Media en creativiteit Herfst jaar vier Werkcollege 3
Agenda les 3 • Introductie schrijfvaardigheden – Inhoud – Stijl – Structuur
• Huiswerk volgende week
Waarom moet ik kunnen schrijven? • Kerncompetentie elke HBO’er • (Eigen) bedrijf/overheid/elders: heldere tekst schrijven is onontbeerlijk • Goede tekst is: – gestructureerd – verzorgd – afgestemd op de doelgroep
Schrijfvaardigheden Waaruit bestaan schrijfvaardigheden? • Inhoud – Lezersgericht schrijven
• Stijl – Correcte spelling
• Structuur – Tekstopbouw
• Bronvermelding
Hoe begin ik? Stel jezelf vragen: • Wat wil ik overbrengen? – Wat is de kern van het verhaal in 1 á 2 zinnen (mindmap/tekstplan)
• Wie is mijn lezer?
Inhoud •
Stel vragen: wie, wat, waar, wanneer, waarom, hoe, waarmee, waardoor, waartoe –
Zo krijg je de inhoud van je verhaal helder
•
Zoek aansluiting bij voor de lezer bekende zaken
•
Gebruik alleen informatie die voor het verhaal relevant is
•
Schrijf helder en eenvoudig en vermijd vage algemeenheden –
•
ambtelijke taal als Rijkswaterstaat heeft de intentie in deze fase een beleidsontwikkeling in te zetten die moet leiden tot flexibilisering van het kader... Zorg dat er iets concreets staat, bijvoorbeeld: Rijkswaterstaat gaat de sluizen voorlopig niet openzetten
Maak gebruik van voorbeelden, feiten, cijfers, anekdotes. –
Dit maakt je verhaal beeldend en aantrekkelijk
•
Gebruik bronvermelding
•
Wees zuinig met vaktaal
Stijl •
Schrijf zoveel mogelijk actieve zinnen • •
Vb passieve zin: De computer wordt door Hans gekocht Maak actief: Hans koopt de computer.
•
Schrijf in de tegenwoordige tijd
•
Vermijd het gebruik van ‘ik’
•
Wissel de zinslengte af –
•
Wissel niet te abrupt van stijl –
•
geen verheven naast alledaagse woorden
Vermijd herhalingen van woorden –
•
gebruik zo nu en dan heel korte zinnen (5-10 woorden). Met korte zinnen bouw je spanning op
zoek equivalenten, goede synoniemen
Schrijf foutloos –
spelling volgens Groene boekje of Van Dale
Structuur •
Hanteer een duidelijke structuur – geef de structuur ook helder aan (visueel en tekstueel)
•
Zorg voor een duidelijke lead – een paar zinnen die de lezer prikkelen om het artikel te lezen
•
Gebruik korte alinea's – waarin één punt, argument of aspect wordt uitgewerkt
•
Zorg voor een heldere structuur van de zin – verlang nooit van de lezer dat hij de zin nog een keer leest
•
Gebruik tussenkopjes
•
Maak de samenhang tussen onderdelen in de tekst helder – dus, daarom, als gevolg daarvan
Opbouw artikel 1. Opening Pakkende opening (opvallende uitspraak, nieuwsfeit, voorbeeld etc.) Introduceer je onderwerp Geef de achtergrond en aanleiding voor je artikel Formuleer je vraagstelling.
2. Middendeel Geef je argumentatie
3. Conclusie Sluit af met een conclusie Je conclusie grijpt terug op de vraagstelling Introduceer geen nieuwe informatie in je conclusie
4. Bronnenlijst (volgende les) Hierin staan al je bronnen vermeld Let op: neem uitsluitend bronnen op waarnaar je verwijst in je voetnoten
Oefening • Werk zelfstandig • Lees de tekst: ‘Wat drijft de gebruikers van sociale netwerken?’ • Let op: • Inhoud • Stijl • Structuur
• Doe concrete verbetervoorstellen voor de tekst
Voorbeeld van een goede tekst – http://www.geencommentaar.nl/index.php/200 7/04/18/p6661
Huiswerk • • •
Schrijf een korte tekst (400 woorden) over weblogs Vraagstelling is gegeven: “Wat is de invloed van blogging op de politieke meningsvorming van burgers?” Bestudeer voor beantwoording van je vraagstelling tenminste de volgende artikelen: – J. Steeman, Blogocratie. Hoe weblogs burgers weer bij de politiek betrekken. Op: http://www.minitrue.nl/blogocratie/, sept. 2005, geraadpleegd – W. Perez, Een blog voor je kop, op: www.groene.nl, 1/10/2007, geraadpleegd op: 12/9/2008.. – M. Davis, Garage Cinema and the Future of Media Technology, op: fusion.sims.berkeley.edu, oorspronkelijk gepubliceerd in 2007, geraadpleegd op: 12/9/2008.
• •
Uiteraard ben je vrij om aanvullende literatuur te gebruiken. Deadline: les vijf media en creativiteit. Werk wordt besproken tijdens de les.