NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN 15 JULI 2013 Aanwezig:
Marc Doutreluingne, burgemeester; Wim Monteyne,
Marc Claeys,
Johan Rollez,
Eddy Defoor,
Marc Desloovere,
Luc Vanassche, schepenen; Katrien Defoirdt, OCMW-voorzitter; Gerard Amelynck, Davy Nys, Erik Maes, Sofie Vermeulen, Anthony De Jonckheere, Freddy Van Herpe,
Dirk Vanluchene,
Claude Vanwelden,
Eliane Spincemaille,
Sabine Poleyn, Isabelle Degezelle, Dirk Desmet, Yves Goemaere, Christine Desmet, Bart Dewaele,
Raf Deprez,
Bart Colson,
Brigitte Desmet,
Sem Vanhessche,
Christiana Deprez, raadsleden; Jan Vanlangenhove, gemeentesecretaris Verontschuldigd: Afwezig: De burgemeester opent de vergadering om 19.05 uur.
mededeling Vooraleer de agenda aan te vangen geeft de Burgemeester-voorzitter melding van:
De e-mail dd. 10 juli 2013 van raadslid Dirk Desmet die, namens CD&V-fractie vraagt om volgend punt aan de agenda toe te voegen: “Ontruiming begraafplaats Zwevegem-Centrum”
De raad verklaart zich EENPARIG akkoord om dit punt te behandelen onder agendapunt V1 in openbare zitting. Conform artikel 22 van het gemeentedecreet werd aan de raadsleden een aanvullende agenda bezorgd. Conform artikel 200 van het gemeentedecreet geeft de burgemeester melding van:
Het verslag van de algemene vergadering met verkiezing nieuw bestuur van de gemeentelijke adviesraad voor cultuurbeleid van 21 mei 2013
Het jaarverslag van de gemeentelijke openbare bibliotheek
De verslagen van de beheerraad van de gemeentelijke openbare bibliotheek van 11 en 25 juni 2013
Voor de start van de behandeling van de agenda vraagt de voorzitter om het punt van de besloten zitting te verdagen. De raad gaat EENPARIG akkoord om dit punt te verdagen.
DE RAAD vergadert in OPENBARE ZITTING: Het verslag van de Gemeenteraadszitting van 24 juni 2013 wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.
Raadslid Bart Dewaele komt de zaal binnen gedurende de behandeling van dit punt en neemt verder deel aan de zitting. 1.
OCMW - Aktename jaarrekening + jaarverslag 2012
Juridische grond OCMW-decreet artikel 174 §2 waarbij de gemeenteraad binnen vijftig dagen na overzending zijn opmerkingen over de vastgestelde jaarrekening van het OCMW kan overmaken aan de provinciegouverneur. - Besluit van de OCMW-raad van 8 december 2011 betreffende vaststelling van het meerjarenbeleidsplan 2012-2013-2014 van het OCMW Zwevegem. -
Besluit
van
de
gemeenteraad
van
20
december
2011
betreffende
OCMW.
-
Goedkeuring
meerjarenbeleidsplan 2012-2013-2014. - Besluit van de OCMW-raad in zitting van 8 december 2011 houdende goedkeuring van het budget OCMW 2012. - Besluit van de gemeenteraad in zitting van 20 december 2011 houdende akteneming van het budget OCMW 2012. - Besluit van de OCMW-raad in zitting van 13 december 2012 houdende goedkeuring budgetwijziging nr. 1 boekjaar 2012 van het OCMW. - Besluit van de gemeenteraad in zitting van 17 december 2012 houdende goedkeuring van budgetwijziging nr. 1 OCMW 2012. - Verslag der vergadering van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 12 juni 2013 waarin toelichting gegeven werd over de OCMW-rekening boekjaar 2012. - Besluit van de OCMW-raad in zitting van 9 juli 2013 houdende vaststelling van de rekening 2012 OCMW. Verwijzingsdocumenten - Jaarrekening 2012 OCMW Zwevegem. Motivering De rekening 2012 OCMW kadert binnen het vastgelegde en goedgekeurde budget 2012, zonder overschrijding van de vastgelegde gemeentelijke bijdrage voor 2012, en bijgevolg voor aktename dient voorgelegd te worden aan de gemeenteraad. Op 8 juli 2013 werd in Commissie III toelichting gegeven aan de raadsleden over de rekening 2012 OCMW. Gehoord mevr. OCMW-voorzitter Katrien Defoirdt en dhr. Marc Claeys, schepen van sociale zaken in hun toelichting. BESLUIT Artikel 1 De gemeenteraad NEENT AKTE van de voorgelegde jaarrekening 2012 van het OCMW. Artikel 2 De jaarrekening 2012 van het OCMW Zwevegem sluit af met het volgende resultaat op kasbasis:
I. Exploitatiebudget 1.378.967,81 A. Uitgaven 9.647.613,35 B. Ontvangsten 11.026.581,16 II. Investeringsbudget -912.900,78 A. Uitgaven 1.186.257,99 B. Ontvangsten 273.357,21 III. Andere -502.632,24 IV. Budgettaire resultaat boekjaar -36.565,21 V. Gecumuleerde budgettaire resultaat vorig boekjaar 5.392.684,65 VI. Gecumuleerde budgettaire resultaat 5.356.119,44 VII. Bestemde gelden 3.164.236,06 VIII. Resultaat op kasbasis 2.191.883,38 De autofinancieringsmarge in rekening 2012 bedraagt € 876.400,57. Artikel 3 De gemeenteraad neemt akte van het jaarverslag 2012 van het OCMW. 2.
OCMW - Goedkeuring budgetwijziging nr 1 dienstjaar 2013
Juridische grond - OCMW-decreet artikel 150 (156) stelt dat de OCMW-voorzitter het (de) budget(wijziging) toelicht op de gemeenteraad. Als een budget past binnen het meerjarenplan, neemt de gemeenteraad er kennis van. Als een budget niet past binnen het meerjarenplan, spreekt de gemeenteraad zich uit over de goedkeuring van het budget. - Besluit Vlaamse Regering BBC artikel 27 betreffende de voorwaarden waaraan het (de) budget(wijziging) moet voldoen om te passen in het meerjarenplan. - Besluit van de OCMW-raad van 8 december 2011 betreffende vaststelling van het meerjarenbeleidsplan 2012-2013-2014 van het OCMW Zwevegem. -
Besluit
van
de
gemeenteraad
van
20
december
2011
betreffende
OCMW.
-
Goedkeuring
meerjarenbeleidsplan 2012-2013-2014. - Besluit van de gemeenteraad van 17 december 2012 betreffende aktename budget 2013 van het OCMW. - Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 9 juli 2013 betreffende vaststelling van de budgetwijzing nummer 1 van het dienstjaar 2013. Verwijzingsdocumenten - Budgetwijziging nummer 1 dienstjaar 2013 van het OCMW Zwevegem. Motivering De raad voor maatschappelijk welzijn heeft op basis van de voorgelegde cijfers en de verklarende nota de budgetwijziging nummer 1 dienstjaar 2013 van het OCMW goedgekeurd op 9 juli 2013. De autofinancieringsmarge van het financieel boekjaar in de budgetwijziging nummer 1 dienstjaar 2013 (228.189,47 euro) is kleiner dan de AFM opgenomen in het meerjarenplan (504.166,57 euro). Dit betekent dat het budget niet past binnen het meerjarenplan en het ter goedkeuring dient voorgelegd te worden aan de gemeenteraad. Op 8 juli 2013 werd in Commissie III toelichting gegeven aan de raadsleden over de budgetwijziging nummer 1 dienstjaar 2013 OCMW. Gehoord mevr. OCMW-voorzitter Katrien Defoirdt en dhr. Marc Claeys, schepen van sociale zaken in hun toelichting. BESLUIT
14 STEMMEN VOOR (Marc Doutreluingne, Wim Monteyne, Marc Claeys, Johan Rollez, Eddy Defoor, Marc Desloovere, Luc Vanassche, Gerard Amelynck, Davy Nys, Erik Maes, Sofie Vermeulen, Anthony De Jonckheere, Freddy Van Herpe, Christiana Deprez) 13 STEMMEN TEGEN (Dirk Vanluchene, Claude Vanwelden, Eliane Spincemaille, Sabine Poleyn, Isabelle Degezelle, Dirk Desmet, Yves Goemaere, Christine Desmet, Bart Dewaele, Raf Deprez, Bart Colson, Brigitte Desmet, Sem Vanhessche) De reden voor de tegenstem van de CD&V-fractie is dubbel : 1. Er zit geen beleidsvisie achter de budgetwijziging : eerst wordt er geld bespaard en pas later ( in de meerjarenplanning) zal er nagedacht worden hoe men dat zal oplossen voor de zwakkeren in de maatschappij. 2.
De eerder goedgekeurde meerjarenplanning 2012-2014 is niet gevolgd
Artikel 1 De gemeenteraad keurt de budgetwijziging nr. 1 OCMW van het dienstjaar 2013 goed: B 2013 +/BW 2013-1 I. Exploitatiebudget 909.392,65 -153.494,60 755.898,05 A. Uitgaven 10.671.981,25 144.362,84 10.816.344,09 B. Ontvangsten 11.581.373,90 -9.131,76 11.572.242,14 II. Investeringsbudget -3.436.853,35 -284.120,67 -3.720.974,02 A. Uitgaven 3.436.853,35 339.120,67 3.775.974,02 B. Ontvangsten 55.000;00 55.000,00 III. Andere -527.708,58 7.000.000,00 6.472.291,42 IV. Budgettaire resultaat boekjaar -3.055.169,28 6.562.384,73 3.507.215,45 V. Gecumuleerde budgettaire resultaat vorig boekjaar 4.799.114,30 557.005,14 5.356.119,44 VI. Gecumuleerde budgettaire resultaat 1.743.945,02 7.119.389,87 8.863.334,89 VII. Bestemde gelden 1.038.036,51 7.462.216,39 8.500.252,90 VIII. Resultaat op kasbasis 705.908,51 -342.826,52 363.081,99 De autofinancieringsmarge na budgetwijziging 2013 bedraagt € 228.189,47, in het initiële budget 2013 bedroeg de autofinancieringsmarge € 381.684,07. 3.
Goedkeuring motie lokale financiën.
Verwijzingsdocumenten Motie lokale financiën, unaniem goedgekeurd door de Algemene Vergadering van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG vzw) – Mechelen, 13 juni 2013 Motivering/toelichting Op de gemeenteraad van 24 juni 2013 stond de goedkeuring van de motie i.v.m. de onrechtmatige verdeling van de toelage van het Vlaams Gemeentefonds geagendeerd. Vanuit de CD&V-fractie werd de beslissing, geagendeerd op de gemeenteraad van 24 juni 2013, geamendeerd. Met eenparigheid van stemmen werd toen beslist om de beslissing van 24 juni 2013 te verdagen. Dit voorstel van motie werd de gemeente toegestuurd door de gemeente Lennik met de vraag om dit op de gemeenteraad van Zwevegem goed te keuren. Op 13 juni 2013 werd de ‘Motie lokale financiën’ unaniem goedgekeurd door de Algemene Vergadering van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG vzw) te Mechelen. De agenda van de gemeenteraad van 24 juni 2013 werd vastgesteld in de zitting van het college van burgemeester en schepenen op 12 juni 2013, toen was de ‘Motie lokale financiën’ van de VVSG vzw echter nog niet gepubliceerd.
De evaluatie van de huidige verdeelcriteria van het Gemeentefonds maakt onderdeel uit van die motie, maar wordt uitgebreid met diverse andere voorstellen om de lokale financiën te ondersteunen. De uitgebreidere ‘Motie lokale financiën’ van VVSG vzw doet niettemin geen afbreuk aan de motie van de gemeente Lennik. De motie van de gemeente Lennik vraagt immers niet om de middelen die de 13 centrumsteden ontvangen uit het Gemeentefonds af te romen ten voordele van de andere besturen. In de motie van gemeente Lennik wordt wel voorgesteld om de betoelaging aan de 13 centrumsteden vanuit het Gemeentefonds te groeperen in een afzonderlijk fonds, zonder evenwel de kredieten hiervan te verminderen! Daarnaast is het in het kader van de uniformiteit binnen het Vlaamse landschap van belang dat alle besturen de motie van VVSG vzw ondersteunen. Het bekrachtigen van de ‘Motie lokale financiën’ van VVSG vzw door de gemeenteraad biedt een extra morele en politieke ondersteuning van de inhoudelijke boodschap. Een dergelijke motie heeft uiteraard enkel waarde indien ze unaniem goedgekeurd kan worden door de gemeenteraad. Om die redenen wordt de motie van de gemeente Lennik vervangen door de ‘Motie lokale financiën’ van VVSG vzw. Dit doet uiteraard niks af van de specifieke kenmerken van de financiën van de gemeente Zwevegem. We verwijzen hiervoor naar de financiële analyse die uitgevoerd werd door BDO. Toelichting ‘Motie lokale financiën’ van de VVSG vzw: 1. Oorzaken van de huidige problemen De Vlaamse gemeenten en OCMW’s worden geconfronteerd met de samenloop van een reeks omstandigheden met elk op zich negatieve gevolgen voor de lokale financiën. Het gaat duidelijk niet over een probleem voor één groep besturen. Integendeel, alle gemeenten en OCMW’s worden ermee geconfronteerd. Meer concreet gaat het om de volgende elementen: financieren, zullen door het toenemende aantal gepensioneerden en de vergrijzing de komende jaren spectaculair toenemen. Concreet komt er van nu tot 2018 elk jaar tussen de 80 en de 110 miljoen euro pensioenuitgaven bij, wat een pak meer is dan de verwachte (maar nog onzekere) jaarlijkse stijging van het Gemeentefonds (goed voor ruim 75 miljoen euro per jaar). nenbelasting (jaarlijks 1,7 miljard euro) aan en doet nieuwe vastgoedinvesteringen stilvallen, met negatieve gevolgen voor de inkomsten uit de opcentiemen onroerende voorheffing (1,9 miljard euro). uitdagingen op het vlak van infrastructuur voor ouderen en allerhande diensten aan huis. te investeren in bijkomende capaciteit in de kinderopvang en in het basisonderwijs. tot 2027 nog jaarlijks ruim 800 miljoen euro moeten investeren in de uitbreiding en instandhouding van het rioleringsstelsel, terwijl de drink-waterheffing ten hoogste 330 miljoen euro opbrengt en de Vlaamse subsidies niet meer dan 110 miljoen euro per jaar bedragen. veel te weinig middelen uit. Bovendien worden de gemeenten niet actief betrokken bij de discussie over het nieuwe brandweerstatuut. (Salduzwet, meer blauw op straat, handhaving verkeersveiligheid, pensioenlasten), waardoor de gemeentelijke dotaties alsmaar toenemen.
