MEDIAWIJSHEID
Bron: 1 twittermania.nl
SOCIAL MEDIA
Zet uw school op de kaart!
Over de zin van het inzetten van social media op school
Merel van Ouwerkerk & Eveline Heilig | Minor ICT 2 | Haarlem | Juni 2012
Mediawijsheid
Inleiding Mediawijsheid…..een document hierover schrijven zou ellenlange pagina’s op kunnen leveren. Het is namelijk een nogal veelomvattend begrip. Natuurlijk zou volstaan kunnen worden met een beknopte uitleg van dit begrip. Echter, wij zien het als meerwaarde om juist eens in te zoomen op een onderdeel van het begrip, namelijk; social media. Juist ook omdat dit document een ‘kijkje in de keuken’ op een tweetal basisscholen bevat , waar een enquête omtrent mediawijsheid is gehouden onder groep 6 leerlingen. Social media is een heikel punt in het onderwijs en dan voornamelijk het inzetten van social media. Denk je aan social media, dan komen al snel denkbeelden naar voren van cyberpesten, bangalists enz. Maar, heeft social media alleen maar nadelen? In dit document wordt juist ingegaan op de positieve punten van het inzetten van social media in de school. Social media in optima forma! In de hoop, dat ook u de nieuwe media in uw onderwijspraktijk in gaat zetten, voorziet dit document u van een handleiding met lesideeën.
Mediawijsheid
Inhoudsopgave INLEIDING ..................................................................................................................................................... 2 INHOUDSOPGAVE ........................................................................................................................................ 3 1MEDIAWIJSHEID ...................................................................................................................................... 4 1.1
MEDIAWIJSHEID WAT IS DAT? ...................................................................................................................................... 4
1.1.1 1.2
MEDIAWIJSHEID IN DE SCHOOL .............................................................................................................................. 4 INZOOMEN OP SOCIAL MEDIA ..................................................................................................................................... 5
1.2.1
INZOOMEN OP SOCIAL MEDIA ................................................................................................................................. 5
1.2.2
HET INZETTEN VAN SOCIAL MEDIA OP SCHOOL- EN KLASSENNIVEAU...................................................................... 7
Sociale netwerken Hyves en Facebook ........................................................................................................................... 7 twitter ................................................................................................................................................................................... 7 Bloggen ............................................................................................................................................................................... 8 1.2.3
TIPS VOOR DE SCHOLEN .......................................................................................................................................... 9
2ONDERZOEK PRAKTIJKSCHOOL .......................................................................................................... 10 3HANDLEIDING LESSEN .......................................................................................................................... 12 SUCHMAN STRATEGIE .............................................................................................................................................................. 12 LIPDUB ...................................................................................................................................................................................... 14
STOP MOTION ......................................................................................................................................................................... 16 EEN ONWAARSCHIJNLIJK BERICHT... ......................................................................................................................................... 18
4 REFLECTIE................................................................................................................................................. 20 EVELINE HEILIG ......................................................................................................................................................................... 20 MEREL VAN OUWERKERK ........................................................................................................................................................ 21 BIBLIOGRAFIE ............................................................................................................................................. 22 BIJLAGEN .................................................................................................................................................... 23 1.
ONDERZOEKSKAART SUCHMAN ...................................................................................................................................... 23
2.
ENQUETE MEDIAWIJSHEID ............................................................................................................................................... 25
Mediawijsheid
1Mediawijsheid 1.1 MEDIAWIJSHEID WAT IS DAT? “MEDIAWIJSHEID IS HET GEHEEL VAN KENNIS, VAARDIGHEDEN EN MENTALITEIT WAARMEE BURGERS ZICH BEWUST, KRITISCH, VEILIG EN ACTIEF KUNNEN BEWEGEN IN EEN COMPLEXE, VERANDERLIJKE EN FUNDAMENTEEL GEMEDIALISEERDE SAMENLEVING.”(BRON: RAAD VOOR CULTUUR)
De voorloper van de term mediawijsheid was tot 2005 media-educatie. Tot 2005 was er al de nodige aandacht voor de werking en invloed van media. Media is een verzamelnaam van ‘oude’ en ‘nieuwe’ media. Onder oude media worden verstaan: gedrukte media (krant en tijdschrift) en analoge media als televisie en radio. Zij waren tot de jaren '80 dominant. Met nieuwe media worden meestal de elektronische `interactieve` media bedoeld. De term mediawijsheid heeft die van media-educatie ingenomen, omdat volgens de Raad voor Cultuur de leefomgeving van de Nederlandse burger dermate ‘gemedialiseerd’ is geraakt, dat men om te kunnen participeren in de democratische samenleving tegenwoordig ook bepaalde kennis, houding en vaardigheden met betrekking tot media nodig heeft. Kinderen zijn het meest verweven met media. De media is een onderdeel van hun dagelijkse leven; ze bevinden zich in virtuele netwerken, chatten via MSN, gebruiken netwerken via profielsites als Hyves, publiceren zelfgemaakte filmpjes op YouTube en werken samen in online games. Het onderwijs zou dus een grote rol moeten spelen in het bevorderen van hun mediawijsheid. Naast aandacht voor het op een goede manier onderhouden sociale contacten, is het niet overbodig dat een school aandacht besteedt aan het bijbrengen van zaken als het inschatten van de authenticiteit van internetbronnen of virtuele personen, het interpreteren van nieuws of reclame of andere mediaboodschappen.
