Programmabegroting 2015

Programmabegroting 2015

MeerjarenProgrammaBegroting voor de planperiode 2015 – 2018

Zuiderzeestraatweg Oost 19 - Postbus 70, 8080 AB Elburg Telefoon 0525 688 688 Fax 0525 688 699 E-mail: [email protected] Internet: www.elburg.nl

Inhoudsopgave Aanbieding Aanbieding Meerjarenprogrammabegroting 2015-2018

De programma’s 1 Sociaal domein 2 Onderwijshuisvesting en -vervoer 3 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting 4 Bouwen en milieu 5 Veiligheid 6 Verkeer en openbare ruimte 7 Cultuur, sport, recreatie en toerisme 8 Economische structuur 9 Bestuur 9A Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien De paragrafen A Weerstandsvermogen en risicobeheersing B Onderhoud kapitaalgoederen C Financiering D Bedrijfsvoering E Verbonden partijen F Grondbeleid G Lokale heffingen H Subsidies I Bezuinigingen

3

11 20 22 25 27 30 34 38 40 45

50 56 63 67 74 90 94 98 100

Bijlagen 1 2 3 4 5 6 7

1

Programmabegroting 2015-2018 Meerjareninvesteringsplanning 2015-2018 Overzicht geplande investeringen 2007-2014, nog niet aangevraagd Producten op programmaniveau Kerngegevens 2012-2018 Reserves en voorzieningen 2015-2018 Begrotingsuitgangspunten

103 106 108 109 113 114 116

2

Aanbieding

Aanbieding Inleiding Hierbij bieden wij u de Meerjarenprogrammabegroting 2015-2018 (MPB) aan. De MPB schetst de hoofdlijnen van beleid en wordt door uw raad vastgesteld. De daarin opgenomen programma’s worden door ons college vertaald in ramingen op productniveau. Uw besluitvorming omtrent de eerste jaarschijf van de MPB wordt daarin opgenomen. De volgende stukken vormen de basis voor deze MPB 2015-2018:  Voorjaarsnota 2014.  Rapportage meicirculaire 2014 algemene uitkering Gemeentefonds.  MPB 2014-2017.

Samenvatting In meerjarenperspectief zijn de uitkomsten van de voorliggende MPB, inclusief de uitkomsten van de meicirculaire 2014, redelijk in lijn met de voorjaarsnota 2014. Er is sprake van een overschot van € 13.082 in 2018. De in de voorjaarsnota opgenomen kortingen op het gemeentefonds (€ 400.000), wegens de 1 e tranche groot onderhoud van het verdeelstelsel van het gemeentefonds, en de accresverlaging (€ 150.000) zijn verwerkt. De ombuigingsvoorstellen uit de voorjaarsnota geven voldoende ruimte om in meerjarenperspectief een sluitende begroting te presenteren. In deze MPB zijn onder programma 1 de 3 transities in het sociale domein (jeugdzorg, WMO -begeleiding en Participatiewet) opgenomen. Deze worden cijfermatig toegelicht onder daartoe in het leven geroepen afzonderlijke beleidsvelden. Ook is bij de programma-indeling rekening gehouden met het coalitieakkoord 2014-2018 zoals dat voor de komende raadsperiode is vastgesteld. Naar aanleiding van de door uw raad bij de behandeling van de voorjaarsnota aangenomen motie is in afwachting van de uitkomst van de armoedeconferentie onder programma 1 voor 2015 de bij de meicirculaire beschikbaar gestelde middelen voor intensivering armoedebeleid (€ 51.150) opgenomen. De in de voorjaarsnota gedane voorstellen nieuw beleid, wijziging bestaand beleid en ombuigingsvoorstellen zijn in deze MPB opgenomen.

Opbouw De opzet van de programma’s is in deze MPB niet veranderd. Per programma is bij het onderdeel middelen de financiële vertaling weergegeven van de voorjaarsnota 2014. Om de in de voorjaarsnota opgenomen voorstellen makkelijker in deze MPB terug te kunnen vinden, worden achter de in het exploitatieoverzicht opgenomen voorstellen het volgnummer uit de voorjaarsnota vermeld. Per programma vindt u cijfermatig een totaalbeeld weergegeven ten aanzien van de gevolgen van bestaand beleid en nieuw beleid (inclusief MPB 2014-2017). Naast deze 9 programma’s zijn 8 paragrafen opgenomen die een dwarsdoorsnede vormen van de begroting en u inzicht verschaffen in heel specifieke onderwerpen (zoals bedrijfsvoering, lokale heffingen, financiering, risico’s en weerstandsvermogen). Een recapitulatie van de totalen per programma is opgenomen in bijlage 1 waarbij het saldo van baten en lasten, de mutaties in de reserves en de resultaten per jaar worden gepresenteerd. De voorgenomen investeringen zijn verwerkt in het MIP 2015-2018 (bijlage 2) en in het overzicht geplande investeringen, nog niet aangevraagd (bijlage 3). Bijlage 4 geeft de productenramingen op programma- en beleidsveldniveau weer. In bijlage 5 worden de kerngegevens 2014-2018 opgesomd. In bijlage 6 is een meerjarig overzicht van de reserves en voorzieningen opgenomen. Tot slot zijn in bijlage 7 de begrotingsuitgangspunten vermeld. Indicatoren In de auditcommissie zijn de bestaande indicatoren heroverwogen en gereduceerd. Afgesproken is dat het aantal indicatoren verder wordt terug gebracht tot waar mogelijk belevingsindicatoren. Door ons college zal hier nog een vervolg aan worden gegeven waarbij rekening zal worden gehouden met meetbaarheid, frequentie van meting, gemeentelijke invloed op de indicator en de mogelijkheden tot ben chmark. Het onderzoek ‘Waarstaatjegemeente’ (2014) is op een andere wijze uitgevoerd waardoor een vergelijking van de cijfers met 2011 moeilijk is. Hierdoor zijn er indicatoren geschrapt cq vervangen door vergelijkbare ind icatoren.

3

Aanbieding

Programma-indeling In deze MPB is de programma-indeling op onderdelen aangepast. Dit is met name het gevolg van de afspraken uit het coalitieakkoord 2014-2018, de nieuwe portefeuilleverdeling van het college en de toevoeging van de 3 transities jeugdzorg, WMO en participatie. Onderstaand worden de wijzigingen opgesomd: Programma 1: Dit programma is naar aanleiding van het vastgestelde coalitieakkoord vanaf deze raadsperiode Sociaal domein gaan heten. In dit programma zijn de 3 transities jeugdzorg, WMO en participatie in afzonderlijke beleidsvelden ondergebracht. Onder het bestaande beleidsveld jeugdbeleid zijn tevens de producten voor passend onderwijs, leerplicht, onderwijsbegeleiding en VVE opgenomen vanwege de aanstelling van een portefeuillehouder voor de jeugd. Genoemde producten vielen voorheen onder programma 2. Programma 2: Dit programma is Onderwijshuisvesting en –vervoer gaan heten om de benaming te laten aansluiten bij de inhoud van dit programma. Onder de producten van dit programma vallen de onderwijsgebouwen (PO en VO) en het leerlingenvervoer. Het betreft de zogenaamde ‘harde’ kant van het onderwijs. In programma 1 is de ‘zachte’ kant van het onderwijs ondergebracht. Programma 7: Door het overbrengen van het product toerisme van programma 8 naar 7 is de benaming bij het coalitieakkoord veranderd in Cultuur, sport, recreatie en toerisme.

Meicirculaire 2014 De uitkomsten van de meicirculaire 2014 maken onderdeel uit van deze MPB. De rapportage omtrent de meicirculaire is na de voorjaarsnota verschenen. Alle geraamde mutaties voor de jaren 2015-2018 zijn opgenomen in deze MPB. Onderstaand worden nog enkele belangrijke onderwerpen uit die meicirculaire toegelicht. 1. De rijksbudgetten voor de 3 transities (jeugdzorg, WMO en participatie) zijn bekend gemaakt. Dit zogenaamde Deelfonds sociaal domein wordt toegelicht in programma 1 waar de uitgaven en inkomsten budgettair neutraal zijn opgenomen. 2. Voor intensivering armoedebeleid wordt een jaarlijks bedrag ontvangen van € 51.150. Dit bedrag is in programma 1 opgenomen en beschikbaar in het kader van de herijking van het minimabeleid. 3. In 2015 worden de waterschapsverkiezingen door de gemeente georganiseerd waarvoor een eenmalig bedrag van € 32.000 beschikbaar wordt gesteld (programma 9). 4. De structurele korting huishoudelijke hulp ad € 486.635 is in de primitieve begroting 2015 verwerkt. De maatregelen die dit mogelijk maken zijn vooruitlopend op de aankondiging al genomen. (Er is sprake van dat de korting in 2016 wordt verhoogd. Formeel is hierover nog niets meegedeeld, maar het kan een extra korting voor Elburg betekenen van € 180.000.) 5. Het budget voor onderwijshuisvesting is verlaagd met € 166.250 vanwege overheveling buitenonderhoud PO-scholen. Deze korting op het gemeentefonds is al primitief verwerkt in de gemeentebe groting 2015. Per saldo heeft dat negatieve gevolgen voor de jaarlijkse storting in de reserve onderwijshuisvesting. Bezien moet worden of de reserve als gevolg van deze operatie op termijn nog voldoende saldo heeft. Bij de in het voorjaar 2015 te verschijnen nota reserves en voorzieningen wordt dit in beeld gebracht. 6. Gezien het voorlopig akkoord met de bonden is voor de loonontwikkeling in 2015 1% extra verhoging geraamd waardoor de loonstijging voor 2015 op 2% is geraamd.

Primitieve begroting 2015 In de eerstejaarsschijf 2015 is er sprake van een positief saldo van € 33.304. Ten opzichte van de voorjaarsnota betekent dat een nadelig saldo van ca. € 170.000. Dit verschil wordt veroorzaakt door een lagere algemene uitkering en komt overeen met het nadeel wat bij de meicirculaire 2014 is gerapporteerd. In het saldo van de begroting 2015 (bestaand beleid) zijn enkele posten uit de voorjaarsnota al primitief meegenomen. Deze worden dus niet opnieuw in de programma’s opgenomen. Het gaat om de volgende in de voorjaarsnota 2014 opgenomen posten:  Legesderving omgevingsvergunningen (5)  Verhoging I&A budget agv NUP (13)  Exploitatiebudget I&A (14)  Facilitaire zaken (23)  Huisvestingszaken (24)  Personeelszaken (25)  Financiële zaken (26)

4

Aanbieding

Met uitzondering van de eerste post betreffen het alle bedrijfsvoeringkosten welke primitief worden meegenomen om tot een goede uurtariefberekening te komen. Overigens kan de bezuiniging op de tegemoetkoming ziektekosten raadsleden (20) niet plaatsvinden omdat deze regeling sinds juli jl. landelijk een wettelijke verplichting is.

Meerjarenperspectief 2015-2018 Bij de voorjaarsnota 2014 hebben wij u een beeld gegeven van het verwachte financiële meerjarenperspectief. Bij deze eerste globale financiële uitwerking is er toen een tekort in 2018 gepresenteerd van ca. € 16.000. Nu de MPB 2015-2018 in concept gereed is en op programmaniveau het meerjarenperspectief in beeld is gebracht komt het meerjarig cumulatief saldo, inclusief onderstaande wijzigingen, uit o p € 13.082 positief. Afwijkingen ten opzichte van de voorjaarsnota Zoals al verwoord zijn de uitkomsten van de meicirculaire in deze MPB in meerjarenperspectief verwerkt. Daarnaast zijn er op onderdelen uit de vorige MPB voor de jaren 2015-2017 marginale aanpassingen gedaan vanwege ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan. Andere afwijkingen ten opzichte van de voorjaarsnota vormen de instelling van een voorziening onderhoud haven (zie programma 6) en een budget voor coördinatie veiligheid evenementen (zie programma 5). Meerjareninvesteringsplanning 2015-2018 De nieuwe meerjareninvesteringsplanning is opgesteld met inachtneming van de voorjaarsnota 201 4. De nettolasten die uit het MIP voortvloeien zijn in de programma’s verwerkt. De investeringen in het begrotingsjaar 2015 zijn primitief verwerkt. Meerjarenprogrammabegroting 2014-2017 De financiële gevolgen van de genomen besluiten op basis van de Meerjarenprogrammabegroting 201 4-2017 zijn in de programma’s opgenomen onder de noemer MPB 2014-2017. Uitkomsten in meerjarenperspectief Na verwerking van bovenstaande informatie ziet de MPB 2015-2018 er als volgt uit: Jaar

Saldo

2015 2016

33.304 28.861

V N

2017 2018

197.211 13.082

V V

In meerjarenperspectief resteert cumulatief een overschot van € 13.082 in 2018. Het jaar 2016 sluit nog met een gering tekort van bijna € 29.000. Ter dekking van dit tekort zal een claim in de algemene reserve worden opgenomen. Deze heeft voldoende saldo om dit tekort eventueel op te vangen.

Bezuinigingen In deze MPB is, evenals bij de jaarrekening 2013, een paragraaf bezuinigingen toegevoegd waarin een totaalbeeld van de bezuinigingen in deze MPB wordt gegeven. In dat overzicht wordt een splitsing gemaakt in het verlagen van de uitgaven en het verhogen van de inkomsten zoals geadviseerd door de rekenkamercommissie. Ook wordt inzicht verschaft in de historie van de bezuinigingen vanaf 2011. Formatie Bij het zoeken van bezuinigingsmogelijkheden is steeds nadrukkelijk naar de interne bedrijfsvoering gekeken. In deze MPB zit een nog besparing aan formatie van 6,47 fte. Vertaald naar salariskosten gaat het dan om een bedrag van € 397.750. Bij vorige bezuinigingsrondes is inmiddels 10,68 fte gerealiseerd is. Dit is inclusief het niet invullen van de vacature afdelingshoofd facilitair (zie voorjaarsnota onder punt 25). Over de periode 2011 -2018 wordt daarmee in totaal € 17,15 fte bezuinigd. Zie ook het overzicht in de paragraaf bezuinigingen.

Belastingen en heffingen In deze MPB 2015-2018 worden voor de inwoners en bedrijven binnen de gemeente Elburg de tarieven van belastingen en heffingen in 2015 verhoogd met het gemiddelde van de loon- en prijsstijgingen van 1%. Voor de jaren 2016-2018 wordt gerekend met een gemiddelde inkomstenstijging van 1,4%. Uitzondering daarop vormen de tarieven voor de OZB. In de MPB 2014-2017 wordt nog gerekend met een jaarlijkse stijging van de OZB met 2%. Voorgesteld wordt de OZB voor eigenaren woningen en niet-woningen in de jaren 20152017 extra te verhogen met 1,50% tot 3,50% (voor gebruikers niet-woningen geen extra verhoging). Tegelijkertijd wordt voorgesteld de rioolheffingen en de reinigingsheff ingen voor die jaren niet te verhogen. 5

Aanbieding

Op deze wijze wordt de lastendruk voor de burger niet extra verhoogd ten opzichte van de huidige vooruitzichten zoals opgenomen in de MPB 2014-2017. Het blijkt dat de lasten voor de burger vanaf 2017 zelfs voordelig zijn (zie toelichtende overzichten onder programma 9a). Voor de OZB is voor 2018 een verhoging aangehouden van 2%. Daarnaast wordt voorgesteld de toeristenbelasting in 2015 met € 0,05 te verhogen, waarmee het tarief op € 1,10 per overnachting komt. Belastingdruk De belastingdruk wordt bepaald door de OZB, afvalstoffenheffing en rioolrechten op te tellen en het in bezit hebben van een woning met een gemiddelde waarde van € 241.000. De voorgestelde tariefstijgingen (in procenten) zien er voor de komende 4 jaar als volgt uit: Jaar 2015

OZB 3,5

Afval 0

Riool 0

2016 2017

3,5 3,5

0 0

0 0

2018

2

1,4

1,4

Er is in 2015 sprake van een stijging van de lokale lastendruk met gemiddeld ca. 1,27%. Deze stijging vertaalt zich in een verhoging van ruim € 8 per jaar. In de onderstaande tabel is de belastingdruk weergegeven voor een meerpersoonshuishouden met een woning met een WOZ waarde van € 241.000.

700 600 500

Riool

400

Afval

300

OZB

200 100 0 2014 € 643

2015 € 652

2016 € 660

2017 € 669

2018 € 680 Figuur: Belastingdruk meerpersoonshuishouden

In de Coelo Atlas wordt vermeld dat de gemeente Elburg in 2014 in de categorie voor laagste woonlasten plaats 80 bezet (nummer 1 is laagste woonlasten). In 2013 was dit plaats 79.

Septembercirculaire gemeentefonds De septembercirculaire 2014 vormt geen onderdeel van deze MPB. De uitkomsten zullen sepa raat aan uw raad ter kennis worden gebracht.

Toezicht Door de provinciaal toezichthouder wordt van de gemeente Elburg niet verwacht dat er bij de MPB al dekking is geregeld voor eventuele tekorten die verband houden met de septembercirculaire. De gemeenten zijn niet verplicht de septembercirculaire in de MPB 2015-2018 op te nemen. Zonder opneming van de septembercirculaire kan de provincie toch repressief toezicht van toepassing verklaren. De uitgangspunten om voor het begrotingsjaar 2015 voor het repressieve toezicht in aanmerking te komen zijn: a. de begroting 2015 dient naar het oordeel van de provincie in reëel en structureel evenwicht te zijn of als dat niet het geval is, dient de meerjarenraming aannemelijk te maken dat dit evenwicht in 2018 uiterlijk to t stand zal worden gebracht; b. de jaarrekening 2013 behoort in evenwicht te zijn; indien de jaarrekening niet in evenwicht is zal het structureel tekort betrokken worden bij het onderzoek van de begroting 2015; c. de vastgestelde jaarrekening 2013 en de begroting 2015 dienen tijdig, respectievelijk vóór 15 juli en 15 november 2014, aan de provincie te zijn toegezonden.

6

Aanbieding

Toetsing Toetsingsaspecten waar de provincie in het kader van reëel en materieel evenwicht ook op let zijn (zie de begrotingsbrief 2015 van 6 maart 2014): 1. Eenmalige baten en lasten In de voorliggende MPB zijn de eenmalige lasten danwel eenmalige baten benoemd in bijlage 1 (Overzicht geraamde incidentele baten en lasten). Enkele eenmalige kosten worden gedekt door de algemene reserve (totaal gaat het om € 80.000). 2. Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves Uit de MPB moet op grond van de BBV duidelijk blijken wat de structurele toevoegingen en onttr ekkingen aan de reserves zijn. In bijlage 1 is een overzicht voor de jaren 2015-2018 opgenomen. 3. Negatieve reserves Uit het meerjarige overzicht van de reserves en voorzieningen (bijlage 6) blijkt dat geen van de reserves in de begrotingsperiode 2015-2018 negatief zal worden. 4. Taakstellende bezuinigingen Belangrijk is dat de opgenomen bezuinigingen concreet op programmaniveau ingevuld moeten zijn. De provincie wil deze kunnen beoordelen en kunnen volgen. De paragraaf bezuinigingen geeft de nodige informatie hierover. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing worden bij het bepalen van de specifieke risico’s 3 taakstellende bezuinigingen (totaal voor een bedrag van € 122.000) genoemd. Deze vragen nog wel om concrete invulling. Verwezen wordt naar de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. 5. Loon- en prijscompensatie Bij de beoordeling of sprake is van een materieel sluitende meerjarenbegroting wordt gekeken of loon - en prijsstijgingen zijn opgenomen conform de in de meicirculaire 2014 opgenomen inflatiepercentages. Hier wordt aan voldaan. In bijlage 7 zijn de begrotingsuitgangspunten opgenomen. 6. Onderhoud kapitaalgoederen (wegen, riolering, water, groen en gebouwen) Bezuinigingen op het jaarlijks onderhoud worden alleen positief beoordeeld indien aannemelijk wordt gemaakt dat het verlagen van het kwaliteitsniveau niet zal leiden tot achterstallig onderhoud en/of juridische claims. Gezien de aanwezigheid van een reserve openbare ruimte zullen er op de aspecten wegen en groen (in deze zin) geen onderhoudsachterstanden ontstaan. Voor de riolering en water geldt in feite hetzelfde vanwege de aanwezigheid van een reserve rioolheffingen. 7. Grondexploitatie Geconstateerd wordt dat de bouwgrondexploitatie bij veel gemeenten risico’s bevat. Uitgangspunt moet zijn dat er reële planningen en kaders gesteld zijn en worden. Het evalueren en bijsturen van exploitatieplannen blijft de komende periode onverminderd van belang. De provincie beoordeelt bouwgrondexploitatierisico’s op basis van de jaarrekening en de paragraaf grondbeleid in de begroting. 8. Schuldpositie Ander aandachtspunt is de schuldpositie van de gemeente. Een hoge schuldpositie brengt risico’s met zich mee. De flexibiliteit van de begroting wordt beperkt en een rentestijging kan de budgettaire positie van gemeenten beïnvloeden. Bij de toelichting op de financiële positie wordt aan dit onderwerp nadrukkelijk aandacht besteed waarbij enkele ratio’s omtrent dit onderwerp worden beoordeeld (netto schuld per inwoner, debtratio en de netto schuldquote).

7

Aanbieding

Financiële positie Het feit dat de in meerjarenbegroting in 2018 een reëel en materieel evenwicht gepresenteerd kan worden is een goed resultaat. Voor het totale beeld van de financiële positie is dit uiteraard een belangrijk onderdeel. Naast het begrotingsevenwicht geven enkele indicatoren zoals het weerstandsvermogen en de schuldpositie ook een goed beeld van de financiële positie van de gemeente Elburg. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is het vermogen om (onverwachte) verliezen en incidentele financiële tegenvallers op te kunnen vangen, zonder dat de continuïteit of de dienstverlening van de organisatie direct in gevaar komt of financiële noodmaatregelen nodig zijn. Het incidentele en structurele weerstandsvermogen wordt bepaald door de relatie tussen de weerstandscapaciteit en de risico’s. Op basis van een uitgebreide risico-inventarisatie is incidenteel € 6,4 miljoen aan risico’s geïnventariseerd. Hier tegenover staat een incidentele weerstandscapaciteit van € 17,8 miljoen. Per saldo komt de weerstandsratio uit op 2,79 wat uitstekend is. Voor het structurele weerstandvermogen geldt ook dat de weerstandscapaciteit ten opzichte van de geïnventariseerde risico’s met 1,36 voldoende is. Voor een verdere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Schuldpositie Een ander aandachtspunt bij het bepalen van de financiële positie is de schuldpositie van de gemeente. Onderstaand worden daartoe enkele kengetallen opgesomd.  Netto schuldquote Een goed kengetal om de hoogte van de schulden van een gemeente te beoordelen is de netto schuld als aandeel van de inkomsten. Dit kengetal uitgedrukt in procenten wordt de netto schuldquote genoemd. Normaal ligt de netto schuldquote van een gemeente tussen 0% en 90%. Als de netto schuldquote tussen 100% en 130% ligt, is de gemeenteschuld hoog (oranje). De netto schuldquote voor de gemeente Elburg is 62% en dat is een goede en verantwoorde score.  Debt ratio De debt-ratio beoordeelt in hoeverre al het bezit van de gemeente belast is met schuld. Bij een schuldratio groter dan 80% (solvabiliteitsratio < 20%) heeft de gemeente zijn bezit zeer zwaar belast met schuld. Een handige wijze om de ratio weer te geven is de onderstaande cirkeldiagram. De cirkel stelt de totale balanswaarde van het bezit van de gemeente Elburg voor. Van dat bezit is 44% belast met schuld (debt-ratio). De resterende 56% van het bezit is afbetaald en is dus eigen vermogen (solvabiliteitsratio). Ook dit is een goede en verantwoorde score.

debt ratio

44% 56% solvabiliteits ratio Figuur: solvabiliteit en debt ratio

 Netto schuld per inwoner De netto-schuld per inwoner wordt bepaald door het totaal van de schulden minus de vorderingen te delen door het aantal inwoners. Voor de gemeente Elburg is dit € 1.392 (jaarrekening 2013). Daarmee is er sprake van een verbetering ten opzichte van de jaarrekening 2012 waarbij dit kengetal nog € 1.635 bedroeg. Ter vergelijking: in 2012 bedroeg de gemiddelde schuld van de Nederlandse gemeenten € 2.343. Uit bovenstaande blijkt dat de financiële positie v an de gemeente Elburg ruimschoots op orde is. Belangrijk daarbij is dat er voldoende oog is voor de risico’s die door de gemeente gelopen wordt. Onderstaand wordt hier op ingegaan.

8

Aanbieding

Financiële risico’s In welke mate de recessie ook nog invloed zal uitoefenen op de gemeentelijke financiën is onduidelijk. Verwachting is wel dat het eind daarvan nog niet in zicht is waardoor de gemeente met financiële nadelen te maken zal krijgen. Met name in het kader van de bouwgrondexploitatie en als afgeleide daarvan de bouwleges zal de gemeente hiermee voorlopig geconfronteerd blijven worden. Voor een verdere opsomming van de financiële risico’s wordt verwezen naar de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. In deze paragraaf worden de risico’s geïnventariseer d en vervolgens gekwantificeerd op basis van het risicoprofiel. De reservepositie van de gemeente is zodanig dat de beschikbare weerstandscapaciteit voldoende is om deze gekwantificeerde risico’s op te kunnen vangen. De gemeente heeft een voldoende ratio b ij de berekening van het structurele weerstandsvermogen en een ruime voldoende bij de bepaling van het eenmalige weerstandsvermogen. Gemeentefonds Hoewel daarover geen zekerheid te krijgen is, wordt er in de begroting geen rekening gehouden met nieuwe bezuinigingen op de algemene uitkering. Betreffende de algemene uitkering zijn er echter nog wel financiële risico’s met andere oorzaken en de ongewisse uitkomst daarvan. Ter dekking van mogelijke nadelen als gevolg van deze voornemens is een stelpost gereserveerd van € 336.000 (aanname van € 15,00 per inwoner). De risico’s worden hieronder kort toegelicht: 1. De vanaf 2015 in te voeren decentralisaties WMO, Participatiewet en Jeugdzorg hebben hun eigen dynamiek en worden zorgvuldig voorbereid. Uitganspunt is dat de toegekende middelen vanuit het Deelfonds sociaal domein afdoende zullen zijn ter bekostiging van de uitgaven in deze. De voor de daaropvolgende jaren 2016 en 2017 aangekondigde kortingen op deze budgetten zullen in navolging daarvan ook opgevangen moeten worden door een verlaging van de uitgaven op die onderdelen. 2. Daarnaast gaat vanaf 2016 voor het Deelfonds sociaal domein een objectief verdeelmodel gehanteerd worden. In 2015 zijn de budgetten op basis van historische gegevens berekend. Dat betekent dat de landelijke budgetten op een andere wijze over de gemeenten verdeeld zullen worden. De gemeente loopt hier het risico dat er in de toekomst voor jeugdzorg, WMO en participatie minder middelen ontvangen zullen worden. 3. De voor 2016 geplande 2e tranche van het voorgenomen groot onderhoud aan het verdeelstelsel van het gemeentefonds brengt nog een risico met zich mee. Bij de 2 e tranche worden de laatste 3 clusters (Werk en Inkomen, Volkshuisvesting, Brandweer) herijkt. Slotsom De gemeente Elburg heeft de meerjarenbegroting goed op orde. Geconstateerd kan worden dat: inkomsten en uitgaven reëel en materieel in evenwicht zijn, de schuldpositie zich ruim binnen de daarvoor gestelde marges bevindt en dat de reserves ruim voldoende zijn om eventuele risico’s op te kunnen vangen. Wij blijven echter voorzichtig opereren om te voorkomen dat er in de toekomst opnieuw bezuinigingen doorgevoerd moeten worden. Bij voortzetting van het voorzichtige financiële beleid kunnen wij ook in de toekomst onze begroting in meerjarenperspectief sluitend houden. Tot slot spreken wij de wens uit, dat het bestuurlijk handelen van deze gemeente ook in 2015 gedragen mag worden door wederzijds begrip en vertrouwen en dat ons werk onder Gods zegen mag staan.

Voorstel Voorgesteld wordt het MPB 2015-2018 ongewijzigd vast te stellen.

9

De programma’s 1

Sociaal domein

2

Onderwijshuisvesting en -vervoer

3

Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

4

Bouwen en milieu

5

Veiligheid

6

Verkeer en openbare ruimte

7

Cultuur, sport, recreatie en toerisme

8

Economische structuur

9

Bestuur

9A

Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

10

1: Sociaal Domein

Programma 1

Sociaal domein Beleidsvelden Uitkeringen, werkgelegenheid, gemeentelijk minimabeleid, maatschappelijke begeleiding en advies, ouderenbeleid, vrijwilligersbeleid, WMO maatwerkvoorzieningen, openbare gezondheidszorg, Participatiewet (transitie), WMO begeleiding (transitie) Portefeuillehouder: Afdelingen:

Wethouder S.W. Krooneman Sociale en Burgerzaken / Maatschappelijke Ontwikkeling

Jeugdbeleid, jeugdgezondheidszorg, jeugdzorg (transitie) Portefeuillehouder: Wethouder J. Polinder Afdelingen: Maatschappelijke Ontwikkeling

Algemene informatie A. Visie: Onze gemeente streeft naar economische zelfstandigheid, zelfredzaamheid, menswaardige deelname aan het maatschappelijk verkeer voor iedereen en naar een gezonde bevolking. B. Ontwikkelingen en trends:  De recessie leidt tot stijging van het aantal gerechtigden met gemeentelijke uitkering voor levensonderhoud en toenemend gebruik gemeentelijk minimabeleid waaronder schuldhulpverlening. Het ontslagrecht wordt aangepast. Door de Wet werk en zekerheid wordt de toegang tot de IOAW vanaf 1 januari 2015 geleidelijk afgebouwd. Alleen mensen die geboren zijn voor 1965 kunnen dan nog een beroep doen op de IOAW. De IOW (wet inkomensvoorziening oudere werklozen), uitgevoerd door UWV, blijft bestaan tot 2020.  Per 01-01-2015 wordt de hervorming kindregelingen van kracht. De uitkeringshoogte voor alleenstaande ouders is in het vervolg gelijk aan die van een alleenstaande. De alleenstaande ouderkorting vervalt op 1 januari 2015. Gemeenten hoeven deze dus niet meer te verrekenen met de uitkering. De alleenstaande ouders krijgen via de Belastingdienst voortaan extra kindgebonden budget, de zogeheten alleenstaande ouderkop, a ls zij geen toeslagpartner hebben. Dit hogere kindgebonden budget compenseert het verlies aan inkomen door de lagere WWB-, IOAW- en IOAZ-uitkering niet helemaal. De alleenstaande ouders hebben vanaf 1 januari 2015 een lager inkomen dan in 2014. Omdat er nog meer veranderingen in het kindgebonden budget zijn, zoals verhogingen voor het eerste en tweede kind, verschillen de gevolgen voor alleenstaande ouders van geval tot geval.  Per 1-1-2015 wordt de Wet maatregelen Wwb van kracht. Deze wet wijzigt een behoor lijk aantal zaken op het gebied van de arbeidsverplichtingen, tegenprestatie naar vermogen en kostendelersnorm. Door toepassing van de kostendelersnorm zal de bijstandsnorm per persoon lager worden naar mate meer personen op het adres wonen, ongeacht of deze huisgenoten (ook) recht op bijstand hebben. De kostendelersnorm moet stapeling van uitkeringen binnen een huishouden voorkomen, maar vooronderstelt ook een verre mate van kostendeling bij mensen die niet gehuwd of daaraan gelijkgesteld zijn. Met de kostendelersnorm wordt de huidige verhoging en verlaging in verband met het niet kunnen delen van kosten overbodig en vervalt de toeslagenverordening met ingang van 1 juli 2015. De tegenprestatie moet in verordening geregeld worden. Uitvoeringstechnisch gezien heeft deze wet grote gevolgen.  De langdurigheidstoeslag wordt per 01-01-2015 omgevormd tot een individuele toeslag. Per 1 januari 2015 zal de Participatiewet ingevoerd worden. De basis van de Wet werk en bijstand blijft in stand. De toegang tot de Wajong wordt beperkt tot mensen die duurzaam geen arbeidsmogelijkheden hebben. Daarnaast wordt de Wet sociale werkvoorziening afgeschaft per 01-01-2015. Na deze datum is geen instroom meer mogelijk. Burgers die voorheen in aanmerking waren gekomen voor de Wajong en Sociale werkvoorziening doen vanaf 01-01-2015 een beroep op de Participatiewet en vallen onder verantwoordelijkheid van de gemeente. Voor de gemeente Elburg betekent dit tot 2018 naar verwachting een aanzienlijke toename van het uitkeringsbestand. Om m eer mensen in een reguliere werkomgeving een kans te bieden heeft het kabinet in het voorjaar van 2013 een zogenoemd ‘sociaal akkoord’ gesloten met vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers. Er is afgesproken dat er landelijk minimaal 125.000 extra banen gecreëerd worden voor mensen met een arbeidsbeperking. Ook deze wet heeft uitvoeringstechnisch grote gevolgen.  Per 1 januari 2015 treedt de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning in werking. De gemeente wordt ook verantwoordelijk voor begeleiding voor extramuraal wonende burgers, bijvoorbeeld de arbeidsmatige dagbesteding, de dagbesteding voor kwetsbare senioren, woonbegeleiding en kortdurend verblijf. Deze ontwikkeling vraagt om een impuls om meer algemeen toegankelijke voorzieningen en collectieve voorzieningen te realiseren. Naast het benutten van maatschappelijk initiatief. 11

1: Sociaal Domein

 De nieuwe Wmo legt ook de opdracht bij gemeenten om cliëntondersteuning (ook mantelzorgers) integraal vorm te geven. Dat vraagt om een goede afstemming tussen organisaties die diensten leveren op dit terrein. Maar ook om het benutten van maatschappelijk initiatief en vrijwillige inzet. De nieuwe Wmo beoogt de positie van mantelzorgers te versterken. Door hen bijvoorbeeld meer in het ondersteuningsproces te betrekken. Het versterken van respijtzorg is een missie. Verder wordt vanaf 2015 de mantelzorgwaardering vorm gegeven.  Tevens valt de Maatwerkvoorziening inkomenssteun per 1 -1-2015 onder verantwoordelijkheid van de gemeente. Dit betreft een samenvoeging van de huidige WTCG en CER, die beiden overgaan in de nieuwe regeling.  Deze ontwikkeling staat naast de beweging om steeds meer ondersteuning, ook meer intensieve ondersteuning, in de thuissituatie vorm te geven. De extramuralisering van zwaardere vormen van ondersteuning zet zich verder door vanuit de samenleving en vanuit wetgeving. Dat vraagt om innovatie in het huisvestingsaanbod, maar ook in andere vormen van ondersteuning. Thuistechnologie is een van de middelen die deze beweging ondersteunt.  Alle parallelle bewegingen in het sociaal domein geven veel onzekerheden. Bij de betrokken burgers, maar ook bij veel ‘zorg’ organisaties. Dat geeft forse risico’s op discontinuïteit in de ondersteuning.  De Kanteling en Welzijn nieuwe stijl zijn gaande bewegingen om meer gebr uik te maken van mogelijkheden van de persoon zelf, diens netwerk en de kracht in de samenleving. Ingezet vanuit welzijn, maar nu ook steeds meer opportuun in wat tot nu toe ‘zorg’ heette.  Integraliteit in de ondersteuning, meer denken vanuit de leefwereld van de burger, zijn belangrijke aandachtspunten om de decentralisaties, binnen de moeilijke financiële kaders, tot een succes te maken. Vanaf 2015 zal daar met het wijkteam mede een bijdrage aan geleverd worden. Ook brede afstemming met ander ondersteuningsaanbod dat niet onder de Wmo valt wordt steeds belangrijker  Per 1 januari 2015 wordt de Jeugdzorg overgeheveld vanuit het Rijk en de Provincie naar de gemeenten. Dit betreft de provinciaal gefinancierde jeugd- en opvoedhulp (JOH), de jeugd GGZ en jeugd LVB. Voor 2015 is er sprake van een budget op basis van historisch gebruik. Vanaf 2016 wordt een ander verdeelmodel gehanteerd. Bij het vormgeven van de jeugdzorg is samenwerking op regionaal (RNV) en bovenregionaal niveau noodzakelijk.  Op 1 augustus 2014 is de wet op passend onderwijs in werking getreden. De scholen in onze regio hebben met elkaar een ondersteuningsplan opgesteld. De spreiding van speciaal onderwijs kan gevolgen hebben voor de zorgstructuur op jeugd, leerlingenvervoer en onderwijshuisvesting. De effecten van deze wet en de gevolgen van de uitvoering van de ondersteuningsplannen zullen vanaf schooljaar 2014 -2015 zichtbaar worden. In 2015 gaan we verder in gesprek met de scholen over de effecten van passend onderwijs voor de gemeentelijke bel eidsvelden.  Het rijk heeft de bijdrage aan de Maatschappelijke Stage afgeschaft. Onderwijs en gemeenten zijn samen op zoek naar mogelijkheden om dit te blijven vormgeven. In deze MPB wordt voorgesteld om vanaf 2015 de Maatschappelijke Stage lokaal vorm te geven en dus te behouden.  In de regio Veluwe zijn de gemeenten Elburg, Nunspeet, Oldebroek, Ermelo, Harderwijk en Putten JOGG gemeenten geworden. Dit betekent dat de gemeenten voor de jaren 2014 t/m 2016 met elkaar gaan samenwerken om samen met de provincie Gelderland het overgewicht onder jongeren terug te dringen. Hiervoor wordt de methodiek Jongeren op Gezond Gewicht ingezet.  De rol van leerplicht wordt in het kader van transitie jeugdbeleid en jeugdzorg opnieuw bekeken. De bestuursopdracht voor de projectgroep ‘Transitie Leerplicht’ luidt: In 2015 is Leerlingzaken getransformeerd en heeft ze een rol binnen jeugdzorg en passend onderwijs; voor 2016 moet de structurele financiering van Leerlingzaken geregeld zijn.

Gemeentelijke beleidskaders                    12

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand (2013) Re-integratieverordening Wet werk en bijstand gemeente Elburg (2013) Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand, IOAW en IOAZ (2013) Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand gemeente Elburg (2009) Verordening Declaratiefonds 2012-2014 Verordening Langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand gemeente Elburg (2012) Beleidsregel kinderopvang (2013) Beleidsregels en werkinstructies bijzondere bijstand, langdurigheidstoeslag en minimabeleid Beleidsregels en uitvoeringsvoorschriften terugvordering en verhaal WWB (2013 en 2010) Meerjarenbeleidsplan handhaving en fraudebestrijding 2010-2013 Verordening Wet Inburgering gemeente Elburg 2012 (2012) Beleidsplan WMO Verordening Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Elburg 2012 Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Elburg 2014 Beleidsregels kwijtschelding gemeentelijke belastingen Nota Vrijwilligerswerk Nota jeugdketen (2011) Nota Jeugdbeleid (2014) Nota sturing en bekostiging jeugdhulp

1: Sociaal Domein

      

Beleidskader 2015-2018 “In één keer goed” Gezondheidsnota “Gezondheid Dichterbij: Goed Bezig 2012-2015” Nota Voor- en vroegschoolse educatie in de gemeente Elburg (2013-2016) Visiedocument Jeugdzorg “Positief Jeugdbeleid” (2012) Leerplichtinstructie (regionaal beleid) Nota Kwaliteit handhaven in de kinderopvang (2013) Nota peuterspeelzalen in de gemeente Elburg

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

1. Economische zelfstandigheid: Bevorderen arbeidsparticipatie.

Achterstandspositie arbeidsmarkt van minderheden en 45-plussers verkleinen.

Waarborgen dat elke burger in zijn levensonderhoud kan voorzien.

2. Zelfredzaamheid: Burgers zo lang mogelijk zo zelfstandig mogelijk laten functioneren in hun eigen sociale omgeving.

Bevorderen van deelname aan het maatschappelijke verkeer.

3. Zelfstandig functionerende volwassenen: Vormen van de jeugd tot volwassen burgers die zelfstandig functioneren in de samenleving. 4. Maatschappelijke participatie: Bevorderen maatschappelijke participatie, ook van de minima.

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

Verbeteren van de uitgangspositie van werkzoekenden.

Sollicitatietraining bijstandscliënten. Toetsen taal en rekenen in het kader van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs, met, indien nodig, een aanbod voor een cursus ter verbetering van het taal- en rekenniveau.

Minder mensen in de bijstand.

Intensiveren van poortwachtersfunctie en inzet jobcoach Projecten tegenprestatie, zoals groenproject, project leger des heils en project binnenstad.

Huidig voorzieningenniveau voor mensen met een laag inkomen zoveel mogelijk handhaven.

Maatwerkvoorziening inkomenssteun realiseren

De basis voor het minimabeleid blijft 110% van de bijstandsnorm.

Computer voor schoolgaande kinderen

Bevorderen van adequate woon- en leefomgeving voor zorgbehoevenden en mensen met een beperking.

Implementatie decentralisatie begeleiding Versterken gebruik thuistechnologie voor zoveel mogelijk zorgvragen (ook voor GGZ)

Kleinere zorgvraag d.w.z. minder beroep doen op de professionele hulpverlening en meer inzet van onderling dienstbetoon, vrijwilligers en de mantelzorg. Tegengaan van vereenzaming.

Realiseren algemene en collectieve voorzieningen Uitvoeren van RSP projecten en leefbaarheidsprojecten

Personen met een beperking compenseren met kwalitatief goede voorzieningen op het gebied van maatschappelijke ondersteuning.

De voorzieningen op elkaar laten aansluiten, zodat maatwerk altijd mogelijk is op alle levensgebieden.

Huidig voorzieningenniveau voor mensen met een beperking zoveel mogelijk handhaven.

Meer inzetten op Algemene en collectieve voorzieningen indien dat kan. Waardoor de Individuele voorzieningen beschikbaar blijven voor mensen die niet zonder kunnen. Introduceren Algemene voorziening Hulp bij huishouden

Streven niemand zonder diploma van school.

In het kader van de transitie Jeugdzorg en Passend onderwijs wordt het jeugdveld opnieuw ingericht en getransformeerd. Uitvoering nieuwe activiteiten jeugdparticipatie

Maatschappelijke betrokkenheid van de jeugd vergroten. Zinvolle vrijetijdsbesteding voor de jeugd. Behoud en versterken van het vrijwilligerswerk. Jongeren al jong kennis laten maken met vrijwilligerswerk. Versterken van het gemeenschapsleven.

Beperken regelgeving t.a.v. vrijwilligers Voortzetting maatschappelijke stage Uitvoeren buurtplannen via “Plan de toekomst van je buurt”

Versterken van het culturele leven. Versterken van het sport- en verenigingsleven. 5. Gezonde samenleving: Bewustwording en hebben van een gezonde, actieve levensstijl. 6. Zelfstandig functionerende volwassenen:  Vormen van de jeugd tot volwassen burgers die zelfstandig functioneren in de samenleving Vrije schoolkeuze aansluitend aan de eigen opvoeding

13

Minder overgewicht bij de jeugd. Minder alcohol- en drugsgebruik en gokken (misbruik van middelen). Streven niemand zonder startkwalificatie van school. (zie ook programma 1)

Kinderopvang Vergroten kwaliteit en gebruik voorschoolse voorzieningen.

Door de ontwikkelingen op het terrein van Passend Onderwijs en de transitie Jeugdzorg wordt het jeugdveld opnieuw ingericht. Ihkv VVE worden resultaatafspraken gemaakt met het onderwijs voor het terugdringen van een achterstand bij kinderen tot 6 jaar. Vergroten van de kwaliteit d.m.v. voor- en vroegschoolse educatie: Uitwerken van resultaatafspraken met het basisonderwijs en ouderbetrokkenheid

1: Sociaal Domein Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

Integreren van het lokaal onderwijsbeleid binnen het totaal van het lokaal jeugdbeleid door samenwerking en gerichte inzet van middelen voor onderwijsbegeleiding. Het bieden van een basisvoorziening voor kinderen van 2-4 jaar voor spelen, ontwikkelen en ontmoeten in georganiseerd verband binnen peuterspeelzalen. Persoonlijke ontplooiing en het maatschappelijk functioneren van volwassenen in dreigende achterstandssituaties door ontwikkeling van kennis, inzicht en vaardigheden.

Door de ontwikkelingen in het kader van Passend Onderwijs en de Transitie Jeugdzorg wordt het jeugdveld en de aansluiting met onderwijs opnieuw ingericht.

VVE – ontwikkeling resultaatafspraken en ouderbetrokkenheid

Indicatoren Doel

Omschrijving

Soort indicator

Bron

1

Aantal personen met een periodieke uitkering voor levensonderhoud (WWB/ IOAW/IOAZ/Bbz)

Output

Intern

197 180 162

2013 2012 2011

221

2

Aantal ouderen waarbij ouderenadviseur kortdurende begeleiding biedt

Output

St. WIEL

Bereik jeugdwerk, activiteiten:

Output

St. WIEL

2013 2012 2011 2013 2012 2011 2013 2012 2011 2013 2012 2011 2013 2012 2011 2013 2012 2011 2013 2012 2011 2013 2012 2011

170

3

186 167 150 ** 1.490 650 ** 125 185 ** 47 35 ** 0 1 ** 310 335 ** 681 706 ** 25% 25% * 68% * 30% * 17% * 10%

2015 2011 2015 2011 2015 2011 2015 2011

70%

jongerencentra per week

meidenwerk

tienermoeders

Bereik jeugdwerk, jongeren

Output

NHSJJ

Kinderen

4 5

6

* ** 14

Realisatie Getal Jaar

Streefwaarde 2015 Toelichting Prognose obv nieuwe wetgeving

900

115

20

0

200

250

% inwoners dat vrijwilligerswerk doet

Output

St. WIEL

25%

% jongeren die lid zijn van een sportvereniging of sportclub % jongeren die wel eens dronken of aangeschoten zijn geweest % jongeren met overgewicht

Output

Emovo

Output

Emovo

Output

Emovo

% jongeren die dagelijks roken

Output

Emovo

% jongeren die eens hasj/wiet hebben gebruikt

Output

Emovo

* 6%

2015 2011

3%

Aantal voortijdig schoolverlaters

Output

Leerlingzaken

** 49 24

2013 2012 2011

20

Aantal herplaatste schoolverlaters

Output

Leerlingzaken

30% 14% 10%

** 2013 10 5 2012 5 2011 % kinderen 2-4 dat gebruik maakt van Output PSZ 29 2013 45 peuterspeelzaal 32 2012 37 2011 % kinderen dat gebruik maakt van Output KDV 19 2013 35 kinderopvang 20 2012 37 2011 In 2015 wordt door de GGD voor de 3 e keer het Emovo onderzoek uitgevoerd. Cijfers Hervormde st. jeugd en jongerenwerk, stichting Wiel en Leerlingzaken nog niet bekend.

1: Sociaal Domein

Middelen Sociaal Domein Met ingang van 2015 worden gemeenten op grond van de WMO 2015, de Jeugdwet en de Participatiewet integraal verantwoordelijk voor het sociaal domein. De decentralisaties gaan in 2015 gepaard met een toevoeging van € 10,4 miljard aan het gemeentefonds. Het voorstel van het kabinet om een deelfonds sociaal domein (een tijdelijke bijzondere uitkeringsvariant binnen het gemeentefonds) in het leven te roepen, is ingetrokken. De middelen voor het sociaal domein worden beschikbaar gesteld in de vorm van een integratie -uitkering in het gemeentefonds. Deze middelen vallen daarmee geheel binnen de reguliere uitgangspunten van het gemeentefonds en de Financiëleverhoudingswet. Gemeenten mogen zelf bepalen hoe de middelen besteed en verdeeld worden over de taken die in de Jeugdwet, de WMO 2015 en de Participatiewet zijn opgedragen. (De inkomsten voor het sociaal domein zullen op programma 1 verantwoord worden waardoor de financiële gevolgen van de decentralisaties binnen programma 1 goed gemonitord kunnen worden.)

In het volgende overzicht zijn de aan Elburg toegekende middelen voor het sociaal domein opgesomd. Daarbij zijn ook de huidige specifieke en integratie-uitkeringen voor de oorspronkelijke beleidsvelden Werkgelegenheid en WMO weergegeven. De korting van 40% op de WMO huishoudelijke hulp komt in dit overzicht duid elijk naar voren. Hierdoor ontstaat een goed beeld van de hogere bijdrage van het rijk voor het programma sociaal domein. Per saldo wordt in 2015 € 7,7 miljoen meer ontvangen in verband met de transities. In de planperiode daalt dit tot € 7 miljoen. Omschrijving Specifieke/ integratie uitkeringen: Rijksbijdrage sociale werkvoorziening Participatiebudget (werk/wi) Wet Maatschappelijke ondersteuning Drie transities sociaal domein: Decentralisatie AWBZ > WMO Decentralisatie jeugdzorg Decentralisatie participatiewet Totaal Mutatie

2014

2015

2016

2017

2018

3.808.216 218.626 2.088.093

1.566.254

1.566.254

1.566.254

1.566.254

3.408.680 5.023.634 3.860.829 13.859.397 7.744.462

3.571.482 4.952.202 3.629.044 13.718.982 -140.415

3.472.259 4.784.660 3.403.997 13.227.170 -491.812

3.462.626 4.814.352 3.226.116 13.069.348 -157.822

6.114.935

De uitkeringen voor 2015 zijn gebaseerd op historische kosten en staan vast. De bijdragen voor 2016 t/m 2018 zijn voorlopig en gebaseerd op de kennis van nu. Dat de uitkeringen terug lopen heeft te maken met de kortingen die het rijk de komende jaren nog toepast. Vanaf 2016 wordt voor de WMO en jeugdzorg gewerkt met een nieuw verdeelmodel. Dat betekent dat de landelijke budgetten op een andere wijze over de gemeenten verdeeld zullen worden. De eerste uitkomsten van deze nieuwe verdeelmodellen worden al dit najaar verwacht. De gemeente loopt hierdoor nog extra financiële risico’s. De Participatiewet kent de onderdelen reïntegratie, WSW en nieuwe groepen participatie. Ook voor dit onderdeel gaat vanaf 2016 een nieuw verdeelmodel gebruikt worden. Door een ingroeiperiode van 3 jaar worden de herverdeeleffecten geleidelijk doorgevoerd. De totale inkomsten vanuit de integratie-uitkering sociaal domein worden ingezet voor de nieuwe taken WMO, jeugdzorg en Participatiewet. Door de diverse werkgroepen, die de invoering van de transities begeleiden, worden ramingen gemaakt voor de besteding van de middelen. Onderstaand zijn de meest recente ramingen weergegeven.

