© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Elobase Detailhandel Organisatiebeleid
Opgavenboek Recht voor het theorie-examen kerntaak 1
Manager Verzekeringen, Consumentenrecht, Overeenkomsten Dit rekenwerkboek is van de student: _______________________________ Klas:
_______________________________
Telefoonnummer:
_______________________________
E-mailadres:
_______________________________ 1
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Rekenwerkboek Kerntaak 1 Organisatiebeleid: Recht Wat ga je doen? Je kunt je via je theorieboek en dit rekenwerkboek voorbereiden op het theorie-examen Recht kerntaak 1 Manager. Het gaat, wat de voorbereiding betreft, om de examenonderwerpen: Verzekeringen Consumentenrecht Overeenkomsten
Resultaat De vaardigheden die zich bij het ondernemingsbeleid voordoen. Het theorieboek geeft de begeleiding bij dit werkboek.
Aan bod komen achtereenvolgens:
Verzekeringen en risico’s (Opgave 1 t/m 15) Soorten verzekeringen (Opgave 1 t/m 14) Lenen, verzekeren en sparen (Opgave 15)
Consumentenrecht (Opgave 16 t/m 30) Consumentenrecht (Opgave 16 t/m 30)
Overeenkomst en verbintenis (Opgave 31 t/m 36) Overeenkomst en verbintenis (Opgave 31 t/m 36)
Koopovereenkomst (Opgave 37 t/m 73) Overeenkomsten juridisch (Opgave 37 t/m 55) Criteria contract (Opgave 56 t/m 59) Rechten en plichten (Opgave 60 t/m 65) Algemene voorwaarden (Opgave 66 t/m 73)
Arbeidsovereenkomst (Opgave 74 t/m 105) Arbeidsovereenkomst (Opgave 74 t/m 84) Einde arbeidsovereenkomst (Opgave 85 t/m 91) Ontslagprocedures (Opgave 92 t/m 105)
2
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Theorie-examen– Recht __________________________________________________ Kerntaak 1 Recht Verzekeringen en risico’s
Opgaven Soorten verzekeringen Opgave 1 Leg in je eigen woorden uit wat een verzekering is.
Opgave 2 Waarom voert een ondernemer een risico-inventarisatie uit?
Opgave 3 a. Hoe sluit je een verzekering af?
b. Hoe beëindig je een verzekering?
3
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 4 Geef in de tabel aan welke van de genoemde verzekeringen onder de schadeverzekeringen vallen en welke onder de sommenverzekeringen.
Schadeverzekeringen Sommenverzekeringen Risicoverzekering Brandverzekering Rechtsbijstandverzekering Lijfrenteverzekering Glasverzekering Aansprakelijkheidsverzekering voor bedrijven Verkeersverzekeringen (motorrijtuigen-, casco-, all-risk- en verkeersrechts-bijstandverzekering) Geldverzekering Gemengde verzekering
Opgave 5 Leg in je eigen woorden uit wat bedoeld wordt met over- en onderverzekering.
Opgave 6 Piedro heeft een auto-ongeluk gehad met zijn vijf jaar oude auto. Hij heeft een all-riskverzekering. De nieuwwaarde van de auto is € 32.000. Zijn auto is total loss verklaard. De dagwaarde van de auto is € 13.000. De inruilwaarde van de auto is € 15.000. Hoeveel keert de verzekering uit op basis van het indemniteitsbeginsel?
4
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 7 Ben je als persoon zelf ook verzekerd, en zo ja waarvoor?
Opgave 8 Geef vijf voorbeelden van onzekere voorvallen. 1
2
3
4
5
Opgave 9 a. Noem een voorbeeld van een onzeker voorval, waarbij je gebruik kunt maken van een schadeverzekering.
b. Noem een voorbeeld van een gebeurtenis, waarbij je gebruik kunt maken van een sommenverzekering.
5
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 10 Wat is het verschil tussen een risicoverzekering en een gemengde verzekering?
Opgave 11 Stel je hebt samen met een vriend een delicatessenzaak. a. Waarom zou je van een levensverzekering gebruikmaken?
b. Voor welke bepaalde levensverzekering kies je?
