Premasteropleiding Religie en levensbeschouwing Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing -

Premasteropleiding Religie en levensbeschouwing Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing - 2011-2012

Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing - 2011-2012

I

Studiegids informatie voor de premasteropleiding Religie en levensbeschouwing. Klik op de onderstaande links om informatie over de vakken te bekijken. Of download de volledige studiegids als pdf met de knop “Maak pdf van gehele opleiding”.


II

Inhoudsopgave

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Communicatie en media

1

PM R&L, Geestelijke Zorg in Org. 30 ECTS

1

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Geestelijke zorg in organisaties

1

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Islamitische geestelijke zorg

2

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Islamitische jeugdzorg

2

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Levensbeschouwelijke vorming

3

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Verdieping Islam

3

Vak: Bachelorscriptie

4

Vak: Christendom

5

Vak: Ethische theorieën

5

Vak: Geschiedenis van de filosofie

6

Vak: Godsdienstfilosofie

8

Vak: Godsdienstpedagogiek

9

Vak: Godsdienstpsychologie/Godsdienstsociologie

10

Vak: Interculturele theologie

11

Vak: Islam en Europese cultuur

12

Vak: Media, Religie en Levensbeschouwing

13

Vak: Praktische theologie van de cultuur

15

Vak: Praktische theologie van zorgpraktijken

15

Vak: Religie en Levensbeschouwing interdisciplinair

16

Vak: Religies in een pluralistische cultuur

17

Vak: Religietheorieën

18

Vak: Seculiere levensbeschouwing en zingeving

19

Vak: Usul al-Fiqh

21

Vak: Usul al-Tafsir II

22

Vak: Voorbereiding scriptie

23

Vak: Wetenschapsfilosofie van de religie

24


III

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Communicatie en media Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

Bachelorscriptie

Periode 6

6.0

G_SCRBA

Ethische theorieën

Periode 4

6.0

G_ETHTHEOR

Geschiedenis van de filosofie

Periode 2

6.0

G_GESCHFIL

Godsdienstfilosofie

Periode 1

6.0

G_GODSFIL

Media, Religie en Levensbeschouwing

Periode 5

6.0

G_MEDIARL

Religie en Levensbeschouwing interdisciplinair

Periode 1

6.0

G_RL_INTDIS

Religies in een pluralistische Periode 2 cultuur

6.0

G_RELPLUCUL

Religietheorieën

Periode 3

3.0

G_BRELT

Seculiere levensbeschouwing en zingeving

Periode 4

6.0

G_SECLEBZING

Voorbereiding scriptie

Periode 5

6.0

G_VOOBASCR

Wetenschapsfilosofie van de religie

Periode 3, Zomerperiode

3.0

G_BWSREL

PM R&L, Geestelijke Zorg in Org. 30 ECTS Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code


Periode 2

6.0

G_GESCHFIL

Godsdienstfilosofie

Periode 1

6.0

G_GODSFIL

Godsdienstpsychologie/God Periode 4 sdienstsociologie

6.0

G_GODPSYSOC

Interculturele theologie

Periode 6

3.0

G_INTCULTHE

Praktische theologie van de Periode 5 cultuur

6.0

G_PTCULT

Praktische theologie van zorgpraktijken

3.0

G_PTZORGPR

Periode 3

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Geestelijke zorg in organisaties


7-3-2013 - Pagina 1 van 25

Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

Bachelorscriptie

Periode 6

6.0

G_SCRBA

Ethische theorieën

Periode 4

6.0

G_ETHTHEOR


Periode 2

6.0

G_GESCHFIL

Godsdienstfilosofie

Periode 1

6.0

G_GODSFIL


6.0

G_GODPSYSOC

Praktische theologie van de Periode 5 cultuur

6.0

G_PTCULT

Praktische theologie van zorgpraktijken

Periode 3

3.0

G_PTZORGPR


Periode 1

6.0

G_RL_INTDIS


6.0

G_RELPLUCUL


Periode 5

6.0

G_VOOBASCR



3.0

G_BWSREL

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Islamitische geestelijke zorg Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

Bachelorscriptie

Periode 6

6.0

G_SCRBA

Christendom

Periode 4

6.0

G_CHRIST

Ethische theorieën

Periode 4

6.0

G_ETHTHEOR


Periode 2

6.0

G_GESCHFIL

Godsdienstfilosofie

Periode 1

6.0

G_GODSFIL

Islam en Europese cultuur

Periode 5

6.0

G_ISLEURCUL

Religietheorieën

Periode 3

3.0

G_BRELT

Usul al-Fiqh

Periode 1

6.0

G_USULUFIQH

Usul al-Tafsir II

Periode 2

6.0

G_USULUTAF2


Periode 5

6.0

G_VOOBASCR



3.0

G_BWSREL

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Islamitische jeugdzorg


7-3-2013 - Pagina 2 van 25

Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

Bachelorscriptie

Periode 6

6.0

G_SCRBA

Christendom

Periode 4

6.0

G_CHRIST

Ethische theorieën

Periode 4

6.0

G_ETHTHEOR


Periode 2

6.0

G_GESCHFIL

Godsdienstfilosofie

Periode 1

6.0

G_GODSFIL


Periode 5

6.0

G_ISLEURCUL

Religietheorieën

Periode 3

3.0

G_BRELT

Usul al-Fiqh

Periode 1

6.0

G_USULUFIQH


Periode 5

6.0

G_VOOBASCR



3.0

G_BWSREL

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Levensbeschouwelijke vorming Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

Bachelorscriptie

Periode 6

6.0

G_SCRBA

Ethische theorieën

Periode 4

6.0

G_ETHTHEOR


Periode 2

6.0

G_GESCHFIL

Godsdienstfilosofie

Periode 1

6.0

G_GODSFIL

Godsdienstpedagogiek

Periode 5

6.0

G_GODSPED


6.0

G_GODPSYSOC


Periode 1

6.0

G_RL_INTDIS


6.0

G_RELPLUCUL

Religietheorieën

Periode 3

3.0

G_BRELT


Periode 5

6.0

G_VOOBASCR



3.0

G_BWSREL

Premaster Religie en levensbeschouwing afstudeerrichting Verdieping Islam


7-3-2013 - Pagina 3 van 25

Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

Bachelorscriptie

Periode 6

6.0

G_SCRBA

Christendom

Periode 4

6.0

G_CHRIST

Ethische theorieën

Periode 4

6.0

G_ETHTHEOR


Periode 2

6.0

G_GESCHFIL

Godsdienstfilosofie

Periode 1

6.0

G_GODSFIL


Periode 5

6.0

G_ISLEURCUL

Religietheorieën

Periode 3

3.0

G_BRELT

Usul al-Fiqh

Periode 1

6.0

G_USULUFIQH

Usul al-Tafsir II

Periode 2

6.0

G_USULUTAF2


Periode 5

6.0

G_VOOBASCR



3.0

G_BWSREL

Bachelorscriptie Vakcode

G_SCRBA (109001)

Periode

Periode 6

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit

Faculteit der Godgeleerdheid

Coördinator

prof. dr. M.C. de Boer

Doel vak De student: kan onder begeleiding wetenschappelijk onderzoek doen; kan onderzoek in deze module schriftelijk presenteren. Inhoud vak In deze module doet de student onder begeleiding onderzoek waarbij het thema gekozen in module Voorbereiding scriptie (109000) verder wordt uitgewerkt in een korte scriptie. Onderwijsvorm Literatuurstudie. Toetsvorm Scriptie. Literatuur Afhankelijke van het thema van; de scriptie. Aanbevolen voorkennis Voorbereiding scriptie bachelor (109000). Overige informatie


7-3-2013 - Pagina 4 van 25

Docent is afhankelijk van het gekozen thema.