euro per jaar) zelfs maar te indexeren, waardoor gemeenten en OCMW’s een steeds groter deel van de loonlasten zelf moeten dragen. tot een gelijke subsidiëring van de kinderopvang tussen lokale besturen en vzw’s. In de thuiszorg is er zelfs geen begin van aanzet om de kloof tussen zeer lage financiering van de poetsdiensten en klusjesdiensten van de lokale besturen via gesubsidieerde contractuelen en de betere financiering van de aanvullende thuiszorg en diensten logistieke hulp van de vzw’s te dichten. van de Gemeentelijke Holding (ruim 50 miljoen euro verlies voor de Vlaamse gemeenten) is er de permanente druk om de energieprijzen (en dus ook de vergoeding van het door gemeenten in de netten geïnvesteerde kapitaal) te verlagen. Bovendien vrezen de gemeenten dat ze een deel van de Vlaamse subsidies voor groene stroom zelf zullen moeten betalen, omdat de oplopende kosten ervan onvoldoende in de nettarieven zullen mogen worden doorgerekend in het verkiezingsjaar 2014 en op het moment dat deze bevoegdheid ten gevolge van het Vlinderakkoord van het federale naar het regionale niveau verschuift. Ook de Europese Commissie vindt trouwens dat de distributienettarieven omlaag moeten. - en beheerscyclus vanaf 2014 brengt een pak extra kosten mee (nieuwe software, opleidingen personeel, aanpassing allerhande systemen), maar confronteert lokale besturen ook met strengere evenwichtscriteria die eenmalige meevallers of opgebouwde overschotten niet meerekenen. kan geen enkele garantie geven voor de periode tot 2019. Nochtans moet de lokale meerjarenplanning wel zo ver lopen. We moeten er ook rekening mee houden dat de groei van 3,5% per jaar niet betekent dat alle individuele gemeenten een dergelijk groeicijfer kennen. r gemaakt ten opzichte van leningen aan lokale besturen, waardoor de aangerekende marges stijgen, er minder leningenvolume beschikbaar is en de leningtermijnen korten worden, wat de financiering van investeringen moeilijker en duurder maakt. eden durven hun eigen budgettaire problemen al eens afwentelen op de lokale besturen. Zo verplichtte de nieuwe manier van Vlaamse subsidiëring van investeringen in zorginfrastructuur de gemeenten en OCMW’s om zelf de volle 100% van het investeringsbedrag te financieren, tegenover slechts 40% voorheen. De subsidie wordt voortaan gespreid over twintig jaar uitbetaald, maar het totale bedrag is lager dan wat de besturen voorheen kregen. De federale overheid kan haar budget sturen door een tragere inkohiering van de personenbelasting, maar brengt daarmee tegelijk de gemeenten in thesaurieproblemen. de bijkomende kosten. Het Vlaamse archiefdecreet en de strengere federale werkloosheidsreglementering zijn hiervan voorbeelden. spreiden over burgers en bedrijven, waardoor ze geregeld met rechtszaken worden geconfronteerd. naar de gemeenten en OCMW’s stromen, dat ook nog in dezelfde mate zullen doen van zodra de Vlaamse overheid hiervoor bevoegd wordt. sturen worden geconfronteerd met een pak maatschappelijke uitdagingen (dreigende dualisering en armoede, verkleuring, gezinsverdunning, klimaatproblematiek, vraag naar een leefbaar en aangenaam publiek domein, …) die stuk voor stuk aanleiding geven tot bijkomende uitgaven en investeringen. socialezekerheidsladder, nl. het leefloon niet volledig gefinancierd door de centrale overheid maar komt het
doorgaans voor 50 % ten laste van de lokale besturen, waardoor lokale besturen met een geringe fiscale draagkracht en met veel leefloners op hun grondgebied de rekening twee keer moeten betalen. Door dat systeem draaien de lokale besturen ook budgettair op voor de gevolgen van de strengere werkloosheidsreglementering, die meer mensen richting de OCMW’s stuurt. 2. Mogelijke gevolgen De Vlaamse gemeenten en OCMW’s hebben de voorbije jaren bewezen dat zij in staat zijn financieel de tering naar de nering te zetten. Ze zijn immers al sinds 1988 verplicht om budgetten in evenwicht in te dienen. Ten gevolge daarvan bedraagt hun aandeel in de totale Belgische overheidsschuld ook slechts 5%, terwijl ze wel goed zijn voor ca. 13% van de overheidsuitgaven en zelfs 50% van de overheidsinvesteringen. De gemeenten en OCMW’s willen niet van die evenwichtsverplichting afwijken en zouden hiervoor trouwens ook de toelating niet krijgen van de toezichthoudende overheid. Dus moeten ze op zoek gaan naar methodes om, rekening houdend met alle hierboven geciteerde externe factoren, de uitgaven terug te schroeven en nieuwe inkomsten aan te boren. Ongetwijfeld kunnen lokale besturen hier en daar de efficiëntie van hun handelen nog opdrijven, en de gemeenten en OCMW’s zijn ook met die oefening bezig. Verder weten we ook dat de mate waarin de besturen met deze nieuwe financiële uitdagingen geconfronteerd worden verschilt van bestuur tot bestuur, evenals de mogelijkheden waarover ze (bv. door de aanwezigheid van nog wat reserves) beschikken om de eerste schokken op te vangen. Maar voor de grote meerderheid van de Vlaamse lokale besturen zijn de uitdagingen van die aard, dat drastische maatregelen onvermijdbaar worden. Concreet vrezen de gemeenten en OCMW’s het volgende: le te houden niet anders zullen kunnen dan mensen die het bestuur verlaten niet te vervangen. Dat betekent automatisch schrappen in dienstverlening: minder openingsuren (’s avonds en in het weekend) van loketten, sportfaciliteiten, bibliotheken enz., het sluiten van bepaalde diensten in deelgemeenten of wijken, minder vaak wieden van parken en plantsoenen, minder vaak straten vegen of afval opruimen, minder permanentie bij de politie, enz. Lokale besturen hopen te kunnen vermijden dat in eerste instantie de zwakkere bevolkingsgroepen hiervan het slachtoffer zijn. stop te zetten of af te stoten. Dat roept vragen op wanneer daardoor de gelijke toegang voor iedereen en het pluralistische, nabije en laagdrempelige aanbod van sommige diensten wordt aangetast. investeren gemiddeld voor 1,5 miljard euro per jaar, de Vlaamse OCMW’s zijn goed voor nog eens 600 miljoen euro investeringen, of samen 2,1 miljard euro. Dat betekent dat tussen de 20.000 en de 25.000 arbeidsplaatsen in de privésector (en in eerste instantie de bouw) rechtstreeks samenhangen met de lokale investeringen. Een halvering van die investeringen zet dus mogelijk ruim 10.000 banen op de tocht, naast uiteraard de gevolgen voor de veroudering van het lokale patrimonium (gebouwen, wegen, …). financiële druk, dreigt dat onder de werkelijke prijs te moeten gebeuren. en bedrijven aangerekende kosten voor dienstverlening (via retributies) sterk zullen moeten opdrijven. Die trend is al volop bezig en het ziet ernaar uit dat ook volgend jaar zwembadtickets, huisvuilzakken, identiteitskaarten, enz. duurder zullen worden. tariefstijgingen van de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing in een twintigtal Vlaamse gemeenten. Daarnaast zagen we hier en daar ook al andere belastingverhogingen, zoals die op tweede verblijven. De kans is zeer groot dat daar in 2014 tientallen Vlaamse gemeenten bijkomen. Voorstel van beslissing
De Vlaamse gemeenten en OCMW’s beseffen dat alle overheden het momenteel moeilijk hebben en (mede onder Europese druk) bijkomende saneringsoperaties moeten doorvoeren. Omdat de lokale besturen op het einde van de overheidsketting zitten, vrezen ze echter het (gemakkelijke) slachtoffer te kunnen worden van federale of Vlaamse ingrepen. Daarom eisen ze het volgende: hele lokale legislatuur 2013-2018 behouden blijft. Zo kunnen gemeenten en OCMW’s met een redelijke graad van zekerheid hun eigen (door de Vlaamse overheid opgelegde) meerjarenplanning 2014-2019 afwerken. Daarnaast moet er een evaluatie komen van de huidige verdeelcriteria van het Gemeentefonds. lijk indexeert en werk maakt van een gelijke subsidiëring van publieke en private dienstverlening. ubsidies aanpast, waardoor individuele gemeenten absolute zekerheid kunnen krijgen over welke subsidiëring ze hiervoor de komende jaren mogen verwachten. Rioolprojecten vergen altijd zeer zware investeringen, o.m. door de ermee gepaard gaande wegenwerken. In deze financieel moeilijke tijden kunnen gemeenten die inspanningen alleen blijven doen als ook de cofinanciering door de Vlaamse overheid verzekerd is. -2019 voor het personeel van de lokale besturen geen financiële engagementen aangaat tegenover de vakbonden die uiteindelijk door de gemeenten en OCMW’s moeten worden gedragen. gaat dan om het verder stimuleren van langer werken, het milderen van het aantal jaar van non-activiteit die voor de berekening van het pensioen als werkjaar gelden, het beperken van de automatische aanpassing van de pensioenen aan koopkrachtmaatregelen voor de actieven, enz. ambtenarenpensioenen. Zo moet de extra federale financiering voor de pensioenuitgaven voor de politie en voor de ziekenhuizen worden voortgezet en moet ook de Vlaamse overheid hierin eindelijk haar verantwoordelijkheid opnemen. orming (nieuwe normen, statuut brandweerpersoneel, …) ten laste neemt, zodat de al lang beloofde 50/50-financiering over enkele jaren eindelijk kan worden bereikt. Bovendien moeten de werkgevers van de brandweer (de lokale besturen) zelf mee aan tafel zitten om over het statuut te onderhandelen. waardoor het gemeentelijke thesauriebeleid voorspelbaarder wordt en gevrijwaard wordt van de gevolgen van het federaal bewust sturen van de inkohieringen in functie van het eigen budgettaire beleid. Bovendien moet de federale overheid de 1% administratiekosten die ze aanrekent voor de inning van de aanvullende belastingen afschaffen. en juridisch waterdichte instrumenten geven om de lokale belastingdruk billijk te spreiden over burgers en bedrijven. dividenden die gemeenten krijgen als aandeelhouder van de netbeheerders voor elektriciteit en aardgas. Als er moet ingegrepen worden in de energieprijs, dan moet dat het eerst gebeuren door de federale overheid, door het btw-tarief van 21% te verlagen. d in hun eigen budgettaire oefening geen maatregelen nemen met een negatieve impact op de lokale financiën en dat als bijkomende taken en opdrachten aan de gemeenten en OCMW’s worden gegeven, de kosten hiervan integraal zouden worden gecompenseerd. BESLUIT
EENPARIG Artikel 1 Goedkeuring wordt verleend aan de ‘Motie lokale financiën’ zoals unaniem goedgekeurd door de Algemene Vergadering van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG vzw) te Mechelen op 13 juni 2013, waarop onderstaande wordt geëist van de centrale overheden:
Een blijvende stijging van het Gemeentefonds met minimum 3,5% per jaar, gekoppeld aan een evaluatie van de huidige verdeelcriteria.
De indexering van de premies voor gesubsidieerde contractanten.
Zekerheid over de toekenning van rioolsubsidies over een langere termijn.
Geen extra uitgaven voor personeel in het sectoraal akkoord 2014-2019.
Ingrepen die de pensioenfactuur betaalbaar maken en houden en medefinanciering van de lokale pensioenuitgaven.
Een snelle evolutie naar een 50/50-verhouding in de financiering van de brandweer.
De invoering van een voorschottensysteem voor de aanvullende personenbelasting.
Een vrijwaring van de gemeentelijke dividenden uit energieparticipaties.
Het niet afwentelen van federale en Vlaamse budgettaire ingrepen op de lokale besturen en het compenseren van de effecten van federale of Vlaamse maatregelen.
Artikel 2 Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de Federale en de Vlaamse overheid. 4.
Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze voor de opdracht “kelderdichtingswerken in de gemeentelijke schoolgebouwen van Zwevegem”.
Bevoegdheid - Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad. Juridische grond - De wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006. (vervangt Wet van 24.12.1993) - De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Deze wet wordt verder “Wet-rechtsbescherming” genoemd. - Het Koninklijk Besluit van 15 juli 2011 – plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. Dit KB wordt verder “KB-plaatsing” genoemd. (vervangt KB van 8.01.1996) - Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken. Dit KB wordt verder het “KB-uitvoering” genoemd. (vervangt KB van 26.09.1996 en AAV) Motivering De CV-ketels in de gemeentelijke schoolgebouwen van Zwevegem hebben te maken met een snelle slijtage wegens vochtproblemen in de kelders. Hierdoor is het aan te raden om kelderdichtingswerken uit te voeren. In het kader van de opdracht “kelderdichtingswerken in de gemeentelijke schoolgebouwen van Zwevegem” werd een bijzonder bestek met nr. 2013/007 opgesteld door de Dienst Patrimonium. Deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen: * Perceel 1 (Centrumschool), raming: € 14.876,03 excl. btw of € 18.000,00 incl. 21% btw; * Perceel 2 (Klim-Op), raming: € 4.545,45 excl. btw of € 5.499,99 incl. 21% btw;
* Perceel 3 (Knokkeschool), raming: € 6.198,34 excl. btw of € 7.499,99 incl. 21% btw; * Perceel 4 (Moen), raming: € 5.785,12 excl. btw of € 7.000,00 incl. 21% btw; * Perceel 5 (Heestert), raming: € 13.223,14 excl. btw of € 16.000,00 incl. 21% btw; * Perceel 6 (St-Denijs), raming: € 4.132,23 excl. btw of € 5.000,00 incl. 21% btw. De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 48.760,31 excl. btw of € 58.999,98 incl. 21% btw. Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Financiële gevolgen
Overzicht Budgetjaar 2013
Budgetartikel 722/724-52(BD)
Raming incl. btw
Perceel 1
Centrumschool
Perceel 2
Klim-Op
€ 5.499,99
Perceel 3
Knokke
€ 7.499,99
Perceel 4
Moen
€ 7.000,00
Perceel 5
Heestert
€ 16.000,00
Perceel 6
St-Denijs
€ 5.000,00
€ 18.000,00
BESLUIT EENPARIG Artikel 1 Het bijzonder bestek kelderdichting met nr. 2013/007 en de raming voor de opdracht “kelderdichtingswerken in de gemeentelijke schoolgebouwen van Zwevegem”, opgesteld door de Dienst Patrimonium worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 48.760,31 excl. btw of € 58.999,98 incl. 21% btw. Artikel 2 Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. 5.
Goedkeuring bestek van de samenaankoop energie voor gebouwen van openbare besturen georganiseerd door Leiedal.
Bevoegdheid - Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad. Juridische grond-de Richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van Richtlijn 2003/54/EG; -de Wet van 10 maart 1925 op de Elektriciteitsvoorziening; -de Bijzondere Wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, zoals gewijzigd door de Bijzondere Wet van 8 augustus 1988, inzonderheid artikel 94 wat de gewestelijke aspecten van het energiebeleid betreft; -De wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006. (vervangt Wet van 24.12.1993)
-De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Deze wet wordt verder “Wet-rechtsbescherming” genoemd. -Het Koninklijk Besluit van 15 juli 2011 – plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. Dit KB wordt verder “KB-plaatsing” genoemd. (vervangt KB van 8.01.1996) -Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken. Dit KB wordt verder het “KB-uitvoering” genoemd. (vervangt KB van 26.09.1996 en AAV) -de Wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt, zoals tot op heden gewijzigd, en de daarbij horende uitvoeringsbesluiten; - het Decreet van 8 mei 2009 houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid en het daarbij horende uitvoeringsbesluit (het “Energiebesluit”) van 19 november 2009; Verwijzingsdocumenten - Bestek samenaankoop elektriciteit - Leiedal - Bestek samenaankoop aardgas - Leiedal Situering Leiedal nodigde de gemeenten op 24 april 2013 uit om deel te nemen aan een samenaankoop energie. 10 gemeentebesturen hebben aangegeven om deel te nemen, goed voor een geraamd jaarlijks volume van 40GWh (elektriciteit) en 80GWh (aardgas). Ook Leiedal zal via de samen aankoop aardgas en elektriciteit aankopen voor het eigen gebouw. Sinds 1 juli 2003 is elke afnemer op de Vlaamse elektriciteitsmarkt vrij om te contracteren met de elektriciteitsleverancier van zijn keuze. Via de gemeentebesturen kunnen OCMW’s, Kerkfabrieken, Politiezones, AGB’s … ook deelnemen aan de procedure van de intergemeentelijke samenaankoop. Zo kunnen alle openbare instellingen waarvan ook hun energiecontract ten einde loopt, genieten van het volumevoordeel en voldoen aan het bedingen van energiecontracten via de wet op de overheidsopdrachten. De huidige opdracht van het Gemeentebestuur, OCMW Zwevegem en de Politiezone Mira werd via het gemeentebestuur uitgeschreven en gegund; deze opdracht loopt af op 31 december 2014. Motivering Het doel van deze samenaankoop is te komen tot betere energiecontracten: . door een groot volume gezamenlijk aan te bieden . door beter in te spelen op nieuwe marktmogelijkheden . door een betere risicospreiding door te werken met indekopties bij hoogspanningsaansluitingen . door offertes van meerdere kandidaat-leveranciers te verzamelen
Gunningprocedure Open offerteaanvraag BESLUIT EENPARIG Artikel 1 Een gunningsprocedure wordt georganiseerd voor een samengevoegde opdracht van levering van energie ten behoeve van de gemeente, het OCMW Zwevegem en de Politiezone Mira voor een periode vanaf de eerste dag aansluitend op het huidig leveringscontract tot en met 31 december 2017. Artikel 2 Een Open offerteaanvraag wordt georganiseerd en het bestek dienaangaande wordt goedgekeurd. Artikel 3
De gemeente neemt hierbij alle procedurele verplichtingen op zich m.b.t. de in artikel 1 bedoelde overheidsopdracht. De gemeente zal het gunningsvoorstel ter consultatie meedelen aan het OCMW Zwevegem en de Politiezone Mira alvorens over te gaan tot effectieve gunning. Artikel 6 De gemeente belast conform het goedgekeurde bestek Intercommunale Leiedal cvba, President Kennedypark 10, 8500 Kortrijk, met de materiële organisatie van de gunningsprocedure. Artikel 7 De gemeente zal de gekozen leverancier volmacht geven voor het bekendmaken van de keuze van de nieuwe leverancier aan de distributienetbeheerder. Artikel 8 De gemeente, en in voorkomend geval het OCMW Zwevegem en de Politiezone Mira zijn zelf verantwoordelijk voor de tijdige betaling van de facturen met betrekking tot de leveringen op hun eigen afnamepunten in onderhavige overheidsopdracht. Artikel 9 In geval van een juridisch geschil met betrekking tot onderhavige overheidsopdracht, anders dan bepaald in artikel 8, is de gemeente mee verantwoordelijk voor alle mogelijke kosten in verhouding tot haar aandeel in de opdracht. Artikel 10 Dit besluit zal, voor verder gevolg, aan de bevoegde overheid toegestuurd worden. Artikel 11 De gemeente geeft de toestemming aan de kandidaat-leveranciers om ten behoeve van de opmaak van een offerte kwartiergegevens van hoogspanningsaansluitingen op te vragen bij de netbeheerder. 6.
Aktename beslissing college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2013 houdende goedkeuring opdracht en toewijzing bij hoogdringendheid van de opdracht tot het herstellen van de hoogtewerker van de brandweer.
Bevoegdheid - Gemeentedecreet artikel 42, 43. Juridische grond - De wet van 24 december 1993, inzonderheid artikel 17 § 2, 1f betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen. - Het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen. - Het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen. - De algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen. - De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. - Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. - Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 157 waarbij bepaald wordt dat de gemeenteraad zonder voorafgaande budgetwijziging over de uitgaven kan beslissen die door dwingende en onvoorziene omstandigheden vereist zijn, op voorwaarde dat hij daartoe een met redenen
omkleed besluit neemt. In dezelfde omstandigheden en als het geringste uitstel onbetwistbare schade zou veroorzaken, kan het college van burgemeester en schepenen op eigen verantwoordelijkheid over de utigaven beslissen.
