Milieu jaarverslag 2013
Milieujaarverslag 2013 I 1 I
Rapportnr: EHS 14/01 Naam bedrijf
Janssen Biologics BV
Adres Einsteinweg 92 Plaats Leiden Website www.janssen-biologics.nl Contactpersoon
Jack de Graaf
Functie
Director Environment, Health, Safety and Sustainability
Telefoon
071 - 5242648
E-mail
[email protected] Eindverantwoordelijke
Carin Huibers
Functie General Manager Telefoon
071 - 5242400
E-mail
[email protected]
Plaats
Leiden
Datum
April 2014
Naam
Jack de Graaf
Functie
Director Environment, Health, Safety and Sustainability
Handtekening
Milieujaarverslag 2013 I 2 I
1. Inleiding Janssen Biologics B.V. is gelegen aan de Einsteinweg in het BioScience Park te Leiden en is sinds 1984 op het huidige bedrijfsterrein gevestigd. De organisatie maakt deel uit van het Amerikaans moederbedrijf Johnson & Johnson dat is gevestigd in New Brunswick, New Jersey, US. Het bedrijf is in meerdere gebouwen ondergebracht (productie, utilities, kantoren, laboratoria, pilot plant). Het centrale magazijn (warehouse) van Janssen Biologics bevindt zich aan de Koolhovenlaan te Schiphol-Rijk. In de omgeving van het warehouse Schiphol bevinden zich andere logistieke bedrijven. De directe bebouwde omgeving van Janssen Biologics te Leiden bestaat uit gebouwen van de Universiteit Leiden (onder andere onderwijs en onderzoek) en het gebouw van de Leidse Instrumentsmakers School (LiS). Janssen Biologics produceert biofarmaceutische producten door het gebruik van cellijnen in weefselkweek. Buffer, serum en mediumbestanddelen zijn de belangrijkste grondstoffen (voedingstoffen voor de cellen). Producten van Janssen Biologics zijn: ReoPro®, Remicade®, Simponi® en Stelara®. Eind 2013 werkten ca. 900 mensen bij Janssen Biologics, waarvan een deel in ploegendienst. Daarvan werkt een deel in een 16/7 ploegendienst hetgeen betekent dat ’s-nachts nog maar een beperkt aantal medewerkers aanwezig is. Het merendeel van de medewerkers (ca. 80%) werkt in de productie (direct of ondersteunend), is betrokken bij de kwaliteitscontrole of werkt aan proces- en productverbeteringen. Ook werkt een deel van de medewerkers aan het uitvoeren van klinische studies (15%) en het begeleiden en informeren van onze Sales &Marketing partners in Europa (5%). Daarnaast is er nog een aantal, deels uitbestede, activiteiten zoals beveiliging, catering, schoonmaak en onderhoud.
2. Doel In dit milieujaarverslag is beschreven welke milieurelevante activiteiten binnen Janssen Biologics plaatsvinden, welke wijzigingen daarin in het verslagjaar zijn opgetreden, en welke milieueffecten daaruit zijn voortgevloeid. Deze gegevens bieden inzicht in de milieuprestaties van Janssen Biologics over 2013. Het uitbrengen van een milieujaarverslag heeft een aantal doelen. Ten eerste dient het om inzicht te geven in de huidige milieubelasting. Een tweede doel is het afleggen van verantwoording over de inspanningen die Janssen Biologics heeft geleverd om de milieubelasting te verminderen, en het aangeven van de resultaten die daaruit zijn voortgevloeid. Een derde en laatste doel is te voldoen aan de verslagverplichting die in de milieuvergunning van Janssen Biologics is opgenomen. Tevens is een aantal acties opgenomen die voortkomen uit de diverse audits, inspecties, risico-inventarisaties, etc. en die in 2014 tot een verhoogde milieuprestatie voor Janssen Biologics zullen leiden.
3. Reikwijdte Het verslag is bestemd voor de vergunningverleners van Janssen Biologics, namelijk de Omgevingsdienst West-Holland, de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied en het Hoogheemraadschap van Rijnland. Daarnaast gebruikt Janssen Biologics dit verslag voor het informeren van geïnteresseerden door dit verslag op haar website te publiceren.
Milieujaarverslag 2013 I 3 I
4. Definities CZV Chemisch zuurstofverbruik EEP Energie efficiency plan E-PRTR European Pollutant Release and Transfer Register e-MJV Electronisch Milieujaarverslag Wm Wet milieubeheer Wms Wet milieugevaarlijke stoffen Wvo Wet verontreiniging oppervlaktewateren
5.
