
101.780
Baten OZB gebruikers
0
0
0
Baten OZB eigenaren
0
0
0
Baten baatbelasting
0
0
0
Baten forensenbelasting
0
0
0
Baten toeristenbelasting
0
0
0
Baten hondenbelasting
0
0
0
74.170
68.179
83.237
Saldo van kostenplaatsen
143.458
284.667
15.764
Totaal van de lasten
371.223
522.663
296.275
Heffing en invordering gem. belastingen
BATEN
Nutsbedrijven Geldleningen en uitzettingen < 1 jaar Beleggingen Geldleningen en uitzettingen >= 1 jr. Algemene uitkering Integratie-uitkering sociaal domein
Rekening Begr.+w ijz. Begroting 2013
2014
2015
110.489
70.000
70.000
0
0
0
33.297
25.000
25.000
620.784
688.658
286.647
12.894.078 13.559.648 12.344.270 0
0
9.318.586
67.109
21.220
0
0
0
0
Baten OZB gebruikers
259.600
272.889
290.304
Baten OZB eigenaren
1.356.878
1.460.098
1.597.111
0
0
0
10.923
11.100
11.100
Algemene baten en lasten Wet WOZ
Baten baatbelasting Baten forensenbelasting Baten toeristenbelasting
0
35.000
35.000
Baten hondenbelasting
69.337
70.000
70.000
Heffing en invordering gem. belastingen
15.271
18.500
18.500
177.826
4.049
126.869
Saldo van kostenplaatsen Totaal van de baten
15.615.593 16.236.162 24.193.387
Resultaaat Algem ene dekkingsm iddelen
15.244.370 15.713.499 23.897.112
De gemeente genereert inkomsten uit verschillende bronnen om zo haar uitgaven te kunnen bekostigen. Deze inkomsten kunnen in verschillende categorieën worden onderscheiden:
Programmabegroting 2015
Pagina 44
1. Inkomsten waartegenover een prestatie staat of een geleverde voorziening. Deze soort inkomsten worden verkregen uit heffingen. Hierbij kunt u denken aan bijvoorbeeld riool- en afvalstoffenheffing of leges. 2. Inkomsten die vrij aanwendbaar zijn. Deze soort inkomsten worden verkregen uit belastingheffing (bijvoorbeeld onroerend zaakbelasting of hondenbelasting), ontvangsten (subsidies of bijdragen), rente, dividenden en met name ook uit de algemene uitkering uit het Gemeentefonds. De eerstgenoemde categorie inkomsten worden verantwoord op de respectievelijke programma‟s en producten. De tweede categorie inkomsten worden weergegeven in dit programma Algemene Dekkingsmiddelen. Het overzicht van algemene dekkingsmiddelen heeft een voorgeschreven indeling en is verplicht op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording. Naast baten is er sprake van met baten samenhangende lasten.
Toelichting Lokale heffingen De baten en lasten die betrekking hebben op de onroerend zaakbelasting, forensenbelasting en toeristenbelasting staan weergegeven onder lokale heffingen. Algemene uitkering De baten en lasten ten gevolge van de algemene uitkering uit het gemeentefonds worden onder de kop algemene uitkering weergegeven. De uitkering is berekend op basis van de junicirculaire 2014 en valt € 1.215.378 lager uit. De septembercirculaire wordt als eerste begrotingswijziging aangeboden. Integratieuitkering sociaal domein Dit betreft de uitkering vanwege de drie decentralisaties in het sociale domein. Beleggingen Deze regel bevat de baten en lasten van de dividenden die de gemeente ontvangt van Eneco, Kabel Noord en de Bank Nederlandse Gemeenten. Algemene baten en lasten Op basis van ervaringscijfers is een redelijke inschatting gemaakt van de algemene baten en lasten. Saldo van de kostenplaatsen Dit is het saldo van de kostenplaatsen (interne, ondersteunende producten). De lasten op deze producten worden op basis van verdeelsleutels doorberekend aan de externe producten. Het saldo wat daarna nog overblijft wordt op saldo kostenplaatsen geboekt. Geldleningen en uitzettingen > 1 jaar Dit betreft de bijschrijving van de inflatiecorrectie van de reserves en de bespaarde rente eigen financieringsmiddelen. Doordat er in 2015 geen inflatiecorrectie wordt bijgeschreven is bedrag ruim € 402.000 lager. Mutaties reserves De reserves kunnen dienen als dekkingsmiddelen. Ook kunnen er middelen aan de reserve toegevoegd worden. De laatste jaren worden er echter meer middelen aan de reserves onttrokken dan er worden toegevoegd. Mutaties reserves
Rekening Begr.+w ijz. Begroting 2013
2014
2015
Toevoeging reserves
2.848.235
2.208.192
155.061
Aanw ending reserves
3.012.768
2.516.164
258.482
164.533
307.972
103.421
9.818.335
9.510.363
9.406.942
Resultaat m utaties reserves Reserves einde boekjaar
Programmabegroting 2015
Pagina 45
Onvoorzien Voor onvoorzien is binnen de begroting een bedrag van € 38.634 gereserveerd. Dit bedrag is gebaseerd op een tarief van € 3 per inwoner. Het bedrag is structureel beschikbaar voor onvoorziene en niet uitstelbare uitgaven gedurende de meerjarige begrotingsperiode.
Programmabegroting 2015
Pagina 46
Paragrafen
Programmabegroting 2015
Pagina 47
Weerstandsvermogen en risicobeheersing Algemeen Onder het weerstandsvermogen wordt verstaan “het vermogen om niet-structurele financiële risico‟s te kunnen opvangen teneinde de taken van de gemeente te kunnen voortzetten”. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit (de middelen waarover de gemeente beschikt/ kan beschikken om niet begrote posten te dekken) en de risico‟s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar, maar ook voor de meerjarenramingen. Om het weerstandsvermogen te kunnen beoordelen is het noodzakelijk inzicht te hebben in de weerstandscapaciteit en de risico‟s die de gemeente loopt. Begin 2014 is de geactualiseerde Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen in de Gemeente Kollumerland c.a. vastgesteld door de gemeenteraad. Een belangrijk onderwerp hiermee annex vormen de grondexploitaties en hiervoor is de Nota Grondbedrijf vastgesteld. Beleid omtrent weerstandscapaciteit en risico‟s De gemeente doet binnen de bestaande besluitvorming en de werkprocessen aan risicomanagement en kent een planmatig risicomanagement dat als zodanig in de nota Risicomanagement en weerstandsvermogen is vastgelegd en wordt uitgevoerd. Om risicomanagement toe te passen in de bedrijfsvoering is het onderdeel geworden van de planning & control cyclus. Op de afdeling Bedrijfsvoering is een medewerker verantwoordelijk voor het up-to-date houden van de risicotabel en er wordt bij ieder voorstel kritisch gekeken of er aandacht is geweest voor het risicomanagement en weerstandsvermogen. In B&W- en Raadsvoorstellen wordt, waar dat van toepassing is, een “kopje” risico‟s opgenomen zodat ze door het cluster financiën in de paragraaf weerstandsvermogen zijn op te nemen. Voor het hoofdstuk risico‟s moeten bij elk advies, waar financiële risico‟s aan te pas komen, drie stappen worden doorlopen: 1.
Identificatie van risico‟s: risico benoemen, omschrijven en categoriseren en het aanwijzen van een risicoverantwoordelijke
2.
Analyse en beoordeling van risico‟s: de kans inschatten dat een risico optreedt, een uitspraak doen over in hoeverre het financiële gevolg van een risico is in te schatten in termen van goed, redelijk, slecht of niet, beoordelen of een risico regulier (afgedekt) is of niet en bij een niet regulier risico, waar mogelijk, aangeven wat het financiële gevolg is als het risico zich voordoet
3.
Beheersing van risico‟s: beoordelen hoe met het risico om te gaan. Dat wil zeggen bekijken of een risico ook kan worden vermeden, verminderd, overgedragen of moet worden geaccepteerd
Inventarisatie weerstandscapaciteit: Weerstandscapaciteit zijn de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken. De onderdelen zijn de algemene reserves, de bestemmingsreserves, de stille reserves, de begrotingspost onvoorzien en de onbenutte belastingcapaciteit. De geraamde weerstandscapaciteit per 1 januari 2015 van de Gemeente Kollumerland c.a. is (afgerond) als volgt opgebouwd: € a. Algemene reserves 3.217.000 b. Bestemmingsreserves (deels) 3.205.000 c. Stille reserves p.m. d. Begrotingspost onvoorzien 39.000 e. Onbenutte belastingcapaciteit 500.000 Totaal 6.961.000
Programmabegroting 2015
Pagina 48
Toelichting: a. Dit betreft de geraamde algemene reserve per 1-1-2015. b. Dit betreffen de geraamde vrij besteedbare bestemmingsreserves per 1-1-2015. Het uitgangspunt bij het vrij kunnen aanwenden van een bestemmingsreserve is dat deze extra begrotingsruimte geeft. Dit zijn de reserves waarvan de raad nog altijd kan bepalen of deze daadwerkelijk gebruikt worden voor de ingestelde bestemming of niet. Dit geldt niet voor de (egalisatie)reserves voor riolering, huishoudelijk afval en bedrijfsafval welke gevormd zijn via de riool- en afvalstoffen- en reinigingsheffing. Dit zijn van derden (burgers) verkregen gelden die uitsluitend voor die doelgroep bestemd moeten blijven. Deze reserve wordt jaarlijks afbouwend ingezet voor structurele dekking, zodat ook deze reserve niet vrij te besteden is. c. Stille reserves zijn activa die onder de opbrengstwaarde of tegen nul zijn gewaardeerd. In andere woorden: de boekhoudkundige waarde is lager dan de reële waarde. De activa moeten direct verkoopbaar zijn. De winst bij verkoop is eenmalig vrij inzetbaar. De gemeenteraad heeft in februari 2011 de notitie “stille reserves” vastgesteld, waarbij de stille reserves van onze gemeente als p.m. post worden aangemerkt. d. In de programmabegroting van 2015 is een post opgenomen voor onvoorziene incidentele uitgaven. e. De onbenutte belastingcapaciteit betreft het verschil tussen de opbrengsten die de gemeente zou moeten realiseren alvorens zij aanspraak zou kunnen maken op rijkssteun zoals die geldt conform de artikel 12 regeling van de financiële verhoudingswet en de huidige opbrengsten. Door het beleid in de gemeente Kollumerland c.a. om de jaarlijkse stijging van de lokale lasten zoveel mogelijk te beperken is de onbenutte belastingcapaciteit inmiddels tot een aanzienlijk bedrag opgelopen. Inventarisatie risico‟s: In de onlangs geactualiseerde nota Risicomanagement en weerstandsvermogen is een uitgebreide risicotabel opgenomen. Deze wordt als uitgangspunt genomen voor de voorliggende begroting. Voor de tabel en de toelichting daarop wordt verwezen naar de genoemde nota. In deze paragraaf wordt volstaan met een gecomprimeerd overzicht.
Inkomsten Kapitaalgoederen Financiering Deelnemingen Grondzaken Bedrijfsvoering Grote projecten Verbonden partijen Open einde regelingen Juridische zaken Diversen/overige Totaal
€ 58.000 280.000 154.000 Accepteren 392.000 31.000 87.000 252.000 368.000 85.000 44.000 1.750.000
Toelichting Inkomsten: hieronder vallen o.a. de algemene uitkering uit het gemeentefonds, dubieuze debiteuren, onroerende zaakbelasting en dividend. Deze begrote inkomsten kunnen door allerlei oorzaken lager uitvallen. Kapitaalgoederen: hierbij moet met name gedacht worden aan de wegen. Door achterstallig onderhoud ontstaan er risico‟s als kapitaalvernietiging en schadeclaims. Financiering: de gemeente staat garant voor geldleningen aan derden, met name op het gebied van sociale woningbouw en zorg. Als deze instellingen niet aan hun verplichtingen voldoen, zal de gemeente voor de garantie aansprakelijk worden gesteld.
Programmabegroting 2015
Pagina 49
Deelnemingen: de aandelen (Kabel Noord, Gasbedrijf, Gem. Kredietbank, Afvalsturing, BNG) die de gemeente bezit zijn gewaardeerd op de balans tegen nominale waarde. Het risico is nihil. Grondzaken: het in exploitatie nemen van een bouwgrondcomplex brengt risico‟s met zich mee, bijvoorbeeld omdat een aangekocht perceel niet voor de verwervingsprijs in exploitatie genomen kan worden of als de verwachte kosten en opbrengsten tegenvallen. Bedrijfsvoering: risico‟s als gevolg van de bedrijfsvoering zijn o.a. ontslag en wachtgeld vanwege het disfunctioneren van personeelsleden en verhoging van salariskosten als gevolg van Cao-onderhandelingen. Grote projecten: het realiseren van grote projecten, brengt risico‟s met zich mee, zoals tegenvallende baten of lasten. Verbonden partijen: de gemeente loopt risico‟s door een minder goede bedrijfsvoering of stijgende kosten door aanscherping van regels (als gevolg van wetgeving) bij verbonden partijen. Als gevolg daarvan kan de exploitatiebijdrage hoger worden. Open einde regelingen: door allerlei redenen is het mogelijk dat er een groter beroep op voorzieningen als de WWB, bijzondere bijstand, WSW, WMO en leerlingenvervoer wordt gedaan Juridische zaken: door onrechtmatig handelen, planschades, bezwaarschriften en juridische procedures loopt de gemeente risico‟s. Diversen/overige: de gemeente loopt risico‟s door allerhande onvoorziene ontwikkelingen.
Betekenis en ontwikkeling weerstandsvermogen: De benodigde weerstandscapaciteit wordt afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen.
Ratio weerstandsvermogen =
Beschikbare weerstandscapaciteit --------------------------Benodigde weerstandscapaciteit
De betekenis van de uitkomst van deze berekening is als volgt: Categorie A B C D E F
Ratio >2,0 1,4 – 2,0 1,0 – 1,4 0,8 – 1,0 0,6 – 0,8 <0,6
Betekenis Uitstekend Ruim voldoende Voldoende Matig Onvoldoende Ruim onvoldoende
Beoogd wordt een weerstandsvermogen dat tenminste voldoende is (categorie C), hetgeen gelijk staat aan een ratio tussen 1 en 1,4. Conform de recent geactualiseerde nota Risicomanagement en weerstandsvermogen bedraagt de actuele ratio 4,37. Met name het significant dalen van de garantstellingen van de gemeente voor geldleningen van en het lagere niveau aan geplande investeringen in kapitaalgoederen (o.a. wegen) hebben een positieve invloed op de ratio. Deze uitkomst valt ruim in de categorie A = uitstekend.
Programmabegroting 2015
Pagina 50
Onderhoud kapitaalgoederen In deze paragraaf wordt aandacht geschonken aan het onderhoud van de kapitaalgoederen.
