Gemeente Sittard-Geleen Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in stadsdeel 1 (Born en kleine kernen) 1. Samenvatting In voorafgaande jaren is door veel partijen hard gewerkt om overlast door jeugd in en uit Born tegen te gaan en draagvlak te krijgen voor het realiseren van diverse voorzieningen. Dit heeft de nodige resultaten opgeleverd. Desondanks wordt in Born nog steeds overlast van jeugd ervaren en is er onvrede over de bereikte resultaten. In deze notitie wordt beschreven wat de verschillende partners hebben gedaan en nog gaan doen: - Jongerenwerkers van PIW begeleiden de jongeren op straat en in het gemeenschapshuis en stellen samen met de jongeren gedragsregels op; in het gemeenschapshuis wordt het activiteitenplan uitgevoerd - De gemeente ruimt dagelijks de rommel op en heeft o.a. een alcoholverbod en cameratoezicht ingesteld - In samenwerking met politie en stadstoezicht Westelijke Mijnstreek wordt handhavend opgetreden Met name het objectiveren van de overlast is een lastige opgave. Uit aangiften bij de politie en meldingen bij gemeente en PIW lijkt de overlast objectief gezien lang niet zo groot te zijn als de vaak subjectieve verhalen van de bewoners doen vermoeden. Indien de meldingen enkele dagen later worden gedaan zijn veel zaken niet controleerbaar en daarmee niet te objectiveren. Volgens objectieve cijfers is de jongerengroep in Born wel een overlastgevende groep, maar zeker geen criminele groep. In het Jeugdplekkenoverleg hebben gemeente, PIW (jongerenwerkers) en politie de handen ineen geslagen om gezamenlijk naar oplossingen te zoeken. Deze partijen willen graag een omslag maken van repressie (handhaving) naar preventie. Onderdeel daarvan zijn ontmoetingsplekken voor jongeren (JOP’s) met sportieve activiteiten in elk stadsdeel. De gemeente Sittard-Geleen zorgt voor deze basisvoorzieningen in de wijk waarbij samen met jongeren gedragsregels worden afgesproken. Waar in de huidige tijd de individualisering soms wat is doorgeslagen is het onderling begrip vaker afgenomen. Om te bevorderen dat mensen meer rekening (gaan) houden met elkaar wordt in deze notitie sterk ingezet op het leggen van verbindingen tussen de partners in de samenleving: de buurtbewoners, de jongeren en het buurtplatform. Hiermee wordt een volgende stap gezet in de richting van meer verdraagzaamheid en tolerantie door betere communicatie tussen de inwoners, ouders en jongeren. Deze vernieuwde aanpak zet daarop in door de mensen die overlast ondervinden en die overlast veroorzaken met elkaar in contact te brengen. Doel is de overlast bespreekbaar te maken en samen te werken aan een leefbare buurt voor jongeren en ouderen. Daarvoor wordt ingezet op: Buurtgesprekken tussen wijkbewoners (niet alleen overlastmelders) en de jongeren in de buurt. Denk daarbij aan laagdrempelige gemeenschappelijke activiteiten (bijv. buurt barbecue e.d. waarbij de jongeren worden uitgenodigd). Bijeenkomsten tussen ouders en jongeren, waarbij handvaten worden aangereikt voor het omgaan met “lastige” vraagstukken van ouders en kinderen. Bijeenkomsten met het doel om het pedagogisch klimaat in de buurt te versterken alsmede de eigen verantwoordelijkheid van buurtbewoners in deze te vergroten. Beheergroepen rond speeltuin, JOP en jongerencentrum waarbij de omwonenden, de jongeren en het platform worden betrokken (evt. onder professionele begeleiding) Alleen sámen - ouderen, jongeren en professionals - kunnen we de wijk leefbaar houden!!!
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 1/14
1.1. Leeswijzer Deze notitie beschrijft de integrale aanpak van het jeugd- en jongerenbeleid in stadsdeel 1 (voorzieningen, activiteiten, preventie en repressie) en is het resultaat van overleg met jongerengroepen, jongerenwerk (Partners In Welzijn), politie, stadsdeelmanagement gemeente Sittard-Geleen en bewoners. Meer directe aanleiding is de herhaalde zomerdiscussie (brieven, art. 37 en persvragen) over jongerenoverlast en een niet (volledig) sluitend en adequaat aanbod aan voorzieningen - met name in de openbare ruimte. Deze notitie beschrijft de concrete aanpak voor stadsdeel 1. Deze werkwijze en aanpak zijn ook in andere stadsdelen toepasbaar. Door de gemeenteraad zijn heldere beleidskaders vastgesteld in de nota “Jong zijn in SittardGeleen” en de nota “Speelvoorzieningen”. Daarin is afgesproken dat er in ieder stadsdeel tenminste 1 binnenvoorziening is voor jeugd en jongeren, waar activiteiten worden georganiseerd die aansluiten aan de behoefte van de doelgroep, onder begeleiding van een jongerenwerker van Partners In Welzijn. Daarnaast is er tenminste 1 plek in de openbare ruimte waar sport- en ontmoetingsmogelijkheden zijn voor met name de oudere jeugd. Daarbij horen verspreid over de wijken en dorpen voldoende speelvoorzieningen voor de jeugd. Om te komen tot een sluitend aanbod zijn in deze notitie activiteiten en voorzieningen beschreven die vanuit een meer integrale benadering moeten aansluiten aan de vraag van de jongeren en ouderen in het stadsdeel. Vanuit de situatieanalyse (par.2) en de probleemanalyse (par. 3) wordt de aanpak beschreven in: persoonsgerichte, doelgroepgerichte en gebiedsgerichte voorzieningen en activiteiten. 