Christendom Vakcode

G_CHRIST (100015)

Periode

Periode 4

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

prof. dr. B.J.G. Reitsma

Docent(en)

dr. P.M. Wisse, prof. dr. B.J.G. Reitsma

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: kan in grote lijnen een beeld geven van het ontstaan, de ontwikkeling en de verspreiding van het christendom; heeft een basale kennis van de kernthemas van het christelijk geloof; heeft een basaal inzicht in de verschillende vragen en kwesties die bij de kernthemas van het christelijk geloof aan de orde zijn; is in staat zich enigszins in te leven in de religieuze beleving van christenen, in alle diversiteit. Inhoud vak De module christendom is één van de inleidingen in de grote wereldreligies in de bachelorfase van de opleiding Religie en levensbeschouwing. In een serie colleges wordt een globaal beeld gegeven van wat het christendom inhoudt. Daarbij wordt aandacht besteed aan de historische ontwikkeling van het christendom, aan kernthemas als God, Jezus Christus, de Heilige Geest, verlossing, de kerk. Ook worden feestdagen en rituelen bestudeerd, als ook verschillende verschijningsvormen van het christendom, ook in Nederland. Onderwijsvorm Werk- en hoorcolleges, presentaties, literatuurstudie, papers, zelfwerkzaamheid, bezoek van een kerk. Toetsvorm Presentatie en opdracht (40 %) en schriftelijk tentamen (60%). Literatuur J. Hill De geschiedenis van het christendom, Kok (Kampen) 2008; A.McGrath en J.Hoek (red.), Handboek van het Christelijk geloof, uitgeverij Boekencentrum (Zoetermeer), 2008. Overige informatie Er geldt voor deze colleges een aanwezigheidsplicht; 20% van de colleges mag gemist worden. Het tentamen is een open boek tentamen.

Ethische theorieën Vakcode

G_ETHTHEOR (100105)

Periode

Periode 4


7-3-2013 - Pagina 5 van 25

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. A.K. Mosher

Docent(en)

dr. A.K. Mosher

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De module Ethische Theorieën leidt de studenten in op het veld van de systematische reflectie op morele vraagstukken. Door kennis te nemen van de verschillende normatieve ethische theorieën, hun object en hun methode, krijgen studenten inzicht in de rationaliteit van morele oordeelsvorming. De ethische problematiek van Justice zal dienen als casus voor de beschrijving en analyse van ethische theorieën. Inhoud vak De leerstof van de module bestaat uit het leren van belangrijkste stromingen en benaderingen in de normatieve ethiek in hun klassieke en hedendaagse vormen. Onderwijsvorm Werkcollege Toetsvorm Verwerking opdrachten (60%), Schriftelijk tentamen (40%). Literatuur Titel: Climate Ethics: Essential Readings. Auteur: Stephen Gardiner (Editor), Simon Caney (Editor), Dale Jamieson (Editor), Henry Shue (Editor), Rajendra Kumar Pachauri (Foreword). Oxford University Press, USA (July 30, 2010) Overige informatie Aanwezigheidsverplichting (- 4 college uren).

Geschiedenis van de filosofie Vakcode

G_GESCHFIL (100006)

Periode

Periode 2

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

prof. dr. W.L. van der Merwe

Docent(en)


Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: • kan de kernbegrippen en grote hoofdproblemen van de onder 'inhoud' genoemde historische periodes benoemen en de belangrijkste ontwikkelingen schetsen die tot verandering van die periode hebben geleid; • kan met behulp van kernbegrippen de kerngedachten en hoofdvragen Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing - 2011-2012

7-3-2013 - Pagina 6 van 25

noemen van de onder 'inhoud' genoemde filosofen in de geschiedenis van de westerse filosofie; • kan de relevantie aangeven van deze kernbegrippen voor theologische onderwerpen zoals godsleer en de verhouding tussen geloof en rede; • kan een aantal filosofische begrippen en gedachtegangen met elkaar vergelijken; • is bereid en in staat zichzelf de vraag te stellen wat een bepaalde filosoof of filosofisch begrip voor haar of hem persoonlijk betekent (of het aanspreekt of juist niet) en hierover in groepsverband te praten. Inhoud vak Thema: De geschiedenis van de westerse wijsbegeerte. Aan de hand van de driedeling oudheid en middeleeuwen (metafysica en antropologie); moderne tijd (kennis en wetenschap) en hedendaagse tijd (taal, betekenis en interpretatie, historiciteit en context ). We staan in het bijzonder stil bij het thema God denken. Belangrijke omwentelingen of verschuivingen in de geschiedenis komen aan bod. De filosofen waar de nadruk op ligt zijn, bijvoorbeeld: Plato, Aristoteles, Augustinus, Aquinas, Descartes, Locke en Hume, Kant, Hegel, Kierkegaard, Nietzsche, Heidegger, Levinas en Wittgenstein. Aansluitend wordt aandacht besteed aan argumentatieleer en wetenschapsfilosofie als onderdeel van AcVa. Zowel de colleges als de AcVa onderdeel zijn gericht op ontwikkeling van competenties in kennis en inzicht, orientatie en communicatie. De module dient (tevens) als voorbereiding op de modules Systematische Theologie, Godsdienstwijsbegeerte en Hermeneutiek Onderwijsvorm Werk- en hoorcolleges, presentaties, literatuurstudie, zelfwerkzaamheid, groepswerk, etc. Zie verder studiehandleiding, t.z.t. te vinden op Blackboard. Toetsvorm Schriftelijk tentamen, tussentijdse opdrachten zoals afgesproken op blackboard of tijdens colleges. De verhouding van eventuele tussentijdse opdrachten t.o.v. de eindtoetsing maximaal 30 % tot tentamen 70%. Literatuur Handboek: Donald Palmer,, Filosofie voor beginners, Utrecht, Het Spectrum, 2009 Algemeen filosofisch naslagwerk: Störig, Geschiedenis van de Filosofie, Utrecht, Het Spectrum, 2009 (optioneel) Diverse literatuur uit studiezaal en/of bekend gemaakt op blackboard en/of verspreiding door docent. Overige informatie In deze module wordt studenten aangesproken op hun zelfstandigheid in planning en voorbereiding. De ervaring is, dat dit vak moeilijk op het laatste moment te leren is, omdat er een diversiteit aan denken aan de orde is. Van studenten wordt verwacht de colleges voor te bereiden door de leesgedeeltes in Palmer en/of Störig aandachtig te lezen, de leergedeeltes samen te vatten en in aantekeningen na de colleges uit te werken. Studenten wordt daarom geacht niet zonder geldige reden afwezig te zijn. Deze module behoort tevens tot het Bachelorcurriculum van Religie en Levensbeschouwing (R&L). Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing - 2011-2012