Wegen en paden Beleidskader Begin 2013 is de Beleidsvisie Wegen door de gemeenteraad vastgesteld. Het onderhoud aan de wegen bestaat uit 3 soorten: dagelijks onderhoud en groot onderhoud die ten laste van de exploitatie komen en reconstructies waarop wordt afgeschreven. - Het dagelijks of klein onderhoud zorgt ervoor dat kleine problemen worden verholpen. - Het groot onderhoud zorgt ervoor, dat de wegen weer aan de kwaliteitseisen voldoen. - Bij een reconstructie (= investering met afschrijving) wordt de weg opnieuw ingericht en de wegconstructie (fundering) versterkt. Voor het bepalen van het groot onderhoud wordt gebruik gemaakt van een beheerprogramma. Jaarlijks worden de te nemen onderhoudsmaatregelen bepaald aan de hand van de dan uitgevoerde inventarisatie en de op grond daarvan in het beheerprogramma ingebrachte gegevens. Van de investeringen in reconstructies is een onderhoudsplan gemaakt, waarin de te onderhouden wegen, de geraamde kosten en het jaar van uitvoering zijn opgenomen. Kwaliteitsniveau De gemeenteraad heeft gekozen voor het gemiddelde kwaliteitsniveau Basis in 2016. Het huidige kwaliteitsniveau ligt onder dat niveau. Kerngegevens wegen fietspaden voetpaden bermen
198 km 35 km 70 km 1.039.829 m2
asfaltverharding betonverharding elementenverharding halfverharding onverhard
56,18% 7,20% 31,74% 2,34% 2,54%
Financiële consequenties Jaarlijks wordt in de begroting een bedrag opgenomen voor reconstructies en een vast bedrag voor groot onderhoud en dagelijks onderhoud. De investeringen voor de periode 2014-2016 worden geraamd op: 2015 2016 2017
€ 1.989.122 € 576.000 € 632.000
De afschrijvingstermijn bedraagt voor wegen met geen of slechte fundering 15 jaar en voor wegen met een goede fundering 25 jaar. Begroting 2015 Dagelijks onderhoud Groot onderhoud Reconstructies
exploitatie exploitatie investeringen
Programmabegroting 2015
€ 15.640 € 129.913 € 1.989.122
Pagina 51
Bruggen Beleidskader Voor de bruggen is op 6 september 2011 een beheer- en onderhoudsplan vastgesteld door het college. Het plan is onderdeel van het “Beheer- en onderhoudsplan gemeentelijke gebouwen en bruggen” voor de periode 2011-2015. Kwaliteitsniveau De bruggen verkeren over het algemeen in een goede staat, behalve de brug bij Aldwâldmersyl. Kerngegevens De gemeente Kollumerland c.a. heeft 18 betonnen bruggen, 27 houten bruggen en 3 duikerbruggen in eigendom. De gemeente Kollumerland c.a. is voor de helft eigenaar van de beweegbare brug over het Dokkumer Diep bij Ee. De gemeente Dongeradeel is voor de andere helft eigenaar en beheert de brug op afstand en laat het onderhoud uitvoeren. De onderhoudskosten worden door de beide gemeenten gedeeld. Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting vaste bedragen voor onderhoud opgenomen. Begroting 2015 Brug Steenvak Overige bruggen
exploitatie exploitatie
€ 12.505 € 18.609
Bewegwijzering Beleidskader De fietsbewegwijzering en bewegwijzering voor motorvoertuigen die de gemeente plaatst, volgt de richtlijn Bewegwijzering. Jaarlijks ontvangt de gemeente overzicht met de benodigde onderhoudsbedragen. Dit overzicht bevat de onderhoudsbedragen voor de komende 5 jaar. De Marrekrite onderhoudt het fietsknooppuntensysteem en de historische wandelpaden. De toeristisch/recreatieve wegwijzers in Kollum en Veenklooster worden naar behoefte onderhouden door de gemeente. Kwaliteitsniveau De bewegwijzering voldoet in het algemeen aan de richtlijn. Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting vaste bedragen voor onderhoud en vervanging opgenomen. Begroting 2015 Bewegwijzering
exploitatie
€ 11.536
Openbare verlichting Beleidskader Het beleid is vastgelegd in het beleidsplan Openbare Verlichting. Dit beleid is vastgesteld in 1999. Het dagelijks onderhoud wordt uitbesteed. Het contract voorziet in het verhelpen van storingen en schades, grootschalige vervanging van lampen en het afhandelen van schades. Het beheer en toezicht vindt plaats in NOFA-verband en wordt verricht door een medewerker van de gemeente Dongeradeel. Kwaliteitsniveau De gemeentelikke verlichting bestaat voor 90% uit masten jonger dan 20 jaar en voor 80% uit armaturen met energiezuinige PLL verlichting. Voor de verlichtingskwaliteit volgt onze gemeente de aanbevelingen van de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV). Nieuwe en te vervangen armatu-
Programmabegroting 2015
Pagina 52
ren en lichtmasten moeten zo energie-efficiënt mogelijk worden uitgevoerd. Over het algemeen voldoet de lichtopbrengst aan de gestelde doelen. Kerngegevens Avondbranders (zonsondergang – 22.30 uur) Nachtbranders (zonsondergang-zonsopkomst) dimverlichting (vanaf 22.30 uur tot zonsopkomst)
604 stuks 671 stuks 1.074 stuks
Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting bedragen voor onderhoud en vervanging opgenomen. Vervangingen bestaan voor een grootste deel uit armatuurvervangingen. De lichtmasten worden in 25 jaar afgeschreven. Begroting 2015 Beheer en onderhoud
exploitatie
€ 26.371
Waterwegen Beleidskader Het gemeentelijke oppervlaktewater valt enerzijds te onderscheiden in boezem en polderwater en anderzijds in vaarten, sloten en vijvers. De beleidsvisie is vastgelegd in het Milieuvisie: “Het gemeentelijk beleid is er op gericht om de huidige milieukwaliteiten actief te behouden”. Deze visie is meegenomen in het baggerplan (2014-2023) voor het gemeentelijke water ten aanzien van het diepteonderhoud en het bodemslib. Ten aanzien van bermsloten is het beleid dat deze jaarlijks, voor zover de gemeente daartoe door het Wetterskip verplicht wordt, worden geschoond. Kwaliteitsniveau De kwaliteit van de gebaggerde waterbodems is goed. De te hekkelen sloten voldoen aan de eisen van goede doorstroming, die door het Wetterskip daaraan gesteld worden. Kerngegevens Vaarten en kanalen Te hekkelen sloten
58 km 156 km
Financiële consequenties Voor de sloten is een jaarlijks bedrag voor hekkelen en composteren van het afval opgenomen. Bij de vaststelling van het baggerplan zijn er vanaf 2015 onderhoudskosten voor baggeren op genomen. Begroting 2015 Sloothekkelen/-afval exploitatie Baggeren exploitatie Baggerfonds Marrekrite exploitatie
€ 91.500 € 18.500 € 1.444
Oeverbescherming Beleidskader Voor het onderhoud van de beschoeiing is in 2005 een quickscan uitgevoerd. Deze quickscan is opgesteld om gestructureerd onderhoud aan beschoeiingen te kunnen plegen. Kwaliteitsniveau In de quickscan wordt uitgegaan van de volgende kwaliteitsniveaus: Slecht: herstelurgentie binnen 5 jaar Matig: herstelurgentie 5-10 jaar Goed: herstelurgentie na 10 jaar
Programmabegroting 2015
Pagina 53
Het streven is het aantal typen beschoeiing terug te dringen en natuurlijke oevers toe te passen. De algemene indruk is dat de beschoeiingen in een redelijke staat van onderhoud verkeren. Wel zijn er grote verschillen in kwaliteit tussen de verschillende typen waargenomen. Kerngegevens Walbeschoeiing
6.750 meter
Financiële consequenties Jaarlijks is er een vast budget beschikbaar voor vervangingsinvesteringen en een budget voor onderhoud. De vervangingsinvesteringen worden in 25 jaar afgeschreven. Begroting 2015 Reconstructies Dagelijks onderhoud
€ €
investeringen exploitatie
48.000 10.200
Aanlegsteigers Beleidskader In de gemeente zijn steigers aanwezig die zijn aangelegd door De Marrekrite en de gemeente. De steigers van De Marrekrite worden door deze organisatie onderhouden. Voor dit onderhoud betaalt de gemeente een jaarlijkse bijdrage. De gemeente heeft, naast steigers voor motorboten, ook aanlegsteigers voor kano‟s aangelegd. Op dit moment wordt naar behoefte klein onderhoud aan de gemeentelijke steigers gepleegd. In 2013 wordt een onderhoudsplan voor de steigers opgesteld. Kwaliteitsniveau De gemeentelijke steigers verkeren in het algemeen in goede staat. Kerngegevens Aanlegsteigers gemeente Aanlegsteigers Marrekrite Aanlegsteigers kanoroutes
3 stuks 20 stuks 14 stuks
Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting vaste bedragen voor onderhoud opgenomen. Begroting 2015 Bijdrage De Marrekrite Onderhoud kanoroutes
exploitatie exploitatie
€ 13.103 € 5.000
Openbaar groen Beleidskader In 2007 is een Groenstructuurplan opgesteld dat door de raad is vastgesteld. In dit plan is de visie op groenstructuur vastgelegd. Daarnaast is er een Bomenbeleidsplan voor 2010-2020 vastgesteld. In 2011 is het groenbeheerplan opgesteld. In dit plan is de opbouw van het groenareaal van de gemeente beschreven, gerelateerd aan het gewenste kwaliteitsniveau. Voor het uit te voeren onderhoud zijn de in de begroting opgenomen middelen voor eigen personeel, eigen machines, gedetacheerde krachten (o.a. het werkvoorzieningschap NEF), derden en leveringen bepalend. De financiële beperkingen worden ook in het groenbeheerplan omschreven. De speelvelden vallen tevens onder het groenbeheer. De daarop staande speeltoestellen zijn eigendom van verenigingen en stichtingen. Kwaliteitsniveau In 2010 is een nulmeting uitgevoerd om te bepalen wat het huidige kwaliteitsniveau is van de openbare ruimte. Uit deze nulmeting blijkt dat de Gemeente Kollumerland c.a. gemiddeld genomen over een hoogwaardig kwaliteitsniveau beschikt. Het openbaar groen is daarbij vaak de beperkende factor. In
Programmabegroting 2015
Pagina 54
het kader van IBOR (Integraal Beheer Openbare Ruimte) is in 2011 door de gemeenteraad kwaliteitsniveau B (basis) vastgesteld voor de buitenruimte. Kerngegevens bloembakken blokhagen bodembedekkende heesters/rozen bomen bos bosplantsoen botanische en heesterrozen gras (excl. bermen en sportvelden) opgaande en bodembedekende heesters opgaande heesters strakke hagen struikrozen vaste planten
60 m2 1.373 m2 6.308 m2 13.000 st. 213.454 m2 122.362 m2 3.250 m2 802.500 m2 10.000 m2 10.000 m2 3.460 m2 2.500 m2 1.500 m2
Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting vaste bedragen voor onderhoud opgenomen. Begroting 2015 Plantsoenen Bomen Inhuur NEF
exploitatie exploitatie exploitatie
€ 17.463 € 20.733 € 336.798
Begraafplaatsen Beleidskader De vier gemeentelijke begraafplaatsen bevinden zich te Kollum, Oudwoude, Burum en Munnekezijl. Voor de begraafplaatsen is in 2007 een beleidsnotitie vastgesteld. De beschikbare middelen bepalen jaarlijks de omvang van het uit te voeren onderhoud. Kwaliteitsniveau Door het opknappen van de bestrating in 2011 zijn de begraafplaatsen weer goed toegankelijk en voldoen ze weer aan de gewenste kwaliteit. Kerngegevens begraafplaatsen baarhuisjes aula
4 locaties 3 huisjes 1 aula
Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting vaste bedragen voor onderhoud opgenomen. Begroting 2015 Onderhoud
exploitatie
€
8.217
Sportvelden Beleidskader In de gemeentelijke sportnota (vastgesteld eind 2004) is onder andere beleid betreffende de sportvelden vastgelegd. Evenals bij het onderdeel “Groen” zijn de in de gemeentebegroting opgenomen middelen bepalend voor de werkzaamheden die uitgevoerd kunnen worden. De gemeente onderhoudt voetbal-, kaats- en korfbalvelden.
Programmabegroting 2015
Pagina 55
Kwaliteitsniveau Over het algemeen is het kwaliteitsniveau van de sportvelden goed. Kerngegevens Voetbalvelden Korfbalvelden Kaatsvelden Trainingsvelden
8 velden 2 velden 1 veld 4 velden
Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting vaste bedragen voor onderhoud opgenomen. Begroting 2015 Onderhoud
exploitatie
€
58.820
Gemeentelijke gebouwen Beleidskader De gemeente Kollumerland c.a. heeft 26 gemeentelijke gebouwen in eigendom van zeer uiteenlopende aard. De gebouwen worden onderscheiden in twee categorieën, t.w. dienstgebouwen en maatschappelijke gebouwen. Voor het beheren en onderhouden van deze gebouwen is het “Beheer- en onderhoudsplan gemeentelijke gebouwen en bruggen” opgesteld voor de periode 2011-2015 (vastgesteld op 6 september 2011 door het college). In dit plan worden ook de 2 (spoor) tunnels, 5 kunstobjecten, 12 abri‟s en de eigendommen van de Stichting Erfgoed Kollumerland en Nieuwkruisland benoemd. De dorpshuizen zijn eigendom van verenigingen en stichtingen. Kwaliteitsniveau De gebouwen verkeren over het algemeen in een goede staat. Er wordt gestreefd naar een brede duurzame kwaliteit. Het toepassen van materialen die het milieu zo min mogelijk belasten, een gezond binnenmilieu en gericht op lage exploitatielasten voor onderhoud en energiegebruik. Kerngegevens Gemeentehuis Westenstein Garage (8 deuren) Werkplaats en stalling Timmerwerkplaats en berging Kantine buitendienst Stalling plantsoenen Garage (3 deuren) Zoutloods Wasplaats KCA-depot Overkapping overlaadstation Wachthuisje overlaadstation
Brandweerkazerne Sporthal Van der Bij Gymlokaal Baensein Sportzaal De Saedkampe Stalling Timmerwerf Oudheidkamer MFC Oostenburg MFC Westergeest Oude gemeentehuis Baarhuisje Burum Baarhuisje Kollum Baarhuisje Munnekezijl 12 abri‟s
Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting per gebouw vaste bedragen voor onderhoud opgenomen. Daarnaast is er een budget van € 59.460 beschikbaar voor buitengewoon onderhoud voor het gehele gebouwenareaal, maar dit bedrag is wegbezuinigd in 2015. Begroting 2015 Gemeentehuis/bijgebouwen exploitatie Brandweerkazerne exploitatie MFC Oostenburg exploitatie
Programmabegroting 2015
€ 47.545 € 2.700 € 5.509
Pagina 56
MFC Westergeest Oudheidkamer Sporthal Van der Bij Sportzaal De Saedkampe Gymlokaal Baensein Overlaadstation Baarhuisjes Abri‟s Buitengewoon onderhoud Monumenten St. Erfgoed
exploitatie exploitatie exploitatie exploitatie exploitatie exploitatie exploitatie exploitatie exploitatie exploitatie
€ 0 € 402 € 7.331 € 3.982 € 2.170 € 2.362 € 878 € 1.617 € 0 € 38.740
Onderwijsgebouwen Beleidskader Op 1 januari 2015 zal, zoals het er nu naar uitziet, de doordecentralisatie onderwijshuisvesting primair onderwijs plaatsvinden. Schoolbesturen zijn dan nu ook zelf verantwoordelijk voor het buitenonderhoud van hun gebouwen. De gemeente houdt een belangrijke rol vanwege hun verantwoordelijkheid voor nieuwbouw en uitbreiding van schoolgebouwen. Kwaliteitsniveau De meeste schoolgebouwen verkeren in een redelijke staat van onderhoud. Kerngegevens Voortgezet onderwijs Basisonderwijs Multifunctioneel
2 gebouwen 9 gebouwen 1 gebouw
Financiële consequenties De investeringen voor onderwijshuisvesting worden opgenomen in het Integraal Huisvestingsplan (IHP). Nieuwe schoolgebouwen worden in 40 jaar afgeschreven, renovaties in 25 jaar en technische installaties in 15-20 jaar. Begroting 2015 Onderhoud Roobol Onderhoud VCBO
exploitatie exploitatie
€ €
0 0
Riolering Beleidskader De beleidsvisie ligt vast in het Riolering- en watertakenplan 2014-2017. Kwaliteitsniveau In het algemeen verkeren alle onderdelen van de riolering (o.a. vrijverval riolering, drukriolen, vacuüm riolering, rioolgemalen, bergbezinkbassins, overstorten) technisch in een redelijke staat. Het streven is om jaarlijks 6% van het areaal aan rioolstelsels te inspecteren, waarmee een goed beeld wordt verkregen van de kwaliteit en onderhoudstoestand van de riolering. Met het vaststellen van het Riolering- en watertakenplan is besloten om de riolering in de onderhoudstoestand Basis te houden. Kerngegevens hoofdriolering - gemengd rioolstelsel (huishoudelijk afvalwater + hemelwater) - regenwaterriool (alleen hemelwater) - vuilwaterriool (alleen huishoudelijk afvalwater) - drukriolering (alleen huishoudelijk afvalwater)
Programmabegroting 2015
75,0 km 8,4 km 5,5 km 34,0 km --------------122,9 km
Pagina 57
perceelaansluitingen kolken bergbezinkbassins overstorten rioolgemalen pomp- en bufferputten
5.434 stuks 7.500 stuks 9 stuks 21 stuks 25 stuks 200 stuks
Financiële consequenties Jaarlijks worden in de begroting een bedrag voor vervangingsinvesteringen en een bedrag voor regulier onderhoud opgenomen. De afschrijvingstermijnen voor investeringen zijn: vrijverval riolering 25 jaar, drukriolering, bouwkundige werken, rioolgemalen en pompen 20 jaar. Begroting 2015 Onderhoud riolering Vervanging riolering
exploitatie € investering €
130.000 358.315
Milieustraat Beleidskader De gemeente beschikt over een eigen milieustraat waar de burgers op vaste tijden huishoudelijk afval, klein chemisch afval en tuinafval kunnen afleveren. De ingezamelde afvalstoffen worden ter plekke overgeslagen. Bij de milieustraat bevindt zich een buitenopslag van afdeling Openbare Werken. De gemeente heeft tot 2024 vergunning voor de milieustraat. Het onderhoud wordt naar behoefte uitgevoerd. Kwaliteitsniveau De milieustraat verkeert in goede staat. Kerngegevens 1 milieustraat Financiële consequenties Jaarlijks wordt in de begroting een vast bedrag voor onderhoud opgenomen. Begroting 2015 Onderhoud
exploitatie
€
2.362
Tracties Beleidskader De gemeente beschikt over diverse tracties die worden gebruikt voor de bedrijfsvoering bij de wegen, plantsoenen, sportvelden, begraafplaatsen, riolering, reiniging en gebouwen. Daarnaast beschikt de gemeente over enkele dienstauto‟s voor de binnendienst, met name voor openbare werken en toezicht en handhaving. De meeste tracties zijn in eigendom van de gemeente, maar als blijkt dat leasen goedkoper is, worden ze geleased. Kwaliteitsniveau Per tractiesoort wordt uitgegaan van een bepaalde afschrijvingstermijn. Deze termijn is gebaseerd op de levensduur. Per jaar wordt bekeken of een afgeschreven tractie nog een of meerdere jaren langer mee kan. Kerngegevens De belangrijkste tracties zijn: Vrachtauto‟s 2 Kipperauto 1
Programmabegroting 2015
Pagina 58
Bestelauto‟s/bussen Straatveegauto Huisvuilauto Dienstauto‟s Tractors Laadschop/kraan Maaimachines
13 1 1 5 4 2 3
Financiële consequenties In de gemeente wordt een vast budget voor onderhoud tracties opgenomen. Daarnaast is er een jaarlijks investeringsbudget, afhankelijk van de tracties die vervangen gaan worden. Er worden de volgende afschrijvingstermijnen gehanteerd: Vrachtauto‟s en tractoren Aanhangwagens, bestel- en personenauto‟s Licht motorvoertuigen, motormaaiers en klein materieel Schaftwagens Begroting 2015 Aanschaf Onderhoud Leaseauto‟s
investering exploitatie exploitatie
Programmabegroting 2015
€ € €
7-10 jaar 8-10 jaar 5-10 jaar 15 jaar
338.500 157.370 65.920
Pagina 59
Bedrijfsvoering Financieel beheer en Planning en Control Programmasturing De begroting is opgedeeld in zeven raadsprogramma‟s. Per programma is een groep van vier personen, “Quattro” genaamd, verantwoordelijk om inhoud te geven aan de respectievelijke programma‟s. Deze Quattro‟s bestaan uit een portefeuillehouder, een programmaregisseur (beleidsmedewerker), een manager en een financieel adviseur. De programmaregisseurs spelen, in samenwerking met de financiële adviseurs, een belangrijke rol bij de totstandkoming van (meerjaren)begroting, jaarrekening en tussentijdse verantwoordingen. Het geheel van activiteiten wordt gecoördineerd door de cluster Financiële Zaken & Control en staat binnen de organisatie bekend als programmasturing. Planning & Control In onze gemeente kiezen wij ervoor de planning & control activiteiten simpel te houden door middel van het vaststellen van een jaarlijks overzicht waarin is vastgelegd, welke informatie wanneer bij wie moet worden aangeleverd. Dit overzicht wordt jaarlijks geactualiseerd. Het schema P&C is te vinden op intranet onder het tabblad “FZ & Control”.
