Jongste Jeugd
Lente 1/ week 12
Onderwerp Liefdesaanbieding Doel
Overdracht apostolische cultuur.
Verhaal
Op de tafel ligt geld en een mooi wit papiertje. Piep doet het geld in het papiertje. Hij doet het heel netjes. Straks mag hij het in de buidel doen. Die buidel met zo’n mooie L erop.
Gesprek
Binnenkort is het Pasen en dan mogen we ook een liefdesaanbieding brengen. We doen dat omdat we blij zijn dat we apostolisch zijn. Het geld pak je netjes in een papiertje in. Iedereen bedenkt zelf hoeveel hij wil geven. Wie rijk is gee wat meer dan wie niet zo veel geld hee . Samen hebben we dan toch veel. Kijk, hier zie je de buidel. Wat is die L mooi geborduurd en de stof is zo lekker zacht! Heb jij al eens een aanbieding gebracht? Hoe gaat dat in de dienst? Wat denk je dat er met het geld gebeurt?
Spel
Pak een snoepje of een koekje zo mooi mogelijk in. Speel met de kinderen na dat de aanbieding gebracht wordt, meegenomen en geteld wordt. Kenmerken ervan zijn eerbied en zorgvuldigheid. Vraag eventueel aan een dienende (of br./zr. administrateur) hoe het allemaal precies gaat of vraag hem of haar om te helpen.
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 13
Onderwerp Palm Pasen Doel
Overdracht apostolische cultuur.
Verhaal
Jezus vertelde de mensen dat ze van elkaar moesten houden en geen ruzie moesten maken, dan zou alles veel mooier worden. Op een dag ging Jezus naar de stad Jeruzalem. Veel mensen hadden al iets over hem gehoord en wilden hem nu ook zien. Zo kwamen er heel veel mensen kijken. Ze stonden langs de kant van de straat. Om het heel feestelijk te maken hadden ze grote palmbladeren geplukt waar ze mee zwaaiden. Wij zouden roepen ‘leve Jezus’, zij riepen ‘Hosanna’! Jezus werd als een koning binnengehaald, omdat veel mensen hoopten dat hij de soldaten zou wegjagen. Maar niet iedereen was blij. Sommigen mensen waren bang dat als Jezus het voor het zeggen zou krijgen, zij niet meer de baas zouden zijn, maar dat Jezus de baas zou worden. Zij riepen daarom geen Hosanna. Volgende week hoor je hoe het verder gaat.
Gedicht
Palm, palm Pasen Ei koerei! Over ene zondag, dan krijgen wij een ei. Eén ei is geen ei. Twee ei is een half ei. Drie ei is een paasei!
Kleurplaat Paasei Voor de verzorgers
Brief voor de s lle week van 19 maart 2012
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 14
Onderwerp Pasen Doel
Samen het nieuwe begin vieren.
Verhaal
Sommige mensen waren niet blij dat Jezus was gekomen; ze waren bang. Bang dat Jezus de baas zou worden. En daarom maakten ze Jezus dood. De vrienden van Jezus waren natuurlijk heel verdrie g. Ze misten hem. Ook de moeder van Jezus, Maria, Samen met een vriendin ging ze met Pasen naar de plek waar Jezus begraven was. Maar toen ze daar aankwamen, was tot hun grote verbazing de grot waarin Jezus begraven was leeg. Ze snapten er niets van. Ze gingen de grot binnen. In een hoekje zit een jongen met wi e kleren. “Wees niet bang!”, zei de jongen. “Jullie zoeken Jezus. Hij is doodgegaan. Maar hij lee nog verder in jullie hart, doordat je veel aan hem denkt. En als jullie veel over Hem vertellen dan vergeten we niet dat hij ons geleerd hee om van mensen te houden”.
