LOKAAL SOCIAAL BELEIDSPLAN 2008-2013 GEMEENTE EN OCMW BOECHOUT
Inhoud blz. 1. Inleiding
5
1.1 Wettelijk kader
5
1.2 Lokale aanpak
6
2. Totstandkoming
8
2.1 Samenstelling en werking van de plangroep 2.1.1 Voorbereiding 2.1.2 Samenstelling 2.1.3 Werkwijze
8 8 8 9
2.2 Samenstelling en werking van de werkgroepen 2.2.1 Samenstelling 2.2.2 Werkwijze
9 9 11
2.3 Goedkeuring beleidsplan
11
3. Opvolging en uitvoering
12
4. Omgevingsanalyse
13
4.1 Bestuurlijke gegevens 4.1.1 Inwoners 4.1.2 Oppervlakte 4.1.3 Bevolkingsdichtheid 4.1.4 Gemeentebestuur 4.1.5 OCMW-bestuur
13 13 13 13 13 14
4.2 Demografische gegevens 4.2.1 Bevolkingsaangroei 4.2.2 Leeftijd en geslacht van de bevolking 4.2.3 Bevolking naar nationaliteit
15 15 20 28
4.3 Socio-economische gegevens 4.3.1 Inkomen 4.3.2 Werkloosheid
29 29 30
4.4 Kansarmoedecijfers 4.4.1 Aantal geboorten in kansarme gezinnen 4.4.2 Procentueel aantal leefloners 4.4.3 Gegevens OCMW Boechout
32 32 33 34
4.5 Sociale conjunctuurbarometer
42
2
4.6 Huisvesting
45
4.7 Bestaande voorzieningen 4.7.1 OCMW 4.7.2 Gemeentebestuur 4.7.3 Gezondheidszorg, psychische, sociale en medische hulpverlening 4.7.4 Kinderopvang 4.7.5 Onderwijsinstellingen 4.7.6 Tewerkstelling en werkloosheid 4.7.7 Overzicht bestaande hulpverlening voor ouderen
51 51 54 54 60 60 61 62
5. Informatie en participatie
69
5.1 Het gemeentebestuur
69
5.2 Het OCMW 5.2.1 Informatie 5.2.2 Inspraak
72 72 73
5.3 Lokaal sociaal beleidsplan
73
6. Knelpunten en behoeften
74
6.1 Informatie, coördinatie, overleg en samenwerking
74
6.2 Seniorenbeleid
75
6.3 Thuiszorg
76
6.4 Tewerkstelling, opleiding en vorming
77
6.5 Huisvesting
77
6.6 Jongeren en sociaal beleid
78
6.7 Kinderopvang
79
6.8 Eenoudergezinnen
79
6.9 Asiel- en inburgeringsbeleid
79
6.10 Sociale, culturele en sportieve participatie
79
6.11 Preventief gezondheidsbeleid
79
7. Geïntegreerde visie op lokaal sociaal beleid
80
8. Taakverdeling en werkafspraken tussen gemeente en OCMW
81
3
9. Doelstellingen, middelen en indicatoren
86
9.1 Inleiding
86
9.2 Informatie, communicatie, overleg en samenwerking
87
9.3 Welzijn
89
9.4 Wonen
104
9.5 Werken
108
10. Sectorale plannen
110
LIJST VAN TABELLEN LIJST VAN KAARTEN EN GRAFIEKEN LIJST VAN BIJLAGEN BIJLAGEN
4
1. Inleiding 1.1 Wettelijk kader Het decreet van 19 maart 2004 betreffende het Lokaal Sociaal Beleid (bijlage 1) en het uitvoeringsbesluit van 24 februari 2006 (bijlage 2) vormen de wettelijke basis voor het opstellen van dit tweede lokaal sociaal beleidsplan. Het decreet legt aan het lokaal bestuur, zijnde de gemeente én het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW), de verplichting op om samen één lokaal sociaal beleidsplan op te maken dat minstens volgende elementen bevat: 1° een omgevingsanalyse 2° een geïntegreerde visie op het lokaal sociaal beleid 3° een meerjarenplan m.b.t. de gewenste acties en inzet van de lokale middelen 4° de taakverdeling en werkafspraken tussen de gemeente en het OCMW m.b.t. de uitvoering van het meerjarenplan en de coördinerende rol van het lokaal bestuur 5° een beschrijving van de wijze waarop de bevolking en de lokale actoren bij de voorbereiding van het beleidsplan betrokken werden en bij de uitvoering en de voortgang van het beleidsplan en van het lokaal sociaal beleid zullen betrokken worden. Het lokaal sociaal beleidsplan bestrijkt een periode van 6 jaar en dient bijgevolg nu opgemaakt te worden voor de periode 2008-2013 en dit voor 31 december 2007. In het decreet wordt onder lokaal sociaal beleid verstaan: het geheel van de beleidsbepaling en acties van het lokaal bestuur en de acties van lokale actoren, met het oog op het garanderen van de toegang van elke burger tot de rechten, vastgelegd in artikel 23 en artikel 24,§3 van de Grondwet. Artikel 23 van de Grondwet zegt: “Ieder heeft het recht een menswaardig leven te leiden. Daartoe waarborgen de wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel, rekening houdend met de overeenkomstige plichten, de economische, sociale en culturele rechten, waarvan ze de voorwaarden voor de uitoefening bepalen. Die rechten omvatten inzonderheid: 1° het recht op arbeid en op de vrije keuze van beroepsarbeid in het raam van een algemeen werkgelegenheidsbeleid dat onder meer gericht is op het waarborgen van een zo hoog en stabiel mogelijk werkgelegenheidspeil, het recht op billijke arbeidsvoorwaarden en een billijke beloning, alsmede het recht op informatie, overleg en collectief onderhandelen; 2° het recht op sociale zekerheid, bescherming van de gezondheid en sociale, geneeskundige en juridische bijstand; 3° het recht op een behoorlijke huisvesting; 4° het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu; 5° het recht op culturele en maatschappelijke ontplooiing”. Artikel 24, § 3 van de Grondwet zegt: “Ieder heeft recht op onderwijs, met eerbiediging van de fundamentele rechten en vrijheden. De toegang tot het onderwijs is kosteloos tot het einde van de leerplicht. Alle leerlingen die leerplichtig zijn, hebben ten laste van de gemeenschap recht op een morele of religieuze opvoeding”. Het lokaal sociaal beleid is volgens het decreet gericht op een maximale toegankelijkheid van de dienstverlening voor elke burger. 5
Om dit te bereiken, realiseert het lokaal bestuur een Sociaal Huis, dat minimaal een informatie-, loket- en doorverwijsfunctie heeft. Het sociaal huis heeft de opdracht zo ruim mogelijk informatie te verstrekken over onder meer de mogelijke opvang- en hulpvormen en bestaande voorzieningen, die opvang en hulp aanbieden op het lokale en regionale niveau. De loketfunctie wordt gerealiseerd door het tot stand brengen van een gezamenlijk loket dat op een geïntegreerde wijze toegang verschaft tot de sociale dienstverlening van het lokaal bestuur. De doorverwijsfunctie wordt gerealiseerd door het tot stand brengen van een ruime samenwerking met lokale actoren. Het uitvoeringsbesluit van 24 februari 2006 vermeldt welke beleidsplannen, opgelegd in de sectorale regelgeving , geheel of gedeeltelijk door het lokaal sociaal beleidsplan kunnen worden vervangen. Het gaat daarbij o.m. over het beleidsplan kinderopvang en ouderenbeleidsparticipatie. In het uitvoeringsbesluit vinden we ook een model van inhoudstafel voor het lokaal sociaal beleidsplan en nadere bepalingen omtrent de sociale conjunctuurbarometer.
1.2 Lokale aanpak Voor de opmaak van het tweede lokaal sociaal beleidsplan (2008-2013) kon verder gebouwd worden op het eerste lokaal sociaal beleidsplan (2006-2007). Er werd destijds resoluut gekozen voor een zo ruim mogelijke inspraak en participatie van alle betrokkenen en geïnteresseerden en dit vanaf het begin van het besluitvormingsproces. Er werd toen ook voor geopteerd om het eerste plan niet te beperken tot een stappenplan, maar meteen een volwaardig inhoudelijk sociaal beleidsplan op te maken. Voor een beschrijving van de concrete aanpak van dat eerste lokaal sociaal beleidsplan verwijzen we naar het lokaal sociaal beleidsplan 2006-2007 (p.7-13). Ingevolge de vernieuwing van de gemeente- en OCMW-raad werden de politieke partijen, vertegenwoordigd in de gemeenteraad, in februari 2007 aangeschreven om een nieuwe afgevaardigde (mandataris van gemeente of OCMW) aan te duiden voor de plangroep. De lokale actoren die dat wensten, konden lid blijven van de plangroep. Via het gemeentelijk infoblad werd een oproep gedaan aan alle belangstellenden om via de plangroep of de werkgroepen mee te werken aan het nieuw lokaal sociaal beleidsplan. Er werd een nieuwe (vierde) werkgroep opgericht, met name de werkgroep betaalbaar wonen. De 3 bestaande werkgroepen : 1. Werkgroep inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid 2. Werkgroep thuiszorg 3. Werkgroep kinderen, jongeren en sociaal beleid bleven behouden. Een aantal van de bestaande leden bleef lid, maar ook nieuwe mensen traden toe.
6
De voorzitter en de secretaris van het OCMW werd aangeduid als respectievelijk voorzitter en secretaris van de plangroep. Het plan werd inhoudelijk voorbereid door de plangroep lokaal sociaal beleid, die ondersteund werd door 4 thematische werkgroepen. De redactie gebeurde door de OCMW-secretaris. Er kwam ook een waardevolle inbreng van diverse lokale actoren in de plangroep en de werkgroepen. Afhankelijk van de behandelde thema's werden op de vergaderingen van de plangroep en de werkgroepen experten uitgenodigd om een toelichting te geven. Zoals eerder aangegeven, werd bijzonder veel belang gehecht aan inspraak en participatie van alle betrokkenen en geïnteresseerden bij de opmaak van het eerste lokaal sociaal beleidsplan (o.a seniorenenquête en kinderparticipatie). De resultaten van dat inspraakproces werden ook in het nieuw lokaal sociaal beleidsplan meegenomen. Het werd niet zinvol en opportuun geacht om op zo'n korte termijn dat inspraakproces volledig over te doen.
7
2. Totstandkoming 2.1 Samenstelling en werking van de plangroep 2.1.1 Voorbereiding Wat de samenstelling en de werking van de plangroep betreft, werd geopteerd voor een ruime aanwezigheid van lokale actoren, die van bij de aanvang bij de werkzaamheden betrokken werden. Tussen gemeente en OCMW werd afgesproken dat de plangroep als volgt zou samengesteld worden: - OCMW-Voorzitter (voorzitter van de plangroep) - 1 vertegenwoordiger per partij (niet verplicht), zetelend in gemeente- of ocmw-raad, waarbij als partijen worden beschouwd: CD&V, Spirit, Sp.a, Groen!, Open VLD, Team BV en Vlaams Belang - Gemeentesecretaris - Gemeentelijk ambtenaar (ev. wisselend naargelang de te bespreken materie) - OCMW-secretaris (secretaris van de plangroep) - Diensthoofd van de sociale dienst van het OCMW - Lokale actoren: o Een vertegenwoordiger van de sociale partners o Een vertegenwoordiger van de geestelijkheid o Een vertegenwoordiger uit de sector van de (preventieve) gezondheidszorg o Een vertegenwoordiger uit de seniorenraad o Een vertegenwoordiger uit de niet-reguliere tewerkstellingssector (arbeidsbegeleiding, PWA, werkwinkel,diensteneconomie) o Een vertegenwoordiger uit de sociale huisvestingssector o Een vertegenwoordiger uit de sector van de thuiszorg o Een vertegenwoordiger uit de sector van personen met een handicap o Een vertegenwoordiger uit de sector van het asiel- en vreemdelingenbeleid o Een vertegenwoordiger uit de jeugdraad o Een vertegenwoordiger uit het sociaal-cultureel verenigingsleven o Twee vertegenwoordigers uit de brede welzijnssector Deze lijst is niet limitatief, maar er wordt gestreefd naar een evenwichtige samenstelling van de plangroep, die in aantal werkbaar is en een vertegenwoordiging uit alle geledingen die betrokken zijn bij het lokaal sociaal beleid. De vertegenwoordigers kunnen steeds terugkoppelen met hun sector of omgeving. Zij fungeren als spreekbuis. De samenstelling van de plangroep bestaat uit vaste vertegenwoordigers en werkt niet met plaatsvervangers. 2.1.2 Samenstelling Op basis van de ingediende kandidaturen werd de plangroep als volgt samengesteld. 1) Afvaardiging vanuit de politieke fracties in de Raad voor Maatschappelijk Welzijn en de Gemeenteraad: Greet Claessens, OCMW-voorzitter (Groen!), voorzitter van de plangroep
8
Stephan Van Rooy, gemeenteraadslid (Open VLD) Christel Uytdewilgen, gemeenteraadslid (Vlaams Belang) Willy Van Genechten, OCMW-raadslid (CD&V) Danny Grillet, OCMW-raadslid (Groen!) Lieve Geerinck, OCMW-raadslid (Spirit) 2) Personeelsleden van gemeente en OCMW: Marc Speelman, OCMW-secretaris, secretaris van de plangroep Frank Coenen, gemeentesecretaris Jan Govaerts, gemeentelijk jeugdconsulent Eveline Carpentier, diensthoofd sociale dienst OCMW Kathy Van Cauwenbergh, preventiemedewerkster OCMW 3) Lokale actoren: Robert Van de Laar, De Ideale Woning Edmond Raymaekers, gemeentelijke seniorenraad Bart Van der Velden, gemeentelijke jeugdraad Jo Verstraeten, De Vliering Bart van Mechelen, De Speelhoeve Elvira van Hoeck, pastoraal team Ivo Claes, ACV Marleen Stoffelen, PWA-beambte 2.1.3 Werkwijze De plangroep werd gelast met de opmaak van het lokaal sociaal beleidsplan. Hij werd voorgezeten door OCMW-voorzitter Greet Claessens. OCMW-secretaris Marc Speelman fungeerde als secretaris van de plangroep. Hij was onder meer verantwoordelijk voor de redactie van het ontwerp van lokaal sociaal beleidsplan. De plangroep werd ondersteund door vier thematische werkgroepen. Afhankelijk van de te behandelen thema's werden experten uitgenodigd op de vergaderingen van de plangroep. De plangroep vergaderde op 15/3, 17/4, 8/5, 29/5, 12/6, 26/6, 25/9 en 20/11/2007. De verslagen van deze vergaderingen vindt u in bijlage 3.
2.2 Samenstelling en werking van de werkgroepen 2.2.1 Samenstelling Na opvraging van de kandidaturen werden de werkgroepen als volgt samengesteld. Wie reeds lid was van een werkgroep, mocht lid blijven. Werkgroep thuiszorg Lucia Govaerts, Groen!, voorzitter van de werkgroep Mieke Claes, maatschappelijk werkster OCMW, secretaris van de werkgroep Lieve Geerinck, OCMW-raadslid (Spirit) Mariette Schroyens, OCMW-raadslid (Vlaams Belang)
9
Marie-Lou Van Eynde, OCMW-raadslid (Team BV) Dominique Put, CM Antwerpen Truus Schouten, dominee protestantse gemeenschap Eef Dejaegere, psychiatrische thuiszorg De Vliering Francine Verhoeven, KAV Lea Bistmans, ziekenzorg Jos De Clerck, ACW Magda Tersago, Familiehulp Heidi Van Hees, TGZ regio Mortsel Werkgroep inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid Miecke Rutges, CD&V, voorzitter van de werkgroep Inez Verbiest, coördinator LOI OCMW, secretaris van de werkgroep Irene De Doncker, protestantse kerkgemeenschap Monique Baeten, vrijwilligster LOI Rita Vankerkhoven, vrijwilligster LOI Bieke Scharpé-Verkinderen, OCMW-raadslid (CD&V) Patimat Talibova, asielzoekster Christophe Soeters, Vlaams Belang Mieke Goris, Groen! Katelijn Sebrechts, Spirit Stephan Meeus, Team BV Bjorn Macauter, Spirit Werkgroep kinderen, jongeren en sociaal beleid Elke Simons, Spirit, voorzitter van de werkgroep Jan Govaerts, gemeentelijk jeugdconsulent, secretaris van de werkgroep Daniël Grillet, OCMW-raadslid (Groen!) Bart Anciaux, Spirit Tom Lauwers, Sp.a Edmond Raymaekers, Team BV Jacqueline Sampers, Vlaams Belang Katrien Goemans, coördinator BKO De Wigwam Marjan Huybrechts, Kind & Samenleving Caroline Bossaert, maatschappelijk werkster OCMW Bob Van den Bergh, vzw Naïn Caroline Provinciael, jeugdraad Stine Bertels, ACW Werkgroep betaalbaar wonen Bart Anciaux, Spirit, voorzitter van de werkgroep Dave Van Bouwel, dienst ruimtelijke ordening, secretaris van de werkgroep Greet Claessens, OCMW-voorzitter en schepen van betaalbaar wonen (Groen!) Stine Bertels, gemeenteraadslid (Spirit) Wilfried Van Vlem, gemeenteraadslid (Team BV) Paul Tallon, gemeenteraadslid (Vlaams Belang) Bruno Doms, OCMW-raadslid (Sp.a) Inez Verbiest, verantwoordelijke sociale verhuurdienst OCMW Philip Van Parys, ACW Johan Geerts, jeugdraad
10
Bob Van den Bergh, vzw Naïn Francine Verhoeven, KAV Robert Vermetten, Open VLD Andrée Everaert, geïnteresseerde burger 2.2.2 Werkwijze De oprichting van vier thematische werkgroepen had tot doel de bespreking van die vier thema's diepgaander te kunnen voeren met experten en belangstellenden ter zake. De werkgroep thuiszorg werd voorgezeten door Lucia Govaerts. OCMW-maatschappelijk werkster Mieke Claes was secretaris. De werkgroep inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid werd voorgezeten Mieke Rutges. Inez Verbiest, coördinator van het lokaal opvanginitiatief voor asielzoekers van het OCMW was secretaris. De werkgroep kinderen, jongeren en sociaal beleid werd voorgezeten door Elke Simons. Gemeentelijk jeugdconsulent Jan Govaerts was secretaris. De werkgroep betaalbaar wonen werd voorgezeten door Bart Anciaux. Dave Van Bouwel, medewerker dienst ruimtelijke ordening, was secretaris. De werkgroepen kregen de volledige vrijheid om hun vergaderfrequentie en manier van werken zelf te bepalen. De eindverslagen en aanbevelingen van de vier werkgroepen werden aan de plangroep voorgesteld (bijlage 4).
2.3 Goedkeuring beleidsplan Over het lokaal sociaal beleidsplan 2008-2013 werd positief advies uitgebracht door de plangroep op 20 november 2007. De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurde het plan goed in zitting van 4 december en de Gemeenteraad op 15 december 2007.
11
3. Opvolging en uitvoering In april 2007 werd door de gemeente en het OCMW een horizontaal sturingsorgaan lokaal sociaal beleid opgericht, bestaande uit ambtenaren van gemeente en OCMW, met als opdracht de administratieve voorbereiding, implementatie en opvolging van het lokaal sociaal beleidsplan. Het sturingsorgaan bestaat uit de OCMW-secretaris, de gemeentesecretaris, het diensthoofd van de sociale dienst en de secretarissen van de werkgroepen lokaal sociaal beleid. Na goedkeuring van het lokaal sociaal beleidsplan door de OCMW- en gemeenteraad zal het horizontale sturingsorgaan de uitvoering van het plan op ambtelijk niveau voorbereiden. Het zal ook de politieke beslissingen, die er nog moeten genomen worden om het plan uit te voeren, voorbereiden voor de bevoegde politieke organen. Uiteraard zal ook de plangroep - en zo nodig de werkgroepen - betrokken worden bij de opvolging en de evaluatie van de uitvoering van dit lokaal sociaal beleidsplan. Zo zal de jaarlijkse rapportage van het horizontaal sturingsorgaan over de uitvoering van het lokaal sociaal beleidsplan aan de plangroep voorgelegd worden. De werkgroepen krijgen de vrijheid om hun activiteiten al dan niet verder te zetten met het oog op de opvolging en bijsturing van het plan en/of de voorbereiding van het volgend plan. Zoals voorzien in artikel 4 van het decreet, zal er na 3 jaar een formele tussentijdse evaluatie en bijsturing gebeuren van het lokaal sociaal beleidsplan.
12
4. Omgevingsanalyse 4.1 Bestuurlijke gegevens (www.boechout.be) 4.1.1. Inwoners Aantal inwoners op 31 december 2006: 12 147 deelgemeente Boechout: 9 668 deelgemeente Vremde: 2 479 4.1.2. Oppervlakte Totale oppervlakte: 20,7 km 4.1.3. Bevolkingsdichtheid Aantal inwoners per km² in 2006: 585 In de ranglijst van 70 gemeenten van de provincie Antwerpen staat Boechout op de 52ste plaats voor de oppervlakte, op de 49ste voor het aantal inwoners en op de 27ste voor de bevolkingsdichtheid. In de ranglijst van 308 gemeenten van het Vlaams Gewest staat Boechout op de 258ste plaats voor de oppervlakte, op de 177ste plaats voor het aantal inwoners en op de 85ste plaats voor de bevolkingsdichtheid. 4.1.4. Gemeentebestuur Adres: Telefoon: Fax:
Heuvelstraat 91 2530 Boechout 03 460 06 11 03 460 06 97
Samenstelling: College van Burgemeester en Schepenen: -
Koen T’Sijen (Spirit): burgemeester, bevoegd voor communicatie, inspraak- en participatiebeleid, onderwijs, cultuur, jeugd, personeel, bevolking en burgerlijke stand, veiligheid Ria Van Den Heuvel (Sp.a): 1ste schepen, bevoegd voor ruimtelijke ordening, ontwikkelingssamenwerking, duurzame ontwikkeling, buitenschoolse kinderopvang en opvoedingsondersteuning Rudi Goyvaerts (Spirit): 2de schepen, bevoegd voor verkeer, sport, toerisme Jeroen Truyens (CD&V): 3de schepen, bevoegd voor milieu, energie, waterbeleid, dorpsontwikkeling, gemeentelijk patrimonium, informatica Kathleen Wustenberghs-Sebreghts (CD&V): 4de schepen, bevoegd voor financiën, senioren- en gezinsbeleid, gemeentelijke dienstverlening, werkgelegenheidsbeleid
13
-
Peter Willemen (CD&V): 5de schepen, bevoegd voor openbare werken, land- en tuinbouw, feestelijkheden, middenstand Greet Claessens (Groen!): 6de schepen, OCMW-voorzitter, bevoegd voor sociale zaken, betaalbaar wonen
Gemeenteraad: -
Bart Bellens (CD&V), voorzitter van de gemeenteraad Stine Bertels (Spirit) Cecile Crynen (CD&V) Fred Entbrouxk (Team Boechout-Vremde) Rudi Goyvaerts (Spirit) Els Heremans (Groen!) Wally Liekens (Vlaams Belang) Albert Mariën (Open VLD) Louis Mertens (Open VLD) Ilse Neirynck (Spirit) Mieke Rutges (CD&V) Paul Tallon (Vlaams Belang) Koen T’Sijen (Spirit) Jeroen Truyens (CD&V) Christel Uytdewilgen (Vlaams Belang) Herman Van Brempt (Groen!) Ria Van Den Heuvel (Sp.a) Wilfried Van Vlem (Team Boechout-Vremde) Stephan Vanrooy (Open VLD) Jan Verelst (Vlaams Belang) Jan Verhaert (Groen!) Peter Willemen (CD&V) Kathleen Wustenberghs-Sebreghts (CD&V)
Gemeentesecretaris:
Frank Coenen
4.1.5. OCMW-bestuur Adres: Telefoon: Fax:
Dr. Theo Tutsstraat 20 2530 Boechout 03 460 18 40 03 460 18 49
Samenstelling: Vast Bureau: -
Greet Claessens (Groen!): voorzitter Lieve Geerinck (Spirit) Tim Vanhoutte (Vlaams Belang)
14
Raad voor Maatschappelijk Welzijn: -
Greet Claessens (Groen!): OCMW-voorzitter Firmin De Brabander (Open VLD) Bruno Doms (Sp.a) Godelieve Geerinck (Spirit) Danny Grillet (Groen!) Mariette Schroyens (Vlaams Belang) Marie-Lou Van Eynde (Team Boechout-Vremde) Tim Vanhoutte (Vlaams Belang) Francine Verhoeven (CD&V)
OCMW-secretaris:
Marc Speelman
4.2 Demografische gegevens Hieronder vindt u een aantal basisgegevens omtrent de bevolking van de gemeente Boechout. 4.2.1. Bevolkingsaangroei 1 Tabel 1 toont aan dat de Boechoutse bevolking de laatste jaren geleidelijk blijft aangroeien, behalve in 2001 en 2003. Tabel 1: Evolutie van de bevolking (1985-2006)
2006 2005 2004 2003 2002 2001 2000 1999 1995 1990 1985
Man
vrouw
Totaal
in Boechout
in Vremde
6 069 6 077 6 047 6 022 6 017 5 963 6 007 5 990 5 836 5 670 5 551
6 078 6 012 5 950 5 931 5 957 5 926 5 949 5 930 5 822 5 652 5 438
12 147 12 089 11 997 11 953 11 974 11 889 11 956 11 920 11 658 11 322 10 989
9 668 9 635 9 581 9 551 9 555 9 507 9 590 9 550 9 393 9 143 8 995
2 479 2 454 2 416 2 402 2 419 2 382 2 366 2 370 2 265 2 179 1 994
In tabel 2 geven we de evolutie van de geboorten en overlijdens weer.
1
Bron: www.boechout.be 15
Tabel 2: Geboorten en overlijdens (1990-2006) Geboorten
Overlijdens
Man
vrouw
totaal
man
vrouw
Totaal
54 69 59 54 56 66 58 61 78 77 61
50 50 46 49 57 55 51 61 65 55 78
104 119 105 104 113 121 109 122 143 132 139
57 70 50 64 38 62 58 49 61 51 47
63 64 58 91 69 58 75 57 75 78 64
120 134 108 155 107 120 133 106 136 129 111
2006 2005 2004 2003 2002 2001 2000 1999 1998 1995 1990
Uit voorgaande tabel kunnen we de natuurlijke bevolkingsaangroei afleiden. Jaartal 2006 2005 2004 2003 2002 2001 2000 1999 1998 1995 1990
Natuurlijke aangroei -16 -15 -3 -51 +6 +1 -24 +16 +7 +3 +28
Uit voorgaande cijfers constateren we dat sinds 2003 het aantal overlijdens groter is dan het aantal geboorten in Boechout. Dit heeft tot gevolg dat de natuurlijke aangroei in Boechout sinds 2003 negatief is. De stijging of daling van het aantal inwoners wordt niet enkel verklaard door de natuurlijke aangroei, maar ook door het aantal nieuwe inwoners en inwoners die de gemeente verlaten. Tabel 3 schetst ons een beeld hiervan.
16
Tabel 3: Aankomsten en vertrekken (1999-2006) aankomsten
2006 2005 2004 2003 2002 2001 2000 1999
vertrekken
Man
Vrouw
totaal
man
vrouw
totaal
347 345 338 347 333 293 289 313
376 333 329 359 306 309 312 294
723 678 667 706 639 602 601 607
356 320 329 336 299 339 264 327
302 261 303 344 267 330 262 299
658 581 632 680 566 669 526 626
De laatste jaren zijn er in Boechout meer mensen komen wonen dan dat er vertrokken zijn. In de volgende 6 tabellen wordt de bevolkingsevolutie gerelateerd aan de gezinssituatie. Het geeft ons informatie over het aantal huwelijken, echtscheidingen, het aantal (eenouder)gezinnen, het aantal alleenstaanden en de gemiddelde gezinsgrootte.
Tabel 4: Evolutie van het aantal huwelijken en echtscheidingen (1999-2005)
Evolutie huwelijken en echtscheidingen
huwelijken echtscheidingen
100 50 0
2005
2004
2003
2002
2001
2000
1999
huwelijken
40
55
42
40
40
40
45
echtscheidingen
24
28
38
29
21
30
28
Tabel 4 toont geen opvallende tendensen wat het aantal huwelijken of echtscheidingen betreft. Beide blijven de laatste jaren min of meer stabiel.
17
Tabel 5: Evolutie van het aantal gezinnen in Boechout en Vremde (2000-2006)
Evolutie aantal gezinnen 5000 4077 4000 3000 2000 1000 0
4037
4005
4007
3949
3879
3906
867
856
839
828
827
808
801
2006
2005
2004
2003
2002
2001
2000
in Boechout In Vremde
Tabel 5 toont ons dat ook het aantal gezinnen licht blijft stijgen, met een lichte terugval in 2001. Tabel 6: Evolutie van het aantal kinderen per gezin (1999-2005)
2005 2004 2003 2002 2001 2000 1999
0
1
2
3
4
5
6
7
Totaal
2 844 2 801 2 807 2 703 2 625 2 628 2 581
807 826 801 819 818 811 805
797 775 780 818 801 815 814
348 345 349 341 345 344 347
83 86 84 83 85 96 84
11 8 11 9 11 11 13
2 1 1 1 1 1 2
1 2 2 2 1 1 0
4 893 4 844 4 835 4 776 4 687 4 707 4 656
Voorgaande tabel toont een stijging van het aantal kinderloze gezinnen. Het gemiddeld aantal kinderen per gezin daalt lichtjes van 0,83 in 1999 tot 0,79 in 2005. Tabel 7: Evolutie aantal eenoudergezinnen (1999-2004) 1999 405
2000 444
2001 474
2002 512
2003 539
2004 548
2003 1043
2004 1035
2003 2,68
2004 2,68
Tabel 8: Evolutie aantal alleenstaanden (1999-2004) 1999 884
2000 949
2001 948
2002 1006
Tabel 9: Evolutie gemiddeld aantal personen per gezin (1999-2004) 1999 2000 2001 2,79 2,75 2,74 (Bron: statistische fiche Boechout)
2002 2,71
18
Vlaanderen: 36,21 Prov. Antwerpen (mediaan): 29,66 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas
23,45 - 26,00 Rijkevorsel
26,01 - 28,00
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
28,01 - 29,66
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
29,67 - 32,36 Retie
32,37 - 36,21
Schoten
Antwerpen
Schilde
36,22 - 44,00
Zoersel
Lille Kasterlee
44,01 - 54,47
Zwijndrecht
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Lint
Meerhout
Lier Westerlo
Berlaar Rumst
Balen
Herenthout
Niel Boom
Geel
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
Bornem
Dessel
Wijnegem
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Alleenstaanden en éénoudergezinnen: percentage huishoudens (1 jan 2004)
(Bron:www.provant.be) De procentuele cijfers over het aantal alleenstaanden en éénoudergezinnen in Boechout liggen in de lijn van de mediaan van de provincie en het gemiddelde van Vlaanderen. Uit voorgaande cijfers leiden we af dat het aantal alleenstaanden en eenoudergezinnen in Boechout blijft toenemen. Ook dit is interessant voor het verder uitstippelen van het sociaal beleid, met name aandacht voor de vereenzaming, echtscheidingsproblematiek,…
19
4.2.2. Leeftijd en geslacht van de bevolking De verdeling van de Boechoutse bevolking naar leeftijd en geslacht weergegeven in tabel 10.
in 2006 wordt
Tabel 10: Totale bevolking naar leeftijd en geslacht (2006) Leeftijd Mannen 0-4 jaar 313 5-9 jaar 400 10-14 jaar 431 15-19 jaar 441 20-24 jaar 407 25-29 jaar 274 30-34 jaar 328 35-39 jaar 408 40-44 jaar 541 45-49 jaar 521 50-54 jaar 433 55-59 jaar 409 60-64 jaar 304 65-69 jaar 282 70-74 jaar 238 75-79 jaar 171 80-84 jaar 110 85-89 jaar 37 90-94 jaar 23 95 jaar en meer 5 (bron: aps.vlaanderen.be)
Vrouwen 284 371 386 408 311 261 362 419 519 477 413 378 297 265 259 241 178 100 67 18
Totaal 597 771 817 849 718 535 690 827 1060 998 846 787 601 547 497 412 288 137 90 23
Bevolking naar leeftijd en geslacht 600 500 400 Mannen
300
Vrouwen
200 100
•
95 jaar en meer
90-94 jaar
85-89 jaar
80-84 jaar
75-79 jaar
70-74 jaar
65-69 jaar
60-64 jaar
55-59 jaar
50-54 jaar
45-49 jaar
40-44 jaar
35-39 jaar
30-34 jaar
25-29 jaar
20-24 jaar
15-19 jaar
10-14 jaar
5-9 jaar
0-4 jaar
0
Jongeren 20
30,9% van de Boechoutse bevolking is jonger dan 25, als volgt verdeeld (cijfers van de jeugddienst Boechout 2003) Tabel 11 : verdeling van de jongeren naar leeftijd (2003) Leeftijd 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Aantal inwoners 107 110 123 128 136 148 158 165 135 141 164 176 160
Aandeel 0,9% 0,9% 1,0% 1,1% 1,1% 1,2% 1,3% 1.4% 1,1% 1,2% 1,4% 1,5% 1,3%
Leeftijd 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24
Aantal inwoners 168 190 162 160 169 157 141 136 147 159 120 130
Aandeel 1,4% 1,6% 1,4% 1,3% 1,4% 1,3% 1,2% 1,1% 1,2% 1,3% 1,0% 1,1%
De groep van 10 tot 18 jaar is procentueel beter vertegenwoordigd onder de kinderen en jongeren. De jeugddienst bezorgde ons ook volgende cijfers over het aandeel jeugd in Boechout tegenover andere gemeenten (2003): Tabel 12 : aandeel jeugd in Boechout vergeleken met andere gemeenten (2003)
Boechout Borsbeek Hove Lier Mortsel Ranst Wommelgem Provincie Antwerpen Vlaams Gewest
Aantal inwoners 11.953 10.295 8.277 32.389 24.859 17.615 11.874
Aandeel jeugd 30,9% 28,7% 32,9% 27,2% 28,8% 31,3% 29,7%
1.645.652 5.952.552
29,0% 29,0%
De jongste wijken in onze gemeente zijn Boechout dorp, Boshoek, landelijk Vremde, Vremde dorp en de Vogeltjeswijk. Ze scoren allemaal boven het gemiddelde van 30,9% kinderen en jongeren. Vooral de Vogeltjeswijk steekt er bovenuit met 41,0%. In de wijken Fruithof en Spokenhof woont maar 16,0% kinderen en jongere Een verklarende factor is ongetwijfeld de aanwezigheid van rusthuizen in die wijken. • Senioren
21
Onderstaande grafieken tonen de grijze druk in 2005 en de verwachten grijze druk in 2015. De grijze druk is de bevolking van 60 + ten opzichte van de bevolking van 20-59 jaar. Het brengt de vergrijzing van de bevolking dus duidelijk in kaart. Net als in heel Vlaanderen zet ook in Boechout de vergrijzing zich de volgende jaren door. Men verwacht namelijk een toename van de grijze druk van 39,23 in 2005 tot 49,74 in 2015. Ten opzichte van de andere gemeenten in onze provincie scoort Boechout niet extreem hoog of laag. De Boechoutse waarden vallen samen met de mediaan van de provincie Antwerpen. Boechout volgt met andere woorden de algemene trend zonder buitensporig te scoren.
Vlaanderen: 41,46 Prov. Antwerpen (mediaan): 39,29 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
25,79 - 33,00
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
33,01 - 36,00
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
36,01 - 39,29 Retie
39,30 - 41,46
Schoten
Antwerpen
Schilde
41,47 - 45,00
Zoersel
Lille Kasterlee
45,01 - 51,83
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Lint
Balen
Meerhout
Lier Berlaar
Rumst
Geel
Herenthout
Niel Boom
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
Bornem
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Grijze druk (2005)
(Bron: www.provant.be)
22
Vlaanderen: 49,90 Prov. Antwerpen (mediaan): 49,73 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
39,49 - 45,00
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
45,01 - 47,50 Retie
47,51 - 49,90
Schoten
Antwerpen
Schilde
49,91 - 55,00
Zoersel
Lille Kasterlee
55,01 - 62,71
Zandhoven
Wommelgem
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Lint
Balen
Meerhout
Lier Westerlo
Berlaar Rumst
Geel
Herenthout
Niel Boom
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek Mortsel
Bornem
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Grijze druk (2015)
(Bron: www.provant.be)
Op basis van de Boechoutse bevolkingspyramides (getrokken uit het Rijksregister) berekenden we de verouderingsindex van de voorbije tien jaar. Deze index ( + 65 jarigen/ - 15 jarigen) toont duidelijk aan dat de vergrijzing zich ook in Boechout doorzet.
23
Tabel 13: Verouderingsindex (1994-2005)
Verouderingsindex 1 0,8 0,6 0,4 0,2 0
1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005
Tabel 14: Samenstelling van de bevolking naar leeftijd en geslacht (2000-2006) 1 januari 2000 1januari 2006 Aantal % van het totaal Aantal % van het totaal Totale bevolking 11 919 100,0% 12 090 100,0% < 20 jaar 3 078 25,8% 3 034 25,1% >=20 en <= 64 7 054 59,2% 7 062 58,4% 65 jaar en + 1 787 15,0% 1 994 16,5% Mannen totaal 5 990 100,0% 6 076 100,0% < 20 jaar 1 627 27,2% 1 585 26,1% >=20 en <= 64 3 608 60,2% 3 625 59,7% 65 jaar en + 755 12,6% 866 14,3% Vrouwen totaal 5 929 100,0% 6 014 100,0% < 20 jaar 1 451 24,5% 1 449 24,1% >=20 en <= 64 3 446 58,1% 3 437 57,1% 65 jaar en + 1 032 17,4% 1 128 18,8% Gemiddelde leeftijd 38 40 (Bron: Kerncijfers voor gemeente Boechout; FOD Economie, Statistiek en Economische Informatie)
Tabel 15: Burgerlijke staat van de + 75 jarigen volgens geslacht (1 jan. 2006) Gehuwde mannen Ongehuwde, gescheiden of verweduwde mannen Gehuwde vrouwen Ongehuwde, gescheiden of verweduwde vrouwen (Bron: Provincie Antwerpen Ruwbouw deel II)
22,74% 13,68% 17,89% 45,68%
Voorgaande tabel toont ons de burgerlijke staat van de 75-plussers en geeft zo ook een beeld over de zorglast en –kracht. We merken dat een duidelijke meerderheid van de vrouwelijke 75-plussers alleenstaand zijn. Bij de mannen zijn er nog meer gehuwden dan alleenstaanden. In totaal staat toch 60% van de 75-plussers er alleen voor. Dit zal een weerslag hebben op de nood aan zorg binnen de gemeente voor deze leeftijdsgroep.
24
In onderstaande tabel wordt de verspreiding van de senioren over verschillende wijken in Boechout en Vremde weergegeven. De gemeente wordt hiervoor onderverdeeld in volgende 12 wijken: 1) Gillegomwijk 2) Spokenhof 3) Vogeltjeswijk 4) Boshoek 5) Fruithof 6) Schaliehoevewijk 7) Steenweg 8) Kapelleveld 9) Boechout-dorp 10) Vremde-dorp 11) Witte Wijk 12) Landelijk Vremde Tabel 16: Territoriale spreiding senioren in Boechout (2003)
56-65 jaar 66-75 jaar 76-85 jaar 86-95 jaar + 95 jaar
1 193 170 83 14 0
2 22 25 21 38 10
3 21 17 10 2 0
4 39 30 24 3 0
5 60 104 70 51 6
6 164 119 44 9 0
7 97 80 41 8 0
8 90 93 47 10 0
9 321 249 115 72 12
10 103 80 33 6 1
11 59 40 1 1 0
12 145 97 45 6 1
Totaal
460
116
50
96
291
336
226
240
769
223
101
294
Opmerking bij voorgaande tabel: In de wijken Spokenhof (2), Fruithof (5) en Boechout-dorp (9) zijn er rust- en verzorgingstehuizen gelegen. Dit kan het hogere aantal hoogbejaarden verklaren. In Boechout verblijven 343 bejaarden in een rust- en verzorgingstehuis.
25
Aandeel (%) leeftijdsgroepen (1995-2025)
35
30
25
20
15
10
5
0 1995
2000
2005
2010
2015
2020
2025
Jaar 0-19 jarigen
20-39 jarigen
40-59 jarigen
60-79 jarigen
80+ jarigen
(Bron: provincie Antwerpen, dienst welzijn) Net als in de rest van Vlaanderen voorziet men in Boechout de volgende jaren een duidelijke toename van het aantal ouderen.
26
75+ jarigen in de 60+ jarigen: percentage (1995-2025)
45
40
35
30
25
20
15 1995
2000
2005
2010
2015
2020
2025
Jaar BOECHOUT
Vlaanderen
Mediaan Provincie
(Bron: provincie Antwerpen, dienst Welzijn)
27
4.2.3. Bevolking naar nationaliteit In tabel 17 schetsen we de evolutie van de bevolking naar nationaliteit. Tabel 17: Evolutie van de bevolking naar nationaliteit (1985-2006) Jaartal
Belgen
EG-vreemdelingen
Alle vreemdelingen
% vreemdelingen t.o.v. totale bevolking 1985 10 659 121 178 1,6 1986 10 746 121 176 1,6 1987 10 832 121 175 1,6 1988 10 919 121 173 1,6 1989 11 023 131 184 1,6 1990 11 128 141 195 1,7 1991 11 109 136 200 1,8 1992 11 175 138 207 1,8 1993 11 307 142 205 1,8 1994 11 376 148 210 1,8 1995 11 480 132 179 1,5 1996 11 576 115 168 1,4 1997 11 636 118 161 1,4 1998 11 751 108 157 1,3 1999 11 737 109 182 1,5 2000 11 792 113 161 1,3 2001 11 729 110 157 1,3 2002 11 806 113 168 1,4 2003 11 760 118 193 1,6 2004 11 792 123 200 1,7 2005 11 889 162 200 1,6 2006 11 868 173 222 1,8 (Bron: statistische fiche Boechout van dienst Welzijn, Provincie Antwerpen) De overgrote meerderheid van de vreemdelingen die in Boechout wonen zijn EG-onderdanen. In de provincie Antwerpen bedroeg in 2006 het percentage vreemdelingen t.o.v. de totale bevolking 6,9%. In vergelijking hiermee ligt het aantal vreemdelingen in Boechout bijzonder laag, nl. 1,8% .
28
4.3 Socio-economische gegevens 4.3.1. Inkomen Tabel 18: Totaal aantal belastingaangiften naar inkomenscategorieën (2000-2003) 2000
2001 2002 2003
INKOMENS Totaal aantal belastingaangiften naar inkomenscategorieën TOTAAL - 10 000 euro 10 000 -< 20 000 euro 20 000 -< 30 000 euro 30 000 -< 40 000 euro 40 000 -< 50 000 euro 50 000 euro en meer
5 608 783 1 856 1 155 699 448 667
5 691 802 1 794 1 203 653 462 777
5 698 725 1821 1225 632 469 826
5 696 668 1775 1259 643 464 887
(Bron: statistische fiche Boechout) Tabel 19: Percentage belastingaangiften naar inkomenscategorieën (2003) in Boechout en arrondissement Antwerpen en België Boechout
Arr. Antwer pen
België
100,0% 18,9% 34,6% 21,0% 9,9% 6,1% 9,5%
100,0% 18,2% 35,7% 20,9% 10,2% 6,1% 8,9%
INKOMENS Percentage belastingaangiften naar inkomenscategorieën TOTAAL - 10 000 euro 10 000 -< 20 000 euro 20 000 -< 30 000 euro 30 000 -< 40 000 euro 40 000 -< 50 000 euro 50 000 euro en meer
100,0% 11,7% 31,2% 22,1% 11,3% 8,1% 15,6%
(Bron: www.provant.be) Opmerkelijk is dat volgens de belastingaangiften de hogere inkomenscategorieën sterker vertegenwoordigd zijn in Boechout dan in de rest van het arrondissement Antwerpen. Bovendien constateren we een toename van de hogere inkomenscategorie. Er mag besloten worden dat Boechout tot de ‘rijkere’ gemeenten behoort. Tabel 20: Gemiddeld inkomen per aangifte (in euro, inkomsten 2001) Gemiddeld inkomen per Gemeente aangifte Hove 35 549 Edegem 30 352 Kontich 29 963 Boechout 29 453 Lint 28 788 Mortsel 27 347 Borsbeek 26 632 (Bron: aps.vlaanderen.be)
29
Vlaanderen: 19551 Prov. Antwerpen (mediaan): 20052 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol Retie
Schoten
Antwerpen
Schilde
19551,01 - 20052,00 20052,01 - 21200,00
Oud-Turnhout
Beerse
18000,01 - 18800,00 18800,01 - 19551,00
Arendonk
Turnhout
15813,00 - 18000,00
Zoersel
Lille Kasterlee
Zandhoven
Wommelgem
21200,01 - 23000,00
Mortsel
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
23000,01 - 25798,00
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Geel
Balen
Herenthout Meerhout
Lier
Niel
Berlaar Boom
Olen
Nijlen
Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint Bornem
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Duffel
Rumst
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Gemiddeld inkomen per verbruikseenheid (2002)
Met een gemiddeld inkomen per verbruikseenheid van € 22 446 scoort Boechout duidelijk hoger dan de meeste gemeenten in de provincie Antwerpen (mediaan € 20 052). 4.3.2. Werkloosheid (info van www.vdab.be) Tabel 21: Evolutie van het aantal werklozen (2003-2007)
NWWZ 2 Absolute aantallen Mannen Vrouwen Aandelen Mannen Vrouwen
2
04.2007
04.2006
04.2005
04.2004
04.2003
238 101 137
261 121 140
273 101 172
273 123 150
247 98 149
42,4% 42,4% 57,6%
46,4% 46,4% 53,6%
37,0% 37,0% 63,0%
45,1% 45,1% 54,9%
20072006 -8,8% -16,5% -2,1%
20072003 -3,6% +3,1% -8,1%
39,7% 39,7% 60,3%
Niet-werkende werkzoekenden 30
Tabel 22: Werkloosheidsgraad binnen enkele gemeenten van regio Antwerpen/Boom (okt. 2007)
14
12
10
8
6
4
2
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
Reeks1 6,11 7,27 3,93 12,3 4,83 7,13 5,5 4,57 4,65 4,35 3,26 5,85 3,94 4,39 5,84 4,69 4,8
1= Vlaanderen 2= Provincie Antwerpen 3= Aartselaar 4= Antwerpen 5= Boechout 6= Boom 7= Borsbeek 8= Edegem 9= Hove
10= Kontich 11= Lint 12= Mortsel 13= Ranst 14= Schilde 15= Schoten 16= Wijnegem 17= Wommelgem
Als we de werkloosheidsgraad 3 van enkele gemeenten uit de regio Antwerpen/Boom op een rijtje zetten, constateren we dat Boechout met 4.83 % middelmatig scoort, namelijk niet uitzonderlijk hoog of laag.