15

1: Sociaal Domein Decentralisatie participatiewet Re-integratie en voorzieningen Participatiewet: uitbestede trajecten (incl.inburgering) vluchtelingenwerk overige (kdopv., verwerv.kst:reiskst.etc) uitgaven premiebeleid voorbereidingkrediet bbz starters bijdrage reserve participatie Sociale werkvoorziening: bijdrage Inclusief Groep Totaal Decentralisatie jeugdzorg Lokale budgetreserveringen: flexbudget basisteam bemensing basisteams overhead basisteams Regionale budgetreserveringen: innovatie en risicobudget landelijke spec. zorgtrajecten Bovenregionaal budget: AMHK NOG Bedrijfsvoeringskosten: totale kosten bedrijfsvoering

200.000 16.000 15.000 5.000 5.000 -32.055 208.945 3.651.884 3.860.829

176.000 298.000 30.000 504.000 201.000 201.000 402.000

Decentralisatie AWBZ > WMO Budgetreserveringen: maatwerk chronisch zieken/beperkten sociale wijkteams mantelzorgers doventolk uitvoeringsbudget overgangsbudget compensatie begrotingsakkoord 2014 Budgetten cliëntondersteuning: cliëntondersteuning (MEE-Veluwe) integrale vroeghulp Budget Sensoor: 24 uur luisterend oor AWBZ (PGB en Zorg in natura): begeleiding individueel begeleiding groep kortdurend / tijdelijk verblijf eigen bijdrage

Totaal

202.831 9.390 65.732 7.512 68.174 187.806 183.111 724.556 228.515 2.485 231.000 5.661 1.640.579 895.443 72.488 -161.047 2.447.463 3.408.680

45.000 100.634

Jeugd- en opvoedhulp (JOH): Licht verstandelijk beperkt: (LVB) Geestelijke gezondheidszorg (GGZ):

1.718.000 1.032.000 1.222.000

Totaal

5.023.634

Meicirculaire 2014 Uitvoeringskosten Participatiewet Onder de nieuwe Participatiewet zal de gemeentelijke doelgroep toenemen. Voor de extra uitvoeringskosten Participatiewet van de nieuwe doelgroep voegt het rijk middelen toe aan het gemeentefonds. De structurele middelen hiervoor nemen jaarlijks toe van € 2.500 in 2015 tot € 18.750 in 2018. Individuele studietoeslag In het kader van de Participatiewet is de individuele studietoeslag geïntroduceerd. Het betreft een aanvullende inkomensondersteuning voor bepaalde groepen studerenden. De structureel beschikbare bedragen hiervoor nemen jaarlijks toe van € 2.750 in 2015 tot € 16.250 in 2018. Intensivering armoedebeleid In de decembercirculaire is aangekondigd dat in 2014 voor intensivering armoedebeleid € 70 miljoen beschikbaar wordt gesteld en voor de jaren 2015 en verder € 90 miljoen structureel aan de algemene uitkering toegevoegd. Voor de gemeente Elburg betekent dit voor 2014 een bedrag van € 38.208 en voor 2015 en verder gaat het om € 51.150. Dit structurele bedrag van € 51.150 zal zijn invulling krijgen in het kader van de door de raad (bij de behandeling van de voorjaarsnota op 7 juli 2014) aangenomen motie omtrent herijking van het minima - cq armoedebeleid. Voorjaarsnota 2014 Invoering Participatiewet [1a] In de MPB 2014-2017 is voor de jaren 2015-2017 op voorhand een structurele korting van € 217.500 (jaarlijks € 72.500) opgenomen in verband met de specifieke kortingen die de WSW treffen. Ter dekking van de mogelijke tekorten bij de Inclusief Groep is er een bedrag van € 1.500 per WSW-er (145 fte in onze gemeente) als nadeel opgenomen. Tot zover heeft de Inclusief Groep nog geen beroep op de gemeente gedaan voor een financiële aanvulling. Hoewel duidelijk is dat de participatiewet veel meer betekent dan vorenstaand wordt verondersteld, wordt in afwachting van hoe één en ander zal uitpakken de opgenomen korting van € 217.500 vanaf 2017 terug gedraaid. Dit voorstel is ingegeven door de afspraak dat geen extra middelen in het sociaal domein zullen worden uitgegeven. Binnen de rijksmiddelen voor de drie decentralisaties worden de taken uitgevoerd.

16

1: Sociaal Domein

In het kader van de participatiewetgeving en de bijbehorende overgangsfase is in totaal nog wel een eenmalig bedrag van € 217.500 beschikbaar uit de jaren 2015 en 2016 (respectievelijk € 72.500 en € 145.000). Vanaf 2017 zijn deze gelden niet meer beschikbaar en wordt er vanuit gegaan dat de toegekende middelen uit het deelfonds sociaal domein afdoende zullen zijn ter bekostiging van de uitgaven in d it kader. Maatschappelijke stage [2] Per 1 januari 2015 stopt de rijksvergoeding voor maatschappelijke stage (MAS). Scholen en de gemeente zien het maatschappelijk belang van de MAS in en willen in samenwerking met de welzijnsinstelling, verenigingen e.d. graag dat de MAS voortgezet wordt. De MAS is niet wettelijk verplicht. Het levert wel maatschappelijk rendement op. Onderzoek heeft uitgewezen dat jongeren meer vrijwilligerswerk zijn gaan doen als gevolg van de MAS. De gemeente doet in de komende jaren een groter beroep op onze inwoners als het gaat om vrijwilligerswerk. Voorgesteld wordt voor het blijvend invullen van de MAS een bedrag van € 20.000 beschikbaar te stellen. Uitbreiding formatie leerplicht RNV [3] De herschikking van RMC-gelden is verplicht in verband met regelgeving en maakt een verhoging van de gemeentelijke bijdrage voor leerplicht noodzakelijk. De rijksvergoeding RMC kan niet meer ingezet worden voor leerplicht 18-. In 2015 is hiervoor incidenteel een bedrag nodig van € 15.500. Na uitvoering van het projectplan 'Transformatie leerlingzaken/ RMC' zal vanaf 2016 een structureel bedrag van € 33.500 noodzakelijk zijn. MPB 2014-2017 Onderwijsbegeleiding Op onderwijsbegeleiding wordt (evenals in 2014) in 2015 en 2016 nog eens € 20.000 bezuinigd (totaal € 60.000). Dit betekent dat scholen zelf minder tijd en gelegenheid hebben om aandacht te besteden aan de zorgaspecten van leerlingen. Vroegsignalering, snelle doorverwijzing en goede samenwerking met instanties, met name he t CJG, wordt meer dan ooit een must. Algemeen Maatschappelijk Werk Betreft een taakstellende bezuiniging van 10% op het budget voor de Stichting Maatschappelijk Werk Veluwe. In 2014 is al een bedrag van € 5.450 (2,5%) bezuinigd. Voor de jaren 2015 -2017 wordt het subsidie jaarlijks met eenzelfde bedrag gekort. Jeugdbeleid Voor 2016 wordt een taakstellende bezuiniging opgevoerd van € 50.000. Na de transitie jeugdzorg in 2015 kan bekeken worden op welke onderdelen van de jeugdzorg het best bezuinigd kan wo rden. Daarbij zal ook gekeken worden naar de activiteiten die de Stichting Wiel op dit onderdeel uitvoert. Nederlands hervormde stichting jeugd- en jongerenwerk Betreft een taakstellende bezuiniging van € 5.000 op het budget voor de Nederlands Hervormde Stichting jeugd- en jongerenwerk. In 2014 is al een bedrag van € 1.250 bezuinigd. Voor de jaren 2015-2017 wordt het subsidie jaarlijks met eenzelfde bedrag gekort. Ouderenzorg Voor 2016 wordt een taakstellende bezuiniging opgevoerd van € 32.000. Na de transitie WMO in 2015 kan bekeken worden op welke onderdelen van de ouderenzorg het best bezuinigd kan worden. Daarbij zal ook gekeken worden naar de activiteiten die de Stichting Wiel op dit onderdeel uitvoert. Gemeentelijk Minimabeleid Vanwege de stijging van de kosten voor het minimabeleid en het ruimhartige minimabeleid wat de gemeente Elburg in vergelijking tot de buurgemeenten Nunspeet en Oldebroek voert, heeft uw raad besloten om te bezuinigen op het declaratiefonds. Het declaratiefonds is in het leven geroepen om mensen meer te laten participeren. Te denken valt dan aan lidmaatschap vereniging, bibliotheek, abonnementen telefoon, krant en kabel. De mogelijkheden om te bezuinigen op het declaratiefonds liggen met name in het kiezen van een andere kolom binnen het meerkeuzebudget (huidige keuze kolom A). Uw raad beslist jaarlijks welke kolom er gebruikt gaat worden.

17

1: Sociaal Domein Gezinsgrootte c.q. –samenstelling

Budget A

Budget B

Budget C

Budget D

Alleenstaande

€ 475

€ 356

€ 238

€ 119

Gehuwden c.q. samenwonenden

€ 525

€ 394

€ 263

€ 131

Alleenstaande ouder of gehuwden met 1 kind

€ 685

€ 514

€ 343

€ 171

Alleenstaande ouder of gehuwden met 2 kinderen

€ 850

€ 638

€ 425

€ 213

Alleenstaande ouder of gehuwden met 3 kinderen

€ 1.010

€ 758

€ 505

€ 253

Alleenstaande ouder of gehuwden met 4 kinderen

€ 1.175

€ 881

€ 588

€ 294

Alleenstaande ouder of gehuwden met 5 kinderen

€ 1.340

€ 1.005

€ 670

€ 335

Alleenstaande ouder of gehuwden met 6 of meer kinderen

€ 1.500

€ 1.125

€ 750

€ 375

Met ingang van 2015 heeft uw raad gekozen voor meerkeuzebudget C. Dit levert een besparing op van € 67.200. Jeugdbeleid De sluiting van Deel II levert in 2015 een bezuiniging op van € 25.000. Gekozen is voor sluiting van deze locatie. Het risico is wel aanwezig dat deze jongeren uitwijken naar een (nieuwe) jeugdkeet. Openbare gezondheidszorg De uitvoering van de 3 e nota volksgezondheid is in 2013 in RNV-verband ter hand genomen. De jaarlijkse cofinanciering van interventies op de vastgestelde speerpunten gezondheidsbeleid ad € 15.000 wordt in 2017 beëindigd. WMO maatwerkvoorzieningen Vanwege verplicht hergebruik van scootmobielen worden de WMO-budgetten gekort met respectievelijk € 18.000 (2015), € 12.000 (2016) en € 30.000 (2017) en daarmee structureel € 60.000. De korting voor 2015 is al verwerkt in de begroting. Deze budgetverlaging wordt binnen de WMO opgevangen door de budgetten voor vervoers- en rolstoelvoorzieningen af te ramen.

18

1: Sociaal Domein Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie

Rekening 2013

14.270.107

Begroting 2014

14.957.266

2015

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

2018

10.050.580

22.389.223 39.582

22.269.440 40.133

21.631.811 40.690

3.408.680 5.023.634 3.860.829

162.802 -71.432 -231.785

-99.223 -167.542 -225.047

-9.633 29.872 -177.881

Meicirculaire 2014 Uitvoeringskosten participatiewet Bijzondere bijstand Intensivering armoedebeleid

2.500 2.750 51.150

5.750 5.500

5.250 5.500

5.250 2.500

Voorjaarsnota 2014 Invoering Participatiewet Maatschappelijke stage Uitbreiding formatie leerplicht

72.500 20.000 15.500

72.500

-145.000

-20.000 -5.450

-20.000 -5.450 -50.000 -1.250 -32.000

Deelfonds Sociaal domein Decentralisatie AWBZ > WMO Decentralisatie jeugdzorg Decentralisatie participatiewet

MPB 2014-2017 Afbouwen schoolbegeleiding Algemeen maatschappelijk werk Jeugdbeleid Hervormde st. jeugd- en jong. Ouderenzorg Versoberen declaratiefonds Jongerencentrum De Deel Startnotitie volksgezondheid Hergebruik scootmobielen

-1.250

Baten Bestaand beleid Prijscompensatie

per beleidsveld [x € 1.000] Uitkeringen Werkgelegenheid Gemeentelijk minimabeleid Maatsch. begeleiding en advies Ouderenbeleid Vrijwilligersbeleid Jeugdbeleid WMO maatwerk voorzieningen Openbare gezondheidszorg Jeugdgezondheidszorg Participatiewet (transitie) WMO begeleiding (transitie) Jeugdzorg (transitie) Saldo van baten en lasten Reserves Sociaal domein Gerealiseerd resultaat

19

-12.000

-15.000 -30.000

564.836

23.038

23.038

23.038

23.038

15.080.012

15.522.102

22.412.261

22.292.478

21.654.849

21.545.647

7.727.922

7.715.265

2.982.455

15.275.598 7.318

15.142.501 7.422

14.658.111 7.525

3.408.680 5.023.634 3.860.829

162.802 -71.432 -231.785

-99.223 -167.542 -225.047

-9.633 29.872 -177.881

Onttrekking uit reserves Startnotitie volksgezondheid

Saldo Saldo van baten en lasten Reserves Sociaal domein Gerealiseerd resultaat

-1.250

809.905

Deelfonds Sociaal domein Decentralisatie AWBZ > WMO Decentralisatie jeugdzorg Decentralisatie participatiewet

Totaal baten programma

-5.450

-67.200 -25.000

Storting in reserves Totaal lasten programma

18.000

237.790

410.374

47.055

47.055

47.055 -15.000

32.055

7.965.712

8.125.639

15.322.653

15.189.556

14.690.166

14.540.049

6.542.184 572.115

7.242.001 154.462

7.114.299

7.396.463

7.113.625 8.038 -32.055 7.089.608

7.126.939 8.038 -32.055 7.102.922

6.973.700 23.038 -32.055 6.964.683

7.014.615 23.038 -32.055 7.005.598

Last 2015 3.250 320 705 301 458 144 1.264 2.818 237 568 3.893 3.409 5.024 22.389 23 0 22.412

Baat 2015 2.425 0 35 0 2 0 91 430 0 0 3.861 3.409 5.024 15.276 15 32 15.323

Saldo 2015 825 320 670 301 456 144 1.173 2.387 237 568 32 0 0 7.114 8 -32 7.090

Last 2016 3.251 399 710 299 430 145 1.221 2.816 239 573 3.661 3.571 4.952 22.269 23 0 22.292

Baat 2016 2.425 0 35 0 2 0 92 436 0 0 3.629 3.571 4.952 15.143 15 32 15.190

Saldo 2016 826 399 675 299 429 145 1.129 2.380 239 573 32 0 0 7.127 8 -32 7.103

Last 2017 3.252 259 716 298 435 147 1.231 2.797 227 578 3.436 3.472 4.785 21.632 23 0 21.655

Baat 2017 2.425 0 35 0 2 0 93 442 0 0 3.404 3.472 4.785 14.658 0 32 14.690

Saldo 2017 828 259 681 298 433 147 1.137 2.354 227 578 32 0 0 6.974 23 -32 6.965

Last 2018 3.254 264 718 302 440 148 1.242 2.808 229 583 3.258 3.463 4.815 21.523 23 0 21.546

Baat 2018 2.425 0 35 0 2 0 95 449 0 0 3.226 3.463 4.815 14.508 0 32 14.540

Saldo 2018 829 264 683 302 438 148 1.147 2.359 229 583 32 0 0 7.015 23 -32 7.006

2: Onderwijs en kinderopvang

Programma 2

Onderwijshuisvesting en –vervoer Beleidsvelden Onderwijshuisvesting, Leerlingenvervoer Portefeuillehouder: Wethouder H. Wessel Afdeling: Maatschappelijk Ontwikkeling

Algemene informatie A. Visie:  Leerlingen kunnen voor het volgen van basis- en voortgezet onderwijs zo dicht mogelijk bij huis naar school. Dat geldt voor alle leerlingen, ook buiten het regulier onderwijs. Binnen de mogelijkheden die er zijn, wordt gestreefd naar passend onderwijs binnen de eigen gemeentegrenzen. Inzet is om in elke kern minimaal één basisschool te behouden. B. Ontwikkelingen en trends:  Op 1 augustus 2014 is de wet op passend onderwijs in werking getreden. De scholen in onze regio zijn met elkaar druk bezig voor het opstellen van een ondersteuningsplan. De spreiding van speciaal onderwijs kan gevolgen hebben voor leerlingenvervoer en onderwijshuisvesting.  In 2015 wordt het leerlingenvervoer weer voor een aantal jaren (regionaal) aanbesteed.  Om nieuw te kijken naar mobiliteit en de kosten omlaag te brengen, is een lokale en regionale werkgroep basismobiliteit ingesteld om het openbaar vervoer, (taxi)vervoer naar (speciaal) onderwijs en WMO -vervoer met elkaar te verknopen. De werkgroepen bestaan dan ook ambtelijk uit een ambtenaar OV, leerlingenvervoer en WMO.  De voorbereidingen voor de aanpassing van de verordening leerlingenvervoer met beleidsregels zijn in volle gang. Per 1 augustus 2015 treedt de nieuwe verordening in werking.  Uitvoering wetswijziging overheveling buitenonderhoud primair onderwijs. De wetswijziging betekent voor de gemeenten dat de zorgplicht voor onderhoud en aanpassing van schoolgebouwen primair en speciaal en voortgezet speciaal onderwijs vervalt. Vanaf 1 januari 2015 zijn de schoolbesturen van PO, SO en VO verantwoordelijk voor al het onderhoud, zowel buiten- als binnen onderhoud. Om deze taak naar behoren te kunnen uitvoeren, ontvangen zij daartoe de middelen binnen de lumpsumbekostiging die zij vanuit het Rijk ontvangen.

Gemeentelijke beleidskaders  Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Elburg (gebaseerd op Wet Primair Onderwijs en Wet Voortgezet Onderwijs)  Verordening Leerlingenvervoer Gemeente Elburg (2015)  Integraal Huisvestingsplan 2012-2016

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

1. Zelfstandig functionerende volwassenen:  Vormen van de jeugd tot volwassen burgers die zelfstandig functioneren in de samenleving

Zorg dragen voor voldoende huisvesting in zowel kwantitatieve als kwalitatieve zin voor zowel primair als voortgezet onderwijs. Doorverwijzen van leerlingen dan wel gebruikmaken van elkaars gebouwen moet mogelijk zijn ongeacht denominatie.

Uitwerken vervolg huisvesting v. Kinsbergen basisschool, openbare basisschool de Vrijheid en v. Kinsbergencollege (uitbreiding). “Scola van Kinsbergen”.



20

Vrije schoolkeuze aansluitend aan de eigen opvoeding

Uitvoering van de wijzigingen van de financiële mogelijkheden, de taken en verantwoordelijkheden van de gemeente op het terrein van de onderwijshuisvesting. Voor het Nuborgh College Lambert Franckens een totaalplan voor asbestsanering, renovatie en uitbreiding opstellen en uitwerken.

2: Onderwijs en kinderopvang

Middelen programma 2 Meerjareninvesteringsplanning Omschrijving

2.015

Dakbedekking Blokkendoos

2.016

2.017

2.018

15.000

Totale kapitaallasten

1.600

[Zie bijlage 2 voor een totaal overzicht]

Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie

Rekening 2013

Begroting 2014

2015

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

2018

3.706.742

3.285.491

2.870.107

2.870.107 10.533

2.880.640 10.680

2.891.320 10.828

0

875.507

814.063

814.063

814.063

814.063

3.706.742

4.160.998

3.684.170

3.694.703

3.705.383

3.716.211

69.520

66.352

69.187

69.187 191

69.378 194

69.572 197

Onttrekking uit reserves

1.021.128

1.483.437

1.550.369

1.550.369

1.550.369

1.550.369

Totaal baten programma

1.090.648

1.549.789

1.619.556

1.619.747

1.619.941

1.620.138

3.637.222 -1.021.128 2.616.094

3.219.139 -607.930 2.611.209

2.800.920 -736.306 2.064.614

2.811.262 -736.306 2.074.956

2.821.748 -736.306 2.085.442

2.832.379 -736.306 2.096.073

Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017 Storting in reserves Totaal lasten programma Baten Bestaand beleid Prijscompensatie Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017

Saldo Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

per beleidsveld [x € 1.000] Onderwijshuisvesting Leerlingenvervoer Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

21

Last 2015 2.228 643 2.870 814 3.684

Baat 2015 56 14 69 1.550 1.620

Saldo 2015 2.172 629 2.801 -736 2.065

Last 2016 2.230 651 2.881 814 3.695

Baat 2016 56 14 69 1.550 1.620

Saldo 2016 2.174 637 2.811 -736 2.075

Last 2017 2.232 659 2.891 814 3.705

Baat 2017 56 14 70 1.550 1.620

Saldo 2017 2.177 645 2.822 -736 2.085

Last 2018 2.234 668 2.902 814 3.716

Baat 2018 56 14 70 1.550 1.620

Saldo 2018 2.179 653 2.832 -736 2.096

3: Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

Programma 3

Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Beleidsvelden Ruimtelijke ordening, volkshuisvesting Portefeuillehouder: Wethouder J. Polinder Afdeling: Ruimtelijke Ontwikkeling

Algemene informatie A. Visie: Het programma voorziet in de inrichting van een duurzame leefomgeving, waarbij wonen, werken, recreatie en verkeer worden afgestemd op de behoeften van de samenleving. Daartoe behoort het zorg dragen voor een evenwichtige werking van de lokale en regionale woningmarkt rekening houdende met de kwalitatieve en kwantitatieve woningvoorraad en de plaatselijke woningbehoefte. Het beleid is gericht op het behouden en waar nodig bevorderen van sociale samenhang en leefbaarheid in de wijk of buurt. B. Ontwikkelingen en trends:  Het woonbeleid is in ontwikkeling, waarbij het accent steeds meer wordt verlegd van de kwantiteit naar de kwaliteit van de woningvoorraad. Ook Elburg ondervindt al een aantal jaren de gevolgen van een krimpende woningmarkt. Dit vertaalt zich in een lager aantal nieuw te bouwen woningen. Elburg heeft ingestemd met de op het Kwalitatief Woonprogramma Gelderland 2010-2019 (KWP3) gebaseerde regionale verdeling van woningbouwaantallen tot en met 2019. Een gevolg hiervan is dat diverse woningbouwlocaties zijn doorgeschoven naar de periode na 2019. Op 1 januari 2015 wordt het huidige KWP 3 vervangen door het RP W (Regionaal Programma Wonen). Dit is een regionaal afsprakenkader met een inhoud en status die ongeveer gelijk zijn aan die van het KWP. In 2013 zijn de resultaten van het landelijke woningbehoeftenonderzoek “WoON 2012” bekend gemaakt. Voor de Regio Noord Veluwe en ook voor de gemeente Elburg is een oversampling uitgevoerd. De resultaten van het onderzoek voor de Regio Noord Veluwe zijn samengevat in de “Woningmarktnotitie Regio Noord Veluwe”. Deze resultaten zijn vervolgens vertaald naar een Regionale Woonvisie die in juli 2014 is vastgesteld. In het najaar van 2014 wordt deze Regionale Woonvisie uitgewerkt naar een gemeentelijke Woonvisie. Op basis daarvan zullen nieuwe prestatieafspraken met de woningcorporaties worden gemaakt. Het toezicht op de woning corporaties zal de komende jaren wijzigen door aanpassingen in de Woningwet en de nieuwe Huisvestingswet (zie hierna). De nieuwe Woonvisie en de te maken prestatieafspraken moeten aansluiten bij deze ‘op stapel staande’ wetgeving.  Op rijksniveau is een wijziging van de Huisvestingswet in voorbereiding. De rijksoverheid streeft naar een vrijere woningmarkt, hetgeen inhoudt dat gemeenten geen bindingseisen meer mogen stellen. Wanneer de nieuwe Huisvestingswet van kracht wordt, moet een nieuwe huisvestingsver ordening worden vastgesteld. De nieuwe wet treedt naar verwachting op 1 januari 2015 in werking. De wet kent een overgangstermijn van zes maanden waarbinnen de gemeenten de mogelijkheid krijgen om de verordening aan te passen aan de nieuwe wet. Op dit moment worden de eerste gesprekken (met de woningcorporaties) op regionaal niveau gevoerd.  Ook het woonzorgbeleid zal in de nabije toekomst zich verder ontwikkelen. Door de verdergaande scheiding tussen het wonen en de zorg vraagt dit onderwerp meer aandacht. In de nog op te stellen lokale Woonvisie vormt het woonzorgbeleid een specifiek thema.  Omgevingswet: de rijksoverheid wil het omgevingsrecht (verder) vereenvoudigen, flexibeler maken en stroomlijnen; hiervoor wordt een nieuwe wet, de Omgevingswet, opgesteld. Het is de bedoeling dat een groot aantal wetten en regelingen op het terrein van de leefomgeving (waaronder de Wabo en Wro) in deze wet worden samengebracht. Als de wet doorgaat zoals het er nu naar uitziet, zijn de gevolgen zeer ingrijpend. Zo zulle n bestemmingsplannen verdwijnen en samen met gemeentelijke regels over de fysieke leefomgeving zoals die nu vastliggen in bijv. bomenverordening, reclameverordening, monumentenverordening en APV, worden ondergebracht in een door de gemeenteraad vast te stellen omgevingsplan. Er komt overgangsrecht, waarin bepaald wordt hoe hiernaar wordt toegewerkt. Bestemmingsplannen, monumentenverordeningen en welstandsnota’s gelden bij inwerkingtreding van de Omgevingswet automatisch als het gemeentelijk omgevingsplan. De Omgevingswet zorgt straks voor minder regels en onderzoekslasten. Zo kan de gemeente sneller een beslissing nemen over ruimtelijke plannen en activiteiten. Op 17 juni 2014 is het wetsvoorstel voor de Omgevingswet aan de Tweede Kamer aangeboden. Naar verwachting treedt de wet in 2018 in werking.  Op 1 juli 2013 is de Wet nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten gedeeltelijk in werking getreden. De wet beoogt een einde te maken aan de veelheid aan wegen waarlangs de burger schadevergoeding bij onrechtmatig of rechtmatig handelen van de overheid kan trachten te verkrijgen. Met deze wet worden algemene bepalingen over de mogelijkheden van schadevergoeding bij (on)rechtmatig overheidshandelen in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) opgenomen. Het gedeelte van de wet dat in werking is getreden, heeft betrekking op schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten. Het gedeelte van de wet met betrekking tot nadeelcompensatie, waaronder planschade, zal op een later tijdstip in werking treden. 22

3: Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

Gemeentelijke beleidskaders             

Toekomstvisie Elburg 2020 Huisvestingsverordening Regeling aanbodsysteem nieuwbouwkoopwoningen en bouwkavels Elburg Huisvestingsovereenkomst gemeente Elburg 1999 Regeling urgentiesysteem Reglement klachtencommissie woonruimteverdeling Elburg Regeling betreffende criteria voor bijzondere indicaties voor aanleunwoningen Verordening VROM starterslening Woonvisie 2008-2012 Stedenbouwkundig plan “Havengebied Elburg en omgeving” Procedureverordening planschade 2012 Bestemmingsplannen Structuurvisie gemeente Elburg 2030

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

1. Wonen: Opvang van de natuurlijke aanwas van de bevolking in de eigen kern.

Extra aandacht voor woningbouw in Doornspijk en op de Hoge Enk.

Het nemen en (voor zover het gemeentelijke woningbouwlocaties betreft) uitvoeren van planologische besluiten (vaststelling/wijziging/uitwerking/ontheffing van bestemmingsplannen) ten behoeve van in- en uitbreidingslocaties voor woningbouw, waaronder de locaties Gerichtenweg en Huisdijk op de Hoge Enk en Waterlanden fase II te Doornspijk, zodanig dat 45% van de nieuwbouwwoningen in de categorie ‘goedkoop’ wordt gerealiseerd.

Voldoende starterswoningen in alle kernen.

Het realiseren van goedkope woningen op daarvoor in aanmerking komende (nieuwe) locaties. Het op aanvraag verstrekken van startersleningen voor bestaande woningen uit het in 2013 opnieuw gecreëerde budget hiervoor.

De mensen zolang mogelijk zelfstandig laten wonen in hun eigen woonomgeving.

Voldoende seniorenwoningen in alle kernen.

Voortzetten project “Gewoon Gemak”. Het realiseren van geschikte woningen op daarvoor in aanmerking komende (nieuwe) locaties.

De woningvoorraad aan laten sluiten op de huidige en toekomstige woningbehoefte

Flexibel inspelen op de woonwensen van particulieren.

De resultaten van het woningbehoeftenonderzoek WoON 2012 en de inhoud van de regionale “Woonvisie regio Noord Veluwe 2014” uitwerken in een gemeentelijke woonvisie resp. het implementeren van deze gemeentelijke woonvisie.

Behouden van starterswoningen voor de doelgroep, bevorderen van doorstroming vanuit met name starterswoningen en herstructurering van de bestaande woningvoorraad.

Jaarlijks woon- / prestatieafspraken maken met woningcorporaties. Inzet van startersleningen in de bestaande woningvoorraad om de doorstroming vanuit het lage segment te bevorderen.

Gevarieerde samenstelling van de bevolking binnen een wijk. 2. Ruimtelijke kwaliteit van de woonomgeving: Behoud van de vitaliteit van alle kernen.

Bevorderen van kleinschalige alternatieve woonvormen en woonservicegebieden. Handhaven / verbeteren van de kwaliteit van de ruimtelijke inrichting.

Het implementeren van de “Structuurvisie gemeente Elburg 2030”.

Het huidige voorzieningenniveau in de vijf kernen handhaven.

In elke kern een kloppend dorpshart realiseren.

Ondersteunen van het project herontwikkeling centrumgebied ’t Harde.

3. Ruimtelijke kwaliteit van het buitengebied

De agrariër, als beheerder van het buitengebied, maximaal de ruimte bieden (schaalvergroting en verbreding).

Hiervoor gebruik maken van de mogelijkheden die het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied biedt.

Verrommeling van het buitengebied tegengaan.

Uitvoering VAB-beleid Vaststellen van een bestemmingsplan voor de Veluwemeeroever in 2015.

23

3: Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

Indicatoren Doel

Omschrijving

Soort

Bron

Realisatie

indicator 1

Streefwaarde

Getal

Jaar

2015

Aantal te realiseren woningen op basis van woningbehoefte van 2010 tot en met 2019: 810 woningen.

Output

Regio Noord Veluwe

85 10 53 150

2014 2013 2012 2011

70

Verhoudingen realisatie nieuwbouwwoningen tot en met 2019: 45% goedkope woningen, bestaande uit 28% sociale huurwoningen en 17% sociale koopwoningen.

Output

Provincie Gelderland

69% 30% 8% 41%

2014 2013 2012 2011

45%

Toelichting

Middelen programma 3 Meerjareninvesteringsplanning Omschrijving Opstellen omgevingsvisie Woningbehoefte-onderzoek en woonvisie (inclusief bijdrage) Totale kapitaallasten

2.015

2.016 100.000

2.017

2.018

29.000

[Zie bijlage 2 voor een totaal overzicht]

Voorjaarsnota 2014 Reservering herziening bestemmingsplannen [16] In verband met de hoogte van de reserve herziening bestemmingsplannen is het mogelijk om de jaarlijkse storting met € 25.000 af te ramen tot een bedrag van € 40.000. Bij de behandeling van de nota reserves en voorzieningen 2015 zal de hoogte van de bestemmingsreserve in relatie tot de jaarlijkse storting opnieuw bezien worden en daarbij zal ook nut en noodzaak rentebijschrijving bekeken worden. Meerjarencijfers per programma

Rekening 2013

Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie

Begroting 2014

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

2015

2018

761.922

563.108

477.391

477.391 563

477.954 569

478.523 580

278.000

90.000

65.000 -25.000

40.000

40.000

40.000

1.039.922

653.108

517.391

517.954

518.523

519.103

164.417

72.340

72.636

72.636 1.016

73.652 1.032

74.684 1.047

Onttrekking uit reserves

433.736

86.000

0

0

0

0

Totaal baten programma

598.153

158.340

72.636

73.652

74.684

75.731

597.506 -155.736 441.770

490.768 4.000 494.768

404.755 40.000 444.755

404.302 40.000 444.302

403.839 40.000 443.839

403.372 40.000 443.372

Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017 Storting in reserves Reserve herziening bestemmingsplannen Totaal lasten programma Baten Bestaand beleid Prijscompensatie Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017

Saldo Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

per beleidsveld [x € 1.000] Ruimtelijke ordening Volkshuisvesting Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

24

Last 2015 343 134 477 40 517

Baat 2015 72 1 73 0 73

Saldo 2015 271 134 405 40 445

Last 2016 344 134 478 40 518

Baat 2016 73 1 74 0 74

Saldo 2016 270 134 404 40 444

Last 2017 344 135 479 40 519

Baat 2017 74 1 75 0 75

Saldo 2017 270 134 404 40 444

Last 2018 344 135 479 40 519

Baat 2018 75 1 76 0 76

Saldo 2018 269 134 403 40 443

4: Bouwen en milieu

Programma 4

Bouwen en milieu Beleidsvelden Milieu, natuur en landschap, bouwen en handhaving Portefeuillehouder: Wethouder M. Boukema Afdeling: Bouwen en Milieu

Algemene informatie A. Visie: Onze gemeente streeft naar een schone en gezonde omgeving waarin ook toekomstige generaties goed kunnen leven. Duurzaamheid is hierin een belangrijk thema waarmee uitvoering wordt gegeven aan ons rentmeesterschap. B. Ontwikkelingen en trends:  doorontwikkeling van de omgevingsdienst Noord-Veluwe (ODNV): met ingang van 1 april 2013 is deze dienst gestart met de uitvoeren van de verplichte basistaken en de overige taken Wet milieubeheer voor 5 gemeenten en de provincie; er vindt onderzoek plaats naar het onderbrengen van (een de el van) de overige Wabo-taken bij deze dienst en naar het samenwerken met de dienst van de regio Veluwe en IJssel; de provincie heeft uitgesproken dat het haar wens is dat de beide omgevingsdiensten per 2015 samenwerken of fuseren;  implementeren basisregistratie ondergrond; onduidelijk is hoe of wanneer dit ingevoerd zal worden; de geplande datum van 2015 zal niet gehaald worden;  implementeren van de omgevingswet.

Gemeentelijke beleidskaders        

Bomenverordening 2013 Algemene plaatselijke verordening Elburg Bouwverordening Bouwbeleidsplan Welstandsnota Handhavingsbeleidsplan Landschapsontwikkelingsplan Klimaatactieplan 2013-2015

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

1. Duurzaamheid Voeren van een actief duurzaamheidsbeleid, zowel binnen de eigen organisatie als op de onderwerpen bouwen en ondernemen

Terugbrengen energie- en grondstoffenverbruik.

Uitvoering geven aan het Klimaatactieplan tot en met 2015. Opstellen Regionale Routekaart met als doelstelling klimaat neutrale regio in 2050 Verduurzamen gemeentelijke gebouwen

Tegengaan van verspilling van schoon grondwater en andere hulpbronnen.

Bij nieuwe bestemmingsplannen en reconstructies wordt standaard rekening gehouden met het niet aankoppelen van regenwater van dakvlakken en woonstraten.

Voorkomen, beperken en waar nodig saneren van geluid, licht en stralingshinder. 2. Natuur en Landschap Het in stand houden en waar nodig verbeteren van de groene leefomgeving en van de identiteit en de verscheidenheid van het landschap.

Versterking van natuur en landschapswaarden Vergroten van de affiniteit met de natuur en het landschap

Uitvoering geven aan landschapsontwikkelingsplan Bewoners, grondeigenaren en gebruikers buitengebied stimuleren tot landschapsversterking met behulp van beschikbare provinciaal/gemeentelijke subsidie

Indicatoren Doel 2

25

Omschrijving Aantal uitgevoerde projecten voor landschapsonderhoud.

Soort indicator Output

Bron Intern

Realisatie Getal 30 37 37

Jaar 2013 2012 2011

Streefwaarde 2015 10

Toelichting Als gevolg van verlaging budgetten.

4: Bouwen en milieu

Middelen programma 4 Meicirculaire 2014 Vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) Vanwege de overdracht van taken aan gemeenten op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) bij provinciale inrichtingen wordt een bedrag van ruim € 40 miljoen overgeheveld van het provinciefonds naar het gemeentefonds. Voor de gemeente Elburg gaat het vanaf 2014 om een bedrag van € 23.774 gebaseerd op de aanwezigheid van inrichtingen en de zwaarte daarvan. De deelnemende gemeenten betalen voor deze taak aan de ODNV. In 2018 wordt het beschikbare bedrag met € 3.466 verhoogd naar € 27.240. MPB 2014-2017 Formatie bouwplantoetser Door de vermindering van bouwaanvragen welke beoordeeld moeten worden, is het mogelijk om in 2017 op dit onderdeel 0,5 fte op de formatie te verlagen. Klimaatactieplan Voor het klimaatactieplan zijn aan de RNV tot en met 2015 middelen toegezegd en deze wordt in 2016 beëindigd. Dekking van deze periodieke kosten ad € 15.921 kon uit de daarvoor in de algemene reserve gestorte middelen voor dit doel. Deze middelen zijn in 2016 uitgeput. Voor eventuele extra jaarlijkse kosten in verband met het vervolg in de vorm van het Project regionale routekaart worden voorstellen voorbereid.

Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie

Rekening 2013

2.170.946

Begroting 2014

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

2015

2.046.350

2.066.125

2.066.125 6.544

2.056.748 6.639

2018

2.035.887 6.729

Meicirculaire 2014 Provinciale taken VTH (ODNV)

3.466

Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017 Formatie bouwplantoetser Klimaatactieplan + klimaatadviseur RNV

-27.500 -15.921

Storting in reserves Totaal lasten programma Baten Bestaand beleid Prijscompensatie

15.000

0

0

0

0

0

2.185.946

2.046.350

2.066.125

2.056.748

2.035.887

2.046.082

364.690

576.604

493.416

493.416 6.207

499.623 6.295

505.918 6.382

19.367

32.988

15.921

15.921 -15.921

0

0

384.057

609.592

509.337

499.623

505.918

512.300

1.806.257 -4.367 1.801.890

1.469.746 -32.988 1.436.758

1.572.709 -15.921 1.556.788

1.557.125 0 1.557.125

1.529.969 0 1.529.969

1.533.782 0 1.533.782

Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017 Onttrekking uit reserves Klimaatactieplan + klimaatadviseur RNV Totaal baten programma Saldo Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

per beleidsveld [x € 1.000] Natuur en landschap Bouwen en handhaving Milieu Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

26

Last 2015 120 1.011 935 2.066 0 2.066

Baat 2015 24 433 37 493 16 509

Saldo 2015 97 578 898 1.573 -16 1.557

Last 2016 121 1.012 924 2.057 0 2.057

Baat 2016 24 439 37 500 0 500

Saldo 2016 97 573 887 1.557 0 1.557

Last 2017 121 986 928 2.036 0 2.036

Baat 2017 24 446 37 506 0 506

Saldo 2017 98 540 892 1.530 0 1.530

Last 2018 122 987 937 2.046 0 2.046

Baat 2018 24 452 37 512 0 512

Saldo 2018 98 535 900 1.534 0 1.534

5: Veiligheid

Programma 5

Veiligheid Beleidsvelden Openbare orde en veiligheid, brandweer en rampenbestrijding. Portefeuillehouder: Burgemeester F.A. de Lange Afdeling: Maatschappelijke Ontwikkeling

Algemene informatie A. Visie: Onze gemeente streeft naar een zo optimaal mogelijke veiligheid en bescherming van mensen, dieren, goederen en milieu. Vanuit de samenhang tussen deze taakvelden zal een reëel optimum aan veiligheid bereikt moeten worden. B. Ontwikkelingen en trends:  Door de landelijke aandacht die er op dit moment is ten aanzien van veiligheid, wordt verwacht dat in de toekomst meer integrale processen zullen worden gestart.  In algemene zin is een tendens waarneembaar naar grotere organisatie -eenheden. De nationale politie en de grotere politieteams zijn hier een voorbeeld van. Per 1 januari 2013 maakt Elburg deel uit van het politieteam Noord, bestaande uit zes gemeenten (Hattem, Heerde, Epe, Elburg, Nunspeet, Oldebroek). Dit betekent dat ook de samenwerking tussen genoemde gemeenten op het gebied van veiligheid steeds groter wordt. Een en ander heeft onder andere geresulteerd in het formuleren van een aantal gezamenlijke aandachtspunten en het opstellen van een gezamenlijk integraal veiligheidsplan (IVP, 2012 t/m 2015). Ook wordt steeds meer in regionaal verband gewerkt aan het opzetten van gezamenlijk beleid o.a. met betrekking tot de hennepteelt, bibob, huiselijk geweld en handhaving.  Positief gevolg van de Nationale politie is dat er meer wijkagenten zullen komen de komende jaren (1 op de 5000 inwoners). Verwachting is dat per 1 januari 2015 voor Elburg 2 extra wijkagenten worden ingezet.  Tevens wordt bij de politie gezocht naar efficiëntere administratieve afdoening van wat op straat wordt geconstateerd. Daar tegenover staat dat de politie steeds meer taken overlaat aan gemeenten, zoals parkeertoezicht, overtredingen van de APV, gevonden en verloren voorwerpen en andere controle- en adviserende taken. Dit betekent een extra aanslag op de gemeentelijke capaciteit en meer inhuur van particuliere beveiligers.  Per 1 januari 2013 is de nieuwe Drank- en horecawet in werking getreden. De controlerende taken die tot nu toe door de VWA werden uitgevoerd komen sinds 1 januari 2014 voor rekening van de gemeente. Dit betekent dat hiervoor extra capaciteit moet worden ingezet bij de Boa’s. Dit gaat ten koste van andere handhavingstaken van de boa’s.  Op het gebied van de crisisbeheersing is eind 2013 het Regionaal Crisisplan geactualiseerd. Voor de gemeenten is het handboek Bevolkingszorg toegevoegd.  De komende jaren zal ook voor opleiding en oefening een kwaliteitsslag plaatsvinden. Dit conform het landelijke model GROOT.  Meer onderzoeken door Rijksinspectiediensten zorgen voor meer bestuurlijke drukte op het terrein van brandweer , crisisbeheersing en rampenbestrijding en zullen meer lokale bestuurlijke aandacht behoeven.

Gemeentelijke beleidskaders           

4-jaarlijkse veiligheidsscan 4-jaarlijkse Regionaal Crisisplan 4-jaarlijkse Regionaal Beleidsplan Rampenbestrijding Rampenbestrijdingsplannen Integraal veiligheidsplan 2012-2015 Horecaconvenant Hennepconvenant Terrassenbeleid Algemene plaatselijke verordening (APV) Evenementenbeleid Kermisverordening

27

5: Veiligheid

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

1. De Fysieke veiligheid Voorkomen en beperken van onveilige situaties.

Goed voorbereid zijn op branden, ongevallen en mogelijke rampen.

Risicocommunicatie verder ontwikkelen.

2. Het Veiligheidsgevoel: Behouden van huidige niveau (2006) van het veiligheidsgevoel van de mensen die in Elburg verblijven.

Veiligheid algemeen

3. Criminaliteit en openbare orde: Vermindering criminaliteit.

Vermindering van het vandalisme.

Opleiding en oefening personeel crisisbeheersing op een hoger niveau tillen. Uitvoeren van de in het nieuwe integraal veiligheidsplan 2012 – 2015 opgenomen acties. Dit deels in overleg met de gemeenten van het politieteam Noord (Elburg, Epe, Hattem, Heerde, Oldebroek, Nunspeet) De RNV is in 2013 gestart met een traject om te komen tot een actieplan rond de leefbaarheid op vakantieparken. Vanuit de gemeenten wordt hier vanaf 2014 en volgende jaren de nodige inzet op gepleegd. Starten met de voorbereidingen voor het nieuw op te stellen ivp 2016 – 2019. Eind 2014 wordt onder de bewoners van Elburg een nieuwe veiligheidsenquête uitgezet. De resultaten hiervan zullen naar verwachting begin 2015 bekend zijn. Extra inzet op handhaving en repressie bij overlast door jongeren. Het vandalisme doet zich met name voor op de zogenoemde uitgaansroutes. Hierop wordt door de politie (en gemeente) extra op ingezet. Ook worden op basis- en voortgezet onderwijs preventielessen verzorgd door buro Halt. Jeugdoverlast wordt besproken in het overlastnetwerk en wanneer nodig wordt direct ingezet op aanpak van zich voordoende overlast situaties.

Verlaging van het aantal inbraken

Verhogen van de eigen verantwoordelijkheid van de burgers.

Leefbaarheid en veiligheid verbeteren door alcohol en drugsgebruik en de verkrijgbaarheid ervan te ontmoedigen

Hiervoor zijn binnen het integraal veiligheidsplan 2012 – 2015 diverse acties opgenomen. Ook de komende jaren is en blijft verlaging van het aantal inbraken speerpunt van beleid. Een van de doelstellingen van het wijkgericht werken is het meer betrekken van bewoners bij hun omgeving. Wijkcomités worden steeds meer betrokken bij sociaal gerelateerde zaken zoals het project buurtzorg en bij de besteding van activiteiten budgetten. Hiervoor zijn in het integraal veiligheidsplan, het horecaconvenant en in de nota gezondheidsbeleid een flink aantal afspraken gemaakt en diverse acties opgenomen.

Indicatoren Doel 2

3

Omschrijving Percentage inwoners dat tevreden is over het gevoerde veiligheidsbeleid. Percentage inwoners dat zich regelmatig tot vaak onveilig voelt

Soort Indicator Beleving Beleving

Bron Veiligheids enquête Veiligheids enquête

Realisatie Getal * 31,4% * 3,2%

Jaar 2014 2008 2014 2008

2015 50%

Toelichting

3,2%

Aantal incidenten m.b.t. openbare vernielingen

Output

Politie

112 132148

2013 2012 2011

110

Aangiftes van openlijk geweld tegen personen.

Output

Politie

Output

Politie

2013 2012 2011 2013 2012 2011

2

Aantal incidenten huiselijk geweld

2 5 2 100 77 82

Aantal voorvallen m.b.t. overlast van / door jeugd

Output

Politie

63 101

2013 2012 2011

* De veiligheidsenquête wordt in 2014 weer herhaald. Cijfer zijn nog niet bekend . 28

Streefwaarde

Het aantal incidenten met vernielingen daalt al een aantal jaren gestaag. Door meer toezicht, diverse acties en voorlichting hopen wij deze trend te handhaven.

90

Mede doordat huiselijk geweld meer bespreekbaar wordt komen er meer aangiftes binnen. Dit hoeft niet perse te betekenen dat hg toeneemt. Alhoewel de crises hierop wel zijn invloed kan hebben

63

Het aantal gevallen van jeugdoverlast daalt de laatste jaren flink. Streven is dit zo te houden met behulp van de daarvoor eerder genoemde acties en overlegorganen.

