Notulen van de Algemene Ledenvergadering van de Optometristen Vereniging Nederland OVN, gehouden op 7 december 2015 te Nieuwegein Aanwezig: Het bestuur:
Gabriëlle Janssen (voorzitter), Ruud van den Heuvel (penningmeester) en Henrike Klein Ikkink (secretaris) Leden: 160 Aspirant-leden: 1 Afwezig met bericht: Ereleden: J.Th.M. Merkx, F. Grit en R.J.Th. Gevers Leden: 18 1. Opening door de voorzitter Voorzitter Gabriëlle Janssen opent de vergadering en heet de leden van harte welkom op deze Algemene Ledenvergadering. Ze geeft aan dat leden de mogelijkheid hebben om anoniem vragen te stellen via sms. Beleidsmedewerker Daniëlle van Eden zal die vragen bij de vergadering inbrengen. 2. Vaststelling van de agenda De algemene ledenvergadering gaat akkoord met de voorgestelde agenda. 3. Vaststelling van het verslag van de Algemene Ledenvergadering van 1 juni 2015 De voorzitter stelt voor de notulen zowel redactioneel als inhoudelijk in één keer te behandelen. Er zijn geen vragen of opmerkingen. De notulen worden vastgesteld en door de voorzitter en secretaris ondertekend. 4. Ingekomen stukken en mededelingen Secretaris Henrike Klein Ikkink deelt mee dat er geen ingekomen stukken zijn. Het aantal aanwezigen is nog niet geteld, maar zullen in de notulen worden vermeld. Aanwezige aspirant-leden hebben geen stemrecht, maar zijn wel uitgenodigd om vragen te stellen en mee te discussiëren. Het stemmen zal geschieden via handopsteken. 5. De optometrist in 2030 Voorzitter Gabriëlle Janssen geeft een presentatie waarin ze terugblikt op de vorige ALV, waarin de organisatie- en bestuursvorm van de OVN en de doelen van de vereniging zijn besproken. De conclusie was toen om over te stappen naar een model met een toezichthoudend bestuur en meer strategisch te gaan werken, zodat de vereniging de juiste activiteiten doet die aansluiten bij de gekozen doelstelling: de optometrist maakt in 2030 deel uit van de basisoogzorg en levert samen met de huisarts zinnige en zuinige oogzorg dicht bij huis. In het afgelopen half jaar heeft het bestuur met een werkgroep onder leiding van een deskundig adviseur op verenigingsgebied nagedacht hoe te komen tot deze bestuursvorm en hoe het beleid aangepast moet worden om de hoofddoelstelling te halen. Het beleidsplan dat er nu ligt is te ambitieus gebleken om met de omvang van onze organisatie te kunnen uitvoeren. Met de werkgroep zijn alle projecten waar de OVN zich mee bezig houdt op een rij gezet en beoordeeld op hun waarde voor de hoofddoelstelling van de vereniging. In dit proces is het bestuur gekomen tot 3 speerpunten: 1) beroepsprofiel, 2) inzicht en verbetering van kwaliteit en 3) positionering. De voorzitter licht tijdens de vergadering de speerpunten 1 en 3 toe. Beleidsmedewerker Daniëlle van Eden geeft een presentatie over het speerpunt kwaliteit. Na hun presentaties worden enkele vragen gesteld: Sandra Woldringh: waar zit scholing in dit beleidsplan? De voorzitter antwoordt dat scholing niet is opgenomen, omdat dit geen primaire taak is van een beroepsbelangenvereniging. Josien Zeeman: wat is het tijdspad voor deze speerpunten? De voorzitter geeft aan dat het beleidsplan voor 3 jaar wordt opgesteld. Ook daarna zullen deze onderwerpen waarschijnlijk deel uit blijven maken van het OVN-beleid, maar mogelijk minder intensief, omdat er de komende jaren als het goed is grote stappen in worden gemaakt. Reyer Lafeber: valt scholing niet onder het speerpunt kwaliteit? De voorzitter geeft aan dat het daar zeker aan gerelateerd is. Het organiseren en aanbieden van scholing kost veel tijd en inzet van medewerkers en vrijwilligers van de OVN. Daarnaast is het bestuur van mening dat het aanbieden van scholing niet iets is dat primair bij een beroepsbelangenvereniging thuishoort. Het bestuur is daarom voornemens om scholing onder te brengen in een aparte stichting, de OVN Academie, om zo mensen beschikbaar te hebben om scholing te ontwikkelen. Gabriëlle Janssen vertelt dat ze de stichting graag zelf zou opzetten, maar dat dat nu niet gaat i.v.m. belangenverstrengeling met het OVN-voorzitterschap. Het bestuur hoopt binnenkort de juiste persoon te vinden om de academie in 2016 op te richten.