Opgave 12 Lees de volgende tekst en beantwoord de vraag. Ondernemer De Graaff heeft samen met zijn compagnon een supermarkt in een klein dorp. Een belangrijke service die zij bieden om te voorkomen dat de inwoners van het dorp in een nabijgelegen stad boodschappen gaan doen, is de gratis bezorgdienst. Ondernemer De Graaff en zijn compagnon huren het pand van een projectontwikkelaar. Ondernemer De Graaff en zijn gezin leven volledig van de inkomsten uit de supermarkt. Welke verzekeringen zal ondernemer de Graaff afsluiten?
6
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 13 Wat zal er in geval van schade gebeuren als de verzekerde onderverzekerd is?
Opgave 14 Wat kan een bewuste reden zijn om een pand onder te verzekeren?
Opgaven Lenen, verzekeren en sparen Opgave 15 Welke drie verzekeringen heeft bijna iedereen afgesloten?
7
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Consumentenrecht
Opgaven Consumentenrecht Opgave 16 Noem de vijf rechten die consumenten hebben. 1.
2.
3.
4.
5.
Opgave 17 Een klant komt bij je in winkel met een klacht over een computer. De computer blijkt veel minder geheugen te hebben dan de verkoper had gezegd. Met welk recht heeft deze klacht te maken?
Opgave 18 Tom werkt in een winkel waar ze fietshelmen van het merk Safe verkopen. Op een dag leest hij in de krant dat mensen grijze fietshelmen van het merk Safe moeten terugbrengen naar de winkel waar ze de helm hebben gekocht. De riempjes van de helmen blijken niet goed te zijn. Hoe noem je deze actie van de producent?
8
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 19 Mevrouw de Bruin koopt een wasdroger. De winkelier vraagt of ze 75% van het bedrag wil aanbetalen. Mag de winkelier dit vragen?
Opgave 20 Vraag op je stagebedrijf of het bedrijf eigen algemene voorwaarden heeft. Zo ja, vraag dan een exemplaar van de algemene voorwaarden en lees ze door. Maak een kopie van de algemene voorwaarden. Als je stagebedrijf geen algemene voorwaarden heeft, zoek dan op internet naar de algemene voorwaarden voor een bedrijf. Kijk bijvoorbeeld bij bedrijven als BCC, Mediamarkt of Expert. Maak een print van de algemene voorwaarden en lees ze door.
Opgave 21 Welke regels heeft je stagebedrijf voor het ruilen van artikelen? Schrijf deze regels op.
Opgave 22 Sarida heeft een sjaal gekocht. Wanneer ze thuis komt, ziet ze dat de sjaal toch niet goed past bij haar jas. Ze gaat terug naar de winkel om de sjaal te ruilen. Ze ziet helaas geen andere sjaal die ze mooi vindt. Is de winkel nu verplicht haar geld terug te geven?
9
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 23 Wat is het verschil tussen winkelgarantie en fabrieksgarantie?
Opgave 24 Chantal werkt in een warenhuis op de afdeling huishoudelijke artikelen. Een klant komt naar haar toe met een mixer. De mixer is 10 maanden oud en doet het niet meer. De klant laat het garantiebewijs zien en de kassabon. De garantie is nog geldig, maar Chantal ziet aan de kassabon dat de mixer in een andere winkel is gekocht, die niet bij het warenhuis hoort. Kan de klant aanspraak maken op de garantie in het warenhuis van Chantal?
Opgave 25 Leg uit waarom een winkel die materialen verhuurt, in zijn algemene voorwaarden zet dat de klant het verhuurmateriaal moet controleren voordat hij het gaat gebruiken.
Opgave 26 Geef drie voordelen die borg geeft aan degene die materialen verhuurt.
10
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 27 Henk wil een aanhangwagen huren. Hij neemt zijn paspoort mee. Het verhuurbedrijf wil graag het rijbewijs zien van Henk. Leg uit waarom dat logisch is als je een aanhangwagen gaat huren.
Opgave 28 Schrijf op waarom er wettelijk bepaald is dat een klant bij een aankoop op afstand een zichttermijn van zeven dagen heeft.
Opgave 29 Wat is een geschillencommissie?
Opgave 30 Schrijf twee verschillende dingen op die de Consumentenbond doet om op te komen voor de belangen van consumenten.
11
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Overeenkomst en verbintenis
Opgaven Overeenkomst en verbintenis Opgave 31 Wat betekent het dat een overeenkomst vernietigbaar is?
Opgave 32 Bedenk drie voorbeelden van een verbintenis.