3
Het aantal op het einde van de maand ingeschreven niet-werkende werkzoekenden jonger dan 65 jaar in % van de beroepsbevolking jonger dan 65 jaar. 31
4.4 Kansarmoedecijfers 4.4.1. Aantal geboorten in kansarme gezinnen Tabel 23 : Aantal geboorten in kansarme gezinnen (1997-2004) Aantal geboorten Aantal geboorten in kansarme gezinnen 4 % geboorten in kansarme gezinnen
1997-2004 964 10 1,04
2001-2004 448 8 1,79
Er is een duidelijke toename van het aandeel geboortes in kansarmoede.
4
"De regioteamleden van Kind en Gezin staan in voor het aanleveren van de basisgegevens. Meer concreet zijn de gehanteerde criteria: - het maandinkomen van het gezin, - de arbeidssituatie van de ouders, - de opleiding van de ouders, - de huisvesting, - de ontwikkeling van de kinderen en - de gezondheid. Wanneer een gezin aan drie of meer van deze zes criteria beantwoordt wordt het als kansarm beschouwd. Kansarmoede heeft immers steeds betrekking op verschillende levensdomeinen." Het belang van de indicator is dat hij een beeld geeft van meerdimensionale kansarmoede bij gezinnen met jonge kinderen. Een beperking is dat het op gemeentelijk niveau om kleine aantallen gaat. Een eerste benadering om dit euvel te beperken is gegevens voor meerdere jaren samen te nemen. 32
4.4.2. Procentueel aantal leefloners
Vlaanderen: 0,62 Prov. Antwerpen (mediaan): 0,27 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
0,09 - 0,20
Stabroek
Brecht
Kapellen
0,21 - 0,27
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Arendonk
Vosselaar
Malle
Mol
0,28 - 0,40 Retie
0,41 - 0,62
Schoten
Antwerpen
0,63 - 1,00
Schilde
Zoersel
Lille Kasterlee
1,01 - 1,93
Zandhoven
Wommelgem
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem Hove Hemiksem Aartselaar Schelle Kontich Lint
Willebroek
Balen
Herenthout Meerhout
Duffel
Rumst
Geel
Lier Berlaar
Boom
Olen
Nijlen
Niel
Puurs
Vorselaar
Ranst
Borsbeek Mortsel
Bornem
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Leefloners: percentage van de 18-64 jarigen (2004)
(Bron: www.provant.be) Van alle 18-64 jarigen in Boechout leeft er 0,31% van het leefloon. Dit is lager dan het Vlaamse gemiddelde (0,62 %); maar iets hoger dan de mediaan in de provincie Antwerpen (0,27 %).
33
4.4.3 Gegevens OCMW Boechout 5 4.4.3.1 Leefloon * Totaal aantal leefloners 2000 53
2001 49
2002 49
2003 45
2004 57
2005 64
2006 53
Overzicht in effectieve aantallen in 2006: 2006 Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober November December Gemiddeld
Totaal # 37 37 36 35 36 34 32 35 36 34 31 35 35
# mannen 16 14 14 15 15 14 13 13 15 12 11 12 14
# vrouwen 21 23 22 20 21 20 19 22 21 22 20 23 21
≤ 24 jaar 7 6 7 8 9 8 6 8 9 8 5 6 8
25-34 jaar 8 7 5 5 5 4 4 3 5 5 5 4 5
35-44 jaar 7 9 9 7 7 7 7 8 7 7 5 8 7
45-54 jaar 9 9 9 9 9 9 9 10 9 9 10 10 9
≥ 55 jaar 6 6 6 6 6 6 6 6 6 5 6 7 6
Het gemiddeld aantal leefloners (35) bedraagt 0,29 % van de bevolking. Percentueel overzicht in 2006: 2006 Gemidd/maand
mannen 40 %
vrouwen ≤ 24 jaar 25-34 jaar 60 % 23 % 14 %
35-44 jaar 20 %
45-54 ≥ 55 jaar jaar 26 % 17 %
In 2005 was gemiddeld gezien de leeftijdscategorie "≤ 24 jaar" de grootste (29%). In 2006 was de categorie "45-54 jaar" met 26% het sterkst vertegenwoordigd. Evolutie gemiddeld aantal leefloners en art. 60'ers per maand (2001-2006):
Gemidd. # begunstigden
2001 23
2002 23
2003 22
2004 31
2005 33
2006 35
Het gemiddeld aantal leefloners (incl. art. 60'ers) is sinds 2004 aanzienlijk toegenomen.
5
Uit jaarverslagen van OCMW 34
4.4.3.2 Financiële steun aan kandidaat vluchtelingen Overzicht in effectieve aantallen (2006) 2006
Totaal #
Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober November December Gemiddeld
19 18 17 18 17 16 16 15 13 13 9 8 15
# mannen 12 11 10 10 8 8 8 8 7 7 5 4 8
# vrouwen 7 7 7 8 9 8 8 7 6 6 4 4 7
≤ 24 jaar 3 3 3 3 3 3 3 3 3 3 1 0 3
25-34 jaar 7 6 5 6 5 4 5 3 1 2 2 2 4
35-44 jaar 5 5 5 6 6 6 4 5 5 4 2 2 4
45-54 jaar 2 2 2 1 0 0 1 1 1 1 1 1 1
≥ 55 jaar 2 2 2 2 3 3 3 3 3 3 3 3 3
In 2006 waren er gemiddeld 15 kandidaat vluchtelingen (financieel systeem) per maand waarvan 8 mannen en 7 vrouwen. In de loop van het jaar is het aantal kandidaat vluchtelingen drastisch verminderd waarbij in december het aantal meer dan gehalveerd is (van 19 naar 8) t.o.v. januari. Percentueel overzicht (2006) 2006 Gemiddeld/mnd
mannen
vrouwen
≤ 24 jaar
53 %
47 %
20 %
25-34 jaar 27 %
35-44 jaar 27 %
45-54 jaar 6%
≥ 55 jaar 20 %
In 2005 was gemiddeld gezien de leeftijdscategorie "25-34 jaar" de grootste (47%). In 2006 waren de categorieën "25-34" en "35-44 jaar", beide met 27%, het sterkst vertegenwoordigd.
Evolutie gemiddeld aantal kandidaat vluchtelingen per maand (2001-2006): 2001 59
Gemidd. # begunstigden
2002 45
2003 41
2004 33
2005 21
2006 15
Het gemiddeld aantal kandidaat vluchtelingen in het financiële systeem kent de laatste 6 jaar een sterk dalende trend. Dit is een gevolg van het gewijzigde asielbeleid in ons land en van de oprichting van een lokaal opvangcentrum voor asielzoekers in de gemeente Boechout in 2001. 4.4.3.3 Installatiepremie en huurwaarborgen Huurwaarborgen
2001 18
2002 16
2003 25
2004 17
2005 10
2006 21
35
Installatiepremie
3
0
0
1
2
2
In 2006 lijkt het aantal huurwaarborgen fel gestegen, maar dit is een vertekend beeld door het lage aantal begunstigden in 2005. In vergelijking met de andere jaren is 21 een normaal aantal begunstigden (gemiddelde 2001 t.e.m. 2006 = 18). 4.4.3.4 Steun in speciën, verwarmingstoelage en huurtoelage 2001 85 78
Vakantietoelage (steun in speciën) Eindejaarstoelage (steun in speciën) Andere vormen van steun in 19 speciën* Verwarmingstoelage 14 Huurtoelage 11 * Voorbeelden van andere vormen van steun steun, studietoelage, overbruggingssteun, …
2002 69 68
2003 68 65
2004 63 62
2005 52 54
2006 54 46
49
41
38
51
54
16 20 24 30 39 16 16 17 20 22 in speciën: (dringende) éénmalige financiële
Het aantal begunstigden van de vakantietoelage en de eindejaarstoelage is elk jaar ongeveer hetzelfde, maar in 2006 is het aantal kandidaat vluchtelingen in december opmerkelijk lager dan in mei 2006 waardoor er dit jaar een groter verschil is tussen beide toelagen. 4.4.3.5 Stookoliepremie Sinds 2005 kent het OCMW in opdracht van de federale overheid stookoliepremies toe. In 2006 heeft de premie meer bekendheid gekregen en werden de toekenningcriteria versoepeld waardoor het aantal cliënten bijna verdrievoudigd is: van 6 begunstigden in 2005 naar 16 begunstigden in 2006. Stookoliepremie # begunstigden uitgaven
2005 6 749,34
2006 16 1 952,53
4.4.3.6 Voorschotten VOORSCHOTTEN Ziekte -en invaliditeitsvergoedingen Werkloosheidsvergoedingen Alimentatie Lonen Tegemoetkoming gehandicapten Pensioenen Kinderbijslag
2001 1
2002 4
2003 3
2004 6
2005 4
2006 2
14 7 2 0 0 0
5 9 0 2 4 2
8 11 1 2 2 3
3 11 1 3 2 2
6 7 1 2 0 2
8 0 4 2 0 0
4.4.3.7 Geplaatste bejaarden * aantal plaatsingen: 36
2000 24
2001 27
2002 27
2003 24
2004 14
2005 11
2006 7
2002 6
2003 5
2004 0
2005 1
2006 1
* aantal nieuwe plaatsingen: 2000 2
2001 7
Zowel het aantal lastens het OCMW geplaatste bejaarden, als het aantal nieuwe plaatsingen vertoont een duidelijk dalende trend. 4.4.3.8 Mantelzorgtoelage * aantal begunstigden 2000 5
2001 6
2002 5
2003 7
2004 5
2005 7
2006 11
Ingevolge de aanpassing van het reglement op de mantelzorgtoelage is het aantal begunstigden in 2006 duidelijk toegenomen. 4.4.3.9 Toelage voor personen met een handicap * Aantal begunstigden 2000 29
2001 32
2002 29
2003 29
2004 28
2005 31
2006 40
Het aantal begunstigden gaat duidelijk in stijgende lijn. Dit heeft te maken met het beter bekend worden van die toelage. 4.4.3.10 Bedeling warme maaltijden * Aantal gebruikers 2000 17
2001 12
2002 15
2003 18
2004 18
2005 24
2006 16
2002 2369
2003 2829
2004 3323
2005 3 429
2006 3 641
* Aantal maaltijden 2000 2 080
2001 2034
Het aantal gebruikers daalde in 2006; het aantal maaltijden blijft in stijgende lijn. 4.4.3.11 Medische en farmaceutische kosten Sinds maart 2006 is er een nieuw reglement in voege. Dit reglement wil de medische overconsumptie tegengaan en de cliënten responsabiliseren.
37
* Medische kosten Het OCMW neemt voor bepaalde cliënten met hoge medische uitgaven 75 % van de kosten of van het remgeld ten laste. Kosten van een raadpleging bij een specialist zonder doorverwijzing van een huisarts worden niet ten laste genomen door het OCMW. Hospitalisatiekosten worden volledig ten laste genomen uitgezonderd persoonlijke kosten zoals bijvoorbeeld dranken. Het al dan niet ten laste nemen van paramedische kosten wordt geval per geval door het Vast Bureau beslist. # begunstigden Uitgaven
2001 27 10 506,15
2002 9 1 089,86
2003 12 2 555,38
2004 8 5 865,57
2005 15 9 959,93
2006 16 7 617,54
* Farmaceutische kosten Voor cliënten met hoge medische uitgaven neemt het OCMW 75% van voorgeschreven medicatie ten laste neemt. # begunstigden Uitgaven
2001 5 1 445,57
2002 4 1 992,36
2003 8 2 580,06
2004 14 4 615,72
2005 17 10 709,79
2006 24 10 550,79
In dit overzicht van medische en farmaceutische kosten zijn deze van de asielzoekers niet inbegrepen (€ 63.817,04). Hun kosten worden in de regel 100% ten laste genomen door het OCMW en volledig terugbetaald door de federale staat. 4.4.3.12 Begrafeniskosten * Aantal begunstigden 2000 0
2001 2
2002 2
2003 5
2004 2
2005 0
2006 1
4.4.3.13 Bijdrage opleidingskosten en arbeidszorg kansarmen In 2006 ontvingen 16 personen een bijdrage in opleidingskosten en/of een tegemoetkoming in het kader van arbeidszorg. In het totaal betaalde het OCMW 3.829,25 euro aan opleidingskosten en arbeidszorg (Lokaal opvanginitiatief voor asielzoekers inbegrepen). 4.4.3.14 Sociale toelagen In 2006 werd het reglement dienaangaande aangepast. Voortaan gelden er geen toekenningsvoorwaarden meer op het vlak van kadastraal inkomen. Dit resulteerde in een groter aantal aanvragen.
Nutstoelage
2005 # toekenning Bedrag 146 14 700,00
2006 # toekenning Bedrag 166 16 700,00 38
TV-distributietoelage Ophaling grof huisvuil Gratis afvalzakken/compostvat Totaal
120 0 151
7 200,00 0,00 378,62
141 2 187
8 460,00 20,00 474,18
417
22 278,62
496
25 654,18
4.4.3.15 Vrijetijdstoelage In april 2006 besliste het OCMW om de term 'participatiecheque' te veranderen in 'vrijetijdstoelage' en de doelgroep uit te breiden naar alle inwoners van Boechout met een laag inkomen. Het bedrag van de toelage werd eveneens opgetrokken van maximum € 25,00 per persoon per jaar naar € 50,00.
vrijetijdstoelage
2005
2006
# toekenningen (cliënten) # effectief uitgekeerd
27 19 70 %
38 28 74 %
De wijziging van het reglement gaf aanleiding tot een sterke stijging van het aantal aanvragen. Toch dient vastgesteld dat slechts 74 % van de gerechtigden ook effectief gebruik maakt van de vrijetijdstoelage. 4.4.3.16 Tewerkstelling, vorming en opleiding 15 personen werden door het OCMW tewerkgesteld in het kader van art. 60 § 7 van de organieke wet. De dienst arbeidsbegeleiding bereikte 42 personen. 4.4.3.17 Rechtshulp In 2006 deden 104 cliënten een beroep op de dienst rechtshulp. Dit betekent een stijging in vergelijking met 2005 (16 personen meer). 4.4.3.18 Budgetbegeleiding- en beheer Totaal # budgetdossiers # beheerd door budgetbegeleider # beheerd door sociale dienst % beheerd door sociale dienst
2004 21 12 9 42,9 %
2005 33 16 17 51,5 %
2006 41 19 21 51,2 %
Het aantal budgetdossiers verdubbelde op 3 jaar tijd. 4.4.3.19 Mindermobielencentrale
39
De mindermobielencentrale (MMC) is operationeel sinds februari 1997 en zorgt voor het vervoer van bejaarden, zieken, gehandicapten en mensen in een sociale noodsituatie die zich moeilijk kunnen verplaatsen. Vrijwilligers brengen de mensen op hun bestemming. JAAR
# KM
# RITTEN
1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 TOTAAL
1.397 8.528 5.368 5.220 9.104 11.587 12.708 15.003 16.042 14.911 99.868
100 406 350 289 617 475 651 706 847 739 5180
# # CHAUFF LEDEN 14 12 33 11 32 11 44 11 46 10 43 10 52 11 58 10 66 11 68 15
De MMC kent reeds jaren een stijgend succes. 4.4.3.20 Poetsdienst Eind 2006 waren er 7 poetsvrouwen in dienst waarvan 6 halftijds met 19/38ste prestaties en 1 met 26/38ste prestaties. Gemiddeld aantal gebruikers en totaal aantal poetsuren: Gemiddeld # gebruikers Totaal # poetsuren
2004 40 4 032
2005 41 3 472
2006 47 4 348
4.4.3.21 Sociale verhuurdienst Het totaal aantal huurwoongelegenheden in 2006: 13 4.4.3.22 Doorgangshuis * Aantal gebruikers 2001 7
2002 4
2003 4
2004 5
2005 7
2006 8
4.4.3.23 Lokaal opvanginitiatief voor asielzoekers (LOI)
40
In 2006 beschikte het LOI over 3 appartementen, 3 studio’s en 1 huis met een totale opvangcapaciteit van 19 van asielzoekers. In totaal verbleven er dat jaar 28 personen in het LOI: 19 volwassenen en 9 kinderen.
41
4.5 Sociale conjunctuurbarometer Boechout Totale werkgelegenheid SWAV Werkzaamheidsgraad Werkgelegenheidsgraad Werkloosheidsgraad Aantal NWWZ laaggeschoold - < 25 jaar Aantal NWWZ laaggeschoold - 25 tot 40 jaar Aantal private huishoudens Aantal alleenstaande mannen Aantal alleenstaande vrouwen Aantal alleenstaande vaders met kinderen (max. 5 kinderen) Aantal alleenstaande moeders met kinderen (max. 5 kinderen) Aantal nieuwkomers Migratiesaldo (aantal inwijkingen - aantal uitwijkingen) Aandeel bevolking ouder dan 75: M V Aandeel bevolking ouder dan 75: M Aandeel bevolking ouder dan 75: V Aandeel bevolking ouder dan 85: M V Aandeel bevolking ouder dan 85: M Aandeel bevolking ouder dan 85: V Groene druk Interne vergrijzing Afhankelijksheidsratio Grijze druk Familiale zorgindex Doorstromingscoëfficiënt Aantal geboorten in kansarme gezinnen Aandeel titularissen met voorkeursregeling in de ziekteverzekering (M+V) (per 1000 inwoners) Aantal begunstigde leefloners Aandeel ouderen met een gewaarborgd inkomen of inkomensgarantie Aantal erkende plaatsen rusthuizen Capaciteit rusthuizen – Programmacijfers
2000 3.610 69,7 48,9 4,4 18 34 4.268 421 463 53 210 N/A 74 6,42 4,54 8,32 2,08 0,92 3,26 47,75 18,66 84,91 37,15 31,68 109,81 1 67,12
2001 3.731 70,7 50,7 4,6 13 35 4.340 452 497 55 220 12 -68 6,6 4,7 8,52 2,15 0,93 3,38 47,1 18,72 84,35 37,25 31,15 108,1 3 64,92
2002 3.615 70,5 49,4 4,6 11 33 4.337 452 496 55 228 15 69 7,03 5,02 9,05 2,23 1,12 3,34 46,67 18,99 84,11 37,44 30,87 110,26 3 61,67
2003 3.624 69,5 N/A 5,1 9 39 4.417 477 529 64 230 17 25 7,14 5,22 9,08 2,15 1,13 3,17 46,69 19,32 84,5 37,81 31,14 110,99 0 63,22
2004 3.635 69,9 N/A 5,5 18 25 4.464 520 523 61 251 44 32 7,26 5,41 9,14 2,04 1,2 2,9 46,26 19,16 84,43 38,17 30,23 111,01 2 61,83
2005 3.680 N/A N/A N/A 25 23 4.471 500 535 60 253 N/A 96 7,67 5,68 9,7 1,98 1,11 2,86 46,35 19,68 85,58 39,23 31,36 108,21 2 N/A
N/A N/A 258 143
N/A N/A 258 147
26 7,36 258 143
23 6,6 258 145
20 5,99 258 147
27 N/A 258 150
2006
2007
27 26 4.518 522 560 55 257
14 23
258 154
258 160
42
Aantal erkende plaatsen serviceflats Capaciteit serviceflats – Programmacijfers Aantal plaatsen kinderdagverblijven Gerechtigden – Zorgverzekering - residentiele zorg Gerechtigden – Zorgverzekering - mantel & thuiszorg Programmatiecijfer Centra voor kortverblijf Aantal plaatsen erkende Centra voor kortverblijf Programmatiecijfer Dagverzorgingscentra Aantal plaatsen erkende Dagverzorgingscentra Aantal plaatsen erkend met opschorting Dagverzorgingscentra Bevolkingsdichtheid Oppervlakte in km² Aandeel sociale huurhuizen en appartementen op het totale aantal woningen
0 52 0 N/A N/A N/A N/A N/A N/A N/A 577,05 20,66 1,11
0 54 0 N/A N/A N/A N/A N/A N/A N/A 578,69 20,66 1
0 55 0 N/A N/A N/A N/A N/A N/A N/A 575,45 20,66 1,11
0 57 0 176 93 N/A N/A N/A N/A N/A 579,71 20,66 1,13
0 58 0 223 101 N/A N/A N/A N/A N/A 578,69 20,66 1,11
0 59 0 221 116 5 0 5 0 0 580,58 20,66 1,13
0
0
222 131
(www.lokalestatistieken.be)
43
Verklaring definities: - NWWZ: niet werkende werkzoekenden - Groene druk: de verhouding tussen het aantal 0 tot 19-jarigen en het aantal 20 tot 59jarigen - Interne vergrijzing: het aantal 80+ ten opzichte van het aantal 60+ - Afhankelijkheidsratio: geeft de verhouding weer tussen het aantal 0 tot 19-jarigen plus het aantal 60+ en de actieve bevolking - Grijze druk: de verhouding tussen het aantal 60+ en het aantal 20- tot 59-jarigen - Familiale zorgindex: het aantal 80+ ten opzichte van de bevolking van 50 tot 59-jarigen - Doorstromingscoëfficiënt: geeft de verhouding weer tussen het aantal jongeren (10 tot 24jarigen) en het aantal ouderen (50- tot 64-jarigen).
44
4.6 Huisvesting Tabel 24: Woningen met weinig comfort (2001) geen CV Vlaams Gewest 610 446 Boechout 765 (0,13%) (Bron: http://aps.vlaanderen.be)
geen badkamer 81 822 59 (0,07%)
geen toilet 55 470 55 (0,10%)
Uit voorgaande tabel blijkt dat het aantal woningen met weinig comfort zeer beperkt blijft in Boechout. Percentage woningen bewoond door de eigenaar: 78,0% (2001) Percentage gehuurde woningen: 20,8% (2001) De huurmarkt in Boechout is zeer beperkt. Een duidelijke meerderheid van de woningen (78%) wordt bewoond door de eigenaar. Dit heeft uiteraard gevolgen voor de huurprijzen. Prijzen van woningen en bouwgronden Tabel 25: Maandelijkse huur zonder bijkomende kost (2001) minder dan 247,89 euro 109 van 247,89 tot 495,78 euro 574 van 495,79 tot 743,67 euro 127 van 743,67 tot 991,56 euro 22 meer dan 991,56 13 Onbekend 27 (Bron: Statistische fiche van de gemeente Boechout, Provincie Antwerpen – dienst Welzijn, juni 2004)
45
Tabel 26: Gemiddelde verkoopprijs in euro van een appartement (1993-2003) (www.lokalestatistieken.be)
Gemiddelde verkoopprijs appartement 150000 100000 50000 0
1993
1994
1995
1996
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
Prijs 61933 65445 73301 86216 67489 73645 85239 81885 77270 95706 10007
Tabel 27: Gemiddelde verkoopprijs per m² in euro van een perceel bouwgrond (1993-2003)
Gemiddelde prijs m² bouwgrond 150 100 50 0
1993
1994
1995
1996
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
Prijs 54,73 26,15
47,6
49,21 43,06 57,56 36,02 26,06 104,33 117,77 132,25
We constateren op 10 jaar tijd meer dan een verdubbeling van de prijs van de bouwgrond.
46
Tabel 28: Gemiddelde verkoopprijs in euro van een kleine en middelgrote woning (19932003)
Gemiddelde prijs kleine en middelgrote woning 150000 100000 50000 0
1993
1994
1995
1996
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
Prijs 78420
83043
95958
93276
77616
97153
92144
93864 106618 117886 116205
Ook de prijs van de kleine en middelgrote woningen is de laatste jaren duidelijk gestegen.
Tabel 29: Gemiddelde verkoopprijs in euro van een grote woning (1993-2003) Gemiddelde prijs grote woning 400000 300000 200000 100000 0
1993
1994
1995
1996
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
Prijs 120972 244233 177465 203583 173818 204689 222085 291117 251474 265254 286244
Ook de gemiddelde prijs van een grote woning kende de laatste 10 jaar een duidelijke stijging.
47
Tabel 30: Vastgoedprijzen (2000-2005) 6 Gemiddelde verkoopprijs in euro 2000 2005 Villa’s, bungalows, landhuizen 291 117 380 556 Woonhuizen 93 864 191 104 Appartementen, flats, studio’s 81 885 147 034 Kleinhandelszaken, handelshuizen 255 702 195 443 (Bron: Kerncijfers voor gemeente Boechout; FOD Economie, Statistiek en Economische Informatie)
Vlaanderen: 117082,47 Prov. Antwerpen (mediaan): 123269,90 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
94683,28 - 110000,00
Retie Schoten
Antwerpen
110000,01 - 117082,47
Schilde
Zoersel
Lille Kasterlee
117082,48 - 123269,90 123269,91 - 130000,00
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Lint
Rumst
Balen
Meerhout
Lier Berlaar
Boom
Geel
Herenthout
Niel Bornem
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
130000,01 - 160000,00 160000,01 - 205655,75
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Verkochte appartementen en kleine en middelgrote woningen: gemiddelde verkoopprijs in Euro (2004)
(Bron:www.provant.be)
6
Van volgende goederen zijn de prijzen niet in deze tabel opgenomen: landbouwerswoningen, landbouweigendommen, gedeelten van gebouwen, opbrengsthuizen, handelslokalen, hotels, restaurants, cafés, herenhuizen, bouwvallige en verwoeste gebouwen,… De bedragen geven de gemiddelde prijs van de transacties weer, excl. kosten en taksen. 48
Uit deze informatie blijkt dat de huishuren en de prijzen van de woningen in Boechout aan de hoge kant zijn en vooral ook de laatste jaren zijn gestegen. Er is slechts een heel beperkt aantal huurwoningen en Boechout blijkt bovendien zeer aantrekkelijk te zijn wegens de ligging, nl. een landelijke gemeente gelegen net buiten de Antwerpse agglomeratie. De gemiddelde verkoopprijs in Boechout ligt boven de mediaan van de provincie en boven het gemiddelde van Vlaanderen. Sociale huisvesting Tabel 31: Aantal sociale woningen in Boechout (2005) 2005 21 28 49 4 471 1,10
Sociale huurhuizen Sociale huurappartementen Sociale huurwoningen Aantal huishoudens Percentage huishoudens in sociale woningen
(Bron: provincie Antwerpen - sociaal kompas)
Vlaanderen: 5,39 Prov. Antwerpen (mediaan): 3,65 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
0,00 - 1,50
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
1,51 - 3,65
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
3,66 - 5,39 Retie
5,40 - 7,50
Schoten
Antwerpen
Schilde
7,51 - 11,00
Zoersel
Lille Kasterlee
11,01 - 16,61
Zwijndrecht
Zandhoven
Wommelgem
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Lint
Balen
Meerhout
Lier Berlaar
Rumst
Geel
Herenthout
Niel Boom
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek Mortsel
Bornem
Dessel
Wijnegem
Westerlo
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Huishoudens in sociale woning: percentage (2005)
49
Uit deze kaart blijkt dat het aantal sociale woningen in Boechout aanzienlijk lager ligt dan in de provincie Antwerpen en Vlaanderen. Slechts 1,10% van de Boechoutse huishoudens woont in een sociale woning. In vergelijking met Vlaanderen (5,39) en de mediaan van de provincie Antwerpen (3,65) is dit zeer weinig. In 2007 zijn de cijfers betreffende de sociale huisvesting als volgt geëvolueerd: In Boechout zijn er thans 77 sociale woongelegenheden van De Ideale Woning en 13 woningen van de sociale verhuurdienst van het OCMW. Dat geeft een totaal van 90 sociale woningen die sociaal verhuurd worden. Op een totaal aantal woongelegenheden in Boechout van 4940 betekent dat 1,8 %. We constateren dus een lichte stijging van het aantal Boechoutse huishoudens in een sociale woning van 1,1% in 2005 naar 1,8% in 2007. Ook in Vlaanderen is er een lichte stijging van 5,4% in 2005 naar 6% in 2007.
50
4.7 Bestaande voorzieningen In het hierna volgend overzicht worden de bestaande voorzieningen beknopt toegelicht. 4.7.1. OCMW We geven een kort overzicht van de bestaande sociale dienstverlening van het OCMW van Boechout. Voor meer informatie verwijzen we u naar de infogids van OCMW Boechout en de jaarverslagen. 1. Informatie, advies en bemiddeling Bij de sociale dienst van het OCMW kan men terecht voor informatie, advies en bemiddeling. Zij onderzoeken op welke toelagen en voordelen iemand recht heeft en helpen bij het invullen van allerlei formulieren en documenten. Zij kunnen ook helpen om een aansluiting bij het ziekenfonds in orde te maken of raad geven bij een opname in een rusthuis…. 2. Psycho- sociale begeleiding De sociale dienst helpt om persoonlijke, familiale en psychische moeilijkheden te boven te komen. 3. Financiële hulpverlening 1. Leefloon 2. Financiële steun aan kandidaat vluchtelingen 3. Installatiepremie, huurwaarborgen 4. Steun in speciën, verwarmingstoelage en huurtoelage 5. Stookoliepremie 6. Voorschotten - Ziekte- en invaliditeitsvergoedingen - Werkloosheidsvergoedingen - Lonen - Tegemoetkoming gehandicapten - Pensioenen - Kinderbijslag 7. Geplaatste bejaarden 8. Mantelzorgtoelage 9. Toelage voor personen met een handicap 10. Bedeling warme maaltijden 11. Medische en farmaceutische kosten 12. Begrafeniskosten 13. Bijdrage opleidingskosten en arbeidszorg kansarmen 51
14. Sociale toelagen - Nutstoelage - TV-distributietoelage - Ophaling grof huisvuil - Gratis afvalzakken/compostvat 15. Vrijetijdstoelage 16. Vakantieparticipatie Het OCMW van Boechout is lid van Vakantieparticipatie. Daardoor kunnen gezinnen of personen die het financieel moeilijk hebben aan een voordeeltarief een uitstap of vakantie in Vlaanderen boeken. 4. Tewerkstelling, vorming en opleiding De arbeidsbegeleidster adviseert en begeleidt mensen in hun zoektocht naar geschikt werk. Zij helpt met het opstellen van een sollicitatiebrief of CV. Zoekt samen met de cliënten naar vacatures of helpt bij het zoeken naar een geschikte opleiding. 5. Rechtshulp Bij de dienst rechtshulp van het OCMW kan iedereen kosteloos terecht voor advies over allerhande juridische vragen en problemen. De jurist kan informatie en raad geven. Zij kan soms bemiddelen tussen de betrokken partijen maar zij kan niet optreden voor de rechtbank. 6. Budgetbegeleiding en budgetbeheer De budgetbegeleider helpt bij de besteding van iemands inkomen, geeft o.a. tips hoe uitgaven overzichtelijk genoteerd kunnen worden. Hij kan ook onderhandelen met schuldeisers: hij vraagt betalingsuitstel of doet een betalingsvoorstel om de schulden te spreiden in de tijd. Budgetbeheer betekent dat het inkomen geheel of gedeeltelijk op een rekening gestort wordt die door de budgetbegeleider wordt beheerd. Ook mensen die niet onmiddellijk financiële problemen hebben, maar die toch minder goed met hun inkomen kunnen omgaan, kunnen preventief begeleiding vragen om moeilijkheden te voorkomen. 7. Mindermobielencentrale De mindermobielencentrale zorgt voor het vervoer van bejaarden, zieken, gehandicapten en mensen in een sociale noodsituatie die zich moeilijk kunnen verplaatsen. 8. Poetsdienst Kan iemand zelf niet meer instaan voor het onderhoud van zijn woning, dan kan men beroep doen op de poetsdienst van het OCMW. 9. Sociale verhuurdienst Het OCMW huurt in Boechout een aantal woongelegenheden en verhuurt deze aan personen en gezinnen die zwak staan op de private huurmarkt (mensen met een beperkt inkomen, asielzoekers,…). De huurprijs is afhankelijk van het inkomen. De toewijzing van deze woningen en appartementen gebeurt door het vast bureau of de raad voor maatschappelijk welzijn op voorstel van de sociale dienst. 10. Doorgangshuis Het OCMW beschikt over een doorgangshuis met twee woongelegenheden waar gezinnen (of alleenstaanden) die zich in een noodsituatie bevinden tijdelijk kunnen opgevangen worden. 52
11. Preventieprojectwerking Preventiewerk zoekt naar de dieperliggende oorzaken van de problemen. Op die manier wordt getracht te voorkomen dat mensen in de kansarmoede terecht komen. Er wordt gewerkt op basis van projecten die in samenspraak met het OCMW van Borsbeek en Hove worden vastgelegd. 12. Lokaal opvanginitiatief voor asielzoekers Het lokaal opvanginitiatief voor asielzoekers voorziet in de materiële opvang van asielzoekers tijdens de periode van het onderzoek van hun asielaanvraag. Deze asielzoekers krijgen enkel materiële hulp aangeboden (huisvesting, kleding) aangevuld met een beperkt leefgeld. Ze worden door het OCMW gehuisvest in appartementen, die verspreid zijn over het grondgebied van de gemeente. 14. LAC Wanneer iemand een betalingsachterstal heeft voor elektriciteit, gas of water helpt het OCMW om een haalbaar afbetalingsplan op te stellen. Als men de energierekeningen niet kan betalen, zal het OCMW een ‘lokale adviescommissie’ bijeen roepen, die beslist over: minimumlevering van elektriciteit, heraansluiting van elektriciteit, gas en water en afsluiting van energietoevoer. 15. Vlaamse Zorgkas De Vlaamse zorgverzekering komt tussen in de niet-medische kosten van zwaar zorgbehoevenden. Iedereen die ouder is dan 25 jaar is verplicht om zich aan te sluiten bij een zorgkas. Het OCMW treedt op als lokale agent van de openbare Vlaamse Zorgkas. De correspondentie met de Vlaamse Zorgkas verloopt dus via het OCMW. 4.7.2. Gemeentebestuur Naast de vele andere taken en opdrachten heeft het gemeentebestuur ook een rol te vervullen op het vlak van lokaal sociaal beleid. In wat volgt wordt er een opsomming gegeven van de sociale dienstverlening van de gemeente. Enkele van deze aspecten worden verder nog nader toegelicht. -
buitenschoolse kinderopvang opvang van jongeren via sport- en speelweken, grabbelpas, swappas,… sociale huisvesting vzw Werkwinkel (sociaal tewerkstellingsinitiatief) WIS PWA samenwerking met OCMW op vlak van sociale tewerkstelling (art. 60 OCMW-wet) betoelaging kansarmoedeprojecten logopedieproject preventief gezondheidsbeleid in samenwerking met LOGO Praam seniorenbeleid …
4.7.3. Gezondheidszorg, psychische, sociale en medische hulpverlening Ziekenfondsen: - Christelijke mutualiteit Sint Bavoplein 11, 2530 Boechout tel. 03 455 24 10 - Vlaams en Neutraal ziekenfonds J.F. Willemsstraat 18, 2530 Boechout 53
tel. 03 454 22 84 - Onafhankelijk Ziekenfonds Heuvelstraat 47, 2530 Boechout tel. 078 15 30 95 - De Voorzorg mobiel kantoor Jef Van Hoofplein tel. 0477 40 70 62 Geestelijke Gezondheidszorg: - Psychiatrisch Centrum Broeders Alexianen Provinciesteenweg 408, 2530 Boechout tel. 03 455 75 31 - De Vliering Beschut wonen en activiteitencentrum voor volwassen psychiatrische patiënten Activiteitencentrum: George Van Raemdoncklaan 5, 2530 Boechout tel. 03 455 38 78 Beschut wonen: Heuvelstraat 170, 2530 Boechout tel. 03 454 23 07 Psychiatrische zorg in de thuissituatie: Heuvelstraat 170, 2530 Boechout tel. 03 460 16 29 - PVT-P : psychiatrisch verzorgingstehuis voor mensen met een gestabiliseerde psychiatrische problematiek Sint-Amadeus Campus Den Heuvel Heuvelstraat 166, 2530 Boechout Tel. 03 460 14 50 Voorzieningen voor mindervaliden: - De Ark ‘t Ateljee Activiteitencentrum voor volwassenen met een mentale handicap Sportveldlaan 21, 2530 Boechout tel. 03 455 14 29 - De Ark Madona Leefgemeenschap voor volwassenen met een mentale handicap Janssenlei 12, 2530 Boechout tel. 03 454 30 23 - De Ark Roeach Leefgemeenschap voor volwassenen met een mentale handicap Sint-Gabriëlstraat 20, 2530 Boechout tel. 03 454 37 06 - De Speelhoeve Heilpedagogisch kinderdagverblijf voor kinderen van 3 tot 21 jaar Broechemsesteenweg 23, 2531 Vremde tel. 03 455 01 07 54
Opvangtehuis: - Vrouwenopvanghuis Onthaaltehuis voor thuisloze vrouwen met of zonder kinderen tel. 03 454 07 12 Armoedebestrijding: - Sint-Vincentiusvereniging Contactpersoon: Rita Vanlooveren-Bracke Welvaartstraat 30 A 2530 Boechout tel.: 03 455 46 91 Vrijwilligers voor armoedebestrijding in Boechout. Trachten een antwoord te geven op financiële noden. - Pastoraal Team Contactpersoon: Elvira van Hoeck Bijzondere Jeugdzorg: - Jongenstehuis Don Bosco Instelling voor bijzondere jeugdzorg. Bezinnings- en studiecentrum Broechemsesteenweg 100, 2531 Vremde tel. 03 485 54 05 Rust- en verzorgingstehuizen: - Rust- en verzorgingstehuis Sint-Mathildis Sportveldlaan 25, 2530 Boechout tel. 03 460 30 10 www.rvtsintmathildis.be Capaciteit: 119 woongelegenheden als rusthuis 85 woongelegenheden als RVT - Huize Stracke – Capenberg Oxaco Center Borsbeeksesteenweg 45, 2530 Boechout tel. 03 455 54 33 Capaciteit: 44 plaatsen als rustoord 31 plaatsen als RVT - Rusthuis Avondvrede Alexander Franckstraat 34, 2530 Boechout tel. 03 455 44 56 Capaciteit: 29 RVT-bedden 23 ROB-bedden Ziekenzorg: - Ziekenzorg St. Bavo Bezoek aan zieken en ouderen Contactpersoon: Lea Claes – Bistmans, Termikkelaan 8, tel. 03 455 77 78
55
Rode Kruis: - Rode Kruis Boechout - Vremde Afdelingsvoorzitter: Gaby Dirkx, 03 455 51 70 Verantw. Hulpdienst: Steven Printemps, 03 454 57 74 Uitleendienst: Henri Printemps, 03 455 65 62 Verantw. Jrk: Mik Renders, 03 454 37 72 Verantw. Bloedgeven: Leen Ghys, 03 455 43 24 Secretariaat: Hilda Bellekens, 03 455 51 71 Huisartsen: - Bert Andries Boomkensstraat 20, 2531 Vremde tel. 03 455 82 89 - Annemie Teulingkx Gillegomstraat 45, 2530 Boechout tel. 03 455 83 43 - Jan Van de Walle Ropstocklei 26, 2530 Boechout tel. 03 455 30 95 - Werner Van Peer, Dr. Vindevogel, Dr. De Laet Heuvelstraat 136, 2530 Boechout tel. 03 454 13 15 - Luc Vangeel Weverstraat 36, 2531 Vremde tel. 03 455 58 99 - Jozef Verhaert Frans Segersstraat 21, 2530 Boechout tel. 03 455 49 72 - Verlinden en De Ceuster Hovesesteenweg 43, 2530 Boechout tel. 03 455 77 77 Psychotherapeuten: - Geert Dom, psychiater Onze-Lieve-Vrouweplein 1, 2530 Boechout tel. 03 455 22 54 - E. Vandoolaeghe, psychiater Gillegomstraat 24, 2530 Boechout tel. 03 455 93 78 - Praktijk voor psychotherapie Lange Kroonstraat 22, 2530 Boechout tel. 03 455 55 21
56
- Psychotherapeut Van den Broeck Heuvelstraat 136 2530 Boechout tel. 03 460 10 94 Specialisten: - Sabine Dobbelaere, gynaecoloog Jan Frans Willemsstraat 79, 2530 Boechout tel. 03 454 42 88 - Sabine Bleyaert, kinderarts Hovesesteenweg 51, 2530 Boechout tel. 03 454 42 24 Logopedisten: - Ann Bellens Lange Kroonstraat 133, 2530 Boechout tel. 03 454 38 40 - An Ketels-Lowette Mussenhoevelaan 78, 2530 Boechout tel. 03 289 69 39 Kinesitherapeuten: - Baert en Pittoots Frans Segersstraat 23, 2530 Boechout tel. 03 455 14 86 - Craps en Van Genechten Appelkantstraat 21, 2530 Boechout tel. 03 455 49 35 - Katleen De Clerq Schransstraat 112, 2530 Boechout tel. 03 455 10 03 - Els De Schrijver Hovesesteenweg 94, 2530 Boechout tel. 03 454 00 68 - R. Frateur Pietingbaan 24 2531 Vremde tel. 03 455 86 33 - Toni Huybrechts Heerbaan 22, 2530 Boechout tel. 03 455 48 73
57
- Anne Janssen Provinciesteenweg 217, 2530 Boechout tel. 03 454 07 29 - Hilde De Raedemaecker Boomkensstraat 16, 2530 Boechout tel. 03 454 10 87 - Maria Stassen Reigersmolenstraat 20, 2531 Vremde tel. 03 455 18 81 - Thys en Moyson Oude Steenweg 61, 2530 Boechout tel. 03 455 90 99 - Anne Tritz Mussenhoevelaan 24, 2530 Boechout tel. 03 454 46 56 - Annie Van Santfoort Berthoutstraat 78, 2531 Vremde tel. 03 455 98 89 - Marc Verhoft Gillegomstraat 36, 2530 Boechout tel. 03 454 10 38 Osteopaat: - Mark Tersago Weverstraat 106, 2531 Vremde tel. 03 454 24 00 Tandartsen: - Walter Ceulemans Onze-Lieve-Vrouweplein 12, 2530 Boechout tel. 03 455 37 63 - Gerda De Coster Binnensteenweg 202, 2530 Boechout tel. 03 455 12 84 - Siegers en Loncké Kardinaal Sterckxstraat 95, 2530 Boechout tel. 03 455 81 99 - Else Vervliet Zilverenhoek 6 2530 Boechout tel. 03 454 28 36
58
- Wim Willems Oude Steenweg 114, 2530 Boechout tel. 03 455 97 88 - Serge Frejlich Sint Bavoplein 10, 2530 Boechout tel. 03 454 08 02 Apothekers: - E. De Witte Guido Gezellestraat 14, 2530 Boechout tel. 03 455 57 51 - Marc Herreman Weverstraat 41, 2531 Vremde tel. 03 454 13 06 - Sint Bavo Heuvelstraat 100, 2530 Boechout tel. 03 454 01 13 - Ann Tambeur Van Colenstraat 23B, 2530 Boechout tel. 03 455 22 45 Diëtiste: - Els De Wever Weverstraat 75, 2531 Vremde tel. 03 455 75 72
4.7.4. Kinderopvang Zie verder : lokaal beleidsplan kinderopvang.
4.7.5. Onderwijsinstellingen In Boechout zijn er drie kleuterscholen, drie lagere scholen en een school voor secundair onderwijs. De muziekschool is een filiaal van de academie van Lier. In Vremde kunnen kleuters en lagere schoolkinderen terecht in de dorpsschool. - Jan Frans Willemsschool, kleuter- en lager onderwijs Hovesesteenweg 1-3 - 2530 Boechout tel. 03 454 50 71
59
- Dorpsschool Vremde, kleuter- en lageronderwijs Dorpsplaats 5 - 2531 Vremde tel. 03 455 22 42 - De Inktvis Vrije Basisschool Boechout, kleuter- & lager onderwijs Jef van Hoofplein 15 - 2530 Boechout tel. 03 455 94 55 - Sint- Gabriëlcollege, lager en secundair onderwijs Lange Kroonstraat 72 - 2530 Boechout tel. 03 454 20 21 - Sint-Gabriëlcollege, kleuterschool Mussenhoevelaan 14 - 2530 Boechout tel. 03 455 60 81 - Stedelijke Academie voor muziek, woord en dans Lier, Filiaal Boechout Binnensteenweg 198 - 2530 Boechout tel. 03 455 88 06 4.7.6. Tewerkstelling/werkloosheid - Plaatselijk Werkgelegenheidsagentschap Boechout Het PWA wil langdurig werklozen en leefloontrekkers de gelegenheid bieden om hun inkomen te verhogen, uit hun isolement te treden en weer aansluiting te vinden bij de arbeidsmarkt. OCMW – 1ste verdieping Dr. Theo Tutsstraat 20, 2530 Boechout tel. 03 460 18 41 fax: 03 460 18 49
[email protected] - Werkwinkel VZW Gemeentelijk tewerkstellingsinitiatief gericht op tewerkstelling van laaggeschoolde langdurig werklozen. Via werkervaring en vorming worden deze werklozen begeleid naar hun inschakeling op de reguliere arbeidsmarkt. Gemeentehuis Heuvelstraat 91, 2530 Boechout tel. 03 460 06 35
[email protected]
60
- Lokale Werkwinkel Morstel – Borsbeek - Boechout In 2006 opende de lokale werkwinkel Mortsel-Boechout-Borsbeek. Alle organisaties die kunnen helpen bij het zoeken naar werk zitten samen op één adres, consulenten van VDAB en Arbeidstrajectbegeleiding, PWA-beambten en dienstenonderneming ZITA. Antwerpsestraat 44 – 46 2640 Mortsel tel. 03 450 89 64
4.7.7. Overzicht bestaande hulpverlening voor ouderen in Boechout
Vlaanderen: 4,52 Prov. Antwerpen (mediaan): 4,29 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
3,18 - 3,70
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
3,71 - 4,00
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
4,01 - 4,29 Retie
4,30 - 4,52
Schoten
Antwerpen
Schilde
4,53 - 5,00
Zoersel
Lille Kasterlee
5,01 - 5,60
Zwijndrecht
Zandhoven
Wommelgem
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Lint
Balen
Meerhout
Lier Westerlo
Berlaar Rumst
Geel
Herenthout
Niel Boom
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek Mortsel
Bornem
Dessel
Wijnegem
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Rusthuisprogramma in procent van >=60 jarigen (1 jan 2005)
Wat de rusthuizen betreft, scoort Boechout hoog. Met 5,07% scoort Boechout hoger dan Vlaanderen (4,52). De mediaan is in de provincie Antwerpen 4,29.
