Noordhoff Uitgevers Elobase Detailhandel Verkoper Kerntaak 1 Antwoordsuggesties BPV-werkboek

© Noordhoff Uitgevers

Elobase Detailhandel Verkoper Kerntaak 1 Antwoordsuggesties BPV-werkboek

Elobase Detailhandel De verzorging van de ontvangst en de verwerking van goederen Antwoordsuggesties BBL BPV-werkboek deel 1 voor kerntaak 1 Verkoopspecialist en Eerste Verkoper BBL Deze antwoordsuggesties zijn van de docent: ____________________________ Telefoonnummer:

_______________________________

In dit BPV-werkboek ‘Antwoordsuggesties’ staan tips welke helpen bij de opdrachten die behoren bij:       

Ontvangt goederen (1.1) Goederen verplaatsen Slaat goederen op (1.2) Vult vaste artikelpresentatie aan (1.3) Bouwt tijdelijke presentaties op Promotie Promotiemateriaal

- Schoonmaken (1.6) - Dervingsonderzoek - Milieuonderzoek

1



BPV-werkboek kerntaak 1 Ontvangst en verwerking goederen Examenonderdeel 1 – Ontvangt en slaat goederen op (werkproces 1.1, 1.2 en 1.6) Je eerste BPV-examen gaat over het omgaan met de bedrijfsprocedures rond goederen.

__________________________________________________ Ontvangt goederen (1.1) Antwoordsuggesties Stap 1 BBL Het ontvangen en controleren van goederen De invulling van de opdrachten is natuurlijk afhankelijk van de branche en allerlei bedrijfsspecifieke situaties en er zijn bijgevolg verschillende antwoorden mogelijk.

a Je handelt als medewerker in opleiding in principe niet op eigen initiatief. Je moet dus eerst overleggen met de leidinggevende of de winkelbezetting het toelaat dat je helpt bij het lossen. Je mag als man bij voorkeur maximaal 18 kg en als vrouw maximaal 12 kg tillen.

Je tilt iets met een zo recht mogelijke rug, vanuit de knieën.

Bij het tillen van zware dozen (artikelen) gebruik je hulpmiddelen.

Een verpakking kan vier functies hebben:    

het geven van bescherming; het gemakkelijker maken van vervoer; het verhogen van de aantrekkelijkheid; het geven van informatie.

Hulpmiddelen bij het lossen b Hulpmiddelen zijn bijvoorbeeld: de laadklep aan de vrachtauto, steekwagen, laadkar, rolcontainer, hand- of motorpallettruck. Soms heeft de vrachtwagen zelf een kleine pallettruck of steekwagen bij zich.

De keuze voor de uitvoeringen is gebaseerd op het gewicht of het type artikel dat vervoerd moet worden.

De keuze voor het steeds hebben klaarstaan is afhankelijk of elders de hulpmiddelen ook moeten kunnen worden ingezet.

2



Lossen in de praktijk c Zendingen moeten zo snel mogelijk gelost kunnen worden. Wanneer de vorige levering nog op de vloer staat, kunnen de zendingen door elkaar raken.

Je hebt in deze opdracht bij je BPV-bedrijf geholpen met het lossen van goederen en over je ervaringen een verslagje geschreven. Je kunt de afvinklijst ook gebruiken om te kijken of je alles in je verslagje hebt meegenomen.

Controleren g Je kiest in deze opdracht vragen over het waarom van de controle van de geleverde goederen. Je hebt de theorie, welke je over het onderwerp hebt, nog een keer doorgenomen om je te helpen bij het opstellen en houden van je interview. Je praktijkopleider heeft het interviewmoment en de plaats bepaald. Jij hebt tijdens het interview gerichte van te voren bedachte vragen gesteld om alle relevante informatie boven water te krijgen. Je hebt op gepaste wijze om feedback en hulp gevraagd als je er zelf niet uitkwam. Na elke opdracht trek je een conclusie uit hetgeen je vertelt is tijdens het gesprek. Je stelt in het interview ook vragen over wat je eigenlijk moet controleren: - afwijkingen en/of beschadigingen tijdens het om- en uitpakken.

- de aard van de geleverde goederen en over de geleidedocumenten. - de procedure voor de retourgoederen. Derving is ontstaan verlies, bij de ontvangst meestal door een manco of beschadiging.

hi Je stelt vragen over opgedane ervaringen. Kwantiteit staat voor hoeveelheid.

j Je stelt ook vragen over de in het bedrijf gebruikte formulieren en verpakkingseenheden.

k Je hebt in deze opdrachten geconstateerde afwijkingen besproken met je leidinggevende. Taken als in de opdracht voer je (straks), soms onder toezicht van een leidinggevende of collega, uit. Je hoeft dus nog geen oplossingen aan te dragen.

3



Antwoordsuggesties Stap 2 Goederen verplaatsen Hulp- en transportmiddelen a De keuze voor de uitvoeringen is gebaseerd op het gewicht of het type artikel dat vervoerd moet worden.

Veilig goederen verplaatsen b Bedrijfsregels zijn opgesteld om de veiligheid van medewerkers en klanten zoveel mogelijk te waarborgen en verlies te voorkomen. Schoolregels zijn ook bedrijfsregels. Denk hierbij aan kluisjes, pasjes, op tijd komen (winkelbezetting), verlichting, deuren sluiten, bedrijfskleding, diefstal uitlokking, omgaan met geld.

c Door verkeerd gebruik van interne transportmiddelen kan schade ontstaan aan de winkelinventaris, goederen of personen. Onveilige situaties met transportmiddelen ontstaan vaak door onnadenkendheid of stoer doen.

d Onveilige situaties kunnen schade aan mens en goederen opleveren. Door goederen niet correct te verwerken kunnen de goederen beschadigen bij het ompakken of in de winkel plaatsen. Klanten kunnen ziek worden door beschadiging van verse producten. Veilig werken kan op allerlei aspecten betrekking hebben. Aandachtspunten kunnen zijn:      

Hoe wordt gehandeld bij calamiteiten? Hoe wordt op de juiste productbehandeling gelet? Krijgt de klant ook adviezen? Welke maatregelen zijn er om de veiligheid voor de klant (kinderen) te waarborgen? Is veiligheid in het belang van het bedrijf? Zijn er voorbeelden van veiligheid versus bedrijfsbelang?