Het college van burgemeester en schepenen brengt de gemeenteraad daarvan
onverwijld op de hoogte. - Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2013 houdende goedkeuring opdracht en toewijzing bij hoogdringendheid van de opdracht tot herstellen van de hoogtewerker van de brandweer. Verwijzingsdocumenten Prijsofferte NV Dias &Zn. Motivering Er stelde zich een probleem met de uitschuifbalken van de hoogtewerker van de brandweer zodat het voertuig niet meer kon ingezet worden bij interventies.
Een dringende herstelling was noodzakelijk,
teneinde het voertuig zo spoedig mogelijk terug te kunnen gebruiken bij interventies. Er werd een prijsofferte voor herstel opgevraagd bij NV Dias & Zn uit Stekene. Deze firma is verdeler van dit type voertuig en beschikt over de nodige specifieke technische kennis om de herstelling uit te voeren. Financiële gevolgen
Overzicht Budgetjaar
Budgetartikel
2013
351/127-06 (GD) de ontbrekende kredieten zullen voorzien worden in de eerstvolgende begrotingswijziging die ter goedkeuring dient te worden voorgelegd aan de gemeenteraad
Detail Firma
Offerte
NV Dias & Zn, Bettestraat 6 te 9190 Stekene
6.370,98 EUR BTW exclusief of 7.708,89 EUR BTW inclusief
BESLUIT Artikel 1 De gemeenteraad NEEMT AKTE van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2013 waarbij bij hoogdringendheid goedkeuring opdracht verleend werd en de opdracht
tot het
herstellen van de hoogtewerker van de brandweer werd toegewezen aan NV Dias & Zn., Bettestraat 6 te 9190 Stekene tegen de totale prijs van 6.370,98 EUR BTW exclusief of 7.708,89 EUR BTW inclusief, overeenkomstig de ingediende prijsofferte. Artikel 2 De nodige kredieten werden aangewezen onder het artikel 351/127-06 (GD) van het budget 2013. De ontbrekende kredieten zullen voorzien worden in de eerstvolgende begrotingswijziging die ter goedkeuring dient te worden voorgelegd aan de gemeenteraad. 7.
Goedkeuring ontwerpakte inzake vestiging van een recht van erfpacht door de gemeente Zwevegem aan de vzw Groep Ubuntu voor een gedeelte grond en het daarop gelegen voormalig HP-gebouw, gelegen Blokkestraat 29 A te Zwevegem.
Bevoegdheid Gemeentedecreet van 15 juli 2005 – artikels 42, 43 en 57 en Titel VIII – bestuurlijk toezicht en externe audit – hoofdstuk I bestuurlijk toezicht – artikel 248 tot en met 264. Juridische grond - Wet van 10 januari 1824 over het recht van erfpacht.
- Besluit van de gemeenteraad van 25 maart 2013 betreffende princiepsbeslissing inzake vestiging van een recht van erfpacht door de gemeente Zwevegem aan de vzw Groep Ubuntu voor het gedeelte grond en het daarop gelegen voormalig HP-gebouw, Blokkestraat 29 A te Zwevegem. Verwijzingsdocumenten -Ontwerpakte inzake vestiging van een recht van erfpacht opgemaakt door Notaris Stan DEVOS, te Zwevegem-SINT-DENIJS. -Opmetingsplan opgemaakt op 31 mei 2013 door de heer Bart DEGEZELLE, landmeter-expert, te ANZEGEM (VICHTE). Motivering De gemeente Zwevegem is eigenaar van het onroerend goed, meer bepaald van het voormalig HP-gebouw, waarin tijdelijk de OCMW-diensten gehuisvest zijn tot op het ogenblik van de verhuis naar het Gemeentepunt, gelegen Blokkestraat 29 A te 8550 Zwevegem, ingevolge akte inzake aankoop van een onroerend goed aan de NV BEKAERT, verleden op 21 december 2006 door de heer Rudi Depaepe, Eerstaanwezend inspecteur, Commissaris bij het Aankoopcomité te Kortrijk. Thans vraagt de vzw Groep Ubuntu om een overeenkomst af te sluiten met de gemeente Zwevegem inzake vestiging van een recht van erfpacht vanaf het ogenblik dat het voormalig HP-gebouw vrijkomt. De vzw Groep Ubuntu is een netwerkorganisatie ter ondersteuning van personen met een beperking werkzaam in Zuid-West-Vlaanderen. De vzw Groep Ubuntu heeft tot doel om in het voormalig HP-gebouw het coördinatiecentrum onder te brengen. Groep Ubuntu begeleidt, via diverse woon- en dagbestedingsformules, zo’n 450 volwassenen met een beperking uit de regio Zuid West-Vlaanderen en stelt momenteel meer dan 200 personeelsleden tewerk. Groep Ubuntu staat in Vlaanderen hoog aangeschreven op vlak van dynamiek, vernieuwing en kwaliteitsvolle zorg voor mensen met een beperking en voegt dus een extra (sociale) dimensie toe aan de gemeente Zwevegem. De verhuis van het coördinatiecentrum naar Zwevegem kadert in een ruimere visie. Door de centralere ligging in de regio kan er, ook aan de Zwevegemse bevolking, directe dienstverlening geboden worden, via het loket voor vraagverduidelijking en rechtstreeks toegankelijke hulp. Door de onmiddellijke nabijheid van het OCMW kan er flexibeler samengewerkt worden ifv. de uitbouw van een woonzorg-zone (St-Amandstraat – Bekaertsite). Het Opleidingscentrum (EPO²) verhuist mee naar deze site. Dit centrum organiseert zowel interne training en opleiding voor medewerkers als een open aanbod naar gans de Vlaamse welzijnssector. Dit geeft opnieuw een extra dynamiek en houdt ook kansen in voor de lokale handelaars (bvb catering). Ook de optie om het vormingscentrum voor hun cliënten naar hier over te brengen wordt nog onderzocht. Vanuit hun visie op inclusie en dienstverlening en samenwerking zullen ook nieuwe kansen en impulsen gegeven worden aan het socio-culturele verenigingsleven. De site heeft qua ligging en diversiteit aan lokalen heel wat potentieel ifv. aanbieden van vergaderaccomodatie, repetitieruimtes, speelotheek, sociaal restaurant, uitleendienst volksspelen, werk- en spreekruimtes voor derden, etc… Zowel in de vestigingen te Avelgem (bezoekerscentrum Het Ganzenhof), Harelbeke (Wijkhuis De Zandberg) en Kuurne (ontmoetingsruimte Het Vertier) heeft Groep Ubuntu de traditie ruimtes en materiaal ter beschikking te stellen van socio-culturele verenigingen en hiervoor het beheer en de nodige opvolging op zich te nemen. Zij zien hier trouwens enorm veel kansen in om hun cliënten een actieve rol te laten spelen (klaarzetten, catering, bediening, opruim,..) waardoor zij nieuwe kansen krijgen op het ontwikkelen van sociale contacten (=inclusie) en zelfontplooiing.
Groep Ubuntu neemt voor de volle erfpachtperiode alle kosten van exploitatie, aanpassingswerken (isolatie, verwarmingsinstallatie, dakbekleding, etc.) en onderhoud op zich, zodat dit voor de gemeente Zwevegem geen enkele meeruitgave betekent. Na bespreking en op voorstel van het college van burgemeester en schepenen wordt er geopteerd om een recht van erfpacht te vestigen door de gemeente aan de vzw Groep Ubuntu met als adres Bevrijdingslaan 44 te 8580 Avelgem, dit voor het gedeelte grond en het daarop gelegen voormalig HP-gebouw, Blokkestraat 29A te 8550 Zwevegem, kadastraal bekend onder Zwevegem – 1ste afdeling – sectie A deel van perceelnummer 531 C3. De gemeenteraad heeft in zitting van 25 maart 2013 beslist principieel akkoord te gaan met het vestigen van een recht van erfpacht door de gemeente Zwevegem aan de vzw Groep Ubuntu met als adres Bevrijdingslaan 44 te 8580 Avelgem, op hoger vermeld onroerend goed, voor een termijn van 27 jaar. Het deel van het onroerend goed waarop het recht van erfpacht door de gemeente Zwevegem gevestigd wordt, is gelegen in het gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan “Bekaertsite – Blokkestraat”, goedgekeurd door de Deputatie van de provincie West-Vlaanderen op 8 december 2011. Het voormalig HP-gebouw is volgens het verordenend plan deels gelegen in de zone voor stedelijke functies en wonen en deels in de zone voor recreatief groengebied. Het deel van het onroerend goed waarop het recht van erfpacht door de gemeente Zwevegem gevestigd wordt, is eveneens gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Afbakening regionaalstedelijk
gebied Kortrijk”, goedgekeurd op 20 januari 2006. De erfpachter staat persoonlijk in voor het bekomen van de voor de uitoefening van zijn activiteit eventueel vereiste attesten en/of vergunningen van om het even welke aard. Weigering, intrekking of eventueel later door de overheid ingevoerde wijzigingen zal de erfpachter in geen geval recht geven de ontbinding of nietigverklaring te vorderen van de overeenkomst, noch tot enige andere vordering tegen de eigenaar over te gaan. De erfpachter mag zijn recht van erfpacht slechts vervreemden, hypothekeren of met zakelijke lasten bezwaren, mits uitdrukkelijke voorafgaande schriftelijke toestemming van de eigenaar. De erfpachter zal voor de ganse duur van de erfpacht op zijn kosten alle werken van onderhoud en herstelling uitvoeren met inbegrip van de grove herstellingen. Hij zal ervoor zorgen dat het goed, voorwerp van de erfpacht, steeds en tot het einde ervan in goede staat van onderhoud verkeert. Indien de erfpachter in gebreke blijft de verplichtingen hem opgelegd na te leven, zal de eigenaar het recht hebben, nadat een ingebrekestelling per aangetekend schrijven gedurende veertien dagen zonder gevolg is gebleven, de nodige werken zelf te laten uitvoeren en de gemaakte kosten van de erfpachter terug te vorderen, onverminderd andere rechtsmiddelen waarvan de eigenaar nog gebruik zou kunnen maken. Het onderhoud van de parking en het grasveld zal gebeuren door de erfpachtgever. De erfpachtgever zal tevens over een blijvende en onvergeldend recht van doorgang beschikken ten einde het onderhoud van het achterliggend grasveld en vijver te kunnen uitvoeren. Dit recht van doorgang zal kunnen uitgevoerd worden te voet en/of met voertuigen en machines dit alles voorzover nodig om het voormeld onderhoud te kunnen uitvoeren. Van dit recht van doorgang zal door de erfpachtgever gebruik worden gemaakt op zulk wijze die het minst schadelijk is voor de erfpachter. De erfpachter mag aan het goed geen wezenlijke veranderingen brengen zonder de voorafgaande en schriftelijke toestemming van de eigenaar. De erfpachter verbindt er zich toe het goed enkel te gebruiken voor sociaal-culturele doeleinden en voor zover deze functioneel niet onverenigbaar zijn. Indien de erfpachter beslist om het goed ter beschikking te stellen van derden onder welke vorm dan ook, hetzij tegen betaling, hetzij om niet, dan beschikt de erfpachtgever als eerst over het gebruiksrecht en kan de erfpachtgever eenzijdig de bestemming van dit goed bepalen/wijzigen.
De erfpachter mag zonder de voorafgaande en schriftelijke toestemming van de eigenaar de bestemming van het goed niet wijzigen noch dit geheel of gedeeltelijk afbreken noch er nieuwe gebouwen oprichten. De gebouwen door de erfpachter in de loop van de erfpacht opgericht, blijven zijn eigendom gedurende de duur van de erfpacht. Gebouwen en werken door de erfpachter zonder de vereiste toestemming tot stand gebracht, zullen op verzoek van de eigenaar, tijdens de duur van de erfpacht of bij het einde ervan, door de erfpachter en op zijn kosten zonder schade verwijderd worden, onverminderd andere rechtsmiddelen waarop de eigenaar zich zou kunnen beroepen. Bij het einde van de erfpacht, hetzij door het verstrijken van de termijn, hetzij door een in rechte uitgesproken ontbinding, wordt de erfpachtgever van rechtswege eigenaar van alle door de erfpachter opgerichte gebouwen en uitgevoerde werken, zonder aan laatstgenoemde enige vergoeding verschuldigd te zijn. Het is de erfpachter slechts toegestaan zijn recht van erfpacht over te dragen of met hypotheken of voorrechten te bezwaren na voorafgaand en schriftelijk akkoord van de eigenaar. De erfpachter blijft, niettegenstaande het akkoord van de eigenaar, hoofdelijk aansprakelijk voor de verplichtingen van de verkrijger jegens de eigenaar. Deze overeenkomst wordt van rechtswege ontbonden wanneer de erfpachter failliet verklaard wordt of onderworpen wordt aan een andere insolventieprocedure. Alle belastingen, taksen en lasten van welke aard ook die het goed, zowel de grond als de opbouw, thans bezwaren en in de toekomst zullen bezwaren, vallen met ingang van het verlijden van de akte en voor de duur van de erfpacht volledig ten laste van de erfpachter. Tijdens de duur van het contract verbindt de erfpachter zich ertoe de bestaande en de door hem opgerichte gebouwen verzekerd te houden tegen brand en andere risico’s bij een door de eigenaar aanvaarde verzekeringsmaatschappij. In geval van onteigening zal de erfpachter geen vergoeding van de eigenaar kunnen vorderen. De eigenaar verleent aan de erfpachter het voorkeurrecht om bij het verstrijken van de erfpacht deze te verlengen voor een bijvoeglijke periode tot maximum negenennegentig jaren ingaand op de datum van voormeld verstrijken en enkel voor zover de eigenaar opnieuw het voornemen zou uiten om het goed opnieuw in erfpacht te geven na het verstrijken van voormelde termijn. Het opmetingsplan werd opgemaakt door de heer Bart DEGEZELLE, landmeter-expert, te 8570 AnzegemVichte Molendreef 33, waaruit blijkt dat het deel van het onroerend goed, kadastraal bekend onder Zwevegem – 1ste afdeling – sectie A deel van perceelnummer 531 C3 waarop het erfpachtrecht gevestigd wordt door de gemeente Zwevegem aan de vzw Groep Ubuntu, een oppervlakte heeft van 98a14ca. De ontwerpakte tot vestiging van een recht van erfpacht met betrekking tot het gedeelte grond en het daarop gelegen voormalig HP-gebouw, gelegen Blokkestraat 29 A te 8550 Zwevegem, werd opgemaakt door Notaris Stan DEVOS te Zwevegem-SINT-DENIJS. De erfpacht wordt verleend en aanvaard voor een termijn van zevenentwintig (27) jaar die ingaat op datum van het verlijden van de akte en van rechtswege een einde neemt 27 jaar na datum van het verlijden van de akte, meerbepaald op …………………….. 2040. Deze erfpacht wordt toegestaan tegen een jaarlijkse periodieke canon ten belope van één euro (1,00 €) betaalbaar na termijn. Deze jaarlijkse canon is betaalbaar voor het eerst gedurende de maand januari 2014. De vestiging van het recht van erfpacht gebeurt met het doel om het goed enkel te gebruiken voor sociaalculturele doeleinden, en voor zover deze functioneel niet onverenigbaar zijn. Alle kosten en rechten van de akte, alsook de kosten van opmeting zijn ten laste van de erfpachter. Het bodemattest werd afgeleverd door OVAM op ………………………. 2013.
BESLUIT EENPARIG Artikel 1 De voorgelegde ontwerpakte tot vestiging van een recht van erfpacht met betrekking tot het gedeelte grond en het daarop gelegen voormalig HP-gebouw, gelegen Blokkestraat 29 A te 8550 Zwevegem, opgemaakt door Notaris Stan DEVOS te Zwevegem-SINT-DENIJS, goed te keuren, waarbij de overeenkomst werd vastgelegd tussen ENERZIJDS “De GEMEENTE ZWEVEGEM”, met zetel in het gemeentehuis, Otegemstraat 100 te 8550 Zwevegem, met ondernemingsnummer 207.484.582, hier vertegenwoordigd door het college van burgemeester en schepenen, voor wie optreedt : 1) De heer Marc Doutreluingne, burgemeester, wonende Priesterstraat 6 te 8554 SINT-DENIJS 2) De heer Jan Vanlangenhove, gemeentesecretaris, wonende Beekstraat 51 te 8550 ZWEVEGEM, handelende in hun gezegde hoedanigheid, in uitvoering van artikel 182 van het gemeentedecreet, zijnde “de eigenaar of erfpachtgever”, EN ANDERZIJDS De Vereniging Zonder Winstoogmerk GROEP UBUNTU, met zetel te 8580 Avelgem, Bevrijdingslaan 44. Ingeschreven in het RechtsPersonenRegister KORTRIJK onder nummer 0419.258.348, zijnde “de erfpachter”, waarbij de erfpachtgever een recht van erfpacht verleent beheerst door de “Wet van het Erfpachtrecht” van tien januari achttienhonderd vierentwintig, aan de erfpachter, tegen de opgenomen voorwaarden en lasten, op het hierna beschreven onroerend goed : BESCHRIJVING VAN HET GOED GEMEENTE ZWEVEGEM – EERSTE AFDELING – ZWEVEGEM Een gebouw op en met grond en aanhorigheden (volgens kadaster omschreven als ‘onderzoekcentrum’) gelegen in de Blokkestraat 29A, kadastraal bekend sectie A, deel van perceelnummer 531 C3, voor een gemeten oppervlakte van 9814 vierkante meter, volgens het opmetingsplan opgemaakt de dato 31 mei 2013 door de heer Bart DEGEZELLE, landmeter-expert, te 8570 Anzegem-Vichte Molendreef 33, waarop het erfpachtrecht gevestigd wordt door de gemeente Zwevegem aan de vzw Groep Ubuntu. Deze erfpacht wordt toegestaan tegen een jaarlijkse periodieke canon ten belope van één euro (1,00 €) betaalbaar na termijn. Deze jaarlijkse canon is betaalbaar voor het eerst gedurende de maand januari 2014. Artikel 2 Het recht van erfpacht wordt toegestaan en aanvaard voor een periode van zevenentwintig (27) jaar die ingaat op datum van het verlijden van de akte en van rechtswege een einde neemt 27 jaar na datum van het verlijden van de akte, meerbepaald op …………. 2040. Artikel 3 De vestiging van het recht van erfpacht gebeurt met het doel om het goed enkel te gebruiken voor sociaalculturele doeleinden, en voor zover deze functioneel niet onverenigbaar zijn. Artikel 4 Alle kosten en rechten van de akte, alsook de kosten van opmeting zijn ten laste van de erfpachter. Artikel 5 Een voor eensluidend verklaard afschrift van onderhavige gemeenteraadsbeslissing wordt overgemaakt aan de vzw Groep Ubuntu – T.a.v. de heer Johan TIMPERMAN – Algemeen Manager- met als adres Bevrijdingslaan 44 te 8580 Avelgem, alsook aan Notaris Stan DEVOS, Helkijnstraat 82 te 8554 SINT-DENIJS, om na het verstrijken van de termijn voor schorsing of vernietiging door de toezichthoudende overheid dan over te gaan tot het verlijden van de akte.
