Pedagogisch Werkplan SKSG Klavertje3 Wij laten ons inspireren door Reggio Emilia
Het kind Bestaat uit honderd Het kind heeft honderd talen honderd handen honderd gedachten honderd manieren van denken van spelen, van spreken. Honderd, altijd weer honderd Manieren van luisteren Verwonderen en liefhebben Honderd vreugden Om te zingen En te begrijpen Honderd werelden Om te ontdekken Honderd werelden Om te verzinnen Honderd werelden Om te dromen. Het kind heeft honderd talen (en nog honderd honderd honderd meer) Maar ze pakken er negenennegentig af. De school en de samenleving Scheiden het hoofd van lichaam Zij zeggen tegen het kind: Dat hij zonder handen moet denken Zonder hoofd moet handelen Moet luisteren en niet praten Moet begrijpen zonder vreugde Alleen met Pasen en met kerst Mag lief hebben en verwonderen. Ze zeggen tegen het kind: Ik geef je de al ontdekte wereld en van de honderd pakken ze er negenennegentig af. Ze zeggen tegen het kind: Dat werk en spel Realiteit en fantasie Wetenschap en verbeelding Hemel en aarde Verstand en droom Dingen zijn Die niet bij elkaar horen. En dus vertellen ze het kind Dat de honderd er niet is. Het kind zegt: ZEKER DIE IS ER WEL! (Gedicht van Loris Malaguzzi, een van de oprichters van Reggio Emilia, uit; De honderd talen van kinderen)
0
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Inhoud 1. Inleiding .............................................................................................................................................................. 2 2. Pedagogisch beleidsplan SKSG ........................................................................................................................ 3 3. Onze visie ........................................................................................................................................................... 4 4. Beleid in ons dagelijkse werk ............................................................................................................................ 6 5. Ons team .......................................................................................................................................................... 13 6. Samenwerking met ouders ............................................................................................................................. 14
1
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
1. Inleiding Pedagogisch beleidsplan ‘Het mooiste wat je kunt worden is jezelf’ is de titel van ons pedagogisch beleidsplan. In dit beleidsplan staan de uitgangspunten voor onze dagelijkse omgang met de kinderen binnen onze kindercentra en onze gastouderopvang. In het pedagogisch beleidsplan staat beschreven wat wij doen en waarom we dat zo doen. Dit beleidsplan wordt aan u opgestuurd. Pedagogisch werkplan In dit pedagogisch werkplan vertellen we, met in ons achterhoofd de pedagogische uitgangspunten, wat onze specifieke visie is en hoe we werken. We beschrijven hoe we omgaan met kinderen in de dagelijkse praktijk. Dit werkplan biedt dus inzicht in onze werkwijze en is een praktische uitwerking van onze uitgangspunten. Bijwerken Dit pedagogisch werkplan is niet voor ‘eeuwig’ vastgelegd. Omdat ons werk in ontwikkeling is, de maatschappij verandert en inzichten in de loop van de tijd kunnen veranderen, houden wij ons werkplan regelmatig up- to- date. Een keer per 3 jaar lopen we ons werkplan weer na en wordt de inhoud eventueel aangepast. Naast onze medewerkers hebben ook ouders, die zitting hebben in de oudercommissie, invloed op de inhoud van dit werkplan. Mocht u vragen of opmerkingen hebben over onze werkwijze, ons pedagogisch beleidsplan of dit werkplan, dan horen we dat graag!
De locatiemanager en pedagogisch medewerkers van SKSG Klavertje 3
2
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
2. Pedagogisch beleidsplan SKSG In ons pedagogisch beleidsplan vertellen we wat wij doen en waarom we dat zo doen. Onze uitgangspunten, het bieden van veilige, veelvormige en verantwoorde kinderopvang is in dit beleid vertaald naar vijf pedagogische doelstellingen. In het kort treft u ze hieronder: 1. Wij ondersteunen uw kind emotioneel: “Kijk ik mag er zijn” en “Kijk we doen het samen” Kinderen kunnen zich alleen optimaal ontwikkelen als zij zich veilig en vertrouwd voelen. Onze pedagogisch medewerkers geven de kinderen een gevoel van geborgenheid door lichamelijk contact, door oogcontact door het kind te troosten als het daar behoefte aanheeft en door belangstelling/waardering te tonen voor het kind. 2. We respecteren de autonomie van uw kind: “Kijk ik kan het zelf, het lukt me Kinderen hebben uitdagingen nodig om te kunnen groeien en leren. Om zelfredzaam en zelfstandig te worden, leren we kinderen al vroeg op hun eigen niveau keuzes maken. Dat geeft een goede basis voor later. 3. Wij bieden uw kind structuur en continuïteit en stellen grenzen Kinderen hebben behoefte aan houvast en duidelijkheid daarmee hebben zij de zekerheid dat ze zich binnen de geboden structuur en de gestelde grenzen veilig kunnen bewegen. We bieden structuur door o.a. herkenbaarheid in dagritme, inrichting van ruimten, duidelijke regels en vaste rituelen. 4. Wij zeggen wat we doen en benoemen wat we zien.’ Om de wereld te begrijpen heeft een kind informatie en uitleg nodig die aansluit bij de behoefte, de belevingswereld, de aandacht en het ontwikkelingsniveau van het kind 5. Wij bieden uw kind de benodigde ruimte, afhankelijk van zijn of haar ontwikkeling; De ruimte neemt toe naarmate uw kind ouder wordt Uitdaging en spanning zijn belangrijk voor kinderen, mits binnen de grenzen van veiligheid en vertrouwen. Wij nodigen kinderen uit om zelf op verkenning te gaan, zodat zij op zichzelf leren te vertrouwen en zich daardoor verder kunnen ontwikkelen.