1.1.1 MEDIAWIJSHEID IN DE SCHOOL De omgang met media verdient meer aandacht in de klas, ook vanwege de enorme opmars van ICT in het onderwijs. De mediawijsheid van kinderen kan op verschillende manieren bevorderd worden op school. De meest voor de hand liggende aanpak is het implementeren van mediawijsheid in het burgerschapsonderwijs. Net als mediawijsheid is burgerschapsvorming gericht op democratische vaardigheden, participatie in de maatschappij en de identiteitsontwikkeling van kinderen. Door kinderen te leren hun stem te laten horen via de media, samen te laten werken via de media en zich kritisch te leren verhouden tot de invloed en werking ervan, bereid je ze ook voor op hun toekomstige burgerschap in de samenleving (mediawijsheid-medialessen, 2012). Onder het mom van ‘verbeter je toekomst, begin bij jezelf’ zou een pleidooi voor het door een school zichtbaar gebruiken van (social) media niet misstaan. Wanneer een school het voortouw neemt in een op een verantwoorde manier omgaan met media, volgen de leerlingen logischerwijs vanzelf. Maar niet alleen het op een juiste manier gebruiken van en werken met media zou een school moeten uitdragen en onderwijzen, ook het profileren van social media kan voor een school belangrijk zijn. Hoe zet je een school met behulp van social media op de kaart?
Mediawijsheid Inzoomen op social media is hiermee een logische vervolgstap voor dit mediawijsheid document.
1.2 INZOOMEN OP SOCIAL MEDIA ”SOCIAL MEDIA IS EEN VERZAMELNAAM VOOR ALLE INTERNET-TOEPASSINGEN WAARMEE HET MOGELIJK IS OM INFORMATIE MET ELKAAR TE DELEN OP EEN GEBRUIKSVRIENDELIJKE EN VAAK LEUKE WIJZE. HET BETREFT NIET ALLEEN INFORMATIE IN DE VORM VAN TEKST (NIEUWS, ARTIKELEN). OOK GELUID (PODCASTS, MUZIEK) EN BEELD (FOTOGRAFIE, VIDEO) WORDEN GEDEELD VIA SOCIAL MEDIA WEBSITES. MET ANDERE WOORDEN, SOCIAL MEDIA STAAT VOOR 'MEDIA DIE JE LATEN SOCIALISEREN MET DE OMGEVING WAARIN JE JE BEVIND.” (SOCIAL MEDIA-KENNISPLATFORM MET INFORMATIE OVER SOCIAL MEDIA, SOCIAL MARKETING EN SOCIALE INTERNETSTRATEGIE, 2012)
Uit een onderzoek van stichting Mijn kind online is gebleken dat Hyves, Facebook en Twitter de populairste platformen van social media zijn die door de jeugd van 8 t/m 18 jaar worden gebruikt. Hyves blijkt het populairst: 79% van de jongeren heeft een profiel op Hyves. Facebook volgt op de tweede plek met 49% en 34% van de ondervraagden heeft een profiel op Twitter. 24% heeft een profiel op alle drie sociale netwerksites. Slechts 13% van 8 tot 18-jarigen heeft op geen enkel platform een profiel. In het onderzoek werden ook profielen meegeteld die wel zijn aangemaakt, maar niet of nauwelijks worden gebruikt. (Dossier:mediawijsheid-nieuwe cijfers gebruik sociale media door 8 tot 18-jarigen, 2012)
1.2.1 INZOOMEN OP SOCIAL MEDIA Uit onderzoek blijkt dus dat social media hot en happening is onder scholieren. Het is daarom des te vreemder dat scholen hier niet of nauwelijks op inspelen. Dat komt doordat scholen vaak niet weten hoe ze dat moeten doen. Er is in het onderwijs dus nog veel winst te behalen wat betreft het inzetten van social media. Niet alleen op onderwijskundig niveau; social media kan een school ook letterlijk een gezicht geven. Als school kun je social media zo inzetten dat ze bijdragen aan het beeld van de school. Met een website profileert een school zich al voor een groot deel online. Dit is voor ouders ook meestal de eerste kennismaking met een school. Door gebruik van social media kan deze kennismaking Bron: 2 www.socialmediaclubnijmegen.nl
aangevuld worden. Op de website kan bijvoorbeeld een Twitter of facebook-account zichtbaar vermeld worden. Een Twitter-account kan dienen als informatiebron voor ouders waarmee ouderparticipatie verhoogd kan worden. Twitteren kun je doen om een groter publiek te bereiken. Plaats het Twitter-account zichtbaar op de schoolwebsite. Door de website goed up-to-date te houden (inclusief Twitter) kunnen ouders zien wat er allemaal gebeurt op school. Er kan getwitterd worden over activiteiten die plaatsvinden in de klas (inclusief foto’s) en op school. Ook de jarigen kunnen gefeliciteerd worden via Twitter. De leerkrachten met een smartphone kunnen vanaf hun telefoon twitteren wat er op dat moment gebeurt in de klas. Zij kunnen ook een foto erbij plaatsen. De collega’s zonder 'hippe' telefoon kunnen gewoon inloggen via de pc. Een Facebook-account kan gebruikt worden om ouders via een oproep te laten meedenken of ergens voor te activeren. Alle voorgenoemde voorbeelden zijn toepassingen om de ouderbetrokkenheid te verhogen.
