Oostelijk Geleen, Munstergeleen, Windraak Stadsdeel 3

Stadsdeelplan 2009-2012

Gemeente Sittard-Geleen

Oostelijk Geleen, Munstergeleen, Windraak Stadsdeel 3

Stadsdeel 3 Oostelijk Geleen, Munstergeleen, Windraak

Oostelijk Geleen, Munstergeleen, Windraak I Stadsdeel 3


Inhoudsopgave 1 1.1 2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.5.1 2.5.2 2.5.3 2.5.4 2.5.5 3 4 4.1 4.2 4.3 4.4

Voorwoord van de stadsdeelbestuurder Leeswijzer De thema’s Wonen Winkelvoorzieningen Veiligheid (algemeen) Openbare ruimte Maatschappelijke voorzieningen Doelgroep: Jeugd en jongeren Doelgroep: Ouderen en zorg Huisvesting primair onderwijs en kindfuncties Sport Gemeenschapsaccomodaties Verantwoording BIJLAGEN Bevolking naar inwoners, geslacht, leeftijdscategorie Bevolking naar inkomen Woningvoorraad: ontwikkeling, samenstelling en woningwaarde Politiemonitor: diefstal, misdrijven, delicten en overlast

1 3 4 5 5 8 10 13 18 18 23 28 32 35 38 40 40 41 42 43

Colofon: Dit is een uitgave van de gemeente Sittard-Geleen Afdeling Maatschappelijke Ontwikkeling, team Stadsdeelmanagement tot stand gekomen in nauwe samenwerking met de externe maatschappelijke partners en met medewerking van de interne afdelingen Beheer Openbare Ruimte, Veiligheid, Dienstverlening, Onderzoek en Statistiek, GEO etc. Eindredactie

Ger Theelen

Stadsdeelmanager: Mieke Bos Buurtcoördinator: Arno Gorissen


2




1. Voorwoord van de stadsdeelbestuurder Voor u ligt het stadsdeelplan 2009-2012 voor stadsdeel 3 Oostelijk Geleen, Munstergeleen en Windraak, dit stadsdeel omvat de kernen: Geleen-Zuid, Kluis, OudGeleen/Haesselderveld, Munstergeleen en Windraak. Het is de eerste versie van de stadsdeelplannen voor de gemeente Sittard-Geleen, die een belangrijke mijlpaal vormen in de ontwikkeling van het wijkgericht werken. De basis voor de stadsdeelplannen ligt in het gemeentelijk beleid, dat sterk wordt beïnvloed door externe factoren. Onderstaand overzicht geeft de recente cijfers over demografische ontwikkeling in onze gemeente.

Bevolkings prognose Sittard-Geleen (stedelijk) Jaar 2000 2007 2010 2020 2030 2040 Ontwikkeling absoluut in % in % 2000-2040 0 - 19 jaar 22.164 23% 20.886 19.768 16.460 15.334 13.921 18% -8.243 -37% 20 - 39 jaar 27.852 28% 22.158 20.708 19.611 17.485 14.552 19% -13.300 -48% 40 - 59 jaar 28.239 29% 30.845 30.424 25.426 19.362 18.417 24% -9.822 -35% 60 - 79 jaar 17.261 18% 18.469 19.605 23.549 26.090 22.043 29% 4.782 28% > 80 jaar 2.888 3% 3.887 4.299 5.045 6.199 7.635 10% 4.747 164% Totaal 98.404 100% 96.245 94.806 90.090 84.470 76.568 100% -21.836 -22% Bron: E’til, 2008 (verdere cijfers zijn opgenomen in de bijlagen)

De neerwaartse spiraal in het inwonertal wordt vaak verbloemd met termen als ontgroening en vergrijzing en speelt niet alleen in deze regio. Deze landelijke tendens houdt zich niet aan de grenzen van gemeente, stad, of stadsdeel, maar werkt door tot in de vezels van onze buurten en dorpen. Ontgroening en vergrijzing hebben een grote invloed op de leefbaarheid in wijken en dorpen. In de lopende planperiode is de invloed nog beperkt, maar op langere termijn gaat deze invloed zeker zijn gevolgen hebben voor de basis en het draagvlak van onze sociale en maatschappelijke voorzieningen.

Besturen is vooruitzien. Het gemeentebestuur wil de komende planperiode graag gebruiken om tezamen met haar partners de beleidsontwikkeling, van de verschillende vakrichtingen op het gebied van leefbaarheid, gebiedsgericht te vertalen naar de stadsdelen: • Welke invloed hebben externe ontwikkelingen op de thema’s en voorzieningen die de leefbaarheid in wijken en dorpen direct bepalen? • Welke maatregelen zijn denkbaar en betaalbaar om een acceptabel voorzieningenniveau in stand te houden? • Wat betekent dit voor de inwoners, de gemeente en de verschillende partners? In plaats van “vergrijzing” gebruiken we tegenwoordig vaker de term “verzilvering” om daarmee de denkrichting bij te sturen: van bedreigingen naar kansen. Graag nodig ik u uit om, tezamen met de gemeente en onder regie van de stadsdeelmanager, vorm en inhoud te geven aan de stadsdeelplannen als gemeenschappelijk beleidsinstrument. Stadsdeelbestuurder Wethouder Berry van Rijswijk

3



4

1.1 Leeswijzer In de stadsdeelplannen 2009-2012 wordt per thema aangegeven wat het stedelijk beleid en de kwaliteitsambitie voor het stadsdeel is. Dit betreft een korte samenvatting van andere gemeentelijke beleidsstukken. Per thema wordt het werkveld verhelderd met objectieve en subjectieve informatie, waarna op basis van een sterkte - zwakte analyse (SWOT) de verschillen tussen de gewenste en de feitelijke situatie worden neergezet. Vervolgens wordt ingegaan op lopende projecten (basiskwaliteit) en waar nodig en mogelijk worden scenario’s en/of (beleidsmatige) speerpunten benoemd. Onderstaande thema’s worden in het volgende hoofdstuk uitgewerkt: 1. Wonen 2. Winkelvoorzieningen 3. Beheer, onderhoud en inrichting van de openbare ruimte 4. (Sociale) veiligheid 5. Maatschappelijke voorzieningen: a. Jeugd en vrije tijd b. Ouderen en voorzieningen c. Basisonderwijs d. Sport- en speelvoorzieningen e. Gemeenschapsaccommodaties. Na overleg met de experts uit het veld en de dorps- en wijkplatforms zal het gemeentebestuur de prioriteiten vaststellen. De daaruit voorvloeiende sociale of fysieke projecten worden opgenomen in de gemeentebegroting en de stadsdeelprogramma’s en worden onder regie van de stadsdeelmanager samen met partnerorganisaties uitgevoerd. Gezien de opdracht en kaderstelling kan dit de komende jaren alleen in bijzondere situaties leiden tot een specifieke gebiedsvisie en -ontwikkeling waarbij een afzonderlijke projectmanager voor de aanpak verantwoordelijk wordt gemaakt.

Meer informatie Het stadsdeelplan 2009-2012 legt de verbinding tussen stedelijk beleid en de stadsdeelprogramma’s. De meest actuele informatie staat op de gemeentelijke website: www.sittard-geleen.nl of op de gemeentepagina van het weekblad ‘De Trompetter’. Veel nuttige en actuele informatie staat ook in de Stadskrant, die 6 keer per jaar verschijnt. De grotere projecten hebben een eigen informatiesite. Zo kunt u voor meer informatie over de binnenstedelijke ontwikkeling en projecten terecht op respectievelijk www.zitterdrevisited.nl en www.stadshartgeleen.nl. Met vragen, meldingen of ideeën over de leefomgeving kunt u terecht bij het Klant Contact Center 046 – 477 77 77 of www.sittard-geleen.nl of via [email protected]. Voor meer informatie over de gemeentelijke activiteiten in dit stadsdeel kunt u ook terecht bij de stadsdeelmanager en de buurtcoördinator. Het stadsdeelprogramma 2009 is digitaal te downloaden via de gemeentelijke website www.sittard-geleen.nl



2 De thema’s

5

Thema 1 Wonen Stedelijk Beleid Doelstelling

Bij een dalende bevolking wordt een dalende woningbezetting verwacht, waardoor het het woningaantal aanvankelijk stabiliseert en daarna daalt. Door ontgroening en vergrijzing verandert de woningmarkt in snel tempo en wordt een forse kwaliteitsimpuls gevraagd. Dit uitgangspunt leidt tot navolgende doelstellingen: - Eén woning erbij, één eraf (tot 2020 lichte groei in centrum stedelijk woonmilieu, na 2020 afname); - Prioriteit bij herstructurering en woon/zorg. - Sterke afname sociale huurwoningvoorraad. - Gericht op behoud eigen inwoners. - Verscheidenheid/diversiteit realiseren door op kleine schaal excellente woonmilieus te realiseren. - Sterk regionaal centrumstedelijk woonmilieu. - Meer groen en meer ruimte.

Stadsdeel 3

Oostelijk Geleen

Typering Gebied

Geleen Zuid, Kluis, Oud Geleen Munstergeleen

Ambities en beleidsdoelen basiskwaliteit

Karakteristiek

Windraak

Stedelijk wonen Meer ruimte, meer groen. Hoogste prioriteit m.b.t. herstructurering waar leefbaarheidproblemen groot zijn.Grote afname sociale huurwoningvoorraad.

Suburbaan wonen Minder stedelijk: meer ruimte. Vermindering sociale huurwoningvoorraad. Sloop verouderde voorraad (kleine eengezins rijtjes woningen en portieketage woningen).

Landelijk wonen Conserveren kwaliteiten.

Stedelijk wonen betreft woonwijken waarbij een sterke oriëntatie op de stad is. Deze wijken maken nadrukkelijk onderdeel uit van het stedelijk gebied. Het straatbeeld in deze wijken wordt gedomineerd door een veelheid aan eengezinswoningen, afgewisseld met flats. Er is sprake van een vrij hoge dichtheid en een gemiddeld aandeel koopwoningen

Suburbaan wonen betreft dorpen die in de loop der tijd zijn uitgebreid en gegroeid. Suburbane woonmilieus staan los van de stad en hebben eigen voorzieningen. Vaak is er een klein centrum, de oude dorpskern. Het is ruim en groen wonen.

Landelijk wonen betreft buurtschappen. Vaak wonen hier niet meer dan 500 mensen en is het er nog groener, nog ruimer wonen dan in het dorp. Voorzieningen zijn er vrijwel niet, bedrijvigheid is agrarisch en huurwoningen zijn hier duidelijk minder dan elders in de stad.



