Programmabegroting 2015
Programmabegroting 2015
1
Inhoudsopgave Inleiding • Trends • Voorwoord • ‘2015: Ruimte voor innovatie en vernieuwing’ • De staat van de gemeente • Begroting 2015 in grafieken en tabellen Programma’s 1. Algemeen bestuur en communicatie 2. Openbare orde en veiligheid 3. Openbare ruimte en wijkbeheer 4. Economische zaken en toerisme 5. Onderwijs 6. Sport 7. Welzijn 8. Zorg, jeugd, werk en participatie 9. Milieu en duurzaamheid 10. Ruimtelijk beleid 11. Volkshuisvesting en monumenten 12. Financiën Paragrafen A. Lokale heffingen B. Weerstandsvermogen en risicobeheersing C. Onderhoud kapitaalgoederen D. Financiering E. Bedrijfsvoering F. Verbonden partijen G. Grondbeleid Financiële Begroting 1. Analyse bestaand beleid 2. Autonome ontwikkelingen en incidentele baten en lasten 3. Taakstellingen 4. Nieuw beleid 5. Sluitend maken van de meerjarenbegroting 2015-2018 6. Investeringen 7. Reserves en voorzieningen 8. Resultaatbepaling 9. EMU-saldo Bijlagen 1. College en gemeenteraad 2. Overzicht reserves en voorzieningen, meerjarig 2014-2018 3. Overzicht belastingen en heffingen, inclusief diverse woonlastsituaties 4. Staat van kapitaallasten 2015 5. Overzicht formatie 6. Conversietabel producten – BBV-functies 7. Omschrijving en doel reserves en voorzieningen 8. Subsidiestaat welzijnsactiviteiten 2015
2
Programmabegroting 2015
4 5 8 18 20 25 29 31 39 43 47 50 55 60 67 71 74 77 83 90 99 101 106 110 118 121 124 126 127 128 130 132 135 138 141 144 147 148 149 156 158
Inleiding Programmabegroting 2015
3
Trends Jaar
- aantal inwoners per 31-12 * groei van aantal inwoners - aantal woningen per 31-12 *) * nieuwbouw * sloop - recreatiewoningen - wooneenheden - capaciteit bijz. woongebouwen - aantal uitkeringsgerechtigden per 31-12 * WWB< 65 jaar, inclusief WIJ * Bbz, IOAW/IOAZ - aantal fte x € 1 miljoen - jaarresultaat na bestemming - reserves per 31-12 - voorzieningen per 31-12 - vaste geldleningen per 31-12 - materiële vaste activa per 31-12 - gronden grondbedrijf per 31-12 - investeringen - uitkering gemeentefonds - salarissen - inhuur derden - resultaat afgesloten complexen grondbedrijf
rekening 2011
rekening 2012
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
30.284 4 12.560 122 -4 1 105 769
30.436 152 12.624 70 -6 1 112 769
30.320 -116 12.691 67
30.370 50 12.357 47
30.420 50 12.415 58
1 112 769
1 112 769
1 112 769
326 14
356 14
380 20
386 14
386 14
245,6
233,1
224,8
225,9
219,0
1,4 30,3 11,8 55,7 71,6 10,5 8,1 26,5 14,4 1,4
1,5 30,0 12,8 52,0 73,3 11,6 7,0 26,7 14,7 1,1
0,4 29,1 13,1 54,7 72,5 11,0 5,3 26,4 14,1 1,4
0,0 25,6 12,0 60,3 78,4 10,6 13,4 27,1 14,2 1,1
0,0 19,9 11,4 64,5 78,5 9,6 8,5 46,7 13,9 1,2
0,0
0,1
0,0
0,1
0,5
rekening 2011
rekening 2012
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
1.023 2.358 88 1.341 2.367 202 451 222 8.052
1.705 1.427 114 1.317 1.830 302 251 78 7.024
1.194 161 534 454 2.010 370 428 116 5.267
3.477 500 1.019 2.710 3.602 647 749 744 13.448
4.488 1.287 1.000 909 295 15 255 225 8.474
*) aantal woningen vanaf 2014 cf. BAG
Investeringen (bedragen x € 1.000) Verkeer en vervoer Onderwijs Sport Overig Rioolinvesteringen Tractie Automatisering Verstrekte geldleningen TOTAAL
4
Programmabegroting 2015
Voorwoord Voor u ligt de begroting 2015, inclusief meerjarenramingen 2016-2018. Het is de eerste begroting van de huidige bestuursperiode, na de vorming van de raad en college na de gemeenteraadsverkiezingen op 19 maart 2014. Uitgangspunt bij het opstellen van deze begroting is nog het beleidsprogramma 2014-2018 ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing’, alsmede de kadernotitie die op 8 juli is vastgesteld door de gemeenteraad. De speerpunten van dit programma zijn gericht op het bereiken van de doelen die genoemd zijn in de strategische visie ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’. Deze indeling ligt ook ten grondslag aan de inleidende tekst van het college van Burgemeester en Wethouders in deze begroting.
Opbouw van de begroting 2015 De structuur van de begroting is verbeterd waarbij het stramien is gevolgd dat eerder aan de commissie Bestuurlijke Zaken is voorgelegd. Het aantal pagina’s is verminderd en tegelijk met dit boekwerk is ook een digitale versie van de begroting beschikbaar. We verwachten dat de begroting en daarop de andere verantwoordingsdocumenten hiermee beter toegankelijk zullen zijn voor de raad en onze inwoners. We brengen nu tegelijkertijd ook een eerste proeve uit van een digitale begroting (http://boxtel.begroting.pepperflow.nl) en deze moet nog verder worden gevuld. We zijn benieuwd wat u er van vindt en vernemen graag of u nog opmerkingen of suggesties heeft. Op basis van uw opmerkingen zullen we de digitale begroting verder vullen. De structuur zal parallel gaan lopen aan de hoofdstukindeling uit het beleidsprogramma. De begroting is opgebouwd uit de volgende onderdelen:
12 programma’s De inleidende tekst van het college van Burgemeester en Wethouders wordt gevolgd door een weergave van de 12 programma’s waaruit de programmabegroting is opgebouwd. Elk programma kent de volgende opbouw: 1. De programmakenmerken De hier genoemde beleidsproducten zijn verdeeld over de 5 leden van het college van burgemeester en wethouders op basis van de portefeuilleverdeling. 2. Een opsomming van de kaders van het vastgestelde beleid met betrekking tot dat programma Op de relatie met de bovengenoemde strategische visie en het beleidsprogramma wordt ingegaan in de inleiding van het college. De kaders die bij de verschillende programma’s genoemd worden, zijn specifiek van toepassing op dat betreffende programma. 3. Een toelichting op het beleid Hierbij komen in elk programma twee van de drie zogenaamde w-vragen terug, namelijk. • ‘Wat willen we bereiken?’ en • ‘Wat gaan we daarvoor doen?’ We hebben dit niet langer gesplitst in twee kolommen, maar in één stuk tekst waarbij in de linkerkantlijn kort de kern van de zaak wordt aangestipt. Zo mogelijk worden reeds bekende concrete activiteiten of uitvoering van werken voor het jaar 2015 expliciet genoemd.
Programmabegroting 2015
5
4. De financiën Bij dit onderdeel komt de derde w-vraag aan de orde, namelijk ‘Wat mag het kosten’? Hierbij worden de lasten en baten weergegeven voor de onderliggende beleidsproducten. De gemeente Boxtel maakt geen afzonderlijke productbegroting voor het college, maar heeft de programma- en productbegroting geïntegreerd in één boekwerk. De raad autoriseert de uitgaven en inkomsten van elk programma, maar heeft eerder aangegeven ook graag inzicht te willen in de cijfers op productniveau. Zoals het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) voorschrijft worden de cijfers gepresenteerd voor drie jaargangen, te weten de cijfers van 2013 zoals vastgesteld in de jaarrekening, de cijfers van de lopende e begroting 2014 zoals die zijn vastgesteld na verwerking van 1 bestuursrapportage 2014 en de cijfers van de voorliggende begroting 2015. De cijfers per product worden gepresenteerd exclusief apparaatlasten, kapitaallasten en mutaties in reserves. Deze lasten worden vervolgens als totaal per programma gepresenteerd. Het totaal van de mutaties in reserves van alle programma’s tezamen is het verschil in begrotingstotaal voor en na resultaatbestemming (zie ook hoofdstuk 8 van de financiële begroting). 5. Meerjarige ontwikkeling tot en met 2018 Hier worden per programma de totale lasten en baten in het perspectief gezet van 2013 tot en met 2018. De incidentele lasten en baten, voor zover niet bestaande uit apparaatlasten, kapitaallasten en mutaties in reserves, worden apart vermeld, zoals voortaan is voorgeschreven in het BBV. Vervolgens worden per programma in een blok alle investeringen, zoals de raad die voteert, gepresenteerd en toegelicht. Als laatste worden per programma ook de ontwikkelingen tot en met 2018 per reserve en per voorziening aangegeven en toegelicht. De toevoegingen van alle reserves zoals opgenomen in programma 1 tot en met 12 is gelijk aan de mutatie van alle reserves (lasten) volgens de resultaatbestemming. Idem de onttrekkingen van alle reserves (baten). In een willekeurig programma kan er echter in enig jaar een verschil zitten tussen de mutaties van de daar gepresenteerde reserves bij dit onderdeel 5 en bij het vorige onderdeel 4 gepresenteerde mutaties in reserves volgens resultaatbestemming.
7 paragrafen Na de 12 programma’s worden 7 paragrafen gepresenteerd. De onderwerpen van deze paragrafen zijn benoemd in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) dat vanaf 2004 van toepassing is. Er zijn paragrafen voorgeschreven voor lokale heffingen, weerstandsvermogen en risicobeheersing, onderhoud kapitaalgoederen, financiering, bedrijfsvoering, verbonden partijen en grondbeleid. In deze paragrafen worden de beleidsuitgangspunten van min of meer beheersmatige activiteiten vastgesteld. Verder geven de paragrafen per onderwerp een dwarsdoorsnede van hetgeen hierover op verschillende plaatsen in de begroting is opgenomen. Er is geprobeerd om de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing iets verder aan te scherpen en de risico’s enigszins te kwantificeren.
Financiële begroting Hoewel in de afzonderlijke programma’s aandacht wordt geschonken aan de financiën, wordt in het onderdeel Financiële begroting het financiële beeld bezien vanuit het totaal van de gemeente. Voor de allocatie- en autorisatiefunctie van de raad is het immers van groot belang dat de begroting transparant is. Met name de autonome ontwikkelingen, de nieuwe beleidsvoorstellen inclusief investeringen en de reserveringen (winstbestemming) worden in de Financiële begroting duidelijk aangegeven. In feite is dit het dekkingsplan zoals dat door de gemeenteraad op 8 juli 2014 besproken is.
6
Programmabegroting 2015
Bijlagen De begroting 2015 sluit af met een aantal bijlagen. Voor een deel zijn de bijlagen wettelijk verplicht.
Procedure totstandkoming begroting 2015-2018 Op 12 februari 2014 heeft de commissie Bestuurlijke Zaken ingestemd met de financieel technische uitgangspunten en hebben de fracties een aantal wensen voor nieuw beleid c.q. aanpassing van het bestaande beleid dan wel nieuwe bezuinigingen aangedragen. Hiermee heeft het college de voorbereidingen voor het opstellen van de begroting 2015-2018 verder vorm gegeven. Op 8 juli 2014 is het dekkingsplan voor deze begroting door de raad besproken en op basis hiervan is deze begroting vervolgens opgesteld. Deze begroting is tot stand gekomen in een tijd waarin het Rijk een forse sanering doorvoert van de overheidsfinanciën en er bovendien onzekerheid heerst over het toekomstig financieel perspectief voor gemeenten. Daarnaast zijn gemeenten vanaf 2015 verantwoordelijk voor meerdere taken op het terrein van jeugd, zorg en participatie. Hiervoor worden extra middelen ontvangen via het gemeentefonds.
Behandelwijze Tegelijkertijd met de begroting wordt door de raad vastgesteld het voorstel met betrekking tot de tariefaanpassingen van de belastingen en heffingen voor het jaar 2015 (definitieve aanvullingen daarop volgen nog in december 2014). De ontwikkeling van de belangrijkste tarieven van de gemeentelijke belastingen en heffingen is in deze begroting 2015 toegelicht. Het afzonderlijke voorstel met betrekking tot de tariefaanpassingen van de belastingen en heffingen voor het jaar 2015 is volledig en geeft een juridische onderbouwing. De programmabegroting 2015 zal op 16 september worden gepresenteerd, waarna tot 29 september technische vragen kunnen worden ingediend. Deze worden uiterlijk 10 oktober schriftelijke beantwoord. De begroting 2015 wordt in twee termijnen door de gemeenteraad behandeld en wel op dinsdag 14 oktober en dinsdag 4 november.
Programmabegroting 2015
7
‘2015: Ruimte voor innovatie en vernieuwing’ Op 22 april 2014 is het beleidsprogramma 2014 – 2018 ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing’ door de raad vastgesteld. Dit beleidsprogramma vormt de basis voor al ons handelen. We hebben het beleidsprogramma geconcretiseerd in een kadernotitie die op 8 juli door de raad is vastgesteld. De kadernotitie is vertaald in de begroting 2015. Op veel terreinen weten we wat we willen en is het de kunst om het daadwerkelijk te realiseren. En dat kunnen we natuurlijk niet alleen; dat doen we samen met burgers en bedrijven, samen met ketenpartners en maatschappelijke instellingen. We nodigen hen uit om met ons te werken aan verbetering van het woon- en leefklimaat in Boxtel. Uitnodigen, aanmoedigen en uitdagen, dat is het devies. Op 30 mei is de meicirculaire 2014 verschenen en dat is naast het beleidsprogramma een belangrijke bouwsteen voor onze begroting. Van extra bezuinigingen is nu maar in beperkte mate sprake; de maatregelen in de sfeer van de onderwijshuisvesting worden wel doorgevoerd, maar deze waren reeds aangekondigd. Daarnaast weten we nu waar we in financiële zin op mogen rekenen bij de invoering van de drie decentralisaties op het terrein van werk, zorg en jeugd. Om meer te bereiken met minder geld, zullen we slagen moeten maken: zaken anders moeten aanpakken, op alternatieve wijze tegen problemen en oplossingen aankijken en nog meer samenwerking moeten zoeken, zodat er een win-win situatie ontstaat. We gaan fundamenteel aan de slag met een vijftal transities: • ‘Sociaal domein’: invoering van de drie (inclusief passend onderwijs: vier) decentralisaties; • ‘Energie en duurzaamheid’: de ontwikkeling van Boxtel in de richting van duurzaamheid en energieneutraliteit in 2040; • ‘Burgerparticipatie’ of ‘overheidsparticipatie’: vormgeving van de veranderde verhoudingen in de relatie tussen overheid en burger; • ‘Het Nieuwe Werken’: de verbouwing van het gemeentehuis en invoering van een nieuwe manier van werken; • en ‘Economie en innovatie’: samen met onze partnergemeenten Haaren en SintMichielsgestel: uitvoering van een economisch aanvalsplan, zodat we niet alleen vandaag en morgen, maar ook overmorgen ons brood kunnen verdienen en kunnen leven in een staat van welvaart en welzijn. Juist ook omdat we niet precies weten wat ons te wachten staat en juist ook om ruimte te geven aan nieuwe maatschappelijke en ruimtelijke initiatieven, hebben we het beleidsprogramma niet dichtgetimmerd. Ook via deze begroting willen we ruimte scheppen voor nieuwe ontwikkelingen en initiatieven. We brengen de transities in beeld en willen daarbij op waarden sturen: • Kwaliteit: wordt de samenleving of de ruimtelijke inrichting beter van de beoogde verandering? • Duurzaamheid: is de beoogde verandering niet alleen goed voor het ‘hier’ en ‘nu’, maar ook voor het ‘daar’ en ‘straks’? • Sociaal beleid: maakt de beoogde verandering mensen sterker en maakt het geen fundamentele inbreuk op de kwetsbare groepen in de samenleving? • Innovatief en creatief: worden bestaande problemen en knelpunten opgelost door een (totaal) andere kijk op de zaak of door de inzet van nieuwe technologie of een nieuwe werkwijze?
8
Programmabegroting 2015
• Vernieuwend: iedere verandering is een kans op verbetering en maakt het mogelijk om toekomstgerichte maatregelen te nemen. Voorstellen voor nieuw beleid worden op deze criteria beoordeeld. Maatschappelijke en ruimtelijke initiatieven die aan deze criteria voldoen worden zoveel mogelijk gefaciliteerd. We willen mensen en organisaties bij elkaar brengen: vitale coalities smeden en samenwerking bevorderen. We hebben daarbij het vizier op 2040 en beseffen dat we op weg naar een energie neutrale gemeente geen dag te verliezen hebben. We zullen nu daadkrachtig moeten handelen, om de toekomst van onze kinderen en kleinkinderen veilig te stellen. Daarnaast hebben we een aantal stevige programma’s en projecten: • ‘Landschapen van Allure’: samen met burgers, bedrijfsleven en maatschappelijke instellingen, voeren we het programma ‘Kloppend Hart’ uit en bereiden het project ‘Dommelvallei’ voor, zodat Het Groene Woud verder versterkt wordt; • ‘Sterk Centrum’; het opknappen van het Centrum is een eerste stap op weg naar revitalisering en plaveit de weg voor het economisch aanvalsplan; • ‘Infrastructuur’: de aanpak van de problematiek rondom de dubbele overweg en de maatregelen die daarmee samenhangen; • ‘Maatschappelijke voorzieningen’: de herschikking van accommodaties in onderwijs, welzijn, zorg en maatschappelijk vastgoed, waarbij samenwerking wordt bevorderd en verantwoordelijkheid verder wordt overgedragen aan burgers en maatschappelijke instellingen. Op basis van het beleidsprogramma wordt in deze begroting aangegeven, op welke wijze we het concreet willen aanpakken. We volgen daarbij de structuur van het beleidsprogramma, waarbij de tekst uit het beleidsprogramma cursief is afgedrukt. Beleid dat niet aan de orde komt, wordt voortgezet. Evaluaties en voortgangsrapportages leggen wij zoveel mogelijk gebundeld aan u voor. 1.
Boxtel blijft voorop met duurzaamheid • Het Groene Woud verder ontwikkelen, met nieuwe impulsen voor economie, leefbaarheid en biodiversiteit (natuur en landschap); wordt onder andere geregeld via: • Landschappen van Allure uitvoeren, onder andere door uitvoering van het programma ‘Kloppend Hart’; budget is gereserveerd, programma is van start, over de voortgang wordt elk half jaar gerapporteerd; • Het nieuwe initiatief ‘Dommelvallei’ ondersteunen en verder uitwerken: is een nieuw programma in het kader van ‘Landschappen van Allure’ samen met diverse gemeenten aan de Dommel, zoals ‘s-Hertogenbosch, Sint-Michielsgestel, Vught en Haaren, alsmede het Waterschap; ook in Eindhoven is er interesse. Zodra helder is, wat het project omvat, leggen we een voorstel aan u voor. • De Kleine Aarde uitbouwen, zodat het volwaardig deel uitmaakt van ‘Boxtel Duurzame Campus’: ‘Triple E’ is gestart met de exploitatie; we werken samen aan verdere uitbouw en leggen na twee jaar een evaluatie aan u voor. • ‘Boxtel Energie Neutraal in 2040’ versnellen via bijvoorbeeld zonne-energie, windenergie en klimaatneutraal bouwen; dit in overleg met de lokale energiecoöperatie. De ‘pilot’ die in 2014 wordt uitgewerkt voor het verduurzamen van het gemeentelijk vastgoed zal in 2015 verder worden uitgerold. Boxtel neemt daarnaast deel aan een regionale alliantie waarvoor een subsidie is verkregen in het kader van het Energieakkoord. Deze alliantie heeft onder andere tot doel, om een gezamenlijk plan van aanpak te maken voor het verduurzamen van bestaande woonwijken. • Geen schaliegas, wel een impuls voor alternatieve energie: begin 2015 worden de resultaten verwacht ten aanzien van de mogelijkheid om schaliegas te winnen in
Programmabegroting 2015
9
Nederland: in lijn met de raadsuitspraak en samen met burgers, gemeenten en andere partijen, doen we er alles aan om schaliegasboringen te voorkomen en zetten we voluit in op duurzame energie (zie vorige punt). 2. Boxtel ontwikkelt toerisme en recreatie tot een volwaardige bedrijfstak De ontwikkeling van toerisme en recreatie maakt deel uit van het economisch aanvalsplan, dat momenteel wordt voorbereid. • ‘Beleef Boxtel’ verder uitbouwen waarbij we nadrukkelijk verbinding zoeken met de samenwerkende gemeenten in Het Groene Woud: budget is gereserveerd in de begroting. Er wordt in het bijzonder aandacht besteed aan regionale versterking van het merk ‘Beleef’, onder andere door gebruikmaking van nieuwe media en het maken van een belevingsfilm over Boxtel. Ook is er extra aandacht voor evenementen, zoals de ZLM-tour en ‘Varend Theater over de Dommel’. • Toeristisch-recreatieve voorzieningen waar mogelijk realiseren en versterken; in het najaar wordt een ‘zoneringsnotitie’ gepresenteerd, waarin de mogelijkheden voor toeristisch-recreatieve ontwikkeling benoemd worden. Vooruitlopend hierop zijn we in gesprek met een initiatiefnemer over een passende invulling van de Liempdse Barrier. • Kleinschalige voorzieningen in het buitengebied bevorderen: het informatiecentrum in Liempde, dat onderdeel is van het ‘Kloppend Hart’ in het kader van ‘Landschappen van Allure’ is hiervan een goed voorbeeld. Binnen het bestemmingsplan creëren we meer mogelijkheden voor bijvoorbeeld ‘bed and breakfast’ en de verkoop van streekproducten. Initiatieven op dit vlak zijn van harte welkom. • Recreatie en toerisme benutten om landschappelijke en cultuurhistorische waarden te verbeteren. 3.
10
Boxtel versterkt zijn positie als werkgelegenheidsgemeente • ‘Greentech campus’ ontwikkelen samen met provincie, regio, onderwijs en bedrijfsleven; onder meer door innovatie vanuit het principe ‘afval is grondstof’. Het programma is gestart, de proefopstelling wordt in het najaar gepresenteerd en op basis daarvan worden de plannen voor een volwaardige ‘Greentech campus’ gepresenteerd. • Samen met het bedrijfsleven, een economisch aanvalsplan opstellen en reserveren daarvoor € 1 miljoen. Dit kan betrekking hebben op het Centrum, de detailhandel, bedrijventerreinen, ZZP’ers, arbeidsmarkt, onderwijs, regionale economie, verbindingen tussen toerisme, recreatie en cultuur, innovatie, et cetera. Kortom, alle initiatieven die leiden tot verbetering van het economisch perspectief zijn welkom. We nodigen burgers en bedrijven uit, om voorstellen te doen die leiden tot een beter economische positie, zodat we volop kunnen profiteren als de economie aantrekt en nemen in elk geval de volgende punten mee: • Via de werkgeversbenadering wordt in het aanvalsplan nadrukkelijk aandacht geven aan integratie en participatie van jongeren en kwetsbare groepen onder het motto ‘iedereen doet mee’; jeugdwerkloosheid structureel aanpakken. In september komt er een plan van aanpak voor de arbeidsmarkt, met een doelgroepenanalyse en beleid gericht op kwetsbare groepen (ouderen, jongeren en mensen met beperkingen). Jeugdwerkeloosheid wordt structureel opgepakt en op allerlei manieren zullen in gezamenlijkheid met werkgevers (bedrijven en organisaties) en het onderwijs concrete projecten worden geïnitieerd, regionaal binnen de 5-sterrenregio, maar ook lokaal met partners zoals de WSD, de Koraalgroep, Boxtelse werkgevers en PDC. • Samenwerking tussen ondernemers, onderwijs, overheid en overige partijen (de 4 O’s) verbeteren met daarbij bijzondere aandacht voor samenwerking met het MBO
Programmabegroting 2015
(SintLucas, Helicon) en andere onderwijspartners. • We starten direct met het economisch aanvalsplan door uitvoering van een aantal basisonderzoeken: na overleg met de ondernemers zoekt BRO naar nieuw perspectief voor de detailhandel, laten we specialist Cor Molenaar adviseren over het plan van aanpak voor het Centrum, presenteren we een plan van aanpak voor het aantrekken voor nieuwe bedrijven en brengen we dat alles samen in een sociaal-economisch plan dat wordt besproken met onze buurgemeenten Haaren en Sint-Michielsgestel. • We reserveren bedragen voor de ‘motoren’ van het aanvalsplan, namelijk het Centrummanagement, het Parkmanagement, BWB (Beleidsplatform Winkelcentra Boxtel) en de vrije ondernemers van de VOC; samen met de ondernemers zien we hen als drijvende krachten van het aanvalsplan. • En voor het overige staan we open voor goede plannen en ideeën die het economisch klimaat verbeteren en bevorderen. • Ruimte scheppen voor groei van de werkgelegenheid gerelateerd aan innovatie en duurzaamheid. Met de ontwikkeling van de ‘Greentech Campus’ en de ontwikkeling van recreatie en toerisme, hebben we al twee speerpunten op dit vlak. Daarnaast willen we actief verkennen, op welke wijze we de samenwerking met de regio rondom Eindhoven kunnen versterken. We zien daarbij specifieke kansen voor de creatieve sector: SintLucas is verbonden met Eindhoven en start in de nieuwe accommodatie aan de Burgakker met opleidingen voor creatief vakman. Via SintLucas kan een natuurlijke relatie gelegd worden met Strijp S in Eindhoven. Daarnaast is het de vraag of er relatie te leggen is met ‘Brainport’. Via een voorziening als het Rabo-datacenter en een initiatief als het persoonlijk digitaal domein, ‘Qiy’, moet het mogelijk zijn om een link te leggen. • Boxtel aantrekkelijker maken als vestigingsgemeente voor bedrijven en de veiligheid en bereikbaarheid van het bedrijventerrein verbeteren. Het lijkt er op dat de economie aantrekt: we willen de gronden in de Spoorzone en Vorst A zo snel mogelijk ontwikkelen. Met het oog daarop en met het oog op de ontwikkeling van Vorst B, willen we een plan van aanpak maken om ook bedrijven van buitenaf aan te trekken. We willen dat doen in samenspraak met de ondernemers die op dit moment op het bedrijventerrein gevestigd zijn. De gedachte is, dat clusters van bedrijven rondom een bepaald thema, meerwaarde kunnen bieden in de sfeer van innovatie en ontwikkeling. We streven er voorts naar om het terrein van Biomérieux in samenwerking met het bedrijfsleven en de BOM verder te ontwikkelen, eventueel via inzet van het herstructureringsfonds en de kwaliteitsimpuls Ladonk. • Parkmanagement en centrummanagement opnieuw vormgeven, waarbij de gemeente vooral faciliteert: via het economisch aanvalsplan ondersteunen we Centrum- en Parkmanagement, maar we willen in organisatorische zin wel heldere verhoudingen. We kunnen goed samenwerken, zonder dat de gemeente actief deelneemt. Een goed voorbeeld daarvan is de aanleg van glasvezel op Ladonk: de ondernemers trekken de kar en de gemeente faciliteert hen via een lening en praktische ondersteuning van onze publieke taak. 4.
Boxtel werkt aan een sterk Centrum • Herinrichting van het Centrum realiseren, waarbij de notitie ‘Op weg naar een leefbaar en bruisend Centrum’ vertrekpunt is: eind 2014, begin 2015 wordt daadwerkelijk gestart met het opknappen van het Centrum. Daarmee wordt een basis gelegd voor het economisch aanvalsplan dat in het najaar gepresenteerd wordt. • Cultuurhistorische as aanpakken als eerste stap op weg naar een bruisend en leefbaar Centrum; parkeren geschiedt in eerste aanleg binnen de bestaande infrastructuur:
Programmabegroting 2015
11
budgetten zijn gereserveerd, plannen zijn in vergaande staat van voorbereiding en start is voorzien voor eind 2014. • Leegstand aanpakken en winkels concentreren in kernwinkelgebied met daarbij extra aandacht voor de aanloopstraten, waar een mix van wonen en nieuwe economische initiatieven zorgen voor nieuwe impulsen: maakt deel uit van het economisch aanvalsplan. • Stationsstraat aanpakken als verbindingsroute tussen Station en Centrum samen met de ondernemers en vastgoedeigenaren: maakt deel uit van het economisch aanvalsplan. • Verbinding tussen buitengebied en het Centrum, Liempde en Lennisheuvel maken, onder andere via uitvoering van het project ‘Kloppend Hart’: de uitvoering van het programma is gestart en ook daar is sprake van een stevige inbreng van burgers en bedrijven. Zo heeft SPPiLL een boerderij aangekocht voor vestiging van een informatiecentrum en heeft de gemeente dat mede mogelijk gemaakt door borgstelling. We hebben respect voor de wijze waarop de Liempdse gemeenschap deze uitdaging aangaat en zien het als een goed voorbeeld van burgers die initiatief en verantwoordelijkheid nemen. 5.
12
Boxtel is ook in 2020 een prima woongemeente • Sociale cohesie in wijken en buurten versterken door uitvoering van wijk- en dorpsontwikkelingsplannen: de middelen zijn inmiddels verdeeld en beschikbaar gesteld. De wijkorganen trekken de kar bij de verdere prioriteitstelling en uitvoering. Ook dit is weer een goed voorbeeld van burgerinitiatief. We hebben respect voor de wijze waarop Lennisheuvel en Selissenwal zelf zorg gedragen hebben voor de plannen; we steunen hen bij realisering daarvan. • Meer groen in de wijken en het Centrum stimuleren om zo de leefbaarheid te bevorderen: met afronding van het plan ‘Dommel door Boxtel’ is een goede basis gelegd. We zien de ontwikkeling van park Stapelen als een nieuwe kans om de aansluiting tussen het Centrum en Het Groene Woud te versterken en de beleefbaarheid van de Dommel verder te vergroten. We staan open voor initiatieven van burgers en bedrijven om hun omgeving verder te vergroenen. • Voorzieningenniveau handhaven en versterken door samenwerking, met name ook op het terrein van welzijn, onderwijs en zorg; het is daarbij van belang om creatief en inventief op zoek te gaan naar nieuwe, onverwachte verbindingen. We realiseren een deel van de taakstellingen door samenwerking. • Bouwen in eigen beheer stimuleren (CPO, SIR): we staan open voor initiatieven van burgers op dit vlak en bekijken momenteel de mogelijkheden. Concrete ideeën zijn welkom. • Bijzondere aandacht besteden aan levensloopbestendig bouwen, aan de leefbaarheid van de kernen Liempde en Lennisheuvel, aan realisering van voldoende betaalbare huur- en koopwoningen en aan vernieuwende woonconcepten: we actualiseren de woonvisie en nemen dit mee. Zodra de bouw van woningen weer aantrekt, ontstaan nieuwe kansen. • Glasvezelinitiatieven faciliteren en stimuleren: de ondernemers zijn inmiddels via Glasdonk gestart met de aanleg van glasvezel op het bedrijventerrein. We denken dat glasvezel een belangrijke rol kan spelen. We staan open voor nieuwe initiatieven op dit vlak.
Programmabegroting 2015
6.
Boxtel heeft een modern bestuur • Uitgangspunt is ‘open bestuur’: met open vizier streven naar brede coalities in politiek, bestuur en samenleving, en denkend van ‘buiten naar binnen’. Via het beleidsprogramma en begroting willen we dit verder vormgeven. Het devies is niet voor niets ‘uitnodigen, aanmoedigen en uitdagen’. • Opnieuw invoeren van bezoeken van raad en college aan wijken en kernen: de eerste bezoeken zijn geweest en we willen dit samen met de raad voortzetten. We zijn blij met de ruimte die beeldvormende ‘vergaderingen’ van de raad bieden, om op locatie en in informele sfeer, samen met burgers en bedrijven te zoeken naar vitale coalities. • Nieuwe vormen van burgerparticipatie doorvoeren: van meepraten naar meedoen, uitvoering door en in de wijk; de ‘pilot’ SPPiLL in Liempde wordt geëvalueerd en mogelijk uitgerold naar andere wijken en kernen. De evaluatie staat op de rol voor de tweede helft van 2014. • Kracht van samenleving en burgers bevorderen door los te laten; burgerinitiatieven stimuleren en faciliteren, bijvoorbeeld door rondom de uitvoering van het leerlingenvervoer gesprekken te arrangeren met ouders of een platform te installeren. • Het Nieuwe Werken invoeren, om zo eigentijdse samenwerking met burgers en samenleving te bevorderen; via het programma ‘Boxtel op Maat’ werkt de ambtelijke organisatie inmiddels drie jaar aan verbetering van werkprocessen door deze te digitaliseren en tegelijkertijd te vernieuwen. Verder is en wordt ingestoken op cultuurverandering, waarbij de medewerkers van ‘buiten naar binnen’ denken. Tot slot ronden we de verbouwing van het gemeentehuis in de eerste helft van 2015 af, zodat plaats- en tijdonafhankelijk werken mogelijk wordt. Door deze investeringen in bedrijfsvoering, ICT, cultuur en huisvesting dient ‘buiten’ voelbaar te zijn, dat er ‘binnen’ een andere wind waait. • Uitgaan van het principe: grootschalig regelen wat moet, dicht bij de mensen organiseren wat kan: doen we. • Eén ambtelijke organisatie vormen met de gemeenten Haaren en Sint-Michielsgestel; burgers betrekken bij deze operatie en de uiteindelijke keuze, waarbij we de meerwaarde vooraf duidelijk maken. Het bedrijfsplan wordt rond de jaarwisseling aan de raad aangeboden. We hebben in de begroting rekening gehouden met het bedrijfsplan. We zullen incidenteel moeten investeren, om structureel voordeel te boeken. We hebben het beoogde structurele voordeel op termijn nog niet helemaal ingeboekt, omdat we naast lagere kosten ook mikken op hogere kwaliteit en minder kwetsbaarheid. Bij de evaluatie van de samenwerking begin 2017 kunnen we het overige inboeken voor de begroting 2018 en verder. • Verdergaande bestuurlijke samenwerking niet uitsluiten; kwaliteit, bestuurskracht en bestuurlijke nabijheid en toegankelijkheid zijn belangrijke uitgangspunten. Er is een dialoog in voorbereiding met de burgers, die gepland staat voor begin september. Vooralsnog koersen we aan op ambtelijke fusie met Haaren en Sint-Michielsgestel; de raad heeft eerder aangegeven, bestuurlijke samenwerking een reëel perspectief te vinden. Vanuit die invalshoek voeren we het gesprek met de onze burgers en de buurgemeenten.
7.
Boxtel voert een sociaal beleid dat sterk maakt en helpt waar nodig • Samen met burgers, verenigingen en maatschappelijke instellingen op zoek gaan naar nieuwe vormen en nieuwe wegen. Daar zijn we al mee bezig en dat zetten we in versterkte mate voort. • Decentralisaties op het terrein van werk, zorg en jeugd doorvoeren per 1 januari 2015, waarbij de budgettaire kaders vertrekpunt zijn, maar maatwerk tot de mogelijkheden behoort; gestart wordt met twee wijken waarin het vernieuwd sociaal beleid wijkgericht
Programmabegroting 2015
13
•
•
•
•
•
•
14
vorm krijgt. Daarmee spelen we in op een motie van de raad om in te spelen wijkinitiatieven en te starten met een sociaal wijkteam. De ‘pilot’ met het wijkteam start naar verwachting in september 2014. De budgetten voor de decentralisaties zijn helder en geraamd. Er ligt al een goede basis. We hebben de hoofdlijnen van beleid en de transitie-documenten door de raad laten vaststellen. In oktober wordt aangegeven, hoe we het verder gaan aanpakken en uitvoeren, zodat in december de verordeningen in de raad kunnen worden behandeld. Vanaf 1 januari 2015 start de uitvoering, waarbij 2015 op een aantal fronten bestempeld is tot overgangsjaar. We zullen bij de uitvoering rekening moeten houden met budgetten die gekort zijn en zullen hulp en dienstverlening van de tweede lijn naar de eerste lijn, en van de eerste lijn naar de nuldelijn moeten brengen. Mensen zullen zichzelf en elkaar moeten helpen, waarbij de gemeente waar nodig ondersteunt. Het sociaal wijkteam gaat daar een belangrijke rol in spelen. We starten in september met een ‘pilot’ en zijn overigens ook op allerlei andere fronten druk bezig met de voorbereiding van de uitvoering. Burgers zo veel mogelijk in hun eigen omgeving helpen: zorg en hulpverlening zo veel mogelijk van de tweede lijn naar de eerste lijn brengen en van de eerste lijn naar de nuldelijn: zie voorgaande punt. Extra middelen die via het gemeentefonds verstrekt worden voor armoedebeleid reserveren voor het thema ‘kinderen in armoede’. We hebben een budget gereserveerd van € 71.000 extra, oplopend naar € 93.000 structureel. De extra middelen worden aangewend om structurele tekorten op het minimabeleid op te vangen. Boxtel heeft in tijden van crisis niet beknibbeld op het budget. We zullen het bestaande beleid evalueren en bekijken of, en zo ja, hoe het minimabeleid op vernieuwende wijze vorm kan krijgen. Mantelzorg en vrijwilligerswerk verder stimuleren en vergroten van mogelijkheden van mantelzorg dichtbij huis: wordt meegenomen bij de vormgeving van de decentralisaties en ligt geheel in lijn met de zogenaamde ‘kanteling’. Taakstellingen uit de huidige begroting realiseren op het terrein van subsidies en onderwijs; daarbij wordt rekening gehouden met de demografische ontwikkeling en efficiënt ruimtegebruik. Dit wordt steeds belangrijker. In het najaar presenteren we een plan om te komen tot clustering van voorzieningen van bibliotheek, SintLucas en het Podium; bij invulling van de taakstelling voor subsidies is uitgegaan van een compactere opzet van de bibliotheek, waarbij de ontmoetings- en de educatieve functie van de bibliotheek zoveel mogelijk gehandhaafd blijven. In samenspraak met het onderwijsveld op korte termijn een integraal plan maken om zo te voorkomen dat voor leegstand wordt gebouwd; bijzondere aandacht in dat kader voor nut en noodzaak van de bouw van een basisschool op Munsel - In Goede Aarde. In het afgelopen decennium hebben we veel geïnvesteerd in onderwijshuisvesting, zodat scholen toekomstbestendig zouden zijn. Uit de meest recente leerlingenprognose blijkt evenwel dat het aantal leegstaande lokalen op termijn groter is dan eerder werd verwacht. Bovendien is er sprake van een taakstelling op onderwijshuisvesting vanuit het Rijk. Naast deze taakstelling zet de Minister ook de overheveling van de verantwoordelijkheid voor het onderhoud van schoolgebouwen naar de schoolbesturen door. Het is derhalve zaak dat we het huidige beleid voor onderwijshuisvesting kritisch tegen het licht houden. Niemand is gebaat bij leegstand. We zijn altijd voorstander geweest van toekomstbestendige scholen van goede kwaliteit en met voldoende draagvlak. Daarom hebben we in het afgelopen decennium zoveel geïnvesteerd. Hoewel we het uitgangspunt dat iedere wijk een school heeft nog steeds als ideaalbeeld voor ogen hebben, is het op dit moment -gelet op de leerlingenprognose en de noodzakelijke bezuinigingen op de gemeentebegroting- onverantwoord om € 1,9
Programmabegroting 2015
miljoen te begroten voor de bouw van een nieuwe school in MIGA en we stellen dan ook voor om dit budget te schrappen. We zullen extra aandacht besteden aan de verbinding van Munsel – In Goede Aarde en de andere wijken. Er lopen al veel fietsroutes en daar willen we er nog één aan toevoegen via de Dr. de Brouwerlaan. Tegelijkertijd stellen we voor om het opknappen van de twee bestaande scholen De Wilgenbroek en De Molenwijkschool te dekken uit de voorziening Onderhoud onderwijs. We beraden ons nog over de huisvesting van De Hobbendonken en zijn daarover in gesprek met het schoolbestuur. Daarnaast denken we dat het goed is als de schoolbesturen gezamenlijk een toekomst bestendige strategie voor onderwijshuisvesting ontwikkelen. We zullen dergelijk initiatief ondersteunen waarbij vanuit de gemeente het voorkomen van leegstand en duurzame financiering uitgangspunten zijn. Intussen zijn we bezig met de voorbereidingen van de plannen rondom de St. Michaëlschool. We zijn in goed gesprek met de Koraalgroep over een eigentijdse invulling, waarbij het gereserveerde budget van € 3,3 miljoen uitgangspunt is. Ook de ontwikkelingen in de sfeer van het passend onderwijs worden meegenomen. We denken in het najaar van 2014 een plan aan u te kunnen voorleggen. De taakstelling op de onderwijshuisvesting zoals deze al in de vorige begroting is opgenomen, komt nu in de meicirculaire terug voor 2015. Onze poging om via de Minister te komen tot aanpassing van het beleid, leverde een simpel briefje op, dat er niet aan te tornen valt, omdat het nu eenmaal afgesproken is in het regeerakkoord. Wel is de grondslag van de berekening bijgesteld, waardoor de taakstelling € 100.000 lager uitvalt. Daarnaast zet de Minister de overheveling van de verantwoordelijkheid voor het onderhoud van de scholen door naar de schoolbesturen. De voorziening die we daarvoor hebben aangelegd, kan derhalve beëindigd worden. We willen deze gebruiken ter dekking van het onderhoud van De Wilgenbroek en De Molenwijkschool en mogelijk ook voor de oplossing die voor De Hobbendonken gekozen wordt. Dit alles vanuit de gedachte, dat alle scholen in de afgelopen tien jaar nieuw zijn gebouwd of grondig zijn opgeknapt. De verantwoordelijkheid voor het onderhoud wordt overgedragen op een moment dat de meeste scholen toekomstbestendig zijn en er goed uitzien. Bovendien hebben de schoolbesturen in de komende jaren de beschikking over extra middelen voor onderhoud. Boxtel reserveerde bovenop alle investeringen structureel € 200.000 voor voeding van de voorziening, maar wordt nu voor € 300.000 gekort. Kortom het is alleszins redelijk, dat we de voorziening houden, die we inmiddels hebben opgebouwd. Dit totale pakket is inzet van het gesprek met de schoolbesturen. • Peuterspeelzalen en kinderopvang opnieuw bekijken mede in relatie tot basisonderwijs en demografische ontwikkelingen. In het najaar van 2014 wordt met de sector besproken, op welke wijze kan worden ingespeeld op de trends in de kinderopvang en het peuterspeelzaalwerk. • Herijking van het accommodatiebeleid van binnen- en buitensporten, inclusief een evaluatie van het beleid ten aanzien van kunstgras. In 2015 verschijnt de Sportnota. • Stimuleren van sportdeelname van alle jongeren: wordt meegenomen in de Sportnota. 8.
Ruimtelijke ontwikkeling • Voldoende ruimte scheppen voor wonen in Boxtel, Liempde en Lennisheuvel op basis van het principe: ‘inbreiden gaat in de regel voor uitbreiden’. In Boxtel zijn er momenteel verschillende bouwplannen in voorbereiding, zoals Panta-Rhei, Vicaris van Alphenlaan, Den Berg, Zonnegolven II en Sparrenlaene. In Liempde wordt momenteel gewerkt aan afronding van het plan De Witte School; voor de langere termijn gaan we op zoek naar
Programmabegroting 2015
15
nieuwe mogelijkheden. In Lennisheuvel is de locatie Heerenbeekloop Zuid aangewezen als locatie en we gaan in gesprek met de bewoners van Lennisheuvel over de nadere invulling. • Bepalen van geschikte uitbreidingslocatie die tegemoet komt aan doelstellingen uit de strategische visie en de woonvisie. Met het oog op de toekomstige woningbouw maken we een geactualiseerde visie. 9.
Infrastructuur • Verkeersbeleid uitvoeren op basis van Gemeentelijk Verkeer- en Vervoersplan (GVVP) en het besluit dat in november 2013 genomen is ten aanzien van de dubbele overweg en programma ‘Hoogfrequent Spoor’: op 16 juni is door het Rijk een besluit genomen ten aanzien van de verdeling van middelen voor PHS; ook op Provinciaal niveau zijn en worden de nodige beslissingen genomen. Naar verwachting komt de investering ten bedrage van ruim € 38,4 miljoen op tafel. We verwachten dat we eind dit jaar een overeenkomst kunnen sluiten. in nader overleg streven we ernaar om het plan rond te krijgen, waarbij het bedrag van € 2,7 miljoen dat we in de begroting hebben opgenomen, uitgangspunt is. Indien er nieuwe ontwikkelingen zijn, zullen we de raad informeren. Als alles naar wens verloopt, gaat het bestemmingplan in 2015 in procedure en denken we in 2016 daadwerkelijk aan de slag te kunnen met aanleg van de Verbinding Ladonk-Kapelweg (VLK). • In het verlengde daarvan: gewenste maatregelen in verkeersinfrastructuur in beeld brengen, inclusief aanleg van de verbindingsweg Ladonk-Kapelweg (VLK), voldoende capaciteit voor Keulsebaan en noord-zuid-as en voldoende dimensionering van de nieuwe fietstunnel: zie voorgaande punt. • Vooruitlopend op uitvoering van deze maatregelen: onderzoek naar de mogelijkheid van regulering van het vrachtverkeer teneinde de leefbaarheid van Kalksheuvel te verbeteren: in het najaar ontvangt u een voorstel. • Fietsroutenetwerk versterken en knelpunten oplossen, mede door het uitvoeren van ‘Boxtel Bicycle’: via herinrichting van de Dr. de Brouwerlaan voegen we een nieuwe schakel toe aan het fietsroutenetwerk. Daarnaast beraden we ons mede in het kader van de plannen rondom PHS, over het gedeelte Fellenoord – Liempdseweg en Lennisheuvel – Boxtel. Ook de realisatie van nieuwe stallingen bij het station zullen het fietsverkeer bevorderen. • ‘Doorgaand verkeer uit woonwijken weren’ is uitgangspunt van beleid: nemen we mee in de afweging.
10. Financiën Tijdens de bespreking van het jaarverslag is aan de orde gekomen, dat de gemeente Boxtel over relatief weinig vrije reserves beschikt. Eén van de redenen is, dat er diverse ‘potjes’ zijn die risico’s per beleidsveld afdekken. We stellen voor om de begroting te ‘ontpotten’, de afzonderlijke ‘potjes’ zo veel mogelijk op te heffen en de algemene reserve aan te merken als algemene achtervang. Dat betekent enerzijds dat de algemene reserve stevig wordt opgehoogd, maar anderzijds dat eventuele overschrijdingen die niet ten laste van de exploitatie gebracht kunnen worden ten laste komen van de algemene reserve. De ‘potjes’ die nog overblijven hebben een concrete bestemming, fungeren als cofinanciering of zijn gebaseerd op een programma. Ten aanzien van de voorzieningen, zijn we voorstander van meer integraliteit. Nu we in het dagelijks beheer naar meer integraliteit gaan, valt te overwegen om dat ook in de voorzieningen tot uiting te brengen. We gaan dit verder na en komen met een voorstel. • Terughoudende ontwikkeling van OZB en lokale lastendruk: uitgangspunt is dat deze niet meer dan trendmatig worden verhoogd en dat burgers profijt hebben van een
16
Programmabegroting 2015
efficiëntere aanpak op het terrein van rioolrecht en afvalstoffen: dit uitgangspunt is in de begroting verwerkt. De nullijn ten aanzien van rioolrechten en afvalstoffenheffing wordt voortgezet, waarbij we ten aanzien van de laatstgenoemde heffing een bedrag aan de burger teruggeven. • Taakstellingen uit meerjarenbegroting realiseren; bezuinigingen kunnen leiden tot nieuwe verbindingen, tot creativiteit en tot vergroting van de vitaliteit van de samenleving. • In het verleden hebben we onze taakstellingen altijd gehaald; er is geen enkele reden om te veronderstellen, dat dit in de toekomst niet het geval zou zijn. • Voor 2015 is de taakstelling op subsidies nader ingevuld. Voor 2016 en verder wordt samen met de raad een programma ontwikkeld om tot een afweging te komen over invulling van het tweede deel van de bezuiniging. • De personele taakstelling wordt gerealiseerd De samenwerking met de gemeenten Haaren en Sint-Michielsgestel stelt ons wat dat betreft voor nieuwe uitdagingen. In het concept-bedrijfsplan wordt uitgegaan van een besparing van 10% op de bedrijfsvoering in 2018, hetgeen voor Boxtel ruim € 1,3 miljoen structureel voordeel zou opleveren. Omdat niet alleen kwaliteit, maar ook kosten van belang zijn, gaan we vooralsnog uit van een taakstelling oplopend naar structureel € 300.000 in 2018. Om dat te kunnen bewerkstellingen is het van belang, dat er geïnvesteerd wordt in verbetering van de bedrijfsvoering. Daarom hebben we in de eerste twee jaar een bedrag van in totaal € 1,32 miljoen gereserveerd. De investeringen moeten leiden tot structurele besparingen. • De taakstelling op onderwijs is gedeeltelijk verwerkt. We gaan met het onderwijs in gesprek over de overdracht van verantwoordelijkheden op het terrein van onderhoud van schoolgebouwen. We hebben in de afgelopen jaren stevig geïnvesteerd en dragen een toekomstbestendig bestand aan schoolgebouwen over. Omdat we voorts in het kader van het gemeentefonds nog extra gekort worden voor de overheveling van de onderwijshuisvesting, achten we het gerechtvaardigd, om de voorziening voor onderwijshuisvesting af te bouwen en zo in te zetten, dat een soepele overdracht van verantwoordelijkheden kan plaatsvinden waarbij de gemeentebegroting in evenwicht blijft. • Het beleidsprogramma uitwerken in begrotingen, waarbij investeringen in ‘people’ en ‘profit’ niet ten koste gaan van ‘planet’; met deze begroting als nadere concretisering, denken we dat we recht hebben gedaan aan dit uitgangspunt. • Eigentijdse (digitale) opzet van begroting, voortgangsrapportages en verantwoording, zodat we transparantie bevorderen; meer sturen op basis van indicatoren zoals vastgelegd in www.waarstaatjegemeente.nl. Zoals we eerder hebben aangegeven, zullen we de begroting 2015 digitaal beter toegankelijk maken. Deelname aan een nieuwe ronde voor waarstaatjegemeente.nl is in gang gezet. Wij streven er naar om samen met raad, burgers en bedrijven de opgaande lijn te pakken. Ten slotte, de raad heeft het beleidsprogramma ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing’ vastgesteld als het spoorboekje voor de komende periode. De begroting is een eerste slag naar concretisering. We gaan er als college energiek mee aan de slag, samen met burgers, bedrijven, maatschappelijke instellingen en medeoverheden. We willen samen met de raad ruimte creëren voor innovatie en vernieuwing, zodat Boxtel niet alleen vandaag, maar ook morgen en overmorgen een plek blijft waar mensen graag willen wonen, werken en leven. Burgemeester en wethouders van Boxtel, Vastgesteld op 9 september 2014.