1.2. Verantwoording Volgens de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) reageert Nederland eenzijdig op hangjongeren. Willen we voorkomen dat jongeren zich afkeren van de samenleving dan moeten we ze niet alleen straffen voor wat ze verkeerd doen, maar ook perspectief bieden. Goed opvoeden is immers meer dan repressie stelt de RMO in haar advies:”Tussen flaneren en schofferen; een constructieve aanpak van het fenomeen hangjongeren”. Jongeren op straat kunnen voor veel overlast zorgen: lawaai, vuil, vernieling en verbaal en fysiek geweld kunnen omwonenden, jeugdwerkers en politie tot wanhoop drijven. Bestuurders staan onder druk om daadkrachtig op te treden tegen hangjongeren. Ervaring leert dat negeren niet werkt, omdat jongeren behoefte hebben aan grenzen. De oorlogstaal over hangjongeren en een steeds repressiever beleid werken averechts. Het voedt angst en intolerantie van omwonenden niet alleen voor overlastgevende maar voor alle jeugd - en het vervreemdt jongeren van de samenleving. Repressieve maatregelen zijn bovendien erg duur. Bij een constructieve aanpak, worden de flanerende jongeren niet over één kam geschoren met schofferende jongeren. Waardering voor flaneren is het begin van een positief onderscheid tussen gewenst en ongewenst gedrag. Schofferend en crimineel gedrag moeten te allen tijde krachtig worden aangepakt. Maar de straat is er ook voor de jeugd. Omwonenden kunnen een levendig straatbeeld met bankjes en spelende families zeker waarderen. Daarbij is het nodig dat we investeren in wellevendheid: van jongeren, van omwonenden en van professionals. Wellevendheid is nodig opdat betrokkenen makkelijker op elkaar af kunnen stappen, indien nodig een stevig gesprek met elkaar voeren en gesprekken niet onbedoeld escaleren. Om de jongeren toekomstperspectief te geven, kunnen verenigingen, onderwijs en werkgevers meer verantwoordelijkheid nemen om jongeren een plek in de samenleving te geven en ze bij de les te houden. De aanpak tot op heden is vooral gericht op de jongeren zelf en te weinig op de stimulerende en positieve rol die de omgeving hierin kan spelen, aldus de RMO. Onlangs heeft de RMO een vervolgnotitie uitgebracht waarin veel aandacht voor het versterken van de buurt en het pedagogisch klimaat binnen de wijk. Naar aanleiding hiervan heeft minister Rouvoet het Nederlands Jeugd Instituut en een expertgroep van de universiteit van Utrecht o.l.v. prof. Micha de Winter een tiental gemeenten in ons land - waaronder Sittard-Geleen - gevraagd met concrete
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 2/14
projecten te komen rond genoemd thema. Inmiddels ligt er een concept projectplan en heeft er een eerste presentatie plaatsgevonden. Rode draad in ons project is o.a. het onderwerp jeugdoverlast terug te brengen naar de buurt en gezamenlijk hieraan te werken ipv alle verantwoordelijkheid bij de gemeente te leggen. Aanpak is zeer positief ontvangen.
2. Situatieanalyse Stadsdeel 1 Born en de uitbreidingswijken zoals Hondsbroek/Aldenhof kunnen worden gezien als forensenplaats waar mensen die overdag elders werken, buiten die werktijd vooral rustig willen wonen. Door de centrale ligging van Born tussen de dorpen in het stadsdeel is dit van oudsher een verzamelpunt voor de jongeren in de leeftijd van 12 tot 25 jaar die elders naar school gaan. In Born zijn de openbare ruimte en de speelvoorzieningen voor jongeren in die leeftijdscategorie beperkt. De binnenvoorziening in Stadsdeel 1 is het jongerencentrum in de kelder van het gemeenschapshuis aan de Prins Bisdomstraat; deze is op dinsdag en donderdagavond open voor jongeren van 16 t/m 23 jaar en op maandag-, dinsdag- en donderdagmiddag voor de jeugd van 12 t/m 16 jaar. Het jongerencentrum heeft een aantrekkende werking op de jongeren en wordt door diverse buurtbewoners inmiddels als deel van het “probleem” gezien. Bij Sportpark het Anker worden door PIW met enige regelmaat activiteiten georganiseerd, maar in Born is tot nu toe geen adequate buitenontmoetingsplek voor de oudere jeugd. Sinds geruime tijd wordt gezocht naar een adequate ontmoetingsplek in de openbare ruimte. 2.1. Evaluatie jongerenoverlast in Born Onlangs heeft er overleg plaatsgevonden over de voortgang van het realiseren van jongerenvoorzieningen in Born en omgeving. Naast periodieke evaluatie was de aanleiding van het breed overleg de opgelaaide discussie over jongerenoverlast in Born. Tijdens dit overleg zijn een aantal conclusies getrokken: • Geconstateerd wordt dat als gevolg van het aanbrengen van camera’s op de Markt in Born er weinig overlastproblemen meer zijn op de Markt. Wel blijft een groep jongeren de Markt bezoeken als ontmoetingsplek. Verder wordt de shoarmazaak veelvuldig bezocht door brommers en auto's die dwars door het voetgangersdomein rijden. Te overwegen ware ook hier enkele fysieke maatregelen te treffen om dit te verhinderen. • Als gevolg van het “waterbedeffect” is de ontmoetingsplek verhuisd naar de omgeving van de jongerenkelder en de Jan van Salmstraat / Postweg. Omwonenden ervaren de aanwezigheid van de jongeren aldaar als geluidsoverlast (disco-auto’s en hard wegrijden van scooters en auto’s, etc.). • Een breed integraal aanbod aan voorzieningen gericht op individu, groep en omgeving is van belang voor het welslagen van het jongerenbeleid in Born en omgeving. Door het ontbreken van een ontmoetingsplek in de openbare ruimte is er geen gelegenheid waar de jongeren naar verwezen kunnen worden. Het realiseren van een Jongeren ontmoetingsplek (JOP) met mogelijkheden voor sport en activiteiten heeft prioriteit voor alle partijen. • De politie en het jongerenwerk zetten maximaal in om overlast te beperken: De jongerenwerkers houden gesprekken met groepen en individuen; de politie handhaaft de regels (Cameratoezicht, alcoholverbod). • Alle partners zijn van mening dat er een geringe tolerantie is tussen bewoners en jongeren en dat er breed overleg tussen betrokkenen nodig is om de tolerantie te versterken. • Periodiek overleg over voortgang, afstemming en resultaten is noodzakelijk op operationeel, tactisch en bestuursniveau.