Opgave 33 Noem minstens één voorbeeld waarbij het voor een winkelier aan te bevelen is dat een overeenkomst schriftelijk wordt afgesloten.
Opgave 34
Beschrijf waaraan een geldige overeenkomst moet voldoen.
12
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 35
Is een verbintenis het gevolg van een overeenkomst? Of is een overeenkomst het gevolg van een verbintenis?
Opgave 36 a. Wat is dwaling bij een overeenkomst?
b. Bedenk een voorbeeld van dwaling bij een overeenkomst.
13
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Koopovereenkomst
Opgaven Overeenkomsten juridisch Opgave 37 I. De verkoper draagt zelf het risico van verlies, diefstal en beschadiging van het product tot het moment van aflevering, zelfs als het gaat om een verkeerd geleverd product. II. Wanneer een geleverd product wordt beschadigd, moet de verkoper dit zelf vergoeden. Welke van deze beweringen is juist? a. b. c.
Bewering I is juist. Bewering II is juist. Beide beweringen zijn juist.
Opgave 38 Als er sprake is van het niet, onjuist of onvolledig nakomen van een overeenkomst, kan de rechter vier beslissingen nemen. Noem deze vier. 1
2
3
4
Opgave 39 Wanneer is er geen sprake van wilsovereenstemming, ook al is er een koopovereenkomst gesloten?
14
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 40 Leg uit wat koop op afbetaling is.
Opgave 41 Geef in dit schema aan wat de verschillen zijn tussen koop op afbetaling en huurkoop.
Koop op afbetaling
Huurkoop
Je bent meteen eigenaar Je betaalt de koopsom in termijnen Je betaalt meer dan de koopsom Je moet de afspraken in een akte vastleggen Het terugnemingsbeding kan gelden voor de verkoper Verschillen tussen koop op afbetaling en huurkoop
Opgave 42 a. Wat houdt het terugnemingsbeding in?
b. In welke akte kan dit worden opgenomen?
15
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 43 Leasen is een vorm van huur. Er zijn twee soorten lease. Bij welke vorm zitten in het leasebedrag ook de kosten voor onderhoud en verzekering?
Opgave 44 Geef een definitie van de koopovereenkomst.
Opgave 45 Hoe heet het dat, wanneer de ene partij niet aan zijn verplichting voldoet, de andere partij het recht heeft om zijn verplichting ook een tijdje uit te stellen?
Opgave 46 Vul de ontbrekende woorden in. De .....
heeft het recht om het verkochte artikel terug te eisen als
de .....
niet betaalt. Dit moet hij schriftelijk doen.
Dit is het .....
Opgave 47 Waar moet een bedrijf de leveringsvoorwaarden deponeren?
16
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 48 Beschrijf de partijen bij de consumentenkoop.
Opgave 49
Welke eisen kan een koper aan een verkoper stellen bij een consumentenkoop als het product niet aan zijn verwachtingen voldoet?
Opgave 50 De familie Koolmees kocht op 2 januari van dit jaar bij een meubelwinkel drie tafels: een salontafel, een bijzettafel en een eettafel. Totale waarde € 1.949,89. Toen de meubelwinkel de tafels afleverde, bleek er maar één in orde te zijn. De bijzettafel was van een verkeerde serie en de eettafel werd helemaal niet afgeleverd. De meubelwinkel nodigde de familie Koolmees uit om langs te komen en een andere eettafel uit te zoeken. In de meubelwinkel zagen ze tot hun stomme verbazing de door hen bestelde eettafel staan. Na lang doorvragen bekende de verkoper destijds een fout te hebben gemaakt. Voor de eettafel had hij de code Y1600 op de bon geschreven. Dit had echter Y3600 moeten zijn. De directeur van de meubelwinkel gaf later aan dat hij de koopovereenkomst eenzijdig wilde ontbinden. De familie Koolmees schakelt een advocaat in. Stel jij bent de rechter. Welke beslissing zou jij nemen en waarom?
17
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 51 Om welk soort contract gaat het bij de volgende gegevens? a. Mirjam heeft een auto van de zaak:
b. Marianne heeft een fiets gekocht die ze in termijnen betaalt.
c. Saadia koopt een fiets die ze in termijnen betaalt. Na de laatste termijn is de fiets haar eigendom.