Programmabegroting 2015
17
De staat van de gemeente In het voorjaar van 2013 heeft Boxtel weer meegedaan aan het landelijk onderzoek 'waarstaatjegemeente.nl' (ook te raadplegen via de website. Het overzicht is een momentopname en geeft een indicatie van de trends. Er kan geen absolute waarde aan het onderzoek worden toegekend. Boxtel doet mee vanaf 2006. Het onderzoek is uitgevoerd door het PON (Provinciaal Opbouworgaan Noord-Brabant). Het onderzoek is ter inzage. Voor het najaar van 2014 staat een nieuw onderzoek op de planning.
Zes burgerrollen Waarstaatjegemeente.nl onderscheidt zes zogenaamde burgerrollen: 1. De burger als kiezer is de burger die politiek wordt gerepresenteerd en die een bepaalde kwaliteit van politiek en bestuur mag verwachten. 2. De burger als klant is de burger die recht heeft op een behoorlijke kwaliteit van dienstverlening. 3. De burger als onderdaan heeft recht op kwaliteit van orde en gezag (in deze categorie vallen onderdelen als veiligheid, regelgeving en handhaving). 4. De burger als partner heeft recht op kwaliteit van beleid en wil serieus genomen worden in het kader van de beleidsontwikkeling van de gemeente. 5. De burger als wijkbewoner heeft recht op kwaliteit van zijn leefomgeving. Deze moet prettig en schoon zijn, met allerhande voorzieningen binnen bereik. 6. De burger als belastingbetaler heeft recht op verantwoordelijke besteding van de middelen (lokale lasten, financiën, management en personeel).
Totaalcijfers per burgerrol Iedere burgerrol krijgt een gelijk 'gewicht', er is geen speciale rangorde. Uiteindelijk wordt per burgerrol een totaalcijfer gegeven. Dit 'rapportcijfer' (op een schaal van 0 tot 10 waarbij 6 voldoende is) is samengesteld op basis van deelcijfers van indicatoren. De indicatoren zijn op hun beurt afkomstig van een aantal bronnen: de vragenlijsten aan burgers (thuisgestuurd en via de balie in het gemeentehuis), gegevens aangeleverd door de gemeente zelf en landelijk verzamelde data.
Resultaten gemeente Boxtel Ontwikkeling Boxtel in relatie tot het gemiddelde 2007 – 2013 Burgerrol
2007
Gem.
2008
Gem.
2009
Gem.
2010
Gem.
2012
Gem.
Kiezer
5,4
5,6
5,6
5,5
5,9
5,9
6,1
5,9
5,8
5,9
2013 5,6
Gem. 5,9
Klant
7,0
7,0
7,0
7,0
7,4
7,5
7,6
7,7
7,8
7,7
7,7
7,7
Onderdaan
5,8
6,0
6,0
5,9
6,4
6,3
6,4
6,3
6,1
6,3
6,1
6,3
Partner
7,9
6,9
7,8
7,3
5,7
5,6
6,0
5,8
5,7
5,7
5,5
5,7
Wijkbewoner
6,3
6,5
6,3
6,5
6,7
6,9
7,0
6,9
6,8
7,0
6,9
7,0
Belastingbetaler
6,3
6,4
5,9
6,1
6,1
6,4
-
-
-
-
-
-
In de tabel valt op dat we op of net iets onder het gemiddelde scoren. Uiteraard willen we dat de scores zich meer naar het gemiddelde bewegen en als het even kan daarboven. Met het oog daarop willen we ons in het komende jaar met name richten op de volgende acties:
18
Programmabegroting 2015
a.
de burger als kiezer: verbetering van de burgerparticipatie: we bouwen voort op de besluiten die de raad begin 2014 genomen heeft ten aanzien van burgerparticipatie; waar we kunnen, zullen we ruimte geven voor initiatieven van burgers; b. de burger als klant: met de verbouwing van het gemeentehuis en het verder doorvoeren van ‘Boxtel Opmaat’ willen we interne vernieuwing verbinden met externe verbetering; oplevering van de verbouwing staat gepland voor de eerste helft van 2015; c. de burger als onderdaan: verbetering van leefbaarheid en veiligheid blijft belangrijk en wordt nagestreefd via de integrale wijkaanpak en de uitvoering van ontwikkelingsplannen; mede op basis van de evaluatie van SPPiLL die in het najaar verschijnt, bezien we, of we de aanpak kunnen verbreden en verdiepen; d. de burger als partner: verdere verbetering van betrokkenheid van de burger bij nieuw beleid zal onder andere gestalte krijgen via het traject van de fundamentele discussie waarvoor in november 2014 één of twee bijeenkomsten gepland staan; e. de burger als wijkbewoner: daarin is onder andere verbetering mogelijk door het inschakelen van burgers bij beheer en onderhoud van de buitenruimte en in september 2014 houden we dan ook bijeenkomsten met burgers over beheer en onderhoud van de openbare ruimte op basis van beeldkwaliteit; ook op het terrein van bereikbaarheid, verkeer en parkeren worden in 2014 en 2015 maatregelen genomen in het Centrum en rondom het station; f. de burger als belastingbetaler: door een gematigde ontwikkeling van de lokale lastendruk denken we burgers en bedrijven tegemoet te komen. Op basis van de cijfers concluderen we dat we alert moeten blijven op de ontwikkelingen. We moeten er samen met raad voor zorgen, dat de tevredenheid van de burger over dienstverlening en voorzieningen omhoog gaat. Nadere informatie over de rapportage en de mogelijkheid om te vergelijken met andere gemeenten kunt u terugvinden op de site www.waarstaatjegemeente.nl. Een bezoekje aan de website is aan te bevelen: deze bevat een schat aan informatie over Boxtel en over alle andere gemeenten in Nederland.
Programmabegroting 2015
19
Begroting 2015 in grafieken en tabellen Lasten en baten per programma In navolgende grafiek zijn de voor 2015 begrote lasten en baten per programma weergegeven. Hieruit blijkt dat programma 8 de hoogste lasten kent met € 38,6 miljoen. Programma 4 heeft de laagste omvang met € 1,3 miljoen. Aan de batenzijde kent programma 12 de hoogste omzet met ruim € 57,3 miljoen, waaronder met name de gemeentefondsuitkering met € 46,7 miljoen en de OZB met € 6,0 miljoen. De programma’s 2 en 4 hebben nagenoeg geen directe baten.
20
Programmabegroting 2015
Lastenverdeling per programma De volgende tabel geeft inzicht in de lastenverdeling per programma. Programma 8 (sociale voorzieningen) heeft de hoogste omvang aan apparaatlasten, vanwege de uitvoering op het terrein van sociale zaken. Programma 3 (openbare ruimte en wijkbeheer) heeft de hoogste omvang aan kapitaallasten en wat overige lasten betreft gaat het merendeel naar programma 8.
Inkomsten De tabellen op de volgende pagina’s geven een verdeling weer in de diverse gemeentelijke inkomsten en vervolgens het aandeel van de directe bijdragen van inwoners en bedrijven. Uit deze tabellen blijkt dat de grootste inkomstenpost komt van het Rijk met ± 55,3% en dat het aandeel belastingen en heffingen een omvang kent van ± 17,7%.
Uitgaven De daarop volgende 2 tabellen geven de verdeling weer van de gemeentelijke uitgaven over de 12 programma’s en over de verschillende soorten economische categorie. Zoals eerder al aangeven is programma 8 de grootste in omvang. Ook in de verdeling over het soort uitgaven zien we dat subsidies, bijdragen en uitkeringen, verstrekkingen de grootste zijn in omvang.
Programmabegroting 2015
21
22
Programmabegroting 2015
Programmabegroting 2015
23
Programma’s 24
Programmabegroting 2015
Programma 1 Algemeen bestuur en Communicatie 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 001 002 003
Beleidsproduct Bestuursorganen Bestuursondersteuning Burgerzaken
Portefeuillehouder M. Buijs M. Buijs M. Buijs
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Strategische Visie: ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ • Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ • Gemeentewet • Verantwoordingsvoorschriften (BBV) • Kaders burgerparticipatie
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Toegang tot politieke beraadslagingen en besluiten
Communicatie
Transparantie
Dienstverlening
Bestuursorganen • Het installeren van een systeem voor ‘livestream’ verslaglegging (via internet) van de raadsvergaderingen. Hiermee kunnen de raadsvergaderingen live gevolgd worden op internet. Door een nieuwe vorm van audio- en videoregistraties kunnen voortaan fragmenten worden geraadpleegd tot op sprekersniveau. • Burgerparticipatie: evalueren eerste jaar met nieuwe kaders en instrumentenmix bekijken • Webcare: samen met de werkgroep dienstverlening (nog) verder uitbouwen • Communicatiemix: doorontwikkeling www.boxtel.nl tot toptaken website, behoud gemeenterubriek binnen afgesproken budget en bekijken hoe deze beter kan worden ingevuld • Aanbevelingen uit Rekenkamerrapport over communicatie oppakken • Meer transparantie in de jaarstukken voor Raad en burgers door digitalisering en smarter formuleren. Burgerzaken • In de visie op dienstverlening van de gemeente Boxtel (2020) is verwoord hoe we de gemeentelijke dienstverlening willen inrichten. Alle kanalen (het persoonlijke, schriftelijke, telefonische en digitale kanaal) zullen voor de burger beschikbaar zijn, waarbij wel duidelijk gestuurd wordt op het gebruik van het digitale kanaal. Vanaf 2012 is er stapsgewijs toegewerkt naar een
Programmabegroting 2015
25
klantcontactcentrum (KCC). In 2015 wordt het KCC ingericht. Naast de gangbare telefoonnummers zal ook het 14+ nummer beschikbaar zijn. Het werken op afspraak zal (op een enkele uitzondering na) door alle afdelingen worden toegepast. • De verbouwing van het gemeentehuis is een natuurlijk moment bij uitstek om deze veranderingen door te voeren en hierop de publiekshal in te richten met de juiste ondersteunende hard- en software zoals een klantgeleidingssysteem. • De Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA) is sinds 6 januari 2014 vervangen door de Basisregistratie Personen (BRP). De BRP is in Boxtel geïmplementeerd en vormt een eerste stap op weg naar de modernisering van de GBA. Een volgende stap is de aansluiting op het landelijke BRP-stelsel wat persoonsgegevens bevat van zowel alle ingezetenen van Nederland als van de niet-ingezetenen en onder andere plaats onafhankelijke dienstverlening mogelijk maakt. Vanwege de landelijke vertraging van het project Basis Registratie Personen (voorheen modernisering GBA), wordt de aansluiting op de BRP voor onze gemeente pas voorzien vanaf 2017. In 2015 worden verdere voorbereidingen getroffen.
Verbouwing
GBA
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 1 ALGEMEEN BESTUUR EN COMMUNICATIE omschrijving (bedragen x € 1.000) beleidsproduct 001 - bestuursorganen
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
1.371
1
1.602
220
1.999
beleidsproduct 002 - bestuursondersteuning
258
139
289
127
270
121
beleidsproduct 003 - burgerzaken
211
478
256
485
223
500
totaal lasten/baten producten
1.840
618
2.147
832
2.492
621
bij: apparaatlasten
2.177
46
2.619
46
2.320
kapitaallasten
141
127
123
mutaties reserves via resultaatbestemming totaal lasten en baten programma 1
4.158
664
4.893
878
4.935
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Bestuurskosten Intergemeentelijke samenwerking
Verkiezingen Voorziening Vlagheide
26
• De kosten van voormalige bestuurders zijn gedaald met € 50.000 • In de begroting 2014 is een bedrag van € 155.000 opgenomen voor de intergemeentelijke ambtelijke samenwerking met de gemeenten Haaren en Sint-Michielsgestel. In 2015 en 2016 zijn hiervoor ook bedragen opgenomen van € 600.000 als bijdragen in het investeringsfonds en het frictiefonds. • Het budget verkiezingen in 2014 is verhoogd met € 34.000. • Om de begroting 2014 sluitend te krijgen, is de voorziening Vlagheide vervallen, incidenteel voordeel van € 220.000.
Programmabegroting 2015
621
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 1. ALGEMEEN BESTUUR EN COMMUNICATIE (bedragen x € 1.000)
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Totaal Lasten
4.158
4.893
4.935
4.965
waarvan incidenteel
4.421
92
171
605
600
0
0
664
878
621
618
616
624
0
0
0
0
0
0
-3.494
-4.015
-4.314
-4.347
-3.741
-3.797
Totaal Baten waarvan incidenteel Totaal Saldo
4.357
Toelichting exploitatie Burgerzaken Voorziening Vlagheide
e
• Via de 1 bestuursrapportage zijn voor 3 jaar middelen opgenomen voor de intergemeentelijke samenwerking (2014, 2015 en 2016). • In 2014 is er een incidenteel voordeel van € 220.000 wegens het vervallen van de voorziening Vlagheide.
Investeringen programma 1. ALGEMEEN BESTUUR EN COMMUNICATIE totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting
(bedragen x € 1.000) ICT-investeringen Verbouwing Kantine/Bedrijfsrestaurant Aanpassing gemeentehuis (HNW) + onderhoud Meubilair gemeentehuis
krediet
t/m 2013
2014
2015
2016
2017
2018
2.952
1.686
749
255
50
70
100
74
1
73
2.400
91
1.500
809
500
100
2.822
1.164
50
70
100
600
Totaal Investeringen
6.026
1.778
Toelichting investeringen ICT
Huisvesting
• Een groot gedeelte van de toekomstige investeringen is opgeheven, omdat een hoger exploitatiebudget voor de continuering van de dienstverlening belangrijker is. Nieuwe investeringen dienen zichzelf terug te verdienen. • De verbouwingswerkzaamheden in het gemeentehuis zijn in juli begonnen en de verwachting is, dat fase 1 medio november klaar is, en een groot gedeelte van het meubilair wordt geleverd en betaald. Medio 2015 is het project afgerond.
Programmabegroting 2015
27
Reserves en voorzieningen programma 1. ALGEMEEN BESTUUR EN COMMUNICATIE (bedragen x € 1.000)
saldo per
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
16
0
0
0
0
0
0
1
2
3
4
- toevoegingen
8
8
8
8
8
- onttrekkingen
7
7
7
7
7
220
0
0
0
0
reserve Automatisering - toevoegingen
1
- onttrekkingen
16
voorziening Onderhoud Gemeentehuis
0
voorziening Nazorg Vlagheide
220
- toevoegingen - onttrekkingen
220
Toelichting reserves en voorzieningen Vlagheide
28
• De voorziening Vlagheide is opgezet om het risico van het niet bereiken van het doelvermogen af te dekken. In verband met de dekking van 2014 is de voorziening opgeheven.
Programmabegroting 2015
Programma 2 Openbare orde en veiligheid 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 110 120 121
Beleidsproduct Openbare orde en veiligheid Brandweer Rampenbestrijding
Portefeuillehouder M. Buijs M. Buijs M. Buijs
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• • • • •
Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ Wet op de Veiligheidsregio Drank en Horecawet Algemene Plaatselijke Verordening Gemeentewet
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Handhaving in het publieke domein
Veiligheidsregio Brabant-Noord
Paraat blijven voor rampen
Openbare Orde en Veiligheid • De Boa’s verrichten een scala aan handhavingstaken. Het beroep op de Boa’s wordt groter, mede als gevolg van de invoering van de zich steeds meer op criminaliteit richtende nationale politie. De fiscale parkeercontrole wordt ingehuurd. Om de handhavingstaken verder te professionaliseren wordt de samenwerking met andere gemeenten en de uitvoeringsorganisatie van de gemeente Den Bosch op dit gebied onderzocht. Brandweer • De brandweertaken zijn ondergebracht bij de Veiligheidsregio Brabant-Noord (VBRN). Vanaf 2014 is dit een regionale taak geworden. De gemeente behoudt haar invloed via het Algemeen Bestuur en via de controlegroep VRBN, een adviesorgaan over de verantwoordingsstukken. Rampenbestrijding • Het Regionaal Crisisplan Veiligheidsregio Brabant-Noord (welke per 1-4-2013 in werking is getreden) heeft een nieuwe functiestructuur Bevolkingszorg voortgebracht. De gewijzigde structuur krijgt ook de komende jaren zijn beslag. Elk jaar wordt op basis van voortschrijdend inzichten en fine-tuning uitvoering gegeven aan de structuur om die zo optimaal mogelijk te laten functioneren.
Programmabegroting 2015
29
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 2 OPENBARE ORDE VEILIGHEID omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 110 - openbare orde en veiligheid beleidsproduct 120 - brandweer
96
18
147
13
126
33
1.284
2
1.379
150
1.420
140
beleidsproduct 121 - rampenbestrijding
4
7 20
7
totaal lasten/baten producten
1.384
bij: apparaatlasten
265
1.533 323
163
1.553 455
kapitaallasten
96
95
93
173
mutaties reserves via resultaatbestemming totaal lasten en baten programma 2
1.745
20
1.951
163
2.101
173
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Openbare orde Brandweer
Rampenbestrijding
• De ramingen zijn gebaseerd op going concern. • De gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio BN zou voor 2015 een behoorlijk bezuiniging moeten doorvoeren. Daarover vindt op dit moment discussie plaats. Vanaf 1-1-2014 kan de BTW niet meer gecompenseerd worden omdat de brandweer geen gemeentelijke taak meer is. Via de BDUR (Besluit doeluitkering bestrijding van rampen en zware ongevallen) krijgt de gemeente een structurele vergoeding van boven de € 100.000 per jaar wegens het vervallen de BTW compensatie. • De ramingen voor Openbare Orde en Rampenbestrijding zijn gebaseerd op going concern.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 2. OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID (bedragen x € 1.000)
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Totaal Lasten
1.745
waarvan incidenteel Totaal Baten waarvan incidenteel Totaal Saldo
1.951
2.101
2.108
2.116
2.051
0
-30
0
0
0
0
20
163
173
173
172
73
0
0
0
0
0
0
-1.725
-1.788
-1.928
-1.935
-1.944
-1.978
Toelichting exploitatie Veiligheidsregio Handhaving
30
• De incidentele uitkering is de winstuitkering van de Veiligheidsregio. • De raming voor handhaving is hoger, omdat de formatie van de bijzondere opsporingsambtenaren met een halve fte is verhoogd vanaf 2014.
Programmabegroting 2015
Programma 3 Openbare ruimte en wijkbeheer 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 004 210 211 214 560 631
Beleidsproduct Vastgoedinformatie Wegen en verlichting Verkeer Parkeren Openbaar groen Buurt- en wijkwerk
Portefeuillehouder P.M.B.M. van de Wiel H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Strategische Visie ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ • Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ Vastgoedinformatie • Ontwerp wet BGT Wegen verlichting • Beleidsuitgangspunten wegenonderhoud (sep 2005) • Beheerplan onverharde wegen (aug 2006) • Notitie plan van aanpak bermversteviging en wortelschades (mei 2007) • Veeg- en onkruidbestrijdingsplan (juni 2000) • Gladheidbestrijdingsplan (okt 2000) • Beheerplan Kunstwerken (2007) • Beleidsplan Openbare Verlichting (jan 2013) Verkeer • Gemeentelijk Verkeer en Vervoerplan GVVP (2008) • Boxtel Bicycle (sep 2010) Parkeren • Parkeernota Centrum 2005 • Parkeernormen gemeente Boxtel, binnen bebouwde kom (maart 2007) Openbaar Groen • Bermbeheerplan (maart 2003) • Groenbeheer op basis van Beeldkwaliteitsbestekken (april 2005) • Bomenbeleidsplan (aug 2007, incl. aanpassingen april 2013) • Groenstructuurvisie (2012) • Groenbeleidsplan (2012) Buurt- en wijkwerk • Beleidsnotitie ‘Wijkbeheer Nieuwe Stijl’ (april 2000) • Uitlaatbeleid voor honden en andere huisdieren (nov 2009, evaluatie nov 2011)
Programmabegroting 2015
31
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Bakens verzetten en kracht gemeenschap benutten
Waarden/kernvragen ruimtelijke inrichting
Sterk Centrum Duurzaam, sober maar doelmatig beheer Meer groen in wijken ‘Kloppend Hart’
Goed en veilig verkeer
Uitwerking PHS Sociale cohesie en buurtparticipatie in wijken en buurten
Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT)
Realisatie belangrijke infraprojecten voor herinrichting Centrum, grootschalige infrastructuur in kader van PHS en fietsroutes
32
Algemene Beleidskaders • De uitdaging is Boxtel leefbaar en bereikbaar te houden, ook in de toekomst. In deze veranderende samenleving en met steeds krapper wordende financiële kaders zullen daarvoor de bakens verzet moeten worden. Het vergt innovatie en samenwerking met anderen, waarbij de kracht van de gemeenschap zelf mede gezocht wordt om samen ons niveau van welvaart en welzijn te behouden. Voor de openbare ruimte vergt dit vooral een verdere ontwikkeling van een integrale wijkaanpak en burgerparticipatie en waarbij ruimte wordt aan particulier initiatief. • Aan de vertrouwde waarden kwaliteit en duurzaamheid worden nieuwe waarden als innovatief, creatief en vernieuwend toegevoegd, met als kernvragen: wordt de ruimtelijke inrichting beter van de beoogde verandering, niet alleen nu maar ook in de toekomst, en levert een frissen blik nieuwe gezichtspunten daarvoor op. • De herinrichting Centrum is een van de belangrijke doelen, waarbij de notitie ‘Op weg naar een leefbaar en bruisend Centrum’ (juni 2012) vertrekpunt is. • Het beheer van de openbare ruimte blijft gericht op ‘schoon, heel en veilig’, met gebruik van duurzame methoden en materialen, sober maar doelmatig. • Voldoende groen is een belangrijke voorwaarde voor een gezonde en mooie leefomgeving, niet alleen in ons rijk hiervan voorziene buitengebied in Het Groene Woud waar we aan blijven bouwen, maar ook binnen de wijken is verdere uitbreiding gewenst. Buitengebied, Centrum en kernen worden via het project ‘Kloppend Hart’ beter verbonden. • Bij verkeer en vervoer blijven goede bereikbaarheid, veiligheid en beperking overlast belangrijke doelen, waarbij vooral het langzaam verkeer voorrang krijgt. • Voor de grootschalige infrastructuur is de uitwerking van Programma Hoogfrequent Spoor PHS een belangrijk onderwerp. • Door uitvoering van wijk- en dorpsontwikkelingsplannen moet de sociale cohesie in wijken en buurten worden versterkt en moet er ruimte ontstaan voor burgerparticipatie in de inrichting en beheer van de wijk of buurt. Vastgoedinformatie • In 2011 is gestart met de voorbereidingen tot invoering van de BGT. In 2015 vindt (fasegewijze) invoering plaats. Wegen en Verlichting Aanleg en reconstructie wegen In 2015 zijn/komen de volgende infraprojecten in hun realisatiefase: • Reconstructie STA-P (Cultuurhistorische as van Stapelen tot Petrusbasiliek): Burgakker, Kruisstraat, Kop van de Markt, Oude Kerkstraat; • Reconstructie weg Lennisheuvel (Boseind-kom Lennisheuvel, ontsluiting Vorst A); • Fietsroute Munsel-Oost, Dr. de Brouwerlaan en omgeving Wilgenbroek (fietsroute, parkeren verkeersveiligheid); • VLK, Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg (mede afhankelijk van afspraken binnen Programma Hoogfrequent Spoor PHS); • Reconstructie gedeelte Van Randerodestraat (aansluitend bij woningrenovatie door woonstichting St. Joseph);
Programmabegroting 2015
Verdere ontwikkeling voorbereiden herinrichting Centrum
Sober maar doelmatig onderhoud wegen, met prioriteit bij veiligheid Chemievrij beheer Integraal beheerplan wijkonderhoud (groen en straatreiniging)
Actualisatie gladheidbestrijding Beheer kunstwerken Uitvoering programma Openbare Verlichting Faciliteren en stimuleren van glasvezelinitiatieven
Herzien gemeentelijk verkeer en vervoerplan (GVVP)
Aansluiting bij gemeenteoverstijgende programma’s PHS (Programma Hoogfrequent Spoor) en TALK (Tracé A2Ladonk-Kapelweg)
In 2015 loopt/start de voorbereiding van de infraprojecten (plan/ontwerpfase): • Herinrichting Markt (in 2014 gestart); • Herinrichting Hoogheem (incl. langparkeren Centrum-Oost en vrij fietspad Brederodeweg; voortgang hangt af van ontwikkeling plan Princenlant IV); • Reconstructie Schijndelsedijk en Klaverblad (ontsluiting In Goede Aarde); • Reconstructie buurt Kalksheuvel naar 30 km zone, samen met rioolaanpassing, zie programma 9 (afhankelijk van realisatie VLK); • Plan van aanpak voor de Stationsstraat, als verbindingsroute tussen Station en Centrum, samen met de ondernemers en vastgoedeigenaren. Onderhoud wegbeheer; straatreiniging en gladheidbestrijding • De financiële situatie vergt in 2015 nog steeds (tijdelijke) verlaging van het onderhoudsniveau van wegen met als uitgangspunt ‘sober, maar doelmatig’. In 2015 wordt het 2-jarig wegenonderhoudsprogramma 2014-2015 uitgevoerd. • Het chemievrij bestrijden van onkruid op verhardingen wordt gecontinueerd. • In 2014 wordt een integraal beheerplan wijkonderhoud (groen en straatreiniging) op basis van beeldkwaliteit opgesteld, waarmee vanaf 2015 gewerkt gaat worden. Het plan beoogt betere afstemming van taken en samenwerking met WSD, gemeente en aannemers, en biedt meer ruimte aan burgerparticipatie in buurtgericht wijkonderhoud. • Op basis van een nieuw gemeentelijk verkeer- en vervoerplan wordt actualisering van het gladheidsbestrijdingsplan van 2000 beschouwd. Infrastructurele kunstwerken, Openbare Verlichting, Kabels en leidingen • Uitvoering onderhoudsprogramma 2015 (op basis van inspecties 2014). • Uitvoering uitvoeringsprogramma 2015 en bijdragen aan de realisatieprojecten infrastructuur centrum. Programma ‘Van geel naar wit licht’ wordt afgerond. Toepassing LED groeit. • In 2014 wordt de koers voor aanleg van een glasvezelnet in Boxtel opnieuw bepaald nu eind 2013 de onderhandelingen met Reggefiber zijn vastgelopen. Afhankelijk van die uitkomst worden in 2014-2015 nieuwe stappen gezet • Stichting Glasdonk legt sinds 2014 glasvezel aan op Ladonk. Verkeer Beleid • In 2014 is de herziening van het gemeentelijk verkeer- en vervoersplan GVVP uit 2008 gestart en wordt in 2015 afgerond. Aandachtspunten liggen er vooral bij de grootschalige infrastructuur (invloed maatregelen PHS), verbeteren fietsverkeer en verkeersveiligheid. Ook aandacht voor de invloeden van elektrisch vervoer. Grootschalige infrastructuur • Aansluiting wordt gezocht met bredere gemeente overstijgende programma’s als het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT), Hoogfrequent Openbaar Vervoer, en ontwikkeling Regio Noordoost-Brabant. • Binnen Programma Hoogfrequent Spoor (PHS) wordt samen met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Prorail en Provincie het knelpunt dubbele overweg Tongersestraat aangepakt. In 2014 worden hiervoor bindende afspraken gemaakt tussen de partijen, die naar wij hopen tot spoedige uitvoering kunnen leiden startend in 2015. In november 2013 heeft de raad zich uitgesproken voor de voorkeursvariant ‘Omleiding TALK (Tracé A2-Ladonk-Kapelweg)’, wat o.a. aanleg van een nieuwe verbindingsweg Ladonk-Kapelweg (VLK) omvat, aanpassingen ter verhoging van de capaciteit van de Keulsebaan en aanleg van een fietstunnel ter plaatse van de overweg.
Programmabegroting 2015
33
Onderzoek regulering vrachtverkeer Kalksheuvel Toekomst Duits Lijntje Verbinding N618-A2 (project VAN) kent nog geen beweging
Uitvoeringsprojecten Programma Boxtel Bicycle
Beleidsontwikkeling elektrisch vervoer
E-oplaadpunten
Uitvoering verkeersbesluiten Centrum Bordenslag
Uitvoering gewijzigd parkeerbeleid Centrum
Realisatie parkeren locatie Tielen
34
• Vooruitlopend op uitvoering van de maatregelen PHS wordt onderzoek gedaan naar de mogelijkheid van regulering vrachtverkeer teneinde de leefbaarheid van Kalksheuvel te verbeteren. • Bij de Provincie en NS wordt aangedrongen op duidelijkheid omtrent de toekomst van het Duits Lijntje, mede in relatie tot ‘Omleiding TALK’. • Voor de ontwikkeling van een directe verbinding tussen N618 en A2 (beoogd project: VAN) zijn we afhankelijk van het provinciaal beleid, die de N618 (Boxtel-Schijndel), N622 (Schijndel-Veghel/A50) en N617 (Schijndel-Sint Oedenrode/A50) kenmerkt als bovenregionaal belang. Vooralsnog zit er geen beweging in dit dossier bij Provincie, Regio NO-Brabant of MIRT van het Rijk. Fietsverkeer • In 2015 is de realisatie beoogd van de fietsroute Munsel-Oost langs Zonnegolven en de Dr. de Brouwerlaan (ontwerpfase in 2014). • Het veiliger maken van de fietsroutes Fellenoord – Goor (incl. ‘Providentia’) en Boxtel – Lennisheuvel wordt nader uitgewerkt binnen PHS (zie grootschalige infrastructuur). • Verlenging fietsroute Haaren-Boxtel wordt ook meegenomen bij PHS. Hiervoor is de door Provincie toegezegde cofinanciering (max. € 450.000) zeker gesteld tot 2018. • Vanuit de vijfsterrenregio NO-Brabant wordt onderzoek gedaan naar de mogelijkheid van een fietsstraat op de fietsroute Vught-Boxtel via Hal. • Binnen de herinrichting van het Centrum wordt uitvoering gegeven aan het verbeteren van het fietsparkeren. Elektrisch verkeer • In 2014 is gestart met de ontwikkeling van beleid rondom elektrisch vervoer (segways, snorfiets, scootmobiel, fiets, auto). Naast het gunstige aspect van verbetering leefbaarheid door vergroten mobiliteit en minder emissie van verontreinigende stoffen, brengt dit echter ook nieuwe opgaven met zich mee voor verkeersveiligheid (ruimtelijke inpassing nieuwe vervoersvormen, afwezigheid motorgeluid) en het faciliteren van oplaadmogelijkheden. • Met de Provincie wordt een pilotproject oplaadpunten voertuigen uitgevoerd. • Onderzoek naar duurzame oplaadpunten voor elektrische fietsen (DOEF). Overige activiteiten • Uitvoering van in 2014 op te stellen verkeersbesluiten betreffende de verkeerscirculatie Centrum in samenhang met aanpassing parkeerbeleid. • Voortzetting ‘bordenslag’ ter vermindering van het aantal verkeersborden. Parkeren Parkeren centrum • Op basis van de in juni 2012 vastgestelde Centrumvisie is in 2014 de uitvoering voorbereid van een gewijzigd parkeerbeleid in het centrum, met o.a. uitbreiding blauwe zones, en invoering vergunningparkeren (dit laatste start in Breukelen-West, omgeving station). Voor het gratis lang parkeren in Breukelen-West is in 2013 het Breukelsplein heringericht. Voor het Centrum is een centrale parkeervoorziening nog in onderzoek, in 2014 zijn hiervoor nog aanpassingen van de Centrumvisie 2012 besproken, samenhangend met de inrichting van de Markt. De in 2014 voorbereide aanpassingen komen in 2015 tot uitvoering. • Bij de realisatie van het bouwplan Panta-Rhei wordt ook de parkeervoorziening op locatie Tielen uitgevoerd.
Programmabegroting 2015
Uitvoering nieuw kapbeleid
Groenbeheer op basis van beeldkwaliteit uitbreiden tot integraal beeldbeheerplan wijkonderhoud Ruimte voor particulier groeninitiatief Ontwikkeling Het Groene Woud Uitvoering Landschappen van Allure
Dommelvallei Pijlers groenbeheer en –onderhoud Onderhoudsniveau openbaar groen
Burgerparticipatie Pilot SPPiLL
Versterken sociale cohesie Wijkbezoeken
Openbaar Groen Ontwikkeling beleid • In 2014 is herziening van het kapvergunningbeleid voorgenomen, o.a. voor deregulering en vermindering van administratieve lasten. Bijv. door het vergunningstelsel te wijzigen in een beschermend toetsingskader met meldplicht. Dit wordt dan in 2015 ingevoerd. • In 2014 wordt een integraal beheerplan wijkonderhoud (groen en straatreiniging) op basis van beeldkwaliteit opgesteld, waarmee vanaf 2015 gewerkt gaat worden. Het plan beoogt betere afstemming van taken en samenwerking met WSD, gemeente en aannemers, en biedt meer ruimte aan burgerparticipatie in buurtgericht wijkonderhoud. Versterking groenwaarden en -beleving • Ruimte wordt geboden voor particuliere initiatieven ter stimulering van groenbeleving in de wijken (geveltuinen, moestuinen, e.d.). • Het Groene Woud is verder te ontwikkelen, met nieuwe impulsen voor economie, leefbaarheid en biodiversiteit (natuur en landschap, zie programma 10). • De uitvoering van Landschappen van Allure wordt ondersteund en gefaciliteerd, onder andere door uitvoering van het programma ‘Kloppend Hart’ waarbij wij het buitengebied willen verbinden met Centrum en kernen. Projecten zijn de komende jaren gepland voor buitengebied Liempde, voor Lennisheuvel en voor kasteelpark Stapelen. Zie ook programma 10. • Het nieuwe initiatief ‘Dommelvallei’ wordt ondersteund en verder uitgewerkt. Groenonderhoud • De wijze van groenbeheer en –onderhoud wordt gecontinueerd volgens de Groenstructuurvisie en het Groenbeleidsplan 2012. • Duurzaamheid door gebruik van biologisch geteeld plantmateriaal en minimalisering van gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen blijven belangrijke pijlers, evenals sober maar doelmatig beheer. In het genoemde integrale beeldkwaliteitsplan wijkonderhoud wordt voor groen het nieuwe onderhoudsniveau vastgelegd. Buurt- en wijkwerk Burgerparticipatie • Nieuwe vormen van burgerparticipatie worden doorgevoerd: van meepraten naar meedoen, uitvoering door en in de wijk. De ‘pilot’ SPPiLL in Liempde wordt geëvalueerd en mogelijk uitgerold naar andere wijken en kernen. Wijk- en dorpsontwikkelingsplannen • De uitvoering van wijk- en dorpsontwikkelingsplannen is gericht op het versterken van de sociale cohesie in wijken en buurten. Bewonerscontacten • Bezoeken van raad en college aan wijken en kernen worden opnieuw ingevoerd.
Programmabegroting 2015
35
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 3 OPENBARE RUIMTE EN WIJKBEHEER omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 004 - vastgoedinformatie beleidsproduct 210 - wegen en verlichting
34
18
256
10
57
10 70
2.036
74
2.093
70
2.131
beleidsproduct 211 - verkeer
104
26
153
4
149
4
beleidsproduct 214 - parkeren
59
317
79
326
51
333
beleidsproduct 560 - openbaar groen
784
47
903
16
896
16
beleidsproduct 631 - buurt- en wijkwerk
317
53
669
totaal lasten/baten producten
3.334
535
4.153
426
3.490
433
bij: apparaatlasten
3.172
16
3.416
16
3.556
66
kapitaallasten
864
mutaties reserves via resultaatbestemming
76
506
totaal lasten en baten programma 3
7.446
1.057
206
2.230
4.075 1.858
9.799
2.300
3.448 11.121
3.947
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Kapitaallasten en mutaties reserves
• De kapitaallasten en mutaties in reserves zijn incidenteel hoger in 2015 in vergelijking met 2014. Dit wordt veroorzaakt door de aanpassing van de fasering van de Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 3. OPENBARE RUIMTE EN WIJKBEHEER (bedragen x € 1.000)
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Totaal Lasten waarvan incidenteel Totaal Baten waarvan incidenteel Totaal Saldo
7.446
9.799
11.121
7.919
7.967
8.064
555
2.088
2.129
91
0
0
1.057
2.300
3.947
519
520
530
326
1.394
2.038
0
0
0
-6.389
-7.499
-7.174
-7.400
-7.447
-7.534
Toelichting exploitatie Exploitatie Buurt- en wijkwerk
36
• Vanuit het dekkingsplan zijn binnen een aantal investeringen de onderliggende faseringen en de daaraan gekoppelde uitgaven gewijzigd. • In 2015 zijn de geraamde lasten lager omdat geen middelen meer opgenomen zijn voor uitvoering van de integrale wijkplannen. Daarnaast is de raming voor wijkbeheer Centrum/Breukelen lager dan voorgaande jaren. In 2013 zijn inkomsten ontvangen wegens afrekeningen van de wijkkrant Selissenwal en Oost, de wijkvisie Centrum/Breukelen en vanwege een bijdrage van SPPiLL voor een activiteit op Velder.
Programmabegroting 2015
Investeringen programma 3. OPENBARE RUIMTE EN WIJKBEHEER totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting
(bedragen x € 1.000)
krediet
t/m 2013
2014
2015
Herinrichting Breukelsplein
415
289
126
Herinrirchting en Herstraten Burgakker
643
107
536
Reconstructie Baandervrouwenlaan
1.450
88
1.162
200
Herstraten Markt
1.340
145
1.195
Parkeer- en Fietsvoorzieningen Stedelijk Gebied
1.063
43
275
745
Boxtel Bicycle
508
277
133
98
Reconstructie Breukelsestraat (P. Erasstr-Baronie)
242
214
28
Herinrichting Van Randerodestraat
305
Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg
2.700
Veiligheid op straat
61
77
2018
500
2.200
190
50
77
Tractie en machines
1.251
284
Overige investeringen programma 3
2.761
2.761
13.056
4.124
Totaal Investeringen
2017
305
301
Realisatie Parkeervoorziening NS
2016
647
15
75
130
100
4.124
4.503
75
130
100
Toelichting investeringen Herstraten Markt
Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg
• De fasering van de uitvoering en daarmee de aanwending van de beschikbare middelen is ten opzichte van de begroting 2014 aangepast. Aanpassing houdt een verschuiving in van € 500.000 van 2014 naar 2015. • De fasering van de uitvoering en daarmee de aanwending van de beschikbare middelen is ten opzichte van de begroting 2014 aangepast. Aanpassing houdt een verschuiving in van € 1.500.000 van 2014 naar 2015.
Reserves en voorzieningen programma 3. OPENBARE RUIMTE EN WIJKBEHEER (bedragen x € 1.000)
saldo per
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
reserve Investeringsbudget infrastructuur stedelijk gebied
4.068
3.840
2.061
89
93
96
- toevoegingen
163
154
72
3
3
3
- onttrekkingen
390
1.933
2.043
1.397
1.397
1.397
0
0
0
reserve Investeringsbudget grootschalige Infrastructuur - toevoegingen - onttrekkingen reserve Parkeervoorzieningen
1.397 228
- toevoegingen
10
- onttrekkingen
108
reserve Omslag grote werken
506
- toevoegingen
11
- onttrekkingen
172
reserve Groenbeheer - toevoegingen
130
130
130
130
130
345
238
238
238
238
114
114
114
114
107 120
120
- onttrekkingen
6
Programmabegroting 2015
37
voorziening Landschapsontwikkeling
73
58
15
58
0
0
0
0
- toevoegingen - onttrekkingen voorziening Wegenbeheer
1.096
1.105
611
7
770
8
- toevoegingen
755
756
795
913
913
931
- onttrekkingen
745
1.250
1.400
150
1.675
150
voorziening Kunstwerken
212
312
316
320
324
328
- toevoegingen
132
132
132
132
132
134
- onttrekkingen
31
128
128
128
128
128
voorziening Openbare verlichting
39
103
103
103
103
103
- toevoegingen
271
271
271
271
271
277
- onttrekkingen
208
271
271
271
271
277
Toelichting reserves en voorzieningen Investeringsbudget infrastructuur stedelijk gebied
Investeringsbudget grootschalige infrastructuur Wegenbeheer
38
• De reserve ISG is opgebouwd uit meerdere uit te voeren programma’s. Binnen deze programma’s heeft een aanpassing van de fasering van de uitvoering en de daarmee gepaard gaande uitgaven plaatsgevonden. Voor 2014 en 2015 is het volgende programma van toepassing: (bedragen x € 1.000) 2014 2015 • Voorbereidingen investeringswerken 66 • Herinrichting en herstraten Burgakker 536 • Herstraten Markt 145 1.195 • Parkeer- en Fietsvoorzieningen 275 745 • Boxtel Bicycle 133 97 • Realisatie parkeervoorziening NS 6 6 • PHS/TALK 227 • Wijkbeheer 150 • Vrijval ten gunste van algemene middelen 395 Totaal 1.933 2.043 • Deze reserve wordt in 2015 ingezet ter dekking van een deel van de investeringen voor de verbindingsweg Ladonk-Kapelweg. • Binnen de tweejaarlijkse cyclus van het groot onderhoud aan de wegen binnen Boxtel loopt het uitvoeringsprogramma 2014-2015 waarbij het merendeel van de uitgaven in 2015 plaatsvinden.
Programmabegroting 2015
Programma 4 Economische zaken en toerisme 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product Beleidsproduct 310 Economische zaken en toerisme
Portefeuillehouder A.G.A. van den Broek en M.C. Lestrade-Brouwer en P.M.B.M. van de Wiel
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Versterken lokale economie
Aanhaken bij de regionale economie
Parkmanagement
Economische zaken en toerisme. • Opstellen en uitvoeren van een sociaal economisch aanvalsplan, waarvoor we € 1 miljoen hebben gereserveerd. Hiervoor zoeken we samenwerking met de regiogemeenten en het bedrijfsleven. De nieuwe economische werkelijkheid, de veranderende provinciale wet- en regelgeving, de aanstaande samenwerking met de gemeenten Haaren en Sint-Michielsgestel, het ontbreken van een duidelijke identiteit voor Boxtel in de huidige visie, de veranderende wetgeving inzake de arbeidsmarkt, de nieuwe kijk op de toekomst alsmede het verlopen van de huidige visie, zorgen ervoor dat het opstellen van een nieuwe (regionale) visie noodzakelijk is. In dit plan worden in ieder geval opgenomen: • Actualisatie van het DPO; • Actualisatie Parkmanagement; • Aanjagen van nieuwe economische projecten op basis van cofinanciering waarbij aanpak centrum, Ladonk, ZZP’ers en de creatieve sector speerpunten vormen. • Ondersteuning Parkmanagement, centrummanagent, BWB en VOC met subsidies. • Actieve inbreng in de regio Noordoost Brabant, onder andere via AgriFood Capital, Greentech en het programma ‘Boxtel Duurzame Campus’. • Actieve verkenning van de kansen die Brainport Eindhoven biedt, niet alleen in de creatieve sector, maar ook in de high-tech sectoren zijn er volop kansen om de banden aan te halen; eind 2014, begin 2015 leggen wij u een voorstel voor. • Ruim baan voor innovatie; innovatieve en creatieve broedplaatsen moeten de basis leggen voor verdere economische ontwikkeling. • Juridische ontvlechting van de coöperatie Parkmanagement waarbij de gemeente geen deel meer neemt in de coöperatie Parkmanagement.
Programmabegroting 2015
39
Professionalisering Centrummanagement Distributie Planologisch Onderzoek (DPO) Boxtel Beleef
Herstructurering MSB
Herontwikkeling Boseind Toerisme & recreatie
• Werken aan een nieuwe samenwerking met de werkgevers waarbij de gemeente een faciliterende rol heeft in plaats van een regisserende rol. • Mogelijkheden bieden voor (cofinanciering) van projecten op Ladonk die geïnitieerd worden door de ondernemers. • Het Centrummanagement zal verder geprofessionaliseerd worden waarbij de gemeente een faciliterende rol heeft. • Het huidige DPO wordt geactualiseerd in overleg met de ondernemers. • Concrete actieplannen ontwikkelen. • Brede PR op Beleef Boxtel manier van 6 tot 7 grotere evenementen. • Regionale verbreding van ’Beleef… in het Groene Woud’ door aansluiting 3 extra gemeenten. • Regionale versterking merk ‘Beleef…’ d.m.v. zoeken nieuwe media kanalen. • Belevingsfilm over Boxtel produceren. • Ondersteunen initiatieven ondernemers, d.m.v. leveren van een (geldelijke of promotionele) bijdrage. • Medewerking verlenen aan verplaatsing shredder buiten Boxtel. • Noodzakelijke aanpassing vergunningen bevorderen. • Aanpassing TALK tracé ter hoogte van Schouwrooij in bestemmingsplan en technische uitwerking. • Grondlevering t.b.v. aanleg gedeelte TALK. • Bewaken voorwaarden PHP-subsidie en Nimby subsidie. • Er wordt gewerkt aan de herontwikkeling van de locatie Boseind. Welke activiteiten hiervoor door de gemeente moeten worden verricht wordt nader uitgewerkt. • Verbreden functie VVV winkel i.s.m. Beleef Boxtel en Centrummanagement. • Uitvoering Nature Expierience Lennisheuvel i.h.k.v. Landschappen van Allure. • Realisatie busverbinding tussen toeristische attracties in Boxtel. • Realisatie toeristische bewegwijzering in Het Groene Woud. • Realisatie toeristisch info punt op het station van Boxtel. • Intensivering Beleef Boxtel. • Subsidie Varend Theater. • Evaluatie Beleidsplan ‘Boxtel, Bruisend centrum in het Groene Woud! 20112015. • Implementatie T&R in sociaal economisch beleidsplan voor Boxtel of de regio.
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 4 ECONOMISCHE ZAKEN omschrijving (bedragen x € 1.000) beleidsproduct 310 - economische zaken en toerisme
40
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
569
101
1.563
1.088
1.029
42
totaal lasten/baten producten
569
101
1.563
1.088
1.029
42
bij: apparaatlasten
282
269
kapitaallasten
2
7
mutaties reserves via resultaatbestemming
23
118
800
1.156
totaal lasten en baten programma 4
876
219
2.639
2.244
Programmabegroting 2015
272 11 11 1.312
53
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Economisch aanvalsplan
Intensivering ‘Boxtel Beleeft’
Herstructurering MSB
• Voor dit plan is in 2014 een bedrag opgenomen van € 250.000. Van dit bedrag wordt het DPO geactualiseerd (€ 25.000), een sociaal economisch plan opgesteld (€ 60.000) en is een budget van € 100.000 beschikbaar voor subsidies Centrum- en Parkmanagement. Met het bedrijfsleven wordt een economisch aanvalsplan opgesteld en uitgevoerd. Op basis daarvan worden de beschikbare middelen in 2015 en 2016 ingezet. • Voor intensivering van ‘Boxtel Beleeft’ zijn structurele middelen in de begroting opgenomen van € 15.000. In 2013 is het evenement ‘Varend Theater’ opgevoerd en dat kan een vervolg krijgen in 2015. Er is een budget gereserveerd van € 10.000. De Groene Poort vervult de functie van informatiepoort voor het Groene Woud. Dit wordt verlengd voor 2015 en 2016 en daarvoor is € 25.000 per jaar beschikbaar. • Herstructurering van de MSB vereist een bijdrage van € 800.000. In 2014 is hiervoor een subsidie toegekend van € 750.000. Daarmee vervalt de geraamde bijdrage van de BOM van € 200.000. De onttrekkingen tot een bedrag van € 600.000 zijn gehandhaafd.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 4. ECONOMISCHE ZAKEN EN TOERISME
(bedragen x € 1.000)
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Totaal Lasten
876
2.639
1.312
972
635
631
84
536
535
275
0
0
219
2.244
53
54
51
62
0
750
0
0
0
0
-657
-395
-1.259
-918
-584
-569
waarvan incidenteel Totaal Baten waarvan incidenteel Totaal Saldo
Toelichting exploitatie Economisch aanvalsplan Intensivering ‘Boxtel Beleeft’
• Voor dit plan zijn in de begroting 2015 en 2016 respectievelijk budgetten geraamd van € 500.000 en € 250.000 (2014: € 250.000). • In 2015 is incidenteel € 10.000 geraamd voor het evenement ‘Varend Theater’ en € 25.000 voor de functie informatiepoort door de Groene Poort in 2015 en 2016.