6

Woningvoorraad en gemiddelde woningwaarde 2007 en 2006 Kwaliteitskaart

Wonen

Woning voorraad

Gemiddelde woning waarde 2006 2007 x €1000 x €1000

Perioden Stadsdelen en wijken

2006 aantal

2007 aantal

Koop %

Huur %

Sittard-Geleen Stadsdeel 3 Geleen Zuid

43.250

43.405

56,9

43,0

165

178

9.630

9.690

63,2

36,8

165

177

Munstergeleen Geleen-Zuid Kluis Oud-Geleen en Haesselderveld Windraak

2.065 2.475 2.465

2.070 2.500 2.495

77,0 53,8 62,3

23,0 46,2 37,7

206 147 155

213 164 168

2.585 40

2.585 40

61,9 76,7

38,1 23,3

162 x

173 x

Bron: CBS 2006-2007 Verdere cijfers zie bijlagen

Gebied Inwoners Woningvoorraad Woningbezetting Woningdichtheid Oordeel bewoners

Verschillenanalyse SWOT

Geleen Zuid, Kluis, Oud Geleen 16.080 inwoners (21,6% 65+-ers). Woningvoorraad: 7.580 woningen Gemiddelde huishoudgrootte 2,2. Gemiddelde dichtheid is 33 inwoners per hectare. Gemiddelde woningwaardering op basis van buurtmonitor 2007: 7,5 Algemene kwaliteit woonomgeving: 7,1

Munstergeleen

Windraak

4.980 inwoners (17% 65+-ers). Woningvoorraad: 2.070 woningen Gemiddelde huishoudgrootte 2,4. Gemiddelde dichtheid is 18 inwoners per hectare. Gemiddelde woningwaardering op basis van buurtmonitor 2007: 7,8 Algemene kwaliteit woonomgeving: 7,8

110 inwoners (27% 65+-ers). Woningvoorraad: 40 woningen Gemiddelde huishoudgrootte 2,2. Gemiddelde dichtheid is 2 inwoners per hectare. Gemiddelde woningwaardering op basis van buurtmonitor 2007: 7,8 Algemene kwaliteit woonomgeving: 7,8

Sterkte Gevarieerd en divers aanbod. In het stedelijk woongebied een groot aanbod aan zorgvoorzieningen. (Oud-Geleen, Geleen-Zuid)

Zwakte Leegstaande panden Aanbod voor ouderen in Munstergeleen is onvoldoende. Verwaarlozing klooster Abshoven.

Kansen Aanpassen bestaande woningvoorraad tot levensloopbestendig. Herstructurering Geleen Zuid (op termijn)

Bedreigingen Leefbaarheidproblemen in Geleen Zuid. Leegstaande panden in het stedelijk woongebied hebben negatieve invloed op de woonomgeving. Vergrijzing in dit stadsdeel het sterkst.



7 Projecten Concrete plannen:

Woningbouwprogramma: concrete projecten/plannen en mogelijke plannen/ ontwikkellocaties Stedelijk wonen Concrete plannen: • Carmelietenstraat • Locatie Riche, 24 appartementen • Odiliaterrein, 66 zorgwoningen • Rijksweg: 21 appartementen Kwikfitlocatie.

Suburbaan wonen Concrete plannen: • Abshoven, 14 zorgwoningen en 28 zorgunits. • Brouwerstraat 5 grondgebonden woningen.

Potentiële plannen/locaties: • De Haese C • Locatie Oude Bunderhof • Locatie Componistenflats

Potentiële plannen/locaties: • Schoollocaties Munstergeleen

Scenario’s De bijstelling/herijking van het woningbouwprogramma vindt op het niveau van de stad Oplossings- plaats, niet op het niveau van het stadsdeel. Toch wordt middels de uitwerking per richtingen stadsdeel inzichtelijk dat de bestaande concrete plannen grotendeels aansluiten bij de uitgangspunten maar dat het ontbreekt aan samenhang met sloopplannen (één erbij, één eraf). Dat betekent dat de inzet tot 2010 erop gericht is om: • Alle sloopplannen en sloopmogelijkheden in beeld te brengen en hierover afspraken te maken. Dit is een taak van corporaties en gemeente. • Alle harde plannen (planologisch hard) die binnen nu en 2010 gerealiseerd worden gaan gewoon door, de overige plannen en mogelijke bouwlocaties worden in de periode 2010-2020 integraal afgewogen in relatie tot een sloopprogramma op basis van de Woonmilieuvisie en een kwalitatief woningmarktonderzoek (dat in 2008/2009 samen met corporaties wordt uitgevoerd). Speerpunten Levensloop bestendig en duurzaam bouwen Proiriteren Communicatie Degelijke communicatie met alle partners en bewoners



8

Thema 2 Winkelvoorzieningen Stedelijk Beleid Doelstelling

Een ruimtelijk en economisch verantwoorde spreiding van aangewezen winkelconcentratiegebieden, verdeeld in 3 segmenten: • stadscentra • wijkwinkelcentra • perifere locaties Bij de spreiding is rekening gehouden met: • Markteconomische afwegingen in combinatie met bestedingen • Reeds aanwezig aanbod in combinatie met vloeroppervlak • Levensvatbaarheid van winkelconcentraties in combinatie met verzorgingsgebied • Bovenlokale / regionale concurrentiepositie Daarbij wordt uitgegaan van: • Een stedelijke kern met een inwoneraantal van ca. 75.000 inwoners • Een buitengebied met een inwoneraantal van ca. 25.000 inwoners • Wijkwinkelcentra met een verzorgingsgebied van ca. 10.000 inwoners Algemeen (beleids)uitgangspunt is het maken van heldere en in beginsel economisch verantwoorde keuzes en daarbuiten geen andere locaties voor winkelconcentraties toe te staan. • Locaties van winkelconcentraties die niet in het streefbeeld voorkomen worden daarbij hooguit gehandhaafd en zo mogelijk (indien kostentechnisch verantwoord) verminderd. • Winkelcentra die in het streefbeeld passen komen in aanmerking voor actief stimuleringsbeleid; het initiatief blijft bij de ondernemers.

Stadsdeel 3

Oostelijk Geleen, Munstergeleen en Windraak

Ambities en beleidsdoelen basiskwaliteit

Wijkwinkelcentra: • Zuidhof (Geleen-Zuid) • Munstergeleen • Wijkwinkelcentrum Sittard-Zuid: gebied tussen de spoorlijn Sittard-Geleen, Middenweg, Rijksweg en Eggelspoelderweg. (Ligt weliswaar in Stadsdeel 4, maar is wellicht van invloed op Stadsdeel 3) Uitgangspunten zijn daarbij: • De wenselijkheid dat het om ‘verplaatsers’ gaat • De omvang van de winkelvoorziening niet moet leiden tot een duurzame ontwrichting van de bestaande aanbodstructuur in één of meerdere wijkwinkelvoorzieningen in de nabije omgeving (Oud Geleen, Munstergeleen en Limbrichterveld).



9 (Wijk)winkelvoorzieningen zijn te vinden op de volgende locaties: Jos Klijnenlaan (Zuidhof en Aldi), Oud-Geleen, Munstergeleen.

Gebied

Kwaliteitskaart Karakteristiek Oordeel bewoners


Tevredenheid Buurtvoorzieningen

winkels

in %

2005

2007

Munstergeleen/Windraak Geleen-Zuid Kluis Oud-Geleen/Haesselderveld

85 94 90 85

85 88 89 84

Oostelijk-Geleen, Munstergeleen en Windraak Gemeente Sittard-Geleen

88 72

86 57

Bron: Buurtmonitor 2007

Sterkte Primaire levensbehoefte dicht bij huis Goede bereikbaarheid Gratis parkeren Sociale ontmoetingsfunctie

Zwakte Verspreide ligging individuele winkelbedrijven Onderhoud winkelcentrum Zuidhof is gedateerd

Kansen Hoogwaardige winkelvoorzieningen

Bedreigingen Concurrentieslag en schaalvergroting

Projecten

Het opwaarderen van het wijkwinkelcentrum Zuidhof (en omgeving)

Scenario’s

Ondernemersinitiatieven worden gestimuleerd: Handhaven wijkwinkelcentrum Oud-Geleen: Opstellen van bereikbaarheids- en parkeerplan voor de omgeving.

Speerpunten

Gemeente faciliteert ondernemersinitiatieven (aanpassing Openbare Ruimte) Geleen-Zuid, Zuidhof: Samen met vastgoedeigenaren, winkeliers en buurtbewoners wordt een plan opgesteld voor het opwaarderen van Zuidhof.



10

Thema 3 Veiligheid (algemeen) Stedelijk Beleid Doelstelling

Integraal veiligheidsbeleid draagt zorg voor het systematisch en samenhangend werken aan het behoud of verbetering van de lokale veiligheid in al haar facetten onder regie van de gemeente. Veiligheid wordt dus gekenmerkt door systematiek, samenhang en samenwerking. In de gebiedsgerichte analyse worden door de burgers de volgende thema’s genoemd: • Overlastgevend gedrag door jongeren; • Overlastgevend gedrag van drugsverslaafden en daklozen; • Criminaliteit door veelplegers; • Verloedering; • Agressie (inclusief huiselijk geweld); • Verkeersonveiligheid; • Gebrek aan zichtbare aanwezigheid van politie en toezicht op straat in de wijken. Daarnaast vragen landelijk ontwikkelingen aandacht voor een aantal bijzondere thema’s: • Ontwikkeling van de veiligheidsregio’s op het gebied van crisisbeheersing en rampenbestrijding; • Landelijke ontwikkeling van bestuurlijke aanpak georganiseerde criminaliteit en BIBOB; • Nazorg ex-gedetineerden. Samengevat wordt het integraal veiligheidsbeleid gebaseerd op navolgende uitgangspunten: • Integrale aanpak van de veiligheidsproblemen is een gezamenlijke verantwoordelijkheid; • Eigen (mede)verantwoordelijkheid van inwoners; • De gemeente Sittard-Geleen stelt zich op als regisseur van veiligheid; • Wijkgericht werken, waar mogelijk een gerichte aanpak op buurt- of wijkniveau; • Subjectieve beleving van veiligheid door inwoners staven met feitelijke informatie; • Communicatie over de werkelijke situatie en behaalde successen is van belang.

Stadsdeel 3


Ambities en beleidsdoelen

De twee belangrijkste doelen zijn: • Afname van het aantal personen dat zich wel eens onveilig voelt met 5% in 2009 t.o.v. 2005 • Een reductie van de criminaliteitsdruk van 119 in 2004 naar 107 in 2009 (een reductie van 10%)



11 Basiskwaliteit

• Veilige woon- en leefomgeving; thema’s: o.m. huiselijk geweld, onveiligheidsgevoelens, geweld, inbraken, project “schoon, heel en veilig”. • Bedrijvigheid en veiligheid: thema’s: o.m. uitgaan en overlast, veiligheid bedrijfsterreinen. • Jeugd en veiligheid; thema’s: o.m. alcohol en drugs, overlast, schooluitval. • Fysieke veiligheid; thema’s: o.m. brandveiligheid, verkeersveiligheid, infrastructuur. • Integriteit en veiligheid; thema’s: o.m. organisatiecriminaliteit/Bibob.