8.
Goedkeuring ontwerpakte inzake vestiging van een recht van erfpacht door de gemeente Zwevegem aan de vzw Katholiek Onderwijs Zwevegem voor een perceel grond, gelegen Deerlijkstraat te Zwevegem.
Bevoegdheid Gemeentedecreet van 15 juli 2005 – artikels 42, 43 en 57 en Titel VIII – bestuurlijk toezicht en externe audit – hoofdstuk I bestuurlijk toezicht – artikel 248 tot en met 264. Juridische grond - Wet van 10 januari 1824 over het recht van erfpacht. -Besluit van de gemeenteraad van 26 september 2011 betreffende goedkeuring akten inzake aankoop voor openbaar nut van delen van onroerende goederen, zijnde gronden, gelegen Deerlijkstraat te Zwevegem door de gemeente. -Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 8 mei 2013 betreffende afleveren stedenbouwkundige vergunning aan de VZW Katholiek Onderwijs met als adres Theophiel Toyeplein 8 te Zwevegem, dit voor het plaatsen van een fietsenstalling. Verwijzingsdocumenten -Ontwerpakte inzake vestiging van een recht van erfpacht opgemaakt door Notariaat “BOES-DEVAERE”, Geassocieerde notarissen, te Kortrijk. -plannetje met aanduiding perceel waarop het recht van erfpacht gevestigd wordt. Motivering De gemeente Zwevegem is eigenaar van een perceel grond, gelegen nabij de Deerlijkstraat te Zwevegem. Het perceel in kwestie maakt deel uit van de schoolomgeving (lager katholieke school west) en paalt tegen de gebouwen van de Sint-Barnabas Schuttersvereniging. De gemeente Zwevegem is eigenaar van bedoelde grond ingevolge akten inzake aankoop van een onroerend goed aan de heer Werner DE MEULEMEESTER en aan de heer en mevrouw Christiaan DEVOSDECUYPERE, verleden op 13 juli 2011 door mevrouw Christa Lagrou, Eerstaanwezend inspecteur a.i., Commissaris a.i. bij het Aankoopcomité te Kortrijk. Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 8 mei 2013 een stedenbouwkundige vergunning verleend aan de vzw Katholiek Onderwijs Zwevegem met als adres Theophiel Toyeplein 8 te Zwevegem, dit voor het bouwen van fietsenstallingen voor de Vrije Centrumschool. Thans vraagt de vzw Katholiek Onderwijs Zwevegem om een overeenkomst af te sluiten met de gemeente Zwevegem inzake vestiging van een recht van erfpacht, dit in functie van de bouw van twee bijkomende fietsenstallingen voor de Vrije Centrumschool, op grond eigendom van de gemeente. Hieromtrent vond een overleg plaats op 21 mei 2013 in het kabinet van de burgemeester, samen met de inrichtende macht van de Vrije Centrumschool Zwevegem. Er werd overeengekomen om een recht van erfpacht te vestigen door de gemeente Zwevegem aan de vzw Katholiek Onderwijs Zwevegem, dit voor een termijn van vijftig (50) jaar, voor de gronden die de gemeente heeft aangekocht in functie van de bouw van de fietsenstallingen voor de Vrije Centrumschool, gelegen Deerlijkstraat te Zwevegem, voorheen kadastraal bekend onder Zwevegem – 1ste afdeling – sectie A deel van perceelnrs. 402 S en 402 T, en thans kadastraal bekend onder Zwevegem – 1ste afdeling – sectie A perceelnummer 402 X, met een oppervlakte van één are zeventien centiare (1a 17ca). Het onroerend goed waarop het recht van erfpacht door de gemeente Zwevegem gevestigd wordt, is gelegen in het gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut volgens het gewestplan Kortrijk, goedgekeurd bij K.B. 4 november 1977, alsook opgenomen in het bestemmingsplan van het Bijzonder Plan
van Aanleg “Bekaertstraat”, goedgekeurd bij M.B. 10 juli 1991, met als hoofdbestemming sport, groen en rekreatie en gemeenschapsvoorzieningen. Bedoeld onroerend goed is eveneens gelegen in het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Afbakening
regionaalstedelijk gebied Kortrijk”, goedgekeurd op 20 januari 2006. De kosten van de nieuw te plaatsen afsluiting (draad + palen) met een hoogte van 2 meter en voorzien van een stevige betonplaat met een hoogte van 50 cm zijn ten laste van de erfpachter. Alle belastingen van welke aard ook, geheven of te heffen op de gronden en op de gebouwen die er zullen worden opgericht, blijven ten laste van de erfpachter. De erfpachter zal het onroerend goed onderhouden en op zijn kosten alle grote en kleine herstellingen van alle aard uitvoeren zonder iets van de eigenaar te kunnen eisen. De erfpachter is verplicht het geheel in goede staat van onderhoud en herstelling terug te geven bij de afloop van deze erfpachtovereenkomst. Na afloop van de overeengekomen periode van vijftig jaar, komen de gebouwen die de erfpachter heeft geplaatst, evenals alle verbeteringen en aanplantingen die de erfpachter zal aangebracht hebben op het terrein en die zijn eigendom blijven tijdens de gehele duur van het contract, terug in het bezit van de eigenaar, zonder dat de erfpachter aanspraak kan maken op welke vergoeding ook. De erfpachter mag zijn rechten op deze erfpacht afstaan en overdragen, doch uitsluitend aan een VZW of vereniging met een gelijkaardig doel (onderwijs), na schriftelijk akkoord van de eigenaar. De ontwerpakte tot vestiging van een recht van erfpacht met betrekking tot het perceel grond, gelegen nabij de Deerlijkstraat te 8550 Zwevegem, werd opgemaakt door het Notariaat “BOES-DEVAERE”, Geassocieerde notarissen te Kortrijk. De erfpacht wordt verleend en aanvaard voor een termijn van vijftig (50) jaar die ingaat op datum van het verlijden van de akte en eindigt op ……………………. 2063. Bij afloop van deze termijn zal het recht van erfpacht van rechtswege een einde nemen. De erfpacht wordt toegestaan en aanvaard mits een jaarlijkse canon van één (1) EURO, die de erfpachter zich verbindt bij voorbaat gedurende de maand januari te betalen aan de eigenaar en voor het eerst in 2014. De vestiging van het recht van erfpacht gebeurt in functie van de bouw van twee bijkomende fietsenstallingen voor de Vrije Centrumschool. Alle kosten en rechten van de akte en van haar uitvoering zijn ten laste van de erfpachter. Het bodemattest werd afgeleverd door OVAM op 29 mei 2013. BESLUIT EENPARIG Artikel 1 De voorgelegde ontwerpakte tot vestiging van een recht van erfpacht met betrekking tot het perceel grond, gelegen nabij de Deerlijkstraat te 8550 Zwevegem, opgemaakt door het Notariaat “BOES-DEVAERE”, Geassocieerde notarissen te KORTRIJK, goed te keuren, waarbij de overeenkomst werd vastgelegd tussen ENERZIJDS “De GEMEENTE ZWEVEGEM”, publiekrechtelijk rechtspersoon, met zetel op het gemeentehuis te 8550 Zwevegem, Otegemstraat 100, met ondernemingsnummer 0207.484.582, hier vertegenwoordigd door het college van burgemeester en schepenen, voor wie optreedt : 1) De heer Marc Doutreluingne, burgemeester, wonende Priesterstraat 6 te 8554 SINT-DENIJS 2) De heer Jan Vanlangenhove, gemeentesecretaris, wonende Beekstraat 51 te 8550 ZWEVEGEM, handelende in hun gezegde hoedanigheid, in uitvoering van artikel 182 van het gemeentedecreet, zijnde “de eigenaar”, EN
ANDERZIJDS De vereniging zonder winstoogmerk KATHOLIEK ONDERWIJS ZWEVEGEM, met maatschappelijke zetel te Zwevegem, Theophiel Toyeplein 8, opgericht bij onderhandse akte ondertekend op 17 december 1994, gepubliceerd in de bijlage tot het Belgisch Staatsblad van 14 december 1994, ingeschreven in het rechtspersonenregister te Kortrijk, met ondernemingsnummer 0453.903.877, hier vertegenwoordigd door twee bestuurders overeenkomstig artikel 21 §2 van de statuten, zijnde : 1) Mevrouw DEVAERE Katrien Lucie Adrienne, wonende te Zwevegem, Kortrijkstraat 83 2) De heer DE CLERCQ Frank Robert Lucretia, wonende te Zwevegem, Rozendreef 28, zijnde “de erfpachter”, waarbij de eigenaar een recht van erfpacht verleent aan de erfpachter, tegen de opgenomen voorwaarden en lasten, beheerst door de Wet van 10 januari 1824, op het hierna beschreven onroerend goed : BESCHRIJVING VAN HET GOED GEMEENTE ZWEVEGEM – EERSTE AFDELING – ZWEVEGEM Een perceel grond, gelegen nabij de Deerlijkstraat, volgens titel voorheen gekend als deel van perceel, sectie A, nummer 402/S, en voorheen deel van perceel, sectie A, nummer 402/T, en thans gekend op het kadaster Zwevegem, eerste afdeling, Zwevegem, sectie A, nummer 0402/X, met een oppervlakte van één are zeventien centiare (1a 17ca) en met een kadastraal inkomen van 1,00 euro, waarop het erfpachtrecht gevestigd wordt door de gemeente Zwevegem aan de vzw Katholiek Onderwijs Zwevegem. De erfpacht wordt toegestaan en aanvaard mits een jaarlijkse canon van één (1) EURO, die de erfpachter zich verbindt bij voorbaat gedurende de maand januari te betalen aan de eigenaar en voor het eerst in 2014. Artikel 2 Het recht van erfpacht wordt toegestaan en aanvaard voor een termijn van vijftig (50) jaar die ingaat op datum van het verlijden van de akte en eindigt op ……………………. 2063. Bij afloop van deze termijn zal het recht van erfpacht van rechtswege een einde nemen. Artikel 3 De vestiging van het recht van erfpacht gebeurt in functie van de bouw van twee bijkomende fietsenstallingen voor de Vrije Centrumschool. Artikel 4 Alle kosten en rechten van de akte en van haar uitvoering zijn ten laste van de erfpachter. De kosten van de nieuw te plaatsen afsluiting (draad + palen) met een hoogte van 2 meter en voorzien van een stevige betonplaat met een hoogte van 50 cm zijn ten laste van de erfpachter. Artikel 5 Een voor eensluidend verklaard afschrift van onderhavige gemeenteraadsbeslissing wordt overgemaakt aan de vzw Katholiek Onderwijs Zwevegem, met maatschappelijke zetel te 8550 Zwevegem, Theophiel Toyeplein 8, alsook aan het Notariaat “BOES-DEVAERE”, Geassocieerde notarissen, Rijselsestraat 20 te 8500 KORTRIJK, om na het verstrijken van de termijn voor schorsing of vernietiging door de toezichthoudende overheid dan over te gaan tot het verlijden van de akte. 9.
Niet goedkeuren wegenistracé verkaveling Otegemstraat.
Bevoegdheid Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening art. 4.7.12 §2 Juridische grond Gemeentedecreet
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en bijhorende uitvoeringsbesluiten Decreet Integraal Waterbeleid Verzoek Op 5 april 2013 werd door N.V. Hyboma, Wilgenlaan 39 te 8610 Kortemark een aanvraag ingediend met betrekking tot percelen gelegen te Zwevegem, Otegemstraat met als onderwerp: verkavelen van gronden + uitvoeren infrastructuurwerken. Situering Het gebied ligt geprangd tussen de Otegemstraat, de Wulfsbergstraat en de grens tussen Zwevegem en Sint-Lodewijk (Deerlijk). Het gebied – met een totale oppervlakte van ca. 0,8 ha – werd volgens het gewestplan 1977 bestemd als woongebied. De site in kwestie bestaat uit een aantal
dieper gelegen
percelen die zich achter een bestaand woonlint bevinden, langsheen de Otegemstraat en Wulfsbergstraat. Het perceel paalt, ter hoogte van de grens tussen de gemeente Deerlijk en Zwevegem, tot tegen de Otegemstraat. Het terrein wordt gekenmerkt door een sterke hellingsgraad en helt af in noordelijke richting. Het gebied is thans in agrarisch gebruik en kent een grote openheid zonder bebouwing of groenelementen. De bebouwing langsheen de Otegemstraat bestaat ter hoogte van de aanvraag uit open en halfopen bebouwing, op ruime afstand van de rooilijn, met één à twee bouwlagen. Langsheen de Wulfsbergstraat bevindt er zich een woonlint met gesloten en open bebouwing. Op de grens tussen de percelen in kwestie in de bestaande huiskavels langsheen de Wulfsbergstraat loopt volgens de altas der buurtwegen sentier nr. 96 met een breedte van 1m. Ten oosten van de percelen, op grondgebied van de gemeente Deerlijk, bevindt er zich een dieper gelegen huiskavel, met daarop een woning met één bouwlaag onder zadeldak. Voorliggend verkavelingsplan voorziet de realisatie van een 13 bijkomende kavels voor open en gekoppelde bebouwing en bijkomende wegenis, rioleringswerken en waterbuffering. De gemeenteraad dient zich in eerste instantie uit te spreken over het tracé van de wegen in de nieuwe verkaveling, vooraleer de vergunningverlenende overheid een beslissing kan nemen aangaande de verkavelingsaanvraag. Het dossier inzake de uitvoering van wegen- en rioleringswerken werd opgemaakt door het studiebureau Demey, Beurse steenweg 314 te 8800 Roeselare en voorziet in de aanleg wegenis, parkeergelegenheid, waterbuffering alsook rioleringswerken. De verkaveling wordt ontsloten via een toerit die rechtstreeks aantakt op de Otegemstraat. Gezien het natuurlijke maaiveldhelling werd geopteerd voor een parabolisch verloop van het wegtracé zodat de hellingsgraad maximaal 10% bedraagt. Er dient een hoogteverschil overwonnen te worden van circa 6m over een afstand van 60m. Omwille van het bochtig tracé van de Otegemstraat en de haakse aansluiting zal de bochtstraal ter hoogte van de aansluiting worden verbreed. Het verkavelingsplan voorziet verder in de inrichting van een groene publieke ruimte ten oosten van de toerit, met gazon, heesters en hoogstammige bomen. Verder worden de wegen voorzien van een voetpad of een zone voor langsparkeren. De meest zuidelijke wegenis (straat 2 en 3 op het verkavelingsplan) worden aangelegd in kleinschalige materialen (lichtbruine betonstraatstenen). In navolging van de watertoets en de gewestelijke bouwverordening werd in overleg met RioAct voorzien in voldoende buffering voor hemelwater. Gezien de hellingsgraad van het terrein werd geopteerd voor een ondergrondse waterbuffering, ter hoogte van de groenzone, in bufferkratten met een totaal gebufferd volume van 85,73m³. Er wordt voorzien in een nieuwe gracht langs de zuidelijke en westelijke rand van de verkaveling, voor de opvang van oppervlakte water. De totale wegzate, waterbuffering en riolering zal overgedragen worden aan de gemeente voor opname in het openbaar domein. Adviezen, machtigingen, akkoorden, … Gunstig advies vanwege de dienst Groen en Openbare werken 22 april 2013. Op 05/04/2013 werd advies gevraagd aan de gemeente Deerlijk. Er werd geen tijdig advies afgeleverd zodat aan de adviesvereiste kan worden voorbijgegaan.