Investeringen programma 4. ECONOMISCHE ZAKEN EN TOERISME totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting
(bedragen x € 1.000)
krediet
2013
2014
Lening Glasvezelnet Ladonk Vorst
325
325
Totaal Investeringen
325
325
2015
2016
2017
Toelichting investeringen Lening Glasvezel
• In 2014 wordt een lening verstrekt van € 325.000 voor de aanleg van een glasvezelnetwerk op Ladonk. Uitvoering is gestart in 2014. Looptijd lening is 10 jaren en voor de rentelasten wordt een subsidie verstrekt.
Programmabegroting 2015
41
2018
Reserves en voorzieningen programma 4. ECONOMISCHE ZAKEN EN TOERISME (bedragen x € 1.000)
saldo per
reserve Kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
294
294
294
294
304
294
- toevoegingen
7
500
- onttrekkingen
16
500
1.000
993
- toevoegingen
23
300
- onttrekkingen
30
reserve Lokaal Herstructureringsfonds Boxtel
13 686
675
664
607
11
11
10
8
0
0
0
0
reserve Bevordering industrievestiging
46
8
- toevoegingen
33
42
- onttrekkingen
71
50
13
Toelichting reserves en voorzieningen Kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst
Lokaal Herstructureringsfonds
Bevordering industrievestiging
42
• Storting van € 500.000 betreft de overheveling vanuit de reserve Lokaal Herstructureringsfonds Boxtel. • De onttrekking van eveneens € 500.000 is ter dekking van de lasten binnen programma 4. e • De onttrekking van € 606.500 betreft: het laten vervallen van de 2 tranche van € 500.000 dat wordt overgeheveld naar de reserve Kwaliteitsimpuls LadonkVorst; € 100.000 ter dekking van de lasten van programma 4; subsidie van € 6.500 betreffen de rentelasten van een aan de BOM verstrekte geldlening voor de aanleg van glasvezel op Ladonk. Dit laatste voor een periode van 10 jaren. • In 2014 is een bijdrage geraamd van € 300.000 van de BOM. • De reserve is opgeheven
Programmabegroting 2015
654
Programma 5 Onderwijs 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 425 445 480 485 650
Beleidsproduct Primair onderwijs Voortgezet onderwijs Lokaal onderwijsbeleid Educatie Kinderopvang
Portefeuillehouder M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• • • •
Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ Verordening leerlingenvervoer gemeente Boxtel 2010 Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Boxtel 2013 De gemeentelijke verordening huisvestingsvoorzieningen onderwijs Boxtel
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Integraal Huisvestingsplan
Leerlingenvervoer
BOJO en LEA Brede scholen
Leerplicht / RMC
Primair onderwijs • De schoolbesturen van het primair onderwijs ontwikkelen in 2015 samen met de gemeente een visie op onderwijshuisvesting. Lokaal onderwijsbeleid • Bekostigen van het vervoer van leerlingen naar scholen die aansluiten bij hun specifieke situatie. De zelfredzaamheid en de verantwoordelijkheid van de ouders wordt gestimuleerd. De verordening leerlingenvervoer en de beleidsregels vormen hierbij de basis. • Voortzetten van Bestuurlijk Overleg Jeugd en Onderwijs, Lokale Educatieve Agenda en toespitsen op ontwikkelingen Jeugdzorg en Passend Onderwijs. • Het integraal werken en samenwerking versterken binnen voorschoolse voorzieningen en basisonderwijs in het belang van de ontwikkeling van het kind. Door de inzet van een actieve rol van de Brede Scholen Boxtel (BSB). • Terugdringen aantal Voortijdig Schoolverlaters (VSV) conform Convenant 2012-2015. • Continueren verzuimspreekuur JRL en VMBO • Borgen van kwaliteit Zorgteams binnen het voortgezet onderwijs en MBO (Koning Willem 1). • Pilot Jeugd en Werk: sluitende aanpak ook voor jongeren van toekomstige uitstroom van het Praktijk Onderwijs.
Programmabegroting 2015
43
Kwalitatief goede kinderopvang Peuterspeelzaalwerk
Harmonisatie voorschoolse voorzieningen VVE (Boxtels Model)
Kinderopvang • Handhaving volgens de wet kinderopvang door de GGD. • Lokaal beleid handhaving kinderopvang inhoudelijk en financieel heroverwegen. • Het aantal peuterspeelzalen afstemmen op huidige lokale situatie en binnen jaarlijks vastgesteld subsidieplafond. In overleg met de uitvoerende organisaties en het basisonderwijs worden keuzes bepaald voor de toekomst van het peuterspeelzaalwerk. • Voorbereiden op de harmonisatie van de voorschoolse voorzieningen (peuterspeelzaalwerk en kinderopvang) met waarborg van een doorgaande leerlijn met het basisonderwijs. Daarbij wordt rekening gehouden met de doelgroep VVE en de niet werkende ouder. • Implementatie van werkwijze Boxtels Model voor de uitvoering van Voor- en Vroegschoolse Educatie, toegespitst op de ontwikkelingen van de harmonisatie voorschoolse voorzieningen.
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 5 ONDERWIJS omschrijving (bedragen x € 1.000) beleidsproduct 425 - primair onderwijs beleidsproduct 445 - voortgezet onderwijs beleidsproduct 480 - lokaal onderwijsbeleid beleidsproduct 485 - educatie beleidsproduct 650 - kinderopvang
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
795
455
799
562
604
79
16
57
10
57
10
660
430
943
535
654
281
67
70
398
422
13
358
2.291
1.120
1.743
totaal lasten/baten producten
1.999
bij: apparaatlasten
492
901
969
70
493
1.260
568
kapitaallasten
2.686
mutaties reserves via resultaatbestemming
630
1.096
2.621 75
487
2.477 87
451
totaal lasten en baten programma 5
5.807
1.997
5.480
1.607
4.875
1.711
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Primair onderwijs
Voortgezet onderwijs Lokaal onderwijsbeleid
Kinderopvang
44
• Met ingang van 2015 gaat het buitenonderhoud en aanpassingen van schoolgebouwen in het primair en speciaal onderwijs over van de gemeente naar de schoolbesturen. Hierdoor vervalt de jaarlijkse storting in de onderhoudsvoorziening zodat vanaf 2015 de lasten lager zijn. • In 2015 zijn de inkomsten hoger. Dit komt omdat een raming is opgenomen voor verkoop van een voormalig schoolgebouw. De werkelijke inkomsten uit huur in 2013 zijn lager dan de opgenomen ramingen in 2014 en 2015. • De lasten in 2015 en 2014 zijn lager dan in 2013. Dit komt door lagere huisvestingskosten voor het VMBO college en het Jacob Roelandslyceum. • De baten en lasten in 2015 zijn lager dan in 2014. Dit komt met name doordat er geen raming opgenomen is voor de baten en lasten van de Onderwijsachterstandsgelden. • In 2015 zijn de lasten lager dan in 2013 en 2014. Dit komt met name door de bezuiniging op subsidies. Ook de raming voor de verplichte GGD inspecties is
Programmabegroting 2015
lager. In 2014 zijn de uitgaven hoger dan in 2013 door extra subsidie voor peuterspeelzaalwerk.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 5. ONDERWIJS werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
(bedragen x € 1.000) Totaal Lasten
5.807
waarvan incidenteel Totaal Baten
4.875
4.829
4.810
4.807
0
0
0
0
0
0
1.997
1.607
1.711
1.266
1.230
1.238
0
0
0
0
0
0
-3.810
-3.873
-3.164
-3.563
-3.580
-3.569
waarvan incidenteel Totaal Saldo
5.480
Toelichting exploitatie Lokaal onderwijsbeleid
• De baten in 2013 zijn hoger door de bijdrage uit de reserve voor verplaatsing van de Hobbendonken. Nu is besloten dat de Hobbendonken niet verplaatst wordt, is de onttrekking teruggedraaid.
Investeringen programma 5. ONDERWIJS totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting
(bedragen x € 1.000)
krediet
t/m 2013
2014
2015
2016
88
88
2.645
2.645
5
5
Nieuwbouw Michaëlschool
3.355
16
500
1.287
1.553
Totaal Investeringen
6.093
2.754
500
1.287
1.553
2017
e
2 Onderwijscarrousel De Hobbendonken/Wilgenbroek 2e Onderwijscarrousel De Beemden Nieuwbouw School MIGA
Toelichting investeringen Nieuwbouw Michaëlschool
• De renovatie en nieuwbouw van de Michaëlschool wordt gefaseerd gerealiseerd over 2014 t/m 2016.
Programmabegroting 2015
45
2018
Reserves en voorzieningen programma 5. ONDERWIJS (bedragen x € 1.000)
saldo per
reserve IHP voorschoolse opvang
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
142
142
0
0
0
0
851
851
851
851
- toevoegingen - onttrekkingen
142
voorziening Onderhoud onderwijs
1.805
1.872
- toevoegingen
196
196
- onttrekkingen
130
1.216
voorziening MOP Wilgenbroek binnenzijde
159
205
221
199
191
169
- toevoegingen
68
67
67
67
67
68
- onttrekkingen
22
50
89
75
89
89
1.562
1.449
1.370
1.290
1.212
1.134
-113
-79
-80
-77
-79
-85
voorziening Legaat van Cooth - toevoegingen - onttrekkingen
Toelichting reserves en voorzieningen IHP voorschoolse opvang Onderhoud onderwijs
MOP Wilgenbroek binnenzijde
Legaat van Cooth
46
• Bij de eerste Burap 2014 is besloten om een 12-tal reserves, waaronder de reserve IHP voorschoolse opvang, op te heffen en de saldi toe te voegen aan de algemene middelen. • Met ingang van 2015 zijn gemeenten niet langer verantwoordelijk voor het buitenonderhoud van schoolgebouwen. Als gevolg daarvan vinden er vanaf 2015 geen stortingen en onttrekkingen meer plaats. In 2014 is een deel van de voorziening ingezet voor verbetering van de Molenwijkschool en de Wilgenbroek. • De voorziening MOP Wilgenbroek binnenzijde dient ter dekking van de onderhoudslasten die normaliter door de gebruikers van de school worden betaald. Doordat de gemeente het beheer van De Wilgenbroek ter hand heeft genomen, ligt de verantwoordelijkheid voor dit onderhoud (naast de reguliere gemeentelijke taak) bij de gemeente. • Aan de voorziening Legaat van Cooth wordt de bespaarde rente toegevoegd, alsmede de netto opbrengsten uit het legaat. In februari 2014 is de raad akkoord gegaan met de verhuur van De Kleine Aarde aan Triple E. De komende jaren neemt de voorziening af.
Programmabegroting 2015
Programma 6 Sport 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product Beleidsproduct 530 Sport
Portefeuillehouder H.G.J.M. van Wanrooij
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Strategische visie ’Boxtel 2020’: ‘duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ • Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ • Herijking van het accommodatiebeleid van binnen- en buitensporten, inclusief een evaluatie van het beleid ten aanzien van kunstgras. • De ‘Sportnota Boxtel 2011-2015’
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Overdekte sportaccommodaties Openlucht sportaccommodaties
Sportstimulering
Sport • Voldoende aanbod aan binnensportvoorzieningen van een kwalitatief goed niveau. Hierbij wordt de bezettingsgraad in de avonduren en de weekenden het uitgangspunt. • Voldoende buitensportvoorzieningen van een kwalitatief goed niveau. Hierbij worden de normen van de individuele bonden als uitgangspunt genomen. • Beheer verantwoordelijkheden overdragen aan sportverenigingen. Hierbij worden de richtlijnen uit het visiedocument ‘Privatisering buitensportaccommodaties’ gehanteerd om eenduidige privatiseringsafspraken te implementeren. • Toekomstbestendige accommodaties realiseren voor voetbalvereniging ODC. Hierbij wordt ODC op 2 locaties gehuisvest die voldoen aan de huidige eisen op het gebied van gebouwen en sportvelden. • Voortzetting van de combinatiefuncties. Hierbij wordt de doelgroep tot 18 jaar gefaciliteerd en ondersteund middels de samenwerking tussen partijen op het gebied van sport, onderwijs, gezondheid en cultuur. • Evalueren huidige sportnota. Hierbij worden de actiepunten uit de sportnota geëvalueerd en zal de lijn ten aanzien van de aanleg van kunstgras aan de orde komen.
Programmabegroting 2015
47
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 6 SPORT omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 530 - sport totaal lasten/baten producten
1.368
682
1.251
234
1.226
235
1.368
682
1.251
234
1.226
235
bij: apparaatlasten
104
103
116
kapitaallasten
1.705
981
1.021
mutaties reserves via resultaatbestemming
208
totaal lasten en baten programma 6
3.177
232
890
2.335
466
182 2.363
417
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Sport
• Ook vanuit sport wordt een bijdrage geleverd aan de taakstellende bezuiniging op subsidies. Daarom nemen de lasten in 2015 verder af. • Door verkoop van De Braken waren de baten in 2013 incidenteel hoog. Door de verkoop zijn de lasten op dit product vanaf 2014 afgenomen. • De boekwaarde van De Braken is volledig afgeschreven in verband met verkoop in 2013. Vandaar de incidenteel hoge kapitaallasten in 2013.
Kapitaallasten
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 6. SPORT werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
(bedragen x € 1.000) Totaal Lasten
3.177
2.335
2.363
2.350
2.325
2.304
waarvan incidenteel
231
0
0
0
0
0
Totaal Baten
890
466
417
379
364
328
0
0
0
0
0
0
-2.287
-1.869
-1.946
-1.971
-1.961
-1.976
waarvan incidenteel Totaal Saldo
Toelichting exploitatie Incidentele lasten
• Wegens verkoop van De Braken waren de lasten in 2013 incidenteel hoog.
Investeringen programma 6. SPORT (bedragen x € 1.000)
totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting krediet
t/m 2013
2014
2015
Nieuw Sportcomplex ODC
3.640
1.621
1.019
1.000
Totaal Investeringen
3.640
1.621
1.019
1.000
48
Programmabegroting 2015
2016
2017
2018
Toelichting investeringen Nieuw sportcomplex ODC
e
• Realisatie van de 2 fase van het sportcomplex ODC zal in 2015 verder ter hand worden genomen. In 2014 is de nieuwbouw op de locatie Essche Heike geopend.
Reserves en voorzieningen programma 6. SPORT (bedragen x € 1.000)
saldo per
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
voorziening Onderhoud sportaccommodaties
239
312
378
244
345
409
- toevoegingen
162
162
162
162
162
165
- onttrekkingen
89
96
297
61
98
98
292
334
379
426
409
457
- toevoegingen
60
60
60
60
60
61
- onttrekkingen
17
15
13
77
11
11
333
0
0
0
0
0
voorziening Onderhoud Dommelbad
voorziening MOP De Braken - toevoegingen
77
- onttrekkingen
410
Toelichting reserves en voorzieningen Onderhoud sportaccommodaties
Onderhoud Dommelbad
MOP De Braken
• De voorziening Onderhoud Sportaccommodaties dient voor de bekostiging van noodzakelijk onderhoud op basis van het Meerjarig Onderhoud Plan (MOP) sport. De voorziening wordt gevoed door een jaarlijkse storting op basis van de MOP. De te verrichten onderhoudswerken volgens het MOP worden direct verantwoord op de voorziening (onttrekking) • De voorziening Onderhoud Dommelbad heeft dezelfde functie als de voorziening Onderhoud sportaccommodaties. Voor deze beleidsperiode zijn er geen grote onderhoudsuitgaven gepland. Voor het zwembad zijn twee onderhoudsplannen (MOP) opgesteld, namelijk een voor het gebouw en een voor de installaties. • Bij verkoop van sportcomplex De Braken in 2013 is deze voorziening vrijgevallen
Programmabegroting 2015
49
Programma 7 Welzijn 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 510 540 561 580 622 623 630 632 633
Beleidsproduct Openbare bibliotheek Kunst en cultuur Evenementen Recreatieve voorzieningen Nieuwkomers Minderheden Sociaal cultureel werk Jongeren Ouderenwerk
Portefeuillehouder M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer P.M.B.M. van de Wiel M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer A.G.A. van den Broek
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing’. Subsidies • De taakstelling van € 300.000 wordt in 2015 gerealiseerd. Daarnaast wordt er invulling gegeven aan de taakstelling 2016-2017. • Voor een zorgvuldige ombuiging van subsidies is er gekozen voor een korte en een lange termijn aanpak. • Door het korte tijdsbestek is er een apart voorstel gedaan voor de bezuiniging in 2015. Dit is in samenspraak met de gesubsidieerde partners tot stand gekomen. • Vanaf 2016 moet er nog een taakstelling van € 300.000 worden ingevuld en in opvolgende jaren is er in totaal € 600.000 structureel beschikbaar. • Omdat subsidieverstrekking geen doel op zich is, maar een middel om gewenste effecten te bereiken, worden burgers, raadsleden, subsidieontvangers en andere partijen in grote mate betrokken bij de invulling van de taakstelling subsidies 2016-2017. • Daarnaast wordt een onderzoek gedaan naar efficiënte benutting van het maatschappelijk vastgoed. Eind 2014/begin 2015 ontvangt u hiervoor een rapportage.
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Het versterken van de dienstverlening
50
Openbare bibliotheek • Het bieden van een laagdrempelige voorziening met moderne functies en activiteiten conform de Bibliotheekwet 2015. • Het anders ‘eigentijds’ benutten van verbindingen tussen openbare bibliotheek en andere culturele en maatschappelijke voorzieningen.
Programmabegroting 2015
Kunst en cultuur Het duurzaam behouden • Het verder uitvoeren van het Meerjaren Onderhoudsplan (M0P) 2013- 2014 Kunst van kunstvoorwerpen in in de openbare ruimte (opgesteld door Brabants Kenniscentrum Kunst en Cultuur eigendom van de Bkkc). gemeente. • Het opstellen, actualiseren en documenteren van een Meerjaren Onderhoudsplanning (MOP) Kunst in de openbare ruimte 2015 – 2016, deze digitaal toegankelijk maken op gemeentelijke website en halfjaarlijks actualiseren. • Het betrekken van burgers bij het meedenken over en meehelpen aan schoonmaakwerkzaamheden kunstwerken in de openbare ruimte. Het versterken van de • Actieve betrokkenheid burgers vergroten door ze vanaf het begin te laten sociale cohesie door participeren (meedenken, adviseren, meehelpen) bij nieuwe initiatieven community arts ‘Kunst is kunstprojecten. Het bieden van ruimte voor burgerinitiatieven voor het initiëren van voor en van iedereen’ professionele kunstwerken in de wijk in samenwerking met niet-professionele bewoners van de wijk. Het versterken van • Het verder ontwikkelen van het beleid op het terrein kunst- en cultuureducatie en deelname aan kunst- en het verder vormgeven van de regeling Cultuureducatie met kwaliteit (CmK) voor de cultuurbeoefening Boxtelse peuters, kinderen en jeugd. • Het versterken van de onafhankelijke makelaarsfunctie Marktplaats/CultuurBox voor de coördinatie en afstemming van de educatieve vraag met het culturele en kunstzinnige aanbod. • De zichtbaarheid waarborgen van het Boxtelse en regionale kunst- en cultuuraanbod. • De regionale samenwerking met de Meierijse instellingen voor kunsteducatie (MiK) voortzetten conform een bestuursovereenkomst. Het onderzoeken van mogelijkheden voor een culturele broedplaats; een werk- en oefenruimte voor individuele en groepen kunstenaars met meerdere kunstdisciplines in een gebouw. Het waarborgen van de • Het ondersteunen van Het Oertijdmuseum en stg. Vekemans door incidentele museale erfgoed projectsubsidies. Het verder uitvoeren van het programma van actiepunten van het collecties. museumbeleid ‘Van verzamelen en beheer naar beleving, maatschappelijke relevantie en betekenis voor publiek 2013 – 2017’. Het behouden van de • Het onderzoeken, ondersteunen en versterken van andere bestaande culturele samenwerkingsmogelijkheden tussen ‘de door de gemeente gesubsidieerde voorzieningen en het instellingen’ waarbij de focus ligt op cultuureducatie, talentontwikkeling en het versterken van culturele stimuleren van uitbreiding samenwerking met andere sectoren waaronder de infrastructuur met minder zorgsector. middelen door slimmer samen te werken Het behouden, werven • Het verder uitvoeren van het actieplan van het vrijwilligersbeleid ‘Stap voor stap en ondersteuning van naar een veranderende toekomst 2012- 2016’. vrijwilligers op een bij deze passende tijd
Speelvoorzieningen
Huisvesten statushouders
Recreatieve voorzieningen • In samenspraak met de buurtbewoners worden in 2015 alle speelvoorzieningen in de wijk Oost opnieuw in ogenschouw genomen en waar nodig aangepast aan de demografisch veranderingen in de wijk. Nieuwkomers • De gemeente zorgt in samenwerking met de Woonstichting St. Joseph voor huisvesting van statushouders conform de opgelegde taakstelling.
Programmabegroting 2015
51
Sociaal cultureel werk • Binnen de prestatie overeenkomsten wordt vooral nadruk gelegd op het inspelen op de ontwikkelingen van de decentralisaties. Het activiteitenaanbod zal ontwikkeld worden samen met de burgers aansluitend op de samenstelling van de wijken.
Gemeenschapshuizen bieden ruimte aan een mix van activiteiten voor en door bewoners
Stimuleren van persoonlijke ontwikkeling bij Jongeren en voorkomen van probleemgedrag Organiseren van vrije tijdsactiviteiten
Bevorderen van zelfredzaamheid van ouderen
Jongeren • Hernieuwde inzet Jongerenwerk waaronder de omvorming naar Jongerencoaches. Betere inbedding in Ursula waardoor er een aanbod ontstaat, dat in lijn ligt met de transitie Jeugdzorg. • Accent op participatie, dekkend aanbod van Jongerenactiviteiten met een goede mix van activiteiten, voorlichting, training en coaching. • Nieuw bedrijfsplan B-town ontwikkelen.
Ouderenwerk • Het uitgangspunt van de inzet van ouderenwerk is erop gericht om ouderen zo lang mogelijk thuis te kunnen laten wonen, al dan niet ondersteund, daar waar noodzakelijk, met mantelzorg c.q. vrijwillige inzet van zijn/haar omgeving. Binnen ContourdeTwern trekken het ouderenwerk, het steunpunt mantelzorg en het vrijwilligerssteunpunt hierbij gezamenlijk op. Dit tevens in nauwe samenwerking met de overige partners binnen het samenwerkingsverband St. Ursula. • Specifiek voor ouderen is er het project Woon Wijs, waaronder vallen: Blijvend thuis in eigen huis, Houvast, beter een goeie buur(t) en Woon wijs, Voorkom vallen. In 2015 specifiek aandacht wordt besteed aan ‘Wonen met gemak’ gericht op veiligheid in en om de woning, onderhoud, comfort, daar waar mogelijk gelijkvloers wonen en slapen, blijven wonen wanneer het minder gaat, energie, tuin(onderhoud) en deskundig advies.
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 7 WELZIJN omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 510 - openbare bibliotheek
617
beleidsproduct 540 - kunst en cultuur
636
15
685
15
658
15
89
82
32
94
32
94
beleidsproduct 561 - evenementen beleidsproduct 580 - recreatieve voorzieningen
635
288
beleidsproduct 622 - nieuwkomers
49
beleidsproduct 623 - minderheden
18
542
267 4
58
264 5
36
53 27
beleidsproduct 630 - sociaal-cultureel werk
249
41
209
41
207
40
beleidsproduct 632 - jeugd- en jongerenwerk
540
7
533
6
533
5
beleidsproduct 633 - ouderenwerk
139
5
149
4
149
4
totaal lasten/baten producten
2.625
154
2.604
165
2.465
158
bij: apparaatlasten
207
302
kapitaallasten
148
211
mutaties reserves via resultaatbestemming
27
27
7
93
totaal lasten en baten programma 7
3.007
181
3.124
258
52
Programmabegroting 2015
332 122 7 2.919
165
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Openbare bibliotheek Kunst en Cultuur
Evenementen
Minderheden
Sociaal-cultureel werk
• In 2014 zijn de lasten hoger dan in 2013. Dit is vanwege het huisvestingsonderzoek dat in 2014 wordt gedaan. • Door de bezuiniging op subsidies zijn de geraamde lasten in 2015 lager dan in 2014. • De subsidie 2013 aan MiK voor Markplaats is in 2014 uitbetaald. Vandaar dat de lasten in 2013 lager zijn. • Ten opzichte van 2015 en 2014 zijn de lasten in 2013 hoger. Dit komt met name door hogere lasten voor de kermis en elektriciteitskosten voor georganiseerde evenementen. • Vanwege de bezuiniging op subsidies in 2015 zijn, ten opzichte van 2014, de geraamde lasten lager. • In 2013 zijn de lasten lager omdat er minder subsidie is verstrekt. • Vanwege de eenmalige bijdrage in 2013 aan gemeenschapshuis Selissen zijn de lasten in dat jaar hoger ten opzichte van 2014 en 2015.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 7. WELZIJN (bedragen x € 1.000)
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Totaal Lasten
3.007
waarvan incidenteel Totaal Baten
2.919
2.921
2.908
2.960
53
86
30
0
30
0
181
258
165
163
146
147
waarvan incidenteel Totaal Saldo
3.124
20
86
0
0
0
0
-2.826
-2.866
-2.754
-2.758
-2.762
-2.813
Toelichting exploitatie Recreatieve voorzieningen
• De revitalisering van de Kinderboerderij in 2014 is in een keer afgeschreven. Vandaar de incidentele baten/lasten in dat jaar.
Investeringen programma 7. WELZIJN (bedragen x € 1.000)
totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting krediet
t/m 2013
2014
Groot Onderhoud Kinderboerderij
106
20
86
Geldlening De Rots (renteloos)
105
Totaal Investeringen
211
2015
2016
2017
105 20
Programmabegroting 2015
191
53
2018
Reserves en voorzieningen programma 7. WELZIJN (bedragen x € 1.000)
saldo per
voorziening Speelvoorzieningen
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
6
19
19
19
19
19
- toevoegingen
118
118
118
118
118
121
- onttrekkingen
106
118
118
118
118
121
19
8
8
9
9
9
voorziening St. Jan's Baptistfonds - toevoegingen - onttrekkingen
11
Toelichting reserves en voorzieningen Speelvoorzieningen St. Jan’s Baptistfonds
54
• Deze voorziening is bedoeld om de kosten voor onderhoud en speelvoorzieningen te egaliseren. • De voorziening St. Jan’s Baptistfonds is bestemd voor jeugdactiviteiten in Liempde. De vrije middelen uit dit fonds worden gebruikt voor (geplande) ontwikkelingen voor jeugd van de kern Liempde. Inzet van middelen mogen echter geen precedentwerking hebben ten opzichte van jeugdinitiatieven in de gemeente.
Programmabegroting 2015
Programma 8 Zorg, Jeugd, Werk en Participatie 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 606 607 608 620 621 710
Beleidsproduct Inkomensvoorziening Minimazorg Participatie Maatschappelijke begeleiding Wet maatschappelijke ondersteuning Basisgezondheidszorg
Portefeuillehouder A.G.A. van den Broek A.G.A. van den Broek A.G.A. van den Broek A.G.A. van den Broek A.G.A. van den Broek M.C. Lestrade-Brouwer
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing’ • Strategische visie ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’.
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Verstrekken van uitkeringen voor levensonderhoud aan de rechthebbenden van de Participatiewet
Financiële ondersteuning aan huishoudens met een laag inkomen bieden
Inkomensvoorzieningen • Iedere burger moet op een volwaardige manier kunnen deelnemen aan de samenleving; • In de Participatiewet zijn nieuwe bepalingen opgenomen die nu nog in lokale verordeningen zijn opgenomen. Deze hebben vooral betrekking op de hoogte van de uitkering (invoering van kostendelersnorm) en de maatregelen die opgelegd worden als klanten de verplichtingen niet nakomen (aanscherping). Minimazorg • In verband met de invoering van de Participatiewet zijn de regelingen voor categoriale bijzondere bijstand ingetrokken per 1 januari 2015 met uitzondering van de collectieve ziektekostenverzekering. De hierdoor vrijgevallen gelden worden ingezet bij de individuele bijzondere bijstand, de maatwerkvoorziening en voorzieningen voor kinderen in armoede; • De extra gelden voor armoedebestrijding worden ingezet voor de maatwerkvoorziening ter compensatie van minder draagkrachtigen voor het wegvallen van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten en de CER; • Daarnaast worden extra gelden ingezet voor ondersteuning van kinderen die opgroeien in armoedesituaties conform de uitgangspunten zoals beschreven in de Armoedenota 2014-2018;
Programmabegroting 2015
55
• De vrijgevallen middelen vanwege het intrekken van de Regeling maatschappelijke participatie schoolgaande kinderen gebruiken voor het ophogen van het per kind toe te kennen bedrag in het Welzijnsfonds.
Uitstroom
WSD
Regionaal werkbedrijf
Informatie en advies geven Ontwikkeling beleid nieuwe taken Wmo
56
Participatie • Uitstroom is het ultieme doel bij re-integratie omdat dat tevens betekent dat een klant economisch zelfredzaam is geworden. In de Participatiewet zijn nieuwe re-integratie instrumenten opgenomen zoals Beschut Werk, Loonkostensubsidie, Ondersteuning bij leerwerk-trajecten, Begeleiding op de werkplek. Deze nieuwe instrumenten zullen ingezet worden als deze instrumenten het meest passend zijn om uitstroom te kunnen realiseren. Buiten de wettelijke instrumenten kopen we bij voorrang instrumenten in bij WSD. • De Participatiewet is vooral gericht op personen die ondersteuning nodig hebben bij het vinden van werk waardoor een beroep uit uitkering niet (meer) nodig is. Voor de zwakkere doelgroepen zal die ondersteuning vanuit WSD plaatsvinden, vanwege de expertise bij WSD m.b.t. deze doelgroepen. Met WSD is daarom al in 2014 een ‘transitieregeling’ afgesproken, waardoor de jaren 2015 en 2016 fungeren als overgangsjaren. • Binnen de arbeidsmarktregio Noordoost Brabant worden afspraken gemaakt over het inrichten van het Regionale Werkbedrijf. Dit heeft tot doel om de werkgevers-benadering gezamenlijk op te pakken. Ook zullen andere onderwerpen op regionaal niveau worden afgesproken daar waar werkgevers een rol hebben, zodat in de regio op één en dezelfde wijze invulling wordt gegeven aan die onderwerpen. Voorbeeld is de wijze hoe de loonkostensubsidie wordt ingevuld en het bepalen van loonwaarde. • Los van re-integreren kunnen klanten een tegenprestatie leveren voor het ontvangen van een uitkering. De tegenprestatie houdt in dat een klant voor een beperkte duur en een beperkt aantal uren maatschappelijk nuttige activiteiten verricht. Dit zal in de loop van 2014/2015 georganiseerd worden. Maatschappelijke begeleiding • Verstrekken van informatie, advies en cliëntondersteuning specifiek door Loket WegWijs en via samenwerkingsverband St. Ursula, Basis Team Jeugd (BJG), Basis Team Zorg (CBTZ) en Sociaal Wijkteam (SWT). • (Door)ontwikkelen van huidig Wmo beleid en uitvoeren gedecentraliseerde taken met lagere budgetten. Nieuwe taken die vanuit de AWBZ per 1 januari a.s. overkomen zijn nieuwe vormen van ondersteuning te weten: − begeleiding − dagbesteding inclusief vervoer − kortdurend verblijf (logeren) − beschermd wonen (ZZP-C GGz) (voor Boxtel loopt dit via de aangewezen centrumgemeente ‘s-Hertogenbosch) − persoonlijke verzorging (slechts 5%, namelijk de persoonlijke verzorging in relatie tot begeleiding en dagbesteding. • De nieuwe wet Wmo 2015 vraagt om een op de nieuwe wet aangepast beleidsplan en verordening Wmo. Deze zijn in Meierijverband voorbereid. Het beleidsplan krijgt per gemeente een lokale oplegger. De Boxtelse oplegger is in de afgelopen maanden in nauwe samenspraak met de Wmo-adviesraad Boxtel opgesteld ter vaststelling in de raad van oktober 2014. • De werkwijze van het BTZ en het SWT laten we zoveel mogelijk aansluiten op
Programmabegroting 2015
Opzetten sociale wijkteams
Verstrekken van individuele voorzieningen in de Wmo
Bevorderen van de gezondheid van onze inwoners
de werkwijze zoals we dat in Sint Ursula en via Welzijnswerk hebben georganiseerd. • Het sociaal wijkteam is een instrument om de zorg en ondersteuning in de 0e lijn dichtbij de burger vorm te geven. Het sociaal wijkteam heeft tot taak de sociale cohesie te vergroten en het mede ontwikkelen van algemene voorzieningen in de wijken. Eenvoudige hulpvragen kunnen beantwoord worden en eenvoudige ondersteuning van wijkbewoners dichtbij zonder e e tussenkomst van de 1 of 2 lijn. • Daarnaast wordt vorm gegeven aan het Basis Team Zorg (BTZ). Een team van een klein aantal professionals die generalist zijn met ieder een specialisatie vanuit het eigen vakgebied. Het BTZ beantwoordt de enkelvoudige vragen op het eigen vakgebied en bij meervoudige vragen stemmen ze af wat het plan van aanpak gaat worden en wie de regisseur is; ‘de 1 plan, 1 gezin en 1 regisseur gedachte’. Het BTZ heeft nauwe contacten met het SWT en het Basis Team Jeugd en Gezin. Wet Maatschappelijke Ondersteuning • De reeds ingezette kanteling wordt doorontwikkeld mede als gevolg van Rijksbezuinigingen. Voorliggend zijn oplossingen via het eigen netwerk of via algemene voorzieningen. Gelet hierop is er besloten om voor hulp bij het huishouden toe te werken naar een geleidelijke overgang van een individuele voorziening, naar een algemene voorziening voor (bijna) iedereen. In 2015 wordt alleen nog de toegang tot de maatwerkvoorziening door de gemeente bepaald. De activiteiten komt de klant zelf overeen met de aanbieder, met als resultaat: een schoon en leefbaar huis. Basisgezondheidszorg • Basisgezondheidszorg wordt uitgevoerd door de GGD. Dit ligt vast in de Gemeenschappelijke Regeling. In de Wet publieke gezondheid ligt vast wat in het basispakket hoort: collectieve preventie, uitvoering infectieziekten bestrijding en uitvoering jeugdgezondheidszorg. Binnen dit basispakket kunnen gemeenten nog kiezen voor bepaalde accenten. In Boxtel wordt gekozen voor nadruk op preventie. • Zowel vanuit de nieuwe wet Wmo 2015 als de Wet publieke gezondheid (Wpg) zijn gemeenten verplicht om aan preventie te doen. De GGD Hart voor Brabant speelt hier met de voorjaarsnota 2015 op in waarbij de speerpunten zijn: − Gelijke kansen: door het terugdringen van gezondheidsachterstanden; − Gezonde omgeving: door te zorgen voor een gezonde en fysieke en sociale omgeving en − Vitale bevolking: door te investeren in preventie. • Daarbij begeeft de GGD zich actief in de transitie(s). Drie actiepunten daaruit zijn voor 2015: − Basispakket Jeugdgezondheidszorg; − De jeugdarts in de wijk en − De kennismakelaar. Dat laatste betreft vanuit de expertisefunctie van de GGD gegevens aan gemeenten leveren die nodig zijn voor lokale beleidsinvulling. Concreet betekent dit voor Boxtel onder meer de uitwerking van het gezondheidsprofiel Boxtel-Oost. • Naast het basispakket kunnen gemeenten aanvullende producten afnemen van de GGD: de zgn. Plustaken. Boxtel neemt in 2015 de volgende extra taken af:
Programmabegroting 2015
57
−
Bieden van ondersteuning en zorg aan kinderen en hun ouders bij problemen bij het opgroeien en opvoeden
extra contactmoment voor jongeren op voortgezet onderwijs met veelvuldig of langdurig ziekteverzuim (met als del voortijdig schoolverlaten voorkomen); partnerschap in Kans (kinderen op gezond gewicht); preventie alcoholgebruik door jongeren.
− − Jeugd • Het nieuwe jeugdstelsel gaat in 2015 in werking. Dan komt de gehele jeugdzorg onder verantwoordelijkheid van de gemeenten. Deze transitie zal gepaard gaan met een inhoudelijke vernieuwing, de transformatie. • Voorzieningen en hulpverleners moeten zich meer gaan richten op de versterking van de eigen kracht van kinderen, jongeren en opvoeders. • De inkoop van jeugdhulp vindt regionaal plaats conform het functioneel ontwerpCentrum Jeugd en Gezin blijft bestaan in de huidige fysieke vorm maar de werkstructuur wordt Transitie Proof. Vanuit het CJG wordt het Basisteam Jeugd en Gezin gevormd. Dat team zal derhalve in capaciteit, verscheidenheid aan deskundigheid en aanbod verder groeien. De Transitie Jeugdzorg heeft een toename van een cliëntpotentieel van ± 700 kinderen en jeugdigen.
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 8 ZORG, JEUGD, WERK EN PARTICIPATIE omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 606 - inkomensvoorziening
5.317
5.203
5.831
5.470
5.838
5.591
beleidsproduct 607 - minimazorg
1.038
48
934
36
955
36
beleidsproduct 608 - participatie
10.418
10.298
10.084
9.892
9.340
9
beleidsproduct 620 - maatschappelijke begeleiding
1.049
230
1.182
204
5.562
204
beleidsproduct 621 - wet maatschappelijke ondersteuning
3.832
745
4.068
697
3.796
681
beleidsproduct 710 - basisgezondheidszorg
1.047
10
1.214
20
9.438
19
totaal lasten/baten producten
22.701
16.534
23.313
16.319
34.929
6.540
bij: apparaatlasten
3.194
124
3.426
124
3.463
127
kapitaallasten
101
mutaties reserves via resultaatbestemming
50
179
71
283
80
223
totaal lasten en baten programma 8
26.046
16.837
26.907
16.726
38.563
6.890
97
91
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Inkomensvoorzieningen
Minimazorg
Participatie
58
• De lasten zijn ten opzichte van de rekening aanzienlijk hoger. Het uitkeringsbestand is aanzienlijk gestegen en zal naar verwachting niet gaan dalen. • De Rijksmiddelen die wij naar verwachting zullen ontvangen zijn als gevolg van het stijgende uitkeringsbestand aanzienlijk hoger. • De lasten zijn ten opzichte van de begroting 2014 hoger, omdat er extra middelen voor intensivering armoedebeleid beschikbaar zijn gesteld door het Rijk. Ten opzichte van de rekening zijn de lasten lager. In 2013 waren de budgetten ook niet toereikend. • De lasten ten opzichte van de rekening 2013 en begroting 2014 zijn lager, omdat er minder aan de Wsw wordt doorbetaald als gevolg van de geleidelijke afbouw van de Wsw. • De baten zijn ten opzichte van de rekening 2013 en begroting 2014 lager,
Programmabegroting 2015
omdat deze middelen zijn opgenomen in het deelfonds sociaal domein en dus onder een ander beleidsproduct worden verantwoord. • De lasten ten opzichte van de rekening 2013 en begroting 2014 zijn hoger. Vanaf 2015 komen nieuwe taken bij de Gemeenten. De lasten vanuit de decentralisatie AWBZ zijn vooralsnog onder het product maatschappelijke begeleiding geraamd. Daarnaast zijn vanwege de taakstelling die gerealiseerd moet worden zijn de lasten voor subsidies lager ten opzicht van 2013 en 2014. • De lasten ten opzichte van de begroting 2014 zijn lager. Dit is een logisch gevolg, omdat er een bezuiniging vanuit het Rijk is opgelegd met betrekking tot de huishoudelijke hulp. • De lasten ten opzichte van de rekening 2013 en de begroting 2014 zijn hoger. De decentralisatiegelden voor Jeugd zijn vooralsnog binnen het product basisgezondheidszorg geraamd. Voor de bijdrage aan de GGD is een lagere raming opgenomen dan in voorgaande jaren.
Maatschappelijke begeleiding
Wet maatschappelijke ondersteuning Basisgezondheidszorg
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 8. ZORG, JEUGD, WERK EN PARTICIPATIE werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
(bedragen x € 1.000) Totaal Lasten
26.046
waarvan incidenteel Totaal Baten waarvan incidenteel Totaal Saldo
26.907
38.563
38.096
37.248
36.941
61
-598
242
0
0
0
16.837
16.726
6.890
6.926
6.932
6.951
0
0
0
0
0
0
-9.209
-10.181
-31.673
-31.170
-30.316
-29.990
Toelichting exploitatie Lasten Baten
• De totale lasten zijn vanaf 2015 aanzienlijk hoger. Dit zijn budgetten voor de nieuwe taken in het kader van de decentralisaties. • De baten dalen aanzienlijk vanaf 2015. De reden hiervan is dat specifieke Rijksmiddelen (Participatiebudget en Wsw), vanaf 2015 worden verstrekt via het Gemeentefonds (zie programma 12): het Sociaal Deelfonds.
Reserves en voorzieningen programma 8. ZORG, JEUGD, WERK EN PARTICIPATIE (bedragen x € 1.000)
saldo per
reserve Werk en Inkomen
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
243
163
42
0
0
0
80
122
42
626
524
404
257
- toevoegingen - onttrekkingen reserve Wet Maatschappelijke Ondersteuning
626
583
- toevoegingen
22
30
- onttrekkingen
65
90
119
147
147
31
31
31
31
31
voorziening Schenking Dr. Hoekstichting
31
- toevoegingen - onttrekkingen
Toelichting reserves en voorzieningen Werk en Inkomen
• In 2014 wordt een beroep gedaan op deze reserve om trajecten binnen de reintegratie te bekostigen.
Programmabegroting 2015
59
Programma 9 Milieu en duurzaamheid 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 721 722 723 724
Beleidsproduct Reiniging Riolering Milieu Begraven
Portefeuillehouder H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij P.M.B.M. van de Wiel H.G.J.M. van Wanrooij
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Strategische visie ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ • Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ Reiniging • Zwerfafvalbestrijdingsplan (apr 2009) • Tweede gemeentelijke afvalstoffenplan 2011-2014 (maart 2011) Riolering • Waterplan Boxtel (maart 2004) • Watervisie Boxtel 2010-2019 (mei 2010) • Verbreed gemeentelijk rioleringsplan vGRP-4 2010-2014 (mei 2010) • Doelmatig Waterbeheer De Meierij, overeenkomst + kadernota met meerjarenprogramma (april 2012) Milieu • Nota Duurzame Ontwikkeling: ‘100 stappen naar duurzaamheid ‘(2008) • Boxtel Energie Neutraal in 2040 ‘De energieneutrale stad’ (sep. 2011) • Bodembeleid en bodemkwaliteitskaart gemeente Boxtel (2011) • Luchtkwaliteitsplan (2011) • Beleid hogere grenswaarden gemeente Boxtel (2008) • Handhavingsbeleidsplan omgevingsrecht 2012-2014 • Uitvoeringsprogramma omgevingsrecht 2014 VTH Begraven • Beleidsplan gemeentelijke begraafplaats (jan. 2007) • Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats (feb. 2009)
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen?