7-3-2013 - Pagina 7 van 25

Godsdienstfilosofie Vakcode

G_GODSFIL (105002)

Periode

Periode 1

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. A.L. Vroom

Docent(en)

drs. A.L. Vroom

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak In het onderstaande schema zijn leerdoelen, leermiddelen en toetsing schematisch inzichtelijk gemaakt. Leerdoelen 1) Kennis en Inzicht: -De student begrijpt de configuratietheorie en het godsdienstwijsgerig model van de 3 types religie en 6 functies van transcendentie. -De student begrijpt de verschillende lagen en invullingen van het begrip waarheid. -De student begrijpt vragen en posities van de behandelde religies en levensbeschouwingen over enkele kernthema’s in de godsdienstwijsbegeerte. 2) Toepassen Kennis en Inzicht: -De student kan met behulp van de configuratietheorie verschillende lagen en invullingen van het begrip waarheid schriftelijk duiden en aangeven. -De student kan met behulp van het genoemde godsdienstwijsgerig model de posities van de behandelde religies en levensbeschouwingen over genoemde kernthema’s schriftelijk duiden en aangeven. -De student kan met behulp van het genoemde godsdienstwijsgerig model primaire teksten godsdienstwijsgerig vergelijken. 3) Oordeelsvorming: -De student kan een godsdienstwijsgerige positie formuleren over de relatie tussen visies van verschillende religies en levensbeschouwingen op waarheid en de behandelde kernthema’s. -De student kan de mogelijke gevolgen van de verschillende visies als boven genoemd voor de plurale samenleving aangeven. 4) Communicatie: -De student kan een wijsgerige dialoog over geloofsinhouden voeren in balans tussen overtuiging, openheid, inleving en kritische zin in zowel een particulier als een algemeen toegankelijk discours. 5) Leervaardigheden: -De student kan in het vervolg de wijsgerige vragen bij aangetroffen religies en levensbeschouwing stellen en ze systematisch doordenken met beschikking over godsdienstwijsgerige theorie en model. -De student kan een eigen visie verwoorden in zowel een particulier als een algemeen toegankelijk discours en is geoefend in het interreligieuze wijsgerige gesprek.


7-3-2013 - Pagina 8 van 25

Inhoud vak Kunnen een boeddhistische visie, een hindoe-visie, een joodse, een christelijke en een islamitische visie en een humanistische visie op de werkelijkheid tegelijk waar zijn? Het onderzoek naar een zinnige wijze om deze vraag aan de orde te stellen leidt tot voorwaardenvragen: wat zeggen de religies daar zelf over, wat is eigenlijk ‘waarheid’ in relatie tot religie, welke mogelijkheden zien de verschillende religies en levensbeschouwingen aangaande het spreken over het onzegbare, en welke standpunten aangaande diverse thema’s nemen ze concreet in? Vervolgens is de vraag, welke gevolgen die visies hebben voor het samenleven in een diverse globale samenleving. Is er een godsdienstwijsgerige weg tussen particularisme en universalisme? En aan de studenten de vraag: wat is voor de plurale samenleving de cash value van uw antwoord op deze vraag? Onderwijsvorm Hoorcollege, literatuurstudie, oefeningen in moduleboek. Toetsvorm Schriftelijk tentamen. Literatuur H.M. Vroom, A Spectrum of Worldviews: An introduction to philosophy of religion in a pluralistic world. in: Currents of Encounter series, Rodopi 2006. (Wij gebruiken de Engelse editie, omdat de Nederlandse niet meer gedrukt wordt. Op tijd bestellen, het is print on-demand, dus duurt erg lang. De Nederlandse vertaling ligt ter kopieer in de bibliotheek). Deze leren we helemaal voor het tentamen. H.M. Vroom, Religies en de Waarheid, Kok Kampen 1988, te printen vanuit blackboard. (We gebruiken het gedeelte over de vijf wereldreligies.) Overige literatuur op blackboard. Vereiste voorkennis Geschiedenis van de Filosofie (module G_GESCHFIL). (Enkel voor pre-masters geldt dit niet. Advies: lees vooraf aan dit college vast het eerste hoofdstuk van Religies en de Waarheid.) Overige informatie Opdracht voor het eerste college: Onderzoek uw huidige godsdienstwijsgerige positie: a) hoe kunnen mensen van verschillende religies goed samenleven, terwijl ze andere visies op het leven en dus ook op samen-leven hebben? b) wat is nu jouw visie op de vraag naar de waarheid van verschillende religies? c) op grond van welke visie op waarheid houd je deze visie? d) als vertegenwoordigers vanuit andere levensbeschouwingen een analoge zouden visie hebben, hoe zou die ongeveer klinken? e) zouden jullie samen een vredige samenleving kunnen opbouwen?

Godsdienstpedagogiek Vakcode

G_GODSPED (105011)

Periode

Periode 5


7-3-2013 - Pagina 9 van 25

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. G.D. Bertram-Troost

Docent(en)

dr. G.D. Bertram-Troost

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: is in staat een godsdienstpedagogisch thema te onderzoeken en te beschrijven. Inhoud vak Basiskennis van de godsdienstpedagogische theorieën en praktijken. Onderwijsvorm Hoor - en werkcolleges, presentaties en begeleiding bij de individuele opdracht. Toetsvorm Een uitgewerkt interview, groepspresentatie, een individueel paper en een recensie van een paper van een medestudent. Literatuur Zie moduleboek op Blackboard; E.T. Alii, Godsdienstpedagogiek, Dimensies en spanningsvelden, Zoetermeer: Meinema, 2009; een keuze uit de godsdienstpedagogische literatuur in relatie tot een te onderzoeken en beschrijven probleem. Overige informatie 80 % aanwezigheid op college wordt verlangd. Als dit onverhoopt niet wordt gehaald kan de student om een aanvullende opdracht vragen.