3
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
3. Onze visie Ieder kind is uniek Ieder kind heeft een eigen karakter, temperament, ontwikkelingstempo en behoefte. Alles wat een kind in zich heeft moet de kans krijgen zoveel mogelijk tot ontplooiing te komen. Reggio Emilia Bij SKSG Klavertje 3 laten we ons inspireren door het gedachtegoed van de pedagogische stroom Reggio Emilia. Ieder kind is rijk en competent en heeft 100 talen om zich te uiten en te laten zien wij hij of zij is. Kinderen zijn sterk en krachtig en we gaan uit van wat kinderen zijn en kunnen en niet van wat ze nog níet kunnen of zijn. “… een kind heeft wel 100 talen om zich te uiten: tekenend, schilderend, kleiend, via muziek, dans, toneel, spel, mimiek, lichaamstaal enz. Deze talen zijn onmisbaar voor de leerprocessen van kinderen. Het is belangrijk dat volwassenen en kindercentra deze talen van kinderen leren omdat de meeste volwassenen hebben geleerd vooral de verbale taal te gebruiken… Bovenstaande laten we terugkomen in:
houding en handelen van de pedagogisch medewerkers
een veilige én uitdagende omgeving
In ritme, rituelen én ruimte om het eens anders te doen
Houding en handelen pedagogisch medewerkers Ieder kind brengt zijn/haar eigen karakter, temperament en ontwikkelingstempo mee en in de omgang met de kinderen wordt hier dan ook rekening mee gehouden: We kijken naar het kind en wat dit wil, nodig heeft en aankan. Daarnaast overleggen we met ouders hoe zij met hun kind omgaan en bekijken we gezamenlijk waar het nodig is de aanpak thuis en op het dagverblijf op elkaar af te stemmen. We vinden een positieve benadering met respect voor ieder kind van groot belang om kinderen zoveel mogelijk tot hun recht te laten komen en hun zelfvertrouwen te vergroten: Door kinderen te leren en stimuleren in wat ze goéd doen zullen ze zich vrijer en veiliger voelen. We prijzen de kinderen vaak in hun spel en mogelijkheden waardoor er minder behoefte en ruimte is om negatieve aandacht te vragen. We stimuleren de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van de kinderen door ze zoveel mogelijk zélf te laten doen en/of ze te laten helpen bij de diverse bezigheden van de pedagogisch medewerker: Zelf drinken en eten, zelf brood smeren, zelf aan- en uitkleden, zelf materialen pakken en opruimen, helpen met de was wegbrengen, tafeldekken en afruimen, afwassen etc. Wanneer kinderen iets nog niet (alleen) kunnen, helpen we ze natuurlijk. Ook moedigen we de kinderen aan zelf naar oplossingen te zoeken. Dit niet alleen t.a.v. de meer praktische zaken (hoe kom ik bij dat duploblokje of hoe kom ik van die stoel af) maar ook in relatie met andere kinderen. 4
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
We spreken en verstaan de taal (de ‘ 100 talen’) van het kind: We gaan er van uit dat elk kind 100 talen heeft om zich te uiten en daarmee te laten zien wie het is en wat het wil: kinderen huilen, lachen, praten, zijn stil, zien en horen, fantaseren, spelen, knuffelen en bijten of slaan, dansen, zingen, rennen, etc. We luisteren naar deze talen en de eigen taal van het kind en wat een kind ons daarmee probeert duidelijk te maken; naar hun wensen, gedachten en gevoelens. Ook brengen we de kinderen met zoveel mogelijk talen in contact: we praten heel veel met ze, maken grapjes, zingen, dansen, vertellen verhalen, lezen voor, fantaseren, stoeien, spelen, knutselen en (heel belangrijk) knuffelen. Opgroeien is een ontdekkingsreis die kinderen en volwassenen samen maken. Het mooiste wat je kan worden ben jezelf Bij SKSG Klavertje 3 kunnen kinderen in een rijke leer- en leefomgeving opgroeien tot een mens dat vertrouwen heeft in zichzelf en de ander. Wij begeleiden het kind op zijn REIS naar volwassenheid. R: respect voor de autonomie van het kind Bij SKSG Klavertje 3 hebben wij oog voor de eigenheid van ieder kind, ongeacht hoe hij er uitziet, zich gedraagt of welke culturele achtergrond hij heeft. Wij hebben respect voor de autonomie van het kind. Wij geven ruimte voor de eigen initiatieven, ideeën en wensen van het kind en gaan hier positief op in. E: emotionele ondersteuning bieden Door te laten merken dat we betrokken zijn bij wat het kind beleeft, voelt en ervaart bieden wij emotionele ondersteuning. Dit doen wij door het kind te troosten, toe te lachen en aan te moedigen. Bij SKSG Klavertje 3 prijzen wij de kinderen, geven ze een aai over de bol, tonen belangstelling en verwoorden voor het kind wat hij voelt. I: informatie geven over je handelen Informatie en uitleg geven we de hele dag. We zeggen wat we doen en benoemen wat we zien. Het kind krijgt zo de informatie die hij nodig heeft om de wereld te begrijpen en om de wereld met vertrouwen tegemoet te zien. S: structuur bieden en grenzen stellen Structuur biedt de veiligheid en vertrouwdheid die kinderen nodig hebben om de wereld en zichzelf te kunnen ontdekken. We hebben een vaste dagindeling op ons kindercentrum. Er zijn grenzen aan de manier waarop we met elkaar en met de wereld omgaan.