Het Landelijk Afvalstoffenplan LAP2
60
Reiniging Afvalinzameling • Het beleid ten aanzien van huishoudelijk afval volgt het Landelijk Afvalstoffenplan (LAP2) wat loopt tot en met 2015, met een doorkijk naar
Programmabegroting 2015
wordt in 2015 opgevolgd door LAP3 Landelijk project VANG bevordert circulaire economie; hergebruik huishoudelijk afval wordt verhoogd (naar mogelijk 75%) Ontwikkeling GAP3 e (3 gemeentelijk afvalstoffenplan) Evaluatie Diftar en optimalisatie logistiek afvalinzameling
Burger betrekken bij GAP3
Grootschalige contracten verwerking huishoudelijk afval
Prullenbakkenbeleid Burgerparticipatie bij zwerfafvalbestrijding
Integrale wijkonderhoudsplannen op beeldkwaliteit
Boxtel werkt regionaal samen in Doelmatig Waterbeheer (regio De Meierij)
2021. In mei 2014 verscheen het evaluatierapport over LAP1 (2003-2009) en LAP2. Hieruit worden aanbevelingen gehaald voor het LAP3 dat in 2015 verschijnt. Preventie en hergebruik blijven belangrijke pijlers van het landelijk beleid. Op dit moment vindt er landelijke discussie plaats in het kader van het project VANG (Van Afvalstof Naar Grondstof), met het doel de circulaire economie te bevorderen. Streven is de kringlopen zoveel mogelijk te sluiten en zo veel mogelijk van het afval te hergebruiken, direct of te bewerken tot nieuwe grondstoffen. Voor huishoudelijk afval gaan de gedachten daarbij naar het op termijn bereiken van 75% hergebruik (nu is dat nog ca. 55-60%). e • Het 2 Gemeentelijk afvalstoffenplan GAP2 2011-2014 loopt ten einde. Eind 2014 zal met evaluatie worden gestart, met het doel in 2015 GAP 3 op en vast te stellen. De activiteiten van GAP2 zijn eind 2014 vrijwel geheel uitgevoerd. • In 2014 is gestart met Diftar. Ook dit systeem met betaling naar aangeboden volume en aanbodfrequentie van afval zal samen met de evaluatie van GAP2 worden geëvalueerd. De resultaten worden mede gebruikt voor input van het GAP3. Een vermindering van het afvalaanbod kan bijvoorbeeld invloed hebben op de logistiek van de afvalinzameling en leiden tot verdere kostenbesparing door verhoging van de efficiëntie door routeoptimalisatie. • Het GAP3 zal inspelen op de verwachte stijging van het te behalen percentage hergebruik. Dat zal nieuwe initiatieven vergen van het inzamelsysteem. Omdat het hergebruik vooral ook wordt bepaald door de gedragscultuur van bewoners, zullen deze sterk worden betrokken bij het opstellen van GAP3. Afvalverwerking • Voor de verwerking van huishoudelijke afvalstoffen werkt Boxtel veelal samen in groter verband (regionaal of provinciaal) van publieke inzameldiensten, om een zo groot mogelijke kracht te ontwikkelen. In 2017 lopen de contracten af voor de verwerking van gft- en restafval van de Vereniging van Contractanten (Brabantse gemeenten). Boxtel blijft betrokken bij de lopende onderhandelingen voor de nieuwe verwerkingscontracten. Zwerfafval • Eind 2014 wordt een prullenbakkenbeleid uitgewerkt, met als doel een efficiëntere en doelmatiger plaatsing van prullenbakken te bereiken. • Bij de zwerfafvalbestrijding wordt inzet van burgerparticipatie gestimuleerd, door het meedoen aan de landelijke opschoondag, en door verenigingen, scholen, buurten, ondernemers/winkeliers e.d. te stimuleren om schoonmaakgebieden of –routes te adopteren tegen een vergoeding. • Straatreiniging en zwerfvuilbestrijding worden opgenomen in de integrale wijkonderhoudsplannen op basis van beeldkwaliteit die in 2014 worden ontwikkeld (zie programma 3). • Voor uitlaatbeleid honden en andere huisdieren, zie programma 3. Riolering Beleid • Onder invloed van het landelijke Bestuursakkoord Water (2011) werken sinds 2012 10 gemeenten (Best, Boxtel, Haaren, ’s-Hertogenbosch, Heusden, Oirschot, Oisterwijk, Sint-Michielsgestel, Sint-Oedenrode en Vught) en 2 waterschappen (Aa en Maas en De Dommel) samen aan doelmatig waterbeheer in regio De Meierij. Doelen zijn vermindering kostenstijging,
Programmabegroting 2015
61
Het langere termijn waterbeleid ligt vast in de Watervisie Boxtel
In 2015 gezamenlijke watervisie Regio De Meierij Het vGRP-5 wordt in 2015 vastgesteld
In 2015 wordt landelijk e de 2 tranche van stroomgebiedbeheerplan Maas vastgesteld (KRW)
Kernbesluiten landelijk Deltaprogramma Water in 2014
Uitvoeringsprogramma water/riolering 2015
Voorbereiding nieuwe projecten water/riolering
Regionale activiteiten
Natte natuur projecten
62
waarborgen kwaliteit en verminderen kwetsbaarheid. De gezamenlijke activiteiten zijn vastgelegd in een Kadernota en een meerjarenprogramma. • De Watervisie 2010 legt het strategisch waterbeleid van de gemeente voor langere termijn vast. De Watervisie is opgebouwd uit de thema’s veilig, voldoende en schoon water en water als ruimtelijke waarde. Duurzaamheid is een belangrijk uitgangspunt, waarbij ook de invloed van de klimaatontwikkeling op water/riolering voldoende aandacht krijgt. In regionaal verband wordt in 2014 gewerkt aan een gezamenlijke watervisie voor de regio Meierij. Verwacht wordt dat deze de lijn van de Watervisie van Boxtel grotendeels zal voortzetten. • Het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP) legt doelen van rioolbeleid en uitvoeringsprogramma van de gemeente vast. In 2014 is gestart met de herziening van vGRP-4 (2010-2014). In 2015 is opvolger vGRP-5 (20152019) vast te stellen. In dit proces worden burgers nauw betrokken. • In de Watervisie en het vGRP zijn ook de gemeentelijke inspanningen voor de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) verankerd, zoals die voor de waterprogramma’s van deelstroomgebieden Beneden Dommel en Beerze, Reusel en Leijen zijn voorgenomen (vallend onder stroomgebiedbeheerplan SGBP Maas). Eind 2014 dient de tweede tranche van het SGBP Maas (20152021) te worden vastgesteld. De bijdragen van Boxtel blijven beperkt tot het leveren van een afkoppelinspanning en het opzetten van een meet- en monitoringstelsel ter optimalisatie van het watersysteem (al werkend in 2014). • In het kader van het landelijk Deltaprogramma Water worden in 2014 een vijftal Deltabeslissingen genomen. Voor Boxtel betekent dit mogelijk enig werk vanuit het Deltaplan Hogere Zandgronden (Zoetwaterstrategie) en het Deelprogramma Nieuwbouw en Herstructurering (Klimaatstrategie). Water/rioleringsprojecten in uitvoering in 2015 (realisatiefase): e • De 2 fase van het drainageproject grondwateroverlast Oost is in 2014 afgerond. In 2015-2016 vindt monitoring plaats van de effecten, mede om te e bekijken of een 3 fase noodzakelijk zou zijn. • Afkoppelen hemelwater deel Van Randerodestraat en Het Schild. • Relining of vervanging riolering Parallelweg-Zuid. • Renovatie rioolstelsel en afkoppelen hemelwater Dianabos, Nimrodlaan en Hubertusring (afhankelijk van verloop juridische procedures bermeigendom). • Relinen of vervangen gedeelte stamriool tussen Dommel en RWZI (na inspectie eind 2014 benodigde maatregelen nog vast te stellen). • Diverse deelreparaties naar aanleiding van rioolinspectie 2014. Water/rioleringsprojecten in voorbereiding in 2015 (ontwerpfase): • Voorbereiding verbetering rioolstelsel buurt Kalksheuvel, inclusief afkoppelen hemelwater (in samenhang met het project TALK/VLK). • Blauwalgmaatregelen gemeentevijver • Eventuele maatregelen volgend uit uitvoeringsprogramma vGRP-5. Activiteiten binnen samenwerking Doelmatig Waterbeheer regio De Meierij: • Uitwerking calamiteitenplan riolering. • Opzetten gemeentebreed grondwatermeetnet. • Maatregelen ter beperking kwetsbaarheid, zoals inzet watertrainees. • Kennisdeling en versterken communicatie • Afweging verbetermogelijkheden kostendekkingsplan. Natte natuur projecten • Door de economische situatie staat de financiering van aan te leggen EVZ’s
Programmabegroting 2015
kennen amper beweging
Rural Alliances (slotenstelsel Liempde)
Watercoalitie Adaptief waterbeheer
Verbeteren overbelaste gebieden in relatie tot veehouderij
Zorgen voor adequate uitvoering externe veiligheid Voldoen aan verplichting van Basisregistratie ondergrond Voorkomen dat in Boxtel schaliegasboringen plaatsvinden Voorop lopen met duurzaamheid
Verduurzamen van gebouwen Energieneutrale gemeente in 2040
Ontwikkeling Greentech (verwerking biomassa)
Verlaging BGO bij
en natte natuurparels (NNP) nog steeds onder druk. Er zit daarom niet veel vooruitgang in de plannen voor EVZ Groote Waterloop. Deze projecten worden getrokken door waterschap De Dommel. Overige projecten • Het project ‘Rural Alliances’ van Streekhuis Het Groene Woud onderzoekt met Europese subsidie mogelijkheden ter behoud en terugbrengen van de cultuurhistorische waarde van het unieke dichte slotennetwerk in en rond Liempde, waarbij ook afkoppelkansen van hemelwater worden benut. Dit onderzoek wordt in 2015 afgerond. • Boxtel werkt met vele partners mee aan de Watercoalitie ‘Adaptief waterbeheer’ (programma van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu) om innovatie op het gebied van waterbeheer te bevorderen. Milieu • De raad kan zogenoemde Urgentiegebieden aanwijzen. Dit zijn gebieden waar een te hoge geur- en fijnstofbelasting door veehouderijen bestaat. Samen met alle betrokkenen in het gebied wordt onderzocht of het gewenst is om gebieden aan te wijzen en welke verbeteringen nodig zijn. Voor elk urgentiegebied moet een verbeterplan worden opgesteld. • Het beleid externe veiligheid actualiseren, zodat we personen in de omgeving van activiteiten met gevaarlijke stoffen voldoende beschermen. Hierbij richten we ons op een gezamenlijke aanpak met de regiogemeenten. • De gemeente is een van de bronhouders die gegevens zal moeten leveren voor de Basisregistratie ondergrond (bijv. bodemgegevens). In 2015 maken we een plan van aanpak voor de invoering van deze basisregistratie, om tijdig en correct de gegevens te kunnen leveren. • Actief alle mogelijkheden aanwenden om kenbaar te maken dat de raad in Boxtel geen schaliegasboringen wenst, zoals het creëren van draagvlak voor ons standpunt, het benutten van juridische instrumenten en het vormen van coalities. • Na uitvoering van de ‘100 stappen naar duurzaamheid’, het maken van een nieuwe duurzaamheidsvisie/duurzaamheidsagenda, waarin is opgenomen op welke wijze wij de komende jaren invulling gaan geven aan onze ambities op het gebied van duurzaamheid. • Maatregelen treffen om de gemeentelijke gebouwen verder te verduurzamen. • Nieuwe impuls geven aan het duurzaam bouwen door o.a. de communicatie hierover te intensiveren. • Faciliteren en ondersteunen van energiewinkel, energieteams en andere actiepunten uit ‘Boxtel energieneutraal 2040’, samenwerken met Energiecoöperatie Boxtel, maatregelen treffen via duurzame allianties binnen de regio. • Boxtel is de regionale trekker van de ontwikkeling van Greentech, in welk bedrijf biomassa moet worden bewerkt. Het project biedt mogelijkheden voor het behalen van een reductie op de verwerkingskosten van huishoudelijk grof groenafval en plantsoenafval. Begraven • De gemeente draagt zorg voor de gemeentelijke begraafplaats Munsel, binnen de wettelijke kaders van de Wet op de Lijkbezorging. Gelegenheid wordt geboden tot begraven, het bewaren van asbussen en asverstrooiing. • Conform het beleidsplan Algemene Begraafplaats Munsel (2007) wordt
Programmabegroting 2015
63
herinrichting akkers
capaciteitsvergroting nagestreefd door verlaging van het Bruto Graf Oppervlak. • Bij herinrichting van graf- en urnenakkers wordt hier rekening mee gehouden. • Met de bijzondere begraafplaatsen vindt incidenteel afstemming plaats, in het bijzonder die van de Verrijzenisparochie waarmee licht wordt samengewerkt. • De exploitatie van de begraafplaats is weer op een nagenoeg kostendekkend niveau. De specifieke egalisatiereserve begraafplaats wordt afgeschaft. Het resultaat wordt voortaan verrekend via het jaarresultaat.
Afstemming bijzondere begraafplaatsen Egalisatiereserve geschrapt
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 9 MLIEU EN DUURZAAMHEID omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 721 - reiniging
1.761
3.499
1.852
3.280
1.809
3.088
beleidsproduct 722 - riolering
741
2.781
562
2.781
533
2.760
beleidsproduct 723 - milieu
819
124
1.485
464
783
141
74
163
63
169
63
169
totaal lasten/baten producten
3.395
6.567
3.962
6.694
3.188
6.158
bij: apparaatlasten
2.185
43
2.032
43
2.099
43
kapitaallasten
1.464
beleidsproduct 724 - begraven
1.928
mutaties reserves via resultaatbestemming
457
396
totaal lasten en baten programma 9
7.501
7.006
1.852 455
7.922
7.192
428 7.139
6.629
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Reiniging Riolering Energiecoöperaties Biomassa NO Brabant
• In 2014 is Diftar ingevoerd. De onderliggende begroting is ook aangehouden voor de volgende jaren. • Nieuw vGRP in voorbereiding. • Het project is gestart in 2013 en wordt in 2015 afgerond. • Voor dit project zijn middelen opgenomen tot en met 2017.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 9. MILIEU EN DUURZAAMHEID (bedragen x € 1.000)
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Totaal Lasten waarvan incidenteel Totaal Baten waarvan incidenteel Totaal Saldo
7.501
7.922
7.139
7.091
7.183
7.142
509
250
228
0
0
0
7.006
7.192
6.629
6.688
6.781
6.840
353
0
0
0
0
0
-495
-730
-510
-403
-402
-302
Toelichting exploitatie Duurzaamheid
64
• Voor duurzaamheid en in het bijzonder voor uitvoering van projecten Boxtel Energie Neutraal in 2040 en Biomassa zijn extra budgetten opgenomen tot en met 2017. Daarna resteren de reguliere budgetten.
Programmabegroting 2015
Investeringen programma 9. MILIEU EN DUURZAAMHEID totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting
(bedragen x € 1.000)
krediet
t/m 2013
2014
739
288
451
Afvalbeheer Vervangen Vuilniswagens
578
393
Rioolbeheer
8.649
7.102
1.947
Infiltratie
1.298
12
1.121
Verbetering
167
Onderzoek GRP
350
Drukriool
337
Rioolgemalen
Totaal Investeringen
2016
2017
2018
185
165
167 220 245
130
92
55
Duurzaamheidsleningen
2015
55
298
283
15
12.471
8.323
4.068
295
185
Toelichting investeringen Rioolbeheer
• In 2014 wordt het nieuwe vGRP opgesteld. Vanuit het vGRP worden de ramingen voor de investeringen voor de geldende planperiode opgesteld.
Reserves en voorzieningen programma 9. MILIEU EN DUURZAAMHEID (bedragen x € 1.000) reserve Egalisatie reinigingstarieven - toevoegingen
saldo per
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
1.495
1.885
1.758
1.442
1.214
958
128
315
229
256
303
1.271
1.113
1.000
824
584
159
113
176
240
262
5
0
0
0
0
0
0
0
0
3
3
3
3
390
- onttrekkingen reserve Egalisatie rioolheffing - toevoegingen
1.170 102
- onttrekkingen reserve Egalisatie tarieven grafhuur - toevoegingen
8
5
- onttrekkingen reserve Bodemsanering
13
5 209
16
- onttrekkingen
192
16
reserve Duurzame ontwikkeling
333
156
- toevoegingen
- toevoegingen
27
- onttrekkingen
204
153
4.262
4.502
4.544
4.654
4.882
5.148
240
42
110
228
266
302
2.407
2.541
2.565
2.627
2.755
2.905
135
24
62
128
150
170
voorziening Vervanging riolering - toevoegingen - onttrekkingen voorziening Groot onderhoud rioolbeheer - toevoegingen - onttrekkingen
Programmabegroting 2015
65
Toelichting reserves en voorzieningen Egalisatie Reinigingstarieven Egalisatie tarieven grafhuur Duurzame Ontwikkeling
66
• Voor 2015 is besloten over te gaan tot een eenmalige teruggaaf gebaseerd op het vastrecht tarief van de afvalstoffenheffing. De teruggaaf is € 10 voor een eenpersoonshuishouden en € 13 voor een meerpersoonshuishouden. • Met ingang van 2015 is deze egalisatiereserve opgeheven. Jaarlijks resultaat op dit kostendekkende product komt tot uitdrukking in het jaarrekeningresultaat. • In 2014 is voor het project Greentech de reserve aangesproken voor € 110.000 naast € 43.000 ter dekking overige lasten. Daarmee is de reserve nagenoeg uitgeput.
Programmabegroting 2015
Programma 10 Ruimtelijk beleid 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 810 811 830
Beleidsproduct Ruimtelijke inrichting Plattelandsvernieuwing Exploitatie gronden en gebouwen
Portefeuillehouder P.M.B.M. van de Wiel P.M.B.M. van de Wiel P.M.B.M. van de Wiel
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ • Strategische visie ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ • Structuurvisie Verfrissend Boxtel • Programma Landschappen van Allure
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Verbinden buitengebied met centrum Werken aan een ‘Sterk centrum’
Liempdse Barrier
Duurzame woningbouw Boxtel als prima woongemeente Diverse woningbouwplannen
Ruimtelijke inrichting. • De komende jaren zullen de mogelijkheden voor verbetering van de verbindingen tussen buitengebied en centrum worden onderzocht. Een van de eerste projecten is het ‘Kloppend Hart’. • Al geruime tijd is er zorg voor (de beleving van) het centrum van Boxtel. Het gaat niet alleen over de inrichting van openbare ruimte, maar ook over de functionele invulling van het centrum. Een nauwe samenwerking tussen ondernemers en overheid moet leiden tot een gezamenlijke visie op het ondernemen in het centrum en op een gezamenlijke visie over de functionele en ruimtelijke mogelijkheden van de Stationsstraat. Dit wordt opgenomen in een nieuw op te stellen bestemmingsplan. • Indien nodig wordt meegewerkt aan een stedelijke herverkaveling ten behoeve van ondernemersruimte. • De horecalocatie langs de snelweg op een moderne manier herinrichten waarbij ook aandacht is voor streekproducten en toeristisch recreatieve informatie over de gemeente Boxtel en het Groene Woud. • Bij woningbouwprojecten ontwikkelende partijen en dorpsbewoners actief benaderen om te zoeken naar extra mogelijkheden voor duurzaam bouwen. • Continue afstemming tussen de functies wonen-werken-verkeer-onderwijscentrumvoorzieningen-groen. • In 2015 zullen de plannen voor Panta-Rhei, camping Den Berg, Vicaris van Alphenlaan, Zonnegolven en Sparrenlaene tot realisatie komen en zal
Programmabegroting 2015
67
Herontwikkeling Boseind Doorontwikkeling Ladonk
Door ontwikkelen Groene Woud Verbreding plattelandseconomie Realisatie uitvoeringsprogramma ‘Kloppend Hart’ Dommelvallei
worden gewerkt aan woningbouwplannen voor Lennisheuvel en Liempde. Voor Boxtel moeten ook bouwlocaties voor de toekomst worden aangewezen. Naar verwachting kan het onderzoek in 2014 worden gestart. • Herontwikkeling Boseind (voormalig Biomérieux-terrein) faciliteren. • Naast uitgifte van gronden zal de ontwikkeling en de bestemmingsplanwijziging voor Vorst B worden voorbereid en zal worden onderzocht hoe de gewenste ontwikkelingen uit het ‘ontwikkelplan Ladonk’ (verbetering oriëntatie en vestigingsklimaat) kunnen worden uitgevoerd. Plattelandsvernieuwing. • Verbetering van de fysieke toestand en beleving van het landschap waar mogelijk in combinatie met economische activiteiten. • Faciliteren van de verbreding plattelandseconomie, (bestemmings)plannen afstemmen op medegebruik van het buitengebied door recreatieve en/of toeristische voorzieningen. • (Particuliere) initiatieven faciliteren met procesmatige ondersteuning. Zo worden 14 projecten uitgevoerd, waarvan 7 deels of geheel in Boxtel, waaronder ‘Natuurexperience Lennisheuvel, SPPiLL en Stadslandgoed Stapelen. • Faciliteren en procesmatige ondersteuning d.m.v. samenwerking tussen 2 waterschappen, 10 gemeenten en -ontwikkelende partijen als ZLTO en Brabants Landschap komen tot een integrale gebiedsontwikkeling met de focus op water gerelateerde projecten. Na een inventarisatie van kansen in 2014, moet in 2015 kunnen worden gestart met concrete projecten (uitvoeringsperiode: 2015-2020).
Exploitatie gronden en gebouwen. Grondexploitaties
Verkoop onroerend goed
• In de begroting wordt uitgegaan van afsluiting van diverse complexen. Alleen de exploitatie complex Vorst zal langer dan deze beleidsperiode door lopen. Aan de hand van de ontwikkelingen in 2014 worden de exploitaties eind dit jaar geactualiseerd en zal de begroting 2015-2018 daarop worden aangepast. • Onroerend goed dat geen strategische waarde heeft zal worden verkocht.
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 10 RUIMTELIJK BELEID omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 810 - ruimtelijke inrichting
516
335
152
129
147
129
beleidsproduct 811 - plattelandsvernieuwing
702
695
3.403
2.085
3.130
3.018
beleidsproduct 830 - exploitatie gronden, gebouwen
444
500
171
1.864
156
647
4.112
3.655
6.904
8.089
5.046
6.479
totaal lasten/baten producten
5.774
5.185
10.630
12.167
8.479
10.273
bij: apparaatlasten
1.331
4
1.334
kapitaallasten
950
mutaties reserves via resultaatbestemming
2.319
2.362
614
1.839
489
551
totaal lasten en baten programma 10
10.374
7.551
13.628
14.006
11.238
10.824
beleidsproduct 830 - grondexploitatie
68
Programmabegroting 2015
1.396
1.050
874
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Bestemmingsplannen
Structuurvisie Plattelandsvernieuwing
Gronden en gebouwen
Grondexploitatie
Kapitaallasten Mutaties reserves
• In de begroting 2015 is een structureel bedrag opgenomen van € 40.000 voor het tijdelijk actualisering van bestemmingsplannen. Specifiek zijn voor de bestemmingsplannen Centrum en Vorst/Boseind extra middelen opgenomen van respectievelijk € 15.000 en € 20.000. • Voor een inhoudelijke update van de structuurvisie is € 20.000 gereserveerd. • Voor afronding van het project ‘Groote Waterloop’ is in 2015 nog € 71.058 gereserveerd binnen de Plattelandsvernieuwing projecten. De overige geraamde baten en lasten zijn voor de uitvoering van het project Landschappen van Allure. • In 2014 is de taakstellende opbrengst uit verkoop eigendommen ruimschoots gerealiseerd. Voor 2015 en 2016 is er een nieuwe taakstelling opgenomen van € 250.000 per jaar. • De lasten en baten voor de gemeente met betrekking tot de uitbreiding van de Serenade zijn in de begroting verwerkt. • Bij de jaarrekening 2013 zijn de exploitaties van de complexen geactualiseerd en doorgeleid naar de begroting. Geraamd zijn de in het jaar uit te voeren werkzaamheden en de te ontvangen opbrengsten uit verkoop. • Door afsluiting van complexen zijn door de verkopen van grond de baten hoger dan de lasten. In de begroting worden alle complexen afgesloten binnen deze beleidsperiode met uitzondering van Vorst. Verwezen wordt naar paragraaf G (Grondbeleid) waarin meer gedetailleerde informatie is opgenomen. • De kapitaalasten betreffen voornamelijk de gedane investeringen in de gemeentelijke gebouwen. • De lasten en baten via de resultaatbestemming betreffen de grondexploitaties.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 10. RUIMTELIJK BELEID (bedragen x € 1.000)
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Totaal Lasten
10.374
13.628
11.238
13.080
17.008
6.853
waarvan incidenteel
1.568
527
41
546
485
225
Totaal Baten
7.551
14.006
10.824
12.190
15.897
5.993
425
618
250
250
0
0
-2.823
378
-414
-890
-1.111
-860
waarvan incidenteel Totaal Saldo
Toelichting exploitatie Bestemmingsplannen
Plattelandsvernieuwing Grondexploitaties Verkoop onroerend goed
• Naast 2015 zijn er ook voor de volgende jaren extra middelen opgenomen voor bestemmingsplannen: in 2016 voor het bestemmingsplan Centrum € 10.000; in 2017 voor harmonisatie van de bestemmingsplannen van Boxtel, Haaren en Sint-Michielsgestel € 25.000 en in 2018 voor de start van de herziening plan Buitengebied eveneens € 25.000. • Voor de uitvoering van het project Landschappen van Allure zijn ramingen opgenomen tot en met 2017. • Er zijn meerdere complexen in exploitatie. Door afsluiting van exploitaties van complexen zijn de ramingen in 2018 aanmerkelijk lager. • In de begroting is een taakstellende opbrengst uit verkoop van onroerend goed opgenomen van € 250.000 in 2015 en 2016.
Programmabegroting 2015
69
Investeringen programma 10. RUIMTELIJK BELEID totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting
(bedragen x € 1.000)
krediet
Geldlening Deelproject 8 Belevingscentrum De Vleut Verbouw Dienstwoning Heidonk 30
t/m 2013
2014
2015
225
100
Totaal Investeringen
423
2017
2018
225
98
Uitbreiding De Serenade
2016
98 100 98
100
225
Toelichting investeringen Belevingscentrum De Vleut De Serenade
• In de Programmabegroting van het project Landschappen van Allure is voorzien dat voor de realisatie van een belevingscentrum nabij de gemeente Best een geldlening zal worden verstrekt. • In 2014 is gestart met de uitbreiding van de Serenade met een opslagruimte.
Reserves en voorzieningen programma 10. RUIMTELIJK BELEID (bedragen x € 1.000)
saldo per
reserve Grondexploitatie
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
36
0
0
0
0
0
- toevoegingen
1.499
514
489
476
455
225
- onttrekkingen
1.534
514
489
476
455
225
reserve Plattelandsvernieuwing
1.614
1.281
121
58
58
58
237
58
- onttrekkingen
571
1.217
63
reserve Onderhoud gemeentelijke gebouwen
866
810
315
315
315
315
- toevoegingen
133
- onttrekkingen
190
- toevoegingen
voorziening Onderhoud gebouwen
0
495 0
0
0
0
0
- toevoegingen
124
124
124
124
126
- onttrekkingen
124
124
124
124
126
Toelichting reserves en voorzieningen Grondexploitatie
Plattelandsvernieuwing
Onderhoud Gebouwen
70
• De reserve is door de economische crisis aangesproken voor het treffen van verliesvoorzieningen op de verschillende exploitaties. Andere onttrekkingen ter financiering van overig beleid zijn afgebouwd. Omdat een reserve geen negatieve stand mag hebben vindt aanvulling plaats vanuit de algemene middelen. • In 2015 wordt een bedrag onttrokken ter egalisering van de lasten en baten m.b.t. de Plattelandsvernieuwing en het project Landschappen van Allure. Het saldo van de reserve wordt gereserveerd voor mogelijke tegenvallers. • Vanuit de exploitaties van de gemeentelijke gebouwen worden stortingen gedaan in de voorziening en worden de uitgaven direct ten laste van deze voorziening gebracht.
Programmabegroting 2015
Programma 11 Volkshuisvesting en monumentenzorg 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 541 820 822
Beleidsproduct Oudheid Huisvesting Bouwtoezicht
Portefeuillehouder P.M.B.M. van de Wiel P.M.B.M. van de Wiel P.M.B.M. van de Wiel
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• • • • • •
Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ Erfgoedverordening Bouwverordening Welstandsnota Woonvisie 2010-2014 Prestatieafspraken 2012-2015
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? Monumenten en erfgoed
Oudheid • Uitreiking van Monumentenprijs ‘de Sluitsteen’. • 12 panden aanwijzen als gemeentelijk monument.
Actuele Woonvisie
Huisvesting en Volkshuisvesting • Nieuwe woonvisie vaststellen. Dit is ook nodig omdat volgens de nieuwe
Redelijke bijdrage van woonstichtingen aan volkshuisvestingsbeleid Bouwen in eigen beheer Woonconcepten
Huisvestingswet 2014 de woonvisie de ondergrond is om prestatieafspraken te kunnen maken met woonstichtingen over hun bijdrage aan de woonopgave, zowel op gemeente- als op wijkniveau. • Prestatieafspraken met de woonstichtingen actualiseren. Volgens de Huisvestingswet 2014 is het niet meer mogelijk om prestatieafspraken te maken over toewijzingsregels en toewijzingsresultaten, modellen en volgordecriteria. • We staan open voor initiatieven voor bouwen in eigen beheer (CPO, SIR) en bekijken de mogelijkheden. • Bijzondere aandacht is er voor levensloopbestendig bouwen, aan de leefbaarheid van de kernen Liempde en Lennisheuvel, aan realisering van voldoende betaalbare huur- en koopwoningen en aan vernieuwende woonconcepten.
Programmabegroting 2015
71
Bouwtoezicht • Een nieuwe welstandsnota vaststellen conform de volgende uitgangspunten: − Meer delen van Boxtel welstandsvrij maken (bestaande woonwijken); − Historische dorpskernen, linten en het buitengebied, behouden regels voor welstand; de regels worden vereenvoudigd; − Digitaliseren van de nota.
Helder en vereenvoudigd welstandsbeleid
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 11 VOLKSHUISVESTING EN MONUMENTENZORG omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 541 - oudheid
94
beleidsproduct 820 - huisvesting
159
1
123
1
133
512
64
491
10
474
46
807
149
633
47
658
totaal lasten/baten producten
273
1.319
372
1.125
180
1.133
bij: apparaatlasten
1.103
beleidsproduct 822 - bouwtoezicht
1.099
1.061
kapitaallasten
583
mutaties reserves via resultaatbestemming
258
228
519 74
61
416 98
totaal lasten en baten programma 11
2.217
1.547
2.064
1.186
1.755
1.133
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Volkshuisvestingsfonds
Woonvisie Bouwvergunningen
Kapitaallasten
• In de begroting is een bijdrage geraamd m.b.t. het plan Sparrenlaene. Door de crisis op de woningmarkt is de bijdrage over meerdere jaren verdeeld. In 2015 wordt de laatste bijdrage ontvangen van € 98.000. • In 2014 is een eenmalig budget opgenomen van € 20.000 voor het opstellen van de visie. • Resultaat op ontvangen bouwleges wordt niet meer afgehandeld via de egalisatiereserve maar komen direct ten laste/gunste van het rekeningresultaat. • De kapitaallasten betreffen de rentelasten van verstrekte geldleningen aan de woonstichtingen en startersleningen.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 11. VOLKSHUISVESTING EN MONUMENTENZORG (bedragen x € 1.000) Totaal Lasten waarvan incidenteel Totaal Baten waarvan incidenteel Totaal Saldo
72
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2.217
2.064
1.755
1.650
1.661
1.674
35
35
0
0
0
0
1.547
1.186
1.133
1.073
1.125
1.171
0
0
0
0
0
0
-670
-878
-622
-577
-536
-503
Programmabegroting 2015
Toelichting exploitatie Algemeen
• Er zijn binnen het programma geen nieuwe ontwikkelingen die van invloed zijn op de budgetten.
Investeringen programma 11. VOLKSHUISVESTING EN MONUMENTENZORG totaal werkelijk begroting begroting begroting begroting begroting
(bedragen x € 1.000)
krediet
t/m 2013
2014
Startersleningen
1.244
945
299
Totaal Investeringen
1.244
945
299
2015
2016
2017
2018
Toelichting investeringen Startersleningen
• Voor 2014 is nog budget beschikbaar voor startersleningen.
Reserves en voorzieningen programma 11. VOLKSHUISVESTING EN MONUMENTENZORG (bedragen x € 1.000)
saldo per
reserve Monumentenbeleid
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
189
190
153
76
76
76
- toevoegingen
37
- onttrekkingen
36
37
76
reserve Egalisatie leges bouwvergunningen
284
252
0
0
0
0
- toevoegingen
218
- onttrekkingen
250
122
122
122
252
reserve Volkshuisvestingsfonds
51
1
24
- toevoegingen
76
49
98
- onttrekkingen
125
26
Toelichting reserves en voorzieningen Monumentenbeleid
Egalisatie bouwvergunningen Volkshuisvestingsfonds
• Door minder subsidieverstrekkingen is de reserve ten gunste van de begroting afgeroomd met € 76.000. Uit het restant saldo dienen eerder toegezegde subsidies te worden verstrekt. • Het resultaat op bouwleges wordt niet meer afgewikkeld via de egalisatiereserve maar direct via het rekeningresultaat. Het resterende saldo is ten gunste van de begroting gebracht. • In 2015 wordt een laatste bijdrage ontvangen uit het plan Sparrenlaene.
Programmabegroting 2015
73
Programma 12 Financiën 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 913 920 921 922 990
Beleidsproduct Beleggingen Gemeentelijke belastingen Algemene uitkering Gemeentefonds Algemene baten en lasten Exploitatiesaldo
Portefeuillehouder H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Wet Fido • Belastingverordening • Financiële verordening gemeente Boxtel
3 Wat willen we bereiken en wat gaan we daarvoor doen? • • • •
Terughoudende ontwikkeling van OZB en lokale lastendruk Doorlichten van de reserves en voorzieningen Taakstellingen realiseren Vernieuwing van de financiële rapportages
4 Wat mag het kosten? PROGRAMMA 12 FINANCIËN omschrijving (bedragen x € 1.000)
Lasten - Baten
Lasten - Baten
Lasten - Baten
rekening 2013
begroting 2014
begroting 2015
beleidsproduct 913 - beleggingen
84
beleidsproduct 920 - gemeentelijke belastingen
89
beleidsproduct 921 - gemeentefonds
5.689
68 81
26.400
5.941
61 81
27.071
46.663
beleidsproduct 922 - algemene baten en lasten beleidsproduct 990 - exploitatiesaldo
74
6.119 140
736
2.605
413
2.503
3
2.042
totaal lasten/baten producten
825
34.778
494
35.583
84
55.025
bij: apparaatlasten
308
359
kapitaallasten
8
8
mutaties reserves via resultaatbestemming
3.229
4.337
3.504
2.498
1.157
2.295
totaal lasten en baten programma 12
4.370
39.115
4.365
38.081
1.562
57.320
Programmabegroting 2015
314 7
Toelichting cijfers rekening 2013 – begroting 2014 – begroting 2015 Gemeentefonds
Stelposten
• De inkomsten Gemeentefonds van 2015 stijgen structureel omdat het Rijk via het Gemeentefonds € 21,9 miljoen verstrekt voor het Sociaal Domein (Wmo, Jeugd en Participatie). • De begrote baten van beleidsproduct 922 betreffen nog in te verdienen stelposten. Voor het jaar 2015 betreft dit de stelpost in te verdienen kapitaallasten.
5 Meerjarige ontwikkelingen tot en met 2018 Exploitatie programma 12. FINANCIËN (bedragen x € 1.000)
werkelijk
begroting
begroting
begroting
begroting
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Totaal Lasten
4.370
4.365
1.562
768
1.089
744
0
0
0
0
0
0
39.115
38.081
57.320
56.700
55.473
54.635
159
618
-92
140
140
0
34.745
33.716
55.758
55.932
54.384
53.891
waarvan incidenteel Totaal Baten waarvan incidenteel Totaal Saldo
Reserves en voorzieningen programma 12. FINANCIËN (bedragen x € 1.000)
saldo per
1-1-2013
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
1-1-2017
1-1-2018
Algemene Reserve
7.055
6.901
9.031
7.632
6.972
7.405
- toevoegingen
2.985
3.065
820
106
433
74
- onttrekkingen
3.139
936
2.219
767
Jaarresultaat na bestemming
1.513
360
0
0
0
0
0
0
0
0
- toevoegingen
360
- onttrekkingen
1.513
360
301
305
reserve Rentevoordeel SVN-lening - toevoegingen
4
- onttrekkingen
305
reserve Afdekking kapitaallasten afgeronde investeringen
7.782
7.952
7.563
7.226
6.961
6.687
- toevoegingen
989
443
401
391
322
314
- onttrekkingen
819
832
739
655
597
549
Toelichting reserves en voorzieningen Algemene reserve
Afdekking kapitaallasten
• Algemene reserve: het sluitend maken van diverse meerjarenbegrotingen verloopt via de algemene reserve. Ook de saldi van de diverse Buraps lopen via deze reserve evenals de jaarlijkse overhevelingen. Voor een meer gespecificeerd overzicht wordt verwezen naar bijlage 2. • Zoals aangegeven in de Nota reserves en voorzieningen 2014 zijn de voorheen aparte reserves ter afdekking van een specifiek kapitaalgoed samengevoegd tot één reserve ter afdekking van kapitaallasten van afgeronde investeringen.
Programmabegroting 2015
75
Paragrafen 76
Programmabegroting 2015
A. Lokale heffingen In het beleidsprogramma 2014-2018 is vastgelegd dat uitgegaan wordt van een terughoudende ontwikkeling van OZB en lokale lastendruk: uitgangspunt is dat deze niet meer dan trendmatig worden verhoogd en dat burgers profijt hebben van een efficiëntere aanpak op het terrein van rioolrecht en afvalstoffen. De lokale lastendruk voor de burger bestaat uit de Onroerende Zaakbelasting (OZB), de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Bij vaststelling van de Begroting 2014 heeft de raad besloten om voor de jaren 2015 tot en met 2017 de OZB jaarlijks te verhogen met 2x de inflatiecorrectie in ruil voor het niet trendmatig verhogen van de afvalstoffen en rioolheffing in die jaren. Dit besluit blijft nu overeind. Bij de vaststelling van de begrotingsrichtlijnen in februari 2014 in de commissie Bestuurlijke Zaken is de inflatiecorrectie voor 2015 en verder bepaald op 1,33% per jaar.
Hieronder volgt een nadere uiteenzetting per belasting c.q. heffing.
Onroerende Zaakbelasting De Onroerende Zaakbelasting is een gemeentelijke belasting die geheven wordt over de vastgestelde waarde van elke onroerende zaak in de gemeente. Waardestijging De waardestijging van de woningen zoals die per 1 januari 2014 is berekend (peildatum 1 januari 2013 ten opzichte van 1 januari 2012) is uitgekomen op -5,8%, die van de niet-woningen op -6%. WOZ waarde Voor de WOZ-waarde per 1 januari 2015 geldt de waardepeildatum 1 januari 2014. De gemeente Boxtel is in deze begroting 2015 uitgegaan van een waardeontwikkeling die gelijk is aan de begrote landelijke waardeontwikkeling; voor woningen is dat een waardedaling van 3% per 1-1-2014 t.o.v. 1-1-2013 en voor niet-woningen een daling van 3,5%. Wij zullen in december 2014 een definitief voorstel aan de raad aanbieden waarin de actuele stand van de Boxtelse WOZ-waarden is verwerkt en het effect daarvan op de OZB-tarieven en de Gemeentefondsuitkering. De OZB-opbrengst 2015 is begroot op een WOZ-waarde van de woningen van € 3.054 miljoen en een WOZ-waarde van de niet-woningen van € 638 miljoen. Rekening houdend met bovengenoemde begrote waardedalingen van het Boxtels onroerend goed en een tariefstijging van 2,66% (2 maal de trend van 1,33%) resulteren de volgende OZBtarieven voor 2015, uitgedrukt in percentage van de WOZ-waarde: OZB tarieven als percentage van de WOZ waarde 2014
2015
voor eigenaren woningen voor gebruikers niet-woningen
0,1166% 0,1573%
0,1234% (=0,1166x1,0266/0,97) 0,1673% (=0,1573x1,0266/0,965)
voor eigenaren niet-woningen
0,1967%
0,2093% (=0,1967x1,0266/0,965)
De begrote opbrengst OZB 2015 voor woningen bedraagt € 3.750.000 en die van niet-woningen bedraagt € 2.290.000. De totale OZB opbrengst komt daarmee uit op € 6.040.000
Programmabegroting 2015
77
Onderstaande tabel toont dat Boxtel, net als de afgelopen jaren, een middenpositie inneemt wat betreft de totale lastendruk voor qua omvang en structuur vergelijkbare gemeenten in de regio. Lokale lasten 2014 Gemeente
OZB-tarief woning % van WOZ-waarde
Gemiddelde waarde woning
totaal lastendruk (= OZB + afval + riool)
Boxtel
0,1166
€ 244.000
€ 726
Best Deurne
0,0930 0,1462
€ 262.000 € 254.000
€ 659 € 914
Dongen Geldrop/Mierlo
0,1171 0,0786
€ 226.000 € 233.000
€ 699 € 591
Oisterwijk Sint-Michielsgestel
0,1108 0,1164
€ 317.000 € 295.000
€ 802 € 668
Valkenswaard Vught
0,1148 0,1204
€ 244.000 € 324.000
€ 742 € 897
Toeristenbelasting Met ingang van 2004 wordt toeristenbelasting geheven. In 2014 is een tarief gehanteerd van € 0,89 per overnachting. Voorgesteld wordt hierop een trendmatige aanpassing toe te passen. Aldus resulteert een tarief van € 0,90 per overnachting voor 2015. De begrote opbrengst van de toeristenbelasting voor 2015 bedraagt € 25.000.
Parkeerbelasting De parkeertarieven worden in principe trendmatig verhoogd. Omdat rekening wordt gehouden met afronding naar munteenheid of duur van parkeertijd wordt niet elk jaar een feitelijke verhoging doorgevoerd. De laatste bijstelling was voor het jaar 2012. Voor 2013 en 2014 zijn geen wijzigingen doorgevoerd, noch in het parkeertarief noch in de parkeertijd. Ook voor 2015 worden geen wijzigingen voorgesteld. De te heffen leges voor een parkeervergunning zullen trendmatig met 1,33% worden verhoogd. Het tarief voor een gebruiker woonachtig in het gebied met een kentekengebonden auto stijgt van € 117 naar € 119 per jaar. Het tarief voor de naheffingsaanslag wordt vastgesteld op het geldende wettelijke maximum, dat bedraagt € 58 in 2014 en wordt in 2015 verhoogd naar € 59. De geraamde opbrengsten in 2015 bedragen € 308.000 (uit parkeerautomaten, naheffingen, vergunningen en exclusief overige vergoedingen).
Reclamebelasting Met ingang van 2013 wordt reclamebelasting in rekening gebracht bij alle winkeliers, dienstverleners en horecaondernemers in het afgebakende Centrummanagement gebied. De netto opbrengst wordt door de gemeente gestort in het ondernemersfonds. Het tarief voor deze belasting is bepaald op € 1,53 per € 1.000 WOZ-waarde. Met de ondernemers in dit betrokken gebied is een proefperiode afgesproken tot 1 september 2014. Dit betekent dat het tarief voor 2013 en 2014 ook zal worden toegepast in 2015. Naar verwachting leidt dit dan tot een lagere opbrengst vanwege de negatieve waardeontwikkeling van het onroerend goed. In 2014 zal een besluit worden genomen of deze belasting zal worden voortgezet vanaf 2015, of zal worden afgeschaft. Voor 2015 is begroot een opbrengst van € 54.000.
78
Programmabegroting 2015
Afvalstoffenheffing Na tariefsverlagingen van 2% in 2008, 14% in 2009, 3% in 2010, trendmatige stijgingen in 2011 en 2012 en tariefshandhavingen in 2013 en 2014 zullen de tarieven voor 2015 tot en met 2017 op de nullijn blijven. Gelet op de stand van de reserve Egalisatie reinigingstarieven per ultimo 2018 en de norm van 20% van de jaarlijkse omzet wordt voorgesteld in 2015 via de aanslag gemeentelijke belastingen aan een éénpersoonshuishouden een vast bedrag terug te geven van € 10 en aan een meerpersoonshuishouden van € 13. Afvalstoffenheffing per huishouden voor laagbouw 2012 Eenpersoonshuishouden - vast tarief diftar - eenmalige korting Meerpersoonshuishouden - vast tarief diftar - eenmalige korting
€ 231
€ 280
Tarieven per lediging - 240 l container restafval - 180 l container restafval - 140 l container restafval
2013
2014
2015
€ 152 -
€ 152 - € 10
€ 191 -
€ 191 - € 13
€ 6,29 € 4,72 € 3,67
€ 6,29 € 4,72 € 3,67
€ 231
€ 280
Voor 2015 is een opbrengst afvalstoffenheffing geraamd van € 3.088.000 inclusief € 112.000 opbrengst milieustraat.
Rioolheffing Uitvoering van de planning van de investeringen van het vastgestelde Gemeentelijk RioleringsPlan kan zonder dat de tarieven van de rioolheffing verhoogd hoeven te worden in 2015 en ook niet in 2016 en 2017. Het basistarief blijft € 162 en bij een waterverbruik van meer dan 200 m3 blijven de extra kosten € 1,52 per m3. Rioolheffing Verbruik
2012
2013
2014
2015
tot 200 m3 waterverbruik
€ 164
€ 164
€ 162
€ 162
extra kosten per m3 waterverbruik >200 m3
€ 1,52
€ 1,52
€ 1,52
€ 1,52
Voor 2015 is een opbrengst rioolheffing geraamd van € 2.713.000.
Leges omgevingsvergunning - bouwleges Nadat in de Begroting 2013 een forse neerwaartse bijstelling van de te ontvangen opbrengsten bouwleges was doorgevoerd (tot € 500.000, bij de eerste bestuursrapportage van 2013 verhoogd tot € 600.000) kan de legesopbrengst van bouwvergunningen geleidelijk weer groeien naar 100% kostendekkendheid. De tariefaanpassing voor 2014 was trendmatig en het voorstel is om ook de tarieven voor 2015 te verhogen met de trend (+1,33%). De bouwleges kennen een getrapt tarief afhankelijk van de bouwsom.
Programmabegroting 2015
79
Voor een verbouwing van € 50.000 betaalt de aanvrager € 1.860 leges, voor een te bouwen nieuwe woning van € 250.000 is dat € 8.001. De totale legesopbrengst van de bouwvergunningen in 2015 wordt begroot op € 652.000. - leges ruimtelijke inrichting Na aanpassing van de legesverordening kan de gemeente ook leges heffen voor medewerking aan ruimtelijke initiatieven. Hiervoor is een opbrengst begroot van € 100.000 per jaar. - gebruiksvergunningen. Hiervoor is een opbrengst geraamd van € 5.000 in 2015. - aanlegvergunningen Hiervoor is een opbrengst geraamd van € 3.000 in 2015. - kap- en stookvergunningen e.a. Voor beide is een geringe opbrengst geraamd, te weten € 388 opbrengst kapvergunningen in 2015 en € 510 opbrengst leges stookvergunningen.
Begrafenisrecht De tarieven voor grafrecht stijgen niet in 2015, ook niet trendmatig. In 2015 wordt verwacht dat er 50 begravingen zullen zijn, 14 urnenbijzettingen en 43 verlengingen van grafrechten. Het meest gangbare tarief, dat voor een dubbelgraf voor volwassenen blijft € 1.912 in 2015. Begroot is dat in 2015 een bedrag van € 169.000 aan begrafenisrecht wordt ontvangen.
Leges Burgerzaken De leges burgerzaken worden voor een deel bepaald door de van Rijkswege vastgestelde (maximum)bedragen. Voor zover de Rijkstarieven niet van toepassing zijn, kan de gemeente het zelf bepalen en worden de tarieven in 2015 verhoogd met de trend van 1,33% Vanwege de hanteerbaarheid aan de balies, worden de maximumtarieven altijd afgerond op hele of halve euro’s. - Reisdocumenten De maximumtarieven van reisdocumenten voor 2015 zijn nog niet door het Rijk vastgesteld. In december zal dit wel het geval zijn en dan zullen de definitieve tarieven 2015 aan de raad worden voorgelegd. Het huidige tarief voor een paspoort voor een volwassene met een geldigheidsduur van 10 jaar is € 66,50. - Rijbewijs Het tarief voor een rijbewijs is door het Rijk gemaximeerd en bedroeg in 2014 € 38. - Huwelijksrecht Door de trendmatige aanpassing stijgt het meest gangbare huwelijksrecht voor 2015 van € 410 naar € 415. - Uittreksel persoonsregister Vanwege de afronding op een hele of halve euro wordt dit tarief dit jaar aangepast en gaat het voor 2015 van € 10,50 naar € 11. De totale begrote opbrengst van alle leges burgerzaken bedraagt in 2015 € 500.000. De totale kosten zijn begroot op € 771.000, zodat het dekkingspercentage 65% bedraagt. Vanwege de
80
Programmabegroting 2015
door het Rijk gestelde maxima is het vrijwel onmogelijk om 100% kostendekkendheid te realiseren.
Leges ontheffingen/vergunningen ingevolge APV De legestarieven welke van toepassing zijn ter zake van vergunningen/ontheffingen ingevolge de Algemene plaatselijke verordening worden trendmatig verhoogd. De geraamde inkomsten in 2015 bedragen € 13.000. Daarnaast moet vanaf 2015 een extra opbrengst van € 20.000 gerealiseerd worden door het toepassen van een commerciëlere opstelling.
Leges weekmarkt Ook voor de weekmarkttarieven wordt een trendmatige aanpassing van 1,33% doorgevoerd. De geraamde inkomsten aan staangelden in 2015 bedragen € 27.000. Daarnaast wordt nog € 5.000 reclamegelden opgehaald van de marktkooplui en dit bedrag wordt besteed voor reclame- en promotiedoeleinden.
Overzicht kosten en opbrengsten diverse heffingen In onderstaand overzicht worden de kosten en de opbrengsten van de diverse kostendekkende activiteiten voor 2015 gespecificeerd. Daaruit blijkt ook het begrote kostendekkingspercentage. Kostendekking diverse heffingen (bedragen x € 1.000) Afval uitgaven: energie diensten van derden etc. kapitaallasten eigen ureninzet en inhuur exploitatiebijdragen reserveringen overige resultaat: storting in reserve btw totaal uitgaven inkomsten: heffingen opbrengst milieustraat reclamegelden weekmarkt overige resultaat: beschikking over reserve
1.620 176 1.030 71
Riolering 35 326 1.651 615
Bouwen
11 726 30
172
Begraven Weekmarkt 1 60 12 94
4 30
2 3
505
116
41
3.402
2.915
808
169
40
3
2.975 112
2.713
652
169
27 5
315
89 113
totaal inkomsten
3.402
2.915
652
169
32
Kostendekkingspercentage
100%
100%
80%
100%
80%
Programmabegroting 2015
81
Kwijtscheldingsbeleid Indien een belastingplichtige geen of te weinig financiële middelen heeft om de belastingaanslag voor de gemeentelijke heffingen te voldoen, kan onder bepaalde voorwaarden aan deze belastingplichtige kwijtschelding worden verleend. Het kwijtscheldingpercentage dat in Boxtel wordt gehanteerd bedraagt 100%. Dit betekent dat alle belastingplichtigen die over niet meer dan € 2.269 aan eigen vermogen (bezittingen minus schulden) beschikken en een inkomen hebben dat niet meer dan 100% van het minimuminkomen bedraagt, in aanmerking komen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding. Kwijtschelding kan alleen worden verleend voor onroerende zaakbelasting, afvalstoffenheffing en rioolheffing. De overige heffingen zijn uitgesloten van kwijtschelding. De geraamde kwijtscheldingen in 2015 bedragen € 229.000.
Ontwikkeling lastendruk Elk jaar wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de lastendruk (afvalstoffenheffing + rioolheffing + OZB) in verschillende woonsituaties. Een huurder betaalt geen OZB. Ontwikkeling lokale lasten woonsituatie
lasten 2015
mutatie t.o.v. 2014
€ 421
-3,0% ofwel -€ 13
huurder eigenaar met een woning van € 200.000 in 2015
€ 667
-1,0% ofwel -€ 7
eigenaar met een woning van € 275.000 in 2015
€ 760
-0,5% ofwel -€ 4
eigenaar met een woning van € 450.000 in 2015
€ 976
+0,2% ofwel +€ 2
eigenaar met een woning van € 625.000 in 2015
€ 1.192
+0,6% ofwel +€ 7
82
Programmabegroting 2015
B. Weerstandsvermogen en risicobeheersing Voor een beoordeling van het weerstandsvermogen is inzicht nodig in de risico’s en de aanwezige weerstandscapaciteit. De risico’s die niet zijn afgedekt via verzekeringen of voorzieningen zijn vermeld in de hieronder opgenomen risicoparagraaf. Hieruit valt een benodigde weerstandscapaciteit af te leiden. De gemeente heeft verschillende verzekeringen afgesloten. Wanneer de gemeente wordt geconfronteerd met een claim van een derde kan dit meestal worden verhaald op de verzekering. Idem bij schadegevallen. Het is wel zaak dat de gemeente in deze niets te verwijten valt. Er moet schadepreventief gewerkt worden, o.a. door voldoende onderhoud te plegen, het correct naleven van bestaande procedures en het goed gemotiveerd afhandelen van bezwaarschriften. Risico’s van achterstallig onderhoud beheerst de gemeente door het opstellen van beheerplannen. In onze gemeente zijn beheerplannen met daarbij horende budgetten opgesteld voor wegen, groen, verlichting, riolering, kunstwerken, sportaccommodaties en speeltoestellen. De daarbij horende voorzieningen zijn op het vereiste niveau gebracht. Voor het onderhoud van gemeentelijke gebouwen zijn onderhoudsplannen opgesteld, maar omdat deze nog moeten nog worden vastgesteld door het gemeentebestuur zijn hiervoor geen daarop afgestemde onderhoudsvoorzieningen begroot. Na afronding van de verbouwing van het gemeentehuis en de verkoop van onroerend goed dat niet van strategische waarde is voor de gemeente, zal een geactualiseerd onderhoudsplan gemeentelijke gebouwen worden opgesteld. Verwachting is dat op dat moment het beschikbare en benodigde budget (meer) met elkaar in evenwicht zijn. Het onderhoud van de schoolgebouwen gaat met ingang van 2015 over van de gemeente naar de schoolbesturen. Zij krijgen hiervoor rechtstreeks financiële middelen van het Rijk. Als beheerder van het gebouw De Wilgenbroek blijft de gemeente wel verantwoordelijk voor het onderhoud aan de binnenkant van dit gebouw.