61
Vlaanderen: 40,17 Prov. Antwerpen (mediaan): 36,48 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
0,00
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
0,01 - 36,48
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
36,49 - 40,17 Retie
40,18 - 70,00
Schoten
Antwerpen
Schilde
70,01 - 100,00
Zoersel
Lille Kasterlee
100,01 - 138,19
Zwijndrecht
Zandhoven
Wommelgem
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Balen
Meerhout
Lier Westerlo
Berlaar Rumst
Geel
Herenthout
Lint
Niel Boom
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek Mortsel
Bornem
Dessel
Wijnegem
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Serviceflats: capaciteit in procent van programma (2006)
62
Vlaanderen: 23,71 Prov. Antwerpen (mediaan): 0,00 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
0,00
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
0,01 - 23,71 Retie
23,72 - 50,00
Schoten
Antwerpen
Schilde
50,01 - 100,00
Zoersel
Lille Kasterlee
100,01 - 260,00
Zwijndrecht
Zandhoven
Wommelgem
Vorselaar
Ranst
Borsbeek Mortsel
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint
Rumst
Geel
Balen
Herenthout Meerhout
Lier Westerlo
Berlaar Boom
Olen
Nijlen
Niel Bornem
Dessel
Wijnegem
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Centra voor kortverblijf: capaciteit erkenning in procent van programma (2005)
63
Vlaanderen: 49,61 Prov. Antwerpen (mediaan): 0,00 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
0,00
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
0,01 - 49,61 Retie
49,62 - 100,00
Schoten
Antwerpen
Schilde
100,01 - 200,00
Zoersel
Lille Kasterlee
200,01 - 375,00
Zwijndrecht
Zandhoven
Wommelgem
Mortsel
Vorselaar
Ranst
Borsbeek
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Balen
Herenthout Meerhout Westerlo
Berlaar Rumst
Geel
Lier
Niel Boom
Olen
Nijlen
Hove Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle Lint Bornem
Dessel
Wijnegem
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Dagverzorgingscentra: capaciteit erkenning in procent van programma (2005)
64
Vlaanderen: 86,05 Prov. Antwerpen (mediaan): 81,72 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas
28,01 - 50,00 Rijkevorsel
50,01 - 70,00
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
70,01 - 81,72
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
81,73 - 86,05 Retie
86,06 - 100,00
Schoten
Antwerpen
Schilde
100,01 - 175,00
Zoersel
Lille Kasterlee
175,01 - 251,14
Zandhoven
Wommelgem
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Lint
Balen
Meerhout
Lier Berlaar
Rumst
Geel
Herenthout
Niel Boom
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek Mortsel
Bornem
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Gezinszorg: gepresteerde uren in procent van programma (2004)
65
Vlaanderen: 7,76 Prov. Antwerpen (mediaan): 6,75 Essen Hoogstraten Ravels Baarle-Hertog Kalmthout
Wuustwezel Merksplas Rijkevorsel
0,23 - 4,00
Stabroek
Brecht
Kapellen
Arendonk
Turnhout
4,01 - 5,00
Oud-Turnhout
Beerse
Brasschaat
Vosselaar
Malle
Mol
5,01 - 6,75 Retie
6,76 - 7,76
Schoten
Antwerpen
Schilde
7,77 - 10,00
Zoersel
Lille Kasterlee
10,01 - 14,60
Zandhoven
Wommelgem
Grobbendonk Boechout
Herentals
Edegem
Balen
Meerhout
Lier Berlaar
Rumst
Geel
Herenthout
Lint
Niel Boom
Olen
Nijlen
Hove
Hemiksem Aartselaar Kontich Schelle
Vorselaar
Ranst
Borsbeek Mortsel
Bornem
Dessel
Wijnegem
Zwijndrecht
Westerlo
Duffel Heist-op-den-Berg
Laakdal
Hulshout Puurs
Willebroek
Sint-Katelijne-Waver
Sint-Amands
Putte Mechelen
Herselt
Bonheiden
Poetsdiensten: gemiddeld aantal gepresteerde uren per >=65 jarige (2004)
66
Programmatiecijfers 7 (2006): 1) Serviceflats Boechout: 0 van 59 flats ingevuld Edegem: 0 van 125 ingevuld Lint: 16 van 34 ingevuld Kontich: 81 van 99 ingevuld Mortsel: 83 van 123 ingevuld Programmacijfer serviceflat Boechout: 59 Erkend: 0 In onderzoek: 0 Gepland: 20 (VZW) 2) Rustoorden Boechout: 258 van 100 ingevuld Edegem: 130 van 347 ingevuld Kontich: 90 van 236 ingevuld Lint: 60 van 77 ingevuld Mortsel: 230 van 358 ingevuld 3) Dagverzorgingscentra Boechout: 0 van 5 ingevuld Edegem: 0 van 11 ingevuld Lint: 0 van 3 ingevuld Kontich: 15 van 8 ingevuld Mortsel: 0 van 11 ingevuld 4) Centrum voor kortverblijf Boechout: 0 van 5 ingevuld 5) Lokaal dienstencentrum Boechout: 0 van 1 ingevuld Uit dit overzicht kunnen we volgende besluiten trekken: - Het OCMW van Boechout beschikt niet over een eigen dienst gezinszorg, anderzijds beschikt ze wel over een dienst poetshulp. - In de gemeente Boechout zijn er geen centra voor kortverblijf ter beschikking, ook dagverzorgingscentra zijn er niet. - Deze dagverzorgingscentra zijn anderzijds goed uitgebouwd in de regio, de centra voor kortverblijf zijn echter beperkt uitgebouwd in de regio. - Een lokaal dienstencentrum is in Boechout niet aanwezig. - Qua rusthuizen is de gemeente Boechout wel zeer goed voorzien en overstijgt het aantal plaatsen ruim de programmatie.
7
Bron: www.zorg-en-gezondheid.be 67
5. Informatie en participatie Gemeente en OCMW hechten veel belang aan informatie en inspraak, ook in het kader van het lokaal sociaal beleidsplan. Beleid en initiatieven die ontwikkeld worden met het oog op het garanderen van de toegang van elke burger tot de sociale, economische en culturele grondrechten hebben immers maar zin als de burgers of de doelgroepen waarvoor ze bestemd zijn er voldoende over geïnformeerd zijn. Participatie van de bevolking zal ook het effect, de legitimiteit en de mate waarin het beleid gedragen wordt, verhogen.
5.1 Het gemeentebestuur Openbaarheid van bestuur bij het gemeentebestuur Het decreet op de openbaarheid van bestuur van 26 maart 2004 is de leidraad voor het communicatiebeleid van de gemeente (en het OCMW). Het decreet regelt de actieve en de passieve openbaarheid van bestuur in bestuursinstanties zoals de gemeente, het OCMW en de gemeentelijke vzw's. Openbaarheid van bestuur heeft twee pijlers: de actieve openbaarheid van bestuur en de passieve openbaarheid van bestuur. In de beleidsnota 2007-2012 wordt een belangrijk hoofdstuk gewijd aan het communicatiebeleid. Het gemeentebestuur ontwerpt een nieuwe huisstijl. De huisstijl beantwoordt aan de missie van goed en transparant bestuur. De inzet van bestaande en nieuwe communicatiemiddelen ondersteunt het communicatie-, inspraak- en participatiebeleid: -
de vernieuwing van de website digitale nieuwsbrief bewonersbrief, gericht op een ruim doelpubliek infoblad, affiches, brochures en folders persberichten de vernieuwing en presentatie van het gemeentelijk jaarverslag
Goede communicatie is een zaak voor alle ambtenaren en diensten. Bij regelmaat wordt intens aandacht besteed aan een communicatieaspect als werkpunt/verbeterpunt, bv. klantvriendelijke en begrijpelijke formulieren, klantvriendelijk telefoneren, omgaan met e-mail, enz. De inspraak verloopt via een breed aanbod van inspraakinstrumenten. Het beleid heeft maar zin als inwoners en doelgroepen voldoende zijn geïnformeerd en inspraakmogelijkheden hebben, zoals via: -
de gemeentelijke infolijn de meldingskaart – e-meldingskaart het vragenhalfuurtje de hoorzittingen en infovergaderingen de bevolkingsenquêtes
Het participatiebeleid betrekt de inwoners bij het sociaal, cultureel en maatschappelijk leven in de gemeente. Participatie van de bevolking verhoogt het effect, de legitimiteit en de mate waarin het beleid wordt gedragen. 68
Matrix communicatiebeleid Actieterreinen en beleidsdomeinen worden in een matrix weergegeven voor de inzet van verschillende communicatiemiddelen. burger
beleid cbs.kort
dienstverlening infoblad
infoblad
website
portaal infoblad
infogids grondgebied
cbs.kort
infoblad
infoblad
infoblad
website
website
hoorzittingen
infogids
infovergaderingen vrije tijd
cbs.kort infoblad
sociaal
infoblad website cbs.kort
infoblad website infogids infoblad website infogids
infoblad website affiches infoblad
Communicatiekanalen • • • • • • • •
• • • • •
infoblad Info Boechout & Vremde wordt 11 x per jaar huis aan huis bedeeld gemeentelijke website www.boechout.be in permanente opbouw infogids Boechout-Vremde, tweejaarlijkse wegwijsgids, wordt vernieuwd in 2007 jaarverslag affiches, brochures en folders infoavonden voor nieuwe inwoners cbs.kort, de wekelijkse digitale niewsbrief groene telefoon Op het groene nummer van het gemeentebestuur (0800/14751) kunnen de inwoners gratis terecht met vragen, opmerkingen, suggesties en klachten. Dit klachtenbehandelingssysteem en eerstelijnsinformatiesysteem wordt gecoördineerd door de communicatiedienst. adviesraden beheerraad bibliotheek, culturele raad, jeugdraad, gemeentelijke adviesraad voor ruimtelijke ordening, gemeentelijke adviesraad voor ontwikkelingssamenwerking, middenstandsraad, milieuraad, seniorenraad, sportraad, stuurgroep verkeer plangroep lokaal sociaal beleid hoorzittingen en informatievergaderingen rond veranderingswerken worden telkens drie contactmomenten ingelast (hoorzitting over ontwerp plan, infovergadering over definitief plan en infovergadering over verloop werken) enquêtes sporadisch vragenhalfuur (gemeenteraad)
Wegwijsinformatie en eerstelijnsinformatie Het geven van wegwijsinformatie en eerstelijnsinformatie (vb. openingsuren, wie doet wat in de gemeente) gebeurt via • groene telefoon 69
•
[email protected] • infoblad • infogids • website • cbs.kort Zulke informatie is basisinformatie die niet door specialisten moet gegeven kunnen worden. verspreiding en beheer milieuinformatie In het decreet is er sprake van aparte aandacht voor milieuinformatie. In de gemeentelijke communicatie valt dit onder grondgebied. Communicatieambtenaar De communicatiedienst van de gemeente bestaat uit communicatieambtenaar Dirk Vos (voltijds, B4-B5), administratief medewerker Alain Aertgeerts (40 %, C1-C3) en grafisch medewerker Lusse Berden (voltijds, C1-C3). Briefwisseling Elke briefwisseling die uitgaat van de bestuursinstantie vermeldt de naam, de functie, het adres, het telefoonnummer en het e-mailadres van degene die meer inlichtingen kan geven. Hiervoor zijn persoonlijke sjablonen opgesteld. Beroepsmogelijkheden Elke beslissing of administratieve handeling die rechtsgevolgen kan hebben vermeldt steeds de beroepsmogelijkheden en de modaliteiten van het beroep. Passieve openbaarheid van bestuur Qua passieve openbaarheid van bestuur wordt het decreet toegepast. Openbaarheid is de regel, weigering de uitzondering.
70
5.2. Het OCMW 5.2.1 Informatie 1. Inleiding Het OCMW hecht veel belang aan een goede informatiedoorstroming naar de bevolking in het algemeen en de specifieke doelgroepen in het bijzonder over de werking en dienstverlening van het OCMW. Zonder de geheimhoudingsplicht omtrent de individuele maatschappelijke dienstverlening te schenden, betracht het OCMW de grootst mogelijke openheid omtrent zijn beleid en dienstverlening. Hiervoor worden verschillende kanalen ingezet waarvan een aantal hieronder expliciet vermeld worden. Over belangrijke aangelegenheden, zoals het budget, de jaarrekening en het opstarten van nieuwe initiatieven, worden persmededelingen opgesteld en aan de regionale pers overgemaakt. De vergaderingen van de raad zijn openbaar. Na afloop van de openbare zitting heeft het publiek de gelegenheid om vragen te stellen aan de raadsleden tijdens het vragenhalfuurtje. De verslagen van de raad kunnen geconsulteerd worden op de gemeentelijke website. 2. Infogids OCMW Nuttige inlichtingen omtrent het OCMW en de dienstverlening van het OCMW zijn gebundeld weergegeven in de infogids die het OCMW in 2008 zal actualiseren en huis aan huis zal verspreiden. De infogids wordt tevens ter beschikking gesteld van nieuwe inwoners, cliënten en geïnteresseerden. 3. Gemeentelijk informatieblad In het gemeentelijk informatieblad, dat maandelijks huis aan huis verspreid wordt, verschijnt een rubriek waarin informatie wordt gegeven over het beleid, de werking en de sociale dienstverlening van het OCMW. In deze rubriek wordt tevens informatie gegeven over het welzijnsaanbod van andere (overheids)instanties (toelagen, kortingen, welzijnsvoorzieningen, …). 4. Gemeentelijke website Op de gemeentelijke website (www.boechout.be) wordt allerhande informatie aangeboden over het bestuur, de werking en dienstverlening van het OCMW. Ook de agenda en het verslag van de raadzittingen kunnen daar geconsulteerd worden. De website zal in 2008 vernieuwd en verbeterd worden. 5. Folders Het OCMW zal een aantal thematische folders opmaken en verspreiden. Onderwerpen die daarvoor in aanmerking komen zijn : thuiszorg, hulp aan huis (diensteneconomie), … 5. Directe schriftelijke en mondelinge communicatie Heel wat informatie wordt ook rechtstreeks en individueel per brief of in een gesprek aan cliënten of bepaalde doelgroepen meegedeeld. 71
6. Samenwerking met intermediairen Het OCMW werkt ook samen met intermediairen/lokale actoren om bepaalde initiatieven of vormen van dienstverlening bekend te maken. 7. Documentatierek, prikbord en vitrinekast In de wachtruimte van het OCMW hangt een documentatierek en een prikbord met brochures en affiches aangaande allerlei hulpverleningsorganisaties en -mogelijkheden. Deze brochures en affiches worden door de maatschappelijk werkers regelmatig aangevuld en geactualiseerd. Via de vitrinekast aan de buitenzijde van het OCMW-gebouw worden eveneens berichten verspreid en initiatieven aangekondigd. 8. Communicatieambtenaar De OCMW-secretaris is aangesteld als communicatieambtenaar van het OCMW. Hij heeft tot taak de bevolking systematisch en tijdig voor te lichten over het beleid, de beslissingen, de dienstverlening en de informatie die er op het OCMW beschikbaar is (actieve openbaarheid van bestuur). Hij beslist tevens over de verzoeken van burgers tot openbaarmaking van bestuursdocumenten van het OCMW (passieve openbaarheid van bestuur).
5.2.2 Inspraak Volgende inspraakkanalen worden aangewend door het OCMW: • • • • • • •
Enquêtes Tevredenheidsonderzoeken Rechtstreekse vragen van cliënten via de maatschappelijk werkers Vragenhalfuurtje van de raad voor maatschappelijk welzijn Plangroep en werkgroepen lokaal sociaal beleid Seniorenraad …
5.3 Lokaal sociaal beleidsplan In de hoofdstukken 1, 2 en 3 werd reeds duidelijk aangegeven op welke manier het gemeentebestuur en het OCMW de inspraak van lokale actoren, adviesraden,belangstellende burgers en specifieke doelgroepen bij het opmaken van het lokaal sociaal beleidsplan wil garanderen. Zie ook lokaal sociaal beleidsplan 2006-2007, waarop verder gebouwd werd.
6. Knelpunten en behoeften Voorafgaande toelichting De knelpunten en behoeften die we hier samengevat naar voor brengen zijn gebaseerd op: 1. de omgevingsanalyse 2. de seniorenenquête van het OCMW uitgevoerd in 2004 3. het lokaal sociaal beleidsplan 2006-2007 72
4. bestaande andere beleidsplannen, zoals het jeugdwerkbeleidsplan, lokaal beleidsplan kinderopvang, … 4. de expertise en inbreng van de leden van de plangroep en de vier werkgroepen 5. de expertise en inbreng van mandatarissen en personeelsleden van OCMW en gemeente In het kader van haar begeleidingsopdracht van de Vlaamse gemeenschap heeft KINA pv een aanzet gegeven tot opmaak van een SWOT-analyse op basis van de omgevingsanalyse, de verslagen van de plangroep en de aanbevelingen van de werkgroepen. Deze SWOT dient nog wel lokaal getoetst, aangevuld en aangepast te worden. Daarvoor ontbrak echter nu de tijd. De SWOT van KINA is opgenomen als bijlage 5. 6.1 Informatie, coördinatie, overleg en samenwerking Vastgesteld werd dat er behoefte is aan meer en betere informatie, coördinatie, overleg en samenwerking. Op het vlak van informatie moeten er bijkomende inspanningen gebeuren om de bestaande sociale voorzieningen, rechten, toelagen, enz. beter bekend te maken bij de doelgroepen. Daarbij is het vooral van belang dat deze communicatie gebeurt op maat van de gerechtigden en doelgroepen en op een manier die voor hen bevattelijk is en die hen aanspreekt. Waar mogelijk moeten rechten, toelagen en dergelijke automatisch worden toegekend. Omslachtige aanvraagprocedures dienen vermeden te worden. Op het vlak van coördinatie, overleg en samenwerking vinden we in het decreet lokaal sociaal beleid nieuwe stimulansen. De oprichting van een plangroep lokaal sociaal beleid waarin vertegenwoordigers van gemeente, OCMW, lokale actoren en experten met elkaar overleg plegen is alvast een stap in de goede richting. Het decreet (artikel 6) legt de coördinatie van het lokaal sociaal beleid bij het lokaal bestuur, zijnde gemeente en OCMW. Het OCMW is in de praktijk als gespecialiseerde openbare welzijnsdienst het best geplaatst om zulk overleg en samenwerking te coördineren en te stimuleren. Dit moet ertoe leiden dat bestaande en nieuwe noden sneller gedetecteerd worden en beter en efficiënter beantwoord worden en dat overlappende initiatieven vermeden worden.
6.2 Seniorenbeleid De noden en wensen van de senioren werden uitgebreid onderzocht in het kader van de seniorenenquête die het OCMW in samenwerking met CIBE in 2004 georganiseerd heeft. Ook in de werkgroep thuiszorg werd daar heel wat aandacht aan besteed. We vermelden hier beknopt de belangrijkste zaken en verwijzen voor meer informatie naar het document " Opmaak seniorenbeleidsplan - ontwerp toekomstplan juni 2004" en naar de synthesenota van de werkgroep thuiszorg (bijlage 4). Er bestaat duidelijk een grote behoefte aan goede informatie over de voorzieningen en dienstverlening waarop senioren beroep kunnen doen (zie ook 6.1) en aan trajectbegeleiding doorheen het kluwen van diensten en regelgeving. 73
Ideaal is één gemeentelijk aanspreekpunt voor alles wat men seniorenbeleid te maken heeft (seniorenconsulent). Het is wenselijk dat de gemeente actief gebruik maakt van de mogelijkheden die voorzien zijn in het decreet houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen (o.a. opmaak ouderenbeleidsplan, aanstelling ouderenbeleidscoördinator/seniorenconsulent). Het is wenselijk om alle nuttige informatie omtrent thuiszorg te bundelen in één brochure. Het lokaal seniorenbeleid mag niet enkel gericht zijn op het verstrekken van materiële en financiële hulp. Er moet meer aandacht gaan naar psychische ondersteuning (t.g.v. vereenzaming, sociaal isolement, …). Initiatieven voor senioren dienen rekening te houden met de diversiteit van de doelgroep (verschil in leeftijd, mate van hulpbehoevendheid, mobiliteit, scholingsgraad, …). De zorg voor senioren mag niet volledig geprofessionaliseerd worden. Het vrij initiatief, de solidariteit tussen generaties, buren, familie, sociale netwerken … dienen gestimuleerd. Het OCMW moet verder werk maken van een positief imago en zich profileren als een welzijnsorganisatie voor alle inwoners. De associatie met de 'commissie van openbare onderstand' uit het verleden en met 'hulpbehoevendheid' is immers voor senioren (en anderen) een (te) hoge drempel om zich tot het OCMW te richten met vragen en/of van de dienstverlening gebruik te maken. De verdere ontwikkeling van het Sociaal Huis kan hiervoor een oplossing bieden. De huidige formule van de seniorentelefoon van het OCMW werkt niet in de praktijk en dient daarom in samenspraak met het PWA herbekeken te worden. Personenalarmsystemen en modernere communicatiemiddelen specifiek voor senioren zijn mogelijk een beter alternatief. De verschillende diensten die in onze gemeente poetshulp aanbieden, dienen in geval van wachtlijsten de aanvragers efficiënt naar elkaar door te verwijzen. Zo nodig dient het bestaande aanbod uitgebreid te worden. Er is vraag naar uitbreiding van de huidige taken van de poetsvrouwen. Door de concurrentie van (private) dienstenchequeondernemingen dient de positie van de poetsdienst van het OCMW herbekeken te worden. Er is vraag naar de oprichting van nieuwe thuiszorgdiensten, zoals een boodschappendienst, een bejaardenoppasdienst, een klusjesdienst. Het is wenselijk dat er in de gemeente Boechout ook een dagopvangcentrum komt. Thans bestaan deze centra enkel in de regio. Het is aangewezen dat de Boechoutse rusthuizen initiatieven op vlak van animatie, vorming, maaltijden … ook openstellen voor niet-residenten. Senioren moeten naast financiële hulp ook deskundig advies kunnen krijgen als zij hun woning willen aanpassen. Er is nood aan serviceflats en bejaardenwoningen. De reglementering inzake de mantelzorgtoelage van het OCMW dient opnieuw herbekeken te worden. Het recht op een mantelzorgtoelage zou ook moeten gelden voor koppels waarvan de 74
ene partner zorg biedt aan de andere en de leeftijdgrens dient afgeschaft. Aan de mantelzorgers dient ook vorming en ondersteuning aangeboden te worden. Initiatieven inzake preventief gezondheidsbeleid zijn belangrijk voor senioren. Er dient over gewaakt dat de campagnes die daaromtrent opgezet worden deze doelgroep goed bereiken. Wanneer er aan het lokaal bestuur problemen of wensen gesignaleerd worden waarvoor andere overheden of diensten bevoegd zijn, dient de gemeente of het OCMW deze over te maken aan de bevoegde instanties. 6.3 Thuiszorg Gelet op de toenemende vergrijzing dient de thuiszorg verder uitgebouwd te worden om de noden te kunnen blijven lenigen. Thuiszorg mag niet enkel gericht zijn op ouderen, ook langdurig zieken, personen met een handicap, (ex)psychiatrische patiënten, … moeten op thuiszorg beroep kunnen doen. Thuiszorg voor jongeren verloopt niet altijd vlot, mede omwille van financiële problemen en complexe ziektebeelden (kanker, psychiatrische problemen, dementie bij jonge mensen, …). Thuiszorg moet erop gericht zijn de doelgroepen zo lang en comfortabel en zelfstandig mogelijk in hun vertrouwde omgeving te laten wonen. Wil men de thuiszorg promoten, dan is het van essentieel belang dat de doelgroepen goed geïnformeerd zijn over alle mogelijkheden, diensten en voorzieningen Het is wenselijk om alle nuttige informatie omtrent thuiszorg te bundelen in één brochure. Ook inzake thuiszorg is een goede coördinatie en afstemming van de bestaande diensten op elkaar van groot belang. Op dat vlak loopt het momenteel wel eens mank. In het toekomstig beleid inzake thuiszorg dient ook aandacht te gaan naar het ontwikkelen van zorgnetwerken en nieuwe concepten, zoals de woonzorgzone. Zie verder ook punt 6.2 en de synthesenota van de werkgroep thuiszorg (bijlage 4). 6.4 Tewerkstelling, opleiding en vorming Het recht op arbeid is één van de sociale grondrechten die opgenomen zijn in artikel 23 van de grondwet. Hoewel het aantal werklozen in Boechout allerminst verontrustend is, toch dienen alle middelen ingezet te worden om te komen tot een zo laag mogelijke werkloosheidsgraad. Werk hebben is immers een cruciale voorwaarde voor bestaanszekerheid en persoonlijk welzijn. Thans bestaat er een grote versnippering aan initiatieven en actoren inzake tewerkstelling. De lokale werkwinkel Mortsel-Borsbeek-Boechout kan een forum bieden om alle actoren rond de tafel te brengen en hun aanbod op elkaar af te stemmen. Resoc kan dit proces begeleiden. In het kader van het decreet op de diensteneconomie dient immers ook de 2de pijler van de lokale werkwinkel uitgebouwd te worden. Er kan ook onderzocht worden of het zinvol is om binnen het OCMW nog een diensten(cheque)onderneming op te richten. De vzw Werkwinkel zou daar dan bij betrokken kunnen worden. 75
De huidige samenwerking met de dienstenonderneming ZITA dient herbekeken en zo mogelijk versterkt te worden. De diensteneconomie moet ook een antwoord bieden op behoeften aan buurt- en nabijheidsdiensten die thans niet ingevuld worden. Ook dit dient -al dan niet intergemeentelijkonderzocht te worden. Kinderopvang kan ingeschakeld worden in het tewerkstellingsbeleid van het gemeentebestuur en OCMW. Laaggeschoolde ouders die opnieuw willen gaan werken, doen dit vaak aan een laag loon. Het extra dat men verdient in vergelijking met het leefloon of de werkloosheidsuitkering gaat dan vaak op aan kinderopvang. Daarom dient overwogen te worden om bepaalde werklozen gedurende een periode gratis kinderopvang toe te staan in De Wigwam om zo de prikkel om terug te gaan werken groter te maken. 6.5 Huisvesting De belangrijkste algemene vaststelling is dat er in Boechout een grote behoefte bestaat aan betaalbare huur- en koopwoningen. De prijzen van bouwgronden namen de jongste jaren een enorme vlucht. Vooral voor de jongeren wordt het stilaan onbetaalbaar om in Boechout te blijven wonen. Het huidig aanbod van de sociale huisvestingsmaatschappijen die in Boechout actief zijn en van de sociale verhuurdienst van het OCMW volstaat niet om de vraag op te vangen. Het gemeentebestuur heeft in de vorige legislatuur samen met het OCMW en De Ideale Woning een constructie opgezet om het aantal sociale woningen in de toekomst nog op te voeren (+/- 50). Het is aangewezen dat deze constructie door het nieuwe gemeentebestuur wordt uitgevoerd. Ook de Sociale Bouw- en Kredietmaatschappij arro Antwerpen heeft plannen op stapel staan om in de deelgemeente Vremde een 16-tal sociale koopwoningen te realiseren. Thans zijn er geen serviceflats in de gemeente Boechout. Het is wenselijk dat er worden opgericht, bij voorkeur door en in de onmiddellijke omgeving van de bestaande rusthuizen. Het lokale bestuur dient hier op te treden als regisseur. Het beleid inzake ruimtelijke ordening en huisvesting zou in de toekomst rekening moeten houden met nieuwe concepten, zoals dat van de woonzorgzone. De gemeente moet een nieuw instrumentarium ontwikkelen inzake sociaal huisvestingsbeleid dat ertoe moet leiden dat het aandeel sociale woningen in onze gemeente op termijn stijgt tot 6 %. Het is wenselijk dat het OCMW toetreedt tot een op te richten intergemeentelijk SVK in de regio Kontich. Ook dient onderzocht of het concept van de kangoeroewoningen in onze gemeente kan geïmplementeerd worden. Zie verder ook in detail de aanbevelingen van de werkgroep betaalbaar wonen (bijlage 4).
76
6.6 Jongeren en sociaal beleid Kansarme en allochtone kinderen en jongeren dienen beter geïnformeerd te worden over het groot aanbod aan vrijetijdsbesteding dat in de gemeente beschikbaar is. Ze dienen ook op een actieve wijze in contact gebracht te worden met dit aanbod. Verenigingen die expliciet werk maken van hun toegankelijkheid voor kansarmen dienen daarvoor beloond en aangemoedigd te worden. Er bestaat nood aan een eerstelijnshulpverlening die specifiek gericht is naar kinderen en jongeren. Die moeten er gratis terecht kunnen voor anonieme informatie, advies, gesprekken, crisishulp doorverwijzing, praktische hulp en begeleiding. Er dient ook een aanbod gerealiseerd te worden inzake begeleiding van jongeren die alleen willen gaan wonen. Met het bestaande informatie- en communicatiebeleid van gemeente en OCMW worden de jongeren onvoldoende bereikt en aangesproken. Het dient op hun maat hertekend te worden. Integrale jeugdhulp en opvoedingsondersteuning zijn nieuwe thema's. Het lijkt aangewezen om deze zaken grondig te onderzoeken, alvorens als lokaal bestuur hierover engagementen aan te gaan. Zie ook de aanbevelingen van de werkgroep kinderen, jongeren en sociaal beleid (bijlage 4). 6.7 Kinderopvang Zie lokaal beleidsplan kinderopvang. 6.8 Eenoudergezinnen Uit onderzoek van het OCMW is gebleken dat eenoudergezinnen specifieke behoeften hebben. Ze hebben vaak niet enkel te kampen met financiële, emotionele en pedagogische problemen, maar vooral ook nood aan informatie en ontmoeting. De bestaande steungroep eenoudergezinnen dient verder ondersteund te worden door het OCMW. 6.9 Asiel- en inburgeringsbeleid De inburgering van allochtonen in de lokale gemeenschap dient verder gestimuleerd te worden. De kennis van de Nederlandse taal is hierbij een belangrijk instrument. Zie ook de aanbevelingen van de werkgroep inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid (bijlage 4). 6.10 Sociale, culturele en sportieve participatie De sociale, culturele en sportieve participatie van kansarmen dient verder gestimuleerd te worden. De omvorming van de participatiecheque tot vrijetijdstoelage met de daarbijhorende uitbreiding van de doelgroep en verdubbeling van het bedrag is een goede zaak.
77
Positief is ook dat de gemeentelijke speelweken weer gratis zijn en dat voor de gemeentelijke sportweken een sociaal tarief werd ingevoerd. Het lokale bestuur dient het vrijwilligerswerk nog meer te ondersteunen en te promoten. 6.11 Preventief gezondheidsbeleid Om echt effect te hebben dienen korte campagnes ad hoc vermeden te worden en moet er gewerkt worden aan integraal en structureel lokaal gezondheidsbeleid. Niet alleen dient de bestaande samenwerking met LOGO PrAAM verder gezet te worden, er worden best ook aanvullend eigen initiatieven op het getouw gezet.
78
7. Geïntegreerde visie op lokaal sociaal beleid Het lokaal sociaal beleidsplan wil de basis leggen voor de uitbouw van een geïntegreerd lokaal sociaal beleid. Dit betekent dat alle beleidsdomeinen worden getoetst op hun 'sociale dimensie'. Andere lokale beleidsplannen, zoals het lokaal beleidsplan kinderopvang, het ouderenbeleidsplan, het jeugdwerkbeleidsplan, … zullen afgestemd worden op en zoveel mogelijk geïntegreerd worden in het lokaal sociaal beleidsplan. Lokaal sociaal beleid omvat alle acties die het lokaal bestuur en de lokale actoren opzetten met het oog op het garanderen van de toegang van elke burger tot de economische, sociale en culturele rechten vastgelegd in de Grondwet. Deze omvatten het recht op een menswaardig leven, sociale zekerheid, huisvesting, leefmilieu, gezondheid, culturele en maatschappelijke ontplooiing en het recht op onderwijs. Omdat het van essentieel belang is dat de burger op de hoogte is van de initiatieven die er inzake lokaal sociaal beleid genomen worden, vormt een doordacht informatie- en communicatiebeleid op maat van de doelgroepen een cruciaal onderdeel van het lokaal sociaal beleid.
79
8. Taakverdeling en werkafspraken tussen gemeente en OCMW Zoals in artikel 4, 4° van het decreet voorzien, vermelden we hier de taakverdeling en werkafspraken tussen de gemeente en het OCMW met betrekking tot de uitvoering van het lokaal sociaal beleidsplan en de coördinerende rol van het lokaal bestuur. Op 15 oktober 2007 werd tussen gemeente en OCMW een protocol afgesloten over taakafspraken en samenwerking om tot een geïntegreerd lokaal welzijnsbeleid te komen. Dit protocol zal ook aangewend worden voor de uitvoering van het lokaal sociaal beleidsplan. Waar dat nuttig en nodig geacht wordt, zal het in de toekomst worden aangepast of aangevuld. Ook in hoofdstuk 9 is bijkomende informatie te vinden over welk bestuur de (hoofd)verantwoordelijkheid draagt voor de realisatie van de vermelde doelstellingen. De coördinerende rol inzake lokaal sociaal beleid wordt opgenomen door het OCMW. De tekst van het protocol wordt hierna integraal weergegeven.
80
Protocol omtrent taakafspraken en samenwerking tussen gemeente en OCMW Samen werken aan een geïntegreerd lokaal welzijnsbeleid
De gemeente en het OCMW van Boechout komen overeen om voor de legislatuur 2007-2012 een lokaal geïntegreerd welzijnsbeleid te voeren. Daartoe worden volgende afspraken gemaakt : 1. Samen aan welzijn werken in een nieuwe vorm Het welzijnsbeleid moet gedragen worden door OCMW én gemeentebestuur. Beide besturen engageren zich om gezamenlijk na te denken over het lokaal welzijnsbeleid en om samen het lokale welzijnsbeleid vorm te geven. Beide besturen hebben wettelijke taken inzake welzijn. De verhouding tussen gemeente en OCMW wordt beheerst door twee kenmerken: enerzijds overleg en samenwerking tussen de twee besturen, anderzijds controle van de gemeente via het college op het OCMW. We willen streven naar een optimale verhouding, zodat samenwerking en overleg de overhand krijgen. Respect voor ieders rol is een belangrijke factor. Het OCMW heeft een eigen rol en verantwoordelijkheid, de gemeente gunt deze vrijheid en start geen parallel circuit van sociale dienstverlening op. Door gezamenlijk afspraken te maken en samen te werken, kan overlapping worden voorkomen, afstemming gerealiseerd en concurrentie tegen gegaan worden. Het overlegcomité tussen gemeente en OCMW, dat samengesteld was op paritaire basis maakte het ‘numeriek’ weliswaar aan de overlegtafel comfortabeler. Maar de nieuwe wettelijke instrumenten moeten de samenwerking tussen gemeente en OCMW stimuleren en de verhoudingen tussen beide besturen verbeteren: *
De OCMW-voorzitter wordt in het college opgenomen.
Dit moet leiden tot een betere beleidsafstemming tussen het OCMW-beleid en de andere beleidsdomeinen. Bovendien zullen de sociale aspecten binnen de overige beleidsdomeinen beter bewaakt worden. Op deze wijze komt er een integraal sociaal beleid tot stand dat gebaseerd is op de expertise van beide besturen. Er zijn voldoende argumenten om de voorzitter op te nemen in het schepencollege, als een instrument dat kadert in de visie over de verhouding gemeente en OCMW en waarbij het OCMW, naast zijn federale en Vlaamse opdrachten in het kader van de OCMW-wet, de operationele poot wordt van het lokale sociale beleid. * Occasionele deelname van de OCMW-secretaris aan de vergaderingen van het college De OCMW-secretaris zal enerzijds deelnemen als ambtelijke rechterhand van de OCMW-voorzitter en deskundige, aan de besprekingen in het college inzake sociale agendapunten. Het college blijft advies geven over belangrijke OCMW-beleidsbeslissingen, die vroeger op het overlegcomité behandeld werden, zoals de OCMW meerjarenplanning en de budgetten, wijzigingen aan de personeelsformatie en het personeelsstatuut of de oprichting van nieuwe diensten (art 104 bis van de organieke OCMW-wet). De kennis en ervaring van de OCMW-secretaris bij de behandeling en begeleiding van deze dossiers is onontbeerlijk. De OCMW-secretaris kan ook uitgenodigd worden om deel te nemen aan besprekingen in het college omtrent personeelszaken en organisatorische aangelegenheden die beide besturen kunnen aanbelangen.
* OCMW-secretaris, ad hoc toegevoegd aan het Managementteam van de gemeente.
81
De OCMW-secretaris zal anderzijds deelnemen aan vergaderingen van het Managementteam (MAT) van de gemeente als er agendapunten over welzijnsbeleid, personeelszaken en organisatorische aangelegenheden die beide besturen kunnen aanbelangen, besproken worden. Daartoe stuurt de gemeentesecretaris de agenda van de vergaderingen van het MAT aan de OCMWsecretaris. De gemeentesecretaris kan de OCMW-secretaris uitnodigen om de vergaderingen van het MAT voor welbepaalde agendapunten bij te wonen. De OCMW-secretaris kan ook zelf het initiatief nemen en vragen om de bespreking van agendapunten die relevant kunnen zijn voor het OCMW bij te mogen wonen. * Horizontaal sturingsorgaan lokaal sociaal beleid Ambtelijk overleg omtrent welzijnsbeleid vindt ook plaats in de schoot van het horizontaal sturingsorgaan lokaal sociaal beleid. Dit orgaan bestaat uit ambtenaren van gemeente en OCMW en heeft als opdracht de administratieve voorbereiding, implementatie en opvolging van het lokaal sociaal beleidsplan. * een centraal info- en aanspreekpunt in het OCMW rond het globale welzijnsbeleid in onze gemeente (de éénloketfunctie van het sociaal huis). De taakverdeling inzake welzijnsbeleid tussen gemeente en OCMW wordt duidelijk gecommuniceerd aan de bevolking. Informatie over het lokale welzijnsbeleid wordt via verschillende kanalen verspreid, nl. het gemeentelijk infoblad met de OCMW-katern, de gemeentelijke website, specifieke folders en brochures al dan niet gericht naar specifieke doelgroepen, affiches, vitrinekast, persberichten, enz.. 2. Specifieke taakverdeling tussen gemeente en OCMW Het nieuwe gemeentedecreet biedt de mogelijkheid dat gemeente en OCMW gemeenschappelijke diensten inrichten en een beroep doen op elkaars personeel. Volgende taakafspraken worden gemaakt : • • •
kinderopvang: opvoedingsondersteuning: lokale sociale werkgelegenheid:
• • • • • • •
gezinsbeleid: algemene sociale dienstverlening: warme maaltijden: budgetbegeleiding en -beheer: eerste lijnsrechtshulp : mindermobielencentrale : poetshulp :
• •
thuiszorg: integraal ouderenbeleid:
•
sociale huisvesting:
gemeente gemeente gemeente + OCMW : lokale werkwinkel MortselBoechout-Borsbeek gemeente : PWA , vzw Werkwinkel OCMW : dienst arbeidsbegeleiding gemeente OCMW OCMW OCMW OCMW OCMW OCMW : poetsdienst gemeente: vzw Werkwinkel OCMW (sociale dienst); OCMW : sociale dienstverlening gemeente: seniorenraad, uitbouw ouderenbeleidsplan ism socio-culturele cel; (1) gemeente : sociaal woonbeleid / ruimtelijke ordening OCMW en gemeente en huisvestingsmaatschappijen : sociale woningen OCMW: sociale verhuurdienst/SVK - noodwoningen OCMW en gemeente: woningen voor bejaarden OCMW en gemeente en rusthuizen: serviceflats 82
• • • • •
gelijke kansenbeleid:
OCMW (sociale dienst) en gemeente ( socio-culturele cel) opvang van asielzoekers: OCMW onthaal en inburgering van migranten en asielzoekers: OCMW en gemeente gezondheidsbeleid gemeente (socio culturele cel - samenwerking met LOGO Praam) en OCMW (sociale dienst) (2) samenwerking met voorzieningen zoals o.a. rusthuizen, RVT’s, dagverzorgingscentra, centra voor kortverblijf, lokale dienstencentra, serviceflats, diensten voor gezinszorg, enz.: OCMW (sociale dienst)
Indien op eenzelfde deelterrein beide besturen werkzaam zijn, wordt in vetjes vermeld welk bestuur de eindverantwoordelijkheid heeft voor dat terrein en wordt gedetailleerd omschreven wie binnen dat terrein welke taken heeft. Indien nodig, zullen er nieuwe toewijzingen gebeuren na overleg tussen beide besturen. (1) : Een gedetailleerdere taakverdeling zal opgenomen worden in het ouderenbeleidsplan. (2) : De sturing van het gezondheidsbeleid gebeurt door de gemeente. Een gedetailleerde taakverdeling zal later uitgewerkt worden. 3. Financiën Het gemeentebestuur garandeert voldoende middelen voor het uitvoeren van de welzijnstaken toegewezen aan het OCMW. Het OCMW krijgt van de gemeente jaarlijks in elk geval het bedrag zoals voorzien in het meerjarenplan. Correcties hierop zullen in overleg besproken worden. 8 % van de middelen, die het gemeentebestuur verkrijgt uit het gemeentefonds, zullen worden doorgestort aan het OCMW. 4. Schaalvoordelen voor de gemeente 1. Er is een samenwerking tussen het OCMW en het gemeentebestuur inzake sociale tewerkstelling. Bij sociale tewerkstelling in het kader van art. 60 § 7 van de organieke wet in de gemeentelijke diensten is het gemeentebestuur aan het OCMW geen bijdrage in de loonkosten verschuldigd. 2. Het OCMW stelt voorlopig een perceel grond ter beschikking van de gemeente, die het gemeentebestuur aanwendt als recreatieterrein voor Bacwalde Voetbalclub. 3. De polyvalente zaal in het OCMW-gebouw kan door de gemeente gebruikt worden voor vergaderingen van gemeentelijke adviesraden.
83
5. Schaalvoordelen voor het OCMW 1. Het OCMW kan beroep doen op leden van het werkliedenpersoneel van de gemeente voor kleine herstellings- of aanpassingswerken aan het OCMW-gebouw, het patrimonium en de huizen of appartementen die het OCMW huurt, alsook voor het vervoer van meubelen e.d. Het OCMW is verplicht bij elke vraag hieromtrent een gedetailleerde opgave van het uit te voeren werk te bezorgen aan het gemeentebestuur. 2. Het OCMW kan beroep doen op de informaticus van de gemeente voor sporadische logistieke ondersteuning op het vlak van ICT. 3. Voor beperkte drukwerken kan het OCMW, na overleg met het schepencollege, beroep doen op de grafisch medewerker van de gemeente. 4. Het OCMW krijgt in samenspraak met het gemeentebestuur ruimte ter beschikking in het gemeentelijk informatieblad en op de gemeentelijke website. De uitbouw van de nieuwe gemeentelijke website zal gebeuren in nauw overleg met het OCMW. De informatie die via deze kanalen verspreid wordt valt onder de verantwoordelijkheid van de OCMW-voorzitter. Waar mogelijk zullen nieuwe schaalvoordelen gerealiseerd worden, bijvoorbeeld inzake de aankoop van materiaal. In consensus vastgesteld tussen OCMW en gemeente tijdens de vergadering van het college van 15 oktober 2007
Frank Coenen Gemeentesecretaris
Koen T’Sijen Burgemeester
Marc Speelman OCMW-secretaris
Greet Claessens OCMW-voorzitter
84
9. Doelstellingen, middelen en indicatoren 9.1 Inleiding Het is uiteraard niet alleen de taak van het lokaal bestuur om de toegang van de burgers tot de sociale grondrechten te garanderen. Integendeel, andere bestuursniveaus zoals provincies, gewesten en de federale overheid dragen daarvoor grotere verantwoordelijkheden en hebben daarvoor ruimere budgetten beschikbaar. Op basis van de omgevingsanalyse en de knelpunten en behoeften werden dan ook enkel doelstellingen, middelen en indicatoren voor het lokale niveau opgesteld. Deze werden gerangschikt volgens 4 thema's : 1. Informatie, communicatie en overleg 2. Welzijn 3. Werken 4. Wonen Wettelijke taken van het lokaal bestuur, zoals bijvoorbeeld het verstrekken van het leefloon, werden hier niet opgenomen. Evenmin is het de bedoeling om alle doelstellingen en actiemiddelen met een sociale dimensie uit de bestaande beleidsplannen in dit plan exhaustief over te nemen. We focussen ons hoofdzakelijk op doelstellingen en resultaten die het huidig lokaal sociaal beleid in beweging brengen, vernieuwen en bijsturen waar nodig. Waar dat zinvol is, zal het lokaal bestuur ook signalen van burgers en lokale actoren (problemen, knelpunten, behoeften, …) doorspelen aan de bevoegde instanties (op hogere niveaus). De financiële middelen nodig voor de uitvoering van dit lokaal sociaal beleidsplan zullen in de komende jaren in de budgetten van het OCMW en de gemeente ingeschreven worden.