Godsdienstpsychologie/Godsdienstsociologie Vakcode

G_GODPSYSOC (100085)

Periode

Periode 4

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

prof. dr. H.C. Stoffels

Docent(en)

dr. J.W. van Saane, prof. dr. H.C. Stoffels

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: is in staat te omschrijven welke de belangrijkste benaderingen zijn van religie binnen de godsdienstpsychologie en de godsdienstsociologie (cognitieve vaardigheid); kan onderzoeksverslagen op dit terrein kritisch analyseren (cognitieve vaardigheid); heeft kennis van enkele belangrijke klassieke teksten uit de Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing - 2011-2012

7-3-2013 - Pagina 10 van 25

godsdienstsociologie en de godsdienstpsychologie. Inhoud vak In deze module staan klassieke teksten uit de godsdienstsociologie en de godsdienstpsychologie centraal. Vanuit deze klassieke teksten wordt een vverbinding gelegd met recent onderzoek. Onderwijsvorm Hoorcolleges en werkcolleges. Toetsvorm Presentaties, individuele verslagen en eindverslag. Literatuur J.W. van Saane en H.C. Stoffels. Reader Klassieke Teksten Godsdienstpsychologie / Godsdienstsociologie. Vrije Universiteit Amsterdam.

Interculturele theologie Vakcode

G_INTCULTHE (100011)

Periode

Periode 6

Credits

3.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

prof. dr. M.E. Brinkman

Docent(en)

prof. dr. E.A.J.G. van der Borght, prof. dr. M.E. Brinkman

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: kan in grote lijnen een beeld geven van de ingrijpende gedaanteverandering die zich thans in de niet- westerse christenheid voltrekt; herkent de culturele verscheidenheid in de huidige christenheid Inhoud vak In deze module staat de gedaanteverandering van het christendom in uiteenlopende culturele contexten centraal. Aan de hand van het voorbeeld van de verschillende Jezusbeelden in Afrika en Azië zal het Jezusbeeld vanuit een hindoeistische, boeddhistische, islamitische en Afrikaanse context ter sprake komen. Onderwijsvorm Hoorcollege. Toetsvorm De module wordt afgerond d.m.v. a) een 15 minuten gesprek over de verplichte literatuur (een eigen selectie van 10 van de 19 hfdst. uit De niet-westerse Jezus) en b) een paper van 5 blz. over de kenmerken van de Jezusfiguur in een naar believen te kiezen islamitische, hindoeïstische, boeddhistische of Afrikaanse context. Naast de weergave van de kenmerken van deze context dient het paper aan het eind minimaal 3 vragen t.a.v. het betreffende Jezusbeeld te bevatten. In het paper


7-3-2013 - Pagina 11 van 25

moet ook staan welke literatuur anders dan de verplichte literatuur (in een omvang van min. 100 blz.) is verwerkt. Aan het paper moet een bijlage worden toegevoegd waarin kort in 1 à 2 blz. een samenvatting wordt geven van de andere, niet in het eigen paper behandelde, maar wel tijdens het college besproken Jezusbeelden (c). De paperbesprekingen zullen plaatsvinden op het tijdstip dat voor het tentamen staat aangegeven. Precies een week voor dat tijdstip dient het paper bij de docent via Blackboard ingeleverd te zijn. Op een later tijdstip ingeleverde papers gelden als herkansing en zullen in herkansingweek worden nagekeken. Literatuur M.E. Brinkman, De niet-westerse Jezus. Jezus als bodhisattva, avatara, goeroe, profeet, voorouder en genezer, Zoetermeer (Meinema) 2007, 372 blz.

Islam en Europese cultuur Vakcode

G_ISLEURCUL (100051)

Periode

Periode 5

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

prof. dr. P.A. van Doorn-Harder

Docent(en)

dr. M. Aulad Abdellah

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: kan zich enkele fundamentele begrippen en instrumenten van fiqh eigen maken. (met name: mazhab (wet & ethiek scholen), ijtihad (ontwikkeling nieuwe fatwa's), darûra (uitzonderingreglement bij noodzaak) en fiqh voor immigranten of fiqh voor minderheden; kan een essay van enkele pagina¿s schrijven over de maqasid al-sharia (filosofie van islamitische ethiek & jurisprudentie); kan een betoog houden over een actueel thema binnen de context van de islam zoals deze gebracht in Nederland vanuit islamitische landen en de recontextualisering in de Nederlandse (WestEuropese) cultuur. Inhoud vak De module "Islam en Europese Cultuur" is van hoog niveau wat betreft islamitische ethiek (fiqh). Inhoud van de module bestaat uit twee delen: een theoretisch en een praktisch deel. Inhoud van het theoretische gedeelte is als volgt: Filosofie van de islamitische ethiek en jurisprudentie [Makasid alsharia], jurisprudentie met betrekking tot minderheden [fiqh alaqalliyât], jurisprudentie met betrekking tot actuele situaties [fiqh al-nawazil], de algemene regels om `moderne religieuze vraagstukken¿ te behandelen, de islambeleving in Europa, actuele islamitische discussies in Nederland. Het praktische gedeelte is dynamisch en interactief. De inhoud wordt ieder jaar bepaald in overleg met de studenten. Elke student kiest een


7-3-2013 - Pagina 12 van 25

onderwerp en geeft hierover tijdens het college een presentatie. Dit vindt plaats na het einde van het theoretische deel van de module. De studenten zullen enkele metatheorieën leren begrijpen die de achtergrond vormen voor de islamitische ethiek en wetgeving (fiqh) begrijpen en via zijn gekozen praktische vraagstukken leren de religie vanuit binnen perspectief te contextualiseren. Deze notie/heuristiek vormt een basisvisie voor hun toekomstige religieuze en professionele functie. Onderwijsvorm De gekozen onderwijsvorm is een hoorcollege met gelegenheid van interactie in het theoretische deel van de module. Na de presentaties van de studenten, zullen de andere studenten en docent feedback geven. Toetsvorm Presentatie & paper en schriftelijk tentamen. Het tentamencijfer wordt als volgt berekend: 12 % 6x college opdrachten ter voorbereiding 18 % casus als eindpaper 65 % schriftelijk tentamen 5 % actieve participatie tijdens de colleges en via blackboard, inzet. Literatuur Masùd, M.H.: Islamic legal philosophy: a study of Abu Ishaq al-Shatibi¿ s life and thought. Islamabad-Pakistan 1977. Weeramantry CG 1984 reprinted; Alwani Taha Jabir al-. (2003)Towards a Fiqh for Minorities: Some Basic Reflections. London: IIIT. 156564400X; Extra stof via blackboard. Overige informatie Voorbereiden door lezen van teksten en collegemateriaal, aantekeningen maken, via blackboard discussiëren, opdrachten altijd op de tijd inleveren (verplicht). Aanwezigheid is een voorwaarde voor de deelname aan het tentamen. Collegeopdrachten dienen voor het betreffende college per e-mail ingeleverd te worden bij de docent dus, NIET via blackboard. Als een derdejaars vak is deze module een vervolg op fiqh (islamitische ethiek) modulen en behandelt hoge niveau usul al-fiqh kwesties van hoog niveau. Arabisch niveau 6 (30 EC) en afronding van de de module usul al-fiqh gelden als inschrijfeis voor deze module. Aanwezigheid tijdens de colleges is verplicht.