Risico’s De risicoparagraaf geeft inzicht in potentiële risico’s en meevallers, waardoor een betere basis wordt verkregen voor een oordeel over de financiële positie van de gemeente. Een risico is een kans op het optreden van een negatieve (of positieve) gebeurtenis van materieel belang die niet voorzien is in de begroting van 2015 dan wel de meerjarenbegroting 2016-2018. Aangezien het erg lastig is om de kans te kwantificeren, maken we alleen onderscheid tussen hoog (90%), laag (10%) en middelmatig (50%). Vervolgens is een financiële indicatie opgenomen van het risico door de kans te vermenigvuldigen met het gemiddelde effect. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen eenmalige en structurele effecten. Risico’s met een eenmalig financieel effect Niet uitvoeren correcte procedure van aanbesteding Bij een aanbesteding zijn diverse juridische aspecten van toepassing, de aanbestedingsprocedure in praktische zin is nogal complex. Door de concurrentie in de markt is men heel alert op een eventuele omissie en juridische procedures worden steeds sneller aangespannen.
Programmabegroting 2015
83
In 2013 waren er 23 aanbestedingen groter dan € 50.000, het gemiddelde aanbestedingsbedrag kwam uit op ongeveer € 315.000 per aanbesteding. De kans dat in een van de komende jaren voor alle aanbestedingsprocedures juridische claims bij de gemeente worden neergelegd schatten we in op laag, de kans dat het in enig jaar ooit gebeurt op middelmatig. Kostenstijgingen grote projecten Het blijft altijd onzeker of voorgenomen grote werken binnen de gevoteerde kredieten kunnen worden gerealiseerd. Is de eerste globale schatting van de te maken kosten juist geweest? Zijn er goede opgestelde bestekken waardoor er geen discussie ontstaat over al dan niet meerwerk? Grote werken in de komende jaren zijn onder andere de afronding van de aanpassingen aan het sportcomplex ODC, de herbouw van de Michaëlschool, investeringen in de infrastructuur in het centrum en de PHS met de aanleg van de verbindingsweg LadonkKapelweg. De totaal geraamde investeringen in de jaren 2015 tot en met 2018 bedragen € 10,5 miljoen, d.w.z. gemiddeld € 2,6 miljoen per jaar. Een niet voorziene kostenstijging van 10% zou neerkomen op een bedrag van € 260.000. Indien de kostenontwikkeling tegenvalt, proberen we eerst bij te sturen door het kwaliteitsniveau aan te passen of bepaalde investeringsuitgaven achterwege te laten. Grondexploitatie Ook binnen het grondbedrijf bestaat de kans op kostenstijgingen van grote projecten, maar dit zijn geen afzonderlijke investeringskredieten die door de raad zijn gevoteerd. De kosten van het grondbedrijf, waaronder Vorst A met reconstructie rijbaan Lennisheuvel en de ontwikkelingen rondom Boseind/terrein Biomérieux, Panta-Rhei, worden 2 maal per jaar geactualiseerd, zodat we dit risico onder controle hebben. Het risico van vertragingen, die de gemeente niet allemaal in de hand heeft, leidt in het grondbedrijf tot financieel nadeel. Er zijn zeven complexen in exploitatie genomen. Voor 5 daarvan waren eind 2013 verliesvoorzieningen getroffen ten bedrage van € 10,7 miljoen, voor 2 complexen werd een winst verwacht, van € 0,6 miljoen tezamen. Voor een uitgebreidere risicoanalyse wordt verwezen naar de paragraaf G, grondbeleid. De reserve Grondexploitatie is leeg waardoor alle tegenvallers meteen ten laste van de algemene middelen komen. We schatten de risico’s van een jaar vertraging hoog in. De boekwaarde eind 2013 bedroeg € 21,1 miljoen, hetgeen betekent dat € 10,4 miljoen niet is afgedekt met verliesvoorzieningen. Een jaar vertraging tegen een rentelast van 3,5% betekent een financieel nadeel van € 364.000. De Kleine Aarde Per 1 januari 2011 is de gemeente eigenaar geworden van perceel en opstallen van De Kleine Aarde. Besloten is om per 2014 terrein met opstallen te verhuren aan Triple E waarbij huurder ook het onderhoud voor haar rekening zal nemen. Er is een voorschot van € 50.000 verstrekt. Naheffing Attero vanwege te weinig geleverd afval Tot 2017 heeft Boxtel een contract met Attero voor het aanbieden/verwerken van afval. Indien de gemeente minder afval aanbiedt dan in het contract is opgenomen, moet een naheffing worden betaald. Verwacht wordt dat door de invoering van diftar m.i.v. 2014 minder afval zal worden aangeboden aan Attero, waardoor de kans bestaat op een naheffing van zo’n € 200.000 per jaar. Er is echter nog dekking binnen de reserve Egalisatie reinigingstarieven.
84
Programmabegroting 2015
Schade en leegstand gemeentelijke eigendommen Vernielingen aan gemeentelijke eigendommen vallen niet onder de verzekering. Als de dader(s) niet meer te achterhalen zijn, komen de kosten van herstel voor rekening van de gemeenten. In dit verband kan ook gedacht worden aan het dumpen van xtc-afval in het buitengebied. De niet verhaalbare schade van vernieling of iets dergelijks wordt geschat op € 20.000. De laatste paar jaar zien we steeds meer leegstand van gebouwen; bedrijfsgebouwen, winkels, stallen maar ook woningen. Hoewel de gemeente alleen wordt geconfronteerd met de financiële consequenties van leegstand van gebouwen die haar eigendom zijn, heeft veel leegstand in een bepaald gebied een negatieve uitstraling met alle mogelijke gevolgen van dien die gemeente wel financieel kunnen raken. De verwachte ontwikkeling van leegstand van schoolgebouwen wordt meegenomen in de visie die het schoolbestuur gaat opstellen en die van sportaccommodaties zal aan de orde komen in de nieuwe sportnota. Voor wat betreft de verhuur van de tweede verdieping van het gemeentehuis, die niet langer nodig is om ambtenaren te huisvesten, geldt dat nog geen huuropbrengst is begroot. Nazorg Vlagheide In 2014 is de voorziening Nazorg Vlagheide opgeheven. Het risico dat de gemeente nog zal moet bijbetalen in de kosten van afdekking van de voormalig vuilstortplaats bedraagt nog steeds circa € 220.000. Juridische dossiers Voor de financiële gevolgen van rechterlijke uitspraken heeft de gemeente een verzekering afgesloten. Daarbij is een maximumbedrag per geval van toepassing. Het juridische dossier Moorwijk heeft al een lange looptijd. Verder wordt de grondeigendom van de bermen in de buurt Sparrenrijk betwist. Samenvattend overzicht van de financiële indicatie van bovenstaande incidentele risico’s. Omschrijving
Geschat risico
Kans
Kans x effect
Niet uitvoeren correcte aanbestedingsprocedure
€ 315.000
0,5
€ 157.500
Kostenstijgingen grote projecten
€ 260.000
0,5
€ 130.000
Grondexploitatie, 1 jaar vertraging
€ 364.000
0,9
€ 328.000
€ 50.000
0,5
€ 25.000
€ 200.000
0,9
Dekking aanwezig
€ 20.000
0,5
€ 10.000
€ 220.000
0,5
€ 110.000
De Kleine Aarde Naheffing Attero vanwege te weinig geleverd afval Niet verhaalbare schade gemeentelijk eigendom Nazorg Vlagheide Juridische dossiers
Pm € 760.500
Totaal
Op basis van bovenstaande genoemde incidentele risico’s is de benodigde incidentele weerstandscapaciteit te becijferen op € 760.500. Risico’s met een structureel financieel effect Uitkering Gemeentefonds De grote bezuinigingen van het Rijk lijken achter de rug, maar de ontwikkelingen in het accres kunnen ook forse fluctuaties te zien geven. Door de normeringssystematiek hebben wijzigingen in Rijksuitgaven invloed op de omvang van de algemene uitkering van het Gemeentefonds. Naast de aanpassing van het accres zijn de jaarlijkse aanpassingen in de uitkeringsbasis van belang (vooral mutaties in aantallen bijstandsontvangers, woonruimten en inwoners, maar ook leerlingenaantallen onderverdeeld naar diverse soorten onderwijs). Hierbij spelen landelijke ontwikkelingen een rol, maar ook Boxtelse ontwikkelingen.
Programmabegroting 2015
85
Inmiddels heeft voor een groot deel van het gemeentefonds een herijking plaatsgevonden met herverdeeleffecten tussen gemeenten. In 2016 volgt de herijking voor het resterende deel. Hoe deze herijking voor Boxtel uit zal pakken is nog onbekend. Per 1 januari 2018 vervalt het deelfonds sociaal domein. In de komende jaren zal duidelijk worden of Boxtel het gewenste beleid op de gedecentraliseerde gebieden Wmo, jeugd en participatie kan vormgeven binnen de in het Gemeentefonds hiervoor beschikbaar gestelde gelden. De door het kabinet Rutte II doorgevoerde bezuinigingen op apparaatslasten gemeenten i.v.m. opschaling gemeenten kennen een oplopend bedrag en doen zich vooral voelen vanaf 2018. Hoewel de vorming van 100.000+ gemeenten van de baan is, wil het kabinet de daaraan gekoppelde bezuiniging wel handhaven. In 2012 hebben we berekend dat deze bezuiniging voor Boxtel kan oplopen tot € 1.475.000 in 2025. Tot en met 2018 is deze korting i.v.m. bezuinigingen op apparaatslasten gemeenten in onze begroting verwerkt. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is in onderhandeling met het kabinet over het schrappen van deze bezuiniging. Decentralisatie Rijkstaken De invoering van de drie voorgenomen grote decentralisatieoperaties is eveneens in de begroting verwerkt, hoewel op onderdelen nog nadere uitwerking moet plaatsvinden. Er is circa € 13 miljoen aan extra budget bijgekomen. Uitvoering van beleid zal geschieden middels gemeenschappelijke regelingen met omliggende gemeenten in de regio. De risico’s zijn nog moeilijk in te schatten. Het totaalrisico voor het Gemeentefonds is door het Rijk beperkt tot € 15 per inwoner per jaar. Voor Boxtel dus maximaal € 450.000, € 900.000, € 1.350.000 etc. totdat evenwicht is bereikt. Loonontwikkelingen Medio 2014 is bekend geworden dat er een nieuwe Cao komt voor gemeentepersoneel met een salarisverhoging van 1% per 1 oktober 2014 en met € 50 per maand per 1 april 2015. Dit betreft een Cao voor de periode 2013 t/m 2015. De meerjarenbegroting moet hier nog op aangepast worden. Vanwege de lage rekenrente moet mogelijk ook de (verzekering) van de pensioenen van voormalige wethouders worden aangepast. Verder ontvangen alle burgemeesters, wethouders en raadsleden vanaf 1 juli 2014 een vaste onkostenvergoeding. Het onderscheid naar grootte van de gemeente is vervallen. Voor burgemeesters wordt de onkostenvergoeding € 375 netto per maand; voor de wethouders € 345 en voor de raadsleden € 165. Toename schuldhulpverlening De economische crisis heeft geleid tot een toename van de werkloosheid. En bij een wegvallend inkomen kunnen huishoudens moeilijker aan hun verplichtingen voldoen. Bij een woningmarkt waarbij volgens De Nederlandse Bank een kwart van de woninghypotheken onder water staat, zullen gedwongen verkopen mogelijk gaan toenemen en zal de omvang van de restschuld vaak aanzienlijk zijn met alle gevolgen van dien voor de gemeentelijke schuldhulpverlening. Gevolgen van krimp Het inwoneraantal van Boxtel is in de jaren 2009 t/m 2011 nauwelijks gegroeid. De groei van 2012 (+152) is door de afname van 2013 (-116) voor een belangrijk deel ongedaan gemaakt. Met name het aantal kinderen neemt de laatste jaren af hetgeen reeds heeft geleid tot een bijstelling van plannen op het gebied van onderwijshuisvesting. De gevolgen voor overige beleidsvelden zoals, kinderopvang, sport, welzijnsvoorzieningen of woningbouw, zullen nog in kaart gebracht worden middels de toegezegde krimpnota (aangenomen motie bij de
86
Programmabegroting 2015
behandeling van de Begroting 2014). Echter ook op het gebied van Rijksuitkeringen leidt een lagere groei van de bevolking voor de gemeenten vaak tot minder inkomsten. Verbonden partijen De economische crisis en de maatregelen die het kabinet neemt doen zich voelen bij veel partijen in de samenleving. De WSD krijgt te maken met de nieuwe Participatiewet. In het algemeen geldt dat de invloed van een individuele gemeente in een gemeenschappelijk regeling beperkter is dan bij het volledig zelf uitvoeren van de taak. Uit de jaarverslagen 2013 van met Boxtel verbonden partijen blijken niet dat partijen verwachten dat ze in de toekomst verlies zullen moeten afwentelen op de gemeente Boxtel. Onderhoud gemeentelijke gebouwen De onderhoudsplannen voor deze gebouwen zijn nog niet vastgesteld door het college in afwachting van een nieuw op te stellen onderhoudsplan voor het gemeentehuis na de verbouwing ervan en van aanpassing van het onderhoudsplan voor de overige gemeentelijke gebouwen na verkoop van diverse panden. Samenwerking van 3 Meierijgemeenten De gemeenten Boxtel, Sint-Michielsgestel en Haaren hebben de intentie uitgesproken om te komen tot een ambtelijke fusie. Na raadpleging van de burgers kan eind 2014/begin 2015 een bedrijfsplan in de gemeenteraden besproken worden. Voor de ambtelijke fusie met beoogde ingangsdatum 1 januari 2016, zal een gemeenschappelijke regeling gevormd worden waarin de 3 gemeenten hun bedrijfsvoeringsbudgetten zullen inbrengen. Begroot is dat de GR een efficiencywinst van 10% zal kunnen realiseren, waarmee de bestaande personele taakstellingen zoals opgenomen in de gemeentelijke begrotingen en de kosten voor een investeringsimpuls en frictielasten kunnen worden gedekt. De geraamde taakstelling is slechts ten dele in de begroting opgenomen voor kwaliteitsverbetering van de bedrijfsvoering. Verwacht wordt dat de combinatie van incidenteel investeren en structureel besparen op termijn sowieso haalbaar is. Het risico is derhalve beperkt. Korting onderwijshuisvesting Eerder is al aangegeven dat het moeilijk zal worden om de stelpost Korting onderwijshuisvesting te kunnen inverdienen op het terrein van onderwijs. Het restant van de structurele stelpost bedraagt nog bijna € 300.000 per jaar. Schrappen van de prijscompensatie In het kader van de bezuinigingen is de prijscompensatie geschrapt vanaf 2013 tot en met 2017, derhalve een periode van 5 jaar. Hoewel er binnen programma’s geschoven kan worden met budgetten kunnen er op onderdelen knelpunten gaan optreden. Vennootschapsbelasting overheidsbedrijven Op aanwijzen van de Europese Commissie wordt de vrijstelling voor vennootschapsbelasting voor overheidsbedrijven afgeschaft. Deze vrijstelling zou in strijd zijn met de EUstaatssteunregels. Het gaat in dit verband om gemeentelijke activiteiten die normaliter ook in concurrentie plaatsvinden in het economisch verkeer. In dit verband valt onder andere te denken aan verhuur en grondexploitatie. Met ingang van 1 januari 2016 moet de gemeente over de fiscale winst van dergelijke activiteiten voortaan vennootschapsbelasting gaan betalen. Verstrekte leningen en garanties De grootste partij waaraan de gemeente leningen en borgstellingen heeft verstrekt is de woonstichting, nl. € 13 miljoen leningen en € 95 miljoen borgstellingen. Het Waarborgfonds
Programmabegroting 2015
87
Sociale Woningbouw staat als eerste garant, de gemeente is achtervang. Hoewel de woonstichting met ingang van 2014 verhuurdersheffing is moeten gaan betalen, is haar financiële positie nog als gezond te kenschetsen. De gemeente staat borg voor een bedrag van zo’n € 7,5 miljoen voor leningen verstrekt aan verenigingen, stichtingen en particulieren. Samenvattend overzicht van de financiële indicatie van bovenstaande structurele risico’s. Omschrijving
Geschat risico
Kans
Kans x effect
-€ 500.000 tot + € 500.000
0,9
€0
max. cum. € 450.000
0,1
€ 45.000
Loonontwikkelingen
€ 120.000
0,9
€ 108.000
Toename schuldhulpverlening
€ 100.000
0,5
€ 50.000
Gevolgen van krimp
Pm
0,5
Pm
Verbonden partijen
€0
Gemeentefondsuitkering Gemeentefonds, effect decentralisaties en herijking
€0
Onderhoud gemeentelijke gebouwen/ Tijdige verkoop onroerend goed
€ 168.000
0,5
Samenwerking 3 Meierijgemeenten
€ 300.000
0,1
€ 30.000
Korting onderwijshuisvesting
€ 300.000
0,5
€ 150.000
Schrappen prijscompensatie
cumulatief € 383.000
0,1
€ 38.000
0,1
€ 50.000
Vennootschapsbelasting overheidsbedrijven Verstrekte leningen en garanties
€0 € 500.000
€ 84.000
€0 € 555.000
Totaal
Op basis van bovenstaande genoemde structurele risico’s is de benodigde structurele weerstandscapaciteit op minimaal € 555.000 te becijferen.
Aanwezige weerstandscapaciteit De aanwezige weerstandscapaciteit bestaat uit middelen of mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om substantiële niet begrote kosten te kunnen dekken. Voor Boxtel betreft dit een Algemene reserve met een verwachte stand per ultimo 2015 van € 7.632.000 (dit zijn incidentele middelen) en een onbenutte belastingcapaciteit van € 569.000 (dit zijn structurele middelen die gegenereerd kunnen worden). In vergelijking met de vorige begroting is de Algemene reserve nu € 0,7 miljoen hoger en de onbenutte belastingcapaciteit € 245.000 lager. De onbenutte belastingcapaciteit is berekend rekening houdend met de eisen die worden gesteld aan de eigen heffingen om in aanmerking te komen voor een zogenaamde artikel 12-uitkering van het Rijk. Deze eisen zijn: 100% kostendekking voor riolering en reiniging en een redelijk peil van de OZB-inkomsten. Onder een redelijk peil van de OZB wordt verstaan een tarief dat 20% boven het landelijk gemiddelde ligt. Voor 2015 is het OZB-percentage van de WOZ-waarde voor toelating tot artikel 12 door het Rijk vastgesteld op 0,1790 (was 0,1651 voor 2014, derhalve een stijging van 8,4%) Bij een WOZwaarde van het Boxtels onroerend goed van € 3.692 miljoen (woningen en niet-woningen) leidt dit tot een normopbrengst van € 6.609.000; onze begrote opbrengst is € 6.040.000. Stille reserves Enkele jaren terug hebben we nog een inventarisatie gemaakt van de stille reserves. Van stille reserves is sprake als de marktwaarde uitkomt boven de boekwaarde. Hoewel we over stille reserves beschikken (met name opgesloten in panden en gronden) worden zij niet
88
Programmabegroting 2015
meegenomen bij de bepaling van de omvang van de weerstandscapaciteit omdat veel panden en gronden meestal niet meteen verhandelbaar zijn. De verhouding tussen de aanwezige weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit geeft de ratio weerstandsvermogen aan. Geconcludeerd kan worden dat de weerstandscapaciteit zowel op incidentele als op structurele basis voldoende is. Onderstaande weergave verduidelijkt dat. Ratio weerstandsvermogen (bedragen x € 1.000) Feitelijke weerstandscapaciteit Benodigde weerstandscapaciteit
incidenteel
structureel
7.632 761
569 555
Opgemerkt wordt dat het een risico-inschatting blijft die zich in de loop van de tijd heel anders kan ontwikkelen. Veel zal afhangen van de ontwikkeling van het Gemeentefonds en van de budgetten en de regelgeving die het Rijk overdraagt op het terrein van de drie decentralisaties.
Programmabegroting 2015
89
C. Onderhoud Kapitaalgoederen Beleidsuitgangspunten In deze paragraaf wordt het beleidskader voor onderhoud kapitaalgoederen geschetst. Hierbij kan gedacht worden aan aanleg en instandhouding van wegen, riolering, water, groen en gebouwen. Zorgvuldig beheer De instandhoudingkosten behoren hun weerslag te vinden in onderhoudsplannen, waarvan de beleidsuitgangspunten door de raad moeten worden vastgesteld. Dit geldt specifiek voor wegen, kunstwerken, openbare verlichting, groen, riolering en gebouwen. Onderhoudskosten maken een substantieel deel uit van de uitgaven. Tegelijkertijd kunnen zij ook voorzien worden van het etiket ‘beheer’ of ‘uitvoering’, c.q. uitvoeringsprogramma’s. Zij lenen er zich daarom niet direct voor om te worden opgenomen in een van de beleidsprogramma’s; daar wordt immers toch meer aandacht besteed aan tot een visie terug te leiden doelstellingen en de richtingen waarin de uitwerkingen moeten worden gevonden. Echter, een groot deel van het ‘vermogen’ van onze gemeente ligt in de grond of op het openbare gebied. Een zorgvuldig beheer is dan ook van wezenlijk belang. Beleving openbaar gebied Een tweede, wellicht nog belangrijker aspect, is dat de kwaliteit van het openbare gebied door de inwoners vaak het meest intensief beleefd wordt. Zwerfvuil, hondenpoep, losliggende trottoirtegels, boomwortels, slecht onderhouden of moeilijk toegankelijke openbare gebouwen: deze onderwerpen in de directe omgeving raken burgers direct en hier hebben zij vaak een eigen en duidelijke mening over. Met de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen kunnen kaders gesteld worden voor het onderhoud van wegen, riolering, gebouwen, groen, etc. Een individueel geval of een individuele klacht kan dan beoordeeld worden aan deze kaders. Realiseren gemeentelijke programma’s Een derde reden voor specifieke aandacht voor het geïnvesteerde vermogen in het openbare gebied is dat deze kapitaalgoederen vaak van belang zijn voor realiseren van de gemeentelijke programma’s. Doelstelling Doelstelling is om in deze paragraaf per onderdeel specifiek aandacht te besteden aan vragen als: • Is er een onderhoudbeleidsplan of zijn er beleidsuitgangspunten voor onderhoud vastgesteld? • Zijn de financiële consequenties in de begroting opgenomen? • Is er sprake van achterstanden in de uitvoering en hoe gaan we daar mee om? • Zijn de middelen toereikend voor de komende jaren, lopen we risico’s? • Hebben we het beheer goed geregeld, hoe worden uitvoeringsprogramma’s vastgesteld? • Zijn er algemene ontwikkelingen?
90
Programmabegroting 2015
Wegen In 2005 zijn nieuwe beleidsuitgangspunten voor het wegbeheer door de raad vastgesteld. Voor deze uitgangspunten is uitgegaan van de nieuwe inspectiemethoden van de CROW van 2004 en het door de raad vastgestelde maximaal toelaatbaar percentage achterstallig onderhoud op enig moment. Tevens stelde de raad daarbij de wegingsfactoren vast voor de prioriteitstelling. Het thema veiligheid en de wegen in de centra van de kernen krijgen daarin de hoogste prioriteit. De financiële middelen zijn toen op dat beheersniveau afgestemd. Door de kredietcrisis is dit echter tijdelijk verlaagd. Beheer en onderhoud Elk jaar wordt een bedrag aan de voorziening Wegenbeheer toegevoegd om middelen op te bouwen waarmee de kosten voor groot onderhoud en vervanging kunnen worden bestreden. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast met de voor die begroting vastgestelde prijsindexering en de areaaluitbreiding. De economische situatie noopt tot bezuinigingen, ook in het wegenonderhoud. Het aan de voorziening Wegenbeheer toe te voegen bedrag is per 2011 met 13% (€ 119.000) verlaagd tot het niveau van 2005, vooralsnog voor een periode van 5 jaar (geïndexeerd). Ter mitigatie van deze bezuiniging is in 2011 € 200.000 ingeteerd op het saldo van de voorziening. Vanaf de begroting 2013 is voorts gekozen geen prijsindexering toe te passen, dit is gecontinueerd voor 2015. Ook is geen areaaluitbreiding meegenomen. Deze bezuinigingsmaatregelen gaan licht ten koste van onderhoud, vooral voor de thema’s aanzien en comfort. Onderhoud ten aanzien van veiligheid en technische duurzaamheid blijft zo veel mogelijk ontzien. Hierdoor blijven risico’s beperkt, mede door de tijdelijkheid van de maatregel. De gemeente bevindt zich daarmee nog juist op haar beleidsmatige uitgangspunt: sober, maar doelmatig. Inspecties en programmering De wegeninspecties worden eens per twee jaar uitgevoerd. De wegen worden daarbij volgens de CROW-richtlijnen beoordeeld op textuur (rafeling, vet), vlakheid, samenhang (scheuren, craquelé, voegwijdte) en rand (kantopsluiting). Mede op basis van de weginspecties wordt tevens per twee jaar een 2-jarig onderhoudsprogramma vastgesteld. Zo ontstaat een cyclus van een voorbereidingsjaar gevolgd door een uitvoeringsjaar. De afweging geschiedt via een geautomatiseerd wegenbeheerprogramma dat een prioriteitenvolgorde maakt ten aanzien van noodzakelijk groot onderhoud op basis van ingestelde voorkeursparameters. Verdere afwegingen voor het uiteindelijke uitvoeringsprogramma geschieden in samenhang met aspecten als: relaties met rioolbeheer en/of verkeer, klachten en verzoeken, wensen, beschikbare middelen, subsidiemogelijkheden, beheersmaatregelopties, etc. Op deze wijze ontstaat adaptief wegenbeheer op een rationele grondslag. Het opstellen van de uitvoeringsprogramma’s is een bevoegdheid van het college, binnen de door de raad gestelde kaders van de beleidsuitgangspunten. In 2015 wordt het 2-jarig uitvoeringsprogramma Groot onderhoud wegen 2014-2015 uitgevoerd. Onverharde wegen In 2006 is een nieuwe beheersopzet voor onverharde wegen vastgesteld. Dit beheerplan gaat uit van een classificatie van diverse soorten onverharde wegen naar gelang hun doel, met een navenant onderhoudsniveau. Onverharde wegen lijden in toenemende mate onder de druk van zwaar en/of gemotoriseerd verkeer. Traditioneel onderhoud kan onvoldoende de begaanbaarheid waarborgen. Daarom is een groot aantal onverharde wegen gesloten verklaard voor gemotoriseerd verkeer, uitgezonderd bestemmingsverkeer.
Programmabegroting 2015
91
Ook de bermen in het buitengebied hebben te lijden onder een groter wordende verkeersdruk. Met ingang van 2008 is daarom meer budget toegekend voor investeringen ter versteviging van bermen en voor wortelfrezen. Jaarlijks worden de onverharde wegen voor zover nodig hersteld, een deel van bermversteviging voorzien en wortels gefreesd op basis van prioriteitenafweging. Het budget is hierin taakstellend. Klein onderhoud De kosten van het kleine wegenonderhoud worden bekostigd uit de daartoe in de begroting opgenomen middelen, die normaliter jaarlijks worden gecompenseerd met de voor die begroting vastgestelde prijsindexering (Sinds 2013 is vanwege bezuinigingen echter geen prijspeilcompensatie toegepast). Onder dit klein onderhoud wordt onder meer verstaan: • Klein herstelwerk ter waarborging van veiligheid van de weggebruiker; herstel scheuren, lasgaten en graafwerkzaamheden; • Constructief onderhoud bermen; • Schoonhouden straten, wegen en pleinen (vegen, prullenbakken, onkruidbestrijding); • Verkeersveiligheidsmaatregelen (onderhoud verkeersborden c.a., wegmarkeringen); • Gladheidbestrijding. De uitvoering geschiedt op basis van klachtenafhandeling en inspecties met jaarprogramma’s. Voor het vegen en de gladheidbestrijding zijn in 2000 uitvoeringsplannen door de raad vastgesteld. In 2014 wordt toegewerkt naar integrale wijkonderhoudsplannen op basis van beeldkwaliteit, waarin zowel het groenonderhoud als de straatreiniging zijn ondergebracht. De raad stelt hiervan de kaders vast, de uitvoering is in handen van het college. Ten aanzien van het onderhoud bermen en sloten is in maart 2003 een nieuw bermbeheerplan door de raad vastgesteld. Het maaien van bermen en sloten geschiedt op ecologische grondslag. Uit bezuinigingsoverwegingen is het noodzakelijk vanaf 2012 het maairegime van bermen en sloten iets te beperken, voor zover verkeersveiligheid en waterafvoer niet worden gehinderd. Voor de biodiversiteit is dit zelfs nog een lichte plus. In 2014 is een nieuw onderhoudsbestek maaien bermen en sloten opgesteld, waarin wordt samengewerkt door het waterschap De Dommel en de gemeente. De aanpassingen zijn hierin meegenomen. Onkruidbestrijding Naar aanleiding van de motie Grashof in de Tweede Kamer is bij de begroting 2012 toegezegd dat het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen In Boxtel achterwege zal blijven. Hiervoor zijn geen aanvullende financiële middelen toegewezen. Door een uitgekiende balans van borstelen, zowel door eigen dienst als uitbesteed, en enige versobering van de beeldkwaliteit in het groeiseizoen, wordt het benodigd budget zo laag mogelijk gehouden. Binnen de in 2014 op te stellen integrale wijkonderhoudsplannen op basis van beeldkwaliteit, wordt de inzet van het straatreinigingsbudget – inclusief onkruidbestrijding - op grond van de dan opgedane praktijkervaring opnieuw bepaald en verdeeld over de onderhoudsactiviteiten.
Civieltechnische kunstwerken Voor het onderhoud aan civieltechnische kunstwerken (bruggen, tunnels, c.a.) is in de begroting een bedrag opgenomen dat is gebaseerd op het in 2007 vastgestelde Beheerplan Kunstwerken. De jaarlijkse toevoeging aan de voorziening Kunstwerken is geïndexeerd; sinds 2013 wordt vanwege bezuinigingen echter geen prijspeilaanpassing meegenomen. De aansturing geschiedt vanuit het beheersysteem en periodieke inspecties van de objecten. Het beheerplan gaat enkel uit van onderhoudswerkzaamheden als reinigen, vervangen slijtlagen op bruggen, schilderen van brugleuningen, reparatie betonrot, onderhoud tunnelgemalen e.d. Het beheerplan noch de voorziening houdt rekening met vervangingsinvesteringen, zodat hier enig
92
Programmabegroting 2015
risico wordt gelopen. Vervanging laat zich echter door de periodieke technische inspecties ruimschoots van te voren inschatten. In 2013 is een inspectieronde civiele Kunstwerken uitgevoerd, op grond waarvan in 2014 een uitvoeringsprogramma 2014-2015 wordt opgesteld en uitgevoerd. Ook wordt het beheerplan Civiele Kunstwerken in 2014 uitgebreid met de faunavoorzieningen, zoals wildroosters, dassen- en amfibiëntunnels, veetunnels en -passages e.d. Deze worden vanaf 2014 eveneens planmatig onderhouden via de voorziening Kunstwerken (daarvoor gebeurde dit ad hoc). Vervanging Voor vervangingsinvesteringen civieltechnische kunstwerken worden indien nodig afzonderlijke kredieten gevoteerd (voorbeeld: vervanging brug Bosscheweg over de Dommel in 2011). Er zijn voorlopig geen vervangingen voorzien in de meerjarenbegroting.
Openbare verlichting Het onderhoud van de openbare verlichting is gebaseerd op de Beleidsvisie Openbare Verlichting van 2010 en het daaruit afgeleide beleidsplan Openbare Verlichting, dat in januari 2014 is vernieuwd en vastgesteld door de Raad. Het beleidsplan bevat een maatregelprogramma voor het onderhoud en beheer voor een periode van 5 jaar. Het verlichtingsniveau wordt bepaald op basis van NSVV-richtlijnen en het Politiekeurmerk Veilig Wonen. De praktijkproef in 2011-2012 in Munsel - met een voor Nederland unieke diversiteit en omvang - heeft uitgewezen dat het tijdperk voor binnenstedelijke LED-verlichting aanbreekt. In het nieuwe beleidsplan wordt hier dan ook meer toepassing aan geboden. Ook raakt de omschakeling van geel naar wit licht in een eindfase. Hierdoor ontstaat meer ruimte voor de nieuwe beleidsdoelstellingen, zoals meer toepassing van LED ter reductie van de energie- en onderhoudslasten. Onderhoud Bij het onderhoud aan de openbare verlichting (ca. 7.469 lichtmasten van diverse aard, kwaliteit en leeftijd) wordt onderscheid gemaakt in het klein- en storingsonderhoud en het groot onderhoud/-remplace. Voor het klein- en storingsonderhoud inclusief herstel van door derden aangebrachte schaden (aanrijdingen c.a.) is een begrotingspost opgenomen. De reparaties geschieden aan de hand van meldingen en eigen inspecties, in 2- (zomer) tot 3-wekelijkse (winter) storingsronden. Het beleidsplan en het maatregelprogramma Openbare Verlichting leggen de basis voor de jaarlijks door het college vast te stellen uitvoeringsprogramma’s aanpassing en onderhoud van de openbare verlichting. Hierbij wordt rekening gehouden met prioriteiten in kwaliteit, klachten en wensen, evenals met combinatiemogelijkheden met civieltechnische projecten. Voor het groot onderhoud en de groepsremplace (groepsgewijze vervanging van lampen na een vastgesteld aantal branduren) is op basis van het beheerplan een jaarlijkse storting in de voorziening Openbare verlichting in de begroting opgenomen. Hieruit wordt ook het ombouwprogramma ‘Van geel naar wit licht’ en ombouw naar LED-verlichting van het beleidsplan bekostigd. Ter ondersteuning wordt gebruik gemaakt van een geautomatiseerd beheersysteem van de Openbare Verlichting. Sinds 2013 is er vanuit bezuinigingsoverwegingen geen prijspeilindexering of areaaluitbreiding toegepast op de onderhoudsbudgetten. Het risico hiervan voor adequaat beheer is gering.
Programmabegroting 2015
93
Groen In 2012 zijn de Groenstructuurvisie en het Groenbeleidsplan vastgesteld. Deze vormen samen het beleidskader voor het openbaar groen in de gemeente. Deze zetten een duidelijke koers neer voor de ontwikkeling van groen als een belangrijke drager in de beeldkwaliteit van de openbare ruimte in de komende jaren. Dit geschiedt niet in één keer, maar is een proces van de lange adem passend bij een sobere ‘organische omvorming’ van het groenareaal. De visie en het plan leveren daarbij tevens de onderbouwing voor kostenverhaal op basis van de GREXwet (grondexploitatiewet). In de visie en het beleidsplan wordt ondermeer aandacht besteed aan het huidige aanplantbeleid (inheems, genetisch zuiver, biologisch geteeld plantmateriaal, ecologisch inrichten en beheren), maar ook aan duidelijke structuren van beeldbepalend groen afhankelijk van de locatie, passend bij de (cultuurhistorische) sfeer van een wijk, buurt of infrastructuur. Soberheid blijft een uitgangspunt. Bij de verdeling aan groeninrichtingen en –omvang is Boxtel vergeleken met landelijke kengetallen. Boxtel is hierin gemiddeld gezien iets onderbedeeld. Beeldbepalend groen Voor wat betreft beeldbepalend groen (met name bomen) zijn in 2007 al specifieke beleidsrichtlijnen vastgesteld in een Bomenbeleidsplan. Het Bomenbeleidsplan geeft duidelijke kaders voor het toe te passen sortiment bomen, de stimulering van behoud van monumentale bomen, voor het proces van de kapvergunning, en de eisen bij aanplant en beheer van bomen. Ook is hierin de visie vastgelegd voor het omgaan met verzoeken van bewoners bij klachten over bomen. In 2013 is het Bomenbeleidsplan beperkt geactualiseerd op grond van opgedane ervaringen de afgelopen jaren. Dit betrof vooral aspecten rond monumentale bomen en afstandsgrenzen ten aanzien van kap van bomen. In 2014 is herziening van het kapvergunningbeleid voorgenomen, mede gericht op deregulering en een vermindering van de administratieve lasten. Hierbij is bijvoorbeeld te denken aan een wijziging van een verbodsstelsel met vergunningen, naar een beschermend toetsingskader met meldplicht. Het onderhoudsniveau van de gemeentelijke bomen is up-to-date, en wordt structureel op orde gehouden door middel van inspectieronden (Visual Tree Assessment met zo nodig aanvullend onderzoek) en onderhoudsprogramma’s. Jaarlijks worden ca. 1.600 bomen geïnspecteerd en voor zover nodig gesnoeid. Het bomenbeheer wordt vastgelegd in een geautomatiseerd bestand. Groenonderhoud in wijken Met ingang van 2006 wordt het groenonderhoud in de wijken (gazons, plantsoenen, groenstroken, hagen en heesters) uitgevoerd op basis van beeldkwaliteitsbestekken. De raad heeft hierbij de onderhoudsniveaus voor het openbaar groen binnen de gemeente vastgesteld in 4 klassen. Ook voor de budgetten voor het groenonderhoud geldt het beleidsadagium ‘sober maar doelmatig’. In de tachtiger jaren is daarom al veel van het intensieve groen (perken, c.a.) vervangen door gazons en veel snippergroen afgestoten. Op basis van de hiervoor genoemde groenbeleidsvisie en groenstructuurplan wordt het groenbeheerplan in 2014 geactualiseerd en vervangen door integrale wijkonderhoudsplannen op basis van beeldkwaliteit, waarin groenonderhoud en straatreiniging worden gecombineerd. Het groenonderhoud wordt ondersteund door een geautomatiseerd Groenbeheerprogramma. Onderhoudskosten De jaarlijkse onderhoudskosten groen worden gedekt uit een daarvoor bestemde begrotingspost. Op grond van het Groenbeleidsplan 2012 is vanaf 2013 een reserve Groenbeheer in de begroting opgenomen, die geleidelijk aan gevuld wordt vanuit aanbestedingsvoordelen, besparingen, e.d. Dit biedt op termijn ruimte voor noodzakelijke
94
Programmabegroting 2015
grootschaliger onderhouds- of renovatieprojecten van groenvoorzieningen, zonder daarvoor afhankelijk te zijn van afzonderlijke incidentele projectkosten. Uit bezuinigingsoverwegingen is de gebruikelijke jaarlijkse prijspeilaanpassing sinds 2013 tijdelijk vervallen. In 2015 wordt ook geen areaaluitbreiding meegenomen. De groenbeheerbudgetten staan door de jaren achtereenvolgende onthouding van prijspeilindexering vanwege bezuinigingen onder druk. De nieuwe wijkonderhoudsplannen zullen hier taakstellend op moeten inspelen, wat niet geheel onopgemerkt zal kunnen blijven in beeldkwaliteit. De integraliteit van het wijkonderhoudsplan en optimalisatie in samenwerking met de onderhoudsploegen van de WSD moeten mitigerend werken.
Speeltoestellen Met afronding van het Speelruimteplan (2008) in 2011 zijn de speelvoorzieningen op goed en eigentijds niveau gebracht. Het beheerplan speelvoorzieningen is hierop in 2008 afgestemd. Dit rationeel beheerplan voorziet in voldoende middelen voor het dagelijks onderhoud en inspecties evenals de vervangingsinvesteringen. Onderhoud Voor dagelijks onderhoud is een begrotingspost begroot, terwijl voor de vervanging van speelvoorzieningen en onderhoud van ondergronden een voorziening is getroffen. Het budget wordt normaliter jaarlijks aangepast voor areaaluitbreiding en prijsindexering; Sinds 2013 is dit echter vanwege bezuinigingen achterwege gebleven. De opgenomen middelen geven nog voldoende waarborg voor het in stand houden van het speeltoestellenbestand (534 stuks) volgens de eisen van de NEN-normen 1176 en 1177 en het attractiebesluit (1997). Voor het dagelijks onderhoud wordt mede dankbaar gebruik gemaakt van de diensten van de buurtbewoners. Het speeltoestellenbeheer wordt ondersteund door een geautomatiseerd beheerprogramma waarin de onderhoudsactiviteiten worden vastgelegd.
Riolering De gemeente telt per 1-1-2015 176 km vrijvervalriool, 44 stuks rioolgemalen, 5 stuks randvoorzieningen, 11 km drainage en 86 km drukriool en persleiding met ca. 428 drukunits. De totale vervangingswaarde wordt geraamd op ca. € 97 miljoen (exclusief de herstelkosten van de bovenliggende verharding). De gemiddelde levensduur wordt landelijk geraamd op 50-75 jaar. Gezien de verschillende jaren van aanleg wordt het zwaartepunt van vervangingen in Boxtel verwacht in de periode 2025-2045 (Selissenwal en Oost). Door gebruik te maken van nieuwe onderhoudstechnieken zoals inwendige deelreparaties is het mogelijk de gemiddelde levensduur te verlengen. Door toepassing van een volledige relining kan de technische levensduur met ca. 50 jaar worden verlengd en wordt bij de uitvoering veel minder verkeershinder veroorzaakt. Watervisie en gemeentelijk Rioleringsplan In 2010 is een nieuwe Watervisie voor Boxtel vastgesteld als strategisch beleid. Op basis daarvan is het wettelijk verplichte verbrede Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP 2010-2014) opgezet, waarin een raming is gemaakt van de jaarlijkse gemiddelde kosten voor de instandhouding van het rioolstelsel. In 2014 wordt een nieuw vGRP-5 (2015-2019) opgesteld, dat in 2015 wordt vastgesteld door de raad. Rioolwerkzaamheden zijn in het vGRP onderscheiden in: • onderhoudsprojecten (instandhouding stelsel); • ontwikkelings- en verbetermaatregelen voor het behalen van de stedelijke wateropgave volgens landelijk beleid (Basisinspanning wet Milieubeheer, Nationaal Bestuursakkoord Water, KRW, voorkomen/beperken wateroverlast in relatie tot klimaatontwikkeling e.d.).
Programmabegroting 2015
95
Het in 2010 door de raad vastgestelde vGRP houdt voldoende rekening met de lasten die voor de instandhouding van het stelsel en de extra lasten die volgen uit de wettelijke verplichtingen. Op basis van het vGRP wordt intensief ingezet op de duurzame oplossing van afkoppelen van de hemelwaterafvoer en het zoveel mogelijk infiltreren daarvan in de bodem. Inmiddels is tevens het rioolmeetplan in Boxtel en Liempde geïnstalleerd en in werking genomen. Dit biedt mogelijkheden voor verdere optimalisatie van het rioleringssysteem via de 4 M’s (meten – monitoren – modelleren - maatregelen). Hierbij zijn beter de effecten van het rioolsysteem op de berging in het stelsel en de oppervlaktewaterkwaliteit te bepalen, zodat de gewenste maatregelen effectiever zijn te bepalen. Het vGRP geeft tevens invulling aan de wettelijke zorgplichten voor hemelwater en grondwater. De kosten voor maatregelen en grondwater worden sinds 2009 ook bekostigd uit het verbreed rioolrecht (als gevolg van de invoering van de Wgw en Waterwet). In 2009 is het Masterplan voor de aanpak van de Grondwateroverlast in wijk Oost opgesteld, waarna in 2011 is gestart met de feitelijke uitvoering van de maatregelen. In 2012 is fase 1 afgerond en fase 2 in 2014. Vervolgens worden de effecten van de maatregelen enkele jaren gemonitord om na te gaan of e e nog een 3 fase noodzakelijk is (voor die eventuele 3 fase is nog geen budget in het vGRP opgenomen). Het vGRP loopt synchroon met de looptijd van de andere regionale, provinciale en landelijke waterbeleidsplannen die alle eind 2009 zijn vastgesteld respectievelijk het waterbeheerplan van het Waterschap, het Provinciaal waterplan en het Nationale waterplan. Hierdoor zijn ook de lokale opgaven voor het waterbeheer adequaat vastgelegd, en zijn deze gelijktijdig met de e nadere plannen te evalueren en te herzien. Ook wordt in 2015 de 2 tranche landelijke stroomgebiedbeheerplannen vastgesteld, overeenkomstig de Europese Kaderrichtlijn Water. Onderhoud Bij het rioolonderhoud wordt onderscheid gemaakt in het dagelijks onderhoud (ontstoppingen, kleine reparaties, onderhoud gemalen, kolkenreinigen en rioolreiniging) en het groot (vervangings)-onderhoud. Het dagelijks onderhoud wordt uitgevoerd op basis van meldingen en eigen inspecties. Alle straatkolken worden ten minste 1 maal per jaar gereinigd, zwaar belaste kolken 2-3 maal. Voorts wordt jaarlijks gemiddeld ca. 10 km riool riolering gereinigd en geïnspecteerd volgens NPR 3220 en NEN 3399. Jaarlijks wordt gemiddeld 1 km riool afgeschreven en in slechte staat verkerende riolering vervangen of gerepareerd. Voor de dekking van kapitaallasten van rioolinvesteringen wordt jaarlijks een bedrag toegevoegd aan de voorzieningen Vervanging Riolering en Groot Onderhoud rioolbeheer. De planning van de rioolprojecten wordt in samenhang met die van het wegenonderhoud bekeken, zodat een optimale afstemming van werkzaamheden kan worden nagestreefd. Met de toename van relining als onderhoudsmaatregel van riolen wordt de samenhang wel steeds minder noodzakelijk. Planning en beheer worden ondersteund door middel van een geautomatiseerd rioolbeheerprogramma. Bij ieder vGRP (looptijd max. 5 jaar) vindt zo nodig actualisatie plaats van de benodigde jaarlijkse instandhoudinglasten op basis van een kostendekkingsplan. Daarnaast zijn er jaarlijks in de begroting correcties op basis van prijsindexering en areaaluitbreiding. Sinds 2013 is dit echter vanwege bezuinigingen achterwege gelaten. Doelmatig Waterbeheer De Meierij In overeenstemming met het landelijk Bestuursakkoord Water (2011) is in april 2013 een samenwerkingsovereenkomst doelmatig waterbeheer met gezamenlijk uitvoeringsprogramma ondertekend binnen regio De Meierij. Hierin wordt deelgenomen door de gemeenten Best, Boxtel, Haaren, ’s-Hertogenbosch, Heusden, Oirschot, Oisterwijk, Sint-Michielsgestel, SintOedenrode en Vught en de Waterschappen De Dommel en Aa en Maas. Doelstellingen van de samenwerking zijn de drie K’s: kostenbesparing, kwaliteitsborging en kwetsbaarheid verminderen. Jaarlijks wordt gezamenlijk een jaarplan vastgesteld van activiteiten. In 2017
96
Programmabegroting 2015
wordt de samenwerking geëvalueerd. De looptijd is voorzien tot ten minste 2020. Naast het gezamenlijk ontwikkelen van beleid is er nadrukkelijk oog voor het gezamenlijk uitvoeren van operationele taken. De ambitie en uitwerking van de samenwerking is voor alle ruim 50 regio’s in Nederland in 2013 beoordeeld door de Landelijke Visitatiecommissie onder voorzitterschap van Karla Peijs. De beoordeling van de Meierij was ruim voldoende, gewaardeerd met een positie ‘vooraan het peloton’. Najaar 2014 volgt een tweede beoordeling door de visitatiecommissie.
Begraafplaats Uitgangspunt is de lasten van de begraafplaats voor 100% te dekken uit de baten van de grafrechten. Door de relatieve toename van (goedkopere) bijzettingen in bestaande graven en het teruglopen van het aantal nieuwe grafrechten lopen de inkomsten echter terug. Om de volledige kostendekking te kunnen waarborgen is het onontkoombaar om de tarieven voor grafrechten vanaf 2013 geleidelijk aan te laten toenemen tot het noodzakelijke niveau. De reserve Egalisatie leges grafhuur was door het dekkingsdeficit de afgelopen jaren vrijwel nihil. Vanaf 2015 wordt deze egalisatiereserve daarom opgeheven en worden de jaarresultaten in het vervolg verrekend via de Algemene Reserve. In 2008 is een beleidsvisie vastgesteld voor de toekomst van de begraafplaats. Op grond van trendmatige ontwikkelingen en capaciteitsramingen zijn beleidsaanpassingen doorgevoerd waardoor het Bruto Graf Oppervlak wordt gereduceerd, meer urnennissen beschikbaar komen en minder verplichte grafdekkingen maar meer mogelijkheden voor vrije grafdekkingen worden geboden. De begraafplaats kan hiermee nog een 20-30 jaar vooruit. Voorts is er een lichte samenwerking met de bijzondere begraafplaatsen in Boxtel, in het bijzonder de Verrijzenisparochie, mede om er zorg voor te dragen dat er gezamenlijk voldoende blijvende grafcapaciteit in de toekomst beschikbaar blijft en tarieven afgestemd worden. Beheer In 2009 is de beheerverordening van de begraafplaats geactualiseerd, evenals de uitvoeringsbesluiten over het type graven en de grafdekkingen. In 2014 zijn nog een paar kleine aanpassingen nodig in verband met de nieuwe Wet op de Lijkbezorging. In 2010 is een gedeeltelijke uitbreiding van de urnenmuur gerealiseerd. Uit bezuinigingsoverweging zal het geplande restant pas na enige jaren worden uitgevoerd.