5: Veiligheid

Middelen programma 5 Voorjaarsnota 2014 Coördinator veiligheid evenementen De organisator van een evenement is eerstverantwoordelijk voor een veilig en ordelijk verloop van het evenement. Uiteraard met de inachtneming van de wettelijke verantwoordelijkheden van de burgemeester op het gebied van de openbare orde en veiligheid. Dat betekent onder meer dat de organisator moet instaan voor de veiligheid en gezondheid van de bezoekers, de toestroom van de bezoekers goed moet regelen, moet zorgen voor communicatie naar bezoekers, omwonenden en andere belanghebbenden, en de overlast zoveel mogelijk moet beperken. Om dit proces goed te kunnen waarborgen is een coördinator veiligheid bij evenementen essentieel. Vooruitlopend op voorstellen ter uitwerking hiervan wordt met ingang van 2015 hiervoor € 10.000 geraamd. MPB 2014-2017 Brandweercluster Veluwe Noord De bijdrage van de gemeente Elburg in verband met de kosten van de hoogwerker komen in 2017 te vervallen. Hierdoor zal de gemeentelijke bijdrage aan het Cluster Veluwe Noord in 2017 met € 13.650 verlaagd kunnen worden. De beschikking over de reserve brandweer zal met dit bedrag verlaagd worden zodat er op begrotingsbasis geen sprake is van een voordeel

Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie

Rekening 2013

1.849.787

Begroting 2014

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

2015

1.598.837

1.618.518

Voorjaarsnota 2014 Coördinator veiligheid evenementen

1.628.518 17.598

1.646.116 17.845

2018

1.650.311 18.100

10.000

MPB 2014-2017 Lagere bijdrage cluster VNOG

-13.650

Storting in reserves

37.235

0

0

0

0

0

1.887.022

1.598.837

1.628.518

1.646.116

1.650.311

1.668.411

119.536

82.380

88.046

88.046 1.231

89.277 1.249

90.526 1.267

Onttrekking uit reserves Coördinator veiligheid evenementen

255.907

43.879

48.698

48.698

48.698 -13.650

35.048

Totaal baten programma

375.443

126.259

136.744

137.975

125.574

126.841

1.730.251 -218.672 1.511.579

1.516.457 -43.879 1.472.578

1.540.472 -48.698 1.491.774

1.556.839 -48.698 1.508.141

1.559.785 -35.048 1.524.737

1.576.618 -35.048 1.541.570

Totaal lasten programma Baten Bestaand beleid Prijscompensatie Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017

Saldo Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

per beleidsveld [x € 1.000] Brandweer en rampenbestrijding Openbare orde en veiligheid Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

29

Last 2015 1.295 334 1.629 0 1.629

Baat 2015 70 18 88 49 137

Saldo 2015 1.225 315 1.540 -49 1.492

Last 2016 1.311 335 1.646 0 1.646

Baat 2016 71 19 89 49 138

Saldo 2016 1.241 316 1.557 -49 1.508

Last 2017 1.315 336 1.650 0 1.650

Baat 2017 72 19 91 35 126

Saldo 2017 1.243 317 1.560 -35 1.525

Last 2018 1.332 337 1.668 0 1.668

Baat 2018 73 19 92 35 127

Saldo 2018 1.259 318 1.577 -35 1.542

6: Verkeer en openbare ruimte

Programma 6

Verkeer en openbare ruimte Beleidsvelden Wegen, straten en pleinen, verkeersmaatregelen, speelvoorzieningen, waterhuishouding, afvalverwijdering- en verwerking, riolering en waterzuivering, lijkbezorgi ng, openbare verlichting, haven Portefeuillehouder: Wethouder H. Wessel Afdeling: Beheer Openbaar groen Portefeuillehouder: Afdeling:

Wethouder M. Boukema Beheer

Algemene informatie A. Visie: De gemeente Elburg streeft naar een duurzame en veilige verkeersomgeving. Hiertoe zijn in het verleden besluiten genomen betreffende het convenant Duurzaam Veilig. Waar mogelijk worden het reguliere openbaar vervoer en de Regiotaxi ingezet als alternatief voor de auto in het woon- en werkverkeer binnen de regio. Het integrale verkeersbeleid is verwoord in het Gemeentelijk Verkeer- en Vervoerplan (GVVP). De beleidsnota Wonen geeft aan dat de openbare ruimte en het woon - en leefklimaat van oudere wijken als Molendorp, Oosthoek, ’t Harde-West en Doornspijk als vroeg naoorlogse wijken moeten worden aangepakt. Onze gemeente streeft naar een kwalitatief goede leefomgeving en een integrale aanpak van de openbare ruimte. B. Ontwikkelingen en trends:  In 2012 is een wegenfonds ingesteld waaruit het onderhoud aan en reconstructies van wegen worden bekostigd. Op basis van het in 2013 vastgestelde beleidsplan Openbare Ruimte, het afvalwaterketen -plan, periodieke inspecties en de digitale beheersystemen worden de werkzaamheden ingepland.  Specifieke verkeersonveilige situaties zullen worden aangepakt.  Naar het zich laat aanzien zal de landelijke regelgeving t.a.v. onkruidbestrijding op verharding in de loop van 2015 zodanig veranderen dat de huidig toegepaste methode via het selectieve gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen niet meer zal zijn toegestaan. De consequenties hiervan zullen in beeld gebracht worden en worden meegenomen in de begroting 2016.

Gemeentelijke beleidskaders       

Beheerplan Openbare Ruimte (2013) Bermbeheerplan (2004) Gemeentelijk Verkeer- en Vervoerplan (GVVP 2013) Afvalwaterketenplan Nunspeet-Elburg-Waterschap 2013-2022 Speelruimteplan (2005) Afvalstoffenverordening Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

1. Verkeersveiligheid: Afname van het aantal verkeersongevallen

Conform landelijke normen streven naar 27% minder verkeersdoden in 2020 ten opzichte van het peiljaar 2007 en 27% minder gewonden in 2020 ten opzichte van het peiljaar 2006. Voor wat betreft het aantal gewonden is de doelstelling voor 2020 negen.

Duurzaam Veilig: Maatregelen treffen ter voorkoming van onveilige situaties. Eén van de speerpunten hierbij is het bevorderen van het fietsgebruik en zorgen voor veilige fietsroutes

2. Bereikbaarheid: Verbeteren van de verkeersdoorstroming, zowel op provinciale als op gemeentelijke wegen

Streven naar een afdoende oplossing voor de verkeersproblematiek in de kernen ’t Harde en Oostendorp.

De provincie werkt aan plannen voor aanpassing bestaand tracé.

30

6: Verkeer en openbare ruimte Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

3. Wonen en verkeer: Terugdringen van verkeersoverlast en verhogen van de verkeersveiligheid en verhogen van de leefbaarheid in woonwijken en op belangrijke schoolroutes

Terugdringen van parkeerplaatstekort in woonwijken.

Oplossen parkeerproblematiek in bestaande wijken door aanleg parkeervoorzieningen en herinrichten Oosthoek 2.

4. Spelen: Gebruik van speelplaatsen optimaliseren

De aanwezigheid van speelplaatsen meer afstemmen op de behoefte in de huidige situatie/samenstelling van de buurt..

Toepassen uitsterfconstructie door weinig of niet gebruikte speelvoorzieningen niet meer te vervangen of samenvoegen met andere.

5. Afval: Optimale afvalscheiding

Het bevorderen van hergebruik van materialen.

In regionaal verband wordt onderzocht in hoeverre e.e.a. geoptimaliseerd kan worden

6. Openbare ruimte: De kwaliteit van de openbare ruimte blijft op het huidige niveau (2010) gehandhaafd

De burgers betrekken bij onderhoud openbaar groen.

Periodiek worden met de wijkcomités schouwrondes uitgevoerd. Daarnaast worden burgers zo veel mogelijk betrokken bij uitvoeringsplannen. Tevens wordt gewerkt aan een plan van aanpak ter bevordering van burgerparticipatie bij het beheer van de openbare ruimte. In het kader hiervan wordt i.s.m. stichting Wiel een aantal pilots opgezet.

Verder terugdringen overlast hondenpoep

Bestrijding intensiveren. Dit wordt nader uitgewerkt. Momenteel wordt op een aantal locaties een proef gehouden met speciale afvalbakken met ruimmiddel.

Indicatoren Doel

Omschrijving

Soort

Bron

Realisatie

indicator 3

5

6

Streefwaarde

Getal

Jaar

2015

Rapportcijfer inwoners parkeermogelijkheden in de buurt

Beleving

St.vd.gem.

7,0 6,8

2014 2011

7,0

Rapportcijfer inwoners onderhoud wegen in de buurt Nuttige toepassing hergebruik huishoudelijk afval

Beleving

St.vd.gem. Intern

2014 2011 2013 2012

7,0

Output

7,6 7,3 54% 54%

Rapportcijfer inwoners onderhoud openbaar groen in de buurt

Beleving

St.vd.gem.

7,2 6,7

2014 2011

6,0

% meldingen Openbare Ruimte dat binnen drie werkdagen is afgehandeld

Output

Intern

81 % 74 % 70 %

2013 2012 2011

80%

60%

Toelichting

De landelijke doelstelling voor nuttige toepassing van huishoudelijk afval is 60 % in 2015

Middelen programma 6 Meerjareninvesteringsplanning Omschrijving Riool Afvalwaterketenplan Wegen Investeringen conform BOR Gladheidmeldsysteem Draagkracht monumentale bruggen Openbare verlichting Vervanging lichtmasten en armaturen Haven Vervanging stroomzuilen haven Totale kapitaallasten Dekking kapitaallasten OBR riool

2.015

2.016

2.017

2.018

862.000

982.000

600.000

1.338.000

791.523

591.917

651.231 16.000

1.217.788

34.100 -34.100

77.731 -77.731

700.000 14.400

28.500

51.986 -51.986

15.000 59.380 -57.780

[Zie bijlage 2 voor een totaal overzicht]

Voorjaarsnota 2014 Uitvoering hondenpoepbeleid [7] Ter uitvoering van het coalitieakkoord 2014-2018 wordt voor hondenpoepbeleid een bedrag van € 10.000 geraamd. Speelvoorzieningen [17] Voorgesteld wordt de weinig gebruikte speelvoorzieningen ‘uit te laten sterven’ en hiervoor geen vervangingen meer te plegen. Gezien de uitsterfconstructie wordt vanaf 2018 een besparing van € 15.000 geraamd. 31

6: Verkeer en openbare ruimte

Begraven (80% kostendekking) [18] De opbrengst verlenging begraafrechten is structureel hoger dan geraamd. Door de raming in overeenstemming te brengen met de werkelijkheid is het mogelijk om het kostendekkingspercentage naar 80% te verhogen zonder dat de begraafrechten met meer dan de prijsinflatie hoeven te stijgen. Dit geeft voor de gemeentebegroting een voordeel van afgerond € 28.000. Haven De opbrengst havengelden overtreft op begrotingsbasis de kosten die daarvoor gemaakt worden. Er is sprake van een kostendekkingspercentage van 115%. Op grond van wetgeving is het niet toegestaan om bij leges (daar vallen de havengelden ook onder) meer dan de kosten in rekening te brengen bij de gebruikers. Dit voordeel (overdekking) is ontstaan door de afwaardering van activa in 2013 (36 e begrotingswijziging 2013) waarbij investeringen ten behoeve van de haven eveneens vanwege de voorschriften zijn afgeboekt. De kaptaallas ten van de investeringen zijn daarmee uit de begroting verdwenen. Hierdoor is er sprake van een voordeel op het beleidsveld haven van € 27.566 in 2015. Feitelijk had de ontstane financiële ruimte (op het onderdeel haven) beschikbaar moeten blijven voor dat doel. Gezien de verwachte vervangings- en onderhoudskosten haven in de nabije toekomst wordt voorgesteld het bedrag van € 27.566 te storten in een voorziening onderhoud haven. Op deze wijze wordt voldaan aan de regelgeving en wordt gereserveerd voor toekomstige onderhoudskosten. (Er is recentelijk een meerjarenonderhoudsplanning voor de haven opgesteld waarover nog advisering dient plaats te vinden. Daar zal ook inzichtelijk worden wat jaarlijks in de voorziening gestort zou moeten worden om alle geraamde kosten voor de komende 30 jaar te kunnen dekken.) MPB 2014-2017 Groenbeheer Op groenonderhoud kan een bedrag van € 54.000 bespaard worden door een onderhoudsbeurt minder te doen, minder te snoeien, geen bladbakken, minder graskanten en als gevolg van deze maatregelen minder stortkosten. Het minder vaak legen van prullenbakken geeft een voordeel van € 19.000. Versobering van het groenonderhoud levert een besparing op van € 30.000 in 2015 (in 2013 en 2014 is al € 50.000 en € 30.000 bezuinigd). Dit betekent minder schoffelen, maaien en snoeien. Het onderhoudsniveau van het groen wordt door deze maatregel laag. Ook renovaties zullen nauwelijks meer kunnen plaatsvinden. De omgeving zal een rommeliger indruk geven. Het groenonderhoud van begraafplaatsen zal niet worden versoberd. In verband met volume-uitbreiding (Heidezoom en Vossenakker) is het onderhoudsbudget voor groen in 2012 met € 15.000 verhoogd. Omdat er in de eerste jaren meer onderhoud nodig is kan het budget voor onderhoud groen met ingang van 2015 verlaagd worden met 25%, ofwel € 3.750. De mogelijkheid van sponsoring groenonderhoud bij rotondes wordt nader onderzocht. Inschatting is dat dit € 5.000 op zal kunnen leveren.

Verkeersveiligheid Op het onderdeel verkeersveiligheid worden veel kosten gemaakt voor verkeersmaatregelen die in het kader van evenementen plaats moeten vinden. Voorgesteld wordt om deze kosten bij de organisatoren in rekening te brengen. Inschatting is dat dit een bedrag van € 15.000 op kan leveren.

32

6: Verkeer en openbare ruimte Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie MIP 2015-2018

Rekening 2013

11.096.819

Begroting 2014

8.906.763

2015

8.684.936

Voorjaarsnota 2014 Uitvoering hondenpoepbeleid Speelvoorzieningen Voorziening onderhoud haven

8.701.680 26.918 34.100

8.762.698 27.296 77.731

-15.000 27.566

-54.000 -19.000 -30.000 -3.750

Storting in reserves

Baten Bestaand beleid Prijscompensatie

8.615.752 26.548 59.380

2018

10.000

MPB 2014-2017 Groenbeheer * minder onderhoud * minder prullenbakken en meubilair * versobering onderhoud * areaal onderhoud

Totaal lasten programma

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

663.852

402.708

454.792

454.792

454.792

454.792

11.760.671

9.309.471

9.070.544

9.156.472

9.217.490

9.307.517

4.781.568

5.040.023

4.954.252

5.002.252 4.497

5.006.749 4.560

5.011.309 4.625

Voorjaarsnota 2014 Begraven (80% kostendekking)

28.000

MPB 2014-2017 Groenbeheer * sponsoring onderhoud rotondes Uren evenementen in rekening brengen

5.000 15.000

Onttrekking uit reserves MIP 2015-2018

2.888.508

217.739

106.104

106.104 57.780

163.884 34.100

197.984 77.731

Totaal baten programma

7.670.076

5.257.762

5.108.356

5.170.633

5.209.293

5.291.649

6.315.251 -2.224.656 4.090.595

3.866.740 184.969 4.051.709

3.613.500 348.688 3.962.188

3.694.931 290.908 3.985.839

3.751.389 256.808 4.008.197

3.836.791 179.077 4.015.868

Saldo Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

per beleidsveld [x € 1.000] Openbaar groen Speelvoorzieningen Waterhuishouding Afvalverwijdering en -verwerking Riolering en waterzuivering Lijkbezorging Openbare verlichting Wegen, straten en pleinen Verkeersmaatregelen Haven Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

33

Last 2015 1.291 210 160 1.715 1.796 559 206 2.443 379 211 8.970 101 9.071

Baat 2015 5 0 0 2.081 2.073 427 23 130 52 211 5.002 106 5.108

Saldo 2015 1.286 210 160 -366 -277 132 183 2.313 327 0 3.968 -5 3.962

Last 2016 1.301 212 161 1.715 1.854 559 208 2.453 379 214 9.056 101 9.156

Baat 2016 5 0 0 2.081 2.073 427 23 130 53 214 5.007 164 5.171

Saldo 2016 1.296 212 161 -366 -219 132 185 2.323 326 -1 4.049 -63 3.986

Last 2017 1.311 213 162 1.715 1.888 559 211 2.463 379 215 9.117 101 9.217

Baat 2017 5 0 0 2.081 2.073 427 23 131 53 217 5.011 198 5.209

Saldo 2017 1.306 213 162 -366 -185 132 187 2.332 326 -3 4.106 -97 4.008

Last 2018 1.321 200 164 1.715 1.966 559 213 2.473 380 215 9.207 101 9.308

Baat 2018 5 0 0 2.081 2.073 427 24 131 54 220 5.016 276 5.292

Saldo 2018 1.316 200 164 -366 -107 132 189 2.342 326 -5 4.191 -175 4.016

7: Cultuur, sport, recreatie en toerisme

Programma 7

Cultuur, sport, recreatie en toerisme Beleidsvelden Openbaar bibliotheekwerk, vormings- en ontwikkelingswerk, accommodaties Portefeuillehouder: Wethouder S.W. Krooneman Afdeling: Maatschappelijke Ontwikkeling

sport,

dorps-

en

gemeenschaps-

Monumentenzorg, kunst en cultuur, toerisme en recreatie Portefeuillehouder: Wethouder M. Boukema Afdeling: Bouwen en Milieu/Ruimtelijke Ontwikkeling

Algemene informatie A. Visie: Onze gemeente streeft naar een voldoende voorzieningenniveau, afgestemd op maatschappelijke behoeften op het terrein van cultuur, sport en recreatie. De gemeente Elburg als Parel van de Veluwe met haar vesting, haven, buitengebied, bossen en zandverstuiving wil dit potentieel optimaal gebruiken en benutten voor toerisme en recreatie waarbij in samenwerking met vrijwilligersen belangenorganisaties (kunst en cultuurhistorie) gekomen wordt tot invulling hiervan. B. Ontwikkelingen en trends:  Uitvoering van de (verbouwings)plannen om het Multifunctioneel Centrum ’t Huiken te ontwikkelen tot een Kulturhus/wijkontmoetingscentrum met een gezamenlijke inhoudelijk programmering en optimalisering van de bezetting en functionaliteit van de ruimten.  Uitwerking van de aanbevelingen uit het rapport over Multifunctionele accommodatie Aperloo.  Voor 2015 en 2016 zal invulling moeten worden gegeven aan de taakstellende bezuiniging bibliotheek van totaal € 80.000.  In regionaal verband wordt meer samengewerkt om toerisme en recreatie in de regio op een hoger plan te brengen.

Gemeentelijke beleidskaders         

Nota subsidiebeleid 2009 gemeente Elburg Algemene Subsidieverordening Maatschappelijk Zorg en Welzijn en beleidsregels gemeente Elburg Gemeentelijke Verordening Beheerscommissie Muziekonderwijs Nota onderhoud en subsidies dorps- en gemeenschapshuizen en zwembad 2013-2016 Gemeentelijke monumentenverordening 2010; Subsidieverordening Cultureel Erfgoed 2011 Regionale beleidsnotitie bibliotheek 2014-2017 Nota Toerisme en Recreatie Stedenbouwkundig plan “Havengebied Elburg en omgeving”

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

1. Streven naar behoud van een goed gedifferentieerd aanbod van voorzieningen op het gebied van welzijn, cultuur, sport en vrije tijd.

Voldoende accommodaties op het terrein van sport, welzijn en recreatie. Blijven ondersteunen van verenigingsleven en vrijwilligerswerk (zie programma 1). Het stimuleren en waarderen van instellingen die actief zijn op het gebied van cultuur en muziek.

Uitvoering van de plannen om ’t Huiken te ontwikkelen en realiseren tot een Kulturhus.

Het behoud van het cultuurhistorisch erfgoed.

Participeren in het gebiedsgericht cultuurbeleid op de NoordVeluwe

Deelname cultuurpact Aanbieden van kunst en cultuur, waaronder muziek, aan het basisonderwijs.

PR campagne uitvoeren om het cultuurhistorische erfgoed te “vermarkten” Afronden van een digitale cultuurhistorische waardenkaart

34

7: Cultuur, sport, recreatie en toerisme Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

2. Recreatie en toerisme Versterking van de bijdrage van de toeristisch-recreatieve sector aan de plaatselijke werkgelegenheid en het voorzieningenniveau.

Meer toeristen en meer toeristische bestedingen gedurende een verlengd toeristenseizoen.

Het in RNV-verband uitvoeren van het regionaal uitvoeringsprogramma toerisme en recreatie “Gastvrije Regio” en het RNV-project “revitalisering verblijfsrecreatie”. Het uitvoeren van de Nota Toerisme en Recreatie conform het uitvoeringsprogramma 2010-2015 en het actualiseren van de beleidsnota. Medewerking/deelname aan de internationale Hanzedagen en inzet van het merk “Hanze” ter bevordering van het toerisme.

Toeristische en recreatieve mogelijkheden van vooral de haven en de Vesting meer benutten.

Het in het kader van het project “Herontwikkeling Havengebied Elburg e.o.” versterken van de toeristische potentie van het havengebied. Het tijdig en optimaal aanwenden van de door de provincie in het kader van het “Regiocontract” beschikbaar gestelde bedragen van € 920.000 resp. € 350.000 aan cofinanciering en het verwerven van nieuwe cofinanciering voor de herontwikkeling van het havengebied Elburg.

Meer toeristen in Elburg via de recreatievaart en meer toeristische overnachtingen.

Ontwikkelen van een samenhangende visie op hoe we de vesting en het havengebied beter in de markt kunnen zetten. Het in het kader van het project “Herontwikkeling Havengebied Elburg e.o.” bevorderen dat de jachthaven wordt uitgebreid en een hotelaccommodatie wordt gerealiseerd .

Uitbreiding van de toeristische mogelijkheden.

Uitvoeren van het toeristisch marketing- en promotieplan “Elburg steviger op de kaart”. Opstellen en uitvoeren van het “Actieplan Vitale Vakantieparken”.

Versterking van het cultuurhistorische karakter van Elburg.

In regionaal verband deelnemen aan het realiseren van een projectplan voor het project “cluster Zuiderzeestraatweg”, dat is gericht op de versterking van de (toeristische) kwaliteit van het gebied.

Indicatoren Doel 1

2

Omschrijving Rapportcijfer inwoners sportvoorzieningen in de gemeente Aantal leden bibliotheek

Aantal losse toeristische/ recreatieve overnachtingen (incl. haven)

Soort

Bron

indicator Beleving

Staat van de gemeente

Output

Output

Realisatie

Streefwaarde

Getal 7,6

Jaar 2014

2015 7,0

Bibliotheek

6.027 6.067 6.171

2013 2012 2011

6.000

Intern

56.434 59.091 50.268

2013 2012 2011

60.000

Toelichting

Middelen programma 7 Meerjareninvesteringsplanning Omschrijving Renovatie 't Huiken (in samenhang met kulturhus) Investeringen dorps- en gemeenschapshuizen Totale kapitaallasten

2.015 p.m. 65.500 6.987

2.016

2.017

2.018

69.500 7.413

50.000 5.333

70.000 7.467

[Zie bijlage 2 voor een totaal overzicht]

Voorjaarsnota 2014 Subsidiëring onderhoud monumenten [19] Voorgesteld wordt om het beschikbare budget van € 75.000 voor subsidiëring onderhoud monumenten te verlagen met € 15.000. Huur bibliotheek kulturhus ’t Harde [8] Bij de uitwerking om de opgenomen bezuiniging van € 80.000 te realiseren zijn er forse ingrepen nodig. Dit houdt in dat het overeind houden van twee volwaardige vestigingen niet mogelijk is. Gezien het aantal inwoners en het aantal gebruikers is het logisch dat de vestiging op ’t Harde wordt gewijzigd. Er is voor gekozen om van ’t Harde een servicepunt te maken met een openstelling van 10 uur.

35

7: Cultuur, sport, recreatie en toerisme

Om leegstand van ’t Kulturhus te voorkomen wordt voorgesteld dit te realiseren in ‘t Kulturhus. Het is wel redelijk dat hierbij de huisvestingskosten worden aangepast aan de gemiddelde huisvestingslast. De huur wordt daarom verlaagd van € 43.000 naar € 20.000. Het gevolg is dan wel dat er voor de gemeente een structurele exploitatietekort op het Kulturhus ontstaat van € 23.000. De commissie MO heeft de voorkeur voor deze optie uitgesproken (7 oktober 2013). MPB 2014-2017 Sport (zwembad) Doordat de investeringen in het zwembadcomplex Hokseberg en de te ontplooien activiteiten een toenemende aantal bezoekers kan bewerkstelligen wordt voorgesteld om de exploitatiebijdrage in 2016 en 2017 met € 5.000 te verlagen. Lokaal historische activiteiten Door minder service te verlenen aan derden op de taakvelden monumentenzorg, kunst en cultuur kan in 2016 van de vacature beleidsmedewerker monumenten, kunst en cultuur 0,19 fte ingeleverd worden. Dit geeft een besparing van € 13.500. Subsidie museum De subsidie aan het museum wordt in 2015 en 2016 met een jaarlijkse bezuiniging van € 12.500 verlaagd. Vervolgens wordt het museum in 2017 gekort met € 30.000 om professionalisering musea mogelijk te maken (is ingevoerd in 2014). Subsidie bibliotheek Voorgesteld wordt op de bibliotheek een verdere bezuiniging van € 80.000 door te voeren in 2 fases vanaf 2015, waarbij nadrukkelijk gekeken zal worden naar de mogelijkheden om de vestiging in ’t Harde om te zetten in een uitleenpunt verzorgd door vrijwilligers. Ook de doorontwikkeling van ’t Huiken tot Kulturhus, inclusief bibliotheek, en daarnaast de ontwikkelingen in verband met schaalvergroting/samenwerking dragen bij aan de mogelijkheden om, gefaseerd, te bezuinigen op het subsidie. Om één en ander mogelijk te maken wordt bovenstaand al voorgesteld om een huurverlaging van € 23.000 voor ’t Harde door te voeren. Sport De jaarlijkse huurprijs voor kunstgrasvelden is bij lange na niet kostendekkend. De huurprijs is erg laag ten opzichte van de jaarlijkse kosten. Voorgesteld wordt om vanaf 2015 de huurprijzen voor kunstgrasvelden in 2 jaar tijd te verhogen met 50%. De inkomsten worden daartoe in 2015 en 2016 met jaarlijks € 5.500 verhoogd. De huurprijs per kunstgrasveld bedraagt na verhoging ruim € 6.600 per veld.

36

7: Cultuur, sport, recreatie en toerisme Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie MIP 2015-2018

Rekening 2013

4.370.414

Begroting 2014

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

2015

3.842.172

2.994.370

2.941.870 20.905 7.413

Voorjaarsnota 2014 Subsidie onderhoud monumenten

-15.000

MPB 2014-2017 Verlaging exploitatiebijdrage zwembad Lokaal historische activiteiten Subsidie museum Subsidie bibliotheek

-12.500 -40.000

-5.000 -13.500 -12.500 -40.000

Storting in reserves Totaal lasten programma Baten Bestaand beleid Prijscompensatie

2.884.188 21.198 5.333

2018

2.875.719 21.494 7.467

-5.000 -30.000

252.000

0

0

0

0

0

4.622.414

3.842.172

2.941.870

2.884.188

2.875.719

2.904.680

552.444

481.843

455.023

460.523 5.631

448.654 5.707

454.361 5.789

Voorjaarsnota 2014 Huur bibliotheek

-23.000

MPB 2014-2017 Huurverhoging kunstgrasvelden

5.500

5.500

Onttrekking uit reserves

1.642.295

1.141.719

183.413

183.413

183.413

183.413

Totaal baten programma

2.194.738

1.623.562

643.936

632.067

637.774

643.563

3.817.970 -1.390.295 2.427.676

3.360.329 -1.141.719 2.218.610

2.481.347 -183.413 2.297.934

2.435.534 -183.413 2.252.121

2.421.358 -183.413 2.237.945

2.444.530 -183.413 2.261.117

Saldo Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

per beleidsveld [x € 1.000] Openbaar bibliotheekwerk Vormings- en ontwikkelingswerk Sport Kunst en cultuur Monumentenzorg Dorps- en gemeenschapsaccomm. Toerisme en recreatie Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

37

Last 2015 405 276 662 360 394 677 167 2.942 0 2.942

Baat 2015 0 21 96 0 7 334 2 461 183 644

Saldo 2015 405 255 566 360 387 343 165 2.481 -183 2.298

Last 2016 365 279 662 352 369 690 168 2.884 0 2.884

Baat 2016 0 22 103 0 7 315 2 449 183 632

Saldo 2016 365 257 559 352 361 374 167 2.436 -183 2.252

Last 2017 365 281 661 327 371 701 170 2.876 0 2.876

Baat 2017 0 22 104 0 7 320 2 454 183 638

Saldo 2017 365 259 558 327 364 381 168 2.421 -183 2.238

Last 2018 365 283 666 332 374 714 171 2.905 0 2.905

Baat 2018 0 22 105 0 8 324 2 460 183 644

Saldo 2018 365 261 562 332 366 390 169 2.445 -183 2.261

8: Economische structuur

Programma 8

Economische structuur Beleidsvelden Handel en ambacht, Portefeuillehouder: Afdeling:

Wethouder H. Wessel Ruimtelijke Ontwikkeling

Bouwgrondexploitatie, overige agrarische zaken Portefeuillehouder: Wethouder J. Polinder Afdeling: Ruimtelijke Ontwikkeling

Algemene informatie A. Visie: Werk is van essentieel belang voor mensen. Werk geeft structuur aan het leven van mensen, zorgt voo r financiële onafhankelijkheid en voor zelfredzaamheid. Om zoveel mogelijk mensen aan het werk te helpen en te houden, willen we de plaatselijke economie stimuleren en een positief vestigingsklimaat voor bedrijven bevorderen. We willen lokale ondernemers optimaal ondersteunen en ruimte geven. B. Ontwikkelingen en trends: De lokale economie ondervindt wereldeconomie.

nog steeds de gevolgen van de huidige malaise in de nationale- en de

Gemeentelijke beleidskaders        

Marktverordening Marktreglement Nota standplaatsenbeleid Verordening winkelsluiting Elburg Beleidsregels verkoop bouwgronden Exploitatieverordening Nota Grondbeleid 2010-2014 Beleidsregels verkoop groenstroken

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

1. Agrarische sector Behoud van de agrariër als zelfstandig ondernemer.

Binnen de hogere regelgeving maximaal ruimte bieden aan de agrariërs.

In het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied wordt zoveel als mogelijk rekening gehouden met de belangen van de agrarische sector. Onderzoek naar de mogelijkheden voor de combinatie van de agrarische functie met nieuwe functies.

2. Overige bedrijven Plaatselijke economie stimuleren -Meer arbeidsplaatsen in alle arbeidssectoren -Meer huisgebonden ondernemerschap

Positief vestigingsklimaat voor bedrijven bevorderen.

Uitwerken en uitvoeren van een “economisch actieplan” ter versterking van de economische structuur van de gemeente. Het binnen de grenzen van wet- en regelgeving zo gunstig mogelijk toepassen van het gemeentelijk inkoopbeleid ten behoeve van lokale bedrijven.

Kwalitatief goede en aantrekkelijke bedrijventerreinen en winkelgebieden.

Afwegen of meegewerkt moet worden aan de wens van een aantal ondernemers in de vesting om ‘het kruis’ in de wintermaanden open te stellen voor gemotoriseerd verkeer. Stimuleren van en medewerking verlenen aan de herontwikkeling van bedrijventerrein Kruismaten in relatie tot het havengebied. Realiseren nieuw centrumgebied ’t Harde. Waar mogelijk bevorderen van het proces, faciliteren en bewaken van ieders belangen bij de totstandkoming van centrumgebied ’t Harde. Verlenen van planologische medewerking aan vestiging van een discountsupermarkt in de kern Elburg. Stimulering uitgifte resterende bedrijfskavels op bedrijventerrein Broeklanden. Verlenen van (planologische) medewerking aan de realisering van bedrijventerrein De Glinde te Doornspijk.

38

8: Economische structuur

Indicatoren Doel

Omschrijving

Soort

Bron

indicator 2

Rapportcijfer inwoners winkels voldoende nabij

Beleving

St.vd.gem

Realisatie

Streefwaarde

Getal

Jaar

2015

7,6 7,1

2014 2011

7,5

Toelichting

Middelen programma 8 Meerjareninvesteringsplanning Omschrijving Actualiseren detailhandelsstructuurvisie Stroomkasten weekmarkten Totale kapitaallasten

2.015

2.016

2.017

2.018 40.000

25.000 2.667

[Zie bijlage 2 voor een totaal overzicht]

MPB 2014-2017 Budget economisch actieplan Voorgesteld is het budget voor het economisch actieplan ad € 25.000 vanaf 2014 stapsgewijs te verlagen tot € 10.000. Ingaande 2014 met een bedrag van € 3.000 en in de jaren 2015-2017 met een jaarlijks bedrag van € 4.000.

Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie MIP 2015-2018

Rekening 2013

2.896.447

Begroting 2014

1.305.443

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

2015

1.224.555

1.220.555 437 2.667

1.219.659 441

-4.000

-4.000

-4.000

2018

1.216.100 448

Voorjaarsnota 2014

MPB 2014-2017 Budget economische actieplan Storting in reserves

2.583.360

181.336

0

0

0

0

Totaal lasten programma

5.479.808

1.486.779

1.220.555

1.219.659

1.216.100

1.216.548

Baten Bestaand beleid Prijscompensatie

4.643.218

1.108.786

972.096

972.096 3.064

975.160 3.107

978.267 3.147

Onttrekking uit reserves

475.370

12.075

2.075

2.075

2.075

2.075

Totaal baten programma

5.118.587

1.120.861

974.171

977.235

980.342

983.489

-1.746.770 2.107.991 361.220

196.657 169.261 365.918

248.459 -2.075 246.384

244.499 -2.075 242.424

237.833 -2.075 235.758

235.134 -2.075 233.059

Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017

Saldo Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

per beleidsveld [x € 1.000] Handel en ambacht Overige agrarische zaken Bouwgrondexploitatie Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

39

Last 2015 224 244 753 1.221 0 1.221

Baat 2015 125 94 753 972 2 974

Saldo 2015 99 150 0 248 -2 246

Last 2016 223 244 753 1.220 0 1.220

Baat 2016 127 95 753 975 2 977

Saldo 2016 96 149 0 244 -2 242

Last 2017 219 244 753 1.216 0 1.216

Baat 2017 128 97 753 978 2 980

Saldo 2017 90 148 0 238 -2 236

Last 2018 219 244 753 1.217 0 1.217

Baat 2018 130 98 753 981 2 983

Saldo 2018 89 146 0 235 -2 233

9: Bestuur

Programma 9

Bestuur Beleidsvelden Bestuursorganen, bestuurlijke samenwerking, ondersteuning raad en griffie, onder steuning college en directie, juridische ondersteuning, burgerzaken en streekarchivariaat Portefeuillehouder: burgemeester F.A. de Lange Afdeling: Facilitair, Griffie, Maatschappelijke ontwikkeling, Ruimtelijke Ontwikkeling, Sociale en burgerzaken, Financiën en Personeel Kadaster en huisnummering Portefeuillehouder: Wethouder J. Polinder Afdeling: Ruimtelijke Ontwikkeling Wijkgericht werken Portefeuillehouder: Afdeling:

Wethouder S.W. Krooneman Maatschappelijke ontwikkeling

Algemene baten en lasten, uitvoering Wet WOZ, lasten heffing en invordering Portefeuillehouder: Wethouder H. Wessel Afdeling: Financiën en personeel

Algemene informatie A. Visie: Elburg is een zelfstandige gemeente. Uitgangspunt is dat dit zo blijft. Om dit te bereiken zullen we in het bijzonder met onze buurgemeenten Nunspeet en Oldebroek binnen de Regio Noord Veluwe zoveel mogelijk samenwerken en samen optrekken. Maar samenwerking is breder, zeker als het gaat om de grote taken die van rijkswege naar ons toekomen. Wij opteren voor samenwerking op basis van kwaliteit, kostenoverwegingen en (opheffen) kwetsbaarheid. De gemeente streeft naar een helder en open bestuur met een efficiënt werkend ambtelijk apparaat, waarbij communicatie, burgerparticipatie en klantgerichtheid hoog in het vaandel staan. B. Ontwikkelingen en trends:  Bij gemeenten is sprake van een doorlopende schaalvergroting. Dit omdat de rijksoverheid taken doorschuif t en het specialistisch werk toeneemt.  De gemeenten worden hét loket voor de gehele overheid.  Aan de Tweede Kamer is medio 2011 de implementatieagenda NUP (i -NUP) aangeboden. Deze agenda draagt mede bij aan de overheidsbrede ambitie om de kwaliteit van dienstverlening te handhaven en waar mogelijk te verbeteren. Voor gemeenten betekent dit concreet het implementeren van 20 resultaatverplichtingen in de periode tot 1 januari 2015.  In 2014 zijn de verbeterplannen als gevolg van de archiefinspecties opgesteld . Vanaf 2015 worden gezamenlijk de knelpunten en achterstanden aangepakt.  In 2015 komt in een samenwerkingsproject van het Streekarchivariaat met de gemeente Harderwijk de Hansischer Geschichtsverein (Duitse wetenschappelijk-historische vereniging voor Hanzegeschiedenis) naar Nederland. Dit schept mogelijkheden om het Hanzeverleden van beide steden verder uit te diepen en te promoten. Samenwerking met andere Gelderse en Overijsselse Hanzesteden wordt hierbij gezocht.  Vanaf 2012 wordt de huidige Grootschalige Basis Kaart Nederland (GBKN) omgezet naar de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). De BGT leidt tot een gedetailleerde grootschalige basiskaart (digitale kaart) van heel Nederland. In de BGT wordt op een eenduidige manier de ligging van alle f ysieke objecten zoals gebouwen, wegen, water, spoorlijnen en (landbouw)terreinen geregistreerd. Dit betekent een omzetting van een lijnenkaart naar een vlakkenkaart, waarin ook de beheervlakken (wegvlakken, groenvlakken, e.d.) zullen worden opgenomen. Naast de gemeente zullen ook andere overheden (provincie, waterschap, Rijkswaterstaat, e.d.) bronhouders van de BGT zijn. Vanaf 1 januari 2016 moet het landsdekkende bestand gereed zijn voor gebruik. Vanaf 1 januari 2017 kan iedereen de informatie uit de BGT vrij gebruiken en zijn overheden verplicht om de BGT te gebruiken in hun werkprocessen. Op 1 januari 2020 is een aanvulling gereed: van alle objecten in de BGT is niet alleen de ligging, maar ook een nadere beschrijving opgenomen.  Uitvoeren van de voorstellen die het verbeterteam dienstverlening heeft gedaan op basis van het klanttevredenheidsonderzoek.

40

9: Bestuur

 Op landelijk niveau wordt gewerkt aan de Modernisering van de GBA die uit twee onderdelen zal bestaan, te weten Startpakket gegevensverstrekking en Startpakket Actualisering. Deze functies maken het mogelijk om 24 uur per dag online te zijn voor de afnemers, die door het Ministerie van Binnenlandse Zaken zijn geautoriseerd om BRPgegevens te raadplegen.  Per 1 oktober 2012 is de Wet Revitalisering Generiek Toezicht (wet RGT) ingevoerd. Het interbestuurlijk toezicht is hierdoor eenvoudiger en transparanter gemaakt. Uitgangspunt van de wet RGT is vertrouwen; het vertrouwen dat een bestuurslaag zijn taken goed uitoefent. En dat de horizontale verantwoording - van gemeentebestuur aan gemeenteraad - op orde is. Daardoor kan het toezicht sober en terughoudend worden uitgevoerd. Verder geldt het uitgangspunt ‘eenmalige uitvraag, meervoudig gebruik’: gemeenten hoeven voortaan hun verantwoordingsinformatie nog maar één keer aan te leveren en niet meer aan allerlei vakdepartementen en rijksinspecties afzonderlijk. Gemeenten hebben te maken met een toezichthouder per beleidsdomein. De provincie is de nieuwe toezichthouder voor: ruimtelijke ordening, bouwen, milieu, huisves ting, monumenten en constructieve veiligheid van bouwwerken. Het Rijk blijft toezichthouder voor de gemeenten op die terreinen, waar provincies geen taak en expertise hebben. Dit geldt bijvoorbeeld voor onderwijswetten en sociale zaken.  In 2014 is de Landelijke Voorziening WOZ (LV WOZ) operationeel geworden. Alle onroerende zaken en de daarvoor vastgestelde WOZ-waarden moeten worden aangeboden aan deze LV WOZ. In mei 2014 is de eerste gemeente aangesloten op de LV WOZ. De Waarderingskamer heeft een planning opgesteld waar voor elke gemeente een moment is aangewezen om aan te sluiten. Elburg moet aansluiten in het tweede kwartaal 2015. Het wetsvoorstel tot openbaar maken van de WOZ-waarde van woningen wordt van kracht als het merendeel van de gemeenten is aangesloten op de LV WOZ.  Steeds vaker wordt een beroep gedaan op vergoeding van proceskosten bij het indienen van een bezwaarschrift tegen een fiscale beschikking. Vooral dienstverleners die speciaal zijn opgericht om op no -cure-no-pay basis de procesvoering op zich te nemen doen hier een beroep op. De vergoeding die geclaimd wordt staat niet in verhouding met de hoogte van het geschil maar moet op grond van regelgeving worden uitgekeerd. De hoge maatschappelijke kosten die volgen uit de afhandeling van bezwaar en beroep in WOZ-zaken door de opmars van bezwaarbureaus heeft er toe geleid dat er een wetvoorstel is opgesteld voor een proceskostenvergoeding specifiek voor WOZ-zaken. De verwachting is dat het voorstel, mogelijk na wat aanpassingen, gelijk met het wetsvoorstel tot het openbaar maken van de WOZ-waarde voor woningen in werking treedt.  Op 1 juli 2014 is de Wet aanpassing waterschapsverkiezingen in werking getreden. Met de inwerkingtreding van deze wet worden gemeenten voor het eerst verantwoordelijk voor het organiseren van stembusverkiezingen voor de leden van het algemeen bestuur van de waterschappen. Ook het Kiesbesluit en de Kiesregeling worden binnenkort gewijzigd. De waterschapsverkiezingen vinden tegelijkertijd plaats met de verkiezingen voor de leden van de Provinciale Staten, op woensdag 18 maart 2015.

Gemeentelijke beleidskaders                 

Coalitieakkoord 2014-2018 Organisatieverordening gemeenteraad 2011 incl. eerste wijziging 2013 Gedragscode voor bestuurders 2011 Verordening politiek ambtsdragers 2010 Organisatiebesluit Bestuur- en Managementconcept Klachtenverordening Elburg Verordening commissie bezwaarschriften Elburg en Nunspeet Inspraakverordening Verordening basisregistratie personen gemeente Elburg Beheerregeling basisregistratie personen gemeente Elburg Reglement burgerlijke stand Verordening locaties bureau burgerlijke stand Algemene Plaatselijke Verordening Verordening naamgeving en nummering (adressen) Beleidsnotitie Vastgoedinformatie Communicatiebeleidsplan 2014-2017

41

9: Bestuur

Doelstellingen en te leveren prestaties / activiteiten Hoofddoelstelling

Subdoelstelling

1. Bestuurlijke handelen  Verbeteren van de beeldvorming (imago) van de gemeente.  Laagdrempeligheid van het college en de raad.  De gemeente Elburg wil blijven behoren tot de 25% van de gemeenten met de laagste lokale lastendruk.

Bestuurlijk handelen: integere en transparante besluitvorming

2. Bestuurlijke vernieuwing

Toename betrokkenheid inwoners en organisaties bij lokaal bestuur.

Om de herkenbaarheid en informatie dichter en directer bij de burgers te brengen, worden meer publicaties via de krant gedaan. Een voorbeeld is het burgerjaarverslag. Burgers worden op deze wijze zeer goed geïnformeerd en de bereikbaarheid van het bestuur naar burgers wordt vergroot. De raadsvergaderingen zullen voortaan in de koepel van het gemeentekantoor plaats hebben en in beeld uitgezonden worden via internet en/of televisie. Ingezet wordt op een verlevendiging van het raadsdebat.

Inzetten op burgerparticipatie. Verdere uitwerking van het dualistisch gedachtegoed.

Verder door ontwikkelen van het wijkgericht werken. In opdracht van de auditcommissie wordt verder gewerkt aan het versterken van de begroting als sturingsinstrument van de raad, d.m.v. een verbeterslag op het onderdeel indicatoren. De raad gaat verder met de in 2013 ingang gezette experimenten ter bevordering van het dualisme. Op basis van het door alle overheden ontwikkelde Antwoord@ concept realiseren van een klantcontactcentrum (KCC) Elburg.

3. Kwaliteit van de dienstverlening  Een efficiënt en effectief (resultaatgericht) werkende organisatie waarin iedereen zijn eigen taak kent  Behouden van de klanttevredenheid, ook van burgers die niet in het gemeentehuis komen maar wel meebetalen aan de dienstverlening  Laagdrempeligheid van het gemeentekantoor

Bijzondere prestatie / nieuwe activiteit

Naleving doelstellingen van EGEMproject ( modernisering gemeentelijke dienstverlening).

Uitkomsten klanttevredenheidsonderzoek en burgerpeiling 2011 vergelijken met uitkomsten vorig onderzoek (staat van de gemeente 2007) en vervolgacties bepalen.

Uitvoering geven op een efficiënte en burgervriendelijke wijze aan de wet- en regelgeving op een zo breed mogelijk terrein.

Het op grond van wettelijke verplichtingen ontwikkelen resp. beheren van een sluitend stelsel van authentieke (basis)registraties voor personen (GBA), adressen en gebouwen (BAG), grootschalige topografie (BGT) en WOZ.

Vervolgstappen zetten met deregulering en vermindering administratieve lasten.

In het kader van het project “Deregulering en (administratieve) lastenvermindering” zal de gemeentelijke regelgeving verder worden gescreend en waar mogelijk worden ingetrokken of vereenvoudigd. Het verder ontwikkelen van de website als het belangrijkste gemeentelijk communicatiekanaal in relatie tot de digitale dienstverlening. Intensivering van de inzet van sociale media als communicatiemiddel. Uitbreiding digitale beschikbaarstelling van de audiovisuele collecties Streekarchivariaat. Voldoen aan landelijke web-richtlijnen.

Heldere en tijdige communicatie.

Het verbeteren van de kwaliteit van de website.

Indicatoren Doel

Omschrijving

Soort

Bron

indicator 1

Realisatie

Streefwaarde

Getal

Jaar

2015

Rapportcijfer inwoners vertrouwen in bestuur

Beleving

St.vd.gem.

6,4 6,5

2014 2011

6,5

De gemeente luistert naar de mening van haar inwoners

Beleving

St.vd.gem.

6,2 5,8

2014 2011

6,5

Output

Coelo

80 79

2014 2013

< 100

Positie op de lijst van gemeenten met de laagste woonlasten 2

% inwoners dat zich (enigszins) betrokken voelt bij de eigen woonbuurt

Beleving

Veiligheids enquete

* 70%

2014 2007

75%

3

Rapportcijfer burger gemeentelijke dienstverlening

Beleving

St.vd.gem.

6,9 7,8

2014 2011

7,0

* De veiligheidsenquête wordt in 2014 weer herhaald. Cijfer zijn nog niet bekend.

42

Toelichting

25% goedkoopste gemeenten

9: Bestuur

Middelen programma 9 Meerjareninvesteringsplanning Omschrijving Cyclorama's Luchtfoto's Totale kapitaallasten

2.015

2.016 14.000

25.000

2.017

2.018 15.000

28.000

[Zie bijlage 2 voor een totaal overzicht]

Meicirculaire 2014 Waterschapsverkiezingen Per 1 juli 2014 treedt de Wet aanpassing waterschapsverkiezingen in werking. Hierdoor vinden deze verkiezingen gelijktijdig plaats met de verkiezingen voor de provinciale staten. De gemeente wordt via de algemene uitkering gecompenseerd voor het organiseren van de gecombineerde verkiezingen. Elburg ontvangt hiertoe in 2015 een eenmalig bedrag van € 32.000 welke voor dit doel wordt ingezet. Voorjaarsnota 2014 Loonstijgingen In de begroting 2015 wordt vooralsnog gerekend met de volgende loonstijgingen: 0,5% in 2013, 1% in 2014 en 1% in 2015. Gezien het voorlopig akkoord met de bonden wordt voor 2015 1% extra geraamd, waardoor de stijging voor 2015 op 2% uitkomt. Conform de algemeen verwachte prijs- en loonontwikkeling wordt voor de jaren 2016 t/m 2018 rekening gehouden met een totale loonstijging van 1,4% per jaar. Uit deze loonstijgingen zullen overigens ook eventuele stijgingen van werkgeverslasten bekostigd moeten worden . Bij de berekening van het totaal wordt rekening gehouden met periodieken. Omschrijving Bestuur Organisatie Overig Extra loonstijging 2015 Totaal Op te nemen loonstijging 2015-2018

2.015 741.266 9.246.565 401.622 100.000 10.491.468 100.000

2.016 753.617 9.382.782 409.343 104.000 10.651.758 160.290

2.017 769.935 9.514.212 416.196 108.160 10.810.520 158.762

2.018 791.497 9.641.771 421.771 112.486 10.969.543 159.023

Vrijval kapitaallasten De vrijval van afschrijving en rente van voorheen gerealiseerde investeringen is in onderstaand overzicht berekend. De vrijval van kapitaallasten van brandweer, onderwijs, afval, riool en begraven zijn niet meegenomen. Omschrijving Rente Afschrijving Totaal

2.016 33.371 65.602 98.973

2.017 30.666 73.039 103.705

2.018 27.817 89.553 117.370

Medewerkersonderzoek/Waarstaatjegemeente.nl [12] Om de bijdrage van P&O meetbaar te maken worden de kritieke prestatie indicatoren (KPI’s) gemeten met een medewerkersonderzoek. Het doel is het vergroten van de toegevoegde waarde van P&O door bij te dragen aan het realiseren van organisatiedoelstellingen. Zowel het medewerkersonderzoek als het tweejaarlijkse onderzoek Waarstaatjegemeente.nl (WSJG) zijn een vorm van kwaliteitsonderzoek. Deze onderzoeken kunnen jaarlijks afgewisseld worden. Het voorstel is om hiervoor vanaf 2015 een structureel budget van € 10.000 beschikbaar te stellen. Voor het tweejaarlijkse onderzoek Waarstaatjegemeente.nl z ijn al budgetten beschikbaar welke gedekt werden door de algemene reserve. Deze dekking kan vervallen wanneer er een structureel budget beschikbaar komt. Bestuurskosten [20] Voorgesteld wordt om de fractievergoedingen op p.m. te ramen. Het is wel een verplichting voor de gemeente maar hier wordt niet of nauwelijks gebruik van gemaakt. Door p.m. te ramen loopt de gemeente meer ri sico maar wordt er budgettair € 4.000 bespaard. MPB 2014-2017 Bestuursorganen Een bovenformatieve functie waarbij taken worden verricht op het gebied van kabinet, RNV en overige werkzaamheden in het kader van bestuursondersteuning zal vanaf 2016 niet meer worden ingevuld. Dit levert een besparing op van € 91.500. 43

9: Bestuur

Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie Saldo bedrijfsvoeringsparagraaf

Rekening 2013

4.634.365

Begroting 2014

4.314.644

2015

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

4.091.313

Meicirculaire 2014 Waterschapsverkiezingen Voorjaarsnota 2014 Stelpost loonstijgingen 2015-2018 Vrijval kapitaallasten 2016-2018 Medewerkersonderzoek/wsjg Fractievergoeding

-68.000

4.161.313 11.438 -174.491

32.000

-32.000

100.000

160.290 -98.973

2018

3.936.077 11.594 -60.582

3.942.146 11.758 -12.501

158.762 -103.705

159.023 -117.370

10.000 -4.000

MPB 2014-2017 Beëindigen bestuursondersteuning

-91.500

Storting in reserves

371.572

327.613

45.054

45.054

45.054

45.054

Totaal lasten programma

5.005.937

4.642.257

4.206.367

3.981.131

3.987.200

4.028.110

Baten Bestaand beleid Prijscompensatie

1.124.933

843.162

961.557

961.557 5.091

966.648 5.162

971.810 5.235

Onttrekking uit reserves Dekking opvang braindrain

831.989

489.949

25.140

25.140

25.140

25.140 50.000

Totaal baten programma

1.956.922

1.333.111

986.697

991.788

996.950

1.052.185

Saldo Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

3.509.432 -460.417 3.049.015

3.471.482 -162.336 3.309.146

3.199.756 19.914 3.219.670

2.969.429 19.914 2.989.343

2.970.336 19.914 2.990.250

3.006.011 -30.086 2.975.925

Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017

per beleidsveld [x € 1.000] Streekarchivariaat Bestuursorganen Juridische ondersteuning Bestuurlijke samenwerking Burgerzaken Kadaster en huisnummering Ondersteuning raad en griffie Algemene baten en lasten Uitvoering Wet WOZ Wijkgericht werken Ondersteuning college en directie Lasten heffing en invordering Saldo van kostenplaatsen Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen reserves Gerealiseerd resultaat

44

Last 2015 109 688 297 270 612 265 195 264 424 121 689 179 49 4.161 45 4.206

Baat 2015 0 0 0 0 357 72 0 488 0 0 0 0 45 962 25 987

Saldo 2015 109 688 297 270 255 193 195 -223 424 121 689 179 4 3.200 20 3.220

Last 2016 110 689 298 274 582 265 196 326 424 121 598 179 -125 3.936 45 3.981

Baat 2016 0 0 0 0 362 72 0 488 0 0 0 0 45 967 25 992

Saldo 2016 110 689 298 274 220 193 196 -162 424 121 598 179 -170 2.969 20 2.989

Last 2017 111 690 299 278 584 265 196 381 424 121 598 179 -186 3.942 45 3.987

Baat 2017 0 0 0 0 367 72 0 488 0 0 0 0 45 972 25 997

Saldo 2017 111 690 299 278 217 193 196 -107 424 121 598 179 -231 2.970 20 2.990

Last 2018 113 691 300 282 587 266 197 423 425 122 598 179 -188 3.993 45 4.038

Baat 2018 0 0 0 0 372 72 0 488 0 0 0 0 45 977 75 1.052

Saldo 2018 113 691 300 282 215 194 197 -65 425 122 598 179 -234 3.016 -30 2.986

9a: Algemene dekkingsmiddelen

Programma 9a

Algemene dekkingsmiddelen Beleidsvelden Algemene uitkering, deelnemingen, lokale heffingen, overige algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Portefeuillehouder: Wethouder H. Wessel Afdeling: Financiën en personeel

Algemene informatie Algemene programmadoelstelling: De gemeente kent in principe 2 inkomstenstromen namelijk: inkomsten die direct zijn onder te brengen onder een programma vanwege de directe relatie, gedacht kan hierbij worden aan de begraafrechten, rioolrechten en afvalstoffenheffing. Deze zijn verwerkt in programma 6 Verkeer en openbare ruimte. inkomsten met een algemeen karakter die niet direct zijn toe te wijzen aan een programma maar die wel van substantieel belang zijn voor het in stand kunnen houden van ons voorzieningenniveau. Er is geen sprake van een direct bestedingsdoel. Deze laatste categorie wordt opgenomen als onderdeel van Programma 9 onder de naam ‘Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien’. Dit is verplicht op basis het Besluit Begroting en Verantwoording. De financiële middelen worden op een zo adequaat mogelijke wijze beheerd. In d e middelen wordt deels voorzien door het heffen van belastingen, rechten en heffingen. Daarbij is uitgangspunt om kostendekkende tarieven te hanteren.