Media, Religie en Levensbeschouwing Vakcode

G_MEDIARL (100086)

Periode

Periode 5


7-3-2013 - Pagina 13 van 25

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. J.H. Roeland

Docent(en)

dr. J.H. Roeland

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student maakt kennis met het sociaalwetenschappelijke onderzoek naar de relatie tussen religie en populaire cultuur. De cursus biedt een overzicht van het onderzoeksveld en bespreekt de belangrijkste theoretische debatten hierin. De student leert deze debatten en de concepten die daarin gehanteerd worden, kritische te benaderen. Men leert theoretische benaderingen toe te passen op hedendaagse manifestaties van religie in populaire cultuur. De student leert zelf onderzoek te doen naar deze thematiek, en voert in teamverband een kwalitatief onderzoek uit. Inhoud vak Het is jarenlang heel gebruikelijk geweest om de moderne westerse wereld als geseculariseerd te kenschetsen, daarbij verwijzend naar processen van ontkerkelijking en de afnemende sociale en culturele betekenis van het christendom. Vandaag de dag zijn de meeste sociologen het echter eens dat dit een te eenzijdige kijk op de werkelijkheid is. Traditionele (christelijke) vormen van religiositeit mogen dan aan invloed hebben ingeboet: tal van nieuwe, posttraditionele vormen van religiositeit winnen aan populariteit in moderne westerse samenlevingen. Religie is niet verdwenen, maar lijkt eerder getransformeerd te zijn: religie is anders geworden (posttraditioneel of postchristelijk), en dient op andere dan de gebruikelijke plaatsen (lees: buiten de gevestigde instituties) gevonden te worden. Het is in dit kader niet ongebruikelijk om op de hedendaagse populaire cultuur te wijzen als een van de ‘nieuwe’ vindplaatsen van hedendaagse religiositeit. Of het nu gaat om films, popmuziek, dance events, online videogames of mode: de populaire cultuur staat bol van de (expliciete of impliciete) religieuze verwijzingen. Sommigen concluderen dan ook dat de populaire cultuur kan fungeren als een repertoire waaruit mensen hun geloofsovertuigingen putten en een cultural site waar mensen religieuze praktijken ontplooien en religieuze ervaringen opdoen. Tegelijkertijd is onderzoek naar de religieuze dimensies van populaire cultuur nog erg schaars, en ontbreekt het veelal aan voldoende materiaal om een dergelijke conclusie daadwerkelijk te kunnen trekken. Met dit vak participeert de student in dit bredere onderzoek naar de religieuze dimensies van populaire cultuur. In de hoorcolleges bespreekt de docent de theoretische achtergronden bij dit onderzoeksveld. Tevens worden in de hoorcolleges de belangrijkste tools meegegeven om zelf een kwalitatief onderzoek uit te voeren naar een voor dit onderzoeksveld relevant fenomeen. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges. De student onderneemt onderzoekswerkzaamheden. Onderzoeksbevindingen worden gepresenteerd tijdens de werkcolleges. Toetsvorm Presentaties en eindrapport.


7-3-2013 - Pagina 14 van 25

Literatuur In overleg met de docent wordt voor literatuur gekozen die aansluit bij het gekozen onderwerp en de gekozen onderzoeksmethoden

Praktische theologie van de cultuur Vakcode

G_PTCULT (100104)

Periode

Periode 5

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. A.M. Lanser-van der Velde

Docent(en)

dr. A.M. Lanser-van der Velde, dr. S. Stoppels

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: verwerft inzicht in kenmerkende patronen en processen van de huidige cultuur (cognitieve vaardigheid); verwerft enige kennis van perspectieven en spanningsvelden binnen de praktische ecclesiogie (cognitieve vaardigheid); verwerft enige basiskennis op het gebied van de godsdienstpedagogiek (cognitieve vaardigheid); is in staat een gegronde bijdrage te leveren aan discussies over algemeen praktischtheologische vraagstukken, kerkopbouwkundige spanningsvelden en godsdienstpedagogische vragen in relatie tot de hedendaagse cultuur (oordeelsvorming en communicatieve vaardigheid). Inhoud vak De module behandelt zowel grondvragen op het vlak van praktischtheologische basistheorie als binnen twee subdisciplines binnen de praktische theologie, te weten de godsdienstpedagogiek en de praktische ecclesiologie. Onderwijsvorm Literatuurstudie, opdrachten voor colleges, schrijven eindpaper Toetsvorm Actieve voorbereiding van en deelname aan colleges (1), eindpaper (2) en recensie eindpaper collega-student (3). Literatuur Voorlopige opgave, zie ook Blackboard: Rein Brouwer e.a., Levend lichaam. Dynamiek van christelijke geloofsgemeenschappen in Nederland, Kampen: Kok 2007; E.T. Alii, Godsdienstpedagogiek, Dimensies en spanningsvelden, Zoetermeer: Meinema, 2009. Aanvullende literatuur wordt via Blackboard bekend gemaakt.

Praktische theologie van zorgpraktijken Vakcode

G_PTZORGPR (100110)

Periode

Periode 3

Credits

3.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit



7-3-2013 - Pagina 15 van 25

Coördinator

dr. E.C.T. de Jongh

Docent(en)

dr. E.C.T. de Jongh

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: heeft basiskennis van praktisch-theologisch relevante zorgpraktijken, waaronder geestelijke en diaconale zorg; kan theologisch reflecteren op zorgpraktijken en hun intrinsieke levensbeschouwelijke en morele dimensie; heeft de vaardigheid om zorgpraktijken praktischtheologisch te evalueren in het licht van een normatieve christelijke traditie. Inhoud vak Grondbegrippen en stromingen praktische theologie; geschiedenis praktische theologie; pastoraat en geestelijke verzorging; geestelijke verzorging en zingeving; zorgpraktijken; presentie en interventie; morele verwonding en vergeving; ethische vragen: respect, bemoeizorg, geheimhouding. Onderwijsvorm Hoorcolleges, referaat, interviews, literatuurstudie. Toetsvorm Tentamen (70%), referaat (30%) Literatuur Ganzevoort, R. en J. Visser (2007), Zorg voor het verhaal, Zoetermeer: Meinema (hoofdstukken 1-3, 8); Reader (zie blackboard). Overige informatie Het referaat wordt in kleine groepjes voorbereid. Deelname aan de referaatgroepen is verplicht.

