Lokaal Opleidingsplan Longziekten 2015 Jeroen Bosch Ziekenhuis ‘s-Hertogenbosch
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
1
Voorwoord De vakgroep longziekten van het JBZ draagt binnen onze STZ- omgeving bij aan hoogwaardige, patiëntgerichte zorg. In het streven de kwaliteit van ons werk ten minste op dit niveau te houden en daar waar kansen zijn te verbeteren, zijn wij steeds kritisch op ons eigen handelen. Ingebed in ons dagelijkse praktijkvoering zijn structurele momenten van persoonlijke en intercollegiale reflectie. Werken volgens geldende standaarden en richtlijnen van onze beroepsvereniging ( NvALT) en afspraken met betrekking tot good governance en veiligheid binnen de STZ in het algemeen en het JBZ in het bijzonder, waarborgt de best mogelijke kwaliteit van zorg. Deze manier van werken en denken over (longgeneeskundige) gezondheidszorg, dragen wij graag over op de komende generatie, door te participeren in coassistenten onderwijs, paramedische opleidingen en het verzorgen van een opleiding voor het specialisme Longziekten en Tuberculose. Na een geschiedenis van fusies, lateralisaties en nieuwbouw zijn wij nu optimaal geoutilleerd voor een kwalitatief en kwantitatief hoogwaardige bijdrage in de opleiding van aanstaande beroepsgenoten, de AIOS in de longziekten. In goede samenspraak met het Sint Antonius ziekenhuis te Nieuwegein, het Diaconessen ziekenhuis te Utrecht en het UMC Utrecht bieden wij hier ons opleidingsplan aan, integraal passend in het regionale opleidingsplan OOR Utrecht. In dit regionale plan bieden wij de stages, voor in het 3e of 4e jaar ( van de vervolgopleiding), AIOS longziekten aan. Elke komende AIOS zal hierin de mogelijkheid vinden de benodigde kennis en vaardigheden op te doen, passend bij de persoon en de fase van de opleiding. Voor elke module zal de bekwaamheid getoetst en vastgesteld worden, waarbij gedurende evaluatie momenten zo nodig bijstelling plaats kan vinden om zo optimaal mogelijk de AIOS te ondersteunen in zijn of haar ontwikkeling. Als maatschappelijk verantwoordelijke beroepsgroep hechten wij eraan te benadrukken dat een specialisme vele mogelijkheden, maar per definitie ook beperkingen kent. Om de samenhang van zorg rondom de patiënt, met andere partners zoals collega-specialisten, verwijzers en paramedici, vorm te geven bieden wij naast de hiervoor aangehaalde modules, de mogelijkheid kennis te nemen en te verdiepen in intercollegiale samenwerking, organisatie van bedrijfsonderdelen en de structuur van onze JBZ organisatie. Hiervoor bieden wij interdisciplinaire onderwijsmomenten, participatie in (aanpalende) AIOS opleidingen en deelname in stafen ziekenhuiscommissies. Voorts wordt geboden een voortrekkersrol en voorbeeldfunctie te vervullen in kwaliteit- en veiligheidmanagement. Deze aspecten worden vorm gegeven in het onderdeel “management en developmenttraject aios”. Hiermee zijn wij ervan overtuigd een gedegen en breed palet in een boeiende, lerende omgeving te bieden voor toekomstige collega’s. De vakgroep longziekten JBZ staat hiervoor klaar en garant. Dit document betreft het opleidingsplan Longziekten en Tuberculose van het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ). In dit opleidingsplan Longziekten en Tuberculose JBZ is een vertaling gemaakt van het landelijke opleidingsplan naar de lokale situatie. Dit plan is in samenspraak met de stafleden en aios afdeling longziekten JBZ tot stand gekomen en geactualiseerd na de verhuizing naar de nieuwbouw en vervolgens voor de visitatie 2015. Het plan bestaat uit drie delen. In hoofdstuk 1 wordt in het kort de achtergrond geschetst van de opleiding tot longarts in het JBZ, inclusief de taken en verantwoordelijkheden van de opleidingsgroep voor de opleiding tot longarts. Vervolgens wordt in hoofdstuk 2 een toelichting gegeven op de opleiding zelf en de verschillende onderdelen daarin. Een overzicht van de opleiding is hierin opgenomen. Hoofdstuk 3 is het portfolio van de aios. Hierin staan per opleidingsjaar de stages uitgewerkt. Hierin is opgenomen een toelichting op het gebruik van toetsinstrumenten, het voeren van gesprekken en een overzicht van het cursorisch onderwijs. Aan het eind zijn de overzichtsdocumenten ingevoegd van onder andere de te ontwikkelen vaardigheden, etc. Tot slot in de bijlagen staan het competentieprofiel van de longarts en formulieren van gebruikte toetsinstrumenten.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
2
Voor de samenstelling is gebruik gemaakt van - Het Landelijke opleidingsplan Longziekten en tuberculose - Opleidingsdocumenten opleiding longziekten en tuberculose JBZ - Documenten JBZ Versie 3.0 september 2015 Auteurs: Dr. A.J.M. Schreurs, opleider Dr. M.E.A.C. Broeders, beoogd opleider 2015 Drs. C. den Rooyen, opleidingskundige JBA Overige leden van de opleidingsgroep longziekten JBZ: Dr. B. Biesma ( plaatsvervangend opleider), Drs. Th. Macken, Drs. H.N.A.J. van Rijswijk en Dr. S.A. Smulders © Jeroen Bosch Ziekenhuis, Den Bosch
3 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Opleidingsgroep longgeneeskunde JBZ
4 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Opleidingsgroep longziekten JBZ
Bonne Biesma
Marielle Broeders
Thomas Macken
Rein van Rijkswijk
Ad Schreurs
Sietske Smulders
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
5
Inhoudsopgave Voorwoord
2
Maatschap Longgeneeskunde en Tuberculose Jeroen Bosch Ziekenhuis
4
Hoofdstuk 1 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose JBZ
6
1.1 De afdeling Longziekten en Tuberculose in het JBZ in toekomstperspectief
6
1.2 De opleidingsgroep
7
1.3 De vooropleiding en stages
8
1.4 Overlegstructuren
8
Hoofdstuk 2 De opleiding
10
2.1 De functie van het specialisme en de opleiding L&T in het JBZ
10
2.2 De opbouw van de opleiding
10
2.3 Stages
11
2.4 Thema’s, competenties en kenmerkende beroepsactiviteiten
11
2.5 Beheersingsniveaus
11
2.6 Opleidingsactiviteiten
12
2.7 Voortgang en beoordeling
12
2.8 Wetenschap
14
2.9 De aios en wetenschap
14
2.10 Cursorisch onderwijs
15
2.11 Toelichting verschillende besprekingen
15
2.12 Overzicht opleiding
20
2.13 Toetsmatrix
21
2.14 Overzicht leerjaren
22
2.15 Stagebeschrijvingen
23
Hoofdstuk 3 Portfolio
55
3.1 Overzicht begeleiding individuele aios tijdens zijn opleiding
55
3.2 Individueel opleidingsplan versus opleidingsschema
55
3.3 Begeleiding individuele aios tijdens zijn opleiding
57
3.4 Overzicht vaardigheden en bekwaamheden
58
3.5 Toelichtingen werkwijzen diverse gesprekken en instrumenten
59
3.6 Aanbevolen literatuur
66
3.7 Formulieren
70
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
6
1
De afdeling Longziekten en Tuberculose van het JBZ
1.1 De afdeling Longziekten en Tuberculose van het JBZ in toekomstperspectief Het JBZ is een groot opleidingsziekenhuis deel uitmakend van de stichting topklinische ziekenhuizen ( STZ ). Na verhuizing naar de nieuwbouw in 2011 is de patiëntentoestroom verder toegenomen en de regiofunctie verder uitgebreid. Het adherentiegebied voor de maatschap longartsen is ongeveer 350.000 mensen. Dit waarborgt dat het vakgebied in de volle breedte en in al zijn aspecten uitgeoefend kan worden. Het meest uitgesproken aandachtsgebied is de oncologie, waarbij dit ook past in het speerpuntenbeleid van het JBZ. Vanuit Bernhoven worden alle patiënten voor longchirurgie, chemotherapie en endo-echoscopie verwezen naar het JBZ, waarmee het JBZ zich geprofileerd en ontwikkeld heeft tot een van de grotere longoncologische centra in den lande, waarbij voldaan wordt aan alle SONCOS normen Ook in het wetenschappelijk onderzoek zijn een aantal lijnen in ontwikkeling. Er wordt geparticipeerd in alle NVALT studies en zoveel mogelijk chemotherapiepatiënten worden in trial verband behandeld. De lokale implementatie van gangbare moleculaire diagnostiek is gerealiseerd en onderzoeksvragen zijn geformuleerd. Er is nauwe samenwerking met de longchirurgie en een post-thoracotomie revalidatieprogramma is in ontwikkeling. Er zijn sneldiagnostiek paden en zorgpaden in ontwikkeling. Het palliatieve zorg advies team is met inbreng van longartsen, oncologen en verpleegkundig specialisten oncologie geëffectueerd en functioneert goed. Op palliatief gebied is er samenwerking met het Radboud UMC ( Prolong studie en MILON studie (mindfullness)) In het nieuwe ziekenhuis is er een dependance van het radiotherapeutisch instituut Verbeeten geopend en kunnen alle radiotherapeutische interventies, inclusief stereotactische behandelingen op locatie uitgevoerd worden. Voor de gamma- knife behandeling wordt verwezen naar het gamma-knife centrum in Tilburg. De combinatiebehandelingen zijn veel beter te stroomlijnen en gemeenschappelijk onderzoek wordt geambieerd. Er bestaat een wens tot het opzetten van een oncologische database om diverse onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden, dit in samenhang met de ontwikkelingen op landelijk niveau ten aanzien van registratie en de implementatie van kwaliteitsindicatoren. In samenwerking met andere Noord- Brabantse ziekenhuizen is er een programma voor risicofactorenmanagement in de oncologie ontwikkeld. Er is een uitgebreide multidisciplinaire samenwerking voor het onderzoek en behandeling van slaapgerelateerde ademhalingsstoornissen, waarbij de ambitie wordt uitgewerkt om dit voor geselecteerde patiëntenpopulaties ook als directe eerstelijnsdiagnostiek aan de huisarts aan te bieden In samenwerking met het Sint Antonius ziekenhuis te Nieuwegein en het UMCU wordt er samengewerkt op het gebied van de interstitiele longafwijkingen en wordt er een regiofunctie onder andere in samenwerking met het Twee Steden ziekenhuis te Tilburg geambieerd. Geneesmiddelenonderzoek op het gebied van astma, COPD, bronchiëctasiën en pneumonieën zijn in opstart en worden uitgevoerd 1.2 De opleidingsgroep In het JBZ werken zes longartsen met een totaal van 5,5 fte’s ( daarnaast in 2014 ook een chef de clinique en “jonge klaren”) Alle specialisten zijn vakinhoudelijk breed georiënteerd op alle aspecten van de eindtermen van de opleiding en daarnaast specifiek verantwoordelijk voor hun aandachtsgebied zoals; - Dr. B. Biesma: oncologie en research - Dr. M. Broeders: astma en COPD, inhalatietechnologie, revalidatie - Drs. Th. Macken: slaapgebonden stoornissen en management van zorg - Drs. R. van Rijswijk: interstitiele longafwijkingen en neuromusculaire aandoeningen - Dr. A. Schreurs: oncologie en farmacotherapie - Dr. S. Smulders: oncologie en slaapgebonden stoornissen
7 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
De opleidingsgroep is verantwoordelijk voor de kwaliteit, inhoud en vormgeving van de opleiding tot longarts in het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Alle specialisten werken actief samen voor een kwalitatief hoogstaande opleiding. Hierin hebben een aantal specialisten extra taken en verantwoordelijkheden. Organisatie, taken en verantwoordelijkheden: Dr. A.J.M. Schreurs, is de opleider. Hij is primair verantwoordelijk voor alle zaken die de opleiding betreffen: - aanvragen en coördinatie van de opleidingsvisitatie. - aannemen van aio’s - implementeren van het nieuwe opleidingscurriculum - ontwikkelen en implementeren van nieuwe kwaliteitsinstrumenten - bewaking van de voortgang van de opleiding - samenstelling onderwijsrooster - coördinatie refereeravonden - monitoren en bijhouden van de voortgang van de opleiding van de individuele aios door: o controle portfolio’s aios o houden van voortgangsgesprekken en toetsingsmomenten conform regelgeving CCMS/MSRC Met ingang van oktober 2015 is er het voornemen te continueren als plaatsvervangend opleider en te wisselen ten aanzien van een aantal taken en verantwoordelijkheden met: Dr. M.E.A.C. Broeders: Beoogd opleider 2015. Daarnaast is zij verantwoordelijk voor: - het coördineren samen met collega Macken van de longfunctiestage, waarbij vaardigheden worden aangeleerd betrekking hebbende op de longfysiologie en inspanningsfysiologie. Zij coördineren samen de fietsergometrieën en slaaponderzoeken zoals polygrafie en polysomnografie. - entameert en begeleidt wetenschappelijk onderzoek op deze terreinen en is met de huidige plaatsvervangend opleider Biesma verantwoordelijk voor de wetenschappelijke vorming van de assistenten en het voldoen aan de opleidingseisen in deze. Dr B. Biesma: Tot oktober 2015 plaatsvervangend opleider. - neemt de verantwoordelijkheid van de opleider over waar deze niet in staat is deze in te vullen door afwezigheid of ziekte. Superviseert de aio’s. - organisatie en voorzitterschap polikliniekbesprekingen en chirurgische/oncologische besprekingen - tezamen met Schreurs en Smulders inhoudelijk verantwoordelijk voor de oncologie stage. - Samen met Broeders verantwoordelijk voor het wetenschappelijk onderzoek in de opleiding van de aios. Drs. Th. Macken: Hij is specialistmanager en betrekt de aios bij deze specifieke vakgroepoverstijgende aspecten van de opleiding. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor: - organisatie, inhoud en beoordeling van de longfunctiestage, inclusief slaapgebonden ademhalingsstoornissen. - supervisie van aios Dr. S.A. Smulders: - superviseert aio’s. - is samen met collega Broeders verantwoordelijk voor de roostering van de arts-assistenten conform arbeidstijdenbesluit en opleidingseisen. - verantwoordelijk voor de co-assistenten begeleiding en beoordeling - Begeleidt en superviseert de stage longziekten voor de SEH artsen in opleiding Drs. H.N.A.J. van Rijswijk: - superviseert aios. - entameert wetenschappelijk onderzoek op het gebied van de interstitiele long afwijkingen en coördineert de uitwisselingsstage op dit gebied met prof J. Grutters ( Nieuwegein) - organiseert de ILD/PA-bespreking en de multidisciplinaire bespreking met de reumatologen/interstitiele longafwijkingen. - Is TBC coördinator in het JBZ, betrekt de assistenten bij deze taak. Geeft invulling aan een eventuele
8 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
uitwisselingsstage op dit gebied en organiseert de periodieke besprekingen met de GGD en consulenten vanuit Nijmegen ( Dekkerswald). Teach the Teachers programma’s zijn door alle vakgroepsleden gevolgd. De opleidingsgroep bewaakt de (individuele) medisch inhoudelijke en professionele voortgang van de aios en begeleidt hem/haar tijdens de gehele opleiding. Alle longartsen superviseren en iedere aios heeft 1 supervisor “ toegewezen” gekregen. De supervisor begeleidt de aios in zijn /haar persoonlijke ontwikkeling, fungeert als aanspreekpunt bij niet patiënt gebonden zaken en neemt de assistent waar bij afwezigheid, ziekte of vertrek ten aanzien van de poliklinische patiëntenzorg zodat een bepaalde mate van continuïteit hierin is gegarandeerd. De supervisor wordt door de opleider betrokken bij de beoordelingen en toetsmomenten van de aios. Op individuele basis kan door de aios gevraagd worden om een vertrouwenspersoon aan te wijzen binnen de opleidingsgroep niet zijnde de opleider of supervisor. De opleidingsgroep is verantwoordelijk voor het curriculum. Dit opleidingsplan is afgeleid van het landelijk opleidingsplan van de opleiding tot longarts. Het voldoet aan de daarin gestelde eisen en aan de regelgeving met betrekking tot het specialisme Longziekten en Tuberculose (kaderbesluit en specifiek besluit CCMS, KNMG, 2010). 1.3 Vooropleiding en stages: Tijdens de vooropleiding Interne Geneeskunde valt de aios onder verantwoordelijkheid van de betreffende opleider met eigen erkenning en curriculum (inclusief de stage cardiologie met eigen stagebegeleider). De vooropleiding Interne Geneeskunde wordt door de aios in het JBZ gevolgd onder verantwoordelijkheid van dr. W. Smit, opleider. - De cardiologiestage wordt verzorgd door: dr. M. Daniëls - De stage Intensive Care wordt verzorgd door: dr. P. de Jager De inhoud en vormgeving van de stages in het JBZ wordt in gezamenlijk overleg vastgelegd. De inhoud van de stages zijn opgenomen in de bijlagen. Tijdens de stageperioden stuurt de stagebegeleider de aios vakinhoudelijk aan. 1.4 Overlegstructuren: Om de organisatie, de uitvoering en de kwaliteit van de opleiding vorm te geven is het noodzakelijk om met verschillende partijen te overleggen en af te stemmen. Hieronder staan de verschillende overlegmomenten genoemd, inclusief doel, aanwezigen, frequentie, deelnemers en plaats waar notulen zijn te vinden. Regionaal Opleidersoverleg Doel: - Toetsing en afstemming opleidingsschema’s regionale opleidingsinstellingen - Toetsing en afstemming lokale opleidingsplannen aan regionaal opleidingsplan - Toetsing en aanscherping regionaal opleidingsplan aan landelijke kaders - Evaluatie en afstemming opleidingszaken (organisatorisch en inhoudelijk) in regionaal verband - Organisatie en afstemming regionale refereeravonden - Afstemming en bewaken regio overstijgend onderwijs (met OOR ON en OOR Utrecht) - Verdeling aios longziekten binnen de OOR Utrecht Frequentie: 2-4 maal voorafgaand aan de regionale refereeravond. Voorbereiding: Op onderwerpen moeten stukken worden voorbereid en ideeën worden aangedragen (o.a. regionaal opleidingsplan, cursorisch onderwijs, opleidingsroosters, verdeling instroom longartsen i.o., voortgang aios, selectie aios voor wetenschappelijk onderzoek, programma’s profileringsstages). Notulen en vergaderstukken worden elektronisch verspreid en digitaal gearchiveerd. Voorts vindt op regionaal niveau afstemming plaats over de selectie/aanname van nieuwe aios. Rol regiocoördinator: is in de regio nog niet ingevuld
9 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Centrale Opleidings Commissie (COC) van het JBZ Doel: Evaluatie en afstemming opleidingszaken (organisatorisch en inhoudelijk) in JBZ-verband met als doel om met elkaar de kwaliteit van de opleiding tot medisch specialist vorm te geven, te bewaken en te bevorderen conform de regelgeving CCMS (Kaderbesluit 2010). Frequentie: 5x per jaar op maandag van 17.00 – 18.30 uur. Twee bijeenkomsten betreffen de zogenaamde ZIN-bijeenkomsten waarbij met elkaar een inhoudelijk thema wordt uitgediept. Deelnemers: Opleiders JBZ en/of plaatsvervangend opleiders JBZ, afgevaardigde aios, afvaardiging Raad van Bestuur, manager Jeroen Bosch Academie (JBA) en afhankelijk van de agenda inhoudsdeskundigen (op uitnodiging). Voorbereiding: Op onderwerpen moeten stukken worden voorbereid en ideeën worden uitgedragen (o.a. lokaal generiek opleidingsplan, discipline overstijgend onderwijs). Notulen: door secretariaat Leerhuis, die ook zorg draagt voor de archivering. Opleidingsvergadering Doel: Lopende opleidingszaken (organisatorisch en inhoudelijk) worden besproken. Frequentie: 6 x per jaar (op donderdag voorafgaand aan de refereeravond, van 17.00-18.00) Deelnemers: a(n)ios, opleider, plv. opleider, leden van het opleidingsteam cq supervisoren, manager afdeling longziekten (poli, secretariaat, behandelkamer, functie afdelingen en kliniek). Complicatiebespreking maakt vast deel uit van de bespreking. Relevante casuïstiek wordt mee geagendeerd en door assistent of staflid voorbereid en besproken. Notulen: worden gestuurd naar alle a(n)ios en supervisoren. Archivering door aios en opleider digitaal. Maatschaps- cq vakgroepsvergadering Doel: Alle relevante zaken betreffende de organisatie, taakuitvoering en kwaliteitsaspecten van de maatschap/ vakgroep longziekten worden besproken, inclusief opleidingszaken als vast agendapunt. Frequentie: 8 x per jaar Deelnemers: alle maatschapsleden. Voorbereiding: Op onderwerpen moeten stukken worden voorbereid en ideeën worden uitgewerkt. Relevante stukken worden tevoren rondgestuurd en toegevoegd aan de notulen. De agenda wordt vastgesteld door de voorzitter van de maatschap. Opleidingszaken vormen hierin een vast agendapunt, evenals calamiteiten, klachten en complicaties. Notulen, archivering door secretaris maatschap ( jaarlijks roulerend). Informeel overleg Doel: informeel overleg tussen aios en opleider/plv opleider over lopende opleidingsactiviteiten. Ad hoc. Tevens 4-6x per jaar aansluitend aan de refereeravond wordt er gemeenschappelijk gedineerd. Het streven is eenmaal per jaar met de assistenten een avond bij een van de stafleden thuis te organiseren.