Onveiligheidsgevoelens in de buurt Gebied Kwaliteitskaart Karakteristiek Oordeel bewoners

in %

2005

2007

Munstergeleen/Windraak 24 Geleen-Zuid 39 Kluis 44 Oud-Geleen/Haesselderveld 41

22 43 36 30

Oostelijk-Geleen, Munstergeleen en Windraak 37

32

Gemeente Sittard-Geleen 35

33


Objectieve cijfers politiemonitor

INCIDENTEN SITTARD GELEEN Sittard-Geleen Stadsdeel 5 Oostelijk Geleen, Munstergeleen en Windraak Munstergeleen Geleen Zuid Kluis Oud Geleen/ Haeselderveld Windraak

Diefstal en/of -inbraak 2004 2007

Geweld misdrijven 2004 2007

Milieu- delicten 2004 2007

Overlast 2004

2007

4.626 3.510

1.746

1.861

389

326

1.709

1.728

596

754

228

280

33

57

248

270

74 269 234

82 233 224

35 95 84

25 94 76

9 10 8

16 22 9

44 62 97

45 94 77

18 1

210 5

11 3

85 0

6 0

4 6

45 0

52 2

Bron: politiemonitor; voor meerjarencijfers zie bijlage. Noot: Deze cijfers kunnen worden vertekend door tijdelijke specifieke buurtproblemen.

In de politiemonitor van geregistreerde strafbare feiten en delicten (aangiften) over 2006 staat stadsdeel 3 derde op de scorelijst. Verschillenanalyse SWOT

Sterkte • Aanwezigheid wijkagent

Zwakte • Sociale cohesie Geleen zuid • Lage aangifte bereidheid • Veiligheidsgevoel: huiselijk geweld en meervoudige problematiek • Veiligheid (risico) bedrijven



12 Verschillenanalyse SWOT

Kansen • Integrale aanpak jeugdproblematiek • Keurmerk Veilig • Blauw op straat: Vergroten zichtbaarheid politie en stadstoezicht

Projecten

Integrale aanpak probleempanden

Scenario’s Oplossingsrichtingen

Integrale aanpak jongerenoverlast Jeugdplekkenoverleg samen met partners (PIW o.a. MIAS) Integrale aanpak coffeeshops (overleg en Bibob) Duidelijke aansturing inzet stadstoezicht

Speerpunten

De belangrijkste speerpunten zijn: • Gecoördineerde aansturing/inzet van toezichthouders in de buitengebieden (Stichting Stadstoezicht in nauwe samenwerking met de Groene Brigade (Provincie) Munstergeleen, Windraak op milieudelicten, illegale stortingen etc. • Inzet Politiejunioren en Jeugd Preventie Project (JPP) • Veiligheidshuis • (Externe) Veiligheid bedrijven

Prioriteren

Aandachtspunten Wijksurveillance

Actie Toezicht tijdens reguliere dienst

Drugsoverlast

Projectmatige aanpak door basiseenheid Repressie en aanpak van verdachte panden (met Essent)

Verkeerstoezicht: • 30 km gebieden • doorgaande wegen • schoolgaande jeugd

Preventief en repressief toezicht en controle tijdens reguliere dienst en door Verkeerscontrole Zichtbare aanwezigheid

Parkeeroverlast: • parkeerzone • Zuidhof, GHC enz

Toezicht en repressieve aanpak tijdens reguliere dienst en door BOA’s

Bromfietsers

Gerichte controle (2 keer per jaar)

Woninginbraken Autoinbraken m.n. bij hoogbouwflats Autodiefstallen

Preventie en projectmatige aanpak, mede door reguliere diensten en district Preventie en projectmatige aanpak

Overlast jeugd

Toezicht jeugdplekken

Project Zuidhof en omgeving

Regelmatige controle en repressieve aanpak door reguliere diensten

Buurtoverlast Huiselijk geweld en meervoudige problematiek (herbezoek)

Woonzorgoverleg met Sociale Partners Handhaving / Bemiddeling

Woonwagenlocatie(s)

Projectmatige aanpak Toezicht tijdens reguliere dienst

Bedreigingen • Criminaliteit • Coffeeshops en drugsgerelateerde overlast • Overlast jeugd; • Onveilige plekken • Onveiligheid Zuidhof • Drugsgerelateerde overlast



13

Thema 4 Openbare ruimte Stedelijk Beleid Doelstelling

Vastgesteld onderhoudsniveau Openbare Ruimte halen. Het basisniveau beheer openbare ruimte dient te voldoen aan het niveau B: “Schoon en Heel” volgens de (landelijke CROW) catalogus “Kwaliteit Openbare Ruimte”

Stadsdeel 3


Ambities en beleidsdoelen Basiskwaliteit

Schoon Met onze burgers vinden wij een schone stad belangrijk. Beleid en uitvoering van team afval en reiniging zijn ingericht op planmatig schoonhouden en op incidenten. We baseren ons daarbij op een fijnmazig netwerk waarbij afvalbakken, ledigingroutes en veegroutes op elkaar aansluiten en waarbij de incidentenploeg dient als aanvulling. Waar dit onvoldoende blijkt wordt ingezet op gedragsbeïnvloeding (voorlichting) en bijsturing (team handhaving) om negatieve bijverschijnselen uit te bannen. Heel Om het basisniveau B te behalen en te behouden zijn groot en klein onderhoud noodzakelijk, daarvoor maakt de gemeente gebruik van zogenaamde rationele beheersystemen (computerprogramma’s). Hierin wordt het niveau (vertaald in technische kwaliteit) van de openbare ruimte vastgelegd, zoals dit blijkt uit de (jaarlijkse) inspecties van de kwaliteit van de openbare ruimte. Hiervoor wordt het basisniveau bekeken van wegen, straten, pleinen, riolering, openbaar groen, het gemeentelijk bomenbestand, openbare verlichting en speelplekken. Onderhoudsprogramma Op basis van levensduur en onderhoudsinterval berekent het systeem de onderhoudsbehoefte voor de komende jaren, die nodig is om het niveau B te halen en te behouden. De diverse onderhoudvoorstellen, komende uit de voornoemde vakgebieden worden op elkaar afgestemd en waar mogelijk gecombineerd met andere plannen (verkeersmaatregelen, projecten, werkzaamheden door de Nutsbedrijven, enz.) tot één onderhoudsprogramma dat bestaat uit onderhoudsbestekken voor regulier onderhoud, vervangingsen herinrichtingsplannen. Wensen uit de buurt Bij het opstellen van dit onderhoudsprogramma worden de wensen en aanbevelingen uit de wijken, buurten en stadsdelen meegewogen. Daarbij wordt bekeken of ze aan de bestekken en opdrachten kunnen worden toegevoegd. Hiervoor wordt een gedeelte van het onderhoudsbudget gereserveerd.



14 Gemeentelijk groen wordt jaarlijks onderhouden op basis van bestekken die zijn gebaseerd op basisniveau B. Hiermee moet het niveau B in elk stadsdeel zijn gegarandeerd. De relatie tussen het ‘ambitieniveau B’ en de huidige, daadwerkelijke onderhoudstoestand is af te lezen in onderstaande tabellen. Hoewel geen enkel stadsdeel slecht scoort, is er nog een verbeterslag te slaan in de afstemming van plannen en wensen op het beschikbare budget. Mobiliteit en bereikbaarheid Een goede bereikbaarheid is een belangrijke factor voor het welslagen van economische en culturele activiteiten en deze leiden weer tot hogere verkeersdruk. Managen van de mobiliteit vertalen wij in het beheersbaar houden, door: 1. Optimaal Benutten van het weggennet: middels Dynamisch verkeersmanagement (DVM) op de hoofdwegen; 2. Beïnvloeden van de mobiliteit door stimuleringsmaatregelen: Openbaar Vervoer (betere doorstroming) en fiets in plaats van auto (Fietsnetwerk / fietsstalling); 3. Bouwen: aanpassen en uitbreiden infrastructuur.

RIOLERING Kwaliteiten per Wijk en Stadsdeel

6-3-2008 Op basis van beschikbare Video Inspecties

Wijken / Stadsdelen Geleen-Zuid Kluis Munstergeleen Oud-Geleen/ Haesseldervld. Windraak

Lengte / Percentage Wijk (Geïnspecteerde leidingen) A+ A B C D B en > B Zeer Goed Redelijk Matig Slecht Goed 29.399,63 1,26% 5,27% 49,12% 44,35% 0,00% 55,65% 21.024,56 0,13% 4,47% 59,82% 28,27% 7,31% 64,42% 25.104,45 5,53% 19,53% 29,26% 45,68% 0,00% 54,32% Totale lengte

27.652,95 7,41% 44,70% 27,01% 14,28% 6,60% 2.206,25 48,85% 17,19% 15,69% 18,27% 0,00%

Totaal stadsdeel 3 105.387,84 Totaal Sittard-Geleen

79,12% 81,73%

4,58% 19,16% 39,52% 33,79% 2,95% 63,27%

545.334,80 12,91% 19,86% 32,63% 28,80% 5,80% 65,40%

Bron: gemeentelijke beheersystemen. 2007



15 Duurzaam Veilig In het kader van de meerjarenprogramma’s verkeersveiligheid is ook in de gemeente Sittard-Geleen het ‘concept Duurzaam Veilig’ geïntroduceerd. Eén belangrijk onderdeel hiervan: de inrichting van 30 km/uur zones in woonbuurten heeft grote gevolgen voor gemeente en burgers; de totale kosten bedroegen meer dan 2,5 miljoen euro. Na een korte gewenningsperiode heeft de gemeente dit onderdeel laten evalueren. Najaar 2008 wordt het Evaluatierapport duurzaam veilig, gericht op de 30 en 60 km gebieden, aan het college aangeboden. De evaluatie is gericht op het fijnslijpen van eerdere verkeersmaatregelen en het beoordelen van verder wenselijke maatregelen. Relevante punten ingebracht door platforms en burgerij spelen hierin een belangrijke rol en worden afgezet tegen de eisen van Wegenwet, Wegenverkeerswet, fysieke en financiële beperkingen. Gebied Kwaliteitskaart

Zeer divers stadsdeel; versnippering/ weinig tot geen onderlinge samenhang t.w. GeleenZuid/Kluis, Oud-Geleen, Haesselderveld/ Janskamperpark en Munstergeleen/Windraak. Veel ruimte en uitloopmogelijkheden naar de natuur-/ landbouwgebieden Algemeen beeld van de openbare ruimte is goed.