Gesprek
Het is Pasen. Weten jullie wat we vieren? We vieren het nieuwe begin. Dat wilde Jezus graag. Dat de mensen zijn verhalen verder zouden vertellen en ernaar leven. Wij maken met Pasen een nieuw begin. Oom Apostel is dan met zijn vrienden in de Doelen. We willen niet alleen mooier vanbuiten worden, maar ook mooier vanbinnen, dus bijvoorbeeld niet zo gauw boos et cetera. Af en toe moet je daar weer eens aan herinnerd worden en Pasen is een mooi moment daarvoor. Weten jullie met wie oom Apostel in de Doelen samenkomt? Waarom denken jullie dat dit juist met Pasen gebeurt? Met Pasen worden ook veel eieren gegeten, echte of van chocola. Dat is omdat het ei ook een symbool is voor een nieuw begin. Want uit een ei komt een kuikentje.
Lied
Ik zag twee hazen vlak voor Pasen Zi en in een weiland Met een mandje vol met eitjes Vlug aan ’t verven Met z’n beidjes Kijk eens hier Kijk eens daar Nu zijn alle eitjes klaar (Paaslied: Op de wijs van; ’k Zag twee beren broodje smeren’)
Rode s ppen op een ei. (Muziek, periode 2, 2005).
Knutselen Kuiken uit ei Wat heb je nodig: gekleurd papier, s en, verf, schaar, splitpen. Het kuiken en het ei inkleuren of verven. Daarna eventueel met stukjes papier en/of propjes crêpepapier beplakken. Dit laten drogen en dan uitknippen. De twee eierhel en aan elkaar beves gen m.b.v. een splitpen. Nu het kuiken erachter plakken. Nb. De tekening van het kuiken en het ei vindt u op onze site. Voor de Weekbrief nr. 11, 2012 en Brief voor de S lle week van 19 maart 2012 verzorgers
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 15
Onderwerp Alle zintuigen zie 15a t/m 15e Doel
De wereld om ons heen ontdekken met onze zintuigen.
Gedicht
Als ik mijn neus niet kon gebruiken, kon ik die lekkere bloem niet ruiken. Als ik met mijn ogen niet kon zien, wist ik niet hoe mooi een regenboog was bovendien. Als ik met mijn handen niets kon vastpakken, zou ik nooit een mooi knutselwerkje kunnen plakken.
Gesprek
We hebben zintuigen om de wereld om ons heen te ontdekken. Baby’s, peuters en kleuters zijn daar volop mee bezig.
Hoe merken wat er om ons heen gebeurt? We hebben ogen om te zien, oren om te horen en we kunnen ruiken met onze neus.
Spel
Ik zie, ik zie wat jij niet ziet. Met je ogen dicht iets ruiken. Daarna kijken of het klopt. Kun je het ook eten? Waar komt het geluid vandaan?
Voor baby’s en peuters: Kriebel, kriebel wantje, ik voel met mijn handje. Kriebel, kriebel reusje, ik ruik met mijn neusje. Kriebel, kriebel wondje, ik proef met mijn mondje. Kriebel, kriebel woordje, ik hoor met mijn oortje. Kriebel, kriebel wie, weet jij wie ik zie? Uit: Peutertjes van juf Sara
Lied
Zintuigen
Boeken
Een, twee, drie, vier…vijf zintuigen. Adele Ciboul. ISBN 978 90 768 3003 2.
De vijf zintuigen. Charlo e Roederer. ISBN 978 90 548 3557 8.
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 15a
Onderwerp Zintuigen: Zien Doel
De wereld om ons heen ontdekken met onze ogen.
Gedicht
Met mijn oren kan ik horen Met mijn ogen kan ik zien Met mijn neusje kan ik ruiken Tellen kan ik van een tot en!
Gesprek
Vandaag hebben we het over onze ogen waarmee we kunnen zien. De een hee blauwe ogen, de ander bruine. Welke kleur heb jij? De kleur van je ogen bepaalt niet of je wel iets ziet of niet. Je moet goed kijken. Wie niet meer zulke goede ogen hee , kan gelukkig een bril dragen en alles weer goed zien. Jammer genoeg zijn er ook mensen die helemaal niets meer kunnen zien. Die zijn dan blind.
Spel
Ik zie, ik zie wat jij niet ziet.