10 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
2
De opleiding
2.1 De functie van het specialisme Longziekten en Tuberculose en de opleiding tot longarts in het JBZ De aanwezigheid van longartsen in opleiding en het opleiden van longartsen in het Jeroen Bosch Ziekenhuis wordt gezien als een belangrijke meerwaarde voor de kwaliteit van zorg in het algemeen en voor de afdeling Longziekten in het bijzonder. Het specialisme longziekten en tuberculose is dat onderdeel van de geneeskunde dat zich richt op voorkomen, herkennen, diagnosticeren en behandelen van ziekten van het respiratoire systeem. De longarts is daarmee een specialist die, in tegenstelling tot de andere medische specialismen, bij uitstek getraind is in het diagnosticeren en behandelen van patiënten met longziekten. Dit doet hij op basis van gedegen kennis van de fysiologie en pathofysiologie van het respiratoire systeem. De longarts betrekt belangrijke sociale -, omgevings-, en arbeidsfactoren die van invloed kunnen zijn op de gezondheid van patiënten in zijn overwegingen. Daarnaast heeft hij een belangrijke rol in ethische besluitvorming en de preventie van ziekten. (competentieprofiel van de longarts is opgenomen in bijlage D). 1 De longarts werkt direct of indirect samen met verpleegkundigen, functieassistenten, administratief medewerkers, alle in het ziekenhuis aanwezige specialisten en huisartsen. Continuïteit en coördinatie van medische zorg zijn sleutelbegrippen als het om de rol en positie van de longarts gaat. De longarts is hoofdbehandelaar van de aan zijn zorg toevertrouwde patiënten en coördineert de contacten met alle andere hulpverleners, medisch en paramedisch, in het ziekenhuis en daarbuiten. Hij is daarmee verantwoordelijk voor de coördinatie en continuïteit van zorg voor de longpatiënt. De longarts handelt volgens de in het Jeroen Bosch Ziekenhuis vastgestelde medische kaders (anamnese, lichamelijk onderzoek, aanvullend onderzoek, diagnose, therapie, ATLS/APLS principes en reanimatieprotocollen) en houdt rekening met de specifieke omstandigheden van de patiënt en zijn begeleiders. De longarts ziet erop toe dat hij zich bekwaamt en blijft bekwamen in kennis en vaardigheden die van hem in de uitoefening van zijn functie worden verwacht. Hij participeert in de voor hem relevante overlegstructuren. Voorts zorgt hij voor onderlinge afstemming en overleg met collega longartsen en draagt bij aan de ontwikkeling van het vakgebied. De longarts draagt zorg voor regelmatig overleg met specialistische vakgroepen en huisartsen. In onderling overleg worden richtlijnen voor behandelingen opgesteld. 2.2 Opbouw van de opleiding De totale opleiding, inclusief vooropleiding interne geneeskunde, duurt 6 jaar. Gedurende de eerste twee jaren dienen de aios zich alle basiscompetenties zoals verwoord in de beschrijving van de common trunk te verwerven, zodanig dat de taken die hieruit voortvloeien na twee jaar onder globale supervisie kunnen worden uitgevoerd. In de fase ‘longziekten’ krijgen de aios de gelegenheid zich de competenties van de longarts eigen te maken. In deze fase bestaat er ook de gelegenheid voor de aios nader te specialiseren op één van de deelgebieden van de longziekten door het volgen van verdiepingsstages. In het JBZ kunnen aios zich verdiepen in de volgende aandachtsgebieden: Verdiepingstage oncologie ( inclusief EUS/EBUS) Verdiepingsstage slaapgerelateerde ademhalingsstoornissen en respiratoire fysiologie/inspanningsfysiologie Bovengenoemde activiteiten dienen ertoe te leiden dat aios aan het eind van de opleiding zelfstandig kunnen functioneren voor tenminste 90% van de gedefinieerde competentiegebieden die samen de longgeneeskunde omvatten.
1
Overal waar hij staat, wordt uiteraard ook zij bedoeld.
11 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
2.3 Stages De opleiding is opgebouwd uit stages (structuur) die variëren van 3 tot 6 maanden (gemiddeld 4 maanden). De inhoud van de opleiding wordt bepaald door thema’s (inhoudsstructuur) of onderdelen uit thema’s. De stages hebben een vorm van lijnleren en blokleren. Dit betekent dat sommige thema’s gedurende meerdere stages aan bod komen (lijnleren) en sommige thema’s binnen een bepaalde stage worden afgerond op eindniveau van de opleiding (blokleren). Aan het eind van dit onderdeel is een totaal overzicht van de in de opleiding te volgen stages opgenomen. De opbouw van de opleiding per individuele aios kan op onderdelen hiervan afwijken. Per opleidingsjaar staat beschreven welke stages gevolgd worden en welke thema’s dat jaar centraal staan. De thema’s worden op niveau 4/5 afgerond. Een aantal specifieke stages worden nader uitgewerkt. De beschrijvingen zijn in het desbetreffende opleidingsjaar opgenomen. Iedere stageomschrijving omvat een overzicht van wat er tijdens de stage ontwikkeld moet worden. In een stageoverzicht zijn opgenomen: thema’s (met uitwerking van eindtermen en competenties), beheersingsniveau (BN), opleidingsactiviteiten, toetsen en portfolio. Hiermee trachten we op overzichtelijke wijze aan te geven waaraan tijdens een opleidingsjaar/stage gewerkt moet worden. De thema’s vormen daarmee een leidraad voor het dagelijks handelen. Niet alle onderwerpen uit een thema zullen tijdens het opleidingsjaar/ stages aan bod komen aangezien ze afhankelijk zijn van het patiëntenaanbod. Per individuele aios worden hierover afspraken gemaakt (leerdoelen voor een volgende periode vastgelegd in het Individuele Opleidings Plan (IOP). Aan het eind van de opleiding beheerst de aios de thema’s voor 90% op niveau 4/5. Aan het einde van de opleiding wordt van de aios verwacht dat hij aan alle opleidingseisen voldoet. 2.4 Thema’s, competenties en kenmerkende beroepsactiviteiten Het vakgebied van de longarts wordt in het opleidingsplan beschreven aan de hand van 19 thema’s. Deze thema’s geven de opleider, supervisoren en de aios de mogelijkheid om kennis, vaardigheden en gedrag te ontwikkelen en te (laten) toetsen. De thema’s drukken de eigenheid van de longarts uit en laten zien dat het een apart vakgebied is. De inhoud van een thema is onderverdeeld in competenties. De operationalisatie van de voor het desbetreffende thema relevante competenties en eindtermen is beschreven. Het merendeel van de thema’s heeft naast medisch handelen nog tenminste twee andere competenties aan zich gekoppeld gekregen. Dit maakt het aanleren en toetsen van de competenties in de praktijk beter mogelijk. De aan een thema gekoppelde competenties dienen in dit thema aangeleerd en getoetst te worden. Hiertoe zijn als voorbeelden voor ieder thema kenmerkende beroepsactiviteiten (KBA) benoemd, die bij uitstek geschikt zijn om deze competenties te toetsen. Deze praktijksituaties dienen als een houvast om in de praktijk te leren en het toetsen in de dagelijkse praktijk te integreren. Het is niet verplicht om alleen deze KBA voor de toetsing te gebruiken, andere klinische situaties kunnen ook gebruikt worden, mits de aan de KBA gekoppelde competenties getoetst worden. 2.5 Beheersingsniveaus Bij het vaststellen van het ‘overall functioneren’ van de aios op de verschillende thema’s, zal na het afsluiten van een thema, mede gelet op de resultaten van de verschillende Korte Praktijk Beoordelingen (KPB’s) die met betrekking tot dit thema bij de aios zijn afgenomen, het bereikte bekwaamheidsniveau van de aios worden aangegeven. Hierbij zal worden gerefereerd naar de mate van supervisie die de aios bij de uitvoering van de verschillende taken vallende binnen dit thema nog nodig heeft. Op dezelfde wijze zal ook het functioneren van de aios met betrekking tot de verschillende vaardigheden vastgesteld worden. Voor de beoordeling hiervan zal mede gelet worden op de resultaten van de afgenomen Objective Structured Assessment of Technical Skills (OSATS) en Bronchoscopy Skills and Assessment Tool (BSTAT). Dit betekent dat er voor de verschillende thema’s en voor de verschillende handvaardigheden uiteindelijke 5 niveaus van competentie kunnen worden aangegeven: 1. de aios heeft adequate kennis van het onderwerp; 2. de aios kan de bij dit thema behorende taken uitvoeren, maar onder strikte supervisie; 3. de aios kan de bij dit thema behorende taken onder beperkte supervisie uitvoeren; 4. de aios kan de bij dit thema behorende taken zonder supervisie uitvoeren; 12 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
5.
de aios superviseert en onderwijst anderen adequaat bij de bij dit thema behorende taken.
Gedurende de opleiding zal de aios in elke stage getoetst dienen te worden op een aantal themagebonden taken. Per periode van 6 maanden worden door de aios en de opleider tenminste 3-6 thema’s benoemd waarop de aios in de komende periode vooral getoetst zal gaan worden. Per thema dient een minimaal bekwaamheidsniveau bereikt te worden (zie tabel). Mede omdat 90% van de longartsgeneeskundige praktijk bepaald wordt door een beperkt aantal diagnosen, dient de aios aan het einde van de opleiding tenminste 90% van de thema’s te kunnen afhandelen op een bekwaamheidsniveau 4-5. Belangrijk bij de toetsing van thema’s is dat binnen een thema alleen de meest essentiële taken getoetst worden. De KBA’s kunnen dit toetsen sturen. Het is niet de bedoeling om thema’s uitputtend en gedetailleerd te toetsen. Om de groei van de aios te monitoren is een zogenaamd dashbord ontwikkeld waarin de niveaus per opleidingsperiode op niveau van bekwaamheid wordt vastgelegd (zie bijlage voor een voorbeeld). Te bereiken competentieniveau per thema THEMA Analyse dyspnoe Analyse hemoptoe Analyse thoracale pijn Analyse chronische hoest Astma COPD Pneumonie Recidiverende luchtweginfecties Tuberculose Thoracale oncologie Interstitiële longziekten Beroepsgerelateerde longziekten Acute longgeneeskunde en intensive care Pleurale aandoeningen Longfunctie Respiratoire allergie Slaapgebonden ademhalingsstoornissen Mediastinale pathologie Vasculaire pathologie
Bekwaamheidsniveau 5 5 5 5 5 5 5 4 5 5 5 4 4 5 5 4 4 4 3
Van de aios wordt verwacht dat er een toename plaatsvindt in het zelfstandig functioneren (afname supervisie) in steeds complexere situaties. Het kennen van eigen grenzen (en daarmee tijdig inschakelen van hulp) zijn belangrijke competenties die gedurende de opleiding ontwikkeld worden. Per stage is aangegeven op welk niveau een thema (of onderdeel daaruit) beheerst moet worden. 2.6 Opleidingsactiviteiten Het opleiden vindt met name op de werkplek plaats, tijdens de patiëntenzorg. Op elk moment kan er dan ook geleerd worden. De aios neemt tijdens de stages deel aan de relevante opleidingsmomenten waar hij op dat moment stage loopt. De planning hiervan is verschillend per stageperiode (zie ook desbetreffende stageomschrijvingen). Sommige activiteiten zullen specifiek aandacht aan het leren besteden, dit zijn m.n. de onderwijsmomenten (besprekingen, MDO, etc.). Tijdens deze opleidingsactiviteiten komen verschillende taken aan de orde die door een supervisor beoordeeld kunnen worden. Met behulp van een feedbackinstrument wordt overzichtelijk de ontwikkeling van de aios gevolgd. Toetsinstrumenten zijn dagelijkse feedback (niet geformaliseerd in formulieren), Korte Praktijk Beoordelingen (KPB’s) en 360 graden feedback. Voor de ontwikkeling van kennis en wetenschap wordt o.a. gebruik gemaakt van referaten en CAT. In Deel D worden de verschillende instrumenten toegelicht.
13 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Tabel 1 Overzicht leermiddelen en toetsen Leermiddelen Introductie Leerhuis / opleider Ochtendoverdracht Statusvoering
Toetsen aanwezigheid KPB KPB
Interdisciplinaire bespreking
KPB
Gesprek met patiënten / familie Multi disciplinair overleg (MDO) Dienst Probleempatiënt bespreking Critically Appraised Topic (CAT) Refereerbijeenkomst Artikel/voordracht Protocollen maken/bijstellen Lokaal onderwijs Onderwijs Regionaal onderwijs Landelijk onderwijs Discipline overstijgend onderwijs JBA/BMS/PAOG Voortgangstoetsen/jaarlijkse Hermes examen Bijeenkomsten wetenschappelijke vereniging
KPB KPB KPB KPB /CAT / referaat / Probleempatiënt / PA bespreking KPB /CAT / referaat / Probleempatiënt / PA bespreking KPB/ CAT / referaat / Probleempatiënt / PA bespreking Acceptatie/uitvoering Beoordeling resultaat en werkwijze Aanwezigheid Uitvoering Certificaat Certificaat Certificaat Uitvoering en bespreking met de opleider Certificaat
2.7 Voortgang en beoordelen Om de ontwikkeling en voortgang van de aios tijdens de stages te monitoren en bij te stellen zullen regelmatig gesprekken worden gevoerd. In de volgende tabel zijn deze overzichtelijk opgenomen. Activiteit Voor aanvang opleiding en voor stage longfunctie ( cardiologie en IC tijdens IG) Elk half jaar, halverwege en aan het einde van de stages longfunctie en oncologie ( cardiologie en IC tijdens IG)
Instrument Introductiegesprek
Geschiktheidsbeoordeling, ieder jaar en 3 maanden voor einde opleiding
Beoordeling opleidingsgroep
Voortgangsgesprek, formuleren doelen voor de volgende periode
Actie aios
Introductieformulier in portfolio voegen. o
Themakaarten, KPB, 360 feedback, zelfreflectie, briefbeoordelingen, CAT, OSAS, BSTAT, kennistoets, gegevens portfolio. Thema’s afspreken voor de komende periode. Beoordelingsformulier. Kennistoets, KPB’s, BB’en, o OSATS, BSTAT, 360 feedback, portfolio.
aios opleider cq plv opleider stagebegeleider supervisor
Opleider, plv opleider en supervisoren
Aparte aandacht verdient de aios die excellent dan wel ondermaats presteert. Degenen die excellent presteren, zullen op grond van hun prestaties sneller de vastgestelde beheersingsniveaus bereiken dan de “gemiddelde” aios. Om te voorkomen dat een excellent presterende aios zich niet op eigen tempo kan door ontwikkelen valt het gebruik van een (lokaal vast te stellen) bekwaamverklaringsschema te overwegen. In een dergelijk schema kan een aios op individuele basis per thema worden bekwaam verklaard tot het zelfstandig werken (beheersingsniveau 4). Aios die bovengemiddeld presteren hebben de mogelijkheid om een verdieping te volgen in de verdiepingsfase. Willen aios hiervoor in aanmerking komen dan betekent dat, dat zij sneller de vereiste beheersingsniveaus bereiken op de competenties wat tot uitdrukking moet komen in de voorgeschreven toetsmethoden. Concreet moet hierbij wordt gedacht aan bovengemiddelde scores op Korte Praktijk Beoordelingen, 360 graden beoordelingen, OSATS en het op basis hiervan in staat zijn om goede en te verbeteren punten op zijn of haar competentieontwikkeling te formuleren. Het voorgaande neemt de aios op in zijn portfolio en wordt besproken tijdens het voortgangsgesprek. Het verrichten van extra, dan wel externe
14 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
stages moeten ook in dit kader worden gewogen. Evenals een verkorting van de opleiding, conform de nieuwe regelgeving CCMS anno 2015. Het omgekeerde geldt voor de “ondermaats” presterende aios. Goede en volledige dossiervorming is van groot belang. Bij het vermoeden van een niet functionerende aios op de afdeling dient men dit zo vroeg mogelijk te bespreken met de desbetreffende aios. Vervolgens is het in de meeste gevallen raadzaam een traject van intensieve begeleiding en planmatige beoordeling af te spreken al dan niet gecoördineerd door een door de aios zelf aan te wijzen mentor ( supervisor of vertrouwenspersoon) In de praktijk betekent de intensivering van de beoordeling dat een ondermaats presterende aios frequenter formeel getoetst zal worden. De wijze van beoordeling en de keuze van de instrumenten hangt af van het probleem. Mocht het zo zijn dat ondanks alle begeleiding de aios onder de maat blijft presteren, dan wordt de opleiding voor deze aios beëindigd. Dat mag formeel na ieder opleidingsjaar en vlak voor afronding van de opleiding. Verbeteren de prestaties echter, dan kan het voorkomen dat er vertraging is opgelopen zodat de aios niet binnen 6 jaar de opleiding kan voltooien. Voor deze groep aios is het mogelijk de opleidingsduur maximaal met 1 jaar te verlengen (kaderbesluit CGS). Verlenging van de opleiding is niet mogelijk wanneer alle competenties voldoende zijn aan het einde van de te voren vastgestelde opleidingstermijn. Voor meer informatie wordt verwezen naar het kaderbesluit. 2.8 Wetenschap Het JBZ is een STZ ziekenhuis waarin naast opleiden, wetenschap een belangrijke rol speelt in het verzorgen van topklinische zorg. Naast topklinische zorg met een bovenregionale functie ambiëren STZ ziekenhuizen een prominente positie in patiëntgebonden en klinisch relevant ( zorg) onderzoek. Daar hoort ook onderzoek naar nieuwe geneesmiddelen bij. Van belang is een goede kwaliteit van de onderzoeksinfrastructuur, die op de longafdeling is gerealiseerd met onder andere adequaat ondersteund personeel (onderzoeksverpleegkundigen en trial assistentes) en ervaren onderzoekers. Arts assistenten in opleiding tot medisch specialist worden hierbij betrokken en voorbereid op hun latere positie als zorgprofessional ten aanzien van deze aspecten. De afdeling longziekten van het JBZ is van mening dat wetenschappelijke vorming onmisbaar is voor het functioneren als medisch specialist. Het zelf verrichten van wetenschappelijk onderzoek door aios is hierbij noodzakelijk, maar geen doel op zichzelf. Basaal onderzoek in samenwerking met verschillende academische centra wordt zoveel mogelijk gestimuleerd, zonder dat daarbij de medisch vakinhoudelijke opleiding in het gedrang komt. Voor onderzoeksthema’s van de afdeling longziekten zie ook hierboven onder het hoofdstuk “Afdeling Longziekten JBZ in toekomstperspectief”. 2.9 De aios en wetenschap Naast de stages maakt wetenschappelijk onderzoek dus deel uit van de opleiding. We streven ernaar iedere assistent vroegtijdig ( in het eerste jaar van de vervolgopleiding) een onderzoeksproject te laten starten. Het onderzoeksproject loopt als rode draad door de opleiding. Het onderzoeksproject wordt geïnitieerd door de aios en wordt afgestemd met de opleider en supervisor van de aios. Het is voor de afronding van de opleiding vereist dat de aios het onderzoeksproject afrondt met tenminste één publicatie in een peer- reviewed tijdschrift. Indien dit niet haalbaar blijkt kan gekozen worden voor een presentatie of poster op een internationaal congres of een presentatie op de wetenschappelijke vergadering van de NvALT. Dr. B. Biesma en Dr. M. Broeders coördineren in de opleiding van de aios het onderdeel wetenschap. Naast het doen van onderzoek wordt van de aios tevens een actieve rol verwacht in het wetenschappelijk denken en werken ten behoeve van de dagelijkse patiëntenzorg. Richtlijnontwikkeling en protocollen worden aan de literatuur getoetst en lokaal geïmplementeerd. Recente literatuur wordt gerefereerd, beoordeeld en bediscussieerd ten aanzien van consequenties voor het dagelijks functioneren.
15 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
2.10 Cursorisch onderwijs Cursorisch onderwijs is onderwijs dat zich buiten de patiëntenzorg afspeelt, maar wel een duidelijk verband heeft met de patiëntenzorg. Het gaat hierbij om onderwijs op het gebied van algemene kennis, vakinhoudelijke kennis, vaardigheden en gedrag (waar mogelijk te realiseren deels met behulp van elearning). Het discipline overstijgend onderwijs (Woensdag Middag Onderwijs, JBZ-breed georganiseerd door de Jeroen Bosch Academie en PAOG Nijmegen) is toegankelijk voor de aios (zie hiervoor ook het generiek opleidingsplan JBZ). In overleg met de opleider plant de aios de thema’s die hij gaat volgen. Dit wordt vastgelegd in het IOP. Over de thema’s die door aios worden gevolgd vindt terugkoppeling plaats in het onderwijs: met onder andere aandacht voor “wat is er geleerd waar de afdeling zijn voordeel mee kan doen”. Van de aios wordt verwacht dat de volgende thema’s worden gevolgd: Eerste helft van de opleiding: Thema 1 Kennis en Wetenschap basis Thema 2 Patiëntveiligheid basis Thema 7 Bestuur en organisatie basis In tweede helft van de opleiding wordt van thema 1, 2 en 7 de verdieping gevolgd. Over de opleiding verdeelt Thema 3 (patiëntgerichtheid), 4 (balans in werk en opleiden), 5 (juridische zaken) en 8 (medische topics relevant voor longziekten). Daarnaast zijn de Journal clubs, wetenschapsmiddag en KNMG conferenties verplicht. Deelnamecertificaten en behaalde resultaten worden opgenomen in het portfolio. Gedurende de eerste 3 jaren van het onderdeel longziekten en tuberculose zullen de aios in de gelegenheid gesteld worden het volgende landelijke cursorisch onderwijs te volgen: Longfunctie: duur 3 dagen Tuberculose: duur 4 dagen Oncologie: duur 3 dagen Respiratoire allergie en immunologie: 2 dagen Infectieziekten: duur 2 dagen Beeldvormende technieken: duur 2 dagen Genetica: duur 1 dag In de laatste twee jaar van de opleiding volgt de aios de verplichte cursus stralingshygiëne en wordt hij in de gelegenheid gesteld deel te nemen aan Bronkhorst colloquia ( In Nederland in november of in België in februari) en tenminste 1 internationaal congres. De aios worden daarnaast in de gelegenheid gesteld deel te nemen aan niet- verplichte, maar wel kennis verruimende symposia of nascholingen, zoals de longartsendagen, georganiseerd door de beroepsvereniging. Een en ander in samenspraak met de opleider en roosteraar. Het overzicht van alle cursorisch onderwijs is opgenomen in het portfolio. 2.11 Toelichting verschillende besprekingen In de volgende paragrafen worden de verschillende overlegmomenten/besprekingen toegelicht en hoe deze optimaal gehanteerd kunnen worden voor het leerproces van de aios. Het betreft de volgende activiteiten: 1. Ochtendrapport 2. Patiëntenbesprekingen / Grote visite 3. Incidentbespreking 4. Complicatiebespreking 5. Referaat/ CAT/refereeravonden
16 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
1 Ochtendrapport/onderwijs Met de vernieuwing van de vervolgopleidingen medische specialismen vastgelegd o.a. in het Kaderbesluit en het specifiek besluit longziekten en tuberculose worden steeds meer onderwijsvormen gedefinieerd en verplicht gesteld. Al langdurig is een dagelijks generaal rapport, waarbij aios, anios, co-assistenten en leden van de opleidingsgroep aanwezig zijn een kwaliteitseis en een voorwaarde voor erkenning. Daarom hebben we ochtend overdracht en dagelijks plenair onderwijs gecombineerd. Het generaal ochtendrapport vindt iedere dag plaats om 8.00 op het kenniscentrum C1, ruimte C5.02.62 en wordt voorgezeten door de kliniekarts van die week ( wisselend volgens rooster). Er vindt een overdracht plaats van de relevante gegevens van alle patiënten die in de voorafgaande avond- en nachtdienst door de arts assistenten zijn beoordeeld op de SEH, zijn opgenomen in de kliniek, waarbij de longarts door een ander specialisme in consult is gevraagd en van problemen die zich hebben voorgedaan bij opgenomen patiënten. Van alle bovengenoemde casussen wordt kort en bondig de werkdiagnose, relevante voorgeschiedenis met aandacht voor prognosestelling, anamnese, lichamelijk onderzoek, afwijkende laboratoriumonderzoeken en bloedgassen en radiologie besproken. Voorts het ingestelde en therapeutisch beleid. Zonodig wordt er door de overdragende arts assistent in overleg met de supervisor een volgorde aangebracht en sommige casussen kort en andere meer uitvoerig besproken. Aansluitend aan deze overdracht vindt het lokale cursorisch onderwijs plaats: Op maandag: weekendoverdracht en bespreking weekrooster, knelpunten in de bezetting van die week, afwezigheid in verband met onderwijs, nascholing, bijzondere omstandigheden of ziekte. Op dinsdag: interpretatie van longfunctie, ergometrie of slaaponderzoeken. Op woensdag: Cursorisch onderwijs door de kliniekarts ( volgens rooster). Op donderdag: Interpretatie van beeldvormend onderzoek. Op vrijdag: Referaat door de ( nacht) dienstdoende arts assistent. Literatuur refereren, probleem patiënt bespreking of CAT. Op woensdag kan het onderwijs ook bestaan uit het gezamenlijk bespreken van een richtlijn of protocol gezamenlijk door arts assistent en stafleden voorbereid. 2 Patiëntenbespreking/Grote visite De grote visite ( GV) vindt iedere woensdag plaats van 11.00 uur tot 13.00 uur op het kenniscentrum C1, ruimte C5.02.62 en wordt voorgezeten door de kliniekarts van die week ( wisselend volgens rooster). Bij de bespreking zijn in beginsel alle aios, anios, co-assistenten en leden van de opleidingsgroep aanwezig. Tevens is bij deze bespreking de medisch microbioloog ( MMB) aanwezig. Allereerst worden volgens een vaste volgorde probleem patiënten besproken met infectieproblematiek. Primair de opgenomen patiënten. De lijst met te bespreken patiënten wordt ’s morgens voor 11.00 door de arts assistent die de casus gaat voordragen doorgebeld aan de MMB. De voorzitter bewaakt de structuur van de vergadering, bewaakt de tijd, en leidt de discussie. De voorzitter stelt vragen die uitnodigen te reflecteren over diagnostiek en behandeling. Gezamenlijk met de MMB wordt het antibiotisch beleid besproken en naderhand door de arts assistent vastgelegd in de decursus van de klinische patiënt. Nadien kunnen door arts assistenten en stafleden nog bijzondere poli klinische patiënten casussen ingebracht worden met moeilijke of bijzondere infectieproblematiek. In principe worden ook alle tuberculose patiënten hier tenminste eenmaal besproken. Vervolgens worden in een tweede ronde niet- infectieuze probleem patiënten besproken. Eerst de klinische patiënten en vervolgens bijzondere poli klinische probleem patiënten. Deze kunnen worden ingebracht door de hoofdbehandelaar ( zowel aios als stafleden). In principe kunnen problemen van iedere aard besproken worden, maar hoofdzakelijk met betrekking tot diagnostiek en behandeling. De voorzitter bepaald de urgentie en kan met het oog op de tijd patiënten door schuiven naar een volgende bijeenkomst.