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 3/14
3. De jongeren in beeld Over de Marktgroep en het gedrag van de groepsleden zijn in de afgelopen periode diverse van elkaar verschillende beelden gepresenteerd, hetgeen de vraag oproept: wat er nu feitelijk bekend is over de groep, haar groepsleden, hun achtergrondkenmerken en hun gedrag. In deze paragraaf wordt een up-to-date beeld (probleemanalyse) gegeven van de Marktgroep op basis van de ingevulde shortlist door de jongerenwerkers en op basis van aanvullende informatie van de politie, de gemeente en niet te vergeten de omwonenden. Daarbij wordt een beschrijving gegeven van de groep en van de context waarin de groep opereert. Daarbij moet worden opgemerkt dat door de forse inzet de informatiepositie over de Marktgroep en haar groepsleden bij de professionals in het stadsdeel erg goed is. 3.1. De groep Van de voormalige Marktgroep zijn 63 jongeren in de leeftijd van 14 t/m 25 jaar door de partners in kaart gebracht (naam, leeftijd en woonplaats). Veelal is ook de situatie rondom opleiding, werk of uitkering bekend. De Marktgroep is op basis van de shortlist (ingevuld door politie i.s.m. de jongerenwerkers) een overlastgevende groep1. De voormalige Marktgroep bestaat uit 3 leeftijdsgroepen. Deze zijn onder te verdelen op basis van leeftijd; 16 t/m 20 jr., 21 t/m 23 jr. en een 23+ groep. De jongste groep bestaat uit 43 jongeren, de middengroep uit 11 jongeren en de oudste groep uit 8 jongeren die in wisselende samenstelling (maar nooit met zijn allen te gelijk!) vanaf het begin van de avond tot regelmatig diep in de nacht te vinden was op of nabij de Markt in Born. De Marktgroep is opgesplitst; één deel hangt met name in Aldenhof (Jan van Salmstraat en spoorzone: Jupiter, Postweg, viaduct); dit betreft met name de jongste groep met nieuwe aanwas vanuit de tieners. De jongeren die de laatste maanden bij het gemeenschapshuis aan de Prins Bisdomstraat ‘hangen’ zitten vooral in de leeftijd van 15 tot 25 jr. De overlast op deze locatie wordt met name veroorzaakt door de 2 oudste groepen met een lange historie in Born. Sommige groepsleden gaan al 8 tot 10 jaar op straat met elkaar om. De groep varieert – naar gelang de omstandigheden – zowel naar omvang als samenstelling. Een vijftal jongeren vormt een verbindende factor tussen de 3 genoemde groepen. Het overgrote deel van de jongeren is afkomstig uit Born en de omliggende dorpen. Over de kenmerken en achtergronden van de groepsleden is verder te melden dat het leeuwendeel van de jongeren schoolgaand is en dat een klein aantal “doet alsof” het op school zit (‘fakescholieren’) of werkloos is. De indruk is dat door de schoolgaande jongeren regelmatig wordt gespijbeld. Op basis van gegevens van Bureau Leerplicht valt dat momenteel erg mee. Wel is een deel van deze jongeren uit het verleden bekend bij Leerplicht. Door een deel van de jongeren wordt regelmatig alcohol gebruikt, waarbij soms sprake is van (overmatig) alcoholgebruik. Er is ook hier een duidelijk relatie tussen het alcoholgebruik en overlast gevend gedrag. Daarnaast is er sprake van stevig softdruggebruik. Door een deel van met name de oudere jongeren wordt ook hard drugs gebruikt, o.a. speed. Het (zichtbare) criminaliteitsbeeld van de groep wordt vooral bepaald door overlast, hinderlijk gedrag, rondhangen en weerspannigheid (uitdagend gedrag tegen openbaar gezag en bewoners). Dit laatste valt relatief erg mee volgens het jongerenwerk. Door omwonenden worden de geluidsoverlast door brommers en de vernielingen en de rommel in de omgeving als grootste irritatie genoemd. Het gaat dan met name om slippend en gierend wegrijden met brommers en auto’s en enkele notoire hardrijders. De brommertjes halen vaker eten op de markt (pizzakoerier) en de auto’s racen vaker in de nacht door de omliggende dorpen. Voor de jeugd is het met name bedoeld om aandacht te trekken; de mensen die dit schrik aanjaagt kunnen de betrokkene niet direct aanspreken en roepen steeds harder om handhaving.
1
In de shortlist methodiek worden drie categorieën jeugdgroepen benoemd: hinderlijke groep, overlastgevende groep en criminele groep (nadere uitleg zie bijlage).