Voor baby’s en peuters: Kriebel, kriebel wantje, ik voel met mijn handje. Kriebel, kriebel reusje, ik ruik met mijn neusje. Kriebel, kriebel wondje, ik proef met mijn mondje. Kriebel, kriebel woordje, ik hoor met mijn oortje. Kriebel, kriebel wie, weet jij wie ik zie? Uit: Peutertjes van juf Sara
Lied
Zintuigen
Boeken
Een, twee, drie, vier…vijf zintuigen. Adele Ciboul. ISBN 978 90 768 3003 2.
De vijf zintuigen. Charlo e Roederer. ISBN 978 90 548 3557 8.
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 15b
Onderwerp Zintuigen: Horen Doel
De wereld om ons heen ontdekken met onze oren.
Gedicht
Je weet niet wat je hoort. Zijn het klanken? Zijn het tonen? Je weet het niet. Zijn het dieren? Zijn het mensen? Je vraagt het je af. Het gaat door. Het stopt niet. Dan weet je het. Het is geluid.
Gesprek
Horen met je oren! Laten we eens luisteren welke geluiden we nu horen. Wees even s l. Zouden we ook een speld kunnen horen vallen?
Film
Geluiden raden: h p://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20110601_geluiden01
Spel
Wij doen allemaal onze ogen dicht. Een van de kinderen hee een klein belletje. Het kind loopt naar een bepaalde hoek van de zaal en laat het belletje rinkelen. De kinderen wijzen naar de hoek waar het geluid vandaan komt.
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 15c
Onderwerp Zintuigen: Ruiken Doel
De wereld om ons heen ontdekken met onze neus.
Gedicht
Piep Jeroen zegt: Ik heb drie neuzen. Kijk maar, als je het niet geloo . Een aan allebei mijn schoenen. En nog eentje aan mijn hoofd!
Gesprek
Met je neus kun je ruiken. Soms ruikt iets lekker, soms heel vies. Wat vind jij een lekkere geur? Wat vind jij niet lekker ruiken? Een geur kan ons waarschuwen dat er iets bijzonders, of gevaarlijks aan de hand is. Bijvoorbeeld bij brand of eten wat niet meer goed is.
Proe e
Kun jij goed ruiken? Met een blinddoek proberen te vertellen wat je ruikt: een ui, appel, banaan, ontbijtkoek ...
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 15d
Onderwerp Zintuigen: Proeven Doel
De wereld om ons heen ontdekken met onze mond.
Gesprek
Met onze neus kunnen we ruiken en met onze tong proeven we. Dan zeggen we of iets lekker is of niet.
Wat vind jij lekker?
Wat vind je niet lekker?
Als je iets voor het eerst eet, neem je een klein hapje en proef je of het lekker is.
Proe e
Laat de kinderen een klein hapje nemen en vertellen hoe het proe : zoet, zuur, zout. Knijp bij het proeven ook eens je neus dicht. Kun je het dan nog proeven?
Film
Lekker of niet?
h p://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20120618_dagschotel01
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 15e
Onderwerp Zintuigen: Voelen Doel
De wereld om ons heen ontdekken met onze tastzin.
Gedichtje Lieve (naam) , wat heb je veel:
benen om op te staan,
voeten om te gaan,
armen om te zwaaien,
ogen om te kijken,
haren om over te strijken,
oren om te horen,
en nog een neus van voren.
Lieve (naam), wat heb je veel!
Gesprek
Over je haren strijken doe je met je handen, heb je gevoeld hoe lekker zacht dat is? Weet je nog iets wat lekker zacht voelt? Hier heb ik een stukje schuurpapier: hoe voelt dat? Hier heb ik een watje: hoe voelt dat? Hier heb ik …………: hoe voelt dat? Heb je thuis een dier? Hoe voelt dat om die aan te raken? Soms durf ik iets niet aan te raken, omdat het ‘eng’ voelt. Heb jij dat ook? Maar mijn knuffelbeest voelt gelukkig helemaal niet eng, maar juist lekker zacht.
Knutselen Een masker van een poes
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 16
Onderwerp Je stem Doel
Ontdekken wat we allemaal kunnen met onze stem.
Verhaal
Uit Piep en Ollie: Jij & ik.
