Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
REIZEN DOOR DE RUIMTE
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
1
Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Pedagogisch beleidsplan SKSG 3. Onze visie 4. Beleid in ons dagelijkse werk 5. Ons team 6. Samenwerking met ouders
“Elk kind is uniek, alles wat het kind in zich heeft moet zoveel mogelijk tot ontplooiing komen”
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
2
1. Inleiding Pedagogisch beleidsplan ‘Het mooiste dat je kunt worden is jezelf’ is de titel van ons pedagogisch beleidsplan. In dit beleidsplan staan de uitgangspunten voor onze dagelijkse omgang met de kinderen binnen onze kindercentra en onze gastouderopvang. In het pedagogisch beleidsplan staat beschreven wat wij doen en waarom we dat zo doen. Dit beleidsplan wordt aan u opgestuurd. Pedagogisch werkplan In dit pedagogisch werkplan vertellen we, met in ons achterhoofd de pedagogische uitgangspunten, wat onze specifieke visie is en hoe we werken. We beschrijven hoe we omgaan met kinderen in de dagelijkse praktijk. Dit werkplan biedt dus inzicht in onze werkwijze en is een praktische uitwerking van onze uitgangspunten. Bijwerken Dit pedagogisch werkplan is niet voor ‘eeuwig’ vastgelegd. Omdat ons werk in ontwikkeling is, de maatschappij verandert en inzichten in de loop van de tijd kunnen veranderen, houden wij ons werkplan regelmatig up- to- date. Een keer per 3 jaar lopen we ons werkplan weer na en wordt de inhoud eventueel aangepast. Naast onze medewerkers hebben ook ouders, die zitting hebben in de oudercommissie, invloed op de inhoud van dit werkplan. Mocht u vragen of opmerkingen hebben over onze werkwijze, ons pedagogisch beleidsplan of dit werkplan, dan horen we dat graag!
De locatiemanager en pedagogisch medewerkers van SKSG Melkweg
December 2015
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
3
2. Pedagogisch beleidsplan SKSG In ons pedagogisch beleidsplan vertellen we wat wij doen en waarom we dat zo doen. Onze uitgangspunten, het bieden van veilige, veelvormige en verantwoorde kinderopvang is in dit beleid vertaald naar vijf pedagogische doelstellingen. In het kort treft u ze hieronder: 1. Wij ondersteunen uw kind emotioneel: “Kijk ik mag er zijn” en “Kijk we doen het samen” Kinderen kunnen zich alleen optimaal ontwikkelen als zij zich veilig en vertrouwd voelen. Onze pedagogisch medewerkers geven de kinderen een gevoel van geborgenheid door lichamelijk contact, door oogcontact door het kind te troosten als het daar behoefte aanheeft en door belangstelling/waardering te tonen voor het kind. 2. We respecteren de autonomie van uw kind: “Kijk ik kan het zelf, het lukt me Kinderen hebben uitdagingen nodig om te kunnen groeien en leren. Om zelfredzaam en zelfstandig te worden, leren we kinderen al vroeg op hun eigen niveau keuzes maken. Dat geeft een goede basis voor later. 3. Wij bieden uw kind structuur en continuïteit en stellen grenzen Kinderen hebben behoefte aan houvast en duidelijkheid daarmee hebben zij de zekerheid dat ze zich binnen de geboden structuur en de gestelde grenzen veilig kunnen bewegen. We bieden structuur door o.a. herkenbaarheid in dagritme, inrichting van ruimten, duidelijke regels en vaste rituelen. 4. Wij zeggen wat we doen en benoemen wat we zien.’ Om de wereld te begrijpen heeft een kind informatie en uitleg nodig die aansluit bij de behoefte, de belevingswereld, de aandacht en het ontwikkelingsniveau van het kind 5. Wij bieden uw kind de benodigde ruimte, afhankelijk van zijn of haar ontwikkeling; De ruimte neemt toe naarmate uw kind ouder wordt Uitdaging en spanning zijn belangrijk voor kinderen, mits binnen de grenzen van veiligheid en vertrouwen. Wij nodigen kinderen uit om zelf op verkenning te gaan, zodat zij op zichzelf leren te vertrouwen en zich daardoor verder kunnen ontwikkelen.
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
4
3. Onze visie Het kind Voor het formuleren van de visie van de Melkweg gaan wij uit van het onderliggende kindbeeld, dat kinderen een positieve instelling hebben en van nature krachtig zijn. Kinderen worden vol potenties geboren en ieder kind is uniek, krachtig en sterk. Kinderen hebben de wens om te groeien, te ervaren en te onderzoeken. Kinderen hebben een natuurlijke drang om kennis te vergaren. Zij willen relaties aangaan met anderen (kinderen en volwassenen) en met hen communiceren, dat doen zij op hun eigen ontwikkelingsniveau. Kinderen gaan op onderzoek uit, verkennen de omgeving en maken zich deze eigen. Wat kinderen leren, is niet zonder meer het resultaat van wat hen ‘onderwezen’ of voorgedaan wordt door volwassenen. Het is vooral te danken aan wat kinderen zelf en met elkaar doen met de kennis, activiteiten en middelen die hen aangereikt worden. We zien opvoeding dan ook als een wederkerig proces, een samenspel tussen kinderen en volwassenen. Kinderen hebben zo een actieve rol in hun eigen ontwikkeling, kennisvergaring en identiteitsvorming. Dit is een individueel proces en elk kind doet dit in zijn eigen tempo. Wij zien kinderen als onderzoekers, die op hun eigen manier de wereld verkennen en zich daar een beeld van vormen. Het kind en zijn ontwikkeling staat bij ons centraal. De behoeften van de volwassenen zijn ondergeschikt aan de behoeften van het kind. In de praktijk vertaalt dit alles zich in het vrij laten van keuzes van de kinderen in activiteiten en materialen. Wij als volwassenen houden de handen op de rug en knippen en plakken geen werkjes voor. Wij bieden materialen aan en gaan in op de wensen en behoeftes van het kind. Wij stimuleren de kinderen tot creativiteit! De groep Opvang binnen een kindercentrum is anders dan thuis. Het bijzondere van kinderopvang is dat de kinderen binnen een groep samen spelen en samen hun tijd invullen. De gezamenlijke activiteiten zorgen ervoor dat een groepsgevoel ontstaat. Denk bijvoorbeeld aan het samen eten, het vieren van feesten, een nieuw kind verwelkomen en samen een spel bedenken. Hoe ouder een kind wordt, hoe meer het zelf wil doen en zelf wil bepalen. Het kind wordt steeds vaardiger in het aangaan van sociale contacten en het invullen van zijn tijd. Kinderen leren naarmate ze ouder worden respect te hebben voor de persoon van de ander, een constructieve bijdrage te leveren aan de groep en zorgzaam om te gaan met de materialen in de groep. Het zijn groepsregels die een veilige groep mogelijk maken. De kinderen worden op een uitnodigende manier gestimuleerd om aan het gebeuren in de groep deel te nemen. Echter, een kind mag zich ook terugtrekken en in zijn eentje bezig zijn, als het daar behoefte aan heeft.