85
9.2 Informatie, communicatie, overleg en samenwerking Strategische doelstelling (Informatie, communicatie, overleg en samenwerking): De toegang van de burgers tot de sociale grondrechten garanderen door meer informatie, coördinatie, overleg en samenwerking. Operationele doelstelling 1 (Informatie, communicatie, overleg en samenwerking): De inhoud van het lokaal sociaal beleid en de aangeboden sociale dienstverlening is voldoende bekend bij en toegankelijk voor alle burgers of de specifieke doelgroepen waarvoor ze bedoeld zijn. Middelen : • infogids OCMW (nieuwe versie zal in 2008 huis aan huis bedeeld worden) • gemeentelijk infoblad • website gemeente en OCMW Boechout (zal in 2008 grondig vernieuwd worden OCMW-dienstverlening zal beter en duidelijker aan bod komen - er komt een link naar vrijwilligerswerk) • thematische infofolders (o.a. brochure omtrent thuiszorg) • direct mailing • persmededelingen • sociale kaart • samenwerking inzake communicatie met lokale actoren, spilfiguren en intermediairen • bijsturing van het huidig communicatiebeleid : meer toegankelijk en op maat van de doelgroepen die men wil bereiken (b.v. jongeren of allochtonen) • … Indicatoren : • aantal publicaties over lokaal sociaal beleid • tevredenheid/klachten omtrent informatieverstrekking door het lokaal bestuur • aantal bezoekers gemeentelijke website • aantal personen dat van de lokale sociale voorzieningen gebruik maakt Verantwoordelijken : • gemeente en OCMW en in 't bijzonder de communicatieambtenaren van beide besturen Operationele doelstelling 2 (Informatie, communicatie, overleg en samenwerking): Alle inwoners kunnen met al hun vragen omtrent welzijn terecht in het Sociaal Huis (ondergebracht in het OCMW-gebouw), dat zich verder ontwikkelt tot een centrum van lokale sociale dienstverlening en know how. Zij kunnen er via een éénloketsysteem –met respect voor hun privacy- terecht voor informatie omtrent sociale dienstverlening en sociale voorzieningen en worden tevens efficiënt begeleid en eventueel doorverwezen naar andere instanties of gespecialiseerde diensten. Middelen : • verbeteren van de werking van het loket in het OCMW-gebouw/Sociaal Huis • intensifiëren van het lokaal overleg omtrent de uitbouw van een Sociaal Huis in onze gemeente • uitbouw van de dienstverlening van het Sociaal Huis 86
• • •
bekendmaking en profilering Sociaal Huis drempelverlaging (Sociaal Huis is laagdrempeliger dan OCMW) …
Indicatoren : • verslagen omtrent overleg inzake de uitbouw van het sociaal huis • aantal publicaties omtrent het sociaal huis • aantal diensten aangeboden door het sociaal huis Verantwoordelijken : OCMW en gemeente en in 't bijzonder de beleidsverantwoordelijken Operationele doelstelling 3 (Informatie, communicatie, overleg en samenwerking): Door overleg en samenwerking met lokale actoren kunnen gemeente en OCMW nieuwe noden en behoeften sneller opsporen en worden er passende oplossingen voor uitgewerkt, waarbij overlappingen vermeden worden. Middelen : • overleg binnen de plangroep en werkgroepen lokaal sociaal beleid • actieve deelname aan en overleg met LOGO PRAAM, SIT TGZ Regio Mortsel, … • intensifiëren van de bilaterale contacten, het overleg en de doorverwijzingen tussen het lokale besturen en de lokale actoren • lokaal en intergemeentelijk overleg rond uitbouw van diensteneconomie (lokale werkwinkel Mortsel-Borsbeek-Boechout, Resoc, …) • overleg en samenwerking met CAW's • … Indicatoren: • Verslagen overleg met lokale actoren • Gerealiseerde samenwerkingsinitiatieven Verantwoordelijken : OCMW en gemeente
87
9.3 Welzijn Strategische doelstelling 1 (welzijn ) : De toegang van de burgers tot de sociale grondrechten garanderen door het aanbieden en uitbouwen van een platform van diensten. Operationele doelstelling 1 (welzijn ): De inwoners kunnen terecht op de sociale dienst van het OCMW voor (onder meer) financiële hulp, informatie, advies en psychosociale begeleiding. Zij worden er klantvriendelijk en deskundig geholpen en naar andere instanties doorverwezen indien nodig. Ook jongeren en senioren kunnen er met hun specifieke vragen en behoeften terecht en worden op een aangepaste manier geholpen. De sociale dienst van het OCMW neemt zelf initiatieven om de doelgroepen te informeren over het aanbod van sociale voorzieningen en toelagen. Rechten worden zo mogelijk automatisch toegekend en omslachtige aanvraagprocedures vermeden. Middelen : • Sociale dienst OCMW • Taakafspraken en vorming i.v.m. de hulp aan specifieke doelgroepen (jongeren, senioren, personen met een handicap, alleenstaande ouders,…) • Netwerking met lokale en regionale actoren • Evaluatie bestaande reglementen en aanvraagprocedures • Aangepaste informatieverstrekking • Permanente vorming voor personeel van de sociale dienst • Aandacht voor klantvriendelijkheid en laagdrempeligheid • Werken met eigentijdse methodieken van maatschappelijk werk (maatwerk, empowerment, …) • … Indicatoren: • OCMW jaarverslag : gegevens omtrent sociale dienstverlening • resultaten evaluatie bestaande reglementen en aanvraagprocedures Verantwoordelijken : OCMW en in 't bijzonder het diensthoofd sociale dienst Operationele doelstelling 2 (welzijn ): Gezinnen of alleenstaanden die wegens ouderdom, ziekte, ongeval of sociale omstandigheden niet zelf meer kunnen instaan voor het onderhoud van hun woning kunnen gebruik maken van de poetsdienst van het OCMW, die werd opgericht als aanvulling op de bestaande privéinitiatieven. Deze dienstverlening is ruim bekend gemaakt bij de bevolking. Tussen de verschillende diensten wordt efficiënt doorverwezen. Wachtlijsten worden zo kort mogelijk gehouden. Gezien de opmars van dienstenchequeondernemingen die huishoudelijke hulp aanbieden, zal onderzocht worden of de poetsdienst kan omgevormd worden tot een diensten(cheque)onderneming, al dan niet in een ruimer verband, om de kostprijs voor het OCMW en de gebruikers te drukken. Hierbij zal ook bekeken worden of het wenselijk is om het huidig takenpakket van de poetsvrouwen uit te breiden.
88
Middelen : • poetsdienst aan huis van het OCMW • overleg met andere organisaties die poetshulp aanbieden in onze gemeente (vzw Werkwinkel, ZITA, poetsdiensten van mutualiteiten, …) • onderzoek naar mogelijkheden tot integratie in of omvorming tot een diensten(cheque)onderneming • onderzoek naar wenselijkheid van verdere uitbreiding van het takenpakket van de poetsdienst • … Indicatoren: • aantal gebruikers • aantal prestatie-uren • gegevens omtrent wachtlijsten • resultaten onderzoek naar mogelijkheden tot integratie in of omvorming tot een diensten(cheque)onderneming en van onderzoek naar verdere uitbreiding van het takenpakket van de poetsdienst Verantwoordelijken : OCMW en in 't bijzonder de verantwoordelijke van de poetsdienst Operationele doelstelling 3 (welzijn ): Een financiële tussenkomst van het OCMW in de kostprijs van de bedeling van warme maaltijden aan huis of op een gemeenschappelijke locatie is gegarandeerd aan iedere aanvrager waarvan bij sociaal onderzoek blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de vigerende reglementering. Deze dienstverlening is ruim bekend gemaakt bij de bevolking. Aangezien er thans slechts een beperkt aantal mensen gebruik maakt van deze dienstverlening zal in 2008 de huidige werkwijze en reglementering geëvalueerd worden. Middelen : • dienst warme maaltijden van het OCMW (i.s.m. privé-bedrijven) • samenwerking van OCMW met RVT Sint-Mathildis en Oxaco Capenberg Center inzake gemeenschappelijke warme maaltijden • ruimere bekendmaking van de dienstverlening • evaluatie huidige werking van de dienst warme maaltijden en bijsturing waar nodig • … Indicatoren: • aantal gebruikers • aantal maaltijden • resultaten van de evaluatie van de werking van de dienst warme maaltijden Verantwoordelijken : OCMW en in 't bijzonder de verantwoordelijke van de dienst warme maaltijden Operationele doelstelling 4 (welzijn ): De mindermobielencentrale (MMC) van het OCMW verhoogt de mobiliteit en doorbreekt het sociale isolement van bejaarden, zieken, gehandicapten en mensen in een sociale noodsituatie die zich moeilijk kunnen verplaatsen. 89
Indien mogelijk worden de aansluitingsvoorwaarden versoepeld. Er worden initiatieven genomen om ervoor te zorgen dat de MMC blijft beschikken over voldoende vrijwilligers (chauffeurs). Middelen : • MMC • Samenwerking met het Centrum voor Positieve Aanwending (Taxistop) • Verdere bekendmaking en promotie van de MMC • Initiatieven voor de werving van nieuwe chauffeurs (o.a. via website provinciaal steunpunt vrijwilligerswerk) • … Indicatoren: • aantal gebruikers • aantal ritten • verslag over initiatieven inzake promotie MMC en werving nieuwe chauffeurs Verantwoordelijken : OCMW en in 't bijzonder de verantwoordelijke van de MMC Operationele doelstelling 5 (welzijn ): Mensen met financiële moeilijkheden in staat stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid en verhinderen dat ze terecht komen in situaties die hen (verder) naar de rand van onze samenleving drijven. Zij kunnen terecht bij de dienst budgetbegeleiding en budgetbeheer (en de sociale dienst) van het OCMW. Middelen : • Begeleiding door de dienst budgetbegeleiding en budgetbeheer van het OCMW • Uitbreiding van de dienst budgetbegeleiding en budgetbeheer indien nodig • Aanvullende (psychosociale) begeleiding door de sociale dienst van het OCMW • Opzetten van preventieacties (ook intergemeentelijk en in ' t bijzonder gericht op jongeren) • Financiële steun door OCMW • Aanvraag collectieve schuldbemiddeling • … Indicatoren: • OCMW jaarverslag : gegevens dienst budgetbegeleiding en budgetbeheer • Uitgevoerde preventieacties Verantwoordelijken : OCMW en in 't bijzonder de budgetbegeleider van het OCMW Operationele doelstelling 6 (welzijn ): Garanderen van het recht op juridische bijstand door het aanbieden van gratis rechtshulp aan alle inwoners en aan kansarmen in het bijzonder. Deze dienstverlening wordt verzekerd door de dienst rechtshulp van het OCMW. 90
Middelen : • Dienst rechtshulp van het OCMW • Doorverwijzingen naar het bureau voor juridische bijstand • … Indicatoren: • jaarverslag dienst rechtshulp • Uitgevoerde preventieacties Verantwoordelijken : OCMW en in 't bijzonder de juriste van het OCMW Strategische doelstelling 2 (welzijn ): Garanderen van de toegang tot het recht op een menswaardig bestaan door ervoor te zorgen dat mensen zolang mogelijk thuis of in hun vertrouwde omgeving kunnen wonen. Operationele doelstelling 1 (welzijn ): De inwoners kunnen beroep doen op een uitgebreid gamma van thuiszorgdiensten. Het lokale bestuur promoot en ondersteunt de thuiszorg. Mogelijkheden en voorzieningen inzake thuiszorg zijn ruim bekend gemaakt. Er zal nader onderzocht worden voor welke behoeften thans geen oplossing bestaat en wie daarvoor best een nieuwe of aanvullende vorm van dienstverlening organiseert (b.v. boodschappendienst, bejaardengezelschapsdienst, …). De thuiszorg is niet enkel gericht op senioren, ook personen met een handicap, (ex)psychiatrische patiënten, jongeren, éénoudergezinnen,… zijn doelgroepen die recht hebben op aangepaste hulp. (zie ook strategische doelstelling 1) Middelen : • Poetsdienst OCMW • Dienstverlening gemeentelijke vzw Werkwinkel • Dienstverlening PWA • Dienstverlening dienstenonderneming ZITA • Dienstverlening private diensten voor gezinszorg • Dienstverlening mutualiteiten • Mantelzorgers • Professionele zorgverstrekkers • SIT TGZ regio Mortsel • Aanwerving thuiszorgconsulent i.s.m. andere OCMW's uit de regio • Dienst warme maaltijden OCMW • MMC OCMW • Evaluatie seniorentelefoon OCMW - eventueel overname door PWA • Personenalarmsystemen • Uitleendiensten voor thuiszorgmiddelen (apotheken, mutualiteiten, OTV, Vlaams Kruis, Rode Kruis, Wit-Gele Kruis, …) • Zorgenplannen • Ergotherapeuten (mutualiteiten, ergotherapeute dienstencentrum 'De Wilg' te Kontich geeft gratis advies over hulpmiddelen in de thuiszorg, aanpassing van de woning - tevens zal 91
• • • • •
onderzocht worden of op dit vlak kan samengewerkt worden met het OCMW van Mortsel dat hieromtrent een initiatief zal nemen,…) Onderzoek naar wenselijkheid en haalbaarheid van de bundeling van bestaande thuis(zorg)diensten in één diensten(cheque)onderneming Onderzoek naar wenselijkheid en haalbaarheid van de oprichting van een 'SJOP' (SeniorenJongeren OntmoetingsPlaats van waaruit ook thuisdiensten kunnen aangeboden worden via sociale tewerkstelling) Ondersteuning van vrijwilligerswerk in de thuiszorg Informatieverstrekking (gemeentelijk infoblad, infogids OCMW, brochure thuiszorg, …) …
Indicatoren: • Aantal cliënten dat beroep doet op thuiszorg • Jaarverslagen OCMW, PWA, vzw Werkwinkel, … Verantwoordelijken : OCMW
92
Operationele doelstelling 2 (welzijn ): Er wordt door het OCMW een mantelzorgtoelage voor de opvang van zorgbehoevenden en een toelage voor personen met een handicap toegekend aan iedere aanvrager waarvan bij sociaal onderzoek blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de vigerende reglementering. Het reglement inzake de mantelzorgtoelage werd tijdens de vorige legislatuur reeds versoepeld in uitvoering van het LSB-plan 2006-2007. Het reglement wordt opnieuw aangepast om de doelgroep uit te breiden naar gehuwde en samenwonende koppels én om de leeftijdsgrens (zorgbehoevende moet thans min. 65 jaar zijn) te schrappen. Zo kunnen onder meer ouders die zorg dragen voor een zorgbehoevend langdurig ziek of gehandicapt kind in de toekomst ook in aanmerking komen. Mantelzorgers kunnen bij het OCMW terecht voor advies en ondersteuning. Desgewenst zet het OCMW een forum op om het uitwisselen van ervaringen tussen mantelzorgers mogelijk te maken en hen vorming aan te bieden. Middelen : • Mantelzorgtoelage OCMW • Toelage aan personen met een handicap en een laag inkomen • Sociale dienst OCMW • Ondersteuning van mantelzorgers via vorming en overlegforum • Samenwerking met vzw Werkgroep Thuisverzorgers • … Indicatoren: • Aantal gerechtigden per jaar • Resultaat herziening reglement mantelzorgtoelage Verantwoordelijken : OCMW De operationele doelstellingen die verband houden met het wonen zelf zijn vermeld onder punt 9.4.
93
Strategische doelstelling 3 (welzijn ): Gezondheidsproblemen gezondheidsbeleid.
worden
voorkomen
door
het
voeren
van
een
preventief
Operationele doelstelling 1 (welzijn ) : De gemeente werkt in nauw overleg met het OCMW en lokale actoren een lokaal gezondheidsbeleid uit. Dit beleid is zowel gericht op het voorkomen van ziekten en ongezonde leefomstandigheden, als op de actieve bevordering van de gezondheid van de inwoners. Het lokale gezondheidsbeleid wordt gestuurd door de gemeente, kadert in het globaal lokaal sociaal beleid en speelt in op het beleid dat door andere bestuursniveaus ter zake wordt ontwikkeld. Middelen : • Opmaak gemeentelijke beleidsnota (preventief) gezondheidsbeleid • Overleg met LOGO PrAAM, lokale actoren, belangstellenden • Aanduiding van een gemeentelijk ambtenaar verantwoordelijk voor de coördinatie en opvolging van het lokaal gezondheidsbeleid • Oprichting van een lokale gezondheidsraad • Samenwerking met andere adviesraden (Milieuraad, Sportraad, Seniorenraad, Jeugdraad,…) • … Indicatoren : • beleidsnota (preventief) gezondheidsbeleid • verslag oprichting lokale gezondheidsraad Verantwoordelijken : Gemeente Operationele doelstelling 2 (welzijn ): De gemeente verhoogt haar inspanningen inzake preventief gezondheidsbeleid. De samenwerking met LOGO PrAAM wordt verder gezet. De gemeente organiseert daarnaast ook eigen acties, waar mogelijk samen met adviesraden, verenigingen, scholen en mutualiteiten. De preventieacties dienen een planmatig en structureel karakter te hebben; eenmalige losse acties worden best vermeden. Bijzondere aandacht gaat naar kansarmen. Middelen : • Medewerking aan en ondersteuning van de preventieacties en -campagnes van LOGO PrAAM (borstkankerscreening, gezonde voeding, tabaks- en alcoholpreventie, valpreventie,…) • Lokale gezondheidsraad • Organisatie van eigen acties , b.v. - gezondheidswandelingen - sensibilisering i.v.m. de relatie milieu-gezondheid, schadelijke effecten van GSMgebruik, gevaar voor gehoorschade bij teveel decibels … - voordrachten, tentoonstellingen, … i.v.m. allerhande gezondheidsthema's 94
• • • • • • • • • • • •
- … Samenwerking met scholen, verenigingen, adviesraden, … Samenwerking op vlak van gezonde voeding met lokale producenten van groenten en fruit Intensievere samenwerking met lokale actoren inzake gezondheid (huisartsen, thuisverpleging, tandartsen, kinesisten, mutualiteiten, …) Verder zetten van het gemeentelijk logopedieproject Initiatieven om de verkeersveiligheid te verhogen Thuiszorgconsulent OCMW Preventiewerk OCMW (gezonde en betaalbare voeding voor kansarmen) Vrijetijdstoelage OCMW (bevordering sportieve ontplooiing) Tussenkomst in de medische kosten via OCMW Bijzondere aandacht voor het psychisch welzijn i.s.m. of via doorverwijzing naar gespecialiseerde diensten Aandacht in het beleid voor specifieke doelgroepen, zoals chronisch zieken, allochtonen, kansarmen, jongeren, … …
Indicatoren : • rapportage over de samenwerking met LOGO PrAAM en over de eigen acties • verslagen lokale gezondheidsraad Verantwoordelijken : Gemeente en OCMW
Voor doelstellingen inzake het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu verwijzen we naar het gemeentelijk milieubeleidsplan.
95
Strategische doelstelling 4 (welzijn ) : Garanderen van het recht op culturele, sportieve en maatschappelijke ontplooiing. Operationele doelstelling 1 (welzijn ): De maatschappelijke participatie en de culturele en sportieve ontplooiing van de gebruikers van de dienstverlening van het OCMW verhoogt. Kansarmen worden gestimuleerd om hun cultureel, sportief en maatschappelijk potentieel te ontwikkelen. Middelen : • subsidie van de federale overheid (+/- € 4 300/jaar) die het OCMW ontvangt • tussenkomen in kosten van lidgelden, deelname aan activiteiten, vakantiekampen, uniformen (jeugdbewegingen), … • gratis grabbelpassen en swappassen voor OCMW-cliënten • aanbieden van boekencheques, … • organiseren van (eigen) activiteiten (OCMW en socio-culturele cel van de gemeente) • samenwerking van het OCMW met Vakantieparticipatie • vrijetijdstoelage OCMW • gemeentelijke speelweken (gratis) • gemeentelijke sportweken (sociaal tarief) • doelgroepen op een actieve manier laten kennis maken het bestaande vrijetijdsaanbod • opmaak van een inventaris van het bestaande vrijetijdsaanbod • verenigingen stimuleren die maatregelen nemen om zich open te stellen voor kansarmen en allochtonen (b.v. via het gemeentelijk subsidiereglement) • kansarmen gericht stimuleren om aan verenigingsleven deel te nemen (deelname aan verenigingenmarkt) • verenigingsleven betrekken bij inburgeringsprojecten • ondersteunen van het verenigingsleven, wijk- en buurtwerking • ondersteuning en promotie van vrijwilligerswerk (www.vrijwilligerswerk.be; vorming inzake vrijwilligerswerk, cultuurambtenaar als lokaal aanspreekpunt, …) • … Indicatoren : • verslag over de besteding van de federale overheidsubsidie • verslag over het gebruik van de vrijetijdstoelage • aantal gratis grabbelpassen en swappassen verstrekt aan OCMW-cliënten • inventaris van het bestaande vrijetijdsaanbod Verantwoordelijken : OCMW en gemeente Operationele doelstelling 2 (welzijn ): De maatschappelijke participatie en de culturele en sportieve ontplooiing van senioren verhoogt. Middelen : • subsidie van de federale overheid (+/- € 4 300/jaar) die het OCMW ontvangt • tussenkomen in kosten van lidgelden, deelname aan activiteiten, uitstappen, … • ondersteuning van het verenigingsleven, wijk- en buurtwerking • ondersteuning van de gemeentelijke seniorenraad 96
• • • • • • • • • • •
activiteiten van de gemeentelijke seniorenraad (taallessen, computerlessen, culturele uitstappen, …) activiteiten georganiseerd door de socio-culturele cel van de gemeente gezondheidswandelingen bij de organisatie van activiteiten voor senioren rekening houden met verschillen inzake leeftijd, mobiliteit, opleidingsniveau, … vrijetijdstoelage OCMW MMC senioren op een actieve manier laten kennis maken het bestaande vrijetijdsaanbod ondersteuning en promotie van vrijwilligerswerk (www.vrijwilligerswerk.be; vorming inzake vrijwilligerswerk, cultuurambtenaar als lokaal aanspreekpunt, …) seniorenconsulent (op termijn) ouderenbeleidsplan met aandacht voor cultuur, sport en maatschappelijke participatie …
Indicatoren : • verslag over de besteding van de federale overheidsubsidie • verslag over het gebruik van de vrijetijdstoelage door senioren • activiteitenverslag seniorenraad Verantwoordelijken : OCMW en gemeente Strategische doelstelling 5 (welzijn ): Garanderen van de toegang tot de sociale grondrechten door het voeren van een doelgroepenbeleid. Operationele doelstelling 1 (welzijn ): Voor kinderen en jongeren is er permanente aandacht in de lokale beleidsvoering. Beleidsmaatregelen wordt getoetst op hun kindvriendelijkheid. Kinderen en jongeren worden betrokken bij die thema's die een band hebben met hun leefwereld. Ze zijn goed op de hoogte van de bestaande voorzieningen. Jongeren kunnen voor informatie terecht bij de jeugddienst. Ze kunnen voor informatie, advies, begeleiding en hulpverlening terecht bij het OCMW en andere hulpverleningsdiensten. Voor kinderen en jongeren zijn er voldoende opvang- en ontspanningsmogelijkheden. We verwijzen ook naar het jeugdwerkbeleidsplan 2008-2010. De doelstellingen die daarin opgenomen zijn worden hier niet herhaald. Hetzelfde geldt voor het lokaal beleidsplan kinderopvang dat voortaan integraal deel uitmaakt van het lokaal sociaal beleidsplan. Middelen : • Gemeentelijke jeugddienst • Gemeentelijke jeugdraad • Activiteiten gemeentelijke jeugdraad/jeugddienst (Roefel, speelweken, Grabbelpas, Swappas, …) • Gemeentelijke sportweken (sociaal tarief) • Gemeentelijke speel- en sportterreinen • Verdere uitbouw van de beleidsparticipatie van kinderen en jongeren (cfr. project kinderparticipatie) • Ondersteuning van het verenigingsleven, in 't bijzonder van het jeugdwerk 97
• • • • • • • • • • • • • • •
Ondersteuning en promotie vrijwilligerswerk (www.vrijwilligerswerk.be; vorming inzake vrijwilligerswerk, cultuurambtenaar als lokaal aanspreekpunt, …) Sociale dienst OCMW (financiële hulp, informatie, psychosociale hulp, budgetbegeleiding, arbeidsbegeleiding, gerichte doorverwijzing, …) Samenwerking van OCMW met vzw De Trap en vzw De Stappaert inzake de begeleiding en residentiële opvang van jongeren Verdere uitbouw van een toegankelijke eerstelijnshulpverlening voor jongeren - opvolging evolutie integrale jeugdhulp Deskundige ondersteuning van jongeren die op eigen benen willen staan Lokaal informatie- en communicatiebeleid op maat van jongeren jongeren op een actieve manier laten kennis maken het bestaande vrijetijdsaanbod opmaak van een inventaris van het bestaande vrijetijdsaanbod verenigingen stimuleren die maatregelen nemen om zich open te stellen voor kansarme en allochtone jongeren (b.v. via het gemeentelijk subsidie reglement) kansarmen gericht stimuleren om aan verenigingsleven deel te nemen (deelname aan verenigingenmarkt) vrijetijdstoelage OCMW budget bevordering maatschappelijke integratie en culturele en sportieve ontplooiing OCMW Gemeentelijke buitenschoolse kinderopvang (BKO) "De Wigwam" (Ondersteuning van) private kinderopvanginitiatieven …
Indicatoren : • jaarverslag gemeente (jeugdbeleid - BKO) • jaarverslag OCMW • inventaris van het bestaande vrijetijdsaanbod • activiteitenverslag jeugdraad Verantwoordelijken : Gemeente en OCMW Operationele doelstelling 2 (welzijn ): De gemeentelijke jeugddienst volgt de evolutie van de integrale jeugdhulp en de opstart van het netwerk rechtstreeks toegankelijke hulp op. De jeugddienst onderzoekt ook de mogelijkheden van het decreet opvoedingsondersteuning en werkt ter zake een lokaal beleid uit. De jeugddienst rapporteert belangrijke evoluties aan de beleidsverantwoordelijken van gemeente en OCMW. De lokale coördinatie opvoedingsondersteuning wordt toegevoegd aan de opdrachten van de jeugdconsulent zodat kinderopvang en opvoedingsondersteuning gecoördineerd kunnen verlopen. OCMW en gemeentebestuur spannen zich in om eerstelijnshulpverlening te kunnen aanbieden aan jongeren via het nieuw op te richten netwerk rechtstreeks toegankelijke hulp. Middelen: • jeugddienst • onderzoek naar de mogelijkheden om regionaal samen te werken inzake integrale jeugdhulp en opvoedingsondersteuning • uitwerken van een lokaal beleid inzake opvoedingsondersteuning • opstarten van een lokaal netwerk opvoedingsondersteuning • contacten met Provinciaal Steunpunt Opvoedingsondersteuning • samenwerking met CLG's , zoals Parenthesis in Mortsel • samenwerking met scholen en CLB's 98
• • • • • •
samenwerking met Kind&Gezin BKO "De Wigwam" www.jeugdhulp.be Nieuwsbrief Integrale Jeugdhulp studiedagen en infosessies …
Indicatoren: • rapportage over activiteiten ter zake van de jeugddienst • gevolgde studiedagen of infosessies rond dit onderwerp Verantwoordelijken : Gemeente en in 't bijzonder de jeugdconsulent Operationele doelstelling 3 (welzijn): Voor senioren is er permanente aandacht in de lokale beleidsvoering. Ze worden er zoveel mogelijk bij betrokken en zijn goed op de hoogte van de bestaande voorzieningen. De gemeente stelt in nauw overleg met het OCMW en de seniorenraad in het kader van het decreet van 30 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen een lokaal ouderenbeleidsplan op. Senioren kunnen voor informatie, advies, begeleiding en hulpverlening terecht bij het OCMW. Voor senioren zijn er voldoende ontspanningsmogelijkheden. De eerder geformuleerde doelstellingen inzake thuiszorg worden hier niet herhaald. Voor doelstellingen inzake het wonen van senioren : zie punt 9.4. Middelen : • gemeentelijke seniorenraad • activiteiten gemeentelijke seniorenraad • verdere uitbouw van de beleidsparticipatie van senioren • opstellen lokaal ouderenbeleidsplan • ambtelijk aanspreekpunt voor senioren bij de gemeente • ondersteuning van het verenigingsleven, in 't bijzonder van verenigingen die zich richten tot senioren • sociale dienst OCMW (financiële hulp, informatie, psychosociale hulp, budgetbegeleiding, gerichte doorverwijzing, …) • lokaal informatie- en communicatiebeleid op maat van senioren • senioren op een actieve manier laten kennis maken het bestaande vrijetijdsaanbod • opmaak van een inventaris van het bestaande vrijetijdsaanbod • stimuleren van vrijwilligerswerk door en voor senioren en van sociale netwerken en solidariteit tussen generaties, … (doorbreken van sociaal isolement, vereenzaming) • vrijetijdstoelage OCMW • bijzondere aandacht voor eenzame bejaarden (o.a. via SJOP) • budget bevordering maatschappelijke integratie en culturele en sportieve ontplooiing OCMW • bij de inrichting van het openbaar domein wordt rekening gehouden met de wensen en behoeften van senioren (voldoende rustbanken, goed onderhouden voetpaden, …) • … Indicatoren : • jaarverslag gemeente (seniorenbeleid) 99
• • •
jaarverslag OCMW inventaris van het bestaande vrijetijdsaanbod activiteitenverslag seniorenraad
Verantwoordelijken : Gemeente en OCMW Operationele doelstelling 4 (welzijn): De toegang tot de sociale grondrechten is gegarandeerd voor asielzoekers en allochtone inwoners. Er is voldoende aanbod beschikbaar om hun inburgering en integratie mogelijk te maken. Er is voor hen permanente aandacht in de lokale beleidsvoering. Ze zijn goed op de hoogte van de bestaande voorzieningen. Er worden extra inspanningen gedaan om hun maatschappelijk integratie, culturele en sportieve ontplooiing te stimuleren. Ze kunnen voor informatie, advies, begeleiding en hulpverlening terecht bij het OCMW. Middelen : • activiteiten van de permanente werkgroep "inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid" • inburgeringstrajecten van PRICMA (onthaal anderstalige nieuwkomers) samenwerkingsovereenkomst met gemeente • lokaal opvanginitiatief voor asielzoekers van het OCMW (LOI) • sociale dienst OCMW (financiële hulp, informatie, psychosociale hulp, budgetbegeleiding, arbeidsbegeleiding, gerichte doorverwijzing, …) • samenwerking met scholen (onderwijs aan kinderen van asielzoekers , GOK, huiswerkbegeleiding, …) • voldoende aanbod van Nederlandse taallessen • aanbieden van cursussen koken (project "De Taalkeuken") en klusjes gekoppeld aan taallessen Nederlands • infopakket voor nieuwkomers • project "peter- en meterschap" voor asielzoekers • project "cultuur bij je buur" • lokaal informatie- en communicatiebeleid op maat van asielzoekers en allochtonen • asielzoekers en allochtonen op een actieve manier laten kennis maken het bestaande vrijetijdsaanbod • opmaak van een inventaris van het bestaande vrijetijdsaanbod • verenigingen stimuleren die maatregelen nemen om zich open te stellen voor allochtone jongeren (b.v. via het gemeentelijk subsidiereglement) • verenigingsleven betrekken bij inburgeringsprojecten • Ondersteunen van verenigingen, buurt- en wijkwerking • ten laste nemen van opleidingskosten van asielzoekers (OCMW) • vrijetijdstoelage OCMW • budget bevordering maatschappelijke integratie en culturele en sportieve ontplooiing OCMW • samenwerking met Vakantieparticipatie • … Indicatoren : • jaarverslag OCMW - LOI • registratiegegevens PRICMA • inventaris van het bestaande vrijetijdsaanbod Verantwoordelijken : 100
OCMW en gemeente, in 't bijzonder de LOI-coördinator Operationele doelstelling 5 (welzijn): Voor eenoudergezinnen is er bijzondere aandacht in de lokale beleidsvoering. Ze zijn goed op de hoogte van de bestaande voorzieningen. Ze kunnen voor informatie, advies, begeleiding en hulpverlening terecht bij het OCMW. De steungroep eenoudergezinnen van het OCMW zorgt voor vorming, ontmoeting, uitwisselen van ervaringen, … Voor kinderen uit eenoudergezinnen zijn er voldoende opvanginitiatieven. Middelen : • Sociale dienst OCMW (financiële hulp, informatie, psychosociale hulp, budgetbegeleiding, arbeidsbegeleiding, gerichte doorverwijzing, …) • Preventiemedewerkster OCMW • Steungroep eenoudergezinnen (OCMW's Boechout, Borsbeek, Hove en Lint) • Informatiebrochure voor alleenstaande ouders (OCMW) • Gemeentelijke buitenschoolse kinderopvang (BKO) "De Wigwam" • (Ondersteuning van) private kinderopvanginitiatieven • … Indicatoren : • verslag werking steungroep eenoudergezinnen Verantwoordelijken : OCMW, in 't bijzonder de preventiemedewerkster
Het spreekt voor zich dat het sociaal beleid van het lokaal bestuur zich ook richt naar andere doelgroepen, die hier niet expliciet vernoemd worden. Om herhaling te vermijden werden de relevante beleidsinitiatieven voor die doelgroepen opgenomen bij andere strategische en operationele doelstellingen.
101
9.4 Wonen Strategische doelstelling (wonen): Garanderen van de toegang tot het recht op een behoorlijke en betaalbare huisvesting. Operationele doelstelling 1 (wonen) : Het aanbod van sociale woningen wordt geleidelijk verhoogd van 1,8 % tot 6 % van het woningbestand. Dit gebeurt op basis van projecten op korte, middellange (deze legislatuur) en lange termijn (na 2013). Gemeente en OCMW nemen een actieve regisseursrol op en ontwikkelen een instrumentarium voor een lokaal beleid "betaalbaar wonen". Middelen : • uitbreiding aantal sociale huurwoningen van sociale huisvestingsmaatschappijen (o.a. projecten van De Ideale Woning op OCMW-gronden in de Frans Segerstraat en aan de Dorpsplaats/Kerkweg) • uitbreiding aantal sociale koopwoningen van sociale huisvestingsmaatschappijen (o.a. project van SBK arro Antwerpen aan de Lindelei) • uitbreiding aantal huurwoningen van de sociale verhuurdienst van het OCMW • constructie inzake samenwerking tussen de gemeente, het OCMW, De Ideale Woning en een immobiliënmaatschappij voor de gefaseerde bouw van +/- 50 nieuwe sociale woningen • opstart van een intergemeentelijk sociaal verhuurkantoor (SVK) in het kanton Kontich in 2008 • aansporen van eigenaars om te verhuren aan het SVK of te verkopen aan een sociale huisvestingsmaatschappij • actief informeren van sociale huisvestingsmaatschappijen over opportuniteiten om hun patrimonium in onze gemeente uit te breiden • realiseren van (deels) sociale verkavelingen (o.a. door opmaken stedenbouwkundige verordening inzake verkavelingen, bindende bepalingen ruimtelijk structuurplan, nieuw bouwreglement) • ontwikkelen van een instrumentarium "betaalbaar wonen" • … Indicatoren : • aantal sociale woningen huisvestingsmaatschappijen • aantal woningen sociale verhuurdienst OCMW • aantal woningen SVK • rapportage over nieuwe projecten inzake sociale huisvesting • jaarverslagen sociale huisvestingsmaatschappijen Verantwoordelijken : Gemeente, OCMW en sociale huisvestingsmaatschappijen
102
Operationele doelstelling 2 (wonen) : Lokale actoren, zoals rusthuizen en sociale huisvestingsmaatschappijen, nemen initiatieven om tegemoet te komen aan nieuwe woon- en zorgbehoeften (serviceflats, bejaardenwoningen, kangoeroewoningen, beschut wonen,…). Het lokale bestuur neemt ter zake een regisseursrol op en stimuleert en ondersteunt deze initiatieven. Middelen : • Actieve samenwerking tussen het lokale bestuur en de private initiatiefnemers • PPS (waar dat nuttig is) • Stimuleren en ondersteunen van nieuwe projecten (o.a. op het vlak van ruimtelijke ordening, zoals opmaak RUP's om de bouw van serviceflats mogelijk te maken) • Uitbreiding woningen "beschut wonen" (De Vliering) in project De Ideale Woning op OCMW-gronden in de Frans Segerstraat • Onderzoek naar de mogelijkheden om in het pand Broechemsesteenweg 23 na het vertrek van "De Speelhoeve" bejaardenwoningen te realiseren • Opmaak nieuw bouwreglement • Onderzoeken van implementatiemogelijkheden van het concept woonzorgzone • … Indicatoren : • rapportage omtrent overleg met lokale actoren • effectieve realisaties Verantwoordelijken : Gemeente, OCMW en lokale actoren Operationele doelstelling 3 (wonen) : De inwoners in 't algemeen en specifieke doelgroepen in 't bijzonder zijn goed geïnformeerd over het lokale woonbeleid en de beschikbare voorzieningen. Aan jongeren, senioren, personen met een handicap en allochtonen wordt begeleiding op maat aangeboden. Middelen: • Informatieverstrekking door de sociale huisvestingsmaatschappijen (aanbod, toekenningsvoorwaarden, …) • Informatieverstrekking door gemeente, OCMW en andere overheden (renovatiepremies, huurtoelagen, advies en hulp bij aanpassingen van de woning, …) • Begeleiding door sociale verhuurdienst en sociale dienst van het OCMW - begeleiding op maat voor jongeren die alleen willen gaan wonen en voor senioren, personen met een handicap en allochtonen • Huurdersbegeleiding door het SVK • Juridische hulp bij huurgeschillen (dienst rechtshulp OCMW) • …
103
Indicatoren : • Jaarverslag OCMW (sociale verhuurdienst / dienst rechtshulp) • Jaarverslagen sociale huisvestingsmaatschappijen • Infobrochures, artikels in gemeentelijk infoblad Verantwoordelijken : OCMW, gemeente en sociale huisvestingsmaatschappijen Operationele doelstelling 4 (wonen) : Ook kansarmen en mensen met een beperkt inkomen moeten in onze gemeente kunnen (blijven) wonen. Senioren en gehandicapten moeten zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Middelen: • Sociale verhuurdienst van het OCMW richt zich tot kansarmen - de huurders betalen een huishuur die rekening houdt met hun inkomen • Sociale woningen van sociale huisvestingsmaatschappijen • Sociale woningen van het SVK • OCMW verstrekt huurwaarborgen en huurtoelagen aan mensen met een laag inkomen • Gemeente verstrekt renovatiepremies voor de aanpassing van woningen (bejaarden, gehandicapten, …) • Informatieverstrekking door gemeente en OCMW (renovatiepremies, huurtoelagen, …) • Begeleiding door sociale verhuurdienst en sociale dienst van het OCMW - begeleiding voor senioren en personen met een handicap • Juridische hulp bij huurgeschillen (dienst rechtshulp OCMW) • Personenalarmsystemen • Uitleendiensten voor thuiszorgmiddelen (apotheken, mutualiteiten, OTV, Vlaams Kruis, Rode Kruis, Wit-Gele Kruis, …) • Zorgenplannen • Ergotherapeuten (mutualiteiten, ergotherapeute dienstencentrum 'De Wilg' te Kontich geeft gratis advies over hulpmiddelen in de thuiszorg, aanpassing van woningen …) • Bekend maken van aanspreekpunten waar inwoners terecht kunnen met vragen en voor (technisch) advies over de aanpassing van hun woning - zo mogelijk opstarten van een samenwerking met het OCMW van Mortsel • Premies en toelagen (toelage voor de aanpassing van woningen van de Vlaamse gemeenschap, het Vlaams Fonds, de provincie, de gemeente; tussenkomst van de provincie in de kosten van een deskundig advies voor de aanpassing van woningen, …) • … Indicatoren : • Jaarverslag OCMW (sociale verhuurdienst / dienst rechtshulp) • Aantal toegekende huurwaarborgen en huurtoelagen • Aantal toegekende renovatiepremies Verantwoordelijken : OCMW en gemeente Operationele doelstelling 5 (wonen) : Inwoners met een acute woonnood kunnen beroep doen op noodopvang. 104
Middelen: • Doorgangshuizen OCMW (minimum 2 woongelegenheden) • Samenwerking met Krisis Info Netwerk Antwerpen (KINA) i.v.m. crisisopvang • Vrouwenvluchthuis Welzijnszorg • … Indicatoren : • Jaarverslag OCMW ( gebruik doorgangshuizen) • Jaarverslag KINA Verantwoordelijken : OCMW
105
9.5 Werken Strategische doelstelling (werken): Garanderen van de toegang tot het recht op arbeid door het voeren van een gediversifieerd activeringsbeleid voor kansarmen en laaggeschoolden. Operationele doelstelling 1 (werken): Via vorming, arbeidsbegeleiding en sociale tewerkstelling zetten kansarmen, laaggeschoolden en langdurig werklozen een stap in de richting van sociale reïntegratie. Door werkervaring en arbeidsbegeleiding verhogen hun kansen op tewerkstelling in het reguliere arbeidscircuit. De werkloosheidsgraad wordt zo laag mogelijk gehouden. Middelen : • Arbeidsbegeleiding OCMW • Sociale tewerkstelling door OCMW • Sociale tewerkstelling door vzw Werkwinkel • Tewerkstelling via PWA • Tewerkstelling via dienstenonderneming ZITA • Tewerkstelling via sociale werkplaatsen • Arbeidszorgproject Wereld-Missiehulp • (Al dan niet intergemeentelijk) ontwikkelen van een bijkomend (werk)aanbod voor personen met zeer beperkte tewerkstellingsmogelijkheden • Onderzoek naar de mogelijkheden om een 'SJOP' (Senioren-JongerenOntmoetingsPlaats) op te richten met een luik sociale tewerkstelling/arbeidszorg • Vorming • Ten laste neming van opleidingskosten van kansarmen (OCMW) • Zinvol vrijwilligerswerk voor personen die (nog) niet in aanmerking komen sociale tewerkstelling • Overleg tussen lokale actoren in lokale werkwinkel Mortsel-Boechout-Borsbeek • Vermijden van versnipperde initiatieven en bundeling van middelen en krachten waar mogelijk • Samenwerking met lokale actoren (VDAB, sociale economiebedrijven,…) • WerkInformatieSysteem (WIS) • Onderzoek naar de mogelijkheden en zinvolheid om sociaal tewerkgestelden tijdelijk vrij te stellen van het betalen voor kinderopvang (BKO "De Wigwam") • Informatieverstrekking, sensibiliseren en activeren van de doelgroepen • … Indicatoren: • Aantal (sociaal) tewerkgestelden (OCMW, vzw Werkwinkel, PWA, ZITA, …) • Jaarverslag dienst arbeidsbegeleiding van het OCMW Verantwoordelijken : OCMW, in 't bijzonder de arbeidsbegeleidster, en gemeente
106
Operationele doelstelling 2 (werken): Gemeente en OCMW spelen actief in op de nieuwe mogelijkheden die geboden worden door het decreet op de lokale diensteneconomie. Onder lokale diensteneconomie wordt verstaan: “diensten die werkgelegenheid creëren om aan lokale behoeften te beantwoorden en die op een participatieve wijze een maatschappelijke meerwaarde creëren door het duurzaam ondernemen na te streven”. Het OCMW zal zich opstellen als regisseur en actor. Onderzocht wordt of het mogelijk en wenselijk is om het bestaande aanbod van sociale tewerkstellingsinitiatieven op het vlak van buurt- en nabijheidsdiensten te bundelen in één dienstenonderneming. Alleszins is het voor de inwoners duidelijk waar ze met hun vragen naar dit soort diensten terecht kunnen. Middelen: • • • • • • • •
Stroomlijnen van de activiteiten van het OCMW, het PWA, de VZW werkwinkel en de dienstenchequeonderneming ZITA met betrekking tot hun respectievelijke buurtgerichte sociale economieactiviteiten (poetshulp, tuinonderhoud, klusjes, …) Onderzoek naar oningevulde behoeften van inwoners (b.v. strijkhulp,boodschappendienst, bejaarden-en kinderoppas, …) en overleg door wie en hoe deze best ingevuld worden Overleg binnen de lokale werkwinkel Mortsel-Borsbeek-Boechout omtrent de uitbouw van de 2de pijler (diensteneconomie) onder begeleiding van RESOC, (Regionaal Sociaaleconomisch Overlegcomité) Onderzoek naar de mogelijkheden om versnipperde initiatieven om te vormen tot één nieuwe dienstenonderneming (al dan niet intergemeentelijk) Inspelen op de maatschappelijke tendensen als vergrijzing, combinatie werk-gezin, tweeverdieners, éénoudergezinnen, … Voorzien in voldoende omkadering en de noodzakelijke (traject)begeleiding en vorming van de werknemers Bewaking van de kwaliteit van de verstrekte diensten Heldere informatieverstrekking over de buurt- en nabijheidsdiensten waarop de inwoners beroep kunnen doen
Indicatoren : • •
Rapportage over onderzoek naar stroomlijning en weg werken van de huidige versnippering Verstrekte informatie over de buurt- en nabijheidsdiensten
Verantwoordelijken : OCMW en gemeente
107
10. Sectorale plannen Conform de bepalingen van het decreet lokaal sociaal beleid en het uitvoeringsbesluit wordt in dit hoofdstuk het lokaal beleidsplan kinderopvang 2008-2013 opgenomen. Het maakt op die manier integraal deel uit van het lokaal sociaal beleidsplan.