Mediawijsheid
“DE BEDOELING IS DAT DE 'BUITENWERELD' MEER INZICHT KRIJGT OVER HET WEL EN WEE VAN KINDEREN OP EEN BASISSCHOOL. KINDEREN WISSELEN ERVARINGEN UIT, VERGROTEN HUN TYPVAARDIGHEID, VERSTERKEN DE INTERESSE NAAR ELKAAR TOE, ETCETERA.” Het door een school zelf deelnemen aan toepassingen als Hyves, Facebook of Twitter kan, mits op een goede manier toegepast, voordelen opleveren. Al eerder is de ouderparticipatie genoemd. Elke school wil ouders betrekken bij het onderwijs, maar loopt daarbij tegen vele factoren aan. Hoe blijven de rollen tussen ouders en leerkrachten bijvoorbeeld duidelijk? En hoe bereik je ouders op een makkelijke manier? Kennisnet en VBS (Verenigde Bijzondere Scholen) onderzochten het inzetten van social media om ouderparticipatie te vergroten met het project ‘Ouderparticipatie en Social Media’. Het project Ouderparticipatie en Sociale Media richt zich op het realiseren van nieuwe mogelijkheden om ouders bij onderwijs te betrekken en het nut van sociale media daarbij. Het is ontstaan door gesprekken van VBS met scholen over ouderbetrokkenheid en innovatie van onderwijs, en hoe die twee kunnen samengaan. Zo ontstond een tweeledig idee: Enerzijds dat je veel beter met ouders kunt communiceren als dit ondersteund wordt door digitale communicatie. Anderzijds dat er veel meer mogelijkheden zijn om ouders te betrekken bij onderwijs, zonder dat ouders het vak overnemen. Social media raakt ouderbetrokkenheid op veel vlakken. Kennisnet noemt hiervoor de volgende belangrijke punten:
Het biedt scholen de mogelijkheid om makkelijker en met maatwerk met ouders te communiceren. Dit vervangt uiteraard niet het realiseren van betrokkenheid in de directe communicatie, maar kan hier wel een goede (praktische) aanvulling op bieden.
Het daagt scholen uit om directe interactiemogelijkheden toe te laten en vorm te geven. Je kunt met ICT ouders wel sms’jes laten ontvangen over de laatste toet resultaten, maar pas als je transparantie van gegevens inbed in een sfeer van betrokken interactie, hetwelk je kan bevorderen en ondersteunen met interactie via social media, ontstaat er partnerschap.
Het biedt mogelijkheden om die interactiemogelijkheden ook onderwijskundig uit te buiten, ruimte dus voor co-creatie. Ouders vinden het namelijk prachtig om op zijn tijd eens iets voor de school te doen. (Kennisnet Innovatie, 2012)
Mediawijsheid
1.2.2 HET INZETTEN VAN SOCIAL MEDIA OP SCHOOL- EN KLASSENNIVEAU Het gebruik van social media is zowel op school- als op klassenniveau aanbevelingswaardig. Een aantal suggesties: SOCIALE NETWERKEN HYVES EN FACEBOOK Door het gebruiken van Hyves en Facebook (met als functies het aanmaken van een profiel, het toevoegen van vrienden en het delen van informatie) kan een school:
Zich profileren en presenteren richting ouders en leerlingen
Laten zien wat er allemaal gebeurt op school
Ouders en leerlingen informeren
Nieuwe leerlingen werven
In contact blijven met oud-leerlingen
TWITTER Twitter is een mediawijsheidinstrument bij uitstek omdat het de 4 competentiegroepen van Mediawijsheid bestrijkt, namelijk:
Gebruik: Het inzetten van Twitter vraagt om het kunnen bedienen van apparatuur en software
Begrip: Het kritisch bekijken van berichten
Communicatie: Dat het een communicatiemiddel is is een open deur en dat het daarmee voor de eigen doelstellingen van een school ingezet kan worden is daar een verlengde van, waarmee ook peiler 4
Strategie is bediend
Het doel van Twitter is het snel informeren van ouders, leerlingen en leerkrachten en het vergemakkelijken van contact tussen ouders en school. Met het inzetten van Twitter kan mediawijsheid ook ingezet worden als leermiddel
Twitterverhaal/gedicht –Gezamenlijk een Twitterverhaal maken: iedere leerlingen voert om de beurt een tekst in van 140 tekens en de volgende leerling sluit aan op het verhaal van zijn voorganger.