5
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
4. Beleid in ons dagelijkse werk In een eerder hoofdstuk hebben we al de pedagogische uitgangspunten van SKSG beschreven. In dit onderdeel lees je hoe we deze uitgangspunten in de praktijk brengen. Dit doen we aan de hand van de vijf uitgangspunten: ’n Veilig en vertrouwd gevoel. Stamgroep Om de kinderen bij SKSG Klavertje 3 een betrouwbare en vaste omgeving te bieden worden zij opgevangen in een vaste stamgroep. Alle kinderen hebben een eigen stamgroep. Bij de eerste kennismaking worden ouders en kinderen door de locatiemanager of ambassadeur voorgesteld aan de pedagogisch medewerkers van de eigen groep. SKSG Klavertje 3 kent de volgende (stam) groepen;
Kleine Beer
0 – ca. 1.5 a 2 jaar (max. 13)
Dribbel
0 – ca. 1.5 a 2 jaar (max. 13)
Jip en Janneke
1.5 a 2 - 4 jaar (max. 13 bij 1.5-4 en max. 16 bij 2-4)
Winnie de Pooh
1.5 a 2 - 4 jaar (max. 13 bij 1.5-4 en max. 16 bij 2-4)
Dikkie Dik
2 - 4 jaar (max.8)
In de praktijk geldt dat we maximaal 62 (24 baby’s en 38 peuters) kinderen op 5 groepen per dag opvang kunnen bieden. Als uw kind 2 jaar oud is gaat hij/zij over naar de peutergroep, vanaf ongeveer 1.5 jaar oud wordt er nog wel gekeken wanneer hij/zij door kan schuiven naar de peutergroep. Daarbij wordt gekeken naar de ontwikkeling van uw kind. Bijvoorbeeld: Kan uw kind lopen en is hij/zij weerbaar om de nieuwe uitdaging van de peutergroep aan te gaan. (Hierover meer in het onderdeel - overgang naar een andere groep op school). Het aantal kinderen per pedagogisch medewerker is vastgelegd in de Wet Kinderopvang door middel van een pedagogisch medewerker/kind ratio.
Leeftijd van de kinderen
Minimaal aantal beroepskrachten
Maximaal aantal kinderen
Minimaal aantal beroepskracht en
0 tot 1
1
4
2
8
1 tot 2
1
5
2
10
2 tot 3
1
8
2
16
3 tot 4
1
8
2
16
Maximaal aantal kinderen
Er is nooit iemand alleen in het gebouw. We beginnen en eindigen de dag met minimaal twee medewerkers. 6
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Open deuren Iedere eigen groepsruimte is een veilige thuisbasis waar vanuit de kinderen op onderzoek kunnen. ‘Open deuren’ tussen de groepsruimtes geven de kinderen meer keuzemogelijkheid en uitdaging (waar, waarmee of met wie wil ik spelen) en een mogelijkheid tot gemeenschappelijke activiteiten. De kinderen krijgen zo letterlijk meer ruimte, voelen zich in meerdere ruimtes op hun gemak en leren verschillende pedagogisch medewerkers kennen en de pedagogisch medewerkers leren zoveel mogelijk kinderen kennen. Op de rustmomenten (eten, drinken, slapen) zijn de deuren veelal dicht en blijven de kinderen op de groep. Dit hoeft niet per se de ‘eigen’ groep te zijn en een kind dat graag bij een andere groep eet schuift gewoon gezellig aan. Daarnaast vinden we het belangrijk dat er over en weer contact is tussen de leeftijdsgroepen: bijvoorbeeld peuters die gaan eten bij de baby’s, dreumesen die gaan spelen bij de peuters. Vaste gezichten Ons uitgangspunt is dat er zoveel mogelijk bekende gezichten voor kinderen en ouders op de groep zijn. Een pedagogisch medewerker werkt dan ook zoveel mogelijk op een zelfde groep en volgens een zelfde rooster, maar het komt ook zeker voor dat zij op een andere dan de ‘eigen’ groep werken. Zo kennen de pedagogisch medewerkers veel van de kinderen op het kindercentrum en kennen de kinderen veel van de pedagogisch medewerkers van het kindercentrum. Ritme, rituelen en ruimte om het eens anders te doen Het dagritme van de groep wordt bepaald door de behoefte van de kinderen om te eten, drinken, slapen, actief te zijn en te ontspannen. Op babygroepen hebben baby’s vooral hun eigen ritme. Bij de oudere kinderen speelt het groepsritme ook een belangrijke rol. Naast de haal- en brengmomenten kennen de groepen en aantal (vaste) momenten om te eten en te drinken: rond 9.30 uur, rond 11.30 uur en ‘s middags een of tweemaal. Deze ‘tafelmomenten’ zijn ook een gezamenlijk rustmoment en kennen rituelen als zingen en/of voorlezen voor het eten. Dagritme en rituelen bieden vooral jongere kinderen houvast maar we zijn er alert op dat dagritme en vaste rituelen niet als een keurslijf gaan werken. Het is verfrissend om het eens nét iets anders te doen. Vooral oudere kinderen kunnen vaak zélf goed aangeven waar ze behoefte aan hebben en pedagogisch medewerkers laten zich mede door deze behoefte leiden bij het bepalen van eet - en drinkmomenten, binnen of buitenactiviteiten, individuele of groepsactiviteiten of activiteiten met een klein groepje. Afscheid nemen Begroeten en afscheid nemen geeft duidelijkheid en veiligheid. Kinderen leren door afscheid te nemen er op te vertrouwen dat hun ouders weer terugkomen en leren dat ze na het afscheid nemen bij de pedagogisch medewerkers terechtkunnen met hun vragen, verhalen of voor troost. Bij het afscheid nemen gaan we veelal met het kind naar het raam om te zwaaien maar kijken ook naar de behoefte van het kind. Het ene kind wil uitgebreid afscheid nemen en zwaaien bij het raam voordat het kan/gaat spelen, een ander kind is al verdiept in een puzzel en heeft aan ‘gedag zeggen’ genoeg.