Samenwerken is nodig om het werk snel en veilig te laten verlopen in een goede werksfeer. Samenwerken met een collega is nodig om veilig te kunnen werken wanneer een te verplaatsen artikelen zwaar is of een onhandige vorm heeft. Denk terug aan je eigen ervaringen of wacht af tot het moment dat je deze op kunt doen. Onveiligheid kunnen grote ongelukken op leveren welke veel geld of ziekteverzuim kosten. Let je ook op elkaar? Voorbeelden samen veiliger: De een controleert, de ander noteert. Grote objecten kun je beter met zijn tweeën aan.

Onveilige plaatsing, gevaarlijke producten. Houd je omgeving in de gaten en blijf oplettend. Voorkom criminaliteit, calamiteiten met name ongelukken met klanten. Voorbeeld: Gekoelde producten welke niet gekoeld worden leveren een gevaar op voor de gezondheid van de klant.

e Afval wordt vernietigd. Vernietigen gaat vaak met grote krachten gepaard. Veilig werken doe je door artikelen op de juiste manier in daarvoor bestemde stellingen plaatsen. De juiste bedrijfshulpmiddelen gebruiken en dat op de juiste manier doen volgens instructies

4



Bij snel werken kan het zijn dat je te weinig tijd neemt om veilig te werken. Veilig werken kan op allerlei aspecten betrekking hebben, zoals de omgeving, jijzelf of het bedrijf. Tegelijkertijd kan het te veel tijd besteden aan veiligheid de snelheid van het werk beperken. Wanneer je een opdracht krijgt om het snel en/of veilig te doen, moet je zelf een goed evenwicht zien te vinden. Aandachtspunten kunnen zijn:  Houdt iedereen rekening met gevoelens van een minder snel werkende collega?  Is snelheid in het belang van het bedrijf?  Zijn er voorbeelden van veiligheid versus bedrijfsbelang? Conclusie: werk zo snel en veilig mogelijk, zonder dat de kwaliteit van het werk daaronder lijdt.

f De Arbo-wetgeving geeft aan dat je maar tot 12 of 18 kg mag tillen. Ook goederen met een groot volume kunnen een probleem vormen. Schrijf je conclusie op.

g Tillen Tien gouden regels voor verstandig tillen. In je antwoord moet duidelijk worden hoe je rugklachten voorkomt, hoe je risico's vermijdt en hoe je zorgt voor een veilige werkplek en de juiste kleding. Je hebt in deze stap gelet op de fysieke belasting van je lichaam tijdens het lossen, vervoer en opslaan van goederen. Het doornemen van de websites kan je helpen de praktijkopdracht gedurende het stappenplan te onderbouwen.

Duwen, niet voorttrekken. De ronding in de ruggenwervel wordt geweld aangedaan door het trekken van een last. Voor de rugbelasting is duwen dus beter dan trekken.

Zuinig zijn op je lijf h Zuinig zijn op je lijf. Het doornemen van deze website kan je helpen de gevaren van verkeerde werkhoudingen te onderkennen en leert je dit in te schatten op je eigen BPV-bedrijf.

i In deze opdracht heb je onderzocht welke hulpmiddelen voor tillen er zijn, in het bijzonder in jouw BPV-bedrijf.

5



Antwoordsuggesties Stap 3 Goederen opslaan en voorraadbeheer Uitpakken

a Je hebt in deze opdrachten in de BPV bekeken wat er komt kijken bij het uitpakken van goederen. Je hebt de theorie nog een keer doorgenomen om je te helpen bij het formeren van de lijst met praktijkvoorbeelden.

Ompakken b Het betreft hier NIET het uitpakken van zendingen, maar de verpakking aanpassen aan de opslagmethode. Ompakken gebeurt omdat de hele verpakkingseenheid te groot is voor de consument. Je kijkt in de BPV naar wat er komt kijken bij het ompakken van goederen. Wanneer je bij verse producten kijkt, zie je bijvoorbeeld in de supermarkt veel artikelen die door het bedrijf zelf zijn omverpakt. Wanneer je het omverpakken in jouw bedrijf niet ziet, vraag dan welke artikelen daarvoor in aanmerking komen.

Opslaan van goederen c Je hebt in de BPV bekeken hoe goederen worden opgeslagen. Dit gebeurd volgens de instructies en procedures van je BPV-bedrijf.

Opslagmethoden de Je hebt bekeken welke opslagmethoden er zijn in jouw BPV-bedrijf.

Voorraad bijhouden f De manier van voorraad houden heeft te maken met het imago van het bedrijf. Door massa lijkt de winkel goedkoop, door weinig voorraad lijkt de collectie luxe.

g Verschillende bedrijven hebben soms afwijkende namen voor dezelfde hulpmiddelen. Zo spreekt het ene bedrijf over de handscanner en het andere over het bestelapparaat.

ih Het algemeen belang van het houden van voorraad is het voorkomen van nee-verkoop. Maar een supermarkt wil liever dat de broodvoorraad aan het einde van de dag op is en zal dus soms neeverkoop voor lief nemen. Voor een modezaak is het weer belangrijk dat de voorraad over verschillende maten verdeeld is.

i Werken met verpakkingseenheden. Wanneer in het magazijn per doos wordt bewaard, moet de inhoud daarvan worden geteld.

6



Kwaliteit Als je de voorraad bijhoudt, bekijk je intensief alle producten. Je verwijdert geopende verpakkingen en wanneer je ergens vuil constateert, reinig je de omgeving van de artikelen. Ook in de non-food kan de waarde van artikelen afnemen door bijvoorbeeld vervuiling.

k Artikelen waarvan de klant verwacht dat de winkel ze verkoopt (de kernvoorraad) moeten altijd in de winkel zijn. De voorraad die de sfeer bepaalt of voor extra winstmarge zorgt (randvoorraad) zal in mindere mate aanwezig hoeven zijn. De ruimte wordt verdeeld over de afdelingen. De maat van de afdeling wordt bepaald door de omzetsnelheid en het volume van de artikelen. Bedenk wel dat je niet elk risico kunt verzekeren. Uiterste verkoopdatum gaat niet alleen op voor voeding maar ook voor batterijen, cartridges, lijmen, verf, enzovoort. Ook in de mode wordt met bepaalde collecties omgegaan alsof het om uiterste verkoopdata gaat.

l HACCP (soms HCCP) geeft wettelijke regels weer voor het bewaren van gekoelde en bevroren goederen. Dit is voor de volksgezondheid. Wanneer de producten over datum zijn, mogen ze niet meer worden verkocht.