17 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
3 Incidentbespreking De incidentbespreking is een vorm van intervisie met de aios. Tijdens deze besprekingen worden werkgerelateerde problemen en vraagstukken bespreekbaar gemaakt. Het gaat hierbij niet om medische zaken, maar om ervaringen op het terrein van communicatie, samenwerking, etc. Het zijn vooral de emotionele ervaringen, die aan bod komen. Hierdoor betreft het dan ook het professioneel handelen van de aios. De besprekingen worden gevoerd onder begeleiding van een staflid samen met een communicatietrainer volgens de incidentmethode. Deze methode zorgt ervoor dat iedereen actief deelneemt. Werkwijze - Elke aios meldt een voorval wat hij/zij de afgelopen periode heeft meegemaakt (actuele problemen/gebeurtenissen gaan voor) - Keuze van het incident; de groep maakt een keuze welk incident wordt besproken - Informatiefase: de inbrenger vertelt de feitelijke inhoud van het incident en de reden waarom hij het inbrengt - Vragenronde: open vragen om een duidelijker beeld van de situatie te krijgen en de relatie met de inbrenger: wat is zijn rol, wat zijn de beweegredenen en achterliggende gedachten? Iedereen komt aan de beurt. - Standpuntbepaling door de groep: wat speelt hier en waarom? De inbrenger luistert - De inbrenger: wat deed/doet hij? - Afsluitende discussie - Afronding: welke inzichten en adviezen heeft deze bespreking opgeleverd? Voorbeelden van situaties: reanimatie, VIM, slecht nieuwsgesprekken, ontevreden of agressieve patiënten of familie, samenwerking medisch specialismen (aanvragers), problemen tijdens overleg met andere werknemers in de zorg, moeilijke patiënten, etc. Eén maal per 2 jaar wordt er in het kader van deze incidentbespreking een communicatiecursus gehouden. Hierbij wordt er ingegaan op alle aspecten van (non-) verbale communicatie, en ieders rol hierin. Frequentie: 2 x per jaar Gezien de grootte van de groep sluit de afdeling Longziekten met deze besprekingen aan bij de cardiologie, waarbij de moderator afwisselend komt vanuit een van deze vakgroepen. Na het opstarten van deze besprekingen in 2013 is er om organisatorische redenen in 2014 gestopt met de intentie dit in 2015 te hervatten. 4 Complicatiebespreking Tijdens de twee maandelijkse opleidingsvergadering met alle assistenten worden alle relevante complicaties geagendeerd besproken ( eventueel ook VIM meldingen). Doel hiervan is in een veilige omgeving lering te trekken van de opgetreden complicaties. Zo nodig wordt op basis hiervan het beleid bijgesteld. Naast de kennisoverdracht en het voorkomen van herhaling na analyse van het probleem, staat het bespreekbaar maken van complicaties centraal. We vinden het belangrijk dat jonge artsen (a(n)ios, Co-assistenten) in aanraking komen met een open, veilige en toetsbare cultuur, waarin over fouten in termen van wat ging er mis en wat kan er beter met elkaar kan worden gesproken. Naast vakinhoudelijke zaken wordt ook de logistiek in de analyse betrokken en besproken. Dit kan bijvoorbeeld ook de mate van supervisie betreffen. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling om betrokkenen te veroordelen. Voorbereiding: complicaties worden gemeld bij de specialist manager of bij de (plv) opleider en digitaal opgeslagen. Op basis van de lijst worden de complicaties geselecteerd voor de bespreking. Sommigen worden kort behandeld en een aantal uitgebreider. Zo nodig maakt de assistent een korte presentatie/dia Werkwijze tijdens de bespreking: complicaties worden besproken aan de hand van de volgende vragen: 1. Zet de gebeurtenissen in een tijdlijn
18 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
2. Benoem de complicatie (de hoofdgebeurtenis) 3. Stel zoveel mogelijk vragen hierover 4. Benoem alle mogelijke oorzaken (feiten) hiervoor 5. Benoem mogelijke achterliggende oorzaken van stap 4 6. Herhaal dit tot de basisoorzaken duidelijk zijn 7. Formuleer verbeteracties Leren van incidenten, kwaliteitcyclus - Context awareness - Protocollen bijstellen - Organisatieverandering - Problemen van ‘change management’ 5 Referaat/ CAT/refereeravonden 1. Op tevoren geplande dagen wordt 3-4 maal per jaar een regionale refereeravond gehouden, roulerend georganiseerd door een van de opleidingsafdelingen uit de Noord-Brabantse regio ( ’s Hertogenbosch, Eindhoven en Breda, NBLV). Drie aios ( één uit elk der opleidingsklinieken) bespreken een onderwerp of artikel rondom een thema, dat in overleg met de supervisor wordt gekozen. De avond staat onder voorzitterschap van de opleider waar de refereeravond wordt gehouden. De supervisor begeleidt eveneens de voorbereiding hiervan en vult na afloop ook een KPB formulier (KPB referaat) in en bespreekt dit kort na met de aios. Alle aios worden geacht bij deze refereeravonden aanwezig te zijn. 2. Op tevoren geplande dagen wordt 3-4 maal per jaar een refereeravond gehouden, roulerend georganiseerd door een van de opleidingsafdelingen van de OOR Utrecht (’s- Hertogenbosch, Nieuwegein, Diaconessen ziekenhuis Utrecht en UMCU). Door de lokale voorzitter wordt een programma samengesteld met inbreng van stafleden, lokale aios en externe sprekers. De avonden zijn in principe geaccrediteerd door de beroepsvereniging. De thema’s worden afgestemd op het landelijke nascholingsaanbod en besproken tijdens de regionale opleidingsvergaderingen. Alle aios worden geacht bij deze refereeravonden aanwezig te zijn. 3. Door de opleider wordt er een half jaarlijks programma vastgelegd van lokale refereeravonden. Deze avonden worden verzorgd door stafleden, externe sprekers en bij bepaalde thema’s al of niet met externe sprekers gesponsord door de farmaceutische industrie. De frequentie is 6-8 x per jaar, in het algemeen gevolgd door een informele bijeenkomst. Afhankelijk van dienstrooster en persoonlijke omstandigheden worden stafleden, aios en anios geacht zoveel als mogelijk aanwezig te zijn. 4. Literatuur refereren vindt plaats op vrijdag ochtend in het kader van het cursorisch onderwijs. Voorts op ziekenhuis niveau met de georganiseerde “Journal club” en eenmaal per jaar samen met de Interne geneeskunde over een onderwerp de longziekten betreffende. Format literatuur presentatie algemeen - Begin met een beknopte inleiding en stem deze af op die van je voorganger of opvolger. - Formuleer de vraagstelling helder in vragende vorm (zelfs al doen de auteurs dit niet). Bespreek methoden, patiëntenselectie, design van de studie en resultaten (durf wat weg te laten!). o Methodologie Is de theorievorming goed uitgewerkt? Is/zijn de hypothese(n) duidelijk beschreven? (onderstreep die in het artikel) Hoe zijn de te meten begrippen geoperationaliseerd? Zijn de condities goed beschreven en duidelijk onderscheiden? Hoe is de afname van de meetinstrumenten beschreven? o Patiëntenselectie Hoe is de selectie van de onderzochten tot stand gekomen? Voldoende proefpersonen aan de doelgroep in de hypothese? 19 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
o
-
-
Is er geen bias in de selectie? Is de uitval van onderzochten vermeld, hoeveel en waardoor? Is er geen selectie dropout.
Design Is duidelijk beschreven hoe het onderzoek verloopt? Is er controle op neveninvloeden (andere behandelingen e.d.)? Is er controle op neveneffecten (bijwerkingen)?
Houd de grote lijnen aan, wie het precies wil weten moet het artikel maar lezen! Geef aan wat de auteurs concluderen en wat jij ervan vindt. o Conclusie; Zijn de resultaten in lijn met de hypothese Zijn de conclusies terecht Sluiten de conclusies aan bij de hypothese en theorievorming? Is generalisatie mogelijk? Bediscussieer de resultaten. o Wordt de hypothese bevestigd en is deze juist? o Welke omstandigheden worden genoemd die het onderzoek hebben beïnvloed o Welke omstandigheden (bias) kun je zelf noemen o Wat is je oordeel over het onderzoek in het algemeen o Hoe zou het beter opgezet en uitgevoerd kunnen worden.
20 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
2.12 Overzicht opleiding Longziekten en Tuberculose Vooropleiding Interne Geneeskunde, inclusief cardiologie/ IC, zijn hierin niet opgenomen 4 jaar opleiding Longziekten en Tuberculose stages 3 longziekten
4 longziekten
5 longziekten
6 longziekten
1
zaalstage
zaalstage
(zaalstage)
(zaalstage)
2
consulten
consulten
consulten
consulten
3
Polikliniek 1 a 2 dagdelen p/week
Polikliniek 1 a 2 dagdelen p/week
Polikliniek 1 a 2 dagdelen p/week
Polikliniek 1 a 2 dagdelen p/week
4
Diensten: Acute zorg en SEH
Diensten: Acute zorg en SEH
Diensten: Acute zorg en SEH
Diensten: Acute zorg en SEH
5
Behandelkamer 1 dagdeel p/week, soms bloksgewijs
Behandelkamer 1 dagdeel p/week
Behandelkamer 1 dagdeel p/week
Behandelkamer 1 dagdeel p/week
Eventueel IC, LF
Longfunctie, inclusief allergologie en slaap 4-6 maanden
(Wetenschappelijke stage/academisch deel ) 4 maanden
Oncologie 4-6 maanden
6
Opleiden vindt voornamelijk in lijnleren plaats waardoor de aios gedurende een jaar meerdere werkplekken heeft. Zaalstage: equivalent aan de duur van 12 maanden. Polikliniekstage: equivalent aan de duur van 12 maanden verdeeld over 4 jaar zodat ervaring wordt opgedaan met begeleiding in de tijd van patiënten met een chronische longziekte, bij tekort eventueel gestructureerde stage, zie bijlage. Behandelkamer: equivalent aan de duur van 6 maanden verdeeld over 4 jaar, idem als polikliniek Consulten: equivalent aan de duur van 6-12 maanden (snijdende en beschouwende vakken), inclusief postoperatieve zorg. Spoedeisende hulp: gedurende de diensten en overdag conform rooster
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
21
2.13 Toetsmatrix: Schema met overzicht onderwijs- en toetsingsinstrumenten, competenties en beoordelingen Toetsing Voortgangsgesprek Alle competenties
Jaar 3
Jaar 4
Jaar 5
Jaar 6
4x☺
2x☺
2x☺
2 x☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
☺
2
Geschiktheidsbeoordeling Alle competenties kennistoets Medisch handelen. Kennis en wetenschap 360 graden beoordeling Communicatie, samenwerking, organisatie en professionaliteit Zelfreflectie Alle competenties CAT (Critical Appraised Topic) Kennis en wetenschap, organisatie KPB Alle competenties OSATS/BSAT Medisch handelen, communicatie Cursorisch onderwijs Alle competenties
3
☺
☺
☺
☺
☺
☺
2x☺
2x☺
2x☺
2x☺
10-12 per jaar
10-12 per jaar
10-12 per jaar
10-12 per jaar
Frequentie afhankelijk ontwikkeling
Frequentie afhankelijk ontwikkeling
Frequentie afhankelijk ontwikkeling
Frequentie afhankelijk ontwikkeling
Totaal minimaal 10 dagen cursorisch onderwijs per jaar + 2 u p/week lokaal
Totaal minimaal 10 dagen cursorisch onderwijs per jaar + 2 u p/week lokaal
Totaal minimaal 10 dagen cursorisch onderwijs per jaar + 2 u p/week lokaal
Totaal minimaal 10 dagen cursorisch onderwijs per jaar + 2 u p/week lokaal
e
1 auteur peer-reviewed artikel Kennis en wetenschap
2 3
Minimaal 1 artikel, manuscript of presentatie op internationaal congres
Idem stagebeoordelingen waarin alle competenties beoordeeld worden cf themakaarten. Inclusief cursus stralingshygiëne
22 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
2.14 Rooster vaste overlegmomenten c.q. opleidingsactiviteiten Tabel 1
Maandag Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
ochtend 8.00-9.00 Weekendoverdracht Bespreking weekrooster 8.00 Ochtendoverdracht 8.15-9.00 MDO SlaapWaakstoornissen 8.30 Cursorisch onderwijs 10.30-11.00 MDO ergospirometrie 12.00-13.00 Polibespreking 8.00 Ochtendoverdracht 8.30 Cursorisch onderwijs 1100-1300 “grote” papieren visite inclusief casusbesprekingen met alle longartsen en aios 8.00 Ochtendoverdracht, 8.30 Cursorisch onderwijs 6 MDO-ILD bespreking 1 x per 6 weken
middag 16.30 Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s 16.30 Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s
overig 1700-1830 multidisciplinaire 4 chirurgisch/oncologische bespreking 17.00 Algemeen oncologische bespreking op afroep
16.30 Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s 12.30-13.30 4-6 x per jaar PA bespreking 5 1230-1330 4x p/jr. ILD-reumatologie lunch bespreking
17.00-18.30 vakgroepoverstijgend onderwijs via JB academie
16.30 Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s 9 1230-13.30 1x/maand MDO immunologie
1730 –20.00 refereeravond volgens rooster 17.00-18.00 opleidingsvergadering 8x/jr. volgens rooster 7 17.00-18.30 TBC-bespreking 4x/jaar
8.00 Ochtendoverdracht
16.30 Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s
Overig: - PA bespreking met radioloog 1/maand. - MDO-ILD bespreking met Nieuwegein, 1 x per 6 weken middels videoconference; ILD bespreking met radiologie 1/maand - Reumatologiebespreking voor patiënten met longaandoeningen in het kader van een systeemziekte 1/3 maanden - Refereren: 4 /jaar met cluster OOR Utrecht en lokaal JBZ 6-8/jaar - Refereren: 3 maal per jaar met Noord Brabantse longartsen (ieder keer referaat door een assistent) - Assistenten-opleidersoverleg 1 maal per 6 weken (opleider, plaatsvervangend opleider, verpleegkundig hoofd afdeling) - Opleidingscommissie met vertegenwoordigers van assistenten 4
aanwezig: radiologie, chirurgie, nucleaire geneeskunde, pathologie, radiotherapie, alle longartsen en aios aanwezig: reumatologie, alle longartsen en aios 6 aanwezig: thoraxradioloog, longpatholoog, alle longartsen en aios 7 aanwezig: GGD-arts & verpleegkundigen, TBC-consulent Dekkerswald, alle longartsen en aios 5
9 aanwezig: immunologe, internist en longarts
23 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
2.14 Overzicht jaar 3 8
Thema’s Thema 1: analyse dyspnoe Thema 2: analyse hemoptoë Thema 3: thoracale pijn Thema 4: analyse chronische hoest Thema 5: astma Thema 6: COPD Thema 9: tuberculose Thema 13: acute longgeneeskunde
BN 4/5
Werkplek Verpleegafdeling longziekten
Opleidingsactiviteiten c.q. accenten Grote visite Dagelijks overleg supervisor nieuwe patiënten Overleg conform weekschema Complicatie/necrologiebespreking Cursorisch onderwijs cf schema
Consulten
-
Klinische consulten longziekten Pre- en postoperatieve begeleiding thoracotomie patiënten
-
KPB’s
Polikliniek
-
-
KPB’s
Behandelkamer
-
gestructureerde voor- en nabespreking patiënten begeleiding chronisch zieken Overleg conform weekschema Behandelkamer (blok van 3 maanden, daarna dagdeel per week) Gestructureerde supervisie Diensten inclusief SEH Slecht nieuwsgesprekken Correspondentie Overdracht Overleg conform weekschema Cursorisch onderwijs Wet- en regelgeving Assistentenvergadering
-
OSATS pleurapunctie OSATS bronchoscopie documentatie KPB’s Vaardigheden conform overzicht Verslagen gesprekken en beoordelingen Autorisatie verrichtingen
Overige activiteiten gedurende het jaar:
8
-
Toetsen/portfolio KPB’s OSAT Documentatie ziektebeelden Briefbeoordelingen Verslagen gesprekken en beoordelingen
-
Alle thema’s komen aan bod. Specifieke aandacht (onderwijs, feedback, toetsing) wordt gegeven aan de genoemde thema’s en overige activiteiten.