7
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Verjaardag Regelmatig valt er iets te vieren zoals verjaardagen van kinderen en pedagogisch medewerkers. We vinden het leuk wanneer een kind zijn/haar verjaardag op de groep viert. De groep wordt dan versierd, het kind mag in de speciale verjaardagsstoel zitten, krijgt een feestmuts op en wordt toegezongen. Wanneer het kind trakteert, vragen we van de ouders hierbij rekening te houden met de mate van zoetheid. Voor traktatie-ideeën kan de pedagogisch medewerker altijd suggesties doen (en ook via Internet zijn voldoende gezonde, leuke traktaties te vinden). Feesten Ook jaarlijks terugkerende feesten als Pasen, Sinterklaas en Kerstmis worden gevierd. We besteden speciale aandacht aan een kind wanneer er thuis iets bijzonders is gebeurd (een broertje of zusje geboren, een verhuizing) ook als de gebeurtenis verdrietig is (ziekte, ziekenhuisopname, scheiding e.d.). We doen dat (in overleg met de ouders) met behulp van het voorlezen van een boekje, vertellen en laten vertellen, iets tekenen etc. Samen eten Samen eten is gezellig en een sociaal gebeuren. Het is vaak een moment waarop wordt gezongen, voorgelezen of waarop de kinderen elkaar en de pedagogisch medewerkers hun belevenissen kunnen vertellen. We hanteren geen strikte regels rond eten en drinken. Een beker hoeft niet perse leeg, een boterham niet perse op, maar we stimuleren kinderen wel hiertoe. Ook hier kijken we naar het kind (hoeveel, wat of welke aanpak is goed voor dit kind) en/of volgen afspraken met ouders hieromtrent. Gezonde voeding We vinden het belangrijk aandacht te hebben voor gezonde voeding: vers fruit en appeldiksap, bruin brood en (karne)melk, soepstengels, crackers, kaas, vleeswaren i.p.v. alleen maar zoetigheid. Slaapritueel We proberen bij het slapen zoveel mogelijk rekening te houden met dagritme en slaapritueel van het kind. We vragen ouders een knuffel waarmee het kind slaapt en eventueel speen en slaapzak mee te geven. De kinderen hebben zoveel mogelijk hun eigen bed in een van de slaapkamers die elke groep heeft. Hiervoor geven de ouders toestemming. Wennen op de groep We vinden het belangrijk dat kinderen (en ouders) voldoende tijd en ruimte krijgen om bij SKSG Klavertje 3 te wennen. Het wennen houdt in dat een ouder de eerste dag/dagdeel sámen met het kind bij ons doorbrengt. We vinden het wennen belangrijk omdat daarmee het kind naast een vertrouwd persoon bekend kan raken in/met een nieuwe situatie, de ouder een indruk krijgt van hoe wij werken op de groep en de pedagogisch medewerker op die manier ouder en kind leert kennen. Het wennen wordt aangepast aan de individuele behoefte van het kind en na de eerste wendag maken de pedagogisch medewerker en ouder afspraken over de verdere wenperiode.
8
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Overgang naar een andere groep of school Wanneer kinderen overgaan van een babygroep naar een peutergroep geven we kinderen ook de tijd te wennen op en aan de nieuwe groep: eerst met en later zonder pedagogisch medewerker gaan de kinderen spelen, eten/drinken en slapen op de nieuwe groep. SKSG Klavertje 3 maakt deel uit van de Vensterschool Koorenspoor. Wanneer kinderen bijna 4 jaar worden, wordt in het kader van de doorgaande lijn een overdrachtsformulier ingevuld door de mentor. Met toestemming van de ouder wordt dit formulier opgestuurd/doorgegeven aan de basisschool en eventueel aan de buitenschoolse opvang. Observaties Kinderen worden doorlopend door de pedagogisch medewerkers geobserveerd en 1 keer per jaar worden zowel het welbevinden van de groep als geheel als van het individuele kind geobserveerd aan de hand van een observatielijst. Het kan voorkomen dat een kind zich opvallend anders ontwikkelt t.o.v. andere kinderen. Opvallend gedrag en/of onze zorg over (de ontwikkeling van) een kind wordt altijd met de ouders besproken. In specifieke situaties kan er – voor advies, ondersteuning en deskundigheidsbevordering - een beroep worden gedaan op de pedagogen die aan SKSG verbonden zijn.