Gebouwen We zijn op dit moment bezig met het formuleren van integrale beleidsuitgangspunten voor alle bij onze gemeente in bezit zijnde gemeentelijke gebouwen. In dit te formuleren beleid wordt op zijn minst vastgelegd welke gebouwen van strategische waarde zijn en in eigendom blijven, welke afgestoten kunnen worden, welke onderhouden moeten worden en tot op welk niveau. Onderhoud Op 10 januari 2012 heeft het college het Beleidskader Vastgoedstrategie vastgesteld. In het beleidskader wordt gesproken over verschillende functies van panden. Onder andere aan de hand van deze functies zijn onderhoudsniveaus bepaald. Alle panden zijn ingedeeld naar functie en onderhoudsniveau. Aan de hand daarvan zijn per pand meerjaren onderhoudsplanningen opgesteld (MOP’s). Het is de bedoeling dat deze plannen worden vastgesteld, zodat er financiële middelen specifiek voor het onderhoud aan de panden worden vrij gemaakt. Gebeurt dit niet, zal op korte termijn de reserve Onderhoud gemeentelijke gebouwen zijn uitgeput en zijn er geen financiële middelen meer beschikbaar om de panden te onderhouden.
Programmabegroting 2015
97
Sportaccommodaties Voor het onderhoud van sportgebouwen die eigendom zijn van de gemeente is door de firma Asset Facility Management een meer jaren onderhoudsplanning (MOP) opgesteld, die elke 2 à 3 jaar wordt geactualiseerd. Voor het zwembad is een aparte MOP, tevens opgesteld door de firma Asset Facility Management. De geraamde storting in de onderhoudsvoorziening bedraagt in 2015 € 162.000 voor de sportgebouwen en € 60.000 voor het Dommelbad.
Onderwijsgebouwen Per 1 januari 2015 wordt het onderhoud van de schoolgebouwen opgenomen in de vergoeding die schoolbesturen voor basis-, speciaal basis- en expertise onderwijs van het Rijk ontvangen. Dit analoog aan de regeling die nu geldt voor het voortgezet onderwijs. Dit betekent dat de schoolbesturen geen beroep meer kunnen doen op de gemeente om een financiële bijdrage voor groot onderhoud buitenzijde. Dit geldt overigens niet voor de gymnastieklokalen. Ook blijft de onderhoudsplicht voor de gebouwen waarvan de gemeente het eigendom heeft (zoals brede school De Wilgenbroek) bij de gemeente Boxtel. Het handhaven van een onderhoudsvoorziening voor deze onderhoudsuitgaven blijft vooralsnog noodzakelijk; dit inclusief een jaarlijkse storting in de voorziening. Ten tijde van het opstellen van de conceptbegroting was het bedrag niet bekend, maar op basis van kengetallen is vooralsnog uitgegaan van 25% van de huidige reservering, ofwel € 48.250 per jaar. Vanaf januari 2015 zal de nieuwe regelgeving verwerkt zijn in de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Boxtel. Dan zal ook het exacte jaarlijks aan de voorziening toe te voegen bedrag bekend zijn.
98
Programmabegroting 2015
D. Financiering Het belangrijkste wettelijke kader op dit terrein is de Wet financiering decentrale overheden. Verder is de gemeenteraad van september 2014 een nieuwe Financiële verordening 2014 aangeboden. Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet geeft het maximale bedrag aan dat met vlottende middelen mag worden gefinancierd; de kasgeldlimiet bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal, derhalve 8,5% x € 87.973.000 = € 7.478.000. We begroten per 1 januari 2015 resp. 31 december 2015 een financieringstekort dat we kort financieren van € 7.394.000 resp. € 7.214.000. Gelet op de stand van de korte rente proberen we maximaal kort te financieren. We zullen monitoren dat we binnen de kasgeldlimiet blijven. Rente Elke gemeente loopt een financieel risico wanneer de rente onverwacht stijgt. Door te zorgen voor voldoende spreiding in de rentetypische looptijden van de leningenportefeuille kunnen de effecten van een renteverandering worden afgevlakt. Een en ander wordt tot uitdrukking gebracht door het begrote renterisico (het te herfinancieren bedrag bij renteaanpassing na 10 jaar vermeerderd met de aflossingen) af te zetten tegen de renterisiconorm. De renterisiconorm voor 2015 bedraagt 20% van het begrotingstotaal derhalve 20% x € 87.973.000 = € 17.595.000 De uitkomsten voor 2015, 2016, 2017 en 2018 zijn als volgt: Renterisiconorm Renterisico
2015
2016
2017
2018
€ 17.594.000
€ 17.155.000
€ 17.618.000
€ 15.589.000
€ 3.623.000
€ 10.648.000
€ 9.603.000
€ 7.740.000
Bij berekening van de stand van de aflossingen is geen rekening gehouden met 1 op 1 aan de woonstichtingen doorverstrekte leningen, wel is rekening gehouden met het nog opnemen van nieuwe langlopende geldleningen in de loop van 2014 voor een bedrag van € 11 miljoen. Begroot is dat in 2015 nog € 8,2 miljoen aan langlopende leningen moet worden opgenomen. Staat van kapitaallasten Deze is opgenomen in bijlage 4. De in 2015 te betalen rentelasten van opgenomen langlopende en kortlopende leningen bedragen € 2.418.000. De begrote rentebaten bestaan uit € 762.000 rente van het grondbedrijf en € 10.000 renteopbrengst van (korte) uitzettingen. Het eigen vermogen van de gemeente Boxtel (algemene reserve en bestemmingsreserves), alsmede de voorzieningen worden ingezet als financieringsbron, derhalve wordt over de stand per 1-1-2015 van alle reserves en voorzieningen ad € 48.809.000 een rentelast gecalculeerd van 3,5%, zijnde de omslagrente. Deze bespaarde rente van € 1.708.000 komt als inkomst weer binnen op de gewone dienst van de gemeente Boxtel (programma 12, product 990, functie 913). De afschrijvingslasten komen in 2015 uit op een bedrag van € 8.136.000, terwijl het bedrag van de aflossingen excl. doorverstrekte leningen uitkomt op een bedrag van € 3.988.000.
Programmabegroting 2015
99
Schatkistbankieren Vanaf eind 2013 moeten decentrale overheden voortaan meedoen aan het zogenaamde schatkistbankieren. Overtollige liquide middelen moeten boven een bepaalde grens verplicht kort worden uitgezet bij het Rijk. De drempel is 0,75% van het begrotingstotaal met een minimum van € 250.000 en een maximum van € 2,5 miljoen. Indien in 2015 het saldo op de rekening-courant van de gemeente Boxtel op een dag meer bedraagt dan € 660.000 dient het meerdere aan het eind van de dag overgeboekt te worden naar de rekening-courant bij de schatkist. Aan het eind van elke dag moet de stand van de betaalrekeningen van Boxtel bekeken worden en afhankelijk van die stand moet er overgeboekt worden naar of van de rekening-courant van de schatkist. Dit laatste kan natuurlijk alleen indien er nog saldo beschikbaar is op de rekening-courant bij het Rijk. Schuldpositie De ruimte voor het aangaan van schulden wordt bepaald door de inkomsten Bij hogere inkomsten kan een gemeente hogere rentelasten van schulden opvangen. De netto schuld als aandeel van de inkomsten bedroeg eind 2013 € 41.132.000/€ 67.627.000= 61%. Uitgeleend geld en voorraden bouwgrond kunnen hierop in mindering gebracht worden, hoewel er natuurlijk ook risico’s aan verbonden zijn in die zin dat de andere partij de lening niet kan terugbetalen of dat voorraden bouwgrond niet op tijd kunnen worden verkocht. De uitleenquote van Boxtel aan het eind van 2013 bedroeg € 18.162.000/€ 67.627.000= 27%. De voorraadquote van Boxtel aan het eind van 2013 bedroeg € 10.956.000/€ 67.627.000= 16%. Rentevisie Op dit moment, medio 2014, is de korte rente nog steeds beduidend lager dan de rente voor aan te trekken lange geldleningen. De junicijfers van De Nederlandsche Bank tonen dat dit naar verwachting de eerstkomende jaren zo zal blijven. Verwacht wordt een redelijk stabiele renteontwikkeling die na verloop van enige tijd een lichte stijging te zien kan geven.
100
Programmabegroting 2015
E. Bedrijfsvoering Algemeen De bedrijfsvoering betreft de sturing en beheersing van zowel alle primaire als alle ondersteunende processen binnen een organisatie. Bedrijfsvoering betreft aansturing van de organisatie en behelst alle bedrijfsmatige activiteiten De belangrijkste processen hierbij zijn: Organisatie, Personeel, Financieel Beheer, I&A, Communicatie, Facilitaire Zaken, Huisvesting en Tractiemiddelen. Per onderdeel wordt een specificatie gegeven van de belangrijkste ontwikkelingen. Het traject Boxtel Opmaat raakt alle onderdelen van de bedrijfsvoering is daarom apart opgenomen.
Boxtel Opmaat Bedrijfsvoering bestaat uit een aantal facetten welke hieronder per facet van aandacht zullen worden voorzien. Vrijwel al die facetten van de bedrijfsvoering zijn van essentieel belang bij het uitvoeren van ‘Boxtel Opmaat’ (Het Nieuwe Werken). Dit is het project dat gestart is om de kwaliteit van de dienstverlening, de integraliteit van het werken en de kostenbeheersing te verbeteren, onder andere ook door de arbeidsorganisatie te moderniseren. Hieronder wordt separaat nader op dat project ingegaan. In dat licht is het dan ook logisch dat bij vrijwel alle hieronder volgende facetten ‘Het Nieuwe Werken’ een belangrijke plaats inneemt. Bij dit project komen een aantal thema’s en probleemvelden samen: • De steeds hogere en indringender eisen welke door onze burgers, de instellingen, maar ook de medeoverheden aan de kwaliteit en integraliteit van onze dienstverlening worden gesteld. • De groei van (de intensiteit van) het gemeentelijke takenpakket, vaak zonder dat daarbij door het Rijk voldoende compensatie wordt geboden voor de kostenstijgingen welke het gevolg daarvan zijn. • Daarenboven nog de noodzaak bij het Rijk om drastisch te bezuinigen, ook op de bestaande geldstromen richting gemeenten. Ontwikkelingen Boxtel Opmaat geeft oplossingen door een complex aan onderdelen zoveel als mogelijk synchroon aan te pakken vanuit één centrale gedachte: de verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening, de verbetering van de integraliteit van werken en de modernisering van de arbeidsorganisatie. In dat kader wordt gestuurd op de cultuur binnen de organisatie (personeel en organisatie), informatievoorziening en automatisering (inclusief de werkprocessen) en de huisvesting. In het voorjaar 2015 is de huisvesting HNW-proof. Vele werkprocessen zijn op dat moment gedigitaliseerd. Geleidelijk is ook de cultuur in de afgelopen jaren in de richting van HNW aangepast. Integrale aanpak De integrale aanpak is vanaf 2011 in gang gezet onder de koepel van het project ‘Boxtel Opmaat’.
Organisatie Er is gekozen voor een platte organisatie met een minimum aan leidinggevende niveaus. In dit model dragen de afdelingen met hun afdelingshoofden verantwoordelijkheid voor hun producten
Programmabegroting 2015
101
en dus ook voor alle facetten van hun bedrijfsvoering (integraal management). Er wordt gestuurd op de bundeling van krachten tussen de afdelingen. Bovendien is kenmerk van dit model dat de verantwoordelijkheid en zelfstandigheid zo diep mogelijk in de organisatie, dus bij de medewerkers wordt gelegd. Flexibiliteit De organisatie ontwikkelt zich verder met als belangrijkste doel de verbetering van de dienstverlening. Digitalisering is daarbij een belangrijk middel omdat zowel in de front- als in de backoffice versnelling en transparantie kan worden gerealiseerd. De verandering in werkwijzen vraagt ook van de medewerkers veel en deze hebben in dat opzicht steeds blijk gegeven van een grote flexibiliteit. Uiteraard wordt de fysieke dienstverlening daarbij niet uit het oog verloren. Structuur Vanaf 2012 wordt gewerkt met een smalle top met vier afdelingen. Daarmee zijn operationele bevoegdheden van afdelingshoofden dieper in de organisatie gelegd waardoor de functies op alle lagere niveaus aantrekkelijker zijn gemaakt. Door prioriteitstelling op de middeleninzet worden de competenties op het gewenste niveau gebracht (bijvoorbeeld in de sfeer van opleiding, vorming en training). Ook in 2015 speelt dit met de inzet van een breed aanbod van de Hema-academie.
Personeel De ambtelijke samenwerking met de gemeente Sint-Michielsgestel en Haaren is een belangrijk thema in 2014 en 2015. In het concept bedrijfsplan wordt beoogd dat het personeel van de drie gemeenten op 1 januari 2016 binnen een op te richten Gemeenschappelijke Regeling ten behoeve van de drie gemeenten gaat samenwerken. In 2015 worden stappen gezet op het gebied van de harmonisatie van de arbeidsvoorwaarden van deze 3 gemeenten. Hiervoor zal ook nadere afstemming nodig zijn met het georganiseerd overleg (GO) en de ondernemingsraden. Daarnaast zal een gezamenlijk functieboek en functiewaarderingssysteem gerealiseerd moeten worden. Naast de ambtelijke samenwerking wordt binnen gemeente Boxtel verder gewerkt aan de realisering van de personele taakstelling en de beoogde cultuurverandering door gerichte inzet van opleiding, vorming en training.
Financieel beheer Met behulp van Pepperflow zal de planning- en controlcyclus in 2015 weer een stuk efficiënter worden ingericht. Digitaal, compacter, toegankelijker en opgefleurd met foto’s en filmpjes zullen de begrotings- en jaarstukken voortaan worden toegezonden aan de gemeenteraad. Ook de burger zal hierdoor gemakkelijker zijn weg kunnen vinden in de financiële rapportages van de gemeente. De ingangsdatum van de beoogde ambtelijke samenwerking met de gemeenten Haaren en Sint-Michielsgestel is inmiddels een jaar opgeschoven van 2015 naar 2016. Het jaar 2015 zal vooral in het teken staan van voorbereidende werkzaamheden voor de ambtelijke fusie. Ook op het gebied van financieel beheer zullen zaken op elkaar afgestemd moeten worden, denk daarbij aan de financiële administraties, de verordeningen, richtlijnen en werkwijzen etc. Voorgesteld wordt om in het kader van de verordening ex 213a Gemeentewet in 2015 een onderzoek te doen naar de invoering van diftar. Hierbij kunnen vragen aan de orde komen zoals: Zijn burgers afval beter gaan scheiden sinds de in invoering van diftar in 2014? Zijn de aannames voor de begroting uitgekomen? Bedoeling is het onderzoek in eigen beheer uit te voeren.
102
Programmabegroting 2015
Informatisering en Automatisering De samenleving verandert in hoog tempo en de manier waarop burgers met de gemeente communiceren verandert mee. De digitale communicatie neemt een vlucht ten koste van de papieren post. De samenleving heeft zich ontwikkeld van een e-samenleving waarin de nadruk lag op technologie naar een i-samenleving waarin de nadruk ligt op informatie. In de informatiesamenleving vraagt een andere invulling van ons informatiebeveiligings- en privacy beleid. Ook de ontwikkeling van de wet- en regelgeving rondom privacybescherming krijgt momenteel via Europese Verordening en aanvullende wetgeving verder vorm. Het Diginotar incident, Lektober en recente Ddos aanvallen herinneren ons aan het belang van een betrouwbare, transparante digitale dienstverlening. Door middel van de verdere implementatie van de Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten zal hier vorm aan gegeven worden. De doorontwikkeling van de digitale dienstverlening aan burgers en bedrijven dient op effectieve en efficiënte wijze plaats te vinden, waarbij de klant (burgers en bedrijven) centraal staan. Hierbij moet aandacht blijven voor klanten die minder digi-vaardig zijn of die bijvoorbeeld vanuit privacy oogpunt terughoudend zijn ten opzichte van het digitale kanaal. In 2014 is door het Rijk de laatste NUP-bouwsteen opgeleverd. De gemeente Boxtel heeft bij de implementatie van het NUP haar eigen keuzen gemaakt (het zogenaamde GUP). In de komende jaren wordt de digitale dienstverlening aan burgers en bedrijven verder vorm gegeven, waarbij de gemeente ook weer haar eigen prioriteiten stelt. De visiebrief overheid digitaal 2017 geeft een verdere ontwikkeling aan de digitale dienstverlening. De digitale informatieverstrekking aan burgers en bedrijven wordt hiermee verder ontwikkeld. De klant kan alle aanvragen digitaal aan de overheid versturen en kan alle berichten digitaal van de overheid ontvangen. Om dit mogelijk te maken, wordt de Algemene wet bestuursrecht hierop aangepast. Het gebruik van de basisregistraties en overige NUP bouwstenen dient verder geoptimaliseerd te worden. Op het terrein van automatisering zal in 2015 het proactieve beheer verder vorm krijgen. Hiervoor worden monitoring, help- en servicedesk verder geïmplementeerd en het gebruik geoptimaliseerd. Bij dit alles is het noodzaak af te stemmen met onze potentiele samenwerkingspartners SintMichielsgestel en Haaren.
Communicatie Het communicatiebeleid van de gemeente bestaat al enkele jaren uit drie uitgangspunten. Per uitgangspunt volgen hier de accenten voor 2015: • Dialoog Op basis van de evaluatie van het eerste jaar met nieuwe kaders voor burgerparticipatie, bekijken we in 2015 met het publiek en de gemeenteraad welke instrumenten er ontbreken voor succesvolle burgerparticipatie. Een burgerpanel wordt hierbij in ieder geval overwogen. In nauwe samenwerking met de ambtelijke werkgroep dienstverlening bouwen we de inzet van sociaal media rond onze dienstverlening en communicatie nog verder uit. • Buitenwereld naar binnen halen Met de verdere professionalisering van onze webcare, is de monitoring van social en digitale media in 2014 doorontwikkeld. Dit biedt meer mogelijkheden om bestuur en organisatie te voorzien van een compleet en actueel beeld wat onze gemeenschap bezig houdt. Dit wordt in 2015 geïmplementeerd.
Programmabegroting 2015
103
•
Zijn waar het publiek is De communicatiemix van de gemeente bevat een breed scala aan offline en online middelen. De website vormt hierin in het basismedium. In 2015 wordt onderzocht of de website kan worden omgebouwd naar een zogenaamde toptaken website. De website wordt hierdoor compacter, overzichtelijker en veel meer afgestemd op het publiek. Het beheer van de website wordt daarnaast vereenvoudigd. Elk communicatiemiddel gebruiken we zoals het publiek wil: social media voor het volgen van de gemeente en actueel nieuws, de website voor dienstverlening, communicatiemiddelen zoals nieuwsbrieven en informatiebijeenkomsten voor nieuws gericht op specifieke doelgroepen.
Dwars door deze uitgangspunten loopt de voortgaande samenwerking met Haaren en SintMichielsgestel. 2015 zal in het teken staan van het zoveel mogelijk harmoniseren van de communicatiemiddelen van de drie organisaties.
Facilitaire Zaken Het gemeentehuis zal medio 2015 grotendeels verbouwd zijn. De logistieke gevolgen van de verbouwing en de administratieve benodigdheden rondom de werkplekken zijn zo goed als mogelijk ingeschat. Hoe goed ook, in de praktijk zullen straks behoeften blijken waarin niet voorzien is en waaraan adequaat gevolg gegeven zal moeten worden om de innovaties volledig tot hun recht te laten komen. Door het treffen van energiebesparende maatregelen bij de verbouwing zal minder energie afgenomen worden. Het monitoren van de energieafname en de hernieuwde afstemming van de schoonmaakactiviteiten zullen zo direct na de verbouwing aandacht vragen. Het werkcafé zal gedurende de werkweek intensiever gebruikt gaan worden en Arbovoorzieningen zullen meer generiek ingezet worden i.v.m. de hoge mate van flexibiliteit van de werkplekken. De beveiliging zal met name in de publiekshal en in en rond de spreekkamers aandacht vragen en de beplanting wordt op de nieuw ingerichte ruimten afgestemd.
Huisvesting De gemeentelijke organisatie maakt gebruik van 3 gebouwen: het gemeentehuis, de gemeentewerf / milieustraat en het Ursulacomplex. Vanuit Boxtel Opmaat is de huisvesting van het ambtelijk apparaat onderzocht. De huisvesting van ons ambtelijk en bestuurlijk apparaat is één van de elementen die integraal werken positief kunnen beïnvloeden. Vanuit huisvesting zijn er drie aspecten / middelen, die in dat kader van belang zijn: de huisvesting van het gehele apparaat op zich, de flexibele (telefonische) communicatie en het fenomeen thuiswerken. Voor het Ursulacomplex is afgesproken dat intern bezien wordt hoe de al aanwezige flexplekken daadwerkelijk als flexplek gebruikt zullen gaan worden. Na de oplevering van de verbouw van het gemeentehuis zal de tweede etage op twee kamers na volledig leeg staan. Er wordt gekeken naar mogelijkheden om ook dit deel van het gebouw zinvol in te zetten. Verhuur is één van de opties.
104
Programmabegroting 2015
Tractiemiddelen Voor de uitvoering van haar taken is de afdeling Openbare Ruimte mede afhankelijk van de ter beschikking staande tractiemiddelen. Hierbij is een spanningsveld voelbaar tussen de beschikbare financiële middelen en de gestelde eisen aan de benodigde tractiemiddelen. Degelijkheid, betrouwbaarheid en betaalbaarheid zijn de sleutelwoorden in deze. Aan dit rijtje dienen ook de ARBO eisen toegevoegd te worden. De tractiemiddelen zijn voor een (groot) deel van de werkdag de werkplek van de medewerkers van de buitendienst. Bij de uitvoering van de werkzaamheden buiten neemt de ARBO een belangrijke plaats in. Bij de aanschaf van tractiemiddelen en aanverwante hulpmiddelen neemt de noodzaak tot de aanschaf van hulpmiddelen als een kraan voor het verplaatsen van zware pompen en dergelijke toe. Deels worden dergelijke hulpmiddelen aangeschaft behorende bij een tractiemiddel en deels vindt de aanschaf plaats ten laste van budgetten van de gemeentewerf. De keuze is afhankelijk van de plaats waar het hulpmiddel wordt gebruikt. Bij de aanschaf van tractiemiddelen en eventuele noodzakelijke hulpmiddelen wordt ook nadrukkelijk gelet op duurzaamheid. Zo wordt, indien mogelijk, steeds de meest moderne techniek in schone motoren aangeschaft. Bij de aanschaf/vervanging van tractiemiddelen wordt rekening gehouden met de gebruiksdoeleinden.
Programmabegroting 2015
105
F. Verbonden partijen Algemeen Deze paragraaf gaat in op de inhoudelijke aspecten en financiële effecten van de samenwerkingsverbanden waarin de gemeente via deelnemingen en participaties bestuurlijke invloed op uitoefent. In de regio Noordoost Brabant wordt de zogenaamde adoptieregeling toegepast: twee gemeenten bereiden een advies voor en de overige gemeenten volgen dit advies. In Boxtel leiden we de beleidsvoornemens van gemeenschappelijke regelingen via de begroting door naar de raad. In deze paragraaf worden alle verbonden partijen opgenomen die vallen onder de definitie verbonden partijen van de BBV (Besluit Begroting en Verantwoording; www.commissiebbv.nl). Per gemeenschappelijke regeling worden de volgende onderdelen nader beschreven: • Doelstelling • Activiteiten • Omvang van de financiële betrokkenheid • De visie van de gemeente per verbonden partij in relatie met de programmagroepen • En de beleidsvoornemens van de verbonden partijen zelf. De belangrijkste verbonden partijen zijn: • Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) • Stadsgewest • WSD • GGD Hart voor Brabant • Ambulancedienst • Veiligheidsregio Brabant Noord • Bank Nederlands Gemeenten • Brabant Water.
Omgevingsdienst Brabant Noord De omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) is een Gemeenschappelijke Regeling. De Gemeenschappelijke Regeling is op 1 april 2013 opgericht. De Organisatie is operationeel en gaat in opdracht van de provincie en de 19 deelnemende gemeenten milieutaken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving uitvoeren (VTH-Milieutaken). De ODBN heeft zichzelf ten doel gesteld om deze taken professioneel, doelmatig en volgens landelijk vastgestelde kwaliteitscriteria en vanuit een dienstverlenend oogpunt te vervullen. In de basis wordt de ODBN opgericht om beter en efficiënter samen te gaan werken op VTH-vlak. De ODBN heeft een eerste begroting opgesteld voor 2014. Deze was gebaseerd op aannames die sterk afweken van de werkelijkheid. Dit heeft geleid tot verhoging van het gemeentelijk budget. Dit is in de begroting verwerkt via de eerste bestuursrapportage 2014. De begroting 2015 is nu meer gebaseerd op de beperkte ervaringscijfers die de ODBN nu beschikbaar heeft. Dit wil niet zeggen dat de exploitatie van de ODBN zonder risico voor de gemeente is. Het is noodzaak om deze exploitatie nauwlettend te volgen.
Stadsgewest Op 29 april 1965 besloot de gemeenteraad om deel te nemen aan de gemeenschappelijke regeling ‘Regeling Stadsgewest 's-Hertogenbosch’. Doelstelling was een harmonische ontwikkeling van de samenwerkende gemeenten krachtig te bevorderen door een hechte bestuurlijke samenwerking. In 1997 werd besloten om samenwerking in stadsgewestverband te
106
Programmabegroting 2015
beëindigen. Het stadsgewest werd voortvarend afgebouwd in de loop van 1998. Al snel bleek dat niet alle stadsgewestelijke taken direct konden worden afgestoten. Het stadsgewest blijft nog steeds verantwoordelijk voor het voormalig personeel (uittreding /wachtgeldregelingen; einddatum is 31-12-2014) en de zorg over de afvalberging ‘De Vlagheide’. In 2013 is een project gestart om stortplaats te voorzien van een definitieve afdeklaag. Met de provincie wordt overleg gevoerd over een overdracht van de stortplaats per 1 januari 2017. Een stadsgewestelijke begroting blijft daardoor noodzakelijk en financiële risico's blijven bestaan, totdat het (wettelijk) mogelijk is om de gezamenlijke taakuitvoering te beëindigen. Met betrekking tot De Vlagheide deelt Boxtel ± 11% in de risico’s welke volgens bestaande inzichten alleen nog maar bestaat uit een verschil in doelvermogen van ± € 2 miljoen. De gemeente Boxtel zou dus mogelijk aangesproken kunnen worden voor ± € 220.000 (11% van ± € 2 miljoen).
WSD De WSD is een gemeenschappelijke regeling om de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) uit te voeren. De activiteiten van de WSD zijn er op gericht om uitvoering te geven aan de in de wet neergelegde zorgplicht op het gebeid van aanbieden van aangepast werk voor mensen die vanwege een handicap geen kans hebben op de reguliere arbeidsmarkt. De WSD bestaat 11 deelnemende gemeenten. De kern blijft de uitvoering van de Wsw met aanvullende dienstverlening in de domeinen van de Wmo en WWB. Daarbij is mensontwikkeling een belangrijke doelstelling. Vanaf 1-1-2015 gaat de Wsw op in de nieuwe Participatiewet die dan van kracht is. Toch zijn er verschillen met de huidige Wsw. Belangrijkste aspecten/verschillen met betrekking tot de Wsw onder de participatiewet zijn: • Geen nieuwe instroom meer in de Wsw vanaf 1-1-2015; • Rechten en plichten van de huidige Wsw-populatie blijven bestaan; • Er komt een nieuwe vorm van beschut werk vanaf 1-1-2015. In het participatiebudget voor 2015 wordt aangegeven welke middelen er zijn voor de Wsw-ers, die een op 1-1-2015 een Wsw-dienstverband hebben en hoeveel middelen bedoeld zijn voor de nieuwe vorm van Beschut Werk. Deze Rijksmiddelen sluizen we door naar de WSD, zoals al enkele jaren het geval is. Verder levert Boxtel een bijdrage in de bestuurs- en indicatiekosten. WSD probeert ieder jaar een positief bedrijfsresultaat te behalen, waardoor er geen extra gemeentelijke middelen nodig zijn. WSD slaagt daar nog steeds in ondanks de economische crisis. Het weerstandsvermogen wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld en is afhankelijk van welke risico factoren er zijn en de omvang van deze risicofactoren. Met de komst van de Participatiewet worden de risico’s groter omdat het zittende bestand Wsw-ers in een sterfhuisconstructie is gekomen (geen nieuwe instroom meer). Het positieve bedrijfsresultaat wordt toegevoegd aan het weerstandsvermogen. Om de risico’s te beperken heeft WSD de aangesloten gemeenten gevraagd welke taken gemeenten uit de participatie door WSD willen laten uitvoeren, het zogenaamde transitiearrangement. Vanwege de gemeenteraadsverkiezingen is besloten om een transitiemanagement op te stellen voor de korte termijn (2015 – 2016). Dat heeft het vorige college nog gedaan. Het nieuwe college van iedere gemeente heeft dan de tijd om voor de langere termijn (na 2016) een standpunt in te nemen.
Programmabegroting 2015
107
Daarnaast is de WSD ook afhankelijk van opdrachten vanuit gemeenten voor uitvoering van werken en leveren van diensten en van inkoop door gemeenten van re-integratieproducten bij WSD die gefinancierd worden vanuit het Participatiebudget.
GGD Hart voor Brabant De GGD Hart voor Brabant is een gemeenschappelijke regeling waaraan 28 gemeenten uit de regio’s Midden-Brabant (Tilburg), ’s-Hertogenbosch en Brabant Noordoost (Oss) deelnemen. De GGD voert namens de betrokken gemeenten de Wet collectieve preventie volksgezondheid uit. Een en ander in relatie tot het leveren van een bijdrage aan de openbare gezondheidszorg. De begroting 2015 van de GGD kent een omvang van bijna 50 miljoen. Hiervan komt ruim € 30 miljoen uit gemeentelijke bijdragen. De financiële bijdrage van de gemeente Boxtel voor 2015 is door de GGD Hart voor Brabant begroot op € 910.376. Voor het grootste deel wordt dit bedrag bepaald door een bijdrage per inwoner van € 14,75.
Ambulancedienst Gemeenten zijn in het kader van de Wet Ambulancevervoer verantwoordelijk voor het instellen van een centrale post voor het ambulancevervoer (CPA). De doelstelling voor de RAV is verlenen van ambulancevervoer in de regio. De gemeenschappelijke regeling heeft de vervoersbehoefte in kaart gebracht en gezorgd dat er centrale posten werden gebouwd. De gemeente Boxtel heeft een ambulancepost. De activiteiten van de RAV bestaan uit: het instellen en in stand houden van een ambulancevoorziening t.b.v. het werkgebied; in stand houden van een meldkamer; het vaststellen en uitvoeren van een Regionaal Ambulance Plan en een bijdrage leveren aan de GHOR t.b.v. de Veiligheidsregio. De financiële betrokkenheid: het tarief voor 2014 maar ook voor de komende jaren is nul eurocent. De Visie en de beleidsarme begroting blijven ongewijzigd, ook voor de komende jaren.
Veiligheidsregio Brabant Noord De Veiligheidsregio bestaat uit 21 deelnemende gemeenten die elk een gemeentelijke bijdrage gebaseerd op de oude begroting van de brandweer van 2011 ingebracht hebben. De gemeente Boxtel is vertegenwoordigd in de Financiële commissie van de Regio en het algemeen bestuur. De doelstelling van de veiligheidsregio is het afstemmen van de rampenbestrijding, crisisbeheersing en alarmeringen en verbindingen tussen hulpverleningsdiensten. Op basis van deze regeling gaan de politie, brandweer, geneeskundige hulpverlening en ambulancezorg binnen het grondgebied van de Politieregio Brabant-Noord op genoemde terreinen afstemmen. De gemeenschappelijke regeling is gebaseerd op verlengd bestuur en heeft een behoorlijke invloed op de waarborging van de regionale veiligheid. Het gemeentelijke beleid komt in de gemeenschappelijke regeling tot uitdrukking. De activiteiten van de Veiligheidsregio betreffen onder andere creëren regiobeleid, training brandweerlieden, organiseren regionale rampenoefeningen etc. Het beleid van de veiligheidsregio is gebaseerd op de richtlijnen en circulaires van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Daarnaast maakt de beroepsgroep ook richtlijnen inzake hun vakgebied. Het Gemeenschappelijke Meldcentrum (GMC) is een onderdeel van de Veiligheidsregio en de deelnemende partijen zijn de gemeenten, Politie en de GGD. De doelstellingen van het GMC zijn: de meldactiviteiten van de partijen te bundelen om organisatorische en financiële voordelen te behalen. Landelijk wordt er gewerkt aan een aantal landelijke meldkamers. De financiële betrokkenheid van de gemeente ziet er als volgt uit: de gemeentelijke bijdrage voor 2015 is € 1,3 miljoen netto. De BTW van de Regio kan vanaf 2014 niet meer verlegd
108
Programmabegroting 2015
worden naar de deelnemende gemeenten en via de BDUR (Besluit doeluitkering bestrijding van rampen en zware ongevallen) wordt door de Veiligheidsregio een vervangend bedrag uitgekeerd van minimaal € 100.000. De Veiligheidsregio heeft een traject gestart in 2014 om een bezuiniging door te voeren, waarbij het de vraag is of de kwaliteit nog op het gewenste niveau kan worden gehandhaafd. In 2013 heeft Boxtel een gemeentelijke bijdrage betaald van € 1,42 miljoen. De BDUR vergoeding was € 109.480; de ‘winstuitkering’ was € 43.990. De gemeentelijke bijdrage kwam in 2013 uit op netto € 1,266 miljoen t.o.v. van de raming van € 1,307 miljoen. De visie van de gemeente: samenwerking met andere gemeente op het gebied van Openbare Orde en Veiligheid in de vorm van de gemeenschappelijke Regeling. De minimale uitvoering is gebaseerd op de wettelijke voorschriften. De beleidsvoornemens van de Veiligheidsregio hebben hoofdzakelijk betrekking op de regionale brandweer en de ontwikkeling van het Meldcentrum.
Bank Nederlandse Gemeenten De NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG), onze huisbankier, is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak. Onze gemeente bezit 53.385 aandelen (à € 2,50) en heeft daarmee, naast een financieel belang, zeggenschap via het stemrecht op de aandelen. De BNG Bank heeft over 2013 een nettowinst behaald van € 283 miljoen, een afname van € 49 miljoen ten opzichte van 2012. De aanhoudend hoge marktaandelen bevestigen het belang van de rol van BNG Bank. Van de totale langlopende solvabiliteitsvrije kredietvraag vanuit decentrale overheden, woningcorporaties en zorginstellingen werd ongeveer 70% door de bank ingevuld. De vraag vanuit de klantengroepen komt hoofdzakelijk voort uit de behoefte aan herfinanciering. De investeringsactiviteit van klanten was in 2013 relatief beperkt. In het verslagjaar heeft Standard & Poor’s de rating van de Nederlandse staat met één trede verlaagd van AAA naar AA+, met een stabiele verwachting. Als direct gevolg hiervan is ook de rating van BNG Bank door Standard & Poor’s op dezelfde wijze bijgesteld. De hoogst mogelijke ratings van Moody’s (AAA) en Fitch (AAA) zijn behouden gebleven. BNG Bank wordt door beleggers onverminderd als één van de veiligste banken ter wereld beschouwd. Aan aandeelhouders is een dividenduitkering gedaan van een kwart van de nettowinst, dat is € 1,27 per aandeel (vorig jaar € 1,49). De BNG doet geen uitspraak over de verwachte nettowinst voor 2014.
Brabant Water De gemeente Boxtel bezit 27.694 aandelen van de NV Brabant Water (à € 0,10). Besloten is het weerstandsvermogen te versterken. De solvabiliteit aan het eind van 2013 bedroeg 52,4%. Wat betreft het beleid met betrekking tot de tarieven van te leveren water geldt dat sprake mag zijn van een gematigde tariefstijging maar dat de inspanningsverplichting bestaat om bij de drie laagste tarieven van Nederland te horen. Voor 2015 worden de tarieven wederom niet verhoogd, niet voor de prijs per m3 en ook niet voor het vastrecht en dat geldt voor zowel de huishoudelijk als de zakelijke markt. Ten aanzien van de belastingcomponent worden eventueel van overheidswege aangebrachte mutaties wel in het tarief wel doorberekend. Met ingang van 2014 heeft de Rijksoverheid de belasting op leidingwater fors verhoogd. Net als over 2011 en 2012 is over 2013 een positief resultaat behaald van € 39 miljoen. Dit resultaat is toegevoegd aan de algemene reserve, er is geen sprake van een dividenduitkering aan gemeenten.
Programmabegroting 2015
109
G. Grondbeleid Het Grondbeleid is een belangrijk instrument om doelstellingen uit het beleidsprogramma 20142018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ te realiseren. Op basis van artikel 16 van het BBV, bevat de paragraaf over het grondbeleid tenminste: • een visie op het grondbeleid in relatie tot de realisatie van de doelstellingen van de programma’s die zijn opgenomen in de begroting; • een aanduiding van de wijze waarop de gemeente het grondbeleid uitvoert; • een actuele prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie; • een onderbouwing van de geraamde winstneming; • de beleidsuitgangspunten omtrent de reserves voor grondzaken in relatie tot de risico’s van de grondzaken.
Visie Het grondbeleid is een middel om het ruimtelijke beleid te kunnen voeren en kan tevens worden gebruikt voor regulering van het volkshuisvestingsbeleid. Grondbeleid is beleid dat gericht is op het realiseren van de gewenste verandering in het grondgebruik en het handhaven van het bestaande grondgebruik vanuit de (overwegend ruimtelijke) beleidsdoelstellingen van de gemeente. Grondbeleid is zodoende een middel om andere beleidsdoelen van de gemeente te realiseren op het gebied van woningbouw, diverse voorzieningen, economie, natuur en recreatie. Binnen het grondbeleid is de grondexploitatie het proces van productie en prijsvorming van bouwrijpe en woonrijpe grond en het ervoor zorg dragen dat deze grond op het juiste tijdstip op de markt komt. Grondexploitatie is voornamelijk de financieel economische kant van grondbeleid. Het is een langdurig proces met vaak grote financiële risico’s.
Nota Grondbeleid In de nota is aangegeven dat de exploitaties jaarlijks worden herzien. Begin 2014 zijn de exploitaties doorgelicht en geactualiseerd. Uitgangspunten zijn: • vanuit een beleidsvisie wordt een aantal specifieke doelen bepaald die men gaat bereiken met het grondbeleid; • de gemeente Boxtel zet in op een passief grondbeleid; • actiever omgaan met strategische verwervingen; • marktconforme prijzen worden gehanteerd bij uitgifte gronden. Door de nog steeds heersende crisis op de woningmarkt is de rol van de gemeente gewijzigd in een passief beleid waarin de gemeente meer een faciliterende rol heeft. Ontwikkelingen worden aan de markt overgelaten. De gemeente heeft nu een meer faciliterende rol. Daarmee worden de risico’s voor de gemeente beperkt. Er wordt een nieuwe nota Grondbeleid opgesteld. Exploitatieopzetten In de structuurvisie worden de beleidsvoorwaarden vastgelegd op welke wijze plannen inhoud krijgen. De grondexploitatie wordt door de raad vastgesteld, waarbij de daadwerkelijke uitvoering is gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders. Het college legt verantwoording af in de jaarrekening. In de bestuursrapportages wordt aandacht besteed aan gewijzigde omstandigheden.
110
Programmabegroting 2015
Financiële sturing grondbedrijf De laatste jaren heeft de grondexploitatie het moeilijk vanwege aanhoudende slechte economische omstandigheden. De economische ontwikkelingen hebben er toe bijgedragen dat ontwikkelingen zijn vertraagd. Voor een aantal projecten zijn verliesvoorzieningen getroffen, wat zijn weerslag heeft op de reserve Grondexploitatie. Om de financiële risico’s in het grondbedrijf te beperken is het van het grootste belang dat er voortgang geboekt wordt in de projecten. De meeste kosten in de exploitaties zijn gemaakt en juiste de baten uit verkoop lopen vertraging. In eerste instantie dienen de projecten de juiste bestemming te krijgen om vervolgens verkocht te kunnen worden aan particulieren, bedrijven en projectontwikkelaars. Bij grondverkoop door het grondbedrijf neemt de omvang van de financiële risico’s af. De focus van het grondbedrijf zit dus op het bestemmen van de plangebieden en het verkopen van de gronden.
Resultaten tot en met juli 2014 Woningbouwlocaties In Goede Aarde • De sanering van de UW-locatie in Goede Aarde is afgerond; • Er is een akkoord bereikt inzake de ontwikkeling van 20 duurzame sociale huurwoningen in het deelgebied Zonnegolven II; • De verkoop van kavels aan particulieren is gestart, naar verwachting leidt dit in de tweede helft van 2014 tot de eerste verkoopresultaten; • De onderhandelingen m.b.t. de ontwikkeling en realisatie van de laatste 18 woningen in Zonnegolven zijn weer opgestart; • Er is een schikking getroffen met een projectontwikkelaar inzake het deelproject Hoeve. Panta-Rhei • Het bestemmingsplan ten behoeve van het project Panta-Rhei is onherroepelijk geworden; • De verkoop verloopt voorspoedig zodat mogelijk nog in 2014 zal begonnen worden met de bouw van 30 woningen. Vicaris van Alphenlaan • In februari 2014 is er overeenstemming bereikt met de projectontwikkelaar; • Het bestemmingsplan ten behoeve van het project Vicaris van Alphenlaan is eind juni 2014 vastgesteld door de raad. Er zijn geen zienswijzen binnengekomen; • Het plan is vanaf eind april in de verkoop; de eerste kavels zijn inmiddels verkocht. Heideweg In 2014 is er tot op heden één kavel verkocht. Er resteren nog drie kavels. Er is serieuze interesse getoond voor twee van de drie nog uit te geven percelen. Bedrijventerreinen Vorst • De voorbereidingen voor het bouwrijpmaken en het herprofileren van de weg Lennisheuvel zijn in volle gang; • De bouw van het 150/10 kV-station is gestart; • Er is overeenstemming met twee bedrijven op Vorst A inzake grondverkoop; koopovereenkomsten kunnen echter pas getekend worden na besluitvorming rondom de ontsluiting van Vorst A.
Programmabegroting 2015
111
Spoorzone Er is belangstelling tot koop getoond door een tweetal kandidaten. Gesprekken worden gevoerd. Actiepunten 2014 e.v. • Uitgifte van de eerste woningbouwkavels op de UW-locatie. • Overeenstemming bereiken inzake de ontwikkeling en realisatie van de laatste 18 woningen op Zonnegolven II. • Verkoop van nog één of meerdere percelen op Heideweg. • Bouwrijp maken Vorst A, Spoorzone, Panta-Rhei en Vicaris van Alphenlaan. • Uitgifte van de (eerste) kavels op Vorst A, Spoorzone, Vicaris van Alphenlaan en PantaRhei. • Voorbereiden en in procedure brengen van het bestemmingsplan Vorst B. • Strategie-/ positiebepaling ontwikkeling fase 4 Princenlant. • Kaders ontwikkeling Ronduutje bepalen. • Opstellen ‘Nota bovenwijkse voorzieningen’. • Opstellen ‘Nota grondbeleid’. • Onderzoek naar nieuwe bouwlocaties in de kern Boxtel.
Voortgang van de exploitaties Woningbouwlocaties In Goede Aarde In het plan In Goede Aarde is nog een aantal projecten en activiteiten gaande. Voor het deelproject Zonnegolven is een overeenkomst gesloten waardoor dit jaar nog met de realisatie van 20 duurzame sociale huurwoningen gestart kan worden. Er resteren dan nog 18 te realiseren woningen, onderhandelingen zijn gaande. Het deelgebied UW-locatie is in het voorjaar 2014 volledig gesaneerd en bouwrijp gemaakt, de uitgifte van de kavels is gestart. Voor de herinrichting van Het Klaverblad dient nog grond verworven te worden omdat zonder deze grond de weg met het ontworpen profiel niet is te realiseren. Panta-Rhei In 2013 is een overeenkomst gesloten met de projectontwikkelaar. Het bestemmingsplan is in inmiddels onherroepelijk en de voorbereidende werkzaamheden voor het plan zijn in volle gang. Er wordt gekoerst naar een grondoverdracht en start bouw in 2014. De verkoop van de kavels verloopt voorspoedig. Vicaris van Alphenlaan Voor de locatie Vicaris van Alphenlaan is eind 2013 gestart met de voorbereiding van het project en het bestemmingsplan. Begin 2014 is een kooprealisatie overeenkomst gesloten met de projectontwikkelaar. Het bestemmingsplan is eind juni 2014 vastgesteld door de gemeenteraad. De projectontwikkelaar is gestart met de verkoop van de kavels. Er wordt gestuurd op een start bouw eind 2014. Heideweg In het plan Heideweg is nog een drietal kavels beschikbaar. Een recente taxatie van de kavels toont aan dat de prijsstelling niet onrealistisch is, er is interesse in een tweetal kavels.
112
Programmabegroting 2015
Princenlant Fase 3 is in 2012 gereed gekomen. De voortgang in de volgende fasen van het project is gestagneerd. De projectontwikkelaar heeft geen concreet voornemen om tot ontwikkeling van fase 4 te komen. De gemeente heeft een samenwerkingsovereenkomst (2003) met de projectontwikkelaar die niet in deze situatie voorziet. Nog dit jaar zal een oplossing gezocht moeten worden zodat er weer perspectief is op ontwikkeling. Met betrekking tot de ontwikkeling van fase 5 wordt rekening gehouden dat BS De Hobbendonken nog een aantal jaren op de huidige locatie gehuisvest zal blijven. Witte School Het project is per 31-12-2013 afgesloten. De resterende werkzaamheden in het openbare gebied worden in 2014 voorbereid en uitgevoerd. De benodigde budgetten hiervoor zijn gereserveerd. Ronduutje Eind 2013 is gestart met een onderzoek naar de ruimtelijke en financiële haalbaarheid van het complex. In 2014 zal geadviseerd worden over het opstarten van ontwikkelingen op de locatie. De tijdelijke ingebruikgeving van het pand leidt tot kosten die ten laste komen van de reserve Grondexploitatie c.q. de algemene middelen. Bedrijventerreinen Vorst Het bestemmingsplan voor deelplan Vorst A is in werking getreden. Dit maakt de uitgifte van kavels op Vorst A mogelijk. De realisatie van het kV-station is inmiddels gestart en de uitgifte van de overige kavels is ter hand genomen. Voordat de uitgifte kan plaats vinden zal er een besluit genomen moeten worden over het ontsluiten van Vorst A en de herprofilering van de weg Lennisheuvel. Vervolgens kan er bouwrijp gemaakt worden. De eerste bedrijven hebben zich inmiddels gemeld voor een kavel. Om Vorst A voor uitgifte op tijd gereed te hebben is in 2014 gestart met bouwrijp maken. Spoorzone Het bestemmingsplan voor Spoorzone is in werking getreden. De uitgifte van kavels kan plaats vinden. Ook voor deze locatie zijn er diverse kandidaat kopers. Dit heeft echter nog niet geleid tot grondverkopen. De financiering blijkt bij de kandidaat kopers vaak het struikelblok.
Verwachte resultaten De financiële resultaten van de grondexploitatieprojecten staan onverminderd onder druk vanwege de huidige economische omstandigheden. Daar waar risico’s optreden wordt getracht dit binnen de grondexploitatie op te vangen. Dit kan leiden tot een lagere ruimtelijk kwaliteit. Via de bestuursrapportage worden de ontwikkelingen voorgelegd.
Programmabegroting 2015
113
Ontwikkeling complexen grondbedrijf (bedragen x € 1.000) Complex
Boekwaarde per 31-122013*
Nog te maken kosten
Nog te realiseren opbrengst
Eind boekwaarde*
In het Genomen jaar verliesvoorziening
Bouwgronden in exploitatie In Goede Aarde
-3.473
2.443
3.484
-2.432
2017
Princenlant
-878
2.663
3.585
44
2019
Heideweg
317
386
572
503
2015
Bedrijventerrein Vorst
-9.398
10.185
14.765
-4.819
2020
4.456
Spoorzone Ladonk
-4.896
1.608
2.493
-4.011
2017
4.011
Vic.van Alphenlaan
-1.467
396
920
-943
2016
943
Tielen/Panta-Rhei
-1.298
968
1.494
-771
2016
772
Voorraden
2.392
-586
* - = nadelig; + = voordelig
De genomen verliesvoorziening per complex is gelijk aan het verwachte eindresultaat op basis van netto contante waarde per 1 januari 2014. Bij de huidige inzichten genereren 5 grondexploitaties een verlies van € 10.722.150 teruggerekend naar 1 januari 2014 en 2 complexen (Heideweg en Princenlant) een winst van € 547.000 eveneens teruggerekend naar 1 januari 2014. De boekwaarde van de complexen bedroeg per 1-1-2014 ruim - € 21 miljoen. De exploitatiekosten en -opbrengsten van de Voorraad gronden en hulpstoffen worden niet geactiveerd, zij komen jaarlijks ten laste van de reserve Grondexploitatie. Eind 2014 worden de grondexploitaties herzien.