“Een kind dat vrij is en zijn hart mag volgen leert het meest”
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
5
4. Beleid in ons dagelijkse werk In het vorige hoofdstuk hebben we al de pedagogische uitgangspunten van SKSG beschreven. In dit onderdeel lees je hoe we deze uitgangspunten in de praktijk brengen. Dit doen we aan de hand van de 5 uitgangspunten: 4.1 Veilig en vertrouwd Wij menen dat kinderen zich veilig en vertrouwd voelen wanneer er sprake is van voorspelbaarheid. Het kind en zijn ouders weten bij welke stamgroep hij hoort, wie zijn vaste pedagogisch medewerker (mentor) is en welke groepsregels er gelden. Het kind weet dat de pedagogisch medewerker gericht is op het welbevinden van het kind. Hij kan zo nodig ondersteuning verwachten van de pedagogisch medewerker. De kinderen van de groep kennen elkaar en de pedagogisch medewerkers besteden veel zorg aan een positief klimaat in de groep. Elk kind wordt geaccepteerd zoals hij is en wordt betrokken bij het groepsgebeuren. De pedagogisch medewerker benadert het kind met een open houding en toont interesse in de belevingswereld en gevoelens van het kind. Hij neemt de behoeften van het kind waar en gaat hierop in. Indien kinderen een situatie niet alleen kunnen hanteren, bijvoorbeeld bij ruzie, dan neemt de pedagogisch medewerker het initiatief om de kinderen te helpen bij het vinden van een oplossing. Op deze manier waarborgt de pedagogisch medewerker de emotionele veiligheid van het kind en zorgt ervoor dat kinderen een positieve weerbaarheid ontwikkelen. Groepen SKSG Melkweg beschikt over een kinderdagverblijf (KDV) dat opvang biedt aan in totaal 63 kindplaatsen verdeelt over twee babygroepen en twee peutergroepen en een halve 3+ groep. Naast kinderdagopvang biedt SKSG Melkweg ook buitenschoolse opvang (BSO) aan. Onderstaand schema geeft inzicht in de leeftijdsopbouw en de maximale groepsgrootte van de stamgroepen. Naam groep
Leeftijdsopbouw
Maximale groepsgrootte
Goudmaan
3 -18 maanden
12 kinderen
Zilverster
3 – 18 maanden
11 kinderen
Witte Dwerg
1,5 – 4 jaar
16 kinderen
Rode Reus
1,5 – 4 jaar
16 kinderen
Donderstenen
3 - 4 jaar
8 kinderen
BSO groep de Ruimte
4 – 12 jaar
60 kinderen
Voor alle groepen geldt dat de groepen worden begeleid door een vast team pedagogisch medewerkers. Elk kind heeft een vaste pedagogisch medewerker die de mentor is van het kind. Leidster-kind ratio Het aantal medewerkers dat op de groep werkt is afhankelijk van het aantal kinderen en hun leeftijd. We werken volgens het wettelijk vastgestelde leidster-kind ratio. Stamgroepen Babygroepen Goudmaan en Zilverster zijn ingericht om totaal maximaal 23 baby’s op te vangen. Er zijn op elke groep 3 slaapkamers met elk 4 bedjes. Ook is er de mogelijkheid om buiten te slapen in zgn.
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
6
“babyhuisjes”. Deze, door een huisarts in Eenrum uitgevonden, huisjes worden door ons gehuurd van een professionele organisatie. Voor meer informatie over de slaaphuisjes: http://www.lutjepotje.nl. De groepsruimten van de Goudmaan en de Zilverster zijn zodanig ingericht dat de kinderen hun omgeving op een veilige en uitdagende wijze kunnen verkennen. Zo is de ruimte open, licht en warm ingericht en staan ze in verbinding met elkaar. Op beide groepen is vloerverwarming aanwezig. Wij maken gebruik van open, natuurlijk en echt spelmateriaal wat uitdaging biedt voor de kinderen. Wij vragen iedereen die de babygroepen bezoekt hun schoeisel aan te passen aan het feit dat baby’s veel over de vloer kruipen. Elke baby heeft zijn eigen bakje met daarin reservekleertjes. Wij vragen de ouders/verzorgers ervoor te zorgen dat het kind ook bij ons zijn eigen speen, flesje en knuffel kan gebruiken. Overdracht is een heel belangrijk onderwerp. De overdracht geschiedt via het bijhouden van de gegevens in een persoonlijk schriftje en via een gesprekje bij aankomst en vertrek van het kind. Dagritme op de babygroepen: De kinderen zijn welkom vanaf 7.30 uur tot 18.00 uur. Wij volgen het ritme van de baby, in samenspraak met de ouders, waarbij wij ervan uitgaat dat het kind thuis al ontbeten heeft. Gedurende de dag wordt er naar behoefte fruit en brood gegeten. Tevens een soepstengel, liga of rijstwafel. De kinderen drinken diksap, roosvicée, water, thee of melk. Voor de oudste kinderen van de groepen worden er uitdagende activiteiten aangeboden die aansluiten bij het ontwikkelingsniveau van het kind. Het is daarnaast ook een mooie manier om de toekomstige overstap naar de dreumes/peutergroep voor te bereiden. We vinden het belangrijk dat kinderen zo gezond mogelijke voeding van ons krijgen. SKSG Melkweg verstrekt in de regel ecologisch geproduceerde voeding. Enerzijds omdat dit ons streven naar duurzaam ondernemen ondersteunt, anderzijds omdat de kinderen op deze manier zo gezond mogelijke voeding binnen krijgen. Peutergroepen Witte Dwerg en Rode Reus zijn zodanig ingericht dat er ruimte is voor veel activiteiten. Wij werken met verschillende hoeken waarin de verschillende speldisciplines duidelijk zijn, zoals rollenspel en constructief spel. Naast de ruimten op de groep wordt er ook gebruik gemaakt van de algemene ruimte van SKSG Melkweg, de zogenaamde “krater”. Hier kunnen we beweegactiviteiten uitvoeren, zoals gymnastiek en dansen. Op de Witte Dwerg is 1 slaapkamer met 4 bedjes en voor beide peutergroepen is er daarnaast nog een grote slaapkamer naast de centrale ruimte. Verder beschikken de peutergroepen ook over buitenslaaphuisjes. De kinderen die wakker blijven, houden een rustmoment op de groep, vaak via (voor)lezen. Dagritme op de peutergroepen: 7.30 uur
De kinderen arriveren op de Melkweg; er wordt afscheid genomen van de ouder/verzorger. Er is ruimte voor een korte overdracht, waarna de kinderen gaan spelen (bijvoorbeeld puzzelen of bouwen). De groepen starten vaak gezamenlijk op in de algemene ruimte.
9.30 uur
Rond 9.30 gaan de kinderen naar de groep en wordt er fruit of een cracker gegeten en sap gedronken. De kinderen worden verschoond, gaan naar de wc of op het potje. Daarna doen we diverse activiteiten, m.n. buiten spelen.
11.15 uur
De lunch: brood en melk. Daarna worden de kinderen verschoond, gaan naar
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
7
de wc of op het potje. Een aantal kinderen gaat slapen. De kinderen die niet slapen, hebben een rustmoment op de groep. 15.15 uur
Er wordt een koekje, cracker of fruit gegeten en sap, thee of water gedronken. Daarna weer een activiteit of vrij spel.