De aanvraag werd openbaar gemaakt van 13/4/2013 tot 12/05/2013 volgens de regels vermeld in het uitvoeringsbesluit betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen. Er werden 14 bezwaarschriften ingediend; R. Develtere, Otegemstraat 364 C. George, Wulfsbergstraat 23 K. David, Wulfsbergstraat 9 F. Clarysse, Wulfsbergstraat 15 S. Vercant, Otegemstraat 368 H. Vanoverschelde, Wulfsbergstraat 5 D. Vanassche, Wulfsbergstraat 21 M. Decock, Wulfsbergstraat 19 W. Ghekiere, Otegemstraat 376 C. Lanneau, Meiweg 91 F. Devlaemynck, Otegemstraat 262a R. Callens, Wulfsbergstraat 3 F. Ovaere, Wulfsbergstraat 13F A. Vandenberghe, Otegemstraat 366 De inhoud van de bezwaarschriften kan als volgt samengevat worden: - Voorliggende verkavelingsontwerp zal gezien de inplanting van de kavels de privacy van de omliggende woonkavels schaden. -
Gezien de topografie van het perceel zullen de woningen een grote visuele impact hebben.
-
De aan te leggen wegeniswerken, opritten, terrasverhardingen zullen onmiskenbaar wateroverlast teweeg brengen bij de aanpalende huiskavels.
-
De voorziene bebouwbare oppervlakte is grotere dan de groenoppervlakte.
-
De inplanting van lot 13 is ongelukkig, vanwege zijn noordelijke oriëntatie.
-
De voorgestelde ontsluiting naar de Otegemstraat is gevaarlijk. Vanwege de bestaande verkeersdrukte, het bochtig tracé van de weg en recente ongevallen ter hoogte van de ontsluiting. Bij winterweer (sneeuw en ijzel) zal deze toegangsweg niet berijdbaar zijn, zonder ongelukken.
-
Initieel werden alle gronden aangekocht voor buitenruimte van paarden, zo ook lot 13 er werd enkel de prijs van landbouwgrond betaald.
-
Wanneer de bestaande gracht wordt ingebuisd, verdwijnt een natuurlijke buffer en zal wateroverlast ons deel zijn.
-
Voetweg sentier nr. 96 staat niet aangegeven op de verkavelingsplannen.
Motivering Het verkavelingsplan voorziet een woonproject in het rand van de gemeente aansluitend op de woonkern van Sint-Lodewijk (Deerlijk). Het braakliggend terrein krijgt hierdoor een nieuwe invulling met aandacht voor woon- en omgevingskwaliteit, in functie van de 13 bijkomende woongelegenheden. Het technisch dossier houdt rekening met alle wensen en randvoorwaarden, zoals naar voor geschoven tijdens de voorafgaande overlegmomenten tussen de verkavelaar en het gemeentebestuur. Het wegprofiel is voldoende breed en benadrukt het rustige verblijfskarakter van de nieuwe woonontwikkeling. In het project zijn ook voldoende publieke parkeerplaatsen voorzien. Op deze wijze wordt een duurzaam inbreidingsproject gerealiseerd, met voldoende parkeermogelijkheden – zowel op privaat als openbaar domein. Tegelijk worden de noodzakelijke voorzieningen getroffen voor de aanleg van ontbrekende nutsleidingen, waterbuffering, openbaar groen en een gescheiden rioleringsstelsel voor afvoer van RWA en DWA, waarbij de bestaande woningen worden aangesloten op het gescheiden rioleringsstelsel. Het project is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied en houdt rekening met de aanbevelingen van de bekkenbeheerder (provincie), waarbij voorzien wordt in een ondergronds bufferbekken van ca. 86 m³ als collectieve buffering. Hierdoor zijn geen schadelijke effecten te
verwachten. De inrichtingsstudie toont aan dat de voorgestelde technische ingrepen afdoende zijn om schadelijke effecten te vermijden of te compenseren. Er worden tevens bijkomende grachten voorzien langs de rand van de verkaveling zodat kan geoordeeld wordt dat het ontwerp afdoende rekening houdt met de problematiek van waterbuffering en –afvoer. Hoewel de verkavelaar aandacht besteedde aan verkeerstechnische aspecten, dienen de bezwaarschriften aangaande de ontsluiting van de verkaveling via de Otegemstraat als gegrond beschouwd worden. Ter hoogte van de voorziene aansluiting op de Otegemstraat wordt het natuurlijke maaiveld gekenmerkt door een steile hellingsgraad. Hoewel maximale inspanningen werden gedaan – tracé met parabolisch verloop, deels verzonken in het natuurlijke maaiveld – kan men niet verhinderen dat de helling tot 10% zal bedragen. Bij winterweer wordt hierdoor onvermijdelijk een bijkomende gevaarlijke situatie gecreëerd worden, gelet op het feit dat de weg dienstig zal zijn voor de ontsluiting van 13 woningen. Bovendien takt deze ontsluiting aan op de Otegemstraat, een drukke invalsweg richting Zwevegem, ter hoogte van een binnenbocht. Gezien de toegangsweg dieper ligt dan het natuurlijke maaiveld en gezien de bestaande voortuinbeplanting woningen op de huiskavels langsheen de Otegemstraat zal de zichtbaarheid hierdoor te beperkt zijn om op een veilige manier als kruispunt te functioneren. Voorliggend wegenistracé kan omwille van bovenstaande redenen ruimtelijk niet aanvaard worden. De bezwaren, die werden ingediend naar aanleiding van het openbaar onderzoek, handelen verder hoofdzakelijk
over de inrichtings- en bebouwingsmogelijkheden op de nieuw te ontwikkelen kavels. De
beoordeling van de verkavelingsaanvraag en de inrichtings- en bebouwingsmogelijkheden op de nieuw te ontwikkelen kavels zal gebeuren door het college van burgemeester en schepenen, rekening houdende met de vigerende wetgeving en de ruimtelijke draagkracht en kan of mag niet het voorwerp uitmaken van onderhavige beslissing m.b.t. de zaak der wegen. BESLUIT EENPARIG Artikel 1: Het tracé van de nieuw aan te leggen wegenis langsheen de Otegemstraat op naam van N.V. Hyboma, Wilgenlaan 39 te 8610 Kortemark wordt geweigerd. De raad gaat EENPARIG akkoord om ter zitting de beslissing aan te passen. Op vraag van de CD&V-fractie wordt tijdens de behandeling van dit punt de zitting geschorst. 10. Goedkeuring wegenistracé verkaveling Bellegemstraat. Bevoegdheid Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening art. 4.7.12 §2 Juridische grond Gemeentedecreet Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en bijhorende uitvoeringsbesluiten Decreet Integraal Waterbeleid Verzoek Op 7 maart 2013 werd door Laurent Vandewalle, Kannootdries 39 te 8554 Sint-Denijs een aanvraag ingediend met betrekking tot percelen gelegen te Zwevegem, Beekstraat met als onderwerp: verkavelen van gronden + uitvoeren infrastructuurwerken. Situering Het gebied is gelegen ter hoogte van de hoek van de Bellegemstraat en de Beekstraat en maakt deel uit van de lokale woonkern ‘Kreupel’. Het gebied – met een totale oppervlakte van ca. 0,7 ha – is centraal gelegen
in het gehucht Kreupel. De woonconcentratie bevindt zich op een hoogte en ontstond langsheen de historische verbindingsweg tussen Zwevegem en Bellegem (Kortrijk). Het perceel, dat afhelt in noordelijke richting, vormt een onderbreking in de lintvormige historische bebouwing langsheen de Bellegemstraat en is volledig ingesloten tussen de bestaande bebouwing uit diverse tijdsperioden. Het gebied is thans in agrarisch gebruik en kent een grote openheid zonder bebouwing of groenelementen; dwars over het terrein loopt een hoogspanningsleiding. De bebouwing langsheen de Bellegemstraat bestaat ter hoogte van de aanvraag uit gesloten en halfopen bebouwing, tot tegen de rooilijn, met één à twee bouwlagen. De bebouwing langsheen de Beekstraat daarentegen bestaat uit open bebouwing met één bouwlaag. Eertijds was het gebied door het door het gewestplan Kortrijk (1977) aangeduid als woongebied. Bij de goedkeuring van het RUP ‘lokaal woongebied Kreupel’ werden een aantal inrichtingsprincipes vastgelegd voor het gebied. Het gebied werd bestemd voor wonen, openbare groene en verharde ruimten en aan het wonen verwante voorzieningen met een minimale densiteit van 15 woningen/ha. Het dossier inzake de uitvoering van wegen- en rioleringswerken werd opgemaakt door het studiebureau Cnockaert nv, Hoogweg 40 te Wervik en voorziet in de aanleg parkeergelegenheid, alsook rioleringswerken. In navolging van de voorschriften van het RUP werd de wegverharding langsheen de Beekstraat verbreed met twee meter strook. De bijkomende verharding bestaat uit betonstraatstenen, laten een zekere graad van infiltratie toe en voorzien in de mogelijkheid tot langsparkeren. De bestaande gracht langsheen de Beekstraat wordt vervangen door een infiltratieleiding. De Beekstraat wordt voorzien van een gescheiden systeem van DWA en RWA: het afvalwater wordt gravitair verzameld t.h.v. lot 11 en opgepompt tot aan het bestaande, gemengde rioleringsstelsel in de Bellegemstraat. De nieuwe pompput is groot genoeg om in de toekomst te gebruiken om de verderop gelegen groene cluster aan te sluiten. Het verkavelingsontwerp voorziet in 11 kavels. Langsheen de Bellegemstraat worden drie gesloten en vier halfopen kavels voorzien op minstens 5m uit de rooilijn. Ter hoogte van Beekstraat worden 4 kavels voorzien voor open bebouwing. Gezien het feit dat de verkavelingsaanvraag de aanpassing en uitbreiding van bestaande wegenis voorziet, dient de gemeenteraad zich in eerste instantie uit te spreken over de zaak van de wegen in de nieuwe verkaveling, vooraleer de vergunningverlenende overheid een beslissing kan nemen aangaande de verkavelingsaanvraag. De totale wegzate, inclusief riolering zal overgedragen worden aan de gemeente voor opname in het openbaar domein. Adviezen, machtigingen, akkoorden, … Gunstig advies van ELIA van 8 april 2013. Gunstig advies van Agentschap Onroerend Erfgoed West-Vlaanderen op 5 april 2013. Gunstig advies vanwege de dienst Groen en Openbare werken 22 april 2013. De aanvraag werd openbaar gemaakt van 22/3/2013 tot 20/04/2013 volgens de regels vermeld in het uitvoeringsbesluit betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen. Er werden 5 bezwaarschriften ingediend; de inhoud van de bezwaarschriften kan als volgt samengevat worden: Gino Dermaux, Bellegemstraat 104, Zwevegem Nazaire en Annie Vandenhende/Derdeyn, Beekstraat 35, Zwevegem Geert Lanssens, Beekstraat 33a, Zwevegem Dirk Breughe, Bellegemstraat 114, Zwevegem Geert Van Lancker, Bellegemstraat 71, Zwevegem De bezwaarschriften kunnen als volgt samengevat worden: -
De verkaveling vormt geen samenhangend geheel, de voorschriften voor lot 8 (gelegen onder de hoogspanningskabels), wijken af van de andere verkavelingsvoorschriften langsheen de Beekstraat. Dit gebrek aan harmonie druist in tegen elke vorm van goede ruimtelijke ordening.
-
De verkaveling houdt onvoldoende rekening met de hellingsgraad van het terrein. Het lijkt onontbeerlijk dat er voorzien wordt in de nodige keerwanden, hetgeen nu in de verkavelingsvoorschriften wordt open gelaten. Het GRUP voorziet in een wegverharding van minimum 5m breed. Het ontwerp voorziet echter enkel in het behoud van het bestaande wegprofiel (2,7m breed), een parkeerzone van twee meter en een zone van 1m voor de nutsvoorzieningen (erfdienstbaarheid). Gezien de weg toegang verleent aan een kinesistenpraktijk en 4 nieuwe woningen langsheen de Beekstraat, dient hiermee rekening te worden gehouden. De verkaveling is in strijd met het voorzorgsprincipe. Boven lot 8 bevinden zich hoogspanningskabels. In zitting van 16/06/2011 weigerde de deputatie van West-Vlaanderen een verkavelingsaanvraag omwille van het gevaar voor de volksgezondheid (verwijzende naar een studie van het VITO over het verband tussen leukemie en hoogspanningskabels). Er werd geen beoordeling gemaakt van de mobiliteitsimpact. Vier bijkomende loten bestemd voor wonen met nevenfuncties die aansluiten op de Beekstraat, zullen de ruimtelijke draagkracht op vlak van mobiliteit ruimschoots overstijgen. Niet alleen de omvang, bouwdiepte en aard van het ontwerp maar ook de hellengsgraad van het terrein en het feit dat dakkapellen worden toegelaten zal ervoor zorgen dat elke vorm van privacy voor de aanpalende woningen zullen verloren gaan. De plannen zijn onvolledig. Er is geen RWA en DWA aansluiting ingetekend voor lot 1 en lot 10. Het verkavelingsontwerp gaat er van uit dat er kan aangebouwd worden tot tegen een nevenvolume op het aanpalende perceel (Bellegemstraat 104). Deze muur bevindt zich echter op 15cm van de perceelgrens. De bestaande afvoeren vanuit perceel Bellegemstraat 114, dienen te worden geëerbiedigd bij de heraanleg van de straat. Er dient te worden voorzien in een controleput bij de afvoer van regenwater zodat deze buis kan onderhouden worden.
-
-
-
-
-
-
Motivering Het verkavelingsplan en de geplande inrichting van het toekomstig openbaar domein vormt een harmonieus en eenvormig geheel, dat maximaal en in voldoende mate rekening houdt met de omgeving en de ontwikkeling van de landelijke woonkern Kreupel. Uit het dossier, de inrichtingsstudie en de historiek van het planningsproces blijkt duidelijk dat het ontwerp is tot stand gekomen vanuit een globale, stedenbouwkundige visie met aandacht voor ruimtelijke kwaliteit, differentiatie in woningtypes, evenwicht tussen private en publieke ruimte en minimale densiteiten, zonder afbreuk
te
doen
aan
een
evenwichtig
project.
De
gemeente
heeft
actief
overlegd
met
de
eigenaars/ontwikkelaars voor een realisatie van het gebied; het project houdt maximaal rekening met de resultaten van dit overleg. In navolging van de voorschriften van het RUP lokaal woongebied Kreupel werd de wegverharding van de Beekstraat met 2m verbreed, zodat de wegverharding in totaal 5m bedraagt. Deze strook zal enerzijds fungeren als zone voor langsparkeren en anderzijds als uitwijkstrook, voorzien in waterdoorlatende materialen (betonstraatstenen).
Op basis van alle elementen moet geoordeeld worden dat de
bezwaarschriften aangaande de verkeerstechnische aspecten ongegrond zijn. De bezwaren, die werden ingediend naar aanleiding van het openbaar onderzoek, handelen verder hoofdzakelijk over de inrichtingsen
bebouwingsmogelijkheden
op
de
nieuw
te
ontwikkelen
kavels.
De
beoordeling
van
de
verkavelingsaanvraag en de inrichtings- en bebouwingsmogelijkheden op de nieuw te ontwikkelen kavels zal gebeuren door het College van burgemeester en schepenen, rekening houdende met de vigerende wetgeving en de ruimtelijke draagkracht kan of mag niet het voorwerp uitmaken van onderhavige beslissing m.b.t. de zaak der wegen. Het project is niet gelegen in overstromingsgevoelig gebied en voorziet per kavel voldoende buffering voor het hemelwater. Hierdoor zijn geen schadelijke effecten te verwachten. Het ontwerp houdt afdoende rekening met de problematiek van waterbuffering en –afvoer en een goede
verkeersafwikkeling. Het ontwerp geeft blijk van een kwalitatieve inrichting van het gebied, rekening houdende met de omgeving. BESLUIT EENPARIG Artikel 1: Het tracé van de nieuw aan te leggen wegenis ter hoogte van de Beekstraat op naam van Laurent Vandewalle, Kannootdries 39 te 8554 Sint-Denijs wordt goedgekeurd. Artikel 2: Het College van Burgemeester en Schepenen wordt belast met de verdere afhandeling van de verkavelingsaanvraag op naam van Laurent Vandewalle conform de vigerende wetgeving inzake ruimtelijke ordening en samen met dit besluit over te maken aan het Departement RWO – afdeling West-Vlaanderen. De raad gaat EENPARIG akkoord om de beslissing ter zitting aan te passen. 11. Goedkeuring voorstel tot het afschaffen en verleggen van een deel van de voetweg nr. 151 te Sint-Denijs. Bevoegdheid Wet van 10 april 1841 op de buurtwegen met de latere wijzigingen. Juridische grond Het schrijven van de Provincie West-Vlaanderen – Dienst Vergunningen – Koning Leopold III-laan 41 te 8200
SINT-ANDRIES
(BRUGGE)
d.d.