1
-
-
Bert Drentje: is nascholing niet een taak voor de Hogeschool Utrecht (HU)? Mirjam van Tilborg, docent van de HU licht toe dat de HU het beleid heeft dat scholing voor afgestudeerden op post-HBO-niveau moet zijn. Zowel voor de basisopleiding als voor post-HBO-scholing geldt dat de HU het beroepsprofiel volgt. Op dit moment zit de HU daarom met smart te wachten op nieuwe beroepsprofiel voor de optometrist, zodat zij weten hoe de opleiding aangepast moet worden en welke scholing voor de huidige beroepsgroep gewenst is. Sandra Woldringh: wie houdt de optometristen op de hoogte van ontwikkelingen in het veld en ondersteuning van bijvoorbeeld de kwaliteitskringen als de OVN zich alleen met de speerpunten gaat bezighouden? De voorzitter antwoordt dat zaken als scholing en kwaliteitskringen nu niet de hoogste prioriteit hebben binnen de speerpunten, maar dat ze wel aandacht blijven houden, bijvoorbeeld door het opzetten van de OVN Academie. Het kan alleen niet allemaal tegelijk.
Na presentaties over deze speerpunten (samenvatting verkrijgbaar bij secretariaat) vraagt het bestuur de leden om met deze speerpunten in te stemmen, zodat het beleidsplan kan worden aangepast tot een haalbaar document. De voorzitter brengt het volgende in stemming: Mag het bestuur het beleidsplan aanpassen op basis van de drie gepresenteerde speerpunten? Eén lid stemt tegen, twee leden onthouden zich van stemming en alle overige leden zijn voor. Daarmee zijn de speerpunten aangenomen door de Algemene Ledenvergadering.
6. Verenigingsmodel OVN Er is nu gekozen voor een beleidsplan met drie speerpunten. Het is van belang dat de organisatie van de OVN zodanig is ingericht dat het beleidsplan uitgevoerd kan worden. De voorzitter geeft uitleg hoe het bestuur en bureau met een strategische cyclus willen gaan werken en hoe zo’n cyclus eruit ziet. De werkgroep Transitie OVN is in zijn besprekingen tot de conclusie gekomen dat het voor de OVN goed zou zijn om over te gaan van een vereniging met Algemene Ledenvergadering (ALV) naar een vereniging met een Ledenraad (LR). Alle leden kunnen zich kandidaat stellen voor de LR en alle leden mogen hun stem uitbrengen op een kandidaat. Op deze manier heeft elk lid invloed op de samenstelling van de LR. Bij de samenstelling van de LR wordt segmentering toegepast naar werksetting. Er komt een verdeling van zetels voor de segmenten eerste lijn, tweede lijn en overig naar rato van het ledenbestand op 1 januari van het jaar waarin de verkiezingen plaatsvinden. Binnen het eerstelijns segment wordt nog een onderverdeling gemaakt tussen werkgevers en werknemers. Vervolgens is het voortaan de LR in plaats van de ALV die de strategische doelen van de vereniging vaststelt in de vorm van het meerjarig beleidsplan en jaarplan en deze doelen evalueert door middel van vaststelling van het jaarverslag en bijbehorend financieel jaarverslag. Tevens benoemt de LR de bestuursleden. Het bestuur is toezichthoudend en daarmee verantwoordelijk voor het proces van doelrealisering. De uitvoering van activiteiten om de doelen te realiseren ligt bij het bureau in samenwerking met commissies en werkgroepen. Een samenvatting van de presentatie van de voorzitter over het verenigingsmodel is verkrijgbaar bij het secretariaat. Vanuit de ledenvergadering worden de volgende vragen gesteld: Maarten de Kruif: raakt de ALV zoals die er nu is stemrecht kwijt bij een LR? De voorzitter antwoordt dat niet meer alle leden via de ALV deelnemen aan de besluitvorming over bijvoorbeeld het beleidsplan. Die rol gaat naar de leden van de LR. Alle leden hebben wel invloed op de samenstelling van de LR doordat ze zich kandidaat kunnen stellen en hun stem morgen uitbrengen op een kandidaat. Daarnaast blijft de OVN ledenvergaderingen