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 4/14
Enkele leden uit de groep maken zich schuldig aan ‘lichte’ vermogensdelicten zoals winkeldiefstal, diefstal uit bedrijf, heling én aan ‘lichte’ geweldsmisdrijven (tijdens het uitgaan) zoals bedreiging en intimidatie van buurtbewoners, openlijke geweldpleging en (eenvoudige) mishandeling (zelden tot nooit). Op basis van voornoemd beeld, hun gedrag op straat en kenmerken is deze groep te typeren als een overlastgevende groep. Dit neemt niet weg dat individuele personen die aan de groep te linken zijn, zich – op andere momenten en andere locaties buiten Born - schuldig kunnen maken aan strafbare feiten. Over de leden van de groep is verder het volgende bekend: • Het betreft over het algemeen jongeren uit Born en omliggende dorpen (Buchten). • De groep wordt regelmatig aangevuld met andere jongeren uit Stadsdeel 1. • De gemiddelde leeftijd van de groepsleden is 19 jaar. • Een vijftal jongeren vormt een verbindende factor tussen groepen. • De groep kent geen echte "leiders" (formeel of informeel). In Stadsdeel 1 wordt verder onder andere overlast gemeld in de kernen: Limbricht (omgeving kasteel en JOP); Grevenbicht (omgeving Steenweg) en Obbicht (’t Ruiberke). Gelukkig kan de jeugd hier verwezen worden naar de JOP’s in Limbricht, Grevenbicht en Obbicht. Het is wel zaak om de vinger aan de pols te blijven houden en overlast snel de kop in te drukken. 3.1.1. Typering overlastgevende groep Deze groep wil zien en gezien worden en wil daarbij graag aandacht trekken/toeschouwers. De groep is derhalve nadrukkelijk aanwezig, kan provocerend optreden, valt omstanders lastig (uitschelden of zelfs intimideren), vernielt regelmatig allerlei zaken en laat zich weinig gelegen liggen aan andere mensen. Dreigen met geweld wordt - door een enkeling - niet geschuwd en de groepsleden zijn minder eenvoudig te corrigeren. Ook lichtere vormen van criminaliteit waaraan de groep zich schuldig maakt, worden doelbewust gepleegd en de groep is vooral bezig om te zorgen dat ze niet gepakt worden. Na het plegen van een feit zijn ze snel weg en het lijkt alsof ze weten waar de surveillancewagen rijdt (scanners?). 3.2. Oorzaken van overlastgevend gedrag Door het jongerenwerk - zijnde de stem van de jongeren - worden de volgende oorzaken genoemd voor het (zomer)gedrag van de jongeren. • Jongerencentrum (kelder gemeenschapshuis Prins Bisdomstraat): openingstijden beperkt en te weinig ruimte voor de omvang van de groep; locatie met parkeerplaatsen vlak achter de woningen Mgr. Buckxstraat, is minder geschikt. • Het ontbreken van een eigen ontmoetingsplek met ruimte voor activiteiten (voetbalkooi). • Aanvankelijk waren de jongeren geïrriteerd door het wegsturen van de markt (zero-tolerance en cameratoezicht) en riepen ze met hun acties om aandacht, maar dat is inmiddels flink afgezwakt. Irritatie komt nu meer voort uit het groepsgevoel dat in hun ogen de werkelijkheid verdraaid wordt, zij hebben het gevoel dat positief gedrag niet beloond wordt en dat zij niet serieus genomen worden. Hierdoor is zeker een deel van de jongeren erg onverschillig met betrekking tot de gevolgen van overlast. Simpel gezegd kan het hun allemaal niks schelen. 4. De aanpak gebundeld Op basis van de probleemanalyse van de groep, gesprekken met sleutelfiguren, informatie uit bewonersbijeenkomsten én aanwezige notities, beleidsplannen en actiepunten met betrekking tot jongeren in Born schetsen we hierna de integrale aanpak op basis van de volgende onderdelen: 4.1 Groepsgerichte aanpak 4.2 Situatiegerichte of domeingerichte aanpak 4.3 Persoonsgerichte aanpak (op naamsniveau) In Born zijn diverse maatregelen genomen en in voorbereiding, met name gericht zijn op de Marktgroep of haar individuele leden zijn; deze maatregelen zijn onderdeel van dit plan van aanpak.
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 5/14
Uit gesprekken met diverse sleutelfiguren komt naar voren dat de samenwerking tussen overheidspartners als gemeente, politie en justitie voor een integrale aanpak onontbeerlijk is. Kenmerkend voor de integrale aanpak is dat verschillende partners met elkaar samenwerken vanuit een eigen verantwoordelijkheid en zo een deel van de aanpak voor hun rekening nemen en dit systematisch en periodiek gezamenlijk afstemmen. In Stadsdeel 1 krijgt dit gestalte in het maandelijks Jeugdplekkenoverleg (operationeel). In dit hoofdstuk wordt ieder actiepunt beschreven, geëvalueerd en worden ook de verantwoordelijke organisaties en/of personen voor de uitvoering benoemd. Dit laatste maakt het mogelijk om de voortgang van de aanpak periodiek te monitoren. Daarbij is het van belang dat ook de buurt betrokken en geïnformeerd wordt. 4.1. Groepsgerichte aanpak/aanbod Ten aanzien van de groepsgewijze aanpak spelen de volgende sleutelbegrippen een rol: • gerichte preventieve activiteiten en voorzieningen voor verschillende leeftijdsgroepen; • betrekken van de ouders en de buurt bij de aanpak, het doorbreken van het generatieconflict tussen buurtbewoners en jeugd (tolerantie versterken); • eenduidige aanpak en bejegening door de politie.