16.30 -18.00 uur
De kinderen worden gehaald.
Boven beschreven dagritmes geven een globale indeling van de dag weer. Uiteraard kan hiervan afgeweken worden tijdens uitstapjes of als de groep met een activiteit bezig is en daardoor bijvoorbeeld later of eerder gegeten wordt. We vinden het belangrijk dat kinderen zo gezond mogelijke voeding van ons krijgen en dat maaltijden bij de peutergroepen het karakter van een gezamenlijke activiteit hebben. SKSG Melkweg verstrekt ook op de peutergroepen in de regel ecologisch geproduceerde voeding. Daarnaast letten wij erop dat de voeding uitgewogen is en de kinderen zo min mogelijk snoep krijgen. Het dagelijkse aanbod aan sport en bewegingspellen zorgt voor een gezond leefpatroon van de kinderen. Peutergroep Donderstenen is een 3+ groep waarin maximaal 8 peuters opgevangen worden. Zodra kinderen 3 jaar worden is er de mogelijkheid om ze naast de reguliere peutergroepen ook te plaatsen op de donderstenengroep. Omdat deze groep niet alle dagen open is gaat dit altijd in overleg met de ouders. De donderstenengroep biedt in klein groepsverband extra leeftijdsgerichte activiteiten die de kinderen verder voorbereid op de basisschool. De groep zit gehuisvest naast de BSO groepsruimte waardoor er ook de mogelijkheid bestaat om hier te spelen. De eventuele overstap naar school en de BSO wordt hierdoor vergemakkelijkt. Het is kind raakt spelenderwijs al bekend met de groepsleiding en de omgeving. PSZ+ Peuterspeelzaal+ is voor peuters van 2-4 jaar die hele- of halve dagen gebruik maken van onze kinderopvang en voor peuters die alleen voor de peuterspeelzaal+ bij ons op de opvang komen. Binnen ons dagprogramma krijgen zij de peuterspeelzaal+ aangeboden op vaste dagdelen en tijden. De peuterspeelzaal+ bestaat uit een speels en leerzaam programma met een aantal vaste activiteiten die alle ontwikkelingsgebieden stimuleren. Kindercentrumbreed werken en PSZ+ Dreumesen en peuters zijn van nature nieuwsgierig en onderzoekend. Zij willen, naast de veiligheid die de stamgroep hun biedt, verder kijken. Op die ontwikkelingsbehoefte willen we graag inspelen. Daarom bieden we op een aantal dagen uitdagende spel- en ontwikkelingsactiviteiten buiten hun eigen stamgroep. Wanneer de spelactiviteit ten einde is gaan de dreumesen en peuters weer naar hun eigen stamgroep. Peuters bieden we op die manier ook de VVE activiteiten in de Peuterspeelzaal+. Extra dagdelen Wanneer een ouder structureel of incidenteel een extra dag(deel) opvang aanvraagt, kan het voorkomen dat er op dat moment op de vaste stamgroep van het kind geen plaats. In dat geval wordt het kind tijdelijk voor de betreffende dag (deel), in een andere stamgroep geplaatst. Dit met toestemming van de ouders, die geregeld wordt via het toestemmingformulier opvang in een 2 e stamgroep .
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
8
Samenvoegen van groepen Soms komt het voor dat we groepen samenvoegen, bijvoorbeeld aan het begin of eind van de dag, tijdens vakanties en op dagen dat de bezetting laag is. De stamgroep wordt dan in zijn geheel samengevoegd met een andere groep. Kinderen maken gedurende de week ten hoogste gebruik van twee stamgroepen. 2e stamgroep De 2 babygroepen en de 2 peutergroepen werken veel samen. Soms is de kindverdeling onderling niet in balans. We kijken dan naar een juiste verdeling die er mede voor zorgt dat de kind-leidster ratio op orde is. Bij de intake vragen wij u of u toestemming geeft om in dit soort gevallen op bepaalde momenten uw kind in de andere groep te plaatsen. Dit doen wij door het 2e stamgroep formulier in te vullen samen met ouders. Wij blijven altijd kijken naar de behoefte van de kinderen/groep bij het maken van deze keuzes. Mentorschap Ieder kind bij SKSG Melkweg heeft een eigen mentor. Deze speciaal toegewezen pedagogische medewerker volgt de ontwikkeling van het kind en voert de observaties uit ten behoeve van het kind. De mentor is verantwoordelijk voor gesprekken n.a.v. de observaties en de overdracht naar de locatiemanager. De mentor is tevens een vast aanspreekpunt voor ouder. Zaken die per kind door de mentor geregeld worden zijn:
Het bijhouden van de kindadministratie
Het uitvoeren van de jaarlijkse observaties welbevinden
Het maken en vastleggen van afspraken met de ouders en kinderen
Het voeren van oudergesprekken (jaarlijks en tussentijds op aanvraag)
Het volgen van de ontwikkeling van het kind op lange termijn
Rituelen en feesten Het vaste dagritme geeft de kinderen houvast en structuur. De tijd wordt hierdoor voor de kinderen voorspelbaar en waarborgt het gevoel van veiligheid. Maar ook het hanteren van groepsregels maakt het verblijf overzichtelijk voor de kinderen. De groepsregels zijn afgeleid van de waarden respect en zorgzaamheid. Zo worden de kinderen opgevoed tot een respectvolle omgang met elkaar en het zorg dragen voor elkaar en de omgeving. Het doel is het creëren van een prettig leefklimaat, waar individuele ontplooiing en het vormen van een groepsgevoel mogelijk is. Bijzondere gebeurtenissen van individuele kinderen worden in de groep gevierd. Bijvoorbeeld de verjaardag van een kind of de geboorte van een broertje of zusje. Stil staan bij het gebeuren en met elkaar de mooie momenten vieren, geven de kinderen het gevoel van saamhorigheid. Ook staat elk kind op die manier een keer in het middelpunt van de belangstelling. Elk jaar hebben we een jaarfeest. Dit is een feest voor alle ouders, kinderen en medewerkers. Tevens besteden we aandacht aan het “Allerzielenfeest nieuwe stijl” (in samenwerking met de Bisschop Bekkersschool), Sinterklaas, Kerst, Pasen en vader/moederdag. Andere, minder leuke gebeurtenissen, bijvoorbeeld het overlijden van een familielid, kunnen voor een kind heel ingrijpend zijn. Vandaar we in nauw overleg met de ouders ook hieraan aandacht kunnen besteden binnen het groepsproces. Voedingsbeleid Zoals al eerder beschreven, vinden wij het belangrijk dat de kinderen zo gezond mogelijke voeding van ons krijgen en dat een maaltijd bij de peutergroepen het karakter van een gezamenlijke activiteit hebben. Wij letten erop dat de voeding uitgewogen is en dat de kinderen geen snoep krijgen. Er zijn uitzonderingen hierop, zoals pepernoten bij Sinterklaas, een ijsje als het heel warm is.