Organisatie P&O Leef-werkklimaat voor nu en in de toekomst. Vanuit de overtuiging dat mensen langer door moeten werken en vanuit de zorg voor behoud van een goed personeelsbestand, is het belangrijk mensen te binden aan je organisatie, aan de regio. Hoe bind je mensen aan je organisatie zodat ouderen langer door willen werken en jonge mensen je als aantrekkelijke werkgever beschouwen? Het antwoord op deze vraag ligt eigenlijk voor de hand namelijk dat er een soort leef-werkklimaat en cultuur zijn. We hebben het dan over leeftijdsbewust personeelsbeleid. Personeelsbeleid dat gericht dient te zijn op het duurzaam, gezond, inzetbaar en gemotiveerd houden van alle medewerkers, dus ongeacht hun leeftijd. Landelijk is er weliswaar speciale aandacht voor ouderen en zware beroepen, maar dat heeft dan vaak betrekking op zogenaamde ontzie maatregelen, denk aan beroepen in de sectoren ambulanceen brandweerpersoneel. Bjij onze buitendiensten is er op dat gebied al veel bereikt om ongewenste situaties te voorkomen, denk aan zwaar tillen bij het vuilophaal. Dit zal anders moeten nu de groep ouderen feitelijk een steeds groter deel van het menselijk kapitaal evan een organisatie uitmaakt. Uitgangspunten van leeftijdsbewust personeelsbeleid 1. Personeelsbeleid en arbeidsvoorwaarden dienen gericht te zijn op activering van talenten en capaciteiten en bevordering van een duurzame gezondheid en motivatie van al het personeel; 2. Werken aan competentieontwikkeling en verwerven van (nieuwe) formele kwalificaties kan de motivatie en een bredere inzetbaarheid van werknemers, binnen en buiten de organisatie, vergroten; 3. Rekening houden met de belasting van het werk en de belastbaarheid van werknemers, want zowel het werk (functie en taken) als werknemers zelf veranderen. Dit betekent zorgdragen voor maatwerk bij het bewaken van het evenwicht tussen belasting en belastbaarheid; 4. Rekening houden met veranderende motivatie van werknemers in de loop der tijd. Zoals het inbouwen van motivatie-verhogende maatregelen in het werk, zoals een doorgroei mogelijkheden in een functie, scholing afwisseling en autonomie in het werk, het betrekken van medewerkers bij besluitvorming over werk en functionerings- en loopbaangesprekken. Maar ook zorgdragen voor motiverende arbeidsvoorwaarden zoals flexibele arbeidspatronen en goede verlofregelingen.
Programmabegroting 2015
Pagina 60
5. Niet alleen beleid gericht op een duurzame inzetbaarheid van alle leeftijden maar zo nodig ook nieuw „doelgroepen ‟beleid stimuleren, gericht op groepen werknemers met een groter risico op voortijdige uitval met geringe kansen op de arbeidsmarkt. Denk aan werknemers in fysiek zwaar belastende functies, werknemers die langdurig in een zelfde functie zitten en werknemers zonder of met verouderde beroepskwalificaties. 6. Streven naar gelijke behandeling en creëren van gelijke kansen als het gaat om duurzame inzetbaarheid van alle leeftijden. Als het gaat om het stellen van leeftijdsgrenzen in het personeelsbeleid ( van werving en selectie tot pensionering) en de arbeidsvoorwaarden dien er sprake te zijn van grote terughoudendheid.
Formatie In de Programmabegroting 2015 is een formatie opgenomen van 124 personeelsleden (98,02 FTE). Dit is inclusief het college van burgemeester en wethouders, ambtelijke ondersteuning ondernemingsraad en griffie en inclusief de vacatureruimte van 5 functies (2,47 FTE). De ambtenaren burgerlijke stand, molenaars en klokkenluiders zijn hierin niet opgenomen. In de Programmabegroting 2014 was een formatie opgenomen van 126 personeelsleden (100,87 FTE) waaronder een vacatureruimte van 4 functies (2,28 FTE). Voor 2015 wordt de eventuele vacatureruimte, in het kader van de bezuinigingen, niet opgevuld. Uitgezonderd zijn de posities waarbij de taakuitvoering in gevaar komt. In DDFK verband is afgesproken dat vacatures –ongewijzigd ten opzichte van de huidige afspraken- eerst intern worden uitgezet en dat extern uitzetten pas kan na toestemming van het directieoverleg. Vaste aanstellingen worden niet meer gegeven.
Informatisering en Automatisering BGT (Basiskaart Grootschalige Topografie) De gemeenten Dantumadiel, Dongeradeel, Ferwerderadiel en Kollumerland c.a. hebben gezamenlijk een project gedefinieerd met als belangrijkste doelstelling de opbouw en implementatie van de BGT in nauwe samenhang met de verbetering van de informatievoorziening rondom het beheer van de openbare ruimte en overige ruimtelijk georiënteerde processen. Het is de bedoeling dat er na de zomer 2015 een volledige beheersorganisatie staat die het beheer heeft over een goede, maar vooral ook actuele BGT-kaart en de vier gemeenten op een goede wijze data met elkaar uitwisselen, ook op het gebied van de BAG en het BOR. Digitaal zaakgericht werken Op dit moment loop de aanbestedingsprocedure van de gemeente Leeuwarden voor een nieuw zaaksysteem. De DDFK gemeenten hebben input geleverd voor deze aanbesteding en zijn voornemens het nieuwe zaaksysteem af te nemen van de gemeente Leeuwarden. Dit is nog wel afhankelijk van het wel of niet aansluiten bij deze gemeente van de ICT. Mogelijk is daarbij nog sprake van een overgangssituatie omdat de gemeente Leeuwarden de DDFK gemeenten vanaf 2016 kan hosten. OBRI Vanuit het lopende DDFK-project OBRI (o.a. opbouw van de basisregistratie grootschalige topografie BGT) speelt op dit moment het volgende: er is nieuwe software nodig voor het beheer openbare ruimte – en hiervoor wordt een GEO beheerorganisatie opgezet. Momenteel loopt er vanuit platform informatiemanagement (alle gemeenten die aangesloten zijn bij ICT Leeuwarden – of de intentie hebben dit te doen) een zogenaamde marktverkenning – ook voor software beheer openbare ruimte. Volgens planning kan die software 2e kwartaal 2015 worden geïnstalleerd. Voor dit pakket geldt dus hetzelfde als voor het zaaksysteem. Een overgangsjaar voor de hosting zal nodig zijn.
Programmabegroting 2015
Pagina 61
Transitie ICT naar Leeuwarden In 2013 is gestart met het onderzoek naar het samenvoegen van de ICT organisatie van onze gemeente met die van de gemeenten Dongeradeel, Dantumadiel en mogelijk Ferwerderadiel. Toetreding tot het Friesland brede Shared Service Center ICT welke de gemeente Leeuwarden aan het opzetten is, werd tijdens het onderzoek een reële optie. Om een aantal redenen hebben de colleges van burgemeester en wethouders unaniem als opvatting uitgesproken te willen koersen op een toekomstige aansluiting bij Leeuwarden. In april 2014 is de intentieverklaring getekend. Het proces is in volle gang en met name de kostenvergelijking vraagt tijd. Deze is van belang om het uiteindelijke besluit te nemen.
Communicatie Communiceren is en blijft belangrijk. Daarnaast is het vaak ook lastig. Heeft de ontvanger de boodschap goed begrepen? Iedereen geeft er een eigen interpretatie aan. Zorg dat je vraagt naar een feedback. Is de boodschap overgekomen zoals je wilt dat die overkomt? De medewerkers van communicatie worden vaak ingezet bij de projecten. Niet alleen wat gemeentelijke projecten betreft, maar ook in ANNO en DDFK verband. De maatschappij verandert en de gemeenten moeten mee. Inspelen op nieuwe mogelijkheden, wijzen van communiceren, het blijft een uitdaging. De communicatiemensen blijven hier een rol inspelen. Crisiscommunicatie De crisiscommunicatie in Veiligheidsregio Fryslân wordt verder geprofessionaliseerd. Een team van communicatieprofessionals staat paraat die, ten tijde van een crisis of grootschalig ongeluk, de communicatie in goede banen kan leiden. De training en oefening van deze mensen gaat door.
Crisisbeheersing De gemeenten zijn, naast politie, brandweer en geneeskundige tak, een volwaardige partner in de crisisbeheersing. Een groepje Officieren van Dienst (OvD‟s) bevolkingszorg zijn opgeleid en worden herhaaldelijk getraind en geoefend. Samen met de OvD‟s van de andere operationele diensten wordt ter plekke van het incident de ernst van de situatie en de noodzakelijke acties beoordeeld. De OvD Bevolkingszorg stuurt in eerste instantie de gemeentelijke kolom aan. De OvD‟s Bevolkingszorg moeten op korte termijn in een piket meedraaien. De gemeente Kollumerland c.a. werkt hierin samen met de gemeenten Dantumadiel en Dongeradeel. Dat zijn tevens de bijstandsgemeenten van Kollumerland c.a. ten tijde van een crisis of groot ongeluk. Kollumerland c.a. levert één OvD en de beide andere gemeenten twee. Zo ontstaat er een team van vijf OvD‟s die in een piket kunnen meedraaien. De inrichting van de crisisbeheersing in Kollumerland c.a. voldoet aan de wettelijk gestelde eisen. De medewerkers met een rol in de crisisbeheersing worden verder opgeleid, getraind en geoefend. In 2015 worden deze activiteiten met een intensieve inzet van mensen en middelen gecontinueerd. Dit om de gemeentelijke kolom in het kader van de crisisbeheersing goed neer te blijven zetten.
DDFK – van samenwerking naar ambtelijke fusie Al langere tijd wordt waar mogelijk de samenwerking gezocht in DDFK verband. Niet alleen op het gebied van sociale zaken en openbare werken, maar ook op het gebied van de bedrijfsvoering. Voorbeelden hiervan zijn wederzijdse detacheringen van medewerkers, gezamenlijke aanbesteding accountancydiensten en zaaksysteem voor digitaal zaakgericht werken, ondersteuning op het gebied van personele bezetting, project vennootschapsbelasting et cetera. Op 24 september 2014 hebben de gezamenlijke gemeenteraden besloten tot een ambtelijke fusie. In 2015 omvat de nieuwe gemeenschappelijke regeling (GR) de volledige activiteiten van de ambtelijke apparaten van de vier DDFK gemeenten. Op dit moment zijn al werkgroepen van start gegaan met het in kaart brengen van wat nodig is om de GR te kunnen vormen.
Programmabegroting 2015
Pagina 62
Het proces heeft een zeer korte doorlooptijd, brengt onzekerheden met zich mee en vergt de nodige inzet van de medewerkers. Daarnaast is door de vier gemeenten budget gevraagd voor voorbereidingskosten. Extra middelen vanuit de rijksoverheid worden niet ontvangen omdat het een ambtelijke fusie betreft en niet een gemeente herindeling volgens de wet Arhi.
Programmabegroting 2015
Pagina 63
Verbonden partijen Verbonden partijen worden volgens het BBV als volgt gedefinieerd: een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de provincie of gemeente zowel een bestuurlijk als een financieel belang heeft. Bij het opstellen van de programmabegroting van vorig jaar is de spreekwoordelijke stofkam door de paragraaf verbonden partijen gehaald. Hierbij bleek dat een groot aantal zaken niet aan de feitelijke definitie van een verbonden partij voldeed. Deze zaken zijn uit de paragraaf verwijderd waardoor er enerzijds een aanzienlijk beknoptere lijst is ontstaan in vergelijking met voorgaande jaren en anderzijds er nu een lijst voorligt die aan de definitie voldoet. In onze gemeente is geen algeheel beleid geformuleerd t.a.v. verbonden partijen. In voorkomende gevallen wordt met betrekking tot specifieke ontwikkelingen of bijzonderheden aangaande de verbonden partijen aan B&W c.q. de raad gerapporteerd. Daar waar het cijfermateriaal voor het jaar 2015 niet aanwezig was ten tijde van het opstellen van deze paragraaf zijn zo recent mogelijke cijfers gehanteerd.
Programma
Naam
1.
NOFA-samenwerking Kabel Noord Bank Nederlandse Gemeenten Eneco Rekenkamercommissie
gem.reg. n.v. n.v. n.v. gem.reg.
bijdrage expl. aandelen aandelen aandelen bijdrage expl.
2. Wonen en werken in netwerken
Recreatieschap de Marrekrite Hûs en Hiem
gem.reg. gem.reg.
bijdrage expl. bijdrage expl.
3.
Werk-/Leerbedrijf NoardEast Fryslân (NEF) Veiligheidsregio Fryslân (VRF), onderdeel gezondheid Kredietbank Nederland
gem.reg.
bijdrage expl.
gem.reg.
bijdrage expl.
gem.reg.
kap.verstrekking
Sturende en dienstverlenende Gemeente
Sociale kwaliteit
Rechtsvorm
Aard belang
5.