24 Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Overzicht jaar 4 Thema’s Thema 7: pneumonie Thema 8: recidiverende luchtweginfecties Thema 11: interstitiële longziekten Thema 13: acute longgeneeskunde Thema 19: vasculaire pathologie
BN 4/5
Werkplek Verpleegafdeling longziekten
Opleidingsactiviteiten c.q. accenten Grote visite Dagelijks overleg supervisor nieuwe patiënten Overleg conform weekschema Complicatie/necrologiebespreking Cursorisch onderwijs cf schema
Consulten
-
Polikliniek
-
Behandelkamer
Longfunctie Thema 15: Longfunctie Thema 16: respiratoire allergie Thema 17: slaapgerelateerde ademhalingsstoornissen Overige activiteiten gedurende het jaar:
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
-
Klinische consulten longziekten Pre- en postoperatieve begeleiding thoracotomie patiënten gestructureerde voor- en nabespreking patiënten begeleiding chronisch zieken Overleg conform weekschema Behandelkamer Gestructureerde supervisie
-
longfunctie laboratorium polysomnografie
-
Diensten incl SEH Correspondentie Overdracht Overleg conform weekschema Cursorisch onderwijs Assistentenvergadering Onderzoeksthema vaststellen en eventueel starten data verzameling
25
Toetsen/portfolio KPB’s OSAT Documentatie ziektebeelden Briefbeoordelingen Verslagen gesprekken en beoordelingen -
KPB’s
-
KPB
-
OSATS pleurapunctie OSATS bronchoscopie documentatie ergometrien (10 zelfstandig) KPB samenwerking Beoordeling polysomnografie
-
KPB’s Vaardigheden conform overzicht Verslagen gesprekken en beoordelingen Autorisaties verrichtingen
-
Overzicht jaar 5 Thema’s Thema 12 beroepsgerelateerde longziekten Thema 13: acute longgeneeskunde Thema 14: pleurale aandoeningen/excl. oncologie Alle voorgaande thema’s waar nog onvoldoende aandacht voor is geweest + specifieke accenten in overleg met opleider. Bv COPD, non invasieve beademing
BN 4/5
Werkplek Verpleegafdeling longziekten (ligt in opleidingsjaar minder nadruk op)
Opleidingsactiviteiten c.q. accenten Grote visite Dagelijks overleg supervisor nieuwe patiënten Overleg conform weekschema Complicatie/necrologiebespreking Cursorisch onderwijs cf. schema
Consulten
-
Polikliniek
-
Behandelkamer
Overige activiteiten gedurende het jaar:
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
-
Klinische consulten longziekten Pre- en postoperatieve begeleiding thoracotomie patiënten gestructureerde voor- en nabespreking patiënten begeleiding chronisch zieken Overleg conform weekschema Behandelkamer Gestructureerde supervisie
-
diensten incl. SEH Correspondentie Overdracht Overleg conform weekschema Cursorisch onderwijs assistentenvergadering Data rangschikken, beoordelen en statistiek
26
Toetsen/portfolio KPB’s OSAT Documentatie ziektebeelden Briefbeoordelingen Verslagen gesprekken en beoordelingen -
KPB’s
-
KPB
-
OSATS pleurapunctie OSATS bronchoscopie OSATS thoracoscopie documentatie KPB’s Vaardigheden conform overzicht Verslagen gesprekken en beoordelingen
-
Overzicht jaar 6 Accent op Oncologie/chemopoli, second opinions/ILD Thema’s BN Werkplek Thema 10: thoracale oncologie 5 Verpleegafdeling longziekten Thema 14: pleurale (ligt in opleidingsjaar minder aandoeningen/oncologie nadruk op) Thema 18: mediastinale pathologie Alle voorgaande thema’s waar nog onvoldoende aandacht voor is geweest worden Consulten afgerond
Polikliniek
Behandelkamer
Oncologiestage
Overige activiteiten gedurende het jaar:
Opleidingsactiviteiten c.q. accenten Grote visite Dagelijks overleg supervisor nieuwe patiënten Overleg conform weekschema Complicatie/necrologiebespreking Cursorisch onderwijs cf. schema
-
-
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Klinische consulten longziekten Pre- en postoperatieve begeleiding thoracotomie patiënten gestructureerde voor- en nabespreking patiënten begeleiding chronisch zieken Overleg conform weekschema Behandelkamer Gestructureerde supervisie
oncologische poli, zelfstandig patiënten zien en chemotherapie voorschrijven dagdeel vlekjespoli dagbehandeling en afdeling A4 EUS/EBUS dienst incl. SEH Correspondentie Overdracht Overleg conform weekschema Verzekeringstechnische aspecten (slaap) Instanties als centrum beroepsziekten, tertiaire centra (allergie) Cursorisch onderwijs Assistentenvergadering Afronden onderzoek en artikel schrijven
Toetsen/portfolio KPB’s OSAT Documentatie ziektebeelden Briefbeoordelingen Verslagen gesprekken en beoordelingen -
KPB’s
-
KPB
-
OSATS pleurapunctie OSATS bronchoscopie OSATS thoracoscopie documentatie 20 patiënten zelfstandig voorschrijven CT x
-
KPB’s Vaardigheden conform overzicht Verslagen, gesprekken en beoordelingen
-
27
VERPLEEGAFDELING LONGZIEKTEN Plaats: Duur: Begeleiders:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. minimaal 12 maanden (alle jaren met de nadruk op jaar 3 en 4). supervisor /longarts (allen)
LEERDOELEN: Algemene leerdoelen: De aios dient aan het eind van de opleiding te beschikken over voldoende kennis en kunde betreffende het specialisme longziekten en tuberculose. Toont inzicht te hebben in laboratoriumdiagnostiek, beeldvormende diagnostiek en therapeutisch beleid, c.q. farmacotherapie. Heeft een goed probleemoplossend vermogen opgebouwd en is in staat om adequaat informatie aan patiënt en diens omgeving over te dragen. Kan samenwerken met andere zorgverleners rondom de patiënt en kent zijn eigen beperkingen. Specifieke leerdoelen: Het accent ligt op de verpleegafdeling op het aanleren van de anamnese, lichamelijk onderzoek, aanvragen vervolgonderzoek, statusvoering en het maken van adequaat beleid rondom een patiënt met een longaandoening. De aios vergaart praktische kennis van veel voorkomende pathologie en werkt adequaat met betrekking tot aanvraagbeleid en interpretatie van laboratorium- en beeldvormende diagnostiek. Adequaat voorschrijfgedrag van de medicatie met oog voor interacties en bijwerkingen. Empathische houding t.a.v. patiënten en familie. Afbakening van eigen competenties en leren samenwerken met collegae (aanvragen consulten), verpleging en andere hulpverleners. Leren begeleiden van coassistenten. Er wordt van iedere patiënt die op de SEH komt een opnamebrief gemaakt en bij ontslag een korte ontslagbrief, die hierop aansluit. Time management en ondersteuning werkzaamheden middels ICT. Dagelijkse visite bij de opgenomen patiënten. Adequate elektronische statusvoering met aandacht voor bijzondere omstandigheden zoals behandelbeperkingen en allergieën, dagelijkse decursus. Instellen van non-invasieve beademing ( NIV) bij patiënten die hiervoor in aanmerking komen. (respiratoire insufficiëntie met een behandelbeperking). LEERMIDDELEN: Overdracht, röntgenbespreking, grote visite, statusvoering, visite aan het bed, gesprek met patiënten en familie. Omgang met co-assistenten. Ontslag c.q. SEH-brieven. Daarnaast de diverse onderwijsmomenten en overlegsituaties als probleempatiënt bespreking, multidisciplinaire besprekingen, referaat en CAT, PAbespreking, ILD bespreking, chirurgische overdracht en oncologie bespreking. De landelijke cursusdagen en onderwijs georganiseerd door de JBAcademie en PAOG Nijmegen. Landelijk cursorisch onderwijs NvALT. TOETSEN: KPB overdracht KPB grote visite /dienst Correcties brieven/ KPB brieven Fiattering elektronische statusvoering KPB probleempatiënt bespreking / CAT Participatie cursorisch onderwijs Certificaten discipline overstijgend onderwijs. OSATS NIV WERKINDELING Op de afdeling C6Z en C7N zijn 42 bedden beschikbaar en twee of drie assistenten zijn er werkzaam. Zij worden gesuperviseerd door de “kliniekarts”, die ’s ochtends volgens een geroosterd schema een deel van de afdeling visite loopt met de arts-assistent en beschikbaar is voor overleg. De kliniekarts wordt hoofdbehandelaar van alle nieuw opgenomen patiënten en consulten en neemt de klinische taken en verantwoordelijkheden van de patiënten van de andere longartsen waar. De kliniekarts wisselt per week, ingaande op donderdagavond. De kliniekarts heeft het dienstsein voor overleg met betrekking tot de klinische patiënten, nieuwe (onbekende) patiënten op de SEH of consulten (1711). Indien een patiënt wordt opgenomen draagt de SEH assistent deze over aan de arts-assistent onder wiens verantwoordelijkheid de
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
28
patiënt gaat vallen. Indien de kliniekarts polikliniek doet wordt het dienstsein volgens rooster waargenomen door een van de andere longartsen. Aan het einde van de dag wordt de overdracht in DKS bijgewerkt. Voorts is er voor belangrijke problemen de mondelinge overdracht tijdens de dagelijkse radiologie bespreking. De in de dienst opgenomen patiënten worden overgedragen tijdens het dagelijkse ochtendrapport. Alle nieuw opgenomen patiënten worden binnen 24 uur door een longarts gezien.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
29
Overzicht alle relevante thema’s. Leerdoelen en opleidingsactiviteiten Verpleegafdeling Leerdoelen Thema’s: Jaar 3 nadruk op thema’s: 1,2, 3, 4, 5, 6,9 en 13 niveau 3 Jaar 4 nadruk op thema’s 7, 8, 11,13 en 19 niveau 3/4 Algemeen: De aios: 1. heeft voldoende kennis betreffende het “denken” als longarts en past dit toe; 2. heeft voldoende praktische kennis opgedaan van veel voorkomende pathologie; 3. heeft inzicht in laboratoriumbeleid en interpretatie van laboratorium- en beeldvormende diagnostiek; 4. past laboratoriumdiagnostiek, beeldvormende diagnostiek en therapeutisch beleid, c.q. farmacotherapie op juiste wijze toe bij veel voorkomende pathologie; 5. het efficiënt opstellen van een probleemlijst met bijbehorende werkhypothesen in de vorm van een differentiaaldiagnose, daarbij gebruikmakend van de informatie direct bij de patiënt verkregen, alsmede integratie van overige diagnostische gegevens in combinatie met kennis en ervaring. Essentieel hierbij is de integratie van gegevens uit de anamnese, lichamelijk onderzoek en voortgezet onderzoek. Het bepalen van een effectief en doelmatig diagnostisch beleid behoort tot de specifieke deskundigheden van de longarts; 6. is in staat om, op grond van de diagnostiek en context van de medische problemen, advies te formuleren over de behandeling, met name ten aanzien van leefstijl, voeding en farmacotherapie, niet-farmacologische behandelingen en prognose. Speciale aandacht dient de aios te geven aan bijwerkingen op korte en lange termijn van het ingestelde therapeutisch beleid. Deskundigheid wordt vereist in de evaluatie van het therapeutisch beleid; 7. neemt op juiste wijze de anamnese af, verricht adequaat lichamelijk onderzoek en doet de juiste aanvraag voor vervolgonderzoek; 8. maakt op basis hiervan adequaat beleid betreffende patiënt; 9. verkrijgt specifieke deskundigheid op het gebied van de farmacotherapie, stoelend op kennis van de farmacokinetiek en farmacodynamiek, mogelijkheden en beperkingen van de farmacotherapie, interacties en bijwerkingen van geneesmiddelen en het effect van polyfarmacie. Met name wordt deskundigheid vereist op het gebied van individualiseren van farmacotherapie; 10. schrijft medicatie op juiste wijze voor en houdt daarin rekening met interacties en bijwerkingen; 11. informeert patiënt en diens naasten adequaat; 12. toont empathie t.a.v. patiënten en familie; 13. voert de al dan niet electronische statusvoering correct uit, inclusief behandelbeperkingen en allergieën 14. dicteert ontslagbrieven op correcte wijze; 15. maakt op correcte wijze korte SEH-brieven middels PAD-brief; 16. werkt goed samen met collega’s en andere zorgverleners rondom de patiënt; 17. kent zijn eigen beperkingen mbt competenties en handelt hiernaar; 18. managed zijn tijd goed (time management wordt adequaat toegepast); 19. hanteert de beschikbare ondersteunende ICT mogelijkheden;. 20. begeleidt op juiste wijze co-assistenten; 21. De AIOS herkent en incorporeert ethische aspecten die bij medische beslissingen in het geding zijn, en is in staat morele vragen die in het medisch handelen ontstaan te analyseren; 22. De AIOS neemt kennis van het binnen de afdeling geldende medische beleid en de regels, afspraken en protocollen, en past deze adequaat toe; 23. een voor de patiënt veilige omgeving te creëren met respect voor vertrouwelijkheid, privacy en autonomie; 24. een slecht -nieuwsgesprek en een gesprek over beslissingen aan het einde van het leven te kunnen voeren; 25. de informatie en toestemmingsvraag in het kader van wetenschappelijk onderzoek of onderwijsactiviteiten adequaat te communiceren; 26. op een gestructureerde en effectieve wijze medische informatie naar anderen te verwoorden;
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Opleidingsactiviteiten verpleegafdeling overdracht (grote) visite visite aan bed gesprek met patiënten en familie statusvoering ontslag c.q. SEH-brieven consultaanvraag röntgen besprekingen begeleiding co-assistenten Besprekingen: PA, ILD,chirurgische patiënt ,probleempatiënt Cursorisch onderwijs Zelfstudie
Toetsing/portfolio KPB overdracht KPB grote visite/dienst KPB briefbeoordeling KPB probleempatiënt CAT 2x Fiattering statusvoering documentatie ziektebeelden verwijsbrieven Certificaat onderwijs
30
27. deskundigheid en zorgvuldigheid op het gebied van statusvoering: verslag, anamnese, lichamelijk onderzoek, problemenlijst, differentiaaldiagnose, aanvullend onderzoek, beloop, interpretatie adviezen en consulten; 28. deskundigheid en zorgvuldigheid op het gebied van het schrijven van brieven betreffende de behandeling op het gebied van de longziekten (waarin o.a.: reden van opname, anamnese, lichamelijk onderzoek, laboratoriumonderzoek, röntgenonderzoek, verder onderzoek, consulten, conclusie, eventueel beloop of bespreking, medicatie bij ontslag, prognose, informatie gegeven aan de patiënt); 29. zorgvuldigheid door in het medisch dossier vast te leggen wanneer en waarover de patiënt is geïnformeerd; 30. onderwijs te geven aan co-assistenten.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
31
Consulten Plaats: Duur: Begeleider:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ‘s-Hertogenbosch gedurende de opleiding equivalent aan de duur van 6-12 maanden (snijdende en beschouwende vakken), inclusief postoperatieve zorg. superviserende longarts volgens rooster (”kliniekarts”) of Chef de Clinique
LEERDOELEN Algemene leerdoelen: Tijdens deze stage leert de aios op adequate en efficiënte wijze adviezen te geven, in samenspraak met de aanvrager over longgerelateerde vraagstellingen bij patiënten die niet op de eigen verpleegafdeling behandeld worden. Specifieke leerdoelen: Na lezen vraagstelling en eventuele navraag ter verduidelijking, wordt na inzage van de klinische gegevens, anamnese en lichamelijk onderzoek verricht, om een plan van aanpak te maken. Daarbij worden adviezen gegeven voor aanvullende diagnostiek en voorlopig beleid. In een latere fase worden de resultaten hiervan beoordeeld, om te besluiten tot afronden van het consult of inzetten van een medebehandeling of overname patiënt. Organisatie van de werkzaamheden is hierbij van groot belang evenals samenwerking met de andere zorgverleners op de consultafdeling. De aios verzorgt de pre- per- en post-operatieve begeleiding van thoracotomie patiënten samen met de afdeling chirurgie. Dit betekent het kennisnemen van gangbare technieken, overwegingen in besluitvorming, alsmede leren om te gaan met complicaties. LEERMIDDELEN Overdracht, MDO, röntgenbespreking, 1 x per week grote visite met supervisor betreffende alle medebehandelingen en langs gaan bij patiënten, statusvoering en beantwoording consulten. Onderwijs lokaal, probleempatiëntbespreking, PA-bespreking, ILD bespreking, chirurgische overdracht. TOETSEN - KPB probleempatiënt bespreking / CAT - Correcties consultformulier - Fiattering status - Participatie probleempatiëntbespreking en chirurgische overdracht - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs - Certificaten discipline overstijgend onderwijs. - Voortgangsgesprekken met stagebegeleider en halfjaarlijks met (plv) opleider WERKWIJZE: Consulten worden verricht op alle afdelingen buiten de longafdeling. Er is continu een supervisor aanwezig voor overleg. Pre-per-postoperatieve consulten: Alle patiënten met een longoperatie worden opgevolgd tezamen met de supervisor, peroperatief is er overleg tussen de longarts en de longchirurg t.a.v. het te volgen beleid. De consultassistent gaat in principe mee naar de OK. Dagelijkse visite bij alle geopereerde patiënten, zonodig samen met de supervisor. Postoperatief beleid wordt tezamen met chirurgie in onderling gemaakte afspraken gevoerd. Alle geopereerde patiënten worden nabesproken in het MDO (met o.a. PA en chirurg erbij). Gezien het grote jaarlijkse aantal longoperaties is ruime ervaring in deze mogelijk. Alle patiënten die een VATS ondergaan voor interstitiele pathologie worden nabesproken in de multidisciplinaire ILD bespreking. Hoe te handelen overige consulten: Maakt met de afdelingen duidelijk afspraken wanneer hij/zij langs komt voor de consulten. Consulten worden opgestuurd naar het secretariaat. De gegevens van de patiënt worden in Mirador en mediplan bekeken alvorens het consult verricht wordt. Er is een tabloïd met internetverbinding beschikbaar, waarbij bedside de Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
32
gegevens van patiënt beschikbaar zijn. Het consult wordt op de daarvoor bestemde formulieren schriftelijk vastgelegd en achtergelaten voor de status. Copie , decursus, afspraken en verrichtingen worden vastgelegd in Mediplan. Nieuwe consulten worden in principe binnen 24 uur verricht en dagelijks met de supervisor besproken. Alle openstaande consulten worden wekelijks met de supervisor besproken en beoordeelt en met de supervisor, wordt er bij de patiënt langs gelopen. Spoedaanvragen: Bij een spoedconsult dient de aanvrager zelf contact op te nemen met de consulent of achterwacht Na afsluiten consult: Eventueel brief dicteren in overleg supervisor met name bij patiënten met vervolgafspraken op de polikliniek longziekten. Daarna wordt het consult door de staf longartsen administratief afgewerkt. Zie ook de bijlage protocol consulten van de medische staf JBZ.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
33
Consultenstage Leerdoelen Thema’s: Jaar 3 nadruk op thema’s: 1,2, 3,4,5,6,9 en 13 niveau 3 Jaar 4 nadruk op thema’s 7, 8,11,13 en 19 niveau 3/4 Jaar 5 nadruk op thema’s 12, 13, 14 en voorgaande thema’s niveau 4/5 Jaar 6 nadruk op thema’s 10, 14, 18 en voorgaande thema’s niveau 5 Algemeen: De aios: 1. geeft op adequate wijze adviezen in samenspraak met de aanvrager over longgerelateerde vraagstellingen bij patiënten die niet op de eigen verpleegafdeling behandeld worden; 2. mbv klinische gegevens wordt adequaat anamnese en lichamelijk onderzoek verricht tbv een plan van aanpak; 3. geeft adequaat advies voor aanvullend onderzoek en voorlopig beleid; 4. beoordeeld in latere fase de resultaten van bovenstaande en besluit op juiste wijze om consult af te ronden, inzetten van medebehandeling of overname van patiënt; 5. blijkt in de praktijk op grond van een gemeenschappelijk begrip ten aanzien van de medische problemen een motiverend advies te formuleren aan patiënt, familie en andere relevante hulpverleners over de behandeling, met name ten aanzien van leefstijl, voeding en farmacotherapie, niet-farmacologische behandelingen en prognose; 6. werkt goed samen met andere zorgverleners op de consultafdeling; 7. is in staat om de werkzaamheden goed te organiseren; 8. verzorgd op juiste wijze informatie aan de eerste lijn betreffende consultpatiënten; 9. maakt op efficiënte wijze gebruik van de beschikbare tijd; 10. verzorgt correcte briefvoering; 11. houdt de electronische statusvoerng en decursus van patiënten correct bij in mirador;
Opleidingsactiviteiten -
-
Beantwoording consulten visite met supervisor van probleempatiënten op de consultafdeling, overleg over overige consulten Statusvoering overdracht probleempatientbespreking chirurgische overdracht/PA ILD bespreking
Toetsing en portfolio -
6 KPB: probleempatientbespreking pre-post thoracotomie- patiënt CAT/referaat Correcties consultformulier Fiattering status documentatie ziektebeelden verwijsbrieven
Bij heelkundige specialismen: 12. voert adequaat een preoperatieve beoordeling uit; 13. voert een adequaat postoperatief beleid uit; 14. adviseert adequaat over medicatie; 15. adviseert adequaat over indicatie postoperatieve bewaking; 16. de gezondheidstoestand van een patiënt te optimaliseren in relatie tot de operatieve zorg.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
34
POLIKLINIEK Plaats:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch.