Gesprek
Leidraad: Wat voor geluiden kunnen we allemaal maken met onze stem? Kan je hele zachte geluiden maken? En hoe hard kan je schreeuwen? Is dat mooi om te horen? Zullen we eens luisteren naar elkaar hoe hoog we kunnen zingen? En hoe laag? Zijn er ook die net als Piep al kunnen fluiten? Of moeten we dat nog een beetje oefenen? Met je stem kan je ook laten horen of je boos bent of vrolijk. Hoe zou dat klinken? Kan je ook iemand aan zijn stem herkennen?
Spel
Tik, k, wie ben ik? Alle kinderen gaan in een kring zi en. Een kind een blinddoek omdoen en in het midden ze en. Een van de kinderen gaat achter hem staan en kt op zijn rug, terwijl hij zegt: ‘Tik, k, wie ben ik?’ De geblinddoekte moet raden wie het is.
Voor de
Vince finds his voice/S jn zoekt zijn stem. Een Engels‐ en Nederlandstalig
verzorgers boek voor muziekonderwijs voor jonge kinderen.
Te bestellen bij: h p://www.kindermuziekwinkel.com Tip voor meer informa e: h p://www.samenmuziekmaken.nl
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 17
Onderwerp Muziek Doel
Samen plezier beleven aan het maken van muziek.
Verhaal
Piep zit op de rug van Ollie. Ze zijn zo vrolijk. Piep fluit heel hard een deuntje en dan maakt Ollie een trompetgeluid. Dan gaat Piep weer verder en zo gaat het maar door. Meneer Aap hoort het en begint met een flinke stok op een drum te slaan. Natuurlijk wel zo dat het leuk bij het gefluit en getrompe er past. Piep en Ollie kijken verrast, maar gaan vrolijk door. Japie Krekel gaat ook meedoen. En dan komt Nellie Nijlpaard eraan. Zij stampt precies in de maat. Vriendjes van Ollie en Piep gaan ook meedoen. Het lijkt wel een orkest! Wat een plezier hebben ze. Als ze moe zijn, gaan ze lekker een glaasje limonade drinken bij de mama van Ollie. Wat was dat leuk!
Muziek
Samen met de kinderen lekker muziek maken. Het is leuk om zelf muziekinstrumenten te maken van goedkoop/gra s materiaal. Zie bijlage.
Boeken
Kijk eens om je heen + CD. Meezingliedjes voor peuters en kleuters.
Wij hebben een orkest. Dick Bruna. ISBN 90 739 9193 5.
Muziek met kikker. Max Velthuis. ISBN 90 258 5259 9.
Tips, ideeën en achtergrondinforma e:
Muziekkriebels. H. Wiechers. ISBN 90 666 5982 3.
Kinderen en muziek. C. Rouwhorst.
www.samenmuziekmaken.nl
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 18
Onderwerp Bloesem Doel
We verwonderen ons over de natuur en worden ons bewust van de wisseling van de seizoenen.
Gesprek
In de lente gebeurt er van alles. De natuur wordt weer wakker. Er komen sprietjes uit de grond en blaadjes aan de bomen. Sommige bomen krijgen eerst heel veel mooie bloemen. Die bloemen noemen we bloesem. Als ze uitgebloeid zijn, dwarrelen de bloemblaadjes naar beneden. Het lijkt wel of het sneeuwt.
Knutselen Samen bloesem schilderen.
Nodig: vingerverf of acrylverf, mengstokje, papier, bruine en groene vilts
Meng rode en wi e vingerverf tot een mooie kleur roze. Teken op het papier met de bruine vilts
een paar takken en met de groene wat kleine
blaadjes. Met je vinger vol roze verf vijf s ppen in een kringetje maken, dicht tegen elkaar aan. Met een andere vinger een s p wit in het midden. Zo kan je heel veel bloemen maken. Met een beetje hulp kunnen peuters dit ook heel goed doen! Kleurplaat Boom met bloesem
Bloesem plakken. Nodig: stevig papier, roze crêpepapier, bruin potlood of vilts
, lijm.
Teken met bruin een boom of een tak op het papier. Scheur van crêpe‐papier kleine stukjes af. Maak propjes hiervan. Met lijm op de boom of tak plakken.