108
gemeente Boechout
lokaal beleidsplan kinderopvang
lokaal beleidsplan kinderopvang 2008-2013 109
lokaal beleid kinderopvang Kwantitatieve beschrijving van het aanbod Initiatieven voor kinderopvang
Kinderopvang vzw Aard: Verantwoordelijke: Contactgegevens: Doelpubliek: Capaciteit:
Aantal regelmatige gebruikers:
Openingsuren: Sluitingperiodes: Personeel: Infrastructuur: Regio:
Dienst voor opvanggezinnen, erkend en gesubsidieerd door Kind & Gezin Min De Caigny V. Bavaistraat 23 ℡ 03 454 03 02 2540 Hove 03 454 62 95 |
[email protected] Dagopvang: 0-2,5 jaar Buitenschoolse opvang: 2,5-12 jaar Boechout: 18 onthaalgezinnen Vremde: 2 onthaalgezinnen 2 onthaalouders onder één dak in Boechout: Inktvisjes, Jef Van Hoofplein (in school De Inktvis) De kleine prins, Nijverheidsstraat 5 (achter Reynders Etiketten) 122 gezinnen met 1 à 2 kinderen bij een onthaalmoeder Het gemiddeld aantal voltijds opgevangen kinderen bedraagt nooit meer dan maximum 4 per opvanggezin, eigen kinderen beneden de 3 jaar meegerekend. Het maximum aantal gelijktijdig aanwezige kinderen kan niet meer zijn dan 8, eigen kinderen beneden 6 jaar meegerekend. Deze worden door het onthaalgezin zelf bepaald. Meestal van 7 à 8 tot 18 à 19 uur Vakantieperiodes worden door het onthaalgezin bepaald Huismoeders Het huis van de onthaalgezinnen Boechout - Borsbeek - Hove - Lint
Okidoki Aard: Verantwoordelijken: Contactgegevens: Doelpubliek: Capaciteit: Aantal regelmatige gebruikers: Openingsuren: Sluitingperiodes: Infrastructuur:
Particuliere opvanginstelling Christiane De Roover Mussenhoevelaan 76 2530 Boechout 0 – 3 jaar 14 kinderen
℡ 03 454 68 58
17 kinderen Elke werkdag van 7.30 tot 18 uur
- wettelijke feestdagen - jaarlijks verlof tweede helft juli en tussen Kerstmis en Nieuwjaar Binnenruimte: 36 m² (exclusief verzorgingsruimte en keuken) Buitenruimte: 80 m
1.1.3De Vriendjes Aard: Verantwoordelijke: Contactgegevens: Doelpubliek: Capaciteit: Aantal regelmatige gebruikers:
Particuliere opvanginstelling Marie-José Vriens G. Van Raemdoncklaan 4 2530 Boechout 0 – 3 jaar Maximum 10 kinderen 11 kinderen
℡
03 455 48 41
Openingsuren:
Sluitingperiodes: Personeel: Infrastructuur:
Dinsdag: van 8 tot 18 uur Woensdag: van 8 tot 18 uur Donderdag: van 8 tot 18 uur Vrijdag: van 8 tot 18 uur Gesloten van 24 december tot 6 januari, de helft van mei en de helft van september 1 vrijwilliger zonder vergoeding 1 stagiaire kinderverzorgster Binnenruimte: 125 m² Buitenruimte: 3000 m²
De Kleine Berg Aard: Verantwoordelijke: Contactgegevens: Doelpubliek: Capaciteit: Aantal regelmatige gebruikers: Openingsuren:
Sluitingperiodes: Personeel: Infrastructuur:
Particuliere opvanginstelling Annemie Laghuwitz Heuvelstraat 24 2530 Boechout 1,5 – 3 jaar Maximum 10 kinderen per dag
℡ 03 454 24 44
17 kinderen - Maandag: 8 tot 18 uur - Dinsdag: 8 tot 18 uur - Woensdag: 8 tot 18 uur - Donderdag: 8 tot 18 uur - Vrijdag: 8 tot 18 uur Gedurende het hele jaar open 1 0,75 fulltime equivalent opvoedster A1 1 0,75 fulltime equivalent kinderverzorgster de ouders van de opgevangen kinderen worden regelmatig mee ingeschakeld Binnenruimte: 100 m² Buitenruimte: 50 m²
Petit Bébé Aard: Verantwoordelijke: Contactgegevens: Doelpubliek: Capaciteit: Aantal regelmatige gebruikers: Openingsuren:
Sluitingperiodes: Personeel: Infrastructuur:
Particuliere opvanginstelling Jelle Verlinden Provinciesteenweg 191 D1 2530 Boechout 0-3 jaar 14 plaatsen
℡ 0477 67 17 63
16 kinderen - Maandag: 7 tot 18.30 uur - Dinsdag: 7 tot 18.30 uur - Woensdag: 7 tot 18.30 uur - Donderdag: 7 tot 18.30 uur - Vrijdag: 7 tot 18.30 uur gesloten op feest- en brugdagen 2 fulltime kindbegeleiders - binnenruimte: 110 m² - buitenruimte: 20 m²
De Wigwam – Boechout Aard: Verantwoordelijke: Contactgegevens: Doelpubliek: Capaciteit: Aantal regelmatige gebruikers:
Gemeentelijke instelling voor buitenschoolse opvang Katrien Goemans Lange Kroonstraat 1 ℡ 03 455 98 05 2530 Boechout ℡ 03 455 90 75 2,5 – 12 jaar 78 plaatsen 477 kinderen De vestiging in Boechout en Vremde staan samen in voor de opvang van kinderen uit 538 gezinnen
Openingsuren:
Sluitingperiodes:
Personeel: Infrastructuur:
Tijdens schooldagen: - Maandag: van 7 tot 8.30 en van 15.30 tot 19 uur - Dinsdag: van 7 tot 8.30 en van 15.30 tot 19 uur - Woensdag: van 7 tot 8.30 en van 12 tot 19 uur - Donderdag: van 7 tot 8.30 en van 15.30 tot 19 uur - Vrijdag: van 7 tot 8.30 en van 15 tot 19 uur Tijdens schoolvakanties: alle werkdagen van 7 tot 19 uur De Wigwam in Boechout is open, behalve - Op alle wettelijke feestdagen; - Op 11 juli en 2 november ; - De dag van Boechout jaarmarkt; - Vanaf 15 tot 31 augustus; - Van 24 december tot en met 2 januari. 4,5 voltijds equivalent begeleidsters 1 voltijdse coördinator buitenschoolse kinderopvang voor beide locaties - Binnenruimte: 690 m² verspreid over twee verdiepingen - Buitenruimte: 540 m²
De Wigwam – Vremde Aard: Verantwoordelijke: Contactgegevens: Doelpubliek: Capaciteit: Aantal regelmatige gebruikers: Openingsuren:
Sluitingperiodes:
Personeel: Infrastructuur:
Gemeentelijke instelling voor buitenschoolse opvang Katrien Goemans Dorpsplaats 15 ℡ 03 455 45 69 2530 Boechout 2,5 – 12 jaar 26 plaatsen
197 kinderen De vestiging in Boechout en Vremde staan samen in voor de opvang van kinderen uit 538 gezinnen Tijdens schooldagen: - Maandag: van 7 tot 8.30 en van 15.30 tot 19 uur - Dinsdag: van 7 tot 8.30 en van 15.30 tot 19 uur - Woensdag: van 7 tot 8.30 en van 12 tot 19 uur - Donderdag: van 7 tot 8.30 en van 15.30 tot 19 uur - Vrijdag: van 7 tot 8.30 en van 15 tot 19 uur Tijdens schoolvakanties: alle werkdagen van 7 tot 19 uur De Wigwam in Vremde is open, behalve - Op alle wettelijke feestdagen; - Op 11 juli en 2 november ; - De dag van Boechout jaarmarkt; - Een viertal weken in de zomervakantie; - Van 24 december tot en met 2 januari. 3 voltijds equivalent begeleidsters 1 voltijdse coördinator buitenschoolse kinderopvang voor beide locaties en met kantoor in Boechout - Binnenruimte: 130 m² - Buitenruimte: 380 m²
Andere initiatieven
De Speelhoeve De Speelhoeve past niet binnen het reguliere buitenschoolse kinderopvangcircuit. Zij vangen immers kinderen op die niet schoolplichtig zijn omwille van hun handicap. Aard: Verantwoordelijke: Contactgegevens: Doelpubliek: Capaciteit: Openingsuren:
Heilpedagogisch kinderdagverblijf Bart Vanmechelen Broechemsesteenweg 23 bus 2 ℡ 03 455 01 07 2531 Vremde Niet-schoolgaande kinderen met een ernstige mentale en/of fysische handicap 20 plaatsen De Speelhoeve is geopend tijdens de schooluren op schooldagen maar ook tijdens schoolvakanties.
Sluitingperiodes:
De Speelhoeve is gesloten op rond volgende momenten:
Personeel: Infrastructuur:
1 week rond pasen
- 1 week tussen kerstmis en nieuwjaar - 3 weken tijdens het bouwverlof 10 voltijds equivalent begeleiders 1 voltijdse coördinator - Binnenruimte: 600 m² - Buitenruimte: 500 m²
Ziekenfondsen De meeste ziekenfondsen bieden thuisopvang aan voor zieke kinderen. De specifieke regelingen en tarieven verschillen per ziekenfonds.
Sportweken Tijdens de zomermaanden juli en augustus organiseert de sportraad in samenwerking met het gemeentebestuur twee Sportweken voor kinderen van 6 tot 14 jaar. Tijdens de Sportweken worden twaalf verschillende sporten aangeboden. Per week zijn er 156 plaatsen. De Sportweken vinden plaats in de Jan Frans Willemsschool. Een Sportweek kost 60 euro. Sinds 2007 is er voor de Sportweken ook een sociaal tarief voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen. Indien nodig kunnen ouders gebruik maken van De Wigwam voor de voor- of naopvang van hun kinderen.
Speelweken Tussen de twee Sportweken organiseert de gemeentelijke jeugddienst 6 of 7 Speelweken voor kinderen van 4 tot 15 jaar. Deze vinden plaats in de Jan Frans Willemsschool in Boechout of in de Dorpsschool in Vremde. De Speelweken zijn de gemeentelijke speelpleinwerking. Deelnemen aan de Speelweken is zeer laagdrempelig. Men moet er niet voor betalen of inschrijven tenzij voor de uitstappen. Voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen geldt er een sociaal tarief dat kan aangevraagd worden via het OCMW. Deze kinderen krijgen dan een Grabbelpas waardoor ze korting krijgen op de uitstappen. Indien nodig kunnen ouders gebruik maken van De Wigwam voor de voor- of naopvang van hun kinderen.
Kwalitatieve beschrijving van het aanbod Dagopvang voor kinderen tot 3 jaar Voor alle bestaande initiatieven geldt dat deze erkend en gesubsidieerd worden door Kind & Gezin. We mogen er dus van uitgaan dat de kwaliteit van de geboden opvang. Er wordt wel vastgesteld dat het aanbod in Boechout te beperkt is. Het aantal onthaalouders is immers de voorbije jaren opvallend gedaald. Ook de bestaande mini-crèches worden overbevraagd. Het plaatselijke opvanglandschap blijkt ook vaak onduidelijk te zijn voor nieuwe ouders. Ze weten niet goed waar men terecht kan voor kinderopvang of een overzicht van kinderopvangadressen. Sinds 1 januari 2005 zijn er nieuwe normen voor de preventie van brand in mini-crèches van kracht. Dit brengt voor de Boechoutse mini-crèches volgende knelpunten mee. Ten eerste zijn de uitbaters onvoldoende technisch onderlegd om de opmerkingen van de brandweer ook daadwerkelijk om te zetten naar acties of om een evacuatie- en interventieplan op te maken. Hiervoor is een minimum van kennis over brandveiligheid en brandwerendheid nodig. Daarnaast brengen de noodzakelijke investeringen ook grote kosten met zich mee. Voor Okidoki zijn die investeringen niet zo vanzelfsprekend. Zij werken immers in een huurpand. De lijst van noodzakelijke werken voor De Kleine Berg is zeer lang. De kosten zullen vermoedelijk zeer hoog liggen. De mini-crèche Smiggy’s stopte onder meer om deze reden.
Buitenschoolse opvang voor kinderen van 2,5 tot 12 jaar Het belangrijkste initiatief voor buitenschoolse opvang is De Wigwam met haar locaties in Boechout en Vremde. Ook deze organisatie werd erkend door Kind & Gezin. Kind & Gezin controleert ook regelmatig de opvang. Het gemeentebestuur investeerde de voorbije jaren in extra begeleiding bovenop het aantal personeelsleden die als weerwerk-gesco’s werden toegewezen voor tewerkstelling in De Wigwam. Het gaat in totaal om 2 voltijds equivalenten. In het lokaal beleidsplan kinderopvang 2002-2004 stelden we vast dat de infrastructuur in Boechout niet zo aangenaam oogt. Ondertussen werd het gebouw echter ingrijpend gerenoveerd. De Wigwam kreeg in Boechout nieuw buitenschrijnwerk, een nieuw dak, nieuwe verwarming, nieuwe meubels en een heraangelegde buitenruimte met speeltoestellen. We kunnen gerust stellen dat De Wigwam hierdoor veel frisser oogt en de infrastructuur er kindvriendelijker door geworden is. Ook in Vremde werd ondertussen geïnvesteerd in de infrastructuur. De gaskachels die gebruikt werden als verwarming werden verwijderd en vervangen door centrale verwarming met radiatoren. Er werd ook een klascontainer geplaatst om meer oppervlakte voor opvang te creëren.
Behoeftes We noteren volgende behoeftes bij ouders en kinderen: -
uitbreiden van het aanbod opvang voor kinderen tot 3 jaar
-
ondoorzichtig opvanglandschap voor de opvang van kinderen tot 2,5 jaar
-
bewaken van de kwalitatieve opvang in De Wigwam
Visie Als uitgangspunt nemen we dat de visie duidelijk en transpartant moet zijn. Dit is belangrijk naar de communicatie naar de ouders toe. Verder mogen we niet vergeten dat kwaliteit van de opvang steeds voorop moet komen.
Kinderopvang als basisvoorziening Een goed uitgebouwd systeem van maatschappelijke voorzieningen is essentieel. We zorgen voor een goed uitgebouwd kinderopvangsysteem. Omwille van het belang van het kind, maar ook omwille van sociale en emancipatorische redenen.
Het belang van het kind Kinderopvang heeft een maatschappelijke functie. Zo heeft het een uitermate pedagogische rol te vervullen. Het is naast het gezin en de school een aanvullend opvoedingsmilieu. Het is een belangrijke bron voor de ontwikkeling van het kind, een plek bij uitstek om anderen te leren kennen en er respectvol mee te leren omgaan. De opvoeding binnen de opvang is geen vervanging van de opvoeding binnen het gezin maar een constructieve aanvulling. Daarnaast heeft kinderopvang ook een sociale rol te vervullen. Het kan immers een belangrijke hefboom zijn in de ontwikkeling van meer gelijke kansen. Kinderopvang heeft met andere woorden niet alleen iets te bieden aan werkende ouders maar ook aan het kind.
Sociale integratie Het is een voorziening gericht op ontwikkeling, plezier, spel en sociale integratie. Deze kindgerichte benadering impliceert dat elk kind recht heeft op dit opvoedingsmilieu. Externe opvang krijgt op die manier het karakter van een basisvoorziening, vergelijkbaar met het kleuteronderwijs. De lokale overheid werkt mee aan de uitbouw van deze algemene voorziening, voor alle kinderen, dus ongeacht de maatschappelijke achtergrond.
Emancipatorisch Door kinderopvang te benaderen als basisvoorziening werk je ook de schuldgevoelens weg die nog bij veel ouders leven. Je brengt je kinderen niet meer alleen naar de opvang omdat je moet gaan werken, maar ook omdat het goed is voor hun ontwikkeling. De zorg voor de kinderen is trouwens de grootste belemmerende factor voor vrouwen om te gaan werken. Enerzijds komt dit door de schuldgevoelens die nog altijd veel vrouwen hebben als ze hun kinderen buitenshuis brengen en niet zelf opvoeden. Anderzijds zorgen de hiaten in het bestaande systeem er voor dat nog steeds heel wat vrouwen zich terugtrekken uit de arbeidsmarkt. Er zijn de enorme wachtlijsten die voor vele toekomstige ouders een grote kopzorg zijn. Nog erger gesteld is het voor ouders die op zoek zijn naar flexibele vormen van opvang voor hun kind. Wat doe je bijvoorbeeld als je op zaterdagen moet werken, of iedere dag van 12 tot 20 uur, of als je kindje plots ziek wordt en niet welkom is in de opvang? Daarnaast is er het probleem van de kostprijs voor de opvang. Voor de meeste tweeverdieners is kinderopvang een serieuze hap uit het gezinsbudget.
Maatregelen Voor kinderopvang tot 2,5 jaar
Bestaande initiatieven mee ondersteunen Brandpreventie Om de knelpunten in verband met de nieuwe normen voor brandpreventie aan te pakken werkt het gemeentebestuur op twee pistes. Enerzijds werkt het gemeentebestuur aan een systeem waarbij de Boechoutse mini-crèches technisch advies kunnen inwinnen. Het technisch advies moet de mini-crèches helpen om de aanbevelingen uit de brandweerverslagen te vertalen naar aanpassingen aan de gebouwen en het uitwerken van een evacuatie- en interventieplan. Daarnaast onderzoekt het gemeentebestuur hoe eventuele aanpassingswerken financieel haalbaarder kunnen worden gemaakt. Transparantie opvang Het gemeentebestuur onderzoekt ook op welke manier er meer transparantie kan gecreëerd worden in Boechoutse opvanglandschap. Dit zou eventueel kunnen via een één-loket-systeem, dat bij voorkeur digitaal wordt georganiseerd.Ouders krijgen een compleet overzicht van het aanbod in Boechout en kunnen hun kinderen inschrijven voor de opvang. Wachtlijsten zijn er zichtbaar zodat er voor iedereen duidelijkheid heerst en ouders niet nodeloos op verscheidene wachtlijsten staan. Ouders kunnen natuurlijk wel hun voorkeuren aangeven. De erkenning van Kind en Gezin van een bestaand initiatief tot een gemandateerde voorziening die de coördinatie en communicatie van de regio op zich kan nemen, draagt natuurlijk de voorkeur weg.Kinderopvang vzw deed reeds een poging om deze erkenning te bekomen, maar met negatief resultaat. Er zal onderzocht worden op welke wijze dit opvangloket toch kan georganiseerd worden voor de Boechoutse gezinnen, de mogelijkheid om dit digitaal aan te bieden op www.boechout.be zal bekeken worden. Daarnaast behoudt het gemeentebestuur de bestaande ondersteuning: ruimte in het infoblad voor de vzw Kinderopvang voor oproepen om nieuwe onthaalouders ruimte voor de organisatie van een spreekuur in het OCMW-gebouw terbeschikkingstelling van De Wigwam voor vergaderingen en vormingssessies met onthaalouders
-
De opstart van nieuwe initiatieven vergemakkelijken Het grootste knelpunt voor startende opvanginitiatieven is het vinden van een geschikte locatie. Voor mini-crèches moet de infrastructuur daarenboven voldoen aan de nieuwe en strenge brandpreventienormen. Daarom onderzoekt het gemeentebestuur op welke manier het opstartende initiatieven kan helpen. Er zal bekeken worden of - en tegen welke voorwaarden - het gemeentebestuur infrastructuur kan ter beschikking stellen voor opvanginitiatieven. Een belangrijk aandachtspunt daarbij is dat het de werking van bestaande gemeentelijke diensten niet mag hinderen.
Kinderopvang vanaf 2,5 jaar
Oplossingen voor de vastgestelde overbezetting in Vremde Om de overbezetting in Vremde aan te pakken moet er gewerkt worden op twee sporen. Enerzijds moet de oppervlakte van De Wigwam vergroten. Verschillende pistes worden onderzocht, waarbij de voorkeur uitgaat naar de uitbreiding van de bestaande lokatie. Daarnaast moet er voldoende aandacht blijven gaan naar de verhouding 1 begeleid(st)er per 14 aanwezige kinderen .Om dit te realiseren is er nog één full time equivalent nodig. Dit wordt onderzocht op financiële haalbaarheid. Andere sporen zoals bv kortopvang toch in de school organiseren kan tevens onderzocht worden op wenselijkheid en haalbaarheid.
Behouden en werken aan kwaliteit Binnen De Wigwam moet er voldoende aandacht zijn voor de bijscholing van coördinator en begeleid(st)ers. Er zijn immers opleidingsvereisten voor het hele team waaraan beantwoord moet worden. Om de kwaliteit van de werking te meten en/of te evalueren zal in de toekomst op regelmatige wijze de tevredenheid van ouders, kinderen en medewerkers gemeten worden. De werking moet na analyse van de verkregen resultaten ook bijgestuurd worden. Zo zal er in 2008 reeds een bevraging gebeuren. Het meten van de tevredenheid van de ouders zal in overleg en na bevraging van ouders georganiseerd worden. Ouderparticipatie dient ook verder uitgewerkt te worden.
Verantwoordelijkheid bedrijven Het gemeentebestuur wil bedrijven wijzen op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid en stimuleren tot een bijdrage in de organisatie van kinderopvang.
LIJST VAN TABELLEN blz. Tabel 1: Evolutie van de bevolking (1985 - 2006)
15
Tabel 2: Evolutie van de geboorten en overlijdens (1990 - 2006)
16
Tabel 3: Evolutie van de aankomsten en vertrekken (1999 - 2006)
17
Tabel 4: Evolutie van het aantal huwelijken en echtscheidingen (1999-2005)
17
Tabel 5: Evolutie aantal gezinnen in Boechout en Vremde (2000-2006)
18
Tabel 6: Evolutie van het aantal kinderen per gezin (1999 - 2005)
18
Tabel 7: Evolutie aantal éénoudergezinnen (1999-2004)
18
Tabel 8: Evolutie aantal alleenstaanden (1999-2004)
18
Tabel 9: Evolutie gemiddeld aantal personen per gezin (1999-2004)
18
Tabel 10: Totale bevolking naar leeftijd en geslacht (2006)
20
Tabel 11: Verdeling van jongeren naar leeftijd (1981 - 1999)
21
Tabel 12: Aandeel jeugd in totale bevolking in Boechout vergeleken met andere gemeenten (2003)
21
Tabel 13: Verouderingsindex (1994-2005)
24
Tabel 14: Samenstelling van de bevolking naar leeftijd en geslacht (2000-2006)
24
Tabel 15: Burgerlijke staat van de +75jarigen volgens geslacht (1.1.2006)
24
Tabel 16: Territoriale spreiding senioren in Boechout (2003)
25
Tabel 17: Evolutie van de bevolking naar nationaliteit (1985-2006)
28
Tabel 18: Totaal aantal belastingaangiften naar inkomenscategorieën (2000-2003)
29
Tabel 19: Percentage belastingaangiften naar inkomenscategorieën (2001) in Boechout, arrondissement Antwerpen en België
29
Tabel 20: Gemiddeld inkomen per aangifte (inkomsten 2001)
29
Tabel 21: Evolutie van het aantal werklozen (2003-2007)
30
Tabel 22: Werkloosheidsgraad binnen enkele gemeenten van regio Antwerpen/Boom (oktober 2007)
31
Tabel 23: Aantal geboorten in kansarme gezinnen (1997-2004)
32
Tabel 24: Woningen met weinig comfort (2001)
45
Tabel 25: Maandelijkse huur zonder bijkomende kost (2001)
45
Tabel 26: Gemiddelde verkoopprijs in euro van een appartement (1993-2003)
46
Tabel 27: Gemiddelde verkoopprijs per m² in euro van een perceel bouwgrond (1993-2003) 46 Tabel 28: Gemiddelde verkoopprijs in euro van een kleine en middelgrote woning (19932003) 47 Tabel 29: Gemiddelde verkoopprijs in euro van een grote woning (1993-2003)
47
Tabel 30: Vastgoedprijzen (2000-2005)
48
Tabel 31: Aantal sociale woningen in Boechout (2005)
49
LIJST VAN KAARTEN EN GRAFIEKEN blz. Alleenstaanden en éénoudergezinnen: percentage huishoudens (1 jan 2004)
19
Grijze druk (2005)
22
Grijze druk (2015)
23
Aandeel (%) leeftijdsgroepen (1995-2025)
26
Procentueel aantal 75-plussers in de 60-plussers (1995-2025)
27
Gemiddeld inkomen per verbruikseenheid (2002)
30
Leefloners: percentage van de 18-64 jarigen (2004)
33
Verkochte appartementen en kleine en middelgrote woningen: gemiddelde verkoopprijs (2004)
48
Percentage huishoudens in sociale woning (2005)
49
Rusthuisprogramma in % van de +60 jarigen
62
Serviceflats: capaciteit in % van programma (2006)
63
Centra voor kortverblijf: capaciteit erkenning in % van programma (2005)
64
Dagverzorgingscentra: capaciteit erkenning in % van programma (2005)
65
Gezinszorg: gepresteerde uren in % van programma (2004)
66
Poetsdiensten: gemiddeld aantal gepresteerde uren per +65 jarige (2004)
67
LIJST VAN BIJLAGEN
Bijlage 1:
Decreet van 19 maart betreffende het lokaal sociaal beleid
Bijlage 2:
Besluit van de Vlaamse Regering van 24 februari 2006 tot uitvoering van het decreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid
Bijlage 3:
Verslagen van de vergaderingen van de plangroep lokaal sociaal beleid
Bijlage 4:
Eindverslagen/aanbevelingen van de 4 thematische werkgroepen
Bijlage 5:
SWOT-analyse opgemaakt door KINA
BIJLAGEN
BIJLAGE 1 : Decreet van 19 maart betreffende het lokaal sociaal beleid
Decreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen en definities Art 1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid. Art. 2. Dit decreet is niet van toepassing op de gemeenten, gelegen in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. De Vlaamse Regering zal een convenant afsluiten met de Vlaamse Gemeenschapscommissie om de doelstellingen van dit decreet te realiseren in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. Art. 3. In dit decreet wordt verstaan onder : 1° lokaal sociaal beleid : het geheel van de beleidsbepaling en acties van lokaal bestuur en de acties van lokale actoren, met het oog op het garanderen van de toegang van elke burger tot de rechten, vastgelegd in artikel 23 en artikel 24, § 3, van de Grondwet; 2° lokaal bestuur : gemeente en openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn; 3° lokale actoren : alle overheden en particuliere organisaties die lokaal acties opzetten ten behoeve van burgers van wie de rechten, vastgelegd in artikel 23 en artikel 24, § 3, van de Grondwet in het gedrang zijn of dreigen te komen; 4° sector : een aangelegenheid, bedoeld in artikelen 4 tot en met 6 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen; 5° erkende voorziening : lokale actor die door de Vlaamse Gemeenschap op basis van de sectorale regelgeving erkend is; 6° sectorale regelgeving : de door de Vlaamse Gemeenschap per sector bij decreet en haar uitvoeringsbesluiten vastgestelde regelgeving. HOOFDSTUK II. - Planning Art. 4. Het lokaal bestuur maakt één lokaal sociaal beleidsplan dat minstens de volgende elementen bevat : 1° een omgevingsanalyse; 2° een geïntegreerde visie op het lokaal sociaal beleid; 3° een meerjarenplan met betrekking tot de gewenste acties en inzet van lokale middelen, 4° de taakverdeling en werkafspraken tussen de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn met betrekking tot de uitvoering van het meerjarenplan en de coördinerende rol van het lokaal bestuur zoals omschreven in artikel 6 en artikel 7; 5° een beschrijving van de wijze waarop de bevolking en lokale actoren bij de voorbereiding van het beleidsplan betrokken werden en bij de uitvoering en de voortgang van het beleidsplan en van het lokaal sociaal beleid zullen betrokken worden. Het beleidsplan wordt voor 31 december van het eerste jaar van een nieuwe legislatuur goedgekeurd en beslaat een periode van zes jaar, met een tussentijdse evaluatie en bijsturing na drie jaar. De tussentijdse evaluatie gebeurt aan de hand van een sociale conjunctuurbarometer. De Vlaamse Regering bepaalt het model van de sociale conjunctuurbarometer en stelt jaarlijks de gegevens ter beschikking aan de lokale besturen. Het beleidsplan wordt achtereenvolgens goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn en de gemeenteraad en onmiddellijk na goedkeuring ter kennisgeving aan de Vlaamse Regering bezorgd. De Vlaamse Regering bepaalt het model van het lokaal sociaal beleidsplan en bepaalt welke beleidsplannen door het beleidsplan " lokaal sociaal beleid " geheel of gedeeltelijk worden vervangen. Een bijsturing van het beleid kan aanleiding geven
tot een wijziging van het lokaal sociaal beleidsplan. De Vlaamse Regering moet zo snel mogelijk op de hoogte worden gesteld van de wijzigingen. Art. 5. De Vlaamse Regering bepaalt via de sectorale regelgeving de relatie tussen het lokaal sociaal beleidsplan en de beleidsplannen die lokale besturen en lokale actoren in het kader van de sectorale regelgeving moeten opstellen. HOOFDSTUK III. - Coördinatie Art. 6. Het lokaal bestuur coördineert het lokaal sociaal beleid. Art. 7. De Vlaamse Regering bepaalt in dit verband de nadere regels. HOOFDSTUK IV. - Sociaal Huis Art. 8. Het lokaal sociaal beleid is gericht op een maximale toegankelijkheid van de dienstverlening voor elke burger en een optimaal bereik van de beoogde doelgroep in het kader van het lokaal sociaal beleid zoals omschreven in artikel 3, 1°. Art. 9. Met het oog op de doelstelling zoals omschreven in artikel 8, realiseert het lokaal bestuur een Sociaal Huis, dat minimaal een informatie-, loket- en doorverwijsfunctie heeft. Art. 10. Het Sociaal Huis heeft de opdracht zo ruim mogelijk informatie te verstrekken over onder meer de mogelijke opvang- en hulpvormen en bestaande voorzieningen, die opvang en hulp aanbieden op het lokale en regionale niveau. De loketfunctie van het Sociaal Huis wordt gerealiseerd door het minimaal tot stand brengen van een gezamenlijk loket dat op een geïntegreerde wijze toegang verschaft tot de sociale dienstverlening van het lokaal bestuur. De doorverwijsfunctie van het Sociaal Huis wordt gerealiseerd door het tot stand brengen van een ruime samenwerking met lokale actoren. Art. 11. De Vlaamse Regering kan aan een Sociaal Huis een kwaliteitslabel toekennen. De Vlaamse Regering bepaalt de kwaliteitsvoorwaarden, met inbegrip van de minimale invulling van de sociale dienstverlening en de organisatie van een cliëntopvolgingssysteem dat binnen het Sociaal Huis wordt gehanteerd, de regels inzake het gebruik van het kwaliteitslabel en de procedure om het kwaliteitslabel toe te kennen. HOOFDSTUK V. - Samenwerking Art. 12. De Vlaamse Regering kan voor de realisatie van de bepalingen van dit decreet, het afsluiten van een protocol tussen erkende voorzieningen onderling of tussen erkende voorzieningen en het lokaal bestuur verplichten via de sectorale regelgeving. Dat protocol bevat de taakafspraken en samenwerking tussen erkende voorzieningen onderling of tussen erkende voorzieningen en het lokaal bestuur. De Vlaamse Regering kan het model van protocol bepalen. HOOFDSTUK VI. - Ondersteuning Art. 13. Binnen de beschikbare begrotingskredieten kan de Vlaamse Regering ondersteuning verlenen aan de lokale besturen en erkende voorzieningen voor de uitvoering van activiteiten
conform de bepalingen van dit decreet. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels voor de ondersteuning. Art. 14. Binnen de beschikbare begrotingskredieten en aanvullend op de ondersteuning, zoals bepaald in artikel 13, kan de Vlaamse Regering middelen aanwenden om projecten met een experimenteel of vernieuwend karakter te ondersteunen. Die projecten kunnen worden uitgevoerd zowel door de lokale besturen als de erkende voorzieningen. De Vlaamse Regering bepaalt de voorwaarden voor de toekenning van deze projectsubsidies. Art. 15. De Vlaamse Regering voorziet binnen de diensten van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap in de nodige middelen om de opdrachten, vermeld in artikel 13 en artikel 14, te realiseren. HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen Art. 16. Artikel 5, artikel 7 en artikel 12 krijgen in overleg met de sector en lokale besturen concrete invulling in de sectorale regelgeving. De Vlaamse Regering wordt gemachtigd om de decretale sectorale regelgeving in overeenstemming te brengen met de bepalingen van dit decreet. De daartoe strekkende besluiten moeten binnen een termijn van twee jaar bij decreet bekrachtigd worden. Als ze niet bekrachtigd worden binnen die termijn verliezen die besluiten hun gelding, met terugwerkende kracht tot de datum van hun inwerkingtreding. Art. 17. De Vlaamse Regering regelt binnen een jaar na de inwerkingtreding van dit decreet, na overleg met de sectoren en lokale besturen, de concrete invulling van artikel 4, vierde lid, en artikel 11, tweede lid. Art. 18. Artikel 9 treedt in werking op 1 januari 2007. Indien de raad voor maatschappelijk welzijn en de gemeenteraad hierom gezamenlijk verzoeken, staat de Vlaamse Regering voor artikel 9 van dit decreet aan het betrokken lokaal bestuur een uitstel toe dat niet langer kan zijn dan vijf jaar na de inwerkingtreding van dit decreet. Art. 19. In afwijking van artikel 4, tweede lid, wordt het lokaal sociaal beleidsplan voor de eerste maal in 2005 voor de opmaak van de begroting van 2006 goedgekeurd en geldt voor een periode van twee jaar. Art. 20. De Vlaamse Regering organiseert het toezicht op de naleving van de bepalingen van dit decreet.
BIJLAGE 2 : Besluit van de Vlaamse Regering van 24 februari 2006 tot uitvoering van het decreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid
DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid, inzonderheid op artikelen 4 en 17; Gelet op het advies van Inspectie van Financiën, gegeven op 5 september 2005; Gelet op het advies 39.572/1 van de Raad van State, gegeven op 20 december 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 10, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering; Na beraadslaging, BESLUIT: Hoofdstuk I. Algemene bepalingen Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder: 1° decreet: het decreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid; 2° beleidsdocumenten: documenten die een voorziening of lokaal bestuur opstelt in het kader van beleidsplanning met het oog op het verkrijgen van een erkenning of subsidie van de Vlaamse overheid. Hoofdstuk II. Planning Art. 2. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, bepaalt voor de volgende sectoren welke beleidsdocumenten, opgelegd in het kader van de sectorale regelgeving, geheel of gedeeltelijk door het lokaal sociaal beleidsplan kunnen worden vervangen: 1° 2° 3° 4° 5° 6° 7°
het algemeen welzijnswerk; de kinderopvang; het maatschappelijk opbouwwerk; de voorzieningen voor bejaarden; de voorzieningen in de thuiszorg; de diensten voor oppashulp; het beleid rond ouderenparticipatie.
De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, bepaalt de voorwaarden van die vervanging.
De Vlaamse minister, bevoegd voor het inburgeringsbeleid, bepaalt voor het beleid inzake etnisch-culturele minderheden, lokale integratiecentra en integratiediensten welke beleidsdocumenten opgelegd in het kader van de sectorale regelgeving geheel of gedeeltelijk door het lokaal sociaal beleidsplan kunnen worden vervangen. De Vlaamse minister, bevoegd voor het inburgeringsbeleid, bepaalt de voorwaarden van die vervanging. Art. 3. Ter uitvoering van artikel 4, vierde lid, van het decreet, bevat het model van lokaal sociaal beleidsplan de volgende elementen: 1° hoofdstuk 1. Omgevingsanalyse: deze analyse is gestoeld op onder meer de gegevens van de sociale conjunctuurbarometer, vermeld in artikel 4; 2° hoofdstuk 2. Geïntegreerde visie op het lokaal sociaal beleid: dit hoofdstuk beschrijft op welke wijze alle andere lokale beleidsplannen van het lokaal bestuur die implicaties hebben op het lokaal sociaal beleid, afgestemd worden op het lokaal sociaal beleidsplan; 3° hoofdstuk 3. Meerjarenplan met betrekking tot de gewenste acties en inzet van de lokale middelen: dit hoofdstuk bevat minstens de volgende elementen : a) een verantwoording van de keuze van de doelstellingen en acties; b) de te verwachten resultaten; 4° hoofdstuk 4. Taakverdeling en werkafspraken: dit hoofdstuk omvat de taakverdeling en de werkafspraken zoals bepaald in artikel 4, 4°, van het decreet; 5° hoofdstuk 5. Betrokkenheid: dit hoofdstuk omvat de beschrijving, vermeld in artikel 4, 5°, van het decreet; 6° hoofdstuk 6. Ontwikkeling: in dit hoofdstuk wordt de ontwikkeling ten opzichte van het vorig lokaal sociaal beleidsplan aangegeven; 7° hoofdstuk 7. Sectorale planverplichtingen: in dit hoofdstuk kunnen de sectorale plannen opgenomen worden met betrekking tot de sectoren, vermeld in artikel 2, die het lokaal bestuur wenst te integreren in het lokaal sociaal beleidsplan. Op deze wijze kan het lokaal bestuur voldoen aan de sectorale regelgeving en kan het gebruikmaken van alle gegevens die al in het lokaal sociaal beleidsplan verwerkt werden. Onverminderd de bepalingen, vermeld in punt 1° tot en met 7°, kan de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, het model van lokaal sociaal beleidsplan verder specificeren, na overleg met de Vlaamse minister bevoegd voor het inburgeringsbeleid. Art. 4. De sociale conjunctuurbarometer, vermeld in artikel 4, tweede lid, van het decreet, omvat de volgende delen: 1° een lijst van indicatoren waarover de Vlaamse overheid beschikt die relevant zijn voor de ontwikkeling van het lokaal sociaal beleid; 2° een methodiekbeschrijving ten behoeve van de lokale besturen met betrekking tot de interpretatie van die indicatoren.
Onverminderd deze bepalingen kan de Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, de sociale conjunctuurbarometer verder specificeren, na overleg met de Vlaamse minister, bevoegd voor inburgeringsbeleid. Art. 5. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, geeft het lokaal bestuur een ontvangstmelding na indiening van het lokaal sociaal beleidsplan. De minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, en de minister, bevoegd voor het inburgeringsbeleid, delen ieder wat hun bevoegdheid betreft, aan het lokaal bestuur mee welke sectorale delen, vermeld in hoofdstuk 7 van het lokaal sociaal beleidsplan, voldoen aan de sectorale regelgeving, zoals bepaald is in artikel 2, eerste lid. Hoofdstuk III. Slotbepalingen Art.6. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2006. Art.7. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het inburgeringsbeleid, zijn ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 24 februari 2006 De minister-president van de Vlaamse Regering, Yves LETERME
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Inge VERVOTTE
De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, Marino KEULEN
BIJLAGE 3 : Verslagen van de vergaderingen van de plangroep lokaal sociaal beleid
Verslag startvergadering plangroep lokaal sociaal beleidsplan 15.03.2007
Aanwezig : Greet Claessens (OCMW-voorzitter), Christel Uytdewilgen (gemeenteraadslid Vlaams Belang), Willy Van Genechten (OCMW-raadslid CD&V), Lieve Geerinck (OCMWraadslid Spirit), Danny Grillet (OCMW-raadslid Groen!), Robert Van de Laar ( beheerder De Ideale Woning), Eveline Carpentier ( diensthoofd sociale dienst OCMW), Jo Verstraeten (coördinator De Vliering), Elvira Van Hoeck (parochieteam Sint-Bavo), Mon Raymaekers (voorzitter seniorenraad), Jan Govaerts (jeugdconsulent), Bart Van der Velden (voorzitter jeugdraad), Marc Speelman (OCMW-secretaris - verslaggever) Verontschuldigd: Frank Coenen (gemeentesecretaris), Kathy Van Cauwenbergh (preventieprojectmedewerkster OCMW), Bart Van Mechelen (coördinator De Speelhoeve), Ivo Claes (regionaal vakbondsverantwoordelijke ACV), Marleen Stoffelen (PWA-beambte) De vergadering wordt geopend om 20.15 u. 1. Welkom en kennismaking OCMW-voorzitter Greet Claessens, die tevens voorzitter is van de vernieuwde plangroep lokaal sociaal beleid, heet alle aanwezigen welkom en dankt iedereen voor hun engagement om mee te werken aan het lokaal sociaal beleidsplan 2008-2013. De aanwezigen stellen zich aan elkaar voor. 2. Werkwijze opstellen nieuw beleidsplan en planning der werkzaamheden OCMW-secretaris Marc Speelman, die tevens secretaris is van de plangroep, licht het wettelijk kader toe. Voorgesteld wordt om het lokaal sociaal beleidsplan 2006-2007 als basis te nemen voor de opmaak van het nieuwe plan 2008-2013. Het nieuwe plan zal een andere structuur krijgen omdat daaromtrent nieuwe richtlijnen werden verstrekt in het uitvoeringsbesluit van 24 februari 2006. Het nieuwe plan dient uiterlijk op 31 december 2007 klaar te zijn. In de praktijk is het echter wenselijk om reeds klaar te zijn in september zodat ermee rekening kan gehouden worden bij de opmaak van de meerjarenplannen en budgetten van OCMW en gemeente. Er wordt -zoals in het verleden- gewerkt met thematische werkgroepen, die voorbereidend werk verrichten omtrent welbepaalde welzijnsdomeinen en hierover rapporteren aan de plangroep. De 3 bestaande werkgroepen "Thuiszorg", "Inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid" en "Kinderen, jongeren en sociaal beleid" worden aangevuld met een nieuwe werkgroep "Betaalbaar wonen". De samenstelling van die werkgroepen wordt als bijlage bij het verslag aan de leden van de plangroep bezorgd.
De plangroep zou zich dan onder meer over volgende thema's kunnen buigen : werkgelegenheidsbeleid en buurteconomie, preventief gezondheidsbeleid, seniorenbeleid, informatiebeleid inzake sociaal beleid en sociale voorzieningen, evaluatie van de bestaande welzijnsvoorzieningen , … De aanwezigen krijgen de gelegenheid om hier nog onderwerpen aan toe te voegen. Christel Uytdewilgen vraagt aandacht voor geestelijke gezondheidszorg, in 't bijzonder de problematiek van depressies en zelfmoord. Robert Van de Laar betreurt dat er geen aparte werkgroep is opgericht om het complexe thema van (sociale) tewerkstelling te behandelen. De voorzitter heeft begrip voor die vraag, maar stelt dat dit thema in het verleden ook door de plangroep behandeld werd op een vergadering waarop specialisten uit het werkveld werden uitgenodigd. Door de beperking van het aantal werkgroepen heeft men willen voorkomen dat de bevoegdheid en het actieterrein van de plangroep uitgehold wordt. Daniël Grillet stelt voor om samen ook eens te bekijken welke initiatieven er kunnen genomen worden om het vrijwilligerswerk te promoten. Bart Van der Velden vestigt er de aandacht op dat kansarme jongeren moeilijker de weg naar het verenigingsleven vinden. Dit thema zal in eerste instantie besproken worden binnen de werkgroep "Kinderen, jongeren en sociaal beleid". Jan Govaerts stelt voor om ook opnieuw aandacht te besteden aan de sociale, culturele en sportieve participatie van kansarmen. Afgesproken wordt om in de periode april tot juni 5 vergaderingen van de plangroep te organiseren : 17 april : bestaande welzijnsvoorzieningen (inbegrepen het huidig beleid inzake sociale, culturele en sportieve participatie ) + preventief gezondheidsbeleid 8 mei : seniorenbeleid + informatieverstrekking inzake sociaal beleid + vrijwilligerswerk 29 mei : (sociale) tewerkstelling en buurteconomie 12 juni : verslaggeving door de werkgroepen thuiszorg en inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid 26 juni : verslaggeving door de werkgroepen betaalbaar wonen en kinderen, jongeren en sociaal beleid Al deze vergaderingen gaan door in de polyvalente zaal van het OCMW en starten om 20 u. Getracht zal worden om de vergaderingen rond 22 u - 22.30 u af te sluiten. Bedoeling is om het plan in september klaar te hebben en er dan een advies over te verstrekken. De datum van de vergadering in september zal later bepaald worden. De omgevingsanalyse uit het plan 2006-2007 zal geactualiseerd worden. 3. Stand van zaken uitvoering LSB-plan 2006-2007 De secretaris geeft een globaal overzicht van de stand van zaken van uitvoering van het plan 2006-2007.
Een aantal cijfers omtrent 2006 zijn nog niet beschikbaar, omdat onder meer het jaarverslag 2006 van het OCMW nog in opmaak is. Algemeen kan vastgesteld worden dat een groot deel van de gestelde doelstellingen (al dan niet volledig) bereikt werden en de afgesproken acties en middelen effectief werden ingezet. Zonder volledigheid na te streven vermelden we hieronder enkele resultaten. Inzake sociale woningbouw noteren we het effectief in gebruik nemen van het project van De Ideale Woning in de Smalle Weg (28 woningen) en het engagement van het gemeentebestuur om het aantal sociale woningen op termijn op te trekken naar 6 % van het woningbestand. Tevens werden er door het OCMW op 3 plaatsen in de gemeente gronden in erfpacht gegeven van De Ideale Woning voor nieuwe projecten. In het project in de F. Segersstraat zullen tevens woongelegenheden voor De Vliering voorzien worden. In 2006 werd nog geen sociaal tarief ingevoerd voor de gemeentelijke sportweken. Dit zal besproken worden met de nieuwe schepen van sport. Voor de speelweken werd in 2006 wel een sociaal tarief ingevoerd (gratis). Het is de bedoeling dat deze in 2007 opnieuw gratis worden. Er werden eveneens gratis Grabbel- en Swappassen toegekend aan OCMW-cliënten. Inzake integratiebeleid werden in 2006 en 2007 twee concrete projecten opgezet : "cultuur bij je buur" en de "taalkeuken". Verschillende OCMW-reglementen werden herzien en vereenvoudigd. Thans komen meer mensen in aanmerking voor een vrijetijdstoelage en voor een mantelzorgtoelage. De secretaris deelt mee dat op deze resultaten desgewenst nog in detail kan teruggekomen worden tijdens de volgende vergaderingen van de plangroep. De voorzitter sluit de vergadering om 22.20 u.