Leefkwaliteit
Afvalsturing Fryslân / Omrin Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (voorheen Milieuadviesdienst)
n.v. gem.reg.
aandelen bijdrage expl.
7.
Fysieke en sociale Veiligheid
Veiligheidsregio Fryslân (VRF), onderdeel veiligheid
gem.reg.
bijdrage expl.
Welstandszorg Hûs en Hiem a. Gevestigd te Leeuwarden. b. Deelnemers: alle Friese gemeenten. c. Openbaar belang: de belangen van de gemeente op het gebied van bouwkunst en landschappelijke schoonheid worden door deze voor heel Fryslân opererende instantie behartigd.
Programmabegroting 2015
Pagina 64
d. Financieel belang: de bijdrage in de kosten is naar rato van de afgenomen dienstverlening en wordt in rekening gebracht bij de vergunningaanvragers. Eventuele exploitatietekorten worden gedragen door de gemeente op basis van aantal inwoners. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: Gelet op oplopende exploitatietekorten als gevolg van de aanhoudende malaise in de bouwsector worden alternatieven onderzocht om hier het hoofd aan te bieden. f. Financiële positie: de omvang van het verwachte eigen vermogen en het vreemd vermogen van Hûs en Hiem aan het begin en aan het einde van 2013 (bij gebrek aan actuelere gegevens bekend) bedroegen € -0109.000 respectievelijk € 218.000. De financiële positie van Hûs en Hiem heeft er toe geleid dat voor het eerst in jaren de gemeenten een aanvullende bijdrage moeten betalen voor de diensten van Hûs en Hiem. g. Het verwachte resultaat van Hûs en Hiem over 2015 is na gemeentelijke bijdragen in tekorten op basis van de aangeleverde begroting € 0. Onze bijdrage in de exploitatie bedraagt naar verwachting € 6.128.
Recreatieschap de Marrekrite a. Gevestigd te Leeuwarden. b. Deelnemers: de provincie Fryslân en 22 Friese gemeenten. c. Openbaar belang: het schap behartigt de gemeenschappelijke belangen van de gemeenten en provincie op het gebied van watersport en voert het beheer en onderhoud aan het fietsknooppuntennetwerk uit. Daarnaast beheert het schap een baggerfonds waarin de gemeenten jaarlijks een bijdrage storten. d. Financieel belang: in totaliteit € 14.547.De bijdrage voor de waterrecreatie bedraagt € 13.103. De provincie betaalt 44% en de gemeenten betalen gezamenlijk 56% van de exploitatiekosten, waarbij de bijdragen van de gemeenten gebaseerd zijn op: 40% op basis van het aantal inwoners per gemeente; 40% op basis van het aantal watersportovernachtingen per gemeente; 20% op basis van het aantal meters Marrekrite-voorzieningen per gemeente. De bijdrage aan het baggerfonds bedraagt € 1.444; De bijdrage voor het ontwikkelingsbeheer landrecreatie bedraagt € 1.142. De provincie betaalt niet mee aan de landrecreatie. De bijdrage van de gemeenten is gebaseerd op: 40% op basis van het aantal inwoners per gemeente; 40% op basis van het aantal watersportovernachtingen per gemeente; 20% op basis van het aantal meters Marrekrite-voorzieningen per gemeente. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: op termijn gaat de Marrekrite het beheer en onderhoud uitvoeren aan de wandelnetwerken. f. Financiële positie: het eigen vermogen en vreemd vermogen van de Marrekrite in 2014 bedroeg € 3.665.978 respectievelijk € 411.066 en in 2015 naar verwachting € 3.305.844 respectievelijk € 415.974. g, Het verwachte resultaat van de Marrekrite over 2015 is € -398.878.
Werk-/Leerbedrijf NoardEast Fryslân a. Gevestigd te Kollum/Dokkum. b. Deelnemers: de gemeenten Dantumadiel, Dongeradeel, Ferwerderadiel en Kollumerland c.a. c. Openbaar belang: Werk-/Leerbedrijf NoardEast Fryslân (NEF) voert voor de genoemde deelnemers de Wet Sociale Werkvoorziening uit en sinds 2014 daarnaast de gemeentelijke re-integratietaken. Vanaf 2015 worden deze taken ondergebracht in de Participatiewet. d. Financieel belang: zie punt g. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: het jaar 2015 zal, als vervolgstap op de fusie en de invlechting met de intergemeentelijke sociale diensten, in het teken staan van het zo efficiënt mogelijk uitvoeren van de diverse onderdelen van de Participatiewet. f. Financiële positie: het verwachte eigen vermogen en het vreemd vermogen van NEF in 2014 bedroeg € 514.000 respectievelijk € 3.889.000 en in 2015 naar verwachting € 754.000 respectievelijk € 3.413.000. g, Het verwachte resultaat van de NEF over 2015 is ongeveer € 1,6 miljoen negatief wat neerkomt op een gemeentelijke bijdrage voor Kollumerland van ongeveer € 286.000. De reden dat deze bijdrage aanzienlijk lager is dan voorgaande jaren is dat NEF sinds 2014 het participatiebudget (grotendeels) overgeheveld krijgt en kan inzetten om het totale bedrijfsresultaat positief te beïnvloe-
Programmabegroting 2015
Pagina 65
den. Verder is er in 2014 als laatste jaar sprake geweest van een door de gemeenten Dantumadiel en Kollumerland c.a. te betalen resultaatvereveningsbijdrage als uitvloeisel van de fusie in 2012.
Veiligheidsregio Fryslân (VRF), onderdeel gezondheid a. Gevestigd te Leeuwarden. b. Deelnemers: alle Friese gemeenten. c. Openbaar belang: gemeenten zijn verplicht een hulpverleningsdienst te hebben. De VRF voert de onderdelen “(jeugd)gezondheidszorg”, “zorg, crisis en advies” en “brandweer en veiligheid” uit voor de Friese gemeenten. d. Financieel belang: € 384.585, de kosten worden per gemeente verdeeld op basis van het inwonertal. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: door de recente herschikking van de begroting van de VRF is er beter inzicht is in de keuzemogelijkheden ten aanzien van de afname van de diverse producten. Hier zal vanuit de beleidshoek van onze gemeente aandacht voor moeten komen. Er zullen mogelijk keuzes moeten worden gemaakt over de wenselijkheid van het al dan niet aanhouden van bepaalde producten. Eventuele bezuinigingen bij de VRF zullen verband moeten houden met de kwaliteit van de uit te voeren taken welke in het geval van bezuinigingen naar beneden bijgesteld zullen moeten worden. Besloten is om de VRF het basistakenpakket JGZ ook per 2015 uit te laten voeren. Verwacht wordt dat de kosten hiervoor ongeveer € 13.000 zullen bedragen. f. Financiële positie: het verwachte eigen vermogen van de VRF zal naar verwachting zowel begin als ultimo 2015 ongeveer € 3,2 miljoen bedragen. Van het verwachte vreemd vermogen ultimo 2015 is nog geen beeld. g, Het verwachte resultaat van de VRF (na bovengenoemde bijdrage) over 2015 is nihil.
Kredietbank Nederland a. Vestiging: Rechtspersoon statutair gevestigd te Leeuwarden. b. Deelnemers: 120 gemeenten verspreid over geheel Nederland (van waddenkust tot Belgische grens). In al deze gemeenten wordt de sociale kredietverlening verzorgt. Met 60 van die gemeenten heeft de Kredietbank Nederland ook (geheel of gedeeltelijk) een contract voor schuldhulpverlening. c. Openbaar belang: de Kredietbank Nederland wil op langere termijn een toonaangevende bank zijn en blijven, die zoveel mogelijk streeft naar een aanpak waarbij in samenwerking met overige partijen in het maatschappelijk veld aan cliënten een passend pakket van diensten wordt geboden m.b.t. het oplossen van schulden, het leren omgaan met inkomen en uitgaven, het voorkomen van recidive en het verstrekken van sociale kredieten. Deze diensten en cliëntgerichte aanpak heeft als doel om te komen tot een structurele totaaloplossing van schulden en daarmee verband houdende problematiek om aldus bij te dragen aan het optimaal functioneren van individuele huishoudens, zodat zij duurzaam kunnen blijven deelnemen aan de maatschappij. d. Financieel belang: Voor Kollumerland c.a. verzorgt de Kredietbank Nederland de sociale kredietverlening. Ter financiering van dit product trekt de bank middelen aan bij de deelnemende gemeenten tegen een rentevergoeding. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: vanaf februari 2007 worden er bij de Kredietbank Nederland (GKB) geen diensten meer afgenomen op het gebied van schuldhulpverlening, preventie en het leren omgaan met inkomen en uitgaven. Sedert die datum wordt de schuldhulpverlening in eigen beheer uitgevoerd in samenwerking met de gemeente Achtkarspelen op basis van een dienstverleningsovereenkomst. f. Financiële positie: het eigen vermogen en het vreemd vermogen over 2015 bedraagt naar verwachting respectievelijk € 1400 en € 4500 aan het begin en € 1900 en € 4900 aan het einde van 2015. g. Het resultaat van de Kredietbank Nederland over 2015 bedraagt naar verwachting € 220.000. Afvalsturing Fryslân / Omrin a. Gevestigd te Leeuwarden. b. Deelnemers: Friese gemeenten. c. Openbaar belang: het transporteren en verwerken van huishoudelijk restafval en groente-, fruit- en tuinafval; daarnaast zamelt Omrin ook andere afvalstromen voor verwerking in.
Programmabegroting 2015
Pagina 66
d. Financieel belang: plm. € 83.000; de kosten voor het inzamelen en verwerken worden verrekend op basis van de ingezamelde hoeveelheden afval; daarnaast bezit onze gemeente een aandelenkapitaal van € 20.420 (aanschafwaarde); jaarlijks wordt over dit bedrag 7% aan dividend uitgekeerd. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: geen. f. Financiële positie: de omvang van het verwachte eigen vermogen en het vreemd vermogen van Omrin aan het begin en aan het einde van 2015 is niet bekend. g. Het verwachte resultaat van Omrin over 2015 bedraagt € 2.006 positief.
Veiligheidsregio Fryslân (VRF), onderdeel veiligheid a. Gevestigd te Leeuwarden. b. Deelnemers: alle Friese gemeenten. c. Openbaar belang: gemeenten zijn verplicht een hulpverleningsdienst te hebben. De VRF voert de onderdelen “(jeugd)gezondheidszorg”, “zorg, crisis en advies” en “brandweer en veiligheid” voor de Friese gemeenten. d. Financieel belang: € 489.972 (inclusief € 42.275 wabo-taken en € 29.297 crisisbeheersing), de kosten worden per gemeente verdeeld op basis van het inwonertal. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: per 2014 is de districtsbrandweer Noordoost Fryslân opgegaan in de VRF. f. Financiële positie: het verwachte eigen vermogen van de VRF zal naar verwachting zowel begin als ultimo 2015 ongeveer € 3,2 miljoen bedragen. Van het verwachte vreemd vermogen ultimo 2015 is nog geen beeld. g, Het verwachte resultaat van de VRF over 2015 (na bovengenoemde bijdrage) is nihil.
Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (FUMO), (voorheen Milieuadviesdienst) a. Gevestigd te Leeuwarden. b. Deelnemers: alle Friese gemeenten, provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân. c. Openbaar belang: de FUMO voert een aantal milieutaken voor de aangesloten gemeenten uit, waaronder het milieudeel van de omgevingsvergunning voor de zwaarste inrichtingen, waarvoor de gemeenten in het kader van de Wabo/besluit omgevingsrecht (Bor) bevoegd gezag zijn; ook geeft de dienst op verzoek specialistische adviezen. d. Financieel belang: volgens de meest recente begroting zullen de kosten voor onze gemeente in totaliteit € 82.005 bedragen. Gemeenten betalen een bijdrage in de vaste kosten van deze gemeenschappelijke regeling; afgenomen diensten worden tegen tarief verrekend; het beleid is erop gericht de bijdrage te verlagen en de diensten kostprijsdekkend aan te bieden. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: per 1 januari 2014 is de MAD overgegaan in de FUMO, de Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing. Deze nieuwe, provinciebrede, organisatie legt zich toe op de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving op het gebied van het omgevingsrecht voor de deelnemende partijen. f. Financiële positie: het verwachte eigen vermogen en het vreemd vermogen van de FUMO over 2015 is nog niet bekend. g. Het verwachte resultaat van de FUMO over 2015 is na gemeentelijke bijdragen nihil.
NOFA-samenwerking a. Gevestigd te Buitenpost. b. Deelnemers: de gemeente Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel en Kollumerland c.a. c. Openbaar belang: NOFA staat voor Noordoost Friese Aanpak en is een samenwerkingsverband tussen de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel en Kollumerland c.a.; in 2004 is hiertoe door de raad een gemeenschappelijke regeling vastgesteld; beoogd wordt door middel van samenwerking voordelen binnen te halen. d. Financieel belang: € 11.510; de kosten van de gemeenschappelijke regeling worden over de vier gemeenten verdeeld met het inwonertal als verdeelsleutel; voor projecten die voortvloeien uit de NOFA-samenwerking geldt dat deze in de begroting worden opgevoerd via de gebruikelijke procedure, inclusief een voorstel over de verdeling van de kosten. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: in de praktijk beperkt de NOFA-samenwerking zich vooral nog op het project Vital Rural Area. De uren van de medewerkers van de NOFA-organisatie rich-
Programmabegroting 2015
Pagina 67
ten zich daarnaast vooral op de verdere ontwikkeling van ANNO, de Agenda Netwerk Noordoost (Sociaal Economische Masterplan). f. Financiële positie: n.v.t. g. Het voornemen is NOFA per 1 januari 2015 te liquideren.
Kabel Noord a. Gevestigd te Dokkum. b. Deelnemers: de gemeenten Ameland, Dantumadiel, Dongeradeel, Kollumerland c.a. en Schiermonnikoog. c. Openbaar belang: deze N.V. verzorgt het radio- en televisiesignaal, alsmede telefoon- en internetverbindingen in de huishoudens van de aangesloten gemeenten. d. Financieel belang: onze gemeente is aandeelhouder voor 1809 aandelen à € 453,75; de gemeenten dienen als achtervang bij eventuele verliezen, echter Kabel Noord is een financieel gezond bedrijf. In verband met de „verglazing‟ en het op peil houden van de reserves wordt er conform de bij de gemeente Kollumerland bekende informatie de komende jaren geen dividend uitgekeerd door kabel Noord. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: recentelijk is besloten om over te gaan tot het „verglazen‟ van het kabelnetwerk van Kabel Noord. f. Financiële positie: van het verwachte eigen en vreemd vermogen van Kabel Noord over 2015 is nog geen beeld. Uit de cijfers van de voorgaande jaren blijkt wel dat het eigen vermogen (significant) hoger is dan het vreemd vermogen. g. Van het verwachte resultaat van Kabel Noord over 2015 is nog geen beeld. Uitgaande van de cijfers van de voorgaande jaren wordt een positief bedrijfsresultaat verwacht.
Bank Nederlandse Gemeenten a. Gevestigd te Den Haag. b. Deelnemers: de meeste gemeenten in Nederland. c. Openbaar belang: BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. De bank verzorgt het overgrote deel van de inkomsten- en uitgavenstroom van onze gemeente. Ook zijn de meeste langlopende leningen bij de BNG ondergebracht. d. Financieel belang: onze gemeente is aandeelhouder voor 22.347 aandelen à € 2.50; vanuit ons aandelenbezit ontvangen wij jaarlijks een dividenduitkering; in 2014 is een bedrag van € 28.381 ontvangen wat betrekking had op het jaar 2013. De oorzaak van de eerdere halvering van het dividend voor de eerstkomende jaren is gelegen in de verwachte toekomstige regelgeving (ten aanzien van het minimaal aan te houden vermogen), genaamd Basel III, waar de BNG aan zal moeten voldoen. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: vanaf 2013 zijn gemeenten verplicht om deel te nemen aan het schatkistbankieren wat betekent dat overtollige publieke middelen bij de staat aangehouden moeten worden. De BNG faciliteert de gemeenten ten einde een zo efficiënt mogelijke uitvoering van de nieuwe wet mogelijk te maken. f. Financiële positie: het eigen vermogen van de BNG bedroeg ultimo 2013 € 3.430.000.000. Een jaar eerder was dit nog € 2.752.000.000. g. De nettowinst over 2013 bedroeg € 283.000.000. Een jaar eerder was dit nog € 332.000.000. Eneco a. Gevestigd te Rotterdam. b. Deelnemers: 60 gemeenten in Nederland. c. Openbaar belang: Eneco verzorgt de levering van energie. d. Financieel belang: ons aandeel in dit bedrijf bestaat uit 4002 aandelen met een nominale waarde van € 100 per stuk. Jaarlijks wordt dividend ontvangen, zo hebben we in 2014 ongeveer € 96.000 ontvangen wat betrekking had op het boekjaar 2013. De dividenduitkering over 2014 is nog niet bekend. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: geen. f. Financiële positie: het eigen vermogen van Eneco bedroeg ultimo 2013 € 4.593.000.000. Een jaar eerder bedroeg dit nog € 4.447.000.000. Het vreemd vermogen bedroeg ultimo 2013 € 4.610.000.000. Een jaar eerder bedroeg dit nog € 4.357.000.000. g. Het resultaat van Eneco over 2013 bedroeg positief € 242.000.000.