.
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 19
Onderwerp De paardenbloem Doel
Verwonderen over zoveel moois in de natuur.
Verhaal
Piep vliegt heel raar op en neer. Ollie kijkt er verbaasd naar. ‘Wat ben je aan het doen?’, vraagt hij. ‘Kijk eens goed’, zegt Piep, ‘Ik blaas pluisjes omhoog.’ Ollie kijkt nu wat beter. Inderdaad ziet hij allerlei pluisjes rondvliegen. Het lijken wel heel kleine parachuutjes. Ze waaien met de wind mee en vallen dan ergens op de grond. Piep probeert ze omhoog te blazen. Dat vindt Ollie ook een leuk spelletje en hij blaast heel hard mee.
Gesprek
Wat voor pluisjes zouden dat zijn? Als je naar buiten kijkt, zie je vast wel ergens paardenbloemen. Als de bloemen uitgebloeid zijn, komen er zaadjes aan. Die hebben een miniparachuutje om door de wind verder weggeblazen te kunnen worden. Zo vinden die zaadjes weer een lekker plekje om een nieuwe plant te worden.
Film
Op ntr: schooltv staat een filmpje over de paardenbloem. h p://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20030108_paardebloem01
Gedicht
Paardenbloem Geef toch kleine paardenbloem Je pluisjes aan de wind Ik hoop dat ieder zaadje straks Een aardig plekje vindt. En dat op al die plekjes Nieuwe plantjes zullen groeien En overal hier om ons heen Weer gele bloemen bloeien. En dat die bloemen later, Aan het einde van hun leven, Hun pluisjes ‐ net als jij ‐ Weer aan de wind mee zullen geven (Uit: Het jaar rond met de vier kabouters. Marianne Busser & Ron Schröder, uitgeverij Van Reemst)
Voorlezen Jip en Janneke: bloemen plukken. Annie M.G. Schmidt. ISBN 1090 45102 17X.
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 20
Onderwerp Moederdag Doel
Aandacht voor moederdag
Voor de Moederdag vraagt opmerkzaamheid van de verzorgers. Er zijn misschien Verzorgers kinderen die geen moeder meer hebben of waar het door een scheidingssitua e moeilijk ligt. Gesprek
Al heel lang vieren wij Moederdag. Op Moederdag laten we aan mama zien hoeveel wij van haar houden. Wij verwennen haar met cadeautjes. We helpen misschien wel met het netjes houden van het huis. We geven een ontbijtje op bed of we geven haar gewoon een hele dikke knuffel: een speciale Moederdagknuffel.
Gedicht
Zachtjes fluister je dan in het oor van je mama: Omdat ik klein ben en jij groot klim ik bij jou op schoot. En fluister zachtjes in je oor: ‘Jij bent mijn liefste mama, hoor.’
Knutselen Placemat Op een stevig papier een tekening laten maken. De tekening plas ficeren. Boeken
Mijn mamma is de beste. Lin de Laat. Zie bijlage periode 3, 2009. Lieve mama. Guido van Genechten. ISBN 13 978 90 44807 37 0.
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 21
Onderwerp Pinksteren Doel
Het verhaal van Pinksteren vertellen en wat het ons hee te zeggen.
Voor de verzorgers
Het pinksterverhaal staat in het Bijbelboek Handelingen 2. In veel kinderbijbels wordt het op een kinderlijke manier verteld. Maar wat hee het ons te zeggen? Is het alleen een spannend verhaal? Wij willen verder gaan! Dat willen wij ook doorvertellen. Niet voor niets staat er nu in ons logo dat we in liefde willen werken aan een menswaardige wereld.