22
augustus
2007
betreffende
het
procedureverloop
van
buurtwegendossiers Bepalingen in het gemeentedecreet d.d. 15 juli 2005. Bepalingen in het provinciedecreet d.d. 9 december 2005, inzonderheid art. 57, met de latere wijzigingen. Verwijzingsdocumenten Het schrijven van dhr. Arnold GITS d.d. 5 april 2013, betreffende een gedeeltelijke afschaffing en verlegging van de voetweg nr. 151 langsheen de woning Priesterstraat 1 te Sint-Denijs, samen met een kopie van het schrijven aan de Provinciale Dienst d.d. 4 maart 2013. Het uittreksel uit de Atlas der Buurtwegen, alsmede het uittreksel uit het kadastraal plan, opgemaakt door Mobiliteit en Weginfrastructuur van de Provincie West-Vlaanderen d.d. 19 maart 2013. De stukken van het onderzoek “de commodo et incommodo” geopend op 3 mei 2013 en afgesloten op 17 mei 2013, waarbij uit het proces-verbaal van sluiting blijkt dat tegen deze voorgenomen afschaffing en verlegging van een deel van de voetweg nr. 151 te Sint-Denijs, geen enkel bezwaarschrift werd ingediend. Het uittreksel uit de Topografische kaart op 1/10000. Het situatieplan op 1/10000. Het uittreksel uit het gewestplan Kortrijk d.d. 4 november 1977. Het fotomateriaal (luchtfoto mei 2012). Situering Het betreffende deel van de voetweg 151 te Sint-Denijs, met een officiële breedte van 0,9 m., is gelegen tussen de Priesterstraat en de voetweg 174 die op zijn beurt verbinding geeft naar de Wildingstraat. Het af te schaffen deel van de voetweg 151, waarvan sprake in huidige aanvraag, is gelegen aan de N.O. kant van de percelen 6de afd. Sectie E nr. 201G en 203C en dit ter hoogte van de voorkant van de woning Priesterstraat 1 te Sint-Denijs en eigendom van de kinderen van de aanvrager. (verbinding A – B op de uittreksel Atlas der Buurtwegen en Kadaster)
Het af te schaffen deel van de voetweg 151 is eveneens gelegen op de bredere conventionele doorgang naar aanpalende en achtergelegen gronden. Het te verleggen deel van de voetweg 151 te Sint-Denijs wordt aangelegd naast de ZO en Z.W. gelegen perceel- en eigendomsgrens volledig op eigendom van de kinderen van de aanvrager en dit op het kadastraal perceel 6de afd. Sectie E nr. 201G. (verbinding C – D op de uittreksel Atlas der Buurtwegen en Kadaster) Motivering De huidige ligging van de perceelgrens, waarlangs het af te schaffen deel van de voetweg nr. 151 gelegen is, ligt volgens de kadastrale percelen niet meer op dezelfde plaats als de ligging volgens de Atlas der Buurtwegen. Door deze verplaatsing van de perceelgrens, is de huidige ligging van het af te schaffen deel van de voetweg nr. 151, niet meer dezelfde als de officiële ligging van de voetweg nr. 151 volgens de Atlas der Buurtwegen en is de officiële ligging volledig op de percelen 203C en201G, waardoor de belasting van erfdienstbaarheid van doorgang niet meer aan de kant van het aanpalend perceel gelegen is maar wel degelijk op de genoemde percelen 203C en 201G, eigendom van de kinderen van de aanvrager, terwijl het huidig tracé ter plaatse op het aanpalend perceel 205D ligt waarop eveneens de bredere landweg (conventionele doorgang) gelegen is. Deze feitelijke verlegging werd nooit geofficialiseerd. Met de huidige aanvraag voor de officiële verlegging van een deel van de voetweg nr. 151 op het perceel 201G en dit naar de perceelgrens met de percelen 200C, 198C en 201F, komt de werkelijke belasting van de openbare erfdienstbaarheid van doorgang met een zelfde breedte van 0,9 m., terug op de percelen eigendom van de kinderen van de aanvrager. De aanvrager benadrukt in de reden van aanvraag : “dat de huidige ligging van het af te schaffen deel van de voetweg nr. 151 op vandaag rakelings naast de voorkant van de eigendom loopt hetgeen niet alleen de privacy verstoort maar daarenboven onveilig is. Aldus komen er regelmatig personen met paarden, loslopende honden, mountainbikes, quads, enz… langs. Deze doorgang, die vooral tijdens de weekends frequent wordt gebruikt, veroorzaakt aldus hinder en is tevens riskant voor de gebruikers ervan wanneer ik bijvoorbeeld met mijn voertuig op- en afrijd om de eigendom te vervoegen (voetweg is gelegen op een conventionele recht van doorgang). Hetzelfde geldt wanneer landbouwers met tractoren en zwaar materiaal op de erfdienstbaarheid rijden waarop de voetweg zich bevindt”. Bij het voorstel van verlegging van een deel van de voetweg nr. 151, wordt zowel in het privaat belang (aanvrager/eigenaar) alsook in het openbaar belang, de rust en de veiligheid van de voorbijgangers gevrijwaard, zodat de gebruiker ervan in alle rust en veiligheid hun wandeltocht kunnen maken. Door het voorstel van verlegging van de voetweg nr. 151, waarbij het te verleggen deel van de voetweg nr. 151 niet meer op dezelfde plaats van de bredere weg (conventionele recht van doorgang) gelegen is, is er enkel nog doorgang voor weggebruikers over een breedte van max. 0,9 m. Volgens het Uittreksel uit de Atlas der Buurtwegen, opgemaakt door de dienst Mobiliteit en Weginfrastructuur van de Provincie West-Vlaanderen, is de oppervlakte van het af te schaffen deel van de voetweg nr. 151 (A – B) ± 152 m² en is de oppervlakte van het te verleggen deel van de voetweg nr. 151 (C – D) ± 215 m². Door het feit dat het nieuw aan te leggen gedeelte (te verleggen deel C – D) van de voetweg nr. 151 te Sint-Denijs, een meer oppervlakte inhoudt van ± 63 m² ten opzichte van het af te schaffen gedeelte (A – B), en dat het nieuw aan te leggen/verlegde gedeelte eveneens aangelegd wordt met een breedte van 0,9 m volledig op eigendom van de kinderen van de aanvrager, en dat de doorgang verder verzekerd wordt tussen
de Priesterstraat en de voetweg 174 te Sint-Denijs, wordt er geopteerd om geen vergoeding te vorderen van de eigenaars (kinderen dhr. Arnold Gits), waardoor het ook niet noodzakelijk is om een schattingsverslag te laten opmaken door het Comité tot Aankoop van Onroerende Goederen te Kortrijk. Rekening houdend met hoger vermelde argumenten, mag er dan ook gesteld worden dat het openbaar belang ingevolge de voorgestelde wijziging niet in het gedrang gebracht wordt. De aanvrager Arnold Gits, met volmacht van zijn kinderen, de eigenaars, vermeldt eveneens in zijn eerder vermeld schrijven, dat hij bereid is deze te verleggen voetweg 151 op hun eigendom en op zijn kosten aan te leggen. BESLUIT EENPARIG Artikel 1: De gemeenteraad stelt voor om de voetweg nr. 151 te 8554 SINT-DENIJS gedeeltelijk af te schaffen en te verleggen zoals aangegeven op het uittreksel uit de Atlas der Buurtwegen, waarbij het af te schaffen deel tussen de punten A-B in rode kleur is weergegeven en het nieuw aan te leggen deel (te verleggen deel) tussen de punten C-D in groene kleur is weergegeven, waarbij het te verleggen deel van de voetweg nr. 151 te Sint-Denijs, op kosten van de eigenaars (kinderen van de aanvrager) eveneens dient aangelegd te worden met een breedte van 0,90 m (breedte openbare erfdienstbaarheid van doorgang), en dit met een voldoende verharde ondergrond zodoende dat deze voetweg goed en gemakkelijk begaanbaar en berijdbaar blijft (voor fietsen en rolstoelen) bij droge en natte weersomstandigheden en eveneens gemakkelijk te onderhouden is, zoals bvb. Grindplaten opgevuld met splitgrind (0/16) op een samengeperste grindlaag en nivelleringslaag of brede betondallen (met grasberm). (De bestaande conventionele doorgang staat los van deze verleggingsaanvraag en moet bijgevolg behouden blijven voor de aangelanden.) Artikel 2: De gemeenteraad opteert om geen vergoeding te vorderen van de huidige eigenaars, de kinderen van de aanvrager dhr. Arnold Gits, Wolvendreef 18A te 8500 Kortrijk, voor wat het afschaffen en verleggen van het gedeelte van de voetweg nr. 151 te 8554 SINT-DENIJS betreft, door het feit dat het nieuw aan te leggen gedeelte (te verleggen deel C-D in groene kleur weergegeven op het uittreksel uit de Atlas der Buurtwegen) van de voetweg nr. 151 te 8554 Sint-Denijs, een meer oppervlakte inhoudt van ± 63 m² ten opzichte van het af te schaffen gedeelte, en daar het nieuw aan te leggen/verlegde gedeelte eveneens aangelegd wordt met een breedte van 0,90m en volledig op eigendom van de eigenaars/aanvrager, en zo de doorgang verder verzekerd wordt tussen de Priesterstraat en de Wildingstraat te Sint-Denijs. Artikel 3: Onderhavig besluit met de nodige stukken toe te sturen aan de Provincie West-Vlaanderen – Dienst Vergunningen – Sectie Ruimtelijke Ordening, Koning Leopold III-laan 41 te 8200 SINT-ANDRIES (BRUGGE), om vervolgens aan de Bestendige Deputatie ter definitieve beslissing over te maken. 12. Goedkeuring gemeentelijk reglement voor het heffen van een belasting op gebouwen en/of woningen die opgenomen zijn in het register leegstand. Bevoegdheid Artikel 42 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Juridische grond - Artikel 162 van de Belgische Grondwet. - Artikel 186 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen.
- Artikel 252 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. - Decreet houdende de Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997 en latere wijzigingen. - Decreet houdende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers van 4 februari 1997. - Decreet Grond- en Pandenbeleid van 27 maart 2009, artikelen 3.2.17 tot 3.2.29. - Decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en de gemeentebelastingen van 30 mei 2008. - Besluit van de Vlaamse regering van 10 juli 2009 houdende nadere regels betreffende het leegstandregister en houdende wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en woningen, artikel 3. - Gemeentelijk reglement voor het opmaken van de inventaris leegstaande woningen en/of gebouwen van 25 februari 2013. - Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen werd een onderzoek naar bezwaren geopend op 28 juni 2013 en gesloten op 12 juli 2013
voor het heffen van een belasting op gebouwen en/of
woningen die opgenomen zijn in het register leegstand voor de aanslagjaren 2014 t.e.m. 2016 – vanaf 1 januari 2014 Motivering Volgens artikel 3.2.17 van het decreet Grond- en Pandenbeleid van 27 maart 2009 kan de gemeente de leegstand van gebouwen en woningen bestrijden op haar grondgebied. Met dat oogmerk is de gemeenteraad gemachtigd tot het heffen van een leegstandsheffing op gebouwen en woningen die zijn opgenomen in het leegstandsregister. BESLUIT 14 STEMMEN VOOR (Marc Doutreluingne, Wim Monteyne, Marc Claeys, Johan Rollez, Eddy Defoor, Marc Desloovere, Luc Vanassche, Gerard Amelynck, Davy Nys, Erik Maes, Sofie Vermeulen, Anthony De Jonckheere, Freddy Van Herpe, Christiana Deprez) 13 STEMMEN TEGEN (Dirk Vanluchene, Claude Vanwelden, Eliane Spincemaille, Sabine Poleyn, Isabelle Degezelle, Dirk Desmet, Yves Goemaere, Christine Desmet, Bart Dewaele, Raf Deprez, Bart Colson, Brigitte Desmet, Sem Vanhessche) De CD&V-fractie stemt TEGEN omwille van de invoering van een nieuwe belasting en omwille van de omvang van het bedrag. Verder stellen ze zich vragen bij de datum van de invoering en is de fractie bezorgd over hoe de opnames gebeuren in het register en over hoe het reglement zal toegepast worden. Enig artikel: Het gemeentelijk reglement voor het heffen van een belasting op gebouwen en/of woningen die opgenomen zijn in het register leegstand wordt als volgt vastgesteld: Inleidende bepalingen en definities Artikel 1
1° Administratie: De gemeentelijke administratieve eenheid die door het gemeentebestuur wordt belast met het beheer van de inventarissen en het leegstandregister.
2° Beveiligde zending: Aangetekend schrijven, een afgifte tegen ontvangstbewijs, elk ander door de Vlaamse regering toegelaten betekeningswijze waarbij de datum van kennisgeving met zekerheid kan worden vastgesteld.
3° Gebouw:
Elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen bevat, met uitsluiting van bedrijfsruimten zoals vermeld in artikel 2, 1) van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsgebouwen.
4° Leegstaand gebouw: Een gebouw wordt als leegstaand beschouwd wanneer meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte niet overeenkomstig de functie van het gebouw wordt aangewend gedurende een termijn van tenminste 12 opeenvolgende maanden. Daarbij wordt geen rekening gehouden met woningen die deel uitmaken van het gebouw. De functie van het gebouw is deze die overeenkomt met een voor een gebouw of voor gedeelten daarvan afgeleverde of gedane stedenbouwkundige vergunning, melding in de zin van artikel 4.2.2. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening of milieuvergunning of melding in de zin van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning. Bij een gebouw waarvoor geen vergunning of melding voorhanden is, of waarvan de functie niet duidelijk uit een vergunning of melding blijkt, wordt deze functie afgeleid uit het gewoonlijk gebruik van het gebouw, voorafgaand aan het vermoeden van leegstand zoals blijkt uit aangiften, akten of bescheiden. Een gebouw dat in hoofdzaak gediend heeft voor economische activiteit, zoals bedoeld in artikel 2 van het decreet van 19 april 1995 en latere wijzigingen houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, wordt niet beschouwd als leegstaand zolang de oorspronkelijke beoefenaar van deze activiteit een gedeelte van het gebouw bewoont, er zijn hoofdverblijfplaats heeft en dat gedeelte niet afsplitsbaar is. De bebouwde onroerende goederen die vallen onder de toepassing van het decreet van 19 april 1995 en latere wijzigingen houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten zijn niet onderworpen aan deze gemeentelijke inventarisatie.
5° Woning: Elk onroerend goed of deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande.
6° Leegstaande woning: Een woning wordt als leegstaand beschouwd wanneer zij gedurende een termijn van 12 opeenvolgende maanden niet aangewend wordt in overeenstemming met: hetzij de woonfunctie; hetzij elke door de Vlaamse regering omschreven functie die een effectief en niet-occasioneel gebruik van de woning met zicht meebrengt.
7° Zakelijk gerechtigde: De houder van één van volgende zakelijke rechten: volle eigendom; het recht van opstal of van erfpacht; het vruchtgebruik.
8° Administratieve akte: Bij elke vaststelling van leegstand wordt een administratieve akte opgemaakt. Deze akte bestaat uit: Een beschrijvend verslag van de indicaties van leegstand; Een fotodossier ter staving van de leegstand; Het besluit van het College van burgemeester en schepenen dat het gebouw of de woning wordt opgenomen in het leegstandregister.
9° Inventarisatiedatum:
De datum waarop het gebouw en/of de woning voor de eerste maal wordt opgenomen in het leegstandregister of, zolang het gebouw en/of de woning niet uit de inventaris is geschrapt, het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van 12 maanden vanaf de datum van eerste inschrijving. Belastbare grondslag Artikel 2 Conform artikel 3.2.17 van het decreet Grond- en Pandenbeleid van 27 maart 2009 kan de gemeente de leegstand van gebouwen en woningen bestrijden op haar grondgebied. Met dat oogmerk is de gemeenteraad gemachtigd tot het heffen van een leegstandsheffing op gebouwen en woningen die zijn opgenomen in het leegstandsregister. Voorliggende reglementering wijkt af van de bepalingen in de artikelen 3.2.19 tot en met 3.2.21 van het decreet Grond- en Pandenbeleid van 27 maart 2009. Derhalve zijn deze artikelen niet van toepassing. Artikel 3 §1. De gemeentelijke leegstandsheffing op gebouwen en woningen bezwaart gebouwen en woningen die gedurende 12 opeenvolgende maanden zijn opgenomen in het leegstandsregister. §2. Zolang het gebouw of de woning niet uit het leegstandsregister is geschrapt, blijft de heffing jaarlijks verschuldigd op het ogenblik van het verstrijken van elke nieuwe periode van 12 maanden vanaf de datum van de eerste verjaardag. Belastingplichtige Artikel 4 §1. De belastingplichtige is diegene die op het ogenblik van de opname van het gebouw of de woning in het leegstandregister zakelijk gerechtigde (eigenaar in volle eigendom, houder van een opstalrecht, houder van het recht op erfpacht of vruchtgebruiker) is van het leegstaande gebouw of de leegstaande woning. §2. Zolang het gebouw of de woning niet uit het leegstandregister is geschrapt, is de zakelijk gerechtigde, zoals vermeld in artikel 4, §1, op het ogenblik dat een nieuwe termijn van 12 maanden verstrijkt, de heffingsplichtige voor de nieuwe heffing. §3. Indien er meerdere heffingsplichtigen zijn, zijn deze hoofdelijk gehouden tot betaling van de verschuldigde heffing. Overdracht van een zakelijk recht Artikel 5 §1. In voorkomend geval stelt de houder van het zakelijk recht, voorafgaand aan de overdracht, de verkrijger van het volle eigendomsrecht, van het recht van opstal, van het recht van erfpacht of van het vruchtgebruik, in kennis van de opname van het gebouw of de woning in het register leegstand. §2. Diegene die het zakelijk recht overdraagt, bezorgt binnen de maand na het verlijden van de authentieke overdrachtsakte, de gemeentelijke administratie in kennis van de overdracht, de datum ervan en de identiteitsgegevens van de nieuwe eigenaar. Berekening van de belasting Artikel 6 Op datum van de inventarisatie is er geen belasting verschuldigd. De eerste heffing is verschuldigd vanaf de eerste verjaardag van de inventarisatiedatum. Behoudens eventuele vrijstelling zijn volgende heffingen van toepassing:
Eerste verjaardag van inventarisatiedatum:
2.000,00 euro
Tweede verjaardag van inventarisatiedatum:
2.500,00 euro
Derde verjaardag van inventarisatiedatum:
3.000,00 euro
Vrijstellingen Artikel 7
e
Alle verjaardagen volgend op 3 verjaardag van inventarisatiedatum:
3.000,00 euro
De houder van een zakelijk recht wordt vrijgesteld van belasting indien: 1° de natuurlijke persoon die (mede)eigenaar en laatste bewoner is van de woning
in een erkende ouderenvoorziening verblijft
voor een langdurig verblijf werd opgenomen in een psychiatrische instelling
of zich in een vergelijkbare situatie bevindt waarbij overmacht kan worden bewezen
Deze vrijstelling geldt voor een periode van 3 jaar vanaf de inventarisatiedatum 2° de woning of het gebouw minder dan 1 jaar in het bezit is van de zakelijk gerechtigde, te rekenen vanaf de datum van de notariële akte. De datum van de feitelijke eigendomsoverdracht is hierbij bepalend (geregeld via authentieke akte of desgevallend via een verkoopovereenkomst die meteen de volledige eigendomsoverdracht regelt). Deze vrijstelling geldt niet voor overdrachten waarin de vroegere of nieuwe houder van het zakelijk recht participeert, rechtstreeks of onrechtstreeks, voor meer dan 10 procent
van het
aandeelhouderschap. 3° indien de zakelijk gerechtigde een stedenbouwkundige vergunning voorlegt waaruit blijkt dat de nodige renovatiewerken zullen worden uitgevoerd. De vrijstelling gaat in vanaf de datum van toekenning van de stedenbouwkundige vergunning. Als de belastingplichtige binnen een termijn van 2 maanden na kennisgeving van de administratieve akte een niet-vervallen stedenbouwkundige vergunning voorlegt die dateert van vóór de kennisgeving, op basis waarvan de eerste inventarisatie van het gebouw en/of de woning gebeurt, dan gaat de vrijstelling in op de inventarisatiedatum. De periode van vrijstelling duurt 1 jaar. Op basis van een gemotiveerde schriftelijke vraag gericht aan de administratie kan de houder van het zakelijk recht uitzonderlijk een verlenging van de vrijstelling verkrijgen van 4 keer 1 jaar. Deze aanvraag moet uiterlijk 3 maanden vóór het verstrijken van de vrijstellingsperiode aangevraagd worden en vermeldt de gegronde reden waarom de werken desgevallend nog niet konden aangevat of afgewerkt worden. De administratie doet uitspraak over de gegrondheid van de aanvraag. 4° de houder van het zakelijk recht
een sociale huisvestingsmaatschappij is, die door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen erkend is
het OCMW is
de gemeente is
een autonoom gemeentebedrijf is.