Technische Kwaliteit Wegen Basis Globale Visuele Wegen Inspectie 2006 3-3-2008 D C B A A+ Basis kwaliteit Wijk Totaal Asfalt Elem. Slecht Matig Redelijk Goed Zeer B en >B m2 m2 m2 Goed Geleen-Zuid Kluis Munstergeleen Oud-Geleen / Haesselderveld Windraak

276.936 206.835 231.408

170.155 124.602 130.723

106.781 82.232 100.685

8,5% 14,1% 8,8%

2,0% 0,7% 3,6%

12,4% 12,4% 13,7%

26,8% 17,9% 24,9%

50,3% 54,9% 49,0%

89,6% 85,3% 87,6%

243.585 14.918

116.513 14.618

127.072 301

3,6% 25,8%

3,5% 0,5%

17,8% 0,0%

16,5% 0,9%

58,7% 72,8%

93,0% 73,7%

556.611 417.070

8,8%

2,4%

13,9%

21,5%

53,4%

88,8%

Totaal Sittard-Geleen 5.159.080 1.076.349 832.093

8,8%

1,9%

13,1%

23,7%

52,4%

91%

Totaal stadsdeel 3 973.681

Bron: gemeentelijke beheersystemen. 2007



16 Karakteristiek Oordeel bewoners

Zie Buurtmonitor en wijkanalyses

Tevredenheid Beheer en onderhoud openbare wegen en groen in %

Onderhoud wegen straten en pleinen

Schoonhouden wegen, straten en pleinen

Onderhoud trottoirs

Onderhoud fietspaden

Onderhoud groen

Inrichting groen

2005

2007

2005

2007

2005

2007

2005

2005

2007

2005

2007

2007

Munstergeleen/ Windraak Geleen-Zuid Kluis Oud-Geleen/ Haesselderveld

45 51 55

39 47 46

47 48 43

44 44 46

33 35 32

25 27 32

32 43 33

33 37 37

35 54 55

36 43 37

42 51 52

33 48 41

53

43

45

44

30

27

34

40

48

42

49

36


51

47

47

50

36

35

38

38

45

40

45

37



Sterk • Veel groen in dit stadsdeel • Communicatie met bewoners en partners verloopt goed (buurtcoördinatoren en stadsdeelmanagement); • Knelpunten worden snel in kaart gebracht en geanalyseerd; • Technische kwaliteit van de openbare ruimte is relatief goed; • [email protected] wordt in toenemende mate gekozen door de burgers als ingang voor vragen en klachten;

Zwak • Tevredenheid onderhoud openbare ruimte is matig; • Onderhoudniveau gemeentelijke vastgoedterreinen onvoldoende; • Inrichting openbare ruimte: door intensieve bebouwing weinig ruimte voor thema’s als sociale veiligheid en jongerenproblematiek; • Hondenpoep, zwerfvuil en illegale stortingen overschaduwen het beeld van de schone stad; • Communicatie van (verkeers-) maatregelen leidt tot frustraties (vb: invoering 30km-zonering); • Schoonhouden van het buitengebied, i.r.t. recreatieve (verblijfs)functie;

Kans • Elke klacht is een kans: managementinformatie uit “servicelijn wijk” gebruiken om “verstoringen” terug te dringen; • Doorlooptijd vraagstukken over openbare ruimte (niet zijnde basiskwaliteit) inkorten door gebiedsgericht inzetbare budgetten;

Bedreiging • Deskundigheid versus beleving bewoners (prioritering en communicatie); • Hoeveelheid verkeersvraagstukken; • Negatieve beeldvorming bij bewoners rondom hardnekkige en moeilijk op te lossen thema’s (illegale stortingen, verkeersoverlast) vergt onevenredig veel aandacht. Iedereen heeft hierover een mening!



17 Kans • Integrale aanpak en transparante planning van onderhouds- en projectwerkzaamheden, o.b.v. inspecties en vragen van burger en partnerorganisaties.

Bedreiging

Projecten

Basiskwaliteit “schoon en heel” in heel de stad Zwerfafval plusproject Bomenbeheerplan (incl. openbare verlichting, boomwortels en riolering) Hondenbeleid


• G ebiedsgerichte integrale aanpak • Wijkplatforms positie geven bij planvorming, keuzes en prioritering (afstemmen met partners); • Uitruil eigendom en onderhoud kleine groengebieden met partners i.v.m. logistiek beheer. • Communicatietraject beeldkwaliteit openbare ruimte opzetten.

Speerpunten

Basiskwaliteit “schoon en heel” • Flexibel budget opnemen in de programmabegroting 2009 – 2012: 10% van IBORbudget, ofwel €120.000,- per Stadsdeel voor kleinschalige herinrichting in overleg met Wijkplatforms waar de basiskwaliteit niet voorziet in de oplossing; desgewenst kaders stellen waarbinnen deze budgetten kunnen worden besteed; • SBA-meld en volgsysteem. • Schoonhouden Buitengebieden (Illegale stortingen)

Prioriteren

In overleg met platforms

Communicatie

• P roactieve communicatie naar burgers rond IBOR, gericht op het voorkomen van negatieve beeldvorming en op eigen verantwoordelijkheid van verkeersdeelnemers en gebruikers van de openbare ruimte (bijv. maaien); • Planningen (onderhoud en projecten) op gemeentesite plaatsen



18

Thema 5 Maatschappelijke voorzieningen 5.1 Doelgroep: Jeugd en jongeren Stedelijk Beleid Doelstelling

JEUGDBELEID GEEFT JONGEREN KANSEN De gemeenteraad heeft de kadernota jeugdbeleid 2009-2012 vastgesteld met beleidsafspraken die de kansen en mogelijkheden van onze jeugd en jongeren moeten vergroten om op te groeien tot zelfstandige volwassenen. Waar educatie en opvoeding in hun uitwerking bepaalde stadsdelen specifiek raken, worden de activiteiten/ projecten per stadsdeel besproken. Vrije tijd wordt nadrukkelijk in de cyclus van de stadsdeelprogramma’s opgenomen. Educatie Het primaire beleidsdoel is dat alle jongeren op 23 jarige leeftijd (of eerder) een startkwalificatie voor de arbeidsmarkt hebben. Meer jongeren halen een diploma, minder schooluitval en leerachterstand en een samenhangende aanpak om dat te bereiken. Hiervoor is een aantal speerpunten benoemd: • Brede scholen vergroten de ontwikkelingskansen van kinderen van 0-12 jaar • Een dekkende zorgstructuur om (leer)achterstand te voorkomen • Tijdig signaleren en voorkomen van achterstand • Meer kansen door een goede startkwalificatie. Opvoeding Ouders zijn verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kinderen. Het is belangrijk om kinderen en hun ouders daarbij ondersteuning te bieden, zodat kinderen evenwichtig en gezond kunnen opgroeien tot volwassen en mondige burgers. Daarvoor zijn de volgende speerpunten benoemd. • Laagdrempelige centra voor ouders en kinderen: het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) krijgt drie vestigingen in Sittard, Geleen en Born voor de doelgroep min. 9 maanden (vanaf de zwangerschap) tot 23 jaar en hun ouders/verzorgers. • Vroegsignalering en afstemmen van zorg. Invoeren van een digitaal kinddossier en de verwijsindex risicojongeren voor alle jongeren tot 19 jaar. • Een gezonde jeugd door het terugdringen van overgewicht. Vrije Tijd Jongeren groeien op in een veilige school- en woonomgeving, waar voldoende ruimte is voor spelen en ontmoeten en waar potentiële kwaliteiten en talenten van jeugd en jongeren tot hun recht kunnen komen. Om dat te bereiken zijn de volgende speerpunten benoemd. • Jongerencultuur voor een bruisende stad (Poppodium) • Spelen en hangen in de wijk. Ingezet wordt op ontmoetingsplekken voor de oudere jeugd (12-15 jaar). Uitbreiden van speelvoorzieningen voor jonge kinderen vindt alleen plaats in uitbreidingsplannen. Elders worden de voorzieningen op peil gebracht. • (Sport)accommodaties en ontmoeten: in elk stadsdeel tenminste één beheerde sporten/of ontmoetingsplek en enkele onbeheerde ontmoetingsplekken voor de oudere jeugd (12+). Dit wordt uitgewerkt met de jongeren en de wijkplatforms. (BOS-projecten)



19 • E en veilig gevoel: project veilige school; meer jongerenwerk in de stadsdelen om de overlast terug te dringen. Doel is om het aantal overlastmeldingen in 2009 met 10% terug te brengen ten opzicht van 2007. In 2009 wordt gestart met het project politiejunioren, die tussen de jongeren opereren. • Vrijwilligersbeleid (netwerk en voorzieningen) als belangrijke en stevige basis voor jeugd- en jongerenwerk • Voorzieningen, woon-, werken vrijetijdsklimaat voor studenten en jongeren, waardoor studenten blijven en om jongeren te binden aan Sittard-Geleen. Combinatiefuncties Invoeren van combinatiefuncties met als impulsdoelen: a. de uitbreiding van het aantal brede scholen met sport en cultuuraanbod in zowel het primair als het voorgezet onderwijs; b. de versterking van sportverenigingen met oog op hun maatschappelijke functie en hun inzet voor het onderwijs, de naschoolse opvang en de wijk; c. het stimuleren van een dagelijks sport en beweegaanbod op en rond scholen voor alle leerlingen; d. het bevorderen dat de jeugd tot 18 jaar vertrouwd raakt met een of meer kunst- en cultuurvormen en hen stimuleren tot actieve kunstbeoefening.

Stadsdeel 3



Jongeren: opgroeien, opvoeden, educatie, vrije tijd en veiligheid (zie boven). Speelvoorzieningen • Onder > 12 jaar per kern. • Boven < 12 jaar per stadsdeel (overdekte accommodatie met professionele begeleiding plus € 10.000 activiteitenbudget per stadsdeel)

Gebied Kwaliteitskaart Karakteristiek

Speelruimte (zie kaart) Redelijke spreiding van voorzieningen (12+) Geleen Windraak geen voorzieningen (weinig jeugd) Munstergeleen (voorzieningen beperkt + informele ruimte is beperkt)

Karakteristiek Oordeel bewoners

Tevredenheid Buurtvoorzieningen speel-

mogelijkheden

jongerenvoorzieningen

in % Munstergeleen/ Windraak Geleen-Zuid Kluis Oud-Geleen/ Haesselderveld Oostelijk-Geleen, Munstergeleen en Windraak Gemeente Sittard-Geleen

2005

2007

2005

2007

38 42 34 47

25 31 34 49

21 11 20 10

13 9 14 19

41 43

34 45

15 15

14 16


+ >

+ ! > ! _ + >^ + ! > !

@ ?