A. Activiteitenaanbod in jeugd- en jongerenvoorziening Het jongerencentrum in Born is op dinsdag en donderdagavond open voor jongeren van 16 t/m 23 jaar en op maandag-, dinsdag- en donderdagmiddag voor de jeugd van 12 t/m 16 jaar. De jongerenwerker werkt intensief samen met de beheerder van het jongerencentrum en zijn collega’s (o.a. de randgroepjongerenwerker, coördinator jeugdgroepen en de opbouwwerker). De jongerenwerker is niet alleen beschikbaar voor het jongerencentrum, maar is ook ambulant. Helaas kan dit alleen op minder drukke momenten. Het activiteitenaanbod sluit aan bij de vraag van de doelgroepen en wordt goed bezocht. De jongerenvoorziening (kelder) voldoet redelijk maar is soms te beperkt qua omvang voor het aantal jongeren. Jongeren suggereren een beperkte uitbreiding van het aanbod (meer openingsuren). Gemeente, gemeenschaphuis en PIW onderschrijven het rookbeleid van de rijksoverheid, maar zijn niet gelukkig met de gevolgen, waardoor de jongeren tijdens en buiten de openingstijden rondhangen bij het gemeenschapshuis, hetgeen voor de omwonenden leidt tot overlast. Naar verwachting zal dit afnemen als elders in Born een ontmoetingsplek wordt gerealiseerd, waarnaar de jongerenwerker en/of politie kunnen verwijzen. Te overwegen valt om de zijkant en achterkant van het gemeenschapshuis Born fysiek af te sluiten met een hekwerk dat vanaf bijv. 19.00 uur wordt afgesloten om bezoekers toegang te geven tot de begraafplaats. ’s-Avonds is de poort alleen gelijk met de kelder geopend. Voor 2009 en 2010 zijn middelen beschikbaar om een adequaat activiteitenaanbod te realiseren. Verantwoordelijke organisatie: PIW (teamleider voor het Stadsdeel). Verantwoordelijke bestuurder: Wethouder Jeugdbeleid i.o.m. stadsdeelbestuurder Resultaat: adequaat activiteitenaanbod in jeugd- en jongerenvoorziening Tijdpad : Maatregelen direct uitvoeren
B. Ambulant jongerenwerk Het ambulant jongerenwerk is niet accommodatiegebonden en onderhoudt vooral de groepen jongeren die in de wijken rondhangen. De jongerenwerkers zoeken op de straat hun doelgroep op. Vandaar uit leggen en onderhouden zij contacten met de doelgroep en werken ze aan signalering van problemen, doorverwijzing en zelfontplooiing van de jongeren. In de afgelopen periode is met diverse jongeren in de groep intensief contact onderhouden. Vanuit deze (goede) contacten kunnen de jongerenwerkers overlast ter sprake brengen en appelleren aan het gezond verstand van de jongeren, hen inzicht verschaffen in de gevolgen van hun gedrag en daar indien
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 6/14
nodig proberen om samen met de jongeren verandering in aan te brengen. Ze trachten de jongeren te bewegen richting de verschillende voorzieningen en instellingen. De typologie van de dorpsjongere wijkt af van de stadsjongere, in de vorm van probleemontkenning en afwijzing van hulp. Getracht wordt hen te bewegen richting school of werk. Verantwoordelijke organisatie: PIW (teamleider voor het Stadsdeel) Verantwoordelijk bestuurder: Wethouder Jeugdbeleid i.o.m. stadsdeelbestuurder Resultaat: groepen in de wijken beheersbaar houden Tijdpad : Maatregelen direct uitvoeren
C. Communiceren met de jongeren Het is van groot belang om jeugd en jongeren te betrekken bij het realiseren van voorzieningen en het uitvoeren van activiteiten. Inspraak, betrokkenheid en verantwoordelijkheid zijn sleutelwoorden voor het draagvlak van voorzieningen binnen en buiten. De jongerenwerker neemt hierin het voortouw. Waar nodig zal de politie vanuit haar repressieve verantwoordelijkheid een gesprek niet uit de weg gaan. Afstemming met de jongerenwerker is voor de eenduidigheid van belang. Periodiek is het gewenst dat ook een bestuurder in overleg gaat met de doelgroep. Verantwoordelijke organisatie: PIW (jongerenwerkers) Verantwoordelijk bestuurder: Wethouder jeugdbeleid i.o.m. stadsdeelbestuurder Resultaat: draagvlak realiseren bij de doelgroepen Tijdpad : Maatregelen direct uitvoeren
D. Buurtbewoners en ouders betrekken bij de aanpak Buurtbewoners in verschillende stadsdelen verwachten vaak dat het voorkomen en oplossen van jongerenoverlast en het zorgen voor voldoende voorzieningen primair een verantwoordelijkheid is van de overheid en haar organisaties. Een goed woon- en leefklimaat is gebaseerd op (gezamenlijke) betrokkenheid van alle bewoners en hun partners. In Born heeft de overlast door groepen jongeren en de ervaren overlast door sommige bewoners deels te maken met daadwerkelijke overlast, maar deels ook met een generatieconflict. Jongeren en oudere buurtbewoners zijn niet met elkaar in gesprek, hebben geen begrip voor elkaars standpunten of zijn zelfs bang voor elkaar. • •
• • • • •
Geadviseerd wordt sterk in te zetten op het doorbreken van een groeiend generatieconflict tussen buurtbewoners en jongerengroepen. Voorgesteld wordt om onder (neutrale) deskundige leiding een aantal sessies te organiseren tussen bewoners uit de wijk (niet alleen diegene die overlast melden) en de jongeren. Verder kunnen specifieke activiteiten hierbij een ondersteunende rol vervullen. PIW organiseert deze sessies samen met het wijkplatform. Start met het organiseren van gemeenschappelijke activiteiten (waaronder buurtbarbecue e.d.). Start met huiskamerbijeenkomsten tussen ouders en jongeren: Doelen van de huiskamerbijeenkomsten: ouders leren kijken naar de invloed van hun eigen gedrag op hun kind waar het gaat om gevoel van eigenwaarde, zelfvertrouwen, omgaan met grenzen en het bevorderen van de zelfstandigheid. ouders stimuleren om deel te nemen aan andere opvoedingsondersteunende activiteiten in de wijk ouders informeren, zodat ze weten waar ze terecht kunnen als ze problemen ervaren in de opvoeding of als ze (in hun omgeving) kindermishandeling en/of huiselijk geweld signaleren.
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 7/14
•
De inzet moet leiden tot een methodisch beschreven aanpak die breed uitgerold kan worden.