Wie maakt het langste woord? – Via Twitter geef je een onzinwoord, bijvoorbeeld 'bikplewrtgasena'. Welke leerling twittert het langste (bestaande) woord gevormd met deze letters?
Woordenschat – Twitter een moeilijk woord. Welke leerling twittert het eerst de juiste betekenis?
Spelling – Twitter een zin met een aantal spelfouten er in. Wie twittert het eerst de gecorrigeerde zin terug?
Geschiedenis – Schrijf een tweet namens een historisch persoon. Wat zou Minister van Houten getwitterd hebben in 1874 toen zijn kinderwetje werd vastgesteld?
Raadpleeg een deskundige – Een vraag over sterrenkunde of ruimtevaart? Tweet de vraag naar @govertschilling, @Astro_Mike, @edumaat of een andere deskundige die misschien het antwoord weet.
http://dossiers.kennisnet.nl/dossiers/mediawijsheid/twitter-in-de-klas/
Mediawijsheid BLOGGEN ”EEN BLOG (AFKOMSTIG VAN HET WOORD WEBLOG) IS EEN ONLINE MEDIUM OVER INTERESSANTE ONTWIKKELINGEN, ACTUALITEITEN, BEDRIJFSAANGELEGENHEDEN, PERSOONLIJKE ZAKEN, POLITIEK OF WERK EN THEMA (VAKGEBIED).”
http://www.blog.nl/links_watis.php Bloggen heeft meerdere voordelen. Ten eerste hebben kinderen interesse in elkaar. Kinderen die in de klas vrij stil zijn, kunnen schriftelijk op hun eigen tempo stukjes schrijven. Zo kunnen ze ook op deze manier van zich laten horen. Ten tweede weet de 'buitenwereld' wat er leeft in de klas, thuis en op school. Er zijn ook nadelen aan bloggen. Zo kunnen de blogs door willekeurig iemand met de inlogcode verwijderd worden. Je komt er niet achter wie dit heeft gedaan. Het kan zijn dat een kind uit de klas de inlogcode heeft doorgegeven. Hier zul je als leerkracht goede afspraken met de leerlingen over moeten maken.
HET BLOGGEN EN TWITTEREN HEEFT ALS GROOT VOORDEEL: HET LAAT DE BUITENWERELD (ZOALS OUDERS) OP POSITIEVE WIJZE ZIEN WAT ER ZICH AFSPEELT IN DE SCHOOL EN DE SCHOOL KAN POTENTIEEL NIEUWE LEERLINGEN AANTREKKEN.
Bron: 3 www.powerpr.nll
Natuurlijk zijn er ook valkuilen aan het gebruik van social media en velen zien vooral deze. Dit komt meestal door gebrek aan kennis van social media en aan onkunde van het op een juiste manier omgaan met en het inzetten en toepassen ervan. Social media gooit de deuren van een school open, maar aan de andere kant: de opkomst van social media is niet meer tegen te houden. Leerkrachten en directie kunnen dus beter een manier vinden om er mee om te gaan en de school door middel van social media ‘op de kaart te zetten’. Dit vraagt echter wel om transparantie van scholen en het snel en adequaat reageren op roddels en geruchten.
Mediawijsheid
1.2.3 TIPS VOOR DE SCHOLEN 10 tips om als school met social media om te gaan 1. Ga proactief te werk - Leerlingen zijn volop bezig met social media. Om te weten wat leerlingen online over u zeggen, zult u zich als school moeten verdiepen in de wereld die 'sociale media' heet. 2. Stel samen met leerlingen online huisregels op - Met regels toont u niet alleen dat u internet begrijpt, maar ook dat u oog heeft voor uw leerlingen. 3. Maak één medewerker verantwoordelijk voor het socialemediabeleid op school - Op sociale media is zeven dagen per week 24 uur per dag leven. Het is dan ook zaak dagelijks te monitoren wat er online over uw school wordt gezegd. 4. Maak duidelijk dat u weet wat er speelt - Alleen luisteren is niet genoeg. U zult in moeten grijpen wanneer u ziet dat iemand zich online stuitend uitlaat over een docent of de school. 5. Help uw leerlingen - Maak aan uw leerlingen duidelijk dat alles op internet terug is te vinden en online blijft staan. Ze moeten op fouten worden aangesproken om herhaling te voorkomen. 6. Betrek uw docenten - Leer uw docenten omgaan met sociale media. Zo worden zij beschermer van hun eigen naam en houden ze ook nog eens voeling met de belevingswereld van hun leerlingen. 7. Betrek de ouders - Scholen en ouders zijn beide verantwoordelijk voor het mediawijs maken van kinderen. 8. Laat pionierende docenten hun gang gaan - Iedere school heeft wel een docent die altijd bezig is met media en de laatste belevenissen Tweet of een Facebook-profiel bijwerkt. Geef deze docenten de vrijheid en zijn of haar collega's stimuleren hetzelfde te doen. 9. Steek uw kop niet in het zand - Laat u niet afschrikken door het open karakter van social media, het biedt namelijk een hoop kansen. Gebruik het niet alleen om te zenden, maar ook om te ontvangen. 10. Roep hulp in - Maar waar te beginnen? Wat kun je met social media? Aarzel niet om hulp in te schakelen als het allemaal teveel is. Neem iemand die je de weg kan wijzen. Eén ding is zeker: social media gaan niet meer weg. (Dossier Mediawijsheid: 10 tips om als school met mediawijsheid om te gaan, 2012)
Bron: 4 www.sociallyyours.nl
Mediawijsheid