Middelen Bestaand beleid Onvoorzien (remweg) Er is een afspraak om jaarlijks een bedrag van € 10.000 in de begroting op te nemen ter dekking van onvoorziene structurele uitgaven. Meicirculaire 2014 Ontwikkeling gemeentefonds De algemene uitkering van het rijk is onze grootste inkomstenpost. Aan de middelen wordt formeel geen direct doel gekoppeld. Veelal worden doeluitkeringen opgeheven en de middelen overgeheveld naar de algemene uitkering. Het is daarna aan de gemeente om te bepalen op welke wijze en tot welke hoogte middelen voor een bepaald doel worden ingezet. De hier geschetste vrijheid is enigszins relatief omdat met het overgaan van de middelen naar de AU ook de verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van een bepaalde taak mee overgaat. Vanwege het instellen van een Deelfonds sociaal domein zijn de integratie -uitkeringen voor de transities WMO, jeugdzorg en Participatiewet op programma 1 verantwoord. Deze bedragen moeten immers voor de duur van 3 jaar (2015-2017) ook aan deze doelen besteed worden en zijn derhalve niet vrij besteedbaar. Algemene uitkering meicirculaire 2014: In de tabel hieronder staan de verwachte meerjarige uitkeringen uit het gemeentefonds op basis van de meicirculaire 2014 vermeld. De uitkomsten voor het jaar 2015 zijn in de primitieve begroting 2015 opgenomen. Bij de besluitvorming over de rijksbegroting 2015 zullen de raminge n over 2015-2018 in de septembercirculaire weer worden bijgesteld. Onderstaand de mutaties van de algemene uitkering: Meicirculaire 2014 Deelfonds sociaal domein Subtotaal Stijging/daling per jaar

45

2015 29.323.067 -12.293.143 17.029.924

2016 29.105.473 -12.152.728 16.952.745 17.029.924 -77.179

2017 28.568.236 -11.660.916 16.907.320 16.952.745 -45.425

2018 28.239.882 -11.503.274 16.736.608 16.907.320 -170.712

9a: Algemene dekkingsmiddelen

Voorjaarsnota 2014 Bespaarde rente De kosten voor tijdelijke voorzieningen, onderhoud en constructieve aanpassing wegens onderhoud monumentale bruggen worden op dit moment geraamd op € 700.000. Voorgesteld wordt de geraamde kosten te dekken uit de algemene weerstandsreserve. Dit heeft tot gevolg dat de bespaarde rente met € 24.500 (3,5% van € 700.000) zal afnemen. Toeristenbelasting Vanaf 2017 is er een meeropbrengst toeristenbelasting van € 20.000 mogelijk als gevolg van realisering van een hotel op de ‘kop van de haven’ (nog in onderhandeling) en optimalisering van de ligplaatsen in de haven. Extra verhoging OZB In meerjarenperspectief 2015-2018 wordt gerekend met een jaarlijkse stijging van de OZB met 2%. Voorgesteld wordt de OZB voor eigenaren woningen en niet-woningen in de jaren 2015-2017 extra te verhogen met 1,50% tot 3,50% (voor gebruikers niet-woningen geen extra verhoging). Tegelijkertijd wordt voorgesteld de rioolheffingen en de reinigingsheffingen voor die jaren niet te verhogen. Op deze wijze wordt de lastendruk voor de burger niet extra verhoogd ten opzichte van de huidige vooruitzichten zoals opgenomen in de MPB 2014-2017. Onderstaand wordt dit door middel van 2 tabellen inzichtelijk gemaakt. Het blijkt dat de extra kosten voor de burger in 2015/2016 minimaal en in meerjarenperspectief zelfs voordelig te zijn. MPB 2014-2017 Jaar OZB Verhoging

Aanslag

Afvalstoffen Verhoging Aanslag

Riool Verhoging

Aanslag

Totaal Aanslag

Mutatie per jaar

2014 2015

2,00% 2,00%

233,77 238,45

0,00% 0,00%

215,52 215,52

0,00% 1,75%

194,0 197,4

643,3 651,4

8,07

2016 2017

2,00% 2,00%

243,21 248,08

0,00% 1,75%

215,52 219,29

1,75% 1,75%

200,9 204,4

659,6 671,8

8,22 12,15

2018

2,00%

253,04

1,75%

223,13

1,75%

208,0

684,2

12,38

Aanslag

Totaal Aanslag

Mutatie per jaar

Voorstel voorjaarsnota 2014 Jaar

OZB Verhoging

Aanslag

Afvalstoffen Verhoging Aanslag

Riool Verhoging

2014 2015

2,00% 3,50%

233,77 241,95

0,00% 0,00%

215,52 215,52

0,00% 0,00%

194,04 194,04

643,33 651,51

8,18

2016

3,50%

250,42

0,00%

215,52

0,00%

194,04

659,98

8,47

2017

3,50%

259,18

0,00%

215,52

0,00%

194,04

668,74

8,76

2018

2,00%

264,37

1,40%

218,54

1,40%

196,76

679,66

10,92

Omdat de opbrengsten voor rioolheffingen en reinigingsheffingen met bestemmingsreserves verrekend worden geeft dit voorstel vanaf 2017 voor de gemeente een budgettair voordeel van ruim € 130.000. MPB 2014-2017 2 e tranche groot onderhoud gemeentefonds In 2016 vindt binnen het gemeentefonds nog een herverdeling van middelen plaats over de clusters Werk en inkomen, OOV/Brandweer en Gebiedsontwikkeling. Onder deze 2e tranche vallen straks ook de herverdeeleffecten die gaan ontstaan als op de decentralisaties sociaal domein per 2016 overgegaan wordt op een objectief verdeelmodel. Zoals bekend heeft de gemeente vanaf 2015, vooruitlopend op het groot onderhoud gemeentefonds (voorheen herijking genoemd), een bedrag van € 336.000 (€ 15 per inwoner) als nadeel opgenomen in de MPB 2014-2017. Voorgesteld wordt deze structurele korting van € 336.000, gezien de risico’s die gelopen worden, vanaf 2016 beschikbaar te houden voor de 2 e tranche van het groot onderhoud gemeentefonds. Dividend Nuon Energy De dividendopbrengst van Nuon Energy (ontstaan uit de verkoop aan Vattenfall) en komt door afwikkeling van de 4 e tranche van de verkoop aandelen Nuon in 2015 te vervallen. Dit betekent in 2016 een terugval in dividenduitkering Nuon Energy van € 130.000 (tot nihil). In 2015 wordt in verband met de verkoop aandelen Nuon de laatste tranche ad € 4,328 miljoen ontvangen (dit betreft 21% van de aandelen). Door genoemd bedrag van € 4,3 miljoen niet in te zetten (evenals bij de andere 3 tranches) kan een voordeel worden ingeboekt wegens bespaarde rente van € 151.500.

46

9a: Algemene dekkingsmiddelen

Verhoging toeristenbelasting Voorgesteld wordt de toeristenbelasting in 2015 met € 0,05 te verhogen naar € 1,10 per persoon per overnachting. Dit geeft een meeropbrengst van € 8.750. Lokale heffingen Voor wat betreft de stijgingspercentages van de OZB wordt gerekend met een verhoging van 2% per jaar vanaf 2015. Overzicht algemene dekkingsmiddelen en lokale heffingen: In de paragraaf lokale heffingen wordt uitvoerig ingegaan op de ontwikkelingen van de lokale belastingen. In programma 9a wordt een overzicht weergegeven van de meeropbrengsten in de jaren 2015-2018. Onderstaand een overzicht van de ontwikkeling van de lokale belastingen en algemene dekkingsmiddelen:

Omschrijving Algemene uitkering gemeentefonds Algemene uitkering Risicoposten Inkomsten uit deelnemingen Vitens Vitens (rente) BNG Nuon Energy Alliander Lokale heffingen OZB eigenaren [Woningen] OZB eigenaren [Niet-woningen] OZB gebruiker [Niet-woningen] Hondenbelasting Forensenbelasting Toeristenbelasting Precariobelasting Reclamebelasting Overige algemene dekkingsmiddelen Bespaarde rente eigen vermogen Toe te rekenen rente aan eigen vermogen Onvoorzien Onvoorzien Remweg begroting

Totaal Omschrijving Tarieven OZB eigenaren [Woningen] OZB eigenaren [Niet-woningen] OZB gebruiker [Niet-woningen] Hondenbelasting Forensenbelasting Toeristenbelasting Precariobelasting Opbrengsten OZB eigenaren [Woningen] OZB eigenaren [Niet-woningen] OZB gebruiker [Niet-woningen] Hondenbelasting Forensenbelasting Toeristenbelasting Precariobelasting

47

2015 primitief

2015 nieuw

17.029.925

17.029.925

17.029.925

2016

2017

2018

17.029.925

16.952.746 -336.000 16.616.746

16.907.321 -336.000 16.571.321

16.736.608 -336.000 16.400.608

54.000 22.000 95.000 130.000 212.000 513.000

54.000 22.000 95.000 130.000 212.000 513.000

54.756 22.000 96.330 0 214.968 388.054

55.523 22.000 97.679 0 217.978 393.180

56.300 22.000 99.047 0 221.030 398.377

2.088.598 794.861 503.297 134.733 51.755 186.701 15.514 60.000 3.835.459

2.119.927 806.784 503.297 134.733 51.755 195.451 15.514 60.000 3.887.461

2.193.498 834.783 513.363 136.619 52.480 198.065 15.731 60.840 4.005.379

2.268.381 863.281 523.630 138.532 53.215 220.715 15.951 61.692 4.145.397

2.311.841 879.820 534.103 140.471 53.960 223.403 16.174 62.556 4.222.328

1.625.641 -564.508 1.061.133

1.601.141 -564.508 1.036.633

1.752.641 -564.508 1.188.133

1.752.641 -564.508 1.188.133

1.752.641 -564.508 1.188.133

50.000 10.000 60.000

50.000 10.000 60.000

50.000 20.000 70.000

50.000 30.000 80.000

50.000 40.000 90.000

22.379.517

22.407.019

22.128.312

22.218.031

22.119.446

2015 primitief

2015 nieuw

2016

2017

2018

2,00% 2,00% 2,00% 1,00% 1,00%

1,50% 1,50%

3,50% 3,50% 2,00% 1,40% 1,40%

3,50% 3,50% 2,00% 1,40% 1,40%

2,00% 2,00% 2,00% 1,40% 1,40%

1,40%

1,40%

1,40%

73.571 27.999 10.066 1.886 725 2.614 217

74.883 28.498 10.267 1.913 735 22.650 220

43.460 16.539 10.473 1.939 745 2.688 223

4,76% 1,00% 2.088.598 794.861 503.297 134.733 51.755 186.701 15.514

31.329 11.923 0 0 0 8.750 0

9a: Algemene dekkingsmiddelen Meerjarencijfers per programma

Rekening 2013

Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie Remweg

Begroting 2014

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

2015

2018

0

54.096

60.000

60.000 0 10.000

70.000 0 10.000

80.000 0 10.000

Storting in reserves

3.735.032

565.579

564.508

564.508

564.508

564.508

Totaal lasten programma

3.735.032

619.675

624.508

634.508

644.508

654.508

24.292.328

24.663.195

23.004.025

23.031.527 11.336

22.762.820 11.496

22.862.539 11.656

-77.179

-45.425

-170.713

Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017

Baten Bestaand beleid Prijscompensatie Meicirculaire 2014 Ontwikkeling gemeentefonds Voorjaarsnota 2014 Bespaarde rente (Monumentale bruggen) Toeristenbelasting Extra OZB eigenaar woningen 2015 t/m 2017 1,5% Extra OZB eigenaar niet woningen 2015 t/m 2017 1,5%

-24.500 20.000

MPB 2014-2017 Herijking clusters gemeentefonds Dividenduitkering Nuon Energy Bespaarde rente ivm verkoop Nuon (3,5%) Verhoging toeristenbelasting Belastingen (prijsstijgingen) * 2,00% - OZB woningen (eigenaren) * 2,00% - OZB niet-woningen (eigenaren) * 2,00% - OZB niet-woningen (gebruiker)

31.329

31.799

32.276

11.923

12.102

12.283

-336.000 -130.000 151.500 8.750

41.772

42.607

43.460

15.897

16.215

16.539

10.066

10.267

10.473

Onttrekking uit reserves

3.107.127

0

0

0

0

0

Totaal baten programma

27.399.455

24.663.195

23.031.527

22.762.820

22.862.539

22.773.954

-24.292.328 627.905 -23.664.423

-24.609.099 565.579 -24.043.520

-22.971.527 564.508 -22.407.019

-22.692.820 564.508 -22.128.312

-22.782.539 564.508 -22.218.031

-22.683.954 564.508 -22.119.446

Saldo Saldo van baten en lasten Reserves Gerealiseerd resultaat

per beleidsveld [x € 1.000] Lokale heffingen Algemene uitkeringen Dividend Overige dekkingsmiddelen Onvoorziene uitgaven Saldo van baten en lasten Toevoegingen/ onttrekkingen Gerealiseerd resultaat

48

Last 2015 0 0 0 0 60 60 565 625

Baat 2015 3.887 17.030 513 1.601 0 23.032 0 23.032

Saldo 2015 -3.887 -17.030 -513 -1.601 60 -22.972 565 -22.407

Last 2016 0 0 0 0 70 70 565 635

Baat 2016 4.005 16.617 388 1.753 0 22.763 0 22.763

Saldo 2016 -4.005 -16.617 -388 -1.753 70 -22.693 565 -22.128

Last 2017 0 0 0 0 80 80 565 645

Baat 2017 4.145 16.571 393 1.753 0 22.863 0 22.863

Saldo 2017 -4.145 -16.571 -393 -1.753 80 -22.783 565 -22.218

Last 2018 0 0 0 0 90 90 565 655

Baat 2018 4.222 16.401 398 1.753 0 22.774 0 22.774

Saldo 2018 -4.222 -16.401 -398 -1.753 90 -22.684 565 -22.119

De paragrafen A

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

B

Onderhoud kapitaalgoederen

C

Financiering

D

Bedrijfsvoering

E

Verbonden partijen

F

Grondbeleid

G

Lokale heffingen

H

Subsidies

I

Bezuinigingen

49

A: Weerstandsvermogen

Paragraaf A

Weerstandsvermogen en risicobeheersing Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen wordt als volgt gedefinieerd: ‘Het vermogen van de gemeente Elburg om (onverwachte) verliezen en incidentele financiële tegenvallers op te kunnen vangen, zonder dat de continuïteit of de dienstverlening van de organisatie direct in gevaar komt of financiële noodmaatregelen nodig zijn.’ De beschikbare weerstandscapaciteit wordt gedefinieerd als: ‘Het geheel aan beschikbare en vrij aanwendbare financiële middelen om mogelijke risico’s met financieel gevolg op te kunnen vangen.’ Een risico kan worden ervaren als: ‘Een fenomeen dat latent aanwezig is en dat met een bepaalde kans tot (negatieve) gevolgen voor ons dagelijks functioneren kan leiden.’ De benodigde weerstandscapaciteit wordt gedefinieerd als: ‘Het totaal van de geïnventariseerde en gekwantificeerde risico’s met een mogelijk financieel gevolg.’ Het weerstandsvermogen wordt vertaald in een ratio waarbij de weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald. Weerstandsvermogen

=

verhouding

tussen

de

beschikbare

Beschikbare weerstandscapaciteit Benodigde weerstandscapaciteit

Om de ratio voor het weerstandsvermogen te beoordelen wordt gebruik gemaakt waarderingstabel. Deze ratio moet in ieder geval hoger zijn dan 1,0 (waarderingscode C). Waarderings code

Ratio

Betekenis

A B

> 2,0 1,4 tot 2,0

Uitstekend Ruim voldoende Voldoende

C

1,0 tot 1,4

D

0,8 tot 1,0

Matig

E F

0,6 tot 0,8 < 0,6

Onvoldoende Ruim onvoldoende

van

onderstaande

Beschikbare weerstandscapaciteit De omvang van de weerstandscapaciteit is van belang voor de beoordeling van de financiële positie van de gemeente. De weerstandscapaciteit omvat de mogelijkheden voor een gemeente om financiële tegenvallers (risico’s) op te kunnen vangen en bestaat uit drie onderdelen. 1. Algemene (weerstands-)reserves Voor de bepaling van de weerstandscapaciteit is de hoogte van het vrije deel van de volgende reserves van belang. Omschrijving Bedragen x € 1.000 Algemene reserve Algemene weerstandsreserve Algemene reserve bouwgrondexploitatie Weerstandsreserve bouwgrondexploitatie

Saldo 31-12-2013

Saldo 31-12-2014

Toekomstige stortingen/claims

1.438 13.261 248 949

1.158 12.480 168 949

-663 3.627

Vrij besteedbaar saldo 495 16.107 168 949

Van het saldo van de algemene reserve ad € 1.158.000 is € 663.000 reeds als claim ingezet voor diverse doelen. Wat betreft de algemene weerstandsreserve wordt in 2015 de 4 e tranche (€ 4.327.000) in verband met verkoop Nuon in deze reserve gestort. In 2015 wordt voor onderhoud monumentale bruggen € 700.000 ten laste van deze reserve gebracht.

50

A: Weerstandsvermogen

2. Ruimte in de begroting Bij de bepaling van de ruimte in de begroting wordt uitgegaan van de opgestelde MPB 2015-2018. Op een viertal onderdelen in deze MPB kan de eventuele incidentele en structurele financiële ruimte worden gevonden. Incidenteel  Onvoorzien  Begrotingsoverschot 2015 De stelpost onvoorzien gaat uit van een ruimte voor incidentele uitgaven van € 50.000 in 2015. Daarnaast is er in 2015 sprake van een begrotingsoverschot van € 31.000. Daarmee komt de incidentele financiële ruimte uit op een bedrag van € 81.000. Structurele ruimte  Remweg  Begrotingsoverschot 2018 De stelpost remweg gaat uit van een ruimte voor structurele uitgaven van € 10.000 per jaar. Voor de jaren 20152018 betekent dit een structurele onbenutte ruimte in de begroting van € 40.000. De MPB sluit in 2018 in meerjarenperspectief met een positief saldo van € 11.000. Dit ‘overschot’ kan worden meegenomen bij de berekening van de beschikbare weerstandscapaciteit. Totaal derhalve een financiële structurele ruimte van € 51.000. 3. De onbenutte belastingcapaciteit Onze gemeente kan extra middelen genereren door belastingen te verhogen en heffingen meer kostendekkend te maken (in zoverre daarvoor nog mogelijkheden bestaan).  Belastingen verhogen: De onbenutte belastingcapaciteit OZB wordt berekend door de gemeentelijke tarieven te vergelijken met de inkomstenmaatstaf OZB zoals deze geldt voor de berekening van de algemene uitkering. De tarieven van de gemeente Elburg voor gebruiker en eigenaar niet-woningen bevinden zich boven de inkomstenmaatstaf OZB zodat geen sprake is van onbenutte belastingcapaciteit. Het tarief voor eigenaren van woningen van de gemeente Elburg is voor 2015 lager zodat hier wel sprake is van onbenutte belastingcapaciteit. Bedragen x € 1.000

WOZ-waarde

Eigenaar woningen Eigenaar niet-woningen Gebruiker niet-woningen

€ 2.121.500

Heffingsmaatstaf Elburg 0,0970%

Inkomstenmaatstaf OZB 0,1135%

€ 498.500 € 463.000

0,1570% 0,1260%

0,1504% 0,1213%

Onbenutte capaciteit

Onbenutte belastingcapaciteit 350

350

 Heffingen meer kostendekkend maken: In de gemeente Elburg geldt het beleid dat in principe de kosten van dienstverlening voor 100% verhaald worden op de aanvrager. Alleen ten aanzien van de begraafrechten worden de kosten voor 80% in rekening gebracht. Hier is theoretisch dus sprake van een structurele onbenutte ruimte in de begroting. Bedragen x € 1.000 Kosten begraven Opbrengsten op basis van 80% kostendekking Onbenutte capaciteit (20%)

Raming 2015 559 -446 113

Totale capaciteit: Bij bepaling van de weerstandscapaciteit wordt onderscheid gemaakt tussen de “algemene dienst” en de bouwgrondexploitatie. Door de naamgeving van de reserves ligt dit voor de hand. Daarbij zij niet gezegd dat tegenvallers onderling niet gecompenseerd zouden kunnen worden. Formeel is er immers sprake van één gemeente. Weerstandscapaciteit algemene dienst: algemene reserve algemene weerstandsreserve incidentele ruimte in de begroting

Bedrag X €1.000 495 16.107 81 16.683

structurele ruimte in de begroting onbenutte belastingcapaciteit (OZB)

51 350

onbenutte belastingcapaciteit (begraafrechten)

113 514

51

Incidenteel

Structureel

A: Weerstandsvermogen

Het bedrag ad € 16.683.000 geeft dus het vermogen van de gemeente weer om binnen de “algemene dienst” maatregelen te treffen om incidentele financiële tegenvallers binnen de begroting op te kunnen vangen. Een volledige aanwending van de algemene weerstandsreserve levert overigens direct een structure el renteverlies op van € 564.000 (3,5% rente). Een beschikking over de algemene weerstandsreserve zal moeten worden opgevangen binnen de structurele weerstandscapaciteit. Weerstandscapaciteit bouwgrondexploitatie: algemene reserve bouwgrondexploitatie weerstandsreserve bouwgrondexploitatie

Bedrag X €1.000 168 949 1.117

Incidenteel

Dit bedrag geeft het vermogen van de gemeente weer om de tegenvallers van bouwgrondexploitaties op te kunnen vangen. Uiteraard vermindert de weerstandscapaciteit bij de inzet van het vrije deel voor projecten. De volledige aanwending van de weerstandsreserve bouwgrondexploitatie levert ook een structureel nadeel op van € 33.000 (3,5% rekenrente) welke moet worden opgevangen binnen de structurele weerstandscapaciteit van de algemene dienst.

Risico-inventarisatie (benodigde weerstandscapaciteit) Een risico is de onzekerheid (kans) dat een gebeurtenis met (negatieve) gevolgen zich voordoet. Risicomanagement komt dus op de eerste plaats. Pas als een risico, ondanks de inspanningen op het gebied van risicomanagement, toch optreedt en negatieve financiële gevolgen heeft voor de gemeente, dan komt het weerstandsvermo gen in beeld. Het weerstandsvermogen (beschikbare weerstandscapaciteit) wordt gerelateerd aan de benodigde weerstandscapaciteit welke wordt berekend aan de hand van het totaal van de geïnventariseerde en gekwantificeerde risico’s. In dit hoofdstuk worden de risico’s van de gemeente op een rij gezet en ingedeeld in de risicocategorieën (algemeen, concreet en specifiek). Uitgangspunt bij het bepalen van de risico’s is het gegeven dat de gebeurtenissen nooit allemaal tegelijk en volledig zullen optreden. In een risicoprofiel van meerdere risico’s is het ondenkbaar dat ze tegelijk in één jaar zullen optreden. Sommige risico’s zullen zich nooit voordoen, terwijl andere daarentegen zich in hun maximale omvang manifesteren. In dit hoofdstuk worden allereerst de algemene risico’s zoveel mogelijk in beeld gebracht. Voor algemene risico’s worden in de regel geen reserves aangehouden. De concrete risico’s zijn in principe zoveel mogelijk gedekt door de aanwezige reserves en voorzieningen. De nadruk zal voor de berekeni ng van het benodigde weerstandscapaciteit op de gemeente specifieke risico’s komen te liggen. 1. Algemene risico’s Algemene risico’s zijn voor de gemeente aan te merken als normale risico’s. De algemene risico’s worden onderstaand benoemd omdat deze risico’s in de toekomst voor de gemeente Elburg specifieke risico’s kunnen worden. Voor specifieke risico’s zal vervolgens weerstandsvermogen moeten worden opgebouwd. Daarbij zou het geheel van algemene risico’s bij de gemeente Elburg aanleiding kunnen zijn voor het vormen of in standhouden van een minimaal algemeen weerstandsvermogen, los van de hierna te behandelen specifi eke risico’s. De volgende algemene risico’s worden gesignaleerd:  Economische conjunctuur Er is een langdurige economische recessie aan de gang. Dit heeft uiteindelijk gevolgen voor de gemeentebegroting. Met name aan de opbrengstenkant kan dit risico’s met zich mee brengen. Te denken valt aan de lagere opbrengsten wegens: grondverkopen, leges bouwactiviteiten, etc.  Renteontwikkelingen Door de recessie schommelen de rentetarieven nogal. Er is op dit moment sprake van een historisch lage rente. Betekent wel alert blijven op rentestijgingen. De rekenrente van 3,5% is op dit moment afdoende.  Algemene uitkering uit het Gemeentefonds waarbij sprake is van 3 ontwikkelingen: 1. Er kunnen nog extra rijksbezuinigingen op de gemeenten afkomen. 2.

Daarnaast gaat vanaf 2016 voor het Deelfonds sociaal domein een objectief verdeelmodel gehanteerd worden. In 2015 zijn de budgetten op basis van historische gegevens berekend. Dat betekent dat de landelijke budgetten op een andere wijze over de gemeenten verdeeld zullen worden. De gemeente loopt hier het risico dat er in de toekomst voor jeugdzorg, WMO en participatie minder middelen ontvangen zullen worden. 3. De voor 2016 geplande 2e tranche van het voorgenomen groot onderhoud aan het verdeelstelsel van het gemeentefonds brengt nog een risico met zich mee. Bij de 2 e tranche worden de laatste 3 clusters (Werk en Inkomen, Volkshuisvesting, Brandweer) herijkt.  Provinciale bezuinigingen Dit kan met name risico’s met zich meebrengen bij het realiseren van projecten.

52

A: Weerstandsvermogen

 Project NUP Risico’s worden gelopen met name wanneer projecten van de rijksoverheid moeten worden gerealiseerd e n er geen middelen voor gereserveerd/ beschikbaar zijn. Een voorbeeld hiervan is het KCC.  EMU-norm Bij overschrijding van de norm kan de minister boetes opleggen. Het ministerie van Financiën beheert deze norm en heeft de bevoegdheid om een eventuele Europese EMU-boete naar rato van het aandeel in dit EMU tekort door te berekenen naar de decentrale overheden. Door de recessie is er een aanscherping van dit Stabiliteits - en Groeipact van de Europese Unie waardoor het rijk de nodige maatregelen moet treffen.  Samenwerkingstrajecten Dit soort projecten brengen altijd risico’s met zich mee ten aanzien van de achterblijvende overheadkosten (frictiekosten).  Organisatierisico’s De gemeente heeft op dit moment de volgende risico’s verzekerd: aansprakelijkheid (wette lijk, bestuurders en werkgever), politiek molest, risico’s bij de bouw, brand en storm (panden, onderwijs), het wagenpark, ongevallen, verhaalswet ongevallen ambtenaren, rechtsbijstand, collegebescherming, computers, instrumenten/apparaten en fraude. Niet verzekerd kunnen worden de financiële gevolgen in het geval van ziekte of ontslag van personeel.  Open einde regelingen Door de economische recessie nemen aanspraken op verschillende regelingen toe, bijvoorbeeld de uitgaven voor bijstand en minima.  Deelnemingen De dividenduitkeringen van deelnemingen vormen een onzekere factor.  Verbonden partijen Verbonden partijen zijn die partijen waarmee de gemeente een bestuurlijke relatie heeft en waarin zij een financieel belang heeft. Door zitting in het bestuur en door toetsing van de financiële stukken kan de ‘vinger aan de pols’ gehouden worden. Hiermee kan veelal voorkomen worden dat de gemeente geconfronteerd wordt met financiële tegenvallers. Het is wenselijk, gezien de geïnventariseerde algemene risico’s, een deel van de beschikbare weerstandscapaciteit hiervoor te reserveren. Conform de vastgestelde beleidskaders wordt een richtlijn gehanteerd waarbij 5% van de ‘omzet’ als risicobedrag wordt opgevoerd. Dit betekent dat een bedrag van € 2.419.000 (5% van ca. € 48,4 miljoen) wordt aangehouden als mogelijk risico in het kader van de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit. 2. Concrete risico’s Tot concrete risico’s worden risico’s gerekend waarvan de omvang van de te verwachten verplichtingen redelijkerwi js zijn in te schatten. Voor concrete risico’s worden bestemmingsreserves en voorzieningen ingesteld. De gemeente heeft bijvoorbeeld een voorziening ingesteld voor pensioenen en –wachtgelden van (oud)wethouders. De hoogte van de voorzieningen en bestemmingsreserves dekken de gesignaleerde concrete risico’s in financiële zin voldoende af. Er hoeven derhalve geen aanvullende voorzieningen te worden getroffen, waarvoor eventueel de weerstandscapaciteit moet worden aangesproken. Bij de tweejaarlijkse herziening van de nota reserves en voorzieningen vindt een totaal beoordeling plaats van de reserves en voorzieningen en de concrete risico’s. 3. Specifieke risico’s Tot de specifieke risico’s worden risico’s gerekend welke gelden voor de specifieke omstandigheden wa arin de gemeente opereert. In onderstaande tabel genoemde risico’s worden voor zover mogelijk gekwantificeerd en kunnen zich op zowel de korte als de lange termijn voordoen.

53

A: Weerstandsvermogen Omschrijving x € 1.000 Garantie geldleningen woningen particulieren

Grondslag risico 2.361.583

Risico profiel 5%

Benodigde capaciteit 118.079

Garanties WEW (Waarborgfonds Eigen Woningen)

82.500.000

2,50%

Garanties WSW (Waarborgfonds Sociale Woningbouw)

30.022.537

0%

0

Garantie geldleningen met publiek belang

1.837.495

5%

91.875

Verstrekte geldleningen met publiek belang

1.363.242

5%

68.162

50%

60.000

Garantstelling realiseren linksaf-vak op de Flevoweg naar Nieuwstadspad

Bodemverontreinigingen

Aanleg parkeerplaats haven (RSP-project) Algemene risico’s Totaal incidenteel algemene dienst Gronden in exploitatie

Opbrengsten inbreidingslocaties Elburg (ter dekking VMBO)

Totaal incidenteel bouwgrond

Taakstellende bezuinigingen MPB 2014-2017

120.000

Onbekend

920.000

2.062.500

0

50%

460.000

48.372.000 167.496.857

5%

2.418.600 5.279.216

10.135.828

5%

547.000

10-60%

542.500

2.162.500

12.298.328

50%

61.000

Vervanging gebouwen

1.000.000

10%

100.000

Rente algemene weerstandsreserve

5.279.216

3,5%

184.773

949.000

3,5%

Totaal structureel algemene dienst

7.350.216

Er komen geen nieuwe garanties bij zodat het risico jaarlijks afneemt. Het risicoprofiel van de WEW is voorzichtigheidshalve ingeschat op 2,5%. Het risicoprofiel van de WSW is ingeschat op nihil, omdat bij ingebrekestelling leningen worden gevraagd. Dit betreft garanties aan overige stichtingen/ bedrijven. Aan verenigingen en stichtingen zijn geldleningen verstrekt voor het realiseren van nieuw- en verbouw van (sport)accommodaties. Wegens goedkeuring bestemmingsplan door Provincie is deze garantstelling afgegeven. Er is een redelijk beeld van de (potentieel) verontreinigde locaties in de gemeente. Financiële risico’s zijn niet te kwantificeren. Bij uitvoering van de plannen zal er een cofinanciering van de gemeente danwel derden gevraagd worden tot tenminste het subsidiebedrag van € 920.000. 5% van de ‘omzet’ op begrotingsbasis Dit is het risicobedrag obv risicokaarten per complex. Het gaat om de Rehobothlocatie en locatie Van Kinsbergenbasisschool in Elburg. Omdat procedures nog doorlopen moeten worden, worden er ten aanzien van de invulling van de gebieden risico’s gelopen.

1.089.500

122.000

Rente weerstandsreserve bouwgrondexploitatie

Eventuele opmerkingen

33.215

Ten aanzien van de taakstellende bezuinigingen moet dit bedrag nog gerealiseerd worden. Hierin zijn de taakstellende bezuinigingen bij de jeugdbeleid (2016), ouderenzorg (2016) en overhead (2015/2016) meegenomen. Dit betreft de nieuwbouwwaarde gemeentelijke gebouwen van € 40 miljoen die destijds incidenteel zijn gedekt. De afschrijving (40 jaar) bedraagt € 1 miljoen, waarvan 10% wordt opgenomen als risico omdat de ouderdom meevalt. Aanwending van de weerstandsreserves tot de benodigde capaciteit levert direct een structureel renteverlies op van 3,5%.

378.988

Bij de bepaling van de weerstandscapaciteit is aangegeven dat in verband met de naamgeving van de reserves de weerstandscapaciteit bouwgrondexploitatie en algemene dienst afzonderlijk in beeld worden gehouden. Ten aanzien van de gemeente specifieke risico’s wordt dit stramien ook gevolgd. In dit verband worden de risico’s die met de grondbedrijf complexen samenhangen ingedeeld onder de bouwgrondexploitatie. Conform eerdere besluitvormi ng worden de risico’s ten aanzien van de inbreidingslocaties hier onder eveneens gebracht. Bij de bepaling van het risicoprofiel van de complexen bouwgrondexploitatie is ermee gerekend dat er sprake is van een economische recessie en dat woningbouw van een aantal complexen pas na 2019 staat gepland. Algemene dienst De grondslag voor de berekening van de totaal gekwantificeerde incidentele risico’s vormt een bedrag van € 167.497.000. De gekwantificeerde risico’s zijn gebaseerd op het maximum te betalen bed rag. Het risicoprofiel geeft aan in welke mate het risico wordt meegenomen voor de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit. Het totale kwantificeerbare risico bedraagt € 5.279.000 (incidenteel). Bouwgrondexploitatie De grondslag voor de berekening van het totaal aan gekwantificeerde risico’s voor de bouwgrondexploitatie bedraagt € 10,136 miljoen. Ten aanzien van het risico van de nog niet in exploitatie genomen gronden worden risicoprofielen van 10% tot 50% gecalculeerd, totaal € 547.000. In exploitatie genomen gronden worden in deze berekening niet meegenomen omdat deze jaarlijks boekwaarde worden aangepast aan de waarde in het economisch verkeer. Voor de inbreidingslocaties Elburg (opbrengst € 2.162.500) wordt gezien de risico’s een gemiddeld profiel van ca. 25% gehanteerd, totaal € 542.500. Het totale kwantificeerbare risico bedraagt afgerond € 1.090.000. 54

A: Weerstandsvermogen

Structurele weerstandscapaciteit De grondslag voor de berekening van de totaal gekwantificeerde structurele risico’s vormt een bedrag van € 7.350.000. De gekwantificeerde risico’s wegens renteverlies zijn gebaseerd op de incidentele benodigde weerstandscapaciteit voor zowel de algemene dienst als de bouwgrondexploitatie (de weerstandsreserve bouwgrondexploitatie heeft een saldo van € 949.000). Het risicoprofiel geeft aan in welke mate het risico wordt meegenomen voor de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit. Het totale kwantificeerbare risico bedraagt € 379.000 (structureel).

Bepaling weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen wordt bepaald uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en de risico’s. Het incidentele weerstandsvermogen algemene dienst met een ratio van 3,1 6 is uitstekend. Het incidentele weerstandsvermogen bouwgrondexploitatie is met 1,03 voldoende. Beide onderdelen vormen voor de gemeente in de praktijk uiteindelijk één geheel. Wanneer beide ratio’s worden samengevoegd komt de ratio uit op 2, 79 wat uitstekend is om de niet gekwantificeerde risico’s op te vangen. Het structurele weerstandsvermogen is met een ra tio van 1,36 voldoende. In schema ziet dat er als volgt uit: Beschikbare weerstands capaciteit

Omschrijving x € 1.000

Benodigde weerstands capaciteit

Ratio

Incidenteel weerstandsvermogen algemene dienst weerstandsvermogen bouwgrondexploitatie

incidenteel incidenteel

Totaal Structureel weerstandsvermogen algemene dienst

structureel

16.683 1.117

5.279 1.090

3,16 1,03

Uitstekend Voldoende

17.800

6.369

2,79

Uitstekend

514

379

1,36

Voldoende

De beschikbare weerstandscapaciteit is in deze een noodzakelijke buffer om mogelijke financiële nadelen als gevolg van de economische recessie op te kunnen vangen. Bovenstaande berekening betreft een momentopname. Bij een goedwerkende beheersorganisatie hoeven er geen problemen te ontstaan. Uiteindelijk kan de gemeente maatregelen treffen als risico’s zich daadwerkelijk voordoen.

55

B: Kapitaalgoederen

Paragraaf B

Onderhoud kapitaalgoederen Inleiding De paragraaf onderhoud kapitaalgoederen geeft een dwarsdoorsnede van de rekening. Uitgaven voor onderhoud kunnen op diverse programma’s voorkomen. In het onderhoud van kapitaalgoederen gaat een substantieel deel van de middelen van de rekening om. In de paragraaf wordt het beleidskader omtrent het onderhoud van de kapitaalgoederen weergegeven. Het gewenste onderhoudsniveau komt hierin tot uitd rukking. In deze paragraaf wordt voor een deel al voldaan aan de door de rekenkamercommissie gedane aanbevelingen in haar rapport “Beleid, beheer en onderhoud kapitaalgoederen gemeente Elburg”. Het beleid van de gemeente Elburg voor het onderhoud van kapitaalgoederen is vastgelegd in de volgende nota’s en verordeningen: Beheerplan

Geldend voor de periode van

Vastgesteld op:

2013-2017

25-3-2013

Januari 2002 – onbepaalde tijd

December 2001

2013-2022

25-2-2013

December 2002 – onbepaalde tijd

22-5-2003

Bermbeheerplan

April 2004 – onbepaalde tijd

13-4-2004

Speelruimteplan

Oktober 2005 – onbepaalde tijd

25-10-2005

2006-2015

16-2-2006

Beleidsplan Openbare Ruimte

Beheerplan openbare verlichting

Afvalwaterketenplan Nota stedelijk waterbeheer

Beheerplan onderhoud gebouwen

Wegen Algemeen In 2013 is het beleidsplan Openbare ruimte door de raad vastgelegd. Op basis van dit plan heeft een financiële doorrekening plaatsgevonden. Op basis van de van de nota betaalbaar wegenonderhoud heeft de raad besloten om een bestemmingsreserve onderhoud wegen in te stellen. Regulier onderhoud en reconstructies van wegen worden nu geraamd in de exploitatie en verevend met deze reserve. Hierdoor is de dekking van het toekomstig wegenonderhoud zeker gesteld. Bij de vaststelling van de nota reserves en voorzieningen is de naam van deze reserve gewijzigd in bestemmingsreserve openbare ruimte. De investeringskredieten voor wegen verlopen via het MIP. Dekking van de kosten vindt plaats door te beschikken over de bestemmingsreserve openbare ruimte. De uitvoering voor 2015 zal plaatsvinden aan de hand van de jaarlijkse inspecties op basis van de in het beleidsplan Openbare Ruimte opgenomen uitgangspunten. Er is sprake van verschillende categorieën wegen die ieder een eigen normering qua kwaliteitsniveau kennen. Voor de normering wordt aangesloten bij de landelijk bekende normen van het CROW. Hoewel planmatig gewerkt wordt, vindt voor uitvoering een visuele inspectie/toetsing op noodzaak plaats. De bermen worden hoofdzakelijk op traditionele wijze gemaaid, dat wil zeggen zonder afvoer van het maaisel. De bermen langs het eerste deel van de Rondweg worden op ecologische wijze gemaaid. Het maaibe heer is vastgelegd in bestekken. Kerncijfers Asfalt binnen en buiten bebouwde kom Elementen binnen en buiten bebouwde kom Betonwegen binnen en buiten de bebouwde kom On- en semiverharde wegen binnen en buiten de bebouwde kom Totaal

56

jan 2014 589.912 636.744 32.692 25.973 1.285.321

m2 m2 m2 m2 m2

B: Kapitaalgoederen

Werkzaamheden: Naast jaarlijks terugkerend klein onderhoud aan wegen, bermen en wegmeubilair zijn de werkzaamheden in het kader van groot onderhoud jaarlijks bepaald aan de hand van de visuele inspecties. Daarnaast zijn er ook projecten gepland in het kader van reconstructie wegen en herinrichten woonwijken. Budget: Wegen Product Wegen Investeringsprogramma wegen Opbouw investeringsprogramma 2014-2018 Omschrijving Verkeersmaatregelen Eperweg en Z'zeestr Parkeren Plan ter Steeg Verkeersveilige schoolomgeving Fietspad/ bereikbaarheid landbouwperc. Opwaardering bushalten 60 km/uur buitengebied Herinrichting Molendorp 2e fase Herstructurering Omloop - Noord Herinrichten voorterrein gemeentekantoor Wegenlegger Fietspad Bliksweg - Spijkerweg Reconstructie Zwolscheweg Reconstructie Oosthoek fase 2 Onderhoud Nunspeterweg 2e fase MIP: Investeringen BOR MIP: Gladheidmeldsysteem NNA: Vervanging bermvijzel NNA: Aanleg/verbeteren fietsverbindingen NNA: Investeringen conform BOR

Begroot 2013 3.643.938 1.441.740

Werkelijk 2013 3.117.780 324.332

Begroot 2014 2.168.435 802.231

Begroot 2015 2.068.066 526.261

Begroot 2016 2.077.961 116.917

Begroot 2017 2.087.994 192.231

Begroot 2018 2.098.168 742.788

Krediet 2.000.112 814.000 270.340 62.668 66.599 85.041 880.650 163.805 89.500 34.000 77.892 163.000 246.500 328.000

Besteed 1.504.551 927.426 228.365 42.563 228.768 70.067 950.633 162.186 68.757 29.000 55.194 160.006 51.889 472

2014 495.561 -113.426 41.975 20.105 -162.169 14.974 -69.983 1.619 20.744 5.000 22.698 2.994 194.611 327.528

2015

2016

2017

2018

316.523

116.917

176.231 16.000

742.788

10.000 94.869 104.869 526.261

116.917

192.231

742.788

802.231

Om te kosten voor het onderhoud in de openbare ruimte (wegen en groen) te kunnen egaliseren is een reserve openbare ruimte ingesteld. Met deze reserve zijn wij in staat om het onderhoudsniveau wegen op het huidige niveau te handhaven waardoor er geen achterstallig onderhoud ontstaat. De stand van de reserve openbare ruimte bedraagt per 1 januari 2015 € 3.042.000.

Openbare verlichting Algemeen: Openbare verlichting dient het veiligheidsaspect op zowel verkeerstechnisch terrein als op het terrein van de sociale veiligheid. Gewerkt wordt met een voortschrijdend beheerplan openbare verlichting. Gebaseerd op het beheerplan vindt jaarlijks ten laste van de exploitatie een storting in de reserve openbare verlichting plaats. De geplande vervangingsinvesteringen in armaturen en lichtmasten worden uit de bestemmingsreserve openbare verlichting gedekt. Deze investeringen verlopen via de meerjarige investeringsplanning (MIP). Voor elektra, regulier onderhoud en reparaties worden jaarlijks budgetten in de begroting opgenomen. Voor het verkeerstechnisch veiligheidsaspect wordt met name het kwalite itsniveau zoals bepaald door de landelijke normen van het NSVV (herzien in 2010) aangehouden. Deze normen zijn verschillend per categorie weg, gebied en functie. Te denken valt hierbij aan gebieden binnen en buiten de bebouwde kom, maar ook aan verkeersint ensiteiten en verschillende snelheden cq typen weggebruikers die zijn toegestaan. Inzake het aspect omtrent de sociale veiligheid geldt lokaal beleid. In onze gemeente is dit tot stand gekomen door het in samenwerking met de woningstichtingen realiseren van openbare verlichting aan achterpaden die in het beheer zijn bij de gemeente en de woningstichtingen. Ook is de openbare verlichting op de verbindingsfietspaden tussen de kernen geïntensiveerd. Hoewel planmatig wordt gewerkt, vindt als toetsing vooraf v isuele inspectie plaats. Indien mogelijk worden investeringen uitgesteld. Alleen de noodzakelijke vervanging van armaturen wordt op dit moment uitgevoerd in afwachting van voortvarende ontwikkelingen op de markt met betrekking tot energie -efficiënte (LED) armaturen. Indien het efficiënter is qua aanbesteding om een bepaald gebied ineens te vervangen wordt hiervan gebruik gemaakt. Kerncijfers: Totaal aantal masten 57

4.470 stuks

B: Kapitaalgoederen

Werkzaamheden: Vervanging van armaturen en lichtmasten vindt plaats in overeenstemming met het beheerplan openbare verlichting op basis van de jaarlijks uit te voeren visuele inspecties De ontwikkelingen van LED zijn zover dat het breed kan worden toegepast waar vervanging op basis van leeftijd noodzakelijk is. Doordat de verlicht ing in Elburg tijdig is vervangen door PLL lampen is voortijdig vervangen naar LED (nog) niet rendabel omdat de huidige installatie al een behoorlijke energie efficiëntie heeft. Waar nieuwe verlichting wordt aangelegd zoals in nieuwbouwwijken wordt LED toegepast tenzij hiermee niet het juiste lichtniveau kan worden bereikt. Budget: Openbare verlichting Product Openbare verlichting Investeringsprogramma OV Opbouw investeringsprogramma 2014-2018 Omschrijving MIP: Vervanging armaturen MIP: Vervanging lichtmasten NNA: Vervanging armaturen NNA: Vervanging lichtmasten

Begroot 2013 474.721 127.721

Werkelijk 2013 476.324 127.298

Begroot 2014 201.640 0

Begroot 2015 205.709 144.400

Begroot 2016 208.108 28.500

Begroot 2017 210.541 0

Begroot 2018 213.009 0

Krediet

Besteed

2014

2015 11.000 3.400 52.000 78.000 144.400

2016 15.500 13.000

2017

2018

28.500

0

0

0

De kosten voor de vervanging van lichtmasten en armaturen worden op basis van het OV-plan 1998 gedekt door de reserve openbare verlichting. Een herziene planning OV is in voorbereiding. De stand van de reserve per 1 januari 2015 bedraagt € 190.000.