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
9
Bij de verjaardag van een kind, dient de eventuele traktatie ook van gezonde aard te zijn. Er is een traktatiemap aanwezig en de pedagogisch medewerkers kunnen ouder hierbij adviseren. Het dagelijkse aanbod aan sport en bewegingsspellen zorgt voor een gezond leefpatroon bij de kinderen. Wennen op de groep Kinderen en ouders die voor het eerst bij ons komen krijgen alle gelegenheid om aan ons te wennen, en andersom geldt dat natuurlijk ook. Tijdens het kennismakingsgesprek maken we afspraken voor het wennen. Afhankelijk van de wensen van de ouders komen de ouders eerst een keer samen met hun kind mee en kunnen zij ons die tijd meemaken in de groep. Zo kunnen ouders zien hoe wij werken en kan het kind vanuit zijn veilige omgeving (de ouders) ons en de andere kinderen leren kennen. Daarna kunnen nog enkele van die momenten volgen, wel verblijft het kind dan zonder ouders in de groep om ook aan de afwezigheid van de ouders te kunnen wennen. Ook na de plaatsing van het kind in de groep duurt het wennen voort. Een kind is gewend, zodra het op zijn niveau de dag kan voorspellen en het vertrouwen heeft, dat al zijn behoeften bevredigd worden. Een kind dat goed gewend is, begeeft zich gemakkelijk in spelsituaties met andere kinderen en heeft een positief contact met de groepsleiding. Hij durft aan te geven wanneer hij zich wel of niet prettig voelt en stelt ook grenzen in het contact met anderen. Elk kind went in zijn eigen tempo en daarom is ook de duur van de wenperiode bij elk kind verschillend. Na ongeveer 3 maanden van verblijf op de groep, wordt de ouders een evaluatiegesprek aangeboden. Ouders kunnen ons altijd bellen, om te vragen, hoe het met het kind gaat. Net zo vragen wij de ouders, om voor ons bereikbaar te zijn, indien wij vragen hebben rondom het kind en graag willen overleggen. Een goed contact tussen pedagogisch medewerker en ouder is immers een belangrijke voorwaarde voor een geslaagde wenperiode. Tussen 1,5 en 2 jaar wordt de overstap gemaakt naar de peutergroep. Ook hierbij kijken wij naar de ontwikkeling van het kind en gaan wij met ouders in overleg. Deze overstap gaat altijd gepaard met een wenperiode; dit gebeurd in kleine stapjes. We kijken hierbij heel goed naar de behoeften van het kind en stemmen hierop af. Daarnaast krijgen de ouders ook het wenschema en een kennismakingsgesprek met de nieuwe mentor op de peutergroep. De mentor zal naast het bespreken van de bijzonderheden van het kind ook de dagindeling doornemen en overige groepsinformatie. Observaties De ontwikkeling van elk kind wordt regelmatig in een groepsbespreking aan de orde gesteld. Daarnaast observeren de pedagogisch medewerkers met observatielijsten, ontwikkeld door Cito, die de ontwikkelingsgebieden van jonge kinderen bekijkt op een gebruiksvriendelijke manier en vanuit verschillende oogpunten. Zowel de ontwikkeling van het kind zelf als die van alle kinderen samen in de groep komt aan de orde. In de lijst zien we vragen als: maakt een kind een ontspannen indruk, voelt een kind zich prettig op de groep, kan een kind kruipen, kan hij of zij brabbelen? Voor de peuters kijken we hoe de taalontwikkeling verloopt en of een kind hier eventueel extra in gestimuleerd moet worden. Het doel van de observatie is om de ontwikkeling van uw kind te bekijken en die van alle kinderen samen in de groep. We willen niet screenen vanuit een voorsprong of achterstand maar deze methodiek geeft ons wel de mogelijkheid om te kijken waar de behoefte ligt van het kind. Het observatiemoment is daarom ook voor de pedagogisch medewerkers een goede aanvulling. Zij kunnen hiermee de activiteiten zowel individueel als in groepsverband laten aansluiten op de ontwikkelingsfase. Wat betekent dit voor uw kind? Op de babygroep wordt de ontwikkeling van uw kind ieder half jaar bijgehouden. Op het moment dat een kindje doorstroomt naar de peutergroep vindt er nogmaals een observatie plaats en dit wordt doorgegeven
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
10
aan de peuterleidsters. Op de peutergroepen is dan het eerste observatiemoment als uw kind 3 jaar is. Dat is een leeftijd waarop wij gericht kunnen kijken wat we kinderen nog kunnen bieden het laatste jaar op het kinderdagverblijf. Vlak voordat uw kind 4 jaar wordt vullen wij het peuter-kleuter formulier in. De uitkomsten worden met de ouders besproken en deze informatie gaat in overleg met de ouders mee naar school. Observatie van de groep kinderen Eén van de meest bijzondere en waardevolle kenmerken van een kindercentrum is, dat de opvang plaats vindt in groepen zodat een kind andere kinderen en volwassenen kan ontmoeten. Elk jaar observeren de pedagogisch medewerkers het welbevinden van de groep als geheel. De pedagogisch medewerkers onderzoeken de sfeer in de groep, het spelen, de activiteiten, het gebruik van de ruimte, de relaties van de kinderen onderling en hun betrokkenheid op elkaar, de structuur in de groep en de regels. Vervolgobservatie Wanneer wij goed kijken naar kinderen en naar hun spel, dan valt ons soms op dat een kind zich anders ontwikkelt dan verwacht. Dat hoeft echt niet zorgwekkend te zijn, maar het is voor ons wel een teken dat wij wat vaker en meer gestructureerd naar het kind gaan kijken. Het kan zijn dat we besluiten om het kind een aantal keren extra te observeren. Natuurlijk leggen wij onze eventuele zorg en onze vragen ook aan de ouders voor; dat staat voorop. Indien nodig overleggen wij met de ouders en met elkaar en vragen we advies aan onze pedagogisch deskundige. Samen bespreken we een eventuele aanpak van het kind in de groep als dat nodig zou zijn en zoeken we naar andere mogelijkheden om het kind zo goed mogelijk in zijn ontwikkeling te ondersteunen. We hebben een protocol ontwikkeld ‘Opvallend gedrag en/of ontwikkelingsproblemen’. Hierin wordt uitgebreid beschreven hoe wij handelen in de hiervoor beschreven situaties. Dit protocol is op te vragen bij de locatiemanager. Samenwerking met andere instanties In sommige gevallen komen pedagogisch medewerkers, ouders en locatiemanager (evt. ondersteund door de pedagoog) tot de conclusie dat er externe deskundige hulp nodig is. Wanneer daartoe aanleiding is, draagt de locatiemanager zorg voor een gericht advies aan ouders t.a.v. een doorverwijzing naar de huisarts of een andere instantie. In overleg met de ouder zullen wij, of de ouders zelf, overleggen met CJG over mogelijkheden. Wanneer de zorgen rondom de ontwikkeling/ gedrag van het kind ernstig zijn kan ook worden besloten een zorg signaal af te geven in het systeem ’Zorg voor Jeugd Groningen’. 