Duur:
Een of twee dagdelen per week gedurende gehele opleiding
Begeleider: superviserende longarts Drie maanden na aanvang van de opleiding start de aios met een of twee dagdelen eigen poli, hetgeen gedurende de rest van de opleiding gehandhaafd blijft. LEERDOELEN Algemene leerdoelen: De aios leert specifieke poliklinische longziekten problematiek zoals astma, COPD, dyspnoe, chronische hoest etc. te analyseren en te behandelen. Middels voor- en nabespreken patiënten casuïstiek en zelfstudie bereikt hij/zij deze leerdoelen. Specifieke leerdoelen: Analyseren van problemen door huisarts en andere specialisten verwezen. De indicaties van aanvullende onderzoeken (laboratorium, scopieën, radiologische en functieonderzoeken) leren kennen en interpreteren. Daarnaast verwerven de aios specifieke deskundigheid in de behandeling en begeleiding van patiënten met chronische longziekten. Het diagnostisch beleid bij en begeleiding van patiënten met onverklaarde lichamelijke klachten. De aios moet besluiten kunnen nemen in beperkte tijd en op basis van eenvoudige technieken en beoordelen wanneer de behandeling weer aan de verwijzer kan worden overgedragen. Er wordt electronisch decursus gevoerd in mediplan met specifieke aandacht voor behandelbeperkingen en allergieën.Rapportage aan huisarts en verwijzer middels een gestructureerde brief. In ieder geval bij iedere nieuwe verwijzing en in principe eens per jaar of bij belangrijke of onverwachte wijzigingen in het ziektebeloop.De aios heeft hierbij vooral in het tweede deel van de opleiding meer zelfstandigheid. LEERMIDDELEN: Voor- en na bespreking casuïstiek, zelfstudie, bespreken video-opnamen van policontacten met supervisor, besprekingen longziekten, polikliniekbespreking en dagelijkse röntgenbespreking TOETSEN - KPB voorbereiden poli - KPB medisch handelen en communicatie, middels video* - Correcties brieven en briefbeoordelingen - Fiattering statusvoering - KPB probleempatiënt bespreking / CAT - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs - Certificaten discipline overstijgend onderwijs. - Voortgangsgesprekken met stagebegeleider en halfjaarlijks met (plv) opleider/supervisor * Twee maal wordt de aios gevraagd een dagdeel van zijn poli middels apparatuur van het Leerhuis vast te leggen. Hieruit kiest hij zijn beste en slechtste contact om te bespreken met de supervisor, middels een KPB. WERKWIJZE
Voor een nieuwe patiënt wordt 30 minuten en voor een controle patiënt 15 minuten ingeroosterd. Poliklinische patiënten worden in het eerste jaar voor en na besproken, in de latere jaren van de opleiding alleen na. Een van de longartsen is direct beschikbaar voor overleg. Probleempatiënten worden op de polikliniek bespreking op dinsdagmiddag in ruimte C5.02.62 van 12.00-13.00 nabesproken of multidisciplinair besproken op de woensdagen tijdens de grote visite.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
35
Overzicht stage in schema, inclusief thema’s, leerdoelen en koppelingen Polikliniek Leerdoelen Thema’s: Jaar 3 nadruk op thema’s: 1,2, 3,4,5,6,9 en 13 niveau 3 Jaar 4 nadruk op thema’s 7, 8,11,13 en 19 niveau 3/4 Jaar 5 nadruk op thema’s 12, 13, 14 en voorgaande thema’s niveau 4/5 Jaar 6 nadruk op thema’s 10, 14, 18 en voorgaande thema’s niveau 5 Specifieke leerdoelen poli De aios: 1. heeft voldoende praktische kennis opgedaan van specifieke poliklinische problematiek; 2. past laboratoriumdiagnostiek, beeldvormende diagnostiek en therapeutisch beleid, c.q. farmacotherapie op juiste wijze toe; 3. neemt op de juiste wijze de anamnese af, verricht adequaat lichamelijk onderzoek en doet de juiste aanvraag voor vervolgonderzoek; 4. interpreteert de verkregen uitslagen op de juiste wijze en past deze toe binnen de behandeling; 5. is in staat de diagnostiek en onderzoeksresultaten op een heldere en begrijpelijke wijze aan patient en zijn naasten uit te leggen al of niet met ondersteunende materialen; 6. is in staat de relevantie van de behandeling en de prognose van het ziektebeeld juist toe te lichten; 7. is deskundig in de behandeling en begeleiding van chronisch zieke patiënten (meest voorkomende); 8. is in staat het diagnostisch beleid te bepalen voor patiënten met onverklaarbare lichamelijke klachten en begeleid deze adequaat; 9. toont empathie t.a.v. patiënten en familie, specifiek gericht op de categorie chronisch zieken, patiënten met onverklaarbare klachten en levensbedreigende ziekten; 10. voert de electronische statusvoering correct uit met aandacht voor behandelbeperkingen en allergieën; 11. is in staat om in beperkte tijd en op basis van eenvoudige technieken juiste besluiten te nemen; 12. neemt juiste besluiten met terugverwijzen naar verwijzer en legt de relevante informatie correct vast in een brief 13. is in staat een slecht-nieuws gesprek te voeren; 14. is in staat een patiënt te begeleiden bij terminale ziekte en dit te plaatsen in zijn sociale en culturele context.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Opleidingsactiviteiten Polikliniek Voor/ nabespreking casuïstiek gesprek met patiënten en familie consultaanvraag Besprekingen: röntgen, chirurgische patiënt, oncologie, probleempatiënt, PA en ILD bespreking Bespreking video-opname met supervisor
Toetsing/portfolio KPB poli voorbereiding KPB poli: video opname KPB briefbeoordeling KPB probleempatiënt KPB logistiek probleem CAT 1x Fiattering statusvoering documentatie ziektebeelden verwijsbrieven 1 x zelfbeoordeling en verslag gesprekken protocol/casuïstiek folder/voordracht Participatie landelijk onderwijs
36
BEHANDELKAMER Plaats: Duur:
Begeleider:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. een dagdeel per week gedurende gehele opleiding met een equivalent van 6 maanden. Aan het begin van de opleiding longziekten indien mogelijk een intensief traject van 3 maanden superviserende longarts (alle longartsen)
LEERDOELEN Algemene leerdoelen: De aios leert specifieke behandelingen en diagnostische vaardigheden uit te voeren. Specifieke leerdoelen: Na aanvang van de opleiding start de aios met een dagdeel behandelkamer, hetgeen gedurende de rest van de opleiding gehandhaafd blijft. In het begin is dit een intensieve stage waarbij mn flexibele bronchoscopieën aan de orde komen onder lokale anesthesie. Tevens pleurapuncties, -biopten, transthoracale puncties en transthoracale puncties onder echografische begeleiding. Werken met doorlichting: scopieën en perifere biopten,. Broncho-alveolaire lavage, drainages c.q. spoelingen en thoracoscopieën. In jaar 6 EBUS/EUS en starre scopie (onder narcose). LEERMIDDELEN: Onderzoek en behandeling met behulp van diverse technieken. Voor- en nabespreking casuïstiek, zelfstudie, besprekingen longziekten, polikliniekbespreking en dagelijkse röntgenbespreking TOETSEN OSATS echografische pleurapunctie (jaar 3/4) OSATS bronchoscopie (jaar 3/4) OSATS bronchoscopie onder doorlichting/perifeer biopt ( jaar 4/5) OSATS thoracoscopie (jaar 5/6) OSATS starre scopie onder narcose (jaar 6) OSATS EBUS/EUS (jaar 6) - documentatie - Correcties brieven en briefbeoordelingen - KPB probleempatiënt bespreking / CAT - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs - Certificaten discipline overstijgend onderwijs. WERKWIJZE
Gedurende de gehele opleidingsduur worden alle verrichtingen bij de “ eigen” patiënten gedaan. Er is een dagelijkse supervisie, waarbij de longartsen in een vast schema, ieder een vaste ochtend, de supervisie hebben. De supervisoren begeleiden de aios. De aios doet aanvankelijk onder supervisie en later meer zelfstandig alle ingrepen bij de eigen patiënten en patiënten van anderen.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
37
Overzicht stage in schema, inclusief thema’s, leerdoelen en koppelingen Behandelkamer Leerdoelen Thema’s: Specifieke leerdoelen behandelkamer De aios: 1. heeft voldoende praktische kennis opgedaan van specifieke diagnostische en behandeltechnieken; Weet deze technieken en verrichtingen op de juiste wijze in te zetten en uit te voeren; 2. Kan het doel van de ingreep , de werkwijze, de bijwerkingen cq complicaties en de eventuele resultaten uit leggen aan de patient met het nodige voorbehoud op de definitieve uitslag 3. past beeldvormende diagnostiek en therapeutisch beleid, c.q. farmacotherapie op juiste wijze toe; 4. interpreteert de verkregen uitslagen op juiste wijze en past deze toe binnen de behandeling; 5. toont empathie t.a.v. patiënten en familie; 6. voert de electronische statusvoering in mediplan correct uit, zodat de gegevens correct overgedragen worden aan andere behandelaars en patient op de juiste wijze terug verwezen wordt 7. is in staat om in beperkte tijd de juiste handeling uit te voeren en de juiste besluiten te nemen; 8. Legt complicaties correct vast en maakt deze bespreekbaar.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Opleidingsactiviteiten Behandelkamer Voor/ nabespreking casuïstiek met supervisor consultaanvraag Besprekingen: röntgen, probleempatiënt Complicatie bespreking
Toetsing/portfolio OSATS pleurapunctie (jaar 3/4) OSATS bronchoscopie (jaar 3/4) OSATS scopie onder DL (jaar 4/5) OSATS thoracoscopie (jaar 5/6) OSATS starre bronchoscopie (jaar 6) OSATS EBUS/EUS (jaar 6) Fiattering statusvoering documentatie ziektebeelden verwijsbrieven 1 x zelfbeoordeling en verslag gesprekken protocol / casuïstiek folder/ voordracht Participatie landelijk onderwijs
38
(Verdiepings-)stage oncologie Plaats: Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. Duur: 4-6 maanden jaar 5 of 6. Begeleider: Dr B.Biesma, Dr A.J.M.Schreurs en Dr. S.A.Smulders Binnen de longafdeling van het Jeroen Bosch Ziekenhuis is de oncologie het voornaamste speerpunt met een regionale verwijsfunctie. Een traject voor sneldiagnostiek is aanwezig en mediastinale stagerinstechnieken (EUS/EBUS) worden drie dagdelen per week uitgevoerd. Gemiddeld respectievelijk 100 en 40 ingrepen per jaar. Het ziekenhuis heeft een modern multidisciplinair bemande dagbehandeling en polikliniek (multidisciplinair oncologisch centrum = MOC), alwaar de longarts en stagiaire spreekuur doen met korte lijnen naar alle relevante specialismen (o.a. oncologie, urologie, chirurgie en radiotherapie). Er is een wekelijkse multidisciplinaire oncologie bespreking met alle relevante specialismen (o.a. longziekten, thoracale chirurgie, radiotherapie, pathologie, nucleaire geneeskunde en radiologie). Er worden in het JBZ per jaar ongeveer 200 patiënten met een thoracale maligniteit behandeld. In 2013 waren er 100 longresecties. De afdeling longziekten participeert in vrijwel alle NVALT trials en stimuleert eigen onderzoek. De laatste 5 jaar waren er 20 publicaties in peer reviewed tijdschriften. LEERDOELEN Algemene leerdoelen: De aios doet ervaring op in de multidisciplinaire diagnostiek, behandeling en begeleiding van klinische en poliklinische patiënten met een maligniteit. Specifieke leerdoelen: herkennen van oncologische aandoeningen en complicaties van de ingezette behandelingen en weten hoe deze qua diagnostiek aangepakt dienen te worden en behandeld. De aios begeleidt en bewaakt het diagnostisch proces van de patiënten die worden geanalyseerd op de polikliniek. Kennis vergaren over stadiering van maligne aandoeningen en consequenties hiervan voor de multidisciplinaire behandeling. Behandelt patiënten met chemotherapie. Beoordeelt patiënten met vlekjes op de longen (vlekjespoli). Daarnaast is tijdens deze stage de communicatie met patiënten en familie van groot belang, onder meer door het houden van slecht- nieuws gesprekken. De aios is actief tav supervisie op de klinische oncologie afdeling en dagbehandeling. Doet oncologische spreekuren waarin oa de patiënten worden gezien die systeemtherapie krijgen. De aios participeert in het EBUS en EUS programma. Daarnaast zet de aios mee nieuwe studies op en maakt protocollen. De aios gaat al dan niet tezamen met de eigen longarts bij alle longresecties op de OK kijken en leert de peroperatieve beslissingsboom en vervolgt tezamen met de afdeling chirurgie (met opleidingsbevoegdheid thoracale heelkunde) de postoperatieve patiënten in de kliniek. LEERMIDDELEN Oncologisch/chemospreekuur ( longziekten en MOC),”vlekjespoli” oncologische dagbehandeling, bronchoscopie/EBUS/EUS programma, klinische kuren op afdeling C6Z en bezoek radiotherapeutisch centrum ( evt. een week meekijken op de radiotherapie). Multidisciplinaire oncologiebespreking, overdracht, röntgenbespreking, grote visite, statusvoering, overleg supervisor poli, gesprekken met patiënten en familie, e brieven, PA-bespreking, lokaal en regionaal oncologisch overleg. Overleg met 3 lijns centra voor 2nd opinion en bij diagnostische of therapeutische problemen. Daarnaast landelijk onderwijs en lokaal discipline overstijgend onderwijs georganiseerd door JBAcademie en PAOG Nijmegen. Landelijk cursorisch onderwijs NvALT. TOETSEN - KPB - Documentatie 20 patiënten die zelfstandig met chemo therapie behandeld worden - Correcties brieven en briefbeoordelingen - KPB probleempatiënt bespreking / CAT Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
39
-
Participatie landelijk onderwijs Certificaat regionaal/lokaal onderwijs OSATS certificering EUS/EBUS
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
40
Rooster werkzaamheden c.q opleidingsactiviteiten wat doet aios waar en wanneer? Maandag
Ochtend Chemotherapie spreekuur
Dinsdag
Chemotherapiespreekuur MOC
Woensdag
Vanaf 11.00 grote visite
Donderdag
Vlekjesspreekuur
Vrijdag
Behandelkamer EUS/EBUS
middag Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s Chemotherapie spreekuur Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s Chemotherapiespreekuur MOC Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s 1230-1330 2e woensdag v/d maand PA bespreking (op PA) Cursorisch onderwijs, vakgroep overstijgend onderwijs Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s 12.30-13.30 2e donderdag v/d maand ILD bespreking (op PA) Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s
overig 1700-1900 multidisciplinaire 9 chirurgisch/oncologische bespreking Algemeen oncologische bespreking op afroep 17.00-18.00 DOO
Daarnaast volgt de aios de reguliere opleidingsactiviteiten. Overzicht stage in schema, inclusief thema’s, leerdoelen en koppelingen Oncologiestage Leerdoelen Thema’s: Thema 10: thoracale oncologie Thema 14: pleurale aandoeningen/oncologie Thema 18: mediastinale pathologie Specifieke leerdoelen De aios: 1 2 3 4 5 6 7 8
9
past therapeutisch beleid, c.q. farmacotherapie op juiste wijze toe ; interpreteert de verkregen uitslagen op juiste wijze en past deze toe binnen de behandeling; toont empathie t.a.v. patiënten en familie specifiek gericht op de categorie oncologische patiënten en levensbedreigende ziekten; voert de statusvoering correct uit met specifieke aandacht voor behandelbeperkingen is in staat om in beperkte tijd de juiste handeling uit te voeren en de juiste besluiten te nemen; neemt juiste besluiten met terugverwijzen naar verwijzer en legt de relevante informatie correct vast in een brief en EPD; is in staat een slecht nieuws gesprek te voeren en behandelbeperkingen bespreekbaar te maken. is in staat een patiënt te begeleiden bij terminale ziekte en dit te plaatsen in zijn sociale en culturele context.
Opleidingsactiviteiten Oncologiepoli. Dagbehandeling, vlekjespoli en verpleegafdeling Stage radiotherapeutisch centrum Voor/ nabespreking casuïstiek met supervisor Besprekingen: röntgen, oncologie, probleempatiënt, PA en ILD Peroperatieve beslisboom Consultatieve functie postoperatief Vaardigheidsniveau EUS/EBUS: 3/4/5/
Toetsing/portfolio KPB: Fiattering statusvoering documentatie ziektebeelden verwijsbrieven 1 x zelfbeoordeling en verslag gesprekken protocol / casuïstiek folder/ voordracht Participatie landelijk onderwijs 360 FB
aanwezig: radiologie, chirurgie, nucleaire geneeskunde, pathologie, radiotherapie, alle longartsen en aios
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
41
(VERDIEPINGS) STAGE LONGFUNCTIE, SLAAPGERELATEERDE ADEMHALINGSTOORNISSEN EN RESPIRATOIRE IMMUNOLOGIE Plaats: Duur: Begeleiders:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. 4 maanden drs. T.Macken / dr MEAC Broeders / dr SA Smulders
LEERDOELEN Algemene leerdoelen: De aios heeft voldoende competentie in de indicatie stelling, uitvoering en interpretatie van de volgende onderzoeken: - longfunctie onderzoek om de respiratoire volumes, mechanica en gasuitwisseling vast te kunnen stellen inclusief spirometrie, flow-volume onderzoek, longvolumes (inclusief bodyplethysmografie), transferfactor (diffusiecapaciteit), ventilatie/perfusie verhoudingen / verdeling, luchtwegweerstand, ademmechanica, shuntmeting, inspiratoire en expiratoire monddrukmeting, arterieel bloedgasonderzoek en inspanningsonderzoek (6MWD) en hyperventilatieprovocatietest. - metingen ter bepaling van de bronchiale hyperreactiviteit, huidtesten, en immunologisch onderzoek voornamelijk in relatie tot respiratoire allergie. Heeft kennis van allergologie en immunotherapie (o.a. Xolair patiënten). -Ergometrieën begeleiden, aanvankelijk onder supervisie en later zelfstandig. Interpreteren van de testresultaten en verslaglegging. - PG en PSG kunnen beoordelen en interpreteren, eerst onder begeleiding en later zelfstandig. Begeleidt CPAP patiënten op de polikliniek en BiPAP aanmeting klinisch. Heeft daarnaast inzicht in wettelijke bepalingen: aanvraag CPAP, definitieve machtiging, leveranciers, rijgeschiktheid, co-morbiditeitsanalyse, opzet van slaappolikliniek. Op het einde van de stage kan de aios een eigen slaappoli uitvoeren en bij voorkeur minimaal eenmaal het MDO slaap voorzitten. LEERMIDDELEN: Longfunctieafdeling met de daarbij horende onderzoeken en faciliteiten. Daarnaast: - meevolgen slaappoli met aandacht voor anamnese, klinisch onderzoek en co-morbiditeit - meevolgen slaappoli slaapverpleegkundige met aandacht voor tolerantie en compliantie - meelopen met aankoppelen patiënten PG, PSG op KNF - meelopen op longfunctie afdeling met aandacht voor CPAP maskeraanpassing - mee instellen klinische BiPAP patiënten - meelopen poli afweerstoornissen, MDO afweerstoornissen - deelname MDO slaap - deelname wekelijks overleg sportgeneeskunde - Indien het binnen de andere werkzaamheden haalbaar is kan er in het specifieke interstitiele spreekuur van drs. R. van Rijswijk worden geparticipeerd TOETSEN - OSATS - KPB’s BEGELEIDING EN BEOORDELING Aan het begin van de stage worden met de superviserend longarts de leerdoelen van de stage doorgesproken. Halverwege en aan het eind van de stage vindt beoordeling plaats door de superviserend longarts, samen met de opleider. Hierbij worden ook de KPB’s in de beoordeling betrokken. De supervisie vindt, naast de diverse besprekingen, tenminste wekelijks plaats. WERKINDELING
De aios is werkzaam op de longfunctieafdeling, verricht zelfstandig onderzoeken, beoordeelt de longfuncties van buiten, bekijkt en beoordeelt huisartspatiënten en draait mee in het rooster van de overige aios tav diensten. De aios is aanwezig bij alle ergometrieën en beoordeelt deze eerst met supervisor en later Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
42
zelfstandig. Daarnaast heeft de aios een of twee vaste polikliniekdelen (een controle en een nieuwe patiënten poli) volgens rooster. Daarnaast participeert de aios in 1 slaappolisessie. Eventueel kan er deel genomen worden aan het spreekuur met de sportarts. Tevens deelname aan het MDO slaap en het gestructureerde overleg met de sportarts en/of het specifieke interstitiele spreekuur.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
43
Overzicht leerdoelen en specifieke opleidingsactiviteiten longfunctiestage
Longfunctie stage Leerdoelen Thema’s: Thema 15: Longfunctie Thema 16: respiratoire allergie Thema 17: slaapgerelateerde ademhalingsstoornissen 1.
De aios heeft voldoende competentie in de indicatie stelling, uitvoering en interpretatie van de volgende onderzoeken en behandelingen: 2. longfunctie onderzoek om de respiratoire volumes,ademmechanica en gasuitwisseling vast te kunnen stellen inclusief : spirometrie, flow-volume onderzoek, longvolumes (inclusief body plethysmografie), transfer factor (diffusiecapaciteit), ventilatie/perfusie verhoudingen/verdeling, luchtwegweerstand, compliance, shuntmeting, inspiratoire en expiratoire monddrukmeting, arterieel bloedgasonderzoek, en inspanningsonderzoek; 3. metingen ter bepaling van de bronchiale hyperreactiviteit, huidtesten, en immunologisch onderzoek voornamelijk in relatie tot respiratoire allergie; 4. ademhalingsstoornissen waaronder de ademhalingstoornissen geïnduceerd door angststoornissen (zoals hyperventilatie) en de slaap gerelateerde ademhalingsstoornissen en hieraan gerelateerde aandoeningen, inclusief het apneu syndroom; 5. slaaponderzoek inclusief onderzoek van patiënten met slaapapnoe en van patiënten die in aanmerking kunnen komen voor ademhalingsondersteuning. 6. de aios is in staat om patiënten met bovenstaande klachten op juiste wijze mbv diverse technieken te onderzoeken, dit te beoordelen en op basis daarvan een adequate behandeling uitvoeren; 7. uitvoeren polygrafie en polysomnografie; 8. de aios heeft voldoende kennis van non-invasieve beademing en kan adequaat CPAP-BiPAP instellen 9. de aios beoordeelt op juiste wijze longfuncties van derden en stelt de juiste conclusies; 10. kent de wettelijke bepalingen mbt aanvraag, CPAP en zuurstofbehandeling thuis, definitieve machtigingen, leveranciers, rijgeschiktheid, co-morbiditeitsanalyse en opzet slaappolikliniek; 11. inhalatietechnieken; 12. het opzetten en begeleiden van trialwerkzaamheden.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Opleidingsactiviteiten longfunctie afdeling ergometrie polikliniek Voor/ nabespreking casuïstiek met supervisor Slaapregistratie KNF beoordelen Ergometrieën slaapregistraties, spirometrieën etc Revalidatie bespreking Slaappoli MDO slaap Overleg sportarts en evt deelname spreekuur sportarts
Portfolio 4 KPB /OSATS: longfunctie ergometrie slaapregistratie documentatie van PG,PSG,ergometrie participatie onderwijs
44
Rooster werkzaamheden c.q opleidingsactiviteiten wat doet aios waar en wanneer?