Riolering Algemeen: Voor verwijdering van afvalwater uit de woonomgeving is de riolering een onmisbare voorziening voor de bescherming van de volksgezondheid en het milieu. De inzameling en transport van afvalwater zijn gemeentelijke taken. Het onderhoud aan bestaande riolering, vervanging van riolering en aanleg van nieuwe rio lering is gebaseerd op het afvalwaterketenplan welke in samenwerking met de gemeente Nunspeet en het waterschap is opgesteld. De nadruk zal steeds meer komen te liggen op afkoppelen van regenwater in bestaande omgeving en niet aankoppelen in nieuwe situaties volgens de trits vasthouden, bergen en afvoeren. Voor wat betreft onderhoudswerken is het plan gebaseerd op periodieke inspecties van de riolering. Hoewel planmatig gewerkt wordt, vindt voor uitvoering een visuele inspectie/toetsing op noodzaak plaats . De investeringskredieten voor vervanging en aanleg verlopen via het MIP. Dekking van de kosten vindt plaats door te beschikken over de bestemmingsreserve rioolheffingen. Voeding van de bestemmingsreserve rioolheffingen wordt gerealiseerd door de opbreng st rioolrechten. Door te werken op deze wijze vindt een egaliserende werking plaats van de kosten en wordt aanleg, vervanging en onderhoud gegarandeerd. De gemeente Elburg voldoet sinds 2005 aan de basisinspanning riolering. Kerncijfers: Vrij verval Drukriool/persleidingen Inspectie putten Waarvan: - pompputten drukriolering - gemalen incl. bergingsvoorzieningen

151.715 meter 72.537 meter 3.817 stuks 375 stuks 33 stuks

Werkzaamheden: Op basis van het afvalwaterketenplan in relatie tot overige geplande werken vindt onderhoud en vervanging plaats. Naast regulier onderhoud zijn in het plan bedragen opgenomen voor vervangingsinvesteringen (op basis van inspecties). Daarnaast zijn in de MIP een aantal kredieten opgenomen voor reconstructie en ombouw van rioolstelsels waarbij afkoppeling van hemelwater plaats vindt. Regionaal is onderzocht of en hoe samenwerking in de afvalwaterketen voor deze regio leidt tot een efficiënter, minder kwetsbaar en doelmatiger rioolbeheer met als resultaat het rapport ‘vervolgstappen in de samenwerking in de Afvalwaterketen’. Het NEW afvalwaterketenplan zuiveringskring Elburg is een plan dat samen met Nunspeet en Waterschap Veluwe is opgesteld is in februari 2013 door de raad vastgesteld.

58

B: Kapitaalgoederen

Budget: Riolering Product Riolering Investeringsprogramma riolering Opbouw investeringsprogramma 2014-2018 Omschrijving Revitalisering de Koekoek Renovatie/ reparatie riolering Reconstructie Oosthoek 2 (riool) MIP: Afvalwaterketenplan: 2015-2018 NNA: Afvalwaterketenplan: 2013+2014

Begroot 2013 2.628.624 577.198

Werkelijk 2013 2.479.384 243.664

Begroot 2014 1.958.212 315.733

Begroot 2015 1.795.953 3.441.000

Begroot 2016 1.853.733 982.000

Begroot 2017 1.887.833 600.000

Begroot 2018 1.965.564 1.338.000

Krediet 1.799.000 1.480.000 92.750

Besteed 1.602.570 1.401.707 51.740

2014 196.430 78.293 41.010

2015

2016

2017

2018

862.000 2.579.000 3.441.000

982.000

600.000

1.338.000

982.000

600.000

1.338.000

315.733

Om ongewenste schommelingen in de hoogte van de tarieven voor (verbrede) rioolheffingen op te kunnen vangen is de reserve rioolheffingen ingesteld. De stand van de reserve bedraagt per 1 januari 2015 € 4.035.000.

Water Algemeen: Het gaat hierbij om zowel de kwaliteit als kwantiteit van het oppervlaktewater. Ten aanzien van de kwaliteit is de wijze waarop de gemeente omgaat met duurzaam waterbeheer vastgelegd in deze nota stedelijk waterbeheer. Samen met het waterschap is het Waterkwaliteitsspoor (gericht op oppervlaktewater in relatie met riolering) gevolgd. De voorgestelde maatregelen leiden tot een beter en aantrekkelijker oppervlaktewater. Deze maatregelen zijn opgenomen in het NEW afvalwaterketenplan. De gemeente is eigenaar van de haven. De gemeente is verantwoordelijk voor de kades en beschoeiingen en andere voorzieningen. Het reguliere onderhoud wordt uitgevoerd op basis van visuele inspecties.

Groen Algemeen: In het beleidsplan Openbare Ruimte is de gewenste beeldkwaliteit voor het groen vastgelegd. Op basis van dit kwaliteitsniveau worden de onderhoudsmaatregelen uitgevoerd. Rekening wordt gehouden met groen binnen en buiten de bebouwde kom en het feit dat sprake is van seizoensafhankelijk werk. Voor het reguliere onderh oud staan jaarlijks budgetten in de begroting. Grotere investeringen verlopen via het MIP. De kosten daarvan worden gedekt uit de bestemmingsreserve openbare ruimte. Het meer grootschalig en structureel “massawerk” is uitbesteed. Kleinschalig, relatief ar beidsintensiever werk wordt meestal via de eigen dienst uitgevoerd. Kerncijfers: Gazon in kernen Heesters in kernen (cultuurrijke beplanting) (Botanische) rozen en cultuurplanten Bosplantsoen (natuurlijke beplanting) Hagen in kernen Bomen binnen en buiten bebouwde kom Halfverhardingen in groen Verhardingen op sportvelden Aantal kunstgrasvelden (incl. korfbal) Aantal natuurgrasvelden (incl. korfbal)

503.262 72.911 9.572 162.453 14.008 14.760 4.537 10.279 6 8

m2 m2 m² m2 m2 stuks m2 m2 st st

Werkzaamheden: Naast het reguliere onderhoud vindt ook (beperkt) omvorming en renovatie van groenvakken plaats. Waar mogelijk wordt vervanging meegenomen met andere (herinrichtings)projecten.

59

B: Kapitaalgoederen

Budget: Groen Product Groen Product Sportvelden Investeringsprogramma Sportvelden Opbouw investeringsprogramma 2014-2018 Omschrijving NNA: Beregeningsinstallaties Doornspijk/ 't Harde

Begroot 2013 1.469.448 132.481 22.773

Werkelijk 2013 1.423.441 123.044 25.560

Begroot 2014 1.400.583 132.333 0

Begroot 2015 1.285.027 131.602 29.225

Begroot 2016 1.294.965 132.991 0

Begroot 2017 1.305.043 134.400 0

Begroot 2018 1.315.261 135.827 0

Krediet

Besteed

2014

2015 29.225 29.225

2016

2017

2018

0

0

0

0

Om de kosten voor het onderhoud in de openbare ruimte (wegen en groen) te kunnen egaliseren is een reserve openbare ruimte ingesteld. Met deze reserve zijn wij in staat o m het onderhoudsniveau groen op het huidige niveau te handhaven waardoor er geen achterstallig onderhoud ontstaat. Voor de goede orde wordt hierbij opgemerkt dat op groen een flinke versobering heeft plaats gevonden waardoor het gehanteerde kwaliteitsniveau als laag bestempeld kan worden (zie programma 6). De reserve zal worden ingezet om reconstructies en achte rstanden op groen te bekostigen. In de reserve zijn hiervoor middelen beschikbaar. De stand van de r eserve openbare ruimte bedraagt per 1 januari 2015 € 3.042.000.

Speelvoorzieningen Algemeen: De gemeente Elburg heeft een speelruimteplan waarin opgenomen de noodzakelijke vervangingen in verband met ouderdom en veiligheidseisen. Voor zowel vervangingen als regulier onderhoud staan jaarlijks budgetten in de begroting. Kerncijfers: Aantal speeltoestellen Aantal trapvelden Aantal Jeu de Boules banen Valdempende ondergronden met houtchips

512 20 3 17.751

stuks (incl. doelen en basketbalpalen) stuks stuks m2

Werkzaamheden: Naast het regulier onderhoud aan speelvoorzieningen wordt op basis van het speelruimteplan 2005 en de periodieke visuele inspecties speelplekken gerenoveerd dan wel speelwerktuigen vervangen. Bij de uit te voeren werkzaamheden wordt voldaan aan de eisen die gesteld worden in het kader van veiligheid e.d. Budget: Speelvoorzieningen Product Speelvoorzieningen Investeringsprogramma speelvoorzieningen

Begroot 2013 259.989 577.198

Werkelijk 2013 254.501 243.664

Begroot 2014 229.401

Begroot 2015 210.166

Begroot 2016 211.813

Begroot 2017 213.481

Begroot 2018 200.174

Voorgestelde bezuiniging: Bij het budget voor 2018 is rekening gehouden met een voorgestelde bezuiniging van € 15.000 in verband met een uitsterfconstructie voor weinig gebruikte speelvoorzieningen.

Begraafplaatsen Algemeen: Onderhoud aan de begraafplaatsen vindt plaats op sobere, doch nette en respectvolle wijze. Kwaliteitsniveau is vastgelegd in bestekken. Het beheer vindt deels plaats door de eigen dienst en deels door derden. De te besteden uren voor grafdelven en onderhoud werken daarbij als communicerende vaten. Het onderhoud vindt met name plaats op basis van visuele inspectie. De jaarlijkse budgetten voor onderhoud zijn voldoende om een adequaat onderhoudsniveau te handhaven. Werkzaamheden: Voor 2015 zijn geen bijzondere werkzaamheden gepland.

60

B: Kapitaalgoederen

Budget: Begraafplaatsen product Beheer begraafplaatsen Investeringsprogramma begraafplaatsen Opbouw investeringsprogramma 2014-2018 Omschrijving Rieten kap begraafpl. Burcht Aanbrengen zijdeur begraafplaats Rondweg Renov. aula begraafplaats Bovenweg Verv. Gazonmaaier begraafplaats NNA: Inrichting uitbreiding begraafplaats 't Harde NNA: CV-ketel begraafplaats Doornspijk

Begroot 2013 439.576 14.725

Werkelijk 2013 413.883 0

Begroot 2014 416.104 181.220

Begroot 2015 401.183 269.300

Begroot 2016 401.183 0

Begroot 2017 401.183 0

Begroot 2018 401.183 0

Krediet 9.125 5.600 155.000 11.495

Besteed 0 0 0 0

2014 9.125 5.600 155.000 11.495

2015

2016

2017

2018

265.000 4.300 269.300

0

0

0

181.220

Deze bestemmingsreserve begraafrechten wordt ingezet ter egalisering van de tarieven voor begraafrechten. De afgelopen jaren bleef de stijging van de tarieven voor begraafrechten daardoor beperkt tot de inflatiecorrectie. De stand van de reserve begraafrechten bedraagt per 1-1-2015 € 281.000.

Onderhoud gemeentelijke gebouwen: Algemeen: De gebouwen worden onderverdeeld in: - schoolgebouwen. - overige gebouwen. Schoolgebouwen: Met betrekking tot de schoolgebouwen is een meerjarige onderhoudsplanning beschikbaar. Dit betreft het reguliere buitenonderhoud. Voor het primair onderwijs is jaarlijks budget beschikbaar voor onderwijshuisvesting. Over - en onderschrijdingen van het budget worden onttrokken cq gestort in de reserve onderwijshuisvesting. Daarnaast is er een Integraal Huisvestingsplan (IHP) opgesteld voor zowel het basisonderwijs als het voortgezet onderwijs. Hierin zijn opgenomen de verwachte mutaties bij de scholen, eventuele leegstand, nieuwbouw en vervangingsinvesteringen alsmede ingrijpend onderhoud. Vanuit het budget voor onderwijshuisvesting worden jaarlijks middelen toegevoegd aan de bestemmingsreserve onderwijshuisvesting. De kapitaallasten van de investeringen worden uit deze reserve gedekt. Per 1 januari 2015 is er een wetswijziging waardoor overheveling buitenonderhoud primair onderwijs naar de scholen gaat. De wetswijziging betekent voor de gemeenten dat de zorgplicht voor onderhoud en aanpassing van schoolgebouwen primair en speciaal en voortgezet speciaal onderwijs vervalt. Vanaf 1 januari 2015 zijn de schoolbesturen van PO, SO en VO verantwoordelijk voor al het onderhoud, zowel buiten - als binnenonderhoud. Om deze taak naar behoren te kunnen uitvoeren, ontvangen zij daartoe de middelen binnen de lumpsumbekostiging die zij vanuit het Rijk ontvangen. De gemeente treedt in overleg met de schoolbesturen om deze overgang goed te laten verlopen. Gemeente blijft wel verantwoordelijk voor nieuwbouw en uitbreiding van sch olen. Overige gebouwen: Voor overige gebouwen bestaat evenals bij de scholen een onderhoudsplanning. Er wordt gewerkt met het beheerplan onderhoud gebouwen 2006-2015 waarin de ambitie is uitgesproken dat de gemeentelijke gebouwen in stand worden gehouden in de huidige situatie. Via de MIP worden groot onderhoud en grotere vervangingen opgenomen. Rapportages hiertoe met daarin prioriteiten, kwaliteit van het onderhoud, het onderhoudsniveau en gewenste vervangings -investeringen vormen daartoe de basis. Naast deze zaken wordt ieder jaar, ook planmatig, regulier preventief onderhoud geraamd en uitgevoerd. Hoewel onderhoudsplanningen de basis vormen vinden voor de uitvoering van de werken, als toetsing eerst visuele inspecties plaats en kunnen veranderingen in de planning optreden. De onderhoudsbehoefte en dus de benodigde middelen kunnen per jaar sterk verschillen. Het jaarlijks onderhoudsbudget is gebaseerd op de uitgaven die op grond van de onderhoudsplanning voor de komende tien jaar verwacht worden. Naar aanleiding van het rekenkameronderzoek zal een beleidsplan worden opgesteld (temeer omdat het beheerplan onderhoud gebouwen in 2014 afloopt). In de maanden december 2014 en januari 2015 zal worden gewerkt aan een compact en concreet beleidsplan en aan een meerjarenonderhoudsplanning voor groot en ingrijpend onderhoud aan de gemeentelijke gebouwen.

61

B: Kapitaalgoederen

Kerncijfers: Aantal schoolgebouwen Aantal overige gemeentelijke gebouwen (inclusief monumentale objecten)

18 30

Werkzaamheden: Het regulier onderhoud aan gebouwen vindt plaats aan de hand van onderhoudsplanningen. In 2015 zal groot onderhoud worden uitgevoerd aan de bruggen en kademuren in de binnenstad. Met de voorbereiding hiervan is al in 2014 begonnen. Daarnaast vindt er onderhoud plaats aan de toren v an grote kerk. In 2015 zal de bouw van het kindcentrum aan de Arent toe Boecoplaan verder vorm worden gegeven. Budget: Gemeentelijke gebouwen Product onderhoud gebouwen Investeringsprogramma gebouwen Opbouw investeringsprogramma 2014-2018 Omschrijving Herstel / restauratie Huis thoe Boecop Herstel / restauratie toren NH Kerk Beveiliging gemeentewerf Aanschaf extra brug gemeentewerf CV-ketel koepel gemeentekantoor Dakbedekking gemeentekantoor Zonnepanelen gemeentekantoor Verbouw raadzaal NNA: Inbraakbeveiliging gemeentekantoor NNA: Vervangen ventilatoren werf NNA: Vervangen leibedekking Vischpoort NNA: Herstellen zolderbalklaag Vischpoort NNA: Aanpassen besturingskast liftinstallatie Ledige Stede NNA: Vervanging cv-ketel Museum

Begroot 2013 210.759 748.614

Werkelijk 2013 216.674 278.038

Begroot 2014 182.198 451.372

Begroot 2015 176.601 137.460

Begroot 2016 178.776 0

Begroot 2017 180.980 0

Begroot 2018 183.214 0

Krediet 94.000 92.000 23.800 10.000 7.000 100.000 100.000 180.000

Besteed 42.139 91.387 21.902 0 0 0 0 0

2014 51.861 613 1.898 10.000 7.000 100.000 100.000 180.000

2015

2016

2017

2018

31.500 12.000 25.140 8.820 25.000 451.372

35.000 137.460

0

0

0

Product onderhoud onderwijs gebouwen Investeringsprogramma onderwijs gebouwen

Begroot 2013 59.785 2.576.709

Werkelijk 2013 44.490 222.983

Begroot 2014 77.119 3.408.566

Begroot 2015 0 0

Begroot 2016 0 0

Begroot 2017 0 0

Begroot 2018 0 0

Opbouw investeringsprogramma 2014-2018 Omschrijving Boekwaarde + sloop v. Kinsbergen Tijdelijk lokaal Duif/ Petraschool Renov. Mattanjaschool Renov. Ds Baxschool Scola van Kinsbergen

Krediet 182.340 180.000 417.645 457.195 2.210.160

Besteed 0 0 0 0 38.774

2014 182.340 180.000 417.645 457.195 2.171.386 3.408.566

2015

2016

2017

2018

0

0

0

0

Onderwijs gebouwen

Ter dekking van de kosten voor renovatie en nieuwbouw onderwijshuisvesting, inclusief bewegingsonderwijs , is de reserve onderwijshuisvesting door uw raad ingesteld. De stand van de reserve bedraagt per 1 januari 2015 € 8.528.000.

62

C: Financiering

Paragraaf C

Financiering Deze paragraaf bevat de beleidsvoornemens ten aanzien van de financieringsportefeuille. Tevens wordt d e financieringsfunctie transparant gemaakt ten behoeve van het sturen, beheersen en controleren ervan. Afhankelijk van het gewicht van en de ontwikkelingen in de financieringsfunctie kunnen in deze paragraaf ook andere onderdelen aan de orde komen die invloed hebben op de financieringsfunctie, zoals beleidsvoornemens ten aanzien van EMUnorm, financiering, de financieringspositie, de leningenportefeuille, schatkistbankieren, kasbeheer, etc.

Inleiding Op grond van artikel 12, lid 4 van de Financiële verordening stelt het college de regels vast omtrent de financieringsfunctie in een Treasurystatuut. De raad geeft de kaders aan waarbinnen het college de financieringsfunctie uitoefent. De Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) definieert de financie ringsfunctie als volgt: “Het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het overzicht houden op: de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De Wet Fido geeft aan dat de gemeente de financieringsfunctie dient uit te oefenen gebaseerd op de publieke taak. De Wet HOF geeft de gemeente regels voor het bewaken van houdbare overheidsfinanciën. In deze paragraaf worden op basis van de meest recente financiële marktgegevens en gemeentegegevens het financieringsbeleid geformuleerd voor het komende jaar. In de programmarekening zal gerapporteerd worden over de uitvoering. Ook kan bij de voor of najaarsrapportage eventuele bijstelling plaatsvinden van de voornemens in de financieringsparagraaf.

EMU-norm De Wet HOF heeft ten aanzien van de EMU-norm een macro budgettaire doelstelling. Dit betreft het zogenoemde EMU-tekort van 3% van het Bruto Binnenlands Product. Invulling van die EMU-norm kan volgens het rijk alleen wanneer de begrotingsdiscipline op nationaal én decentraal niveau (gemeenten, provincies en waterschappen) is gewaarborgd. Gegeven het belang van houdbare overheidsfinanciën en het belangrijke aandeel dat decentrale overheden hierin hebben, is ervoor gekozen om in dit wetsvoorstel ook regels op te nemen ten aanzien van de bijdrage die decentrale overheden moeten leveren aan het bereiken en vasthouden van houdbare overheidsfinanciën . Voor 2014 is het aandeel van de gemeenten in genoemde 3% vastgesteld op 0,32%. Voor het beheersen van de norm heeft het ministerie EMU referentiewaarden vastgesteld. Een individuele EMU referentiewaarde betreft geen norm, maar een indicatie van het aandeel dat een provincie of gemeente op basis van zijn begrotingstotaal in de gezamenlijke tekortnorm heeft. Deze waarden zijn voornamelijk bedoeld om het eigen EMU-saldo te monitoren en te beheersen. De referentiewaarde voor onze gemeente bedraagt in 2014 € 1.521.000 negatief. Voor Elburg worden de cijfers voor het rekeningjaar 2013 en de begrotingsjaren 2014-2016 onderstaand gepresenteerd. Zoals uit onderstaand overzicht blijkt, blijft de gemeente Elburg door een beperkt investeringsvolume ruimschoots onder referentiewaarde. Omschrijving Bedrag x € 1.000 Berekend EMU-saldo Referentiewaarde

2013 Rekening 5.700

2014 Begroting 201

2015 Begroting 1.645

2016 Begroting 3.063

-1.521

Schatkistbankieren Per 15 december 2013 is schatkistbankieren ingevoerd. Bij schatkistbankieren wordt de gemeente verplicht om overtollige middelen bij het rijk uit te zetten. Een leenfaciliteit is niet aan de orde. Wel kunnen overtollige middelen, in de vorm van leningen, uitgezet worden bij andere openbare lichamen, behalve aan openbare lichamen waarbij de gemeente belast is met het financiële toezicht. Met deze maatregel beoogt het rijk om het EMU-tekort terug te dringen (het betreft een administratieve aangelegenheid die voor de berekening van het tekort voordelig is). Er is voor 2014 een doelmatigheidsdrempel afgesproken waarbij 0,75% van het begrotingstotaal (€ 300.000) als ondergrens telt. Nagegaan zal worden of deze drempel voor 2015 in verband met een hoger begrotingstotaal nog aangepast kan worden. Bij een banksaldo beneden deze drempel hoeven geen overtollige middelen ov ergeheveld worden. Deze ondergrens wordt over het gemiddelde van de banksaldi over een periode van een kwartaal berekend. Toevallige fluctuaties van omvang in banksaldi worden daarmee uitgemiddeld. 63

C: Financiering

Rekenrente De rentepercentages die zijn genoemd in de begroting en de meerjarenbegroting zijn gebaseerd op de renteontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt. Gelet op de ontwikkeling van de lange rente wordt rekening gehouden met een niveau van 3,5% voor de begrotingsperiode 2015-2017. Voor 2018 wordt rekening gehouden met een rekenrente van 4%.

Risicobeheer Het risicobeheer wordt valutarisicobeheer.

onderscheiden

in

renterisicobeheer,

kredietrisicobeheer ,

intern

liquiditeitsbeheer

en

Renterisicobeheer Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet kan voor het jaar 2015 worden bepaald op afgerond € 4.100.000 (8,5% van het begrotingstotaal ad € 48.372.000 bij aanvang van het begrotingsjaar). De kredietlimiet bij de huisbankier zal hiermee in overeenstemming worden gebracht. Renterisiconorm Sinds 2009 wordt een renterisiconorm gehanteerd waarbij een bedrag mag worden afgelost welke maximaal 20% van het begrotingstotaal bedraagt. Onder begrotingstotaal wordt verstaan het totaal van de lasten op de begroting. Dit geldt ook voor gemeenten met een vaste schuld lager dan het begrotingstotaal (€ 48,372 miljoen). Voor de gemeente Elburg is dit van toepassing. De schuldpositie aan het begin van 2015 bedraagt € 25,69 miljoen. Voor 2015 bedraagt het begrotingstotaal € 48,372 miljoen en de norm € 9,674 miljoen. De te betalen aflossingen in 2015 bedragen € 2,726 miljoen. De norm wordt daardoor niet overschreden. Vervroegde aflossing Er zijn geen leningen waarvoor vervroegde aflossing mogelijk is. Kredietrisicobeheer Het kredietrisicobeheer ziet toe op risicomijdend uitzetten van overtollige middelen. De gemeente bezit over het algemeen geen overtollige middelen op korte dan wel lange termijn. Mocht zich in de loop van het jaar toch een tijdelijk overschot voordoen, dan zal dit bij het rijk worden uitgezet (confo rm de verplichting van schatkistbankieren). Intern liquiditeitsbeheer In Elburg wordt dagelijks inzicht verkregen in de liquiditeiten door een liquiditeitsprognose bij te houden. Hierbij wordt onder andere gebruik gemaakt van de faciliteiten van de Bank Nederlandse Gemeenten. Valutarisicobeheer Valutarisico’s worden in de gemeente uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in de Nederlandse geldeenheid (euro).

Gemeentefinanciering Financieringsbehoefte De financieringsbehoefte voor 2015 is berekend op bijna € 6,15 miljoen. De totaal benodigde financieringsmiddelen worden berekend met behulp van de stand van investeringen per 1 januari 2014. Na aftrek van de aanwezige vaste financieringsmiddelen (vaste geldleningen en reserves en voorzieningen) wordt de behoefte bepaald.

64

C: Financiering

Rentekosten Omschrijving Bedrag x € 1.000 Boekwaarde staat van acitva Met vaste rente kosten Op basis van omslagrente

Financieringsmiddelen Langlopende geldleningen Reserves algemene dienst Voorzieningen algemene dienst Rekening-courantlimiet * Restant financieringstekort

Renteverhouding Langlopende geldleningen Kortlopende geldleningen

Begroting 2.015

Rentekosten 2.015

Gemiddelde Vergoeding

59.099.463 19.931.606 79.031.069

2.306.764 338.837 2.645.601

3,90% 1,70% 3,35%

25.689.739 44.603.393 2.580.881 3.300.000 2.857.056 79.031.069

848.219 1.561.119 64.522 66.000 105.741 2.645.601

3,30% 3,50% 2,50% 2,00% 3,70% 3,35%

25.689.739 6.157.056

848.219 171.741

83% 17%

* Met een aanpassing van de rekening-courantlimiet in 2015 naar € 4,1 miljoen is nog geen rekening gehouden. De renteverhouding geeft de verhouding weer tussen variabele rente ten opzichte van de totale rente. Hoe lager de verhouding hoe lager het risico bij rentestijgingen. Met een variabele rente wordt meer risico genomen omdat de rentekosten kunnen stijgen als de rente in de markt stijgt. Bij een vaste rente (bij langlopende geldleningen) staat het rentepercentage voor een bepaalde periode vast, de zogenaamde rentevaste periode (bijvoorbeeld 5, 10, 20 of 25 jaar). Met een vaste rente is er meer zekerheid. De rente blijft gelijk tijdens de rentevaste periode. Het voordeel van een vaste rente is dat de rentekosten niet stijgen als de marktrente stijgt. Maar als de marktrente daalt, worden de kosten ook niet minder. De gemeente Elburg heeft momenteel een heel laag risico. Slechts 1 7% van de totale rentekosten bestaat uit variabele rente. De gemeente maakt hoofdzakelijk gebruik van langlopende geldleningen. De geldleningen hebben een vast rentepercentage waardoor het renterisico zeer laag is. Het totaal aan opgenomen vaste geldleningen bedraagt per 1 januari 2014 € 25,7 miljoen. Hiervan wordt in 2015 € 2,7 miljoen afgelost. Op basis van het huidige aflossingsschema loopt de leningenportefeuille de komende planperiode af naar € 16 miljoen. Uiteraard kunnen er lopende het jaar 2015 vanwege consolidatie opnieuw vaste geldleningen worden afgesloten. Omschrijving Bedrag Waterschapsbank ASN Bank B.N.G. SVN St. Kinderopvang Totaal

Saldo 2014 6.600.000 3.400.000 15.336.358 321.963 30.000 25.688.321

Aflossing 800.000 200.000 1.614.845 108.838 2.000 2.725.683

Saldo 2015 5.800.000 3.200.000 13.721.513 213.125 28.000 22.962.637

Aflossing 800.000 200.000 1.614.845 110.470 2.000 2.727.315

Saldo 2016 5.000.000 3.000.000 12.106.667 102.655 26.000 20.235.322

Aflossing 800.000 200.000 1.433.333 102.655 2.000 2.537.988

Saldo 2017 4.200.000 2.800.000 10.673.334 0 24.000 17.697.334

Aflossing 200.000 200.000 1.233.333 0 2.000 1.635.333

Saldo 2018 4.000.000 2.600.000 9.440.000 0 22.000 16.062.000

Het gemiddelde rentepercentage van de geldleningen bedraagt 3,30%. Langlopende uitzettingen In 2015 worden geen uitzettingen uit hoofde van de financieringsfunctie verwacht. Langlopende uitzettingen zijn alleen nog mogelijk aan openbare lichamen waarmee geen toezicht relatie aanwezig is. Langlopende leningen u/g Voor de uitvoering van de publieke taak zijn de volgende langlopende geldleningen verstrekt. Het gemiddelde rentepercentage van deze leningen is 2,2%. Omschrijving Bedrag Stimuleringsfonds Sportverenigingen Accommodaties Personeel Vattenfall Totaal

Saldo 2014 1.066.237 712.174 591.482 1.780.620 4.326.690 8.477.203

Aflossing 0 48.560 22.482 81.877 4.326.690 4.479.608

Saldo 2015 1.066.237 663.614 569.000 1.698.743 0 3.997.594

Aflossing 0 46.971 23.218 81.476 0 151.665

Saldo 2016 1.066.237 616.643 545.782 1.617.267 0 3.845.929

Aflossing 0 50.971 23.987 83.896 0 158.854

Saldo 2017 1.066.237 565.673 521.795 1.533.371 0 3.687.075

Aflossing 0 50.971 24.791 86.391 0 162.153

Saldo 2018 1.066.237 514.702 497.004 1.446.980 0 3.524.923

Relatiebeheer Op grond van het treasurystatuut worden de bankrelaties met hun bancaire condities eens in de 5 jaar onderzocht. In het najaar 2011 heeft dit onderzoek voor het laatst plaats gevonden.

65

C: Financiering

De bestaande bankrelaties zijn de NV Bank Nederlandse Gemeenten en de Rabobank Noordwest Veluwe. Bij het aantrekken van vaste schuld zullen de aanbiedende financiële instellingen worden beoordeeld op de gestelde voorwaarden in het treasurystatuut.

Kasbeheer Geldstromenbeheer Doel is de kosten zoveel mogelijk te beperken. Door het hanteren van een liquiditeitsprognose kunnen de betalingen beter afgestemd worden op de te verwachten ontvangsten. Hierdoor kunnen rentekosten voor het aantrekken van kort geld worden bespaard. Bij het optimaliseren van het renteresultaat worden voor het aantrekken van benodigde vaste geldleningen meerdere marktpartijen benaderd voor offertes. Het betalingsverkeer vindt elektronisch plaats, waardoor de kosten tot een minimum wor den beperkt. Saldo- en liquiditeitenbeheer Het saldo van de Rabobank wordt regelmatig overgeboekt naar de rekening van de huisbankier (NV Bank Nederlandse Gemeenten). De saldi van hoofd- en nevenrekening bij dezelfde bank zijn opgenomen in een zogenaamd rentecompensatiecircuit. Dit betekent dat debet- en creditsaldi van alle rekeningen worden samengevoegd tot één gecombineerd saldo, waarover de rente wordt berekend.

Schuldpositie Onderstaand wordt de bruto- en nettoschuld en de schuld per inwoner voor 2015-2018 weergegeven. Omschrijving Bedrag Bruto schuld Netto schuld Inwoners per 31-12 Netto schuld per inwoner [euro] Schuldevolutie Debt ratio [%] Omzet Netto schuldquote [%]

Begroting 2.015 34.469.836 28.723.180 22.700 1.265 -126 44% 46.426.838 62%

De debtratio en de netto schuld in percentage van de omzet zijn landelijk gehanteerde kengetallen. Over het algemeen geldt dat een debtratio tussen de 20% en 70% normaal is. Voor de netto schuldquote geldt dat een normale quote tussen de 0% en 100% ligt. Tussen de 100% en 130% is het zorgelijk en een quote boven de 130% is slecht.

Administratieve organisatie In het Treasurystatuut zijn de uitgangspunten van de administratieve organisatie vastgelegd. Er is rekening gehouden met de functiescheiding tussen beleid, beheren en uitvoeren. Ook delegatie en mandaat zijn expliciet vastgelegd. Het Treasurystatuut sluit aan bij de bepalingen zoals opgenomen in de Financiële verordening gemeente Elburg (artikel 12). Het treasurystatuut is op 29 juli 2014 door het college gewijzigd vastgesteld. Mede door de op 15 december 2013 in werking getreden Ministeriële regeling schatkistbankieren decentrale overheden, zijn een flink aantal artikelen van het Treasurystatuut 2010 komen te vervallen. Door de Ministeriële regeling is het verplicht om overtollige liquide middelen te stallen in de schatkist. Hierdoor zijn bijna alle artikelen met betrekking tot koersrisicobeheer, krediet risicobeheer en lang- en kortlopende uitzettingen uit het Treasurystatuut 2010 komen te vervallen.

Informatievoorziening Het toezicht op de kasgeldlimiet door de provincie vindt plaats in het kader van het reguliere beg rotingstoezicht. Gemeenten moeten overschrijdingen melden die zich drie achtereenvolgende kwartalen voordoen.

66

D: Bedrijfsvoering

Paragraaf D

Bedrijfsvoering Bedrijfsvoering is het aandachtsgebied van de ondersteunende processen en de bijbehorende medewerkers, middelen en systemen. Een goede bedrijfsvoering maakt het mogelijk dat de gemeente haar primaire taken goed, tijdig en efficiënt uitvoert en is bepalend voor de kwaliteit van de dienstverlening. Kwaliteit van dienstverlening en een krachtig bestuur zijn essentieel om de ambities van de Eerste Overheid waar te maken. Om dit te bereiken richt de bedrijfsvoering zich op externe oriëntatie, het implementeren van nieuwe informatietechnologie, het leren van elkaar en het transparant zijn.

Beleidskaders              

Toekomstvisie Elburg 2020 Visie Digitaal 2017 Nationaal Uitvoeringsprogramma Betere Dienstverlening en E-overheid 2009 – 2015 (NUP) NUP Elburg (voorheen EGEM 2009 – 2015) Communicatiebeleidsplan 2014-2017 Nota ICT beleid 2010–2013 Plan van Aanpak Informatiebeveiliging Normenkader projectmatig werken 2008 P&O nieuwe stijl 2009 Bestuur- en Managementconcept Organisatiebesluit Verordeningen ex artikel 212 en 213 Instructies budgethouders, comptabele, kassier en subkassier Beheerplannen huisvesting, materieel en voertuigen

Personeel en Organisatie De gemeente Elburg wil een effectieve en efficiënte organisatie zijn, die zoveel mogelijk werkt op basis van meetbare doelen en resultaatgerichte afspraken. Op de invulling daarvan worden management en organisatie door het bestuur afgerekend. Dit in zowel positieve als negatieve zin. Richtinggevend is het bestuur - en managementconcept (BMC), dat in 2006 is vastgesteld. Voor het overige zijn voor het P&O beleid van belang het organisatiebesluit, het concernplan en de activiteitenplanning Financiën en Personeel. De uitvoering gebeurt op basis van functiebeschrijvingen, productenramingen en individuele werkplannen. De financ iële vertaling verloopt via het MIP en het MPB. In oktober 2012 hebben de directeur en het management de balans opgemaakt van de huidige organisatie en op basis daarvan hun visie gepresenteerd in het pamflet “Bouwen vanuit eigen kracht”. In oktober 2013 hebben de directeur en het management de nieuwe richting voor de organisatie vastgesteld in de vorm van een nieuwe visie, missie en kernwaarden. Kort gezegd komt de nieuwe richting er op neer dat de focus van de organisatie verschuift van de (traditionele) dienstverlening naar versterking van de regie van onze gemeente als het gaat om het actief zoeken naar samenwerking met andere gemeenten, instanties, bedrijven en burgers. Dit sluit aan bij de ontwikkeling van de participatiemaatschappij. De organisatieontwikkeling is dus gericht op kwaliteitsverbetering en het toekomstbestendig maken van de organisatie. Om aan de nieuwe richting van de organisatie inhoud te geven is een inrichtingsplan op hoofdlijnen opgesteld. Van P&O wordt verwacht dat zij adviseert over de inhoudelijke, rechtspositionele en operationele aspecten van het reorganisatietraject. De komende jaren staan grote veranderingen op het gebied van de rechtspositie en arbeidsvoorwaarden op stapel. Dit volgt uit de Wet normalisering rechtspositie ambt enaren, de nieuwe CAO sector gemeenten 2013-2015 en de wijziging van de Werkkostenregeling. Daarnaast worden er lokaal wijzigingen in de beoordelings- en bezoldigingsregeling voorbereid als uitvloeisel van de invoering van het nieuwe beloningsbeleid. Dit met als doel de wijze van functioneren meer centraal te stellen bij de beloning en daarom bewuster en frequenter gebruik maken van gedifferentieerd belonen. Gemeenten bereiden zich voor op drie transities in het sociaal domein: invoering Participatiewet, d e transitie van de Jeugdzorg, en overheveling AWBZ-begeleiding en persoonlijke verzorging naar Wmo. Vooral de overgang van de jeugdzorg naar gemeenten is een ingrijpende operatie die veel bestuurskracht en organisatorische inzet vraagt. Op landelijk niveau zijn er bestuurlijke afspraken gemaakt over het invullen van de continuïteit van de jeugdzorg in het overgangsjaar 2015. Kern hiervan is dat er in alle 41 jeugdzorgregio’s transitiearrangementen zijn, waarin gemeenten afspraken gemaakt hebben met zorgaanbieders en financiers in hun eigen regio. Dit om als samenwerkende gemeenten de zorgcontinuïteit realiseren. 67

D: Bedrijfsvoering

In verband met reorganisaties en babyboom is strategische personeelsplanning (SPP) een belangrijk thema voor gemeenten. Partijen hebben als uitwerking van de Cao 2011 – 2012 afgesproken te stimuleren dat alle gemeenten een SPP maken. SPP helpt om personeelsmutaties in goede banen te leiden. Voor Elburg geldt er een formatie bezuinigingstaakstelling. Mede daardoor neemt het belang van SPP toe. Elburg h eeft in 2013 een SPP gemaakt waarbij het planmatig vertrek, loopbaanwensen en de formatiebezuiniging in beeld zijn gebracht. Hiermee wordt actief gestuurd op (her)plaatsing van personeel. E-HRM ondersteunt en optimaliseert processen waardoor P&O zich van een grotendeels administratieve rol naar een meer dienstverlenende rol kan ontwikkelen. Software is aangeschaft om dit mogelijk te maken. Daardoor worden beheersmatige zaken meer digitaal afgehandeld, waardoor P&O meer tijd over houdt voor de inhoud. Managers en medewerkers kunnen bepaalde zaken zelf uitvoeren zonder tussenkomst van P&O waardoor de efficiency wordt verbeterd. Met de komst van de E-HRM module YouPP is een begin gemaakt met het digitaliseren van de processen rond de uitvoering van het arbeidsvoorwaardenbeleid. De digitale salarisstrook en jaaropgave waren een eerste stap daarin. Ook reiskostendeclaraties kunnen nu digitaal worden ingediend en afgehandeld. De volgende stap hierin is de digitalisering van de jaargesprekscyclus. In 2014 bevindt zich dit in een pilotfase, voor de cyclus 2015 zal de hele organisatie hier gebruik van maken.

Materieel en werf De buitendienst en de werf zijn direct ondersteunend aan de taken die op het gebied van onderhoud en beheer zijn gelegen. Hierbij dient gedacht te worden aan onderhoud aan groen, wegen (inclusief gladheidsbestrijding), riolering, bossen, gemeentelijke gebouwen, sportvoorzieningen etc. Zaken die de burger veelal rechtstreeks raken. Het is daarom nodig dat de faciliteiten zodanig zijn dat het werk op adequate, veilige en efficiënte wijze kan worden uitgevoerd. Het vervangen van voertuigen en materieel is gepland op basis van economische levensduur. In de praktijk wordt ook de technische levensduur betrokken bij het bepalen van het tijdstip va n vervanging. Er wordt gewerkt met een beheerplan voor vervanging materieel. Er is ten aanzien van de uitvoering van taken door de buitendienst een ruime beleidsmarge. Daar waar taken door de buitendienst worden uitgevoerd dient rekening te worden gehouden met wettelijke eisen zoals de wegenverkeerswet en de arbo-wetgeving.

Facilitaire zaken De afdeling facilitair verzorgt centraal de facilitaire dienstverlening voor de gehele organisatie. De afdeling heeft de zorg voor de ondersteuning van de organisatie op een viertal kerngebieden, te weten de informatievoorziening en automatisering, de in- en externe communicatie, de documentaire informatie voorziening en de facilitaire/interne services: Informatievoorziening en automatisering De digitalisering van de samenleving schrijdt onverminderd voort. Bij de afname van overheidsdiensten door de burger zal steeds meer gebruik worden gemaakt van digitale toepassingen. Nadat de afgelopen jaren een start is gemaakt met digitale dienstverlening is het nu zaak verder te bouwen aan een klantgerichte organisatie en de automatisering van veel werkprocessen door het (verplichte) gebruik van basisregistraties. In 2015 zal het digitale loket een volwaardig alternatief van het fysieke loket zijn. Nieuwe ontwikkelingen zoals deels hieronder beschreven, zullen worden meegenomen in de naar verwachting eind 2014 vast te stellen nota ICT-beleid 2015-2018. De ontwikkelingen naar een digitale overheid hebben ook impact op de DIV-afdeling. De weg naar volledig digitaal werken van de ambtelijke organisatie wordt geleidelijk aan ingeslagen. De snelheid waarmee dit gebeurt i s mede afhankelijk van de doorontwikkeling van het zaakgericht werken. Niet alleen de werkprocessen worden volledig digitaal, ook de archivering zal digitaal moeten gebeuren. Een en ander vraagt een volledig nieuwe werkwijze van de medewerkers. Totdat de organisatie volledig om is, wordt nog via twee sporen in een hybride organisatie gewerkt. Ook na de omslag naar volledig digitaal werken, is er nog een grote hoeveelheid papieren archief. In 2015 en verder zal bekeken worden hoe met deze archieven zal worden omgegaan. De ambitie op het gebied van dienstverlening vertaalt zich in enkele uitgangspunten waaraan de dienstverlening moet voldoen:  De vraag van burgers, bedrijven en instellingen staat centraal;  Burgers, bedrijven en instellingen moeten hun zaken snel en zeker kunnen regelen;  De overheid is transparant en aanspreekbaar;  De overheid richt de dienstverlening zo efficiënt mogelijk in, met inachtneming van de behoeften van burgers, bedrijven en instellingen. 68

D: Bedrijfsvoering

Vanaf 2011 is de gemeentelijke website door de doorontwikkeling van de digitale loketfunctie steeds meer interactief worden. Landelijk gezien scoort onze website hoog en wij proberen dit vast te houden en te voldoen aan het College Standaardisatie vastgestelde webrichtlijnen. Het implementeren en beheren van authentieke basisregistraties wordt gecontinueerd. Het gaat om registraties waarvoor de gemeente bronhouder is of dat binnen afzienbare termijn wordt. Dat zijn gegevens uit de Gemeentelijke Basisregistratie Personen (GBA), de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG), de Basisregistratie Waarde Onroerende Zaken (WOZ) en de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). De kwaliteit van de gegevens moet goed zijn en voor iedere wijziging moet een onderliggend brondocument aanwezig zijn. Daarn aast zullen de terugmeldingen van afnemers zorgvuldig en tijdig moeten worden afgehandeld en via gestandaardiseerd berichtenverkeer worden aangeleverd aan de landelijke voorziening. Een andere belangrijke ontwikkeling in de komende periode is ondersteuning van de geometrische gegevens. Dit om informatie op verschillende kaarten digitaal te kunnen presenteren. Afgelopen jaren is er een aantal wettelijke verplichtingen ontstaan dat direct gevolgen heeft voor de GEO-informatiehouding van onze organisatie. De gemeente zorgt ervoor dat beheer en gebruik van locatiegebonden informatie voldoende ingebed is in processen en werkwijzen. Dit maakt nieuwe (extra) investeringen in de komende periode noodzakelijk. Welke dit zijn en welk investeringsbedrag dit vergt is op dit moment nog niet bekend. Onze organisatie is sinds 2013 zelf verantwoordelijk voor het jaarlijks uitvoeren van een ICT-Beveiligingsassessment DigiD. Dit om de veiligheid van koppelingen met DigiD te kunnen borgen. De gemeente dient zelf in actie te komen om de juiste voorbereidende maatregelen te treffen ter voorbereiding op de uitvoering van het assessment. Deze nieuwe maatregel vergt een investering en extra inspanning om onze ICT beveiliging en de daarbij horende werkprocessen op orde te krijgen en te voldoen aan de DigiD audit. In 2013 is door de raad het budget vastgesteld en een start gemaakt met de uitvoering. Vanaf 2014 zal de audit jaarlijks terugkeren en onderdeel zijn van het nieuw vast te stellen ICT beleid 2014-2017. Communicatie Begin 2014 is het communicatiebeleidsplan 2014-2017 vastgesteld. Dit plan zet meer in op de verschuivende rol van Communicatie. Het accent komt wat meer te liggen op het helpen leggen van de verbinding en het instandhouden hiervan tussen enerzijds de samenleving (weten wat er speelt) en anderzijds het gemeentebestuur en de ambtelijke organisatie. Deze functie verricht Communicatie in samenspraak met de verschillende beleidsvelden in de gemeentelijke organisatie. De website blijft het belangrijkste communica tiekanaal. Wel werken we nu hard aan een vernieuwing. We hebben een compacte, snelle, goed ontsluitende website voor ogen in een frisse opmaak. Het is de verwachting dat deze eind 2014 gereed is. Dat geldt ook voor het bestuursinformatiesysteem (BIS). Inte rn volgt er een upgrade van het intranet en het raadsinformatiesysteem (RIS). Via Twitter en Facebook brengen we onze burgers op de hoogte van onderwerpen die in de belangstelling staan of waar we meer aandacht voor willen vragen. Langs deze laagdrempelig e media kunnen burgers eenvoudig reacties plaatsen. Het accent in de communicatie verschuift hiermee: in de plaats van alleen maar zenden richten we ons nu ook op het van buiten naar binnen halen van informatie. Daarmee ontstaan er meer mogelijkheden voor onderzoek, meningsvorming en burgerparticipatie. Naast de digitale communicatie blijven we communiceren via de vertrouwde kanalen. Zo blijven we de media voeden met persberichten, publiceren we themapagina’s of maken we zelfs speciale kranten wanneer het onderwerp daarom vraagt. NUP (voorheen EGEM) Door te investeren in de elektronische overheid en de vermindering van vergunningen en regelgeving, moet het voor burgers en bedrijven toegankelijker en makkelijker worden om zaken met de gemeente te doen. Daar voor is in 2006 het landelijke project EGEM (elektronische gemeente) gestart, hetgeen als gevolg van een gezamenlijk initiatief van rijk, provincies, gemeenten en waterschappen later is overgegaan in het Nationaal Uitvoeringsprogramma betere dienstverlening en elektronische overheid (NUP). Nadat de gemeenteraad op 29 juni 2009 akkoord ging met het EGEM realisatieplan, kwam in Elburg de nadruk te liggen op het aansluiten van de basisregistraties GBA (Personen), BAG (adressen en gebouwen) en WOZ (waarde onroerende zaken) op de landelijke voorzieningen voor gezamenlijk gebruik. Vervolgens is in 2011 ingezet op het binnengemeentelijk gebruik van basisregistraties, de invoering van het zaakgericht werken en de voorbereiding van een Klant Contant Centrum. Via deze drie trajecten hoopt Elburg op 1 januari 2015 te kunnen voldoen aan de resultaatverplichtingen die aan het NUP verbonden zijn. Deze resultaatverplichtingen zijn de voorwaarden om invulling te geven aan de overheid brede visie op de dienstverlening voor de periode tot 2020, waarbij moet worden voldaan aan uitgangspunten als een zo efficiënt mogelijke inrichting van de gemeentelijke dienstverlening. Dit met inachtneming van de behoeften van burgers, bedrijven en instellingen en constante aandacht voor inter gemeentelijke samenwerking.

69

D: Bedrijfsvoering

Het NUP-project eindigt per 1-1 2015 en wordt opgevolgd door Digitaal 2017. Deze ontwikkelingen worden in de lijn opgepakt en v.w.b. KCC en ZGW in de projectstructuur organisatieontwikkeling. KCC Het opzetten en inrichten van een Klant Contact Centrum is een ontwikkeling die sinds 2012 gaande is. Dit als deelproject van het NUP en met als doel om op 1 januari 2015 te kunnen voldoen aan de belangrijkste resultaatverplichtingen van het NUP. Concreet betekent dit dat voor 1 januari aanstaande alle 4 de kanalen (website, post, telefoon, balie) geïntegreerd zullen zijn. ZGW Onze organisatie staat nog aan het begin van zaakgericht werken. Het doel van zaakgericht werken is het optimaliseren van de dienstverlening en efficiënter werken waarmee onze gemeente haar doelstellingen omtrent dienstverlening kan halen. Na de dienstverleningsprocessen zullen ook de bedrijfsvoeringsprocessen en bestuursprocessen volgens de principes van zaakgericht werken worden ingericht. Het zaakgericht werken heeft dus een grote organisatorische impact. Als onderdeel van het organisatieontwikkeltraject is de projectgroep zaakgericht werken(ZGW) eind 2013 ingesteld. Deze projectgroep maakt een plan van aanpak voor de invoering en implementatie van zaakgericht werken. De invoering zal, gezien de omvang en impact, fasegewijs plaatsvinden. In 2015 worden de 1 e vijf dienstverleningsprocessen “opgeleverd”. Om zaakgericht werken te kunnen ondersteunen is de aanschaf en implementatie van ICT programmatuur en infras tructuur zoals bijv. een generiek zaaksysteem noodzakelijk. Daarbij zullen wij voor strategische keuzes worden gesteld die nieuwe investeringen noodzakelijk maken. De planning is dat aanschaf in 2015 zal plaatsvinden.