Verhaal
Al heel lang wordt er in heel veel landen aan het begin van de zomer een groot feest gevierd. Het is het feest van de eerste graanoogst. Zo was het ook in de jd van Jezus. In Jeruzalem werd van het eerste graan meel gemaakt. Van dat meel maakten de bakkers heerlijk brood. De kinderen dronken limonade en de grote mensen bier of wijn. Iedereen genoot van het feest. Maar op een keer was het anders. Er was een groep mensen die zo verdrie g waren dat ze geen zin hadden in een feest. Hun vriend, Jezus, was doodgegaan. Ze kwamen met Pinksteren wel bij elkaar, omdat dat nu eenmaal hoorde bij dit feest. Ze waren wel blij dat ze elkaar zagen. Maar ze waren niet echt vrolijk. Ze begonnen te praten over alle dingen die ze samen met Jezus beleefd hadden. Ze werden steeds enthousiaster en vrolijker. Vol vuur werden allerlei verhalen verteld. Al pratend kwamen ze op het idee dat iedereen die verhalen moest horen. En dat zijn ze gaan doen. Ze gingen iedereen die het horen wilde, vertellen wat Jezus gezegd en gedaan had. Ze kwamen vaak bij elkaar om er over te praten. Zo zijn de eerste gemeenschappen ontstaan, een beetje net als onze gemeenschap. Vanaf toen werd met Pinksteren gevierd dat de mensen, zonder dat Jezus er was, zelf net zo konden denken en leven als hij. Ook wij willen verder gaan met het werk waar Jezus mee bezig was. Liefde brengen en werken aan een betere wereld ‐ met meer blijheid.
Gesprek
Iedereen is weleens verdrie g. Als je dan met vrienden gaat praten, wordt het gevoel anders. Je vergeet even je verdriet en gaat weer lachen. Ook kinderen maken dit mee. Lachen werkt aanstekelijk. Neem maar eens zo’n raar poppetje mee: dat begint te lachen als je erin knijpt. Allemaal blije gezichten tekenen of plakken op een middelgrote cirkel. Haren plakken van geknipte reepjes papier en als er een ijsstokje aan vast wordt gemaakt met behulp van plakband, dan kunnen we er daarna samen een soort poppenkast mee spelen of samen mee zingen. Lach overgooien. (Dit is meer voor oudere kleuters.) Iedereen staat in een kring en kijkt heel serieus. Eentje mag heel hard lachen. Dan gooit hij de lach naar iemand anders door deze aan te kijken en te knikken. Met een kijkt hij weer heel serieus, terwijl degene die de lach opvangt heel hard gaat lachen. Probeer dat maar eens een poosje vol te houden! Lachen werkt heel aanstekelijk. In korte jd staat iedereen te lachen.
Lied
Ik ben vandaag zo vrolijk. Alfred Jodocus Kwak. h p://video.google.com/videoplay?docid=313826669345601075#
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 22
Onderwerp Iets of iemand missen Doel
Het gevoel van gemis en hoe je weer vrolijk zou kunnen worden.
Voor de Peuters en kleuters kunnen intens verdrie g zijn als ze iets kwijt zijn of verzorgers verloren zijn. Soms missen ze hun knuffel, soms gaat het wat verder en missen ze iemand. Door ziekte, scheiding, verhuizing … Verhaal
Ollie huilt dikke tranen. Daar komt Piep aanvliegen. ‘Wat is er met jou?’, vraagt hij. ‘Ik ben mijn knuffel kwijt’, snikt Ollie. O jee, dat is wel vervelend, want Ollie kan niet slapen zonder zijn knuffel. ‘Heb je wel gezocht?’, vraagt Piep. ‘Natuurlijk, ik zoek al de hele morgen.’ ‘Weet je wat,’ zegt Piep, ’we vragen of iedereen mee gaat zoeken, dan vinden we hem vast wel.’ Ollie huilt niet meer. Hij vindt het wel fijn dat iedereen zo lief is voor hem. Ze gaan allemaal zoeken. En ja hoor, al snel wordt de knuffel gevonden. Nu is Ollie weer helemaal blij!
Gesprek
Voorbeeld voor het gesprekje: Ben jij ook weleens wat kwijt? Hoe voel jij je dan? Ga je dan ook zoeken? Je bent vast blij als je het dan weer gevonden hebt. En als je iemand kwijt bent? Hoe voel jij je dan? Word je ook blij als iemand je helpt? Hoe kan je iemand troosten?
Spel
Op zoek. We laten iets zien. Dan doen alle kinderen hun ogen dicht. Het voorwerp wordt verstopt. We gaan allemaal zoeken. We kunnen aanwijzingen geven als ‘warm’ (dichterbij) en ‘koud’ (verder weg).