Religie en Levensbeschouwing interdisciplinair Vakcode

G_RL_INTDIS (100018)

Periode

Periode 1

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. L. Minnema

Docent(en)

dr. L. Minnema

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: is in staat om de inhoudelijke en interdisciplinaire complexiteit van het studieveld `De plaats en de rol van lichamelijkheid in verschillende religieuze en levensbeschouwelijke tradities zelfstandig te verkennen zonder in het studieveld te verdwalen; is in staat om deze complexiteit in opdrachten te verwerken; is in staat om binnen de beschikbare tijd het onderwerp naar keuze afbakenen, een bijpassende vraagstelling formuleren en Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing - 2011-2012

7-3-2013 - Pagina 16 van 25

stapsgewijs uitwerken tot een bondige beschouwing met bronvermelding (paper). Inhoud vak Deze module `Religie, levensbeschouwing interdisciplinair gaat over de plaats en de rol van lichamelijkheid in de verschillende religieuze en levensbeschouwelijke tradities. Daarbij staan de volgende vragen centraal: Hoe wordt lichamelijkheid ervaren? Wordt het lichaam gecultiveerd? Welke rol speelt het lichaam in welke rituelen? Hoe wordt in de diverse tradities over het menselijk lichaam gedacht? Welke rol spelen opvattingen over lichamelijkheid in religieuze tradities? Waar zijn botsingen aan te wijzen tussen religieuze opvattingen over lichamelijkheid en opvattingen die normatief zijn in een moderne geseculariseerde samenleving? Hoe wordt variatie in sexueel gedrag sociaal gehonoreerd of getolereerd? Los daarvan zullen verplichte werkbezoeken worden afgelegd aan een kerk, mandir, moskee, synagoge en vihara om ter plaatse met vertegenwoordigers van de betreffende gemeenschap te spreken. Onderwijsvorm Werkcolleges aan de hand van schriftelijke inbreng en groepsdiscussie door de studenten; de werkcolleges zijn ten dele opgezet als probleemgestuurd onderwijs, en begeleiden het gelijktijdig schrijven van wekelijkse papers over een eigen keuzeonderwerp. Toetsvorm Toetsing vindt plaats d.m.v. schriftelijke opdrachten, mondelinge presentaties en een schriftelijk verslag van de werkbezoeken aan kerk, mandir, moskee, synagoge en vihara. Literatuur Grotendeels afhankelijk van het eigen keuzeonderwerp per wekelijks wisselende thuisopdracht, in overleg met de docent. Overige informatie De studiehandleiding voor deze module moet worden gedownload vanaf Blackboard (zie daar onder Course Documents).

Religies in een pluralistische cultuur Vakcode

G_RELPLUCUL (105004)

Periode

Periode 2

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. L. Minnema

Docent(en)

dr. L. Minnema

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: is in staat patronen te herkennen en te verwoorden in de wijze waarop religie en groepsidentiteit op elkaar kunnen inwerken, gezien vanuit de optiek(en) van de culturele antropologie en


7-3-2013 - Pagina 17 van 25

sociologie. Dit blijkt uit het kunnen uitvoeren van opdrachten waarvoor zelfwerkzaamheid wordt gevraagd, het deelnemen aan groepssessies, het opzoeken van materiaal in de bibliotheek, mediatheek en via deskundigen; is in staat om binnen de beschikbare tijd het onderwerp naar keuze af te bakenen, een bijpassende vraagstelling te formuleren en stapsgewijs uit te werken tot een bondige beschouwing met bronvermelding (paper). Inhoud vak Drie thema's die allemaal verband houden met religie (of levensbeschouwing) en groepsidentiteit: de relatie religie/etniciteit, de relatie religie/syncretisme, de relatie religie/fundamentalisme. Keuzeonderwerpen binnen deze overkoepelende thema's. De nadruk ligt op de sociaal-wetenschappelijke benaderingen. Onderwijsvorm Werkcolleges aan de hand van schriftelijke inbreng en groepsdiscussie door de studenten; de werkcolleges zijn ten dele opgezet als probleemgestuurd onderwijs, en begeleiden het gelijktijdig schrijven van één paper over een eigen keuzeonderwerp. Toetsvorm Paper. Tijdens de collegeperiode bovendien participatie en korte thuisopdrachten. Literatuur Grotendeels afhankelijk van het eigen keuzeonderwerp, in overleg met de docent. Overige informatie De studiehandleiding voor deze module moet worden gedownload vanaf Blackboard (zie daar onder Course Documents).

Religietheorieën Vakcode

G_BRELT ()

Periode

Periode 3

Credits

3.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. A.L. Vroom

Docent(en)

drs. A.L. Vroom

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: 1) Kennis en Inzicht: a) kan de globale ontwikkelingslijn benoemen in de studie van de religie; b) kent de zeven behandelde religietheorieën. 2) Toepassen Kennis en Inzicht: a) kan de origine van een gegeven positie aangaande de studie van religie aangeven; b) kan in kernbegrippen de zeven behandelde religietheorieën gebruiken bij de analyse van een religieus fenomeen. 3) Oordeelsvorming: a) kan de verschillende methodes tot bestudering van religie kritisch bespreken en b) discussies voeren over enkele kernthemas (insider/outsider;


7-3-2013 - Pagina 18 van 25

normatief/descriptief) en kan zo c) een begin van een mogelijke eigen visie op het eigen vakgebied formuleren. 4) Communicatie: a) kan de eigen visie verwoorden in relatie tot de visie van een ander; b) kan een theorie toepassen op een casus in een pakkende heldere presentatie. 5) Leervaardigheden: kan bij academische en openbare discussies over reiigie detecteren welke veronderstellingen er een rol in spelen over wat religie is en hoe je dit het beste kunt verstaan, duiden en interpreteren. Inhoud vak De ontwikkeling van de godsdienstwetenschap in het perspectief van de wetenschapsfilosofie. Onderwijsvorm Hoor- en werkcollege (theorie weergeven, toepassen, presenteren, kritisch bespreken). Toetsvorm Tentamen. Literatuur D.L. Pals, Eight Theories of Religion, Oxford: Oxford University Press 2005 collegestof (aantekeningen); stof via Blackboard; Voor islam-premaster die geen Engels lezen: collegestof, opdrachten van anderen over Pals, plus OthO-module, te kopiëren via docent; eigen casus inbrengen over het thema: ascese; zie blackboard voor de opdracht voor college 1.