‘Dat kan ik zelf!’ Inrichting van ruimte Het gebouw heeft een huiselijke en gezellige sfeer waarin kinderen zich prettig voelen. De kleuren in gebouw en groepsruimtes zijn licht en vrolijk en ook met meubilair, accessoires en verlichting zorgen we voor een gezellige, warme en voor kinderen aansprekende sfeer. De groepsruimtes zijn zo ingericht dat kinderen veilig en tegelijkertijd zo vrij mogelijk kunnen bewegen en ook de ruimte hebben. We gaan er van uit dat de omgeving prikkels en uitdaging biedt zodat het kind zelf op verkenning uitgaat. De inrichting sluit aan bij de leeftijd, de belevingswereld en behoeftes van ieder kind: De jongste leeftijdsgroep in het bijgebouw heeft 2 groepsruimtes, verbonden door een hal, met veel vrije ruimte waar kinderen kunnen rollen, kruipen en onderzoeken, hoge boxen met een eigen plek voor de baby’s waarin ze de groep kunnen overzien. De oudste leeftijdsgroep heeft 3 groepsruimtes met verschillende hoekjes waar de kinderen in kleinere groepjes kunnen spelen (b.v. poppenhoek, keukentje, een laag tafeltje met stoeltjes) of waar ze zich even kunnen terugtrekken op een bank of matras. Een van de ruimtes heeft een groot speelhuis met glijbaan.
9
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Buitenruimte De buitenruimte is zo ingericht dat er binnen bepaalde grenzen van veiligheid, voldoende uitdaging en risico is. Er wordt veel buiten gespeeld en is er voor elk kind wat wils: ruimte om te rennen, fietsen, verstoppen, kruipen, klimmen en klauteren, spelen met zand en water. Voor de allerkleinsten kan een apart veld worden afgesloten. Ook hier is er keuzevrijheid voor de kinderen: we stimuleren kinderen wel om mee naar buiten te gaan, maar kinderen hoeven niet perse met de hele groep naar buiten. Soms speelt een klein groepje kinderen (alleen) buiten en soms is het grootste deel van de groep buiten en spelen wat kinderen binnen, waarbij de pedagogisch medewerker op afstand toezicht houdt. Soms gaan we (wanneer ouders daarvoor toestemming hebben gegeven) met een groepje kinderen op stap: in de bolderkar of buggy naar de bakker of naar een speeltuintje in de buurt. Onderlinge relaties Op een groep zijn er veel onderlinge relaties en daar maken we gebruik van: kinderen leren niet alleen van hun ouders en van ons, maar vooral ook van en met elkaar: grotere kinderen kunnen de kleineren helpen met bijvoorbeeld het aangeven van spelmateriaal of het vastmaken van een jas. Kleinere kinderen kijken bij elkaar de kunst af van het zelf een fles vasthouden of het zitten op een potje of wc. Zindelijk worden Wanneer kinderen er aan toe zijn begeleiden en stimuleren we ze (in overleg met de ouders) bij het zindelijk worden, maar laten het tempo waarin veelal afhangen van de interesse en enthousiasme van het kind. We oefenen geen druk uit als een kind niet op een potje of wc wil. Omgaan met conflicten Bij conflicten tussen kinderen heeft de pedagogisch medewerker een begeleidende rol: we geven de kinderen ruimte om zelf iets op te lossen (wie mag er met de rode auto spelen) en grijpen zo nodig in. We stimuleren de kinderen om voor zichzelf op te komen wanneer dat nodig is. ‘Iedereen is welkom ’ We vinden het belangrijk kinderen te laten voelen, weten, horen en zien dat ze welkom zijn: kinderen worden bij binnenkomst begroet en we zorgen voor een gezellige, veilige en vertrouwde sfeer op de groep. Ook vinden we het belangrijk de kinderen mee te geven dat er niemand hetzelfde is en dat verschillen en variatie een verrijking van het leven zijn. Omgaan met verschillen Ieder kind brengt zijn/haar eigen karakter, temperament en ontwikkelingstempo mee en in de omgang met de kinderen wordt hier dan ook rekening mee gehouden: we kijken naar het kind en wat het wil, nodig heeft en aankan. De pedagogisch medewerkers hebben dan ook eerder een begeleidende dan leidende rol. Daarnaast overleggen we met ouders hoe zij met hun kind omgaan en bekijken we gezamenlijk waar het nodig is de aanpak thuis en op het kindercentrum op elkaar af te stemmen.