Programmabegroting 2015
Pagina 68
Rekenkamercommissie a. Gevestigd te Achtkarspelen. b. Deelnemers: de gemeenten Achtkarspelen, Dantumadiel, Dongeradeel en Kollumerland c.a. c. Openbaar belang: onderzoek naar doelmatigheid, doeltreffendheid en rechtmatigheid van gemeentelijke beleid. Basis: wettelijke verplichting tot het uitoefenen van een rekenkamerfunctie. d. Financieel belang: De kosten van de rekenkamercommissie worden verdeeld over de deelnemende gemeenten naar rato van het aantal inwoners. e. Verandering in belang/ontwikkelingen: - eind 2013 heeft de raad van Kollumerland c.a. besloten om uit te treden (opzegtermijn 12 mnd) - de raad heeft tevens uitgesproken een andere invulling te willen kiezen voor de rekenkamerfunctie vanaf 2015 - in april 2014 heeft Dantumadiel ook besloten om uit te treden - Dongeradeel en Achtkarspelen beraden zich nu op een passende vervolg - in 2014 moet de raad een besluit nemen over de wijze waarop de rekenkamerfunctie voor Kollumerland zal worden georganiseerd na 2014. Mede gelet op de recente ontwikkelingen in DDFKverband ligt het voor de hand om in elk geval een variant in deze regio te onderzoeken. f. Financiële positie: n.v.t g. Het verwachte resultaat: n.v.t.
Programmabegroting 2015
Pagina 69
Grondbeleid
Algemeen Om huizen te bouwen, nieuwe gebieden te ontwikkelen, wegen en andere openbare voorzieningen aan te leggen, moet over de grond worden beschikt die daarvoor bestemd is. Die grond is in beperkte mate aanwezig en dus schaars. Bij de verdeling ervan is een grote taak voor de gemeente weggelegd, zodat die ervoor kan zorgen dat de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen ook echt gerealiseerd worden. Dat kan door zelf gronden te verwerven of door er voor te zorgen dat private eigenaren de gewenste bestemming invullen. Het grondbeleid richt zich op de markt waar de grond wordt gekocht, geëxploiteerd, ontwikkeld en verkocht. Het hele palet aan instrumenten dat de gemeente ter beschikking staat om ruimtelijke doelstellingen te realiseren, wordt grondbeleid genoemd. Het nieuwbouwbeleid van Kollumerland c.a. is voor een belangrijk deel gericht op inbreiding. Voor Kollum is het uitgangspunt, dat het realiseren van woningbouw een bijdrage levert aan het versterken van de regionale centrumfunctie. Dit sluit aan bij het provinciaal beleid. Uitgangspunt bij de toekenning van woningcapaciteit buiten Kollum en Kollumerzwaag is, dat er binnen de kaders van het woonprogramma maatwerk wordt geleverd. Nota grondbeleid De voorschriften van het besluit begroting en verantwoording (BBV) verlangen dat de gemeenteraad een visie heeft op het grondbeleid en formuleert hoe dat te realiseren. In haar vergadering van 6 februari 2014 heeft de gemeenteraad de herziene “nota grondbeleid Kollumerland c.a.” vastgesteld. In de voorgeschreven “paragraaf grondbeleid” bij de begroting en jaarrekening worden een aantal van de facetten uit deze nota grondbeleid nader toegelicht, naast de actuele (financiële) stand van zaken. Voor het overige wordt verwezen naar de hiervoor genoemde nota grondbeleid. Samenhang met programma’s Het grondbeleid van de gemeente Kollumerland c.a. heeft invloed op en samenhang met de realisatie van diverse raadsprogramma‟s. Het grondbeleid dient dienstbaar te zijn aan de gemeentelijke doelstellingen. Het dient te worden ingezet om doelstellingen van de andere beleidsaspecten binnen de gemeente mede mogelijk te maken. Hierbij moet gedacht worden aan ruimtelijke ordening en volkshuisvesting, economie, verkeer en vervoer, sport en recreatie e.d. Daarnaast heeft het grondbeleid een grote financiële impact. De eventuele baten, maar vooral de financiële risico‟s zijn van belang voor de algemene positie van de gemeente Kollumerland c.a. Grondbeleid Kollumerland c.a. Het grondbeleid binnen de gemeente Kollumerland c.a. is vastgelegd in de (herziene) nota grondbeleid. Op basis van actuele (mark)ontwikkelingen heeft er een verschuiving plaatsgevonden van actief naar faciliterend grondbeleid waarbij steeds aansluiting wordt gezocht met het actuele woonplan (woningbouwbeleid) en woonprogramma. Faciliteren van de markt vraagt een andere werkwijze dan zelf bouwgrond produceren. Ondanks het afstoten van gronden die de gemeente de komende 20 jaar naar verwachting niet nodig heeft, zal met de aanwezige posities gewoon actief worden doorgegaan. Maar nieuwe initiatieven van derden moeten meebetalen aan de ambtelijke en bestuurlijke kosten van planvorming. Waar vroeger de kosten op de eigen bestemmingsplannen werden verantwoord, moet dat nu contractueel worden overeengekomen. De vastgestelde criteria betreffende het aankoopbeleid strategisch gelegen (bouw)grond blijven ongewijzigd. Tot een verwervingsbedrag van € 110.000 berust het mandaat bij het college, daarboven bij de gemeenteraad. Naast minnelijke verwerving staan de gemeente instrumenten als onteigening, het voorkeursrecht, en de nieuwe grondexploitatiewet ter beschikking.
Programmabegroting 2015
Pagina 70
Risico’s In het kader van die actieve grondpolitiek loopt de gemeente zoals gezegd risico‟s. Als algemene risico‟s in de grondexploitatie worden genoemd: Loon- en prijsontwikkelingen Mutaties in woningbouwcontingenten Fluctuaties op de aankoopmarkt Planschades Milieuschades / -saneringen Rente- en waarderisico‟s bij (vroegtijdige) strategische grondaankopen Archeologische belemmeringen Om de risico‟s binnen de grondexploitatie te beperken zijn de volgende maatregelen van kracht: Zorgvuldige afweging tussen vroegtijdige aankoop en te lopen renterisico‟s Jaarlijkse toetsing boekwaarde – marktwaarde, gronden buiten exploitatie Financiële haalbaarheidstoets nieuwe exploitatiegebieden Nauwkeurige raming te verwachten exploitatielasten en -baten Uitgangspunt: minimaal kostendekkende exploitaties Jaarlijks actualiseren en herzien van bestaande exploitatieopzetten Toepassen marktconforme uitgifteprijzen Treffen van een voorziening voor geraamde (onafwendbare) verliezen Het aanhouden van een financiële (weerstand)buffer Bij het berekenen van de te lopen risico‟s bij grondexploitaties wordt uitgegaan van het risico volgens de IFLO norm (10% van het geïnvesteerd en 10% van het nog te investeren vermogen), tenzij uit een scenarioanalyse blijkt dat met een hoger risico rekening moet worden gehouden. De IFLO norm is door de Inspectie Financiën Lagere Overheden ontwikkeld voor artikel 12 gemeenten. Weerstandscapaciteit De reserve grondbedrijf fungeert als een “stootblok” tussen het grondbedrijf (met een horizon van minstens 10 jaar) en de algemene dienst. Bij onverhoopte tegenvallers (verliezen) hoeft dan geen beroep te worden gedaan op de budgetruimte van de algemene dienst. De begrotingspositie van de algemene dienst wordt evenmin plotseling verstoord. De reserve grondbedrijf wordt gevoed door de gerealiseerde winsten en noodzakelijke toevoegingen vanuit de algemene dienst. Tot de uitgaven van de reserve behoren stortingen in complexen met een feitelijk tekort en overboeking van overschotten naar de algemene dienst. De toelichting op artikel 16 van het BBV stelt dat: “Indien de reserve voor de risico‟s van grondexploitatie groter is dan de gecalculeerde risico‟s, dan dient het meerdere van de reserve naar de algemene dienst te worden overgebracht. Bij het vaststellen van de nota reserves en voorzieningen 2010 heeft de raad besloten dat een eventuele verplichte afstorting ten gunste komt van de bestemmingsreserve “Wonen, herstructurering en leefkwaliteit”. De benodigde weerstandscapaciteit wordt jaarlijks ten tijde van de vaststelling van de jaarrekening bepaald. De omvang van de reserve grondbedrijf bedraagt minimaal 50% en maximaal 150% van de op basis van de IFLO dan wel scenarioanalyse over minimaal 10 jaar berekende risico‟s. Op basis van de recentste risicoberekening komt de benodigde weerstandscapaciteit, rekening houdende met reeds gelegde claims (twee lopende exploitaties) op de reserve in 2014, onder de minimale norm en is besloten de reserve aan te vullen vanuit middelen van de algemene dienst. Dualisme binnen grondbeleid De raad streeft er naar om ook binnen het grondbeleid invulling te geven aan de, mede door het dualisme ontstane rollen, van raad en college, te weten: de raad stelt kaders over de inzet van het grondbeleidsinstrumentarium; de raad stelt middelen ter beschikking;
Programmabegroting 2015
Pagina 71
het college handelt, koopt en verkoopt binnen deze kaders; de raad controleert de uitvoering van deze kaders.
De gemeenteraad stelt de economische haalbaarheid van de exploitatieopzet van een gebied vast, stelt een raamkrediet beschikbaar waar het college mee aan de slag kan en stelt de verkoopprijs van de grond bij aanvang van de exploitatie vast. Uitgangspunt is een in financieel-economische zin minimaal sluitende exploitatie. Het college is belast met het realiseren/uitvoeren van de door de raad in de exploitatieopzet gestelde kaders en doelen, waaronder het verkopen van de beschikbare bouwgrond. Jaarlijks worden alle lopende exploitatieopzetten ten tijde van het opmaken van het jaarwerk geactualiseerd en herzien. Het college legt aan de raad via deze paragraaf grondbeleid verantwoording af over de uitvoering en voortgang. Winst- verliesneming Het algemeen aanvaarde principe rondom winst en verlies komt voort uit goed Hollands koopmansgebruik: Gerealiseerde tekorten worden gedekt door middel van een storting in het complex en voor geraamde (voorziene) tekorten wordt een voorziening getroffen, beide ten laste van de algemene bedrijfsreserve (voorzichtigheidsprincipe). Winst wordt pas genomen als deze daadwerkelijk is verdiend bij afsluiting van het complex (realiteitsprincipe). Het BBV staat toe dat er onder bepaalde voorwaarden ook tussentijds winst mag worden genomen. Winst wordt tussentijds genomen als het complex een negatieve boekwaarde heeft en het saldo tussen nog te verwachten inkomsten en uitgaven positief is. Gronden in eigendom Een drietal categorieën grond kunnen we onderscheiden: 1. gronden in exploitatie 2. gronden in toekomstige exploitatie 3. overige gronden De categorie 1 en 2 vallen onder het grondbedrijf en categorie 3 onder de Algemene Dienst.
Gronden in exploitatie Kollum – inbreidingsplan Van Broersmastrjitte In het inbreidingsplan Van Broersmastraat kunnen maximaal 4 woningen worden gebouwd. Twee kavels worden door de gemeente uitgegeven en twee kavels via de particuliere eigenaar. Een van de particuliere kavels is inmiddels verkocht. Voor de gemeentelijke kavels is wel belangstelling getoond, maar mede door de ontwikkeling van de woningmarkt en de economische crisis heeft dit nog niet tot daadwerkelijke verkopen geleid. Het betreffen kavels in het duurdere segment. Er wordt samen met de betrokken makelaar onderzocht of en op welke wijze de verkoopkans in 2014 een extra impuls kan worden gegeven. Het verkoopresultaat hangt met name af van het herstel van de woningmarkt. Kollumerzwaag – bedrijventerrein Harm Smidswei Op het nieuwe gedeelte van het bedrijventerrein aan de Harm Smidswei zijn in totaal twee kavels verkocht en is één kavel in optie gegeven. Verder heeft een partij het initiatief genomen tot het realiseren van een bedrijfsverzamelgebouw.