Verslag vergadering plangroep lokaal sociaal beleidsplan 17.04.2007
Aanwezig : Greet Claessens (OCMW-voorzitter), Stephan Vanrooy (gemeenteraadslid Open VLD), Christel Uytdewilgen (gemeenteraadslid Vlaams Belang), Willy Van Genechten (OCMW-raadslid CD&V), Lieve Geerinck (OCMW-raadslid Spirit), Danny Grillet (OCMWraadslid Groen!), Robert Van de Laar ( beheerder De Ideale Woning), Eveline Carpentier ( diensthoofd sociale dienst OCMW), Ivo Claes (regionaal vakbondsverantwoordelijke ACV), Elvira Van Hoeck (parochieteam Sint-Bavo), Mon Raymaekers (voorzitter seniorenraad), Marc Speelman (OCMW-secretaris - verslaggever) Verontschuldigd: Jo Verstraeten (coördinator De Vliering), Jan Govaerts (jeugdconsulent), Bart Van der Velden (voorzitter jeugdraad), Kathy Van Cauwenbergh (preventieprojectmedewerkster OCMW), Bart Van Mechelen (coördinator De Speelhoeve), Marleen Stoffelen (PWA-beambte) De vergadering wordt geopend om 20.15 u. 1. Preventief gezondheidsbeleid Silvie De Rore van LOGO Praam geeft een toelichting omtrent de activiteiten van het LOGO en geeft tevens suggesties voor een lokaal gezondheidsbeleid (zie handouts powerpointpresentatie). De 5 bestaande gezondheidsdoelstellingen van de LOGO's blijven behouden. Het thema tabakspreventie wordt uitgebreid naar drugpreventie en wellicht wordt geestelijke gezondheidszorg (GGZ) als 6de thema toegevoegd. Dit laatste is echter nog niet formeel beslist. Greet Claessens vraagt of er naast acties i.v.m. borst- en baarmoederhalskanker ook acties zullen komen m.b.t. prostaatkanker. Silvie De Rore antwoordt dat die thans niet voorzien zijn, omwille van het feit dat er in de medische wereld en bij de overheid geen consensus bestaat over de wenselijkheid ervan. Het LOGO werkt ook rond het thema gezondheid en milieu. In dat verband vindt er op 3 mei een provinciale infovergadering plaats voor intermediairen m.b.t. GSM-straling. Silvie De Rore merkt op dat er thans in het gemeentelijk milieubeleidsplan weinig aandacht is voor dat thema. Greet Claesssens wenst dat zulks in de toekomst verandert. Greet Claessens vestigt de aandacht op de infoavond over palliatieve zorg die PHA op 22 mei om 19.30 u in de raadzaal van het gemeentehuis organiseert Elvira van Hoeck geeft aan dat het parochieteam op 2 terreinen van dit thema actief is : ziekenbezoek en rouwbegeleiding. Ze pleit er verder voor om het project rond valpreventie verder te zetten. Op vraag van Christel Uytdewilgen deelt Greet Claessens mee dat er in de gemeentelijke begroting fondsen voorzien zijn om het logopedieproject in de scholen verder te zetten.
Zij geeft eveneens aan dat het nieuwe bestuur nog dient te beslissen of (preventief) gezondheidsbeleid een beleidsdomein blijft van de gemeente, dan wel overgeheveld wordt naar het OCMW. Ze informeert of de leden van de plangroep het wenselijk achten om één of andere vorm van lokale gezondheidsraad op te richten. Alle aanwezigen vinden dit een goed idee en beslist wordt om dat voorstel (dat nog verder uitgewerkt moet worden) op te nemen in het nieuw lokaal sociaal beleidsplan. Christel Uytdewilgen heeft nog enkele voorstellen van concrete acties : - de vrouwelijke schepenen zouden het gebruik van de mammobiel kunnen promoten - de deelgemeente Vremde als fruit- en groentestreek promoten en zo een combinatie maken met gezondheid (niet enkele via de scholen, maar b.v. ook via bedrijven) Willy Van Genechten suggereert ook een samenwerking met de jeugdverenigingen. Jeugdverenigingen die inspanningen doen op vlak van gezondheid en milieu zou men kunnen belonen. Afgesproken wordt dat de bestaande doelstellingen van het LSB-plan 2006-2007 inzake preventief gezondheidsbeleid eveneens in het nieuwe plan kunnen opgenomen worden. 2. Evaluatie bestaande welzijnsvoorzieningen en sociale dienstverlening Marc Speelman geeft toelichting aan de hand van zijn nota over de dienstverlening van het OCMW. Het onderwerp sociale, culturele en sportieve participatie wordt slechts summier behandeld, gelet op de afwezigheid van Jan Govaerts die voorstelde om het op de agenda te plaatsen. Gezien het gevorderde uur wordt één en ander snel overlopen met de boodschap dat er zo nodig nog op teruggekomen kan worden en dat de leden steeds hun suggesties mogen overmaken aan plangroepsecretaris Marc Speelman. Opvallende vaststelling is o.m. dat het aantal dossiers budgetbeheer de jongste jaren sterk is toegenomen. Het OCMW zal daarom ook samen met andere OCMW's werk maken van een (nader uit te werken) preventieproject. Mon Raymaekers vraagt dat er meer info zou verstrekt worden over de toelage "hulp aan bejaarden". Deze toelage is nog te weinig bekend en blijkbaar zien niet alle rusthuizen het als hun taak om hun cliënten op dat vlak te informeren over hun rechten. Lieve Geerinck licht haar idee toe om een ontmoetingsruimte te creëren waar kansarmen zouden kunnen samenkomen en een aantal activiteiten voor hen georganiseerd worden. Mogelijk kan hiervoor beroep gedaan worden op vrijwilligers. Afgesproken wordt om dit als idee mee te nemen. Greet Claessens stelt dat ook aandacht moet gaan naar de loketfunctie op het OCMW. Op haar vraag licht Eveline Carpentier de situatie toe. Marc Speelman stelt dat dit een zaak is van interne organisatie die in het OCMW dient onderzocht en besproken te worden en dus
eigenlijk geen materie is voor de plangroep. Danny Grillet is eveneens van mening dat dit onderwerp best binnen het OCMW besproken wordt. Stephan Vanrooy deelt mee plangroepvergadering van 8 mei.
dat
hij
niet
aanwezig
zal
kunnen
zijn
op
de
De voorzitter sluit de vergadering om 22.30 u.
Verslag vergadering plangroep lokaal sociaal beleidsplan 08.05.2007
Aanwezig : Greet Claessens (OCMW-voorzitter), Christel Uytdewilgen (gemeenteraadslid Vlaams Belang), Lieve Geerinck (OCMW-raadslid Spirit), Danny Grillet (OCMW-raadslid Groen!), Robert Van de Laar ( beheerder De Ideale Woning), Jo Verstraeten (coördinator De Vliering), Jan Govaerts (jeugdconsulent), Eveline Carpentier ( diensthoofd sociale dienst OCMW), Elvira Van Hoeck (parochieteam Sint-Bavo), Mon Raymaekers (voorzitter seniorenraad), Marc Speelman (OCMW-secretaris - verslaggever) Verontschuldigd: Stephan Vanrooy (gemeenteraadslid Open VLD), Willy Van Genechten (OCMW-raadslid CD&V), Ivo Claes (regionaal vakbondsverantwoordelijke ACV), Bart Van der Velden (voorzitter jeugdraad), Kathy Van Cauwenbergh (preventieprojectmedewerkster OCMW), Marleen Stoffelen (PWA-beambte) De vergadering wordt geopend om 20.10 u. 1. Vrijwilligerswerk Ann Duysters van het Provinciaal Steunpunt Vrijwilligerswerk geeft een toelichting over wat de diverse overheden doen en kunnen doen om het vrijwilligerswerk te ondersteunen en aan te moedigen. Federale overheid • Wet op vrijwilligerswerk (informatieplicht, verplichte verzekering !) • Collectieve verzekeringspolis Vlaamse overheid • Vooral sectoraal georganiseerd via decreten inzake cultuur, sport, jeugd • Decreet van 1994 over vrijwilligerswerk in de welzijnssector Provinciale overheid • Elke provincie heeft een steunpunt vrijwilligerswerk dat een databank voor vrijwilligerswerk beheert (www.vrijwilligerswerk.be) en vooral vrijwilligersorganisaties ondersteunt (o.a. via vorming). Lokale besturen (VVSG-onderzoek)
• • • • • •
Financiële ondersteuning van verenigingen (subsidies) Logistieke ondersteuning (via website, personeel, uitlenen materiaal, drukwerk, …) Waardering van vrijwilligerswerk (b.v. feest voor vrijwilligers, week van de vrijwilliger) Kwaliteit bevorderen (vorming) Infobalie vrijwilligerswerk (cfr. Nederland, zie ook : dienstencentrum OCMW Schoten, OCMW Lier) Gemeentelijk vrijwilligerswerkbeleidsplan (bestaat nog niet in de praktijk)
De -
lokale vrijwilligerscentrales in Nederland zorgen voor : info over het bestaand aanbod juridische info omtrent vrijwilligerswerk promotie van vrijwilligerswerk aanbod van collectieve verzekering (voor alle vrijwilligers in alle verenigingen) aanspreekpunt voor organisaties die met vrijwilligers werken
Het omgekeerde van de formule van de huidige vrijwilligerswebsite, die een overzicht geeft van alle vacatures voor vrijwilligerswerk bij organisaties, is een vrijwilligersregistreerdatabank, waar vrijwilligers zich opgeven en die organisaties kunnen raadplegen als ze vrijwilligers zoeken. Dit heeft het voordeel dat je de vrijwilligers kan oproepen, maar er moet dan wel het nodige gedaan worden om in regel te zijn met de wet op de privacy. Nieuw is dat de provincie thans ook een aanbod heeft voor een collectieve verzekering BA + lichamelijke ongevallen. Het gaat om een tijdelijk aanbod dat gefinancierd wordt met gelden van de Nationale Loterij. Het is hoofdzakelijk bedoeld voor feitelijke verenigingen en voor eenmalige uitzonderlijke activiteiten van bestaande vzw's. De gemeenten zouden dit aanbod mee bekend kunnen maken. Het Steunpunt Vrijwillgerswerk beschikt ook over (te betalen) lesgevers die je kan inhuren om een infoavond te verzorgen over de wetgeving, aansprakelijkheid, vergoedingen, … Uit de groepsbespreking die daarop volgt, komen volgende beleidssuggesties : -
Op de gemeentelijke website een link leggen naar www.vrijwilligerswerk.be en info geven over het vrijwilligerswerk dat je in de eigen gemeente kan doen (cfr. Edegem) Vrijwilligersorganisaties informeren over het bestaan van de website www.vrijwilligerswerk.be, zodat ze hun vacatures ook via dat kanaal kunnen bekend maken In het gemeentelijk infoblad ruimte voorzien voor vrijwilligerswerk (b.v. ruimte ter beschikking stellen aan verenigingen om zich voor te stellen en om hun vacatures bekend te maken) Cultuurambtenaar als aanspreekpunt voor vrijwilligerswerk (niet iedereen beschikt over internet) Onderzoeken of de gemeente kan ingaan op het aanbod van Ethias omtrent de collectieve verzekering van vrijwilligers (b.v. voor feitelijke verenigingen als wijkcomités) Vorming organiseren omtrent vrijwilligerswerk voor organisaties die met vrijwilligers werken (aansprakelijkheid, informatieplicht, vergoedingen, …)
2. Seniorenbeleid Schepen Bart De Clerck, bevoegd voor ouderenbeleid, werd uitgenodigd op deze vergadering van de plangroep, maar kon niet aanwezig zijn wegens andere verplichtingen. Voorzitter Greet Claessens geeft daarom toelichting aan de hand van zijn nota "aandachtspunten voor senioren" en het ontwerp van gemeentelijke beleidsnota m.b.t. "seniorenbeleid-ouderenbeleid". Beide documenten worden als bijlage bij dit verslag gevoegd. Jo Verstraeten is van mening dat een dienstencentrum verschillende functies kan opnemen. Greet Claessens antwoordt dat de eventuele oprichting ervan samen met de private rusthuizen zal bekeken worden. Marc Speelman pleit voor een grondig onderzoek van de behoeften, alvorens tot de oprichting van een dienstencentrum over te gaan. Een aantal functies worden thans al ingevuld en op vlak van vorming en animatie moet erover gewaakt worden dat men niet in concurrentie treedt met bestaande initiatieven van verenigingen en de seniorenraad. Danny Grillet deelt vanuit zijn ervaring als gewezen dienstencentrumleider van OCMW Antwerpen mee dat dienstencentra sterk verlieslatend zijn. De oprichting ervan moet dus goed overdacht worden. Mon Raymaekers dringt erop aan dat de conclusies van de seniorenenquête mee worden opgenomen in het nieuw lokaal sociaal beleidsplan en pleit ervoor dat het 7 sporenbeleid dat toen werd naar voor geschoven ook wordt meegenomen in het seniorenbeleid van het nieuwe gemeentebestuur. Jan Govaerts vraagt een verduidelijking rond het beleidsdomein senioren binnen het nieuwe gemeentelijke organogram. Greet Claessens antwoordt dat de taakverdeling dienaangaande tussen gemeente en OCMW nog verder overlegd dient te worden. 3. Informatieverstrekking inzake sociaal beleid en sociale voorzieningen Marc Speelman verwijst naar de betreffende passages in het lopend lokaal sociaal beleidsplan en informeert of er daarbij aanvullingen of bedenkingen zijn. Hij vermeldt dat er zeker gewerkt zal worden aan de informatieverstrekking over OCMWsociale zaken via de gemeentelijke website. Hierover zijn contacten met het gemeentebestuur aan de gang. De gemeente beraadt zich thans over het al dan niet verder zetten van de samenwerking met de huidige websiteleverancier. Greet Claessens deelt mee dat de vitrinekast voor mededelingen van het OCMW in de toekomst uitgebreider zal gebruikt worden. Voor het verspreiden van info over sociale aangelegenheden wordt reeds sporadisch samengewerkt worden met intermediairen, zoals dokters, tandartsen, … Christel Uytdewilgen stelt voor om hier nog meer gebruik van te maken. Mon Raymaekers vraagt of het niet mogelijk is om vooraf feedback te krijgen als de ingestuurde artikels voor het gemeentelijk infoblad aangepast worden.
Christel Uytdewilgen deelt mee plangroepvergadering van 29 mei.
dat
zij
De voorzitter sluit de vergadering om 22.15 u.
niet
aanwezig
zal
kunnen
zijn
op
de
BIJLAGE VERSLAG PLANGROEP 8.5.2007
SENIORENBELEID - OUDERENBELEID (UITTREKSEL UIT ONTWERP GEMEENTELIJKE BELEIDSNOTA 2007-2012) Een onderscheid moet worden gemaakt tussen actieve senioren en zorgbehoevende senioren. Seniorenraad herbekijken van de rol van de seniorenraad is gewenst, een herwaardering van de rol van deze adviesraad moet worden bekeken net zoals bij de andere adviesraden Cursussen : cursussen moeten niet enkel worden ingericht voor een bepaalde leeftijdscategorie maar moeten open staan voor alle leeftijden (cfr. computercursussen etc. Een samenwerking met andere doelgroepen (bv. jeugd) moet durven bekeken worden Seniorenconsulent een seniorenconsulent, waaronder te verstaan “ambtelijke ondersteuning” is gewenst, eventuele subsidies worden onderzocht Ouderenbeleidsplan opstellen van een ouderenbeleidsplan onder meer op het vlak van huisvesting, sociale zorg, …. Gebouwen Er is een gebrek aan ontmoetingsruimte voor senioren: vergaderlocatie, verenigingsleven, dienstencentrum evt. in de onmiddellijke omgeving van de geplande serviceflats Infrastructuur Voorzien van extra rustbanken Opplussen van woningen, financiële tussenkomsten (voorbeeld o.m. in district Berchem) Stimuleren van sociale controle: Folders, info Boechout… Aandacht voor betaalbare en leefbare rusthuizen Vrijwilligersbank Gepensioneerden met bepaalde competenties verzamelen in vrijwilligersbank. Zo krijgen we een overzicht van wie waar een grote hulp zou kunnen zijn als vrijwilliger bv. voor bijlessen, kookhulp, klussen, …
Aandachtspunten voor senioren (nota schepen Bart De Clerck) - opfriscursussen voor senioren in het verkeer. Hier wordt aan gewerkt in overleg met de seniorenraad. - het integreren van andere doelgroepen dan enkel senioren in cursussen. Tegelijk het statuut regelen van zij die lesgeven. Ook promoten van cursussen voor senioren buiten de gemeente. De gemeente moet niet alles willen aanbieden. - optimaliseren van computercursussen voor senioren (accommodatie is niet altijd ter beschikking + opvolgingscursussen) en cursussen voor het gebruiken van moderne apparatuur - optimaliseren van cursussen zoals aquarellen en beeldhouwen. Er is behoefte aan een lokaal (atelier) waar cursisten hun materiaal kunnen laten staan. - behoud en activeren van mindermobielencentrale. Kan er ook geen samenwerking worden gezocht met bestaande initiatieven zoals bv. De Rolkar voor rolstoelgebruikers? - de seniorenconsulent (lees de cultuurfunctionaris) geeft de nodige ondersteuning. Dit moet worden gegarandeerd. - het gebrek aan vergaderlocatie moet worden opgevangen, alsook de ruimte om evenementen op maat van senioren te organiseren (Bulka, eventueel zaal Kalifornia?) - realisatie van serviceflats, al dan niet met dienstencentrum, met in eerste instantie een onderzoek naar de financieringswijze - Het oprichten van een vrijwilligersbank. Zo krijgen we een overzicht van wie waar een grote hulp zou kunnen zijn als vrijwilliger bv. voor bijlessen, kookhulp, klussen, of gewoon voor het regelmatig bezoeken van contactarme bejaarden. Het Antwerpse project "Aandacht voor senioren" kan hierbij een voorbeeld zijn. - samenwerking met andere adviesraden. Voorbeelden zijn : met sportraad (organiseren van petanque-activiteiten + eventueel een jaarlijks evenement waar behalve senioren ook spelers van alle leeftijden aan kunnen meedoen) met middenstandsraad: onderzocht wordt of plaatselijke middenstanders mee de cadeautjes kunnen verzorgen die de senioren jaarlijks rond Kerstmis bezorgen aan de + 80jarigen - “Opplussen” van woningen naar Berchems voorbeeld: de gemeente geeft hierbij raad en eventueel ook financiële ondersteuning voor kleine aanpassingen in woningen opdat senioren er langer zouden kunnen blijven wonen - voorzien van extra straatmeubilair of meubilair op de aangewezen plaatsen (vb. voorzien van extra meubilair in het park, wordt overdag veel gebruikt door grootouders met kinderen – creëert een sociaal gebeuren en tegelijk sociale controle) - mantelzorgtoelage zal uitgebreid worden naar samenwonenden en gehuwden.
Verslag vergadering plangroep lokaal sociaal beleidsplan 29.05.2007
Aanwezig : Greet Claessens (OCMW-voorzitter), Willy Van Genechten (OCMW-raadslid CD&V), Lieve Geerinck (OCMW-raadslid Spirit), Danny Grillet (OCMW-raadslid Groen!), Stephan Vanrooy (gemeenteraadslid Open VLD), Robert Van de Laar ( beheerder De Ideale Woning), Jo Verstraeten (coördinator De Vliering), Ivo Claes (regionaal vakbondsverantwoordelijke ACV), Jan Govaerts (jeugdconsulent), Eveline Carpentier ( diensthoofd sociale dienst OCMW), Elvira Van Hoeck (parochieteam Sint-Bavo), Mon Raymaekers (voorzitter seniorenraad), ), Marleen Stoffelen (PWA-beambte),Marc Speelman (OCMW-secretaris - verslaggever) Verontschuldigd: Christel Uytdewilgen (gemeenteraadslid Vlaams Belang), Kathy Van Cauwenbergh (preventieprojectmedewerkster OCMW) De vergadering wordt geopend om 20.10 u. Er staat slechts 1 punt op de agenda : (Sociale) tewerkstelling en diensteneconomie Voorzitter Greet Claessens leidt het onderwerp in en schetst de context. Ze verwijst daarbij naar het lopend LSB-plan en naar de diverse initiatieven die er thans reeds bestaan in onze gemeente. Door de bestaande versnippering is het soms moeilijk om door de bomen het bos nog te zien. Zij -
geeft aan wat er terzake dit jaar reeds gebeurd is : overlegvergadering tussen PWA, OCMW en vzw Werkwinkel overleg Forum Werkgelegenheid Werkwinkel Mortsel-Boechout-Borsbeek overleg met RESOC (regionaal sociaaleconomisch overlegcomité) overleg met Febecoop (adviesbureau voor sociale economie) deelname aan studiedag VVSG 24 april
In het Belgisch Staatsblad van 23 februari 2007 verscheen het decreet van 22 december 2006 houdende de lokale diensteneconomie. Er zijn evenwel nog geen uitvoeringsbesluiten. Johan Janssens en Nadia Prevot geven vervolgens een toelichting over de werking van de dienstenchequeonderneming ZITA. In 2004 is men in het PWA Mortsel-Borsbeek beginnen nadenken over de oprichting van een dienstenchequeonderneming. Het PWA van Boechout werd ook gepolst naar de interesse om mee te participeren. PWA Boechout koos er destijds voor om enkel een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten en een financiële inbreng te doen van € 3000 (uit het vormingsbudget van het PWA). In ruil daarvoor zou de dienstenonderneming zich engageren om werkzoekenden uit Boechout in dienst te nemen en Boechoutse gezinnen huishoudelijke hulp te bieden. ZITA ging in november 2004 van start.
Het engagement t.a.v. PWA Boechout werd nagekomen : 8 van de 43 personeelsleden wonen in Boechout en er worden zo'n 50 personen/gezinnen uit Boechout geholpen (= ongeveer 20 % van de gebruikers). Van die 8 Boechoutse werknemers zijn er 3 laaggeschoold en/of langdurig werkloos. De personeelsleden van ZITA werken -naar eigen keuze- deeltijds (19 tot 30 u/week). Ze dienen voldoende de Nederlandse taal te begrijpen; zo nodig worden ze (eerst) doorverwezen naar het Huis van het Nederlands. Ze hebben een beter statuut dan in de private dienstenchequeondernemingen : ze werken met contracten van onbepaalde duur, krijgen een beginwedde van € 9,36 bruto/u, maaltijdcheques en vakantiegeld. Twee dagen per jaar genieten ze vorming (b.v. door de VDAB of Job & coach) waarvoor ze zelf voorstellen kunnen doen : productenkennis, werkattitudes, uitwisseling van ervaringen, … Thans bestaat de samenwerking met het PWA van Boechout hoofdzakelijk uit het doorverwijzen door de PWA-beambte van kandidaat werknemers en gezinnen die hulp wensen. 1 afgevaardigde van het PWA van Boechout zetelt (met raadgevende stem) in de raad van bestuur van ZITA. De laatste jaren werd er van deze vertegenwoordiging in de praktijk echter zeer weinig gebruik gemaakt. Na hun uiteenzetting antwoorden Johan en Nadia op de vragen van de leden van de plangroep. Thans mogen de werknemers van ZITA enkel huishoudelijke hulp bieden : poetsen, strijken, wassen, koken en kleine boodschappen. Wellicht komt er vanaf september een uitbreiding van de wettelijk toegestane activiteiten naar kinderopvang. Een uitbouw van de tweede pijler van de Lokale Werkwinkel (diensteneconomie) kan maar door ZITA gerealiseerd worden voor die taken die de wetgever toestaat aan dienstenchequeondernemingen. Voor niet toegestane taken, zoals b.v. tuinonderhoud, zal men moeten blijven werken met b.v. de PWA's of desgewenst een andere voorziening moeten oprichten. Opgemerkt wordt dat het aanbieden van seizoensgebonden activiteiten als tuinonderhoud niet zo eenvoudig is als men werkt met contracten van onbepaalde duur. De loonskost loopt immers door in de periode dat er weinig vraag is naar tuinonderhoud. Een verdere groei van de activiteiten van ZITA is zeker nog mogelijk, maar vanaf een bepaald moment zal dan het personeelskader van de administratieve krachten (2 deeltijds vrijgestelde PWA-beambten + 1 adm. bediende) moeten uitgebreid worden. Opgemerkt wordt dat het moeilijk is om in Boechout mensen te vinden die voor ZITA willen werken.
Op vragen i.v.m. coaching en trajectbegeleiding wordt geantwoord dat nieuwkomers -indien nodig- even kunnen meedraaien met een ervaren kracht. ZITA komt maar tussen op de werkvloer in geval van klachten van personeel of gebruikers. De uurroosters worden in overleg met de werknemers vastgelegd. Als men in dienst komt bij ZITA , b.v. via PWA of na een artikel 60 tewerkstelling bij een OCMW, is het traject merendeels al afgelegd, omdat men bij ZITA een contract van onbepaalde duur krijgt. In die zin is er eigenlijk meestal geen nood aan trajectbegeleiding. Binnen ZITA is er weinig personeelsverloop. PWA-beambte Marleen Stoffelen vermeldt dat ze (omwille van meerdere redenen) thans kampt met een wachtlijst voor tuinonderhoud. Ivo Claes vraagt hoe de behoeften van de bevolking in kaart kunnen gebracht worden. Thans staan er b.v. 34 personen uit Boechout op de wachtlijst van ZITA. Willy Van Genechten vindt het essentieel dat de bevolking goed geïnformeerd wordt over het bestaande aanbod dat door de verschillende diensten geboden wordt. Greet Claessens vraagt zich af of een aantal van de bestaande diensten (PWA, vzw Werkwinkel, OCMW, …) niet kunnen samengevoegd worden. Uit de voorbereidende besprekingen blijkt dat dit niet zo evident is. De PWA-beambte bevestigt dat zij van de RVA niet voor een andere dienst werk mag verrichten of info uitwisselen. De OCMW-secretaris is van mening dat er al heel wat kan bereikt worden met goede infoverstrekking en een goede onderlinge doorverwijzing tussen de bestaande diensten. Robert Van de Laar informeert of er ook samenwerking is en doorverwijzing gebeurt naar de dienstenchequeondernemingen van de private diensten van gezins- en poetshulp. Hij stelt voor dat het OCMW initiatieven neemt (zoals b.v. een open deurdag) om de drempel die er thans bestaat (zeker bij de oudere generatie) nog verder te verlagen. Voorzitter Claessens antwoordt dat het sociaal huis daarvoor een oplossing wil zijn. Jo Verstraeten wijst in dat verband op het belang van de beeldvorming. Ivo Claes verwijst naar het ene welzijnsnummer voor stad en OCMW Mortsel. Op dat vlak worden o.m. nog volgende ideeën aangebracht door de leden van de plangroep : - actualiseren en opnieuw uitgeven van de OCMW-gids (met de centrale boodschap : het OCMW is er ook voor u) - opmaken van een overzichtelijke brochure over de bestaande diensteneconomie - geen aparte 'sociale markt' organiseren, maar sociale organisaties ook laten deelnemen aan de verenigingenmarkt
De voorzitter sluit de vergadering om 22.15 u.
Verslag vergadering plangroep lokaal sociaal beleidsplan 12.06.2007
Aanwezig : Greet Claessens (OCMW-voorzitter), Willy Van Genechten (OCMW-raadslid CD&V), Lieve Geerinck (OCMW-raadslid Spirit), Danny Grillet (OCMW-raadslid Groen!), Stephan Vanrooy (gemeenteraadslid Open VLD), Robert Van de Laar ( beheerder De Ideale Woning), Ivo Claes (regionaal vakbondsverantwoordelijke ACV), Jan Govaerts (jeugdconsulent), Eveline Carpentier ( diensthoofd sociale dienst OCMW), Mon Raymaekers (voorzitter seniorenraad), Miecke Rutges (voorzitter werkgroep inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid), Inez Verbiest (secretaris werkgroep inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid), Mieke Claes (secretaris werkgroep thuiszorg), Marc Speelman (OCMW-secretaris - verslaggever) Verontschuldigd: Christel Uytdewilgen (gemeenteraadslid Vlaams Belang), Kathy Van Cauwenbergh (preventieprojectmedewerkster OCMW), Marleen Stoffelen (PWA-beambte), Bart Van der Velden (voorzitter jeugdraad),Bart Van Mechelen (coördinator De Speelhoeve), Elvira Van Hoeck (parochieteam Sint-Bavo), Jo Verstraeten (coördinator De Vliering), Lucia Govaerts (voorzitter werkgroep thuiszorg) De vergadering wordt geopend om 20.10 u. Het verslag van de vorige vergadering wordt na aanpassing op 2 punten goedgekeurd. Verslag van de werkgroep thuiszorg Mieke Claes , secretaris van de werkgroep thuiszorg, rapporteert over de werkzaamheden en aanbevelingen van de werkgroep (zie bijgevoegde synthesenota). Nadien krijgen de leden van de plangroep de gelegenheid om vragen te stellen en opmerkingen te maken. Danny Grillet merkt op dat het centrum van Vremde voor werknemers van ZITA bereikbaar is met het openbaar vervoer (bus). Ook in Boechout zijn er 'uithoeken' die moeilijk bereikbaar zijn. De werkgroep heeft geen unaniem standpunt over de vraag of de mantelzorgtoelage al dan niet ook aan gehuwden en samenwonenden moet toegekend worden. Voorzitter Greet Claessens stelt dat zij persoonlijk voorstander is van zulke uitbreiding. De vrees dat de uitbreiding van de doelgroep zal leiden tot een vermindering van het bedrag voor de huidige gerechtigden kan weggenomen worden door het globale bedrag van de toelage op te trekken. Robert Van de Laar vraagt zich af of het huidig onderscheid in de bedragen die aan inwonende en niet-inwonende mantelzorgers worden toegekend, dient behouden te blijven. Willy Van Genechten en Lieve Geerinck vinden dat het verschil in uren zorg dit onderscheid verantwoordt. Inwonende mantelzorgers zijn 24 u op 24 u aanspreekbaar. Willy Van Genechten geeft aan dat hij geen voorstander is van een uitbreiding naar gehuwden en koppels, niet alleen uit vrees dat de huidige doelgroep een lagere toelage zou krijgen , maar ook vanuit de visie dat het evident is dat man en vrouw voor elkaar zorgen (huwelijksplicht). Hij is van mening dat de appreciatie vanwege het OCMW niet alleen van financiële aard moet zijn, maar dat het belangrijk is dat men de mantelzorgers ook
ondersteuning, vorming en een platform voor ervaringsuitwisseling aanbiedt. Daar zouden ook de koppels van kunnen gebruik maken. Marc Speelman deelt mee dat het OCMW van Boechout in vergelijking met andere gemeenten een grote financiële inspanning levert inzake mantelzorgtoelagen. Een aantal gemeenten/OCMW's hebben strengere toekenningscriteria, andere keren lagere bedragen uit en nog andere hebben hun toelage afgeschaft op het moment dat de Vlaamse gemeenschap ging voorzien in een mantelzorgtoelage via de zorgverzekering. Jan Govaerts herinnert aan de opmerkingen die Jo Verstraeten bij de opmaak van het vorig LSB-plan heeft gemaakt i.v.m. de andere doelgroepen van thuiszorg. De thuiszorginitiatieven mogen niet enkel gericht zijn op senioren. Hij vindt dat met die opmerkingen te weinig rekening gehouden is in de synthesenota. Greet Claessens vraagt of de mantelzorgtoelage niet dient uitgebreid te worden naar personen die voor een ziek of gehandicapt kind zorgen. Thans geldt een miniumleeftijd van 65 j voor de hulpbehoevende. De plangroep is voorstander van zulke uitbreiding. Marc Speelman merkt op dat het reglement van de toelage aan personen met een handicap in dat geval best geëvalueerd wordt. Mogelijk is er in bepaalde gevallen dan een dubbele betoelaging. Robert Van de Laar zegt dat hij het niet eens is met de mening van de experten uit de werkgroep dat het geen zin heeft om folders over thuiszorg op te maken omdat de info daags na publicatie al verouderd is. Mieke Claes antwoordt dat door het SIT een folder werd opgemaakt omtrent hulpmiddelen in de thuiszorg, maar dat de gegevens al achterhaald waren toen hij klaar was, zodat het OCMW hem (nog) niet verspreid heeft. De werkgroep is van mening dat het belangrijker is dat de hulpzoeker weet naar welke dienst (bv SIT of OCMW) hij zich moet wenden om daar de meest aangepaste en actuele info te verkrijgen of correct doorverwezen te worden. Robert Van de Laar blijft erbij dat een algemene folder (zonder veel details en bedragen) over de bestaande voorzieningen wel nut heeft. Greet Claessens en Danny Grillet zijn voorstanders van eenvoudige folders aangevuld met een goede doorverwijzing. Ter zake wordt ook verwezen naar de bespreking van het thema informatiebespreking tijdens de plangroepvergadering van 8 mei. Miecke Rutges en Robert Van de Laar hebben vragen bij de passage over het gebrek aan ontmoetingsruimten voor senioren. Ze verwijzen naar initiatieven van het verenigingsleven, de activiteiten van de seniorenraad en het Gildenhuis. Vraag is of de senioren die van het huidig aanbod geen gebruik (wensen te) maken, wel naar een dienstencentrum zullen komen. Mon Raymaekers deelt mee dat de gemeentelijke seniorenraad elk jaar alle 80-plussers bereikt via hun kerstactie. Problemen die daar worden gemeld, worden door de seniorenraad doorgespeeld aan de bevoegde diensten. Robert Van de Laar informeert naar de vele vraagtekens in punt 8 van de nota. Hij vraagt zich af of het niet de taak was van de werkgroep om op die vragen antwoorden te geven. Greet Claessens stelt dat de nood aan dagopvang en aan een dienstencentrum samen met de bejaardenhuizen zal onderzocht worden. Hierbij dient zeker aandacht te gaan naar het kostenplaatje.
Stephan Vanrooy pleit ervoor om vooraf goed de nood aan een dagopvangcentrum te onderzoeken. Greet Claessens antwoordt dat dit een conclusie is uit de seniorenenquête. Greet Claessens deelt mee dat de aanwerving van een seniorenconsulent niet voorzien is in de gemeentelijke beleidsnota. De taakverdeling inzake seniorenbeleid tussen gemeente en OCMW dient, mede in het licht van het decreet op de ouderenbeleidsparticipatie, nog verder besproken te worden. Het is al wel duidelijk dat initiatieven op vlak van sport en cultuur voor senioren zullen behartigd worden door respectievelijk de sportconsulent en de cultuurambtenaar. Wat de onderhoudsplicht betreft, merkt Marc Speelman op dat deze thans gelijk is voor alle OCMW's (uniforme bijdrageschaal). Men kan enkel samen met het gemeentebestuur beslissen om ze helemaal af te schaffen. In het kanton Kontich heeft niemand zulke beslissing genomen. Robert Van de Laar heeft vragen over de passage omtrent domotica. Denkt men ter zake aan een subsidiereglement ? En zo ja, kan men naast domotica b.v. ook de aanpassing van een toilet of douche subsidiëren ? Jan Govaerts verwijst dienaangaande naar de bestaande toelagen van het Vlaams Fonds voor personen met een handicap. Marc Speelman verwijst naar de bestaande gewestelijke en de daaraan gekoppelde gemeentelijke verbouwingspremies. Hij verwijst ook naar de mogelijke samenwerking met de ergotherapeute van het dienstencentrum De Wilg inzake adviezen voor aanpassingen van de woning (zie LSB-plan 2006-2007, p. 86). Op de jongste kantonnale vergadering heeft OCMW Mortsel te kennen gegeven dat het op dat vlak een aanbod zal creëren dat opengesteld kan worden naar andere OCMW's. Greet Claessens deelt mee dat de mogelijkheden om een klusjesdienst op te richten zullen onderzocht worden in het kader van de lokale diensteneconomie. Verslag van de werkgroep inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid Miecke Rutges en Inez Verbiest , respectievelijk voorzitter en secretaris van de werkgroep inburgering, asiel- en vreemdelingenbeleid, rapporteren over de werkzaamheden en aanbevelingen van de werkgroep (zie bijgevoegde nota met voorstellen). Nadien krijgen de leden van de plangroep de gelegenheid om vragen te stellen en opmerkingen te maken. De leden feliciteren de werkgroep met de duidelijke en concrete voorstellen. Marc Speelman deelt mee dat voorstel 1 thans perfect kan. Dat behoort tot de autonomie van de werkgroepen. Inez Verbiest merkt op dat ze met de nieuwe asielzoekers van het lokaal opvanginitiatief voor asielzoekers niet meer wordt uitgenodigd op de infoavonden die de gemeente voor de nieuwe inwoners inricht. Naar verluidt is de reden hiervoor het feit dat de verhouding tussen Belgen en vreemdelingen niet meer gerespecteerd wordt. Het is niet meteen duidelijk wie dat beslist heeft. De leden van de plangroep zijn hier ten zeerste verbaasd over. Navraag zal gebeuren bij het schepencollege.
Aangegeven wordt dat punt 13 van de nota over onderwijs voor allochtonen nog onvoldoende uitgewerkt is kunnen worden. Er wordt nog informatie van schooldirectrice Marleen Janssens verwacht. Met betrekking tot punt 16 merkt Inez Verbiest op dat de bereidheid en interesse van de mannen voor zulk project nog verder dient onderzocht te worden. Marc Speelman vraagt of de werkgroep zicht heeft op de resultaten die PRISMA boekt met zijn inburgeringscursussen. Inez Verbiest antwoordt dat ze daar thans weinig gegevens over heeft. Deze kunnen bij PRISMA opgevraagd worden. Hij waarschuwt ook voor het gevaar van stigmatisering als men de doelgroep sterk zou uitbreiden. Veel vreemdelingen in Boechout zijn immers EG-burgers, die zich niet meteen zien als een doelgroep die bijzondere aandacht vraagt. Tot slot merkt hij op dat het niet echt de bedoeling is dat een werkgroep van een lokaal bestuur zich opwerpt als een drukkingsgroep (punt 4). Dit kan gevaren inhouden. De voorzitter sluit de vergadering om 23 u.
Verslag vergadering plangroep lokaal sociaal beleidsplan 26.06.2007
Aanwezig : Greet Claessens (OCMW-voorzitter), Christel Uytdewilgen (gemeenteraadslid Vlaams Belang), Lieve Geerinck (OCMW-raadslid Spirit), Danny Grillet (OCMW-raadslid Groen!), Robert Van de Laar ( beheerder De Ideale Woning), Jan Govaerts (jeugdconsulent), Eveline Carpentier ( diensthoofd sociale dienst OCMW), Mon Raymaekers (voorzitter seniorenraad), Jo Verstraeten (coördinator De Vliering), Elvira Van Hoeck (parochieteam Sint-Bavo), Bart Anciaux (voorzitter werkgroep betaalbaar wonen), Marc Speelman (OCMWsecretaris - verslaggever) Verontschuldigd: Stephan Vanrooy (gemeenteraadslid Open VLD), Willy Van Genechten (OCMW-raadslid CD&V), Ivo Claes (regionaal vakbondsverantwoordelijke ACV),Kathy Van Cauwenbergh (preventieprojectmedewerkster OCMW), Marleen Stoffelen (PWA-beambte), Bart Van der Velden (voorzitter jeugdraad),Bart Van Mechelen (coördinator De Speelhoeve), Elke Simons (voorzitter werkgroep kinderen, jongeren en sociaal beleid), Dave Van Bouwel (secretaris werkgroep betaalbaar wonen) De vergadering wordt geopend om 20.20 u. 1. Verslag van de werkgroep kinderen, jongeren en sociaal beleid Jan Govaerts , secretaris van de werkgroep kinderen, jongeren en sociaal beleid, rapporteert over de werkzaamheden en aanbevelingen van de werkgroep (zie bijgevoegde nota met aanbevelingen). Nadien krijgen de leden van de plangroep de gelegenheid om vragen te stellen en opmerkingen te maken. 1.1 opvoedingsondersteuning Danny Grillet vindt het straf dat opvoedingsondersteuning blijkbaar weer een nieuwe taak wordt voor de gemeenten en OCMW's. Hij vindt dat alvast niet de 'core business' van het OCMW, maar eerder een taak voor het onderwijs. Jan Govaerts antwoordt dat het decreet is wat het is en die taak voor een stuk legt bij het lokale bestuur. Marc Speelman zegt dat hij er momenteel niet van overtuigd is dat die decretale opdracht inzake opvoedingsondersteuning best door het OCMW wordt opgenomen. Ook de gemeente beschikt over troeven om die taak op te nemen : buitenschoolse opvang is een gemeentelijke dienst, band met de gemeenteschool, de gemeente is voor veel mensen wellicht laagdrempeliger dan het OCMW, … Christel Uytdewilgen vindt opvoedingsondersteuning door het lokaal bestuur een te ingrijpende ingreep in het privéleven. Zij is van mening dat vrije beroepen, de CLB's en Kind&Gezin daarvoor moeten kunnen instaan. Jan Govaerts legt uit dat de decreetgever tot doel had om via opvoedingsondersteuning grote problemen, zoals jongerencriminaliteit, te voorkomen.
Danny Grillet merkt nog op dat de partners waarmee het lokale bestuur dient samen te werken vaak nu reeds overbevraagd zijn. 1.2 integrale jeugdhulp Meegedeeld wordt dat er omtrent opvoedingsondersteuning en integrale jeugdhulp in juni een voorstel werd overgemaakt aan de kantonnale vergaderingen van burgemeesters en gemeentesecretarissen enerzijds en van OCMW-voorzitters en -secretarissen anderzijds. Bedoeling van dat voorstel, dat nog verder dient uitgewerkt te worden, is om op die terreinen kantonnaal samen te werken. Christel Uytdewilgen is van mening dat men hiervoor beroep kan doen op de CLB's. Jan Govaerts legt uit dat niet alle jongeren zich met al hun vragen tot het CLB wensen te richten. Danny Grillet stelt dat een CLB vaak al als hoogdrempelig wordt beschouwd en dat ze daar met hun krap personeelsbestand niet veel marge hebben om aan jeugdhulp te doen. 1.3 toegankelijk(er) verenigingsleven Elvira Van Hoeck is van mening dat dit onderwerp, veel meer dan de eerste twee, een thema is waarmee het lokaal bestuur zich zou moeten bezig houden. Christel Uytdewilgen deelt die mening en vindt verder dat de gemeente een initiatief als "Beach Town" had moeten bekend te maken bij kinderen uit gezinnen met een laag inkomen. 1.4 OCMW-dienstverlening aan jongeren Christel Uytdewilgen vindt het heel belangrijk dat het OCMW budgetbeheer en -begeleiding aan jongeren aanbiedt, want op die manier kunnen grote problemen vermeden worden. Eveline Carpentier geeft aan dat het OCMW van Boechout i.s.m. een aantal andere OCMW's uit de regio werkt aan een project dat nog meer de nadruk wil leggen op het voorkomen van schuldenlast. 1.5 kinderopvang Lieve Geerinck vraagt of er ook speciale aandacht kan gaan naar kinderopvang tijdens de vakantieperiode. Jan Govaerts legt uit dat het systeem van een collectieve sluiting bij de Wigwam het makkelijker maakt om de uurroosters van het personeel rond te krijgen. Voor de allerkleinsten is er tijdens die twee laatste weken van augustus weliswaar geen opvang, alle andere kinderen kunnen desgewenst gebruik maken van de speel- en sportweken. Gesteld wordt dat het gebrek aan kinderopvangcapaciteit een algemeen probleem is in Vlaanderen. Christel Uytdewilgen stelt dat het lokaal bestuur de bedrijven zou kunnen stimuleren om b.v. op het bedrijventerrein een gemeenschappelijk initiatief te ontplooien. Zij stelt voor om dat eens aan te kaarten via de middenstandsraad.
Bedoeling is om het lokaal beleidsplan kinderopvang op te nemen in het LSB-plan, zoals in de wetgeving voorzien is. Jan Govaerts zal daartoe aan Marc Speelman de teksten bezorgen. 1.6 Informatie Greet Claessens vraagt zich af of het extra budget dat de gemeente zal ontvangen voor jeugdinformatie wel dient besteed te worden aan externe begeleiding. Jan Govaerts legt uit dat dat volgens hem toch wel zinvol is.