organiseren. Die zullen meer informerend karakter krijgen en leden kunnen daar hun ideeën inbrengen, echter worden er tijdens die bijeenkomsten geen besluiten genomen. De voorzitter vult aan dat leden ook altijd als toehoorder aanwezig mogen zijn bij een vergadering van de LR. Dion Fennema: wat gebeurt er als er niet genoeg kandidaten zijn voor een bepaald segment van de LR? Gabriëlle Janssen geeft aan dat er voor de totale LR een minimaal aantal leden wordt vastgesteld. In het geval dat er binnen een segment onvoldoende kandidaten zijn, wordt de LR aangevuld met kandidaten uit een ander segment. Hugo Lens: wat is de beweegreden van het bestuur om over te gaan van een ALV op een LR? De voorzitter antwoordt dat de belangrijkste reden is dat in het verleden is gebleken dat er vaak te weinig inhoudelijk toezicht was op de dossiers. Een LR is een kleinere groep die beter meegenomen kan worden in beleidsdossiers en processen, zodat de LR goed kan controleren. Maurice Heunen: als de LR niet functioneert, is er dan een weg terug? De voorzitter antwoordt dat leden altijd via de ledenvergadering en bij de leden van de LR hun ongenoegen kunnen uiten als dat er is. De LR kan uiteindelijk besluiten tot ontbinding en aanpassing van het organisatiemodel. Nienke van de Mortel: zou het niet zo moeten zijn dat de beleidsmedewerkers de dossiers goed aan alle leden kunnen uitleggen, zodat alle leden via een ALV kunnen meebesluiten? Ontstaat nu bij leden niet de angst dat de ledenvergadering niet meer zinvol is? De voorzitter geeft aan dat praktisch niet werkbaar is om met een grote groep, zoals de ALV nu bij elkaar is, dossiers op detailniveau te bespreken en dat dat wel nodig is om inhoudelijk
2
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
goed te kunnen controleren. De angst lijkt de voorzitter niet gerechtvaardigd. Leden hebben gekozen voor de leden in de LR en moeten erop vertrouwen dat zij hun functie goed uitoefenen. Daarnaast zou elk lid goed geïnformeerd moeten willen zijn voor de uitoefening van zijn vak, ongeacht of hij stemrecht heeft. Ban Ronteltap: ik ken niet heel veel mensen in de beroepsgroep, dus het voelt lastig om erop te vertrouwen dat ik op de juiste persoon zal stemmen bij een LR. De voorzitter reageert hierop dat bij ledenraadsverkiezingen kandidaten zich aan de vereniging zullen moeten presenteren. Hoe dat precies vorm moet krijgen, is nog niet uitgewerkt. Ban Ronteltap: is er nog een tussenweg mogelijk dat leden invloed op de besluitvorming kunnen hebben? De voorzitter antwoordt dat er gekozen kan worden om in de statuten op te nemen dat als een een bepaald percentage van de leden tegen een bepaald besluit is, zij een referendum kunnen aanvragen. Op die manier kunnen de leden invloed uitoefenen op een besluit van de LR. Zolang het refrendum loopt en er nog geen uitlsag is, wordtde bewuste casus on hold gezet. Mirjam van Tilborg: zijn er meerdere paramedische beroepsverenigingen die met een LR werken? Gabriëlle Janssen geeft aan dat die er zijn, maar moet het antwoord schuldig blijven welke dat zijn. Bij de vereniging van psychiaters (geen paramedici) hebben ze in elk geval de transitie gemaakt van een ALV naar een LR. Mirjam meldt later in de vergadering dat er bij fysiotherapie en mondzorg met een LR gewerkt wordt. Sigrid Müller-Schotte: heeft de instelling van een LR financiële consequenties? De voorzitter geeft aan dat de toename van kosten waarschijnlijk zeer beperkt zal zijn, omdat het vrijwilligers zijn die de LR vullen. Dion Fennema: in de notulen van de vorige vergadering stond dat het bestuur de tijd nog niet rijp achtte voor een LR. Waarom nu dan wel en wat is het tijdspad? De voorzitter geeft aan dat het een half jaar geleden echt een te grote