Seculiere levensbeschouwing en zingeving Vakcode

G_SECLEBZING (105010)

Periode

Periode 4

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator


Docent(en)


Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student kan: 1. de klassieke secularisatiethese toelichten (Peter Berger) 2. verschillende seculiere levensbeschouwingen benoemen en in hun verschijningsvorm globaal beschrijven 3. verschillende visies op de verhouding seculiere en religieuze levensbeschouwing analyseren 4. de originele theorie van Taylor uitleggen en in verband brengen met zijn ruimere oeuvre 5. verschillende visies op de verhouding tussen christendom en moderniteit analyseren Inhoud vak In het eerste deel van dit vak (Moyaert)wordt een inleiding gegeven in het ruimere oeuvre van de Canadese filosoof Charles Taylor. Daarin zal ingegaan worden op twee van zijn boeken (1) De malaise van de


7-3-2013 - Pagina 19 van 25

moderniteit en (2) Wat betekent religie vandaag? We plaatsen Taylor’s denken in de context van de discussie tussen liberalisme en communitarisme, we onderzoeken wat Taylor bedoelt met authenticiteit en hoe vandaag nog uitdrukking gegeven kan worden aan religie in onze moderne context. In het tweede deel van dit vak (Van der Merwe) lezen we gedeelten van het boek Een Seculiere tijd van Charles Taylor (Lemniscaat 2009). De vraag die centraal staat in dit boek is: “Hoe komt het dat rond 1500 voor de meeste westerlingen het geloof een vanzelfsprekende zaak was, terwijl anno 2007 het geloof hooguit nog een optie is, en dan nog een zeer betwistbare in de ogen van de meerderheid.” Het is duidelijk dat de plaats van religie in onze wereld gedurende de laatste eeuwen diepgaand veranderd is. We leven in een seculiere tijd. Maar hoe moeten we die secularisering begrijpen? Hoe verandert de secularisering de maatschappij? Wat gebeurt er wanneer een samenleving waarin het vrijwel onmogelijk is niet in God te geloven, verandert in een samenleving waarin geloof slechts één menselijke mogelijkheid is tussen andere, zelfs voor de onwankelbaarste gelovige? Hoe verhoudt de secularisering zich tot het moderne wetenschappelijke denken enerzijds en levensbeschouwing anderzijds. Is het aannemelijk dat religie uiteindelijk helemaal zal verdwijnen? In zijn boek gaat Taylor in tegen de klassieke seculariseringsthese die het fenomeen van de secularisering voorstelt als het logisch uitvloeisel van het westerse moderne denken. Taylor vindt die stelling te eenvoudig. Volgens hem is de secularisering zelf ten dele mogelijk gemaakt door bepaalde religieuze ontwikkelingen. De moderniteit kwam voort uit religie. Godsdienst en moderniteit sluiten elkaar niet uit en het is dan ook, aldus Taylor onwaarschijnlijk dat de secularisering uiteindelijk zal leiden tot het verdwijnen van religie (cf. Dawkin) De hedendaagse seculiere wereld wordt niet gekenmerkt door een afwezigheid van religie - al zijn in sommige samenlevingen geloof en godsdienstbeoefening aanmerkelijk achteruitgegaan - maar eerder door een groeiende toename van nieuwe opties - religieus, spiritueel en antireligieus, die individuen en groepen aangrijpen om hun leven betekenis en hun spirituele idealen vorm te geven. Onderwijsvorm Hoor- en responsiecolleges, interactieve verwerkingsopdrachten Toetsvorm Schriftelijk of mondeling tentamen, afhankelijk van het aantal studenten. Literatuur C. De Malaise van de moderniteit, Kampen, 1994. C. Taylor, Wat betekent religie vandaag?, Pelckmans/Clement, 2003 C. Taylor, Een seculiere tijd, Lemniscaat, 2009 Bijkomende literatuur P. Berger an T. Luckman, Secularization and Pluralism, in International Yearbook for the Sociology of Religion 2 (1996) 73-81. S. Bruce, Secularization, Oxford, 2011. C. Taylor, Challenging Issues About the Secular Age, in Modern Theology 26 (2010) 404-416. R. Warner, Secularization and Its discontents, Continuum, 2010. L. Woodhead, Peter Berger and the Study of Religion, London, 2001. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing - 2011-2012

7-3-2013 - Pagina 20 van 25

Review Articles A. Andres, et.al., A Roundtable Discussion on Charles Taylor’s Book A Secular Age, in Political Theology 11 (2010) 278-298. C. Taylor, Response to Roundtable Discussion, in Political Theology 11 (2010) 299-300. P. Admirand, Embodying an Age of Doubt, solitude and Revolt, in Heythtrop Journal 51 (2010) 905-920. H. De Vries, The Deep Conditions of Secularity, in Modern Theology 26 (2010) 382-403. C. Eipper, The Spectre of Godlessness: Making Sense of Secularity in Australian Journal of Anthropology 22 (2011) 14-39. P. Gordon, Must the Sacred be Transcendent?, in Inquiry 54 (2011) 126-139. R. Kollar, Review. A Secular Age, in Heythrop Journal 52 (2011) 535-536. J. Rundell, Charles Taylor and the Secularization Thesis, in Critical Horizons 11 (2010) 119-132. W. Schweiker, Grappling with Charles Taylor’s A Secular Age, in Journal of Religion 90 (2010) 367-400. G. VanHeeswijck, Kritische studie. Charles Taylor en het zig-zag parcours van de westerse seculariserung, in Tijdschrift voor Filosofie 70 (2008) 373-395. Overige informatie Aanwezigheidsplicht: 80%

Usul al-Fiqh Vakcode

G_USULUFIQH (100044)

Periode

Periode 1

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator


Docent(en)


Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: kan een beschrijving geven van de methodiek van de jurisprudentie (Usul al- Fiqh) in hoofdlijnen; kan de belangrijkste publicaties van de islamitische geleerden op dat gebied noemen en kort beschrijven; kan op grond van allerlei bestaande technieken binnen deze wetenschap, de religieuze voorschriften afleiden; kan antwoord geven op enkele gangbare rechtsgeleerde vragen die betrekking hebben op onze samenleving; kan uitleggen wat de fiqh betekent bij de toepassing van de islam in het dagelijks leven als kennis voor de praktijk; kan uitleggen waarom de fiqh niet moet worden opgevat als een enge interpretatie van wetjes en regeltjes. Inhoud vak Kennismaking met de geschiedenis en de ontwikkelingen van de fiqh: de geschiedenis van wetscholen (Madahib). Uitleg over de belangrijkste technische begrippen van deskundigen op het gebied van Usul al- Fiqh.