Elk bedrijf zijn eigen methode mn Dit hangt af van je BPV-bedrijf. Het meest bekend is het FIFO-systeem, dat zorgt ervoor dat de klant geen oude producten aangeboden krijgt. De voorraad opnemen en bestellen is secuur werk. Modezaak: vaak handmatig, op=op, dus er wordt niet bijbesteld. De maten van de vaste collectie moeten steeds in kleine aantallen aanwezig zijn. Bouwmarkt: meestal geautomatiseerd via de kassa. Wat verkocht wordt, wordt meestal automatisch aangevuld via het DC. Alleen artikelen vanuit grote verpakkingseenheden worden wel handmatig opgenomen. Belangrijk is dat er geen nee wordt verkocht, de klant moet altijd de complete collectie kunnen vinden. Supermarkt: geautomatiseerd door het scannen van de code op de plank. Wat verkocht wordt, moet je enige malen per dag nalopen en aanvullen via het DC. Bepaalde merken worden wel handmatig opgenomen. Heel belangrijk is dat er geen nee wordt verkocht, de klant moet altijd het complete assortiment kunnen vinden.

7



Antwoordsuggesties Stap 4 Schoonmaken a Bespreek de antwoorden op deze vraag met je BPV-opleider.

Plaats bepalen en Fouten en verbeterpunten bc beoordelingsformulier situatie plaats 1 gootsteen versafdeling 2

koelvitrine

3 4

achter toonbank kantine

fouten chloorbleekmiddel nooit mengen met ander middel i.v.m. kans op chloorgasvorming geur van wasbenzine trekt in vleeswaren eerst dweilen, daarna vegen brandgevaar Rookverbod bedrijfsruimten

5

vleeswarenafdeling

6

toilet en vleeswarenafdeling

7

vleeswarenvitrine

8

koelvitrine

herbesmetting door afdrogen met mogelijk besmette vaatdoek handen niet gewassen na toiletbezoek en geen desinfecterend middel gebruikt stof en (vloer)vuil komen op deze manier in vitrine en op vleeswaren geeft krassen of een dof oppervlak

9

werkkast

schade aan neusslijmvlies

10 11

kaasafdeling pui

12

winkelpad

geur dringt in planken kans op bleekvlekken in kleding van klanten hinder voor klanten en gevaar voor uitglijden

verbeterpunten chloorbleekmiddel en zurekalkverwijderaar apart gebruiken prijsstickers verwijderen als vitrine leeg is eerst vegen en daarna dweilen buiten roken, of in het rokersgedeelte van de kantine. rokers moeten ervoor zorgen dat er geen lichtontvlambare middelen in hun buurt staan als ze roken afdrogen met schone, droge theedoek na toiletbezoek altijd handen wassen met desinfecterend middel na sluitingstijd schoonmaken schoonmaakmiddel gebruiken dat geen krassen geeft schudden met dichte fles om te kijken of er nog wat inzit soda gebruiken spiritus of speciaal ruitenreinigingsmiddel gebruiken verk uitstellen tot na sluitingstijd

Heb je andere antwoorden die de hiervoor genoemde antwoorden, bespreek die dan met je docent.

d Bespreek wat je hebt opgeschreven met je docent.

Tijdstippen aanpassen e planning werkzaamheden situatie tijd bij foto 1 09.00 2 10.00 3 11.00 4 12.00 5 13.00 - 13.15 6 14.00 - 14.15 7 14.30 8 15.00 9 15.30 10 15.45 11 16.00 12 17.00

geadviseerde tijd n.v.t. na sluiting na sluiting n.v.t na sluiting n.v.t. na sluiting n.v.t. n.v.t. na sluiting voor opening na sluiting

toelichting n.v.t. verwijderen als vitrine leeggeruimd is hinder en gevaar voor andere medewerkers n.v.t. kan pas als snijden niet meer mogelijk is n.v.t. hinder voor klanten n.v.t. n.v.t. hinder voor medewerkers daglicht nodig en schone ruiten voor de hele dag hinder voor klanten

Heb je andere antwoorden dan de hiervoor genoemde antwoorden, bespreek die dan met je docent.

f t/m n delegeren of zelf doen Dit doe je zelf. Het resultaat ziet er netjes uit, voordat je het af laat tekenen.

8



Antwoordsuggesties Stap 5 BBL Dervingsonderzoek Dervingsregistratie Is ook geschikt om in de les te bespreken. In dat geval kan de school deze stap uitsluiten, wanneer gekozen wordt voor een kort programma. a De derving wordt geregistreerd via:    

het kassasysteem; een dervingsbestrijdingsplan; de ontvangstregistratie; soms een gewoon schriftje.

b Voorbeelden van bekende derving zijn:   

afgeschreven artikelen wegens de houdbaarheidsdatum; afgeprijsde artikelen na voorraadopname; gemelde manco’s aan een zending.

c Voorbeelden van onbekende derving zijn:    

winkeldiefstal; fraude; afgeprijsde artikelen zonder voorraadopname; ongecontroleerde zendingen waar iets aan ontbreekt.

Criminele derving d Criminele derving die in het magazijn zou kunnen plaatsvinden, is:    

diefstal door leveranciers en derden; fraude; afgeprijsde artikelen zonder voorraadopname; ongecontroleerde zendingen waar iets aan ontbreekt.

e Criminele derving die in de winkel zou kunnen plaatsvinden is:      

winkeldiefstal; fraude; afgeprijsde artikelen zonder voorraadopname; beschadiging van artikelen; prijzen overplakken; opeten van waren in de winkel.

Niet-criminele derving f Niet-criminele derving die in het magazijn zou kunnen plaatsvinden is:     

het niet registreren van derving; niet registreren van manco’s; niet registreren van breuk; onachtzaam omgaan met retouren; niet registreren van eigen gebruik.