Maandag Dinsdag
Woensdag
Donderdag Vrijdag
ochtend polikliniek Meelopen met revalidatie fysiotherapie (contact: Davy de Corte)
MDO slaap 8.15-9.00uur bespreking ergometrieën 10.30-11uur grote visite Longfunctie, ergometrie Longfunctie,ergometrie
middag longfunctie Revalidatiebespreking eenmaal per maand (contact: Nicole van Hautum/MBD) 13.00 tot 14.00 uur. longfunctie ergometrieën in het kader van longrevalidatie
overig
slaappoli polikliniek
Daarnaast volgt de aios de reguliere opleidingsactiviteiten zoals overdrachten, besprekingen en grote visite Verplichte werkzaamheden ivm stage slaapwaakstoornissen: Activiteit Praktische uitvoering polygrafie – polysomnografie
Contact Petra Buys, hoofd KNF afdeling,
Uitlezing polygrafie – polysomnografie
MCK, MBD, SMU
Anamnese patient met hypersomnolentie
Donderdagmiddagpolikliniek slaapwaakstoornissen
Indicatiestelling CPAP
Donderdagmiddagpolikliniek Slaapwaakstoornissen
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Einddoel Begrip over PG en PSG, inzicht in belasting voor patient en verstorende factoren. Minimaal eenmaal beide onderzoeken zien: aankoppelen patient uitlezing Zelfstandig opstarten software Brainlab RT, zelfstandig beoordelen van parameters en formuleren van eindconclusie Zelfstandig anamnese en klinisch onderzoek afnemen, Inzicht in indicatie PG of PSG, Kunnen aanvragen onderzoeken Inzicht in indicatiestelling CPAP Inzicht in alternatieve behandelmogelijkheden zoals MRA AutoCPAP titratie kunnen aanvragen Inzicht in behandeling van CSAS en CSR
Behaald
Opmerking
Literatuur: CBO richtlijn 2009 Zo gewenst: eenmaal meelopen met KNO bij slaapendoscopie, en bij tandarts voor MRA, Contact via KNO, B Op de Coul of B Teunissen (KNO-artsen)
45
CPAP instelling
CPAP instelling (2)
CPAP controle
Klinische BiPAP instelling Refereeravond ( zie 2.11.5) NIV instellen, Tosca meting
Donderdagmiddag polikliniek Slaapverpleegkundige Nicole van Hautum, 76181 AutoCPAP instelling via Vivisol, Petra Beunis, 06 55117657 Donderdagmiddag polikliniek Slaapwaakstoornissen
Inzicht in maskerproblematiek, Verhogen tolerantie Uitleg voor patient en partner Meelopen met visite thuis voor autoCPAP titratie bij patienten Kunnen uitlezen van titratierapport Kunnen uitleggen van rapport aan patient Drukinstellingsadvies kunnen geven Inzicht in wettelijke vereisten terugbetaling en machtiging Inzicht in wettelijke vereisten keuring rijgeschiktheid
Op indicatie, Contact: via J Aarssen, 1612 Donderdagavond,
Inzicht in indicatiestelling BiPAP Uitlezen drukpatroon BiPAP aanwezigheid
Begeleiden assistenten in de zaalstage
Druk instellen, Tosca uit lezen
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Info verzekeraars: www.nvsap.nl
46
ALLERGOLOGIE/IMMUNOLOGIE STAGE Plaats: Duur: Begeleider:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. 3 cq 6 maanden jaar 3/4 superviserende longarts (drs. T. Macken )
In een multidisciplinaire samenwerking met kindergeneeskunde en medische microbiologie LEERDOELEN Algemene leerdoelen: De aios doet ervaring op in de multidisciplinaire behandeling en begeleiding van poliklinische patiënten met allergische en immunologische klachten. Specifieke leerdoelen: herkennen van allergologische en immunologische aandoeningen en complicaties van de ingezette behandelingen en weten hoe deze qua diagnostiek aangepakt dienen te worden en behandeld. Kennis vergaren over de aandoeningen en consequenties hiervan voor de multidisciplinaire behandeling. Behandelt patiënten in multidisciplinair verband. Daarnaast is tijdens deze stage van groot belang de communicatie met patiënten en familie. De multidisciplinaire aanpak vraagt specifieke deskundigheid op het gebied van samenwerking, organisatie en professionaliteit. Daarnaast zet de aios mee nieuwe studies op en maakt protocollen. LEERMIDDELEN: Polikliniek/spreekuur voor afweerstoornissen, multidisciplinaire bespreking, overdracht, röntgenbespreking, grote visite, statusvoering, overleg supervisor poli, gesprekken met patiënt en familie, brieven, MMBbespreking, lokaal en regionaal overleg. Daarnaast landelijk onderwijs en lokaal discipline overstijgend onderwijs georganiseerd door JBAcademie en PAOG Nijmegen. Landelijk cursorisch onderwijs NvALT TOETSEN - KPB multidisciplinaire samenwerking/360 graden feedback - Documentatie 10 patiënten die zelfstandig behandeld worden - Correcties brieven en briefbeoordelingen - KPB probleempatiënt bespreking / CAT - Participatie landelijk onderwijs - Certificaat regionaal/lokaal onderwijs WERKWIJZE In samenwerking met kindergeneeskunde en medische microbiologie, zowel medisch als (gespecialiseerd) verpleegkundig; in de toekomst uitbreiding richting interne geneeskunde/reumatologie en KNO-heelkunde( en mogelijk paramedisch). Ingebed in Food & Health initiatief Fhealinc van de samenwerkingspartners Jeroen Bosch Ziekenhuis, HAS Den Bosch, Avans Hogeschool, ZLTO en de gemeente ’s-Hertogenbosch, deelproject EVAA (Expertisecentrum voor Voeding, Afweer en Allergie). Deze stage is bij geïnteresseerden te combineren met de longfuctie stage
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
47
Rooster werkzaamheden c.q opleidingsactiviteiten wat doet aios waar en wanneer? ochtend Maandag Dinsdag Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Vanaf 11.00 grote visite
middag Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s
overig 1700-1830 multidisciplinaire 10 chirurgisch/oncologische bespreking
Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s e 1230-1330 2 woensdag v/d maand PA bespreking (op PA) Cursorisch onderwijs en vakgroep overstijgend onderwijs Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s e 12.30-13.30 2 donderdag v/d maand PA/ILD bespreking (op PA) 1x mnd MDO immunologie Avondoverdracht, inclusief radiologie bespreking foto’s
Overzicht stage in schema, inclusief thema’s, leerdoelen en koppelingen Allergologie/immunologiestage Leerdoelen Thema’s: Thema 8: diagnostiek en behandeling recidiverende luchtweginfecties Thema 16: respiratoire allergie Specifieke leerdoelen De aios: 1. maakt een adequaat diagnostisch plan bij een patiënt met allergische klachten; 2. stelt indicaties voor immunologische behandelmethoden en past deze toe; 3. interpreteert de verkregen uitslagen op juiste wijze en past deze toe binnen de behandeling; 4. toont empathie t.a.v. patiënten en familie; 5. voert de statusvoering correct uit; 6. is in staat om in beperkte tijd de juiste handeling uit te voeren en de juiste besluiten te nemen; 7. neemt juiste besluiten met terugverwijzen naar verwijzer en legt de relevante informatie correct vast in een brief; 8. is in staat een patiënt te begeleiden bij chronische ziekte en dit te plaatsen in zijn sociale en culturele context; 9. is in staat om adequaat en professioneel in een multidisciplinair team samen te werken. 10
Opleidingsactiviteiten poli afweerstoornissen Voor/ nabespreking casuïstiek met supervisor Besprekingen: MDO, probleempatiënt, PA en ILD
Toetsing/portfolio KPB: Fiattering statusvoering documentatie ziektebeelden verwijsbrieven 1 x zelfbeoordeling en verslag gesprekken protocol /casuïstiek folder/ voordracht Participatie landelijk onderwijs
aanwezig: radiologie, chirurgie, nucleaire geneeskunde, pathologie, radiotherapie, alle longartsen en aios
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
48
STAGE INTENSIVE CARE Plaats: Duur: Supervisoren:
Jeroen Bosch Ziekenhuis, ’s-Hertogenbosch. 4-6 maanden alle intensivisten
Er is sprake van een closed format IC level 3 (CBO richtlijn 2006). In principe verrichten de arts assistenten in opleiding tot longarts hun IC stage tijdens hun interne vooropleiding ( 2 jaar). Indien door omstandigheden al of niet van persoonlijke aard dit niet mogelijk is, kan MSRC technisch dit ook in de vervolgopleiding longziekten plaats vinden. Vandaar dat deze stage in het opleidingsplan is opgenomen. LEERDOELEN: Algemene leerdoelen: De aios dient aan het eind van deze stage te beschikken over voldoende kennis betreffende de systematische benadering van ernstig zieke patiënten. Toont inzicht te hebben in diverse vormen van diagnostiek (beeldvorming en laboratorium) en diverse mogelijkheden tot monitoring cq behandeling op de Intensive Care. Heeft een goed probleemoplossend vermogen opgebouwd en is in staat om een patiënt met een acute bedreiging van een of meerdere orgaanfuncties systematisch en adequaat op te vangen. Kan hierbij samenwerken met andere zorgverleners rondom de patiënt en kent zijn eigen beperkingen. Specifieke leerdoelen: Het accent ligt tijdens deze stage op het aanleren van de specifieke vaardigheden die nodig zijn bij de eerste opvang van ernstig zieke patiënten met een directe bedreiging of falen van een of meerdere vitale orgaanfuncties. Planmatige, systematische analyse van een complexe situatie en prioriteiten kunnen stellen ten aanzien van diagnostiek en therapie. Kunnen werken onder tijdsdruk. Het kunnen stellen van de indicatie voor en de technische uitvoering van het inbrengen van centrale lijnen, luchtwegmanagement, instellen van invasieve en non-invasieve beademing bij verschillende ziektebeelden als status astmaticus en ARDS en nierfunctievervangende therapie. Het kunnen interpreteren van diverse hemodynamische parameters en het adequaat toepassen van interventies als volumetherapie en inotropica. Het kunnen coördineren van de opvang van ernstig zieke patiënten en reanimatie. Leren werken in multidisciplinair verband en zo nodig coördinerend optreden. Inzicht in aanvraagbeleid en interpretatie van laboratorium- en beeldvormende diagnostiek. Adequaat voorschrijfgedrag medicatie met oog voor interacties en bijwerkingen. Empathische houding t.a.v. patiënten en familie. Afbakening eigen competenties en reflectie op eigen gevoelens en functioneren. Leren begeleiden van co-assistenten. Leren werken met het elektronisch patiëntendossier en maken van ontslagbrieven. LEERMIDDELEN: Overdracht, röntgenbespreking, visite aan bed, statusvoering, gesprek met patiënten en familie. Omgang met co-assistenten. Ontslagbrieven. Daarnaast de diverse onderwijsmomenten en overlegsituaties als multidisciplinaire patiënt bespreking (MDO), Necrologiebespreking, Complicatie bespreking, referaat en CAT, chirurgische overdracht, probleempatiëntbespreking, journalclub. De relevante dagen cursorisch onderwijs en FCCS cursus. Evenals discipline overstijgend onderwijs georganiseerd door de JBAcademie en PAOG Nijmegen. TOETSEN: KPB overdracht KPB grote visite /dienst Correcties brieven Fiattering statusvoering KPB probleempatiënt bespreking / CAT Participatie cursorisch onderwijs Certificaat cursorisch onderwijs FCCS toets Certificaten discipline overstijgend onderwijs. voortgangsgesprekken.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
49
WERKWIJZE: Elke dag is minimaal een intensivist verantwoordelijk voor de supervisie van de arts-assistenten op de afdeling. Daarnaast kunnen intensivisten buiten de IC in consult gevraagd worden bij “alle” acute geneeskunde met (belangrijke) bedreiging van één of meer vitale orgaansystemen. Dit gebeurt al dan niet door middel van interventie met een zgn. spoedinterventie team (SIT Team). Ook kan, voor zover de bezetting dat toelaat, beroep op hen gedaan worden voor het transport van acuut bedreigde patiënten binnen het ziekenhuis dan wel naar andere ziekenhuizen. Het betreft hier dan voornamelijk patiënten met acute respiratoire en/of circulatoire bedreiging. De arts-assistent treedt in beginsel zelfstandig op in het kader van de zorgverlening aan de hem/haar toegewezen patiënten. Daarin wordt de arts-assistent gesuperviseerd door de intensivist die op dat moment de medische supervisie op de IC heeft. Binnen “kantooruren” vindt, zoveel mogelijk “aan het bed” overleg plaats tussen arts-assistent en supervisor. Daarbij wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de mogelijkheid om bed-side teaching te geven. Ook buiten deze overlegmomenten kan de arts-assistent altijd een beroep doen op de supervisor. Overigens gaan intensivisten er van uit dat bed-side teaching ook in weekend, ’savonds en ’s-nachts dient plaats te vinden. Ten aanzien van consultatie door andere specialismen dient dit primair op stafniveau plaats te vinden zoals vastgelegd in het reglement consultatie van het JBZ.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
50
Weekrooster ochtend
middag
overig
Maandag
07.55 - 08.05 Chirurgie overdracht (IC supervisor) 08.05 - 08.45 Ochtendoverdracht 08.45-10.00 Ontslaan van patiënten, ontslagbrief maken, onderzoek liggende patiënten, afspraken maken en bijschrijven decursus 10.00 - 10.15 Radiologie bespreking 10.15-12.30 vervolg onderzoek patiënten en bespreking met intensivist, bedside eaching
1300-1400 MDO 1400-1700 lijnen prikken, tracheostoma’s, duodenumsondes, bronchoscopieën, familiegesprekken 16.30 - 17.45 Overdracht “Dag naar Avond” (aan bed) 17.00 tot 18.00 u thematisch cursorisch onderwijs SEH (maandag of dinsdag)
Journalclub 2 maandagen/maand verplicht
Dinsdag
07.55 - 08.05 Chirurgie overdracht (IC supervisor) 08.05 - 08.45 Ochtendoverdracht 08.45-10.00 Ontslaan van patiënten, ontslagbrief maken, onderzoek liggende patiënten, afspraken maken en bijschrijven decursus 10.00 - 10.15 Radiologie bespreking 10.15-12.30 vervolg onderzoek patiënten en bespreking met intensivist, bedside eaching
1230-1300 Lunchbespreking (maandelijks 3e dinsdag) verplicht 1300-1400 MDO 1400-1700 lijnen prikken, tracheostoma’s, duodenumsondes, bronchoscopieën, familiegesprekken 16.30 - 17.45 Overdracht “Dag naar Avond” (aan bed) 17.00 tot 18.00 u thematisch cursorisch onderwijs SEH
Woensdag
07.55 - 08.05 Chirurgie overdracht (IC supervisor) 08.05 - 08.45 Ochtendoverdracht 08.45-10.00 Ontslaan van patiënten, ontslagbrief maken, onderzoek liggende patiënten, afspraken maken en bijschrijven decursus 10.00 - 10.15 Radiologie bespreking 10.15-12.30 vervolg onderzoek patiënten en bespreking met intensivist, bedside eaching
1300-1400 MDO 1400-1700 lijnen prikken, tracheostoma’s, duodenumsondes, bronchoscopieën, familiegesprekken 16.30 - 17.45 Overdracht “Dag naar Avond” (aan bed)
Donderdag
07.55 - 08.05 Chirurgie overdracht (IC supervisor) 08.05 - 08.45 Ochtendoverdracht 08.45-10.00 Ontslaan van patiënten, ontslagbrief maken, onderzoek liggende patiënten, afspraken maken en bijschrijven decursus 10.00 - 10.15 Radiologie bespreking 10.15-12.30 vervolg onderzoek patiënten en bespreking met intensivist, bedside eaching
1300-1400 MDO 1400-1700 lijnen prikken, tracheostoma’s, duodenumsondes, bronchoscopieën, familiegesprekken 16.30 - 17.45 Overdracht “Dag naar Avond” (aan bed)
Vrijdag
07.55 - 08.05 Chirurgie overdracht (IC supervisor) 08.05 - 08.45 Ochtendoverdracht 08.45-10.00 Ontslaan van patiënten, ontslagbrief maken, onderzoek liggende patiënten, afspraken maken en bijschrijven decursus 10.00 - 10.15 Radiologie bespreking 10.15-12.30 vervolg onderzoek patiënten en bespreking met intensivist, bedside eaching
1300-1400 MDO 1400-1700 lijnen prikken, tracheostoma’s, duodenumsondes, bronchoscopieën, familiegesprekken 16.30 - 17.45 Overdracht “Dag naar Avond” (aan bed)
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
1500-1600 IC- onderwijs aan arts-assistenten verplicht
51
Overige IC-besprekingen/bijeenkomsten Lange Liggersbespreking (gepland naar behoefte) verplicht Theoretisch reanimatieonderwijs (Op uitnodiging) verplicht Praktisch reanimatieonderwijs (Op uitnodiging) verplicht Klinische les aan verpleging (Op uitnodiging) aanbevolen Groot thema-onderwijs aan verpleging (3 à 4 maal per jaar) aanbevolen IC-Necrologie/Complicatiebespreking (Eén maal per 1-2 maanden) verplicht Afdelingsuitjes, -feesten e.d. (Gepland naar behoefte) aanbevolen De arts-assistent dient hiernaast de belangrijkste overige “verplichte” besprekingen te volgen,
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
52
Overzicht stage in schema, inclusief alle leerdoelen en koppelingen Stage intensive care Competenties en leerdoelen
Opleidingsactiviteiten
Algemeen: De aios: verricht eerste opvang en kan behandeling in gang zetten; stelt met gerichte diagnostiek een uitgebreide differentiaal diagnose op; hanteert een systematische benadering van ernstig zieke patiënten; heeft een goed probleemoplossend vermogen opgebouwd en kan een patiënt met een acute bedreiging systematisch en adequaat opvangen; beheerst de vaardigheden noodzakelijk voor de opvang van ernstig zieke patiënten stelt de goede indicatie voor en de technische uitvoering van het inbrengen van centrale lijnen luchtwegmanagement, instellen van invasieve en non-invasieve beademing bij verschillende ziektebeelden als status astmaticus en ARDS en nierfunctievervangende therapie; interpreteert op juiste wijze diverse hemodynamische parameters en past interventies als volumetherapie en inotropica adequaat toe; coördineert adequaat de opvang van ernstig zieke patiënten en reanimaties;
-
Tijdens de stage intensive care wordt in het bijzonder aandacht geschonken aan de volgende competenties: Communicatie: verkrijgt informatie van / over de patiënt die relevant is in de context van een acute presentatie; informeert de patiënt in begrijpelijke taal zoals beschreven in de Wet op de Geneeskundige Behandelovereenkomst (WGBO); informeert en begeleidt patiënt, diens partner, familie en overige relaties (verder aangeduid als familie) correct.; op correcte wijze kan omgaan met patiënten, “familie”, collegae, verpleging en andere bij de afdeling betrokken specialismen/disciplines; is in staat adequaat te rapporteren aan huisarts en andere betrokken behandelaars ten aanzien van het ziektebeloop van ICpatiënten. Samenwerking: is in staat om in multidisciplinair verband, o.a. coördinerend, werkzaam te zijn; een leidinggevende rol op zich kan nemen bij de opvang van ernstig zieke acuut bedreigde patiënten; een leidinggevende rol op zich kan nemen binnen het reanimatieteam van het ziekenhuis; intensive care patiënten overzichtelijk kan presenteren tijdens overdrachten en patiëntenbesprekingen; een multidisciplinaire patiëntenbespreking (bijvoorbeeld een lange liggersbespreking) kan voorzitten/leiden. K&W: onderwijs aan co-assistenten; de verplichte onderwijsbijeenkomsten bijwoont en daaraan bij voorkeur zelf actief bijdraagt (zie verder). Maatschappelijk handelen: kent de criteria en mogelijkheden van donatie, handelt in overeenstemming met deze criteria en neemt zonodig beslissingen in het belang van de patiënt en nabestaanden. Organisatie: in staat is om in multidisciplinair verband, o.a. coördinerend, werkzaam te zijn; ervaring opdoet in het werken met een Patient Data Management System (PDMS). Professioneel gedrag: kent en respecteert de grenzen van de eigen competenties;
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
-
-
IC reanimatieteam overleg conform weekschema MDO Bedside-teaching Cursorisch onderwijs: ICCS Zelfstudie: Heeft grondige kennis van zuurstof toedieninghulpmidd elen en de toepassing bij specifieke ziektebeelden. incidentbespreking
Toetsing & Portfolio Toetsing KPB overdracht KPB grote visite/dienst KPB probleempatiënt CAT 2x Fiattering statusvoering documentatie ziektebeelden 1 x zelfbeoordeling en verslag gesprekken Certificaat DOO FCCS toets
53
-
voldoende zelfkennis & -inschatting aan de dag legt en de juiste balans weet te vinden tussen zelfstandig handelen, overleg en verzoek om hulp van supervisor, IC- verpleegkundigen of anderen. leert om eigen gevoelens (reflecterend) te analyseren en bespreekbaar te maken; leert omgaan met ethische dilemma’s zoals die zich voordoen op een IC en ervaring opdoet met zowel het bespreekbaar maken als het bespreken hiervan ; is in staat veilige feedback te geven; biedt deskundige hulp; toont verantwoordelijkheid; toont leiderschap op momenten dat dat door de situatie gevraagd wordt; streeft aantoonbaar naar verbetering van kwaliteit; is in staat om ondanks de vaak hoge tijdsdruk en urgentie van handelen, medische zorg op hoogstaand niveau te verlenen; bewaakt dat aan de noodzakelijke behoeften van een patiënt wordt voldaan, vanuit een coördinerende rol in een team; verleent zorg in overeenstemming met de hoogste maatstaven en ethisch en professioneel gedrag.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
54
Hoofdstuk 3 Portfolio Overeenkomstig de richtlijnen is de aios verplicht een verzameling bij te houden van documenten waarin op systematische wijze de voortgang in de opleiding wordt gedocumenteerd. Het portfolio en het voortgangsgesprek hangen nauw met elkaar samen. Het portfolio levert de informatie op basis waarvan het voortgangsgesprek wordt gevoerd. Daarmee vormen zij een leidraad in de opleiding. Het portfolio is een verzameling van informatiebronnen en beoordelingsgegevens op basis waarvan leerdoelen geformuleerd kunnen worden en reflectie op het functioneren van de aios door zichzelf en anderen kan plaatsvinden. Tevens worden verplichte onderdelen hierin afgetekend en toetsuitslagen verzameld. Het portfolio van de aios omvat ten minste de volgende onderdelen: - een individueel opleidingsplan (IOP) inclusief opleidingsschema - reflectieverslagen - de documenten ten behoeve van de toetsing / beoordeling van de aios (OSATS, KPB, CAT, verslagen voortgangs- en beoordelingsgesprekken etc.) - bekwaamverklaringen - de gehouden voordrachten en/of referaten - de gepubliceerde artikelen - de gevolgde cursussen, inclusief certificaten - voortgangstoetsing - deelname certificaten lokale, regionale en landelijke onderwijsdagen 3.1 Individueel opleidingsplan vs opleidingsschema Bij aanvang van de opleiding stelt de aios in samenspraak met de opleider een individueel opleidingsplan (IOP) op. In een begeleidend opleidingsschema worden de verschillende stages aangegeven (zie overzicht opleiding JBZ). Daarnaast zijn in het IOP de individuele leerdoelen van de aios opgenomen. De inbreng van de aios in het individueel opleidingsplan (IOP). De aios dient over zijn ontwikkeling te reflecteren. Dit kan enerzijds aan de hand van de gekregen feedback (KPB, CAT), maar daarnaast is het noodzakelijk dat de aios bijhoudt welke ervaringen aan de ontwikkeling van de competenties gedurende de stages hebben bijgedragen. De doorgemaakte ontwikkelingen dienen in een individueel opleidingsplan (IOP) bijgehouden te worden. Hierin dient de aios per stage aan te tekenen hoe er aan is gewerkt: bijvoorbeeld welk soort patiënten of pathologie er is gezien, wat er is geleerd en hoe dit is ervaren. Naast de toetsingsverslagen (KPB, CAT etc.) reflecteert de aios middels het IOP over de vorderingen in de opleiding en bespreekt dit met de opleider tijdens de voortgangsgesprekken. De aios is zelf verantwoordelijk voor het bijhouden van zijn eigen portfolio. Zoals eerder gezegd is het portfolio een middel om tot een gefundeerd oordeel te komen, het is geen doel op zich. Daarom zijn slechts minimumeisen opgesteld waaraan de inhoud van het portfolio moet voldoen Naar eigen wens en noodzaak kan de opleider dit (laten) uitbreiden. 3.2 Overzicht begeleiding individuele aios tijdens zijn opleiding Onderstaande figuur geeft de globale structuur weer van de begeleiding van de individuele aios gedurende zijn/haar opleiding.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
55
JB Academie
Kennismakingsgesprek met de opleider en plv opleider Bespreken: - CV - Opleidingstructuur - Modelinstructie aios - Opleidingsschema - Leerdoelen voor de komende periode - Thema’s - Toetsing (KPB, CAT, OSATS’s etc.)
Actviteiten Introductie MDO onderwijs Budget Effect Journal club etc
AIOS
NVALT (verplicht lidmaatschap) -
Voortgangstoetsen (Hermes) landelijk onderwijs E portfolio
RGS -
Gesprekken met leden van de opleidingsgroep/module supervisor Tijdens introductie- en tussentijdsgesprek module afspreken conform plan: IOP Leerdoelen Activiteiten Toetsing Opleidingsactiviteiten: activiteiten KPB’s/OSATS Critical Appraised Topic Uitvoering taken Onderwijs Tijdens eindgesprek module bespreken: Resultaten module Leerdoelen Vervolg IOP
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Inschrijven opleidingsregister
Gesprekken met de opleider en plv opleider Voortgangsgesprek bespreken: - KPB’s (waaronder KPB van complicaties) - CAT - OSATS - Verrichtingen - Verslagbeoordelingen - Reflectiegesprek - Leerklimaat -
Dynamisch CV: cursussen voordrachten publicaties etc.