Feiten en gegevens
5.1. Vergunning en inspecties
5.1.1. Vergunningen
In het verslagjaar 2013 zijn geen vergunningen aangevraagd of meldingen gedaan met betrekking tot wijzigingen.
5.1.2. Inspecties
Op 2 mei 2013 heeft de Omgevingsdienst West-Holland een digitale adminstratieve controle uitgevoerd ten aanzien van het E-PRTR voor Janssen Biologics te Leiden. Tijdens de controle bleek dat de gegevens correct waren ingevoerd in het e-MJV.
Op 16 juli 2013 heeft bij Janssen Biologics te Leiden een milieucontrole plaatsgevonden. Tijdens het controlebezoek zijn geen overtredingen geconstateerd.
Op 7 november 2013 heeft een integrale controle (milieu en brandveiligheid) plaatsgevonden bij Janssen Biologics aan de Koolhovenlaan te Schiphol-Rijk. Er is een aantal bevindingen tijdens dit controlebezoek geconstateerd. De corrigerende maatregelen zijn echter direct uitgevoerd en er is geen sprake van overtredingen.
5.1.3. Convenanten
In aanvulling op de van kracht zijnde milieuvergunningen, participeert Janssen Biologics in het door de overheid gestimuleerde convenant Meer Jaren Afspraak III (MJA III). In deze 4-jaarlijkse convenant zijn de afspraken vastgelegd om zuiniger om te gaan met energie. In 2012 zijn deze afspraken opnieuw aangegaan met het indienen van het EEP 2013-2016.
5.2. Wijzigingen in de huisvesting en organisatie In 2013 hebben zich geen wijzigingen in de huisvesting en organisatie voorgedaan die relevant zijn voor het milieu.
5.3. Energie en Water Sinds 2010 zijn de Healthy Future 2015 doelstellingen van kracht. Deze zijn afgeleid van afspraken in wereld wijde energietops en EU afspraken en houden in een 10% reductie van CO2 uitstoot in vergelijking met het basis niveau van 2010, zonder gebruik van groen certificaten (komt overeen met 2% CO2 reductie per jaar). Tevens is dit een verdere opmaat voor een 20% CO2 reductie per 2020 onder dezelfde voorwaarden. In 2013 is ten opzichte van 2012 een forse toename van productie gerealiseerd. Dit heeft onvermijdelijk een impact op de absolute milieubelasting tot gevolg.
Milieujaarverslag 2013 I 4 I
In 2013 ligt de totale CO2–emissie (de som van de direct en de indirect emissie) 2,5% lager dan het 2010 basis niveau. Ten opzichte van 2012 is met name het elektraverbruik toegenomen, wat een toename van de indirecte CO2-emissie tot gevolgd heeft. De CO2emissiereductiedoelstelling loopt achter bij de verwachtingen vanuit de Health Future 2015 doelstellingen maar is wel in overeenstemming met de MJA3 afspraken. Ook voor water gelden vergelijkbare doelen conform Healthy Future 2015 en dient 10% reductie in 2015 te worden gerealiseerd ten opzichte van het basisniveau in 2010. In 2013 is het waterverbruik gelijk aan het verbruik in het basisjaar 2010. Hier is dus geen reductie bereikt. In 2014 wordt conform het actieplan de waterbalans in kaart gebracht, wat mogelijk inzicht geeft in besparingsopties. Zie voor een grafische weergeven van de CO2-emissie, het water en het energieverbruik bijlage 1. Voor een diepgaandere verslaglegging, analyse en evaluatie wordt verwezen naar het elektronisch milieujaarverslag wat in overeenstemming met het MJA-III convenant naar het betrokken bevoegde gezag wordt gestuurd.
5.4. Niet gevaarlijk en gevaarlijk afval In Bijlage 2 zijn de afvalgegevens van Janssen Biologics weergegeven. Voor het niet-gevaarlijk afval is een daling te zien ten opzichte van het jaar 2012. De hoeveelheid afval is echter nog niet gedaald ten opzichte van het niveau in 2010. Dit is onder andere te verklaren doordat in 2013 er een fors hogere productie heeft plaatsgevonden, met als gevolg ook een hogere output van disposable materiaal (verpakkingsmateriaal, schoonmaakmateriaal, tubings, etc.). De tendens is dat er meer disposables toegepast zullen (moeten) worden in de toekomst. Dit in verband met het verder terugdringen van contaminaties in de biologische productieomgeving. Het is dan ook onzeker of de doelstelling op site-niveau gehaald zal gaan worden. Belangrijk om te vermelden is dat de reductie target van 10% ten opzichte van het 2010 baseline jaar geldt voor de gehele Janssen onderneming: verschillen per geografische locatie zijn toegestaan zolang het geheel van afval voor de gehele Janssen onderneming aan de target voldoet. De hoeveelheid gevaarlijk afval is laag ten opzichte van de hoeveelheid niet gevaarlijk afval. Ten opzichte van 2012 is de hoeveelheid gevaarlijk afval niet afgenomen. Een continue trend voor gevaarlijk afval is moeilijk te geven en te managen. Bovendien is de aard van de Janssen Biologics bedrijfsvoering voornamelijk gericht op biologische processen en niet zo zeer op chemische processen. Daarentegen blijft het meten van chemisch afval een belangrijke parameter.