9



g Niet-criminele derving die in de winkel zou kunnen plaatsvinden is:    

het niet registreren van derving; niet registreren van breuk, bederf, afprijzingen; onachtzaam omgaan met ruilingen en retouren; niet registreren van eigen gebruik.

Derving voorkomen h Criminele derving kan in het magazijn voorkomen worden door:      

controle van uitgang en goederenontvangst; secuur werken met de voorschriften; registratie eigen gebruik; bedrijfsprocedures handhaven; opletten, vooral met derden over de vloer; derden niet alleen laten.

i Criminele derving kan in de winkel voorkomen worden door:       

controle/observatie van de uitgang; netjes werken (rommel werkt crimineel gedrag in de hand); bedrijfsprocedures handhaven; presentaties bijhouden; vitrines afsluiten; registratie bekende diefstallen; opletten/ observeren.

j Niet-criminele derving in het magazijn kan voorkomen worden door:       

controle artikelen op afwijkingen, beschadigingen; secuur werken met de administratie; voorzichtig omgaan met verpakkingen en artikelen; veilig verwerken goederen; FIFO hanteren; voorraadopname; registratie onvolkomenheden.

k Niet-criminele derving in de winkel kan voorkomen worden door:       

Controle Secuur en schoon werken Voorraadopname Beschadiging melden Registratie onvolkomenheden en overschrijding houdbaarheidsdatum Opletten op uitvoeren bedrijfsprocedures Niet te hoog stapelen

10



Antwoordsuggesties Stap 6 BBL Milieuonderzoek Een aantal opdrachten hebben een relatie met het Diepgaande branchewerkstuk . De school kan deze stap uitsluiten, wanneer gekozen wordt voor een kort programma. Het milieu in de winkel a De hoeveelheid afval van de winkel beschouw ik wel/niet als een milieuprobleem.

b       

aan- en afvoer door vrachtwagens; aantrekken van verkeer; parkeerterreinen; weinig groen, veel bestrating; geluidsoverlast, winkelmuziek en rammelende winkelwagens; aanzuiging van grote hoeveelheden mensen; milieudepot (glasbakken etc.).

c Bouwplannen in de winkelomgeving zijn verschillend per BPV-bedrijf. Zie je in deze bouwplannen een milieubedreiging? Motiveer je antwoord.   

Het bouwproces op zichzelf Het verlies van open ruimte/groen Nog meer aanzuiging van mensen en verkeer

d Bedreigingen voor de ozonlaag en het milieu veroorzaakt in het winkelgebied zijn:       

Uitlaatgassen (CO2); koelvloeistoffen; airco's; minder groen; grote mensenmassa's; fijnstof smog.

e Gevonden herkenning van milieugevaar voor het broeikaseffect:      

uitlaatgassen; koelvloeistoffen; airco's; warmte veroorzaakt door grote mensenmassa's; deurverwarming; feestverlichting en energieverbruik winkels.

f Vormen van watervervuiling in mijn winkelgebied zijn:     

afval in de gracht/vijvers; wildplassen; ontbreken van riool; water op een bouwplaats; zure regen.

11



g Geluidsoverlast kan veroorzaakt worden door:       

verkeer geluidsinstallaties winkelwagentjes laden en lossen hangjeugd brommers en motoren mobiele telefoontjes

Milieu herkennen h Milieuvriendelijk binnen de HCCP is:  

Voorkomen van weglekken van koelvloeistof. De koeling afdekken na sluitingstijd.

i Dit verschilt per BPV-bedrijf.

j Tijdens het werken in de winkel wordt aan het milieu gedacht bij:   

uitpakken; schoonmaken; tijdens sluitingstijd.

k Chemisch afval dat voorkomt is:  Batterijen  Verf  Lijm  Cartridges  Tl-buizen Wat wij met chemisch afval doen, is:   

Gescheiden aanbieden Zelf en batterijenbak plaatsen Bij laten vullen (cartridges)

Dit verschilt per BPV-bedrijf en per gemeente (plastic).

l Recyclebare producten zijn:   

plastic flessen; alles van papier; kleding.

-

12



Recyclebaar afval in het bedrijf is:      

emballage; papier, prijstekstkaarten; pallets; navulverpakkingen; (werk)kleding; GFT.

Hergebruik:    

emballage/pallets/kratten; sommige verpakkingen; (werk)kleding; een herbruikbaar prijstekstsysteem.

n Dit verschilt per BPV-bedrijf en winkelomgeving (verbouwingen, verkeer).

o Dit verschilt per BPV-bedrijf en winkelomgeving (hangjeugd/hangouderen, schooloverlast, verkeersgedrag).

Bewaar het resultaat.

Afvalscheiding o Minder verpakkingsmateriaal:    

minder gebruik van plastic; minder gebruik van stoot/opvulmateriaal; minder gebruik van karton en papier; statiegeld/emballage.

p Afvalscheiding anders dan verpakkingsmateriaal:  voeding over datum;  snijafval (agf en bloemen);  onverkoopbare producten;  niet repareerbare artikelen. Afval scheiden doen we bij onszelf/het milieudepot van de gemeente/beide.

q Dit verschilt afhankelijk tot welke branche het BPV-bedrijf behoort.

13



Milieubesparing r Het gebruik van elektriciteit is een belasting voor het milieu. Ik zie elektriciteitsgebruik in de winkel voor:        

verlichting; deurverwarming; koeling en vriezer; airco; machines; roldeur en rolluik; beveiliging, computers en afrekenen; artikelpresentatie.

Het gebruik van gas is een belasting voor het milieu. Ik zie gasverbruik in de winkel voor:    

warmte; warm water; gasgevoede airco/deurverwarming; voedselbereiding.

Letten op het milieu tijdens het schoonmaken kan door:   

vaker droog reinigen; gebruik en dosering milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen; selectief watergebruik.

Ik let op het milieu in de winkelomgeving door:      

troep op te ruimen; niet te wachten tot de gemeente de volle prullenbak komt legen; zo laat mogelijk het afval langs de kant van de weg te zetten; regelmatig de pui te reinigen (vuil trekt vuil aan); graffiti steeds te verwijderen; selectief gebruik schoonmaakmiddelen.