Planning en control In de voorliggende MPB zijn de doelstellingen, de beoogde maatschappelijke effecten en de indicatoren per programma geformuleerd. De indicatoren zijn vanaf eind 2013 in overleg met de auditcommissie opnieuw ‘tegen het licht’ worden gehouden. In samenwerking met de gemeenteraad zijn in juni 2014 indicatoren beoordeeld en aangepast, toegevoegd of geschrapt In het voorjaar van 2014 heeft de gemeente deelgenomen aan het onderzoek ‘Waarstaatjegemeente’. Het onderzoek is op een andere wijze uitgevoerd dan de voorgaande keer. Daar veel indicatoren afkomstig zijn uit dit onderzoek, zijn in dit MPB de indicatoren weer aangepast aan de nieuwe opzet. Eén op één vergelijking met 2011 (vorige onderzoek) is daardoor moeilijk. Indicatoren hebben als doel de MPB als politiek sturingsdocument te laten fungeren. Dit leidt tot een meer afrekenbaar college door de gemeenteraad. Ook is in 2014 met de auditcommissie naar de programma-indeling gekeken. Dit onder andere in verband met de op de gemeente afkomende transities jeugdzorg, AWBZ en participatie per 1-1-2015. Uw raad heeft ingestemd met onderbrenging in programma 1, waarbij de 3 transities apart zichtbaar blijven. De programmarekening wordt op dezelfde wijze gepresenteerd als de programmabegroting. Hierdoor zal inzich telijk gemaakt worden in hoeverre de doelstellingen van de programma’s zijn behaald en hoeveel middelen daarvoor zijn ingezet. Daarnaast wordt tweemaal per jaar via bestuursrapportages (Beraps) aan u gerapporteerd over de stand van zaken op dat moment. Alleen over afwijkingen van het beoogde beleid wordt dan informatie gegeven. Met betrekking tot de in uitvoering zijnde projecten wordt u 3 keer per jaar geïnformeerd over de voortgang. De Verbijzonderde Interne Controle (VIC) wordt in eigen beheer uitgevoer d. Dit instrument is volledig doorgevoerd. De VIC levert een belangrijke bijdrage aan het in control komen van de financiële en niet -financiële rechtmatigheid en ook aan de beheersing van risico’s. Het in control zijn van de bedrijfsvoering is een proces d at doorlopend ontwikkelingen doormaakt.

Risicomanagement Een alomvattend geheel van “risicomanagement” is een zaak van langere adem. Diverse risico’s kunnen worden “beheerst”. Denk hierbij aan financiële risico’s, veiligheidsrisico’s, risico’s ten aanzie n van eigendommen enz. In onze gemeente bestaat zeker geen blanco situatie. Verwezen wordt naar datgene dat in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing wordt gesteld. Incidenten, zowel landelijk als lokaal, leren ons dat risico’s op een veel bre der terrein kunnen liggen dan alleen op het terrein van financiën en ICT. Het is daarom nodig de processen en procedures, zoals deze binnen onze gemeente worden gehanteerd, in beeld te brengen (houden) en in te spelen op de leemtes die daarbij worden ontdekt.

70

D: Bedrijfsvoering

Risicomanagement in de vorm van beheersmaatregelen op het gebied van de administratieve organisatie en interne controle (onder andere rechtmatigheid) aangevuld met deugdelijke managementrapportages ten behoeve van beheersing van risico’s zijn onderdeel van de vastgelegde werkprocessen. Deze maatregelen zijn ter opvang van organisatierisico’s die de gemeente loopt, zowel intern als extern. Het college draagt daarbij tevens zorg voor een cultuur waarbij risicomanagement een structureel onderdeel vormt van de planning & controlcyclus. Op bestuursniveau moeten relevante risico’s in de afwegingen meegenomen worden. Daarom is bij B&W - en raadsvoorstellen een risicoparagraaf (net als de communicatie - en financiële paragraaf) standaard in het format van raads- en collegevoorstellen opgenomen. Op deze wijze vormen de risico’s dan expliciet onderdeel van de besluitvorming. Uw raad heeft de nota beleidskaders risicomanagement en weerstandsvermogen 2011 vastgesteld. Middels vaststelling van deze beleidskaders vult uw raad zijn kaderstellende en controlerende rol inzake risicomanagement en weerstandsvermogen in. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing worden deze beleidskaders toegepast. Op deze wijze krijgt uw raad in deze paragraaf inzicht in de g eïnventariseerde risico’s, het weerstandsvermogen van de gemeente en controleert onder andere hiermee de financiële positie van de gemeente. In 2015 wordt deze nota herzien.

Rekenkamerfunctie De rekenkamercommissie Elburg is ingesteld door de raad en bestaat uit drie externe leden. De commissie verricht onderzoek naar de doelmatigheid, rechtmatigheid en doeltreffendheid van het bestuur. De griffier is secretaris van de commissie. De commissie streeft er naar om gemiddeld anderhalf onderzoek per jaar af te ronden en aan de gemeenteraad aan te bieden.

Middelen Meerjareninvesteringsplanning Omschrijving Eenmalige kosten NUP Totale kapitaallasten

2.015 100.000

2.016

2.017

2.018

[Zie bijlage 2 voor een totaal overzicht]

Voorjaarsnota 2014 I&A-budget als gevolg van het NUP Eigentijdse overheidsdienstverlening aan burgers en bedrijven vereist een landelijke, uniforme en integrale aanpak. Daarvoor is in 2006 het landelijke project EGEM (elektronische gemeente) gestart, hetgeen later is overgegaan in het Nationaal Uitvoeringsprogramma betere dienstverlening en elektronische overheid (NUP). Uit het NUP vloeit een groot aantal maatregelen en voorzieningen en dus uitgaven voort. Te denken valt hierbij aan (nog te realiseren) zaken als: digikoppeling, digimelding, digilevering, e-herkenning, berichtenbox, KCC, zaakgericht werken, binnengemeentelijk gebruik basisregistraties en informatiebeveiliging. De met deze deelprojecten gemoeide IT uitgaven zijn deels incidenteel, maar voor een groot deel ook structureel van aard. Voor de incide ntele kosten zijn middelen beschikbaar in de investeringsbudgetten van I&A en het NUP -budget. Een deel van de structurele IT-kosten kunnen worden gedekt uit het huidige I&A budget. Voor een deel van de nog te maken structurele IT-kosten is echter geen structurele dekking voorhanden. Het structurele I&A budget is daarom in 2015 verhoogd met € 61.000. Rekening wordt gehouden met het feit dat door de implementatie van NUP er een efficiencyslag op de bedrijfsvoering gemaakt zal worden. Ervan uitgaande dat deze efficiencyverbetering per 2018 gerealiseerd zal zijn, wordt het budget van € 61.000 alleen voor de jaren 2015-2017 beschikbaar gesteld. Per 2018 valt dit bedrag vrij. Exploitatiebudget I&A Op basis van een collegevoorstel is besloten om een andere vorm va n bekostiging van de I&A-investeringen te hanteren. De structurele kapitaallasten voor de jaren 2014-2017 worden ‘ingeruild’ voor een structureel budget van uiteindelijk € 227.350 in 2018. In 2015 is er daardoor een budget beschikbaar van € 212.300. Voor 2016 en 2017 valt er aan kapitaallasten nog een bedrag van € 7.300 en € 8.250 vrij wat aan het exploitatiebudget wordt toegevoegd. Opvang ‘braindrain’ (tijdelijke uitbreiding RO voor 1 jaar) In de periode 2017-2020 gaat een zestal zeer ervaren beleidsmedewerkers van de afdeling RO met pensioen. Dit betekent voor de afdeling een enorme aderlating aan kennis en ervaring. Dit probleem zal zich met name gaan voordoen binnen de clusters ruimtelijke ordening (in de periode 2018-2019) en geo-informatie (2019-2020). Om een goede voortgang van de werkzaamheden en een adequate taakuitoefening te kunnen waarborgen, moet vroegtijdig worden gezorgd voor instroom van nieuwe kennis en ervaring. 71

D: Bedrijfsvoering

Na het vertrek wegens pensionering van de betreffende medewerkers, zullen de overblijvende medewerkers hun handen meer dan vol hebben om de lopende werkzaamheden uit te voeren, zeker gezien het feit dat ook formatie moet worden ingeleverd. Zij kunnen niet daarnaast ook nog nieuwe medewerkers inwerken en begeleiden. Daarom is het noodzakelijk dat de medewerkers die met pensioen gaan, voordat het zover is, nieuwe medewerkers zoveel als mogelijk inwerken en begeleiden. Het op goede wijze inwerken van een nieuwe medewerker kost minimaal een jaar. Dit betekent dat nieuwe medewerkers plm. een jaar voor het vertrek van hun begeleiders in dienst moeten komen en dit betekent dat deze nieuwe medewerkers in die periode 'bovenformatief' zijn. Uitgaande van 2 medewerkers - een RO-er en een landmeter - op HBO niveau, is hier een bedrag mee gemoeid van in totaal € 100.000 Euro. Voorgesteld wordt voor de jaarschijf 2018 een bedrag van € 50.000 vrij te maken voor het gedurende plm 1 jaar bovenformatief aanstellen van een beleidsmedewerker RO. De eenmalige kosten worden te dekken uit de algemene reserve. Facilitaire zaken Hoewel in het verleden al bezuinigingen zijn ingeboekt op dit onderwerp wordt vooruitlopend op verdere digitalisering vanaf 2018 een besparing op reprokosten ingeboekt van € 5.000. Wat betreft de voorlichtingspagina is er, gezien de verdergaande digitalisering, de verwachting dat er vanaf 2018 de gemeente toe kan met 1 voorlichtingspagina in plaats van 2. Inschatting is dat dit een voordeel van € 10.000 oplevert. Op dit onderdeel is daardoor in 2018 een voordeel in te boeken van in totaal € 15.000. Huisvestingszaken Vanwege de verplichte hertaxatie gemeentelijke gebouwen in verband met de verzekeringswaarde is in 2015 een eenmalig bedrag opgenomen van € 14.000. Dit bedrag valt in 2016 vrij. Personeelszaken Herijking van arbeidsvoorwaarden. In het licht van de vele ontwikkelingen op het gebied van arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden dient het bestaande beleid voortdurend te worden herijkt. In het licht daarvan springen twee regelingen in het oog waarbij vraagtekens worden gezet of deze nog valide zijn. Dit betreft de regelingen voor schadevrij rijden (€ 2.000) en de inconveniëntenregeling (€ 10.000). In overleg met het Georganiseerd Overleg zal op een zorgvuldige wijze worden gekeken of en hoe op termijn tot afschaffing van deze regelingen kan worden gekomen. Verwachting is dat genoemd bedrag van € 12.000 vanaf 2017 als voordeel ingeboekt kan worden. MPB 2014-2017 Personeel en organisatie Van de volgende zaken zijn de financiële gevolgen in één overzicht in beeld gebracht. 1. De uit de vorige bezuinigingsrondes nog te realiseren bezuinigingen op formatie worden onder personeelsvoorstellen verantwoord. 2. Op basis van vermindering fte door bezuinigingen is het mogelijk te besparen op variabele overhead. 3. In verband met de reorganisatie per 1 juli 2007 zijn er ten aanzien van de salarissen nog enkele financiële gevolgen in beeld gebracht. Deze vrijvallende middelen bij pensionering zijn mede ingezet ter dekking van de kapitaallasten van de uitbreiding/verbouwing gemeentekantoor. 4. Invoering van HR21 heeft tot gevolg dat er voor 36 functies garantieloon wordt uitbetaald. Door afbouw van deze garanties is er jaarlijks een besparing op de loonsom mogelijk. Van deze vrijval is een opzet gemaakt en levert op (heel) lange termijn een structureel bedrag van € 195.000 op. 5. De organisatie is taakstellend een bezuiniging opgelegd van € 250.000. Dit bedrag wordt gemotiveerd door het feit dat er in de toekomst minder werk zal zijn. Minder werk is er als gevolg van de ontwikkeling van een KCC, verdergaande samenwerking (al of niet vrijwillig) en de economische recessie (minder ruimtelijke bestemmingsplannen, bouwactiviteiten, civiele werken, etc.). In 2014 is er een onderbouwde en harde invulling van deze taakstelling gemaakt. Daartoe heeft een inventarisatie plaatsgevonden van bestaande vacatures, verwachte afnamen van taken en verwachte vacatures als gevolg van het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd van medewerkers. Per saldo w orden bestaande vacatures ingeleverd, is bij pensionering van medewerkers beoordeeld of invulling (geheel) noodzakelijk is en zo ja, wordt gezocht naar interne verschuivingen (medewerkers zijn in algemene dienst) om daar waar taken afnemen medewerkers deels of geheel te kunnen herplaatsen. Er is in 2014 al 1,1875 fte gerealiseerd. Er wordt nog 3,1116 fte aan formatiebezuiniging realiseerbaar geacht. Uitgegaan wordt van een gemiddelde salarislast van € 60.000 per medewerker. Zie onderstaand overzicht.

2015

Besparing 58.000

Fte 0,9727

2016

60.000

1,0000

2017

38.000

0,6389

2018

30.000

0,5000

186.000

3,1116

Totaal 2015-2018 72

D: Bedrijfsvoering

In schema zien de financiële gevolgen van de personeelsontwikkelingen er als volgt uit: 2015 1.

Personeelsvoorstellen MPB 2014-2017

2. 3.

Variabele overhead Reorganisatie 1 juli 2007

4. 5.

HR 21 Organisatieontwikkeling

2016

2017

2018

-30.000 -18.000

-28.000

-20.000

-58.000

-2.000 -60.000

-12.600 -38.000

-8.575 -30.000

-68.000

-189.250

-78.600

-58.575

-79.250 -10.000

Rekenrente 2018 van 3,5% > 4% Gezien de huidige rentestand is het verantwoord voor de jaren 2015 - 2017 een rekenrente te hanteren van 3,5%. In de productenramingen 2014 is al gerekend met een rente van 3,5%. Verwachting is wel dat bij een aantrekkende economie de rente weer zal stijgen. Om dit risico beter op te kunnen vangen wordt voor 201 8 de rekenrente weer terug gebracht op het niveau van 4%. Rekening houdend met onveranderde omstandigheden betekent dit vanaf 2018 een nadeel van € 50.000. Saldo bedrijfsvoeringparagraaf De eindtotalen worden in gecomprimeerde vorm verwerkt in programma 9 “Bestuur en middelen”.

Meerjarencijfers per programma Lasten Bestaand beleid Prijscompensatie

Rekening 2013

35.190.120

Begroting 2014

30.367.923

2015

Meerjarenbegroting 2015-2018 2016 2017

28.385.560

Voorjaarsnota 2014 Verhoging I&A budget NUP t/m 2017 Exploitatiebudget I&A Opvang brainddrain Facilitaire zaken [repro en voorlichting] Huisvestingszaken [verzekeringen] Personeelszaken [schadevrij en inconveniënten]

28.317.560 23.070

28.144.680 23.400

7.300

8.250

2018

28.085.730 23.729

-61.000 50.000 -15.000 -14.000 -12.000

MPB 2014-2017 Personeelsontwikkelingen Rekenrente 2018 van 3,5% naar 4%

-68.000

-189.250

-78.600

-58.575 50.000

Totaal lasten programma

35.190.120

30.367.923

28.317.560

28.144.680

28.085.730

28.074.884

Baten Bestaand beleid Prijscompensatie

35.190.120

30.367.923

28.385.560

28.317.560 1.611

28.144.680 1.632

28.085.730 1.655

-68.000

-174.491

-60.582

-12.501

28.317.560

28.144.680

28.085.730

28.074.884

Voorjaarsnota 2014 MPB 2014-2017 Saldo bedrijfsvoeringsparagraaf Totaal baten programma

73

35.190.120

30.367.923

E: Verbonden partijen

Paragraaf E

Verbonden partijen Inleiding Medeoverheden brengen in toenemende mate taken onder bij samenwerkingsverbanden en verbonden partijen, bijvoorbeeld door deelname in gemeenschappelijke regelingen. Daarmee zijn verbonden partijen en samenwerkingsverbanden in toenemende mate van belang voor het realiseren van de doelstellingen van onze gemeente. In deze paragraaf wordt ingegaan op de visie van de gemeente Elburg op samenwerkingsverbanden. Tevens wordt specifiek ingegaan op verbonden partijen. Omdat met verbonden partijen bestuurlijke en financiële banden worden onderhouden wordt per verbonden partij inzicht gegeven, in het belang dat de gemeente in elk van deze verbonden partijen heeft.

I. Visie Het college heeft in samenspraak met de door de gemeenteraad in het leven geroepen “denktank samenwerking” een strategische visie op samenwerking opgesteld. In de visie wordt ingegaan op voor - en nadelen van samenwerking, wordt een sterkte en zwakteanalyse van onze gemeente gepresenteerd en worden de uitgangspunten en doelen van samenwerking geformuleerd. Onderstaand zijn enkele passsages uit de visie opgenomen. Uitgangspunten en doelen van samenwerking  De schaalgrootte van de gemeente is vooralsnog voldoende om taken zelfstandig uit t e kunnen voeren.  De gemeente Elburg beschouwt samenwerken als een middel om betere resultaten voor de burgers te bereiken.  De eigen identiteit van de Elburgse samenleving wordt zoveel mogelijk behouden.  Elburg wil zoveel en zo lang mogelijk zijn bestuurlijke autonomie handhaven.  Bij samenwerking spelen de volgende afwegingen: o Kostenbeheersing / kostenreductie: o Kwetsbaarheidsvermindering: o Kwaliteitsverbetering van de dienstverlening:  Elburg participeert in uiteenlopende bestuurlijke en operationele samenwerkingen.  Bij ieder voornemen tot samenwerking of uitbesteding dient de gemeente zich af te vragen of dit past binnen de gewenste regionale samenhang en bestaande samenwerkingsverbanden.  We hechten sterk aan het waarborgen van de eisen van democratische legitimatie, democratische sturing en controle. Samenwerken met wie en wanneer De denktank heeft de volgende visie verwoord: “De keuze voor samenwerkingspartners wordt niet alleen bepaald door de geografische nabijheid en de gezamenlijke schaalgrootte, maar ook en vooral door gedeelde belangen bij de samenwerking en onderling vertrouwen. Zoals gezegd is het behoud van de eigen identiteit voor Elburg een belangrijk uitgangspunt in de keuze voor samenwerkingspartners. We kiezen daarom bij voorkeur voor samenwerkingspartners waarmee Elburg raakvlakken heeft in karakter, cultuur en belangen en waarbij sprake is wederzijdse (h)erkenning en natuurlijke chemie. Als het gaat om samenwerking, voelt Elburg zich verwant met de gemeenten op de Noor d West Veluwe. Elburg hecht aan betrouwbaar partnerschap, hetgeen inhoudt dat samenwerken voor ons niet vrijblijvend of gemakkelijk opzegbaar is. We kiezen ervoor geen korte termijn voordelen na te jagen, maar kiezen voor stabiele relaties met anderen en stabiele verhoudingen in de regio omdat wij ervan overtuigd zijn dat daarmee op de lange termijn de beste en meest efficiënte resultaten worden bereikt. We zoeken zoveel mogelijk samenwerking met partners met wie op samenhangende (beleids)terreinen al wordt samengewerkt. We geven er de voorkeur aan om voor wat betreft (de versterking van) samenwerking ‘natuurlijke momenten’ te benutten”.

II. Verbonden partijen De gemeente Elburg voert taken uit via verbonden partijen. Dit zijn verbonden partijen die gemeent elijke taken in opdracht van één of meerdere overheden uitvoeren. Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie, waarin de gemeente een financieel én een bestuurlijk belang heeft. Dit belang wordt als volgt gedefinieerd: Financieel belang

Bestuurlijk belang

74

Een financieel belang is een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag dat niet verhaalbaar is indien de verbonden partij failliet gaat dan wel het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Bestuurlijk belang is zeggenschap, hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur, hetzij uit hoofde van stemrecht.

E: Verbonden partijen

Het kan gaan om tijdelijke of langdurige samenwerkingsverbanden. Een dergelijke same nwerking kan worden aangegaan met andere gemeenten, overheden, non-profitorganisaties of private partijen. Hier onder vallen: gemeenschappelijke regelingen, NV’s en BV’s, stichtingen, en verenigingen. De verschillende soorten verbonden partijen brengen ieder hunn eigen bestuurlijke en financiële risico’s met zich mee en hebben verschillende voor- en nadelen. In de onderstaande tabellen zijn de kenmerken per soort weergegeven. 1. Kenmerken Stichting en vereniging Bestuurlijke Betrokkenheid Eventueel zitting in het bestuur van de stichting.

Financiële relatie

Voordelen

Nadelen

Risicoprofiel

Subsidierelaties tussen gemeente en stichting of vereniging met mogelijk aanvullende afspraken met betrekking tot:  Het dekken van onvoorziene exploitatietekorten;  Incidentele uitgaven als gevolg van reorganisaties;  Garantstellingen

De financiële consequenties zijn nihil. Alleen financiële aansprakelijkheid voor verstrekte middelen. De stichting is formeel verantwoordelijk voor exploitatierisico’s. In de praktijk blijkt dat gemeenten een deel van dat risico informeel of via aanvullende afspraken dragen.

Een stichting of vereniging heeft zelden een buffer om exploitatietekorten of onvoorziene uitgaven op te vangen. Per definitie kloppen zij dan bij gemeenten aan.

Financieel Laag/ gemiddeld Vanwege beperkte financiële risico’s Bestuurlijk Laag / gemiddeld Bestuurders zijn aansprakelijk als er sprake is van wanbeleid.

Eenvoudig en goedkoop op te richten.

2. Kenmerken Vennootschap (N.V. en B.V.) Bestuurlijke Betrokkenheid

Financiële relatie

Voordelen

Nadelen

Risicoprofiel

Aandeelhouder

Aandelen

De taak wordt meer op afstand geplaatst.

De vaak beperkte beïnvloedingsmogelijkheid .

Financieel Gemiddeld

Commissariaten

Financiële voordelen door winstdeling en dividend. Meer vanuit de rol als toezichthouder betrokken bij de vennootschap.

De Raad van Bestuur heeft wettelijk veel bevoegdheden en moet primair handelen vanuit het private belang van de onderneming.

Vanwege het feit dat de gemeente alleen risico loopt over het ingebrachte geld. Bestuurlijk Gemiddeld/ hoog Gezien de grote afstand tussen gemeente en vennootschap is het moeilijker publieke doelstellingen in het oog te houden.

3. Kenmerk Gemeenschappelijke regeling Bestuurlijke Betrokkenheid Algemeen bestuur

Financiële relatie

Voordelen

Nadelen

Risicoprofiel

Jaarlijkse bijdrage bekostiging exploitatie.

Veel bestuurlijk/ beleidsmatige invloed.

Bijdrage is een verplichte uitgave.

Financieel Hoog

Uitgelezen vorm om op voet van evenredigheid en gelijkwaardigheid samen te werken met publieke partijen voor een publiek belang.

Qua besluitvorming lange procedures en verplichte verantwoordingslijnen.

De participerende gemeenten zijn financieel aansprakelijk.

Dagelijks bestuur

Schaalvoordelen: inkoop, expertise en formatie.

75

Als afzonderlijke deelnemer vaak beperkte zeggenschap.

Bestuurlijk Hoog Afhankelijk van de gekozen GR bestaat er een regeling voor terugroeping van leden van het AB of DB.

E: Verbonden partijen

Samenvattend overzicht Verbonden partij

Rechtsvorm Privaatrechtelijke Privaatrechtelijke

3. Gemeenschappelijke Regeling

Publiekrechtelijk

Privaat X X

X

Hoog

1. Stichtingen en verenigingen 2. Vennootschap (BV, NV)

Belang Publiek

Risico Financieel

Bestuurlijk

Laag/ Gemiddeld Gemiddeld

Laag/ Gemiddeld Gemiddeld/ Hoog

Hoog

Hoog

Financieel risico

Gemeenschappelijke regeling





Vennootschap

Laag

 Stichting

Laag

Bestuurlijk risico

Hoog

III. De lijst met verbonden partijen Voor een goed inzicht in de financiële positie van de verbonden partijen wordt op de volgende pagina’s per partij ingegaan op een aantal specifieke onderdelen. De mate van detaillering van de informatie is afhankelijk van het risicoprofiel. Hoe hoger het financiële en bestuurlijke risico, hoe meer informatie. Op basis van boven staande risicoprofiel wordt de informatie voor de gemeenschappelijke regeling het meest uitvoerig beschreven. Voor de overige verbonden partijen geldt dat de informatie beperkter wordt weergeven.

76

E: Verbonden partijen

Gemeenschappelijke regelingen Naam

Regio Noord Veluwe

Vestigingsplaats

Harderwijk

Deelnemende partijen

Regiogemeenten: Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, Putten Contractgemeenten: Hattem, Heerde, Nijkerk, Voorst, Zeewolde, Epe

Doel

Het samenwerkingsverband heeft tot taak de gemeenschappelijke belangen van de gemeenten te behartigen op het gebied van algemeen bestuurlijke aangelegenheden, ruimtelijke ordening, volkshuisvesting, milieu, sociaal- economische ontwikkeling, recreatie en toerisme, natuur en landschap, verkeer en vervoer, sociale zaken, arbeidsvoorziening, maatschappelijke zorg en welzijn, onderwijs en cultuur, personeelszaken, openbare orde en zedelijkheid, zulks met inachtneming van hetgeen in deze regeling nader is bepaald met betrekking tot de taken en bevoegdheden van het samenwerkingsverband. Het algemeen bestuur bestaat uit twee leden van het college van burgemeester en wethouders van elke deelnemende gemeente, door dat college aan te wijzen, alsmede de burgemeester van de deelnemende gemeente met de meeste inwoners, als onafhankelijk voorzitter . Het dagelijks bestuur bestaat uit een aantal leden, dat gelijk is aan het aantal deelnemende gemeenten, alsmede uit een onafhankelijk voorzitter.

Bestuurlijk belang Gemeente Elburg

Financieel belang Gemeente Elburg

Begroting Rekening

Resultaat GR

2012

2013

2014

2015

539.000

541.000

491.000

499.000

509.000

478.000

-

Rekening

Rekening

Rekening

Rekening

Begroting

Begroting

2010

2011

2012

2013

2013

2014

472.000

-198.000

69.000

257.000

0

Per 01-01-2011 3.840.000

3.175.000

3.391.000

3.676.000

Vreemd vermogen GR

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

Opmerkingen bij de cijfers:

Prestaties

Ontwikkelingen

Beleidsvoornemens

Risico’s

Kengetallen

Per 01-01-2012

Per 01-01-2014

9.755.000 10.464.000 9.381.000 11.436.000  Het voordelig resultaat in 2013 ad. € 257.000 is mede ontstaan door een voordeel op overheadkosten ad € 146.000.  Het eigen vermogen is toegenomen met € 286.000. O.a. door het voordelig rekeningresultaat.  De langlopende schulden zijn door aflossingen afgeno men.  Door met name een grote subsidiebijdrage voor het regiocontract 2012 -2015 ad € 3,4 miljoen is de post vooruit ontvangen bedragen gestegen. Deze stijging zorgt voor de toename van het vreemd vermogen.  De solvabiliteit van het RNV is afgenomen van 27% naar 24%. De begroting van RNV is in het vroege voorjaar van 2014 opgesteld, terwijl belangrijke ontwikkelingen rond de toekomst van de samenwerking en daarbinnen de rol en plaats van RNV, niet uitgekristalliseerd zijn. In de opzet van de begroting is daarom uitgega an van de bestaande situatie. Voor de uitvoering van het Regiocontract 2012 -2015 is het een belangrijk jaar. Eind 2015 moeten alle gemeentelijke en regionale projecten uitgevoerd en afgerond zijn. Op 1 juli 2014 hebben de colleges van de gemeenten Ermelo, Elburg, Harderwijk, Hattem, Heerde, Nunspeet, Oldebroek en Putten besloten de strategische samenwerking in de regio onder te brengen in de Strategische Alliantie Veluwe Noord. Onder de voorwaarde dat de gemeenteraden instemmen met het sluiten van het bestuursconvenant, start deze samenwerking in oktober 2014 voor een periode van drie jaar. In de jaarstukken van het RNV is een zeer uitgebreide toelichting te vinden op de realisatie van alle doelstellingen. De informatie is zeer gedetailleerd opgesomd zodat uw raad hierdoor een compleet beeld krijgt van het jaar 2013. Naast algemene risico’s worden geen specifieke risico’s benoemd. De weerstandscapaciteit inclusief het vermogen van de inclusief Groep bedraagt circa € 3,4 miljoen. De weerstandscapaciteit van de Inclusief Groep NV bedraagt € € 2.670.000. 2014 2015 Programma Platform en Ontwikkeling: Uitgaven Inkomsten gemeenten Inkomsten overig

2.864.313

2.855.029

-2.598.133 -300.021

-2.640.850 -242.492

Programma Services: Uitgaven

9.614.802

8.698.769

Inkomsten gemeenten Inkomsten overig

-8.933.245 -681.557

-6.073.832 -2.624.937

43.672.000 -43.672.000

43.672.000 -43.672.000

-33.840 33.840

-28.313 28.313

0

0

Uitgaven DSW/Inclusief Groep Inkomsten DSW/Inclusief Groep Resultaat voor bestemming Reserve mutaties Resultaat na bestemming

77

Per 01-01-2013

0

Eigen vermogen GR

E: Verbonden partijen Naam

Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland

Vestigingsplaats

Apeldoorn

Deelnemende partijen

Aalten, Apeldoorn, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Doetinchem, Elburg, Epe, Ermelo, Harderwijk, Hattem, Heerde, Lochem, Montferland, Nunspeet, Oldebroek, Oost Gelre, Oude IJsselstreek, Putten, Voorst, Winterswijk, Zutphen De veiligheidsregio behartigt de belangen van de gemeenten op het terrein van de brandweerzorg, rampenbestrijding, crisisbeheersing en geneeskundige hulpverlening met behoud van de lokale verankering, zoals neergelegd in de Wet veiligheidsregio’s. De burgemeester is lid van het Algemeen bestuur

Doel

Bestuurlijk belang Gemeente Elburg Financieel belang Gemeente Elburg Resultaat GR

Eigen vermogen GR Vreemd vermogen GR Opmerkingen bij de cijfers:

Ontwikkelingen

Begroting Rekening Rekening 2010

Rekening 2011

2012

2013

2014

2015

562.000 569.000

581.000 578.000

1.052.000 -

1.069.000

Rekening 2012

2.876.000 1.069.000 1.209.000 Per 01-01-2011 Per 01-01-2012

Rekening 2013

Begroting 2013

Begroting 2014

0

0 Per 01-01-2014

2.441.000 Per 01-01-2013

4.190.000

4.299.000

4.593.000

6.284.000

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

8.569.000

8.186.000

43.282.000

Cijfers jaarrekening 2013:  Het voordelig saldo bedraagt € 2.441.000. Hiervan is € 1.121.000 toegevoegd aan diverse reserves en € 1.320.000 weer verrekend met de gemeentelijke bijdragen. Voor de gemeente Elburg is hierdoor een voordeel van € 3.500 ontstaan.  De solvabiliteit van het VNOG is afgenomen van 36% naar 15%. Dit wordt veroorzaakt door de overname van (on)roerende goederen uit de clusters. Per 31 -12 zijn enkele kazernes en het gehele wagenpark aangekocht (circa € 31 miljoen). Hierdoor zijn de kortlopende schulden enorm toegenomen. De VNOG is volop in beweging. In de praktijk is door de onzekere ontwikkelingen en de inzet ten behoeve van het project MOED voorzichtig omgegaan met de uitgaven en de investeringen. Het management heeft op basis van de prognoses van de tweede financiële verkenning krachtig ingegrepen en de uitgaven tot het hoogst noodzakelijke beperkt.

Beleidsvoornemens

MOED: - Masterplan om te komen tot een Optimale Effectieve Doelmatige brandweerorganisatie. De uitkomst van MOED moet een organisatie zijn die efficiënter werkt dan de huidige.

Risico’s

Kenmerkend voor het risicoprofiel van de VNOG is dat deze organisatie voor het uitvoeren van haar taken voor het grootste deel afhankelijk is van de bijdragen van de deelnemende gemeenten. Daarmee zijn de gemeenten ook aan te spreken op eventuele tekorten in de exploitatie. Dit laatste is vastgelegd in de “gemeenschappelijke regeling”.

Indicatoren

Indicatoren voor de VNOG:  Aantal medewerkers

Kengetallen

Lasten 2014

Lasten 2015

Baten 2015

Risicobeheersing Preparatie

1.718.580 1.506.287

165.526 387.014

1.747.063 1.618.116

156.526 387.014

Repressie Nazorg

4.769.821 64.601

1.238.500 0

4.793.967 66.505

1.395.790 0

Regionaal Veiligheidsbureau Opleidingen

1.428.415 1.218.074

110.000 892.520

1.343.711 1.328.695

110.000 844.000

Meldkamer Oost Nederland Algemene dekkingsmiddelen

1.921.046 3.815.756

301.914 15.199.682

1.718.254 2.686.533

156.914 14.453.938

1.905.076 18.347.656

61.500 18.347.656

2.262.838 17.565.682

61.500 17.565.682

5.071.569 4.625.788

5.071.569 4.625.788

5.264.207 8.057.673

5.264.207 8.057.673

3.762.966 12.418.344

3.762.966 12.418.344

4.362.000 13.547.711

4.362.000 13.547.711

1.440.495 2.146.308

1.440.495 2.146.308

3.095.076 5.358.999

3.095.076 5.358.999

Bovenclusterlijk Veluwe subtotaal clusters

212.209 29.677.679

212.209 29.677.679

217.018 39.902.684

217.018 39.902.684

Totaal

48.025.335

48.025.335

57.468.366

57.468.366

GHOR subtotaal Brandweer Achterhoek Oost Brandweer Achterhoek West Ijsselstreek EVA Veluwe noord Veluwe west

78

350,80 fte Baten 2014

E: Verbonden partijen Naam

Streekarchivariaat Noord-West Veluwe

Vestigingsplaats

Elburg

Deelnemende partijen

Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek

Doel

Elburg is centrumgemeente Doelstelling van het Streekarchivariaat is het uitvoering geven aan de taken genoemd in de Archiefwet (het in goede, geordende en toegankelijke staat bewaren van archieven).

Bestuurlijk belang

Bestuurscommissie

Financieel belang Gemeente Elburg

Begroting Rekening

Resultaat GR

2012

2013

2014

2015

74.000

78.000

80.000

84.000

74.000

81.000

-

Rekening

Rekening

Rekening

Rekening

Begroting

Begroting

2010

2011

2012

2013

2013

2014

-5.000

-1.000

0

-11.000

0

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

0

Eigen vermogen GR

Per 01-01-2011

Per 01-01-2014

-

-

-

-

Vreemd vermogen GR

Per 01-01-2011 -

Per 01-01-2012 -

Per 01-01-2013 -

Per 01-01-2014 -

Opmerkingen bij de cijfers:

De totale kosten van het streekarchivariaat ad € 390.000 worden op basis van een afgesproken verdeelsleutel verdeeld over de vijf gemeenten. Per jaar wordt het saldo afgerekend. Hierdoor ontstaat er geen eigen vermogen e.d. voor de gemeenschappelijke regel ing.

Prestaties

Aantal bezoekers streekarchivariaat in 2011 Aantal bezoeken in 2011

47 474

Aantal bezoekers streekarchivariaat in 2012 Aantal bezoeken in 2012

68 486

Aantal bezoekers streekarchivariaat in 2013 Aantal bezoeken in 2013

69 439

Ontwikkelingen

-

Beleidsvoornemens Risico’s

-

Indicatoren

Enkele indicatoren voor het streekarchivariaat:  Aantal medewerkers Beleid en Internet Archiefzorg Locatie Elburg Locatie Ermelo Locatie Harderwijk Locatie Nunspeet Locatie Oldebroek Totaal

79

1,19 2,10 0,90 0,00 0,89 0,60 0,40 6,08

E: Verbonden partijen Naam

GGD Noord Oost Gelderland

Vestigingsplaats

Apeldoorn

Deelnemende partijen

Aalten, Apeldoorn, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Doetinchem, Elburg, Epe, Ermelo, Harderwijk, Hattem, Heerde, Lochem, Montferland, Nunspeet, Oldebroek, Oost Gelre, Oude IJsselstreek, Putten, Voorst, Winterswijk, Zutphen De GGD stelt zich tot doel het bevorderen en beschermen van de gezondheid van de bevolking van de regio, met speciale aandacht voor jeugd en risicogroepen. De kerntaak van de GGD is de uitvoering van de wettelijke taken op basis van de Wet publieke gezondheid. De basisproducten worden verzorgd voor alle deelnemende gemeenten en in beginsel bekostigd uit de gemeentelijke inwonerbijdrage. Naast basisproducten kent de GGD plusproducten, die worden geleverd op contractbasis met gemeenten (individueel, per groep of alle 21) of derden.

Doel

Bestuurlijk belang Financieel belang Gemeente Elburg Resultaat GR

Eigen vermogen GR Vreemd vermogen GR Opmerkingen bij de cijfers:

Lid in Algemeen bestuur en dagelijks bestuur 2012 Begroting Rekening

304.000 305.000

Rekening 2010

Rekening 2011

1.423.000 628.000 Per 01-01-2011

Rekening 2012 470.000 Per 01-01-2012

2013

2014

2015

300.000 290.000

306.000 -

310.000

Rekening 2013

Begroting 2013

Begroting 2014

35.000 44.000 0 Per 01-01-2013 Per 01-01-2014

3.581.000

3.838.000

3.765.000

3.507.000

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

4.959.000 4.599.000 4.337.000 2.979.000 De rekening van baten en lasten sluit met een voordelig saldo (voor bestemming) van € 44.000. Na vrijval van de post reserve vakantietoeslag (€ 347.000) bedraagt het resultaat van 2013 € 391.000. De gemeente Elburg heeft circa € 10.500 terug ontvangen over 2013.

Prestaties Ontwikkelingen

Bestuursrapportage januari t/m april 2014: Het saldo van de normale bedrijfsvoering is ruim € 16.00 0 positief. Hierbij is rekening gehouden met een kostendaling van € 50.000 als gevolg van de dalende kinderaantallen. Deze marap geeft een beeld over de eerste drie maanden van 2014.

Beleidsvoornemens

Begroting 2015 De bijdrage voor 2015 is € 3.923 hoger dan in 2014 (totale stijging van 1,3%). De bijdrage stijgt van € 13,51 per inwoner naar € 13,70 (gelijk aan een stijging van 1,4%). In de gemeentelijke begroting wordt rekening gehouden met een prijsstijging van 1%, z odat dit een nadeel geeft. Het hierdoor ontstane nadeel van € 860 wordt meegenomen in de primitieve gemeentebegroting 2015. Meerjarenbegroting 2016-2018. De programmabegroting 2015 GGD NOG geeft een beperkte meerjarenraming. Wel wordt aangegeven dat door een daling van het aantal jongeren de kosten jaarlijks met € 50.000 zullen dalen in meerjarenperspectief (2016 -2018). De jaren 2016-2018 worden opgenomen tegen prijspeil 2015. De hardheid van de meerjarenprijsindexering is beperkt en deze meenemen geeft niet een reëler beeld, aldus de GGD.

Risico’s

De weerstandscapaciteit bestaat uit de potentieel in te zetten middelen om de tegenvallers op te vangen. Per 31-12-2013 is daarvoor afgerond € 1.474.000 beschikbaar.

Indicatoren

Indicatoren voor de GGD:  Aantal medewerkers

Kengetallen

172

fte

2014

2015

Jeugdgezondheidzorg Algemene Gezondheidzorg

6.788 6.513

6.863 6.633

Kennis en Expertise centrum Maatschappelijke Zorg

2.479 493

2.523 501

715 0

727 0

Totaal lasten

16.988

17.247

Baten Inwonerbijdrage

10.972

11.114

Overige baten Totaal baten

6.016 16.988

6.133 17.247

0

0

Lasten

Bestuursondersteuning en organisatie projecten Gemeentelijke Inwonersbijdrage

Resultaat

80

E: Verbonden partijen Naam

Omgevingsdienst Noord Veluwe

Vestigingsplaats

Harderwijk

Deelnemende partijen

Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Putten, provincie Gelderland Hattem, Heerde en Oldebroek

Doel

De Omgevingsdienst Noord-Veluwe voert in samenwerking met de andere uitvoeringsdiensten in opdracht van de gemeenten en de provincie een deel van de taken vergunningverlening, toezicht en handhaving uit op het gebied van fysieke leefomgeving.

Bestuurlijk belang

1 lid in Algemeen bestuur 1 lid in Dagelijks bestuur

Financieel belang Gemeente Elburg

Begroting

2012 0

2013 240.600

2014 314.000

2015 314.000

Resultaat GR

Rekening Rekening

Rekening

0 Rekening

200.810 Rekening

Begroting

Begroting

2010 -

2011 -

2012 -

2013 209.000

2013 0

2014 0

Eigen vermogen GR

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

-

-

-

209.000

Vreemd vermogen GR

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

-

-

-

-

Opmerkingen bij de cijfers:

Prestaties

Per 01-01-2014

 Het resultaat ad € 209.000 is ontstaan door een voordeel op milieuzorg van € 65.000 en een voordeel op algemene dekkingsmiddelen van € 144.000.  Het eigen vermogen is toegenomen met € 209.000. O.a. door het voordelig rekeningresultaat. Na vaststelling van de jaarstukken wordt dit terugbetaald aan de deelnemers. De gemeente Elburg ontvangt € 24.000.  De solvabiliteit van het ODNV is 28%. Op het gebied van milieuzorg zijn er vier pakketten. Pakket 1: Basistakenpakket Pakket 2: Overige inrichting gebonden taken Pakket 3: Advies Pakket 4: Stelseltaken De gemeente Elburg neemt alle vier pakketen af bij het ODNV.

Ontwikkelingen

De ODNV is 11 oktober 2012 opgericht. Per 1 april 2013 is het personeel in dienst gekomen. Het boekjaar is dan ook op 1/4/13 gestart en beslaat daarom 9 maanden. In de loop van 20 13 zijn extra taken aan ODNV opgedragen en zijn er drie gemeenten bijgekomen.

Beleidsvoornemens

Het ODNV is zich aan het oriënteren op samenwerkingsverbanden.

Risico’s

De ODNV loopt een risico van aansprakelijkheidstelling bij de reguliere taakuitvoering. Verder is een bezuinigingstaakstelling afgesproken van 7,5% (2014 -2018) welke nog niet concreet is ingevuld. De weerstandscapaciteit is 1% van de totale begroting. Dat is 1% van € 3,8 miljoen.

Indicatoren

-

Kengetallen

2014

2015

2.306.418 76.500

2.332.752 76.750

Directe uitvoeringskosten Uitvoeringskosten complexe inrichtingen

31.000 187.000

31.000 187.000

Kosten stelseltaken Kosten bestuur

115.000 5.000

115.000 0

Overhead Stelposten:

884.000

913.000

Loonmutaties 1% Prijsmutaties 2%

93.000 38.000

23.498 14.250

Functiewaardering en promoties Opleiding

14.000 44.000

14.000 44.000

45.000 -30.000

35.000 -59.000

3.808.918

3.727.249

76.750 3.629.000

76.750 3.527.247

0 81.502

12.500 89.086

21.666 3.808.918

21.666 3.727.249

0

0

Lasten Salariskosten primair proces exclusief inhuur Uitgaven eigen stelseltaken

Onvoorzien (1% totaal begroting) Taakstelling bezuiniging Totaal lasten Baten Inkomsten uitvoering stelseltaken Bijdragen deelnemers regulier Bijdrage geluid Oldebroek Bijdragen deelnemers harmonisatietoelagen Bijdragen deelnemers woon/werkverkeer Totaal baten Resultaat

81

E: Verbonden partijen Naam

Gastvrij Randmeren / Natuur- en recreatieschap Veluwerandmeren

Vestigingsplaats

Harderwijk

Deelnemende partijen

Dronten, Kampen, Elburg, Nunspeet, Putten, Oldebroek, Ermelo, Harderwijk, Nijkerk, Zeewolde

Doel

Het schap heeft tot doel in onderlinge samenhang de bovengemeentelijke belangen van de recreatie en de natuurbescherming binnen het gebied te behartigen en het natuur- en landschapsschoon binnen het gebied te bewaren en te bevorderen.

Bestuurlijk belang

1 lid in Algemeen bestuur 1 lid in Dagelijks bestuur

Financieel belang Gemeente Elburg

Begroting

Resultaat GR

Rekening Rekening 2010 -

2012 20.000

2013 20.400

2014 21.000

2015 21.000

Rekening

20.000 Rekening

20.400 Rekening

Begroting

Begroting

2011 -

2012 256.000

2013 192.000

2013 240.000

2014 0

Eigen vermogen GR

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

-

0

4.007.000

158.000

Vreemd vermogen GR

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

Opmerkingen bij de cijfers:

Prestaties

Per 01-01-2014

0 19.104.000 482.000  Het resultaat ad € 192.000 is o.a. ontstaan door een voordeel op Beheer en onderhoud van € 110.000 en een voordeel op communicatie van € 56.000.  Het eigen vermogen is afgenomen met € 3,8 miljoen en het vreemd vermogen is afgenomen met € 18,6 miljoen. Dit komt doordat per 21 -11-2013 een groot deel van de reserves en voorzieningen zijn overgegaan naar de nieuwe coöperatie.  De solvabiliteit van het schap is 25%. -

Ontwikkelingen

Op 10 november 2011 is het Natuur- en Recreatieschap Veluwerandmeren ingesteld. Per 1 januari 2012 is het Schap daadwerkelijk van start gegaan. Het Schap is belast met een aantal aspecten van beheer en onderhoud in de Veluwerandmeren en activiteiten op het gebie d van ‘gebiedspromotie’. Ook worden in schapsverband de nog resterende IIVR-maatregelen gerealiseerd. Deze maatregelen zijn met bijbehorende middelen bij de instelling van het Schap door Rijkswaterstaat overgedragen aan het Schap. Per 1-1-2014 is het samenwerkingsverband met het hele randmeer gebied op gericht (16 gemeenten) in een Coöperatie Randmeren “gastvrije randmeren” . De huidige werknemers van het Schap werken straks in opdracht van zestien gemeenten in plaats van de huidige tien. In de uitvoeringsorganisatie verandert niet zoveel. Het bureau van Gastvrije Randmeren blijft gevestigd in het kantoor van Regio Noord -Veluwe in Harderwijk.

Risico’s

De budgetten voor de nog uit te voeren werkzaamheden zijn vaste bedragen. Incidentele kleine overschotten of tekorten worden verrekend met de algemene reserve. De risico’s zijn dus beperkt. Er is per 31-12-2013 een weerstandsvermogen aanwezig van € 3,7 miljoen.

Beleidsvoornemens

Natuur- en Recreatieschap en Gastvrije Randmeren blijven nog een aantal maanden naast elkaar bestaan. Het Schap zal worden opgeheven als de jaarrekening over 2013 is goedgekeurd. De formele besluitvorming tot opheffing van het Natuur - en Recreatieschap Veluwerandmeren ligt bij de tien betrokken gemeenteraden. Het voorstel tot opheffing van het Natuur - en Recreatieschap is begin 2014 – na afsluiting van het boekjaar 2013 – aan de raden voorgelegd.

Kengetallen

2014

2015

Aanlegplaatsen Rietvrije schaatsroute, kanovoorzieningen,

170.000 45.000

75.000 45.000

Waterplanten maaien Onvoorzien

120.000 24.500

165.000 25.000

5.000 3.500

5.000 3.000

Dienstverleningsovereenkomst Overige personele en bureaukosten

94.000 48.000

124.000 48.000

Bestuurskosten Gebiedspromotie

5.000 30.000

5.000 30.000

545.000

525.000

Rentebaten Gezamenlijke Randmeergemeenten

195.000 305.000

205.000 230.000

Watersportbijdrage

45.000 545.000

90.000 525.000

0

0

Lasten:

Fietspont Veluwemeer Informatiecentrum

Baten:

Resultaat

82

E: Verbonden partijen

Vennootschap (BV, NV) Naam

Bank Nederlandse Gemeenten N.V.

Vestigingsplaats

N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, Den Haag

Doel

BNG Bank is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. De bank draagt duurzaam bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger.

Bestuurlijk belang

Toelichting: Het eigenaarschap van gemeenten, provincies en de Staat, alsmede het door de statuten beperkte werkterrein van de bank, bieden financiers het vertrouwen dat het risico van kredietverlening aan dit instituut zeer beperkt is. BNG Bank bundelt de uiteenlopende vraag van klanten tot een beroep op de financiële markten dat aansluit op de behoefte van bel eggers wat betreft volume, liquiditeit en looptijd. Door de combinatie van beide elementen heeft de bank een uitstekende toegang tot financieringsmiddelen tegen zeer scherpe prijzen, die weer worden doorgegeven aan decentrale overheden en aan instellingen voor het maatschappelijk belang. Dat leidt voor de burger uiteindelijk tot lagere kosten voor tal van voorzieningen. Aandeelhouders van de bank zijn uitsluitend overheden. De Staat is houder van de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, elf provincies en een hoogheemraadschap. Aandelen BNG Bank luiden op naam en zijn niet beursgenoteerd. Het maatschappelijk aandelenkapitaal bestaat uit 100 miljoen aandelen van EUR 2,50 nominaal, waarvan 55.690.720 aandelen zijn geplaatst en volgestort. De aandeelhouders hebben zeggenschap in BNG Bank via het stemrecht op de aandelen die zij bezitten (een stem per aandeel van EUR 2,50). De gemeente Elburg heeft 76.830 aandelen á € 2,50

Financieel belang Gemeente Elburg

2012 161.000

Begroting

2013 89.000

2014 94.000

2015 95.000

Rekening 88.000 114.000 98.000 BNG heeft in 2013 een nettowinst gerealiseerd van € 283 miljoen, € 50 miljoen lager dan over het jaar 2012. Op basis van het dividendbeleid wordt 25% van de winst na belasting uitgekeerd aan de aandeelhouders. Dit betekent een dividend per aandeel van € 1, 27. De gemeente neemt deel in het maatschappelijk kapitaal BNG met 76.830 aandelen en heeft in 2014 circa € 98.000 ontvangen. In 2013 is € 1,49 per aandeel ontvangen. Dit was circa € 25.000 meer dan geraamd. Resultaat BNG Eigen vermogen BNG Vreemd vermogen BNG Ontwikkelingen

Rekening 2010

Rekening 2011

Rekening 2012

Rekening 2013

257 miljoen Per 01-01-2011

256 miljoen Per 01-01-2012

332 miljoen Per 01-01-2013

283 miljoen Per 01-01-2014

2.259 miljoen

1.897 miljoen

2.752 miljoen

3.430 miljoen

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

116.182 miljoen

134.470 miljoen

139.443 miljoen

127.721 miljoen

Halfjaarbericht 2014: De nettowinst van BNG Bank is in vergelijking met dezelfde periode in 2013 toegenomen met EUR 30 miljoen tot EUR 153 miljoen. Deze toename is vooral veroorzaakt door een verbeterd resultaat financiële transacties, nagenoeg volledig als gevolg van ongerealiseerde marktwaardeveranderingen. BNG Bank heeft ten behoeve van herfinanciering en nieuwe kredietverlening in de verslagperiode EUR 9,6 miljard (2013: EUR 7,7 miljard) aan langlopende financiering aangetrokken. Het toenemende vertrouwen op de internationale kapitaalmarkten i n de euro en de Europese bankensector heeft geleid tot een verdere toename van de beschikbaarheid van funding tegen aantrekkelijke voorwaarden. Het renteresultaat over 2014 zal naar verwachting lager uitkomen dan over 2013. Het resultaat financiële transacties blijft gevoelig voor de mate van herstel binnen de eurozone. Gezien de aanhoudende onzekerheden acht de bank het niet verantwoord een uitspraak te doen over de nettowinst 2014. De reeds sterke solvabiliteit van BNG Bank is deze verslagperiode verde r verbeterd.