Opgave 52
Geef van de volgende overeenkomsten aan of sprake is van consumentenkoop. a. b. c. d. e. f.
Piet Oomen, notaris te Amersfoort, koopt een woonhuis in Utrecht: ja/ nee Een verzamelaar van beren koopt een oude beer op een beurs: ja/ nee Detaillist Harms koopt een boek over de nieuwste richtlijnen in de Arbowet: ja/ nee Een medewerker van een restaurant koopt 48 flessen wijn bij een groothandel in dranken:ja/ nee Karin van Dijk koopt een bankstel op de meubelboulevard: ja/ nee Yvette ziet een advertentie in een krantje staan van de familie Kok die een bankstel te koop aanbiedt. Yvette koopt het bankstel voor € 50: ja/ nee
Opgave 53 Martin koopt een dik sciencefiction boek. Hij heeft het boek bijna uit, maar merkt dat de laatste tien bladzijden ontbreken. Wat kan Martin van de boekwinkel, waar hij het boek heeft gekocht, eisen?
18
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 54 Carla is op zoek naar een tent. In een krantje van de gemeente staat een advertentie: "Te koop: tweepersoonsbungalowtent 5 jaar oud voor € 90,00." Carla koopt de tent voor € 75,00. Ze heeft de tent op een foto gezien. Bij het eerste gebruik ziet ze dat de rits van de buitentent stuk is en dat de tent niet helemaal waterdicht is. De tent voldoet niet aan de verwachtingen van Carla. Wat kan Carla van de verkoper eisen?
Opgave 55 Er zijn twee soorten schade op het gebied van productenaansprakelijkheid. Geef aan welke twee soorten dit zijn en leg uit wat dit betekent. 1
2
Opgaven Criteria contract Opgave 56 Waarom klopt het niet als je denkt dat je een mondelinge overeenkomst niet hoeft na te komen?
19
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 57 Vul in de tabel in welke zaken je in een contract moet opnemen. In deze tabel zie je twee kolommen: Koper en Verkoper. Verdeel de onderwerpen over deze beide kolommen; geef dus aan voor welke partij een onderwerp heel belangrijk is. De eerste rij is al ingevuld.
Koper
Verkoper
Wanneer levert de verkoper?
Wanneer betaalt de koper?
Wat moet er in een contract?
Opgave 58 ‘Het sluiten van een overeenkomst is in beginsel vormvrij.’ Wat betekent dit?
Opgave 59 a. Is een koopcontract definitief?
20
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
b. Geef voorbeelden van een clausule die van een koopcontract een ‘voorlopig’ koopcontract maakt.
Opgaven Rechten en plichten Opgave 60 Wat zijn de vijf fundamentele rechten van de consument?
Opgave 61
Wat zijn de vijf fundamentele rechten van de consument? 1
2
3
4
5
21
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 62 a. Wat zijn Algemene voorwaarden?
b. Waar worden ze geregistreerd?
Opgave 63 Mevrouw Veenhuizen wil een nieuwe jurk kopen. Ze stapt een dure damesmodezaak binnen. Ze past een aantal jurken. Aan een van deze jurken is geen prijskaartje bevestigd. Juist deze jurk vindt ze erg mooi. De andere jurken zijn allemaal vrij prijzig: tussen de honderd en driehonderd euro. Ze vraagt aan de verkoopster hoeveel de bewuste jurk kost. “Tweevijftig, mevrouw,” antwoordt de verkoopster, ervan uitgaande dat de klant wel begrijpt dat ze tweehonderdvijftig euro bedoelt. Maar mevrouw Veenhuizen, net terug van een lange en verre reis naar een land waar alles aanzienlijk minder kost, zegt: “Dat is geen geld, laat ik dat maar doen.” De verkoopster pakt de jurk in en slaat € 250 aan. Dan blijkt dat er een misverstand over de prijs bestaat. Hoeveel euro is mevrouw Veenhuizen volgens jou wettelijk verplicht te betalen?
Opgave 64 Beoordeel de volgende situaties. Schrijf op wat de rechten en plichten van de consument zijn. a. Een klant heeft een bank gekocht. Bij thuiskomst blijkt dat de beloofde extra kussentjes niet meegeleverd zijn. Welke rechten heeft deze klant?