2.Verslag van de werkgroep betaalbaar wonen Bart Anciaux voorzitter van de werkgroep betaalbaar wonen, rapporteert over de werkzaamheden en aanbevelingen van de werkgroep (zie bijgevoegde nota met advies). Hij vestigt er de aandacht op dat de leden van zijn werkgroep vrijwilligers waren die niet echt thuis waren in de materie. Daarom werden er heel wat experten uitgenodigd om op de vergaderingen toelichting te geven. De leden van de plangroep krijgen de gelegenheid om vragen te stellen en opmerkingen te maken. Marc Speelman informeert of de werkgroep zich heeft gebogen over een mogelijke definitie of begripsomschrijving van de term "betaalbaar wonen". Bart Anciaux antwoordt dat dat niet het geval is. De werkgroep heeft vooral onderzocht op welke verschillende manieren men een groter aanbod kan creëren in de gemeente. Robert Van de Laar vindt dat het wenselijk is om te komen tot zulke begripsomschrijving, zodat ook kan getoetst worden of de gestelde doelstellingen behaald werden. Marc Speelman stelt dat het opstellen van zo'n 'definitie' niet de opdracht was en is van de werkgroep, maar dat het toch wel aangewezen is dat de beleidsverantwoordelijken de term "betaalbaar wonen" nader trachten te omschrijven en kwantitatieve doelstellingen (aantallen en budgetten) stellen, zodat achteraf a.d.h.v. indicatoren kan gemeten worden in welke mate de gestelde doelen bereikt werden. Greet Claessens informeert of er iemand voorstel van definitie heeft. Gesteld wordt dat mogelijk het percentage van het inkomen dat men dient te besteden aan wonen als criterium kan gehanteerd worden. Robert Van de Laar betreurt dat de werkgroep de sociale huisvestingsmaatschappij SBK arro Antwerpen niet heeft uitgenodigd. Het is nochtans een belangrijke speler op het vlak van sociale koopwoningen. Zij kunnen woningen realiseren voor +/- 6 miljoen BEF. Bart Anciaux verduidelijkt dat de organisaties die in het schema zijn opgenomen daar vermeld werden bij wijze van voorbeeld. Er zijn nog andere maatschappijen die gelijkaardige diensten aanbieden. Marc Speelman merkt op dat het schema wellicht nog dient bijgeschaafd te worden; zo is "zorgwonen" geen doelgroep maar eerder een woonvorm.
Volgens Greet Claessens is de financiering van serviceflats via Serviceflats Invest rond na 37 jaar i.p.v. 30 jaar. Zij geeft toelichting bij de plannen die er thans reeds op stapel staan (o.a. plannen van De Ideale Woning in de F. Segerssstraat, een nieuw project voor bejaardenwoningen in de dorpskern, …). Jo Verstraeten geeft aan dat hij niet zo gelukkig is met de term "bejaardenwoningen". Hij stelt voor dat het aanbod ook gericht wordt naar andere groepen (zoals b.v. personen met een handicap) die nood hebben aan aangepaste woningen om in hun leefomgeving te kunnen blijven wonen. Greet Claessens verduidelijkt dat ook de elementen die in het huidig LSB-plan zijn opgenomen, bevestigd zullen worden in het nieuwe plan. Met de directie van RVT Sint-Mathildis zullen gesprekken gevoerd worden over de realisatie van serviceflats in de Fruithoflaan. De lijst met verkrotte en leegstaande woningen zal in de toekomst door de gemeente worden bijgehouden (thans door de provincie). Tijdens de vakantiemaanden zal een ontwerp van LSB-plan uitgeschreven worden. Het is de bedoeling om in september de plangroep opnieuw bijeen te brengen om over dit ontwerp een advies te geven. De voorzitter sluit de vergadering om 23.20 u.
Verslag vergadering plangroep lokaal sociaal beleidsplan 25.09.2007
Aanwezig : Greet Claessens (OCMW-voorzitter), Christel Uytdewilgen (gemeenteraadslid Vlaams Belang), Danny Grillet (OCMW-raadslid Groen!), Robert Van de Laar ( beheerder De Ideale Woning), Eveline Carpentier ( diensthoofd sociale dienst OCMW), Ivo Claes (regionaal vakbondsverantwoordelijke ACV), Elvira Van Hoeck (parochieteam Sint-Bavo), Jo Verstraeten (coördinator De Vliering), Bart Anciaux (voorzitter werkgroep betaalbaar wonen), Philip Van Parys (lid werkgroep betaalbaar wonen), Marc Speelman (OCMW-secretaris - verslaggever) Verontschuldigd: Lieve Geerinck (OCMW-raadslid Spirit), Stephan Vanrooy (gemeenteraadslid Open VLD), Willy Van Genechten (gewezen OCMW-raadslid CD&V), Jan Govaerts (jeugdconsulent), Mon Raymaekers (voorzitter seniorenraad), Kathy Van Cauwenbergh (preventieprojectmedewerkster OCMW), Marleen Stoffelen (PWA-beambte), Bart Van der Velden (voorzitter jeugdraad),Bart Van Mechelen (coördinator De Speelhoeve), Dave Van Bouwel (secretaris werkgroep betaalbaar wonen) De vergadering wordt geopend om 20.15 u. De voorzitter geeft toelichting bij de reden voor deze extra vergadering van de plangroep. De werkgroep betaalbaar wonen is na de presentatie van haar aanbevelingen op de plangroepvergadering van 26 juni jl. opnieuw bijeengekomen om de vragen en bemerkingen van de leden van de plangroep te bespreken en heeft een bijkomend advies opgesteld (in bijlage). Bart Anciaux en Philip Van Parys van de werkgroep betaalbaar wonen lichten het advies toe. De leden van de plangroep krijgen de gelegenheid om vragen te stellen en opmerkingen te maken. Door het creëren van een bijkomend aanbod voor bejaarden hoopt de werkgroep dat er een carrousel tot stand kan komen waarbij er woningen vrijkomen die betaalbaar zijn voor jongeren. Men is zich wel bewust van het feit dat die doorschuifoperatie in de praktijk beperkt zal zijn en dat daarmee alles niet kan opgelost worden. Elvira Van Hoeck merkt op dat de jongeren veelal niet de mogelijkheid hebben om die grote woningen van ouderen die b.v. naar een serviceflat verhuizen te kopen, omdat die te duur zijn. Daniel Grillet vraagt zich af of die senioren zelf wel vinden dat ze niet in hun woning kunnen blijven wonen. Robert Van de Laar vraagt of bejaarden niet liever een aangepaste woning kopen, eerder dan een nieuwe woonst te huren. Kopen biedt immers meer zekerheid. Geantwoord wordt dat er ook formules bestaan van levenslang huren, die daarvoor een oplossing kunnen bieden.
Marc Speelman informeert of het uitgangspunt van de werkgroep, met name dat een gezin slechts 1/5 de van het inkomen zou mogen spenderen aan wonen, dient beschouwd te worden als een voorstel van norm voor het lokaal woonbeleid. Hij vestigt er de aandacht op dat zo men dat doet, het lokale bestuur verwachtingen creëert bij de inwoners die men onmogelijk kan inlossen. Iemand met een inkomen van b.v. € 2500 per maand die € 700 huishuur betaalt, zou dan eigenlijk nog een bijpassing moeten krijgen van € 200. Bart Anciaux antwoordt dat het slechts een uitgangspunt is, dat men ook heeft teruggevonden in de literatuur daaromtrent, maar dat het niet echt een norm is. Hij geeft aan dat het beter is om te spreken over "een beperkt deel van het inkomen", zoals het in het eerste advies van de werkgroep verwoord was. M.b.t. het aantal bijkomende sociale woningen dat er in Boechout nodig is, stelt zich de vraag hoe men moet omgaan met sociale koopwoningen. De 107 sociale koopwoningen die de Kleine Landeigendom vroeger in de Witte Wijk te Vremde gerealiseerd heeft, worden in de nota niet meegeteld, de 16 nieuw te bouwen koopwoningen (project SBK arro Antwerpen in de Lindelei te Vremde) wel. Hoe lang is een sociale koopwoning een sociale woning ? Na een periode mogen de kopers hun woning terug verkopen. Moet ze op dat moment uit het bestand sociale woningen geschrapt worden ? Kunnen er in de toekomst clausules in de koopcontracten opgenomen worden om zoiets te vermijden ? Robert Van de Laar merkt op dat de huidige reglementering de huurders de kans geeft om hun sociale woning te kopen van de huisvestingsmaatschappij (tot ongenoegen van de huisvestingsmaatschappijen). Vraag is dus of bij het streefdoel van 6 % sociale woningen de koopwoningen dienen meegerekend te worden. Het merendeel van de leden is van mening dat die 6 % enkel betrekking heeft op huurwoningen. Marc Speelman vraagt hoe men in de praktijk tewerk gaat gaan om de vooropgestelde 25 % sociale woningen/kavels in nieuwe verkavelingen te realiseren. Aan welke prijs zal de verkavelaar die gronden aan de sociale huisvestingsmaatschappij verkopen? Als dat aan de marktprijs is, worden die gronden dan niet te duur voor sociale woningbouw ? Er wordt verwezen naar de nieuwe reglementering ter zake in de gemeente Kalmthout. Het is niet duidelijk of die daar reeds in de praktijk werd gebracht en hoe één en ander dan concreet verlopen is. Dit wordt best eens nagevraagd. Greet Claeesens merkt op dat de programmatienorm voor serviceflats in onze gemeente 57 is. Dit betekent dat er thans een erkenning kan bekomen worden voor maximaal 57 serviceflats. Er worden dienaangaande initiatieven verwacht en aangemoedigd van Capenberg-Huize Stracke en Sint-Mathildis. Robert Van de Laar is van mening dat het lokaal bestuur op dat terrrein voorwaardenscheppend moet optreden en dat het niet zozeer de taak van het bestuur is om zelf serviceflats te zetten. Greet Claessens deelt die mening en ziet ook op dit vlak een regisseursrol voor het lokale bestuur weggelegd.
Marc Speelman is van mening dat nieuwe sociale woningen ook perfect kunnen dienst doen als bejaardenwoningen. Het is enkel nodig om hierover goede afspraken te maken met de sociale huisvestingsmaatschappijen. Vraag is dus of er nog een aparte categorie bejaardenwoningen dient gebouwd te worden. Greet Claessens deelt mee dat er zich de mogelijkheid voordoet om een bestaand groot pand aan te kopen en te verbouwen tot bejaardenwoningen. Robert Van de Laar vraagt zich af of dat wel tot de 'corebusiness' van het OCMW behoort. Daniel Grillet heeft vragen bij de opdeling in de nota van het aantal 65-plussers in drie gelijke groepen. De vertegenwoordigers van de werkgroep antwoorden dat deze indeling niet gebaseerd is op concrete cijfers. Het is enkel een uitgangspunt voor verdere prognoses. Bart Anciaux is van mening dat de laatste paragraaf uit de aanvullende nota (betreffende SBK) mag geschrapt worden. Elvira Van Hoeck merkt nog op dat jongeren niet in staat zijn om in onze gemeente bouwgrond te kopen. Jo Verstraeten deelt mee dat hij binnenkort Vlaams Minister van Huisvesting Marino Keulen ontmoet. Hij zal in het gesprek met hem het concept van de woonzorgzone verdedigen en hem wijzen op een probleem bij de toekenningsvoorwaarden voor de Vlaamse huursubsidies (bij verblijf in begeleid wonen wordt men niet meer als dakloze beschouwd). Marc Speelman deelt mee dat er uiteraard ook een beleid zal gevoerd worden om mensen de kans te geven zo lang mogelijk in hun vertrouwde omgeving te blijven wonen, aangezien dat één van de belangrijkste conclusies was uit de seniorenenquête. In het kader van dat beleid zal o.m. veel aandacht gaan naar de thuiszorg en naar advies bij aanpassingen van bestaande woningen, zodat ouderen, zieken, personen met een handicap er kunnen blijven wonen. Mogelijk zal dit dan wat in contradictie zijn met de carrousel die men in het kader van een beleid inzake betaalbaar wonen wil op gang trekken. Plangroepvoorzitter Greet Claessens deelt mee dat ze een brief ontvangen heeft omtrent de samenstelling van een culturele regiegroep die nauw betrokken zal worden bij de opmaak van het cultuurbeleidsplan. Er wordt gevraagd om ook iemand vanuit de plangroep LSB af te vaardigen. Men kan zich kandidaat stellen tot 1 oktober. Op de vergadering stelt voorlopig enkel Christel Uytdewilgen zich kandidaat. Ze wijst op haar interesse voor cultuur en haar ervaring als lid van de beheerraad van de bibliotheek. (NVDR: op 26 september stelde ook
Eveline Carpentier, hoofd sociale dienst OCMW, zich kandidaat. Beide kandidaturen werden overgemaakt aan het gemeentebestuur.) Tot slot wordt de verdere planning en timing voor het nieuw LSB-plan toegelicht. De plangroep zal op dinsdag 20 november om 20 u bijeenkomen om advies te geven over het ontwerp. De voorzitter sluit de vergadering om 22.20 u.
Verslag vergadering plangroep lokaal sociaal beleidsplan 20.11.2007
Aanwezig : Greet Claessens (OCMW-voorzitter),Kathleen Sebreghts (schepen CD&V), Christel Uytdewilgen (gemeenteraadslid Vlaams Belang), Danny Grillet (OCMW-raadslid Groen!), Lieve Geerinck (OCMW-raadslid Spirit) , Frank Coenen (gemeentesecretaris), Eveline Carpentier ( diensthoofd sociale dienst OCMW), Ivo Claes (regionaal vakbondsverantwoordelijke ACV), Jo Verstraeten (coördinator De Vliering), Mon Raymaekers (voorzitter seniorenraad), Kathy Van Cauwenbergh (preventieprojectmedewerkster OCMW), Marleen Stoffelen (PWA-beambte), Marc Speelman (OCMW-secretaris - verslaggever) Verontschuldigd: Robert Van de Laar ( beheerder De Ideale Woning), Stephan Vanrooy (gemeenteraadslid Open VLD), Elvira Van Hoeck (parochieteam Sint-Bavo), Lies Smeets (jeugdconsulent) De vergadering wordt geopend om 20.10 u. De OCMW-secretaris geeft toelichting bij het lokaal sociaal beleidsplan en de manier waarop het tot stand gekomen is. Hij dankt alle leden van de plangroep en van de werkgroepen voor hun bijdrage. De leden van de plangroep krijgen vervolgens de gelegenheid om vragen te stellen en bemerkingen te maken. De nood aan een dagopvangcentrum in onze gemeente staat vermeld bij de knelpunten, maar werd niet expliciet opgenomen bij de doelstellingen. Afgesproken wordt dat het lokaal bestuur in zijn contacten met de private rusthuizen dit thema zal aankaarten. Het is immers wenselijk dat de rusthuizen, die in Boechout t.a.v. het programmatiecijfer een groot overaanbod hebben aan rusthuisbedden, hun aanbod zouden diversifiëren, b.v. in de richting van dagopvang en kortverblijf. Als voorbeeld verwijst Jo Verstraeten naar De Hazelaar in Kontich. Ivo Claes stelt voor om de gratis kinderopvang via De Wigwam niet alleen toe te staan aan mensen die in arbeidsbegeleiding zijn bij het OCMW, maar aan alle werklozen die terug willen gaan werken, maar met de werkloosheidsval te maken hebben. Na een uitvoerige discussie wordt beslist om de tekst op p. 77 aan te passen en de gratis kinderopvang uit te breiden naar "bepaalde werklozen". Het gemeentebestuur zal dan verder de opportuniteit en kostprijs van die maatregel moeten onderzoeken en desgevallend nader bepalen voor welke categorie werklozen en gedurende welke periode die kinderopvang gratis wordt aangeboden. Christel Uytdewilgen is van mening dat een aantal werklozen niet wil werken, maar gewoon op zoek is naar een vergoeding om thuis te kunnen blijven en voor de kinderen te zorgen. Dit overstijgt uiteraard het gemeentelijk beleidsniveau. Tabel 22 op p. 31 zal aangepast worden. Ivo Claes is van mening dat rond de uitbouw van een diensteneconomie best intergemeentelijk samengewerkt wordt (p. 109). Kathleen Sebreghts is van mening dat zulks best eerst grondig onderzocht wordt. Het zou immers ook aangewezen kunnen zijn om bepaalde diensten toch lokaal aan te (blijven) bieden.
De OCMW-secretaris geeft toelichting bij de manier waarop het plan na goedkeuring door de OCMW-raad en gemeenteraad zal uitgevoerd en opgevolgd worden. Ook de plangroep zal daarbij betrokken worden (zie p. 12 van het plan). De plangroep brengt vervolgens eenparig gunstig advies uit over het lokaal sociaal beleidsplan 2008-2013. Tot slot leest de OCMW-secretaris een brief van het gemeentebestuur voor i.v.m. de samenstelling van de beheerraad van het gemeentelijk gemeenschapscentrum. De gemeentelijke adviesraden, waaronder de plangroep lokaal sociaal beleid, hebben de mogelijkheid om één of meerdere kandidaten namens de gebruikers voor te dragen. Die kandidaten mogen geen gemeenteraadslid of OCMW-raadslid zijn. De plangroep beslist om Ivo Claes voor te dragen. De voorzitter dankt alle leden voor hun actieve deelname aan de vergaderingen en sluit de vergadering 21.45 u.
BIJLAGE 4 : Eindverslagen/aanbevelingen van de 4 thematische werkgroepen
Advies van de werkgroep betaalbaar wonen aan de plangroep lokaal sociaal beleidsplan. Werking De werkgroep had vijf heel verscheidene bijeenkomsten. De eerste bijeenkomst was een brainstormsessie waar alle ideeën ivm (betaalbaar) wonen aan bod zijn gekomen. Tijdens de tweede vergadering hadden we twee gastsprekers, nl. Rob Schelfout van de ideale woning en Swa Silkens van het Vlaams Overleg Bewonersbelangen over het sociaal verhuurkantoor (SVK). Tevens kwamen er twee gastsprekers aan bod op de derde vergadering, nl. Guy Denissen van Serviceflats Invest en Jo Uytterhoeven van Vlaanderen bouwt (Vlabo). Tijdens de vierde sessie werden alle gegevens verwerkt en eventuele ontbrekende onderwerpen besproken. De vijfde vergadering was de concrete bepaling van wat we eigenlijk in de toekomst graag verwezenlijkt zouden zien in de gemeente. Deze werkgroep zou in de toekomst graag op regelmatige basis willen bijeenkomen om de evolutie in wonen op te volgen in samenwerking met de gecoro (gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening). Doel Het doel van deze werkgroep is om voor iedereen een geschikte oplossing te zoeken en te kunnen aanbieden om comfortabel te wonen, aangepast aan de noden van zijn doelgroep. Tevens moet deze oplossing het mogelijk maken dat de bewoner maar een beperkt deel van zijn inkomsten gaat besteden aan een onderdak. Door nieuwe projecten en/of sensibilisatie een verhuisstroom op gang brengen waardoor doelgroepen een voor hen geschikte woning kunnen betrekken. Organisaties De ideale woning: verhuurt sociale woningen aan mensen die een laag inkomen hebben volgens het systeem van wachtlijsten. Meestal bouwt de ideale woning maar het is ook mogelijk om bestaande panden aan te kopen. De projecten van de ideale woning worden in een termijn van 7 tot 8 jaar gerealiseerd. Sociaal verhuurkantoor (SVK): verhuurt particuliere, bestaande woningen aan mensen met een laag inkomen op basis van de behoefte van de persoon. SVK beheert de gehele verhuring tegen een gegarandeerde huuropbrengst voor de eigenaars . Vlaanderen bouwt (Vlabo): Vlabo coördineert de activiteiten van aannemers, architecten,eigenaars,en de bouwheren om kwalitatieve en betaalbare volkswoningen en midden-klassewoningen te realiseren . projecten via een wedstrijd op gronden van particulieren of overheden. De eigenaar stelt zijn grond ter beschikking, de bouwfirma bouwt tegen een afgesproken prijs. De bouwfirma verkoopt de woongelegenheden en de eigenaar de bijhorende grond. Serviceflats Invest: Bouwt serviceflats met een maximaal comfort en veiligheid tegen een goede prijs-kwaliteit verhouding, op gronden van gemeente, ocmw (ook pps mogelijk) enz.. De gemeente of het ocmw kan nadien de serviceflats verhuren aan senioren. De realisatie van deze projecten vraagt een termijn van +/- 30 maanden . De financiering is door subsidies en huurgelden zelfbedruipend en wordt afgerond na een periode van 30 jaar .
Doelgroepen en woontypes Serviceflats Opvang/ Sociale Sociale Doorgan Koopwon Huurwon gshuis ingen ingen Vlabo, Starters SBK arro Jonge gezinnen Bejaarden/s SBK arro enioren zelfredzaam Bejaarden/s --enioren Hulpbehoev end Huurwonen --Laag inkomen Zorgwonen ---
aanleunwo Kangeroew Ruil ningen oningen of vervreem ding Vlabo Particulier --Ideale woning Particulier Ideale Vlabo Ideale woning woning --Particulier Ideale woning
Ideale woning
---
---
Ideale woning
Serviceflats Invest
---
Ideale woning
Serviceflats Invest
---
Ideale woning SVK Ideale woning
---
---
Vlabo
Particulier
---
Externe Zorginstelli ng
---
---
---
---
Concrete acties
We zouden de inventaris van onbebouwde percelen terug moeten bekijken om te weten te komen waar er in woongebied nog onbebouwde gronden liggen die in aanmerking kunnen komen om een project te verwezenlijken. Tevens moet er nagekeken worden of er tussen deze gronden nog eigendommen zijn van de gemeente, het OCMW of kerkfabrieken. Hier kunnen bv zonder extra financiële middelen projecten, via pachtovereenkomsten of dergelijke, gerealiseerd worden door De Ideale Woning, Vlabo of Serviceflats Invest. De leegstaande en verkrotte woningen in kaart brengen en bekijken of er sommige in aanmerking komen om te verbouwen tot woongelegenheden. Sensibilisatie en communicatie door de gemeente over mogelijkheden om te bouwen/verbouwen of verhuren/verkopen. Mogelijk via notarissen, mensen op de hoogte brengen van de beschikbare oplossingen om een woning te verhuren of te verkopen. Mensen vooral sensibiliseren over de mogelijkheden om hun woning te verhuren, mits enkele kleine aanpassingswerken, via een sociaal verhuurkantoor, OCMW of particulier. Betaalbaar wonen wordt eveneens gerealiseerd door verbeteringswerken en aanpassingswerken aan onze bestaande woningen. Tevens kunnen mensen die in veel te grote woningen wonen hun woonst opsplitsen in meerdere woongelegenheden, hun huis verlaten voor een kleinere woning of serviceflat, zodoende er meer woningen op de markt komen. Of hun grond ter beschikking stellen van Vlabo om een project te realiseren waarin er een aangepaste woning voor hen is voorzien. De gemeente kan een nieuw premiestelsel ontwikkelen om bijvoorbeeld het verbouwen van een ééngezinswoning naar een tweewoonst mogelijk te maken. Mensen ondersteunen om kangoeroewoningen op te richten. Tevens informatie geven met betrekking tot aanvraag van vergunningen.
De werkgroep is ervan overtuigd dat er bij de bevolking nood is aan overzichtelijke en duidelijke informatie i.v.m. de verschillende premies voor veranderings- en renovatiewerken. De gemeente kan deze informatieve rol spelen. Waarom plaatsen we op de website van de gemeente niet een link naar een site, die duidelijk en overzichtelijk de verschillende premies brengt ?
Leegstaande panden of te koop staande woningen melden aan de ideale woning. De ideale woning koopt ook geschikte woningen aan om sociale woongelegenheden te creëren. De gemeente kan contact opnemen met de notaris om te bespreken of de mensen via hem deze informatie kunnen krijgen. Het oprichten van een sociaal verhuurkantoor lijkt ons, in samenwerking met de omliggende gemeenten, een oplossing om het aanbod van betaalbare huurwoningen in de gemeente te vergroten. De huurwoningen die momenteel via bemiddelend verhuren worden aangeboden kunnen door een SVK overgenomen worden. In die zin kan het intergemeentelijk SVK allicht al sneller erkend worden en subsidie bekomen. Bij de ontwikkeling van de gronden, Mussenhoeve, dient er via gemeentelijke stedenbouwkundige voorschriften een aanpassing naar meer sociale mix ingebouwd te worden in afspraak met de privé verkavelaar. De densiteit van wonen binnen dit project moet verhoogd worden en verschillende kleine typologieën van woonentiteiten dienen ingevoerd te worden. Een groter “gemeenschappelijk” aanbod van te gebruiken recreatieruimte binnen dit gebied dient gerealiseerd te worden . Er moet in samenwerking met de gecoro dringend een nieuw verkavelingreglement en bouwreglement opgesteld worden, waardoor het bouwen van vrijstaande woningen op veel te grote gronden beperkt moet kunnen worden en er een percentage sociale mix verwezenlijkt word in nieuwe verkavelingen. Deze sociale mix dient te worden gerealiseerd op tweeërlei wijze . Enerzijds zal een mix van verschillende woontypologieën ervoor zorgen dat verschillende inkomensgroepen door elkaar gaan wonen (dit gaat gettovorming tegen) en anderzijds zal een inplanting van sociale woningen tussen de andere koop en huurwoningen de integratie van lagere inkomensgroepen verbeteren . Een goede en vlotte samenwerking/terugkoppeling naar deze werkgroep lijkt zeer raadzaam, een soort woonraad systeem. Niet alle oudere mensen hebben eenzelfde mate van zelfredzaamheid . De mate van zelfredzaamheid zal de behoefte aan een bepaald type woning met zijn specifieke voorzieningen, bepalen. De werkgroep denkt dat er een vraag is van oudere mensen met een hoge mate van zelfredzaamheid die hun grotere woning wensen te ruilen voor een kleinere woning. De kwaliteiten van deze woningen zijn de ligging in een omgeving, die mogelijk meer sociale controle en sociale contacten met andere oudere mensen biedt. Zulke groepswoningen bestaan meestal uit laagbouw gesitueerd rond woonerven. Ze worden bejaardenwoningen genoemd. Deze bejaardenwoningen kunnen worden verwezenlijkt in een private publieke samenwerking op kleine percelen in de dorpskernen. Voor oudere mensen die een kleinere mate van zelfredzaamheid hebben bestaat er het concept van serviceflats. De nood aan serviceflats, liefst in de nabijheid van een rusthuis, bv. aan Capenberg of aan Sint-Mathildis is heel groot en de werkgroep dringt aan om dit zo snel mogelijk te realiseren binnen een haalbare PPS samenwerking.
De mogelijkheden moeten bekeken worden om op enkele locaties bestaande gebouwen om te vormen tot woongelegenheden zoals de pastorij te Boechout, dit uiteraard in goede samenspraak met de huidige eigenaars. De Ideale woning ondersteunen om het project aan de Kerkweg te Vremde te realiseren voor sociale woningen. Het project van sociale koopwoningen ism SBK Arro in het binnengebied aan de Lindelei dient gerealiseerd te worden deze legislatuur. De eventueel vrijkomende gronden aan BMT dienen prioritair ontwikkeld te worden voor betaalbaar wonen.
Toevoeging aan het advies van de werkgroep betaalbaar wonen aan de plangroep voor de opmaak van het lokaal sociaal beleidsplan Definitie Als uitgangspunt stelt de werkgroep dat een gezin slechts 1/5de van het inkomen (aan de hand van documentatie vanuit kansarmoede) mag besteden aan kwaliteitsvol wonen. Vanaf dat men meer dan 1/3de van het inkomen spendeert, vormt dit een problematische situatie. In deze 1/5de wordt alleen het bedrag van de huur of de kredietaflossing verrekend. De energiekost wordt buiten beschouwing gelaten maar is zeker niet verwaarloosbaar. 1/5de blijkt momenteel slechts zelden haalbaar, dit is een doel om deze norm terug mogelijk te maken met de nodige tussenkomsten van de overheid. De werkgroep merkt op dat lagere inkomensgroepen sowieso niet meer terecht kunnen op de gewone huisvestingsmarkt en moeten beroep doen op de sociale huisvestingsmarkt. Sommigen hebben financiële hulp en/of andere vormen van ondersteuning nodig om betaalbaar en kwaliteitsvol te kunnen wonen. Voor sommigen is het niet meer mogelijk, ook al is de tussenkomst van de overheid substantieel, om een eigen woning te verwerven. Deze mensen dient de overheid te steunen via tussenkomsten in de huursector. Vanuit de overheid moet derhalve een beleid worden gevoerd op maat van de mensen, vertrekkend vanuit de behoefte van de mensen en vanuit de concrete noden in een bepaalde regio, niet vanuit statistische gemiddelden. Betaalbaar wonen heeft verschillende aspecten en is voor verschillende gezinnen ook anders te interpreteren. Voor een aantal gezinnen betekent dit dat vanuit de overheid inspanningen moeten geleverd worden om prijzen van gronden, woningen en nutsvoorzieningen betaalbaar te houden. Voor anderen betekent dit voornamelijk inspanningen van diverse overheden naar gesubsidieerde sociale woningbouw. Doordat er meer voorzieningen voor ouderen komen zou er een grotere verhuisstroom op gang moeten komen zodat er meer woningen vrij komen en jongeren meer keuze hebben om een voor hen geschikte en betaalbare woning te kopen. Sociale woningen Bestaande situatie: 77 woongelegenheden De ideale woning + 13 woningen bemiddeld huren OCMW = 90 sociale woningen (gegevens 2007) Totaal aantal woongelegenheden in Boechout: ± 4940 Percentage sociale woningen: 1,821% (90/4940*100) Geplande sociale woningen in Boechout: 3 aangekochte appartementen De Idea le woning 27 woonentiteiten De Ideale Woning Frans Segersstraat + 16 koopwoningen SBK Arro Antwerpen Lindelei + 8 woongelegenheden De Ideale woning Kerkweg = 54 geplande soc. woongelegenheden 54+90= 144 soc. won. --> 2,883 % indien er geen extra privé-woningen bijkomen. (144/4994*100)
Streefdoel percentage soc. woningen: minimum 6% van totale aantal woongelegenheden in Boechout Aantal nog te voorziene soc. woningen: minstens 156 woonentiteiten (via verbouwen, bouwen of verwerven) Om op korte, middellange en lange termijn de vooropgestelde 6% te halen moeten er meer dan deze 156 extra soc. woningen voorzien worden, de nood is groter vermits er nu reeds enkele projecten vergund zijn waardoor het aantal woningen in Boechout de kaap van 5000 zal overschrijden en er dus meer dan 300 gesubsidieerde sociale woningen en betaalbare en geschikte wooneenheden met een sociale mix beschikbaar zouden moeten zijn in Boechout. Aantal woongelegenheden Sociale woningen Percentage soc. woningen + geplande soc. woningen percentage met geplande Aantal woningen bij 6% Extra soc. woningen
5000 90 1,8 144 2,88 300 156
5100 90 1,76 144 2,82 306 162
- Binnengebieden, waar beschikbaar, optimaal ontwikkelen in samenspraak met de aangelanden. - Bij verkavelingsaanvragen dienen de mogelijkheden van betaalbaar wonen en de optimale benutting van de ruimte onderzocht worden. - In nieuwe verkavelingen moet er gestreefd worden naar minstens 25% sociale woningen en sociale kavels in de zin van de Vlaamse wooncode buiten het grootstedelijk gebied en minstens 25% soc. woningen binnen het grootstedelijk gebied. Per verkaveling kunnen er afhankelijk van de ligging en de inpasbaarheid extra percentages opgelegd worden. Er zou een methode opgemaakt moeten worden zodat zowel na elke verkaveling als globaal jaarlijks een toetsing kan gebeuren van het percentage sociale woningen t.o.v. het totale aantal woongelegenheden. Serviceflats en bejaardenwoningen Wij verwijzen naar de seniorenenquête waaruit blijkt dat meer ouderen zelfstandig willen blijven wonen. Het gevoel van zelfstandigheid blijft veel groter in een serviceflat of bejaardenwoning dan in een rusthuis. Momenteel zijn er 0 serviceflats en 0 bejaardenwoningen in Boechout. Mogelijke projecten en locaties om deze te voorzien zijn RUP Fruithof en RUP Capenberg. Cijfers van de dienst welzijn van de provincie Antwerpen: Tegen 2010 zou bijna 18% van de boechoutse bevolking 65jaar of ouder zijn. Dit wil zeggen dat er ongeveer 2200 65-plussers zijn. 1/3de -> 65-plussers in goede conditie 1/3de -> 70-85 jarigen die nood hebben aan een aangepaste en geschikte woonomgeving 1/3de -> hulpbehoevende ouderen Ongeveer 750
70-85 jarigen Æ 375 woongelegenheden
Dwz ongeveer 375 woongelegenheden die potentieel vrij kunnen komen waarvan 75% eigendom zijn. Streefcijfer: Voor 25% van deze 375 oudere gezinnen een bejaardenwoning of serviceflats te voorzien. -> 94 serviceflats en/of aanleunwoningen en/of bejaardenwoningen Momenteel zijn er reeds besprekingen met eigenaars van grote percelen grond waarop slechts 1 villa staat. Deze mensen zouden geïnteresseerd zijn om een project, waarin er voor hen ook een serviceflat of bejaardenwoning voorzien wordt, te laten ontwikkelen.
SBK Arro: Antwoord op de vraag waarom we SBK Arro niet hebben uitgenodigd voor een toelichting. Sociale koopwoningen zijn geen hoofdzaak voor de gemeente en tenslotte is de werking van SBK arro reeds bekend.
Inburgering: Nieuwe voorstellen voor het LSB 2008-2013
Organisatorisch/informatief 1. We ijveren voor een permanente werkgroep Inburgering, vreemdelingen -en asielbeleid die enkele keren per jaar samen komt om projecten verder uit te werken en te concretiseren. De werkgroep bestaat uit vrijwilligers die praktische taken willen opnemen of een bepaald project concreet mee willen uitdenken. Zo kunnen we er over waken dat er ook effectief iets gebeurt met de uitwerking van het LSB. Zij kunnen ook adviezen geven aan het beleid. De leden die momenteel actief zijn in de nieuwe samengestelde werkgroep zullen gevraagd worden om mee in deze permanente werkgroep te stappen. We zouden ook een oproep tot deelname in het infoblad van de gemeente kunnen plaatsen. Aan deze vrijwilligers zal de nodige vorming aangeboden worden.
2. We dienen onze doelgroep duidelijk af te bakenen. Wie is onze doelgroep? We willen niet alleen werken voor de vluchtelingen van het LOI of de allochtonen die gekend zijn op het OCMW, maar ook voor alle andere inwoners van vreemde origine in onze gemeente. Hoe kunnen we deze bereiken? Hebben zij nood aan info, ondersteuning, toeleiding naar bestaande verenigingen…. ? We zouden ze kunnen samenbrengen op een infovergadering. Om deze mensen echter niet te viseren, kunnen we hier ook Belgen, die in onze gemeente nieuw zijn, bij betrekken. 3. We willen een swot - analyse opmaken en kijken waar er mogelijks kansen, zwakheden, opportuniteiten en bedreigingen zijn. Welke diensten zijn er en hoe werken ze? Waar liggen de hiaten op gebied van onthaal en begeleiding van allochtonen? We zouden deze analyse als een soort evaluatie van het opvangbeleid voor allochtonen binnen onze gemeente kunnen beschouwen.
4. We willen als werkgroep een drukkingsgroep zijn naar hogere instanties. We zouden een signaalfunctie kunnen hebben bij verandering van procedures, systemen en moties kunnen schrijven vanuit het bestuur of vanuit persoonlijke titel. 5. We zouden het infoblad van de gemeente willen gebruiken om meer informatie onder de Boechoutenaren te verspreiden rond mensen van vreemde origine. Dit zou kunnen in een aparte katern/rubriek waar er plaats is voor info rond asielprocedure, regularisatie, LOI, info over een bepaald land met problemen, getuigenissen van vreemdelingen zelf. De titel kan zijn: “Onbekend is onbemind”. In Boechout zijn er geen noemenswaardige problemen met vluchtelingen, mensen van vreemde origine. Toch merken we dat er heel wat angst, vooroordelen bestaan. Waar komen deze vandaan? 6. We opteren voor een sociale kaart op maat van de allochtonen. Deze zou gemaakt kunnen worden met de gegevens over alle organisaties die in het zomernummer van het gemeentelijke Infoblad komen te staan. Het is nuttig dat daar voor onze doelgroep ook de prijzen van de activiteiten bijstaan.
7. We willen een infopakket op maat van nieuwkomers ontwikkelen (naar analogie met de babydoos bij een geboorte) met daarin praktische info over de gemeente, het verenigingsleven, kortingsbons. De doos zou ook een eerste woordenboek kunnen bevatten. We zouden dit infopakket in een aantal talen willen opstellen. In samenwerking met anderen en andere instanties
8. We zouden het verenigingsleven bij de inburgering willen betrekken. Vaak is de instap naar het bestaande verenigingsleven te hoogdrempelig en te kostelijk voor allochtonen. Indien vreemdelingen niet over een klein sociaal netwerk beschikken, zullen zij de stap naar het bestaande verenigingsleven moeilijk of niet zetten. We zouden de voorzitters van de verenigingen willen bijéénbrengen om deze problematiek met hen te bespreken. We willen hen warm maken voor het invoeren van sociale tarieven op alle activiteiten en samen bekijken hoe we de instap kunnen vergemakkelijken. 9. We willen de vrijetijdstoelage verder optimaliseren. 10. We ijveren voor de uitbouw en de opstart van een gestructureerde buurtwerking. Dit is de meest natuurlijke vorm van ontmoeting. Het sociaal contact is voor inburgering en het zich wederzijds goed en veilig voelen heel belangrijk! Een buurtwerking kan bestaan uit buurtverantwoordelijken, die de nieuwe inwoners (allochtonen – autochtonen) gaan verwelkomen, meenemen naar bestaande initiatieven, enz.
De reeds nu bestaande onthaalavond op de gemeente schrikt af (te officieel en voor een aantal mensen onbegrijpelijk door de taal), terwijl kleinschaligere initiatieven een makkelijkere instap bieden . 11. Wij vragen aandacht voor betaalbare woningen, ook voor allochtonen. Zij hebben het vaak moeilijk om een betaalbare woning te vinden, daar het aanbod te beperkt is. Wij ijveren voor de uitbreiding van meer sociale woningen, meer financiële middelen. We hebben het geluk om te wonen/leven in een dorp waar we weinig problemen ervaren met allochtonen, dit in vergelijking met de grote steden. Heel wat allochtonen trekken naar de stad, wegens onbetaalbare woningen in de dorpen waardoor er concentraties ontstaan. Er zouden meer financiën moeten komen voor de sociale verhuurdienst van het OCMW, ook voor allochtonen. We zouden de eigenaren meer moeten stimuleren om aan het OCMW of allochtonen te verhuren.
Concrete projecten 12. Het peter – en meterschap verder uitbreiden. De eerste contacten zijn voor nieuwelingen van cruciaal belang. Zij dienen in contact gebracht te worden met peters en meters die hen wegwijs maken in de gemeente, hen kunnen helpen bij administratieve zaken of als contactpersoon kunnen fungeren buiten de diensturen van het OCMW. Deze peters en meters worden ook ingeschakeld om mee te helpen bij de vormingsnamiddagen voor allochtonen. We zouden dit concept, dat reeds in het verleden zijn resultaten heeft opgebracht, opnieuw willen opnemen (vorming rond afvalsortering, voorbehoedsmiddelen,…. )
13. Onderwijs voor allochtonen. We willen ijveren voor de uitbreiding van de logopedie of meer GOK-uren (Gelijke Onderwijs Kansen) in alle scholen van onze gemeente. 14. We willen verder nadenken over huiswerkbegeleiding voor kinderen van allochtone afkomst met een taalachterstand. We merken dat kinderen met een taalachterstand vaak niet kunnen geholpen worden door de eigen ouders daar ze het Nederlands niet beheersen. De kans op achterstand wordt hierdoor reëel. Dominee Schouten wil hiervoor haar huis openstellen en samen op zoek gaan naar bekwame mensen om dit te realiseren. Dit kan ook in samenwerking met de Wigwam, die daar juist naast ligt.
15. Verder uitbouwen van het project “De Taalkeuken” voor vrouwen. Aan de hand van het middel “Koken” trachten we anderstalige nieuwkomers Nederlands bij te brengen. Deze cursus is ook een goed instrument voor het leggen van sociale contacten en het zinvol omgaan met de vrije tijd. Ervaring heeft ons geleerd dat de verveling snel toeslaat en dat een zinvolle vrijetijdsbesteding noodzakelijk is voor LOI’ers die niet mogen werken. We doen dit samen met middenveldorganisaties. Dit effent de weg naar het lidmaatschap van deze organisaties. 16. Idem een taalcursus voor mannen maar met klusjes of andere technische insteek 17. Verder zetten en bijsturen van het project “Cultuur bij je buur”, waarbij we op bezoek gaan bij allochtone families. Zij zetten hun deuren open om ons te verwelkomen en ons hun cultuur beter te leren kennen. Het is de bedoeling dat we te weten komen, waarom deze allochtonen hun thuisland hebben verlaten, welke moeilijkheden zij hierbij ondervonden en hoe zij zich voelen in hun (al dan niet tijdelijke) nieuwe thuisland.
Aanbevelingen van de werkgroep kinderen, jongeren en sociaal beleid 1. Opvoedingsondersteuning
1.1
Situering
Er is een decreet rond opvoedingsondersteuning in voorbereiding. Daarin krijgen lokale besturen de opdracht om via een lokaal netwerk opvoedingsondersteuning te voorzien in informatie en voorlichting (informatie over opvoeding en ontwikkeling van kinderen, informatie over waar men terecht kan met vragen) en sensibilisatie (opvoeding bespreekbaar maken, vragen hebben over opvoeding is normaal, Als ouder mag je optimistisch zijn over de aanpak van lichte opvoedingsproblemen). Het lokale bestuur moet daarvoor een lokale coördinator aanstellen (niet noodzakelijk een nieuwe funtie - kan ook een nieuwe taak voor een bestaande functie zijn) door lokaal bestuur. Die lokale coördinator organiseert het lokaal overleg opvoedingsondersteuning. Dat netwerk zet acties rond informatie en sensibilisering op rond opvoedingsondersteuning, bijvoorbeeld in de opvoedingswinkel die in de toekomst in alle centrumsteden zullen opgestart worden. Op lokaal vlak moeten ouders terecht kunnen met opvoedingsvragen. Op bovenlokaal vlak moeten ouders terecht kunnen met opvoedingsproblemen. Dit is een zeer belangrijk verschil!
Aanbevelingen De opstart van een lokaal netwerk opvoedingsondersteuning is de eerste stap. Hiervoor moeten partners rond opvoedingsondersteuning gezocht worden die een aantal keer per jaar worden samengebracht in het netwerk. Eventueel kan er over de gemeentegrenzen gekeken worden. Volgende taken dienen opgenomen worden door dit netwerk: » Inventaris opmaken van het bestaande aanbod aan actoren rond opvoedingsondersteuning en de vermoedelijke noden » Bepalen van meest relevante thema’s en doelgroepen voor de Boechoutse situatie » Ontwikkelen van een visie en methode van aanpak » Afstemmen aanpak en mogelijkheden van de verschillende actoren » Uitwerken van een actieplan » Samenwerkingsafspraken maken rond acties en rond thema’s Van zodra dit netwerk operationeel kunnen volgende taken worden opgenomen: » Aantal acties per jaar opzetten » Bestaande initiatieven verder uitbouwen en ondersteunen » Vrijwilligerswerking uitbouwen » Communicatie en informatie naar inwoners verzorgen » Plaats realiseren waar ouders terecht kunnen De lokale coördinator opvoedingsondersteuning wordt aangesteld binnen het OCMW. Het is interessant dat deze persoon op de hoogte is van de sociale kaart indien er informatie over opvoedingshulp moet gegeven worden.
2. Integrale jeugdhulp
2.1
Situering
Integrale Jeugdhulp wil alle hulpverlening voor minderjarigen en hun ouders (0 tot 18) meer laten samenwerken. Zo kunnen ze beter geholpen worden. Deze opdrachten liggen vast in een Vlaams decreet Integrale Jeugdhulp.
Uit een overleg met jeugddiensten, OCMW’s en de actieve CAW’s in onze regio bleek dat jongeren en ouders in de regio vaak door leerkrachten (scholen) en CLB-medewerkers naar de jeugdhulp worden verwezen. Jongeren die via de school de weg naar het CLB vinden, worden goed verder geholpen en krijgen de ondersteuning of hulp die ze nodig hebben. Jongeren die niet via de school hulp (willen) zoeken, kunnen bijna nergens terecht. Zij hebben nood aan een andere, toegankelijke plaats waar ze terecht kunnen met hun vragen en, indien nodig, correct worden doorverwezen. Ook ouders hebben nood aan een plaats waar ze antwoorden en ondersteuning kunnen vinden. Buiten de aanspreekpunten van Kind en Gezin voor zeer jonge kinderen (0-3 jaar) is er voor hen weinig of niets voorzien.
2.2
Aanbevelingen
Er wordt een aanspreekpunt voor jongeren gecreëerd in de regio Boechout - Borsbeek Edegem - Hove - Kontich - Lint - Mortsel. Dit punt wordt ondergebracht in het JIP van Mortsel. Daar kunnen jongeren terecht met hun vragen. Ze kunnen die vragen ook telefonisch of per e-mail stellen. Indien nodig spreekt de medewerker van het aanspreekpunt in de buurt van de jongere af met die jongere voor een gesprek. Daarnaast moet ook een telefonisch consult voor jeugdwerkers mogelijk zijn. Het aanspreekpunt kan zelf gesprekken voeren met de jongeren. Voor korte hulp kan er samengewerkt worden met CLG Parentesis in Mortsel (zie hieronder). Men kan ook een brug slaan naar andere jeugdhulp. Een ander luik van dit voorstel situeert zich op het gebied van de opvoedingsondersteuning. Er wordt immers ook vastgesteld dat er op dit moment geen gespecialiseerd aanspreekpunt is waar ouders terecht kunnen met opvoedingsvragen en -problemen. Daarom wordt er voorgesteld om CLG Parentesis verder uit te bouwen waardoor men er » informatie kan verstrekken over opvoeding en jeugdhulp (gebeurt nu al) » pedagogisch advies kan geven (gebeurt nu al) » de brug kan slaan naar andere jeugdhulp of zelf een begeleiding opstarten (gebeurt nu al) » ouders met opvoedingsvragen of -problemen zonder afspraak kan ontvangen (extra) » gratis korte hulp (maximaal 5 gesprekken) kan geven aan jongeren of ouders uit de omliggende gemeenten (extra) » telefonisch consult geven aan maatschappelijk werkers uit de omliggende gemeenten (extra). Voor dit voorstel (luik jeugdhulp en luik opvoedingsondersteuning) zijn volgende zaken nodig: » 1 extra voltijdse medeweker om het aanspreekpunt in Mortsel te bemannen. Deze krijgt de JIP-medewerker van Mortsel als collega » Een ruimere locatie voor het JIP van Mortsel waar ze gescheiden zitten van de jeugddienst en waar er mogelijkheid is om gesprekken met jongeren te voeren » 1 extra VTE voor CLG Parentesis » Een ruimere locatie voor CLG Parentesis om ouders te ontvangen. De huidige locatie is te klein » De kosten verbonden aan dit voorstel zouden gedragen kunnen worden door de deelnemende gemeentebesturen.