-
Afspreken: Leerdoelen Voorkeurstages Toetsing IOP - bijstelling Toekomst
56
3.3 Onderwijs woensdag ( kliniekarts)
Volgens het rooster van de kliniekarts wordt er cursorisch onderwijs verzorgd door de stafleden, aansluitend op het ochtendrapport/overdracht op woensdagmorgen van 8.15-9.00 uur Er is een verdeling van onderwerpen, waarbij er een nadere afstemming op en verdieping van het landelijke en regionale onderwijs kan plaats vinden. Maar ook basale onderwerpen of eigen onderzoek kan besproken worden. In grote lijnen geven de stafleden het onderwijs gerelateerd aan hun eigen aandachtsgebieden of alle basale onderwerpen de longziekten betreffende.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
57
3.4 Overzicht vaardigheden en bekwaamheidsverklaring Vaardigheid
Niveau
Paraaf12
11
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23
11 12
Inbrengen arterielijn Flexibele bronchoscopie en gerelateerde procedures - TBNA - Transbronchiale/perifere longbiopten - Broncho-alveolaire lavage Therapeutische/ontlastende pleuradrainage Starre bronchoscopie en gerelateerde procedures Endobronchiale echografie en gerelateerde procedures Endo-oesophageale echografie en gerelateerde procedures Bronchoscopisch gerelateerde therapeutische interventies (laser, stentplaatsing, etc.) Diagnostische pleurapunctie Thoracoscopie met pleurodese Thoracoscopie met pleurale biopten Pleurabiopsie Aanleggen pneumothorax Klierpunctie/huidlaesie puncteren Longpunctie Ergometrie met arteriële bloedgasanalyse Instellen NIPPV Instellen/begeleiden van invasieve beademing Instellen /begeleiden van niet-invasieve beademing Instellen CPAP Immunotherapie
5 5 5 5 5 5 1-2 1-2 1-2 1-2 5 4-5 4-5 2-3 2-3 5 1-2 4-5 5 3-4 5 4 3
Niveau wat aan het eind van de opleiding bereikt dient te zijn. Paraaf opleider/supervisor bekwaamheidsverklaring
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
58
3.5
Toelichtingen werkwijzen diverse gesprekken en instrumenten
Het maken van een curriculum vitae Doel Curriculum vitae volgens vast stramien, zodat voor iedereen een snel te bekijken overzicht ontstaat. Wanneer De aios werkt het CV bij voorafgaand aan elk voortgangsgesprek en geschiktheidsbeoordeling. Werkwijze Opbouw van CV: Statisch deel (voornamelijk): Algemeen Opleiding en diploma’s Werkervaring Dynamisch deel: Cursussen Voordrachten Publicaties Lidmaatschappen, nevenactiviteiten, interesses Aandachtspunten Het dynamische deel wordt voor elk gesprek bijgewerkt door de aios. Het maken van een Individueel Opleidings Plan (IOP) Doel Overzicht over het opleidingsniveau van de aios en het beloop hiervan. Concrete beschrijving van (persoonlijke) leerdoelen. Wanneer De aios vult dit in voor elk voortgangsgesprek en vult dit aan na het voortgangsgesprek. Werkwijze De aios blikt gestructureerd terug op zijn functioneren gedurende de afgelopen periode van 3 of 6 maanden, met name voor wat betreft zijn niveau van functioneren op de 7 verschillende competentiegebieden. Daarbij wordt de informatie gebruikt van de themakaarten, de toetsmomenten gedurende die periode en bewijsmaterialen die zijn vergaard in de afgelopen periode (gevolgde cursussen, gegeven presentaties e.d.). De aios analyseert deze gegevens en schrijft zijn bevindingen op in het IOP formulier. Aandachtspunten - Wat waren de afspraken bij het vorige gesprek? - In hoeverre zijn de afspraken geëffectueerd? - Hoe kijkt de aios nu terug op de afgelopen 3-6 maanden? - Welke sterkte-zwakte analyse wordt nu gegeven en op basis van welk bewijs (bijv. worden alle competenties in de analyse betrokken; worden uitspraken gedaan die voortvloeien uit de verzamelde bewijsmaterialen; worden activiteiten genoemd die bijdragen tot het verbeteren van het functioneren voor wat betreft de “zwakke” punten dan wel het verder ontwikkelen van de “sterke” punten). - Welke afspraken dienen gemaakt te worden tot het volgende voortgangsgesprek. - Maak de afspraken zo specifiek mogelijk, haalbaar binnen een bepaalde tijdsperiode en toetsbaar.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
59
Het voeren van een introductiegesprek Doel Afspraken te maken tussen de aios en opleider over wederzijdse verwachtingen ten aanzien van het functioneren op de afdeling. Wanneer Bij de start van de opleiding (onderdeel longziekten) en bij de start van de stages longfunctie en oncologie. Werkwijze Afgesproken wordt, afhankelijk van de voorgeschiedenis van de aios, welke (onderdelen van) thema’s in de komende periode aan bod zullen komen en getoetst zullen gaan worden. De algemene richtlijn is dat tenminste 3 tot maximaal 6 (onderdelen van) thema’s per half opleidingsjaar getoetst worden. Ook het aantal Korte Praktijk Beoordelingen en brief beoordelingen wordt afgesproken. Richtlijn is dat per aios per maand één KPB en één briefbeoordeling wordt afgenomen tot een totaal van 10 KPB’s en 10 briefbeoordelingen per aios/ jaar. De aios en opleider bewaken beide of er tijdens de komende periode ook nog andere o beoordelingen dienen te worden gegeven (360 feedback, CAT’s, vaardigheidstoetsen etc.). Aandachtspunten introductiegesprek - Wat waren de sterke en zwakke punten van de aios in de voorafgaande periode. - Wat zijn de leerdoelen van de aios in deze periode. - Wat kan de aios leren in komende periode. Hierbij moet niet alleen gedacht worden aan medisch handelen, maar ook aan andere competenties als communicatie, samenwerking en organisatie. - Afspraken over welke thema’s worden getoetst. - Afspraken over hoeveel KPB’s worden afgenomen. Ook worden afspraken gemaakt over het inhoudelijk domein waar de KPB’s over gaan. - Afspraken over hoeveel briefbeoordelingen zullen worden afgenomen. - Afspraken over het eventueel gebruik van andere beoordelingsinstrumenten tijdens de stage. Tijdstip van eerstkomend voortgangsgesprek. - Alle gebruikte formulieren van de introductiegesprekken dienen te worden opgenomen in het portfolio. Het voeren van een voortgangsgesprek en geschiktheidsbeoordeling Doel De aios en opleider bespreken het functioneren van de aios van de afgelopen periode en meer specifiek: de voortgang en het niveau van de verschillende competenties die de aios ontwikkelt. Het voortgangsgesprek kan beschouwd worden als een tussentijdse evaluatie gericht op specifieke leermomenten voor de komende periode. Bij de geschiktheidsbeoordeling wordt door de opleider een oordeel uitgesproken over de geschiktheid van de aios als toekomstig longarts. Wanneer Het voortgangsgesprek vindt het eerste jaar elke drie maanden en daarna ieder half jaar plaats met de opleider. De aios wordt na ieder jaar in zijn opleiding door de opleider beoordeeld of hij geschikt is de opleiding voort te zetten. Dat is een unilateraal oordeel. Op deze momenten kan de opleiding van de aios tussentijds worden gestaakt. Deze beoordeling vindt plaats op het AB formulier van de MSRC. Bij een onvoldoende oordeel wordt dit formulier naar de MSRC gestuurd (geschiktheidbeoordeling). Werkwijze De aios en opleider bereiden beiden het voortgangsgesprek voor. De opleider stelt de agenda samen, mede op basis van de punten die door de aios worden aangedragen. Vraagt na bij leden van het opleidingsteam en andere medewerkers hoe de betreffende aios functioneert. De aios levert uiterlijk 1 week van tevoren de volgende stukken bij de opleider in: 1 Agendapunten voortgangsgesprek Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
60
2
3 4
Portfolio waaronder: a Zelfbeoordeling competenties (algemeen en specifiek); b Individueel Ontwikkelings Plan; c Themakaarten die zijn afgenomen tijdens de stageperiode; d Beoordeling KPB’s; e Andere beoordelingen; f CV g informatie m.b.t. relevante activiteiten op één of meerdere competentiegebieden; h reflectie op eigen functioneren op basis van voorafgaande informatie. Leerklimaat Toekomst
Aandachtspunten voortgangsgesprek/geschiktheidbeoordeling - Identificeren sterke en zwakke punten. - Vastleggen op welke wijze zwakke punten kunnen worden verbeterd. - Vastleggen hoe deze verbetering getoetst wordt. - Vastleggen van het bekwaamheidsniveau op het gebied van de verschillende thema’s en verrichtingen. - Bespreken van zelfreflectie en mate van overeenkomst en eventuele discrepanties met het oordeel van de opleidingsgroep - Bespreken opties differentiatie / specialisatie (in latere opleidingsjaren) - Bespreken leerklimaat voor de aios - Alle verslagen dienen te worden opgenomen in het portfolio - De opleider ziet erop toe dat er van het voortgangsgesprek / de geschiktheidsbeoordeling een schriftelijke verslag gemaakt wordt dat zowel door de opleider als door de aios ondertekend wordt. Dit verslag wordt aan het portfolio toegevoegd. - Onvoldoende oordeel dient in het dossier dat opleider van de aios heeft opgenomen te worden Het beoordelen d.m.v. de themakaart Doel Aan de hand van de geformuleerde themagebonden taken een globale indruk te verkrijgen over het competentieniveau van de aios. Wanneer Gedurende de komende periode (meestal een periode van 3-6 maanden) wordt de aios getoetst op een aantal taken binnen thema’s die op themakaarten te vinden zijn. Per periode wordt een keuze gemaakt voor 3-6 thema kaarten. Werkwijze Aios en opleider / supervisor bespreken tijdens het introductie/voortgangsgesprek welke pathologie de aios kan verwachten in de komende periode/stage. Aan de hand hiervan wordt bepaald welke thema’s aan bod kunnen komen. Welke taken binnen thema’s daadwerkelijk getoetst worden hangt ook af van de “voorgeschiedenis” van de aios. Aandachtspunten bij beoordeling - Medisch handelen: met vooral een focus op taken die duidelijk lager scoren dan het verwachtte opleidingsniveau. - Andere competenties: focus vooral op taken die lager dan voldoende / verwachte niveau scoren. - Wat gaat er goed? - Maak concrete afspraken. - Spreek een tijd af waarbinnen afspraken moeten worden gerealiseerd. - Spreek af hoe getoetst wordt of afspraken zijn nagekomen. - Maak afspraken die haalbaar zijn gezien de tijd die de aios heeft (en opleidingsniveau).
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
61
-
-
Niet alle taken binnen één thema hoeven getoetst te worden. Het gaat erom dat uit de themakaart blijkt dat de aios in voldoende mate is geconfronteerd met specifieke taken behorend bij een bepaald thema. Wat “in voldoende mate” is wordt bepaald door de opleidingsgroep. Alle gebruikte themakaarten dienen te worden opgenomen in het portfolio. Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden.
Het beoordelen d.m.v. Korte Praktijk Beoordelingen (KPB) Doel Het vastleggen en het nabespreken van het functioneren van aios op onderdelen van competenties door middel van observatie m.b.v. een gestructureerd beoordelingsformulier. Wanneer Op ieder moment tijdens de opleiding kan een aios geobserveerd worden op onderdelen van het functioneren. Dat betekent dat de observatiemomenten primair worden bepaald door de mogelijkheden die de bedrijfsvoering biedt. Binnen deze conditie verdient het aanbeveling de observatiemomenten zoveel mogelijk te spreiden. Zwakkere onderdelen kunnen dan vaker geobserveerd worden om te beoordelen of er verbetering is opgetreden. De Korte Praktijk Beoordeling (KPB) richt zich op de competenties van de arts in opleiding tot specialist (aios) in patiëntencontacten. Ze kan eenvoudig worden toegepast door stafleden als onderdeel van de dagelijkse routine en is geschikt voor de beoordeling van aios in diverse klinische settings. De KPB is een kortdurende observatie (10 minuten) van een aios patiënt contact. De combinatie van meerdere KPB’s geeft inzicht in het handelen van de aios. De KPB kan geregeld (iedere paar maanden) worden toegepast op de afdeling (zaal of IC/CCU), op de poli, op de Spoedeisende Hulp of elders, zoals tijdens opname of ontslag. Als beoordelaars kunnen optreden: superviserende stafleden, afdelingshoofden en opleiders. Werkwijze Het initiatief tot het afnemen van een KPB kan zowel door de aios als door de opleider/ supervisor genomen worden. Als regel geldt dat bij elke aios eenmaal per maand een KPB wordt afgenomen minimaal 10 per jaar. Waarover de KPB gaat wordt deels bepaald door wat de aios wil leren en deels door de klinische presentaties en de voor de opleiding relevante activiteiten van de betreffende stageplek. De inhoud van een KPB beperkt zich tot het beoordelen van een beperkt aantal competenties. Mogelijkheden voor KPB - overdracht, (grote) visite - poli/SEH/afdeling consult (anamnese, LO, probleem, DD) - acute opvang - (grote) visite - status - voorzitten van een multidisciplinair overleg - brief - patiënt/familie/-gesprek - slecht nieuwsgesprek - voordracht/referaat Aandachtspunten bij de beoordeling van de KPB - Bepaal welke activiteiten waardevol zijn om aios te observeren en feedback te geven. - Houdt bij de observatiemomenten rekening met de leerdoelen van de aios genoemd in het introductieen voortgangsgesprek. - Spreek tijdens introductie- of voortgangsgesprek al af wanneer en over welke taken in ieder geval een KPB wordt afgenomen. Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
62
-
Beoordeel aios op een beperkt aantal competenties. Bespreek de observatie direct na met de aios. Alle gebruikte formulieren dienen te worden opgenomen in het portfolio. Neem tijd voor de toetsing en de aansluitende bespreking van de resultaten. Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden.
Het beoordelen van het functioneren d.m.v. 360 feedback Doel Het verkrijgen van informatie over eigen functioneren door professionals die veel met de aios te maken hebben aan de hand van een gestructureerde vragenlijst. Wanneer Tenminste voorafgaand aan formele momenten van beoordeling over voortzetting opleiding gedurende de opleiding voor einde eerste, derde en zesde jaar. De aios en opleider kunnen besluiten dit frequenter te doen. Zeker bij twijfel over functioneren is dit een wenselijke optie. Werkwijze De aios overlegt met de opleider welke personen gevraagd dienen te worden om een oordeel te geven over het functioneren. De waarde van de beoordeling zit in het aantal en de diversiteit van de personen die gevraagd worden. Als richtlijn wordt voorgesteld om twee oordelen te verzamelen van twee aios, van twee stafleden van het opleidingsteam, van een medewerker van de behandelkamer en van iemand uit de verpleegkundige staf. Uit deze minimaal 6 oordelen destilleert de opleider een sterkte/zwakte analyse en bespreekt deze met de aios. Deze analyse met de onderliggende beoordelingen wordt opgenomen in het portfolio. Er bestaan momenteel goede digitale mogelijkheden voor het afnemen van een 360° feedback. Aandachtspunten bij de beoordeling 360° feedback formulier - Tussen aios en opleider wordt afgesproken welke personen bijdragen aan de 360° feedback. - De aios vraagt de professionals de formulieren in te vullen voor zover mogelijk; - De beoordelingen worden in principe gegeven door personen die niet wezenlijk bijdragen aan het beoordelingsproces van de aios ( niet de opleider of supervisor-staflid). - De formulieren worden verzameld door de opleider. - De aios is verantwoordelijk voor het verkrijgen van de informatie en de analyse ervan. - De opleider bepaalt welke weging wordt gegeven aan de verzamelde beoordelingen. - Alle gebruikte formulieren dienen te worden opgenomen in het portfolio. - Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden. Het beoordelen van vaardigheden Doel Inzicht krijgen in het vaardigheidsniveau van de aios met betrekking tot relevante vaardigheden binnen de longgeneeskunde. Wanneer/werkwijze Tijdens de werkzaamheden van de aios op de behandelkamer wordt regelmatig een OSATS (Objective Structured Assessment of Technical Skills) afgenomen van de verschillende verrichtingen. Indien de aios heeft aangetoond niveau 4 bereikt te hebben voor de desbetreffende ingreep, wordt de aios geautoriseerd/bekwaam verklaard om deze verrichtingen zelfstandig, zonder supervisie uit te voeren. Dit wordt schriftelijk door de supervisor/opleider vastgelegd. Dit bewijs wordt toegevoegd aan het portfolio van de aios. Verrichtingenlijst is opgenomen in het portfolio, Deel B Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
63
Werkwijze Vaardigheden kunnen op verschillende wijzen worden beoordeeld. Meestal zal dit middels een OSATS gebeuren, soms kan een KPB voor dit doel gebruikt worden. Aandachtspunten bij beoordeling vaardigheden - Maak de criteria aan de hand waarvan getoetst wordt van tevoren duidelijk aan de aios. - Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden. Critically Appraised Topic (CAT) Een CAT is een kritische beoordeling van een artikel, gerelateerd aan een concreet klinisch scenario. Dit leidt vervolgens tot een gestandaardiseerd, op basis van recente literatuur gebaseerd, antwoord op een klinische vraag. Een dergelijke exercitie begint bij het formuleren van een bruikbare vraagstelling, vervolgt in het omzetten van de vraagstelling in een gerichte literatuursearch, waarna selectie van relevante literatuur plaatsvindt. Het eindigt vervolgens in een conclusie die antwoord geeft op de initiële vraag. Deze methode komt tegemoet aan de noodzaak vakliteratuur te lezen, interpreteren en op waarde te schatten in relatie tot de dagelijkse praktijk. De referaten, klinische presentaties en CAT’s worden met een specifiek beoordelingsformulier beoordeeld. Referaten De aios dient tijdens de opleiding minimaal 12 CAT’s (minimaal 2 per jaar) te verzorgen.
De briefbeoordeling Doel Het vastleggen en nabespreken van de kwaliteit van de brieven (ontslag-, polikliniek-, consultbrieven etc.) d.m.v. een gestructureerd beoordelingsformulier. Wanneer Op ieder moment van de opleiding kan een briefbeoordeling plaats vinden. Hiermee kunnen met name de competenties medisch handelen en communicatie getoetst worden. Per jaar worden er tenminste 10 briefbeoordelingen verricht. De aios en opleider waken ervoor dat de briefbeoordelingen verhoudingsgewijs min of meer gelijkelijk (ontslag-, polikliniek-, consultbrieven e.d.) verdeeld zijn. Werkwijze Het initiatief voor een briefbeoordeling kan zowel bij de aios als bij een lid van de opleidingsgroep liggen. Alle briefbeoordelingen worden samen met de aios nabesproken. Het bespreken van “critical incidents” / complicatiebespreking Doel Bespreken van situaties waar de aios veel van geleerd heeft/kan gaan leren. Wanneer Wanneer zich een bepaalde situatie heeft voortgedaan. Werkwijze Zowel aios als supervisor kan het initiatief nemen voor het bespreken van een critical incident aan de hand van een kort verslag. Besproken wordt wat de rol van de aios was en wat hier goed in was, wat er beter had gekund en wat het leerdoel van deze situatie is/is geweest.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
64
Voorbeelden van situaties: reanimatie, VIM, slecht nieuwsgesprekken, agressieve ouders, moeilijke patiënten, interessante DD, etc. Aandachtspunten: moet leiden tot concreet (behaald) leerdoel; beperken tot kern van de zaak; beperken in aantal. Het beoordelen van het portfolio Doel Inzicht krijgen in en zicht krijgen op alle competenties van de aios Longziekten en Tuberculose Werkwijze Het portfolio is het verzamelpunt van alle informatie die over de aios beschikbaar is. De aios is verantwoordelijk voor deze informatie. Het portfolio wordt gebruikt als onderliggend document bij het voortgangsgesprek. Het portfolio dient naast andere formulieren (zie voortgangsgesprek) een week van tevoren te worden ingeleverd zodat de opleider de tijd heeft deze informatie te bekijken en nog om aanvullende informatie te vragen. De hieronder vermelde aandachtspunten vormen voor een belangrijk deel de agenda van het voortgangsgesprek. Aandachtspunten Is het portfolio op tijd ingeleverd? (Zegt iets over de competenties organisatie en timemanagement.) Bevat het portfolio minimaal de volgende informatie: zelfbeoordeling algemene competenties; Themakaarten die zijn afgenomen tijdens de stageperiode; Individueel Ontwikkelings Plan; beoordelingen KPB; Andere beoordelingen; Informatie m.b.t. relevante activiteiten op één of meerdere competentiegebieden; Reflectie op eigen functioneren op basis van voorafgaande informatie. Het bespreken van discrepanties in de beoordeling van de opleider/supervisor De kwaliteit van de reflectie wordt beoordeeld: - goede aansluiting met sterke en zwakke punten; - juiste conclusies uit reflectie; - er worden toetsbare voornemens gemaakt. Identificeren sterke en zwakke punten. - Vastleggen op welke wijze zwakke punten kunnen worden verbeterd. - Vastleggen hoe deze verbetering getoetst wordt. Wat is de kwaliteit van het totale portfolio. De opleider dient de informatie ten opzichte van elkaar te wegen. Is er twijfel over de kwaliteit van het portfolio dan is het wenselijk leden van de opleidingsgroep in het oordeel te betrekken. Hoe ervaart de aios het “leerklimaat” op de afdeling? Komen de afspraken gemaakt bij het introductiegesprek overeen met de werkelijk verrichte activiteiten? Wat dient voor de volgende keer te worden afgesproken? En hoe kan dit getoetst worden? Neem tijd voor de bespreking van de resultaten (minimaal 30 minuten). Alle verslagen dienen te worden opgenomen in het portfolio. Een onvoldoende oordeel dient in het dossier dat de opleider van de aios heeft opgenomen te worden.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
65
3.6 Aanbevolen literatuur actualiteit ERS – HERMES 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.
14. 15. 16.
17. 18.
19. 20. 21.
22. 23. 24. 25. 26.