5.5. Afvalwater (chloride) Het afvalwater bestaat voor een deel uit proceswater en water dat is gebruikt voor reinigen van productieapparatuur (regeneratie van ionenwisselaars en ontharders, blown down distillers, osmose, cleansteam generatoren en ketelwater). Het geloosde afvalwater is in het verslagjaar gedurende vier perioden van zeven dagen bemonsterd en gemeten door Afvalwater Service B.V. De metingen zijn voornamelijk voor het berekenen van de verontreinigingsheffing. Daarnaast wordt gemeten op het chloride gehalte, een parameter uit de Omgevingsvergunning. De perioden waarin is bemonsterd zijn representatief voor het heffingsjaar en conform de vergunde meetbeschikking. Gedurende 4 perioden van een week is het afvalwater bemonsterd. In bijlage 3 is een overzicht gegeven van de resultaten van de metingen op chloride gedurende de meetweken. Evenals in voorgaande jaren komt ook in 2013 in geen van de gevallen de chlorideconcentratie boven de vergunde norm uit (1500 mg/l). Milieujaarverslag 2013 I 5 I
5.6. Incidenten en klachten Er zijn in 2013 geen klachten binnengekomen van derden. Ook hebben zich geen milieuincidenten voorgedaan die rapporteerbaar zijn aan de overheid.
5.7. Gebruik grondstoffen en gassen In totaal is er 57027 kg aan grondstoffen (chemicaliën) gebruikt die vallen onder de wet vervoer gevaarlijke stoffen (ADR). De meeste chemicaliën die vallen onder de ADR zijn corrosieve stoffen (ADR 8, ca. 50%) en brandbare stoffen (ADR 3, ca. 43%). Deze worden voornamelijk worden gebruikt bij schoonmaakprocessen en productieprocessen. Het grootste aandeel van brandbare stoffen wordt ingenomen door ethanol. Het grootste aandeel oxiderende stoffen bestaat uit natronloog/natriumhydroxide. In beperkte mate worden er schadelijke stoffen (ADR 9, ca. 7%) gebruikt. Het grootste aandeel hiervan bestaat uit desinfectiemiddel voor vloeren in de productie. Aan giftige stoffen (ADR 6.1) wordt ca. 10 kg/jaar en oxiderende stoffen (ADR 5.1) ca. 3 kg/jaar gebruikt. De stoffen worden voornamelijk in de laboratoria toegepast. De opslag van stoffen vindt plaats conform de PGS 15 richtlijnen. In het warehouse Schiphol-Rijk vindt de bulk-opslag van (gevaarlijke en niet-gevaarlijk) grond- en hulpstoffen plaats. De gevaarlijke stoffen worden opgeslagen in speciaal hiervoor geconstrueerde bunkers. OP de lokatie waar de stoffen worden gebruikt (productie en laboratoria) vindt tussenopslag plaats in brandwerende veiligheidskasten. In bijlage 4 is een overzicht gegeven van de verbruikte soorten gevaarlijke stoffen inclusief de hoeveelheid gebruikte gassen.
6. Conclusie Op een aantal vlakken zijn de milieuprestaties goed. Ondanks de toegenomen productie is er een een verdere afname in CO2 emissie ten opzichte van het basisjaar 2010. Er is een nieuw MJA-III energie efficiency plan opgesteld voor de periode 2013 – 2016. Voor water is een besparing ten opzichte van vorig bereikt maar nog niet ten opzichte van het basisjaar 2010. Het opstellen van een goede waterbalans gaat ons hier verder bij helpen. Er is een daling in het gevaarlijk afval en in het niet-gevaarlijk afval ten op zichte van 2012 te zien. De doelstelling van gevaarlijk afval is gehaald, echter het behalen van de doelstelling voor niet-gevaarlijk afval voor deze site is onzeker. De reductie target geldt echter voor de gehele Janssen onderneming: verschillen per geografische locatie zijn toegestaan zolang het geheel van afval voor de gehele Janssen onderneming aan de target voldoet. Voor een overzicht van de status van de acties 2013 wordt verwezen naar bijlage 5. De milieuacties die voortkomen uit de diverse inspecties en risicoinventarisaties zijn opgenomen in het Jaarplan 2014 (zie bijlage 6).