4.2 ‘Kijk ik kan het zelf, het lukt me’ Jonge kinderen hebben een aangeboren drang om dingen zelf te doen. Bijvoorbeeld een baby die zelf leert zich om te draaien, een dreumes die zelf wil eten en drinken, een peuter die wil leren fietsen. Wij doen er alles aan om aan te sluiten bij het spontane leren en spelen van de kinderen. Wij geven de kinderen de gelegenheid om met hun hele lijf en alle zintuigen te leren. Daarbij volgen wij het kind en geven het kind de ruimte om in zijn eigen tempo te leren. Wij beïnvloeden door kansen te creëren via het aanbieden van activiteiten. Daarbij wordt geobserveerd of het kind erop ingaat. Wij stimuleren de zelfredzaamheid door opdrachtjes te geven die kinderen zelf kunnen uitvoeren (bijvoorbeeld iets in de prullenbak gooien of het aangeven van een luier). Alles wat wij doen, begeleiden we met taal om de kinderen te helpen de wereld te begrijpen. We gaan in op de initiatieven van het kind. Wij hebben de ruimtes zodanig ingericht dat kinderen tot spelen worden uitgenodigd. Daarnaast is het voor kinderen belangrijk om te weten waar ze zijn. Daarom maken wij gebruik van grenzen. Bijvoorbeeld een
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
11
mat waar baby’s veilig kunnen kruipen of ramen op kindhoogte zodat de kinderen naar binnen of buiten kunnen kijken. Ook maken we gebruik van speelhoeken voor de peuters, zoals een keukenblok, een bouwblok of een matras waar rustig kan worden gespeeld. Wij hebben 2 buitenruimtes: een openbaar plein dat m.n. door de BSO-kinderen wordt gebruikt en een besloten buitenruimte. Deze laatste wordt door de dreumessen en peuters gebruikt; en ook hier is door de natuurlijke materialen zand, water, gras, alle mogelijkheid om de creativiteit van kinderen te stimuleren. “Door zelf te doen zijn kinderen trots en stralen energie uit” 4.3 ‘Iedereen is welkom’ Elk kind is van harte welkom en wij doen er alles aan om dit te laten merken. Respect hebben voor elkaar en elkaars eigenaardigheden hoort hierbij. Ons uitgangspunt is dat ieder kind, ouder en medewerker een bijdrage levert aan het kindercentrum door het inbrengen van eigenheid en cultuur. Om dit te bereiken zal er onderling gecommuniceerd worden. Er zal respect en ruimte zijn voor elkaars eigenheid, cultuur en elkaars opvattingen over opvoeding. Vanuit de medewerkers is er een actieve geïnteresseerde houding naar de (culturele) achtergrond van de kinderen en ouders. Dit vindt plaats tijdens de interactie met de kinderen en ouders gedurende de dag en bestaande overlegmomenten zoals oudergesprekken, ouderavonden e.d. Medewerkers zijn zich daarvan bewust en hebben een voorbeeldfunctie naar de kinderen toe wat betreft het hebben van belangstelling en respect voor mensen, die anders zijn dan zijzelf, in plaats van te (ver)oordelen. De verschillen tussen de kinderen in de groep worden niet verzwegen maar positief benoemd en gebruikt. Ieder kind komt de groep binnen met eigen waarden en normen, deze moeten op elkaar afgestemd worden en een plaats krijgen in het groepsgebeuren. Hierdoor vormt zich een inter-cultuur. Bij verandering van de groepssamenstelling zal ook de eigenheid van de groep veranderen. We beseffen dat er binnen ons centrum diversiteit bestaat en benadrukken dat diversiteit waardevol kan zijn. De verhalen van de belevenissen en ervaringen van de kinderen (over thuis) zijn een waardevolle aanvulling, om van elkaar te leren en om de identiteit en het gevoel van eigenwaarde van kinderen te ontwikkelen. Ondanks deze houding doen zich soms situaties voor, waardoor een kind niet zonder meer in een kindercentrum opgevangen kan worden. Dit kan bijvoorbeeld zijn als er sprake is van (chronische) ziekte of een handicap. Wij zullen altijd eerst kijken, of m.b.v. aanpassingen het kind alsnog opgevangen kan worden. Echter, mocht een kind zo veel zorg nodig hebben, dat de groep hierdoor overbelast wordt, dan zal een andere opvangmogelijkheid voor dit kind gezocht moeten worden. 4.4 ‘Samen spelen, samen delen’ Meervoudige Intelligentie SKSG Melkweg werkt volgens het model ‘meervoudige intelligentie’ van H. Gardner. We gaan ervan uit dat kinderen op verschillende gebieden intelligent (knap) zijn. Het ene kind is van nature bijzonder vaardig in sociale contacten, het andere kind uit zich bijvoorbeeld het beste via muziek of heeft een talent voor bouwen. Bij het samenstellen van het activiteitenaanbod wordt rekening gehouden met een evenwichtig aanbod. Op deze manier kunnen de kinderen hun interesses en talenten benutten en ook activiteiten uitproberen, die hen minder liggen en een uitdaging vormen. Voor het aanbieden van activiteiten is passend spelmateriaal aanwezig. Het materiaal is afgestemd op de verschillende leeftijdscategorieën van de kinderen.
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
12
Buiten spelen Wij hebben twee buitenruimtes: het Sterrenplein (een openbaar plein dat met name door de BSO-kinderen wordt gebruikt) en een besloten buitenruime. Deze ruimte wordt zowel door de baby’s als door de dreumesen en de peuters gebruikt. Wij leren de kinderen ook hier rekening te houden met elkaar. Baby’s kunnen dus gerust buiten kruipen. De creativiteit van de kinderen wordt gestimuleerd door de aanwezige materialen zoals, zand, water en gras. Er is ruimte om te fietsen en lekker op het gras te picknicken. We streven ernaar om elke dag naar buiten te gaan, zeker voor de oudere kinderen in elk weizoen en in elk weertype. Als het regent hebben we de beschikking over regenlaarsjes en –poncho’s. In elk seizoen is er weer veel te leren van de natuur. We doen gerichte buitenactiviteiten, maar spelen ook vrij. Er zijn kleine moestuintjes waar de kinderen ook mee aan de slag kunnen. “We beleven de natuur!” Spelbegeleiding De kinderen kunnen zelf beslissen waarmee zij gaan spelen. De pedagogische medewerkers helpen de kinderen bij het maken van een keuze en nemen zelf ook regelmatig het initiatief om activiteiten begeleid aan te bieden. In deze activiteiten staan de behoefte van het kind centraal. Wij kijken naar de kinderen en spelen in op wat hen bezighoudt. Hierop baseren wij de activiteiten. Bij de benadering van de kinderen gaan de pedagogisch medewerkers altijd uit van de volgende vier competenties:
Respect voor de autonomie van het kind: het respecteren van de eigen keuze van het kind, het laten ontdekken en ervaren dat het kind al zoveel kan. Deze ervaringen zijn belangrijk om het zelfvertrouwen op te bouwen. Het kind de kans geven eerst zelf dingen te proberen.
Het bieden van Emotionele ondersteuning: het kind laten merken dat hij gesteund wordt bij wat hij doet en meemaakt. Prijzen een aanmoedigen zijn belangrijke manieren om emotioneel te ondersteunen.
Informatie en uitleg geven: ingaan op de vragen van het kind, informatie geven afgestemd op aandacht, niveau en de activiteit van het kind.