5° de gebouwen en/of woningen:
liggen binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan.
liggen binnen de grenzen van een onteigeningsplan dat wordt voorbereid. Voor deze woningen en/of gebouwen zal dan ook geen stedenbouwkundige vergunning meer afgegeven worden.
die krachtens het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stadsen dorpsgezichten zijn beschermd als monument en waarvoor bij de bevoegde overheid een ontvankelijk verklaard restauratie-premie-dossier werd ingediend. De vrijstelling geldt gedurende de termijn van de behandeling van het restauratie-premie-dossier.
zijn getroffen door een ramp, die zich heeft voorgedaan onafhankelijk van de wil van de belastingplichtige. De vrijstelling geldt gedurende een periode van 2 jaar volgend op de datum van de ramp.
waarvan het effectief gebruik onmogelijk is omwille van een verzegeling in het kader van een strafrechtelijk onderzoek, vanaf het begin van de onmogelijkheid tot effectief gebruik tot 2 jaar na het einde van de onmogelijkheid.
waarvan het effectief gebruik onmogelijk is omwille van een expertise in het kader van een gerechtelijk procedure, vanaf het begin van de onmogelijkheid tot effectief gebruik tot 2 jaar na het einde van de onmogelijkheid.
waarvan het effectief gebruik onmogelijk is omwille van een andere procedure die het effectief gebruik van het pand onmogelijk maakt, vanaf het begin van de onmogelijkheid tot effectief gebruik tot 2 jaar na het einde van de onmogelijkheid.
Artikel 8 §1. Voor het bekomen van een vrijstelling van belasting, moet de zakelijk gerechtigde(n) een gemotiveerd verzoekschrift indienen bij het College van burgemeester en schepenen. Dit verzoekschrift dient te worden betekend door middel van een beveiligde zending. §2. Het College van burgemeester en schepenen doet uitspraak over het verzoek tot het verkrijgen van een vrijstelling en betekent deze beslissing aan de indiener ervan binnen een termijn van 60 dagen, ingaand de dag na deze van de betekening van het verzoekschrift. De uitspraak wordt aan de indiener van het verzoekschrift per beveiligde zending betekend. Inkohiering Artikel 9 §1. De aanslag gebeurt op basis van de gegevens waarover het College van burgemeester en schepenen beschikt. §2. De belasting wordt ingevorderd bij wijze van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het College van burgemeester en schepenen. §3. De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na verzending van het aanslagbiljet. Procedure Artikel 10 §1. Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en de gemeentebelastingen is op de gemeentelijke leegstandsheffing op gebouwen en woningen van toepassing. Bezwaar tegen de belasting Artikel 11 §1. De belastingschuldige kan tegen de belasting een bezwaarschrift indienen bij het College van burgemeester en schepenen, die handelt als administratieve overheid. §2. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. § 3. Het College van burgemeester en schepenen stuurt binnen vijftien kalenderdagen na de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding enerzijds naar de belastingschuldige en anderzijds naar de financieel beheerder. § 4. Om de behandeling van het bezwaarschrift te verzekeren, beschikt het College van burgemeester en schepenen over de onderzoeksbevoegdheden, vermeld in artikel 6 van het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en de gemeentebelastingen van 30 mei 2008. § 5. Als de belastingschuldige dat in het bezwaarschrift heeft gevraagd, zal de belastingschuldige uitgenodigd worden op een hoorzitting. In voorkomend geval deelt het College van burgemeester en schepenen aan de belastingschuldige de datum van de hoorzitting mee waarop het bezwaarschrift
behandeld zal worden, evenals de dagen en uren waarop het dossier geraadpleegd zal kunnen worden. Die mededeling moet ten minste vijftien kalenderdagen voor de dag van de hoorzitting plaatshebben. De aanwezigheid op de hoorzitting moet door de belastingschuldige aan het College van burgemeester en schepenen schriftelijk worden bevestigd ten minste zeven kalenderdagen vóór de dag van de hoorzitting. De belastingschuldige wordt gehoord door het College van burgemeester en schepenen. De belastingschuldige, de burgemeester en de secretaris ondertekenen het proces-verbaal van het verhoor. § 6. Het College van burgemeester en schepenen doet binnen een termijn van zes maanden, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van het bezwaarschrift, uitspraak op basis van een met redenen omklede beslissing. Die termijn van zes maanden wordt met drie maanden verlengd als de betwiste aanslag ambtshalve werd gevestigd. Het College van burgemeester en schepenen kan bij zijn beslissing de betwiste belasting niet vermeerderen. De beslissing van het College van burgemeester en schepenen wordt met een aangetekende brief betekend aan de belastingschuldige en wordt tevens ter kennis gebracht van de financieel beheerder. Deze aangetekende brief vermeldt de instantie waarbij een beroep kan worden ingesteld, evenals de ter zake geldende termijn en vormen. De beslissing van het College van burgemeester en schepenen is onherroepelijk wanneer het beroep niet tijdig bij het College van burgemeester en schepenen is ingesteld. Aanvang Artikel 12 Dit reglement vangt aan op 1 januari 2014 en loopt gedurende een periode van 3 jaar. 13. Goedkeuring erkenning gemeentelijke Culturele Raad, gemeentelijke Jeugdraad en gemeentelijke Sportraad. Bevoegdheid Gemeentedecreet artikel 42 Juridische grond Decreet van 28 januari 1974 betreffende de cultuurpactwetgeving dat stelt dat gemeentebesturen een beroep moeten doen op bestaande of op te richten organen en structuren met het oog op inspraak en advies van de gebruikersgroeperingen en de ideologische en filosofische strekkingen bij de voorbereiding en de uitvoering van het cultuurbeleid Decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren van een lokaal sportbeleid Decreet van 6 juli 2012 betreffende het lokaal Cultuurbeleid Decreet van 6 juli 2012 houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid Verwijzingsdocumenten Samenstelling gemeentelijke sportraad Samenstelling gemeentelijke culturele raad Samenstelling gemeentelijke jeugdraad Situering Volgens de verschillende decreten voor sport, jeugd en cultuur moeten binnen de 6 maanden na de installatie van de gemeenteraad de betreffende adviesraden opnieuw erkend worden. BESLUIT EENPARIG Enig artikel
De volgende raden worden erkend als adviesorgaan: -
de gemeentelijke culturele raad
-
de gemeentelijke sportraad
-
de gemeentelijke jeugdraad.
14. Goedkeuring wijziging organiek reglement beheersorgaan bibliotheek. Bevoegdheid Gemeentedecreet artikel 42. Juridische grond Decreet betreffende het cultuurpact dd. 28.01.1974 Decreet en uitvoeringsbesluiten lokaal cultuurbeleid dd 6 juli 2012 Beslissing gemeenteraad dd 26 maart 2007 betreffende wijziging organiek reglement beheerraad bib Verwijzingsdocumenten Verslag beheerraad bib in zitting op 11 juni 2013 Verzoek Voorstel beheerraad bib tot wijziging organiek reglement beheerraad gemeentelijk openbare bibliotheek Motivering Het beheersorgaan is een feitelijke vereniging, zonder juridisch statuut. De concrete vormgeving, werking en bevoegdheden ervan worden op het gemeentelijke niveau bepaald en vastgelegd in het organiek reglement. Dit bezorgt het beheersorgaan een formele plaats binnen de gemeentelijke structuur. Op basis van de richtlijnen van Locus en de besprekingen binnen de beheerraad stelt de beheerraad volgende aanpassingen voor aan de artikels 1, 2, 5, 6 en 7 van het organiek reglement: -
Hertaling, minder ambtelijk taalgebruik (artikels 1, 2, 5, 6 en 7)
-
Doel en opdracht (artikels 1 & 6)
-
Mogelijkheid tot het coöpteren van leden (artikel 2)
De coöptatie van deskundigen gebeurde tot op heden op basis van een artikel in het huishoudelijk reglement. De beheerraad vindt het opportuun die mogelijkheid op te nemen in het organiek reglement BESLUIT EENPARIG Artikel 1 Er wordt een beheersorgaan opgericht dat als opdracht krijgt het gemeentebestuur bij te staan bij het beheer van de gemeentelijke openbare bibliotheek. De gemeentelijke openbare bibliotheek omvat volgende infrastructuur: de hoofdbibliotheek, gelegen te Zwevegem, Bekaertstraat 13 de bbus, een mobiel servicepunt. Artikel 2 Het beheersorgaan van de gemeentelijke openbare bibliotheek wordt samengesteld volgens de B-formule, overeenkomstig de bepalingen van artikel 9b van het decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact. In het beheersorgaan zetelen 11 afgevaardigden van de politieke strekkingen vertegenwoordigd binnen de gemeenteraad en 11 vertegenwoordigers van de gebruikers en van de filosofische en ideologische strekkingen aanwezig binnen het culturele veld. Daarnaast kan het al samengesteld beheersorgaan van de gemeentelijke openbare bibliotheek deskundigen coöpteren als stemgerechtigd lid. Het aantal deskundigen mag niet groter zijn dan 1/3
Artikel 3 Het beheersorgaan kiest onder zijn leden een voorzitter en één of meer ondervoorzitter(s). Artikel 4 De functie van secretaris van het beheersorgaan wordt waargenomen door de bibliothecaris van de gemeentelijke openbare bibliotheek. Artikel 5 Het beheersorgaan wordt steeds in zijn geheel vernieuwd uiterlijk 6 maanden na de installatievergadering van de nieuwe gemeenteraad. Zolang het nieuwe beheersorgaan niet is samengesteld blijft het oude in functie. Artikel 6 Het beheersorgaan heeft inspraak- en adviesrecht over alle aspecten van het beheer van de gemeentelijke openbare bibliotheek en in het bijzonder over de beleidsplanning met betrekking tot de bibliotheek. Artikel 7 Het beheersorgaan stelt een huishoudelijk reglement op waarin zij haar interne werking verder regelt. Dit huishoudelijk reglement wordt aan de goedkeuring van de gemeenteraad onderworpen. Artikel 8 Alle mandaten binnen het beheersorgaan worden kosteloos waargenomen. 15. Goedkeuring wijziging huishoudelijk reglement beheersorgaan bibliotheek. Bevoegdheid Gemeentedecreet artikel 42. Juridische grond Beslissing gemeenteraad dd 26 maart 2007 betreffende wijziging huishoudelijk reglement beheerraad bib Verwijzingsdocumenten Huishoudelijk reglement goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 24 september 2007. Verslag beheerraad bib in zitting op 11 juni 2013 Verzoek Voorstel beheerraad bib tot wijziging van het huishoudelijk reglement beheerraad gemeentelijke openbare bibliotheek Motivering De interne werking (het ‘huishouden’) van het beheersorgaan wordt geregeld in een huishoudelijk reglement. De beheerraad stelt voor artikel 13 (mbt de verslaggeving) aan te passen aan de huidige (digitale) werkwijze. BESLUIT EENPARIG Enig artikel Het huishoudelijk reglement van het beheersorgaan wordt als volgt gewijzigd :. Artikel 13 Was: Van elke bijeenkomst van het beheersorgaan wordt een verslag opgemaakt en opgenomen in een register ad hoc. Deze notulen worden opgesteld door de secretaris en door hem, samen met de voorzitter ondertekend, na goedkeuring tijdens de volgende vergadering. Elk lid ontvangt een verslag van de vergaderingen van het beheersorgaan binnen één maand na de samenkomst.
Wordt: De secretaris maakt een verslag van elke bijeenkomst van het beheersorgaan. Elk lid ontvangt dit verslag binnen de maand na de vergadering. Na goedkeuring tijdens de volgende vergadering wordt het verslag overgemaakt aan het Schepencollege.” 16. Goedkeuring
wijziging
openingsuren
gemeentelijke
openbare
bibliotheek
(hoofdbibliotheek). Bevoegdheid Gemeentedecreet artikel 42. Juridische grond Beslissing gemeenteraad in zitting op 19 december 2005 Decreet en uitvoeringsbesluiten lokaal cultuurbeleid dd 6 juli 2012 Verwijzingsdocumenten Verslag beheerraad bib in zitting op 11 oktober 2012 Verslag beheerraad bibliotheek in zitting op 25 juni 2013 Verzoek Voorstel beheerraad tot wijziging openingsuren gemeentelijke openbare bibliotheek (hoofdbibliotheek) Motivering De beheerraad stelt volgende wijzigingen voor aan de openingsuren van de hoofdbibliotheek: -Dinsdag doorlopend vanaf 10u: sluit aan bij marktdag, publiek zwemmen -Woensdag doorlopend vanaf 10u: sluit aan bij (secundair) onderwijs, weinig bezoekers vóór 10u -Verschuiving van open van 14u-20u naar 13u-19u (minder personeelsuren voor eenzelfde aantal openingsuren, dalend gebruik bib na 19u, frequent bezoekers aan de deur vóór 14u) De beheerraad stelt voor om miv 1 september 2013 de openingsuren van de bib als volgt te bepalen: Ma Di Wo Do Vr Za
13u-19u 10u-19u 10u-19u 13u-19u 13u-19u 9u-12u
BESLUIT EENPARIG Artikel 1 De openingsuren van de bibliotheek (Hoofdbibliotheek, Bekaertstraat 13 te 8550 Zwevegem) worden als volgt bepaald: Ma Di Wo Do Vr Za Artikel
13u-19u 10u-19u 10u-19u 13u-19u 13u-19u 9u-12u 2 Deze wijziging gaat in op 1 september 2013
17. Goedkeuring aanpassing schoolreglement voor het gemeentelijk basisonderwijs De raad gaat EENPARIG akkoord om punt 17 nl “Goedkeuring aanpassing schoolreglement voor het gemeentelijk basisonderwijs te verdagen.
18. Goedkeuring aanpassing schoolreglement Kunstacademie. Bevoegdheid -Gemeentedecreet artikel 42. Juridische grond -Besluit van de Vlaamse Regering van 31/07/1990 betreffende de organisatie van het deeltijds kunstonderwijs, studierichting Beeldende kunst. -Besluit van de Vlaamse Regering van 31/07/1990 betreffende de organisatie van het deeltijds kunstonderwijs, studierichtingen Muziek, Woord en Dans. Motivering In elke academie voor deeltijds kunstonderwijs moet een schoolreglement worden opgesteld dat de afspraken vastlegt tussen het schoolbestuur en de (ouders van de) leerlingen.