2Onderzoek praktijkschool Natuurlijk is het belangrijk te weten hoe de leerlingen denken en handelen wat betreft mediawijsheid. Om dit op de juiste manier te kunnen peilen is er een enquête speciaal over onderwerpen binnen mediawijsheid afgenomen. Twee scholen hebben meegewerkt. Van beide scholen hebben in totaal 45 leerlingen uit groep 6 de enquête ingevuld (complete analyse, zie bijlage 2). Om een beeld te creëren wat betreft de kennis en vaardigheid omtrent social media volgen nu wat voorbeelden: De kinderen is gevraagd welke zin het meeste klopt wanneer het gaat over cyberpesten. Tabel 1 geeft hier een overzicht van. Duidelijk is dat het juiste antwoord lastig is. Het is opgevallen, dat veel kinderen het woord ‘cyberpesten’ niet kennen en in sommige gevallen niet eens kunnen uitspreken. Het is derhalve aannemelijk dat ze dit in verband brengen met ‘gewoon’ pesten en daarom als antwoord geven dat cyberpesten net zo erg als gewoon pesten is. Aantal
Percentage
Als de computer niet doe wat je wilt, noem je dat cyberpesten
2
4%
Cyberpesten is net zo erg als gewoon pesten
16
36%
Cyberpesten is roddelen over anderen
7
16%
19
42%
Anderen blokkeren op internet is cyberpesten
Tabel 1 inschatting eigen vaardigheid gebruik ICT
In grafiek 1 zijn een aantal vragen omtrent internet gebruik en social media verwerkt. Er worden opvallende zaken aangehaald waardoor een reëel beeld gecreëerd wordt. Leerlingen lijken zich er van bewust dat het geen goed idee is om zomaar je adresgegevens ter beschikking te stellen en ook je onaardig uitlaten over anderen waarderen ze als ‘not done’.
Wat zal je nooit doen? Schrijven over mensen die ik niet aardig vind Vertellen waar ik op school zit Mijn foto's plaatsen Mijn adres geven Mij anders voordoen Mijn echte naam vertellen 0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
Grafiek 1 Wat zal je nooit doen met betrekking tot informatie op het internet?
Verder valt op dat informatiebronnen als Google en Wikipedia het meest gebruikt worden, maar dat één en dezelfde informatie via het jeugdjournaal weer meer vertrouwd wordt dan wanneer diezelfde informatie via Google komt. Informatie via reclame wordt het minst vertrouwd. In dat opzicht zijn de kinderen dus redelijk wijs te noemen.
Mediawijsheid Het merendeel van de ondervraagden (18%) zegt heel veel te weten over internet, 14% stelt precies te weten hoe het werkt en 13% vindt zichzelf een beginner. Deze uitkomsten variëren dus nogal en schetst een 50/50 beeld. Op internet worden vooral spelletjes gedaan, met 29% ten opzichte van het onderhouden van sociale contacten en het opzoeken van informatie. Dezelfde meerderheid vindt het vervelend wanneer internet het niet doet. Uit alle vragen kan uiteindelijk gefilterd worden dat er voor de meeste leerlingen nog winst te behalen valt wat de kennis over het internetgebruik betreft. Een leerkracht kan deze kennisoverdracht bewerkstelligen door leerlingen te begeleiden en te sturen. Bewustwording is hierbij het sleutelwoord. Deze kinderen in de leeftijdscategorie van 10 jaar lijken al veel te weten, maar schijn bedriegt! Wij als leerkrachten kunnen en moeten hier een rol in (blijven) spelen.
Mediawijsheid
3Handleiding lessen SUCHMAN STRATEGIE Over de opdracht Kinderen hebben een natuurlijke drang tot leren. Suchman heeft een strategie ontwikkeld om kinderen te helpen daar systematisch mee om te gaan. Die strategie noemde hij “leren onderzoeken”. Je kunt leerlingen niet zomaar het internet op sturen, je hebt de taak als leerkracht om ze met internet te leren omgaan. Vergelijk het met het loslaten van je groep midden in New York met de opdracht: “zoek alle restaurants met Hollandse eigenaren, tik dit in Word, print het uit en lever het bij mij in”. Wat krijg je dan terug? De didactiek van Suchman pas je bij voorkeur toe in een les wereldoriëntatie. Je laat de methode los en kiest een onderwerp zodat je aan blijft sluiten bij de doorgaande leerlijn. Het concept past uitstekend bij het sociaal constructivisme, het gedachtengoed van Lev Vygotsky. Het is een manier van leren waarbij kinderen eigenaar zijn van hun onderwijs en het onderwijs zoveel mogelijk levensecht is. Benodigdheden Onderzoekskaart (zie bijlage 1) Computers met internetaansluiting Lesdoelen Leerlingen worden bewust van het eigen denkproces. Leerlingen realiseren zich waar ze mee bezig zijn geweest door evaluatie van de leerprocessen. Lesbeschrijving Introduceer het onderwerp op een spannende wijze. Inventariseer wat de kinderen al weten over het onderwerp. Inventariseer wat de kinderen willen weten? Laat hiervoor de leerlingen individueel, in tweetallen of in groepjes met elkaar bedenken wat ze willen weten over het onderwerp en laat ze (volgens de onderzoekskaart, bijlage 1) een probeerantwoord formuleren. Door middel van een klassikale terugkoppeling, waarin de leerkracht inventariseert wat alle kinderen willen weten over het onderwerp, wordt betrokkenheid gecreëerd.