Structuur bieden en grenzen stellen: structuur geeft de kinderen houvast, ze weten waar ze aan toe zijn. Door materiaal overzichtelijk aan te beiden en de ruimte overzichtelijk in te delen, door het hanteren van een vast dagritme en het duidelijk zeggen wat je gaat doen, bieden wij structuur aan het kind.
Wij korten deze competenties af met de term REIS. “Kinderen ontwikkelen zich door te spelen en te ontdekken” Startblokken Voor de peuters werken we met het VVE (vroeg voorschoolse educatie)-programma Startblokken. Volgens dit programma wordt met thema’s gewerkt die voortkomen uit de kinderen zelf en met activiteiten die aansluiten op de interesses en ontwikkelingen van de kinderen. In de praktijk uit zich dat door het observeren van de kinderen tijdens spel en activiteiten om te kijken wat hen bezighoudt. Wij kiezen activiteiten uit die passen in het thema en bij de ontwikkelingsfase van het kind/de groep. De kinderen geven zelf aan wat zij willen doen en hoe zij de materialen willen gebruiken. Wij knippen en plakken niet voor. De pedagogisch medewerkers bereiden een thema voor aan de hand van een woordspin; een thema in het midden, met daaromheen allerlei activiteiten (op verschillende ontwikkelingsgebieden).
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
13
Voorlezen en Boekstart Op Melkweg hechten we veel waarde aan (voor)lezen. Samen een boekje lezen en plaatjes bekijken is niet alleen plezierig, het is ook belangrijk voor de ontwikkeling op meerdere gebieden. Lezen vergroot niet alleen de woordenschat maar prikkelt ook de fantasie. Dit is dan ook een belangrijk element binnen onze visie. Al vanaf het moment dat een baby nieuwsgierig is naar de wereld om zich heen kun je beginnen met voorlezen. Op alle groepen bieden we dit dan ook aan. Natuurlijk letten we hierbij op spanningsboog van de kinderen en de leeftijd. Binnen het groepsproces kijken wij dagelijks naar een geschikt moment om hier aandacht aan te besteden (zowel in groepsverband als individueel). Voorlezen zien wij als een interactief proces, het is geen eenrichtingsverkeer maar echte communicatie. We gaan dan ook tijdens of na het voorlezen in dialoog met de kinderen en maken eventueel gebruik van materialen die de beleving versterken. Zo is er een voorleestafel met materialen uit het boek en zijn er een aantal voorleestassen met materialen over onderwerpen die vaak bij de leeftijd spelen. Op de Melkweg hebben wij de beschikking over een uitgebreid eigen boekenaanbod maar wij zijn ook aangesloten bij de bibliotheek waardoor wij bij het ontstaan van een thema gerelateerde boeken kunnen lenen. Verder is er op de Melkweg een voorleescoach die de cursus Boekstart heeft gevolgd. Zij draagt er mede zorg voor dat het voorlezen actueel blijft en kijkt op alle groepen naar de boekencollectie en juiste randvoorwaarden. 4.5 ‘Lekker spannend’ Veiligheid Kinderen ontwikkelen zich snel, ze zijn nieuwsgierig en willen de wereld om zich heen ontdekken. Daarbij zien ze vaak geen gevaar. Hoe ouder kinderen worden, hoe beter ze leren wat wel en niet kan en wat wel en wat niet gevaarlijk is. Onze rol is kinderen hierbij te helpen en hen de weg te wijzen in de wereld vol gevaren. Dat doen we door hen aan de ene kant te wijzen op risicovolle situaties en hen voorzichtig met gevaar te leren omgaan. En aan de andere kant zorgen wij er voor dat de kinderen in een zo veilig wenselijke omgeving verkeren. Daartussen bevindt zich een spanningsveld. Wij zoeken dan ook voortdurend naar een goede mix tussen het bieden van veiligheid en het bieden van voldoende uitdaging en voldoende leermomenten. Niet alle veiligheidsrisico’s moeten worden afgedekt, wel is ons beleid erop gericht dat de risico’s tot een aanvaardbaar minimum worden gereduceerd en dat de kans op ernstig letsel wordt voorkomen. Wanneer we wel alle veiligheidsrisico’s zouden uitsluiten zouden kinderen niet meer kunnen spelen of vrij bewegen en leren zij niet om te gaan met de wereld om zich heen; en dat vinden wij juist zo belangrijk. Jaarlijks voeren we een zogenaamde risico-inventarisatie uit en brengen hiermee de veiligheid van het hele kindercentrum in kaart en treffen we adequate maatregelen als dat nodig is. Eveneens vindt jaarlijks een inspectie plaats door de GGD. De bevindingen van deze inspectie worden vastgelegd in een inspectierapport. Dit rapport is te vinden op onze subsite; www.melkweg.sksg.nl. Onder het kopje kwaliteit kunt u het volledige rapport downloaden. Deskundigheid Onze medewerkers hebben vanuit hun opleiding kennis van de dagelijkse veiligheid en goede verzorging van kinderen. Daarnaast is een aantal pedagogisch medewerkers opgeleid voor het kinder-EHBO diploma en is een wettelijk aantal pedagogisch medewerkers opgeleid tot bedrijfshulpverlener. Intern wordt geoefend met het uitvoeren van calamiteitenplannen. Tijdens de openingstijden zijn in principe altijd minimaal twee volwassenen aanwezig. Indien in uitzonderingsgevallen maar één volwassenen aanwezig is, is er altijd een achterwacht geregeld die binnen 5 minuten aanwezig kan zijn.