Milieuvriendelijke keuzes in het assortiment hebben te maken met:      

de productiewijze; materiaalkeuze; grondstoffen; arbeidsinzet; verpakkingswijze; manier van presenteren.

Als milieuvriendelijk gereedschapsgebruik let ik op:     

selectief gebruik licht en elektriciteit; materiaalgebruik; afvalscheiding; recycling; gebruik accu's/lader volgens de gebruiksaanwijzing.

14



Bij de volgende verbouwing zou milieuvriendelijker kunnen:     

het type koeling/kassa/verlichting; isolatie; materiaalgebruik; winkelinterieur; open of gesloten pui.

Energiebesparing s Elektriciteitsgebruik terugdringen door:       

lichten uit na sluitingstijd; koelingen tijdig sluiten; geen overbodige adapters aan; halogeenverlichting in plaats van klassiek licht; minder gebruik spots; deurverwarming alleen indien nodig; spaarlampen in kantine of kantoor.

Gasverbruik terugdringen door:    

een gesloten winkeldeur; een tijdsinstelbare verwarming; selectief gebruik; benutten warmte van winkelverlichting.

Ik denk dat je koelen kunt beperken door:    

tijdig afdichten; airco alleen aan wanneer het echt nodig is; minder warme lampen gebruiken; de winkel af en toe eens lekker doorwaaien.

Energieverbruikende voertuigen in en buiten het bedrijf zijn:   

vorkheftruck; bestelauto; vrachtauto tussen DC en winkel.

Energielabels hebben betrekking op:     

Elektrische apparaten Het winkelpand De bestelauto De vrachtwagen De koelingen

Hier de afronding deel 1 voorbereiding BPV-examen Goederenontvangst en opslag (incl. verzorging winkel en opslag). In deel 2 beoefend de student het nemen van verantwoordelijkheid en het begeleiden van anderen bij deze werkprocessen. Het BPV-examen wordt afgenomen nadat ook in deel 2 Goederenontvangst en opslag is afgehandeld.

15



Examenonderdeel 2 – Artikelpresentaties (werkproces 1.3) Je tweede BPV-examen gaat over het presenteren en op orde houden van displays.

__________________________________________________ Vult vaste artikelpresentatie aan (1.3) Antwoordsuggesties Stap 7 BBL Het presenteren van de artikelen Door deze opdrachten te maken verwerf je gelijk de kennis voor je theorie-examen.

a Voorbeelden welke aansluiten bij de foto’s die je in stap 5 kunt bekijken: Horizontaal Stripwinkel Parfum AGF

Verticaal Herenmode Jeans AGF Kwantum

Geen systeem Xenos AGF (is allebei) Blokker

b Enkele verplichtingen zijn;  

Levensmiddelen: houdbaarheid (FIFO) en hygiëneregels. Elke winkel: de Prijzenwet: de prijzen moeten kloppen. Ook moeten in winkels de prijzen inclusief Btw zijn.

c Voorbeelden van noodzakelijk overzicht zijn:     

Op maat: kleding, schoenen (zoals bij Scapino). Op kleur: cadeauartikelen, kleding. Op merk: alle Hugo Boss bij elkaar, alle Sportlife bij elkaar enzovoort. Combinaties: thee/koffie, kleding, babyartikelen, games. Spiegelen: levensmiddelen, speelgoed, bouwartikelen

Type winkelstellingen d Alle antwoorden kun je vinden in de theorie. Voorbeelden van presentatiemeubelen zijn:         

schappen rekken manden kisten wandstellingen toonbank haken en pinnen vitrines koelen vriesmeubelen.

e 16



Er zijn drie voorwaarden voor het presenteren van artikelen. De presentatie moet:   

overzichtelijk zijn; er aantrekkelijk uitzien; bij de winkel passen.

f Supermarkten verkopen regelmatig branchevreemde artikelen als actieartikel. Zo zijn er in bijna elke branche wel artikelen te vinden, bijvoorbeeld dvd’s in de speelgoedwinkel, cola in de modezaak.

g Denk hierbij aan wat er gebeurt met stapeltjes kleding, wanneer klanten er iets tussenuit halen. En: opgehangen kleding kan gemakkelijker worden gepast. Ook is het gemakkelijker met uitzoeken.

h Van levensmiddelen zijn grotere voorraden nodig. Ook wordt er vaak onvoorzichtig mee omgegaan door de klant. Wat zou er gebeuren met de artikelen, wanneer alles in bakken werd gegooid? Wat gebeurt er met stapels die op de grond staan? Ook het bijbestellen gaat eenvoudiger bij een overzichtelijke opstelling.

i Soms dient een meubel om diefstal tegen te gaan. Kijk maar naar het sigarettenmeubel in de supermarkt. Koel- en vriesmeubelen regelen de temperatuur. Vitrines tegen diefstal, sigarettenmeubelen om kleine artikelen netjes op zijn plek te houden, displays voor extra verkoop.

Voldoende voorraad j Door hier nu op te letten, kun je later in de opleiding gemakkelijker planningen maken.

k Permanente presentaties Hoe aanvullen Wanneer aanvullen Hoe vaak aanvullen Schappenplan Spiegelen

Levensmiddelen

Jeans

Speelgoed

Met vulploeg, vanuit dozen, kratten, rolcontainers De hele dag door De hele dag door Ja

Voor verkopers vanuit opslag, eerst vouwen of uithangen Als het rustig is Na aankomst nieuwe collectie of verkoop Soms, alleen bij vaste collectie

Ja, altijd

Alleen bij liggende kleding

Voor verkopers vanuit opslag Als het rustig is Na verkoop, indien voorradig Meestal niet, omdat de collectie wisselt Alleen bij dozen

l Dit system heet FIFO: First In First Out.

m Productgroepen zijn bijvoorbeeld: brood, vleeswaren, frisdrank en babyvoeding. Zoek zelf naar nog enkele andere productgroepen. Waar je onder andere op moet letten is:  zorgvuldig werken;  veilig werken;  efficiënt werken;  hygiënisch werken. Zorgvuldig werken betekent bijvoorbeeld:  

Controleer na het ompakken of er nog een artikel in de doos zit. Let erop dat je tijdens het ompakken artikelen niet beschadigt.