Verantwoordelijke organisatie: PIW (opbouwwerk en jongerenwerk) / Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Verantwoordelijk bestuurder: Wethouder Jeugdbeleid met ondersteuning van afdeling communicatie. Samenwerking met wijkplatform en gemeente (burgemeester/stadsdeelbestuurder) Resultaat: meer gezamenlijk begrip, tolerantie en draagvak voor jeugd- en jongerencultuur/ voorzieningen. Tijdpad : Maatregelen direct uitvoeren
E. Repressieve taak politie Door de jongerenwerkers wordt in overleg met de teamchef een bejegeningprofiel voor de Marktgroep opgesteld. Dit profiel wordt in eerste aanleg binnen de basiseenheid gecommuniceerd waardoor alle politiefunctionarissen die contact hebben met de groep deze op min of meer dezelfde manier benaderen. Hierdoor wordt de aanpak van de groep door de politie helder, duidelijk en transparant. Voordeel hiervan is ook dat de jongeren geen discussie meer aan kunnen gaan over diversiteit in optreden. In tweede aanleg wordt dit bejegeningprofiel ook bij de meldkamer onder de aandacht gebracht. Naast de reguliere inzet van de jongerenwerkers in de wijk is er reeds enkele jaren extra inzet van politiepersoneel in blauw en in burger. Op basis van de APV is het cameratoezicht geregeld en geldt een alcoholverbod voor diverse straten in het centrum van Born. De effecten van het cameratoezicht worden breed geëvalueerd. (zie separaat advies) Repressief optreden ter bestrijding van de overlast is onderdeel van Zero-tolerance beleid dat blijft voorlopig gehandhaafd. Doel van deze inzet is het observeren van de groep, het aanspreken van de groep en het vastleggen (muteren) van afwijkend gedrag. Zero-tolerance beleid vergt een bovenmatige politie-inzet en is slechts voor een bepaalde korte periode hanteerbaar waarna het gewenst effect wegebt. De politie kan door toenemende werkdruk helaas niet overal aanwezig zijn. De politie-inzet nu en in de toekomst wordt gestoeld op bewuste keuzes, waarbij de driehoek de prioriteiten bepaalt (na overleg met partners). Inwoners die overlast ervaren worden gevraagd dat direct te melden, zo mogelijk met kenteken, waardoor gerichte vervolging van de daders mogelijk is. Meldingen kunnen worden gedaan bij de politie of bij de gemeente (call-center). Bewoners geven aan bang te zijn voor represailles, voor hen is de landelijke kliklijn. • De Kliklijn: via "Meld Misdaad Anoniem" kunnen burgers telefonisch 0800-7000 en anoniem criminaliteit of misdrijven melden. • Horkenlijn: Personen met opsporingsbevoegdheid die -buiten diensttijd- iemand betrappen op asociaal verkeersgedrag, maar niet meteen daartegen kunnen optreden, geven dit storende gedrag door aan een speciaal meldpunt, waar de zaak automatisch en snel administratief wordt afgehandeld (betrokkene wordt uitgenodigd voor een gesprek). • Patserproject: het 'Project Ongebruikelijk Bezit' richt zich op mensen die dure of luxe bezittingen (auto’s) hebben, die ze op basis van regulier inkomen eigenlijk niet kunnen betalen en zo een verkeerd voorbeeld zijn voor jongeren in hun omgeving. Doel is de ontneming van deze dure goederen. (Dit geldt mogelijk voor een enkele dealer). Verdergaande maatregelen zoals: samenscholingsverbod en gebiedsontzegging worden als optie achter de hand gehouden. Prioriteit voor jeugdwerkers, politie en Stadstoezicht is gericht op preventie en het verwijzen van jongeren naar een JOP. Verantwoordelijke organisatie: Regiopolitie Limburg-Zuid, basiseenheid Sittard (Born) in samenwerking met Stadstoezicht (SWM) en PIW.
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 8/14
Verantwoordelijk bestuurder: burgemeester Resultaat: handhaving als sluitstuk (op gerealiseerde preventieve maatregelen). Tijdpad : Maatregelen direct uitvoeren 4.2. Situatiegerichte of domeingerichte aanpak F. De fysieke inrichting van de wijk Op basis van gesprekken met de jongeren, haalbaarheidsonderzoeken, overleg met eigenaren en een locatieanalyse (buurtschouw) is een plan gemaakt voor enkele JOP-locaties met bijbehorende voorzieningen (ontmoetingsplek, bankje, verlichting, afvalbak, met ruimte voor activiteiten, et cetera) en eventuele verdere wensen van de jongeren. Deze ontmoetingsplekken zijn basisvoorzieningen in onze wijken waarbij de gemeente SittardGeleen haar verantwoordelijkheid neemt voor aanleg, onderhoud en beheer. Overleg met jongeren en omwonenden is voornamelijk gericht op het invullen van randvoorwaarden in het kader van het woon- en leefklimaat. Onderstaand het overzicht van te realiseren JOP locaties waarvoor de gemeente Sittard-Geleen zich de komende zal inzetten: Born: Sluisweg nabij de rotonde en op het terrein van het DaCapo College. Een trapveld op deze locatie geniet de goedkeuring van de partners en de eigenaar (DaCapo) en kan zonder procedurele bezwaren worden aangelegd (zie als bijlage het plan van aanpak/projectvoorstel) Limbricht: Onderste Sittarderweg: deze JOP wordt herzien in het kader van de realisatie van de Parkschool. Aan de Leeuwerik (nabij de Middenweg) is een locatie die nu veelvuldig door jongeren wordt gefrequenteerd en die door partijen geschikt wordt bevonden (projectvoorstel). Einighausen en Guttecoven: Bosweg. Hier doet zich een identieke situatie voor waarbij de beoogde locatie Bosweg veelvuldig door jongeren wordt gebruikt. (projectvoorstel). Grevenbicht: Heuvelsweg. Deze JOP functioneert goed, na aanvankelijke aanloopproblemen (zie Obbicht). Obbicht: Beelaertstraat (tijdelijke) JOP met overkapping; er ligt een schets voor de terreininrichting (trapveld in asfalt) dat samen met de jongeren wordt besproken en gerealiseerd. Beide overkappingen zijn geplaatst zonder bouwvergunning, terwijl dit volgens de huidige inzichten wel noodzakelijk is. Voorgesteld wordt om voor Grevenbicht en Obbicht de formele procedures op te starten. (Bouwvergunning/ bestemmingsplan). Buchten/Holtum: Franciscushaven en Ankersweg. Aan de Franciscushaven is een locatie aangewezen als JOP voor de autorijders: hier kunnen zij hun boosters gebruiken zonder overlast. Bij het Anker wordt een voormalig basketbalveld gebruikt als skatebaan. Deze locatie nabij de basisschool het Avontuur is ongeschikt voor een JOP, maar is wel geschikt voor actieve sporters (skaters en fietscrossbaan), onder voorwaarde dat de voorzieningen worden opgewaardeerd. Het ontwerp voor vernieuwing in het kader van onderhoud is gereed. De locatie is qua inrichting en gebruik uitstekend geschikt voor actieve recreatie en is formeel in beheer bij het Anker. Voorgesteld wordt om deze locaties voor actieve recreatie (skaten en fietscross op te waarderen voor een bedrag van € 20.000; hiervoor is € 7.600 gereserveerd. Voorgesteld wordt om voor de diverse JOP’s een projectleider aan te wijzen (zie projectvoorstel Verantwoordelijke organisatie: Gemeente Sittard-Geleen (Regie: Stadsdeelmanager) Verantwoordelijk bestuurder: Wethouder Jeugdbeleid in samenwerking met stadsdeelbestuurder Uitvoerend verantwoordelijke: afd. BOR: Wijkcoördinator Samenwerking met: PIW (jongerenwerk, Opbouwwerk), Politie, wijkplatform en omwonenden.