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
14
En als er dan eens een ongeluk(je) gebeurt? Bij kleine ongelukken volstaat doorgaans de kennis en kunde van de EHBO’ers en de inhoud van onze EHBO doos. Maar we weten ook wanneer we een arts moeten inschakelen voor advies of medisch handelen. Afhankelijk van de ernst van de zaak bellen we eerst met de ouders. Uiteraard bellen we direct 112 wanneer er sprake is van een levensbedreigende situatie en bieden we de noodzakelijke eerste hulp. Calamiteiten Met regelmaat oefenen wij het calamiteitenplan, dit calamiteitenplan is goedgekeurd door de brandweer. We hebben geleerd wat te doen als de plaatselijke sirenes hun alarm laten loeien en we oefenen jaarlijks voor het geval er brand uit breekt of een andere crisissituatie ontstaat. Dit calamiteitenplan ligt ook voor ouders ter inzage bij onze locatiemanager. Na een calamiteitenoefening vindt er een evaluatie plaats en worden de resultaten schriftelijk vastgelegd. Knelpunten worden samengevat op een actielijst en worden onmiddellijk opgelost. Het “Vierogen en –oren principe” SKSG zorgt voor zo’n optimaal mogelijke veiligheid op onze kindercentra. Hiervoor zijn SKSG brede maatregelen getroffen. Daarnaast heeft elke locatie haar eigen maatregelen, immers elke locatie is anders. Ook op SKSG Melkweg is de dagopvang op zodanige wijze georganiseerd, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. SKSG Melkweg is een open en transparant kindercentrum. Alle groepsruimten als ook de centrale ruimte zijn vanaf meerdere kanten inzichtelijk en toegankelijk. De babygroepen zitten aan elkaar verbonden en peutergroep “de Witte Dwerg” staat in verbinding met de babygroep “Zilverster”. Peutergroep “Rode Reus” is de enige groep die niet direct toegang heeft tot een andere groepsruimte. Wel is deze groep vanuit de andere peutergroep te zien en ook het kantoor heeft direct zicht op deze groep. Daarnaast zit de “Rode Reus” direct verbonden aan de centrale hal/keuken. In principe zijn er per KDV-groep 2 medewerkers ingeroosterd. Eén van de medewerkers werkt van 7.30 tot 17.00 uur; de andere medewerker start om 9.00 uur en werkt tot 18.00 uur. Aan het begin en aan het einde van de dag staat de tussendeur open van de twee babygroepen. Hierdoor is voortdurend contact tussen de pedagogisch medewerkers mogelijk en is sprake van het “vier-ogen principe”. Bij de twee peutergroepen geldt dit principe ook, doordat er gezamenlijk in de krater wordt gespeeld aan het begin en eind van de dag. Er zijn momenten dat er wordt afgeweken van bovenstaand principe. Reden daarvoor is altijd het belang van de aanwezige kinderen (bijvoorbeeld een kind dat overstuur is). Op dat moment gaat de tussendeur dicht of start een peutergroep toch op de groep zelf. De inrichting van het gebouw, en dan met name de aanwezigheid van veel ramen, zorgt er dan voor dat de sociale controle groot is. Dat geldt ook voor het feit dat medewerkers bij elkaar op de groep binnenkomen (zonder te kloppen) en ook de locatiemanager is veelvuldig op de groepen aanwezig. Het 4 ogen en oren- beleid is ter inzage op te vragen bij de locatiemanager. Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling Op SKSG Melkweg werken wij met de verplichte meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling. Het kunnen signaleren van kindermishandeling is een belangrijke competentie waarover alle locatiemanagers en pedagogisch medewerkers beschikken . Alle medewerkers op de locaties zijn op de hoogte van de inhoud van de Meldcode. Deze Meldcode wordt jaarlijks met de medewerkers besproken.
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
15
Achterwacht Er zijn altijd minimaal 2 volwassenen, waarvan één PM-er, in het gebouw aanwezig. Mocht een locatie zo klein zijn dat er gezien het kindaantal slechts een pedagogische medewerker noodzakelijk is, dan is geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van calamiteit. 5. Ons team Pedagogisch medewerkers en senior pedagogisch medewerkers De groepen worden begeleid door pedagogisch medewerkers. De pedagogisch medewerkers hebben de dagelijkse verantwoordelijkheid voor de groep kinderen die aan hun zorg is toevertrouwd. Zij zorgen voor een goede sfeer, een heldere dagindeling en een leuk, spannend en uitnodigend activiteitenaanbod. Zij observeren en begeleiden de kinderen ieder op hun eigen niveau en verzorgen hen afhankelijk van de zorg die zij nodig hebben. Zij hebben aandacht voor zowel de groep als geheel, maar zien ook het individuele kind in de groep. De pedagogisch medewerker is een belangrijke dagelijkse aanspreekpunt voor de ouders. Samen met de ouders stemmen zij de zorg voor het kind af. Uiteraard binnen de mogelijkheden die ons kindercentrum te bieden heeft. Onze pedagogisch medewerkers hebben een kindgerichte opleiding afgerond op minimaal MBO 3 niveau. In het kindercentrum is 1 senior pedagogisch medewerkers aanwezig. Zij is naast haar werk op de groep, de schakel tussen het team en de locatiemanager. De senior pedagogisch medewerker is verantwoordelijk voor het behoud van het pedagogisch klimaat en houdt zich bezig met de inhoudelijke pedagogische verdieping. Bij de deuren van de groepen kunt u dagelijks de namen van de medewerkers zien, die op die dag in de groep van uw kind werken. Locatiemanager De locatiemanager is de leidinggevende van het kindercentrum en heeft de dagelijkse leiding over ons kindercentrum. Voor de ouders die voor het eerst binnen komen is hij doorgaans de eerste persoon met wie zij kennismaken. De locatiemanager blijft de vraagbaak voor ouders wanneer het gaat om algemene zaken die de kinderopvang van hun kind betreffen. De locatiemanager geeft leiding aan het team van pedagogisch medewerkers en locatiehulpen. De locatiemanager heeft de eindverantwoordelijkheid over de dagelijkse gang van zaken en begeleidt de medewerkers in het uitoefenen van hun functies. Op onze ‘handige kaart’ staan de tijden dat de locatiemanager doorgaans aanwezig is, tevens hangt er ook een aanwezigheidsrooster op het bord naast kantoor. Invalkrachten Tijdens vakantie, vrije dagen en ziekte van onze pedagogisch medewerkers werken invalkrachten in ons kindercentrum. Deze gekwalificeerde pedagogisch medewerkers zijn vast aan de locatie verbonden en dus bekend met de kinderen en de werkwijze op ons kindercentrum. Daarnaast is er nog een groepje invalkrachten die op verschillende locaties werkzaam is. Dat betekent veel kennis en ervaring! Veel van onze pedagogisch medewerkers zijn als invalkracht begonnen en hebben hierdoor bewust gekozen voor onze organisatie! Stagiaires
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
16
SKSG is een erkend leerbedrijf. Wij vinden het belangrijk om aankomende pedagogisch medewerkers bij ons ervaring te laten opdoen. Stagiaires werken onder begeleiding van de pedagogisch medewerker en zijn boventallig op de groep. In principe kunnen zij alle taken verrichten die bij de functie pedagogisch medewerker behoort. Echter, zij werken nooit alleen met een groep kinderen en staan altijd onder supervisie van een pedagogisch medewerker. Aan het begin van haar stageperiode zal een stagiaire zich altijd persoonlijk aan de ouders voorstellen. Ook zullen wij de ouders schriftelijk op de hoogte stellen van zijn komst. Pedagoog en orthopedagoog In sommige situaties wordt door de medewerkers een beroep gedaan op een (ortho)pedagoog, die aan SKSG verbonden is. Inzet van een (ortho) pedagoog gebeurt alleen in en na overleg met ouders. De pedagogen zijn geschoold in het opnemen en analyseren van interactie en communicatie tussen medewerkers en kinderen. Zij kunnen tijdens hun werkzaamheden gebruik maken van video- opnames. Deze groepsopnames worden gebruikt om de pedagogisch medewerkers te ondersteunen bij hun werkontwikkeling. Daarnaast kunnen er op onze BSO kindercentrum videobeelden gemaakt worden door een video- interactie ondersteuner (VIO). Deze beelden worden benut om onze medewerkers te ondersteunen bij hun werkontwikkeling. Er zijn goede afspraken gemaakt over het gebruik van deze beelden. 6. Samenwerking met ouders Visie op relatie met ouders Ouders zijn onze klanten en de ouders van de kinderen die bij ons worden opgevangen. Ouders hebben enerzijds hun individuele belang bij de goede opvang van hun kind en aan de andere kant zien wij ouders ook als een groep belanghebbenden en gebruikers van onze dienstverlening. In beide situaties hebben ouders bij ons grote invloed op onze dienstverlening. Ouders zijn uiteraard altijd de eindverantwoordelijke waar het hun kind en zijn of haar opvoeding betreft; wij zien onszelf als medeopvoeder. Een goede afstemming, plezierig contact en veel overleg met elkaar is daarvoor een voorwaarde denken wij. Ouders geven aan welke aanpak zij voor hun kind willen, zij lichten ons in over de individuele behoeften en wensen en hun kind en van zich zelf. Binnen onze algemene kinderopvang kaders doen wij er alles aan om aan die wensen tegemoet te komen. Halen en brengen/ dagelijkse overdracht Dagelijks bij het halen en brengen nemen de pedagogisch medewerker de tijd om de belangrijke zaken over te dragen aan de ouders, maar natuurlijk komen de gezellige en leuke gebeurtenissen ook aan bod. Het overdrachtsgesprek is wederkerig. Wij horen graag hoe u als ouder en uw kind de opvang ervaart en hoe het met uw kind thuis gaat en/of er bijzonderheden zijn. . Elk kind heeft een eigen vakje in de groep, waar u de persoonlijke spullen van uw kind kunt opbergen. Deze mandjes en bakjes gebruiken we ook als brievenbus voor schriftelijke informatie. Kijkt u deze dus regelmatig na. Op het moment dat ouders of de pedagogisch medewerker behoefte hebben aan een wat uitgebreider gesprek kan hier altijd een afspraak voor worden gemaakt. Gesprekken Er zijn diverse mogelijkheden om met ouders in gesprek te komen. We noemen er een aantal:
Kennismaking- en intakegesprek
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
17
In dit gesprek maken ouders kennis met het kindercentrum en de locatiemanager, daarna volgt een kennismaking met de pedagogisch medewerkers. Met de toekomstige mentor van het kind volgt een intakegesprek, waarin alle wensen en bijzonderheden rondom het kind aan de orde komen.