17



Veilig werken betekent bijvoorbeeld:  Snijd altijd van je af.  Laat nooit messen of scharen rondslingeren.  Stop een schaar of uitgeschoven stanleymesje nooit in je zak. Efficiënt werken houdt in dat je zo min mogelijk handelingen verrichten, bijvoorbeeld:  Pak de dozen één voor één uit.  Houd rekening met de manier waarop je artikelen gaat presenteren.  Pak artikelen om, indien mogelijk, op de plaats waar je ze presenteert. Ten aanzien van hygiënisch werken geldt, zeker als je met levensmiddelen werkt, dat je schoon werkt.

n Waarschijnlijk wordt het afval gescheiden en in containers afgevoerd. Soms gaat het terug naar de distributiecentrale. De tabel geeft aan waar je op moet letten. Vertel zo uitvoerig mogelijk over elke verpakkingssoort.

Duidelijkheid o Op het artikel, op of boven de stelling, met een prijslijst, via een weegschaal. Vind je het goed dat er een wettelijke verplichting bestaat dat alles geprijsd moet zijn in een winkel? Waarom vind je dat? Het is wel zo eerlijk en ook erg handig voor de klant en verkoper.

p Er zijn drie redenen om artikelen te prijzen:   

wettelijke verplichting; klantvriendelijkheid; functioneren verkoopmedewerker.

Hoe vind je de prijs? q De verschillen prijsmethoden zijn: 

Prijsetiketten: winkels in vrijwel elke branche. Soms is er een combinatie met de streepjescode. Het etiket kan op het artikel of op de stelling zijn aangebracht.  Kimball-kaartjes, een soort ponskaartje: komt niet vaak meer voor. Bijenkorf en C&A hebben deze methode lang gebruikt.  Ridderspoorprijskaartjes: hangkaartjes met een nylon koordje voor aan kleding.  Streepjescodes: levensmiddelhandel en diverse winkels in andere branches. Enkele antwoorden zijn in de tabel opgenomen. Prijzen Beprijzen Omprijzen Afprijzen Opprijzen Actieprijs

Van een prijs voorzien. Op een artikel een prijs bevestigen. Een andere prijs geven aan een artikel. Een artikel goedkoper prijzen. Een artikel duurder prijzen. Een tijdelijke prijs. Meestal een aanduiding met: Van (oorspronkelijke prijs) …voor (actieprijs) …

r De haastige klant wil duidelijkheid, die met een speciale wens informatie. Hetzelfde geldt voor de rondkijkende klant.

18



Je kunt bijvoorbeeld letten op het volgende:  Heeft het artikel de juiste prijs?  Zijn alle artikelen geprijsd?  Zit de prijs op de juiste plaats? Informatie kan o.a. zijn: prijs, nummer, tekstuele informatie, hoeveel er nog op voorraad is (in een barcode).

s Aan de kassa is het noodzakelijk dat de prijs bekend is. Een verkoopgesprek verloopt stuntelig en onzeker, wanneer de verkoper onbekend met de prijzen is. Zonder prijsaanduidingen mist de winkel de informatieve uitstraling.

t Denk daarbij ook aan deze handelingen:     

het gelijk verwijderen van producten die over datum zijn; het invullen van het HACCP-formulier; de plank even poetsen; de dervingsadministratie bijhouden. Tijdig en secuur omgaan met de voorraad voorkomt nee-verkoop.

19



Antwoordsuggesties Stap 8 BBL Display BPV-opdracht: ‘maken van een display’ staat in BPV-werkboek deel 2. Door deze opdrachten te maken verwerf je weer gelijk de kennis voor je theorie-examen.

Uitstraling van de winkel a Winkel Herenmode Jeans Stripwinkel Parfum Xenos AGF Blokker Kwantum

Omschrijving van de uitstraling en een bepaald imago Chique, stijlvol, specialist, keurig, duur, afstandelijk Rommelig, actie, opruiming, zooitje Gezellig, specialist, goedkoop Professioneel, specialist, netjes, stijlvol, uitnodigend Goedkoop, slordig, discount Vers, specialist, uitnodigend, fris, netjes Netjes maar saai, grote dervingskans, actie, goedkoop Compleet, duidelijk, uitnodigend, gemakkelijk uitzoeken, discount

b Een overzichtelijke presentatie ondersteund het winkelimago:      

Spiegelen Op maat Op kleur Combinaties Prijs zichtbaar Netjes

c Het bedrijf kan met meerdere typen tijdelijke en doorlopende displays werken.

Het bedrijf kan met beide typen displays werken, tijdelijk of doorlopend.

Het bedrijf kan voor bepaalde displays een vast wijzigingsbeleid hebben en daarnaast ook een aantal (tijdelijke) displays hanteren met een incidenteel beleid.

Het bedrijf kan met meerdere typen hulpmiddelen werken.

d Uit je antwoord moet blijken dat je inzicht hebt in het gebruik van displays.

Winkelexterieur e Juist indien het bedrijf geen etalage(s) heeft, kun je een afweging maken of het gemis van de etalages een nadeel voor het bedrijf is. Foto’s kunnen het geheel onderbouwen. Het ontwerp is bedoeld voor je portfolio.

f Wanneer er onvoldoende mogelijkheden zijn voor de opdracht binnen het BPV-bedrijf, kan bekeken worden of je in deze opdracht kunt volstaan met het ontwerp. Een andere optie is de opdracht elders uit te voeren. Overleg met je docent. De beoordeling van de etalage of de frontpresentatie is aan het BPV-bedrijf. De foto of schets is bedoeld voor je portfolio. Bewaar ‘m!

20



g Artikelen met een oude datum zouden achteraan kunnen raken. Andere vormen van derving zouden kunnen zijn: het onverkoopbaar worden. Of de oorspronkelijke prijs is niet meer haalbaar. Bijvoorbeeld door het beschadigen van het artikel of van de verpakking, het incompleet raken, het door elkaar raken van de inhoud, het zoekraken van onderdelen. Rommel lokt ook winkeldiefstal uit. Bij constatering moet je de presentatie herstellen. Bijvoorbeeld door te spiegelen. De onvolkomenheden schrijf je af op de manier die in het bedrijf gebruikelijk is.

h Verschillen zijn bijvoorbeeld:   

Permanent: hier gaat het om het aanvullen, netjes houden. Tijdelijk: kan alleen worden gevuld, zolang er voorraad is. Het beeld van de presentatie moet aansluiten met de reclame of actie. Display: een display moet een aandachtstrekker zijn. Daarom is het aanzien van de display extra belangrijk voor het imago van de zaak.

i De kwaliteit van elk product wordt bij gemis aan hygiëne naar beneden gehaald. Denk in het bijzonder aan kleding, schoenen, papierwaren, huishoudelijke artikelen, babyartikelen en speelgoed.