Voorraad gronden en hulpstoffen De gemeente heeft naast de in exploitatie genomen gronden nog andere gronden in haar bezit. Deze gronden, de zogenaamde Voorraad Gronden en hulpstoffen, kennen vaak een bijzondere rol binnen de gemeentelijke grondexploitatie. De gronden kunnen op verschillende wijze worden ingezet: als ruilgronden, maar ook voor de ontwikkeling van nieuwe plannen. Zolang deze gronden in beheer zijn en er geen ontwikkeling op plaatsvindt zijn deze gronden zichtbaar op de balans en worden de jaarlijkse rente en beheerslasten (± € 53.000) ten laste van de reserve Grondexploitatie gebracht. Tevens zijn de Voorraad gronden en hulpstoffen van invloed op het weerstandsvermogen en zodoende van belang om de grondexploitatie weer ‘gezond’ te maken. Conform de nota grondbeleid gaan percelen die geen ontwikkelpotentie hebben en 5 jaar of langer in Voorraad gronden en hulpstoffen zitten uit de grondexploitatie. De overige gronden worden te zijner tijd ten laste gebracht van de verschillende plannen en worden ingebracht tegen de geldende marktwaarde. Eventuele verschillen worden verrekend met de reserve Grondexploitatie.
Risico’s versus kansen Risico’s Bij elke grondexploitatie worden de risico´s in het project geanalyseerd. Deze worden toegelicht in de rapportages over de grondexploitaties, bij bestuurlijke besluitvorming over de afzonderlijke projecten en op hoofdlijnen bij de bestuurlijke verantwoording in de begrotingscyclus (paragraaf grondbeleid). Tevens worden in de grondexploitaties de risico’s zoveel mogelijk gekwantificeerd. Het betreft de volgende risico’s: • verwervingsrisico’s • realisatierisico’s • afzetrisico’s.
114
Programmabegroting 2015
Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen beïnvloedbare en niet beïnvloedbare risico’s. Beïnvloedbare risico’s betreffen onder andere de gestelde locatie-eisen, bijdragen van derden en subsidies. Deze risico’s zijn te beïnvloeden door het nemen van organisatorische en planmatige maatregelen alsook het tijdig vinden van alternatieve financieringsbronnen. Niet beïnvloedbare risico’s betreffen risico’s tijdens de planuitvoering. De verwervingsrisico’s in het grondbedrijf zijn beperkt vanwege het feit dat in de huidige projecten geen verwervingen van derden benodigd zijn. In de lopende exploitaties zijn de volgende risico’s aan de orde: Realisatierisico’s Door het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan Panta-Rhei en de tot nu toe voorspoedige procedure rondom het bestemmingsplan Vicaris van Alphenlaan zijn de realisatierisico’s iets kleiner geworden. De volgende twee bestemmingswijzigingen die vanaf dit moment voorbereid worden zijn Vorst B en Zonnegolven II zuid. Inzake Vorst B is in augustus 2014 gestart met de voorbereidingen om conform planning in 2015 te kunnen starten met de uitgifte. Aanpassing van het bestemmingsplan Zonnegolven II zuid wordt opgepakt zodra er overeenstemming is met de projectontwikkelaar. Vertraging in deze procedures leidt tot vertragingen in de uitgifte en daarmee tot hogere rentelasten en plankosten. Voorspoedige besluitvorming inzake de ontsluiting van Vorst A moet gaan zorgen dat de uitgifte verder vlot kan verlopen. Ook met betrekking tot Vorst B zal een keuze gemaakt moeten inzake de ontsluitingsoplossing. In het project In Goede Aarde speelt met name nog de mogelijkheid van archeologische vondsten. In Princenlant verloopt de samenwerking met de projectontwikkelaar niet optimaal. Afzetrisico’s Voor alle exploitaties is inzichtelijk welke maatregelen nog getroffen moeten worden om gronden uit te geven. Dit is doorvertaald in de lopende exploitaties en betekent als alles volgens plan verloopt er tussen 2014 en 2017 hogere opbrengsten uit grondverkopen te verwachten zijn. Door middel van taxaties wordt gezorgd dat de te verkopen kavels marktconform aangeboden worden. Desalniettemin blijft het risico bestaan dat de uitgifte langzamer verloopt dan gepland. Dit resulteert dan in hogere rentekosten en planontwikkelingskosten. Hier ligt een uitdaging, actief de markt op en zorgen dat gronden afgezet worden, daar waar nodig in samenwerking met de ontwikkelaar. Kansen Daar waar mogelijk zal in de lopende projecten bespaard worden op de kosten, dit zal vooralsnog gebeuren binnen de gestelde kaders met betrekking tot kwaliteit en programma. In uitzonderlijke gevallen kan er bespaard worden op de kosten door het aanpassen van de kaders met betrekking tot kwaliteit en ruimte. Met betrekking tot het toekomstige project Ronduutje liggen nog niet alle kaders vast, hierdoor kan de locatie met een goede winstpotentie gerealiseerd worden.
Reserve Grondexploitatie De reserve Grondexploitatie dient als buffer voor de risico’s in de grondexploitatie. Door de economische crisis en een verslechterende woningmarkt is de verkoop van gronden in alle complexen ernstig vertraagd. Door vertraging lopen de kosten op en is het in 2013 noodzakelijk gebleken dat de verliesvoorzieningen in totaliteit moesten worden verhoogd. Deze voorzieningen hebben het geringe saldo van de reserve Grondexploitaties dusdanig gedrukt dat
Programmabegroting 2015
115
er sprake is van een negatief saldo. Het is verplicht om dit negatieve saldo aan te vullen. De reserve is derhalve uitgeput. Ook voor de komende jaren is de druk op deze reserve groot. Voor verdere informatie wordt verwezen naar Programma 10. Overzicht reserve Grondexploitatie (bedragen x € 1.000) Omschrijving 2014 stand reserve 1-1 onttrekkingen: verliesvoorzieningen kosten voorraad gronden en hulpstoffen bijdrage bevordering industrievestiging toevoegingen:
2015
2016
2017
2018
0
0
0
0
0
419
436
423
402
172
53 42
53
53
53
53
12
476
455
225
477 0
0
0
0
aanvulling Omslag Grote Werken
107
aanvulling algemene middelen verkoop Koevoortseweg
307 100
batig resultaat Heideweg stand reserve 31-12
0
De verliesvoorzieningen grondexploitaties bedragen per 31 december 2013 € 10,7miljoen. In het overzicht hierna wordt de voorziening per exploitatie weergegeven. Ontwikkeling verliesvoorzieningen (bedragen x € 1.000) Omschrijving 2014
2015
2016
2017
2018
voorziening tekort In Goede Aarde voorziening tekort Vorst
2.153 3.809
2.229 3.961
2.309 4.120
4.284
4.456
voorziening tekort Vic. van Alphenlaan voorziening tekort Spoorzone
872 3.566
907 3.709
3.857
742
772
11.142
11.578
4.284
4.456
voorziening tekort Panta-Rhei saldo voorzieningen 31-12
10.286
Bij afsluiting van een complex valt de voorziening vrij ter afboeking van de negatieve boekwaarde. Op basis van de huidige inzichten worden alle exploitaties binnen deze beleidsperiode afgesloten behoudens die van Vorst die nog doorloopt tot 2020.
116
Programmabegroting 2015
Financiële Begroting Programmabegroting 2015
117
1. Analyse bestaand beleid Financiële ruimte bestaand beleid Hieronder worden de mutaties in de meerjarenramingen toegelicht; een minteken staat voor hogere lasten c.q. minder inkomsten en een plusteken voor minder lasten c.q. hogere inkomsten.
Autonome ontwikkelingen op basis van financieel-technische uitgangspunten 2015-2018 Vertrekpunt bij de opstelling van de begroting 2015-2018 is de financiële situatie zoals vastgesteld bij de meerjarenbegroting 2014, jaarschijf 2015. Vervolgens zijn deze ramingen herzien voor de financieel-technische uitgangspunten voor de opstelling van de begroting 2015-2018 zoals deze geaccordeerd zijn door de commissie Bestuurlijke zaken van 12 februari 2014 (percentages loon- en prijsstijging en inflatiecorrectie, vaststelling inwoneraantallen en te bouwen woningen, rentepercentages en aantallen uitkeringsgerechtigden) en toegepast in het dekkingsplan 2015-2018 zoals dat is besproken in de raad van 8 juli 2014. a. Loonkosten Vanaf 2015 is1% cao-loonstijging per jaar begroot en 0,6% structurele doorwerking van promoties en periodieken. De begrote formatie inclusief het college van Burgemeester en Wethouders en griffie bedraagt per 1 januari 2015 219,05 fte. De personele taakstelling voor het jaar 2015 is volledig inverdiend. Onderstaand een overzicht van de ontwikkeling van de personele lasten: Salarislasten x € 1.000 volgens Jaarverslag 2012/2013
2012
2013
14.660
14.112
volgens Begroting 2015
2014
2015
2016
2017
2018
14.190
13.896
14.081
14.225
14.444
b. Prijscompensatie Bij de Begroting 2014 is besloten om in het kader van bezuinigingen tot en met 2017 geen prijscompensatie toe te kennen. Vanaf 2018 wordt een prijsstijging geraamd van 2,0% per jaar. Voor de gesubsidieerde instellingen geldt hetzelfde. Zij krijgen tot en met 2017 geen compensatie voor prijsstijgingen. Vanaf 2015 wordt de loonstijging van de gesubsidieerde instellingen begroot op 1,6% per jaar, idem als voor de gemeente. c. Kapitaal- en rentelasten De mutaties in de kapitaallasten voor 2014 en volgende jaren zijn opnieuw berekend. De meerjarige kapitaallasten zijn berekend aan de hand van de begrote netto investeringen 20142018. x € 1.000 totaal investeringen
2014
2015
2016
2017
2018
13.448
8.474
1.863
200
200
Voor de begroting 2015-2018 wordt aan alle investeringen (met uitzondering van de verbouw van het gemeentehuis van 1998 die partieel is gefinancierd) een omslagrente toegerekend van 3,5%.
118
Programmabegroting 2015
Er mag geen rente worden bijgeschreven op voorzieningen. Ook op de algemene reserve wordt geen rente bijgeschreven. Reserves die worden aangehouden voor dekking van kapitaallasten kennen een rentebijschrijving gelijk aan de omslagrente (3,5% vanaf 2015), de overige bestemmingsreserves kennen geen rentebijschrijving. De rente voor aan te trekken lange leningen vanaf 2014 wordt begroot op 3%. Die van aan te trekken kort geld op 2%. Voor de financiering van de investeringen van het grondbedrijf wordt door de algemene dienst kapitaal verstrekt. De kapitaalverstrekking van het grondbedrijf ontwikkelt zich als volgt. x € 1.000 Boekwaarde complexen grondbedrijf per 31 december
2014
2015
2016
2017
2018
21.770
21.227
17.446
9.880
7.459
d. Opbrengst OZB De inflatiecorrectie vanaf 2015 bedraagt 1,33%. In de Begroting 2014 is besloten tot en met 2017 de OZB met 2x de inflatiecorrectie te verhogen omdat tot die tijd de afvalstoffenheffing en rioolheffing niet trendmatig worden verhoogd. In ruil voor het op de 0 houden van deze 2 heffingen stijgt de OZB dus met 2 x 1,33% = 2,66% per jaar tot en met 2017 en met 1,33% in 2018. Conform de begrotingsrichtlijnen en in lijn met de provinciale prognoses is er ook een andere verdeling over de jaren van de aantallen op te leveren woningen in vergelijking met de vorige begroting. Jaar 2013 2014 2015 2016 2017 2018 Begroting 2014 51 44 35 90 51 Begroting 2015 67 47 58 116 45 49 e. Inkomensvoorzieningen uitkeringsgerechtigden In deze Begroting is uitgegaan van een gelijkblijvend aantal uitkeringsgerechtigden van 400 per jaar. f. Tekort vorige begroting/burap De doorwerking van de meerjarenbegroting na alle wijzigingen start voor 2018 met een tekort van € 320.000. Dit komt vooral door de korting Gemeentefonds in verband met opschaling gemeenten.
Overige aanpassing bestaand beleid g. Gemeentefondsuitkering (meicirculaire 2014) Met ingang van 2015 komt er binnen het Gemeentefonds een nieuwe uitkering bij, de uitkering deelfonds sociaal domein. Voor Boxtel is dat vooralsnog bijna € 23 miljoen(€ 4,5 miljoen Wmo, € 8,3 miljoen Jeugdzorg en € 10 miljoen Participatie). Dit betekent een verhoging van de Gemeentefondsuitkering van € 26 miljoen naar € 49 miljoen. Omdat bij Participatie de specifieke uitkeringen Wsw en WWB-werkdeel verdwijnen, stijgt de omvang van de Boxtelse begroting niet met € 23 miljoen maar met ongeveer € 13 miljoen van circa € 76 miljoen naar € 89 miljoen. De middelen van het deelfonds sociaal domein mogen uitsluitend worden besteed aan de taken die in de Wmo 2015 en de Jeugdwet aan gemeenten zijn toegekend en aan de taak voor gemeenten om participatievoorzieningen aan te bieden. De bestedingsrichting binnen het sociaal domein is vrij. Gemeenten leggen verantwoording over de besteding van de middelen af aan de gemeenteraad, niet aan het Rijk. Via passende informatieverstrekking stellen zij het Rijk in staat de toets op de bestedingsvoorwaarde uit te voeren en het beleid te monitoren.
Programmabegroting 2015
119
Het gemeentelijk aandeel voor de Wmo 2015 (Boxtel € 4,5 miljoen teruglopend naar € 4,2 miljoen vanaf 2018) en jeugd in 2015 (Boxtel € 8,3 miljoen teruglopend naar € 7,8 miljoen vanaf 2018) is op basis van de historische situatie bepaald. Voor participatie wordt vanaf het begin van het deelfonds begonnen met een objectief verdeelmodel (Boxtel € € 9,2 miljoen teruglopend naar € 8,3 miljoen vanaf 2018). Gemeenten krijgen de mogelijkheid om binnen de bestedingsvoorwaarde middelen te reserveren om schommelingen in de (zorg)vraag te kunnen opvangen. De meicirculaire geeft voor Boxtel voor alle jaren 2015 tot en met 2018 een positief accres te zien. Daarnaast heeft een herverdeling van het Gemeentefonds plaatsgevonden (o.a. vanwege de ingebruikname van de Basisregistraties Adressen en Gebouwen) en dit heeft voor Boxtel een nadelig effect van circa € 60.000 per jaar. Ook de daling van het aantal inwoners in Boxtel in 2013 (-116) leidt jaarlijks tot ongeveer € 60.000 minder inkomsten uit het Gemeentefonds. In de meicirculaire is een ander verdeling van de korting onderwijshuisvesting doorgevoerd (nl via de uitkeringsfactor i.p.v. via het aantal leerlingen) waardoor de korting voor Boxtel structureel circa € 112.000 lager uitvalt en nog maar ongeveer € 398.000 bedraagt. De verminderde korting van ongeveer € 112.000 per jaar wordt in mindering gebracht op de stelpost Korting onderwijshuisvesting. De integratie-uitkering Wmo loopt voor Boxtel terug van € 2,9 miljoen in 2014 naar € 2,2, miljoen vanaf 2015. Deze uitkering heeft te maken met een korting op de huishoudelijke hulp. Met ingang van 2015 zijn gemeenten niet langer verantwoordelijk voor buitenonderhoud en aanpassingen van schoolgebouwen in het primair onderwijs en het speciaal onderwijs. De verantwoordelijkheid gaat over naar de schoolbesturen die daarvoor rechtstreeks financiële middelen ontvangen van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). In verband met de overgang van het onderhoud naar de schoolbesturen wordt de Gemeentefondsuitkering voor Boxtel structureel met ongeveer € 315.000 gekort. Daar staat tegenover dat de jaarlijkse storting in de onderhoudsvoorziening van circa € 200.000 kan vervallen. Voor onderstaande nieuwe taken wordt structureel extra geld in het Gemeentefonds ontvangen: • intensivering armoedebeleid, circa € 92.000 per jaar; • VTH-taken (Vergunning Toezicht en Handhaving), circa € 37.000 per jaar; • individuele studietoeslag voor bepaalde groepen studerenden, oplopend van € 6.000 in 2015 naar € 32.000 vanaf 2018; • uitvoeringskosten Participatiewet, oplopend van € 4.000 in 2015 naar € 27.000 vanaf 2018. Al met al is er sprake van een vanaf 2015 netto toenemende Gemeentefondsuitkering. x € 1.000 Netto effect Gemeentefondsuitkering
2015
2016
2017
2018
+22
+320
+103
+128
Overige aanpassing bestaand beleid Na verwerking van de punten a t/m g resulteren de volgende mutaties in de begrotingsruimte. Mutaties bestaand beleid x € 1.000
2015
2016
2017
-72
-64
+8
-42
0
0
0
+54
c. Kapitaal- en rentelasten
+93
+145
+210
-113
d. Opbrengst OZB
+31
+76
+125
+140
e. Inkomensvoorziening uitkeringsgerechtigden
0
0
0
0
f. Tekort eerdere begroting/burap
0
0
0
-320
g. Gemeentefondsuitkering
+22
+320
+103
+129
Mutatie begroting bestaand beleid
+74
+477
+446
-152
a. Loonkosten b. Prijscompensatie
- = nadelig, + = voordelig
120
Programmabegroting 2015
2018
2. Autonome ontwikkelingen en incidentele baten en lasten Autonome ontwikkelingen zijn gedefinieerd als ontwikkelingen waaraan geen beleidswijziging ten grondslag ligt dan wel ontwikkelingen die niet door de gemeente beïnvloed kunnen worden (bijv. open eind regelingen). Zoals in het dekkingsplan 2015-2018 is aangegeven zijn enkele budgettair neutrale aanpassingen doorgevoerd bij de WWB, Wsw en participatiebudget. Ook de door de raad goedgekeurde verhuur van De Kleine Aarde aan Triple E is in deze meerjarenbegroting opgenomen. Ter beoordeling van de financiële positie is tevens in dit hoofdstuk opgenomen het overzicht incidentele baten en lasten. Overzicht autonome ontwikkelingen (bedragen x € 1.000) Autonome ontwikkelingen Grondexploitatie ODBN - bezuiniging milieu
2015
2065
2017
2018
-11
-225
-182
-25
-108
-108
-108
-108
+13
+11
+13
+14
Opstellen bestemmingsplannen
-95
-50
-65
-65
Straatreiniging ten laste van rioolexploitatie
+50
+50
+50
+50
-100
-165
-80
+90
-15
-15
-15
-15
Systeembeheer Leges rijbewijzen Invoeringskosten decentralisaties AWBZ/jeugd Inspecties kinderopvang
-170 -35
Onttrekking reserve Sociaal domein (Werk en inkomen)
+42
Onttrekking reserve Monumentenbeleid
+76
Niet volledig inverdienen stelposten 2015
-308
Overig
-41
+1
+1
+1
Totaal
-702
-501
-386
-58
- = nadelig, + = voordelig
Grondexploitatie Na het afsluiten van het jaar 2013 zijn de in ontwikkeling zijnde complexen opnieuw doorgerekend voor de jaren 2014 tot en met 2018. De bijstellingen kunnen niet meer ten laste van de reserve grondexploitatie komen, want die is leeg. Dit betekent dat de grondexploitatie een beroep moet doen op de algemene middelen. Hogere lasten ODBN Bij de overdracht van 2,67 fte is uitgegaan van de sluitende begroting gegevens van de ODBN. Nu, na de start, blijkt dat de begroting van ODBN moet worden bijgesteld en dat er meer uren dienstverlening moeten worden afgenomen door de gemeenten. De geraamde bijdrage van Boxtel aan de ODBN moet worden verhoogd van € 179.000 naar € 287.000.
Programmabegroting 2015
121
Door binnen het milieubudget structureel een bedrag te bezuinigen op overige bijdragen kan een klein deel van deze tegenvaller worden gedekt. Bestemmingsplannen Vanaf 2015 is structureel € 40.000 extra nodig om alle bestemmingsplannen tijdig geactualiseerd te hebben. Verder zijn extra middelen nodig voor externe ondersteuning van bestemmingsplan Centrum, bestemmingsplan Vorst/ Boseind en studie Stedelijke herverkaveling Boxtel Oost, een update van de structuurvisie en een start van de herziening plan Buitengebied en ten slotte een harmonisering bestemmingsplannen van de gemeenten Sint-Michielsgestel, Boxtel, Haaren. Straatreiniging ten laste van rioolexploitatie Het is toegestaan de lasten van straatreiniging voor een deel ten laste te brengen van de kostendekkende rioolexploitatie. Immers door het vegen van straten raken de kolken minder snel verstopt. De rioolheffing hoeft hierdoor niet te stijgen. Systeembeheer Structureel wordt budget afgeraamd en voor de komende 4 jaren moet worden bijgeraamd. Hiermee wordt over de jaren een gelijkmatiger exploitatiebudget verkregen. Maximum prijs rijbewijs In de Begroting 2014 is de prijs van een rijbewijs nog begroot op € 52,50. Eind 2013 is de legesverordening echter aangepast op de maximale prijs van € 38. Een rijbewijs wordt daarmee voor de burger zo’n 28% goedkoper. De netto legesopbrengst van de gemeenten (ontvangen leges minus af te dragen Rijksleges) zal vanaf 2015 naar verwachting zo’n € 15.000 minder zijn. Invoeringskosten decentralisaties AWBZ en jeugd naar 2015 De voor 2014 ter beschikking gestelde middelen voor de invoering van de decentralisaties AWBZ en jeugd worden doorgeschoven naar 2015. Dit geeft een voordeel in 2014 maar een nadeel in 2015. Kinderopvang Het in de begroting 2014 opgenomen bedrag moet in 2014 en 2015 met € 34.560 worden opgehoogd voor inspectie van de locaties kinderopvang. Op grond van een nog op te stellen notitie zal worden bekeken in hoeverre structurele bijstelling van dit budget noodzakelijk is. Onttrekking reserve Sociaal domein (Werk en inkomen) In 2015 moet eenmalig een beroep worden gedaan op deze reserve voor € 42.000. Onttrekking reserve Monumentenbeleid De reserve kan worden verminderd met een bedrag van € 76.000. Niet volledig inverdienen stelposten in 2015 Het betreft de stelpost Subsidies en Korting onderwijshuisvesting. Deze stelposten zijn opgevoerd in de Begroting 2014. Zie ook volgend hoofdstuk. Overig Onder deze post zijn enkele structurele aanpassingen opgenomen kleiner dan € 10.000, o.a. meeropbrengst verhuur gebouwen (+€ 9.000) en verlenging project Samen sterk in het buitengebied (-€ 8.000) en enkele incidentele aanpassingen.
122
Programmabegroting 2015
Overzicht incidentele baten en lasten Om te beoordelen of de begroting structureel en reëel in evenwicht is, schrijft het BBV voor dat in de begroting een overzicht opgenomen wordt van incidentele baten en lasten per programma. Over het algemeen gaat het hierbij om baten en lasten die geen structureel karakter kennen en dus eindigen voor het einde van de meerjarenbegroting. Het laatste jaar van de meerjarenbegroting (2018) kent geen incidentele baten en lasten en daarmee kan worden geconcludeerd dat de begroting structureel in evenwicht is. Overzicht incidentele baten en lasten (bedragen x € 1.000) programma betreft 1 1 2 3 3 3 3 3 3 4 4 4 4 4 7 7 7 8 8 8 8 9 9 10 10 10 10 10 11 12 12 12
2014
2015
voormalig personeel -36 -5 intergemeentelijke samenwerking -135 -600 uitkering Veiligheidsregio 30 wijkbeheer -463 basisregistratie grootschalige topografie -90 Boxtel Bicycle -50 bijdrage regio Noord-Oost Brabant -91 -91 kapitaallasten civieltechnische werken -1.394 -2.038 dekking uit reserves 1.394 2.038 toerisme en recreatie -45 citymanagement -5 economische zaken -36 -35 herstructurering Ladonk 550 economisch aanvalsplan -250 -500 onderhoud kinderboerderij -86 dekking uit reserve onderhoud gebouwen 86 Circo Circolo -30 jeugdzorg -72 -72 transitie jeugdzorg 85 -85 transitie AWBZ 85 -85 Wmo budget 500 projectleider Groene Campus -100 -98 Boxtel energieneutraal 2040 -150 -130 bestemmingsplannen -90 bijdrage plattelandsvernieuwing -30 -30 uitvoering anterieure overeenkomsten -100 verkoop onroerend goed 618 250 aanvulling algemene middelen grondexploitatie -307 -11 gemeentelijke monumenten -35 vrijval 4 reserves en 1 voorziening 618 76 niet realiseren stelposten -308 vrijval kapitaallasten 140 TOTAAL
401 -1.614
2016
2017
2018
-600
-91
-25 -250
-30
-30 -40 250 -476
-30
-455
140
140
-1.122
-375
-225
-225
- = incidentele lasten; + = incidentele baten
Programmabegroting 2015
123
3.Taakstellingen Bij vorige begrotingen en ook in het dekkingsplan 2015-2018 zijn stelposten of extra inkomsten opgenomen die in de komende tijd nog nader geconcretiseerd moeten worden. Onderstaand een overzicht van de betreffende begrotingsposten. In de begroting 2015-2018 opgenomen stelposten en te concretiseren inkomsten (bedragen x € 1.000) Structureel
2015
2016
2017
2018
140
140
140
17
59
56
Korting onderwijshuisvesting
281
283
285
Heroverweging subsidies
160
310
304
Stelposten: Vrijval kapitaallasten Personele lasten
Intergemeentelijke samenwerking
300
300
300
140
898
1.092
945
20
20
20
20
Verkoop onroerend goed
250
250
Totaal te concretiseren inkomsten
270
270
20
20
Totaal nog niet ingevulde stelposten Te concretiseren inkomsten: Vergunningen commerciëler
- = nadelig, + = voordelig
Vrijval kapitaallasten Deze stelpost voor de komende 3 jaren wordt altijd in de begroting opgenomen. Stelpost is tot op heden altijd ingevuld kunnen worden omdat de begrote investeringen vertraging opliepen. Personele lasten Van de in eerdere begrotingen opgenomen personele bezuinigingen oplopend tot een bedrag van € 1.425.000 vanaf 2017 is grotendeels gerealiseerd. Voor het jaar 2015 is de taakstelling inmiddels ook gerealiseerd en voor de jaren daarna resteert nog een beperkte taakstelling. Indien per 1 januari 2016 Boxtel een ambtelijke samenwerking aangaat met Haaren en SintMichielsgestel zal het inverdienen van de personele taakstellingen vanaf dan een taak worden van de gemeenschappelijke regeling. Korting onderwijshuisvesting Vanwege het toepassen van een andere verdeelsleutel is de korting teruggelopen van structureel € 510.000 naar € 398.000. Vervolgens zijn hierop in mindering gebracht de vrijvallende kapitaallasten vanwege het niet bouwen van de school MIGA. In de komende tijd zal bekeken worden welke bezuinigingen op het onderwijsveld nog kunnen worden doorgevoerd om de nog openstaande taakstelling van structureel € 285.000 te kunnen inverdienen.
124
Programmabegroting 2015
Heroverweging subsidies Een bedrag van structureel bijna € 300.000 is reeds concreet gemaakt in het dekkingsplan, te weten: (bedragen x € 1.000) - combinatiefuncties - sportevenementen - museumbeleid - kunstzinnige vorming MiK - peuterspeelzaalwerk - minderhedenbeleid - ContourdeTwern - bibliotheek
2015 24 7 30 15 31 9 100 75
2016 24 7 30 15 31 9 100 75
2017 24 7 30 15 31 9 100 75
2018 24 7 31 15 32 9 102 77
Voor de invulling van de nog resterende taakstelling wordt een traject opgestart om samen met de maatschappelijke instellingen en (sport)organisaties de heroverweging van de subsidies vorm te geven. Er dient zoveel mogelijk een beroep gedaan te worden op zelfstandigheid en eigen bijdragen en op sociale cohesie. Intergemeentelijke samenwerking De ambtelijke samenwerking van Boxtel met Haaren en Sint-Michielsgestel is gepland om van start te gaan met ingang van 1 januari 2016. In een eerste versie van het conceptbedrijfsplan zijn winstuitkeringen aan de gemeenten opgenomen. Het is de bedoeling dat het definitieve bedrijfsplan wordt vastgesteld door de 3 gemeenteraden rond de jaarwisseling 2014/2015. Vergunningen commerciëler In het kader van de ombuigingen opgenomen in de Begroting 2011 was een extra inkomst begroot van structureel € 70.000. Deze bleek moeilijk realiseerbaar en is later teruggebracht naar € 20.000. Er zijn nog geen concrete invullingen voor deze te realiseren inkomst voorhanden. Verkoop onroerend goed De in de begroting 2013 opgenomen taakstelling om € 850.000 boekwinst te realiseren uit verkoop van onroerend goed is inmiddels gerealiseerd, met name door de verkoop bij inschrijving van percelen landbouwgrond en de verkoop van het pand Markt 35. Binnenkort wordt bezien welk onroerend goed in aanmerking komt om op korte termijn te worden afgestoten.
Programmabegroting 2015
125
4. Nieuw beleid Omdat er weinig ruimte is voor nieuw beleid blijven de voorstellen beperkt. Naast de nieuwe taken waarvoor geld beschikbaar wordt gesteld via het Gemeentefonds en de structurele doorwerking van de in burap 1-2014 opgenomen budgettair neutrale projecten biomassa en energiecoöperaties, betreft het onderstaande voorstellen. Voorstellen nieuw beleid verwerkt in de begroting 2015-2018 (bedragen x € 1.000) Voorstellen nieuw beleid
2015
2016
2017
2018
-15
-15
-15
-15
-500
-250
-25
-25
-600
-600 -15
-15
Structureel Intensivering Beleef Boxtel Incidenteel Uitvoering economisch aanvalsplan De Groene Poort Samenwerking 3 Meierijgemeenten Varend Theater op de Dommel
-10
Totaal
-1.150
-890
- = nadelig, + = voordelig
Intensivering Beleef Boxtel In het coalitieprogramma is dit als actiepunt benoemd. Om hier uitvoering aan te geven zijn financiële middelen nodig. Uitvoering economisch aanvalsplan Het economisch aanvalsplan zoals dat is aangekondigd in de gemeenteraad van mei 2014 wordt gefaseerd uitgevoerd in 2014 t/m 2016. Samen met het bedrijfsleven zal het plan worden opgesteld. Het zal een ruime toepassing kennen en gericht zijn op zowel het Centrum als de bedrijventerreinen. Binnen het economisch aanvalsplan (totaal beschikbaar € 1 miljoen) kan het DPO worden geactualiseerd (€ 25.000 eenmalig) en een (regionaal) sociaal economisch plan met sociale paragraaf worden opgesteld (eenmalig € 60.000), alsmede kunnen hieruit in deze beleidsperiode de subsidies Centrum- en Parkmanagement worden verstrekt. De Groene Poort 2015-2016 Het betreft de voortzetting functie informatiepoort voor Het Groene Woud. Samenwerking 3 Meierijgemeenten Bedoeling is in de periode 2014-2016 een voorziening beschikbaar te hebben voor o.a. voorbereidings- en frictiekosten; aandeel van Boxtel daarin € 1.320.000. Varend Theater op de Dommel 2015 In 2013 was dit evenement een succes en we willen hieraan in 2015 graag weer een bijdrage leveren.
126
Programmabegroting 2015
5. Sluitend maken van de meerjarenbegroting 20152018 Resumerend geeft de begrotingsruimte onderstaande ontwikkeling te zien, met daarbij aangegeven het totale financiële beslag van de autonome ontwikkelingen, de ombuigingen en het nieuwe beleid. Er is sprake van een structureel sluitende meerjarenbegroting. Begrotingsruimte (bedragen x € 1.000) Begrotingssaldo bestaand beleid inclusief Gemeentefonds Autonome ontwikkelingen
2015
2016
2017
2018
+74
+477
+446
-152
-702
-501
-386
-58
-628
-24
+60
-210
Totaal nieuw beleid
-1.150
-890
-15
-15
Saldo begroting na nieuw beleid
-1.778
-914
+45
-225
Correctie saldo incidentele baten en lasten (zie tabel bij autonome ontwikkelingen)
+1.614
+1.122
+375
+225
-164
208
420
0
2015
2016
2017
2018
-1.778
-914
+45
-226
+250
+250 +300
+300
345
74
-345
-74
0
0
Saldo na autonome ontwikkelingen
Begrotingssaldo structureel - = begrotingstekort, + = begrotingsoverschot
Uit bovenstaande opstelling blijkt dat de begroting structureel in evenwicht is. Het saldo begroting na nieuw beleid wordt als volgt gedekt: Begrotingsruimte (bedragen x € 1.000) Saldo begroting na nieuw beleid Verkoop onroerend goed Stelpost winstuitkering GR 3 Meierijgemeenten
+300
Van algemene reserve Eindsaldo begroting
+1.528
+364
0
0
0
0
Naar algemene reserve Eindsaldo
De eerste bestuursrapportage 2014 sloot met een overschot van € 1.466.000 dat is toegevoegd aan de algemene reserve. De stand van de algemene reserve blijft daardoor op niveau hetgeen blijkt uit onderstaande opstelling. Stand Algemene reserve (bedragen x € 1.000) Stand algemene reserve per 1 januari
2014
2015
2016
2017
2018
2019
6.901
9.031
7.632
6.972
7.405
7.478
Programmabegroting 2015
127
6. Investeringen In dit hoofdstuk wordt inzicht verschaft in de investeringen voor het jaar 2015, inclusief de vervangingsinvesteringen. Hieronder worden de totaal begrote investeringen voor 2015 t/m 2018 weergegeven met daarbij het gevoteerde krediet voor het genoemde investeringswerk. Met het vaststellen van de programmabegroting worden ook de in de begroting opgenomen investeringen geautoriseerd. Economisch en maatschappelijk nut De investeringen kunnen krachtens het Besluit Begroting en Verantwoording worden onderscheiden in investeringen met een economisch nut en investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. • Investeringen met een economisch nut worden gedefinieerd als investeringen die bijdragen aan de mogelijkheid middelen te verwerven en/of die verhandelbaar zijn. Deze investeringen met een meerjarig nut moeten bruto worden geactiveerd (reserves mogen niet in mindering gebracht worden; bijdragen van derden wel). • Investeringen met een meerjarig maatschappelijk nut brengen vaak veel onderhoud met zich mee, terwijl ze meestal niet worden vervangen. Er is geen markt voor waar deze activa kunnen worden verhandeld. Deze investeringen worden bij voorkeur niet geactiveerd. Het mag wel en de reserves of voorzieningen mogen in dat geval ook in mindering gebracht worden. Overzicht investeringen (bedragen x € 1.000) Investeringen Krediet
eerder
2014
2015
2016
2017
2018
50
70
100
130
100
1.863
200
200
1.863
200
200
Investeringen met economisch nut: diverse investeringen automatisering
2.952
1.686
749
255
gemeentehuis incl. kantine en meubilair
3.074
92
2.073
909
tractie en machines
1.251
284
647
15
75
nieuwbouw Michaëlschool
3.355
16
500
1.287
1.553
sportcomplex ODC
3.640
1.621
1.019
1.000
578
393
10.856
7.138
vervangen vuilniswagens diverse investeringen rioolbeheer
185 3.602
Totaal economisch nut
295 3.761
Investeringen met maatschappelijk nut: 301
61
190
reconstructie Baandervrouwenlaan
1.450
88
1.162
200
herstraten Markt
1.340
145
1.195
parkeer- en fietsvoorzieningen en Boxtel Bicycle
1.571
408
843
verbindingsweg Ladonk-Kapelweg
2.700
500
2.200
veiligheid op straat
320
50
Totaal maatschappelijk nut
4.488
Totaal
8.249
128
Programmabegroting 2015
Bij het begroten van de investeringen is nadrukkelijk aandacht besteed aan de fasering. De realisatie van alle investeringen in 2013 is uitgekomen op € 5.267.000. Voor het lopende jaar 2014 zijn in totaal investeringsuitgaven begroot (na wijziging) voor een bedrag van € 13.448.000. Investeringen waarvan nu begroot is dat ze in 2014 worden afgerond zijn niet in bovenstaande tabel opgenomen. Waarschijnlijk zal in het verder verloop van 2014 nog een deel van de begrote investeringen 2014 worden overgeheveld naar 2015 of later, omdat dan zal blijken dat uitvoering in 2014 toch niet helemaal haalbaar is. Aanpassing investeringen Vanwege teruglopende leerlingaantallen wordt afgezien van de bouw van een nieuwe school in Munsel/in Goede Aarde. Het hiervoor gevoteerde investeringskrediet is geschrapt. Het krediet voor de reconstructie Baandervrouwenlaan is met € 500.000 naar beneden bijgesteld omdat het goedkoper kan worden uitgevoerd.
Programmabegroting 2015
129
7. Reserves en voorzieningen Er is een nieuwe Nota reserves en voorzieningen vervaardigd. Deze nota is de beleidslijn voor de komende bestuursperiode op dit gebied. De belangrijkste mutaties in afzonderlijke reserves en voorzieningen zijn toegelicht bij de diverse programma’s. In bijlage 2 is nog een totaaloverzicht opgenomen.
Voorzieningen Het totaal van de voorzieningen per 1-1-2015 bedraagt € 23.185.000 waarvan € 11.786.000 in mindering is gebracht op de activa. Het begrote saldo aan het einde van 2015 is € 23.004.000. Toevoegingen aan voorzieningen zijn onder het betreffende programma opgenomen als een last. De begrote onttrekkingen aan voorzieningen zijn geen last en lopen derhalve niet via de exploitatie maar worden rechtstreeks ten laste van de voorziening verantwoord.
Bestemmingsreserves De bestemmingsreserves belopen bij aanvang van 2015 een bedrag van € 16.593.000. Het begrote saldo aan het einde van 2015 is € 12.306.000. Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves lopen via de resultaatbestemming en worden per programma zichtbaar gemaakt. Hiervoor wordt verwezen naar het volgende hoofdstuk. Verder is bij de programma’s een meerjarig cijfermatig overzicht van daarbij horende reserves en voorzieningen opgenomen. a. Reserves om ongewenste schommelingen op te vangen in de tarieven die aan derden in rekening worden gebracht, maar die niet specifiek besteed hoeven worden (per 1-12015 € 2.870.000) De raad heeft per reserve een maximumstand aan het eind van een meerjarenperiode bepaald van 20% van de geldende omzet. • Door het op de nullijn houden van de tarieven tot en met 2017 en de teruggave van een bedrag per huishouden in 2015 loopt de reserve Egalisatie reinigingstarieven terug tot € 667.000 per einde 2018 en dat is beperkt meer dan 20% van de jaaromzet. Er dient evenwel ook nog rekening gehouden te worden met een mogelijke naheffing van Attero; • Door het op de nullijn houden van de tarieven tot en met 2017 loopt de reserve Egalisatie rioolheffing terug tot € 330.000 per einde 2018 en dat is minder dan 20% van de jaaromzet. b. Reserves die worden aangehouden voor de dekking van kapitaallasten van activa die in het bezit zijn van de gemeente (per 1-1-2015 € 11.020.000) Op deze reserves wordt een rente van 3,5% bijgeschreven (= gelijk aan het renteomslagpercentage voor geactiveerde kapitaaluitgaven). • De reserve Afdekking kapitaallasten voor afgeronde investeringen loopt terug van € 7.563.000 per 1-1-2015 naar € 6.452.000 per 31-12-2018. • Voor nog te plegen investeringen in de infrastructuur is per 1-1-2015 voor af te dekken kapitaallasten een reserve beschikbaar van € 3.457.000. c. Overige bestemmingsreserves (per 1-1-2015 € 2.703.000) In het kader van de bezuinigingen van 2011 is besloten op deze reserves geen rente meer bij te schrijven.
130
Programmabegroting 2015
Algemene reserve De begrote stand van de algemene reserve neemt in 2014 toe van € 6.901.000 tot € 9.031.000 per 1-1-2015 en neemt vervolgens weer af tot € 7.478.000 per 31-12-2018. De begrote toevoegingen en onttrekkingen van de algemene reserve hebben voornamelijk te maken met saldi van bestuursrapportages en meerjarenbegrotingen. Voor een specificatie wordt verwezen naar bijlage 2. Er is geen rekening gehouden met toevoegingen of onttrekkingen in verband met toekomstige positieve of negatieve jaarrekeningresultaten. Op de algemene reserve wordt geen rente bijgeschreven.
Door de raad gestelde normen In de nota Reserves en voorziening heeft de raad normen gesteld. Voor de reserve grondexploitatie heeft de raad de minimale norm tijdelijk verlaagd naar € 0. x € 1.000 Algemene reserve Reserve Grondexploitatie
Normbedrag volgens jaarrekening 2013
Begroot bedrag per ultimo 2015
Minimaal 6.553
7.632
Tijdelijk minimaal 0
0
De minimale norm voor de algemene reserve is 5% van de begrotingsomvang + 5% van (vaste activa minus de totale reserves). De begrotingsomvang is vanaf 2015 sterk gestegen door de decentralisaties in het sociale domein. De provincie heeft er op geattendeerd om de minimale norm van de algemene reserve te bezien in samenhang met de lege reserve grondexploitatie. Toegepast op de cijfers van de begroting 2015 is de uitkomst van de minimale norm van de algemene reserve: 5% van € 87.973.000 + 5% van (€ 78.396.000 - € 25.624.000) = € 4.399.000 + € 2.639.000 = € 7.038.000. De algemene reserve is derhalve toereikend.
Programmabegroting 2015
131
8. Resultaatbepaling Mutaties in reserves gaan niet via de begroting van baten en lasten, maar via de resultaatbestemming. Als gevolg hiervan ontstaan twee exploitatiesaldi, te weten: • resultaat voor bestemming (€ 5.687.000 nadelig); • resultaat na bestemming (€ 0). Het verschil tussen het resultaat voor en na bestemming wordt per saldo onttrokken aan de diverse reserves. Het begrote saldo van de totale reserves aan het begin van 2015 bedraagt € 25.624.000, terwijl het saldo aan het eind van het begrotingsjaar € 19.938.000 bedraagt (zie bijlage 2). Begroting van lasten en baten naar programma’s (bedragen x € 1.000) programma
omschrijving baten/lasten en specificaties
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11
Programma’s exclusief resultaatbestemming: Algemeen bestuur en communicatie Openbare orde en veiligheid Openbare ruimte en wijkbeheer Economische zaken en toerisme Onderwijs Sport Welzijn Zorg, jeugd, werk en participatie Milieu en duurzaamheid Ruimtelijk beleid Volkshuisvesting en monumentenzorg
12
Financiën totaal lasten en baten programma's 1 t/m 12 resultaat voor bestemming: (nadelig)
programma 3 3 3 4 5 5 5 6 6 6 7 8 8 8 8 9
132
omschrijving baten/lasten en specificaties Resultaatbestemming: Wegenbeheer (kapitaallasten Infrastructurele werken stedelijk gebied Parkeren Economische Zaken Brede School Selissen (dekking kapitaallasten) IHP-onderwijs (dekking kapitaallasten) IHP-onderwijs Sportaccommodaties (dekking kapitaallasten) VMBO-college (dekking kapitaallasten) ODC/Dommelbad (dekking kapitaallasten) Openbare Bibliotheek Werk en Inkomen Ursulacomplex Wet maatschappelijke ondersteuning Centrum Jeugd en Gezin Reinigingstarieven
Programmabegroting 2015
lasten
baten
4.935 2.101 11.121 1.312 4.788 2.363 2.919 38.483 7.139 10.749 1.657
621 173 499 42 1.260 234 158 6.667 6.201 10.272 1.133
405
55.025
87.972
82.285
lasten
baten
-5.687
2.045 1.397 6 11 76 375 87
50 30
12 77 94 7 42 80 90 11 315
9 10 10 11 12 12
Riooltarieven Plattelandsvernieuwing Grondexploitatie Volkshuisvestingsfonds Algemene reserve -> begrotingssaldo Algemene reserve -> incidentele bestedingen
489 98 470 350
12
Inflatiecorrectie reserves
337
totaal resultaatbestemming: (voordelig)
5.687
totaal lasten en baten programma's 1 t/m 12 resultaat na bestemming:
0
algeheel totaal programma's 1 t/m 12
113 63 489 2.195 100
89.883
89.883
89.883
89.883
De gemeenteraad geeft expliciet haar instemming aan de resultaatbestemming via de begrotingsvaststelling. Aan de diverse reserves wordt € 7.598.000 onttrokken en € 1.911.000 toegevoegd. Een nadere toelichting is te vinden bij de betreffende programma’s.
Resultaatbestemming meerjarig Aanvullend op dit overzicht is voorgeschreven een overzicht van de geraamde structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves. Navolgend overzicht is een weergave van de meerjarige resultaatbestemming. De bedragen zoals weergegeven voor het jaar 2018 kunnen worden beschouwd als structureel. Bij structurele onttrekkingen aan reserves kan met name gedacht worden aan dekking van kapitaallasten voor bestaande investeringen. Meerjarig overzicht resultaatbestemming (bedragen x € 1.000) Resultaatbestemming per programma: 3 3 3 4 5 5 5 6 6 6 7 8 8 8 8 9 9 10 10 11 12 12 12
Wegenbeheer (kapitaallasten Infrastructurele werken stedelijk gebied Parkeren Economische Zaken Brede School Selissen (dekking kapitaallasten) IHP-onderwijs (dekking kapitaallasten) IHP-onderwijs Sportaccommodaties (dekking kapitaallasten) VMBO-college (dekking kapitaallasten) ODC/Dommelbad (dekking kapitaallasten) Openbare Bibliotheek Werk en Inkomen Ursulacomplex Wet maatschappelijke ondersteuning Centrum Jeugd en Gezin Reinigingstarieven Riooltarieven Plattelandsvernieuwing Grondexploitatie Volkshuisvestingsfonds Algemene reserve -> begrotingssaldo Algemene reserve -> incidentele bestedingen Inflatiecorrectie reserves TOTAAL
lasten baten lasten baten lasten baten lasten baten 2015 2015 2016 2016 2017 2017 2018 2018 2.045 1.397 6 11 76 375 87
50 30
7
11 74 343
10 73 312
88 12 77 94 7 42 80 90 11 315 113 63 489
489 98 470 2.195 350 100 337 1.911 7.598
Programmabegroting 2015
8
29 12 44 90 6
50
7
13
29 12 43 76 6
50
476
476
455
106
767
433
74
247
258
976 2.433
68 147
11 40 41 6
74 119 4 229 176
256
22 71 306
51
256 240 455
1.214 1.705
133
66 147 303 262
225
225
650 1.507
Begroting balans 2015 Op basis van de begrotingsmutaties is de balans voor het jaar 2015 opgemaakt. Begroting balans 2015 (bedragen x € 1.000) ACTIVA
01-01-15
31-12-15 PASSIVA
VASTE ACTIVA
VASTE PASSIVA
immateriële vaste activa
eigen vermogen / reserves algemene reserve bestemmingsreserves egalisatie
onderzoek ontwikkeling actief
0
0 overige bestemmingsreserves
subtotaal
0
0 resultaat na bestemming
materiële vaste activa economisch nut
Subtotaal 71.236
in erfpacht uitgegeven subtotaal
0 78.396
7.812 verliezen en risico's 0
Subtotaal
bijdrage aan activa van derden subtotaal
7.632
2.870
2.442
13.723
9.864
0
0
25.624
19.938
645
645
5.445
4.798
5.953
5.983
12.043
11.426
60.273
64.510
0
0
0
0
60.273
64.510
7.395
7.213
7.395
7.213
0
0
vaste schulden > 1 jaar 138
138
leningen aan:
overige langlopende leningen
Onderhoudsvoorzieningen
78.518 door derden beklemde middelen
kapitaalverstrekking aan:
woningbouwcorporaties
9.031
voorzieningen verplichtingen, 7.160
financiële activa
deelnemingen
31-12-15
70.706 Voorzieningen
maatschappelijk nut in de openbare ruimte
01-01-15
banken en financiële instellingen 10.342 5.742 90 16.312
8.961 5.743 door derden belegde gelden 78 Waarborgsommen 14.920 Subtotaal
VLOTTENDE ACTIVA
VLOTTENDE PASSIVA
voorraden overige grond- en hulpstoffen
468
468
bouwgronden in exploitatie
21.301
20.759
af: verliesvoorzieningen
11.142
11.578
subtotaal
10.627
9.649 vlottende schulden < 1 jaar
uitzettingen < 1 jaar
kasgeldleningen
vorderingen op openbare lichamen
bank- en girosaldi
verstrekte kasgeldleningen
overige schulden
rek.courantverhouding met niet fin.instellingen
subtotaal
overige uitzettingen < 1 jaar subtotaal
0
0
liquide middelen en overlopende activa
overlopende passiva
kas-, bank- en girosaldi vooruitbetalingen overlopende activa
overlopende passiva
subtotaal
0
0 subtotaal
0
0
TOTAAL
105.335
103.087 TOTAAL
105.335
103.087
134
Programmabegroting 2015
9. EMU-saldo In het bestuurlijk akkoord tussen VNG en Minister is afgesproken dat gemeenten in de financiële begroting via een voorgeschreven tabel de berekening opnemen van het EMU-saldo. Het EMU-saldo (Economische en Monetaire Unie) is het verschil tussen uitgaven en inkomsten van de diverse overheidslichamen. Het aantrekken van geldleningen alsmede het beleggen van overtollige middelen wordt hierbij niet meegenomen. Het beheersen van het EMU-saldo is ook uitgangspunt geweest bij de Wet Houdbare Overheidsfinanciën. In dat kader is voorgeschreven dat decentrale overheden bij de Rijksoverheid schatkistbankieren, waarmee overtollige kasgeldmiddelen (liquiditeiten) vanaf dan ter beschikking gesteld worden het Rijk. Dit is van toepassing indien het liquiditeitensaldo meer is dat 0,75% van de begrotingsomvang exclusief resultaatbestemming. Voor het begrotingsjaar 2015 geldt hiermee een norm van € 660.000. Omschrijving (bedragen x € 1.000)
2014*
2015**
2016***
1
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c)
-3.876
-5.687
-1.456
2
Afschrijvingen ten laste van de exploitatie
6.609
8.136
4.520
3
Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie
2.281
2.246
2.537
4
Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd
13.447
8.473
1.863
5
Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overige, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4
6
Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord
7
Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan)
8
Baten bouwgrondexploitatie: Baten voor zover transacties niet op exploitatie verantwoord
9
Lasten op balanspost Voorzieningen voor zover deze transacties met derden betreffen
3.276
2.447
1.010
10
Lasten i.v.m. transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten
11 a b
Verkoop van effecten: Gaat u effecten verkopen? (ja/nee) Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie?