Mediawijsheid Fotogalerij
De uitleg van de opdracht.
Individueel aan het werk.
Zo zoekt een leerling op Google.
Presentatie van de onderzoeksvraag maken in PowerPoint.
Voorkennis activeren en kinderen betrokken maken bij het onderwerp.
Of in een groepje.
Het invullen van het blad.
Zoeken op internet. .
Presentatie voor de klas.
Mediawijsheid
LIPDUB Over de opdracht Het maken van een lipdub betekent dat er in één take een clip wordt opgenomen dwars door de school. Omdat de cameraman (vrouw) een route in en om de school loopt, krijgt de kijker als het ware een rondleiding. In de video heeft iedereen een playbackrol, het is dus belangrijk dat iedereen de tekst kent. Stappenplan 1. Samenstelling lipdub-team; Om de lipdub te bedenken is het handig om met een kleinere groep de voorbereidingen te treffen. 2. Keuze nummer; Bekijk met het groep verschillende clips, bijvoorbeeld via YouTube. De duur van de clip bepaalt de lengte van de lipdub. Iedere klas kan zijn favoriete nummer door laten geven, waaruit het lipdub-team vervolgens een keuze maakt. 3. Ideeën verzamelen; In een lipdub komen vanuit allerlei hoeken mensen tevoorschijn die het liedje playbacken maar ondertussen ook iets doen. Te denken valt aan acrobatische oefeningen in een gymzaal, leerlingen die muziekinstrumenten bespelen of verklede docenten. Brainstorm hierover.
4. Script maken; Als het nummer bepaald is en de ideeën verzameld, is het tijd om dit uit te werken in een gedetailleerd script. Schrijf eerst de route op die gelopen wordt door de cameraman, welke situaties hij vervolgens tegenkomt en welk deel van de songtekst geplaybackt wordt. Werk dit uit in een gedetailleerd script waarin het nummer heel precies wordt uitgesplitst. 5. Voorbereiden; Nadat het script is uitgeschreven, kunnen alle voorbereidingen worden getroffen. Een draaiboek kan hierbij handig zijn. Hierin komen alle praktische zaken te staan zoals:
- deelnemers en verdeling rollen - tijdsplanning [wanneer oefenen, opnamedatum] - benodigde attributen, kleding, camera, etc. Zorg ervoor dat iedereen die bij de lipdub betrokken is op tijd de juiste informatie krijgt. 6. Oefenen; Voordat de echte opname begint, moet er minimaal drie keer geoefend worden. De cameraman moet de route kunnen dromen en alle deelnemers moeten weten wat er op welk moment van hen verwacht wordt. 7. Opname; Vanzelfsprekend moet tijdens de opname alles en iedereen gereed staan. Doe een laatste check, controleer of de camera werkt en loop het hele parcours langs. Geef een duidelijk startsein als de opname begint. Laat iemand met de cameraman of -vrouw meelopen om hem of haar te begeleiden. Er mag tussendoor niet gestopt worden, het moet in één take opgenomen worden. Natuurlijk kan de opname wel opnieuw gedaan worden. 8. Verspreiding en terugblik; Afhankelijk van de reden waarom de lipdub gemaakt is, moet er gekozen worden voor de manier waarop de lipdub onder de aandacht wordt gebracht. Allerlei sociale mediakanalen kunnen hierbij ingezet worden zoals Twitter, Facebook, Hyves en YouTube. En natuurlijk via de schoolwebsite en/of de nieuwsbrief. Het is zinvol om met de betrokkenen het project af te sluiten door met elkaar naar het eindproduct te kijken [een soort première] en na te praten over het proces.
Mediawijsheid Lesdoelen Met deze activiteit kom je tegemoet aan meervoudige intelligentie, waarbij het er niet gaat “om hoe intelligent je bent, maar hoe je intelligent bent.” (Gardner, 1983) Zo doe je met de lipdub een beroep op kinesthetische (goed in bewegen en dans), muzikale en visueelruimtelijke intelligenties van kinderen. Daarnaast zijn er verschillende taken waarbij iedereen betrokken kan worden: regisseren, filmen, tekst uitwerken, dansjes oefenen, trucjes oefenen, computerwerk, etc. Leerlingen werken samen aan één product en zijn hier als groep verantwoordelijk voor. Als de lipdub is opgenomen Maak van de beste “take” in Moviemaker (of een soort gelijk programma) een film met de originele muziek er onder. Resultaat Voor het bekijken van de eindresultaten verwijzen wij naar; http://heerens.home.xs4all.nl/Minor%20ICT/Welkom.html en http://molenweid.jimdo.com/ Fotogalerij
Een coördinator legt alles nog een keer uit.