+ >

Kluis

! + >

! + >

Geleen-Zuid

_ ^

?+ @ >

_ ^

Oud-Geleen/Haesselderveld

_ ^

+ ! > + ! > + ! > !+ > ! + > + ! > !

Sanderbout

!

+ ! >! Munstergeleen

_ ^

!

+ > Windraak

+ >

+ >

Datum: 25-11-2008 Schaal: 1:25.000

Getek: HU Project: 6294

Speellocaties naar leeftijdscategorie

+ ! > + ! >

@ ?

Lindenheuvel

@ ?

+ >

+ >

@ ?

+ >

@ ?

@ ?

+ >

+ > + > + >

@ ?

Speellocaties 10-14 jaar Speellocaties 15-19 jaar

_ ^

Speellocaties 5-9 jaar

±

Wijkcentrum/Wijkgebouw

Speeltuin

Speellocaties op Scholen

Speellocaties 0-4 jaar

> +

Legenda

@+ ? >

+ >

+ >

+ >

Overzicht speellocaties Oostelijk Geleen, Munstergeleen en Windraak

+ >+ >

+ >

+ > > + > + + > + > + >

+ >

+ >

+ >

+ > > +

> +

20 © Geo-informatie Sittard-Geleen

Stadsdeelplan 2009-2012 Oostelijk Geleen, Munstergeleen, Windraak I Stadsdeel 3

+ >

@ ?




Sterkte Geleen: Meerdere grotere groengebiedjes speeltuin

Zwakte Veel druk op leefbaarheid door scholieren Speelplekken zijn vaak te klein om aan de veranderende vraag en behoefte te kunnen voldoen Ontbreken speelvoorzieningen 12+ Munstergeleen beperkt voorzieningenniveau

Kansen Vergrijzing / verdunning van bebouwing kan leiden tot meer ruimte Mogelijk vrijkomen van sportvelden, ontwikkeling handbalveld tot multifunctionele voorziening, dorpsranden (Munstergeleen).

Bedreigingen Bij een veranderende behoefte toenemende vraag naar meer ruimte Draagvlak Participatie Ruimtegebrek

Projecten

Plek voor de jeugd. In 2008 is het integraal jeugdbeleid: “Jong zijn in 046”vastgesteld De methodiek om overlastgroepen aan te pakken, met als basis integrale samenwerking tussen de diverse werkvelden binnen Politie, PIW en Gemeente, zal in 2008 worden vormgegeven. Accenten liggen op centrale registratie overlastmeldingen, centrale aansturing, centrale afstemming met politie, Jeugd Preventie Project (JPP) en verbeterde registratie en dossiervorming. Diverse jongeren-ontmoetingsplekken zijn gerealiseerd. Het realiseren van JOP’s is een belangrijk onderdeel van de preventief aanpak van overlastgevende groepen, waarbij duidelijke randvoorwaarden worden afgesproken. (MIAS-project) Plan van aanpak gericht op 10 % minder vroegtijdige schoolverlaters (per jaar) Plan van aanpak veiligheid voor jongeren gericht op 10 % reductie van overlast in de planperiode

Scenario’s

• Verbeteren opwaarderen bestaande speelplekken, geen/ minimale uitbreiding (12-) • Multifunctionele plek aanleggen / versterken voor jongeren (12+) • Naar behoefte ontbrekende overkapping(en) plaatsen. • In samenwerking met scholen: BOS-arrangementen, maatschappelijke stage en kaderopleiding. • Werven van vrijwilligers (Geleen-Zuid/Munstergeleen) in samenwerking met PIW en platforms en deze inzetten als buurtcoach etc. • Multifunctionele (sport) voorziening + ontmoetingsplek realiseren



22 Speerpunten

Realiseren voorzieningen conform “Jong zijn in 046” • De invoering/inzet van combinatiefuncties vormgeven d.m.v. uitvoerings- en activiteitenplan met onderwijs, (sport)verenigingen voor de zomervakantie 2009 • Minimaal één beheerde JOP per stadsdeel (Draagvlakonderzoek Munstergeleen) • Ontmoetingsplek in combinatie met aanwezige voorzieningen: Trapveld Hobbemastraat; Trefpunt / trapveld Munstergeleen; Wieckhoes / sportief centrum Geleen-Zuid (Graaf Huyn/FC Geleen) • Accommodatiegebonden jongerenwerk (PIW) • Speelvoorzieningen 12- (vervangende voorzieningen schoollocatie Munstergeleen) • In samenwerking met scholen: BOS-arrangementen, maatschappelijke stage en kaderopleiding (vrijwilligers) • Jongerencultuur (Poppodium PIW) • Zorgcirkel sluitend maken: Centrum voor jeugd en gezin (CJG) verbinden met schoolmaatschappelijk werk. • Integrale aanpak jongerenproblematiek (project MIAS) • Pijnplekkenoverleg gericht op verminderen en betere communicatie met doelgroepen Mobiel team (jongerenbus PIW)

Prioriteren

• Ontmoetingsplek in combinatie met aanwezige voorzieningen: Trapveld Hobbemastraat; Trefpunt / trapveld Munstergeleen; Wieckhoes / sportief centrum Geleen-Zuid (Graaf Huyn/FC Geleen); • Jongerenopvang Zuidhof (Wieckhoes; regelen met PIW).

Communicatie

Overlast van jongeren in de juiste context plaatsen: iedereen is jong geweest



23

Thema 5.2 Doelgroep: Ouderen en zorg Stedelijk Beleid Doelstelling

Het bieden van een goed leefklimaat voor alle inwoners, extra aandacht voor de kwetsbare groepen waaronder ouderen en mensen met een lichamelijke, verstandelijke en/of psychische beperking. De gemeente en de organisaties voor wonen, welzijn en zorg zorgen ervoor dat ouderen en mensen met een lichamelijke, verstandelijke en/of psychische beperking zo zelfstandig en prettig mogelijk in hun eigen huis – of tenminste wijk, respectievelijk woonservicezone – kunnen blijven wonen. Het streven is erop gericht: 1. In alle vijf stadsdelen woonservicezones te realiseren waarbij een zorgkruispunt, van waaruit 24 uurs zorg kan worden geleverd, het centrum vormt (vaak betreft dit een intramurale voorziening zoals een verzorgingshuis of verpleeghuis). Daarnaast is het streven om rondom dit zorgkruispunt zoveel mogelijk aangepaste woningen en zorgwoningen te realiseren. 2. Ondersteuning aan ouderen zoveel mogelijk op het niveau van de woonservicezones vorm te geven. De ondersteuning is hier herkenbaar aanwezig. 3. Waar zich kansen voordoen samen met partners te investeren in ontmoetingsmogelijkheden en accommodaties waar ouderen en mensen met een lichamelijke, verstandelijke en/of psychische beperking gebruik van kunnen maken

Stadsdeel 3



Aangezien de ouderdom vaak met gebreken komt, zal dit een toename van het aantal mensen met ziekte en functiestoornissen met zich meebrengen en daarmee een toename van de zorgvraag. Bijna drie van de tien senioren ervaart zijn gezondheid als matig tot slecht. De toename van gezondheidsproblemen komt mede doordat een groot deel van de ouderen ongezond leeft. 1. Realiseren basiskwaliteit leefbaarheid Om onze ambitie voor een duurzame sociale infrastructuur waar te maken, is een slag nodig in met name kleine dorpen en kernen. Daar staat de sociale infrastructuur onder druk. Voorzieningen, verenigingen en accommodaties verkeren in moeilijkheden of dreigen dat te geraken. De gemeente zal door samenwerken, multifunctionaliteit van accommodaties en het bundelen van subsidies de dreigende problemen het hoofd bieden. De gemeente ondersteunt en investeert echter alleen in maatschappelijke voorzieningen waarvan de bezettingsgraad en het gebruik dat rechtvaardigt. Als in een dorp of kern niet langer draagvlak kan worden gevonden voor bepaalde voorzieningen, dan zal de gemeente zorgen dat de betreffende voorzieningen voor diegenen die erop aangewezen zijn wel bereikbaar blijven.



24 Dan gaat het bijvoorbeeld om het regelen van vervoer van en naar een voorziening in een nabijgelegen kern, in Sittard, Geleen of Born. Voor ouderen geldt dat de gemeente ervoor zorgt dat er in ieder dorp of samenstel van kernen minimaal één ontmoetingsplek aanwezig is. 2. Investeren in preventie en algemene voorzieningen Gezondheidsbevordering kan zorgvragen voorkomen of verminderen en kan daardoor kostenbesparend werken. Gedragsveranderingen na het 65e levensjaar blijken effectief te zijn, in termen van meer gezonde jaren, minder ziektelast en een betere kwaliteit van leven. Stoppen met roken, verantwoord alcoholgebruik, gezonder eten en meer bewegen hebben een positief effect op de gezondheid van ouderen. Deze gezondheidswinst begint bij voorlichting en preventie. Wij kunnen een doorgaande lijn formuleren van preventieve, via algemene en collectieve voorzieningen naar individuele voorzieningen. Daarbij gaat onze voorkeur uit naar de voorzieningen aan het begin van deze lijn. Dat betekent dat we willen investeren in preventie en algemene voorzieningen. Het gaat hier om beleid of voorzieningen die bedoeld zijn voor álle inwoners van onze gemeenten, maar waarvan ook ouderen profiteren. Voorbeelden zijn het collectief vraagafhankelijk vervoer en buurthuizen. 3. Investeren in tegengaan sociaal isolement We maken ons zorgen over signalen dat deze problematiek groeit, met name onder de groep kwetsbare, alleenstaande (en oudere) ouderen. We willen dit tegengaan door te zorgen dat er in ieder dorp of samenstel van kernen tenminste één plek is waar diverse doelgroepen, dus ook ouderen, elkaar en anderen kunnen ontmoeten. Daarnaast zullen we initiatieven die zich richten op een vrijetijdsaanbod of maatjesprojecten voor ouderen die dreigen te vereenzamen, waar mogelijk ondersteunen (Zonnebloem, Ouderenbonden). 4. Uitvoeren programma wonen, welzijn en zorg (WWZ) De geënquêteerde behoefte aan zorgen welzijnsvoorzieningen is hoger dan het gebruik van deze voorzieningen. De zogenoemde “Sociale kaart” is een overzicht van het aanbod op het gebied van wonen, welzijn en zorg in de gemeente en bevat de jaaragenda met het volledige aanbod voor ouderen op het gebied van: • informatie en advies algemeen; • ontmoeting, educatie en beweging; • vervoer en parkeren; • wonen; • inkomen en inkomensondersteuning; • aanvragen van hulp / zorg / voorzieningen; • hulp en zorg aan huis en buitenshuis. Artsen en andere verwijzers dienen ouderen nog nadrukkelijker te wijzen op de mogelijkheden van het welzijns- en zorgaanbod. De gemeente kent een succesvol programma voor wonen, welzijn en zorg. Als alle plannen uit het lopende uitvoeringsprogramma worden gerealiseerd, wordt een mooie stap gezet in de richting van vijf volwaardige woonservicezones. We trachten de planontwikkeling en realisatie nog verder te intensiveren. Gebied Kwaliteitskaart