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 9/14
Resultaat: voorzieningen voor jongeren (JOP’s) in stadsdeel 1 conform vigerend jeugdbeleid Tijdpad : Direct starten met communicatie over te nemen maatregelen G. Alcoholverbod Het alcohol- en drugsgebruik van de jongeren wordt door de omwonenden gezien als een belangrijke bron van overlastgevend gedrag. Op basis van de APV is een alcoholverbod ingesteld voor diverse straten in het centrum van Born, Buchten en Grevenbicht, met name in de omgeving waar veel jongeren bijeenkomen. Verantwoordelijke organisatie: Gemeente Sittard-Geleen, team veiligheid Verantwoordelijk bestuurder: Burgemeester Uitvoerend verantwoordelijk: Regiopolitie Limburg-Zuid, basiseenheid Sittard en Stadstoezicht WM Tijdpad : Repressie aansluitend op voorzieningen 4.3. Persoonsgerichte aanpak (op naamsniveau) Zoals eerder aangegeven, is een groot aantal jongeren uit de Marktgroep niet alleen op naamsniveau bekend, maar is van hen ook bekend of ze te typeren zijn als risicojongere of lichtcriminele jongere (2 delicten). Daarnaast is het afgelopen jaar sprake van een nieuwe aanwas van 13 tot 16 jarigen die bij de groep wil horen, maar waar nog geen sprake is van het plegen van strafbare feiten. H. Jeugd preventie project (JPP) De coördinator JPP brengt de jongeren, die niet met justitie in aanraking zijn geweest, in bij het JPP. Doel is consultatie, informatieverzameling en elkaar op de hoogte brengen/houden. Als er zorgen zijn, zal de coördinator ouders en jongere uitnodigen voor een gesprek om te kijken of er hulpverlening kan worden opgestart. De coördinator kan dan trajectbegeleiding inzetten. Voor een deel van de groep zullen door een politiefunctionaris en/of de coördinator van het JPP oudergesprekken worden gehouden. Met de gesprekken worden de ouders op de hoogte gebracht van de strafbare feiten die door de jongeren zijn begaan; het confronteren met de feiten is de primaire doelstelling. Ook van belang is het wijzen van de ouders op hun verantwoordelijkheid naar de kinderen. Daarnaast zal er – in tweede instantie – aandacht zijn voor eventuele bemiddeling (denk aan gezinsondersteuning of andere vormen van doorverwijzing naar de hulpverlening). Het JPP heeft hierbij een belangrijke rol. Verantwoordelijke organisatie: Driehoeksoverleg (Regiopolitie, Justitie en Gemeente) Uitvoerend verantwoordelijke: Coördinator JPP Samenwerking met: veiligheidshuis en Halt Tijdpad : Maatregelen direct uitvoeren I. Schoolverzuim De namen van spijbelende jongeren worden doorgeven aan de leerplichtambtenaar en de coördinator JPP, zodat daarop actie kan worden ondernomen. Bijv. als politie of jongerenwerk op straat leerplichtige jongeren tegenkomen. Wanneer een jongere zich bij leerplicht moet melden vanwege schoolverzuim neemt Leerplicht RMC contact op met het randgroepjongerenwerk. Vaak betreft dit jongeren waarvan Leerplicht weet dat ze in een traject zitten bij randgroepjongerenwerk. Coördinator JPP kan evt. samen met de leerplichtambtenaar, jongere en ouders uitnodigen voor een gesprek en dan een traject uitzetten. Dit kan zijn: alleen het waarschuwingsgesprek, trajectbegeleiding, naar Halt of het opmaken van een procesverbaal zodat er verplichte hulpverlening kan worden ingezet.
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 10/14
Verantwoordelijke organisatie: Gemeente Sittard-Geleen (bureau Samenwerking met: Regiopolitie, coördinator JPP, PIW jongerenwerk. Tijdpad : Maatregelen direct uitvoeren
leerplicht)
/
RMC
J. Netwerkanalyse Op de lijst met bekende groepsleden wordt door de regiopolitie een netwerkanalyse uitgevoerd. Doel van deze strategische analyse is enerzijds om na te gaan: met wie de jongeren strafbare feiten plegen en of daarbij sprake is van relaties tussen personen uit de verschillende groepen in de stad. Anderzijds dient de analyse om zicht te krijgen op de toonaangevende subjecten (stille regisseurs of leiders) in de groep. Deze naar verwachting kleine groep (5 á 10 personen) zal op een toplijst geplaatst worden voor een prioritaire repressieve aanpak. Verantwoordelijke organisatie: Regiopolitie Limburg-Zuid, basiseenheid Sittard (Born) Uitvoerend verantwoordelijk: Teamchef en wijkagent 5. Organisatie van de aanpak Het opstellen van een plan van aanpak op basis van een probleemanalyse en evaluatie van eerder gemaakte afspraken, in samenwerking met alle professionals die in het gebied werkzaam zijn, is één. Het daadwerkelijk – binnen een redelijke termijn – uitvoeren van de verschillende actiepunten is iets anders en blijkt in de praktijk lastiger te zijn. Ook in Sittard-Geleen gelden een aantal kritische succesfactoren voor de uitvoering van de actiepunten. 5.1. Communicatie met de omgeving Met de omgeving en de jongeren moet heldere afstemming plaatsvinden, over wederzijdse rechten en plichten, waarbij handhaving het sluitstuk vormt. De ervaring leert dat vooraf een goede communicatie en afstemming tussen alle bij het proces betrokken partners noodzakelijk is, om te voorkomen dat met verschillende monden het inspraakproces wordt ingegaan. In alle gevallen staat de regierol bij de gemeente Sittard-Geleen centraal. Iedereen is overtuigd van nut en noodzaak van de ontmoetingsplek, maar niet iedereen blijft redelijk als deze in de directe woonomgeving (not in my backyard / NIMBY) wordt gepland. Uit de evaluatie blijkt dat het realiseren van draagvlak voor jongerenvoorzieningen met name in de openbare ruimte niet tot applaus leidt, en individueel hevig verzet kan oproepen. Het gemeentebestuur dient derhalve de regie te nemen voor het realiseren van de noodzakelijke geachte buurtvoorzieningen. Op basis van gedegen vooronderzoek en communicatie zal het gemeentebestuur de knopen moeten doorhakken om de gewenste jongerenvoorzieningen gespreid over de stad te realiseren. Om hierbij oeverloze locatiediscussies met omwonenden te voorkomen wordt een (NIMBY-) besluit alleen genomen op basis van evenwichtige afweging van algemene en individuele belangen. Daarbij wordt volledige openheid en transparantie betracht, rekening houdend met de mogelijkheden van bezwaar en beroep. 