Nee
Nee
Nee
-11.309
-6.225
2.728
Berekend EMU-saldo
400
* Volgens realisatie tot en met september 2014, aangevuld met raming resterende periode ** Volgens begroting 2015 *** Volgens meerjarenraming in begroting 2016
Programmabegroting 2015
135
Bijlagen 136
Programmabegroting 2015
Bijlagen 1. Samenstelling college en gemeenteraad 2. Meerjarenoverzicht reserves en voorzieningen 2014-2018, inclusief Algemene reserve 3. Overzicht belastingen en heffingen 2015, inclusief diverse woonlastsituaties 4. Staat van kapitaallasten 2015 5. Overzicht formatie 6. Conversietabel producten – BBV-functies 7. Omschrijving en doel reserves en voorzieningen 8. Subsidiestaat welzijnsactiviteiten 2015
Programmabegroting 2015
137
1. College en Gemeenteraad College van burgemeester en wethouders Burgemeester, Mark Buijs • algemeen bestuur, beleidscoördinatie en communicatie • openbare orde en integrale veiligheid • juridische zaken en handhaving • dienstverlening en bedrijfsvoering, inclusief burgerzaken • coördinatie ruimtelijk-economische strategie • promotie, representatie en marketing • intergemeentelijke samenwerking • burgerparticipatie • programma ‘Boxtel op Maat’ • programma Hoogfrequent Spoor (PHS) Wethouder Ruimtelijke ontwikkeling, volkshuisvesting, milieu en duurzaamheid, Peter van de Wiel (Combinatie95) • ruimtelijk ontwikkeling • natuur, milieu en duurzaamheid, inclusief Greentech Park Boxtel en ‘Boxtel Energie Neutraal’ • recreatie en toerisme • volkshuisvesting, inclusief erfgoed en monumentenzorg • grondexploitatie en eigendommen • programma ‘Verkwikkend buitengebied’, inclusief ‘Landschappen van Allure' • wijkwethouder Liempde en Lennisheuvel • eerste loco-burgemeester Wethouder Economie, werk, zorg en wijkgericht werken, Eric van den Broek (SP) • economie • sociale zaken en arbeidsmarktbeleid, inclusief Participatiewet • zorg, inclusief decentralisatie Wet maatschappelijke ondersteuning • coördinatie wijkgericht werken • programma Centrum • wijkwethouder Centrum-Breukelen • tweede loco-burgemeester Wethouder Financiën, openbare ruimte en verkeer, Herman van Wanrooij (INbox) • financiën, belastingen en verzekeringen • openbare ruimte en verkeer • vergunningverlening • doelmatig waterbeheer en afvalbeleid • sport • wijkwethouder Selissenwal • derde loco-burgemeester
138
Programmabegroting 2015
Wethouder Welzijn, jeugd en onderwijs, Maruška Lestrade-Brouwer (D66) • welzijn • jeugd, inclusief decentralisatie jeugdzorg • onderwijs, inclusief decentralisatie passend onderwijs • kunst en cultuur • regionale economie en innovatie • wijkwethouder Boxtel-Oost en Munsel-Selissen • vierde loco-burgemeester Gemeentesecretaris, Jan Fraanje
Programmabegroting 2015
139
Gemeenteraad Combinatie 95 K. (Katelijne) van Thiel-Klein P.L.M. (Peter) Manniën C.J.L.M. (Karel) Voets C.G.A. (Ineke) van Giersbergen-van Velthuijsen S.W.M. (Stefan) de Nijs BALANS W.G. (Willy) van Zuijlen H.E.M. (Erica) Vos-van den Langenberg M.W.E. (Mariëlle) van Alphen-Habraken W.C.F. (Wim) van der Zanden SP - Socialistische Partij T. (Teun) Pijnenburg R. (Rinze) van der Veen M.C.A. (Marije) van Kuijk D.M. (Dave) van de Ven CDA - Christen Democratisch Appel K. (Kübrâ) Atalay H.E. (Hélène) van As-Jaspers V.W.J.G. (Vera) Brouns-Wagenaars INbox M.W. (Marria) van den Hoven J.A.M.J. (Jan) de Koning PvdA / GL - Partij van de Arbeid / GroenLinks A.M.A. (Anja) van den Einden H.N. (Nico) Bulter D66 - Democraten 66 B.M.H. (Bart) Louwers J.M.A. (Jos) Hegeman VVD - Volkspartij voor Vrijheid en Democratie D.W.J.A.M. (Dymph) van de Vries-Pennings
Voorzitter: Raadsgriffier:
140
Burgemeester M. (Mark) Buijs Ir. V.M.E. (Veerle) van den Broek
Programmabegroting 2015
2. Meerjarenoverzicht Reserves en Voorzieningen 2014-2018 Reserves en voorzieningen programma's totaal Meerjarig overzicht (bedragen x € 1.000) saldo per
1-1-2014
1-1-2015
1-1-2016
algemene reserve, inclusief jaarresultaat
7.261
9.031
7.632
6.972
7.405
7.478
- toevoegingen
3.065
820
106
433
74
0
- onttrekkingen
1.296
2.219
767
0
0
0
22.181
16.593
12.306
11.510
10.586
9.654
- toevoegingen
2.080
1.090
870
781
576
- onttrekkingen
7.668
5.378
1.666
1.704
1.508
3.413
2.870
2.442
2.037
1.542
- toevoegingen
0
0
0
0
21
- onttrekkingen
543
428
404
496
565
11.587
9.419
7.111
6.850
6.580
- toevoegingen
588
466
387
318
311
- onttrekkingen
2.756
2.774
647
589
542
648
556
654
654
654
- toevoegingen
1.105
586
476
455
225
- onttrekkingen
1.197
489
476
455
238
overige bestemmingsreserves
6.533
3.748
2.099
1.969
1.810
1.666
bestemmingsreserves
1-1-2017 1-1-2018 1-1-2019
Waarvan: bestemmingsreserves egalisatie tarieven
bestemmingsreserves ter dekking kapitaallasten
bestemmingsreserves grondbedrijf
998
6.349
641
- toevoegingen
387
38
7
8
19
0
- onttrekkingen
3.172
1.687
139
164
163
0
24.437
23.185
23.004
22.834
16.504
17.948
- toevoegingen
2.301
2.266
2.556
2.594
2.451
- onttrekkingen
3.553
2.447
2.725
8.924
1.007
**) waarvan in mindering op activa
11.367
11.786
12.223
10.930
4.929
5.101
TOTAAL RESERVES EN VOORZIENINGEN
53.879
48.809
42.942
41.316
34.495
35.080
voorzieningen **)
- totaal toevoegingen
7.446
4.176
3.532
3.808
3.101
0
- totaal onttrekkingen
12.517
10.044
5.158
10.628
2.515
0
Programmabegroting 2015
141
Overzicht ontwikkeling Algemene reserve 2014-2018 Saldo algemene reserve per 31-12-2013 6.901.483 2014 toevoegingen 2014: afboeking boekwaarde CJG (terug naar AR) 6.808 incidenteel sluitend maken van de begroting 2011-2014 454.000 incidenteel sluitend maken van de begroting 2013-2016 369.862 taakstelling personeel van 2012 naar 2014 100.000 saldo meerjarenbegroting 2014-2017 202.477 bijdrage volkshuisvestingsfonds 25.616 overhevelingen 2013 60.793 jaarresultaat 2013 360.084 saldo burap 2 - 2010 18.930 saldo burap 1 - 2014 1.466.528 totaal toevoeging beschikkingen 2014: saldo burap 2 - 2011 21.028 saldo burap 2 - 2012 205.984 saldo burap 2 - 2013 203.674 overhevelingen 2011 102.676 taakstelling personeel van 2013 naar 2014 177.806 overhevelingen 2012 224.341 totaal beschikking Saldo algemene reserve per 31-12-2014 2015 toevoegingen 2015: incidenteel sluitend maken van de begroting 2013-2016 219.745 saldo meerjarenbegroting 2014-2017 250.178 overhevelingen 2013 350.000 totaal toevoeging beschikkingen 2015: saldo burap 2 - 2011 6.156 overhevelingen 2012 100.000 saldo burap 2 - 2012 199.043 saldo burap 2 - 2013 385.135 saldo meerjarenbegroting 2015-2018 61.739 voordeel burap 1 - 2014 ten gunste van saldo 2015 1.466.528 totaal beschikking Saldo algemene reserve per 31-12-2015 2016 toevoegingen 2016: incidenteel sluitend maken van de begroting 2013-2016 105.982 totaal toevoeging beschikkingen 2016: saldo meerjarenbegroting 2014-2017 247.160 saldo burap 2 - 2012 67.084 saldo burap 2 - 2013 88.764 saldo meerjarenbegroting 2015-2018 363.554 totaal beschikking Saldo algemene reserve per 31-12-2016
142
Programmabegroting 2015
3.065.098
935.509 9.031.072
819.923
2.218.601 7.632.394
105.982
766.562 6.971.814
2017 toevoegingen 2017: saldo meerjarenbegroting 2014-2017 saldo burap 2 - 2013 saldo meerjarenbegroting 2015-2018
28.166 59.327 345.299 totaal toevoeging
beschikkingen 2017: -
432.792 0
totaal beschikking 0 Saldo algemene reserve per 31-12-2017 7.404.606 2018 toevoegingen 2018: saldo meerjarenbegroting 2015-2018
73.659 totaal toevoeging
beschikkingen 2018: -
73.659
0 totaal beschikking 0 Saldo algemene reserve per 31-12-2018 7.478.265
Programmabegroting 2015
143
3. Overzicht belastingen en heffingen, inclusief woonlasten Overzicht belastingen en heffingen 2015 Belastingen en heffingen
Rekening
Begroting
Begroting
opbrengst
2013 (x € 1.000)
2014 (x € 1.000)
2015 (x € 1.000)
BELASTINGEN Onroerende zaakbelastingen Woningen: * eigenaren Niet-Woningen: * eigenaren * gebruikers Totaal RECHTEN EN HEFFINGEN Afvalstoffenheffing Rioolafvoerrecht Begrafenisrechten Marktgelden Bouwleges Parkeergelden Toeristenbelasting Precariorechten Reclamebelasting Overige leges Totaal Totaal generaal
per inwoner in € Rekening 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
3.461
3.633
3.750
113,70
119,83
123,47
1.266 889 5.616
1.294 936 5.863
1.329 961 6.040
41,60 29,20 184,50
42,69 30,88 193,40
43,76 31,64 198,87
3.396 2.759 163 28 812 282 27 17 47 767 8.298
3.280 2.734 169 27 625 302 25 14 53 622 7.851
3.088 2.713 169 27 652 308 25 14 54 658 7.708
111,58 90,65 5,35 0,91 26,67 9,25 0,89 0,57 1,53 25,20 272,60
108,19 90,18 5,57 0,88 20,61 9,97 0,82 0,48 1,75 20,51 258,96
101,67 89,33 5,57 0,88 21,46 10,16 0,83 0,48 1,77 21,65 253,80
13.914
13.714
13.748
457,10
452,36
452,67
Overzicht dekkingspercentage kostendekkende activiteiten, inclusief compensabele BTW Dekkingspercentages Rechten en heffingen Afvalstoffenheffing Marktgelden Bouwleges Begrafenisrechten Riolering
144
Rekening 2013 111% 88% 104% 92% 103%
Begroting 2014
Begroting 2015
100% 100% 72% 100% 110%
Programmabegroting 2015
100% 100% 84% 100% 110%
Overzicht tarieven en heffingen Tarieven en heffingen Onroerende zaakbelastingen Woningen: * eigenaren per € 1 waarde Niet-Woningen: * eigenaren per € 1 waarde * gebruikers per € 1 waarde Afvalstoffenheffing * eenpersoonshuishouden - vast tarief diftar - eenmalige korting * meerpersoonshuishouden - vast tarief diftar - eenmalige korting - tarief lediging 240 liter rest - tarief lediging 180 liter rest - tarief lediging 140 liter rest
Rekening 2013
Begroting 2014
Begroting 2015
0,1059%
0,1166%
0,1234%
0,1783% 0,1426%
0,1967% 0,1573%
0,2093% 0,1673%
€
231,00
€
€
152,00
€ €
152,00 -10,00
€
191,00
€ € €
6,29 4,72 3,67
€ € € € €
191,00 -13,00 6,29 4,72 3,67
280,00
Rioolafvoerrecht * waterverbruik t/m 200 m3 * waterverbruik per m3 > 200 m3
€ €
164,00 1,52
€ €
162,00 1,52
€ €
162,00 1,52
Rijbewijs Uittreksel bevolkingsregister Huwelijksrecht (vanaf) Paspoort volwassenen
€ € € €
52,00 10,50 406,00 50,00
€ € € €
38,00 10,50 410,00 66,50
€ € € €
38,00 11,00 415,00 66,50
Overzicht woonlasten per 1 januari 2015 woonlasten situatie 1:
huurder waterverbruik huishouden
Soort heffing Afvalstoffenheffing Rioolafvoerrecht Totaal woonlasten situatie 2:
< 200 m3 meerpersoons
2013 € € €
280,00 164,00 444,00
2014 € € €
272,77 162,00 434,77
stijging
259,77 162,00 421,77
-4,77% 0,00% -2,99%
eigenaar waarde woning waardemutatie waterverbruik huishouden
Soort heffing OZB eigenaar Afvalstoffenheffing Rioolafvoerrecht Totaal
€ € €
2015
€
200.000 -3,00% < 200 m3 meerpersoons
2013 € € € €
231,00 280,00 164,00 675,00
2014 € € € €
240,00 272,77 162,00 674,77
Programmabegroting 2015
€ € € €
2015
stijging
246,00 259,77 162,00 667,77
2,50% -4,77% 0,00% -1,04%
145
woonlasten situatie 3:
eigenaar waarde woning waardemutatie waterverbruik huishouden
Soort heffing OZB eigenaar Afvalstoffenheffing Rioolafvoerrecht Totaal woonlasten situatie 4:
€
275.000 -3,00% < 200 m3 meerpersoons
2013 € € € €
318,00 280,00 164,00 762,00
2014 € € € €
330,00 272,77 162,00 764,77
woonlasten situatie 5:
146
stijging 2,73% -4,77% 0,00% -0,52%
€
450.000 -3,00% < 200 m3 meerpersoons
2013 € € € €
521,00 280,00 164,00 965,00
2014 € € € €
540,00 272,77 162,00 974,77
€ € € €
2015
stijging
555,00 259,77 162,00 976,77
2,78% -4,77% 0,00% 0,21%
eigenaar waarde woning waardemutatie waterverbruik huishouden
Soort heffing OZB eigenaar Afvalstoffenheffing Rioolafvoerrecht Totaal
2015 339,00 259,77 162,00 760,77
eigenaar waarde woning waardemutatie waterverbruik huishouden
Soort heffing OZB eigenaar Afvalstoffenheffing Rioolafvoerrecht Totaal
€ € € €
€
625.000 -3,00% < 200 m3 meerpersoons
2013 € € € €
724,00 280,00 164,00 1.168,00
2014 € € € €
751,00 272,77 162,00 1.185,77
Programmabegroting 2015
€ € € €
2015
stijging
771,00 259,77 162,00 1.192,77
2,66% -4,77% 0,00% 0,59%
4. Staat kapitaallasten 2015 omschrijving
lasten
Rentelasten * rente aangegane langlopende geldleningen * rente aangegane kortlopende geldleningen * gecalculeerde rente over eigen vermogen ad. * gecalculeerde rente over voorzieningen ad.
25.624.470 23.184.871
totaal rentelasten
baten
2.269.844 147.872 896.856 811.470 4.126.042 8.136.499
Afschrijvingen Rentebaten * rente van verstrekte kortlopende geldleningen / uitgezet geld * rente kapitaalverstrekking grondbedrijf
10.000 761.934
subtotaal lasten/baten
12.262.541
771.934
Toerekening afschrijving: * aan (hulp)kostenplaatsen * aan (hoofd)functies
878.622 7.257.877
Toerekening saldo rentelasten/baten: * aan (hulp)kostenplaatsen * aan (hoofd)functies
294.359 3.139.059
Saldo kostenplaats rente
79.310 totaal lasten/baten
Renteomslag berekening: Activa bij: 1/2 deel netto investeringen 2015 excl. GRB af: verstrekte geldleningen af: boekwaardes met uitzonderingsrente af: kapitaalverstrekking grondbedrijf Totaal activa, waarover wordt omgeslagen Netto rentelasten totaal rentelasten af: rentebaten verstrekte geldleningen af: doorbelaste rente uitzonderingsboekwaarde af: totaal rentebaten Per saldo om te slaan over activa
Renteomslag percentage bedraagt afgerond:
Programmabegroting 2015
12.341.851 12.341.851
116.476.473 4.236.390 16.083.841 3.288.210 21.769.531 79.571.281
4.126.042 564.299 170.736 771.934 2.619.073
2.619.073 1% van 79.571.281
3,29%
147
5. Overzicht formatie HUIDIG EN VOORMALIG PERSONEEL
Totaal formatie
Totaal salarissen + sociale lasten
(bedragen x € 1.000)
rekening
begroting
begroting
rekening
begroting
begroting
2013
2014
2015
2013
2014
2015
HUIDIG PERSONEEL Gemeenteraad
312
312
312
Burgemeester en Wethouders
5,00
5,00
4,40
463
453
461
Griffie
2,50
2,50
2,50
181
179
180
Secretaris
1,00
1,00
1,00
120
120
121
Ruimtelijke Ontwikkeling
32,08
31,86
31,86
2.337
2.140
2.169
Openbare Ruimte
62,98
63,15
61,15
3.269
3.341
3.254
Maatschappelijke Ontwikkeling
55,74
56,74
54,91
3.385
3.477
3.429
Concern en Dienstverlening
65,55
65,63
63,23
3.712
3.785
3.704
Totaal afdelingen & secretaris
217,35
218,38
212,15
12.823
12.863
12.677
TOTAAL HUIDIG PERSONEEL
224,85
225,88
219,05
13.779
13.807
13.630
Voormalig personeel afdelingen
116
92
39
Voormalig personeel bestuur
217
291
227
TOTAAL VOORMALIG PERSONEEL
333
383
266
14.112
14.190
13.896
afdelingen:
algemene personele kosten
VOORMALIG PERSONEEL
TOTAAL HUIDIG & VOORMALIG PERSONEEL
148
224,85
225,88
Programmabegroting 2015
219,05
6. Conversietabel producten – BBV-functies BBV-Functie
Beleidsproduct
2015
2016
2017
2018
Lasten (x € 1.000) 001 - bestuursorganen
1.788
1.787
1.749
1.775
1.788
1.787
1.749
1.775
001 - bestuursorganen
617
626
635
648
002 - bestuursondersteuning
859
867
875
884
1.476
1.493
1.510
1.532
003 - burgerzaken
742
754
767
775
004 - vastgoedinformatie
233
239
243
249
0
0
0
0
975
993
1.010
1.024
100
101
101
103
004 Baten secretarieleges burgerzaken
100
101
101
103
001 - bestuursorganen
640
641
42
43
44
44
44
45
684
685
86
88
108
108
109
111
35
35
35
36
143
143
144
147
1.497
1.497
1.497
1.423
50
51
52
51
1.547
1.548
1.549
1.474
545
552
559
569
545
552
559
569
7.243
3.991
3.997
4.025
7.243
3.991
3.997
4.025
210 - wegen en verlichting
722
738
754
770
211 - verkeer
288
287
285
283
1.010
1.025
1.039
1.053
160
161
155
153
160
161
155
153
946
686
346
351
946
686
346
351
358
359
360
367
358
359
360
367
345
339
332
326
001 Bestuursorganen
002
Bestuursondersteuning college van burgemeester en wethouders
913 - beleggingen 003 Burgerzaken 003 - burgerzaken
002 - bestuursondersteuning 005 Bestuurlijke samenwerking 001 - bestuursorganen 002 - bestuursondersteuning 006 Bestuursondersteuning raad en rekenkamer(functie) 120 - brandweer 121 - rampenbestrijding 120 Brandweer en rampenbestrijding 110 - openbare orde en veiligheid 140 Openbare orde en veiligheid 210 - wegen en verlichting 210 Wegen, straten en pleinen
211 Verkeersmaatregelen te land 214 - parkeren 214 Parkeren 310 - economische zaken en toerisme 310 Handel en ambacht 425 - primair onderwijs 420 Openbaar basisonderwijs, exclusief onderwijshuisvesting 425 - primair onderwijs
Programmabegroting 2015
149
421 Openbaar basisonderwijs, onderwijshuisvesting
345
339
332
326
1.122
1.067
1.048
1.033
1.122
1.067
1.048
1.033
5
5
5
5
5
5
5
5
555
607
619
611
555
607
619
611
652
641
630
621
652
641
630
621
1.212
1.218
1.281
1.300
1.212
1.218
1.281
1.300
78
78
79
80
78
78
79
80
554
554
554
565
510 Openbaar bibliotheekwerk
554
554
554
565
485 - educatie
11
11
11
11
11
11
11
11
1.634
1.616
1.607
1.601
1.634
1.616
1.607
1.601
729
733
719
703
729
733
719
703
637
638
625
638
637
638
625
638
425 - primair onderwijs 423 Bijzonder basisonderwijs, onderwijshuisvesting 425 - primair onderwijs 432
Bijzonder (voortgezet) speciaal onderwijs, exclusief onderwijshuisvesting 425 - primair onderwijs
433
Bijzonder (voortgezet) speciaal onderwijs, onderwijshuisvesting 445 - voortgezet onderwijs
443 Bijzonder voortgezet onderwijs, onderwijshuisvesting 480 - lokaal onderwijsbeleid 480 Gemeenschappelijke baten en lasten van het onderwijs 485 - educatie 482 Volwasseneneducatie 510 - openbare bibliotheek
511 Vormings- en ontwikkelingswerk 530 - sport 530 Sport 530 - sport 531 Groene sportvelden en terreinen 540 - kunst en cultuur 540 Kunst 540 - kunst en cultuur
86
86
86
88
173
175
176
179
259
261
262
267
61
61
61
62
61
61
61
62
1.960
1.983
2.007
2.046
561 - evenementen
108
110
111
113
580 - recreatieve voorzieningen
125
125
125
126
3.296
3.211
2.132
207
5.489
5.429
4.375
2.492
366
286
289
267
541 - oudheid 541 Oudheidkunde/musea 560 - openbaar groen 550 Natuurbescherming 560 - openbaar groen
811 - plattelandsvernieuwing 560 Openbaar groen en openluchtrecreatie 310 - economische zaken en toerisme 580 - recreatieve voorzieningen
303
304
304
308
669
590
593
575
6.775
6.805
6.836
6.859
6.775
6.805
6.836
6.859
9.154
9.009
8.649
8.287
9.154
9.009
8.649
8.287
1.471
1.481
1.491
1.516
580 Overige recreatieve voorzieningen 606 - inkomensvoorziening 610
Bijstandsverlening en inkomensvoorzieningen- en subsidies 608 - participatie
611 Werkgelegenheid 607 - minimazorg
150
Programmabegroting 2015
614 Gemeentelijk armoede- en schuldenbeleid
1.471
1.481
1.491
1.516
367
374
381
389
5.740
5.625
5.450
5.419
468
479
490
500
53
53
53
54
570
570
570
581
607 - minimazorg 620 - maatschappelijke begeleiding 621 - wet maatschappelijke ondersteuning 622 - nieuwkomers 632 - jeugd- en jongerenwerk 633 - ouderenwerk
169
170
170
174
7.367
7.271
7.114
7.117
32
32
32
33
32
32
32
33
2.208
2.214
2.187
2.237
2.208
2.214
2.187
2.237
565
523
523
523
565
523
523
523
630 - sociaal-cultureel werk
282
279
277
281
631 - buurt- en wijkwerk
438
443
449
458
720
722
726
739
419
385
385
394
419
385
385
394
2.020
2.010
1.978
2.019
2.020
2.010
1.978
2.019
620 Maatschappelijke begeleiding en advies 623 - minderheden 621 Vreemdelingen 621 - wet maatschappelijke ondersteuning 622 Huishoudelijke verzorging 608 - participatie 623 Participatiebudget
630 Sociaal-cultureel werk 650 - kinderopvang 650 Kinderdagopvang 621 - wet maatschappelijke ondersteuning 652 Voorzieningen gehandicapten 710 - basisgezondheidszorg
487
488
488
498
487
488
488
498
870
816
819
831
870
816
819
831
8.358
8.223
7.905
7.810
716 Centra voor jeugd en gezin (onderdeel Wmo)
8.358
8.223
7.905
7.810
721 - reiniging
2.898
2.978
2.989
3.031
2.898
2.978
2.989
3.031
714 Openbare gezondheidszorg 710 - basisgezondheidszorg 715 Centra voor jeugd en gezin (jeugdgezondheidszorg) 710 - basisgezondheidszorg
721 Afvalverwijdering en -verwerking 722 - riolering 722 Riolering (gecombineerd)
2.800
2.861
2.924
2.981
2.800
2.861
2.924
2.981
14
14
14
15
1.272
1.081
1.097
954
1.286
1.095
1.111
969
169
171
173
176
169
171
173
176
560 - openbaar groen 723 - milieu 723 Milieubeheer 724 - begraven 724 Lijkbezorging 810 - ruimtelijke inrichting
707
676
705
721
707
676
705
721
33
32
31
31
820 - huisvesting
593
564
553
541
830 - grondexploitatie
256
255
253
254
882
851
837
826
8
8
8
8
810 Ruimtelijke ordening 480 - lokaal onderwijsbeleid
820 Woningexploitatie/woningbouw 110 - openbare orde en veiligheid
Programmabegroting 2015
151
822 - bouwtoezicht 822 Overige volkshuisvesting 830 - grondexploitatie 830 Bouwgrondexploitatie
911
932
954
899
919
940
962
6.490
8.462
13.462
5.446
6.490
8.462
13.462
5.446
5
5
5
5
5
5
5
5
327
330
334
337
327
330
334
337
0
0
0
0
913 - beleggingen 913 Overige financiële middelen 920 - gemeentelijke belastingen 930 Uitvoering Wet WOZ 110 - openbare orde en veiligheid 210 - wegen en verlichting
3
3
3
3
70
71
71
71
73
74
74
74
3
0
0
0
3
0
0
0
0
0
0
13
480 - lokaal onderwijsbeleid
87
88
29
29
620 - maatschappelijke begeleiding
50
50
50
51
621 - wet maatschappelijke ondersteuning
30
0
0
0
820 - huisvesting
98
0
0
0
830 - grondexploitatie
489
476
455
225
990 - exploitatiesaldo
1.157
362
680
332
1.911
976
1.214
650
89.883
86.749
89.307
78.592
0
0
0
0
0
0
0
0
121
116
111
105
121
116
111
105
26
26
26
26
26
26
26
26
500
502
505
518
500
502
505
518
920 - gemeentelijke belastingen 940 Lasten heffing en invordering gemeentelijke belastingen 990 - exploitatiesaldo 960 Saldo van kostenplaatsen 310 - economische zaken en toerisme
980
891
Mutaties reserves die verband houden met de hoofdfunctie 0 tot en met 9
Totaal Lasten Baten (x € 1.000) 001 - bestuursorganen 001 Bestuursorganen 002 - bestuursondersteuning 002
Bestuursondersteuning college van burgemeester en wethouders 004 - vastgoedinformatie
003 Burgerzaken 003 - burgerzaken 004 Baten secretarieleges burgerzaken 120 - brandweer
140
139
138
39
140
139
138
39
33
33
33
34
33
33
33
34
105
105
105
106
105
105
105
106
210 - wegen en verlichting
1
1
1
1
211 - verkeer
4
4
4
4
5
5
5
5
120 Brandweer en rampenbestrijding 110 - openbare orde en veiligheid 140 Openbare orde en veiligheid 210 - wegen en verlichting 210 Wegen, straten en pleinen
211 Verkeersmaatregelen te land
152
Programmabegroting 2015
214 - parkeren
332
345
346
354
332
345
346
354
11
11
10
8
11
11
10
8
32
32
32
32
32
32
32
32
214
214
214
218
214
214
214
218
163
163
163
166
163
163
163
166
577
167
167
171
577
167
167
171
15
15
15
15
15
15
15
15
10
10
10
10
10
10
10
10
281
279
276
281
281
279
276
281
0
0
0
0
0
0
0
0
188
188
188
189
188
188
188
189
45
45
45
46
45
45
45
46
15
15
0
0
15
15
0
0
1
1
1
1
1
1
1
1
5
5
5
5
5
5
5
5
560 - openbaar groen
11
11
11
11
561 - evenementen
94
94
94
96
215 Baten parkeerbelasting 310 - economische zaken en toerisme 310 Handel en ambacht 310 - economische zaken en toerisme 311 Baten marktgelden 425 - primair onderwijs 420 Openbaar basisonderwijs, exclusief onderwijshuisvesting 425 - primair onderwijs 421 Openbaar basisonderwijs, onderwijshuisvesting 425 - primair onderwijs 423 Bijzonder basisonderwijs, onderwijshuisvesting 425 - primair onderwijs 433
Bijzonder (voortgezet) speciaal onderwijs, onderwijshuisvesting 445 - voortgezet onderwijs
443 Bijzonder voortgezet onderwijs, onderwijshuisvesting 480 - lokaal onderwijsbeleid 480 Gemeenschappelijke baten en lasten van het onderwijs 510 - openbare bibliotheek 510 Openbaar bibliotheekwerk 530 - sport 530 Sport 530 - sport 531 Groene sportvelden en terreinen 540 - kunst en cultuur 540 Kunst 541 - oudheid 541 Oudheidkunde/musea 560 - openbaar groen 550 Natuurbescherming
580 - recreatieve voorzieningen 811 - plattelandsvernieuwing 560 Openbaar groen en openluchtrecreatie
0
0
0
0
3.018
2.952
1.909
10
3.123
3.057
2.014
117
0
0
0
0
0
0
0
0
5.591
5.664
5.664
5.664
5.591
5.664
5.664
5.664
36
36
36
37
36
36
36
37
580 - recreatieve voorzieningen 580 Overige recreatieve voorzieningen 606 - inkomensvoorziening 610
Bijstandsverlening en inkomensvoorzieningen- en subsidies 607 - minimazorg
614 Gemeentelijk armoede- en schuldenbeleid
Programmabegroting 2015
153
620 - maatschappelijke begeleiding
331
333
336
343
632 - jeugd- en jongerenwerk
5
5
4
4
633 - ouderenwerk
4
4
4
5
340
342
344
352
554
542
530
541
554
542
530
541
10
10
10
10
10
10
10
10
40
39
38
37
40
39
38
37
127
124
122
124
127
124
122
124
19
19
19
19
19
19
19
19
112
114
115
117
112
114
115
117
90
90
91
91
90
90
91
91
141
48
56
5
141
48
56
5
2.976
3.148
3.137
3.137
2.976
3.148
3.137
3.137
2.713
2.713
2.713
2.749
2.713
2.713
2.713
2.749
724 - begraven
169
171
173
177
732 Baten begraafplaatsrechten
169
171
173
177
129
130
130
133
129
130
130
133
820 - huisvesting
474
362
347
331
830 - grondexploitatie
646
646
396
404
820 Woningexploitatie/woningbouw
1.120
1.008
743
735
822 - bouwtoezicht
2
2
2
2
2
2
2
2
656
708
775
837
656
708
775
837
6.478
7.987
13.008
5.223
6.478
7.987
13.008
5.223
61
61
61
61
61
61
61
61
620 Maatschappelijke begeleiding en advies 621 - wet maatschappelijke ondersteuning 622 Huishoudelijke verzorging 608 - participatie 623 Participatiebudget 630 - sociaal-cultureel werk 630 Sociaal-cultureel werk 621 - wet maatschappelijke ondersteuning 652 Voorzieningen gehandicapten 710 - basisgezondheidszorg 715 Centra voor jeugd en gezin (jeugdgezondheidszorg) 721 - reiniging 721 Afvalverwijdering en -verwerking 722 - riolering 722 Riolering (gecombineerd) 723 - milieu 723 Milieubeheer 721 - reiniging 725 Baten reinigingsrechten en afvalstofheffing 722 - riolering 726 Baten rioolheffing (gecombineerd)
810 - ruimtelijke inrichting 810 Ruimtelijke ordening
822 Overige volkshuisvesting 822 - bouwtoezicht 823 Bouwvergunningen 830 - grondexploitatie 830 Bouwgrondexploitatie 913 - beleggingen 913 Overige financiële middelen 990 - exploitatiesaldo 914 Geldleningen en uitzettingen langer of gelijk aan 1 jaar 921 - gemeentefonds 921 Uitkeringen gemeentefonds
154
1.709
1.503
1.446
1.207
1.709
1.503
1.446
1.207
24.706
24.823
24.669
24.433
24.706
24.823
24.669
24.433
Programmabegroting 2015
921 - gemeentefonds 923 Uitkering deelfonds sociaal domein
21.957
21.727
20.868
20.353
21.957
21.727
20.868
20.353
922 - algemene baten en lasten
140
898
1.092
945
140
898
1.092
945
920 - gemeentelijke belastingen
961
987
1.013
1.026
931 Baten onroerende-zaakbelasting gebruikers
961
987
1.013
1.026
920 - gemeentelijke belastingen
5.079
5.241
5.435
5.528
5.079
5.241
5.435
5.528
25
26
26
26
25
26
26
26
922 Algemene baten en lasten
932 Baten onroerende-zaakbelasting eigenaren 920 - gemeentelijke belastingen 936 Baten toeristenbelasting 110 - openbare orde en veiligheid
0
0
0
0
54
54
55
56
54
54
55
56
14
15
15
15
14
15
15
15
210 - wegen en verlichting
0
0
0
0
940 Lasten heffing en invordering gemeentelijke belastingen
0
0
0
0
334
613
807
999
334
613
807
999
3.442
8
8
7
6
0
0
0
11
11
10
22
451
418
385
377
920 - gemeentelijke belastingen 938 Baten reclamebelasting 210 - wegen en verlichting 939 Baten precariobelasting
990 - exploitatiesaldo 960 Saldo van kostenplaatsen 210 - wegen en verlichting 214 - parkeren 310 - economische zaken en toerisme 425 - primair onderwijs 510 - openbare bibliotheek
7
6
6
6
183
146
130
93
608 - participatie
42
0
0
0
620 - maatschappelijke begeleiding
80
74
68
66
621 - wet maatschappelijke ondersteuning
90
119
147
147
710 - basisgezondheidszorg
11
4
0
0
721 - reiniging
315
229
256
303
722 - riolering
113
176
240
262
530 - sport
811 - plattelandsvernieuwing
63
0
0
0
830 - grondexploitatie
489
476
455
224
990 - exploitatiesaldo
2.295
766
0
0
7.598
2.433
1.705
1.507
89.883
86.749
89.307
78.592
totaal lasten functies 001 t/m 960
87.972
85.773
88.093
77.942
totaal baten functies 001 t/m 960
82.285
84.316
87.602
77.085
resultaat voor bestemming
-5.687
-1.457
-491
-857
5.687
1.457
491
857
0
0
0
0
980
Mutaties reserves die verband houden met de hoofdfunctie 0 tot en met 9
Totaal Baten resultaatbestemming:
saldo functie 980: resultaatbestemming resultaat na bestemming
Programmabegroting 2015
155
7. Omschrijving en doel reserves en voorzieningen Omschrijving
Door de raad vastgesteld doel
Algemene reserve Algemene Reserve Bestemmingsreserves Afdekking kapitaallasten
Opvangen van alle niet afgedekte financiële risico’s.
Investeringsbudget infrastructuur stedelijk gebied
Financiering van grote investeringen in het stedelijk gebied (dus niet buitengebied) inclusief projecten voor parkeren en fietsverkeer.
Onderwijs IHP algemeen (kapitaallasten) Financiering van investeringen in onderwijsgebouwen. Sportaccommodaties (kapitaallasten) Dommelbad (kapitaallasten)
Financiering van investeringen in sportaccommodaties. Financiering van investering van zwembad.
Sportpark ODC (kapitaallasten) Verbouwing Ursula
Financiering van investeringen ODC-complex. Dekking deel kapitaallasten verbouwing frontoffice Ursulacomplex.
Automatisering Inrichting centrum jeugd en gezin Ter egalisatie
Dekking van kapitaallasten DMS/RMA. Dekking kapitaallasten inrichting Centrum Jeugd en Gezin.
Egalisatie reinigingstarieven
Opvangen van ongewenste schommelingen in de tarieven.
Egalisatie rioolheffing Overige bestemmingsreserves
Opvangen van ongewenste schommelingen in de tarieven.
Investeringsbudget grootschalige infrastructuur
Het beschikbaar hebben van middelen om zelf een bijdrage te kunnen leveren in de oplossing van de problematiek van de GSI naast de bijdragen die nodig zijn van andere overheden. Aanvragers van een bouwvergunning die niet kunnen voldoen aan de parkeernorm van het gebied laten meebetalen in de aanleg van parkeerplaatsen elders. Afwikkeling van de jaarlijks vastgestelde restauratieprojecten. Met de uitvoering van de jaarlijks vastgestelde restauratieprojecten is meestal een langere periode gemoeid, zodat de afrekeningen meestal in een volgend jaar plaatsvinden.
Parkeervoorzieningen
Monumentenbeleid
Duurzame ontwikkeling
Mogelijk maken dat activiteiten in meerdere jaren kunnen worden uitgevoerd zonder dat door budgetspelregels de beschikbare jaarbudgetten vervallen.
Realisatie buitenschoolse kinderopvang
Financiering van te realiseren kinderopvang en buitenschoolse opvang in de nog te bouwen brede scholen.
Plattelandsvernieuwing
Mogelijk maken dat activiteiten in meerdere jaren kunnen worden uitgevoerd zonder dat door budgetspelregels de beschikbare jaarbudgetten vervallen.
Wet Werk en Bijstand Inkomensdeel
Reserve creëren om eventuele tekorten op WWB Inkomensdeel te kunnen opvangen; 10% van inkomensdeel is immers voor rekening van de gemeente. Middelen kunnen worden ingezet om bezuinigingen op het terrein van sociale zaken te kunnen opvangen. Voorts kan onttrekking plaatsvinden voor personele capaciteit en projecten op het brede terrein van werk en inkomen.
Werk en Inkomen
156
Programmabegroting 2015
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Groenbeheer
Instellen van een buffer van 10% van het uitgavenbudget om tegenvallers in de kosten van verstrekkingen, het risico op ontvangsten van eigen bijdragen en uitvoering voor de Wmo op te vangen. Mogelijk maken dat overschotten op openbaar groen kunnen worden aangewend voor tekorten en voor nog te realiseren beleidsdoelstellingen van het geldende Groenbeleidsplan.
Onderhoud gemeentelijke gebouwen Rentevoordeel SVN-lening
Onderhoud gemeentehuis en overige gemeentelijke gebouwen. Revitalisering in Selissenwal.
Grondexploitatie Omslag grote werken
Buffer voor de risico’s in de grondexploitatie. Bekostigen van bovenwijkse voorzieningen.
Kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst
Verbeteren van de kwaliteit van de bestaande bedrijventerreinen Ladonk-Vorst. Het realiseren van goedkope en betaalbare huur- en koopwoningen, met name voor starters en senioren, zoals aangegeven in actiepunt 25 van het Beleidsplan Wonen 2004-2008 door middel van een financiële bijdrage uit het Volkshuisvestingsfonds.
Volkshuisvestingsfonds
Voorzieningen Wegenbeheer
Egalisatie van de kosten voor groot onderhoud aan wegen.
Kunstwerken Openbare verlichting
Egalisatie van de kosten voor groot onderhoud aan kunstwerken, zijnde viaducten, tunnels etc. Egalisatie van de kosten voor onderhoud openbare verlichting.
Speelvoorzieningen Groot onderhoud rioolbeheer
Egalisatie van de kosten voor speelvoorzieningen. Egalisatie van de kosten voor groot onderhoud aan rioleringen.
Onderhoud sportaccommodaties
Egalisatie van de kosten voor onderhoud van binnen- en buitenaccommodaties. Egalisatie van de kosten voor onderhoud van zwembad Het Dommelbad aan de Schijndelseweg. Egalisatie van kosten van (groot) onderhoud van de buitenkant van schoolgebouwen van het primair onderwijs (is nl. verantwoordelijkheid van de gemeente). Egalisatie van onderhoudskosten binnenzijde gebouw.
Onderhoud Dommelbad Onderhoud onderwijs
MOP Wilgenbroek binnenzijde Vervanging riolering
Sparen voor vervangingsinvesteringen in het riool (toegestaan omdat eerste rioolaanleg uit grondbedrijf is gefinancierd).
Legaat van Cooth
De inkomsten uit het legaat zijn bestemd voor onderwijskundige doeleinden. Uitgebreide informatie over het legaat is te vinden in het rapport van de tijdelijke commissie Legaat van Cooth van november 1990. Jaarlijks dient een overzicht voor de gemeenteraad gemaakt te worden van de inkomsten, uitgaven en bezittingen in het kader van het legaat (raadsvoorstel 19-9-1991).
St. Jan’s Baptistfonds Schenking Dr. Hoekstichting
Ondersteuning van jeugdinitiatieven uit Liempde. De schenking moet worden ingezet ten behoeve van de basisgezondheidszorg in Boxtel.
Programmabegroting 2015
157
8. Subsidiestaat welzijnsactiviteiten 2015 Categorie naam instelling A A A A A A A A A A A A A A A A A A A A A A B B B B B B B B B B C C C C C C C C C
158
subsidie 2015 subsidie 2014
A.V. Marvel Basketbalvereniging J.R.C. Boxtel Gymnastiekvereniging ‘Tabitta’ Handbal Combinatie Boxtel '92 Hockeyclub Liempde Judoclub Liempde JRC Ducks Rugbyvereniging L.T.V. De Merletten L.T.V. De Peppelieren L.T.V. Die Braecke Liempdse Omnivereniging Mixed Hockeyclub M.E.P R.K.S.V. Boxtel Reddingsbrigade Boxtel Stichting De Watertrappers Taekwondo Sportraad Boxtel Viking '87 TTV Taverbo/Sabo Boxtel Voetbalvereniging O.D.C. Volleybalvereniging Blox Voetbalvereniging D.V.G Liempde J.A.S. Liempde Jeugdvakantieweek Liempde K.P.J.-Liempde Stichting Jeugdnatuurwacht Boxtel Stichting Jeugdnatuurwacht Liempde Stichting Jeugdsoos 't Singeltje Stichting Openbaar Jeugdcarnaval Vereniging Scouting Boxtel Stichting Speel-O-Theek De Eendenkring Stichting De Ploegers Dicht-Slam Rap Heilige Bloed Stichting Kath. Bond van Ouderen, afd. Boxtel Kath. Bond van Ouderen, afd. Boxtel, Melange activiteiten Kath. Senioren Vereniging KBO Liempde Kindervakantiewerk Lennisheuvel Platform Selissen Seniorenraad Boxtel Stichting Algemeen Belang Liempde
Programmabegroting 2015
866 1.922 2.162 1.922 770 1.922 770 866 866 96 2.162 770 770 1.922 240 1.922 587 1.922 866 1.922 770 2.482 1.068 1.049 476 164 756 2.752 7.123 1.835 1.481 829 5.000 11.421 p.m. 888 400 14.812 2.025 1.827
866 2.922 2.162 770 1.922 866 96 2.162 770 770 2.822 240 1.922 587 1.922 1.922 866 1.922 770 2.525 1.082 1.065 335 161 810 2.730 7.215 1.835 1.503 829 5.000 11.457 6.000 872 400 14.812 2.025 1.856
C C C C C C C C C C C D D D D E E E E F F F F F F F F F G G G G G G H H H H H H H H H H H H H H I I I
Stichting Bockepruik Stichting BOL Stichting Boxtel Vooruit Stichting Geitenwei Stichting Hobbyclub De Bezige Bijtjes Stichting Kunst in School Stichting Limuscene Stichting Omroep Dommelland Stichting Rond Kerk en Orion Stichting Vakantiecomité Lennisheuvel Vogelvereniging Vogelvreugd Stichting Historisch Museum Piet Dorenbosch Stichting Kèk Liemt Vereniging Terug in d'n tèd Liemt MUBO Adviesraad Werk Inkomensondersteuning en Minimabeleid Stichting Bazaar Stichting Radar Stichting Uitkeringsgerechtigden Boxtel Alzheimer Nederland afd. Regio 's-Hertogenbosch Cello/ VG-zorginstelling E.H.B.O., afdeling Boxtel E.H.B.O., afdeling Liempde Rode kruis, afdeling Boxtel-Liempde Stichting Gehandicapten Platform Boxtel Stichting Heartsafe Boxtel Stichting Palliatief Spiritueel Team - Boxtel (Nabij) Wmo-adviesraad Boxtel Boxtel's Harmonie Carilloncomité Fanfare Concordia Fanfare St. Arnoldus R.K. Gildenbondsharmonie Stichting Projectkoor Boxtel Ypse (voorheen Reinier van Arkel 00082) Kunstlicht 99 Kunststichting Boxtel Pluralis Slachtofferhulp Nederland, regio Zuidoost Juvans, Steunpunt Huiselijk Geweld Stichting Brede Scholen Boxtel Stichting Door en Voor Stichting HALT Oost-Brabant Stichting Jeugdbelangen Stichting Rond Kerk en Orion Stichting Veteranen Boxtel Stichting Wijkorgaan Boxtel Oost Voedselbank Nederland Zuid Boxtel Gemeenschapshuis De Rots Gemeenschapshuis Orion Stichting Gemeenschapshuis De Walnoot
Programmabegroting 2015
5.000 49.995 9.687 6.128 3.520 1.000 21.155 461 350 522 2.521 1.260 7.500 2.500 5.000 15.218 10.629 775 5.578 1.746 820 304 5.170 p.m. 2.500 6.000 12.491 1.735 13.768 6.963 14.133 1.600 16.925 2.100 p.m. 40.288 8.400 3.924 130.721 4.600 17.503 p.m. 4.564 5.000 18.091 6.500 30.040 12.152 25.167
5.000 49.995 9.703 6.128 180 3.520 1.000 21.155 461 250 522 2.499 1.260 7.500 2.500 5.000 15.221 10.629 775 5.578 1.211 976 2.606 5.170 5.000 2.500 6.000 12.491 1.735 13.768 6.963 14.133 1.600 16.925 2.128 52.000 40.288 8.250 3.924 133.718 4.600 17.509 43.107 4.564 5.000 18.091 6.500 30.040 12.152 25.167
159
J J J J J J J K
Basisbibliotheek De Meierij i.o. Basisbibliotheek De Meierij i.o., Uitpunt Kinderboerderij Marktplaats Cultuurbox MiK Stichting ContourdeTwern Stichting Podium Boxtel KC de Kindertuin
K
Stichting Peuterhof Liempde
542.435 93.428 49.999 381.810 1.232.780 81.042 298.218
592.435 25.000 93.428 49.999 381.810 1.332.780 81.042 275.120
72.020
69.546
Aan de hierboven genoemde bedragen kunnen geen rechten worden ontleend.
Beleidsregels welzijnssubsidies 2015 In de subsidiestaat zijn de instellingen opgenomen die op grond van de Algemene Subsidieverordening (ASV) Boxtel 2010 een aanvraag hebben ingediend binnen de onderstaande beleidsregels voor welzijnssubsidies. A. Sportorganisaties B. Jeugd en ontspanningsorganisaties C. Organisaties die algemene activiteiten organiseren alsmede organisaties met een openbaar karakter die zich overwegend op sociaal-cultureel gebied bewegen D. Organisaties voor cultuurhistorie E. Organisaties actief op het terrein van emancipatieactiviteiten, zorg voor allochtonen en uitkeringsgerechtigden F. Organisaties werkzaam op het gebied van gezondheidsbeleving en –bevordering G. Fanfares, tamboer- en lyrakorpsen, majorettes en overig muzikale uitingsvormen H. Overige verenigingen en/of organisaties I. Gemeenschapshuizen J. Professionele instellingen K. Peuterspeelzalen.
160
Programmabegroting 2015
Colofon Uitgave Gemeentebestuur van Boxtel Postbus 10.000 5280 DA BOXTEL 0411-655911 www.boxtel.nl Eindredactie en vormgeving Afdeling Concern en Dienstverlening Druk, afwerking en advisering Huisdrukkerij repro September 2014
Programmabegroting 2015
161