B.R. Celli, W. MacNee, et al. ATS/ERS Task Force Standards for the diagnosis and treatment of patients with COPD: a summary of the ATS/ERS position paper. Eur Respir J 2004; 23: 932–946. B.R. Celli, W. MacNee, et al. Standards for the diagnosis and treatment of patients with COPD - section for patients. American Thoracic Society and European Respiratory Society. 2004. New York. GOLD Report 2006: Global Initiative for Chronic Obstructive Lung Disease: Global Strategy for the Diagnosis, Management, and Prevention of Chronic Obstructive Pulmonary Disease. National Collaborating Centre for Acute Care , Clinical quideline 24. Lung Cancer : The diagnosis and treatment of lung cancer.National Institute for Clinical Excellence, London 2005 pp 1-350. European Respiratory Society, Lung Cancer. Eur Respir Mon. 2001; 17:1-329. American College of Chest Physicians, Diagnosis and management of lung cancer: ACCP evidence-based quidelines. Chest 2003;123 (S1):1S-337S. ESMO Guidelines Working Group, Non-small-cell lung cancer : ESMO clinical recommendations for diagnosis, treatment and follow up. Annals of Oncology 2007; 18(S2): ii30-ii31. ESMO Guidelines Working Group : Small-cell lung Cancer: ESMO clinical recommendations for diagnosis, treatment and follow up. Annals of Oncology 2007;18 (S2) ii32-ii33). ESMO Guidelines Working Group. Malignant pleural mesothelioma : ESMO Clinical recommendations for diagnosis, treatment and follow up. Annals of oncology 2007; 18 (S2) ii34-ii35. Duwe BV, Sterman DH, Musani AI., Tumors of the mediastinum. Chest 2005;128:2893-2909. Priola AM, Priola SM, Cardinale L, Cataldi A, Fara C., The anterior mediastinum: diseases Radiol Med 2006; 111:312-342. National Comprehensive Cancer Network, NCCN Clinical Guidelines in Oncology TM, 2007, www.nccn.org. Mandell L.A., Wunderink RG, Anzueto A et al., Infectious Disease Society of America/American Thoracic Society consensus quidelines on the management of community-acquired pneumonia in adults. CID 2007;44:S27-72. American Thoracic Society. Guidelines for the management of adults with hospital-acquired, ventilatorassociated, and healthcare-associated pneumonia. Am J Respir Crit Care Med 2005;171:388-416. Pappas PG, Rex JH, Sobel JD et al., Guidelines for treatment of candidiasis (IDSA guideline) Clinical Infectious Diseases 2004;38:161-189. Centers for Disease Control and Prevention. Guidelines for preventing opportunistic infections among HIV-infected persons-2002. Recommendations of the U.S. Public Health Service and the Infectious Disease Society of America. MMWR Recomm Rep; 2002 Jun14 (RR-8):1-52. Stevenson DA,Kan VL, Judson MA et al., Practice guidelines for diseases caused by Aspergillus. Clinical Infectious Disease 2000;30:698-709. David E. Griffith, Timothy Aksamit et al., An Official ATS/IDSA Statement: Diagnosis, Treatment, and Prevention of Nontuberculous Mycobacterial Diseases. Am J Respir Crit Care Med Vol 175. pp 367–416, 2007. 2006 Improving the TB case management: the International Standards for Tuberculosis care. 2006 Recommended standards for modern tuberculosis laboratory services in Europe. Blumberg HM, Burman WJ, Chaisson RE at al., Treatment of Tuberculosis. Offical statement of American Thoracic Society and the Centres for Disease Control and Prevention . Am J. Respir Crit Care Med. 2003,167:603-662. Guidelines for the programmatic management of drug-resistant tuberculosis. Geneva; World Health Organization, 2006 (WHO/HTM/TB/2006.361). Fair E, Hopewell PC, Pai M., International Standards for Tuberculosis care and control. Expert Rev Anti Infect Ther.2007;5:61-65. World Health Organization. Global tuberculosis control: surveillance, planning, financing: WHO report 2007. pp 1-63. Pulmonary–Hepatic vascular Disorders (PHD).Eur Respir J 2004; 24: 861–8801. Diagnosis and Initial Management of Nonmalignant Diseases Related to Asbestos. Am J Respir Crit Care Med Vol 170. pp 691–715, 2004.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
66
27. Guidelines for Assessing and Managing Asthma Risk at Work, School, and Recreation. Am J Respir Crit Care Med Vol 169. pp 873–881, 2004. 28. Workshop on Lung Disease and the Environment Where Do We Go from Here?. Am J Respir Crit Care Med Vol 168. pp 250–254, 2003. 29. Proceedings of the First Jack Pepys Occupational Asthma Symposium. Am J Respir Crit Care Med Vol 167. pp 450–471, 2003. 30. American Thoracic Society/European Respiratory Society International Multidisciplinary Consensus Classification of the Idiopathic Interstitial Pneumonias. Am J Respir Crit Care Med Vol 165. pp 277–304, 2002. 31. American Thoracic Society Statement: Occupational Contribution to the Burden of Airway Disease. Am J Respir Crit Care Med Vol 167. pp 787–797, 2003. 32. Maskell NA., Butland RJ., Pleural Diseases Group, Standards of Care Committee, British Thoracic Society. BTS guidelines for the investigation of a unilateral pleural effusion in adults. Thorax 2004; 58 Suppl 2: ii817. 33. Antony VB., Loddenkemper R., Astoul P., Boutin C., Goldstraw P., Hott J., Rodriguez-Panadero F., Sahn SA. Management of malignant pleural effusions (ERS/ATS Statement). Am J Respir Crit Care Med 2000; 162: 1987-2001. Eur Respir J 2001; 18: 402-19. 34. Antunes G., Neville E., Duffy J., Ali N., Pleural Diseases Group, Standards of Care Committee, British Thoracic Society. BTS guidelines for the management of malignant pleural effusions. Thorax 2003; 58 Suppl 2: ii29-38. 35. Laws D., Neville E., Duffy J., Pleural Diseases Group, Standards of Care Committee, British Thoracic Society. BTS guidelines for the insertion of a chest drain. Thorax 2003; 58 Suppl 2: ii53-59. 36. Ernst A., Silvestri GA., Johnstone D., American College of Chest Physicians. Interventional pulmonary procedures. Guidelines from the American College of Chest Physicians. Chest 2003; 123: 1693-1717. 37. Roberts HS. Comment on: BTS guidelines for the management of pleural infection. Thorax 2004; 59: 178. 38. Colice GL., Curtis A., Deslauriers J., et al. Medical and surgical treatment of parapneumonic effusions. an evidence-based guideline. Chest 2000; 118: 1158-71. (Erratum in: Chest 2001; 119: 319.). 39. Baumann MH., Strange C., Heffner JE., Light R., Kirby TJ., Klein J., Luketich JD., Panacek EA., Sahn SA., ACCP Pneumothorax Consensus Group. Management of spontaneous pneumothorax: an American College of Chest Physicians Delphi consensus statement. Chest 2001; 119: 590-602. 40. Henry M., Arnold T., Harvey J., Pleural Diseases Group, Standards of Care Committee, British Thoracic Society. BTS guidelines for the management of spontaneous pneumothorax. Thorax 2003; 58 Suppl 2: ii39-52. 41. Tschopp JM., Rami-Porta R., Noppen M., Astoul P. Management of spontaneous pneumothorax: state of the art. Eur Respir J 2006; 28: 637-650. 42. American Thoracic Society/European Respiratory Society. ATS/ERS Statement on respiratory muscle testing. Am J Respir Crit Care Med 2002; 166: 518-624. 43. Finder JD., Birnkrant D., Carl J., Farber HJ., Gozal D., Iannaccone ST., Kovesi T., Kravitz RM., Panitch H., Schramm C., Schroth M., Sharma G., Sievers L., Silvestri JM., Sterni L., American Thoracic Society. Respiratory care of the patient with Duchenne muscular dystrophy: ATS consensus statement. Am J Respir Crit Care Med 2004; 170: 456-465. 44. 2003 ATS / ERS: Standards for the Diagnosis and Management of Individuals with Alpha-1 Antitrypsin Deficiency. Am J Respir Crit Care Med Vol 168. pp 818–900, 2003. 45. Executive Summary on the Systematic Review and Practice Parameters for Portable Monitoring in the Investigation of Suspected Sleep Apnea in Adults 2003. Am J Respir Crit Care Med Vol 169. pp 1160– 1163, 2004. 46. 2007 Smoking cessation in patients with respiratory diseases: a high priority, integral component of therapy. Eur Respir J 2007; 29: 390–417. 47. 2000 Education and Smoking Cessation. 48. 2007 Weaning from mechanical ventilation. Eur Respir J 2007; 29: 1033–1056. 49. 2001 International Consensus Conferences in Intensive Care Medicine: Ventilator-associated Lung Injury in ARDS.Am j Rerpir Crit Care Med Vol 160. pp 21 l8-2124, 1999. 50. 2001 Ventilator-associated pneumonia. Eur Respir J 2001; 17: 1034–1045. 51. American Thoracic Society/European Respiratory Society Statement on Pulmonary Rehabilitation. Am J
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
67
Respir Crit Care Med Vol 173. pp 1390–1413, 2006. 52. Intermediate care - Hospital-at-Home in chronic obstructive pulmonary disease: British Thoracic Society guideline. Thorax 62, 200-210 (2007). 53. Statement on Home Care for Patients with Respiratory Disorders 2005. Am J Respir Crit Care Med Vol 171. pp 1443–1464, 2005. 54. 2005 ATS/ERS Task Force: Standardisation of lung function testing - Interpretative strategies for lung function tests. Eur Respir J 2005; 26: 948–968. 55. 2005 ATS/ERS Task Force: Standardisation of lung function testing - Standardisation of the single-breath determination of carbon monoxide uptake in the lung. Eur Respir J 2005; 26: 720–735. 56. 2005 ATS/ERS Task Force: Standardisation of lung function testing - Standardisation of the measurement of lung volumes. Eur Respir J 2005; 26: 511–522. 57. 2005 ATS/ERS Task Force: Standardisation of lung function testing - Standardisation of spirometry. Eur Respir J 2005; 26: 319–338. 58. 2005 ATS/ERS Task Force: Standardisation of lung function testing - General considerations for lung function testing. Eur Respir J 2005; 26: 153–161. 59. 2002 ATS / ERS statement on Respiratory Muscle Testing. Am J Respir Crit Care Med Vol 166. pp 518– 624, 2002. 60. BTS guidelines on diagnostic flexible bronchoscopy Thorax 2001;56:(suppl I) i1–i21. 61. Additional guidelines, e.g., on interventional pulmonology (ERS/ATS). 62. ERS/ATS statement on interventional pulmonology 2002. Eur Respir J 2002; 19: 356–373. 63. 2007 ERS guidelines on the assessment of cough. Eur Respir J 2007; 29: 1256–1276. 64. 2004 The diagnosis and management of chronic cough. Eur Respir J 2004; 24: 481–492. 65. WHO International Health Regulations 2005: http://www.who.int/gb/ebwha/pdf_files/WHA58/WHA58_3-en.pdf. 66. WHO Epidemic and Pandemic Alert and Responses (EPR) website: http://www.who.int/csr/alertresponse/en/. 67. 2002 Public health and medico-legal implications of sleep apnoea. Eur Respir J 2002; 20: 1594–1609. 68. Understanding Costs and Cost-Effectiveness in Critical Care Report from the Second American Thoracic Society Workshop on Outcomes Research. Am J Respir Crit Care Med Vol 165. pp 540–550, 2002. Richtlijnen NVALT: 2007 Richtlijn Behandeling Latente Tuberculose Infectie Richtlijn Respiratoire allergie 2006Richtlijn Niet-Maligne Pleuravocht Richtlijn Intensive care 2005 Richtlijn Medicamenteuze behandeling van tuberculose 2005 Richtlijn Recidiverende Lagere Luchtweginfecties: diagnostiek en antimicrobiële behandeling Richtlijn Diagnostiek en behandeling van pulmonale arteriële hypertensie Richtlijn Nachtelijke hypercapnie en hypoxemie bij overdag normoxemische patiënten met COPD 2004 Richtlijn Acuut Ernstig Astma 2003 Richtlijn Diagnostiek en behandeling van Community Acquired Pneumonia Richtlijn Diagnostiek en behandeling van Maligne Pleuravocht Richtlijn Vernevelapparatuur in de Thuissituatie Richtlijn Bronchoscopie 2002 Richtlijn Voeding en COPD 2001 Richtlijn Primaire Spontane Pneumothorax Richtlijn Medische Thoracoscopie Richtlijn 'Diagnostiek en Behandeling OSAS bij Volwassenen' Richtlijn 'Zuurstof Thuis' Richtlijnen CBO (www.cbo.nl): 1. 2.
Richtlijn diepe veneuze trombose en longembolie Richtlijn niet kleincellig longcarcinoom
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
68
3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Richtlijn slaapapneu Richtlijn vernevelapparaten in de thuissituatie Richtlijn ketenzorg COPD COPD medicamenteuze therapie Richtlijn behandeling tabaksverslaving Richtlijn sedatie en/of analgesie door niet anesthesiologen Richtlijn diagnostiek en behandeling cystic fibrosis (concept) Preventie van perioperatieve pulmonale complicaties bij patiënten met een verhoogd risico op pulmonale complicaties die niet-pulmonale chirurgie ondergaan (concept) 11. Klachtrichtlijn gezondheidszorg 12. Chronische rhinosinusitis en neuspoliepen 13. Zuurstofbehandeling thuis
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
69
3.7 Formulieren Introductiegesprek stage Introductiegesprek Naam aios
Naam supervisor
Stage
Datum gesprek
Periode/jaar Samenvatting gesprek Aandachtspunten uit vorige stages
Aandachtspunten bij komende stage
Te toetsen thema’s/taken binnen deze stage, inclusief hoe
Opmerkingen
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
70
Formulier voortgangsgesprek oordeel opleider/aios algemene competenties Stage: Opleider:
Aios:
Datum:
Basisarts
Longarts
Schrijf uw overwegingen bij dit oordeel voor iedere competentie kort op. Welke individuele leerdoelen komen hieruit naar voren in de reflectie met de aios?
Handtekening gezien aios:
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Handtekening gezien opleider:
71
Formulier 360 graden feedback OMCIRKELEN (hoe hoger hoe beter)1:
Naam aios: Uw naam: (collega uit de zorg)
Datum:
Functie: Afdeling: Periode waarover u aios beoordeelt: afgelopen… (omcirkel) week / 2 weken / maand / > 1 maand / > 3 maanden
1= Geheel mee oneens; 2= Mee oneens 3= Deels mee eens/deels mee oneens 4= Mee eens; 5= Geheel mee eens NVT: Niet te beoordelen of niet van toepassing
Communicatie
Deze aios ken ik goed genoeg om zijn/haar functioneren te beoordelen: 1. Communiceert goed met patiënten en familie
1
2
3
4
5
NVT
2. Communiceert goed met collegae
1
2
3
4
5
NVT
3. Staat open voor verbale en non-verbale reacties en emoties
1
2
3
4
5
NVT
4.Geeft heldere en volledige mondelinge opdrachten
1
2
3
4
5
NVT
5. Geeft helder geformuleerde schriftelijke opdrachten
1
2
3
4
5
NVT
6. Is duidelijk en volledig in schriftelijke verslaglegging
1
2
3
4
5
NVT
7. Draagt de zorg voor patiënten effectief en zorgvuldig over
1
2
3
4
5
NVT
8. Overlegt tijdig met andere zorgverleners
1
2
3
4
5
NVT
9. Waardeert/respecteert de kennis en ervaring van anderen
1
2
3
4
5
NVT
10. Houdt zich aan afspraken en aan afgesproken beleid
1
2
3
4
5
NVT
11. Neemt verantwoordelijkheid voor het eigen handelen
1
2
3
4
5
NVT
12. Coördineert de zorg voor patiënten effectief
1
2
3
4
5
NVT
13. Is bereikbaar en toegankelijk
1
2
3
4
5
NVT
14. Deelt de tijd effectief in met de juiste prioriteiten
1
2
3
4
5
NVT
15. Geeft afspraken en/of wijzigingen in beleid tijdig door
1
2
3
4
5
NVT
16. Is bereid en in staat anderen te trainen of onderwijs te geven
1
2
3
4
5
NVT
17. Geeft correct feedback op het functioneren van anderen
1
2
3
4
5
NVT
Benoem een goede kant op het gebied van communicatie:
Samenwerking
Benoem een verbeterpunt op het gebied van communicatie:
Benoem een goede kant op het gebied van samenwerking:
Organisatie
Benoem een verbeterpunt op het gebied van samenwerking:
Benoem een goede kant op het gebied van organisatie:
K&W
Benoem een verbeterpunt op het gebied van organisatie:
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
72
Benoem een goede kant op het gebied van kennis en wetenschap:
Professioneel gedrag
Benoem een verbeterpunt op het gebied van kennis en wetenschap:
18. Stelt tijdens de dagelijkse werkzaamheden het belang van de patiënt centraal
1
2
3
4
5
NVT
19. Houdt bij lichamelijk onderzoek rekening met de privacy van patiënten
1
2
3
4
5
NVT
20. Kent het dossier en de toestand van de patiënt
1
2
3
4
5
NVT
21. Is zich bewust van eigen grenzen en handelt daarbinnen
1
2
3
4
5
NVT
22. Accepteert feedback van anderen
1
2
3
4
5
NVT
23. Handelt volgens de ethische gedragsregels
1
2
3
4
5
NVT
Benoem een goede kant op het gebied van professioneel gedrag:
Benoem een verbeterpunt op het gebied van professioneel gedrag:
Tips of opmerkingen om het functioneren van deze arts te verbeteren. Gebruik zo nodig de achterzijde.
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
73
Prototype OSATS beoordelingsformulier (Objective Structured Assessment of Technical Skills) Beoordelaar: aios: Verrichting: Complexiteit: � laag � gemiddeld � hoog Voorlichting 1 De voorlichting aan de patiënt en de voorbereiding is onvoldoende
Weefselgevoel 1 Gebruikt onnodige kracht of veroorzaakt weefselschade door onjuist gebruik instrumenten Tijd en beweging 1 Frequente onnodige bewegingen Hanteren van instrumenten 1 Maakt herhaaldelijk onhandige en/of onzekere bewegingen Instrumenten kennis 1 Vraagt regelmatig verkeerde instrumenten of onjuist gebruik van instrumenten Gebuik van assistentie 1 Zeer matige instructie assistentie of onvoldoende gebruik assistentie Voortgang procedure 1 Er is geen duidelijke planning in de procedure Kennis van de procedure 1 Onvoldoende kennis, heeft bij vrijwel elke stap instructie nodig Nazorg 1 De nazorg is onvoldoende
Tevredenheid beoordelaar met de OSATS 1
Datum : Opleidingsjaar:
2
3 De voorlichting en voorbereiding zijn voldoende
4
5 De AIOS demonstreert een grote mate van vakbekwaamheid met betrekking tot de voorlichting en voorbereiding
2
3 Gaat zorgvuldig om met weefsel, incidenteel weefselschade
4
5 Consistente zorgvuldige behandeling van weefsel met minimale schade
2
3 Redelijk efficiënte bewegingen, nog enkele onnodige bewegingen
4
5 Economische bewegingen, maximale efficiëntie
2
3 Kundig gebruik van instrumenten, komt af en toe stijf of onhandig over
4
5 Vloeiende bewegingen, kundig
2
3 Kent de namen van de meeste instrumenten en gebruikt het juiste instrument op het juiste moment
4
5 Duidelijk bekend met de benodigde instrumenten, correct benaming
2
3 Gebruikt assistentie grootste deel van de tijd adequaat.
4
5 Gebruikt assistentie strategisch, benut deze optimaal
2
3 Er is een redelijke planning van de procedure, er is een gestage vordering
4
5 Duidelijke planning van de procedure, moeiteloos van de ene naar de andere stap
2
3 Kent de belangrijkste aspecten van de procedure
4
5 Demonstreert een grote mate van kennis van de hele procedure
2
3 De nazorg is voldoende
4
5 De AIOS demonstreert een grote mate van vakbekwaamheid met betrekking tot de nazorg
2
3
4
5
2
3
4
5
Tevredenheid aios met de OSATS 1
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
74
Prototype voor BSTAT (Bronchoscopy Skills and Assessment Tool) aios: …………………………………………………………………… Supervisor: …………………………………………………………….. Type bronchoscopie: …………………………………………………. Reden bronchoscopie: ……………………………………………….. Datum: ………………………………………………………………….. 1. De AIOS kan alle segmenten van de rechter long identificeren en met de scoop adequaat inzien en beoordelen: RBK RMK ROK
RB1 RB4 RB6
RB2 RB5 RB7
RB3 RB8
RB9
RB10
2. De AIOS kan alle segmenten van de linker long identificeren en met de scoop adequaat inzien en beoordelen: LBK (pars sup) LBK (lingula) LOK
LB 1+2 LB4 LB7
LB3 LB5 LB8
RB3 LB9
LB10
3. De aios kan op verzoek de segmenten RB 4,5,6 en LB 8,9,10 inzien en adequaat beoordelen. Onvoldoende
Kan beter
Voldoende
4. De aios kan de bronchoscoop voldoende gecentreerd en de bronchiaalboom houden en vermijdt onnodig trauma aan de luchtwegen. Onvoldoende
Kan beter
Voldoende
5. De aios kan het bronchiaal secreet adequaat beschrijven (helder, schuimend, mucoïd, purulent, sanguinolent). Onvoldoende
Kan beter
Voldoende
6. De aios is in staat om afwijkingen van de mucosa adequaat te beschrijven (erytheem, gestuwd, hypervasculair, lymfangitische stuwing, anthracotisch, bronchitisch). Onvoldoende
Kan beter
Voldoende
7. De aios kan een goede houding, handpositie en gebruik van de apparatuur gedurende de bronchoscopie handhaven. Onvoldoende
Kan beter
Voldoende
8. De aios kan gedurende de bronchoscopie de noodzakelijke handelingen adequaat uitvoeren (zoals BAL, borstel, centrale biopsieën, TBLB, TBNA) Onvoldoende
Kan beter
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
Voldoende 75
Richtlijn voor scores: Scores: De items 1-4 hebben een maximum van 4 punten; de items 5-8 hebben een maximum van 2 punten
Items 1-4, scoren elk 0-4 punten (subtotaal 16 punten)
Items 5-8, scoren elk 0-2 punten (subtotaal 8 punten)
Uitvoeringsonderdeel Identificatie van de anatomie
Onvoldoende Weinig of geen kennis
Kan beter Identificeert tenminste 50% van de segmenten juist
Voldoende Identificeert alle segmenten juist
Bronchoscoop handling
Komt frequent uit het centrum van het lumen; > 5 x contact met de wand
Heeft de scoop altijd in het centrum van het lumen; geen contact met de wand
Vermogen om afwijkingen te beschrijven Houding, positie handen, en gebruik van de apparatuur
Onjuiste beschrijving van de afwijkingen
Vermogen om verrichtingen uit te voeren
Moet frequent stoppen, heeft advies nodig dan wel hulp van de supervisor
Heeft de scoop meestal in het centrum van het lumen; < 5 x contact met de wand Meestal juiste maar soms een onjuiste beschrijving Kan zichzelf juist positioneren en de instrumenten gebruiken hoewel soms onhandig Kan de procedures met weinig advies/hulp uitvoeren
Herhaalde pogingen nodig, onhandig, onzeker
Altijd een juiste beschrijving van de afwijkingen Kan de instrumenten juist gebruiken op een handige manier met adequate handposities Kan de procedures adequaat en zonder advies dan wel hulp uitvoeren
Commentaar:
Punten toekenning: Item 1 2 3 4 Item 1 2 3 4 TOTAAL A+ A B C D F
Onvoldoende (0)
Kan beter (2)
Voldoende (4)
21-24 17-20 13-16 9-12 6-8 0-5
Naam aios: ......................................
Eindscore: …………………
Opleidingsplan Longziekten en Tuberculose Jeroen Bosch ziekenhuis
76