Stadsdeel 3 is het sterkst vergrijsde stadsdeel van onze gemeente. Meer dan 35% van de inwoners is ouder dan 55 jaar, dit percentage neemt verder toe. (Zie kaart)



Karakteristiek Oordeel bewoners

60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%


_____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ 0 tot 1 2 tot 3 4 tot 6 7 tot 10 Niet Laag Middel Hoog

1. Bijna de helft van de ouderen kampt met 2 of meer kwetsbaarheidfactoren. 2. Kwetsbaarheid neemt toe met de leeftijd: 70% van de 75-pussers is kwetsbaar, 21% is hoog kwetsbaar 3. Kwetsbaarheid in achterstandwijken is hoger dan in de overige wijken: 21% van de ouderen heeft daar te maken met 7 of meer kwetsbaarheidfactoren (andere wijken 10%). Zwak Sterk Uit een inventarisatie is gebleken dat, De sociale cohesie in dit stadsdeel is behalve in Windraak, in alle wijken van gemiddeld ten opzichte van dat van het stadsdeel één of meerdere gemeenSittard-Geleen, ook de woon- en leefomschapshuizen of ontmoetingsruimten geving wordt als gemiddeld ervaren met aanwezig zijn. De inwoners van Windraak als positieve uitzondering in stadsdeel maken over het algemeen gebruik van de Munstergeleen. voorzieningen in Munstergeleen/DoenVeel KBO’s. rade. De fysieke mogelijkheid om elkaar te ontmoeten is dus aanwezig. Kans De resultaten van de ouderenmonitor (2008), vertalen in projecten voor ouderen.

Projecten

25

Kwetsbaarheid Oost Geleen

• • • • • • • • • •

Bedreiging Vereenzaming wordt gezien als een belangrijke bedreiging voor de nabije toekomst.

ouw extra zorgwoningen Munstergeleen B Eetpunten Orbis en Vivantes in Geleen-Zuid /Plenkhoes en Oud Geleen Preventienetwerk ouderen (GGD ZL) Blijvend thuis in eigen huis Meer bewegen voor ouderen (PIW in samenwerking met ouderenorganisaties) Fit Ouder worden en Galm project: ouderen gaan weer sporten Informatie en advies door Raad en Daad (werkpunten in Geleen en Sittard) Wijksteunpunt Geleen Zuid (Vivantes) Huiskamerproject gericht op 55+ Ouderenwijzer, het bezoeken van mensen die 65 jaar worden en hen informeren over de mogelijkheden en activiteiten in de gemeente • Project Bieb aan huis • Seniorenmonitor 2008, de resultaten worden gebruikt als input voor de stadsdeelprogramma’s 2009

Wijkcentrum Lindenheuvel PIW

Lindenheuvel

Wijksteunpunt Jos Klijnenlaan

Buurtcentrum d'Heremiet

Geleen-Zuid

Woonzorgcentrum Bunderhof

Ontmoetingscentrum 't Plenkhoes

Scouting

Kluis

Windraak

Datum: 25-11-2008 Schaal: 1:25.000

Getek: HU Project: 6294

Huisartsen

±

Stadsdeelgrens

100

10

1

aantal

Nultreden- of zorgwoningen

Woonzorgcomplex

Voorzieningen ouderen soort Welzijnsaccomodatie

a

Zorgverleners

Legenda

Voorzieningen ouderen, Voorzieningen berjaarden, nultreden- en zorgwoningen nultredenzorgwoningen Oostelijk Geleen, en Munstergeleen en Windraak Born en kleine kernen

Munstergeleen

Multifunctioneelcentrum Het Trefpunt

26

Hubertushuis

Woonzorgcomplex Oud Geleen


Voorzieningen ouderen, nultreden- en zorgwoningen Oostelijk Geleen, Munstergeleen en Windraak

Gymzaal 't Heuvelke




27 Scenario’s Oplossingsmiddelen

• E én ontmoetingsruimte per samenstel van kernen (in samenwerking met partners), indien dit niet gerealiseerd kan worden, zorgen voor vervoer vanuit de kern naar de activiteiten • Voldoende aanbod van welzijns- en bewegingsactiviteiten voor ouderen • Realiseren wijksteun- en eetpunten • Samenwerking ouderenzorg en vrijwilligers (Zonnebloem en Ouderenbonden) • Aandacht voor allochtone ouderen.

Speerpunten

• Projecten ter voorkomen van sociaal isolement. • Ouderen de mogelijkheid bieden om zo lang mogelijk in hun eigen huis en/of woonomgeving te kunnen blijven wonen • Samenwerking met en tussen ouderenorganisaties (KBO’s)

Prioriteren

Kleinschalige woon- zorgconcepten incl. thuiszorg (Vivantes in Geleen-oost en zuid.) Vivantes dagopvang allochtone ouderen Geleen-zuid



28

Thema 5.3 Huisvesting primair onderwijs en kindfuncties Stedelijk Beleid Doelstelling

Ontwikkelingen in de samenleving en regelgeving vragen om een samenhangende benadering van kinderen in de leeftijd van 0-12 jaar door instellingen die een rol vervullen in opvoeding en onderwijs. Het streven is deze samenwerking vorm te geven in zgn. brede maatschappelijke kindcentra. Deze kindcentra zijn primair samenwerkingsverbanden van instellingen. Indien mogelijk en wenselijk kan de samenwerking tot uiting komen in de vorm van een gemeenschappelijke huisvesting, maar dit is zeker niet noodzakelijk. De gemeente is sinds enkele jaren niet meer verantwoordelijk voor de kinderopvang. Met het oog op een samenhangend aanbod streeft de gemeente naar een goede spreiding van de kinderopvang. Uiteindelijk blijft de beslissing in deze een zaak van de kinderopvang¬instellingen, dit geldt ook voor de financiering van de huisvesting. Naar verwachting zal op termijn ook het peuterspeelzaalwerk onder de wet kinderopvang gaan vallen. Vooralsnog is dit echter nog een gemeentelijke verantwoordelijkheid. Binnen de vastgestelde financiële en inhoudelijke kaders wordt een nieuw spreidings¬plan opgesteld. De verwachting is dat als gevolg van de rijksregelgeving de behoefte aan kinderopvang de komende jaren nog zal stijgen, ondanks de substantiële daling van het aantal kinderen. In het Integraal Huisvestingsplan (IHP), dat strategisch van karakter is wordt een doorkijk gegeven in de toekomstige behoefte aan onderwijshuisvesting en hiervoor te plegen investeringen in nieuwbouw, waarbij een onderscheid wordt gemaakt in drie periodes, de periode tot 2012, de periode 2012-2016 en de periode na 2016. Onderstaand wordt ingegaan op de periode 2008/2012.

Stadsdeel 3



In de notitie basiskwaliteit is als uitgangspunt voor onderwijshuisvesting geformuleerd dat maximaal ingezet wordt op benutting van de bestaande infrastructuur, waarbij optredende leegstand als gevolg van terugloop van leerlingenaantallen primair wordt ingezet voor peuterspeelzaalwerk en secundair voor overige kindgerelateerde functies. Indien nieuwbouw noodzakelijk is wordt ingezet op realisatie van brede scholen.

Gebied

Locatie, ligging, bereikbaarheid, toegankelijkheid Kwaliteit (voorzieningen)



29 Kwaliteitskaart Bezettingsgraad

Leerlingenprognose

2007

2010

2015

2020

2025

Stadsdeel 3 Oud Geleen Basissch de Driesprong Totaal Oud Geleen

452 452

411 411

349 349

337 337

359 359

Geleen Zuid Basisschool De Kluis BS de Duizendpoot Basissch t Kempke PC BS De Regenboog Basisschool De Koppelberg Totaal Geleen Zuid

319 232 175 55 147 928

310 230 170 55 149 914

273 207 150 50 135 815

258 190 142 47 128 765

257 190 141 46 123 757

Munstergeleen Basisschool Munstergeleen Totaal Munstergeleen

430 430

366 366

256 256

235 235

277 277

Totaal Stadsdeel 3

1.810

1.691

1.420

1.337

1.393

Totaal gemeente

8.138

7.947

7.115

6.578

6.603

Bron: Strategisch Huisvestingsplan onderwijs Sittard-Geleen 2008

Karakteristiek Oordeel bewoners Verschillenanalyse SWOT

Sterkte • Redelijk tot goed onderhouds¬niveau gebouwen • Leegstand geeft toenemende ruimte voor integratie van peuterspeelzaalwerk /kinderopvang in schoolgebouwen

Zwakte: • In Sittard-Geleen verkeert het bredeschoolbeleid nog in ontwikkelfase. • Slechts deel schoolgebouwen is aangepast/aanpasbaar aan eisen onderwijskundige vernieuwing.

Kansen • Maatschappelijke ontwikkelingen en rijksbeleid vragen om de vormgeving van brede scholen (al dan niet ondergebracht onder één dak). • Op enkele locaties is nieuwbouw noodzakelijk, hetgeen ruimte geeft aan realisatie van moderne kindercentra./ brede scholen.

Bedreigingen: • Leerlingendaling ondergraaft draagvlak huidig voorzieningenniveau, zowel maatschappelijk als exploitatietechnisch voor het schoolbestuur. • De kinderopvang is sinds kort overgelaten aan de markt. Dit beperkt de gemeentelijke sturing¬mogelijkheden • De toekomstige behoefte aan kinderopvang en de consequenties van eventuele onderbrenging van peuterspeelzaalwerk zijn moeilijk in te schatten. Betrouwbare lange termijn prognoses zijn niet te maken.



30 Projecten

Realiseren unilocatie in Munstergeleen; hierin wordt ook peuterspeelzaal opgenomen. Bestaande peuterspeelzaal wordt afgestoten.


In de rest van Oostelijk Geleen blijft huidige situatie gehandhaafd in de periode t/m 2012, met dien verstande dat bij leegstand peuterspeelzaal SBO wordt verplaatst naar De Driesprong.

Geleen-Zuid

! ( BS 't Kempke ! ( PC BS de Regenboog Graaf Huyncollege (havo/vwo/vmbo) ! ( de Koppelberg * BS P.S.Z. Robbedoes ! (#

de Kluis (DeBSDuizendpoot ! ( O.B.S.!

Kluis


# * P.S.Z. 't Hummelke

! ( BS de Driesprong

Datum: 25-11-2008 Schaal: 1:25.000 Project: 6294

Scholen

Peuterspeelzalen (P.S.Z.)