Milieujaarverslag 2013 I 6 I
Bijlage 1. CO2 emissies, energie en water verbruiken. Leiden en Schiphol gecombineerd CO2 (103 kg)
Gas M3
Elektriciteit kWh
City Heat GJ
Water M3
1990
6.750
NA
NA
NA
NA
2002
9.520
2.068.337
11.008.780
11.055
156.823
2003
4.363
2.002.337
11.155.560
12.054
138.330
2004
4.057
1.903.148
10.574.500
13.875
144.500
2005
5.494
2.246.540
17.224.124
37.667
304.971
2006
8.834
4.012.499
26.400.533
52.366
340.482
2007
6.579
1.901.229
23.779.456
45.901
239.486
2008
6.329
2.486.107
23.137.381
48.943
206.572
2009
5.454
2.148.098
20.346.493
38.184
177.434
2010
6.275
2.389.238
17.828.745
36.367
188.874
13.800 *)
2.389.238
17.828.745
36.367
188.874
2011
12899
2.355.233
17.724.850
30.930
199.752
2012
13.341
2.453.565
18.238.673
32.379
191.516
2013
13.450
2.359.000
18.610.00
26.800
188.367
2010*)
(*) Vanaf 2010 geldt een nieuw basisniveau voor verdere reductie van CO2, zonder gebruik van groen certificaten
Milieujaarverslag 2013 I 7 I
Co2-emissie (in 103 kg) zowel directe als indirecte emissie)
Healthy Future 2015 norm: 10% reductie tov van het 2010 basis niveau, zonder gebruik groen certificaten
Waterbruik (in m3)
Healthy Future 2015 doel: 10% reductie tov 2010 basis niveau
Milieujaarverslag 2013 I 8 I
Bijlage 2. Afvalgegevens Janssen Biologics Leiden & Schiphol Rijk Niet gevaarlijk afval
Euralcode
totaal 2013 (kg)
Leiden + Schiphol
Bouw & sloop Glas Papier/karton
Gemengd stedelijk afval Vertrouwelijk papier Wit/bruingoed Hout Kunststof, incl folie
Schroot Overige afvalstoffen
170904
15.200
200102
28.227
200101
64.588
200301
469.490
200101
0
200135
6.360
200138
0
200139
45.500
200135
0
na
6.298
Totaal Janssen Biologics Niet gevaarlijk afval
623.067
Totaal recyclebaar afval
138.377
Totaal nuttige toepassing
484.690
Niet gevaarlijk afval (in kg)
Healthy Future 2015 doel: 10% reductie tov 2010 basis niveau
Milieujaarverslag 2013 I 9 I
Gevaarlijk afval
Euralcode
totaal 2013 (kg)
Leiden + Schiphol Elektrische apparatuur die gevaarlijke onderdelen bevat
200135
6.360
TL-buizen en andere kwikhouded afval
200121
34
Verpakkingen met resten gevaarlijke stoffen
150110
1.390
160506
409
160508
71
180103
7.560
Oplosmiddelen
200113
1.501
Zuren
060106
1000
Overige brandstoffen
130703
1.176
Antivriesvloeistoffen
160114
3.351
Verf, inkt, lijm en hars die gevaarlijke stoffen bevatten
200127
86
Vaste afvalstoffen die gevaarlijke stoffen bevatten
070513
1.022
Basen
060205
200
Overige oplosmiddelen, wasvloeistoffen
070504
1.000
Labchemicalien, inclusief mengsels Afgedankte organische chemicalien Biologisch besmet afval
Totaal gevaarlijk afval
25.160
Gevaarlijk afval (in kg)
Healthy Future 2015 norm: 10% reductie tov 2010 basis niveau
Milieujaarverslag 2013 I 10 I
Bijlage 3. Afvalwatergegevens
Chloride concentratie: norm 1500 mg/L conform Omgevings vergunning
Milieujaarverslag 2013 I 11 I
Bijlage 4. Gebruik grondstoffen en gassen Grondstoffenverbruik 2013 Categorie
verbruik (kg of liter)
ADR-code
brandbare stoffen
24592
3
corrosieve stoffen
28627
8
oxiderende stoffen
3
5.1
10
6
3795
9
toxische stoffen schadelijke stoffen
Verbruik Gassen 2013 Soort gas
Totaal verbruik (kg of liter)
inerte gassen (stikstof, kooldioxide, helium, lucht) inerte gassen bulk (stikstof, CO2) Niet inerte gassen (zuurstof, aardgas) niet inerte gassen bulk (zuurstof)
Milieujaarverslag 2013 I 12 I
32300 669700 9300 18523
Bijlage 5. Verslag acties en status update Jaarplan 2013 Action record # Jaarplan 2013 MAARS MAP2013
Action source / hyperlink
Action summary
Due date
MAARS selfassessment
Het updaten van de massa balans voor water als voorloper op een verbeterd waterbesparingsprogramma
Not closed (uitvoering naar 2014)
MAARS selfassessment
Alle grote en nieuwe apparatuur gebruikt R134a of R507 als koelmiddel. Enkele kleinere units gebruikt nog R22 en zal worden vervangen.