5.2. Communicatie met professionals in Jeugdplekkenoverleg De afstemming van het plan van aanpak, de realisatie en het monitoren van de effecten en het bijsturen van de benoemde maatregelen vindt plaats in het bestaande maandelijkse jeugdplekkenoverleg Born. In dit overleg hebben alle relevante partners zitting. De regie van de uitvoering ligt vooralsnog bij de gemeente (Stadsdeelmanager). • De beleidsmedewerker jeugdbeleid (team OCWS), de teamleider veiligheid en de stadsdeelmanager vervullen in de praktijk een belangrijke verbindende rol op tactisch niveau. Voor de individuele JOP’s is een actieve beheergroep met betrokkenen noodzakelijk. Door de privacy wetgeving is het namelijk niet mogelijk om individuele gevallen in de projectgroep te bespreken. Individuele gevallen worden waar nodig bilateraal besproken (Politie, PIW, stadsdeelmanager en waar nodig andere professionals). • Aanvullend op het operationele jeugdplekkenoverleg zal eens per kwartaal tactisch overleg worden gehouden waarbij het management van de belangrijkste partners de voortgang en te
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 11/14
•
nemen besluiten bespreken. Input geschiedt door de voorzitter van het jeugdplekkenoverleg, zijnde de stadsdeelmanager. De wethouder voor Jeugdbeleid, de stadsdeelwethouder en de burgemeester, zijn bestuurlijk verantwoordelijk voor het pakket aan maatregelen vanuit de gemeente om een integrale aanpak te realiseren van de genoemde problematiek, waarbij eerstgenoemde portefeuille leidend is. De projectleider van het jeugdplekkenoverleg bespreekt de uitvoering van het plan van aanpak regelmatig met de betrokken bestuurders. Dit laatste in verband met draagvlak en rugdekking voor de uitvoering.
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 12/14
Bijlage 2: Projectvoorstel 1. 1.1. 2. 2.1. 3. 3.1. 3.2. 4. 4.1. 5. 5.1. 6.
Initiatieffase Plan van Aanpak Definitiefase Programma van eisen Incl. locatievoorkeur) Ontwerpfase Voorlopig ontwerp (incl. draagvlakonderzoek) Definitief ontwerp Voorbereidingsfase Bestek en aanbesteding Realisatiefase Uitvoering en oplevering Beheerfase (maatschappelijk)
6.1.
Fysiek beheer
7. 7.1. 7.2. 8. 8.1. 8.2. 8.3. 8.4.
Projectorganisatie Stuurgroep: Driehoeksoverleg Projectgroep: afd. MO, RO, BOR plus PIW Beheertaken/rapportage: Voortgang per fase aan stuurgroep Organisatie, informatie Tijdplanning incl. procedures Projectbudget (bewaking)
Afd. MO Afd. MO
Afd. RO
Afd. BOR Afd. BOR Afd. MO/PIW SWM en Afd. BOR
o.l.v. zie boven
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 13/14
Bijlage 3: Shortlist Groepscriminaliteit De shortlist groepscriminaliteit is een instrument waarmee de sociale partners die werkzaam is op wijkniveau (zoals wijkagent, jongerenwerker en opbouwwerker) relatief eenvoudig een problematische jeugdgroep in beeld kunnen brengen. Achterliggende gedachte is dat problematische jeugdgroepen verschillen als het gaat om de omvang, de samenstelling, maar vooral ook om de mate van ernst. Op basis van een goede inventarisatie en aanvullende gegevensverzameling en analyse met de partners, is het mogelijk om tot een gerichte aanpak te komen waar alle partnerorganisaties een rol in vervullen. Met de shortlist groepscriminaliteit komt er zicht op de volgende zaken: • waar is de jeugdgroep actief? • wat zijn de kenmerken van de jeugdgroep (zoals omvang, samenstelling)? • wat is het karakter van de jeugdgroep als het gaat om het openbare orde en criminaliteitspatroon? • om wat voor type jeugdgroep het gaat (hinderlijk, overlastgevend of crimineel)? ROOD hoogste score- Criminele jeugdgroep Deze groep bestaat (in ieder geval gedeeltelijk) uit jongeren die behoorlijk op het criminele pad geraken. Ze zijn al vaker met de politie in aanraking gekomen. Kenmerkend voor dergelijke groepen is dat ze meer en meer criminaliteit plegen voor het financiële gewin (ze verdienen er geld mee). De feiten zijn ook ernstiger. Ze schrikken ook niet terug voor het gebruik van geweld. BLAUW hoogste score- Overlastgevende jeugdgroep Deze groep is wat nadrukkelijker aanwezig. Ze kunnen af en toe provocerend optreden, vallen omstanders wel eens lastig (uitschelden of zelfs intimideren), vernielen regelmatig allerlei zaken en laten zich veel minder gelegen liggen aan andere mensen. Ze zijn ook minder goed te corrigeren. Ook de lichtere vormen van criminaliteit waar ze zich aan schuldig maken worden doelbewuster gepleegd en ze zijn ook meer bezig om te zorgen dat ze niet gepakt worden. GEEL hoogste score - Hinderlijke jeugdgroep Deze groep hangt wat rond in de buurt, is af en toe luidruchtig aanwezig en trekt zich niet zoveel aan van de omgeving. Soms loopt het wel eens uit de hand en zijn er kleine schermutselingen maar dat is snel in de kiem gesmoord en vaak ook meer toeval dan gepland. Ook maken ze zich wel eens incidenteel schuldig aan kleine vernielingen. Over het algemeen is het een groep die nog voldoende ‘autoriteitsgevoelig is’ en aangesproken kan worden op hun gedrag.
Uitvoeringsnotitie jeugd en jongerenvoorzieningen in Stadsdeel 1
pag. 14/14