83

E: Verbonden partijen Naam

Nuon Energy N.V.

Vestigingsplaats

Nuon Energy N.V., Amsterdam

Doel Bestuurlijk belang

Zorgdragen voor een goed transport en distributie van elektriciteit en gas De aandeelhouders hebben zeggenschap via het stemrecht op de aandelen die zij bezitten. De gemeente Elburg heeft 60.007 aandelen á € 5,00 2012 2013 2014 2015

Financieel belang Gemeente Elburg

Begroting Rekening

148.000 267.000

86.000 87.000

86.000 85.000

130.000

Nuon heeft over 2013 een nettoverlies geleden van € 419 miljoen. De omzet is gedaald met 4,1% tot 3,720 miljard euro in 2013. De daling is het gevolg van verlies van klanten en de zachte winter. Over 2012 werd een nettoverlies geleden van € 716 miljoen. In overeenstemming met de statuten stelt de raad van bestuur voor om het preferente dividend van € 1,44 per aandeel op 1 juli 2013 uit te keren aan de aandeelhouders. Onze gemeente is, door de verkoop van de 3 tranches aandelen aan Vattenfall, per 31 december 2013 nog in bezit van circa 60.000 aandelen. Het te ontvangen dividend bedraagt € 85.000. Deze opbrengst is conform raming. De omzet is gedaald met 4,1% tot 3,720 miljard euro in 2013. De daling is het gevolg van verlies van klanten en de zachte winter. Het nettoresultaat i s negatief: - 419 miljoen euro. Dit is mede het gevolg van een nieuwe impairment op de gascentrales van 0,7 miljard euro. Het onderliggende operationele resultaat in 2013 is positief (210 miljoen euro), maar wel gedaald ten opzichte van 2012. Het aantal werknemers is met 7,1% tot 4.833 fte. Resultaat Nuon Eigen vermogen Nuon Vreemd vermogen Nuon Ontwikkelingen

Kengetallen

Rekening

Rekening

Rekening

2010

2011

2012

2013

563 miljoen Per 01-01-2011

438 miljoen Per 01-01-2012

-716 miljoen Per 01-01-2013

-419 miljoen Per 01-01-2014

4.134 miljoen

4.101 miljoen

3.333 miljoen

2.922

Per 01-01-2011 4.551 miljoen

Per 01-01-2012 2.747 miljoen

Per 01-01-2013 3.501 miljoen

Per 01-01-2014 -

Per 1 juli 2015 worden de laatste aandelen verkocht. Vattenfall heeft het voorstel voor vervroegde levering van de laatste tranche aandelen ingetrokken. Dit betekent dat de laatste 21% van de aandelen worden verkocht op 1 juli 2015. Dit geschiedt tegen de eerder afgesproken prijs. Over de uitstaande aandelen geeft Vattenfall tot die tijd de afgesproken rentevergoeding van 2%. Het voorstel is ingetrokken omdat enkele grootaandeelhouders bezwaar maakten tegen de consequenties die dit zou hebben voor de zeggenschap van de A-aandeelhouders, zijnde de Nederlandse provincies en gemeenten. 2012 2013 Aantal aansluitingen elektriciteit Aantal aansluitingen gas

mln mln

2,2 1,9

2,1 1,8

Aantal medewerkers Netto winst

mln

5.200 -716

4.833 -419

3.879 -

3.720 -

Netto omzet Solvabiliteit

84

Rekening

mln

E: Verbonden partijen Naam

Alliander N.V.

Vestigingsplaats

Alliander N.V., Arnhem

Doel Bestuurlijk belang

Zorgdragen voor een goed transport en distributie van elektriciteit en gas De aandeelhouders hebben zeggenschap via het stemrecht op de aandelen die zij bezitten . De gemeente Elburg heeft 285.743 aandelen á € 5,00 2012 2013 2014 2015

Financieel belang Gemeente Elburg

Begroting Rekening

201.000 148.000

205.000 155.000

210.000 260.000

212.000

Alliander heeft een goed jaar achter de rug. De omzet is gestegen van 1.674 miljoen euro in 2012 naar 1.744 miljoen euro in 2013. Het resultaat na belastingen nam toe van 224 miljoen euro naar 288 miljoen euro. De kosten zijn licht gestegen in 2013 naar 1.389 miljoen euro (2012: 1.378 miljoen euro). Een van de oorzaken van de kostenstijging zijn de te betalen precariorechten aan gemeenten: van 43 miljoen euro naar 59 miljoen euro in 2013. Daling van de operationele kosten is nodig, omdat de gereguleerde tarieven in de jaren 2014-2016 zullen dalen. De uitvalduur van netten is in 2013 gedaald van gemiddeld 24,5 minuten naar 24 minuten. Het uit te keren dividend over 2013 bedraagt 125 miljoen euro. Dit is hoger dan voorgaande jaren (2012: 74,4 miljoen, 2011: 113 miljoen euro). Naar verwachting zal het dividend in de komende jaren weer lager zijn door de verlaging van de gereguleerde tarieven in de jaren 2014-2016. De Raad van Bestuur stelt voor om het huidige dividendbeleid ongewijzigd te houden. Dit betekent dat 45% van het netto-resultaat na schoning van eenmalige posten als dividend wordt gekeerd. Het grootaandeelhoudersoverleg heeft hiermee ingestemd. Het dividend per aandeel komt ongeveer uit op € 0, 91 per aandeel. Onze gemeente heeft 285.743 aandelen en heeft circa € 260.000 ontvangen. Dit is € 50.000 hoger dan geraamd. Resultaat Alliander Eigen vermogen Alliander Vreemd vermogen Alliander Ontwikkelingen

Rekening 2010

Rekening 2011

Rekening 2012

Rekening 2013

222 miljoen Per 01-01-2011

251 miljoen Per 01-01-2012

224 miljoen Per 01-01-2013

288 miljoen Per 01-01-2014

2.906 miljoen

3.079 miljoen

3.203 miljoen

3.375 miljoen

Per 01-01-2011 3.965 miljoen

Per 01-01-2012 3.264 miljoen

Per 01-01-2013 3.758 miljoen

Per 01-01-2014 3.476 miljoen

Halfjaarcijfers 2014: Over het eerste halfjaar van 2014 rapporteert Alliander een stijging van het resultaat. Dat blijkt uit de gepresenteerde halfjaarcijfers. Het resultaat na belastingen stijgt van € 129 naar € 155 miljoen. Dat is het gevolg van de verkoop van de aandelen (25,4%) van Alliander in N.V. KEMA aan DNV GL Group. Dat leverde een boekwinst op van € 45 miljoen na belastingen. Het resultaat na belastingen exclusief bijzondere posten is gedaald van € 131 miljoen naar € 114 miljoen als gevolg van de lagere gereguleerde tarieven. De netto omzet daalt naar € 837 miljoen in het eerste halfjaar van 2014 tegenover € 860 miljoen in dezelfde periode in 2013. Deze daling is het gevolg van lagere gereguleerde tarieven.

Kengetallen

85

2012 Aantal aansluitingen elektriciteit

x 1.000

Aantal aansluitingen gas Aantal medewerkers

x 1.000

Netto omzet Solvabiliteit

mln

2013 3.063

7.140

2.649 7.157

1.674 49,5%

1.744 51,1%

E: Verbonden partijen Naam

Vitens N.V.

Vestigingsplaats

Vitens N.V. Utrecht

Doel Bestuurlijk belang

Zorgdragen voor een goede (drink) watervoorziening. De aandeelhouders hebben zeggenschap via het stemrecht op de aandelen die zij bezitten . De gemeente Elburg heeft 18.693 aandelen á € 1,00 2012 2013 2014 2015

Financieel belang Gemeente Elburg

Begroting Rekening

51.000 50.000

52.000 48.000

53.000 51.000

54.000

De productie van drinkwater en de omzet zijn in 2013 ten opzichte van 2012 nagenoeg stabiel gebleven (2013: 365,5 mln. euro omzet). De kosten zijn licht gedaald van 311,9 mln in 2012 naar 306,1 mln euro in 2013. Daarmee is het bedrijfsresultaat toegenomen. Met verdiscontering van de financiële baten en lasten is het resultaat gestegen van 29,6 mln. naar 39,3 mln. euro in 2013. Daardoor is de solvabiliteit gestegen van 22,9% naar 25,6% in 2013. De directie stelt voor om 40% van het resultaat uit te keren als dividend. Dit betekent dat 2,72 euro per aandeel wordt uitgekeerd. Dit was in 2012 2,57 euro per aandeel. De uitkering van 40% is de ondergrens van de bandbreedte in het dividendbeleid. De afgesproken bandbreedte is 40-75%. De directie kiest voor de ondergrens om maximaal bij te dragen aan de verhoging van de solvabiliteit. Onze gemeente neemt deel in het maatschappelijk kapitaal Vitens met 18.693 aandelen. Het ontvangen dividend van circa € 51.000 is € 2.000 lager dan de raming. Resultaat Vitens Eigen vermogen Vitens Vreemd vermogen Vitens Ontwikkelingen

Rekening

Rekening

Rekening

2010

2011

2012

2013

27 miljoen Per 01-01-2011

36 miljoen Per 01-01-2012

30 miljoen Per 01-01-2013

39 miljoen Per 01-01-2014

359 miljoen

403 miljoen

386 miljoen

438 miljoen

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

1.197 miljoen

1.155 miljoen

1.296 miljoen

1.274 miljoen

Het belangrijkste van de financiële projectie 2014 -2016 is dat Vitens onder de huidige omstandigheden de drinkwatertarieven tot en met 2016 gelijk kan houden. Daar moeten de werkprocessen verder voor geoptimaliseerd worden, maar de overtuiging is dat het gaat lukken. En verder voorziet Vitens een stijging van de solvabiliteit van 25% (2013) tot 30% in 2016.

Kengetallen Aantal aansluitingen

x 1.000

Verbruik per aansluiting

m3

Aantal medewerkers

86

Rekening

2011

2012

2013

2014

2.437

2.467

2.487

2.487

119

119

119

120

1.431

1.406

1.402

1.370 328

Totale opbrengsten

mln

456

386

387

Netto omzet

mln

417

352

352

Drinkwatertarief Dividend

m3 Euro

2,57

1,07 2,72

1,07 2,76

Investeringen Solvabiliteit

mln 22,9%

25,6%

121,9 26,6

23,7%

E: Verbonden partijen Naam

Inclusief Groep N.V.

Vestigingsplaats

Inclusief Groep N.V. Nunspeet

Doel Bestuurlijk belang

Inclusief Groep is de Sociale Werkvoorziening De Regio Noord-Veluwe is de aandeelhouder van de Inclusief Groep. De Regio Noord-Veluwe wordt vertegenwoordigd door één Algemeen Bestuurslid per aangesloten gemeente (Nijkerk, Putten, Ermelo, Harderwijk, Nunspe et, Elburg en Oldebroek). De Inclusief Groep voert de Wet Sociale Werkvoorziening uit in opdracht van deze zeven gemeenten. De Regio Noord-Veluwe heeft de regie hiervan in handen gelegd van de Bestuurscommissie, bestaande uit de wethouders Sociale Zaken van deze zeven gemeenten.

Financieel belang Gemeente Elburg

Resultaat Inclusief Groep Eigen vermogen Inclusief Groep Vreemd vermogen Inclusief Groep Ontwikkelingen

87

Begroting

2012 -

2013 -

2014 -

Rekening

-

-

-

2015 -

Rekening 2010

Rekening 2011

Rekening 2012

Rekening 2013

388.000 Per 01-01-2011

-1.084.000 Per 01-01-2012

826.000 Per 01-01-2013

207.000 Per 01-01-2014

6,6 miljoen

5,3 miljoen

6,0 miljoen

6,1 miljoen

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

9,1 miljoen

10,4 miljoen

10,6 miljoen

10,1 miljoen.

In 2015 zal naar verwachting de nieuwe Participatiewet ingaan. Per 1 januari 2015 zal geen nieuwe instroom in de WSW meer zijn, door het afschaffen van de wet. De rechten van de huidige SW-medewerkers blijven bestaan. Het totale budget is echter wel veel l ager dan het huidige. Vóór 2015 moet een besluit worden genomen over een toekomstbestendige inrichting van de sociale werkvoorziening, rekening houdend met afschaffing van de Wet sociale werkvoorziening en invoering van de Participatiewet. Dan zal ook een besluit worden genomen over de bestuurlijk-juridische structuur van de Inclusief Groep NV.

E: Verbonden partijen Naam

Recreatie Gemeenschap Veluwe B.V.

Vestigingsplaats

Recreatie Gemeenschap Veluwe Holding B.V. Arnhem

Doel Bestuurlijk belang

Beheren en exploiteren van (dag) recreatieve voorzieningen voor een breed publiek. De aandeelhouders hebben zeggenschap via het stemrecht op de aandelen die zij bezitten. De gemeente Elburg heeft 4.499 aandelen á € 1,00 2012 2013 2014 2015

Financieel belang Gemeente Elburg

Resultaat RGV

Begroting Rekening

-

-

-

-

Rekening

Rekening

Rekening

Rekening

2010 2.295.000

2011 744.000

2012 2.279.000

2013 1.400.000

Eigen vermogen RGV

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

-

4,1 miljoen

4,3 miljoen

Nnb

Vreemd vermogen RGV

Per 01-01-2011

Per 01-01-2012

Per 01-01-2013

Per 01-01-2014

-

4,3 miljoen

4,0 miljoen

-

Ontwikkelingen

88

RGV is een samenhangende groep vennootschappen, die zich bezighoudt met één kernactiviteit en een aantal ondersteunende activiteiten. De kernactiviteit laat zich in het kort omschrijven als ‘het (laten) exploiteren van dagrecreatieve voorzieningen voor een breed publiek’

E: Verbonden partijen

III. Samenwerkingsverbanden Onderstaand een overzicht van samenwerkingsverbanden van de gemeente Elburg. Omdat het begrip ‘samenwerking’ voor meerdere uitleg vatbaar is, kan op voorhand aangegeven worden dat deze lijst niet uitputtend is. Samenwerking

Deelnemers:

Doel samenwerking

Afvalwaterketen Noord Veluwe

Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, Putten, Hattem, Heerde, Waterschap Vallei-Veluwe

Overlegwerkgroep over toekomst waterketen Gelderland

Rekenkamercommissie

Elburg, Putten, Oldebroek, Nunspeet

Elk van de aangesloten gemeenten heeft een eigen Rekenkamercommissie benoemd. In het verband van de aangesloten gemeenten Elburg, Nunspeet, Oldebroek en Putten wordt echter wel nauw samengewerkt. Naast het feit dat de leden van de Rekenkamercommissie voor alle gemeenten dezelfde zijn, worden gezamenlijke onderzoeken in de vier gemeenten uitgevoerd. Deze gezamenlijke aanpak verhoogt de efficiency en werkt ook kostenbesparend.

Buurtbemiddeling

Nunspeet, Elburg, Oldebroek woningcorporaties Omnia Wonen Nunspeet, Uwoon Elburg en Delta Wonen Wezep en de politie Noord- en Oost Gelderland

Taken efficiënter uitvoeren Kosten besparen Sterkere gezamenlijke positie

Nazorg ex gedetineerden

Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, Putten, Hattem

Gemeenten hebben sinds enkele jaren de verantwoordelijkheid de zorg na detentie te regelen. Voor de uitvoering van deze taak hebben de gemeenten een zogenoemd 'lokaal contactpersoon nazorg ex-gedetineerden' aangewezen. De beschikbare capaciteit in de afzonderlijke gemeenten is ontoereikend en door het Rijk worden geen structurele gelden beschikbaar gesteld voor de nazorg. De zeven gemeenten hebben afgesproken dat Nunspeet een coördinerende rol gaat vervullen in de regio.

Commissie bezwaar en beroepschriften

Elburg, Nunspeet

De commissie is ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raden, de colleges en de burgemeesters van de gemeente Elburg en Nunspeet.

Inkoopsamenwerking Noord Veluwe

Elburg, Ermelo, Harderwijk, Hattem, Heerde, Nunspeet, Oldebroek, Putten, Zeewolde, de Sociale Dienst Veluwerand (SDV), de Regio NoordVeluwe (RNV), het Natuur- en Recreatieschap Veluwerandmeren (NRV) en de Omgevingsdienst NoordVeluwe (ODNV),

De ISNV heeft als doel de inkoopfunctie binnen de deelnemende organisaties te professionaliseren.

Regiotaxi Gelderland

Elburg, Ermelo, Harderwijk, Hattem, Heerde, Nunspeet, Oldebroek, Provincie Gelderland

Op basis van deze samenwerkingsovereenkomst is de provincie verantwoordelijk voor de aanbesteding en het contractbeheer van Regiotaxi Gelderland.

Intergemeentelijke samenwerking van de buitengewone opsporingsambtenaren

Nunspeet, Oldebroek, Hattem, Heerde, Epe en Elburg.

Om boa’s ruimer en meer in te kunnen zetten, ook in de andere gemeenten bij bijvoorbeeld evenementen is een samenwerkingsovereenkomst tussen de deelnemende gemeenten noodzakelijk.

Jongeren op gezond gewicht

Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, Putten

Het JOGG-bureau ondersteunt de gemeenten door middel van reguliere en additionele ondersteuning. De additionele ondersteuning bestaat uit het aanbod om gebruik te maken van coaches en experts.

89

Het doel van buurtbemiddeling is het verminderen van woonoverlast en het zo nodig voorkomen van escalatie in de buurt door conflicten tussen buren of buurtbewoners in een zo vroeg mogelijk stadium aan te pakken.

F: Grondbeleid

Paragraaf F

Grondbeleid Grondbeleid In de paragraaf grondbeleid wordt het meerjarig perspectief grondbeleid verwoord door aandacht te besteden aan de visie op het grondbeleid in relatie tot de te realiseren doelstellingen, een aanduiding van de wijze waarop de gemeente het grondbeleid uitvoert en de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie. Tevens worden de beleidsvoornemens voor het komende jaar uiteengezet. Per locatie (complex) kan onze gemeente steeds opnieuw de keuze maken tussen vormen van actief of faciliterend grondbele id voor het ontwikkelen van nieuwe locatieplannen. Verder worden beleidsuitgangspunten omtrent risicomanagement en reserves voor grondzaken besproken. Jaarlijks wordt over de uitvoering hiervan gerapporteerd in de paragraaf grondbeleid in de programmareken ing. Nota grondbeleid In de verordening conform artikel 212 van de Gemeentewet (de financiële verordening) is in artikel 14 opgenomen dat het college eens in de vier jaar een (bijgestelde) nota grondbeleid ter behandeling en vaststelling aan de raad aanbiedt. De gemeenteraad heeft in december 2010 de nota “Vaste grond onder de voeten 2010” vastgesteld. Deze nota, die ingaat op het grondbeleid binnen de gemeente Elburg, reikt vaste spelregels aan die noodzakelijk zijn bij de uitvoering van grondpolitiek. De nota wordt eind 2014 - begin 2015 herzien.

Doel van grondbeleid Het grondbeleid is geen doel op zich maar een randvoorwaarde voor het te voeren ruimtelijk beleid (publiek doel). Het geeft aan op welke wijze de instrumenten (middelen) ingezet zullen wor den in het kader van de ruimtelijke ordening. Dit is het afwegingskader voor deelbelangen zoals volkshuisvesting, welzijn, verkeer, natuur en economie. Grondbeleid moet doelgericht ingezet worden voor het behartigen van het publiek belang. Het hoofddoel voor de gemeente van een (uitbreidings-)plan bestemd voor woningbouw is dat dit gerealiseerd wordt ten behoeve van de huisvesting van burgers. Of met andere woorden: voorzien in volks huisvesting (publiek belang). Bij (uitbreidings-) plannen voor bedrijventerreinen worden economische belangen gediend (werkgelegenheid, gunstig vestigingsklimaat en groeimogelijkheden voor bedrijven, enz.) Het is uiteindelijk niet van belang wie (publiek of privaat) hiervoor zorg draagt. In de redenering van het huidige kabinet (en vele kabinetten daarvoor) en de rechterlijke macht kan de zogenaamde markt (private partij) dit net zo goed, mits de markt zich maar houdt aan de door de overheid gestelde randvoorwaarden en eisen in het bestemmingsplan.

Vorm van grondbeleid De gemeente voert in beginsel en waar mogelijk een actieve grondpolitiek (bestuurlijke keuze). Bij de ontwikkeling van een bestemmingsplan maakt het grondbeleid een integraal onderdeel uit van de planontwikkeling en wordt de strategie ontwikkeld hoe om te gaan met grondverwerving. Hierbij wordt ook het al of niet inzetten van het instrument Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg) betrokken.

Doelstellingen in 2015 (wat willen we) 1. 2.

Het door middel van ruimtelijke plannen zodanig richting geven aan het gebruik van gronden, dat op adequate en flexibele wijze wordt ingespeeld op de maatschappelijke ontwikkelingen en behoeften. Een op de lokale behoefte afgestemde ontwikkeling van nieuwe woningbouw - en bedrijven-terreinlocaties, waarbij tevens waar mogelijk inkomsten worden gegenereerd voor de realisering van investeringen (ook in breder maatschappelijk verband), middels het hanteren van (meer) marktconforme prijzen.

Activiteiten in 2015 Planologische procedures  Het zo nodig opstellen en vaststellen van projectbesluiten voor woongebieden en bedrijventerreinen voor onder meer de realisatie van woningbouw op de locaties Heidezoom ’t Harde en de locatie Vossenakker Zuid in Elburg en het afronden c.q. (verder) ontwikkelen van de in 2013 vastgestelde bestemmingsplannen Vossenakker Noord en bedrijventerrein De Glinde te Doornspijk. Bouwgrondexploitatie  Ontwikkelen en realiseren van plannen voor woningbouwlocaties en bedrijventerreinen, waaronder voor woningbouw op de locatie Heidezoom in ’t Harde, locatie Huisdijk te Hoge Enk en Vossenakker Zuid te Elburg. Op langere termijn de locaties Vossenakker Noord, Horstkamp en De Dijkjes in de kern Elburg/Oostendorp en voor bedrijventerrein Broeklanden.  Actieve grondpolitiek bedrijven waardoor gemeentelijke invloed zo groot mogelijk blijft.  Jaarlijkse herziening van de exploitaties Waterlanden, Vossenakker Zuid, Heidezoom, Huisdijk en Broeklanden.  Jaarlijkse herziening van de exploitatieplannen Horstkamp/De Dijkjes en Vossenakke r Noord. 90

F: Grondbeleid

Voorziene ontwikkelingen Bouwgrondexploitatie De ontwikkelingen zijn met name afhankelijk van de economische omstandigheden. Regelmatig dient bezien te worden of bijstelling van de plannen nodig is. Bij het samenstellen van de jaarrekening wordt rekening gehouden met de gevolgen van de economische crisis ten aanzien van de waardering van de grondexploitaties . De winstgevendheid van de exploitaties staat behoorlijk onder druk. De gevolgen van de crisis worden kritisch gevolgd en de uitkomsten hiervan worden meegenomen bij de tussentijdse rapportages.

Een korte beschrijving van de complexen Complex

Havengebied (33)

Omschrijving

De Ontwikkeling van het havengebied omvat de huidige parkeerplaats, de verplaatsing van de ijsbaan en aanleg van de nieuwe parkeerplaats op deze locatie en de kop van de haven.

Status

Niet in exploitatie.

Vooruitblik 2015

Er is een minimum en maximum variant voor de ontwikkeling van de Havenvisie berekend. Bij de uitwerking van de plannen zullen keuzes gemaakt moeten worden in relatie tot de economische uitvoerbaarheid. Er worden gesprekken gevoerd met aspirant kopers. Het verplaatsen van de ijsbaan wordt in het najaar 2014 gerealiseerd. De aanleg van de parkeerplaats wordt naar verwachting in 2015 gerealiseerd. Voor het aanleggen van de parkeerplaats is subsidie beschikbaar gesteld. Groot risico. Dit wordt veroorzaakt door de huidige markt en de bijzondere bestemmingen binnen het plan. Gestreefd wordt naar een per fase kostendekkende uitvoering.

Risico's

Complex

Bedrijventerrein Broeklanden (35)

Omschrijving

Het betreft de realisering van een nieuw bedrijventerrein nabij de kruising Oostelijke Rondweg /Zuiderzeestraatweg. In exploitatie per 27 oktober 2008. Vanaf 2011 wordt de exploitatie jaarlijks herzien.

Status Vooruitblik 2015

Er zijn geen potentiële kopers aanwezig. Investering met betrekking tot het woonrijp maken wordt naar achteren geschoven. In juli 2014 zijn de kavelprijzen met € 30,- m2 verlaagd om proberen de verkoop te stimuleren. Dit heeft eind augustus geleid tot 1 verkoop en 1 optie.

Risico’s

Groot; gezien de huidige markt verloopt de verkoop onzeker.

Complex

Bedrijventerrein De Glinde (36)

Algemeen

Het betreft het ontwikkelen van een nieuw bedrijventerrein te Doornspijk.

Status

Niet in exploitatie.

Vooruitblik 2015

Het bestemmingsplan ligt ter behandeling bij de Raad van State (beroep). E r wordt passief grondbeleid toegepast.

Risico’s

Klein omdat er een exploitatieovereenkomst is gesloten waarin de financiën (vergoeden te maken kosten) geregeld zijn en ervan uitgaande dat er een onherroepelijk plan tot stand komt. Mocht dat niet lukken, dan komt de boekwaarde ten laste van de gemeente (afboeken).

Complex

Waterlanden (37)

Omschrijving

Het betreft het ontwikkelen van een inbreidingslocatie in Doornspijk. De gemeente is voor het grootste deel eigenaar van de locatie. Er zijn afspraken gemaakt welke vastgelegd zijn in een bouwclaimovereenkomst. Het plan is vigerend. In exploitatie per voorjaar 2013

Status Vooruitblik 2015

De eerste fase van de bouw is in 2014 afgerond. In 2015 zal, conform de overeenkomst, de tweede fase op de markt gebracht worden. Waterlanden staat niet opgenomen in de tijdlijn tot 2020 in het zogenoemde ‘krimpscenario’ (KWP). Waterlanden is gedeeltelijk voor 2020 in exploitatie genomen. Dit gaat ten koste van plan Horstkamp. De rentekosten van latere uitvoering plan Horstkamp komen ten laste van plan Waterlanden.

Risico’s

Klein; ontwikkelingen op de woningmarkt.

Complex Omschrijving Status

Woningbouw Heidezoom (38) Het betreft alle werkzaamheden die verband houden met het nieuw te realiseren bestemmingsplan geprojecteerd tussen de Verlengde Schietweg, Bovenweg, Brandweg en fietspad Granietstraat te ’t Harde. In exploitatie per 24 november 2008. Vanaf 2011 wordt de exploitatie jaarlijks herzien.

Vooruitblik 2015

Gesprekken voeren over het vervolg van de bouwplanrealisatie.

Risico’s

Groot; gezien de stagnatie in de verkoop als gevolg van de huidige markt.

Complex Algemeen

Woningbouw Vossenakker Zuid (39) Het betreft alle werkzaamheden die verband houden met het nieuw te realiseren bestemmingsplan ten zuiden van de VMBO school, tussen de Oostelijke Rondweg, en de Oostendorperstraatweg. In exploitatie per 14 december 2009 (vastgestelde exploitatierekening). Vanaf 2011 wordt de exploitatie jaarlijks herzien.

Status Vooruitblik 2015 Risico's

91

Gesprekken voeren over het vervolg van de bouwplanrealisatie. Groot; v.w.b. afzet resterende grond, druk op de grondprijs.

F: Grondbeleid Complex Algemeen

Woningbouw Horstkamp (41) Het betreft alle werkzaamheden die verband houden met het nieuw te realiseren bestemmingsplan, geprojecteerd tussen de Oostelijke Rondweg, de Oostendorperstraatweg en de Weeren.

Status Vooruitblik 2015

Niet in exploitatie. Er wordt pas op de plaats gemaakt om het investeringsniveau laag te houden.

Risico's

Groot; gezien de hoge boekwaarde en de huidige marktontwikkelingen.

Complex Algemeen Status

Woningbouw De Dijkjes (42) Het betreft alle werkzaamheden die verband houden met het nieuw te realiseren bestemmingsplan, geprojecteerd tussen de Oostelijke Rondweg en de Weeren. Niet in exploitatie.

Vooruitblik 2015 Risico's

In dit complex wordt een passief grondbeleid gevoerd. Klein; gezien de lage boekwaarde en de geplande realisatie pas na 2019.

Complex

Woningbouw Vossenakker Noord (43)

Algemeen

Het betreft alle werkzaamheden die verband houden met het nieuw te realiseren bestemmingsplan ten noorden van de VMBO school, tussen de begraafplaats, Oostelijke Rondweg en de Oostendorperstraatweg.

Status Vooruitblik 2015

Niet in exploitatie Het bestemmings- en exploitatieplan voor Vossenakker Noord is in 2014 afgerond en wordt naar verwachting voor 2015 vastgesteld.

Risico’s

Gemiddeld; gezien de boekwaarde die op zal lopen doordat er begin 2011 grond is gekocht en het plan dat wordt opgesteld.

Complex

Huisdijk (44)

Algemeen Status

Het betreft de realisering van woningbouw aan de Huisdijk. In exploitatie sedert voorjaar 2014.

Vooruitblik 2015

Grond voor 8 woningen (goedkoop en middelduur) en t.b.v. uitbreiden traforuimte is in 2014 verkocht. Voor 2015 wordt verkoop van de (kavel) bestaande woning en drie kavels voor zelfbouw verwacht.

Risico’s

Gering; mocht procedure in gang worden gezet om woningbouw mogelijk te maken en de boekwaarde op gaat lopen dan zal het risico ook oplopen. Invloed marktontwikkelingen .

Complex Algemeen

Gerichtenweg (45) Het betreft de realisering van woningbouw aan de Gerichtenweg.

Status Vooruitblik 2015

Niet in exploitatie -

Risico’s

Geen; mocht de verkoopprocedure vertragen en de boekwaarde gaat hierdoor oplopen, zal het risico ook oplopen.

Complex

Broeklanden II (46)

Algemeen

Het betreft de realisering van fase II van een nieuw bedrijventerrein nabij de kruising Oostelijke Rondweg/Zuiderzeestraatweg.

Status Vooruitblik 2015

Niet in exploitatie -

Risico’s

Geen; boekwaarde is lager dan marktwaarde.

Samenvattend overzicht complexen Omschrijving 33

Havengebied

Diversen

Opper Vlakte -

1998-2019

Neutraal

35 36

Broeklanden De Glinde

25 bedrijven 10 bedrijven

11,9 ha 5,6 ha

1999-2019 1999-2019

€ 4,1 miljoen positief Neutraal

37 38

Waterlanden Heidezoom

65 woningen 265 woningen

10,3 ha

2012-2023 2004-2018

Neutraal € 0,9 miljoen positief

39 41

Vossenakker Zuid Horstkamp

132 woningen 180 woningen

8 ha 8,8 ha

2004-2020 2006-2017

€ 0,7 miljoen negatief Neutraal

42 43

De Dijkjes Vossenakker Noord

220 woningen 30 woningen

9,6 ha 2,5 ha

2006-2023 2004-2022

Neutraal Neutraal

44 45

Huisdijk Gerichtenweg

12 woningen In onderzoek

0,8 ha 1,7 ha

2001-2015 >2020

Neutraal Neutraal

46

Broeklanden II

-

10,5 ha

>2020

-

92

Programma

Looptijd

Plansaldo

F: Grondbeleid

Reserves Om onverwachte financiële tegenvallers op te kunnen vangen, dient de grondexploitatie te beschikken over een weerstandsvermogen. De risico’s zijn onzekerheden ten aanzien van de geplande faseringen, het rentepercentage en stijgingen van kosten. De gemeente Elburg kent binnen de bouwgrondexploitatie de weerstandsreserve bouwgrondexploitatie en de algemene reserve bouwgrondexploitatie.  De weerstandsreserve bouwgrondexploitatie is een minimale buffer voor risico’s uit de bouwgrondexploitatie en bedraagt € 949.000  Het doel van de algemene reserve bouwgrondexploitatie is in eerste instantie het opvangen van eventuele tekorten binnen de grondexploitatie (complexen). Daarnaast wordt de reserve gebruikt ter dekking van kosten van veelal grotere, maatschappelijk brede projecten. Op grond van het BBV moet er voor de te verwachten tekorten een voorziening ingesteld worden (in praktijk wordt er meestal een claim gelegd op de algemene reserve bouwgrondexploitatie) en mogen winsten tussentijds gestort worden. Het niet geclaimde deel van deze reserves kan worden beschouwd als het weerstandsvermogen van de bouwgrondexploitatie. In de paragraaf weerstandsvermogen wordt een berekening gemaakt van de risico’s in relatie tot het beschikbare weerstandsvermogen. Geplande mutaties

Bedrag

Reserve bouwgrondexploitatie

248

I. Onttrekking/ toevoeging op grond van vastgestelde begrotingswijzigingen: Vervangen Speelvoorzieningen [2003.017]

-16

Krediet bestemmingplan Kruismaten

-60

II. Beslag op grond van meerjareninvesteringsplanning: Afb. boekwaarde Centrum 18 [VJN 2005] Vrije deel van geprognosticeerde reserve bouwgrondexploitatie

-4 168

Toelichting en conclusie reservepositie grondbedrijf. De stand van de potentiële reserve van het grondbedrijf geeft een saldo van; - Vrije deel geprognosticeerde algemene reserve bouwgrondexploitatie - Weerstandsreserve bouwgrondexploitatie Totaal saldo

168 949 1.117

Risicoposten Voor de risico’s van complexen dient het saldo van het vrije deel van de reserve bouwgrondexploitatie als dekking. Als uitgangspunt van de risico’s dienen hiervoor de opgestelde risicokaarten bij de exploitatieberekeningen.

33

Omschrijving Havengebied

41 43

Horstkamp Vossenakker Noord

44 45

Huisdijk Gerichtenweg Totaal

Risicobedrag 300.000 117.000 19.000 68.000 44.000 547.000

Weerstandsratio = Aanwezige weerstandscapaciteit / benodigde weerstandscapaciteit Weerstandsratio = 1.117.138 / 547.000 = 2,04 Een beschikbaar weerstandsvermogen van boven de 2,0 wordt gekwalificeerd als uitstekend. Dit betekent dat de reserve op dit moment voldoende saldo heeft om de aanwezige risico’s te dekken als deze zich gelijktijdig voordoen. Bij de bepaling van de weerstandsratio in deze paragraaf is geen rekening gehouden met de inbreidingslocatie s.

93

G: Lokale heffingen

Paragraaf G

Lokale heffingen Algemeen Deze paragraaf bevat het beleid en de beleidsvoornemens ten aanzien van de lokale lastendruk. Conform het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) wordt aandacht geschonken aan:  het beleid ten aanzien van de lokale heffingen;  een overzicht op hoofdlijnen van de diverse belastingen en heffingen;  een aanduiding van de lokale lastendruk;  een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid. De gemeente heft “algemene” belastingen met een algemeen dekkingskarakter en specifieke heffingen. De onroerende-zaakbelastingen, de hondenbelasting, de toeristenbelasting , de forensenbelasting, de precariobelasting en de reclamebelasting hebben een algemeen dekkingskarakter. De afvalstoffenheffing en de rioolheffingen zijn twee algemene heffingen die bedoeld zijn om de kosten van deze specifieke taken te dekken. Andere h effingen waartegenover een dienst staat zoals de havengelden, marktgelden, begraafrechten en leges hebben een duidelijke relatie met de te maken kosten voor de uitvoering van individuele dienstverlening op aanvraag (retributief karakter). In principe kent onze gemeente een 100% kostendekking daar waar mogelijk en toegestaan. Voor de begraafrechten is hierop een uitzondering gemaakt. Deze kosten worden met ingang van 2015 voor 80% doorberekend in het tarief (zie voorstel onder programma 6). De inkomsten en uitgaven zijn begrotingstechnisch verwerkt in de diverse programma’s.

Uitgangspunten Op grond van de vastgestelde begrotingsuitgangspunten voor de MPB 2015-2018 geldt voor heffingen in het algemeen een prijscompensatie van 1%. De kostendekkendheid van heffingen waar een individuele dienstverlening tegenover staat wordt in stappen op het gewenste niveau van kostendekkendhei d gebracht. Gestreefd wordt naar een kostendekkendheid per verleende dienst van (hoofdzakelijk) 100% in 2015. Per belastingsoort of heffing wordt het volgende toegelicht: a. Onroerende-zaakbelastingen. De onroerende-zaakbelastingen (OZB) worden geheven over de waarde van zowel woningen als niet-woningen. Jaarlijks wordt de waarde vastgesteld waarbij de waardepeildatum een jaar voor de ingangsdatum ligt. Conform de begrotingsuitgangspunten MPB 2015-2018 worden de tarieven in 2015 verhoogd met 2%. Daarnaast wordt voorgesteld om de tarieven OZB-eigenaren extra te verhogen met 1,5% tot 3,5%. De heffingsmaatstaf voor de OZB is een percentage van de WOZ-waarde. De percentages voor de gemeente Elburg bedragen in 2014: - eigenaar woningen 0,097% van de WOZ-waarde - eigenaar niet-woningen 0,157% van de WOZ-waarde - gebruiker niet woningen 0,126% van de WOZ-waarde De tarieven 2015 kunnen pas worden berekend als de herwaardering zo goed als afgerond is. Deze tarieven worden uiterlijk in december 2014 bepaald bij vaststelling van de belastingverordening. Voor nadere informatie betreffende belastingcapaciteit c.a. wordt verwezen naar de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Jaarlijks wordt door het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) een atlas lokale heffingen opgesteld. Deze atlas geeft inzicht in de heffingen die een individuele gemeente hanteert ten opzichte van andere gemeenten. De atlas berekent daarnaast een gemiddeld tarief voor bepaalde heffingen. Voor de OZB woningen is voor het jaar 2014 het landelijk gemiddelde percentage 0,1184%. De OZB niet -woningen (eigenaar en gebruiker samen) heeft landelijk een gemiddeld percentage van 0,4143 % (voor Elburg is dit 0,283%).

94

G: Lokale heffingen

b. Afvalstoffenheffing. De tarieven afvalstoffenheffing hebben een zodanig niveau dat een 100% kostendekking conform het gewenste beleid is bereikt. Om tot 100% kostendekking te komen wordt in 2015 op begrotingsbasis € 13.659 onttrokken aan de reserve reinigingsheffingen. Dit is verantwoord omdat de reserve reinigingsheffingen nog een saldo heeft van ruim € 1 miljoen. Vanwege het saldo van de reserve reinigingsheffingen is bij de voorjaarsnota 2014 besloten de tarieven voor de jaren 2015-2017 te bevriezen. Voor 2018 wordt een verhoging van 1,4% gehanteerd. De volgende tarieven worden berekend voor 2015 t/m 2018: jaar

totale procentuele verhoging

huishouden eenpersoons in €

huishouden meerpersoons in €

2014

0,00%

€ 140,16

€ 215,52

2015

0,00%

€ 140,16

€ 215,52

2016

0,00%

€ 140,16

€ 215,52

2017

0,00%

€ 140,16

€ 215,52

2018

1,4%

€ 142,20

€ 218,64

Op rekeningbasis worden de daadwerkelijke tekorten en overschotten met de reserve reinigingsheffingen verrekend. Hierdoor ontstaat een gelijkmatiger heffing door de jaren heen en worden kosten voor 100% gedekt. In programma 6 Verkeer en openbare ruimte zijn de kosten en opbrengsten voor de taak afval geraamd. De COELO atlas vermeldt voor 2014 een gemiddeld tarief voor een éénpersoonshuishouden van € 211. Het laagste tarief is € 24 en het hoogste € 373. Meerpersoonshuishoudens betalen gemiddeld € 261. Het laagste tarief is € 48 en het hoogste € 438. Gemiddeld betaalt een meerpersoonshuishouden € 50 meer dan een éénpersoonshuishouden. Gemiddeld dekt de heffing 98% van de kosten. De laagste kostendekkendheid is 12%. 88% van de gemeenten kent een kostendekkendheid van 100% voor de afvalstoffenheffing. c. Rioolheffingen. Het uitgangspunt van de rioolheffingen is eveneens 100% kostendekking. De rioolheffing wordt geheven van de gebruikers van de objecten die direct op het riool zijn aangesloten of indirect water afvoeren op het rioolstelsel. Hieronder vallen ook objecten die hemelwater afvoeren. Overschotten of tekorten worden verevend met de reserve rioolheffingen. Voor 2015 wordt € 55.624 van de reserve rioolheffingen onttrokken. Gezien het saldo van de re serve rioolheffingen (ruim € 4 miljoen) is besloten het tarief voor 2015-2017 te bevriezen. Voor 2018 wordt een verhoging van 1,4% gehanteerd. De volgende tarieven worden berekend voor 2015 t/m 2018: jaar

Rioolheffingen in €

2014

totale procentuele verhoging 0,00%

2015 2016

0,00% 0,00%

€ 194,04 € 194,04

2017 2018

0,00% 1,4%

€ 194,04 € 196,80

€ 194,04

In programma 6 Verkeer en openbare ruimte zijn de kosten en opbrengsten voor de taak riolering geraamd. De COELO atlas vermeldt voor 2014 een gemiddeld tarief voor rioolheffing van woningen (meerpersoonshuishouden) van € 186. Het laagste tarief is € 70 en het hoogste € 373. Gemiddeld dekt de heffing 98,4% van de kosten. De laagste kostendekkendheid is 56%. 85% van de gemeenten kent een kostendekkendheid van 100% voor de rioolheffing. d. Begraafrechten. Het kostendekkingspercentage begraafrechten is met ingang van het jaar 2015 met 5% verhoogd tot 80 %. Dit is mogelijk doordat de opbrengstraming verhoogd kan worden met € 28.000 (zie programma 6). Er is een bestemmingsreserve begraafrechten ingesteld ter egalisering van de tarieven voor begraafrechten. Tariefstijgingen blijven daardoor beperkt tot de inflatiecorrectie. Om tot 80% kostendekking te komen wordt in 2015 op begrotingsbasis € 19.463 onttrokken aan de reserve begraafrechten. Dit is verantwoord omdat de reserve begraafrechten nog een saldo heeft van ruim € 280.000. Bij het bepalen van de tarieven is rekening gehouden met een verhoging van 1%.

95

G: Lokale heffingen

e. Toeristenbelasting. De toeristenbelasting wordt geheven via de recreatieondernemers. In het havengebied wordt de toeristenbelasting geïnd door de havenmeester. In verband met het innen van deze belasting door ondernemers is besloten altijd een afgerond tarief te hanteren. De toeristenbelasting voor een losse overnachting wordt in 2015 verhoogd van € 1,05 naar € 1,10. De COELO atlas vermeldt voor 2014 een gemiddeld tarief voor de toeristenbelasting van € 1,99. Het laagste tarief is € 0,45 en het hoogste € 5,47. f. Forensenbelasting. De forensenbelasting wordt geheven van degenen die niet binnen de gemeente woonachtig zijn maar wel een woonverblijf hier aanhouden. Grondslag voor de heffing is de waarde van de woning in het economisch verkeer (WOZ-waarde). De woningen worden op basis van waardeklassen ingedeeld. In 2015 worden de tarieven met verhoogd met 1% prijscompensatie. g. Precariobelasting In 2015 worden de tarieven met verhoogd met 1% prijscompensatie. h. Havengelden. De havengelden worden voor 2015 verhoogd met 1% prijscompensatie. i. Marktgelden. De marktgelden worden voor 2015 met 1% prijscompensatie verhoogd. j. Hondenbelasting. De hondenbelasting wordt voor 2015 met 1% prijscompensatie verhoogd. k. Overige heffingen. Voor 2015 worden de legestarieven met 1% prijscompensatie verhoogd.

Overzicht lokale lastendruk De belastingdruk voor het jaar 2014 en 2015 voor een meerpersoonshuishouden en een eenpersoonshuishouden worden in onderstaande tabellen weergegeven. Uitgegaan wordt van een woning met een WOZ-waarde van € 241.000 voor beide jaren. De OZB neemt in 2015 toe met het vastgestelde stijgingspe rcentage van 3,5%. Totale belastingdruk meerpersoonshuishouden Jaar

OZB zakelijk recht

Afvalstoffenheffing

Rioolheffing

Totaal

2014

€ 233,77

€ 215,52

€ 194,04

€ 643,33

2015

€ 241,95

€ 215,52

€ 194,04

€ 651,84

Mutatie tov vorig jaar

Gemiddelde verhoging

€ 8,18

1,3%

Landelijk gemiddelde belastingdruk meerpersoonshuishouden (Coelo Atlas) Jaar

OZB zakelijk

Afvalstoffenheffing

Rioolheffing

Totaal

Landelijk hoger dan Elburg

Uitgedrukt in percentage

2014

€ 301,92

€ 264,00

€ 186,00

€ 751,92

€ 108,59

16,9%

Mutatie tov vorig jaar

Gemiddelde verhoging

€ 8,18

1,3%

Totale belastingdruk eenpersoonshuishouden Jaar

OZB zakelijk recht

Afvalstoffenheffing

Rioolheffing

Totaal

2014

€ 233,77

€ 140,16

€ 194,04

€ 567,97

2015

€ 241,95

€ 140,16

€ 194,04

€ 576,15

Landelijk gemiddelde belastingdruk eenpersoonshuishouden (Coelo Atlas) Jaar

OZB zakelijk recht

Afvalstoffenheffing

Rioolheffing

Totaal

Landelijk hoger dan Elburg

Uitgedrukt in percentage

2014

€ 301,92

€ 211,00

€ 186,00

€ 698,92

€ 130,95

23,1%

In de Coelo Atlas wordt vermeld dat de gemeente Elburg in 2014 in de categorie voor laagste woonlasten plaats 80 bezet (nummer 1 is laagste woonlasten). In 2013 was dit plaats 79.

96

G: Lokale heffingen

De lokale lastendruk voor bedrijven (niet-woningen) is niet in een reëel gemiddelde weer te geven. De lastendruk is afhankelijk van het waterverbruik in het bedrijf, het al dan niet via de gemeente laten inzamelen van het bedrijfsafval en de WOZ-waarde van het betreffende object/perceel.

Kwijtscheldingsbeleid Het vastgestelde beleid is om van de maximale mogelijkheden met betrekking tot kwijtschelding van belastingen gebruik te maken. In de praktijk betekent dit dat, indien voldaan wordt aan de toetsingscriteria, kwijtschelding van de afvalstoffenheffing en rioolheffing plaats kan vinden. Totaaloverzicht kwijtschelding Beleidsveld

Heffing

Gemeentelijk minimabeleid Totaal

97

Werkelijk 2013

Raming 2014

Raming 2015

Rioolheffing

42.019

46.472

49.632

Afvalstoffenheffing

38.570

40.395

42.541

80.589

86.867

92.173

H: Subsidies

Paragraaf H

Subsidies Inleiding De gemeente verleent subsidie aan instellingen die activiteiten organiseren welke door het gemeentebestuur belangrijk worden geacht. Instellingen kunnen bij de gemeente subsidie aanvragen op grond van de Subsidieverordening Maatschappelijke Zorg en Welzijn gemeente Elburg 2010 (ASV). D eze subsidieverordening regelt de subsidieverstrekking op de beleidsterreinen: welzijn, zorg, onderwijs, sport, cultuur, dorps -en gemeenschapshuizen en andere door de raad dan wel het college te benoemen (deel)beleidsterreinen. In de verordening wordt onderscheid gemaakt in: Waarderingssubsidie Een subsidie die gericht is op het mee ondersteunen van de activiteiten van een niet professionele instelling. Er worden geen prestatieverplichtingen gesteld. Incidentele activiteitensubsidie Een subsidie om activiteiten van eenmalige, incidentele aard, in casu maximaal één maal per vijf jaar, uit te voeren. Structurele activiteitensubsidie Een subsidie om activiteiten van structurele aard uit te voeren. Budgetsubsidie Een subsidie waarbij de instelling een bedrag krijgt toegewezen om een tevoren over eengekomen takenpakket uit te voeren. Investeringssubsidie Een subsidie als tegemoetkoming in de kosten die gepaard gaan met het doen van investeringen.