22
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
b. Een klant heeft een badpak gekocht. Na één keer zwemmen is het badpak al wat uitgerekt. Ook gaat de stof pluizen. De klant gaat ermee terug naar de winkelier. Deze zegt er niets aan te kunnen doen. Er hangt immers een bord in de winkel met: Badkleding wordt niet geruild. Welke rechten heeft de klant?
Opgave 65 Een meisje koopt een nieuwe uitlaat voor haar scooter. De uitlaat maakt erg veel herrie. Na klachten van de buurt, doet de politie onderzoek. De uitlaat produceert te veel decibellen. Het meisje krijgt een bekeuring. a. Kan het meisje de schade (de bekeuring) vergoed krijgen? Licht je antwoord toe.
b. Hoe moet het verder met de uitlaat die niet aan de wettelijke eisen voldoet?
23
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgaven Algemene voorwaarden Opgave 66 Noem de verschillende partijen die bij een overeenkomst in de detailhandel betrokken kunnen zijn.
Opgave 67 Waar kan een winkelier algemene voorwaarden deponeren?
Opgave 68 De ondernemer moet ervoor zorgen dat elke potentiële klant inzage krijgt in zijn algemene verkoopvoorwaarden. Wat kan er gebeuren als hij dit niet (goed) doet?
Opgave 69 In het Burgerlijk Wetboek zijn een zwarte lijst en een grijze lijst opgenomen. Geef aan wat het verschil is tussen beide lijsten.
24
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 70 a. Als een voorwaarde die op de grijze lijst staat, door een verkoper wordt gehanteerd, wat kan een consument dan doen?
b. En wat kan de consument doen als een voorwaarde wordt gehanteerd die op de zwarte lijst staat?
Opgave 71 a. Op welke wijze maakt het bedrijf waar je stage loopt de verkoopvoorwaarden aan de klant duidelijk?
b. In de verkoopvoorwaarden kunnen ook garantievoorwaarden zijn opgenomen. Beschrijf wat je vindt van de garantievoorwaarden van dit bedrijf.
25
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 72 Noem minstens drie onderwerpen die een winkelier in zijn leveringsvoorwaarden kan bepalen. 1
2
3
Opgave 73 Noem drie onderwerpen die een winkelier in zijn betalingsvoorwaarden kan bepalen. 1
2
3
26
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Arbeidsovereenkomst
Opgaven Arbeidsovereenkomst Opgave 74 Leg in je eigen woorden uit wat een arbeidsovereenkomst is.
Opgave 75 Waarom is er geen sprake van een arbeidsovereenkomst bij freelance werk?
Opgave 76 Bij werkgevers wordt een onderscheid gemaakt tussen een natuurlijk persoon en een rechtspersoon. Wat is het verschil?
Opgave 77 a. Wat is het doel van een proeftijd voor de werkgever?
27
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
b. Wat is het doel van een proeftijd voor de werknemer?
Opgave 78 Waarom zou je als werkgever een concurrentiebeding opnemen in het contract met je werknemer?
Opgave 79 a. Wat wordt bedoeld met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd?
b. Wat wordt bedoeld met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd?
Opgave 80 Bij welke van de volgende items gaat het om secundaire arbeidsvoorwaarden? Meer dan één is goed. a. b. c. d. e.
pensioenregeling computer van de zaak kinderopvang reiskostenvergoeding arbeidsduurverkorting
28
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 81 Wat is het verschil tussen een individuele arbeidsovereenkomst en een collectieve arbeidsovereenkomst?
Opgave 82 Hoe komt een CAO tot stand?
Opgave 83 De minister van SZW kan een CAO verbindend verklaren. Wat houdt dat in?
Opgave 84
Wat wordt er zoal geregeld in een CAO? Noem vijf belangrijke punten. 1
2
3
4
5
29
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgaven Einde arbeidsovereenkomst Opgave 85 Bij pensioen en bij overlijden eindigt de arbeidsovereenkomst. Noem vier andere manieren waarop een arbeidsovereenkomst beëindigd kan worden. 1
2
3
4
Opgave 86 Wat is het verschil tussen ‘opzegging’ en een ‘beëindigingsovereenkomst’?
Opgave 87 Waarom is het voor een medewerker niet slim om een beëindigingsovereenkomst aan te gaan voordat hij nieuw werk gevonden heeft?