Programmabegroting 2015
Pagina 72
Kollum – watersportgebonden bedrijventerrein Dwarsried Het bedrijventerrein Dwarsried is in eigendom van een projectontwikkelaar. Er is op het terrein tot nu toe slechts één kavel verkocht. De uitgifte loopt achter bij de verwachtingen o.a. als gevolg van de economische crisis. Kollum – bedrijventerrein Jumaheerd Het bedrijventerrein Jumaheerd is in handen van een projectontwikkelaar. Op het bedrijventerrein zijn nog drie kavels beschikbaar. Kollum – Westenstein De gronden zijn overgenomen door een ontwikkelaar en de percelen worden via plaatselijke makelaars aangeboden. Gronden in toekomstige exploitatie Uitgangspunt is dat de jaarlijkse exploitatielasten van de in gemeentelijk bezit zijnde ruwe (strategische) gronden, na verrekening met eventuele opbrengsten uit pacht/huur, worden bijgeschreven op de boekwaarde. Er zijn inmiddels echter complexen die zijn afgewaardeerd naar marktwaarde en waarvan de jaarlasten op basis van de voorschriften ten laste van de exploitatie algemene dienst moeten komen om een grotere afwaardering te voorkomen. De kans is groot dat dit deels een structureel karakter krijgt, zolang de markt niet aantrekt en deze gronden in eigendom zijn. Het gros van de ruwe gronden is verworven in tijden van hoogconjunctuur. Zolang het economisch tij mee zit vormt dit geen probleem, maar in tijden van laagconjunctuur waarin we nu verkeren, komen de nadelige consequenties van het gevoerde actieve aankoopbeleid naar boven. Zodra het geïnvesteerd vermogen in de gronden hoger wordt dan de marktwaarde, dan moet daarvoor conform de voorschriften een voorziening worden getroffen. Door een voorziening te treffen blijven de “historische kosten” in beeld. Uitgangspunt bij een toekomstige exploitatie blijft, dat een sluitende exploitatie wordt bereikt inclusief de in het verleden voorziene kosten. De marktwaarde van agrarische gronden in Fryslân staat de laatste jaren flink onder druk. In zijn algemeenheid kan worden gesteld dat de marktwaarde van agrarische grond momenteel fluctueert tussen 30 en 40 duizend euro per hectare. De raad heeft besloten vooralsnog een marktwaarde van agrarische gronden van € 35.000 per ha. in onze gemeente aan te houden, om de hoogte van de nodige afwaarderingen te bepalen. In 2011 heeft er op basis van dit uitgangspunt een afwaardering plaatsgevonden van boekwaarden. De gemeente had in het kader van de grondexploitatie op 31 december 2013 op de balans ca. 48 ha. grond met een boekwaarde van ruim € 1,5 miljoen staan (gemiddeld € 3,25 per m2). Het afstoten van gronden en het laten aansluiten van de actuele grondvoorraad op de marktvraag heeft een hoge prioriteit. Het proces om gronden af te stoten in relatie tot de verwachte bouwplannen is in volle gang en naar verwachting in 2014 (grotendeels) afgerond. Het laten aansluiten van de aanwezige grondvoorraad op de benodigde grondvoorraad zal permanent worden gemonitord op basis van de actuele behoefte. Overige gronden Deze categorie valt onder de Algemene Dienst en maakt derhalve geen deel uit van het grondbedrijf. De boekwaarde van deze gronden neemt niet jaarlijks toe aangezien de rente ten laste komt van de exploitatie. Huidige en toekomstige ontwikkelingen Woonplan Door de ontwikkelingen op de woningmarkt en de maatregelen die vanuit het Rijk op de corporaties zijn afgekomen heeft de verwachte herijking van het woonakkoord met de corporaties Thús Wonen en WoonFriesland in 2013 niet plaatsgevonden. De verhuurdersheffing betekent voor de corporaties minder investeringsruimte. Daarnaast is de herijking van het Strategisch Voorraadbeleid (SVB 4.0) door de corporatie Thús Wonen in gang gezet, waardoor de termijn voor het maken van afspraken is
Programmabegroting 2015
Pagina 73
opgeschoven naar 2014. Binnen onze gemeente is verreweg het grootste deel van de huurwoningenvoorraad in handen van Thús Wonen. Verkoop strategische gronden De verkoop van strategische gronden is voor het grootste deel in 2013 daadwerkelijk afgerond. Het betreft de gronden gelegen in Kollum (vml. “Bijlsmagronden” en Jumaheerd) en Kollumerzwaag (Cedelshof). De afronding van de transactie Jumaheerd wordt in 2014 geëffectueerd. Het bestemmingsplan Cedelshof is in 2013 onherroepelijk geworden en de uitvoering door de ontwikkelaar zal begin 2014 plaatsvinden. Herstructurering Kollum-ZuidOost Door de ontwikkelingen op de woningmarkt en de financiële maatregelen van het Rijk richting de corporaties is deze ontwikkeling in 2013 stilgevallen. Wel is met externe partijen gesproken over de mogelijkheden voor een alternatieve invulling. In samenhang met de herijking van het woonakkoord zal in 2014 duidelijk moeten worden wat de mogelijkheden zijn. Kollumerzwaag - Brinklocatie Er worden door de eigenaar woningcorporatie Thús Wonen zelf vooralsnog geen nieuwe plannen ontwikkeld. In overleg met de woningcorporatie worden alternatieve mogelijkheden voor de invulling van de locatie verkend. Er is in 2013 gesproken met andere partijen om een ontwikkeling op gang te brengen. Kollumerzwaag - Cedelshof De voorbereidingen van dit project zijn in 2013 afgerond. Realisatie van het project staat begin 2014 in de planning. Begin 2014 zal worden gestart met het bouwrijpmaken en de verkoop van de kavels. Maatwerk in de dorpen In Oudwoude zijn in 2013 na sloop van bejaardenwoningen van Thús Wonen in nauw overleg tussen gemeente en corporatie 4 bouwkavels beschikbaar gekomen voor de vrije markt. Het verkooptraject voor verkoop van de kavels door Thús Wonen en de verkoop van een aangrenzende groenstrook van de gemeente is in goed overleg tot stand gekomen. De bouw van de eerste woning is in 2013 gestart. In samenhang met de herijking van het woonakkoord en de uitvoering van het woonprogramma zullen projecten in 2014 worden opgepakt. Westergeest – Ljeppershiem In het bestemmingsplan voor Westergeest is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor het terrein van Ljeppershiem voor het realiseren van een aantal kleinschalige verblijfsaccommodaties. Een initiatiefnemer is bezig met het ontwikkelen van een plan hierop. Triemen - vml. schoollocatie “de Bining” In 2013 is gewerkt aan planvorming op de vml. schoollocatie “de Bining” te Triemen. Het schoolgebouw is in 2013 gesloopt. Er worden een aantal planvarianten uitgewerkt en deze worden in het eerste kwartaal gepresenteerd aan het dorp. Op basis van de ruimtelijke kaders en de marktvraag zal in 2014 een verkaveling worden uitgewerkt en het verdere traject worden opgepakt. Financiële positie De financiële reservepositie van de grondexploitatie is ten opzichte van de voorgaande jaren op balansdatum verslecht doordat er voor de geraamde verliezen op de twee lopende grondexploitaties in 2014 onttrekkingen aan de bedrijfsreserve moesten worden gedaan. Daarentegen is er wat de grondvoorraden betreft tijdig geanticipeerd op de economische malaise en zijn de boekwaarden van deze gronden al eerder afgeboekt tot op een reëel marktniveau. Alhoewel er tekenen zijn van enig marktherstel blijft voorzichtigheid geboden. De algemene reserve bedroeg per 31-12-2013 € 203.581. Na onttrekking van de gelegde claims op de lopende exploitaties en de daardoor benodigde aanvulling vanuit de middelen van de algemene dienst ligt de reserve op het niveau van de door de raad vastgestelde minimumbuffer.
Programmabegroting 2015
Pagina 74
Grondverkopen Het verloop van de grondverkopen gedurende de laatste 10 jaren wordt hierna grafisch weergegeven. Zoals de grafiek laat zien is er in 2013 geen bouwrijpe grond verkocht. In 2014 is tot op heden ook nog geen bouwrijpe grond verkocht.
Grondverkopen 2004 t/m 2013
14.000
12.000
10.000
M2
8.000
6.000
4.000
2.000
0
2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013
Boekjaren
Programmabegroting 2015
Particulieren Totaal
Industrie
Pagina 75
Financiering Ingevolge het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten zijn de gemeenten gehouden in de begroting en rekening een paragraaf Financiering op te nemen. In de begroting dienen de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille in kaart te worden gebracht. De Wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO), Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (RUDDO), de wet HOF en de Wet verplicht schatkistbankieren spelen hierbij ook een rol, aangezien het financieringsbeleid van gemeenten conform deze wetten moet plaatsvinden. Hierna wordt ingegaan op de volgende onderwerpen: a. Algemene interne en externe ontwikkelingen; b. Risicobeheer; c. Financieringsbeheer.
a. Algemene interne en externe ontwikkelingen Interne ontwikkelingen De rol van de financiering van de gemeentelijke activiteiten is de afgelopen jaren steeds belangrijker geworden. Door een steeds krapper wordende begroting wordt het telkens lastiger om significante extra financieringslasten op te vangen. Om in te spelen op deze ontwikkelingen is in 2014 besloten tot het uitgangspunt om het volume van de investeringen expliciet af te stemmen op enerzijds de ruimte binnen de kasstromen om extra financieringsverplichtingen (rente en aflossing) aan te gaan en anderzijds op de ruimte binnen de lopende begroting om extra rentelasten te kunnen afdekken. Hierbij wordt ook gestuurd op het voor 2015 berekende investeringsplafond voor onze gemeente welke mede bepaald is op basis van de door het CBS afgegeven referentiewaarde voor onze gemeente; het maximale aandeel dat onze gemeente in principe mag bijdragen aan de totale Nederlandse overheidsschuld. De in 2011 afgekondigde „investeringsstop‟ is net als in 2012 en 2013 ook in 2014 van kracht geweest. Door de investeringsstop is er een kritischere houding in de organisatie ontstaan ten opzichte van het uitgavenpatroon. De eerder afgekondigde vacaturestop is ook nog steeds van kracht en er wordt continu bekeken hoe de huidige bezetting efficiënter kan worden ingezet. De voorgenomen ambtelijke samenvoeging van de gemeenten Dongeradeel, Dantumadiel, Ferwerderadiel en Kollumerland c.a. speelt hier nu in het bijzonder een rol bij. De financiële beheersverordening is recentelijk aangepast in verband met veranderde wetgeving en in verband met een aantal gewenste wijzigingen in het financieel beleid. Indien er in de nabije toekomst wederom aanleiding is om de verordening aan te passen zal hier afzonderlijk over worden gerapporteerd. Externe ontwikkelingen De wet HOF (houdbaarheid overheidsfinanciën) is inmiddels in werking getreden. Een uitvloeisel hiervan is dat het college van B&W heeft besloten om een investeringsplafond vast te stellen waarmee gehandeld wordt in conformiteit met de uitgangspunten van de wet. Daarnaast zijn gemeenten vanaf eind 2013 gehouden tot het verplichte schatkistbankieren. Overtollige publieke middelen behoren sindsdien aangehouden te worden bij het ministerie van Financiën. Dit zou volgens het Rijk de nodige voordelen hebben voor zowel gemeenten als haar zelf (beheersen EMUsaldo). Tot nog toe heeft deze wet in onze gemeente tot weinig extra werkzaamheden geleidt en dit zal naar verwachting ook in 2015 het geval zijn. Kollumerland beschikt namelijk al jaren niet meer over overtollige publieke middelen c.q. bancaire overschotten. Om de ontwikkeling van de geldmarktrente te volgen wordt wat betreft de korte rente (looptijd tot 2 jaar), vaak naar de Euribor-tarieven gekeken. Vanaf 2008 is als gevolg van de kredietcrisis een sterke daling van de geldmarktrente waar te nemen. De signalen dat de eurozone uit de recessie opkrabbelt
Programmabegroting 2015
Pagina 76
worden steeds duidelijker waarbij volgens de verwachtingen de economie van de eurozone in 2014 1,4% kan groeien bij een oplopende inflatie van rond de 1,8%. Het conjunctuurherstel, wat naar verwachting zal doorzetten in 2015, is vooral te danken aan de export die profiteert van de aantrekkende wereldhandel. De Europese Centrale Bank zal een ruim monetair beleid blijven voeren. De lange rentetarieven zullen onder invloed van het gematigde economisch herstel naar verwachting gaan oplopen. De korte rente ultimo 2014 zal uitkomen op een percentage van rond de 0,25%, aldus de prognoses van de BNG. Voor 2015 heeft de BNG nog geen prognoses gepubliceerd. Als maatstaf voor de rentetarieven van geldleningen met een looptijd van langer dan 2 jaar wordt vaak naar (tienjaars) staatsleningen gekeken. Deze rentetarieven liggen meestal hoger dan de korte rente. De lange rente zal naar verwachting gaan oplopen tot een door de BNG geprognosticeerd percentage van ongeveer 2,5% ultimo 2014. Voor 2015 heeft de BNG nog geen prognoses gepubliceerd.
b. Risicobeheer Voor een inzicht en oordeel over de financiële risico's van de gemeente is een weergave van het risicoprofiel nuttig. Daarvoor worden twee normen gehanteerd, namelijk de kasgeldlimiet en de rente-risiconorm. Beide worden verkregen door het toepassen van een bepaalde formule. Berekening kasgeldlimiet 2015 (bedragen x € 1.000): 1. Toegestane kasgeldlimiet - in procenten van de omvang van de exploitatielasten (voor bestemming) (grondslag begroting € 35,7 mln) - in bedragen 2. Omvang vlottende korte schuld - Opgenomen gelden < 1 jaar (gem. p.mnd) - Schuld in rekening-courant (gem. p. mnd) - Gestorte gelden van derden < 1 jaar - Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld 3. Vlottende middelen - Contante gelden in kas - Tegoeden in rekening-courant (gem. p.mnd) - Overige uitstaande gelden 4. Toets kasgeldlimiet - Totaal netto vlottende schuld (2 en 3) - Toegestane kasgeldlimiet (1) - Ruimte (4 - 1)
8,50% 3.030 0 888 0 0
0 0 0
888 3.030 2.142
De kasgeldlimiet geeft de ruimte aan waarbinnen de financieringsbehoefte met kort geld kan worden geregeld. In bovenstaande berekening van de kasgeldruimte is er gemakshalve vanuit gegaan dat het begrotingsjaar 2015 gestart wordt met een liquiditeitspositie van € 0. In dit geval blijft de gemiddelde korte schuld sec voor de exploitatie ruimschoots onder de limiet. Met ingang van 2014 wordt de „gulden financieringsregel‟ gehanteerd wat betekent dat voor de geplande investeringsuitgaven geleend zal worden.
Programmabegroting 2015
Pagina 77
Berekening rente-risiconorm (bedragen x € 1.000): 2015 Basisgegevens: 1a Renteherziening op vaste schuld (o/g) 1b. Renteherziening op vaste schuld (u/g) 2. Netto renteherziening op vaste schuld 3a. Nieuwe aangetrokken vaste schuld 3b. Nieuwe verstrekte lange leningen 4. Netto nieuw aantrokken vaste schuld 5. Betaalde aflossingen 6. Geherfinancierde schuld (laagste van 4 en 5) 7. Renterisico op vaste schuld (2+6) Renterisico: 8. Begrotingstotaal per 1-1 9. Het bij Min. Regeling vastgesteld % 10. Renterisico-norm 11. Renterisico op vaste schuld - Ruimte (10-11)
872 -
35.650 20% 7.130 0 6.258
2016
2017
2018
-
-
-
872 -
872 -
872 -
35.650 20% 7.130 0 6.258
35.650 20% 7.130 0 6.258
35.650 20% 7.130 0 6.258
De renterisico-norm heeft betrekking op de lange termijn financiering. Het doel van de renterisiconorm is het beheersen van de gevolgen van een stijgende kapitaalmarktrente op de rentelasten van de gemeente. Dit wordt bereikt door een limiet te stellen aan dat deel van de vaste schuld waarover het rentepercentage in een bepaald jaar moet worden aangepast aan de op dat moment geldende markttarieven. De „nieuwe‟ renterisico-norm houdt in dat de jaarlijkse aflossingen en renteherzieningen samen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Uit bovenstaande tabel is af te leiden dat er voor onze gemeente de eerstkomende jaren geen sprake is van renteherzieningen en de gemeente als gevolg daarvan ruimschoots beneden de limiet blijft.
c. Financieringsbeheer Het gevoerde financieringsbeheer kan worden uitgedrukt in het verloop van o.a. de liquiditeit, de rentekosten en de leningenportefeuille. Het op grote lijnen begrote liquiditeitsverloop voor 2014 geeft het volgende beeld: Kwartaal
1
Begroot
-1.173
2
3
-1.964 -346 (bedragen x 1.000)
4 -87
Uit bovenstaande liquiditeitsposities valt te concluderen dat we in 2015 over het gehele jaar bekeken met sec de exploitatie onder de kasgeldlimiet blijven. Het berekende (boekhoudkundige) financieringstekort voor 2015 bedraagt enkele miljoenen. Dit is een indicatie van het aanwezig zijn van de noodzaak om in 2015 een langlopende lening aan te trekken. Om de exacte omvang van de maximale lening te bepalen wordt echter, zoals bekend, bij de totstandkoming van de begroting het kasstroomoverzicht als basis gebruikt waarbij rekening wordt gehouden met het door het college bepaalde investeringsplafond. Deze exercitie moet nog uitgevoerd worden op het moment van schrijven van deze paragraaf. Over de boekwaarden van de investeringen worden rentekosten berekend. Voor 2015 wordt een rekenrente aangehouden van 3,5%.
Programmabegroting 2015
Pagina 78
Van de leningenportefeuille kan het volgende overzicht worden gegeven: Restantbedragen van de leningen per 1 januari 2015 Verwachte nieuwe leningen Reguliere aflossingen Vervroegde aflossingen Stand per 31 december 2015
23.582.557 n.n.b 1.030.22422.552.333
Van het restantschuldbedrag ad € 22,5 mln heeft € 3,8 mln betrekking op leningen van de Stichting Zorgcentra Kollumerland en Stichting Woonservice Senioren. De overige € 18,7 mln is het schuldrestant van de eigen leningen.
Programmabegroting 2015
Pagina 79
Lokale lasten Algemeen De lokale heffingen vormen een belangrijk onderdeel van de eigen inkomsten van de gemeente en zijn onderdeel van het gemeentelijk beleid. Lokale heffingen raken de burger direct in de portemonnee en diezelfde burger wil waar voor zijn geld. Een duidelijke belangenafweging is daarom op zijn plaats. Ieder jaar wordt via de aanbiedingsbrief bij deze begroting dan wel bij een afzonderlijk voorstel, inzicht in de mate van kostendekkendheid van de lokale heffingen gegeven, naast voorstellen over aanpassingen daarvan.
Lastendruk Eén van de belangrijkste doelstellingen van deze raadsperiode is om, ondanks de economisch zware tijden, een beheerste ontwikkeling van de lokale lasten te realiseren. Ten eerste omdat onze gemeente in een economisch zwakke regio ligt. Ten tweede omdat landelijke onderzoeken aantonen, dat het gemiddelde inkomen per huishouden in onze gemeente tot één van de laagste van Nederland behoort. De lokale lasten worden gedefinieerd als de optelsom van de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de onroerende zaakbelasting. Aan deze doelstelling zal vorm worden gegeven met borging van voldoende begrotingsruimte die nodig is voor de realisatie van de ambities van onze gemeente. Uit de gegevens over 2014 van het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden) blijkt dat onze gemeente, landelijk gezien, in de middenmoot zit wat betreft de hoogte van de gemeentelijke woonlasten. Provinciaal bekeken zitten we iets boven het gemiddelde. Uitgangspunten voor realisatie van de beheersing van de lokale lasten: - Kostendekkende tarieven c.q. percentages onder het motto “de vervuiler, c.q. gebruiker betaalt” - Jaarlijkse toepassing inflatiecorrectie (voorzover nog niet kostendekkend) - Bij wijziging van getaxeerde WOZ-waarden de OZB-percentages (voor eventuele verhoging) dusdanig bijstellen dat minimaal dezelfde opbrengst als het voorgaande jaar wordt gegenereerd (art. 3, lid 7 financiële beheersverordening art. 212 GW) - Verwerken van de BTW in de tarieven rioolheffing en afvalstoffenheffing - De inzet van egalisatiereserves om grote tarieffluctuaties tegen te gaan. Gemeentelijke belastingen Het beleid betreffende de lokale heffingen is vastgelegd in de diverse door de gemeenteraad vastgestelde belastingverordeningen. Hieronder een korte uiteenzetting van deze belastingen.