Displaytoepassingen j Typen displays zijn:       

vloerdisplay kop- of einddisplay eilanddisplay wanddisplay schapdisplay kassadisplay toonbankdisplay.

k Een display zorgt voor extra aandacht. Vertel van minstens drie verschillende displays waarom deze aandacht nodig hebben. En ook aangevuld moeten worden. Redenen om een display neer te zetten zijn onder andere:       

Vloerdisplay voor acties; de klant verwacht dat de acties ook aanwezig zijn. Kop- of einddisplay op een opvallende plaats; lege plekken zijn lelijk! Eilanddisplay: vaak zijn deze er voor de sfeer. En ook hier geldt: lege plekken zijn lelijk. Wanddisplay: presentatie tussen de andere producten, juist om het te laten opvallen. Dit moet dus goed aangevuld blijven. Schapdisplay als wanddisplay. Kassadisplay speciaal om tot bijverkoop te verleiden. Dit moet er dus netjes en compleet uitzien. Toonbankdisplay als kassadisplay.

Displays bijhouden l Je verantwoordelijkheid nemen door de breuk te melden. Stiekem doen geeft een onbetrouwbare indruk. Waar gewerkt wordt, gaat ook wel eens wat kapot. De bedrijfsleiding snapt dat heus wel!

21



m Derving wordt onder andere in de hand gewerkt door?  

Artikelen niet stabiel plaatsen. Nieuwe artikelen vooraan plaatsen in plaats van achteraan (FIFO).

Displays herstellen n Het doorlopend herstellen van presentaties wordt vanzelf een gewoonte:        

wanneer je oog hebt voor je werk; wanneer je zorgt dat je, wanneer je ergens (aan) werkt, dat ook met plezier wilt doen; het ook wel eens ietsje meer mag zijn, bijvoorbeeld in je uitwerkingen voor school; wanneer je je eigen leefomgeving altijd achter je opruimt; eens een propje opraapt wat op je pad ligt; je er niet voor schaamt dat je opruimt; rommel en vuiligheid niet accepteert; wanneer je houdt van mooie dingen; wanneer je, ook als je met vrienden kletsend door de stad loopt, oog houdt voor omgeving, bijvoorbeeld voor de etalages en winkelpresentaties.

o Voorbeelden zijn:     

Door elkaar raken en vuil worden voorkomen door op te ruimen. Stelling even afstoffen. FIFO: de oudste vooraan. Geconstateerde derving afvoeren. Noteren in de afschrijfregistratie of doorgeven aan de leidinggevende.

p Voorbeelden van handelen zijn:       

Iets wat laag ligt, kan gemakkelijk in een tas geschoven worden. Dure producten moeten hoog staan. Kleine artikelen (terug)plaatsen in een vitrine. Kostbare producten hebben vaak speciale plekken. Zorg dat ze nooit verstopt staan. Een los prijsje of een slingerde prijstang kan uitlokken dat men prijzen verwisselt. Stapels mogen het zicht niet ontnemen. In een schoenenwinkel na het passen de doos met de andere schoen niet bij de presentatie achterlaten.

q Een overzichtelijke presentatie:      

Spiegelen Op maat Op kleur Combinaties Prijs zichtbaar Netjes

Het presenteren van de winkelformule r In de uitleg moeten assortiment, doelgroep en positionering gereflecteerd zijn op de gemaakte displays en presentaties.

22



Antwoordsuggesties Stap 9 BBL Promotie - Maken tekst- prijskaarten (c t/m h) is ook geschikt om in de les te beoefenen. In dat geval kan de school deze stap als lesopdracht inzetten of (deels) uitsluiten, wanneer gekozen wordt voor een kort programma. - Promotiemix wordt ook behandeld in het Diepgaande branchewerkstuk . - De school kan deze stap ook in zijn geheel uitsluiten, wanneer gekozen wordt voor een kort programma. Wat wil je met de prijskaarten bereiken? a Maak zelf een keuze voor Valentijn. Alleen de horloges zijn van prijzen voorzien, de fotolijstjes (impulsartikel) juist niet. Prijzen geven duidelijkheid. Het is ook verplicht.

- De positionering van foto: goedkoop: nee, chique: kan, neutraal: ja Maken van een gedrukte prijskaart b Maak zelf een keuze.

c Een bedrijf met een sterk kleurpatroon in het winkelbeeld, (bijvoorbeeld Zeeman met blauw-geel) zal eerder gekleurde kaarten wensen, dan een winkel met een neutraal kleurpatroon (bijvoorbeeld een Jeans-winkel).

- Let op voordat je print: Voldoet je kaart aan de regels van het bedrijf? d Prima, in de etalage zijn de prijskaarten een verlengstuk van de lopende actie. Zorg dat je dat ook kunt uitleggen.

e Zorg dat je dat ook kunt in het BPV-bedrijf uitleggen waarom promotie verkoopbevorderend werkt.

Maken van een geschreven prijskaart e Maak zelf een keuze.Verwijs naar de regels van stap 4 en de theorie. Vraag je docent eventueel om je te helpen met de ligging van de viltstift in de hand. Er zit een zekere vrijheid in uitvoering van de prijskaarten. Vaak is het afhankelijk van het gekozen product. Je moet tenminste drie artikelen van de foto verwerken. Houdt de regels van stap 4 in de gaten

Controle van de prijskaarten f Afhankelijk van artikel en formule moet eigenlijk elke regel uit de theorie worden aangevinkt.

Het inlevermoment. Zie voorgaande opdrachten voor de beoordeling. Vergelijk vooraf jouw kaarten met de door het bedrijf gebruikte exemplaren.