stap leek, maar nu van mening is dat als het model met een ALV behouden blijft, dat er toch weer een situatie van onvoldoende toezicht ontstaat. Het tijdspad dat het bestuur voor ogen heeft is een aanpassing van de statuten over een half jaar. In tussentijd wordt de LR voorbereid, zodat deze na de statutenwijziging kan worden ingesteld en in de tweede helft van 2016 gaat functioneren. Nelleke Brand: wat is nog de meerwaarde van het OVN-lidmaatschap als je alleen leden voor de LR mag kiezen? De voorzitter koppelt de vraag terug en vraagt wat voor Nelleke de meerwaarde is. Hierop geeft zij aan dat ze als lid in een commissie kan zitten, invloed heeft op het beleid via de ALV en de Visus kan lezen. De voorzitter antwoordt dat een beroep alleen kan bestaan met een beroepsbelangenvereniging. En een vereniging kan alleen bestaan met leden. Met elkaar kun je op die manier de beroepsgroep vertegenwoordigen in bijvoorbeeld gesprekken met overheid en aanpalende beroepsgroepen als het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap. Josien Zeeman: op welk moment kun je als individueel lid straks nog je input kan geven? De voorzitter geeft aan dat er jaarlijks een ledenbijeenkomst blijft, vergelijkbaar met deze ALV. Op die bijeenkomsten informeert het bestuur en kunnen leden vragen stellen, reageren, ideeën inbrengen. Er worden alleen geen besluiten meer genomen, het stemrecht van de leden vervalt. André Mooijenkind: is een idee om elke kwaliteitskring een vertegenwoordiger/lid voor de LR te laten afvaardigen? De voorzitter geeft aan te verwachten dat het model dan heel ingewikkeld wordt als rekening moet worden gehouden met een juiste verdeling van werksetting (eerste- en tweede lijn en overig). Ike Hennink: zou het niet andersom kunnen zijn, dat in elke kwaliteitskring een lid van de LR deelneemt om zo de lijnen tussen LR en achterban kort te houden? De voorzitter vindt dit een leuke gedachte, maar verwacht dat het praktisch niet haalbaar is. Ilse Augustijn: merkt op dat zij het gevoel heeft dat men bang is dat er iets wegvalt, terwijl naar haar idee met de instelling van een LR juist iets positiefs aan de vereniging wordt toegevoegd, de vereniging meer professioneel wordt. Anoniem: waarom worden verkiezingen voor de LR maar één keer per 3 jaar gehouden en niet elk jaar? De voorzitter geeft aan het te veel werk is om elk jaar verkiezingen te organiseren. Daarnaast heeft het meerwaarde als LR-leden zich gedurende een langere periode in de dossiers verdiepen, zodat zij goed in de materie zitten ten behoeve van de besluitvorming. Leone Lourens: een zittingstermijn van drie jaar is goed, maar is het niet verstandig om een aftreedschema in te voeren, zodat LR-leden in fases worden vervangen en niet elke drie jaar een volledig nieuwe groep hoeft ingewerkt te worden? De voorzitter geeft aan dat de consultant adviseert dit niet te doen, omdat het enerzijds meer werk voor de vereniging is door vaker verkiezingen en vaker inwerktijd en anderzijds de continuïteit binnen de vereniging gewaarborgd is, doordat voor het bestuur wel een rooster van aftreden blijft gelden waarin bestuursleden gefaseerd worden vervangen. Marten Fortuin: wordt de LR elke drie jaar volledig vernieuwd of zijn LR-leden herkiesbaar. De voorzitter antwoordt dat voor een lid van de LR maximaal twee termijnen van drie jaar in de LR mag zitten. Carlo van Kleij: hij geeft aan dat de LR in zijn ogen een heel veilig systeem is. Alle leden weten straks welke ca. 20 leden in de LR zitten en kunnen bij hen terecht met hun vragen en opmerkingen om hen te voeden ten behoeve van de besluitvorming. Margot Eppinga: als de LR is ingesteld, komt er dan ook een evaluatiemoment? De voorzitter geeft aan dat evaluatie een continue proces is.