Subsidies aan instellingen en ondernemingen In de meerjarenprogrammabegroting 2015-2018 zijn de volgende subsidies opgenomen. Begroot 2015

Begroot 2016

Begroot 2017

Begroot 2018

16.537

16.769

17.004

17.242

1.217

1.234

1.251

1.269

4.954 30.211

5.023 30.634

5.093 31.063

5.164 31.498

215.302 -5.450

218.316 -10.900

221.372 -16.350

224.471 -16.350

8.706 5.619

8.828 5.698

8.952 5.778

9.077 5.859

11.426

11.586

11.748

11.912

193.621

196.332 -32.000

199.081 -32.000

201.868 -32.000

ouderenverenigingen ontmoeting ouderen

4.193 12.579

4.252 12.755

4.312 12.934

4.372 13.115

Meedoen GGZ Gewoon meedoen (incl. Club Extra)

12.579 47.126

12.755 47.786

12.934 48.455

13.115 49.133

1.010 258

1.024 262

1.038 266

1.053 270

Programma 1, beleidsveld Openbare gezondheidszorg Volksgezondheid project Kiezen voor een gezond leven Rode Kruis Programma 1, beleidsveld Maatschappelijke begeleiding en advies Algemeen maatschappelijk werk

coördinatie lokaal overleg onderst. begeleiding psycho-sociaal Maatschappelijke Werk Veluwe Maatschappelijke Werk MPB 2014 coördinatie huisverbod bureau Slachtofferhulp

bemoeizorg Programma 1, beleidsveld Ouderenbeleid Ouderenbeleid

Gehandicaptenbeleid

stichting Wiel, incl. activering bezuiniging ouderenzorg MPB 2014

aangepast sporten + schaken Abba Programma 1, beleidsveld Vrijwilligersbeleid Ondersteuning vrijwilligers vrijwilligersbeleid (st. Wiel) Maatschappelijke stage Ondersteuning mantelzorgers

32.239

32.690

33.148

33.612

buurtwerk (St. Wiel) maatschappelijke stage (Voorjaarsnota)

12.660 20.000

12.837 20.000

13.017 20.000

13.199 20.000

steunpunt mantelzorg WIEL reg. fte's mantelzorg/ maatsch. stage

32.717 3.055

33.175 3.098

33.639 3.141

34.110 3.185

9.469

9.602

9.736

9.872

31.750

32.195

32.646

33.103

informele zorg Elburg Programma 1, beleidsveld Jeugdbeleid Jeugd- en jongerenwerk 98

N.H. st. jeugd en jongerenwerk

H: Subsidies Begroot 2015 -1.250

Begroot 2016 -2.500

Begroot 2017 -3.750

Begroot 2018 -3.750

11.248 65.650

11.405 66.569

11.565 67.501

11.727 68.446

246.699 -25.000

250.153 -25.000

253.655 -25.000

257.206 -25.000

10.378

10.378

10.378

10.378

1.750

1.750

1.750

1.750

349.400 8.900

354.292 8.900

359.252 8.900

364.282 8.900

29.824

29.824

29.824

29.824

59.371 -20.000

60.202 -40.000

61.045 -40.000

61.900 -40.000

174.215

176.654

179.127

181.635

48.480

49.159

49.847

50.545

1.095

1.110

1.126

1.142

bibliotheek

431.365

431.365

431.365

431.365

bibliotheek [MPB 2014]

-40.000

-80.000

-80.000

-80.000

5.000

5.000

5.000

5.000

1.782 13.478

1.807 13.667

1.832 13.858

1.858 14.052

comité ontwikkelingssamenwerking regionale veteranendag

5.804 2.133

5.885 2.163

5.967 2.193

6.051 2.224

Vorming- en ontwikkelingswerk

st. Dierenambulance Elburg vrouwenbonden

629 3.030

638 3.072

647 3.115

656 3.159

Programma 7, beleidsveld Sport Sport

breedtesport

14.248

14.447

14.649

14.854

sportverenigingen wildbeheereenheid N.W. Veluwe

60.567 129

61.415 131

62.275 133

63.147 135

920 113.826

933 115.420

946 117.036

959 118.675

26.205

-5.000 26.572

-10.000 26.944

-10.000 27.321

271.251

275.049

278.900

282.805

30.000 -12.500

30.420 -25.000

30.846 -55.000

31.278 -55.000

21.250 524

21.548 531

21.850 538

22.156 546

259 1.036

263 1.051

267 1.066

271 1.081

524 519

531 526

538 533

546 540

4.372 479

4.433 486

4.495 493

4.558 500

Herv. St. jeugd en jongerenwerk MPB jeugdverenigingen schoolmaatschappelijk werk Stichting WIEL sluiting jeugdhonk de Deel II Centrum Jeugd en Gezin (CJG) baliemedewerker Programma 1, beleidsveld WMO maatwerk voorz. Overige voorzieningen Programma 1, jeugdgezondheidszorg

gehandicaptenberaad

Jeugdgezondheidszorg (JGZ)

Icare uniform deel JGZ 0-4 Icare prenatale zorg

Maatwerk JGZ Programma 2, beleidsveld Gemeenschappelijke onderwijsuitgaven Onderwijsbegeleiding

schoolbegeleiding afbouwen schoolbegeleid. MPB 2014

Programma 2, beleidsveld Kinderopvang en peuterspeelzalen Kinderopvang peuterspeelzalen VVE st. Kindcentrum Elburg Programma 5, beleidsveld Brandweer en rampenbestrijding Veiligheidsregio VNOG

reddingsbrigade Veluwemeer

Programma 7, beleidsveld Openbaar bibliotheekwerk Bibliotheekwerk

Programma 7, beleidsveld Vormings- en ontwikkelingswerk Volksontwikkeling incidentele activiteitensubsidies waarderingssubsidies lokale omroep

Subsidiëring sportverenigingen

Zwembad de Hokseberg

kadercursussen verenigingen exploitatietekort zwembad verlaging exploitatiebijdrage MPB preventief onderhoud

Programma 7, beleidsveld Kunst en cultuur Kunst en cultuur museum Elburg professionalisering musea museum Elburg MPB Subsidies welzijn

amateurkunst kunstroute orgelmuseum Culturele stichting Elburg St. Synagoge Elburg Arent thoe Boecop Oranjeactiviteiten herdenking 4 mei

Programma 7, beleidsveld Monumentenzorg Monumentenbeleid monumenten

79.352

80.463

81.589

82.731

-15.000

-15.000

-15.000

36.665 16.913

37.178 17.150

37.698 17.390

38.226 17.633

4.333 7.613

4.394 7.720

4.456 7.828

4.518 7.938

8.381 22.284

8.498 22.596

8.617 22.912

8.738 23.233

158.807

161.030

163.284

165.570

15.953 5.050

16.176 5.121

16.402 5.193

16.632 5.266

6.104 2.980.823

6.189 2.885.715

6.276 2.880.609

6.364 2.917.720

bezuiniging (Voorjaarsnota) Programma 7, beleidsveld Dorps- en gemeenschapsaccommodaties Multifunctionele accommodaties

t Huiken de Deel Ons Huus (erfpacht) buurtgebouw Oostendorp

MFC Aperloo

Ons Huus MFC Aperloo

MFC Aperloo (subs. huur) Programma 8, beleidsveld Toerisme en recreatie Toerisme en recreatie

Veluws Bureau voor Toerisme Museum Elburg (VVV taken) botterweekend

Totaal

99

I: Bezuinigingen

Paragraaf I

Bezuinigingen Bezuinigingen in het MPB 2015-2018 Onderstaand zijn de lastenverlagingen en inkomstenverhogingen op een rij gezet zoals deze zijn terug te vinden in de programmabegroting. Hierdoor ontstaat een totaalbeeld van de voorgestelde bezuinigingen. Omschrijving 2015 Pr.1 Sociaal domein Versoberen declaratiefonds Sluiting jongerencentrum Deel II Algemeen Maatschappelijk Werk (10%) Jeugdbeleid (taakstelling o.a. St. Wiel) Collectieve preventie GGZ Hervormde stichting jeugd- en jongerenwerk Ouderenzorg (taakstelling o.a. St. Wiel) Pr.2 Onderwijshuisvesting en -vervoer Afbouwen schoolbegeleiding Afbouwen schoolbegeleiding Pr.3 Ruimtelijke ordening Reservering herziening bestemmingsplannen Reservering herziening bestemmingsplannen Pr.4 Bouwen en milieu Formatie bouwplantoetser Pr. 5 Veiligheid Pr.6 Verkeer en openbare ruimte Minder onderhoud groen (incl. begraafplaatsen) Kostenverlaging haven (100% kostendekking) Investeringen duurzaam veilig Aanleg parkeervoorzieningen Groenbeheer: minder onderhoud Groenbeheer: minder prullenbakken en meubilair Groenbeheer: sponsoring onderhoud rotondes Verkeer: uren evenementen in rekening brengen Speelvoorzieningen Begraven 75% > 80% kostendekking Pr.7 Cultuur, sport, toerisme en recreatie Huurverhoging kunstgrasvelden Afstemming lokale cultuurhistorisch activiteiten Verlaging subsidie museum Bezuiniging bibliotheek Verlaging subsidie museum Elburg Verlaging exploitatiebijdrage zwembad Verlaging subsidies onderhoud monumenten Pr.8 Economische structuur Budget economisch actieplan Pr.9 Bestuur Beëindiging bestuursondersteuning Bestuurskosten raad Pr.9a Algemene dekkingsmiddelen Verhoging toeristen belasting met 2x € 0,05 Toeristenbelasting OZB eigenaren (Niet) woningen Bedrijfsvoeringsparagraaf Herschikking taken P&O Bezuiniging variabele overhead Organisatie en bedrijfsvoering (taakstelling) Facilitair Huisvesting Personeel Financiën Saldo 2014-2018

100

67.200 25.000 5.450 11.900 1.250

Bezuinigingen 2016 2017

5.450 50.000

5.450

1.250 32.000

1.250

2018

2015

Inkomsten verhogingen 2016 2017

2018

20.000 20.000 25.000 25.000 27.500

30.000 6.250 4.680 4.000 54.000 19.000

6.250

5.000 15.000 15.000 28.000 5.500 12.500 40.000

5.000 15.000 4.000

5.500

13.500 12.500 40.000

4.000

30.000 5.000

4.000

91.500 4.000 8.750

20.500 79.500 5.000 22.000 106.500 13.000 605.730

19.200 20.500 60.000

43.252

43.901

20.000 44.559

105.502

49.401

64.559

60.000 15.000

14.000 12.000 410.150

145.200

30.000

0

I: Bezuinigingen Totalen Lastenverlaging MPB 2014-2017 Lastenverlaging VJN 2014

2015 430.230 175.500 605.730 34.250 71.252 105.502 711.232

Inkomstenverhoging MPB 2014-2017 Inkomstenverhoging VJN 2014 Totaal

2016 381.150 29.000 410.150 5.500 43.901 49.401 459.551

2017 133.200 12.000 145.200 0 64.559 64.559 209.759

2018 0 30.000 30.000 0 0 0 30.000

Totaal 944.580 246.500 1.191.080 39.750 179.712 219.462 1.410.542

Bezuinigingshistorie 2011-2018 Onderstaand enkele tabellen en een grafiek met daarin weergegeven de reeds voorgestelde bezuinigingen tot dusver. Hierbij treft u de gegevens aan vanaf de eerste bezuinigingsronde, bij het opstellen van het MPB 2011 -2014, tot en met het nu voorliggende MPB 2015-2018. In totaal is € 3,7 miljoen aan bezuinigingen doorgevoerd. Totalen per programma 1 2 3 4 5 6 7 8 9 9a BV

Sociaal domein Onderwijshuisvesting en -vervoer Ruimtelijke ordening en volksh. Bouwen en milieu Veiligheid Verkeer en openbare ruimte Cultuur, sport, toerisme en recreatie Economische structuur Bestuur Algemene dekkingsmiddelen Bedrijfsvoeringsparagraaf Saldo 2011-2018

Bezuiniging lasten 501.255 115.000 161.615 123.900 148.000 390.330 370.946 30.000 241.795 70.000

Inkomsten verhoging

2.152.841

668.097

Bedrijfsvoering

30.000 132.600 104.700 30.800 16.100 353.897 911.635 911.635

Totaal 501.255 115.000 191.615 256.500 148.000 495.030 401.746 30.000 257.895 423.897 911.635 3.732.573

24% 18%

58%

Bezuiniging op uitgaven € 2,2 miljoen [58%] Inkomstenverhogingen € 0,7 miljoen [18%] Bezuinigingen op bedrijfsvoering € 0,9 miljoen [24%]

Figuur: totale diagram bezuinigingen

Formatie 2011-2018 In de onderstaande tabel is de totale formatie van de ambtelijke organisatie weergegeven. De formatie per 31 -122010, de formatie voorafgaand aan de eerste bezuinigingsronde is hierbij als basis genomen. De totale formatie daalt in de periode 31-12-2010 tot en met 31-12-2018 met 18,30 fte. Van de 18,30 fte is in totaal 17,16 fte gerealiseerd door bezuinigingen op het ambtelijke apparaat. De overige mutaties in de formatie zijn als gevolg van het afstoten van taken of juist een uitbreiding van taken. Van de te realiseren bezuiniging ad 17,16 fte is reeds 10,68 (62%) daadwerkelijk ingeleverd. In de planperiode 2015-2018 wordt de resterende 6,47 fte verspreid over vier jaar gerealiseerd. Afdeling Ruimtelijke ontwikkeling Bouwen en Milieu Beheer Maatschappelijke ontwikkeling Sociale en Burgerzaken Financiën en Personeel Facilitair Griffie / controller / directie Totaal

31-12-2010 18,10 21,81 47,26 19,25 18,81 20,51 19,71 3,92 169,37

Formatie per 31-12-2014 18,21 19,72 43,50 17,29 18,79 19,34 18,04 2,65 157,54

Gerealiseerde bezuiniging op formatie

38% 62%

2010-2014 2015-2018

101

31-12-2018 16,71 19,03 42,21 17,29 18,79 18,36 16,04 2,65 151,07

Gerealiseerde bezuiniging 2010-2014 2015-2018 Totaal 0,00 -1,50 -1,50 -1,24 -0,69 -1,93 -4,42 -1,29 -5,71 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 -1,12 -0,99 -2,10 -2,65 -2,00 -4,65 -1,26 0,00 -1,26 -10,68 -6,47 -17,16

Bijlagen 1

Programmabegroting 2015-2018

2

Meerjareninvesteringsplanning 2015-2018

3

Overzicht geplande investeringen 2007-2014, nog niet aangevraagd

4

Producten op programmaniveau

5

Kerngegevens 2012-2018

6

Reserves en voorzieningen 2015-2018

7

Begrotingsuitgangspunten

102

Bijlage 2: Investeringsplanning

Bijlage 1

Programmabegroting 2015-2018 Meerjarenperspectief

2015

2016

2017

2018

Sociaal domein

7.113.625

7.126.939

6.973.700

7.014.615

Onderwijshuisvesting en -vervoer

2.800.920

2.811.262

2.821.748

2.832.379

Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

404.755

404.302

403.839

403.372

Bouwen en milieu

1.572.709

1.557.125

1.529.969

1.533.782

Veiligheid

1.540.472

1.556.839

1.559.785

1.576.618

Verkeer en openbare ruimte

3.613.500

3.694.931

3.751.389

3.836.791

Cultuur, sport, toerisme en recreatie

2.481.347

2.435.534

2.421.358

2.444.530

248.459

244.499

237.833

235.134

Economische structuur Bestuur

3.199.756

2.969.429

2.970.336

3.006.011

Algemene dekkingsmiddelen

-22.971.527

-22.692.820

-22.782.539

-22.683.954

Saldo van baten en lasten

-4.016

-108.040

112.582

-199.278

Toevoegingen/ onttrekkingen reserves

37.320

79.179

84.629

212.360

Resultaat

33.304

-28.861

197.211

13.082

103

Bijlage 2: Investeringsplanning

Bijlage 1

Programmabegroting 2015-2018 Begroting 2015 Lasten Baten Sociaal domein

Saldo

Begroting 2016 Lasten Baten

Saldo

Begroting 2017 Lasten Baten

Saldo

Begroting 2018 Lasten Baten

Saldo

22.389

15.276

7.114

22.269

15.143

7.127

21.632

14.658

6.974

21.523

14.508

7.015

2.870

69

2.801

2.881

69

2.811

2.891

70

2.822

2.902

70

2.832

477

73

405

478

74

404

479

75

404

479

76

403

Bouwen en milieu

2.066

493

1.573

2.057

500

1.557

2.036

506

1.530

2.046

512

1.534

Veiligheid

1.629

88

1.540

1.646

89

1.557

1.650

91

1.560

1.668

92

1.577

8.616

5.002

3.614

8.702

5.007

3.695

8.763

5.011

3.751

8.853

5.016

3.837

2.942

461

2.481

2.884

449

2.436

2.876

454

2.421

2.905

460

2.445

Economische structuur

1.221

972

248

1.220

975

244

1.216

978

238

1.217

981

235

Bestuur

4.161

962

3.200

3.936

967

2.969

3.942

972

2.970

3.993

977

3.006

60

23.032

-22.972

70

22.763

-22.693

80

22.863

-22.783

90

22.774

-22.684

46.431

46.427

4

46.143

46.034

108

45.565

45.677

-113

45.665

45.466

199

23

47

-24

23

47

-24

23

32

-9

23

32

-9

814

1.550

-736

814

1.550

-736

814

1.550

-736

814

1.550

-736

40

-

40

40

-

40

40

-

40

40

-

40

Bouwen en milieu

-

16

-16

-

-

-

-

-

-

-

-

-

Veiligheid

-

49

-49

-

49

-49

-

35

-35

-

35

-35

455

106

349

455

164

291

455

198

257

455

276

179

-

183

-183

-

183

-183

-

183

-183

-

183

-183

-

2

-2

-

2

-2

-

2

-2

-

2

-2

45

25

20

45

25

20

45

25

20

45

75

-30

565

-

565

565

-

565

565

-

565

565

-

565

Mutaties reserves

1.941

1.979

-37

1.941

2.021

-79

1.941

2.026

-85

1.941

2.154

-212

Sociaal domein

22.412

15.323

7.090

22.292

15.190

7.103

21.655

14.690

6.965

21.546

14.540

7.006

3.684

1.620

2.065

3.695

1.620

2.075

3.705

1.620

2.085

3.716

1.620

2.096

517

73

445

518

74

444

519

75

444

519

76

443

2.066

509

1.557

2.057

500

1.557

2.036

506

1.530

2.046

512

1.534

1.629

137

1.492

1.646

138

1.508

1.664

139

1.525

1.682

140

1.542

9.071

5.108

3.962

9.156

5.171

3.986

9.217

5.209

4.008

9.308

5.292

4.016

2.942

644

2.298

2.884

632

2.252

2.876

638

2.238

2.905

644

2.261

Economische structuur

1.221

974

246

1.220

977

242

1.216

980

236

1.217

983

233

Bestuur

4.206

987

3.220

3.981

992

2.989

3.987

997

2.990

4.038

1.052

2.976

625

23.032

-22.407

635

22.763

-22.128

645

22.863

-22.218

655

22.774

-22.119

48.372

48.406

-33

48.084

48.055

29

47.520

47.717

-197

47.620

47.634

-13

Onderwijshuisvesting en vervoer Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

Verkeer en openbare ruimte Cultuur, sport, toerisme en recreatie

Algemene dekkingsmiddelen Saldo baten en lasten Sociaal domein Onderwijshuisvesting en vervoer Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting

Verkeer en openbare ruimte Cultuur, sport, toerisme en recreatie Economische structuur Bestuur Algemene dekkingsmiddelen

Onderwijshuisvesting en vervoer Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Bouwen en milieu Veiligheid Verkeer en openbare ruimte Cultuur, sport, toerisme en recreatie

Algemene dekkingsmiddelen Gerealiseerd/resultaat Saldo per jaar Saldo cumulatief

104

33 Voordeel Voordeel 33 Voordeel voordeel

62 Nadeel nadeel 29 Nadeel

226 Voordeel

184 Nadeel

197 Voordeel

13 Voordeel

Bijlage 2: Investeringsplanning

Overzicht geraamde incidentele baten en lasten Voor een beoordeling van de meerjarige financiële positie is het belangrijk om inzicht te hebben in de incidentele baten en lasten. Het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) schrijft voor dat een overzicht van de geraamde incidentele baten en lasten per programma wordt opgenomen in de toelichting, waarbij per programma ten minste de belangrijkste posten afzonderlijk worden gespecificeerd en de overige posten als een totaalbedrag. In onderstaande tabel zijn de geraamde incidentele baten en lasten per p rogramma opgenomen: Omschrijving

Begroting 2015 Incidentele Last Baat

1 Sociaal domein Invoering Participatiewet Notitie volksgezond (dekking algemene reserve) 4 Bouwen en milieu Klimaatactieplan (dekking algemene reserve) 9 Bestuur Waterschapsverkiezingen Bedrijfsvoeringsparagraaf I&A budget Braindrain (dekking algemene reserve) Totaal incidentele lasten en baten

72.500 15.000

15.000

15.921

15.921

Begroting 2016 Incidentele Last Baat 145.000 15.000

Begroting 2017 Incidentele Last Baat

Begroting 2018 Incidentele Last Baat

15.000

32.000 61.000

196.421

61.000

30.921

221.000

61.000

15.000

61.000

0

50.000

50.000

50.000

50.000

Overzicht beoogde structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves De financiële positie van een gemeente kan in gevaar komen wanneer structurele lasten worden gedekt met incidentele baten. Toevoegingen aan en onttrekkingen uit de reserves worden als incidenteel beschouwd, tenzij het gaat om reguliere onttrekkingen aan financieringsreserves c.q. dekkingsreserves (kapitaallasten) of om onttrekkingen uit een daartoe toereikende (bestemmings)reserve gedurende een periode van minimaal 3 jaar met als doel het dekken van structurele lasten. Het BBV schrijft voor dat een overzicht van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves wordt opgenomen in de toelichting. In onderstaande tabel zijn de geraamde structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves opgenomen: Omschrijving

Begroting 2015 Structurele Toevoeging

1 Sociaal domein Participatiewet (transitie) WMO maatwerk voorzieningen 2 Onderwijshuisvesting Onderwijshuisvesting 3 Ruimtelijke ordening Ruimtelijke ordening 5 Veiligheid Brandweer en rampenbestrijding 6 Verkeer, openbare ruimte Wegen, straten en pleinen Openbare verlichting Openbaar groen Openbaar groen Lijkbezorging Riolering en waterzuivering Afvalverwijdering 7 Cult., sport, toerisme, recr. Sport Dorps- en gemeenschapshuizen 8 Economische structuur Handel en ambacht 9 Bestuur Bedrijfsvoering 9a Dekkingsmiddelen Algemene dekkingsmiddelen Totaal structurele reserves

105

Onttrekking

Begroting 2016 Structurele Toevoeging

32.055 23.038 814.063

Onttrekking

40.000

Toevoeging

32.055 23.038

1.550.369

Begroting 2017 Structurele

814.063

1.550.369

Toevoeging

32.055 23.038

40.000 48.698

Onttrekking

Begroting 2018 Structurele

814.063

32.055 23.038

1.550.369

40.000 48.698

Onttrekking

814.063

1.550.369

40.000 35.048

35.048

354.121 83.896

11.332

354.121 83.896

11.332

354.121 83.896

11.332

354.121 83.896

11.332

16.775

6.026 19.463 55.624 13.659

16.775

6.026 19.463 113.404 13.659

16.775

6.026 19.463 147.504 13.659

16.775

6.026 19.463 225.235 13.659

45.054

32.078 151.335

32.078 151.335

32.078 151.335

32.078 151.335

2.075

2.075

2.075

2.075

25.140

564.508 1.941.455

45.054

25.140

564.508 1.947.854

1.941.455

45.054

25.140

564.508 2.005.634

1.941.455

45.054

25.140

564.508 2.026.084

1.941.455

2.103.815

Bijlage 2: Investeringsplanning

Bijlage 2

Meerjareninvesteringsplanning 2015-2018 Nr.

1

2

3

4

5

6

7

8 9

10 11

12

13 14

15 16

17 18

Omschrijving investering 4,00% Informatisering & Automatisering: Eenmalige kosten NUP Dekking AR Algemeen Personeel & Organisatie: Opvang 'braindrain' Dekking AR Algemeen Bedrijfsvoeringparagraaf Kinderopvang en peuterspeelzalen: Dakbedekking Blokkendoos Programma 2 Onderwijshuisvesting en -vervoer Ruimtelijke ordening: Opstellen omgevingsvisie Dekking OBR Bestemmingsplannen Volkshuisvesting: Woningbehoefte-onderzoek en woonvisie Bijdrage woningbouwcorporatie Dekking OBR Volkshuisvesting Programma 3 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Riool: Afvalwaterketenplan: 2015-2018 Vrijvervalriolen Mechanische gemalen Mechanische drukriolering Afkoppelen oude wijken Dekking OBR Rioolheffing Wegen: Investeringen conform BOR Beschikbaar product 345 onderhoud wegen Netto investering Dekking OBR Openbare ruimte Gladheidmeldsysteem Dekking OBR Openbare ruimte Draagkracht monumentale bruggen Dekking AR Weerstandsreserve Openbare verlichting: Vervanging armaturen Vervanging lichtmasten Dekking OBR Openbare Verlichting Haven: Vervanging stroomzuilen haven Programma 6 Verkeer en openbare ruimte Dorps- en gemeenschapsaccommodaties: Renovatie 't Huiken (in samenhang met kulturhus) Investeringen dorps- gemeenschapshuizen Programma 7 Cultuur, sport, recreatie en toerisme Handel en ambacht: Actualiseren detailhandelsstructuurvisie Dekking AR Algemeen Stroomkasten weekmarkten Programma 8 Economische structuur Kadaster en huisnummering: Cyclorama's Dekking AR Algemeen Luchtfoto's Dekking AR Algemeen Programma 9 Bestuur Totaal Totale investering Bijdrage derden / subsidie / reserve Investering door gemeente

106

Aant. jaren

2.015 krediet

1

100.000

rente

afsch

lasten

100.000 -100.000

100.000 -100.000

1 100.000 15

15.000 15.000

600 600

1.000 1.000

1.600 1.600

60 15 45 60

255.000 62.000 7.000 538.000

10.200 2.480 280 21.520 -34.480

4.250 4.133 156 8.967 -17.506

14.450 6.613 436 30.487 -51.986

1

791.523 -475.000 316.523

316.523 -316.523

316.523 -316.523

1

1

1

700.000

700.000 -700.000

700.000 -700.000

1 1

11.000 3.400

11.000 3.400 -14.400

11.000 3.400 -14.400

4.367 4.367

6.987 6.987

25.000 -25.000

25.000 -25.000

5.367 1.178.796 1.173.429 5.367

8.587 1.216.496 1.207.909 8.587

15 1.892.923 15

p.m. 65.500 65.500

2.620 2.620

1 15

1 1

25.000 25.000 2.098.423 2.098.423 2.098.423

3.220 37.700 34.480 3.220

Bijlage 2: Investeringsplanning

2.016 krediet

rente

afsch

lasten

2.017 krediet

rente

afsch

lasten

2.018 krediet

rente

50.000

afsch

lasten

50.000 -50.000

50.000 -50.000

4.250 2.467 244 17.250 -24.211

14.450 3.947 684 58.650 -77.731

742.788 -742.788

742.788 -742.788

4.667 4.667

7.467 7.467

40.000 -40.000

40.000 -40.000

15.000 -15.000

15.000 -15.000

4.667 876.666 871.999 4.667

7.467 932.986 925.519 7.467

50.000

100.000

100.000 -100.000

100.000 -100.000 42.500 -13.500

100.000

255.000 40.000 24.000 663.000

29.000

29.000

-29.000

-29.000

29.000

10.200 1.600 960 26.520 -39.280

591.917 -475.000 116.917

4.250 2.667 533 11.050 -18.500

116.917 -116.917

14.450 4.267 1.493 37.570 -57.780

116.917 -116.917

255.000

10.200

4.250

14.450

18.000 327.000

720 13.080 -24.000

400 5.450 -10.100

1.120 18.530 -34.100

651.231 -475.000 176.231

176.231 -176.231 16.000 -16.000

16.000

15.500 13.000

15.500 13.000 -28.500

15.500 13.000 -28.500

15.000 1.142.417

600 600

1.000 1.000

1.600 1.600

792.231

69.500 69.500

2.780 2.780

4.633 4.633

7.413 7.413

50.000 50.000

176.231 -176.231 16.000 -16.000

255.000 37.000 11.000 1.035.000

10.200 1.480 440 41.400 -53.520

1.217.788 -475.000 742.788

2.080.788

2.000 2.000

3.333 3.333

5.333 5.333

70.000 70.000

2.800 2.800

40.000 25.000 25.000

1.000 1.000

14.000

1.667 1.667

2.667 2.667

14.000 -14.000

14.000 -14.000

40.000 15.000 28.000

14.000 1.350.917 1.350.917 1.350.917

107

28.000 -28.000

28.000 -28.000

28.000 4.380 43.660 39.280 4.380

7.300 285.217 277.917 7.300

11.680 328.877 317.197 11.680

899.231 912.731 13.500 899.231

15.000 2.000 26.000 24.000 2.000

3.333 262.664 259.331 3.333

5.333 288.664 283.331 5.333

2.255.788 2.255.788 2.255.788

2.800 56.320 53.520 2.800

Bijlage 3: Nog niet aangevraagde investeringen

Bijlage 3

Geplande investeringen nog niet aangevraagd Jaar

Nr.

2014

3

2007 2008 2008 2008 2010

16 17 18 4 11

2014

4

2010

13

2012

21

2013 2014

40 10

2008

75

2011 2014

56 8

7

2008 2007 2010

77 27 27

2013 2013 2014 2014

43 44 11 12

2008 2013

85 47

2008

97

2008

98

2009 2014

91 15

Omschrijving investering [t/m juni 2014] 4,00% Informatievoorziening en automatisering: Burgerzaken applicatie GBA Dekking OBR Automatisering Tractie en vervoermiddelen: Vervanging 3 VW-pickup's Vervanging Iveco-daily Vervanging Renault-Kangoo Vervanging vrachtauto MAN Vervanging Citroën Berlingo Dekking OBR Vervanging vervoermiddelen Huisvesting Gemeentekantoor: Inbraakbeveiliging gemeentekantoor Huisvesting Gemeentewerf: Vervangen ventilatoren werf Bedrijfsvoeringsparagraaf Bodemsanering Oude Bleek Bijdrage subsidie Programma 4 Bouwen en Milieu Begraven: Inrichting uitbreiding begraafplaats 't Harde CV-ketel begraafplaats Doornspijk Dekking OBR Begraafrechten 75% Wegen, straten en pleinen: Vervanging bermvijzel Dekking OBR Vervanging vervoermiddelen Aanleg/verbeteren fietsverbindingen Investeringen conform BOR Beschikbaar product 345 onderhoud wegen Netto investering Dekking OBR Openbare ruimte Riool: Afvalwaterketenplan: 2013+2014 Vrijvervalriolen Mechanische gemalen Mechanische drukriolering Afkoppelen oude wijken Dekking OBR Rioolheffing Openbaar groen: Vervanging 2 kleine tractoren Vervanging hout versnipperaar Vervangen cirkelmaaier Dekking OBR Vervanging vervoermiddelen Openbare verlichting: Vervanging armaturen Vervanging lichtmasten Vervanging armaturen Vervanging lichtmasten Dekking OBR Openbare verlichting Programma 6 Verkeer en openbare ruimte Sport: Beregeningsinstallaties Doornspijk/ 't Harde Beveiligingscamera's zwembad Dekking AR Algemeen Monumentenzorg: Vervangen leibedekking Vischpoort Bijdrage subsidie

Aant jaren 1

70.000

7 7 7 10 7

60.000 41.250 12.500 98.500 20.000

15

Totale investering Bijdrage derden / subsidie / reserve Investering door gemeente

108

Afschrijving

Totaal

70.000 -70.000

2.400 1.650 500 3.940 800 -9.290

8.571 5.893 1.786 9.850 2.857 -28.957

10.971 7.543 2.286 13.790 3.657 -38.247

31.500

1.260

2.100

3.360

15

12.000 385.750 210.000 -210.000

480 3.340

800 10.900

1.280 14.240

30 1

265.000 4.300

10.600 -7.950

8.833 4.300 -9.850

19.433 4.300 -17.800

400 -400 3.795

500 -500 3.795

900 -900 7.590

697.054 -697.054

697.054 -697.054

20

10.000

25 -

94.869 1.172.054 -475.000 697.054

60 15 45 60

12 8 10

510.000 133.000 25.000 1.911.000

20.400 5.320 1.000 76.440 -103.160

8.500 8.867 556 31.850 -49.773

28.900 14.187 1.556 108.290 -152.933

60.000 22.000 47.500

2.400 880 1.900 -5.180

5.000 2.750 4.750 -12.500

7.400 3.630 6.650 -17.680

3.909.723

6.445

30.000 45.000 22.000 33.000 -130.000 7.078

30.000 45.000 22.000 33.000 -130.000 13.523

29.225 15.000

1.169

1.461 15.000 -15.000

2.630 15.000 -15.000

30.000 45.000 22.000 33.000

20 1

40

Totaal

Rente

70.000 -70.000

Herstellen zolderbalklaag Vischpoort Bijdrage subsidie Aanpassen besturingskast liftinstallatie Ledige Stede Vervanging cv-ketel Museum Programma 7 Cultuur, sport, recreatie en toerisme

Krediet

25 25 15

47.640 -22.500 25.140 16.320 -7.500 8.820 25.000 35.000 138.185

1.006

629

1.635

353 1.000 1.400 4.928

353 1.000 2.333 5.776

706 2.000 3.733 10.704

4.433.658 4.673.658 240.000 4.433.658

14.713 140.693 125.980 14.713

23.754 1.037.388 1.013.634 23.754

38.467 1.178.081 1.139.614 38.467

Bijlage 4: Producten

Bijlage 4

Producten op programmaniveau Programma's en beleidsvelden Sociaal Domein Uitkeringen

Producten

619

Bezwaar- en beroepschriften

637 638

Overig algemeen beheer WWB inkomensdeel

644

BBZ

Werkgelegenheid

592 599

Participatie Wet kinderopvang

Gemeentelijk minimabeleid

640

Minimabeleid

728

Belastingen en rechten

Maatschappelijke beg. en advies

530 776

Maatschappelijke begel. org Verzekeringen

Ouderenbeleid

550

Ouderen- en gehandicapten

Vrijwilligersbeleid

567

Ondersteun. Mantelzorgers

776

Verzekeringen

561 568

Peuterspeelzalen en kinderopv Jeugdbeleid

575

Leerplicht

WMO maatwerk voorzieningen

655 776

WMO indiv. verstrekkingen Verzekeringen

Openbare gezondheidszorg

505

Volksgezondheid

Jeugdgezondheidszorg

568

Jeugdbeleid

Participatiewet (transitie)

592

Participatie

703

Algemene uitkering

WMO begeleiding (transitie)

655 703

WMO indiv. verstrekkingen Algemene uitkering

Jeugdzorg (transitie)

568

Jeugdbeleid

703

Algemene uitkering

140

Onroerend zaakbeheer

230 500

Onderhoud gebouwen Huisvesting basisonderwijs

501 502

Huisvesting bijzonder onderw Huisvesting voortgezet onderw

776

Verzekeringen

539 560

Onderwijs Leerlingenvervoer

105 106

Bestemmingsplannen Planolog. procedures

776

Verzekeringen

176

Volkshuisvesting

Jeugdbeleid

Onderwijshuisvesting en -vervoer Onderwijshuisvesting

Leerlingenvervoer

Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Ruimtelijke ordening

Volkshuisvesting

109

Bijlage 4: Producten Programma's en beleidsvelden Bouwen en milieu

Producten

Natuur en landschap

474

Natuur- en landschapsbeleid

Bouwen en handhaving

248 252

Handhaving Omgevingsvergunningen

776 445

Verzekeringen Bodembeheer

450 477

Duurzaamheidsbeleid Handhaving openbare ruimte

478

Handhaving bedrijven

230

Onderhoud gebouwen

751 776

Schoonmaak gebouwen Verzekeringen

862

Rampenbestrijding

375 802

Opvang zwerfdieren Openb.orde en veiligheid

862

Rampenbestrijding

415

Openbaar groen

776

Verzekeringen

Speelvoorzieningen

425

Speelvoorzieningen

Waterhuishouding

383

Onderh.watergangen

Afvalverwijdering en -verwerking

350 728

Huishoudelijke afvalstoffen Belastingen en rechten

Riolering en waterzuivering

355

Riolering

728

Belastingen en rechten

230 365

Onderhoud gebouwen Registr.beheer gem. begraafpl.

435 728

Gemeent.begraafplaatsen Belastingen en rechten

776

Verzekeringen

Openbare verlichting

363

Openbare verlichting

Wegen, straten en pleinen

230 345

Onderhoud gebouwen Wegen

776 831

Verzekeringen Salaris- en vergoedingenadm.

320

Verkeerspl.verk/vervoer

776

Verzekeringen

230 335

Onderhoud gebouwen Haven

728 751

Belastingen en rechten Schoonmaak gebouwen

776

Verzekeringen

Milieu

Veiligheid Brandweer en rampenbestrijding

Openbare orde en veiligheid

Verkeer en openbare ruimte Openbaar groen

Lijkbezorging

Verkeersmaatregelen

Haven

110

Bijlage 4: Producten Programma's en beleidsvelden Cultuur, sport, recreatie en toerisme Openbaar bibliotheekwerk

Producten

230 565

Onderhoud gebouwen Bibliotheekwerk

776

Verzekeringen

140 230

Onroerend zaakbeheer Onderhoud gebouwen

525 562

Subsidies Muziekonderwijs

751 776

Schoonmaak gebouwen Verzekeringen

831

Salaris- en vergoedingenadm.

430 520

Onderhoud sportvelden Sport

525 533

Subsidies Zwembad de Hokseberg

776

Verzekeringen

Kunst en cultuur

209 525

Kunst en cultuur Subsidies

Monumentenzorg

207

Monumentenbeleid

230 445

Onderhoud gebouwen Bodembeheer

776

Verzekeringen

531 532

Kulturhus Accommodaties

776

Verzekeringen

112 230

Toerisme en recreatie Onderhoud gebouwen

776

Verzekeringen

110

Markten en standplaatsen

137 140

Economische zaken Onroerend zaakbeheer

728 751

Belastingen en rechten Schoonmaak gebouwen

831

Salaris- en vergoedingenadm.

135 140

Onroerende zaaktransacties Onroerend zaakbeheer

230

Onderhoud gebouwen

Bouwgrondexploitatie

125

Exploitatie grondbedrijf

Bestuur Streekarchivariaat

580

Beheren streekarchief Elburg

Bestuursorganen

831

Salaris- en vergoedingenadm.

Juridische ondersteuning

265

Bezwaar/beroepsprocedures

776 860

Verzekeringen Juridische zaken algemeen

Bestuurlijke samenwerking

800

Bestuurlijke zaken algemeen

Burgerzaken

670

Basisreg. pers.

671 672

Reisdocumenten Rijbewijzen

673 680

Verkiezingen Persoonsregistratie

681 682

Akten burgerlijke stand Huwelijksvoltrekkingen

776

Verzekeringen

Vormings- en ontwikkelingswerk

Sport

Dorpsaccommodaties

Toerisme en recreatie

Economische structuur Handel en ambacht

Overige agrarische zaken

111

Bijlage 4: Producten Programma's en beleidsvelden Kadaster en huisnummering

Producten 142

Naamgeving en nummering

155 157

Basiskaart Kadaster

751

Schoonmaak gebouwen

800 831

Bestuurlijke zaken algemeen Salaris- en vergoedingenadm.

703

Algemene uitkering

704 708

Onvoorzien/stelposten Deelnemingen

728

Belastingen en rechten

Uitvoering Wet WOZ

724

Uitvoering wet W.O.Z.

Wijkgericht werken

802

Openb.orde en veiligheid

Ondersteuning college en directie

753 780

Communicatie Secretariele ondersteuning

800 805

Bestuurlijke zaken algemeen Ondersteuning directie

831

Salaris- en vergoedingenadm.

Lasten heffing en invordering

728

Belastingen en rechten

Saldo van kostenplaatsen

704

Onvoorzien/stelposten

Algemene dekkingsmiddelen Lokale heffingen

728

Belastingen en rechten

Algemene uitkeringen

703

Algemene uitkering

Dividend

708

Deelnemingen

Algemene dekkingsmiddelen

708

Deelnemingen

Onvoorziene uitgaven

704

Onvoorzien/stelposten

Ondersteuning raad en griffie

Algemene baten en lasten

112

Bijlage 5: Kerngegevens

Bijlage 5

Kerngegevens Sociale structuur Aantal inwoners  0 tot 20 jaar

2014 5.921

2015 5.900

2016 5.880

2017 5.860

2018 5.840

20 tot 65 jaar Ouder dan 65

12.742 3.982

12.780 4.020

12.810 4.060

12.840 4.100

12.820 4.140

22.645

22.700

22.750

22.800

22.800

 

Aantal uitkeringsgerechtigden

2014

2015

2016

2017

2018

 

Bijstandsontvangers Uitkeringsontvangers

197 1.331

210 1.346

220 1.351

225 1.356

225 1.356

 

Huishoudens Huishoudens met een laag inkomen

9.097 2.320

9.200 2.335

9.250 2.340

9.300 2.345

9.300 2.345

Fysieke structuur Aantal woningen

2014

2015

2016

2017

2018

10.253

9.300

9.350

9.400

9.400

Oppervlakte gemeente in hectaren  Binnenwateren

2014 221

2015 221

2016 221

2017 221

2018 221

Historische stads- en dorpskern Overig

9 6.365

9 6.365

9 6.365

9 6.365

9 6.365

6.595

6.595

6.595

6.595

6.595



 

Woningenaantal

113

Bijlage 6: Reserves en voorzieningen

Bijlage 6

Reserves en voorzieningen 2015-2018 Reserves 1. Sociaal domein WMO (egalisatie open einderegeling) Uitkeringen (egalisatie open einderegeling) Minimabeleid (egalisatie open einderegeling) Participatie (egaliseren uitgaven) 2. Onderwijshuisvesting en vervoer Onderwijshuisvesting (dekking kapitaallasten) 3. Ruimtelijke ordening Bestemmingsplannen (dekking kapitaallasten) Volkshuisvesting (dekking projecten) 5. Veiligheid Brandweer (VNOG) 6. Verkeer en Openbare ruimte Begraafrechten (egaliseren van tarieven) Reinigingsheffingen (egaliseren van tarieven) Rioolheffingen (egaliseren van tarieven) Openbare verlichting (egaliseren onderhoudsuitgaven) Openbare ruimte (egaliseren onderhoudsuitgaven) 7. Cultuur, sport, recreatie en toerisme MFC ’t Harde (dekking kapitaallasten) 8. Economische structuur Bovenwijkse voorziening (dekking projecten) 9a. Algemene dekkingsmiddelen Algemeen (bestedings- en bufferfunctie) Algemene weerstandsreserve (bufferfunctie) Bouwgrondexploitatie (bufferfunctie) Weerstandreserve bouwgrondexploitatie (bufferfunctie) Geblokkeerde reserve Nuon/ Vattenfall (tijdelijk) Bedrijfsvoering Lokale arbeidsvoorwaarden (personeelsvoorziening) Vervanging vervoermiddelen (dekking kapitaallasten) Onderhoud automatisering (egaliseren uitgaven) Jaarrekening 2013 (overhevelen budgetten) Totaal reserves gemeente Elburg 114

Saldo 2014

Bij rente

2.109 303 123 190 2.725

Bij in 2015

Af in 2015

23

Saldo 2015

23

32 32

2.132 303 123 158 2.716

1.550 1.550

8.090 8.090 132 224 356

Bij rente

32 32

283 283

814 814

1.550 1.550

7.637 7.637

5

40

100

5

40

100

77 224 300

9 9

49 49

218 218

8 8

20 14 113 29 117 292

242 987 3.866 199 3.535 8.830

7 124 131

183 183

3.413 3.413

119 119

89 224 313

3

40

3

40

296 296

10 10

49 49

257 257

281 1.015 4.035 192 3.043 8.566

7 106 113

20 14 56 144 317 550

262 1.001 3.980 138 3.187 8.568

5 112 116

3.534 3.534

124 124

183 183

3.474 3.474

122 122

84 354 438

99 99

4.327

440 700

4.327

4.327 5.466

19 475 222 918 1.635

17

62

99

17

62

44.777

565

5.704

Bij rente

23

814 814

1.158 12.480 168 949 4.327 19.082

Saldo 2016 2.155 303 123 126 2.707

298 298

99 99

Af in 2016

23

8.528 8.528

84 354 438

Bij in 2016

Bij in 2017

Af in 2017

23

Saldo 2017

Bij rente

Bij in 2018

Af in 2018

23

32 32

2.178 303 123 94 2.698

267 267

1.464 1.464

1.550 1.550

7.818 7.818

3

40

3

40

29 29

119 195 314

35 35

190 190

35 35

155 155

20 14 148

20 14 225

176 357

222 974 3.719 290 3.837 9.042

10 134 144

743 1.001

203 960 3.494 384 3.583 8.623

183 183

3.349 3.349

117 117

183 183

3.283 3.283

84 354 438

99 99

23

Saldo 2018

23

32 32

2.201 303 123 62 2.688

274 274

814 814

1.550 1.550

7.356 7.356

4

40

4

40

84 354 438

163 195 358

99 99

99 99

718 16.107 168 949

38

680 16.107 168 949

30

650 16.107 168 949

107

543 16.107 168 949

17.942

38

17.904

30

17.874

107

17.767

16

62

99

99

19 455 222 918 1.614

15

62

99

99

19 433 222 918 1.592

16

62

7.930

43.117

551

1.377

14

62

99

99

19 411 222 918 1.570

14

62

99

19 388 222 918 1.547

15

62

2.344

42.700

543

2.027

2.316

42.954

554

1.377

3.009

41.876

Bijlage 6: Reserves en voorzieningen Voorzieningen per programma

Saldo 2014

Bij rente

Bij in 2015

Af in 2015

Saldo 2015

Bij rente

Bij in 2016

Af in 2016

Saldo 2016

Bij rente

Bij in 2017

Af in 2017

Saldo 2017

Bij rente

Bij in 2018

Af in 2018

Saldo 2018

3. Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting Parkeerfonds (realiseren parkeerplaatsen) 0

0

6. Verkeer en Openbare ruimte Haven (egaliseren onderhoudsuitgaven)

9. Bestuur Pensioen voormalig wethouders (dekken pensioenkosten) Wachtgeld wethouders (dekken wachtgeldverplichting)

Bedrijfsvoering Wachtgeld personeel (dekken wachtgeldverplichting)

Totaal voorzieningen

115

28 28

2.092 274 2.365

52 7 59

187 187

5 5

2.552

64

89 89

117

0

28 28

28 28

72 56 129

2.161 224 2.385

54 6 60

70 70

121 121

3 3

199

2.534

63

89 89

117

0

55 55

28 28

72 56 129

2.232 173 2.405

56 4 60

63 63

62 62

2 2

191

2.522

62

89 89

117

0

83 83

72 56 129

2.305 121 2.426

64 64

0

192

2.509

28 28

58 3 61

89 89

110 110

72 56 129

2.379 68 2.447

0 61

117

129

2.557

Bijlage 7: Uitgangspunten

Bijlage 7

Begrotingsuitgangspunten Begrotingsuitgangspunten Het gaat hier om technische uitgangspunten die als leidraad gelden bij het opstellen van de productenraming 2015 en de MPB 2015-2018 voor zover sprake is van bestaand beleid.  Ongewijzigd/aanvaard beleid De productenraming en de MPB zijn opgesteld op basis van ongewijz igd/aanvaard beleid, dat wil zeggen dat is uitgegaan van de ramingen 2014 inclusief het dekkingsplan 2014 zoals deze zijn verwerkt in de MPB 2014 -2017. Daarnaast zijn de ramingen voor aanvaard beleid in 2015 t/m 2017 opgenomen. Ramingen voor nieuw/wijzigi ng bestaand beleid en bezuinigingen/inkomstenverhogingen worden afzonderlijk vermeld en zijn (op enkele gevallen na) niet in de primitieve raming verwerkt.  Aanleveren wensen/prioriteiten voorjaarsnota Men is in de gelegenheid gesteld wensen en prioriteiten aan te leveren tot begin februari. In verband met de verwachte rijksbezuinigingen is in deze een zeer terughoudende opstelling ingenomen. Uiteraard zijn voor de bedrijfsvoering de vervangingsinvesteringen voor het jaar 2018 wel opgevoerd. Wijzigingen van bestaand beleid die onontkoombaar en onuitstelbaar zijn, zijn eveneens opgevoerd (onder andere als gevolg van wetgeving).  Prijsstijging 2015-2018 De prijsstijging in 2015 is 1,00% en voor 2016-2018 1,40%. Voor de prijsstijging is de algemene prijsontwikkeling voor overheidsconsumptie gehanteerd zoals die door het Centraal Planbureau is opgenomen in de septembercirculaire 2013 van het gemeentefonds.  Loonstijging 2015-2018 De salarissen en sociale lasten zijn geraamd op basis van het aantal vaste formatieplaatsen en vermeerderd met in 2015 toe te kennen periodieke verhogingen. In de MPB is ook rekening gehouden met periodieke verhogingen in 2016, 2017 en 2018. De loonstijgingen zijn als volgt: Begrotingsjaar 2015

Totaal 2,00%

2016

1,40%

2017

1,40%

2018

1,40%

 Inkomstenstijging 2015-2018 De inkomstenstijging in 2015 is 1,00% en voor 2016-2018 1,40%. Bij de inkomstenstijging van de belastingen, leges en rechten worden de volgende uitzonderingen gemaakt in verband met nieuw beleid en vastgestelde ombuigingsmaatregelen in de MPB 2014-2017: De toeristenbelasting wordt in 2015 met € 0,05 verhoogd naar € 1,10 per persoon per overnachting. Voor de OZB wordt voor de jaren 2015-2017 een tariefstijging van 3,5% gehanteerd en voor 2018 2%. In samenhang met bovenstaand voor omtrent de OZB worden de reinigings- en rioolheffingen voor de jaren 2015-2017 niet verhoogd.  Rekenrente De rente voor 25 jaar lineair bevindt zich nog ruim onder de 3,5%. Voor de rekenrente is daarom vanaf 2014 gerekend met 3,5%. Dit percentage geldt voor zowel de nieuwe investeringen als de bespaarde rente over de reserves. Om het risico van een rentestijging te verminderen is voor 2018 het percentage voor de rekenrente vastgelegd op 4%.  Onvoorzien en remweg Voor de stelpost onvoorzien is onveranderd uitgegaan van een raming van € 50.000. Voor de stelpost remweg is jaarlijks € 10.000 structureel geraamd.  Reserves en voorzieningen Reserves en voorzieningen zijn ingezet conform de criteria welke zijn opgenomen in de vastgeste lde nota reserves en voorzieningen 2013.

116