Knutselen Smileys tekenen. Trek daarbij het gezicht dat je tekent. Dus blij bij een lachende Smiley en boos bij een boze Smiley enzovoort. Voorlezen Maan hee verdriet. Guido van Genechten. ISBN 90 448 0940 7. Pip en Posy en de grote ballon. Axel Scheffler. ISBN 90 257 5162 8. Voor de verzorgers
Soms zijn er zeer ingrijpende situa es waarin kinderen geconfronteerd worden met verlies en verdriet, die specifieke aandacht vragen. Dan is het mogelijk om de Troostkoffer te lenen via het Dienstcentrum. Geen ingewikkelde werkvormen, maar manieren die passen bij onze visie op het leven en die u zouden kunnen helpen om kinderen bij te staan in hun verdriet. (
[email protected])
Meer achtergrondinforma e over verdriet bij peuters: h p://peuterkleuter.jongegezinnen.nl/Gezondheid‐Psyche/Psyche/ Verdriet.htm
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 23
Onderwerp Zonnebloemen Doel
Verwonderen over de natuur en dat je er (soms) wel voor moet zorgen.
Gesprek
Rich ng voor het gesprekje: Soms komt er uit een zaadje een heel grote boom, soms een prach ge bloem. Je ziet niet al jd aan een zaadje wat eruit komt, maar we herkennen soms wel de zaadjes. Als we wat zonnebloemzaad laten zien, zullen enkele kinderen dat misschien herkennen. Hoe groot is de plant die hieruit komt? Zou dat nu al opgevouwen in het zaadje zi en?
Als we zaden in de grond stoppen, komt er dan al jd een bloem uit? Wat hee een zaadje nodig om te groeien? Neem een aantal verschillende zaden (vruchten) mee en plaatjes van de planten/bomen die eruit komen. Kunnen de kinderen de zaden zoeken bij de bloemen/bomen?
Doen
We gaan zonnebloemzaden zaaien. Als er een plekje vlak bij het gebouw is waar gezaaid mag worden, zou dat geweldig zijn. Anders in aparte potjes zaaien. Elk kind neemt een potje mee naar huis. Als de bloemen uitkomen, weer meenemen. Regelma g water geven. Zonnetje erbij. Misschien een stok als steun.
Als de bloem uitgebloeid is, komen er in het midden allemaal zaden. Niet alleen vogels smullen ervan, maar ook mensen kunnen de zaden eten. En uit de zaden komen volgend jaar weer nieuwe bloemen.
Kleurplaat Zonnebloem
Jongste Jeugd
Lente 1 / week 24
Onderwerp Wol komt van het schaap Doel
Dankbaar voor de rijkdom van de natuur.
Gedicht
Schaapje, wat lig je lui in de wei.
Vertel eens, wat doe je voor je werk?
De paarden trekken de wagens voort,
de koeien geven melk.
De honden waken over ’t huis,
de kippen leggen een ei.
De vogels zingen een lied voor ons,
maar schaapje, wat doe jij?
‘Zie je niet die warme wol
op mijn rug, zo dik en vol?
Je zou bibberen van de kou
als ik er niet wezen zou!’
Film
Schaap Wiesje gaat naar de kapper h p://www.youtube.com/watch?v=Ds8vJVAiLFE
Lied met beeld: Schaapje, schaapje heb je wi e wol? h p://www.youtube.com/watch?v=IPXHFfaAKGM
Gesprek
Samen bekijken van enkele meegebrachte wollen kledingstukken. (trui, sokken, muts) Vraag aan de kinderen: Heb jij iets van wol aan? Draag je die ook in de zomer? Wanneer draag je een dikke jas? Als het buiten erg warm wordt, doe je die ook graag uit. Schapen vinden het ook fijn dat ze geschoren worden. Het wordt anders veel te warm. En wij kunnen van die wol lekkere warme kleren maken. Kun je ook ergens ‘wol’ kopen?
Kleurplaat De kleurplaat inkleuren of het schaap beplakken met draadjes wol.