Onroerende zaakbelastingen (OZB) De gemeente dient jaarlijks alle onroerende zaken te taxeren. Momenteel worden de laatste controles van de WOZ-taxaties voor 2015 (met waardepeildatum 1-1-2014) uitgevoerd. Op basis van de voorlopige uitkomsten blijkt, dat de WOZ-waarde van woningen met 3% daalt en de waarde van de nietwoningen met 4%. De OZB-percentages (tarieven) voor 2015 dienen hierop te worden aangepast. Hoewel een OZB- verhoging pijnlijk is, is deze ook onontkoombaar zoals genoemd in het bestuursakkoord. Het uiteindelijke percentage dat is meegenomen als verhoging boven de inflatiecorrectie van 0,75% is 14,59% voor woningen en 4,23% voor de niet-woningen.
Programmabegroting 2015
Pagina 80
Huidige OZB-percentages 2014 (DDFK) Kollumerland c.a. Woning Niet-won. (eig.) Niet-won. (gebr.)
0,1174 0,2063 0,1639
Dantumadiel 0,1473 0,1885 0,1465
Dongeradeel 0,2170 0,2099 0,1708
Ferwerderadiel 0,1668 0,2006 0,1357
Gemiddelde OZB-percentages 2014 (DDFK) Woningen: 0,1621 Niet-won. (eig.) 0,2013 Niet-won. (gebr.) 0,1542
Voorgestelde OZB-percentages 2015 gemeente Kollumerland c.a.: Woning Niet-won. (eig.) Niet-won. (gebr.)
0,1354% 0,2166% 0,1721%
Macronorm OZB Met ingang van 2008 is de wettelijke limitering van de OZB-tarieven (percentages) komen te vervallen. Gemeenten zijn vanaf dat moment vrij in de bepaling van de hoogte van de OZB. Hierbij is echter wel de restrictie gesteld, dat de vaststelling van de OZB-percentages niet mag leiden tot een onevenredige stijging van de lokale lastendruk. Het Rijk heeft hiertoe de zogenaamde „macronorm‟ ingevoerd. Het kabinet handhaaft de macronorm OZB in 2015 als instrument. Conform de afgesproken berekeningssystematiek bedraagt de norm voor 2015 3,0% (over € 3,711 miljard). Dit blijkt uit een brief van minister Plasterk aan de Tweede Kamer waarin hij ingaat op een rapport van een ambtelijke werkgroep waarin de macronorm is geëvalueerd. Dat betekent dat in 2015 - voor alle gemeenten samen de opbrengst van de OZB maximaal 3% meer mag zijn dan in 2014. De invloed van de aanpassingen van de OZB percentages van een relatief kleine gemeente als de onze, is op macroniveau zeer gering. Relatie OZB / gemeentefonds Sinds 1997 wordt op basis van de Financiële-verhoudingswet in het gemeentefonds rekening gehouden met verschillen in de belastingcapaciteit van gemeenten. Als gevolg van verschillen in waarde van de onroerende zaken, verschilt tevens de belastingcapaciteit per gemeente. De belastingcapaciteit waar in het gemeentefonds rekening mee wordt gehouden, wordt voor iedere gemeente met dezelfde tarieven berekend. Deze tarieven worden de rekentarieven genoemd en zijn in het verleden vastgesteld op het gemiddelde tarief op dat moment van alle gemeenten. Verschillen in feitelijke tarieven tussen gemeenten spelen in de verdeling van het gemeentefonds géén rol. De rekentarieven worden jaarlijks aangepast. Het rekentarief wordt naar beneden (of naar boven) bijgesteld om de stijging (of daling) van de inkomstenmaatstaf als gevolg van de stijging (of daling) van de WOZ-waarden van woningen en niet-woningen ongedaan te maken.
Afvalstoffenheffing (huishoudelijke afvalstoffen) De afvalstoffenheffing is een belasting die de burger moet betalen voor het van gemeentewege ophalen en verwerken van huishoudelijk afval. Of er ook daadwerkelijk afval wordt aangeboden is daarbij niet relevant. Voor egalisatie van de tarieven is een bestemmingsreserve c.q. egalisatiereserve ingesteld. Voorgesteld wordt de tarieven met 0,75% inflatiecorrectie te laten stijgen. Het tarief voor een gezin komt in 2015 hiermee op € 269,60 (was € 267,60) en voor een alleenstaande € 188,10 (was € 186,70).
Programmabegroting 2015
Pagina 81
Reinigingsrechten (bedrijfsafval) Deze rechten worden geheven wanneer de gemeente bedrijfsafval ophaalt en verwerkt. Bij de betreffende bedrijven zijn daartoe containers geplaatst. Voor egalisatie van de tarieven is een bestemmingsreserve c.q. egalisatiereserve ingesteld. Vanwege kostendekkendheid van de tarieven behoeven de reinigingsrechten 2015 geen aanpassing. Rioolheffing Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de afvoer van het hemelwater, de afvoer van huishoudelijk- en bedrijfsafvalwater, de rioleringszorg en de aanpak van problemen die verband houden met de grondwaterstand. Eén en ander dient opgenomen te worden in het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) dat in 2013 gereed moet zijn. Voor egalisatie van de tarieven is een bestemmingsreserve c.q. egalisatiereserve ingesteld. Uw raad heeft in oktober 2013 reeds besloten (vaststelling van het Riolering- en watertakenplan) om voor de jaren 2014-2017 het tarief voor rioolheffing jaarlijks met ongeveer 4,75% te verhogen. Het tarief voor 2015 komt hiermee op € 257,53 (was € 245,85). Hondenbelasting De Hoge Raad oordeelt dat gemeenten hondenbelasting kunnen blijven heffen. Een gemeente hoeft daarbij geen rechtstreeks verband te leggen met de kosten voor hondenbeleid. Het oordeel van de Hoge Raad draait de uitspraak terug van het Gerechtshof ‟s-Hertogenbosch, gedaan op 24 januari 2013. De Hoge Raad stelt dat de wetgever op fiscaal gebied een grote mate van vrijheid toekomt. Een van de redenen voor de hondenbelasting is dat honden zorgen voor bevuiling van de openbare ruimte. Dat gebeurt door andere door de mens gehouden dieren in veel mindere mate. Het feit dat de kosten reden zijn voor de belasting betekent niet dat een gemeenten die kosten apart moet verantwoorden, oordeelt de Hoge Raad. In het „bestuursakkoord Kollumerland c.a.2014-2018‟ is aangegeven dat de hondenbelasting in 2015 nog onveranderd wordt geheven, daarna volgt afbouw van deze belasting in drie jaar tijd. Forensenbelasting Onder deze naam wordt een directe belasting geheven van personen die, zonder in onze gemeente hun hoofdverblijf hebben, op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zichzelf of hun gezin een gemeubileerde woning in onze gemeente beschikbaar houden. Heffingsmaatstaf is de getaxeerde WOZ-waarde. Begraafrechten De kosten die de gemeente maakt voor onder meer het onderhoud van de gemeentelijke begraafplaatsen, worden gedekt door het heffen van graf- en begraafrechten. Ook het door de gemeente verlenen van diensten, zoals het aanvragen van een vergunning tot het recht op begraven en plaatsing van grafbedekking, vallen hieronder. Voorgesteld wordt de tarieven voor grafrechten te verhogen met 1,5% vanwege inflatiecorrectie. Toeristenbelasting In 2012 is het onderzoek tot invoering toeristenbelasting, opgestart via bureau TOG Nederland bv. De uitkomsten van dit onderzoek zijn vervolgens besproken met de recreatieondernemers en is aangegeven op welke wijze de heffing kan plaatsvinden. In 2013 heeft de raad besloten over te gaan tot heffing van toeristenbelasting. Het tarief voor een overnachting is hierbij vastgesteld op € 0,75 per persoon per overnachting. Het tarief is vastgesteld voor een periode van drie jaar (2014 tot en met 2016). De belasting geldt voor diegenen die gelegenheid tot verblijf bieden (campingeigenaren, appartement-houders etc. De heffing toeristenbelasting treedt formeel op 1 januari 2014 in werking. De aanslagen toeristenbelasting over het belastingjaar 2014 worden na afloop van het seizoen (begin 2015) aan de ondernemers verzonden. Overige lokale rechten Tot slot zijn er de overige rechten (leges) die opgenomen zijn in de tarieventabel behorende bij de legesverordening. De legesverordening 2015 (incl. tarieventabel) zal eind dit jaar aan de raad ter vaststelling worden aangeboden.
Programmabegroting 2015
Pagina 82
Kwijtscheldingsbeleid Voor mensen met een laag inkomen (bijstandsniveau) en vermogen bestaat de mogelijkheid, tot het aanvragen van kwijtschelding van de opgelegde belastingaanslag. Kwijtschelding wordt verleend op basis van de maximaal toegestane rijksnorm, zijnde 100% van de bijstandsnorm. In 2012 heeft de raad besloten dat voortaan ook kleine ondernemers onder bepaalde voorwaarden kwijtschelding kunnen aanvragen van de opgelegde belastingaanslag voor het privégedeelte. Automatische kwijtschelding In 2010 is de gemeente overgegaan op een systeem van automatische kwijtschelding. Dit verloopt deels via het landelijke Inlichtingenbureau. Huishoudens die in enig jaar via een handmatige toets volledige kwijtschelding van belastingen hebben gekregen en waarvan – uit de automatische gegevensuitwisseling over het inkomen en vermogen - blijkt dat de financiële situatie het jaar daarop niet is verbeterd, krijgen automatisch kwijtschelding. Deze groep hoeft geen aanvraagformulier voor kwijtschelding meer in te vullen. In 2014 hebben 129 belastingplichtigen automatisch kwijtschelding ontvangen. Vanaf 2014 is het aanvragen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen gecombineerd met de aanvraag voor de waterschapslasten via het Hefpunt. Dit heeft de administratieve lastendruk van de burger aanzienlijk verminderd omdat er nu nog maar één formulier met bewijsstukken nodig is voor het aanvragen van kwijtschelding van belastingen van beide instanties.
Programmabegroting 2015
Pagina 83
Programmabegroting 2015
Pagina 84
Financiële begroting
Programmabegroting 2015
Pagina 85
Uitgangspunten
Uitgangspunten bij het eindbeeld van de meerjarenbegroting Voor de begroting 2015 - 2018 zijn de volgende uitgangspunten meegenomen: > Inflatiecorrectie toerekenen reserves 0% 2015, constant 2016 t/m 2018 > Indexatie loongevoelige componenten: 2% 2015, constant 2016 t/m 2018 > Indexatie prijsgevoelige componenten: 0% voor 2015 (taakstelling), constant 2016 t/m 2018 > Geen ruimte voor nieuw beleid, tenzij……oud voor nieuw wordt ingewisseld > Algemene uitkering op basis van de meicirculaire 2014 > Septembercirculaire 2014 wordt als eerste wijziging meegenomen > Ramingen baten en lasten bestaand beleid gebaseerd op analyse verloop reralisatiecijfers afgelopen jaren > Raming (primitieve) belastingopbrengsten op basis kohier 2014 > Structurele lasten worden gedekt door structurele baten > Incidentele lasten worden gedekt door incidentele baten en/of reserves > Voor onvoorziene incidentele lasten 2015 € 3 per inwoner > Verhoging tarieven OZB en afvalstoffenheffing met 0,75% inflatiecorrectie > Verhoging tarieven rioolheffing conform gemeentelijk rioleringsplan (GRP) 4,75% > Extra verhoging OZB tarieven 2015 woningen: 14,59% > Extra verhoging OZB tarieven 2015 niet-woningen: 4,23% Onderhoud kapitaalgoederen Voor het onderhoud van de kapitaalgoederen zijn geen voorzieningen gevormd. Dit betekent niet dat er geen onderhoud wordt gepleegd aan de eigendommen, maar wij kunnen de lasten op dit moment opvangen in de exploitatie en er zijn bestemmingsreserves aanwezig voor het onderhoud van diverse kapitaalgoederen, zoals riolering, onderwijshuisvesting, speelvoorzieningen en dorpshuizen. Er zijn meerdere onderhoudsplannen aanwezig voor het onderhoud van de diverse kapitaalgoederen en in de verordening ex. art. 212 GW (financiële beheersverordening) zijn de verplichtingen opgenomen voor de nog niet opgestelde plannen. De reden dat er bestemmingsreserves bestaan in plaats van voorzieningen is dat de plannen (nog) niet geheel voldoen aan de verplichtingen welke aan de vorming van voorzieningen worden gesteld.
Programmabegroting 2015
Pagina 86
Begroting per programma
baten 01 - Sturende en dienstverlenende gemeente 02 - Wonen en Werken in Netwerken 03 - Sociale kwaliteit 04 - Voorzieningen
Rekening 2013 lasten saldo
baten
Begroting 2014 lasten saldo
baten
Begroting 2015 lasten saldo
145.324
1.997.579
-1.852.255
174.441
1.904.680
-1.730.239
149.953
1.951.076
-1.801.123
5.208.713
6.952.647
-1.743.934
1.808.739
4.481.058
-2.672.319
308.947
2.059.425
-1.750.479
7.999.952 12.767.923
-4.767.971
7.722.904 12.725.152
-5.002.248
4.258.924 17.617.455 -13.358.531
304.749
3.207.790
-2.903.040
752.062
3.867.614
-3.115.552
232.801
3.070.698
-2.837.897
2.989.447
3.952.308
-962.861
2.878.350
3.891.956
-1.013.606
3.152.490
4.059.365
-906.875
29.206
2.387.665
-2.358.458
6.375
2.755.793
-2.749.418
6.375
2.452.254
-2.445.879
07 - Fysieke en sociale veiligheid
100.503
869.705
-769.202
3.500
844.203
-840.703
19.500
913.711
-894.211
99 - Algemene dekkingsmiddelen
15.615.593
522.663 15.713.499 24.193.387
296.275
23.897.112
Saldo van baten en lasten Mutaties reserves Geraamd resultaat
32.393.488 32.506.839 1.534.757 1.277.489 33.928.245 33.784.328
-1.410.585 32.322.377 32.420.259 1.710.597 258.482 155.061 300.012 32.580.859 32.575.320
-97.882 103.421 5.539
05 - Leefkwaliteit 06 - Mobiliteit en infrastructuur
371.223 15.244.370 16.236.162
-113.352 29.582.533 30.993.118 257.269 2.331.847 621.250 143.917 31.914.380 31.614.368
Begroting 2015 baten en laten per programma
in miljoenen euro's
30.000.000 25.000.000 20.000.000 15.000.000 10.000.000 5.000.000 0 1
2
3
4 5 Programma
6
7 Baten
Programmabegroting 2015
AD Lasten
Pagina 87
BATEN EN LASTEN
baten begroting 2015 16%
29%
5% belastingen 12%
overige baten overige rijksuitkeringen algemene uitkering
38%
sociaal domein
lasten per programma programma 1 3% 1% 8%
6% 6%
programma 2 programma 3
12%
programma 4 programma 5
9% 55%
programma 6 programma 7 algemene dekkingsmid.
Programmabegroting 2015
Pagina 88
Meerjarenbegroting Nieuwe posten: meerjarenplanning 2015 - 2018
Versie:
15-9-2014
Exploitatielasten
Kapitaallasten
2015
2016
2017
2018
10.000
10.000
10.000
10.000
6.000
6.000
6.000
50.000
Beheerskosten BGT
50.000
50.000
50.000
50.000
Invoering BRK (basisadministratie kadaster)
30.000
Om schrijving item
Invest.
Lpt.