3
Na de behandeling van de vragen brengt de voorzitter het volgende in stemming: Gaat de ALV akkoord met het instellen van een ledenraad? Twee leden stemmen tegen, twaalf leden onthouden zich van stemming en alle overige leden zijn voor. Daarmee is het besluit over te stappen van een ALV naar LR aangenomen door de vereniging. Vervolgens vraagt de voorzitter of de leden akkoord gaan dat het bestuur de statutenwijziging gaat voorbereiden, zodat bij de ALV in het voorjaar van 2016 de ledenraad formeel wordt vastgelegd en het besluit niet meer wordt teruggedraaid. Alvorens deze vraag in stemming te brengen, worden nog een aantal vragen behandeld: Maarten de Kruif: moet deze statutenwijziging weer via een notaris? De voorzitter antwoordt dat dat inderdaad zo is. Sandra Woldringh: gaat de ledenraad wel door als er onvoldoende kandidaten uit de eerste lijn gevonden worden? De voorzitter antwoordt dat er als dat het geval is, de LR opgevuld kan worden met kandidaten uit de andere segmenten. Dit zal dan in de statuten moeten worden opgenomen. Pauline Heus: vult aan dat zij afvraagt of je exacte aantallen in de statuten kunt opnemen. Het uitgangspunt moet zijn om de LR een afspiegeling te laten zijn van het ledenbestand op een bepaald moment. Die verdeling kan theoretisch elke paar jaar anders zijn en daarmee dus ook de samenstelling van de LR. De voorzitter beaamt dit. Tevens geeft de voorzitter aan te verwachten dat met het nieuwe organisatiemodel een hogere betrokkenheid van de leden gerealiseerd wordt en is niet bang dat er te weinig kandidaten zullen zijn. Anton Verezen: in de statuten moet worden opgenomen dat de LR altijd een afspiegeling is van de segmentering van het ledenbestand. De voorzitter geeft nogmaals aan dat dit absoluut het uitgangspunt moet zijn. En dat er een verantwoordelijkheid bij de leden komt te liggen om ervoor te zorgen dat hun segment vertegenwoordigd is in de LR door zich kandidaat te stellen. Judith van Kuijk: is er in de praktijk een belangenverschil tussen optometristen uit de eerste en de tweede lijn? De voorzitter antwoordt dat er inderdaad verschil is tussen belangen van optometristen die in het ziekenhuis werken en die in een optiekbedrijf werken. De voorzitter brengt in stemming: Mag het bestuur de statuten gaan opstellen, zodanig dat een ledenraad wordt ingesteld met mogelijkheid voor leden om een referendum aan te vragen? Drie leden stemmen tegen, 6 leden onthouden zich van stemming en de overige leden stemmen voor. Daarmee is dit voorstel aangenomen. Gaat de ALV akkoord met het opnemen van de voorwaarde dat de ledenraad een afspiegeling vormt van het ledenbestand op basis van hun werksetting (eerste lijn, tweede lijn en overig)? Zeven leden stemmen tegen, 12 leden onthouden zich van stemming en de overige leden stemmen voor. Daarmee is dit voorstel aangenomen. Gaat de ALV akkoord dat het bestuur de ledenraad praktisch gaat voorbereiden? Twee leden stemmen tegen, 2 leden onthouden zich van stemming en de overige leden stemmen voor. Daarmee is dit voorstel aangenomen. De voorzitter bedankt de ALV voor het gegeven vertrouwen.
7. (Her)verkiezing bestuur Er zijn vacatures binnen het bestuur. Ondanks dat het proces nu loopt om een ledenraad in te stellen en dat de ledenraad straks de bestuursleden gaat benoemen, heeft het bestuur toch besloten om nu al wel uitbreiding van twee naar drie personen te zoeken, omdat het huidige bestuur erg smal en kwetsbaar is. Het bestuur stelt Marten Fortuin als kandidaat voor. Hij wordt met één tegenstem en zonder onthoudingen door de algemene ledenvergadering benoemd tot bestuurslid. 8. Rondvraag - Ike Hennink: is de statutenwijziging bij de volgende vergadering een hamerstuk of kunnen de leden nog tegen stemmen? De voorzitter geeft aan dat de leden bij de volgende vergadering wel tegen de concept-statuten kunnen stemmen, maar dat het besluit om een ledenraad in te stellen niet meer teruggedraaid kan worden. - Dion Fennema: in de nieuwsbrief is gemeld dat het collectief vakbondslidmaatschap voorlopig gestopt wordt. Hij geeft aan dat voor de intramurale optometrist dit wel een belangrijk punt is en hoop dat het bestuur dit wel
4
-
spoedig weer oppakt. De voorzitter nodigt Dion uit om aan de projectgroep deel te nemen die hiermee aan de slag gaat. Dion gaat graag op deze uitnodiging in. Maarten de Kruif: geeft aan het opmerkelijk te vinden dat in de nieuwe richtlijn voor huisartsen met betrekking tot visusklachten kinderen van 8 jaar en ouder het beleid is opgenomen dat huisartsen verwijzen naar de opticien en niet naar de optometrist.