Mail van coordinator naar juf Merel.
Mediawijsheid
STOP MOTION Over de opdracht Met Stop Motion plak je losse foto’s achter elkaar om er zo een filmpje van te maken. Op iedere foto verander je een heel klein beetje aan de situatie. Wanneer je de foto’s achter elkaar hebt geplakt lijkt het een vloeiende beweging. Een Stop Motion filmpje kan op verschillende manieren gemaakt worden; met klei, tekeningen of alledaagse voorwerpen. Ik laat de kinderen de keus. De kernwoorden die ik de kinderen heb meegegeven zijn: inventiviteit, creativiteit, samenwerking, fantasie en experiment. In groepjes gaan de leerlingen aan de slag met het bedenken van een korte verhaallijn. Hierna treffen zij de voorbereidingen om later de foto’s te kunnen maken. Ze maken van papier de hoofdpersonages en het decor. Dan worden de foto’s gemaakt om vervolgens te gaan monteren. Benodigdheden Digitale camera Statief Verschillende materialen (bijvoorbeeld klei) Computer Lesdoelen Leerlingen bedenken samen met klasgenoten een verhaallijn. Leerlingen werken met MovieMaker. Leerlingen oriënteren zich op film, beweging, structurering en tijd. Tijdens deze les werken de leerlingen samen aan een opdracht. Zij accepteren van elkaar dat zij verschillen in denkniveau en helpen elkaar met het maken van de opdracht. Aan het einde van de les hebben de leerlingen een serie foto’s gemaakt om er uiteindelijk via bijvoorbeeld MovieMaker een stopmotion filmpje van te maken. De leerlingen kunnen aan het einde van de les in eigen woorden uitleggen hoe een stopmotion filmpje gemaakt wordt, en wanneer zo’n filmpje gebruikt wordt.
Mediawijsheid Fotogalerij
Setting 1, alles staat klaar!
Leerlingen aan de slag
Setting 2, ook hier alles in orde.
Mediawijsheid
EEN ONWAARSCHIJNLIJK BERICHT... Over de opdracht Na een gesprek over wat waar en wat niet gaan de kinderen in de klas een onwaarschijnlijk verhaal bedenken, schrijven en tenslotte in de camera verkondigen als een journalist. Benodigdheden Digitale videocamera Pen/papier of eventueel computer Eventuele attributen Lesdoelen Leerlingen leren wat waar en niet waar is. Leerlingen worden bewust gemaakt dat niet alles altijd voor waar aangezien moet worden. Leerlingen leren presentatietechnieken. Leerlingen leren door goed overleg met elkaar samen te werken. Lesbeschrijving Door met elkaar in gesprek te gaan over waar en niet waar leren de kinderen dat niet alles voor waar aangenomen kan worden. Laat concrete voorbeelden zien. De kinderen gaan een eigen onwaarschijnlijk bericht schrijven. Uiteindelijk nemen ze dit bericht op en monteren eventueel filmbeelden. Voor deze opdracht kan gekozen worden de groep in kleinere groepjes te delen. Eventueel is het mogelijk als gehele groep uit te voeren.
Mediawijsheid Fotogalerij
Reportersteam van de Molenweid Journalist ‘on duty’
Cameravrouw in actie. Deze actrice verdient een Oscar!
Spelende kinderen in actie. Reporter voor Chroma Key doek.