2015
2016
2017
2018
Wettelijk Mondernisering BRP Optimaliseren objectkenmerken WOZ
3.500
3.500
3.500
3.500
Inhuur toezicht en handhaving DHW
16.000
16.000
16.000
16.000
Exploitatiebijdrage FUMO/RUD
32.526
32.526
32.526
32.526
Onderw ijshuisvesting b.o. v.o.
20.000 162.500 325.000
325.000
Beheerskosten BRK
2.900
2.900
2.900
2.900
ICT decentralisaties
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Inkoop zorgarrangementen
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Uitvoeringskosten gebiedsteam
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
283.426 445.926
489.926
Meerkosten opvang zw erfdieren
Totaal onderdeel A:
0
0
0
0
0 170.926
Autonoom 10.000
ICT samenvoegen met Leeuw arden Extra formatie voor BGT Zonnepanelen gemeentehuis
55.000
25 2.063 4.087
4.010
3.933
2.500
2.500
2.500
2.500
13.500
13.500
13.500
13.500
2.200
2.200
2.200
Veiligheidshuis Fryslân
3.630
3.630
3.630
3.630
Regionaal informatie en expertisecentrum
1.300
1.950
1.950
1.950
Innovatiebudget preventieve activiteiten
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Uitvoering externe veiligheid
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Alternatief voor chemische bestrijdingsmiddelen
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
20.000
20.000
20.000
53.130
43.780
43.780
21.580
283.426 445.926
489.926
Fairtrade Intergemeentelijke bezw arencommissie WWB/IOAW NME-project Noardlike Fryske Wâlden (t/m 2017) Herplant bomen (essentakziekte)
Schrobmachine Van der Bij Hal
7.000
Fase 2 Watersportvisie Kollum
p.m.
8
608 1.199
1.166
1.133
Leefbaarheid (cofinanciering) Totaal onderdeel B:
62.000
Onderdeel A
0
Onderdeel B Totaal generaal:
Programmabegroting 2015
2.671 5.286 0
5.176
5.066
0 170.926
0
0
62.000
2.671 5.286
5.176
5.066
62.000
2.671 5.286
5.176
5.066 224.056
53.130
43.780
21.580
327.206 489.706
43.780
511.506
Pagina 89
Mutaties reserves
STAAT D (Begroting 2015) Naam reserve/voorziening
Saldo aan het begin van het dienstjaar
1
2
Vorig dienstjaar (2014) Vermeerderingen Overige verwegens inflatie-meerderingen correctie 2,00% 3-a 3-b
Verminderingen (beschikk.over en bijdr.uit res./voorz.) 4
Dienstjaar (2015) Vermeerderingen Overige ver- VerminderingenSaldo aan het wegens inflatie-meerderingen(beschikk.over einde van het correctie en bijdr.uit dienstjaar 1,50% res./voorz.) 6 8 9 10
Saldo aan het begin van het dienstjaar 5
A. VRIJE RESERVES 0.1 Saldi reserve 0.3 Resultaat na bestemming 2014 Totaal A
2.524.213 92.736
50.484 1.855
1.977.021 -
812.30392.736-
3.739.415 1.855
-
185 -
41.000-
3.698.600 1.855
2.616.949
52.339
1.977.021
905.039-
3.741.270
-
185
41.000-
3.700.455
B. BESTEMMINGSRESERVES (autonomie Raad) (opsomming geselecteerd naar indeling functie) 2.1 Wegenonderhoud 4.1 Onderwijshuisvesting 5.1 Speelvoorzieningen 5.2 Kunst en cultuur 5.3 Recreatie en toerisme; Kollum watersportdorp
44.668
893
43.916
45.562-
43.915
-
-
-
43.915
2.148.015
42.960
350.000
1.678.849-
862.126
-
-
20.000-
842.126
91.078 6.350
1.822 127
6.477-
92.900 2
-
-
-
92.900 2
5.264
105
6.1 Sociaal domein
480.286
9.606
6.3 WWB/WSW (excl. participatiewet)
2 441.514
5.369-
827.154
16.543
-
6.4 Onderhoud dorpshuizen
62.734
1.255
-
-
6.5 Vrijwilligerswerk
40.700
814
-
41.514-
887.615
17.752
14.531
-
7.2 Riolering 7.3 Bedrijfsafval
107.070-
0
-
-
-
0
931.406
-
-
-
931.406
736.627
-
-
-
736.627
63.989
-
-
-
63.989
-
-
-
0919.898
-
150.141
-
01.070.039
37.541
751
137
-
38.429
-
4.735
-
43.164
7.4 Huishoudelijk afval 7.5 Electronisch kinddossier
446.004 2.915
8.920 58
58
5.4492.973-
449.475 58
-
-
31.138-
418.337 58
8.1 Bouwgrondexploitatie (algemeen)
203.581
4.072
229.724
238.491-
198.885
-
-
-
198.885
8.2 Wonen, Herstructurering en leefkwaliteit (WHL) 8.3 Uitvoering energievisie
786.419 405
15.728 8
128.780 8
528.145413-
402.782 8
-
-
50.000-
352.782 8
23.352
467
2.645
26.465-
2-
-
-
450.564 13.665
9.011 273
-
143.84413.939-
315.731 0-
-
-
9.1 Persoonlijke verplichtingen 9.2 Eigen kapitaal, niet vrij besteedbaar 9.3 Aansprakelijkheid en (plan)schades 9.4 Overlopende posten
-
116.344-
2199.387 0-
643.075
12.861
740.450
683.525-
712.861
-
Totaal B
7.201.385
144.028
1.951.765
3.528.086-
5.769.092
-
154.876
217.482-
5.706.486
712.861
Totaal A en B
9.818.334
196.367
3.928.785
4.433.125-
9.510.362
-
155.061
258.482-
9.406.941
C. VOORZIENINGEN V.1 Afgesloten complexen en toek. proj.
40.041
-
40.041
-
40.041
V.2 Dubieuze debiteuren V.3 Naheffingen BCF/BTW
28.103 -
-
28.103 -
-
28.103
-
-
V.4 Afwaardering gronden buiten exploitatie Totaal C Totaal A, B, en C
68.144 9.886.479
196.367
3.928.785
4.433.125-
68.144 9.578.506
-
155.061
258.482-
68.144 9.475.085
De reserves speelvoorzieningen, dorpshuizen, riolering, bedrijfsafval en huishoudelijk afval zijn egalisatiereserves. Als in het ene jaar een onderbesteding is op een van de producten is waar deze reserves voor gevormd zijn, dan wordt dit overschot gereserveerd. Als er in een ander jaar een overbesteding op een van deze producten is, dan kan het tekort uit een van deze reserves worden gehaald.
Programmabegroting 2015
Pagina 90
Incidentele baten en lasten
Overzicht incidentele lasten en baten 2015 - 2018 Programma 01 Sturende en dienstverlenende gemeente
LASTEN 2015 20.000
- ICT samenvoegen met Leeuw arden
10.000
- Inventarisatie archief 1980-1995
10.000
02 Wonen en werken in netwerken - Invoering BRK (basisadministratie kadaster)
03 Sociale kwaliteit
04 Voorzieningen - Voorbereidingskosten huisvesting onderw ijs - Leefbaarheid (cofinanciering)
05 Leefkwaliteit - Herplant bomen (essentakziekte) - NME-project Noardlike Fryske Wâlden
06 Mobiliteit en infrastructuur - Overdracht vaarw egbeheer - Duurzaamheid (koplopersproject + energie uit hout)
30.000
2016 0
2017 0
2018 0
BATEN 2015 0
2016 0
2017 0
2018 0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
40.000
20.000
20.000
0
0
0
0
0
20.000
20.000
20.000
2.200
2.200
2.200
0
0
0
0
0
2.200
2.200
2.200
21.000
21.000
2.500
0
0
0
0
0
18.500
18.500
30.000
20.000
0
2.500
2.500
2.500
07 Fysieke en sociale veiligheid
0
0
0
0
0
0
0
0
99 Algemene dekkingsmiddelen
0
0
0
0
0
0
0
0
43.200 24.700 -43.200 -24.700
0 0
0
0
0
0
Totaal lasten/baten: Saldo incidentele lasten en baten:
113.200 -113.200
Met uitzondering van het bedrag voor het NME-project Noardlike Fryske Wâlden, worden de bedragen voor 2015 éénmalig gedekt uit de reserves.
Programmabegroting 2015
Pagina 91
Structurele toevoegingen en onttrekkingen reserves
Overzicht structurele toevoegingen en onttrekkingen reserves 2015 - 2018 Programma 01 Sturende en dienstverlenende gemeente
TOEVOEGINGEN 2015 2016 0 0
2017 0
2018 0
ONTTREKKINGEN 2015 2016 0 0
2017 0
2018 0
02 Wonen en werken in netwerken
0
0
0
0
0
0
0
0
03 Sociale kwaliteit
0
0
0
0
0
0
0
0
04 Voorzieningen
0
0
0
0
0
0
0
0
05 Leefkwaliteit
0
0
0
0
0
0
0
0
06 Mobiliteit en infrastructuur
0
0
0
0
0
0
0
0
07 Fysieke en sociale veiligheid
0
0
0
0
0
0
0
0
99 Algemene dekkingsmiddelen
0
0
0
0
116.344
88.844
61.344
33.844
116.344
88.844
61.344
33.844
116.344
88.844
61.344
33.844
- Onttrekking reserve eigen kapitaal, niet vrij besteedbaar
Totaal toevoegingen/onttrekkingen: Saldo toevoegingen en onttrekkingen:
Programmabegroting 2015
0 -116.344
0 0 0 -88.844 -61.344 -33.844
Pagina 92
Vaststellingsbesluit
Programmabegroting 2015
Pagina 93
Vaststellingsbesluit
Programmabegroting 2015
Pagina 94
Bijlage A: lokale lastendruk per jaar Lokale lastendruk per jaar in diverse situaties: Meerpersoonshuishouden met een eigen woning van € 100.000 2014 wordt € 97.000
Onroerende zaakbelasting Afvalstoffenheffing Rioolheffing
2014 117 268 246 631
Eenpersoonshuishouden met een eigen woning van € 100.000 2014 wordt € 97.000
2015
2015 131 270 258 658
Verschil 14 2 12 28
Onroerende zaakbelasting Afvalstoffenheffing Rioolheffing
2014 235 268 246 748
Verschil 25 2 12 39
Onroerende zaakbelasting Afvalstoffenheffing Rioolheffing
2014 470 268 246 983
2015 520 270 258 1.047
Verschil 50 2 12 64
Meerpersoonshuishouden zonder eigen woning 2014 268 246 513
Onroerende zaakbelasting Reinigingsrechten Rioolheffing
2014 926 272 246 1.444
2015 270 258 527
Verschil 2 12 14
2014 wordt
2015 260 188 258 706
Verschil 25 1 12 38 3
Onroerende zaakbelasting Afvalstoffenheffing Rioolheffing
2014 470 187 246 902
2015 2015 520 188 258 966
Verschil 50 1 12 63 5
per m aand
2015 933 272 258 1.463
2015 933 258 1.190 per m aand
Afvalstoffenheffing Rioolheffing
2014 187 246 433
2015 188 258 446
Verschil 1 12 13 1
per m aand
Bedrijf zonder eigen bedrijfspand met bedrijfscontainers
Verschil 7 12 19
2014 Reinigingsrechten Rioolheffing
272 246 518
2
Bedrijf met eigen bedrijfspand van € 250.000 2014 wordt € 240.000 2015 (zonder woning en bedrijfscontainers) 2014 926 246 1.171
2015
per m aand
1
per m aand
Onroerende zaakbelasting Rioolheffing
2
Eenpersoonshuishouden zonder eigen woning
per m aand
Bedrijf met eigen bedrijfspand van € 250.000 € 240.000 2015 (met bedrijfscontainers)
2014 235 187 246 667
5
per m aand
Afvalstoffenheffing Rioolheffing
Onroerende zaakbelasting Afvalstoffenheffing Rioolheffing
Eenpersoonshuishouden met een eigen woning van € 400.000 2014 wordt € 384.000
2015
Verschil 14 1 12 27
per m aand
3
per m aand
Meerpersoonshuishouden met een eigen woning van € 400.000 2014 wordt € 384.000
2015 131 188 258 577
Eenpersoonshuishouden met een eigen woning van € 200.000 2014 wordt € 192.000
2015
2015 260 270 258 787
2014 117 187 246 550
2
per m aand
Meerpersoonshuishouden met een eigen woning van € 200.000 2014 wordt € 192.000
Onroerende zaakbelasting Afvalstoffenheffing Rioolheffing
2015
2015
Verschil
272 258 530
12 12 1
per m aand
Bedrijf zonder eigen bedrijfspand zonder woning en bedrijfscontainers
Verschil 7 12 19
2014 Rioolheffing
2
246 246
2015
Verschil
258 258 per m aand
12 12 1
Noot: door het gebruik van formules kunnen er afrondingsverschillen voorkomen.
Programmabegroting 2015
Pagina 95
Bijlage B: Aangenomen saneringsmaatregelen Programma/omschrijving 1 Vacatureruimte reiniging 1 Anders opvullen vacature manager OW 1 Werving/selectie personeel 1 Kerstborrel/kerstpakketten 1 Mobiele telefonie 1 Geneeskundige hulp (Arbo) 1 Rekenkamercommissie 1 Bezuiniging schoonmaak/facilitaire zaken 1 Bezuiniging loonkosten ambtelijk secretaris OR 1 Hondenbelasting 1 Basisadministratie GBA Totaal programma 01: 2 Economische ontwikkeling (310) 2 Economische ontwikkeling (310) 2 Economische ontwikkeling (310) 2 Toerisme en landrecreatie (560) 2 Vastgoedregistraties 2 Bestemmingsplannen 2 Volkshuisvesting 2 Investeringsbudget wonen, herstructurering Totaal programma 02: 3 Kanteling WMO 3 Maatschappelijke stages 3 Sociale werkvoorziening, bijdr. NEF Totaal programma 03: 4 VVE 4 Kunst en cultuuractiviteiten (540) 4 Oudheidkunde en museau Totaal programma 04: 5 Budget bedijfsafval verlagen 5 Milieubeheer 5 Milieubeheer 5 Milieubeheer Totaal programma 05: 6 Verlagen onderhoudsbudget wegen 6 Verlagen budget dagelijks onderhoud wegen en paden 6 Groot onderhoud wegen (exploitatie) 6 Openbare verlichting Totaal programma 06: div Buitengewoon onderhoud (bouwkundig) div Inflatiecorrectie 2015 div Inflatiecorrectie reserves 2015 div Extra storting saldireserve (besluit begr. 2014) Totaal overige : Totaal generaal:
Programmabegroting 2015
Exploitatiebudget Regiomarkerting Plattelânsprojecten Totaal product Werken derden Proces/griffiekosten MAD bijdrage VHV
Subsidies kunst Subsidie Fogelsanghstate
Milieuonderzoeken Water/bodemonderzoeken Advertenties
Energielasten
2015 13.070 36.110 9.180 1.500 11.000 5.000 15.000 10.000 5.000 70.000 5.000 180.860 10.000 6.500 12.000 10.000 2.000 2.400 4.079 90.312 137.291 425.000 9.000 241.000 675.000 10.000 7.400 1.000 18.400 4.000 6.500 4.900 2.600 18.000 10.000 7.000 25.000 10.000 52.000 59.460 80.000 117.055 96.720 353.235 1.434.786
2016 13.070 36.110 9.180 1.500 11.000 5.000 15.000 10.000 5.000 52.500 5.000 163.360 10.000 6.500 12.000 10.000 2.000 2.400 4.079
2017 13.070 36.110 9.180 1.500 11.000 5.000 15.000 10.000 5.000 35.000 5.000 145.860 10.000 6.500 12.000 10.000 2.000 2.400 4.079
2018 13.070 36.110 9.180 1.500 11.000 5.000 15.000 10.000 5.000 17.500 5.000 128.360 10.000 6.500 12.000 10.000 2.000 2.400 4.079
46.979 425.000 9.000 241.000 675.000 10.000 7.400 1.000 18.400 4.000 6.500 4.900 2.600 18.000 10.000 7.000 25.000 10.000 52.000
46.979 425.000 9.000 241.000 675.000 10.000 7.400 1.000 18.400 4.000 6.500 4.900 2.600 18.000 10.000 7.000 25.000 10.000 52.000
46.979 425.000 9.000 241.000 675.000 10.000 7.400 1.000 18.400 4.000 6.500 4.900 2.600 18.000 10.000 7.000 25.000 10.000 52.000
973.739
956.239
938.739
Pagina 96