Closed
A-13-89
Interne regulatory audit
Certificering van de vloeistofdichte laad vloer confrom (CUR/PBVRecommendation 44) voor gevaarlijke chemicaliën
Closed
A-13-91
Interne regulatory audit
Verbeteren van de afvaladministratie, incl maandelijkse monitoring. Afspraken met afvalverwerker
Closed
A-12-073 tm 075
Afvalbesparingsplan
Uitvoeren van afvalbesparingmaatregelen conform afvalbesparingsplan 2012 – 2015: 1- Hergebruik medium zakken voor 2e maal opslag, 2- Vermindering verbruik afvalzakken 3- Vermindering gebruik aantal feedlines (rood en blauw)
Maatregel 1: rejected Maatregel 2: in studie, realisatie mogelijk 2014 Maatregel 3: gerealiseerd
A-12-068 tm 072 en A-12-076 tm 080
MJA3 – EEP 2013 2016
Uitvoeren van energiebesparingmaatregelen conform Energie Efficiency plan zoals opgesteld in Meer Jaren afspraak 2013 – 2016 (geplande maatregelen 2013): 1- Heat recovery WFI 2- Enthalpie regeling HVAC 3- Zonneenergie centrale 1 4- LED verlichting 5- Voorverwarmen aanzuiglucht boilers 6- Zonneenergie 2 7- Beveiligd printen 8- Hergebruik mediumzakken (voor harvest en / of medium)
Maatregel Maatregel Maatregel Maatregel Maatregel
MAARS MAP2013
MAARS selfassessment
Een update van luchtemissie zal in kaart worden gebracht incl. monitoringsvereisten
Closed
10.1.1 10.4.3 MAARS MAP2013 9.4.3
9.1.1 9.2.1 9.3.1 9.3.2
Milieujaarverslag 2013 I 13 I
1: 2: 3: 4: 5:
rejected gerealiseerd gerealiseerd gerealiseerd uitvoering mogelijk in Q1 2014 Maatregel 6: afronding in Q1 2014 Maatregel 7: gerealiseerd Maatregel 8: rejected
Bijlage 6: Milieu Jaarplan 2014 Action record # Jaarplan 2014
Action source / hyperlink
Action summary
Due date
A-12-044
Afvalpreventieplan 2012-2015
Koffiebekertjes gescheiden inzamelen onderzoek
30-jun14w
A-12-045
Afvalpreventieplan 2012-2015
Bewustzijnscampagne afvalscheiding
31-mrt-14
A-12-046
Afvalpreventieplan 2012-2015
Scheiden van etensresten - overleg met Sodexo en onderzoek naar wekelijks afgevoerde hoeveelheid.
31-dec-14
A-12-074
Afvalpreventieplan 2012-2015 / EEP 2013-2016
Vermindering verbruik afvalzakken
1-jul-14
A-12-076
MJA EEP 2013-2016
Voorverwarmen aanzuiglucht boilers
31-mrt-14
A-12-077
MJA EEP 2013-2016
Zonneenergie 2
31-mrt-14
MAARS MAP2013
MAARS selfassessment
Het updaten van de massa balans voor water als voorloper op een verbeterd waterbesparings-programma
01-aug-14
10.1.1 10.4.3
Milieujaarverslag 2013 I 14 I
Art accreditation: Artist: Mark Higham Title: Four Seasons
Postbus 251 2300 AG Leiden T +31 (0)71 - 52 42 279 Website: www.janssen-biologics.nl
Milieujaarverslag 2013 I 15 I