30
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 88 Raoul heeft een contract voor zes maanden. Het arbeidscontract eindigt op 29 september van dit jaar. Als zijn werkgever het contract niet verlengt, zal Raoul een andere baan moeten zoeken. De werkgever van Raoul verlengt de arbeidsovereenkomst niet na 29 september. Waarom heeft het geen zin voor Raoul om dit ontslag aan te vechten, bijvoorbeeld bij de rechter?
Opgave 89 Welke dringende redenen kan een bedrijf hebben om een medewerker op staande voet te ontslaan? Noem er minstens drie. 1
2
3
Opgave 90 Lees de volgende tekst en beantwoord daarna de vraag. Als gevolg van een hoogoplopende ruzie in een doe-het-zelfzaak gooit een werknemer een hamer naar het hoofd van zijn collega. Ondanks het feit dat hij de collega niet raakt, stelt de werkgever de woede-uitbarsting van zijn werknemer niet op prijs en ontslaat hem op staande voet. De werknemer ziet wel in dat hij fout is geweest, maar vindt de straf van de werkgever te ver gaan. In een procedure trekt hij in twijfel dat een dringende reden voor het ontslag op staande voet aanwezig is. Hij was al 24 jaar in dienst en er zijn nooit klachten geweest over zijn functioneren. De werknemer kreeg gelijk van de rechter. Waarom denk je dat de rechter de werknemer gelijk gaf?
31
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 91 Wat is een collectief ontslag?
Opgaven Ontslagprocedures Opgave 92 Bij een ontslagprocedure moet je rekening houden met de opzegtermijn en het algemeen ontslagverbod. Met welke twee andere zaken moet je ook nog rekening houden? 1
2
Opgave 93 Wat moet er in de brief staan die je je medewerker stuurt als je hem wilt ontslaan?
Opgave 94 Wanneer zal het CWI een ontslagvergunning afgeven? Waarvan moet sprake zijn?
32
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 95 Mariëtte functioneert niet goed als verkoopster. Dat is al meer dan een jaar het geval, ondanks de twee verkooptrainingen die ze gedaan heeft. Haar werkgever heeft besloten om haar te ontslaan. Hij kan voor Mariëtte geen geschikte functie vinden in de winkel. Is hier sprake van een redelijk ontslag? Waarom wel of niet?
Opgave 96 De eigenaar van een elektrospeciaalzaak wil een medewerker die al een halfjaar ziek is, ontslaan. Hij vraagt een ontslagvergunning aan bij het Centrum voor Werk en Inkomen. Zal het CWI de vergunning verlenen? Waarom wel of niet?
Opgave 97 a. Wat wordt bedoeld met de bijzondere ontslagverboden?
b. In welke drie situaties mag je een medewerker niet ontslaan? 1
2
3
33
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 98 Welke factoren zijn meestal van invloed op de lengte van de opzegtermijn? a. b. c. d.
De waardering die de werkgever voor de werknemer heeft: ja/ nee De financiële situatie waarin de winkelorganisatie verkeert: ja/ nee Het aantal jaren dat de werknemer in dienst is geweest: ja/ nee Bepalingen die de arbeidsovereenkomst noemt met betrekking tot de opzegtermijn: ja/ nee
Opgave 99 Wat staat er in een getuigschrift?
Opgave 100 De kantonrechter zal alleen tot ontbinding van een arbeidsovereenkomst overgaan wanneer er gewichtige redenen zijn. Gewichtige redenen zijn dringende redenen of gewijzigde omstandigheden. a. Geef twee voorbeelden van dringende redenen. 1
2
b. Noem twee voorbeelden van dringende redenen voor de werknemer. 1
2
34
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 101 Bij een ontslag op staande voet moeten er dringende redenen zijn. a. Noem twee voorbeelden van dringende redenen voor de werkgever.
b. Noem twee voorbeelden van dringende redenen voor de werknemer.
Opgave 102 Hoe ontsla je iemand op staande voet? Wat moet je allemaal doen?
Opgave 103
Wat hoort bij elkaar? Trek lijnen tussen de blokjes die bij elkaar horen.
35
© Noordhoff Uitgevers
Elobase Detailhandel Manager Kerntaak 1
Opgavenboek (Recht)
Opgave 104 Waarop let je bij het voorbereiden van een ontslaggesprek? Noem drie punten. 1
2
3
Opgave 105 Wat is de structuur van het slechtnieuwsgesprek?
36