9. Sluiting Gabriëlle Janssen sluit de vergadering en bedankt de leden voor hun inbreng.
Aldus vastgesteld en goedgekeurd op 23 mei 2016
Gabriëlle Janssen Voorzitter
Henrike Klein Ikkink Secretaris
5
Bijlage: Presentielijst J. Aleksic M. Alikhani I. Augustijn K Badacsonyi R.A. Barazas A Berghorst A.L.C. Blom Ruud Blom A. Bollen J Bos N. Brand N.A.M. Brienesse-van Roomen E.N. Brouwer-Kamer H.C. de Bruijn M.G. Bruin E.D. Bruinenberg AJ Buster-Franc J.M.A. Coenen S.J.M. Conrad H.A. van Dam W.J Dam F Derksen H.M.M. Deutekom I.J. Dijksterhuis FJGM van Dorst J.A. Eckhardt A.J.P.M. Engelen m eppinga-terband R Ernest C.M. van Es - Kon HCM van Esch D.R. Fennema J.C. Fierloos K Folmer M.F. Fortuin C.J.M. Gelsing R Geraerds Thesingh P.G.J. Gerringa T.J. Gerritse (asp.lid) Y de Gier L.C. Goedknegt R Groenink J.H. de Groot E.S. Groothedde - Doorn N.P. Haaker E. Hammenga - Voorberg j Haring L.R. Haverkamp L Van Hees G.J. Heino W I Hennink M.M.T.H. Heunen P Heus R.F.M. van den Heuvel (bestuur) J.E. Hofland E. Hofstede C.P. Hogerhuis J.J. Hoogendoorn I.J.F. de Hoon T.L.M. van Houtum H.V. Huisman
F.L.H. Huizing-Chapel J. Hulscher B.J.A. Hutmacher W.J. Jansen M.C. Jansen G. Janssen (bestuur) M de Jong I.E. Jorna-van Keulen D.O.J. Kamsteeg-Koerts E.J.M. Kerpisci J.G. Keuken D.J. te Kiefte PHM Klaassen B.C. van Kleij C.A. van Kleij H. Klein Ikkink (bestuur) R. Kock J. Kostelijk M.A. de Kruif J van Kuijk - Vermeulen A.M. Kuin KTM Kuppens A.P.M. Kuypers W. Leeuw ja van Leeuwen H.A.G. Lens H van der Linden M.C.M. Lokhorst E. Lourens E. M. Luckel - van Wijk D.D. Maatkamp IMT Meijboom - van Els S Meijer C.N. Mertz F.A.M. Mertz-Verhorevoort P.B. van der Meulen J.A.M. Mom A.J. Mooijekind N.C. van de Mortel J.P. Mosseveld S. Müller-Schotte CWG Muskens M Nauta M.E. van Nimwegen B.J. Oldeman J van Overbeek L.C.G. Patty M. Plomp C.M. Rebel B.T. Regeling A. Rijkers A.C.M. van Rijn R.C. Rijnja M.A.M. Roelofs-Berning B Ronteltap - Amiedy L Rotink E.J. van 't Schip- Kuijs H.J.M. Schoenmakers CBP Scholten CBA Schoones-Kapitein J. Schop
E.M. Schuijer P.A. Schurer F.D. Sienema J.H.L. Sintenie L. Stappenbeld J. Staring J.M. van de Steeg M. Steenbergen R Tabak P.T.M. thelissen M.R.A. Tiggeloven M.M.A. van Tilborg H.J. Timmer SLS Tjon M.C.B. Tol I.H. den Toom - van der Meulen R. Trompper C.J. Veen E.D. Veljkovic WS Verboon C.A. Verezen M. Verlinden J.W. Vink - van den Boogaart GM Vink-Dantuma R. Visser SC Visser H.P. Vos H.L. de Vries W.L.R. van de Wege B. van de Wiel M. W. van Wijngaarden P Willemsen S.O. Woldringh C.J. Wolfert H.J. Zeeman O.A.C. Zomerdijk R. Zonjee M. Zouhari D.M. Zweers
6
7