Evaluatiegesprek Drie maanden nadat het kind op de groep is gekomen krijgen ouders en mentor de gelegenheid om de opvang te evalueren.
Overgangsgesprek Bij een nieuwe overgang van de ene groep naar de andere groep, van kindercentrum naar buitenschoolse opvang vindt een gesprek plaats tussen ouders en pedagogisch medewerker.
Gesprek n.a.v. observatie Indien er een observatiemoment heeft plaats gevonden wordt u uitgenodigd voor een 10 minuten gesprek.
Afsluitend gesprek Als het kind het kindercentrum verlaat wordt in een exit- gesprek het verblijf van het kind geëvalueerd. Nieuwsbrieven en kwartaalberichten Ouders ontvangen vier maal per jaar een kwartaalbericht waarin verschillende zaken aan bod komen. Dit bericht wordt via de e-mail verstuurd. Eveneens verschijnt minimaal 2 keer per jaar een nieuwsbrief vanuit SKSG Melkweg, met alle belangrijke mededelingen. Website Op de algemene website van SKSG vindt u onder locaties ook de subsite van SKSG Melkweg. Deze is ook rechtstreeks te vinden via: www.melkweg.sksg.nl. Deze site gebruiken wij om ouders te informeren over allerlei zaken in en om de Melkweg. Zo vindt u hier naast activiteiten, nieuws, foto's en agenda's ook algemene informatie over het kindercentrum en de mogelijkheden. Om goed op de hoogte te blijven raden wij u aan regelmatig de subsite te bezoeken. Oudercommissie SKSG Melkweg heeft een oudercommissie (OC) waar ouders plaats in kunnen nemen. Deze commissie behartigt de belangen van ouders en kinderen op locatieniveau. Deze OC heeft een adviserende rol. Op het prikbord in de gang wordt meer info gegeven over de OC en hangt een overzicht van ouders die deel uitmaken van de OC. Ouders die belangstelling hebben om lid te worden, kunnen contact opnemen met de voorzitter van de OC. Daarnaast is er een Centrale Oudercommissie (COC) die de belangen behartigt van ouders op centraal niveau, deze commissie komt zes maal per jaar bijeen. De oudercommissie vergadert ongeveer één maal per twee maanden. De notulen worden middels de mail verstuurd naar alle ouders. Ouderavonden Minimaal één maal per jaar ontvangen we alle ouders voor een algemene ouderavond, de oudercommissie heeft een belangrijke rol bij het aangeven van de thema’s én bij de organisatie. Voor de peutergroepen hebben we soms een “afsluitingsfeestje” als afsluiting van een Startblokkenthema. Een tweede ouderavond is doorgaans op de (stam)groep gericht en hier komen thema’s aan de orde die belangrijk zijn voor deze (leeftijds)groep en meestal geven we een beeld van wat er binnen de groep op dit moment gebeurt. Soms door middel van video, maar ook foto- reportages of kunsttentoonstellingen zijn aardige manieren om te laten zien aan ouders wat er speelt. Het bespreken van de observatie aan de hand van 10 minuten gesprekken kan ook een invulling voor de groepsouderavond zijn. Tijdig wordt een schriftelijke uitnodiging voor de ouderavonden verstuurd.
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
18
Klachtenregeling Het kan voorkomen dat ouders een klacht hebben. Wij vragen ouders om dit allereerst met de desbetreffende persoon of diens leidinggevende te bespreken. Dit laat niet onverlet dat u zich rechtstreeks kan wenden tot de SKK (Stichting Klachten Kinderopvang) Onze interne klachtenprocedure schrijft voor dat er altijd een klachtformulier ingevuld wordt en dat de klacht in behandeling wordt genomen. Mocht dit niet tot een bevredigende oplossing leiden dan staat de externe klachtenprocedure open. Beide procedures zijn na te lezen op onze website. Een oudercommissie kan ook een klacht indienen bij de landelijke Klachtenkamer. De klachtenregeling heeft betrekking op geschillen tussen ondernemer en oudercommissie in zake de bevoegdheden van de oudercommissie. Privacy reglement Informatie over het kind en zijn thuissituatie blijft binnen het kindercentrum en mag alleen worden uitgewisseld tussen medewerkers onderling als dat in het belang van het kind is. Regels en afspraken rondom privacy gevoelige gegevens zijn vastgelegd in het privacy reglement. Tijdens het kennismakingsgesprek is u gevraagd SKSG toestemming te geven om in het belang van de ontwikkeling van uw kind contact op te nemen met derden bijvoorbeeld het CJG of de school. Publicatie van foto's Tijdens het kennismakingsgesprek geeft u wel of geen toestemming voor het publiceren van foto’s van uw kind. We maken hierbij onderscheid tussen de toestemming voor het publiceren van foto’s binnen het kindercentrum (ophangen en uitdelen van foto’s van activiteiten of een feest) en de toestemming voor publicatie van foto’s voor extern gebruik ( website en folders). Protocollen Onze protocollen liggen ter inzage op het kindercentrum. U kunt de locatiemanager te allen tijde om een exemplaar vragen. Verhuur In de avonden en weekenden wordt de centrale ruimte/keuken en buitenruimte ook aangeboden tot verhuur. Dus geeft u bijvoorbeeld een kraamfeest, verjaardag, reünie, cursus o.i.d en wilt u meer informatie over de mogelijkheden? Kijk dan op de website of neem contact op met de locatiemanager.
Pedagogisch werkplan KDV Melkweg
19