3. Een (nog) toegankelijker verenigingsleven 3.1 Situering De werkgroep stelt vast dat kinderen uit gezinnen met een laag inkomen moeilijk de weg vinden naar het jeugdwerk of andere verenigingen. Informeren is hier de eerste stap naar participeren. Het is moeilijk om de doelgroep rechtstreeks te bereiken. Het is daarom misschien nuttiger om te werken via intermediairen. Daarnaast moeten we ook kansen bieden waar kinderen uit gezinnen met een laag inkomen kunnen kennismaken met de verschillende verenigingen. Het is ook nuttig dat de begeleiders van verenigingen zelf kennis maken met de doelgroep om eventuele angsten weg te nemen. Tenslotte zijn er ook nog een aantal drempels die de doelgroep belemmeren om deel te nemen aan het verenigingsleven. Dat kunnen financiële drempels zijn, maar evengoed de manier van werken en het verwachte engagement.
3.2
Aanbevelingen
De werkgroep vindt dat een inventaris van de bestaande initiatieven dient opgemaakt te worden. Hierin kunnen alle jeugdverenigingen, sportverenigingen en andere verenigingen worden opgenomen naast Grabbelpas, Swap, sociale kampen van het (Jeugd) Rode Kruis, spelen,… De medewerkers van het OCMW en andere intermediairen kunnen deze inventaris gebruiken om allochtonen te informeren. Tijdens contacten met gezinnen met kinderen brengen de medewerkers van het OCMW zelf het thema vrije tijd en het verenigingsleven ter sprake. De maatschappelijk werkers nodigen kinderen en jongeren ook uit om deel te nemen aan Roefel, Grabbelpas, Swap, Speelweken, Sportweken en andere initiatieven. De Verenigingendag is een ideaal moment waarop kinderen en jongeren uit gezinnen met een laag inkomen kennis kunnen maken met de plaatselijke verenigingen. Het gemeentebestuur dient dit initiatief te ondersteunen. Het OCMW dient haar cliënten actief uit te nodigen voor dit evenement. Het gemeentebestuur subsidieert onder bepaalde voorwaarden verenigingen die iets organiseren rond andere culturen. Dit kan gaan van een sportwedstrijd in een opvangcentrum voor asielzoekers of met de mensen van het LOI, een activiteit in een achterstandswijk in Antwerpen tot het aanpassen van hun werking aan kinderen en jongeren uit gezinnen met een laag inkomen. Om de drempels tot het vrije tijdsaanbod zo goed mogelijk te verlagen moeten volgende maatregelen minstens behouden worden en eventueel nog uitgebreid: » vrije tijdstoelage via OCMW » gratis Speelweken (gemeente) » sociaal tarief voor de Sportweken (OCMW, sportraad en gemeente) » gratis Grabbel- en Swappassen voor kinderen en jongeren uit gezinnen met een laag inkomen (OCMW en gemeente) Indien verenigingen hun werking toegankelijk willen maken voor kinderen en jongeren uit gezinnen met een laag inkomen, moeten ze hierbij beroep kunnen doen op ondersteuning vanuit het gemeentebestuur en het OCMW. Deze ondersteuning is afhankelijk van de vereniging en de vraag. Hierbij kan gedacht worden aan bekendmaking via OCMW, het betalen van een vorming, … De keuze om de werking toegankelijker te maken, moet wel vanuit de vereniging zelf komen.
4. OCMW-dienstverlening aan jongeren
4.1
Situering
Binnen het OCMW is er geen medewerker specifiek verantwoordelijk voor jongeren (wel voor geplaatste senioren, LOI, minder-mobielen, …). De jongeren kunnen met hun algemene welzijnsvragen terecht bij alle maatschappelijk werkers. De werkgroep stelde vast dat jongeren in Boechout vooral moeilijkheden ondervinden bij het organiseren en plannen van de praktische kanten van het zelfstandig leven. De problemen betreffen dure huisvesting en het beheren van een budget. Voor dat laatste wordt er voorstellen uitgewerkt binnen een werkgroep budgetbeheer.
4.2
Aanbevelingen
Het OCMW werkt binnen de werkgroep budgetbeheer aan informatieve activiteiten rond het thema. Inzake dure huisvesting kunnen OCMW en gemeentebestuur een scharnierfunctie opnemen door bijvoorbeeld samenwerkingsverbanden met sociale huisvestingsmaatschappijen of projectontwikkelaars op touw te zetten. Voor mogelijke aanbevelingen wordt er verwezen naar de werking van de werkgroep betaalbaar wonen. 5. Kinderopvang
5.1
Situering - kinderopvang tot 2,5 jaar
De mini-crèches worden geconfronteerd met nieuwe en veel strengere normen voor brandpreventie. Er zijn twee knelpunten. De uitbaters van de mini-crèches zijn niet onderlegd genoeg om de opmerkingen uit het brandweerverslag te vertalen naar bouwkundige ingrepen. Daarnaast kosten de noodzakelijke aanpassingen aan de gebouwen zodanig veel dat het voortbestaan van de organisaties in gevaar komt. Hierdoor komt het beperkt aantal opvangplaatsen voor kinderen tot 2,5 jaar nog meer onder druk te staan. Het is niet vanzelfsprekend om kinderopvang te organiseren. De kinderopvang blijkt niet gegarandeerd rendabel. Het valt moeilijk te combineren met je eigen gezinsleven en het is moeilijk om geschikte infrastructuur te vinden. Het is niet eenvoudig om op tijd een geschikte opvang te vinden voor je kindjes. Vaak duurt het eventjes voor de nieuwe ouders hun weg vinden naar de juiste opvang. Hetzelfde kindje wordt ook vaak op verschillende wachtlijsten ingeschreven.
5.2
Aanbevelingen - kinderopvang tot 2,5 jaar
Om de knelpunten in verband met de nieuwe normen voor brandpreventie aan te pakken werkt het gemeentebestuur op twee pistes. Enerzijds zorgt het gemeentebestuur er voor dat de Boechoutse mini-crèches op technisch advies beroep kunnen doen. Hiervoor mogen zij een bepaald aantal uren beroep doen op de gemeentelijke technische dienst of op een privé studiebureau. Het gemeentebestuur draagt hiervan de kosten. Het technisch advies moet de mini-crèches helpen om de aanbevelingen uit de brandweerverslagen te vertalen naar aanpassingen aan de gebouwen en het uitwerken van een evacuatie- en interventieplan. Daarnaast voorziet het gemeentebestuur ook een financiële ondersteuning via de gedeeltelijke subsidiëring van aanpassingswerken of via een renteloze lening. Beide systeem kunnen enkel onder de belofte dat de infrastructuur tot minstens 10 jaar na de subsidiëring wordt uitgebaat als kinderopvang. Het gemeentebestuur onderzoekt ook op welke manier er meer transparantie kan gecreëerd worden in Boechoutse opvanglandschap. Dit zou eventueel kunnen via een regionaal éénloket-systeem. Aan dat loket vinden ouders een compleet overzicht van het aanbod binnen de regio van Boechout. Via het loket kunnen ouders hun kinderen ook inschrijven voor de opvang. Wachtlijsten zijn er zichtbaar zodat er duidelijkheid heerst en ouders niet nodeloos
op verscheidene wachtlijsten staan. Ouders kunnen natuurlijk wel hun voorkeuren aangeven. Dit opvangloket kan eventueel digitaal georganiseerd worden op www.boechout.be Het grootste knelpunt voor startende opvanginitiatieven is het vinden van een geschikte locatie. Voor mini-crèches moeten de infrastructuur daarenboven voldoen aan de nieuwe en strenge brandpreventienormen. Daarom onderzoekt het gemeentebestuur op welke manier het opstartende initiatieven kan helpen. Er zal bekeken worden of - en tegen welke voorwaarden - het gemeentebestuur infrastructuur kan ter beschikking stellen voor opvanginitiatieven. Een belangrijk aandachtspunt daarbij is dat het de werking van bestaande gemeentelijke diensten niet mag hinderen. Daarnaast behoudt het gemeentebestuur de bestaande ondersteuning: - ruimte in het infoblad voor de vzw Kinderopvang voor oproepen om nieuwe onthaalouders - ruimte voor de organisatie van een spreekuur in het OCMW-gebouw - terbeschikkingstelling van De Wigwam voor vergaderingen en vormingssessies met onthaalouders
5.3
Situering - kinderopvang vanaf 2,5 jaar
Het gemeentebestuur investeerde de voorbije jaren in extra begeleiding bovenop het aantal personeelsleden die als weerwerk-gesco’s werden toegewezen voor tewerkstelling in De Wigwam. Het gaat in totaal om 1,5 extra voltijds equivalenten. In het lokaal beleidsplan kinderopvang 2002-2004 stelden we vast dat de infrastructuur in Boechout niet zo aangenaam oogt. Ondertussen werd het gebouw echter ingrijpend gerenoveerd. De Wigwam kreeg in Boechout nieuw buitenschrijnwerk, een nieuw dak, nieuwe verwarming, nieuwe meubels en een heraangelegde buitenruimte met speeltoestellen. We kunnen gerust stellen dat De Wigwam hierdoor veel frisser oogt en de infrastructuur er kindvriendelijker door geworden is. Ook in Vremde werd ondertussen geïnvesteerd in de infrastructuur. De gaskachels die gebruikt werden als verwarming werden verwijderd en vervangen door centrale verwarming met radiatoren. Er werd ook een klascontainer geplaatst om meer oppervlakte voor opvang te creëren. Helaas voldoet deze extra oppervlakte op dit moment niet om te voldoen aan de normen van Kind en Gezin. Daarnaast moet de werking van De Wigwam beantwoorden aan verschillende normen rond opleidingsvereisten, ouderparticipatie en kwaliteitsbewaking. Bedrijven vragen vaak flexibele werknemers. Zij vragen hierdoor ook aan hun werknemers om opvang te zoeken voor hun kinderen. Laaggeschoolde ouders die opnieuw willen gaan werken, doen dit vaak aan een laag loon. Het extra dat men verdient in vergelijking met het leefloon of de werkloosheidsuitkering gaat dan vaak op aan kinderopvang.
5.4
Aanbevelingen - kinderopvang vanaf 2,5 jaar
Om de overbezetting in Vremde aan te pakken moet er gewerkt worden op twee sporen. Enerzijds moet de oppervlakte van De Wigwam vergroten. Dit kan van zodra de bibliotheek verhuisd naar de Dorpsschool. Dit kan echter nog een tijdje duren. Daarom zoekt het gemeentebestuur ook op korte termijn andere mogelijkheden. Daarnaast moet er voldoende aandacht blijven dat de verhouding 1 begeleid(st)er per 14 aanwezige kinderen steeds gerespecteerd wordt. Met de huidige personeelsbezetting moet dit kunnen.
Binnen De Wigwam moet er voldoende aandacht zijn voor de bijscholing van coördinator en begeleid(st)ers. Er zijn immers opleidingsvereisten voor het hele team waaraan beantwoord moet worden. Om de kwaliteit van de werking te kunnen duiden zal in de toekomst op regelmatige wijze de tevredenheid van ouders, kinderen en medewerkers gemeten worden. De werking moet na analyse van de verkregen resultaten ook bijgestuurd worden. Het meten van de tevredenheid van de ouders kan eventueel via ouderparticipatie. Deze ouderparticipatie dient verder uitgewerkt te worden. Het gemeentebestuur wil bedrijven wijzen op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid en stimuleren tot kinderopvang. Het gemeentebestuur staat voor een periode gratis kinderopvang toe voor de kinderen van ouders die in arbeidsbegeleiding zijn bij het OCMW. 6. Informatie
6.1 Situering Indien het gemeentebestuur van Boechout binnen haar Jeugdbeleidsplan 2008-2010 werk maakt van de prioriteit jeugdinformatie ontvangt ze hiervoor 4 948,90 euro extra aan Vlaamse subsidies. Er zijn verschillende acties mogelijk binnen dit beleidsdomein (opmaak folders, speciale jongerenwebsite, speciale jeugdkatern binnen het gemeentelijk infoblad, …). Het lijkt de werkgroep echter nuttig om eerst de noden en behoeften van kinderen en jongeren rond informatie in kaart te brengen. Hiervoor was de tijd echter te beperkt voor de werkgroep.
6.2
Aanbevelingen
Om niet zomaar acties op te zetten wil Boechout eerst nadenken over en alle betrokken partijen rond de tafel krijgen om werk te maken van een informatiebeleid op maat van kinderen en jongeren gesteund door de gemeente en zijn diensten. Het opmaken van dit beleidsplan bestaat uit verschillende fases: 1. Inventariseren: in kaart brengen van de bestaande situatie in Boechout. Welke informatie is aanwezig, wie verspreidt welke informatie, … ? 2. Interviews met communicatoren van de gemeente: jeugd, cultuur, sport, communicatie, buitenschoolse kinderopvang, openbare werken, … Uit deze interviews moet duidelijk worden welke problemen de ambtenaren ervaren bij het communiceren naar kinderen en jongeren. 3. Binnen focusgroepen wordt nagegaan hoe kinderen en jongeren de gemeentelijke communicatie ervaren. Er kunnen verschillende focusgroepen worden georganiseerd. 4. Er wordt een eerste ontwerp tot beleidsplan gemaakt. Dit ontwerp wordt voorgelegd aan de communicatoren (ambtenaren). In overleg met hen worden het beleidsplan bijgestuurd en het definitieve plan opgemaakt.
Het gemeentebestuur gebruikt de extra Vlaamse middelen om een externe organisatie te engageren om de verschillende ambtenaren te begeleiden tijdens de verschillende stappen van het opmaakproces voor het jeugdinformatiebeleidsplan.
Synthesenota werkgroep Thuiszorg Ocmw Boechout mei 2007 Probleemstelling Algemeen probleem is de steeds ouder wordende bevolking, ook in Boechout. Mensen leven langer maar zijn steeds minder vitaal. Zo lang mogelijk thuis wonen, kan enkel met hulp en zorg op maat. Met het opstellen van een lokaal sociaal beleidsplan voor de periode 2008-2013 is het belangrijk zo goed als mogelijk in te spelen op de taken die op het beleid af komen in de toekomst. Doelstelling werkgroep Formuleren van beleidsadviezen om personen, al dan niet senior of hulpbehoevend, zo lang mogelijk op een financieel verantwoorde manier in hun eigen vertrouwde omgeving gezond en vitaal te laten wonen. Methodiek De werkgroep werd als volgt samengesteld: professionelen uit het werkveld, mensen uit het verenigingsleven, raadsleden van het OCMW, afgevaardigden van politieke partijen uit Boechout/Vremde. De werkgroep heeft in een eerste verkennende vergadering inzicht genomen van de gestelde problematiek. Vervolgens werden een aantal bestaande reglementeringen welke betrekking hebben op senioren en thuiszorg bestudeerd. (reglementen rond thuiszorg van OCMW Boechout)
Op basis van deze vergaderingen werd onderhavige synthesenota opgesteld. De besproken punten worden vermeld met hun bijhorende aanbevelingen. 1° Onderhoudsplicht Voor rusthuisbewoners volstaat niet altijd het pensioen om de kosten van het verblijf te betalen. In dit geval kan men zich wenden tot het OCMW van de gemeente waar de rusthuisbewoner voor de opname gedomicilieerd was. Als het OCMW tussenkomt in de kosten, kan het de tussenkomst terugvorderen bij de kinderen. Sinds 2004 geldt een éénvormige invorderingsschaal voor heel België. Het OCMW kan ervoor kiezen wel of niet terug te vorderen bij de kinderen. Bij het behouden van de onderhoudsplicht kan er omwille van billijkheidsredenen per individueel dossier toch nog een uitzondering gemaakt worden. Geplaatste personen kunnen beroep doen op een tussenkomst (€ 125) van de zorgverzekering. Mensen kunnen ook een aanvraag indienen voor tegemoetkoming hulp aan bejaarden. Door deze twee tussenkomsten van de federale regering en de Vlaamse regering en het pensioen zijn er in Boechout niet veel mensen die beroep doen op een
tussenkomst in de plaatsingskosten bij het OCMW. Het OCMW heeft geen zicht op gezinnen waar de kinderen spontaan tussenkomen in de rusthuiskosten voor hun ouders.
Principieel is de werkgroep voor het behoud van de onderhoudsplicht. Dit omdat er nog altijd de mogelijkheid is om per individueel dossier af te wijken. De werkgroep maakt wel de bedenking dat het toepassen/afschaffen van de onderhoudsplicht kantonaal overeen zou moeten stemmen. Dit om duidelijkheid te scheppen naar de mensen toe. 2° Mantelzorgtoelage
Sinds het vorig LSB-plan werd de mantelzorgtoelage onder de loep genomen, in juni 2006 werd het reglement gewijzigd. De inkomensvoorwaarde voor de mantelzorger is weggevallen. Ook werd het medisch attest aangepast, waardoor er nu meer mensen in aanmerking komen. Er werd een onderscheid gemaakt in de bedragen wanneer zorgbehoevende inwoont of niet. De premie wordt niet uitgekeerd aan gehuwden of samenwonende partners. Hierover werd reeds veel gediscussieerd, maar ook binnen de werkgroep is er geen consensus. De mensen die momenteel recht hebben op de toelage zouden mogelijks moeten inleveren ten voordele van de koppels. Dit vindt de werkgroep jammer. Anderzijds is het voor een partner ook aangenaam om erkenning te krijgen voor zijn inspanningen ten aanzien van zijn partner. Deze beloning hoeft misschien niet zo hoog te zijn als voor andere mantelzorgers. Wanneer de zorg voor de partner thuis te zwaar wordt, zal toch een rusthuisplaatsing overwogen worden. De toelage gaat hier niet voor zorgen dat de mensen langer thuis blijven wonen. Over het uitbreiden van de toelage naar samenwonende partners en koppels bestaat er geen unanimiteit binnen de werkgroep. Een aantal pro’s en contra’s werden geformuleerd. Waarom werd destijds bij de mantelzorgtoelage de leeftijdsgrens op 65 gezet? Kan dit herbekeken worden ? Kan de mantelzorgtoelage worden uitgebreid naar mensen die zorgen voor bijvoorbeeld een zwaar ziek kind? 3° Werkwinkel, dienstencheques (DC), dienstenonderneming Mensen van Boechout die beroep willen doen op hulp via de dienstencheques kunnen aankloppen bij Zita in Mortsel. Zita heeft een aantal personeelsleden uit Boechout in dienst, die ook zorgen voor de posten in Boechout. Er staan echter heel wat mensen op de wachtlijst bij Zita van Boechout. Het probleem blijkt nog groter voor Vremde, heel weinig personeelsleden willen tot in Vremde komen, waardoor mensen uit Vremde lang moeten wachten op een poetsvrouw. Familiehulp stelt dat hulp via de dienstencheques niet aangewezen is voor zwaar zorgbehoevenden. Personeelsleden die tewerkgesteld zijn bij gespecialiseerde diensten thuishulp hebben een opleiding genoten en krijgen alle mogelijke ondersteuning en bijscholing. Zij zijn dan ook vertrouwd met zware zorgsituaties.
4° Sociale huisvesting In Boechout werden in 2006 28 sociale woningen extra gerealiseerd. Bij de realisatie werd gestreefd naar een sociale mix. Op de gelijkvloers wonen jonge gezinnen en op het eerste verdiep jonge senioren. Werkt dit systeem en is dit een voorbeeld van de kangoeroewoningen? De realisatie van de 28 woningen in de Smalleweg blijkt niet voldoende om te voldoen aan de vraag. De wachtlijsten voor Boechout zijn lang, en in Boechout zijn geen woningen aanwezig voor bijvoorbeeld alleenstaanden. De werkgroep vraagt aandacht voor het uitbreiden van het aantal sociale woningen in Boechout. De werkgroep ziet dat er binnen Boechout nood is aan serviceflats. Serviceflats zijn een ideale overgang tussen thuis wonen en naar een rusthuis gaan. Idealiter zijn serviceflats verbonden aan een rusthuis. In de Boechoutse situatie vallen de ‘Vremdelingen’ dan wel uit de boot. Mensen uit Boechout krijgen in andere gemeenten geen voorrang voor het bekomen van een serviceflat. De werkgroep is op dit thema niet dieper ingegaan omdat er een werkgroep betaalbaar wonen werd opgericht. 5° Seniorenconsulent Er moet duidelijkheid bestaan over het takenpakket en de nood aan een seniorenconsulent binnen de gemeente Boechout. 6° Eenzame ouderen Men heeft geen volledig zicht op het aantal eenzame alleenwonende in Boechout. Sociale netwerken of buurtwerkingen kunnen hier een aantal problemen opvangen. In Boechout is geen plaats waar senioren elkaar kunnen ontmoeten. Er is geen dagopvang en geen dienstencentrum. Er dient onderzocht te worden of hier nood aan is al dan niet gekoppeld aan een rusthuis. De mensen van Vremde mogen hierbij ook niet vergeten worden. 7° Mindermobielencentrale Er zijn meer chauffeurs nodig. Deze kunnen mogelijk geworven worden door een folder toe te voegen aan het pakket dat elke 60-jarige krijgt van de gemeente Boechout. De MMC verdient maximale ondersteuning, omdat dit er voor zorgt dat sociale contacten onderhouden kunnen worden. Het is een goed middel tegen de vereenzaming van oudere personen. Zorgen voor een folder voor de aanwerving van nieuwe chauffeurs. Onderzoeken of er nood is aan een boodschappendienst. 8° Zo lang mogelijk thuis wonen Welke diensten zijn ter beschikking en welke ontbreken er? Waar is nog nood aan in Boechout? Welke taken kunnen zij opnemen?
-
Dienstencentrum? Dagopvang? Ontmoetingscentrum? Bejaardenoppasdienst? Via PWA? Seniorenconsulent? Gezondheidspreventie voor senioren? Kan de sportconsulent dit opnemen? Boodschappendienst? Klusjesdienst voor het installeren van aanpassingen in de woning? Aandacht voor domotica. Welke ondersteuning kan er geboden worden?
9° Experten Experten in de thuiszorg zijn van mening dat er heel wat diensten bestaan. Deze zijn misschien niet altijd voldoende bekend bij de mensen. Wanneer huisartsen (meestal eerste aanspreekpunt voor ouderen) kunnen doorverwijzen naar de sociale dienst van de mutualiteit, het OCMW, of SIT zal elke oudere de hulp kunnen krijgen die zij nodig hebben. Een folder met de bestaande diensten is volgens de experten geen oplossing, aangezien zo’n folder verouderd is nog voor die verdeeld is. Onderling correct kunnen doorverwijzen is belangrijker. Volgens de anderen zijn mensen niet altijd op de hoogte van wat bestaat. Kan er dan geen folder gemaakt worden met bestaande diensten en premies zodat mensen het bestaan kennen en hun vragen kunnen stellen aan de experten? Kan ervoor gezorgd worden dat het SIT maximaal wordt ondersteund? Het is belangrijk voor zowel de zorgbehoevende als voor de zorgverleners dat de communicatie goed verloopt. Het SIT probeert te detecteren wat er leeft in de thuiszorg. Het heeft afspraken gemaakt met verschillende ziekenhuizen in de regio Mortsel en omliggende gemeenten. Dit om in te kunnen spelen op eventuele problemen die zouden kunnen ontstaan in de thuissituatie na ontslag uit het ziekenhuis. SIT werkt ook samen met alle OCMW’s van de betrokken gemeenten, en alle andere actoren in de thuiszorg. Het SIT wil een aanspreekpunt zijn voor mensen met één contactpersoon die hen doorheen de verschillende fases in de thuiszorg kan leiden, de zogenaamde zorgtrajectbegeleiding. Bv van ziekenhuis naar thuiszorg, rusthuis en palliatieve hulpverlening. Dit kan met de huidige personeelsbezetting niet gegarandeerd worden.
Werkgroep Thuiszorg Mei 2007
BIJLAGE 5 : SWOT-analyse opgemaakt door KINA
1. Werken
Sterktes Aanbod/behoefte
Zwaktes Aanbod/behoefte
Wachtlijst voor tuinonderhoud bij het PWA. Het OCMW levert een bijdrage in de opleidingskosten en arbeidszorg voor kansarmen. Het centrum van Vremde is voor werknemers van ZITA moeilijk De arbeidsbegeleidster van het OCMW adviseert en begeleidt bereikbaar met het openbaar vervoer. Ook in Boechout zijn er plaatsen mensen in hun zoektocht naar geschikt werk. die moeilijk bereikbaar zijn. 15 personen werden in 2006 door het OCMW tewerkgesteld in het Vanaf een bepaald moment zal er nood zijn aan een uitbreiding van kader van art. 60 §7 van de organieke wet. het personeelskader van de administratieve krachten bij ZITA. Aanwezigheid van het gemeentelijk tewerkstellingsinitiatief vzw Samenwerking/communicatie/toegankelijkheid Werkwinkel. Aanwezigheid van lokale werkwinkel Mortsel-Boechout-Borsbeek. Goed statuut van werknemers in de dienstenchequeonderneming Het blijkt niet evident om een aantal van de bestaande diensten (PWA, ZITA. vzw Werkwinkel, OCMW…) samen te voegen, hoewel dit hier en daar ZITA heeft ruimte voor groei. misschien wel gewenst is. Binnen ZITA is er momenteel weinig personeelsverloop. Infoverstrekking en onderlinge doorverwijzing tussen bestaande diensten kan nog geoptimaliseerd worden. Samenwerking/communicatie/toegankelijkheid OCMW-gids is nog niet opnieuw geactualiseerd
OCMW en gemeentebestuur werken samen op vlak van sociale tewerkstelling (art. 60 OCMW-wet) Samenwerking met partners PWA, VDAB, ZITA... In 2007 vonden reeds verschillende overlegmomenten plaats met o.a. PWA, vzw Werkwinkel, RESOC, Febecoop…
Kansen Demografische/socio-economische data
Het aantal inkomens in de hoogste categorie (> € 50 000) ligt opmerkelijk hoger dan in Antwerpen en Vlaanderen en neemt nog toe. Het aantal inkomens in de laagste inkomenscategorie (< € 10 000) nam af en ligt beduidend lager dan in Antwerpen en Vlaanderen. In vergelijking met andere gemeenten in de regio ligt de werkloosheid in Boechout op een gemiddeld niveau. Boechout telde in april 2007 een 240-tal werklozen: een duidelijk daling t.o.v. het jaar voordien én t.o.v. enkele jaren terug.
Regelgeving/maatschappelijke factoren
Decreet 23 februari 2007 houdende de lokale diensteneconomie. Er kwam een uitbreiding tot stand van de wettelijk toegestane activiteiten binnen de dienstenchequeondernemingen naar kinderopvang. Het Sociaal Huis kan een oplossing zijn om de drempel naar het OCMW die er thans bestaat (vooral bij de oudere generatie) nog verder te verlagen.
Bedreigingen Demografische/socio-economische data
Ongeveer de helft van de werkzoekenden in Boechout is ouder dan 40. Drie kwart van de niet-werkende werkzoekenden te Boechout is laagof middengeschoold. Ongeveer een kwart van de werkzoekenden zit langer dan 2 jaar zonder werk. 60% van de werkzoekenden in Boechout is een vrouw. In 2006 ontvingen 16 personen een bijdrage in opleidingskosten en/of een tegemoetkoming in het kader van arbeidszorg.
Regelgeving/maatschappelijke factoren
Een uitbouw van de 2de pijler van de Lokale Werkwinkel (diensteneconomie) door ZITA kan slechts gerealiseerd worden voor de taken die de wetgever toestaat. Voor taken zoals bv. tuinonderhoud zal men moeten blijven werken met bv. de PWA’s of desgewenst een andere voorziening moeten oprichten. Het aanbieden van seizoensgebonden activiteiten als tuinonderhoud is niet eenvoudig wanneer men werkt met contracten van onbepaalde duur. Het is moeilijk in Boechout mensen te vinden die voor ZITA willen werken.
2. Zorg en gezondheid Sterktes Aanbod/behoefte
Ruime aanwezigheid in de gemeente van algemene gezondheidszorg. Aanwezigheid in Boechout zelf van instellingen voor geestelijke gezondheidszorg, voorzieningen voor personen met een handicap, opvangtehuis, bijzondere jeugdzorg… Er werden reeds een aantal doelstellingen rond preventief gezondheidsbeleid opgenomen in het LSB-plan 2006-2007. Het nut van het project rond valpreventie wordt hoog ingeschat. Het gemeentebestuur verzorgt een logopedieproject. Het OCMW heeft een ruim aanbod aan individuele dienstverlening m.b.t. zorg en gezondheid (zie thema individuele dienstverlening) Het gemeentebestuur voert een actief seniorenbeleid. Het aantal woongelegenheden in rusthuizen en RVT’s overstijgt ruimschoots het programmacijfer. Er zijn in Boechout heel wat diensten actief in de thuiszorg. Het OCMW van Boechout levert een grote financiële inspanning inzake mantelzorgtoelage, ook in vergelijking met andere gemeenten. De mindermobielencentrale van het OCMW telt elk jaar meer leden (68 in 2006). 4 kinderdagverblijven, 1 dienst voor onthaalouders en 1 kinderoppasdienst aanwezig in de gemeente. Aanwezigheid van gemeentelijke kinderopvang De Wigwam. Goede evaluatie van de bestaande ondersteuning van het gemeentebestuur rond kinderopvang: ruimte in het infoblad, ruimte voor spreekuur in het OCMW-gebouw, terbeschikkingstelling van De Wigwam. Het gebouw van De Wigwam werd ingrijpend gerenoveerd en opgefrist.
Zwaktes Aanbod/behoefte
Geen van de 59 geprogrammeerde serviceflats is ingevuld; 20 zijn gepland, een aantal andere zijn in aanvraag. Geen van de 5 geprogrammeerde dagverzorgingscentra is ingevuld. Geen van de 5 geprogrammeerde centra voor kortverblijf is ingevuld. Er is geen lokaal dienstencentrum in de gemeente. Een grondig onderzoek van de behoeftes omtrent b.v. een dienstencentrum is nog niet gevoerd. (Preventieve) acties kunnen nog meer gepromoot worden bv. mammobiel, Vremde als fruit- en groentestreek… Ontbreken van een ouderenbeleidsplan. Er zijn nog meer chauffeurs nodig voor de mindermobielencentrale. Gebrek aan ontmoetingsruimte voor senioren. De aanwerving van een seniorenconsulent is niet voorzien in de gemeentelijke beleidsnota. De thuiszorginitiatieven zijn nu nog bijna exclusief gericht op senioren. Momenteel geldt een minimumleeftijd van 65 jaar voor de mantelzorgtoelage; personen die voor een ziek of gehandicapt kind zorgen vallen hierdoor uit de boot. Jongeren die niet via de school hulp (willen) zoeken, kunnen bijna nergens terecht. Ook ouders hebben nood aan een plaats waar ze antwoorden en ondersteuning kunnen vinden. Buiten de aanspreekpunten van Kind en Gezin voor zeer jonge kinderen (0-3 jaar) is er voor hen weinig of niets voorzien. Oppervlakte klascontainer Vremde voldoet op dit moment niet aan normen Kind en Gezin.
Samenwerking/communicatie/toegankelijkheid Het gemeentebestuur voert een preventief gezondheidsbeleid in samenwerking met LOGO Praam. Het SIT probeert te detecteren wat er leeft in de thuiszorg. Hiertoe werkt het SIT samen met de OCMW’s van de betrokken gemeenten en alle andere actoren. Er werd een seniorenenquête uitgevoerd waarvan de conclusies kunnen meegenomen worden in het LSB-plan. De seniorenraad bereikt elk jaar alle 80-plussers via haar kerstactie. Problemen die daar worden gemeld, worden doorgespeeld naar de bevoegde diensten. Jongeren die via de school de weg naar het CLB vinden, worden goed verder geholpen en krijgen de ondersteuning of hulp die ze nodig hebben.
Samenwerking/communicatie/toegankelijkheid Ontbreken van een lokale gezondheidsraad. Hoort (preventief) gezondheidsbeleid als beleidsdomein thuis bij gemeente of OCMW? Aan de informatieverstrekking over OCMW-sociale zaken via de gemeentelijke website kan nog gewerkt worden. De doorverwijzing optimaliseren is onontbeerlijk. De vitrinekast voor mededelingen van het OCMW kan nog uitgebreider gebruikt worden. Er kan nog meer samengewerkt worden met intermediairen zoals dokters, tandartsen… om info over sociale aangelegenheden te verspreiden. Er kan nog meer samenwerking zijn tussen de verschillende adviesraden i.v.m. het organiseren van activiteiten. Er kunnen nog verduidelijkingen gemaakt worden rond de taakverdeling voor het beleidsdomein senioren binnen het nieuwe gemeentelijke organogram. De rol van de seniorenraad kan geherwaardeerd worden. De diensten thuiszorg zijn niet altijd voldoende bekend bij de mensen. De huidige personeelsbezetting binnen het SIT laat niet toe dat mensen één contactpersoon kunnen aanspreken die hen doorheen de verschillende fases in de thuiszorg kan leiden. Nood aan een informatiebeleid op maat van kinderen en jongeren gesteund door de gemeente en zijn diensten. Er kan meer transparantie gecreëerd worden in het Boechoutse opvanglandschap. Er is nood aan een toegankelijke plaats (buiten de school) waar kinderen en jongeren hun vragen kunnen stellen en indien nodig correct worden doorverwezen. Jeugdverenigingen die inspanningen doen op vlak van gezondheid en milieu kunnen nog meer beloond worden. De nieuwe asielzoekers worden sinds een tijd niet meer uitgenodigd op de infoavonden van de gemeente voor nieuwe inwoners.
Kansen Demografische/socio-economische data
Boechout telt in vergelijking met andere gemeenten een relatief groot aandeel 0 tot 19-jarigen. De grijze druk ligt niet opvallend hoog. Het aantal geplaatste bejaarden door het OCMW daalde de laatste jaren tot 7 in 2006. De gemiddelde gezinsgrootte in Boechout ligt hoger dan in Vlaanderen en de provincie Antwerpen. Het gemiddeld aantal kandidaat vluchtelingen in het financiële systeem kent de laatste 6 jaar een sterk dalende trend. Boechout telt over het algemeen een laag aantal vreemdelingen.
Regelgeving/maatschappelijke factoren
De onderhoudsplicht is thans gelijk voor alle OCMW’s. Enkel samen met het gemeentebestuur kan beslist worden om deze helemaal af te schaffen. Als het OCMW tussenkomt in de kosten van verblijf in een rusthuis, kan het de tussenkomst terugvorderen bij de kinderen. Decreet rond opvoedingsondersteuning in voorbereiding. Vlaamse decreet Integrale Jeugdhulp wil alle hulpverlening voor minderjarigen en hun ouders beter laten samenwerken. Prisma biedt inburgeringscursussen aan.
Bedreigingen Demografische/socio-economische data
De laatste jaren is er een negatieve aangroei in Boechout: er overlijden meer mensen dan dat er geboren worden. De grijze druk zal de komende jaren toenemen. Een duidelijke meerderheid van de vrouwelijke 75-plussers is alleenstaand. In totaal staan 60% van de 75-plussers er alleen voor. De gemiddelde gezinsgrootte volgde de Vlaamse dalende tendens. Het aantal kinderloze gezinnen nam de voorbije jaren toe. Het aantal éénoudergezinnen steeg eveneens. Boechout telt evenveel alleenstaanden en éénoudergezinnen als de mediaan in de provincie. Het aantal begunstigden van een mantelzorgtoelage steeg geleidelijk tot 11 in 2006. 16 gebruikers deden in 2006 een beroep op de maaltijdbedeling. Het aantal begunstigden van een toelage voor personen met een handicap steeg tot 40 in 2006. 40 mensen in totaal kregen in 2006 en tussenkomst in de medische en/of farmaceutische kosten. Stijgend aantal gebruikers van de poetsdienst tot 47 in 2006.
Regelgeving/maatschappelijke factoren
De mini-crèches worden geconfronteerd met nieuwe en veel strengere normen voor brandpreventie. De kennis hierrond is te klein en de prijs te hoog. Hierdoor komt het beperkt aantal opvangplaatsen voor kinderen tot 2,5 jaar nog meer onder druk te staan. Bedrijven vragen vaak flexibele werknemers wat ook betekent dat er opvang moet worden gezocht voor de kinderen. Laaggeschoolde ouders die opnieuw willen gaan werken, doen dit vaak aan een laag loon. Het extra dat men verdient in vergelijking met leefloon of werkloosheidsuitkering gaat dan vaak op aan kinderopvang.
Voor rusthuisbewoners volstaat niet altijd het pensioen om de kosten van hun verblijf te betalen. Jongeren ondervinden vooral problemen bij het organiseren en plannen van de praktische kanten van het zelfstandig leven. Problematiek van depressies en zelfmoord.
3. Wonen
Sterktes Aanbod/behoefte
Het OCMW stelt 13 sociale huurwoongelegenheden ter beschikking. Woningen van het project De Ideale Woning zijn effectief in gebruik genomen. Het OCMW stelt een doorgangshuis met twee woongelegenheden open voor haar cliënten. Het LOI beschikte in 2006 over 3 appartementen, 3 studio’s en 1 huis voor de opvang van asielzoekers. Deze worden goed bezet. Het gemeentebestuur vervult een rol in de sociale huisvesting en neemt engagement om het aantal sociale woningen op termijn op te trekken naar 6% van het woningbestand. DDM met doelgroepen en woontypes werd opgesteld.
Samenwerking/communicatie/toegankelijkheid
Reeds overleg georganiseerd met De Ideale Woning, SVK, Vlabo, serviceflats Invest.
Zwaktes Aanbod/behoefte
Het aantal sociale woningen ligt aanzienlijk lager dan in de provincie Antwerpen en Vlaanderen. Slechts 1 op 100 huishoudens in Boechout woont in een sociale woning. Inventaris van onbebouwde percelen verdient herbekeken te worden. Leegstaande en verkrotte woningen zijn nog niet voldoende in kaart gebracht. Er kan nog meer gesensibiliseerd en gecommuniceerd worden rond mogelijkheden i.v.m. bouwen/verbouwen, verhuren/verkopen. Nood aan nieuw verkavelings- en bouwreglement. Nood aan bejaardenwoningen. Grote nood aan serviceflats, liefst in de nabijheid van een rusthuis. Hier en daar kunnen extra rustbanken geplaatst worden. Diefstallen in en uit voertuigen blijft één van de belangrijkste prioriteiten in de politiezone.
Samenwerking/communicatie/toegankelijkheid
Ontbreken van een intergemeentelijk SVK.
Kansen Demografische/socio-economische data
Boechout telde de laatste vijf jaar een vrij hoog aantal inwijkelingen. Het aantal woningen met weinig comfort blijft zeer beperkt. Tegenover 2001 werden in 2004 45% minder inbraken vastgesteld.
Bedreigingen Demografische/socio-economische data
Regelgeving/maatschappelijke factoren
Bestaande toelagen (o.m. in verband met domotica, aanpassing douche, toilet…) van het Vlaams Fonds voor personen met een handicap. Bestaande gewestelijke en gemeentelijke verbouwingspremies. Het OCMW van Mortsel zal een aanbod creëren rond aanpassing van woningen dat opengesteld kan worden naar andere OCWM’s. Vraag van oudere mensen met een hoge mate van zelfredzaamheid die hun grotere woning wensen te ruilen voor een kleinere woning.
Boechout vormt momenteel nog een bufferzone naar de sterk bevolkte gemeenten langs de Antwerpse rand, die zich echter uitbreidt. De laatste vijf jaar lag het aantal uitwijkingen relatief hoog. De huurmarkt is zeer beperkt. Een duidelijke meerderheid van de woningen (78%) wordt bewoond door de eigenaar. Op tien jaar tijd lag de prijs van een bouwgrond te Boechout 2,5x hoger. De prijs van een woning of appartement nam 1 tot 2 maal toe en ligt boven de mediaan van de provincie en het Vlaams gemiddelde.
4. Culturele en maatschappelijke ontplooiing
Sterktes Aanbod/behoefte
Het gemeentebestuur vangt jongeren op via sport- en spelweken, grabbelpas, swappas. Boechout heeft zowel een aanbod voor kleuteronderwijs als voor lager en secundair onderwijs. De stedelijke academie voor muziek, woord en dans Lier heeft een filiaal te Boechout. Gratis Grabbel- en Swappassen toegekend aan OCMW-cliënten. Inzake integratiebeleid werden in 2006 en 2007 twee concrete projecten opgezet: “cultuur bij je buur” en de “taalkeuken”. Vrijwilligerswerking rond armoedebestrijding en vertegenwoordiging van ziekenzorg in de gemeente. Het OCMW van Boechout is lid van het Steunpunt Vakantieparticipatie.
Zwaktes Aanbod/behoefte
Meer aandacht kan besteed worden aan de sociale, culturele en sportieve participatie van kansarmen. Bijzondere aandacht gevraagd voor diversiteit en een afbakening van de doelgroepen. Kinderen uit gezinnen met een laag inkomen vinden vooralsnog moeilijk de weg naar het jeugdwerk of andere verenigingen. Nood aan informatie (inventaris?) over bestaande initiatieven. Vrijwilligerswerk kan nog meer gepromoot worden. Er werd nog geen vrijwilligerswerkbeleidsplan opgesteld of een vrijwilligersregistreerbank ontwikkeld. Cursussen staan nog niet altijd open voor alle leeftijden. Een samenwerking met andere doelgroepen moet durven bekeken worden. Nood aan een permanente werkgroep inburgering, vreemdelingen- en asielbeleid.
Samenwerking/communicatie/toegankelijkheid
Nood aan het betrekken van het verenigingsleven bij inburgering. Nood aan uitbouw en opstart van en gestructureerde buurtwerking.
Kansen Demografische/socio-economische data
Jonge wijken in de gemeente zijn: Boechout dorp, Boshoek, landelijk Vremde, Vremde dorp en de Vogeltjeswijk.
Regelgeving/maatschappelijke factoren
Door herziening en vereenvoudiging van de OCMW-reglementen komen meer mensen in aanmerking voor een vrijetijdstoelage en mantelzorgtoelage. Stijgende interesse voor vrijetijdstoelage: in 2006 waren er 38 aanvragen. Hier werd wel maar voor 75% effectief gebruik van gemaakt! Om vrijwilligerswerk te ondersteunen en aan te moedigen beschikt - de federale overheid over de wet op vrijwilligerswerk en de collectieve verzekeringspolis - de Vlaamse overheid over sectorale decreten inzake cultuur, sport, jeugd en het decreet van 1994 over vrijwilligerswerk in de welzijnssector - de provinciale overheid over een steunpunt vrijwilligerwerk en een databank Het Steunpunt Vrijwilligerwerk beschikt over lesgevers die men kan inhuren. Het gemeentebestuur subsidieert onder bepaalde voorwaarden verenigingen die initiatieven organiseren rond andere culturen. De provincie heeft een aanbod voor een collectieve verzekering BA + lichamelijke ongevallen.
Bedreigingen Regelgeving/maatschappelijke factoren
Het is moeilijke om de doelgroep van kansarme kinderen en jongeren rechtstreeks te bereiken.
5. Individuele maatschappelijke dienstverlening Sterktes Aanbod/behoefte
Bij de sociale dienst van het OCMW kan men terecht voor informatie, advies, bemiddeling en psychosociale begeleiding. Bij de dienst rechtshulp van het OCMW kan iedereen kosteloos terecht voor advies. Het OCMW beschikt over een dienst budgetbegeleiding en -beheer. Het OCMW keert allerlei voorschotten en sociale toelagen uit: leefloon, ziekte- en invaliditeitsvergoedingen, werkloosheidsvergoedingen, pensioenen, kinderbijslag, nutstoelage, gratis afvalzakken, tegemoetkomingen aan personen met een handicap, mantelzorgtoelage, financiële steun kandidaat vluchtelingen... Overige dienstverlening door het OCMW: poetsdienst, bedeling van warme maaltijden, mindermobielencentrale, sociale huurwoongelegenheden, doorgangshuis, LOI, ATB… Het gemeentebestuur voorziet in een betoelaging van kansarmoedeprojecten. Overige dienstverlening door het gemeentebestuur: buitenschoolse kinderopvang, jongerenwerking, sociale huisvesting, Werkwinkel, WIS, PWA, preventief gezondheidsbeleid, seniorenbeleid…
Zwaktes Samenwerking/communicatie/toegankelijkheid
Aandacht moet gaan naar de invulling van de loketfunctie op het OCMW. Er kan meer info gestrekt worden over de toelage “hulp aan bejaarden”. De toelage is nog te weinig bekend. Niet alle rusthuizen zien het als hun taak om hun cliënten bv. omtrent toelages te informeren over hun rechten.
Kansen Demografische/socio-economische data Regelgeving/maatschappelijke factoren
zie overige thema’s
Bedreigingen Demografische/socio-economische data
In 2006 telde Boechout 53 leefloners. Dit aantal ligt iets hoger dan de mediaan in de provincie Antwerpen.Risicocategorieën zijn de ≤ 24 jarigen en de 45-54 jarigen. Het gemiddeld aantal leefloners en art. 60’ers per maand is sinds 2004 aanzienlijk toegenomen. In 2006 waren er 21 cliënten met een huurwaarborg. In 2006 waren er 16 begunstigden van de stookoliepremie. Geringe stijging van het aantal cliënten (104) dat in 2006 een beroep deed op de dienst rechtshulp. Stijging van het totaal aantal budgetdossiers tot 41 in 2006: een preventieproject dringt zich op.