Getek: HU

# * ! (

Windraak

(vh ABC-school) (JipBSenMunstergeleen # * P.S.Z.! Janneke

! ( BS Munstergeleen (dislocatie)

Munstergeleen

Overzicht scholen en peuterspeelzalen Oostelijk Geleen, Munstergeleen en Windraak

±


31

© Geo-informatie Sittard-Geleen



32

Thema 5.4 Sport Stedelijk Beleid Doelstelling

Onderscheid wordt gemaakt tussen de binnen – en buitensportvoorzieningen. Binnensportvoorzieningen (koppelen aan onderwijsfunctie) De gemeentelijke binnensportvoorzieningen betreffen voor het overgrote deel de sporten gymzalen. Deze hebben primair een functie voor het onderwijs. Daarnaast is sprake van medegebruik door derden, in belangrijke mate door sportverenigingen en door recreatieve sportgroepen. Het beleid is erop gericht het huidige voorzieningenniveau te handhaven zolang de voorzieningen nodig zijn voor onderwijsgebruik. Buitensportcomplexen De buitensportcomplexen binnen de gemeente bestaan over het overgrote deel uit tennis- en voetbalaccommodaties. (Voor de tennisaccommodaties is privatisering voorzien.) In de gemeente zijn momenteel 19 voetbalaccommodaties gelegen. De gemeente streeft naar een opschaling van voorzieningen, waarbij kwaliteit boven nabijheid gaat en waarbij gestreefd wordt naar verbreding van de functie van de accommodatie. De mate waarin dit laatste praktisch gerealiseerd kan worden hangt mede af van de aanwezigheid van relevante voorzieningen in de directe omgeving. De beoogde opschaling ligt in het verlengde van het streven naar vitale, toekomsbestendige verenigingen en verenigingen die hun activiteiten verbreden richting onderwijs, naschoolse opvang, wijk en/of doelgroepen die in verhouding minder aan sport deelnemen. Trends, zoals de demografische ontwikkeling, individualisering, reeds bestaande problematiek van vrijwilligerskader, en het gegeven dat op dit moment reeds het overgrote deel van de voetbalverenigingen al niet meer beschikt over een volledige jeugdafdeling liggen aan dit streven ten grondslag. Rekening houdende met vorenstaande worden de volgende uitgangspunten voor de ontwikkelingsrichting van de opschaling gehanteerd: 1. Denkrichting t.a.v. sportfunctie Er wordt een differentiatie aangebracht in functies van sportcomplexen en verenigingen. Hierbij wordt aangesloten bij de mogelijkheden die de bestaande infrastructuur biedt: • brede vitale (voetbal-)verenigingen op sportieve centra. Onder sportieve centra worden verstaan concentraties/combinaties van voorzieningen op het gebied van sport, onderwijs en buurt. De aanwezige fysieke infrastructuur is leidend bij de concrete invulling van het sportief centrum. Dit impliceert dat de verschillende sportieve centra zowel in omvang als aanbod van elkaar zullen verschillen. Het streven is dat de verenigingen op deze complexen zich ontwikkelen tot brede verenigingen, dit wil zeggen verenigingen, die zich behalve op de eigen leden ook op buurt, onderwijs, BSO, BOS senioren e.d. richten. De verenigings¬onder¬steuning zal hierop gericht worden. Voor zover mogelijk zullen ook combinatie¬functies hieraan worden gekoppeld.



33 • v itale voetbalverenigingen op voetbalcomplexen. Het beschikken over een (nagenoeg) volledige jeugdafdeling wordt van belang geacht voor de beoordeling of sprake is van een vitale vereniging. Verenigingsondersteuning zal meer gericht worden op de vereniging zelf. Verenigingen zijn primair gericht op voetbal. Gelet op de aanwezige infrastructuur voor andere sectoren/doelgroepen zijn de mogelijkheden beperkter. 2. Denkrichting t.a.v. spreiding Uitgangspunt vormt een optimale benutting van bestaande complexen, waarbij toekomstbestendigheid - van het complex en de verenigingen - leidend is. De concrete uitwerking wordt maatwerk.

Stadsdeel 3



Zie stedelijk beleid, is gebaseerd op uitgangspunten notitie basiskwaliteit Doel: continuïteit door vitale verenigingen, die toekomstbestendig zijn. Balans tussen efficiency en effectiviteit door opschaling accommodaties op basis van principe: kwaliteit boven nabijheid.

Gebied Kwaliteitskaart

Locatie, ligging, bereikbaarheid, toegankelijkheid Kwaliteit (voorzieningen)

Karakteristiek Oordeel bewoners Kaart zie 5.5

Verenigingen (voetbal)

Tevredenheid Buurtvoorzieningen sportgelegenheid

SVM, Geleen-Zuid

in % Voetbal - verenigingen

Senioren- teams excl. dames en veteranen

2005

2007


84 62 82 60

86 64 81 67

Oostelijk-Geleen, Munstergeleen en Windraak Gemeente Sittard-Geleen

71 63

76 63

Jeugdteams Velden

Stad 19 69 181 50 Stadsdeel 3 2 10 45 10 Norm* Bron: Huis voor de Sport 2007 6 * Op complexniveau is uitgaande van de KNVB-normen slechts in beperkte mate sprake van overcapaciteit, in de zin dat volledige velden kunnen worden afgestoten. Door opschaling i.c.m. aanpassing kunnen de velden evenwel efficiënter gebruikt worden.





Sterkte Veel publieke belangstelling voor voetbal Voetbal nog steeds populair maar moet wel concurreren

Zwakte: Monofunctionele accommodaties Veel vrijwilligers, maar beschikbaarheid neemt af (bijvoorbeeld minder scheidsrechters)

Kansen Combinatie: school, sport, gezondheid Nieuw aanbod en andere aanbieders Multifunctioneler gebruik voorzieningen, opschaling (en facilitering) Aandacht voor vitaliteit en toekomstbestendigheid Toename kunstgrasvelden en kleine wijkvoorzieningen (Cruyff-court)

Bedreigingen: Demografie toont afname potentiële leden zoals blijkt uit de leeftijdsopbouw:

Mannen Mannen Mannen Mannen 0-4 5-9 10-14 15-19 jaar jaar jaar jaar 434

545

631

682

Sociaal-economische ontwikkelingen leiden tot: • andere sportconsument • draagvlak aantal verenigingen en accommodaties neemt af.

Projecten Scenario’s Oplossingsrichtingen

Voetbalaccommodaties opschalen gericht op brede sportieve centra. Schaalvergroting en krachtenbundeling gericht op vitale toekomstbestendige verenigingen. Synergie zoeken met andere functies om te komen tot brede sportieve centra De concrete uitwerking wordt maatwerk in overleg met onze partners.

Speerpunten

Geleen-Zuid: voetbalcomplex grenst aan Graaf Huyncollege dat hiervan gebruik maakt, idem basisscholen in de buurt, skatevoorziening, tafeltennis en handbalveld. Munstergeleen: Met de te realiseren brede basisschool (deels) op huidige sport complex, i.c.m. kunstgrasveld, ontstaat goede basis voor (sportief) centrum. Sportief centrum (voetbal, handbal, school) uitbreiden met andere sporten en combineren met jongeren (scouting, JOP).



35

Thema 5 5.5 Gemeenschapsaccommodaties Stedelijk Beleid Doelstelling

1. Beleid is gericht op handhaving van een voorzieningenniveau dat toekomstbestendig is, en dus door de feitelijke bezetting gerechtvaardigd kan worden. Voor de kleinere kernen alsmede voor de herstructureringswijken is het streven gericht op handhaving van mimimaal één gemeenschapsvoorziening, tenzij clustering voor meerdere kernen of buurten mogelijk is. 2. Uitgangspunt vormt multifunctioneel gebruik van de voorzieningen. 3. Referentiekader voor voldoende maatschappelijke functie zijn de volgende minimumwaardes: • 43 bezoekers aan maatschappelijke activiteiten per m2 netto vloeroppervlak op jaarbasis • 6 % bereik (het percentage inwoners van verzorgingsgebied dat deelneemt aan activiteiten) • animocijfer: 3,7 (het jaarlijks aantal bezoekers gedeeld door het aantal inwoners van verzorgingsgebied), • bezetting: 17 % (de mate waarin een zaal gebruikt wordt in verhouding de totale beschikbaarheid).

Stadsdeel 3



Stedelijk beleid komt overeen met beleid zoals vastgelegd in notitie basiskwaliteit leefbaarheid.

Gebied Kwaliteitskaart Bezettingsgraad

Locatie, ligging, bereikbaarheid, toegankelijkheid (zie kaart) Kwaliteit (voorzieningen) Gemeenschapshuis Plenkhoes: Bezetting en bezoekers onder minimumwaarde Gemeenschapshuis Hubertushoes: horecagedeelte en verenigingsgedeelte gescheiden, activiteitenruimten worden rechtstreeks door gemeente aan vereniging verhuurd (dus monofunctioneel gebruik). Gemeenschapshuis Het Trefpunt (Munstergeleen): Bezoekers onder minimumwaarde.



36 Karakteristiek Oordeel bewoners

Tevredenheid Buurtvoorzieningen in %

buurthuizen 2005 2007


77 53 54 58

61 56 56 71

Oostelijk-Geleen, Munstergeleen en Windraak

61

61


56

57



Sterkte • Fijnmazigheid in spreiding • Voorzieningen vervullen rol in het kader van behoud leefbaarheid/eigen identiteit kernen.

Zwakte: • Vrijwilligersproblematiek • Geen geharmoniseerd subsidiebeleid, geen sturing • Grote verschillen in eigendomssituatie, beheer en exploitatie, functionaliteit en onderhoud. (Veel exploitatieproblemen) • Overcapaciteit (lage bezetting, bezoekers-, animo- en bereikcijfers).

Kansen • Nota accommodatiebeleid • Vergrijzing

Bedreigingen: • Maatschappelijk gebruik komt onder druk door commerciële exploitatie • Demografische ontwikkeling ondergraaft draagvlak voorzieningen


Voorzieningenniveau (Plenkhoes, Hubertushoes en Trefpunt) blijft gehandhaafd. NB. Voor gemeenschapshuizen Geleen wordt afwijkend regiem gehanteerd i.v.m. gegeven dat deze verhuurd worden aan en geëxploiteerd worden door een commerciële partij.

Speerpunten

Wieckhoes (voor jongeren) achterzijde Plenkhoes Allochtone zelforganisatie..