23



Trends en seizoenen g Verkoopseizoen Kerst Sinterklaas Valentijnsdag Moederdag Vaderdag Pasen Wintersport Barbeque Herfst Voorjaar

Tekentje, kleur, logo, plaatje, sfeertje dat op de prijskaart kan worden toegevoegd Kerstboompje, kersttakje, kaartje groen of rood. Mijtertje, staf, zak, hoofd zwarte Piet, rood of geel. Hartje, rood. Hartje, zachte kleur. Tekst, hartje, donkere kleur. (gekleurde) eieren, paashaas, kip, geel. Ski, sneeuwpop, besneeuwd huisje, wit en blauw. Zon, barbecue-figuur, bakspaan, wit, geel en bruin. Bladeren, kale bomen, herfstkleuren. Zon, wolken, bloemen, tuintje, geel en groen.

h Meestal bij of aan het artikel, op de plank, in een kaartstandaard of hangend.

Je kunt niet zelfstandig bepalen of een bepaald artikel op jouw manier gepresenteerd kan worden. Voorraad, winst, bedrijfsbeleid of andere acties kunnen redenen zijn om een goed idee uit te stellen of niet uit te voeren.

Blijf met promoties altijd binnen de winkelformule van het bedrijf!

24



Antwoordsuggesties Stap 10 Promotiemateriaal De school kan deze stap ook in zijn geheel uitsluiten, wanneer gekozen wordt voor een kort programma. Overal promotiemateriaal a Hier worden enkele voorbeelden genoemd. Er zijn natuurlijk nog veel meer winkels en promotiematerialen te verzinnen. AH schoolbord buiten, prijs- en tekstkaarten, recepten, Allerhande, actiekaarten, spandoeken, vlaggen, speeltoestellen Blokker stopbord buiten, prijs- en tekstkaarten, folders, videopresentatie, actiekaarten, spandoeken, vlaggen, speeltoestellen Bouwmarkten (diverse) stopbord buiten, prijs- en tekstkaarten, kluswijzers, brochures, actiekaarten, spandoeken, vlaggen, demonstraties C-1000 stopbord buiten, prijs- en tekstkaarten, recepten, folders, actiekaarten, spandoeken, vlaggen, speeltoestellen C&A stopbord buiten, prijs- en tekstkaarten, sfeerdecoraties, modetijdschriften, actiekaarten, seizoenaanduidingen, vlaggen, speeltoestellen, koffieautomaat Drogisterijen (diverse) school- of stopbord buiten, prijs- en tekstkaarten, folders, demonstraties, actiekaarten, reclame van merken, vlaggen, speeltoestellen Etos school- of stopbord buiten, prijs- en tekstkaarten, folders, actiekaarten, reclame van merken, vlaggen, speeltoestellen Gamma stopbord buiten, prijs- en tekstkaarten, kluswijzers, brochures, actiekaarten, spandoeken, vlaggen, demonstraties

b Hier worden enkele redenen bij de voorbeelden genoemd. Er zijn natuurlijk nog veel meer promotiematerialen en redenen voor promotiematerialen te verzinnen. Je maakt dus 10 lijstjes van 10 verschillende winkels, bespreekt deze in het BPV-bedrijf en verwerkt de conclusies op het BPV-formulier. Diversen Brochure (bijv. Allerhande van AH): extra verkoop van kruiden, bijverkoop, service, klantentrouw, winkelimago Koffieautomaat: klant langer in de winkel houden, koffieverkoop, imago, klantentrouw Prijs- en tekstkaarten: aangeven prijs, aantonen laag prijsniveau, aandachttrekker, koppelen externe reclame aan artikel Recepten: extra verkoop van kruiden, bijverkoop, service, klantentrouw Schoolbord buiten: aangeven prijs, aantonen laag prijsniveau, aandachttrekker Spandoeken: aandacht trekken, kader aanbrengen Speeltoestellen: aandacht trekken, tijd creëren, kinderen gebruiken voor de routing Vlaggen: aandacht trekken, naamsaanduiding, van veraf opvallen

25



Aanbrengen en bijhouden c Diversen Brochure (bijv. Allerhande van AH) Koffieautomaat Prijs- en tekstkaarten Recepten Schoolbord buiten Spandoeken Speeltoestellen Vlaggen

aanvullen, rechtleggen, beschadigde exemplaren vervangen, leeg rek wekt irritatie op aanvullen, bekers, suiker, melk, schoonhouden, prullenbak legen, lege of vieze automaat wekt irritatie op ophangen, actueel houden, fout wekt irritatie op aanvullen, rechtleggen, beschadigde exemplaren vervangen, leeg rek wekt irritatie op noteren, actueel houden, let op de regen en vingertjes erover, fout wekt irritatie op hoog aanbrengen, actueel houden plaatsen, stroom aansluiten, programma wisselen, fris houden buiten aanbrengen

d Het is natuurlijk geen reclame wanneer je promotiematerialen vies of beschadigd zijn. Je beoogt juist met deze spullen te laten zien hoe goed het bedrijf is! Dus: schoonmaken, tijdig vervangen en op de datums en seizoenen letten!

Begin uit je hoofd met de lijst. Neem de lijst de eerstvolgende keer mee naar het bedrijf. Vul hem dan aan door nog eens goed rond te kijken. Bedenk erbij: promotie = de verkoop bevorderen!

Een keukentrapje is bijna altijd link. Vlaggen op de luifel plaatsen ook, maar ook een bord dat zwaar is.

e Begin uit je hoofd met de lijst. Neem de lijst de eerstvolgende keer mee naar het bedrijf. Vul hem dan aan, door nog eens goed rond te kijken wat jij gedaan hebt. Bedenk erbij: promotie = de verkoop bevorderen!

Afronding deel 1 voorbereiding BPV-examen nummer 2 Artikelpresentaties en winkelverzorging. In deel 2 maakt de student de BPV-opdracht ‘Display’ en beoefend de student het nemen van verantwoordelijkheid en het begeleiden van anderen bij dit werkproces (1.3). Het BPV-examen wordt afgenomen nadat ook de BPV-opdracht ‘Display’ is afgerond.

26

Noordhoff Uitgevers Elobase Detailhandel Verkoper Kerntaak 1 Antwoordsuggesties BPV-werkboek

Recommend Documents