10
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Cultuurverschillen Bij SKSG Klavertje 3 komen kinderen van verschillende culturen. Wij proberen zo veel mogelijk rekening te houden met de normen en de waarden die er binnen deze culturen gelden, zoals voeding en feestdagen. Ouders geven vaak zelf aan wat hun verwachtingen zijn. De bereidheid om er rekening mee te houden is altijd aanwezig. Binnen de grenzen van onze mogelijkheden en de behoefte van de groep doen we er alles aan om aan die wensen tegemoet te komen. Kinderen met een beperking Ook kinderen met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking kunnen ons kindercentrum bezoeken. In goed overleg met de ouders vragen wij hierbij vaak interne ondersteuning om deze kinderen zo goed mogelijk te kunnen begeleiden. Wij maken daarvoor gebruik van bijvoorbeeld video interactiebegeleiding. Kinderen met een speciale behoefte kunnen we in onze groepen opvangen zolang de groep als geheel kan blijven functioneren. Medische gegevens Wij houden in de kindmap de algemene en specifieke medische gegevens van de kinderen bij. Daar horen bijvoorbeeld ook de afspraken over medicijnen bij en of uw kind ingeënt wordt volgens het vaccinatieschema. Indien uw kind medicijnen gebruikt vragen wij u om een medicijnverklaring in te vullen. Hiermee verleent u de pedagogisch medewerkers toestemming om het medicijn te mogen geven. Verder wordt hierin de naam van het medicijn gevraagd, het tijdstip en de wijze van toediening en de dosering. En als kinderen ziek worden? Zieke kinderen hebben rust nodig. Zij voelen zich over het algemeen lekkerder in hun eigen omgeving dan in een groep. Wanneer wij merken dat een kind verhoging krijgt of zelfs koorts, of wanneer het kind zich zichtbaar niet lekker voelt, nemen wij altijd contact op met de ouders. Afhankelijk hoe het kind zich voelt (heeft het absoluut rust nodig of vermaakt het zich nog wel goed?) spreekt de pedagogisch medewerker met de ouders af hoe te handelen.
11
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
‘Samen spelen, samen delen’ Door te spelen ontwikkelt een kind zich en een groot deel van de dag vliegt spelend voorbij, dus spelen is heel belangrijk bij SKSG Klavertje 3. We hebben veel verschillend spelmateriaal maar houden rekening met de kinderen en de sfeer op de groep wanneer we wat aanbieden. Soms bergen we iets een tijdje op of ruilen spelmateriaal met een andere groep zodat het spelmateriaal blijvend uitdagend is. Het spelmateriaal is gericht op de leeftijdsgroep, waarbij er spelmateriaal is dat kinderen zelf kunnen pakken en spelmateriaal waar kinderen om moeten vragen of waar onder begeleiding mee gespeeld wordt. Belangrijk is dat kinderen leren zorgvuldig met spelmateriaal, materiaal en meubilair om te gaan en dat spelmateriaal wat ze zelf gepakt hebben ook weer zelf wordt opgeruimd (spelmateriaal op vaste eigen plek). We letten bij de aanschaf van spelmateriaal op aantrekkelijkheid en duurzaamheid en verschillend materiaal. Daarnaast kan divers kosteloos materiaal (bijvoorbeeld een grote lege doos) veel spelmogelijkheid bieden. Naast verven en tekenen laten we de kinderen knutselen en creatief zijn met divers materiaal (watjes, stokjes, closetrollen, veertjes, knoopjes etc.) in plaats van alleen kant en klare ‘werkjes’ te produceren. We werken regelmatig met thema’s. Hierbij zoeken we naar activiteiten die aansluiten bij de ontwikkeling en behoefte van de kinderen, maar ook bij seizoenen of festiviteiten (herfst, lente, Pasen, Sint en Kerst). Kinderen zijn vrij om aan een activiteit mee te doen. De pedagogische medewerker stimuleert en begeleidt kinderen hierin wel door bijvoorbeeld materiaal klaar te leggen en kinderen speciaal uit te nodigen. ‘Lekker spannend’ Uitdagende maar veilige omgeving Bij SKSG Klavertje 3 mogen kinderen eigen grenzen leren kennen. Daarom nodigen wij kinderen uit om op verkenning uit te gaan. Een uitdagende speelomgeving, zowel binnen als buiten bevordert deze ontdekkingsreis. Kinderen ontwikkelen zich snel, zijn nieuwsgierig en willen de wereld ontdekken. Veiligheid Lekker spannend geeft aan dat je uitdagingen wilt creëren. Wij zoeken voortdurend naar een goede mix tussen het bieden van veiligheid en het bieden van voldoende uitdaging en leermomenten. Wanneer we alle veiligheidsrisico’s zouden uitsluiten kunnen kinderen niet spelen, kunnen zij zich niet vrij bewegen en leren zij niet om te gaan met de wereld om zich heen. Ons beleid is gericht op het reduceren van risico’s tot een aanvaardbaar minimum. Risico-inventarisatie en GGD Jaarlijks voeren we een risico-inventarisatie uit en brengen hiermee de veiligheid en gezondheid van het hele kindercentrum in kaart. Waar nodig treffen we adequate maatregelen. De inventarisatie wordt uitgevoerd door een aantal hiervoor getrainde pedagogisch medewerkers onder leiding van de taakspecialist kwaliteit. Tevens vindt er minimaal 1x per jaar een controle plaats door de GGD. Deze controles zijn zowel aangekondigd als niet aangekondigd. Het GGD rapport ligt ter inzage op het kindercentrum. De mogelijkheid bestaat ook om deze te downloaden via onze locatiewebsite.