In dit schoolreglement
worden onder meer de inschrijvingsgelden voor de leerlingen vastgelegd alsook de categorieën die recht geven op een verminderd tarief voor jongeren en volwassenen. BESLUIT 14 STEMMEN VOOR (Marc Doutreluingne, Wim Monteyne, Marc Claeys, Johan Rollez, Eddy Defoor, Marc Desloovere, Luc Vanassche, Gerard Amelynck, Davy Nys, Erik Maes, Sofie Vermeulen, Anthony De Jonckheere, Freddy Van Herpe, Christiana Deprez) 13 STEMMEN TEGEN (Dirk Vanluchene, Claude Vanwelden, Eliane Spincemaille, Sabine Poleyn, Isabelle Degezelle, Dirk Desmet, Yves Goemaere, Christine Desmet, Bart Dewaele, Raf Deprez, Bart Colson, Brigitte Desmet, Sem Vanhessche) De CD&V-fractie stemt TEGEN omwille van twee problemen: het eerste is een inhoudelijk probleem: de extra bijdrage wordt niet gelinkt aan specifieke uitgaven voor de kunstacademie. Het tweede probleem is een vormelijk probleem: er werd in mei een brief verstuurd met vermelding van de bijdrage terwijl dit pas in juli in de gemeenteraad wordt voorgelegd ter goedkeruing. Artikel 1 De infobrochure voor het schooljaar 2013-2014 en het schoolreglement voor de Kunstacademie, als integraal onderdeel van dit besluit, wordt goedgekeurd. Artikel 2 Het schoolreglement/infobrochure van de Kunstacademie wordt bij de eerste inschrijving van een leerling in de academie en nadien bij elke wijziging, voor akkoord overhandigd aan de leerling of aan zijn ouders. 19. Goedkeuring aanpassing van de beslissing van 24 september 2007 betreffende dagelijks bestuur. Bevoegdheid Gemeentedecreet artikel 43 §2 9° Juridische grond - Besluit van de gemeenteraad van 24 september 2007 betreffende vaststelling van het begrip “dagelijks bestuur” - De wet overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 - Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken
Motivering Bij gemeenteraadsbeslissing van 24 september 2007 werd het begrip “dagelijks bestuur” vastgelegd. Artikel 3 van de gemeenteraadsbeslissing beschreef het begrip “dagelijks bestuur” in het kader van overheidsopdrachten, opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur. Hierbij werden de drempelbedragen bepaald waarbij de bevoegdheid tot het bepalen van de gunningswijze en de voorwaarden van overheidsopdrachten werd overgedragen van de gemeenteraad naar het college van burgemeester en schepenen. Voor kredieten op het exploitatiebudget werd de grens vastgelegd op €67.000 (excl. btw), voor kredieten op het investeringsbudget was dit grensbedrag €5.500 (excl. btw). Deze bedragen werden vastgelegd op basis van de grensbedragen voor de onderhandelingsprocedure in de wet overheidsopdrachten van 24 december 1993. Vanaf 1 juli 2013 wijzigt de wet overheidsopdrachten en wijzigen de drempelbedragen. Het is daarom opportuun om ook de drempelbedragen van “dagelijks bestuur” aan te passen. Er werd eveneens bepaald dat de goedkeuring van de eindafrekening of verrekeningen van de opdracht aan het college kon worden voorgelegd indien er geen fundamentele conceptwijziging is of indien het gunningsbedrag niet met 10% overschreden werd. Dit percentage is in de nieuwe wetgeving overheidsopdrachten opgetrokken naar 15%. Het is eveneens wenselijk dat dit percentage overgenomen wordt in de beschrijving van het begrip “dagelijks bestuur”. Artikel 7 van de gemeenteraadsbeslissing bepaalde dat de visumplicht van de financieel beheerder niet toegepast moet worden beneden het bedrag van €5.500 (excl. btw). Ook dit bedrag wordt best aangepast naar
€8.500
(excl.
btw)
in
overeenstemming
met
de
bedragen
vermeld
in
de
nieuwe
wet
overheidsopdrachten. BESLUIT EENPARIG Artikel 1 Artikel 3 van de gemeenteraadsbeslissing van 24 september 2007 betreffende goedkeuring reglement houdende vaststelling van het begrip “dagelijks bestuur” wordt gewijzigd als volgt: Omschrijving van het begrip ‘Dagelijks Bestuur’ in het kader van overheidsopdrachten, opdrachten voor werken, leveringen en diensten die beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur. Het ‘Dagelijks Bestuur’, bij toepassing van artikel 57 § 3, 5° van het gemeentedecreet, omvat de hierna vermelde bevoegdheden: 1. het vaststellen van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten voor wat betreft de gunning van opdrachten op de kredieten van het exploitatiebudget tot en met het bedrag van 85.000 EUR (excl. btw). Dit grensbedrag werd bepaald op basis van de
grens voor het voeren van de
onderhandelingsprocedure zonder naleving van de bekendmakingprocedure bij de aanvang van de procedure ingevolge, bepaald in artikel 105 van het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende de plaatsing van overheidsopdrachten klassieke sectoren en binnen de perken van de daartoe ingeschreven kredieten van het exploitatiebudget. Onder dat plafondbedrag dient ook te worden verstaan de meerjarige verbintenissen die over de volledige looptijd dat voormeld bedrag niet overstijgen. 2. het vaststellen van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten voor wat betreft de gunning van opdrachten op de kredieten van het investeringsbudget tot en met het bedrag van 8.500 EUR (excl. btw). Dit grensbedrag werd bepaald op basis van de grens voor de opdrachten gesloten met een aanvaarde factuur, bepaald in artikel 105 van het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende de plaatsing
van overheidsopdrachten klassieke sectoren en binnen de perken van de daartoe ingeschreven kredieten van het investeringsbudget. 3. het vaststellen, bij toepassing van artikel 57 § 3, 5e van het Gemeentedecreet, van de wijze waarop de opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten worden toegewezen, en het vaststellen van de voorwaarden ervan, voor wat betreft de opdrachten te gunnen op de kredieten van de buitengewone dienst boven de grens bepaald onder 2 hierboven voor zover de hoogdringendheid voortvloeiend uit niet te voorziene omstandigheden dit noodzaakt en binnen de perken van de daartoe ingeschreven kredieten van het gewoon of buitengewoon budget. Bij onvoldoende krediet of onvoorzien budget daarentegen wordt het dossier in de eerstvolgende gemeenteraad ter kennisgeving voorgelegd, om ten gepaste tijde in een begrotingswijziging, of bij ontstentenis ervan in het budget van het daaropvolgend dienstjaar op te nemen. 4. de goedkeuring van de eindafrekening en desbetreffende verrekeningen van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten die door de gemeenteraad werden goedgekeurd tenzij de eindafrekening en desbetreffende verrekeningen het gevolg zijn van een fundamentele conceptwijziging of het gevolg zijn van een overschrijding van maximum 15 % ten overstaan van het gunningbedrag. Artikel 2 Artikel 7 van de gemeenteraadsbeslissing van 24 september 2007 betreffende goedkeuring reglement houdende vaststelling van het begrip “dagelijks bestuur” wordt gewijzigd als volgt: Teneinde de werkbaarheid van dit controlesysteem te bevorderen wordt de visumplicht van de financieel beheerder niet toegepast beneden het bedrag van 8.500 EUR (excl. btw), heden bepaald als drempelbedrag voor de opdrachten gesloten met een aanvaarde factuur, bedoeld in artikel 110, tweede lid van het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende de plaatsing van overheidsopdrachten klassieke sectoren. Ook voor meerjarige verbintenissen wordt de visumplicht evenwel aangehouden, wanneer over de volledige looptijd bekeken de verbintenissen dat voormeld bedrag (exclusief btw en eventuele contractuele aanpassingen) overstijgen. Artikel 3 De overige artikels van de gemeenteraadsbeslissing van 24 september 2007 betreffende vaststelling van het begrip “dagelijks bestuur” blijven ongewijzigd. 20. Goedkeuring wijziging plaats van vergaderen voor de zitting van de gemeenteraad. Bevoegdheid Artikel 42 van het gemeentedecreet Juridische grond - Besluit van de gemeenteraad van 24 maart 1997 betreffende wijzigen plaats van vergaderen van de gemeenteraad - Besluit van de gemeenteraad van 30 augustus 1999 betreffende wijzigen plaats van vergaderen van de gemeenteraad Motivering Sinds de raadzitting van 27 september 1999 vergadert de gemeenteraad in De Wieke, gelegen Bekaertstraat 13 te Zwevegem. In september 2013 wordt de verhuis van de gemeentediensten voorzien naar het nieuw administratief centrum het Gemeentepunt. In dat gebouw is een volledig nieuwe raadszaal ingericht. BESLUIT EENPARIG
Enig artikel Vanaf de raadszitting van 23 september 2013 wordt de vergaderplaats van de gemeenteraad overgebracht van de Wieke, Bekaertstraat 13, Zwevegem naar het Gemeentepunt, Blokkestraat 29, 8550 Zwevegem. 21. Aktename rapportering klachten/meldingen 2012. Bevoegdheid - Artikel 197 van het gemeentedecreet waarin bepaald wordt dat de gemeenteraad bij reglement een systeem van klachtenbehandeling dient te organiseren. - Artikel 198 van het gemeentedecreet waarin bepaald wordt dat het systeem van klachtenbehandeling dient georganiseerd te worden op ambtelijk niveau van de gemeente en maximaal onafhankelijk van de diensten waarop de klachten betrekking hebben. - Artikel 198 van het gemeentedecreet waarin eveneens bepaald wordt dat de gemeente een ombudsdienst kan (niet verplicht) oprichten. Juridische grond - Besluit van de gemeenteraad van 24 september 2007 betreffende goedkeuring van het reglement voor klachtenbehandeling. Verwijzingsdocumenten - Overzicht van het aantal meldingen in 2012, waaruit blijkt dat we 625 meldingen hebben ontvangen en in behandeling genomen. Motivering Een goed klachtenmanagement behoort tot de essentiële taken van het gemeentebestuur en dit systeem mag uitgebreid worden met elementen zoals de behandeling van voorstellen tot verbetering. Het
gemeentebestuur
van
Zwevegem
heeft
reeds
voor
de
decretale
verplichting
omtrent
klachtenbehandeling, namelijk sedert begin 1995, de meldingskaart in voege gebracht. Het gemeentebestuur Zwevegem gaat uit van het standpunt om de ideeën en meldingen niet los te koppelen van de klachten, aangezien meldingen kunnen leiden tot klachten en het kennen van de ideeën en meldingen de klachten kunnen voorkomen. Binnen onze organisatie werd deze ombudstaak in het leven geroepen sedert de wateroverlast o.a. op het grondgebied van Zwevegem op 22 juli 2006, aangezien in dergelijke situatie het waarnemen van een coördinerende functie met aanspreekpunt heel belangrijk leek. Het gemeentebestuur krijgt – door het indienen van meldingen aan te moedigen – de mogelijkheid om de klant/burger tevreden te stellen en bovendien de interne werking van de diensten te optimaliseren door het kennen van de wensen van de klant/burger. Er wordt in 2013 gewerkt aan een verbeteren van de opvolging.
Er wordt gestreefd naar een
gestructureerde opvolging zodat de melder en de bevoegde schepen tijdig geïnformeerd worden en dat binnen een redelijke termijn uitvoering wordt gegeven aan de vraag. BESLUIT Enig artikel De gemeenteraad NEEMT AKTE van de rapportering van de klachtenbehandeling. 22. Aktename rapportering Intern Controle Systeem. Bevoegdheid
Artikel 87§1 van het gemeentedecreet waarin gesteld wordt dat de gemeentesecretaris instaat voor de interne controle op de werking van de gemeentelijke diensten. Artikel 99 van het gemeentedecreet waarin gesteld wordt dat de steden en gemeenten instaan voor de interne controle van hun activiteiten. Artikel 100§1 van het gemeentedecreet waarin gesteld wordt dat het interne controlesysteem vastgesteld wordt door de gemeentesecretaris, na overleg met het managementteam, en het vervolgens onderworpen is aan de goedkeuring door de gemeenteraad. Artikel 100§2 van het gemeentedecreet waarin gesteld wordt dat het interne controlesysteem minstens beantwoordt aan het principe van functiescheiding waar mogelijk en verenigbaar is met de continuïteit van de werking van de gemeentelijke diensten. Artikel 101 van het gemeentedecreet waarin gesteld wordt dat, onverminderd de opdrachten inzake interne controle die krachtens het decreet of door de gemeenteraad aan andere organen of personeelsleden worden opgedragen, de gemeentesecretaris instaat voor de organisatie en de werking van het interne controlesysteem en hij bovendien jaarlijks rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen en de gemeenteraad. Juridische grond - Besluit van de gemeenteraad van d.d. 26 mei 2008 betreffende kennisname van de introductienota van het gemeentelijk interne controle systeem. Verwijzingsdocumenten - Rapportering Interne Controle Systeem. Motivering Het rapport van het interne controle systeem dient jaarlijks te worden voorgelegd aan de gemeenteraad. BESLUIT Enig artikel De Gemeenteraad NEEMT AKTE van de rapportering van het Interne Controle Systeem. 23. Goedkeuring verslag vorige zitting Gemeenteraad. Het verslag van de Gemeenteraadszitting van 24 juni 2013 wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd mits aanpassing van punt 2 : nl staande de zitting wordt een Amendement met als onderwerp “motie VVSG” van de CD&V-fractie uitgedeeld. V 1. Door een raadslid aangevraagd agendapunt: "Ontruiming begraafplaats Zwevegemcentrum". In zijn e-mail dd. 10 juli 2013 waarin raadslid Dirk Desmet namens de CD&V-fractie vraagt om bovengenoemd punt aan de agenda toe te voegen, wordt gesteld:
“1. Situering Eind juni kregen heel wat inwoners, die familie zijn van een overleden persoon waarvan de (gratis) concessie verlopen is, een schrijven van het College van Burgemeester en Schepenen waarin gesteld wordt dat tot ontgraving zal overgegaan worden. Een voorbeeld wordt bijgevoegd in bijlage. 2. Probleemstelling De bewuste brief heeft geen officieel karakter aangezien hij door niemand ondertekend werd. Bovendien wordt in de brief niet vermeld welke alternatieven (o.a. hernieuwing concessie) mogelijk zijn. De enige
aangeboden optie wordt voorgesteld als een buitenkans met het argument dat de gemeente de kosten voor de ontgraving op zich neemt. Tenslotte wordt er ook geen redelijke termijn voorzien voor de reacties van de nabestaanden: de brieven zijn gedateerd op 24 juni, kwamen op 27 juni aan bij de betrokkenen en de limietdatum om te reageren was bepaald op zondag 30 juni. Een beslissing over dergelijke delicate materie moet normaliter rustig en eventueel in overleg met de andere familieleden kunnen gebeuren. Nu wordt men echt gedwongen om overhaast te beslissen en onder tijdsdruk dan toch maar te kiezen voor de enige optie die vermeld werd tegen zogenaamd aantrekkelijke voorwaarden. 3. Vraag Werd bewust gekozen om niet ondertekende brieven af te leveren en zo ja, wat is hiervoor de motivatie ? Waarom werden de nabestaanden niet geïnformeerd over alle mogelijkheden? Hoe motiveert het bestuur een antwoordtijd van een 5-tal dagen (inclusief een weekend) voor dergelijke gevoelige materie? 4. Voorstel CD&V stelt voor om de betrokkenen een nieuw én ondertekend schrijven te bezorgen waarin duidelijk aangegeven wordt welke mogelijkheden men heeft, inclusief een duidelijke vermelding van de kostprijs van elke optie. Verder vraagt CD&V om de betrokkenen voldoende tijd te gunnen om deze toch wel delicate materie in alle sereniteit met de volledige familie te kunnen bespreken zodat men de keuze achteraf niet betreurt. Alleen op deze manier betuigt het gemeentebestuur respect voor onze overledenen & hun nabestaanden en wordt toch ruimte gecreëerd op de centrale begraafplaats.” Namens het college van burgemeester en schepenen antwoordt schepen Luc Vanassche: - op de eerste vraag is het antwoord uiteraard negatief; - op de tweede vraag dient geantwoord dat er 85 ondertekende brieven door de dienst bevolking op de post gedaan werden. De brieven waren ondertekend door de burgemeester en secretaris. Daarvan zijn er een vijftal waarvan de aangeschrevenen na verloop van dagen zich kwamen aanmelden met de vraag om de brief te richten naar een ander familielid. Wat dan ook gebeurd is, weliswaar werden die 5 niet ondertekend. Naar informatie toe houden het college van burgemeester en schepenen eraan geacht raadslid op te merken dat hetzelfde type brief met dezelfde inhoud gebruikt werd zoals gebruikt door onze voorgangers op 23 juni 2011. Afspraak was eind juni 2013, dat dit nu toevallig een zondag is, ja onbewust. Zij die info wilden bekomen konden zich steeds aanmelden bij een contactpersoon bij de dienst bevolking zoals vermeld op het schrijven. Om onze begraafplaatsen mooier te maken zal uitgekeken worden op de eerste plaats om de verwaarloosde graven met vervallen vergunning zo vlug mogelijk te verwijderen of de familie aan te sporen de nodige herstellingen uit te voeren zoals voorzien in de wet, en een nieuwe concessie te betalen. Op die wijze kunnen we op de begraafplaats in het centrum nog langer gebruik maken van het terrein, en vroegtijdige onnodige kosten voor de aanleg van een nieuwe begraafplaats vermijden. Raadslid Dirk Desmet vraagt wanneer de brieven juist verstuurd werden ? Het antwoord van Schepen Vanassche is dat de brieven verstuurd werden op 12 juni 2013 met het indienen van het antwoordformulier tegen 30 juni 2013. Burgemeester Doutreluingne deelt mede dat het niet ondertekenen van de 5 brieven te richten aan een ander familielid een administratieve vergissing blijkt. In het vervolg zal er een redelijke termijn van antwoord in acht worden genomen.
De zitting wordt gesloten om 22.41 uur.
Namens de gemeenteraad: De gemeentesecretaris
De burgemeester
Jan Vanlangenhove
Marc Doutreluingne
Notulen gemeenteraad 15 juli 2013 - pag. 44