Geleen-Zuid

! [ Plenkhoes ! [ Sportpark Geleen Zuid

Kluis

! [ Hubertushoes


Munstergeleen

Overzicht gemeenschapsaccommodaties Oostelijk Geleen, Munstergeleen en Windraak

Datum: 25-11-2008 Schaal: 1:25.000 Project: 6294

Bovenwijkse

± Overige gemeenscapsaccommodaties

Gemeenschapsaccommodaties

Windraak

Getek: HU

! [ ! [ ! [

! [ Sportpark Munstergeleen

! [ Het Trefpunt


37



38

3

Verantwoording

Stadsdeelplannen vormen de schakel tussen het stedelijk beleid en de stadsdeelprogramma’s. De gemeente Sittard-Geleen wenst de stadsdeelplannen vorm en inhoud te geven tezamen met haar belangrijkste partnerorganisaties én de buurten dorpsvertegenwoordigingen (platforms). Reeds bij de introductie van de stadsdeelprogramma’s in 2006 is aangekondigd dat de stadsdeelplannen vanuit stedelijk (strategisch) beleid de kaderstelling moeten aangeven voor de operationele stadsdeelprogramma’s. Feitelijk beschrijven de stadsdeelplannen zodoende het tactische beleid voor de stadsdelen. Het speelveld van de gemeente op stedelijk en zelfs regionaal niveau is zeer divers en niet steeds gevat in concrete beleidsregels. De doorvertaling van stedelijk beleid naar de stadsdelen, buurten of dorpen is geen eenvoudige zaak. Bij de eerste versie van de stadsdeelplannen is bewust gekozen voor een inperking tot hoofdthema’s gebaseerd op de zogenaamde ‘basiskwaliteit leefbaarheid’. De stadsdeelplannen worden meegenomen in de begrotingsvoorbereidingen. In de toekomst zullen de meerjarige stadsdeelplannen zowel inhoudelijk als financieel de ‘kapstok’ vormen voor de jaarlijkse stadsdeelprogramma’s. Kaderstelling De leefbaarheid in de buurten en dorpen staat als gevolg van allerlei maatschappelijke trends en ontwikkelingen onder druk. Een dalend inwonertal betekent ook een dalende beroepsbevolking, ontgroening, vergrijzing etc. Om helder te krijgen wat deze ontwikkelingen allemaal meebrengen heeft het gemeentebestuur eind 2007 de zogenaamde ‘basiskwaliteit leefbaarheid’ vastgesteld, met uitgangspunten voor een duurzame en toekomstbestendige leefomgeving. De thema’s hebben een nauwe relatie met de vijf topics uit de wijkanalyses 2006. Bij de keuze van de thema’s is gekeken naar de uitkomsten van de wijkanalyses 2006 (topics) en het burgeronderzoek 2007, maar ook naar de factoren / beleidsvelden die door de gemeente en haar partnerorganisaties kunnen worden beïnvloed. Deze thema’s bepalen de inhoudelijke kaderstelling van de stadsdeelplannen 2009-2012. Draagvlak De grote meerwaarde van stadsdeelplannen stoelt op de samenhang tussen de thema’s (inhoud) en de inbedding in het totale beleidsproces, gecombineerd met de verbinding tussen stad, stadsdelen en wijken. Uitgangspunt voor deze ambitiedocumenten per stadsdeel is de participatie van alle partners vanaf de planvorming tot en met de uitvoering, waardoor het draagvlak bij bestuur, partnerorganisaties en inwoners gewaarborgd is. Stadsdeelgesprekken De concept stadsdeelplannen 2009-2012 zijn ambtelijk voorbereid. De resultaten zijn in april / mei besproken met de partnerorganisaties die ook betrokken zijn bij het opstellen van de wijkanalyses 2006. De uitkomsten van de gesprekken met alle partners zijn ingebracht bij de zogenaamde voorjaarsnota en meegewogen bij de besluitvorming en prioritering door het gemeentebestuur. Op basis van definitieve stadsdeelplannen worden in de tweede helft van 2008 de stadsdeelprogramma’s 2009 opgesteld. Ook deze worden via de dorps- en wijkplatforms afgestemd met de wijken en dorpen.



39 Stadsdeelmanagement Partnerorganisaties hebben aangegeven dat ze verwachten dat de gemeente herkenbaar de regie in handen neemt bij het oplossen van leefbaarheidvraagstukken. Stadsdeelmanagement borgt deze oplossing door via ketensamenwerking aansluiting te zoeken tussen het gemeentelijk beleid en het beleid van partnerorganisaties en andere overheden. De stadsdeelmanager is daarbij primair verantwoordelijk voor de stadsdeelcyclus: de buurtanalyses op stadsdeelniveau; het stadsdeelplan; het stadsdeelprogramma en het stadsdeelverslag. Bij de analyses en het benoemen van speerpunten en projecten per stadsdeel is de stadsdeelmanager procesverantwoordelijk. Stadsdeelbestuurder De stadsdeelbestuurder is verantwoordelijk voor de bestuurlijke coördinatie van de totstandkoming van het stadsdeelplan (ambitiedocument). Voor de realisatie van projecten die voortkomen uit de speerpunten is primair de vakinhoudelijk portefeuillehouder verantwoordelijk. Bij integrale projecten neemt het gemeentebestuur een besluit inzake de toewijzing van de bestuurlijke verantwoordelijkheid

2.810 50

10.230

5.690 110

21.150

Stadsdeel 3 Oostelijk Geleen

47.240

2.420 2.400 2.550

96.240

Sittard-Geleen

aantal

Mannen

4.960 5.230 5.160

aantal

Regio’s


Aantal inwoners

Demografische gegevens per 01-01-2007

2.870 60

2.530 2.830 2.610

10.900

49.010

aantal

14 18

16 14 16

15,0

16

%

Vrouwen 0 tot 15 jaar

12 5

10 9 11

10,5

11

%

22 24

23 23 25

23,2

27

%

35 25

34 28 27

31,1

29

%

18 27

17 26 21

20,4

17

%

15 tot 25 tot 45 tot 65 jaar 65 45 25 en jaar jaar jaar ouder

3.442 74

1.574 2.574 4.664

1.218

per km²

Bevolkingsdichtheid aantal inwoners

2.560 50

2.060 2.450 2.480

43.580

aantal

Huishoudens totaal

33 38

22 38 40

33,3

34

%

Eenpersoons huishoudens

Bevolking naar inwoners, geslacht, leeftijdscategorie 33 28

38 33 29

33,2

32

%

Huishoudens zonder kinderen

34 34

39 29 31

33,3

34

%

Huishoudens met kinderen

2,2 2,2

2,4 2,0 2,1

2,2

2,2

aantal

Gemiddelde huishoudensgrootte

Particuliere huishoudens

Bijlage 4.1

Bevolking naar leeftijdsgroep

40

Bevolking

Bevolking naar aantal inwoners, geslacht, leeftijdscategorie en huishouden


6,1%

4.000 x

22,5% 5,0% 5,8% 5,5%

14.700


100 %

%

Verhouding stad: staddeel: wijk

3.300 3.800 3.600

65.400

Sittard-Geleen


aantal

Regio’s

Aantal inkomens ontvangers

16,8 x

18,6 17,0 16,9

17,3

17,1

1.000 euro

Gemiddeld inkomen per inkomens ontvanger

12,3 x

12,7 12,5 12,2

12,4

12,1

1.000 euro

Gemiddeld inkomen per inwoner

43 x

39 42 42

42

42

%

Lage inkomens

19 x

24 18 16

19

18

%

Hoge inkomens

28 x

23 31 25

27

28

%

Niet actieven

Bijlage 4.2

Demografische gegevens per 01-01-2007

Bevolking naar inkomen Inkomen 2005

21 30

20 31 24

24

20

%

Pensioen ontvangers


41

Bevolking naar inkomen

0,0% 0,0%

0,2% 1,0% 1,2%

0,62%

0,36%

%

2007

6,0% 0,1%

4,8% 5,8% 5,7%

22,3%

100,0%

%

2007

61,9 76,7

77,0 53,8 62,3

63,2

57

%

Koop

38,1 23,3

23,0 46,2 37,7

36,8

43

%

Huur

2.632 39

2.113 2.533 2.446

9.763

43.356

2010

Prognose

Noot: De E’til prognoses zijn een extrapolatie van bouwcijfers uit het verleden en moeten worden bijgesteld aan de hand van stedelijk beleid.

2.585 40

9.690

2.585 40

9.630


43.405

2.070 2.500 2.495

43.250

Sittard-Geleen

aantal

2007

2.065 2.475 2.465

aantal

Stadsdelen en wijken


2006

Perioden

Onderwerpen

Verhouding stad: stadsdeel: wijk

2.603 38

2.073 2.437 2.448

9.599

43.943

2015

162 x

206 147 155

165

173 x

213 164 168

177

178

1.000 euro

1.000 euro 165

2007

2006

Gemiddelde woning waarde

Woningvoorraad: ontwikkeling, samenstelling en woningwaarde

Ontwikkeling

6,8%

3,4% 11,6% 8,4%

7,3%

7,9%

%

2007

Ontwikkeling

Bijlage 4.3

Woning voorraad

97%

120% 92% 94%

100%

100%

%

2007

Verhouding stad: stadsdeel: wijk

42

Wonen

Woningvoorraad: ontwikkeling, samenstelling en woningwaarde 2007


93 224 212

223 1

74 269 234

18 1

753

148 3

54 184 188

577

210 5

82 233 224

754

1.067% 400%

11% -13% -4%

27%

11 3

35 95 84

228

88 3

38 91 93

313

80 2

34 111 71

298

85 0

25 94 76

280

1746 1908 1823 1861

673% -100%

-29% -1% -10%

23%

7%

Geweldsmisdrijven Ont2004 2005 2006 2007 wikkeling

Noot: Deze cijfers kunnen worden vertekend door tijdelijke specifieke buurtproblemen.

Munstergeleen Geleen Zuid Kluis Oud Geleen/ Haeselderveld Windraak

596

4626 3973 3285 3510

Sittard-Geleen Stadsdeel Oostelijk Geleen, Munstergeleen & Windraak

-24%

Ont2004 2005 2006 2007 wikkeling

6 0

9 10 8

33

389

8 6

13 24 12

63

437

15 4

14 18 10

61

423

4 6

16 22 9

57

326

-33% 0%

78% 120% 13%

73%

-16%

Milieudelicten Ont2004 2005 2006 2007 wikkeling

45 0

44 62 97

248

72 7

58 78 99

314

83 3

80 72 109

347

52 2

45 94 77

270

1709 1950 1876 1728

16% 0%

2% 52% -21%

9%

1%

Overlast Ont2004 2005 2006 2007 wikkeling

Politiemonitor: diefstal, misdrijven, delicten en overlast

Diefstal en/of inbraak

Bijlage 4.4

Wijk Jaar

Politiemonitor


43

Oostelijk Geleen, Munstergeleen, Windraak Stadsdeel 3

Recommend Documents