12
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Calamiteitenplan SKSG Klavertje 3 heeft een calamiteitenplan wat ieder jaar weer onder de loep genomen wordt. Er zijn volgens de wettelijke eisen pedagogisch medewerkers opgeleidt tot BedrijfsHulpVerlener. Ieder jaar oefenen we met de kinderen een ontruiming, de resultaten worden besproken in een groepsvergadering en eventueel wordt de oefening herhaald indien aanvullende maatregelen zijn genomen. In het geval van calamiteiten kunnen de pedagogisch medewerkers van de verschillende groepen elkaar ondersteunen en gelden zij als achterwacht voor elkaar. Het calamiteitenplan dat goedgekeurd is door de brandweer ligt ook voor ouders ter inzage bij onze locatiemanager. Indien er zich calamiteiten voordoen waarbij een ontruiming plaats moet vinden dan is onze uitwijkplaats, dat is het aangrenzende sportveld.
5. Ons team Het team van SKSG Klavertje 3 bestaat uit pedagogisch medewerkers, flexibele medewerkers en de locatiemanager. Pedagogisch medewerkers Alle pedagogisch medewerkers hebben minimaal een (kindgerichte) MBO-opleiding afgerond. Zij hebben de verantwoordelijkheid voor de kinderen die aan hun zorg zijn toevertrouwd. De pedagogisch medewerkers observeren, begeleiden en verzorgen naar de individuele behoefte van de kinderen. Daarnaast hebben zij aanvullende training genoten betreffende de visie van Reggio Emilia. Locatiemanager De locatiemanager is de leidinggevende van SKSG Klavertje 3. Zij geeft leiding aan het team van pedagogisch medewerkers. De locatiemanager heeft de eindverantwoordelijkheid over de dagelijkse gang van zaken en begeleidt haar medewerkers in het uitoefenen van hun functies. Op de handige kaart staat vermeld hoe en wanneer de locatiemanager te bereiken is. Invalkrachten Tijdens vrije dagen, vakanties en ziekte van de pedagogisch medewerkers worden gekwalificeerde vaste flexibele medewerkers ingezet. Wanneer er nog meer inval nodig is na inzet van onze vaste flexibele medewerkers kan een beroep worden gedaan op flexibele medewerkers van de zogeheten flexpool van SKSG. Stagiaires SKSG is een erkend leerbedrijf. Wij vinden het belangrijk om aankomende pedagogisch medewerkers bij ons ervaring te laten opdoen. Stagiaires zijn boventallig op de groep. Pedagoog. In sommige situaties wordt door de medewerkers een beroep gedaan op de pedagogen, die aan SKSG verbonden zijn. De pedagogen zijn geschoold in het opnemen en analyseren van interactie en communicatie tussen medewerkers en kinderen. Zij kunnen tijdens hun werkzaamheden gebruik maken van video- opnames. De beelden worden gebruikt om de pedagogisch medewerkers te ondersteunen bij hun werkontwikkeling. Daarnaast kan in voorkomende gevallen een beroep worden gedaan op een pedagoog m.b.t. een individueel kind. Dit gebeurt alleen in en na overleg met ouders.
13
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
6. Samenwerking met ouders Visie op relatie met ouders We willen als kinderdagopvang een aanvulling bieden op de opvoeding thuis. Samen opvoeden betekent dat ouders en groepsleiding elkaars vragen beantwoorden, elkaar informeren, zorgen voor afstemming en zo nodig twijfels en/of zorg over kind en opvoeding met elkaar delen. Daarom is het van groot belang voldoende aandacht te besteden aan informatieoverdracht (van ouders naar pedagogisch medewerkers en vice versa). We vinden het belangrijk een relatie aan te gaan met ouders waarin openheid, wederzijds vertrouwen en respect centraal staan. Het is vanzelfsprekend dat we zoveel mogelijk rekening houden met de wensen van individuele ouders. Tegelijkertijd bewaken we het belang van het kind en de groep, hanteren groepsregels en hebben onze eigen visie die richting geeft aan houding en handelen van de groepsleiding. Wij vinden het eveneens van belang dat ouders als groep belanghebbenden hun stem kunnen doen gelden: Bij SKSG Klavertje 3 kunnen ouders invloed uitoefenen via de oudercommissie waarin van elke groep ten minste één ouder vertegenwoordigd is. Brengen en halen van de kinderen en de dagelijkse overdracht We vinden het belangrijk dat ouders zich, net als de kinderen, welkom voelen bij SKSG Klavertje 3. Bij het brengen ’s ochtends is er gelegenheid om een kopje thee of koffie te drinken en ouders kunnen vertellen over het kind. Afhankelijk van de leeftijd van het kind is het voor ons belangrijk informatie te krijgen over flestijden, eten, slapen, stemming en gedrag van het kind en eventuele bijzonderheden. Bij het ophalen vertelt de pedagogisch medewerker hoe het met het kind gegaan is (ook wanneer dit wat minder positief is), wat het kind heeft ondernomen en beleefd. Eventuele bijzonderheden en ongevallen worden altijd aan ouders gemeld en zorg over een kind wordt met ouders besproken, waarbij de pedagogisch medewerker een goed moment zoekt (bv. niet wanneer er andere ouders bij zijn). Alle groepen hebben een bord waarop zaken als eten, drinken, slapen en bijzonderheden worden vermeld. Bij kinderen tot ca. 1 jaar wordt er regelmatig in een persoonlijk schriftje geschreven over de ontwikkeling, stemming, spel en (opvallende) gebeurtenissen. De peutergroepen hebben een dagoverzicht waarin belevenissen van de groep en de activiteiten worden beschreven en er wordt van elk kind een schetsboek bijgehouden met tekeningen, foto’s en verhaaltjes die het kind meekrijgt wanneer het vertrekt. Regelmatig wordt er via digitale foto’s een beeld gegeven van bepaalde momenten of activiteiten bij SKSG Klavertje 3.