7-3-2013 - Pagina 21 van 25

De categorieën van: al- Hukm al - Taklifi. De categorieën van: al- Hukm al - Wad'i. De consensus (al- idjma). De analogie (al - qiyas). De bronnen van de Usul- al- Fiqh en de Fiqh. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges. opdrachten maken, presentatie houden. Toetsvorm Schriftelijk tentamen (75%) opdrachten (15%), presentatie (10%). Literatuur Verplichte literatuur: Mohammed Hashim Kamali, Principles Of Islamic Jurisprudence, The Islamic Texts Society, 2003, Blz. 1 - 351; Dr. Wahba, Al-zohaili, Usul Al-Fiqh Al-Islami, Dar al-fikr, Beiroet, 1989, deel 1, pp. 15-114. pp 414-728; Aboe bakr, al-jasas, Al-Idjma, daar Al-Montakhab Al-Arabi, 1993.; Th.W. Juynboll. Handleiding tot de betekenis van de Mohammedaanse wet volgens de leer der Sjafiitische school, Leiden, 1930. Deel 1. pp. 16-51; Abdel karim zydan, Al-Wjajiz Fi Usul Al-Fiqh, Beiroet, Moasasat Al-Risalah, 2002; Aantekeningen colleges. Aanvullende literatuur: Ruud Peter, Ìnleiding tot Usul Al-Fiqh (en rechtsscholen: Eigen karakter van -Sjarie'a' in: Islam. Norm, Ideaal en werkelijkheid', 1984, pp. 167-176; Mischael Mumisa, Islamic law, Theory, Interpretation, Omana Publications, first Edition.

Usul al-Tafsir II Vakcode

G_USULUTAF2 (100050)

Periode

Periode 2

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. Y.A.I.A. Ellethy

Docent(en)

dr. Y.A.I.A. Ellethy

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: heeft globale kennis en inzicht in het ontstaan en de ontwikkeling van de verschillende methoden van koranexegese; kan oorspronkelijke tafsirteksten lezen, in essentie te begrijpen, uitleggen en relateren aan theoretische kennis; in staat aan de hand van een woordenboek de koranteksten (uit het Arabisch) te vertalen en de tekst in de context te analyseren; kan zelfstandig verschillen tussen uiteenlopende vertalingen van de koran verklaren vanuit de grammatica, exegese, parallelle plaatsen in de koran en het streven van de vertaler om de Arabische tekst voor een beoogde lezerskring begrijpelijk te maken.


7-3-2013 - Pagina 22 van 25

Inhoud vak De relatie tussen Arabisch en Korantafsir (vroeger en nu). Verschillende culturen en verschillende tafsir. De geschiedenis van de koranexegese: klassieke en moderne tafsir. De plaats van de profeet en zijn metgezellen in de tafsir. Tafsir en I'tihad. Tafsir en Oriëntalisme. Scholen, methoden en richtingen van tafsir, interpretatie, exegese, hermeneutiek en vertaling van de Koran. De reden van meningsverschillen in de koranuitleg. Onderwijsvorm Hoor- en werkcolleges met schriftelijke opdrachten. Toetsvorm Schriftelijk tentamen (65%) + eindpaper met opdrachten (35%). Literatuur al-Tabarî , Abû Ga'far Muhammad B. Garîr. The commentary on the Qur'ân. Translation of Jâmi' al-bayân 'an ta'wîl ây al-Qur'an). Oxford University Press. 1989; Ljamai, A. Inleiding tot de studie van de Koran: ontstaansgeschiedenis en methodes van de koranexegese. Zoetermeer. 2005; Versteegh, Kees, Arabic grammar and Qur'anic exegesis in early Islam, Leiden: Brill, 1993; Philips B, Usoel at-Tafseer, 2005; Watt W., Inleiding tot de koran, 1970 (hoofdstuk 10e en 11e); Cerrahoglu I., Tafsier usulü (hoofstuk, III.), 1983 (Turks); Wessels A., De koran verstaan, 1986 pp. 9-19; Een Nederlandse koran vertaling; collegestof (Arabische exegeseteksten uit verschillende kalssieke en moderne tafasir). Aanbevolen voorkennis Usul-al-Tafsir I, Arabisch VI, Kalam en Inleiding in de Koran en Hadith I. Overige informatie Aanwezigheidsplicht: 80%.

Voorbereiding scriptie Vakcode

G_VOOBASCR (109000)

Periode

Periode 5

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. P.M. Wisse

Docent(en)

dr. A. Goudriaan

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak De student: heeft de doelstelling van de scriptie geformuleerd; heeft de opzet van de scriptie op hoofdlijnen geformuleerd; kent de methode op basis waarvan zij de scriptie gaan vormgeven; heeft een eerste aanzet tot de scriptie gemaakt.


7-3-2013 - Pagina 23 van 25

Inhoud vak Deze module begeleidt de student bij de opzet van de afsluitende scriptie. Onderwijsvorm Seminar. Toetsvorm Scriptie-opzet. Literatuur Afhankelijk van het te kiezen scriptie onderwerp. Overige informatie Het volgen van deze module is een voorwaarde voor het starten met het schrijven van de bachelorscriptie (109001).

Wetenschapsfilosofie van de religie Vakcode

G_BWSREL ()

Periode


Credits

3.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. A.L. Vroom

Docent(en)

drs. A.L. Vroom

Lesmethode(n)

Hoorcollege

Doel vak Voor het onderdeel Argumentatie kan de student: 1) Kennis en Inzicht: snapt de structuur van een argumentatie 2) Toepassen Kennis en Inzicht: kan een argumentatie in een tekst opsporen en analyseren. 3) Oordeelsvorming: kan een oordeel vormen over de juistheid van de vorm en inhoud van een argumentatie en kan deze onderscheiden. 4) Communicatie: kan zich wijsgerig precies uitdrukken bij de analyse van argumentaties. 5) Leervaardigheden: krijgt oog voor de rol van argumentaties in teksten. Voor het onderdeel Encyclopedie II kan de student: 1) Kennis en Inzicht: kent de kernbegrippen van de wetenschapsfilosofie van de geesteswetenschappen (hermeneutiek). 2) Toepassen Kennis en Inzicht: kan hermeneutische kernbegrippen toepassen. 3) Oordeelsvorming: kan een hermeneutische strategie beoordelen. 4) Communicatie: kan een hermeneutische analyse schriftelijk communiceren. 5) Leervaardigheden: is zich bewust van de subjectiviteit en structuren van het verstaansproces. Onderwijsvorm Thuisopdrachten, hoorcollege, werkcollege en literatuurstudie. Toetsvorm Het cijfer vindt plaats op grond van een tentamen.


7-3-2013 - Pagina 24 van 25

Literatuur Zie Blackboard


7-3-2013 - Pagina 25 van 25

Premasteropleiding Religie en levensbeschouwing Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Godgeleerdheid - P Religie en levensbeschouwing -

Recommend Documents