Mediawijsheid
4 Reflectie EVELINE HEILIG Na het volgen van de minor ICT1 was het voor mij een logische keuze om ook de minor ICT2 te volgen. Naast logisch vond ik het ook een zeer zinnige keuze, want ICT als een middel wat zorgt voor afwisseling en vernieuwing van het hedendaags onderwijs. Minor ICT2 stond in het teken van mediawijsheid en gaming. Het onderdeel mediawijsheid bevatte een aantal verschillende lessen. Het doel van deze lessen varieerde enorm; het onwaarschijnlijk bericht om leerlingen ervan bewust te maken dat ze niet alles wat via de media verspreid wordt zonder meer kunnen vertrouwen. De Suchman strategie om antwoorden op onderwijsinhoudelijke vragen via media op te zoeken. Ik beschouw dit als waardevol, temeer omdat ik zelf een voorstander ben van onderzoekend leren. De stopmotion en de lipdub waren vooral bedoeld om samenwerkend te leren en de producten middels het programma MovieMaker te laten verwerken. Ook het klassengesprek over mediawijsheid en de enquête middels Google Forms was hier onderdeel van. Het is goed om eens dieper in te gaan met leerlingen op het onderwerp mediawijsheid en ze van en met elkaar hier over te informeren en te laten leren. Zelf vind ik het belangrijk om media te integreren in het onderwijs, omdat kinderen hier voortdurend mee in aanraking komen, ook buiten de school. Het is voor een school dan ook zeker de moeite waard om energie in te steken in de vraag; wat moeten we als school doen met media? Hoe profileren we ons als school en hoe onderwijzen we kinderen in het op een goede manier omgaan met (social) media? Media en ICT hebben tegenwoordig immers een grote invloed op de samenleving! Het is van belang dat scholen dit onderdeel maken van hun onderwijsvisie. Het onderdeel gaming stond in het teken van het inzetten van games als onderwijsleermiddel. Vooral het opzetten van het gamelab vond ik erg interessant. Door middel van een klein onderzoekje in de praktijk blijf je als leerkracht kritisch kijken en kom je er achter wat de zin of onzin is van het inzetten van games als werkvorm. Daarnaast is voor de adviesnota research vereist om aanbevelingen te kunnen doen richting een commissie. Hier heb ik veel van opgestoken! Zelf een game maken leek mij in eerste instantie minder belangrijk, maar achteraf heb ik zicht gekregen op het ‘waarom’ van deze opdracht. Het blijkt nog behoorlijk lastig om een educatieve content aan een game te geven, zonder dat kinderen het idee hebben dat ze iets leren. Al met al ben ik weer reuze dankbaar voor de input van de docenten Sacha van de Griendt en Wilbert Zwanenburg. Met een flinke dosis ICT kennis voel ik mij nu competent om ieder schoolbestuur ervan te overtuigen een collega met meerwaarde te zijn. Ik kan immers mijn onderwijspraktijk verrijken met hét onderwijsleermiddel van vandaag de dag én van de toekomst: ICT! Met vriendelijke groet, Eveline Heilig
Mediawijsheid
MEREL VAN OUWERKERK Net zoals tijdens de eerste minorperiode heb ik ook deze tweede periode als leerzaam ervaren. Mijn eigen lessenpakket heb ik goed uit weten te breiden. Natuurlijk heeft het veel tijd gekost om alle opdrachten binnen de relatief korte periode uit te kunnen voeren. Door het maken van een goede planning is het uiteindelijk gelukt, ik ben hier dan ook trots op! Naast het afstuderen viel het niet altijd mee. Door met de docenten in gesprek te gaan en te kijken naar passende oplossingen is het gelukt. Nogmaals dank hiervoor! Samen met Eveline heb ik de game gemaakt, intensief maar leuk en leerzaam om te doen. Een aantal opdrachten kunnen de volgende keer beter gaan, dit door vooraf goede leerdoelen te stellen en een duidelijke planning te maken. De kinderen vonden de crayon les erg leuk om te doen. Ze waren zeer gemotiveerd en spelen het nog steeds regelmatig tijdens de vrije keuze momenten. Het meest leerzaam voor de kinderen en mijzelf vond ik de les volgens de Suchman strategie. Het zorgt voor betrokkenheid bij de kinderen. Tevens speelt het in op de eigen interesses van de kinderen. Wel vereist het oefening en ervaring om er het meest optimale uit te halen. Ik wil jullie danken voor twee leerzame minors, ik, als digibeet mag ik wel zeggen, (of zal ik het digital immigrant noemen….) heb veel geleerd waar ik nog veel plezier van zal hebben. Ik heb nog meer interesse gekregen voor toepassingen van ICT in het onderwijs en ik denk dat dit bijdraagt aan mij als leerkracht. Met vriendelijke groet, Merel van Ouwerkerk
Mediawijsheid
Bibliografie Kennisnet Innovatie. (2012, 13 juni). Social media middel ouders te betrekken bij school. Hentet 13 juni, 2012 fra www.innovatie.kennisnet.nl: http://innovatie.kennisnet.nl/social-media-als-middel-om-ouders-te-betrekken-bijschool/ Dossier Mediawijsheid: 10 tips om als school met mediawijsheid om te gaan. (2012, juni 10). Opgeroepen op juni 10, 2012, van www.dossiers.kennisnet.nl: http://dossiers.kennisnet.nl/dossiers/mediawijsheid/10-tips-om-alsschool-met-social-media-om-te-gaan/#c10366 Dossier:mediawijsheid-nieuwe cijfers gebruik sociale media door 8 tot 18-jarigen. (2012, juni 10). Opgeroepen op juni 10, 2012, van www.dossierskennisnet.nl: http://dossiers.kennisnet.nl/dossiers/mediawijsheid/nieuwecijfers-gebruik-sociale-media-door-8-tot-18-jarigen/ mediawijsheid-medialessen. (2012, juni 10). Opgeroepen op juni 10, 2012, van www.medialessen.nl: http://www.medialessen.nl/mediawijsheid social media-kennisplatform met informatie over social media, social marketing en sociale internetstrategie. (2012, juni 10). Opgeroepen op juni 10, 2012, van www.social-media.nl: http://www.social-media.nl/
Mediawijsheid
Bijlagen 1. ONDERZOEKSKAART SUCHMAN
Mediawijsheid
Mediawijsheid
2. ENQUETE MEDIAWIJSHEID
Mediawijsheid