14
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Gesprekken met ouders Gedurende de tijd dat een kind bij SKSG Klavertje 3 verblijft hebben we verschillende gesprekken met ouders. Ieder kind heeft een mentor, een pedagogisch medewerker als vast aanspreekpunt voor de ouders. Zij zal degene zijn die deze gesprekken met ouders zal voeren. Er zijn diverse mogelijkheden om met ouders in gesprek te komen. We noemen er een aantal: -
kennismakingsgesprek in dit gesprek maken ouders kennis met het kindercentrum en de locatiemanager, daarna volgt een kennismaking met de groepsleiding
-
evaluatiegesprek drie maanden nadat het kind op de groep is gekomen krijgen ouders een vragenlijst opgestuurd waarin naar de mening over de opvang wordt gevraagd
-
overgangsgesprek bij een nieuwe overgang van de ene groep naar de andere groep, van kindercentrum naar buitenschoolse opvang of van buitenschoolse opvang naar basisschool vindt een gesprek plaats tussen ouders en leiding
-
gesprek n.a.v. observatie Een keer per jaar vindt er een individuele observatie plaats, de uitkomsten worden daarna met de ouders besproken
-
afsluitend gesprek als het kind het kindercentrum verlaat wordt in een exit- gesprek het verblijf van het kind geëvalueerd.
Tussentijdse gesprekken met pedagogisch medewerker (mentor) of locatiemanager zijn op verzoek van ouders altijd mogelijk. Ook op initiatief van pedagogisch medewerker (mentor) of locatiemanager kan, wanneer daartoe aanleiding bestaat, een gesprek met ouders worden aangegaan. Nieuwsbrieven en Kwartaalberichten De nieuwsbrief van SKSG Klavertje3 komt vier keer per jaar uit. Verder hebben we een internetsite: klavertje3.sksg.nl die up to date gehouden wordt door middel van informatieve berichten voor ouders en belangstellenden. Ouders ontvangen daarnaast 4 maal per jaar het kwartaalbericht van SKSG waarin verschillende zaken aan bod komen. Het kwartaalbericht, de nieuwsbrieven en andere communicatie wordt zoveel mogelijk via de e-mail verzonden. Ouderavonden Een keer per jaar organiseert de oudercommissie in samenwerking met het team een ouderavond voor alle ouders. Hierin staat een thema centraal over opvoeden in het algemeen of een onderwerp dat betrekking heeft op het kinderdagverblijf. Oudercommissie De oudercommissie (OC) behartigt de belangen van ouders op locatieniveau. De OC heeft een adviserende rol t.a.v. de dagelijkse gang van zaken bij SKSG Klavertje 3, denkt mee over het groepsgebeuren en is een klankbord voor ouders, pedagogisch medewerkers en leidinggevende. Zo heeft de OC een adviserende rol bij het (her) schrijven van het pedagogisch werkplan en bewaakt zij of dit goed wordt uitgevoerd. De notulen van de OC hangen op het prikbord in de gang. 15
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -
Privacy Informatie over het kind en de thuissituatie blijft binnen het kinderdagverblijf en wordt uitsluitend benut ten behoeve van een functionele overdracht tussen medewerkers. Privacygevoelige gegevens worden in een afgesloten kast bewaard. Klachtenregeling Het kan voorkomen dat ouders een klacht hebben. Wij vragen ouders om dit allereerst met de desbetreffende persoon of diens leidinggevende te bespreken. Dit neemt niet weg dat u zich rechtstreeks kan wenden tot de SKK (Stichting Klachten Kinderopvang) Onze interne klachtenprocedure schrijft voor dat er altijd een klachtformulier ingevuld wordt en dat de klacht in behandeling wordt genomen. Mocht dit niet tot een bevredigende oplossing leiden dan staat de externe klachtenprocedure open. Beide procedures zijn na te lezen op onze website. Publicatie van foto’s Tijdens het kennismakingsgesprek geeft u wel of geen toestemming voor het publiceren van foto’s van uw kind. We maken hierbij onderscheid tussen de toestemming voor het publiceren van foto’s binnen het kindercentrum en toestemming voor publicatie van foto’s voor extern gebruik, bijvoorbeeld op onze website. Pedagogen Soms hebben de pedagogisch medewerkers behoefte aan extra ondersteuning ten aanzien van de begeleiding van een kind en/of de groep. We kunnen dan de pedagogen raadplegen die allen verbonden zijn aan SKSG. De pedagogen zijn geschoold in het opnemen en analyseren van interactie en communicatie tussen medewerkers en kinderen. Zij kunnen tijdens hun werkzaamheden gebruik maken van video opnames. De beelden worden gebruikt om de pedagogisch medewerkers te ondersteunen bij hun werkontwikkeling. Dit wordt altijd van te voren met u besproken.
16
Pedagogisch werkplan SKSG Klavertje 3 – januari 2015 -